SECUNDAIR ONDERWIJS Onderwijsvorm:
TSO
Graad:
tweede graad
Jaar:
eerste en tweede leerjaar
Studiegebied:
LICHAAMSVERZORGING
Optie(s)
Bio-esthetiek
Vak(ken):
PV PRAKTIJK BIO-ESTHETIEK
10/10 lt/w
TV BIO-ESTHETIEK
2/2 lt/w
Vakkencode:
VV-b
Leerplannummer:
2004/031 (Vervangt 2002/086)
Nummer inspectie:
2004 / 33 // 1 / O / SG / 1 / II / / D/ 2004 / 34 // 1 / O / SG / 1 / II / / D/ (Vervangt 2002/210//1/O/SG/1/II/ /V/04)
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
INHOUD inhoud .......................................................................................................................................................1 visie...........................................................................................................................................................2 beginsituatie .............................................................................................................................................3 algemene doelstellingen...........................................................................................................................4 leerplandoelstellingen / leerinhouden.......................................................................................................5 algemene pedagogisch-didactische wenken en timing..........................................................................26 minimale materiele vereisten..................................................................................................................31 evaluatie .................................................................................................................................................33 bibliografie ..............................................................................................................................................37
1
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
2
VISIE Het hoofddoel van deze onderwijsopleiding; het opleiden van vakkundige schoonheidsspecialisten omvat de noodzakelijke theoretische en praktische kennis, vaardigheden en attitudes, gespreid over de tweede graad ‘Bio-esthetiek’ en de derde graad ‘Schoonheidsverzorging’. In de tweede graad ‘bio-esthetiek’ wordt de basis van de praktijklessen gelegd via hand-, gelaats- en voetverzorging, make-up en aspecten van haarverzorging, nuttig en toegespitst op datgene wat voor een schoonheidsspecialist relevant is. De wetenschappelijke component komt aan bod in vakken zoals Biologie, Chemie en Vaktheorie. Vakken zoals Plastische Opvoeding, Nederlands en talen werken ondersteunend in een opleiding waar men een brede maatschappelijke en persoonlijkheidsvorming beoogt. Hoewel het beroep van kapper en schoonheidsspecialist met elkaar in verband staan wordt in dit leerplan gekozen om het vak dameskappen niet meer als een apart vak te beschouwen. Dit betekent geenszins dat er geen inhouden met betrekking tot haarzorg worden onderricht, wel worden deze inhouden via de leerplandoelstellingen in de praktijkvakken bio-esthetiek herleid tot deze inhouden die voor de toekomstige schoonheidsspecialist van toepassing en aldus relevant zijn. Een ander component, weliswaar in de tweede graad nog niet aan de orde, maar indien men zich later als zelfstandige wil vestigen noodzakelijk, is het attest van kennis van bedrijfsbeheer. Met deze boodschap in het achterhoofd wordt er naast de theoretische en praktische te verwerven kennis en vaardigheden van de leerlingen gedurende de opleiding tal van vakspecifieke attitudes verwacht en verder ontwikkeld: • zin voor orde, netheid en hygiëne • het persoonlijkheidsprofiel van een schoonheidsspecialist nastreven • organisatorisch, methodisch en zelfstandig leren werken • kritisch ingesteld zijn • sociale en communicatieve vaardigheden ontwikkelen • het dienst- en zorgverlenende aspect van de opleiding onderschrijven • taalvaardigheid en een goed taalgebruik nastreven
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
3
BEGINSITUATIE Om administratieve redenen is in de lessentabel onderscheid gemaakt tussen PV en TV. Om pedagogisch-didactische redenen is het leerplan opgemaakt voor 10u per week, waarin PV praktijk Bio-esthetiek en TV Bio-esthetiek zoveel als mogelijk geïntegreerd aangeboden worden. 2u TV Bio-esthetiek wordt apart behouden ter ondersteuning van de zuiver theoretische kennis die tegelijk dient ter ondersteuning van de praktijk. Om dit te kunnen realiseren is het noodzakelijk het lessenrooster in blokken te voorzien voor een totaal van 12lt./w PV en TV; waarbij de voorkeur gaat naar blokken van minimum 3 a 4u. In elk geval is een gecoördineerd en permanent overleg tussen de betrokken leraren noodzakelijk om de geîntegreerde aanpak van dit leerplan te realiseren. Zie algemene pedagogische wenken.
Aangezien er in het tweede leerjaar van de eerste graad geen basisoptie “Schoonheidsverzorging” bestaat kunnen we er van uitgaan dat de meeste leerlingen vanuit dezelfde beginsituatie starten. Vermoedelijk is hun interesse ontstaan uit persoonlijke kennismaking met het beroep, zin voor het esthetische en het sociaal en maatschappelijke aspect van dit beroep. Waarschijnlijk is hun interesse ook aangewakkerd via de positieve aandacht van reclame, het in contact komen met de waaier aan producten die vandaag de dag op de markt verkrijgbaar zijn. Als leraar peilen naar deze voorkennis en persoonlijke ervaringen zal voor de leerling een positieve ervaring betekenen en hen aanwakkeren tot het verder zetten van deze studierichting die heel wat toekomstperspectieven te bieden heeft.
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
4
ALGEMENE DOELSTELLINGEN • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Het doel van vaardigheden analyseren en motiveren Het belang van een werkmethode inzien en de aangeleerde werkvolgorde toelichten. Documentatie en productinformatie ordenen en gebruiken. Vakterminologie leren beheersen en gebruiken. Inzicht verwerven in de verschillende aspecten van het beroep. Begrippen in verband met grondstoffen, gereedschappen en producten in functie van de opdrachten kunnen verantwoorden. Inzicht hebben in de basistechnieken met betrekking tot dienstbaarheid en verkoop. Inzien dat schoonheidsverzorging een intense praktijkopleiding is met een praktijkgerichte sociale en maatschappelijke verantwoordelijkheid. Leren probleemoplossend denken en handelen. De basistechnieken aan de hand van een goede werkmethode in functie van de opdrachten uitvoeren. Zich bij de voorbereiding en toepassing van handelingen kunnen organiseren en enige vorm van routine eigen maken. Sociale vaardigheden verwerven in relatie tot de verschillende aspecten die in de opleiding aan bod komen. Georganiseerd, veilig en ergonomisch verantwoord werken. Milieubewust handelen. Bereid zijn tot onderlinge samenwerking en zin hebben voor verantwoordelijkheid. Met zin voor creativiteit en blijk gevend van persoonlijkheid en eigen smaak verantwoorde keuzes maken. De invloed van de persoonlijkheid van de klant, morfologie, kleur en stijl verweven zien tot een harmonieus geheel. Orde, onderhoud en ontsmetten van het materiaal toepassen. Beperkingen en tekortkomingen van zichzelf en anderen leren aanvaarden. Verantwoordelijkheid opnemen en blijk geven van doorzettingsvermogen. Positief, hulpvaardig en klantgericht in de omgang.
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
5
LEERPLANDOELSTELLINGEN / LEERINHOUDEN PV Praktijk Bio-esthetiek 10lt/week Decr.nr
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen kunnen
1
2
LEERINHOUDEN
Algemene voorbereidende handelingen Onderstaande leerplandoelstellingen en leerinhouden komen in elk lesonderdeel terug, zij worden in het leerplan niet telkens opnieuw vermeld maar lopen als een rode draad doorheen de totale opleiding. 1 Voorbereidende handelingen Voorbereidende handelingen plannen, ontvangen, installeren, begeleiden en adviseren het • onthaal van het model model voor, tijdens en na de vooropgestelde handelingen. • in functie van de vooropgestelde handelingen de werkplaats voorbereiden • professioneel materiaal kiezen in functie van de uit te voeren handelingen • materiaal reinigen, steriliseren, ontsmetten • in functie van de vooropgestelde behandelingen de klant installeren • administratieve gegevens verwerken • adviseren; informeren i.v.m kleur en stijl, thuisverzorging • probleemoplossend denken en handelen kunnen in functie van de vooropgestelde handelingen de voorbereiding uitvoeren en een handelingsplan opstellen
2 Voorbereiding • keuze producten • materieel • materiaal • apparatuur • techniek • werkvolgorde • handelingsplan
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
Decr.nr
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen kunnen
LEERINHOUDEN
3
realiseren zich het belang van sociale en communicatieve vaardigheden.
3 Sociale en communicatieve vaardigheden • plichtsbewuste en dynamische houding ontwikkelen • dienstverlenende verkoopsvaardigheden ontwikkelen • zin voor verantwoordelijkheid • positief kritische ingesteldheid • comfort en welbevinden nastreven • communicatievaardigheden ontwikkelen • taalgebruik verzorgen • vraagstelling, dialoog en advies
4
onderhouden het algemeen en specifiek materiaal, materieel en de apparatuur van een schoonheidssalon.
4 Onderhoud van het schoonheidssalon • • • • • •
dagelijks wekelijks reinigen ontsmetten steriliseren onderhoud van het persoonlijk materiaal
5
gaan op een veilige en verantwoorde manier om met apparatuur en toestellen, en respecteren veiligheidsvoorschriften.
6
nemen een ergonomisch verantwoorde houding aan.
7
leren positief kritisch zijn ten opzichte van het eigen werk en dat van anderen via zelfevaluatie.
5 Veiligheid in het schoonheidssalon • algemeen • specifiek 6 Ergonomie in het schoonheidssalon • algemeen • specifiek 7 Zelfevaluatie
8
leren stelselmatig en progressief rekening houden met tempo en tijdslimiet.
8 Tempo/tijdslimiet
6
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
Decr.nr
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen kunnen 9
gaan milieubewust om met producten en materialen.
LEERINHOUDEN 9 Milieubewust denken en handelen • sorteren • recycleren • klein chemisch afval
HANDVERZORGING 1
eigenen zich de meest gangbare terminologie van de handverzorging toe.
1 Inleidende begrippen •
2
verwoorden het doel van de handverzorging.
terminologie
2 Doel
3
realiseren zich het belang van de persoonlijke hygiëne.
•
hygiënisch
•
esthetisch
•
deontologisch
3 Persoonlijke hygiëne •
hygiënisch
•
esthetisch
7
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
Decr.nr
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen kunnen 4
Technische handelingen maken het onderscheid tussen materiaal en materieel en leren verantwoorde keuzes maken.
LEERINHOUDEN Technische handelingen 4 Materiaal/materieel
5
verklaren de anatomie van de nagel.
•
doel
•
soorten
•
eisen
•
onderhoud: reinigen, ontsmetten, steriliseren
5 De nagel cf. TV bio-esthetiek + TV Toegepaste Biologie
6
7
•
anatomie
•
groei
•
nagelvormen
onderscheiden en verklaren de verschillende nagelaandoeningen.
6
verwerven inzicht in de producten voor de handverzorging leren verantwoord kiezen en voeren de huidverzorging uit.
7
De nagelaandoeningen cf. TV bio-esthetiek + TV Toegepaste Biologie
De huidverzorging
8
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
Decr.nr
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen kunnen 8
9
omschrijven de verschillende invloeden op de groei van de nagel.
bespreken de anatomie van de huid.
LEERINHOUDEN 8 Invloeden •
intern; voeding
•
extern; milieu, producten…
9 De huid cf. TV bio-esthetiek + TV Toegepaste Biologie
10
Bespreken de anatomie van de hand.
•
anatomie
•
functies
•
terminologie
10 De hand cf. TV bio-esthetiek + TV Toegepaste Biologie
11
onderscheiden en verklaren de meest voorkomende huidaandoeningen.
•
anatomie
•
functies
•
terminologie
11 Huidaandoeningen cf. TV bio-esthetiek + TV Biologie
9
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
Decr.nr
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen kunnen 12
verwerven inzicht in de evolutie van de kunstnagel
LEERINHOUDEN 12 Evolutie van de kunstnagel
13
verwerven inzicht in de organisatie van de werkruimte.
13 Werkruimte
14
verklaren, kiezen en voeren correcte werkmethodes uit.
•
inrichting
•
indeling
•
uitrusting
14 De nagelverzorging+ behandelen van nagelaandoeningen • doel • soorten • toepassing De huidverzorging + behandelen van huidaandoeningen • doel • soorten • toepassing De massage van hand en arm • doel • soorten • toepassing
15
realiseren de nagellaktechniek volgens de regels van de kunst
15 Lakken van de nagels • techniek • toepassing
10
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
Decr.nr
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen kunnen 16
realiseren verschillende nagellaktechnieken volgens de regels van de kunst.
LEERINHOUDEN 16 Nagellaktechnieken •
17
verwerven inzicht en realiseren eenvoudige kunstnageltechnieken.
11
specifieke en modegebonden technieken
17 Kunstnageltechnieken • • •
voorbehandeling toepassing nabehandeling
GELAATSVERZORGING 1
Voorbereidende handelingen plannen, ontvangen, installeren, begeleiden en adviseren het model voor, tijdens en na de vooropgestelde handelingen.
1 Voorbereidende handelingen • onthaal van het model • in functie van de vooropgestelde handelingen de werkplaats voorbereiden • professioneel materiaal kiezen in functie van de uit te voeren handelingen • materiaal reinigen, steriliseren, ontsmetten • in functie van de vooropgestelde behandelingen de klant installeren • administratieve gegevens verwerken • adviseren; informeren i.v.m kleur en stijl, thuisverzorging • probleemoplossend denken en handelen
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
Decr.nr
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen kunnen 2
3
4
5
verwerven inzicht in de organisatie van de werkruimte in functie van de gelaatsverzorging.
kiezen en verantwoorden de keuze van de producten in functie van de gelaatsverzorging
maken het onderscheid tussen materiaal en materieel en leren verantwoorde keuzes maken.
verwerven inzicht in huidtypes, huidafwijkingen en huidanomalieën in functie van het opstellen van een huiddiagnose.
LEERINHOUDEN 2 Werkruimte •
inrichting
•
indeling
•
uitrusting
3 Studie van de producten •
doel
•
soorten
•
gebruik
4 Materiaal/materieel •
doel
•
soorten
•
eisen
•
apparatuur (beperken tot eenvoudige apparatuur)
•
onderhoud: reinigen, ontsmetten, steriliseren
5
•
Huidtypes
•
Huidafwijkingen
•
Huidanomaliëen
12
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
Decr.nr
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen kunnen
LEERINHOUDEN
6
kunnen op basis van de gebruikelijke terminologie een (beperkte)huiddiagnose stellen en een technische fiche opmaken.
6 Huiddiagnose • Technische fiche • Terminologie
7
leren aan de hand van de huiddiagnose specifieke handelingen in de juiste volgorde uitvoeren.
7 Specifieke handelingen toepassen • Dieptereiniging • geconcentreerde werkstoffen • speciale maskers • behandelen van comedonen/gerstekorrels
8
kunnen aan de hand van de huiddiagnose basishandelingen zelfstandig en in de juiste volgorde uitvoeren.
8
9
verwerven in functie van de huidanalyse inzicht in de anatomie van het gelaat.
13
Basishandelingen •
huidanalyse
•
reiniging: manueel, apparatuur
•
epilatie
•
massagetechnieken
•
maskers en pakkingen
9 Anatomie van het gelaat cf. TV bio-esthetiek + TV Toegepaste Biologie • de huid • bouw • functies • terminologie
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
Decr.nr
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen kunnen 10
14
LEERINHOUDEN
schakelen op een verantwoorde manier en op basis van de gestelde huiddiagnose, de apparaten in de gelaatsverzorging in.
10 Apparaten • vapozone • hoogfrequentieapparaat • borstelmassage-apparaat • …
Voorbereidende handelingen:
1 Voorbereidende handelingen: • onthaal van het model • in functie van de vooropgestelde handelingen de werkplaats voorbereiden • professioneel materiaal kiezen in functie van de uit te voeren handelingen • materiaal reinigen • in functie van de vooropgestelde behandelingen het model installeren
MAKE-UP 1
plannen, ontvangen, en installeren het model voor en tijdens de vooropgestelde handelingen.
2
voeren een reiniging en verzorging uit ter voorbereiding van de make-up.
2
3
wenden materiaal aan in functie van de uit te voeren handelingen.
3 Materiaalkennis • klein materiaal • specifiek materiaal
4
kiezen, verantwoorden en passen de producten voor een eenvoudige en jeugdige make-up toe.
4 Productkennis en praktische toepassingen • basisopmaak • oogopmaak • mondopmaak
Reinigen en beschermen van de huid.
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
Decr.nr
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen kunnen
LEERINHOUDEN
5
verwerven inzicht in de basisprincipes van de kleurentheorie en passen deze toe in de make-up.
5 Kleurenleer • kleurkeuze • harmonie
6
kennen de morfologie van het gelaat en kunnen de verschillende metingen toepassen.
6 Studie van het gelaat • morfologie • metingen • ideale gelaatsvorm • verschillende gelaatsvormen
7
7 Verschillende maquillages • eenvoudige • naar foto • speciale gelegenheden • modegericht • … voeren een make-up uit op basis van kleurencombinaties in 8 harmonie en volgens de basisprincipes van de kleurenleer. Kleurencombinaties
8 9
realiseren naargelang de opdracht en het model verschillende maquillages.
passen de basisprincipes van de correctieve make-up toe.
9 Correctieve make-up • gelaat • ogen • neus • mond
15
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
16
VOETVERZORGING 1
Voorbereidende handelingen plannen, ontvangen, installeren, begeleiden en adviseren het model voor, tijdens en na de vooropgestelde handelingen.
2
eigenen zich via de praktijk meest gangbare terminologie van de voetverzorging toe.
1 Voorbereidende handelingen • onthaal van het model • in functie van de vooropgestelde handelingen de werkplaats voorbereiden • professioneel materiaal kiezen in functie van de uit te voeren handelingen • materiaal reinigen, steriliseren, ontsmetten • in functie van de vooropgestelde behandelingen het model installeren • administratieve gegevens verwerken • adviseren, thuisverzorging, doorverwijzen naar arts… • probleemoplossend denken en handelen 2 Inleidende begrippen •
3
verwoorden het doel van de voetverzorging.
terminologie
3 Doel
4
realiseren zich het belang van de persoonlijke hygiëne.
•
hygiënisch
•
esthetisch
•
deontologisch
4 Persoonlijke hygiëne
5
maken gebruik van apparatuur om te steriliseren
•
hygiënisch
•
esthetisch
5 Sterilisatieapparatuur
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w) 6
Technische handelingen Technische handelingen kiezen en verantwoorden de gereedschappen en producten 6 in functie van de uit te voeren handelingen. Gereedschappen •
doel
•
soorten
•
eisen
•
onderhoud: reinigen, ontsmetten, steriliseren
Producten • • • •
7
verwerven inzicht in de organisatie van de werkruimte.
voetcrème ontsmettingsmiddelen huidverwekende middelen bloedstelpende middelen
7 Werkruimte
8
leren een voetonderzoek uit te voeren en een handelingsplan in te vullen.
•
inrichting
•
indeling
•
uitrusting
8 Voetonderzoek in functie van de basisvoetverzorging
cf.TV bio-esthetiek + TV Biologie •
invullen handelingsplan
17
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w) 9
10
verklaren, kiezen en voeren correcte werkmethodes uit.
realiseren de nagellaktechniek volgens de regels van de kunst.
9 De nagelverzorging+ behandelen van nagelaandoeningen • doel • soorten • toepassing De huidverzorging + behandelen van huidaandoeningen • doel • soorten • toepassing De massage van voet- en onderbeen • doel • soorten • toepassing 10 Lakken van de nagels • techniek • toepassing
TV Bio-esthetiek 2lt/week 1
realiseren en verwoorden goede omgangsvormen ten aanzien van modellen en elkaar.
2
verwoorden de oorzaken en het voorkomen van de meest voorkomende gezondheidsproblemen van het beroep.
1 Sociale- en communicatieve vaardigheden • wellevendheid en etiquette • observatie • luistervaardigheid • vraagstelling • taalgebruik • dialoog voeren • adviseren • verbale en non-verbale communicatie 2 Gezondheidsproblemen in het beroep van schoonheidsspecialist • oorzaken • preventie • ergonomie
18
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w) 3
verwoorden de eisen die gesteld worden het profiel van de schoonheidsspecialist.
4
herkennen de risico’s op het vlak van veiligheid in het instituut.
5
Het algemeen en specifiek onderhoud van professioneel materieel en materiaal onderscheiden en aankopen verantwoorden.
5
zien persoonlijke hygiëne als een belangrijk onderdeel van het beroep.
6
6
7
3 Eisen gesteld aan het beroep • professioneel/vakbekwaam • creatief • commercieel/ communicatief • sociale vaardigheden • voorkomen; persoonlijke en algemene hygiëne • hygiëne in het instituut • kwaliteit afleveren en bewaken 4 Veiligheid en preventie in het instituut • behandelingen • producten • apparaten Het verschil onderscheiden Het materieel onderhouden
Persoonlijke hygiëne •
ten aanzien van zichzelf en anderen
•
relatie persoonlijke hygiëne en netheid in het instituut
•
verantwoordelijkheid ten opzichte van zichzelf en anderen
•
uitstraling, imago
verklaren het belang van de belangrijkste hand-gelaat-voet- 7 en nagelverzorgingsproducten in functie van het gebruik in Productenkennis naar de praktijk. • • •
doel soorten gebruik
19
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w) 8
9
10
maken een onderscheid tussen reinigende, verzorgende, beschermende en verfraaiende producten en verklaren het nut van het gebruik.
verwoorden het doel, gebruik en onderhoud van de verschillende materialen in functie van de uit te voeren handelingen.
8 Schoonheidsproducten •
reinigende
•
verzorgende
•
beschermende
•
verfraaiende producten
9 Materiaal/instrumenten voor • • • •
handverzorging gelaatsverzorging make-up voetverzorging
verklaren het begrip pH-waarde en pH-schaal in relatie met 10 de producten die ze gebruiken.
Meten en situeren
11
verklaren het doel van de apparatuur naargelang het gebruik in de praktijk.
11 Apparatuur • •
12
verwerven inzicht in de organisatie van de werkruimte.
doel gebruiksvoorschriften
12 Werkruimte •
inrichting
•
indeling
•
uitrusting
20
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
13
verwoorden het effect van een goede massage.
13 Massage
14
verwerven inzicht in de morfologische begrippen
15
verwerven inzicht in de basisprincipes van de kleurenleer in 15 relatie tot een harmonie en stijl
•
doel
•
invloeden
•
indicaties en contra-indicaties
14 Studie van het gelaat • ideale gelaatsvorm • verschillende gelaatsvormen
Kleurenleer
16
omschrijven tendensen en schoonheidsidealen in het huidig modebeeld en bespreken elementen die de mode beïnvloeden
•
basis
•
kleurkeuze
•
harmonie
16 Mode en stijl •
begrippen
•
voorgeschiedenis
•
modeverschijnselen en hun invloeden
21
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w) 17
22
associëren bepaalde begrippen over mode en stijl in de tijd. 17 Historische achtergronden: •
Oude en Nieuwe tijd
•
Historisch kader
•
Invloeden
Volgende leerinhouden dienen in permanent overleg met de leraar Toegepaste Biologie en de leraar TV/ PV besproken te worden. Naargelang de verplichte inhouden van het vak Toegepaste Biologie zie lpnr: 2002/071 zal de basisleerstof van de huid, de spieren en de beenderen in de TV Technologie verder uitgediept worden. Dit om te vermijden dat de leerlingen de leerstof al te vaak herhaald krijgen. Het is de bedoeling in de Technologie de inhouden waar mogelijk te koppelen aan de inhouden van de praktijk. 18
verklaren de anatomie van de nagel.
18 De nagel (cf. Toegepaste biologie)
19
20
onderscheiden en verklaren de verschillende aandoeningen aan handen en voeten.
omschrijven de verschillende invloeden op de groei van de nagel.
•
anatomie
•
groei
•
nagelvormen
19 De nagelaandoeningen cf. TV Toegepaste Biologie •
oorzaken
•
behandeling
•
indicaties en contra-indicaties
20 Invloeden •
intern; voeding
•
extern; milieu, producten…
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w) 21
22
23
bespreken de functies van de huid en ontdekken via de praktijk de verschillende huidsoorten.
benoemen aan de hand van de juiste terminologie de basiskennis van de anatomie.
verwerven inzicht in huidaandoeningen en huidanomalieën in functie van het opstellen van een huiddiagnose.
21 De huid (cf. Toegepaste Biologie) •
functies
•
huidtypes
22 Algemene anatomie (cf. Toegepaste Biologie) •
de cel
•
de weefsels
•
de stelsels
23 Huidaandoeningen (cf. Toegepaste Biologie) Huidafwijkingen
24
gebruiken de terminologie voor de ledematen naargelang de toepassingen in de praktijk
24 Terminologie van de ledematen
25
duiden aan en omschrijven het belang van de spieren in relatie tot de massage
25 Spierleer (cf. Toegepaste Biologie) • hoofd en hals • arm en hand • voet en onderbeen
26
herkennen op basis van visueel materiaal de beenderen in functie van de uit te voeren handelingen.
26 Beenderen (cf. Toegepaste Biologie) • hoofd en hals • arm en hand • voet en onderbeen
27
kunnen een huiddiagnose stellen en een handelingsplan opmaken.
27 Huiddiagnose • Technische fiche
23
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
24
Complementair gedeelte 2lt/week Volgende leerplandoelstellingen dienen enkel gerealiseerd te worden indien de school opteert voor 2u complementair gedeelte Haarzorg. De inhouden dienen beschouwd als complementair aan de opleiding van schoonheidsspecialist met als doel het kapsel terug in vorm te brengen na een schoonheidsbehandeling, de persoonlijke verzorging in acht te nemen en advies te verstrekken. 1
Voorbereidende handelingen: plannen, ontvangen, en installeren het model voor en tijdens de vooropgestelde handelingen.
2
de voorbereidende handelingen voor een aangepaste haarverzorging toepassen en verantwoorden.
3
verwerven in functie van de persoonlijke verzorging basistechnieken bij het uitvoeren van brushing.
4
verantwoorden de keuze van de producten en gereedschappen.
5
voeren een eenvoudige afwerking van een kapsel uit.
1 Voorbereidende handelingen • onthaal van het model • in functie van de vooropgestelde handelingen de werkplaats voorbereiden • professioneel materiaal kiezen in functie van de uit te voeren handelingen • materiaal reinigen • in functie van de vooropgestelde behandelingen het model installeren 2 Haarverzorging • reinigende • verzorgende shampoo • verzorgende/ herstellende producten • kammen/borstelen/ontwarren • wassen, masseren • verzorgen, masseren • handdoekdroog maken • verstevigen 3 3.1 Basisvaardigheden brushing • handhaardroger/borstels • voordrogen • afdelen • vingerdrogen 4 Producten/gereedschappen 5 Afwerking kapsel • aangepast en volgens kapselvorm
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w) 6
7
6 Kapselafwerkingstechnieken • kleefrollen • krultang • … verfraaien het kapsel na een schoonheidsverzorging aan de hand van 7 Afwerkingstechnieken- en producten afwerkingstechnieken- en producten. verwerven vaardigheden in het opmaken en bijwerken van kapsels.
25
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
26
ALGEMENE PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN EN TIMING 1
PV PRAKTIJK/TV TECHNOLOGIE
Nr. PV
Pedagogisch-didactische wenken Uitgaan van welomschreven praktijkopdrachten en regelmatige inoefeningen om goede vaardigheden te verwerven.
PV/ Zorgen voor voldoende afwisseling in de opdrachten. TV PV Uitgaan van een reglement van inwendige orde met betrekking tot: •
het minimum aantal opdrachten en modellen
•
hygiëne
•
vakgerichte attitudes
•
orde, netheid, onderhoud
•
veiligheids- en milieuaspecten
•
…
PV/ Sociale en communicatieve vaardigheden integreren in de lessen praktijk. TV TV/ De link met de wetenschapsvakken Biologie, Chemie en Toegepaste Biologie bewaken PV en onderling overleg plegen. PV/ De leerlingen de individuele evaluatie van praktijkopdrachten laten bijhouden om hen toe TV te laten gegevens in verband met bemerkingen, bijsturingen te noteren. PV Integratie van ergonomische aspecten. PV/ TV PV/ TV PV/ TV PV/ TV PV
Momenten van zelfevaluatie inlassen. ICT mogelijkheden integreren benutten. Bij het aanleren van massagetechnieken de link leggen met Toegepaste Biologie. De leerlingen via persoonlijke ervaringen de veelheid aan producten laten toelichten. Hen via gerichte opdrachten een beperkte studie van producten laten maken. In het eerste leerjaar ligt de nadruk op het aanleren van technieken, stelselmatig zal men het gebruik met diverse producten opdrijven.
PV/ Het opstellen en invullen van het handelingsplan wordt uitgevoerd onder begeleiding van TV de leraar en zal stelselmatig en progressief uitgebreid worden. PV/ Het praktijklokaal oogt verzorgd, is hygiënisch en esthetisch verantwoord. TV PV Via persoonlijke ervaringen de doel en effect van bepaalde technieken en handelingen laten ervaren. PV De permanente evolutie van de sector in kaart brengen met de nadruk op het belang van levenslang leren. PV/ De link met Plastische opvoeding rond aspecten van kleur- en kleurenstudie, vormen, stijl TV en harmonie bewaken, overleg met de leraar via vakgroepwerking over het afstemmen van leerinhouden en uitwerken van opdrachten. PV/ Via cd-rom, video de leerlingen inzicht laten verwerven in verhoudingen, het effect van TV kleur, contrast enz.
Timing PV 10u TV 2u
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
Nr.
Pedagogisch-didactische wenken
PV
Via demonstraties, bezoeken aan firma’s de leerlingen laten kennismaken met de diversiteit en mogelijkheden van de sector.
PV
Vakgerichte attitudes in elke praktijkles benadrukken en stelselmatig en progressief integreren.
PV
Leerlingen bewust maken van het feit dat het tempo en tijdsbesteding van handelingen aan belang inwinnen naarmate de opleiding vordert.
PV
Het belang en effect van de reclame en de mediabelangstelling aangrijpen om nieuwigheden en trends toe te lichten.
27
Timin g
Het is de bedoeling de theoretische kennis zoveel als mogelijk te integreren via de praktijk en hier ook tijdens de praktijk naar te verwijzen. Hiervoor is het nodig de leerinhouden zoveel als mogelijk op elkaar af te stemmen. Om dit optimaal te laten verlopen is het echter noodzakelijk de uren TV en PV door één leraar te laten geven. Indien dit omwille van organisatorische redenen niet mogelijk is zal er permanent overleg nodig zijn. Het leerplan voorziet geen opdeling van vakken uitgedrukt in lestijden per week per leerjaar, maar is opgevat als een geheel dat bestaat uit verschillende componenten die deel uit maken van de opleiding. Dit geeft de leraar de mogelijkheid daar waar nodig en afhankelijk van de klasgroep meer of minder tijd te besteden aan een bepaald lesonderwerp. Per graad dienen de leerinhouden volgens de te bereiken leerplandoelstellingen in onderling overleg verdeeld over de twee schooljaren. Er zal niet alleen overleg moeten zijn tussen de leraren van de twee leerjaren, maar ook, indien er twee leraren in één leerjaar lesgeven, tussen hen, dit omwille van de afstemming van de leerinhouden. Alle afspraken hieromtrent worden via de vakgroepwerkingen genotuleerd. De opmaak van het jaar(vorderings)plan wordt op elkaar afgestemd of zo nodig samen opgemaakt. Dit om de continuïteit van de opleiding te garanderen. Het leerplan laat variaties in de leerinhouden, dit om ééntonigheid te vermijden en de interesse van de leerlingen te wekken. De technieken en vaardigheden worden via inoefeningen en in stijgende vorm van moeilijkheidsgraad aangeleerd. Hoewel het beroep van kapper en schoonheidsspecialist met elkaar in verband staan wordt in dit leerplan gekozen om het vak dameskappen niet meer als een apart vak te beschouwen. Dit betekent geenszins dat er geen mogelijkheid is om de inhouden met betrekking tot haarzorg te onderrichten. De school kan er voor opteren dit aan te bieden via het complementair gedeelte. Om de leerplandoelstellingen hiervoor(CG) geschreven te realiseren is het aangewezen te kiezen voor 2u Dameskappen en deze te organiseren aansluitend met het praktijkvak Bio-esthetiek zodat de inhouden die voor de toekomstige schoonheidsspecialist van toepassing en aldus relevant zijn complementair zijn aan deze opleiding. Het is dus niet de bedoeling de leerlingen een spoedcursus haarzorg te geven maar hen wel te introduceren in een basis van persoonlijke verzorging, een basis om het kapsel van het model terug in vorm te brengen, tips te geven qua verzorging en ter verpersoonlijking advies te verstrekken. Het is de bedoeling de leerlingen vertrouwd te maken met vormen van zelfevaluatie ten einde zichzelf te onderwerpen aan een kritische analyse. Door uit te gaan van duidelijke en belangstellingwekkende observatieopdrachten tijdens voorstellingen en bedrijfsbezoeken doen de leerlingen niet alleen een positieve ervaring op, maar zet men hen aan tot probleemoplossend denken en logisch redeneren. Door opdrachten te geven om opzoekingen via de hedendaagse informatietechnologie te doen worden de leerlingen ICT vaardigheden bijgebracht en worden zij gestimuleerd voor zelfstudie en levenslang leren. De rol van de leraars gesteund op een basis van professionaliteit, creativiteit, leerling- en teamgerichtheid is essentieel voor de begeleiding en het stimuleren van de leerling in hun studies en verdere loopbaankeuze.
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
2
VOET
2.1
Wat?
28
Vakoverschrijdende eindtermen (VOET) zijn minimumdoelstellingen, die -in tegenstelling tot de vakgebonden eindtermen - niet gekoppeld zijn aan een specifiek vak, maar door meerdere vakken of onderwijsprojecten worden nagestreefd. De VOET worden volgens een aantal vakoverschrijdende thema's geordend: leren leren, sociale vaardigheden, opvoeden tot burgerzin, gezondheidseducatie, milieueducatie, muzisch-creatieve vorming en technisch-technologische vorming (alleen voor ASO). De school heeft de maatschappelijke opdracht om de VOET volgens een eigen visie en stappenplan bij de leerlingen na te streven (inspanningsverplichting). 2.2 Waarom? Het nastreven van VOET vertrekt vanuit een bredere opvatting van leren op school en beoogt een accentverschuiving van een eerder vakgerichte ordening naar meer totaliteitsonderwijs. Door het aanbieden van realistische, levensnabije en concreet toepasbare aanknopingspunten, worden leerlingen sterker gemotiveerd en wordt een betere basis voor permanent leren gelegd. VOET vervullen een belangrijke rol bij het bereiken van een voldoende brede en harmonische vorming en behandelen waardevolle leerinhouden, die niet of onvoldoende in de vakken aan bod komen. Een belangrijk aspect is het realiseren van meer samenhang en evenwicht in het onderwijsaanbod. In dit opzicht stimuleren VOET scholen om als een organisatie samen te werken. De VOET verstevigen de band tussen onderwijs en samenleving, omdat ze tegemoetkomen aan belangrijk geachte maatschappelijke verwachtingen en een antwoord proberen te formuleren op actuele maatschappelijke vragen. 2.3 Hoe te realiseren? Het nastreven van VOET is een opdracht voor de hele school, maar individuele leraren kunnen op verschillende wijzen een bijdrage leveren om de VOET te realiseren. Enerzijds door binnen hun eigen vakken verbanden te leggen tussen de vakgebonden doelstellingen en de VOET, anderzijds door thematisch onderwijs (teamgericht benaderen van vakoverschrijdende thema's), door projectmatig werken (klas- of schoolprojecten, intra- en extra-muros), door bijdragen van externen (voordrachten, uitstappen). Het is een opdracht van de school om via een planmatige en gediversifieerde aanpak de VOET na te streven. Ondersteuning kan gevonden worden in pedagogische studiedagen en nascholingsinitiatieven, in de vakgroepwerking, via voorbeelden van goede school en klas-praktijk en binnen het aanbod van organisaties en educatieve instellingen.
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w) 3
BEGELEID ZELFGESTUURD LEREN
3.1
Wat?
29
Met begeleid zelfgestuurd leren bedoelen we het geleidelijk opbouwen van een competentie naar het einde van het secundair onderwijs, waarbij leerlingen meer en meer het leerproces zelf in handen gaan nemen. Zij zullen meer en meer zelfstandig beslissingen leren nemen in verband met leerdoelen, leeractiviteiten en zelfbeoordeling. Dit houdt onder meer in dat: − de opdrachten meer open worden; − er meerdere antwoorden of oplossingen mogelijk zijn; − de leerlingen zelf keuzes leren maken en die verantwoorden; − de leerlingen zelf leren plannen; − er feedback is op proces en product; − er gereflecteerd wordt op leerproces en leerproduct. De leraar is ook coach, begeleider. De impact van de leerlingen op de inhoud, de volgorde, de tijd en de aanpak wordt groter.
3.2
Waarom?
Begeleid zelfgestuurd leren sluit aan bij enkele pijlers van ons PPGO, o.m. − leerlingen zelfstandig leren denken over hun handelen en hierbij verantwoorde keuzes leren maken; − leerlingen voorbereiden op levenslang leren; − het aanleren van onderzoeksmethodes en van technieken om de verworven kennis adequaat te kunnen toepassen. Vanaf het kleuteronderwijs worden werkvormen gebruikt die de zelfstandigheid van kinderen stimuleren, zoals het gedifferentieerd werken in groepen en het contractwerk. Ook in het voortgezet onderwijs wordt meer en meer de nadruk gelegd op de zelfsturing van het leerproces in welke vorm dan ook. Binnen de vakoverschrijdende eindtermen, meer bepaald “Leren leren”, vinden we aanknopingspunten als: − keuzebekwaamheid; − regulering van het leerproces; − attitudes, leerhoudingen, opvattingen over leren. In onze (informatie)maatschappij wint het opzoeken en beheren van kennis voortdurend aan belang.
3.3
Hoe te realiseren?
Het is belangrijk dat bij het werken aan de competentie de verschillende actoren hun rol opnemen: − de leraar als coach, begeleider; − de leerling gemotiveerd en aangesproken op zijn “leer”kracht; − de school als stimulator van uitdagende en creatieve onderwijsleersituaties. De eerste stappen in begeleid zelfgestuurd leren zullen afhangen van de doelgroep en van het moment in de leerlijn “Leren leren”, maar eerder dan begeleid zelfgestuurd leren op schoolniveau op te starten is “klein beginnen” aan te raden. Vanaf het ogenblik dat de leraar zijn leerlingen op min of meer zelfstandige manier laat − doelen voorop stellen − strategieën kiezen en ontwikkelen − oplossingen voorstellen en uitwerken − stappenplannen of tijdsplannen uitzetten − resultaten bespreken en beoordelen; − reflecteren over contexten, over proces en product, over houdingen en handelingen − verantwoorde conclusies trekken − keuzes maken en die verantwoorden is hij al met een of ander aspect van begeleid zelfgestuurd leren bezig.
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
4
30
ICT
4.1 Wat? Onder ICT verstaan we het geheel van computers, netwerken, internetverbindingen, software, simulatoren, etc. Telefoon, video, televisie en overhead worden in deze context niet expliciet meegenomen. 4.2 Waarom? De recente toevloed van informatie maakt levenslang leren een noodzaak voor iedereen die bij wil blijven. Maatschappelijke en onderwijskundige ontwikkelingen wijzen op het belang van het verwerven van ICT. Enerzijds speelt het in op de vertrouwdheid met de beeldcultuur en de leefwereld van jongeren. Anderzijds moeten jongeren niet alleen in staat zijn om nieuwe media efficiënt te gebruiken, maar is ICT ook een hulpmiddel bij uitstek om de nieuwe onderwijsdoelen te realiseren. Het nastreven van die competentie veronderstelt onderwijsvernieuwing en aangepaste onderwijsleersituaties. Er wordt immers meer en meer belang gehecht aan probleemoplossend denken, het zelfstandig of in groep leren werken, het kunnen omgaan met enorme hoeveelheden aan informatie, ... In bepaalde gevallen maakt ICT deel uit van de vakinhoud en is ze gericht op actieve beheersing van bijvoorbeeld een softwarepakket binnen de lessen informatica. In de meeste andere vakken of bij het nastreven van vakoverschrijdende eindtermen vervult ICT een ondersteunende rol. Door de integratie van ICT kunnen leerlingen immers: − het leerproces zelf in eigen handen nemen; − zelfstandig en actief leren omgaan met les- en informatiemateriaal; − op eigen tempo werken en een eigen parcours kiezen (differentiatie en individualisatie). 4.3 Hoe te realiseren? In de eerste graad van het SO kunnen leerlingen adequaat of onder begeleiding elektronische informatiebronnen raadplegen. In de tweede en nog meer in de derde graad kunnen de leerlingen “spontaan” gegevens opzoeken, ordenen, selecteren en raadplegen uit diverse informatiebronnen en – kanalen met het oog op de te bereiken doelen. Er bestaan verschillende mogelijkheden om ICT te integreren in het leerproces. Bepaalde programma’s kunnen het inzicht verhogen d.m.v. visualisatie, grafische voorstellingen, simulatie, het opbouwen van schema’s, stilstaande en bewegende beelden, demo, ... Sommige cd-roms bieden allerlei informatie interactief aan, echter niet op een lineaire manier. De leerling komt via bepaalde zoekopdrachten en verwerkingstaken zo tot zijn eigen “gestructureerde leerstof”. Databanken en het internet kunnen gebruikt worden om informatie op te zoeken. Wegens het grote aanbod aan informatie is het belangrijk dat de leerlingen op een efficiënte en een kritische wijze leren omgaan met deze informatie. Extra begeleiding in de vorm van studiewijzers of instructiekaarten is een must. Om tot een kwaliteitsvol eindresultaat te komen, kunnen leerlingen de auteur (persoon, organisatie, ...), de context, andere bronnen die de inhoud bevestigen en de onderzoeksmethode toevoegen. Dit zal het voor de leraar gemakkelijker maken om het resultaat en het leerproces te beoordelen. De resultaten van individuele of groepsopdrachten kunnen gekoppeld worden aan een mondelinge presentatie. Het programma “Powerpoint” kan hier ondersteunend werken. Men kan resultaten en/of informatie uitwisselen via e-mail, blackboard, chatten, nieuwsgroepen, discussiefora, ... ICT maakt immers allerlei nieuwe vormen van directe en indirecte communicatie mogelijk. Dit is zeker een meerwaarde omdat ICT zo de mogelijkheid biedt om niet alleen interscolaire projecten op te zetten, maar ook om de communicatie tussen leraar en leerling (uitwisselen van cursusmateriaal, planningsdocumenten, toets- en examenvragen, ...) en leraren onderling (uitwisseling lesmateriaal) te bevorderen.
Sommige programma’s laten toe op graduele niveaus te werken. Ze geven de leerling de nodige feedback en remediëring gedurende het leerproces (= zelfreflectie en -evaluatie).
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
31
MINIMALE MATERIELE VEREISTEN De uitrusting en de inrichting van de lokalen, inzonderheid de werkplaatsen, de vaklokalen en de laboratoria, dienen te voldoen aan de technische voorschriften inzake arbeidsveiligheid. Inzake veiligheid is de volgende wetgeving van toepassing: • • • •
Codex ARAB AREI Vlarem
Deze wetgeving bevat de technische voorschriften die in acht moeten genomen worden met betrekking tot de uitrusting en inrichting van de lokalen en de aankoop en het gebruik van toestellen, materiaal en materieel. Zij schrijven voor dat: • • •
duidelijke Nederlandstalige handleidingen en een technisch dossier aanwezig moeten zijn; alle gebruikers de werkinstructies en onderhoudsvoorschriften dienen te kennen en correct kunnen toepassen; de collectieve veiligheidsvoorschriften nooit mogen gemanipuleerd worden;
de persoonlijke beschermingsmiddelen aanwezig moeten zijn en gedragen worden, daar waar de wetgeving het vereist. Basisuitrusting Nutsvoorzieningen • voorzien van koud en warm water • voldoende verlichting • voldoende stopcontacten Infrastructuur • Voldoende ruime lokalen voorzien van voldoende bergruimte Linnen • Voldoende in aantal: handdoeken, dekens, beschermhoezen, lakens Klein materiaal • Voldoende klein gereedschap: minimum één set voor elk vakonderdeel, materiaal en producten Apparatuur • Sterilisatieapparatuur • Ontsmettingsapparatuur
Klein materiaal • Voldoende klein gereedschap: minimum één set voor elk vakonderdeel, materiaal en producten
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
Specifieke uitrusting Meubilair • Behandelzetels • Werktafels • Tabouretten • Spiegels Apparaten • Apparatuur voor hydro- en mechano behandelingen • Loupelamp
Didactisch materiaal In de school aanwezig • TV en videoapparatuur • Retro-projector • Toegang tot PC en internet
32
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
33
EVALUATIE Onderscheid moet gemaakt worden tussen de evaluatie van het leerproces en de evaluatie van het eindproduct. Bij de procesevaluatie wordt doorlopend gepeild naar de verwerking van het leerproces, met de bedoeling dit proces zo nodig bij te sturen, zodat elke leerling op de meest effectieve manier kan leren. De klemtoon ligt hierbij duidelijk op het optimaal functioneren van de leerling. Het verloop van het proces wordt, vooraf, door de leraar uitgetekend. Zij/hij bepaalt • welke de verschillende stappen zijn; • welke fouten op elk moment ontoelaatbaar zijn; • welke fouten kunnen gemaakt worden. Afhankelijk van het resultaat van feedbackmomenten (evaluaties na elke opdracht of deelopdracht) wordt het proces verder gezet of zo nodig bijgestuurd. Om de leerling te motiveren gebeurt dit in een constructieve, positieve sfeer. Productevaluatie gebeurt op het einde van het leerproces (bijvoorbeeld na een hoofdstuk, een opdrachtenreeks, een project, een trimester...). Hierbij wordt nagegaan in hoeverre de leerling de basisdoelstellingen bereikt heeft. Elke evaluatie dient te vertrekken vanuit duidelijke en operationele doelstellingen. Zowel het proces als het product moeten op een zo objectief mogelijke manier geëvalueerd worden. De evaluatie steunt altijd op een vaardigheids- en werkanalyse die het verloop, de verantwoording en de criteria weergeeft van de opdracht. Proces- en productgericht evalueren kan vier aspecten omvatten: • • • •
de denkactiviteit (bijvoorbeeld instructies lezen, aantekeningen maken, …). de motorische handelingen (bijvoorbeeld verbindingen maken, …). de praktijkattitudes (bijvoorbeeld nauwkeurig werken, scherp waarnemen, …). de uitvoeringstijd, waarbij gestreefd wordt naar een haalbaarheid voor 90 % van de leerlingen.
Bij de evaluatie zal er in ieder geval rekening gehouden worden met het feit dat het om leerlingen gaat. Onnauwkeurig werken, kleine fouten maken, moet in zekere mate aanvaardbaar zijn. Belangrijk is de evolutie. Daarom zal de lerares/leraar voortdurend de vorderingen van de leerlingen controleren. Indien nodig zal zij/hij meteen remediërend optreden. Bij het begin van iedere praktijkopdracht zal de lerares/leraar (indien nodig aan alle leerlingen afzonderlijk) meedelen welke (sub)doelstellingen tijdens die les moeten bereikt of nagestreefd worden: iedere leerling moet bij het begin van iedere les weten wat van hem tijdens die les verwacht wordt. In het evaluatieproces kunnen 3 stappen onderscheiden worden: • • •
registreren (door middel van een evaluatieschema), interpreteren (door middel van een vierpuntenschaal), rapporteren.
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
34
Registreren
Om zo objectief mogelijk te kunnen registreren, wordt voor elke praktijkopdracht (met de daarbij horende gedragsvaardigheden) een evaluatieschema opgesteld. Zo’n schema bevat alle doelstellingen (met de daarbij horende subdoelstellingen) en attitudes die bij de opdracht zullen geëvalueerd worden. Het is niet noodzakelijk om bij alle opdrachten steeds alle mogelijke subdoelstellingen te evalueren. Sommige subdoelstellingen kunnen eventueel weggelaten worden als ze vroeger reeds vaker aan bod kwamen of later ruimschoots aan bod zullen komen. De selectie van de attitudes en de wijze van registratie, wordt in vakgroep overlegd. Bepaalde aspecten zijn objectief meetbaar (bijvoorbeeld een buis op lengte zagen binnen een aangegeven tolerantie), andere aspecten zijn subjectief waarneembaar (bijvoorbeeld een geschikte kleurcombinatie kiezen). De mate waarin een objectief waarneembare doelstelling bereikt werd, kan in het schema aangeduid worden door middel van een tweepuntenschaal: • •
+ : doelstelling bereikt - : doelstelling niet bereikt
Voor niet objectief meetbare doelstellingen wordt geadviseerd om te werken met een drie puntenschaal: • • •
+ : doelstelling bereikt + : doelstelling niet helemaal bereikt - : doelstelling niet bereikt
Door het evaluatieschema samen met de opgave ter beschikking van de leerling te stellen, kan de zelfevaluatie bij de leerling sterk aangemoedigd worden. Interpreteren
Door middel van het evaluatieschema controleert de lerares/leraar bij het einde van iedere les in welke mate de leerlingen de vooropgestelde lesdoelstellingen bereikten. Dit wordt kort met iedere leerling individueel besproken. Aan de registraties in het evaluatieschema kunnen verschillende interpretaties gegeven worden. Enkele voorbeelden: + (doel bereikt) niveau is voldoende
volledig
+ (doel niet helemaal bereikt) voldoende maar leemten voor verbetering vatbaar aanvaardbare tekorten aanvaardbaar aantal lichte of detailfouten of leerproces fouten kleine tekorten
behoorlijk, zinvol
storingen, fragmentarisch
kan het en doet het vrijwel altijd, spontaan en zonder aarzelen
kan het en doet het af en toe, kan het niet, doet het niet of zonder overtuiging, nooit, afwijzend en met wisselvalling tegenzin
nagenoeg foutloos nagenoeg correct
(doel niet bereikt) niveau onvoldoende onaanvaardbaar niveau schadelijke fouten onvergeeflijke fouten zware inbreuken onvolledig zware tekorten onlogische uitvoering
Om eenvormigheid te bekomen in verband met de gebruikte interpretatie, is een overleg binnen de vakgroep absoluut noodzakelijk.
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
35
Rapportering
Na iedere les (liefst uiterlijk bij het begin van de volgende les) worden de resultaten van het evaluatieschema omgezet op een vierpuntenschaal. Die quotatie wordt in de agenda van de leerling genoteerd, waarbij uiteraard voldoende aandacht moet besteed worden aan een eventueel noodzakelijke remediëring. De omzetting van de (eventueel gewogen) evaluaties kan op verschillende manieren gebeuren. Om eenvormig te kunnen omzetten, is een overleg binnen de vakgroep absoluut noodzakelijk. Hoe de omzetting zal gebeuren moet in ieder geval vooraf vastgelegd worden. Dit kan bijvoorbeeld als volgt gebeuren. Heel goed • • • • •
meer dan 80% van de subvaardigheden, subdoelstellingen zijn bereikt (nagenoeg) foutloos, uitstekend, enkel + codes volledig zelfstandig uitgevoerd vlotte uitvoering, met overtuiging, belangstelling, …
Goed • • • • • •
60 à 80 % van de onmisbare vaardigheden of doelstellingen zijn bereikt veel + en weinig + codes aanvaardbare kwaliteitsverschillen aanvaardbare proces- leerfouten geen schadelijke fouten zichtbare vorderingen
Zwak • • • • • •
50 à 60 % van de onmisbare vaardigheden of doelstellingen zijn bereikt alleen een deel van de subdoelen zijn bereikt weinig + en veel + codes veel onnodige leerfouten soms zware schadelijke fouten geen zichtbare vorderingen
Niet goed • • •
minder dan 50% van de onmisbare vaardigheden of doelstellingen zijn bereikt veel + codes of alleen maar + codes en - codes veel schadelijke of onvergeeflijke fouten, onlogisch handelingen
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
36
Het rapportcijfer
Naar het rapport toe moeten alle quotaties (vierpuntenschaal – resultaat van remediëring) omgezet worden naar een cijfer. Ook die omzetting moet overlegd worden binnen de vakwerkgroep. Alle ernstige tekorten (cf. diverse evaluatieschema’s) worden steeds vermeld in de rubriek commentaar, waarbij er steeds een duidelijk geformuleerde remediëring moet voorzien worden (geen algemene opmerkingen). Onderscheid moet gemaakt worden tussen de evaluatie van het leerproces en de evaluatie van het eindproduct. Bij de procesevaluatie wordt doorlopend gepeild naar de verwerking van het leerproces, met de bedoeling dit proces zo nodig bij te sturen, zodat elke leerling op de meest effectieve manier kan leren. De klemtoon ligt hierbij duidelijk op het optimaal functioneren van de leerling. Het verloop van het proces wordt, vooraf, door de leraar uitgetekend. Zij/hij bepaalt • • • •
welke de verschillende stappen zijn; welke fouten op elk moment ontoelaatbaar zijn; welke fouten kunnen gemaakt worden.
Afhankelijk van het resultaat van feedbackmomenten (kleine toetsen, gesprekken, volgsystemen, …) wordt het proces verder gezet of zo nodig bijgestuurd. Om de leerling te motiveren gebeurt dit in een constructieve, positieve sfeer. Productevaluatie gebeurt op het einde van het leerproces (bijvoorbeeld na een hoofdstuk, een opdrachtenreeks, een project, een trimester..). Hierbij wordt nagegaan in hoeverre de leerling de basisdoelstellingen bereikt heeft. Iedere evaluatie gebeurt in 3 stappen • • •
Registreren (veelvuldig afnemen van proeven, oefeningen, opdrachten, kleine toetsen, …). Interpreteren (de gegevens toetsten aan de criteria of normen die de vakwerkgroepen vooraf duidelijk heeft bepaald). Rapporteren (de leerling en de ouders krijgen op een duidelijke wijze een beeld van de vorderingen van de leerling door geregelde momenten van feedback voor de leerling en door een schriftelijke rapportering door middel van agenda, rapport...).
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
37
BIBLIOGRAFIE In de bibliografie worden titels opgesomd die representatief zijn voor de actuele aanpak van het vak Praktijk Bio-esthetiek. Deze werken en publicaties zullen de leerkracht van nut zijn voor de verruiming van kennis en voor permanente bijscholing. In dit verband is het vanzelfsprekend dat de school de nodige inspanningen doet om een degelijke vakbibliotheek aan te leggen en te onderhouden. Bakens.Handverzorging, Addendum Littera Brugge. Bakens, Theorie voor beroepen in de uiterlijke verzorging, Littera Brugge. Baygan Lee., Make-Up, Uitg. Adam En Charles Black, London Brt., Make-Up Een Spel, Uitgave, Lens Boer H., Kosmetische Camouflage en Littekenbehandeling, The Container, Oosterbeek Campsie., het boek over de schoonheid, Könemann Clark, Gezichtsmassage., De Driehoek, Amsterdam Creatieve schoonheidstips, Uitgeverij Lekturama De Backer D.,Verzorgende cosmetica, Aurella Paramedica, Sint-Martens-Latem
Fleurimon., Maquillage,The Container, Oosterbeek Fokke.,H.E. Dehuid, huidziekten en huidcorrecties, Bohn Stafleu Van Loghum,Houtem/zaventem 1993 Gerritsen Frans., Het fenomeen kleur, Cantecleer de bilt, 2 druk 1983 Goosmann F., Handboek voor kosmetische en medische ontharing, De Tijdstroom, Lochem, 1987 Goosmann F., Handboek voor huid- en lichaamsverzorging, De Tijdstroom, Lochem, 1981 Herteleer, M.,Vandamme,A., Van Tongerloo, L., Menselijke relaties TSO, de Clerck, Gent 1992-1994 Hulskemper,P., Sociale, communicatieve en commerciële vaardigheden, Bakens, Bohn Stafleu Van
Loghum,Houtem/Zaventem 1998( Kluwer) Jackson C.,Kies je kleur,Media Club Roeselare. Jans M.,Alles over make-up. Wat, hoe en waarom?The container,De Backer Klaphaak., Kosmetika En Aanverwante Producten. The Container, Oosterbeek
J.Mary Elisabeth., Technisch handboek voor dag- en avondmake-up, The Container,Oosterbeek Lehaen G.Aanvullende woordenlijst voor de schoonheidsspecialiste, VZW Besko-redactie Hebe Polano N., Huid en huidziekten, Spectrum, Utrecht/Antwerpen, 1980 Rothman, H.A., Nagelregulatietechniek, Harmsen, 1998 Schade JP., Atlas van het menselijke lichaam, De Tijdstroom, Lochem, 1978 Schoen, L., Kruithof, M.,Pluim, A.,Reimink, G., uiterlijk verzorgd, Thieme, Zutphen, 1996 Van Der Straten.,Apparatuur, uitgeverij Kluwer. Van Der Straten, W., Cel en weefselleer/anatomie, Bakens, Bohn Stafleu Van
Loghum 1996(Kluwer) Van Der Straten, W., De huid , bouw en functies, Bakens, Bohn Stafleu Van
Loghum 1996(Kluwer) Van Der Straten, W., Cosmetische hand- nagel- en voetverzorging, Bakens, Bohn Stafleu Van
Loghum 1998(Kluwer) Van Der Straten, W., Hygiëne, arbeidsomstandigheden en milieu, Bakens, Bohn Stafleu Van
Loghum 1998(Kluwer) Van Der Straten, W.,Visser, H.,Voetverzorging, Bakens, Bohn Stafleu Van
Loghum 1996(Kluwer) Van Meer K.,Van Neiyenhof, J., elementaire sociale vaardigheden, Bohn Stafleu Van Loghum 1997(Kluwer) Vernhes., Encyclopédie Du Maquillage, Dep 1980-1981
Van Der Straten., Mooi van kop tot teen, uitg/ Testaankoop 1985 Oosterbeek Wagner K. J., Plastische Chirurgie, Elmar, Rijswijk, 1980
Wanrooy.,Leerboek voor schoonheidsspecialisten deel 1,2 en deel 3,Oosterbeek – Nederland Wanrooy.,Elektrische apparaten in de kosmetiek, Oosterbeek – Nederland
TSO – 2de graad – optie Bio-esthetiek PV Praktijk Bio-esthetiek (1e lj: 10 lt/w, 2de lj: 10 lt/w) en TV Bio-esthetiek (1e lj: 2 lt/w, 2de lj: 2 lt/w)
Algemene vakliteratuur Littera boekhandel,Ezelstraat,13 8000 Brugge.Tel. 050/33.70.04 Tijdschriften Votre Beauté Esthéticiènne Les nouvelles esthétiques Visagie, vaktijdschrift Het labo van de verleiding
Documentatie van de Beroepsfederaties BV Besko Beroepsvereniging voor Bio-esthetiek en cosmetologie NUBE Nationale Unie der Belgische Estheticiénnes Nuttige internetadressen
www.koc.nl www.laeser-aesthetic.com www.klascement.net/kt/beelden/daglevenstad4.html www.amv.be/beroepsvereniging.htm www.pits.org/nl.html www.women.uia.ac.be www.synergie123.com www.ovam.be/edu/vermijdafval/ www.uwapotheker.be www.visagiehairstyling.com www.dermacosmetics.com/html/huidverzorging www.hebalifenet.com www.dermis.be www.ontwikkel.thinkquest.nl www.carolus.a1.nl
38