Schoolgids 2013 /2014
“Good schools, like good societies and good families, celebrate and appreciate diversity.” Een woord vooraf Voor u ligt de uitgave 2013-2014 van onze jaarlijkse schoolgids. De Prinseschool beschikt over drie locaties; De Prinsestraat (1e Prinseschool), de Staringstraat (2e Prinseschool) en de Daalweg (3e Prinseschool). Alle drie de vestigingen zijn onderwijskundig ingericht volgens het Prinseschool-concept: een bedrijfstijdenschool met tweetalig onderwijs (TTO, Nederlands en Engels). Een mijlpaal voor de school was de erkenning door het ministerie van OC&W als elfde “Dutch International Primary School”. In 2008 is als afdeling van de Prinseschool de ‘International School Twente” van start gegaan. De school is per 1 augustus 2011 gehuisvest in het gebouw aan de Daalweg. De school telt hiermee twee afdelingen: A. De Nederlandstalige afdelingen op de 1e, 2e en 3e Prinseschool, (het lesprogramma bestaat uit 80% Nederlands en 20% Engels). B. De International School Twente op de 3e Prinseschool (lesprogramma 80 % Engels en 20 % Nederlands). Om het TTO verder te ontwikkelen is de school een netwerk gestart ter bevordering van het TTO in de Regio Twente. Stichting Camelot www.vroegtijdigengels.nl De Prinseschool loopt hiermee voor op scholen die in de toekomst meer aandacht zullen moeten geven aan Engelstalig onderwijs. In juni 2008 heeft de nationale Onderwijsraad de minister geadviseerd de scholen te verplichten vanaf groep 1 Engelstalig Onderwijs te gaan geven. In 2009 is de Prinseschool gecertificeerd als een van de Hoogbegaafdheidsprofielscholen in Nederland. Deze certificering is min of meer de afsluiting van de oriëntatie- en ontwikkelfase van de school m.b.t. het begaafdheidsprofiel. We zijn nu volop in ontwikkeling voor de komende periode. De school werkt samen met de Stichting Kinderopvang Enschede in de buitenschoolse opvang.
Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
2
Voor de ouders van onze jongste kinderen of voor nieuwe ouders is de schoolgids een waardevolle informatiebron die u hopelijk met belangstelling zult lezen. De overige ouders brengen we op de hoogte van veranderingen voor het komende schooljaar. Alle schoolse aangelegenheden die direct betrekking hebben op de groepen en actuele zaken komen in onze nieuwsbrieven aan de orde. Verder kunt u in deze gids lezen: · hoe we ons onderwijs hebben georganiseerd; · de zorg voor kinderen; · wat van ouders wordt verwacht en wat ouders van de school mogen verwachten. Als u een wens hebt betreffende deze schoolgids of een suggestie voor verbetering, kunt u contact opnemen met de schoolleiding. Eventuele reacties kunt u mailen naar
[email protected] Enschede, oktober 2013 Astrid Dijstra Directeur Prinseschool
Principal International School Twente
1. Locatie Prinsestraat 10-10a, 7513 AL Enschede Telefoon 053 – 431 96 52 Faxnummer 053 – 434 68 77 2. Locatie Staringstraat 15, 7514 DE Enschede Telefoon 053 – 4368109 3. Locatie Daalweg 32, 7541AN Enschede Telefoon 053 - 4311173 International School Twente www.istwente.com www.prinseschool.nl www.istwente.com www.vroegijdigengels.nl
Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
3
Inhoudsopgave blz. 6
1
De school
1.1
Schoolkenmerken
1.2
De schoolgrootte
2
Uitgangspunten van de school
2.1
De koers van de school
2.2
Het klimaat van de school
3
De organisatie van het onderwijs
3.1
De organisatie van de school
3.2
Weer Samen Naar School
3.3
De samenstelling van het team
3.4
De activiteiten voor kinderen
3.5
De activiteiten voor kinderen in de onderbouw
3.6
Het onderwijsnummer
4
De zorg voor kinderen
4.1
De opvang van nieuwe leerlingen in de school
4.2
Leerlingvolgsysteem
4.3
Doublure of een groep versnellen
4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9 4.10
De speciale zorg voor kinderen met speciale problemen Drehoeksoverleg en het Zorg Advies Team Leerlingen zorg Hoogbegaafdheid Als het niet meer lukt op de basisschool Grenzen aan de zorg Procedure schorsing of verwijdering van een leerling De overgang naar het voortgezet onderwijs
5
De leraren
5.1
Contactmomenten
5.2
Informeren van gescheiden ouders
Prinseschool
7
13
17
21
Schoolgids 2011-2012
4
6
De ouders
6.1
Oudervereniging
6.2
Medezeggenschapsraad
6.3
Ouderactiviteiten
6.4
Verkeer en veiligheid
6.5
Nieuwsbrief
6.6
Ouderbijdrage
6.7
Klachtrecht en klachtenregeling
6.8
Overblijven
6.9
Schoolarts
6.10
Schoollogopedie
6.11
Hoofdluis
6.12
Schooltijden en ziek zijn
6.13
Verzekeringen
7
De ontwikkelingen van het onderwijs in de school
7.1
TTO – Engels
7.2
ICT – computers
7.3
Burgerschap en intergratie
7.4
Bedrijfstijdenschool
8
De resultaten van het onderwijs
8.1
De vorderingen van uw kind op school
8.2
Hoe worden de leerresultaten vastgelegd
9
Regeling school en vakantietijden
9.1
Schooltijden
9.2
Vakanties
9.3
Verlofregelingen voor kinderen betreffende familieomstandigheden
10
Namen
10.1
Van externe personen en instanties
10.2
Van de school en bestuur
22
30
31
34
35
Bijlage: De ouderbijdrage
Prinseschool
27
Schoolgids 2011-2012
5
1
De school
1.1
Schoolkenmerken
De Prinseschool is een begrip in Enschede. Er zijn vele redenen om voor de Prinseschool te kiezen zoals Early English learning (vroegtijdig vreemde talenonderwijs), de Internationale Afdeling of het goed opgeleide personeel. Echter, voor veel ouders is het belangrijkst hoe we omgaan met de kinderen. 'Hoge verwachtingen hebben van alle leerlingen' betekent dat, met onze hulp, van alle leerlingen verwacht wordt dat ze hooggestelde realistische doelstellingen halen. Zodra een leerling verder en meer kan leren, worden de doelstellingen en het programma aangepast. Er zijn drie niveaugroepen in elke jaargroep, A groep, kinderen die meer aankunnen, B groep, kinderen die het reguliere lesprogramma volgen, C. groep, kinderen die een lesprogramma volgen met een individueel handelingsplan. "De voortgang volgen en het onderwijs aanpassen" betekent dat de school de voortgang van elke leerling nauwgezet volgt en het leerprogramma zonodig aanpast om er voor te zorgen dat elk kind in staat wordt gesteld om optimaal te leren. 'Een veilige en goed georganiseerde omgeving' duidt zowel de de veiligheid in en om het schoolgebouw aan als de sociaal-emotionele context van de school. Voor ons staat centraal dat een kind veilig en met plezier leert. Het internationale aspect draagt hieraan bij: kinderen leren om te gaan met overeenkomsten en verschillen in culturen en nationaliteiten. Alle Nederlandstalige leerlingen ontvangen vanaf groep 1 tot en met groep 8 Engelstalig onderwijs gedurende een aantal uren in de week. De Prinseschool krijgt vanwege het Engelstalig onderwijs steeds meer een regionale functie. De Prinseschool is een van de erkende elf ‘Dutch International Primary Schools’ in Nederland. De school geeft Engelstalig onderwijs aan Nederlandstalige kinderen en Engelstalig onderwijs aan kinderen van buitenlandse ouders die gedurende een korte of langere periode een studie volgen aan het ITC, de Universiteit Twente of tijdelijk werkzaam zijn bij een in deze regio gevestigde internationale onderneming. De omvang van deze groep leerlingen, die uit alle delen van de wereld komen, varieert. De kinderen krijgen les volgens het volledige Engelstalige Curriculum. Deze afdeling is ook toegankelijk voor kinderen die in de toekomst woonachtig zullen zijn in het buitenland. Deze vorm van onderwijs is ondergebracht in de “International School Twente
De Prinseschool werkt sinds 2009 met het IPC (International Primary Curriculum), een internationaal onderwijsprogramma dat gebruikt wordt op meer dan 900 scholen in 52 landen.
Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
6
Het IPC staat niet alleen voor leren rond een spannend en interessant thema, daarnaast is het ook een gestructureerde werkwijze. Er wordt gewerkt met duidelijke leerdoelen die voor alle leerlingen bekend zijn. Deze doelstellingen komen overeen met de verplichte zogenaamde kerndoelen voor het basisonderwijs. Het IPC stimuleert kinderen om beter te leren. Zowel kinderen die extra uitgedaagd mogen worden als kinderen die extra ondersteuning en motivatie nodig hebben. We zijn een openbare school, dit houdt in dat wij ieders levensovertuiging respecteren. In de bovenbouw besteden we aandacht aan de wereldgodsdiensten vanuit historisch en maatschappelijk perspectief. Wekelijks komt dit vakgebied aan de orde bij het lesonderdeel geestelijke stromingen. Als de actualiteit daartoe aanleiding geeft, worden ook de achtergronden van de kleinere Nederlandse geloofsgemeenschappen besproken. Vieringen en feestdagen worden in ons onderwijs bespreekbaar gemaakt vanuit de achtergrond van deze feesten. Mensen met verschillende geloofs- en levensovertuigingen moeten in ons dichtbevolkte land naast elkaar kunnen leven. Samenleven veronderstelt dat mensen elkaar kennen en weet hebben van elkaars cultuur en opvattingen. Respect voor andere etnische achtergronden bepaalt mede de normen en waarden die we willen overdragen aan onze kinderen. Niemand is gelijk; alle mensen zijn echter wel gelijkwaardig. De mensenrechten en de rechten van het kind zijn hier de leidende gedachte. We streven er naar alle kinderen met hun verschillende culturele achtergronden tot hun recht te laten komen. U ziet dit bijvoorbeeld terug in de aandacht voor de jaarlijkse Internationale activiteiten. Zo vieren we onder andere een ‘internationale avond’. Een ander voorbeeld: het jaarlijkse kerstdiner voor alle kinderen bestaat uit een bont palet van interculturele culinaire specialiteiten. 1.2 Schoolgrootte Onze school telt gemiddeld 900 leerlingen en 50 medewerkers. Behalve 4-jarigen, die het gehele jaar instromen, nemen we gedurende het cursusjaar geen kinderen aan. Alle Enschedese basisscholen hebben afgesproken dat er uitsluitend per zomervakantie gewisseld kan worden. Hiervan wordt alleen afgeweken bij een verhuizing.
2
Uitgangspunten van de school
2.1 De koers van de school Voor het eerst naar school. Voor ieder kind is dat een hele stap. Ook voor de ouder of verzorger is het een hele gebeurtenis. U vertrouwt voor een groot deel van de dag uw kind toe aan een school. U deelt vanaf dat moment met de leraren de verantwoordelijkheid voor uw kind. Die gedeelde verantwoordelijkheid heeft, behalve op opvoedkundige zaken, ook betrekking op het aspect veiligheid. Onder schooltijd is uw kind de meeste tijd op het terrein van de school of het neemt deel aan een buitenschoolse activiteit onder begeleiding van een leerkracht.
Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
7
Onderwijs is heel belangrijk. De basisschool, de naam zegt het al, legt de basis voor al het daarop volgende onderwijs. In de eerste acht jaar dat een kind naar school gaat, leert het heel veel. Scholen hebben in ons land een zekere vrijheid om te bepalen wat ze belangrijk vinden om uw kind te (laten) leren en een grote vrijheid in de manier waarop ze dat doen. De overheid heeft wel richtlijnen vastgelegd waarin de doelstellingen zijn beschreven waaraan alle scholen dienen te voldoen. De school is verantwoordelijk voor de afstemming op deze doelen. Wij groeperen kinderen op basis van hun kalenderleeftijd. Het is een illusie te veronderstellen dat er een ‘gemiddeld’ kind bestaat. De verschillen in ontwikkeling, capaciteiten en leertempo kunnen in een groep zeer uiteenlopen. Om te kunnen leren moeten kinderen het wel aankunnen. De leraren organiseren het onderwijs zo dat Toelaatbaar in de “Challenge” groep zijn kinderen die in aanmerking komen voor verdieping en verrijking van de leerstof op advies van het DHH. Uit het DHH moet blijken of de leerling hier baat bij heeft . Op grond van toetsgegevens gedurende een heel schooljaar. Vanaf groep 2, gediagnosticeerd hoogbegaafd. (IQ >130. WSNS gevalideerd onderzoek) Vanaf groep 4, lezen AVI 7 eind groep 3. uitsluitend A score op de Cito-toetsen in groep 3, (IQ > 120), aanvullend onderzoek Vanaf groep 5, uitsluitend A score op de Cito-toetsen in groep 4, (IQ > 120), aanvullend onderzoek. Vanaf groep 6, idem + .> Anglia “proficiency/distinction”. Kinderen die op grond van het DHH of onderzoek zouden moeten worden toegelaten kunnen op grond van sociaal-emotionele factoren ( kind “wil niet” of er zijn gedragsmatige problemen) worden afgewezen. Als de leerprestaties in de Nederlandstalige groep afnemen wordt deelname aan de Challenge groep beëindigd. De “ Challenge” groep (zal ieder schooljaar twee weken later beginnen en twee weken eerder stoppen om het groepsgebeuren aan het begin en het eind van het schooljaar niet te verstoren. Kinderen worden alleen bij aanvang schooljaar toegelaten. Bijzondere groepsactiviteiten in de Nederlandstalige stamgroep (museabezoek, excursies, schoolreizen etc.) hebben voorrang op de Challenge lesactiviteiten.
ze les kunnen geven aan drie groepen kinderen in een klas: · De groep die extra aandacht nodig heeft en werkt op basis van een handelingsplan; · De groep die de leerstof goed aankan; · De groep kinderen die meer aan kan dan de gewone lesstof; De laatste groep kan onder bepaalde voorwaarden meedoen aan de “ Challenge” groep Behalve leren is het welbevinden, het ‘lekker in je vel zitten’, essentieel. Kinderen moeten leren omgaan met allerhande spanningen: ‘Wie vind ik aardig?’ ‘Met wie kan ik spelen?’ ‘Voor wie ben ik bang?’ maar ook: ‘Kan ik het wel?’ Al deze aspecten van sociaal-emotionele ontwikkeling komen aan de orde in kringgesprekken. De school wil kinderen leren: • Verantwoordelijkheid te nemen voor het eigen gedrag. In de context van het samen spelen en leren vinden we het belangrijk dat kinderen een open houding ontwikkelen ten aanzien van de gevolgen van hun acties, gevoelens en gedachten.
Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
8
• Hun talenten te ontwikkelen. Ieder kind heeft talent, in een kansrijke omgeving zal talent zich ontwikkelen Behalve om vaardigheden gaat het hier ook om het leren toepassen van deze vaardigheden. • Keuzes leren maken. De vrijheid om te kiezen wordt bepaald door vier talenten waarmee een mens geboren wordt: zelfbewustzijn, geweten, verbeeldingskracht en wilskracht. Deze talenten zijn bij kinderen volop in ontwikkeling en stellen ze in staat normen en waarden te exploreren en zich eigen te maken. Deze normen en waarden zijn natuurwetten voor het leven, denken en gedrag van de mens. We bedoelen hiermee eerlijkheid, betrouwbaarheid, zuiverheid, gelijkwaardigheid, bescheidenheid, dienstbaarheid, geduld, verdraagzaamheid, zorgzaamheid, begripvol, aanmoedigend, steunend, vertrouwen hebbend, verantwoordelijkheid en integriteit.
• Zichzelf doelen te stellen. Kinderen ervaren al op jonge leeftijd dat er een inspanning gepleegd moet worden om iets te bereiken wat je graag wilt. Op vaste momenten in het jaar worden kennis en vaardigheden van de leerlingen op verschillende gebieden getest. Deze toetsgegevens zijn een aantal keren per jaar onderwerp van bespreking. Indien nodig maken de groepsleerkracht en de interne begeleider een aangepast programma voor kinderen die onder niveau scoren op de Cito-toetsen. Bij het vaststellen van het vereiste niveau gaan we uit van gestandaardiseerde, landelijk aanvaarde normen. Beleidsspeerpunten Resultaatgericht De Prinseschool is resultaatgericht: “Er uit halen wat er inzit “. De ochtenden besteden we aan opbrengstgericht leren van taal, spelling, rekenen, begrijpend lezen, technisch lezen. Vast rooster waarbij we bij alle vakken het IGDI model hanteren en participeren in de verbeterplannen van WSNS (Weer samen naar school). Op deze wijze kunnen we een dergelijk hoog mogelijk leerrendement bereiken. Dit Prinseschool concept heeft haar doelmatigheid meer dan bewezen (inspectierapport maart 2011). International Primary Curriculum Naast opbrengstgericht leren vinden we het belangrijk dat kinderen leren: · om te gaan met waarden en normen · hun talenten te ontwikkelen · zelf verantwoordelijkheid te nemen · culturele verschillen te respecteren Het IPC curriculum is een internationaal curriculum dat gericht is op leren en daarbij sterk inspeelt op de steeds kleiner wordende wereld. Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
9
Het curriculum bestaat uit meer dan 80 verschillende units (die ieder 4 tot 8 weken duren) met stimulerende en attractieve onderwerpen zoals Schatten, Het Regenwoud, Een missie naar Mars, Chocolade, Gezondheid en Fitheid, De Olympische spelen en Nieuws maken. Het curriculum heeft een doorgaande lijn van groep 1 tot en met 8. De zaakvakken worden los, maar ook in onderlinge samenhang aangeboden. Ieder unit garandeert een structuur waarbij duidelijke leeropbrengsten benoemd worden. Het IPC is geconcentreerd rond thema’s die de kinderen werkelijk interesseren. Ieder thema (unit) staat een aantal weken centraal en wordt vanuit de verschillende zaakvakken en creatieve vakken benaderd. Het IPC is een praktisch hulpmiddel voor leerkrachten om kinderen te helpen leren. Het IPC is een visie op goed leren. Aan de praktische onderdelen van het IPC liggen een aantal overtuigingen over onderwijs, lesgeven, leren en curriculum ten grondslag die de inhoud van het IPC bepalen en de manier waarop het IPC) werkt. In het IPC zijn de laatste inzichten over het leren van kinderen verwerkt. Leren hoort centraal te staan op een school. Leren is het bestaansrecht van een school. Het IPC is gebaseerd op een aantal principes van het hersenvriendelijk leren. Er is bijvoorbeeld rekening gehouden met meervoudige intelligenties, emotionele betrokkenheid, de werking van het geheugen, verschillende leerstijlen en coöperatief leren. De vaste structuur van het IPC houdt niet alleen rekening met hoe kinderen leren, ook maakt het IPC kinderen bewust van de manieren van leren. Zo leren kinderen over hun eigen voorkeuren, hun geheugen en strategieën die hen kunnen helpen beter te leren. Gedurende een aantal weken leren de leerlingen hoe je een bepaald onderwerp op verschillende manieren kunt benaderen. Ze krijgen geen les uit een methode maar gaan, in groepsverband of individueel, op zoek naar de antwoorden. Elk individu krijgt daarbij veel ruimte voor eigen inbreng. Die projectmatige aanpak maakt de kinderen meer zelfverantwoordelijk en enthousiast. De doelen, gesplitst in vakinhoudelijke, persoonlijke en internationale doelen, geven de leerkracht en de leerlingen een houvast en dragen bij aan een efficiënt leerproces. Hieronder staan de 9 key criteria waar we als IPC school aan moeten voldoen: • A clear focus on children’s learning • Shared outcomes about the kinds of children we are helping to develop • Implementation of classroom practices that help children develop as we would like • International mindedness • An appropriate balance between knowledge, skills and reflection leading to understanding • Appropriately rigorous children’s learning, and teachers’ high expectations of it • Implementation of brain-friendly elements of the IPC • Implementation of themes through integrated yet separate subjects • Assessment and evaluation that supports and informs learning rather than dictates it Concreet: - geschoolde coördinator per locatie - klassenbezoeken door coördinator - eisen voor accreditatie naleven Engels (vtto) Alle kinderen op de Prinseschool krijgen vanaf groep 1 lessen Engels. Deze lessen krijgen een plaats binnen het reguliere lesrooster. Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
10
In de onderbouwgroepen krijgen de kinderen dagelijks Engels. Er wordt spelenderwijs vorm gegeven aan het Engels mbv liedjes, spellessen, gymlessen. In de onderbouw is het Engels vooral gericht op de mondelinge taalvaardigheid, het kennismaken met en het luisteren en begrijpen van Engels, en jezelf verstaanbaar maken in het Engels. In de bovenbouw geven we 2 uur per week Engelse les, verdeeld over verschillende momenten. Het is de bedoeling dat Engels steeds meer een instructietaal wordt bij genoemde lessen, d.w.z. dat de Engelse taal als communicatiemiddel wordt gebruikt bij bijvoorbeeld het kringgesprek, bij een deel van de rekenles of een spel tijdens de gymles. Daarnaast zal een deel van de IPC lessen in het Engels gegeven worden. In de gehele school, vanaf de kleutergroepen, zijn lijsten met sleutelbegrippen in gebruik, de zgn. Keywords. De school is een “Anglia school member”. Alle leerlingen van de groepen 4 t/m 8 nemen deel aan het officiële Anglia-examen. Anglia project kent examens op 8 niveaus. In een syllabus is duidelijk omschreven aan welke eisen moet worden voldaan. Het geheel kan worden geïntegreerd in eigen aanpak en methodes. Gebruik maken van Anglia oefenmateriaal kan ook. Het examen wordt door het Chichester College gemaakt en nagekeken. Als de leerlingen slagen ontvangen zij een erkend internationaal certificaat. In overleg met de cursusaanbieder is een aanbod op maat voor de Prinseschool samengesteld. Een groep docenten doen de Anglia cursus, Anglia Proficiency is hierbij het beoogde einddoel. Een volgende groep docenten doen de Cambridge-nascholing. Het betreft diegenen die Anglia Proficiency behaald hebben. Uiteindelijk streven hierbij is het behalen van het Cambridge Advanced Level of Cambridge Proficiency Level (near native) Het Cambridge Advanced level kwalificeert een leerkracht om les te mogen geven op Internationale scholen. Concreet: - Coördinator per locatie olv een MT lid van de betreffende locatie - Scholing voor leerkrachten met als minimaal doel Anglia Proficiency - Anglia examens voor leerlingen vanaf groep 4 - 2 uur per week Engelse les in de klas, methode en Anglia Begaafdheid Het omgaan met verschillen is een belangrijk uitgangspunt van ons onderwijs, zo ook het omgaan met de (hoog)begaafde leerlingen. Wij streven ernaar om ook deze leerlingen zo goed mogelijk op hun eigen niveau te laten functioneren, hierbij zetten we niet alleen in op de cognitieve ontwikkeling maar is de insteek ook om een kind te leren kritisch en zelfstandig te zijn en juist de creatieve manier van denken te stimuleren. Wanneer ouders of leerkrachten aangeven dat hun kind een opvallende ontwikkelingsvoorsprong heeft, kan de IB-er besluiten om het DHH (digitaal handelingsprotocol) in te zetten. Dit meetinstrument is een hulpmiddel om deze leerling beter in beeld te brengen samen met de ‘knowhow’ van de leerkracht en de informatie van de ouders kunnen wij dan de begaafde leerling beter ondersteunen op pedagogisch en didactisch gebied. Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
11
Concreet: - kennis t.a.v. begaafde leerlingen bij de leerkracht - specialist per locatie - IB geschoold in DHH - doorgaande leerlijn in materialen
Internationale karakter van de school De Prinseschool is een afspiegeling van de samenleving, er zijn veel verschillende culturen binnen de school aanwezig. Iedereen is welkom en het doel is om te leren van elkaar. Concreet: - International Evening - aandacht voor verschillende culturele feesten Personeel Naast de 7 competenties waar al het personeel over moeten beschikken, beschikt een Prinseschool medewerker ook over: - Een Life Long Learner Attitude (bereidheid tot scholing) - Goede beheersing Engelse taal - Affiniteit met begaafde leerlingen - Goede communicatieve vaardigheden
2.2 Het klimaat van de school De Onderwijsinspectie beoordeelde het klimaat van de school als goed. Er is weinig ruzie en er wordt weinig gepest. De sfeer waarin een kind opgroeit, is van groot belang voor het schoolsucces. Het is tevens een belangrijke voorwaarde om op te groeien tot een volwaardig mens. Wij doen er veel aan om er voor te zorgen dat een kind het fijn heeft op school. We stellen prijs op goede oudercontacten. Als ouders of kinderen signalen afgeven dat er sprake is van spanningen nemen we dit zeer serieus.
Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
12
3
De organisatie van ons onderwijs
3.1 De organisatie van de school Interne Begeleiding De Enschedese scholen maken deel uit van samenwerkingsverbanden met het speciaal onderwijs. De bedoeling van deze samenwerkingsverbanden is het terugdringen van het aantal aanmeldingen voor het speciaal onderwijs. Dit project is genaamd Weer Samen Naar School. In Enschede zijn soms wachtlijsten voor speciale scholen voor basisonderwijs. Ons streven is er in eerste instantie op gericht om kinderen op onze school op te kunnen vangen. Interne begeleiders hebben als taak de leerlingen te volgen die extra aandacht nodig hebben op het gebied van leerprestaties en sociaal-emotionele ontwikkeling. Zij houden zich ook bezig met de onderwijskundige ontwikkelingen binnen de school. Daarnaast coachen en begeleiden zij leerkrachten. De IB-ers hebben een speciale opleiding gevolgd. De Interne Begeleiding maakt deel uit van het managementteam. Aan de Prinsestraat zijn dit: Marloes van Zanten en Eelco Jager Aan de Staringstraat is dit: Carla ter Sligte Aan de Daalweg is dit: Maureen Michels en Mieke van Vliet 3.2 Weer Samen Naar School Samenwerkingsverband WSNS Enschede / Losser Gezamenlijke zorg De laatste jaren is er veel gedaan om de scheiding tussen de ‘gewone’ basisschool en de ‘speciale’ scholen voor basisonderwijs (de vroegere scholen voor LOM, MLK en IOBK) kleiner te maken. Daartoe hebben deze scholen samenwerkingsverbanden gevormd. In die samenwerkingsverbanden zijn ze samen verantwoordelijk voor de zorg voor alle leerlingen van 4 tot 12 jaar. Het doel van de samenwerking is om de speciale zorg zoveel mogelijk in de basisschool te geven. Het samenwerkingsverband heeft voor de basisscholen een Steunpunt Zorgverbreding ingericht. Door deze gezamenlijke zorg hoeven minder leerlingen naar een speciale school voor basisonderwijs verwezen te worden. Dit alles is geregeld in de Wet op het Primair Onderwijs, die op 1 augustus 1998 van kracht is geworden. Door samen te werken, kunnen scholen kinderen met problemen beter helpen. Dat is belangrijk voor kinderen die moeilijk leren of gedragsproblemen hebben. Maar ook voor kinderen met dyslexie, ADHD of bepaalde vormen van autisme. Daarnaast hebben ook hoogbegaafde kinderen speciale aandacht nodig. Elk samenwerkingsverband krijgt geld van de overheid om kinderen met speciale behoeften te begeleiden. Hoe de scholen dit geld verdelen, staat in het zorgplan van de samenwerkende scholen. Met het geld dat de scholen krijgen, kunnen leraren uit het speciaal onderwijs kinderen in het basisonderwijs helpen. 3.3 De samenstelling van het team Op de 1. Prinseschool zijn 17 groepen. Marjolein Krijgsman is hier locatiedirecteur. Op de 2. Prinseschool zijn 9 groepen. Anouck Haven is hier locatiedirecteur. Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
13
Op de 3. Prinseschool zijn 7 nederlandse groepen. Mieke van Vliet is hier locatiedirecteur. Deze locatie groeit naar 10 nederlandse groepen. Ook is hier momenteel de Internationale school met 4 groepen gevestigd. De Internationale school zal dit schooljaar verhuizen naar een nieuwe locatie. Mieke van Vliet is hier locatiedirecteur. De drie locatiedrecteuren vormen samen met de algemeen directeur Astrid Dijkstra het Managementteam. Marloes van Zanten, Eelco Jager, Carla ter Sligte en Maureen Michels maken als interne Begeleiders ook deel uit van het managementteam. In iedere groep staan 1 a 2 leerkrachten. Voorts zijn er conciërges, administratieve medewerkers en schoolschoonmakers werkzaam op school. De gymlessen worden gegeven door een vakleerkracht en de groepsleerkracht. Daarnaast bieden wij stagiaires van de PABO en het ROC opleidingskansen in de Prinseschool Ook zijn er mensen uit integratieprojecten op diverse plekken werkzaam binnen onze organisatie. Al deze mensen dragen bij aan de kwaliteit van het onderwijs op onze school. 3.4 De activiteiten voor kinderen Algemeen Op de Prinseschool krijgt uw kind verschillende vakken. De wettelijk verplichte vakken zijn voor alle kinderen op alle scholen hetzelfde. Binnen die vakken hebben de scholen ruimte om zelf accenten te leggen. In de kerndoelen voor het primair onderwijs staan de vakken beschreven. Dit zijn: • Nederlandse taal • Engelse taal • rekenen en wiskunde • IPC: oriëntatie op jezelf en de wereld (zoals bijvoorbeeld lessen over aardrijkskunde, geschiedenis, de natuur (biologie), maar ook burgerschapsvorming, lessen over sociale redzaamheid (waaronder gedrag in het verkeer), lessen over gezond gedrag, maatschappelijke verhoudingen (staatsinrichting) en geestelijke stromingen) kunstzinnige oriëntatie (zoals bijvoorbeeld lessen over muziek, tekenen, of handvaardigheid) • bewegingsonderwijs De vakken waarin uw kind les krijgt, hebben veel met elkaar te maken. Er bestaat een bepaalde samenhang tussen deze vakken. Onze school probeert de leerlingen te laten zien hoe de vakken met elkaar te maken hebben d.m.v. IPC. Op school gaat het niet alleen om het leren van feiten. Daarom helpen we uw kind ook bij het ontwikkelen van sociale, culturele en lichamelijke vaardigheden. Leerlingen leren bijvoorbeeld: • een goede werkhouding; • voor hun eigen mening op te komen; • feiten en meningen van elkaar te onderscheiden; • met respect te luisteren; • met respect kritiek te geven; • zelfvertrouwen te ontwikkelen; • respectvol en verantwoordelijk met elkaar om te gaan; • zorg en waardering te hebben voor de leefomgeving. Uw kind leert op school ook zelfstandig te werken, informatie te verwerven en te verwerken, zelf problemen op te lossen en samen te werken. Ook leren we kinderen respect te hebben voor anderen en voor de algemene normen en waarden. Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
14
3.5 Activiteiten in de onderbouw De dagopening kan beginnen met een kringgesprek. Er wordt veel met de kinderen gepraat over allerlei onderwerpen zodat ze veel woorden leren en goed leren spreken. Dat is o.a. belangrijk als voorbereiding voor het latere lees- en taalonderwijs. Belangrijke methodes die in de onderbouwgroepen 1 en 2 wordt gebruikt zijn “Onderbouwd”en “Schatkist”.Aan alle tussendoelen op het gebied van mondelinge taal, woordenschat, beginnende geletterdheid, beginnende gecijferdheid en sociaal-emotionele ontwikkeling wordt aandacht besteed. De kinderen leren handelend met tastbare en kleutereigen materialen. De kinderen in de groepen 3 lezen met de moderne methode “Veilig Leren Lezen”. Deze methode geeft mogelijkheden om zowel de snelle als de wat langzamere leerling voldoende houvast te bieden (differentiatie). 3.6 Het onderwijsnummer Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap werkt samen met de organisaties voor bestuur en management in het onderwijs aan de invoering van het persoonsgebonden nummer in het onderwijs. Dit wordt ook wel het onderwijsnummer genoemd. Met dit nummer kunnen de overheid en de scholen gegevens uitwisselen die nodig zijn voor het uitkeren van overheidsgeld aan de scholen. Van de scholen wordt verwacht dat zij dit nummer in hun schooladministratie op nemen. Als u uw kind inschrijft, vragen we u om het burgerservicenummer (voorheen sofinummer) van uw kind. Elk kind in Nederland krijgt een burgerservicenummer van de Belastingdienst. Het nummer staat in een brief die u als ouder krijgt van de Belastingdienst. Heeft uw kind geen burgerservicenummer van de Belastingdienst? Dan hebt u een ander nummer nodig. Dit onderwijsnummer wordt door de Informatie Beheer Groep (IB-groep) doorgegeven aan de school waar u uw kind inschrijft. Voor meer informatie kunt u terecht op de website www.onderwijsnummer.nl
4
De zorg voor kinderen
4.1 De opvang van nieuwe leerlingen in de school Jongste kleuters mogen vanaf de leeftijd van 3 jaar en 10 maanden maximaal 10 dagdelen komen wennen op school. Dit zijn geen tien hele dagen! Op de Prinseschool laten we de kinderen een middag, een ochtend en een hele dag wennen. De leerkracht onderhoudt contact met deeouders om te bespreken hoe het gewenningsproces verloopt. Vanaf hun 4 verjaardag mogen kleuters de hele dag naar school. Wij verwachten dat uw kind dan zindelijk is. Het is voor de leerkracht niet mogelijk om structureel kinderen te verschonen. Een ongelukje kan natuurlijk altijd gebeuren. Is uw kind in de maand december jarig dan gaat hij/zij starten in januari. Dit i.v.m. de drukke periode met Sinterklaas en kerst. Kinderen die 4 worden in de laatste 4 weken van het schooljaar starten na de zomervakantie. Nieuwe leerlingen die door een verhuizing op school komen stellen we in de gelegenheid een dag te komen kennis maken met de nieuwe groep. We leggen altijd contact met de betreffende school om de vorderingen of bijzonderheden m.b.t. het kind te bespreken.
Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
15
Wanneer ouders om een andere reden dan verhuizing hun kind aanmelden op de Prinseschool, dan kan dit alleen na overeenstemming hierover tussen de directeuren van de betreffende scholen. In alle gevallen nemen de betreffende scholen contact met elkaar op en wordt het onderwijskundig rapport van de betreffende leerling(en) naar de nieuwe school gestuurd. Hiervoor geldt het volgende toelatingsbeleid: Het komt geregeld voor dat er leerlingen tussentijds aangemeld worden. We bepalen na onderzoek of we deze leerling ook daadwerkelijk voldoende zorg kunnen bieden. We nemen in het kort de volgende stappen: - de ouders bezoeken de school en vertellen wat zij wensen en verwachten - de IBer bekijkt de toetsen (op sociaal-emotioneel en cognitief gebied) van de schoolwaar de leerling vandaan komt - de IBer neemt contact op met de andere school - de directeur en de IBer praten met de ouders de IBer overlegt eventueel met deskundigen die bij de leerling betrokken zijn - de directeur en de IBer bekijken de omstandigheden binnen de eigen school de directeur en de IBer overleggen samen of deze leerling wordt toegelaten soms kan er een proefplaatsing worden overwogen - de directeur en de IBer bekijken samen of er een contract met de ouders en de school van de leerling moet worden gesloten, om problemen in de toekomst te voorkomen - de directeur overlegt met het bestuur Op deze manier proberen we in te schatten of we de leerling die zorg kunnen geven die hij / zij nodig heeft, zodat hij / zij zich positief kan ontwikkelen. Wij kunnen op dit moment zorg dragen voor: - leerlingen met dyslexie - hoogbegaafde leerlingen - leerlingen met spraak/taalproblemen - leerlingen met lichte visuele/gehoorproblemen - leerlingen met lichamelijke problemen en een lichte motorische handicap 4.2 Leerlingvolgsysteem Van iedere leerling wordt een leerlingenmap bijgehouden. Daarin worden gegevens opgenomen over de leerlingbesprekingen, gesprekken met ouders, speciale onderzoeken, handelingsplannen en toets- en rapportgegevens van de verschillende jaren. De Interne Begeleider beheert het CITO- leerlingvolgsysteem (LVS). Na iedere toetsperiode bespreken de leerkrachten met de Interne Begeleider en de directeur de groepsresultaten. In overleg met de schoolleiding worden er afspraken gemaakt met de groepsleerkrachten. De leerkrachten rapporteren drie keer per jaar aan de ouders. Voorafgaand hieraan wordt u uitgenodigd voor een gesprek. 4.3 Doublure/Groep versnellen Ondanks het feit dat we steeds meer rekening houden met de mogelijkheden van elk individueel kind, kan het wel eens voorkomen dat het verstandiger is een kind de groep te laten doubleren. We moeten er dan wel van overtuigd zijn dat de doublure zinvol is. Uiteraard worden de ouders nauw bij deze gesprekken betrokken. Ook kan het voorkomen Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
16
dat een kind zich in een zeer snel tempo ontwikkeld. In voorkomende gevallen wordt een uiterst zorgvuldige afweging gemaakt, of het wellicht mogelijk is dat kind alvast door te laten stromen naar de volgende groep. Uiteraard wordt ook in deze gevallen nauw overlegd met de ouders. Formeel en wettelijk echter blijft de school verantwoordelijk voor plaatsing in een groep! 4.4 De speciale zorg voor kinderen met speciale problemen Voorafgaand aan de contactavonden met de ouders worden de kinderen met problemen in een teamoverleg besproken. Tijdens dit overleg worden adviezen gegeven en afspraken gemaakt. Deze afspraken krijgen de ouders voorgelegd. De ouders worden regelmatig betrokken bij de vorderingen van hun kind. In sommige gevallen vindt er een doorverwijzing plaats naar hulpverlenende instanties zoals Mediant of een school voor speciaal onderwijs. Gemiddeld verwijzen we minder dan 1 leerling per schooljaar naar het speciaal onderwijs. Ook komt het voor dat leerlingen worden teruggeplaatst van de speciale basisschool naar onze school. 4.5 Breedteteam - Diepteteam: In een groepsbespreking met de leerkracht kan blijken dat ontwikkeling bij een kind stagneert, ondanks de geboden extra hulp. Dan kan er besloten worden dit kind aan te melden in een breedteteam. Het Breedteteam bestaat uit: de onderwijsexpert, collegiaal-consulent SPOE, de orthopedagoog SPOE, de leerkracht passend onderwijs en het zorgteam (schoolmaatschappelijk werkende en schoolverpleegkundige) Als een leerling aantoonbaar en herhaald onvoldoende profiteert van het onderwijsaanbod, dan is er sprake van een leerling met specifieke ondersteuning- en/of onderwijsbehoeften. Hierbij kunnen kind- en/of omgevingsfactoren een rol spelen: cognitieve en/of sociaalemotionele problematiek. De inzet van het breedte-team is altijd gericht middels handelingsgerichte diagnostiek op “wat betekent deze leerling met specifieke behoeften voor de leerkracht”. De ondersteuning zal zich richten op het versterken van de handelingsbekwaamheid van de leerkracht o.a. door co-teaching. • het breedte-team is verbonden aan een netwerk (cluster van scholen). • als een leerling aantoonbaar en herhaaldelijk onvoldoende profiteert van het excellente onderwijsaanbod, dan is sprake van een leerling met specifieke onderwijs- en/ of ondersteuningsbehoeften. • bij deze leerling kan sprake zijn van kindkenmerken en of omgevingsfactoren. De bespreking vindt plaats in een multidisciplinair team. Verschillende acties zijn mogelijk -opstellen van gerichte hulpvragen -handelingsadviezen -observatie in de klas -gesprekken met ouders -doorverwijzen naar medisch onderzoek -aanmelden voor maatschappelijk werk (ouders en/of leerlingen) -handelingsgericht onderzoek -opstellen van een individueel handelingsplan op basis van ontwikkelingsperspectief (i-hop) -inzet van leerkracht passend onderwijs / ab op basisschool. Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
17
-verwijzen naar passend-onderwijsgroep op sbo -interpreteren en vertalen naar handelingsadviezen Interactiewijzer Ouders worden vooraf geïnformeerd indien hun kind wordt besproken. Het diepteteam wordt gevormd door Steunpunt Passend Onderwijs Enschede (SPOE), s(b)o en het ZorgAdviesTeam. Echter als een leerling zich niet blijvend positief kan ontwikkelen en daarbij in onevenredige mate aandacht vraagt van de groep en van de groepsleerkracht, dan behoort verwijzing naar een vorm van speciaal (basis) onderwijs tot de mogelijkheden. Deze verwijzing is altijd gebaseerd op handelingsgerichte diagnostiek. Het diepteteam is hiervoor verantwoordelijk. Het diepteteam is verbonden aan Steunpunt Onderwijszorg. Het diepteteam bepaalt de zorgtoewijzing en de zorgleiding. Het diepteteam werkt samen met het bovenschoolse Zorg Advies Team. De uitwerking en toeleiding is één van de opdrachten behorend bij het nieuwe samenwerkingsverband passend onderwijs. Dit zal nader worden uitgewerkt. • het diepte-team is verbonden aan het samenwerkingsverband. (in de toekomst kamer Enschede) • het individuele handelingsplan kan zo veelomvattend of zo complex zijn, dat de basisschool aangeeft dat er sprake is van handelingsverlegenheid. De school kan niet bieden waar deze leerling om vraagt. • SPOE kan voor deze leerling op basis van handelingsgerichte diagnostiek het specifieke onderwijszorgarrangement vaststellen. • op basis hiervan vindt zorgzwaarte-bepaling, toewijzing en toeleiding plaats.” • Plaatsen en volgen van leerlingen in de passend-onderwijs-groep 4.6 Leerlingenzorg Hoogbegaafdheid Binnen onze school is er aandacht voor de meerbegaafde of de hoogbegaafde leerlingen. Een kind kan meerbegaafd of hoogbegaafd zijn, wanneer het op school uitzonderlijke prestaties levert. Uitzonderlijke prestaties zijn dat de leerling bij alle leervakken hoge cijfers of waarderingen haalt. Daarbij hebben ze vaak een hoog tempo van werken. Ze zijn in staat om de reguliere lesstof snel te doorlopen. Daarnaast is er nog een groep van leerlingen die wel meerbegaafd of hoogbegaafd zijn, maar geen uitzonderlijke prestaties laten zien (de zogenaamde onderpresteerders). Daarom werken wij met het digitaal handelingsprotocol hoogbegaafdheid, zodat we deze kinderen toch kunnen signaleren en diagnosticeren om ze de juiste aandacht en aanpak te geven, zodat ze zich optimaal kunnen ontwikkelen. In het beleidsplan hoogbegaafdheid staat bovenstaande uitgebreid beschreven.
4.7 Als het niet meer lukt op de basisschool Als het ondanks alle extra zorg toch niet goed gaat op de basisschool, dan dient er een andere oplossing gezocht te worden. Die oplossing ligt soms bij een vorm van speciaal onderwijs. De aanmeldingsprocedure wordt uitvoerig met de betreffende ouders besproken. Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
18
Gemiddeld verwijzen we minder dan 1 leerling per schooljaar naar het speciaal basisonderwijs. Er zijn verschillende scholen voor speciaal basisonderwijs: • scholen voor blinde en slechtziende kinderen; • scholen voor dove en slechthorende kinderen en kinderen met andere communicatieproblemen; • scholen voor kinderen met een lichamelijk en/of verstandelijke beperking en kinderen die lang ziek zijn; • scholen voor kinderen met gedragsproblemen.
4.8 Grenzen aan de zorg (het woord handicap wordt gehanteerd in de informatie vanuit het ministerie. Wij gebruiken in deze tekst daarbij dezelfde terminologie). In het dagelijkse taalgebruik spreken wij over een beperking. We streven op school naar zorg voor alle leerlingen, dit geldt voor leerlingen met een handicap/stoornis maar ook voor leerlingen die geen zichtbare handicap/stoornis hebben. Een grens van zorg is moeilijk te beschrijven en wordt per individu bekeken. We willen voor de school toch een uitgangspunt formuleren in de grens aan de zorg, hierbij realiseren we ons dat we altijd per kind en groep bekijken wat er mogelijk is. Het doel van de school is dat alle kinderen zich goed en verantwoord kunnen ontwikkelen binnen de groep. Er kunnen situaties zijn waarbij er voor de school een grens is aan de mogelijkheden om een goede en verantwoorde ontwikkeling van een kind te garanderen. Zulke situaties zijn bijvoorbeeld: 1. Verstoring van rust en veiligheid; Indien een leerling een handicap/stoornis heeft die gedragsproblemen met zich meebrengt, leidend tot een ernstige verstoring van de rust en veiligheid in de groep, dan is voor de school een grens bereikt. Er zal gezocht worden in eerste instantie naar oplossingen binnen de school. Wanneer er geen goed kwalitatief onderwijs gegeven kan worden aan de gehele groep en aan het kind met een desbetreffende handicap/stoornis zal er extern advies worden gezocht. Dit wordt per situatie bekeken. 2. Discrepantie tussen onderwijs of verzorging/ behandeling. Wanneer een leerling een handicap/stoornis heeft die een zodanige zorg en behandeling nodig heeft, dat zowel de zorg en behandeling voor de leerling als het onderwijs aan die leerling onvoldoende tot zijn recht kan komen, dan is er een grens bereikt. Het is dan niet meer mogelijk om kwalitatief goed onderwijs aan het desbetreffende kind met een handicap/stoornis te bieden. 3. Verstoring van het leerproces voor de andere zorgleerlingen/leerlingen. Indien het onderwijs aan de leerlingen met een handicap/stoornis een zodanig beslag legt op de tijd en aandacht van de leerkracht, dat daardoor onvoldoende tijd of aandacht voor de overige (zorg)leerlingen overblijft, is er een grens bereikt. Het is dan niet meer mogelijk om een kwalitatief goed onderwijs te bieden aan de (zorg)leerlingen in de groep. 4. Gebrek aan opnamecapaciteit van aantal zorgleerlingen In afweging van de vorige punten kan het ook zijn dat een bepaalde groep in de school al veel (zorg-) leerlingen heeft. Concentratie van problemen in een leerjaar. Per aanmelding zal er een afweging moeten plaatsvinden of er voldoende zorgruimte aanwezig is om kinderen goed te ontwikkelen. 4.9 Procedure schorsing of verwijdering van een leerling Een kind dat is toegelaten tot de Prinseschool heeft recht op onderwijs en dus ook op onze Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
19
onderwijszorg. Soms blijkt dat die zorg onvoldoende toereikend is of dat er andere redenen zijn dat het kind de school dient te verlaten: Er wordt dan een procedure in gang gezet welke leidt tot verwijdering. Dit gebeurt zorgvuldig en in overleg met de ouders. Reden van verwijdering: - Ouders/verzorgers respecteren de schoolvisie en beleid niet/kennelijk niet meer. - Het kind veroorzaakt bewust of onbewust een dermate grote draaglast voor onderwijsgevende(n) en/of groep(en) leerlingen en/of individuele andere leerlingen, dat handhaving zou leiden tot een naar het oordeel van de directeur buitenproportionele en belastende bijstelling van de organisatie op groeps- en/of schoolniveau. - Fysieke en/of geestelijke bedreiging van de zijde van het kind en/of diens ouders/verzorgers. - Beschikbaarheid van een indicatiestelling ten behoeve van dit kind - Weigering van ouders/verzorgers mee te werken aan naar het oordeel van de school noodzakelijke observatie- en onderzoeksactiviteiten verband houdende met (voorziene) ernstige leer- en/of gedragsproblemen. - Beschikbaarheid van een toelaatbaarheidsverklaring voor de speciale school, terwijl de ouders/verzorgers weigeren de onderwijsbaarheidsbeperking feitelijk te accepteren. - Beschikbaarheid van een toelaatbaarheidsverklaring en een onwil van de ouders/verzorgers, terwijl de school van mening is, dat handhaving leidt tot/heeft geleid tot een negatieve ontwikkelingsspiraal van/bij het kind zelf. In artikel 40 van de Wet op het Primair Onderwijs staat de procedure omschreven voor het verwijderen van een leerling. Het gaat in feite om artikel 40 lid 5, deze luidt: Definitieve verwijdering van een leerling vindt plaats, nadat het bevoegd gezag ervoor heeft zorggedragen dat een andere school, een school voor Speciaal Onderwijs of een instelling voor Speciaal en Voortgezet Onderwijs, bereid is de leerling toe te laten. Indien aantoonbaar gedurende acht weken zonder succes is gezocht naar een zodanige school of instelling waarnaar kan worden verwezen, kan in afwijking van de vorige volzin tot definitieve verwijdering worden overgegaan.
Op grond van de wet en vanuit het oogpunt van behoorlijk bestuur volgen wij de volgende procedure: 1. Horen van de leerkracht. 2. Horen van de ouders. 3. Andere school zoeken. 4. Ouders schriftelijk op de hoogte stellen van de beslissing om het kind te verwijderen. 5. Ouders wijzen op de mogelijkheid om bezwaar te maken. In artikel 40 lid 6 staat: Indien tegen de beslissing, bedoeld in het eerste lid, bezwaar is gemaakt, beslist het bevoegd gezag in afwijking van artikel 7:10 van de Algemene wet bestuursrecht binnen vier weken na ontvangst van het bezwaarschrift. 6. Na bezwaar worden de ouders opnieuw gehoord. 4.10 De overgang naar het voortgezet onderwijs Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
20
Voor de verwijzing van onze leerlingen naar een van de scholen voor voortgezet openbaar onderwijs maken we gebruik van het "Draaiboek verwijzing PO-VO". In het begin van het schooljaar vindt voor de ouders van groep 8 een kennismakingsavond plaats. De procedure van de schoolkeuzebegeleiding krijgt ruime aandacht. Gedurende de schoolloopbaan van de kinderen nemen we een scala van Cito-toetsen af. De toetsresultaten maken zichtbaar wat de sterke en zwakke punten van een leerling zijn, zodat daarmee rekening gehouden kan worden. Het is van belang dat u als ouder een reëel beeld krijgt van de capaciteiten van uw kind. In samenwerking met de betrokken scholen van het Stedelijk Lyceum organiseren we voorlichtingsbijeenkomsten betreffende het openbaar voortgezet onderwijs in Enschede. De ouders van groep 8 krijgen hiervoor een uitnodiging. Tussen oktober en februari brengen de kinderen een bezoek aan Het Stedelijk Lyceum. Ook belangstellende ouders zijn welkom. De leerkracht van groep 8 werkt met de kinderen aan een reeks lesbrieven, gebundeld in de zgn. PO-VO map, dit om de leerling nauw te betrekken bij de schoolkeuze. Na alle gegevens te hebben afgewogen en te hebben besproken met de interne begeleiders en de directeur, komt de leerkracht van groep 8 met een advies. Uitgangspunt is dat ouders de eerstverantwoordelijke zijn voor hun kind. De school adviseert, maar uiteindelijk moeten de ouders zelf beslissen. Na enkele maanden in het nieuwe schooljaar vinden er weer gesprekken plaats tussen de basisschool en het voortgezet onderwijs om na te gaan of het advies het juiste is geweest.
5. De leraren Er zijn gemiddeld 40 medewerkers aan onze school verbonden. Behalve lesgeven hebben leraren ook niet-lesgebonden taken. Voorbeelden hiervan zijn: organisatie van feesten en activiteiten, schoolreizen, lesvoorbereiding etc. Deze taken worden in overleg met de schoolleiding goed verdeeld. Gedurende het schooljaar maken studenten van onze school gebruik als stageplaats. De begeleidende leerkracht heeft ten allen tijden de volle verantwoordelijkheid voor de kinderen. Op onze website vindt u een actuele groepsindeling. 5.1 Contacten met School Naast de informele contacten met de leerkrachten tijdens brengen en halen van de kinderen, zijn er vele momenten waarbij u in de gelegenheid bent contact te hebben met de leerkracht van uw kind: - Bij de rapportgesprekken in november, maart en juni zijn er de zogenoemde 10 minuten gesprekken - in principe zijn de leerkrachten na schooltijd altijd beschikbaar voor een gesprek. I.v.m. vergaderingen e.d. is het aan te raden even een afspraak te maken; - indien wij constateren dat uw kind zich niet gelukkig voelt op school of de prestaties minder zijn dan we zouden mogen verwachten, nemen wij contact met u op om een en ander te bespreken. Mocht u dit thuis opmerken, waarderen wij het enorm als u dit ook met ons deelt.
Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
21
Aan het begin van het schooljaar is er voor elke groep de zgn. info-avond, waarop de leerkracht u het nodige vertelt over wat er het komende schooljaar in de groep gaat gebeuren Van de gesprekken die de leerkrachten met de ouders hebben wordt altijd een verslag gemaakt. Om de gemaakte afspraken helder en duidelijk te laten zijn vragen wij u altijd dit verslag te ondertekenen. Informeren van gescheiden ouders Wij vinden het belangrijk dat beide ouders goed geïnformeerd worden over hun kind(eren). We doen dat door in gesprek te gaan met ouders op verschillende manieren. Dit kan tussendoor zijn, een rapportgesprek, maar ook via een uitnodiging. Verder informeren wij de ouders onder andere door middel van de schoolgids, website en de nieuwsbrief. Wij krijgen echter op school steeds vaker te maken met de gevolgen van het toenemende aantal echtscheidingen, vandaar dat wij het volgende protocol hebben opgesteld: Als school informeren wij in principe die ouder waar het kind door de week woont en dat als huisadres is opgenomen in de leerlingenadministratie. Volgens de wet moet de ouder die het gezag heeft over het kind de andere ouder op de hoogte houden van belangrijke zaken die met het kind te maken hebben. Belangrijk zijn bijvoorbeeld gezondheid en school. We verwachten dan ook dat deze ouder de andere ouder informeert. Indien mogelijk is het wenselijk dat beide ouders aanwezig zijn bij de gesprekken waarvoor de ouders zijn uitgenodigd. De school moet uiteraard een veilig klimaat voor de leerlingen zijn en daarom zal de school zich zoveel mogelijk afzijdig houden van een conflict tussen ouders.
6
De ouders
6.1 Oudervereniging De oudervereniging is hoofdzakelijk betrokken bij de ondersteuning van de school middels het organiseren van bijeenkomsten en activiteiten voor ouders en leerlingen. Zij doet dit uit middelen die de ouders beschikbaar stellen. De financiële bijdrage van de ouders is belangrijk om leuke extra activiteiten voor de kinderen te organiseren die de schooltijd voor kinderen juist zo'n bijzondere tijd maakt. Uw bijdrage helpt ons uw kind te laten genieten van een leuke schooltijd waarbij leren centraal staat maar die ook, zo denken we, ruimte biedt voor gezelligheid en ontspanning. De Oudervereniging heeft als kerntaken : Het ondersteunen van de school door het organiseren van grote vieringen voor de hele school zoals Sinterklaas, de kerstviering, festiviteiten, enz. Het ondersteunen van activiteiten voor leerlingen (bijv. kunst- en sportwedstrijden etc.) De leden van de Oudervereniging nodigen iedereen uit die actief mee wil doen en die goede ideeën heeft. Neem gerust contact met ze op. 6.2 Medezeggenschapsraad Medezeggenschap van ouders is in de wet geregeld, we kennen hiervoor de zogenaamde medezeggenschapsraad. Hierin hebben ouders en leerkrachten zitting: er is een oudergeleding (OMR) en een personeelsgeleding (PMR). De directeur heeft geen stemrecht in deze raad, maar een adviserende rol. Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
22
Wat doet de medezeggenschapsraad? De medezeggenschapsraad overlegt met de directie en het schoolbestuur over belangrijke schoolzaken. Bijvoorbeeld over de schooltijden, de vakanties en vrije dagen, de lesmethodes, de ouderbijdrage, de verbetering van het onderwijs en de manier waarop ouders kunnen meehelpen bij het onderwijs en andere activiteiten. De medezeggenschapsraad heeft twee soorten rechten: het instemmingsrecht en het adviesrecht. Ouders (OMR) hebben instemmingsrecht bij beslissingen die voor hen belangrijk zijn, zoals de ouderbijdrage. Samen met het personeel (PMR) hebben ze instemming bij beslissingen over onder meer het schoolplan. Soms moeten de directie en het bestuur advies vragen aan de medezeggenschapsraad. Bijvoorbeeld over plannen om samen te gaan met een andere school (fusieplannen), over schooltijden of over het beleid van de school over het ontslaan en aannemen van personeel. Over deze zaken heeft de medezeggenschapsraad adviesrecht. Dat betekent dat ze advies geven aan het bestuur en de directie. De leden van de MR worden gekozen. Er worden hiertoe driejaarlijkse verkiezingen georganiseerd. Op onze website vindt u de actuele samenstelling van de MR. 6.3 Ouderactiviteiten Ouders zijn binnen onze school op onder meer de volgende terreinen actief: - In de Oudervereniging; - In de Medezeggenschapsraad; - Bij begeleiding van excursies; - Bij begeleiding van schoolreizen; - Ondersteuning bij evenementen; - Als lid van de verkeerscommissie. Als u hieraan ook een bijdrage wilt leveren, kunt u zich opgeven bij de oudervereniging.
6.4 Verkeer en veiligheid Om een zo veilig mogelijke schoolweg voor uw kind te bevorderen is er een verkeersouder. We verwachten van halende en brengende ouders dat ze het goede voorbeeld geven door van de juiste oversteekplaatsen gebruik te maken. Uiteraard heeft veiligheid tijdens de schoolreizen onze speciale aandacht. Het vervoer van de kinderen geschiedt uitsluitend zoals aangegeven in de richtlijnen van 3VO. Alle kinderen hebben een eigen zitplaats voorzien van gordel. Een uitzondering hierop is als we gebruik maken van openbaar vervoer. Bij vragen hierover kunt u contact opnemen met de verkeerscommissie (juf Ellen Barkel, meneer Hein Zwiers en Nienke Hofstede). Als kinderen door particulieren vervoerd worden in een personenauto, dient de bestuurder een zgn. veiligheidsverklaring te ondertekenen. In deze verklaring zijn onder meer het rijbewijs en de verzekeringspolissen opgenomen. Voor het vervoer per auto gelden de volgende regels: • Voorin de auto moeten bestuurder en passagier gebruik maken van de beschikbare gordel. Kinderen jonger dan 12 jaar én korter dan 1.50 meter moeten gebruik maken van een voor hen geschikt kinderbeveiligingssysteem, dat is voorzien van een goedkeuringsmerk. Voor deze categorie is de gewone veiligheidsgordel dus niet genoeg! Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
23
•
Achterin de auto moeten passagiers gebruik maken van de voor hen beschikbare gordels. Zijn deze kinderen jonger dan 12 en korter dan 1.50 meter, dan moeten ze gebruik maken van een geschikt kinderbeveiligingssysteem dat is voorzien van een goedkeuringsmerk
Om de veiligheid rond de school te bevorderen vragen we u de volgende tips ter harte te nemen: • Laat uw kind(eren) pas zelfstandig fietsen als zij beschikken over voldoende vaardigheid en kennis; • Laat kinderen aan de kant van de stoep uit de auto stappen; • Ouders die kinderen met de auto naar school brengen, moeten goed letten op de veiligheid van de kinderen die lopend of fietsend komen, dus niet op de stoep parkeren en fietsende en lopende kinderen voldoende ruimte geven. Er gelden binnen de school verschillende protocollen ten aanzien van veiligheidsaspecten: bij het vervoer van leerlingen, bij deelname aan sportevenementen, tijdens schoolreizen, bij ontruiming van het gebouw en richtlijnen bij ongevallen. Deze protocollen zijn voor iedere leerkracht gebundeld in het zgn. Routeboek. Ook liggen ze ter inzage bij de Interne Begeleider. 6.5 Nieuwsbrief U wordt op de hoogte gehouden van schoolactiviteiten door middel van nieuwsbrieven. De laatstverschenen nieuwsbrief is altijd te vinden op de balie bij de entree én op de website van de school: www.prinseschool.nl onder het kopje “nieuws” U kunt zich op de website aanmelden om de nieuwsbrief te ontvangen. U bent er dan altijd zeker van dat u geen brief mist. Om de nieuwsbrief te ontvangen kunt u zich aan melden op de website van de Prinseschool; www.prinseschool.nl onder het kopje “nieuws”. U kunt natuurlijk ook altijd op onze website de nieuwsbrief lezen. 6.6 De ouderbijdrage Het zgn. schoolfonds of ouderbijdrage voegt iets extra's toe aan het basisonderwijs. Het geld wordt gebruikt om allerlei activiteiten te organiseren. Denk hierbij aan het sinterklaasfeest, het kerstfeest, de paasviering, sport- en spelactiviteiten, uitstapjes en excursies. De Oudervereniging is de enige instantie die over de schoolfondstegoeden kan beschikken. Wij vragen een vaste bijdrage per kind van € 22,50 bij een automatische incasso. (1 kind € 22,50; 2 kinderen € 45,00; 3 kinderen € 67,50; 4 kinderen € 90,00; enz.) Bij een overschrijving of contante betaling betaalt u 23,50 per kind. Als uw kind start tussen januari en april betaalt u € 11,00 (per kind) en als het kind in mei of later start hoeft u voor dat school jaar verder niets te betalen. De hoogte van de ouderbijdrage wordt jaarlijks herzien en indien nodig aangepast. Het girorekeningnummer voor de kinderen aan de Prinsestraat is: 14 99 497 t.n.v. obs de Prinseschool. Het rekeningnummer voor de kinderen van de Staringstraat is 628420358 Het rekeningnummer voor de kinderen van de Daalweg is 957498640. Vergeet niet de naam van de groep en uw kind(eren) te vermelden! Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
24
Uw bijdrage helpt ons uw kind te laten genieten van een leuke schooltijd waarbij leren centraal staat, maar die ook ruimte biedt voor gezelligheid en ontspanning. De ouderbijdrage is vrijwillig, de ouders die er niet in toestemmen de ouderbijdrage te betalen kunnen dit vermelden door de bijlage achter in deze gids in te vullen en in te leveren op school.
6.7 Klachtrecht en klachtenregeling Klachten Waar mensen samenwerken, gaan soms dingen mis. We gaan er vanuit dat we de meeste klachten in onderling overleg kunnen oplossen. We nodigen u van harte uit om, als u ontevreden bent, de leerkracht en/of de schoolleiding hierop aan te spreken. Als u er met hen niet uitkomt en uw klacht is volgens u niet goed opgelost, dan kunt u deze voorleggen aan het schoolbestuur of, voor een objectief onderzoek, aan de klachtencommissie. U kunt uw klachten richten aan: De klachtencommissie van Consent Postbus 40042 7504 RA Enschede Klachten ongewenste omgangsvormen Bij klachten over ongewenste omgangsvormen op school, zoals pesten, ongewenste intimiteiten, discriminatie, agressie en geweld, kunnen ouders en kinderen een beroep doen op ondersteuning van de schoolcontactpersonen. Deze schoolcontactpersonen zijn er voor u: ze luisteren naar u, geven u informatie over mogelijke vervolgstappen en advies. De schoolcontactpersonen zijn: Anouck Haven (bereikbaar onder telefoonnummer 053-4368109) en Mieke van Vliet (bereikbaar onder telefoonnummer 053-4311173) De school kent ook een externe vertrouwenspersoon. U kunt de externe vertrouwenspersoon zien als een objectieve deskundige van buiten de school. De externe vertrouwenspersoon behandelt dat wat u vertelt, in vertrouwen. Naast het geven van informatie en advies kan de externe vertrouwenspersoon ook optreden als bemiddelaar. Externe vertrouwenspersoon:
Mw. Gerda Zeijlstra Telefoonnummer: 06-13697407
6.8 Overblijven De Prinseschool heeft een zgn. continurooster. Alle leerlingen blijven de gehele dag op school, er zijn geen kosten verbonden aan het overblijven. Regels en afspraken tijdens de lunch
Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
25
• De kinderen hebben een “gezonde lunch” mee, denk hierbij ook aan fruit. • Kinderen mogen het terrein van de school niet verlaten. • Er worden geen dranken of soep klaargemaakt met heet water. • Het overgebleven eten gaat mee terug naar huis.
6.9 De schoolarts De kinderen van de groepen 2 en 7 worden onderzocht door de schoolverpleegkundige. In groep 1 onderzoekt deze het functioneren van ogen en oren, gevolgd door een gesprek met de leerkracht. De ouders krijgen bericht wanneer dit zal zijn. Zonodig wordt contact met de ouders opgenomen. De kinderen van groep 2 krijgen een uitnodiging voor een volledig medisch onderzoek. Hierbij zijn ook de ouders aanwezig. Na afloop vindt een gesprek plaats met de leerkracht over zaken die voor het kind van belang zijn. Leerlingen van groep 7 krijgen voor het onderzoek een vragenlijst mee naar huis. Bij dit onderzoek zullen lengte en gewicht (i.v.m. groei) gemeten worden. Alle overige leerlingen kunnen op verzoek van de ouders, de school of de Onderwijsbegeleidingsdienst Expertis voor een onderzoek worden uitgenodigd. U kunt hierover contact opnemen met de Basisgezondheidsdienst: tel. 053-4882105. 6.10 Schoollogopedie De logopediste (spraaklerares) komt twee keer per jaar op school. Buiten deze bezoeken om zijn de logopedisten via de Basisgezondheidsdienst te bereiken. Elke maandag van 16.00 tot 17.00 uur is er telefonisch spreekuur, tel. 053-4882115. De logopediste onderzoekt kinderen op aanvraag van leerkrachten, ouders en schoolartsen. Op basis van het onderzoek worden adviezen gegeven. Er wordt echter niet behandeld op de school zelf. 6.11 Hoofdluisbestrijding Er is een ouderwerkgroep hoofdluisbestrijding. In principe wordt in de eerste week na elke schoolvakantie een controle van alle leerlingen op hoofdluis verricht. Hercontrole van afwezige kinderen en kinderen waarbij hoofdluis is geconstateerd wordt twee weken later verricht. Ouders worden ingelicht door de groepsleerkracht als hun kind besmet is. Hun kind zal direct behandeld moeten worden door de ouders. Na de behandeling mag het kind weer terug naar school. Wij adviseren de voor hoofdluis geregistreerde middelen die bij de apotheek te verkrijgen zijn. Van de overige middelen is de werkzaamheid tot op heden onvoldoende aangetoond. De behandeling moet tenminste twee keer worden uitgevoerd met een week tussenpauze. Alle aanvullende maatregelen moeten grondig worden uitgevoerd, zoals het dagelijks kammen met een speciale luizenkam. Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
26
Als u zelf bij uw kind hoofdluis constateert dan verzoeken wij u dit bij de leerkracht kenbaar te maken. Op deze wijze proberen wij de luis de baas te blijven! 6.12 Schooltijden en ziekte We vinden het belangrijk dat de lessen ‘s morgens om 8.30 uur kunnen beginnen. We hebben een inlooptijd van tien minuten. Om tien voor half negen mogen de kinderen naar hun klaslokaal. De leerkrachten zijn daar vanaf die tijd aanwezig. Als om half negen de bel gaat, beginnen de lessen. In de praktijk blijkt dat vooral de ouders van de onderbouw te lang in de groep blijven, waardoor de lessen niet op tijd kunnen beginnen. Wilt u op tijd de groep verlaten, het is in het belang van uw eigen kind. Ook komt het voor dat kinderen te vroeg bij school worden afgezet. Denkt u eraan dat er toezicht op het plein 8.10 uur en vanaf 8.20 uur in de groepen. Bij het uitgaan van de school is er toezicht door leerkrachten. Bij afwezigheid zonder bericht van de ouders proberen we na te gaan waar het kind is. Er kan namelijk onderweg naar school iets met het kind gebeurd zijn. Iedere schooldag worden de afwezige kinderen geregistreerd. In geval van het ontbreken van een afmelding wordt actie ondernomen. We willen u er op wijzen dat het niet toegestaan is kinderen medicijnen mee naar school te geven. Bij medicijngebruik vindt er altijd vooraf een gesprek plaats met de directeur. Het medicijngebruik van kinderen is beschreven in het protocol: “medicijnen op school”.
6.13 Verzekeringen Er is voor alle kinderen op school een ongevallenverzekering afgesloten. Deze verzekering geldt ook voor de weg naar school en terug naar huis, excursies, schoolreisjes e.d. Uw kind is niet via de schoolverzekering verzekerd tegen materiële schade. U moet zich hiervoor wenden tot de W.A.- verzekering van de andere partij. U moet zelf een verzekering afsluiten voor schade of diefstal van kleding, een fiets, e.d.
7
De ontwikkelingen van het onderwijs in de school
7.1 TTO-Engels Algemeen Alle kinderen op de Prinseschool krijgen vanaf groep 1, op de leeftijd van 4 jaar, lessen Engels. Deze lessen krijgen een plaats binnen het reguliere lesrooster. In de onderbouwgroepen krijgen de kinderen dagelijks Engels. Er wordt spelenderwijs vorm gegeven aan het Engels mbv liedjes, spellessen, gymlessen. In de onderbouw is het Engels vooral gericht op de mondelinge taalvaardigheid, het kennismaken met en het luisteren en begrijpen van Engels, en jezelf verstaanbaar maken in het Engels. In de bovenbouw geven we 2 uur Engels per week, verdeelt over verschillende momenten. Het is de bedoeling dat Engels steeds meer een instructietaal wordt bij genoemde lessen, Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
27
d.w.z. dat de Engelse taal als communicatiemiddel wordt gebruikt bij bijvoorbeeld het kringgesprek, bij een deel van de rekenles of een spel tijdens de gymles. In de gehele school, vanaf de kleutergroepen, zijn lijsten met sleutelbegrippen in gebruik, de zgn. Keywords. Anglia-examen In de groepen 4 tot en met 8 nemen alle kinderen deel aan het Engelstalige Anglia-examen, dat in meerdere niveaus wordt afgenomen. Van tevoren wordt bepaald op welk niveau een kind in staat is examen te doen. De kinderen krijgen een luistertoets en een grammaticatest. Het Anglia-examen wordt afgenomen in de maand april, waarna de toetsen worden opgestuurd naar Engeland, waar correctie volgt. In juni krijgen we de uitslagen binnen en ontvangen de leerlingen een officieel Anglia ‘certificate’. Resultaten van het examen zijn jaarlijks te vinden op de website van Anglia: www.anglia.nl De Prinseschool is lid van de Vereniging voor Tweetalige Scholen in Nederland. Het Angliaprogramma. De school is een “Anglia school member”. Alle leerlingen van de groepen 4 t/m 8 nemen deel aan het officiële Anglia-examen. Anglia project kent examens op 8 niveaus. In een syllabus is duidelijk omschreven aan welke eisen moet worden voldaan. Het geheel kan worden geïntegreerd in eigen aanpak en methodes. Gebruik maken van Anglia oefenmateriaal kan ook. Het examen is een afsluiting van de Engelse lessen aan het einde van het schooljaar. Het examen wordt door het Chichester College gemaakt en nagekeken. Als de leerlingen slagen ontvangen zij een erkent internationaal certificaat. Planning Eind april nemen de groepen 4 t/m 8 deel aan het Anglia examen. Het examen vindt plaats op de Prinseschool, op de datum die landelijk is vastgesteld. Het tijdstip wordt door de school bepaald. Na afloop wordt het werk aangetekend naar het Chichester College gestuurd waar het wordt nagekeken. planning: april: juni juli-augustus
examen resultaten op Anglia-website uitreiking diploma’s
Voorbereiding In de klas zal de leerkracht de groep op het examen voorbereiden. Door het jaar zullen de kinderen woordlijsten mee krijgen naar huis om te oefenen. Anglia kent 8 niveaus. Het hoogste niveau wordt in Engeland geaccepteerd als Entry Level door hogescholen en universiteiten.
Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
28
Kort overzicht grammatica per niveau getallen / dagen / kleuren / voorzetsels/ to be / ing-vorm / Junior: pers. voornaamw. tijd / maanden / meervouden / vraagwoorden / ontkenning / Primary: vraagzin / lidw.
Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
29
Preliminary: Elementary:
much-many / some-any / vergelijking / o.v.t. / v.t.t / going to / bezit so-such / used to / had better / if 1 / woordvolgorde / tags / o.t.t.t.
Preshould / must-have to / passive / if 2 / neither do I Intermediate: reported speech / conjunctions / if 3 / preps – ing / phrasal Intermediate: verbs inversion / clauses / make-do / concord / confused words / Advanced: unreal past Proficiency: alle voornoemde onderwerpen
Verdere invulling van nascholingscursussen voor het team – (PDD) Er is een aanbod op maat voor de Prinseschool samengesteld. Alle leerkrachten hebben als doel het Proficiency level te halen. Zij nemen deel aan een tweejaarlijkse nascholingscyclus Engelse taalvaardigheid, die wordt afgesloten met een examen. Jaarlijks zal het cursusaanbod bijstelling krijgen, zodat het voldoet aan de behoeften van de school. 7.2 ICT – Computeronderwijs Met betrekking tot het computeronderwijs (ICT) zijn ook de nodige ontwikkelingen te melden. Er is een beleidsplan ICT ontwikkeld, waarin uitgangspunten en ontwikkelingen zijn vastgelegd. Het beleidsplan is in het team besproken en wordt door een ieder ondersteund. Uitgangspunt is dat de leerlingen na het verlaten van de basisschool de computer kunnen gebruiken: 1. als remediërend middel; de computer als hulpmiddel, 2. als gereedschap; bijvoorbeeld voor het verwerken van teksten, 3. als naslagwerk; bijvoorbeeld via elektronische en digitale encyclopedieën, 4. als communicatiemiddel; bijvoorbeeld via e-mail. Vanaf groep 3 gaan kinderen aan de slag met het verzamelen van informatie via Internet. Onze school is georganiseerd in de stichting “Basis Op Kop”, het stedelijk netwerk in Enschede. Namens deze stichting verzorgt het “QLICT” aanleg en onderhoud van netwerken. Op school heeft de ICT-werkgroep als belangrijkste taken: * Installeren nieuwe hard- en software in het netwerk; * Aanschaf van hard- en software; * Samenstellen van beknopte handleidingen m.b.t. computergebruik; * Zorg dragen voor regelmatige evaluatie.
Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
30
De Prinseschool is zich volledig bewust van de kansen die internet kunnen bieden aan onze leerlingen. Denk alleen maar aan de mogelijkheden om informatie te vergaren, te communiceren met anderen, contacten te leggen en vrienden te maken. Maar de school is zich ook bewust van de gevaren die internet kunnen brengen. Digitaal pesten, ongeschikte webcontent en contact met verkeerde mensen; het zijn maar een paar voorbeelden van wat er fout kan gaan. De vraag die wij onszelf dan ook voortdurend stellen is dan ook: Zelfstandig en verstandig omgaan met internet, hoe onderwijs je dat? Op internet is veel educatief materiaal te vinden. Maar we willen ook dat de leerlingen leren hoe ze zich verantwoordelijk dienen te gedragen op het web. We onderwijzen de kinderen in het veilig omgaan met deze overdaad aan informatie en mogelijkheden maar letten ook op onze netwerkbeveiliging; zodat ze geen virussen downloaden of spyware. Of dat er iemand inbreekt op het netwerk en bij gevoelige informatie komt. Het inloggen van de leerlingen gaat hierom gepaard met een filter voor onbehoorde informatie. Dit ter bescherming van kinderen maar ook de school. Vanaf groep 5 werken de leerlingen met het lespakket “Diploma veilig Internet”. Het doel van dit lespakket is kinderen bewuster te maken van hun handelen op internet. Ook worden er vaardigheden aangeleerd om verantwoord met internet en digitale media om te gaan. 7.3 Burgerschap en sociale integratie Onder Actief Burgerschap wordt verstaan: Zelfstandig verantwoordelijkheid nemen door leerlingen voor gemeenschapsbelangen binnen en/of buiten school. Wij vinden het belangrijk dat het kind opgroeit tot een zelfstandige ‘aangepaste’ burger, die zich kan aanpassen in zijn omgeving. In onze samenleving is behoefte aan medemenselijke solidariteit, goede manieren, sociale controle en verantwoordelijk optreden. Wij leren kinderen, hoe zij zich moeten en kunnen gedragen binnen en buiten school. Iedereen is aanspreekbaar op zijn of haar gedrag. Ook leren wij de leerlingen hoe ze een probleem kunnen oplossen of liever voorkomen. Wij maken gebruik van de methode ‘Kinderen en hun Sociale Talenten’. Daarnaast komen onderwerpen geïntegreerd in het IPC aan de orde.
7.4 Prinseschool bedrijfstijdenschool Onze school werkt actief samen met de Stichting Kinderopvang Enschede, kortweg SKE. Zij doen dit op 3 vestigingen; “De Stadsweide” aan de Emmastraat 165, “De Villa” aan de Bisschopsstraat 41 voor de leerlingen van de locatie Prinsestraat, “De Harlekijn” aan de Multatulistraat voor de leerlingen van de locatie Staringstraat, “De groene draal” voor de leerlingen van de locatie Daalweg. Na schooltijd gaan de kinderen onder begeleiding van een groepsleidster naar genoemde locatie. De buitenschoolse opvang is in de eerste plaats bedoeld voor kinderen van de Prinseschool. De school heeft het verzoek aan de SKE gedaan een voorschoolse opvang in te richten. Deze zal weer gaan draaien als er voldoende aanmeldingen zijn. Tijden Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
31
Buitenschoolse opvang is er voor kinderen van 4 tot 13 jaar na schooltijd, tijdens schoolvrije dagen en in de vakantieperiodes. Uitgangspunten De uitgangspunten van de bso zijn: - de tijd van de kinderen binnen de bso wordt beschouwd als vrije tijd; de kinderen moeten de gelegenheid krijgen voldoende te ontspannen; - de kinderen mogen zelf kiezen welke activiteiten ze willen ondernemen. Er is voldoende spelmateriaal aanwezig dat aansluit bij de ontwikkeling en behoeften van het kind; - begeleiding vindt plaats door professionele groepsleiders/-sters. Deze zijn gespecialiseerd in zowel de omgang met het individuele kind als groepen kinderen. Kosten Het gebruik van de bso brengt kosten met zich mee. De netto kosten zijn o.m. afhankelijk van een mogelijke werkgeversbijdrage. Meer informatie hierover vindt u op de website van de SKE: www.kinderopvangenschede.nl De opvang kan als volgt geschieden: 1. Volledige opvang: zowel tijdens school- als vakantieweken; 2. Schoolwekenopvang: alleen tijdens schoolweken; 3. Vakantiewekenopvang: alleen tijdens vakantieweken. In overleg kunnen afwijkende combinaties gemaakt worden. Als u ook gebruik wilt maken van deze voorziening is het van belang uw kind zo spoedig mogelijk aan te melden, in verband met het beperkte aantal plaatsen. Na de zomervakantie is er altijd een informatieavond voor nieuwe ouders. Voor meer informatie en aanmelding kunt u contact opnemen met: Stichting Kinderopvang Enschede Wethouder Nijhuisstraat 1 7545 NA Enschede tel. 053 – 4800020
8
De resultaten van het onderwijs
8.1 De vorderingen van uw kind op school Leerprestaties Hoe doet mijn kind het op school? Leert het goed? De meeste ouders zullen zich dat dikwijls afvragen. Over de leerresultaten en het meten daarvan is in het onderwijs de laatste jaren veel te doen geweest. Hoe vaak moet je de leerprestaties meten? Hoe worden de resultaten beoordeeld? En zijn het alleen de cijfers die tellen? Er zijn nogal wat verschillen in de manier waarop scholen de prestaties van de leerlingen meten en hierover verslag doen aan ouders. Er zijn scholen die cijfers geven, maar ook scholen die het liefst zo min mogelijk met cijfers werken. Die vinden dat cijfers geen volledig beeld geven van de voortgang van een kind en brengen liever letterlijk 'onder woorden' hoe het gaat. Ons rapport is een combinatie van beide. Essentieel is, dat u een realistisch beeld krijgt van de vorderingen van uw kind.
Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
32
Meten en vergelijken van leerprestaties is nodig. Op de eerste plaats is het een middel om per groep en per kind te bekijken hoe het leer- en ontwikkelingsproces verloopt. Het geeft de leraar extra houvast om te beoordelen of de leerstof goed wordt verwerkt en of er veranderingen nodig zijn in de manier en het tempo van lesgeven. Het is ook nodig om te bekijken of leerlingen extra of speciale aandacht of hulp nodig hebben en zo ja, op welke punten. U kunt regelmatig met de leerkracht van gedachten wisselen omtrent de resultaten van uw kind(eren). 8.2 Hoe worden de leerresultaten gemeten en vastgelegd? Cijfers De leraren houden de vorderingen van uw kind regelmatig bij. Ze beoordelen huiswerk, proefwerken, mondelinge of schriftelijke overhoringen en werkstukken. Vaak worden cijfers gegeven. Wanneer u tussentijds wilt weten hoe het gaat met uw kind, kunt u de leraar gerust naar deze gegevens vragen. Toetsen We maken gebruik van toetsen om te bekijken hoe ver hun leerlingen zijn met wat ze moeten leren, of de groep voor of achter ligt op schema, en wat de onderlinge verschillen zijn. Vaak gebeurt dat met toetsen (een soort 'standaardproefwerken') die horen bij de boeken en ander lesmateriaal voor een bepaald vak. Landelijke toetsen We maken daarnaast ook gebruik van algemene landelijke toetsen, veelal ontwikkeld door het CITO. Die meten de resultaten los van de eigen leermethode. Met deze toetsen krijgt de leraar beter zicht op de resultaten van de eigen groep en van elke leerling. Steeds meer kunnen scholen de resultaten van hun onderwijs vergelijken met de resultaten van andere scholen. Die vergelijkingen kunnen belangrijk zijn, omdat scholen daarmee hun onderwijs op zwakke onderdelen kunnen verbeteren. De leerprestaties van kinderen geven uiteindelijk een belangrijke indicatie voor een te geven schoolkeuzeadvies. Het zal duidelijk zal dat inzet, motivatie en werkhouding bijna even belangrijk zijn. Uitstroom naar het voortgezet onderwijs Het afgelopen schooljaar gingen de leerlingen uit de groepen 8 van onze school naar de volgende vormen van vervolgonderwijs:
Aantal leerlingen
VWO
HAVO
VMBO-t
VMBO-k
VMBO-b
PRO
25
24
8
2
0
0
9
Regeling school- en vakantietijden
9.1
Schooltijden
Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
33
Voor alle groepen is er een continurooster.
Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag
Tijden 08.30-14.45 08.30-14.45 08.30-12.15 08.30-14.45 08.30-12.15
Alle kinderen starten en eindigen op hetzelfde tijdstip. Er is geen mogelijkheid om tussen de middag thuis te lunchen. Alle leerlingen blijven op de maandag, dinsdag en donderdag gratis over. De kinderen eten gezamenlijk met de leerkrachten. Tijdens het eten wordt er aandacht besteed aan gezond gedrag en lezen. 9.2 Schoolvakanties Schoolvakantie 2013-2014: Herfstvakantie ma 21-10-13 t/m vrij 25-10-13 Kerstvakantie ma 23-12-13 t/m vrij 03-01-14 Voorjaarsvakantie ma 24-02-14 t/m vrij 28-02-14 Pasen vrij 18-04-14 t/m ma 21-04-14 Meivakantie ma 28-04-14 t/m ma 05-05-14 Hemelvaart do 29-05-14 t/m vrij 30-05-14 Tweede pinksterdag ma 09-06-2014 Zomervakantie ma 07-07-14 t/m vrij 15-08-14 Vrije vrijdagen schooljaar 2013 - 2014 Er zijn 6 vrije vrijdagen gepland: 22 november 21 maart 04 april 27 juni 04 juli 20 juli
Studiedagen schooljaar 2013 - 2014 Studiedagen: 21 nov. Prinseschool 12 dec.Daalweg Staringstraat nog niet bekend Consentdag: 15 april
9.3 Verlofregelingen voor kinderen betreffende familieomstandigheden Ter preventie van schoolverzuim is er met de ouders afgesproken dat er in geval van afwezigheid altijd contact met school wordt opgenomen. Ouders krijgen bericht als niet duidelijk is wat de reden voor afwezigheid is geweest. Ongeoorloofd schoolverzuim wordt doorgegeven aan de leerplichtambtenaar. Volledigheidshalve treft u hierbij de tekst van de formele regeling aan: Verlof buiten de schoolvakanties: artikel 11, artikel 13, artikel 13a, artikel 14 Toelichting
Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
34
Sinds de herziening van de Leerplichtwet 1969 zijn de regels over extra verlof of vakantie aangescherpt. We onderscheiden hierbij twee soorten verlof: A. extra vakantieverlof B. extra verlof wegens gewichtige omstandigheden: 1. tot maximaal 10 schooldagen 2. meer dan 10 schooldagen. De extra vakantie buiten de reguliere schoolvakanties is alleen nog maar mogelijk in verband met de aard van het beroep van een van de ouders / verzorgers / voogden van een leerling. Richtlijnen verlof buiten de schoolvakanties De Leerplichtwet 1969 kent 2 soorten verlof. Extra vakantieverlof Algemeen uitgangspunt is: Verlof buiten de schoolvakanties is niet mogelijk, tenzij er sprake is van artikel 13a van de Leerplichtwet 1969, waarin staat aangegeven dat het alleen wegens specifieke aard van het beroep van één van de ouders / verzorgers / voogden slechts mogelijk is buiten de schoolvakanties op vakantie te gaan. Onder “aard van het beroep” verstaan we een beroep dat volledig afhankelijk is van de schoolvakanties. Als voorbeeld kan hier een campinghouder genoemd worden. Een werknemer met een willekeurig beroep, die in de vakantieperiode bij zijn werkgever om organisatorische redenen niet gemist kan worden, kan geen verlof wegens “aard van het beroep” worden gegeven. Ouders dienen hiervoor minimaal 2 maanden van tevoren bij de directeur van de school schriftelijk een verzoek in te dienen. Tevens moet een werkgeversverklaring worden overgelegd, waaruit blijkt dat geen verlof binnen de officiële schoolvakantie mogelijk is. Het verlof kan: - slechts éénmaal per schooljaar worden verleend; - mag niet langer duren dan 10 schooldagen; - mag niet plaatsvinden in de eerste 2 weken van het schooljaar. Voor partieel leerplichtigen geldt een evenredig deel. De leerplichtambtenaar komt bij deze aanvragen niet in beeld, tenzij men langer wegblijft dan is toegestaan door de directeur van de school en er dus sprake is van ongeoorloofd schoolverzuim, dat wel bij de leerplichtambtenaar gemeld moet worden.
Gewichtige omstandigheden: 10 schooldagen per schooljaar of minder B1. Dit kunnen plezierige, maar ook minder plezierige omstandigheden zijn. Een verzoek om extra verlof in geval van gewichtige omstandigheden op grond van het gestelde in artikel 14, lid 1 van de Leerplichtwet 1969, voor 10 schooldagen per schooljaar of minder, dient vooraf of binnen 2 dagen na ontstaan van de verhindering aan de directeur van de school te worden voorgelegd en door deze op basis van de wet te worden afgehandeld. Hiervoor gelden de volgende voorwaarden: a. voor het voldoen aan een wettelijke verplichting, voor zover dit niet buiten de lesuren kan geschieden; b. voor verhuizing voor ten hoogste 1 dag; Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
35
c. d.
e. f.
g.
gezinsuitbreiding voor ten hoogste 1 dag; e voor het bijwonen van het huwelijk van bloed- of aanverwanten tot en met de 3 graad voor 1 of ten hoogste 2 dagen, afhankelijk van de vraag of dit huwelijk wordt gesloten in of buiten de woonplaats van belanghebbende; e bij ernstige ziekte van ouders of bloed- of aanverwanten tot en met de 3 graad, duur in overleg met de directeur op school; bij overlijden; e - van bloed- of aanverwanten in de 1 graad voor ten hoogste 4 dagen; e - van bloed- of aanverwanten in de 2 graad voor ten hoogste 2 dagen; e e - van bloed- of aanverwanten in de 3 of 4 graad voor ten hoogste 1 dag; bij 25-, 40- en 50-jarige ambtsjubileum en het 12½-, 25-, 40-, 50- of 60jarig huwelijksjubileum van ouders of grootouders voor 1 dag.
Dit uitgangspunt houdt in, dat een extra vakantie wegens wintersport, een tweede vakantie, een extra weekend, deelname van leerlingen aan evenementen, een langdurig bezoek aan de familie in het land van herkomst, etc., niet kunnen worden aangemerkt als bijzondere reden. B2. Indien er meer dan 10 schooldagen per schooljaar verlof wordt aangevraagd wegens de onder B1. vermelde omstandigheden, dan dienen de meerdere dagen via de directeur van de school bij de leerplichtambtenaar van de woongemeente te worden aangevraagd. Daarnaast is in artikel 13 opgenomen, dat door de ouders/verzorgers/voogden slechts een beroep op vrijstelling wegens vervulling van plichten voortvloeiend uit de aangehangen godsdienst of levensovertuiging kan worden gedaan, indien daarvoor uiterlijk 2 dagen vooraf aan de directeur van de school schriftelijk mededeling is gedaan. Vastgesteld door de Officier van Justitie en de Leerplichtambtenaren, behorende tot het Arrondissement Almelo, in haar vergadering d.d. 14 mei 1998. Let op: Bij ongeoorloofd verzuim is de directie genoodzaakt dit te melden bij Leerplicht. Als de directie dit namelijk niet doet, krijgt ook de school een boete!
10. Namen 10.1Externe personen en instanties Inspectie van het onderwijs
[email protected] www.onderwijsinspectie.nl
- Vragen over onderwijs:
0800-8051 (gratis)
- Klachtmeldingen over seksuele intimidatie, seksueel Meldpunt vertrouwensinspecteurs misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld: 0900-1113111 (lokaal tarief)
Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
36
GGD Regio Twente, afd. Jeugdgezondheidszorg Nijverheidsstraat 30 7511 JM Enschede
053-4876930
10.2 School en bestuur Het bestuur van het openbaar onderwijs in Enschede is verzelfstandigd. De naam van de organisatie is Stichting Consent. Bezoekadres:
Postadres:
Buurserstraat 250
Postbus 40042
Enschede
7504 RA Enschede
053 - 488 44 44
[email protected] www.consent-enschede.nl
Het volledige jaarprogramma en de namen van de leerkrachten van de school vind u op onze website www.prinseschool.nl
Bijlage De ouderbijdrage Het Ministerie van Onderwijs stelt zich op het volgende standpunt: Scholen mogen ouders vragen om aan bepaalde activiteiten mee te betalen: de zogenaamde ouderbijdrage. De ouderbijdrage is een vrijwillige bijdrage. Scholen mogen een kind dus niet weigeren als u deze bijdrage niet kunt of wilt betalen. Maar als u niet bijdraagt, kan het zo zijn dat uw kind niet mag mee doen aan bepaalde activiteiten. Die worden namelijk vaak uit de ouderbijdragen betaald. De school blijft wel verantwoordelijk voor opvang van uw kind tijdens dergelijke activiteiten. U doet er verstandig aan om bij de inschrijving van uw kind meteen met de school af te spreken of u akkoord gaat met het betalen van de ouderbijdrage. Als u akkoord bent gegaan met de ouderbijdrage bent u verplicht deze te betalen. -------------------------------------------------------------------------------------------Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
37
Hierbij verklaren de ouders van …………………………………………………………. zich akkoord met het betalen van de vrijwillige ouderbijdrage. De hoogte van de bijdrage wordt jaarlijks vastgesteld door de Oudercommissie. Deze overeenkomst wordt ieder jaar per 1 augustus stilzwijgend verlengd. Opzegging dient voor deze datum schriftelijk te geschieden bij de penningmeester van de Oudercommissie.
datum, …………………………
plaats, …………………………..
handtekening: …………………………………………………………
Prinseschool
Schoolgids 2011-2012
38