10

reflex ’reflexomat’ compressorgestuurd drukstation Handleiding voor montage, bediening en onderhoud Stand 10/10

reflex ’reflexomat’ Inhoud Algemeen Overzichtsweergave, typecodering Bedieningspaneel Algemene veiligheidsinstructies

3 4 5

Montage Levering Opstelplek Opstelling ’reflexomat’-vaten, expansieleidingen Montage van de besturingseenheid Montage van de nevenstaande compressoren Montagetekeningen Montage van de niveaumeting aan het RG-basisvat Montageschema’s / Bijvulvarianten Elektrische aansluiting

6 6 6 7 7 8– 9 10 10 – 11 12 – 13

Eerste inbedrijfstelling Voorwaarde voor de inbedrijfstelling Berekening van de minimale druk die specifiek is voor de installatie p0 Startroutine Ontluchten van de membranen Controle op lekken Verbinding met het systeem Vaten vullen

14 14 15 – 16 17 17 17 17

Bedrijf Automatische modus Handmatige modus Stopmodus Gebruikersmenu Servicemenu Standaardinstellingen Poort RS 485 Meldingen

18 18 18 19 – 22 23 23 24 25

Onderhoud, controle, demontage Onderhoudshandleiding Demontage Controle vóór inbedrijfstelling Controletermijnen

26 26 26 26

Algemene beschrijving Werking Bedrijfsparameters Maten, gewichten

27 27 28 – 29

Reflex-servicedienst

30

Certificaatsnummers

30

Notities

31

Conformiteitsverklaring

32

Montage-, onderhouds- en inbedrijfstellingcertifcaten

33

reflex ’reflexomat’ Algemeen

Overzichtsweergave

12 3

1

2 4

5

11 12

1 3

10

2 Water in het membraan

4 5 6

13 3

9 13 9

7

8

’reflexomat’ VS-besturingseenheid

7 RG-basisvat

1 VS-besturingseenheid

6 RG-basisvat

2 Compressor

7 Flexibele aansluiting

3 Schakelkast met bedieningspaneel

8 Drukmeetvoet (niveaumeting)

4 Druksensor

9 Systeemaansluiting

5 Magneetventiel (lucht)

10 Membraan 11 Luchtruimte 12 Veiligheidsklep 13 Aftapper condenswater

Typecodering

Compressortype Aantal compressoren Koppelvat ’reflexomat’ VS 90 / 1, RG 1000 l, RF 1000 l Vatafmeting Basisvat

8


Bedieningspaneel (vanaf VS 90/2)

LCD-display Niveau-indicator Indicator van het actuele vulpeil in het RG-basisvat (6), knippert bij niveaustoring Drukindicator Weergave van de actuele druk in de installatie, knippert bij drukstoring

Functie-led’s

Werkmodustoetsen Handmatige modus (pag. 18) Stopmodus (pag. 18) Installatie buiten werking

Bijvulling (optie), brandt als moet worden bijgevuld

hand

Overstroommagneetklep (5)

stop quit

ok

auto

4

Automatische modus (pag. 18)

Overstroommagneetklep (alleen gebruikt bij speciale uitvoeringen)

menu

Oproepen van het gebruikersmenu (pag. 19)

error

Compressor ( 2) Compressor (alleen gebruikt bij systemen met 2 compressoren)

Besturingstoetsen

min. waterstand in het RG-basisvat ( 6)

In het gebruikersmenu Parameterinvoer afbreken, gebruikersmenu verlaten

Error-led, signaleert meldingen en het schakelen van het potentiaalvrije contact

Tijdens automatische, handmatige, gestopte modus Meldingen (bijv. “ER06 Bijvultijd overschreden”) bevestigen Door de startroutine bladeren, door het gebruikersmenu bladeren, parameters wijzigen Parameter selecteren, invoer bevestigen

Opmerking: betekent in het verdere verloop van de montage-, bedieningsen onderhoudshandleiding “toets indrukken”



Bedieningspaneel (VS 90/1)

45 %

2.2bar

“auto”-led “error”-led


Algemene veiligheidsinstructies reflex ’reflexomat’ is een compressorgestuurd drukstation, die in feite uit een of meerdere ’reflexomat’ besturingseenheiden met druksensor, compressor en overloopmagneetklep bestaat, en een of meerdere ’reflexomat’ vaten. Een membraan scheidt het vat in 2 delen: een ruimte voor water en een ruimte voor gas met drukkussen. De gekozen technische specificatie voor tegemoetkoming aan de fundamentele veiligheidseisen van bijlage I bij Richtlijn 97/23/EG wordt vermeld op het typeplaatje of in de conformiteitsverklaring. De conformiteit in bijlage bevestigt dat het product conform is aan de EU-richtlijn 27/23/EG over drukapparaten en 89/336/EG over de elektromagnetische compatibiliteit. Montage, bediening, controle vóór inbedrijfstelling, periodieke controles conform de nationale voorschriften, in Duitsland conform de Duitse verordening inzake veilig werken. In overeenstemming hiermee moeten montage en bediening door geschoold personeel en speciaal daartoe opgeleide werknemers volgens de nieuwste technische eisen worden uitgevoerd. Conform de eisen van de Duitse verordening inzake veilig werken moeten na ingrijpende wijzigingen aan de installatie en na periodieke controles, de vereiste controles door de operator worden uitgevoerd alvorens de installatie weer in gebruik te nemen. Zie het hoofdstuk “Controletermijnen” voor de aanbevolen controletermijnen conform §15 (5) van de Duitse verordening inzake veilig werken en de indeling van de ’reflexomat’ RGbasisvaten en RF-koppelvaten in tabel 2 van de richtlijn 97/23/EG. Alleen RG-basisvaten en RF-koppelvaten zonder zichtbare schade aan het druklichaam mogen worden geïnstalleerd en gebruikt. Een spanningsvrije (momentvrije) installatie is verplicht. Een extra belasting via buisleidingen of apparaten is niet toegestaan. De correcte montage en inbedrijfstelling moeten bevestigd worden in het montage-, onderhouds- en inbedrijfstellingscertificaat (→ pag. 33). Dat is een voorwaarde voor de garantieclaims. Wij bevelen aan om zowel de eerste inbedrijfstelling als het jaarlijkse onderhoud door uw reflex-servicedienst (→ pag. 30) te laten uitvoeren. Wijzigingen aan de besturingseenheid of de ’reflexomat’-vaten, zoals bijv. laswerkzaamheden of ingrepen in de schakeling, zijn niet toegestaan. Bij vervanging van onderdelen mogen er uitsluitend originele onderdelen van de fabrikant worden gebruikt. Vooral de veiligheidsklep en compressor zijn qua constructie op elkaar afgestemd. Parameters in acht nemen Gegevens over de fabrikant, het bouwjaar, het productienummer zijn samen met de technische gegevens te vinden op het typeplaatje op de ’reflexomat’ RG-basisvaten en de ’reflexomat’ RF-koppelvaten. Neem gepaste veiligheidsmaatregelen om het functioneren binnen de op pag. 27 opgegeven toegestane maximale en minimale bedrijfsparameters (druk, temperatuur, elektrotechnische gegevens) te waarborgen. De toegestane elektrotechnische gegevens en werkingsdrukwaarden voor water en gas mogen niet worden overschreden, noch tijdens de werking noch tijdens het bijvullen. Corrosie, incrustatie ’reflexomat’-vaten zijn van staal gemaakt en gecoat aan de buitenkant. Binnenin verhindert een membraan rechtstreeks contact tussen het oververzadigingswater en de wanden van het vat. Bij de wanddiktes van de vaten met technische specificatie AD 2000 (→ typeplaatje) werd rekening gehouden met een toename door corrosie van 0,1 mm. De vataansluitingen zijn ruw aan de binnenkant. Gebruik van de vaten is enkel toegestaan in atmosferisch gesloten systemen met niet-corrosief en chemisch niet-agressief en niet-toxisch water. Beperk tijdens werking de toevoer van zuurstof uit de lucht in het hele verwarmings- en koelwatersysteem (door permeatie, bijvulwater, enz.) tot het strikte minimum. Waterbehandelingsinstallaties moeten volgens de nieuwste technische normen worden ontworpen, geïnstalleerd en bediend. Thermische beveiliging In verwarmingsinstallaties met heet water, waarbij werknemers met te hoge oppervlaktetemperaturen in aanraking kunnen komen, moet de operator in de buurt van de ’reflexomat’-installatie een waarschuwing aanbrengen. Opstelplek Er moet nagegaan worden of de opstelplek voldoende draagvermogen heeft als het ’reflexomat’ RGbasisvat en het ’reflexomat’ RF-koppelvat volledig met water gevuld worden. Opstelling in gebieden met aardbevingsrisico’s is niet toegestaan. De opstelplek moet vorstvrij zijn en zodanig verlucht, dat er geen opvallende condens ontstaat aan de condenswateraftapping. Voor het afvoerwater moet een afloop worden voorzien, zo nodig gecombineerd met een koudwatermengsysteem. Elektrische aansluitingen De elektrische bekabeling en de aansluiting moeten door een vakman worden uitgevoerd conform de geldige plaatselijke EVU-, VDE- en EN-voorschriften. Voor het uitvoeren van werkzaamheden aan elektrische componenten moet de installatie spanningsvrij worden geschakeld. Niet-inachtneming van deze handleiding en in het bijzonder van de veiligheidsinstructies kan leiden tot onherstelbare schade en defecten aan de ’reflexomat’, kan gevaren voor lichamelijk letsel opleveren en de goede werking van het vat in het gedrang brengen. Bij niet-inachtnemingen vervallen alle claims inzake garantie en aansprakelijkheid.

5

reflex ’reflexomat’ Montage

Levering Opmerking: Controleer onmiddellijk na ontvangst de levering op volledigheid en eventuele beschadigingen! Transportschade moet onmiddellijk worden aangetoond! De levering wordt beschreven op de leverbon en de inhoud wordt op het karton aangegeven. Voor de functie van noodzakelijke hoofdonderdelen (→ v. pag. 3) – RG-basisvaten met membranen en veiligheidsklep – ’reflexomat’ VS-besturingseenheid Mogelijke opties – RF-koppelvat – Membraanbreukmelder (hetzelfde aantal als het aantal ’reflexomat’-vaten) – magneetklep + kogelkraan (bijvulling) – reflex ’fillset‘ (bijvulling) – reflex ’fillset‘ met contactwaterteller – Wandconsole – Extra module (vanaf VS 90/2) – Communicatiemodule (bedieningspaneel voor afstandbediening; vanaf VS 90/2) – Master-Slave schakeling (in de schakelkast van de ’reflexomat’ gemonteerd; vanaf VS 90/2) – Bus-module (vanaf VS 90/2) Opstelplek – Opstelplek vastleggen. 6

Voorwaarden voor de opstelplek: – Vorstvrije, goed doorluchte ruimte – Kamertemperatuur > 0 tot max. 45 °C – Geen toegang voor onbevoegden – Vlakke vloer met draagvermogen en met ontwateringsmogelijkheid – Geschikte elektrische voeding conform geldige VDE-richtlijnen en de gegevens op pag. 12 – Vulaansluiting, min. DN 15 conform DIN 1988 T 4 Opstelling ’reflexomat’-vaten, expansieleidingen RG-basisvat en RF-koppelvaten moeten zo worden opgesteld, dat bezichtigingen en reparaties zonder problemen kunnen worden uitgevoerd. Alle flensopeningen zijn bezichtigings- en montageopeningen! Letten op voldoende afstand aan de zijkanten en het plafond. De vaten moeten loodrecht en vrij staan. Een spanningsvrije installatie is verplicht. Een extra belasting via buisleidingen of apparaten is niet toegestaan. Ze moeten bij batterijschakelingen op hetzelfde niveau worden opgesteld, en aan de luchtkant door de geleverde vooraf gemaakte of door de installateur gemaakte luchtleidingen te verbinden (→ pag. 8-9). De verbinding van de vaten onder elkaar moet voor elk vat afsluitbaar en aftapbaar voorzien worden. Voor het onderhoud moet elke vataansluiting aan de kant van het water voorzien worden van een afsluiter en een aftapinstallatie. De inbinding van de expansieleiding van de ’reflexomat’ in het net moet zeker bij verwarmingsinstallaties op de koudere retourleiding (max. 70 °C) op een zo groot mogelijke afstand van de warmtebron tot stand worden gebracht. Hoe kleiner de temperatuurbelasting, des te geringer is de gaspermeatie via de membranen! U moet de volgende minimale nominale breedtes voor de expansieleidingen respecteren: Expansieleiding

DN 25 DN 32 DN 40 DN 50 DN 65 DN 80 DN 100 1 1¼“ 1½“ 2

Q /kW

2100

3600

4800

7500

14000 19000

29000

1400

2500

3200

5000

9500

20000

Lengte ≤ 10 m

Q /kW Lengte > 10 m ≤ 30 m

13000

Voor inbedrijfstelling van de ’reflexomat’ geen water bijvullen en de vaten gescheiden van het net houden (afsluiter gesloten). De vaten mogen niet worden vastgeschroefd, de gaten in de voeten worden slechts gebruikt als transportbeveiliging.


Montage van de VS-besturingseenheid VS-besturingseenheid bestaat uit: opnamebeugel, schakelkast, compressor, magneetklep en druksensor (compressoren > K 150 nevenstaand). Tot 800 liter/6 bar RG-basisvat: Besturingseenheid wordt op de opnamebeugel met de meegeleverde veerringen en moeren op het RG-basisvat bevestigd. Bij de RG-basisvaten < 600 l is de besturingseenheid al in de leveringstoestand gemonteerd. Compressoren vanaf K 300 en tweede, derde ... compressoren staan zeker naast elkaar.

VS-besturingseenheid op het vat

Wandconsole met 3 m lange verbindingsslangen

Een muurconsole met extra slangen kan optioneel voor de besturingseenheid van het vat van 800 lit worden ingezet. U vindt meer informatie in de volgende montagetekeningen.

350, 500, 750 liter/10 bar en vanaf 1000 liter RG-basisvat: Besturingseenheid voor het RG-basisvat op de middelste brug stevig inhangen en aan de onderste containerbrug met de meegeleverde schroeven bevestigen.

VS-besturingseenheid VS-besturingseenheid voor het vat, compressor voor het vat nevenstaand

Compressoren vanaf K 300 en tweede, derde ... compressoren staan zeker naast elkaar. U vindt meer informatie in de volgende montagetekeningen.

Montage van nevenstaande compressoren

7

VS-besturingseenheid voor het RG-basisvat, compressoren nevenstaand

Nevenstaande compressoren moeten aan de luchtzijde met het vat en elektrisch met de schakelkast verbonden worden. De compressoren worden op een console (levering reflex) geschroefd, die moet opnieuw op de bodem worden bevestigd. U vindt meer informatie in de volgende montagetekeningen.

RG-basisvat

RF-koppelvat


Montagetekeningen Volgende tekeningen geven de verschillende montagevarianten weer. Montage van de compressoren op het RG-basisvat (VS 90/1 of VS 150/1 tot RG 800 l/6 bar)

Montage van de compressoren naast het RG-basisvat (VS 300/1, VS 400/1 of VS 580/1 tot RG 800 l/6 bar)

Achteraanzicht

Achteraanzicht

naar de magneetklep

Druksensor van de compressor Veiligheidsklep

naar de magneetklep Veiligheidsklep

Druksensor van de compressor

8

Montage van de compressoren voor het RG-basisvat (VS 90/1 of VS 150/1 bij RG 350, 500, 750 l/10 bar en vanaf 1000 l)

Montage van de compressoren naast het RGbasisvat (VS 300/1, VS 400/1 of VS 580/1 bij RG 350, 500, 750 l/10 bar en vanaf 1000 l) Veiligheidsklep

van de compressor

Veiligheidsklep

naar de magneetklep naar de magneetklep

van de compressor

Druksensor

Druksensor


Montage van een compressor en een compressor naast het RG-basisvat (VS 90/2 of VS 150/2 bij RG 350, 500, 750 l/10 bar en vanaf 1000 l)

Montage van twee compressoren naast het RG-basisvat (VS 300/2, VS 400/2 of VS 580/2 bij RG 350, 500, 750 l/10 bar en vanaf 1000 l)

Veiligheidsklep

van compressor 2 naar de magneetklep

Druksensor van compressor 1

Veiligheidsklep

van compressor 1 naar de magneetklep

van compressor 2 Druksensor

9

Montage RF-koppelvaten Veiligheidsklep

naar de magneetklep

Druksensor van de compressor

reflex ’reflexomat’ Montage Montage van de niveaumeting aan het RG basisvat De niveaumeting pas monteren als het RG-basisvat op zijn definitieve positie staat. De transportbeveiliging (houtblok) aan de voet van het basisvat moet worden verwijderd en worden vervangen door de drukmeetdoos (8). Vanaf vatgrootte 1000 l (Ø 1000 mm) moet de niveaumeting bevestigd worden met de meegeleverde schroeven. Vooraanzicht

Bovenaanzicht

– Transportbeveiliging verwijderen – Oliedrukmeetdoos eronder schuiven en vanaf vatgrootte 1000 l (Ø 1000 mm) aan de voet vastschroeven

– Letten op vrije positie! – Zuigers niet kantelen!

OPGELET Opdat de niveaumeting perfect kan werken, moet er zonder uitzondering rekening worden gehouden met volgende punten: – Vat moet loodrecht en vrij op een vast vlak oppervlak staan (niet vastschroeven, vastzetten in beton enz.)! – De nulmeting van het niveau mag pas dan gebeuren, als het vat uitgelijnd en leeg is! 10

– Na de montage van de niveaumeting de voet niet belasten met schokken (bijv. bij het opstellen/vastlassen van het vat)! Niet-inachtneming van deze richtlijnen kan zowel meetfouten veroorzaken als leiden tot verstoorde functies en beschadigingen aan de niveaumeting! Info niveaumetingen:

RG 200 l RG 300 - 500 l RG 600 - 1.000 l RG 1.500 - 2.000 l RG 3.000 - 5.000 l

: : : : :

00000-

4 bar 10 bar 25 bar 60 bar 100 bar

Montageschema’s, Bijvulvarianten Voorbeeld: ’reflexomat’ met RG basis- en RF-koppelvat bijvulvariant ’control P’

Bijvulwater reflex ’control P’

NS

VSbesturingseenheid

VS 90/2 230 V, 50 Hz vanaf VS 150/2 400 V 50 Hz parametreerbare, potentiaalvrije totale storingsmelding + RS 485

RG-basisvat

Bv. reflex ‘MK Kapkogelkraan’

Bv. reflex ’MK Kapkogelkraan’ P RF-koppelvat

reflex ’reflexomat’ Montage ’reflexomat’ met bijvulvariant ’Magneetklep met kogelkraan’ (zonder pomp)

230 V

reflex ’fillset’

vereiste stroomdruk min. 1,3 bar boven de einddruk van de ’reflexomat’ Bijvulwater

reflex ’MV met kogelkraan’

’reflexomat’ met bijvulvariant ’control P’ (met pomp)

230 V

11 Bijvulwater max. 6 bar

max. 8,5 bar, 120-180 l/h

reflex ’control P’ met pomp en open netscheider-reservoir → Brochure ’control’ bijvulstations

’reflexomat’ + ’servitec’ voor drukbehoud, bijvulling en ontgassing

vereiste stroomdruk ≥ 1,3 bar

reflex ’fillset’ Bijvulwater

230 V

reflex ’servitec’ → Brochure reflex

’servitec’ vacuümsproeibuisontgassing


Elektrische aansluiting De elektrische bekabeling en de aansluiting moeten door een vakman worden uitgevoerd conform de geldige plaatselijke (EVU) en VDE-voorschriften. Voor het uitvoeren van werkzaamheden aan elektrische componenten moet de installatie spanningsvrij worden geschakeld. Aan deze handleiding zijn er uitvoerige elektrische aansluitschema’s toegevoegd, die absoluut gerespecteerd moeten worden. De volgende uitvoeringen gelden uitsluitend voor standaardinstallaties en beperken zich in feite tot de noodzakelijke aansluitingen door de opdrachtgever. – 4 kruisjesschroeven aan de schakelkast (3) losmaken – Deksel openen – Alle kabels die opgelegd moeten worden door de kabelverbinding leiden Opgelet! Uitsluitend inzetten voor de PG-schroefverbinding die hiervoor geschikt is – Alle kabels vastklemmen (→ a. hieronder en e-schakelplan) – Voor de afscherming door de opdrachtgever moet u de aansluitleidingen op pagina 27 bekijken Overzicht klemmenplan op de printplaat - vanaf VS 90/2

I/O printplaat - 1-compressor-installatie

I/O printplaat - 2-compressor-installatie

12

Benaming Voeding (230 V) Voeding (400 V)

Bijvulling (optie) (230 V) Melding droogloopbescherming (potentiaalvrij) Verzamelmelding (potentiaalvrij) Niveaumeting (drukmeetdoos) (8) Contactwaterteller (optie) Drukmeetomvormer (4)

Klem X0 / 1 X0 / 2 X0 / 3 X0 / 1 X0 / 2 X0 / 3 X0 / 4 X0 / 5 4 5 6 13 14

Signaal L N PE L1 L2 L3 N PE Y1 N PE

23 24 25 35 36 37 38 43 44 39 40 41 42

NC COM NO +18 V GND AE PE (scherm) +24 V DC E1 +18 V GND AE PE (scherm)

Opmerkingen Bedrading op het klemblok naast de zekeringen Bedrading aan het klemblok naast de afschermingen - VS 150 - VS 580 (400 V), door installateur te bekabelen

door installateur te bekabelen door installateur te bekabelen, optioneel

door installateur te bekabelen, optioneel

in de schakelkast gelegd, door installateur stekker op drukmeetdoos steken en vastschroeven door installateur te bekabelen, extra op jumperblok J2 de pinnen 7/8 verbinden (zie bovenstaande afbeelding) is gemonteerd

J2 7/8 (vierde van links) bezet → Contactwaterteller kan worden geëvalueerd

reflex ’reflexomat’ Montage Benaming Compressor 1 (2) (400 V)

Compressor 2 (400 V)

Compressor 1 (2) (230 V) Compressor 2 (230 V) Overloopmagneetklep 1 (5) Overloopmagneetklep 2 Poort RS-485

Klem

Beschermklem 6K1 / 2 6K1 / 4 6K1 / 6

Signaal Opmerkingen U VS 150/1 volledig bekabeld, V vanaf VS 300/1 zijn de compressoren W nevenstaand en door de opdrachtgever bij X0 / 6 PE bekabelen 6K5 / 2 U is als nevenstaande compressor 6K5 / 4 V te bekabelen door de opdrachtgever 6K5 / 6 W X0 / 7 PE 15 M1 VS 90/1 volledig bekabeld 16 N 17 PE 18 M2 VS 90/2 van de tweede compressor is 19 N nevenstaand en door de opdrachtgever te bekabelen 20 PE 7 Y2 8 N is gelegd 9 PE 10 Y3 11 N uitsluitend bij speciale installaties 12 PE De poort is op de weergaveprintplaat in de deur van de schakelkast in de linker onderhoek aangebracht. Beschrijving → pag. 24

Overzicht klemmenplan op de printplaat - VS 90/1

13

Benaming Voeding (230 V) Bijvulling (Optie) (230 V) Verzamelmelding (potentiaalvrij) Niveaumeting (Drukmeetdoos) (8) Drukmeetomvormer (4) Compressor 1 (2) (230 V) Overloopmagneetklep 1 (5) Poort RS-485

– – – – –

Klem 1 2 3 10 11 12 13 14 15 19 20 21 22 23 24 4 5 6 7 8 9

Signaal PE N L Y1 N PE COM NC NO PE - Niveau + Niveau PE - Druk + Druk PE N M1 Y2 N PE

Opmerkingen

Scherm Signaal + 18 V Scherm Signaal + 18 V

is gemonteerd

Bij VS 90/1 uitsluitend te gebruiken bij programma-update

Als alle aansluitingen tot stand zijn gebracht, deur van schakelkast sluiten 2 schroeven van de schakelkastdeur aandraaien Stroomvoorziening tot stand brengen Op de display van de besturing verschijnen de installatieversies Bij VS 90/1 mag de externe afscherming maximaal 16 A bedragen

De ’reflexomat’-besturing is klaar voor de eerste inbedrijfstelling.

reflex ’reflexomat’ Eerste inbedrijfstelling

Voorwaarden voor de inbedrijfstelling – De opstelling van de RG- en RF-vaten en de montage van de ’reflexomat’ VS-besturingseenheid is gelukt. – De verbinding met het systeem aan de waterkant is tot stand gebracht.

– Vat(en) mag/mogen niet met water gevuld zijn. – De afsluiter aan de waterzijde naar het vat is gesloten. – De netaansluiting aan de kant van de elektronica is conform geldige VDE en plaatselijke EVU-voorschriften tot stand gebracht. De vul en aftapkraan (tot 800 l aftapper door de installateur aan te brengen) moeten worden geopend voor het ontluchten van de membranen. Berekening van de minimale bedrijfsdruk die specifiek is voor de installatie p0 Opmerking: vereist voor de invoer in de startroutine (pag. 15) of in het gebruikersmenu (pag. 19) Voorbeeld:

Berekening en instelling van de minimale bedrijfsdruk 18 Verwarmingsinstallatie, statische hoogte 18 m (pst = 10 bar = 1,8 bar), voorloop 70°C, (pVerdamping = 0)

14

p Minimale stroomdruk in de bijvullingsleiding bij directe bijvulling via een magneetklep; indien p < pe + 1,3 bar dan ‘control P’ met pomp inzetten.

p0 = Minimale bedrijfsdruk =Invoerwaarde op het bedieningspaneel van de besturing

p0 = 1,8 bar + 0 + 0,2 bar (Aanbeveling) p0 = 2,0 bar → Instelling ter plaatse

≥ 1,3 bar pSV [bar] = Activeringsdruk veiligheidsklep aan de warmtebron pmax [bar]

≥ 0,5 bar

pe

[bar] = Einddruk = Magneetklep OPEN

0,3 bar

pa

[bar] = Begindruk Compressor AAN

0,4 bar

p0

[bar] = pstatisch + pVerdamping + 0.2 bar (Aanbeveling)

pst [bar] = statische druk (= statische hoogte / 10)

*

Magneetklep DICHT Compressor UIT

≥ 0,3 bar

*

0...0,2 bar

Stoormelding bij drukonder- of overschrijding

pSV p0

*

H, pst

bel. P0=

bar


Startroutine De startroutine begint door de besturing voor het eerst in te schakelen. Ze is bedoelt voor de instelling van de parameters die noodzakelijk zijn voor de bediening van de ’reflexomat’. Als u een waarde verkeerd heeft ingegeven, dan kunt u de startroutine opnieuw beginnen door op de knop quit te drukken. Attentie: De startroutine kan slechts 1 maal doorlopen worden, hierna moeten de parameterwijzigingen of -controles in het gebruikersmenu worden uitgevoerd (→ pag. 19). Schakelkast over “Hoofdschakelaar” inschakelen of “Stekker” (230 V) steken

Reflexomat



ok

Land: D D GB F NL PL Via de toetsen



de gewenste taal selecteren ok

bevestigen

15

Gebruiksaanwijzing lezen



ok

Min. bedr. druk P0 01,8 Via de toetsen



Aanbeveling

Statische hoogte (m) 10

(uitvoerige weergave pag. 14)

de gewenste druk invoeren ok

bevestigen

Tijdstip 10:09:20 Via de toetsen



het knipperende aantal indien nodig wijzigen

ok

gewenste knipperende waarde bevestigen, opeenvolgend uur, minuten, seconden

bar + 0,2 bar + verdampingsdruk pD

reflex ’reflexomat’ Eerste inbedrijfstelling Datum 02.05.01 Via de toetsen



het knipperende aantal indien nodig wijzigen ok

gewenste knipperende waarde bevestigen, in de volgorde dag, maand, jaar

00800 l GB = 0149 kg



ok

740 mm

bevestigen Hier kan het vattype worden gebalanceerd (z. typeplaatje aan het VG-basisvat).

3% 0,0 bar Nulmeting uitvoeren



ok

Attentie! Voor de nulmeting moet het RGbasisvat volledig leeg zijn.

bevestigen

0% 0,0 bar Nulmeting succesvol

16



ok

bevestigen

Als op de display “Vat leegmaken en nulmeting herhalen”, “Gebruiksaanwijzing lezen” verschijnt, lees dan pag. 6 in deze gebruiksaanwijzing.

Routine verlaten nee Via de toetsen



Bij succesvolle invoeren “ja” selecteren. Als u “nee” ingeeft, wordt de routine opnieuw vanaf het begin gestart. ok

0% Stop

bevestigen

0,0 bar

Het startmenu is nu beëindigd. De besturing bevindt zich in de stopmodus Kies nu de automatische modus.



auto

De besturing bevindt zich in de automatische modus. De compressor(en) start(en) op.


Ontluchten van de membranen De compressor bouwt nu de ingestelde minimale bedrijfsdruk + 0,4 bar op. Het membraan drukt samen en wordt zo ontlucht als het vat wordt leeggemaakt. Attentie: Verhoogde oppervlaktetemperatuur van de compressor bij de eerste vulling. Nadat de minimale bedrijfsdruk + 0,4 bar is bereikt schakelt de compressor uit. Het membraan is ontlucht. De afsluiters sluiten.

Controle op lekken Alle verbindingen aan luchtzijde moeten worden gecontroleerd op lekken.

Verbinding met het systeem Verbinding met het vat aan waterzijde tot stand brengen (afsluiter OPEN). 17

Vaten vullen Bij inzet van een automatische bijvulling worden de vat(en) tot 12 % gevuld. Als er geen automatische bijvulling beschikbaar is, moeten de vaten tot ca. 30 % van hun niveau worden gevuld. Dat kan gebeuren via systeemvulling. Attentie: Vaten nemen pas water op als een druk van 0,5 bar boven de ingestelde minimale druk bereikt is (inschakelpunt magneetklep). De magneetklep blaast lucht weg.

De eerste inbedrijfstelling is afgerond! Via het gebruikersmenu kunt u op elk moment extra instellingen uitvoeren (→ pag. 19).

reflex ’reflexomat’ Bedrijf

Automatische modus



auto

De automatische modus mag pas geactiveerd worden als alle stappen voor de eerste inbedrijfstelling met succes zijn afgesloten. De functie druk houden, expansievolumes compenseren en automatisch bijvullen is nu actief. Compressor en overloopmagneetklep worden zo aangestuurd, dat de druk ongeveer binnen de grenzen van +/- 0,1 bar constant blijft. De elektronische besturing bewaakt de functie. Storingen worden getoond en beoordeeld.

Handmatige modus In de handmatige modus kunnen compressoren en magneetkleppen op hun werking worden gecontroleerd (testloop). De mogelijkheid bestaat om aparte aggregaten te testen. Door alle aggregaten na elkaar in te schakelen, kan er ook parallel worden getest. Door op de knop te drukken Knoppen

hand

komt u in de handmatige modus.

= de aparte onderdelen selecteren

K 1 = Compressor 1

18 Knop

Knop

= de aparte onderdelen opstarten of uitschakelen

ok

= de aparte onderdelen uitschakelen in omgekeerde volgorde (paralleltest) Als u de laatste keer drukt, komt u in de stopmodus

quit

Door op de knop te drukken

auto

K 2 = Compressor 2 U 1 = Overloop Magnk. 1 U 2 = Overloop Magnk. 2 NS = Magnk. Bijvull.

kunt u terugkeren naar de automatische modus.

Stopmodus



stop

In de stopmodus is de ’reflexomat’ zonder functie, behalve de weergave op de lcd-display. Als de stopmodus langer dan 4 uur geactiveerd is, wordt er een overeenkomstige melding gegeven. Afhankelijk van wat in het gebruikersmenu werd ingesteld, schakelt het totale meldingscontact in.


Gebruikersmenu In het gebruikersmenu kan na een succesvolle eerste inbedrijfstelling specifieke waarden voor de installatie, zoals bijv. min. bedrijfsdruk gewijzigd of opgevraagd worden. Door op de knop te drukken

menu

komt men in het gebruikersmenu.

De volgende parameters kunnen na elkaar in het menu gewijzigd of bekeken worden:

Gebruikersmenu

Uitsluitend info

 Knipperende natie selecteren

Wijzigen

Land: D D GB F NL PL



ok



Bevestigen



ok

19



Als de invoer is afgesloten iO

Wijzigen

Tijdstip: 13:29:05





Knipperende getallen wijzigen

ok



ok


Wijzigen

Datum: 25.07.01





elke invoer bevestigen



Knipperende getallen wijzigen

ok

 Als de invoer is afgesloten

iO

elke invoer bevestigen



ok


Uitvoeren

0% 0 bar Nulmeting?



0% 0 bar Vat leegmaken + nulme...

Fout Gebruiksaanwijzing Pagina 6 lezen

ok

0% 0 bar Nulmeting succesvol...




Knipperend getal wijzigen

Wijzigen

Min. bedr. druk P0 = 01.8 bar



ok



invoer bevestigen



ok

(Berekening pag. 15)



20

*



Wijzigen

Volgend onderhoud TY = off maanden





ok

ok

Als de invoer is afgesloten

Alle meldg. PFK Ja




ok



invoer bevestigen



ok


Aanzicht

Foutengeheugen





iO

Wijzigen





invoer bevestigen



ok

Fout selecteren

 Als de invoer is afgesloten

iO



ok

reflex ’reflexomat’ Bedrijf Aanzicht

Parametergeheugen.





ok

Parameters selecteren





ok


Vatinfo 00600 l 0740 mm

Uitsluitend info

 Reflexomat V…

Uitsluitend info

 Gebruikersmenu

Uitsluitend info 21

Door op de knop te drukken kunt u ook achterwaarts door het menu gaan.

Overschakelen naar de gewenste werkmodus

  

auto

of

hand

of

*

stop

Naar het gebruikersmenu: Als een waterteller met pulsgever wordt ingezet, kan de sturing via een jumper zo worden ingesteld, dat er twee extra menupunten worden geactiveerd (→ pag. 12). Neem in dat geval contact op met de Reflex-servicedienst: 1) Weergave van de bijgevulde waterhoeveelheid. 2) Weergave opgave van de max. bijvullingshoeveelheid (Vmax) tot het opstarten van een stoormelding. De opvragingen gebeuren in bovengenoemde volgorde volgens het menupunt min. bedr. druk.

reflex ’reflexomat’ Bedrijf Beschrijving van de aparte menupunten: Gebruikersmenu:

Uitsluitend info in welk menu u zich bevindt.

Natie:

Hier kunt u tussen 13 verschillende naties/talen kiezen, waarmee u de software verder bedient. Mogelijkheden (Standaard software): Duits (D), Engels (GB), Frans (F), Nederlands (NL), Pools (PL) Tsjechisch (Cz), Spaans (E) en Deens (DK) Mogelijkheden (speciale software): Duits (D), Hongarisch (H), Zweeds (S), Fins (SF), Noors (N), Turks (TK), Koreaans (K)

Uur:

Hier kunt u het uur veranderen. Met deze uurweergave werkt het stoorgeheugen.

Datum:

Hier kunt u de datum veranderen. Met deze datum werkt het stoorgeheugen.

Nulmeting:

Hier wordt de niveaumeting uitsluitend bij de eerste bedrijfstelling op 0% gezet. Het vat moet leeg zijn. Door oneffenheden op de opstelplek o.m., kan de voet van het vat waaraan de niveaumeting wordt gemonteerd, zo belast worden, dat de waarden die in de software voor het overeenkomstige vat zitten, overschreden worden. Via de nulmeting elimineert u de afwijkingen, bijgevolg werkt de software in het bereik tussen 0% en 100%. Afwijkingen die buiten de tolerantie van + - 8 % liggen, bijv. bij gevuld vat, worden door de besturing niet geaccepteerd (→ pag. 25 “Foutenbeschrijving”).

Min. bedr. druk:

Hier kunt u de minimale bedrijfsdruk invoeren (Beschrijving → pag. 14)

Bijvulhoeveelheid:

Weergave van de momenteel bijgevulde waterhoeveelheid. De weergave gebeurt uitsluitend, als de besturing overeenkomstig gejumpert werd en er een contactwaterteller beschikbaar is.

Max.-nsp-hoeveelheid:

Hier kunt u opgeven, vanaf welke bijgevulde hoeveelheid de besturing een storing opstart en de bijvulling vergrendelt. De weergave gebeurt uitsluitend, als de besturing overeenkomstig gejumpert werd en er een contactwaterteller beschikbaar is.

Volgend onderhoud:

Hier kunt u intervallen (invoer in stappen per maand) selecteren, waarbij de besturing u attent maakt op een komend onderhoud. De melding gebeurt op de display (weergave: “Onderhoud aanbev.”) van de besturing, er gebeurt geen storingsmelding Uitschakeling o.m. Via de knop “quit” van de bediening kunt u de melding wissen. Dit menupunt kan via off worden uitgeschakeld, dan komen er bijgevolg geen meldingen.

Alle meldingen PFK:

Hier kunt u kiezen, of de potentiaalvrije melding alle meldingen moet omvatten, of uitsluitend min. druk, compressormeldingen en sensormeldingen (→ pag. 25) JA = Alle meldingen, NEE = Uitsluitend de geselecteerde meldingen

Foutengeheugen:

In dit foutengeheugen zijn de laatste 20 opgetreden meldingen opgeslagen, met opgave van de dag en het uur waarop ze zijn gemeld. U kunt deze parameters indien nodig bekijken. De aparte meldingen zijn aangeduid met, bijv. ER 16, de versleuteling vindt u op pagina 25 van deze gebruiksaanwijzing.

Parameters geheugen:

Hier kunt u de laatste 10 ingevoerde min. bedrijfsoverdrukken (p0) met opgave van uur en dag bekijken.

Containerinfo:

Hier ontvangt u de informatie, op welk containertype de software is ingesteld ( in liter en diameter). Als hier een ander type is vermeld dan wordt gebruikt (typeplaatje vat), neem dan contact op met de reflex-servicedienst.

reflexomat V…

Informatie over de ingezette softwareversie.

22


Servicemenu Dit menu is beschermd door een wachtwoord. De toegang is slechts mogelijk voor de Reflex-servicedienst (Tel. +49 23 82 / 70 69 - 550 o. -512). Een deeloverzicht van de parameters die achter het servicemenu zitten, vindt u in de volgende opstelling.

Standaardinstellingen De besturing van de ’reflexomat’ wordt met de volgende standaardinstellingen geleverd: Taal: Minimale bedrijfsdruk (p0): max. hoeveelheid bijvulling: volgend onderhoud: alle meldingen pfK:

In het land van waaruit de bestelling gebeurt 1,8 bar 0 off JA

Volgende parameters kunnen uitsluitend in het servicemenu worden gewijzigd: Meetbereik drukmeting: 6 of 10 bar volgens vatdruk Aantal compressoren: 1 of 2, zoals geleverd Compressor 1 AAN: 0,3 bar via p0 Compressor 2 AAN: 0,2 bar via p0 Compressor 1 UIT: > 0,3 bar via p0 Compressor 2 UIT: > 0,3 bar via p0 Overloopmagneetkleppen OPEN: > 0,4 bar via p0 Overloopmagneetkleppen TOE: 0,4 bar via p0 max. drukstoring: 3 bar via p0 (Aanbevolen: Controleren en indien nodig door Reflex-service op de omstandigheden die specifiek zijn voor de installatie laten aanpassen) min. drukstoring: < p0 max. looptijd van de compressoren: 240 min. Vatgrootte: zoals geleverd min. waterstand AAN: 5% min. waterstand UIT: 7% max. waterstand AAN: 90% max. waterstand UIT: 85% Bijvulling AAN: 8% Bijvulling UIT: 12% max. bijvullingtijd: 30 min max. bijvullingcycli: 6 in 2u Contact van de pulswatermeter: 10 l/ k uitsluitend voor pulswatermeter Bijvulcontact: off uitsluitend voor pulswatermeter Bijvulmagneetklep dichtheid: Bij 1 contact uitsluitend voor pulswatermeter

23


Poort RS-485 (vanaf VS 90/2) Via deze poort wordt de volgende informatie bekend gemaakt: – – – – – – – –

Continu informatie over druk en niveau Informatie via bedrijfstoestanden van de compressoren Informatie via bedrijfstoestanden van de magneetkleppen Informatie over bedrijfstoestanden van de magneetklep bijvulling Informatie over de toegevoegde waarde van de contactwaterteller Informatie over alle meldingen Informatie uit het foutengeheugen enz.

Verbinding van de poort met de bovengeschikte leidcentrale o.m. – De poort is aangebracht op de weergaveprintplaat in de schakelkastdeur in de linker onderhoek. Voor de aansluiting van de poort is een 4-polige stekker (insteekbare LP-klem, rooster 3,81 mm, 4-polig, type 8813B/04OB) nodig. De stekker kan via de Reflex-servicedienst verkregen worden. – De poort moet verbonden worden met een kabel die per twee getwijnd of ineengedraaid en afgeschermd is, bijv. LJYCY (TP), 4 x 2 x 0,8 (max. totale buslengte = 1000m). – Bij gebruik van een leidcentrale of een soortgelijke installatie die niet met een RS-485, maar bijv. met een RS-232-poort is uitgerust, moet er een overeenkomstig verloopstuk worden gebruikt. – Bij gebruik van de communicatiemodule (optie) wordt de poort door aansluiting van de communicatiemodule bezet. Het protocol van de RS-485-poort kunt u, indien nodig, bij de Reflex-servicedienst opvragen. 24


Meldingen Alle mogelijke meldingen worden als zuivere tekst op de display getoond, het meldlampje Error op het folietoetsenbord brandt. De laatste 20 meldingen kunnen in het foutengeheugen (→ Gebruikersmenu pag. 19) met volgende foutencode worden opgevraagd. ERCode

Foutentype

Fouten-oorzaak

Fout opzoeking/ -oplossing

01

Min. druk p0 onderschreden

– huidige druk < min. bedrijfsdruk

– Druk verhogen, – compressor op werking controleren

02.1

Min. waterstand overschreden

– Niveau in het vat < 5 %

– Bijvullen, automatische bijvulling controleren

03

Max. waterstand overschreden

– Niveau in het vat > 90 %

– Vat leegmaken, automatische bijvulling controleren

Compressor 1 Storing

– Compressor start niet op

– compressor op werking controleren, schakelkast controleren – Fout opheffen (“quit”-knop) – indien nodig info aan Reflex-servicedienst

Compressor 2 Storing

– Compressor start niet op

– compressor op werking controleren, schakelkast controleren – Fout opheffen (“quit”-knop) – indien nodig info aan Reflex-servicedienst

05

Compressorlooptijd overschreden

– Compressor loopt langer dan 240 min.

– Luchtleidingen controleren, overloopmagneetklep controleren

06

Bijvultijd overschreden

– Bijvulling loopt langer dan 30 min.

– Lekken in het net zoeken en oplossen – Fout opheffen (“quit”-knop)

07

Bijvulcycli overschreden

– max. bijvullingscycli van 6 in 2 u overschreden

– Lekken in het net zoeken en oplossen – Fout opheffen (“quit”-knop)

08

Drukmeting Storing

– Besturing ontvangt verkeerd signaal

– Bekabeling en stekker controleren – indien nodig info aan Reflex-servicedienst

09

Niveaumeting Storing

– Besturing ontvangt verkeerd signaal

– Bekabeling en stekker controleren – indien nodig info aan Reflex-servicedienst

10

Max.druk overschreden

– Druk in het systeem 3 bar > p0

– Overloopmagneetklep controleren – indien nodig info aan Reflex-servicedienst

Bijvulhoeveelheid binnen een bijvullingscyclus overschreden Bijvulmagneetklep Bewaking

– De bijvullingshoeveelheid binnen een cyclus – Lekken in het net zoeken en oplossen – Fout opheffen (“quit”-knop) werd overschreden – Bijvulhysterese verkleinen – De magneetklep laat water door, hoewel hij – Magneetklep reinigen – Vuilvanger inbouwen gesloten is (pulswatermeter telt) – Fout opheffen (“quit”-knop) – indien nodig info aan Reflex-servicedienst

Spanningswegval Stop > 4 u

– Geen spanning aanwezig – langer dan 4 u in de stopmodus

– Spanning controleren – indien nodig op automatische modus zetten

max. bijvullingshoeveelheid overschreden (gecumuleerd)

– de ingestelde bijvulhoeveelheid werd overschreden

– Lekken in het net zoeken en oplossen – max. bijvullingshoeveelheid in het klantenmenu vergroten – Fout opheffen (“quit”-knop)

– Optiekaart defect – Parametergeheugen defect – Herinnering aan het jaarlijkse onderhoud

– indien nodig info aan Reflex-servicedienst – indien nodig info aan Reflex-servicedienst – Onderhoud uitvoeren – Melding opheffen (“quit”-knop)

04.1

04.2

11 *

15 * 16 19

20 * 30 31

Storing EA-module EEPROM defect Onderhoud Onderhoudsinterval afgelopen ontv.

* vanaf VS 90/2 uitsluitend als er een pulswatermeter is aangesloten en in de bediening geactiveerd is (→ pag. 12 en 21) Attentie:

De waarden die in de tabel zijn opgegeven, zoals bijv. min. waterstand = 5 %, zijn standaardwaarden, evt. werden die gewijzigd.

Meldingen kunnen via een potentiaalvrije “Totale melding” op afstand overdragen worden.

25

reflex ’reflexomat’ Onderhoud, demontage, controle voor inbedrijfstelling, controleperiodes

Onderhoudshandleiding a) b) c) d)

e) f) g) h)

Afsluiter voor de vaten sluiten. Niveau-weergavewaarde van de display (%) noteren en het vat leegmaken. Hoofdschakelaar UIT of stekker uittrekken. Condenswateraftappen (13) openen, condenswater aftappen. (als de waterhoeveelheid > 5 liter bedraagt, moeten de membranen op mogelijke defecten en de binnenwanden van het vat op mogelijke corrosie gecontroleerd worden. Indien nodig moet de ventilatie van de opstelplek eveneens gecontroleerd worden.) Condenswateraftapper sluiten. Hoofdschakelaar AAN of stekker insteken. Afsluiter openen en verzegelen. Vat vullen tot eerder genoteerde percentage.

Het onderhoud is afgerond.

Demontage Voor iedere controle of demontage van de ’reflexomat’-installatie of van onderdelen onder druk moet die drukloos worden gemaakt. 1. RG- en RF-vaten aan de waterkant controleren 2. maak de waterruimte leeg 3. aan de gaskant via condenswaterafapping (13) drukloos maken Nieuwe vulling→ Eerste inbedrijfstelling pag. 17 26

Controle voor inbedrijfstelling Neem de geldende nationale voorschriften voor gebruik van drukapparaten steeds in acht. In Duitsland geldt de verordening inzake veilig werken §14 en hier in het bijzonder §14 (3) nr. 6.

Controletermijnen Neem de geldende nationale voorschriften voor gebruik van drukapparaten steeds in acht. Aanbevolen max. controleperiodes voor het bedrijf in Duitsland conform § 15 van de Duitse verordening inzake veilig werken en indeling van de ’reflexomat’ RG- en RF-vaten in tabel 2 van de richtlijn 97/23/EG, geldig bij strikte opvolging van de Reflex handleiding voor montage, bedrijf en onderhoud en wisselbelastingen tot 20% van de toegestane bedrijfsoverdruk: uitwendige controle: geen vereiste volgens § 15 (6) Inwendige controle: Maximumtermijn na § 15 (5) Sterkteproef: Maximumtermijn vlg. § 15 (5) eventueel in combinatie met § 15 (10) Daarnaast moet de Duitse verordening inzake veilig werken §15 in acht genomen worden, en hier in het bijzonder § 15 (1) in combinatie met § 14 (3) nr. 6 en §15 (6). De feitelijke controletermijnen moeten door de gebruiker zelf worden bepaald, op basis van een veiligheidstechnische evaluatie, rekening houdende met de reële werkingsvoorwaarden, de ervaring met werkingsmodus en werkingsmedium, en de nationale voorschriften betreffende het gebruik van drukapparaten.

reflex ’reflexomat’ Algemene beschrijving Werking De ’reflexomat’ is bedoeld voor de opname van het expansiewater dat ontstaat bij verwarmings- en koelinstallaties. In een butylmembraan in het ’reflexomat’-vat wordt het ontstane expansiewater gescheiden van de luchtruimte (waterleiding in de membranen). Door het inschakelen van de compressor in de afkoelfase of het aflaten van de overloopmagneetklep in de verwarmingsfase, wordt de systeemdruk ongeveer constant gehouden. De besturing gebeurt via een micropocessorbesturing. De besturing registreert de druk aan de luchtzijde via de druksensor (4) en maakt een heel precieze en contante werkwijze mogelijk. Het drukverschil tussen de inschakeldruk van de compressor en het openen van de magneetklep bedraagt 0,2 bar. Via een niveaumeting aan het RG-basisvat wordt het installatieniveau voortdurend op de display van de besturingseenheid getoond. Via een 230-V-aansluiting kan een automatische bijvullingsinrichting, afhankelijk van het containerniveau, aangestuurd worden. Via twee potentiaalvrije contacten kunnen meldingen en het watergebrek op afstand overdragen worden. Via de RS-485-poort (vanaf VS 90/2) kan alle belangrijke informatie via een bovengeordende leidcentrale of een soortgelijke installatie worden verdergeleid.

Bedrijfsparameters Bedrijfsparameters

Elektrotechnische gegevens

toegel. be- toegel. toegel. toegel. om- geluid- elektrische Spanning piek vermogen V drijfsover- voorloop- Gebruiks- gevings ca. dB kW 50 Hz druk/bar temp./° C temp./° C temp./° C

Besc d Aansluiting

reflex ’reflexomat’ 1-compressorinstallatie VS 90/1

10

120*

> 0 - 70**

> 0 - 45

72

0,75

230

IP 54

VS VS VS VS

10 10 10 10

120* 120* 120* 120*

> 0 - 70** > 0 - 70** > 0 - 70** > 0 - 70**

> 0 - 45 > 0 - 45 > 0 - 45 > 0 - 45

72 76 76 76

1,10 2,20 2,40 3,00

400 400 400 400

IP 54 IP 54 IP 54

> 0 - 45 > 0 - 45 > 0 - 45 > 0 - 45 > 0 - 45

72 72 76 76 76

1,50 2,20 4,40 4,80 6,00

230 400 400 400 400

IP 54 IP 54 IP 54 IP 54 IP 54

150/1 300/1 400/1 580/1

reflex ’reflexomat’ 2-compressoreninstallatie VS VS VS VS VS

90/2 150/2 300/2 400/2 580/2

120* 10 120* 10 120* 10 120* 10 120* 10 Aantal compressoren Compressortype

> 0 - 70** > 0 - 70** > 0 - 70** > 0 - 70** > 0 - 70**

aardingsstekker, 5 m kabel 27

Hoofdschakelaar, vaste aansluiting op klemmenlijst

*

conform de hoogst mogelijke instelwaarde - temperatuurregelaar 105 °C, conform DIN EN 12828 ** Inbouw in installatieterugloop, membraanbelasting van de expansievaten max. 70 °C; Bij permanente temperaturen ≤ 0 °C vragen wij om overleg

Technische gegevens RG-basisvat/RF-koppelvat toelaatb. aanvoertemperatuur van het systeem:

tVoorloop max.

+ 120 °C

tmin

- 10 °C

max. continue werkingstemperatuur van de membranen:

tmax

+ 70 °C

min. werkingsdruk:

pmin

0 bar

max. bedrijfsoverdruk (afhankelijk van het type):

pmax

(→ Typeplaatje)

Controledruk (prEN 13831): (AD 2000):

PT PT

1,43 x pmax → Ontwerpcontrolebericht of typeplaatje

Membraantype:

Blaasmembraan

Gasruimte:

Lucht (Vloeistofgroep 2 vlg. RL 97/23/EG)

Waterruimte:

Water, water-glycolmengsel met max. 50% glycolgehalte (vloeistofgroep 2 vlg. RL 97/23/EG)

Groepering conform:

RL 97/23/EG Bijlage II, Schema 2

min. werkingstemperatuur: (enkel met toevoeging van gepast antivriesmiddel)

reflex ’reflexomat’ Algemene beschrijving

Maten, gewichten

VS-besturingseenheid met 1 Compressor Tot 800 liter/6 bar, VS op het RG-basisvat Type

Artikelnr.

HVS mm

B mm

T mm

Gewicht kg

VS 90/1 7880100 415 395 520 21 Compressor in VS 150/1 7880200 415 395 520 28 de VS VS 300/1 7880300 415 395 520 34 Compressor VS 400/1 7880400 415 395 520 51 nevenstaand VS 580/1 7880500 415 395 520 102 350, 500, 750 liter/10 bar en vanaf 1000 liter, VS voor het RG-basisvat 7880600 585 395 345 25 VS 90/1 Compressor in 7880700 585 395 345 32 VS 150/1 de VS 7880800 585 395 345 38 VS 300/1 Compressor 7880900 585 395 345 55 VS 400/1 nevenstaand 7881200 585 395 345 106 VS 580/1

VS-besturingseenheid

Aantal compressoren Compressortype

VS-besturingseenheid met 2 Compressoren Tot 800 liter/6 bar, VS op het RG-basisvat 28 Type

Artikelnr.

HVS mm

B mm

T mm

Gewicht kg

1 compressor in de VS 90/2 7882100 415 395 520 33 VS, 1 compresor VS 150/2 7883100 415 395 520 45 nevenstaand VS 300/2 7884100 415 395 520 61 2 compressoren VS 400/2 7885100 415 395 520 95 nevenstaand VS 580/2 7886100 415 395 520 197 350, 500, 750 liter/10 bar en vanaf 1000 liter, VS voor het RG-basisvat

VS VS VS VS VS

90/2 150/2 300/2 400/2 580/2

7886200 7886300 7886400 7886500 7886600

585 585 585 585 585

395 395 395 395 395

345 345 345 345 345

25 32 38 55 106

1 compressor in de VS, 1 compresor nevenstaand

2 compressoren nevenstaand

Aantal compressoren Compressortype Schakelingen van meer dan twee compressoren en speciale schakelkasten op aanvraag

Besturingsopties (vanaf VS 90/2) ’reflexomat’ kan optioneel worden uitgebreid. Diverse meldingen en signalen kunnen via een nadien te installeren uitbreidingsmodule om verder te leiden aan de standaardmeldingen worden toegevoegd. Op wens kan een afstandbediening van de ’reflexomat’ bediening met een communicatiemodule gebeuren (Kabelverbinding tot 1.000 m). Master-slave besturing voor het bedrijf tot 10 ‘reflexomaten’ in een hydraulische verbinding op een afstand van 1.000 m en meer Busmodule

weergegeven varianten vanaf 1000 liter en de inzet van een extra RF-koppelvat

reflex ’reflexomat’ Algemene beschrijving HVS

2 x MBM II

HG

H

Membraanbreukmelder ’MBM II’ (Optie) met potentiaalvrije contactgever en relais in de kunststof behuizing, potentiaalvrij contact voor de signaaldoorvoering en -verwerking door de opdrachtgever Artikelnr.: 7857700

A h ∅D

RF-koppelvat

RG-basisvat

RF-koppelvat (Optie)

RG-basisvat Type 200 300 400 500 600 800

ØD mm 634 634 740 740 740 740

H mm 970 1270 1255 1475 1720 2185

1000 1500 2000 3000 4000 5000

1000 1200 1200 1500 1500 1500

350 500 750 1000 1500 2000 3000 4000 5000

6 bar*

A

HG mm 1350 1650 1640 1860 2110 2570

h mm 115 115 100 100 100 100

Artikelnr.

R1 R1 R1 R1 R1 R1

Gewicht kg 37 54 65 78 94 149

Artikelnr.

7799100 7799200 7799300 7799400 7799500 7799600

h mm 155 155 140 140 140 140

2025 2025 2480 2480 3065 3590

DN 65 DN 65 DN 65 DN 65 DN 65 DN 65

330 465 565 795 1080 1115

-------------

195 185 185 220 220 220

7650105 7650305 7650405 7650605 7650705 7650805

305 305 305 334 334 334

7652005 7652205 7652305 7652505 7652605 7652705

750 750 750

1340 1600 2185

DN 40 DN 40 DN 40

230 275 345

-------

190 190 180

7654000 7654100 7654200

190 190 180

7654300 7654400 7654500

1000 1200 1200 1500 1500 1500

2065 2055 2515 2520 3100 3630

DN 65 DN 65 DN 65 DN 65 DN 65 DN 65

580 800 960 1425 1950 2035

-------------

165 165 165 195 195 195

7651005 7651205 7651305 7651505 7651605 7651705

285 285 285 310 310 310

7653005 7653205 7653305 7653505 7653605 7653705

7789100 7789200 7789300 7789400 7789500 7789600

10 bar**

Vn Nominaal volume / liter

Afloop: te voorzien door de opdrachtgever - tot 800 liter/6 bar in de expansieleiding: - 350, 500, 750 liter/10 bar en vanaf 1000 liter G ½ in de vataansluiting

Compressoren

max. toegestane instelbereik voor de besturing: * 6 bar vaten ** 10 bar vaten

Wandconsole

p0 ≤ 5,0 bar p0 ≤ 8,5 bar

(vanaf VS 90/2)

Er wordt een extra compressor zonder schakelkast bijv. in voor een bedienervriendelijke montage van de speciale installaties met meer dan 2 compressoren ingezet VS 90 en VS 150 voedingseenheden met RG 800 basisvaten, inclusief verbindingsslangen van 3 m Type B H T Gewicht lang Artikelnr.: 7881900 mm mm mm kg K 90 192 490 335 12 K 150 280 440 345 17 K 300 330 360 420 27 K 400 480 450 535 44 K 580 640 577 610 95

29

reflex ’reflexomat’ Reflex-servicedienst

Centrale fabriek-servicedienst +49 23 82 / 70 69 -... Doorkiesnummer Fax Volker Lysk

- 512

- 523

E-mail [email protected]

Regionale servicedienst U kunt uw verantwoordelijke regionale servicedienst bereiken via onderstaand nummer: Tel.: +31 184 / 670 530 E-mail: [email protected]

30

Certificaatnummer van de EG-typegoedkeuring

Type ’minimat’

200 - 500 Liter

6 bar - 120 °C

Certificaatnummer 04 202 1 450 04 01952

’reflexomat’

200 - 800 1000 - 5000 350 - 5000 1000 - 5000

Liter Liter Liter Liter

6 bar - 120 °C 6 bar - 120 °C 10 bar - 120 °C 10 bar - 120 °C

04 202 1 932 01 00077 04 202 1 450 02 00714 04 202 1 450 02 00039 04 202 1 450 02 00715

’variomat’

200 - 1000 Liter 1000 - 5000 Liter

6 bar - 120 °C 6 bar - 120 °C

04 202 1 932 02 00051 04 202 1 450 02 00712

’gigamat’

1000 - 5000 Liter

6 bar - 120 °C

04 202 1 450 02 00713

10 bar / 16 bar - 120 °C

04 202 1 450 03 00210

’servitec’

DN 150 - DN 250

reflex ’reflexomat’ Notities

31

reflex ’reflexomat’ Conformiteitsverklaring

Bijlage

Conformiteitsverklaring voor de elektrische inrichtingen aan de druk-, bijvullings- of ontgassingsinstallaties ’reflexomat’, ’minimat’, ’variomat’, ’gigamat’ en ’servitec’ 1. Hierbij wordt bevestigd dat de producten tegemoet komen aan de wezenlijke veiligheidsvereisten, die in de richtlijnen van de Raad ter onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten betreffende de elektromagnetische compatibiliteit (2004/108/EWG) zijn vastgelegd. Ter beoordeling van de producten werden volgende normen gehanteerd:

DIN EN 61326-1:2006-10

2. Hierbij wordt bevestigd, dat de schakelkasten conform de wezenlijke vereisten van de laagspanningsrichtlijn (2006/95/EWG) zijn. Ter beoordeling van de producten werden volgende normen gehanteerd:

Conformiteitsverklaring voor een component Declaration of conformity of an assembly

DIN EN 61010-1:2002-08 BGV A2

Ontwerp, fabricage, controle van drukapparaten Design – Manufacturing – Product Verification

Toegepaste conformiteitsbeoordelingsprocedure volgens richtlijn voor druktoestellen 97/23/EG van de Europese Parlement en de Raad van 29 mei 1997 Operative Conformity Assessment according to Pressure Equipment Directive 97/23/EC of the European Parliament and the Council of 29 May 1997 Drukvaten: ’reflexomat’, ’minimat’, ’variomat’, ’gigamat’ en ’servitec’ universeel bruikbaar in verwarmings-, zonne- en koelwatersystemen Pressure vessels: ’reflexomat’, ’minimat’, ’variomat’, ’gigamat’ and ’servitec’ in operation for heating-, solar- and cooling plants

32

Gegevens betreffende container en werkingsbeperkingen

volgens typeplaatje

Data about the vessel and working limits

according to the name plate

Werkingsmedium

Water / Inert gas of lucht volgens typeplaatje

Operating medium

Water / Inertgas or air according to the name plate

Normen, regelgeving

Richtlijn inzake drukapparaten, prEN 13831:2000 of AD 2000 conform typeplaatje

Standards

Pressure Equipment Directive, prEN 13831:2000 or AD 2000 according to the name plate

Drukapparaat

Component Artikel 3 hfdst. 2.2 Container Artikel 3 hfdst. 1.1a) 2. gedachtestreep (bijlage II tabel 2) Uitrusting Artikel 3 hfdst. 1.4: membranen, ’reflexomat’ en ’minimat’ met VS besturingseenheid en SVveiligheidsklep, ’variomat’ met besturingseenheid, ’gigamat’ met besturingseenheid

Pressure equipment

assembly article 3 paragraph 2.2 vessel article 3 paragraph 1.1a) 2. bar (annex II Diagraph 2) equipment article 3 paragraph 1.4: diaphragm, ’reflexomat’ and ’minimat’ with VS control unit and SV safety valve, ’variomat’ with control unit, ’gigamat’ with control unit

Vloeistofgroep Fluid group Beoordelingen inzake conformiteit per module Conformity assesment acc. to module

2 B+D

Label volgens Richtlijn 97/23/EG Label acc. to Directive 97/23/EC

CE 0045

Certificaatnummer van de EG-typegoedkeuring Certificate-No. of EC Type Approval

→ pag. 30 → p. 30

Veiligheidsklep (IV) zie gebruiksaanwijzing pag. 3 Safety valve (IV) see operating instructions p. 3

’reflexomat’ ’minimat’ ’variomat’ ’gigamat’

12 7 10 13

’reflexomat’, ’minimat’, ’variomat’, ’gigamat’, ’servitec’

Door de fabrikant van de veiligheidsklep gelabeld en gecertificeerd conform de aanbevelingen van de richtlijn 97/23/EG. Confirmed and signed by the manufacturer of the safety valve according to the requirements of guideline 97/23/EC.

Certificaatnummer van de beoordeling van het QS-systeem (Module D) Certificate-No. of certification of QS System (module D)

07 202 1403 Z 0836/9/D0045

Aangemelde instantie ter beoordeling van het QS-systeem Notified Body for certification of QS System

TÜV Nord Systems GmbH + Co. KG Große Bahnstraße 31, 22525 Hamburg

Registratienummer van de aangemelde instantie Registration-No. of the Notified Body

0045 De fabrikant verklaart hierbij dat het product voldoet aan de voorwaarden van Richtlijn 97/23/EG.

Fabrikant: Manufacturer: Reflex Winkelmann GmbH + Co. KG

The manufacturer herewith certifies this assembly is in conformity with directive 97/23/EC.

Gersteinstraße 19 59227 Ahlen - Germany Telefoon: +49 23 82 / 70 69 - 0 Fax: +49 23 82 / 70 69 - 588 E-mail: [email protected]

Franz Tripp Bedrijfsleider / Managing director

reflex ’reflexomat’ Montage-, onderhouds- en inbedrijfstellingcertificaat Data volg. typeplaatje:

Data acc. to name plate:

Type besturingseenheid : VS

Type control unit

: VS

Fabricagenummer

:

Manufacturing no.

:

RG-basisvat

:

Liter

RG basic vessel

:

litres

RF koppelvat

:

Liter

RF secondary vessel :

litres

Certificaat van montage en inbedrijfstelling Certificate of install and initial operation De ’reflexomat’ werd conform de Reflex Handleiding voor montage, bediening en onderhoud gemonteerd en in bedrijf genomen. De instelling van de besturing is afgestemd op de plaatselijke omstandigheden. Opmerking: Als de af fabriek ingestelde waarden gewijzigd worden, dan moet dat op het typeplaatje (minimale bedrijfsdruk, SV-aanspreekdruk) resp. in de tabel van het onderhoudscertificaat worden aangegeven. The ’reflexomat’ was installed and commissioned in accordance with the installation, operating and maintenance instructions. The control setting corresponds to the local conditions. Note: If values preset at the factory are changed, this must be entered on the name plate (minimum operating pressure, safety valve activation pressure) and in the maintenance confirmation table.

voor de montage / for the installation

plaats, datum / Place, date

Firma / Company

Handtekening / Signature 33

voor de inbedrijfstelling / for commissioning

plaats, datum / Place, date

Firma / Company

Handtekening / Signature

Onderhoudscertificaat Maintenance certificate De onderhoudswerkzaamheden werden uitgevoerd conform de Reflex montage-, bedieningsen onderhoudshandleiding. The maintenance operations were performed in accordance with the reflex installation, operating and maintenance instructions. Datum / Date

Servicefirma / Service company

Handtekening / Signature

Opmerkingen / Remarks

SI0133nlG / 10 - 10 Object-Nr. 9119059 Technische wijzigingen voorbehouden

Reflex Winkelmann GmbH + Co. KG Gersteinstraße 19 59227 Ahlen Telefoon: +49 23 82 / 70 69 - 0 Fax: +49 23 82 / 70 69 - 588 www.reflex.de

10

Recommend Documents