6 Geleefde genade 8 Genade tot “vervolmaking” of totale vernieuwing? 14 Franciscus van Assisi
302847_IRS brochure nr.2-2013.indd 1
www.irs.nu
56e jaargang - nummer 2 Juni 2013
24-05-13 06:37
uit de schat der eeuwen
samengesteld door drs. N.C. van Velzen
Reinig uw hart “Ik heb de Heere gezocht en Hij heeft mij verhoord” (Psalm 34:5).
Colofon Bestuursleden Ds. C. van de Worp, voorzitter H. de Vries, secretaris J.P. Hollebrandse, penningmeester G. Bouw G.V. den Hartog Drs. Th.J. van Iperen J.D. Liefting Raad van Advies Ir. F.C. Moree A. de Visser Redactie J. ten Klooster G. Bouw H. de Vries Ds. C. van de Worp K. Lievense M.E. Boomgaard, eindredactie Administratie Stichting In de Rechte Straat J. ten Klooster, directeur Bezoekadres Stichting In de Rechte Straat Laan van Westenenk 12 7336 AZ APELDOORN Telefoon 055 3030090 Telefax 055 3030099 Postadres Postbus 477 7300 AL APELDOORN Email:
[email protected] Internet: www.irs.nu Kerntaak IRS Rooms-katholieken bekendmaken met het evangelie zoals dat ten tijde van de Reformatie is (her)ontdekt. Abonnementsgeld per jaar Nederland: 5,75 Studenten: 3,Europa: 7,50 Overige landen: 11,- (per luchtpost) Dit magazine is ook verkrijgbaar in grootletterdruk en via de brailleleesregel/spraakbox. Nadere informatie hierover is te krijgen bij de CBB, tel. 0341 565499. Legateren Bij notariële akte vast te leggen: Ik legateer aan Stichting In de Rechte Straat te Apeldoorn, vrij van rechten en kosten, een bedrag... Copyright Overname van artikelen wordt met bronvermelding op prijs gesteld. Foto voorkant: Ds. Toon Vanhuysse van de gemeente De Stem van De Goede Herder in Tongeren.
2
Waar heeft de Heere verhoord? In het binnenste. Waar geeft Hij? In het binnenste. Daar bidt u, daar wordt u verhoord, daar wordt u gelukkig gemaakt. U hebt gebeden, u bent verhoord, u bent gelukkig gemaakt. En hij die naast u staat, weet het niet: het is alles in het verborgene gebeurd, zoals de Heere in het Evangelie zegt: “Ga in uw binnenkamer, sluit uw deur en bid in het verborgene, en uw Vader, Die in het verborgene ziet, zal het u in het openbaar vergelden” (Matth. 6:6). Wanneer u dus uw binnenkamer ingaat, treedt u uw hart binnen. Gelukkig zij die zich verheugen wanneer zij hun hart binnentreden en daar niets kwaads vinden. Let eens op hoe zij die slechte vrouwen hebben, hun huis niet willen binnentreden, hoe ze uitgaan naar de markt en blij zijn dat ze dit kunnen doen. Wanneer het uur begint te naderen waarop ze weer naar huis moeten, worden ze somber. Want ze zullen binnen narigheid, gemopper, verbittering en boosheid ervaren. Want in een huis waar tussen man en vrouw geen vrede is, heerst geen rust: het is voor hem beter dat hij buiten wandelt. Wanneer nu zij ongelukkig zijn die, als ze in hun eigen huis terugkomen, bang zijn voor onruststokers, hoeveel te meer zijn dan zij ongelukkig die niet
tot hun eigen geweten willen terugkeren, om daar niet door de twisten van hun zonden verstoord te worden. Wilt u dus gaarne tot uw hart kunnen terugkeren, reinig het dan: immers, gelukzalig zijn de reinen van hart, want zij zullen God zien (Matth. 5:8). Neem eruit weg het vuil van de begeerten, neem weg de vlek van de hebzucht, neem weg de smet van de bijgelovigheden, neem weg de heiligschennis en de slechte gedachten, de haat, ik zeg niet jegens uw vriend, maar ook die jegens uw vijand. Neem dat alles weg, treed uw hart binnen en u zult zich daar verheugen. Als u zich daar begint te verheugen, zal de reinheid van uw hart u verblijden en doen bidden, evenals wanneer u op een plaats komt waar stilte is en waar juist rust is, een plaats die rein is. Dan zegt u: Laat ons hier bidden. De vredigheid van de plaats maakt u blij en u gelooft dat God u daar zal verhoren. Wanneer dus de reinheid van een zichtbare plaats u blij maakt, waarom ergert u zich dan niet aan de onreinheid van uw hart? Treed binnen, reinig alles, hef uw ogen op tot God en terstond zal Hij u verhoren. Roep en zeg: “Ik heb de Heere gezocht en Hij heeft mij verhoord en mij uit al mijn ellenden gered.” Aurelius Augustinus
Wie was Aurelius Augustinus? Augustinus werd in 354 geboren in Thagaste, Noord-Afrika. Hij studeerde te Carthago in de retorica (welsprekendheid). Hij vestigde zich in 384 als leraar in de welsprekendheid in Milaan, waar hij tot bekering kwam. In 387 werd hij gedoopt. Hij keerde terug naar Noord-Afrika en werd in 396 tot bisschop gewijd in Hippo Regius. Augustinus was een veelzijdige auteur en werd de bekendste kerkvader van de westerse kerk. Hij schreef onder meer de “Confessiones” (Belijdenissen) en “De Civitate Dei” (Over de stad Gods). Augustinus overleed in 430.
In de Rechte Straat
302847_IRS brochure nr.2-2013.indd 2
24-05-13 06:37
een daG uit het LeVen Van ds. CarLOs rOdrÍGueZ
DOOR DS. CARLOS RODRÍGUEZ
Dinsdag 19 maart 2013
Door Gods genade sta ik op. Het is 6.00 uur. Vervolgens ga ik me wassen en dank ik God voor de nieuwe dag. Ik begin met de voorbereiding van de nieuwsbrief, “Van de studentenpastor voor u”. Dat is een bericht van IBSTE (Internationale Theologische Faculteit en het Bijbels Seminarium van Spanje) dat elke morgen doorgemaild wordt. De nieuwsbrief bestaat uit een gebed, een Bijbeltekst, een kolom met mededelingen, wereldnieuws, het belangrijkste nieuws van de vorige dag op IBSTE en gebedsthema’s. Rond 7.30 uur maak ik het ontbijt klaar voor mijn vrouw en mij. Om gezondheidsredenen moet mijn vrouw in bed ontbijten en daarna nog een halfuur blijven rusten. Om 8.15 uur ga ik van huis en om 8.45 uur neem ik de trein die me naar IBSTE brengt, waar ik als studentenpastor werk. Om 10.00 uur begint er een bijeenkomst in de kapel van de faculteit met alle studenten en de aanwezige leraren. We beginnen met gebed. Dan volgt een meditatie. Soms geven studenten, evenals protestantse ambtsdra-
gers die op bezoek zijn, getuigenissen. Na een uur nemen we een pauze om gezamenlijk koffie te drinken. Dat is een goed moment om de studenten te spreken. Rond 11.30 uur ga ik naar het kantoor. In de tijd dat de studenten lessen volgen, maak ik de agenda op voor de volgende bijeenkomsten in de kapel en neem ik contact op met predikanten of ambtsdragers met de vraag of ze ons willen komen bezoeken. Ook heb ik dan tijd voor de voorbereiding van een Bijbelstudie, een preek of een artikel voor het Spaanstalige evangelisatietijdschrift En la Calle Recta (In de Rechte Straat) of een andere christelijke editie waarvoor ik schrijf. Om 13.30 uur ben ik beschikbaar in de keuken en de eetzaal, waar ik de studenten kan helpen, die om de beurt de tafels dekken. Dan hebben we een algemeen gesprek over de lessen en het leven op IBSTE. Tijdens de maaltijd, die altijd overvloedig en stipt op
tijd (14.00 uur) wordt genuttigd, maak ik van de gelegenheid gebruik om dan eens bij deze en dan eens bij gene te gaan zitten, leg ik met alle studenten contact en hoor ik hoe zij over allerlei dingen denken die in de wereld en in hun leven gebeuren. Vanaf 15.00 uur word ik soms uitgenodigd voor een of andere vergadering met de directieraad van IBSTE. Om 16.00 uur sport ik soms met de studenten. Indien gewenst sta ik hen met raad en daad bij. Vandaar dat de tijd om naar huis te gaan schommelt tussen 16.00 en 19.00 uur. Dat is afhankelijk van de omstandigheden. Ik probeer altijd tijd te maken voor het drinken van thee met mijn vrouw en voor een wandeling met haar door de prachtige stad Barcelona. Om 21.00 uur eten we wat fruit of yoghurt en daarna maak ik de lay-out van de nieuwsbrief voor de volgende dag klaar. Om 22.00 uur is er tijd om te lezen ter voorbereiding op de nachtrust.
Ds. Carlos Rodríguez is redacteur van En la Calle Recta. Hij woont in Barcelona (Spanje), is 57 jaar en getrouwd met Manuela. Ze hebben één dochter, Sara (27 jaar), en één kleinzoon, Nathanaël (11 maanden).
In de Rechte Straat
302847_IRS brochure nr.2-2013.indd 3
3
24-05-13 06:37
DOOR KAROLIEN LIEVENSE
Pastoor Van der Mee: “Alles spreekt van God” In het hele land vinden initiatieven plaats naar aanleiding van het Jaar van het Geloof (2012-2013). Zoals in de parochies in Haastrecht en Schoonhoven, waar pastoor J.E.M. van der Mee maandelijks een gemeenteavond belegt over het geloof.
Hoe krijgen we het geloof? Paulus zegt: Het geloof komt door de prediking, door te luisteren. Het geloof ontvang je door Woord en sacrament, door het doopsel, maar ook door het Woord van God te horen.”
Voor paus Benedictus XVI was het feit dat het Tweede Vaticaans Concilie vijftig jaar geleden plaatsvond de aanleiding om een Jaar van het Geloof (11 oktober 2012-24 november 2013) te houden. Doel is om bij te dragen aan hernieuwde bekering van de kerk en aan herontdekking van het geloof, met het oog op het getuigenis van christenen in de wereld. In het Jaar van het Geloof is er in de Rooms-Katholieke Kerk dan ook bijzondere aandacht voor evangelisatie en catechese. In verschillende parochies wordt ruimschoots aandacht besteed aan het Jaar van het Geloof. Tijdens de gemeenteavonden die pastoor Van der Mee in Haastrecht en Schoonhoven belegt, komt de “basis” van het geloof aan de orde.
Wat betekent het geloof precies?
“Wat geeft het geloof? Als kinderen het doopsel ontvangen, wordt aan de ouders een aantal vragen gesteld, waaronder: “Wat vraagt u aan de kerk van God?” “Wat geeft het geloof?” Het antwoord op die laatste vraag is: “Het eeuwige leven.” “En wat is het eeuwige leven?” “God beminnen met heel je hart, en de naaste als jezelf.” Het geloof geeft liefde tot God en tot de naaste. Daarnaast geeft het geloof ook een kiem van het eeuwige leven. Het is een gave als je het geloof kunt beleven in kleine groepen. Met de ander kom je jezelf tegen. Het kindschap van God ontvang je bij het doopsel. Het leven dat je dan ontvangt, komt tot ontplooiing in de gemeenschap van de Kerk. Ik ben momenteel ook bezig met mensen die hun doopsel willen herontdekken.
4
Thomas van Aquino is heel belangrijk geweest voor de Rooms-Katholieke Kerk.
In de Rechte Straat
302847_IRS brochure nr.2-2013.indd 4
24-05-13 06:37
tijd anders dan je van tevoren dacht. Maria vroeg aan de engel: Hoe zal het geschieden? De engel gaf als antwoord: Door de Heilige Geest. Door de Geest is alles mogelijk.”
Maar het kan toch niet zo zijn dat Maria een vrije wil had? Wat als Maria nee had gezegd, dan was Jezus niet gekomen?
“Maria had een vrije wil, zoals Eva die ook had. Als Eva niet had gezondigd, was de mensheid niet in zonde gevallen. In die zin is Maria de tweede Eva.”
Zijn mensen in uw parochie meer met het geloof bezig in het Jaar van het Geloof?
“Ja, we houden elke maand een avond naar aanleiding van het Jaar van het Geloof. Een aantal mensen is er echt mee bezig. Er komen kleine groepen op af, maar toch.”
Thomas van Aquino, die heel belangrijk is geweest voor de Rooms-Katholieke Kerk, zegt: “De natuur heft de genade niet op, maar veronderstelt haar en vervolmaakt haar.” Wij als protestanten geloven juist dat ons verstand door de zonde totaal verduisterd is.
“Ja, protestanten geloven dat we door de erfzonde niets goeds meer kunnen doen. Wij zeggen dat we alleen verwond zijn in onze menselijke natuur. Dat is wel een essentieel verschil. Voor mij is de kern om te beseffen dat alles van God spreekt, ook de natuur. De vervolmaking volgt niet door de natuur uit te schakelen, maar door deze te vervullen. Neem als voorbeeld het verschil tussen het Oude en het Nieuwe Testament. Het Oude Testament wordt na de komst van het Nieuwe Testament niet opgeheven, maar vervolmaakt. Het gaat erom of we in het aanschijn van deze aarde in het licht leven of in de duisternis. We moeten tot het licht komen.”
PASTOOR VAN DER MEE:
“HET KINDSCHAP VAN GOD ONTVANG JE BIJ HET DOOPSEL”
Maar dan is het toch niet “genade alleen”?
“Achter alles is God al aanwezig. In die zin is alles al een gave van God. God vraagt wel medewerking met Zijn genade, om net als Maria ons jawoord te geven. Maria is als dienstmaagd des Heeren beschikbaar geweest. In Psalm 95 staat: “Heden, als gij Zijn stem hoort, verhardt u niet.” Wij hebben van God een vrije wil gekregen. Natuurlijk, er is wijsheid van God en wijsheid van de mens, in die zin dat God in Jesaja 40 zegt: “Mijn wegen zijn niet ulieder wegen. Mijn gedachten zijn hoger dan ulieder gedachten.” Als God werkt, loopt het al-
Lees ook pagina 8: Genade tot “vervolmaking” of totale vernieuwing?
302847_IRS brochure nr.2-2013.indd 5
Het Tweede Vaticaans Concilie is alweer even geleden. Wordt wat toen geleerd werd nog steeds geloofd?
“De paus zei onlangs dat er een menselijke en een innerlijke interpretatie van de conciliedocumenten is. De menselijke interpretatie is die van de media , die er van alles van vinden. De innerlijke interpretatie is die van de Heilige Geest. Wat tijdens het concilie is gezegd, moet ook nog doordringen. Daar is tijd voor nodig. Israël moest veertig jaar door de woestijn trekken. Een zwangerschap duurt negen maanden. Het Tweede Vaticaans Concilie was pedagogiek van die tijd. De kerk heeft zuivering nodig. De kerk verloochent zichzelf niet, maar gaat terug naar de oorsprong. Iemand vroeg vorig jaar, bij mijn 25-jarig ambtsjubileum: Bent u gegroeid in uw geloof? Dat was een vraag die me raakte. Ja, ik ben in de loop van de tijd wel anders gaan denken. Niet compleet anders, maar ik kan wel zeggen dat ik gegroeid ben in mijn geloof.”
In de Rechte Straat
5
24-05-13 06:37
DOOR KAROLIEN LIEVENSE
Geleefde genade Hedendaagse, rooms-katholieke vrouwen zien genade vooral als het vermogen om met dagelijkse situaties om te gaan. Met het begrip “zonde” kunnen ze moeilijk uit de voeten. Dat blijkt uit het proefschrift “Geleefde genade” van Trees Versteegen, waarop ze in maart promoveerde aan de Radboud Universiteit in Nijmegen. Trees Versteegen (1956), werkzaam als pastor in de parochie Frater Andreas te Tilburg, onderzocht de wijze waarop 31 rooms-katholieke vrouwen tegen genade aankijken en genade zeggen te ervaren. Een van de vrouwen zegt bijvoorbeeld over genade: “Die wijsheid om op het goede moment de goede dingen te doen die voor jou goed zijn. Waar jij mee verder kunt. Dat is van ontzettend groot belang en dat noem ik dan eigenlijk die genade telkens opnieuw.” Elders verwoordt dezelfde vrouw het zo: “Dat noem ik gewoon de genade, door je leven heen, dat je die ervaringen steeds hebt om op de juiste momenten de juiste dingen te kunnen voelen. Je hoeft niet zo veel te weten, maar je moet het voelen.”
Ervaring
Versteegen laat zien dat het ervaren van genade iets is wat tegen de klassieke rooms-katholieke leer ingaat. Ze citeert een passage uit de ”Catechismus van de Katholieke Kerk”: “...omdat de genade van bovennatuurlijke aard is, valt ze buiten onze ervaring en kan ze slechts gekend worden door het geloof. We mogen dus niet steunen op onze gevoelens of handelingen om daaruit af te leiden dat we gerechtvaardigd en gered zijn” (Catechismus, 427). Doordat genade steeds meer wordt gezien als iets wat “ervaren” kan worden, vindt er volgens Versteegen in de theologische discussie een belangrijke verschuiving plaats: van genade die “daar boven” is en niet ervaren kan worden, naar genade die bemiddeld en ervaarbaar is en die naar concrete veranderingen, gebeurtenissen en personen verwijst.
Zonde
Genade is volgens de vrouwen vooral
6
te vinden in het alledaagse leven, in de wereld om hen heen. Ze zien genade als het vermogen om met dagelijkse situaties om te gaan en als datgene wat veranderingen teweegbrengt. In hun leven veranderen de omstandigheden ten goede, en dit feit ervaren zij als genade. Opvallend is dat het begrip zonde bij de vrouwen nauwelijks een rol speelt. In haar proefschrift schrijft Versteegen: “Ik had verwacht dat het zondebegrip, als tegenovergestelde van genade in veel theologie, bij de respondenten uitvoerig onderwerp van
VERSTEEGEN:
“IN DE KLASSIEKE GENADELEER WAS GENADE STERK TE ERVAREN VIA SACRAMENTEN.”
gesprek zou zijn. In de vragenlijst was daarom de vraag opgenomen: “(Wat) Heeft genade te maken met zonde?” De meeste vrouwen gaven te kennen met het begrip zonde niet meer uit de voeten te kunnen en dat achter zich te hebben gelaten: “Tja, zonde, dat is zo’n ouderwets/moeilijk/onjuist/fout/ belast begrip”, “Ik denk niet meer na over zonde, dat boeit me helemaal niet.” Andere antwoorden waren: “Ja, genade krijg je na vergeving”, of: “Daar heb ik niet over nagedacht.” In relatie tot genade vormde zonde in de interviews geen centraal begrip.”
Jezus
Ook noemen de vrouwen, als het om genade gaat, vrijwel nooit de naam Jezus. De meeste uitspraken die zij over
Jezus doen, komen voort uit de vraag van Versteegen: “Komt genade van Jezus Christus?” De Jezus uit de interviews vervult een tweevoudige rol. Enerzijds functioneert Hij als genadevol voorbeeld, anderzijds is Hij een aanwezige vriend Die troostvolle ondersteuning biedt. Een van de vrouwen verwoordt de ”voorbeeldige functie” van Jezus als volgt: “Als ik aan Jezus Christus denk, heb ik veel eerder de gedachte van: dat is iemand die op een bijzondere manier het leven heeft geleefd wat hier en daar navolging kan vinden. Hij heeft in zijn leven genade-ervaringen en hij heeft dat als mens gehad, en ik ben ook een mens, dus ik kan ook genadeervaringen hebben. In die zin kun je zeggen: daar heeft het plaatsgevonden, maar omdat hij mens was kan het nu nog plaatsvinden. In die zin heeft het met elkaar te maken.”
Sacramenten
Over deelname aan sacramenten, waardoor volgens de rooms-katholieke leer de gelovigen deel krijgen aan genade, hadden de vrouwen het nauwelijks. “De vrouwen zien de sacramenten niet als onbelangrijk”, zegt Versteegen, “maar ze zien genade vooral als iets wat in de wereld aanwezig is. In de klassieke genadeleer was genade sterk te ervaren via sacramenten, al was er ook toen de genade als bijstand.” De neoscholastieke leer maakte voor die tijd een duidelijke scheiding tussen natuur en genade. Maar de laatste vijftig jaar is er op dit punt binnen het rooms-katholicisme een verandering merkbaar. Versteegen laat aan de hand van de twintigste-eeuwse rooms-katholieke theologen Henri de Lubac, Edward Schillebeeckx en Karl Rahner zien dat er een theologisch denken ontstaan is waarbij natuur en genade een hechte relatie vormen. De natuur is aangelegd op de genade, zoals de mens een natuurlijk verlangen heeft naar God. Dat betekent dat de natuur als zodanig met genade begiftigd is.
In de Rechte Straat
302847_IRS brochure nr.2-2013.indd 6
24-05-13 06:37
Medewerking
Een ander opvallend punt betreft de rol van God en mens bij het ontvangen van genade. Veel vrouwen gaven aan dat je open moet staan voor genade. Sommigen gingen hierin zelfs nog verder. “In de “Catechismus van de Katholieke Kerk” staat dat we naar genade moeten toewerken, actief moeten meewerken”, zegt Versteegen. “Uit onderzoek bleek bijvoorbeeld dat een vrouw vond dat je genade moet ver-
overen.” Hier wordt dus een grote rol toegedicht aan de actie van de mens, groter zelfs dan in de Catechismus van de Katholieke Kerk staat beschreven. Versteegen ziet dit als iets positiefs. “Dit betekent dat de vrouwen actief de regie voeren in hun eigen leven, maar genade anderzijds niet helemaal loslaten.” Openen de uitkomsten van het onderzoek de deur niet naar vrijzinnigheid? Volgens Versteegen is dat niet het geval. Ook wil ze niet spreken van een liberale tendens in de theologie.
In de Rechte Straat
302847_IRS brochure nr.2-2013.indd 7
7
24-05-13 06:37
DOOR KAROLIEN LIEVENSE
Genade tot “vervolmaking” of totale vernieuwing? Een rooms-katholiek ziet Gods genade als “vervolmaking” van ons mens-zijn (pag 6) en/of als iets wat nauwelijks met de zonde te maken heeft (pag. 4). Hoe we tegen Gods genade aankijken, heeft alles te maken met de vraag of we als mens vanuit onszelf nog iets goeds kunnen doen. Een bekend spreekwoord luidt: “Het is trekken aan een dood paard”, waarmee zoiets wordt bedoeld als: “Het is een onbegonnen zaak.” Een dood paard werkt niet mee. Je kunt eraan trekken, maar het zal niet meegeven. Je wordt er alleen maar ontzettend moe van. Het beeld van een dood dier is precies dat wat de Duitse reformator Martin Bucer (1491-1551) gebruikt in zijn commentaar op Efeze 2:1: “En u heeft Hij mede levend gemaakt, daar gij dood waart door de misdaden en de zonden.” Bucer schrijft: “Evenzeer als een nutteloos kadaver, dat dood is naar het lichaam, zonder enig gevoel of beweging is, zo is hij die dood is door de zonden en overtredingen ook zonder enig gevoel of beweging van vroomheid.” Hoe dan ook, de Bijbel is er duidelijk over: “dood.” Van een zieke of een gewonde kun je nog iets verwachten, maar van een dode niet meer. Dood is dood.
Vervolmaking
Dit gaat radicaal in tegen de theologie van de scholasticus Thomas van Aquino (1225-1274), wiens meest geciteerde uitspraak waarschijnlijk is: “De genade heft de natuur niet op, maar veronderstelt haar en vervolmaakt haar.” Volgens Thomas van Aquino is de menselijke natuur weliswaar verwond en heeft deze correctie nodig, maar is deze niet dood. De genade van God vult aan wat wij vanuit onszelf nog missen, en corrigeert ons ook deels. Thomas van Aquino geeft toe dat het mens-zijn (de menselijke natuur) onvolkomen is en dus genade behoeft. Het mens-zijn en de schepping zijn in hun onvolkomenheid echter wel goed. Dit is de rooms-katholieke leer ten voeten uit. Paus Leo XIII heeft in de encycliek “Aeterni patris” (1879) de theologie van
8
Thomas aanbevolen als inspiratiebron en leidraad voor de rooms-katholieke theologie. En nog steeds is de heilig verklaarde Thomas van Aquino, door paus Benedictus XVI een “groot Kerkleraar” genoemd, van groot belang voor het rooms-katholicisme. Niet voor niets noemt Benedictus XVI hem regelmatig, onder andere in zijn catechesereeks naar aanleiding van het door de RoomsKatholieke Kerk uitgeroepen Jaar van het Geloof (2012-2013). In deze catechesereeks is ook de genoemde gedachtegang van Thomas van Aquino merkbaar. Benedictus XVI zegt daarin bijvoorbeeld: “Door het geloof ontdekken we dat de ontmoeting met God valoriseert, vervolmaakt en verheft wat in de mens waar, goed en schoon is.”
Totale vernieuwing
De Bijbel spreekt echter niet over Gods genade als datgene wat de mens compleet maakt. De menselijke natuur, die in de Bijbel vaak wordt benoemd als “vlees”, is van geen enkele waarde. In Romeinen 8:6-7 staat: “Want het bedenken des vleses is de dood; maar het bedenken des Geestes is het leven en vrede; Daarom dat het bedenken des vleses vijandschap is tegen God; want het onderwerpt zich
der wet Gods niet; want het kan ook niet.” Geest en vlees staan lijnrecht tegenover elkaar. Als veel van Jezus’ volgelingen zich ergeren aan Zijn rede naar aanleiding van het wonder van de vermenigvuldiging van de broden, zegt Jezus: “De Geest is het, Die levend maakt; het vlees is niet nut. De woorden, die Ik tot u spreek, zijn geest en zijn leven” (Johannes 6:63). Wat hier eigenlijk staat, is dit: wat voor het menselijke verstand onaanvaardbaar is, wordt geleerd door de Geest. Jezus’ woorden druisen in tegen vlees en bloed. Ze zijn “Geest”, ze zijn “leven.” Wie Zijn woorden aanneemt, wordt levend gemaakt door de Heilige Geest. Het is niet verwonderlijk dat de mensen zich aan Zijn woorden storen. Puur menselijk gezien is het geloofsinzicht ook een onmogelijkheid. Het is alleen mogelijk door de Geest. In Zijn gesprek met Nicodemus in Johannes 3 spreekt Jezus op soortgelijke wijze over de tegenstelling tussen vlees en Geest. Hij zegt zelfs: “Tenzij dat iemand wederom geboren worde, hij kan het Koninkrijk Gods niet zien” (vers 3). Eigenlijk spreekt Jezus hier over geboren worden “van bovenaf.” Er is vernieuwing nodig door de Geest, door dat wat van boven komt. In 2 Kor. 5:17 wordt ook gesproken over een totale vernieuwing: “Zo dan, indien iemand in Christus is, die is een nieuw schepsel; het oude is voorbijgegaan, ziet, het is alles nieuw geworden.” Door Gods genade wordt de mens dus compleet vernieuwd.
Martin Bucer: “Evenzeer als een nutteloos kadaver, dat dood is naar het lichaam, zonder enig gevoel of beweging is, zo is hij die dood is door de zonden en overtredingen ook zonder enig gevoel of beweging van vroomheid.”
In de Rechte Straat
302847_IRS brochure nr.2-2013.indd 8
24-05-13 06:37
BrieF
Dankbaarheid toen ik nadacht over deze brief aan u als en bov me in ste eer als am kw d” hei aar He t woord “dankb ere redenen voor. Allereers t is daar de erd me n zij ar Da ng. hti stic e onz van ur betrokken donate verschillende veldwerkers hebben deze dag De . art ma 16 van ag gsd etin mo ont de her innering aan te gaan me t het wer k waartoe de Heere der ver om ed mo n hu gaf t He n. are erv nd als zeer ins pirere van onze rooms-katholieke naaste . hen geroepen heeft. Bewogen me t het heil t. We hadden daar samen me t onze “buren ech Utr in s eur ijsb gw We de r daa s wa n Iets langer gelede jwilligers en comitéleden hebben we vri t me en Sam . nd sta een ) tion nda Fou op kantoor” (de Net abonnee van ons magazine . We heten als n ere not nen kun en ren ade ben nen kun heel veel mensen jk welkom en hopen dat ze door het teli har ook dan nd) ize du dan eer (m ers deze nieuwe lez k als Stichting In de Rechte Straat . magazine gemotiveerd raken voor ons wer rcijfers van 2012 noemen. Een jaar dat in jaa de de der als ik wil d” hei aar nkb “da In het kader van economische cri sis. We mochten ons er de r doo d wer t erk enm gek t ich opz isch financieel-econom t die in het jaar 2011 stabiel zijn gebleme n eke gel ver sten om ink de dat gen heu desondanks in ver en (zoals leg aten) en trekken we daar de bat le nte ide inc der zon sten om ink de r ven . Kijken we naa van -59.572 euro. De begroting voor 2012 at lta resu een op uit we en kom dan af, bes tedingen van lagere uitgaven dan begroo t. Bezien we het r doo e nam t me t kom il sch ver Dit o. eur bedroeg -99.600 is er sprake van een positief resultaat van dan , n) ate leg als (zo en bat le nte ide inc ief resultaat inclus e 26.633 euro. middelen die we ontvangen hebben om onz om t gaa t He . den wor te van stil l hee Een resultaat om n te schrap pen in wer kers en projecten. nge wo ged t nie den wer We en. lijk zen we doelstelling te ver jaar stichting IRS gedachten via collec pen elo afg het in ook n nse me dat ar kba He t stemt ons dan nschap . ten , giften, schenkingen en in hun nalate zien we dit jaar me t ver trouwen dan n, jke tki rui voo e and rga voo het van t Als we in het lich , Polen en Nederland . Maar er is zo veel nje Spa , gië Bel in en ject pro ige cht pra ben tegemoet . We heb medemens. We hebben uw steun ook dit e iek hol kat msroo e onz aan ken den we meer te doen als we kritisch hoe we de kos ten kunnen n ijke bek ie sat ani org e onz in Ook ig. nod jaar heel hard rzicht dat u nor maal ges proken bij het ove iële anc fin het om n lote bes is t lich beperken. In dat ma ximale transparantie tegenover u als we len wil k elij Teg . len val ver en lat te f, magazine aantro .nuuu).). Hierop treft u de com rs.n w.i.irs ww ww bsite ((w we e onz r naa or rvo hie zen wij ver We . donateur houden andere jaren bij het magazine zat . Indien dat cht rzi ove het s nal eve , aan 2 201 ing ple te jaarreken rd krijgen. gewens t kunt u de jaarrekening toeges tuu mee begon. Ik wil er ook mee eindigen, ef bri e dez ik ar wa rd woo het s wa t Da Dankbaar heid. Heere. Hij is het Die har ten neigde om te de ver eno teg dt gel es all en bov eid arh omdat de dankba de kracht en gezondheid gaf om het wer k Die het is Hij . den bid te e me en en lev te dit geven, om mee door vrijwilligers. En daarom gaan we ook en ités com de in r, too kan op ld, kve wer te doen in het wer k. Tot Zijn eer! jaar, in ver trouwen op Hem , verder me t ons r (directeur) Namens bes tuur en colleg a’s, J. ten Klooste
In de Rechte Straat
302847_IRS brochure nr.2-2013.indd 9
9
24-05-13 06:37
DOOR JAN-DIRK LIEFTING
“Maar als ik het zeg, en ik geloof het niet echt?” Donderdag 25 april. We vertrekken om 8.30 uur met ons tweeën vanuit Lunteren naar Den Bosch. Tegen 10.00 uur komen we op het marktplein in Den Bosch aan. De andere medewerkers voegen zich al snel bij ons. Ze zijn afkomstig uit Scherpenzeel, Lienden, Hedel, Den Bosch en NieuwLekkerland; het is weer een nationale aangelegenheid. Verheugd zijn we als we na een lange periode een broeder ontmoeten die we een aantal jaren geleden op de markt in Den Bosch voor het eerst het Evangelie hebben mogen vertellen en bij de Heere Jezus hebben mogen brengen. Het is mooi om te zien hoe de man is gegroeid in zijn geloof en met vrijmoedigheid het Evangelie komt helpen doorgeven.
zegen, opdat we ook vandaag weer het Evangelie mogen verspreiden. Daarna zetten we onze Bijbelkraam op, richten hem in en verspreiden ons op het plein om de mensen aan te spreken. Al snel ontstaan er gesprekken en komen medewerkers met geïnteresseerden naar de kraam om hun een evangelisatiebijbel te overhandigen.
Eenheid
Vrijmoedigheid
Zoals zo vaak in Den Bosch treffen we het met het weer. Deze dag zal de eerste mooie voorjaarsdag van dit jaar gaan worden. Temperaturen tot 25 graden worden voorspeld. We drinken in de bus koffie en lezen een Bijbelgedeelte, Efeze 3:17-19: “Opdat Christus door het geloof in uw harten wone, en gij in de liefde geworteld en gegrond zijt; Opdat gij ten volle kondet begrijpen met al de heiligen, welke de breedte, en lengte, en diepte, en hoogte zij, En bekennen de liefde van Christus, die de kennis te boven gaat, opdat gij vervuld wordt tot al de volheid Gods.” Terwijl we hier samen over nadenken, komen we tot de conclusie dat de gelovigen, naast de Bijbel en Gods Geest, ook elkaar nodig hebben om opgebouwd te worden in de kennis van Christus. De kracht van het Lichaam van Christus is zijn eenheid. Ondanks de gebrokenheid van de kerk mogen we toch dankbaar zijn dat we vandaag met mensen uit verschillende kerken bij elkaar zijn om samen te strijden in Zijn Koninkrijk. Daarna draagt een van de medewerkers het werk van deze dag in gebed op aan de Heere. We bidden voor de kerken in Den Bosch en vragen om bescherming en Gods
10
Vandaag bevestigen de vele ontmoetingen, opnieuw het grote belang van het opzoeken van mensen waar ze zijn: op de straat. Fijn dat via stichting In de Rechte Straat de mogelijkheid wordt geboden om in deze rooms-katholieke stad aanwezig te zijn. Maar het is vooral ook mooi om te zien dat er broeders en zusters van ver weg zijn gekomen om de kerken in deze stad te ondersteunen. Als ik merk hoe deze gemotiveerde christenen, zonder speciale opleiding hiertoe, het Evangelie met vrijmoedigheid en zelfverloochening uitdragen, dan is hiervoor maar één reden te bedenken: ze zijn bij Jezus geweest. Ze hebben Hem ontmoet en kunnen niet meer van Hem zwijgen. Ze zijn geraakt door de liefde van God en willen vanuit Zijn liefde die liefde ook weer doorgeven.
Jongeren
Veel groepen jongeren zijn vandaag in de stad aanwezig. Op een afstandje zie ik regelmatig onze medewerkers met een groep van deze jongeren praten. Als ik zie hoe geïnteresseerd ze luisteren en dat na afloop van het gesprek een aantal jongeren uit zo’n groep interesse toont in de Bijbel en
hier ook om vraagt, ben ik dankbaar dat we hun het Evangelie nader kunnen uitleggen. De meesten zijn ooit rooms-katholiek gedoopt, maar weten niet wat het christelijk geloof precies inhoudt. Wat laat de Rooms-Katholieke Kerk hier toch veel liggen. Alhoewel, er zijn ontwikkelingen op dit terrein. In april riep paus Franciscus gelovigen wereldwijd op om naar de pleinen te trekken en daar Christus te verkondigen. “Wij moeten niet bang zijn om christen te zijn en als christen te leven. Wij beschikken over de moed om op weg te gaan en de verrezen Christus te verkondigen.” De Kerk is bestemd om “erop uit te gaan”, mensen aan te spreken en hun de blijde Boodschap te verkondigen. “Ik nodig allen uit om de Boodschap te brengen naar elk milieu , met zachtheid en respect. Ga naar de pleinen en verkondig Jezus Christus, onze Verlosser”, aldus de paus. Toen ik dit hoorde, dacht ik: Wat zou het mooi zijn als de synodes van de protestantse kerken deze uitspraak zouden overnemen.
Ontmoetingen
Tegen 15.30 uur –we willen eigenlijk gaan inpakken– komt er nog een grote groep jongeren naar onze stand. Al snel willen ze alles over God, de duivel en goede en slechte geesten weten. Je verbaast je er soms over waar deze wereldse jongeren nog over nadenken. We proberen, zo goed en zo kwaad als het kan, hun vragen te beantwoorden en vertellen hun het Evangelie. Als snel wordt in het gesprek voor deze jongeren duidelijk dat ook zij vergeving van hun zonden nodig hebben. We vertellen hun dat ze, zoals ze nu leven, niet voor God kunnen verschijnen. Dat God hen oproept om tot Christus te gaan, om hun zonden te belijden en te laten, en om vergeving te ontvangen. De boodschap lijkt te landen. Een van de meisjes zegt op een gegeven moment: “Maar als ik het dan wel met mijn mond zeg, en ik geloof het niet echt, hoe noem je dat dan?”
In de Rechte Straat
302847_IRS brochure nr.2-2013.indd 10
24-05-13 06:37
“Dat noemen we schijnheilig”, antwoord ik prompt. “O, komt daar dat woord vandaan?” zegt het meisje. Ik leg haar vervolgens uit dat wij het geloof in het hart niet kunnen werken. “Dit kan God alleen. Als je nu het Evangelie hoort en je kunt het niet vatten, ga ermee naar God, zeg dit tegen
Hem, vertel Hem al je twijfels en ongeloof. Hij kan het geloof uiteindelijk door Zijn Geest in jouw hart werken.” De jongeren nemen een evangelisatiebijbel mee en met heel wat stof tot nadenken vertrekt de groep. We sluiten af en dragen het werk van deze dag en alle ontmoetingen in gebed aan de
Heere op. Het is Zijn werk, en Zijn Woord zal, ook nu weer, doen wat Hem behaagt. We pakken de bus in en vertrekken, wat later dan gepland, uit Den Bosch.
DOOR KAROLIEN LIEVENSE
Ton Doornenbal, nieuwe evangelisatiemedewerker in Den Bosch: “Als je zelf mag leven uit de Bron, wil je mededeelzaam zijn” “In januari 2012 ben ik met de VUT gegaan, na een 40-jarige onderwijsloopbaan. Via Aagje Methorst uit Scherpenzeel kwam ik bij evangelisatiewerk terecht. Eerst in Den Helder. Daar ontmoette ik Jan-Dirk en Mirjam Liefting uit Lunteren. Ze hebben me enthousiast gemaakt om in Den Bosch mee te werken. Straatevangelisatie was compleet nieuw voor me. Dat je het samen met anderen doet, werkt drempelverlagend. Je ziet hoe een ander het aanpakt, en daardoor krijg je meer durf. De grootste drempel kan alleen de Heere wegnemen. Toen ik vorig jaar in Den Bosch begon, hebben we gebeden en heb ik met andere vrijwilligers gesproken. Er werd gewezen op de Bijbeltekst: “De zegenende ziel zal vet gemaakt worden” (Spreuken 11:25). Daar denk ik na een evangelisatiedag nog wel eens aan terug. We delen folders uit, maar het liefst komen we op straat in gesprek met de mensen. Als we met een grote groep zijn, verspreiden we ons over diverse locaties in de stad. Ik sta meestal bij het Centraal Station, daar is ook het busstation. Er staan vaak veel jongelui te wachten op de bus. Dan beleven we soms gouden momenten. Jonge Brabanders staan best open voor een gesprek over de Bijbel. We mogen hen opwekken om de Bijbel te lezen. En als ze geen Bijbel hebben, geven we hun Het Levende Woord mee. Ik weet op zo’n moment dat ik hun iets meegeef van de Geest. Mensen zien aan mij en horen van mij dat de Bijbel veel te zeggen heeft, dat de Bijbel iets positiefs is. Veel mensen hebben de godsdienst waarmee ze zijn opgegroeid op een gegeven moment opgegeven. Ik zeg tegen hen dat ik van jongs af aan goede ervaringen heb gehad met de Bijbel. Meestal zeg ik: “De Bijbel is door de eeuwen heen voor veel christenen een bijzonder inspirerend boek gebleken. Dat boek kan ik jullie alleen maar aanbevelen.”
In februari ontmoette ik een jong echtpaar met twee kinderen. Ze waren moslim geweest en het was niet eenvoudig voor hen geweest om het Woord van God te accepteren. Maar ze mochten ervaren dat de kennis van Christus, het Lam van God, hun vrede had gegeven. Zo’n gesprek is een bemoediging van twee kanten. Zulke ontmoetingen geven je gebedswerk, maar ook geloofswerk. De Heere is Zelf aan het werk en Hij laat er iets van zien. De vreugde van het evangelisatiewerk bestaat ook in het delen van ervaringen. Als je zelf mag leven uit de Bron, wil je mededeelzaam zijn.”
In de Rechte Straat
302847_IRS brochure nr.2-2013.indd 11
11 24-05-13 06:37
VRAGENRUBRIEK
Brieven uit Spanje en Cuba Regelmatig ontvangt de redactie van En la Calle Recta (ECR), het Spaanstalige evangelisatieblad dat door IRS wordt uitgegeven, brieven van lezers. Hieronder leest u een gedeelte van de brieven uit het jongste nummer van ECR.
Een groet voor mijn broeders van En la Calle Recta,
In de eerste plaats wens ik u de genade van Jezus Christus en de liefde van God de Vader toe. Sinds ongeveer anderhalf jaar ontvang ik uw tijdschrift. Ik moet u zeggen dat, al ken ik u niet, ik met u spreek als met een goede vriend en het is alsof we elkaar al ons hele leven kennen. Indrukwekkend hoe je een dergelijke genegenheid kunt voelen voor mensen die hetzelfde geloof belijden. Uw tijdschrift is een voortdurende bron voor persoonlijke opbouw en een goed middel om mensen te bereiken die de Heere niet kennen. Toen u mij die vier exemplaren van uw blad stuurde, had ik al mensen op het oog aan wie ik uw tijdschrift wilde geven. Het is een uitstekend evangelisatiemiddel. Beschouw mij maar als uw promotor in Cuba. Zolang ik het tijdschrift ontvang, ben ik het nog nooit oneens geweest met enig artikel. Ik ben gewoonlijk kritisch op wat ik lees, maar ik kan
amen zeggen op alles wat ik gelezen heb in uw uitgaven. Bij dezen wil ik ook broeder Francisco Rodríguez, die ons al zo lang dient met zijn artikelen, hartelijk groeten in Jezus Christus. Moge de eeuwige God u zegenen en moge dit tijdschrift nog heel veel jaren uitgegeven worden om de gezonde leer van de Heere te verbreiden. Uw mededienstknecht in de Heere, Ricardo Piñeiro Hernandez, Havana, Cuba
Geachte broeders in Christus,
Veertig jaar geleden ben ik tot Christus bekeerd. Ik heb theologie gestudeerd (twaalf jaar op een rooms-katholiek seminarium). Ik ben bekeerd tot de Heere Jezus en heb gestudeerd aan een protestants seminarium. Ik heb een pastoraal ambt bekleed en ben als zendeling begonnen met pionierswerk. Inmiddels ben ik met emeritaat. Drie à vier uur per dag verspreid ik folders over het Woord van God. Ik vond het
fijn om het tijdschrift ECR te lezen. Graag zou ik meer exemplaren van u ontvangen om aan priesters en roomskatholieke vrienden te geven. Met een zeer hartelijke groet in Christus, Lorenzo Sotillo Muñoz, Priego de Córdoba (Spanje)
Geliefde broeders,
Enkele broeders in Christus hebben mij nummer 235 (april 2012) van uw tijdschrift ECR cadeau gedaan. Mijn vrouw en ik zijn daar heel erg blij mee. Wij zouden het tijdschrift graag blijven ontvangen, en onder aan de brief geef ik u mijn naam en volledige adres. Ik ben lid van de baptistengemeente in mijn stad. Uw tijdschrift voldoet aan het tweeledige doel om gelovigen op te bouwen en te evangeliseren onder niet-gelovigen. Wij blijven voor u bidden of de Heere u wil gebruiken voor de verbreiding van Zijn Woord in deze wereld, die dat zo nodig heeft. Graag zou ik willen weten of wij kunnen meewerken aan artikelen, getuigenissen, etc. uit ons land. Mocht u dat willen, dan zou ik u die kunnen sturen. Moge onze Heere u voortdurend zegenen. Ik hoop spoedig van u te mogen horen. Verbonden in de liefde van Christus, Itmary López Rodriguez, Cuba
Noot van de redactie van ECR:
Wij willen opnieuw onze dank uitspreken aan al onze lezers voor hun betrokkenheid op het project waaraan ECR verbonden is. Van onze kant hopen wij dat we niemand teleurstellen en een nuttig instrument in de hand van God blijven ter verbreiding van de waarheid, om Jezus Christus te verkondigen als de enige Heere en algenoegzame Zaligmaker. Wij bevelen ons aan Hem, dat Hij ons moge ondersteunen met Zijn genade.
12
In de Rechte Straat
302847_IRS brochure nr.2-2013.indd 12
24-05-13 06:37
PERSPECTIEF
DOOR ERIK-JAN VERBRUGGEN
Billboard In veel christelijke gemeenten is het een goed gebruik: van tijd tot tijd worden er evangelisatiefolders verspreid. De respons daarop is vaak gering: bij velen gaat de folder rechtstreeks in de oudpapiercontainer. Maar soms is er wel een reactie: verrassend en ongedacht. Ook een eenvoudige folder kan door de Heere gebruikt worden.
Wat zouden we echter van een andere aanpak vinden?: geen huis-aan-huisfolders meer, maar een grootse aanpak. Het Evangelie op billboards. In bushokjes, op grote zuilen, in elke stad met grote letters de boodschap van vrije genade. Velen zullen nu toch hun wenkbrauwen wel fronsen. Sommige christenen kiezen voor deze confronterende benadering. Velen respecteren hun ijver, maar betwijfelen of dit wel de goede aanpak is.
Wachten
Toch is dit wat de profeet Habakuk moest doen. Deze niet al te bekende profeet leeft in een periode waarin het met zijn volk niet zo best gesteld is. Goddeloosheid en onrecht zijn aan de orde van de dag. Habakuk moet als profeet de komst van de Babyloniërs aankondigen, die als gesel in Gods hand vreselijk zullen huishouden onder Gods volk. Het is geen wonder dat je gebukt gaat onder het brengen van zo’n boodschap. Het geeft Habakuk zelf ook diepe vragen: waarom toch? Habakuk slikt al die vragen niet in, maar hij brengt ze bij het beste Adres waar we onze waaromvragen kunnen brengen: voor de troon van God. En vervolgens… wacht hij. Wat kunnen we daar veel van leren. Een antwoord op onze gebeden komt niet altijd direct. Habakuk wacht rustig op antwoord, met gespitste oren: “Ik hield wacht om te zien, wat Hij in mij spreken zou.” Dan geeft de Heere antwoord in de vorm van een merkwaardig bevel. Habakuk krijgt van de Heere een antwoord dat hij moet opschrijven op “tafelen”, zodat het leesbaar is voor ieder die voorbijloopt. Wij zouden zeggen: hij moet een uithangbord maken, een
billboard. Op dat bord komt onder andere dit te staan: “De rechtvaardige zal door zijn geloof leven.” Een boodschap die iedereen moet zien en iedereen moet horen. En zo is het nog.
Wennen
Er was eens een oude predikant die vertelde over de jaren dat hij in Amerika woonde. Hij reed vaak langs een metershoog bord met daarop de overbekende woorden uit Johannes 3:16: Alzo lief heeft God de wereld gehad… De eerste keer dat hij er langsreed, zette hij zijn auto langs de kant en stond eerbiedig stil bij de wonderlijke boodschap van deze woorden. De tweede keer dat hij er langsreed, las hij ze weer, de derde keer ook. Maar na honderd keer zag hij het bord nauwelijks meer. Zo gaat het vaak met het Woord van God: we verwonderen ons erover, maar na verloop van tijd went het.
Waarachtig
Het woord van Habakuks billboard mag echter niet vergeten worden. De rechtvaardige zal door het geloof leven. Deze tekst wordt in het Nieuwe Testament verschillende keren geciteerd, onder andere in de Romeinenbrief, waardoor voor Luther het licht opging. Hier klopt het hart van het Evangelie. Hier gaat een streep door alle menselijke verdiensten. Maar het geloof verlaat zich op een Ander. De gelovige mag leven door de gerechtigheid van een Ander, Jezus Christus. Ten diepste is in alle eeuwen deze boodschap dezelfde: wie in de Zoon van God gelooft, heeft het leven, wie in Hem niet gelooft, heeft het leven niet. Het geloof houdt de Heere voor waarachtig. Het verlaat zich op Zijn Woord.
Letterlijk betekent het: amen zeggen. Dat is wat het geloof doet: het verlaat zich op de beloften van het Evangelie. Datzelfde Woord beschuldigt je en klaagt je aan. En je moet zeggen: Het is waar! Maar het geloof verlaat zich óók op het Woord van God. Door het geloof in Christus is er leven. Het geloof zegt amen op wat de Heere zegt.
Amen
Onze jongste zoon van bijna twee heeft pas het woordje “amen” geleerd. Het gebeurt regelmatig dat hij al lang voor het einde van het gebed hard en herhaald “amen!” door de kamer roept. Heel storend natuurlijk. Maar het heeft ook iets heel beschamends. Zeiden we maar meer “amen!”. Want amen zeggen is ten diepste: geloven. Het is: de Heere voor waarachtig houden. Geen vraagteken meer, maar een uitroepteken. Dat was ook de boodschap die Habakuks billboard vertolkte. Want Gods Woord ís de waarheid.
“De rechtvaardige zal uit het geloof leven,” evenals:
Abraham Habakuk De Romeinen De Galaten
In de Rechte Straat
302847_IRS brochure nr.2-2013.indd 13
13 24-05-13 06:37
DRS. N.C. VAN VELZEN
Franciscus koos voor armoede De nieuwe paus heeft Franciscus als naam gekozen, waarmee hij verwijst naar Sint Franciscus van Assisi (1182-1226). Wie was deze Franciscus? Franciscus was de zoon van Pietro Bernardone, een rijke lakenhandelaar in het Italiaanse Assisi, die getrouwd was met Pica, een Française uit de Provence. Toen Franciscus in 1182 geboren werd, was zijn vader voor zaken in Frankrijk. Zijn moeder had haar zoon bij de doop de naam Giovanni (=Johannes) gegeven, maar toen vader thuiskwam, bleek dat deze hem liever Francesco, de kleine Fransman, wilde noemen. Pica stemde daarmee in. Ze waren echte francofielen en spraken thuis vaak Frans. Ook Franciscus beheerste later die taal en zong graag Franse liederen. Hij groeide op als een rijkeluiskind en kon krijgen wat hij hebben wilde. Dit leven beviel hem op de lange duur echter niet. Na een ernstige ziekte ging hij op zoek naar de ware zin van het leven. Als bedelaar verkleed ging hij op reis naar Rome om te ervaren wat armoede is. Franciscus verbleef te midden van allerlei armoedzaaiers en verzorgde melaatsen in het hospitaal. Ook hielp hij mee bij de reparatie van vervallen kapellen. In een daarvan hoorde hij later een preek over Matth. 10:7, 9-10, waar onder meer staat: ”Voorzie u niet van goud of zilver of kopergeld in uw gordels of van een reiszak voor onderweg of twee stel onderkleren of sandalen of een staf.” Die oproep liet hem niet meer los. Hij kwam tot bekering, nam de woorden van Jezus letterlijk en koos heel bewust voor vrijwillige armoede. Zijn fraaie kleding verwisselde hij voor een simpel overkleed. Zijn bekering leidde tot een breuk met zijn vader. Franciscus stichtte de Ordinis Fratrum Minorum (OFM), dat zijn de minderbroeders, meestal franciscanen genoemd. Het zou te ver voeren hier het verdere leven van Franciscus te beschrijven. Er zijn verschillende levensbeschrijvingen van hem bekend, sommige dateren al van kort na zijn
14
Franciscus van Assisi, geschilderd door Rembrandt van Rijn (1606-1669)
sterven. Het leven van Franciscus is met legenden omgeven en het is moeilijk onderscheid te maken tussen waarheid en verdichting. Franciscus hield veel van dieren. Vandaar dat Werelddierendag valt op zijn sterfdag, 4 oktober. Hij had veel respect voor alle schepselen van God.
en christocentrisch. Volgens de overlevering droeg hij sinds 1224 de stigmata van Jezus in zijn handen, voeten en zijde. Op zijn sterfbed heeft Franciscus veel geleden. Hij zong gedeelten uit Psalm 142 en liet zich Joh. 13 voorlezen. Daarna stierf hij zacht en kalm.
Pas in de 20e eeuw is het kritische onderzoek naar Franciscus’ leven en spiritualiteit goed op gang gekomen. Aanvankelijk werd de nadruk gelegd op zijn armoede-ideaal. Door dit onderzoek kwam later ook een einde aan de overdreven waardering van sommige min of meer legendarische bronnen. Franciscus was geen bestudeerd theoloog. Wel dacht hij sterk theocentrisch
De Duitse rooms-katholieke kerkhistoricus J. Lortz omschrijft Franciscus als “een eenvoudige, uit God levende man, die het Evangelie van de ergernis van het kruis als een levende realiteit nastreeft in trouwe gehoorzaamheid aan de Kerk. Het geheim van zijn persoonlijkheid is gelegen in de eenheid van zijn wezen, een weerspiegeling van Christus.”
In de Rechte Straat
302847_IRS brochure nr.2-2013.indd 14
24-05-13 06:37
OntMOetinGsdaG 2013
DOOR KAROLIEN LIEVENSE
Want de liefde van Christus dringt ons De Heere zegent het werk van IRS in Den Bosch, merkt Jan-Dirk Liefing, straatevangelist namens IRS in deze stad. Hij zag een jongen, Tony, veranderen nadat hij met hem had gesproken. “Met een stralend gezicht liep hij weg”, aldus Liefting. De evangelist was op 16 maart een van de hoofdsprekers op de IRS-ontmoetingsdag in Gorinchem. Voor een volle aula van het Gomarus Collega hield ds. C. van de Worp zijn openingstoespraak over 2 Korinthe 5:14. Aanleiding was het thema van de IRS-ontmoetingsdag: ”Want de liefde van Christus dringt ons.” Ds. Van de Worp zei dat Paulus elke keer weer bezield was door de liefde van Christus en dat die liefde ook IRS ertoe aanzet om rooms-katholieke medemensen te bereiken. Hij wees erop dat dit de laatste ontmoetingsdag was die hij als voorzitter zou meemaken. Na zeventien jaar voorzitterschap zal hij aan het eind van dit jaar het stokje overdragen aan ds. M. Klaassen uit Sliedrecht, die ook aanwezig was in Gorinchem. Jan-Dirk Liefting uit Lunteren sprak over het project van IRS in Den Bosch.
“Normaal gesproken had ik vandaag rond halfelf in Den Bosch op straat gestaan,”, zei de straatevangelist , die namens IRS in Den Bosch werkt. “Het is fijn om hier tussen broeders en zusters te staan. Maar u begrijpt, ik moet even omschakelen qua taalgebruik”, lachte hij. Liefting legde uit dat Den Bosch een stad is waar gemakkelijk ontmoetingen kunnen plaatsvinden met rooms-katholieken, waardoor het een ideale plaats is voor het evangelisatiewerk van IRS. Veel rooms-katholieken komen af en toe in de Sint-Jan een kaarsje aansteken. Ook is er in Den Bosch een seminarie dat priesters opleidt. Liefting heeft in de stad dan ook meerdere keren studenten en pastores ontmoet. Daarnaast is de mooie binnenstad een geliefde plaats voor opna-
mes van onder andere radiostations en televisieprogramma’s. Liefting zei dat hij niet altijd ziet wat er met het evangelisatiewerk gebeurt. “Toch hebben we mee mogen maken dat God het zegent.” Tony, een jongen die eerst niet zo leuk reageerde op het uitdelen van de folders, kwam uiteindelijk tot geloof. Liefting: “Toen ik hem folders wilde geven, zei hij tegen me: “Nee, hou die rotzooi maar.” Eerder had een collega ook al geprobeerd om hem folders aan te reiken. Ik had er geen vrede mee, en zei: “Volgens mij heb jij het moeilijk. Kan ik jou ergens mee helpen?” Hij draaide zich om, en ik dacht: Als dat maar goed gaat …” Maar Tony was toch ineens verrassend open. Hij vertelde dat hij zelf net van de drugs af was en dat zijn vrouw nu abortus wilde plegen. “Snap je nu dat ik geen zin heb in die zooi?” zei hij tegen me. We hebben toen samen gebeden. Met een stralend gezicht liep hij weg.” Toen Liefting en andere medewerkers later weer in Den Bosch stonden, kwam er een nette man met kort haar naar de stand toe. Het bleek Tony te zijn, samen met een andere man. “Hij zei: Ik heb een zwager bij me. Jullie hebben mij tot Christus gebracht. Mijn zwager heeft ook problemen. Willen jullie hem ook tot Christus brengen?” Nadat Hans ten Klooster, directeur van IRS, had gesproken over het belang van IRS in deze tijd, kwamen alle veldwerkers uit het buitenland naar voren voor een forumdiscussie. Bestuurslid Huib de Vries stelde hun vragen die door het publiek waren ingediend. Onder andere het beroep dat Tomasz Pieczko, die predikant is in België, heeft gekregen van een gemeente in Polen, kwam ter sprake. Pieczko zei dat hij overweegt om het beroep aan te nemen. De kerk in Polen heeft het moeilijk, legde hij uit, en daarnaast zou het voor IRS ook gunstig zijn als hij naar Polen zou vertrekken. De morgen werd besloten met een broodmaaltijd.
Forumdiscussie tijdens de Ontmoetingsdag. V.l.n.r: de voorgangers Snoeijer, Pieczko, Vanhuysse, Rodríguez, en De Groot en bestuurslid De Vries.
In de Rechte Straat
302847_IRS brochure nr.2-2013.indd 15
15 24-05-13 06:37
Zet alvast in uw agenda: 31 januari t/m 3 februari 2014
Winterconferentie Thema: Geloofsgehoorzaamheid
Vrijwilligers gezocht voor evangelisatiewerk Den Bosch
Kom evangeliseren in Tongeren!
IRS staat maandelijks op de Markt in Den Bosch met een stand met Bijbels en Bijbelse lectuur. Wij zoeken vrijwilligers die ons komen helpen met het uitdelen van evangelisatiefolders en het voeren van gesprekken met mensen op straat. Voor de volgende data hebben wij nog medewerkers nodig: 27 juni, 25 juli en 22 augustus. Wilt u ons komen versterken? Neem dan contact op met Jan-Dirk Liefting, tel. 06 22508690 of 055 3030090. E-mail: jd.liefting@filternet.nl. U kunt vanaf Lunteren met onze medewerkers meerijden naar Den Bosch. In Tongeren (B) hopen we deze zomer D.V. 27 juli – 3 augustus 2013 weer een intensieve evangelisatieweek te houden. Dit is een week waarin we als gemeente duidelijk naar buiten willen treden om de naam van Jezus Christus hier in Tongeren bekend te maken.
Inhoud evangelisatieweek
We zullen in deze week voornamelijk bezig zijn met de volgende activiteiten : • Kinderwerk: elke ochtend een twee uur durend programma • Straatwerk: folderen, deur-aan-deur-werk en marktwerk • Kinderstraatwerk: kinderevangelisatie in speeltuinen • Gezamenlijke Bijbelstudie en toerusting Alleen met onze kleine gemeente kunnen we dit programma niet verzorgen. Daarom zijn we op zoek naar (ervaren) mensen die een week van hun vakantie willen geven om de gemeente te ondersteunen. Voor deze week vragen wij een bijdrage in de kosten van € 85,00 per persoon. Meer info:
[email protected] of 078-2000220
In de Rechte Straat
302847_IRS brochure nr.2-2013.indd 16
24-05-13 06:37