Provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd. 23/01/2014 Notulen
Notulen van de provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd 23/1/2014
1
PROVINCIERAAD VAN WEST-VLAANDEREN Vergadering van donderdag 23 januari 2014 Voorzitter: mevrouw Eliane Spincemaille Secretarissen: mevrouw Sigrid Vandenbulcke, de heer Gunter Pertry, mevrouw Lies Laridon, mevrouw Elke Carette *** Volgende provincieraadsleden zijn aanwezig: de dames Elke Carette, Charlotte Castelein, Reinhilde Castelein, Annie Cool, Marie De Clerck, Carine De Jonghe, Marleen De Mulder, Kaat De Waele, Hilde Decleer, Isabel Desoete, Tania Janssens, Annick Lambrecht, Lies Laridon, Marleen Rogiers, Gerda Schotte, Eliane Spincemaille, Mieke Van Hootegem, Martine Vanbrabant, Sigrid Vandenbulcke, Machteld Van Hee, Myriam Vanlerberghe, Martine Vanryckeghem en Marianne Verbeke en de heren Wim Aernoudt, Simon Bekaert, Koen Bultinck, Alex Colpaert, Jurgen Content, Luc Coupillie, Claude Croes, Jean de Bethune, Franky De Block, Dirk De fauw, Eric De Keyser, Hugo De Plecker, Immanuel De Reuse, Peter De Roo, Guido Decorte, Christof Dejaegher, Franky Demon, Anthony Dumarey, Peter Herman, Kurt Himpe, Luk Hoflack, Herman Lodewyckx, Lieven Lybeer, Hans Mommerency, Bart Naeyaert, Gunter Pertry, Kristof Pillaert, Johan Rollez, Peter Roose, Rik Soens, Maarten Tavernier, Jan Van Meirhaeghe, Piet Vandermersch, Frank Vandevoorde, Wouter Vanlouwe, Luc Vannieuwenhuyze, Marc Vanwalleghem, Carl Vereecke, Hendrik Verkest, Gilbert Verkinderen, Jef Verschoore, Nick Verwimp, Tijl Waelput, Bart Wenes en Axel Weydts. Volgende provincieraadsleden zijn verontschuldigd: de heren Rik Buyse, Bernard De Cuyper en Kurt Ravyts en mevrouw Sophie Mespreuve. De voorzitter opent de vergadering om 14 uur.
OPENBAAR Agendapunt 1 Mondelinge vraagstelling Voor een samenvattend verslag van de gestelde vragen en antwoorden : zie bulletin vragen en antwoorden van de maand januari 2014.
Agendapunt 2 Goedkeuring van het nieuw gebruiksreglement PSNC De Gavers
Op vraag van de deputatie werd dit agendapunt verdaagd. De provincieraad stemt hiermee in.
*** Agendapunt 3 Goedkeuren engagementsverklaring ter uitvoering van het Masterplan voor het Provinciaal Opleidingscentrum voor Veiligheidsdiensten
Mevrouw Elke Carette brengt een samenvattend verslag naar voor van de besprekingen gevoerd in de 3de commissie over dit agendapunt. Mevrouw Reinhilde Castelein, Vlaams Belang-raadslid, deelt mee dat de fractie dit agendapunt zal goedkeuren. Ze wijst er wel op dat het Vlaams Belang vroeger al de vraag stelde waarom de provincie en niet de federale overheid instaat voor de financiering. Ze vraagt zich af waarom dit op provinciaal niveau georganiseerd moet worden en is van mening dat elke zone beter een eigen, kleiner opleidingscentrum zou hebben. Rekening houdend met de hedendaagse realiteit, de praktijk in de andere provincies en de huidige omstandigheden zal de Vlaams Belang-fractie dit provinciale engagement steunen,
Notulen van de provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd 23/1/2014
2
zo stipt mevrouw Castelein aan. De site in Zedelgem is een sterke verbetering ten opzichte van de vroegere situatie. Mevrouw Castelein merkt op dat bepaalde bedragen eerder al in de krant verschenen zijn. Ze vraagt of er al afspraken gemaakt zijn met Defensie. Ze pleit voor meer transparantie en hoopt om meer concrete informatie te verkrijgen in de bevoegde commissie. De heer Kristof Pillaert, N-VA-fractievoorzitter, vindt het logisch dat er één opleidingscentrum georganiseerd wordt. Hij steunt deze engagementsverklaring ten volle. De heer Carl Vereecke, gedeputeerde, licht toe dat de deputatie destijds vooruitziend geweest is. Bij het afsluiten van de gebruiksovereenkomst is overeengekomen dat hetgeen betaald is aan gebruiksvergoeding, bij het aankopen van de aankoopprijs mag afgetrokken worden. De provincie vraagt een engagementsverklaring, zo licht de heer gedeputeerde toe. Als de provincie het goed aankoopt en er investeringen doet, dan wil het geen wispelturigheid van de gemeentebesturen. Hij maakt zich daar geen zorgen over, maar wil toch zekerheid dat het provinciaal karakter en de eenheid gegarandeerd worden. Het is ook een kwestie van het goed aanwenden van belastinggeld, zo stelt hij. Ten aanzien van mevrouw Castelein stelt de heer Vereecke dat steden en gemeenten er momenteel geen prioriteit kunnen van maken om zelf een opleidingscentrum te organiseren. De provincie neemt het gedeeltelijk van de lokale besturen over en in ruil wordt gevraagd dat zij dit centrum erkennen. De lokale besturen hebben samen met de gouverneur het bestuur van de school in handen. Ze bepalen dus zelf hoe zwaar hun inspanning en hoe groot hun bijdrage zal zijn, zo verduidelijkt de heer Vereecke. De provincie zal dan niet meer extra bijdragen. De provincie heeft destijds een bijdrage betaald om de werking gaande te kunnen houden, maar daar zal het bij blijven. Extra beleid van de school zal niet bekostigd worden met extra middelen vanuit de provincie. De provincie West-Vlaanderen heeft een achterstand opgelopen ten opzichte van de andere provincies, zo vervolgt de heer gedeputeerde. Het opleidingscentrum moet dringend gemoderniseerd worden. De provincie heeft een gedeelde verantwoordelijkheid met de steden en gemeenten om de opleiding goed te organiseren, zo besluit de heer Vereecke. De heer gouverneur sluit zich aan bij de tussenkomst van de heer gedeputeerde. De investering is zwaar, maar noodzakelijk en zal ten goede komen van politie, brandweer, ambulanciers en reddingsdiensten. De opleiding is meer dan behoorlijk, maar de infrastructuur schiet momenteel tekort. Het dossier wordt binnenkort afgerond, zo licht de heer gouverneur toe. Het goed wordt eigendom van de provincie. De heer gouverneur is geen voorstander van opleidingen in de verschillende brandweerzones. Bij dergelijke gespecialiseerde opleidingen is het nodig om te groeperen en om samen te werken. De heer Peter Roose, sp.a-fractievoorzitter, deelt mee dat zijn fractie dit punt zal goedkeuren. Het is een investering waarvoor de provincie in principe niet bevoegd is. Hij verwacht dan ook een transparante communicatie over de investeringen en de hoogte van de bedragen. De raad gaat over tot de elektronische stemming over het besluit van agendapunt 3. Het besluit wordt aangenomen met 67 ja-stemmen. De volgende raadsleden brengen een ja-stem uit: de dames Carette, Castelein C., Castelein R., Cool, De Clerck, De Jonghe, De Mulder, De Reuse, De Waele, Decleer, Desoete, Janssens, Lambrecht, Laridon, Rogiers, Schotte, Spincemaille, Van Hootegem, Vanbrabant, Vandenbulcke, Vanhee, Vanlerberghe, Vanryckeghem en Verbeke en de heren Aernoudt, Bekaert, Bultinck, Colpaert, Content, Coupillie, Croes,
Notulen van de provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd 23/1/2014
3
de Bethune, De Block, De fauw, De Keyser, De Plecker, De Roo, Decorte, Dejaegher, Demon, Dumarey, Herman, Himpe, Hoflack, Lodewyckx, Lybeer, Mommerency, Naeyaert, Pertry, Pillaert, Rollez, Roose, Soens, Tavernier, Vandermersch, Vanlouwe, Van Meirhaeghe, Vannieuwenhuyze, Vanwalleghem, Vereecke, Verkest, Verkinderen, Verschoore, Verwimp, Waelput, Wenes en Weydts. Het volgende besluit wordt aangenomen: BESLUIT VAN DE PROVINCIERAAD HOUDENDE DE GOEDKEURING VAN DE ENGAGEMENTSVERKLARING TER UITVOERING VAN HET MASTERPLAN VOOR HET PROVINCIAAL OPLEIDINGSCENTRUM VOOR VEILIGHEIDSDIENSTEN DE PROVINCIERAAD VAN DE PROVINCIE WEST-VLAANDEREN, verwijst naar de volgende rechtsbronnen en houdt rekening met volgende wettelijke bepalingen en feitelijke overwegingen: -
-
Het provinciedecreet, inzonderheid artikel 2 (bovenlokale taakbehartiging) Het gegeven dat de provincie West-Vlaanderen vragende partij is om ter verantwoording en onderbouwing van haar financiële inbreng in de infrastructuur van het POV een engagement te verkrijgen van de gemeenten om effectief de uit te bouwen infrastructuur te benutten voor opleiding van hun veiligheidsdiensten Het voorstel van de deputatie
BESLUIT: Artikel 1: De engagementsverklaring ter uitvoering van het Masterplan voor het Provinciaal Opleidingscentrum voor Veiligheidsdiensten (Campus POV), in bijlage bij dit besluit, wordt goedgekeurd. Art. 2: Afschrift van deze beslissing zal worden overgemaakt aan WFIV vzw.
De engagementsverklaring ter uitvoering van het Masterplan voor het Provinciaal Opleidingscentrum voor Veiligheidsdiensten (Campus POV) wordt opgenomen als bijlage 1.
*** Agendapunt 4 Goedkeuren van het bestek en de gunningswijze (open offertevraag) betreffende de opdracht van diensten: het demonteren, conserveren/restaureren en opstellen van een Duitse Würzburg Riese radar uit de Tweede Wereldoorlog in het domein Raversyde
Mevrouw Elke Carette brengt een samenvattend verslag naar voor van de besprekingen gevoerd in de 4de commissie over dit agendapunt. De raad gaat over tot de elektronische stemming over het besluit van agendapunt 4. Het besluit wordt aangenomen met 67 ja-stemmen. De volgende raadsleden brengen een ja-stem uit: de dames Carette, Castelein C., Castelein R., Cool, De Clerck, De Jonghe, De Mulder, De Reuse, De Waele, Decleer, Desoete, Janssens, Lambrecht, Laridon, Rogiers, Schotte, Spincemaille, Van Hootegem, Vanbrabant, Vandenbulcke, Vanhee, Vanlerberghe, Vanryckeghem en Verbeke en de heren Aernoudt, Bekaert, Bultinck, Colpaert, Content, Coupillie, Croes, de Bethune, De Block, De fauw, De Keyser, De Plecker, De Roo, Decorte, Dejaegher, Demon, Dumarey, Herman, Himpe, Hoflack, Lodewyckx, Lybeer, Mommerency, Notulen van de provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd 23/1/2014
4
Naeyaert, Pertry, Pillaert, Rollez, Roose, Soens, Tavernier, Vandermersch, Vanlouwe, Van Meirhaeghe, Vannieuwenhuyze, Vanwalleghem, Vereecke, Verkest, Verkinderen, Verschoore, Verwimp, Waelput, Wenes en Weydts. Het volgende besluit wordt aangenomen: BESLUIT VAN DE PROVINCIERAAD TOT GOEDKEUREN VAN HET BESTEK EN DE GUNNINGSWIJZE (OPEN OFFERTEVRAAG) BETREFFENDE DE OPDRACHT VAN DIENSTEN: HET DEMONTEREN, CONSERVEREN/RESTAUREREN EN OPSTELLEN VAN EEN DUITSE WÜRZBURG RIESE RADAR UIT DE TWEEDE WERELDOORLOG IN HET DOMEIN RAVERSYDE DE PROVINCIERAAD VAN DE PROVINCIE WEST-VLAANDEREN Verwijst naar volgende rechtsbronnen en houdt rekening met volgende wettelijke bepalingen en feitelijke overwegingen: -
het provinciedecreet dd. 9 december 2005, inzonderheid de artikelen 2 (provinciaal belang omwille van bovenlokale taakbehartiging) en 42 (bevoegdheid provincieraad) de wet dd. 15 juni 2006 overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten, inzonderheid artikel 25 over offertevraag het voorstel van de dienst Cultuur, domein Raversyde, om binnen de context van het museum over te gaan tot het demonteren, conserveren/restaureren en opstellen van een Duitse Würzburg Riese radar uit de tweede wereldoorlog het daartoe opgemaakt bestek met raming (150.000 euro excl. BTW) en de open offetevraag als gunningswijze - actieplan : 2014000132 Ontsluiten van het erfgoed van WO II via de uitvoering van het project WW II Heritage (Interreg IV A 2 Zeeën) het voorstel van de deputatie in haar toelichtende nota
BESLUIT: Artikel 1: Het bestek en de raming (150.000 euro excl. BTW) betreffende de opdracht van diensten: het demonteren, conserveren/restaureren en opstellen van een Duitse Würzburg Riese Radar uit de Tweede Wereldoorlog in het domein Raversyde wordt goedgekeurd. Art. 2: De opdracht zal worden gegund bij wijze van open offertevraag. *** Agendapunt 5 Goedkeuren van het bestek en de gunningswijze (open aanbesteding) betreffende de opdracht van werken: aanleggen van een bufferbekken op de Landetbeek WY.7.3.7.4. - 3e categorie te Langemark-Poelkapelle met raming ten bedrage van 164.715 euro excl. BTW
Mevrouw Elke Carette brengt een samenvattend verslag naar voor van de besprekingen gevoerd in de 4de commissie over dit agendapunt. De heer Maarten Tavernier, Groen-raadslid, zou het nuttig vinden om het advies van de dienst Minawa te vernemen. Bufferbekkens kunnen een waarde hebben voor de natuur. Hij zou het interessant vinden om het aspect biodiversiteit in dergelijke dossiers te bekijken. De heer Bart Naeyaert, gedeputeerde, licht toe dat er bij vele van de gecontroleerde overstromingsgebieden drie functies te onderscheiden zijn. Naast het bufferen van water dat bewoonde gebieden dreigt te overstromen en het mogelijk maken van het aftappen van water voor de landbouw, brengen buffers ook een rijkdom aan natuur teweeg. De raad gaat over tot de elektronische stemming over het besluit van agendapunt 5. Het besluit wordt aangenomen met 67 ja-stemmen. De volgende raadsleden brengen een ja-stem uit: de dames Carette, Castelein C., Castelein R., Cool, De Clerck, De Jonghe, De Mulder, De Reuse, De Waele, Decleer, Desoete, Janssens, Lambrecht, Laridon, Rogiers, Schotte,
Notulen van de provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd 23/1/2014
5
Spincemaille, Van Hootegem, Vanbrabant, Vandenbulcke, Vanhee, Vanlerberghe, Vanryckeghem en Verbeke en de heren Aernoudt, Bekaert, Bultinck, Colpaert, Content, Coupillie, Croes, de Bethune, De Block, De fauw, De Keyser, De Plecker, De Roo, Decorte, Dejaegher, Demon, Dumarey, Herman, Himpe, Hoflack, Lodewyckx, Lybeer, Mommerency, Naeyaert, Pertry, Pillaert, Rollez, Roose, Soens, Tavernier, Vandermersch, Vanlouwe, Van Meirhaeghe, Vannieuwenhuyze, Vanwalleghem, Vereecke, Verkest, Verkinderen, Verschoore, Verwimp, Waelput, Wenes en Weydts. Het volgende besluit wordt aangenomen: BESLUIT VAN DE PROVINCIERAAD TOT GOEDKEURING VAN HET BESTEK EN DE GUNNINGSWIJZE (OPEN AANBESTEDING) BETREFFENDE DE OPDRACHT VAN WERKEN: AANLEGGEN VAN EEN BUFFERBEKKEN OP DE LANDETBEEK – WY.7.3.7.4. – 3e CATEGORIE TE LANGEMARK-POELKAPELLE MET RAMING TEN BEDRAGE VAN 164.715 EURO EXCL. BTW. DE PROVINCIERAAD VAN DE PROVINCIE WEST-VLAANDEREN Verwijst naar volgende rechtsbronnen en houdt rekening met volgende wettelijke bepalingen en feitelijke overwegingen: -
het provinciedecreet dd. 9 december 2005, inzonderheid de artikelen 2 (provinciaal belang omwille van bovenlokale taakbehartiging) en 42 (bevoegdheid provincieraad) de wet dd. 15 juni 2006 overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten, inzonderheid artikel 24 actieplan : 2013120043 : voorbereiden en uitvoeren van beslissingen mbt overheidsopdrachten actieplan : 2014000115 : zorgvuldig inrichten en onderhouden van het waterlopenstelsel met aandacht voor multifunctionaliteit het voorstel van de dienst Waterlopen tot het aanbesteden van de werken aanleggen van een bufferbekken op de Landetbeek – WY.7.3.7.4. - 3e categorie te Langemark-Poelkapelle het daartoe opgemaakt bestek door studiebureau Demey BVBA, de raming van de werken op 198.651,75 euro incl. BTW, en de open aanbesteding als gunningswijze het voorstel van de deputatie in haar toelichtende nota
BESLUIT: Artikel 1: Het bestek voor de opdracht van werken: aanleggen van een bufferbekken op de Landetbeek – WY.7.3.7.4. – 3e categorie te Langemark-Poelkapelle met raming ten bedrage van 164.715 euro excl. BTW wordt goedgekeurd. Art. 2: De opdracht zal worden gegund bij wijze van open aanbesteding.
*** Agendapunt 6 Goedkeuren van de overeenkomst tussen de Provincie West-Vlaanderen en WES vzw Mevrouw Elke Carette brengt een samenvattend verslag naar voor van de besprekingen gevoerd in de 5de commissie over dit agendapunt. De raad gaat over tot de elektronische stemming over het besluit van agendapunt 6. Het besluit wordt aangenomen met 67 ja-stemmen. De volgende raadsleden brengen een ja-stem uit:: de dames Carette, Castelein C., Castelein R., Cool, De Clerck, De Jonghe, De Mulder, De Reuse, De Waele, Decleer, Desoete, Janssens, Lambrecht, Laridon, Rogiers, Schotte, Spincemaille, Van Hootegem, Vanbrabant, Vandenbulcke, Vanhee, Vanlerberghe, Vanryckeghem en Verbeke en de heren Aernoudt, Bekaert, Bultinck, Colpaert, Content, Coupillie, Croes, de Bethune, De Block, De fauw, De Keyser, De Plecker, De Roo, Decorte, Dejaegher, Demon, Dumarey, Herman, Himpe, Hoflack, Lodewyckx, Lybeer, Mommerency, Naeyaert, Pertry, Pillaert, Rollez, Roose, Soens, Tavernier, Vandermersch, Vanlouwe, Van Meirhaeghe, Notulen van de provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd 23/1/2014
6
Vannieuwenhuyze, Vanwalleghem, Vereecke, Verkest, Verkinderen, Verschoore, Verwimp, Waelput, Wenes en Weydts. Het volgende besluit wordt aangenomen: BESLUIT VAN DE PROVINCIERAAD TOT GOEDKEUREN VAN DE OVEREENKOMST TUSSEN DE PROVINCIE WEST-VLAANDEREN EN WES VZW De provincieraad van de provincie West-Vlaanderen verwijst naar volgende rechtsbronnen en houdt rekening met volgende wettelijke bepalingen en feitelijke overwegingen: -
het provinciedecreet, inzonderheid artikel 2 (provinciaal belang omwille van bovenlokale taakbehartiging), artikel 42 §2 (bepalen van het beleid van de provincie) en artikel 188 en 219 §2 (over deelname van de provincies aan rechtspersonen) het besluit van de provincieraad d.d. 28/06/2012 tot goedkeuren van de beleidsintentie tot oprichting van een kenniscentrum regionale ontwikkelingen en tot het beëindigen van de huidige overeenkomsten tussen de Provincie West-Vlaanderen en WES vzw de onderhandelingen gevoerd tussen vertegenwoordigers van het provinciebestuur en WES vzw het voorstel van overeenkomst tussen de Provincie West-Vlaanderen en WES vzw, zoals goedgekeurd door de Raad van Bestuur WES op 18/12/2013 het voorstel van de deputatie
BESLUIT: Artikel 1: De overeenkomst tussen de Provincie West-Vlaanderen en WES vzw wordt goedgekeurd. Art. 2: De deputatie wordt gemachtigd om deze overeenkomst uit te voeren en daartoe desgevallend bijkomende overeenkomsten te sluiten en beperkte wijzigingen door te voeren in afspraak met de tegenpartij, zolang dit geen afbreuk doet aan de globale teneur van deze overeenkomst.
De overeenkomst tussen de Provincie West-Vlaanderen en WES vzw wordt opgenomen als bijlage 2.
*** Agendapunt 7 Goedkeuren van de aansluiting van de provincie West-Vlaanderen bij Monumentenwacht Vlaanderen vzw en aanduiding van de vertegenwoordiger en plaatsvervangers. Mevrouw Elke Carette brengt een samenvattend verslag naar voor van de besprekingen gevoerd in de 6de commissie over dit agendapunt. Zonder verdere bespreking gaat de raad gaat over tot de elektronische stemming over het besluit van agendapunt 7. De dames Machteld Vanhee en Charlotte Castelein en de heren Axel Weydts en Jurgen Content verrichten, als jongste raadsleden, de stemopneming. Het besluit wordt aangenomen met 65 ja-stemmen Het volgende besluit wordt aangenomen: BESLUIT VAN DE PROVINCIERAAD BETREFFENDE HET AANDUIDEN VAN DE PROVINCIALE VERTEGENWOORDIGERS VOOR DE BESTUURSORGANEN VAN MONUMENTENWACHT VLAANDEREN VZW DE PROVINCIERAAD VAN DE PROVINCIE WEST-VLAANDEREN,
Notulen van de provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd 23/1/2014
7
verwijst naar de volgende rechtsbronnen en houdt rekening met volgende wettelijke bepalingen en feitelijke overwegingen: -
Het provinciedecreet, inzonderheid artikel 2 (bovenlokale taakbehartiging) artikel 188 §1 van het provinciedecreet waarbij kan de provincie kan deelnemen aan een vzw artikel 219 van het provinciedecreet aangaande het vermoeden van provinciaal belang het bestuursakkoord tussen de Vlaamse overheid en de provincie West-Vlaanderen goedgekeurd in de provincieraad van 23 mei 2013 met o.a. bestendiging van Monumentenwacht door de provincies inclusief de interprovinciale vereniging Monumentenwacht Vlaanderen vzw beslissing van het Bureau van de VVP op 9 september 2013 om Monumentenwacht Vlaanderen onder te brengen onder de vleugels van de VVP met behoud van het VZW-statuut noodzaak om de statuten van Monumentenwacht Vlaanderen vzw aan te passen meer bepaald naar een andere samenstelling van de Algemene Vergadering en Raad van Bestuur bestaande uit de 5 provincies vraag vanuit de VVP d.d. 02/12/2013 aan de 5 provincies voor aansluiting bij de interprovinciale vereniging Monumentenwacht Vlaanderen vzw met aanduiding van een vertegenwoordiging van de provincie West-Vlaanderen Het voorstel van de deputatie
BESLUIT: Artikel 1: De provincie West-Vlaanderen laat zich vertegenwoordigen in Monumentenwacht Vlaanderen vzw overeenkomstig art. 188 van het provinciedecreet. Art. 2: Worden aangeduid als vertegenwoordiger van de provincie West-Vlaanderen in de Algemene Vergadering en de Raad van Bestuur van Monumentenwacht Vlaanderen vzw: als vast lid: mevrouw Myriam Vanlerberghe, gedeputeerde cultuur als eerste plaatsvervangend lid: de heer Reinoud Van Acker, celhoofd Monumentenwacht als tweede plaatsvervangend lid: de heer Jan Denolf, directeur cultuur Art. 3: Afschrift van deze beslissing zal worden overgemaakt aan Monumentenwacht Vlaanderen vzw.
*** Agendapunt 8 Goedkeuren van de aanduiding van bestuursleden en vertegenwoordigers van de provincie in de raad van Bestuur van Monumentenwacht West-Vlaanderen APB
Mevrouw Elke Carette brengt een samenvattend verslag naar voor van de besprekingen gevoerd in de 6de commissie over dit agendapunt. Mevrouw Myriam Vanlerberghe, gedeputeerde, licht toe dat er een technisch amendement wordt voorgesteld. Het gaat om een aanpassing in verband met de verdeling van de stemmen. De raad gaat over tot de elektronische stemming over het amendement van gedeputeerde Vanlerberghe i.v.m. het besluit van agendapunt 8. Het amendement wordt aangenomen met 60 ja-stemmen. De volgende raadsleden brengen een ja-stem uit: de dames Carette, Castelein C., Castelein R., Cool, De Clerck, De Jonghe, De Mulder, De Reuse, De Waele, Decleer, Desoete, Janssens, Laridon, Rogiers, Schotte, Spincemaille, Van Hootegem, Vanbrabant, Vanlerberghe, Vanryckeghem en Verbeke en de heren
Notulen van de provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd 23/1/2014
8
Aernoudt, Bultinck, Colpaert, Content, Coupillie, Croes, de Bethune, De Block, De fauw, De Keyser, De Plecker, Decorte, Dejaegher, Demon, Dumarey, Herman, Himpe, Hoflack, Lodewyckx, Lybeer, Mommerency, Naeyaert, Pertry, Pillaert, Roose, Soens, Tavernier, Vandermersch, Vanlouwe, Van Meirhaeghe, Vannieuwenhuyze, Vanwalleghem, Vereecke, Verkest, Verkinderen, Verschoore, Waelput, Wenes en Weydts. Het volgende amendement wordt aangenomen: TEKST AMENDEMENT In het ontwerp van besluit van de provincieraad tot goedkeuren van de aanduiding van bestuursleden en vertegenwoordigers van de provincie in de raad van bestuur van Monumentenwacht West-Vlaanderen APB worden volgende wijzigingen aangebracht : 1)
“Enig artikel” wordt vervangen door “Artikel 1:”
2)
Het volgende artikel wordt toegevoegd aan het besluit :
“Art. 2: In toepassing van artikel 9, §2, derde lid, 1° van de statuten van het Autonoom Provinciebedrijf Monumentenwacht West-Vlaanderen, wordt de waarde van de deler x bepaald op 1 (één). ” TOELICHTING De statuten van het Autonoom Provinciebedrijf Monumentenwacht West-Vlaanderen (art. 9, §2) bepalen dat elke bestuurder die behoort tot de categorie provincieraadsleden over een meervoudig stemrecht beschikt. Voor de berekening van dit meervoudig stemrecht wordt gebruik gemaakt van een deler x; de waarde van de deler x wordt bepaald door de provincieraad, telkens als er wordt overgegaan tot de aanwijzing van de leden van de raad van bestuur volgend op de algehele vernieuwing (art. 9, §2, derde lid, 1° statuten) Omdat het oorspronkelijk ontwerp van besluit geen bepaling bevatte waarin de waarde van de deler x werd bepaald, wordt via dit amendement een tweede artikel voorzien volgens hetwelke de waarde van de deler x wordt vastgelegd op “1”. Zonder verdere bespreking gaat de raad gaat over tot de elektronische stemming over het geamendeerde besluit van agendapunt 8. De dames Machteld Vanhee en Charlotte Castelein en de heren Axel Weydts en Jurgen Content verrichten, als jongste raadsleden, de stemopneming. Het besluit wordt aangenomen met 59 ja-stemmen. Het volgende besluit wordt aangenomen: BESLUIT VAN DE PROVINCIERAAD TOT GOEDKEUREN VAN DE AANDUIDING VAN BESTUURSLEDEN EN VERTEGENWOORDIGERS VAN DE PROVINCIE IN DE RAAD VAN BESTUUR VAN MONUMENTENWACHT WEST-VLAANDEREN APB DE PROVINCIERAAD VAN DE PROVINCIE WEST-VLAANDEREN verwijst naar volgende rechtsbronnen en houdt rekening met volgende wettelijke bepalingen en feitelijke overwegingen: het provinciedecreet, inzonderheid de artikelen 2 (provinciaal belang omwille van bovenlokale taakbehartiging), 42 (volheid van bevoegdheid van de provincieraad), 43 §2, 5° (oprichting van extern verzelfstandigde agentschappen) en 23° (raad van bestuur) en artikel 225 e.v. in het bijzonder artikel 229 de statuten van het autonoom provinciebedrijf Monumentenwacht West-Vlaanderen, goedgekeurd in de provincieraad van 23 december 2013 het Bestuursakkoord tussen de Vlaamse overheid en de provincie West-Vlaanderen goedgekeurd in de Provincieraad van 23 mei 2013 waarin Monumentenwacht als een provinciale bevoegdheid bevestigd wordt de noodzaak om een Raad van Bestuur op te richten om het autonoom provinciebedrijf Monumentenwacht West-Vlaanderen te kunnen operationaliseren
Notulen van de provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd 23/1/2014
9
de aanduiding van maximum 14 bestuursleden waarvan 8 vertegenwoordigers uit de provincieraad en 6 externe leden die de sector en doelgroep vertegenwoordigen het voorstel van de deputatie
BESLUIT: Enig artikel: De provincieraad duidt voor de Raad van Bestuur van het Autonoom Provinciebedrijf Monumentenwacht WestVlaanderen volgende bestuursleden aan: vanuit de provincieraad: 1. mevrouw Myriam Vanlerberghe, gedeputeerde bevoegd voor cultuur 2. mevrouw Mieke Van Hootegem (N-VA) 3. mevrouw Gerda Schotte (Groen) 4. mevrouw Martine Vanbrabant ( Vlaams Belang) 5. de heer Hugo Deplecker ( Open Vld) 6. de heer Gunter Pertry (sp.a) 7. de heer Bernard De Cuyper (CD&V) 8. de heer Jef Verschooren (CD&V)
als externe vertegenwoordigers buiten de provincieraad: 1. Mevrouw Elisabeth Michiels, directeur van de interprovinciale vereniging Monumentenwacht Vlaanderen vzw 2. Mevrouw Leentje Gunst, vanuit de dienst stadspatrimonium, stadsbestuur Brugge 3. De heer Benny Vandromme, vanuit de technische dienst grondgebiedzaken, stadsbestuur Veurne 4. De heer Piet Viérin, voor de Orde van Architecten, Provinciale Raad van West-Vlaanderen 5. Jan Meuleman voor de Confederatie van het Bouwbedrijf West-Vlaanderen 6. De heer Bert Vanbelle, ing-architect op rust en vertegenwoordiger kerkfabrieken Kortrijk
*** Agendapunt 9 Vaststellen van een wijziging van het budget 2014 en het meerjarenplan 20142019 Mevrouw Elke Carette brengt een samenvattend verslag naar voor van de besprekingen gevoerd in de azf-commissie over dit agendapunt. De heer Wim Aernoudt, N-VA-raadslid, merkt op dat deze budgetwijziging de vermindering van het provinciefonds betreft. De daling van het provinciefonds is al voor 75% gecompenseerd door de opbrengst van de opcentiemen op de onroerende voorheffing. Het aanhalen van de broeksriem zal eerder van toepassing zijn op de gemeenten, zo stelt hij. Vervolgens wenst de heer Aernoudt een technische vraag voor te leggen. In de begeleidende nota wordt gesproken over een mogelijke indexering van het provinciefonds van 3,5 % per jaar. Hij vraagt waarop dit gebaseerd is en of dit iets nieuws is. Er werd immers geen rekening mee gehouden in de oorspronkelijke begroting. Ook mevrouw Gerda Schotte, Groen-fractievoorzitter, merkt op dat de daling van het provinciefonds voor een groot deel gecompenseerd wordt door een stijging van de opcentiemen op de onroerende voorheffing en door de indexering van het provinciefonds. Alle besparingsretoriek was een storm in een glas water, zo meent ze. Bovendien, zo vervolgt mevrouw Schotte, was de deputatie vóór de budgetbespreking op de hoogte van de opcentiemen en van de indexering van het provinciefonds. De verontwaardiging was dus gespeeld, zo stelt ze. De Groen-fractie zal zich bijgevolg onthouden bij de stemming. Mevrouw Schotte kijkt uit naar de inhoudelijke begrotingswijziging en hoopt dat met de grotere budgettaire ruimte de klemtoon gelegd wordt op klimaatbeleid, mobiliteit, duurzame economie en welzijn. De heer Koen Bultinck, Vlaams Belang-raadslid, vindt het goed dat er al meteen een budgetwijziging voorgelegd wordt. Dat komt de duidelijkheid ten goede.
Notulen van de provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd 23/1/2014
10
De pathetiek naar aanleiding van de vermindering van het provinciefonds was overdreven en niet nodig, zo stelt de heer Bultinck. De cijfers bewijzen dat het best meevalt en dat de provincie nog steeds goed bij kas zit. Bij de steden en gemeenten is de situatie erger. De heer Carl Vereecke, gedeputeerde, antwoordt ten aanzien van de heer Aernoudt dat de indexatie van het provinciefonds in het programmadecreet staat. Hij licht toe dat het gaat over de indexatie van ontvangsten, maar dat de uitgaven ook geïndexeerd worden. De levensduurte slaat ook op de provinciale uitgaven. Het is dus niet zo dat de provincie een bonus kan noteren. Ten aanzien van mevrouw Schotte antwoordt de heer Vereecke dat het budget al opgemaakt was vóór de kennisname van de beslissingen en dat de boeken al gedrukt waren. Het is geen sinecure om dan nog aanpassingen te doen. Er komen heel wat documenten aan te pas om enkele aanpassingen door te voeren en dat maakt het complex. De heer gedeputeerde benadrukt dat het een ernstige vermindering van het provinciefonds betreft en dat er dus wel degelijk iets verandert. De provincie wordt regelmatig geconfronteerd met vragen van organisaties en instellingen die er de financiële gevolgen van dragen. De Vlaamse overheid zou haar verantwoordelijkheid moeten opnemen. De heer Guido Decorte, gedeputeerde, wijst er op dat het gaat over een vermindering van 12,7 miljoen euro. De stijging van de opbrengsten van de onroerende voorheffing is maar voor 1 jaar. Het is niet zeker dat dit de jaren nadien ook nog het geval zal zijn, zo benadrukt hij. De heer Aernoudt is er niet van overtuigd dat het hier over een structurele achteruitgang gaat. Door de indexatie van het provinciefonds is de autofinancieringsmarge in 2019 nu positiever dan in de oorspronkelijke begroting, zo stelt hij vast. Hij sluit zich aan bij de opmerking van de heer Bultinck dat de pathetiek dus onnodig was. De heer Aernoudt stelt ten aanzien van gedeputeerde Decorte dat het nu gaat over de verwerking van de vermindering van het provinciefonds en niet over de verevening. In verband met de verevening merkt hij nog op dat er ook minder bevoegdheden zijn. Er zijn op het niveau van de provincie nog financiële mogelijkheden, zo besluit de heer Aernoudt. Hij is er van overtuigd dat de middelen beter naar het gemeentefonds zouden gaan. Mevrouw Schotte verduidelijkt dat haar opmerking ging over de retoriek die verkocht werd naar aanleiding van de vermindering van het provinciefonds. Het ging steeds over de bijkomende besparingen en niet over de verhoging van de opcentiemen, terwijl men dat toen ook al wist. De heer Bultinck vindt dat het niet kan dat Vlaanderen zijn verantwoordelijkheid niet opneemt. Hij werpt op dat er misschien nood is aan een motie ten aanzien van de Vlaamse overheid. De heer Bultinck blijft bij zijn standpunt dat de deputatie meer dan nodig pathetisch gedaan heeft. Hij stelt dat ook de provincie de tering naar de nering moet zetten. De heer Vereecke merkt ten aanzien van de heer Aernoudt op dat de zaken niet noodzakelijk meest efficiënt georganiseerd zullen worden als alle middelen in het gemeentefonds ondergebracht worden. Een aantal zaken wordt beter vanuit de provincie georganiseerd, met de middelen van het provinciefonds. Hij geeft daarbij het voorbeeld van de waterbuffering en van het opleidingscentrum voor de veiligheidsdiensten. De raad gaat over tot de elektronische stemming over het besluit van agendapunt 9. Het besluit wordt aangenomen met 40 ja-stemmen tegen 14 neen-stemmen bij 7 onthoudingen. De volgende raadsleden brengen een ja-stem uit: de dames Carette, Castelein C., Cool, De Clerck, De Jonghe, De Waele, Decleer, Janssens, Laridon, Rogiers, Spincemaille, Vanlerberghe en Vanryckeghem en de heren Bekaert, Content, Croes, de Bethune, De Block, De fauw, De Keyser, De Plecker, Decorte, Dejaegher, Demon, Dumarey, Lybeer, Mommerency, Naeyaert, Pertry, Roose, Soens, Vandermersch, Vannieuwenhuyze, Vanwalleghem, Vereecke, Verkest, Verkinderen, Verschoore, Wenes en
Notulen van de provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd 23/1/2014
11
Weydts. De volgende raadsleden brengen een neen-stem uit: de dames De Mulder, Desoete, Van Hootegem, Vanhee en Verbeke en de heren Aernoudt, Coupillie, De Roo, Herman, Himpe, Hoflack, Pillaert, Van Meirhaeghe en Verwimp. De volgende raadsleden onthouden zich: de dames Castelein R., Schotte en Vanbrabant en de heren Bultinck, Colpaert, Lodewyckx en Tavernier. Het volgende besluit wordt aangenomen:
BESLUIT VAN DE PROVINCIERAAD TOT VASTSTELLING VAN DE EERSTE WIJZIGING VAN HET BUDGET 2014 EN VAN HET MEERJARENPLAN 2014-2019 (BW 2014/01) DE PROVINCIERAAD VAN DE PROVINCIE WEST-VLAANDEREN verwijst naar volgende rechtsbronnen en houdt rekening met volgende wettelijke bepalingen en feitelijke overwegingen:
het Provinciedecreet van 9 december 2005 inzonderheid de artikelen 2, 42 en 43; het Provinciedecreet van 9 december 2005, artikel 148, 151 en 156, §2, derde lid, gewijzigd bij het decreet van 30 april 2009, artikel 159, §3, ingevoegd bij het decreet van 30 april 2009, artikel 175, artikel 218, §1 en §2, en 236, eerste en tweede lid, gewijzigd bij het decreet van 30 april 2009, en artikel 268, §1, gewijzigd bij de decreten van 2 juni 2006 en 30 april 2009; het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het Provinciedecreet van 9 december 2005 en ter uitvoering van artikel 156, 175 en 264 van het Provinciedecreet van 9 december 2005; het besluit van de Vlaamse Regering van 25 juni 2010 betreffende de beleids- en de beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn gewijzigd bij besluit van de Vlaamse Regering van 23 november 2012; het ministerieel besluit van 1 oktober 2010 tot vaststelling van de modellen en nadere voorschriften van de beleidsrapporten en de toelichting ervan, en van de rekeningstelsels van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn gewijzigd bij ministerieel besluit van de Vlaamse Regering van 23 november 2012; de beslissing van de provincieraad van 26 mei 2011 tot goedkeuring van de kandidaatstelling als pilootbestuur voor de implementatie vanaf 1 januari 2012 van de bepalingen uit het besluit van de Vlaamse regering van 25 juni 2010 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincie en de centra voor maatschappelijk welzijn en de vaststelling van de modaliteiten hieromtrent; het voorstel van gedeputeerde Carl Vereecke; het voorstel van de deputatie (dd. 9 januari 2014).
BESLUIT: Enig artikel : De provincieraad keurt de eerste wijziging van het budget 2014 en van het meerjarenplan 2014 – 2019 goed (BW 2014/01).
*** Agendapunt 10 Goedkeuren van de lijst organisaties waarin de provincie WestVlaanderen deelneemt of waarin de provincie West-Vlaanderen zich laat vertegenwoordigen
Mevrouw Elke Carette brengt een samenvattend verslag naar voor van de besprekingen gevoerd in de azf-commissie over dit agendapunt. Mevrouw Gerda Schotte, Groen-fractievoorzitter, merkt op dat bij het begin van de budgetbespreking werd gezegd dat de provincie zich op de zeven hoofdtaken zou concentreren. De vertegenwoordiging in diverse vzw’s en organisaties hoort daar niet bij. De motivering voor de vertegenwoordiging is erg uiteenlopend en wordt creatief ingevuld, zo stelt ze. Notulen van de provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd 23/1/2014
12
Mevrouw Schotte stelt bepaalde vertegenwoordigingen kritisch in vraag. Het geven van subsidies kan geen motivatie voor vertegenwoordiging zijn, zo merkt ze op. Het omgekeerde zou logischer zijn. De link met het inhoudelijk beleid van de provincie ontbreekt soms volledig. Ze pleit dan ook voor een grote schoonmaak en roept op om de vertegenwoordiging enkel te behouden bij koepel- en bovenlokale organisaties die aanleunen bij het provinciaal beleid. De heer Guido Decorte, gedeputeerde, antwoordt dat de deputatie al voldoende geselecteerd heeft in de vertegenwoordigingen. Eén van de voorliggende lijsten heeft te maken met de interne staatshervorming. Elke vertegenwoordiging werd besproken in de deputatie, zo licht de heer gedeputeerde toe. Het is belangrijk dat de provincie vertegenwoordigd blijft bij een aantal instanties en zo ook kan sturen. De eerste hoofddoelstelling is meer gebieds- en streekgericht werken. Veel van de instellingen brengen mensen bij elkaar en werken samen. De provincie bemiddelt en zoekt mee naar oplossingen. Mevrouw Schotte trekt het belang van de organisaties niet in twijfel, maar wel de vertegenwoordiging van de provincie. De organisaties kunnen hun zaken zelf doen en hebben daar de provincie niet voor nodig, zo meent ze. De heer Kristof Pillaert, N-VA-fractievoorzitter, licht toe dat zijn fractie steeds aftoetst aan de interne staatshervorming. Deze lijsten hebben de toetsing doorstaan, zo merkt hij op. De heer Decorte stelt ten aanzien van mevrouw Schotte dat het menselijk contact belangrijk is. De raad gaat over tot de elektronische stemming over het besluit van agendapunt 10. Het besluit wordt aangenomen met 54 ja-stemmen tegen 4 neen-stemmen bij 3 onthoudingen. De volgende raadsleden brengen een ja-stem uit: de dames Carette, Castelein C., Cool, De Clerck, De Jonghe, De Mulder, De Waele, Decleer, Desoete, Janssens, Laridon, Rogiers, Spincemaille, Van Hootegem, Vanhee, Vanlerberghe, Vanryckeghem en Verbeke en de heren Aernoudt, Bekaert, Content, Coupillie, Croes, de Bethune, De Block, De fauw, De Keyser, De Plecker, De Roo, Decorte, Dejaegher, Demon, Dumarey, Herman, Himpe, Hoflack, Lybeer, Mommerency, Naeyaert, Pertry, Pillaert, Roose, Soens, Vandermersch, Van Meirhaeghe, Vannieuwenhuyze, Vanwalleghem, Vereecke, Verkinderen, Verschoore, Verwimp, Waelput, Wenes en Weydts. De volgende raadsleden brengen een neen-stem uit: mevrouw Schotte en de heren Colpaert, Lodewyckx en Tavernier. De volgende raadsleden onthouden zich: de dames Castelein R. en Vanbrabant en de heer Bultinck. Het volgende besluit wordt aangenomen: BESLUIT VAN DE PROVINCIERAAD BETREFFENDE DE GOEDKEURING VAN DE LIJST ORGANISATIES WAARIN DE PROVINCIE WEST-VLAANDEREN DEELNEEMT OF WAARIN DE PROVINCIE WEST-VLAANDEREN ZICH LAAT VERTEGENWOORDIGEN DE PROVINCIERAAD VAN DE PROVINCIE WEST-VLAANDEREN, verwijst naar de volgende rechtsbronnen en houdt rekening met volgende wettelijke bepalingen en feitelijke overwegingen: -
-
Het provinciedecreet, inzonderheid de artikelen 188 (deelname van de provincies aan rechtspersonen), 219, §3 (vermoeden dat een rechtspersoon door een provincie met welbepaalde taken van provinciaal belang belast is) en 266 (overgangsbepaling voor de provinciale externe verzelfstandiging) Het bestuursakkoord van 23 mei 2013, afgesloten tussen de Vlaamse regering en de provincie WestVlaanderen De vaststelling dat de huidige deelname of vertegenwoordiging van de provincie West-Vlaanderen in diverse verenigingen kan zijn ingegeven door :
Notulen van de provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd 23/1/2014
13
-
-
Hetzij de rol die de provincie historisch gezien heeft opgenomen teneinde een initiatief dat het lokaal niveau overstijgt kansen te bieden om tot stand te komen, zoals bijvoorbeeld voor Concertgebouw Brugge vzw, In Flanders Fields Museum vzw of Vlaams Kenniscentrum Water (VLAKWA) vzw Hetzij de aanwezigheid van een voldoende raakvlak met aspecten van de provinciale beleidsvoering op vandaag, zoals bijvoorbeeld voor XPO Immaterieel vzw, Instituut voor Medische Dringende Hulpverlening vzw, de regionale sociale verhuurkantoren of de Logo’s Hetzij specifieke motieven die in het verleden werden aangevoerd om de participatie te verantwoorden en die sindsdien niet werden gewijzigd, zoals bijvoorbeeld voor West-Vlaamse hoeveproducten vzw of de Vereniging bedreigde neerhofdieren vzw Het voorstel van de deputatie
BESLUIT: Artikel 1:
De in dit artikel opgesomde verenigingen worden door de provincie West-Vlaanderen niet belast met beleidsuitvoerende taken van provinciaal belang. Het lidmaatschap of de vertegenwoordiging van de provincie West-Vlaanderen in deze verenigingen zijn bijgevolg deelnames overeenkomstig artikel 188 van het provinciedecreet.
§2. De provincie West-Vlaanderen handhaaft haar huidige deelname of vertegenwoordiging in : Vlaams Kenniscentrum Water (VLAKWA) vzw Vlaams Instituut voor de Zee (VLIZ) vzw Concertgebouw Brugge vzw Instituut voor Medische Dringende hulpverlening vzw Samenlevingsopbouw West-Vlaanderen vzw In Flanders Field Museum vzw West-Vlaams Opleidingscentrum voor brandweer-, reddings- en ambulancediensten (WOBRA) West-Vlaamse Politieschool vzw HOWEST West-Vlaamse maatschappij tot kweekbevorderen van het drafpaard vzw Vereniging bedreigde neerhofdieren vzw Provinciaal onderwijs Vlaanderen vzw Provinciaal onderwijs Vlaanderen Pedagogische Ondersteuning vzw Vereniging Vlaamse Provincies (VVP) vzw Centrum voor informatica (CEVI) vzw Vlaams Coördinatiecentrum Mestverwerking (VCM) vzw Landbouwcentrum voor granen, eiwitrijke gewassen, oliehoudende zaden en kleine industrieteelten (LGC) vzw Regionaal sociaal verhuurkantoor voor Midden-West-Vlaanderen vzw Regionaal sociaal verhuurkantoor Veurne-Diksmuide vzw Regionaal sociaal verhuurkantoor Westkust vzw Sociaal verhuurkantoor Regio Roeselare vzw Huisvestingsdienst regio Izegem Woondienst JOGI vzw XPO Immaterieel vzw Logo Brugge Oostende vzw
Notulen van de provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd 23/1/2014
14
Logo Zuid-West-Vlaanderen vzw Logo Midden-West-Vlaanderen vzw 4Werk vzw Transfo Zwevegem vzw Huis van het Nederlands West-Vlaanderen vzw Koningin Elisabeth Instituut (KEI) vzw Art. 2: De in dit artikel opgesomde verenigingen worden momenteel evenmin belast met beleidsuitvoerende taken van provinciaal belang en de deelname gebeurt evenzeer overeenkomstig artikel 188 provinciedecreet, zij het evenwel met dien verstande dat de handhaving van deze deelname of vertegenwoordiging een tijdelijk karakter heeft en voorlopig beperkt wordt tot uiterlijk 31 december 2014 : Regionaal Centrum voor Jongerencultuur "Het Entrepot" Brugge Plus vzw West-Vlaamse Consultatiebureaus Westkans Toeristische ontsluiting West-Vlaanderen vzw Festival van Vlaanderen (afdeling Brugge) vzw Symfonieorkest van Vlaanderen vzw Openbaar kunstbezit in Vlaanderen vzw West-Vlaams Instituut voor de vorming van overheidspersoneel (WIVO) vzw Regionaal landschap West-Vlaamse heuvels vzw Regionaal landschap Houtland vzw Regionaal landschap Ijzer en Polder vzw Bosgroep Houtland vzw Bosgroep Ijzer en Leie vzw Welzijnsconsortium Zuid-West-Vlaanderen vzw Vlaams Bureau voor Sportbegeleiding (VLABUS) vzw de SOM West-Vlaams observatie- en therapeutisch centrum "De Berkjes" Domein" De Lovie" vzw Gefusioneerd Centrum voor Basiseducatie vzw, regio Kortrijk-Roeselare Gefusioneerd Centrum voor Basiseducatie vzw, regio Brugge-Oostende-Westhoek West-Vlaamse hoeveproducten vzw West-Vlaamse Sportpromotie
*** Agendapunt 11
Wijzigen van de rechtspositieregeling van het provinciepersoneel
Mevrouw Elke Carette brengt een samenvattend verslag naar voor van de besprekingen gevoerd in de 3de commissie over dit agendapunt. De raad gaat over tot de elektronische stemming over het besluit van agendapunt 11. Het besluit wordt aangenomen met 63 ja-stemmen. De volgende raadsleden brengen een ja-stem uit: de dames Carette, Castelein C., Castelein R., Cool, De Clerck, De Jonghe, De Mulder, De Reuse, De Waele, Decleer, Desoete, Janssens, Laridon, Rogiers, Schotte, Spincemaille,
Notulen van de provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd 23/1/2014
15
Van Hootegem, Vanbrabant, Vanhee, Vanlerberghe, Vanryckeghem en Verbeke en de heren Aernoudt, Bekaert, Bultinck, Colpaert, Content, Coupillie, Croes, de Bethune, De Block, De fauw, De Keyser, De Plecker, De Roo, Decorte, Dejaegher, Demon, Dumarey, Herman, Himpe, Hoflack, Lodewyckx, Lybeer, Mommerency, Naeyaert, Pertry, Pillaert, Roose, Soens, Tavernier, Vandermersch, Vanlouwe, Van Meirhaeghe, Vanwalleghem, Vereecke, Verkest, Verkinderen, Verschoore, Verwimp, Waelput, Wenes en Weydts. Het volgende besluit wordt aangenomen: BESLUIT VAN DE PROVINCIERAAD VAN WEST-VLAANDEREN HOUDENDE HET WIJZIGEN VAN DE RECHTSPOSITIEREGELING VAN HET PROVINCIEPERSONEEL DE PROVINCIERAAD VAN WEST-VLAANDEREN verwijst naar volgende rechtsbronnen en houdt rekening met volgende wettelijke bepalingen en feitelijke overwegingen : -
-
Het Provinciedecreet van 9 december 2005 en de latere wijzigingen, meer bepaald titel III – personeel; Het Besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en latere wijzigingen; Het Besluit van de Vlaamse Regering van 23 november 2012 tot wijziging van voormeld besluit van de Vlaamse Regering; Haar besluit van 27 november 2008 tot vaststelling van de rechtspositieregeling van het provinciepersoneel en gewijzigd bij besluiten van 26 maart 2009, 25 juni 2009, 25 november 2010, 26 mei 2011, 25 oktober 2012 en 27 juni 2013; De brief dd. 20 augustus 2013 van het Agentschap Binnenlands bestuur mbt de wijziging van de rechtpositieregeling van 27 juni 2013 waarbij een drietal opmerkingen worden geformuleerd mbt de regeling van de ambtshalve herplaatsing van het vast aangestelde statutaire personeelslid; Het protocol van het Bijzonder Onderhandelingscomité dd. 22 november 2013; Het advies van het Managementteam van 14 januari 2014 (cfr. verslag 2014/01); Het voorstel van de deputatie.
BESLUIT: Artikel 1: In de rechtspositieregeling van het provinciepersoneel, goedgekeurd bij besluit van de provincieraad van 27 november 2008 en gewijzigd bij besluiten van 26 maart 2009, 25 juni 2009, 25 november 2010, 26 mei 2011, 25 oktober 2012 en 27 juni 2013 worden de volgende wijzingen aangebracht : §1. Artikel 182ter wordt vervangen door “Artikel 182ter: §1 De ambtshalve herplaatsing in een functie van dezelfde rang wordt toegepast als de betrekking van een vast aangesteld statutair personeelslid wordt afgeschaft en het personeelslid zijn betrekking niet in overgangsregeling behoudt. §2 De ambtshalve herplaatsing in een functie van dezelfde rang kan worden toegepast als a. een vast aangesteld statutair personeelslid door de bevoegde gezondheidsdienst ongeschikt verklaard wordt om zijn functie nog langer uit te oefenen maar wel geschikt geacht wordt om een andere functie uit te oefenen die verenigbaar is met zijn gezondheidstoestand of b. als herkansing na een ongunstige evaluatie of als alternatief voor het ontslag wegens beroepsongeschiktheid.”; §2. In artikel 182quater worden de eerste twee zinnen vervangen door “De ambtshalve herplaatsing hierboven vermeld onder §1 en §2b is alleen mogelijk in een vacante functie. De ambtshalve herplaatsing hierboven vermeld onder §1 heeft voorrang op de manieren om een vacature in te vullen.”; §3. Artikel 182sexies wordt vervangen door “Artikel 182sexies: §1 De ambtshalve herplaatsing in een functie van een lagere graad kan worden toegepast als a. een vast aangesteld statutair personeelslid door de bevoegde gezondheidsdienst ongeschikt verklaard wordt om zijn functie nog langer uit te oefenen maar wel geschikt geacht wordt om een functie van een lagere graad uit te oefenen die verenigbaar is met zijn gezondheidstoestand of b. een vast aangesteld statutair personeelslid om functionele of persoonlijke redenen zelf verzoekt om herplaatsing in een functie van een lagere graad. Deze vorm van herplaatsing kan slechts eenmaal tijdens de loopbaan toegekend worden. Notulen van de provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd 23/1/2014
16
§2 Het vast aangestelde statutaire personeelslid dat na een bevordering een ongunstig evaluatieresultaat krijgt bij afloop van de proeftijd wordt opnieuw aangesteld in zijn vorige functie of in een andere vacante functie van zijn vorige graad als zijn vorige functie niet meer vacant is.”; §4. In artikel 242 worden de woorden “in tweevoud” geschrapt; §5. In artikel 247§5 wordt het woord “drie” vervangen door “twaalf”; §6. In artikel 317 wordt §1 vervangen door “§1: De algemene regeling van loopbaanonderbreking is een recht voor het personeel behalve voor de diensthoofden en voor het op proef benoemd personeelslid of het contractueel personeelslid gedurende de inwerktijd of proefperiode. De algemene regeling van loopbaanvermindering met 1/5 vermindering van voltijdse prestaties is een gunst voor diensthoofden.”. Artikel 2: Dit besluit heeft uitwerking op 1 februari 2014.
*** Agendapunt 12
Wijzigen van het arbeidsreglement van het provinciepersoneel
Mevrouw Elke Carette brengt een samenvattend verslag naar voor van de besprekingen gevoerd in de 3de commissie over dit agendapunt. De raad gaat over tot de elektronische stemming over het besluit van agendapunt 12. Het besluit wordt aangenomen met 64 ja-stemmen. De volgende raadsleden brengen een ja-stem uit: de dames Carette, Castelein C., Castelein R., Cool, De Clerck, De Jonghe, De Mulder, De Reuse, De Waele, Decleer, Desoete, Janssens, Laridon, Rogiers, Schotte, Spincemaille, Van Hootegem, Vanbrabant, Vanhee, Vanlerberghe, Vanryckeghem en Verbeke en de heren Aernoudt, Bekaert, Bultinck, Colpaert, Content, Coupillie, Croes, de Bethune, De Block, De fauw, De Keyser, De Plecker, De Roo, Decorte, Dejaegher, Demon, Dumarey, Herman, Himpe, Hoflack, Lodewyckx, Lybeer, Mommerency, Naeyaert, Pertry, Pillaert, Rollez, Roose, Soens, Tavernier, Vandermersch, Vanlouwe, Van Meirhaeghe, Vannieuwenhuyze, Vanwalleghem, Vereecke, Verkest, Verkinderen, Verschoore, Verwimp, Waelput, Wenes en Weydts. Het volgende besluit wordt aangenomen:
BESLUIT VAN DE PROVINCIERAAD HOUDENDE DE GOEDKEURING VAN DE WIJZIGINGEN AAN HET ARBEIDSREGLEMENT VAN HET PROVINCIEPERSONEEL
DE PROVINCIERAAD VAN DE PROVINCIE WEST-VLAANDEREN Verwijst naar de volgende rechtsbronnen en houdt rekening met volgende wettelijke bepalingen en feitelijke overwegingen: -
De wet van 8 april 1965 tot instelling van de arbeidsreglementen en latere wijzigingen;
-
Het provinciedecreet van 9 december 2005 inzonderheid artikel 42§3 en latere wijzigingen;
-
Het provincieraadsbesluit van 23 december 2004 betreffende goedkeuring van het arbeidsreglement van het provinciepersoneel en latere wijzigingen;
-
Het provincieraadsbesluit van 27 november 2008 betreffende de goedkeuring van de rechtspositieregeling van het provinciepersoneel en latere wijzigingen;
-
Het arbeidsreglement van het provinciepersoneel, in het bijzonder artikel 6, dat bepaalt dat alle wijzigingen aan het arbeidsreglement aangenomen worden bij besluit van de deputatie en jaarlijks in de maand januari ter bekrachtiging worden voorgelegd aan de provincieraad;
Notulen van de provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd 23/1/2014
17
-
Het besluit van de deputatie van 9 januari 2014 houdende de wijzigingen van het arbeidsreglement;
BESLUIT : Enig artikel : De wijzigingen aan het arbeidsreglement, vastgesteld bij besluit van de deputatie van 9 januari 2014, worden ter bekrachtiging voorgelegd. *** Agendapunt 13 Goedkeuren van het bestek en de gunningswijze (open aanbesteding) betreffende de opdracht van werken: restauratie van het voormalig pompgemaal Meetkerkse Moeren met raming ten bedrage van 211.931,35 euro excl. BTW
Mevrouw Elke Carette brengt een samenvattend verslag naar voor van de besprekingen gevoerd in de 4de commissie over dit agendapunt. De raad gaat over tot de elektronische stemming over het besluit van agendapunt 13. Het besluit wordt aangenomen met 64 ja-stemmen. De volgende raadsleden brengen een ja-stem uit: de dames Carette, Castelein C., Castelein R., Cool, De Clerck, De Jonghe, De Mulder, De Reuse, De Waele, Decleer, Desoete, Janssens, Laridon, Rogiers, Schotte, Spincemaille, Van Hootegem, Vanbrabant, Vanhee, Vanlerberghe, Vanryckeghem en Verbeke en de heren Aernoudt, Bekaert, Bultinck, Colpaert, Content, Coupillie, Croes, de Bethune, De Block, De fauw, De Keyser, De Plecker, De Roo, Decorte, Dejaegher, Demon, Herman, Himpe, Hoflack, Lodewyckx, Lybeer, Mommerency, Naeyaert, Pertry, Pillaert, Rollez, Roose, Soens, Tavernier, Vandermersch, Vanlouwe, Van Meirhaeghe, Vannieuwenhuyze, Vanwalleghem, Vereecke, Verkest, Verkinderen, Verschoore, Verwimp, Waelput, Wenes en Weydts. Het volgende besluit wordt aangenomen: BESLUIT VAN DE PROVINCIERAAD TOT GOEDKEURING VAN HET BESTEK EN DE GUNNINGSWIJZE (OPEN AANBESTEDING) BETREFFENDE DE OPDRACHT VAN WERKEN: RESTAURATIE VAN HET VOORMALIG POMPGEMAAL MEETKERKSE MOEREN MET RAMING TEN BEDRAGE VAN 211.931,35 EURO EXCL. BTW DE PROVINCIERAAD VAN DE PROVINCIE WEST-VLAANDEREN Verwijst naar volgende rechtsbronnen en houdt rekening met volgende wettelijke bepalingen en feitelijke overwegingen: -
het provinciedecreet dd. 9 december 2005, inzonderheid de artikelen 2 (provinciaal belang omwille van bovenlokale taakbehartiging) en 42 (bevoegdheid provincieraad) de wet dd. 15 juni 2006 overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten, inzonderheid artikel 24 actieplan : 2013120043 : voorbereiden en uitvoeren van beslissingen mbt overheidsopdrachten het voorstel van de Gebouwendienst tot het aanbesteden van de werken restauratie van het voormalig pompgebouw Meetkerkse Moeren het daartoe opgemaakt bestek door Studiebureau Lobelle, de raming van de werken op 211.931,35 euro excl. BTW, en de open aanbesteding als gunningswijze het voorstel van de deputatie in haar toelichtende nota
BESLUIT: Artikel 1: Het bestek voor de opdracht van werken: restauratie van het voormalig pompgebouw Meetkerkse Moeren met raming ten bedrage van 256.436,93 euro incl. BTW wordt goedgekeurd. Art. 2: De opdracht zal worden gegund bij wijze van open aanbesteding.
Notulen van de provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd 23/1/2014
18
*** Agendapunt 14
Bekrachtigen van het streekpact Oostende
Mevrouw Elke Carette brengt een samenvattend verslag naar voor van de besprekingen gevoerd in de 5e commissie over dit agendapunt. De heer Herman Lodewyckx, Groen-raadslid, licht toe wat de grote uitdagingen zijn en de speerpuntsectoren waarop ingezet zal worden. De heer Lodewyckx wenst vervolgens een aantal vragen en bedenkingen te formuleren. De bijdrage die de omliggende gemeenten kunnen leveren voor de ontwikkeling van de regio als geheel blijft in de uitwerking onderbelicht, zo stelt hij. De heer Lodewyckx vindt het jammer dat de haven als vissershaven verdwijnt. De concrete invulling van de doelstelling ‘visserij verder creatief ondersteunen’ vindt hij te beperkt. De bestemming van de vismijn blijft onderbelicht, evenals de wijze waarop de woonprojecten op de Oosteroever verzoenbaar zijn met een blijvende bedrijvigheid aldaar. Er wordt te weinig aandacht besteed aan woonbeleid voor de ganse regio. De ferry-verbindingen worden alsnog niet als ontsluiting of als poort bekeken. In verband met de luchthaven Brugge-Oostende deelt de heer Lodewyckx mee dat Groen altijd al een koele minnaar geweest is van de luchthaven. Hij stelt vast dat de werkgelegenheid er daalt bij de firma’s en diensten. Hij vraagt zich of de LEM/LOMstructuur de toestand zal verbeteren en vraagt of er ooit een ernstig businessplan opgesteld is dat de rentabiliteit van de luchthaven kan aantonen. Vervolgens wijst de heer Lodewyckx op de verkeersellende voor het doorgaand verkeer aan de N33 en de kruising met de Elisabethlaan. Met het oog op de ontsluiting van de regio is een grootser project nodig om het doorgaand verkeer uit de richting Torhout naar Bredene af te leiden. Hij pleit ook voor het moderniseren van de kusstram. Bij het aanleggen van bedrijventerreinen moet men vooraf voorzieningen maken om zowel het openbaar vervoer als het fietsen te bevorderen, in plaats van achteraf maatregelen te nemen, zo gaat de heer Lodewyckx verder. Tot slot vraagt de heer Lodewyckx aandacht voor cultuur als een deel van de economie. Hij vindt het jammer dat CC de Grote Post in Oostende niet vermeld wordt. Dit cultuurcentrum krijgt veel belangstelling, ook vanuit het binnenland, maar moet vechten om het budget rond te krijgen. Dit zou toch een belangrijk gegeven moeten zijn voor het regionale RESOC. De heer Lodewyckx eindigt zijn tussenkomst met de mededeling dat hij zich zal onthouden bij de stemming. De heer Wim Aernoudt, N-VA-raadslid, uit zijn bezorgdheid over de gang van zaken bij de lancering van het streekpact. De logische volgorde is eerst de bekrachtiging in de raden en daarna de voorstelling voor de pers en de lancering voor het publiek. Deze keer is het omgekeerd gebeurd en daarover uit hij zijn ongenoegen. Het voorliggende streekpact zou gebaseerd zijn op de evaluatie van het vorige pact, zo merkt de heer Aernoudt op. Hij is evenwel van mening dat er nooit een grondige evaluatie gebeurd is, zoals bijvoorbeeld wel gebeurde voor het streekpact Brugge. De heer Aernoudt mist een langetermijnvisie wat betreft de ontwikkeling van de zeehaven. De socio-economische analyse toont een problematische situatie. Deze situatie was er ook al bij het begin van het vorige streekpact. Dat vorige streekpact heeft op dat vlak dus geen enkele kentering teweeggebracht, zo stipt hij aan. De grote focus op opleiding is positief, zo vervolgt de heer Aernoudt. Het staat buiten kijf dat toerisme en horeca belangrijk zijn. Hij hoopt dat Westtoer en het RESOC nu ook effectief gaan samenwerken. Het streekpact is doorspekt met allerlei vormen van sociale economie, zo stelt de heer Aernoudt vast. Hij betreurt dat de secundaire sector, die zo belangrijk is voor de
Notulen van de provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd 23/1/2014
19
tewerkstelling van laaggeschoolden, begraven wordt. Hij vindt in het hele document geen ambitie om iets te doen aan de dalende industriële tewerkstelling. Zorg wordt als een nieuwe economische motor gezien, zo stipt de heer Aernoudt aan. Naast de economische opportuniteit die daarin gezien wordt, mist hij andere aspecten, met name de leefbaarheid van de stad. De visserij wordt even aangehaald in het document, maar zonder nieuwe vismijn wordt dat een mager beestje, zo vreest de heer Aernoudt. Het streekpact heeft de heer Aernoudt niet kunnen overtuigen. Hij zal zich bij de stemming onthouden. De heer Koen Bultinck, Vlaams Belang-raadslid, sluit zich aan bij de tussenkomsten van de heren Lodewyckx en Aernoudt. Hij vindt dit streekpact vaag. Er is meer verduidelijking en meer concretisering nodig. Het vraagt om heel veel opvolging. Hij vraagt om heel regelmatig verslag uit te brengen in de commissies over de voortgang. De heer Bultinck pleit voor samenwerking en bijkomend overleg tussen alle actoren, zodat concrete stappen gezet kunnen worden. De heer Bultinck is bereid om positief te stemmen, gezien het belang van het bedrijfsleven en het stimuleren van de economie. Hij stelt wel als voorwaarde dat er duidelijk afgesproken wordt dat er opvolging komt. De heer Anthony Dumarey, Open Vld-raadslid, is van mening dat het streekpact dynamisch en krachtig is. Hij merkt op dat dit document niet vergeleken mag worden met het streekpact van een welvarende regio. Er is uitgegaan van de noden en ideeën die in de regio leven. Er zijn een aantal concrete hefboomprojecten die ondernemerschap creëren en tewerkstelling genereren. De heer Dumarey licht toe dat de welvaart toeneemt, maar dat het nog beter kan. Het voorliggende streekpact steekt daarom een tandje bij ten opzichte van het vorige pact. Vervolgens geeft de heer Dumarey heel wat voorbeelden van projecten die bijkomende industrie genereren, die tewerkstelling zullen creëren, die bijdragen aan de economische ontwikkeling of het toerisme stimuleren. Er is gewerkt aan een goede balans tussen de hinterland- en de kustgemeenten. De Open Vld-fractie steunt het streekpact volmondig, zo besluit de heer Dumarey. Mevrouw Annie Cool, CD&V-raadslid, benadrukt dat de betrokken gemeenten uitgebreid bevraagd zijn door het RESOC en dat alle partners hun ideeën naar voor konden brengen. Ze is van mening dat het RESOC met dit streekpact de uitdagingen voor de toekomst aangaat door in te gaan op een aantal opportuniteiten die specifiek zijn voor de regio. De CD&V-fractie ondersteunt bijgevolg het streekpact. De heer Peter Roose, sp.a-fractievoorzitter, merkt op dat het belangrijk is dat alle partners accenten kunnen leggen en prioriteiten naar voor kunnen schuiven om te definiëren welke richting een bepaalde regio moet uitgaan. Dat is in het voorliggende pact duidelijk gedefinieerd, zo stelt hij. De sp.a-fractie zal helpen om die prioriteiten mee te helpen uitvoeren. De heer Jean de Béthune, gedeputeerde, licht toe dat een streekpact een regionaal verhaal is en van onderuit tot stand komt. Het is niet aan de gedeputeerde, aan de provinciale dienst economie of aan de POM om een plan op te leggen. Het gaat om de prioriteiten en aandachtspunten die geformuleerd worden op het niveau en door de betrokkenen van de regio. Andere niveaus kunnen het steunen en helpen realiseren en financieren. De heer gedeputeerde merkt op dat de heer Aernoudt zelf als vertegenwoordiger van de provincieraad zetelt in het RESOC Oostende en dus het debat in de eerste plaats daar diende te voeren, met de mensen van ter plaatse. De bekrachtiging gebeurt door de betrokken gemeenteraden en de provincieraad. Vervolgens wijst de heer gedeputeerde op een aantal elementen uit het pact. Hij benadrukt dat het RESOC Oostende zowel aandacht heeft voor de stad Oostende als voor het belangrijke hinterland. Er wordt onderzocht hoe de haven nog andere activiteiten kan Notulen van de provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd 23/1/2014
20
ontwikkelen. De haven is het kloppend hart aan het worden van een interessante ontwikkeling op economisch vlak, zo meent hij. De heer gedeputeerde beaamt dat er misschien meer gecommuniceerd en gedebatteerd moet worden. Hij is bereid om het debat op gang te helpen trekken. Wat de luchthaven betreft, is de heer gedeputeerde van mening dat het op goede weg zit. Hij vraagt om het een kans te geven. De heer de Béthune treedt de heer Lodewyckx bij wat betreft de te beperkte aandacht voor cultuur in het pact. Het pact is niet perfect, maar is interessant en biedt een goede basis voor de verderzetting van het debat over de verdere ontwikkeling van de regio Oostende. De heer gedeputeerde stelt voor om de regiocommissie Oostende bijeen te roepen en alle geïnteresseerden binnen de provincieraad uit te nodigen om daar het debat verder te zetten. De heer Lodewyckx verduidelijkt dat werk voor Groen prioritair is. Groen zal alle thema’s uit het streekpact ondersteunen, maar hij wenste wel enkele opmerkingen te formuleren. In verband met de luchthaven is de heer Lodewyckx bezorgd over de uitspraak dat de luchthaven pas rendabel zal worden als er een aantal milieuvoorwaarden opgeheven worden. Hij vraagt zich af of de luchthaven verder recht gehouden zal worden met zware overheidssteun. De haven is een belangrijk gegeven, maar wordt te weinig gewaardeerd vanuit de Vlaamse overheid, zo meent de heer Lodewyckx. De heer Aernoudt deelt mee dat hij zich bij de stemming zal onthouden, want hij gelooft er niet in. De raad gaat over tot de elektronische stemming over het besluit van agendapunt 14. Het besluit wordt aangenomen met 43 ja-stemmen bij 21 onthoudingen. De volgende raadsleden brengen een ja-stem uit: de dames Carette, Castelein C., Castelein R., Cool, De Clerck, De Jonghe, De Waele, Decleer, Janssens, Laridon, Rogiers, Spincemaille, Vanbrabant, Vanlerberghe en Vanryckeghem en de heren Bekaert, Bultinck, Content, Croes, de Bethune, De Block, De fauw, De Keyser, De Reuse, Decorte, Dejaegher, Demon, Dumarey, Lybeer, Mommerency, Naeyaert, Pertry, Roose, Soens, Vandermersch, Vannieuwenhuyze, Vanwalleghem, Vereecke, Verkest, Verkinderen, Verschoore, Wenes en Weydts. De volgende raadsleden onthouden zich: de dames De Mulder, Desoete, Schotte, Van Hootegem, Vanhee en Verbeke en de heren Aernoudt, Colpaert, Coupillie, De Roo, Herman, Himpe, Hoflack, Lodewyckx, Pillaert, Rollez, Tavernier, Vanlouwe, Van Meirhaeghe, Verwimp en Waelput. Het volgende besluit wordt aangenomen: BESLUIT VAN DE PROVINCIERAAD TOT BEKRACHTIGING VAN HET STREEKPACT OOSTENDE DE PROVINCIERAAD VAN DE PROVINCIE WEST-VLAANDEREN verwijst naar volgende rechtsbronnen en houdt rekening met volgende wettelijke bepalingen en feitelijke overwegingen: -
het provinciedecreet, inzonderheid artikel 2 (provinciaal belang omwille van bovenlokale taakbehartiging), artikel 42 §2 (bepalen van het beleid van de provincie) en artikel 188 en 219 §2 (over deelname van de provincies aan rechtspersonen); het decreet betreffende het statuut, de werking, de taken en de bevoegdheden van de erkende regionale samenwerkingsverbanden (ERSV), de sociaaleconomische raden van de regio (SERR) en de regionale sociaaleconomische overlegcomités (RESOC) van 7 mei 2004; het in het betreffende decreet voorziene streekpact, op te maken door het RESOC en te bekrachtigen door de gemeenteraden en de provincieraad;
Notulen van de provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd 23/1/2014
21
-
-
-
de bepalingen van wat een streekpact dient te omvatten zoals voorgesteld in art. 22 §1 van het betreffende decreet. De vaststelling dat niet alle voorwaarden daarvan vervuld zijn zoals de verbintenissen van de stemgerechtigde leden, toegevoegde leden en eventueel ander actoren m.b.t. de uitvoering van de strategieën. Anderzijds zijn er geen strijdigheden te noteren met het provinciaal beleid en worden bij diverse doelstellingen wel concrete projecten vernoemd; in een afsluitend hoofdstuk wordt een overzicht gegeven van de korte termijn streekprojecten (periode van 2 jaar) waarbij in de meeste gevallen een trekker is vermeld. Aanvullend wordt in de inleiding vermeld dat er een convenant zal worden uitgewerkt; dit zal een apart document worden buiten het streekpact. Het is wenselijk dat er in de nabije toekomst verdere afstemming gebeurt met de provinciale diensten en agentschappen, waaronder de Gebiedsgerichte Werking en de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij in het bijzonder. Het streekpact biedt immers mogelijkheden om met het provinciebestuur, haar diensten en agentschappen, diverse acties uit te voeren die het streekpact nu voorstelt; het ontwerp streekpact Oostende 2013-2018, zoals voorgelegd door RESOC Oostende in haar bijeenkomst van 15 april 2013 en latere datums en haar bijeenkomsten van het Dagelijks Bestuur; de behandeling van dit streekpact op de bijeenkomst van de provinciale regiocommissie BruggeOostende d.d. 10 oktober 2013; het Streekforum van RESOC Oostende over het streekpact op 19 december 2013 en de vraag tot bekrachtiging door de provincieraad; het voorstel van de deputatie
BESLUIT: Artikel 1: De Provincie West-Vlaanderen onderschrijft de zeven doelstellingen van het streekpact Oostende 20132018 opgemaakt door RESOC Oostende en bekrachtigt als dusdanig het streekpact. Art. 2: De Provincie West-Vlaanderen engageert zich ertoe de uitvoering van het streekpact te ondersteunen en provinciale engagementen verbonden aan acties of maatregelen te overwegen zowel binnen het reguliere provinciale meerjarenplan 2014-2019 en daarvan afgeleide beleidsnota’s en overeenkomsten met diverse partners, als bij de uitvoering van projectwerking door haar diensten en agentschappen. *** Agendapunt 15 Akte nemen van het samenvattend verslag van de bestuurders van de Intergem.samenwerkingsverbanden Er wordt akte genomen van dit samenvattend verslag dat op de banken ligt. *** Agendapunt 16
Aanduiden van een commissaris in de vzw Toerisme Leiestreek
Mevrouw Elke Carette brengt een samenvattend verslag naar voor van de besprekingen gevoerd in de azf-commissie over dit agendapunt. Mevrouw Reinhilde Castelein, Vlaams Belang-raadslid, deelt mee dat uit een managementrapport van een boekhoudkantoor blijkt dat er geen al te goed financieel beheer gevoerd werd de voorbije jaren. De aanstelling van de twee commissarissen is dan ook volledig terecht. De raad gaat over tot de elektronische stemming over het besluit van agendapunt 16. De dames Machteld Vanhee en Charlotte Castelein en de heren Axel Weydts en Jurgen Content verrichten, als jongste raadsleden, de stemopneming. Het besluit wordt aangenomen met 64 ja-stemmen. Het volgende besluit wordt aangenomen: BESLUIT VAN DE PROVINCIERAAD BETREFFENDE HET AANDUIDEN VAN EEN COMMISSARIS IN DE VZW TOERISME LEIESTREEK
Notulen van de provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd 23/1/2014
22
DE PROVINCIERAAD VAN DE PROVINCIE WEST-VLAANDEREN, verwijst naar de volgende rechtsbronnen en houdt rekening met volgende wettelijke bepalingen en feitelijke overwegingen: -
Het provinciedecreet, inzonderheid artikel 42 (bevoegdheden van de provincieraad) De wet van wet van 21 juni 1921 betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk, de internationale verenigingen zonder winstoogmerk en de stichtingen, inzonderheid artikel 17 De statuten van Toerisme Leiestreek vzw, in het bijzonder artikel 23 Het voorstel van de deputatie
BESLUIT: Artikel 1: De heer Tim Vanholle wordt aangeduid als commissaris in de vzw Toerisme Leiestreek. Art. 2: Afschrift van deze beslissing zal worden overgemaakt aan Toerisme Leiestreek vzw. *** Agendapunt 17 Verlenen van voorwaardelijk gunstig advies op het ontwerp gewestelijk RUP Afb AGNAS Poelberg-Meikensbossen Mevrouw Elke Carette brengt een samenvattend verslag naar voor van de besprekingen gevoerd in de 2de commissie over dit agendapunt. De raad gaat over tot de elektronische stemming over het besluit van agendapunt 17. Het besluit wordt aangenomen met 66 ja-stemmen. De volgende raadsleden brengen een ja-stem uit: de dames Carette, Castelein C., Castelein R., Cool, De Clerck, De Jonghe, De Mulder, De Waele, Decleer, Desoete, Janssens, Lambrecht, Laridon, Rogiers, Schotte, Spincemaille, Van Hootegem, Vanbrabant, Vandenbulcke, Vanhee, Vanlerberghe, Vanryckeghem en Verbeke en de heren Aernoudt, Bekaert, Bultinck, Colpaert, Content, Coupillie, Croes, de Bethune, De Block, De fauw, De Plecker, De Roo, Decorte, Dejaegher, Demon, Dumarey, Herman, Himpe, Hoflack, Lodewyckx, Lybeer, Mommerency, Naeyaert, Pertry, Pillaert, Rollez, Roose, Soens, Tavernier, Vandermersch, Vanlouwe, Van Meirhaeghe, Vannieuwenhuyze, Vanwalleghem, Vereecke, Verkest, Verkinderen, Verschoore, Verwimp, Waelput, Wenes en Weydts. Het volgende besluit wordt aangenomen: BESLUIT VAN DE PROVINCIERAAD TOT VERLENEN VAN VOORWAARDELIJK GUNSTIG ADVIES OVER HET ONTWERP GEWESTELIJK RUP AFB AGNAS POELBERG-MEIKENSBOSSEN TE DENTERGEM DE PROVINCIERAAD VAN WEST-VLAANDEREN Verwijst naar volgende rechtsbronnen en houdt rekening met volgende wettelijke bepalingen en feitelijke overwegingen: het provinciedecreet, inzonderheid de artikelen 2 en 57
de Vlaamse Codex ruimtelijke ordening, inzonderheid het artikel 2.2.7.
het besluit van de Vlaamse regering van 23 september 1997 houdende de definitieve vaststelling van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) en het decreet van 17 december 1997 houdende de bekrachtiging van de bindende bepalingen van het besluit van 23 september 1997 houdende de definitieve vaststelling van het RSV
het ministerieel besluit van 6 maart 2002 houdende goedkeuring van het ruimtelijk structuurplan voor de Provincie West-Vlaanderen (PRS-WV)
Notulen van de provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd 23/1/2014
23
het advies van de deputatie op het voorontwerp gewestelijk RUP Afb AGNAS Poelberg_Meikensbossen op de plenaire vergadering dd. 01/07/2013, het verslag van de plenaire vergadering dd. 15/07/2013
de organisatie van het openbaar onderzoek waarbij de begin- en einddatum werd vastgelegd op respectievelijk 20/12/2013 tot 17/02/2014.
Het verzoek van de Vlaamse Regering tot advisering van het ontwerp gewestelijk RUP Afb AGNAS Poelberg_Meikensbossen n.a.v. het openbaar onderzoek
Het gewestelijk RUP Afb AGNAS Poelberg_Meikensbossen, bestaat uit een plan bestaande toestand, een bestemmingsplan, stedenbouwkundige voorschriften, toelichtingsnota, register van percelen waarop de regeling van planschade, planbaten, kapitaalschade en gebruikersschade van toepassing zijn en overige procedurestukken. Inhoudelijk legt het RUP de ontwikkelingsmogelijkheden vast voor de definitief aangeduide ankerplaats Poelberg, het Meikensbos en de omliggende landbouwgebieden. Hierbij wordt een erfgoedlandschap afgebakend, en differentiatie van open ruimte functies doorgevoerd naar bosgebied, bouwvrij agrarisch gebied, gemengd openruimtegebied, natuurgebied en natuurverwevingsgebied. Met het RUP wordt 78ha bos bestemd.
Het gewestelijk RUP wordt getoetst op de overeenstemming met het PRS-WV en het RSV. Daarnaast wordt nagegaan of het RUP voldoet aan de juridische vormvereisten en worden er inhoudelijke aandachtspunten aangehaald op het niveau van het RUP
Juridische (vorm)vereisten Artikel 2.2.2.§1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening bepaalt wat een ruimtelijk uitvoeringsplan moet bevatten. Het voorliggende gewestelijk RUP wordt getoetst aan deze juridische vereisten. De verplichte delen van een RUP zijn duidelijk terug te vinden in het dossier. Overeenstemming met het RSV Ingevolge artikel 2.2.6.§2 van de CODEX worden de gewestelijke RUP’s opgemaakt ter uitvoering van het RSV. Het RSV is definitief vastgesteld op 23 september 1997 en werd herzien bij besluit van 12 december 2003. Voorliggend gewestelijk RUP wordt opgesteld in uitvoering van de beslissing van de Vlaamse Regering van 24 oktober 2008 over de verdere uitvoering van de afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur in de buitengebied regio Leiestreek. Het gewestelijk RUP wordt specifiek opgesteld ter uitwerking van de actie 5 ‘Poelberg-Meikensbos-Vijverbos’ in de deelruimte “Plateau van Tielt” uit het operationeel uitvoeringsprogramma van bovenvermeld planningsproces. Overeenstemming met het PRS-WV Het gewestelijk RUP wordt getoetst aan het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan West-Vlaanderen (PRSWV), goedgekeurd bij ministerieel besluit van 6 maart 2002. Het plangebied is gelegen in de deelruimte Middenruimte. Het beleid is er hier op gericht om op de structurerende heuvelruggen (waaronder de Poelberg) versnippering en bebouwing te vermijden. Het afbakenen van bouwvrije zones wordt hiervoor als voorbeeld aangehaald in het PRS. De planopties van het RUP kunnen vanuit het beleid uit het PRS worden bijgetreden. Inhoudelijke opmerkingen en aandachtpunten op het RUP Vanuit de provincie worden een aantal vragen gesteld bij de concrete uitwerking van de planopties. In vergelijking met de huidige gewestplanbestemming hebben de voorschriften een impact op de mogelijkheden voor de bestaande en nieuwe bedrijfszetels. Het plan werd volgens de toelichtingsnota afgetoetst met de zittende landbouwers. Een nieuwe landbouwer kan echter andere noden hebben. Met het RUP wordt de bebouwbare oppervlakte voor constructies voor de bedrijfszetels beperkt door een perimeterzone op te nemen rond te bedrijfszetels. Deze werkmethode biedt weinig ruimte voor een toekomstgerichte bedrijfsontwikkeling (met oprichting van nieuwe gebouwen). Zo stelt de provincie dan ook voor om de zetels op te nemen in het bouwvrij agrarisch gebied met het voorschrift dat de bestaande landbouwbedrijfszetels verder compact kunnen uitbreiden. In artikel 7 worden gesteld dat de voetwegen en de KLE’s dienen behouden te blijven. Deze dragen inderdaad bij tot de cultuurhistorische waarde van het gebied, maar het is niet duidelijk uit het dossier waar deze gelegen zijn, of deze bepaling noodzakelijk is vanuit de aanduiding als ankerplaats, en of een behoud noodzakelijk is en een andere inplanting niet eveneens kan bijdragen tot de erfgoedwaarde of natuurwaarde.
het voorstel van de deputatie
BESLUIT:
Notulen van de provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd 23/1/2014
24
Enig Artikel. De Provincieraad van West-Vlaanderen adviseert het ontwerp gewestelijk RUP Afb AGNAS PoelbergMeikensbossen gunstig. Voorwaarden: -
de landbouwbedrijfszetels niet expliciet uitsnijden maar via voorschriften te regelen dat de uitbreiding kan, maar op compacte wijze
-
voetwegen en KLE's aanduiden en motiveren waarom ze moeten behouden blijven
***
De voorzitter sluit de vergadering om 17u30. De Provinciegriffier,
De Voorzitter,
Geert ANTHIERENS
Eliane SPINCEMAILLE ____________________
BIJLAGES BIJ DE NOTULEN VAN DE PROVINCIERAAD VAN 23 JANUARI 2014 :
Bijlage 1
Agendapunt 3
Engagementsverklaring POV
Bijlage 2
Agendapunt 6
Overeenkomst tussen provincie en WES
Notulen van de provincieraad van de provincie West-Vlaanderen dd 23/1/2014
25