Aanbieding ................................................................................................................... 3 Jaarverslag 2014........................................................................................................... 5 Algemene beschouwingen....................................................................................................................7 Verantwoording per beleidsveld ........................................................................................................13 Leeswijzer .....................................................................................................................................15 Grafiek baten en lasten per beleidsveld .........................................................................................18 01 Bouwen en wonen ...................................................................................................................19 02 Verkeer en vervoer ...................................................................................................................25 03 Milieu ......................................................................................................................................29 04 Economie en toerisme ..............................................................................................................35 05 Veiligheid en handhaving .........................................................................................................41 06 Jeugd ........................................................................................................................................45 07 Welzijn, sport en cultuur ..........................................................................................................51 08 Zorg .........................................................................................................................................57 09 Werk en inkomen .....................................................................................................................67 10 Bestuur en bedrijfsvoering ........................................................................................................73 11 Beheer ......................................................................................................................................77 Algemene dekkingsmiddelen ..............................................................................................................81 Paragrafen..........................................................................................................................................83 §1. Lokale heffingen ......................................................................................................................83 §2. Weerstandsvermogen en risicobeheersing ...............................................................................86 §3. Onderhoud kapitaalgoederen ..................................................................................................92 §4. Financiering (treasury) .............................................................................................................99 §5. Bedrijfsvoering ......................................................................................................................103 §6. Verbonden partijen ...............................................................................................................107 §7. Grondbeleid ..........................................................................................................................120 §8. Krimp ....................................................................................................................................130
Jaarrekening 2014 .................................................................................................... 137 Belangrijkste mee- en tegenvallers rekening ................................................................................138 Overzicht baten en lasten per beleidsveld ...................................................................................139 Analyse afwijkingen exploitatie ...................................................................................................140 Overzicht investeringen ..............................................................................................................158 Analyse afwijkingen investeringen ...............................................................................................159 Balans .........................................................................................................................................163 Waarderingsgrondslagen .............................................................................................................166 Toelichting op de balans .............................................................................................................169 Wet Normering Topinkomens .....................................................................................................180 Nadere toelichting reserves en voorzieningen .............................................................................181 Sisa (Single Information Single Audit) 2014 .................................................................................185
Bijlagen 2014 ........................................................................................................... 187 Investerings- en financieringsstaat ................................................................................................188 EMU-saldo ..................................................................................................................................189
Vaststelling ............................................................................................................... 191
Aanbieding Aan de gemeenteraad Middels dit jaarverslag en deze jaarrekening legt het college verantwoording af over het gevoerde bestuur in 2014. Bij deze jaarstukken horen ook de controleverklaring en het verslag van bevindingen van de accountant. De raad verleent met het vaststellen van de jaarrekening décharge aan het college. Ter voldoening aan het bepaalde in de artikelen 197 en 198 van de Gemeentewet bieden wij u de jaarrekening 2014 ter vaststelling aan. Betreffende de Single Information Single Audit-regeling (Sisa) zijn er voor het verantwoordingsjaar 2014 in totaal 42 specifieke uitkeringen, waarvan er 6 relevant zijn voor Kerkrade. De verantwoording van deze regelingen is te vinden in het onderdeel ‘Jaarrekening 2014’. De in dit boekwerk genoemde bedragen zijn afgerond op duizenden euro’s, tenzij anders aangegeven. Hierdoor kunnen ook (kleine) afrondingsverschillen in tellingen voorkomen. Burgemeester en wethouders Kerkrade, mei 2015
3
Jaarverslag 2014
5
Algemene beschouwingen a. Rekeningresultaat Ten opzichte van de begroting 2014 is er sprake van een batig rekeningresultaat 2014 van € 942.000. De mutaties in de reserves zijn hierin al verwerkt, conform de kaders van de vigerende en door de raad vastgestelde Nota Reserves en Voorzieningen. Een korte toelichting op de belangrijkste mee- en tegenvallers van de rekening 2014 t.o.v. de bijgestelde begroting 2014 (peil Najaarsnota), het verloop van de ‘reserve parkeerfonds exploitatie’ en het verloop van de ‘reserve structuurfonds/investeringsambities’ treft u aan onder f. “Analyse op hoofdlijnen, res. parkeerfonds exploitatie en res. structuurfonds/investeringsambities”. Een uitgebreide analyse is opgenomen in de jaarrekening. Wij stellen voor het rekeningresultaat 2014 toe te voegen aan de ‘reserve parkeerfonds exploitatie’. b. Reserves en voorzieningen In de toelichting op de balans in de jaarrekening wordt een meer gedetailleerde specificatie van de reserves en voorzieningen gegeven. De reserves en voorzieningen geven het navolgende beeld: bedragen x € 1.000 algemene reserve bestemmingsreserves * voorzieningen
Totaal
ultimo 2013
ultimo 2014
5.215 40.439 7.199
5.215 45.786 9.012
52.853
60.013
* exclusief rekeningresultaat 2014
Reserves Een van de belangrijkste afnames bij de bestemmingsreserves is de overdracht Campus t.l.v. 'reserve Essent' van € 1,3 mln (VJN2014). Het verrekeningsbedrag ad € 2,429 mln inzake faillissement Licom is gestort in de 'reserve WSW'. Verder is aan deze reserve het voordelig resultaat Wsw/WOZL ad € 1,139 mln toegevoegd. De vrijval van het geoormerkt deel participatiebudget ad € 0,773 mln is gestort in de 'reserve FWI'. Aan de ‘reserve parkeerfonds exploitatie’ is het rekeningresultaat 2013 toegevoegd ad € 992.000 en € 380.000 betreft de saldo-egalisatie 2014 conform NJN2014. Aan de reserve hebben diverse onttrekkingen plaatsgevonden conform VJN2014 zijnde € 0,4 mln voor het 'Beleidsplan Armoede en schulden', € 0,2 mln ten behoeve van onderhoud wegen en € 0,1 mln ten behoeve van onderhoud gebouwen. Voorzieningen Het totaal van de voorzieningen is toegenomen met € 1.813 mln. De reserve riolering ad € 2.430 mln is ultimo 2014 omgezet in een voorziening conform artikel 44, lid 2 BBV. De voorziening projecten is afgenomen met € 687.000. Zie de toelichting op de mutaties reserves en voorzieningen in het onderdeel “Algemene dekkingsmiddelen”. Maximumomvang De vrije ruimte van de 'reserve evenementen' circa € 162.000 komt boven de maximumomvang uit. Echter hiervoor zijn ook reeds verplichtingen aangegaan. c. Begrotingsbijstellingen na Najaarsnota In 2014 is de begroting op twee momenten formeel bijgesteld, i.c. bij de ‘Voorjaarsnota 2014’ (raad juni 2014) en bij de ‘Najaarsnota’ (raad oktober 2014). Omwille van een adequate kredietbewaking hebben nadien zoveel mogelijk budgettair neutrale budgetaanpassingen plaatsgevonden op diverse beleidsvelden.
7
De aanpassingen passen binnen de kaders van de diverse beleidsvelden en kunnen soms ook beleidsveldoverstijgend zijn. Deze laatste budgetaanpassingen gedurende het begrotingsjaar worden formeel door de raad goedgekeurd door het vaststellen van de jaarrekening. In het kader van het beoordelen van de begrotingsrechtmatigheid zijn de kostenoverschrijdingen ten opzichte van de vastgestelde Najaarsnota van belang. Relevant zijn de overschrijdingen in beleidsveld 0. Dit betreft echter de noodzakelijke administratieve boekingen ten behoeve van afsluiten boekhouding per jaareinde. Verder is sprake van overschrijdingen, die worden gecompenseerd door corresponderende hogere baten (zoals subsidies en leges), door hogere onttrekkingen aan daarvoor bedoelde reserves bij de open-einde regelingen, of onderuitputting op andere budgetten. De meest belangrijke zijn de volgende: aanvulling reserve gebouwen in verband met voorfinanciering doorlopende kosten Campus die vooralsnog ten laste kwamen van deze reserve (beleidsveld 0/11, € 222.000), kosten Muziekschool in relatie tot Campus (beleidsveld 0/7, € 151.000), reservering in verband met retributies GaiaZoo (beleidsveld 0/4, € 73.000), reservering voor voorfinanciering verbetering exploitatie PLS (MannaC, € 150.000) en voor C2000-systeem (veiligheid, € 100.000), restitutie hondenpenningen in relatie tot overgang naar de BsGW (beleidsveld 0, € 50.000), storting van de verrekening faillissement Licom ultimo 2014 in reserve WSW (beleidsveld 0/9, € 2,429 mln), storting van de vrijval rijksgeld participatiebudget in reserve FWI (beleidsveld 0/9, € 773.000), verplichte overheveling gelden van reserve riolen naar voorziening riolen (beleidsveld 0/11, € 2,430 mln) en extra lasten in verband met pensioenverplichtingen (loonsom/aanvulling voorziening) binnen de totale loonsom (beleidsveld 0/10, € 210.000). Daar waar deze overschrijdingen niet meer konden worden gecompenseerd, hebben zij het rekeningresultaat (deels) beïnvloed. Verwezen wordt naar de analyse van het rekeningresultaat. Een en ander past binnen het bestaande beleid en is conform de vigerende ‘Financiële verordening ex art. 212 GW’ resp. de vigerende Nota Reserves en Voorzieningen. d. Gebeurtenissen na balansdatum Er is momenteel geen sprake van noemenswaardige gebeurtenissen die nog van belang kunnen zijn voor het inzicht dat de jaarrekening 2014 dient te bieden. Zie verder ook §2. Paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing. e. Samenvatting rekeningresultaat De financiële verantwoording vindt plaats op het niveau van de beleidsvelden, met daarbij een aantal vergelijkende cijfers. In de verantwoording per beleidsveld verderop in dit jaarverslag treft u een nadere toelichting aan. bedragen x € 1.000
Opbouw saldo rekening 2014 Saldo begroting (peil Najaarsnota 2013)
0
Mee- en tegenvallers Voorjaarsnota, mei 2014 Onttrekking/storting Parkeerfonds Exploitatie
104 0
Saldo begroting na Voorjaarsnota
104
Mee- en tegenvallers Najaarsnota, oktober 2014 Storting Parkeerfonds Exploitatie
276 -380
Saldo begroting na Voorjaars- en Najaarsnota
0
Mee- en tegenvallers rekening
942
Batig rekeningresultaat 2014
942
Voorheen kenden we een resultaat vóór en ná bestemming. In het resultaat ná bestemming was rekening gehouden met de mutaties in de reserves. Ingevolge wijzigingen in het BBV spreken we voortaan van “Saldo van baten en lasten”, indien er nog geen rekening is gehouden met mutaties reserves, en “Resultaat”, indien er wel rekening is gehouden met mutaties in de reserves. 8
In de balans en in de bijlagen worden de mutaties meer in detail weergegeven. Een “Recapitulatie van de lasten en baten per programma” is opgenomen in de jaarrekening. In de “Financiële productenrekening” zijn de lasten en baten gedetailleerd op productniveau weergegeven, net als de lasten en baten per functie respectievelijk categorie ten behoeve van de provinciale toezichthouder en het CBS (“Verdelingsmatrix”). Deze productenrekening alsook de “Rekening In Eén Oogopslag” (RIEO) maken deel uit van de jaarstukken. f. Analyse op hoofdlijnen, reserve parkeerfonds exploitatie en investeringsambities/structuurfonds Hierna volgen achtereenvolgens een analyse van de belangrijkste mee- en tegenvallers van de rekening ten opzichte van de bijgestelde begroting 2014, het verloop van de ‘reserve parkeerfonds exploitatie 2014’ en het verloop van de ‘reserve structuurfonds/investeringsambities 2014’. Belangrijkste mee- en tegenvallers van de rekening na Najaarsnota oktober 2014 bedragen x € 1.000
Kp/progr KP KP P-budget 00 00 00 00 00 06 06 06 06 07 07 07 08 08 08 08 00 00 00 00 00 02 04 05 10 div
Omschrijving Kapitaallasten (rente) HRM (arbo +14, automatisering +6) P-budget Saldo na bestemming (alg uitk. 2012-2014 decembercirculaire) Saldo na bestemming (onkruidbestrijding) Onvoorzien (mazo +19, algemeen +106) Bedrijfsvoering (btw-comp. fonds oude jaren, vrijval ntb) Deelnemingen (m.n. incidenteel dividend BNG) Invordering (aanmaningen) Centrum Jeugd en gezin Jeugdwerk Onderwijsachterstand Onderwijsbegeleiding Sportaccommodatiebeleid Accommodatiebeleid Sociaal - cultureel werk Vrijwilligersorganisaties Maatschappelijk werk (stg Impuls) Gezondheidszorg (decentralisatie-uitkering "gezond in de stad") Inburgering (rijksbijdrage nieuwkomers) Hondenbelasting (restitutie hondenpenningen overgang BSGW) Saldo na bestemming (expl. Campus, terugstorting res. gebouwen) Saldo na bestemming (muziekschool, contract Kosterbeemden jan15 -mei16) Saldo na bestemming (retributies GaiaZoo) PLS: voorfinanciering verbetering exploitatie (-150) en C2000-systeem (veiligheid, -100) Parkeren (parkeergelden en -boetes) Markten en kermissen Leges omgevingsvergunningen Leges bevolking/burgerlijke stand Saldo diverse voor- en nadelen
Batig rekeningresultaat 2014
Bedrag 291 23 46 495 60 125 75 57 52 84 17 41 29 47 31 24 27 25 94 21 -47 -222 -151 -73 -250 -57 -27 -32 -16 152 942
9
Verloop ‘reserve parkeerfonds exploitatie’ 2014-2018 Het verloop van deze reserve is als volgt: bedragen x € 1.000
Saldo begin
2014
2015
2016
2017
2018
1.609
3.175
2.152
1.890
1.890
704
-640
-262
1.890
1.890
Najaarsnota 2013
saldo-egalisatie
Rekening 2013
storting rekeningresultaat in 2014
992
beleidsplan Armoede en Schulden
-400
onderhoud wegen
-200
onderhoud gebouwen
-100
schade-uitkering Campus
190
Voorjaarsnota 2014
Najaarsnota 2014
bibliotheek
-157
saldo-egalisatie Rekening 2014
380
-568
parkeren centrum*
-600
storting rekeningresultaat in 2015
942
Saldo eind
3.175
2.152
1.890
* Besluit in 2014 naar aanleiding van motie, formele verankering in VJN2015.
De reserve parkeerfonds exploitatie is een buffer vergelijkbaar met de algemene reserve, die waar nodig vrij ingezet kan worden.
10
Verloop ‘reserve structuurfonds/investeringsambities’ 2014 In onderstaande tabel zijn de genomen besluiten t/m 2014 opgenomen, de bestede bedragen t/m 2014 alsook de nog beschikbare ruimte t.b.v. de investeringsambities ultimo 2014. bedragen x € 1.000
Omschrijving
Bedrag
Begin
Besteed
15.000
Herontwikkeling Atriumterrein (VJN'10)
1
Kunstgrasvelden (mei '10)
-1.000 -750
Overheveling investeringsverplichtingen van parkeerfonds naar structuurfonds (VJN'11) Overheveling ruimte Parkeerfonds tbv investeringsambities (VJN'11)
2
Bij: beschikbaar via 'oud voor nieuw' investeringsprogr (VJN'11) Stadsdeelvisie Kerkrade-West (feb '11)
-648 (en vervallen 373)
+4.400 3
Verhuizing bibliotheek (VJN'11) Cameratoezicht bedrijventerreinen (apr'11)
+1.721 -1.721 +8.750
-650 (en vervallen 350) -750
4
Herontwikkeling Theaterpassage (juni'11) Bij: Intrekking onderdeel cultuurpodium/bibliotheek (mrt'12) Bij: Voordeel herontwikkeling Theaterpassage
-2.413
-1.103
-250
-212 -20 (en vervallen 180)
-200 -3.415 +200 +140 -3.075
-3.075
Voorbereiding revitalisering Dahliastraat (sep'11)
-100
-100
Bijdrage nieuwbouw dierentehuis (sep'11)
-116
-116
Evenementen Kerkrade (jan'12)
-125
-125
Voorbereiden ontwikkelen centrumplan (mrt'12)
5
-633
Verwervingen tbv centrumplan (juni'12)
6
-13.000
-608 (en vervallen 20) -13.000
-275
-263
Ondersteuning grootschalige evenementen (sep'12) Bij: Voordelige afrekening uitgevoerde projecten (VJN'13)
2
Speelruimtebeleid (april'13) Bij: Herprioritering regulier investeringsprogramma € 2,9 mln en extra kapitaallasten in exploitatie over € 1,1 mln investeringsambities (NJN'13) Bij: Overheveling van vrije ruimte reserve Essent naar reserve structuurfonds (NJN'13)
-500
5.000
Reservering aankoop grond industriestraat - transferium (juni'13) Centrumplan (juni'13) Investeringsbijdrage ZLSM (nov'13) 1
Plan Heilust - MFA Kerkrade West (jan'14)
-1.000
-7
-600
0
-10.000
-319
-365
-73
+350 -973
Bij: Vrijval restant cameratoezicht bedrijventerreinen (feb'14)
4
180
Culturele samenwerking Euregio (VJN'14) / Jaar van de Mijnen (rek'14)
7
-100
Bij: Vrijval agv haalbaarheidsonderzoek rotonde centrumplan (NJN'14)
5
20
Subtotaal nog beschikbaar t.b.v. investeringsambities t/m NJN'14 Geen mutaties na NJN
-399
4.000
Gebiedsontwikkeling Anstelvallei (juni'13)
Bij: Vervallen bijdrage Atrium (rekening'13)
+373
0 0
2.598 -.
Totaal nog beschikbaar tbv investeringsambities t/m rekening '14
2.598
(1) Besteed was reeds een bedrag van € 650.000. Een bedrag van € 350.000 was als resterende verplichting, conform de voorschriften, ultimo 2012 van de reserve structuurfonds overgeheveld naar de voorziening projecten (onderdeel van de in totaal € 1,5 miljoen die in de rekening 2012 ten behoeve van 11
centrumplan is overgeheveld). Nadien is gebleken dat deze verplichting van € 350.000 niet meer bestond en het bedrag dus kon vrijvallen ten gunste van het vrije saldo van de reserve structuurfonds. (2) Dit betrof € 1,250 mln gemeenschapshuizen, € 311.000 tenniscomplexen, € 160.000 kunstgrasvelden. Begin 2013 is nog gebleken naar aanleiding van de afwikkeling van de betreffende projecten, dat hiervan verplichtingen ter grootte van € 372.600 konden vrijvallen, zie ook VJN2013. Uit de oorspronkelijke verplichtingen van € 1,721 mln resteert dan nog een beschikbaar bedrag van € 700.000 voor gemeenschapshuizen. Dit wordt ingezet als gedeeltelijk dekkingsmiddel voor de MFA Kerkrade West, zie ook “plan Heilust” (raad jan. 2014). (3) Kolom besteed is inclusief een overheveling van de reserve structuurfonds naar de voorziening projecten (t.b.v. Heilust) conform de voorschriften van € 1,302 mln (rekening 2012) en € 300.000 (rekening 2013). Het restbedrag van € 650.000 bedoeld voor het gemeenschapshuis wordt ingezet als gedeeltelijk dekkingsmiddel voor de MFA Kerkrade West, zie ook “plan Heilust” (raad jan. 2014). In de loop van 2014 is een gedeelte uit de voorziening projecten weer omgeboekt ten gunste van de reserve structuurfonds, te weten een bedrag van € 300.000 voor sociaal domein west en € 360.000 voor MFA Kerkrade West. Dit vanwege gewijzigde inzichten ten aanzien van het gebruik van en voorschriften rondom de voorziening projecten. Per saldo is e.e.a. neutraal, alleen de classificatie is anders (in totaal € 660.000 van voorziening, naar reserve). (4) Zie ook raad feb. 2014 m.b.t. vrijval restantmiddelen cameratoezicht bedrijventerreinen. (5) Kolom besteed is inclusief een bedrag van € 193.500 dat conform de voorschriften ultimo 2012 van de reserve structuurfonds is overgeheveld naar de voorziening projecten (onderdeel van de in totaal € 1,5 mln die in de rekening 2012 ten behoeve van centrumplan is overgeheveld). (6) Kolom besteed is inclusief een bedrag van € 990.000 dat conform de voorschriften ultimo 2012 van de reserve structuurfonds is overgeheveld naar de voorziening projecten (onderdeel van de in totaal € 1,5 mln die in de rekening 2012 ten behoeve van centrumplan is overgeheveld). (7) Via de Voorjaarsnota 2014 zijn de resterende gelden van € 100.000 van het traject "Maastricht Culturele Hoofdstad" gereserveerd voor culturele projecten die in het verlengde daarvan liggen. In de periode daarna heeft het Jaar van de Mijnen 2015 (M2015) verder vorm gekregen. Het college heeft besloten om het volledige beschikbare budget van € 100.000 daarvoor beschikbaar te stellen. Zie ook de raadsinfobrief van januari 2015.
12
Verantwoording per beleidsveld In het volgend overzicht wordt de indeling gekoppeld aan de huidige raadscommissieverdeling. Iedere raadscommissie is eerstverantwoordelijke voor de genoemde onderwerpen. Beleidsveld
Programma
Commissie
1
Bouwen en wonen
Aantrekkelijk wonen en wijkontwikkeling
GEZ
2
Verkeer en vervoer
n.v.t.
GEZ
3
Milieu
Duurzaamheid
GEZ
4
Economie en toerisme
Toerisme
GEZ
5
Veiligheid en handhaving
Veilig leefmilieu
AZM
6
Jeugd
Voorkomen van vroegtijdige schooluitval
BS
7
Welzijn, sport en cultuur
Maatschappelijke participatie
BS
8
Zorg
Integraal gezondheidsbeleid
BS
9
Werk en inkomen
Reïntegratie
BS
10
Bestuur en bedrijfsvoering
n.v.t.
11
Beheer
n.v.t.
AZM GEZ
Alle Parkstad-aangelegenheden
AZM
Algemene dekkingsmiddelen
AZM
Paragrafen
AZM AZM BS GEZ
13
= = =
Algemene Zaken en Middelen Burgers en Samenleving Grondgebied en Economische Zaken
Leeswijzer Naam beleidsveld Een van de elf beleidsvelden A. Algemeen Omschrijving van het beleidsveld Hierin wordt (de reikwijdte van) het beleidsveld kort omschreven. Onderscheiden deelterreinen De binnen de beleidsvelden onderscheiden beleidsmatige deelterreinen worden ter informatie kort aangeduid. Deze sluiten aan op de indeling van de meer gedetailleerde financiële productenbegroting op grootboekniveau. Portefeuillehouders Hier worden de betrokken c.q. verantwoordelijke portefeuillehouders ten aanzien van het onderhavige beleidsveld vermeld. Beleidskaders De bestaande vastgestelde beleidsnota's worden hier genoemd. Bij sommige beleidsvelden worden rijksregelgeving en provinciale plannen genoemd, indien deze een sterke invloed hebben op het gemeentelijke beleid. Voornamelijk worden de gemeentelijke en regionale beleidskaders vermeld. B. Programma Indien van toepassing, dan wordt hier een programma weergegeven in de vorm van een doelenboom. Daarin treft u aan: - Naam programma De naam van het betreffende programma nieuwe stijl. Tevens is/zijn de verantwoordelijke portefeuillehouder(s) aangegeven. - Wat willen we bereiken? De algemene en afgeleide doelstellingen/taakgebieden zijn in de doelenbomen aangegeven. Deze dienen zoveel mogelijk te zijn geformuleerd in termen van maatschappelijke effecten. Het SMART (SpecifiekMeetbaar-Acceptabel-Realistisch-Tijdgebonden) maken/houden van doelstellingen is een continu proces. - Financiële informatie Op het niveau van de afgeleide doelstellingen c.q. taakgebieden worden ter informatie de werkelijke lasten en baten voor 2014 weergegeven, alsmede de geraamde budgetten (exploitatie en/of investeringen) aangegeven, exclusief indirecte kosten. Deze vormen de optelsom van de individuele bedragen op activiteitenniveau. Tussen de genoemde activiteiten kan overigens budgettair worden geschoven. - Wat hebben we gedaan/bereikt in 2014? In de doelenboom is het uitgangspunt dat de afgeleide doelstellingen of taakgebieden (mede) kunnen worden gerealiseerd door het uitvoeren van de genoemde activiteiten. Het spreekt voor zich dat dit een sterk vereenvoudigde weergave is van de werkelijkheid. Zie verder toelichting onder C. - Nadere toelichting programma Hier is indien nodig nog een korte toelichting opgenomen ten aanzien van de hiervoor genoemde zaken. Er is ook actueel cijfermateriaal opgenomen ten aanzien van de indicatoren van het programma.
15
C. Overige vermeldenswaardige zaken en indicatoren (realisatie) Hier kunnen eventuele overige activiteiten, projecten en cijfermatige gegevens of afwijkingen worden vermeld die in 2014 hebben plaatsgevonden, voor zover relevant en niet reeds in de doelenbomen van de programma’s opgenomen. Het “gewoon” uitvoeren, c.q. uitgevoerd hebben van wettelijke taken en/of van vastgestelde beleidsplannen (zie ook beleidskaders) valt hier in beginsel niet onder, daar dit als “vanzelfsprekend” mag worden beschouwd. Alleen bij bijzonderheden (bijv. forse achterstanden in uitvoering, teruggang kwaliteitsscores, financieel) is vermelding op zijn plaats. D. Wat heeft het gekost? Het overzicht van lasten en baten rekening 2014 geeft voor de verschillende jaren de gerealiseerde resp. geraamde bedragen weer. Er wordt onderscheid gemaakt tussen saldo voor resultaatbestemming (zonder rekening te houden met mutaties in reserves) en saldo na resultaatbestemming (inclusief mutaties reserves). De bedragen die bij de beleidsvelden zijn genoemd, zijn exclusief de kapitaallasten van nieuwe c.q. geplande investeringen; deze staan namelijk “macro” in het administratieve beleidsveld 0. Een toelichting hierop treft u aan bij het onderdeel Jaarrekening, “Algemene dekkingsmiddelen/kostenplaatsen”, pag. 140. Het saldo is berekend als baten minus lasten. Alle bedragen zijn x € 1.000. Door afrondingen kunnen kleine verschillen ontstaan. Analyses van afwijkingen zijn opgenomen bij het onderdeel "jaarrekening". Investeringen Per beleidsveld wordt de primaire, resp. actuele raming, alsmede het bestede bedrag en het restant krediet per jaarschijf weergegeven. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen uitbreidings- en vervangingsinvesteringen. Bij een aantal investeringen kan echter sprake zijn van een gemengd karakter. Dan wordt per geval gekeken welke omschrijving het meest passend is. Er is een uitsplitsing naar uitbreidings- (u) en vervangingsinvesteringen (v). Een specificatie is opgenomen in de Jaarrekening, pag. 158. Analyses van afwijkingen zijn opgenomen bij het onderdeel "jaarrekening".
16
Grafiek baten en lasten per beleidsveld Grafiek lasten en baten per beleidsveld Figuur 1 Lasten 2014
Figuur 2 Baten 2014
18
01 Bouwen en wonen
A. Algemeen Omschrijving van het beleidsveld: Het scheppen van optimale condities voor het woningaanbod en de woon- en leefomgeving alsook een wervend vestigingsklimaat. Onderscheiden deelterreinen: Ruimtelijke ordening; Wonen; Natuur, landschap en groen; Wijkgericht Werken Portefeuillehouders: T. Weijers (ruimtelijke ordening, volkshuisvesting, toerisme, openbare ruimte en wijkontwikkeling, wijkwethouder Noord) J. Bok ( ontwikkelingsbedrijf Kerkrade, vastgoed, wijkwethouder West) L. Jongen ( wijkwethouder Oost) D. Schneider (economische zaken) Beleidskaders: Op rijksniveau fungeert de “Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte; Nederland concurrerend, bereikbaar, leefbaar en veilig” als kader (maart 2012). Provinciale en regionale beleidskaders: Provinciaal Omgevingsplan Limburg (POL2014) en Omgevingsverordening (12 december 2014) Limburgse Wijkenaanpak (businesscase Kerkrade West) Provinciale Woonvisie Limburg 2010-2015 (februari 2011) Intergemeentelijke Structuurvisie Parkstad Limburg (oktober 2009) Herstructureringsvisie voor de woningvoorraad Parkstad Limburg (december 2009) Regionale Woonstrategie 2012-2020 (december 2012) Regionale Woningmarktprogrammering Parkstad Limburg 2013-2020 (december 2013) Regioprogramma “Naar een duurzame vitale regio” (juni 2010) Structuurvisiebesluit Wonen en Retail (oktober 2011) Transformatieopgave extramuralisatie Parkstad Limburg (maart 2014) Geactualiseerde Envelop Herstructureringsvisie Parkstad Limburg 2012-2020 (januari 2013) Leidraad “Regievoeren op plancapaciteit” (juni 2012) IBA Parkstad 2013-2020 (Ibaboek 1.1, oktober 2013) Provinciale Verordening Wonen Zuid-Limburg (juli 2013), inclusief beleidsregel Kwaliteitscriteria nieuwe woningen Zuid-Limburg Gemeentelijke beleidskaders: Structuurvisie “Kerkrade 2010-2020” (maart 2011) Stadsdeelvisie Kerkrade-West (februari 2011) Stadsdeelvisie Kerkrade-Oost I (december 2012) Stadsdeelvisie Kerkrade Noord en Oost II (februari 2014) Beleidsnotitie Ruimtelijke Ordening (oktober 2009) Bestemmingsplannen Verordening VROM starterslening gemeente Kerkrade 2007 Jaarlijkse grondnota, Beheersvoorschriften O.B.K. en de Verkoopvoorwaarden gemeentegrond aan particulieren Overeenkomst Algemene Prestatieafspraken 2012 t/m 2015 (20 januari 2012) alsmede Prestatieafspraken 2014 per stadsdeel (13 maart 2014) tussen Woningcorporaties en Gemeente Welstandsnota 2004 (update in 2008)
19
Groenstructuurplan gemeente Kerkrade 1992 Bomenbeleidsplan 2006 Bomenverordening Kerkrade 2012 Samenwerkingsovereenkomst tussen gemeente Kerkrade en de Kerkraadse Bewonersplatforms 24 april 2007 Beleidsplan Wmo 2015-2018 Samen leven in Kerkrade (september 2014) Uitvoeringsprogramma Wijkontwikkeling (jaarlijks) Beleidsnotitie bestrijding verpauperde panden in Kerkrade 2008 Verordening subsidiëring gevelverbetering Intrekkingsbeleid omgevingsvergunning voor activiteit bouwen van één of meer woningen/appartementen (februari 2014)
B. Programma Bij dit beleidsveld hoort het programma “Aantrekkelijk wonen en wijkontwikkeling”.
20
Programma 01. Aantrekkelijk wonen en wijkgericht werken J. Bok; T. Weijers
Algemene doelstelling Een aantrekkelijke en goed functionerende woon-, werk- en leefomgeving; activeren burgers
Groene ontwikkelingen Voorbereiden en uitvoeren van groene ontwikkelingen om de tevredenheid te verbeteren en meer groen per inwoner te realiseren
Exploitatie Investeringen Reserves
€ € €
Activiteiten
Status
Uitwerken structuurvisie Kerkrade 2010-2020 in de stadsdeelvisies Oost II en Noord Realisatie meerjaren-uitvoeringsprogramma van de stadsdeelvisies West, Oost I, Noord en Oost II
Rode ontwikkelingen Voorbereiden en uitvoeren van rode (stedelijke) ontwikkelingen om de tevredenheid van de woonkwaliteit en de match van vraag naar en aanbod van woningen te verbeteren
Exploitatie Investeringen Reserves
€ € €
212.250
Activiteiten
Status
Uitwerken structuurvisie Kerkrade 2010-2020 in de stadsdeelvisies Oost II en Noord Realisatie van het meerjaren uitvoeringsprogramma van de stadsdeelvisies West, Oost I, Noord en Oost II
Ruimtelijk beleid Opstellen, actualiseren en uitvoeren van ruimtelijk beleid als kader voor ontwikkelingen ( Bestemmingsplannen )
Exploitatie Investeringen Reserves
€ € €
48.000
Activiteiten
Status
Uitwerken van de structuurvisie Kerkrade 2010-2020 in de stadsdeelvisie Noord en Oost II Uitvoering centrumplan
Wijkgericht werken Voortzetten wijkgericht werken met als kernbegrippen duurzaam, schoon, veilig en sociaal (uitvoering progr.)
Exploitatie Investeringen Reserves
€ € €
156.000
21
Activiteiten
Status
(Verder) stimuleren betrokkenheid burgers en buurtverenigingen Sociale activering Limburgse Wijkenaanpak (Krimp)
22
Nadere toelichting programma Limburgse Wijkenaanpak (Krimp) Het uitwerken en uitvoeren van de Limburgse Wijkenaanpak gebeurt samen met de provincie Limburg en de Stadsregio Parkstad Limburg en woningcorporatie Heemwonen. Concreet voorbeeld is Kerkrade-West (businesscase Heilust). Meer informatie hierover is ook opgenomen in de paragraaf grondbeleid en de paragraaf krimp. Sociale activering Het sociaal activeren van burgers blijft een aandachtspunt voor wijkontwikkeling waarmee invulling wordt gegeven aan de taakstelling uit de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Het bestaande netwerk en de bijbehorende overlegstructuur worden gehandhaafd en waar mogelijk versterkt. Hier wordt ook verwezen naar het beleidsveld Zorg. (Verder) stimuleren betrokkenheid burgers en buurtverenigingen Met inachtneming van de kernbegrippen duurzaam, schoon, veilig en sociaal wordt dit vorm gegeven door het uitvoeren van uiteenlopende projecten. Daarbij wordt samengewerkt met veel partners in stad en wijken en zullen verschillende communicatie-instrumenten worden ingezet. Uitwerken structuurvisie Kerkrade 2010-2020 in de stadsdeelvisies Oost II en Noord Voor het opknappen van gevels is een bedrag van 27.250 besteed. Voor het opknappen van monumenten met name het kerkgebouw Terwinselen is voor 2014 een bedrag van 135.000 besteed. Conform ingeslagen beleid is er aan startersleningen 50.000 besteed. Uitwerken van de structuurvisie Kerkrade 2010-2020 in de stadsdeelvisie Noord en Oost II De Structuurvisie Kerkrade 2010-2020 is op 30 maart 2011 vastgesteld door de gemeenteraad. Het betreft een gemeentelijk strategisch beleidsdocument, waarin op hoofdlijnen de afwegingen en keuzes voor de komende tien jaar zijn beschreven. Het is een richtinggevend document waarin duidelijk wordt welk sociaal, economisch en ruimtelijk beleid de gemeente nastreeft. De visie schetst een beeld van Kerkrade, van haar ontstaan en van de wijze waarop de gemeente samen met inwoners en andere partijen de komende jaren aan de slag wil gaan. De ambitie van Kerkrade is om een Europese en gastvrije stad te zijn. Ruimtelijke ontwikkelingen, waaronder de transformatieopgave, zijn uitgewerkt in stadsdeelvisies voor alle Kerkraadse wijken. De stadsdeelvisie Kerkrade-West is in februari 2011 vastgesteld, de stadsdeelvisie Kerkrade Oost I is in december 2012 vastgesteld en de stadsdeelvisie Kerkrade Noord en Oost II is in februari 2014 vastgesteld. De gemeentelijke structuurvisie en de stadsdeelvisies vormen het kader voor ruimtelijke plannen (bestemmingsplannen), initiatieven, uitvoeringsprogramma en nota's die hierop betrekking hebben (bijv. de beleidsnotitie Ruimtelijke Ordening). Naast de afzonderlijke stadsdeelvisies is het centrumplan als apart gebied aangemerkt. Het centrumplan is door de raad als pilot sturing strategische projecten aangemerkt. De pilot en het stedenbouwkundig ontwerp van het Centrumplan zijn in de raad van oktober 2012 goedgekeurd. In de gemeentelijke structuurvisie komen de volgende thema's aan bod: Landschap en Groen ( zie ook beleidsveld 11 Beheer ), Infra, Wonen, Voorzieningen, Werken en Toerisme en Recreatie. Voor ieder thema is een ontwikkelingsrichting aangegeven: Wat we willen zijn én Wat we gaan doen. Daarbij is nadrukkelijk rekening gehouden met de demografische ontwikkelingen, waarbij bevolkingskrimp een rode draad vormt voor de verdere ontwikkeling van Kerkrade (zie ook paragraaf 8: Krimp). Indicatoren programma
omschrijving
bron
alg. kwaliteit van de woonomgeving
burgeronderzoek
gesloopte woningen gerealiseerde
Woonmonitor Limburg Woonmonitor
eenheid
2011
score 0-10
6,7
aantal
96
314
107
23
aantal
330
107
80
30
23
2012
2013
2014
6,7
streefwaarde 2014-2017
*
omschrijving
bron
nieuwbouwwoningen leegstaande won. i.r.t. woningvoorraad 1 jan. oppervlakte groen per inwoner oppervlakte stedelijk groen per inwoner tevredenheid buurtvoorzieningen sociale cohesie verloedering in de buurt
Limburg
eenheid
2011
2012
2013
2014
%
5,8
6,1
5,1
5,1
65,9
66,1
66,7
66,8*
27,8
28,5
28,8
29,3*
woz-registratie Stedelijk Beheer Stedelijk Beheer
2
m per inwoner m2 per inwoner
burgeronderzoek
%
57
57
burgeronderzoek
score 0-10
5,6
5,5
burgeronderzoek
score 0-10
4,7
3,8
streefwaarde 2014-2017
voorlopig cijfer
C. Overige vermeldenswaardige zaken en indicatoren (realisatie) Er zijn geen overige vermeldenswaardige zaken, een meer uitgebreide toelichting op de diverse ontwikkelingen heeft bij onderdeel B plaatsgevonden. Bij dit beleidsveld is ook de paragraaf grondbeleid relevant. Indicatoren beleidsveld Er zijn geen specifieke indicatoren gedefinieerd ten aanzien van het beleidsveld.
D. Wat heeft het gekost? 01 Bouwen en wonen
Rekening Primaire begroting 2013 2014 6.525 3.579 3.065 675 -3.460 -2.904
Lasten Baten Saldo baten en lasten Mutatie reserves Resultaat
Begroting na wijz. 2014 6.937 3.758 -3.179
Rekening 2014 6.906 3.738 -3.168
233
341
66
66
-3.227
-2.563
-3.113
-3.102
Investeringen rekening bedragen x € 1.000
01 Bouwen en wonen
Primaire raming krediet
Actuele raming krediet
Gevoteerd
Besteed
Restant krediet
Uitbreiding
0
95
95
55
40
Vervanging
0
0
0
0
0
Totaal beleidsveld
0
95
95
55
40
24
02 Verkeer en vervoer
A. Algemeen Omschrijving van het beleidsveld De voorbereiding, planning en uitvoering van het verkeer- en vervoersbeleid gericht op het leveren van een bijdrage aan een goede, evenwichtige en veilige infrastructuur. Het verhogen van de bereikbaarheid, het verbeteren van de openbaar vervoervoorzieningen en verkeersveiligheid zijn daarbij de kernpunten Onderscheiden deelterreinen Infrastructuur algemeen; Automobiliteit; Openbaar vervoer; Fiets / voetganger Portefeuillehouders J. Bok ( verkeer en vervoer) T. Weijers ( openbare ruimte ) Beleidskaders Met betrekking tot het beleidsveld verkeer en vervoer zijn diverse lokale en regionale beleidskaders relevant: Provinciaal Omgevingsplan Limburg en Omgevingsverordening (12 december 2014) Provinciaal en Regionaal Verkeers - en Vervoersplan ( 12 december 2014) Provinciale Nota Openbaar vervoer 2005 Wegenbeheersplan 2002-2006 (update 2012) Verkeersveiligheidsplan 1997 Weg categorisering (2007) Parkeerbeleidsnota (2008)
B. Programma Voor dit beleidsveld is geen apart programma in de vorm van een doelenboom gedefinieerd.
C. Overige vermeldenswaardige zaken en indicatoren (realisatie) Naar aanleiding van de vernietiging van het Provinciaal InpassingsPlan (PIP) door de Raad van State eind 2011, heeft de Provincie in het voorjaar van 2012 een nieuw PIP opgesteld voor de Buitenring. De voorbereiding van het project door MNO (contractpartner van de Provincie) is door de Provincie naar aanleiding hiervan stopgezet. Het nieuwe PIP is in juni 2012 door Provinciale Staten vastgesteld. Hierna is het plan ter inzage gelegd en is de bezwarenperiode doorlopen. Eind mei heeft de Raad van State besloten om de uitspraak omtrent het PIP uit te stellen met ongeveer anderhalf jaar. De zitting van de Raad van State heeft eind december 2014 plaatsgevonden. De uitspraak wordt verwacht in het eerste kwartaal van 2015. In de tussentijd heeft de gemeente op basis van het bestuursconvenant 2005, nadere afspraken gemaakt met de provincie over de knelpunten van de Buitenring, op voorwaarde dat er een onherroepelijk PIP wordt vastgesteld. Dit is vastgelegd in het raadsbesluit van december 2014. In het onderhoudsprogramma Wegen worden bij rehabilitatie de in de wegcategorisering opgenomen wegprofielen zoveel als mogelijk toegepast conform het programma Duurzaam Veilig Verkeer . Op deze wijze lift het programma Duurzaam Veilig Verkeer op een effectieve wijze mee met het onderhoudsprogramma Wegen.
25
Samen met het Regionaal Orgaan Verkeersveiligheid Limburg (ROVL) streeft ook Kerkrade onder de slogan “Maak van de nul een punt = mvd01.” naar een optimale verkeersveiligheid van het lokale wegennet. Dus niet minder verkeersslachtoffers maar geen verkeersslachtoffers is ons gezamenlijk streven. Aan de verkeersveiligheid van de gemeentelijke infrastructuur is gewerkt door de uitvoering van diverse verkeersveiligheidsacties, het uitvoeren van verkeersconvenanten met basisscholen en middelbare scholen (extra aandacht voor veiligheid in schoolomgevingen), alsmede de behandeling van klachten, suggesties en andere aandachtspunten op verkeersgebied. In 2014 zijn er geen nieuwe convenanten met de scholen ondertekend, zodat het aantal ondertekende convenanten op 10 is blijven steken. Het streven is er niettemin op gericht om ook met de overige vijf basisscholen in Kerkrade een verkeersconvenant te ondertekenen om daarmee het onderwerp Verkeer structureel in het lesrooster van de school te kunnen opnemen. 2014 is door het ROVL uitgeroepen als het jaar van “de Jonge Bestuurders”. De focus is daarbij gelegd op het verbeteren van de verkeersveiligheid onder jongeren en wel bestuurders van 16 tot en met 24 jaar. Kerkrade heeft daarbij deelgenomen aan het project “the DriveXperience”. Deze interactieve dag richtte zich op jonge automobilisten, die circa een half jaar in bezit waren van het rijbewijs. Het doel hiervan is om jongeren bewust te maken van het eigen rijgedrag en de risico’s die zij lopen. Praktische oefeningen worden gebruikt als uitgangspunt voor zelfreflectie. Niet het beheersen van de vaardigheden maar het vermijden van risicovolle situaties staat centraal. Het verbeteren van verkeersinzicht, zelfinzicht, gevaarherkenning, risicobewustzijn en risicoacceptatie staan centraal in dit programma. In Parkstadverband zijn in totaal vier praktijkdagen hieraan besteed. In 2011 heeft de provincie Limburg in overleg met regio Parkstad Limburg een totaalpakket voor de treinagenda (grensoverschrijdend openbaar vervoer) bij de minister van Infrastructuur & Milieu ingediend. In dit geval de intercityverbinding tussen Heerlen en Aken via het bestaande spoor naar Herzogenrath en de Avantslijn van Kerkrade Centrum naar Aken via Kerkrade West en het grensoverschrijdende bedrijventerrein Avantis. De provincie heeft op 13 december 2013 een brief gestuurd naar de regio Parkstad Limburg over de Avantislijn. In de brief is vermeld dat vanuit strategische overwegingen er voor is gekozen om eerst de intercityverbinding tussen Heerlen-Herzogenrath-Aken te ontwikkelen. Provincie wil eerst met het rijk afspraken maken over de intercity naar Aken en de benodigde infrastructuur daarvoor. Dit betekent dat de realisatie van de Avantislijn doorschuift na 2020. Door Prorail en provincie is in 2014 gestart met het onderzoek van maatregelen en effecten voor de omgeving om het bestaande spoortraject tussen Heerlen, Landgraaf en Duitse grens te verbeteren. Dit is nodig voor de intercityverbinding tussen Heerlen en Aken. Uiterlijk in 2017 zal op het baanvak vanaf treinstation Landgraaf tot aan de Duitse grens bij Herzogenrath elektrificatie plaatsvinden, maatregelen worden genomen aan het spoor om de snelheid te verhogen naar 110 km/uur, het (beter) beveiligen van (onbewaakte) spoorwegovergangen en de mogelijke bouw van een trafostation bij de Wolfsweg. Daarnaast worden de effecten voor de omgeving (geluid, externe veiligheid, trillingen en aanpassing van de bestaande spoorwegovergangen) onderzocht. Planning is dat de onderzoeken medio 2015 worden afgerond en in 2016 wordt gestart met de werkzaamheden. Zodra de (voorloper van de) intercity gaat rijden zal de huidige Euregiobahn worden opgeheven. Vooralsnog blijft treinstation Eygelshoven-Markt gehandhaafd. In 2012 is in opdracht van de provincie onderzoek gedaan naar het referentieontwerp van het tracé met een oostvariant ter hoogte van bedrijventerrein Avantis om alle risico’s en kosten in beeld te brengen. Belangrijke punten zijn met name de gelijkvloerse kruisingen (spoorwegovergangen) op het tracé. Het referentieontwerp zal als basis fungeren voor het vervolgtraject. Voor de aanleg van de Avantislijn en de bouw van een treinstation Kerkrade West is in het kader van de treinagenda Parkstad Limburg afgesproken dat Kerkrade een budget reserveert van € 1 mln. Dit is nog niet opgenomen in de gemeentelijke begroting. De raad heeft dit wel als één van de investeringsambities benoemd. De kosten voor de aanleg van de Avantislijn bedragen in totaal circa € 40 mln, waarvan € 22 mln op Duits grondgebied en € 18 mln op Nederlands grondgebied. Voor het Nederlandse deel is dit bedrag als volgt verdeeld: € 9 mln Rijk, € 7 mln provincie Limburg, € 1 mln gemeente Heerlen en € 1 mln gemeente Kerkrade. Eind 2014 heeft de regio Parkstad Limburg aan Railinfra Solutions de opdracht gegeven voor het uitvoeren van een Quick Scan “doortrekken Heuvellandlijn naar Kerkrade West”. De investeringskosten (inclusief besparing onderhoudskosten), alternatieven en te nemen maatregelen zullen inzichtelijk worden gemaakt. Vanwege het “on hold” zetten van de Avantislijn is vanuit de regio en gemeente Kerkrade het alternatief 26
voorgesteld om in plaats van de Avantislijn en onafhankelijk daarvan, de Heuvellandlijn door te trekken van Kerkrade Centrum naar Kerkrade West. Het ontwerp van een nieuw treinstation (onderdeel van de Avantislijn) is begin 2013 afgerond. Het projectplan voor het treinstation en transferium is op 28 mei 2013 door de stuurgroep van Kerkrade-West vastgesteld. Het bestemmingsplan “Transferium Kerkrade West” is op 26 februari 2014 vastgesteld. Op basis van afspraken en het schetsontwerp zijn in 2013 door de gemeente de panden 49-53 Industriestraat verworven. Hiertoe heeft de provincie een lening van € 490.000 aan de gemeente verstrekt. Vanwege het doorschuiven van de Avantislijn tot na 2020 heeft de gemeente per brief verzocht om verlenging van de lening. In het kader van het Europese project “Citizens Rail” werkt de regio Parkstad Limburg aan de verbetering van de stations in o.a. Spekholzerheide en Kerkrade-Centrum. De haalbaarheidsstudie in opdracht van regio voor het combineren van een bus- en treinstation in Kerkrade-Centrum is op 7 mei 2013 afgerond. Voor de gebiedsontwikkeling Museumplein en omgeving is op 7 juli 2013 besloten om de uitbreiding van Continium in C-City mogelijk te maken. Hiertoe zullen de parkeerplaatsen aan de overzijde van het spoor worden gerealiseerd. Er komt geen OV-knooppunt; de locatie van het bestaande treinstation met bushaltes aan de Stationsstraat blijft gehandhaafd. Het verhogen van bushaltes heeft binnen in het Wegenbeheersplan een vaste plaats en lift daarin actief mee met de reconstructie- en rehabilitatiewerkzaamheden. Met speciaal daarvoor ontworpen trottoirbanden die het straatniveau ter plaatse van de instapplek voor de autobus met circa 8 cm verhogen worden de bushaltes aangepast. Daarmee komt het gebruik van de reguliere autobus ook voor de minder valide passagier binnen handbereik (ook voor rolstoelgebruikers), hetgeen zich kan vertalen in een verminderde noodzakelijke inzet van het deur-tot-deur-vervoer van de regiotaxi. In tegenstelling tot de jaren daarvoor, waarin zo’n 60 haltes werden verhoogd is er in 2014 geen enkele halte verhoogd vanwege het feit dat er geen haltes in de reconstructieplanning zaten. Dat betekent niet dat er geen haltes meer verhoogd dienen te worden Gelet op het feit dat de Provincie Limburg echter bezig is met de aanbesteding van de nieuwe concessie voor het Openbaar Vervoer (2016) is het lang niet zeker of alle haltes worden gehandhaafd bij een nieuwe vervoerder. Enige terughoudendheid bij het verhogen van de resterende haltes is derhalve op zijn plaats. Op dit moment is de Provincie Limburg bezig met de aanbesteding van de concessie van openbaar vervoer 2016-2026 door de provincie Limburg. Door de gemeente Kerkrade is in april 2014 gereageerd richting Gedeputeerde Staten op het ontwerp programma van eisen dienaangaande. Om het vigerende GVVP (1997) te actualiseren is gestart met het opstellen van een nieuw GVVP. Daarmee wordt het verkeer- en vervoersbeleid van de gemeente Kerkrade voorzien van een actueel beleidskader waarin een goed functionerende verkeer- en vervoersstructuur centraal staat. Mede op aandringen van de ondernemers uit het Centrum van Kerkrade is op 28 november 2014 besloten om, bij wijze van proef –van 1 december 2014 t/m 31 december 2015 – een blauwe zone/parkeerschijfzone in te stellen. Dit houdt in dat men op voordien ‘betaald parkeren’plaatsen, nu gratis mag parkeren voor de duur van maximaal 2 uren. De parkeerschijfplicht geldt in het Centrum van maandag t/m zaterdag van 09.00- 18.00 uur en op donderdagavond tot 21.00u. De ‘blauwe zone’ geldt niet in de parkeergarages en niet op het Atrium parkeerterrein. Hier dient men te betalen voor het parkeren. Ook is het betaald parkeren op de zaterdagen in Eygelshoven nog actueel. Indicatoren beleidsveld
omschrijving geregistreerde ongevallen - uitsl. mat. schade - met letsel - met dodelijke afloop
bron
eenheid
2011
2012
2013*
Viastat online
aantal
201
168
221
Viastat online Viastat online Viastat online
aantal aantal aantal
177 24 0
146 21 1
192 29 0
27
2014
streefwaarde 2014-2017
omschrijving
bron
meldingen verkeersoverlast tevredenheid met verkeersdrukte in eigen buurt
Werkgroep Verkeer
eenheid
2011
2012
2013*
2014
aantal
211
193
154
178
%
38
burgeronderzoek
streefwaarde 2014-2017
36
N.B.: De ongevallencijfers van 2014 worden medio 2015 verwacht. * Toelichting registratie verkeersongevallen In 2010 is de politie op een andere wijze ongevallen gaan registreren. De prioriteiten zijn vanaf die tijd op andere beleidsterreinen gelegd, waardoor de politie alleen nog bij de meer ernstigere ongevallen ter plaatse is geweest en ook minder kenmerken van die ongevallen geregistreerd heeft. Daarnaast heeft de politie andere systemen (automatisering) gekregen, waardoor een aantal ongevallen die in het systeem zijn gezet lastiger uitgelezen konden worden. Dit zijn beide oorzaken geweest met als gevolg dat het aantal ongevallen vanaf 2010 sterk is afgenomen. Het gevolg is dat de grip op verkeersveiligheid minder is geworden na deze periode. In realiteit hebben naar verwachting een veelvoud van dit aantal ongevallen plaatsgevonden. De politie is sinds 2013 weer meer ongevallen gaan registreren. Dit is gedaan onder de noemer KenmerkenMelding Plus. Daarom is het aantal ongevallen in 2013 ook hoger dan in de periode 2010 t/m 2012. De verwachting is dat deze stijgende lijn in 2014 doorgezet is. Daarnaast hebben VIA, de bond van verzekeraars en de politie vanaf medio 2015 het initiatief STAR geïntroduceerd. Dit is een nieuwe vorm van registreren waarbij de betrokkenen van ongevallen een vragenlijst via een App moeten invullen. Daarmee is dit een digitale vorm van het schadeformulier. De verwachting is dat de registratie van het aantal ongevallen vanaf dat moment sterk toeneemt, zelfs oploopt tot boven het aantal ongevallen dat in 2009 en eerder geregistreerd is. Gevolgen op de ongevallencijfers De gevolgen op de ongevallencijfers zijn groot. Na 2009 is het aantal geregistreerde ongevallen (sterk) afgenomen. In 2010 t/m 2012 is een dal zichtbaar en in 2013 is het aantal geregistreerde ongevallen weer toegenomen. De verwachting is dat deze stijgende lijn ook in 2014 en daarna doorzet. De echte grip op en inzicht in de verkeersonveiligheid komt dan ook pas weer later, zo is de verwachting.
D. Wat heeft het gekost? 02 Verkeer en vervoer
Rekening Primaire begroting 2013 2014 1.565 1.391 706 857 -858 -534
Lasten Baten Saldo baten en lasten
Begroting na wijz. 2014 1.399 705 -694
Rekening 2014 1.387 648 -739
-694
-739
Mutatie reserves Resultaat
-858
-534
Investeringen rekening bedragen x € 1.000
02 Verkeer en vervoer
Actuele raming krediet 117
Gevoteerd
Besteed
Restant krediet
Uitbreiding
Primaire raming krediet 217
117
91
26
Vervanging
20
20
0
0
0
237
137
117
91
26
Totaal
28
03 Milieu
A. Algemeen Omschrijving van het beleidsveld: Zorgdragen voor een goed en leefbaar milieu. Stimulering van de toepassing van duurzame productiemiddelen en duurzame energie. Dit beleid is er nadrukkelijk op gericht om waar mogelijk klimaatbeleid respectievelijk energiebesparing als vliegwiel te gebruiken om ook andere maatschappelijke effecten te bewerkstelligen zoals educatie, het creëren van werkgelegenheid in klimaat/energieprojecten en op toekomstige kostenbesparingen of kostenbeheersing. Bewustwording en gedragsverandering ten aanzien van natuur en milieu worden waar mogelijk gestimuleerd. Inherent daaraan is voorbeeldgedrag van de gemeente zelf. De gemeente staat op dat gebied open voor innovaties. Op het gebied van afval, de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen, voert de gemeente de regie. Diftar blijft daarbij het uitgangspunt. Onderscheiden deelterreinen: Milieubeheer; Afval Portefeuillehouder: J. Bok (milieu, afval en reiniging) Beleidskaders: Verschillende beleidskaders zijn relevant: Gemeentelijke beleidskaders Milieuprogramma Bouwbesluit en bouwverordening Nota bodembeheer Bodemkwaliteitskaart Begroting / uitvoeringsovereenkomsten Rd4 2014 Actieplan geluid 2014 Stadsdeelvisies Regionale Beleidskaders Parkstad Limburg Energietransitie ( PALET )
B. Programma In februari 2014 is de nota “ Kansen voor duurzaamheid” door de raad vastgesteld. Hiermee werd de urgentie van duurzaamheid aangegeven, duurzaamheid voor Kerkrade gedefinieerd maar ook ingekaderd. Voor Kerkrade is duurzaamheid met name een proces dat door en voor de samenleving plaatsvindt. Ruimte scheppen voor initiatieven om samen met burgers en bedrijven onze gemeente schoner, veiliger, gezonder en aantrekkelijker maken voor huidige en toekomstige bewoners. Er zijn talloze ontwikkelingen op het gebied van duurzaamheid. Genoemd kunnen worden de internationale ontwikkelingen, aanscherping van wetgeving, landelijke en provinciale doelstellingen, duurzame ambities in onze regio (b.v. Palet en de regionale alliantie verduurzaming koopwoningen). Ook de ‘markt’ is volop in ontwikkeling op het vlak van duurzaamheid. Woningbouwcorporaties, projectontwikkelaars en bedrijven die steeds vaker duurzaam bouwen en/of produceren omdat zij 29
overtuigd zijn dat dit voor de toekomst de enige juiste wijze is. Deze manier van werken is bijvoorbeeld al duidelijk zichtbaar bij de corporaties Heem Wonen en Wonen Limburg die op het vlak van duurzaam bouwen en renoveren tot de koplopers van Nederland behoren. Tot slot kunnen onder meer genoemd worden de economische kansen die ontstaan en het alom bekende energie/Co2 vraagstuk. Omdat duurzaamheid betekent het streven naar een balans tussen de aspecten People, Planet en Profit is het ook breed en rekbaar begrip geworden. Om resultaten te kunnen boeken is er focus nodig en is duurzaamheid dan verder geconcretiseerd tot het aspect Planet met als bijzondere speerpunten klimaat en energie. Natuurlijk mogen de aspecten Profit en People niet vergeten worden. In het collegeprogramma 2014-2018 zijn de uitgangspunten Integraal en Kansen, Werk en Economie, Participatie en Duurzaamheid als peilers benoemd. Hierbij wordt het belang van participatie bij duurzaamheid benadrukt. Oplossingen, projecten, initiatieven etc. om te komen tot een duurzame ontwikkeling moeten gedragen worden anders is er geen kans van slagen. Dit betekent enerzijds gedragen worden door burgers, bedrijven, instellingen,corporaties maar natuurlijk ook door de eigen gehele gemeentelijke organisatie. Bij het realiseren van de duurzame ambities is de rol van de gemeente anders dan voor heen, minder bepalend en sturend maar meer gericht op het verbinden, enthousiasmeren, faciliteren en samenwerken met burgers en bedrijven en instellingen. De nadruk ligt nu op samen de gemeente maken met onze burgers en bedrijven. Zo ontstaat draagvlak en continuïteit.
30
Programma J. Bok
03. Duurzaamheid
Algemene doelstelling Een duurzame samenleving waarbij economische, sociale en ecologische aspecten integraal benaderd worden.
Duurzaamheid Duurzaamheid
Exploitatie Investeringen Reserves
€ € €
Activiteiten
Status
Duurzaamheid
31
Nadere toelichting programma Duurzaamheid Activiteiten op het gebied van duurzaamheid initieert de gemeente op basis van de gemeentelijke structuurvisie “Kerkrade, Europees en Gastvrij 2010 - 2020”, eerder vastgestelde andere beleidskaders en/of uitvoeringsprogramma’s. Uitgangspunt daarbij is het streven naar een duurzame ontwikkeling van de stad waarbij ecologische, economische en sociale aspecten integraal in beschouwing worden genomen. De samenwerking met burgers, bedrijven, woningcorporaties en andere partijen is daarbij van cruciaal belang. Bij de herstructurering van de diverse stadsdelen wordt concreet invulling gegeven aan een duurzame ontwikkeling in de breedste zin van het woord (People, Planet, Profit). Er worden projecten uitgevoerd die een integrale bijdrage/oplossing leveren voor onder andere sociale problemen, werkeloosheid, energiebesparing, duurzaam materiaalgebruik en cultuurversterking. Waar mogelijk wordt binnen de grote diversiteit aan projecten die Kerkrade kent, (mede) ingezet op het terugdringen van het energieverbruik en het stimuleren van duurzame energieopwekking. Doel is een bijdrage te leveren aan het beperken van het broeikaseffect, het verminderen van de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen en het beperken van financiële uitgaven. De ingeslagen weg zal ook in de toekomst vervolgd worden waarbij actief gewerkt wordt aan de verdere verduurzaming van de stad en de regio en voor zover mogelijk zal ook bovenregionaal en globaal een bijdrage geleverd worden aan een duurzame toekomst. Indicatoren programma
omschrijving
bron
eenheid
2011
2012
2013
2014
streefwaarde 2014-2017
Mogelijke indicatoren zullen nog nader worden bepaald.
C. Overige vermeldenswaardige zaken en indicatoren (realisatie) Bij dit beleidsveld hoort het milieuprogramma 2014 zoals dat jaarlijks door het college wordt vastgesteld. Initiatieven, activiteiten, (deel)projecten op het gebied van duurzaamheid, klimaat en energie zijn daarin mede opgenomen. In februari 2014 is de nota “ Kansen voor duurzaamheid” door de raad vastgesteld. Hiermee werd de urgentie van duurzaamheid aangegeven, duurzaamheid voor Kerkrade gedefinieerd maar ook ingekaderd. Een verdere uitwerking en programmering van deze nota vindt in 2015 plaats. Indicatoren beleidsveld
*
omschrijving
bron
eenheid
2011
2012
2013
2014
aangeboden restafval aangeboden GFT kst kwijtschelding irt kst afvalverwerking *
Rd4-monitor
tonnage
10.221
10.000
9.355
9.038
Rd4-monitor
tonnage
3.645
3.600
2.506
2.757
%
8,3
8,4
6,7
8,4
afd. Financiën
Een algemene beleidsmatige uiteenzetting inzake kwijtschelding is gegeven in de paragraaf lokale heffingen.
33
streefwaarde 2014-2017
D. Wat heeft het gekost? 03 Milieu
Rekening Primaire begroting 2013 2014 5.425 6.266 5.093 5.859 -332 -408
Lasten Baten Saldo baten en lasten Mutatie reserves Resultaat
Begroting na wijz. 2014 4.772 4.567 -205
Rekening 2014 4.769 4.567 -202
11
0
-69
-69
-321
-408
-275
-272
Investeringen rekening bedragen x € 1.000
03 Milieu
Primaire raming krediet
Actuele raming krediet
Gevoteerd
Besteed
Restant krediet
Uitbreiding
0
0
0
0
0
Vervanging
0
0
0
0
0
Totaal beleidsveld
0
0
0
0
0
34
04 Economie en toerisme
A. Algemeen Omschrijving van het beleidsveld: Het ontwikkelen van een voorwaardenscheppend beleid voor het goed functioneren van bedrijfsleven en warenmarkt en het bevorderen van een voldoende gedifferentieerd werkgelegenheidsaanbod. Het ontwikkelen van een strategisch en uitvoerend toeristisch en recreatief beleid. Onderscheiden deelterreinen: Werkgelegenheid; Revitalisering bedrijventerreinen; Toerisme; Weekmarkten en kermissen; Public relations en marketing Portefeuillehouders: T. Weijers (ruimtelijke ordening, toerisme, public relations en marketing, coördinatie evenementen) J. Schlangen (weekmarkten en kermissen) D. Schneider ( economische zaken ) Beleidskaders: Beleidsplan “Perspectief voor Parkstad Limburg 2007-2010” en kadernota economie Parkstad Limburg en programma Strategie & Samenwerking Retailstructuurvisie Parkstad Limburg 2010-2020 Ontwikkelingsperspectief winkelgebieden Kerkrade 2010 Strategische Visie Toerisme Parkstad Limburg 2008 Uitvoeringsprogramma Toerisme 2010-2014 Parkstad Limburg Kadernota Ondernemen in Kerkrade 2006 Projectplan Grensland Wormdal 2020 Programma Ontwikkelingsmaatschappij Parkstad Limburg (Parkstad Attractiestad, Imagocampagne). Kadernota evenementenbeleid Het Communicatiebeleidsplan; “Communicatie zintuig van de gemeente” (juni 2011) Marktverordening en marktbeleidsplan Nota kermisbeleid en evaluatienota
B. Programma Bij dit beleidsveld hoort het programma “Toerisme”.
35
Programma T. Weijers
04. Toerisme
Algemene doelstelling Economische structuurversterking realiseren door middel van stimulering toeristische sector (naast andere maatregelen)
Toerisme lokaal Verder vormgeven van leisure clusters en verbindingen leggen tussen diverse leisure clusters onderling en met Kerkrade-Centrum
Exploitatie Investeringen Reserves
€ € €
6.800 62.765
Activiteiten
Status
Verdere gebiedsontwikkeling Anstelvallei en omgeving Verdere gebiedsontwikkeling Continium en omgeving (Creative City) Verdere gebiedsontwikkeling Historische Driehoek (Rolduc, Baalsbruggermolen en Burg Rode) Leefbaarheidsproject Botanische tuin (voorbereiding 2014) Schacht en herinrichting groenlopen Oost (voorbereiding 2014)
Toerisme promotie Voor de VVV Zuid-Limburg is in 2014 een exploitatiebijdrage beschikbaar
Exploitatie Investeringen Reserves
€ € €
132.962
Activiteiten
Status
Uitvoering geven aan convenant VVV Zuid-Limburg
36
Nadere toelichting programma Uitvoering geven aan convenant VVV Zuid-Limburg Toeristische promotie is door de Zuidlimburgse gemeenten primair opgedragen aan de VVV en vastgelegd in een convenant voor de periode 2013-2016. Uiteraard bedrijft de gemeente ook zelf toeristische promotie. Schacht en herinrichting groenlopen Oost (voorbereiding 2014) Voor dit project zijn de voorbereidingen in 2014 opgestart. Nadere invulling zal in 2015 geschieden. Leefbaarheidsproject Botanische tuin (voorbereiding 2014) Voor dit project zijn de voorbereidingen in 2014 opgestart. Nadere invulling zal in 2015 geschieden. Verdere gebiedsontwikkeling Historische Driehoek (Rolduc, Baalsbruggermolen en Burg Rode) Middels het Tigerproject “Kloostertuin Rolduc” is/wordt de historische tuin van Rolduc fasegewijs hersteld. Verder is, in samenwerking met buurgemeente Herzogenrath, een nieuw grensoverschrijdend wandelroutenetwerk gerealiseerd, bestaande uit 11 grensoverschrijdende wandelroutes. De hierbij behorende wandelbrochure is een groot succes en is inmiddels aan een herdruk toe.Ook het Abdijcomplex Rolduc blijft als hotel- en conferentieoord, in samenwerking met de Provincie Limburg en Gemeente Kerkrade, op zoek naar nieuwe kansen en uitdagingen. Om het hotel- en conferentieoord kostendekkend te maken, is het zaak om meer omzet te genereren door de naamsbekendheid en het imago te verbeteren en haar unique selling points te ontdekken en te vermarkten. Dit kan onder meer door een duidelijk beleidsconcept voor het complex te ontwikkelen, meer gebruik te maken van de kwaliteiten van Rolduc, het bijzondere karakter en de geschiedenis van het pand meer tot hun recht te laten komen en zo de unique selling points van Rolduc (beleving/emotie) meer te benutten. In dit kader zijn gesprekken met diverse partijen gaande en wordt vanuit de gemeente enorm veel energie gestoken in het (projectmatig) ondersteunen en faciliteren van Rolduc. Het is helaas nog steeds niet gelukt om een herbestemming te vinden voor de leegstaande onderwijsvleugel van Rolduc. Ook de ontwikkelingen omtrent de eventuele realisatie van een golfbaan zijn nog volop in gang. Het initiatief in deze ligt bij de initiatiefnemer. Aansluitend aan voornoemde ontwikkelingen wordt op Kerkraads grondgebied onderzocht of de historische driehoek (Rolduc, Baalsbruggermolen en Burg Rode) recreatief beter ontsloten kan worden. Verdere gebiedsontwikkeling Continium en omgeving (Creative City) In 2014 is de doorontwikkeling van het cluster Continium en omgeving, zoals voorzien in de Strategische Visie Toerisme Parkstad, concreet zichtbaar geworden. De bouwwerkzaamheden in verband met de uitbreiding van Continium naar C-City zijn van start gegaan. C-City is een drie-eenheid van elkaar aanvullende publieksinstellingen: Continium, Cube en Columbus. Zij brengen techniek, wetenschap, design en de wereld bij elkaar in één museumkwartier. Continium is een ontdekcentrum voor wetenschap en techniek. Cube, het design museum, bevat design expo’s en labs. Columbus bestaat uit een 'Earth Theatre' in de vorm van een planetarium inversum en een National Geographic 3D-theater. Door de openbare routes die C-City doorkruisen, wordt het museumkwartier onderdeel van de publieke ruimte van Kerkrade. Vanuit de looproute naar het station kijken passanten neer op levendige plekken van C-City zoals de entreehal, C-square en de ruimte voor wisseltentoonstellingen onder Cube. Een noord-zuid as die dwars door de entreehal loopt, verbindt C-square met het voorplein. Hierdoor functioneert het museumplein als een uitbreiding van de openbare ruimte van Kerkrade en wordt het restaurant direct toegankelijk voor treinreizigers die in C-City op hun trein kunnen wachten. Het museumkwartier wordt de nieuwe entree tot de stad zowel vanuit het station als vanuit de belangrijkste toegangsweg tot het centrum. Op basis van het uitgevoerde haalbaarheidsonderzoek wordt rekening gehouden met een stijging van het aantal bezoekers van circa 100.000 naar circa 220.000 op jaarbasis. Dit project is onderdeel van de totale gebiedsontwikkeling Kerkrade Centrum. Niet alleen het stadspark maar ook Schacht Nulland en ZLSM worden hierbij betrokken.De Schacht is, met medewerking van de enthousiaste Koempels van de Domaniaal, opengesteld voor publiek. Verdere gebiedsontwikkeling Anstelvallei en omgeving In het kader van de Strategische Visie Toerisme Parkstad en de daarbij beoogde clustervorming is rond de 37
toeristische trekkers GaiaZOO, Hotel Brughof en Kasteel Ehrenstein een integrale ontwikkelingsvisie voorbereid voor de Anstelvallei. Deze visie is inmiddels door de gemeenteraad vastgesteld en zal verder tot uitvoering worden gebracht. Tevens is, met subsidie uit het Groenfonds Parkstad Limburg, Kasteelpark Fase 1 en Fase 2 gerealiseerd. Ook de ontwikkeling van GaiaZOO heeft niet stilgestaan. De betrokkenheid van de gemeente daarbij varieert van faciliteren tot participeren (financieel). Wij zullen onze gemeentelijke plannen in de nabijheid van GaiaZOO zoveel mogelijk afstemmen op de ontwikkelingen van GaiaZOO zodat een win-win situatie ontstaat. In 2014 heeft GaiaZOO geïnvesteerd om het park het gehele jaar begaanbaar en bereikbaar te maken alsmede alle dieren 365 dagen per jaar zichtbaar te maken. GaiaZOO is ervan overtuigd dat hierdoor meer bezoekers de weg naar GaiaZOO zullen vinden. Deze bezoekers zullen door een aangepaste routing en de nieuwe verblijven ook langer in het park verblijven en daardoor voor meer omzet in de horeca en shop zorgen. Door het bredere aanbod en de aangepaste wandelpaden is het park ook elke dag van het jaar veel aantrekkelijker, hetgeen in combinatie met dynamic pricing ook hogere entreeprijzen rechtvaardigt.Verbindingen leggenVerbindingen zijn de nu nog ontbrekende schakels tussen de vele bezienswaardigheden in en rondom Kerkrade: Rolduc, Rodahal, Botanische Tuin, GaiaZOO, Baalsbruggermolen, Kasteel Erenstein, Schacht Nulland en de Rodaboulevard / Leisure Dome, de ontwikkeling van een nieuwe stadshart, de spectaculaire metamorfose van Continium naar C-City en de groene herontwikkeling van de Anstelvallei en het stadspark. het aanbod is overweldigend voor een stad van het formaat van Kerkrade. Een stad die uiteraard niet los kan worden gezien van haar omgeving: de attracties in Landgraaf, de stedelijke ontwikkeling van Heerlen en het enorme aanbod van Aken om de hoek. Met slimme verbindingen zouden deze attracties ook bondgenoten kunnen worden. Maar in de afgelopen decennia verliep de groei in Parkstad niet altijd volgens logische lijnen. Een gemiddelde toerist raakt al snel het spoor bijster. Een logische volgende stap zou een slim netwerk van onderlinge verbindingen zijn. Kortom, we moeten zowel organisatorisch als fysiek verbindingen leggen. Een bezoeker zou het toeristisch product van Kerkrade als één geheel moeten ervaren. Kerkrade dient zich tevens beter te positioneren en (actiever) te profileren. De stad heeft, zoals bovenstaand beschreven, een zeer divers toeristisch-recreatief aanbod, waarop we trots mogen zijn. Dit geldt ook voor de evenementen en het cultureel erfgoed (o.a. Romeins verleden, mijnverleden); beiden nauw verbonden met toerisme en recreatie. Deze trots heeft Kerkrade tot nu toe echter onvoldoende uitgestraald. Het doel is dan ook om het toeristisch-recreatief product van Kerkrade als geheel neer te zetten en hier actief mee naar buiten te treden. Samenwerking met de toeristische partners is hierbij essentieel. Bij de doorontwikkeling van de diverse leisureclusters en de spin off hiervan liggen er kansen op het gebied van kleinschalige verblijfsrecreatieve voorzieningen, waardoor de verblijfsduur van bezoeker verlengd wordt.De geplande / nog te formuleren Visie Recreatie & Toerisme zal concrete handvaten geven voor de wijze waarop het toeristisch-recreatief product de komende jaren vermarkt wordt. Hiervoor is in 2014 een eerste aanzet gemaakt. Dit zal zijn vervolg krijgen in 2015. Indicatoren programma
omschrijving
bron
bezoekers GaiaZOO
GaiaZOO
bezoekers Continium
Continium
bezoekers Roda JC
Roda JC
bezoekers Rodahal
Rodahal
bezoekers ZLSM
ZLSM
opbrengst toeristenbelasting *
afd. Financiën
* **
eenheid aantal x 1.000 aantal x 1.000 aantal x 1.000 aantal x 1.000 aantal x 1.000 aantal x € 1.000
op rekeningbasis vanaf 1 september 2013 gesloten i.v.m. verbouwing
38
2011
2012
2013
2014
450
450
375
477
87
102
102
64**
242
242
230
238
74
70
78
60
45
44
38
38
93
123
126
137
streefwaarde 2014-2017
C. Overige vermeldenswaardige zaken en indicatoren (realisatie) Voor bedrijven die tijdelijk in malaise verkeren, maar wel op termijn perspectief hebben, bestaat de regeling Bijzondere Bijstand Zelfstandigen (BBZ). Daarnaast leidt de gemeente ondernemers door die meer financiële ruimte nodig hebben voor noodzakelijke investeringen. En door de samenwerking tussen Sociale Zaken en Economische Zaken (EZ) kunnen ondernemers rekenen op interessante arbeidsmarktvoorzieningen die de inzet van personeel bevorderen. De innige samenwerking tussen sociale Zaken en EZ alsmede het bedrijfsleven kreeg gestalte in het succesvolle project ‘Naar Buiten’. In november 2013 werden de eerste afspraken gemaakt tussen de gemeente Kerkrade en de Samenwerkende Bedrijventerreinen Kerkrade (SBK) om de uitstroom van Wwb-klanten (Wet Werk en bijstand) uit de bijstand te bevorderen door een intensiever en rechtstreeks contact tussen werkconsulenten van de gemeente Kerkrade en de bedrijven. In totaal werden tot nu toe 76 mensen geplaatst Voor het industriële gedeelte wordt ingezet op de verkoop van de resterende gemeentelijke kavels op de Rodaboulevard. Invulling hiervan zal geschieden overeenkomstig de uitgangspunten van het beeldkwaliteitsplan. Voor het stedelijk diensterrein zal nadere invulling plaatsvinden overeenkomstig de uitgangspunten Retailstructuurvisie 2010-2020 en onderzoek over de ontwikkelpotenties van het Parkstad Limburg Stadion van Ecorys (2012). Belangrijke resultaten i.v.m. benutting ontwikkelingspotentieel: de opening van de AHXL, nader gerealiseerde invulling Leisuredome met oa de scoccerdome, opening Sportboulevard in het voormalig Karwei-pand met de Bike Arena, Jumbo Golfwereld en de Sports en Soccer Center. In 2014 is het project herstructurering bedrijventerrein Willem Sophia afgesloten. De herinrichting van bestaande infra Steenbergstraat en Grisenstraat alsmede de Parallelweg zijn afgerond. De Limburgse herstructureringsmaatschappij LHB voor bedrijventerreinen is niet geslaagd in haar onderhandelingen met VDL om het private terrein te verwerven. Hiermee is de geplande herontwikkeling van dit terrein niet tot stand gekomen. Als gevolg van de succesvolle samenwerking tussen SBK (Samenwerkende Bedrijventerreinen Kerkrade) en de gemeente Kerkrade is in 2014 een convenant ondertekend. Hiermee worden de ondernemers van de bedrijventerreinen formeel als adviesorgaan van de gemeente erkend bij beleidsvraagstukken op het gebied van bedrijventerreinen en economie. In het kader van de bedrijfscontactfunctie worden ondernemers begeleid bij vraagstukken zoals (her-) huisvesting, vergunningen, aanvragen van gemeentelijke, regionale, landelijke en Europese subsidies. De herinrichting van de weekmarkt Eygelshoven is in 2014 afgerond, waarbij onder meer stormankers zijn aangebracht en de elektriciteitsvoorziening is geüpdatet. De toegangen tot het terrein worden nog voorzien van afsluitbare afzethekken ten einde te voorkomen dat auto’s ongewenst het marktterrein op kunnen rijden. De herinrichting wordt in zijn algemeenheid als succesvol ervaren en heeft inmiddels geleid tot een nominatie voor de “Beste (middelgrote) markt van Nederland.” Samen met kermisexploitanten is de huidige opzet van kermissen in Kerkrade geëvalueerd. Op basis van deze evaluatie zal ook in de toekomst sprake zijn van jaarlijks in het voor- en najaar te houden Centrumkermissen. Zoals bekend worden de kermissen in de wijken sinds enkele jaren georganiseerd door een particulier initiatief van een aantal kermisexploitanten. Op basis van de door deze opgedane ervaringen zal vanaf 2015 geen sprake meer zijn van een wijkkermis Eygelshoven en zullen de overige wijkkermissen West, Chevremont en Bleijerheide qua datum zoveel mogelijk worden gelinkt aan andere in de wijk te houden activiteiten (straatmarkt/braderie).
39
Indicatoren beleidsveld
omschrijving bedrijfsvestigingen * werkzame personen * werkgelegenh.index: arbeidsplaatsen vs. beroepsbevolking vestigingen detailhandel werkzame personen detailhandel standplaatsen markten *** verkoopruimte markten ***
bron
eenheid
2011
2012
2013
2014
aantal
2.611
2.643
2.657
2.659
aantal
17.542
17.131
15.313
14.747
%
86
84
74
71
aantal
385
381
398
325**
aantal
2.214
2.087
2.211
1.831**
afd. OOV
aantal
73
69
69
70
afd. OOV
m2
2.075
1.977
1.894
1.825
Vestigingenregister Limburg Vestigingenregister Limburg Vestigingenregister Limburg Vestigingenregister Limburg Vestigingenregister Limburg
streefwaarde 2014-2017
*
incl. vestigingen en werkzame personen uit Landbouwtelling CBS. ** voorlopig cijfer ** * door diverse verplaatsingen (Eygelshoven, Spekholzerheide) is de fysieke ruimte teruggebracht.
D. Wat heeft het gekost? 04 Economie en toerisme
Rekening Primaire begroting 2013 2014 1.337 1.372 382 731 -954 -641
Lasten Baten Saldo baten en lasten Mutatie reserves Resultaat
Begroting na wijz. 2014 1.649 741 -909
Rekening 2014 1.647 721 -925
0
-100
0
0
-954
-741
-909
-925
Investeringen rekening bedragen x € 1.000
04 Economie en toerisme
Primaire raming krediet
Actuele raming krediet
Gevoteerd
Besteed
Restant krediet
Uitbreiding
0
0
0
0
0
Vervanging
0
0
0
0
0
Totaal beleidsveld
0
0
0
0
0
40
05 Veiligheid en handhaving
A. Algemeen Omschrijving van het beleidsveld: Het in samenwerking met diverse partners, met gebruikmaking van de volledige veiligheidsketen, ontwikkelen van beleid, realiseren van uitvoeringsplannen en projecten die gericht zijn op het bereiken van een optimaal leefklimaat in buurten en wijken waar burgers zich veilig voelen. Onderscheiden deelterreinen: Openbare orde algemeen; Crisisbeheersing; Criminaliteitspreventie, Uitvoering bijzondere wetten en plaatselijke verordeningen; Handhaving en toezicht Portefeuillehouders: Som (openbare orde, veiligheid en brandweer (wettelijke taken)/rampenbestrijding/coördinatie handhaving) T. Weijers (ruimtelijke ordening) J. Bok (milieu) Beleidskaders: Wijkveiligheidsbeleid en wijkveiligheidsplannen. Beleidsnota coffeeshopbeleid en evaluatierapportage Beleidsnota prostitutiebeleid. Horeca-convenant veilig uitgaan met vastgesteld sanctiebeleid Algemene plaatselijke verordening Regionaal Crisisplan Convenant veiligheidshuis Convenant bestuurlijke aanpak criminaliteit en convenant samenwerkende overheden Lokale structuurvisie Lokale welstandsnota Kerkrade (excessenregeling) Oplegnotitie beleid handhaving fysieke leefomgeving Sanctie- en gedoogstrategie omgevingsrecht (milieu, bouwen, ruimtelijke ordening) Beleidsplan bouwhandhaving Handhavingsprogramma’s omgevingsrecht (milieu, bouwen, ruimtelijke ordening) Verordening subsidiëring gevelverbetering Beleidsnotitie bestrijding verpauperde panden in Kerkrade Packagedeal Rijk–IPO–VNG inzake omgevingsdiensten Diverse wetten Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (WABO), Woningwet, Bouwbesluit, Bouwverordening, Wet op de Ruimtelijke Ordening, Wet Milieubeheer incl. uitvoeringsbesluiten Wet op de veiligheidsregio’s, Winkeltijdenwet, Opiumwet, Gemeentewet, Drank- en horecawet
B. Programma Bij dit beleidsveld hoort het programma “Veilig leefmilieu”.
41
Programma J. Som
05. Veilig leefmilieu
Algemene doelstelling Het realiseren van een veilig en prettig woon- en leefklimaat voor de inwoners van Kerkrade en het realiseren c.q. behouden van een klimaat waarin het goed toeven is voor bezoekers
Criminaliteitspreventie De gemeente levert door maatregelen een bijdrage aan verhoging van veiligheid(gevoel) in de stadsdelen
Exploitatie Investeringen Reserves
€ € €
54.400
Activiteiten
Status
Voortzetting veiligheidshuis Kerkrade
Crisisbeheersing Het algemene niveau van openbare orde en veiligheid en de politie-, brandweer-, geneeskundige en publieke zorg bij incidenten, evenementen, rampen en crises in goede samenwerking regionaliseren en optimaliseren
Exploitatie Investeringen Reserves
€ € €
2.848.600
Activiteiten
Status
Laten functioneren van de geregionaliseerde processen binnen de gemeentelijke kolom
42
Nadere toelichting programma Voortzetting veiligheidshuis Kerkrade Met betrekking tot het aspect Veiligheidshuis zijn de gesprekken die moeten leiden tot samenvoeging van het huidige Veiligheidshuis Kerkrade en Veiligheidshuis Heerlen tot een Veiligheidshuis Parkstad opgestart. Verwacht wordt dat deze in de loop van het eerste halfjaar 2015 kunnen worden afgerond. Insteek is dat het nieuwe Veiligheidshuis Parkstad wordt gehuisvest in het stadskantoor Kerkrade. Indicatoren programma
*
omschrijving
bron
onveiligheidsgevoel *
burgeronderzoek
eenheid
2011
%
38
2012
2013
2014
streefwaarde 2014-2017
m.i.v. 2013 vervallen; vraag niet opgenomen in enquête
C. Overige vermeldenswaardige zaken en indicatoren (realisatie) Het aantal bij het meldpunt drugsoverlast ingekomen meldingen is in 2014 (136) fors gedaald ten opzichte van de jaren 2013 (235) en 2012 (265). Een verklaring hiervoor kan mede worden gevonden in het structureel en consistent blijven toepassen van het geformuleerd beleid met betrekking tot het treffen van bestuurlijke maatregelen in geval van overtreding (handel, kweek) van de Opiumwet. Gedurende het kalenderjaar 2014 zijn door de burgemeester met toepassing van dit beleid 41 waarschuwingen uitgedeeld en is in 12 gevallen besloten tot sluiting voor een nader bepaalde periode. In juli 2014 heeft de burgemeester het eerder vastgesteld beleid in die zin verder aangescherpt dat in het belang van de openbare orde en veiligheid in gevallen waarin in het verleden werd volstaan met een waarschuwing thans sneller tot de maatregel van tijdelijke sluiting van een woning kan worden besloten. In december 2014 heeft de gemeenteraad het integraal veiligheidsplan 2015-2018 vastgesteld, waarbij is geconstateerd dat de in Kerkrade op basis van de objectieve cijfers te stellen prioriteiten nagenoeg naadloos aansluiten bij de prioriteiten zoals die zijn geformuleerd in het beleidsplan van de regionale eenheid Limburg van politie. In de verdere uitwerking van het plan in jaarschijven zullen met name de zogeheten High Impact Crime-delicten (inbraken, overvallen en straatroven) blijvend aandacht houden. Overigens laten de objectieve cijfers op deze gebieden een voor Kerkrade gunstige ontwikkeling (afname aantal delicten) zien. Op basis van de ontwikkelingen zoals die zich in 2014 in algemene zin hebben voorgedaan op het gebied van jihadisme en radicalisering zijn werkafspraken gemaakt met politie en Openbaar Ministerie, alsook zijn medewerkers die frequent publiekscontacten hebben door een interne coördinator jihadisme geïnformeerd met betrekking tot dit onderwerp. Vanaf 2009 heeft de gemeente Kerkrade geparticipeerd in de regeling “CJIB-vergoeding”. Op basis van deze regeling ontving de gemeente voor ieder door een BOA opgemaakt en door het CJIB afgehandeld proces-verbaal een vergoeding, welke afhankelijk van de aard van de overtreding € 25,-- (parkeren) dan wel € 40,-- (overlast) bedroeg. Over de jaren 2009-2013 bedroeg de door de gemeente ontvangen vergoeding op jaarbasis gemiddeld € 30.000. Eind 2014 heeft de Minister van Veiligheid en Justitie de betreffende regeling ingetrokken en wordt geen vergoeding meer verstrekt aan gemeenten voor de door de BOA’s opgemaakte proces-verbalen. Het wegvallen van deze financiële prikkel laat onverlet dat door het cluster handhaving onverminderd met gebruik van de hele veiligheidsketen (preventie, pro-actie, repressie) wordt ingezet op het handhaven van openbare orde, veiligheid en leefbaarheid.
43
Indicatoren beleidsveld
omschrijving drugsoverlast komt vaak voor in de buurt meldingen drugsoverlast* incidenten diefstal/inbraak woning diefstal/inbraak box, garage,schuur,tuinhuis diefstal vanaf/uit/van voertuigen en brom/snor-, fietsen fysiek geweld (mishandeling, ruzie, vechtpartij) vernieling bouwcontroles bouwcontroles t.o.v. norm** bouwcontroles klachten***
bron
eenheid
2011
%
14
meldpunt
aantal
108
265
236
politie regio Limburg-Zuid
aantal
9.248
8.793
8.978
aantal
288
316
261
aantal
76
89
88
politie regio Limburg-Zuid
aantal
749
726
565
politie regio Limburg-Zuid
aantal
719
755
805
aantal
562
496
477
aantal
978
785
980
910
%
95
95
95
95
aantal
24
38
65
55
burgeronderzoek
politie regio Limburg-Zuid politie regio Limburg-Zuid
politie regio Limburg-Zuid Milieu en Bouwen Milieu en Bouwen Milieu en Bouwen
2012
2013
2014
streefwaarde 2014-2017
16 89
* Inclusief meldingen via Meld Misdaad Anoniem ter kennis gekomen van de politie. ** 95% t.o.v. de norm zoals door het college vastgesteld; de landelijke norm ligt hoger *** betreft uitsluitend klachten van derden
D. Wat heeft het gekost? 05 Veiligheid en handhaving
Rekening Primaire begroting 2013 2014 7.245 6.590 1.117 438 -6.128 -6.152
Lasten Baten Saldo baten en lasten
Begroting na wijz. 2014 6.940 825 -6.115
Rekening 2014 6.913 773 -6.140
-6.115
-6.140
Mutatie reserves Resultaat
-6.128
-6.152
Investeringen rekening bedragen x € 1.000
05 Veiligheid en handhaving
Primaire raming krediet
Actuele raming krediet
Gevoteerd
Besteed
Restant krediet
Uitbreiding
0
0
0
0
0
Vervanging
0
0
0
0
0
Totaal beleidsveld
0
0
0
0
0
44
06 Jeugd
A. Algemeen Omschrijving van het beleidsveld: Enerzijds optimaliseren van de ontwikkelingskansen en participatiemogelijkheden en anderzijds voorkomen van maatschappelijke uitval voor de leeftijdsgroep 0 – 23 jaar in het algemeen, door het realiseren, behouden en afstemmen van een adequaat voorzieningenniveau en activiteitenaanbod op lokaal en regionaal niveau. Onderscheiden deelterreinen: Beleid, voorzieningen, lokale activiteiten en regionale activiteiten (zie doelenboom). Portefeuillehouders: C. Szalata (euregionale arbeidsmarkt, onderwijs, jeugdbeleid, jeugdzorg en wijkwethouder Noord) Beleidskaders: Lokale en regionale beleidskaders Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs Gemeente Kerkrade (2003) Integraal huisvestingsplan onderwijs 2006-2010 Nota integraal jeugdbeleid (2007) Verordening leerlingenvervoer gemeente Kerkrade (2009) Verordening peuterspeelzaalwerk Kerkrade (2005) Verordening kinderopvang Kerkrade (2012) Kader internationalisering onderwijs (2005) Overeenkomst vroegtijdig schoolverlaten (2005) Regionale / Lokale Educatieve Agenda (2011) Kadernota Centrum voor Jeugd en Gezin Kerkrade (2009) Visiedocument Centrum voor Jeugd en Gezin Parkstad Limburg (2009) Convenant verwijsindex risicojongeren Parkstad (2012) Nota speelruimtebeleid (2012) Jeugdagenda Parkstad 2012-2015 Projectplan decentralisatie jeugdzorg Zuid Limburg
B. Programma Bij dit beleidsveld hoort het programma “Voorkomen van vroegtijdige schooluitval”.
45
Programma J. Schlangen
06. Voorkomen van vroegtijdig schooluitval
Algemene doelstelling Het voorkomen van maatschappelijke uitval voor de leeftijdsgroep 0-23 jaar in het algemeen door het realiseren, behouden en afstemmen van een adequaat voorzieningen en activiteitenaanbod op lokaal en regionaal niveau
Lokale activiteiten Realiseren en behouden van lokale activiteiten van en voor de doelgroep
Exploitatie Investeringen Reserves
€ € €
Activiteiten
Status
Zie ook onderdeel C
Regionale activiteiten Realiseren en behouden van regionale activiteiten van en voor de doelgroep
Exploitatie Investeringen Reserves
€ € €
128.340
Activiteiten
Status
Uitvoeringsprogramma jeugdagenda Parkstad Voorbereiding stelselherziening jeugdzorg
Voorzieningen Realiseren en behouden van adequate voorzieningen van en voor de doelgroep
Exploitatie Investeringen Reserves
€ € €
128.300
Activiteiten
Status
Maximale inspanning behoud voortgezet onderwijs
Zorg en regie Het realiseren en behouden van zorg en zorgstructuren voor de doelgroep; afstemming en regie tussen partners, voorzieningen en activiteiten (diverse budgetten)
Exploitatie Investeringen Reserves
€ € €
Activiteiten
Status
Voorbereiding stelselherziening jeugdzorg (incl. doorontwikkeling CJG)
46
Nadere toelichting programma Uitvoeringsprogramma jeugdagenda Parkstad De afgelopen jaren hebben de Parkstad gemeenten intensief samengewerkt ter verbetering van de jeugdketen. Deze samenwerking betrof met name die voorzieningen waar bovenlokale, regionale en provinciale instellingen bij betrokken zijn (jeugdgezondheidszorg, jeugdzorg, maatschappelijk werk, bureau leerplicht, onderwijs enz.). Dit onder het motto “Lokaal wat lokaal kan, regionaal wat regionaal meerwaarde heeft”. In 2012 is besloten deze samenwerking voort te zetten. Hiervoor is de jeugdagenda Parkstad 2012-2015 opgesteld. De in de jeugdagenda opgenomen doelen worden vertaald in uitvoeringsprogramma’s. Thema’s als CJG-ontwikkeling, transitie jeugdzorg, “passend onderwijs” en aanpak voortijdig schoolverlaten lenen zich bij uitstek voor regionale samenwerking (met voldoende ruimte om desgewenst lokaal maatwerk te leveren). n 2013 lag de nadruk van de regionale samenwerking op: het verbeteren en verbreden van het gebruik van de Verwijsindex voor risicojongeren door de partners uit de jeugdketen; het toekomstig werken volgens het principe “1 gezin, 1 plan, 1 regisseur”; uniforme opvoedingsondersteuning, hulp en zorg volgens de Triple P–methodiek (positieve opvoedstijl); de voorbereiding op de decentralisatie van de jeugdzorg (zie beneden); de invoering van passend onderwijs. De decentralisatie van de jeugdzorg is een veelomvattende en ingrijpende operatie. De transitie (de overdracht van en de organisatorische invulling van de taken en verantwoordelijkheden) zal zowel op lokaal, subregionaal, regionaal, bovenregionaal en landelijk niveau plaatsvinden. Het uitgangspunt is lokaal wat lokaal kan. Voor specialistische vormen van jeugdzorg is een zekere omvang nodig. Het aantal Kerkraadse jongeren dat hier gebruik van maakt zal te gering zijn voor een lokale invulling. Daar is dus samenwerking voor nodig. Daarom vindt de voorbereiding op de stelselherziening op verschillende niveaus plaats.De decentralisatie vraagt ook om een transformatie. Een transformatie in de eerste plaats bestaande uit een kanteling die de eigen kracht van de burger versterkt en die voor ondersteuning, hulp en zorg een beroep doet op de mogelijkheden van de directe omgeving. In aanvulling hierop is een goed functionerend(e) netwerk(jeugdketen) essentieel. Ondersteuning van gezinnen en jeugdigen via CJG, Toegangsteam Jeugdhulp, wijkteams, Veiligheidshuis, Jongerenloket, en Wmo-consulenten moet zoveel mogelijk voorkomen dat lichte problemen uitgroeien tot specialistische en kostbare zorg die na de decentralisatie door de Gemeente Kerkrade zal moeten worden bekostigd. De toegang tot de jeugdzorg wordt ingevuld op basis van het principe “1 gezin, 1 plan, 1 regisseur”. Dit vereist een zorgvuldige afweging met betrekking tot de rol welke het CJG, het Toegangsteam Jeugdhulp, de wijkteams, het Veiligheidshuis, het Jongerenloket en de Wmo-consulenten hierin zullen gaan vervullen en de aanvullende expertise die nodig is. De doorontwikkeling van het CJG is hier onderdeel van. Het project wordt in fases ingevoerd. De fases 0, 1 en 2 (projectopdracht, -plan en -ontwerp) zijn inmiddels afgerond. Fase 3 (projectvoorbereiding) is per 1 april 2014 afgelopen en fase 5 voorbereiding transitie loopt tot en met 31 december 2014. Indicatoren programma
omschrijving
bron
deelname peuterspeelzaal deelname doelgroepkinderen jeugdgezondheidszorg (bezoek consultatie-/ kindbureau) relatief schoolverzuim** absoluut schoolverzuim** nieuwe schoolverlaters zonder startkwalificatie oude schoolverlaters zonder startkwalificatie
eenheid
2011
2012
2013
2014
Kinderopvang Kerkrade (KOK)
% 2-3 jarigen
38,0
37,50
37,0
59,4*
GGD, Meander
% 0-4 jarigen
97
94
91
96
bureau VSV
aantal
347
264
251
347
bureau VSV
aantal
2
-
2
1
bureau VSV
aantal
130 ***
106
50
64
bureau VSV
aantal
108
56
35
65
47
streefwaarde 2014-2017
*
Voorlopig cijfer; de sterke toename is toe te schrijven aan verbeterde signalering en doorverwijzing door het consultatiebureau dan wel door actieve benadering van de ouders door de stichting Kinderopvang Kerkrade. ** Relatief schoolverzuim betreft het aantal leerlingen met minimaal 3 schooldagen verzuim zonder geldige reden, absoluut schoolverzuim betreft het aantal leerplichtige jongeren dat bij geen enkele school staat ingeschreven. *** DUO houdt geen rekening met leerlingen die o.m. in het buitenland naar school gaan; als deze meegenomen worden daalt het aantal nieuwe schoolverlaters in het schooljaar 2010/11 naar 73.
C. Overige vermeldenswaardige zaken en indicatoren (realisatie) Voorzieningen onderwijshuisvesting Volgens het jaarlijkse “programma voorzieningen huisvesting onderwijs” is bij diverse onderwijslocaties in Kerkrade, op basis van ingediende aanvragen, regulier onderhoud c.q. aanpassingen onderwijshuisvesting uitgevoerd. De eigendomsoverdracht en exploitatie en beheer van (het multifunctioneel deel van de) brede school Steltloper zijn echter nog steeds onderwerp van overleg met de Onderwijsstichting Movare. De complexiteit van het onderwerp in combinatie met de onzekerheid bij het onderwijsbestuur Movare als gevolg van een wetswijziging en een interne reorganisatie gedurende 2014, hebben er toe geleid dat de eigendomsoverdracht en exploitatie/beheerproblematiek niet afgerond konden worden. De verwachting is evenwel dat dit in de eerste helft van 2015 alsnog gaat gebeuren. Verordening Huisvesting Onderwijs De verordening huisvesting onderwijs dateerde van 2003. In verband met een wetswijziging betreffende de overheveling van het buitenonderhoud naar de schoolbesturen per 1 januari 2015, is een nieuwe verordening huisvesting onderwijs met ingangsdatum 1 januari 2015 voorbereid en vastgesteld. Jongerenwerk Ook het afgelopen jaar is blijvend ingezet op jongerenparticipatie. Jeugd en jongeren mochten meedenken en hadden steeds vaker een rol in het voorbereiden, uitvoeren en evalueren van activiteiten. Verantwoordelijkheden werden ook steeds meer bij jongeren en de buurt zelf gelegd. Vanuit de zomeractiviteiten werd eveneens blijvend ingezet om vrijwilligers door te laten stromen naar de reguliere activiteiten binnen het jongerenwerk. Jongerenactiviteiten Er heeft naast de doorlopende activiteiten in de Jongerencentra een breed zomeraanbod plaatsgevonden. Middels goede pr (boekje en social media) rondom de activiteiten is gezorgd voor een grote deelname van jongeren hetgeen ook weer heeft bijgedragen tot een stevigere positie van het jongerenwerk in de wijk/buurt. Vooral de doelgroep tieners en kinderen heeft ook nu weer in hoge getale deelgenomen. Ook bleef ouderparticipatie onderdeel van het aanbod. Ambulante aanpak De ambulant jongerenwerkers blijven intensief samenwerken met politie, Veilligheidshuis Kerkrade (en partners) en de gemeente rondom diverse problemen met jeugd. Dit heeft geresulteerd in minimale jeugdoverlast in de wijken in de afgelopen periode. Daarnaast heeft het ambulant werk bij jongeren (15+) ingezet op individuele begeleiding tijdens de jongereninloop. Jongeren werden begeleid in het regelen van basale voorzieningen op het moment dat ze 18 zijn, regelen van inkomen, aanvragen WW, betalen ziektekosten etc. Scouting Scouting Gregor Brokamp is medio oktober 2014, na afronding van de verbouwing, naar de voormalige basisschool Blokkenberg in Haanrade verhuisd. Uitvoeringprogramma jeugdagenda Parkstad De gemeenten in Parkstad Limburg hebben een lange traditie van regionale samenwerking op het gebied van de Jeugd. Deze samenwerking heeft in het verleden geleid tot gezamenlijk beleid op hoofdpunten. het verbeteren en verbreden van het gebruik van de Verwijsindex voor risicojongeren door de partners uit de jeugdketen; het toekomstig werken volgens het principe “1 gezin, 1 plan, 1 regisseur”;
48
uniforme opvoedingsondersteuning, hulp en zorg volgens de Triple P–methodiek (positieve opvoedstijl); In 2014 is veel aandacht besteed aan de voorbereiding van de transitie van de Jeugdzorg per 1 januari 2015. Ook de decentralisatie van de jeugdzorg wordt in Parkstad Limburg gezamenlijk opgepakt. Hiervoor is de Jeugdagenda bijgesteld en zijn de speerpunten geformuleerd die moeten leiden tot een goede landing van de transitie per 1 januari 2015. De samenwerking wordt op verschillende niveaus vormgegeven. Bovenregionaal wordt op Zuid-Limburg niveau samengewerkt om de overeenkomsten met de zorgaanbieders voor alle gemeenten in ZuidLimburg op een snelle en verantwoorde manier te sluiten. Hiervoor is een centrum regeling getroffen waarbij de gemeente Maastricht namens de 18 Zuid-Limburgse gemeenten de contracten met de zorgaanbieders sluit. Op regionaal niveau werken de Parkstadgemeenten samen om het beleid goed afgestemd voor te bereiden. Er zijn gezamenlijke afspraken gemaakt over de beleidsregels, verordeningen en uitvoeringsplannen. Dit heeft erin geresulteerd dat de gemeente Kerkrade per 1 januari 2015 alle noodzakelijke verplichtingen en afspraken voor een verantwoorde transitie van de jeugdzorg heeft gemaakt. Daarnaast is de gemeente Kerkrade op lokaal niveau nadrukkelijk bezig met het vormgeven van de transformatie. Een transformatie in de eerste plaats bestaande uit een kanteling die de eigen kracht van de burger versterkt en die voor ondersteuning, hulp en zorg een beroep doet op de mogelijkheden van de directe omgeving. In aanvulling hierop is een goed functionerend(e) netwerk(jeugdketen) essentieel. De toegang tot de jeugdzorg wordt ingevuld op basis van het principe “1 gezin, 1 plan, 1 regisseur”. Dit vereist een zorgvuldige afweging met betrekking tot de rol welke het CJG, de wijkteams, het Veiligheidshuis, het Jongerenloket en de Wmo-consulenten hierin zullen gaan vervullen en de aanvullende expertise die nodig is. Het project wordt in fases ingevoerd. De fases 0, 1 en 2 (projectopdracht, -plan en -ontwerp) zijn inmiddels afgerond. Fase 3 (projectvoorbereiding) is per 1 april 2014 afgelopen en fase 5 voorbereiding en overgang van de transitie wordt per 31 december 2014 afgesloten. Met ingang van 1 januari 2015 dient de gemeente Kerkrade de toegang tot de jeugdhulp in eigen regie vorm te geven. Indicatoren beleidsveld Er zijn geen specifieke indicatoren gedefinieerd ten aanzien van het beleidsveld.
D. Wat heeft het gekost? 06 Jeugd
Rekening Primaire begroting 2013 2014 9.229 7.469 1.442 328 -7.787 -7.141
Lasten Baten Saldo baten en lasten
Begroting na wijz. 2014 9.053 1.228 -7.825
Rekening 2014 8.748 1.259 -7.489
-7.825
-7.489
Mutatie reserves Resultaat
-7.787
-7.141
Investeringen rekening bedragen x € 1.000
06 Jeugd
Primaire raming krediet
Actuele raming krediet
Gevoteerd
Besteed
Restant krediet
Uitbreiding
0
0
0
0
0
Vervanging
200
282
282
257
25
Totaal beleidsveld
200
282
282
257
25
49
50
07 Welzijn, sport en cultuur
A. Algemeen Omschrijving van het beleidsveld: Het beleidsveld is gericht op het mogelijk maken dat mensen in redelijkheid in sociale verbanden kunnen leven en kunnen participeren in de samenleving. Daartoe behoort onder meer het ondersteunen en het stimuleren van vrijwilligersinitiatieven. De voorzieningenstructuur dient vraag gestuurd en toegankelijk te zijn voor alle burgers. Daarnaast gaat het beleidsveld in op het bieden van gelegenheid aan de bevolking om de vrije tijd op een zinvolle manier te besteden door middel van bewegen, ontmoeten en culturele / educatieve activiteiten. Onderscheiden deelterreinen: Bibliotheek; Muziekonderwijs; Sociaal cultureel werk; Kunst en cultuur; Sport; Vormingswerk Portefeuillehouders: L. Jongen (ouderenbeleid, welzijn en sport) J. Slangen P. Thomas (cultuur) D. Schneider (coördinatie evenementen) Beleidskaders Subsidieverordening gemeente Kerkrade (2012) Subsidieverordening professionele instellingen gemeente Kerkrade (2009) Cultuurbeleid gemeente Kerkrade voor de komende periode Overeenkomst gemeente(n) en openbare bibliotheken (Parkstad Limburg) Beleid Actief Kunstbeheer gemeente Kerkrade Nota Sportstimulering (2007) Nota sportaccommodaties (2009) Uitvoeringsprogramma Nationaal Actieplan Sport en Bewegen NASB (2011-2014) Speelruimtebeleid (uitvoering geven aan het rapport “Samenspel”) Plan van aanpak gemeenschapshuizen "Sociaal investeren in mensen en wijken" (2008) Nota vrijwilligersbeleid (2009) / Subsidieverordening Vrijwilligersorganisaties (2012) Subsidieverordening Ondernemersactiviteiten Kerkrade (2012) Visiedocument Bibliotheekwerk Kerkrade (2012)
B. Programma Bij dit beleidsveld hoort het programma “Maatschappelijke participatie”.
51
Programma 07. Maatschappelijke participatie J. Bok; J. Schlangen
Algemene doelstelling Het mogelijk maken dat mensen in redelijkheid in sociale verbanden kunnen leven en kunnen participeren in de samenleving. Daarbij de bevolking de gelegenheid bieden om de vrije tijd op een zinvolle manier te besteden door middel van bewegen, ontmoeten en culturele/educatieve activiteiten.
Cultuur Gelegenheid bieden aan de bevolking om de vrije tijd op een zinvolle manier te besteden door middel van het actief en passief deelnemen aan culturele en educatieve activiteiten
Exploitatie Investeringen Reserves
€ € €
845.500
Activiteiten
Status
Herhuisvesting centrumbibliotheek
Sport Bevorderen dat inwoners meer gaan sporten en bewegen; ondersteuning van sportverenigingen op het gebied van accommodaties en verandertrajecten
Exploitatie Investeringen Reserves
€ € €
Activiteiten
Status
(Verder) uitvoeren van de sport- en beweeginterventies in het kader van NASB en de reguliere sportstimuleringsprogramma’s
Voorzieningen Het bieden van voldoende adequate voorzieningen voor de uitvoering van de sociaal-culturele activiteiten, sport en cultuur door het investeren in accommodaties
Exploitatie Investeringen Reserves
€ € €
598.000
Activiteiten
Status
Realiseren van het uitvoeringsplan op basis van het rapport “Samenspel”
52
Nadere toelichting programma (Verder) uitvoeren van de sport- en beweeginterventies in het kader van NASB en de reguliere sportstimuleringsprogramma’s De sportstimulering was ook in 2014 speerpunt van het sportbeleid en zal ook in deze bestuursperiode verder worden opgepakt waarbij het accent vooral zal liggen op jeugd en jongeren. De gedacht hierachter is dat gezondheid van alle leeftijden is maar begint bij vroeg aangeleerd gezond gedrag.De sportstimuleringsnota is in combinatie met het Nationaal Actieplan Sport en Bewegen (NASB) in 2014 uitgevoerd en afgesloten. Door middel van aansluitende en ondersteunende projecten is ook in 2014 de doelgroep in staat gesteld op relatief eenvoudige laagdrempelige wijze de gedane aanbevelingen in de praktijk te brengen. Daarnaast heeft Kerkrade zich in 2014 vanuit een integrale aanpak aangemeld voor de projecten Jongeren Op Gezond Gewicht (JOGG) en Gezond In De Stad (GIDS). Evenals in 2013 hebben diverse sportverenigingen clinics op de basisscholen uitgevoerd om de jeugd te enthousiasmeren voor hun tak van sport. In het speciaal onderwijs zijn er door een gespecialiseerd judoleraar weer clinics gegeven. In het kader van maatschappelijke betrokkenheid zijn de spelers en mascotte van Roda JC diverse keren ingezet. Omdat de groepen 1 en 2 van de basisscholen vaak niet in aanmerking komen voor sportstimuleringactiviteiten zijn in het kader van “jong geleerd is oud gedaan” de projecten “Kids in beweging” en “Kids eXtra” uitgevoerd. Als vervolg op het succes van ‘Kirchroa sjpielt en leëft ziech oes!’ heeft voor de leeftijdsgroep 0-12 jarigen in de Rodahal op 29 december “Winktersjpas” plaatsgevonden. Een sportief en educatief evenement georganiseerd door de gemeente met medewerking van Impuls, Centrum Jeugd en Gezin, Kinder Opvang Kerkrade en Meander Jeugdgezondheidszorg. Maar liefst 600 kinderen kwamen met nog meer (groot)ouders naar de Rodahal voor de vele activiteiten zoals springen, klauteren, schminken, dansen etc.Met betrekking tot het gemeenschapshuis in Kerkrade West heeft door de RO groep in 2014 een vertaling plaatsgevonden van het door de gebruikers aangeleverde Programma van Eisen naar een Ruimtelijk Programma van Eisen. Dit ruimtelijk programma van Eisen is in september 2014 door vrijwel alle gebruikers voor akkoord getekend. Verder is in 2014 de architectenselectie opgestart voor het ontwerp van het MFA Kerkrade-West. Daarnaast is ook een begin gemaakt met het ontwikkelen van mogelijke beheer- en exploitatiemodellen. De toekomstige gebruikers en verenigingen van de nieuwe MFA Kerkrade West worden in al deze processen continu betrokken.De geraamde investeringskosten voor het MFA Kerkrade-West bedragen € 4 mln. Het bedrag van € 4 mln is opgenomen in de gebiedsexploitatie Heilust welke deel uitmaakt van de Uitvoeringsovereenkomst Heilust die gesloten is tussen HEEMwonen, Provincie Limburg, Stadsregio Parkstad Limburg en de gemeente Kerkrade. Herhuisvesting centrumbibliotheek Gemeente Kerkrade is voornemens de centrumbibliotheek, nu tijdelijk gehuisvest in de Einderstraat, een definitieve plek in het nieuwe centrumplan te geven en wel naast het theater. Samen met de bibliotheek Kerkrade en de Parkstad Limburg Theaters is gekeken naar de synergie tussen beide instellingen. Dit heeft geresulteerd in diverse mogelijke ontwerpen van de inrichting van een nieuwe bibliotheek van de toekomst in samenhang met de vernieuwing van het theater. Een definitieve keuze is echter nog niet gemaakt. Indicatoren programma
omschrijving jeugdleden (<18jr) verenigingen nietprofessionele kunstbeoefening* volwassen leners (≥18jr) bibliotheek cursisten Muziekschool/Vrije Akademie ZOM vrijwilligers deelname
bron
eenheid
2011
2012
2013
2014
4,5
afd. Welzijn
%
Bibliotheek Kerkrade
%
5,8
5,6
4,9
SMK, VAZOM
%
1,9
2,0
2,4
burgeronderzoek burgeronderzoek
% %
28 48
53
6,9
28 56
streefwaarde 2014-2017
omschrijving sport/actieve sporters waarvan 1 of meer keren per week sportverenigingen*: - jeugdleden (<18jr) - volwassen leden (≥ 18jr) *
bron
burgeronderzoek
eenheid
2011
%
89
2012
2013
2014
streefwaarde 2014-2017
84
afd. Welzijn %
34,5
%
10,5
per 1 januari; het aantal leden van een vereniging wordt op basis van de huidige subsidieverordening eens per 4 jaar geactualiseerd, hetgeen in 2012 heeft plaatsgevonden: de vorige keer was in 2008 (percentages waren destijds resp. 8,0%, 33,2% en 10,3%)
C. Overige vermeldenswaardige zaken en indicatoren (realisatie) Herijking van het bestaande aanbod bij de professionele instellingen had permanente aandacht mede met het oog op de vermindering van de subsidie met 5% per 1-1-2014. In het kader van de Voorjaarsnota 2012 is een jaarlijkse bezuiniging van € 75.000 op de exploitatiebijdrage voor het theater opgenomen. In 2014 is nog een extra structurele korting van 5% doorgevoerd. In overleg met de directie van de Parkstad Limburg Theaters NV is afgesproken dat de NV deze bezuinigingen in 2013 en 2014 voor haar rekening neemt door haar onderhoudsreserve voor Theater Kerkrade aan te wenden. In verband met de renovatie van het theater dienen er nieuwe afspraken gemaakt te worden over de exploitatie, onderhoud ed. Het gemeentelijk subsidie 2014 voor het Wereld Muziek Concours is net als dat van alle andere professionele instellingen gekort met 5%. Dankzij het goede resultaat van WMC 2013 ligt er een gezonde financiële basis voor het WMC in 2017. In de Voorjaarsnota 2014 is besloten € 100.000 beschikbaar te stellen voor structuurversterkende culturele projecten. De betreffende gelden worden in 2015 ingezet in het kader van het Jaar van de Mijnen. Belangrijke speerpunten in het programma zijn de activiteiten rondom C-City en de herdenking van de 200-jarige geschiedenis van de Domaniale Mijn. Realiseren van het uitvoeringsplan “Samenspel” Na het opstellen van het uitvoeringsplan is in 2014 als eerste gestart met de uitvoering van de openbare speelplekken. Concreet zijn 48 speelplekken (waarvan 3 nieuwe) behouden en grotendeels vernieuwd . In het oorspronkelijke plan was sprake van een eindaantal van 44 speelplekken. Uiteindelijk zijn dit er 48 geworden. De reden hiervoor is een heroverweging naar aanleiding van een aantal buurtbijeenkomsten. Na afronding van het onderdeel openbare speelplekken is gestart met de renovatie van de bestaande speeltuinen. De afronding van de renovatie van deze speeltuinen vindt volgens planning in het voorjaar van 2015 plaats. Indicatoren beleidsveld Er zijn geen specifieke indicatoren gedefinieerd ten aanzien van het beleidsveld.
54
D. Wat heeft het gekost? 07 Welzijn, sport en cultuur
Rekening Primaire begroting 2013 2014 9.756 9.724 873 841 -8.883 -8.883
Lasten Baten Saldo baten en lasten
Begroting na wijz. 2014 8.799 943 -7.856
Rekening 2014 8.659 935 -7.724
-7.856
-7.724
Mutatie reserves Resultaat
-8.883
-8.883
Investeringen rekening bedragen x € 1.000
07 Welzijn, sport en cultuur
Primaire raming krediet
Actuele raming krediet
Gevoteerd
Besteed
Restant krediet
Uitbreiding
0
600
600
600
0
Vervanging
0
0
0
0
0
Totaal beleidsveld
0
600
600
600
0
55
08 Zorg
A. Algemeen Omschrijving van het beleidsveld: De gemeente is ten aanzien van verschillende bevolkingsgroepen verantwoordelijk voor een aantal vormen van zorg, die zich richten binnen het brede sociale domein zoals inkomen, ondersteuning, maatschappelijke participatie, hulp en maatschappelijke voorzieningen. Kenmerken van de samenwerking in de sociale wijkteams zijn: vraaggericht en -gestuurd, integraal en pro-actief. Het motto is “doen”. In de beoordeling van de situaties wordt ten eerste uitgegaan van de eigen kracht van de klant, de leefeenheid, de straat, de buurt en de wijk, de zogenaamde zelfredzaamheid. Daarnaast participeert de gemeente in de GGD-Z.L. conform de Wet Publieke Gezondheid (m.n. collectieve preventie). Onderscheiden deelterreinen: Hulpverlening en maatschappelijke dienstverlening; Gehandicapten; Gezondheidszorg; Ouderen; Werk, zorg en activering voor en van de gemeentelijke minima Portefeuillehouders: L. Jongen (Wet maatschappelijke ondersteuning, maatschappelijke zorg en volksgezondheid) H. Wiermans (Sociale zaken) Beleidskaders: Integraal gezondheidsbeleid Kerkrade “Tsezame Jezonk” 2013 Burgerparticipatie binnen de Wmo Mantelzorgondersteuning vanuit de Wmo Sociale wijkteams en wijkloketten Zorg binnen de Wmo 4 jaren beleidsplan Wmo Wmo-beleid, besluit en –verordening 2009/2012 Kerkraads Wmo-model, voorbeeld van een gekantelde gemeente (sept. 2010) Toeslagenverordening WWB 2012 / A, Afstemmingsverordening WWB, Bbz 2004, IOAW en IOAZ 2013, Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive 2013, Handhavingsverordening WWB, Bbz 2004, IOAW en IOAZ 2012, Beleidsregels terug- en invordering WWB, IOAW en IOAZ 2013, Beleidsregels boete WWB, IOAW, IOAZ 2013, Beleidsregels inzake verhaal van Wet werk en bijstand 2008, Beleidsregels krediethypotheek en pandrecht 2007. Normenkader 2009-2012 Verordening Wet inburgering 2007 en beleidsregels Wet inburgering 2008 Verordening sociaal culturele activiteiten 2012 Verordening participatie schoolgaande kinderen 2012 Richtlijnen bijzondere bijstand 2012 Verordening wet kinderopvang sociaal medische indicatie 2012 Beleidsregels Wet Kinderopvang gemeente Kerkrade 2013 Verordening cliëntparticipatie 2010 Reïntegratieverordening 2013 Verordening en beleidsregels langdurigheidstoeslag 2012
B. Programma Bij dit beleidsveld hoort het programma “Integraal gezondheidsbeleid”. 57
Programma L. Jongen
08. Integraal gezondheidsbeleid
Algemene doelstelling Alle mensen moeten zoveel als mogelijk in staat zijn te participeren aan de lokale samenleving op het door henzelf gewenste niveau. Gezond zijn en zich gezond voelen is daarbij een belangrijke voorwaarde
Gezondheidstaken in het kader van Wet Publieke Gezondheid Collectieve preventie, infectiebestrijding, jeugdgezondheidszorg (0-19 jr) en openbare geestelijke gezondheidszorg
Exploitatie Investeringen Reserves
€ € €
736.000
Activiteiten
Status
Zie onderdeel C
Taken derde lijn Verpleeghuis-/thuiszorg en Wet maatschappelijke ondersteuning (care)
Exploitatie Investeringen Reserves
€ € €
Activiteiten
Status
Project Valpreventie “Kerkrade in balans” Project “Leuk voor elkaar” Project “Samen leven” Project ketenautomatisering “mens is centraal”
Taken eerste lijn Huisartsenzorg, aanverwante disciplines en buurtgerichtheid eerstelijns plusvoorziening
Exploitatie Investeringen Reserves
€ € €
111.490
Activiteiten
Status
Verdere stroomlijning toegankelijkheid 1e lijn reguliere acute zorg
Taken tweede lijn Zorgontwikkeling in en rondom Atrium, transmuraal en medisch centrum Kerkrade
Exploitatie Investeringen Reserves
€ € €
58
Activiteiten
Status
Masterplan Atrium Kerkrade / eerstelijns –plus – centrum Kerkrade
59
Nadere toelichting programma Project ketenautomatisering “mens is centraal” Met de applicatie “mens centraal” wordt nieuwe software op lokaal niveau als informatietool boven de separate gegevensbanken en werkprocessen van de ketenpartners geïmplementeerd, waardoor snel een juist en volledig inzicht door de professional van de actuele klantsituatie op een ”privacy-proof” wijze kan worden verkregen en minder gegevens uitvraag van de klant hierdoor noodzakelijk zal zijn. In 2014 is met alle partners overeenstemming bereikt over de inrichting en organisatie van de uniforme voorkant van het meldingsproces, inclusief de wijze van ondersteuning van deze werkprocessen door de applicatie “mens centraal”. Alle betrokken medewerkers van genoemde organisaties zijn opgeleid en hebben de werkinstructies voor het gebruik van “mens centraal” ontvangen. In het tweede kwartaal van 2015 wordt de applicatie door iedere partner verplicht gebruikt. Project “Samen leven” De gezamenlijke Kerkraadse partners in de uitvoering van het model van de sociale wijkteams, t.w. zorgaanbieder Meandergroep Zuid-Limburg, welzijnsinstelling Impuls, Radar, Wmo platform Kerkrade en de gemeente Kerkrade, hebben de handen in elkaar geslagen, met als doel een duurzaam activerings- en compensatiemodel te ontwikkelen binnen het lokale sociale domein voor de Kerkraadse burger. De samenwerking biedt een passend antwoord op de financiële uitdagingen die op alle partijen afkomen, waarbij met minder geld meer tegen een minimaal gelijkblijvende kwaliteit moet worden gerealiseerd. Vanuit de uitgangspunten en doelstellingen die in het rijksbeleid zijn geformuleerd en die vervolgens zijn herbevestigd in de Kerkraadse visie op het lokale sociale domein, wordt op gezamenlijke wijze in nauwe afstemming met elkaar op basis van een vastgesteld plan van aanpak de uitvoering ter hand genomen. De voorbereiding op de transitie is tijdig afgerond en in het kader van de opgestarte transformatie is gezamenlijk een innovatieagenda met projecten opgesteld. Op 7 februari 2014 is genoemde samenwerking geformaliseerd middels de ondertekening van een convenant. Onderdeel van de gemaakte afspraken maakt uit de verplichting om een passende financiële bijdrage te storten in een gezamenlijk innovatiefonds, waaruit vervolgens de kosten van de uitvoering van in het kader van de doorontwikkeling ondernomen innovatieve activiteiten kunnen worden bekostigd. In december 2014 is de samenwerking uitgebreid met de deelname van de organisaties Xonar en SGL. Project “Leuk voor elkaar” Leuk voor elkaar is een regionaal project inhoudende een aanvalsplan om mensen met een gebrekkig (ontoereikend) eigen sociaal netwerk te laten kennismaken met een combinatie van fysieke en virtuele ontmoetingsplekken via lokale groepen die we “VayaV” groepen noemen. Daardoor worden hun mogelijkheden en de motivatie om intensiever te participeren in hun eigen omgeving gestimuleerd en ondersteund. De strategie is om met behulp van de provinciale bijdrage in drie Parkstad gemeenten (Kerkrade, Brunssum en Nuth) VayaV groepen op te starten. Het project heeft een looptijd van 3 jaar. Daarna worden de VayaV groepen gecontinueerd als een structureel bestendig aanbod aan de doelgroep. Inhoudelijk sluit het project aan op de Wmo kanteling, het regionale project “goed voor elkaar” alsmede het Europese project Discover. Op 25 november 2014 heeft de provincie Limburg besloten de gemeente Kerkrade voor het project “Leuk voor elkaar” een projectsubsidie te verlenen van maximaal € 348.097 voor de financiering van het project. Verdere stroomlijning toegankelijkheid 1e lijn reguliere acute zorg De z.g. “zichtbare schakel” (wijkverpleegkundige Meander) maakt inmiddels structureel deel uit van elk sociaal wijkteam. Op 12 november 2014 is, mede als voorbereiding op de uitvoering van de nieuwe werkprocessen na transitie, een bijeenkomst met alle Kerkraadse huisartsen georganiseerd. Er zijn afspraken gemaakt over een verdere verbetering van de onderlinge afstemming en samenwerking. De sociale wijkteams maken op individueel huisartsenpraktijk niveau passende uitvoeringsafspraken. Masterplan Atrium Kerkrade / eerstelijns –plus –centrum Kerkrade. Het door partijen vastgestelde masterplan Atrium Kerkrade is verder tot uitvoering gebracht met de ontwikkeling van de z.g. anderhalve lijnszorg of eerstelijns+ zorg. Daarbij zijn zoveel mogelijk relevante “care-partijen” opgenomen. Aansluitend op de door de huisartsen gestelde diagnostiek, wordt nog steeds aangestuurd op een passend anderhalve lijnszorg centrum in Kerkrade, waardoor veel curatieve poliklinische ingrepen in Kerkrade kunnen worden uitgevoerd en de huisartsen een prominente rol vervullen en nauw samenwerken met medisch specialisten. Op 9 april 2013 heeft de ondertekening plaatsgevonden van de 61
intentieovereenkomst, gericht op de realisatie van een brede en vernieuwende gezondheidszorgvoorziening ten behoeve van de burgers van de gemeente Kerkrade. De partijen zijn: de gemeente Kerkrade, Atrium Medisch Centrum Parkstad, MeanderGroep Zuid-Limburg, CZ-groep, Huisartsen Oostelijk Zuid-Limburg en Huis voor de Zorg. Eerstelijns plus’ zorg is een zorgnetwerk waar huisartsen, medisch specialisten en andere zorgprofessionals nauw samenwerken. Het uitgangspunt voor de te realiseren faciliteiten is de vraag van de patiënt. Meerdere disciplines gaan samenwerken om slimme combinaties van zorg en welzijn aan te bieden Indicatoren programma
omschrijving eigen oordeel matige of slechte gezondheid gerealiseerde targets project (G)oud* gerealiseerde afstemming sociale wijkteams met gezondheidscentra klanttevredenheid wmo wmo-"thermometer" *
bron
eenheid
2011
%
25
afd. WIZ
ja/nee
ja
ja
ja
afd. WIZ
ja/nee
deels
deels
deels
deels
71
71
n.b.
burgeronderzoek
afd. WiZ afd. WIZ
score (0 - 10) %
2012
2013
2014
streefwaarde 2014-2017
26
7,4
het project (G)oud is eind 2013 afgesloten.
C. Overige vermeldenswaardige zaken en indicatoren (realisatie) De bezuinigingen van de GGD-Z.L. liggen op koers. Ten aanzien van de risicoparagraaf wordt opgemerkt dat de weerstandsreserve nog maar 0,5% bedraagt en dat er ten aanzien van de huisvesting een financieel risico bestaat. Hierop wordt zo veel als mogelijk geanticipeerd. De aangepaste huisvestingsplannen blijven vooralsnog binnen de afgesproken kaders. De bezuinigingsopdracht is uitgevoerd. Ten einde een tijdig en goed antwoord te kunnen bieden op de financiële uitdagingen, die op de gemeenten afkomen, is het belangrijk om de inzet en richting van alle activiteiten die plaats vinden binnen het sociale domein, binnen de rijkskaders te focussen op eenduidige doelen. De ontwikkelde en door de gemeenteraad op 27 november 2013 vastgestelde visie inzake het Wmo beleid, vormt het lokale speelveld waarbinnen de samenwerkende partners op efficiënte en effectieve wijze hun dienstverlening t.b.v. de gezamenlijke klant uitvoeren. Een tiental basisregels zijn hiertoe afgesproken. Hoofddoelstelling is een duurzame lokale samenwerking te realiseren op het sociale individuele terrein, met de volledige en integrale focus gericht op de klant en die moet mee (blijven) doen (participatie) in de lokale Kerkraadse samenleving (straat, buurt en/of wijk). De eigen kracht en zelfredzaamheid van de individuele klant, de leefeenheid alsmede de buurt en wijk worden bij het realiseren van deze doelstelling zoveel als mogelijk op passende wijze aangesproken. In het verlengde hiervan geschiedt de dienstverlening aan de klant, waarbij zoveel als mogelijk in één beweging, alle knelpunten die een belemmering vormen voor een aanvaardbaar niveau van participatie van de individuele klant, door de gezamenlijke professionals van het sociale wijkteam onder regie van één op basis van inhoud aangewezen case manager worden weggenomen. De eigen kracht van de klant wordt op vrijwillige basis dan wel meer verplichtend geactiveerd en ingezet ten behoeve van het bevorderen van de leefbaarheid in de eigen straat, buurt en/of wijk.
62
In november 2014 is één uniforme wijze van klantbenadering en afhandeling van ingekomen meldingen door de gezamenlijke partners Samen Leven vastgesteld. De aanpak en invulling van de inhoudelijke beoordeling wordt door elke professional van alle partners op een gelijke wijze uitgevoerd. Ook de gebruikte instrumenten (participatieladder, zelfredzaamheid matrix), hulpmiddelen en ondersteunende systemen (applicatie Mens Centraal) zijn gelijk, waardoor veel efficiënter tussen de diverse kolommen door de professionals nu wordt geschakeld en verbonden. Verspillingen zijn zoveel als mogelijk uit de huidige processen gehaald. Doelstelling is en blijft om “middels creatieve en innovatieve vormen van nieuwe samenwerking een duurzame en toekomstbestendige uitvoering van individuele sociaal maatschappelijke ondersteuning te realiseren, waarbij ondanks de lagere budgetten een minimaal gelijkblijvende klanttevredenheid en kwaliteit t.b.v. de gezamenlijke klant is en blijft gegarandeerd”. De langdurige zorg wordt door het Rijk beter en doelmatiger georganiseerd door de begeleiding en de dagbesteding, waarvoor nu nog een beroep kan worden gedaan op de AWBZ, onder te brengen bij gemeenten. De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is hiervoor aangepast. In het verlengde en binnen de kaders van de nieuwe wetgeving is het lokale gemeentelijke beleid en regelgeving vormgegeven. Het beleidsplan Wmo 2015-2018 en de nieuwe verordening Maatschappelijke ondersteuning zijn door de gemeenteraad op 29 oktober 2014 vastgesteld. De transitie naar de nieuwe aanpak met uitvoering van het nieuwe beleid t.b.v. de nieuwe doelgroepen met nieuwe en aangepaste werkprocessen is onder leiding van de hiertoe benoemde kwartiermaker 3D tijdig, juist en volledig gerealiseerd. Sinds 1 januari 2015 is de gemeente Kerkrade verantwoordelijk voor de uitvoering van de Wmo 2015 (incl. voormalige AWBZ taken), de Participatiewet en de Jeugdwet. Het sociaal domein heeft in 2014 grotendeels in het teken gestaan van de voorbereiding op de nieuwe klanten en taken die deze stelselwijziging met zich meebrengt, oftewel de Transitie. Onderstaand een kort overzicht van de taken waar het over gaat. Het wettelijk verplichte beleid (beleidsplannen, verordeningen) is in 2014 tijdig vastgesteld. De inkoop Wmo en Jeugdzorg is tijdig afgerond, contracten zijn ondertekend en afspraken met (zorg)aanbieders zijn tijdig gemaakt. Klanten en inwoners zijn via de media, Wmo-journaal plus, brieven, onze samenwerkingspartners en wijkbijeenkomsten geïnformeerd over de aanstaande wijzigingen. De cliëntenadministratie in Civision is ingericht op de nieuwe klanten/taken. Software voor de uitvoering van de nieuwe taken zoals Mens Centraal, Zelfredzaamheidsmatrix en het berichtenverkeer met aanbieders, Raad voor de Kinderbescherming en SVB zijn aangeschaft en ingericht. De medewerkers zijn opgeleid in werkprocessen, beleid, methodieken en nieuwe administratieve systemen. De sociale wijkteams zijn (door)gestart. Voor de uitvoering van de Jeugdtaken is het gemeentelijk team uitgebreid met 6 Jeugdconsulenten, afkomstig van Impuls en voormalig Bureau Jeugdzorg. De ervaringen van de laatste maanden van 2014 leren dat het aantal vragen dat door inwoners gesteld wordt lager uitvalt dan verwacht en dat de wijkbijeenkomsten van de gemeente zeer goed bezocht zijn. Achter de schermen zijn we nog bezig om een aantal operationele zaken te regelen, maar hiervan ondervinden onze klanten/inwoners geen hinder. De gemeente Kerkrade was op 1 januari 2015 klaar voor de nieuwe taken en de nieuwe klanten en de transitie mag als afgerond worden beschouwd. gen bij gemeenten. De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is hiervoor aangepast. In het verlengde en binnen de kaders van de nieuwe wetgeving is het lokale gemeentelijke beleid en regelgeving vormgegeven. Het beleidsplan Wmo 2015-2018 en de nieuwe verordening Maatschappelijke ondersteuning zijn door de gemeenteraad op 29 oktober 2014 vastgesteld.
63
De transitie naar de nieuwe aanpak met uitvoering van het nieuwe beleid t.b.v. de nieuwe doelgroepen met nieuwe en aangepaste werkprocessen is onder leiding van de hiertoe benoemde kwartiermaker 3D tijdig, juist en volledig gerealiseerd. Sinds 1 januari 2015 is de gemeente Kerkrade verantwoordelijk voor de uitvoering van de Wmo 2015 (incl. voormalige AWBZ taken), de Participatiewet en de Jeugdwet. Het sociaal domein heeft in 2014 grotendeels in het teken gestaan van de voorbereiding op de nieuwe klanten en taken die deze stelselwijziging met zich meebrengt, oftewel de Transitie. Onderstaand een kort overzicht van de taken waar het over gaat. Het wettelijk verplichte beleid (beleidsplannen, verordeningen) is in 2014 tijdig vastgesteld. De inkoop Wmo en Jeugdzorg is tijdig afgerond, contracten zijn ondertekend en afspraken met (zorg)aanbieders zijn tijdig gemaakt. Klanten en inwoners zijn via de media, Wmo-journaal plus, brieven, onze samenwerkingspartners en wijkbijeenkomsten geïnformeerd over de aanstaande wijzigingen. De cliëntenadministratie in Civision is ingericht op de nieuwe klanten/taken. Software voor de uitvoering van de nieuwe taken zoals Mens Centraal, Zelfredzaamheidsmatrix en het berichtenverkeer met aanbieders, Raad voor de Kinderbescherming en SVB zijn aangeschaft en ingericht. De medewerkers zijn opgeleid in werkprocessen, beleid, methodieken en nieuwe administratieve systemen. De sociale wijkteams zijn (door)gestart. Voor de uitvoering van de Jeugdtaken is het gemeentelijk team uitgebreid met 6 Jeugdconsulenten, afkomstig van Impuls en voormalig Bureau Jeugdzorg. De ervaringen van de laatste maanden van 2014 leren dat het aantal vragen dat door inwoners gesteld wordt lager uitvalt dan verwacht en dat de wijkbijeenkomsten van de gemeente zeer goed bezocht zijn. Achter de schermen zijn we nog bezig om een aantal operationele zaken te regelen, maar hiervan ondervinden onze klanten/inwoners geen hinder. De gemeente Kerkrade was op 1 januari 2015 klaar voor de nieuwe taken en de nieuwe klanten en de transitie mag als afgerond worden beschouwd.
Indicatoren beleidsveld
omschrijving toegekende rolvoorzieningen (handbewogen/ elektrische rolstoel)* toegekende woonvoorzieningen toegekende vervoersvoorzieningen* toegekende voorzieningen hulp bij het huishouden maatschappelijke participatie aanvragen bijzondere bijstand aanvragen sociaalculturele activiteiten deelnemers collectieve ziektekst.verzekering trajecten
bron
eenheid
2011
2012
2013
2014
afd. WIZ
aantal
324
312
275
188
afd. WIZ
aantal
597
505
324
280
afd. WIZ
aantal
647
657
401
473
afd. WIZ
aantal
873
657
749
533
score 0-10
3,5
afd. WIZ
aantal
914
1.220
1.211
1.354
afd. WIZ
aantal
1.499
1.462
1.613
1.742
afd. WIZ
aantal
1.200
1.150
837
791
afd. WIZ
aantal
140
212
223
200
burgeronderzoek
64
4,0
streefwaarde 2014-2017
*
omschrijving
bron
schuldhulpverlening huisuitzettingen
afd. WIZ
eenheid
2011
2012
2013
2014
aantal
46
36
55
35
streefwaarde 2014-2017
Vanwege het feit dat een scootmobiel een vervoersvoorziening is, is in 2014 deze toekenningen geteld bij de vervoersvoorzieningen i.p.v. bij de rolvoorzieningen in tegenstelling tot voorgaande jaren.
D. Wat heeft het gekost? 08 Zorg
Rekening Primaire begroting 2013 2014 18.645 17.668 2.907 1.669 -15.738 -16.000
Lasten Baten Saldo baten en lasten
Begroting na wijz. 2014 19.317 2.460 -16.857
Rekening 2014 16.827 2.508 -14.320
-16.857
-14.320
Mutatie reserves Resultaat
-15.738
-16.000
Investeringen rekening bedragen x € 1.000
08 Zorg
Primaire raming krediet
Actuele raming krediet
Gevoteerd
Besteed
Restant krediet
Uitbreiding
0
0
0
0
0
Vervanging
800
700
700
498
202
Totaal beleidsveld
800
700
700
498
202
65
09 Werk en inkomen
A. Algemeen Omschrijving van het beleidsveld: Burgers die vanwege hun inkomenssituatie tot de doelgroep behoren, ondersteunen in hun sociale, mentale en financiële weerbaarheid en activeren om (hernieuwd) deel te nemen aan de samenleving. Onderscheiden deelterreinen: Arbeidstrajecten, arbeidsbemiddeling, uitkeringen, verhaal en terugvordering, debiteurenbeheer , incasso en handhaving. Portefeuillehouders: C. Szalata (sociale zaken) H. Wiermans (sociale zaken) Beleidskaders Reïntegratieverordening 2013 Beleidsplan reïntegratie 1 juli 2013 t/m 31 december 2014 Verordening persoonsgebonden budget WSW 2008 Wet Participatiebudget 2009 Kadernota ondernemen in Kerkrade 2006 Verordening wet kinderopvang sociaal medische indicatie 2012 Beleidsregels Wet Kinderopvang 2013 Toeslagenverordening WWB 2012 / A Afstemmingsverordening WWB, Bbz 2004, IOAW en IOAZ 2013 Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive 2013 Handhavingsverordening WWB, Bbz 2004, IOAW en IOAZ 2012 Beleidsregels terug- en invordering WWB, IOAW en IOAZ 2013 Beleidsregels boete WWB, IOAW, IOAZ 2013 Beleidsregels inzake verhaal van Wet werk en bijstand 2008 Verordening en beleidsregels langdurigheidstoeslag 2012 Beleidsregels krediethypotheek en pandrecht 2007 Verordening Wet inburgering 2007 en beleidsregels Wet inburgering 2008 Verordening sociaal culturele activiteiten 2012 Verordening participatie schoolgaande kinderen 2012 Richtlijnen bijzondere bijstand 2012 Verordening cliëntparticipatie 2010 Normenkader 2009-2012
B. Programma Bij dit beleidsveld hoort het programma “Reïntegratie”.
67
Programma H. Wiermans
09. Reïntegratie
Algemene doelstelling Burgers die vanwege hun inkomenssituatie tot de Doelgroep behoren, ondersteunen in hun sociale, mentale en financiële weerbaarheid en activeren om (hernieuwd) deel te nemen aan de samenleving
Beleidsplan reïntegratie Het bevorderen van uitstroom uit uitkering naar betaald of onbetaald werk
Exploitatie Investeringen Reserves
€ € €
1.945.000
Activiteiten
Status
Versterkte consequente inzet op “poort”, “inspanningsperiode” en “workshop” Individuele interventies Project sociale activeringsplekken
68
Nadere toelichting programma Project sociale activeringsplekken In 2014 hebben gedurende het gehele jaar 70 klanten een sociale activeringsplek gehad. Sociale activeringsplekken hebben tot doel klanten ervaring op te laten doen met de zogenaamde tegenprestatie. Individuele interventies In 2014 is ingezet op individuele interventies zoals oriëntatiestages, werken met behoud van uitkering, sociale activering om klanten op een hogere positie van de participatieladder te brengen, waardoor zij meer uitzicht krijgen op een definitieve uitstroom. Versterkte consequente inzet op “poort”, “inspanningsperiode” en “workshop” Het residu van de verkenning van de mogelijkheden voor een werkbedrijf is de voorkeur voor een “werkmakelaar”, in plaats van het optuigen van een eigen gemeentelijk werkbedrijf. De werkmakelaar wordt niet meer, maar zeker ook niet minder, dan een makel punt waarin gemeentelijke opdrachten en/of opdrachten van aan de gemeente gelieerde instellingen worden uitgevoerd door mensen uit een van de doelgroepen met een afstand tot de arbeidsmarkt (de kwetsbare beroepsbevolking).Gedurende het jaar 2014 is reeds, op kleinschalig niveau, met enkele projecten gestart. Een spraakmakend voorbeeld hiervan is de inzet van de Werkmakelaar bij de uitvoering van het speelruimteplan. Hierbij is de feitelijke uitvoering verricht via D’r Sjalter. Mede ten behoeve van de Werkmakelaar heeft er in 2014 ook een continuering van het project bij D’r Sjalter plaatsgevonden. Voor de bijstandsdoelgroep biedt D’r Sjalter namelijk een “voorschakeltraject”, dat noodzakelijk is voor het bestaansrecht van de Werkmakelaar.In 2015 zal de positionering en verdere formalisering van de Werkmakelaar nader vormgegeven moeten worden. Dit geldt eveneens voor de positionering en rol van onze partners zoals D’r Sjalter en WOZL in dit kader. De GR WOZL is zoals bekend verantwoordelijk voor de uitvoering van de wsw. Met D’r Sjalter wordt jaarlijks een uitvoeringsovereenkomst aangegaan. Deze is ook voor 2015 weer verlengd. De ervaringen opgedaan in 2013 en 2014 dienen hierbij als input voor verdere invulling van de werkwijze, het werkgebied en werkproces. Hierbij dient expliciet aandacht te zijn voor de aansluiting met Social Return On Investment. Voor het jaar 2014 is besloten om niet langer de (uitgebreidere) dienstverlening via het Jongerenloket Heerlen te handhaven. Om er toch voor te zorgen dat, met name voor de doelgroep kwetsbare Kerkraadse jongeren, een vorm van begeleiding en aandacht blijft, zijn inmiddels met Impuls afsprakenhierover gemaakt. De jongerenwerker van Impuls is hierdoor in 2014 vanaf de aanvraag actief betrokken worden bij het verdere traject voor die jongere. Impuls neemt deel aan het Sociale Wijkteam en kan daardoor de ketenpartners inschakelen als dat nodig zou zijn.Verder is aansluiting gezocht bij de aanpak scholings- en arbeidsperspectief voor jongeren uit Parkstad Limburg, zoals deze regionaal is overeengekomen. Onderdeel hiervan is de ESF-aanvraag, welke eind 2014 namens de regio Parkstad is gedaan. Indicatoren programma
omschrijving ontvangen meldingen die leiden tot een aanvraag na de inspanningsperiode klanten nog actief in uitkering na 3 maanden workshop en overige activiteiten klanten die na workshops minimaal 1 stap op participatieladder stijgen * geplaatste klanten die minimaal 5 uren per week aan het werk
bron
eenheid
2011
2012
2013
2014
afd. WIZ
%
41
44
afd. WIZ
%
77
73
afd. WIZ
%
afd. WIZ
aantal
55
69
69
streefwaarde 2014-2017
omschrijving
bron
eenheid
2011
2012
2013
2014
streefwaarde 2014-2017
zijn via project sociale activering * het aantal klanten dat voldoet aan dit criterium is moeilijk uit het registratiesysteem te traceren
C. Overige vermeldenswaardige zaken en indicatoren (realisatie) Werkmakelaar Het residu van de verkenning van de mogelijkheden voor een werkbedrijf is de voorkeur voor een “werkmakelaar”, in plaats van het optuigen van eigen gemeentelijk werkbedrijf. De werkmakelaar wordt niet meer, maar zeker ook niet minder, dan een makelpunt waarin gemeentelijke opdrachten en/of opdrachten van aan de gemeente gelieerde instellingen worden uitgevoerd door mensen uit een van de doelgroepen met een afstand tot de arbeidsmarkt (de kwetsbare beroepsbevolking). Gedurende het jaar 2014 is reeds, op kleinschalig niveau, met enkele projecten gestart. Een spraakmakend voorbeeld hiervan is de inzet van de werkmakelaar bij de uitvoering van het speelruimteplan. Hierbij is de feitelijke uitvoering verricht via D’r Sjalter. Mede ten behoeve van de Werkmakelaar heeft er in 2014 ook een continuering van het project bij D’r Sjalter plaatsgevonden. Voor de bijstandsdoelgroep biedt D’r Sjalter namelijk een “voorschakeltraject”, wat noodzakelijk is voor het bestaansrecht van de werkmakelaar. In 2015 zal de positionering en verdere formalisering van de Werkmakelaar nader vormgegeven moeten worden. Dit geldt eveneens voor de positionering en rol van onze partners zoals D’r Sjalter en WOZL in dit kader. De Gemeenschappelijke Regeling WOZL is zoals bekend verantwoordelijk voor de uitvoering van de Wsw. Met D’r Sjalter wordt jaarlijks een uitvoeringsovereenkomst aangegaan. Deze is ook voor 2015 weer verlengd. De ervaringen opgedaan in 2013 en 2014 dienen hierbij als input voor verdere invulling van de werkwijze, het werkgebied en werkproces. Hierbij dient expliciet aandacht te zijn voor de aansluiting met Social Return On Investment. (Lokale) aanpak kwetsbare jongeren Voor het jaar 2014 is besloten om niet langer de (uitgebreidere) dienstverlening via het Jongerenloket Heerlen te handhaven. Om er toch voor te zorgen dat, met name voor de doelgroep kwetsbare Kerkraadse jongeren, een vorm van begeleiding en aandacht blijft, zijn inmiddels met Impuls afspraken hierover gemaakt. De jongerenwerker van Impuls is hierdoor vanaf de aanvraag actief betrokken worden bij het verdere traject voor die jongere. Daarmee wordt Impuls de regisseur van dat verdere traject. Bij Impuls is namelijk vaak al veel informatie van en over de jongere bekend. Impuls neemt deel aan het Sociale Wijkteam en kan daardoor de ketenpartners inschakelen als dat nodig zou zijn. Verder zal aansluiting moeten worden gezocht met de aanpak scholings- en arbeidsperspectief voor jongeren uit Parkstad Limburg, zoals deze regionaal is overeengekomen. Onderdeel hiervan is de ESFaanvraag, welke namens de regio Parkstad is aangevraagd eind 2014. Werkgeversservicepunt Teneinde de samenwerking van gemeenten naar werkgevers beter op elkaar af te stemmen en te regisseren is het Werkgevers Servicepunt Parkstad Limburg (WSP) opgericht. Daarmee is de werkgeversbenadering voor werkgevers in Parkstad centraal geregeld voor en zorgt het WSP voor de juiste match van bijstandsklanten, Wsw-ers en UWV-klanten. In 2014 heeft deze gezamenlijke aanpak voor werkgeversdienstverlening in Parkstad verder vorm gekregen. Enerzijds vanwege de wettelijke kaders die dit voorschrijven en anderzijds vanwege inhoudelijke motieven, om de ondernemers zo optimaal mogelijk te kunnen bedienen, onderlinge concurrentie te voorkomen en voor de klant een zo passend mogelijke plek te vinden. De pilot WSP is derhalve verlengd tot 1 juli 2015, waarna structurele inbedding zou moeten plaatsvinden. Hiertoe wordt een plan van aanpak opgesteld, om antwoord te kunnen geven op de vraag hoe de werkgeversdienstverlening op gewestelijke schaal structureel vormgegeven zou moeten worden, waarbij eveneens de aansluiting moet worden gezocht met de werkgeversbenadering op Zuid-Limburgse schaal en de lokale initiatieven.
70
Lokale werkgeversbenadering (“Naar Buiten”) Medio 2013 is besloten om de uitvoering van de lokale werkgeversbenadering te intensiveren. Er zijn veel z.g. “verborgen” vacatures bij werkgevers. Daar zitten de kansen voor onze klanten. Vanaf 1 juli 2013 is het project “Naar Buiten” hieruit geboren als pilot met een looptijd tot 1 januari 2015. Er zijn inmiddels contacten gelegd met een 100 tal werkgevers in Kerkrade. Met die werkgevers zijn afspraken gemaakt over klanten in de vorm van een direct dienstverband of vooralsnog een werkervaringsplaats. In 2014 is daarbij verder uitvoering gegeven aan de gestelde opdrachten, ken je klant, contacten met en ontzorgen van werkgevers en het creëren van een optimale samenwerking met het WSP. Het succes van deze pilot hangt uiteraard eveneens af van de medewerking en opstelling van de lokale werkgevers alsmede van de kwaliteit van de klanten. De resultaten tot nu toe zijn zeer bemoedigend. In 2014 hebben 79 klanten werk aanvaard, waarvan 12 parttime. Daarnaast is van 14 klanten de uitkering beëindigd. De resultaten zijn excusief de uitstroom via WSP. Vooraf zijn geen bepaalde prestaties gesteld. Het doel van het project is ook om ervaringscijfers te generen van deze werkgeversbenadering. Door de resultaten te monitoren, kan dan mede op basis daarvan besloten worden of de pilot al dan niet wordt gecontinueerd na 1 januari 2015. Daarnaast zal Deloitte Consulting B.V. begin 2015 een onafhankelijk doelmatigheidsonderzoek verrichten naar het onderdeel re-integratie van de gemeente Kerkrade. De uitkomsten hiervan zullen als input worden meegenomen bij de keuze om de lokale werkgeversbenadering te continueren. In afwachting op deze uitkomsten is de pilot verlengd tot 1 juli 2015. Sociale werkvoorziening / WOZL Door de komst van de Participatiewet wordt de sterfhuisconstructie van WOZL verstrekt voor de doelgroep Wsw. Vanaf 1 januari 2015 is geen nieuwe instroom in de Wsw meer mogelijk. Een herschikking van de organisatie in een holding, een Beschut bv en een Detachering bv is hierbij gewenst en hier is gedurende het jaar 2014 reeds naar toe gewerkt. Enkele bedrijfsonderdelen, zoals Groen en Post, zijn in 2014 vervreemd. Daarnaast zijn in dit kader door het onderzoeksbureau IROKO reeds enkele scenario’s voor de uitvoering van beschut werken en Detachering Wsw in de Regio Parkstad nader uitgewerkt. Bij de uitwerking is een koppeling met het WSP gemaakt. Indicatoren beleidsveld
omschrijving
bron
eenheid
2011
2012
2013
2014
klanten Wwb * doorlooptijden primaire producten tijdig
afd. WIZ
aantal
1.786
1.818
1.809
1.838
afd. WIZ
%
81
89
92
92
ontvangstenquote**
afd. WIZ
%
28
17
17
19
%
42
39
35
41
fraudequote*** afd. WIZ * per 31 december ** ontvangsten in relatie tot vorderingen *** onderzochte gevallen in klantenbestand
streefwaarde 2014-2017
D. Wat heeft het gekost? 09 Werk en inkomen Lasten Baten Saldo baten en lasten
Rekening Primaire begroting 2013 2014 65.826 66.628 62.200 60.576 -3.627 -6.052
Begroting na wijz. 2014 63.986 60.515 -3.471
Rekening 2014 61.536 61.321 -215
-3.471
-215
Mutatie reserves Resultaat
-3.627
-6.052
71
Investeringen rekening bedragen x € 1.000
09 Werk en inkomen
Primaire raming krediet
Actuele raming krediet
Gevoteerd
Besteed
Restant krediet
Uitbreiding
0
0
0
0
0
Vervanging
50
25
0
0
0
Totaal beleidsveld
50
25
0
0
0
72
10 Bestuur en bedrijfsvoering
A. Algemeen Omschrijving van het beleidsveld: Het op een goede wijze uitvoering geven aan de bestuurlijke en ondersteunende taken van de gemeentelijke organisatie. Het beleidsveld is ondersteunend aan en randvoorwaardelijk voor de bestuurlijke ambities en doelstellingen in de andere programma’s/beleidsvelden. Onderscheiden deelterreinen: Bestuurlijk handelen; Communicatie; Intergemeentelijke samenwerking; Internationale samenwerking; Burgerzaken, burgerlijke stand en historisch archief; Bedrijfsvoering Portefeuillehouders: J. Som (Eurode; internationale samenwerking) T. Weijers (communicatie) D. Schneider (financiën; informatievoorziening & automatisering en publiekszaken en dienstverlening) H. Wiermans (Parkstad Limburg; personeel & organisatie) Beleidskaders Diverse wetten e.d. Aanbestedingswet 2012 en Europese Aanbestedingsrichtlijnen 2014/23 en 24/EU, de Wet GBA (gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens), Wegenverkeerswet, PUN (Paspoort Uitvoeringsregeling Nederland), de Kieswet, Het Burgerlijk Wetboek, het besluit burgerlijke stand Regionale kaders Coalitieakkoord 2012-2015 provincie Limburg; Limburg haal het beste uit jezelf Gemeenschappelijke regeling stadsregio Parkstad Limburg, februari 2010 Communicatiebeleid Parkstad Limburg. (Parkstad maakt ’t mogelijk) Regiodialoog Parkstad-Provincie Regioprogramma: “Naar een duurzaam vitale regio”, juli 2010 Lokale kaders Collegeprogramma 2014-2018; Integraal en kansen: Een koepel voor al ons handelen (Kerkrade, september 2014) Inspraakverordening gemeente Kerkrade (2004) Financiële verordening (art. 212 Gemeentewet) en Nota Reserves en Voorzieningen Controleverordening (art. 213 Gemeentewet) Onderzoeksverordening (art. 213A Gemeentewet) Inkoop- en aanbestedingsbeleid en –protocol gemeente Kerkrade (2008) Informatiebeleidsplan 2007-2011 Nota dienstverlening “Verschillende klanten, verschillende aanpak” Nota verbonden partijen 2014 (september 2014) Het Communicatiebeleidsplan; “Communicatie zintuig van de gemeente” (juni 2011) Verordening gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens (2008)t reglement burgerlijke stand en de rechtspositieregeling buitengewoon ambtenaar burgerlijke stand Kerkrade Het reglement burgerlijke stand en de rechtspositieregeling buitengewoon ambtenaar burgerlijke stand Kerkrade
73
B. Programma Voor dit beleidsveld is geen apart programma in de vorm van een doelenboom gedefinieerd.
C. Overige vermeldenswaardige zaken en indicatoren (realisatie) Bij dit beleidsveld zijn ook de paragraaf bedrijfsvoering en de paragraaf verbonden partijen relevant. Indicatoren beleidsveld
omschrijving
bron
eenheid
2011
2012
2013
2014
afgehandelde bezwaarschriften: - beslissingen op bezwaar - ingetrokken waardering gemeentelijke dienstverlening tevredenheid laatste contact met gemeente digitale producten / aanvraagformulieren voor de klant beschikbaar samenwerking Parkstad Limburg is een goed initiatief ** tevredenheid procedure huwelijken ***
bezwaarschriften/klachtencie. aantal
118
134
209
185
aantal
79
62
137
112
burgeronderzoek
score 0-10
6,7
6,9
burgeronderzoek
score 0-10
7,7
7,9
aantal
28
%
68
Burgerplein
burgeronderzoek klanttrevredenheidsonderzoek
20 *
23
21
46.748
35.388
33.520
streefwaarde 2014-2017
score goed - zeer goed
- aangifte
%
- voltrekking contacten aan de balie tijdens openingsuren wv. afhandeling binnen 10 minuten****
% Burgerplein
aantal
50.266
Burgerplein
%
88
*
Diverse producten/processen zijn inmiddels “slimmer”/meer efficiënt gebundeld in 1 digitaal aanvraagformulier. De cijfers zijn daarom niet meer goed vergelijkbaar. ** M.i.v. 2013 vervallen; vraag niet opgenomen in enquête. *** In 2013 geen klanttevredenheidsonderzoek want de samenstelling van de groep bijzondere ambtenaren burgerlijke stand (babsen) is al langere tijd ongewijzigd en de voorstellen uit de voorgaande onderzoeken zijn uitgevoerd; in 2015 zal waarschijnlijk een nieuw onderzoek worden uitgevoerd. **** Door invoering nieuw registratiesysteem kan percentage niet afgeleid worden.
74
D. Wat heeft het gekost? 10 Bestuur en bedrijfsvoering
Rekening Primaire begroting 2013 2014 10.218 10.030 689 687 -9.529 -9.343
Lasten Baten Saldo baten en lasten
Begroting na wijz. 2014 9.955 943 -9.011
Rekening 2014 9.902 956 -8.946
-9.011
-8.946
Mutatie reserves Resultaat
-9.529
-9.343
Investeringen rekening bedragen x € 1.000
10 Bestuur en bedrijfsvoering
Actuele raming krediet 0
Gevoteerd
Besteed
Restant krediet
Uitbreiding
Primaire raming krediet 125
0
0
0
Vervanging
0
0
0
0
0
125
0
0
0
0
Totaal beleidsveld
75
11 Beheer
A. Algemeen Omschrijving van het beleidsveld: Het doelmatig beheren van de gemeentelijke eigendommen (fysieke infrastructuur, gemeentelijke gebouwen) Onderscheiden deelterreinen: Riolering; Onderhoud wegen straten en pleinen; Onderhoud verkeersinstallaties; Beheer gemeentelijke gebouwen; Begraafplaatsen; Onderhoud groenvoorzieningen; Onderhoud sportaccommodaties en overige recreatieve voorzieningen; Geo-informatie Portefeuillehouders: J. Bok ( vastgoed, verkeer en vervoer) T. Weijers ( openbare ruimte) J. Schlangen (sport) Beleidskaders: Jaarplan 2015 Afdeling Stedelijk Beheer (2014) Informatiebeleidsplan 2007-2010 (update 2012) Meerjaren onderhoudsplanning PLANON en jaarplan onderhoud gebouwen Gemeentelijk Rioleringsplan 2001-2006 (update als regionaal GRP in voorbereiding) Evaluatienota GRP 2011 (incl. waterplan) Wegenbeheerplan 2007-2011 (concept 2014) Beleidsplan Openbare Verlichting (concept 2013) Beleidsplan Begraafplaatsen (1998) Groenstructuurplan (concept 2013) Bomenbeleidsplan (Bomenverordening 2012 en Lijst Waardevolle en Monumentale bomen 2012) Bosbeheerplan NOC/NSF-normen Verkeersveiligheidsplan (1997) Energiescan 2010
B. Programma Voor dit beleidsveld is geen apart programma in de vorm van een doelenboom gedefinieerd.
C. Overige vermeldenswaardige zaken en indicatoren (realisatie) De onderhoudswerkzaamheden zijn aan de hand van de reguliere werkplanningen uitgevoerd. Door de bezuinigingen zijn minder onderhoudswerkzaamheden uitgevoerd, als gevolg waarvan de indicatoren onder druk staan. Om de gevolgen zo goed als mogelijk op te vangen is in 2014 extra aandacht besteed aan het zoeken naar externe financiering en naar het introduceren van nieuwe en slimme combinaties tussen mens en machine. Overall laat de burgertevredenheid over het beheer en onderhoud van de openbare ruimte in Kerkrade een licht stijgende lijn zien van 5,4 in 2011 naar 5,7 in 2013
77
Voor de omschrijving van alle te onderscheiden onderhouds- en beheerwerkzaamheden, wordt hier kortheidshalve verwezen naar de paragraaf ‘onderhoud kapitaalgoederen’. Indicatoren beleidsveld
omschrijving
bron
kwaliteit wegennet voldoende:
2-jaarlijkse schouw wegennet
eenheid
2011
2012
2013
2014
- asfaltverharding
%
77
75
72
- elementenverharding klachten wegenonderhoud waardering beheer en onderhoud tevreden over onderhoud wegen, straten, pleinen tevreden over onderhoud groen tevreden over sportaccommodaties* tevreden over gemeentelijke gebouwen** kosten kwijtschelding i.r.t. kosten riolering ***
%
80
78
83
431
589 ****
487
Burgerplein
aantal
500
burgeronderzoek
score 0-10
5,4
5,7
burgeronderzoek
%
30
38
burgeronderzoek
%
39
39
burgeronderzoek
%
81
Vastgoed en Grondbedrijf
%
afd. Financiën
%
6,4
6,7
8,0
streefwaarde 2014-2017
8,1
*
Het gaat niet alleen om de tevredenheid die inwoners geven over het gebruik van de sportaccommodaties binnen de gemeente , maar ook sportaccommodaties buiten de gemeente; m.i.v. 2013 vervallen; vraag niet opgenomen in enquête ** Geen gegevens beschikbaar *** Een algemene beleidsmatige uiteenzetting inzake kwijtschelding is gegeven in de paragraaf lokale heffingen **** De toename is een gevolg van de strenge en lange winterperiode in 2013, de achteruitgang van de kwaliteit van de wegen en meer bekendheid van de klachtenprocedure van het klantcontactcentrum (KCC) bij de burger.
D. Wat heeft het gekost? 11 Beheer Lasten Baten Saldo baten en lasten Mutatie reserves Resultaat
Rekening Primaire begroting 2013 2014 17.899 15.229 6.691 5.842 -11.207 -9.387
Begroting na wijz. 2014 17.452 6.623 -10.829
Rekening 2014 19.866 6.631 -13.235
-322
73
-31
2.399
-11.529
-9.314
-10.860
-10.836
78
Investeringen rekening bedragen x € 1.000
11 Beheer
Actuele raming krediet 3.612
Gevoteerd
Besteed
Uitbreiding
Primaire raming krediet 3.612
3.612
3.612
0
Vervanging
5.194
4.103
4.013
1.656
2.357
Totaal beleidsveld
8.806
7.715
7.625
5.268
2.357
79
Restant krediet
Algemene dekkingsmiddelen In dit onderdeel worden de middelen (baten/lasten) weergegeven met een algemeen karakter zoals voorgeschreven in het BBV. Deze dienen namelijk buiten de beleidsvelden te worden gehouden. Lokale heffingen In het onderdeel algemene dekkingsmiddelen treffen we bij lokale heffingen die heffingen aan, waarvan de besteding niet gebonden is. Dit betreft de onroerendezaakbelasting, hondenbelasting, reclamebelasting, precariorechten en toeristenbelasting. Tevens zijn hier opgenomen de kosten die direct verband houden met deze opbrengsten. Ten aanzien van de besteding van de reclamebelasting zijn overigens specifieke afspraken gemaakt. Lokale heffingen, waarvan de besteding wel gebonden is, bijv. afvalstoffenheffingen, rioolheffing en diverse leges, worden op de desbetreffende beleidsvelden verantwoord. Voor een overzicht van de opbrengsten van de belangrijkste heffingen en beleidsvelden waarin deze zijn opgenomen, wordt verwezen naar de paragraaf lokale heffingen in deze jaarrekening en naar de jaarlijkse tarievennota. Algemene uitkering De primair geraamde opbrengst 2014 (peil VJN2013) bedroeg bijna € 54,8 mln. Er is ruim € 55,8 mln gerealiseerd. Dit is de resultante van de financiële vertaling van de rijksmaatregelen voor de jaarschijf 2014 zoals verwoord in de diverse circulaires alsook de gebruikelijke overige ontwikkelingen aan de uitkeringsbasis van de onderscheiden verdeelmaatstaven en afrekeningen oude jaren per jaareinde c.q. aan het begin van het nieuwe jaar (NJN2013: meicirc 2013 +€ 37.000; VJN2014: septembercirc 2013 -/- € 108.000 en decembercirc 2013 -/- € 122.000; NJN2014: meicirc 2014 +€ 60.000 en septembercirc 2014 +€ 175.000; rekening 2014: decembercirc 2014 jaren 2012-2014 +€ 495.000; alsook middelen voor RUD(+€ 132.000), gezond in de stad (+€ 134.000) en koopkrachttegemoetkoming (+€ 274.000). Dividend e.d. In de paragraaf verbonden partijen worden de participaties van de gemeente Kerkrade vermeld, waarin de gemeente een bestuurlijk en/of financieel belang heeft. De totale opbrengst 2014 uit dividend e.d. is afgerond € 804.000 (incl. de terugontvangen ingehouden dividendbelasting). De reguliere dividendopbrengsten onder algemene dekkingsmiddelen (beleidsveld 0) waren plm. € 233.000 van Bank Nederlandse Gemeenten en € 571.000 van Enexis. In de loop van 2014 is Attero verkocht aan Waterland. De verkoopopbrengst bedroeg na aftrek van kosten voor Kerkrade € 822.000, waarvan een bedrag van circa € 65.000 te maken heeft met verleende garanties. Deels lopen deze tot medio 2015 en deels tot medio 2019. Deze zijn conform landelijke richtlijnen 100% voorzien middels een toevoeging aan de voorziening verkoop aandelen. Mogelijk is in de toekomst vrijval mogelijk, afhankelijk van de werkelijke claims. Netto bedroeg de verkoopopbrengst derhalve € 757.000 en is vrijwel conform het bedrag waar in de Voorjaarsnota 2014 van werd uitgegaan (€ 754.000). Op grond van de verkoopovereenkomst kwam het dividend van Attero in 2014 aan de koper toe. Om het dividend structureel te kunnen compenseren zijn in 2014 activa afgeboekt ter grootte van circa € 478.000 (conform Voorjaarsnota 2014). Verder is van Rd4 nog circa € 15.000 aan dividend ontvangen (beleidsveld 3). De Waterleiding Maatschappij Limburg heeft zoals gebruikelijk geen dividend uitgekeerd. Saldo financieringsfunctie De rentekosten over de langlopende leningen waren in 2014 € 3,3 mln. Mede door het optimaal benutten van de kasgeldlimiet alsook onderuitputting diverse budgetten was de financiële situatie zodanig, dat in 2014 geen aanvullende vaste geldlening nodig was. De overige rentelasten bedroegen € 73.000. De jaarlijkse rentebaten van de zgn. “bruglening Enexis” worden in de financiering meegenomen. In 2014 betrof dit een bedrag van circa € 0,232 mln. Dit bedrag neemt af naarmate de bruglening wordt afgelost, de laatste aflossing vindt in 2019 plaats. Hiermee wordt rekening gehouden in de begroting. Als gevolg van de invoering van het schatkistbankieren waren alle korte uitzettingen ultimo 2013 reeds beëindigd. Zie verder ook § 4. “Financieringsparagraaf”.
81
De kapitaallasten worden volledig doorberekend aan de diverse beleidsvelden. Aan de investeringen is in 2014 een rentepercentage van 2,58% toegerekend. De afschrijvingscomponent bedroeg in 2014 in totaliteit € 7,7 mln. Mutaties reserves In totaliteit is in 2014 circa € 14,4 mln gestort in reserves en circa € 11,5 mln onttrokken. Daarnaast is het rekeningresultaat 2013 (circa € 1,0 miljoen) in de loop van 2014 nog gestort in de reserve parkeerfonds. De meer bijzondere posten betreffen: overdracht Campus ten laste van reserve Essent € 1,3 mln (VJN2014), de diverse onttrekkingen reserve parkeerfonds (beleidsplan armoede en schulden € 0,4 mln, onderhoud wegen € 0,2 mln , onderhoud gebouwen € 0,1 mln) (VJN2014), saldo-egalisatie 2014 € 380.000 ten gunste van reserve parkeerfonds (NJN2014), voordeel Wsw/WOZL € 1,139 mln, onderuitputting exploitatiebijdrage WSW € 177.000 en verrekening inzake faillissement Licom € 2,429 mln ten gunste van reserve WSW (NJN2014), vrijval geoormerkt deel participatiebudget € 0,773 mln ten gunste van reserve FWI (rek2014). Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de toelichting op de balans. Verloop onvoorzien In de primaire begroting 2014 (peil VJN2013) was voor ‘onvoorzien’ een bedrag opgenomen van € 228.000, waarvan € 91.000 over de sectoren is verdeeld, en het restant € 137.000 als “algemeen” is gelabeld. Er zijn diverse begrotingsbijstellingen geweest op deze posten.
ad
De belangrijkste mutaties ten laste van ‘onvoorzien’ waren € 31.000 t.b.v. bijdrage Stichting Plus, € 22.500 t.b.v. verzekeringen, € 17.300 incidentele aanvulling voorziening BWS, € 44.500 lagere subsidie MFC d'r Pool (maar ook minder kosten), € 15.600 investering/onderhoud MFC d'r Pool, € 16.300 t.b.v. straatreiniging. Meevallers ten gunste van onvoorzien waren er ook, m.n. € 48.200 bijstelling budget RUD in verband met vertraging overgang personeel en € 10.300 meevaller gladheidsbestrijding. Voor het overige waren er nog diverse kleinere bijstellingen. In totaal is een bedrag van € 125.300 niet besteed en vrijgevallen ten gunste van het rekeningresultaat. Naast de post ‘onvoorzien’ is in het investeringsprogramma een jaarlijkse post ‘onvermijdbaar/algemeen’ van € 58.000 opgenomen. Niet bestede bedragen worden overgeheveld naar het volgende jaar. Vanuit 2013 was een bedrag van € 49.000 overgeheveld, waardoor voor 2014 in totaal € 107.000 beschikbaar was. Dit bedrag is in 2014 volledig besteed ten behoeve van het renovatieprogramma openbare verlichting (NJN2014). Overige algemene dekkingsmiddelen In totaliteit bedroeg de bespaarde rente op reserves en voorzieningen cf. de bijgestelde begroting afgerond € 2,1 mln. Overigens vindt de financiering plaats op basis van gemeentebrede daadwerkelijke liquiditeitsbehoefte en –prognoses. Daarnaast ontvangen wij van Enexis jaarlijks een zogenaamde inconveniëntentoeslag, over 2014 dienen wij nog een bedrag te ontvangen van circa € 128.000 (beleidsveld 11). Behalve de reeds dekkingsmiddelen.
hiervoor
genoemde
zijn
er
geen
noemenswaardige
overige
algemene
Incidentele baten en lasten Een analyse van de belangrijkste mee- en tegenvallers werd gegeven in de ‘Algemene beschouwingen’. Verder wordt verwezen naar de financiële tabellen bij de beleidsvelden. De eventuele structurele posten daarvan worden meegenomen in de afwegingen van de eerstvolgende formele bijstelling van de begroting.
82
Paragrafen §1. Lokale heffingen In deze paragraaf treft u een beknopte uiteenzetting aan van het beleid en de opbrengsten uit gemeentelijke heffingen en leges. a. Beleid lokale heffingen en kwijtschelding De tarieven voor 2014 zijn door de raad vastgesteld middels de Tarievennota 2014 (raad december 2013). Zoals daarin vermeld is voor 2014 uitgegaan van stijging van 1,5% voor de opbrengst onroerende zaak belastingen. Bij de afvalstoffenheffing en rioolheffing is wederom het principe van 100% kostendekkendheid gevolgd. Voor de hondenbelasting, toeristenbelasting en een groot aantal leges is een stijging van 3% gevolgd (conform de Najaarsnota 2013). Voor de overige, met uitzondering van de parkeertarieven en de reclamebelasting welke ongewijzigd zijn gebleven, is een stijging van 1,5% gecalculeerd. Bij het kwijtscheldingsbeleid wordt de maximaal toegestane norm van 100% gehanteerd. In 2014 zijn 2409 beschikkingen afgegeven voor kwijtschelding te weten: - 462 automatische kwijtschelding - 1.699 gehele of gedeeltelijke kwijtschelding - 248 afgewezen kwijtschelding Kwijtschelding is mogelijk voor: - afvalstoffenheffing: vast tarief en het bedrag van het aantal aanbiedingen in een kalenderjaar tot een maximum van € 69,50 - rioolheffing Het totaalbedrag van de verleende kwijtschelding bedraagt circa € 759.000. Uitgangspunt is dat de kosten voor kwijtschelding ten laste van de budgetten ‘afval’ en ‘riool’ worden verantwoord. Derhalve is van de totale werkelijke kosten een bedrag van € 384.900 aan ‘riool’, en € 374.600 aan ‘afval’ toegerekend, in plaats van de primair geraamde circa € 718.000 (riool € 316.000 en afval € 402.000). De egalisatiereserve ‘riolen’ is daardoor zwaarder belast dan geraamd, en de egalisatiereserve ‘afvalverwerking’ minder zwaar belast dan geraamd. b. Gerealiseerde opbrengsten uit heffingen (overzicht op hoofdlijnen) bedragen x € 1.000
Beleidsveld
Soort opbrengst
2014
AD1
Onroerendezaakbelastingen
9.509
3
Afvalstoffenheffing2
4.491
2
11
Rioolheffing
5
Leges omgevingsvergunning
2
Parkeergelden/boetes
4.806 316 528 3
10
Leges persoonsdoc., burg.stand, rij/reisdocumenten
AD1
Hondenbelasting
386
4
Marktgelden
111
1
408
AD
Reclamebelasting
63
AD1
Precariorechten
88
4
Kermissen
34
Lijkbezorgingsrechten
50
11 1
AD
Toeristenbelasting
137
Diverse
73
Totaal
20.999 83
Toelichting: 1
2
3
AD= Algemene dekkingsmiddelen in beleidsveld 0, niet bestedingsgebonden en geen eisen m.b.t. kostendekkendheid. Voor wat betreft reclamebelasting komen de middelen ten goede aan de ondernemers in het betreffende gebied. Verloopt budgettair neutraal via de egalisatiereserve riolen resp. egalisatiereserve afvalverwerking. NB: In 2014 omzetting van reserve riolen naar voorziening riolen. Onder aftrek van de af te dragen rijksleges.
In de Tarievennota 2015 (raad december 2014) zijn de meest actuele tarieven, uitgangspunten en ontwikkelingen opgenomen, aan de hand waarvan o.a. de lokale lastendruk kan worden berekend. In de nota van toelichting bij de Tarievennota 2015 treft u tevens aan een vergelijkend overzicht van de woonlasten Parkstadgemeenten 2014. Hierna wordt een beschrijving gegeven van de betreffende belastingen en heffingen. Ten behoeve van de leesbaarheid is e.e.a. beknopt weergegeven. De exacte bewoordingen, belastbare feiten, tarieven, eventuele vrijstellingen, etc. zijn opgenomen in de betreffende verordeningen met bijbehorende tarieventabellen. Onroerendezaakbelastingen (OZB) De OZB bestaat uit een eigenarenbelasting voor zowel woningen als niet-woningen, en een gebruikersbelasting voor niet-woningen. De heffingsgrondslag is de waarde van de onroerende zaak. Met ingang van 2008 wordt deze waarde jaarlijks vastgesteld op basis van de Wet Waardering Onroerende Zaken (WOZ). Afvalstoffenheffing Deze heffing dient ter dekking van de kosten van het verwijderen en verwerken van huishoudelijk afval. Het feitelijk gebruik maken van een perceel waarbij de gemeente de verplichting heeft tot het inzamelen van huishoudelijk afval vormt de basis voor deze heffing. De opbouw van de Afvalstoffenheffing is gebaseerd op een heffing gebaseerd op een vast bedrag per jaar vermeerderd met variabele kosten, zijnde de kosten voor de verwerking van de aangeboden hoeveelheid afval. De vaste kosten worden gevormd door alle andere kosten dan de kosten voor de verwerking van afval, zoals bijvoorbeeld logistiek, milieuparken en overhead. De hoogte van het variabele tarief wordt bepaald door de combinatie van het gekozen “aanbiedvolume” (240l of 140l container, per gekenmerkte afvalzak dan wel ondergrondse container) en het aantal keer dat hiermee afval aangeboden wordt. Er zijn verschillende maatstaven en tarieven. De tarieven worden mede bepaald op basis van gegevens van Rd4. Rioolheffing De Wet verankering en bekostiging van gemeentelijke watertaken heeft in artikel 228a Gemeentewet een nieuwe en bredere rioolheffing geïntroduceerd. De heffing heeft het karakter van een bestemmingsheffing, waarmee kosten kunnen worden gedekt die gepaard gaan met collectieve maatregelen die de gemeente noodzakelijk acht voor een doelmatig werkende riolering en overige maatregelen ten aanzien van de afvoer van hemelwater en grondwater. De gemeente Kerkrade heft niet gesplitst naar taken van de gebruiker van een eigendom van waaruit afvalwater op de gemeentelijke riolering wordt afgevoerd. Voor woningen is er een vast bedrag, bij nietwoningen is het te betalen bedrag afhankelijk van het aantal m³ water. De jaarlijkse evaluatie van het Gemeentelijk Rioleringsplan vormt de basis voor (wijzigingen van) het tarief. Parkeergelden/boetes Op diverse plaatsen in Kerkrade worden parkeergelden geheven. Er zijn verschillende locaties aangewezen. Elke locatie kent een ander tarief. In het najaar van 2014 is een motie aangenomen met betrekking tot parkeren in het centrum, inhoudende dat een zgn. "blauwe zone" is geïntroduceerd. De parkeergelden in de parkeergarages Orlandopassage en Wijngracht worden privaatrechtelijk geheven en maken geen onderdeel uit van de betreffende belastingverordening. Heffing hiervan vindt plaats door Parkeeraccommodaties Kerkrade B.V., waarvan de gemeente overigens 100% eigenaar is. Wanneer toezichthouders constateren dat zonder kaartje wordt geparkeerd of dat de parkeertijd is verstreken, wordt een naheffingsaanslag opgelegd. Ondanks “Europa” is de inning m.b.t. buitenlandse 84
kentekens omgeven met tal van juridische obstakels, wanneer de betreffende personen niet vrijwillig betalen. Voor het incasso bij buitenlandse overtreders wordt daarom redelijk succesvol gebruik gemaakt van een daarin gespecialiseerd bureau, zodat ook deze personen hun naheffing niet zonder meer kunnen ontlopen. Leges algemeen De Legesverordening is ingericht conform het werkmodel van de VNG. Hierin zijn de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en verplichte implementatie van de Europese Dienstenrichtlijn verwerkt. Leges omgevingsvergunningen Voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een omgevingsvergunning of een aanvraag tot beoordeling van een bouwplan uit het oogpunt van welstand worden leges geheven. De hoogte van het legesbedrag is afhankelijk van de bouwkosten. Ook sloopvergunningen worden op deze post verantwoord. Diverse leges persoonsdocumenten, burgerlijke stand, rij-/reisdocumenten Hieronder vallen verschillende leges voor bijvoorbeeld een huwelijksvoltrekking, een paspoort, het verstrekken van een uittreksel uit de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens (GBA) en een rijbewijs. Voor een aantal van deze verstrekkingen (m.n. paspoorten, rijbewijzen) zijn naast het gemeentelijk deel ook rijksleges van toepassing. Deze worden door de gemeente geïnd en doorbetaald aan het rijk. Hondenbelasting Onder de naam hondenbelasting wordt een directe belasting geheven op het houden van een of meerdere honden binnen de gemeente. Er gelden enkele uitzonderingen, bijvoorbeeld voor bepaalde hulphonden. Marktgelden Deze rechten worden geheven voor het ter beschikking stellen van een standplaats voor de uitvoering van de markthandel. Er gelden verschillende tarieven, die afhankelijk zijn van het aantal m² dat in beslag wordt genomen, de dag waarop de markt plaatsvindt en of het een vaste standplaats of een dagplaats betreft. Reclamebelasting Via de invoering van de reclamebelasting is een modus gevonden om activiteiten in het centrum te organiseren en te bekostigen, waarbij ook alle ondernemers een financiële bijdrage leveren. De reclamebelasting wordt in een specifiek afgebakend gebied (het centrum van Kerkrade) ter zake van (semi)permanente openbare aankondigingen geheven. Daarbij wordt zo veel mogelijk getracht de reclameobjecten in eenzelfde klasse in te delen. In de verordening reclamebelasting zijn enkele vrijstellingen opgenomen, die betrekking hebben op onder andere een aankondiging welke een algemeen, cultureel, maatschappelijk, charitatief of ideëel belang dient. Inmiddels is deze belasting ook in Kerkrade-West ingevoerd. Precariorechten Onder deze naam wordt een directe belasting geheven voor het hebben van voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond die specifiek in de verordening met bijbehorende tarieventabel genoemd is. Voorbeelden zijn opslagtanks, etalages, reclamevoorwerpen. Er gelden diverse tarieven. Daarnaast is in de verordening precariobelasting een aanpassing doorgevoerd, omdat de precariobelasting namelijk ook wordt geheven over voorwerpen die reclame bevatten. Deze voorwerpen zijn opgenomen in hoofdstuk 4 van de tarieventabel precariobelasting. Hoewel de precariobelasting en de reclamebelasting verschillende belastingen zijn, met hun eigen doelstelling, achtergrond en belastbaar feit, is het ongewenst dat waar de reclamebelasting wordt ingevoerd, cumulatie optreedt tussen de beide belastingen. Ten einde deze cumulatie te voorkomen, is in de verordening precariobelasting een anti-cumulatiebepaling opgenomen, middels een vrijstellingsbepaling. Het invoeren van de anti-cumulatiebepaling heeft uiteraard een inkomstenderving tot gevolg. Bij het bepalen van het tarief van de reclamebelasting is met deze inkomstenderving rekening gehouden.
85
Kermissen Formeel valt deze opbrengst niet onder “gemeentelijke belastingen en heffingen”, omdat deze op privaatrechtelijke basis worden geheven. Voor een compleet beeld wordt deze hier wel opgenomen. Door het verpachten van standplaatsen op de door gemeente georganiseerde kermissen worden opbrengsten gegenereerd, ter dekking van de kosten van het houden van kermissen. De door de exploitant verschuldigde vergoedingen bestaan uit de pachtsom (incl. stroombijdrage), een reclamebijdrage en het standgeld van de woonwagens. Lijkbezorgingsrechten Deze rechten worden geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats. De tarieven zijn o.m. afhankelijk van de periode waarvoor het graf wordt gehuurd, of het een eerste uitgifte of verlenging betreft en de leeftijd van de overledene (kind/volwassene). Toeristenbelasting Voor het houden van verblijf met overnachting binnen de gemeente in een accommodatie tegen vergoeding is toeristenbelasting verschuldigd. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van een zogenaamd nachtverblijfregister. Belastingplichtig is degene die gelegenheid biedt tot verblijf. De belastingplichtige is bevoegd deze belasting te verhalen op degene die overnacht. c. Lokale lastendruk De lokale lastendruk betreft met name de woonlasten voor de burger. Deze woonlasten worden vooral bepaald door de OZB (eigenaren), het rioolrecht en het afvalrecht. Volgens de Tarievennota 2015 bedroegen de woonlasten 2014 voor het Kerkraadse gezin uiteindelijk gemiddeld € 637, opgebouwd uit € 225 OZB, € 205 rioolheffing en € 207 afvalstoffenheffing. Voor 2015 is de OZB met gemiddeld 3% gestegen tot € 232. Bij de tariefstelling is rekening gehouden met de nieuwe taxatiewaarden, zodanig dat de gemiddelde stijging gemeentebreed uitkomt op 3%. De rioolheffing (gezin) is met € 6 gestegen tot € 211. De afvalstoffenheffing is met € 10 gestegen tot € 217. Dit betekent dat de burger in 2015 gemiddeld € 660 aan gemeentelijke (woon-)belastingen betaalt.
§2. Weerstandsvermogen en risicobeheersing Achtereenvolgens wordt ingegaan op het beleidskader rondom weerstandsvermogen en risico’s, en een inventarisatie van het weerstandsvermogen en risico’s. In navolging van het Financieel Verdiepingsonderzoek 2012 van de Provincie komt daarbij ook het gewenste risicoprofiel aan bod. a. Beleidskader weerstandsvermogen, risico’s en risicoprofiel Het weerstandsvermogen geeft kort gezegd aan de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt of kan beschikken om onverwachte (niet begrote) kosten en risico’s af te dekken. In de “Financiële verordening gemeente Kerkrade 2008" (raad juni 2008, gewijzigd februari 2010) alsook in de Nota Reserves en Voorzieningen 2011 (raad december 2011) zijn de kaders en het beleid rondom weerstandsvermogen, reserves en voorzieningen meer uitgebreid uiteengezet. Hierin zijn o.a. vastgelegd de tussentijdse rapportagemomenten waarbij de begrotingscijfers worden geactualiseerd en een actuele financiële tussenstand kan worden gegeven (voorjaarsnota, najaarsnota), de vorming en aanwending van reserves en voorzieningen en de maximale en minimale omvang van de reserves en voorzieningen. De reserves en voorzieningen in het algemeen en de algemene reserve in het bijzonder functioneren als buffer voor het opvangen van financiële risico’s en incidentele tegenvallers. Het vastleggen van een (gewenst) risicoprofiel is ook wenselijk, aldus de Provincie. Een gewenst risicoprofiel kan uiteenlopen van een zeer grote risicobereidheid tot zeer voorzichtig (zgn. “risk appetite”). Hier is echter geen uniforme beschrijving en werkwijze voor. De gemeente Kerkrade neemt op die schaal als (gewenst) risicoprofiel een middenpositie in: Risico’s worden voorzover mogelijk vermeden of afgedekt, anderzijds moet een ondernemende gemeente ook soms risico’s durven nemen. Als die risico’s zo goed mogelijk in beeld worden gebracht en voldoende beheersmaatregelen getroffen worden, 86
kan dit toch een verantwoorde werkwijze zijn. Voor de beheersing en afdekking van die risico’s kiest de gemeente Kerkrade niet voor allerlei rekenkundige modellen, maar een meer praktische aanpak die hierna in het kort wordt geschetst. Er kunnen zich in de dagelijkse bedrijfsvoering allerlei “reguliere” financiële risico’s voordoen. Het betreft dan bijvoorbeeld risico’s die voortvloeien uit (wijzigingen in) wettelijke voorschriften, uit genomen besluiten of uit lopende procedures of onderhandelingen. Dit soort risico’s zijn niet altijd via verzekeringen af te dekken, maar worden reeds zo goed mogelijk ondervangen in de reguliere werkprocessen van de organisatie. Een adequaat risicomanagement is daarmee een sectorale lijnverantwoordelijkheid. Enerzijds door op mogelijke risico’s te anticiperen, adequaat te reageren en deze af te dekken binnen budgetten of investeringskredieten. Zo worden bijvoorbeeld in principe geen onomkeerbare projecten gestart waarvoor geen dekking is, er zal dan waar relevant bijvoorbeeld gewerkt kunnen worden met een fasering met daarbij go/no-go momenten. Anderzijds door het vormen van voorzieningen (bijvoorbeeld voor oninbare debiteuren) of reserves als extra buffervermogen (bijvoorbeeld reserve parkeerfonds exploitatie, reserve fwi, reserve grondexploitatie obk). In de daarvoor bestemde ambtelijke gremia wordt periodiek aandacht besteed aan de wijze van monitoring van de risico’s van het dagelijks handelen. Verder dient de zogenaamde paragraaf risicobeheersing inzicht te geven in bekende bestaande (financiële) risico’s die nog niet of ten dele zijn afgedekt omdat deze nog niet redelijkerwijs in te schatten of voldoende “hard” zijn, maar die wel het beeld van de financiële positie van de gemeente kunnen nuanceren. Deze paragraaf risicobeheersing wordt doorlopend geactualiseerd en waar mogelijk gekwantificeerd. Dit betreft dan de majeure risico’s. Dit zijn ook risico’s die zich naar hun aard minder lenen voor statistische modellen (die veelal gebaseerd zijn op de wet van grote aantallen), ze zijn immers naar hun aard vrij uniek. In relatie tot de (gedeeltelijke) afdekking van deze risico’s hanteert de gemeente Kerkrade dan ook als richtlijn de normen uit het oude toezichtkader van de Provincie met betrekking tot de hoogte van de algemene reserve en de posten voor onvoorzien. b. Inventarisatie weerstandsvermogen/capaciteit De weerstandscapaciteit bestaat met name uit de volgende componenten: Reserves met een bufferfunctie (incidenteel, € 8,355 mln) De hoogte van de “algemene reserve” (€ 5,215 mln) is in overeenstemming met de opvattingen van de Provincie en de Nota Reserves en Voorzieningen. De “algemene reserve OBK” (€ 1,25 mln) fungeert als buffer voor het opvangen van eventuele niet reeds voorziene risico’s in de grondexploitaties. Als additionele buffer is beschikbaar de "vrije ruimte" van de “reserve parkeerfonds exploitatie” (€ 1,890 mln incl. rekeningresultaat 2014; zie ook bij algemene beschouwingen). Vrije ruimte bestemmingsreserves en voorzieningen (incidenteel, PM) In principe is elke bestemmingsreserve vrij besteedbaar, aangezien de raad er altijd een andere bestemming aan kan geven. Na aftrek van de hierboven genoemde buffer-reserves en reeds geraamde verplichtingen op de overige bestemmingsreserves (m.n. afval, onderwijs, grondexploitatie, fwi, Essent) resteert naar huidige inzichten ultimo 2018 een “vrije ruimte” van circa € 19,4 mln aan bestemmingsreserves die volgens het provinciaal toezichtkader bij de weerstandscapaciteit mogen worden betrokken. Dit is inclusief de vrije ruimte Essent “nu” (€ 3,623 mln conform peil NJN2014). Met de mogelijk extra vrije ruimte Essent “later” is hierbij nog geen rekening gehouden, deze is afhankelijk van uiteindelijke vrijval van de laatste garanties in het najaar 2015. Dit bedrag van € 17 mln is zonder de reserve kernagenda parkstad (volledig t.b.v. buitenring) en ruimte reserve structuurfonds/investeringsambities waarover de raad steeds besluiten zal (€ 2,598 mln peil februari 2015; zie ook bij algemene beschouwingen). In de documenten planning & control cyclus wordt steeds een actueel beeld gegeven van de structuurfonds/investeringsambities.
de vrije nemen van de reserve
Voorzieningen worden gevormd voor verplichtingen, verliezen en risico’s die redelijkerwijs te schatten zijn en die hun oorsprong vinden in het huidige of eerdere begrotingsjaren. Een voorziening moet groot
87
genoeg zijn om het risico of de verplichting te dekken, dus niet te laag, maar ook niet te hoog. Derhalve worden voorzieningen in beginsel niet gerekend tot het weerstandsvermogen. Stille reserves (incidenteel, PM) Van stille reserves is sprake indien de reële marktwaarde van de activa (bezittingen) de boekwaarde daarvan overstijgt. Daarvan is bijvoorbeeld sprake als het bezit al geheel of gedeeltelijk afgeschreven is, maar nog wel bruikbaar voor een geïnteresseerde koper. Vaak worden als stille reserves genoemd gronden, gebouwen en aandelen. Praktisch gezien moeten deze bezittingen ook verkoopbaar zijn, willen zij dienen als weerstandsvermogen. Als dat zo is, doet zich tot slot nog het probleem voor van waardebepaling. De gemeente Kerkrade heeft nog diverse gronden, gebouwen en aandelen in bezit waarvan de marktwaarde de boekwaarde zou kunnen overstijgen. De meeste daarvan zijn echter niet verkoopbaar, bijvoorbeeld de gronden in een groengebied, het raadhuis, het stadskantoor of de onderwijsgebouwen. In het verleden zijn verkoopbare stukken groen en gebouwen die als niet-strategisch werden beschouwd reeds gedeeltelijk afgestoten. Deze beleidslijn wordt voortgezet. Na de afronding van de verkoop van de aandelen Essent in 2009 en Attero in 2014, zijn er voor het huidige aandelenbezit dan ook geen concrete plannen om deze met boekwinst af te (kunnen) stoten, met uitzondering van het volgende. In april 2014 heeft de Provincie vrijblijvend en informatief gepolst bij de Limburgse gemeenten in hoeverre interesse bestond om aandelen Enexis aan de Provincie te verkopen. Daarmee zou toch voldaan kunnen worden aan de wettelijke eis dat Enexis in overheidshanden dient te blijven. Mede gegeven de bijzonder grote gebleken interesse is de Provincie, alles afwegende, tot de eindafweging gekomen dat het voorshands niet opportuun is dat de Provincie overgaat tot een significante uitbreiding van haar aandelenbelang in Enexis. De provincie is onder voorwaarden wel bereid om een maatwerkoplossing te onderzoeken op uitdrukkelijk verzoek van individuele gemeenten. Vrije begrotingssaldo (incidenteel per jaarschijf) Uit de Najaarsnota 2014 en besluiten/ontwikkelingen nadien blijkt dat er in meerjarig perspectief nog geen sprake is van een vrij begrotingssaldo. Er zal zelfs verder bezuinigd moeten worden. Een actuele stand van zaken wordt steeds gegeven in de Voor- of Najaarsnota. Onvoorzien en onvermijdbaar (structureel, € 228.000 exploitatie en € 58.000 investeringen) In de begroting 2015 e.v. is in de exploitatie opgenomen de jaarlijkse post “onvoorzien”. Dit betreft een structurele post van in totaliteit € 228.000. Dit bedroeg circa 0,5% van het zogenaamde “genormeerde uitgavenniveau”. De Provincie hanteerde in het verleden een norm van 0,6%, maar schrijft geen dwingend percentage meer voor. Het risicoprofiel en de risicobeheersing van de gemeente acht de provincie in dit opzicht van meer belang. In het Financieel Verdiepingsonderzoek 2012 van de Provincie zijn hierover geen bijzondere opmerkingen gemaakt, behoudens het goed (blijven) volgen van de risico’s. Zie in dit verband ook de paragraaf “weerstandsvermogen en risicobeheersing”. Daarnaast is in het investeringsprogramma een jaarlijkse post “onvermijdbaar” opgenomen van € 58.000. Dit vergroot de beschikbare middelen voor onvoorziene omstandigheden. Deze posten kunnen slechts eenmalig worden ingezet ten behoeve van de dekking van de in de loop van het jaar opkomende incidentele niet voorziene uitgaven resp. investeringen. Onbenutte belastingcapaciteit Indien er ruimte bestaat om belastingen en heffingen te verhogen, betekent dit een mogelijkheid om tegenvallers op te vangen. Meer informatie over de belangrijkste belastingen en heffingen is opgenomen in de paragraaf lokale heffingen en in de jaarlijkse Tarievennota. Voor rioolrechten en afvalstoffenheffing wordt het principe van 100% kostendekkendheid gehanteerd. Ook de meeste leges en overige rechten, zoals opgenomen in de tarievennota, zijn zoveel mogelijk kostendekkend. Dan blijft alleen nog de OZB als materiële inkomstenbron over. De onbenutte belastingcapaciteit kan worden gerelateerd aan de wettelijk toegestane stijging van het tarief, de lastendruk in omringende gemeenten en aan de zogenaamde artikel 12-norm van de Financiële Verhoudingswet (FVW).
88
De limitering van de stijging van het OZB-tarief is in 2008 afgeschaft. De totale OZB-opbrengsten van alle gemeenten samen mochten in 2014 echter met maximaal 3,5% stijgen (was: 3,0%), anders kan het Rijk ingrijpen door middel van een korting op het gemeentefonds. Individuele gemeenten kunnen dus een hoger percentage toepassen, mits er ook voldoende gemeenten zijn die een lager percentage toepassen. In 2012 en in 2013 was op landelijk niveau sprake van een overschrijding van de norm, welke nog met de norm 2014 werd verrekend. In het Bestuurlijk overleg financiële verhoudingen (Bofv) vindt nog verder overleg plaats over de toekomst van de macronorm OZB. Zo wordt momenteel gedacht aan een "lokale lasten norm". Voor de jaarschijf 2018 heeft nog geen indexering plaatsgevonden t.o.v. 2017, uitgaande van de huidige lijn van 3% geeft dat nog een additionele ruimte van € 300.000. Voor de jaarschijf 2019 zou dit neerkomen op een additionele ruimte van € 600.000. Overigens is als gevolg van de bevolkingsontwikkeling sprake van (meer) leegstand en sloop. Dat leidt tot een lagere grondslag waarover de OZB kan worden geheven. Daar zal als gevolg van herstructurering een waardestijging tegenover kunnen staan. In hoeverre e.e.a. elkaar in evenwicht houdt, valt op voorhand, zeker in de huidige markt, echter moeilijk in te schatten. In relatie tot de lokale lastendruk bij de diverse Parkstad gemeenten, betaalde een Kerkraads gezin volgens de uitgangspunten in totaliteit in 2014 het minste aan ozb, afvalstoffenheffing en rioolheffing, namelijk € 637 gemiddeld. In 2015 gemiddeld € 660 (zie ook paragraaf lokale heffingen). Het Limburgs gemiddelde voor een eigenaar/gebruiker bedroeg in 2014 circa € 667, volgens de Provincie in haar jaarlijks onderzoek (maart 2014). Voor de toezichthouder is nog een belangrijke indicator de zogenaamde artikel 12-norm FVW. Voor 2015 bedraagt het normpercentage 0,1790% van de WOZ-waarde (was in 2014: 0,1651%). Een gemeente moet, naast andere voorwaarden waaronder 100% kostendekkendheid voor afval en riool, minimaal dat tariefspercentage (gewogen gemiddelde tarief van eigenaar woning en gebruiker/eigenaar niet-woning) hebben gehad om in aanmerking te kunnen komen voor financiële steun van mede-overheden in het geval dat een gemeente in financiële problemen komt te verkeren. Uitgaande van de tarieven 2014 en woz-waarden 2014 ligt het gewogen gemiddelde Kerkraads OZB-tariefspercentage 2014 met circa 0,2185% boven de drempel. Het jaar 2015 met iets hogere percentages wijkt daarvan niet wezenlijk af. In deze vergelijking is er dus geen sprake van een onbenutte belastingcapaciteit. c. Risicoparagraaf (inventarisatie belangrijke risico’s) In het bijzonder vallen de volgende risico's te onderkennen. Rijksbezuinigingen en decentralisaties De gevolgen van de circulaires zullen steeds vertaald worden naar de (meer)jarenbegroting. Afhankelijk van de ontwikkelingen op rijksniveau betekent dit tegenvallers danwel meevallers. Als gevolg van de bezuinigingen was de laatste jaren sprake van aanzienlijke nadelen. Hoe zich dit de komende periode zal ontwikkelen is nog uiterst onzeker. In 2016 zal in elk geval de 2 e fase van de herijking van het gemeentefonds worden doorgevoerd, de gevolgen daarvan zijn nog onbekend. Een verdere onzekere factor vormen de decentralisaties in het sociaal domein. Het Rijk heeft op voorhand efficiency-kortingen ingeboekt. Verder is sprake van een overgang naar zgn. objectieve verdeelmodellen in plaats van de huidige verdeling op basis van historische kosten. Dit kan voor Kerkrade ongunstig uitpakken. Of de naar gemeenten overgehevelde budgetten daadwerkelijk voldoende zijn om de decentralisaties te kunnen bekostigen is dus nog niet duidelijk. WWB De rekeningcijfers 2014 geven met betrekking tot het saldo kosten versus de ontvangen rijksbijdrage “gebundelde uitkering” voor Kerkrade nog een positief beeld. Met ingang van 2015 hanteert het Rijk echter voor de vaststelling van het gemeentelijk aandeel in het macrobudget inkomensdeel Wwb een nieuw objectief verdeelmodel: het zogenaamde “Multiniveau-verdeelmodel”. Om al te grote herverdeeleffecten te voorkomen wordt voor de jaren 2015, 2016 en 2017 nog respectievelijk 50%, 50% en 25% van het budget bepaald aan de hand van de historische kosten (T-2). Vanaf 2018 is er sprake van volledige verdeling op basis van de objectieve verdeelkenmerken. Uit het voorlopige budget 2015 blijkt 89
dat dit nieuwe verdeelmodel voor Kerkrade behoorlijk nadelig uitpakt. Er wordt voor 2015 geen overschot meer verwacht. Uit de van het Rijk ontvangen informatie blijkt dat het budget van Kerkrade door de afbouw van de historisch component naar 2018 toe verder zal dalen met circa € 1,8 miljoen. Om te bereiken dat het budget ook in 2018 toereikend blijft zal het Kerkrade een inspanning moeten doen om het bijstandsvolume met circa 150 uitkeringen te laten dalen. Het karakter van “open-einde-regeling” geeft echter weinig zekerheid over de meerjarige ontwikkeling van het lokale volume en hoe deze ontwikkeling zich verhoudt tot de landelijke ontwikkeling die bepalend is voor de omvang van het macrobudget. Wel is een nieuwe vangnetregeling in voorbereiding. Volgens voorlopige inzichten zal deze regeling een tekort van enige gemeente beperken tot circa 10% van het budget. Dat zou voor Kerkrade betekenen dat een mogelijk tekort wordt gemaximeerd tot circa € 2,5 miljoen. Wsw De Sociale Werkvoorziening in Oostelijk Zuid-Limburg is de afgelopen jaren geconfronteerd met diverse veranderingen. De wijzigende wetgeving in relatie tot de Wsw, het faillissement van Licom, de invoering van de Participatiewet en de keuzes die de gemeenten als regievoerder maken. Ondanks dat WOZL maximaal aan schadelastbeperking voor de gemeenten doet, is het verlies voor 2015 voor de aan de GR WOZL verbonden partijen begroot op € 7,676 mln en stijgt tot € 9,59 mln in 2018. Voornaamste oorzaak is een daling van de rijkssubsidie van € 26.000 per Wsw arbeidsjaar in 2014 tot € 24.000 in 2018, met als gevolg een toename van het subsidietekort met circa € 2 mln per jaar voor geheel WOZL. Door de komst van de Participatiewet wordt de sterfhuisconstructie van WOZL verstrekt voor de doelgroep Wsw. Vanaf 1 januari 2015 is geen nieuwe instroom in de Wsw meer mogelijk. Een herschikking van de organisatie in een holding, een Beschut bv en een Detachering bv is hierbij gewenst. De organisatie zal in de komende jaren namelijk krimpen van 4.138 fte Wsw-medewerkers begin 2015 tot 3.450 fte Wsw-medewerkers in 2018. De frictie- en transitiekosten die hierdoor ontstaan kunnen maar ten dele worden opgevangen door doelgroepen binnen de Participatiewet. Op basis van de eind 2014 opgestelde eerste begrotingswijziging 2015 en meerjarenramingen 2016-2018 van WOZL is meerjarig reeds dekking voorzien in de gemeentelijke begroting en is de verwachting tegenvallers op korte termijn te kunnen opvangen. De wijze van dekking van dit meerjarig tekort zal tevens worden betrokken in de voorjaarsnota discussie. Dit in relatie tot een eventueel te vormen reserve Sociaal Domein (o.a. in plaats van de reserve WSW) en mogelijkheid om per 1-1-2015 dekking te realiseren van de exploitatietekorten WSW binnen het Participatiebudget. Daarnaast bestaan er nog enkele niet nader te kwantificeren risico’s bij WOZL. Hierbij dient te worden gedacht aan economische risico’s (detacheringstarieven staan onder druk vanwege de crisis), de ontwikkelingen met betrekking tot de CAO WSW en dekkingsgraad van het pensioenfonds (de betaalbaarheid komt in het gedrang vanwege het feit dat er geen jonge deelnemers meer bijkomen), de gevolgen van de invoering van de Wet Werk en Zekerheid per 1 juli 2015 en de lopende procedures inzake opvolgend werkgeverschap. Op het moment dat hierin meer duidelijkheid komt zal de raad hierover nader worden geïnformeerd. Tevens is een punt van aandacht de relatief grote groep Wsw-professionals die in de formatie voor lijn en stafposities zijn opgenomen. Daar waar echte ‘sleutelposities’ niet van onderuit de doelgroep kunnen worden opgevuld bij natuurlijk verloop, bestaat het risico dat hierop cao-formatie aangesteld moet worden met hogere cao-loonkosten als gevolg. Tot slot blijven wij de ontwikkelingen nauwgezet volgen over hoe financiering vanuit het Rijk plaatsvindt per gemeente. Met name het uitstroompercentage voor de WOZL-regio in relatie tot het landelijk gemiddelde is hier van wezenlijk belang. Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) Er zijn, zoals bij elke open einde regeling, onzekerheden omtrent het daadwerkelijk beroep dat burgers 90
gaan doen op de verschillende voorzieningen. Campus (bezwaarschrift BTW) Ten aanzien van het in eerdere risicoparagrafen genoemde risico “Campus-btw” is er sprake van een positief bericht. Op 8 april j.l. werd bij de Rechtbank te Breda het beroep van de gemeente tegen de naheffingsaanslag van € 1,8 miljoen (excl. rente) behandeld. Op het moment van schrijven moet de formele en schriftelijke bevestiging nog worden ontvangen, maar de zitting heeft erin geresulteerd dat de rechter tijdens de zitting heeft geoordeeld dat de naheffingsaanslag moet worden vernietigd. Demografische ontwikkelingen (bevolkingsafname en verandering bevolkingssamenstelling) De regio Parkstad Limburg is, samen met Zeeland en Groningen, koploper in Nederland als het gaat om bevolkingsdaling. De bevolking in Kerkrade neemt sinds de jaren negentig af. In de periode 1990-2014 met 12%. De daling zet zich verder voort met een afname van 12% tot 2030. Met name de verandering in de bevolkingssamenstelling (kleiner aandeel jeugd, groter aantal ouderen) is belangrijk. Het proces van ontgroening en vergrijzing zal zich in de komende jaren voortzetten. Deze demografische veranderingen hebben een grote impact op de ontwikkeling van Kerkrade. In de berekeningen van de algemene uitkering is rekening gehouden met een dalend inwoneraantal. Daarnaast treden nog allerlei andere effecten op. Zo zal door de nodige herstructurering het aantal woningen afnemen. Als gevolg van demografische ontwikkelingen, de economische crisis en marktontwikkelingen kan de leegstand van gebouwen (kantoren, retail en woningen) verder toenemen. Tevens zijn er minder opbrengsten uit belastingen, heffingen en leges (tenzij de tarieven relatief fors stijgen) en ontstaan er nadelen voor de gesubsidieerde instellingen en toeristisch-recreatieve voorzieningen in termen van afname van het aantal leden en van bezoekers. Verder zullen publieke voorzieningen in de woonomgeving (verder) onder druk komen te staan en zal een verslechtering van de arbeidsmarkt (afname van de beroepsbevolking) optreden die onvoldoende aansluit op de vraag. In regionaal verband wordt m.n. middels de IBA een forse extra impuls gegeven aan het aanpakken van de (gevolgen van de) bevolkingskrimp. In de paragraaf “krimp: oftewel bevolkingsontwikkeling gemeente Kerkrade” wordt nader ingegaan op de gevolgen van de bevolkingsontwikkeling. Grondexploitatie (OBK) Er ligt nog een forse taakstelling om in de periode 2015 – 2018 een bedrag van circa € 0,8 miljoen aan inkomsten te realiseren. Een nadere toelichting op de (risico’s van de) grondexploitatie treft u aan in de paragraaf grondbeleid. Onderdeel Campus vanuit de optiek Voorzieningen Vastgoed Eind 2012 is de Campus op last van de burgemeester ontruimd. Er zijn inmiddels alternatieve huisvestingsruimten voor de school en de gemeentelijke huurders gerealiseerd. Echter, gezien de nog voortdurende onzekerheid met betrekking tot het Campusgebouw heeft ook gedurende het jaar 2014 een forse financiële impact op alle tijdelijke voorzieningen. Zolang deze onzekere situatie voortduurt blijft de noodzaak tot een extra financiële inzet bestaan. Parkstad Limburg Stadion Er blijft nog steeds sprake van risico’s en onzekerheden die echter nog geen harde/concrete status hebben. De beoogde verbeteringen in de exploitatie moeten e.e.a. meer beheersbaar maken. De gemeente Kerkrade heeft momenteel een belang van 87,48% in het stadion. Door de gemeenteraad is in januari 2010 een geldlening van (gefaseerd) € 5,8 miljoen verstrekt. Verder heeft een harde status de aanspraak van de Deutsche Bank op de gemeente als garant voor een door het stadion met de bank aangegane lening eind 2011. Alle rechten en plichten van deze lening zijn daarbij overgegaan naar de gemeente, waarbij de gemeente de financiering van het stadion voor haar rekening heeft genomen. Het betrof uiteindelijk een bedrag van € 12,5 miljoen. Dit bedrag is nog verhoogd met de gedane restitutie van € 1,6 miljoen in samenhang met de vaststelling van de huursom (raad april 2013). Voorts is in juli 2014 nog een lening van € 0,6 miljoen aan het stadion verstrekt ten behoeve van de aanleg van een kunstgrasveld om de multifunctionaliteit en exploitatie te kunnen verbeteren. De kosten van aanleg zelf bleken uiteindelijk lager, het verschil is vooralsnog bij het Stadion achtergebleven in relatie tot de financiële positie en opkomende verplichtingen 2015. Rekening houdend met de in juli 2014 ontvangen aflossingen t/m het tweede kwartaal 2014, onder aftrek van de te ontvangen rente 2014 en compensatie 91
eigenaarslasten 2014, heeft de gemeente ultimo 2014 in totaliteit nog een bedrag aan leningen aan het stadion openstaan van ruim € 20 miljoen. In beginsel geldt dat zolang de BVO als huurder van het stadion haar verplichtingen richting stadion kan nakomen, het stadion op de lange termijn de van de gemeente ontvangen leningen kan terugbetalen. Die terugbetalingscapaciteit kan verder worden versterkt naarmate de exploitatie van het stadion verbeterd kan worden. Met de raad wordt periodiek over de diverse vorderingen gecommuniceerd. d. Confrontatie weerstandsvermogen en risicoparagraaf Hoewel niet alle risico’s en onzekerheden gelijktijdig optreden, wordt momenteel de structurele weerstandscapaciteit (exploitatie) aan de krappe kant geacht. Een majeure factor daarin vormen de gevolgen van de rijksbezuinigingen en de majeure decentralisaties waarbij het Rijk al op voorhand efficiencykortingen inboekt. Feit blijft dat de economische toestand in Europa nog steeds niet rooskleurig is. Verder zal in de toekomst het krimpscenario belangrijke gevolgen hebben, met daarin zowel structurele als incidentele financiële componenten. De mogelijke incidentele tegenvallers en risico’s kunnen (nog) worden opgevangen binnen de totale reservepositie. Deze omstandigheden nopen de gemeente Kerkrade om beleidskeuzes te maken omtrent exploitatie en investeringen en die nadrukkelijk te koppelen aan prioriteiten, doelen en resultaten.
§3. Onderhoud kapitaalgoederen In de openbare ruimte bevindt zich een aantal kapitaalgoederen die door de gemeente onderhouden moeten worden. De belangrijkste worden hieronder toegelicht. Meer verantwoordingsinformatie m.b.t. het onderhoud aan kapitaalgoederen treft u aan bij beleidsveld 11 (beheer). Beleids- en beheersplannen
Jaar
Besteding rekening 2014
Wegenbeheerplan 2007-2011
2006/2012 Concept 2015
Exploitatie
Wegbeheer gemeente Kerkrade
Gemeentelijk Rioleringsplan 2002-2006 en Jaarlijkse evaluatienota GRP
regulier onderhoud
Reconstructies investeringsprogramma 2001 Exploitatie Regionaal GRP in voorbereidi Investeringsprogramma ng Wozl contract regie en overig Investeringsprogramma Reserve plantsoenen Exploitatie regulier beheer Investeringsprogramma 2014 Voorziening gebouwen (jaarplan) Exploitatie Investeringsprogramma Incidenteel vervangen of bijplaatsen Exploitatie investeringsprogramma Exploitatie
Groen (uitbesteed voor periode 2007-2012)
2006
Gebouwenbeheer (jaarlijks plan passend binnen financiële kaders)
2007
Openbare verlichting 1997-2010
1998 Concept 2015
Civieltechnische kunstwerken
2007
921.000 4.681.917 4.340.000 849.464 924.000 271.953 179.339 0 494.119
254.110 368.972 547.768 214.672 22.780 34.269 23.271
Binnen de afdeling Stedelijk Beheer functioneren 4 clusters: 3 wijkteams en het cluster Stedelijk Beheer dat belast is met het beleid en de uitvoering van het integraal beheer van de Openbare Ruimte. Daarmee is uitvoering gegeven aan de aanbeveling die de Provincie ten aanzien van het beheer van de Openbare Ruimte heeft gedaan. Uitvoering van het dagelijks beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de wijken, vindt plaats door de 3 wijkteams. Daarbij is ook in 2014 extra aandacht besteed aan de 92
afhandeling en terugmelding van klachten van burgers. In samenwerking met het Front Office Burgerplein zijn de in 2013 gemaakte afspraken over het klantgericht afhandelen van de meldingen openbare ruimte (MOR) uitgevoerd. In toenemende mate ontvangt en verwerkt de afdeling Stedelijk Beheer ook klachten en meldingen via de diverse Social Media. Tevens is het thema ‘duurzaamheid’ verder benadrukt binnen het beheer en onderhoud van de openbare ruimte. In 2014 hebben circa 60 mensen onder regie van de afdeling Stedelijk Beheer via d'r Sjalter gewerkt in het onderhoud en beheer van de openbare ruimte. Dit project is een van de uitvloeisels van de Werkmakelaar, zoals die in in samenwerking met sector MaZo functioneert. Ook in 2014 is het contract voor het groenonderhoud naar tevredenheid uitgevoerd door Wozl Groen. In juli 2014 is de afdeling Stedelijk Beheer in nauwe samenwerking met de overige gemeentelijke sectoren en met WOZL gestart met de voorbereidingen voor de detachering van 94 WOZL-medewerkers naar de afdeling, c.q. de Hammolenweg. Dit traject is eind 2014 succesvol afgerond in de vorm van bestuurlijke besluitvorming over de business-case, die volledig binnen de huidige exploitatiebegroting blijft. Volgens planning vindt de contractvorming in het eerste kwartaal van 2015 plaats. Steeds meer wordt bij het onderhoud en beheer van de openbare ruimte gekozen voor maatwerk en voor een zichtbare uitvoering op straat. Ook in 2014 zijn weer meerdere bedrijfsvoertuigen en machines in dienst genomen, die hierop zijn toegesneden. Bij de aanschaf van dit materieel is nadrukkelijk gekeken naar het aspect ‘duurzaamheid’. Goede en zeer zichtbare voorbeelden zijn de Gluttons (elektrisch stofzuigers om zwerfvuil te verwijderen) en de HAKO-Citymaster, een zeer effectieve veegmachine waarmee kleinere oppervlakken en moeilijk bereikbare locaties gereinigd kunnen worden. Waar mogelijk worden alle nieuwe bedrijfsvoertuigen geleverd in de huiskleur en -stijl van de gemeente Kerkrade. Doel daarvan is de aanwezigheid van de gemeente Kerkrade in de openbare ruimte optimaal zichtbaar te maken voor de burger. Het nieuwe Wegenbeheerplan voor de periode 2013-2017 is in concept afgerond. Het zal naar verwachting in het eerste kwartaal 2015 bestuurlijk worden behandeld. Datzelfde geldt voor het concept van het Groenstructuurplan en voor het concept Beleidsplan Openbare Verlichting. Na vaststelling vormen deze documenten de ingrediënten voor het nieuwe Integraal Beheer Openbare Ruimte (IBOR). Op het gebied van de verwerking van (afval)water is samen met de collega-Parkstadgemeenten en het Waterschap besloten tot samenwerking op het gebied van pompgemalen, het reinigen en inspecteren van kolken en riolen, het gezamenlijk uitvoeren van reliningen, een gezamenlijk databeheersysteem en het gezamenlijk opstellen van een GRP. De wijze waarop de gemeente Kerkrade het herstel van rioleringen middels relining uitvoert, is nationaal als best-practice gehonoreerd. In 2014 heeft de gemeente Kerkrade voor het eerst ook als opdrachtgever gefunctioneert voor relining-projecten in de buurgemeenten Heerlen en Landgraaf. Het GRP 2015-2019 zal in het 2e kwartaal 2015 worden behandeld. Bezuinigingen op het onderhoudsbudget kunnen het kwaliteitsniveau en (het inlopen van) eventuele achterstanden negatief beïnvloeden. Om de gevolgen daarvan zo veel als mogelijk op te vangen is de koppeling tussen investeren en exploiteren / beheren verder verankerd in het werkproces binnen de sector SOB. Sinds begin 2014 maakt een beheerparagraaf standaard deel uit van de advisering aan het bestuur. In 2014 is de omvorming van een gedeelte van het openbaar groen succesvol voortgezet. Meerdere groenvakken zijn middels een eenmalige investering heringericht, waarbij onderhoudsintensief en versleten groen is vervangen door onderhoudsextensief groen. Deze maatregel heeft direct tot een aanzienlijke besparing in de exploitatielasten geleid. Daarnaast is - op enkele uitzonderingen na - sprake van grote tevredenheid bij omwonenden van de betreffende locaties. Ook in het concept-Wegenbeheerplan is expliciet de relatie benoemd tussen tijdig investeren en het beheersen van de exploitatielasten en van de kwaliteit van wegen en verhardingen op langere termijn. Een vergelijkbare koppeling is tenslotte ook gelegd in het concept van het beleidsplan Openbare Verlichting, waar het eenmalig investeren in LED-verlichting leidt tot structurele besparingen in de exploitatielasten. Om de veiligheid van het areaal aan lichtmasten te waarborgen hebben in 2014 steekproeven plaatsgevonden waarbij de kwaliteit en de sterkte van de masten zijn gecontroleerd. Waar nodig heeft dit tot vervanging van masten geleid. Ook in 2014 is de extra inspanning m.b.t. het ruimen van zwerfvuil in het stadscentrum, in de wijkcentra en op de Kerkraadse bedrijventerreinen voortgezet. De uitvoering vond plaats door een ploeg van 10 93
medewerkers van WOZL-Beschut op Weg en door een ploeg van eveneens 10 medewerkers van RELIM. Daarbij is de nadruk gelegd op handmatige reiniging, waardoor de zichtbaarheid van de reinigingsactiviteiten voor burgers is vergroot. De waardering voor het werk van beide zwerfvuilploegen is groot. Bij de bestrijding van het zwerfvuil in stad en wijken is ook in 2014 weer gebruik gemaakt van het budget dat NEDvang, een nationaal instituut dat gericht is op de bestrijding van zwerfvuil, jaarlijks toekent aan alle Nederlandse gemeenten. Ten aanzien van dit onderwerp werkt de afdeling Stedelijk Beheer samen met onze partner op reinigingsgebied Rd4. De verantwoording over de bestedingen in 2013 heeft conform planning plaatsgevonden. In samenwerking met het Bedrijventerrein Management Parkstad (BTM) en met de diverse ondernemersverenigingen zijn ook in 2014 op alle Kerkraadse bedrijventerreinen beheerschouwen met bijbehorende uitvoeringsmaatregelen uitgevoerd. Ook deze integrale benadering van het onderhoud van de openbare ruimte past binnen de door de Provincie gedane aanbeveling en heeft tot een doorgaans positieve beoordeling door BTM en de betrokken ondernemersverenigingen geleid. Onderhoudsaspecten komen tevens aan de orde bij de beleidsvelden Bouwen en Wonen (bv1), Verkeer en vervoer (bv2) en met name bij Beheer (bv11). Eind 2014 tenslotte is het Jaarplan 2015 door de afdeling Stedelijk Beheer opgesteld. Dit jaarplan bevat thematisch geordende toelichtingen op de wijze waarop de verschillende onderdelen van de openbare ruimte in Kerkrade worden onderhouden en beheerd. Tevens is per onderwerp aangegeven welke ontwikkelingen daarin worden voorzien voor het komend jaar 2015. a. Wegen Beleid en uitvoering Sinds 1992 wordt gebruik gemaakt van een wegenbeheersysteem. De gegevens uit het wegenbeheersysteem zijn gebruikt om een wegenbeheerplan op te stellen. Doel van het wegenbeheerplan is om verantwoord te kunnen sturen op de uitvoering van het beheer en onderhoud van de openbare verharding. Met behulp van het wegenbeheerplan kunnen o.a. prioriteiten worden gesteld ten aanzien van noodzakelijk onderhoud en kan worden gesignaleerd wanneer de minimale kwaliteit wordt onderschreden en wanneer op basis van afschrijvingen en slijtage investeringen noodzakelijk zijn. In 2012 is het wegenbeheerplan geactualiseerd voor de periode 2013-2017. Het nieuwe plan is ter goedkeuring aan het college voorgelegd. Aangezien er behoefte bestaat aan een uitbreiding van het beschikbare investeringsvolume heeft het college het wegenbeheerplan onderdeel gemaakt van het gehele pakket aan grootschalige investeringen. Er is 2014 door het college geen besluit genomen inzake het wegenbeheerplan. Het beheer vindt plaats aan de hand van kwaliteitsbeelden. Tweejaarlijks vindt een technische beoordeling middels schouwen plaats. De beleving van de burgers over het onderhoudsniveau wordt ook tweejaarlijks gemeten middels het Burgeronderzoek / Parkstadmonitor (bv11). Als gevolg van de krimp van de Kerkraadse bevolking bestaat de mogelijkheid tot het verminderen van het te onderhouden areaal. Dit kan echter alleen dan gebeuren indien gehele straten/wijken worden gesaneerd. Op het moment dat er binnen straten incidenteel woonblokken verdwijnen zal de rijweg toch gehandhaafd dienen te worden. Aan het verwijderen van wegen zijn uiteraard wel (sloop)kosten verbonden. Budgetten Voor het reguliere onderhoud aan de wegen (wegmarkeringen, onderhoud asfalt en trottoirs en pleinen) is het afgelopen jaar een bedrag van € 921.000 besteed. Voor reconstructies van wegen is een bedrag van € 4.681 mln besteed. Activiteiten In 2014 is gewerkt aan onder meer de Dahliastraat, St. Martinusstraat, Rochusstraat, Erensteinerstraat, Bockstraat, Richerstraat en Fabritiusstraat en verschillende kleinere projecten. Tevens is er in de gehele
94
stad regulier onderhoud uitgevoerd (scheuren gevuld en deklagen aangebracht). Verspreid over de gehele stad zijn trottoirs en fietspaden herstraat. In het kader van de Buitenring is de Crombacherstraat verlegd. Ten behoeve van toekomstige ontwikkelingen is in 2014 een begin gemaakt met het opstellen van een Handboek Openbare Ruimte. Tevens is een start gemaakt met de voorbereiding van de reconstructie van onder meer de de Euregioweg, de Koestraat, de Kasperenstraat, het Gulperplein en de Schleidenstraat. Tevens is begonnen met de voorbereiding van de reconstructies in het centrumgebied. Dit betreft de Markt, de Kapellaan, het Kerkplein, de Dr. Kreijenstraat, de Engerweg en delen van de Marktstraat, de Hoofdstraat en de Niersprinkstraat. Risico’s Als gevolg van het uitblijven van een besluit over het wegenbeheerplan een daardoor het uitblijven van voldoende onderhoudsbudget kan er niet meer voldoende onderhoud aan de Steenwegen worden uitgevoerd. Een reconstructie is eveneens niet mogelijk in verband met het ontbreken van middelen. De onderhoudstoestand van de Steenwegen en de verwachte snelle achteruitgang van de kwaliteit vormen een risico in het kader van het wegbeheer. De commissie is in februari 2014 middels een presentatie hierover ingelicht. b. Riolering en water Beleid en uitvoering Het Gemeentelijk Riolerings Plan (GRP) is een belangrijk hulpmiddel voor het maken van de juiste afwegingen op het terrein van bodembescherming, waterkwaliteit en rioleringszorg. In 2001 heeft de raad het GRP voor de periode 2002-2006 vastgesteld. In dit plan is onder meer omschreven op welke wijze het riool in stand zal worden gehouden en wat de gevolgen hiervan zijn voor de tarieven voor de burger. Jaarlijks, zo ook in 2014, is het GRP wederom geëvalueerd en zijn de exploitatiekosten en investeringen en de daarmee samenhangende tarieven voor het jaar 2015 (en een doorkijk voor de komende jaren) in beeld gebracht. De egalisatiereserve riolering wordt gebruikt voor het (meerjarig) egaliseren van de tarieven. Het tarief van het rioolrecht is kostendekkend. In 2010 is een basis rioleringsplan opgesteld. Dit is een hydraulische doorrekening van het rioleringsstelsel op basis van diverse neerslaggebeurtenissen. De uitkomsten leiden tot maatregelen aan het stelsel. De uitvoering van deze maatregelen, deels gefaseerd, zullen in het nieuwe GRP 2015 - 2019 worden opgenomen. In 2006 is de Europese Kaderrichtlijn Water van kracht geworden. Doelstelling van de richtlijn is te bewerkstelligen dat in 2027 de wateren schoon zijn. Voor Kerkrade betekent dit dat er een aantal groene bergingen gemaakt dienen te worden. Omdat het inwoner aantal terugloopt en daarmee door sloop van woningen ook verhard oppervlak verkleint, zullen deze bergingen flink kleiner uitvallen dan nu bepaalt. Omdat nu nog niet bekend is waar overal gesloopt gaat worden en de bergingen uiterlijk eerst in 2027 gerealiseerd dienen te zijn worden er nu nog geen concrete maatregelen gepland. In 2011 is gestart met een onderzoek naar samenwerking in de (afval)waterketen in de Parkstad, welke einde 2012 is afgerond waarin is gerapporteerd in 2 rapporten: 1. beheer en onderhoud en 2. Financiën. In 2013 is besloten tot samenwerking op de onderdelen zoals benoemd in de inleiding van deze paragraaf. In 2014 zijn 2 bestekken door de gemeente Kerkrade op de markt gebracht waarin ook werkzaamheden zijn opgenomen voor gemeente Landgraaf en gemeente Heerlen. In 2015 zal een gezamenlijk GRP worden gepresenteerd met voor iedere gemeente een apart kostendekkingsplan. Budgetten Voor het reguliere onderhoud (exploitatie, kosten derden, interne uren, kapitaallasten en aandeel kwijtschelding, straatreiniging en btw compensatiefonds) van de gemeentelijke riolering is in het jaar 2014 in totaliteit een budget van € 4.340 mln besteed, in de jaren erna loopt dit nog licht op (indexering). Voor reliningen en rioolrenovaties is een bedrag van € 849.464 besteed. Activiteiten In 2014 zijn rioleringen vervangen of gerelined in de Haghenstraat, Lambertistraat, Richerstraat, Fabritiusstraat, Groot Nullanderstraat, Koestraat, Gulperplein, Kapellaan.
95
c. Groen Beleid en uitvoering Het strategisch doel van de gemeente voor wat betreft het groen is vastgelegd in de Structuurvisie Kerkrade: behoud en uitbreiding van de huidige groenstructuur van de stad, het ontwikkelen van groene verbindingszones tussen groengebieden buiten de wijken en tussen de wijken en het buitengebied. De uitwerking hiervan is in 2013 ter hand genomen in het kader van het nieuwe Groenontwikkelingsplan dat in de eerste helft van 2015 gereed zal zijn. Het cyclisch onderhoud van het openbaar groen is in 2014 uitgevoerd door WOZL-groen. Een gedeelte van het openbaar groen is in 2014 omgevormd naar onderhoud extensief groen. Hierdoor zijn besparingen in de exploitatie bereikt. Afgeleide doelstellingen/taakgebieden Voorbereiden en uitvoeren van groene ontwikkelingen, waarin een duurzame groeninrichting een belangrijk element vormt. Budgetten In de exploitatie is voor het jaar 2014 een bedrag van € 862.466 besteed voor het WOZL- groen contract en € 61.979 aan regie werkzaamheden openbaar groen. Aan omvormingen openbaar groen is een bedrag van € 60.800 besteed. Verder zijn nog diverse kleine posten opgenomen voor bijvoorbeeld zaaigoed, bos- en boombeheer en onderhoud van de bermen, in totaliteit voor € 211.153. De ‘reserve plantsoenen’, fungeert als buffer voor de groenvoorziening om onvoorziene uitgaven op te vangen. Het afgelopen jaar is hier geen gebruik van gemaakt. Activiteiten Gerealiseerde activiteiten: In 2014 is vanuit de exploitatie voor de omvormingen openbaar groen een bedrag van € 60.800 geïnvesteerd in het kader van groenrevitalisatie en bezuinigingen op het gebied van beheer en onderhoud In 2014 is een bedrag van € 40.000 besteed voor de upgrading van de kloostertuin Rolduc In 2014 is € 37.000 besteed aan de voorbereiding van de gebiedsexploitatie van de Anstelvallei Verder is de herinrichting van het Stadspark in 2014 gestart waar voor een bedrag van € 57.000 is besteed In 2014 is de 2e fase van de herinrichting van kasteelpark Erenstein voor een bedrag van € 8.000 afgerond Tevens zijn de groeninrichtingen van diverse weg reconstructies uitgevoerd Voorbereide activiteiten: Herinrichting Entree Anstelvallei / parkeerplaats Erenstein Een herinrichting van de groenzone Schacht Nulland/DM-straat Herinrichting plan Heilust d. Gebouwen Beleid en uitvoering Het beleid van de gemeente is sinds enige tijd erop gericht de voorraad gebouwen zo klein mogelijk te houden en waar mogelijk panden, die voor de gemeente verder geen strategisch belang hebben (zoals onze gemeentelijke woningen), te verkopen. Desondanks heeft in 2014, mede als gevolg van de beperkte vraag op de woningmarkt, slechts één verkoop plaatsgevonden nl. de woning aan het Vredeshofje 25. Voor komende jaren zullen de inspanningen gericht op verkoop van gemeentelijk vastgoed onverminderd worden voortgezet. Jaarlijks wordt voor het gemeentelijk vastgoed een overzichtslijst opgesteld betreffende de opdeling in een lijst van strategische panden (gebouwen voor eigen huisvesting, welzijnsgebouwen/gemeenschapshuizen, gym- en sporthallen) en niet-strategische panden. De niet- strategische panden staan op de nominatie om verkocht of gesloopt te worden. Aan deze panden worden geen groot onderhoud verricht tenzij dit uit veiligheids- of economische redenen onontkoombaar is. Voor wat betref de strategische panden wordt elk jaar - op basis van visuele inspecties en gegevens uit het gebouwenbeheersysteem (Planon)- een jaarplan opgesteld voor de onderhoudswerken voorzover die 96
passen binnen de financiële kaders. Dit plan is uitgewerkt in separate bestekken en conform de aanbestedingsregels op de markt geplaatst. De in dit jaarplan opgenomen werkzaamheden zijn telkens separaat voorgelegd aan het college middels een collegenota. Het jaarplan 2014 als zodanig is niet ter goedkeuring aan het college voorgelegd. Budgetten Het afgelopen jaar is in totaal € 1.117 mln besteed aan onderhoud van gemeentelijke panden. Dit bedrag is opgebouwd uit het investeringsprogramma 2014 (€ 254.110), reserve gebouwen € 368.972 en uit de exploitatiebudgetten 2014 € 494.119. Het saldo van de reserve gebouwen bedraagt per 1-1-2015 afgerond € 747.685. Exploitatiebudgetten Uit onderstaande exploitatiebudgetten zijn de werkzaamheden betaald die voortvloeien uit onderhoudscontracten, ontvangen klachten en gemelde storingen. Het oorspronkelijke totaalbudget bedroeg € 292.000. Als gevolg van een voorstel tot verhoging van het exploitatiebudget door de raadscommissie GEZ in februari 2014 alsook door een schade-uitkering van een brand in een lift in de Rodahal die in 2013 plaatsvond, is dit budget verhoogd tot € 330.000. Dit budget is volledig benut. Rodahal Wijngrachttheater Gemeentelijk sportpark Gemeentelijke gebouwen waar het personeel is gehuisvest Parkeeraccommodaties Welzijnsgebouwen Vereniging van eigenaren Brede school Onderhoud woonwagens en units Bijdrage VvE Wijngrachttheater Overige gebouwen Totaal * bedragen zijn afgerond
32.000 10.000 18.000 17.000 3.000 30.000 18.000 21.000 37.000 144.000 330.000
Investeringskrediet In 2014 is voor € 591.000 investeringskrediet gevoteerd. De omvangrijkste gepleegde investeringen over het jaar 2014 omvatten: Herinrichting gemeentewerf Hammolenweg
144.000
Investeringen levensbestendige Botanische Tuin
134.000
Renovaties kleedlokalen Rolduc
62.000
Herinrichting vm school De Blokkenberg (tbv huisvesting scouting)
30.000
Schildergevel en relicten Schacht Nulland
70.000
Kasteel Erenstein diverse werkzaamheden Totaal
42.000 €482.000
Strategische Visie inzake gemeentelijk vastgoed Om een betere balans te vinden tussen de huisvesting van de maatschappelijk-culturele instanties en het beheer en de exploitatie van ons gemeentelijk vastgoed is in de loop van 2014 een strategische visie opgesteld. Dit in nauwe samenwerking met alle sectoren, verenigd binnen het strategisch kernteam. Het college heeft in januari 2015 ingestemd met deze Strategische visie Vastgoed (SVV) en in maart 2015 zal de raad middels de commissie GEZ hieromtrent worden geïnformeerd. Onderdeel van de strategische visie omvatten onderzoeken naar de optimalisering van diverse objecten. Separate onderzoeken Voor een aantal locaties is reeds concreet gezocht naar mogelijkheden om de huidige exploitatie te verbeteren. Hierbij gaat het onder andere om: - Botanische tuin 97
- Multifunctioneel complex D’r Pool - Multifunctioneel complex Kerkrade-West e. Openbare verlichting Beleid en uitvoering De openbare verlichting in de woonkernen voldoet aan de norm. Naast de jaarlijkse onderhoudslasten voor openbare verlichting, voert Kerkrade het meerjarige beleidsplan Openbare Verlichting uit. De uitvoering gebeurt door en in nauwe samenwerking met Ziut (Essent Lighting). Door beperkte financiële mogelijkheden, worden lichtmasten niet meer per definitie aan het einde van hun levensduur(normaal gesproken 40 jaar) vervangen, maar wordt de restlevensduur vastgesteld door onderzoek. In 2014 zijn alle masten ouder dan 40 jaar gecontroleerd op veiligheid (stabiliteit). Gevaarlijke masten zijn daarbij direct vervangen. Budgetten Voor het verbruik, transportkosten en de exploitatie van de straatverlichting is in 2014 een bedrag van € 547.768 besteed. Voor het incidenteel vervangen en/ of bijplaatsen van lichtmasten is € 22.780 besteed. Voor planmatige vervanging is het afgelopen jaar een bedrag van € 214.672 besteed. Activiteiten De armaturen en eventueel lichtmasten die om onderhoudstechnische redenen afgeschreven zijn worden vervangen en voorzien van nieuwe energiezuinige (LED) lampen. Door deze vervanging is het energieverbruik in 2014 gedaald met ruim 30.000 kWh. Dit is ca. 1,5 % van het totale verbruik van de openbare verlichting. f. Civieltechnische kunstwerken Beleid en uitvoering Een deel van de openbare ruimte met een grote kapitaalswaarde zijn de civieltechnische kunstwerken zoals bruggen, duikers, keerwanden en dergelijke. Deze kunstwerken werden op ad-hoc basis beheerd. Naar aanleiding van een inventarisatie en inspectie is een onderhoudsprogramma opgesteld. Budgetten Voor het reguliere onderhoud aan civieltechnische werken is € 34.270 besteed. Via het investeringsprogramma is in € 23.271 geïnvesteerd in de geleiderail aan de Hambosweg en de Rimburgerweg. Het restant budget is gereserveerd voor de verkeersbrug in de Merksteinstraat. Activiteiten / Risico's De brug in de Merksteinstraat over de grensrivier de Worm is ca 50% eigendom van de gemeente Kerkrade en ca 50% eigendom van de Städteregion Aachen. De brug verkeert in een technisch matige toestand. Met de Städteregion Aachen is een contract gesloten, de Städteregion zal de brug laten onderzoeken in het kader van hun volledige bruggenprogramma. De brug is geïnspecteerd, hierbij zijn enkele ernstige schades vastgesteld. De omvang van deze schades dient nader onderzocht te worden, dit onderzoek is momenteel gaande. Afhankelijk van de ernst en de omvang kunnen de noodzakelijke werkzaamheden worden bepaald. Hiertoe wordt berekend of de investeringskosten nog in relatie staan tot de te bereiken restlevensduur. In het meest ernstige geval kan het resultaat zijn dat sloop en vervanging van de brug de duurste maar ook effectiefste oplossing is. Er zijn geen middelen beschikbaar voor sloop/vervanging. Middelen voor grootschalige reparatie zijn beperkt beschikbaar, werkzaamheden aan ander civieltechnische kunstwerken moeten worden doorgeschoven. Daarnaast is een brug in de Anstelvallei momenteel afgesloten voor gebruik. De brug was dermate slecht dat een openstelling niet meer verantwoord was.
98
In 2015 komt mogelijk de brug bij GaiaZoo vrij in het kader van de aanleg buitenring. Deze brug dient groot onderhoud te krijgen. Middelen hiervoor zijn op zijn vroegst in 2016 beschikbaar, echter afhankelijk van de uitslag van het onderzoek brug Merksteinstraat.
§4. Financiering (treasury) De verplichte treasuryparagraaf bevat een beleidsmatige benadering van de treasuryfunctie en de plannen en uitkomsten dienaangaande. De paragraaf dient risicobeheer en gemeentefinanciering inzichtelijker te maken. De terzake spelregelbepalende regelgeving, de Wet Financiering decentrale overheden (Wet Fido) en de daarop gebaseerde Ministeriële regeling uitzettingen en derivaten decentrale overheden (Ruddo) is de afgelopen jaren op nogal wat plaatsen gewijzigd. De aanpassingen in de regelingen hadden als doel verdere transparantieverhoging van de treasuryfunctie alsmede risicowering binnen genoemde functie. De in deze paragraaf opgenomen tabellen/overzichten zijn overigens door het Rijk aangereikt c.q. voorgeschreven. In de staten en bijlagen van de jaarrekening 2014 worden de opgenomen en verstrekte leningen en het aandelenbezit op detailniveau uitgediept. a. Risicobeheer Het risicobeheer betreft in het bijzonder de hierna volgende risico’s. Renterisico op vlottende schuld (kasgeldlimiet) Ter beperking van het renterisico op de netto vlottende schuld is het gemeenten niet toegestaan om onbeperkt in de financieringsbehoefte te voorzien door het aantrekken van kort geld. De toegestane netto vlottende schuld wordt bepaald door de “kasgeldlimiet”. Voor het jaar 2014 is de kasgeldlimiet voor de gemeente Kerkrade als volgt berekend: Kasgeldlimiet a omvang van de jaarbegroting per 1 januari 2014 b bij minsteriële regeling vastgesteld percentage
8.5
153,531
mln
13,050
mln
%
Kasgeldlimiet voor 2014 (afgerond)
Onderstaand overzicht toont de confrontatie per kwartaal tussen vlottende schuld en middelen enerzijds, en de kasgeldlimiet anderzijds. bedragen x € 1.000
kwartaal netto vlottende
I schuld
III
IV
17.435
17.055
11.147
8.673
13.050
13.050
13.050
13.050
4.385
4.005 1.903
4.377
middelen bedrag
kasgeldlimiet
II
overschrijding onderschrijding
In het eerste en tweede kwartaal van 2014 was er sprake van een overschrijding van de kasgeldlimiet. In de daaropvolgende kwartalen was er vervolgens steeds sprake van een onderschrijding van de limiet. Het aantrekken van een vaste geldlening ter consolidatie van de kortlopende schuld was derhalve niet aan de orde. Als in drie achtereenvolgende kwartalen de kasgeldlimiet wordt overschreden dient de toezichthouder daarvan op de hoogte gesteld te worden, zo enigszins mogelijk zelfs voorafgaand aan de derde overschrijding. Renterisico op vaste schuld (renterisiconorm) Het instrument dat de Wet Fido (‘Wet financiering decentrale overheden’) geeft om de renterisico’s van opgenomen langlopende geldleningen in beeld te brengen en te analyseren is de ‘renterisiconorm’.
99
De norm geeft een kader voor een zodanige opbouw van de leningportefeuille dat het renterisico door rente-aanpassing en herfinanciering van geldleningen wordt beperkt. Bij een evenwichtige opbouw van de portefeuille wordt het risico op de vaste schuld gespreid over jaren. Van een evenwichtige opbouw is voorts sprake als niet in enig jaar een onevenredig deel aan herfinanciering onderhevig is. In navolgend overzicht wordt de relatie gelegd tussen renterisico en renterisiconorm. bedragen x € 1.000
2014 Rente-risico 1
Renteherzieningen
2
Aflossingen
3
Rente-risico
4
Rente-risiconorm
n.v.t. 6.942 6.942
1+2 4a x 4b
30.706
5a Ruimte onder rente-risiconorm
4>3
23.764
5b Overschrijding rente-risiconorm
3>4
n.v.t.
Rente-risiconorm 4a Begrotingstotaal
153.531
4b Percentage regeling
4
20%
Berekende rente-risiconorm
30.706
Het overzicht toont aan dat de gemeente in zeer ruime mate voldoet aan de norm. De actuele leningportefeuille bevat geen leningen waar rente-aanpassing op termijn aan de orde is. Dit betekent dat ook in structureel opzicht aan de norm wordt voldaan. Kredietrisico’s Het betreft kredietrisico’s op door de gemeente aan derden verstrekte gelden. Het volgende overzicht geeft inzicht in partijen en restantschuld per ultimo 2014. bedragen x € 1.000
Partijen (kredietisico's) Woningverenigingen
schuld 682
% 3,10
Kredietbank Limburg
138
0,63
Georganiseerde sport
217
0,99
19.981
90,73
908
4,12
45
0,20
51 22.022
0,23 100
Holding Stadion BV GaiaZOO Gemeenschapshuizen Culturele verenigingen
Totaal
Koers- en valutarisico’s Van koersrisico’s is sprake als de financiële activa van de gemeente in waarde verminderen door negatieve koersontwikkelingen. Meer in het bijzonder gaat het dan om de vaste financiële activa die enerzijds bestaan uit aan derden verstrekte leningen. Deze zijn reeds eerder behandeld bij het onderdeel kredietrisico’s. Anderzijds gaat het om aandelenbezit en deelnames. Deze worden nader behandeld in de paragraaf verbonden partijen. De gemeente verricht slechts transacties in euro’s, waardoor van valutarisico’s geen sprake is.
100
b. Gemeentefinanciering Hierna worden enige aspecten van gemeentefinanciering nader uiteengezet. Leningenportefeuille Navolgend overzicht verschaft inzicht in de grootte en rentegevoeligheid van opgenomen leningen, alsmede mutaties als gevolg van nieuwe leningen, uiteraard voor zover aan de orde. bedragen x € 1.000
Leningen (exclusief woningbouw) Stand per 1 januari 2014
bedrag
%
84.909
bij
nieuwe leningen
af
reguliere aflossingen
af
vervroegde aflossingen
0
bij
herfinanciering
0
Stand per 31 december 2014
4,346
0 6.942
77.966
4,346
Uitzettingen Het gaat hierbij in de regel om uitzettingen met een korte looptijd, in ieder geval korter dan een jaar. Ze hebben tot doel optimaal rendement uit een incidentele overliquiditeit te halen. In 2014 hebben dergelijke transacties niet plaatsgevonden. Schatkistbankieren en Wet Houdbare overheidsfinanciën Beide regelingen moeten gezien worden in het licht van de financiële positie van de Nederlandse overheid in relatie tot afspraken binnen de Economische Monetaire Unie (EMU). Het Rijk introduceerde rond de jaarultimo 2013 verplicht schatkistbankieren voor gemeenten. Overtollige geldmiddelen moeten dan verplicht bij de schatkist worden geparkeerd. Gemeenten vonden dit niet juist. Aantasting van de gemeentelijke autonomie en de magere rentevergoeding door het Rijk waren punten van kritiek. Met twee aanvullende afspraken komt het Rijk de gemeenten enigszins tegemoet. Overtollige gelden mogen worden uitgeleend aan andere overheden en gemeenten hoeven niet te schatkistbankieren als ze maximaal 0,75% van hun begrotingstotaal aan overtollige middelen hebben. Voor Kerkrade is dit minder relevant, in totaliteit is namelijk sprake van een financieringsbehoefte in plaats van een financieringsoverschot. Doel van de Wet Houdbare overheidsfinanciën is het leveren van een wettelijk instrumentarium voor het bereiken en vasthouden van houdbare overheidsfinanciën in relatie tot afspraken binnen de EMU. De decentrale overheden gaven in het voortraject reeds aan dat hen een aantal zaken uit het wetsvoorstel zwaar op de maag lagen. De behandeling van het wetsvoorstel ging dan ook niet van een leien dakje. Het voorstel verkreeg vier amendementen en leverde een kamerbreed gedragen motie op. Onder meer macronormeringen voor het EMU-saldopad zijn thans opgerekt. Bij overschrijdingen tot 2017 volgen geen sancties. Daarnaast ligt er de motie die aangeeft dat het kabinet moet voorkomen dat de Wet Hof leidt tot uitstel of afstel van investeringen door decentrale overheden. De VNG is tevreden met de aanpassingen. Relatiebeheer De gemeente onderhoudt rekeningen bij meerdere banken. In de eerste plaats valt te noemen de N.V. Bank Nederlandse Gemeenten, waar tevens een kredietfaciliteit van ruim € 5,7 mln beschikbaar is. Bij de ING-groep heeft de gemeente drie rekeningen. Daarnaast is er omwille van invorderingsstrategische overwegingen een rekening in Duitsland. Duitse cliënten betalen dan makkelijker. Met name met de B.N.G. vindt regelmatig overleg plaats inzake optimalisering van bestaande producten, nieuwe producten, en het niveau van de dienstverlening. Kasbeheer Kasbeheer regelt het beheer van saldi en liquiditeiten en zoveel mogelijk de sturing van middelenstromen. Doel is het optimaliseren van het renterendement. Daarbij worden de volgende korte-termijn101
producten gebruikt: rekening-courant-krediet, dag- en kasgelden. Additionele aandachtspunten zijn de beperking van het contante geldverkeer en de promotie van elektronische betaalvormen. Organisatie Verantwoordelijkheden, bevoegdheden en overige in het treasurytraject aan de orde zijnde spelregels zijn in het treasurystatuut opgenomen. Daarnaast zijn de uitgangspunten en bepalingen van de vigerende “Financiële verordening gemeente Kerkrade" ex. art.212 GW richtinggevend. Informatievoorziening Ten behoeve van de treasuryfunctie wordt zowel van interne als externe informatie-systemen gebruik gemaakt. Bij de externe informatievoorziening is een prominente rol voor BNG-dataservices en BNG-online weggelegd. De efficiency en informatiewaarde van de systemen wordt regelmatig beoordeeld. c. Diverse kengetallen financiële positie Het onderwerp schuldpositie staat (landelijk) momenteel meer in de belangstelling. Geld lenen kost geld en dat is voor een gemeente niet anders. Schulden brengen namelijk rentelasten en aflossingsverplichtingen met zich mee. Hoge schulden verdrukken de andere noodzakelijke uitgaven van de gemeente. Onderstaand wordt op een aantal relevante kengetallen ingegaan, met als basis de cijfers uit de jaarrekeningen 2013 en 2014. Hierbij wordt o.a. informatie vanuit de VNG gebruikt. Enkele kengetallen zijn inmiddels anders gedefinieerd, sommige kengetallen uit 2013 zijn daarom herrekend voor een juiste vergelijking. Schuldratio Op de linkerzijde van de balans staan de bezittingen van de gemeente. Op de rechterzijde staat hoe dit bezit is gefinancierd. De schuldratio zegt welk aandeel van de bezittingen is belast met schulden door de langlopende en kortlopende schulden te delen door het balanstotaal. Een schuldratio groter dan 80% wordt gezien als een zeer zware schuldbelasting (licht staat op “rood”). Normaal bevindt zich de schuldratio van een gemeente zich tussen de 20% en 70%. Bij een schuldratio tussen de 70% en 80% springt het licht voor een gemeente op “oranje”. Kerkrade had ultimo 2014 een schuldratio van 66,4%. Ultimo 2013 was dit 70,5%. Solvabiliteit Een andere benadering die lijkt op bovenstaande, is om het eigen vermogen uit te drukken als percentage van het balanstotaal. De VNG neemt hier de omvang van de voorzieningen mee. Kerkrade had ultimo 2014 een solvabiliteitsratio van 33,6%. Ultimo 2013 was dit 29,5%. Het gemiddelde in Nederland bedroeg in 2013 39%. Over 2014 zijn nog geen cijfers bekend. Netto schuldquote. Hiermee wordt de netto schuld (schulden minus vorderingen, uitzettingen en liquide middelen) als aandeel van de inkomsten (voor bestemming reserves en resultaat) uitgedrukt. Dit is exclusief de verstrekte leningen aan verbonden partijen en openbare lichamen. De hoogte van de inkomsten bepaalt in belangrijke mate hoeveel schulden een gemeente kan dragen. Hoe lager het percentage hoe beter. Voor een gemeente geldt dat het licht op “rood” springt als de netto schuldquote boven de 130% uitkomt. Er is dan sprake van een zeer hoge schuld. Bij een netto schuldquote boven de 100% springt het licht voor een gemeente op oranje. Kerkrade had ultimo 2014 een netto schuldquote van 61,3%. Ultimo 2013 was dit 64,0%. Het gemiddelde in Nederland bedroeg in 2013 79%. Over 2014 zijn nog geen cijfers bekend. Netto schuld per inwoner Deze indicator is de hiervoor beschreven netto schuld gedeeld door het aantal inwoners. Een afwijking naar boven van meer dan 20% van het gemiddelde in Nederland vormt een aandachtspunt.
102
Voor Kerkrade bedroeg ultimo 2014 de netto schuld per inwoner circa € 2.079. Ultimo 2013 was dit € 2.145. Het gemiddelde in Nederland bedroeg in 2013 € 2.390. Over 2014 zijn nog geen cijfers bekend. Voorraadquote (kengetal grondexploitatie) Dit kengetal is een graadmeter over de waarde van de grondexploitatie als percentage van de inkomsten. Hoe lager hoe beter, negatief kan ook. Kerkrade had ultimo 2014 een voorraadquote van -0,2%. Ultimo 2013 was dit -1,8%. Het gemiddelde percentage in Nederland bedroeg in 2013 21%. Over 2014 zijn nog geen cijfers bekend. Uitleenquote Hiermee wordt uitgedrukt de som van de leningen aan verbonden partijen en leningen aan derden, uitgedrukt als percentage van de inkomsten. Hoe lager, hoe minder risico. Kerkrade had ultimo 2014 een uitleenquote van 17,9%. Ultimo 2013 was dit 18,0%. Het gemiddelde percentage in Nederland bedroeg in 2013 ook 18%. Over 2014 zijn nog geen cijfers bekend.
§5. Bedrijfsvoering a. Financieel beleid en beheer De belangrijkste kaders voor financieel beleid en beheer zijn vastgelegd in de financiële verordening (art.212) en de actuele Nota Reserves en Voorzieningen. Daarnaast zijn er diverse interne regels vastgesteld ten behoeve van een adequaat financieel beleid en beheer In de controleverordening (art.213) is de wettelijke verplichte accountantscontrole geregeld. Ten behoeve van de accountantscontrole zal aanvullend jaarlijks een geactualiseerd toetsingskader in de vorm van een controleprotocol door de raad vastgesteld moeten worden. In dat controleprotocol zijn alle laatste wijzigingen in wet- en regelgeving, waaronder gemeentelijke verordeningen en voorschriften, verwerkt. Deze zijn immers niet statisch. Het college verricht op grond van artikel 213A onderzoeken naar de doeltreffendheid en doelmatigheid van het door het college gevoerde bestuur. In 2014 is aandacht geweest van uitgevoerde doelmatigheidsonderzoeken inzake toetsing uitstroomprogramma's reïntegratiebeleid. De verwachting was overigens dat deze wettelijke verplichting zou gaan verdwijnen. Provinciaal toezicht, accountantscontrole, interne controle, rekenkameronderzoeken én 213A-onderzoeken blijken toch wat veel van het goede. Op basis van een concept wetsvoorstel heeft de VNG dan ook positief op het vervallen van deze verplichting gereageerd (september 2012). In het wetsvoorstel met een aantal wijzigingen in de gemeentewet zoals dat in juli 2013 naar de Tweede Kamer is verzonden bleek echter dit onderdeel nog niet aangepast. Gelet op de decentralisaties en de daarmee gepaard gaande overgang van budgetten is de regering tot een heroverweging van het voornemen tot schrappen gekomen, aldus de memorie van toelichting. De VNG beziet momenteel nog of en welke reactie zij hierop nog gaat geven. Vanuit de Provinciale toezichthouder bleken geen opmerkingen rondom het financieel beleid en beheer. Wel blijft de Provincie vanuit haar toezichthoudende rol letten op een structureel meerjarig sluitende begroting, temeer daar de overheidsfinanciën sterk onder druk staan. b. Organisatie-ontwikkeling en Human Resource Management Organisatie-ontwikkeling In 2014 is het functiegebouw nagenoeg volledig aangepast en zijn we op enkele functies na gereed om indien tot een volgende stap wordt overgegaan om HR21 als het nieuwe fuwa systeem te implementeren. De onduidelijkheden over de ontwikkelingen van de functies binnen het digitale domein zullen pas medio 2015 inzichtelijk zijn. Derhalve is een zekere terughoudendheid voor de implementatie in een onstabiele omgeving gepast.
103
Het project van e-HRM is na de pilot fase met verschillende producten uitgebreid. De eerste ervaringen zijn positief en we zullen in de komende jaren de verschuiving naar een meer geautomatiseerde ondersteuning blijven versterken. De kapstok voor het goed werkgeverschap en modern personeelsbeleid is verankerd in onze Strategische personeelsplanning. De beweging die inmiddels succesvol is ingezet is minder gebaseerd op gecompliceerd systeemdenken met ingewikkelde blauwdrukken doch kenmerkt zich door praktische toepassingen op de natuurlijke momenten waardoor het een organisch proces is dat in goed overleg met de ondernemingsraad bijgesteld kan worden. De rode draad is duidelijk zichtbaar in alle stappen en procesafspraken die gemaakt zijn en worden: de juiste mensen op de juiste plaats. En daarbij staat competentie ontwikkeling en het investeren in eigen medewerkers voorop. Naast verantwoorde afspraken over kennisdeling waartoe ook initiatieven zijn ingezet. De gerealiseerde opgave om op een verantwoorde manier de medewerkers van het onderdeel belastingen goed te laten landen binnen de rest van de organisatie is daar een prima voorbeeld van. Daarmee zijn we ook in relatie tot de taakstellingen goed op koers gebleven. De eerste stappen om vanuit de directie gezamenlijk met alle leidinggevenden een ontwikkel- en leertraject in te slaan zijn gezet. Samen op weg gaan naar gedeelde doelen waarbij de reis belangrijker is dan het aankomen. Waar mogelijk wordt via IGOM de verbinding gelegd met andere organisaties. De nieuwe aanbesteding van IGOM geeft gelijktijdig meer mogelijkheden om via de inbreng van de Netwerkmakelaar eigen personeel gerichter te begeleiden in hun ambities naar functies in andere organisaties. Het nieuwe Marktplaatsconcept geeft betere en valide mogelijkheden om via zogenaamde mini-aanbestedingen projecten en klussen effectiever en efficiënter uit te zetten. Het blijft een voortdurend aandachtspunt om continue oog hebben voor de werkdruk op organisatieonderdelen. Met name het sociale domein kenmerkt zich door een flinke belastbaarheid omdat (te) veel processen deels onduidelijk zijn. Die vertaling zien we ten dele terug in het ziekteverzuimpercentage dat overigens in de volle breedte is gedaald. De extra ingezette maatregelen om het ziekteverzuim als speerpunt te benoemen hebben hun vruchten afgeworpen. De overleggen op managementniveau staan borg voor de aandacht die aan medewerkers geschonken moet worden. daar ligt tevens de verwevenheid naar strategische personeelsplanning. De organisatie maakt zich klaar voor de nieuwe Werkkostenregeling. Een omvangrijke operatie die in de slipstream meer aanpassingen vergt dan gepland. In het eerste kwartaal van 2015 hebben we alles in beeld en zullen de aanpassingen met de organisatie gedeeld worden. De verantwoording en vastlegging zullen omvangrijker worden op dit fiscale terrein. De formele inrichting en oprichting van PIT (Parkstad IT) is een feit. De dienstverleningsovereenkomsten zijn gereed en zullen op afgesproken evaluatiemomenten aangepast worden indien noodzakelijk. De regio kijkt in dat verband ook uit naar gezamenlijke afspraken over de informatiebeveiliging. De aansluiting bij het landelijke IBD traject vereist goede onderlinge afstemming. Tevens zal op dit terrein de wetgever meer verplichtingen opleggen waaraan overheidsorganisaties zich dienen te houden en verantwoording over moeten afleggen. Veiligheid en beveiliging zullen nog meer focus krijgen. De uitwerking van de eerdere verkenning voor de opzet en inrichting van een eigen werkbedrijf is voorlopig geparkeerd. De komst van een 94 tal gedetacheerden vanuit de WOZL is een effect van regionaal beleid vanuit het werkvoorzieningsschap waarbij op een verantwoorde wijze keuzes en afwegingen zijn gemaakt om uitbesteed werk via deze constructie dichter bij wijkbeheer te positioneren. In 2014 zijn alsnog concrete afspraken met de vakorganisaties gemaakt over de loonontwikkeling. Die effecten voor de loonsom zullen in de voorjaarsnota 2015 vertaald worden. Het pensioenstelsel is marginaal aangepast en we hebben de betalingen van onze voormalige FPU-medewerkers volledig afgebouwd. Door de onduidelijkheden over de werkkostenregeling zijn enkele personele regelingen tussentijds stopgezet in afwachting van de rest ruimte in het werkostenforfait. Human Resource Management Op meerdere fronten hebben de bezuinigingen een effect gehad op de personele regelingen en zijn de wijzigingen in goed overleg met de ondernemingsraad uitgevoerd. Neemt niet weg dat op de secundaire arbeidsvoorwaarden minder middelen te beschikking staan en de werkkostenregeling die ruimte ook nog ten dele beperken. Naast de reguliere borging van het integriteitsbeleid is 2014 een jaar geweest met een aantal nieuwe ontwikkelingen.
104
Vanwege de gemeenteraadsverkiezingen heeft de Werkgroep integriteit Limburg in opdracht van de Stuurgroep integriteit Limburg een tweetal producten opgeleverd ten behoeve van de nieuwe wethouders en raadsleden, te weten de Handreiking risicoanalyse integriteit openbaar bestuur en het Introductieprogramma politieke integriteit. Aan de hand van beide producten en onder begeleiding van Governance & Integrity zijn de bestuurders en raadsleden van de gemeente Kerkrade op de hoogte gesteld van de integriteitsrisico’s die verbonden zijn aan hun functie en van de maatregelen die zij kunnen treffen om de risico’s te verminderen of te voorkomen. In 2014 is een aantal processen die verband houden met declaraties door politieke ambtsdragers tegen het licht gehouden en geactualiseerd. De Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden is aangepast. De procedure omtrent de kleine kas bij de bodes is herijkt. Tot de declaratieprocedure voor de politieke ambtsdragers is een aanzet gegeven. In 2015 zal de declaratieprocedure worden voltooid. De rekenkamercommissie heeft aan BING opdracht gegeven om een onderzoek te doen naar het integriteitsbeleid en de integriteitsbeheersing binnen de gemeente Kerkrade. De resultaten van het onderzoek worden in 2015 gepresenteerd. Op ambtelijk vlak heeft met name reguliere borging van het integriteitsbeleid plaatsgevonden. De gemeente Kerkrade participeerde ook in 2014 in de Werkgroep integriteit Limburg. Het loopbaanbeleid heeft in de achterliggende periode geleid tot veel functiewisseling van medewerkers die tijdelijk dan wel structureel tot de gewenste flexibiliteit heeft geleid. De juiste medewerker op de juiste plek is het adagium waaronder ook in 2014 het personeelsbeleid werd vorm gegeven. Hier wordt de koppeling gelegd naar de koers en de rode draad van goed werkgeverschap verwoord in de uitgangspunten en processtappen van strategisch personeelsbeleid dat een meerjarig invulling krijgt. Om de voortdurende personele wisselingen en deze flexibele invulling goed te kunnen faciliteren zullen noodzakelijke trainingen en opleidingen en de daarvoor vereiste financiële middelen ingezet worden. Gelijktijdig zijn door de vakorganisaties individuele opleidingsbudgetten bedongen die meerjarig gereserveerd moeten worden en waarvoor de organisatie deelbeleid zal vaststellen. In Kerkrade zijn die ten dele opgenomen in de opleidingsplannen en budgetten. Het ziekteverzuim is wederom gedaald naar 6,30 % (was 6,83%) met een gemiddelde frequentie die omlaag is gegaan naar 1,11 (was 1,44) Deze neerwaartse tendens blijft zich voorzetten. De absolute cijfers zullen in de toekomst meer gedefinieerd worden per sector waardoor sturing en prestatieafspraken explicieter gevolgd kunnen worden. In 2014 bedroeg het aantal verzuimdagen 11.784 (was 12.575) en kost gerekend tegen een gemiddeld uurtarief van € 18 per uur de organisatie € 1.527.206 op jaarbasis. Naast de doelstelling van de vermindering op macro niveau zijn is die daling waarneembaar bij de categorie langdurig zieken. Het effect van de maatregelen met onze partner voor Arbo en ziekteverzuim en de ondernemingsraad heeft goed gewerkt. Het informatiebeleidsplan is leading voor de toekomstige investeringen. In 2014 is uitvoering gegeven aan de volgende ICT projecten: - De vervanging van pinautomaten bij de afdeling Burgerplein - Archivering van de gemeentelijke website (cluster DIV) - Digitalisering van een gedeelte van de werkstroom van de personeelsadministratie (Youforce) - Uitbreiding van het beheersysteem groen met modulen wegen en riolen en de aanschaf van een rioolbeheersysteem (sector SOB) - Implementatie van het informatiesysteem MOOR (Meldpunt Opbrekingen Openbare Ruimte; sector SOB). - In het kader van de aangepaste verordening van de rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden zijn deze personen voorzien van een iPAD waarmee alle raads- en commissiestukken kunnen worden geraadpleegd via een daarvoor speciaal ontwikkelde APP. Naast de uitvoering van bovengenoemde projecten heeft er een Europese aanbesteding plaatsgevonden ten behoeve van de vervanging van alle kopieer-, scan-, en printapparatuur. Deze aanbesteding is gegund aan de firma Canon. Vervanging van de apparatuur heeft inmiddels plaatsgevonden. In het kader van deze aanbesteding zijn eveneens 3 groot formaat plotters bij de sector SOB vervangen. De verdergaande ICT samenwerking met Heerlen en de Brandweer Zuid-Limburg werd gecontinueerd en heeft per 1 januari 2015 een definitieve inbedding gekregen in het samenwerkingsverband Parkstad IT (PIT). Inmiddels zijn ook de gemeenten Brunssum, Onderbanken en Landgraaf toegetreden tot PIT. 105
De “inhuur derden” conform de actuele definities van het CBS (lastencategorie 3.0 - inhuur personeel van derden, waarbij uitsluitend de arbeidskosten op basis van een tarief in rekening worden gebracht; oftewel “uurtje/factuurtje”) bedroeg in 2013 in totaal circa € 3,2 mln (2012: € 3,1 mln). Hiervan had circa € 355.000 betrekking op de reguliere inhuur van WSW-medewerkers. Circa € 496.000 was voor reïntegratie-activiteiten die ten laste van het participatiebudget kwamen. Circa € 243.000 had betrekking op investeringsprojecten. Circa € 269.000 had betrekking op het Centrumplan en circa € 211.000 had betrekking op het Veiligheidshuis. De analyse van de kostenplaatsen/indirecte kosten gaat tevens in op de personele kosten. Tevens is informatie opgenomen in de afzonderlijke Staten en bijlagen bij de jaarrekening 2014. c. Overige bedrijfsvoeringsonderwerpen (Digitale) dienstverlening In 2014 is verder aandacht besteed aan de service aan de burger. Er is een start gemaakt met een evaluatie van de wijze van dienstbetoon aan de klanten i.c. de burgers. De huidige systematiek, een combinatie van werken op afspraak en vrije inloop, is in de loop van 2014 tegen het licht gehouden. In 2014 is het werken op afspraak verder vormgegeven door middels van de implementatie van een digitaal afsprakenformulier op onze website. In de loop van 2015 zal het concept werken op afspraak verder worden uitgevoerd en de vrije inloop worden afgebouwd. Vanaf 1-1-2016 zal de klant/burger alleen nog op afspraak worden geholpen. In het kader van de voorbereidingen van de overheveling van de afdeling Belastingen naar de BSGW te Roermond per 1 januari 2015 zijn alle digitale belastingproducten (onder andere taxatieverslag opvragen en bezwaar indienen) en informatie met betrekking tot de productencatalogus verwijderd van onze gemeentelijke site. In het kader van de paspoort uitvoeringsregeling (PUN) heeft in oktober 2014 de wettelijke verplichte reisdocumentenaudit plaatsgevonden. Naar aanleiding van de audit uit 2013 zijn in 2014 alle beveiligingsmaatregelen geïmplementeerd en hebben wij deze audit met een positief resultaat kunnen doorlopen. Naast de reisdocumentenaudit heeft in 2014 ook de wettelijk verplichte zelfevaluatie in het kader van de wet Basisregistratie Personen (BRP) plaatsgevonden met eveneens een positief resultaat. Op het gebied van informatiebeveiliging heeft tevens aansluiting plaatsgevonden bij de Informatie Beveiligings Dienst (IBD) van KING. Interne toetsing Het is van belang dat de besteding van publiek geld rechtmatig is, dat wil zeggen in overeenstemming met relevante in-/externe wet- en regelgeving wordt ontvangen en besteed. Daaronder valt bijvoorbeeld een goed financieel beheer, de naleving van de subsidievoorwaarden en het voorkomen van misbruik en oneigenlijk gebruik van wet- en regelgeving (M&O-criterium) door een mix van controle op gegevens van derden, voorlichting en sanctionering. Procesgewijs vindt interne toetsing plaats op de financiële cijfers en de naleving van relevante wet- en regelgeving, bijvoorbeeld ten aanzien van personeel/salarissen, investeringen, subsidieverstrekking, belastingen en heffingen, treasury, sociale uitkeringen, omgevingsvergunningen, publiekszaken, etc. Daarbij wordt voor zover van toepassing rekening gehouden met de eisen die worden gesteld in de Single Information Single Audit (Sisa) – protocollen. Tevens worden de afrekeningen van diverse projectsubsidies getoetst. Waar relevant, mogelijk en zinvol vinden correcties plaats en/of worden de bevindingen gebruikt voor het doorvoeren van procesmatige verbeteringen. De vaststelling, inning en afdracht van de eigen bijdragen Wmo gebeurt door het Centraal administratiekantoor (CAK). Door het kiezen van deze systematiek heeft de wetgever in feite bepaald dat de verantwoordelijkheid voor de juistheid en volledigheid van de eigen bijdragen geen gemeentelijke verantwoordelijkheid is. Dit impliceert dat door gemeenten geen zekerheden over de omvang en hoogte van de eigen bijdragen kunnen worden verkregen als gevolg van het niet kunnen vaststellen van de juistheid op persoonsniveau. Dit aspect maakt geen onderdeel uit van de gemeentelijke rechtmatigheidcontrole. 106
Voor wat betreft de verantwoording van de besteding van specifiek bestemde rijksgelden en subsidies volgt hieronder een nadere toelichting. SiSa (Single Information Single Audit) De meeste specifieke uitkeringen worden tegenwoordig verantwoord via de jaarrekening. Daarvan zijn er in 2014 voor Kerkrade onderstaande 6 relevant. nr.
Regeling
Ministerie
D9
Onderwijsachterstandenbeleid 2011-2014 (OAB)
OCW
G1
Wet sociale werkvoorziening (WSW)_gemeente 2014
SZW
G1A
Wet sociale werkvoorziening (WSW)_totaal 2013
SZW
G2
Gebundelde uitkering op grond van artikel 69 WWB_gemeente 2014
SZW
G3
Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 (exclusief levensonderhoud beginnende zelfstandigen)_gemeente 2014
SZW
G5
Wet Participatiebudget (WPB)_gemeente 2014
SZW
In de SiSa-bijlage van deze jaarrekening vindt de voorgeschreven verantwoording plaats. Overige Jaarlijks wordt voor diverse projecten de naleving van de subsidievoorwaarden getoetst, worden de betreffende eindafrekeningen tijdig opgesteld en voor zover nodig door de externe accountant van een controleverklaring voorzien. In 2014 betrof dit de projecten Herstructurering bedrijventerrein Willem Sophia (goedkeurend), Nieuwbouw Plein Kerkrade (goedkeurend), Multifunctioneel Complex d’r Pool (afkeurend i.v.m. het achteraf niet of niet geheel uitvoeren van de diverse gesubsidieerde activiteiten) en Voortgezet Onderwijs Kerkrade (goedkeurend). Inkoop en aanbesteden Daar waar mogelijk is in 2014 zoveel als mogelijk invulling gegeven aan de speerpunten van het inkoopen aanbestedingsbeleid, te weten aandacht voor het lokale/regionale MKB, de sociale paragraaf en aspecten van duurzaamheid. In februari 2014 heeft de jaarlijkse workshop inkoop en aanbesteden plaatsgevonden die in het teken stond van Social Return. De presentaties, die in het teken stonden van Social Return, werden verzorgd door Dhr. Langendijk m.b.t. “De Werkmakelaar” en Dhr. R. Arets m.b.t. het “Projectbureau Social return Parkstad”. Het einde van 2014 heeft in het teken gestaan vande inbedding van de Aanbestedingswet in het gemeentelijk inkoop- en aanbestedingsbeleid. Dit laatste zal naar verwachting in mei 2015 aan het college worden voorgelegd. Communicatie en stadsmarketing De implementatie van het stadsmarketingplan heeft in 2014 nog geen gestalte kunnen krijgen. Het (nog) ontbreken van financiële middelen ligt aan de basis van deze temporisering. Einde 2013 is besloten tot een evaluatie van het gemeentelijke communicatiebeleidsplan ‘Communicatie, zintuig van de gemeente’. Deze evaluatie heeft plaatsgevonden en is aan het college aangeboden.
§6. Verbonden partijen De gemeente Kerkrade heeft bestuurlijke en financiële belangen in verbonden partijen. De in 2009 geïntroduceerde nota Verbonden partijen is op basis van een eigen visie de uitwerking van het rapport "Het verband met verbonden partijen" van de rekenkamercommissie(s) Parkstad Limburg. De nota, die in september 2014 gereed is gekomen, beschrijft de sturingsrelatie met en de risicobeheersing bij verbonden partijen.
107
a. Verbonden partijen In onderstaand overzicht worden de verbonden partijen opgesomd:
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20.
GR GR GR GR GR GR
Verbonden partijen gemeente Kerkrade Reinigingsdiensten Rd4 GGD Zuid-Limburg Werkvoorzieningschap O.Z.L. Stadsregio Parkstad Limburg Gem. Regeling voor Sociale Kredietverstrekking en Schuldhulpverlening in Limburg Eurode NV Licom (vervallen zie nummer 3: Werkvoorzieningschap Oostelijk Zuid-Limburg) Nazorg Limburg BV NV Waterleiding Maatschappij Limburg (WML) NV Reinigingsdiensten Rd4 GaiaZOO BV BV Holding Stadion Kerkrade NV Industriebank LIOF EBC GmbH & Co. KG Technologiepark Herzogenrath GmbH BV Parkeeraccommodaties Kerkrade BV Multifunctioneel Complex d'r Pool NV Bank Nederlandse Gemeenten NV Enexis Holding NV Attero Holding (was Essent Milieu)
Div. tijdelijke deelnemingen a.g.v. verkoop productie- en leveringsbedrijf Essent aan RWE: (Vordering op Enexis BV, Verkoop Vennootschap BV, CBL Vennootschap BV, Claim Staat Vennootschap BV) 22. GR Veiligheidsregio Zuid-Limburg 23. NV Parkstad Limburg Theaters 24. NV Luchtvaartterrein Maastricht Aachen Airport (overgedragen in 2014) 25 GR Regionale uitvoeringsdienst ( RUD ) Zuid-Limburg 26 IBA Parkstad B.V. 27 Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen 21.
* GR= Gemeenschappelijke Regeling Met betrekking tot Holding Stadion Kerkrade en Werkvoorzieningschap Oostelijk Zuid-Limburg (WOZL) wordt verwezen naar de §2. Paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing. De deelneming in NV Licom is vervallen als gevolg van het faillissement van Licom. Daar waar aan de orde zijn activiteiten ondergebracht bij het WOZL. De overdracht van alle aandelen van NV Luchtvaartterrein Maastricht Aachen Airport aan de Provincie Limburg is afgerond. In de loop van 2014 zijn alle aandelen Attero verkocht (zie ook VJN2014). Per 1 januari 2015 is de gemeente Kerkrade toegetreden tot de GR Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen (BsGW), conform raadsbesluit november 2014. b. Gedetailleerde informatie verbonden partijen Onderstaand overzicht bevat meer gedetailleerde informatie. Bij diverse gemeenschappelijke regelingen kan het aandeel fluctueren over de jaren, afhankelijk van de bewegingen in de onderliggende verdeelmaatstaven.
108
1. Reinigingsdiensten Rd4 (beleidsveld 3, zie ook nummer 10) Doelstelling / openbaar belang Het (doen) inzamelen en bewerken van huishoudelijke afvalstoffen, het reinigen van de openbare ruimten en daarmee samenhangende taken alsmede het bestrijden van gladheid (pluspakket). Beleidsvoornemens / toekomstverwachting / risico’s Voortzetting samenwerking. Rechtsgrond, vestigingsplaats en overige deelnemers GR te Heerlen, met Brunssum, Heerlen, Landgraaf, Nuth, Onderbanken, Simpelveld, Vaals en Voerendaal Financiële gegevens Eigen vermogen Vreemd vermogen
bedragen x € 1.000
1/1/2013 2.239 28.575
31/12/2013 2.259 28.973
Resultaat Aandeel Kerkrade
2013 867 Circa 18%
2. GGD Zuid-Limburg / GHOR (beleidsveld 8/5) Doelstelling / openbaar belang Het behartigen van de belangen van de gemeenten, gevraagd en ongevraagd van advies dienen en uitvoering rijksprogramma’s op het terrein van de (openbare) volksgezondheid ten behoeve van de bevolking conform de Wet Publieke Gezondheid. Beleidsvoornemens / toekomstverwachting / risico’s Evaluatie huisvesting i.v.m. efficiency, uitbouwen academische werkplaats, uitvoering transitie naar aanleiding van scenario 2 bezuinigingen. Lokale en integrale aanpak. Productboek e.d. is vervallen. Rechtsgrond, vestigingsplaats en overige deelnemers GR te Heerlen, met de overige 18 gemeenten Zuid-Limburg. Financiële gegevens
bedragen x € 1.000 1/1/2014 31/12/2014 2014 Eigen vermogen 257 229 Resultaat Vreemd vermogen 1.230 882 Aandeel per inwoner € 1,46 NB: Bijdrage fluctueert jaarlijks en is afhankelijk van aantal inwoners, demografische ontwikkelingen en evt. “plus”-producten en diensten. 3. Werkvoorzieningschap Oostelijk Zuid-Limburg (beleidsveld 9) Doelstelling / openbaar belang De gemeenten Brunssum, Gulpen-Wittem, Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Nuth, Onderbanken, Simpelveld, Vaals, Valkenburg aan de Geul en Voerendaal hebben op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen al hun taken en bevoegdheden met betrekking tot de uitvoering van de Wet Sociale Werkvoorziening overgedragen aan het Werkvoorzieningschap Oostelijk Zuid Limburg (WOZL). De colleges van de deelnemende gemeenten hebben het van rijkswege daartoe ter beschikking gestelde budget overgedragen aan WOZL. De Sociale Werkvoorziening in Oostelijk Zuid-Limburg is hierbij de afgelopen jaren geconfronteerd met diverse veranderingen. De wijzigende wetgeving in relatie tot de Wsw (geen instroom meer mogelijk vanaf 1-1-2015), het faillissement van Licom (overname van activiteiten), de invoering van de
109
Participatiewet en de keuzes die de gemeenten als regievoerder maken (afbouw naar beschut en detacheringen). Zo regulier mogelijk werken is het uitgangspunt van de Participatiewet, de gemeenten krijgen de regie en SW-bedrijven moeten zich een plaats verwerven in het nieuwe krachtenveld. Bij die positionering laat WOZL zich inspireren door haar visie op mensen met een achterstand tot de arbeidsmarkt. Door mensen het werk te laten doen dat het best past bij de fase waarin zij zich bevinden, kunnen zij ervaring opdoen en hun kwaliteiten ontwikkelen. Dat kan de opmaat zijn voor een volgende stap, binnen de SW of daarbuiten. Het gaat om de beweging: ontwikkelen, begeleiden en doorgeleiden. Kortom, “Werken is ontwikkelen en participeren”. Beleidsvoornemens / toekomstverwachting / risico’s WOZL is een uitvoeringsorganisatie die in opdracht van en in samenwerking met gemeenten trajecten uitvoert, primair voor de Wsw met mogelijkheden voor doelgroepen binnen de Participatiewet. WOZL ondersteunt deze mensen om zo regulier mogelijke passende en ook betaalde arbeid te verrichten. Door de komst van de Participatiewet wordt de sterfhuisconstructie van WOZL verstrekt. Vanaf 1 januari 2015 is geen nieuwe instroom in de WSW meer mogelijk. Daarnaast neemt het subsidiebedrag per persoon stapsgewijs af (zie verder beleidsveld 9 en de risicoparagraaf). Een herschikking van de organisatie in een holding, een Beschut bv en een Detachering bv is hierbij gewenst. De overige overgenomen activiteiten van Licom zijn namelijk vervreemd, dan wel worden afgestoten, waardoor de (publiekrechtelijke) beheersorganisatie WOZL haar (privaatrechtelijke) uitvoeringspoot ziet krimpen. Voor de aan de GR WOZL gelieerde BV’s is een algemeen directeur aangesteld. De bestuurssecretaris fungeert ter ondersteuning van de GR. Rechtsgrond, vestigingsplaats en overige deelnemers GR en een afnemend aantal BV’s te Heerlen, met Brunssum, Gulpen-Wittem, Heerlen, Landgraaf, Nuth, Onderbanken, Simpelveld, Vaals, Valkenburg a/d Geul en Voerendaal Financiële gegevens Eigen vermogen Vreemd vermogen
1/1/2013 -/-2.595 14.044
31/12/2013 6.191 12.474
bedragen x € 1.000 2013 Resultaat -/- 5.900 Aandeel Kerkrade Circa 24,7%
4. Stadsregio Parkstad Limburg (WGR+) (beleidsveld 10) Doelstelling / openbaar belang Parkstad Limburg heeft tot doel om op basis van samenwerking tussen de deelnemende gemeenten te komen tot een samenhangend beleid en uitvoering op de beleidsterreinen economie en leisure, ruimte, herstructurering, mobiliteit en bestuur en samenwerking. Beleidsvoornemens / toekomstverwachting / risico’s De regio staat de komende jaren voor grote veranderingen. Daarom zal er in de ontwikkelagenda nog meer focus moeten worden aangebracht aan de hand van scherpe keuzes. De regio zoekt in deze periode van transitie nadrukkelijk de samenwerking in Zuid - Limburg met de provincie, onderwijs, bedrijfsleven en partners over de grens. De hoofdlijnen van deze agenda krijgt vorm langs drie lijnen te weten: vitaal, leefbaar en sociaal Parkstad. Het spreekt daarnaast voor zich dat IBA de komende jaren een wissel zal trekken op de toekomst van Parkstad. Rechtsgrond, vestigingsplaats en overige deelnemers GR te Heerlen, met Brunssum, Heerlen, Landgraaf, Nuth, Onderbanken, Simpelveld en Voerendaal. Financiële gegevens (conceptcijfers 2014) 1/1/2014 Eigen vermogen 4.514
31/12/2014 5.003 110
bedragen x € 1.000 2014 Resultaat 123
1/1/2014 31/12/2014 2014 Vreemd vermogen 25.764 13.220 Aandeel Kerkrade 19,13% NB: Het aandeel van elke gemeente wordt jaarlijks bepaald aan de hand van een verdeelsleutel op basis van de laatst definitief vastgestelde algemene uitkering (basisbedrag). 5. Sociale Kredietverstrekking en Schuldhulpverlening in Limburg (Kredietbank Limburg) (beleidsveld 9) Doelstelling / openbaar belang Het verlenen van hulp en financiële steun aan burgers die door schuldenlast in financiële en maatschappelijke problemen zijn gekomen (armoedebeleid). Beleidsvoornemens / toekomstverwachting / risico’s Op basis van het door de raad in juni 2012 vastgestelde Beleidsplan Schuldhulpverlening 2012-2016 en het door de raad in februari 2014 vastgestelde Beleidsplan Armoede en Schulden 2014-2018, de burgers een integraal traject schuldhulpverlening blijven kunnen aanbieden via het Loket Schuldhulpverlening Kerkrade. De schuldhulpverlening is helaas steeds ‘prominenter’ in onze samenleving aanwezig. Diverse andere hulpverleningstrajecten starten ook steeds meer met aandacht voor de schuldenproblematiek van de klant. De vraag naar schuldhulpverlening heeft zich vanaf 2013 min of meer gestabiliseerd. Naar verwachting zal de vraag de volgende jaren zeker niet zal afnemen. Dit betekent dat zich in Kerkrade jaarlijks tussen de 500 en 600 burgers melden voor schuldhulpverlening. Of er mogelijkerwijze toch nog sprake zal zijn van groei, is moeilijk aan te geven. Nieuwe doelgroepen in de schuldhulpverlening, bijvoorbeeld tweeverdieners met een eigen huis waarvan er een werkloos wordt, maken de trajecten schuldhulpverlening daarenboven intensiever en complexer. Ook zullen de diverse negatieve financiële maatregelen van de rijksoverheid niet bijdragen aan een verlaging van de behoefte aan ondersteuning bij schulden. Gemeentelijke bijdrage in de exploitatiekosten en in de kredietvoorziening. Achtergestelde geldlening van € 137.364. Rechtsgrond, vestigingsplaats en overige deelnemers GR is gevestigd in Sittard-Geleen met de overige gemeenten Brunssum, Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Maastricht. Financiële gegevens
bedragen x € 1.000 1/1/2013 31/12/2013 2013 Eigen vermogen 77 77 Resultaat 0 Vreemd vermogen 12.740 10.017 Aandeel Kerkrade xx %* NB: De gemeentelijke bijdrage in de voorziening voor dubieuze debiteuren en een mogelijk negatief exploitatieresultaat fluctueert. De bijdrage is voor elk 50% afhankelijk van het aantal inwoners en het uitstaande kredietvolume. 6. Openbaar lichaam Eurode (beleidsveld 10) Doelstelling / openbaar belang Behartigen van de gezamenlijke belangen in grensoverschrijdende zin gericht op bevordering en instandhouding van de gemeenschappelijke banden tussen de burgers onderling en benutting van de grenscontacten in economische zin. Beleidsvoornemens / toekomstverwachting / risico’s Intensivering grensoverschrijdende samenwerking in de breedste zin van het woord. Uitbouw en concretisering van deze bijzondere vorm van grensoverschrijdende samenwerking binnen de huidige financiële mogelijkheden. Rechtsgrond, vestigingsplaats en overige deelnemers GR te Kerkrade, met Gemeente Herzogenrath (Duitsland).
111
Financiële gegevens
bedragen x € 1.000 2014 Eigen vermogen * Resultaat Vreemd vermogen Aandeel Kerkrade 50 % * Het Openbaar Lichaam Eurode heeft een boekhouding/jaarrekening op kasbasis, het EV is in deze het banksaldo. 1/1/2014 97
31/12/2014 105
7. Licom (beleidsveld 9) Is vervallen, zie bij 3: Werkvoorzieningsschap Oostelijk Zuid_Limburg (beleidsveld 9) 8. Nazorg Limburg (beleidsveld 3) Doelstelling / openbaar belang Bescherming van het milieu en het voorkomen van milieuvervuiling van gesloten stortlocaties. Beleidsvoornemens / toekomstverwachting / risico’s Lage risico’s. Rechtsgrond, vestigingsplaats en overige deelnemers BV te Maastricht Airport, met Provincie Limburg en 42 gemeenten. Financiële gegevens Eigen vermogen Vreemd vermogen
1/1/2013 953 82
31/12/2013 2.053 128
bedragen x € 1.000 2013 Resultaat 1100 Aandeel Kerkrade Circa 2,4%
9. Waterleiding Maatschappij Limburg (beleidsveld 3/10) Doelstelling / openbaar belang Het voorzien van zuiver, helder en betrouwbaar drinkwater tegen een zo laag mogelijke prijs. Beleidsvoornemens / toekomstverwachting / risico’s Continuïteit in de levering van drinkwater. WML blijft zelfstandig en gericht op samenwerking in de waterketen. koersverlegging van investeringen in innovatie en infrastructuur naar investeringen in onderhoud van de infrastructuur. Bedrijfsrisico is laag. Rechtsgrond, vestigingsplaats en overige deelnemers NV te Maastricht, met Provincie Limburg en Limburgse gemeenten. Financiële gegevens Eigen vermogen Vreemd vermogen
1/1/2013 152.401 391.767
31/12/2013 159.821 389.989
bedragen x € 1.000 2014 Resultaat 7.420 Aandeel Kerkrade Circa 3,4 %*
10. Reinigingsdiensten Rd4 (beleidsveld 3) (zie ook nummer 1) Doelstelling / openbaar belang Het tot stand brengen van een doelmatige, milieuhygiënisch verantwoorde en marktconforme inzameling van afvalstoffen en advisering op het terrein van het milieubeleid. Beleidsvoornemens / toekomstverwachting / risico’s Voortzetting doelmatige samenwerking. Geen relevantie m.b.t. toekomstverwachting. Normaal bedrijfsrisico. 112
Rechtsgrond, vestigingsplaats en overige deelnemers NV te Heerlen, met Brunssum, Heerlen, Landgraaf, Nuth, Onderbanken, Simpelveld, Vaals en Voerendaal. Financiële gegevens Eigen vermogen Vreemd vermogen
1/1/2013 500 2025
31/12/2013 510 3297
bedragen x € 1.000 2013 Resultaat 90 Aandeel Kerkrade 18,6%
11. GaiaZOO (beleidsveld 4) Doelstelling / openbaar belang 1. Het ontwikkelen en exploiteren van een dierenpark, alsmede natuurbeschermingseducatie en natuurbehoud; 2. Het verrichten van alle handelingen, welke in de ruimste zin verband kunnen houden met of bevorderlijk kunnen zijn voor het sub a gemelde doel; 3. Het exploiteren van één of meer horecabedrijven in de ruimste zin des woords. Beleidsvoornemens / toekomstverwachting / risico’s Ondersteuning start en ontwikkeling dierenpark. Directie, Raad van commissarissen en aandeelhouders hebben als doel gesteld een geleidelijke uitbouw van het park. Daartoe is een investeringsraming van ruim € 30 miljoen voor de fase 2007-2014 opgesteld. Daarnaast gaat GaiaZOO (verdeeld over drie bouwperioden 2013-2014, 2014-2015 en 2015-2016) in het park investeren om het park voor bezoekers het gehele jaar begaanbaar en bereikbaar te maken alsmede alle dieren 365 dagen per jaar zichtbaar te maken. De kosten hiervan bedragen (taakstellend) € 1,5 mln. Dit totaalbedrag wordt in drie delen van elk € 500.000 verdeeld over de drie bouwperioden. Doorgroei aan de hand van de opgestelde investeringsplannen wordt tussentijds telkens geëvalueerd. Rechtsgrond, vestigingsplaats en overige deelnemers BV te Kerkrade, met Apenheul (19,94%), Moraco NV (31,27%) en Industriebank LIOF NV (18,63%) Financiële gegevens Eigen vermogen Vreemd vermogen
1/1/2014 11.477 7.584
31/12/2014 11.599 6.842
bedragen x € 1.000 2014 Resultaat 122 Aandeel Kerkrade 30,16%
12. Holding Stadion Kerkrade (beleidsveld 7) Doelstelling / openbaar belang Het in algemene zin uitoefenen van holdingactiviteiten. Exploitatie van het stadion met een multifunctioneel karakter en met een duidelijke publieke functie en uitstraling voor de stad. Beleidsvoornemens / toekomstverwachting / risico’s De continuïteit van het stadion is een risico. In dit verband is er een derde partij door zowel Stadion als BVO aangezocht om exploitatiemanagement te bezigen. Een plan van aanpak ter verbetering van de exploitatie is operationeel. De risico’s zijn m.n. gelegen in de vorderingen die de gemeente nog heeft op het stadion en de afhankelijkheid van het stadion van een grote huurder. Zie verder ook de risicoparagraaf. In relatie tot de continuïteit van het stadion is het van belang te melden dat de ontvlechting BVO – Stadion is afgerond. Rechtsgrond, vestigingsplaats en overige deelnemers BV te Kerkrade, met Parkstad Limburg (8,1%), Gemeente Heerlen (4,27%) en overige (0,15%).
113
Financiële gegevens (concept) 30/06/2013 Eigen vermogen -2.408 Vreemd vermogen 21.619
30/06/2014 -2.128 21.571
bedragen x € 1.000 2013/2014 Resultaat 280 Aandeel Kerkrade 87,48%
NB: Deze deelneming kent een zgn. “gebroken boekjaar” dat niet gelijk loopt met een kalenderjaar. NB2: Op het moment van schrijven wordt de jaarrekening t/m 31december 2014 opgesteld en door de accountant beoordeeld, waarmee ook een einde wordt gemaakt aan het gebroken boekjaar.
13. Industriebank Limburg Instituut v. Ontwikkeling en Financiering (Industriebank LIOF) (beleidsveld 4) Doelstelling / openbaar belang Verbetering van de sociaal-economische structuur door het creëren van een gezond vestigingsklimaat en de werkgelegenheid in de provincie Limburg. Beleidsvoornemens / toekomstverwachting / risico’s Het inzetten op: het bieden van financieringsmogelijkheden en investeren in productontwikkeling (R&D investeringen). Daarnaast via het Provinciale Ontwikkelingsfonds investeren in riskante ontwikkelingsprojecten. Speerpunten zijn hierbij biomedische technologie, nieuwe materialen, agro/food en nieuwe energie. Rechtsgrond, vestigingsplaats en overige deelnemers NV te Maastricht, met Staat der Nederlanden, Provincie Limburg, overige Limburgse gemeenten en de Kamer van Koophandel. Financiële gegevens Eigen vermogen Vreemd vermogen
1/1/2013 95.536 56.600
31/12/2013 97.074 61.834
bedragen x € 1.000 2013 Resultaat 538 Aandeel Kerkrade 0,0005 % (27 aandelen)
14. Eurode Business Center (EBC) (beleidsveld 4/10) Doelstelling / openbaar belang Het exploiteren van een bedrijfsverzamelgebouw, het daarmee leveren van een bijdrage aan de harmonisatie van de wet- en regelgeving en het bieden van een centraal ontmoetingspunt voor overheden, bedrijven en instellingen uit Duitsland en Nederland. Beleidsvoornemens / toekomstverwachting / risico’s Voortzetting en het verbeteren van de financiële positie voor de langere termijn. Een negatieve conjuncturele ontwikkeling. Rechtsgrond, vestigingsplaats en overige deelnemers GmbH & Co. te Kerkrade, KG met Gemeente Herzogenrath (Duitsland), AGIT (Duitsland) en Industriebank LIOF NV. Financiële gegevens Eigen vermogen Vreemd vermogen
1/1/2013 801 2.838
31/12/2013 827 2.773
114
bedragen x € 1.000 2013 Resultaat 26 Aandeel Kerkrade 25 %
15. Technologiepark Herzogenrath (beleidsveld 4) Doelstelling / openbaar belang Het bevorderen van innovatie en technologische ontwikkeling in het bijzonder het management van een technologiepark voor innovatieve ondernemers en jonge startende bedrijven. Beleidsvoornemens / toekomstverwachting / risico’s De voornemens zijn de bezettingsgraad zo hoog mogelijk te houden en minimaal een evenwicht tussen baten en lasten na te streven. Een negatieve conjuncturele ontwikkeling. Rechtsgrond, vestigingsplaats en overige deelnemers GmbH te Kerkrade, met Gemeente Herzogenrath, Sparkasse Aachen, WFG Kreis Aachen, IHK Aachen en AGIT (allen Duitsland). Financiële gegevens Eigen vermogen Vreemd vermogen
1/1/2013 216 240
31/12/2013 194 216
bedragen x € 1.000 2013 Resultaat -/- 30 Aandeel Kerkrade 5,33 %
16. Parkeeraccommodaties Kerkrade (beleidsveld 2) Doelstelling / openbaar belang Exploitatie van parkeeraccommodaties ter bevordering van de mobiliteit. (parkeergarages Orlando en Wijngracht). Beleidsvoornemens / toekomstverwachting / risico’s Voortzetting beheer; centrumplanontwikkeling. Rechtsgrond, vestigingsplaats en overige deelnemers BV te Kerkrade, geen overige deelnemers. Financiële gegevens (conceptcijfers) 1/1/2014 Eigen vermogen 21 Vreemd vermogen 542
31/12/2014 21 479
bedragen x € 1.000 2014 Resultaat -24 Aandeel Kerkrade 100%
17. Multifunctioneel Complex d’r Pool (beleidsveld 7) Doelstelling / openbaar belang Het exploiteren van een multifunctionele sportaccommodatie. Beleidsvoornemens / toekomstverwachting / risico’s Voortzetting van het aanbieden van recreatie-activiteiten. Rechtsgrond, vestigingsplaats en overige deelnemers BV te Kerkrade, geen overige deelnemers. Financiële gegevens (conceptcijfers) 1/1/2014 Eigen vermogen 397 Vreemd vermogen 1.809
31/12/2014 451 1586
115
bedragen x € 1.000 2014 Resultaat 71 Aandeel Kerkrade 100%
18. Bank Nederlandse Gemeenten (beleidsveld 10 / alg. dekkingsmiddelen) Doelstelling / openbaar belang BNG is de bank van en voor overheden en instellingen voor het maatschappelijk belang. BNG is een betrouwbare eigentijdse bank en expert in het financieren van publieke voorzieningen. Met gespecialiseerde financiële dienstverlening draagt BNG bij aan het zo laag mogelijk houden van de kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger. Daarmee is de bank essentieel voor de publieke taak. Beleidsvoornemens / toekomstverwachting / risico’s Waarborgen van de marktpositie en continuïteit. De komende jaren is de pay-out ratio verlaagd van 50% naar 25% om te voldoen aan de nieuwe Europese regelgeving voor banken (Basel 3), waarbij in de periode tot 2018 een overgangsfase geldt. Tevens is sprake van een toenemende volatiliteit van het jaarresultaat als gevolg van een verplichte aanpassing in de systematiek van waardebepaling van derivaten. Het resultaat financiële transacties zal ook in de nabije toekomst gevoelig blijven voor de mate van economisch herstel binnen de eurozone. Vanwege de vele onzekerheden acht de bank het niet verantwoord een uitspraak te doen over de hoogte van de nettowinst voor de toekomst. Samengevat kunnen de risico’s als laag worden aangeduid, wel bestaat er het risico dat het jaarlijks dividend hoger danwel lager uitvalt. Rechtsgrond, vestigingsplaats en overige deelnemers NV te Den Haag, met Staat der Nederlanden, gemeenten, provincies en hoogheemraadschap. Financiële gegevens (cijfers 2014 voorlopig) 1/1/2014 Eigen vermogen 3.430.000* Vreemd vermogen** 127.753.000 * exclusief ongerealiseerde herwaarderingen ** inclusief achtergestelde leningen
31/12/2014 3.852.000 149.923.000
bedragen x € 1.000 2014 Resultaat 126.000 Aandeel Kerkrade 0,329139%
19. Enexis Holding (beleidsveld 3/10) Doelstelling / openbaar belang Als gevolg van de invoering van de Wet Onafhankelijk Netbeheer (WON) in Nederland heeft het voormalige Essent haar bedrijf per 30 juni 2009 gesplitst in een Netwerkbedrijf en een Productie- en Levering Bedrijf. De publieke aandeelhouders van Essent NV zijn voor exact hetzelfde aandelenpercentage aandeelhouder van Enexis Holding NV geworden. De vennootschap heeft ten doel: a. het (doen) distribueren en het (doen) transporteren van energie, zoals elektriciteit, gas, warmte en (warm) water; b. het in stand houden, (doen) beheren, (doen) exploiteren en (doen) uitbreiden van distributie en transportnetten in relatie tot energie; c. het doen uitvoeren van alle taken die ingevolge de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet zijn toebedeeld aan een netbeheerder zoals daarin bedoeld; d. het binnen de wettelijke grenzen ontplooien van andere operationele en ondersteunende activiteiten. De provincies en gemeenten trachten met hun aandeelhouderschap de publieke belangen te behartigen. Beleidsvoornemens / toekomstverwachting / risico’s Continuïteit van de energielevering. Enexis Holding NV opereert in een gereguleerde markt, onder toezicht van de Energiekamer. Op basis van de businessplannen wordt voor de komende jaren een relatief bescheiden winst verwacht. De Minister van Economische Zaken heeft in haar Aanwijzing bij het splitsingsplan aangegeven dat de dividendpay-out ratio vanaf 2011 maximaal 50% mocht bedragen. Dit is als zodanig ook vastgelegd in de statuten. Er is een wettelijk geregelde ratio van minimaal 40% eigen vermogen. Gecombineerd met de achtergestelde status van de ‘vordering op Enexis vennootschap’, levert dit een laag risico op voor de aandeelhouders van Enexis N.V.
116
Rechtsgrond, vestigingsplaats en overige deelnemers NV te Arnhem, met diverse Nederlandse provincies en gemeenten. Financiële gegevens (conceptcijfers 2014) 1/1/2014 Eigen vermogen 3.370.100 Vreemd vermogen 2.894.800
31/12/2014 3.516.700 2.900.300
bedragen x € 1.000 2014 Resultaat 265.500 Aandeel Kerkrade 0,478013%
20. Attero Holding (beleidsveld 3/10) Deze deelneming is in de loop van 2014 verkocht. Het resultaat over 2014 komt de nieuwe eigenaar toe. Zie voor een nadere toelichting de informatieverstrekking aan de raad (maart2014) alsook de Voorjaarsnota 2014. Bij de verkoop zijn nog garanties afgegeven, deze zijn 100% voorzien ("voorziening verkoop aandelen"). Financiële gegevens Eigen vermogen Vreemd vermogen
1/1/2014 273.492 500.834
31/12/2014 n.v.t. n.v.t.
bedragen x € 1.000 2014 Resultaat n.v.t. Aandeel Kerkrade was: 0,478013%
21. Diverse tijdelijke deelnemingen in verband met verkoop aandelen Essent (beleidsveld 10) In 2009 heeft de gemeente Kerkrade haar aandelen in het productie- en leveringsbedrijf van Essent aan energiebedrijf RWE verkocht. Uit deze verkoop vloeiden nog diverse tijdelijke deelnemingen voort. Dit betreft: Publiek Belang Elektriciteitsproductie BV (PBE), Vordering op Enexis BV, Verkoop Vennootschap BV, CBL Vennootschap BV, Claim Staat Vennootschap BV en Stichting Essent Sustainability Development. Doelstelling / openbaar belang Deze tijdelijke deelnemingen houden op te bestaan, zodra de afwikkeling van de verkoop volledig is afgerond. Zij zijn gevormd om de risico’s voor aandeelhouders te verkleinen. Beleidsvoornemens / toekomstverwachting / risico’s Het afwikkelen van de resterende vorderingen, garanties en claims alsook het beheer van fondsen. Het risico en daarmee de aansprakelijkheid voor de aandeelhouders is zeer beperkt. Voor de garanties zijn binnen de BV’s voorzieningen gevormd die als toereikend worden ingeschat. Vordering op Enexis BV loopt beheerste risico’s op Enexis Holding BV voor de niet-tijdige betaling van rente en/of aflossingen bruglening en, in het ergste geval, faillissement van Enexis Holding NV. Op basis van de Aanwijzing van de Minister van Economische Zaken is een bedrag van € 350 miljoen van de bruglening (tranche D) achtergesteld ten behoeve van mogelijke toekomstige conversie naar het eigen vermogen van Enexis als dat nodig blijkt in verband met de gestelde solvabiliteitseisen. Tranche A is in 2012 vervroegd afgelost, tranche B is in 2013 eveneens vervroegd afgelost. In maart 2014 heeft het bestuur van de Stichting Essent Sustainability Development naar aanleiding van de eindrapportage over de eerder genoemde duurzaamheidsafspraken geconstateerd dat een deel van de doelstellingen daadwerkelijk is gerealiseerd. Tegelijkertijd stelt het bestuur vast dat diverse doelstellingen niet of niet volledig zijn gerealiseerd. Niettemin is het bestuur van mening dat Essent/RWE in haar rapportage afdoende verklaringen heeft aangevoerd waarom deze doelstellingen niet of slechts gedeeltelijk zijn gerealiseerd. Ondermeer door de t.o.v. 2009 snel veranderde en sterk verslechterde economische situatie, de sterk veranderde energiemarkt (bijv. Energiewende in Duitsland, opkomst schaliegas in Amerika) en de daarmee gepaard gaande teruglopende bedrijfsresultaten is RWE-Essent genoodzaakt geweest de strategie bij te stellen. Overigens heeft Essent aangegeven dat ze een bijdrage heeft geleverd aan de totstandkoming van het SER Energieakkoord en dat ze actief meewerkt aan de realisatie van dit akkoord. De Stichting Essent Sustainability Development is vervolgens in 2014 opgeheven omdat haar taak is volbracht.
117
In verband met de verkoop van Attero aan Waterland in 2014, zal de Claim Staat Vennootschap een naamswijziging ondergaan en tevens belast worden met de afwikkeling van de verkoop van Attero (garanties). De laatste garanties uit de verkoop van Essent lopen op 30 september 2015 af. Naar verwachting wordt de CBL Vennootschap eind 2015 of begin 2016 geliquideerd en valt een eventueel positief liquidatiesaldo vrij aan de aandeelhouders. Dat geldt ook voor de Verkoop Vennootschap. Rechtsgrond, vestigingsplaats en overige deelnemers BV te Den Bosch, met diverse Nederlandse provincies en gemeenten. De deelnemingen hebben vooral het karakter van een zgn. Special Purpose Vehicle (SPV) met slechts een beperkte taak. Financiële gegevens (conceptcijfers 2014) PBE 1/1/2014 Eigen vermogen 1.617 Vreemd vermogen 111 Vordering op Enexis
Eigen vermogen Vreemd vermogen Verkoop Vennootschap
Eigen vermogen Vreemd vermogen CBL Vennootschap
Eigen vermogen Vreemd vermogen Claim Staat Vennootschap
Eigen vermogen Vreemd vermogen
31/12/2014 1.598 108
bedragen x € 1.000 2014 Resultaat -/- 19 Aandeel Kerkrade 0,478013%
1/1/2014 82 862.177
31/12/2014 66 862.131
Resultaat Aandeel Kerkrade
2014 -/- 17 0,478013%
1/1/2014 347.337 98.128
31/12/2014 363.305 79.968
Resultaat Aandeel Kerkrade
2014 17.290 0,478013%
1/1/2014 $ 9.878 $ 104
31/12/2014 $ 9.811 $ 107
Resultaat Aandeel Kerkrade
2014 -/- 67 0,478013%
1/1/2014 52 12
31/12/2014 9 36
Resultaat Aandeel Kerkrade
2014 -/- 44 0,478013%
22. Veiligheidsregio Zuid-Limburg (beleidsveld 5) (tot 1.1.2012: GR Brandweer Zuid Limburg/GHOR) Doelstelling / openbaar belang Het op schaalgrootte van de veiligheidsregio doelmatig organiseren van brandweerzorg, geneeskundige hulpverlening, gemeentelijke bevolkingszorg bij rampenbestrijding en crisisbeheersing. Beleidsvoornemens / toekomstverwachting / risico’s Alle brandweertaken, geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen, de gemeentelijke bevolkingszorg bij rampen zijn overeenkomstig de wettelijke regeling gepositioneerd in de Veiligheidsregio Zuid-Limburg. Rechtsgrond, vestigingsplaats en overige deelnemers GR (vestigingsplaats Maastricht, met de overige 17 gemeenten Zuid-Limburg Financiële gegevens Eigen vermogen Vreemd vermogen
1/1/2013 8.062 57.143
31/12/2013 9.890 56.680
Resultaat Aandeel Kerkrade
(* € 1.000) 2013 1.559 circa 7 %
NB: Aandeel is gebaseerd op een mix van inwoneraantal, risico’s en bijdrage van de rijksoverheid aan de gemeenten ( onderdeel veiligheid ). Het aandeel in de Ghor is gebaseerd op een bedrag per inwoner evenals de bijdrage van de gemeentelijke kolom
118
23. Parkstad Limburg Theaters (beleidsveld 7) Doelstelling / openbaar belang Het faciliteren en aanbieden van podiumkunsten. Beleidsvoornemens / toekomstverwachting / risico’s Voortzetting, versterken van de identiteit van de regio. Aanpassing van het gebouw wordt in de Centrumplanontwikkeling meegenomen. Rechtsgrond, vestigingsplaats en overige deelnemers NV te Heerlen, met gemeente Heerlen Financiële gegevens Eigen vermogen Vreemd vermogen
1/1/2013 1.009 2.905
31/12/2013 982 3705
bedragen x € 1.000 2013 Resultaat -/- 27 Aandeel Kerkrade Circa 33%
24. Luchtvaartterrein Maastricht Aachen Airport (beleidsveld 2) Doelstelling / openbaar belang Het exploiteren van een luchthavenbedrijf en luchthaventerrein in de ruimste zin. Beleidsvoornemens / toekomstverwachting / risico’s Gemeente Kerkrade heeft de aandelen overgedragen aan de provincie Limburg. Per 4 juni 2014 is Maastricht Aachen Airport geen verbonden partij meer. Het boekwaarde verlies is reeds in 2013 genomen. Rechtsgrond, vestigingsplaats en overige deelnemers NV te Beek, met Omniport Dura Vermeer, LIOF, Provincie Limburg en Kamer van Koophandel Financiële gegevens Eigen vermogen Vreemd vermogen
1/1/2014 2.335 0
31/12/2014 nvt nvt
bedragen x € 1.000 2014 Resultaat n.v.t. Aandeel Kerkrade was: 0,977%
25. GR Regionale uitvoeringsdienst (RUD) Zuid-Limburg Doelstelling / openbaar belang Het sinds 1 juli 2013 behartigen van de belangen van de deelnemers ter zake van de uitvoering van taken van vergunningverlening, toezicht op de handhaving van het omgevingsrecht. Beleidsvoornemens / toekomstverwachting / risico’s Beleidsvoornemens, risico’s e.d. zijn nog niet aan te geven. Rechtsgrond en overige deelnemers College van GS provincie Limburg en overige 17 colleges gemeenten Zuid-Limburg. Financiële gegevens Eigen vermogen Vreemd vermogen
1/1/2013 -----
31/12/2013 1596 893
119
bedragen x € 1.000 2013 Resultaat 702 Aandeel Kerkrade ca.2%
26. IBA Parkstad B.V. Doelstelling / openbaar belang Het uitvoering geven aan de realisatie en ontwikkeling van de “Internationale Bau Ausstellung Parkstad 2020”zoals nader uitgewerkt in het zogenaamde “IBA Boek” waarin de transformatieopgave voor Parkstad vanuit het regioprogramma is neergelegd. Het creëren van een platform voor het uitwisselen van ideeën en het ontwikkelen van projecten die bijdragen aan een duurzame en vitale regio. Een zogenoemde “open innovatie” centraal stellen waarbij gebiedspartners gezamenlijk hun kennis en kunde bundelen en waarbij de mogelijkheid gecreëerd wordt om binnen dit platform te experimenteren. Beleidsvoornemens / toekomstverwachting / risico’s Beleidsvoornemens, risico’s e.d. zijn nog niet aan te geven. Rechtsgrond en overige deelnemers Provincie Limburg, gemeente Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Brunssum, Nuth, Voerendaal, Simpelveld en Onderbanken. Financiële gegevens 1/1/2014 Eigen vermogen Vreemd vermogen
31/12/2014 nog niet bekend nog niet bekend
bedragen x € 1.000 2014 Resultaat nog niet bekend Aandeel Kerkrade ca.33%*
*NB: Aantal aandelen gemeente Kerkrade: 1.947 stuks
27. Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen. Doelstelling/openbaar belang BsGW behartigt als uitvoeringsorganisatie de zorg voor het volledig, tijdig, rechtmatig, juist en doelmatig heffen en innen van lokale belastingen en de uitvoering van de wet woz. Beoogd wordt door schaalvoordelen kostenbesparingen te realiseren. Beleidsvoornemens / toekomstverwachting / risico’s Kerkrade was in 2014 nog geen deelnemer. In de begroting 2016 / rekening2015 zal meer informatie worden opgenomen, mede aan de hand van de begroting 2015 van de BsGW. Rechtsgrond en overige deelnemers Er zijn per 2015 30 deelnemers: de gemeenten Venlo, Bergen, Nederweert, Roermond, Beek, Leudal, Nuth, Maasgouw, Echt-Susteren, Roerdalen, Peel&Maas, Stein, Brunssum, Heerlen, Landgraaf, Onderbanken, Simpelveld, Voerendaal, Maastricht, Sittard-Geleen, Weert, Eijsden-Margraten, Schinnen, Valkenburg aan de geul, Meerssen, Vaals, Gulpen-Wittem, Beesel, Gennep en Kerkrade, en de waterschappen Roer en Overmaas en Peel en Maasvallei. Financiële gegevens Kerkrade was in 2014 nog geen deelnemer. In de begroting 2016 / rekening2015 zullen cijfers worden opgenomen.
§7. Grondbeleid a. Visie op het grondbeleid Het grondbeleid volgt het ruimtelijk beleid en richt zich daarmee op het ontwikkelingsprogramma woningbouw en op het ontwikkelingsprogramma bedrijventerreinen. In de jaarlijkse Grondnota die als rode draad fungeert, wordt steeds een relatie gelegd tussen de ruimtelijke taakstelling, het uit te voeren grondbeleid en de financiële gevolgen.
120
Het ‘ontwikkelingsprogramma woningbouw’ Op basis van de “Regionale Woonvisie op Hoofdlijnen” is in 2007 de “Regionale Woningbouwprogrammering 2006-2010” vastgesteld. De werkingsduur van de programmering is verlengd tot en met 2013. Eind 2013 is door de Parkstadraad volgens planning een nieuwe Regionale Woningmarktprogrammering voor de periode 2013 tot en met 2016 vastgesteld. De bevolking in de regio Parkstad neemt af. Om verpaupering en leegstand te voorkomen hebben de gemeenten en woningcorporaties in Parkstad een “Herstructureringsvisie voor de woningvoorraad Parkstad Limburg” ontwikkeld. Het doel is om in Parkstad te bouwen aan een sterke regio. Een evenwichtige woningmarkt voor de huidige en toekomstige bewoners is daarbij van groot belang. In deze visie is het motto van de Gemeente Kerkrade “Werkend zorgen voor Morgen”. Kerkrade en haar partners streven naar een leefbare stad voor bewoners, bedrijven, winkeliers en bezoekers. Voor Kerkrade geldt een forse “onttrekkingsopgave”. Daarentegen bieden de campusontwikkelingen bij de RWTH in Aken kansen om nieuwe bewoners aan te trekken. In januari 2013 is in het kader van de actualisatie van de transformatieopgave 2012-2020 de “onttrekkingsopgave” voor deze periode voor de Gemeente Kerkrade vastgesteld op 1.490 woningen. De herstructurering in Parkstad is in volle gang. Incourante woningen verdwijnen en vrijkomende ruimte krijgt een nieuwe invulling. Op basis van de behaalde resultaten en nieuwe ontwikkelingen wordt in de “Regionale Woonstrategie 2012-2020” met als titel “Kiezen voor Parkstad” het toekomstige beleid vormgegeven. Dit kaderstellend document richt zich op een drietal thema’s om de herstructurering versterkt door te zetten en in Parkstad de kwaliteit van de woongebieden te verhogen. Deze thema’s zijn: 1. Het beperken van de omvang van de plancapaciteit (geplande woningbouwproductie) 2. De aanpak van de particuliere voorraad 3. De doorstroming, met een focus op doelgroepen Voor elk van deze thema’s wordt een eigen aanpak uitgewerkt, waarbij het maken van een kwalitatieve slag in de woningvoorraad het uitgangspunt vormt en duurzaamheid een belangrijke rol zal spelen. In het kader van thema 1 (beperken van de omvang van de plancapaciteit) is eind 2013 de nieuwe Regionale Woningmarktprogrammering 2013-2016 vastgesteld. De projecten uit de oude woningbouwprogrammering zijn getoetst op markttechnische aantrekkelijkheid en op basis van deze score is focus aangebracht in het aanbod van woningbouwprojecten. De woningbouwplannen die kwaliteit toevoegen aan de regionale woningmarkt, op locaties die markttechnisch aantrekkelijk zijn, hebben de meeste prioriteit om tot ontwikkeling te komen. De bestaande werkwijze van de woningmarktprogrammering is aangepast aan deze nieuwe manier van werken. In 2015 wordt in regionaal verband geëvalueerd hoe de programmering en werkwijze functioneren. In 2011 is door de Raad de stadsdeelvisie voor Kerkrade-West vastgesteld. De kwantitatieve opgave voor dit stadsdeel voor de periode tot 2020 bestaat uit een netto onttrekking van 450 woningen aan de woningvoorraad. Op 19 december 2012 is de Stadsdeelvisie Kerkrade-Oost I door de Raad vastgesteld. De kwantitatieve opgave voor dit stadsdeel voor de periode tot 2020 bestaat uit een onttrekking van 495 woningen. Vanwege het ontbreken van voldoende budget en rekening houdend met economische en maatschappelijke ontwikkelingen zal er naar nieuwe financierings- en verdienmodellen moeten worden gezocht. In 2012 is de eerste van de vier hoogbouwflats in Bleijerheide gesloopt. De drie resterende flats zullen gefaseerd tot 2018 worden gesloopt. In 2013 is de stadsdeelvisie Kerkrade Noord en Oost II inhoudelijk afgerond door gemeente en de woningcorporaties Wonen Limburg en Wonen Zuid. Deze visie is door de Raad vastgesteld op 26 februari 2014. In deel 1 – Wijkanalyse is de transformatieopgave tot 2020 nader uitgewerkt. Dit betekent voor het stadsdeel Noord een opgave van 380 woningen en voor het stadsdeel Oost II (Erenstein, Chevremont en Haanrade) een opgave van 165 woningen.
121
Behalve met de krimp wordt bij de uitwerking van het woningbouwprogramma ook rekening gehouden met de gevolgen van de economische crisis op de woningmarkt. Zowel de projecten in uitvoering als de projecten in voorbereiding ondervinden nog altijd last van de gevolgen van de economische crisis. De woningmarkt zit op slot met als gevolg dat de uitvoering van de plannen stagneert en de haalbaarheid van projecten onder druk is komen te staan. In onderstaande tabel wordt aangegeven welke locaties in 2014 daadwerkelijk in uitvoering waren. Woningbouwlocaties 2014 in uitvoeringsfase
aantal
type
huur / koop
Van Meertenstraat Henckenstraat/Terheidenstraat Holtskuilenstraat Maria Gorettistraat Op de Knip Panoramaplan Laura
9 4 10 39 22 10
eengezinswoning eengezinswoning eengezinswoning zorgappartementen eengezinswoning eengezinswoning
huur huur huur huur koop koop
Centrumplan De raad heeft op 26 juni 2013 het strategische kader voor het centrumplan vastgesteld en de strategische haalbaarheid van het plan onderschreven. Besloten werd een Koop- en Samenwerkingsovereenkomst met Van Pol Beheer BV te sluiten teneinde een nieuw winkelcentrum incl. woningen en een nieuw cultureel cluster in ons centrum te realiseren. Concreet worden 47 sociale huurwoningen en 19 koopwoningen gerealiseerd. Er wordt verder ca. 6.500 m2 winkelruimte gebouwd, waarbij opgemerkt wordt dat in de nieuwe situatie de winkeloppervlakte ca. 1.400 m2 minder is dan in de situatie voor de sloop van V&D en SNS-bank. Daarnaast wordt in één bouwstroom het cultuurcluster gerealiseerd. Verder is de raad akkoord gegaan met een kwaliteitsimpuls in de openbare ruimte en een intensieve vorm van communicatie en gebiedsmarketing alsook een investering in stimuleringsmaatregelen met betrekking tot gevelverbetering en verplaatsing van ondernemers. Op deze wijze kan worden bijgedragen aan een belangrijke transformatie van het kloppend hart van onze stad. Na deze besluitvorming is in het projectplan tweede fase centrumontwikkeling aangegeven welke mijlpalen gehaald dienden te worden, zodat na het slopen en bouwrijp maken de gronden en opstallen daadwerkelijk worden geleverd. Daarnaast bood de nadere concretisering van de ontwikkeling van Discoverycenter Continium tot Creative City een unieke kans om een stevige verbinding te leggen vanaf het centrumgebied naar deze belangrijke toeristisch-recreatieve trekker. Creative City is dan ook als projectonderdeel aan de centrumontwikkeling toegevoegd. De provincie heeft in dit kader ook besloten om subsidie toe te kennen aan het centrumplan, aangezien beide ontwikkelingen bijdragen aan de economische structuurversterking van onze stad. Het college is verantwoordelijk voor het behalen van de doelstellingen en resultaten binnen voornoemd strategisch kader. Het college heeft op basis van genoemd projectplan de stuurgroep centrum verantwoordelijk gemaakt voor de voorbereiding en daadwerkelijke realisatie van de mijlpalen en de communicatie daaromtrent. Daarbij moeten uitgaven uiteraard binnen de gebiedsexploitatie passen en mag het tekort niet groter zijn dan € 10,0 mln. De voorbereidingen voor de herinrichting van de openbare ruimte zijn in 2014 voortgezet. De her in te richten straten betreffen in ieder geval de Kapellaan, Einderstraat, Dr. Kreijenstraat, Marktstraat, Niersprinkstraat en Hoofdstraat. Daarnaast is een aantal pleinen voorzien. De reconstructie van het Stadspark als ‘groene vinger’ tussen het centrum en de Anstelvallei is inmiddels qua voorbereiding ook opgepakt. Eind 2014 is café D’r Maat gesloopt en zijn ter plaatse proefvakken aangelegd als onderdeel van de selectie van het te gebruiken bestratingsmateriaal voor de herinrichting. Vanaf februari 2015 worden de eerste fysieke werkzaamheden op de Markt uitgevoerd. Medio 2014 heeft Van Pol Beheer gevraagd om gemeentelijke financiering van delen van het bouwplan. Hierover heeft de gemeenteraad in september 2014 besloten om een voorstel uit te werken binnen de door haar gestelde randvoorwaarden. Na de dagvaarding van de heer P. van Pol heeft, na het aannemen van een raadsbrede motie, een extern onderzoek plaatsgevonden naar de consequenties van deze dagvaarding voor de Koop- en Samenwerkingsovereenkomst en de mogelijke financiering. Geconcludeerd is dat de dagvaarding geen consequenties heeft voor de Koop- en
122
Samenwerkingsovereenkomst en de financiering. Van Pol Beheer kon echter voor de financiering niet tot acceptatie van de voorwaarden komen, waardoor financiering niet aan de orde was. In overleg met Volker Wessels, reeds een partij die via SDK Vastgoed, Aannemerij Jongen BV en Homij betrokken was bij het Centrumplan, is gekeken om tot een oplossing te komen om het Centrumplan tot realisatie te brengen. Deze gesprekken hebben de rest van 2014 plaatsgehad en hebben ook een vervolg gekregen in 2015. Communicatie is een belangrijke pijler bij het Centrumplan. De ondernemers, bewoners en andere belangstellenden worden eenduidig geïnformeerd en meegenomen in dit grote project voor Kerkrade. Dit gebeurt in nauwe samenwerking met alle externe en interne betrokken partijen. Eygelshoven Omstreeks 2010 is gestart met de herstructurering op de locaties Op de Bossen. Twee locaties zijn inmiddels gereed (Gulik-, Bongartstraat). Op de resterende drie locaties, Van Meerten-, Henckens- en Holtskuilenstraat zijn in 2012 totaal 48 woningen gesloopt. In 2015 zullen op deze drie locaties 23 grondgebonden woningen worden teruggebouwd. De herstructurering van de locatie Burgemeester Dohmenplein is in 2014 gestart. De besluitvorming binnen woningbouwstichting Wonen Limburg werd afgerond en de sloop van de woningen is in het 4e kwartaal gestart. Het begin van de bouwwerkzaamheden wordt in de 2e helft van 2015 verwacht na afronding van de planologische procedure en verlening van de omgevingsvergunning. Er zullen ca. 28 levensloopbestendige (Flexi) grondgebonden woningen worden teruggebouwd. Visieontwikkeling Atriumterrein In de stadsdeelvisie Kerkrade-Oost I is aangegeven dat het gebied een belangrijk onderdeel vormt voor de verdere gebiedsontwikkeling van het Centrum. De ontwikkelingen op het Atriumterrein zullen echter pas plaatsvinden op lange termijn (na 2020). Het gebied is landschappelijk fraai gelegen en biedt kansen voor toekomstige (beperkte) bebouwing in een groene setting nabij het stadscentrum en toeristische attracties. Kerkrade-West Op basis van de Stadsdeelvisie “De re-creatie van Kerkrade-West” heeft de gemeente Kerkrade op 28 februari 2011 een samenwerkingsovereenkomst getekend met de corporatie, Provincie Limburg en Regio Parkstad Limburg. Het doel van de samenwerking is de herstructurering van Kerkrade-West door in te zetten op de zogenaamde “high five” van voorzieningen en wonen, veiligheid, participatie, duurzaamheid en identiteit. In deze overeenkomst is een aantal deelprojecten benoemd, namelijk Heilust, Bestaande wijk van Morgen, Akerstraat, Transferium, Internationaal woonmilieu Gracht en Lokaal energiebedrijf. Voor elk van die deelprojecten zal de samenwerking verder vormgegeven worden in een uitvoeringsovereenkomst. Voor het deelgebied Heilust is op 8 december 2011 door gemeente, Hestia groep (nu HEEMwonen), Parkstad en Provincie de uitvoeringsovereenkomst Heilust getekend. Het doel van de overeenkomst is het realiseren van een vernieuwde duurzame leefomgeving. Er wordt geïnvesteerd in mensen, openbare ruimte, woningen, voorzieningen en infrastructuur, identiteit, welzijn / participatie en veiligheid. Daarmee wordt bijgedragen aan de regionale opgave om de woningvoorraad te herstructureren en te transformeren conform de envelop voor Kerkrade-West. De uitvoerende partijen zijn de gemeente en de corporatie. Programmatisch bestaat de uitvoering uit de volgende onderdelen: de sloop van huur- en koopwoningen (ca. 500); de bouw van huur- en koopwoningen (ca. 65); de bouw van een Multifunctionele Accommodatie (MFA); de realisatie van een nieuw openbaar park met bijbehorende infra, speeltuin, Roda JC Court, thematuinen, stadslandbouw en diverse andere inrichtingselementen en voorzieningen; de uitvoering van het Sociaal Programma. De grond- en vastgoedexploitatie van de MFA komen voor rekening en risico van de gemeente. Na realisatie komen het beheer en onderhoud voor rekening van de gemeente evenals de exploitatie van de MFA. De exploitatie van het Sociaal Programma komt voor rekening van HEEMwonen en gemeente, ieder voor een gelijk deel. De vastgoedexploitatie van de woningen komt voor rekening en risico van HEEMwonen. 123
De totale investeringen voor de gemeente bedragen ca. € 15,2 miljoen. De raad heeft op 29 januari 2014 € 973.000 uit het structuurfonds toegekend aan de gebiedsexploitatie Heilust. Daarmee is de exploitatie sluitend. Bij eerder genomen besluiten zijn uit het structuurfonds ca. € 2,4 miljoen (raad februari 2011) en € 700.000 (VJN2013) toegekend. Uit reguliere middelen is ca. € 2 miljoen gereserveerd. Daarnaast ontvangt de gemeente € 7,7 miljoen uit het transformatiefonds en € 500.000 subsidies. Ten slotte wordt voor ca. € 900.000 uitgevoerd ten behoeve van HEEMwonen. Het bestemmingsplan voor het hele plangebied is door de raad in juni 2013 vastgesteld. Inmiddels zijn ca. 400 woningen door HEEMwonen gesloopt. Door de gemeente zijn de 18 woningen in de Papaverstraat verworven en de sloopwerkzaamheden zijn inmiddels zo goed als afgerond. Ten behoeve van de realisatie van een multifunctionele accommodatie is het programma van eisen afgerond en zijn de ontwerpwerkzaamheden in januari van dit jaar begonnen. De bouwwerkzaamheden zijn voorzien in het derde kwartaal van 2015. In het voorjaar van 2015 is gestart met de realisatie van de eerste fase van het park, namelijk de aanleg van een Roda JC Court en speeltuin. Daartoe zijn ook al de eerste civieltechnische werkzaamheden zoals het opruimen van een deel van de Papaverstraat gestart. De realisatie van de rest van het park is mede afhankelijk van de voortgang van de sloop van de resterende woningen door HEEMwonen en de realisatie van een tweetal clusters woningen door HEEMwonen. Deze realisatie zal aldus in meerdere fasen plaatsvinden. De uitvoering van het Sociaal Programma is in februari 2014 gestart. De versterking, revitalisering van de Akerstraat als winkelstraat en de realisatie van het Recreatie Pluspunt zijn twee deelprojecten van Kerkrade-West die nauw met elkaar samenhangen. Ten zuiden van de Industriestraat is de ontwikkeling van het zogenaamde Recreatie Pluspunt voorzien. Dit vormt een cruciaal programmaonderdeel in de realisering van de stadsdeelvisie Kerkrade-West. Het Recreatie Pluspunt wordt vormgegeven door de ontwikkeling van een Transferium / halte aan de zuidzijde van Kerkrade-West (Spekholzerheide) als een recreatief-toeristisch knooppunt zodanig dat: het hele stadsdeel West goed ontsloten wordt en goed bereikbaar is via openbaar vervoer zowel naar Duitse zijde (Aken) als naar Heerlen / Maastricht. Daarmee wordt aangesloten op het regionale en internationaal vervoersnetwerk; de verbinding vanuit dit knooppunt met de omliggende toeristisch-recreatieve attracties concreet tot stand komt en aansluit op langzaam verkeersroutes van en naar het Transferium / halte; een logisch ruimtelijk- functionele verbinding tot stand komt tussen Akerstraat en Transferium / halte zodat dit hele gebied tussen Industriestraat en Akerstraat als sterk en compact stadsdeelcentrum kan functioneren. Het projectplan voor de realisatie van het Transferium is door de Stuurgroep Kerkrade-West eind 2013 goedgekeurd. In het projectplan wordt ingegaan op de scenario’s voor de Avantislijn (wel of niet doorgaan) en de consequenties en risico’s (o.a. voorinvestering strategische aankoop) daarvan voor het deelproject Transferium / halte. Een schetsontwerp voor het Transferium met daarin opgenomen een drietal varianten is afgerond. Het ruimtelijk kader voor het transferium, het bestemmingsplan is in februari 2014 vastgesteld door de raad en is derhalve onherroepelijk. Voor de feitelijke realisatie is in overleg met de provincie Limburg een pand aan de Industriestraat aangekocht. Door de treinagenda is vooralsnog om strategische redenen door de provincie Limburg de prioriteit gegeven aan de intercity verbinding tussen Heerlen en Aken. Voor de Avantislijn betekent dit op dit moment een vertraging in de tijd. Op dit moment wordt een onderzoek verricht naar de mogelijkheden om de bestaande Heuvellandlijn door te trekken tot in Kerkrade-West. De revitalisering van de Akerstraat en de vorming van een nieuw kerkplein is vooralsnog in studie. De Wvg op het gedeelte van de Akerstraat gelegen tussen de Kleingraverstraat en de Industriestraat is vervallen. Dit betekent dat het kerkplein zoals in de visie weergegeven naar verwachting anders wordt vormgegeven.
124
In de Bestaande wijk van Morgen, Dahliastraat en omgeving, zijn inmiddels alle huurwoningen van Heemwonen kwalitatief verbeterd door het treffen van energiebesparende maatregelen. De renovatiekosten komen voor rekening van de corporatie. In 2014 zijn aansluitend ook nog een viertal eigendomswoningen op een identieke wijze gerenoveerd. Voor de renovatie van de eigendomswoningen is additioneel vanuit het innovatiefonds aan Heemwonen een bedrag van € 500.000 beschikbaar gesteld. De gemeente Kerkrade is verantwoordelijk voor de herinrichting van de openbare ruimte (vergelijkbaar met Heilust) en dient ook hier additionele gelden beschikbaar te stellen. In 2014 is gestart met de renovatie van de Dahliastraat, de Kasperenstraat en het tussenliggend binnengebied. In totaal is hiervoor een bedrag van ca. € 1.000.000 beschikbaar gesteld. Daaropvolgend is vanuit de BDU-regeling additioneel een bedrag van € 500.000 toegekend voor renovatie van het resterende gebied gelegen tussen de Tulpenstraat en de Dahliastraat. Dit gebied zal in de loop van 2015 worden gerenoveerd. Kerkrade-Oost I De stadsdeelvisie Kerkrade-Oost I met de titel “Onbegrensd leven, wonen en werken in de Bovenstad tussen de Anstel en de Worm” is op 11 december 2012 vastgesteld door Woningstichting Land van Rode (nu HEEMwonen) en op 19 december 2012 door de Raad. Het stadsdeel Kerkrade-Oost I bestaat uit de buurten: Centrum (inclusief Mucherveld), Rolduckerveld, Holz, Nulland en Bleijerheide. Daarnaast maken het stadspark en abdijcomplex Rolduc en omgeving ook onderdeel uit van het plangebied. Er zijn vijf hoofdambities benoemd voor het gebied Oost I. Deze zijn: Typisch Kerkrade (groene omgeving en vooroorlogse linten); Kerkrade cultuurstad (klank- en beeldenstad); Kerkrade toeristisch-recreatieve stad; Kerkrade een onbegrensde internationale stad; Kerkrade woonstad (dorps wonen met een stedelijk voorzieningenniveau). Deze hoofdambities zijn uitgewerkt in een uitvoeringsstrategie in negen programma’s. Voor het realiseren van deze programma’s kan onder andere de voorgenomen Internationale Bau Ausstellung (IBA) Parkstad Limburg 2013-2020 concrete kansen bieden van inspirerende voorbeelden van transformatie in de regio waaronder in het stadsdeel Oost I. In de notitie “Kerkrade Oost I; Van visie naar uitvoering” (25 april 2013) is het proces opgenomen hoe de vertaling van de visie naar een concreet uitvoeringsprogramma voor zowel de fysieke als de sociaalmaatschappelijke opgave kan plaatsvinden. Primaire aandacht gaat daarbij uit naar de deelgebieden: - Bleijerheide/Nulland - Centrum - Rolduckerveld - De onderlinge samenhang en verbinding. Bij de (her)ontwikkeling van de geografisch begrensde deelprojecten dient bewaakt te worden dat gelijktijdig invulling wordt gegeven aan de in de visie beschreven beleidsmatige onderlinge samenhang, alsook aan de fysieke verbindingen tussen de deelgebieden. Op 9 juli 2014 zijn voor ieder deelgebied de plannen van aanpak vastgesteld door de stuurgroep Kerkrade Oost I. In 2015 zal hieraan uitvoering worden gegeven. Op 15 december 2014 is door de gemeente de IBA aanvraag “Verbindingen; het iconen netwerk” (onder meer in relatie tot de ontwikkelingen in het centrum en C-City met de omgeving). Binnen het thema “Verbindingen” zijn meer netwerk-lagen mogelijk. Dat kan een netwerk van bijzondere locaties en objecten zijn – een “iconen-netwerk”. Het eerste projectidee is een toeristisch-recreatieve laag waar virtuele, visuele en fysieke relaties worden gecreëerd tussen “iconen” waaraan deze stad haar toeristische aantrekkelijkheid ontleent. Het aanbrengen van de nieuwe en het aanscherpen van de bestaande visuele, virtuele en fysieke verbindingen tussen recreatieve en toeristische plekken in Kerkrade en in de regio, heeft als doel een het “Iconen-netwerk” te laten ontstaan.
125
Kerkrade-Oost II en Noord Gemeente en woningcorporaties Wonen-Zuid en Wonen-Limburg zijn in mei 2013 gestart met het opstellen van een integrale stadsdeelvisie Noord (Waubacherveld, Hopel, Eygelshoven-Kom en Vink) én Oost II (Erenstein, Chevremont en Haanrade), inclusief het bedrijventerrein Julia en de aangrenzende groengebieden Wormdal, Carisborg, Holzkuil en Beerenbos. De stadsdeelvisie met de titel “Klaar voor de toekomst; Kerkrade Noord en Oost II (deel 1 – Wijkanalyse en deel 2 – Stadsdeelvisie)” is door betrokken partijen in februari en op 26 februari 2014 door de Raad vastgesteld. Daarmee heeft Kerkrade voor haar gehele stedelijk gebied de gemeentelijke structuurvisie “Kerkrade 2010-2020” nader uitgewerkt in uitvoeringsprogramma’s waar de komende jaren door gemeente en betrokken partijen projecten zullen worden uitgevoerd. De aanzet van het uitvoeringsprogramma van Noord en Oost II (2015-2016) wordt verankerd in de prestatieafspraken tussen gemeenten en woningcorporaties voor de betreffende stadsdelen. Tevens is op 15 december 2014 door de gemeente in samenwerking met de woningcorporaties Wonen Limburg en Wonen Zuid de IBA aanvraag “Op Flexpeditie” ingediend. Deze aanvraag heeft betrekking op transformatie. Het is een aanpak om op vijf concrete plekken in Kerkrade Noord en Oost II te experimenteren met een andere manier van verdunnen, verduurzamen en beheren. Het ‘ontwikkelingsprogramma bedrijventerreinen’ De Gemeente Kerkrade beschikt alleen op bedrijvenpark Rodaboulevard over uit te geven percelen. In 2014 zijn geen bedrijfspercelen verkocht. De voorraad bedrijfspercelen bedroeg eind 2014 ruim. 3 ha. b. Uitvoering van het grondbeleid Het cluster Gebiedsontwikkeling en Projecten van de afdeling Stedelijke Ontwikkeling is belast met de realisatie van het ontwikkelingsprogramma op het gebied van woningbouw en bedrijfsterreinen. Het Vastgoed –en Grondbedrijf draagt zorg voor de financiële en juridische vertaling van de voorbereiding en realisatie van het ontwikkelingsprogramma. In beheersvoorschriften was eerder vastgelegd volgens welke processen en procedures het ontwikkelingsprogramma wordt bepaald en anderzijds op welke wijze de gemeentelijke gronden en grondexploitaties binnen het ontwikkelingsprogramma worden beheerd. Dit kader dient echter te worden geactualiseerd omwille van 2 redenen: 1. De ontwikkelingsopgave vloeide in het verleden voort uit separate locatie-ontwikkelingen uitgaande van een woninguitbreiding. Op basis hiervan kon de financiële taakstelling worden aangegeven inzake de verkoop van gemeentegrond binnen exploitatiegebieden, inclusief aanduiding van risico’s. In het kader van de bevolkingskrimp en de herstructureringsopgave die hierop gebaseerd is, is evenwel steeds meer sprake van integrale gebiedsontwikkelingen met bijbehorende gebiedsexploitaties. De beheersvoorschriften dienen vanuit deze invalshoek te worden aangepast. 2. In het verleden was het Ontwikkelingsbedrijf Kerkrade verantwoordelijk voor zowel het realiseren van de ontwikkelingsopgave als de financieel en juridische vertaling daarvan. In het kader van de organisatieontwikkeling van de sector SOB is het Ontwikkelingsbedrijf echter opgegeven en zijn de verantwoordelijkheden, zoals bovenstaand aangegeven, anders verdeeld. Dit zal eveneens in een actualisatie van de beheersvoorschriften meegenomen dienen te worden. In de grondnota 2015 is aangegeven dat de beheersvoorschriften spoedig in 2015 worden aangepast. In de stadsdeelvisies zijn ontwikkelingsgebieden aangegeven waar - in zeer beperkte mate - nieuwe woonmilieus kunnen worden gerealiseerd, alsook herstructureringsgebieden waar gesloopt dient te worden. Fysieke ontwikkelingen vinden steeds meer in het kader van integrale gebiedsontwikkelingen plaats (groen, infra, woningbouw, voorzieningen, sociaal programma). Als uitwerking van de lokale structuurvisie in stadsdeelvisies zullen derhalve steeds meer integrale gebiedsexploitaties opgesteld worden. Het merendeel van deze gebiedsexploitaties zal niet kostendekkend of rendabel zijn. Er zullen additionele gelden verworven dienen te worden. In het verlengde daarvan zal per ontwikkelings- en herstructureringsgebied gekeken dienen te worden naar de waarde van de gemeentegronden daarbinnen. Momenteel zijn twee gebiedsontwikkelingen in uitvoering, namelijk Kerkrade-West en Kerkrade-Centrum.
126
De grondprijs van de gemeentegrond wordt marktconform bepaald. De raad heeft besloten dat bij de verkoop van grond aan een ontwikkelaar cq. woningstichting ten behoeve van woningbouwontwikkeling de grondwaarde residueel wordt bepaald, dat wil zeggen dat de waarde van de grond afhankelijk is van het programma dat op de betreffende locatie wordt gerealiseerd. Het College heeft in het kader van de algemene verkoopvoorwaarden besloten dat bij de verkoop van vrije sector kavels door de gemeente de prijs op basis van taxaties wordt bepaald. De grondwaarde van de bedrijfspercelen is afhankelijk van de markt. De ruimtelijke en financiële voorwaarden waaronder de gemeentegrond wordt overgedragen aan externe partijen worden vastgelegd in een ontwikkelingsovereenkomst en door het College geaccordeerd. Van de zgn. “niet-in-productie genomen gronden” wordt periodiek getoetst of de prijs per m² nog acceptabel is. Deze worden indien mogelijk ingebracht in grondexploitaties. Bij gebiedsexploitaties worden ook gronden van woningcorporaties ingebracht. Omtrent de inbrengwaarde van de gronden binnen deze gebiedsexploitaties worden tevoren nadere afspraken gemaakt. Voorts is het juridisch kader van belang. De bestemming van de grond dient via juridische procedures te worden geregeld. Voor de periode tot 2020 zullen de in december 2009 vastgestelde “Herstructureringsvisie voor de woningvoorraad Parkstad Limburg” en de daaruit voortvloeiende stadsdeelvisies als kader dienen voor het toekomstige woningbouwprogramma. Daarbij zal sloop en beperkte nieuwbouw als kwalitatieve bijdrage aan de transformatie van het woningbezit uitgewerkt worden. In december 2012 is de Regionale Woonstrategie 2012-2020 door Parkstad vastgesteld en in december 2013 de nieuwe regionale woningbouwprogrammering voor de periode 2013 tot en met 2016 vastgesteld. In 2008 is door Parkstad het Intrekkingsbeleid Bouwvergunningen geformuleerd met als doel het overschot van woningen en woningbouwcapaciteit terug te dringen. Omdat het niet alleen gegunde projecten, maar ook bestemmingsplanmogelijkheden betreft is een aanvullend instrumentarium nodig. Op 31 oktober 2011 is door de Parkstadraad het “Structuurvisiebesluit wonen en retail” vastgesteld. Op grond van dit besluit kunnen bij het actualiseren van bestemmingsplannen de nog niet benutte ontwikkelingsmogelijkheden voor wonen en retail worden verwijderd tenzij deze passen binnen het bestaande beleid. Door middel van het opnemen van een wijzigingsbevoegdheid in nieuwe bestemmingsplannen wordt aan het structuurvisiebesluit uitvoering gegeven. Burgemeester en wethouders kunnen na afloop van een jaar ongebruikte retail- en bouwtitels van de verbeelding verwijderen. Risico’s worden momenteel nader in beeld gebracht. c. Prognose van de te verwachten resultaten van de totale grondexploitatie Het meerjarig verloop van de ‘reserve grondexploitatie OBK’ is als volgt: bedragen x € 1.000
Beginsaldo Resultaten Grondbedrijf Bijdrage aan regioarcheoloog WOP-projecten * Eindsaldo
2014 1.124 135 -10 -32 1.217
2015 1.217 132 -10 -83 1.256
2016 1.256 259 -10 0 1.505
2017 1.505 259 -10 0 1.754
2018 1.754 156 -10 0 1.900
* Dit betreft nog de doorwerking van eerdere projecten, er worden geen nieuwe WOP-projecten meer bekostigd uit de reserve.
De resultaten van het Grondbedrijf betreffen de winsten en verliezen uit grondexploitaties. Deze worden verderop nader aangegeven. Bij deze ramingen dient rekening te worden gehouden met een risicoprofiel. Naast externe factoren zoals vertragingen in juridische procedures, alsook de invloed van de krimp en de gevolgen van de kredietcrisis op de verkoop van gemeentelijke percelen, is de gewijzigde woningmarkt alsook de concretisering van het intrekkingsbeleid eveneens van invloed op deze ramingen.
127
In het verleden werd de financiering van het Wijkontwikkelingsprogramma gedekt uit resultaten van het Grondbedrijf. Deze resultaten bestonden deels uit bijdragen aan het WOP-fonds. Sinds de invoering van de nieuwe Wro in 2008 kunnen deze bijdragen niet meer worden geïnd. Een uitzondering daarop vormen de gemeentelijke grondexploitaties. In dat kader wordt vanaf 2013 vanuit de ‘reserve grondexploitatie OBK’ niet meer bijgedragen aan het WOP-programma. Volgens de nieuwe Wro kunnen wel nog bijdragen aan ruimtelijke ontwikkelingen van ontwikkelende partijen worden geïnd op basis van een structuurvisie en bijbehorend uitvoeringsprogramma. Waar mogelijk kan de gemeente aan ontwikkelende partijen bijdragen aan ruimtelijke ontwikkelingen vragen en deze in de grond- en gebiedsexploitaties inbrengen. De financiële gevolgen hiervan kunnen op dit moment niet worden aangeduid. Benadrukt wordt wel dat binnen gebiedsexploitaties reeds bijdragen van de ontwikkelende partij (projectontwikkelaar of woningcorporatie) zijn opgenomen. Op stadsdeelniveau en stedelijk niveau is het uitvoeringsprogramma nog niet integraal uitgewerkt. Landelijk hebben gemeenten in hun grondbedrijf als gevolg van de vastgoedcrisis te hoge opbrengstramingen naar beneden moeten bijstellen. In dit kader zijn reeds vanaf 2008 in het kader van de diverse begrotingen en jaarrekeningen binnen onze gemeente de geraamde en gerealiseerde resultaten tijdig bijgesteld en eventueel naar latere jaren gefaseerd. In het verlengde daarvan is besloten om majeure investeringen niet langer af te dekken uit nog te behalen grondverkopen. In de tabel hieronder worden deze ramingen inzichtelijk gemaakt. Uit deze tabel blijkt dat de geraamde resultaten fors naar beneden zijn bijgesteld. Dit houdt verband met de forse invloed van de krimp en de gewijzigde woningmarkt, alsook van de kredietcrisis op de gemeentelijke grondverkopen. In het accountantsverslag van 2012 adviseerde Deloitte de resultaatverwachtingen van de grondexploitaties met extra aandacht te monitoren en de consequenties voor de meerjarenbegroting inzichtelijk te krijgen. Dit gebeurt jaarlijks in het kader van de begroting en de jaarrekening. Het college heeft in 2013 besloten daarnaast jaarlijks een tussenrapportage over het verloop van de reserve op te stellen en deze te behandelen in de commissie GEZ. Resultaten
2013 2014 2015 2016 2017 2018
begroting 2014
rekening 2013
begroting 2015
rekening 2014
(okt. 2013
(juni 2014)
(okt. 2014)
(juni 2015
98 335 504 156 156
-89 143 259 259 156
143 259 259 156 156
135 132 259 259 156
d. Onderbouwing van de (geraamde) winst- of verliesneming Hieronder staat een overzicht van de ramingen van de resultaten voor 2014 volgens de jaarrekening 2013 en de begroting 2015, alsmede van de realisatie van 2014 en de ramingen voor 2015 tot en met 2018.
bedragen x € 1.000
Project
Rodaboulevard Dislocaties: - Rolduckerstraat (Brede School) - Past. Theelenstr (Campus) Grachterheide 2b fase 49 woningen Grachterheide 3e fase 29 woningen Kaffebergsweg Kleingraverstraat
REK 2013
raming 2014 100
BEGR 2015
raming realisatie 2014 2014 100 -
53 38 2
53 38 2 128
-
REKENING 2014 raming 2015 2016 2017 100 100 100 53 38 -
53 3 -
53 3 -
2018 100 53 3 -
Maria Gorettistraat Marktstraat - Einderstraat Op de Knip Teutelebroekstraat-Kerkvoetpad Toekomstige herstruct.projecten NIP Subtotaal Kernwinkelgebied Kerkrade-West Nieuwstraat-Kohlbergsgracht Totaal
75 3 271 -124 -4 143
75 3 271 -124 -4 143
75 60 135 135
3 60 256 -124 132
103 259 259
103 259 259
156 156
Resultaten 2014 en prognoses 2015 e.v. jaren Hieronder worden de verschillen tussen de gerealiseerde en geraamde resultaten voor 2014 nader toegelicht. Tevens worden de grootste verschillen in faseringen en ramingen toegelicht voor de periode 2015-2018. Rodaboulevard In 2014 zijn geen bedrijfspercelen verkocht. Daardoor was het niet mogelijk het geraamde bedrag van € 100.000 in de ‘reserve grondexploitatie OBK’ te storten. Door de aanhoudende economische crisis worden de resultaten voorzichtig ingeschat. Er wordt gerekend met een resultaat van € 100.000 per jaar. Verkoop vrije sectorkavels In 2014 zijn door de gemeente geen kavels verkocht. Daardoor zijn de geraamde resultaten voor met name Pastoor Theelenstraat en Rolduckerstraat niet gehaald. Door de slechte woningmarkt zijn de resultaten van de genoemde projecten en het project Teutelebroekstraat-Kerkvoetpad anders gefaseerd. Overig De gemeente ontvangt pachtinkomsten voor gronden die nog niet in productie zijn genomen. Een deel van het oplopende positieve saldo, namelijk € 60.000, is in de 'reserve grondexploitatie OBK' gestort. e. Beleidsuitgangspunten reserves in relatie tot de risico's van grondzaken Beleidsuitgangspunten m.b.t. de reserves voor grondzaken In de vorm van de ‘algemene reserve OBK’ is een specifieke buffer voorhanden voor het opvangen van eventuele niet reeds voorziene/afgedekte risico’s in de totale grondexploitaties. Deze reserve heeft thans een omvang van circa € 1,25 mln. Vanuit de ‘reserve grondexploitatie OBK’ worden niet voorziene verliezen uit grondexploitaties gedekt. Winsten worden in de reserve gestort. Indien mogelijk worden subsidies in de grondexploitaties ingebracht. Deze reserve fungeert daarmee als “werkreserve” voor het Grondbedrijf. In het verleden werd uit de reserve bijgedragen aan majeure projecten. Omdat de gemeente nog nauwelijks winsten genereert uit grondexploitaties is dit niet meer mogelijk. De reserve kan worden gebruikt om in het kader van de “aanpak plancapaciteit woningmarkt” grondexploitaties af te sluiten. De financiële gevolgen daarvan zijn op dit moment echter niet in zijn geheel inzichtelijk en dienen derhalve als een risico te worden gezien. Risico’s van de grondzaken De risico’s van het Grondbedrijf worden periodiek geactualiseerd. In deze paragraaf zijn de risico’s als gevolg van met name de kredietcrisis en de krimp uitgebreid behandeld. Hieronder volgt nog een aantal specifieke risico’s of relevante ontwikkelingen van de grondexploitaties. Juridische risico’s In december 2009 is de “Herstructureringsvisie voor de woningvoorraad Parkstad Limburg” vastgesteld. Deze visie geldt als kaderstellend beleidsdocument voor de periode 2010-2020. Voor de Gemeente Kerkrade geldt een ‘onttrekkingsopgave” van 1.490 woningen. Er is in 2010 gestart met een nadere uitwerking van de sloopopgave in relatie tot een beperkte nieuwbouwontwikkeling per stadsdeel. Duidelijk is dat niet alle woningbouwlocaties kunnen worden ontwikkeld. Met name voor de harde plannen, waarbij bouwvergunning is verleend, ontwikkelingsovereenkomsten zijn gesloten, in meerdere gevallen gronden zijn verkocht en zelfs bestemmingsplannen zijn vastgesteld, zal overleg met de 129
ontwikkelende partijen noodzakelijk zijn. Gezocht dient te worden naar acceptabele oplossingen voor beide partijen, waarbij intrekking van de bouwvergunning, doch ook planaanpassing alsook zelfs mogelijke terugkoop van gronden een optie vormen. Door de invoering van de nieuwe Wro per 1 juli 2008 is de uitvoering van het grondbeleid veranderd. De gemeente is verplicht bij ieder bouwplan de kosten te verhalen. Bij voorkeur dient dit te geschieden via een anterieure overeenkomst. Dit vereist een onderhandeling met ontwikkelaars en de wijze waarop wordt onderhandeld over het verhalen van kosten die de gemeente maakt voor zo’n ontwikkeling kan vertragend werken. Dit geldt zeker voor projecten waarbij met betrekking tot het verhalen van die kosten de gemeente en de ontwikkelende partij geen overeenstemming kunnen bereiken. In dat geval zal een exploitatieplan moeten worden opgesteld. Het exploitatieplan dient gelijktijdig met het bestemmingsplan te worden vastgesteld. De gemeente gaat ervan uit dat in de meeste gevallen overeenstemming zal worden bereikt. De uitvoering van projecten kan worden vertraagd als tegen deze projecten bezwaar wordt gemaakt. Planschade De risico’s met betrekking tot planschade worden zo veel mogelijk afgewenteld op de projectontwikkelaar. Echter bij projecten die de gemeente zelf uitvoert, of waarvan de contracten reeds langer geleden zijn getekend, kan de planschade niet op een derde partij worden afgewenteld. Voor het project Grachterheide en de bestemmingsplannen Kerkrade Noord en School Plein zijn in totaal 3 planschadeverzoeken in behandeling. Marktrisico’s Door de gevolgen van de economische crisis en de krimp geldt een marktrisico voor de volgende kavels: Rodaboulevard, Rolduckerstraat, Pastoor Theelenstraat, Grachterheide, en Kleingraverstraat, Teutelebroekstraat-Kerkvoetpad. Daarnaast beschikt het Grondbedrijf nog nauwelijks over nieuwe winstgevende locaties, waarmee negatieve ontwikkelingen in de geprognosticeerde grondverkopen kunnen worden opgevangen. De noodzaak voor vernieuwing en sloop op bestaande woningbouwlocaties en voor revitalisering van bedrijfsterreinen neemt toe, met als gevolg een omgekeerde verdiencapaciteit (“er moet geld bij”), aldus het rapport van de rekenkamercommissie in 2009. In een plan van aanpak om deze ontwikkeling het hoofd te bieden is aangeduid dat een integrale aanpak noodzakelijk zal zijn. Door gerichte investeringen in de herstructurering van de woningvoorraad, in economische structuurversterking alsook in versterking van de identiteit van Kerkrade kan een omslag van een negatieve prijsspiraal naar een waardevermeerdering van vastgoed worden gerealiseerd. Kerkrade-West geldt in dit kader als een goed voorbeeldproject.
§8. Krimp Hoewel het onderwerp al diverse malen is aangesneden, wordt in deze paragraaf integraal ingegaan op de gevolgen van demografische ontwikkelingen. In deze paragraaf wordt de bevolkingsontwikkeling, de samenhang van de aanpak (visie) en maatregelen door de gemeente toegelicht. Daarnaast beschikt de gemeente hiermee over een instrument om jaarlijks de stand van zaken aan te geven en extra kosten als gevolg van demografische veranderingen beter inzichtelijk te maken. In 1992 telde de gemeente Kerkrade op zijn top 53.364 inwoners. Nadien manifesteerde zich een daling van de bevolking. De afname van het inwonertal is tevens een regionaal verschijnsel. Bevolking gemeente Kerkrade, 1 januari leeftijdsgroep
1990
2000
2015*
2020
2025
2030
0 – 19
11.549
10.595
7.945
7.859
20 – 39
16.829
13.317
9.639
9.228
8.672
8.134
40 – 64
16.864
18.848
18.227
16.708
15.228
13.878
130
7.554
7.215
leeftijdsgroep
1990
2000
2015*
65 en ouder
2020
2025
2030
11.363
11.921
12.110
7.888 8.698 10.712 45.158 43.375 41.337 53.130 51.458 46.523 bronnen: reële cijfers BRP Kerkrade, gemeentelijke prognosecijfers 2013 (t.b.v. info voor schoollocaties op buurtniveau). * voorlopige cijfers
Uit bovenstaande tabel blijkt dat de bevolking sinds de jaren negentig in Kerkrade afneemt. In de periode 1990-2015 met 12%. De daling zet zich verder voort met een afname van 11% tot 2030. Met name de verandering in de bevolkingssamenstelling is belangrijk. Het proces van ontgroening en vergrijzing zal zich in de komende jaren voortzetten. In de voorbije 20 jaren heeft zich onder de jongere generaties tot 40 jaar een forse daling voorgedaan. Deze trend zal zich tot 2030 voortzetten. Het aantal jeugdigen (0-19 jaar) neemt af met 9% tot 2030 en het aantal senioren (65 e.o.) neemt fors toe met 13% tot 2030. Verder groeit het aandeel senioren van 23,0% naar 29,3%. In 2030 is bijna 1/3 van alle inwoners in Kerkrade 65 jaar en ouder. Naast de daling van de bevolking zal in de komende jaren voor het eerst ook het aantal huishoudens afnemen. Het aantal huishoudens is tussen 2000 en 2013 vrij stabiel gebleven (22.860 huishoudens). Volgens de meest recente prognose zal in de periode van 2013 tot 2030 het aantal huishoudens met 2.000 afnemen (afname van 9%). Naast de daling van het aantal huishoudens zal de gemiddelde grootte van de huishoudens (verdunning) vanaf 2013 geleidelijk dalen. In 2000 grootte 2,25, in 2013 grootte 2,06, in 2020 grootte 2,02, in 2025 grootte 2,01 en in 2030 grootte 1,99. Onderstaand wordt ingegaan op de visie van de gemeente op krimp en de opgaven voor de woningvoorraad, de openbare ruimte en de voorzieningen. Om een indruk te geven van de kosten komen ook de financiën kort aan bod. Het blijkt overigens bijzonder lastig om de uitgaven voor “krimp” exact af te zonderen. Omwille van de efficiëntie en doeltreffendheid worden binnen projecten namelijk vaak zaken integraal opgepakt. De gerelateerde kosten zijn verweven in alle posten. Rijk en Provincie blijken ook bijzonder geïnteresseerd te zijn in de krimpeffecten bij riolering, (buiten)sportaccommodaties en scholen. Hier wordt in deze paragraaf extra bij stilgestaan. Voor meer gedetailleerde informatie op bepaalde onderwerpen wordt verwezen naar beleidsveld 1 (Bouwen en Wonen) en paragraaf § 7 (Paragraaf Grondbeleid). a. De visie van Kerkrade op de krimp De gemeente Kerkrade heeft de krimp als autonome ontwikkeling geaccepteerd. Kerkrade trekt in dit kader gezamenlijk op met de gemeenten in de stadsregio Parkstad Limburg. Er is voor diverse thema’s gezamenlijk beleid (onder andere wonen en retail) opgesteld en er zijn regionale afspraken hierover gemaakt. Bedreigingen De gevolgen van krimp worden steeds beter zichtbaar. Zo loopt het leegstandscijfer van woningen en winkels in Kerkrade de laatste jaren verder op en ligt leegstand dikwijls in combinatie met verpaupering van gebouwen en braakliggende terreinen op de loer. Het draagvlak voor voorzieningen komt verder onder druk te staan. Het voorzieningenniveau moet door minder inwoners gedragen worden. Eerst treedt een periode van transitie op; een overgang naar een nieuwe balans. Daar waar in het verleden veel voorzieningen op buurtniveau aanwezig waren, zullen deze nu meer geclusterd moeten worden. Tot slot zijn er brede en forse financiële gevolgen. De inkomsten van de gemeente verminderen aanzienlijk (o.a. algemene uitkering, belastingen (o.a. afname gemiddelde WOZ-waarde gebouwen)). Dit geldt ook voor externe partners (onderwijs, zorg, woningcorporaties, culturele instellingen, etc). Daarentegen nemen de benodigde gemeentelijke uitgaven en die van de externe partners toe, zowel in de ruimtelijke, economische als sociale sector. Kansen De bevolkingsontwikkeling biedt ook kansen. Kerkrade kan, en zal, kiezen voor kwaliteit boven kwantiteit. Niet alleen de woningvoorraad wordt verbeterd, maar ook de woonomgeving. Doordat er
131
meer ruimte vrijkomt, zal er meer aanleg van groen in en om de wijken mogelijk zijn. Dit komt het woonen verblijfsplezier ten goede. De diverse centra en de voorzieningen krijgen een kwaliteitsimpuls. Door voorzieningen te bundelen, kan ook hier meer worden geïnvesteerd in minder. Naast deze kansen voor de wijken, blijft Kerkrade ook inzetten op de doorontwikkeling van het speerpunt toerisme. Dit heeft de laatste tijd al vruchten afgeworpen door een grote toename van bezoekersbestedingen en diverse stimuleringsprijzen. Tot slot bieden de ontwikkelingen van de (eu)regionale infrastructuurverbindingen kansen. Hierdoor verbreedt het draagvlak en kan Kerkrade samen met de partners zich op een hoger schaalniveau profileren. De bouw van twee campussen bij de RWTH in Aken kan een extra impuls betekenen. Om deze kansen goed te benutten, staat de gemeente de komende jaren voor een forse opgave. Deze pakt Kerkrade waar mogelijk lokaal en waar nodig (eu)regionaal op. De opgaven hebben ondermeer betrekking op de woningvoorraad, openbare ruimte en voorzieningen. Hoewel Kerkrade de opgave integraal benadert, worden deze drie aspecten verder toegelicht. Gemeentelijke visies Op basis van het gemeentelijke structuurvisie Kerkrade 2010-2020 en het collegeprogramma 2014-2028 wordt middels de herstructurering duurzaam ingespeeld op demografische ontwikkelingen. De stadsdeelvisies “Kerkrade-West”, “Kerkrade-Oost I” en “Kerkrade Noord en Oost II” vormen hiertoe onze leidraad. Binnen deze kaders zal gekeken moeten worden naar nieuwe financieringsconstructies om te zorgen voor de verdere uitvoering van de transformatieopgave en het op peil houden van voorzieningen en leefbaarheid, de herinrichting van gebieden en openbare ruimten voor de komende decennia centraal staan. Binnen deze transformatieopgave passen we een verdunningsstrategie toe waarbij wordt uitgegaan van de kwaliteiten en kansen van verschillende type woongebieden. Leegstand en braakliggende terreinen pakken we actief en creatief aan. Zo zal er aandacht geschonken worden aan het stimuleren van nieuwe en tijdelijke vormen van agrarisch (her)gebruik (bijv. stadslandbouw) op de vrijkomende gronden als gevolg van sloop van woningen. IBA Parkstad Limburg Op 15 december 2014 zijn door de gemeente twee IBA-aanvragen ingediend “Thema verbindingen; het Iconen-netwerk” en “Op Flexpeditie”. De laatste aanvraag heeft betrekking op transformeren. Het is een aanpak om op vijf concrete plekken in Kerkrade Noord en Oost II te experimenteren met een andere manier van verdunnen, verduurzamen en beheren. De vijf locaties zijn geschikte casussen om te oefenen met vraagstukken die de krimp ons brengt. We willen leren wat het betekent om maximaal flexibel te zijn en tegelijkertijd de economische, sociale en culturele structuur van de wijken te versterken. ‘Op Flexpeditie ’levert ons een breed pallet op aan ervaringen en nieuwe middelen op het gebied van regelgeving, financiering, participatie en samenwerking. Daarmee zijn we klaar voor de toekomst. b. De herstructurering van de woningvoorraad In 2009 is de regionale herstructureringsvisie vastgesteld. Hieraan hebben alle Parkstadgemeenten en de daarin werkzame woningcorporaties meegewerkt. In deze visie is op stadsdeelniveau de opgave tot 2020 vastgesteld. Een belangrijke uitdaging is de transformatie van de woningvoorraad. De “onttrekkingsopgave” per 1 januari 2013 voor de Gemeente Kerkrade vastgesteld op bijna 1.490 woningen. Een omvangrijke ingreep, die zowel in de huur- als in de koopsector zal moeten plaatsvinden en die alleen in samenwerking met de woningcorporaties en met financiële steun van derden zoals Rijk en provincie kan worden aangepakt. Daarnaast zal de gemeente actief naar nieuwe financieringsmogelijkheden van de transformatieopgave zoeken. Na de vaststelling van de stadsdeelvisie Kerkrade Noord en Oost II (februari 2014) zal met betrokken partijen hier verder naar gezocht en pilots worden opgestart. De omvangrijke transformatie c.q. sloop reikt verder dan de woningvoorraad alleen, maar heeft ook gevolgen voor de woonomgeving en de sociale structuur in de wijken. In de periode 2009 tot en met het tweede kwartaal van 2014 zijn in totaal 826 woningen in Kerkrade gesloopt. Een groot deel heeft plaatsgevonden in de woonbuurten Heilust en Bleijerheide (sloop van flats). Het voornemen is om vóór 2018 de drie resterende hoogbouwflats in Bleijerheide in het kader van de transformatieopgave gefaseerd te slopen.
132
c. De herinrichting van de openbare ruimte Groen Ten gevolge van de sloop, zal er meer openbare ruimte in de wijken komen. Deze zal hoofdzakelijk groen worden ingericht. Er ontstaan op die manier groene plekken in de wijk, maar ook groene zones door de wijken. Hierdoor worden groenstructuren beter met elkaar verbonden en worden de stadsranden ‘verzacht’. Dit is een belangrijke kwalitatieve ontwikkeling, die in de gemeentelijke structuurvisie is opgenomen. De stedelijke gebieden van Kerkrade kennen namelijk een hoge bebouwingsgraad en er is weinig buurtgroen. Het groen van Kerkrade ligt niet in, maar tussen de diverse wijken. Door de ontwikkeling van rood naar groen, komen de huidige – te verbinden - groenstructuren beter tot hun recht en zal er meer buurt- en wijkgroen worden ontwikkeld. Op die manier ontstaan hoogwaardigere woonmilieus die een hogere leefbaarheid met zich meebrengen. Een klein deel van de extra openbare ruimte zal worden ingericht als parkeerterrein om de parkeerdruk met name in de nabijgelegen nauwe oude straten op te vangen. De toename van het totaal oppervlak van de openbare ruimte, zal ook effect hebben op de kosten van het in stand houden daarvan. Riolering Een specifieke situatie geldt voor het rioleringsstelsel. Afname van het rioleringsstelsel zal enigszins gaan plaatsvinden, maar veel minder sterk dan de bevolkingsontwikkeling. Dit verschijnsel staat ook bekend als “kostenremanentie”. Hierdoor zal de financiële last per inwoner gaan toenemen. In de bijgevoegde grafiek wordt een impressie gegeven van de afname van het aantal huishoudens (krimp) in relatie met de tarieven, op basis van de werkelijke cijfers van de rekening 2013 alsmede de meerjaren prognose van de evaluatie van het GRP in 2013 en de daarin vervatte aannames. Het betreft uiterst voorlopig cijfermateriaal. Jaarlijks wordt het Gemeentelijke Riolerings Plan geactualiseerd aan de hand van de werkelijke cijfers/aansluitingen. Krimpeffect cijfers rekening 2014
133
d. Concentratie van voorzieningen Zoals aangegeven, gaat Kerkrade toe naar “Mooier door minder”. Dit betekent ondermeer het bundelen van voorzieningen, zoals eerder in dit hoofdstuk is aangegeven. Op een aantal fronten is dit al flink in gang gezet. Onderwijs In de gemeente Kerkrade is de afgelopen jaren gewerkt aan een “krimpproof” onderwijshuisvesting. Er hebben diverse herschikkingen en investeringen plaatsgevonden. Voor het voortgezet onderwijs is hierdoor alleen het VMBO onderwijs op de nieuwe locatie Holz behouden gebleven. Ten behoeve van het primair onderwijs heeft onderwijsbestuur Movare een Masterplan opgesteld waarin de toekomstige plannen en het beleid zijn opgenomen. Deze plannen laten zien dat een nader onderzoek nodig is naar de mogelijkheden om in Eygelshoven het bijzonder onderwijs en openbaar onderwijs van OBS De Schatkist op de locatie van BS De Veldhof te centreren. Het onderzoek hiernaar zal in 2014 plaatsvinden. Daarnaast zal op de locatie van BS Bleijerheide vóór het nieuwe schooljaar 2014/2015 een noodzakelijke ver-/aanbouw plaatsvinden om de school de benodigde ruimte te bieden aan het licht stijgend leerlingaantal. Voor het overige worden tot 2026 geen grootschalige wijzigingen in de onderwijshuisvesting in Kerkrade meer verwacht. De laatste cijfers van DUO aangaande de leerlingaantallen per 1 oktober 2013 laten voor Kerkrade een licht stijgend aantal leerlingen zien ten opzichte van een (op sommige scholen) licht dalende trend in de afgelopen jaren. Er zal dan ook onderzocht moeten worden of de krimp in het onderwijs in Kerkrade eerder is gestabiliseerd dan geprognosticeerd. In het in 2014 nieuw op te stellen Integraal Huisvestingsplan Primair Onderwijs maken de prognosecijfers van de leerlingaantallen voor de komende jaren dan ook een belangrijk onderdeel hiervan uit. De prognosecijfers zullen uiteindelijk uitsluitsel moeten bieden over de trend de komende 10 jaar. Niet onbelangrijk in bovenstaande is het wetsvoorstel tot overheveling van het budget voor het buitenonderhoud en de aanpassing van schoolgebouwen, van gemeenten naar schoolbesturen per 1 januari 2015. De gemeenten blijven verantwoordelijk voor (vervangende) nieuwbouw en uitbreiding. De verantwoordelijkheid voor onderwijshuisvesting is in het primair onderwijs nu nog verdeeld over gemeenten en bevoegde gezagsorganen van scholen. Dit levert een aantal knelpunten op, namelijk dat gemeenten en bevoegde gezagsorganen verschillende belangen hebben, dat er sprake is van trage procedures en administratieve lasten, en dat bevoegde gezagsorganen weinig autonomie hebben en afhankelijk zijn van de gemeente voor het buitenonderhoud en aanpassingen aan het gebouw. Deze knelpunten spelen minder in het voortgezet onderwijs, waar de verantwoordelijkheid voor buitenonderhoud en aanpassingen aan het gebouw reeds in 2005 is overgeheveld van de gemeente naar het bevoegd gezag. Inmiddels bestaat er politiek en maatschappelijk een brede wens om deze verantwoordelijkheden ook in het primair onderwijs over te hevelen. Het wetsvoorstel beoogt deze verantwoordelijkheden over te hevelen en de knelpunten binnen het stelsel van onderwijshuisvesting in het primair onderwijs te verminderen. Op 18 februari 2014 is het wetsvoorstel door de Tweede Kamer aangenomen. Hierbij is de motie over de verantwoordelijkheidverdeling ten aanzien van renovatie evenwel verworpen. Aangaande de vorengenoemde plannen voor Eygelshoven zal de wetswijziging mogelijk gevolgen hebben voor de (verdeling van de) bekostiging van de renovatie/aanpassing van BS De Veldhof/OBS De Schatkist. In de loop van 2014 zal hier naar verwachting meer duidelijkheid over ontstaan indien de VNG samen met de PO-raad tot overeenstemming komen over de verantwoordelijkheidsverdeling ten aanzien van renovatie van schoolgebouwen. Sportaccommodaties (buiten- en binnensportaccomodaties) De krimp heeft op de bezettingsgraad bij de buitensportaccommodaties geen effecten gehad daar in feite, door de sinds 2000 genomen maatregelen, deze al krimp-proof zijn gemaakt. De passage inzake de bezettingsgraad had veel meer betrekking op de overige sportaccommodaties w.o. binnensport. Ook bij binnensport is in het jaar 2013 geen sprake van negatieve krimpeffecten geweest. Nieuwbouw van gymzaal plein “de Spoorzoeker” is afgerond en in gebruik genomen. Tegelijkertijd is de verouderde gymzaal de Gracht uit de roulatie gehaald en wordt deze niet meer gebruikt voor de binnensport. Door het realiseren van deze nieuwe gymzaal bij de basisschool “De Spoorzoeker” is op het gebied van de 134
binnensportaccommodaties een kwaliteitslag gemaakt en zijn de gebruikers van de gymzaal de Gracht in de nieuwe gymzaal geherhuisvest. Door het wegvallen van de sportfaciliteiten in de Campus is zijn de gebruikers in andere sportaccommodaties ondergebracht. Ook hier is geen sprake van achteruitgang in de bezettingsgraad. Voor de lege uren overdag (die overigens landelijk bij binnensportaccommodaties niet anders zijn dan in Kerkrade)is nog geen creatieve oplossing of sturingsmethodiek ontwikkeld. Ook zijn er nog geen financieringsmiddelen of subsidies hiervoor gevonden. Overige Ten aanzien van gemeenschapshuizen is naast een “kale” reductie van het aantal, spreiding en upgrading noodzakelijk. Voor Kerkrade-West betekent dit dat de nieuwe MFA Kerkrade West in de Heilust ter vervanging komt van de twee bestaande gemeenschapshuizen te weten de Auw Noeëdkirch Heilust en Heidsjer Tref. Door deels renovatie en deels nieuwbouw moet worden voorzien in multifunctionele accommodaties die functioneren als spil in de wijk. e. Overige onderwerpen Gelet op de bevolkingsontwikkeling, zal er meer behoefte aan zorg komen. Er komen immers meer ouderen. Er zal moeten worden ingespeeld op deze veranderende zorgvraag. Zowel sociaal, financieel als ruimtelijk moeten er maatregelen worden getroffen. Tot slot zal er ingezet moeten worden op de sociale cohesie. Door de veranderende bevolkingssamenstelling, de individualisering en de fysieke ingrepen in de wijken, verdient deze alle aandacht. Door een integrale aanpak zal Kerkrade moeten gaan voor een goed sociaal klimaat in de wijken en in de stad. In de gemeentelijke structuurvisie is aangegeven dat we een levensloopbestendige stad willen zijn met passende zorg en zelfredzame inwoners. f. Financiën Deze paragraaf is ook op verzoek van de provincie Limburg en het Ministerie van BZK opgenomen, in verband met de tijdelijke extra middelen die in de periode 2011 – 2015 worden ontvangen middels de algemene uitkering. Deze toevoeging zal na vijf jaar worden geëvalueerd en beoordeeld in het jaarlijkse Periodiek Onderhoudsrapport gemeentefonds (POR). Daartoe zal onderzoek worden gedaan bij de gemeenten die in aanmerking komen voor deze krimpmaatstaf. Krimpgelden Omdat een bedrag per feitelijk “verloren inwoner” wordt ontvangen en daarnaast de uitkeringsfactor kan veranderen met elke circulaire, is in de loop der tijd een schommeling in de extra middelen mogelijk. De actuele bedragen zijn circa € 1,3 mln in 2011, € 1,1 mln in 2012, € 0,9 mln in 2013 en 2014 en € 0,7 mln in 2015. Evaluatie krimpmaatstaf gemeentefonds In 2010 is besloten om gemeenten met een sterke bevolkingsdaling via het gemeentefonds een tegemoetkoming te geven voor eventuele kosten die met de bevolkingsdaling samenhangen. De “tijdelijke maatregel bevolkingskrimp (TMBK) - in de wandeling “krimpmaatstaf” - geldt voor de begrotingsjaren 2011 t/m 2015. Het bedrag dat een gemeente ontvangt, is vooral afhankelijk van de bevolkingsdaling in de zeven jaren voorafgaande aan het betreffende begrotingsjaar. Het aantal gemeenten dat voor de maatregel in aanmerking komt varieert en ligt rond 35. Het bedrag dat deze gemeenten ontvangen bedraagt gemiddeld € 10 per inwoner; bij gemeenten met een sterke inwonersdaling kan dat oplopen tot het drievoudige. Op 29 oktober 2014 heeft de gemeente van het ministerie van BZK een vragenlijst “Evaluatie krimpmaatstaf gemeentefonds” ontvangen. Deze lijst is ingevuld en op 21 november 2014 verstuurd. Er wordt onder meer geëvalueerd hoe de extra financiële middelen zijn gebruikt binnen de gemeente. In 2015 zal worden besloten of, en zo ja in welke vorm de maatregel zal worden verlengd. Aan de Tweede Kamer is toegezegd dat daaraan een evaluatie van de “krimpmaatstaf” vooraf gaat. Transformatiefonds Begin 2011 hebben Rijk, provincie en de stadsregio Parkstad Limburg gezamenlijk een zogenaamd “Transformatiefonds” opgericht om de structurele leegstand terug te brengen teneinde de leefbaarheid te verbeteren. In juli 2011 heeft de regio de Notitie Uitwerking Transformatiefonds vastgesteld. Alle partijen 135
leveren een bijdrage van ieder € 14,75 mln aan dit fonds. Kerkrade levert daarin via haar deelname in de stadsregio ook haar aandeel. Initiatieven met een regionaal effect of pilots voor de regio kunnen rekenen op een bijdrage uit dit fonds. In de begroting, bestuursrapportages en jaarrekening van Parkstad Limburg wordt hierover steeds verslag gedaan. Relevante documenten m.b.t. financiële gevolgen door bevolkingsdaling Door de krimp daalt de algemene uitkering. Dit werd reeds in 2008 door de Raad voor de Financiële Verhoudingen (RFV) in haar rapport ‘Bevolkingsdaling, gevolgen voor bestuur en financiën’ voorspeld. In hoeverre sprake is van een evenredigheid tussen lagere inkomsten en lagere kosten is tevens onderzocht. De kern van hun verhaal was: ‘Krimpgemeenten hebben tijdens de krimp hogere lasten omdat het voorzieningenniveau niet evenredig kan dalen met het inwoneraantal. Hun vermogen om het voorzieningenniveau op peil te houden wordt daarmee serieus op de proef gesteld en nieuwe ontwikkelingen worden geblokkeerd’. De RFV staat hierin niet alleen. Uit Duits onderzoek (Prof. Dr. Martin Junkernheinrich, T.U. Kaiserslautern) blijkt dat krimpgebieden hiermee vaak worden geconfronteerd. Dit fenomeen wordt ook wel kostenremanentie genoemd. Dit doet zich bijvoorbeeld sterk voor bij het rioolstelsel. Het stelsel wordt niet kleiner bij een dalend inwoneraantal, het ligt er immers, het is een complex en samenhangend systeem en moet (grotendeels) blijvend onderhouden worden om een goede werking te garanderen. In de Rijksstructuurvisie Infrastructuur en Ruimte (maart 2012) is onderkend dat de ruimtelijke dynamiek verschillend is in Nederland en dat op termijn grote delen van het land op termijn gaan krimpen. Aangegeven is dat dit geen nationaal belang is en regionaal moet worden opgelost. Waar nodig zal het Rijk hierin faciliteren. Voor de komende periode komen er echter geen extra financiële middelen beschikbaar voor de krimpaanpak. Daarnaast is het rapport “Gemeentefinanciën, voorzieningen en ruimtelijke investeringen in krimpgebieden. Ontwikkelingen tot 2040. Kansrijke strategieën” (juli 2012) van belang. Hierin zijn de krimpregio’s Eemsdelta, Zeeuws-Vlaanderen en Parkstad Limburg nader onderzocht, met medewerking van de betreffende gemeenten. In het rapport staat onder meer dat: De gemeentefinanciën verslechteren. Circa 50% wordt veroorzaakt door de doorwerking op het gemeentefonds van de bezuiniging op de Rijksbegroting in enge zin en circa 10% wordt veroorzaakt door het wegvallen van de krimpgelden vanaf 2016. In de regio Parkstad doet het grootste gedeelte van deze verslechtering zich reeds voor in de periode tot 2020. De uitgaven van de gemeenten in Parkstad in de periode 2011-2040 met 7% zullen stijgen. Deze stijging zit voornamelijk in de kosten voor welzijn/zorg en openbare ruimte/wonen. De eigen inkomsten zullen tot 2040 met ruim 5% teruglopen. De eigen inkomsten zijn in Parkstad erg laag. De eigen inkomsten in de regio Parkstad worden voornamelijk bepaald door de onroerende zaken belasting. De kosten van kwijtschelding blijken relatief hoog in Parkstad. De kosten van de transformatieplannen voor wat betreft de woningvoorraad in Parkstad-Limburg zijn gekwantificeerd in een maatschappelijke kosten-batenanalyse. In het transformatie alternatief in Parkstad komt een groot deel van de opgave voor rekening van de woningcorporaties. Aldus resteert een benodigde investering voor de overheid van € 124 mln in Parkstad. Tegenover deze kosten staat een aanzienlijke welvaartswinst. Met name bewoners profiteren van een verbeterde leefbaarheid zodat per saldo grotere maatschappelijke baten kunnen worden gerealiseerd. De beleidsopties zijn om de uitgaven te verlagen of de inkomsten te verhogen. De laatste optie is slechts beperkt mogelijk. Ten aanzien van voorzieningen wordt gepleit voor concentratie van voorzieningen en verder voor een goede analyse en afweging ten aanzien van nieuwbouw of renovatie bestaand vastgoed, aangezien nieuwbouw in de praktijk veelal duurder blijkt dan wel er elders weer leegstand gaat optreden.
136
Jaarrekening 2014
137
Belangrijkste mee- en tegenvallers rekening kp / prog
omschrijving
€
incid. /
code
struct. CODE: V=voorjaarsnota (mei-14), N=najaarsnota (okt-14), R=rekening
KP KP 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Kapitaallasten KRM, arbo en automatisering P-budget, CAO 2013-2016 Aanmaningen en dwangbevelen Onvoorzien Bedrijfsvoering, btw-compensatiefonds oude jaren, vrijval ntb Deelnemingen, m.n. incidenteel dividend BNG Hondenbelasting, restit. Penningen(consq. overgang Bsgw) Algemene uitkering Onkruidbestrijding Exploitatie Campus, terugstorting reserve gebouwen Muziekschool, contract Kosterbeemden jan'15-mei'16 Retributies GaiaZoo Verkoop Attero PLS: Voorfinanciering verbetering exploitatie (-150) en 0 C2000-systeem (veiligheid, -100) 2 Parkeergelden/-boetes 4 Markten en kermissen 5 Leges omgevingsvergunningen 6 Onderwijsachterstand 6 Onderwijsbegeleiding 6 Centrum Jeugd en Gezin 6 Jeugdwerk 7 Schoolzwemmen 7 Botanische Tuin 7 Sportaccommodaties 7 Accommodatiebeleid 7 Sociaal-cultureel werk 8 Vrijwilligersorganisaties 8 Maatschappelijk werk, stg. Impuls 8 Begroting GGD adolescenten 8 Beleidsplan armoede en schulden 0 Beleidsplan armoede en schulden t.l.v. parkeerfonds 8 Gezondheidszorg, decentralisatie-uitk. "gezond in de stad" 8 Inburgering rijksbijdrage nieuwkomers 9 Wsw/WOZL 9 Wsw/WOZL naar Reserve WSW 10 Leges bevolking en burgerlijke stand 10 Regionale samenwerking Parkstad Limburg / IBA 11 Beheer openbare ruimte div. Overige mutaties 0/11 Reserve parkeerfonds exploitatie Najaarsnota Batig rekeningresultaat 2014
138
791 23 -134 52 125 75 57 -47 500 60 -222 -151 -73 237
i i i i i i i i i i i i i i
R,N R R,N R R R R R R,N,V R R R R V
-250
i
R
-217 -27 -32 41 29 84 17 -75 -12 47 31 24 28 25 -32 -400 400 94 21 1.139 -1.139 -16 125 -28 152 -380 942
s i i i i i i i s i i i i i s s s i i i i i s s i i
R,N R R R R R R N N R R R R R N V V R R N N R V V R N
Overzicht baten en lasten per beleidsveld omschrijving beleidsveld
rekening 2013
primaire bijgestelde begroting begroting t/m 2014 NJN 2014
bijgestelde begroting 2014
rekening 2014
Lasten 00 Algemene dekkingsmiddelen 01 Bouwen en wonen 02 Verkeer en vervoer 03 Milieu 04 Economie en toerisme 05 Veiligheid en handhaving 06 Jeugd 07 Welzijn, sport en cultuur 08 Zorg 09 Werk en inkomen 10 Bestuur en bedrijfsvoering 11 Beheer Totaal lasten
4.914 6.525 1.565 5.425 1.337 7.245 9.229 9.756 18.645 65.826 10.218 17.899 158.583
3.257 3.579 1.391 6.266 1.372 6.590 7.469 9.724 17.668 66.628 10.030 15.229 149.203
5.884 16.638 1.399 5.101 1.931 7.530 9.283 11.883 18.822 68.789 9.709 18.676 175.645
5.188 6.937 1.399 4.772 1.649 6.940 9.053 8.799 19.317 63.986 9.955 17.452 155.446
5.241 6.906 1.387 4.769 1.647 6.913 8.748 8.659 16.827 61.536 9.902 19.866 152.402
Baten 00 Algemene dekkingsmiddelen 01 Bouwen en wonen 02 Verkeer en vervoer 03 Milieu 04 Economie en toerisme 05 Veiligheid en handhaving 06 Jeugd 07 Welzijn, sport en cultuur 08 Zorg 09 Werk en inkomen 10 Bestuur en bedrijfsvoering 11 Beheer Totaal baten
71.744 3.065 706 5.093 382 1.117 1.442 873 2.907 62.200 689 6.691 156.909
69.896 675 857 5.859 731 438 328 841 1.669 60.576 687 5.842 148.399
72.366 11.006 705 4.467 1.064 1.323 1.413 1.011 2.073 63.247 887 6.539 166.101
73.165 3.758 705 4.567 741 825 1.228 943 2.460 60.515 943 6.623 156.473
73.643 3.738 648 4.567 721 773 1.259 935 2.508 61.321 956 6.631 157.700
Saldo baten en lasten
-1.674
-804
-9.543
1.027
5.298
Reserve - stortingen 00 Algemene dekkingsmiddelen 01 Bouwen en wonen 03 Milieu 04 Economie en toerisme 11 Beheer Totaal toevoegingen
15.820 178 691 0 322 17.011
4.069 159 0 100 0 4.328
6.947 171 0 100 180 7.398
11.007 135 69 0 31 11.242
16.597 135 69 0 31 16.832
Reserve - onttrekkingen 00 Algemene dekkingsmiddelen 01 Bouwen en wonen 03 Milieu 11 Beheer Totaal onttrekkingen
17.571 412 702 0 18.685
4.559 500 0 73 5.132
14.980 1.860 101 0 16.941
10.014 201 0 0 10.215
9.846 201 0 2.430 12.477
1.674
804
9.543
-1.027
-4.356
0*
0
0
0
942
Saldo mutaties reserves Resultaat * Inclusief verwerking resultaatbestemming
139
Analyse afwijkingen exploitatie BELEIDSVELD 00 Algemene dekkingsmiddelen/kostenplaatsen Voor een nadere toelichting op de "Algemene dekkingsmiddelen" wordt verwezen naar pag. 81 t/m 82 van het Jaarverslag. In de baten en lasten zijn de volgende incidentele posten begrepen: bedragen x € 1.000
Incidentele posten
Rekening 2014
Lasten (-) Gebouwenbeheer
175 26 24 82 15
Facilitaire materialen Verzekeringen Beheer Infrastructuur
Human Resource Management PLS reservering voorfinanciering exploitatie en C2000-systeem
250
Baten (+) Totaal
-572
Afwijkingen rekening 2014 - begroting na wijziging 2014 Kapitaallasten De rentelasten van kortlopende leningen zijn circa € 40.000 minder dan begroot. Daarbij is rekening gehouden met een bijstelling ten faveure van reservering voorfinanciering exploitatieverbetering PLS en C2000-systeem (veiligheid), in totaal € 250.000. Gebouwenbeheer Het verschil wordt grotendeels veroorzaakt door de verbouwing van het linkerdeel van het Werkplein in de eerste helft van 2014. Voor deze verbouwing werd eind 2013 budget beschikbaar gesteld (zie collegenota 13n00826), en de kosten werden ten laste gebracht van de post ‘uitbestede investeringen’. Daarnaast waren er enkele incidentele uitgaven in 2014 waarvoor begrotingsbijstellingen hebben plaatsgevonden. Afwijkingen rekening 2014 - rekening 2013 Kapitaallasten De afschrijvingen op geactiveerde uitgaven zijn in 214 € 1,6 mln minder dan in 2013. In 2013 is € 2,39 mln vervroegd afgeschreven in verband met de vrijval van dit bedrag uit de reserve Essent. In verband met de aflossing op de bruglening Enexis in 2013, is in 2014 € 523.000 minder rentevergoeding ontvangen. Voorts is in 2014 rekening gehouden met een bijstelling ten faveure van reservering voorfinanciering exploitatieverbetering PLS en C2000-systeem (veiligheid), in totaal € 250.000. Personele budgetten, bestuurders- en loonkosten en premieafdrachten De ingezette flexibilisering is door een beleid van continu aanpassen en inspelen op natuurlijke momenten in balans met de aanwezige middelen waarbij alle inverdiensten op de loonsom volledig zijn ingezet voor de taakstelling die daarmee op koers ligt. Daarmee is de lijn van een strategische personeelsplanning vormgegeven op basis van ervaringen tot nu toe en in een co-creatie met de ondernemingsraad verfijnd. De verschillende (sectorale personele) budgetten zijn afgelopen jaar, ondanks 140
veel personele mutaties en verschuivingen, wederom binnen de aangegeven kaders gebleven. Het positieve rekeningsaldo van 46.411 euro is grotendeels terug te voeren naar vertraagde invullingen van vacatures en beperkte onderuitputting van deelbudgetten. Wel heeft er op onderdelen extra inzet plaatsgevonden op enkele cruciale processen middels tijdelijke externe inhuur. Middels overhevelingen en verschuivingen is er voor die externe inhuur meer besteed dan geraamd. Die wisselwerking en overheveling tussen structurele en incidentele middelen heeft meermaals plaatsgevonden waarbij participatiegelden effectief werden ingezet. Aan een definitief uitsluitsel over de formatie van het sociale domein wordt nog steeds gewerkt en onderzoek gedaan. Midden 2015 zal hier meer zicht op zijn. Verhoudingsgewijs dure tijdelijke taakbelastingen en incidentele vergoedingen zijn derhalve onvermijdelijk om de vereiste kwaliteit binnen te houden en te halen. Daarbij wordt wel al geanticipeerd op mogelijke uitstroom van medewerkers en inzet van eigen mensen (Strategische Personeelsplanning) . Binnen die vaste personele schil hebben interne verschuivingen de uitruil mogelijk gemaakt en zijn nog meer geslaagde mutaties gerealiseerd en ontwikkelperspectieven van collega’s waargemaakt. De marginale premiestijgingen zijn binnen de geprognostiseerde marges gebleven en de CAO-consequenties zijn, zoals in voorgaande jaren, separaat in de voorjaarsnota benoemd. De rechtstreekse betaling van wethouderspensioenen zoals die in 2013 heeft plaatsgevonden, is komen te vervallen. Via een nieuw ingerichte werkwijze is dit per 01-01 2014 omgebouwd tot een rechtstreekse betaling via Raet en ligt er een koppeling met voorzieningen en premieafdrachten. De teruglopende reeks voor de restbetaling van FPU-gerechtigden loopt in 2014 ten einde. Voor 2015 zijn de kosten hiervoor volledig afgebouwd. Facilitaire materialen M.b.t. kopieermachines ontstaat er ieder jaar een hoger bedrag ten opzichte van voorgaande jaren. Oorzaak is dat de afrekening een andere looptijd heeft dan het kalenderjaar. Medio april van ieder jaar vind er een afrekening plaats. Vooraf kunnen kosten niet ingeschat worden. Verder zijn er in 2014 ca. € 6.500 minder inkomsten geweest voor drukwerk dat door de repro aan externen is geleverd, hetgeen volledig voor rekening komt van de Stichting WMC. In 2014 was er geen WMC en dus ook geen drukwerk hiervoor. In 2013 wel dus. Verzekeringen In 2014 heeft er een Europese aanbesteding plaatsgevonden voor een uitgebreide eigendommenverzekering de kosten van deze aanbesteding bedroegen € 2.000. Naar aanleiding van de schade aan het gebouw Campus vond er een premieverhoging plaats van € 3.000. In 2013 heeft er een royement plaats gevonden van een fraude verzekering via de toenmalige OVO. Eenmalige uitbetaling van de ingelegde gelden ad € 16.400 heeft plaatsgevonden. Voor het jaar 2014 hebben diverse prijsstijgingen plaatsgevonden door verzekeraars voor in totaal € 1.500. Beheer Infrastructuur Bij de administratieve verrekening zijn de kosten voor de infrastructuur van het Veiligheidshuis (€ 18.900) niet verwerkt. De vermeerdering van de onderhoudskosten op de post automatisering (€ 65.400) is het gevolg van de verhoging van het jaarlijks onderhoud op diverse applicatiesoftware. Human Resources Management Door een gerichtere inzet van instrumenten en een gerichte aanpak en intensivering van het verzuimbeleid alsmede de Wet Verbetering Poortwachter is met name de inzet van externen voor de Arbo budgetten verlaagd. Minder trajecten en een teruggang in langdurig zieken, gecombineerd met een verlaging van het verzuimpercentage, zijn hiervan het gevolg. 2014 brengt een structurele verhoging met zich mee voor meerdere toepassingen van automatisering binnen de afdeling POI waarbij meerdere modules en ondersteuning noodzakelijk zijn. Het project E-hrm voert hierin de boventoon. Op termijn zal dit minder personele capaciteit tot gevolg hebben. Diensten derden Voor een verantwoorde uitvoering van de ingezette reorganisatie en vooral met betrekking tot het traject functiebeschrijving en functiewaardering zijn er aanvullende diensten van de externe adviseur ingezet om de tijdigheid en de volledigheid adequaat op te leveren.
141
Bedrijfshulpverlening Een versterking en noodzakelijke professionalisering liggen ten grondslag aan de extra kosten die in 2013 gemaakt zijn. De meerjarenraming blijft stabiel. Bedrijfsfitness De fikse bezuiniging alsmede een andere doorberekening, gecombineerd met een teruggang in het volume, hebben de inkomsten en uitgaven op dit onderdeel tot een absoluut minimum teruggebracht. Studie en opleidingskosten De effecten van een strategische personeelsplanning en verschuiving zullen pas in 2014 effectief gaan plaatsvinden waarbij aanvullende opleidingen en trainingen noodzakelijk zijn. In 2013 is derhalve een pas op de plaats gemaakt tot dat de verschuivingen duidelijk zijn. BELEIDSVELD 01 Bouwen en wonen In de baten en lasten zijn de volgende incidentele posten begrepen: bedragen x € 1.000 Incidentele posten
Rekening 2014
Lasten (-) Doorbetaling subsidie Provincie herstel kerk Terwinselen Uitbetaling bijdrage Stads en dorpsvernieuwing kerk Terwinselen Startersregeling Onderhoud woonwangenunits
375 135 50 11
Baten (+) Parkstad Limburg bijdrage leisure Bijdrage Provincie herstel kerk Terwinselen Bijdrage reserve Stadsvernieuwing herstel kerk Terwinselen Bijdrage reserve Stadsvernieuwing startersregeling Bijdrage reserve gebouwen woonwagenunits
12 375 135 50 11
Totaal
12
Afwijkingen rekening 2014 - begroting na wijziging 2014 Wijkontwikkeling Voor de uitvoering van het programma wijkontwikkeling is er in 2014 een bedrag van € 120.000 beschikbaar gesteld. De werkelijke besteding is met circa € 14.000 achter gebleven. De oorzaak van de onderuitputting is gelegen in de omstandigheid dat gedurende een groot deel van het jaar het team Wijkontwikkeling als gevolg van persoonlijke omstandigheden onderbezet is geweest. Met de komst van de nieuwe wijkmanagers in oktober en november zijn er m.b.t. een aantal activiteiten met voorrang afspraken gemaakt en ook al in 2014 opgepakt. De uitvoering hiervan zal in 2015 worden voortgezet. Afwijkingen rekening 2014 - rekening 2013 Bestemmingsplannen In 2014 is een bijdrage van € 12.000 van Parkstad Limburg voor een leisurecluster onderzoek historische driehoek ontvangen, derhalve wijken de inkomsten en de uitgaven (advieskosten) af t.o.v. 2013. Structuurplan - structuurvisies In 2013 is een bijdrage van € 66.000 communicatiedoeleinden voor het centrumplan.
uit
142
het Structuurfonds beschikbaar
gesteld
voor
Grondexploitatieprojecten Bij grondexploitatie is een vergelijking tussen de besteding van de rekening 2014 en de rekening 2013 weinig zinvol omdat uitgaven van projecten eenmalig worden gedaan en er daarom geen afwijkingen kunnen worden verklaard. Stads- en dorpsvernieuwing / I.S.V. In 2014 is € 128.000 uit het ISV 2 programma beschikbaar gesteld voor centrumplanontwikkelingen. Verder is een bijdrage van € 13.000 beschikbaar gesteld als voorbereiding voor de Schacht. Verder zijn er voor € 74.000 bodemonderzoeken verricht. Genoemde gelden zijn door de Provincie beschikbaar gesteld. Voor Stadsvernieuwing is € 135.000 beschikbaar gesteld voor het herstel van de kerk in Terwinselen en is een bijdrage ad € 375.000 van de Provincie uitgekeerd aan het kerkbestuur. Voor gevelverbeteringen is er een bijdrage van € 27.250 uitgekeerd. Subsidiëring Woningbouw Voor de Startersregeling is uit de reserve stadsvernieuwing in 2014 € 50.000 beschikbaar gesteld. Woonwagenzaken In 2014 is voor € 11.500 een inhaalslag gepleegd bij het renoveren van woonwagenunits. Deze bijdrage is beschikbaar gesteld uit de reserve gebouwen. Monumenten In 2013 is de BRIM bijdrage voor de jaren 2011-2013 (3* € 36.666 = € 109.998 aan Rolduc uitbetaald en in 2014 is de bijdrage van 2014 zijnde € 36.666 beschikbaar gesteld. Wijkontwikkeling In 2014 was er voor het uitvoeringsprogramma 2014 € 120.000 beschikbaar. De beschikbaar gestelde middelen zijn niet volledig benut waardoor de exploitatie in 2014 met een plus van € 14.000 is afgesloten. 02 Verkeer en vervoer In de baten en lasten zijn de volgende incidentele posten begrepen: bedragen x € 1.000 Incidentele posten
Rekening 2014
Lasten (-) Baten (+) Totaal
Afwijkingen rekening 2014 - begroting na wijziging 2014 In 2014 is veel tijd besteed aan beleidsmatige verkeersonderwerpen, zoals het grensoverschrijdend openbaar vervoer, parkeerbeleid en het opstellen van het Gemeentelijk Verkeer- en Vervoerplan (GVVP). Dit laatste vormt de basis voor de uitvoering van verkeersmaatregelen. Naast de bestede exploitatiemiddelen is een deel van het investeringsbudget aangewend. Echter t.g.v. capaciteit zijn niet alle gelden uitgeput hetgeen een meevaller van €11.000 betekent.
In de najaarsnota 2014 (oktober 2014) zijn de geraamde parkeergelden / parkeerboetes structureel met € 160.000 neerwaarts bijgesteld op het peil van de rekeningcijfers 2013. In november 2014 heeft de raad besloten om de blauwe zone /parkeerschijfzone bij wijze van proef in te voeren voor de periode december 2014 t/m 31-12- 2015. Door de invoering van de genoemde maatregel is het bijgestelde bedrag ad € 476.500 voor parkeergelden bij diverse parkeer automaten niet gehaald. De werkelijk ontvangen parkeergelden bedroegen € 419.592. 143
De bijgestelde bedrag voor parkeerboetes € 36.000 is met € 37.289 gehaald en de parkeergelden voor het Atrium-terrein zijn met € 71.558 ten opzichte van de taakstelling € 73.000 licht achtergebleven t.o.v. de raming. Afwijkingen rekening 2014 - rekening 2013 In 2013 was de opbrengst van de diverse parkeerautomaten € 475.966. In 2014 is er een bedrag van € 419.593 aan parkeergelden ontvangen. Het achterblijven van deze parkeergelden is met name toe te schrijven aan de invoering van de blauwe zone / parkeerschijfzone. De parkeerboetes zijn nagenoeg gelijk gebleven € 37.862 in 2013 en € 37.289 in 2014. De parkeergelden van het Atrium-terrein zijn gestegen van € 46.760 in 2013 naar € 71.558 in 2014. In de loop van 2013 is het parkeerterrein Atrium in gebruik genomen en door diverse storingen en vervanging van de slagbomen en de parkeerautomaat wijken de inkomsten van 2013 en 2014 af. BELEIDSVELD 03 Milieu In de baten en lasten zijn de volgende incidentele posten begrepen: bedragen x € 1.000 Incidentele posten
Rekening 2014
Lasten (-) duurzaamheid
25
Baten (+) Totaal
-25
Afwijkingen rekening 2014 - begroting na wijziging 2014 Er zijn geen noemenswaardige afwijkingen. Afwijkingen rekening 2014 - rekening 2013 In 2014 is incidenteel € 25.000 beschikbaar gesteld voor duurzaamheid derhalve wijkt deze post af ten opzicht van der rekening 2013. In 2013 is het klimaatproject SLOK voor ca. € 38.000 afgerond. Deze middelen zijn uit de reserve reeds bestemde nog te besteden middelen beschikbaar gesteld. In 2013 en in 2014 is voor € 27.000 resp. € 12.000 externe expertise ingehuurd voor het optimaliseren van de BAG werkprocessen. In 2013 is € 8.000 besteed voor het actualiseren van het actieplan geluid voor de regio Parkstad. In 2013 is € 8.000 aan Continium verstrekt voor het educatieprogramma Kerkrade jouw duurzame toekomst.
144
BELEIDSVELD 04 Economie en toerisme In de baten en lasten zijn de volgende incidentele posten begrepen: bedragen x € 1.000 Incidentele posten
Rekening 2014
Lasten (-) reconstructie bedrijventerrein Willem Sophia
350
Baten (+) Parkstad Limburg subsidie reconstructie bedrijventerrein Willem Sophia
350
Totaal
0
Afwijkingen rekening 2014 - begroting na wijziging 2014 De retributies wijken met € 5.000 positief af door hoger bezoekersaantallen van GaiaZoo dan begroot. Afwijkingen rekening 2014 - rekening 2013 De inkomsten uit staangelden voor kermissen staan al enige tijd onder druk. Als gevolg van de economische crisis in het algemeen en de in de regio Parkstad Limburg onder meer te constateren vergrijzing, laten de door de kermisexploitanten ingediende biedingen ter verkrijging van een standplaats op de Centrumkermissen - mede om bedrijfseconomische redenen - al enkele jaren een dalende tendens zien. De ervaring leert dat in economisch betere tijden ook de ontvangen staangelden voor de kermis hoger zijn. Hierbij is echter altijd sprake van een na-ijl effect. In 2013 is € 36.000 besteed aan voorbereidingskosten voor de reconstructie van het bedrijventerrein Willem Sophia. Van VDL, LHB en Martel BV is een bijdrage van € 16.000 ontvangen voor voorbereiding-/ en haalbaarheidsonderzoeken. In 2014 is een bijdrage van € 3.000 aan Abdij Rolduc verstrekt voor het opknappen van de Aula Major en € 75.660 aan GaiaZoo voor een abonnementen actie en het realiseren van een mierenverblijf. In 2013 is een overbruggingskrediet van € 10.000 verstrekt aan ZLSM en is een haalbaarheidsbijdrage van € 25.000 verstrekt voor Creative City. Door een toename van het aantal bezoekers bij GaiaZoo zijn de retributiegelden in 2014 gestegen van € 65.685 in 2013 naar € 75.660 in 2014 In het WMC jaar 2013 is € 110.000 besteed voor het upgraden en onderhouden van de stad. BELEIDSVELD 05 Openbare orde en veiligheid In de baten en lasten zijn de volgende incidentele posten begrepen: bedragen x € 1.000 Incidentele posten
Rekening 2014
Lasten (-) Baten (+) minder ontvangen vergoedingen voor geleverde diensten bijzondere wetten dan begroot
Totaal
13
13
145
Afwijkingen rekening 2014 - begroting na wijziging 2014 Veiligheidshuis: Provinciale transitiesubsidie 2013-2015 t.b.v. Kernteam Limburgse Veiligheidshuizen Gemeente Kerkrade fungeert enkel als doorgeefluik van provincie (de subsidieverstrekker) naar individuele veiligheidshuizen en derden toe. Subsidie zal volledig worden besteed, dat wil zeggen naar rato van inwoners werkgebied worden verdeeld onder de Limburgse veiligheidshuizen, na aftrek van de uitgaven voor gezamenlijke kosten. Verdeling onder de Limburgse veiligheidshuizen van de individueel besteedbare subsidie vindt binnenkort plaats. Veiligheidshuis: Rijksmiddelen specifieke nazorgtrajecten ex-gedetineerden (Van der Staaij-gelden) Uitgaven konden ten laste van deze subsidie in 2014 nog niet worden gedaan, aangezien pas in het laatste kwartaal 2014 de subsidie is toegekend en de kosten die in 2014 werden gemaakt voor specifieke nazorgtrajecten thans nog gedeclareerd moeten worden, na ontvangst en beoordeling van de desbetreffende facturen. In overeenstemming met de subsidievoorwaarden worden de met deze kosten uit 2014 samenhangende uitgaven binnenkort gedaan (1e kwartaal 2015). Bijzondere wetten: vergoeding geleverde diensten De inkomsten van deze post worden met name gegenereerd uit het CJIB-traject pv-vergoeding en inkomsten als gevolg van de doorberekening van de met effectuering van woningontruimingen gemoeide kosten. Ten aanzien van dit laatste aspect is met ingang van februari 2014 vanuit efficiencyoverwegingen een nieuw proces opgestart; daarbij worden de door Rd4 - als uitvoerder van de aangekondigde bestuursdwang in de vorm van verwijderen van inboedel etc. van de openbare weg in geval van woningontruiming gemaakte kosten (transport, opslag dan wel vernietiging) - direct aan de opdrachtgever (corporatie dan wel particulier) in rekening gebracht. Er is geen sprake meer van het neerleggen van de rekening bij de gemeente welke deze vervolgens op basis van gemaakte afspraken op de opdrachtgever van de woningontruiming verhaalt. Dit heeft uiteraard tot gevolg dat de inkomsten afnemen, alsook dat de (tegen-)kostenpost uitzettingen evenredig afneemt. Bouwleges: Doordat er het afgelopen jaar geen grond van de bedrijventerreinen is verkocht is en de realisatie van het centrumplan vertraging heeft opgelopen zijn de bouwleges met € 32.000 achtergebleven ten opzichte van de bijgestelde begroting. Afwijkingen rekening 2014 - rekening 2013 Openbare orde en veiligheid: diensten derden OOV Het te constateren verschil is grotendeels het gevolg van bijboeking van andere posten voor aanschaf domes/camera’s etc. op Markt Kerkrade; daarnaast tevens gevolg van voldoen van facturen als bijvoorbeeld huren marktkramen verkiezingen, kosten begeleiding KVO-traject bedrijventerreinen en de aanschaf nieuwe veiligheidsvesten flexteam. Brandweer: Brandweer Zuid-Limburg De lagere uitgaven zijn het gevolg van gerealiseerde bezuinigingen binnen de brandweer; een en ander is als zodanig met ingang van 2015 in de gemeentelijke begroting structureel doorgetrokken. Veiligheidshuis: Diversen veiligheidshuis en Veiligheidshuis Kerkrade algemeen Er zijn verschillen in de uitgaven voor ingehuurd personeel van in totaal € 85.000. In plaats daarvan zijn er evenwel compensabele kosten gemaakt door de gemeente Kerkrade doordat één medewerker tijdelijk rechtstreeks in dienst gekomen is van de gemeente. Deze uitgaven verklaren een deel van het verschil.Daarnaast is de totale inhuursom lager geweest dan in het jaar voorafgaand, vanwege een kleine inkrimping van de personele capaciteit in verband met het per 1.1.2014 wegvallen van twee gemeenten (Gulpen-Wittem en Vaals) uit het werkgebied Veiligheidshuis Kerkrade. Veiligheidshuis Kerkrade: Provinciale transitiesubsidie 2013-2015 t.b.v. Kernteam Limburgse Veiligheidshuizen) Gemeente Kerkrade fungeert enkel als doorgeefluik van provincie (de subsidieverstrekker) naar individuele veiligheidshuizen en derden toe. Subsidie zal volledig worden besteed, dat wil zeggen naar 146
rato van inwoners werkgebied worden verdeeld onder de Limburgse veiligheidshuizen, na aftrek van de uitgaven voor gezamenlijke kosten. Verdeling onder de Limburgse veiligheidshuizen van de individueel besteedbare subsidie vindt binnenkort plaats Veiligheidshuis Kerkrade Rijksmiddelen specifieke narzorgtrajecten ex-gedetineerden (van der Staaijgelden) In 2013 is er nog geen subsidie ontvangen. Bijzondere wetten: vergoeding geleverde diensten De inkomsten van deze post worden met name gegenereerd uit het CJIB-traject pv-vergoeding en inkomsten als gevolg van de doorberekening van de met effectuering van woningontruimingen gemoeide kosten. Ten aanzien van dit laatste aspect is met ingang van februari 2014 vanuit efficiencyoverwegingen een nieuw proces opgestart; daarbij worden de door Rd4 - als uitvoerder van de aangekondigde bestuursdwang in de vorm van verwijderen van inboedel etc. van de openbare weg in geval van woningontruiming gemaakte kosten (transport, opslag dan wel vernietiging) - direct aan de opdrachtgever (corporatie dan wel particulier) in rekening gebracht. Er is geen sprake meer van het neerleggen van de rekening bij de gemeente welke deze vervolgens op basis van gemaakte afspraken op de opdrachtgever van de woningontruiming verhaalt. Dit heeft uiteraard tot gevolg dat de inkomsten afnemen, alsook dat de (tegen-)kostenpost uitzettingen evenredig afneemt. Uitvoering plaatselijke verordeningen: Diensten derden en dierenbescherming Limburg Als gevolg van een in relatie met BTW-heffing doorgevoerde administratieve verfijning zijn met ingang van 2014 de binnen de kostenpost uitvoering plaatselijke verordeningen op de sub-post “dierenbescherming Limburg” gereserveerde middelen overgebracht naar de binnen deze kostenpost nieuw ingevoegde sub-post diensten derden overgeheveld. Dit biedt de gemeente de mogelijkheid om de op de facturen van Dierenbescherming Limburg opgenomen BTW te declareren. Uitvoering plaatselijke verordeningen: Uitzettingen De feitelijke uitvoering van aangekondigde bestuursdwang in de vorm van het verwijderen van inboedel etc. van de openbare weg in geval van woningontruiming geschiedt sinds jaar en dag door Rd4. De daarmede gemoeide kosten (feitelijke verwijdering, transport, opslag dan wel vernietiging) werden in het verleden in eerste instantie gefactureerd aan de gemeente, welke deze kosten vervolgens in rekening bracht bij de opdrachtgever (corporatie, particulier). Met ingang van februari 2014 is vanuit efficiencyoverwegingen een nieuw proces opgestart, waarbij Rd4 bovengenoemde kosten rechtstreeks factureert aan corporatie dan wel particulier Dit heeft uiteraard tot gevolg dat deze uitgavenpost fors afneemt, waarbij wordt opgemerkt dat ook de inkomsten op de post afnemen, Daarbij wordt opgemerkt dat dit uiteraard impliceert dat de inkomsten als gevolg van het wegvallen van de doorberekening van door gemeente in kader van uitzettingen gemaakte kosten evenredig afnemen. Bouwleges: De opbrengst bouwleges is afhankelijk van het aantal aangevraagde omgevingsvergunningen en het bouwvolume. In 2013 is een bedrag van € 293.000 aan bouwleges ontvangen terwijl er in 2014 een bedrag van € 316.000 is ontvangen. BELEIDSVELD 06 Jeugd In de baten en lasten zijn de volgende incidentele posten begrepen: bedragen x € 1.000
Incidentele posten
Rekening 2014
Lasten (-) Baten (+) Meer vergoeding geleverde goederen en diensten CJG dan begroot
Totaal
25 25
147
Afwijkingen rekening 2014 - begroting na wijziging 2014 Voortgezet onderwijs - Exploitatiebijdragen Dit budget diende ter betaling van de gemeentelijke bijdrage van de exploitatielasten Campus aan de VVE. Als gevolg van de overdracht van de Campus aan de gemeente en het beëindigen van de VVE is een positief resultaat behaald. Voortgezet onderwijs - Huurvergoeding op aanvraag Dit budget diende ter betaling van de tegemoetkoming in de huurkosten van SVO|PL ten tijde dat zij gebruik maakten van Abdij Rolduc. Hieruit werd het zgn. studiehuis gefinancierd. Met het vertrek van het gymnasium onderwijs uit de Abdij Rolduc heeft de gemeente de tegemoetkoming in de huurkosten ook stopgezet. Dit budget is een overblijfsel. Het budget is in 2014 ten dele gebruikt ten behoeve van extra kosten gymnastiekonderwijs die de locatie Holz, bovenop hun reguliere vergoeding die SVO|PL vanuit het rijk ontvangt conform wetgeving, verschuldigd was aan de exploitant. Ook in 2015 zal het budget hiervoor gebruikt worden. Onderwijsachterstanden - Lokaal onderwijs beleid Hieruit worden retourtrajecten bekostigd. Door een adequate (vroegtijdige) aanpak in het onderwijs in samenwerking met jeugdzorg is het aantal schooluitvallers en het aantal trajecten beperkt. Onderwijsbegeleiding - Ontwikkeling en internationalisering Dit budget is aangewend voor de ontwikkeling van de Martin Buber University en het Loket voor het buurtaalonderwijs. Naar verwachting zal in de komende jaren meer van het budget gebruik worden gemaakt om met name de internationalisering in het onderwijs nog meer te ondersteunen. Centrum Jeugd en Gezin - Nieuw beleid Het CJG (en de daartoe behorende functies) zal deel gaan uitmaken van een nieuw stelsel voor hulp en zorg (als gevolg van de decentralisatie van de jeugdzorg). De gemeente zal de voorzieningen variërend van preventie tot zeer specialistische hulp samenhangend vorm en inhoud moeten geven. In verband met dit toekomstperspectief is het aantal nieuwe CJG-activiteiten en -voorzieningen (op het gebied van b.v. laagdrempelige opvoedingsondersteuning) beperkt gebleven. Nieuwe activiteiten dienen te passen binnen het nieuw te vormen stelsel. 2014 stond met name in het taken van de voorbereiding op de transitie van de jeugdhulp. Derhalve zijn in 2014 geen uitgaven gedaan voor nieuw beleid. Centrum Jeugd en Gezin - Vergoeding voor geleverde diensten Betreft de door de Parkstadgemeenten aan de gemeente Kerkrade verschuldigde bijdragen voor verleende diensten Afwijkingen rekening 2014 - rekening 2013 Huisvesting bijzonder basisonderwijs - Diensten derden Dit budget fluctueert jaarlijks en is afhankelijk van de behoefte van de inzet van derden bij lopende projecten. In 2013 moesten voor het project Binnenklimaat Bredeschool Steltloper diverse onderzoeken en aanpassingen bekostigd worden, in 2014 niet meer. Huisvesting bijzonder basisonderwijs - Vergoeding aan schoolbesturen In 2013 zijn hieruit een afrekening project binnenklimaat en de kosten van asbestonderzoeken en -saneringen in scholen bekostigd. Deze kosten deden zich in 2014 niet voor. Voortgezet onderwijs – Gemeentelijke heffingen In 2013 werden hieruit nog kosten Graaf Saffenbergweg en Campus bekostigd, in 2014 niet meer. Voortgezet onderwijs - Exploitatiebijdragen Dit budget diende ter betaling van de gemeentelijke bijdrage van de exploitatielasten Campus aan de VVE. Als gevolg van de leegstand en overgang eigendom naar de gemeente in 2014, zijn de exploitatielasten voor de Campus door de VVE drastisch omlaag waardoor de lasten in 2014 aanzienlijk lager waren.
148
Voortgezet onderwijs - Ontwikkeling en internationalisering In 2013 is budget toegekend voor de ondersteuning van het VMBO onderwijs in Kerkrade. Hoewel het budget voor het schooljaar 2013/2014 was toegezegd, werd een gedeelte van de rekeningen echter pas in 2014 ontvangen en betaald. Voortgezet onderwijs - Te vergoeden (plan)schade In 2013 werd uit deze post nog de voorziening huisvesting VMBO Holz betaald. In 2014 enkel de kosten van glasschade en andere schade aan onderwijsinstelling Holz Logopedie In 2013 zijn hierop kosten logopediebeleid t.b.v Voor- en Vroegschoolse educatie hierop in mindering gebracht. In 2014 zijn deze kosten ten last gekomen van de post Subsidies en bijdragen. Achterstandenbeleid - Diensten van derden In 2014 geen inhuur van derden of andere posten hierop geboekt. In 2013 is de gemeentelijk bijdrage bureau VSV hierop geboekt. Onderwijsbegeleiding / -ontwikkeling - Arcus college In 2014 is boeking gedaan op volwasseneducatie Arcus college. Post dient ter bekostiging van volwasseneneducatie waarvan de kosten jaarlijks fluctueren afhankelijk van het aantal deelnemers. Zo is er voor 2014 bestuurlijk besloten om het saldo dat in 2013 over was over te hevelen naar 2014 om zo aan de gestegen behoefte te kunnen voorzien. Volwasseneneducatie - Arcus college In 2013 is boeking gedaan op de post onderwijsbegeleiding educatie. Voortgezet onderwijs - Aankoop onroerende zaken Aankoop Campusgebouw in 2014 Voortgezet onderwijs - Schadevergoedingen In 2014 is de betaling ontvangen van Marsh-verzekering tbv Campusproblematiek Project Moelejaan - Doeluitkering rijk Moelejaan is afgerond per 31-12-2013. In 2014 zijn enkel nog afrondende rekeningen betaald. Jeugdzorg - Provinciale bijdrage Eenmalige afrekening (restitutie) Provinciaal subsidie t.b.v. project “Foyer +” in 2014. Jeugdzorg - Mutatie voorziening Eenmalig vrijval t.b.v. sociaal domein Heilust in 2014. Centrum voor Jeugd en Gezin - Diensten van derden Eenmalige vrijval ntb 2013 van € 17.455 in 2014, overboeking van gedeelte van budget naar de nieuwe post stichting Impuls, de verantwoording van de huur- en servicekosten Atrium op deze post waren de subsidies en bijdragen en de aan de gemeente Heerlen verschuldigde bijdrage voor verleende diensten resulteren in het verschil tussen 2013 en 2014. Centrum voor Jeugd en Gezin - Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst In 2013 eenmalig bedrag van € 9.848 retour ontvangen ivm afrekening bijdrage digitaal dossier jeugdgezondheidszorg. Centrum voor Jeugd en Gezin - Subsidies en bijdragen In 2013 werden op deze post nog de kosten van huur- en servicekosten Atrium verantwoord. Vanaf 2014 zijn deze kosten op de post diensten van derden geboekt. Centrum voor Jeugd en Gezin - Inkomensoverdracht overheid, niet rijk Betreft de aan de gemeente Heerlen verschuldigde bijdrage voor verleende diensten.
149
Centrum voor Jeugd en Gezin - Verg. voor geleverde goederen en diensten Betreft de door de Parkstadgemeenten aan de gemeente Kerkrade verschuldigde bijdragen voor verleende diensten. In 2013 géén bijdrage ontvangen, in 2014 alsnog verwerkt. BELEIDSVELD 07 Welzijn, sport en cultuur In de baten en lasten zijn de volgende incidentele posten begrepen: bedragen x € 1.000
Incidentele posten
Rekening 2014
Lasten (-) Baten (+) Totaal
Afwijkingen rekening 2014 - begroting na wijziging 2014 Vrijwilligerswerk In 2013 is in het kader van de viering van de internationale vrijwilligersdag een feestavond voor alle Kerkraadse vrijwilligers in het Socioproject georganiseerd. In 2014 heeft de viering symbolisch met een kleine groep vrijwilligers plaatsgevonden. Ontwikkeling accommodatiebeleid Het verschil is gelegen in het feit dat er in 2014 minder aparte uitgaven op gebied van reparaties/onderhoud in het kader van wet- en regelgeving alsook op basis van veiligheid zijn geweest in de thans nog bestaande gemeenschapshuizen Auw Noeëdkirch Heilust en Heidsjer Tref als in de voorafgaande jaren. In 2015 en in 2016 zijn er wellicht nog kosten te verwachten. Vanaf het moment van ingebruikname nieuwe MFA Kerkrade-West (medio 2016) zullen er aan de twee bestaande gemeenschapshuizen Auw Noeëdkirch Heilust en Heidsjer Tref geen financiële verplichtingen meer zijn. Sportaccomodaties diensten van derden Inventarisatie meerjarig vervanging van sportmaterialen binnensportaccommodaties was eind 2014 pas bekend. Afwijkingen rekening 2014 - rekening 2013 Culturele evenementen, Stichting WMC Kerkrade Het verschil in de rekeningcijfers is voor € 6.330 te verklaren door het invoeren van een bezuiniging vanaf 2014. De Stichting WMC heeft sindsdien een structurele korting van 5% gekregen. De kosten waren in 2013 hoger, omdat dit een festivaljaar was en de gemeentelijke bijdrage voor de prijzen (€ 12.907) hier ook verantwoord zijn. Culturele evenementen, subsidies t.b.v. culturele activiteiten Het verschil is voor € 15.000 te verklaren uit het feit dat in 2013 de tweejaarlijkse dialectmanifestatie "Kirchroa Jeet Plat" plaatsvond. Door de sluiting van het Theater Kerkrade werd er in 2014 minder vaak een beroep gedaan op de Beleidsregel Tegemoetkoming Huisvestingskosten (€ 6.300). Tenslotte is er in 2014 ook minder uitgegeven aan diverse andere posten, zoals het schoonmaken van kunstwerken en kunsttaxaties. Wijngrachttheater, exploitatiebijdragen De Parkstad Limburg Theaters hebben zowel in 2013 (- € 75.000) als in 2014 (-5% korting alle professionele instellingen) bezuinigingstaakstellingen opgelegd gekregen. Verder is de exploitatievergoeding 2014 verminderd, omdat de PLT i.v.m. de bedrijfssluiting alleen het eerste kwartaal huurpenningen verschuldigd was. 150
Wijngrachttheater, huren Vanaf het tweede kwartaal van 2014 is de huurrelatie tussen gemeente en theater tijdelijk vervallen, waardoor er over het resterende deel van 2014 geen huurpenningen verschuldigd zijn en dus geen inkomsten geboekt kunnen worden. Leerlingenvervoer Als gevolg van een gezamenlijke aanbesteding van het leerlingenvervoer van een groot aantal gemeenten (Maastricht, Heuvellandgemeenten, Heerlen, Landgraaf en Kerkrade) m.i.v. het nieuwe schooljaar 2014/ 2015 wordt het leerlingenvervoer zoveel als mogelijk collectief uitgevoerd hetgeen, hoewel nog niet alle kosten zijn doorberekend, een aanzienlijk voordeel oplevert van € 110.000. Openbare bibliotheek Dit betreft een collegebesluit m.b.t. korting professionele welzijnsinstellingen waaronder de bibliotheek. De subsidie 2014 is met 5% verminderd. Muziekschool Kerkrade Collegebesluit korting professionele welzijnsinstellingen waaronder muziekonderwijs de subsidie 2014 met 5% te verminderen, bovenop de in 2012 voorgenomen structurele bezuinigingen voor het muziekonderwijs. Subsidie ondernemersfonds In 2013 zijn voorschotten op de subsidie verleend van € 56.250 regulier en € 42.740 extra subsidie voor winterevenement. De eindafrekening heeft in 2014 plaatsgevonden. Georganiseerde sport sportorganisaties Het betreft een incidentele terugstorting aan de gemeente door de Sportstichting ad € 61.000 over 2013. Sportstimulering diensten van derden Dit betreft het NK wielrennen in 2013. Zwembad EML exploitatieovereenkomst Op deze post zijn in 2013 circa € 43.000 extra kosten compensatie geboekt voor het zwembad inzake tekort/energie. Vrijwilligersorganisaties diensten van derden In 2013 is in het kader van de viering van de internationale vrijwilligersdag een feestavond voor alle Kerkraadse vrijwilligers in het Socioproject georganiseerd. In 2014 heeft de viering symbolisch met een kleine groep vrijwilligers plaatsgevonden. BELEIDSVELD 08 Zorg In de baten en lasten zijn de volgende incidentele posten begrepen: bedragen x € 1.000 Incidentele posten
Rekening 2014
Lasten (-) Baten (+) Totaal
Afwijkingen rekening 2014 - begroting na wijziging 2014 Huishoudelijke verzorging Wmo Hbh/Alfa hulpverlening/PGB
151
De daling is een gevolg van het uitvoeren en afronden van het gemeentelijke herindicatie project ingevolge de realisatie van een taakstellende bezuinigingsopdracht. Aangepaste woningen De daling is een gevolg van de op onderdelen aangepaste verordening en de verruimde aandacht voor het aanspreken van de eigen kracht en zelfredzaamheid. Hierdoor zijn in werkelijkheid in 2014 minder woonvoorzieningen toegekend, gerealiseerd, gereed gemeld en vergoed. Hulpmiddelen Als gevolg van de regionale Europese aanbesteding vallen de kosten lager uit. Vervoer Wmo, diensten van derden De kosten van diensten van derden zijn lager uitgevallen dan geraamd. Afwijkingen rekening 2014 - rekening 2013 Huishoudelijke verzorging Wmo Hbh/Alfa hulpverlening De daling is een gevolg van het uitvoeren en afronden van het gemeentelijke herindicatie project ingevolge de realisatie van een taakstellende bezuinigingsopdracht. Aangepaste woningen De daling is een gevolg van de op onderdelen aangepaste verordening en de verruimde aandacht voor het aanspreken van de eigen kracht en zelfredzaamheid. Hierdoor zijn in werkelijkheid in 2014 minder woonvoorzieningen toegekend, gerealiseerd, gereed gemeld en vergoed. Wmo en gehandicaptenbeleid diensten van derden De verschillen worden hoofdzakelijk veroorzaakt door het project Samen leven en de fasering. Hulpmiddelen Als gevolg van de regionale Europese aanbesteding vallen de kosten lager uit. Vervoer Wmo, diensten van derden De vervoerskosten zijn gedaald met € 116.000. BELEIDSVELD 09 Werk en inkomen De gemeente betaalt bijdragen aan diverse verbonden partijen. Het kan voorkomen dat bedragen ook weer (deels) terugvloeien naar de gemeente. In verband met het hanteren van een bestendige gedragslijn worden deze terug te ontvangen bijdragen verwerkt als een correctie/vermindering van de oorspronkelijke bijdrage. In 2014 is dit op dit beleidsveld het geval voor wat betreft de restitutie uit het faillissement Licom ad € 2,429 mln en het voordelig resultaat Wsw/WOZL van per saldo € 1,139 mln (zie NJN2014). In de baten en lasten zijn de volgende incidentele posten begrepen: bedragen x € 1.000
Incidentele posten
Rekening 2014
Lasten (-) Baten (+) Sociale uitkeringen WWB meer terugvordering WWB dan begroot Bijstand Zelfstandigen meer Rijksbijdr. bijstand zelfstandigen Bijstand Zelfstandigen minder terugvordering / verhaal Totaal
150 97 -194 53
152
Afwijkingen rekening 2014 - begroting na wijziging 2014 De realisatie aan terugvorderingen Wwb is € 150.000 hoger dan begroot als gevolg van de afronding in 2014 van grotere fraude-opsporingsonderzoeken en de brutering van de over 2014 ontstane nog openstaande vorderingen. De nog niet bestede rijksmiddelen participatiebudget zijn vanaf 2015 niet meer geoormerkt. Door de vrijval van het per ultimo 2014 bestaande overschot van € 773.000 is de post Rijksbijdrage WWBwerkdeel met € 752.000 overschreden. Door de lage omvang van verstrekkingen aan bedrijfskapitaal in 2014 is de post terugvordering en verhaal BBZ voor € 194.000 onderschreden. De ontvangen Rijksbijdrage BBZ is € 97.700 hoger dan geraamd. Dit is voornamelijk veroorzaakt door batige afrekeningen over 2012 en 2013 ter hoogte van € 72.000. Voor wat betreft de restitutie uit het faillissement Licom ad € 2,429 mln en het voordelig resultaat Wsw/WOZL van per saldo € 1,139 mln (zie NJN2014) zie hierboven. Afwijkingen rekening 2014 - rekening 2013 De kosten voor inburgering vertonen een dalende tendens. Er is alleen nog sprake is van kosten van doorlopende trajecten uit het verleden. De gemeente is niet meer verantwoordelijk voor bekostiging van nieuwe inburgeringstrajecten. De uitgaven voor bijstand zijn in 2014 nagenoeg gelijk gebleven aan 2013. De ontvangen Rijksbijdrage is € 725.000 lager door bijstelling van het landelijke macrobudget. De inkomsten uit terugvordering zijn € 277.000 lager dan in 2013. Deze inkomsten kunnen jaarlijks fluctueren door de afronding van grotere fraudeonderzoeken. In 2014 is er minder een beroep gedaan op bedrijfskapitaal BBZ. Hierdoor zijn uitgaven BBZ in 2014 circa € 194.000 lager dan in 2013. In 2014 is de wijze van besteding van de participatiemiddelen heroverwogen. De keuzes zijn in 2014 meer gericht op de lokale benadering met uitvoering in eigen beheer. Dit heeft in 2014 geleid tot uitbreiding van het re-integratieteam met toename van de inhuurkosten en toename van de kosten voor lokale projecten sociale activering. De uitgaven voor subsidiëring van IDLW-banen zijn in 2014 gedaald ten opzichte van 2013. Deze daling is voornamelijk veroorzaakt door de beëindiging van een aantal dienstbetrekkingen. De uitgaven aan minimavoorzieningen zijn gestegen ten opzichte van 2013 door de inzet van de extra door het Rijk beschikbaar gestelde middelen voor armoedebestrijding. De uitgaven aan bijzondere bijstand zijn ten opzichte van 2013 ook autonoom gestegen door toename van de kosten voor bewindvoering. De toename van € 522.000 geeft echter een vertekend beeld omdat deze bewindvoeringskosten in 2013 voor € 200.000 ten laste van het participatiebudget zijn gebracht. De incidenteel voor 2014 van toepassing zijnde regeling “koopkrachttegemoetkoming’ heeft in 2014 geleid tot € 213.000 aan verstrekkingen. Het Rijk heeft als bijdrage in deze kosten via de Algemene Uitkering middelen beschikbaar gesteld. Voor wat betreft de restitutie uit het faillissement Licom ad € 2,429 mln en het voordelig resultaat Wsw/WOZL van per saldo € 1,139 mln (zie NJN2014) zie hierboven. BELEIDSVELD 10 Bestuur en bedrijfsvoering In de baten en lasten zijn de volgende incidentele posten begrepen: bedragen x € 1.000
Incidentele posten
Rekening 2014
Lasten (-) Reservering rekeningsaldo 2013 Parkstad Limburg ivm toekomstige fluctuaties bijdragen Rechtsbelangen Externe Communicatie Leges
30 18 65 69
Baten (+) Rekeningsaldo 2013 Parkstad Limburg
30 153
Incidentele posten
Rekening 2014
Totaal
-152
Afwijkingen rekening 2014 - begroting na wijziging 2014 Parkstad Limburg/IBA De meevaller van circa € 39.000 hangt nauw samen met de restitutie van het rekeningsaldo 2013 (zie ook reservering) alsmede diverse kleinere incidentele positieve effecten 2014. Afwijkingen rekening 2014 - rekening 2013 Parkstad Limburg/IBA Betreft een substantiële meevaller ten opzichte van 2013, per saldo circa € 249.000. Dit heeft met name te maken met een lagere bijdrage als gevolg van bij Parkstad doorgevoerde organisatorische wijzigingen en bezuinigingen conform de regionaal gemaakte afspraken. Vanaf 2014 krijgt de gemeente te maken met een bijdrage voor IBA, welke bekostigd kon worden uit de lagere bijdrage voor Parkstad. Rechtsbelangen Het verschil zit in de toename van het aantal proceskosten. Deels veroorzaakt door verhoging tarieven en daarnaast door toename aantal uitgekeerde dwangsommen wegens niet tijdig beslissen op bezwaar. Externe communicatie In 2013 zijn de Stadskranten voor het laatst uitgegeven. Daarnaast is in 2013 de post bijgesteld in verband met verplichte bekostiging van de lokale omroep (ca. € 30.000) en in verband met de verplichte aanschaf van de GVOP, het systeem om regelingen bekend te maken (€ 30.000). Leges De verschillen met betrekking tot Burgerplein en dan met name tot de legeskosten worden met name veroorzaakt doordat in de loop van 2014 de rijksleges toegenomen zijn vanwege verlenging van geldigheidstermijn van bepaalde producten (van 5 naar 10 jaar). BELEIDSVELD 11 Beheer In de baten en lasten zijn de volgende incidentele posten begrepen: bedragen x € 1.000 Rekening 2014
Incidentele posten Lasten (-) Afronding bestrating nabij Socio-project Realisatie rotonde Dahliastraat-Strijthagenweg-Kaalheidersteenweg Winterschade lichtmasten Inhaalslag civieltechnische kunstwerken houten bruggen Actualiseren Planon Opstellen visie gemeentelijk vastgoed Slopen voormalige school in de St. Martinusstraat 2e fase herinrichting kasteelpark Erenstein Speelruimteplan Herinrichting Stadspark Voorbereiding gebiedsplan Anstelvallei Kloostertuin Rolduc Realisatie dug-outs
154
12 200 30 15 12
19 77 8 654 57 37 40 10
Rekening 2014
Incidentele posten Baten (+) Subsidie Parkstad realisatie rotonde Dahliastraat-Strijthagenweg-Kaalheidersteenweg
Verkoop grond Crombacherstraat aan Provincie Uitkering Rd4 positief resultaat gladheidsbestrijding 2013 Provinciale bijdrage slopen school Verkoop openbaar groen Bijdrage uit Structuurfonds speelruimteplan Bijdrage provincie speelruimteplan Bijdrage Structuurfonds herinrichting Stadspark Bijdrager reserve reeds bestemde nog te besteden middelen voor herinrichting Stadspark Bijdrage structuurfonds en reserve gebouwen gebiedsplan Anstelvallei Bijdrage provincie kloostertuin Rolduc
Totaal
200 137 34 77 15 399 255 42 15 37 40 80
Afwijkingen rekening 2014 - begroting na wijziging 2014 Door het actualiseren / indexeren van de pachtovereenkomsten sluit de rekening pachten met een positief saldo van € 9.000. Afwijkingen rekening 2014 - rekening 2013 Riolen In 2014 is een groot gedeelte van het riool gefilmd. De kosten hiervan bedroegen € 43.000. In 2013 is maar een klein gedeelte gefilmd voor € 7.000. In 2014 zijn diverse calamiteiten ten gevolge van wateroverlast voor een totaalbedrag van ca. € 240.000 opgelost in de Sophiastraat, Oude Tunnelweg, Heistraat, Roderlandbaan, Kloosterbosstraat en Frans Halsstraat. Door een inhaalslag is vorig jaar € 79.000 meer besteed aan groot onderhoud van bergbezinkbassins. Door een stijging van het riooltarief en een toename van het aantal beschikkingen is het bedrag van kwijtschelding gestegen met ca. € 39.000. Door een tariefstijging is de opbrengst rioolrecht per saldo met € 145.000 toegenomen. Wegen In 2013 is de bestrating nabij het Socioproject afgerond waarvoor nog een subsidiebedrag van € 11.500 beschikbaar was. Het budget groot onderhoud wijkt af van 2014 omdat in 2013 de rotonde Dahliastraat-StrijthagenwegKaalheidersteenweg is aangelegd. Hiervoor is een subsidie van € 200.000 van Parkstad Limburg ontvangen. In 2014 is € 49.000 besteed voor de reconstructie van het Vincent van Goghplein en voor het uitvoeren van extra werkzaamheden op het bedrijventerrein Dentgenbach. De rentefinanciering van de buitenring is met een aflopende reeks in de begroting opgenomen, derhalve wijkt het bedrag in 2014 € 154.000 positief af ten opzichte van 2013. In 2014 is € 137.000 ontvangen voor de verkoop van grond in de Crombacherstraat in het kader van de aanleg van de Buitenring. Straatreiniging en gladheidsbestrijding Als gevolg van de "zachte winter" heeft de veegmachine het normale programma voor straatreiniging kunnen uitvoeren. Hiermee wijkt het bedrag met € 21.000 af ten opzichte van 2013, toen sprake was van een relatief strenge winter. Bij sneeuwval is de veegmachine immers niet operationeel. Door uitstel van het wettelijk verbod op het gebruik van chemische onkruidbestrijdingsmiddelen op verhardingen is het budget voor onkruidbestrijding in 2014 met € 24.000 onderschreden.
155
Door de zachte winter zijn er in 2014 minder uitrukken geweest dan in 2013 en wijkt het budget van gladheidsbestrijding met € 170.000 af ten opzichte van de besteding in 2013. Omdat er in 2013 een groot aantal uren van het pluspakket gladheidsbestrijding van Rd4 in 2013 zijn afgenomen (totaal bedrag € 308.000) heeft er in 2014 een restitutie van € 34.000 plaatsgevonden. Openbare verlichting In 2013 is in verband met winterschade eenmalig € 30.000 beschikbaar gesteld voor het vervangen van slechte lichtmasten. Civieltechnische kunstwerken In 2014 is een inhaalslag gemaakt voor het herstel van houten bruggen. Hiermee is in totaal € 15.000 gemoeid. Onderhoud vri's Door een toename van het aantal rotondes is het aantal VRI’s en daarmee ook de exploitatiekosten voor de vri's in 2014 met € 14.000 afgenomen. Gebouwen Voor het actualiseren van het beheersysteem Planon is in 2013 € 12.000 besteed. Voor het opstellen van de visie gemeentelijk vastgoed is in 2013 een extern bureau ingehuurd voor € 19.000. In 2014 is de school in de St. Martinusstraat voor € 77.000 gesloopt. Hiervoor is een provinciale subsidie voor het project school Plein aangewend. In 2014 is de gymzaal Plein ingebruik genomen en worden de huurpenningen op de post huren van onroerend goed verantwoord voor € 12.000. Voor het opknappen van de kleedruimtes en toiletten in de Rodahal is in 2013 een bijdrage van € 75.000 beschikbaar gesteld. In 2014 is een schade-uitkering van € 13.000 ontvangen voor de liftinstallatie in de Rodahal. Voor het in standhouden van de Campus is in 2014 een exploitatiebijdrage van € 252.000 beschikbaar gesteld. Verder is uit de reserve gebouwen een exploitatie bijdrage van € 31.000 voor overige gebouwen beschikbaar gesteld. In 2013 is met subsidie van de Provincie gestart met het verrichten van noodzakelijk groot onderhoud van MFC d'r Pool. Dit project is in 2014 afgerond. De uitgaven over de jaren 2013 en 2014 bedroegen € 365.000 waarbij rekening is gehouden met een provinciale subsidie van € 111.000. Openbaar groen In 2013 is de 2e fase van de herinrichting van het kasteelpark Erenstein opgestart en begin 2014 is deze fase afgerond. In 2013 en 2014 is resp. € 239.000 en € 8.000 besteed waarvoor een bijdrage van € 247.000 is ontvangen van Parkstad Limburg. Door indexering zijn de kosten voor het onderhoud van het openbaar groen door Wozl (onderdeel Groen-OZL) in 2014 toegenomen met ca € 20.000. Door een inhaalslag in 2013 en de inzet van een oude voorziening van de grote boslocatie van € 70.000 is in 2013 € 137.000 en in 2014 € 61.000 aan groenomvormingen besteed. Door deze werkwijze worden de kwaliteit en de ‘beheerbaarheid’ van het openbaar groen verbeterd en worden tegelijkertijd de exploitatielasten binnen de perken gehouden. Door incidentele verkopen van openbaar groens is in 2013 € 15.000 ontvangen. In 2014 is het speelruimte plan van start gegaan. Uit het structuurfonds en van de provincie is hiervoor resp. € 399.000 en € 255.000 beschikbaar gesteld. In 2014 is de herinrichting van het stadspark gestart. Uit het structuurfonds is hiervoor € 42.000 en uit de reserve reeds bestemde nog te besteden middelen € 15.000 beschikbaar gesteld. De voorbereidingen van de gebiedsontwikkeling Anstelvallei zijn in 2014 gestart. De bestede middelen ad € 37.000 zijn beschikbaar gesteld uit de reserve gebouwen en het structuurfonds. Aan het project kloostertuin Rolduc is in 2014 € 40.000 besteed. Hiervoor is een provinciale subsidie beschikbaar gesteld.
156
Sportaccommodaties In 2014 is er een incidentele bijdrage van € 10.000 beschikbaar gesteld aan voetbalverenigingen voor het realiseren van dug-outs.
157
Overzicht investeringen Reguliere investeringen bv
u/v omschrijving
bedragen x € 1.000 primaire raming gevoteerd besteed restant raming krediet 385 415 176 93 83
kp
v
ict-investeringen
kp.
v
diverse transportmiddelen
96
123
35
32
3
onvermijdbaar / algemeen
100
0
0
0
0
2.100
00
0
0
0
20
20
0
0
0
217
117
117
91
26
0
1.317
467
444
23
75
245
245
196
49
00 00
u
investeringsambities
02
v
02
u
07
u
parkeren verkeer en vervoer: duurzaam veilig gemeenschapshuizen
07
v
groot onderhoud sportvelden
08
v
wmo: hulpmiddelen
675
575
437
292
155
08
v
wmo: trapliften
125
125
263
216
47
09
v
ict projecten sector mazo
50
25
0
0
0
10
u
stemmachines
125
0
0
0
0
11
v
wegen, straten en pleinen
2.164
1.914
1.914
811
1.103
11
v
civieltechnische kunstwerken
95
15
15
15
0
11
v
openbare verlichting
155
262
262
89
173
11
v
openbaar groen
400
420
330
3
327
11
v
vastgoed info systeem
30
82
82
0
82
7.262
6.165
4.853
2.549
2.304
Totaal reguliere investeringen:
II Overige investeringen bv 01
omschrijving
primaire raming gevoteerd besteed restant raming krediet 0 95 95 55 40
u
centrumplan
06
v
onderwijsvoorzieningen
200
282
282
257
25
11
u
buitenring
3.612
3.612
3.612
3.612
0
11
v
riolen
1.900
900
900
462
438
Totaal overige investeringen:
5.712
4.889
4.889
4.386
503
III Leningen bv
omschrijving
07
holding stadion kerkrade bv
primaire raming gevoteerd besteed restant raming krediet 0 600 600 600 0
Totaal leningen:
0
158
600
600
600
0
Analyse afwijkingen investeringen BELEIDSVELD 00 Algemene dekkingsmiddelen Afwijkingen actuele raming krediet 2014 - primaire raming krediet 2014 Het jaarlijks budget voor "onvermijdbaar/algemeen" bedraagt € 100.000. Niet bestede bedragen worden overgeheveld naar het volgende jaar. Vanuit 2013 is een bedrag van € 49.000 overgeheveld, waardoor voor 2014 in totaal € 149.000 beschikbaar was. Om investeringsvolume voor de ambities te creëren is onder meer besloten (zie NJN2013) om het budget voor onvermijdbaar te verlagen, voor 2014 met een bedrag ad € 42.000. In het kader van het renovatieprogramma openbare verlichting is t.b.v. veiligheidsmetingen en het vervangen van instabiele masten het restantbedrag ad € 107.000 overgeheveld naar het budget openbare verlichting (zie NJN2014). In de primaire begroting 2014 was voor het realiseren van de investeringsambities € 4,4 mln. beschikbaar, € 2,3 mln. voor 2013 en € 2,1 mln. voor 2014. Middels o.a. herprioritering van reguliere investeringen is dit bedrag verhoogd tot € 8,4 mln., geraamd voor het jaar 2015 (zie NJN2013). Afwijkingen besteed 2014 - actuele raming krediet 2014 N.v.t. BELEIDSVELD 01 Bouwen en wonen Afwijkingen actuele raming krediet 2014 - primaire raming krediet 2014 N.v.t. Afwijkingen besteed 2014 - actuele raming krediet 2014 N.v.t. BELEIDSVELD 02 Verkeer en vervoer Afwijkingen actuele raming krediet 2014 - primaire raming krediet 2014 Voor investeringen voor verkeer en vervoer, duurzaam veilig is in de primaire begroting van 2014 een bedrag voorzien van € 217.000. In de najaarsnota 2014 is het primaire bedrag met € 100.000 verlaagd naar € 117.000. Het verlaagde budget is overgeheveld naar de jaren 2015-2018 (jaarlijks € 25.000) om na realisatie van de buitenring het onderliggende wegennet aan te passen. Het primair geraamde budget ad € 20.000 voor parkeren is in 2014 niet gewijzigd. Afwijkingen besteed 2014 - actuele raming krediet 2014 In 2014 is een investeringsbudget van € 117.000 beschikbaar gesteld voor de rotonde DahliastraatKaalheidersteenweg-Strijthagenweg, verkeersprojecten en een werkkrediet voor de buitenring. De rotonde en de verkeersprojecten zijn in 2014 afgerond en het restant werkkrediet ad € 26.000 voor de buitenring is overgeheveld naar 2015. Het niet gevoteerde krediet ad € 20.000 voor parkeren schuift door naar 2015 voor het vervangen van de parkeerinstallatie in de Orlando parkeergarage.
159
BELEIDSVELD 03 Milieu Afwijkingen actuele raming krediet 2014 - primaire raming krediet 2014 N.v.t. Afwijkingen besteed 2014 - actuele raming krediet 2014 N.v.t. BELEIDSVELD 04 Economie en toerisme Afwijkingen actuele raming krediet 2014 - primaire raming krediet 2014 N.v.t. Afwijkingen besteed 2014 - actuele raming krediet 2014 N.v.t. BELEIDSVELD 05 Veiligheid en handhaving Afwijkingen actuele raming krediet 2014 - primaire raming krediet 2014 N.v.t. Afwijkingen besteed 2014 - actuele raming krediet 2014 N.v.t. BELEIDSVELD 06 Jeugd Afwijkingen actuele raming krediet 2014 - primaire raming krediet 2014 De afwijking van de actuele raming t.o.v. de primaire raming wordt verklaard door een actueel cijfer van de investeringen in het beleidsveld Jeugd. Afwijkingen besteed 2014 - actuele raming krediet 2014 N.v.t. BELEIDSVELD 07 Welzijn, sport en cultuur Afwijkingen actuele raming krediet 2014 - primaire raming krediet 2014 Dit betreft de in mei 2014 verstrekte lening kunstgrasveld ad € 600.000 ten behoeve van het Parkstad Limburg Stadion. Afwijkingen besteed 2014 - actuele raming krediet 2014 N.v.t.
160
BELEIDSVELD 08 Zorg Afwijkingen actuele raming krediet 2014 - primaire raming krediet 2014 In de voorjaarsnota is besloten om het jaarlijkse volume van de Wmo-hulpmiddelen te verlagen tot € 700.000. Afwijkingen besteed 2014 - actuele raming krediet 2014 Het verschil wordt veroorzaakt door een lagere afname van hulpmiddelen dan geraamd. BELEIDSVELD 09 Werk en inkomen Afwijkingen actuele raming krediet 2014 - primaire raming krediet 2014 Minder krediet nodig als primair geraamd. Afwijkingen besteed 2014 - actuele raming krediet 2014 N.v.t. BELEIDSVELD 10 Bestuur en bedrijfsvoering Afwijkingen actuele raming krediet 2014 - primaire raming krediet 2014 In begroting 2014 is primair een investering geraamd van € 125.000 inzake stemmachines. Dit bedrag staat jaarlijks gereserveerd in afwachting van ontwikkelingen op het gebied van aanpassingen m.b.t. stemmachines. Verder hebben er geen investeringen plaatsgevonden in 2014. Afwijkingen besteed 2014 - actuele raming krediet 2014 N.v.t. BELEIDSVELD 11 Beheer Afwijkingen actuele raming krediet 2014 - primaire raming krediet 2014 In de primaire begroting van 2014 is er voor regulier wegen, straten en pleinen een investeringsbedrag van € 2,164 mln voorzien. Met de kredietregularisatie (overheveling restantbudget van 2013 naar 2014) is het budget in de Voorjaarsnota 2014 bijgesteld naar € 2,780 mln. Na de evaluatie van het verloop van de investeringen van 2012 en 2013 is het restantkrediet ad € 134.000 toegevoegd aan het investeringsvolume van 2014. In de Najaarsnota 2014 is het investeringsbedrag van 2014 met € 1 mln verlaagd en toegevoegd aan de jaarschijven 2015-2018 (jaarlijks € 250.000) zodat uitvoering en besteding van middelen beter met elkaar in de pas lopen. Het budget voor regulier wegen, straten en pleinen bedroeg na de najaarsnota € 1,914 mln. In de primaire begroting is voor civieltechnische kunstwerken een bedrag van € 95.000 begroot. In de voorjaarsnota 2014 is het budget met de kredietregularisatie bijgesteld naar € 102.000. Aan de hand van actuele prognoses is het budget in de najaarsnota 2014 bijgesteld naar € 15.000. In de najaarsnota 2014 is het primair geraamde budget voor de openbare verlichting ad € 155.000 met € 107.000 opgehoogd naar € 262.000 vanwege veiligheidsmetingen en te vervangen instabiele masten. Voor groot onderhoud aan gemeentelijke gebouwen is in 2014 een bedrag van € 450.000 begroot. Met de krediet-regularisatie is het budget in de Voorjaarsnota 2014 bijgesteld naar € 687.000. In de Najaarsnota 2014 is een bedrag van € 177.000 doorgeschoven naar 2015 zodat uitvoering en besteding van beschikbare middelen beter met elkaar in de pas lopen.
161
Het primaire investeringsbedrag voor openbaar groen is voor het creëren van investeringsvolume voor de investeringsambities in de najaarsnota 2013 met € 40.000 verlaagd naar € 360.000. In de najaarsnota 2014 is het investeringsvolume opgehoogd met € 60.000 naar € 420.000 als gevolg van de kredietregularisatie (€ 38.000) en de afrekening van investeringsprojecten 2012-2013 (€ 22.000). Het primaire investeringsbedrag voor vastgoed info systeem is voor het creëren van investeringsvolume voor de investeringsambities in de najaarsnota 2013 met € 3.000 verlaagd naar € 27.000. In de najaarsnota 2014 is het investeringsvolume opgehoogd met € 55.000 naar € 82.000 door overheveling van het ICT budget t.b.v. implementatie van de Basisregistratie Grootschalige Topografie. Afwijkingen besteed 2014 - actuele raming krediet 2014 Van het beschikbaar gestelde investeringsvolume voor regulier wegen, straten en pleinen ad € 1,914 mln is er in 2014 € 811.217 besteed. De uitvoering van de reconstructies van de Wijk van Morgen, Schleidenstraat en Euregioweg worden in het eerst en tweede kwartaal van 2015 afgerond. Het beschikbaar gestelde investeringsbedrag ad € 15.000 voor de civieltechnische kunstwerken is in 2014 besteed aan het vervangen van de geleiderail in de Rimburgerweg en de Hambosweg. In 2014 is een bedrag van € 262.000 beschikbaar gesteld voor de vervanging van de openbare verlichting. Een bedrag van € 89.000 is in 2014 besteed. De levering van de overige masten en armaturen zijn voorzien in het eerste halfjaar van 2015. Van het beschikbaar gestelde budget (€ 510.000) voor groot onderhoud aan gebouwen is er in 2014 een bedrag van € 277.000 besteed. De voorbereidingen van de overige projecten zijn in het laatste kwartaal van 2014 opgestart en de daadwerkelijke uitvoering/besteding zal plaatsvinden in 2015. In 2013 is er een bedrag van € 330.000 beschikbaar gesteld voor openbaar groen. Twee grote projecten te weten openbare ruimte Kerkrade - West voor € 134.000 en groen buitenterrein Schacht voor € 143.000 worden in 2015 ter hand genomen. In 2014 is voor de opbouw van de BGT een krediet gevoteerd van € 82.000. De opbouw van de BGT is voorzien vanaf april 2015 waarna facturering medio 2015 zal plaatsvinden.
162
Balans Alle bedragen x € 1.000, tenzij anders vermeld (evt. kleine verschillen door afronding).
In de bijlagenmap zijn op detailniveau de volgende specificatiestaten opgenomen: Geactiveerde kapitaaluitgaven, Opgenomen geldleningen, Gewaarborgde geldleningen en andere garantieverplichtingen, Nog te betalen bedragen, Nog te ontvangen bedragen, Grondexploitatie, Investerings- en financieringsstaat en Regulier investeringsprogramma.
Balans ultimo 2013
Balans ultimo 2014
163
Balans Gemeente Kerkrade
ACTIVA VASTE ACTIVA 1.
Immateriële vaste activa a. b. c.
2.
Kosten sluiten geldleningen & saldo agio/disagio Kosten onderzoek & ontwikkeling Overige immateriële activa
Materiële vaste activa a.
b. c.
3. a.
b.
c.
d.
e.
a.
b. c. d.
5.
c.
d. e.
6.
7. a. b. c. d.
154.421
0 -
0 103.727
63.502 26.215 15.508
61.867 26.291 15.569
Financiële vaste activa
47.448
50.694
8.113 -
7.821 -
884 26.927 -
682 27.129 -
470
450
11.054
14.612
15.108
16.098
Voorraden
-2.787
-313
Grond- en hulpstoffen 1. niet in exploitatie genomen bouwgronden 2. overige grond- en hulpstoffen Onderhanden werk, waaronder gronden in exploitatie Gereed produkt en handelsgoederen Vooruitbetaalde voorraden
-42 -2.844 99 -
-3
Kapitaalverstrekkingen aan: 1. deelnemingen 2. gemeenschappelijke regelingen 3. overige verbonden partijen Leningen aan: 1. woningbouwcorporaties 2. deelnemingen 3. overige verbonden partijen Langlopende leningen 1. langlopende leningen aan openb. lich. (art. 1a Wet Fido) 2. overige langlopende leningen Uitzettingen met looptijd ≥1 jr 1. uitzett. in 's Rijks schatkist met looptijd ≥ 1 jr 2. uitzett. in de vorm van Ned. schuldpapier met looptijd ≥ 1 jr 3. overige uitzettingen met looptijd ≥ 1 jr Bijdragen aan activa in eigendom van derden
-383 73
14.397 5.183
13.810 4.701
-
-
9.101 113
9.109 -
Kassaldi Banksaldi
1.604 15 1.589
205 15 190
Overlopende activa
1.894
2.396
Nog te ontvangen bijdragen van de EU Nog te ontvangen bijdragen van het Rijk Nog te ontvangen bijdragen van overige overheid Overige overlopende activa
1.894
2.396
167.781
170.519
Vorderingen op openbare lichamen Verstrekte kasgeldleningen 1. verstrekte kasgeldleningen aan openb. lich. (art. 1a Wet Fido) 2. overige verstrekte kasgeldleningen Rek-crt-verhoudingen met niet-financiële instellingen 1. rek-crt-verhouding met het Rijk 2. rek-crt-verhoudingen met overige niet-financiële instellingen Overige vorderingen Uitzettingen met looptijd < 1 jr 1. uitzett. in 's Rijks schatkist met looptijd < 1 jr 2. uitzett. in de vorm van Ned. schuldpapier met looptijd < 1 jr 3. overige uitzettingen
Liquide middelen a. b.
152.673
105.225
Uitzettingen a. b.
Ultimo 2014
Investeringen met een economisch nut: 1. gronden uitgegeven in erfpacht 2. overige investeringen met een economisch nut Inv met econ nut wv ter bestrijd vd kosten een heffing kan worden geheven Investeringen in de openb. ruimte met uitsl. een maatsch. nut
VLOTTENDE ACTIVA 4.
Ultimo 2013
TOTAAL ACTIVA 164
Balans Gemeente Kerkrade
PASSIVA
Ultimo 2013
Ultimo 2014
134.437
135.333
46.645 5.215 40.438 992
51.943 5.215 45.786 942
2.883 2.465
5.424 2.696
418
2.728
84.909
77.966
84.909
77.966
33.344
35.186
26.963
27.818
16.200
18.700
3 10.760
603 8.515
Overlopende passiva
6.381
7.368
Vooruitontvangen bijdragen van de EU Vooruitontvangen bijdragen van het Rijk Vooruitontvangen bijdragen van overige overheid Overige overlopende passiva
6.381
7.368
TOTAAL PASSIVA
167.781
170.519
Gewaarborgde geldleningen
255.967
260.152
VASTE PASSIVA 11.
Eigen vermogen a. b. c.
12.
Algemene reserve Bestemmingsreserves Gerealiseerde resultaat
Voorzieningen a. b. c.
13.
Voorz. voor verplichtingen, verliezen en risico's Onderhoudsegalisatievoorzieningen Door derden beklemde midd. met specif. aanwendingsrichting
Vaste schulden (met looptijd ≥ 1 jr) a. b.
c. d.
Obligatieleningen Onderhandse leningen van: 1. binnenl. pensioenfondsen en verzekeringsinstellingen 2. binnenl. banken en overige financiële instellingen 3. binnenlandse bedrijven 4. openbare lichamen (art.1a Wet Fido) 5. overige binnenlandse sectoren 6. buitenl. instell., fondsen, banken, bedrijven & ov. sect. Door derden belegde gelden Waarborgsommen
VLOTTENDE PASSIVA 14.
Netto vlottende schulden (met looptijd <1 jr) a.
b. c.
15. a. b. c. d.
Opgenomen kasgeldleningen 1. opgenomen kasgeldleningen van openb.lich. (art.1a Wet Fido) 2. overige opgenomen kasgeldleningen Bank Overige schulden
165
Waarderingsgrondslagen Met ingang van 1 januari 2004 is het Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten (BBV) in werking getreden. Op enkele punten is het BBV nadien nog gewijzigd. Vaste activa en passiva Vaste activa worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs of vervaardigingsprijs minus afschrijvingen, en in het geval van verstrekte geldleningen minus aflossingen. Materiële vaste activa worden ingevolge het BBV onderscheiden in: -
investeringen met een economisch nut “die op enigerlei wijze kunnen leiden tot of bijdragen aan het verwerven van inkomsten...”. Deze investeringen worden geactiveerd. investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut. Deze investeringen kunnen bij wijze van uitzondering worden geactiveerd en worden dan zo snel mogelijk afgeschreven. investeringen met uitsluitend een maatschappelijk nut, welke niet worden geactiveerd.
Financiële vaste activa worden ingeval van kapitaalverstrekkingen gewaardeerd tegen de nominale waarde, als het deelnemingen betreft tegen verkrijgingsprijs van de aandelen. Schulden met een rentetypische looptijd (zoals bedoeld in de Wet Fido) van langer dan één jaar worden in de balans opgenomen onder langlopende schulden. De renteverplichtingen zijn opgenomen onder “nog te betalen bedragen”. Vaste passiva worden tegen nominale waarde gewaardeerd. Voorzieningen worden gevormd voor verplichtingen, verliezen en risico’s waarvan de omvang redelijk inschatbaar is, voor het egaliseren van kosten. De voorziening oninbare debiteuren wordt verrekend met de openstaande vorderingen. Egalisatievoorzieningen voor onderhoud worden gebaseerd op een meerjarenraming van het uit te voeren groot onderhoud. De van Europese en Nederlandse medeoverheden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden, worden vanaf 2008 opgenomen onder de vlottende activa of passiva (art. 40a, resp. 49 BBV). Riolering Wanneer investeringen grotendeels of meer worden gedaan voor riolering of het verzamelen van huishoudelijk afval, dan worden deze investeringen voortaan op de balans opgenomen in een aparte categorie: "de investeringen met economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven." De reserve riolering wordt ultimo 2014 in zijn geheel een voorziening. De rioolvoorziening is verwerkt op basis van nominale waarde en met inachtneming van artikel 44, lid 2 BBV. Vanuit het GRP is er op basis van actuele voorschriften onvoldoende inzicht in de wijze waarop het riooltarief is opgebouwd en is een voorziening o.b.v. artikel 44, lid 1 BBV niet mogelijk. In de loop van 2015 zullen we deze voorziening verder uitsplitsen naar een voorziening riolen op basis van art.44 lid 1 én een reserve riolen. Jaarlijks zal bekeken worden op basis van werkelijke uitgaven of een gedeelte naar de voorziening moet of naar de reserve. Personeelslasten Personeelslasten worden in principe toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Als gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen c.q. schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskostengerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume worden sommige personele lasten echter toegerekend aan de periode waarin de uitbetaling plaatsvindt; daarbij moet worden gedacht aan componenten zoals ziektekostenpremie t.b.v. gepensioneerden, overlopende vakantiegeld- en verlofaanspraken en dergelijke.
166
Gewaarborgde geldleningen: conform het BBV wordt volstaan met een gekwantificeerde toelichting. Vlottende activa en passiva De nog niet in exploitatie genomen bouwgronden worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs danwel lagere marktwaarde. Op deze gronden is 2,97% rente bijgeschreven, net als bij de gronden in exploitatie. De bouwgronden in exploitatie worden gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs danwel de lagere marktwaarde. De vervaardigingsprijs omvat de kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend (zoals grondaankopen en kosten bouw- en woonrijp maken), alsmede een redelijk te achten aandeel in de rentekosten en de administratie- en beheerskosten. Bij grondexploitaties vindt, indien mogelijk of noodzakelijk, tussentijdse winst- of verliesneming plaats conform de verslaggevingseisen, o.a. afhankelijk van de voortgang, de mate waarin het resultaat in voldoende betrouwbare mate kan worden vastgesteld en (resterende) risico’s van het project. Magazijnvoorraden worden gewaardeerd tegen inkoopprijs danwel lagere marktwaarde. Vorderingen, schulden en liquide middelen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Onder de overlopende activa resp. passiva worden vanaf 2008 tevens opgenomen de van Europese en Nederlandse medeoverheden nog te ontvangen voorschotbedragen resp. nog te betalen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek uitkeringsdoel. Afschrijvingen Voor afschrijvingen worden gehanteerd de lineaire methode en de methode van de gelijkblijvende annuïteiten. Het merendeel van de investeringen wordt lineair afgeschreven. Vermeerderingen en verminderingen die qua bestemming of karakter horen bij een bepaalde investering, worden afgeschreven in de resterende looptijd van die investering. De afschrijvingstermijn wordt afgestemd op de verwachte nuttigheidsduur van een actief. Verlenging van de afschrijvingstermijn wordt overwogen indien een nieuwe beoordeling van de voorheen gekozen looptijd tot de conclusie leidt dat de technische levensduur van een actief een verlenging rechtvaardigt. In de vigerende Financiële Verordening ex art. 212 GW is het afschrijvingsbeleid en de methodiek nader uiteengezet. Verder gelden de bepalingen van het BBV. Hierna wordt een samenvattend overzicht gegeven van de gehanteerde termijnen. Normaliter worden de volgende afschrijvingstermijnen (vanaf 2004) voor investeringen met een economisch nut aangehouden:
50 jaar 25 jaar 10 jaar 6 jaar 5 jaar 5 jaar niet
(nieuwe) rioleringen en relining nieuwbouw, renovatie, restauratie, aankoop woonruimten en bedrijfsgebouwen incl. eventuele daarin begrepen voorzieningen en installaties mits inbegrepen in totaalkrediet afzonderlijke bouwkundige of andere voorzieningen, technische installaties, meubilair en levensduurverlengend onderhoud (upgrading) transportmiddelen automatiseringsapparatuur en programmatuur rolstoelen en overige WMO-hulpmiddelen (bepaalde hulpmiddelen kunnen langer meegaan, bijv. trapliften 10 jaar) gronden en terreinen
Investeringen met een maatschappelijk nut in de openbare ruimte worden bij voorkeur zo snel mogelijk afgeschreven, doch maximaal: 25/35
wegen, straten, pleinen, bruggen, viaducten en overige civieltechnische kunstwerken (NB:
167
jaar 25 jaar 15 jaar 10 jaar
voorzover de technische levensduur van een bepaald nieuw of gereconstrueerd activum 35 jaar of meer is, kan vanaf 2008 dit activum in maximaal 35 jaar worden afgeschreven) begraafplaatsen, sportcomplexen, -velden (voorzover eigendom van de gemeente) openbare verlichting, openbaar groen, groenvoorziening, vri straatmeubilair, speelvoorzieningen, hondenuitlaatplaatsen, verkeersmaatregelen, fiets- en voetpaden, en technische installaties
168
Toelichting op de balans ACTIVA VASTE ACTIVA 2. Materiële vaste activa 2.a.2. overige investeringen met een economisch nut Onderstaande overzicht geeft het verloop van de boekwaarde weer: 1 jan. 2014
a b c d e
Gronden en terreinen Woonruimten Gebouwen Grond-, weg- en waterbouwkundige werken Vervoermiddelen Machines, apparaten en installaties Ov. materiële vaste activa
Totaal
3.139 138 7.197
Investering
Desinvestering
Bijdr. derden
Afschrijving
Afwaardering
31 dec. 2014
153
9 15 651
3.130 123 6.699
368
59
52
375
333
135
77
391
1.475
272
454
1.293
50.851
3.203
80
4.118
49.856
63.502
3.822
80
5.376
61.867
De investeringen ter verlenging van de levensduur van gemeentelijke panden waren € 35. Met de dakrenovatie van de Hammolenweg was € 98 gemoeid, met de herinrichting van de Hammolenweg € 20. a)
De reconstructie van parkeerplaatsen kostte € 4. In het kader van het centrumplan is de 1e termijn m.b.t. de rioolreconstructie Dr. Kreijenstraat ad € 55 uitgegeven. b)
Voor de aanschaf van een veegmachine en een voertuig met dubbele cabine en kieper is € 103 uitgegeven, de aanschaf van een papieremmerwagen voor wijkbeheer kostte € 27, terwijl van de afdeling Openbare Orde en Veiligheid een gesloten bus met enkele cabine voor € 5 werd overgenomen. c)
De uitgaven voor ICT-projecten waren gemeentebreed € 192. Met de investering in GIS-architectuur (Geografisch Informatiesysteem) was € 4 gemoeid. De conversie van GBKN naar BGT bedroeg eveneens € 4. Ten behoeve van stormankers voor de weekmarkt in Eygelshoven is € 24 uitgegeven. Tenslotte heeft de aanschaf van de parkeerinstallatie Atriumterrein in 2014 € 48 gekost. d)
De investeringen Wmo waren € 497, t.w. € 282 voor rolstoelen en overige hulpmiddelen, en € 215 voor trapliften. Met de werkzaamheden aan de luifel en cameraserver in de Rodahal was € 10 gemoeid. De verbouwing/renovatie Wijngrachttheater kostte € 82. Voor de renovatie MFA Kerkrade-West is € 444 uitgegeven. Voor de renovatie van sporthal Rolduc was € 29 betaald en voor de renovatie van het kunstgrasveld FC Kerkrade-West € 216. De investeringen ter verlenging van de levensduur van overige gebouwen waren € 341. Hierin is onder meer begrepen € 73 voor mfc d’r Pool, alsmede € 241voor de huisvesting van scouting Gregor Brokamp. De investeringen in de gebouwen van het basisonderwijs waren in totaliteit € 871. De herhuisvesting van de zmlk St. Jan Baptist kostte € 381 en de nieuwbouw van de basisschool aan het Plein € 334. e)
169
2.b. Investeringen met een economisch nut waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven Onderstaande overzicht geeft het verloop van de boekwaarde weer:
Riolen en rioolgemalen
Totaal
1 jan. 2014
Investering
Desinvestering
Bijdr. derden
Afschrijving
Afwaardering
31 dec. 2014
26.215
1.300
450
774
26.291
26.215
1.300
450
774
26.291
De uitgaven voor relining en renovatie van riolen op diverse locaties bedroegen € 1.300. In het kader van samenwerking op rioleringsgebied in Parkstad, is een reliningsproject meegenomen voor de gemeente Landgraaf die voor haar eigen aandeel € 26 heeft betaald, terwijl het bedrag van de gemeente Heerlen € 424 bedroeg. 2.c Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut De boekwaarde van deze investeringen had het volgende verloop:
Gronden en terreinen Grond-, weg- en b waterbwk. werken Ov. materiële vaste activa a
Totaal
1 jan. 2014
Investering
Desinvestering
Bijdr. derden
1.168
179
656
691
14.336
1.397
813
14.920
45
-42
1.514
15.569
3
15.508
1.576
Afschrijving
Afwaardering
31 dec. 2014
Aan groenvoorzieningen in diverse straten en wijken is € 130 uitgegeven. Verder was met de inrichting van de cour/binnenplaats kasteel Erenstein € 17 gemoeid en kostte het groenontwikkelingsplan € 6. De uitgaven voor openbare speelvoorzieningen waren € 26. a)
Voor reconstructie van diverse wegen is € 1.070 uitgegeven. De investeringen in de openbare verlichting waren in 2014 € 215. De uitgaven project ’civieltechnische werken’ bedroegen € 23. In het kader van verkeersveiligheid is € 89 betaald . b)
3. Financiële vaste activa Het verloop van de financiële vaste activa was: 1 jan. 2014 Kapitaalverstrekk. aan: 1. deelnemingen 2. gemeenschapp. reg. 3. ov. verbond. partijen Leningen aan: b 1. woningbouwcorpor. c 2. deelnemingen 3. ov. verbond. partijen Langlopende leningen 1. aan openb. lich. d 2. overige langl. len. a
Investering
Desinves -tering
8.113 884 26.927 -
664
470
170
Bijdr. derden
Afloss./ afschrijving
Afwaardering
31 dec. 2014
292
7.821
202 462
682 27.129
20
450
1 jan. 2014 Uitzett. met loopt >1 jr 1. in 'sRijks schatkist 2. in Ned. schuldpapier 3. ov. uitz. loopt >1jr e Bijdr aan activa v. 3-en
Totaal
Investering
Desinves -tering
Bijdr. derden
Afloss./ afschrijving
Afwaardering
31 dec. 2014
-
11.054
3.612
54
14.612
47.448
4.276
1.030
50.694
Op het aandelenkapitaal Parkeeraccommodatie Kerkrade B.V. is conform begroting € 56 en op het aandelenkapitaal van d’r Pool B.V. € 240 afgelost. a)
b)
Door de woningverenigingen is in 2014 in totaliteit € 202 aan aflossingen betaald.
In 2014 is € 0,6 mln aan de Holding Stadion B.V. verstrekt voor de aanleg van een kunstgrasveld. Van de Holding is in 2014 een bedrag van € 462 aan aflossing ontvangen. Met de deelneming Attero was een bedrag van € 64 gemoeid. c)
d)
Betreffende in eerdere jaren verstrekte renteloze leningen is in 2014 € 20 afgelost.
In 2014 heeft een betaling ad € 3.612 plaatsgevonden inzake aflossing voorfinanciering Buitenring. Zie verder ook onder ‘Langlopende financiële verplichtingen’. e)
171
VLOTTENDE ACTIVA 4. Voorraden 4.a.1 Grond- en hulpstoffen: niet in exploitatie genomen gronden (NIP) De boekwaarde ultimo 2014 bedroeg € -3. In 2014 hebben diverse mutaties plaatsgevonden voor per saldo € -21 ten gunste van NIP. Tevens is € 60 in de reserve grondexploitatie OBK gestort. De kosten voor in totaal ca. € 50 die in het verleden zijn gemaakt in het kader van de herstructurering van Kerkrade-West worden in de loop van 2015 overgeboekt naar het project Heilust. 4.b Onderhanden werk, waaronder gronden in exploitatie In de kolom Investering is rente toegerekend/vergoed tegen 2,97% over de boekwaarde per 1 januari 2014. Alle exploitatieresultaten worden gestort danwel onttrokken aan de ‘reserve grondexploitatie OBK’. Deze resultaten worden o.a. ingezet als dekkingsmiddel t.b.v. het investeringsprogramma. Van de bouwgronden kan het verloop in 2014 als volgt worden weergegeven:
a
b a
c a d
1 jan. 2014
Investering
Inkomsten
Winstuitname
31 dec. 2014
01. Rodaboulevard 15. Holzkuil 19. Heerlenersteenweg 24. Op de knip 29. HMEM 30. Centrumplan 37. Anemonenstraat 39. Dislok. Campus/P.Theelenstr 40. Kloosterpark Pannesheide 41. Teutelebroekstr/Kerkvoetpad 51. Rolduckerstraat 54. Grachterheide 56. Kaffebergsweg 65. Kleingraverstraat 68. Herstructurering Heilust 70. Maria Goretti
-264 -216 -67 -13 356 261 -151 -44 -50 92 -36 -6 -13 -19 -29 -52
107 11 2.493 -5 -2 4 2 2 2 454 88
-8 -7 -2 -750 -1 -1 -1 -454 -233
75
-165 -223 -69 -13 367 2.004 -156 -46 -47 94 -35 -4 -13 -20 -29 -122
Subtotaal
-251
3.362
-1.663
75
1.523
-991 -1.602
27 660
-
-
-964 -942
-2.593
687
Korrektie ivm Voorz. Proj., tw: 30. Voorz. Centrumplan 68. Voorz. Herstruct. Heilust
Korrektie Boekwaarde gekorrigeerd met Voorziening Projecten
-2.844
-1.906 -383
Van deze projecten zijn m.n. uit verkoop van gronden opbrengsten gerealiseerd. Deze zijn verwerkt in de kolom Inkomsten. Voorts zijn er een aantal projecten met een negatieve boekwaarde. Deze zijn niet afgeroomd ten gunste van de ‘reserve grondexploitatie OBK’ omdat winstneming nog niet aan de orde was. a)
De inkomsten betreffen m.n. € 340 opbrengsten uit verhuur, € 124 bijdragen vanuit de ‘reserve structuurfonds’, € 134 isv-middelen, € 77 investeringsprogramma en € 75 bijdragen van derden. De uitgaven betreffen m.n. € 948 voor het bouwrijp maken, € 1.535 investeringen in de openbare ruimte en € 10 overige uitgaven. De commissie GEZ wordt ieder kwartaal over de gebiedsexploitatie geïnformeerd. b)
c)
De inkomsten betreffen bijdragen uit het Transformatiefonds. 172
De ‘voorziening Projecten’ ad € 1.906 betreft een tweetal projecten, t.w. Centrumplan en Herstructurering Heilust. d)
Voor meer informatie wordt verwezen naar §7 Paragraaf Grondbeleid en de Beleidsvelden 1 en 4. 5. Uitzettingen (vorderingen) De vorderingen op openbare lichamen betreffen voor een groot deel de declaratie BTWcompensatiefonds bij de Belastingdienst ad € 4.690. De overige vorderingen bestaan uit € 554 debiteuren algemeen, € 8.339 debiteuren Sozawe (min € 1.500 ‘voorziening dubieuze debiteuren Sozawe’) en € 1.310 debiteuren gemeentelijke belastingen (min € 182 ‘voorziening voor oninbare belastingdebiteuren’). Tenslotte zijn er diverse nog te ontvangen bedragen, € 737 afvalstoffenheffing Diftar, € 128 inconveniëntentoeslag, € 58 transitorische rente uitzettingen, € 89 precariorechten en € 63 reclamebelasting. Een terug te betalen bedrag van € 414 i.v.m. een te hoge bevoorschotting inzake de Algemene uitkering is als negatieve NTO opgenomen. Verder is een bedrag van € 50 opgenomen als negatieve NTO opgenomen i.v.m. restitutie hondenpenningen. Zie voor een specificatie van de nog te ontvangen bedragen de Staten en bijlagen. Als gevolg van wijziging BBV moet in de toelichting op de balans vermeld worden in relatie tot schatkistbankieren (art.52c): “Voor ieder kwartaal van dat jaar, het bedrag aan middelen, bedoeld in artikel 2, vierde lid, van de Wet financiering decentrale overheden, dat in het kader van het drempelbedrag door de provincie onderscheidenlijk de gemeente buiten ’s Rijks schatkist is aangehouden. “
kwartaal Overtollige middelen Netto vlottende schuld Drempelbedragt: pct. begroting Aangehouden in Schatkist
0,75
I
bedragen x € 1.000 III
II
IV
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
%
6. Liquide middelen De post liquide middelen bestaat voornamelijk uit het saldo van ING ad € 77 en Postbank ad € 64.
7. Overlopende activa Het betreft hier de vooruitbetaalde bijdrage 2015 ad € 1.143 aan Brandweer Zuid-Limburg, exploitatiebijdrage 2015 ad € 605 aan Heton Sport BV, contributie 2015 ad € 69 aan VNG, huur werkplein 2015 ad € 63, VVE subsidie 2015 ad € 61 aan Movare, service en onderhoudscontract 2015 ad € 60 aan Exxellence, voorschot subsidie 2015 ad € 53 aan stg. Kerkrade Hartstikke Goed, vooruitbetaalde exploitatiebijdrage 2015 ad € 50 aan BsGW en diverse andere posten ad € 143. Verder geeft artikel 40a van het BBV o.a. aan dat in de balans onder de overlopende activa afzonderlijk worden opgenomen ‘de van Europese en Nederlandse overheidslichamen nog te ontvangen voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel’.
173
In onderstaand overzicht worden deze 'Transitoria' nader gespecificeerd. 1 jan. 2014
Vermeerdering
Vermindering
31 dec. 2014
022. VB sozawe diverse 050. VB project achter de voordeur 058. VB park Erenstein 073. VB project Anstelvallei 074. VB project d'r Pool 076. VB rotonde Steenweg
40 25 84 12 16 200
78 -
40 94 200
0 25 84 12 0
Totaal
377
78
334
121
174
PASSIVA VASTE PASSIVA In de ‘Algemene beschouwingen’ van het jaarverslag zijn de bijzondere mutaties in reserves en voorzieningen reeds toegelicht. Zie verder de “Nadere toelichting reserves en voorzieningen” en het separate boekwerk “Staten en Bijlagen”. 11. Eigen vermogen Staat van Reserves
a
a
1 jan. 2014
Vermeerdering
Vermindering
201. Algemene reserve
5.215
-
-
Algemene reserve
5.215
301. Egalisatieres. afvalverwerking 302. Egalisatieres. riolen
835 2.399
Bestemmingsres. voor egalisatie 403. Res. fwi 405. Res. hrm 407. Res. kernagenda Parkstad 408. Res. verenigingen/vrijwilligers 409. Res. ondernemersfonds 420. Res. wet maatsch. ondersteuning 421. Res. plantsoenen 422. Res. grondexploitatie obk 423. Algemene res. obk 424. Res. stadsmarketing 425. Res. huisvestingsvoorz. ond. 426. Res. liquidatie sanering mijnterr. 429. Res. parkeerfonds exploitatie 431. Res. reeds bestemde nutg midd. 435. Res. evenementen 436. Res. GaiaZoo 438. Res. stadsvernieuwing 439. Res. Essent 440. Res. structuurfonds 441. Res. wsw 442. Res. gebouwen
Overige bestemmingsreserves Totaal
31 dec. 2014 5.215
5.215 69 31
25 2.430
879 -
3.234
100
2.455
879
4.457 59 3.831 55 11 40 1.124 1.250 3 2.019 71 1.609 2.831 238 63 963 7.789 9.362 714 717
2.949 776 16 2.333 8 135 2.255 6 2.266 810 374 660 3.745 400
1.763 155 28 42 2.458 700 965 20 212 1.300 1.018 369
5.643 59 4.452 27 27 2.333 48 1.217 1.250 3 1.816 77 3.175 2.676 218 63 751 6.863 9.004 4.459 748
37.204 45.653
16.732 16.832
9.030 11.485
44.907 51.001
11.b Bestemmingsreserves Het batig rekeningsaldo 2013 ad € 992 is in 2014 toegevoegd aan de ‘reserve parkeerfonds exploitatie’. a) Aan de "Reserve huisvestingsvoorziening onderwijs" en de "Reserve plantsoenen" zijn de jaarlijks geraamde structurele toevoegingen gedaan van respectievelijk € 2,214 mln en € 7. Zie verder de ‘Algemene beschouwingen’ van het jaarverslag. 11.c Nog te bestemmen resultaat Het batig rekeningsaldo 2014 ad € 942 zal na vaststelling worden toegevoegd aan de ‘reserve parkeerfonds exploitatie’. 175
12. Voorzieningen Staat van Voorzieningen
608. Vrz. oninbare belast.deb. 620. Vrz. pensioenverpl. weth. 621. Vrz. dub. deb. Sozawe 622. Vrz. verkoop Essent 624. Vrz. projecten Vrz. voor verplichtingen, verliezen en risico's 610. Vrz. bws 611. Vrz. riolen 623. Vrz. dialect-activiteiten Door derden beklemde middelen met specifieke aanwendingsrichting
Totaal
1 jan. 2014
Vermeerdering
Vermindering
Vrijval
31 dec. 2014
223 352 1.500 2.113 2.593
166 65 -
41 687
-
182 518 1.500 2.177 1.906
6.781
231
728
391 27
17 2.430 -
137 -
-
271 2.430 27
418
2.447
137
-
2.728
7.199
2.678
865
-
9.012
6.283
De vakantiegeldverplichtingen per ultimo 2014 bedragen € 707 exclusief sociale lasten. Conform het BBV is hiervoor geen voorziening getroffen. 12.a Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico’s Aan de ‘voorziening pensioenverplichting wethouders’ is € 26 toegevoegd door de berekende premies in te houden op de loonsom. De ‘voorziening Projecten’ ad € 1.906 betreft een tweetal projecten, t.w. Centrumplan en Herstructurering Heilust. 12.b Onderhoudsegalisatievoorzieningen N.v.t. 12.c Voorzieningen door derden beklemde middelen met een specifieke aanwendingsrichting Aan de ‘voorziening besluit woninggebonden subsidies’ (bws) is een bedrag onttrokken van € 137. Dit betreft nog lopende gemeentelijke verplichtingen richting ontvangers van de destijds afgegeven beschikkingen. De verplichtingen lopen nog t/m 2016. De incidentele storting ad € 17 in deze voorziening heeft plaatsgevonden met het oog op de geplande onttrekkingen van € 137 in 2015 en € 134 in 2016. 13. Vaste schulden met een looptijd van een jaar of langer Ultimo 2014 was het bedrag aan uitstaande langlopende onderhandse leningen van binnenlandse banken en overige financiële instellingen € 77.966. De aflossing op deze leningen in 2014 bedroeg € 6.942. De totale rentelast was € 3.396.
176
VLOTTENDE PASSIVA 14. Netto vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan een jaar 14.a Kasgeldleningen De in december 2014 opgenomen dag-/kasgeldleningen van de BNG van in totaal € 18,7 mln zijn afgelost in januari 2015. Het betreft hier een onderdeel van de dagelijkse financiering.
14.c Overige schulden De overige kortlopende schulden ultimo 2014 bestaan o.m. uit € 5.090 crediteuren algemeen, € 640 crediteuren belastingen Sozawe en € 490 crediteuren Provincie. Tenslotte zijn er diverse nog te betalen bedragen voor € 1.194, waaronder restitutie uit het faillissement Licom ad -€ 2.429 (*), rente vaste geldleningen ad € 1.470, boekverlies GGD ad € 364, afrekening flo Brandweer Zuid-Limburg ad € 350, nog te betalen facturen inzake woningaanpassingen aan diverse personen ad € 270, afrekening leerlingenvervoer Gemeente Heerlen ad € 135, afrekening IDLW WOZL ad € 131 en te betalen compensabele btw Parkstad Limburg ad € 89. Een specificatie van de nog te betalen bedragen is opgenomen in de bijlagenmap. (*) De gemeente betaalt bijdragen aan diverse verbonden partijen. Het kan voorkomen dat bedragen ook weer (deels) terugvloeien naar de gemeente. In verband met het hanteren van een bestendige gedragslijn worden deze terug te ontvangen bijdragen verwerkt als een correctie/vermindering van de oorspronkelijke bijdrage. In het verlengde daarvan verwerken we het terug te ontvangen bedrag als negatieve schuld. 15. Overlopende passiva Behalve onderstaande transitoria zijn hier verder geen noemenswaardige bedragen te vermelden. In artikel 49 sub b van de BBV staat verder dat in de balans onder de overlopende passiva afzonderlijk worden opgenomen: ‘de van de Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren. Het betreft een bedrag van circa € 7,2 miljoen. In onderstaand overzicht worden deze ‘Transitoria’ nader gespecificeerd:
002. VO isv-2 014. VO veiligheidshuis 020. VO pilot vve Limburg 022. VO sozawe diverse 023. VO wet inburgering 024. VO werkdeel sozawe 025. VO sozawe debiteuren 029. VO volwasseneducatie 051. VO veiligheidshuisontwikkeling 053. VO wet oke 055. VO project West 056. VO bomenfabriek 058. VO park Erenstein 059. VO bedrijventerr. W.-Sophia 060. VO isv-3 geluid 066. VO verkeerseducatie 069. VO bdu fietspaden 072. VO veiligheidshuis 13-15
1 jan. 2014
Vermeerdering
Vermindering
31 dec. 2014
934 74 6 356 1.249 1.248 12 232 808 15 262 119 5 602
8 40.904 36 86 29 321 630 25 25 148 6 720
215 82 6 40.924 36 1249 154 86 41 377 367 40 8 262 8 6 5 524
718 336 1.093 176 1071 17 259 798
177
074. VO project d'r Pool 075. VO bdu region. bereikbaarheid 076. VO rotonde steenweg 077. VO nieuwbouw Plein 078. VO natuurprojecten 079. VO kerk Terwinselen 080. VO project Blokkenberg 081. VO gbo centrum 082. VO project bundesschutzenfest 083. VO proj nazorg exgedetineerden 084. VO project leuk voor elkaar 087. VO bevrijding 70 jaar
Totaal
1 jan. 2014
Vermeerdering
Vermindering
31 dec. 2014
96 90 196 -
78 100 1243 380 112 1125 2 45 278 1
100 90 290 375 80 2 -
78 96 1149 5 32 1125 45 278 1
6.304
46.302
45.327
7.277
178
WAARBORGEN EN GARANTIES Het per ultimo 2014 opgenomen bedrag voor verstrekte waarborgen aan natuurlijke en rechtspersonen ad € 260.152 heeft geen invloed op het balanstotaal. Zie voor een nadere specificatie de bijlagenmap. LANGLOPENDE FINANCIELE VERPLICHTINGEN Een belangrijke verplichting betreft de huur van het Werkplein voor € 246.200 per jaar voor een periode van 10 jaar (ingangsdatum 1 dec. 2008). De huurinkomsten van het UWV zijn na ontvangst van een overeengekomen afkoopsom met ingang van 2012 komen te vervallen. Ultimo 2014 heeft een 4e en laatste betaling ad € 3,6 miljoen inzake de aflossing voorfinanciering Buitenring plaatsgevonden, conform de raming in het investeringsprogramma. Overige verplichtingen vloeien voort uit de reguliere met leveranciers/dienstverleners afgesloten langlopende contracten, zoals bijvoorbeeld in het kader van de Wmo (hulpmiddelen, huishoudelijke verzorging), onderhoud groen, e.d.
179
Wet Normering Topinkomens Opeenvolgende kabinetten besteden al geruime tijd en uitdrukkelijk aandacht aan de inkomens van de topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sectoren. Bezoldigingen die uitstegen boven het ministersalaris (in de volksmond ook wel de “Balkenende-norm”) dienden op grond van de Wet Openbaarmaking uit Publieke middelen gefinancierde Topinkomens (WOPT) al openbaar te worden gemaakt. Per 1 januari 2013 is de WOPT vervallen en de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) van kracht. Deze nieuwe wet verplicht onder meer tot jaarlijkse publicatie op naam van de daarin genoemde financiële arbeidsvoorwaarden van (gewezen) topfunctionarissen, ongeacht of zij de norm overschrijden. De salarissen van andere functionarissen van de gemeente moeten ook openbaar gemaakt worden voorzover zij de norm overschrijden. Politieke ambtsdragers vallen niet onder deze wet. Tevens moeten de vergelijkende cijfers over vorig jaar worden gemeld. De norm bedraagt 130% van het brutosalaris van een minister verhoogd met (belaste) onkostenvergoedingen en beloningen betaalbaar op termijn (o.a. werkgeversdeel pensioen). Vanaf 2015 is dit percentage verlaagd naar 100%. Dienstverbanden kleiner dan 1 fte en korter dan een kalenderjaar dienen te worden omgerekend naar 1 fte resp. 1 kalenderjaar. Voor gemeenten zijn de functie van secretaris en griffier gedefinieerd als topfunctie. Het wettelijk maximum voor 2014 bedraagt € 230.474 bruto per jaar. Eventuele ontslagvergoedingen worden beperkt tot 1 jaarsalaris met een maximum van € 75.000. Voor gemeenten zijn deze voorschriften aanvullend op de regels over de jaarstukken (BBV). De WNT is ook van toepassing op verbonden partijen en, onder voorwaarden, gesubsidieerde instellingen die onder de reikwijdte van die wet vallen. Deze verbonden partijen en instellingen dienen in hun eigen jaarrekening te voldoen aan de genoemde publicatieplicht. Naast de publicatie in jaarstukken moeten gemeenten de desbetreffende gegevens jaarlijks uiterlijk op 1 juli van het jaar erna nog elektronisch melden aan de minister van BZK. Regel c in onderstaande tabel (sociale verzekeringspremie) is niet gevuld. Dit betreft voor onze topfunctionarissen verplichte deelname en is dus niet relevant voor WNT. Bezoldiging topfunctionarissen en gewezen topfunctionarissen:
a b c d e f g h i j
Naam Beloning Door werkgever betaalde sociale verzekeringspremies Belastbare kostenvergoedingen Voorzieningen betaalbaar op termijn (pensioenpremie) Functie(s) periode Dienstverband omvang Beëindigingsuitkeringen Naam en functie(s) die tijdens het dienstverband zijn bekleed Jaar beëindiging
2014 H.J.M. Coumans € 99.567
2014 B.W.E. van der Wijst-Triepels € 75.464
€ 8.948
€0
€ 22.913
€ 15.977
secretaris / algemeen directeur
griffier 01.01 - 31.12
01.01 - 31.12
36u p/w
30u p/w
1 fte €0
0,8333 fte €0
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
Er zijn geen overige functionarissen met bezoldigingen of beëindigingsuitkeringen die in het kader van de WNT vermeld moeten worden.
180
Nadere toelichting reserves en voorzieningen nr.
Naam
Doel / omschrijving
Algemene reserve 201
301
302
403
405
407
408 409
420
Algemene reserve
Tot de 'algemene reserve' worden alle reserves gerekend, niet zijnde een bestemmingsreserve. De reserve functioneert als algemeen buffervermogen. Een eenmaal opgebouwde reserve hoeft op grond van deze schommelingen niet afgebouwd te worden als het aangegeven maximum wordt overschreden. De bandbreedte fungeert meer als richtlijn om het weerstandsvermogen te kunnen beoordelen. Bestemmingsreserves voor egalisatie van tarieven Egalisatiereserve afvalverwerking Het product reiniging is budgettair neutraal verwerkt in de begroting. De 'egalisatiereserve afvalverwerking' kan worden ingezet om externe schommelingen in de tariefstelling op te vangen. Hiertoe wordt de eindafrekening per dienstjaar toegevoegd danwel onttrokken aan de reserve. Egalisatiereserve riolen Het product riolering zit budgettair neutraal in de begroting. De 'egalisatiereserve riolen' dient om schommelingen in de tariefbepaling te kunnen opvangen. Uit het rioolbeheersplan blijken de noodzakelijke investeringen en wordt een verband gelegd met de tarieven. Tevens blijkt meerjarig het evt. beroep dat op de reserve moet worden gedaan. Ultimo 2014 bleek omzetting naar een "voorziening riolen" noodzakelijk als gevolg van wijzigingen in de verslaggevingsvoorschriften (BBV). Overige bestemmingsreserves Reserve FWI Deze reserve dient om het beleidsveld "sozawe" (m.n. bijstandsuitkeringen) zoveel mogelijk budgettair neutraal te laten verlopen c.q. om tegenvallers op te vangen. De gelden mogen ook worden gebruikt voor incidentele bedrijfsvoeringskosten die direct gerelateerd zijn aan het beleidsveld. Begin 2015 zal deze reserve opgaan in de nieuwe "reserve sociaal domein". Reserve HRM Met deze reserve kan invulling worden gegeven aan trajecten op het personele vlak die vaak over de jaargrenzen heengaan (bijv. Persoonlijke Ontwikkelings Plannen). Reserve kernagenda parkstad Deze reserve dient om eventuele (extra) kosten van projecten in parkstad verband (deels) te dekken. Momenteel betreft dit de inzet voor de buitenring. Reserve verenigingen en vrijwilligers Deze reserve dient om eventuele (extra) kosten van verenigingen en vrijwilligers te kunnen dekken. Reserve ondernemersfonds De reserve heeft als doel het verlevendigen van het stadscentrum en werkt egaliserend t.a.v. de inkomsten (reclamebelasting)/uitgaven. Reserve Wmo Deze reserve fungeerde in het verleden als egaliserende reserve, maar bleek uiteindelijk uitgeput. Ultimo 2014 is het overschot op de Wmo gestort in de reserve. Begin 2015 zal deze reserve opgaan in de nieuwe "reserve sociaal domein".
181
nr.
Naam
421
Reserve plantsoenen
422
423
424 425
426
429
431
435 436
438
Doel / omschrijving
De reserve fungeert als buffer voor de groenvoorziening om onvoorziene uitgaven op te vangen. Reserve grondexploitatie OBK Dit is de "werkreserve" van het OBK van waaruit grondexploitaties worden bekostigd, dan wel opbrengsten worden geparkeerd ten behoeve van investeringen. Een groot deel is bestemd voor wijkontwikkelingsplannen en majeure projecten. Periodiek wordt het meerjarig verloop van deze reserve bewaakt en geactualiseerd om tijdig in te kunnen spelen op ontwikkelingen. Algemene reserve obk Door de activiteiten van het OBK en de daarmee verbonden risico's wordt een eigen reserve van enige omvang noodzakelijk geacht. Daarom is er specifiek voor het opvangen van evt. niet reeds voorziene/afgedekte risico's in de grondexploitaties een eigen reserve die als buffer fungeert. Reserve stadsmarketing Reserve wordt gebruikt ter dekking van kosten verbonden aan het promoten van de stad Kerkrade. Reserve huisvestingsvoorzieningen De reserve is destijds gevormd door een deel van de onderwijs algemene uitkering n.a.v. de decentralisatie huisvestingsvoorziening onderwijs te boeken. Uit deze post worden de kapitaallasten van onderwijsvoorzieningen en de overige kosten van onderwijsvoorzieningen afgedekt (budgettair neutraal). Het betreft hier dus eigen middelen. Reserve liquidatie sanering mijnterrein De reserve wordt gebruikt voor bodemsanering van de terreinen in combinatie met de herinrichting ervan. De reserve is destijds gevoed door een ontvangen liquidatieuitkering i.v.m. beëindiging van de taakopdracht sanering mijnterrein. Vrij te besteden door gemeente. Op deze reserve wordt een uitsterfconstructie toegepast. Reserve parkeerfonds exploitatie Buffer vergelijkbaar met de algemene reserve, waarin meevallers en een positief rekeningresultaat tijdelijk kunnen worden geparkeerd totdat ze een andere bestemming krijgen. Van belang is het "vrije saldo", aangezien op de reserve soms ook al weer claims liggen. De raad kan besluiten om de middelen een andere aanwending te geven. Reserve reeds bestemde nog uit te Hierin zijn posten opgenomen met een sterk verplichtend geven middelen karakter, waarbij echter nog geen opdrachtverstrekking naar derden heeft plaatsgevonden en die dus formeel niet op de staat Nog te Betalen horen. Het verplichtende karakter wordt aangegeven door bijv. wet- en regelgeving, of nog af te ronden uitvoering van een reeds genomen besluit. Reserve evenementen Deze reserve dient om eventuele (extra) kosten van evenementen te kunnen dekken. Reserve Gaia Deze reserve is bedoeld voor egalisatie van kosten/opbrengsten in relatie tot GaiaZOO. Wanneer de baten de lasten overtreffen kunnen de voordelige saldi in de exploitatie worden opgenomen en kan de reserve vervallen. Reserve stadsvernieuwing In de voorjaarsnota 2008 is besloten tot vorming van een nieuwe reserve stadsvernieuwing t b v herstructureringsprojecten en aanpak verpaupering. Naar 182
nr.
439
440
441
442
608
620
621
622
Naam
Doel / omschrijving
verwachting zal voornoemde problematiek mede ten gevolge van het krimpscenario in de komende jaren toenemen. Reserve Essent Het jaar 2009 werd gekenmerkt door een forse eenmalige bate uit de verkoopopbrengst van het productie- en leveringsbedrijf van Essent NV aan RWE. De reserve bestaat uit 2 delen: een vrij deel en een dichtverplicht deel. Over het vrije deel kan vrij worden beschikt. Het dichtverplichte deel heeft te maken met de gekozen systematiek om het structurele gemis aan dividenden Essent in de begroting goed te maken en heeft een relatie met de bruglening Enexis. Reserve structuurfonds Ten laste van de Essent-opbrengst is de “reserve structuurfonds” gecreëerd. Voor de aanwending van deze middelen zal de raad steeds een besluit nemen. Reserve WSW Deze reserve is gevormd in verband met de WSWproblematiek. De gemeente Kerkrade kan op haar aandeel in het WOZL worden aangesproken. Als buffer is deze reserve beschikbaar, dient tevens ter egalisatie. Begin 2015 zal deze reserve opgaan in de nieuwe "reserve sociaal domein". Reserve gebouwen De reserve kan worden gebruikt om de kosten van gemeentelijke gebouwen op te vangen. Onderhoudskosten worden overwegend in de exploitatie verantwoord. Incidentele meevallers, bijvoorbeeld uit de verkoop van gebouwen, worden aan de reserve toegevoegd. voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico’s Voorziening voor oninbare Deze voorziening dient om financiële consequenties van belastingdebiteuren niet-geraamde afboekingen van oninbare belastingdebiteuren of niet-geraamde schuldsaneringen op te vangen. Periodiek wordt een inschatting gemaakt. M.n. schuldsanering is moeilijk te ramen en de kosten daarvan kunnen incidenteel groot zijn. Tot slot is het betaalgedrag van mensen verslechterd. Voorziening pensioenverplichting Deze voorziening dient ter dekking van de aan de wethouders gemeente overgedragen pensioenaanspraken van wethouders (Wet APPA). Vanaf 2006 wordt deze voorziening gevoed door de ingehouden premies op de loonsom in de voorziening te storten. Voorziening dub. deb. Sozawe In verband met destijds aangescherpte verslaggevingseisen is de wijze van boekhouden veranderd m.b.t. terugbetaling door SoZaWe debiteuren. In 2007 is besloten om vanaf de jaarrekening 2006 een voorziening te creëren voor de risico's van eventuele oninbaarheid. Voorziening verkoop aandelen Er is sprake van “rechten” van aandeelhouders op de garantiefondsen (vordering), die vooralsnog volledig in een voorziening zijn gestort omdat de hoogte nog onzeker was. De wijze van verwerking was overigens verplicht voorgeschreven door de Provinciale toezichthouder(s) in samenwerking met de grote accountantskantoren en gebeurt door provincies en gemeenten op uniforme wijze. Op 30 september 2015 lopen de laatste garanties in verband met de verkoop van 183
nr.
624
Naam
Voorziening projecten
Doel / omschrijving Essent af. In 2014 is toegevoegd de garanties uit de verkoop van Attero. De verslaggevingsvoorschriften zijn op het gebied van de grondexploitaties aangescherpt vanaf 2012. (Verwachte) tekorten/verplichtingen dienen direct middels een voorziening te worden afgedekt. In Kerkrade werden deze veelal via de reserves afgedekt (bijv. reserve OBK of reserve structuurfonds). Voorheen zouden deze uitgaven doorschuiven en in het jaar van uitgeven pas daadwerkelijk ten laste komen van de betreffende reserves. Ultimo 2012 is deze voorziening gevormd. De daadwerkelijke uitgaven zullen dan ten laste worden gebracht van deze voorziening.
Onderhoudsegalisatievoorzieningen n.v.t.
610
623
611
De kosten van onderhoud worden zoveel mogelijk in de exploitatie opgenomen. Door derden beklemden middelen met een specifieke aanwendingsrichting Voorziening besluit woninggebonden Ultimo 2011 is een bedrag van € 777.000 overgeheveld subsidies van “overlopende passiva” (VO besluit woning-gebonden subsidies) naar “voorzieningen”. Het Rijk resp. Parkstad hebben in het verleden hiervoor middelen aan de gemeente beschikbaar gesteld, die de gemeente onder voorwaarden aan derden doorbetaald. De verplichtingen lopen nog t/m 2016. Inmiddels heeft het Rijk resp. Parkstad via een afkoopsom alle lopende verplichtingen uit de regeling afgekocht, een eindverantwoording door de gemeente is niet meer aan de orde. Niettemin lopen de gemeentelijke verplichtingen richting ontvangers op basis van de destijds afgegeven beschikkingen nog enkele jaren gewoon door. Conform de verslaggevingsregels is voor de resterende verplichtingen van € 777.000 een voorziening gevormd. Het bedrag loopt jaarlijks af (uitsterfconstructie). Voorziening dialect-activiteiten De voorziening is gevoed door het liquidatiesaldo van de stichting Kirchröadsjer Dieksiejoneer en is bedoeld voor te organiseren activiteiten die de instandhouding van het Kerkraads dialect bevorderen (met inachtneming van de relevante verordeningen). Voorziening riolen Ultimo 2014 bleek het noodzakelijk om de "reserve riolen" om te zetten naar een "voorziening riolen" als gevolg van wijzigingen in de verslaggevingsvoorschriften (BBV).
In de Nota Reserves en Voorzieningen 2011 worden tevens minimum- en maximumomvang aangegeven voorzover van toepassing.
184
Sisa (Single Information Single Audit) 2014
185
186
Bijlagen 2014
187
Investerings- en financieringsstaat
mutaties rekeningjaar 1.1.2014
vermeerderingen
verminderingen
afschrijving en/aflossing en
31.12.2014
10.973.872
530.474
8.693.542
154.421.957
6.942.453
77.966.352
Totaal geactiveerde kapitaaluitgaven staat C
152.672.101
Financieringsmiddelen - Opgenomen langl. leningen staat E
84.908.805
- Reserves en voorzieningen * staat D
48.537.150
19.509.903
11.621.885
56.425.167
excl. vrz. oninbare belastingdebiteuren (is corr op debiteuren) excl. vrz. Sozawe-debiteuren (is corr op debiteuren) excl. vrz. Projecten (is corr op voorr. onderhanden werk)
Totaal financieringsmiddelen
133.445.955
134.391.519
Financieringstekort (-) of Financieringsoverschot (+)
-19.226.146
-20.030.437
* Het rekeningresultaat 2013 is, cf. BBV, opgenomen in de kolom "vermeerderingen" van het lopende jaar.
188
EMU-saldo Berekening EMU-saldo Beginbalans
bedragen x € 1.000
Activa
55.989
Passiva
118.229
Saldo 1 januari Eindbalans
-62.240
Activa
53.552
Passiva
112.529
Saldo 31 december Financiële rekening (CBS-matrix, cat. 5)
-58.977
Lasten
10.355
Baten
7.092
EMU-saldo
-3.263
189
Vaststelling Ter voldoening aan het bepaalde in artikel 197 van de Gemeentewet hebben wij verantwoording gedaan van het gevoerde bestuur van de gemeente Kerkrade over het dienstjaar 2014 middels deze jaarrekening 2014. De jaarrekening 2014 is overlegd aan de raad en op de secretarie van de gemeente gedurende 14 dagen ter lezing neergelegd en algemeen verkrijgbaar gesteld.
Kerkrade, mei 2015
Het college,
De secretaris,
J.J.M. Som
H.J.M. Coumans
191
Ontwerpbesluit Nr.: ...
Rb ...
De raad van de gemeente Kerkrade; overwegende, dat het college ter voldoening aan het bepaalde in artikel 197 van de Gemeentewet verantwoording van het gevoerde bestuur van deze gemeente over het dienstjaar 2014 heeft gedaan; dat de raad is aangeboden de jaarrekening 2014; dat de jaarrekening 2014 conform de geldende “Verordening rekenkamercommissie” is onderzocht door de raadsleden van de rekenkamercommissie en daarover schriftelijk verslag is uitgebracht;
gelezen, de nota van toelichting, nr. ... Tl ...
, behorende bij dit besluit;
gelet op, beleidsveld: 10 gemeentelijk/regionaal beleidskader: Financiële beheersverordening gemeente Kerkrade (ex.art.212 GW) wetsartikel: art. 197 e.v. van de Gemeentewet
I.
Besluit: De jaarrekening 2014 vast te stellen als volgt: De lasten op afgerond
€
169.234.000
De baten op afgerond
€
170.176.000
Het batig rekeningresultaat op afgerond
€
942.000
Het balanstotaal ultimo 2014 op afgerond
€
170.519.000
Aldus vastgesteld door de raad der gemeente Kerkrade, in zijn openbare vergadering d.d. 24-06-2015. De voorzitter van de raad, J.J.M. Som
De griffier, B. van der Wijst-Triepels
192