3.1 STICHTINGSSTATUUT

Routing Wijzigingsvoorstel Wijzigingsvoorstel Vastgesteld Verspreid naar scholen Gepubliceerd intranet

3.1

STICHTINGSSTATUUT

Y:\SPCO\aa Algemeen\Handboek algemeen\3.1 Stichtingsstatuut.doc

cie DO GMR

agendapunt

datum 08-07-09 08-02-10 08-02-10

Afschrift

Statutenwijziging

van:

Stichting Protestants-Christelijk Primair Onderwijs Groene

Hart

Woerden, 8 juli 2009.

1

228.118/JAQ

STATUTENWIJZIGING

.'

Heden, acht juli tweeduizend negen, --------------------------------------------------------------­ verschenen voor mij, mr Denis Leendert Jaquet, notaris te Woerden: -----------------------­ 1. de heer Hendrik Huisjes, wonende te 3443 BL Woerden, Nieuwendijk 14, geboren te Hoogeveen op zestien juli negentienhonderd vier en vijftig, (identiteitsbewijs: ---­ paspoort, nummer NUB98P185, uitgegeven door de burgemeester van Woerden op een en twintig mei tweeduizend zeven, geldig tot een en twintig mei tweeduizend --­ twaalf), gehuwd met mevrouw Alexandra Immerzeel; ------------------------------------­ 2. mevrouw Trijntje Jacoba van Dam, wonende te 3481 HB Harmelen, gemeente --­ Woerden, Prinsenhof 32, geboren te Oud-Beijerland op vier en twintig maart -------­ negentienhonderd drie en zeventig, (identiteitsbewijs: paspoort, nummer ------------­ NH1756401, uitgegeven door de burgemeester van Woerden op negen en twintig --­ september tweeduizend vier, geldig tot negen en twintig september tweeduizend ---­ negen), gehuwd met de heer Gijsbert Comelis Thomas Burggraaf; --------------------­ 3. de heer Hendrik Marinus de Vink, wonende te 3446 ZL Woerden, Anton ---------­ Tsjechovweg 3, geboren te Harmelen op zes oktober negentienhonderd twee en ----­ zestig, (identiteitsbewijs: Nederlands rijbewijs, nummer 3335612286, uitgegeven --­ door de burgemeester van Woerden op een mei tweeduizend zes, geldig tot een mei tweeduizend zestien), gehuwd met mevrouw Jannigje Comelia van der Lingen, -----­ ten deze handelend in hoedanigheid van gezamenlijk vertegenwoordigingsbevoegd -----­ bestuurders van de statutair te Woerden gevestigde en te 3364 DL Sliedrecht, Trapezium 210 haar adres hebbende stichting: Stichting Protestants-Christelijk Primair ----------­ Onderwijs Groene Hart, deze stichting verder te noemen: "de stichting", --------------­ ingeschreven in het handelsregister gehouden door de Kamer van Koophandel en -------­ Fabrieken onder nummer 301785 83. --------------------------------------------------------------­ De comparanten, handelend als gemeld, verklaarden: ------------------------------------------­ Oprich tin g, statu ten --------------------------------------------------------------------------------­ De stichting werd opgericht en haar statuten werden vastgesteld bij akte op negentien --­ december tweeduizendeen verleden voor mr. K.H.J. Flink, notaris te Utrecht. -------------­ De statuten zij n daarna niet gewijzigd. ------------------------------------------------------------­ Besluit tot statu tenwijziging ----------------------------------------------------------------------­ In een bestuursvergadering van de stichting, op negen en twintig juni tweeduizend negen gehouden, is onder meer besloten tot wijziging van de statuten van de stichting. ----------­ Notulen ------------------------------------------------------------------------------------------------­ Een uittreksel van de notulen van even bedoelde vergadering is aan deze akte gehecht. -­ Blijkens de tekst van de notulen zijn de comparanten aangewezen om namens het -------­ bestuur van de stichting de onderhavige rechtshandelingen te verrichten.-------------------­ Statu tenw ijzigin g ------------------------------------------------------------------------------------­

228.118/JAQ

2

De comparanten, handelend als gemeld, verklaarden naar aanleiding van voormeld besluit en ter uitvoering daarvan de statuten van de stichting met ingang van de dag na -­ heden integraal te wijzigen als volgt: --------------------------------------------------------------­ Arti]{el 1 -----------------------------------------------------------------------------------------------­ In deze statuten wordt verstaan onder: ------------------------------------------------------------­ College van bestuur: het bestuur van de stichting; ----------------------------------------------­ Raad van toezicht: de toezichthouder op- en werkgever van het college van bestuur; ----­ Directeur(en): de directeur(en) van de scholen die de stichting in stand houdt; ------------­ Directeurenoverleg: op stichtingsniveau functionerend overleg van de ---------------------­ directeuren van de scholen; -------------------------------------------------------------------------­ Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR): op stichtingsniveau ----------------­ functionerend medezeggenschapsorgaan, als bedoeld in de Wet -----------------------------­ m edeze ggensc hap scho Ien; --------------------------------------------------------------------------­ Medezeggenschapsraad (MR):op schoolniveau functionerend medezeggenschapsorgaan, als bedoeld in de Wet medezeggenschap scholen; -----------------------------------------------­ Ouderraad: vertegenwoordiging van ouders/verzorgers ter ondersteuning van het -------­ onderwij s op de school. ------------------------------------------------------------------------------­ Stichtingsraad: overlegorgaan op stichtingsniveau; ---------------------------------------------­ Schoolraad: overlegorgaan op schoolniveau; ----------------------------------------------------­ School: een school als bedoeld in de Wet op het primair onderwijs die door de stichting ­ in stand wordt gehouden; ----------------------------------------------------------------------------­ Ouders/verzorgers: Alle ouders/verzorgers van de ingeschreven leerlingen op een van de sch 0 Ien van de sti chting. -----------------------------------------------------------------------------­ Naam, zetel en duur --------------------------------------------------------------------------------­ Arti]{el 2 ----------------------------------------------------------------------------------------------­ De naam van de stichting is: Stichting Protestants Christelij]{ Primair --------------------­ Onderwijs Groene Hart. De stichting heeft haar zetel te Woerden en is ------------------­ opgericht voor onbepaalde tij d. ---------------------------------------------------------------------­ Grondslag ---------------------------------------------------------------------------------------------­ Arti]{el 3 ----------------------------------------------------------------------------------------------­ 1. De stichting geeft op grondslag van de Bijbel als Gods Woord vanuit de protestants­ christelijke levensbeschouwing - waarvan de kern verwoord is in de apostolische --­ geloofsbelijdenis - vorm aan het realiseren van haar doelstellingen. --------------------­ 2. De stichting geeft op lokaal niveau ruimte aan inkleuring van de grondslag. Deze --­ lokale inkleuring is verankerd in het schoolplan (document als bedoeld in artikel 12 van de wet op het primair onderwij s). -------------------------------------------------------­ I>oel-----------------------------------------------------------------------------------------------------­ Arti]{el 4 ----------------------------------------------------------------------------------------------­ 1. De stichting stelt zich ten doel protestants-christelijke basisscholen en / of speciale ­ scholen voor basisonderwij s, als bedoeld in de Wet op het primair onderwij s op te -­ richten en in stand te houden. -----------------------------------------------------------------­ 2. Zij beoogt niet het maken van winst. ---------------------------------------------------------­ 3. Zij tracht dit doel te bereiken door het zoeken van samenwerking in alles wat tot de

228.118/JAQ

3

belangen van het protestants-christelijk onderwijs behoort, door het houden van ----­ vergaderingen en voorts door alle andere wettige middelen welke tot het gestelde --­ doel dienstig zijn. -------------------------------------------------------------------------------­ Geldmiddelen ----------------------------------------------------------------------------------------­ Arti~el 5 ----------------------------------------------------------------------------------------------­ 1. De geldmiddelen van de stichting worden verkregen uit: ---------------------------------­ a. subsidies ---------------------------------------------------------------------------------------­ b. leningen----------------------------------------------------------------------------------------­ c. erfstellingen -----------------------------------------------------------------------------------­ d. legaten -----------------------------------------------------------------------------------------­ e. giften-------------------------------------------------------------------------------------------­ f. schenkingen -----------------------------------------------------------------------------------­ g. haar overig rechtmatig toekomende baten. -----------------------------------------------­ 2. Schenkingen, erfstellingen of legaten mogen niet aangenomen worden wanneer ----­ daaraan voorwaarden verbonden zijn die strijdig zijn met de grondslag of -----------­ bezwaarlijk zijn voor de verwezenlijking van het doel van de stichting. Erfstellingen kunnen voorts slechts worden aanvaard onder het voorrecht van boedelbeschrijving. ­ 3. Inzake de verdeling van uit rijksmiddelen verkregen gelden ten behoeve van de ----­ lokale scholen stelt het college van bestuur een begrotingsreglement op .. --------------­ Organen -----------------------------------------------------------------------------------------------­ i\rti~el

6 ----------------------------------------------------------------------------------------------­

1. De stichting heeft de volgende besluitvormende organen: -------------------------------­ a. college van bestuur; -------------------------------------------------------------------------­ b. raad van toezicht. ----------------------------------------------------------------------------­ 2. Voorts heeft de stichting de volgende organen: ---------------------------------------------­ a. direct eure no verleg; ---------------------------------------------------------------------------­ b. gemeenschappelijke medezeggenschapsraad; -------------------------------------------­ c. medezeggenschapsraden; -------------------------------------------------------------------­ d. ouderraden; -----------------------------------------------------------------------------------­ e. stichtingsraad; --------------------------------------------------------------------------------­ f. schoolraden. -----------------------------------------------------------------------------------­ 3. Geen deel van de raad van toezicht, de stichtingsraad of de schoolraden kunnen ----­ ui tm ak en: -----------------------------------------------------------------------------------------­ a. personen in dienstverband van de stichting. ----------------------------------------------­ b. personen die lid zijn van een medezeggenschapsraad of gemeenschappelijke -----­ medezeggenschapsraad, verbonden aan een school casu quo de scholen van de --­ stichting.---------------------------------------------------------------------------------------­ c. de echtgenoot of partner van de in lid 2 onder a. van dit artikel bedoelde groep --­ voor zover het management- of staffuncties betreft. ------------------------------------­ 4. Personen die een bloed- of aanverwantschap hebben tot in de eerste graad met -----­ personen die een dienstverband bij de stichting hebben, kunnen geen deel uitmaken van het college van bestuur. ------------------------------------------------------------------­ 5. Personen die in andere organen van de stichting zijn benoemd, kunnen geen deel --­

228. 118/JAQ

4

uitmaken van de raad van toezicht. ---------------------------------------------------------­ 6. Voorwaarde voor benoeming tot lid van het college van bestuur, de raad van toezicht, voor het lidmaatschap van de schoolraad en de stichtingsraad, is het uit ---­ overtuiging onderschrijven van grondslag en doelstelling van de stichting. -----------­ Bovendien dient men bereid te zijn en in staat te worden geacht een bijdrage te -----­ leveren aan de invulling van het karakter van het protestants-christelijk onderwijs --­ van de stichting. ---------------------------------------------------------------------------------­ Het college van bestuur ----------------------------------------------------------------------------­ Samenstellin g ----------------------------------------------------------------------------------------­ Artikel 7 ----------------------------------------------------------------------------------------------­ 1. Het college van bestuur bestaat uit minimaal twee leden. De raad van toezicht stelt ­ het aantal leden vast en benoemt, schorst en ontslaat hen. --------------------------------­ 2. Ingeval van belet of ontstentenis van één of meer bestuursleden, vormen de ---------­ overblijvende bestuursleden of het overblijvend bestuurslid niettemin een wettig ---­ college van bestuur, onverminderd de verplichting van de raad van toezicht om zo -­ spoedig mogelijk door benoeming in de ontstane vacature(s) te voorzien. -------------­ Taken en bevoegdheden ---------------------------------------------------------------------------­ Artikel 8 ---------------------------------------------------------------------------------------------­ 1. Het college van bestuur is belast met het besturen van de stichting en de door de ---­ stichting in stand gehouden scholen, overeenkomstig de grondslag van de stichting, met uitzondering van die taken en bevoegdheden die op grond van deze statuten ---­ expliciet aan de raad van toezicht zijn toegekend. -----------------------------------------­ 2. Het college van bestuur kan bepaalde (bestuurs-)taken mandateren aan de -----------­ directeuren van de scholen. --------------------------------------------------------------------­ 3. Het college van bestuur heeft de taak en bevoegdheid om directeuren en overige ---­ personeelsleden te benoemen, te schorsen en te ontslaan. Alvorens tot benoeming --­ van een directeur of een overig personeelslid over te gaan, dient het college van ----­ bestuur zich ervan te overtuigen dat doel en grondslag door hem of haar worden ---­ onderschreven en dat in overeenstemming met doel en grondslag van de stichting --­ zijn of haar taak zal worden verricht. --------------------------------------------------------­ 4. Het college van bestuur heeft voorafgaande goedkeuring van de raad van toezicht --­ nodig voor het nemen van besluiten met betrekking tot: ----------------------------------­ a. het aangaan van financiële verplichtingen en samenwerkingsovereenkomsten -­

welke niet binnen de begroting zijn opgenomen en waarvan het belang een ----­

bedrag van honderd vij ftigduizend euro overschrij dt; --------------------------------­ b. de beëindiging van de dienstbetrekking van een aanmerkelijk aantal -------------­

werknemers, zijnde minimaal vijf procent (5%) van het totale --------------------­

personeelsbestand tegelijkertijd of binnen een tijdbestek van twee maanden; ---­ c. een aanvraag tot faillissement of van surseance van betaling; ----------------------­ d. het sluiten van overeenkomsten tot het verkrijgen, vervreemden of bezwaren --­

van registergoederen; ----------------------------------------------------------------------­

e. het vaststellen van meerjarenbeleidsplannen, alsmede de hiervan afgeleide ----­

jaarplannen en j aarverslagen; ------------------------------------------------------------­

•

5

228.118/JAQ f.

het stichten, opheffen, samenvoegen, overnemen, overdragen of afsplitsen van ­ (een deel van) de scholen; ----------------------------------------------------------------­ g. het vaststellen, wijzigen of intrekken van het bestuursreglement waarin de -----­ verhouding tussen college van bestuur en raad van toezicht nader is uitgewerkt. h. het vaststellen van het financieel beleid, het treasury statuut, de begroting en de begrotingswijzigingen, de jaarrekening en het jaarverslag; -------------------------­ 5. Het college van bestuur betrekt bij het vervullen van taken en het uitoefenen van ---­ bevoegdheden: -----------------------------------------------------------------------------------­ a. de directeuren van de scholen, verenigd in het directeurenoverleg en ------------­ b. de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad, tenminste voor zover ----------­ betrokkenheid door het laatste orgaan door het wettelijk kader of de betrokken ­ reglementen is voorgeschreven. ---------------------------------------------------------­ Vergaderingen en besluitvorming _________________________________ m

______________________ - - - - - ­

}\rtiliel 9 ----------------------------------------------------------------------------------------------­ 1. De voorzitter van het college van bestuur schrijft periodiek een bestuursvergadering uit, conform de bestuurskalender. Vergaderingen worden voorts gehouden indien de voorzitter dit wenselijk acht, of indien één der andere leden van het college van ----­ bestuur onder opgave van redenen een verzoek hiertoe aan de voorzitter richt. -------­ 2. Besluitvorming door het college van bestuur vindt plaats op basis van consensus. --­ Kan het college van bestuur niet op basis van eenstemmigheid besluiten dan keert -­ het voorstel de eerstvolgende vergadering terug. Indien het college van bestuur dan nog geen eenstemmigheid heeft bereikt, wordt met meerderheid van stemmen ------­ besloten. Bij het staken van de stemmen beslist de voorzitter. --------------------------­ 3. Blanco stemmen tellen niet mee. -------------------------------------------------------------­ 4. Stemmen bij volmacht is niet mogelijk. -----------------------------------------------------­ V ertegenwoordiging ________________________________________________________________________________ _ }\rtiliel 10 ---------------------------------------------------------------------------------------------­ 1. De stichting wordt vertegenwoordigd door het college van bestuur. De stichting kan ook worden vertegenwoordigd door de voorzitter van het college van bestuur, dan -­ wel een ander lid van het college van bestuur bij afwezigheid van de voorzitter. ----­ 2. Het college van bestuur kan volmacht verlenen aan één of meer bestuursleden, -----­ alsook aan derden, om de stichting binnen de grenzen van die volmacht te -----------­ vertegenwoordigen. -----------------------------------------------------------------------------­ 3. De bevoegdheid van het college van bestuur omvat mede het sluiten van ------------­ overeenkomsten tot het kopen, vervreemden of bezwaren van registerzaken, --------­ alsmede het sluiten van overeenkomsten waarbij de stichting zich als borg of -------­ hoofdelijk medeschuldenares verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot -­ zekerheidsstelling voor een schuld van derde verbindt. ----------------------------------­ 4. In geval van een tegenstrijdig belang tussen de stichting en het college van bestuur, dit ter beoordeling van de raad van toezicht, wordt de stichting vertegenwoordigd -­ door personen die daartoe door de raad van toezicht zijn aangewezen. ----------------­ 5. Bij ontstentenis, schorsing of ontslag van het college van bestuur, wordt het college van bestuur waargenomen door de raad van toezicht, onverminderd de bevoegdheid

228.118/JAQ

6

van de raad van toezicht één of meer personen voor bepaalde tijd als waarnemend -­ bestuurder te benoemen. -----------------------------------------------------------------------­ Raad van toezicht -----------------------------------------------------------------------------------­ Samenstelling ----------------------------------------------------------------------------------------­ llrtillel 11 ---------------------------------------------------------------------------------------------­ 1. De raad van toezicht bestaat uit minimaal vijf en maximaal zeven personen. ---------­ 2. De leden zijn onafhankelijk en hebben geen direct of indirect zakelijk belang bij de ­ stichting blijkens overeenkomsten met de stichting of anderszins. De leden worden ­ grotendeels gerekruteerd uit ouders/verzorgers. Maximaal twee leden, waaronder de voorzitter, zijn niet uit de categorie ouders/verzorgers afkomstig. ----------------------­ 3. De leden van de raad van toezicht worden benoemd door de raad van toezicht, op --­ voordracht van de wervings- en selectiecommissie als bedoeld in het vierde lid, met uitzondering van de benoeming van de eerste leden van de raad van toezicht, die bij deze akte worden benoemd. Bij de benoeming wordt regionale spreiding in acht ---­ genomen. -----------------------------------------------------------------------------------------­ 4. Ten aanzien van de vervulling van een vacature richt de raad van toezicht een ------­ wervings- en selectiecommissie in. Deze commissie bestaat uit leden die grondslag ­ en --------------------------------------------------------------------------------------------------­ doelstellingen van de stichting onderschrijven en waarvan het merendeel bestaat uit

ouders. -------------------------------------------------------------------------------------------­ 5. De raad van toezicht neemt bij de benoeming van nieuwe leden het volgende in ----­ acht: -----------------------------------------------------------------------------------------------­ a. De raad van toezicht stelt profielen vast met gewenste competenties en ---------­

deskundigheden voor de leden van de raad van toezicht; ----------------------------­ b. Vacatures in de raad van toezicht worden openbaar gemaakt waarbij ------------­

gelegenheid wordt geboden aan de hand van het gewenste profiel te reflecteren

op de vacature. -----------------------------------------------------------------------------­ 6. Elk lid treedt uiterlijk vier jaar na zijn benoeming af, volgens een door de raad van ­ toezicht op te stellen rooster van aftreden. Aftredende leden kunnen terstond worden herbenoemd voor ten hoogste een tweede termijn van vier jaren. In tussentijdse ----­ vacatures benoemde leden nemen op het rooster van aftreden de plaats van hun ----­ voorganger in, met dien verstande dat tussentijds benoemde leden voor een extra --­ benoemingstermijn in aanmerking komen. De totale aaneengesloten ------------------­ benoemingstermijn kan nooit langer dan acht jaar zijn. -----------------------------------­ 7. Ingeval van een of meer vacatures in de raad van toezicht vormen de overblijvende ­ leden een wettig samengestelde raad van toezicht. Hierbij geldt een minimum van -­ drie leden om geldige besluiten te kunnen nemen. De raad van toezicht voorziet zo spoedig mogelijk in de vacatures. ------------------------------------------------------------­ 8. De raad van toezicht kan, onder opgave van redenen en met een meerderheid van --­ twee derde van de stemmen, besluiten een lid van de raad van toezicht te schorsen ­ of te ontslaan. ------------------------------------------------------------------------------------­ 9. Het lidmaatschap van de raad van toezicht eindigt door overlijden, schriftelijke -----­ ontslagneming en in alle gevallen waarin het betrokken lid het vrije beheer over zijn

;.

228.118/JAQ

6

van de raad van toezicht één of meer personen voor bepaalde tijd als waarnemend -­ bestuurder te benoemen. -----------------------------------------------------------------------­ Raad van toezicht -----------------------------------------------------------------------------------­ Samenstelling ----------------------------------------------------------------------------------------­ Artittel 11 ---------------------------------------------------------------------------------------------­ 1. De raad van toezicht bestaat uit minimaal vijf en maximaal zeven personen. ---------­ 2. De leden zijn onafhankelijk en hebben geen direct of indirect zakelijk belang bij de ­ stichting blijkens overeenkomsten met de stichting of anderszins. De leden worden ­ grotendeels gerekruteerd uit ouders/verzorgers. Maximaal twee leden, waaronder de voorzitter, zijn niet uit de categorie ouders/verzorgers afkomstig. ----------------------­ 3. De leden van de raad van toezicht worden benoemd door de raad van toezicht, op --­ voordracht van de wervings- en selectiecommissie als bedoeld in het vierde lid, met uitzondering van de benoeming van de eerste leden van de raad van toezicht, die bij deze akte worden benoemd. Bij de benoeming wordt regionale spreiding in acht ---­ genom en. --- ~-- ---------------------------------------------------------------------------------4. Ten aanzien van de vervulling van een vacature richt de raad van toezicht een ------­ wervings- en selectiecommissie in. Deze commissie bestaat uit leden die grondslag ­ en --------------------------------------------------------------------------------------------------­ doelstellingen van de stichting onderschrijven en waarvan het merendeel bestaat uit

ouders. -------------------------------------------------------------------------------------------­ 5. De raad van toezicht neemt bij de benoeming van nieuwe leden het volgende in ----­ acht: -----------------------------------------------------------------------------------------------­ a. De raad van toezicht stelt profielen vast met gewenste competenties en ---------­

deskundigheden voor de leden van de raad van toezicht; ----------------------------­ b. Vacatures in de raad van toezicht worden openbaar gemaakt waarbij ------------­

gelegenheid wordt geboden aan de hand van het gewenste profiel te reflecteren

op de vacature. -----------------------------------------------------------------------------­ 6. Elk lid treedt uiterlijk vier jaar na zijn benoeming af, volgens een door de raad van ­ toezicht op te stellen rooster van aftreden. Aftredende leden kunnen terstond worden herbenoemd voor ten hoogste een tweede termijn van vier jaren. In tussentijdse ----­ vacatures benoemde leden nemen op het rooster van aftreden de plaats van hun ----­ voorganger in, met dien verstande dat tussentijds benoemde leden voor een extra --­ benoemingstermijn in aanmerking komen. De totale aaneengesloten ------------------­ benoemingstermijn kan nooit langer dan acht jaar zijn. -----------------------------------­ 7. Ingeval van een of meer vacatures in de raad van toezicht vormen de overblijvende ­ leden een wettig samengestelde raad van toezicht. Hierbij geldt een minimum van -­ drie leden om geldige besluiten te kunnen nemen. De raad van toezicht voorziet zo spoedig mogelijk in de vacatures. ------------------------------------------------------------­ 8. De raad van toezicht kan, onder opgave van redenen en met een meerderheid van --­ twee derde van de stemmen, besluiten een lid van de raad van toezicht te schorsen ­ of te ontslaan. ------------------------------------------------------------------------------------­ 9. Het lidmaatschap van de raad van toezicht eindigt door overlijden, schriftelijke -----­ ontslagneming en in alle gevallen waarin het betrokken lid het vrije beheer over zijn

".

228.118/JAQ

7

v erm 0 gen ve rI ies t. ------------------------------------------------------------------------------­ 10. De raad van toezicht benoemt een van de leden, niet zijnde een ouder/verzorger tot voorzitter. ----------------------------------------------------------------------------------------­

)\rti){el 12------------- -------------------------------------------------------------------------------­ 1. De raad van toezicht houdt toezicht op de verwezenlijking van grondslag en --------­ doelstelling van de stichting, alsmede op het functioneren van het college van ------­ bestuur. De raad van toezicht adviseert het college van bestuur gevraagd en ---------­ ongevraagd. -------------------------------------------------------------------------------------­ 2. De raad van toezicht ziet toe op de naleving van de wettelijke verplichtingen van het college van bestuur en de naleving van de gehanteerde governancecode. Tevens ---­ houdt de raad van toezicht op de rechtmatige verwerving en de doelmatige en -----­ rechtmatige bestemming en aanwending van de middelen van de instelling van de -­ stichting.------------------------------------------------------------------------------------------­ 3. De raad van toezicht benoemt, schorst en ontslaat de leden van het college van -----­ bestuur. De voorzitter van het college van bestuur wordt door de raad van toezicht -­ in functie benoemd. -----------------------------------------------------------------------------­ 4. De raad van toezicht stelt de arbeidsvoorwaarden van de leden van het college van ­ bestuur vast. -------------------------------------------------------------------------------------­ 5. De raad van toezicht is belast met het aanwijzen van de accountant als bedoeld in --­ artikel 393, eerste lid van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. -------------------------­ 6. De raad van toezicht is belast met het jaarlijks afleggen van verantwoording over de uitvoering van de taken en de uitoefening van de bevoegdheden in het jaarverslag. -­ 7. De raad van toezicht is bevoegd de leden van het college van bestuur te schorsen of te ontslaan, indien ------------------------------------------------------------------------------­ a. niet of niet behoorlijk wordt voldaan aan de verplichtingen inzake rapportage en het verstrekken van inlichtingen als bedoeld in artikel 14; ------------------------­ b. iets is gedaan of nagelaten dat in strij d is met de wet of de statuten;-----------------­ c. er sprake is van wanbeheer of een andere vorm van onbehoorlijk bestuur; ---------­ d. er ernstige aanwijzingen zijn dat het college van bestuur of een lid daarvan niet -­ geschikt is voor zij nIhaar taak; ------------------------------------------------------------­ e. sprake is van een andere gewichtige reden in het belang van de stichting. ----------­

Vergaderingen ------------------------------------- -------------------------------------------------­ )\rti){el 13--------------------------------------------------------------------------------------------­ 1. Tenminste vier keer per kalenderjaar wordt een vergadering van de raad van --------­ toezicht gehouden. -----------------------------------------------------------------------------­ 2. Vergaderingen worden voorts gehouden indien de voorzitter dit wenselijk acht, of -­ indien ten minste drie leden van de raad van toezicht dit onder opgave van redenen ­ schriftelijk verzoeken aan de voorzitter. Indien aan zulk verzoek niet birmen --------­ eenentwintig dagen is voldaan, zijn de verzoekende leden bevoegd zelf een ---------­ vergadering bijeen te roepen, en zo nodig zelf in haar leiding te voorzien. ------------­ 3. De vergaderingen worden als regel bijgewoond door één of meer leden van het ----­ college van bestuur. De raad van toezicht kan besluiten te vergaderen zonder het ---­ co lle ge van bestuur. ----------------------------------------------------------------------------­

1

228.118/JAQ

8

4. Voor zover in deze statuten niet anders wordt bepaald, worden besluiten van de raad van toezicht genomen met volstrekte meerderheid van stemmen. -----------------------­ 5. Blanco stemmen tellen niet mee. ------------------------------------------------------------­ 6. Bij staken van stemmen wordt het voorstel geacht te zijn verworpen. ----------------­ 7. Stemmen bij volmacht is niet mogelijk. -----------------------------------------------------­ Informatieverschaffing-----------------------------------___________________________________________

Arti){el 14 ---------------------------------------------------------------------------------------------­ 1. Het college van bestuur verschaft de raad van toezicht tijdig de voor de uitoefening van diens taak noodzakelijke gegevens. De informatieverstrekking omvat in ieder -­ geval: -.- ------------------------------------------------------------------------------------------­ a. het jaarlijks te actualiseren meelj arenbeleidsplan; ------------------------------------­ b. De begroting met inbegrip van de investeringsbegroting, de jaarrekening, de accountantsverklaring, het jaarverslag Gaarlijks); ------------------------------------­ c. Tussentijdse rapportages op hoofdlijnen van beleid uiterlijk te ontvangen -----­ binnen een bij reglement van het college van bestuur vastgestelde termijn. -----­ 2. Het college van bestuur voorziet in een secretariaat ten behoeve van de raad van toe ­ zicht.------------------------- ---------------------------------------------------------------------­ Boe){jaar en jaarstu){){en van de stichting -----------------------------------------------------­ Arti){el 15 ---------------------------- ----------------------------------------------------------------­ 1. Het boekjaar van de stichting is gelijk aan het kalenderjaar. -----------------------------­ 2. Onder verantwoordelijkheid van de raad van toezicht is het college van bestuur ----­ verplicht van de vermogenstoestand van de stichting zodanig aantekeningen te doen houden dat daaruit ten allen tijde haar rechten en verplichtingen worden gekend. De aantekeningen dienen te voldoen aan de normen, welke naar de eisen des tijds in ---­ verband met de desbetreffende overheidsvoorschriften daaraan dienen te worden ---­ gesteld. -------------------------------------------------------------------------------------------­ 3. Het college van bestuur brengt binnen zes maanden na afloop van het boekjaar een ­ financieel jaarverslag, tenminste omvattende een balans en een staat van baten en --­ lasten, uit. De jaarrekening wordt vergezeld van een verklaring van een door de raad van toezicht aangewezen registeraccountant (RA). ---------------------------------------­ Het directeurenoverleg ---------------------------------------------------------------------------­ Arti){el 16 ---------------------------------------------------------------------------------------------­ 1. De directeuren van de scholen zijn lid van het directeurenoverleg. Het ----------------­ directeurenoverleg wordt door het college van bestuur betrokken bij de --------------­ beleidsontwikkeling en evaluatie. ------------------------------------------------------------­ 2. De samenstelling, taak en werkwijze worden vastgelegd in een door het college van bestuur op te stellen reglement voor het directeurenoverleg. ----------------------------­ 3. De verantwoordelijkheid voor het voorzitterschap van het directeurenoverleg berust bij het college van bestuur. --------------------------------------------------------------------­ De sti ch tin gs raad -----------------------------------------------------------------------------------­ Arti){el 17 ---------------------------------------------------------------------------------------------­ 1. De stichtingsraad vormt het overlegplatform voor het college van bestuur, waarbij ­ alle onderwerpen die betrekking hebben op onderwijs, opvoeding en -------------------­

1

228 .118/JAQ

2. 3. 4.

5.

9

levensbeschouwing binnen de stichting geagendeerd kunnen worden. -----------------­ De stichtingsraad bevordert het overleg tussen de stichting en externe belanghebbenden. ------------------------------------------------------------------------------­ Het aantal leden van de stichtingsraad is gelijk aan het aantal scholen. ----------------­ Het college van bestuur stelt een reglement op waarin de werkwijze van de ---------­ stichtingsraad en de wijze waarop het overleg met het college van bestuur -----------­ plaatsvindt, nader zijn geregeld. -------------------------------------------------------------­ De stichtingsraad rekruteert haar leden op bindende voordracht van de schoolraden, waarbij elke schoolraad uit haar midden een lid voordraagt, en meldt wijzigingen in de samenstelling aan het college van bestuur van de stichting. -------------------------­

Schoolraden -----------------------------------------------------------------------------------------­ Arti}{el 18 ---------------------------------------------------------------------------------------------­ 1 De directeur van de school stelt de ouders/ verzorgers, met inachtneming van artikel 3 tweede lid, in de gelegenheid zich te verenigen in een schoolraad, met als doel de dialoog over onderwijs, opvoeding en levensbeschouwing te bevorderen. ------------­ 2. De schoolraad bevordert het overleg tussen de school en externe ----------------------­ belanghebbenden. ------------------------------------------------------------------------------------­ 3. Elke schoolraad bestaat uit minimaal drie leden. De leden zijn afkomstig uit de -----­ ouders/verzorgers van de school en worden gekozen door de ouders/verzorgers van de school. ----------------------------------------------------------------------------------------­ 4. Het college van bestuur stelt een reglement op waarin in ieder geval wordt bepaald ­ welke taken de schoolraden hebben. --------------------------------------------------------­ 5. De directeur van de betrokken school woont de vergaderingen van de schoolraad --­ bij . ------------------------------------------------------------------------------------------------­

Ouderraden ------------------------------------------------------------------------------------------­ Arti}{el 19 ---------------------------------------------------------------------------------------------­ 1. De directeur van de school stelt de ouders/verzorgers in de gelegenheid zich te -----­ verenigen in een ouderraad met als doel het onderwijs op de school te ondersteunen. 2. De samenstelling, taak en werkwijze worden vastgelegd in een door de --------------­ ouders/verzorgers op te stellen reglement. Dit reglement wordt ter goedkeuring aan de directeur voorgelegd. Indien het reglement goedgekeurd wordt, verleent de ------­ directeur medewerking door zodanige faciliteiten ter beschikking te stellen dat de -­ ouderraad naar behoren kan functioneren. --------------------------------------------------­ 3. De ouderraad voorziet zelf in financiële middelen door het innen van een vrijwillige . ouderbijdrage. De hoogte van deze bijdrage wordt jaarlijks vastgesteld door het ----­ college van bestuur, gehoord hebbende de ouderraden en de oudergeleding van de -­ medezeggenschapsraad. ------------------------------------------------------------------------­ 4. (Een afvaardiging van) de directeur van de betrokken school woont de ---------------­ vergaderingen van de ouderraad bij. ---------------------------------------------------------­ Reglementen------------------------------------------------------------------------------------------­

Arti}{el 20 ---------------------------------------------------------------------------------------------­ 1. Het college van bestuur stelt, naast de reglementen genoemd in artikel 5, derde lid -­ (begrotingsreglement), artikel 16 (reglement directeurenoverleg), artikel 17 lid 4 ---­

228.118/JAQ

10

(reglement stichtingsraad) en artikel 19, vierde lid (reglement schoolraad) tenminste een huishoudelijk reglement vast. De reglementen mogen geen bepalingen bevatten die in strijd zijn met de wet en deze statuten. Bij onderlinge strijdigheid van --------­ genoemde reglementen beslist het college van bestuur. ----------------------------------­ 2. Het college van bestuur brengt de vastgestelde reglementen als bedoeld in het vorige lid ter kennis aan de raad van toezicht. ------------------------------------------------------­ 3. Eens in de vier jaar worden de hierboven genoemde reglementen door het college -­ van be stuur herij k 1. -----------------------------------------------------------------------------­ Statutenwijziging, fusie, splitsing m

____ m m __________________________________ m

____ m m m__ _

}\rti]{el 21 ---------------------------------------------------------------------------------------------­ 1. Het college van bestuur is bevoegd de raad van toezicht voorstellen te doen met ----­ betrekking tot het wijzigen van de statuten, tot het aangaan van een juridische fusie ­ dan wel een juridische splitsing. -------------------------------------------------------------­ 2. Een voorstel tot statutenwijziging, juridische fusie of juridische splitsing wordt -----­ voorgelegd aan de raad van toezicht, die daarover binnen een termijn van dertig ----­ dagen een bindende uitspraak doet. De besluitvormingsprocedure als bedoeld in ---­ artikel 22 is analoog van toepassing. Deze uitspraak wordt binnen genoemde -------­ termijn, gemotiveerd, schriftelijk aan het college van bestuur ter kennis gebracht. --­ 3. De wijziging van de statuten moet op straffe van nietigheid bij notariële akte tot ----­ stand komen. Het college van bestuur is verplicht een authentiek afschrift van de ---­ wijziging alsmede de gewijzigde statuten binnen dertig dagen neer te leggen ten ---­ kantore van het handelsregister van de Kamer van Koophandel en - Fabrieken ------­ binnen wiens gebied de stichting haar hoofdvestiging heeft. ----------------------------­ On tb in d in g -------------------------------------------------------------------------------------------­ }\rti]{el 22 ---------------------------------------------------------------------------------------------­ 1. De stichting kan worden ontbonden bij besluit van de raad van toezicht. -------------­ 2. Het college van bestuur wordt in de gelegenheid gesteld te adviseren over een -----­ voorstel tot ontbinding. ------------------------------------------------------------------------­ 3. Een besluit tot ontbinding kan slechts rechtsgeldig worden genomen wanneer dit ---­ besluit door de raad van toezicht bij unanimiteit is genomen in een vergadering ----­ waarin alle zitting hebbende leden aanwezig zijn. ------------------------------------------­ 4. Indien in deze vergadering geen besluit genomen mag worden of geen unanimiteit -­ kan worden bereikt dan wordt binnen vier weken doch niet - eerder dan binnen -----­ veertien dagen daarna een tweede vergadering uitgeschreven, welke, indien ten ----­ minste twee/derde van de zitting hebbende leden aanwezig is, het voorstel kan -----­ aannemen met twee/derde stemmen. Een besluit tot ontbinding wordt geacht tevens een besluit tot vereffening te zijn. Indien bij zodanig besluit te dien aanzien geen ---­ andere regelingen zijn gesteld, geschiedt de vereffening door de raad van toezicht. -­ De vereffening geschiedt met inachtneming van de daarvoor geldende wettelijke ---­ voorschriften. -----------------------------------------------------------------------------------­ 5. De raad van toezicht stelt bij zijn besluit tot ontbinding van de stichting de ----------­ bestemming vast van een eventueel batig saldo, en wel zoveel mogelijk in -----------­ overeenstemming met het doel van de stichting. -------------------------------------------­

228 .118/JAQ

11

Slotbepalingen ---------------------------------------------------------------------------------------­ Arti){el 23 ---------------------------------------------------------------------------------------------­ In alle gevallen waarin door de statuten, één of meer reglementen of de wet niet is ------­ voorzien, beslist de raad van toezicht, gehoord hebbende het college van bestuur. --------­ De comparanten, handelend als gemeld verklaarden voorts : ----------------------------------­ 1. met ingang van de dag na heden eindigt het bestuurslidmaatschap van alle leden van ­ het bestuur en zal het college van bestuur bestaan uit de volgende personen: --------------­ a. genoemde heer Hendrik Marinus de Vink, als voorzitter; --------------------------------­ b. de heer Hendri){ Mattheus Johannes Mac){loet, wonende te 3481 HR Harmelen, gemeente Woerden, Koningshof 51, geboren te Oude-Tonge op zes en twintig -----­ november negentienhonderd zes en vijftig, gehuwd, als bestuurslid. ------------------­ 2. De raad van toezicht zal bestaan uit de volgende personen: --------------------------------­ a. de heer Timotheus Martijn Willemse, wonende te 3826 CK Amersfoort, ----------­ Schoklandstraat 57, geboren te Spijkenisse op twaalf april negentienhonderd vier en zeventig, gehuwd, als voorzitter; -------------------------------------------------------------­ b. genoemde mevrouw T.J. van Dam, als lid;--------------------------------------------------­ c. mevrouw Hendri){a Stam, wonende te 3461 CJ Linschoten, gemeente Montfoort, -­ Vaartkade Noordzijde 20, geboren te Gouda op acht en twintig december -----------­ negentienhonderd negen en zestig, gehuwd, als lid; ---------------------------------------­ d. de heer Max van den Berg, wonende te 3443 CS Woerden, JozefIsraelslaan 6-II, ­ geboren te Rotterdam op dertien juni negentienhonderd vijf en zestig, gehuwd, als -­ lid;-------------------------------------------------------------------------------------------------­ e. de heer WiJlem Bos, wonende te 3533 EA Utrecht, Johan Winnubstlaan 7, geboren te Maartensdijk op twee en twintig mei negentienhonderd negen en veertig, gehuwd, als lid;---------------------------------------------------------------------------------------------­ f. mevrouw Miriam Koning, wonende te 2415 BC Nieuwerbrug aan den Rijn, -------­ gemeente Bodegraven, Weijland 42, geboren te Bodegraven op zes februari --------­ negentienhonderd een en zeventig, gehuwd, als lid. --------------------------------------­ S~()T --------------------------------------------------------------------------------------------------­ De comparanten zij n mij, notaris, bekend. --------------------------------------------------------­ Verder heb ik, notaris, de zakelijke inhoud van de akte meegedeeld aan de comparanten en daarop een toelichting gegeven, inclusief de uit de inhoud van de akte voortvloeiende gev 0 I gen. ----------------------------------------------------------------------------------------------­ De comparanten verklaren van de inhoud der akte te hebben kennis genomen --------------­ en daarmee in te stemmen. --------------------------------------------------------------------------­ Dadelijk na beperkte voorlezing is de akte door de comparanten en door mij, notaris, -----­ ondertekend. De akte is verleden te Woerden op de datum aan het begin van deze akte ---­ vermeld.------------------------------------------------------------------------------------------------­ (getekend: volgen de handtekeningen). UITGEGEVEN VOOR AFSCHRIFT