fase
document
datum
revisie
versie
1
richtnota
25/10/05-jde
ala
1.1
2
schetsontwerp
05/04/06-jde
ala
2.1
voorontwerp
21/12/06-jde
ala
2.2
voorontwerp
02/07/07-jde
ala
2.3
m.e.r.-screening
09/12/08-sc
ala
3.1
aanpassing aan het advies van de dienst BGP
20/02/09-jde
ala
3.2
4
dossier voor de organisatie van de plenaire vergadering
20/08/09-jde
ala
4.1
5
dossier voor gemeenteraad voorlopige vaststelling - 2009
30/10/09-ala
ala
5.1.
3
Opgemaakt door ondergetekenden,
Jo Decoster, Erkend Ruimtelijk planner
Ann Lambrechts Erkend Ruimtelijk planner
P23101
D+A Consult Gemeente Herent
1
RUP nr. 24 Bijlokstraat stedenbouwkundige voorschriften versie GR1 2009
INHOUDSTAFEL – STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN INHOUDSTAFEL – STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN ..........................................................................................................................................2 VOORSCHRIFTEN RUP BIJLOKSTRAAT - ALGEMENE BEPALINGEN - ..............................................................................................................................3 1. 1.1. 1.2. 1.3. 1.4. 2.
VOORAFGAANDE BEPALINGEN ..........................................................................................................................................................................................3 Algemene bepalingen.................................................................................................................................................................................................3 Waterhuishouding ......................................................................................................................................................................................................3 Waterwingebied – beschermingszone type II ............................................................................................................................................................4 Waterwingebied – beschermingszone type III ...........................................................................................................................................................4 TERMINOLOGIE.................................................................................................................................................................................................................5
VOORSCHRIFTEN RUP BIJLOKSTRAAT - BEPALINGEN PER ZONE - ...............................................................................................................................7 3. 3.1. 3.2. 4. 4.1. 5. 5.1. 5.2. 5.3. 5.4. 6. 6.1.
WEGENIS .........................................................................................................................................................................................................................7 Zone voor openbare wegenis.....................................................................................................................................................................................7 Zone voor openbare voetwegen ................................................................................................................................................................................7 WOONZONES ...................................................................................................................................................................................................................8 Zone voor bebouwing.................................................................................................................................................................................................8 GEMEENSCHAPSVOORZIENINGEN ....................................................................................................................................................................................12 Voorafgaande bepalingen ........................................................................................................................................................................................12 Zone voor gemeenschapsvoorzieningen .................................................................................................................................................................13 Uitbreidingszone voor gemeenschapsvoorzieningen ..............................................................................................................................................15 Zone voor wonen/gemeenschapsvoorzieningen......................................................................................................................................................17 AGRARISCHE ZONES .......................................................................................................................................................................................................18 Zone voor professionele landbouw ..........................................................................................................................................................................18
D+A Consult Gemeente Herent
2
RUP nr. 24 Bijlokstraat stedenbouwkundige voorschriften versie GR1 2009
VOORSCHRIFTEN RUP BIJLOKSTRAAT - ALGEMENE BEPALINGEN -
1. VOORAFGAANDE BEPALINGEN TOELICHTENDE BEPALINGEN
VERORDENENDE BEPALINGEN 1.1.
Algemene bepalingen
Het Ruimtelijke Uitvoeringsplan is begrensd volgens de aanduidingen van bijgaand grafisch plan. De grafische gegevens van het plan en de reglementaire voorschriften ervan vullen elkaar aan.
1.2. Elke stedenbouwkundige aanvraag dient minimaal te voldoen aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 1 oktober 2004 inzake hemelwaterputten e.a. (GSV) en de provinciale stedenbouwkundige verordening hemelwater. Prioriteit moet uitgaan naar herbruik, en vervolgens naar infiltratie boven buffering met vertraagde afvoer.
Waterhuishouding
De nodige maatregelen dienen te worden getroffen voor de afvoer van het afvalwater via een gescheiden rioleringsstelsel. Toegangswegen, pleinen en parkeerzones moeten zo gerealiseerd worden dat de verhardingen worden beperkt tot het strikte minimum, zoals zones voor zware belastingen en/of veelvuldig gebruik, verhardingen boven ondergrondse constructies, en dergelijke. Met uitzondering in het ‘waterwingebied – beschermingszone type II’ dienen bij de aanleg en heraanleg van verharde oppervlakte de principes van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake infiltratie en buffering van hemelwater toegepast te worden. Ondergrondse constructies die bemalingen met zich meebrengen zijn niet toegestaan, tenzij bij de bouwaanvraag kan worden aangetoond dat met een gesloten bouwput en een retourbemaling de grondwaterstromingen en de grondwaterkwaliteit niet significant zullen wijzigen in de directe en onmiddellijke omgeving van de bouwput en daar buiten.
D+A Consult Gemeente Herent
3
RUP nr. 24 Bijlokstraat stedenbouwkundige voorschriften versie GR1 2009
1.3. Het plangebied ligt deels in beschermingszone II en deels in beschermingszone III rond de openbare drinkwaterwinning van Herent Bijlok.De specifieke regeling van handelingen binnen waterwingebied en de beschermingszone (I,) II en III is terug te vinden in: − het besluit van de Vlaamse Regering, dd. 27 maart 1985, houdende reglementeringen van de handelingen binnen de waterwingebieden en de beschermingzones;
Waterwingebied – beschermingszone type II
De beschermingszone type II van het waterwingebied Bijlokstraat wordt afgebakend op het grafisch plan. Alle restricties in verband met de beschermingszone type II, zoals bepaald door de vigerende wetgeving, blijven onbeperkt gelden in het RUP Bijlokstraat. Binnen beschermingszone II is het verboden om boringen, ontgrondingen en graafwerken uit toe voeren van meer dan 2,50m onder het maaiveld. Ook bronbemalingen voor de verwezenlijking van bouwkundige werken zijn verboden.
− het besluit van de Vlaamse regering van 6 februari 1991, houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning (Vlarem I);
Binnen de beschermingszone type II kunnen ook geen infiltratievoorzieningen worden aangelegd voor hemelwater, afkomstig van potentieel verontreinigde verharde oppervlakken zoals parkeerterreinen, wegen, bedrijfsterreinen en grote dakoppervlakten met bekleding of materiaal dat verontreinigende stoffen kan vrijmaken.
− het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem I;I);
1.4.
− in de uitvoering van het mestactieplan ter zake (MAP);
Om de kwaliteit van het infiltrerend water in de beschermingszone type III te kunnen controleren dienen er open infiltratievoorzieningen aangelegd te worden (grachten, wadi’s,…). Ondergrondse infiltratievoorzieningen worden niet toegelaten omdat controle op de kwaliteit en het verwijderen van eventuele verontreinigingen veel moeilijker zijn.
D+A Consult Gemeente Herent
Waterwingebied – beschermingszone type III
Met uitzondering van de grafische aangeduide beschermingszone type II behoren alle gronden binnen het RUP tot de beschermingszone type III van het waterwingebied Bijlok. Alle restricties in verband met de beschermingszone type III van het waterwingebied, zoals bepaald door de vigerende wetgeving, blijven onbeperkt gelden in het RUP Bijlokstraat. Ondergrondse infiltratievoorzieningen worden niet toegelaten in de beschermingszone type III. Bij de aanleg van open infiltratievoorzieningen voor hemelwater dient er voorafgaand een advies gevraagd te worden aan de beheerder van het waterwingebied Bijlok.
4
RUP nr. 24 Bijlokstraat stedenbouwkundige voorschriften versie GR1 2009
2. TERMINOLOGIE 45° regel
Bij toepassing van de 45°regel dient de bouwafstand groter of gelijk te zijn aan de hoogte van het gebouw. Hierbij wordt een denkbeeldige driehoek gevormd door de bouwwand, maaiveld en de neergaande zijde onder een hoek van 45°.
schematische voorstelling van de 45° regel inzake de minimale inplanting en/of bouwhoogte van de gebouwen B/T – bebouwingsindex (%)
Is de verhouding van het geheel van bebouwde en/of overdekte terreinoppervlakte van alle gelijkvloerse ruimtes van een gebouw tot de totale terreinoppervlakte van een perceel waar op gebouwd wordt, of desgevallend op alle percelen die deel uit maken van een totaalproject.
Retourbemaling
Retourbemaling is een bemalingsproces waarbij het opgepompte grondwater in de nabijheid weer in de bodem teruggebracht wordt. Deze vorm van bemaling wordt gebruikt op locaties waar een verlaging van de grondwaterstand grote gevolgen voor natuur of gebouwen kan hebben. Door het toepassen van retourbemaling kan de invloedssfeer van de bemaling sterk verkleind worden.
Bouwhoogte
De bouwhoogte is de gevelhoogte (bij plat dak) of de hoogte van de noklijn of –punt (bij een andere dakvorm).
G/T Groenterreinindex
De groenterreinindex geeft de verhouding van de oppervlakte aan groen ten opzichte van de oppervlakte van het volledige terrein.
Hoogstam
Onder hoogstam wordt verstaan een boom die tenminste 5 m hoog is en op 1 m hoogte een omtrek van tenminste 30 cm heeft. Knotwilgen vormen een uitzondering op deze maten en zijn altijd hoogstam.
KLE
Kleine landschapselementen; dit is een verzamelnaam voor haagkanten, kleine bosschages, holle wegen, poelen, solitaire bomen, taluds, knotbomenrijen, enz. Deze beeldbepalende landschapselementen bestaan steeds uit streekeigen en inheemse plantengroepen.
D+A Consult Gemeente Herent
5
RUP nr. 24 Bijlokstraat stedenbouwkundige voorschriften versie GR1 2009
Kleinschalige buurtondersteunende functies met sociaal karakter
Deze versterken de sociale cohesie binnen een welbepaalde buurt. Hiermee worden bijvoorbeeld buurtcentra, strijkwinkels, kinderdagverblijf ed. bedoeld. Deze activiteiten steeds kleinschalig te zijn en afgestemd op de buurt.
Meergeneratiewoning
Een meergeneratiewoning is de zogenaamde kangoeroewoning met als specifiek doel de huisvesting van twee gezinnen die elkaar wederzijds ondersteuning geven. Het gaat hier meestal concreet om een jong gezin en een 65-plussers gezin. In dergelijke woning kan een gedeelte van het huis worden omgebouwd zodat meerdere wooneenheden gecreëerd worden in één woning. Deze opdeling moet een tijdelijk karakter hebben. Het gezamenlijk gebruik van bepaalde ruimtes staat voorop naast afzonderlijke private ruimtes per gezin. Maximum 2 woongelegenheden per woning worden toegelaten. Er wordt geen apart huisnummer toegekend en de woning kan niet als klassieke meergezinswoning worden aangewend.
Meergezinswoning
Woonhuis waarin twee of meer woningen geheel of gedeeltelijk boven en/of naast elkaar gelegen zijn.
Overdruk
Overdrukken komen boven op de hoofdbestemmingen en hun verfijningen. Ze hebben betrekking op de inrichting van bepaalde gebieden en/of verschaffen bijkomende gegevens over de toepasbaarheid van bijzondere regelingen in deze gebieden.
Waterdoorlatende materialen en halfverhardingen
Alle soorten verhardingsmaterialen die door een bepaalde porositeit van het materiaal een waterdoorlatend vermogen hebben. Voorbeelden zijn: waterdoorlatende klinkers, dolomiet, grind,... Deze materialen dienen steeds te passen in de context van het landelijke karakter. Het gebruik van gebroken steenpuin en andere afbraakmaterialen is verboden.
D+A Consult Gemeente Herent
6
RUP nr. 24 Bijlokstraat stedenbouwkundige voorschriften versie GR1 2009
VOORSCHRIFTEN RUP BIJLOKSTRAAT - BEPALINGEN PER ZONE -
3.
WEGENIS
Gebiedscategorie: lijninfrastructuur
TOELICHTENDE BEPALINGEN
VERORDENENDE BEPALINGEN 3.1.
Zone voor openbare wegenis
3.1.1. Algemeen De stroken in dit plan aangeduid voor openbare wegenis zullen, in zoverre zij nog niet tot de openbare wegenis behoren, hierbij ingelijfd worden door afstand, onteigening of verwerving. Binnen deze stroken mag worden aangebracht al wat de hedendaagse verkeerstechniek vereist, zijnde woonerfinrichtingen, parkeerruimten, beplantingen en andere maatregelen die het verkeersluw karakter van de wijk kunnen bevorderen. Toelating tot bouwen kan slechts verleend worden op kavels die rechtstreeks palen aan, of een regelmatige aangelegde toegang hebben tot de openbare wegenis.
3.2.
Zone voor openbare voetwegen
3.2.1. Bestemming De zone voor openbare voetwegen zijn bestemd voor voetgangers- en fietsverkeer, en eveneens als toegang voor de achterliggende garages in het binnengebied BijlokstraatBorneveldstraat.
3.2.2. Inrichting De minimumbreedte van de voetweg bedraagt 1,65 m, tenzij anders aangeduid op het
D+A Consult Gemeente Herent
7
RUP nr. 24 Bijlokstraat stedenbouwkundige voorschriften versie GR1 2009
TOELICHTENDE BEPALINGEN
VERORDENENDE BEPALINGEN grafische plan. Langsheen de voetweg kunnen vrijblijvend kleine landschapselementen aangebracht worden, weliswaar met garanties voor de gegarandeerde vrije ruimte van 1,65 m breedte. Deze kleine landschapselementen dienen te bestaan uit inheemse plantensoorten. Voetwegen dienen niet verhard te worden, tenzij zij moeten worden ingericht in functie van rolstoelgebruikers. Bij bestrating dient dit te gebeuren in waterdoorlatende materialen en/of halfverhardingen. In geval van rolstoelgebruikers dienen de voetwegen te worden uitgevoerd in functie van het comfort van de rolstoelgebruikers en kan er van de waterdoorlaatbaarheid worden afgeweken.
schematisch voorstelling van de inrichting van de voetwegen met minimale breedte
3.2.3. Beheer De stroken in dit plan aangeduid voor openbare voetwegen zullen, in zoverre zij nog niet tot de openbare voetwegen behoren, hierbij ingelijfd worden door verwerving in der minne of door onteigening.
4. WOONZONES Gebiedscategorie: wonen – Subcategorie: woongebied
TOELICHTENDE BEPALINGEN
VERORDENENDE BEPALINGEN 4.1.
Zone voor bebouwing
4.1.1. Bestemming In hoofdbestemming − alleenstaande of gekoppelde ééngezinswoningen met maximaal 1 woongebouw per perceel; − meergeneratiewoningen.
D+A Consult Gemeente Herent
8
RUP nr. 24 Bijlokstraat stedenbouwkundige voorschriften versie GR1 2009
TOELICHTENDE BEPALINGEN
VERORDENENDE BEPALINGEN In nevenbestemming − vrije beroepen; − kleinschalige buurtondersteunende functies met sociaal karakter. Verboden bestemmingen − meergezinswoningen: anders dan meergeneratiewoningen zoals omschreven in de terminologie; − winkels, horeca, ambachtelijke bedrijven en nijverheid, met uitzondering van de bestaande bedrijven; − diensten en gemeenschapsvoorzieningen. Binnen de zone voor bebouwing geldt een verbod op het aansnijden van achterliggende percelen met de bedoeling bijkomende woongelegenheden te creëren. Dit verbod geldt ook bij eventuele herverkaveling van het gebied.
Inrichting Bebouwde ruimte Bouwlijn en inplanting De inplanting van het hoofdgebouw tot de bestemmingsgrens met de openbare wegenis of openbare voetwegen bedraagt maximaal 10 m in harmonie met de inplanting van de hoofdgebouwen op de zijdelingse percelen. De afstand tot de zijdelingse perceelsgrenzen bedraagt minimaal 3 m, tenzij de woningen gekoppeld voorkomen. Maximaal mogen 5 woningen mogen gekoppeld voorkomen. De afstand tot de achterste perceelsgrens bedraagt minimaal de hoogte van het hoofdgebouw. Bouwdiepte De minimale bouwdiepte bedraagt 8 m. Tenzij grafisch anders aangegeven, bedraagt de maximale bouwdiepte 15 m op het gelijkvloers en 12 m op de verdiepingen. Bouwhoogte Kroonlijsthoogte of hoogte dakrandprofiel ingeval plat dak: Schematische voorstelling van de mogelijke inplanting, bouwhoogte, bouwdiepte en nokhoogte, maximalistisch aangeduid.
D+A Consult Gemeente Herent
− ingeval van 1 bouwlaag verplicht afgewerkt met schuin dak: o minimaal 2,5 m
9
RUP nr. 24 Bijlokstraat stedenbouwkundige voorschriften versie GR1 2009
TOELICHTENDE BEPALINGEN
VERORDENENDE BEPALINGEN o
maximaal 5 m
− ingeval van 2 bouwlagen o minimaal 5 m o maximaal 6 m − Nokhoogte ingeval van schuin dak o minimaal 9 m o maximaal 12 m Dakhelling en dakvorm Vrij Uiterlijke afwerking van de gebouwen Alle definitief zichtbaar blijvende delen van gebouwen, bijgebouwen, aanhorigheden of gelijk welke andere constructies moeten als voorgevel worden behandeld voor wat de keuze van materialen en de afwerking betreft. Het algemeen uitzicht en de keuze van de materialen van de op te richten gebouwen moeten in harmonie zijn met het karakter en het uitzicht van de omgeving. Onbebouwde ruimte Achteruitbouwstroken vanaf de wegenis (voortuinen) De achteruitbouwstrook betreft de zone gelegen tussen de voorste perceelsgrens en de voorgevellijn van het hoofdgebouw. Deze zone dient een G/T groenterreinindex te bezitten van minimum 0,5. De samenstelling van het plantenmateriaal dient hoofdzakelijk te gebeuren op basis van inheemse plantensoorten zodat het effect een landschappelijke integratie bevordert. Tuinen Onder tuinen wordt zowel de zijdelingse tuinstrook (achter de voorgevellijn) als de tuinstrook achter het hoofdgebouw verstaan.
De elementen die van toepassing zijn voor de ‘normale tuinuitrusting’ worden geregeld in de vigerende wetgeving en desbetreffende
D+A Consult Gemeente Herent
De G/T (groenterreinindex) van de tuinen bedraagt minimaal 0,8. De samenstelling van het plantenmateriaal dient hoofdzakelijk te gebeuren op basis van inheemse plantensoorten zodat het effect een landschappelijke integratie bevordert. Uitsluitend het oprichten van constructies die behoren tot de normale tuinuitrusting en waarvoor volgens de vigerende wetgeving geen vergunning voor vereist is, zijn toegelaten.
10
RUP nr. 24 Bijlokstraat stedenbouwkundige voorschriften versie GR1 2009
TOELICHTENDE BEPALINGEN
VERORDENENDE BEPALINGEN
uitvoeringsbesluit(en).
Deze constructies dienen opgericht te worden op ten minste 10,00m afstand van de achterste perceelsgrens. Bij een degelijk vergund hoofdgebouw kan één afzonderlijk gebouw opgericht worden dat dienst kan doen als garage. Deze constructie dient opgebouwd te zijn uit dezelfde materialen als het hoofdgebouw. De garage dient ingeplant te worden op minimaal 2,00m afstand van de gemeenschappelijke perceelsgrens en op minstens 5,00m van de achtergevel, doch binnen de 30m van de grens met de openbare wegenis tenzij gekoppeld aan het hoofdgebouw. De maximale oppervlakte bedraagt 40m² en met een maximum hoogte van 2.50m onder de kroonlijst. Mits akkoord van de aanpalende eigenaars kunnen deze constructies opgericht worden op de perceelsgrens. In dit laatste geval dienen zij eveneens gekoppeld voor te komen.
Schematische voorstelling van de inplanting van van kleine schuilplaatsen, tuinhuizen, bergplaatsen en serres in de tuinzone
De inplanting van constructies in de tuin wordt voorzien op minimaal 10 m achter de voorgevellijn. Op deze wijze hebben deze constructies geen negatieve impact op het straatbeeld.
D+A Consult Gemeente Herent
Parkeren Bij nieuwbouw dienen voldoende parkeervoorzieningen te worden ingericht hetzij in het gebouw, hetzij in de onbebouwde ruimte op eigen terrein: − voor een eengezinswoning tot 80 m²: 1 autostaanplaats; − voor een eengezinswoning van 81 tot 130 m²: 2 autostaanplaatsen; − voor een eengezinswoning van meer dan 130 m² : 3 autostaanplaatsen. De genoemde oppervlakte slaat op de oppervlakte van de woonruimten (gemeenschappelijke ruimten en terrassen worden niet inbegrepen). Voor aan het wonen verwante activiteiten en voorzieningen geldt dat per 50 m² vloeroppervlakte minimum 1 autostaanplaats op het perceel moet worden voorzien.
11
RUP nr. 24 Bijlokstraat stedenbouwkundige voorschriften versie GR1 2009
5. GEMEENSCHAPSVOORZIENINGEN Gebiedscategorie: gemeenschaps- en nutsvoorzieningen
TOELICHTENDE BEPALINGEN Inzake gemeenschapsvoorzieningen gedefinieerd, nl.
VERORDENENDE BEPALINGEN worden
twee
zones
− zone voor gemeenschapsvoorzieningen; − uitbreidingszone voor gemeenschapsvoorzieningen; − zone voor wonen/gemeenschapsvoorzieningen. Zone voor gemeenschapsvoorzieningen In het dagcentrum en in het nursinghome worden volwassenen met een mentale en/of meervoudige handicap opgevangen en begeleid. Uitbreidingszone voor gemeenschapsvoorzieningen en zone voor wonen/gemeenschapsvoorzieningen Om in het bestaande zorg- en nursinghome bijkomende opvangplaatsen te creëren voor mensen met een meervoudige handicap op te vangen dient de bestaande infrastructuur uit te breiden. Binnen het RUP wordt hiervoor ruimte voorzien.
5.1.
Voorafgaande bepalingen
5.1.1. Visuele en functionele verbinding Bij het aansnijden van de uitbreidingszone voor gemeenschapsvoorzieningen en/of de zone voor wonen/gemeenschapsvoorzieningen dient een duidelijke visuele en functionele verbinding tot stand worden gebracht met de bebouwing en infrastructuur binnen de zone voor gemeenschapsvoorzieningen. Hierbij dient de zone voor gemeenschapsvoorzieningen en de uitbreidingszone voor gemeenschapsvoorzieningen behandeld te worden als één zone.
5.1.2. Inrichtingsplan Bij de bouwaanvraag dient een inrichtingsplan gevoegd te worden voor het geheel van de gronden binnen de gebieden voor gemeenschapsvoorzieningen (art. 5). Het inrichtingsplan dient grafisch en tekstueel de verantwoording van de potentiële ingrepen en te wijzigende elementen weer te geven. Het inrichtingsplan bevat een grondplan met aanduiding van zoneringen voor inplanting van de gebouwen, parkeerzones en de bijhorende verhardingen evenals de mogelijke fasering en het ontwerp voor de inrichting van de onbebouwde ruimte. Het inrichtingsplan dient een gezamenlijke visie te bevatten voor alle gronden gelegen binnen 5. gemeenschapsvoorzieningen. Dit inrichtingsplan wordt bij het dossier van de stedenbouwkundige vergunningsaanvraag gevoegd. De vergunningverlenende overheid dient het inrichtingsplan af te toetsen aan de intrinsieke bepalingen van dit RUP.
D+A Consult Gemeente Herent
12
RUP nr. 24 Bijlokstraat stedenbouwkundige voorschriften versie GR1 2009
5.1.3. Verlichting Het plaatsen van verlichting is overal in de zones binnen artikel 5. gemeenschapsvoorzieningen toegelaten in functie van de veiligheid en het gebruik van de zones. Bij de inplanting en keuze van de verlichtingselementen (lichtsterkte, straalrichting) dient er rekening gehouden te worden met de privacy van de omwonenden. De verlichting mag de aanpalende percelen niet hinderen.
5.1.4. Parkeer- en fietsvoorzieningen
Richtcijfers parkeren:
Binnen de zones voor gemeenschapsvoorzieningen dienen voldoende parkeer- en fietsvoorzieningen gerealiseerd te worden ten behoeve van een normale uitbating van de gemeenschapsvoorziening.
1 parkeerplaats per 200m² bovengrondse vloeroppervlakte.
5.1.5. Afsluitingen Levende groenschermen, hekwerk en draadwerk met palen of een combinatie van zijn toegelaten. De hoogte van de afsluitingen bedraagt maximaal 2,00 m.
5.2.
Zone voor gemeenschapsvoorzieningen
5.2.1. Bestemming Deze zone is bestemd voor voorzieningen van openbaar nut zoals socio-culturele functies, ontmoetingsruimten, dagcentra en nursinghomes, inclusief de bestaande en nog op te richten bebouwing en constructies evenals bijhorende parkings, toegangen en groenvoorzieningen. De zone voor gemeenschapsvoorzieningen dient te getuigen van een zuinig ruimtegebruik.
5.2.2. Inrichting Bebouwde ruimte De bebouwde oppervlakte bedraagt maximaal 60% van de totale terreinoppervlakte. Tot de bebouwde oppervlakte worden gerekend: − alle gebouwen; − alle overdekkingen;
D+A Consult Gemeente Herent
13
RUP nr. 24 Bijlokstraat stedenbouwkundige voorschriften versie GR1 2009
− overdekte fietsenstallingen; − garages en/of carports. Potentiële uitbreiding, nieuwbouw en/of renovatie van de bebouwing dient te harmoniëren met bestaande gebouwen en met het straatbeeld. Bij uitbreidings- en verbouwingswerken zullen de bestaande bouwgabarieten en materialen als uitgangspunt gebruikt worden. De hoogste bestaande nokhoogte of hoogte afgewerkt plat dak van de direct aanpalende bebouwing mag niet overschreden worden. Voor specifieke maar beperkte infrastructuurwerken kan om technische redenen een uitzondering worden gemaakt. In ieder geval dient bij gekoppelde bebouwing een harmonieuze overgang tussen de bestaande bebouwing en de nieuwbouw voorzien te worden. Inplanting De minimale bouwdiepte tot de bestemmingsgrens met de openbare wegenis wordt bepaald door de 45° regel zoals beschreven in de terminologie met een minimum van 5m.
Afstand tot de zijdelingse perceelsgrenzen: − gekoppelde bebouwing over de perceelsgrenzen heen kan toegelaten worden. − voor niet gekoppelde bebouwing is de inplantingsafstand ten opzichte van de zijdelingse perceelsgrenzen gelijk aan de kroonlijsthoogte met een minimum van 5 m. Bouwhoogte bouwhoogte onder de kroonlijst of hoogte afgewerkt plat dak: −
1 bouwlaag: min. 2,5 m - max. 4,5 m
− 2 bouwlagen: min. 5,6 m - max. 7,0 m nokhoogte: maximaal 6 m boven de kroonlijsthoogte. Dakvorm De dakvorm is vrij. Materialen Het geheel dient een architectonische meerwaarde te bieden. Iedere constructie of groep constructies dient op architecturaal gebied in harmonie te zijn met de omgeving en tevens op zichzelf een harmonisch geheel te vormen o.a. door gepast gebruik van de aard, kleur en duurzaamheid van de materialen, vormgeving en volume. In principe zijn alle gevelmaterialen
D+A Consult Gemeente Herent
14
RUP nr. 24 Bijlokstraat stedenbouwkundige voorschriften versie GR1 2009
toelaatbaar indien ze esthetisch en duurzaam zijn. Onbebouwde ruimte Een opsomming van streekeigen en inheems plantmateriaal is terug te vinden in het GNOP.
Het groenscherm (haag of heg) dat dient aangeplant te worden op de grenzen met de omliggende woonpercelen kan gecombineerd worden met een afsluiting bestaande uit draadwerk.
Alle niet bebouwde oppervlakte kan aangewend worden voor: − verkeerscirculatie voor bezoekers- en dienstvoertuigen, parking… − alle verhardingen dienen uitgevoerd te worden in waterdoorlatende verhardingen of halfverhardingen; − groenvoorzieningen: de groen/terreinindex bedraagt minimaal 0.3 voor de niet bebouwde oppervlakte. De samenstelling van het plantenmateriaal dient hoofdzakelijk te gebeuren op basis van inheemse plantensoorten zodat het effect een landschappelijke integratie bevordert. Op de bestemmingsgrens met de zone voor open bebouwing dient een groenscherm voorzien met een breedte minimaal 2,00m.
5.3.
Uitbreidingszone voor gemeenschapsvoorzieningen
5.3.1. Bestemming Deze zone is bestemd voor de nog op te richten bebouwing, constructies en voorzieningen van openbaar nut zoals socio-culturele functies, ontmoetingsruimten, dagcentra en nursinghome met inbegrip van parkings, toegangen en groenvoorzieningen aansluitend met de zone voor gemeenschapsvoorzieningen.
5.3.2. Inrichting Bebouwde ruimte De bebouwde oppervlakte bedraagt maximaal 60% van de totale terreinoppervlakte. Tot de bebouwde oppervlakte worden gerekend: − alle gebouwen; − alle overdekkingen; − overdekte fietsenstallingen; − garages en/of carports.
D+A Consult Gemeente Herent
15
RUP nr. 24 Bijlokstraat stedenbouwkundige voorschriften versie GR1 2009
Inplanting De minimale bouwdiepte tot de bestemmingsgrens met de openbare wegenis wordt bepaald door de 45° regel zoals beschreven in de terminologie met een minimum van 5m. Afstand tot de zijdelingse perceelsgrenzen: -
gekoppelde bebouwing over de perceelsgrenzen heen kan toegelaten worden.
-
voor niet gekoppelde bebouwing is de inplantingsafstand ten opzichte van de zijdelingse perceelsgrenzen gelijk aan de kroonlijsthoogte met een minimum van 5 m.
Bouwhoogte bouwhoogte onder de kroonlijst of hoogte afgewerkt plat dak: −
1 bouwlaag: min. 2,5 m - max. 4,5 m
− 2 bouwlagen: min. 5,6 m - max. 7,0 m nokhoogte: maximaal 6 m boven de kroonlijsthoogte. Dakvorm De dakvorm is vrij. Materialen Het geheel dient een architectonische meerwaarde te bieden. Iedere constructie of groep constructies dient op architecturaal gebied in harmonie te zijn met de omgeving en tevens op zichzelf een harmonisch geheel te vormen o.a. door gepast gebruik van de aard, kleur en duurzaamheid van de materialen, vormgeving en volume. In principe zijn alle gevelmaterialen toelaatbaar indien ze esthetisch en duurzaam zijn. Blinde gevels zichtbaar vanaf de straatzijde zijn niet toegestaan. Onbebouwde ruimte Alle niet bebouwde oppervlakte kan aangewend worden voor: − verkeerscirculatie voor bezoekers- en dienstvoertuigen, parking ed.; − alle verhardingen dienen uitgevoert te worden in waterdoorlatende verhardingen of halfverhardingen; − groenvoorzieningen: De groen/terreinindex bedraagt minimaal 0.3 voor de niet bebouwde oppervlakte. De samenstelling van het plantenmateriaal dient hoofdzakelijk te gebeuren op basis van inheemse plantensoorten zodat het effect een landschappelijke integratie bevordert. Op de
D+A Consult Gemeente Herent
16
RUP nr. 24 Bijlokstraat stedenbouwkundige voorschriften versie GR1 2009
Het groenscherm (haag of heg) dat dient aangeplant te worden op de grenzen met de omliggende woonpercelen kan gecombineerd worden met een afsluiting bestaande uit draadwerk.
bestemmingsgrens met de zone voor open bebouwing dient een groenscherm voorzien met een breedte minimaal 2,00m. De parkeerzones in open lucht dienen verplicht gerealiseerd te worden onder hoogstammig groen.
5.3.3. Beheer In en op de bebouwde ruimte dient het hemelwater opgevangen te worden, passend gebufferd en verplicht hergebruikt te worden voor minimaal de benedenverdieping.
Een opsomming van streekeigen en inheems plantmateriaal is terug te vinden in het GNOP. De keuze om de bestaande KLE’s, zoals aangeduid op het grafische plan, te vrijwaren heeft plaats gevonden door het advies van de dienst BGP met betrekking tot de m.e.r.- screening.
Ter versterking van het landelijke karakter en zijn intrinsieke beeldwaarde wordt op het grafisch plan in overdruk te vrijwaren kleine landschapselementen aangeduid. Deze kleine landschapselementen worden gevrijwaard of aangeplant langsheen de perceelsgrens en zullen het ‘groene’ karakter van het gebied versterken. De KLE dienen zodanig als lijnvormig element erkend te worden, als haag, houtkant of bomenrij. De aanplant van deze kleine landschapselementen dient te gebeuren met 100% plaatselijke landschapselementen in streekeigen groen.
5.4.
Zone voor wonen/gemeenschapsvoorzieningen
5.4.1. Bestemming Deze zone kan zowel ingericht worden als een zone voor de uitbreiding van de zone voor gemeenschapsvoorzieningen als voor tuinen bij de zone voor bebouwing.
5.4.2. Inrichting Indien de zone wordt ingevuld in functie van gemeenschapsvoorzieningen zijn de voorschriften van artikel 5 en specifiek deze van artikel 5.3 van toepassing. Indien de zone als tuinzone bij de woonbebouwing langsheen de Oostremstraat en de Bijlokstraat wordt ingericht zijn de voorschriften van artikel 4 en specifiek deze van de onbebouwde ruimte van toepassing.
D+A Consult Gemeente Herent
17
RUP nr. 24 Bijlokstraat stedenbouwkundige voorschriften versie GR1 2009
6. AGRARISCHE ZONES Gebiedscategorie: landbouw – Subcategorie: agrarisch gebied
TOELICHTENDE BEPALINGEN
VERORDENENDE BEPALINGEN 6.1.
Zone voor professionele landbouw
6.1.1. Bestemming De zone voor professionele landbouw is hoofdzakelijk bestemd voor landbouwuitbatingen. Bebouwing, andere dan schuilhokken voor het vee, zijn niet toegelaten. Een opsomming van streekeigen en inheems plantmateriaal is terug te vinden in het GNOP.
Deze zone is hoofdzakelijk bestemd voor landbouwuitbatingen. Zij bevatten oa: eigenlijke landbouw, boomkwekerijen, veeteelt, bijenteelt, fruitteelt en groenteteelt... Gebouwen zijn niet toegelaten met uitzonderingen van schuilhokken voor het vee. Intensieve tuinbouw onder glas is verboden, evenals para-agrarische en agrarische bedrijven voor intensieve veeteelt. Gebouwen voor paardenfokkerijen zijn niet toegelaten. Tuinen met particulier karakter zijn niet toegelaten. Afsluitingen zijn toegelaten in functie van de landbouwuitbatingen en dienen te bestaan uit draadwerk al dan niet in combinatie met palen.
6.1.2. Inrichting Streekeigen landschapselementen kunnen langsheen perceelsgrenzen op vrijwillige basis worden aangeplant door de beherende landbouwers in functie van de creatie van ecologische verbindingen.
6.1.3. Beheer Elke wijziging van vegetatie en/of wijziging van lijn- en puntvormige elementen is verboden zonder voorafgaande en uitdrukkelijke schriftelijke vergunningen van het College van Burgemeester en Schepenen. Onder deze elementen wordt verstaan: − wegbermen met vegetatie; − waterlopen;
D+A Consult Gemeente Herent
18
RUP nr. 24 Bijlokstraat stedenbouwkundige voorschriften versie GR1 2009
TOELICHTENDE BEPALINGEN
VERORDENENDE BEPALINGEN − vee drinkputten; − bomenrijen, houtwallen, houtkanten, hagen en oude heggen; − holle wegen, taluds en/of dijken met vegetatie.
D+A Consult Gemeente Herent
19
RUP nr. 24 Bijlokstraat stedenbouwkundige voorschriften versie GR1 2009
Gezien en voorlopig aangenomen door de Gemeenteraad van Herent in zitting van
Vanwege de Raad, De Gemeentesecretaris
Het College van Burgemeester en Schepenen van de gemeente Herent bevestigt dat onderhavige voorschriften ten gemeentehuizen ter inzage van het publiek werden neergelegd van tot Vanwege de Raad,
De Burgemeester De Gemeentesecretaris
De Burgemeester
Gemeentezegel Gemeentezegel
Gezien en definitief aangenomen door de Gemeenteraad van Herent in zitting van
Voor eensluidend afschrift van het aan het openbaar onderzoek onderworpen origineel.
Vanwege de Raad, Vanwege de Raad, De Gemeentesecretaris
De Burgemeester De Gemeentesecretaris
De Burgemeester
Gemeentezegel Gemeentezegel
D+A Consult Gemeente Herent
20
RUP nr. 24 Bijlokstraat stedenbouwkundige voorschriften versie GR1 2009