Wireless LAN Router AWL-700 Gebruiksaanwijzing
Versie 1.1 Juni 2002
BENQ Corporation
Opmerking I
Copyright-verklaring Deze handleiding mag niet worden verveelvuldigd in enigerlei vorm noch op enigerlei wijze noch worden gebruikt om een afgeleid document te maken, zoals een vertaling, overzetting of aanpassing zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van BenQ Corporation. BenQ Corporation behoudt zich het recht voor om deze handleiding en de specificaties te wijzigen zonder voorafgaande kennisgeving, ter verbetering van de producten. De meest recente versie van de software en de gebruikersdocumentatie voor alle BenQ Wireless LAN producten is dus te vinden op onze website. http://www.BenQ.com Handelsmerken Copyright © 2002 BenQ Corporation. Alle rechten voorbehouden. De inhoud kan zonder voorafgaande kennisgeving gewijzigd worden. BenQ is een geregistreerd handelsmerk van BenQ Corporation. Alle andere handelsmerken zijn van de betreffende eigenaren.
BENQ Corporation
Opmerking II
FCC Waarschuwing De AWL-700 voldoet aan Part 15 van de FCC regels. Gebruik is onderworpen aan de volgende twee voorwaarden. (1) Dit apparaat mag geen schadelijke interferentie veroorzaken. (2) Dit apparaat moet alle binnenkomende interferentie accepteren, inclusief interferentie waardoor ongewenst functioneren kan ontstaan. Opmerking: De AWL-700 is getest en voldoet aan de grenswaarden voor een digitaal apparaat uit Class B en voor een zender met laag vermogen, volgens Part 15 van de FCC regels. Deze grenswaarden zijn opgesteld om een redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke interferentie bij gebruik in en om het huis. Dit apparaat veroorzaakt en gebruikt radiogolven en kan deze uitstralen. Indien het apparaat niet conform de gebruiksaanwijzing wordt geïnstalleerd en gebruikt, kan het schadelijke interferentie met radiocommunicatie veroorzaken. Het is niettemin mogelijk dat interferentie in een bepaalde opstelling optreedt.
BENQ Corporation
Inhoudsopgave Hoofdstuk 1. Inleiding .................................................. 1 1.1 Inleiding tot het product ........................................................................... 1 1.2 Eigenschappen.............................................................................................. 1
Hoofdstuk 2. Installatie van de apparatuur ............... 4 2.1 Product ........................................................................................................... 4 2.2 Systeemvereisten .......................................................................................... 4 2.3 Mechanische beschrijving ............................................................................ 5 2.4 AWL700 aansluiten op ADSL- of kabelmodem ..................................... 7 2.5 PC aansluiten op de AWL700 ................................................................... 7 2.6 Inschakelen..................................................................................................... 7
Hoofdstuk 3. Configuratie ........................................... 8 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8
Quick Installation Wizard........................................................................... 9 Informatie....................................................................................................... 12 Advanced Setting (Geavanceerde instellingen) ...................................... 14 Admin Password (Admin wachtwoord) .................................................. 22 Save Setting (Instelling opslaan)................................................................. 23 Reboot System`(Systeem opnieuw opstarten)....................................... 23 Update Firmware (Firmware-upgrade).................................................... 24 Load Default Setting (Standaardinstelling laden).................................... 25
Hoofdstuk 4. Bijlage .................................................... 26
BENQ Corporation
Hoofdstuk 1. Inleiding 1.1 Inleiding tot het product De AWL700 Wireless LAN Router kan worden gebruikt met de bijbehorende BenQ draadloze netwerkproducten zoals de BENQ AWL100 Wireless LAN PC Card en de BENQ AWL300 Wireless LAN USB Adapter, waarmee gebruikers draadloos toegang krijgen tot een kantoornetwerk of een xDSL- of kabelmodem kunnen delen. De AWL700 beschikt ook over een geïntegreerde 4-poorts auto-sensing crossover Ethernet switch, waardoor toegang tot reeds bestaande draadgebonden netwerken uitgebreid wordt en waardoor IP-adressen delen zonder extra apparatuur mogelijk is. De AWL700 fungeert ook als een Network Address Translation (NAT) apparaat waarmee thuisgebruikers privé IP-adressen kunnen gebruiken om toegang te krijgen tot het Internet via één of meerdere publieke IP-adressen. De AWL700 biedt thuisgebruikers een omgeving die beveiligd is door de firewall van het NAT-type. Omdat zowel de WAN-zijde als de LAN-zijde Ethernet interfaces zijn, kan het gemakkelijk aangesloten worden op andere apparaten, zoals een ADSL- of kabelmodem of een router met een Ethernet-interface aan de LAN-zijde. Tot 32 netwerkgebruikers kunnen aangesloten worden. De prestaties zijn van een zeer hoog niveau en het apparaat is zeer eenvoudig te installeren.
1.2 Eigenschappen 1.2.1 Gateway tussen twee Ethernet-interfaces The AWL700 kan met de WAN-zijde aangesloten worden op de LAN-zijde van een ADSL- of kabelmodem. Op die manier kunnen gebruikers aan de 10/100 Base-TX LAN-zijde één publiek IP-adres delen. Het is dan niet nodig dat alle gebruikers op het LAN een publiek IP-adres hebben om toegang te krijgen tot het Internet. Deze functie kan worden in- of uitgeschakeld. Indien gebruikers om een bepaalde reden wel allemaal 1
BENQ Corporation
publieke IP-adressen hebben, dan kunnen deze ook gebruikt worden voor de toegang tot het Internet. 1.2.2 Drie manieren om een IP-adres aan de WAN-zijde te krijgen Er zijn drie manieren om aan de WAN-zijde van de AWL700 een IP-adres te krijgen. De eerste manier bestaat uit het toewijzen van een geldig statisch IP-adres aan de WAN-interface. Daarnaast kunnen gebruikers ook het WAN IP-adres van de AWL700 verkrijgen door middel van PPPoE. Op deze manier hoeven gebruikers zelf geen PPPoE client op hun eigen computers te installeren. De derde mogelijk bestaat uit het verkrijgen van een WAN IP-adres van een DHCP-server. Bij sommige internet providers worden IP-adressen aan abonnees toegewezen door middel van het DHCP-protocol. De AWL700 kan als DHCP-client optreden in de 10/100 Base-TX WAN-zijde om zo een WAN IP-adres te verkrijgen. 1.2.3 DHCP-server zijn aan de LAN-zijde De AWL700 kan fungeren als DHCP-server aan de LAN-zijde, waardoor gebruikers niet zelf hun IP-instellingen hoeven te configureren. Bij het opstarten van de computers worden door de AWL700 aan elke computer een IP-adres en andere gegevens toegewezen, zoals het IP-adres van de DNS server enz. 1.2.4 Virtuele server Gebruikers kunnen achter de AWL700 verschillende typen servers installeren. Gebruikers op het Internet kunnen toegang krijgen tot deze servers via de virtuele server functie van de AWL700. 1.2.5 Firewall via NAT De AWL700 werkt ook als firewall door middel van NAT. Een firewall van dit type biedt gebruikers een beveiligde LAN-omgeving waartoe ongewenste personen geen toegang hebben. 1.2.6 Webbeheer Gebruikers kunnen de AWL700 configureren en beheren via een webbrowser (zoals Internet Explorer of Netscape Navigator). Op die manier kunnen gebruikers overal de 2
BENQ Corporation
AWL700 beheren zonder dat speciale software op de computer geïnstalleerd moet zijn. 1.2.7 Firmware-upgrade De AWL700 kent een efficiënte manier om de firmware te upgraden. Gebruikers kunnen een webbrowser of ook een TFTP-client gebruiken om deze taak uit te voeren.
3
BENQ Corporation
Hoofdstuk 2. Installatie van de apparatuur In dit hoofdstuk wordt stap voor stap beschreven hoe de AWL700 geïnstalleerd moet worden. Nadat de AWL700 correct is geïnstalleerd, moeten eventueel de WAN instellingen geconfigureerd worden volgens de voorschriften van internet provider of netwerkbeheerder.
2-1 Product Controleer of u de volgende onderdelen heeft ontvangen, voordat u begint met installeren: AWL700 Wireless LAN Router Software CD met gebruiksaanwijzing en hulpprogramma’s Snelstarthandleiding RJ-45 kabel Netspanningsadapter Metalen voet Schroevenset Garantiekaart
2-2 Systeemvereisten Controleer of u beschikt over de volgende vereiste onderdelen voordat u de AWL700 gaat gebruiken: Breedband-apparaat (ADSL- of kabelmodem) of kantoornetwerk UTP Cat-5 kabel om ADSL- of kabelmodem of netwerk aan te sluiten op de AWL700 Wireless LAN PC card (AWL100) of USB adapter (AWL300) Webbrowser (Internet Explorer 5.0 of hoger of Netscape Navigator 4.5 of hoger)
4
BENQ Corporation
2-3 Mechanische beschrijving Voorzijde van de Wireless LAN Router In de volgende tabel staat een overzicht van de activiteit van elke LED:
LED Power
Status Aan (rood) Aan (groen)
Status WAN / LAN
Link (groen)
Beschrijving Wanneer de AWL700 ingeschakeld is, dan moet deze LED continu rood verlicht zijn. Na inschakelen van de AWL700 worden enkele initialisaties uitgevoerd. Tijdens het initialiseren knippert de LED regelmatig. Wanneer de AWL700 aangesloten is op het ADSL- of kabelmodem, dan moet deze LED groen zijn. Indien deze LED niet groen is, dan is er geen verbinding.
5
BENQ Corporation
TX / RX (oranje)
Deze LED knippert tijdens het verzenden en ontvangen van gegevens.
Achterzijde van de Wireless LAN Router:
Achterzijde Reset knop PWR/DC aansluiting
WAN poort
LAN1/2/3/4 poort Antenne
Beschrijving Met de Reset knop kan de AWL700 gereset worden na een storing of een defect. Op deze aansluiting wordt de meegeleverde netspanningsadapter aangesloten op de AWL700. Gebruik geen andere netspanningsadapters. Met deze poort kan de AWL700 aangesloten worden op het ADSL- of kabelmodem of het Ethernet LAN d.m.v. een UTP-kabel. Met deze poorten kan de AWL700 aangesloten worden op andere apparaten zoals netwerkkarten, switches, hubs en modems met een UTP-kabel. Het radiosignaal wordt via de antenne verzonden en ontvangen.
6
BENQ Corporation
2.4 AWL700 aansluiten op ADSL- of kabelmodem I. Schakel het ADSL- of kabelmodem uit. II. Sluit één van de uiteinden (met RJ-45 connector) van de crosslink Cat-5 Fast Ethernet kabel (de korte kabel) aan op de LAN-poort van het ADSL- of kabelmodem III. Sluit het andere uiteinde van de kabel aan op de WAN-poort van de AWL700.
2.5 PC aansluiten op de AWL700 Draadgebonden I. Sluit de normale (lange) Cat-5 UTP kabel aan op één van de vier switch poorten. II. Sluit het andere einde van deze kabel aan op de netwerkkaart van uw PC. Draadloos I. Plaats de WLAN PC Card AWL100 in uw notebook en installeer het bijbehorende stuurprogramma. II. Sluit de WLAN USB Adapter AWL300 aan op uw desktop PC of notebook en installeer het bijbehorende stuurprogramma.
2.6 Inschakelen I. Sluit het netsnoer aan op het apparaat. II. Schakel het ADSL- of kabelmodem in. III. Nu is de apparatuur operationeel.
7
BENQ Corporation
Hoofdstuk 3. Configuratie In dit hoofdstuk wordt de configuratie van de AWL700 via de webinterface beschreven. De AWL700 Wireless LAN Router heeft een gestructureerd menu en een "Quick Installation Wizard" pagina voor het snel configureren van het apparaat. In dit hoofdstuk wordt de menustructuur toegelicht. Wanneer de AWL700 voor de eerste maal wordt ingeschakeld, dan heeft het apparaat een standaard IP-adres 192.168.1.1 dat is toegewezen aan de LAN-interface. Om de AWL700 te configureren, voert u in de adresbalk van uw webbrowser het adres http://192.168.1.1 in, waarna het onderstaande aanmeldvenster verschijnt. U moet met de juiste gebruikersnaam en het juiste wachtwoord aanmelden om de configuratie te starten vanuit de met MD5 geauthenticeerde websessie. Om deze met MD5 geauthenticeerde websessie te starten, is de standaard gebruikersnaam admin en het standaard wachtwoord is ook admin. We raden u met klem aan om dit wachtwoord te wijzigen, zoals beschreven in het gedeelte Admin wachtwoord.
Nadat het aanmelden voltooid is, verschijnt een welkomstpagina. Vanuit die pagina kunt u verder gaan met het configureren van de AWL700 of doorgaan naar de website van BenQ voor geavanceerde informatie.
8
BENQ Corporation
3.1 Quick Installation Wizard 3.1.1 WAN-parameters De AWL700 kan op drie manieren een IP-adres aan de WAN-interface toegewezen krijgen: Fixed IP, DHCP of PPPoE. Er zijn drie keuzerondjes in deze configuratiepagina en u kunt de gewenste optie kiezen door één van de keuzerondjes in te schakelen. Indien u aan de WAN-zijde een statisch IP-adres heeft, dan moet u kiezen Fixed IP om verbinding te maken met het internet. Indien u een DHCP-server hebt aangesloten op de WAN-poort of indien de internet provider een DHCP-server heeft, dan kunt u kiezen voor DHCP Client om zo toegang te krijgen tot het internet. De meeste ADSL internet providers geven niet alleen toegang via ADSL, maar bieden ook een inbelmogelijkheid. Indien u kiest voor inbellen bij uw internet provider, dan kunt u kiezen PPPoE om toegang te krijgen tot het internet, behalve wanneer de internet provider geen PPPoE aanbiedt voor de inbelfaciliteit
IP Address – Het IP-adres van de WAN-interface. Netmask – Het subnetmasker van de WAN-interface. Default Gateway – In het geval dat de AWL700 niet weet waarheen de packets verzonden kunnen worden, dan worden ze afgeleverd bij de default gateway. 3.1.2 PPPoE-parameters Wanneer u kiest om PPPoE te gebruiken om een WAN IP-adres te krijgen, dan moet u eerst de PPPoE-parameters instellen om verbinding te kunnen maken met de internet provider. Wanneer u verbinding maakt met de ADSL inbeldienst, dan hebt u de parameters nodig die door de internet provider zijn opgegeven.
9
BENQ Corporation
Username – De internet provider geeft u een gebruikersnaam en een wachtwoord voor het aanmelden. Voer in dit veld de gebruikersnaam in. Password – Voer in dit veld het wachtwoord in dat door uw internet provider is opgegeven. Password Confirm – Voer ter controle in dit veld nogmaals het wachtwoord in. Maximum Idle Time – De AWL700 heeft een time-out mechanisme. Dit betekent dat als er gedurende de in dit veld ingestelde tijd geen gegevensverkeer is door de AWL700 heen, dat dan de AWL700 de verbinding met de internet provider automatisch verbreekt. Server Name – Sommige internet providers gebruiker een servernaam ter authenticatie. Indien uw internet provider u een servernaam heeft gegeven, voer deze dan in dit veld in. Hebt u geen servernaam gekregen, laat het veld dan leeg. Service Name – Sommige internet providers gebruiker een servicenaam ter authenticatie. Indien uw internet provider u een servicenaam heeft gegeven, voer deze dan in dit veld in. Hebt u geen servicenaam gekregen, laat het veld dan leeg. 3.1.3 LAN-parameters Hiermee stelt u het LAN IP-adres en het subnetmasker ervoor in.
IP Address – Het IP-adres van de LAN-interface. Netmask – Het subnetmasker van de LAN-interface. 3.1.4 IEEE802.11 parameters In het Wireless Access Point kunt u instellingen maken, zoals ESSID, Channel, RTS Threshold, Fragment Threshold, Basic Rates, TX Rates en Preamble Type.
10
BENQ Corporation
ESSID – Het ESSID is een uniek ID van het Access Point. Draadloze clients die verbinding willen maken met het Access Point moeten hetzelfde ESSID hebben. Het ESSID kan uit maximaal 32 tekens bestaan. Channel – U kunt één van de beschikbare kanalen kiezen voor gebruik door uw Access Point. RTS Threshold – RTS Threshold is een mechanisme dat geïmplementeerd is ter voorkoming van het “Hidden Node” (verborgen node) probleem. “Hidden node” is een situatie die zich voordoet wanneer twee stations zich binnen bereik van hetzelfde Access Point bevinden, maar niet binnen bereik van elkaar. In dat geval zijn ze voor elkaar verborgen nodes. Wanneer een verborgen node begint met het verzenden van gegevens naar een Access Point, dan is het mogelijk het niet detecteert dat de andere node reeds het draadloze medium gebruik. Wanneer deze twee stations tegelijkertijd gegevens verzenden, dan kan een botsing optreden wanneer de gegevens tegelijk bij het Access Point aankomen. De botsing resulteert hoogstwaarschijnlijk in gegevensverlies voor beide nodes. Het RTS Threshold mechanisme biedt hiervoor een oplossing. Wanneer RTS geactiveerd is, dan zullen node en Access Point een Request to Send/Clear to send protocol (RTS/CTS) gebruiken. De node zal een RTS naar het Access Point sturen, waarmee het meldt dat het gegevens gaat versturen. Na ontvangst reageert het Access Point met een CTS bericht naar alle nodes, zodat alle nodes stoppen met verzenden. Het is ook een bevestiging voor de verzoekende node dat het Access Point het kanaal gereserveerd heeft voor verzending. Fragmentation Threshold – Het fragmentatiemechanisme wordt gebruikt om efficiënter om te springen met de bandbreedte wanneer er veel verkeer is in het draadloze netwerk. Indien u grote bestanden verzendt in een draadloos netwerk, dan kunt u de Fragmentation Threshold instellen en de pakketgrootte instellen. Het mechanisme deelt de pakketten dan op in de ingestelde grootte. Rates Set – Standaard selecteert het Access Point de hoogst mogelijke 11
BENQ Corporation
verzendsnelheid. Wanneer obstakels of interferentie optreden, dan schakelt het systeem over op een lagere snelheid. Kies voor de Basic Rates uit de volgende opties: 1 - 2 (Mbps), 1 - 2 - 5.5 – 11 (Mbps). Selecteer voor de TX Rate uit de volgende opties: (1 – 2 - 5.5 - 11 Mbps) of (1 - 2 Mbps). Preamble Type – Preamble is het eerste subveld van PPDU, het juiste frame format voor transmissie naar PHY (Physical layer). Er zijn twee opties: Short Preamble en Long Preamble. 3.1.5 Parameters voor beheer op afstand De AWL700 heeft mogelijkheden voor beheer op afstand. U kunt een bepaalde computer voor beheer op afstand instellen, "ping"-pakketten vanuit het internet accepteren of weigeren en de poort instellen waarop de ingebouwde webserver luistert.
Remote Control IP – De AWL700 kan zó worden ingesteld, dat deze alleen vanaf een bepaalde computer op afstand te beheren is. Voer daarvoor in dit veld het IP-adres van deze computer in. Let op dat wanneer u hier een IP-adres invoert, dat dan de AWL700 niet meer vanaf een andere computer kan worden ingesteld, behalve vanaf de computer met het ingevoerde IP-adres. Ping Reply – Indien u wilt dat de AWL700 niet reageert op "ping"-pakketten vanaf het internet, schakel dan de "Ping Reply" uit. Indien deze parameter worden ingeschakeld, dan reageert de AWL700 wel op "ping"-pakketten. HTTP Public Port – In de AWL700 is een webserver ingebouwd ten behoeve van het configureren. De standaardpoort waarop de webserver luistert is 80, maar u kunt ook een andere poort instellen. Indien er al een webserver aanwezig is aan de LAN-zijde, dan is het handig om deze in te stellen als een virtuele webserver.
3.2 Informatie 3.2.1 Statistische gegevens In deze configuratiepagina is informatie te vinden over de hoeveelheid ontvangen of verzonden Ethernet-pakketten in de AWL700. Het aantal pakketten en ook de hoeveelheid in bytes wordt elke drie seconden automatisch bijgewerkt. 12
BENQ Corporation
3.2.2 Status De AWL700 geeft informatie over het systeem weer in de Status pagina. De pagina is verdeeld in twee delen, de WAN-informatie en de LAN-informatie. Deze informatie is handig om te controleren of het systeem zich in een normale toestand bevindt.
3.2.3 Channel Info (Kanaalinformatie) Op deze pagina kan informatie over de kanalen van het Wireless Access Point geraadpleegd worden.
13
BENQ Corporation
3.2.4 Associated Table (Verbindingstabel) Dit is een lijst van alle nodes die ooit verbonden zijn geweest met het Access Point. Uit deze tabel kan achteraf gecontroleerd worden welke nodes ooit verbonden zijn geweest met het Access Point.
3.3 Advanced Setting (Geavanceerde instellingen) 3.3.1 DNS Setup (DNS-instelling) In de pagina "DNS Setup" kunnen twee DNS-servers worden opgegeven, waarmee de AWL700 de DNS-doorgeeffunctie kan uitvoeren. De DNS-doorgeeffunctie is een standaardinstelling van de AWL700. Echter, de AWL700 kiest als eerste de DNS-server van de internet provider wanneer PPPoE of DHCP client wordt gebruikt om te verbinden met het internet. De twee DNS-servers die in deze webpagina weergegeven worden, worden als tweede en derde DNS-server gebruikt voor de DNS-doorgeeffunctie.
DNS Name Server 1 – De eerste reserve DNS-server. De eerste DNS-server is de 14
BENQ Corporation
door de internet provider opgegeven DNS-server. DNS Name Server 2 – De tweede reserve DNS-server. 3.3.2 DHCP Setup (DHCP-instelling) 3.3.2.1 DHCP Clone MAC Address (DHCP MAC adres dupliceren) De AWL700 biedt de "MAC clone" functie zodat gebruikers het MAC-adres van de WAN-interface kunnen aanpassen. Dit is soms nodig indien het MAC-adres door de internet provider voor authenticatie gebruikt wordt.
Host Name – De naam van uw host. MAC Address – Het MAC-adres dat u wilt veranderen in de WAN-interface. Dit is het adres dat u ter athenticatie wilt aanbieden aan de internet provider. 3.3.2.2 DHCP Server Parameters (DHCP-server parameters) kan fungeren als een DHCP-server aan de LAN-zijde. Daardoor kunnen gebruikers eenvoudig hun IP-instellingen ontvangen in plaats van veel handmatig te moeten instellen. De AWL700 biedt de volgende parameters.
Default Gateway – Vertelt hosts waar ze terecht kunnen met hun pakketten indien ze zelf niet weten waar ze heen moeten. Dit adres moet het adres van de AWL700 zelf zijn. Netmask – Het subnetmasker voor de hosts. Name Server 1, 2, 3 – De AWL700 werkt als DNS-server voor de hosts. Omdat de AWL700 een DNS-doorgeeffunctie heeft, kan het als standaard naamserver ingesteld worden. DHCP Start IP – In de AWL700 kunnen maximaal 100 IP-adressen worden toegewezen 15
BENQ Corporation
aan hosts. Het adres dat in dit veld wordt ingevoerd, is het eerste adres dat wordt toegewezen. DHCP End IP – Dit veld wordt automatisch ingevuld. 3.3.2.3 Table of fixed host entries (Tabel met vaste hosts) De DHCP-server kan de IP-instellingen, zoals bijv. het IP-adres van de gateway, de DNS-server enz., automatisch toewijzen aan hosts aan de LAN-zijde van de AWL700. Gewoonlijk wijst een DHCP-server de IP-adressen dynamisch toe. U kunt echter paren van MAC- en IP-adressen opgeven. In dat geval wordt het IP-adres door de DHCP-server toegewezen op basis van het MAC-adres waar het verzoek om IP-instellingen vandaan komt.
3.3.3 NAT/DMZ Setup (NAT/DMZ-instelling) NAT is een mechanisme waarmee al uw privé IP-adressen kunnen worden vertaald in één publiek IP-adres. De AWL700 biedt dynamische NAT, statische NAT en NAPT functies. Dynamische NAT betekent dat u een reeks privé IP-adressen kunt koppelen aan een reeks publieke IP-adressen in de WAN-interface. Wanneer één publiek IP-adres is gekoppeld aan een host, dan kan dit publieke IP-adres niet worden gebruikt door andere hosts. Statische NAT betekent dat u een aantal paren van een privé IP-adres en een publiek IP-adres kunt toewijzen. In de AWL700 kunnen maximaal 5 statische NAT-paren worden ingesteld. Deze functie lijkt veel op DMZ (gedemilitariseerde zone). In de AWL700 werkt dit ook als een “virtuele DMZ" hostinstelling. NAPT is een speciale functie van NAT. NAT registreert het poortnummer en het IP-adres van elk pakket en zet dit om naar een publiek IP-adres aan de WAN-zijde en geeft deze sessie een uniek poortnummer. De meeste applicaties worden ondersteund door de AWL700, zoals HTTP, FTP, telnet, NetMeeting, RealPlayer, QuickTime enz. NAT is een standaardfunctie van de AWL700. 16
BENQ Corporation
3.3.3.1 Table of current virtual server entries (Tabel van virtuele servers) Soms zijn er veel servers aan de LAN-zijde die vanaf het internet benaderd moeten kunnen worden. Ze kunnen echter niet rechtstreeks benaderd worden vanwege NAT. Het is dan mogelijk om Virtual Server te gebruiken om deze interne servers van buitenaf toegankelijk te maken. In deze configuratiepagina kunt u een publieke poort invoeren die aan een server aan de LAN-zijde gekoppeld wordt. De publieke poort van een FTP-server is 21, van een telnet-server is dat 23 en van een HTTP-server is dat 80. Vervolgens moet u een host instellen die gekoppeld is aan deze publieke poort. In de onderstaande configuratie-afbeelding kunt u poort 21 koppelen aan de host met IP-adres 192.168.123.101 en van buitenaf kan de FTP-server aan de LAN-zijde benaderd worden op 211.21.85.141 door middel van de FTP clientapplicatie op de remote host. Wanneer u toegang vraagt aan de WAN-zijde van de AWL700, dan worden de pakketten omgezet naar FTP-pakketten die via NAT worden doorgezonden. 1 9 2 .1 6 8 .1 2 3 .1 0 1
Host Ethernet
F T P S e rve r
1 9 2 .1 6 8 .1 2 3 .1 0 0 PW R
W IC 0 AC T /C H 0
W IC 0 AC T/C H 0
ET H AC T
OK
AC T/C H 1
A C T/CH 1
C OL
In te rn e t 2 1 1 .2 1 .8 5 .1 4 1
T e ln e t S e rve r
Protocol – Kies het protocol dat de server aanbiedt. Service Name – Geef deze service een naam van maximaal 10 tekens Port Number – De poort die aan de internetzijde (WAN-zijde) geopend wordt. 17
BENQ Corporation
Server IP Address – Het privé IP-adres van de server aan de LAN-zijde. Server Port Number – De poort waarop de interne server luistert.
3.3.3.2 Dynamic NAT (Dynamische NAT)
In de eerste tabel kunt u een reeks privé IP-adressen toewijzen, welke omgezet worden in publieke IP-adressen. Base Address – Het eerste IP-adres dat van privé naar publiek omgezet moet worden. Number of Address – Het aantal privé IP-adressen dat beschikbaar moet zijn. Indien u vijf hosts publieke IP-adressen wil laten gebruiken, dan moet u in dit veld 5 invoeren. In de tweede tabel kunt u een reeks publieke IP-adressen invoeren, welke worden gekoppeld aan de privé IP-adressen in de eerste tabel. Base Address – Het eerste publieke IP-adres dat u wilt koppelen. Number of Address – Het aantal publieke IP-adressen dat beschikbaar moet zijn. Indien u tien IP-adressen wilt koppelen aan privé IP-adressen, dan moet u in dit veld 10 invoeren. 3.3.3.2 Static NAT (Statische NAT) De AWL700 biedt een statische NAT-functie, welke ook werkt als virtuele DMZ. Dat betekent dat u een server aan de LAN-zijde kunt plaatsen en kunt koppelen aan een publiek IP-adres. Hierdoor wordt uw server bereikbaar voor iedereen op het internet. Gebruik deze functie dus zorgvuldig. U kunt deze functie ook zien als een één 18
BENQ Corporation
op één gekoppelde NAT-functie. Let op dat al het verkeer dat niet voldoet aan de criteria van NAT kan worden afgehandeld met NAPT.
Local Address – Het IP-adres van de lokale host. Global Address – Het publieke IP-adres dat wordt gekoppeld aan een privé IP-adres. Merk op dat gebruikers het eerste publieke IP-adres in het eerste veld niet kunnen wijzigen omdat de AWL700 het WAN IP-adres van NAPT opnieuw kan gebruiken om de statische NAT-conversie uit te voeren. 3.3.4 RIP Setup (RIP-instelling) 3.3.4.1 RIP-parameters De AWL700 kan fungeren als een router en RIP-v2 (Routing Information Protocol versie 2) gebruiken om routeringsinformatie uit te wisselen met andere RIP-routers. De standaardinstelling van de AWL700 is uitgeschakeld. Indien u RIP moet gebruiken om pakketten te verwerken, dan kunt u deze functie inschakelen. "Enable" betekent dat RIP kan worden verzonden door en ontvangen op die interface.
3.3.4.2 Routing Table (Routetabel) In de AWL700 kunt u routes toevoegen of verwijderen in de Routetabel. Indien u pakketten naar een bepaalde host wilt doorsturen, dan kunt u een statische route naar die host toevoegen.
19
BENQ Corporation
Network Address – Host of netwerk waarheen de pakketten doorgestuurd moeten worden. Netmask Address – Netwerkmasker. Gateway Address – Host die de pakketten moet doorsturen naar de bestemming. 3.3.5 Security Setup ((Beveiligingsinstellingen)) Om te voorkomen dat niet geauthoriseerde nodes toegang krijgen tot de gegevens die over het netwerk verzonden worden, is het 11Mbps Wireless LAN Access Point uitgerust met WEP (Wired Equivalency Privacy). U kunt 4 encryptiesleutels instellen voor de encryptie van de gegevens.
20
BENQ Corporation
Het 11Mbps Wireless Access Point heeft 4 encryptiesleutels om uw gegevens te beveiligen tegen ongeoorloofd afluisteren. Om de WEP-sleutels te activeren en in te stellen, moet u het volgende doen: Er zijn bij WEP encryption drie opties: Disable – Draadloze adapters kunnen met het Wireless Access Point communiceren zonder enige gegevensencryptie. WEP64 – Draadloze adapters moeten gegevensencryptie met een 64-bits algoritme gebruiken voor communicatie met het Wireless Access Point. WEP128 - Draadloze adapters moeten gegevensencryptie met een 128-bits algoritme gebruiken voor communicatie met het Wireless Access Point. Wanneer WEP64 geselecteerd is, voer dan hexadecimale waarde van 10 tekens in, bestaande uit de letters “A-F” of “a-f” en de cijfers “0-9”, (bijvoorbeeld 1234567890). Wanneer WEP128 geselecteerd is, voer dan hexadecimale waarde van 26 tekens in, bestaande uit de letters “A-F” of “a-f” en de cijfers “0-9”, (bijvoorbeeld 11223344556677889900aabbdd). Voer de 4 WEP sleutels in in de velden Key 1, Key 2, Key 3 en Key 4. Selecteer één WEP sleutel als een actieve sleutel voordat u de encryptie inschakelt.
OPMERKING De WEP sleutel moet exact gelijk worden ingesteld op het Wireless Access Point en op de draadloze adapters. Indien u Key 1 gebruikt op het Wireless LAN Access Point, dan moet dezelfde waarde worden toegekend aan Key 1 voor alle clients.
3.3.6 Access Control (Toegangscontrole) Met de Access Control Table (Toegangscontroletabel) kunt u de toegang van draadloze adapters tot het Wireless Access Points beperken door de MAC-adressen van de draadloze adapters op te geven.
21
BENQ Corporation
Gebruik de volgende knoppen om de Access Control Table te bewerken: Enable – netwerktoegang door nodes in de lijst toestaan Change – om de items in de tabel te wijzigen en toe te voegen Delete – om de MAC-adressen per stuk te verwijderen
OPMERKING Vergeet niet op de “Apply” of de “Save Setting” knop onderaan te klikken na wijzigen van de configuratie en voor het afsluiten van de pagina.
3.4 Admin Password (Admin wachtwoord) In deze paragraaf wordt uitgelegd hoe het "admin" wachtwoord van de AWL700 gewijzigd kan worden. We raden aan om het admin wachtwoord goed geheim te houden en het periodiek te wijzigen. U kunt naar het Change Password scherm gaan door de de tab Change Password te selecteren. Het dialoogvenster Password Setting verschijnt zoals hieronder is weergegeven. (確認是否有change password tab)
Username – Voer de gewenste gebruikersnaam in, bestaande uit maximaal 16 alfanumerieke tekens. 22
BENQ Corporation
New Password – Voer het nieuwe "admin" wachtwoord in dit veld in, bestaande uit maximaal 16 alfanumerieke tekens.. Password Confirm – Voer ter controle nogmaals het "admin" wachtwoord in.
3.5 Save Setting (Instelling opslaan) Indien u de AWL700 geconfigureerd hebt en de instellingen wilt opslaan, ga dan naar de "Save Setting" pagina. Let op: nadat u de instellingen hebt opgeslagen, dan zal de "Reboot System" pagina verschijnen waarin u gevraagd wordt om de AWL700 opnieuw op te starten. Het is noodzakelijk om de AWL700 opnieuw op te starten om de nieuwe configuratie te activeren.
3.6 Reboot System`(Systeem opnieuw opstarten) De AWL700 heeft een functie voor het op afstand opnieuw opstarten, zodat de gebruikers niet zelf naar de AWL700 hoeven te gaan om het systeem opnieuw op te starten.
23
BENQ Corporation
OPMERKING De instellingen worden niet opgeslagen totdat “Save Setting” en “Reboot System” zijn uitgevoerd.
3.7 Update Firmware (Firmware-upgrade) De AWL700 kan via de webbrowser een update van de firmware krijgen. Hiertoe kiest u de juiste versie in uw computer en klikt u vervolgens op de knop “Upgrade” om te beginnen met de upgrade. Het upgraden duurt één minuut, een pagina verschijnt waarin u gevraagd wordt om een minuut te wachten. Wanneer het upgraden voltooid is, dan verschijnt in de webbrowser automatisch een andere pagina en let op dat u geen enkele toets of knop indrukt of klikt voordat de upgrade voltooid is.
24
BENQ Corporation
3.8 Load Default Setting (Standaardinstelling laden) Elke AWL700 is voorzien van de standaardinstellingen bij verzending naar de gebruikers. Deze instellingen zijn handig wanneer u zelf foutieve instellingen heeft geconfigureerd en de AWL700 niet meer correct werkt. In dat geval kunt u naar de onderstaande pagina gaan en dan de standaardinstellingen van de AWL700 proberen te downloaden. Na het downloaden wordt de configuratie teruggezet op de standaardinstellingen en zal de voorgaande configuratie verdwijnen.
25
BENQ Corporation
Hoofdstuk 4. Bijlage TCP/IP configuratie voor Windows 98/Me/2000 1. Klik op Start vervolgens op Settings en dan op Control Panel. 2. Dubbelklik op het Network pictogram. Ga naar het tabblad Configuration en selecteer de TCP/IP regel die verbonden is met uw netwerkkaart. 3. Klik op de knop Properties om het TCP/IP protocol voor de AWL700 gateway in te stellen. 4. Kies ofwel een a) statisch IP-adres ofwel b) DHCP. a.
Statisch IP-adres:
1. Selecteer Specify an IP address in het tabblad IP address. Het standaard IP-adres voor de AWL700 is 192.168.1.1. Voer in, afhankelijk van de situatie 192.168.1. ¯¯¯ (¯¯¯ ligt tussen 1 en 253) in het veld IP address en 255.255.255.0 in het veld Subnet Mask. 2. Voer in het tabblad Gateway het IP-adres van de AWL700 in (standaard IP-adres is 192.168.1.1) in het veld New Gateway en klik op de knop Add. 3. Kies in het tabblad DNS configuration de optie Enable DNS, voer de Host naam in en voer dan DNS waarden toe die door uw internet provider zijn opgegeven in DNS Server Search Order en klik vervolgens op de knop Add. 4. Start de computer opnieuw op. b. DHCP instelling: 1. 2. 3. 4.
Selecteer Obtain an IP address automatically in het tabblad IP address. Voer geen waarden in in het tabblad Gateway. Kies Disable DNS in het tabblad DNS Configuration. Start de computer opnieuw op.
26
BENQ Corporation