NUMMER 1 | 2013/2014 | JAARGANG 53
1
Colofon Datum van uitgave: 20 december 2013
Hoofdredactie Eline Westbeek
6c
Tessa Scherphof
5c
Vaste leden Beau Visser
2e
Lesley Karreman
2e
Anne Neumann
1b
Elisa Weehuizen
1b
Julie van Berckel
1b
Tamira van Pinxteren 1b
Adviserend lid W. Desmense
2
Contactgegevens Adres: Mercatorplein 2, 5223LL ’s-Hertogenbosch Email: W. Desmense:
[email protected]
Vergaderingen Dinsdag, kleine pauze, lokaal 1.14 Als je een leuk idee hebt voor in de Feuniks, mag je naar een vergadering komen óf een mail sturen (het liefst via magister) naar Eline Westbeek, Tessa Scherphof en meneer Desmense (DE). Suggesties kunnen ook worden ingeleverd in de Feuniksbrievenbus op de eerste verdieping.
3
Inhoudsopgave Artikel
Auteur
Paginanummer
Voorwoord
Eline Westbeek
4
Het gala van een trut
Tessa Scherphof
5
Onbevoegd
Beau Visser en Lesley Karreman
7
Interview met Carlo
Eline Westbeek
9
1.04 – lokaal van meneer Van Heck
Lesley Karreman
12
Afluisteren en andere zintuigen
W. Desmense
13
DIY –do it yourself-
Anne Neumann en Elisa Weehuizen
14
Hobby’s van leraren raden
Anne Neumann en Elisa Weehuizen
16
Halloweenfeest brugklas
Sebastiaan van Dongen en Tessa Scherphof
17
Oculus non vidit, nec auris audivit Irritaties en ergernissen op het Stedelijk De kerncentrale – Deel één: Meltdown
Beau Visser
19
Younes Foukalne
21
Loek Iedema
23
X-factory
Tessa Scherphof
26
Waarom
Tamira van Pinxteren
28
Zing mee in het Latijn
W. Desmense
29
Meneer Fiere en gezichtspuzzel
Anoniem
30
4
5
Het gala van een trut
Ik en Francy zijn er helemaal klaar voor. We hebben ons opgemaakt, ons haar gestijld, onze galajurken aan en niet te vergeten: mijn gelnagels zitten er allemaal op. ‘Mommy! We zijn klaar!’ ‘Wauw, dames! Jullie zien er echt onwijs mooi uit! Klaar voor?’ ‘Helemaal!’ roepen we tegelijk. ‘Oké, onthoud goed: lipjes getuit, borsten vooruit!’ ‘Wooooh!’ gillen we.
‘Thanks, pap!’ is het laatse dat ik roep voordat ik uit de auto stap. Buiten staat een enorme rij. Wij lopen er omheen en zoeken mensen met bandjes. Daar staan ze dan. De hotties van de school, in één hand hun sigaren, in de andere hun rozen. ‘Laat mij maar,’ zegt Francy, die mij ziet staren naar mijn crush, Ducor. O, wat zou ik graag zijn roos willen hebben! Francy wil duidelijk die van Amos. Ze tuit haar lippen vraagt hem met een nep hoog stemmetje: ‘Mag ik ook een trekje?’
De hele groep begint te lachen. ‘Ik meen het, hoor, geef me eens een sigaar!’ De jongens blijven lachen. Ik zet mijn gewicht op één heup, tuit ook mijn lippen en zeg, ook met een neppe stem, ‘Maar Francy, jij moet alleen al hoesten als je een sigaar ruikt!’ Iedereen lacht, behalve Amos. ‘Hier, probeer maar,’ zegt hij. Ze neemt hem aan. Ze inhaleert diep, om stoer te lijken. Dat lijkt ze ook wel, totdat ze een hoestbui krijgt. De jongens lachten en ik lach met de jongens mee, anders krijg ik nooit hun rozen. Alleen Amos lacht niet. Hij kijkt vol medelijden naar Francy. Hij stapt naar haar toe om haar op haar rug te kloppen. Het lijkt even alsof ze elk moment kan overgeven, maar gelukkig houdt ze uiteindelijk op met hoesten. Dat scheelde niks of ze had me voorschut gezet.
Een uur en zes baco’s later staan Francy en ik te dansen met Duco en Amos. Dan zie ik opeens dat Francy bleek wordt. Ze stopt met dansen en roept in mijn oor: ‘Ik voel me misselijk!’ ‘OMG, je kunt echt niet gaan kotsen, hoor!’ roep ik terug. Francy doet een paar passen terug en het is te laat. Ze kotst over mijn schoenen heen. ‘OMG, Francy! Mijn schoenen!’ Ze kijkt me schuldig aan, maar daar trap ik niet in. Ik heb fucking 200 euro betaald voor deze schoenen! ‘Wie denk je wel niet dat je bent?’ Ze ziet er nog steeds heel misselijk uit. Als ze nu gaat praten, moet ze nog meer kotsen, dat is duidelijk. ‘Ik wil dat je sorry zegt, 6
Francy, ik wil dat je nú sorry zegt!’ De jongens kijken ademloos toe hoe ik Francy verneder. ‘O, je zegt niks? Weet je wat, Francy? Zoek jij het maar lekker zelf uit!’
Amos kijkt nu ineens walgend naar Francy. Ik doe er nog een schepje bovenop: ‘Wat sta je daar nou nog? Je hebt me ondergekotst, ik wil je nooit meer zien!’ Ze kijkt me verdrietig aan en loopt dan weg. Ik zie dat Amos acher haar aan wil gaan, maar dat laat ik niet gebeuren. ‘Ze is het niet waard, Amos, laat haar maar.’ Dan kijk ik naar Duco, tegen hem zeg ik alleen maar ‘Wil jij een doekje halen voor mijn schoenen?’ Hij zegt niks, knikt alleen maar en loopt richting de bar. Ik kijk om me heen en zie dat Francy nog één laatste keer naar me kijkt. Zonder me te bedenken zoen ik Amos. Dat zal haar leren. Door: Tessa Scherphof Wa: Straks als we wat groter zijn, volgende week, … HL: (tegen Pim) Jij lijkt me nou echt zo’n ventje dat ik goed in de gaten moet houden en af en toe eens in elkaar moet slaan Nw: Ik weet dat het niet gemakkelijk is dus houd die hersens die hier en daar aanwezig zijn op de tekst gericht! Wa: Dus toen pakten de Romeinen hun rekenmachientje… HL: De appel is zuur, de peer is zoet. De appel is hard, de peer is zacht. De appel is rond, de peer is ehhmmm, peervormig.. HL: De poleis verschilden in cultuur, handbal.. ehmm ik bedoel landbouw en handel. Nw: (karel zit met zijn potlood te tikken) Karel, nog één keer dat potlood en je kunt hem opvreten. We: Hallo, fijne schepsels van 1a! Nw: (daan zit te trommelen op zijn tafel) Daan, hou op met trommelen of ik ga op jou trommelen!
7
Onbevoegd Mijn hemel, wat was het warm. Het zweet liep in een straaltje over mijn rug. Waarom hadden de weergoden juist vandaag uitgekozen om ons te straffen? In de bus was het nog wel oké geweest, maar nu… We waren met alle tweede klassen in Xanten, een voormalig Romeinse nederzetting die omgetoverd was tot een ‘archeologisch openluchtmuseum in Duitsland’, om de website maar te citeren. Door de docenten waren we ingedeeld in verschillende groepjes met uit elke klas minstens één leerling. Elk groepje kreeg een plan in handen gedrukt met als non-verbale boodschap dat we er zelf maar wegwijs uit moesten worden. Niet dat ik hier mee zat; ik vond vooral de lange afstanden irritant. Iemand uit mijn groepje van wie ik de naam niet helemaal meer wist (volgens mij iets met een m) tikte me op de schouder. ‘Hoi, ehm…’, zei het meisje. Kennelijk was ze mijn naam ook vergeten. ‘Kate’, bracht ik haar in herinnering. Er ging geen belletje rinkelen. ‘Ja. Kate. Ik vroeg me af of je weet hoe we nu moeten lopen. Niemand komt eruit.’ Ze schoof de plattegrond en het schema van vandaag onder mijn neus. We kwamen net bij de lunchpauze vandaan, en moesten nu dus naar het amfitheater. Met een frons van concentratie, zodat ik niet gestoord werd, stippelde ik een route uit. Ik had geprobeerd de kortste te nemen, in verband met de hoeveelheid vocht in mijn lichaam en de inhoud van mijn waterfles. Toen ik de kaart terug gaf, glimlachte ze naar me en draaide zich om. We hadden al een hele tijd gelopen en eindelijk konden we het amfitheater zien. Iemand stelde voor om de weg af te snijden; we konden ons eindpunt toch al zien liggen! Nadat we weer een eindje hadden gelopen kwamen we langs een opgraving. Er hing een bordje waarop stond: ‘verboden voor onbevoegden’. Nieuwsgierig probeerden we een glimp op te vangen van wat ze aan het opgraven waren. Plotseling kwam er een man op ons af. ‘Daar zijn jullie!’, begon hij. ‘De leerlingen van het sterproject! Welkom, ik heet Piet en ik ben een van de archeologen hier. Jullie opdracht vandaag is om de opgegraven spullen te verpakken voor transport. Duidelijk? Oké, volg mij maar!’ Stomverbaasd als liepen we achter deze Piet aan. Eenmaal aangekomen legde hij nog een beetje uit wat we moesten doen en liep daarna weg. Ons in verbazing achterlatende.
8
Onzeker begonnen we de dozen in te laden. Ik bleef staan waar ik stond, alle opties één voor één afwegend. Kon de school dit werkelijk voor ons hebben geregeld? Ze hadden niets gezegd… Vlug maakte ik oogcontact met het meisje waar ik eerder een gesprek mee had, en liep naar haar toe. ‘Enig idee?’, vroeg ik. Ze wist gelijk wat ik bedoelde. ‘Zouden ze dit voor ons verzwegen hebben? Het lijkt me onwaarschijnlijk.’ Ik knikte. ‘Wat is het ‘sterproject’ eigenlijk? Wij zitten daar niet bij…’ ‘Laten we maar weggaan.’ Vlug keek ik over mijn schouder om te zien of die Piet niet toevallig opdook. ‘Ik voel me hier niet helemaal…’ ‘Hé! Wie zijn jullie?! Wat doen jullie hier?!’ Vliegensvlug draaide de hele groep zich om. Daar, achter een stapel dozen, stonden kinderen met allemaal hetzelfde T-shirt aan. Het meisje naast mij hapte naar adem. ‘Dat meen je niet!’ Benieuwd naar het einde? Stuur dan een mail naar de schrijfsters; Beau Visser of Lesley Karreman uit 2E. Sn: (tegen Bart-Jan tijdens proefwerk) Ja, stomme fout. Die fout niet meer maken. Zet er maar een kruis boven….., en teken er ook maar een smurf bij. Hl: Wie heeft er nog meer iets volstrekts belachelijks op geschreven en wil dat met ons delen? Nw: Is er iets ergers dan een monster? Ja, da’s Sam. Bart-Jan: Kabouter Wesley! Vk: Tien keer opschrijven: ik mag niet zeuren om kabouter Wesley. Ja: Verdomme Susan! Je hebt je huiswerk niet bij je en nu ga je zitten kletsen! Het is goed dat we niet getrouwd zijn! Nw: Sam, jij staat goed op je rapport. Sam: (heel hard) Yes! Yes! Geen preek dit keer! HL: Nee, ik heb jullie SO nog niet nagekeken. Ik moest namelijk eerst naar huis, toen moest ik de leerlingen stemmen in een diagram zetten, en toen heb ik nog even ge-mariokart.
9
De knuffelsurveillant
Zijn populariteit is al ongekend hoog sinds hij begon met werken op het Stedelijk. Over wie hebben we het hier? Natuurlijk: over Carlo! Inmiddels is hij surveillant-af en kunnen we hem in de pauze vinden in de kantine van het C-gebouw. Tijd voor een diepte-interview!
Wat zijn je hobby’s? Hobby’s, hmm… Ik houd van schilderen, in de stijl van Rembrand tot abstract
, van hardlopen en van mountainbiken.
Wat doe je in je vrije tijd? Ik lees veel geschiedenis en cultuur en ga vaak de natuur in. Ook vind ik Antwerpen een leuke stad om te bezoeken.
Van wat voor muziek houd je? Ik houd van Pearl Jam, maar ook klassiek. En enorm van de Smashy Pumpkins! Zet er maar bij dat iedereen die op moet zoeken, haha.
Hoe was jouw ‘schoolcarrière eigenlijk? Ik heb de MAVO gedaan en daarna ging ik naar de kunstacademie. Ook heb ik een opleiding voor sociaal pedagogisch werk gedaan. En zo kwam ik hier terecht!
Was het dan je droom om surveillant te worden? *lacht* Nee haha, vroeger droomde ik ervan archeoloog te worden. Ik las de Ilias toen ik 10 was. Daarna wilde ik iets creatiefs gaan doen: mijn vader schilderde en daarom had ik zelf ook creativiteit ontwikkeld. Nu komt het dus allemaal een beetje samen.
10
Een vraag van een medeleerling: lees je elk uur de kracht? Of ik elk uur de kracht lees?! Nee haha, ik doe veel klusjes en eigenlijk lees ik vooral in de pauzes de krant.
Je werkt nu in de kantine, wil je soms niet zelf alles opeten? Ja, die neiging heb ik wel! Maar we moeten ook een beetje aan de gezondheid denken, hè…
Wat is je lievelingseten? Mijn lievelingseten is pizza, samen met Aziatische gerechten. Ik eet het liefst vegetarisch. Het is namelijk helemaal niet nodig om dieren te eten!
Hmm pizza, heb je dan soms Italiaanse roots? Nee hoor, ik ben helemaal Nederlander. Alhoewel, ja, ik ben ook een kwart Oostenrijks.
Wat is je favoriete vakantieland? Ik ga graag naar Frankrijk en India.
: Dat komt, doordat ik geen voorstander ben van een hiërarchie. Iedereen is toch gelijk? Zo is de toenadering ook veel makkelijker. Een motto van mij is ‘Wat gij niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet’. Ik vind het belangrijk om me in te kunnen leven in de leerlingen. Als ik dat doe, gebeurt dat ook andersom, wederzijds respect dus, en zal er goed contact zijn.
11
We hebben stiekem je Nike’s natuurlijk allang gespot; hoe kom je aan zo’n goede smaak? Dankjewel! Ik denk dat het komt doordat ik vroeger etaleur ben geweest. Dan hou je je ook erg bezig met mode en stijl.
Welke shampoo gebruik je? Ehmm.. Guhl? Ja, Guhl!
En tot slot: wat zijn je dromen? Mijn dromen… Natuurlijk wil ik nog wel een keer de loterij winnen en een groot deel van het geld aan goede doelen geven. Verder zou ik heel graag nog een keer een wereldreis willen maken.
We zijn heel wat wijzer geworden over Carlo! Overigens kunnen we jullie mededelen dat Carlo vrijgezel is (hint, hint) en 46 jaar oud (oh…). Carlo, bedankt voor alle eerlijke antwoorden en het gezellige interview!
N.B. Gelieve fanmail af te geven bij de administratie.
Door: Lesley Karreman en Eline Westbeek
12
1.04 – lokaal van meneer Van Heck
Woorden in mijn hoofd, letters op papier, Wat een druk station van zinnen is het hier. Meneer Van Heck-verhalen door heel het lokaal. Nooit wordt hier gestofzuigd, dat is toch abnormaal! Stofzuigen doen we in teksten van het tio-uur, Maar in 1.04 wordt dat een heel avontuur. Rijmen in gedichten, daar heb ik een hekel aan, Alsof de tijd bij Sinterklaas stil is blijven staan. Daarom rond ik het gedicht nu af, Dan is het klaar met het Sinterklaasgeblaf.
Lesley M. Karreman 2E
13
Afluisteren en andere zintuigen. Bondskanselier Merkel wordt al vele jaren afgeluisterd door de NSA. De telefoon van de paus werd afgetapt, toen hij nog paus moest worden. Vele Spanjaarden, Fransen, Nederlanders, Liechtensteiners en Luilekkerlanders: allemaal gehackt! Het was, is en blijft wereldnieuws. Edward Snowden is een goudmijn en inspiratiebron voor de journalistiek! De Feuniks blijft niet achter: we hebben zijn klok horen luiden en zijn op onderzoek uitgegaan. Wat blijkt? Ook op het Stedelijk Gymnasium wordt afgeluisterd! Het afluisteren is er zelfs geïnstitutionaliseerd: onder het mom van mondelinge overhoringen worden leerlingen openlijk gedwongen naar buiten te brengen wat ze liever voor zich zouden houden. De waarheid wordt hun ontlokt en als ze die verdraaien, krijgen ze een onvoldoende. Maar niet alleen docenten, ook medeleerlingen maken zich schuldig: tijdens mondelinge en schriftelijke toetsen worden gefluisterde verzuchtingen van leerlingen door medeleerlingen afgeluisterd en genoteerd! Eerlijke leerlingen zien zich genoodzaakt de oren met oortelefoontjes dicht te stoppen om maar geen verdenking op zich te laden moedwillig een anders opvattingen te willen beluisteren. Er is echter een nieuwe ontwikkeling gesignaleerd in het zich almaar uitbreidende schandaal: er wordt niet alleen afgeluisterd, maar ook afgekeken! De meest gewiekste methodes worden hierbij gepraktiseerd, zoals het afschermen van de ogen met de hand of lang haar, het gebruik van kont- en navelteksten en het beschrijven van schoenzolen. Intussen doen geruchten de ronde dat de NSA zelfs in staat is vriend en vijand af te ruiken. Je kunt je voorstellen welk een beerput er dan opengaat. O tempora, o mores! Door: W. Desmense He: Gebruik daar eens een mooi woord voor…. Het begint met de G, en eindigt op lobalisering.
14
DIY –do it yourselfMaak je eigen haarspray!
Wat heb je nodig: - Water - Een citroen - Een (pers)sinaasappel - Leeg sprayflesje (spuitdop ofpompspray)
Hoe maak je het: Doe twee kopjes water en het sap van de citroen en de sinaasappel in een pan. Verwarm het totdat het kookt. Goed roeren en vervolgens helemaal af laten koelen in de koelkast. Daarna giet je het goedje in het flesje en kun je gaan sprayen ! Lekker fris en het kan op zowel nat als droog haar.
15
Galaxy shoes: ‘shiny’ van hier tot de sterren
Wat heb je nodig: - Paar witte schoentjes - Textielverf; blauwe, paars of andere kleur én wit - (oude) Tandenborstel - Beschermende spray Hoe maak je het: Stap 1: Haal de veters eruit en plak de delen van je schoen af met tape, die niet geverfd mogen worden. Zoals de zool bijvoorbeeld. Stap 2: Gebruik dan blauwe en paarse textiel verf om de achtergrond te maken. Je kunt donkerblauw, lichtblauw, paars en lila gebruiken of andere kleuren die jij mooi vindt en natuurlijk wit (een ‘metallic’-of glansverf voor textiel geeft nog meer effect). Laat de kleuren in elkaar overlopen. Stap 3: Om de sterretjes te maken, doe je wat witte verf op een oude tandenborstel. Dan 'krab' je als het ware op (over) de borstel en de witte verf spettert op de schoen. Oefen dit een paar keer van tevoren. Stap 4: Maak ook wat grotere sterretjes, met witte verf, op willekeurige plaatsen. Stap 5: Laat ze een nachtje drogen en spuit ze de volgende dag in met een beschermende spray, zodat je kunstwerk mooi blijft. Het gaat er dan minder snel af in de regen bijvoorbeeld. Je kunt deze spray kopen bij schoenenwinkels. Door: Anne Neumann en Elisa Weehuizen Sc: Ga die mooie taal niet verkrachten man! Ba: Bart-Jan, als ik een klein verkleinwoord van jouw naam moest maken, was het dan Bart-Jantje of Bartje - Jan? 16
Hobby’s van leraren raden In deze Feuniks hebben wij geprobeerd te raden wat verschillende leraren in hun vrije tijd doen. In de volgende Feuniks zullen we kijken of onze verwachtingen klopten.
Henk
Postzegels verzamelen
Meneer Oltmans
Tv kijken
Mevrouw Kersten
Breien
Mevrouw Oudshoorn
Bunjeejumpen / extreme sporten
Mevrouw Schampers
Bloemen kweken
Mevrouw Huisman
Fotografie
Mevrouw van Ockenburg
Wandelen
Mevrouw de Jong
Sieraden maken
Meneer Jacobs
Planten bestuderen
Mevrouw Hartman
Bonbons maken Door: Anne Neumann en Elisa Weehuizen
Wa: Welke opgave van dat geschiedenis proefwerk ging goed? Jules C.: Ehhm, opgave één. Wa: Waar ging die over? Jules C. : Over geschiedenis denk ik.
Ps: Er staat niet boven een Latijnse vertaling: Verzin een leuk verhaal. Stond het er maar hè?
Twan: Meneer Baltussen, met die rode trui aan lijkt u nog meer op de kerstman!
17
Halloweenfeest brugklas Halloweenfeest van Tessa Scherphof Vrijdag 25 oktober was het zover voor de tutoren uit klas 5: na weken voorbereiden en brainstormen over hoe we de leerlingen zo bang mogelijk konden krijgen tijdens de spooktocht, mochten we onze plannen eindelijk uitvoeren tijdens het halloweenfeest van de eersteklassers. Het feest werd gehouden in de aula, maar dan natuurlijk zonder stoelen en tafels. We hadden maar weinig avondgegeten, maar dat kwam gelukkig helemaal goed met alle hapjes die de leerlingen hadden meegebracht. Ik mocht de leerlingen voor de spooktocht naar lokaal 3.05 brengen, waar ze een spookverhaal te horen kregen over een biologieleraar die proefjes uitvoerde op leerlingen. Zonder dat de leerlingen het wisten, zaten achterin het lokaal twee tutoren verscholen die tijdens het verhaal voor schrikmomenten zorgden. Als de eersteklassers hopelijk bang waren geworden door het verhaal, namen we ze mee door het schoolgebouw heen, waar de biologieleraar in vlees stond te zagen en schuimbekte en een meisje dat in tweeën was gespleten met een mes achter ze aan kwam. Als ze hiervoor wilden vluchten, botsten ze bijna tegen het dwalende meisje op dat met een kaarsje in haar gezicht scheen. Het verhaal was geslaagd als ze gillend terug naar het feest renden.
Het in tweeën gespleten meisje Dwalend meisje Biologieleraar Anne en Zoë
Märle
Robin
18
Halloweenfeest van Sebastiaan van Dongen Dit was het tweede feest waar alle eerste klassers en tutoren bij elkaar kwamen. Het was leuk en gezellig en niet te vergeten: er waren lekkere hapjes gemaakt door alle leerlingen. Ik had met een groepje vrienden brownies, lollies en limonade met een kikker erin (het heksendrankje) meegebracht. De muziek was leuk, het was alleen even wennen dat het alleen house was. We werden daarna naar boven gebracht voor de spooktocht, waar Tjalling (of bij sommige klassen Naomi) een heel mooi spookverhaal voorlas (geschreven door Naomi). Gelukkig vond bijna niemand het écht eng. Daarna werden we naar beneden gebracht, waar de mensen uit het verhaal rondliepen. Hier moesten veel kinderen om gillen en ze probeerden weg te rennen. De meeste mensen vonden de spooktocht meevallen, maar niet iedereen... Het was een leuk feest, alleen wat jammer was, dat we aan het einde moesten opruimen. Ik zou wel nog zo’n feest willen! Door: Tessa Scherphof en Sebastiaan van Dongen He: Het digibord voelt als een vrouwelijk bord. Kijk hier zit een bobbel, en daar nog eentje.
He: Geen snelhechters, geen aangeniete toestanden, geen bindwerk, gewoon een a4’tje. Gewoon op de voorkant, als dat nog niet genoeg is, op de achterkant, en als dat nog niet genoeg is op de randjes. Je mag het ook in rijm doen: Er was eens een speler uit Zweden, Die had daar veel geleden Maar toen ging hij naar PSV En toen viel het weer mee. Nw: Feliks, draai je om! Voor je kijken! Feliks: Maar dan kijk ik tegen die kast aan! Nw: Zal ik een spiegeltje ophangen? Kun je jezelf zien.
19
Oculus non vidit, nec auris audivit. Valt het u ook op dat veel leraren vreemde trekjes vertonen? Het lijkt soms of ik de enige ben die het merkt, maar ik weet dat er meer mensen zijn. Dat moet wel. Vele theorieën heb ik voorbij horen komen: uitbarstingen van agressie, camera’s in de school, het ‘gewoon leraarzijn’… Toch denk ik dat er iets anders aan de hand is. Mogelijkerwijs is er op school sprake van bovennatuurlijke activiteit. Na wat onderzoek heb ik ontdekt dat er een leylijn1 onder de Sint-Jan door loopt. Deze leylijn is groot en loopt van Stonehenge naar Externsteine(D). Ook ben ik achter de reden gekomen van de plaats van deze kathedraal. Dit is namelijk één van de kathedralen waarbij bij de bouw rekening is gehouden met de lijnen. Dit is namelijk een kruispunt. Kruispunten van leylijnen zijn erg populair onder de bovennatuurlijken. Leylijnen staan namelijk ook bekend om de sterke energie die ze bevatten. Maar goed, dit lijkt me dus een zeer logische verklaring voor de vreemde gewoonten van de leraren. De school gebruiken ze eigenlijk als dekmantel voor hun werkelijke aard, om vervolgens aan de andere kant van de stad energie te verzamelen en te gebruiken voor doeleinden waar wij, de gewone mens, alleen naar kunnen gissen. Niemand zal denken dat een leraar op het Stedelijk Gymnasium in werkelijkheid bovennatuurlijk is! Om u, en alle verdere lezers van dit artikel, een idee te geven waar u op zou kunnen letten, hier een paar voorbeelden: Om te beginnen kies ik meneer Oltmans. Alle leerlingen die hij lesgeeft, weten dat hij iets heeft met stokken: het maakt niet uit van wat voor materiaal, hoe lang of hoe breed. Van aanwijsstokken tot heipalen. Met deze stokken slaat hij vooral op de tafels om de leerlingen te laten opletten (of om ze te laten schrikken). Nu is mij dus ook opgevallen dat hij veel mensen ‘pannenkoek’ noemt, alsof hij zou willen dat ze dat waren. Dit kan toeval zijn, maar daar geloof ik niet in.
1
Een specifieke soort energielijnen waar christenen en heidenen hun heiligdommen op plaatsten. 20
Mijn redenering voor dit gedrag: hij kan niets anders zijn dan een tovenaar. Stokken plus woorden is gelijk aan toverspreuken. ‘Tovenaar’ is maar één van de categorieën. Om uw kennis te vergroten zal ik nog twee andere voorbeelden geven. Lichamelijke opvoeding is één van de minst geliefde vakken op het Stedelijk Gymnasium. Toch is meneer Van der Velden niet te stuiten. Heeft u hem wel eens zien basketballen? Geen enkele keer mis. Heeft u hem wel eens iets voor zien doen (denk aan trampoline, turnen, etc.)? Nog nooit. Alsof hij iets te verbergen heeft… Zou het niet geweldig zijn om zo krachtig te zijn als een beer en zo snel te zijn als een poema, als je weet dat vampiers deze gaven ook hebben? Zou het met elkaar verbonden zijn? Het kwam vaak voor dat leerlingen in de aula (en daaromheen) werden betrapt op het gebruik van mobiele telefoons. Door wie? Door onze steun en toeverlaat, Henk. Zou dit zomaar zijn? Helaas denk ik van niet. Zijn timing is zó goed, dat ik niet anders kan verwachten dan dat hij Argus zelf is: de man met de honderd ogen. Het lijkt mij dat de rector hem ingehuurd heeft om de leerlingen in de gaten te houden. Zou dit er op wijzen dat meneer De Kleijn ook een bovennatuurlijke is? Tot mijn spijt kan ik deze vraag niet beantwoorden… U heeft nu redelijk voor ogen wat er aan de gang kan zijn onder onze neus. Ik wil u er echter op wijzen dat vampiers, tovenaars of andere bovennatuurlijken niet per se gevaarlijk zijn voor de leerlingen. Tovenaars hoeven ons niet dringend te betoveren en vampiers kunnen gerust dierenbloed drinken (lees Twilight maar). Dit artikel heb ik vooral geschreven om u in te lichten. Paranoïde worden hoeft niet, aangezien de (mogelijk) bovennatuurlijken mij niet bloeddorstig lijken. Ik schreef het hierboven ook al, maar ik wil u er toch nog even op wijzen dat dit een theorie is. Alleen een hersenspinsel. Wat zouden we moeten zonder deze fantasie?
Door: Beau Visser
21
Irritaties en ergernissen op het Stedelijk Per week breng ik zo’n 30 uur door tussen de muren van het Stedelijk Gym en dat is genoeg om alle kleine details die irritant of onhandig zijn, op te merken. Medeleerlingen zullen het herkennen: van die kleine ergernissen, eigenlijk niet echt belangrijk maar toch ongelooflijk irritant. Je ergert je aan sommige dingen wel bijna dagelijks, maar zou niet eens op het idee komen om te klagen over bijvoorbeeld een wiebelende stoel. Maar na jaren op deze school wil ik dan toch eens mijn frustraties kwijt, wat ik zal doen in dit artikel. Een dag op school begint natuurlijk met het binnenkomen van het gebouw en hier komt soms al de eerste ergernis: als het erg koud is buiten, wordt de voordeur dicht gedaan. Juist wanneer je geen zin hebt om extra lang te doen over je tochten tussen hoofdgebouw, TFB en Duhamel, moet je dit wel. Geïrriteerd loop je naar je kluisje op de eerste verdieping, maar hier kom je de tweede ongehoorzame deur tegen: je had de trap bij de lift genomen, maar één van de deuren die hiervan naar de eerste verdieping leidt, gaat stroef open, wat tot vertraging en genante deurconflicten leidt. Uiteindelijk is het tijd om naar je les te gaan, en je loopt naar één van de TV-schermen om te zien naar welk lokaal je moet gaan. Het scherm laat je de TL’s en OW’s van eerste-, vijfde- en tweedeklassers een keer of drie zien voor uiteindelijk de roosterwijziging verschijnt. Verheugd kijk je naar je eigen kolom, maar nog voor je ogen het juiste vakje gevonden hebben, hebben de roosterwijzigingen alweer plaats gemaakt voor de aankondiging van een schoolfeest. Na al dat staan voor het TV-scherm kon je uiteindelijk vijf minuten te laat de les binnen. Het uur dat volgt is ontzettend saai. Regelmatig werp je een blik op de muren om de klok te zoeken, maar helaas zit je weer in één van de lokalen waar geen klok hangt. Zuchtend ga je weer recht zitten om aan je opgaven te werken, waarbij de stoel wiebelt omdat één van de poten zijn kussentje mist. Je tafel blijft ook maar twijfelen over wat nu horizontaal is. Je hoopt snel verlost te worden door de bel, maar de bel blijkt helemaal niet te komen: je had namelijk les in het TFB en daar gaat de bel helemaal niet! Gelukkig is het volgende uur een tussenuur, hopelijk met minder irritaties. Als een ijverige leerling ga je naar de mediatheek. Helaas blijkt de helft van de computers al gereserveerd te zijn voor een klas die er niet is, zodat de rest van de mediatheek bijna vol zit. Uiteindelijk weet je toch nog een computer te bemachtigen. Je gaat zitten op je plekje en het valt je op hoe niet-ergonomisch-verantwoord je houding is: de tafel 22
staat te hoog, het toetsenbord te dichtbij, en dan is er ook nog de muis met een scrollwieltje dat stroef draait. Gelukkig hoef je hier maar 50 minuten te zitten. Over tijd gesproken: hoe laat is het nu eigenlijk? Je kijkt even op de klok en krijgt spontaan hoofdpijn van de wiebelende “6”. Toch maar het klokje op je scherm dan. Je start internet explorer op en wil naar de schoolsite gaan. Je komt echter op een of andere rare pagina terecht omdat je de “www” voor “sgdb.nl” was vergeten. Je verbetert de fout en kijkt even op de roosterwijzigingen. Helaas kun je de roosterwijzigingen voor morgen nog niet bekijken: deze staan “pas vanavond laat op de site”. Magistermail checken sla je maar over, want zoiets duurt uren, met de vele laadschermpjes waar je doorheen moet voor je uiteindelijk je mail kan bekijken. Je gaat naar je normale mail en krijgt een bericht dat jouw versie van internet explorer “niet meer ondersteund wordt”. Wanneer je op een link in een mail klikt, wordt die geblokkeerd, omdat er “spel” in de url stond. Jammer, maar het is ook tijd om aan je huiswerk te beginnen: je start TiO op en schrijft een leuk stukje. Nadat je wat geschreven hebt, wil je even weten hoeveel woorden je nu hebt. (Er was namelijk een maximum opgegeven.) Onhandig is alleen dat TiO zelf geen woordenteller heeft en je je tekst natuurlijk niet kunt kopiëren naar Word, dus moet je al je woorden met de hand tellen. Tegen de tijd dat je daarmee klaar bent, is het uur alweer afgelopen. Je sluit TiO af en hoopt maar dat je tekst er morgen nog is. Het is nu in ieder geval tijd voor pauze! Je loopt naar het TFB en hebt wel behoefte aan een lekker warm drankje. Geen cup-a-soup: je herinnert je namelijk nog de abstracte drab die je gisteren kreeg onder de naam “tomatensoep”. Het wordt dus koffie, ook al is die dan smaakloos en met je de dubbele prijs betalen als je suiker wilt. Je gaat dus naar de koffieautomaat. Bij gebrek aan contant geld gooi je een 1euromunt in de automaat, die helaas niet kan rekenen: bij je tegoed wordt slecht één cent opgeteld. Je probeert je geld terug te krijgen, maar dit kan niet. Als je een blik op de zijkant van de automaat werpt, zie je dat er sowieso geen bekertjes waren om je koffie in te doen. Dit gaat te ver. Je bent al de hele dag geplaagd door allerlei zaken in de school en eist verandering. Boos ga je op weg naar de vierde verdieping om te klagen - je weet niet precies waarover, maar er moet geklaagd worden. Terwijl je de vele trappen beklimt, komt in je hoofd het idee op dat de leraren zich, door zich zo hoog mogelijk te nestelen, al beschermen tegen klagende leerlingen: tenslotte wordt de drempel om je beklag te doen zo letterlijk hoger. Halverwege de tocht naar boven moet je ook nog van trap wisselen omdat je maar met één trap de vierde verdieping op mag. 23
Uiteindelijk bereik je die: je doet de deur open, loopt naar binnen en probeert de deur weer netjes achter je dicht te doen. Dat gaat echter niet: op de een of andere manier werkt de deur tegen. Nou ja, je bent er in ieder geval. Met een verwachtingsvol gezicht wacht je totdat je geholpen wordt. En je wacht en je wacht. Uiteindelijk gaat de bel en moet je weer naar je les. Zuchtend constateer je dat deze school niet gemaakt is voor leerlingen. Door: Younes Foukalne He: Dan word ik van school getrapt, en dan heb ik geen salaris meer, en dan kan ik mijn huis niet meer betalen! Daan: En dan moet u in een bejaardentehuis gaan wonen! He: Pardon? Jules B.: Op het strand zag ik twee golven zo naar elkaar toe gaan en toen.. He: En toen ging jouw haar zo overeind staan? (Jules had een kuif) klas: Heeft U de proefwerken al nagekeken? Bs: Nee, ik ehmm… Karel: Ben lui! Pim: Sam, wij samen? Bg: Pim, even stil, er wil toch niemand met jou samen. Wa: Vindt iemand zijn nieuwe plaats nog vervelend? Twan: Ja, ik vind het vervelend om naast Naome te zitten. Naome:Nou, dan ga je maar op de grond zitten Wa: Je maakt je niet erg geliefd met deze opmerking Wa: Sommige leerlingen schrijven zelfs dit op. Dat vorige was al fout, maar dit is nog veel fouter. Dit is fout in het kwadraat zegmaar. En dan trek ik meer punten van de som af dan je ervoor kon krijgen. En dat kán bij wiskunde. He: Ja Twan? Twan: Meneer, mag ik misschien effe gaan schijten? He: Als je het daar niet mee eens bent, ga je maar naar de minister. Interesseert me geen hol.
24
De kerncentrale – Deel één: Meltdown Hoofdstuk 1: De jongen zonder dromen Een druppel gleed aan de buitenkant van het raam naar beneden. Een man zat eenzaam aan zijn bureau naast het raam te gluren naar de druppel, die zich rustig richting de vensterbank bewoog. De druppel verdween uit het zicht, maar werd vrijwel meteen gevolgd door andere druppels, alle verschillend van elkaar op minuscuul niveau. De man zuchtte en keek naar de lucht. Een groene gloed hing over de kerncentrale waar zijn kantoor zich bevond. Voordat hij opstond zuchtte de man nog eens. Hij liep zijn kleine kantoortje uit en stootte bijna de eenzame kamerplant in de hoek om toen hij de deur dicht deed. De man was jong, maar zijn ogen straalden ouderdom, wijsheid en bovenal vermoeidheid uit. Een week in dit ten dode opgeschreven complex had hij volgehouden. Het enige vleugje hoop dat hij nog overhad was de hoop op ontsnapping. De hoop dat hij hier zo snel mogelijk vandaan mocht. Deze kerncentrale was dood. Niet alleen figuurlijk, zoals de werknemers illustreerden met hun nutteloze bezigheden, maar ook letterlijk, sinds het incident een week geleden. Dit incident begon oorspronkelijk een aantal maanden geleden, toen de kerncentrale besloot rondleidingen te verschaffen aan nieuwsgierige snotneuzen in hun tienerjaren. Dit was een oorzaak, maar niet de aanleiding. De aanleiding lag bij een arme jongen die zijn leven doorbracht in de mislukte illusie dat niemand om hem gaf. De jongen met de naam Colin Smith was de ongelukkige winnaar van dit ticket richting zijn (en hun) ondergang. Op een regenachtige dag een week geleden was deze jongen met de bus tussen zijn nietsvermoedende klasgenoten plannen aan het smeden voor zijn aankomende dood. Kerncentrales hadden hem altijd al gefascineerd, en deze excursie, die ongelukkig was gepland in het midden van zijn depressie, gaf hem een mooi opstapje naar de hemel. Samen met zijn vrienden liep hij richting de kerncentrale, grappend dat de torens leken op tepels. Toen de rondleider even niet oplette sneed Colin zich af van de groep. Hij rende langs de onwetende bewaking en volgde het pad naar een van de hogere kantoren. Colin liep het kantoor binnen van een belangrijk persoon binnen het bedrijf die erg toevallig een koffiepauze hier elders in het gebouw. De jongen rende het balkon op en klom omhoog. Daar keek hij uit over het door bergen omringde gebied, en even, een fractie van een seconde, genoot hij van het uitzicht en zag af van zijn beslissing zichzelf te wissen uit de geschiedenis. De jongen kwam toen weer bij zinnen en keek rond. Hij schuifelde richting de rand en nam een grote hap adem. Terwijl zijn wangen rood opgloeiden van de koude buitenlucht die zijn gezicht 25
streelde, tilde hij zijn voet op en stapte over de rand. Daar vloog hij, de jongen zonder dromen, door de lucht, rustig naar beneden, alsof de wetten van de zwaartekracht speciaal voor hem een uitzondering maakten. Jammer genoeg deden ze dit niet, en de jongen slingerde naar beneden. Zijn hoofd raakte het controlepaneel dat in de buitenlucht was gebouwd voor het geval dat de normale controlekamer niet meer luisterde naar de draadjes die door de poppenspeler achter de knoppen werden gespannen. Een grote scheur verscheen niet alleen in het hoofd van de arme jongen die al lang weg was gedroomd, maar ook in het metalen controlepaneel. De kortsluiting in het brein van de depressieve Colin werd misschien wel overgedragen naar het controlepaneel, want de kortsluiting in het controlepaneel door de knal zorgde ervoor dat het koelsysteem in het reactorvat faalde. Het falende koelsysteem ontketende een immense druk in het reactorvat. De druk zorgde voor een explosie in de reactorkamer, die de fundering van de eerste toren van de twee liet inzakken. De druk en oververhitting lieten een gat in de reactorkamer smelten, waardoor er radiatie vrij naar buiten werd geslingerd, de wijde regio in. Gelukkig was deze kerncentrale gevorderd genoeg om van muren en ramen te zijn opgebouwd die redelijk tegen de straling konden. Deze meltdown veroorzaakte een automatische lockdown van alle deuren. Ze gingen op slot en konden alleen geopend worden via buiten. Dus daar zat hij dan, Jake Ridgewell, de zuchtende man in het trieste kantoortje, veilig te staren naar de druppels die wedstrijden hielden naar de onderkant van het raam. De zuchtende man die op was gesloten in een nucleaire faciliteit vanwege de meltdown. Zijn zuchten zou snel ophouden, want voor hij het wist zou hij de leiding hebben over de kleine maatschappij die zou ontstaan in dit gebouw. Wil je de rest van het verhaal lezen? Ga dan naar http://dekerncentrale.blogspot.nl/. Elke zaterdag komt een nieuw hoofdstuk uit. Door: Loek Iedema Ps: Dit is best wel irritant, Twan. Twan: Kan ik me voorstellen. He: Jullie moeten echt stil zijn. Ik heb last van mijn keel, en ik heb zo veel Fisherman’s Friends staan vreten dat ik nu last heb van mijn buik.
26
X-factory Van klaslokaal tot opnamestudio Alweer een tijdje geleden ging het enige muziek-cluster uit klas 4 voor het project X-factory naar een opnamestudio. X-factory is een project waarbij de klas in twee groepen wordt opgedeeld die ieder een platenmaatschappij nabootsten. Iedereen heeft een taak gekregen als bijvoorbeeld producer, manager, stylist, mensen van de PR en de artiest. Meneer Van Straaten is de baas van de platenmaatschappij. Ik interviewde de artiest Sara Bax.
Hoe ben jij de artiest geworden? We hebben ‘’audities’’ gedaan en ongeveer acht mensen deden daaraan mee. Ik deed ook mee, want ik wilde het heel graag. Toen kreeg ik de meeste stemmen.
Zit je op zangles of doe je iets anders? Helemaal niks. Ik doe wel mee met de musical, maar heb nooit zangles gehad of iets dergelijks.
Speel je een instrument? Ja, ik zit al een aantal jaar op cornetles, en ik heb mezelf ook piano leren spelen en met hulp van mijn vader ook gitaar. Dat doe ik pas een half jaar ofzo, piano wel iets langer.
Wat vind je het leukste van deze opdracht? Het opnemen in de opnamestudio, dat was echt vet. We gingen daar op een woensdag tijdens school heen. We gingen naar een studiootje in Den Bosch. De tekst hadden we zelf gemaakt, ik samen met Wout en Vivian. Het was op de melodie van het liedje ‘’Father & Friend’’ van Alain Clark. Dan sta je daar in zo’n studiootje, daar wordt je heel goed geholpen door de mensen en door Manuel, in dit geval, dat was de baas van de
27
studio. Dan zing je gewoon een liedje een heleboel keer, en zij fixen het verder.
Wat vind je het minst leuke aan de opdracht? Nou, je denkt van tevoren dat je als artiest veel te zeggen hebt, en dat is ook wel zo, maar het moeilijkste is juist de samenwerking. Iedereen mag meebeslissen over het liedje. Zelf vond ik het liedje niet heel goed bij mijn stem passen, maar de andere mensen wilden wel heel graag het liedje, dus uiteindelijk hebben we toch die gekozen. Ik vond het uiteindelijk wel superleuk, hoor, maar toch denk je dan dat het beter een ander liedje had kunnen zijn.
Zou je in de toekomst meer willen doen met zingen? Ja, ik vind het echt supergaaf. Van tevoren ben je heel zenuwachtig, maar dan sta je daar en dan is het weg en dan vind ik het echt heel gaaf. Bij ‘Ja zuster, nee zuster’ zat ik in het orkest en bij ‘Aïda’ zat ik in het ensemble en nu doe ik weer mee. Ik heb ook meegedaan aan de bandmeet en dat was echt superleuk. Bij de toegift zong iedereen mee en ik kreeg echt een kick. Ben je nu benieuwd naar het liedje? Het staat op Soundcloud.com, het liedje heet ‘Alles vanzelf’ en Sara’s artiestennaam is Saround. Door: Tessa Scherphof He: Naome, wat doe je daar? Naome: Ik zwaai naar die zwerver daar. Daan: Sinds wanneer hebben zwervers Ipods? He: Sinds zwervers kunnen zakkenrollen. Daan: En sinds wanneer weet U dat zwervers kunnen zakkenrollen? He: Weet je hoelang ik zwerver ben geweest? Nw: Bart-Jan, ga d’r maar uit! Bart-Jan: Ja maar ik heb schimmel aan mijn vinger! Nw: Dat verwondert mij niet. Dus met jouw verwijdering wordt het hier een stuk schoner. Met deze schone atmosfeer kunnen we verder gaan met de les. Ba: Als je plaatjes hebt getekend in je schrift, krijg je daar aftrekpunten voor, zeker als het pornografische plaatjes zijn. 28
Waarom? Waarom is de lucht zo blauw? Waarom zeg je als je pijn hebt au? Waarom schijnt de zon? Waarom zei zij gefeliciteerd toen ik won? Zoveel vragen heeft de mens. Om alles te weten, dat is onze liefste wens. Waarom is groen de kleur van gras? Waarom verlaten wij deze klas? Waarom verander je als je ouder wordt? Waarom ben je lang, gemiddeld of kort? Zoveel vragen heeft de mens. Om alles te weten, dat is onze liefste wens.
Door: Tamira van Pinxteren
29
Zing mee in het Latijn! Hieronder staat een aloud Nederlands lied, vertaald in het Latijn. Probeer er eens achter te komen, welk lied het is. Lever je oplossing zo snel mogelijk in bij iemand van de Feuniks (eventueel via de klassenmentor).
Apud ripam Eridani non procul a Tartaro ecce ranam lacrimantem et parvam in gremio.
"Dulcis puer," dicit parens, "ibi stat ciconia: est necator tui patris, quem edit magna gula."
Puer "Mehercules," inquit, "idne fecit scelestus? Cum postea adolero, eum reddam appelmus!"
Door: W. Desmense
30
31
32