Schoolkr@nt editie 4 2013/2014
Science
In dit nummer o.a. • Leuke proefjes om thuis te doen • Is het broodje gezond wel echt ‘gezond’?
Tekening: Valentijn Albers
Schoolkr@nt Editorial Toen het nieuwe thema gekozen moest worden en iemand opperde dat we het wel over science konden houden, was ik niet direct enthousiast. Als je mij een beetje kent weet je dat ik niet van wis-natuur- of welke andere kunde dan ook houd. Taal en alle woorden die ik daarbij moet leren zijn mij duizend maal liever dan een of andere wiskunde formule. Toen ik in de tweede het vak natuurkunde kreeg en in de derde het vak scheikunde, was het voor een grote opluchting toen ik het in de vierde allemaal weer kon laten vallen. Ik had het geluk dat ik vrienden had die daar nou net uitzonderlijk goed in waren en zo redde ik het in ieder geval wel bij de proefjes. ( Dank daarvoor!) Voldoende stond ik nog net, maar bij mij was er nooit twijfel geweest of ik er mee door moest gaan. Ik hou er niet van en zal er ook nooit van gaan houden. Mijn profiel is dan ook die van Cultuur en Maatschappij en hier ben ik erg tevreden mee. Ik zal jullie verder niet vervelen met het ophemelen van dit profiel, want daar zijn nou eenmaal de meningen over verdeeld, maar mij bevalt het dus prima. Maar waarom, als ik zo een fanatiek tegenstander ben voor al deze vakken, heb ik dan toch voor het onderwerp science gekozen? Mij lag het dus niet en juist omdat de meerderheid van onze redactie bestaat uit taalliefhebbers schetsen wij geen natuurgetrouw beeld van onze school. Want zoveel leerlingen volgen wel al die wiskundige vakken en ook zijn er veel interessante dingen over te vertellen. Juist voor mij is het wel een uitdaging om hier een interessant nummer van te maken. Gelukkig waren er genoeg dingen waar we over konden schrijven binnen dit thema. Daarbij is het voor sommige leerlingen nu ook tijd om te kiezen wat voor profiel ze willen. Misschien heb je iets aan alle stukken die over de technische profielen gaan. Of ben je gewoon er gewoon in geïnteresseerd. Heb je bijvoorbeeld altijd al willen weten hoe het met de taal van liefde zat? Nou, in dit geval bespreken we de scheikundige kant hiervan. We hebben een aantal proefjes erin gezet en natuurlijk onze vaste columns van Eva en Tara staan erin. Julie (ons nieuwe redactielid) heeft uitgezocht of ons ‘broodje gezond’ uit de kantine wel echt zo gezond is. Natuurlijk staan de befaamde lerarenuitspraken er ook weer in! Een must in dit item was helaas niet gelukt; een interview met een scheikunde leraar. Hopelijk heeft meneer de Boer wel tijd voor het volgende nummer;) Verwacht in het volgende nummer ook een interview met de nieuwe servicemedewerkers! Groetjes, Fleur
ed itie 4 – 2014 – pag 2
The science of love (De wetenschap van de liefde) We noemen het liefde, het voelt als liefde. Maar wat is het nou precies? Het is niet wat je zegt…. Psychologen hebben aangetoond dat het tussen de 90 seconden en 4 minuten duurt voordat jij beslist of je iemand leuk vindt. Onderzoek heeft aangetoond dat het weinig te maken heeft met wat je zegt: • 55% is door lichaamstaal • 38% is de toon en snelheid van de stem • Maar 7% heeft te maken met wát er gezegd wordt Er wordt gezegd dat verliefd zijn dezelfde werking heeft als cocaïne. Door cocaïne voel je je snel goed, dat komt doordat je emotie ‘knoppen’ een kleinere tik nodig hebben om bijvoorbeeld blij te zijn. Hierdoor wordt je niet alleen verliefd op iemand, maar begin je de hele wereld leuk te vinden. Vandaar ook de uitspraak: alles door een roze bril zien. Als je verliefd wordt gaan er twee stofjes in je hersenen beter werken: dopamine & norepinephrine. Deze stofjes zorgen voor: motivatie en verlangen om bij de persoon te zijn waarvan je houdt. Daarom voel je je gauw beter als je bij die persoon in de buurt bent. Het is aangetoond dat als je zo gemotiveerd bent je ook beter gaat leren, dus wordt maar snel verliefd ;-) Maar zelfs de grootste geleerden weten nog niet precies wat liefde is en hoe het werkt… Lotte ‘t hart A1X
redactie • Fleur Bosch (hoofdredactie) • Francisca Snip • Eva Klaver • Tara Blommaart • Lotte ’t Hart • Valentijn Albers (tekeningen) • Julie Noorman • F eline Kaaij • Yvonne Bruin
Schoolkr@nt
ed itie 4 – 2014 – pag 3
De nieuwe alcoholwet, het biologische waarom Zoals we allemaal wel gemerkt hebben is de alcoholwet per ingang van 1 januari 2014 veranderd. Je mag nu voor je achttiende, in plaats van voor je zestiende, helemaal geen alcoholische dranken meer kopen of publiekelijk bij je dragen. Hiernaast mag je voor je achttiende ook geen sigaretten meer kopen, wat op wonderbaarlijke wijze nauwelijks in het nieuws is geweest. De overheid heeft voor deze nieuwe regeling de uiterst originele naam ‘nix18’ verzonnen. Als het toch zo onorigineel moet, doe het dan tenminste in normaal Nederlands, als je het mij vraagt. Nu is natuurlijk de vraag: Waarom? Hoezo achttien jaar? We weten allemaal wel dat vroeg drankgebruik op lage leeftijd (in grote mate) slecht voor je is, maar wat is eigenlijk de biologische reden voor de nieuwe alcoholwet, waarom achttien jaar?
Wat is eigenlijk de biologische reden voor de nieuwe alcoholwet, waarom achttien jaar? Die vragen zijn een probleem. Het antwoord is er namelijk niet. Er is geen enkele biologische reden om de drankleeftijd te veranderen naar achttien jaar. Er zijn een paar (zwakke) redenen, als eerste: hoe later, hoe beter. Dat is logisch, hoe later je begint met het drinken van alcohol des te minder eventuele schade je aan je lichaam toebrengt, alleen is dit geen reden om de leeftijd naar achttien te verschuiven. Het is simpelweg wel zo makkelijk omdat de grens voor sterke drank al op achttien ligt, waar overigens net zo weinig redenen voor zijn als de nieuwe wet.
De tweede reden luidt als volgt: vanaf je achttiende ben je volwassen en kun je jezelf beter in de hand houden. Geen biologische reden, maar goed. Achter dit idee kan ik me op zich wel vinden, de kans dat je op je achttiende jezelf beter in de hand kan houden met alcoholconsumptie dan op je zestiende is redelijk aannemelijk, maar om dit nou een echt sterke reden te noemen… Nu een biologische reden die wel ergens toe doet: voor je achttiende ben je nog niet volgroeid en bezit je lichaam minder lichaamsvocht om de alcohol als het ware over te verdelen, zo word je dus sneller dronken en kan je sneller een alcoholvergiftiging oplopen. Gecombineerd met de vorige reden houdt dit in dat de kans groter is dat jongeren onder de achttien dronken worden of een alcoholvergiftiging oplopen en als je dronken wordt of een alcoholvergiftiging oploopt, kan dit zorgen voor een minder goede ontwikkeling van de hersenen. Dat is exact de reden waarom deze wet nergens op gebaseerd is. Alcohol drinken kan zorgen voor minder goede ontwikkeling van de
hersenen, maar dit kan natuurlijk alleen als de hersenen nog in ontwikkeling zijn. De hersenen zijn bij een gemiddeld persoon in ontwikkeling tot het 24e levensjaar. Als de overheid dus wil dat de jeugd minder schade oploopt aan de hersenen moet deze wet op 24 jaar gezet worden in plaats van achttien jaar. Dit brengt ons op de laatste reden: de alcoholbranche is ongelofelijk sterk en maakt ongelofelijk veel winst, al helemaal voor de staatskas is de alcoholbranche een ware ‘geldboom’. Absurd hoge accijnzen
Voor je achttiende ben je nog niet volgroeid en bezit je lichaam minder lichaamsvocht vliegen je om de oren en al dat geld komt in de staatskas terecht. De leeftijdsgroep rond de twintig geeft veel geld uit aan alcohol en als je de wet verschuift naar 24 jaar, lopen de staatskas en de alcoholbranche miljoenen mis. Aangezien deze wet is bedacht door de overheid en de alcoholbranche ongelooflijk invloedrijk is, is dus deze wet opgesteld: nix18, pas als je volwassen bent mag je drinken en roken. Natuurlijk is dit beter en gezonder, maar een echt goede (biologische) reden is er niet. Nu is er nog iets vreemds aan deze wet, zoals je al hebt kunnen lezen zegt de alcoholwet niets over het drinken van drank thuis of bij vrienden. Omdat dit niet te controleren valt, zijn hier geen regels voor en is er zolang je niet dronken over straat loopt geen probleem. Eigenlijk mag je dus op elke leeftijd drinken, zolang je maar niet dronken bent. Dat is dus de nieuwe alcoholwet. Eva Klaver
Schoolkr@nt
ed itie 4 – 2014 – pag 4
Try this at home: proefjes
Buigend water
Zeep en peper
Lava lamp maken
Benodigdheden: • Een strak stroompje water • Een kammetjes
Benodigdheden: • Afwasmiddel/zeep • Peper • Kom • Water
Benodigdheden: • Water • Slaolie • Longdrinkglas • Vitamine C tablet • Lepel • Liniaal • Rode kleurstof
Werkwijze: Haal de kam 3 minuten lang door droog haar. Beweging de kam horizontaal naar het stroompje toe … kijk wat er gebeurt!
Water op z’n kop Benodigdheden: • Water • Ansichtkaart • Glazen beker
Werkwijze: Giet het water in een kom, zorg dat ongeveer de helft van de kom gevuld is. Strooi daar vervolgens een flinke hoeveelheid peper overheen. Bedek je vinger met wat zeep en stopt deze in het water … kijk wat er gebeurt!
Werkwijze: Vul het glas met water totdat het net aan niet overstroomt en het water bol staat. Leg de ansichtkaart met de bedrukte kant op het glas. Zorg dat er geen lucht meer tussen het water en de kaart zit. Keer het glas om en houd je hand op de kaart. Haal je hand vervolgens weg … kijk wat er gebeurt!
Alles is scheikunde Je hebt het vast al eens iemand horen zeggen, ‘alles is scheikunde.’ Grote kans dat dit in de speech van je scheikundeleraar zat om je ervan te overtuigen dat je al die molecuulformules niet voor niets uit je hoofd leert. Het is alleen wel waar, alles om je heen is scheikunde. Het gaat zo ver, dat als je er lang over nadenkt, je helemaal gek wordt. Ik ben nu bijvoorbeeld aan het typen op een bureau. Wij noemen het gewoon een bureau, maar eigenlijk zijn het allemaal houtmoleculen die, zoals meneer van Stralen zo goed voor kan doen, naast elkaar op en neer staan te trillen. Als je een bepaalde hoeveelheid water ontleedt, ontstaan zuurstof en waterstof. Als je een ei bakt ben je ook allemaal chemische reacties aan het creëren. Je ademt zelfs scheikunde. Het is zo simpel als dit: als je de wereld om je heen wilt begrijpen en wilt weten waarom dingen
gaan zoals ze gaan, zal je hier scheikunde voor nodig hebben. Zonder scheikunde zouden wij niks hebben, zou er niks zijn. Zonder scheikunde zou de hele wereld niet bestaan. Ooit was er iets waardoor alles is ontstaan, eerst was er een soort ‘leegte.’ Maar hoe kwam die leegte er en hoe kwam uit die leegte dat hele heelal gevuld met planeten voort? Waren er misschien altijd al planeten, gewoon uit het niets? Je hoort het wel, veel om over na te denken. Hoe je ook denkt dat het heelal plots was zoals het nu is, je zult er scheikunde bij nodig hebben. Gelukkig hoeven we ons over al deze vergaande zaken niet per se druk te maken om de wereld te begrijpen, daarvoor heb je alleen scheikunde en je gezonde verstand nodig. Het is moeilijk, maar uiteindelijk zal je begrijpen hoe systemen op aarde werken en hoe door chemische reacties allemaal producten geproduceerd kunnen worden. Misschien heb je hier wel helemaal geen zin in en wil je hier nooit iets mee gaan doen, accepteer je de wereld gewoon zoals deze is.
Werkwijze: Vul het glas met 4 cm water. Doe 10 druppels kleurstof in het water. Als het water niet meteen verkleurt, roer het dan nog even door. Giet rustig de slaolie over het water tot net onder de rand van het glas. Voeg vervolgens het vitamine C bruistablet toe … kijk wat er gebeurt!
Daar is ook niks mis mee, maar als je jezelf, net zoals ik, soms afvraagt hoe dit allemaal kan, dan kan scheikunde een deel verklaren. Dit neemt natuurlijk niet weg dat het soms moeilijk is om door die woordengolf in de boeken nog te begrijpen wat je nu eigenlijk aan het doen bent, maar dat heb ik bij wel meer vakken. Voor degenen die twijfelen of ze scheikunde willen kiezen, kan dit een reden zijn om scheikunde te kiezen. Enige waarschuwing: je moet je wel blijven beseffen waarvoor je het doet, om door de moeilijke stof heen te komen. Scheikunde is dus niet alleen voor saaie laboratoriummensen, maar ook voor mensen die willen begrijpen wat er gebeurt. Iedereen succes met zijn/haar profielkeuze! Eva Klaver
Schoolkr@nt
ed itie 4 – 2014 – pag 5
Broodje gezond wel echt zo ‘gezond’? Laatst stond ik in de rij voor de kantine, voor mij waren twee meisjes aan het overleggen wat ze zouden gaan eten. Ik hoorde het ene meisje zeggen: "Ik neem een broodje gezond hoor, ik ben aan de lijn, maar ik heb eigenlijk meer trek in een panini met kaas, maar dat is zó vet!", waar het andere meisje mee instemde. Toen begon ik me af te vragen; is een broodje gezond eigenlijk wel zo gezond?
Uitspraken Meneer de Vries ‘Je hebt iets druks, harddrug’ Thomas (conciërge) ‘Ach, je bent niet lelijk. Je hebt gewoon twee ogen, geen drie’ meneer Gooijer Leerlingen: ‘Sinterklaas!’ dhr. Gooijer loopt naar de deur toe en draait hem op slot: ‘Die ongein hoef ik niet in mijn lokaal’ Mevrouw maas ‘Oliebollen!’ meneer papo ’Ik voel me als een neergeslagen zeehond’ meneer vogel (wiskunde docent) ‘Als je drie keer een vijf haalt dan sta je gemiddeld een zeven…’ meneer Gooijer Leerling gaapt hardop…Gooijer: ‘Jij barbaar! Van die primitieve geluiden maken is toch barbaars, man!’ meneer papo ‘Ik ben ook net een vergiet’ meneer Gooijer ‘Ik ga niet naar gala’s waarin mensen verstoppertje spelen’
Als je er zo over nadenkt zit in een broodje gezond; kaas, ei, ham, komkommer, tomaat, sla en een laagje mayonaise (bij elkaar opgeteld is zijn dit ongeveer 445 kcal), terwijl er in een panini met kaas alleen maar kaas op het broodje zit (wat samen met het broodje neerkomt op ongeveer 130 kcal). Dit wil natuurlijk niet zeggen dat de Panini kaas gezonder is, maar als je aan het lijnen bent en je hebt de keuze kun je het “broodje gezond” toch beter laten liggen! Misschien is het je wel eens opgevallen in de kantine; vroeger stonden overal gekleurde smiley’s bij die nu zijn vervangen door gekleurde batterijen. Het idee van Vital4skool (de cateraar van onze kantine) is dit: jouw energiebehoefte werkt als een batterij, als hij leeg is moet je hem opladen. De schoolkantine is “het oplaadpunt”. Als er bij het eten wat je wilt gaan kopen een groene batterij staat, betekent dit dat het product gezond is en dat je het “vaak” mag eten. Een oranje batterij geeft aan dat je het “zo af en toe” mag eten en zoals je waarschijnlijk al kunt raden; een rode batterij geeft aan dat je het “zo min mogelijk” mag eten. Wat je misschien niet is opgevallen is dat de producten met een rode batterij in het algemeen duurder zijn dan de producten met een groene batterij. Zo wil de kantine ons onbewust producten laten kiezen die beter zijn voor de gezondheid. Dit is niet de enige manier waarop de kantine erop let of we wel gezond eten; het aanbod bestaat voor 75% uit producten met
een groene of een oranje batterij en voor slechts 25% uit producten met een rode batterij! Het motto van de kantine: Vital 4 Skool, keeps u going! Van vers & lekker eten word jouw batterij opgeladen. Een opgeladen batterij geeft energie om beter te presteren. Je laadt immers ook je telefoon op om te kunnen bellen met je vrienden! En energie heb je nodig om plezier te maken en in beweging te komen. Daarom...Energy, keeps u going. Dit zijn een paar producten uit onze kantine, met daarbij hoeveel kcal. er ongeveer in zitten: Wraps met zalm: 285 kcal. Broodje unox (met saus): 470 kcal. Broodje kipcorn (zonder saus): 300 kcal. Panini mozzarella, tomaat en pesto: 420 kcal. Turkse pizza: 450 kcal. Julie Noorman
Schoolkr@nt
ed itie 4 – 2014 – pag 6
Muziektheater 2013-2014 ‘Gras kan altijd groener’
De afgelopen weken werd er keihard gewerkt om op 30 januari ‘Gras kan altijd groener’ in première te laten gaan. Het was zeker zwaar; de acteurs, regisseurs en de band hebben vrije zondagen en vrijdagavonden opgegeven om te werken aan het stuk. ‘Gras kan altijd groener’ is een lastig stuk omdat er ontzettend veel in gebeurt. Er zitten niet alleen acht Adams en acht Eva’s in, het verhaal wordt ook versterkt door drie hyperactieve goden en zes brutale slangen. Al deze fantastisch bedachte personages hebben gezorgd voor een humoristisch doch interessant verhaal. Elke Adam of Eva heeft wel een raar trekje. Zo is een van de Adams homofiel, blijkt een van de Eva’s de grootste nerd te zijn die men ooit gezien heeft en kan een Adam alleen maar aan appels denken. Tijdens de eerste doorloop werd duidelijk dat voor veel acteurs hun rol niet duidelijk
is. Oud-BSG leerling David gaf de acteurs de tip: ‘weet wie je bent’. De zenuwen borrelde na die repetitie flink op, want binnen 6 dagen zou de première zijn. Ondertussen werd er op school hard gewerkt aan het prachtige decor. ‘De Muur’ ,waar het stuk voornamelijk om draait, bestaat uit allerlei appelkistjes die de spelers op hun beurt ook geregeld weer gebruiken. Er bevinden zich twee coulissen aan de zijkanten van het toneel die het idee van een dicht bos geven. Overal hangt klimop en zijn er tientallen vogels en bloemen bevestigd in het decor. En wat natuurlijk niet kan ontbreken zijn … de appels. Tijdens de laatste repetitie voor de Try-out stond ieder zijn zintuigen op scherp. Dit was het dan, hierna mocht er niets meer verkeerd gaan. Voor de tweede keer werd er een doorloop gedaan. De liedjes worden
uit volle borst meegezongen. De scènes worden met de volle overtuiging gespeeld en ook de band speelt vol enthousiasme mee. ‘De Muur’ ,waarachter de actrices die de slangen spelen zich bevinden, wordt bijna omvergegooid en zorgt voor de nodige angst, maar ook voor hilariteit. Iedereen krijgt weer 100 procent vertrouwen in ‘Gras kan altijd groener’ en tijdens het diner hangt er een ontspannen sfeer. Dan verschijnen de eerste ouders voor de Try-out en keren de zenuwen toch weer een beetje terug. Maar zodra het eerste akkoord klinkt speelt de revue het stuk alsof het al honderd keer gespeeld is. De discussies lopen vloeiend, de slangen worden niet verpletterd door de muur en eindelijk wordt er vrolijk gelachen tijdens het slotlied. Een van de kistjes breekt door midden, maar de acteurs weten dit zo goed op te vangen dat tijdens de feedback met de bezoekers er totaal geen opmerking over wordt gemaakt. Wel is de tip voor de spelers dat ze harder moeten spreken en dat alles nog veel groter gespeeld kan worden. Tara Blommaart
Schoolkr@nt
ed itie 4 – 2014 – pag 7
Programming with Alice
"Minister Plasterk trekt de komende jaren drie miljoen euro extra uit om meer meisjes te interesseren voor een studie of opleiding in techniek en ICT." Meisjes en techniek, als je de kranten mag geloven is het een spannende combinatie en ik zie mezelf ook niet zo snel in een baan als een elektricien. Dat niet alleen de Nederlandse meisjes gemotiveerd moeten worden blijkt uit de inspanningen van Randy Pauch, professor informatica aan de Carnegie Mellon universiteit, die samen met zijn studenten software heeft ontwikkeld waarmee leerlingen een virtuele wereld kunnen bouwen. Dat hierdoor de (stoffige) informatica jongens in contact kwamen met de energieke kunstmeisjes was een bonus. Toen de schoolkrantredactie BETA als onderwerp koos besloot ik voor jullie in de wereld van Alice te duiken, om te kijken of het mijnheer Pauch zou lukken mij voor de ICT te interesseren. In de
kerstvakantie ben ik dus een eigen wereld begonnen. Al snel had ik een verdwaalde pinguïn op een tropisch eiland, die aan een vis de weg vraagt naar de Zuidpool en daarheen zwemt. Laat ik eens beginnen met een uitleg: Alice is een programma waarin je een eigen animatiewereld kunt maken door stukjes programmeertaal, die ze alvast voor je hebben gemaakt, achter elkaar te zetten met herhalingen, die loops heten. Zo kun je na het knippen en plakken van blokjes programeer tekst een verhaal vertellen of een interactief spel bouwen. Je begint met het instellen van een landschap, bijvoorbeeld zee, woestijn, grasland, of tegels. Daar zet je gebouwen, rotsen en planten op. Dan zet je er poppetjes en voorwerpen in. Alles wat je in je wereld zet kun je aanpassen naar grootte, breedte en plaats. Nu heb je een wereld die, als je in het programmeerscherm kijkt,
bestaat uit allemaal codeblokjes met tekstregels. Dan ga je onder elk poppetje codes zetten die vertellen wat het poppetje moet doen. De combinatie van alle commando’s vormen een verhaal, die je kunt bekijken door op play te drukken. Hoe langer je het doet hoe meer je het begint te snappen en hoe mooier je wereld wordt. Er worden kant en klare poppetjes, gebouwen en planten gegeven , maar je kunt ook je eigen dingen creëren. Je kunt het eigenlijk vergelijken met de Sims, maar nu kan je op een tweede scherm zien wat je allemaal in moet typen om de poppetjes aan het bewegen te krijgen. Conclusie: Het is een leuk spel maar je moet er wel veel geduld voor hebben en tijd aan besteden. Niet mijn sterkste punten, dus of het van mij een toekomstig programmeur maakt…. Feline Kaaij Zelf proberen? Ga naar www.Alice.org en download gratis het programma.
Uitvindingen waar we eigenlijk nooit stil bij staan In onze moderne 21e eeuw wordt bijna alles als gebruikelijk aangenomen, maar wist je dat deze uitvindingen al bijna honderd jaar geleden bedacht zijn? En dat men toen deze ontdekkingen als redmiddel zag? De nietmachine staat in veel huishoudens wel ergens op een bureau en wordt nog steeds regelmatig gebruikt. De eerste vermelding van het gebruik van de nietmachine was de nietmachine van Lodewijk XV. Deze nietmachine niette al in de 18e eeuw gegraveerde nietjes en was enkel beschikbaar voor de hoge adel. De nietmachine die wij kennen werd na een aantal experimenten gemaakt het Novelty Mfg-bedrijf dat in 1866 nietmachines voor één enkel niet produceerde. Vroeger moest er veel aan knoppen gedraaid worden om de juiste zender te vinden op de televisie. ‘Onhandig!’ vonden Robert Adler en Eugene Polley, bedenkers van de afstandsbediening. De heren ontwikkelde in de jaren vijftig van de vorige eeuw een kastje zo groot als een föhn die doormiddel van ultrasone geluiden de verschillende zenders langs kan gaan zonder dat de kijker hoeft op te staan. Zo werd het zappen
geïntroduceerd. Overigens was er in 1939 al sprake van een soort afstandsbediening; radio’s konden ook via een kastje harder of zachter gezet worden en van zender worden veranderd. Iets waar we in ons kikkerlandje ook veel mee te maken hebben is de weinig modieuze regenjas. De Schot Charles Mackintosh ontwikkelde aan het beging van de 19e eeuw een waterdichte stof. Hij ontdekte dat men uit de afvalstoffen van de winning van steenkool ammoniak kon trekken. Vervolgens maakte hij van deze stoffen paarse verf die op zijn beurt ook een afvalproduct opleverde, een soort rubber, wat uiteindelijk naar veel gepuzzel van de uitvinder de basis vormde voor de regenjas. Hij perste de substantie tussen twee stoffen en zo ontstond de regenjas. Niet de eenvoudigste uitvinding zoals je kunt zien. Het voorwerpje waar alle tekenaars erg dankbaar voor zijn is de gum. De gum of vlakgom werd bij toeval ontdekt in 1770 een Engelse filosoof, chemicus en technicus toen hij met wat rubber probeerde potloodstrepen te verwijderen. Deze Joseph Priestley verkocht vanaf dat moment plakjes
rubber om mee te gummen. Tegenwoordig vind je gummen in alle soorten kleuren, geuren en maten. Zo is de kneed gum een bekend fenomeen en gummen veel kinderen met een geur gum. Naast deze bekende en beroemde uitvindingen zijn er nog een aantal uitvindingen die met de jaren verdwenen zijn. Zo was er ooit een kooi die ouders uit het raam konden hangen waarin zij hun kunnen voor een aantal uurtjes kwijt konden en was er een geweer met een gebogen loop waardoor menom de hoek kon schieten. Handig?
Schoolkr@nt
ed itie 4 – 2014 – pag 8
De profielkeuze
Het derde jaar was voor de vwo-klassen een spannend jaar. In dit jaar moesten zij hun profielkeuze maken. Vier leerlingen vertellen over hun keuze voor een BETA-profiel:
Vragen
Mei‐Juan Brand
Linde Voorend
Robin Schot
Nina Tervelde
Welk profiel heb je? Welke vakken volg je? Waarom koos je voor dit profiel? Voldoet dit profiel aan jouw verwachtingen? Heb je moeite met: Maatschappijleer Aardrijkskunde Economie Wat voor studie wil je na de BSG gaan doen? naam studie + (naam school)
NT
NG
NT
NG
Scheikunde / natuurkunde / biologie / wiskunde B
Scheikunde / biologie / wiskunde B
Scheikunde / natuurkunde / biologie / wiskunde B
Scheikunde / natuurkunde / biologie / wiskunde A
Interesse in vakken Nodig voor Nodig voor latere latere studie studie Betere cijfers voor de BETA‐vakken Anders; Ik wist nog niet wat ik later wou gaan doen, met dit profiel kan je bijna alles studeren.
Interesse in vakken
Interesse in vakken Betere cijfers voor BETA‐vakken
Ja
Ja
Ja
Ja
Nee n.v.t. n.v.t.
Nee Nee n.v.t.
Nee n.v.t. n.v.t.
Nee n.v.t. Nee
onbekend
Theateropleiding en als dat niet doorgaat weet ik het nog niet.
Ik heb nog geen idee wat ik wil gaan doen, ik denk aan iets met het analyseren/observeren van dieren of mensen.
Welk van de volgende vakken spreekt jou het meeste aan? Ben je tevreden met je keuze voor dit profiel? Zo niet; welk profiel wil je dan?
biologie
biologie
Geen idee. Ga ik later dit jaar uitzoeken. In ieder geval iets technisch. natuurkunde
ja
ja
Biologie
Ja, maar als ik Ja dit profiel niet had kunnen kiezen was ik voor NG gegaan.