Ziekteprotocol en protocol Medisch Handelen (Mei 2013)
Inhoud Ziekteprotocol en protocol Medisch Handelen (Mei 2013) .................................................................... 1 Preventie ................................................................................................................................................. 3 Inentingen ........................................................................................................................................... 3 Wanneer ziek? ......................................................................................................................................... 3 Signalering ........................................................................................................................................... 3 Algemeen............................................................................................................................................. 4 Ziekte ................................................................................................................................................... 4 Medicijngebruik................................................................................................................................... 4 Zetpil/paracetamol .............................................................................................................................. 5 Diarree of braken ................................................................................................................................ 5 Kinkhoest ............................................................................................................................................. 5 Koorts .................................................................................................................................................. 5 Krentenbaard....................................................................................................................................... 5 Hoofdluis ............................................................................................................................................. 6 Middenoorontsteking en loopoor ....................................................................................................... 6 Ontstoken ogen ................................................................................................................................... 6 RS-virus ................................................................................................................................................ 6 Waterpokken ....................................................................................................................................... 6 Koortslip .............................................................................................................................................. 6 Wormpjes ............................................................................................................................................ 6 Vijfde ziekte ......................................................................................................................................... 7 Hand-, voet- en mondziekte ................................................................................................................ 7 Gezondheidsrisico’s als gevolg van binnenmilieu ................................................................................... 7 Gezondheidsrisico’s als gevolg van buitenmilieu .................................................................................... 8 Planten met allergeen stuifmeel ......................................................................................................... 8 Steken van bijen of wespen................................................................................................................. 8 Tekenbeten.......................................................................................................................................... 8 Hygiëne in zandbakken........................................................................................................................ 8 Klimaat................................................................................................................................................. 9 2
Preventie Sport- & Zwem BSO Knoet heeft zelf een belangrijke taak ten aanzien van het voorkomen van infectieziekten. Het spreekt vanzelf dat de toiletten, kleedkamers, keuken en de groepsruimtes dagelijks worden schoongemaakt. We gebruiken zoveel mogelijk papieren doeken en de hand-, vaat- en theedoeken worden dagelijks verschoond. Kinderen wassen hun handen na het toiletbezoek en voor het eten. “Hand voor de mond” bij hoesten of niezen horen tot de dagelijks terugkerende preventieve maatregelen. Uiteraard kunnen ook de pedagogisch medewerkers in de groep één van de hieronder genoemde aandoeningen oplopen. Zij zullen echter, meer dan van de kinderen gevraagd kan worden, de preventieve maatregelen in acht nemen, zodat verdere besmetting wordt voorkomen.
Inentingen Tijdens de intake wordt er in kaart gebracht of de kinderen zijn ingeënt en waartegen. Het Rijksvaccinatieprogramma staat hieronder vermeld en dient als richtlijn. Met ingang van 01.09.2002 ziet dit programma er zo uit:
2 maanden DKTP 1 & HIB 1 & Pneu
3 maanden DKTP 2 & HIB 2 & Pneu
4 maanden DKTP 3 & HIB 3 & Pneu
11 maanden DKTP 4 & HIB 4 & Pneu
14 maanden BMR 1 & Meningokokken vaccinatie
4 jaar DTP 5 & DKTP5
9 jaar DTP 6 & BMR 2
Wanneer ziek? Signalering De pedagogisch medewerkers werken met een groep kinderen en hebben daarbij oog voor het individuele kind. Zij weten hoe een kind zich normaal gesproken in de groep gedraagt. Kennis van het kind in normale omstandigheden en informatie van de ouder(s) over eventuele bijzonderheden zijn 3
voor pedagogisch medewerkers van groot belang om te kunnen bepalen of er iets is, waar zij zich zorgen over moeten maken en waarover zij met de ouder(s) moeten overleggen. Ander gedrag, dan de pedagogisch medewerker van een kind gewend is, zonder dat daar door de ouder(s) een verklaring voor is gegeven is voor de pedagogisch medewerker een signaal, dat er mogelijk iets aan de hand kan zijn. Ook verhoogde lichaamstemperatuur kan hiervoor een signaal zijn.
Algemeen Bij alle ziektes die uw kind treffen, is de pedagogisch medewerker van BSO Knoet degene die uiteindelijk bepaalt of het kind al dan niet BSO Knoet kan bezoeken of eerder opgehaald dient te worden. De pedagogisch medewerker weegt daarbij in geval van twijfel uw belangen als ouder en die van de andere kinderen in de groep tegen elkaar af. Het is echter in ieders belang, dat we die afweging zo zorgvuldig mogelijk proberen te maken, vanuit de verantwoordelijkheid zoals we die voelen voor alle betrokkenen. Het is de gezamenlijke verantwoordelijkheid van BSO Knoet en de ouder(s), om de spiraal van infecties zoveel mogelijk te doorbreken; dit betekent voor de groepen preventief en hygiënisch werken en voor de ouder(s) kan dit soms betekenen dat zij hun kind toch niet naar BSO Knoet kunnen brengen of dat zij hun kind eerder dienen op te halen.
Ziekte Als een kind zich niet lekker voelt heeft het extra verzorging en aandacht nodig die we bij BSO Knoet niet altijd kunnen bieden. We vinden het belangrijk dat de verantwoordelijkheid van een ziek kind bij de ouders ligt. Om te beoordelen of uw kind wel of niet naar BSO Knoet kan komen blijven wij kijken naar de gezondheid en het welbevinden van het kind en naar de gezondheid van andere kinderen. Als een kind zich niet lekker voelt neemt de pedagogisch medewerkster altijd contact op met de ouders om te overleggen. Als de pedagogisch medewerkster van mening is dat het kind opgehaald moet worden, bespreekt ze dit met de ouder(s) en worden afspraken gemaakt over het tijdstip waarop het kind gehaald wordt en wat er tot die tijd gedaan wordt. De regel is wel dat het zieke kind uiterlijk binnen twee uur, na het telefonische contact, opgehaald dient te worden.
Medicijngebruik Bij BSO Knoet hebben we geen medicijnen. Wanneer u wilt dat wij uw kind medicijnen toedienen verzoeken we u als ouder een "overeenkomst gebruik medicijnen" in te vullen. Dit geldt ook voor homeopathische geneesmiddelen en zelfzorgmiddelen. Op het medicijn moet duidelijk staan:
naam van het kind 4
gebruiksaanwijzing
houdbaarheidsdatum.
Sport- & Zwem BSO Knoet geeft geen zetpil/paracetamol zonder schriftelijke toestemming van ouders/verzorgers.
Zetpil/paracetamol Heeft u uw kind de avond of de nacht voor het bezoek aan de Kinderdagverblijven een zetpil/paracetamol toegediend dan wil de pedagogisch medewerkster daarvan op de hoogte worden gesteld. We benadrukken dat het niet de bedoeling is om het kind een zetpil/paracetamol toe te dienen als het kind naar BSO Knoet komt. Na een paar uur, als de zetpil/paracetamol is uitgewerkt kan de koorts omhoog schieten en kan gevaar van een koortsstuip ontstaan. Wij kunnen daar geen verantwoordelijkheid voor nemen. Hierbij het beleid van BSO Knoet ten aanzien van de meest voorkomende ziektes. Hierbij willen we benadrukken dat we richtlijnen van de GGD volgen.
Diarree of braken Bij diarree of veelvuldig braken mag het kind niet naar BSO Knoet komen. Het kind blijft thuis tot de diarree of het braken over is. Indien het kind al op BSO Knoet is, wordt de ouder verzocht het kind te komen ophalen na veelvuldig toiletgebruik of braken.
Kinkhoest Op het moment dat de diagnose wordt gesteld is de meest besmettelijke periode al voorbij. Het kind mag naar BSO Knoet komen mits het niet al te ziek of benauwd is.
Koorts Een kind met 38,5 graden koorts of hoger mag niet naar komen. Als een kind 38,5 graden koorts heeft bellen we de ouders en dient het kind opgehaald te worden.
Krentenbaard Kinderen met krentenbaard mogen BSO Knoet bezoeken mits de aandoening wordt behandeld, afgedekt of de blaasjes zijn ingedroogd. Ingedroogde blaasjes zijn niet besmettelijk.
5
Hoofdluis Kinderen met hoofdluis mogen niet op BSO Knoet komen als ze niet behandelt zijn tegen hoofdluis. De behandeling van luizen bestaat uit het minimaal 2 x per dag kammen met een luizenkam en het gebruik van een anti-luizenlotion (verkrijgbaar bij de apotheek). Op het moment dat er hoofdluis bij uw kind wordt geconstateerd nemen we contact op met de ouder(s). We willen dan dat de ouders het kind komt ophalen en de behandeling tegen hoofdluis starten om zo te voorkomen dat andere kinderen ook hoofdluis krijgen. U dient uw kind te behandelen totdat er geen luizen of neten meer zijn.
Middenoorontsteking en loopoor Kinderen met een middenoorontsteking en/of loopoor mogen gebracht worden mits zij geen koorts hebben en ze zich goed voelen.
Ontstoken ogen Een kind met een oogontsteking hoeft niet geweerd te worden mits het kind er niet ziek van is. De aandoening is meestal een gevolg van een verkoudheid en verloopt niet ernstig.
RS-virus Omdat het RSV of RS-virus zo vaak voorkomt als verwekker van gewone verkoudheid is contact met dit virus niet te vermijden. Kinderen mogen dan ook gewoon gebracht worden.
Waterpokken Als het kind zich goed voelt mag het naar BSO Knoet komen omdat de besmetting al heeft plaatsgevonden voordat de blaasjes ontstaan. Let wel dat het infectiegevaar bij de open blaasjes groter is bij de Kinderdagverblijven dan dat het kind thuis is. Tijdens de ontdekking van waterpokken bij uw kind zullen de pedagogisch medewerkers u op de hoogte brengen.
Koortslip Kinderen mogen alleen worden gebracht wanneer alle blaasjes zijn ingedroogd.
Wormpjes Het kind mag komen mits het een kuur van de huisarts heeft en het kind er geen last van heeft. De aandoening is goed te behandelen.
6
Vijfde ziekte Het kind mag gebracht worden mits het er niet ziek van is. Op het moment dat de diagnose gesteld wordt is het kind niet besmettelijk meer. De vijfde ziekte komt vooral voor bij kinderen van 4 tot 10 jaar, meestal in het voorjaar of de vroege zomer. Het kind krijgt rode wangen met grillige, rozerode vlekjes. De uitslag breidt zich uit naar romp, billen, armen en benen. De vlekjes vloeien samen tot grotere vlekken. Het kind kan wat koorts en jeuk hebben, maar voelt zich verder niet ziek. Na ongeveer tien dagen is de uitslag verdwenen. Bij warmte, kou, inspanning of stress kunnen de vlekjes tijdelijk terugkomen. Soms komt de vijfde ziekte bij volwassen voor. Zij hebben dan vooral pijn en stijfheid van handen en voeten en weinig of geen vlekjes.
Hand-, voet- en mondziekte De kinderen mogen naar BSO Knoet komen mits het kind niet ziek is.
Gezondheidsrisico’s als gevolg van binnenmilieu Een gezond binnenmilieu betekent dat de lucht schoon en fris is en weinig stofdeeltjes en microorganismen bevat. Ook de temperatuur en vochtigheid van de lucht mogen niet te hoog of te laag zijn. Voldoende ventilatie is een voorwaarde voor een gezond binnenmilieu. Actie: klapraampjes of ventilatieroosters altijd iets open houden, ook in de winter (eventueel sluiten voor de helft). Voorwerpen van textiel vormen een belangrijke bron van allergenen (stoffen die een allergische reactie kunnen veroorzaken). Allergenen zijn vooral schadelijk voor kinderen die een allergie hebben. Actie: textiel wordt gewassen of gestofzuigd. Veel kinderen zijn overgevoelig voor huisdieren.
7
Gezondheidsrisico’s als gevolg van buitenmilieu Om de gezondheid van de kinderen te kunnen waarborgen, is het van belang dat kinderen op momenten dat ze buiten zijn, niet aan omstandigheden worden blootgesteld die schade aan hun gezondheid berokkenen.
Planten met allergeen stuifmeel Verspreiders van allergeen stuifmeel zijn: Planten met onopvallende groenige aren, bloemetjes of trossen meeldraden zoals allerlei grassoorten, onkruiden. Bomen; berk, cipres, els, hazelaar en plantaan. In iets mindere mate ook de beuk, ceder, es, eik, jeneverbes, liguster en taxus. Actie: zorgen dat de kinderen niet bij deze planten komen, eventueel bomen en planten verwijderen wanneer kinderen er toch last van blijken te hebben.
Steken van bijen of wespen kunnen een allergische reactie tot gevolg hebben. Mocht een kind gestoken worden dan handelen we als volgt: Direct na bijensteek de angel verwijderen met een pincet. Het gif met een speciaal daarvoor bedoeld spuitje uit het wondje zuigen, daarna het wondje koelen om zwelling tegen te gaan, eventueel deppen met verdunde ammonia (10 %)
Tekenbeten kunnen de ziekte van Lyme veroorzaken. Actie: Na een tekenbeet wordt de teek met een tekenpincet (met draaiende beweging) verwijderd. De wond wordt gedesinfecteerd met jodium of alcohol (70 %). De ouders worden geïnformeerd bij tekenbeten, zodat zij alert zijn op symptomen die wijzen op de ziekte van Lyme. Het eerste symptoom is een rode plek, die na een week tot een maand op de plaats van de tekenbeet ontstaat. In een later stadium gaat de ziekte gepaard met griepachtige verschijnselen.
Hygiëne in zandbakken Zand van zandbakken kan op verschillende manieren verontreinigd zijn. Waar vooral op gelet moet worden, is ontlasting van honden en katten. Deze kunnen namelijk spoelwormen bevatten waarvan de eitjes ernstige gezondheidsklachten kunnen veroorzaken (koorts, griepachtige klachten, buikklachten, prikkelhoest, long- en leverklachten). Actie: Het zand vervangen wanneer het zichtbaar vervuild is. De kinderen mogen niet eten of drinken in een zandbak en moeten goed de handen wassen na zandgebruik op de locatie of in een openbare speeltuin.
8
Klimaat Door extreme weeromstandigheden kunnen kinderen een zonnesteek oplopen, uitdrogen of verbranden. Actie: De Eerste hulp die we verlenen bij een zonnesteek; schaduw zoeken en het slachtoffer afkoelen met water. Bij overmatig zweten geven we slokjes water met een snufje zout. Door kou kunnen kinderen onderkoeld raken ( let op bij baby’s). Actie: Eerste hulp bij onderkoeling; breng het slachtoffer naar binnen of een beschutte omgeving, verwijder eventueel natte kleding. Verwarm het slachtoffer door dekens, kruiken of een warme douche. Gebruik geen alcoholische dranken, dit werkt vaatverwijderend waardoor er extra afkoeling ontstaat.
9