48798
MONITEUR BELGE — 14.09.2007 — BELGISCH STAATSBLAD Tegen dit besluit kan door elke belanghebbende met een aangetekende brief een vordering tot schorsing en/of een beroep tot nietigverklaring worden ingediend bij de Raad van State binnen 60 dagen na kennisgeving van deze beslissing.
Bij besluit van de administrateur-generaal van het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid van 07/03/07 wordt bepaald : Artikel 1. Aan de VZW « AAA Care », Begijnhoflaan 9, te 9850 Hansbeke, wordt de voorafgaande vergunning verleend voor het verbouwen en uitbreiden van een bestaande infrastructuur, gelegen langs de Halingenstraat, te 3806 Sint-Truiden (Velm), tot een serviceflatgebouw (« Velm 2 ») met 60 wooneenheden. Art. 2. Deze voorafgaande vergunning geldt voor vijf jaar. Deze geldigheidsduur kan eenmalig verlengd worden met drie jaar op voorwaarde dat, uiterlijk twee maanden voor het verstrijken ervan, een ontvankelijke aanvraag voor het verkrijgen van een verlenging van de verleende voorafgaande vergunning bij het agentschap wordt ingediend. Art. 3. Als de initiatiefnemer binnen de geldigheidsduur van de voorafgaande vergunning de werken die nodig zijn om het initiatief te verwezenlijken niet heeft aangevat, vervalt de voorafgaande vergunning van rechtswege. Art. 4. Als het initiatief twaalf jaar na datum van de beslissing, waarbij de voorafgaande vergunning verleend werd, slechts gedeeltelijk verwezenlijkt werd, vervalt de voorafgaande vergunning voor de niet-gerealiseerde opnamemogelijkheden. Tegen dit besluit kan door elke belanghebbende met een aangetekende brief een vordering tot schorsing en/of een beroep tot nietigverklaring worden ingediend bij de Raad van State binnen 60 dagen na kennisgeving van deze beslissing.
* VLAAMSE OVERHEID Landbouw en Visserij
[C − 2007/36534] 26 JULI 2007. — Vlaams Landbouwinvesteringsfonds (VLIF) Omzendbrief nr. 43 over aanpassingen van de VLIF-steunmaatregelen voor de land- en tuinbouwproducenten De aandacht van de land- en tuinbouwers, de erkende kredietinstellingen en allen die betrokken zijn bij de advisering en financiering van land- en tuinbouwbedrijven wordt gevestigd op volgende maatregelen met betrekking tot de VLIF-regelgeving voor de particuliere land- en tuinbouwers. De maatregelen worden volgens hun oorsprong en doelstelling gerangschikt en hebben betrekking op : — wijzigingen als gevolg van bepalingen in Verordening 1698/2005 van de Raad van 20 september 2005 inzake steun voor plattelandsontwikkeling, de Communautaire Richtsnoeren voor Staatssteun in de landbouw- en bosbouwsector 2007-2013 van 27 december 2006 en Verordening 1974/2006 van 15 december 2006 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen van de Plattelandsverordening. Het betreft concreet bepalingen met betrekking tot de steun voor de : ° vestiging van jonge landbouwers; ° tweede fase in de overname van bedrijfsbekleding en aandelen; ° overname van een tweede bedrijf; ° aankoop van dieren; ° vervangingsinvesteringen; ° aankoop van tweedehandse bouwelementen en bedrijfsuitrusting; — aanvullende verduidelijkingen met betrekking tot: ° de subsidiabiliteit van een personeelsruimte, een kantoor, klein materieel, investeringen gericht op de productie en verkoop van hoeveproducten, installaties voor waterzuivering en –behandeling, investeringen gericht op hoevetoerisme; ° het voortzetten van steun bij de herfinanciering door dezelfde bank; — de aanvraagprocedure meer bepaald : ° de lay-out en de inhoud van de aanvraagformulieren en de verklaring op erewoord; ° het aantal aanvaardbare aanvragen per aanvrager; ° het minimum investeringsbedrag. 1. Wijzigingen als gevolg van veranderde Europese bepalingen Wijzigingen als gevolg van bepalingen in Verordening 1698/2005 van de Raad van 20 september 2005 inzake steun voor plattelandsontwikkeling, de Communautaire Richtsnoeren voor Staatssteun in de landbouw- en bosbouwsector 2007-2013 van 27 december 2006 en Verordening 1974/2006 van 15 december 2006 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen van de Plattelandsverordening. Steun aan de vestiging van jonge landbouwers Op basis van de bepalingen over het maximumbedrag van de vestigingssteun in Verordening 1698/2005 van de Raad van 20 september 2005 inzake steun voor plattelandsontwikkeling en de bepalingen over de steun voor de vestiging van jonge landbouwers in de Communautaire Richtsnoeren voor Staatssteun in de landbouw- en bosbouwsector 2007-2013 van 27 december 2006 zal de vestigingssteun, dit wil zeggen de vestigingspremie vermeerderd met de gekapitaliseerde waarde van de rentesubsidie en eventueel de waarde van overheidswaarborg, nog maximaal 55.000 euro bedragen voor aanvragen vanaf 1 januari 2008.
MONITEUR BELGE — 14.09.2007 — BELGISCH STAATSBLAD In het kader van de aanvraag om vestigingssteun mogen tot één jaar na het tijdstip van de aanvraag (= datum registratie aanvraag om tussenkomst 1e luik) bijkomende vestigingskosten (overname bedrijfsbekleding of aandelen, aanvullende aankopen vee en materieel) en kredieten voor de financiering van die kosten, aangemeld worden. De melding gebeurt met een gewijzigde aanvraag om tussenkomst die voldoende gedocumenteerd is. Tevens wordt de steunverlening aan de aanvullende overname (een tweede fase) bij eerste vestiging afgesloten per 31 december 2007. De steunintensiteit bedraagt 20 %. Het subsidiabel bedrag wordt vastgesteld op basis van de oorspronkelijke overname-inventaris rekening houdend met de gesubsidieerde eerste schijf en het maximum subsidiabel bedrag van 250.000 euro. De tweede fase van de overname moet gebeuren binnen een termijn van 10 jaar na het tijdstip van de eerste fase. Steun aan de investeringen op land- en tuinbouwbedrijven Op basis van de bepalingen over de subsidiabele investeringen in Verordening 1974/2006 van de Commissie van 15 december 2006 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening 1698/2005 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het ELFPO zijn volgende investeringen niet meer subsidiabel voor aanvragen vanaf 1 januari 2007: — Overname van bedrijfsbekleding en aandelen van een tweede bedrijf. — Dieren, aangekocht buiten het kader van de vestiging of speciale steunmaatregelen (compensatie van schade na dierziekten). — Goederen ter vervanging van gesubsidieerde goederen die minder dan tien jaar (onroerende goederen) of vijf jaar (overige) oud zijn. — Bedrijfsgebouwen die hoofdzakelijk opgetrokken worden met gerecupereerde prefab bouwelementen. — Tweedehandse bedrijfsuitrusting behalve wanneer de aanvrager op het tijdstip van de aanvraag om steun minder dan 5 jaar gevestigd is als landbouwer en jonger is dan 40 jaar. Het selectief subsidiëren van investeringen in tweedehandse bedrijfsuitrusting staat los van het verlenen van steun aan de vestiging van jonge landbouwers. In het kader van een vestiging kan geen steun verkregen worden voor het verwerven van bedrijfsuitrusting. 2. Aanvullende verduidelijkingen met betrekking tot de subsidiabiliteit van een aantal investeringen en het behoud van steun bij de herfinanciering door dezelfde bank Niet-subsidiabele investeringen Volgende investeringen zijn voortaan niet meer subsidiabel : — Personeelsruimte of kantoor en de uitrusting ervan wanneer de ruimtes onderdeel zijn van een woning. — Aankoop van allerlei klein materieel type boormachine, slijpmachine, snoeischaar, betonmolen. Investeringen gericht op de productie en verkoop van hoeveproducten Bij investeringen gericht op de productie en verkoop van hoeveproducten worden voortaan volgende beperkende preciseringen doorgevoerd tegen de achtergrond van de bepalingen terzake in de bijlage bij het besluit van de Vlaamse Regering en het ministerieel besluit van het VLIF. Enkel specifieke investeringen gericht op de vervaardiging en de verkoop van hoeveproducten komen in aanmerking voor 40 % steun. Voor gebouwen betreft dit een hoevewinkel, een verbruikslokaal en de opslag- of koelruimte bestemd voor het bewaren van de verkoopsklare voorraad aan hoeveproducten evenals de inrichtingsinvesteringen van gebouwen die door hun aard duidelijk bestemd zijn om de productie en verkoop van hoeveproducten mogelijk te maken (afwasbare wanden, antislipvloeren, noodzakelijke niveauverschillen, aangepaste riolering e.d.). Het gebouw zelf, dikwijls type gesloten loods met laad- en losplaats, voor het klaarmaken (sorteren, wassen, versnijden, bereiden, koken en/of verpakken) van de hoeveproducten wordt gesubsidieerd volgens de gangbare steunintensiteit van 20 %. Proportionele opsplitsingen worden niet toegepast. Voor specifieke vaste uitrusting, machines en materieel voor de productie en de verkoop van hoeveproducten, inbegrepen een koel- en marktwagen, wordt 40 % steun verleend. De investeringen waaronder ook de gebouwen, dienen gedimensioneerd te zijn op basis van de verwerking van de landbouwproducten van het eigen bedrijf. Semi-industriële productielijnen, ondermeer voor de verwerking van aardappelen, groenten, kruiden e.d. en voertuigen voor het transport van levende dieren komen niet in aanmerking voor 40 % steun, temeer omdat de afzet veelal niet via de korte keten verloopt. Voor dergelijke investeringen wordt onder de algemene voorwaarden, o.m. ook het verwerken van producten van het eigen bedrijf, 10 of 20 % steun verleend. Om 40 % steun te genieten dienen de investeringen betrekking te hebben op de vervaardiging en verkoop van hoeveproducten via een korte keten, d.w.z. : — op de hoeve zelf; — in de onmiddellijke omgeving van de hoeve zoals een buurtwinkel; — op de lokale boerenmarkt door de producenten zelf; — via voedselteams, groente-abonnementen of coöperaties van hoeveproducten. Verkoop aan groot- en/of kleinhandel (behoudens buurtwinkel), horeca… e.a. wordt niet (meer) gerangschikt als rechtstreekse verkoop.
48799
48800
MONITEUR BELGE — 14.09.2007 — BELGISCH STAATSBLAD Steunintensiteit voor waterzuivering en -behandeling Investeringen in waterzuivering of -behandeling worden voortaan als volgt gesubsidieerd : — Installaties waarvoor de steunintensiteit 40 % bedraagt : ° installaties voor waterzuivering op bedrijfsniveau. ° installaties voor conditionering van water, ander dan diep grondwater, voor drinkwater voor het vee of voor beregenings- of voedingswater in serres. ° installaties voor herconditionering van afvalwater voor hergebruik als drinkwater voor het vee of als beregenings- of voedingswater in serres. Er wordt alleen 40 % steun verleend voor de installatie zelf. Randinvesteringen (leidingen van en naar de installatie) worden gesubsidieerd naar rato van 20 %. — Installaties waarvoor de steunintensiteit 20 % bedraagt : ° beregeningsinstallaties en installaties voor fertigatie (andere dan serre-uitrusting), maar niet op basis van grondwater. ° installaties voor hergebruik van beregeningswater, opvang en hergebruik van hemelwater als beregeningswater anders dan in serres. ° installaties voor beperking of rationeel beheer van afvalwater (opslag van verontreinigd water). Maximum aantal verblijfsentiteiten bij investeringen in hoevetoerisme Bij investeringen in hoevetoerisme bedraagt het maximum aanvaardbaar aantal verblijfsentiteiten voortaan 8. De andere modaliteiten voor het verkrijgen van de steun voor investeringen in hoevetoerisme blijven ongewijzigd behouden. Behoud van steun bij een herfinanciering door dezelfde bank Bij een herfinanciering door dezelfde bank buiten het kader van financiële moeilijkheden kan de oorspronkelijk toegekende steun ongewijzigd behouden blijven. Er worden geen herschikkingen van steun (verlenging, andere periodiciteit…) toegestaan. Het theoretische aflossingsplan m.b.t. de toekenning van de VLIF-steun moet verder strikt gevolgd worden. Deze verduidelijkingen gelden voor aanvragen ingediend vanaf 1 augustus 2007. 3. Gewijzigde aanvraagprocedure « Inlichtingsblad » wordt « Aanvraag om tussenkomst 1e luik » Het inlichtingsblad werd geïntroduceerd met als doel een planmatig aangepakt investeringsproject vóór de start van de uitvoering ter kennis te brengen van het VLIF. In dit stadium van de aanvraagprocedure moet de aanvraag nog niet gedocumenteerd zijn maar de minimumnormen inzake deugdelijkheid moeten gerespecteerd worden. De aanvraag moet toelaten de aanvrager en het bedrijf ondubbelzinnig te identificeren. De investeringen worden zo volledig en correct als mogelijk beschreven en het investeringsbedrag wordt realistisch geschat. Er wordt informatie verstrekt over de waarschijnlijke financiering. Om de deugdelijkheid van de aanmelding te verhogen wordt het inlichtingsblad opgewaardeerd. In bijlage 1 wordt het nieuwe modelformulier bijgevoegd waarbij : — de term inlichtingsblad vervangen wordt door « Aanvraag om tussenkomst 1e luik »; — geïnformeerd wordt naar de correcte benaming van aanvrager en bedrijf om beide ondubbelzinnig te kunnen identificeren; — geïnformeerd wordt naar de waarschijnlijke financiering van de voorgenomen verrichtingen; — het document gedateerd en ondertekend wordt; — een vak voorzien wordt voor het VLIF-dossiernummer (enkel voor de administratie). « Aanvraag om tussenkomst » wordt « Aanvraag om tussenkomst 2e luik » In bijlage 2 wordt het modelformulier bijgevoegd waarbij : — de term « Aanvraag om tussenkomst » vervangen wordt door « Aanvraag om tussenkomst 2e luik »; — een vak voorzien wordt voor het VLIF-dossiernummer (invullen door de aanvrager of de bank); — de lijst van de voor te leggen documenten (punt 10 van de aanvraag) minimaal gewijzigd wordt. Met het oog op de controle van de leeftijdsvoorwaarde wordt voortaan kopie van de identiteitskaart aanvaard in de plaats van een uittreksel uit het geboorteregister. Verklaring op erewoord wordt aangevuld In de gewijzigde verklaring op erewoord (bijlage 3) verbindt de aanvrager zich ertoe geen andere aanvraag om steun te hebben ingediend of te zullen indienen bij het VLIF of bij een andere instantie voor dezelfde investeringen. Het betreft vormen van steun waarbij de investering zelf de basis vormt voor het bepalen van de steun. Minimum aanvaardbaar investeringsbedrag/aantal aanvragen per jaar per aanvrager/relatie tussen 1e en 2e luik van de aanvraag Het minimum aanvaardbaar netto- investeringsbedrag per aanvraag bedraagt voortaan 15.000 euro, ongeacht de financiering. De omvang van het minimum kredietbedrag is niet bepaald. Om te komen tot meer projectmatig aangepakte investeringen wordt nog één aanvraag om steun per jaar per aanvrager aanvaard. De aanvraag om tussenkomst 2de luik staat noodzakelijkerwijze in relatie tot één aanvraag om tussenkomst 1e luik en heeft uitsluitend betrekking op de aangemelde investeringen. De aanvraag om tussenkomst 1e luik wordt geklasseerd zonder gevolg wanneer zes maanden na de registratiedatum nog geen aanvraag om tussenkomst 2e luik ingediend werd. De aanvraag om tussenkomst 2e luik moet vergezeld zijn van de noodzakelijke documenten. Er wordt abstractie gemaakt van de aanvraag om vestigingssteun. De bepalingen met betrekking tot de gewijzigde aanvraagprocedure gelden voor aanvragen ingediend vanaf 1 september 2007. K. PEETERS, Vlaams minister van Institutionele Hervormingen, Havens, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsbeleid
MONITEUR BELGE — 14.09.2007 — BELGISCH STAATSBLAD Bijlage 1 bij omzendbrief 43 VLIF-dossiernummer (vak voor administratie)
Aanvraag om tussenkomst van het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds (VLIF) 1e luik In tweevoud opsturen naar : VLIF, Ellipsgebouw 4e verd., Koning Albert II-laan 35, bus 41, 1030 Brussel 1. Gegevens over de aanvrager De aanvrager is een natuurlijke persoon Familienaam en voornaam
Naam en voornaam echtgeno(o)t(e)
Straat en huisnummer
Telefoon of GSM
Postnummer en deelgemeente
Geboortedatum
e-mail adres
De aanvrager is een vennootschap Naam van de vennootschap (volgens statuten)
Naam en voornaam van de mandataris
Straat en huisnummer (maatschappelijke zetel)
Straat en huisnummer (domicilie mandataris)
Postnummer en deelgemeente (maatschappelijke zetel)
Postnummer en deelgemeente (domicilie mandataris)
Telefoon of GSM-nummer
e-mail adres
2. Gegevens over ligging en activiteiten van het bedrijf Straat en huisnummer Postnummer en deelgemeente Hoofdactiviteit (landbouw of tuinbouw) Oppervlakte
Aantal ha of m2
Aantal dieren :
Marktbare teelten :
Melkkoeien :
Voedergewassen :
Zoogkoeien :
Grasland :
Vleesvee :
Groenten in open grond :
Zeugen :
Boomkwekerij :
Vleesvarkens :
Fruitteelt :
Legkippen :
Teelten onder glas :
Vleeskippen :
Andere :
Andere :
3. Investeringen waarvoor de steun gevraagd wordt Nr.
Netto investeringsbedrag (in S) (minimaal 15.000 S)
Aard investering
1 2 3 4 Totaal 4. Financiering van de investeringen waarvoor de steun gevraagd wordt Nr.
Financiering (aankruisen wat past) Met krediet
1 2 3 4
Zonder krediet
Verwacht kredietbedrag (in S)
Kredietinstelling
48801
48802
MONITEUR BELGE — 14.09.2007 — BELGISCH STAATSBLAD 5. Verklaring Ondergetekende (naam & voornaam) vraagt steun van het VLIF voor de in punt 3 opgesomde investeringen. Hij of zij : — verklaart dat de uitvoering van de opgesomde investeringen nog niet begonnen is; — heeft er kennis van dat maximaal één aanvraag om tussenkomst per aanvrager per jaar mag ingediend worden. Een aanvraag om vestigingssteun mag bijkomend ingediend worden. — heeft er kennis van dat de aanvraag om tussenkomst 1e luik geklasseerd wordt zonder gevolg wanneer zes maanden na de registratiedatum van de aanvraag nog geen aanvraag om tussenkomst 2e luik ingediend werd. De aanvraag om tussenkomst 2de luik moet vergezeld zijn van de noodzakelijke documenten en verwijst naar het 1e luik. Gedaan te ……………………………. Handtekening aanvrager Datum ………………………………….
Bijlage 2 bij omzendbrief 43 VLIF-dossiernummer
Aanvraag om tussenkomst van het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds (VLIF) 2e luik In drievoud opsturen naar : VLIF, Ellipsgebouw 4e verd.,Koning Albert II-laan 35, bus 41, 1030 Brussel. Naam en adres kredietinstelling (*)
Referte kredietinstelling (*)
Datum aanvraag
(*) Invullen indien aanvraag gebeurt door kredietinstelling 1. Gegevens over de aanvrager (steeds invullen) De aanvrager is een natuurlijke persoon landbouwer (*) Familienaam en voornaam
Familienaam en voornaam echtgeno(o)t(e)
Straat en huisnummer
Hoogste diploma
Postnummer en deelgemeente
Datum van vestiging als landbouwer
Telefoon- en faxnummer
Jaren ervaring
Geboortedatum
Aard hoofdberoep
Aard bijberoep
(*) Indien de aanvraag uitgaat van een feitelijke vereniging van personen (ouder en kind) worden de gegevens op analoge wijze verstrekt voor ieder lid van de vereniging voorafgegaan door a), b), c). De aanvrager is een rechtspersoon landbouwer Naam van de rechtspersoon (volgens statuten)
Familienaam en voornaam van de bestuurder (*)
Straat en huisnummer (maatschappelijke zetel)
Straat en huisnummer
Postnummer en deelgemeente(maatschappelijke zetel)
Postnummer en deelgemeente
Telefoon- en faxnummer
Hoogste diploma
Oprichtingsdatum
Datum van vestiging als landbouwer
Maatschappelijk kapitaal
Jaren ervaring
Aard van de deelbewijzen (aankruisen wat past)
Aard hoofdberoep
Op naam
Aan toonder
(*) Gegevens verstrekken voor iedere bestuurder voorafgegaan door a), b), c).
Aard bijberoep
48803
MONITEUR BELGE — 14.09.2007 — BELGISCH STAATSBLAD 2. Gegevens over ligging en aard van het bedrijf (steeds invullen) Straat en huisnummer
Aard (landbouw, tuinbouw of CV voor verwerking, afzet of dienstverlening)
Postnummer en deelgemeente
Totale oppervlakte
3. Investeringen waarvoor de steun gevraagd wordt en financiering 3.a. Kredieten (invullen bij aanvraag rentesubsidie) Nr.
Kredietbedrag
Duur in periodes
Duur 1 periode (in maanden)
Jaarlijkse rentevoet
Aantal periodes vrijstelling
1. 2. 3. 3.b. Investeringen (steeds invullen)
Nr.
Aard investering
Nettobedrag
Kosten
Financiering van de investering Met krediet Kredietnr. Kredietgedeelte
Zonder krediet (*)
1. 2. 3. 4. 5. (*) Aankruisen indien toepasselijk 4. Opgave, waarde en verpanding van de onroerende eigendommen Omschrijving en waarde van de onroerende eigendommen (steeds invullen) Omschrijving goederen
Waarde bij vrijwillige verkoop
Waarde bij gedwongen verkoop
Bestaande hypothecaire inschrijvingen (enkel invullen bij financiering met krediet) Instelling die de inschrijving genomen heeft
Bedrag van de inschrijving
Kredietbedrag waarvoor de inschrijving genomen werd
5. Opgave, waarde en verpanding van de onroerende eigendommen van de bestuurder van de rechtspersoonaanvrager Omschrijving en waarde van de onroerende eigendommen (steeds invullen) Omschrijving goederen
Waarde bij vrijwillige verkoop
Waarde bij gedwongen verkoop
Bestaande hypothecaire inschrijvingen (enkel invullen bij financiering met krediet) Instelling die de inschrijving genomen heeft
Bedrag van de inschrijving
Kredietbedrag waarvoor de inschrijving genomen werd
6. Opgave, waarde en verpanding van de bedrijfsbekleding in eigendom Omschrijving en waarde van de bedrijfsbekleding (steeds invullen) Omschrijving goederen Dieren Materieel en machines Vruchten te velde en voorraden
Inventariswaarde
Bestaande inschrijvingen van het landbouwvoorrecht, het handelsfonds en eventuele andere voorrechten (enkel invullen bij financiering met krediet) Kredietbedrag Instelling die de Bedrag van de waarvoor de inschrijving genomen inschrijving inschrijving genomen heeft werd
48804
MONITEUR BELGE — 14.09.2007 — BELGISCH STAATSBLAD 7. Overzicht van de bestaande leningen (steeds invullen) Bank
Bedrag
Doel
Datum akte
Duur (jaar)
RV %
Waarborgen (Hyp, LV, HF)
Huidig saldo
Jaarlijkse aflossing
(V)LIF nr.
8. Waarborgen gehecht aan het krediet waarvoor de steun gevraagd wordt (invullen bij financiering met krediet) Kredietbedrag
Aard van de gevestigde waarborg
Bedrag van de inschrijving
9. Verantwoording van de gevraagde waarborg (invullen bij financiering met krediet en vraag naar overheidswaarborg) Indien er VLIF-waarborg gevraagd wordt moet aan de hand van een waardering van de eigen zekerheden, aangetoond worden dat deze ontoereikend zijn voor het krediet of de kredieten. Berekening waarborgtekort : Gevraagde VLIF-waarborg : Kredietnr.
Kredietbedrag
Gevraagd % waarborg
Gevraagd bedrag
1. 2. 3. 10. Bijgevoegde documenten (steeds invullen) Een aanvraag om steun moet vergezeld zijn van de documenten die strikt noodzakelijk zijn voor de afhandeling van het dossier en het mogelijk maken op basis van een administratief onderzoek een eerste beoordeling te doen van de aanvraag om steun. Documenten die samen met een vorige aanvraag om steun opgestuurd werden, moeten niet opnieuw voorgelegd worden. Hoogste diploma (1)
Huwelijkscontract (8)
Kopie identiteitskaart of uittreksel geboorteakte (2)
Statuten en oprichtingsakte (9)
Attest aansluiting sociale kas zelfst. (3)
Stedenbouwkundige vergunning of bouwvergunning (10)
Overnamecontract + inventaris of verslag over waarde van de aandelen (4)
Milieuvergunning (11)
Contract van samenuitbating (5)
Bouwtoelating (12)
Pachtcontract(en) (6)
Notarisattest of notariële akte (13)
Informatiefiche van het bedrijf (7)
Looncontract (14)
(*) aankruisen wat past 1. Het diploma is noodzakelijk voor de beoordeling van de beroepsbekwaamheid. 2. Kopie van de identiteitskaart of een uittreksel uit de geboorteakte moet bijgevoegd worden indien vestigingssteun gevraagd wordt. Op basis hiervan wordt de leeftijdsvoorwaarde gecontroleerd. 3. Het attest van aansluiting bij een sociale kas voor zelfstandigen moet voorgelegd worden met het oog op de controle van het sociaal statuut. 4. Bij een overname van bedrijfsbekleding moet een geregistreerd, gedateerd en door de partijen ondertekend overnamecontract voorgelegd worden. Tevens moet een gedetailleerde inventaris met opgave van de prijs per overgenomen goed, voorgelegd worden. In geval van een gedeeltelijke overname waarna de overnemer en de overlater het bedrijf samen zullen exploiteren moet de inventaris van het volledige bedrijf opgemaakt worden. In geval van een gedeeltelijke overname die niet gevolgd wordt door een gezamenlijke exploitatie wordt een inventaris voorgelegd van de reëel overgenomen goederen. Bij de overname van aandelen als beherend vennoot, zaakvoerder, bestuurder, afgevaardigd bestuurder wordt het verslag van de bedrijfsrevisor of erkende accountant over de waardebepaling van de aandelen voorgelegd. Dit verslag is gebaseerd op de bedrijfsboekhouding en jaarrekening van het laatste jaar voorafgaand aan de overname van aandelen. 5. In geval van een gedeeltelijke overname waarna de overnemer en de overlater het bedrijf samen exploiteren moet een contract van samenuitbating voorgelegd worden. 6. Indien toepasselijk dient de bedrijfszekerheid bewezen met het voorleggen van voldoende pachtcontracten. 7. In alle gevallen waarbij steun gevraagd wordt voor investeringen of voor een vestiging moet een informatiefiche van het bedrijf bijgevoegd worden. 8. Bij aanvragen op naam van de echtgeno(o)t(e) waarbij de partner reeds gevestigd is als landbouwer dient het huwelijkscontract voorgelegd.
48805
MONITEUR BELGE — 14.09.2007 — BELGISCH STAATSBLAD 9. Bij aanvragen door een rechtspersoon dienen de oprichtingsakte, de statuten en alle latere wijzigingen voorgelegd. 10. Bij het oprichten van bedrijfsgebouwen en bij het uitvoeren van investeringen die een vergunning vereisen, dient een stedenbouwkundige vergunning of een bouwvergunning voorgelegd. 11. In alle gevallen dient een milieuvergunning voorgelegd. 12. Indien gebouwd wordt op grond van derden moeten, naargelang het geval de toelating tot bouwen van de eigenaar of de vrederechter of de akte over een bekomen recht van opstal voorgelegd worden. 13. Bij aankoop van gebouwen is het noodzakelijk een kopie van de notariële akte of een attest van de notaris voor te leggen waaruit blijkt dat al dan niet van het recht op voorkoop werd gebruik gemaakt. Dit attest dient eveneens de oppervlakte, de aankoopprijs (verdeeld in waarde bedrijfsgebouwen, waarde grond bebouwd en niet-bebouwd, waarde woning) en de koopkosten te preciseren. In geval van uit onverdeeldheid treden, dient melding gemaakt van de ten opzichte van de medegerechtigden verworven goederen evenals de prijs van deze goederen gesplitst als hiervoor. 14. In geval van productie onder contract moet een kopie van het contract voorgelegd worden.
Bijlage 3 bij omzendbrief 43 Aanvraag om steun van het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds Verklaring op erewoord van de aanvrager Ondergetekende (naam) wenst steun te verkrijgen van het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds voor de investeringen/verrichtingen zoals weergegeven in bijgevoegd aanvraagformulier en : — bevestigt dat de informatie die in het kader van de aanvraag om steun verstrekt wordt op het aanvraagformulier of aan zijn kredietinstelling, onder meer over het patrimonium, de activa en de passiva, volledig en juist is; — heeft er kennis van genomen dat onvolledige of onjuiste verklaringen kunnen aanleiding geven tot het geheel of gedeeltelijk intrekken van de verkregen steun; — gaat akkoord om in voorkomend geval alle bijkomende inlichtingen te verstrekken, hetzij rechtstreeks, hetzij via zijn kredietinstelling, die noodzakelijk zijn voor het onderzoek van de aanvraag om VLIF-steun; — verklaart geen andere aanvraag om steun te hebben ingediend of te zullen indienen bij het VLIF of bij een andere instantie voor dezelfde investeringen; — (enkel invullen bij een aanvraag om vestigingssteun) — verklaart dat hij vanaf…… ……………………………….(datum) gestart is of zal starten met de aangifte van (bruto-)winsten uit de landbouwonderneming bij de aangifte van de personenbelasting en geeft een toelating aan het VLIF voor het opvragen van de noodzakelijke informatie bij de Administratie der Directe Belastingen met het oog op de controle van deze verklaring. Het aanvraagformulier is vergezeld van de documenten die strikt noodzakelijk zijn voor de afhandeling van het dossier. In voorkomend geval kan de vestigings- en/of investeringspremie gestort worden op rekeningnummer - op naam van ……………………………………………. Gedaan te ……………………………. Datum …………………………………. Handtekening aanvrager
* VLAAMSE OVERHEID Landbouw en Visserij [C − 2007/36559] Personeel. — Eervol ontslag. — Pensioen Bij besluit van de administrateur-generaal van het Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek van 28 augustus 2007 wordt aan de heer Willy Dierickx met ingang van 1 november 2007 eervol ontslag verleend uit zijn ambt van wetenschappelijk attaché. De betrokkene wordt ertoe gemachtigd met ingang van diezelfde datum aanspraak op pensioen te doen gelden en de eretitel van zijn ambt te voeren.
COMMUNAUTE FRANÇAISE — FRANSE GEMEENSCHAP MINISTERE DE LA COMMUNAUTE FRANÇAISE [C − 2007/29230] Apprentissage par immersion. — Autorisations Par arrêté du Gouvernement de la Communauté franc¸ aise du 27 juin 2007, l’Athénée Maimonide, de Bruxelles, est autorisé à organiser l’enseignement par immersion en langue néerlandaise en première année de l’enseignement secondaire à partir du 1er septembre 2007.