opvoeddilemma’s
Een kind van 10 is, zo op het eerste gezicht, een volwassene op zakformaat. Maar overschat ze niet, vinden deskundigen: ze zijn nog niet af, er kan nog volop opgevoed worden. Daarom tien vragen over opvoeden met antwoorden van een deskundigenpanel.
Vóór alles liefde en aandacht
‘K
Sinds haar 10de verjaardag fotografeert artdirector Hein van Putten elke dag zijn dochter Roos. Bij dit artikel staat een deel van de foto’s uit haar 11de levensjaar.
inderen van 10, die zijn toch wel zo’n beetje af?’ opper ik tijdens de redactievergadering over dit nummer van het magazine. Ik heb er zelf een en dat is al een heel mens, met eigen meningen, een eigen sociaal leven, dat zich voor een deel op Hyves afspeelt, en eigen onvermoede specialismen (gevechtsvliegtuigen – van míj heeft hij het niet). Het echte opvoedwerk zit erop; al lang voorbij is de tijd dat ik volgens de boekjes consequent moest blijven als hij zich jengelend op de supermarktvloer wierp. Nu gaat het er eerder om zijn comfortabele leven te faciliteren met ruime hoeveelheden voedsel, gezelligheid en af en toe een schoon dekbedovertrek. Hoongelach viel mij ten deel. Vooral de ouders van pubers onder mijn collega’s melden dat ik over een paar jaar wel anders zal piepen: het echte werk begint pas wanneer het zonnige kind verandert in een bokkige puistenkop die gaat zitten blowen op zijn kamer in plaats van huiswerk maken. Comazuipen, soa’s, winkeldiefstal en vmbo-kader; voor je het weet doemt het op en wil je zulks voorkomen dan dient er wel degelijk continu opgevoed te worden, nu en straks ook nog.
tekst Evelien van Veen
fotografie Hein van Putten
Ik denk daar even over na. En concludeer dat ik – al gaat het niet meer over bordje leegeten en in je eigen bed blijven ’s nachts – heus nog wel bijstuur elke dag. Al is dat eerder onderhandelen te noemen: oké, je mag zo’n belachelijk dure pet, maar dan moet je wel zelf de helft betalen. (Hier voeg ik dan een preek bij over de bedrieglijke waarden van statussymbolen, mijn Prada-laarzen onder tafel moffelend). Goed, je mag alleen thuisblijven als ik naar de stad ga, maar dan moet je niet de hele tijd zo’n schietspel gaan zitten spelen. Alléén de eerste helft van Ajax-AC Milan of The Voice of Holland en daarna naar bed. De poldermethode is het kortom, en soms is dat nog lastig genoeg; juist omdat de gesprekspartner een 10-jarige is. Want hoe serieus kan en mag je een kind van die leeftijd nemen, hoe verstandig het ook oogt? Kan hij alleen naar voetbal fietsen? Is het te vroeg voor een mobiele telefoon? Keuzen te over die je voor je kind moet maken, en dat gaat nog wel even door volgens breindeskundigen: de hersenen zijn nog volop in ontwikkeling. Beter nu nog even doorpakken dan straks met een ontspoorde puber zitten. >
Volkskrant magazine
31 12 2010 7
T
ien opvoedvragen aan vijf deskundigen: Linda Bijl van de Opvoedpoli, Kees Bakker van het Nederlands Jeugdinstituut, Justine Pardoen van Ouders Online en Mijn kind online, Ferko Öry, die opvoedondersteunende programma’s ontwikkelt, en ontwikkelingspsycholoog Mariëtte Huizinga, die onderzoek deed naar wat normaal gedrag is voor een 10-jarige. Want er zijn nog opvoeddilemma’s genoeg – ook bij een kind dat al een heel mens is.
Mag een kind van 10...
1..
....een mobiele telefoon?
Een achterhaalde vraag, zeggen de deskundigen: de meesten hebben er al een. En daar is niks mis mee. ‘Ik ben absoluut vóór’, zegt Ferko Öry. ‘Ten eerste weet je zo altijd waar je kind is. Ten tweede leert het erdoor met geld om te gaan.’ Het is praktisch, zeggen ook de anderen. Een kind van 10 pendelt vaak heen en weer tussen thuis (twee thuizen, in geval van gescheiden ouders), school, naschoolse opvang en vriendjes, die op deze leeftijd een belangrijke plaats innemen. Dan is een mobieltje niet per definitie overbodige luxe, al vindt Linda Bijl van de Opvoedpoli 12 jaar een logischer leeftijd voor een eerste telefoon, wanneer het kind naar de middelbare school gaat. Hoe dan ook, zorg dat je je kind leert ermee om te gaan, zegt Justine Pardoen. ‘Anders is het net alsof je een tv bij een kleuter op de kamer zet en vervolgens zegt: zoek het maar uit.’ Dus: zorg dat je kind niet met zijn mobieltje het internet op kan, geen dure sms-abonnementen neemt op bijvoorbeeld ringtones (dat kan via smsdienstenafzeggen.nl) en zijn beltegoed in de gaten houdt. ‘Dat is mobiele-telefoonopvoeding. Dat hoort er, net als internetopvoeding, tegenwoordig gewoon bij.’
2..
....twee middagen per week alleen thuis zijn? Het is een bekend dilemma bij ouders van kinderen in groep 7 of 8: op een dag willen ze niet meer naar de naschoolse opvang. De andere kinderen die er zitten zijn allemaal jonger, ze vervelen zich of ze voelen
8
zich simpelweg te groot voor opvang. Wat te doen? Kan een kind van die leeftijd al middagen alleen of met een vriendje thuis zijn? Zo meteen gaan ze naar de middelbare school en dan is er ook geen oppas of opvang meer; nu alvast maar proberen dan? Het hangt van het kind af, zeggen Justine Pardoen en Linda Bijl. Sommige kinderen zijn op deze leeftijd al zelfstandig en verstandig en die kunnen dat best aan. Zorg dat er een buurvrouw of bekende in de buurt als achterwacht fungeert, zorg ook dat je zelf goed bereikbaar bent en bel af en toe om te informeren hoe het gaat. Zo moet het kunnen, misschien niet vier maar toch wel één of twee middagen per week. De mannelijke deskundigen denken er anders over. ‘Een vorm van verwaarlozing’, vindt Kees Bakker. Een kind heeft aandacht en gezelligheid nodig. Een eventueel ouder broertje of zusje dat ergens op zijn of haar kamer een computerspel zit te spelen, lost het probleem niet op. Ferko Öry vindt het ook niks. ‘De tijd is voorbij dat moeder met de thee klaar zit, maar dan moet je toch een andere oplossing verzinnen. Als een kind somber of triest uit school komt, moet er iemand voor hem zijn.’
3..
. ...onbeperkt computeren?
De vraag stellen is hem beantwoorden: niks mag onbeperkt natuurlijk, en al helemaal computeren niet. Maar hoe dan wel? Het ding staat er en oefent een onweerstaanbare aantrekkingskracht uit: als je niet uitkijkt, zit je kind er dag en nacht achter. De professionals zijn het redelijk eens: één tot twee uur beeldschermtijd (dat is dus inclusief televisie) per (doordeweekse) dag is maximaal. In een regenachtig weekend kan er een uurtje bijkomen, maar grenzen stellen moet.
En dat hoort stringenter te gebeuren dan halfslachtig roepen: zou je niet eens lekker naar buiten gaan? Stel een tijdslot in op de computer, adviseert Justine Pardoen. En stel bijvoorbeeld bij Google de ‘safe search’-optie in zodat kinderen geen porno of geweld te zien krijgen. Of gebruik de gratis kinderbrowser MyBee, die zorgt voor een geschikte internetomgeving. Ja, daarvoor moet je je even in de materie verdiepen, maar dat, zegt Pardoen, is sowieso een must. ‘Internet is een belangrijke leefomgeving voor kinderen; ze hebben thuis, school én internet. Je kunt je niet permitteren om daar niets van te willen weten. Een ouder zei eens tegen me: ‘Mijn zoon zit elke dag uren achter die computer, wat moet ik daar nou mee?’ Toen ik haar vroeg wat hij dan doet, wist ze dat niet. Dat is hetzelfde als verzuchten: mijn kind sport zo belachelijk veel, en dan niet weten welke sport hij doet. Verdiep je erin. Kijk mee. Praat erover. Vraag ’s avonds aan tafel of ze nog iets hebben meegemaakt op internet.’
gevaren én we begeleiden onze kinderen intensiever. Daar is niets mis mee, zolang je kinderen niet de kans ontneemt om buiten te spelen en af en toe de hort op te gaan.’ Een mobieltje helpt: ‘Het is echt niet verstikkend om af en toe te bellen.’
5..
4..
....een paar uur buiten beeld zijn?
Zijn we overbezorgd geworden? Ik bracht vroeger uren door op een landje in de buurt: fietsen, fikkie stoken. Mijn moeder wist dan echt niet precies waar ik was. Nu weet ik – en ik ben echt geen uitzondering – eigenlijk altijd waar mijn kinderen zijn. Is dat niet verstikkend? ‘We zijn wel erg voorzichtig de laatste jaren’, vindt Linda Bijl. ‘Als er een landje is in de buurt of een andere plek waar ze graag spelen, laat ze gaan. Je kunt ze niet overal tegen beschermen. Je moet ook risico’s nemen.’ Ze worden echt niet meteen gekidnapt, zegt Pardoen. Wees zo verstandig om zulke doemscenario’s uit je gedachten te bannen, anders krijgt een kind nooit de vrijheid waar het recht op heeft. ‘Ik kom uit een groot gezin’, zegt Kees Bakker. ‘Mijn ouders wisten nauwelijks waar ik uithing. Maar nu zijn we ons veel bewuster van
. ...boos worden of huilen
als het iets niet zint?
Natuurlijk mag een kind zijn boosheid of teleurstelling uiten, daar zijn alle professionals het over eens. Maar schreeuwen, jammeren of driftaanvallen krijgen past niet meer bij deze leeftijd. Op het gebied van emotiebeheersing, zegt Mariëtte Huizinga, verschilt het brein van een gemiddeld kind van 10 niet heel veel met dat van een volwassene. Huizinga deed onderzoek naar hoe en vanaf welke leeftijd kinderen hun gedrag kunnen sturen: hun impulsen beheersen, omgaan met verandering, plannen en organiseren bijvoorbeeld. Het gebied in de hersenen dat daarbij van belang is, de prefrontale cortex, is – als het goed is – op het gebied van emotieregulatie al bijna net zo ver ontwikkeld als dat van een volwassene. Dat betekent dat een kind van een jaar of 10 niet meer door het lint zou moeten gaan als bijvoorbeeld een uitstapje niet doorgaat. Ook heeft het zelfinzicht: een normaal, gezond kind van 10 heeft het donders goed door als anderen hem bijvoorbeeld irritant vinden en weet zijn gedrag dan aan te passen. Op het gebied van plannen en organiseren is het brein echter nog lang niet klaar: uit zichzelf huiswerk maken, de voetbaltas op tijd inpakken of zonder aansporing op zaterdag het konijnenhok schoonmaken hoef je van een 10-jarige niet te verwachten. De ontwikkeling van de hersenen gaat op dat gebied door tot begin 20. Nog jaren dus zul je hemals ouder aan het werk moeten zetten, begeleiden en controleren. >
Volkskrant magazine
31 12 2010 9
Moet een kind van 10...
6..
het niet om het probleem binnenshuis op te lossen dan zijn er in veel gemeenten opvoedsteunpunten die kunnen helpen.
7..
....luisteren naar zijn ouders?
Duh, natuurlijk moet een kind van 10 luisteren naar zijn ouders. Maar kijk eens op het forum van Ouders Online en zie hoe vaak het misgaat. Er zijn ouders die klagen over de ‘prepuberteit’ van hun 10-jarige die dwars is, chagrijnig op de bank hangt of al niet meer te bewegen is achter de spelcomputer vandaan te komen en aan tafel te eten. Niet oké, zegt ons opvoedpanel. Ten minste tot een jaar of 16 hoor je het gezag te hebben als ouders en dus in alle redelijkheid te bepalen wat er gebeurt. Als dat al niet meer lukt als een kind 10 jaar is, heb je iets fout gedaan in de opvoeding. Te weinig grenzen gesteld, niet consequent geweest, te vaak toegegeven. Niet best dus, maar wel begrijpelijk: opvoeden is anno nu ook een lastige klus. De autoritaire opvoeding is immers vervangen door de onderhandelingsopvoeding waarbij je niet meer weg komt met ‘omdat ik het zeg’. Het komt daarbij aan op praten, luisteren, leidinggeven, aandacht geven, ondersteunen, redelijk en begripvol zijn en tegelijk, als het moet, onverzettelijk blijven. En dat in een – meestal – tweeverdienersgezin waar de dagen toch al overvol zijn en de tijd schaars is. Goed communiceren is belangrijk. Misschien dat deze opvoedstijl daarom wel geschikter is voor vrouwen en meisjes dan voor mannen en jongens, zegt Kees Bakker. Hij signaleert in de jeugdzorg een piek van jongens tussen 10 en 14 met gedragsproblemen; wellicht dat het daarmee te maken heeft. Het goede nieuws: het is niet te laat om de boel bij te sturen. Een 10jarige kan nog een heleboel leren; ook luisteren naar zijn ouders. Lukt
....seksueel voorgelicht zijn?
Maak je geen illusies: 10-jarigen weten bijna alles al. ‘Uit Europees onderzoek blijkt dat 40 procent van de 10-jarigen harde porno heeft gezien op internet’, zegt Justine Pardoen. ‘Van de 14-jarige meisjes is 64 procent al eens gevraagd zich uit te kleden voor de webcam’, vult Ferko Öry aan. Een beetje laat dus om met boekjes als Kindertjes groeien in mama’s buik plechtig op de rand van het bed te komen zitten. Seksuele voorlichting geef je vanaf het moment dat kinderen vragen stellen en dat begint al jaren eerder. Dilemma’s zijn er wel op deze leeftijd: wat vertel je over Robert M. als de krant op de ontbijttafel er vol mee staat? Wil en kun je wel vertellen dat er volwassenen zijn die zich aan kleuters vergrijpen? Hoe bescherm je je kind tegen foute figuren op internet? Stel vragen, zeggen de deskundigen. Dis niet ongevraagd een gedetailleerd verhaal op, maar vis eerst uit wat je kind al weet, wat het nog wil weten en waar het mee zit. Houd je antwoorden eenvoudig, maar wees wel open. Seks moet een normaal gespreksonderwerp zijn, anders word je niet in vertrouwen genomen als het nodig is.
8..
10
....een drukke weg
over kunnen steken? Bij de vraag of een kind van 10 alleen een drukke weg kan oversteken, blijken de deskundigen behoorlijk voorzichtig. Niemand vindt dat een
goed idee. En dat komt ongetwijfeld doordat we ons nu bewuster zijn van gevaren dan vroeger, toen veel meer kinderen zelf naar school fietsten. Dat heeft ook goede kanten: het aantal verkeersdoden is in Nederland sinds de jaren zeventig gestaag gedaald. Dit is wel de leeftijd om samen te gaan oefenen, overigens. Over een of twee jaar, als het kind naar de middelbare school gaat, moet het zich immers wel alleen in het drukke verkeer kunnen begeven.
9..
....taken hebben in huis?
Mijn kinderen zijn straalverwend op dit gebied. Ze hoeven nog geen bord in de afwasmachine te zetten. De hele generatie 10-jarigen is straalverwend: geen kind dat nog kolen uit het hok hoeft te halen of zijn schoenen hoeft te poetsen. Met gemiddeld anderhalf kind per huishouden en een hoop apparatuur ís er ook niet zo verschrikkelijk veel te doen. En wat er wel moet gebeuren, doen we liever snel even zelf. Met al dat werken van tegenwoordig zijn we al zo weinig thuis, dan moet het wel gezellig zijn. Pedagogisch onverantwoord, zegt het panel. Een kind van 10 hoort verantwoordelijkheden te hebben en zich nuttig te maken, anders wordt het lui en onuitstaanbaar. Geef hem een paar vaste taken – ontbijt klaarzetten, tafel afruimen, zijn eigen wastafel schoonmaken – en zie erop toe dat het ook gebeurt. Maar maak er geen halszaak van, zegt Ferko Öry, die het stiekem een beetje onzin vindt. ‘Kinderen moeten al zo veel tegenwoordig. De tafel afruimen hoort voor mij bij de kleine afspraken die je met je kind maakt: belangrijk, maar niet wezenlijk. Waar het echt om gaat, dat zijn de grote afspraken: aardig zijn voor je omgeving, je zusje niet slaan,
respect hebben voor elkaar, opkomen voor je vrienden.’
10..
....nog geknuffeld worden?
Natuurlijk, roept het panel in koor, en: het moet worden geprezen, gekoesterd en getroost en gecoacht. Ook heeft het recht op één-op-één aandacht: af en toe alleen met z’n vader naar de film bijvoorbeeld. ‘Een kind van 10 heeft vóór alles warmte een aandacht nodig’, zegt Linda Bijl. ‘Juist als het vervelend is geweest zeg je ’s avonds bij het slapen gaan: ik hou van je, al ben je soms een draak.’ Oud gedaan is jong geleerd: als de ouders liefdevol, kalm, belangstellend en evenwichtig opvoeden, levert dat doorgaans een aardige, verstandige 10-jarige op. Bijna af dus? ‘Een kind van tien is inderdaad al een ongelooflijk eind’, vindt Ferko Öry. < Kees Bakker is directeur van het Nederlands Jeugdinstituut, een kenniscentrum over jeugd en opvoeding met 140 medewerkers. Ferko Öry is van oorsprong kinderarts en nu adviseur bij TNO, waar hij programma’s ontwikkelt voor opvoedingsondersteuning voor ouders, scholen en instellingen. Mariëtte Huizinga is ontwikkelingspsycholoog en onderzoeker aan de Universiteit van Amsterdam. Samen met Diana Smidts schreef ze Gedrag in uitvoering, over de rol van executieve functies bij kinderen en pubers, dat in februari 2011 verschijnt. Linda Bijl is orthopedagoog en directeur van de Opvoedpoli in Amsterdam en Alkmaar. Justine Pardoen is hoofdredacteur van ouders.nl en mijnkindonline.nl. Half januari 2011 presenteert ze een nieuwe website: mediaopvoeding.nl
Volkskrant magazine
31 12 2010 11
5 x 10+: de programmeur
! Freek van Arkel
25 jaar
! Sake Elzinga
! Irma Bulkens
er gaat een wereld voor je open
Nu verkrijgbaar bij de Volkskrant: exclusieve Perplex-edities van topfoto’s
! Marcus Peters
! W.M. van der Sande
! Taco Anema
Het beste fotobureau van Nederland en in de ogen van velen zelfs van Europa, jubileert. Wat in 1985 ontstond uit een netwerk van fotografen die betrokken waren bij Plaatwerk, een tijdschrift voor sociale fotografie is uitgegroeid tot een toonaangevend bureau van internationale allure met hoge inhoudelijke en esthetische normen.
visualisatie van het Perplex-procedé
! Bert Verhoeff
Exclusieve edities Beeldredacteur van Volkskrant magazine en fotograaf Theo Audenaerd selecteerde de tien mooiste foto’s uit de databank van Hollandse Hoogte. Deze foto’s van bekende topfotografen zijn nu exclusief verkrijgbaar bij de Volkskrant, afgewerkt als duurzame en hoogwaardige Perplex. Deze wijze van afdrukken garandeert een ongekende helderheid en kleurdiepte. Hierdoor krijgen de foto’s absolute museumkwaliteit. Bovendien hangt u de foto’s zo, zonder lijst aan de muur.
Over de hele wereld Puck Meerburg (11) bouwt iPhone-apps. Hij woont met zijn ouders en broertje in Delft. ‘De eerste app die ik bouwde was een draaiwijzer voor Twister. De wijzer van het Twisterspel in de klas was kapot, dus vroeg de juf of ik een nieuwe wilde maken. Ze bedoelde van karton, maar ik heb een iPhone-app gebouwd met een Twisterwijzer. Ik leerde mezelf programmeren toen ik 7 was. Ik begon met PHP, een scripttaal die ook voor bijvoorbeeld Wikipedia wordt ge-
* Kijk nu op volkskrant.nl/webwinkel voor de exacte afmetingen per foto.
Maak gebruik van deze unieke kans en bestel uw favoriete foto in een van de drie formaten*:
bruikt. Op de site van PHP staan voorbeelden en instructies, daarmee heb ik het geleerd. Nu kan ik ook programmeren in
Medium € 150,- Large € 260,- Extra Large € 350,-
Javascript en Objective-C.
volkskrant.nl/webwinkel
Vorig jaar heb ik de Tafeltrainer gebouwd. Ik was nog niet zo goed in tafels en heb in de tijd dat ik ervoor moest oefenen deze app ontwikkeld. Hij is nu in bijna alle landen van de wereld beschikbaar. Het bijzonderst vind ik wel dat-ie door iemand in Japan is gekocht. Nu wil ik de Tafeltrainer verbeteren, bijvoorbeeld met highscores en verschillende niveaus. Het kost ongeveer twee maanden om een goede app te bouwen met goed geluid en leuke plaatjes. Maar dan moet je je wel goed concentreren. Soms laat ik me iets te veel afleiden door andere websites.’
fotografie Koos Breukel tekst Loes Reijmer
in beeld
Vrije middag Ach, ze hebben het zo druk, de meisjes en jongens van 10. Of valt het toch wel mee? We fotografeerden acht kinderen op zaterdag- en zondagmiddag, 2 uur. Wat doen ze? fotografie Heidi de Gier
tekst Berend Jan Bockting
Tekst
Links Jelle van Tol uit Hoogmade. Wat ben je aan het doen? Ik help mee op de boerderij van mijn ouders. Doe ik altijd op zaterdag. Koeien voeren, mesten. Sinds ik 10 ben mag ik ook op de shovel rijden, dus ik kan zelf hooibalen binnenzetten. Ik ben maar één keer tegen een hek gebotst. Komen er vaak vrienden op de boerderij spelen? Heel vaak. We kunnen nu buiten op het ijs spelen. En als het te koud wordt spelen we met de Playstation. Zijn er andere dingen die je graag doet? Ik zit op voetbal. Mijn grote voorbeeld is Klaas-Jan Huntelaar. Hij speelt net als ik in de spits. Boven Noa Brink uit Utrecht. Wat ben je aan het doen? Ik kijk tv op de bank. Mijn favoriete programma is de Kids Top 20, dat gaat over kinderliedjes. Wat is je favoriete muziek? Beyoncé is de allerbeste. Zijn er andere dingen die je graag doet? Ik maak modeschetsen in mijn eigen ontwerpboek. Voorlopig ontwerp ik alleen meisjeskleren. Later word ik hopelijk modeontwerpster. Heb je een favoriete ontwerper? Viktor & Rolf hebben altijd van die leuke dasjes.
Boven Faas Vriend uit Utrecht. Wat ben je aan het doen? De konijnenhokken in de tuin schoonmaken. Met dit weer is dat niet zo leuk. Naast me zit Pip, die is van mij en mijn zusje Jet samen. Poekie, die zwarte helemaal achter in het hok, en Grijsje, iets daarvoor, zijn van mij. Ik hou eigenlijk van alle dieren. Het liefst zou ik nog een hond willen, zo’n grote. Wat vind je nog meer leuk? Ik ben goed met computers. Voor mijn moeder maak ik een iPhone-app van een boekje dat zij heeft uitgegeven. Word je later dierenverzorger of computerprogrammeur? Waarschijnlijk iets bij Apple. Of ik begin m’n eigen webshop.
Rechts Brigitte Hak uit Bruchem. Wat ben je aan het doen? Ik zit op de zondagschool. Toen ik 6 was, ging ik een keer met mijn zus mee. Ik vond het heel leuk en ging vanaf toen elke zondag. We lezen uit de Bijbel en doen af en toe een quiz. Wat is je favoriete bijbelverhaal? Het verhaal waarin Jezus wordt geboren. Zijn er andere dingen die je graag doet? Ik lees graag. Soms boeken over God, maar niet altijd. Mijn favoriete boek is De reis naar Bethlehem. Verder zwem ik en zit ik op theater. Wat wil je later worden? Ik wil misschien naar andere landen reizen. Met arme kinderen werken, ze helpen en over God vertellen. In Kenia bijvoorbeeld.
Boven Saloua Maafi uit Utrecht. Wat ben je aan het doen? Trainen voor waterpolo. Bijna elke zaterdag heb ik een competitiewedstrijd. Ik scoor best vaak, soms wel vier doelpunten per wedstrijd. Later wil ik profsporter worden. Wat was je leukste wedstrijd? We moesten een keer met school tegen andere scholen in Utrecht spelen. Het was heel leuk om van een school te winnen in plaats van een gewoon team. Wat doe je nog meer graag? Ik tennis en ga zondags altijd naar Arabische les. Turnen is ook leuk, maar daar ben ik mee gestopt. Rechts Owen van Rijssen uit Utrecht. Wat ben je aan het doen? Ik schaak tegen mijn vader. Hij komt meestal zaterdags op bezoek, dan spelen we een spelletje. Mama is ziek en papa kan niet voor mij zorgen, dus ik woon bij Paul en Moniek. Dat is heel fijn, maar schaken met papa is ook leuk. Kun je goed schaken? Papa wint meestal, maar laatst heb ik wel van de vader van Paul gewonnen. De poes op de foto wil ook graag meedoen, lijkt het. Dat is Beertje. We zijn altijd met elkaar aan het spelen. Zijn er andere dingen die je graag doet? Op zaterdagmiddag ga ik ook naar de scouting. Daar doen we allemaal spelletjes, zoals buskruiten of een tikspelletje. En ‘s woensdags heb ik tennistraining.
Onder Danaya Wisse uit Amersfoort. Wat ben je aan het doen? Ik speel op mijn Nintendo DS. Mijn favoriete spelletjes zijn Mario Party en Mario Kart. Waar speel je het liefst? In het hoekje van de bank. Mijn broers spelen ook vaak op de DS. Dan spelen we tegen elkaar. Zijn er andere dingen die je graag doet? Party & Co Junior, met mijn ouders. Een ouderwets bordspelletje. Ik zit ook op turnen en ik voetbal. Rechts Niek Luijendijk uit Hendrik-Ido-Ambacht. Wat ben je aan het doen? We hebben net in het bos onze vletten schoongemaakt, dat zijn een soort zeilbootjes. Ik zit bij de Zeeverkenners, een scoutinggroep, maar het is nu te koud om te varen. Daarna hebben we een sneeuwballengevecht gedaan. Hoe komt je gezicht zo vies? We hebben ook fikkie gestookt. Speel je ook wel eens binnen? Misschien ga ik op ijshockey. Maar ik speel liever buiten.
reportage
‘Ik schrok heel erg. Het was best eng. Maar niet héél eng, hoor’
‘W Op de foto’s bij dit artikel staan willekeurige kinderen uit groep 7 van de De Vullerschool. Op de laatste foto tonen ze hun eigen kijkwijzers.
Pas op! Nieuwe media 10-jarigen hebben de nieuwe media omarmd: ze hebben mobieltjes met een camera, een profiel op Hyves, ze chatten met elkaar en zien allerlei reclames en filmpjes op internet. De school en de ouders kunnen dat tempo ternauwernood bijbenen. Tijd voor de helpende hand van de mediacoach.
tekst Berend Jan Bockting
fotografie Stefanie Grätz
ie heeft laatst nog een enge film gezien?’ Vijf handen vliegen in de lucht. ‘Sint’, zegt Kick. ‘De nieuwe Harry Potter’, roept Thomas een tafel verder. Wat hij precies zo eng vond? ‘Het was in 3D’, zegt hij. ‘In één stukje kwam een slang heel snel op je af. Ik schrok heel erg. Het was best eng. Maar niet héél eng, hoor.’ Janniek zag laatst in The Tudors, een televisieserie waar haar ouders altijd naar kijken, een scène waarin mensen werden onthoofd. Dat maakte indruk. ‘Toen ik ging slapen zag ik steeds die afgehakte hoofden in slowmotion. Nu draai ik me gewoon om als mijn ouders er weer naar kijken.’ Heel verstandig, vindt juf Sieders, die vandaag voor groep 7 staat van de J.A. de Vullerschool in Gorssel, een dorp in Gelderland, tussen Zutphen en Deventer. Karin Sieders (37) is mediacoach (zie kader op p. 55) . Voor de tweede keer dit schooljaar geeft ze deze groep les. Vandaag Kijkwijzerles. Daarin beoordelen de kinderen in tweetallen een filmtrailer. Na een aantal kleine incidenten besloot de J.A. de Vullerschool media-educatie op te nemen in het lesprogram-
ma, zegt Lidian Sneller (27), docent in groep 7. ‘We hebben met gym meegemaakt dat er in de kleedkamer foto’s met een mobieltje werden gemaakt. Er was niets ernstigs gebeurd, die foto’s waren niet gaan circuleren, het was speels, maar we zeiden meteen duidelijk: inleveren die hap.’ Want voor je het weet loopt het echt uit de hand, aldus Sneller. ‘In mijn groep zijn vorig jaar Hyveswachtwoorden aan elkaar doorgegeven. Hadden de kinderen geen idee wat ze aan het doen waren – het was vooral leuk en spannend. Er was een meisje dat via een Hyvesaccount van een jongen vervelende teksten op het profiel van een ander meisje plaatste. Die jongen ontkende uiteraard, tot huilens toe – tot het meisje toegaf wat ze had gedaan.’ En daar zit volgens Sneller de crux. ‘Thuis achter de computer sturen de kinderen elkaar via Hyves allerlei berichtjes. Soms anoniem of met een geleend profiel en dan is het voor ons onduidelijk wat er allemaal is gebeurd. Op school komen ze elkaar tegen en als er dan iets vervelends speelt, loop je achter de feiten aan. Het is in gesprekken met ouders en kinderen tot nu toe >
Volkskrant magazine
31 12 2010 43
voor in deze klas. Populaire websites zijn Hyves, Habbo Hotel, YouTube en Speeleiland. Voor veel leraren en ouders is de snelheid waarmee kinderen de nieuwe media omarmen lastig bij te benen. Sieders, een van de 550 mensen die de MediaCoach-opleiding hebben afgerond, probeert de kloof tussen ouders en kinderen te dichten. Haar toverwoord: bewustwording. Het liefst laat ze de kinderen zelf ervaren wat al die media met hen doen. Ook voor hun ouders heeft ze een boodschap. ‘Er zijn nog altijd te veel ouders die niet bewust omgaan met media’, zegt Sieders. ‘Vaak weten ouders niet waar hun kind naar kijkt of wat het achter een computer doet. Sommige ouders, die zelf actief zijn op internet, via LinkedIn bijvoorbeeld, laten kinderen te vrij. Ze willen hun kind graag ervaringen laten opdoen en denken al gauw: het komt wel goed. Aan de andere kant zijn er ook ouders die weinig met internet bezig zijn. Die hun kinderen alles wat met internet steeds opgelost, maar liever willen we dit voor zijn. Voor ons was na dat incident duidelijk dat we hieraan meer aandacht moesten besteden.’ In het computerlokaal gaan de leerlingen twee aan twee aan de slag met met de Kijkwijzertest van het Nicam, het instituut dat verantwoordelijk is voor de Kijkwijzerbeoordelingen van films en tv-programma’s. De kinderen beantwoorden vragen als: komt er geweld in de film voor; zie je mensen elkaar slaan; zie je ze trappen, huilen, heel eng gillen; hoor je enge geluiden; zie je seks; wordt er gescholden? De 10-jarigen kijken via YouTube naar trailers van films als Het Geheim, Toy Story 3 en Anubis en de Wraak van Arghus. Die laatste titel, een griezelfilm voor kinderen gebaseerd op een succesvolle Nickelodeonserie, is met afstand het populairst. En, zien ze geweld? ‘Hij pakte hem zó vast’, demonstreert Thomas een griezelige scène, terwijl hij een klasgenootje bij zijn
44
‘Met een 10-jarige is het nog T-shirt grijpt. ‘Maar niet echt hard. Hij sloeg niet’, zegt het klasgenootje. ‘Hij dúwde wel heel hard, hoor.’ Drie computers verder vult Janniek met een klasgenootje haar vragenlijst in. ‘Zijn er mensen met wonden te zien?’ Ze leest de vraag hardop voor en vult in: ‘Ja’. ‘Echt niet.’ ‘Hallo, er wordt toch zo’n hele wond dichtgenaaid?’ ‘Dat is omdat die enge man poppen van mensen maakt.’ ‘Toen ik Anubis had gezien droomde ik dat Noor en Merle en alle vriendinnen uit mijn klas in een poppenmaakmachine kwamen.’ ‘We gaan hem morgen weer kijken.’ Volgens de Kijkwijzer is de film geschikt voor kinderen vanaf 9 jaar. Met het spinnetjessymbool wordt gewaarschuwd voor scènes die kinderen mogelijk eng vinden. Toch komen zes groepjes op basis van de Nicam-lijsten uit op een advies van 12 jaar en ouder, vier op 16 jaar en
ouder. Verwondering alom. ‘Dat kan nooit!’ ‘Kinderen willen op deze leeftijd graag stoer zijn’, zegt Sneller later in de lerarenkamer. ‘Ze geven niet toe dat beelden eng zijn. Maar als je zo’n kijkwijzer met z’n tweeën invult voel je je veiliger. Dan merk je dat kinderen van 10 nog helemaal niet zo groot zijn als ze zich voordoen.’ De leeftijd waarop kinderen met talloze vormen van oude en nieuwe media in aanraking komen daalt snel. Zo heeft de helft van de 10-jarigen momenteel al een mobieltje, blijkt uit onderzoek van de website Mijn Kind Online. In de klas van juf Sneller hebben 18 van de 23 kinderen een eigen Hyves-pagina, 16 leerlingen blijken meer dan 75 vrienden te hebben op Hyves, 9 kinderen zeggen geregeld een chatprogramma te gebruiken en 12 hebben een eigen telefoon, vaak met een camera. Internet op mobiel komt nog niet
te maken heeft het liefst verbieden. Maar die mensen vergeten dat het een integraal onderdeel uitmaakt van het leven van een 10-jarige.’
Mediawijsheid Media-educatie is een betrekkelijk nieuw fenomeen. Een flink aantal basis- en middelbare scholen, bibliotheken, jeugdorganisaties en overheden maakt gebruik van docenten die zijn opgeleid door de Nationale Opleiding MediaCoach, een ideëel opleidingsinstituut op het gebied van
Media-educatie is door het ministerie van Onderwijs niet opgenomen in de kerndoelen van het basisonderwijs. ‘Het is aan de scholen om hier aandacht aan te besteden’, zegt Paula Ligtenberg (42), coördinator van de medialessen op de school in Gorssel. Zij nam het initiatief om de hulp van de mediacoaches in te roepen. Het merendeel van deze gastdocenten richt zich op de onderbouw van het middelbaar onderwijs, maar volgens Ligtenberg is het verstandig eerder te beginnen. ‘Rond hun 10de zijn kinderen steeds beter in staat onderscheid te maken tussen fantasie en realiteit – en op die leeftijd zijn ze nog heel open’, zegt ze. ‘Als je vraagt wat ze met hun computer doen is dat bespreekbaar. Op de middelbare school houden de kinderen dat eerder voor zichzelf. Ik merk dat mijn zoon van 11 zich
media-educatie, waarin onder meer de Nationale Academie voor Media & Maatschappij, stichting De Kinderconsument en de openbare bibliotheken samenwerken. De post-hbo-opleiding, gesubsidieerd door de Europese Commissie, levert coaches af die cursussen of gastlessen geven in het omgaan met media en reclame.
>
bespreekbaar wat-ie met zijn computer doet‘
BESTSELLERS 2010 Dit zijn de bestverkochte producten in de Volkskrant Webwinkel van het afgelopen jaar. Wij wensen u een gelukkig nieuw jaar en zien u graag weer terug in 2011!
1
BOEKEN
MUZIEK
DVD’S
DE WERELD VAN
1
APRÉS LA PLUIE
1
WALLANDER 4
2
THE BOB DYLAN 70S
2
LIFE (DVD)
3
THE KILLING 2
4
LE COSE CHE RESTANO
5
LA LINEA
6
KIJKEN IN DE ZIEL
ERIC CARLE
4 CD-BOX € 19,95
7 DVD-BOX € 29,95
3 boekjes € 19,95
2 3
RIMPELS Striproman € 14,95 MEIVLIEGERS & ONZE VLIEGERS
COLLECTION 10 CD-BOX € 39,95
3
MUSICA HUMANA I
wat dat betreft al meer terugtrekt.’ Die leeftijd luistert nauw, want bij te jonge kinderen komt de boodschap niet aan. Ligtenberg: ‘Mijn dochter van 8 heeft nog geen kaas gegeten van het verschil tussen fantasie en realiteit. Maar mijn zoon is al veel bewuster. Als hij een film kijkt vraagt hij: staan ze daar nou aan de andere kant met alle camera’s?’ Ligtenberg werkt met Sieders aan een lesprogramma waarmee de docenten zelf de medialessen moeten verzorgen. De lessen gaan niet alleen over online privacy of het nut van de Kijkwijzer, maar bijvoorbeeld ook over beeldvorming in de media. ‘Denk aan het effect van bewerkte foto’s van modellen in tijdschriften’, zegt Sieders. ‘Je kunt de klas twee foto’s van zangeres Beyoncé laten zien: een tijdens een fotoshoot en een zoals die uiteindelijk is afgedrukt. Dat is een leuk zoek-de-verschillen-spelletje.’ Ook belangrijk: kinderen onderscheid leren maken tussen reclame en de objectieve informatie waarnaar ze eigenlijk zoeken. Het is immers duidelijk dat kinderreclame
46
‘Kinderen zien iets bewegen op hun computerscherm en klikken’
NIETZSCHE
5
4 OUWE SPROOKJES
4
Striproman € 19,-
Luisterboek 4 CD-BOX
LOST AND FOUND
€ 19,95
2 DVD-BOX € 19,95
(Leo Blokhuis en Ricky Koole)
2 CD-BOX € 16,95
5
4 DVD-BOX € 24,95
3 CD-BOX € 19,95
DVD+boek € 19,95
4
5 DVD-BOX € 24,95
2 DVD-BOX € 14,95
TOOTS THIELEMANS European Quartet Live
CD € 19,95
PSYCHIATERS 2 DVD-BOX € 19,95
zich al lang niet meer beperkt tot een blok op Nickelodeon. Sieders: ‘Kinderen zien iets bewegen op hun computerscherm, ze klikken en voor je het weet zitten ze in een reclame. Dat is niet erg, maar het is wel belangrijk om kinderen het besef te geven wat ze onder ogen krijgen. Ze vertellen wat ze precies zien en wat die beelden met ze kunnen doen.’ Ondertussen is groep 7 druk aan de slag met het leukste onderdeel van de les: het ontwerpen van hun eigen Kijkwijzersymbolen. Thomas tekent een gebroken hart. In de ene helft een jongen, in de andere helft een meisje. ‘Ik ken grote mensen bij wie dat laatst is gebeurd’, zegt hij. ‘Dat was niet zo leuk.’ Een ander jongetje maakt een symbool voor films met wapens: een boksbeugel, mes, pistool en honk-
balknuppel. Aan de andere kant van zijn tekenblaadje staat een lachend gezichtje. ‘Dat vind ik altijd een leuke combinatie’, zegt hij. ‘Grappige films met wapens, zoals Gangsterboys.’ Kick maakt een symbool met ‘lijken en doden’. In films is dat toch nep, weet hij, en dan is het juist leuk. ‘Maar soms vergeet je dat het nep is.’ Zijn zelfbedachte symbool zou je goed voor een film als Sint kunnen gebruiken, denkt hij. Want waar die film over gaat weet hij maar al te goed; hij herinnert zich de filmtrailer die hij onlangs op YouTube zag: ‘Iedereen denkt dat Sinterklaas op 5 december jarig is, maar in de film zie je dat hij toen juist is doodgegaan.’ Hij zwijgt even en vraagt dan: ‘Is dat in het echt ook zo?’ Nee, stelt Sieders gerust. Grapje van de filmmakers. ‘Ah’, zegt Kick. ‘Dacht ik al.’ <
6
GESCHIEDENIS VAN DE FILOSOFIE € 39,95
6
Luisterboek 5 CD-BOX
7
JOHNNY CASH
8
KNOFJE PAKKET
Striproman € 14,95
ERIC CLAPTON 6 essential albums
6 CD-BOX € 29,95
7
MAHLER CONCERTGEBOUW ORKEST
7
NEDERLANDS-INDIË
8
WALLANDER 3
9
THE KILLING
2 DVD-BOX € 14,95
6-DVD-BOX € 24,95
12 CD-BOX € 29,95 Luisterboek+DVD+pop € 15,-
8
MUSIQUE FANTASTIQUE 2 CD-BOX € 14,95
9
CULINAIRE KALENDER 2011 Boek € 14,99
10
I HAVE A DREAM Boek
€ 25,-
9 10
5 DVD-BOX € 29,95 VOLKSKRANT FILM FESTIVAL 6 10 DVD-BOX € 69,-
FELA KUTI 2 CD +DVD
10
€ 19,95
CAMBRIDGE PASSION 7 CD + 3 DVD € 29,95
volkskrant.nl/webwinkel
hersenonderzoek
Een brein van 10 jaar is nog niet klaar Kinderen van 10 staan op het punt afscheid te nemen van hun kindertijd, maar overschat ze niet, zegt neuropsycholoog Jelle Jolles. 10-jarigen moeten nog veel leren, zoals zelfreflectie, abstract denken en impulsen beheersen. Soms gaat dat snel, soms duurt het even. ‘Jongens hebben meer tijd nodig om het deksel op de pan te krijgen.’
E
r zijn 10-jarigen in soorten en maten. Wat overheerst op het tiende levensjaar? ‘In de kindertijd leeft het kind in een beperkte wereld: het gezin, opa en oma, de buurt, school, de weg naar de supermarkt. Bij meisjes gaat het brein vanaf 9 of 10 jaar hormonen aansturen die het lichaam, het brein en ook het gedrag veranderen. In die periode krijgen meisjes nog meer sociale interesse. Ze krijgen vriendjes en vriendinnetjes. Jongens zijn wat later. Wanneer bij hen de puberteit begint, worden ze snel motorisch vaardiger, ondernemender en exploratiever. Ze willen van het gebaande pad af.’ Jelle Jolles (61), hoogleraar hersenen, gedrag en educatie aan de Vrije Universiteit Amsterdam, doet als neuropsycholoog en neurowetenschapper onderzoek naar kinderbreinen. Jolles, tevens directeur van het Centrum Brein en Leren, publiceerde in september Ellis en het verbreinen (Neuropsych Publishers, 2010) over de ontwikkeling van kind en tiener. ‘Ik kan niet genoeg benadrukken dat de verschillen tussen kinderen enorm zijn. De ene 10-jarige zou zo naar de middelbare school kunnen. Terwijl de ander nog veel sturing nodig heeft om te leren impulsen te bedwingen. Veel jongens hebben meer tijd nodig om het deksel op de pan te krijgen. Ze zijn nog speels en reageren direct op prikkels uit de omgeving.’ Welk deel van het brein is op 10-jarige leeftijd klaar? ‘In de kindertijd ontwikkelen zich eerst vaardigheden zoals horen en zien, motorische vaardigheden en taal. Rond het tiende jaar zet de ontwikkeling van het abstract denken, leren logisch denken en redeneren goed door. Dat wil zeggen: bij kinderen in een stimulerende omgeving met hoogopgeleide ouders. Bij kinderen van
48 tekst Margreet Vermeulen
illustratie Martyn F. Overweel
lageropgeleide ouders gebeurt dat later. Kennelijk is de omgeving mede bepalend voor de uitgroei van het brein. We raken er steeds meer van doordrongen dat er bij de geboorte alleen een bouwtekening in de genen is vastgelegd. Het ligt vervolgens aan de aannemer – de ouders, de omgeving en de docenten – hoe effectief er met die blauwdruk wordt omgesprongen. Bijvoorbeeld: het kind heeft volgens de bouwtekening een IQ van tussen de 80 en de 140. Het zijn dan de omgevingsfactoren die bepalen of het een IQ krijgt van 90, 100 of 130.’ Ouders hebben dus een grote invloed? ‘Ja, ook een positieve invloed. En we krijgen steeds meer inzicht hoe je je kinderen het best kunt begeleiden. Door ze de consequenties van hun handelen te leren zien. Niet door te zeggen: als je te laat thuis komt, pakken we je zakgeld af. Maar: als jij te laat thuiskomt, wordt mama zenuwachtig dat er misschien iets met je is gebeurd. Dan voelt mama zich net zoals jij je voelde toen je je pop een hele dag kwijt was. ‘Laatst sprak ik een moeder die klaagde dat haar dochter van 11 make-up gebruikt, hakken draagt en er te sexy uit wil zien. Het heeft geen zin om te roepen: haal die verf van je gezicht. Het heeft wel zin om met je kind te praten over hoe mannen en jongens op je reageren als je er zo uit ziet. Of ze naar je fluiten en of dat prettig is of niet. Dan laat je het kind zien wat de gevolgen zijn van zijn gedrag. Laat je kind zich een voorstelling maken van de manier waarop anderen het beoordelen. Dan nog kan het – binnen grenzen – zijn eigen weg gaan. Maar dan heb je als ouders een bijdrage geleverd aan het proces van persoonlijke groei.’ Wat zijn gunstige omgevingsfactoren? ‘Een stabiele omgeving. Ouders die het kind emotioneel en intellectueel steunen. Daarvoor hoef je heus geen Aristoteles te lezen, maar als je kind een vliegtuig aan het knutselen is, dan helpt het om te vragen hoe hij de vleugel aan de romp gaat vastmaken en om subtiel een alternatieve aanpak te opperen als dat nodig is. Kinderen van hoogopgeleide ouders zijn daarbij in het voordeel. ‘Een instabiel gezin is ongunstig. Evenals gestreste ouders, want dat brengen ze over; kinderen met stresshormonen in hun brein zien veel gevaar. Een deel van hun werkgeheugen zit vol met angst en rommel. Dat remt de ontwikkeling; er is te weinig ruimte in hun brein.’ Waarom is het voor 10-jarigen belangrijk om te kunnen abstraheren? ‘Neem een kind dat wordt gepest. Als het kan >
5 x 10+: de schaker
‘Het klassieke schoolsysteem haalt de nieuwsgierigheid uit kinderen’
abstraheren, kan het verbanden zien tussen de situaties waarin het gepest wordt. Het wordt gepest op school, in de sportkantine en op straat. Maar niet op het voetbalveld. En zo kan een kind tot de ontdekking komen dat hij geplaagd wordt als hij praat, dus dat hij misschien te veel praat. ‘Abstractievermogen is ook nodig om verbanden tussen feiten te kunnen leggen en in te zien wanneer je je ergens prettig voelt en wanneer niet. Kinderen die kunnen abstraheren, varen makkelijker hun eigen koers. Dan is de kans op meeloopgedrag minder groot.’ Zijn de meeste 10-jarigen volgzame kinderen? ‘Er zit een premie op luisteren naar je ouders. Het kind moet leren volgen om te voorkomen dat het in het water valt of door een auto wordt overreden. Maar het grappige is dat het brein ook een premie zet op nieuwe dingen doen en ontdekken. Dat nieuwigheidsmachientje in het brein zegt: van papa en mama mag ik niet over het hek, maar het is daar kennelijk interessant en dat betekent dat ik juist wel over dat hek moet. ‘Het kind zit zijn hele jeugd in een spagaat. Het moet luisteren, maar het wil eigenlijk niet luisteren. Nieuwsgierigheid zit in onze genen en de samenleving heeft die ook hard nodig; in de wetenschap, in het bedrijfsleven. We moeten die ondernemingszin niet te veel willen afremmen. ‘Dé 10-jarige bestaat niet. Er zijn enorme individuele verschillen, en we zijn geneigd te overschatten wat kinderen van 10 begrijpen. De meesten zijn behoorlijk taalvaardig. Ze kletsen je de oren van het hoofd over dinosauriërs, planeten of het Guinness Book of World Records, maar dat wil niet zeggen dat ze ook begrijpen wat ze zeggen. Dat is voor ouders verwarrend. Als je tegen een 10-jarige zegt: jij gaat nu eerst dit en dat doen en daarna zus en zo, dan kunnen ze dat prima samenvatten. Maar die opdrachten begrijpen, omzetten in handelingen en in de juiste volgorde afwerken, is wat anders. Het pad in de hersenen dat daarvoor nodig is, is nog niet klaar.’ Een kind kan toch ook de boel saboteren, lekker doen wat het zelf wil? ‘Sabotage – expres dingen anders doen – komt op die leeftijd, en dat is een vrij nieuw inzicht, niet vaak voor. Sabotage is een ingewikkeld psychologisch proces waarvoor je moet kunnen evalueren wat je zelf wilt en wat anderen van je willen, om vervolgens te bedenken hoe je eronderuit komt. Daarvoor moet je dus een plan hebben. Alleen dat al is voor een 10-jarige te veel gevraagd, evenals het denken vanuit het perspectief van iemand anders.’
50
Ze begrijpen niet dat vader boos wordt als het huiswerk blijft liggen? ‘Klopt. Ze begrijpen wel wat vader zegt, maar ze hebben er niet de beleving bij. Ze zijn nog niet in een fase waarin ze emoties van anderen kunnen inschatten. Uitzonderingen daargelaten. Je kunt kinderen natuurlijk drillen en bombarderen met jouw emoties: ‘Hier wordt mama erg verdrietig van Jantje’, waardoor het kind verstijft van angst en een schuldgevoel ontwikkelt. Maar dat is niet de bedoeling. Je moet het jeugdig enthousiasme en de leergierigheid niet in de kiem smoren. Daarom is opvoeden een lastige klus. Je moet kinderen de kans geven ervaringen op te doen, zowel positieve als negatieve. Ze moeten kunnen ervaren dat het pijnlijk is je knie kapot te vallen. Maar je kunt ze ook weer niet te veel risico laten lopen. Daarom is het zo mooi dat we veel nieuwe inzichten opdoen in de pedagogiek, de psychologie en de hersenwetenschap.’ Hersenwetenschapper Eveline Crone, auteur van Het puberende brein, relativeert het praktische belang van breinwetenschap. ‘Dat geldt voor het onderzoek met behulp van hersenscans. Dat levert inzichten op over hoe het brein werkt. Maar de hersenwetenschap is breder en kent ook disciplines die ons inzicht bieden in de combinatie hersenen en gedrag. Bovendien ontlenen we veel kennis aan onderzoek naar kinderen met wie het niet goed gaat. Denk aan kinderen die somber zijn, met leerproblemen kampen of slecht slapen. Ik verwacht dat we in de nabije toekomst concretere opvoedingsadviezen kunnen geven doordat het beter lukt al die kennis uit verschillende hoeken samen te voegen.’ Remmen we rebelse kinderen te veel af? ‘Het klassieke schoolsysteem haalt de nieuwsgierigheid uit kinderen. Ze in het gareel krijgen staat vaak op de eerste plaats. Soms zijn ouders panisch over alles wat hun kind kan overkomen waardoor een kind het idee krijgt dat alles in potentie gevaarlijk is. Gelukkig zijn er altijd kinderen die zich daaraan niet storen. Maar die lopen weer andere risico’s: om met de politie in aanraking te komen, lage schoolcijfers te halen of ten onrechte het stempel ADHD te krijgen. Ik noem dat langzaam groeiende bomen. Maar ook trage bomen kunnen de hoogste worden. Het is alleen lastig voor ouders om daarmee om te gaan, zeker als ze zien dat hun kind achter lijkt te blijven.’ Zijn rebelse kinderen niet gewoon stout? ‘Kinderen hebben zelden slechte bedoelingen. Ze willen dingen ontdekken, zijn ondernemend. Ouders moeten die energie kanaliseren en grenzen stellen, maar wel zo dat het kind wordt uitgedaagd. Voor de ouders is het zwaar. Die moeten alert zijn, maar een rebels kind kan met de juiste steun, sturing en inspiratie ver komen.’ Volgzaamheid is niet altijd een deugd? ‘Nee. Een 10-jarige die passief en volgzaam is, is kwetsbaar. Die ontleent zijn ego vaak nog aan zijn omgeving. Maar zet niet te snel een stempel op een kind. Geef het de tijd. Een paar jaar later kan een kind opeens een ondernemend wezen zijn. Je persoonlijkheid en hoe je in de wereld staat, is geen eeuwigdurend gegeven. Je verandert al naar gelang wat er op je pad komt. Het idee dat het karakter zo ongeveer gevormd wordt in de baarmoeder of tijdens de eerste levensjaren is echt onzin.’ <
Rare sprongen Anna-Maja Kazarian (10) is 18-voudig Nederlands kampioen schaken en werd onlangs 3de op de wereldkampioenschappen. Ze woont met haar ouders, twee zussen en een nichtje in Heerenveen. ‘Op mijn 6de waren we tijdens een vakantie in Georgië bij mijn opa op bezoek. Hij liet me op één dag vier spelletjes zien: domino, backgammon, dammen en schaken. De volgende dag vroeg hij welk spel ik het leukst vond. Ik zei: schaken. Toen heeft hij me leren schaken. Eerst vertelde hij me hoe alle stukken heten en toen legde hij uit hoe de stukken moesten bewegen. Dat laatste vind ik het leukst aan schaken. Vooral hoe de dame en het paard bewegen. De dame kan bijna overal naartoe en het paard maakt van die rare sprongen. Toen ik thuiskwam van de vakantie naar Georgië, ben ik meteen lid van een schaakclub geworden. Eerst was ik nog niet zo goed, maar twee jaar later was ik al zeven keer Nederlands kampioen. Als ik tegen volwassenen speel verlies ik soms. Maar dat vind ik niet erg, want ik weet: zij hebben meer ervaring.’
fotografie Koos Breukel tekst Loes Reijmer