AANBIEDINGSBRIEF Zaaknummer
:
Documentnumm er
:
BI-nummer
:
Aan de leden van de gemeenteraad,
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Moerdijk biedt u hierbij de beantwoording van het volgende actiepunt aan. Vergadering Vraagsteller Datum
: Fysieke Infrastructuur : -: 28 januari 2014
Actiepunt 1: Overzicht met geconstateerde overtredingen vanaf ingangsdatum vaststellingsovereenkomst. Antwoord 1: In de bijlage treft u een overzicht met de klachten en controles vanaf ingangsdatum vaststellingsovereenkomst aan. Gelet op het omvangrijke dossier zijn ter informatie tevens twee eerder verstuurde raadsinformatiebrieven toegevoegd. Dit schetst de voorgeschiedenis, gaat in op het mediationtraject/vaststellingsovereenkomst en evaluaties tussen de heer Kastelein en gemeente Moerdijk. Actiepunt 2: Wat zijn de effecten van het uitstellen van het vaststellen van het BP tot het moment dat er een nieuwe huurovereenkomst wordt gesloten. Antwoord 2: Vanwege een lange voorgeschiedenis heeft het college besloten om de huurovereenkomst met de heer Kastelein met ingang van 1 maart 2014 op te zeggen. De procedure tot huuropzegging ligt nu voor bij de civiele rechter. Het is lastig in te schatten wanneer de rechter uitspraak zal doen. Verwacht wordt dat het geruime tijd (één jaar) zal duren. Totdat de rechter uitspraak doet blijft de huurovereenkomst en de vaststellingsovereenkomst van kracht. Het nieuwe bestemmingsplan biedt voor iedereen een duidelijk kader wat daar qua activiteiten mogelijk is, rekening houdend met de kleinschaligheid van de locatie en de ligging in bewoond gebied. Dit nieuwe plan richt zich op een tweetal categorieën te weten kunst & cultuur en kleinschalige toeristisch-recreatieve-sportieve activiteiten. Het gebruik van het fort is tevens passend binnen de visie ‘Ontwikkelingsplan Waterrijk Moerdijk’. Rechtszekerheid: Het kader dat nu geldt voor het gebruik van het fort is de vaststellingsovereenkomst, als resultante van het met doorlopen mediationtraject. Als de rechter de uitspraak doet de huurovereenkomst met de heer Kastelein inderdaad te ontbinden, dan vervalt daar automatisch ook de vaststellingsovereenkomst. Dan wordt daarmee als kader teruggevallen op het geldende bestemmingsplan buitengebied, waarvan we eerder hebben geconstateerd dat deze veel te globaal is om te kunnen sturen in het gebruik en om rechtszekerheid te kunnen bieden aan een
1
huurder/exploitant maar ook aan de omwonenden van Fort de Hel. Immers, die constatering was de reden om in september 2010 met de herziening van het bestemmingsplan te starten en een postzegelplan te maken specifiek gericht op het gewenste gebruik van Fort de Hel. Burgerparticipatie: Het nu voorliggende bestemmingsplan is voorbereid in samenspraak met onder andere de omgeving (en afgestemd op de omgeving). Het bestemmingsplan vervolgens gewijzigd vaststellen afgestemd éénzijdig op de wensen van een huurder/exploitant past niet bij een gewogen afweging van belangen. De uitgangspunten van dit bestemmingsplan zijn met uw raad gedeeld via de raadsinformatiebrief van december 2012 én de informatieavond januari 2013. De vaststelling van het bestemmingsplan is het sluitstuk van een interactief proces in lijn met de vastgestelde notitie Beginspraak. Een proces reeds gestart in september 2010. Goed ook om te beseffen dat de procedure over beëindiging van de huurovereenkomst ook nog wel geruime tijd kan lopen (de inschatting is nog wel een jaar). Aanbestedingsprocedure: Met het niet vaststellen van het bestemmingsplan zijn er tevens problemen te voorzien bij de te doorlopen aanbestedingsprocedure voor een huurder voor het fort, uitgaande van beëindiging van de huurovereenkomst met de huidige huurder. De gegadigden die willen deelnemen aan deze aanbesteding zullen vooraf zekerheid willen hebben over hetgeen op het fort mogelijk is. Op die basis zullen zij hun bieding bepalen. Het ontbreken van een vastgesteld planologisch kader is een onzekerheid die belemmerend werkt voor de aanbesteding. Het wachten met het vaststellen van het bestemmingsplan tot het moment dat de huurder bekend is heeft daarmee een hoog kip en ei gehalte. Actiepunt 3: In hoeverre beperkt dit bestemmingsplan de exploitatie mogelijkheden in de toekomst. Antwoord 3: Bij het opstellen van het bestemmingsplan is ondermeer de visie ‘Ontwikkelingsplan Waterrijk Moerdijk van 2011’ en de vaststellingsovereenkomst als uitgangspunt gebruikt. Het nieuwe bestemmingsplan biedt niet alleen ruimte voor kleinschalige activiteiten gericht op kunst en cultuur maar ook op toeristisch-recreatief, educatief en sportief gebied. Dit met oog voor de ligging van het fort in een bewoond gebied en de gemaakte inhoudelijke afspraken in de vaststellingsovereenkomst. Het bestemmingsplan biedt een kader en bevat geen limitatieve lijst van de mogelijke activiteiten die passen binnen de visie van het fort. Een limitatieve lijst is zeker niet wenselijk omdat de creativiteit van een nieuwe exploitant in de toekomst wordt beperkt. Doet men dat wel, dan zal het bestemmingsplan bij elke nieuwe activiteit moeten worden aangepast. Waar kunt u met dit bestemmingsplan zo al aan denken qua activiteiten op het fort? Er zijn een tweetal categorieën te onderscheiden namelijk, kunst en cultuur en toeristisch recreatieve, educatieve en sportieve activiteiten. Hieronder een overzicht van de mogelijkheden. 1. Kunst en cultuur bijvoorbeeld • Workshops; • Lezingen; • Poëzie, theater en muziek; • Expositie; • Voorlichting en educatie. 2. Toeristisch recreatieve, educatieve en sportieve activiteiten bijvoorbeeld • Bezoek dagjesmensen; • Wandelen / fietsen als onderdeel fiets en wandelpadennetwerk en nuttigen van een drankje (fiets café); • Lunchroom, koffie- en theehuis, horeca ondersteunend aan toeristische functie;
2
• • • •
Outdooractiviteiten als boogschieten, survival e.d.; Culinaire workshops; Seminars / vergaderingen; Teambuildingsactiviteiten.
Gelet op het bovenstaande is dit bestemmingsplan zeker niet alleen gericht op kunst en culturele activiteiten. Vanaf 2011 blijkt exploitatie goed mogelijk op basis van de afspraken in de vaststellingsovereenkomst. Het voorliggende bestemmingsplan is in beperkte mate nog wat ruimer dan de gesloten vaststellingsovereenkomst. Actiepunt 4: Waar ligt de koppeling tussen het bestemmingsplan en hetgeen indertijd in de gesprekken in het Mauritshuis is toegezegd. Antwoord 4: Sinds 1994 is de heer Kastelein (Stichting Vrienden van Fort de Hel / Frank Ventures) huurder van het fort. Al vanaf het begin ervaren direct omwonenden veel overlast door de vele activiteiten die daar plaatsvonden. Het bestemmingsplan buitengebied bevat een te algemeen kader wat veel onduidelijkheid gaf over wat wel en niet is toegestaan op het fort. Dit resulteerde in talloze juridische procedures. Daarom was er behoefte aan duidelijkheid voor iedereen ten aanzien van het gebruik op het fort. In 2010 is gestart met de herziening van het bestemmingsplan buitengebied. Een op maat gesneden planologisch kader gebaseerd op een breed gedragen visie (ook door de omgeving). Om tot een breed gedragen visie te komen is een keuzenotitie met een drietal varianten opgesteld. In september 2010 zijn een tweetal inspraakavonden gehouden om de drie varianten en de ervaren overlast met omwonenden en belanghebbenden te bespreken. Deze input van omwonenden en belanghebbenden was bedoeld om tot een keuze tot 1 variant te komen. Rond dezelfde tijd deed de rechter uitspraak over de huuropzegging van de heer Kastelein. De rechter deed de aanbeveling om (opnieuw) een mediationtraject te doorlopen. Vooraf is daarbij opgelegd en afgesproken dat alle verdere activiteiten met betrekking tot de toekomst van het fort zouden worden stilgelegd in afwachting van deze procedure. Daarmee zijn dus ook de voorbereidingen voor het opstellen van een bestemmingsplan opgeschort. Bij het doorlopen van het mediationtraject zijn de belangen van omwonenden meegenomen, gebaseerd op de twee inspraakavonden in september 2010. Dat is in de gesloten vaststellingsovereenkomst ook expliciet benoemd. Tijdens deze mediationprocedure zijn afspraken gemaakt over het gebruik van het fort, die zijn vastgelegd in de vaststellingsovereenkomst. In april 2011 is via een informatie-avond de vaststellingsovereenkomst ter goedkeuring aan omwonenden voorgelegd. Zowel omwonenden als de heer Kastelein hebben hiermee ingestemd. Daarna is deze overeenkomst vastgesteld. De ervaringen met de afspraken in de vaststellingsovereenkomst zijn daarna nog een aantal keren geëvalueerd met de omwonenden en de heer Kastelein. In 2012 is daadwerkelijk gestart met het opstellen van het nieuwe bestemmingsplan. De vaststellingsovereenkomst, de opgedane ervaringen en de Ontwikkelingsvisie Waterrijk Moerdijk zijn daarvoor input geweest. Dit is aan uw raad via een raadsinformatiebrief van 11 december 2012 ook voorgelegd. Kortom, de input van de tweetal inspraakavonden van september 2010 zijn voor zover ruimtelijk relevant vertaald in het nieuwe bestemmingsplan ‘Fort de Hel’.
3
Actiepunt 5: Wij willen graag reageren op het e-mailbericht van de heer Kastelein met de titel ‘Gemeente Moerdijk weert kinderfeestjes op Fort de Hel – 29 januari 2014’. Antwoord 5: Het dossier fort de hel is zoals eerder aangegeven een dossier van talloze procedures en klachten. Uiteindelijk is tussen november 2010 en april 2011 (opnieuw) een mediationtraject doorlopen. In dit traject zijn gezamenlijk afspraken gemaakt over het gebruik van het fort. Deze afspraken zijn vastgelegd in de vaststellingsovereenkomst. Eén van die afspraken is dat er geen specifieke kinderactiviteiten (waaronder ‘kinderfeestjes’) op het fort worden georganiseerd. Dit mede op basis van de door de omgeving daarbij ervaren hinder. Dat wil niet zeggen dat kinderen niet op het fort welkom zijn. In tegendeel. Deze afspraken zijn vastgelegd in een overeenkomst die door beide partijen is ondertekend. Dus ook door de heer Kastelein. Het beeld dat de heer Kastelein in deze email van 29-01-2014 schetst dat door de gemeente eenzijdig via het bestemmingsplan kinderactiviteiten worden uitgesloten klopt dus niet. Eind 2012 is gestart met het opstellen van een bestemmingsplan specifiek gericht op de mogelijkheden die Fort de Hel kan bieden. Passend binnen de visie ‘Ontwikkelingsplan Waterrijk Moerdijk 2011’ en in lijn met de vaststellingsovereenkomst. Ten opzichte van de vaststellingsovereenkomst zijn de mogelijkheden voor ‘specifieke kinderactiviteiten’ beperkt wat verruimd doordat educatieve activiteiten in algemene zin (en daarmee ook specifiek aan kinderen) wel mogelijk te maken. Actiepunt 6: Verzoek om de brief van SP Moerdijk te beantwoorden. Antwoord 6: A. Inzicht in de geconstateerde klachten en overtredingen: Het dossier Fort de Hel is een jarenlang lopend dossier van talloze klachten, controles en procedures. Dit heeft onder andere geleid tot een tweetal mediationtrajecten, waarvan de laatste is doorlopen tussen november 2010 en mei 2011. Dit laatste traject kent als afsluiting een gezamenlijk overeengekomen vaststellingsovereenkomst met afspraken over het gebruik van het fort. Uiteindelijk is januari 2013 besloten de huurovereenkomst met Dhr. Kastelein op te zeggen. De redenen waarom zijn eerder met u als raad gedeeld ( raadsbijeenkomst januari 2013). Als bijlagen bij deze brief zijn twee eerder verstuurde RIB’s toegevoegd, waarin de strekking van de opzegging nogmaals wordt herhaald. Aan deze brief is tevens een lijst met klachten en controles bijgevoegd vanaf de inwerkingtreding van de Vaststellingsovereenkomst. Voor de volledigheid; dit bestemmingsplan gaat niet over de vraag wie het fort exploiteert, maar bepaalt slechts de ruimtelijke randvoorwaarden waaronder dit fort wordt geëxploiteerd. B. Wat is een feestje en waarom zijn feestjes uitgesloten? Voor een nadere omschrijving van wat er wel en niet mag op het fort wordt verwezen naar de juridische regeling in het bestemmingsplan. In deze aanbiedingsbrief is daarop nog een nadere toelichting opgenomen. Ook de achtergronden van de gemaakte keuzes zijn in deze aanbiedingsbrief nader toegelicht. De inzet is om te komen tot een duurzame oplossing voor Fort de Hel. Openstelling en gebruik van het fort, passend binnen het gemeentelijk beleid (Ontwikkelingsvisie Waterrijk Moerdijk) en passend in zijn omgeving. Daar wordt met dit bestemmingsplan invulling aan gegeven. C. Toelichting op wel/niet haalbaar zijn van een ontsluiting via de Maltaweg Door de wethouder is niet gesteld dat een aansluiting via de Maltaweg onmogelijk is. Op basis van de volgende drie argumenten is er niet voor gekozen om in het bestemmingsplan een ontsluiting van het fort via de Maltaweg op te nemen: - De noodzaak voor deze ontsluiting ontbreekt. Met het beoogde gebruik van het voor het fort en de eerder aangelegde parkeerplaatsen op het fort ontbreekt de
4
noodzaak om een ontsluiting via de Maltaweg als nieuwe ontwikkeling op te nemen; - Een ontsluiting via de Maltaweg is in ieder geval verkeerstechnisch een opgave, simpel omdat de ontsluiting dan direct gelegen is onderaan de afrit van de snelweg. Het is de vraag of Rijkswaterstaat bereid is daaraan medewerking te verlenen, nogmaals met ook de optiek dat met het in dit bestemmingsplan opgenomen gebruik van het fort deze ontsluiting niet noodzakelijk is; - Tenslotte: maar dat is een afgeleide, vergt de aanleg van deze ontsluiting een investering die niet is geraamd én niet noodzakelijk is. Met het bovenstaande acht het college het opnemen van een ontsluiting via de Maltaweg in het bestemmingsplan niet wenselijk. D. Waarom is de grondpositie bepalend voor de inhoud van het bestemmingsplan? Deze suggestie is onjuist. De grondposities zijn zeker niet leidend voor de begrenzing en invulling van het voorliggende bestemmingsplan. Bepalend is wel het gewenste gebruik van het fort, passend in zowel het gemeentelijke beleid als passend in zijn omgeving en een logische begrenzing van het bestemmingsplan. Deze begrenzing is nu gelijk gesteld aan de grenzen van het Fort en er is geen aanleiding om die logische begrenzing aan te passen. Een nader onderzoek acht het college daarmee niet noodzakelijk. E. Waarom is er geen keuzenotitie voorgelegd aan de Raad en wat zijn de totale kosten van het nu voorliggende bestemmingsplan? In de commissievergadering van 28 januari is eerder uiteengezet hoe de visievorming van dit bestemmingsplan tot stand is gekomen. Daarbij is ook verwezen naar de raadsinformatiebrief van 12 december 2012 waarin de visie en visievorming voor dit bestemmingsplan met uw raad is gedeeld. In deze aanbiedingsbrief wordt nader toegelicht wat het verband is tussen de gesprekken september 2010 in het Mauritshuis, de vaststellingsovereenkomst en tenslotte dit bestemmingsplan. Het college biedt nu dit bestemmingsplan ter vaststelling aan uw raad aan. Het nu ter vaststelling voorliggende bestemmingsplan heeft ruim € 20.000,- gekost. F. De raad is onjuist geïnformeerd over een ingekomen zienswijze namens omwonenden. Dat is volstrekt onjuist! De zienswijze van de heer Kastelein waarin hij stelt namens de omwonenden te handelen maakt wel degelijk onderdeel uit van de voorliggende stukken. Zie daarvoor de voorliggende stukken en de Nota Zienswijze waarin het college reageert op dit document. G. Wat is het verschil tussen het nu geldende bestemmingsplan en het nu voorliggende bestemmingsplan Fort de Hel? Het voert te ver om alle verschillen tussen de beide bestemmingsplannen in deze brief op te nemen. Wel zijn de beide bestemmingsplannen ter inzage gelegd bij de griffier, zodat de verschillen voor u inzichtelijk zijn. In algemene zin is het belangrijkste verschil dat dit bestemmingsplan een op maat gesneden regeling is specifiek voor het gebruik van Fort de Hel. Het vigerende bestemmingsplan is het bestemmingsplan buitengebied, een meer algemene regeling. H. In de vaststellingsovereenkomst is afgesproken dat het college zich tot het uiterste zou inspannen om het bestemmingsplan te verruimen. Het college deelt de interpretatie van dit artikel absoluut niet. De vaststellingsovereenkomst is een uitvloeisel van een mediationtraject. Een traject als gevolg van talrijke klachten en procedures als gevolg van het intensieve gebruik van het fort. In de vaststellingovereenkomst zijn beperkende afspraken gemaakt over het gebruik van het fort met als doel te komen tot een voor alle partijen te dragen situatie. Dat om een einde te maken aan een jarenlang lopende situatie van klachten en juridische procedures. De vaststellingsovereenkomst is een tijdelijk document, ter overbrugging naar een duurzame definitieve situatie met onder andere een nieuw bestemmingsplan. Het zal met het bovenstaande en de voorgeschiedenis helder zijn dat de vaststellingsovereenkomst niet beoogt tijdelijk een stapje terug te doen in de intensiteit van het gebruik van het fort, om er daarna twee voorwaarts te maken. Dat is
5
volstrekt strijdig met de achtergrond van het mediationtraject en de intentie van de vaststellingsovereenkomst. I.
Wat is de looptijd van de vaststellingsovereenkomst? De huurovereenkomst is door het college opgezegd per 1 maart 2014. De vaststellingovereenkomst is gesloten tussen de gemeente Moerdijk als eigenaar en de heer Kastelein als huurder van het Fort. De vaststellingsovereenkomst loopt door tot het moment dat de rechter een uitspraak doet over de beëindiging van de huurovereenkomst door de gemeente.
J.
Wat is de verhouding tussen de overeenkomst van 2007 en de vaststellingsovereenkomst in 2010? In de Nota van beantwoording wordt in het antwoord op de zienswijze van de heer Kastelein onder vraag 3, onderdeel w reeds antwoord gegeven op deze vraag.
K. Is het fort exploitabel ? Het college deelt niet de weergave in deze vragen van hetgeen gezegd is in de commissievergadering. In de optiek van het college is het fort met deze regeling wel degelijk exploitabel. Dat leert de ervaring met de afspraken zoals die zijn gemaakt in de vaststellingsovereenkomst, waarbij de mogelijkheden in het bestemmingsplan zoals dat nu voorligt ten opzichte van de vaststellingsovereenkomst beperkt nog wat zijn verruimd. L. Is een onderzoek naar de economische uitvoerbaarheid en een planschaderisico niet verplicht op basis van de uitspraak van de RvS 201010588/R2? In tegenstelling tot de zaak waar in de vraag naar wordt verwezen (201010588/1/R2) is er in dit geval geen sprake van een nieuwe ontwikkeling. Daarmee is er ook geen noodzaak tot het uitvoeren van een onderzoek naar de economische uitvoerbaarheid van deze ontwikkeling. En dus ook niet de noodzaak tot het uitvoeren van een risicoanalyse planschade. Daarnaast wordt met dit bestemmingsplan niet veel meer dan een geactualiseerde en meer toegesneden juridische regeling neergelegd, specifiek voor het gebruik van het fort. Er is met dit bestemmingsplan echter geen sprake van een nieuwe ontwikkeling of een substantiële bestemmingswijziging ten opzicht van het vigerende bestemmingsplan. Daarmee is het risico op planschade nihil.
Met vriendelijke groet, namens burgemeester en wethouders van Moerdijk, de gemeentesecretaris
Drs. A.E.B. Kandel
6