Nr. 1, jaargang 1, Maart 2013
Waarin opgenomen Nieuws van de Federatie Polyclassic Zeiljachten en aangesloten organisaties In dit nummer o.a.: PolyClassic Cup 2013; Agenda 2013; Contessa 32 “Gigi”; De 27.000zm nonstop reis met een Albin Vega; Een kleine geschiedenis van de Folkboat; “Recht door Zee”, opinie rubriek; Zeekaarten bekeken door Joop Datema; Met een Oceaan 25 naar Denemarken; Yacht Wrapping; Ecume de Mer, hoe het begon.
“De Polyclassic Zeiler” verschijnt 6 keer per jaar en is een Nederlandstalig e-magazine voor liefhebbers van klassieke polyester zeiljachten, ontworpen vóór 1975. Het magazine beoogt lezers te interesseren voor polyclassic zeiljachten en hun belangenorganisaties. Ontwikkelingen op dit gebied worden gevolgd. Ook wordt aandacht gegeven aan algemene watersport onderwerpen, van belang voor Polyclassics. Tussentijds verschijnt “de Polyclassic Zeiler” als e-nieuwsbulletin”. Nieuws van de Federatie Polyclassic Zeiljachten en de aangesloten organisaties vormt een integraal onderdeel van dit magazine. Artikelen zijn door de redactie geschreven, tenzij anders vermeld. Old Salt Watersport Publicaties Graaf Willem de Oudelaan 70; 1412AW Naarden Redacteur: Rob Kloosterman Tel: 035/6910562 ; 06/12454986 E-mail:
[email protected] www.oldsaltwatersport.nl
Overname van artikelen alleen toegestaan na schriftelijke toestemming van de redactie. Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, aanvaarden OldSalt Watersportpublicaties en de auteurs geen aansprakelijkheid voor eventuele fouten en onvolkomenheden, noch voor de gevolgen hiervan.
Adverteren: E -mail:
[email protected] Tel: 035/6910562 ; 06/12454986 www.oldsaltwatersport.nl (v/a 1 april 2013)
2
Inhoud Nieuws Federatie Polyclassic Zeiljachten
4,5,6
Contessaclub Nederland
8,9,10,11
De zeekaart. Van VOC tot “chart on demand”
12,13,14,15
Zien uw bakskistdeksels er ook zo uit?
16
Kring van Vegazeilers
18 t/m 25
Veranderingen Serie 1800 zeekaarten
26
Trintella Vriendenkring
28,29
Ecume de Mer Club Nederland
30,31,32
Varen doe je samen
33
Polyclassic Cup 2013
34,35
Rondje Noord-Holland
36
Recht door Zee opinierubriek
37
Pion Klasse-Organisatie
38,39
Nederlandse Marieholm Vereniging
40,41
Oceaanclub Nederland
42,43,44,45,46
Vindöclub Nederland
47
Wilt U dit blad en het nieuwsbulletin gratis blijven ontvangen? E-mail:
[email protected] Bij de voorplaat: Foto Hanneke Steensma-de Boer. Hylke Steensma en Anne Marije Ridder in Ecume de Mer “Pura Vida” tijdens De Polyclassic Cup 2012 wedstrijden voor Stavoren. 3
Federatie
PolyClassic Zeiljachten Stichting Federatie Polyclassic Zeiljachten De stichting is medio 2012 opgericht met als doel samenwerkende belangenbehartiging van eigenarenorganisaties en hun polyclassic schepen. Onder Polyclassic zeiljachten wordt verstaan polyester kajuitzeiljachten ontworpen vóór 1975 of een latere doorontwikkeling van het ontwerp. De Federatie PZ is al voor de officiële oprichting actief geweest op beurzen en heeft enige workshops op het gebied van elektra en polyesterreparatie voor aangesloten leden georganiseerd. Ook zijn in Stavoren in 2012 wedstrijden voor de eerste “PolyClassic Cup” gevaren. Aangesloten eigenarenorganisaties zijn: Contessaclub NL; Ecume de Merclub NL; NL Marieholm Vereniging; Oceaanclub NL; Pion Klasse-Organisatie; Trintella Vriendenkring; Kring van VEGA-Zeilers; Vindöclub NL. Dagelijks bestuur In het dagelijks bestuur hebben zitting genomen: Ben Verhaaf, voorzitter (Trintella Vriendenkring) Jeroen Groenendijk, secretaris (Contessa Club Nederland) Rien Mussert, penningmeester (Vindöclub Nederland) Voorts levert elke aangesloten organisatie een algemeen bestuurslid De adviesraad, gevormd door afgevaardigden van aangesloten organisaties, ondersteunt het bestuur. Contact: Secretariaat: Jeroen Groenendijk Tel: 070/3749464 E-mail:
[email protected]
Albin Vega Isefjord Denemarken 4
Evenementen Agenda 2013
5
15 maart
Jaarvergadering
Pion Klasse-Organisatie
Broek in Waterland
16 maart
Workshop polyester
Fed. Polyclassic Zeiljachten **
Arnhem
23 maart
Winterbijeenkomst
Contessaclub NL
Willemstad
9 mei
Voorjaarsreunie
Trintella Vriendenkring *
Markermeer
10 t/m 12 mei
Zomerevenement
Kring van VEGA-zeilers *
Edam
18 t/m 25 mei
Zee-waddentocht
Kring van VEGA-Zeilers *
NZ/Wadden
18 t/m 20 mei
Pinksterbijeenkomst
Vindöclub NL*
Broekerhaven
14/15 juni
Ronde om Noord-Holland
St. YSY Ronde om Noord-Holland
(IJ)Muiden
21/22 juni
Brouwse Classic’s Regatta 2013
Wsv Brouwershaven
Brouwershaven
22 juni
Tocht naar Londen
Pion Klasse-Organisatie *
Noordzee
5 t/m 7 juli
Zomerevenement
Nederlandse Marieholm Ver.*
Muiden
19/20 juli
PolyClassic Cup
Fed. Polyclassic Zeiljachten **
Middelharnis
24/28 juli
Dutch Classic Yacht Regatta
St. DCYR
Hellevoetsluis
23/24 augustus
48e Delta Lloyd 24 Uurs Zeilra- NVvK ce
IJsselmeer
7 september
Zomerreunie
Contessaclub NL
Hellevoetsluis
7/8 september
NK Pion
Zuiderzeeregatta *
Muiden
7/9 september
NK Contessa 26/32
Cowes Corinthia YC *
Cowes U/K
14/15 september
Randmeerevenement
Kring van VEGA-Zeilers *
Naarden
* alleen leden van de betreffende organisatie
** alleen leden van bij de Federatie PZ aangesloten organisaties
Voorzitter Federatie Polyclassic Zeiljachten spreekt op jaarvergadering Kring van VEGA-Zeilers
Ben Verhaaf, ex voorzitter van de Trintella Vriendenkring en tegenwoordig voorzitter van de Federatie Polyclassic Zeiljachten, was 9 februari j.l. door het bestuur van de Kring van VEGA-Zeilers uitgenodigd om op hun jaarvergadering het reilen en zeilen van de federatie uit de doeken te doen. Ben ging in op het ontstaan van de samenwerking op de steiger in Hellevoetsluis gedurende de “Dutch Classic” van 2009. Vertegenwoordigers van Vindö, Trintella en Albin Vega eigenarenorganisaties staken toen de koppen bij elkaar. De formatie duurde dus zo’n drie jaar. “Maar nu zijn wij er dan”, zei hij, “en het gaat een steeds beter gevoel geven”. Er is dan ook sprake geweest van een vliegende start want intussen zijn al diverse interessante workshops gehouden en is ook de 1e editie van de Polyclassic cup gevaren. Het samenwerkingsverband behartigt de belangen van 8 organisaties en zo’n 1.000 leden en is klaar voor uitbreiding.
Workshop Polyesterreparatie. Arnhem, 16 maart a.s. Zoals al eerder aangekondigd op www.polyclassics.nl wordt deze workshop gehouden door de Fed. Polyclassic Zeiljachten voor leden van aangesloten organisaties.. Lokatie: Watersportcentrum Arnhem, Stadsblokkenweg 1, 6841 HG Arnhem. Er zijn 2 workshops waaraan maximaal 16 personen per workshop kunnen deelnemen! Alleen toegang na geaccepteerde inschrijving. Voor kosten, bijzonderheden en inschrijven: www.polyclassics.nl Tijden: 09.30-12.30 uur en 13.30—16.30 uur.
Wees er snel bij.!!! 6
“Yacht wrapping” iets voor uw Polyclassic? Op Boot-Holland bezochten wij de stand van Yacht Wrapping uit Grou. Volgens de standhouder zijn er voor onze oudere schepen drie opties wanneer we de in de jaren zeg maar “verkleurde” romp van ons schip er weer fris willen laten uitzien: polijsten, spuiten of plakken. Nu weten wij allemaal wat het betekent voor ons, dat polijsten en spuiten, het zijn nogal ingrepen! Maar plakken of “wrappen” zoals deze Fries het noemt, dat is iets van de laatste tijd. Steeds meer aanbieders van deze manier van opknappen worden op beurzen gezien. Plakken houdt in het vakkundig inpakken van uw boot in een al dan niet van striping en patroon voorziene, gelamineerde folie. De voordelen zijn volgens Yacht Wrapping legio. Het is duurzaam, krasbestendig, vuilafstotend, onderhoudsvrij en, afhankelijk van de kleur, tot 10 jaar kleurecht. Met de scheepsromp achter de folie zou niets gebeuren want de originele gelcoat wordt immers door het duurzame folie beschermd tegen de schadelijke uv-straling? “En de kosten vallen ook mee”, werd gezegd, hoewel dat een riskante uitspraak is in deze tijden. Maar kijk eens naar de foto’s uit de folder! Een Friendship 26 in een staat zoals wij die wel een beetje kennen. Die geelzweem is wel weg te krijgen maar komt weer terug. Op de onderste foto heeft de boot wel een andere uitstraling gekregen, vindt u ook niet? Yachtwrapping levert ook andere producten, zoals een innovatieve manier van “antifoulen”, ook met een folie. En belettering natuurlijk van romp en zeil. Meer weten: Yachtwrapping, de Muldyk 11b Grou. Tel: 0566-602757; e-mail:
[email protected]; www.yachtwrapping.nl
7
Contessaclub Nederland Sinds de oprichting, eind 2004, is de Contessaclub gestaag gegroeid. Vandaag telt de ledenlijst in totaal 65 schepen en een aantal belangstellenden die zelf geen Contessa bezitten. In 2006 is besloten het lidmaatschap van de Contessaclub niet beperkt te houden tot 32-voeters, maar dit ook open te stellen voor de andere types die in de loop der jaren zijn gebouwd. Van de aangesloten schepen zijn er 49 Contessa 32’s; daarnaast vier 28-voeters, twee 26-voeters, twee 35-voeters en twee 38-voeters. De Contessaclub is geen formele vereniging, maar een informeel verband dat drijft op de inzet van de leden. Activiteiten worden ad hoc georganiseerd en gefinancierd; de club heeft geen winstdoelstelling. Belangstellenden kunnen contact opnemen via de website www. Contessazeilers.nl
8
In het Verenigd Koninkrijk is men ook erg enthousiast over de Contessa’s. Vooral de 32 voeter. Foto Jeroen Groenendijk Geen wonder, de schepen, 40 jaar geleden getekend door David Sadler, worden daar nog steeds vanaf de beginjaren gebouwd door Jeremy Rogers. Op de website van de Britse Contessa 32 Class Association is bijna alles over de schepen te vinden.
Nick Jaffe zeilde zijn Contessa 26
“Carmen SanDiego” van Monnickendam naar Australie”. De 26 jarige Australiër tekende zijn avonturen op in de 96 minuten durende film “Between home”. De film is tegen betaling te downloaden op de site www.betweenhome.com
Foto: Contessa 32 “Lecas” 9
John Kretschmer droomde er op zeer jonge leeftijd al van om ooit rond Kaap Hoorn te zeilen. Pas rond zijn 20e jaar is hij gaan leren zeilen. Hij werd in korte tijd zeilleraar en daar had hij ene Ty Techera als leerling. Deze Ty kreeg te horen dat hij ongeneeslijk ziek was en ook hij wilde rond Kaap Hoorn zeilen. Hij bestelde daarvoor bij de werf van Jeremy Rogers een Contessa 32. Dit schip had met name in de voor velen desastreus verlopen Fasnetrace van 1979 faam verworven. Alle gestarte Contessa 32’s finishten. Zoals wel vaker gebeurde werd deze Contessa te laat opgeleverd. John Kretchmer (met weinig zeezeilervaring) en Ty Techera (met nog geen enkele zeezeilervaring) wilden echter de reis niet uitstellen en vertrokken in feite zes weken te laat vanuit Lymington met als eerste bestemming de Canarische Eilanden. Voordat ze de Golf van Biscaye bereikten kregen ze al menige storm te verwerken (tot 54 knopen). De reis daarna verliep voorspoedig en eind Januari 1983 bereikten ze Antigua. John ging van boord en zeilde ”Gigi” solo naar het noorden. Op 15 oktober 1983 vertrekt het duo vanuit New York, 15.000 mijlen over de illustere clipperhandelsroute naar San Francisco, waar ze 120 dagen later zouden aankomen. De “Gigi” is daarmee een van de kleinste boten, en hoogstwaarschijnlijk de eerste Amerikaanse, die Kaap Hoorn “de verkeerde kant op”, rondde, van oost naar west. 10
“Gigi” waarschijnlijk de meest beschreven Contessa 32 Izaäk Versluis
Foto: Izaäk Versluis. Op de steiger Contessabouwer Jeremy Rogers.
Deze reis wordt uitvoerig beschreven in het boek “Cape Horn to Starboard”. Dit boek is recent opnieuw uitgegeven, na de restauratie van Gigi in 2007. Ty Techera zeilde na aankomst in San Francisco “Gigi” solo naar Nieuw Zeeland. Van daaruit werd het jacht terug naar Amerika getransporteerd, waarna hij haar doneerde aan de Chapman School of Seamanship in Florida. Vrij snel daarna werd ze doorverkocht aan iemand in Texas waar ze daarna een vrij anoniem bestaan beleefde, als een gewone witte polyester zeilboot. Begin 2007 werd ze, geheel verwaarloosd, ontdekt door een vriend van de bouwer. “Gigi” werd terug naar Engeland verscheept en geheel gerestaureerd door Jeremy Rogers. Ze was juist op tijd gereed voor de Earls Court Boat Show waar ze na een kwart eeuw werd herenigd met de voormalige schipper John Kretschmer. In 2011 was ze ook present tijdens het 40 jarig CO32 jubileum in Lymington, geschipperd door de huidige eigenaar, een Fransman. Nog altijd om door een ringetje te halen.
11
Van VOC en zeerovers tot plotter en “chart on demand”
De zeekaart, in welke vorm ook, is een onontbeerlijk middel bij onze oriëntatie op ruim buitenwater. Als zeiler vraag ik mij altijd af wat schuil gaat achter dit fascinerende document. Wie verzorgt bijvoorbeeld de topografie, posities van objecten op het water en de dynamische dieptebeelden en stromingen, om maar een paar van de vele kenmerken te noemen. En hoe komt dit alles tot stand? “Vraag het aan Joop Datema” zo werd mij verteld. “Die weet alles van kaarten”. Daarom een afspraak gemaakt met deze kenner in zijn smaakvol ingerichte nautische boekhandel “Datema Amsterdam” aan de Prins Hendrikkade, in het hart van Mokums’ scheepvaartkwartier. Op een steenworp afstand zijn nog de restanten van het VOC verleden waar te nemen. Joop drijft zijn “state of the art” boekwinkel samen met echtgenote Marja Klijnkramer die mij hartelijk ontvangt. Ook aanwezig is Hans Backs, voormalig kaartenspecialist bij de Hydrografische Dienst. Joop en Hans steken van wal. 12
VOC kaarten doorontwikkeld De grote opmars van onze zeekaarten begon in de 17e eeuw, het VOC tijdperk. De Vlaamse cartograaf Mercator had de navigatie al vergemakkelijkt met zijn manier van projecteren. De VOC nam kaartenmakers in dienst Geschiedenis, heden en toekomst met praktische tips naar Joop Datema en zoals Willem Jansz Hans Backs, opgetekend en becommentarieerd door Blaeu en Johannes Rob Kloosterman. van Keulen, welke laatste zijn bedrijf “De Gekroonde Lootsman” toentertijd ook al op de Prins Hendrikkade had. De kaarten waren gevat in boekwerken. Later ontstonden de losse kaarten die in 1e instantie werden vervaardigd op het VOC Hydrografisch bureau te Batavia. Zeekaarten waren schaars en topgeheim in die tijd. Zo is het bekend dat bij zeeslagen het eerst de kaarten werden geroofd. Engelse oorlogsschepen voeren dan ook vaak met “Nederlandse” kaarten. Weer later werd het VOC kaartenbureau verplaatst naar Amsterdam waarna het Den Haag werd, nu nog steeds de vestigingsplaats van de Hydrografische Dienst, onderdeel van de Koninklijke Marine. De dienst is tot op heden in ons land verantwoordelijk voor de zeekaartproductie, “de staatskaartenmakers”. Voor de totstandkoming van een zeekaart wordt altijd een ouder origineel als basis genomen. Topografische informatie wordt aangeleverd door de Topografische Dienst. Dieptebeelden worden in samenwerking met Rijkswaterstaat verkregen. Ook zorgt Rijkswaterstaat voor informatie over objecten op het water, zoals bijvoorbeeld boeien. Voor dit alles zijn internationale normen vastgesteld door het I.H.O., International Hydrografic Office, te Monaco. Zo is daar bijvoorbeeld ook de LAT norm, Lowest Astronomical Tide, vastgelegd.
Begonnen wordt met de drukste daarna de randen Kaartwijzigingen bijhouden van levensbelang! daarvan en als laatste de grijze gebieden waar de Het bijhouden van de vaak honderden wijzigingen is koopvaardij een secuur werk. Ook hier moeten kaarten voor Maar wij watersporters komen juist wel in de grijze gebieden. Samengevat is het met de kaartenniet komt. koopvaardij en watersport worden onderscheiden. productie zo dat de koopvaardij wordt verzorgd Datema: Onze door de overheid. Voor “watersport” worden kaarKoopvaardijkaarten zijn door de Hydrografische klanten blijken ten verzorgd door zowel de overheid in de vorm Dienst bijgewerkt tot het moment van verkoop, vaak niet op de van de 1800 serie als door privé organisaties zoals kaarten t.b.v. de watersport tot datum van uitgifte. de ANWB, welke zijn brongegevens weer van de hoogte van het overheid betrekt. Intussen is het de laatste decennia Dus voor de laatstgenoemden moeten vanaf de wel zo dat het belang en de intensiviteit van de hoofdstuk aanschafdatum zelf wijzigingen achteraf worden “Algemene In- vaarbewegingen van de watersport enorm is toege- aangebracht tot de uitgiftedatum. Conform SOLAS, nomen. Het is dus zaak dat ook de grijze gebieden formatie” op International Convention of Safety of Life at Sea regelmatig worden herzien. Er zijn landen waar dit onvoldoende gebeurt. de kaart. Daarmoeten nautische producten worden bijgewerkt. in staat o.a. de Dit gaat in Nederland via de Berichten aan Zeevardatum vermeld enden, BAZ, uitgegeven door de Hydrografische wanneer een bepaald gebied is “gesurveyed”. Dit Dienst, o.a. verkrijgbaar via internet. Het is kan, en vooral in de grijze gebieden, al een groot Digitale kaarten zijn te koop voor een paar honderd euro. aantal jaren geleden zijn. Het is dus niet denkbeelSmartphone en tablet zeekaarten echter via een “app” voor dig dat daar veranderingen zijn opgetreden. een paar tientjes. Wat is eigenlijk het verschil? Iets voor watersport-consumentenorganisaties om uit te zoeken? Het drukken van de kaarten wordt uitgevoerd door bedrijven welke gecontracteerd worden volgens (Europese) aanbestedingsprocedures. jachtschippers vaak niet bekend dat naast een Onderscheid “koopvaardijkaarten” en definitief BAZ ook sprake is van z.g. “P” en “T” ber“watersportkaarten” ichten. (P)reliminary of voorberichten en Zeekaarten voor de koopvaardij worden door de (T)emporary of tijdelijke berichten. Het kan dus overheid uitgegeven, zoals bijvoorbeeld in Nedervoorkomen dat een object in het vaarwater land door de Hydrografische Dienst en in Grootverschijnt alvorens het BAZ uitkomt. Dit object was Brittannië de British Admiralty. Privé kaartenmadan aangekondigd met een “P” bericht. Ook is het kers, zoals de ANWB, Delius Klasing, NV-Verlag of belangrijk te kijken naar het editie-jaartal. Het komt Imray, maar ook overheden leveren kaarten voor er op neer dat bij het uitkomen van een nieuwe edide watersport. De Bri tish Admiralty levert zelfs we- tie, de oude kaart niet meer kan worden bijgewerkt. relddekking met 5500 kaarten! De wijzigingen op Duitse Delius Klasing kaarten Zijn papieren kaarten nog nodig? staan een langere periode op internet, terwijl het Is het met het huidige gemak en eenvoud van Duitse NV Verlag correctiesetjes levert. Op een (klein) de digitale kaart, plotter, tablet en smartphone plezierjacht vor- Van belang is het om te weten dat uw voor een nog wel nodig een papieren kaart aan boord te men kaart op het moment van aankoop niet tocht van bijvoorhebben? Jawel! Elektrische storingen en ande- beeld Nederland geheel is bijgewerkt. En denk niet: Dat zal re mogelijke invloeden van buitenaf op de ap- naar Scandinavië wel loslopen! Deze zomer nog dachten papieren kaarten paratuur maken het gebruik van de digitale Nederlandse jachtschippers dat alle tonalleen fysiek al zeekaart in de watersport kwetsbaar. Op koop- een probleem. nen in de aanloop van de Eider in de Het is behelpen! vaardijschepen is men momenteel bezig met Duitse Bocht verkeerd lagen, terwijl er Te denken is aan een overgang van de papieren kaart naar de intussen al een wijziging was op hun reeen systeem van uitsluitend digitaelektronische kaart. Er wordt daar gewerkt centelijk aangeschafte kaart. Het zal je le kaarten. Eén met 2 gescheiden elektronische systemen, het maal uitgevoerd maar overkomen met slecht zicht. in een plotter, z.g. ECDIS, Electronic Chart Display Info Sysaangesloten op tem. Voor plezierjachten is dit vaak niet gehet boordnet en schikt vanwege de omvang van de apparatuur. een extra noodvoorziening op De verwachting is dat er de eerste 20 jaar nog mobiele behoefte zal bestaan aan papieren zeekaarten. een laptop, tablet of Overigens levert Datema Amsterdam de Nesmart Phone. derlandse 1800 serie gelamineerd voor duurzamer gebruik. 13
BAZ systeem ingericht voor de beroepsvaart De Berichten Aan Zeevarenden zijn historisch gezien afgestemd op de koopvaardij. In de praktijk zal niet elke watersporter in de gelegenheid zijn alle wijzigingen bij te houden. Resultaat: Jaarlijks nieuwe kaarten aanschaffen of varen met verouderde kaarten. Een ongewenste situatie. Overheid of watersportindustrie zouden hiervoor oplossingen kunnen bieden. Een tip: Print de BAZ uit. Geef het bericht een nummer en noteer dit corresponderende nummer in het rood op de kaart. Zo blijft de kaart overzichtelijk. Vaart men in de buurt van het nummer, dan kan de BAZ erbij genomen worden. Digitale kaarten, welke en hoe houd ik die bij? Er zijn z.g. “raster” en “vector” kaarten. Een rasterkaart is een elektronische kopie van een papieren kaart, opgeslagen in pixels. Deze kaarten worden geproduceerd door bijvoorbeeld de British Admiralty, de Hydrografische Dienst (ARCS) en diverse commerciële kaartondernemingen. Bij deze kaarten geldt: “What you see is what you get”. Vectorkaarten zijn afgeleid van papieren kaarten en bevatten dezelfde informatie en soms meer. Elk punt op deze kaarten wordt elektronisch opgeslagen. Elk punt en elk object is dus apart op te roepen en eventueel te bewerken. Zoomt men in op een rasterkaart dan zijn alleen meer pixels te zien. Het grote voordeel van een vectorkaart is dat de informatie in lagen is opgeslagen en de kaart ongelimiteerd vergroot kan worden zonder kwaliteitsverlies. Naast deze kaarten bestaan er ENC’s (Electronic Navigation Chart). Vectorkaarten voor een ECDIS-systeem dat in de koopvaardij wordt gebruikt. (zie vorige pag.) Deze kunnen soms ook worden gebruikt in navigatieprogramma’s die op de PC draaien. Digitale kaarten “updaten”. Van belang is ook weer het bijwerken van de kaarten. Wanneer eenmaal een kaart is aangeschaft, wordt vaak verscheidene malen per jaar een “update” aangeboden. Soms tegen betaling uiteraard. Heel vaak is het ook niet mogelijk de elektronische kaarten bij te werken. Wel is dan het jaar daarop een “update” te koop. 14
Hier ligt ook gelijk de moeilijkheid. Zo is vaak niet te zien vanaf welke datum de betreffende update precies is. En van welke datum zijn de brongegevens? En wanneer men dan gaat updaten, wat update je dan eigenlijk? Dit is niet zo eenvoudig of geheel niet waar te nemen. Ga er niet automatisch van uit dat u de meest actuele kaart heeft en onthoudt het hierboven genoemde geval op de Eider. Hoe zit het juridisch en verzekeringstechnisch? De verzekeringmaatschappij verwacht dat u goed zeemanschap betracht en zich aan de regels houdt, ook op het gebied van navigatie. En wat blijkt? SOLAS V, dat beroepsvaart en watersport gelijk trekt, stipuleert dat bij u een goedgekeurd systeem aan boord dient te zijn. Dat wil zeggen óf recente en bijgewerkte papieren zeekaarten óf een goedgekeurd ECDIS systeem. Een plotter (of tablet, smart Phone, laptop) op een plezierjacht wordt dus alleen gezien als mogelijke Wordt het niet tijd, gezien de verdere perfectionering van digitale consumentenproducten, dat deze regels voor wat betreft de watersport worden aangepast? De grote variëteit aan digitale navigatiemiddelen geschikt voor zeegaande jachten (voor boordnet of “stand alone”) rechtvaardigt dit wellicht. Welke watersportbelangenclub ziet dit als een uitdaging?
back up voor de papieren zeekaart. Maar men moet nog steeds een recente en bijgewerkte papieren zeekaart aan boord hebben. Er zijn gevallen bekend waarbij verzekeringmaatschappijen niet hebben uitbetaald omdat niet voldaan was aan deze eisen. Ook de overheid bezuinigt! De hiervoor besproken Nederlandse 1800 serie zal in 2013 slechts gedeeltelijk worden uitgegeven. De kaarten van 2012 kunnen gebruikt worden, mits die zijn bijgewerkt. Het is dus zaak de BAZ berichten goed in de gaten te houden. (zie vorige pag.) Een gedetailleerd persbericht van de Hydrografische Dienst staat op www.vegazeilers.nl. Onder andere worden de verkeersscheidingsstelsels voor de Nederlandse kust komende zomer in belangrijke mate veranderd.
Wat brengt de toekomst? De koopvaardij zal met schepen die daarvoor uitgerust zijn alleen op digitale kaarten navigeren. En, het zal nog wel een tijdje duren maar het zit er aan te komen zal “ENC, Electronic Navigation Chart, on demand” gebruikelijk zijn. De koopvaardij zal onderweg digitale kaarten bij een leverancier naar behoefte aanvragen (of automatisch krijgen bij een
bepaalde geografische positie) en gebruiken. Bijgewerkt en al, zodat dit niet meer aan boord hoeft te worden gedaan. Een kaart leasen als het ware. Ook zullen zeekaart en zeemansgids digitaal geïntegreerd worden. De watersportindustrie volgt uiteraard. Voor de binnenwateren biedt de ANWB al een soortgelijk systeem aan voor smartphone en tablet.
Zijn de belangen van zeegaande watersporters voldoende gewaarborgd? In ons land is de Hydrografische Dienst, anders dan in veel andere landen, de enige leverancier van papieren zeekaarten. Tevens genereert en verwerkt de dienst de brongegevens, ook voor digitale kaartenleveranciers. Dit gebeurt met het accent op dienstverlening voor de koopvaardij. De vraag rijst of de eerder genoemde “grijze” gebieden waar niet de koopvaardij maar wel watersport zich begeeft wel adequaat genoeg in kaart zijn gebracht voor die watersport. Ook hebben zich intussen twee belangrijke ontwikkelingen voorgedaan. Enerzijds heeft de zeegaande watersport zich krachtig ontwikkeld, anderzijds biedt het digitale tijdperk ongekende mogelijkheden. Kan de nietcommerciële overheidsdienst inspanningen leveren op het terrein van productontwikkeling voor de watersport? Een tak van sport die jaarlijks een paar miljard euro aan de economie bijdraagt. Zo is het gewenst “apps” te ontwikkelen voor tablets en smartphones, waarbij gebruik gemaakt wordt van de brongegevens. De mogelijkheden zijn legio. Te denken valt bijvoorbeeld aan geografische posities van waypoints, ondersteuning bij het moeizame bijwerken van zowel papieren als digitale zeekaarten, uitgebreide getijden en stroominformatie, berekenen van tijdgaten bij ondiepten passage, kaarttekens, etc. De vraag is of de Hydrografische Dienst deze producten gaat leveren of een commercieel bedrijf. Wij horen het graag!
15
Zien de bakskistdeksels van uw Polyclassic er ook zo uit? Waarschijnlijk niet. Die hierboven zijn dan ook van Albin Vega St. Brendan, zojuist teruggekeerd van een 10 maanden durende 27.000 zm lange non stop reis om de America’s. En zo te zien had schipper Matt Rutherford onderweg ook last van lekkage. Oude, niet meer waterdicht afsluitende deksels, zijn zeker met zware zeegang een van de redenen waarom de kajuit kan vollopen, met alle gevolgen van dien. Uw houtwerk kan zomaar ook 40 jaar en meer oud zijn. Wat bijvoorbeeld te zeggen over de originele helmstok? Weet U ook hoe die er van binnen uitziet? In een volgend nummer van “de Polyclassic Zeiler” gaan wij verder in op het houtwerk van klassieke polyester zeiljachten.
16
17
ALBIN VEGA De Albin VEGA is een 27-voets polyester kajuitzeiljacht, een S-spant met langskiel. De kiel van dit Zweedse ontwerp is een geheel met de romp en zodanig geconstrueerd dat het jacht met volle snelheid op een rotsbodem kan lopen. Bijzonder is de plaatsing van de schroef achter het roerblad met aandrijfas en schroef geplaatst onder een lichte hoek. Deze plaatsing heeft effect op de besturing die typisch des VEGA's is. De Albin VEGA is geconstrueerd van glasfiber versterkt polyester. De mast en giek zijn van geanodiseerd aluminium. Zowel de aandrijving als het verstellen van de stand van de schroefbladen wordt met één hendel bediend. De schroefbladen kunnen tevens in de faanstand worden gezet om weerstand te verminderen tijdens het zeilen. Van 1966 tot 1979 werden in Zweden 3445 Albin VEGA's gebouwd. Van oorsprong met een Albin motor. Daarna is de werf overgestapt op Volvo-motoren. De ruim 3000 jachten varen over de hele wereld, met name in NW Europa en USA/Canada. De Albin VEGA is een all-weather zeiljacht. Ze reageert snel op een lichte bries en trotseert tevens stormen op zee. Het is een gezinsboot met uitstekende wedstrijdprestaties. "A VEGA is not a thing but a way of living", aldus de honorair president van de internationale VEGA-organisatie VODA, Lars Lemby.
18
De Vereniging Kring van VEGA-Zeilers Sinds 1972 is de vereniging georganiseerd in de Kring van VEGA-Zeilers en heeft in zijn algemeenheid het doel om de watersport m.b.t. de zeiljachten van het type Albin Vega te bevorderen. Dit wordt gerealiseerd door het organiseren van (zee)zeiltochten en wedstrijden en het bevorderen van onderlinge contacten door bijeenkomsten en kennisuitwisseling. Internationaal worden evenementen georganiseerd. Momenteel zijn ca. 210 Albin Vega-eigenaren lid. Overige internationale Vega eigenarenverenigingen zijn gevestigd in Groot-Brittannie, Duitsland, Denemarken, Zweden, Noorwegen en de Verenigde Staten. VODA, Vega One Design Association is de overkoepelende internationale organisatie. Contact: Via de website www.vegazeilers.nl
Drie maal jaarlijks wordt voor de leden het papieren Vegabulletin uitgegeven, waarin artikelen worden gepubliceerd op het terrein van techniek, evenementen en ledeninformatieuitwisseling.
19
Winterevenement en algemene ledenvergadering Kring van VEGA-Zeilers in Rotterdams Maritiem Museum Het jaarlijkse winterevenement en de Algemene Ledenvergadering 9 februari, was weer vanouds de start van een nieuw seizoen, bijgewoond door zo’n 50 Vegakring leden. Hoogtepunten waren de diverse prijsuitreikingen, afscheid en verwelkoming van oude- en nieuwe harde werkers en leden. Voor de aftredende Richard de Graaf werd met unanieme stemmen Marcel Mickers gekozen als algemeen bestuurslid. De organisatie van evenementen wordt nu op adhoc basis ingevuld. Jacob Cats nam afscheid van de zeezeilcommissie waar hij jarenlang de drijvende kracht was. Het trio Willem Geense, Co Allewijn en Pieter Kole neemt het roer over. Lodewijk Cornelissen zegt vaarwel tegen de publiciteitscommissie die tegenwoordig gevormd wordt door de beide redacties Vegabulletin/Vegazeilers website. Ook Ben Verhaaf, voorzitter van de kersverse Federatie Polyclassic Zeiljachten en echtgenote waren aanwezig. Ben informeerde de leden over de laatste stand van zaken bij dit samenwerkingsverband. Een rondleiding door het museum van deze onovertroffen wereldhavenstad maakte de dag compleet. Een niet te onderschatten aspect van dit evenement is natuurlijk het weerzien van oude en nieuwe bekenden, waarvoor ruimschoots gelegenheid was. Een speciale vermelding verdient de aanwezigheid van Vegakringzeilers van het eerste uur, Marianne van Brederode en Sjoerd Schuitmaker, lid sinds de jaren ’70 en nog steeds zeilend in hun toen aangeschafte Vega. En natuurlijk ook het jongste lid, onlangs toegetreden, de 23 jarige Rob van Noort die al snel de wens te kennen gaf dat deze club zich maar eens op facebook zou moeten begeven. Rob gaat uit de doeken doen hoe dat in zijn werk gaat.
20
Albin Vega’s International Friendship Regatta 2014 in Landskrona Zweden De twee-jaarlijkse IFR, International Friendship Regatta, waaraan internationale Albin Vega organisaties deelnemen, zal medio Juli 2014 plaats vinden in Landskrona, Zweden. Zo’n 30 a 40 Vega’s uit Zweden, Denemarken, Noorwegen, GrootBrittannië, Nederland en Duitsland worden verwacht om 5 dagen wedstrijden te varen, te sightseeen en oude bekenden te ontmoeten. Elke twee jaar een ander land en ditmaal dus de beurt aan Zweden. De Zweedse Albin Vega eigenarenvereniging “Vegaklubben” zal het evenement organiseren. Een thuiswedstrijd eigenlijk, want de schepen zijn daar in de jaren ‘70 gebouwd. De Vegakring zeezeilcommissie zal bij voldoende belangstelling weer een aanbrengtocht vanuit Nederland organiseren. Meestal zal de tocht dan vertrekken uit Lauwersoog en gaat de reis via Norderney, Brünsbuttel, “Kielerkanaal” naar de Oostzee. Afhangende van de weersomstandigheden uiteraard. Wanneer het helemaal niet anders kan, kunnen ook de masten gestreken worden en via de Duitse kanalen naar de Elbe worden gevaren. Een van de zegeningen van Vega’s geringe diepgang. Ontstaansgeschiedenis Het idee om een tweejaarlijkse internationale regatta te houden ontstond in de jaren ‘70, de periode waarin de meeste Vega’s werden gebouwd. Al vlug ontstond een internationale eenheidsklasse waardoor serieuze wedstrijden konden worden gevaren. Dit en ook de gedachte de internationale samenhang te bevorderen, bracht enkele pioniers er toe de IFR’s te gaan organiseren. De IFR 2014 in Landskrona zal de 24e editie zijn sinds 1974.
21
Matt Rutherford ontvangt 20 april a.s. de OCC Jestermedal 2012 Matt Rutherford hier afgebeeld enkele uren na aankomst april 2012 in Annapolis, marinestadje aan de Chesapeake Bay, Maryland aan de oostkust van de Verenigde Staten. De 10 maanden durende solo non stop reis met zijn Vega zat er op voor de Amerikaan uit Ohio! Voor deze ongeevenaarde prestatie ontvangt hij 20 april a.s. in Londen de Jester Medal 2012 van de Britse Ocean Cruising Club, een club van lange afstand zeilers. De huldiging vindt plaats aan boord van HQS Wellington, hoofdkwartier “of the Honourable Company of Master Mariners”, gedurende de jaarlijkse “Dinner and Awards Ceremony”. Na de huldiging vertrekt Matt naar Fareham, tegenover het eiland Wight, waar 21 april een presentatie over de reis zal worden verzorgd voor de Britse Vega eigenarenorganisatie VAGB.
Boven: Eindelijk land! Links: Hoezo olie op zee? Onder: Met US Sailing President Gary Jobson
22
27.000 zeemijlen met Albin Vega St. Brendan voltooid ““De Vega is
een geweldig stabiel jacht,” zei Matt Rutherford, toen hij op 21 april 2012 in Annapolis/USA aan wal stapte na 27.000 zeemijlen en 10 maanden non-stop solo varen! De 31-jarige zeezeiler uit Ohio ondernam de reis om fondsen te werven voor CRAB, “Chesapeake Region Accessible Boating”, een organisatie voor zeilers met een lichamelijke of geestelijke handicap. Medio juni 2011 stak hij in Annapolis van wal, voer noordwaarts tussen de ijsschotsen door de Noordwest passage, rondde Alaska en stevende op Kaap Hoorn af. Daarna linksaf en rechtstreeks weer terug naar Annapolis aan de Chesapeake Bay. Onderweg ondervond Matt wel degelijk problemen. Zo drukte de mast dermate ernstig op het dek dat de schotten in de kajuit gevaarlijk begonnen te wringen. De Volvo Penta diesel liet het maanden voor de finish afweten en zo’n beetje alle apparatuur gaf er de brui aan. De buiskap waaide overboord en de zelfstuurinrichting zei: “Doe het zelf maar”. Nog nooit heeft een Vega zo hard op zijn donder gehad als St. Brendan, maar hij heeft het goed doorstaan. Hoe kwam Matt aan water en voedsel gedurende al die tijd? Vers water maakte hij met een watermaker waarmee zoet van zout kan worden gemaakt. Een ernstig probleem ontstond hiermee al boven Alaska toen de watermakers het begaven en nieuwe moesten worden aangevoerd. Voedsel had hij voldoende in de vorm van z.g. vriesgedroogde etenswaren. Aan te lengen met water, wat hem uitstekend bevallen is. Ter hoogte van Brazilië bracht vooral het gebrek aan elektriciteit het uitzeilen van de tocht in 23
gevaar. Gelukkig kon wederom een bevoorrading, ditmaal vanuit Recife, redding brengen, zodat het trackingsysteem, de satelliettelefoon en verlichting tenminste weer werkten. Op het eindtraject onder de kust van de V.S. verzeilde Matt terloops nog even in een storm. Na ook deze laatste loodjes te hebben genomen, voer hij dan eindelijk, na 10 maanden onafgebroken op zee te zijn geweest, de Chesapeake Bay binnen. In de haven van Annapolis werd hij door honderden toeschouwers ingehaald en gelauwerd door o.a. de gouverneur van Maryland en de burgemeester van Annapolis. Het werd een groot feest daar. Namens ca. 1000 Vegaschippers, verenigd in de VODA heeft de secretaris Matt een certificaat van verdienste uitgereikt. Matt is voornemens een boek te schrijven over zijn belevenissen met de Vega en, wie weet, kan hij de tijd vinden om bij ons een presentatie te geven over zijn belevenissen. Nog even iets over Vega St. Brendan (zeilnummer V1147). Het jacht is in 1974 op de London Boatshow besteld, zo vertelde ons Mary Hempton, de vroegere eigenares. Op deze London Boatshow ontploften enige IRA bommen en het bleek dat alleen de daar tentoongestelde Vega onbeschadigd bleef. Toen zei Mary’s echtgenoot: Zo’n boot moet ik hebben. Aldus geschiedde en de boot werd als “Mamie” (naar Mary’s moeder) op een vrachtschip naar Connecticut verscheept, alwaar zij er decennia lang mee hebben gevaren. Toen Mary’s echtgenoot overleed besloot zij het schip aan CRAB te doneren. Vandaar dat CRAB het Matt ter beschikking kon stellen als St. Brendan voor fondswerving.
“Watt Nu” A ,
lbin Vega nr 1095 (ca. 1972), In 1999 in Bremen aangeschaft door ee
lig witte romp met International 2K blauw geschilderd. Vaargebied vandaag: De Nederlandse Randm door aluminium, de originele rolgiek zit er nog op maar wordt niet gebruikt zo te zien. Wel werd in de strijkbare mast. De originele Albin benzinemotor werd in 1997 vervangen door een 10 pk Nanni houten stootrand aangebracht. De eigenaren zijn lid van twee Vega eigenarenverenigingen. De Ned het voor de hand dat gekozen werd voor het IJsselmeergebied waar zij succesvol zijn bij de jaarlijks ren, IJsselmeer, Noordzee en af en toe de Oostzee.
24
en Duits vriendengroepje uit Wuppertal. Het schip is in 2006 volledig gerenoveerd en de toenma-
meren, IJsselmeer, Noordzee en af en toe de Oostzee. De rubber raamlijsten werden vervangen n 2006 een een rolfok installatie aangeschaft. De rvs beugel op het achterhek dient als steun voor i diesel. Op de hoogte waar de bootnaam te zien is, is over de hele lengte een niet standaard derlandse Vegakring en de Duitse Vega Klassenvereinigung. Vanwege het woon-vaarverkeer ligt se deelname aan de Delta Lloyd 24 uur IJsselmeer. Vaargebied vandaag: De Nederlandse Randme-
25
Belangrijke veranderingen 1800 serie zeekaarten (redactie) De Chef der Hydrografie, uitgever van de veelgebruikte 1800 serie zeekaarten heeft een bericht doen uitgaan over belangrijke veranderingen van verschijningsdata van nieuwe edities. Dit jaar zullen die, wegens bezuiniging bij Defensie, later komen, of erger, van sommige kaarten komt helemaal geen nieuwe editie dit jaar. Zo wordt kaart 1801, Nederlandse kust midden juni verwacht, 1811,1812, Waddenzee West en Oost ergens in de zomer en de overige kaarten komen dit jaar niet. Lees hier het complete bericht van de Chef der Hydriografie .
Kaarten bijwerken van levensbelang Daarom “BaZ in kaart gebracht” De hydrografische Dienst geeft een handige brochure uit. De oplossing is dus de kaarten van 2012 gebruiken en bijwerken aan de hand van Berichten aan Zeevarenden (BaZ), te vinden op www.hydro.nl. Om dit bijwerken te vergemakkelijken heeft dec Hydrografische Dienst de brochure “BaZ in kaart gebracht” uitgegeven. In deze brochure wordt uitgelegd hoe deze BaZ’s werken en hoe zij het beste in uw kaart gebracht kunnen worden. Denk niet dat er weinig verandert op onze vaarwateren. Zo is bijvoorbeeld het complete verkeersscheidingsstelsel voor onze kust veranderd. Trouwens, alle 1800 serie kaarten veranderen altijd behoorlijk. Voor de ervaren zeiler spreekt dit voor zich, gezien zijn ervaringen met onze dynamische kusten. Op dit moment zitten wij nog ruim voor het vaarseizoen, dus alle tijd de brochure te lezen en behulpzaam te laten zijn bij het bijwerken van uw kaarten. De brochure is te vinden bij adressen, vermeld op de website hierboven.
Datema Amsterdam Datema Amsterdam levert overigens de 1800 serie kaarten editie 2012 bijgewerkt t/m week 4 2013. In de winkel en op de HISWA stand 07.109. Indien niet op voorraad , dan op bestelling.
Nieuwe scheepvaartroutes Noordzee van kracht per 1 Augustus 2013 Met ingang van 1 augustus a.s. verandert de gehele routestructuur in het Nederlandse deel van de Noordzee ingrijpend. Lees meer hierover op deze pagina van de hydrografische dienst en hier op de site van Rijkswaterstaat. 26
27
De vereniging De eerste aanzet voor een Trintella Vriendenkring werd gedaan in 1968 door enthousiaste eigenaren van het eerste uur. Al snel volgde het eerste zeilevenement op het Veerse Meer. De Kring groeide gestaag en overleefde in de jaren ’80 een moeilijke periode voor zowel de vereniging als de werf. De club werd in 1984 geformaliseerd in een vereniging en telt nu zo’n 180 leden in binnen- en buitenland. Populair is het traditionele Hemelvaartweekend, maar ook worden de onderhoudsdagen en reünies druk bezocht. De schepen Wat uiteindelijk jachtwerf Anne Wever zou worden vond zijn oorsprong al in 1953 toen eigenaar Anne Wever besloot zeiljachten te gaan bouwen, nog niet echt de tijd van seriebouw. Al snel kwam de Trintel I van ontwerper van de Stadt. Waarom een ontwerp uitgerekend naar een zandbank wordt genoemd zal wel een raadsel blijven. Toch werd op die naam voortgeborduurd en gingen de schepen Trintella heten. De polyester rompen, elders gebouwd, werden rijkelijk van hout voorzien. Het moesten wel échte schepen worden volgens Wever. Door marktomstandigheden kwam de werf in zwaar weer, kroop uit het dal en werd eind 1980 verkocht, zodat nu in Groot-Brittannië de zaak wordt voortgezet. Er zijn in al die jaren Trintella’s getekend en gebouwd in allerlei maten en het hout bleef een belangrijk onderdeel uitmaken van de klassieke uitstraling. Op de website van de Trintella Vriendenkring staan de details uitvoerig beschreven. Daar is trouwens ook veel te lezen over onderhoud en gespecialiseerde leveranciers.
28
Foto: Joke van Beusichem.
Trintella III “Anne” van Hans Wijnants. Wedstrijdzeilend in de Polyclassic Cup 2012 voor Staveren.
29
Ecume de Mer Club Nederland (Hylke Steensma)
De jonge Fransman Jean Marie Finot wilde eigenlijk al snel stoppen met zijn jachtontwerp ambities. Toch nog maar een geprobeerd dan! Het werd een groot succes en begin van een grootse carrière. De Ecume de Mer was geboren. De boot was Finot’s eerste in serie gebouwde model, speciaal ontworpen binnen de destijds enorm populaire IOR Quarter Ton Rules. De Ecume de Mer is van 1969 tot 1979 gebouwd bij de Jachtwerf Mallard in La Rochelle, maar ook in Australië en zelfs in Japan. In totaal werden bijna 1.400 boten geproduceerd. Voor de eerste Tour de France à la Voile werd dit schip gebruikt. Importeurs in Nederland waren destijds de Firma Fibocon in Kampen en Vermeulen’s Jachtwerf in Terneuzen. Leuk om te vermelden dat de Nederlander Walter Huisman van Royal Huisman in het voorjaar van 1968 een houten knikspant prototype heeft gebouwd, omdat geen enkele Franse werf interesse had. Huisman had als voorwaarde dat de boot binnen de IOR ¼ ton klasse zou vallen, en dat zou worden meegedaan aan de ¼ ton cup. De ¼ ton klasse was destijds de wedstrijdklasse bij uitstek. De boot bleek een succes
30
en vanaf 1969 werd het eerste type bij Mallard gebouwd. De EdM ‘Fleur d’Ecume’ won in 1970 de ¼ ton cup in Travemunde. Voor de Cup van 1972 werd een speciale wedstrijdversie gebouwd met een flushdek van hout. De 'Petite Fleur' won de Cup met wederom met Laurent Cordelle aan het roer. In 1975 is - naar aanleiding van de ervaringen met het eerste model uit 1969 - het dek geheel veranderd en werd de romp met 10 cm verlengd. De EdM werd in 1975 verkozen tot 'Boot van het Jaar'. Het was de eerste keer dat deze prijs in Frankrijk werd uitgereikt. In 1976 is de kajuit verlengd om meer stahoogte bij het toilet te krijgen, deze boot werd geproduceerd tot en met 1980. Het succes kan worden verklaard door de goede zeileigenschappen, de ruimte benedendeks, de goede constructie en het eenvoudige onderhoud. Het ontwerp heeft destijds goed gereageerd op een behoefte in de markt. De EdM is ontworpen voor het Kanaal tussen Frankrijk en Engeland, en er zijn ook meerdere Oceaanoversteken mee gemaakt. Een Spanjaard zeilde ooit met zijn EdM naar Venezuela en bouwde daar ongeveer tien exacte kopieën van de EdM. De Fransman Michel Martin zeilde van 1980 tot 1985 zelfs solo rond de Wereld met zijn EdM ‘Boroboudour’. In Nederland liggen ongeveer 70 exemplaren, en 2010 zijn enkele EdM eigenaren begonnen met het organiseren van EdM meetings in Naarden. Daar kunnen eigenaren kennis met elkaar maken, ervaringen delen, elkaars boten bekijken en samen een rondje zeilen. 31
Bij de PolyClassic Cup in 2012 waren maar liefst 9 Ecume de Mer’s aanwezig, een record voor zover wij weten. In België hebben ze het voorbeeld gevolgd en komen deze jachten ook regelmatig samen. In 2013 doen er vast een stel mee aan de Dutch Quarter Ton Cup 2013 die op 22 en 23 juni vanuit Lelystad op het IJsselmeer wordt verzeild. Heel misschien gaat er een, net als in 1970 en 1972, wel met de hoofdprijs naar huis! De Ecume de Mer Club Nederland is nog een informele organisatie en heeft geen eigen website, maar op Facebook is een speciale pagina over de Ecume de Mer. De club is bereikbaar via
[email protected].
Bij de foto’s van Hanneke Steensma: Vorige pagina’s: Ecume de Mer “Pura Vida” tijdens de Polyclassic Cup 2012 voor Stavoren. Schipper: Hylke Steensma. Groet van Nieke Steensma vanaf het Heegermeer. Deze pagina: Bemanning Pura Vida tussen Lemmer en Urk.
32
Varen doe je samen! Hylke Steensma
D
it is niet de naam van een nautisch verantwoorde da-
ting site, maar van de voorlichtingscampagne Varen doe je samen! (VDJS) van onder andere Rijkswaterstaat, alle provincies en diverse watersportorganisaties. Het doel van het project - dat is gestart in 2007 en loopt toe en met 2014 - is het vergroten van de veiligheid op plaatsen waar beroeps en recreatievaart het water delen. Voorlichting gebeurt onder andere via zogenaamde KnooppuntenFoto H. Steensma boekjes waarin meer dan 100 (mogelijk gevaarlijke) locaties worden beschreven, diverse folders over veilig varen, de informatieve website www.varendoejesamen.nl en de gratis varen doe je samen App. Ook worden sinds 2011 op diverse locaties waar beroeps en recreatie het water delen speciale praktijkdagen georganiseerd waar recreanten samen kunnen varen met ervaren schippers van Rijkswaterstaat, Koninklijke Schuttevaer en havenbedrijven. Een leerzame praktische aanvulling op het theoretische vaarbewijs. Op vrijdag 8 februari 2013 hebben de organisaties achter VDJS tijdens Boot Holland in Leeuwarden het startsein gegeven voor een nieuwe campagne om de veiligheid van watersporters op kleinere vaarwegen te bevorderen. De nieuwe veiligheidscampagne is een aanvulling op het bestaande VDJS-programma. Dat heeft tot doel de verkeersveiligheid te verbeteren tussen recreatie- en beroepsvaart op de grote vaarwegen. Beide campagnes lopen tot en met 2014. Voor de duidelijkheid: VDJS gaat niet om beleid, maar om veiligheidsvoorlichting. Behalve bestaande convenantpartners doen aan de nieuwe campagne mee: KNRM, Nederlands Platform voor Waterrecreatie, Reddingsbrigade Nederland, Sportvisserij Nederland, Unie van Waterschappen en Waternet. VDJS deelconvenant I (2007-2014) · Recreatie- en beroepsvaart op mogelijk gevaarlijke knooppunten op de grote vaarwegen. Foto H. Steensma VDJS deelconvenant II (2013-2014) · Recreatievaart onderling op kleinere vaarwegen. · Recreatievaart onderling op grote vaarwegen. · Recreatie- en beroepsvaart op kleinere vaarwegen (niet behandeld in VDJS deelconvenant I).
Projectleider Hylke Steensma is bereikbaar via
[email protected].
33
PolyClassic Cup 2013 Op 19 en 20 juli organiseert de Federatie Polyclassic Zeiljachten haar jaarlijkse regatta om de PolyClassic Cup. Dit jaar is de eer aan Middelharnis waar op het Haringvliet zal worden gestreden. De wedstrijden worden georganiseerd door Watersport Vereniging Flacquee. Deelgenomen kan worden door leden van bij de Federatie aangesloten organisaties. Vorig jaar werd dit evenement een groot succes in Stavoren. Nu dus weer op de Zuid Hollandse wateren. Na afloop spoeden veel deelnemers zich naar de twee-jaarlijkse races van de Dutch Classic Yacht Regatta in Hellevoetsluis. (24 t/m 28 juli) Ook al zo’n evenement voor liefhebbers van klassiek, maar nu ook van hout en staal.
Inschrijven op www.polyclassics.nl
34
Foto Hanneke Steensma de Boer. PolyClassic Cup 2012 Stavoren
35
Zin in een rondje Noord-Holland? Wees er bij 14 en 15 juni en vaar mee in de
PolyClassic klasse
Voor de 13 maal alweer organiseert de stichting YSY Ronde om Noord-Holland de jaarlijkse Ronde om Noord-Holland De tocht start in Muiden en gaat via Enkhuizen, Kornwerd en Den Helder naar de finish in IJmuiden. Een ca. 110zm lange toertocht met wedstrijd elementen en een groot afsluitingsfeest in IJmuiden. Bij minimaal 5 inschrijvingen varen dit jaar bij de Federatie Polyclassic Zeiljachten aangesloten schepen mee in een aparte PolyClassics klasse. Nog nooit ’s nachts gevaren? Bedenk dat dit weekend de langste dagen en de kortste nachten heeft!
Notice of Race en inschrijven zijn hier te vinden. 36
Recht door Zee
Beroepsvaart in Nederland gevaar voor watersporters?
Wie regelmatig de berichtgeving in Schuttevaer en overige landelijke pers volgt ziet met verbazing een onafzienbare rij van zeer ernstige ongevallen, veroorzaakt met en tussen schepen van de professionele vaart. Aanvaringen met bruggen, met elkaar of jachten, over boord gevallen en verdronken schippers en matrozen, dronken kapiteins, vastgelopen of gezonken schepen, brand aan boord, afgevaren stuurhutten. Onlangs nog voer een 110 meter lang binnenvaartschip regelrecht op de dijk Lelystad-Enkhuizen. Het schip boorde zich 7 meter de dijk in. Oorzaak: een in slaap gevallen binnenvaartschipper. Dit alles in een redelijk kort tijdbestek van nog geen jaar en het vreemde is dat deze trend nauwelijks aandacht lijkt te krijgen. Veiligheid watersporter in het geding Naast de ernstige gevolgen voor de beroepsbranche zelf, is hierdoor ook de veiligheid van de pleziervaart in het geding. Er blijkt een gevaarlijke situatie te zijn ontstaan op de Nederlandse (ruime) binnenwateren en de Noordzeekust. Zowel beroepsvaart als pleziervaart groeien gestaag, zowel in vaarbewegingen als scheepslengte en er komt nagenoeg geen vaarwater bij. Het is dus vaak dringen geblazen. Toegegeven, op de vaarkunsten van watersporters is vaak ook veel af te dingen. Het blijkt echter riskant om aan te nemen dat de schipper van het grote vrachtschip dat je plezierjacht nadert wel weet wat hij doet.
Lang niet altijd dus! Gevaar nummer twee is dat de regels watersporters in de meeste gevallen geen voorrang geven boven het beroepsschip. Door de kennelijk vaak voorkomende incompetentie van de beroepsvaart verkeert de jachtschipper in een “vogelvrije” situatie. Regels uit lang vervlogen tijden Wordt het tijd regels uit lang vervlogen rustiger tijden te veranderen? Vraagtekens worden geplaatst bij de omstandigheden waaronder beroepsschippers varen, alsmede bij de geschiktheid van schepen en bemanning voor hun vaarwater. Ook is het de vraag of er voldoende handhaving van de regels is. Belangrijker nog is de ontwikkeling van een nieuwe visie op het waterverkeer. Zowel beroepsvaart als watersport zijn in ons land van grote economische betekenis en doen in die zin niet voor elkaar onder. Er is daarom geen reden voor de huidige achterstelling van jachtschippers ten opzichte van beroepsvaart. Beide groepen van vaarweggebruikers zouden meer gelijkgesteld moeten worden. Een betere balans van voorrangregels, gescheiden vaarwegen waar dat kan en wenselijk is, deugdelijke vaarwegfaciliteiten en een verplicht vaarbewijs voor watersporters is een aantal uitgangspunten. Loopt het uit de hand? Blijft aandacht ontbreken voor de ongevallentrend in de beroepsvaart dan sturen wij aan op een uit de hand gelopen situatie van veel schepen in beperkte wateren waar het recht van de sterkste geldt. Het laat zich raden wie het onderspit delft. Reacties naar:
[email protected] 37
Pion Klasse-Organisatie P
De ion is een nationale eenheidsklasse zeegaand kajuitzeiljacht. Het schip werd zo’n 40 jaar geleden getekend voor een ontwerpwedstrijd van het Watersportverbond. Het zou langer moeten meegaan dan de toen gebruikelijke jachten. Bureau van de Stadt won met de Pion, waarna er een paar honderd werden gebouwd. Na een tijdje raakte het wat in de vergetelheid, maar nu is het schip weer helemaal terug! De Pion is een bijzonder goed wedstrijdschip maar ook heerlijk om mee te toeren. Ook in zware zeegang gedraagt het schip zich goed. Ook belangrijk is de in 1973 opgerichte Pion Klasse-Organisatie! Saamhorigheid, vriendschap en plezier is het devies. Er worden dan ook veel wedstrijden en toertochten georganiseerd. De Pion wordt al lang niet meer gebouwd, maar bij de organisatie is veel technische know how aanwezig. Dit jaar is een lustrumjaar voor de club. Op het programma staan een lustrum toertocht naar Londen, start 22 juni, en een lustrumbijeenkomst tijdens het Nederlands Kampioenschap op 7 september in Muiden.
38
Pion “Gambiet”, Ned 4372. Bouwjaar 1977. Bouwer Lewin, indeling v.d. Stadt. Complete refit 2001/2002. Eigenaar Gert Vink.
39
De circa 200 leden tellende Nederlandse Marieholm Vereniging is opgericht in 2001. Naast het bestuur bestaan er een evenementen– en een technische commissie. Verder is er de redactie van het eenmaal per jaar uitkomende verenigingsblad "MarieTeam". Met behulp van z.g. “rayonhoofden” ontplooit de vereniging lokale activiteiten of haakt aan bij lokale evenementen. Tot slot is er de website www.marieholmvereniging.nl. De vereniging stelt zich tot doel de Nederlandse Marieholmvloot te behouden. Hiertoe heeft de technische commissie de beschikbaarheid van een uitgebreide kennisbank. Vragen van leden worden behandeld in een websiteforum. De van origine Zweedse jachten zijn tussen 1968 en 1990 gebouwd, een kleine 6.000 stuks in zeven types. Het achtste type, de M33 Class, wordt vandaag nog in kleine aantallen gebouwd door Marine Center Lemmer.
Van de vier Zweedse ontwerpers was Tord Sundén (1909-1999) wel de meest succesvolle met 3600 stuks van het IF type (bouwjaren 1976-1984). Meestal gebouwd in Småland, Zweden, maar ook in Australië en Groot-Brittannië. Van al deze jachten is ruim 3% lid van de NMV. Het lijkt er dus op dat er ruimte voor ledenaanwas is.
Foto NMV. Marieholm IF De vereniging organiseert voor haar leden jaarlijks o.a. workshops over schip, zeilen en wedstrijdvaren; een traditionele Marieholm Maaltijd; een zondagochtendontbijt, kortebaan races en een lange afstandsrace.
40
Marieholm If “Himla” voor Terschelling in de Harlingen-Terschelling Race 2012. foto NMV
Een kleine geschiedenenis van de legendarische
Folkboat De oudste “polyclassic” ?
Duizenden kajuitzeiljachten van één type! Begin jaren ´40 van de vorige eeuw schreef de Zweedse Scandinavian Yacht Racing Union een ontwerpwedstrijd uit voor een snel wedstrijdjacht. Uit de tientallen inzendingen kon geen winnaar worden gekozen, zodat de toen nog amateurontwerper Tord Sundén (1909-1999) de opdracht kreeg uit al die ontwerpen het beste te halen. Het resultaat werd de houten overnaadse Nordic Folkboat waarvan er meer dan 4000 werden gebouwd. Daarna werden de jachten ook geleverd in karveelbouw als “International Folkboat”, de IF . Jester De Jester, zo’n karveelgebouwde Folkboat uit 1952, werd met zijn schipper Blondie Hasler een beroemdheid in de ocean cruising wereld. Met dit kleine scheepje voer hij 14 maal de Atlantische Oceaan over. De zeilvoering bestond uit een jonktuig omdat dat zo makkelijk overstag ging en reefde tijdens zware zeegang. Jawel hoor! Uiteindelijk werd deze Folkboot, na jaren van afmatting door zijn element, de zee, opgenomen, al varende achter de sleeplijn van een reddingboot. Niemand heeft daarna iets van Jester vernomen. Overgang naar polyesterbouw In 1968 verzorgde Tord Sundén de overang naar polyesterbouw. Deze IF werd ook weer zo’n doorslaand succes! Er zijn er duizenden van verkocht. Sundén heeft jarenlang zonder succes geprocedeerd om de ontwerprechten van de Folkboat. Uiteindelijk was men van mening dat hij samensteller was van tientallen door de Racing Union ontvangen ontwerpen, maar zich niet de ontwerper van de Folkboat kon noemen. DE IF wordt nu nog gebouwd Tegenwoordig wordt de 70 jaar oude Folkboat nog steeds gebouwd. Nu in polyester in Kerteminde, Denemarken. Met recht een “Polyclassic”! 41
Oceaanclub Nederland De oceaanclub bestaat uit een groep enthousiaste eigenaren van zeilboten van het type Oceaan. Van dit door Cees van Tongeren van Van de Stadt design ontworpen boten zijn drie types: de Oceaan 18, 22 en 25. Van Tongeren ontwierp o.a. ook Dehler, Delanta, Optima en Winner. De Oceaan is van 1974 t/m 1982 gebouwd bij Poly Boats in Ossendrecht. Deze werf werd in 1982 gesloten. Van de Oceaan 22 werden ca. 400 exemplaren gebouwd.
Oceaan 22 nieuwste versie. Foto: Oceaanclub
De club organiseert een winter– voorjaar– en zomeractiviteit met onderlinge wedstrijden. Op de website www.oceaanclub.com is een indrukwekkende hoeveelheid informatie over deze jachten te vinden, te weten: Interessante verslagen van bijeenkomsten en wedstrijden, beschrijvingen van onderhoud- en technische werkzaamheden, verhalen over vaaravonturen met de Oceaan.
Oceaan 25 “Femke” naar Denemarken Jens Bos Deel 1: Naar Brunsbüttel, augustus 2012. Met een gespannen gezicht kijk ik naar Marten; het toerental van `Theunis`, onze trouwe Volvo Penta MD5A, varieert licht. Geen prettige conclusie met de 100km van het drukke Noord-Oostzee kanaal voor ons. Elke beweging van een bemanningslid veroorzaakt een variatie in het geluid dat naar buiten komt. Ik ga naar voren op het dek om even niet te geconcentreerd naar de motor te hoeven luisteren. Natuurlijk; we zijn gestart met een koude motor en hij is prima onderhouden, maar ik moet er even niet aan denken wat er zal gebeuren als hij uitgerekend hier de pijp aan Maarten geeft. De rest van de bemanning merkt niets van mijn zorgen en zit opgewekt in de kuip. Als ik na een tijdje terug kom in de kuip en vraag hoe de motor loopt, krijg ik door het antwoord ‘prima’ weer een beetje vertrouwen in onze oer-diesel. Honderd kilometer is lang, maar Theunis geeft geen krimp meer. Rustig, als of hij niet anders is gewend, duwt hij 42
de Femke met een gangetje van 5 knoop door het kanaal richting Kiel. Drie dagen daarvoor zijn we in de vroege ochtend met de “Femke”, een Oceaan 25 uit 1978 vertrokken uit Lauwersoog. De maan stond sprookjesachtig boven het rustige wad en in de verte begon het langzaam te schemeren. De enige boot die samen met ons vertrekt is eigenlijk haar grote zus; een Winner 950 loopt ons op de motor snel op en verdwijnt in de richting van het Westgat. We hebben het uitgaande tij mooi mee en tegen de tijd dat de vloedstroom gaat lopen zitten we boven Schier. We zijn geslaagd voor onze eerste test; deze hindernis hebben we prima genomen. Traag zien we Schiermonnikoog in het eerste daglicht aan de horizon voorbij schuiven. Boven de monding van de Eems moeten we een eindje zuidelijker varen. Hier hebben de Duitsers bedacht om, eigenlijk precies in de route van de plezierjachten, een groot windmolenpark te bouwen. Gelukkig hebben we de berichten aan zeevarenden de vorige avond nog in de kaart gezet. Anders waren we er, net als heel veel andere Nederlandse boten, dwars door heen gevaren. We horen dan ook regelmatig schepen opgeroepen worden door de “Guardian”; een wachtschip dat moet voorkomen dat er boten door het gebied varen. Geduldig legt de man elke keer weer uit wat de coördinaten van het verboden gebied zijn en of men please aan “our fellow saylors” door wil geven dat men hier niet meer langs mag. Overschat We hadden in het begin gerekend met een gemiddelde snelheid van 5 knoop, maar dat blijkt toch voor onze zwaar beladen 25-voeter iets te veel van het goede. We komen dan ook pas tegen 6 uur aan in de haven van Norderney, die dan al behoorlijk vol ligt. We leggen aan naast een Nederlandse Dehler waarvan de bezorgde eigenaar gelijk maar allemaal tips begint te geven. Heel vriendelijk bedoeld natuurlijk, maar het feit dat we met een wat kleiner bootje zijn gekomen wil nog niet zeggen dat we niet weten hoe we moeten varen. Ze zijn ook onderweg naar Denemarken, maar twijfelen nog of ze morgen wel verder zullen gaan omdat er niet veel wind zal staan. We eten in het gezellige, maar drukke restaurant aan de haven en berekenen dan de volgende etappe. Muiterij en misrekeningen… Wanneer blijkt dat we al om 2 uur ‘s nachts moeten vertrekken om met het tij mee de Elbe op te varen, dreigt er even muiterij te ontstaan onder de vermoeide bemanning. Gelukkig ligt het compromis snel op tafel. In goed overleg wordt besloten om er een dagtochtje van te maken naar het laatste Waddeneiland; Wangeroog. Afstand zo’n 25 mijl, goed te doen en we hoeven dan niet extreem vroeg op. Oh als we toen eens geweten hadden... We slapen uit, tanken nog even diesel en vertellen opgewekt, de enigszins geschokte buren dat we wel zien hoe ver we komen… Het is prachtig weer en hoewel er weinig wind is voorspeld staat er een mooi zeewindje. We kunnen met grote slagen langs de eilanden varen en genieten van het mooie weer. De stranden van de eilanden liggen vol met dagjesmensen. Als we op een gegeven moment zelfs bruinvissen in ons zog zien zwemmen, kan ons geluk natuurlijk helemaal niet meer op. Femke vaart geweldig en lijkt bijna ontworpen om door deze golven te snijden.
43
Leermomentje? Als we op de hoogte van Spiekeroog zijn, kijk ik eens op de kaart om de aanloop van de haven van Wangeroog te bestuderen. In de gids hadden we gelezen dat deze aanloop goed was, met twee diepe geulen. Echter dit was de Waddengids; die houdt geen rekening met boten die van de Noordzee komen... Zoals bij zo veel Waddeneilanden ligt er tussen Spiekeroog en Wangeroog een bank. Op de kaart zien we dieptes van 10 cm staan bij LAT. Nou geeft LAT meestal wel wat speling, maar het is net volle maan geweest en we zijn er dus bij springtij. Als we doorvaren zijn we precies bij laagwater bij de banken en kunnen we naar de haven wandelen. We besluiten om een slag terug te maken om zo ook de inmiddels ontstane onweersbuien te ontwijken. Ondertussen wordt er druk gekookt in de kajuit. Terwijl we druk zijn om een paar vissersboten te ontwijken barst de bui los. We kunnen amper nog de punt van de boot zien en voelen gelijk waar er nog hiaten zitten in onze zeilkleding. Gelukkig is het van korte duur, al snel keert de rust terug en worden we beloond met een prachtige zonsondergang. Om half negen besluiten we het er op te gaan wagen en varen we richting de banken. Binnen zit Ruud, de navigator, gespannen achter de kaartplotter. “Beetje meer bakboord, zie je die Quick daar?” klinkt het uit de kajuit. We volgen braaf zijn aanwijzingen op en varen voorzichtig over de steeds donker wordende ondieptes. Vaag zien we de onverlichte tonnen. Gelukkig voor ons is een deel verlicht en kunnen we ons daarop goed oriënteren. De diepte onder de kiel geven we door aan de navigator die peentjes zweet: “nog een halve meter, nog veertig centimeter, dertig centimeter…,” en daarna: “als het minder wordt gooi ik hem in zijn achteruit!” Er zijn wel geen golven, maar hier nu op een bank lopen staat me niet aan. Gelukkig neemt de diepte daarna toe en kunnen we de weg naar de haven vervolgen. Als we om half twaalf aanleggen naast een First 24 waarvan de mensen net thuis komen klinkt er ongeloof uit hun woorden. “Jullie komen nu van de Noordzee?” “Hoeveel steken jullie dan en hebben jullie een radar of kaartplotter aan boord?” We houden gedurende de hele reis onze ouders op de hoogte; onze wacht aan de wal. Als we ons afmelden krijgen we nog even heel vriendelijk vaderlijk advies: “Je moet ook nooit bij nacht een onbekende haven aanlopen he!” Tja, het kon even niet anders deze keer. 44
Op naar de Elbe De haven van Wangeroog is klein en de washokken een ramp. Als we zouden gaan douchen, kunnen we naar elkaar zwaaien… Er is niets waarvoor we hier langer dan noodzakelijk willen blijven liggen. Wijs geworden van de net geleerde les slaan we aan het rekenen. We kunnen om 5 uur weg, net na hoogwater en worden dan met de eerste ebstroom over de banken gezet. De timing is dan ook perfect om de Elbe op te lopen naar Brunsbüttel. We zijn bek af en al snel is het rustig aan boord. Als om 5 uur de wekker gaat en de regen met bakken uit de hemel komt wordt er toch getwijfeld. We moeten nu gaan of een dag blijven, maar het weerbericht voor de volgende dagen is minder goed: veel wind en regenbuien. We kijken op de buienradar of er onweer in de buien zit, maar als dat niet het geval blijkt te zijn gooien we los. In het donker varen we het wad op, Wangeroog achter ons latend zonder dat we het ooit bij daglicht hebben gezien. We besluiten dat mensen om de beurt even kunnen gaan slapen. Wie behoefte heeft aan nog een paar uur rust kruipt op de dinette. We varen langs een gebied dat vol ligt met grote schepen. Gelukkig liggen ze allemaal stil; het is het wachtgebied van de geulen naar Wilhelmshaven en Bremerhaven. Het probleem is alleen dat er zo maar een kan gaan varen. We ontwijken een grote jongen en kruisen dan haaks de geulen. Gelukkig kan ik om 9 uur nog even mijn slaapzak in kruipen in de veronderstelling dat van slapen niet veel zal komen. De marifoon staat aan en van buiten klinkt het lawaai van de zeilen, de wind en de golven tegen de romp. Binnen twee minuten ben ik vertrokken. Als ik wakker wordt is er een stevige westenwind opgestoken en heeft de bemanning de stormfok aangeslagen. Ik hoor Ruud, onze vaste navigator, een beetje ontstemd mompelen dat niet de goede koers wordt gestuurd en van uit de kuip hoor ik wat verontruste stemmen. Ik wordt gevraagd om maar eens buiten te gaan kijken en met lichte tegenzin geef ik gehoor aan deze vraag. Verbaasd steek ik mijn hoofd naar buiten en vraag me af waarover men zich in hemelsnaam druk maakt. De golven zijn niet hoger dan een doorsnee dag op het IJsselmeer en de wind valt reuze mee. “Captain on the bridge” grijns ik en kijk eens naar de stand van de zeilen. Ergens loopt de boot niet lekker. Snel vier ik de grootschoot een stuk en Femke ligt weer recht. Ik vraag het roer van de wat vermoeide stuur en val gelijk maar 30 graden af. “Zo goed?” roep ik naar binnen. Een opgestoken duim van Ruud geeft aan dat we weer op ons doel af gaan: de monding van de Elbe. We did it! Tussen de grote bakens en de tonnen van de Elbe door spoelen we naar binnen. De grote jongens varen keurig in de geul en wij er netjes buiten. Toch moeten we zo nu en dan even helemaal buiten de betonning gaan varen omdat er schepen aan het spookvaren zijn. Meestal kleine rondvaartboten onderweg naar een zeehondenbank en zo nu en dan een boot van de kustwacht. In het begin is het nog druk met verkeer, maar hoe verder we komen hoe rustiger het wordt. We spoelen langs Cuxhaven en halen zelfs even 10 knopen over de grond. Blij dat we dit goed getimed hebben! Rond hoogwater Brunsbüttel komen we aan bij de sluizen. 45
Wachten op de Elbe voor de sluis bij Brunsbüttel We roepen de sluis op en krijgen rustig uitgelegd dat het nog ongeveer 20 minuten gaat duren. We dobberen in het wachtgebied en varen uiteindelijk met 5 andere boten de kleine sluis in. Het aanleggen gaat prima: er is weinig wind en we parkeren de Femke netjes met haar favoriete kant tegen de vlonders. De stootwillen natuurlijk helemaal op de waterlijn. Beduusd en een beetje trots stappen we van boord: we zijn er, we hebben het gehaald en wat een lijstje kunnen we afvinken: Waddenzee, Noordzee, drukke scheepsvaartroutes en nachtzeilen; we did it! We leggen aan in het kleine haventje achter de sluis en vergapen ons aan de grote zeeschepen die op enkele meters langs dreunen. In een restaurantje
met uitzicht op de haven eten en drinken we eentje op de goede afloop van de reis. Nu alleen dat kanaal nog even door en dan zijn we op de Oostzee. Bij de foto’s van Jens Bos van boven naar beneden: Ruud hijst de Duitse gastenvlag; aanloop Norderney; donkere wolken aanloop Wangeroog; zonsondergang op de Noordzee; onderweg naar de Elbe; grote jongen op de Elbe; in de sluis van Brunsbüttel; jachthaventje achter de sluis in Brunsbüttel. ——————
De Oceaan ook bij de Delta Lloyd 24 uurs Zeilrace Bekijk hier Vincent Drubbel’s film Schipper Erik Schippers van Oceaan 22 “Escape” startte vorig jaar vanuit Lelystad Zuid met opstappers Harry Blumen en Vincent Drubbel.
46
Vindöclub Nederland In Nederland hebben zo’n 70 eigenaren van de Zweedse Vindö zeiljachten zich verenigd in de Vindöclub Nederland. Ook deze club organiseert jaarlijks zeilevenementen en is altijd sterk vertegenwoordigd op de 2 jaarlijkse Dutch Classic Yacht Regatta in Hellevoetsluis. Op de website www.vindo.nl is veel informatie over de club te vinden. Contact:
[email protected]
Foto: Vindoclub Nederland
De Vindö jachten De karakteristieke polyester jachten, ruim voorzien van mahony en teak, werden gebouwd door de Zweedse jachtwerf Vindö aan de Zweedse Westkust. Tussen 1965 en 1980 werden de meeste schepen gebouwd, in allerlei maten. Uiteindelijk stopte de werf ermee in 1990. De jachten hebben de reputatie uitstekende toerzeiljachten te zijn.
Foto: Vindoclub Nederland
47