28 augustus 2009
FAQ GAK Veel gestelde vragen over de mogelijke verhuizing naar het voormalige GAL gebouw. A. Waarom moet er iets gebeuren? 1. Waar bestaat het ruimte probleem uit? Op dit moment hebben we twee externe ruimtes in gebruik. De projectruimte aan de Tolstraat (met de AHK) en een verdieping in het voormalige GAK gebouw waar afstudeerateliers in zijn ondergebracht. Beide ruimtes kunnen we slechts tijdelijk benutten. Over twee studiejaren loopt in elk geval de overeenkomst voor het GAK gebouw af. De afspraken over de Tolstraat zijn voor een nog kortere termijn. Wanneer deze tijdelijke oplossingen eindigen zullen we een nieuwe oplossing beschikbaar moeten hebben. Daarnaast zijn er in de huidige situatie diverse afdelingen en werkplaatsen die kampen met een tekort aan ruimte. 2. Wat is er aan extra ruimte nodig? Wij hebben een globale inschatting gemaakt van de huisvestingswensen zoals die nu bij ons bekend zijn. Deze ruwe schatting zal in een vervolgstadium nader worden geïnventariseerd en worden vertaald in een programma van eisen. We schatten in dat er circa 3.000 m2 extra nodig is. Dit bestaat uit onder andere uit de nu extern ondergebrachte afstudeerateliers voor BK, DOGtime en VAV. Daarnaast zijn er diverse afdelingen die nog meer ruimte nodig hebben voor ateliers en onderwijsruimte (BK, DOGtime, VAV, TXT, Keramiek). Het Sandberg Instituut heeft aanzienlijk meer ruimte nodig voor haar onderwijs (voornamelijk ateliers). Voor de hout- en metaalwerkplaats is een uitbreiding in m2 gewenst voor bijvoorbeeld een ruimte waarin grote werken kunnen worden gemaakt (een “assemblagehal”) en een maquetteruimte. Een aantal computerwerkplaatsen zouden uitbreiding kunnen gebruiken. Verder is er vraag naar een aantal extra projectruimtes en theorie / leslokalen. Tenslotte is er flink meer opslag nodig voor de afdelingen maar ook voor de organisatie (facilitaire zaken). B. Hoe ziet de mogelijkheid om te verhuizen naar het voormalige GAK gebouw er precies uit? 1. Om hoeveel m2 gaat het? De aanbieding is dat wij 21.000 m2 b.v.o. (bruto vloeropmmervlak) krijgen in het GAK gebouw. In de gebouwen aan de Fred. Roeskestraat hebben wij nu ca. 14.500 m2 b.v.o. tot onze beschikking. Het totale GAK gebouw is 36.000 m2 groot. 2. Gaan we kopen of huren? We gaan kopen en worden eigenaar van de betreffende 21.000 m2 van het GAK gebouw. Op dit momenten is de GRA ook eigenaar van haar gebouwen aan de Fred. Roeskestraat. Deze situatie willen we graag in stand houden om niet afhankelijk te worden van een verhuurder. De grond onder het gebouw wordt in erfpacht verworven, waarbij de erfpacht voor 50 jaar wordt afgekocht. Dit is vergelijkbaar met de huidige situatie. 3. Wie is nu de eigenaar van het GAK gebouw? Het gebouw is eigendom van een consortium wat bestaat uit projectontwikkelaar AM (50% eigenaar) en woningbouw corporaties Stadgenoot (25%) en Rochdale (25%). Binnen het consortium is overeengekomen dat Rochdale op korte termijn haar aandeel verkoopt aan Stadgenoot, waardoor er twee partijen eigenaar zijn. AM zal de restauratie van het gebouw tot een casco niveau voor haar rekening nemen en begeleiden. Na oplevering zal Stadgenoot het resterende deel van AM overnemen en dus de enige eigenaar zijn naast eventueel de GRA. 4. Wat betalen we ervoor? De aanbieding bestaat eruit dat we de betreffende 21.000 m2 in het GAK gebouw kopen voor de prijs die de huidige gebouwen aan de Fred.
Roeskestraat opbrengen. Er is dus eigenlijk sprake van een ruil met gesloten beurzen. Op basis van taxaties die we zelf hebben laten uitvoeren kunnen we concluderen dat deze ruil voor de GRA een aanzienlijke financiële waardevermeerdering oplevert. 5. Is er voldoende geld om het gebouw geschikte te maken voor de GRA? Het gebouw wordt aan de GRA verkocht in een vrij kale “casco” staat. Het gebouw, inclusief de gevels, wordt wel volledig gerestaureerd en er worden nieuwe installaties aangebracht. Vervolgens zal het gebouw verder moeten worden afgebouwd en ingericht om het geschikt te maken als onderwijsgebouw. Het budget wat hiervoor nodig is hebben wij samen met een kostendeskundige geschat op 15 miljoen euro. Dat is een ruime schatting. Dit geld moet worden bijgedragen door derden. Voor het grootste deel van dit bedrag, 10 miljoen, hebben we een aanvraag uitstaan bij de ministeries van OCW en VROM. Verder heeft het stadsdeel Bos en Lommer aangegeven een miljoen te willen bijdragen. Voor de overige 4 miljoen euro zijn we nog op zoek naar een donateur. Met deze externe bijdragen kan de verhuizing voor de GRA vrijwel budgetneutraal worden gerealiseerd. Het kost ons dus niet meer geld, maar we krijgen wel veel meer ruimte. Als de subsidie van OCW / VROM niet vrijkomt kunnen wij de verhuizing niet realiseren. 6. Wat gebeurt er met de gebouwen aan de Fred. Roeskestraat? Het Rietveld gebouw en het Benthem Crouwel gebouw worden in het verhuis scenario eigendom van Stadgenoot. Dit is een woningcorporatie die bekend staat om de zorgvuldige manier waarop zij omgaan met monumenten. Omdat het Rietveld gebouw een (gemeentelijk) monument is, weten we zeker dat het gebouw niet aangetast zal worden. Het gebouw blijft dus behouden. Stadgenoot zal een huurder gaan zoeken voor de gebouwen. Wie dat zal zijn is nog niet bekend. Er is sprake van geweest dat de British School zou gaan verhuizen naar deze gebouwen, maar dat is inmiddels weer onzeker. Het is waarschijnlijk dat de gebouwen een onderwijs- of culturele bestemming houden. De bestemming is immers gekoppeld aan het erfpachtcontract en bij een bestemmingswijziging, bijvoorbeeld naar kantoren, moet er een fors bedrag aan erfpacht worden bijbetaald, wat volgens berekeningen die wij hebben laten uitvoeren niet rendabel zou zijn. 7. Om welk deel van het GAK gebouw gaat het? In de oorspronkelijke aanbieding ging het om de noordvleugel en het grootste deel van de kern. Inmiddels is dat, op ons verzoek aangepast naar de zuidvleugel en het grootste deel van de kern. De zuidvleugel heeft een betere bezonning dan de noordvleugel, waardoor deze voor het onderwijs aantrekkelijker is (meer licht). Op dit moment wordt er daarnaast nog door AM gekeken of het mogelijk is om direct naast het GAK gebouw een gebouw te realiseren met hogere verdiepingen (ofwel tussen het gebouw en de snelweg ofwel op het binnenterrein). Als de gemeente hier toestemming voor zou geven zouden wij 1 op 1 een aantal (naar eigen wens) meters uit het hoofdgebouw kunnen inruilen tegen meters met hogere verdiepingen. Feitelijk is het zo dat wij tot het moment dat wij definitief “ja” zeggen en een overeenkomst zouden sluiten de ruimte hebben om in overleg met Stadgenoot te bepalen wat de indeling van het gebouw precies gaat worden en welk deel door de GRA gebruikt zou gaan worden. 8. Wat gaat er verder in het GAK gebouw gebeuren en in hoeverre hebben wij daar invloed op? Zoals eerder gesteld wordt Stadgenoot eigenaar van de rest van het gebouw. Wij hebben in een gesprek met de voorzitter van het bestuur van Stadgenoot de toezegging gekregen dat er, wanneer de GRA naar het GAK gebouw gaat, een culturele bestemming zal worden gegeven aan de rest van het gebouw. Dit betekent dat alle overige gebruikers een aantoonbare link hebben met cultuur. Stadgenoot is een woningcorporatie en wil daarom in elk geval een significant aantal studentenwoningen in het gebouw realiseren. Het gaat daarbij om zelfstandige units met eigen faciliteiten voor een lage prijs (200 – 300 euro, afhankelijk van het recht op huursubsidie). De GRA zou de eerste optie hebben op deze woningen voor haar studenten. Stadgenoot blijft overigens eigenaar van de woningen en treedt dus op als verhuurder. Als er
vanuit de studenten van de GRA onvoldoende interesse is in de woningen zal de insteek zijn studenten van andere kunstopleidingen (filmacademie, conservatorium enz.) hier te gaan huisvesten. 9. Wat gaat er met het terrein rondom het GAK gebouw gebeuren? Het stadsdeel Bos en Lommer heeft een budget gereserveerd voor de herinrichting van het terrein aan de entree zijde van het GAK gebouw. Op dit moment zijn daar nog parkeerplaatsen en ligt er verder gras. De parkeerplaatsen zullen aan die zijde verdwijnen en het is de bedoeling dat het terrein parkachtig wordt ingericht. Aan ons is de toezegging gedaan dat als wij besluiten naar het GAK gebouw te verhuizen, wij het ontwerp van de buitenruimte mee mogen nemen bij het ontwerp voor ons deel van het gebouw. Het budget wat hiervoor is gereserveerd wordt dan aan ons ter beschikking gesteld (uiteraard in nauw overleg met het stadsdeel). Er zal een beperkt aantal parkeerplaatsen worden gerealiseerd achter het gebouw aan de A10 zijde. 10. Zijn er voldoende hoge ruimtes te realiseren in het GAK gebouw? Het gebouw heeft een staalskelet, wat het constructief mogelijk maakt om tussen de liggers van het skelet vloerdelen te verwijderen. Daarmee zijn dubbel hoge ruimtes te realiseren. Hiermee gaan uiteraard ook meters verloren, maar gezien het feit dat wij ca. 3.000 m2 extra nodig hebben en het GAK gebouw ons 6.500 m2 extra biedt, verwachten we dat dit geen probleem oplevert. De kosten hiervoor zijn opgenomen is het afbouwbudget, zoals omschreven bij vraag 5. 11. Wat is de consequentie van de monumentale status van het GAK gebouw? Het gebouw is een gemeentelijk monument en zal over enkele jaren een Rijksmonument worden. Dit betekent in elk geval dat het behouden moet blijven en niet afgebroken mag worden. In hoofdlijnen wil Monumentenzorg dat het beeld van het gebouw aan de buitenzijde zo min mogelijk wordt aangetast. Er is echter aangegeven dat wij aan de binnenzijde de ruimte hebben het gebouw aan te passen aan onze wensen. Dit betekent ook dat het geen probleem zal zijn het gebouw normaal te gebruiken (een gat in de muur boren moet mogelijk zijn). 12. Zijn er voldoende te openen ramen in het GAK gebouw? Op dit moment zijn er alleen te openen ramen in de kern van het gebouw. Wij hebben echter aangegeven dat het voor ons een voorwaarde is dat er ook in de vleugels te openen ramen zullen komen. De huidige eigenaren hebben hierover overleg gevoerd met Monumentenzaken en deze hebben toegezegd dat er geen bezwaar is te openen delen te realiseren in het hele gebouw. 13. Gaat het GAK gebouw gevaren opleveren voor de gezondheid? Het eenvoudige antwoord is dat dit onmogelijk is. Als er sprake zou zijn van gevaren voor de gezondheid zou er geen gebruiksvergunning worden verleend voor het gebouw. Het gebouw zal in principe moeten voldoen aan de hedendaagse regelgeving, waarin strenge eisen zijn opgenomen ten aanzien van luchtkwaliteit e.d. Alle maatregelen die genomen moeten worden om dit te bewerkstelligen zullen worden genomen. 14. Is het gebouw geschikt te maken voor het kunstonderwijs? Dit is een kwalitatieve inschatting die door iedereen anders zal worden gemaakt. Wij denken dat het gebouw de potentie heeft om een goed onderwijsgebouw te worden. Er is veel glas en veel ruimte. Het zal belangrijk zijn ervoor te waken dat de transparantie behouden blijft. Wanneer we besluiten de verhuizing naar het GAK gebouw verder in gang te zetten zullen we een proces in gang zetten waarbij iedereen zijn wensen ten aanzien van het gebouw kenbaar kan maken en in de gelegenheid wordt gesteld van dichtbij het ontwerpproces te volgen. Er zal een architectenselectie plaatsvinden waar iedereen bij betrokken wordt en een programma van eisen worden opgesteld waarvoor gesprekken met alle onderdelen van de organisatie zullen plaatsvinden. Met elkaar kunnen we er op die manier over waken dat het gebouw wordt afgestemd op het gebruik ervan door de GRA. C. Alternatieven 15. Wat zijn de alternatieven?
Er zijn uiteraard diverse alternatieven denkbaar. We hebben bijvoorbeeld gekeken naar uitbreiding op de huidige locatie aan de Fred. Roeskestraat, verhuizing naar andere plaatsen in de stad of zelfs nieuwbouw elders in de stad. Overigens bleek het aantal realistische opties zeer beperkt in verband met het grote aantal en soort meters wat wij nodig hebben en het feit dat wij eigenlijk binnen de centrumring willen blijven. Een hele belangrijke conclusie van al die onderzoeken is dat alle alternatieven geld kosten. Zoals onder vraag 5 vermeld kan de verhuizing naar het GAK gebouw echter budgetneutraal verlopen. Extra geld voor huisvesting hebben we eigenlijk niet. Je zou ook kunnen stellen dat we hier geen extra geld aan willen besteden, omdat we het geld liever direct aan het onderwijs willen besteden. 16. Kan het Sandberg Instituut verhuizen? Op zich is het een optie dat het SI verhuist en er daarmee ruimte vrijkomt voor de GRA op de huidige locatie. Wel vinden wij het van belang dat de GRA en het SI in elk geval in elkaars nabijheid gevestigd blijven, zodat er faciliteiten gedeeld kunnen worden en er contact blijft bestaan tussen de opleidingen. Het is echter belangrijk te bedenken dat ook deze optie geld kost. Voor het SI zal ruimte moeten worden gehuurd, wat in de kosten op lange termijn waarschijnlijk zelfs vergelijkbaar zal zijn met het realiseren van een uitbreiding op de huidige locatie. 17. Kunnen we de studentenaantallen terugbrengen? Minder studenten betekent minder benodigde ruimte. Vanuit de inhoud van het onderwijs is een kleinere academie aantrekkelijk, dat denkbeeld delen wij. In de huidige systematiek van de bekostiging van het kunstonderwijs, die is gekoppeld aan de aantallen studenten, is het aantal van 1.000 studenten echter een minimum om de organisatie draaiende te houden. Een aantal jaren geleden waren er minder studenten, wat ook directe negatieve consequenties had voor de financiën van de academie. Er was minder geld voor het onderwijs, wat zeer voelbaar was in de dagelijkse praktijk. Minder docenten, minder geld voor activiteiten, minder geld voor investeringen in werkplaatsen, meubilair en gebouwen. Dit is een situatie waar we niet naar terug willen. De kans dat voor ons een uitzonderingspositie wordt gemaakt waarin wij voor minder studenten dezelfde hoeveelheid geld zouden ontvangen schatten wij zeer klein in. 18. Wat als we blijven waar we zijn zonder uitbreiding? Dan zullen we ons moeten gaan richten op een ingrijpend anders “efficiënter” ruimtegebruik. Bijvoorbeeld door het inkrimpen van de werkplekken voor de studenten en het invoeren van een les- en lokalen rooster dat gebruik door verschillende afdelingen volgens een vast weekrooster mogelijk maakt. Studenten zullen meer thuis moeten werken aan hun opdrachten of hun vrije werk. Het gebruik van de lesruimten zal centraal vastgesteld worden in een weekrooster, zodat er geen dagen of avonden meer zijn waarop lokalen minder of niet gebruikt worden. Daarnaast zal bekeken moeten worden welke afdelingen waar het beste qua ruimte kunnen functioneren. Dit bekent waarschijnlijk een herschikking tussen gebruikers van de nieuw- en oudbouw. Gezien de omvang van de extra ruimte behoefte op dit moment zal er een hele andere manier van werken moeten worden gevonden om dit mogelijk te maken. 19. Kan er gebruik worden gemaakt van “dependances” elders in de stad? Ja dat kan, bijvoorbeeld zoals nu voor de eindexamengroepen van BK, VAV en DOG-time. Maar dat is een kostbare zaak: het zal gaan om korter verblijf en vereist bij het betrekken van een nieuwe plek steeds extra investeringen in inrichting. Ook kost het geschikt maken van een tijdelijke ruimte vaak veel tijd, terwijl de ruimte slechts in beperkte mate kan worden aangepast op het gebruik. Soms zijn ook tijdelijke voorzieningen op het gebied van installaties nodig (bijvoorbeeld verwarming) die vaak zeer energie onzuinig zijn. Een permanente oplossing heeft het voordeel dat ingrijpendere aanpassingen mogelijk zijn. Voor de studenten kan er een probleem ontstaan ten aanzien van gebruik van werkplaatsen, die uiteraard aan de Fred.
Roeskestraat blijven. Verspreiding van de academie over meerdere locaties brengt altijd extra problemen met zich mee op gebied van veiligheid en verantwoordelijkheden. Docenten moeten bereid zijn mee te gaan en hun lessen op twee locaties te geven.