Welkom in deze dienst Voorganger is ds. L.P. Blom Schriftlezing: Johannes 20
Voorzang Lied 88 (Toonhoogte) Gezang 53 (Bundel ‘38) Psalm 21 vers 4 en 5 Psalm 118 vers 11 Gezang 217 vers 1, 3 en 4 (Liedboek) Psalm 73 vers 12 en 13 Lied 110 (Op Toonhoogte)
Zondag 5 april 9.00/10.45 uur Kerkelijk Centrum Rehoboth
Daar juicht een toon, daar klinkt een stem, die galmt door gans Jeruzalem. Een heerlijk morgenlicht breekt aan, de Zoon van God is opgestaan.
Lied 88 vers 1 Op Toonhoogte
Geen graf hield Davids Zoon omkneld, Hij overwon, die sterke Held! Hij steeg uit 't graf door 's Vaders kracht, want Hij is God, bekleed met macht.
Lied 88 vers 2 Op Toonhoogte
Nu jaagt de dood geen angst meer aan, want alles, alles is voldaan. Die in 't geloof op Jezus ziet, die vreest voor dood en helle niet.
Lied 88 vers 3 Op Toonhoogte
Want nu de Heer is opgestaan, nu vangt het nieuwe leven aan. Een leven, door zijn dood bereid, een leven in zijn heerlijkheid.
Lied 88 vers 4 Op Toonhoogte
Wees gegroet, gij eersteling der dagen, morgen der verrijzenis, bij wiens licht de macht der hel verslagen en de dood vernietigd is! Here Jezus, trooster aller smarten, zon der wereld, schijn in onze harten, deel ons zelf de voorsmaak mee van der zaal'gen sabbatsvree! Gezang 53 vers 1 Hervormde Bundel 1938
Op uw woord, o Leven van ons leven, werpen wij het doodskleed af! Door de kracht uws Geestes uitgedreven, treden w' uit ons zondengraf. Leer ons daag'lijks, leer ons duizendwerven, in uw kruisdood meegekruisigd sterven, en herboren - opgestaan, achter U ten hemel gaan! Gezang 53 vers 2 Hervormde Bundel 1938
In uw hoede zijn wij wel geborgen, en schoon eerlang 't oog ons breek', open gaat het op de grote morgen na deez' aardse lijdensweek. Welk een dag der ruste zal dat wezen, als w' onsterf'lijk, uit de dood verrezen, knielen voor uw dankaltaar! Amen, Jezus, maak het waar! Gezang 53 vers 3 Hervormde Bundel 1938
Hij heeft, O God, van U begeerd Het onvergank’lijk leven; Gij hebt het hem gegeven. Zo zijn de dagen hem vermeêrd, Zo leeft de Vorst altoos, Zo leeft hij eindeloos.
Psalm 21 vers 4
Hoe groot en schitt’rend is zijn eer, Door 't heil, aan hem bewezen! Hoe is zijn roem gerezen! O alvermogend’ Opperheer, Wat glans, wat majesteit. Hebt Gij dien Vorst bereid!
Psalm 21 vers 5
De steen, dien door de tempelbouwers Veracht’lijk was een plaats ontzegd, Is tot verbazing der beschouwers Van God ten hoofd des hoeks gelegd. Dit werk is door Gods alvermogen, Door 's HEEREN hand alleen geschied. Het is een wonder in onz' ogen: Wij zien het, maar doorgronden 't niet.
Psalm 118 vers 11
Jezus leeft en ik met Hem! Dood, waar is uw schrik gebleven? Hem behoor ik en zijn stem roept ook mij straks tot het leven, opdat ik zijn licht aanschouw, dit is al waar ik op bouw.
Gezang 217 vers 1 Liedboek voor de Kerken
Jezus leeft! Hem is de macht. Niets kan mij van Jezus scheiden. Hij zal, als de vorst der nacht mij tenakomt, voor mij strijden. Drijft de vijand mij in 't nauw, dit is al waar ik op bouw.
Gezang 217 vers 3 Liedboek voor de Kerken
Jezus leeft! Nu is de dood mij de toegang tot het leven. Troost en kracht in stervensnood zal de Levende mij geven, als ik stil Hem toevertrouw: 'Gij zijt al waar ik op bouw!'
Gezang 217 vers 4 Liedboek voor de Kerken
'k Zal dan gedurig bij U zijn, In al mijn noden, angst en pijn, U al mijn liefde waardig schatten, Wijl Gij mijn rechterhand woudt vatten! Gij zult mij leiden door Uw raad, O God, mijn heil, mijn Toeverlaat, En mij, hiertoe door U bereid, Opnemen in Uw heerlijkheid.
Psalm 73 vers 12
Wien heb ik nevens U omhoog? Wat zou mijn hart, wat zou mijn oog, Op aarde nevens U toch lusten? Niets is er, waar ik in kan rusten. Bezwijkt dan ooit, in bitt're smart Of bangen nood mijn vlees en hart, Zo zult Gij zijn voor mijn gemoed Mijn rots, mijn deel, mijn eeuwig goed.
Psalm 73 vers 13
U zij de glorie, opgestane Heer! U zij de victorie, nu en immermeer. Uit een blinkend stromen, daald' een engel af, heeft de steen genomen van 't verwonnen graf. U zij de glorie, opgestane Heer! U zij de victorie, nu en immermeer.
Lied 110 vers 1 Op Toonhoogte
Ziet Hem verschijnen, Jezus onze Heer! Hij brengt al de zijnen in zijn armen weer. Weest dan volk des Heren, blijd' en welgezind, en zegt telkenkere: Christus overwint! U zij de glorie, opgestane Heer, U zij de victorie, nu en immermeer.
Lied 110 vers 2 Op Toonhoogte
Zou ik nog vrezen, nu Hij eeuwig leeft, die mij heeft genezen, die mij vrede geeft? In zijn godd'lijk wezen is mijn glorie groot, niets heb ik te vrezen in leven en dood. U zij de glorie, opgestane Heer, U zij de victorie, nu en immermeer.
Lied 110 vers 3 Op Toonhoogte
Wij wensen elkaar Gezegende Paasdagen