VERKENNEND BODEMONDERZOEK BAEXEMERWEG 40 TE GRATHEM GEMEENTE LEUDAL
Verkennend bodemonderzoek Baexemerweg 40 te Grathem in de gemeente Leudal
Opdrachtgever
BRO Tegelen Industriestraat 94 5931 PK Tegelen
Project Rapportnummer
LEU.BRO.NEA 12041345
Status
Eindrapportage
Datum
26 september 2012
Vestiging
Swalmen
Opsteller
Ing. J.A. Peters
Paraaf
Kwaliteitscontrole
Drs. E. Hartingsveld
Paraaf
Kwaliteitszorg Econsultancy is lid van de Vereniging Kwaliteitsborging Bodembeheer (VKB). De VKB is een vereniging van bodemadviesen -onderzoeksbureaus en heeft als doel kwaliteitsborging en continue verbetering van de dienstverlening van haar leden op het gebied van bodembeheer. Het VKB keurmerk geeft opdrachtgevers de zekerheid dat het uitvoerend bureau werkt conform de eisen die de VKB aan haar leden stelt op het gebied van competenties en integriteit van medewerkers en het toepassen van vigerende normen en onderzoeksprotocollen. Econsultancy werkt volgens een dynamisch kwaliteitssysteem, zoals beschreven in het kwaliteitshandboek. Ons kwaliteitssysteem is gecertificeerd volgens de kwaliteitsborgingsnormen van de NEN-EN-ISO 9001:2008. Betrouwbaarheid Dit bodemonderzoek is op zorgvuldige wijze uitgevoerd conform de toepasselijke en van kracht zijnde regelgeving. Een bodemonderzoek wordt in zijn algemeenheid echter uitgevoerd door het steekproefsgewijs bemonsteren van de bodem, waardoor het, op basis van de resultaten van een bodemonderzoek, onmogelijk is garanties af te geven ten aanzien van de milieuhygiënische bodemkwaliteit. Daarnaast betreft het bodemonderzoek een momentopname. Econsultancy accepteert derhalve op voorhand geen aansprakelijkheid ten aanzien van mogelijke beslissingen die de opdrachtgever naar aanleiding van het door Econsultancy uitgevoerde bodemonderzoek neemt. In dit kader dient ook opgemerkt te worden dat geraadpleegde bronnen niet altijd zonder fouten en volledig zijn. Daar Econsultancy voor het verkrijgen van historische informatie afhankelijk is van deze bronnen, kan Econsultancy niet instaan voor de juistheid en volledigheid van deze informatie.
INHOUDSOPGAVE 1.
INLEIDING .................................................................................................................................. 1
2.
VOORONDERZOEK................................................................................................................... 1 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 2.8 2.9 2.10 2.11
Geraadpleegde bronnen ................................................................................................... 1 Afbakening onderzoekslocatie vooronderzoek ................................................................. 2 Historisch en huidig gebruik onderzoekslocatie ............................................................... 2 Calamiteiten ...................................................................................................................... 4 Uitgevoerd(e) bodemonderzoek(en) op de onderzoekslocatie ........................................ 5 Belendende percelen/terreindelen.................................................................................... 6 Terreininspectie ................................................................................................................ 6 Toekomstige situatie ......................................................................................................... 6 Informatie lokale of regionale achtergrondgehalten ......................................................... 6 Bodemopbouw .................................................................................................................. 7 Geohydrologie .................................................................................................................. 7
3.
CONCLUSIES VOORONDERZOEK (ONDERZOEKSOPZET) ................................................. 7
4.
VELDWERK ................................................................................................................................ 8 4.1 4.2
4.3
5.
LABORATORIUMONDERZOEK ................................................................................................ 9 5.1 5.2 5.3
6.
Algemeen.......................................................................................................................... 8 Grondonderzoek ............................................................................................................... 8 4.2.1 Uitvoering veldwerk ............................................................................................ 8 4.2.2 Zintuiglijke waarnemingen .................................................................................. 8 Grondwateronderzoek ...................................................................................................... 8 4.3.1 Uitvoering veldwerk ............................................................................................ 8 4.3.2 Bemonstering ..................................................................................................... 9
Uitvoering analyses .......................................................................................................... 9 Toetsingskader ................................................................................................................. 9 Resultaten grond- en grondwatermonsters .................................................................... 11
SAMENVATTING, CONCLUSIES EN ADVIES ........................................................................ 12
BIJLAGEN: 1. 2a. 2b. 2c. 3. 4a. 4b. 5. 6.
- Topografische ligging van de locatie - Locatieschets - Foto's onderzoekslocatie - Kadastrale gegevens - Boorprofielen - Analyserapporten - Getoetste analyseresultaten - Toetsingskader Circulaire Bodemsanering - Geraadpleegde bronnen 12041345 LEU.BRO.NEA
1.
INLEIDING
Econsultancy heeft van BRO Tegelen opdracht gekregen voor het uitvoeren van een verkennend bodemonderzoek aan de Baexemerweg 40 te Grathem in de gemeente Leudal. Het bodemonderzoek is uitgevoerd in het kader van de voorgenomen herontwikkeling met nieuwbouw op de onderzoekslocatie, alsmede een bestemmingsplanherziening. Het verkennend bodemonderzoek heeft tot doel met een relatief geringe onderzoeksinspanning vast te stellen of op de onderzoekslocatie een grond- en/of grondwaterverontreiniging aanwezig is, teneinde te bepalen of er milieuhygiënische belemmeringen zijn voor de voorgenomen realisatie van de plannen alsmede alsmede de bestemmingsplanherziening. Het vooronderzoek is verricht conform de NEN 5725:2009 "Bodem - Landbodem - Strategie voor het uitvoeren van vooronderzoek bij verkennend en nader onderzoek". Het bodemonderzoek is uitgevoerd conform de NEN 5740:2009 "Bodem - Landbodem - Strategie voor het uitvoeren van verkennend bodemonderzoek - Onderzoek naar de milieuhygiënische kwaliteit van bodem en grond". Het veldwerk en de bemonstering zijn verricht onder certificaat op grond van de BRL SIKB 2000 "Veldwerk bij milieuhygiënisch bodemonderzoek", protocollen 2001 en 2002. De analyseresultaten zijn getoetst aan het toetsingskader van VROM (Circulaire bodemsanering 2009) en aan de achtergrondwaarden voor grond uit de Regeling bodemkwaliteit (bijlage B, tabel 1), VROM, 2007. Tevens is rekening gehouden met de achtergrondgehalten in de grond, zoals deze door de gemeente Leudal zijn vastgesteld in de Nota Bodembeheer 2011-2021 Regio Maas en Roer. Econsultancy is onder meer gecertificeerd voor de protocollen 2001 en 2002 van de BRL SIKB 2000. In dat kader verklaart Econsultancy geen eigenaar van de onderzoekslocatie te zijn of te worden.
2.
VOORONDERZOEK
2.1
Geraadpleegde bronnen
De informatie over de onderzoekslocatie is gebaseerd op de informatie zoals die is verzameld tijdens het reeds uitgevoerde vooronderzoek (rapportnummer 12031219 LEU.BRO.HIS; d.d. 11 mei 2012). Derhalve is niet opnieuw informatie bij de gemeente opvraagt. De informatie zoals opgenomen in hoofdstuk 2, is afkomstig van het reeds gerapporteerd vooronderzoek. Van de locatie en de directe omgeving zijn destijds uit verschillende informatiebronnen gegevens verzameld over:
het historische, huidige en toekomstige gebruik; eventuele calamiteiten; eventueel eerder uitgevoerde bodemonderzoeken; de bodemopbouw en geohydrologie; verhardingen, kabels en leidingen.
Bijlage 6 geeft een overzicht van de geraadpleegde bronnen.
12041345 LEU.BRO.NEA
Pagina 1 van 12
2.2
Afbakening onderzoekslocatie vooronderzoek
Het vooronderzoek omvat de onderzoekslocatie en direct hieraan grenzende percelen binnen een afstand van 25 meter. De onderzoekslocatie ligt aan de Baexemerweg 40, circa 1,5 km ten noorden van de kern van Grathem in de gemeente Leudal (zie bijlage 1) en is kadastraal bekend gemeente Heythuysen, sectie V, nummer 135 (zie bijlage 2c). Volgens de topografische kaart van Nederland, kaartblad 58 C, (schaal 1:25.000), bevindt het maaiveld zich op een hoogte van circa 27,5 m +NAP en zijn de coördinaten van de onderzoekslocatie X = 188.140, Y = 357.500. 2.3
Historisch en huidig gebruik onderzoekslocatie
Volgens de Grote Historische Atlas van Nederland, deel 4 "Zuid Nederland 1838-1857", kaartblad 58, 1990 (schaal 1:50.000), was de locatie reeds deels bebouwd. De omgeving van de onderzoekslocatie was destijds in agrarisch gebruik en werd extensief bewoond. Tot 1988 is dit gebruik van de onderzoekslocatie niet wezenlijk veranderd. De onderzoekslocatie staat bekend als Manege Meertenhof. De locatie is bebouwd met een manege met paardenboxen (39 stuks). Verder is de locatie bebouwd met een woonhuis. Op het terrein zijn 2 stapmolens, meerdere paardenweien en groenstroken aanwezig. Rondom de manege, de toerit en parkeerterrein is plaatselijk een (relatief nieuwe) puinverharding van menggranulaat aangebracht. Volgens de heer E. Patist is deze verhardingslaag begin 2012 aangebracht. Uit de vrachtbonnen zoals die zijn opgenomen in het vooronderzoek van mei 2012, blijkt dat het menggranulaat in november en december 2011 en januari 2012 is aangevoerd. Direct ten noorden van de manege is een klinkerverharding aanwezig waarop een vrachtwagen staat geparkeerd. Ten oosten van de manege is een deel verhard met beton, evenals de naastgelegen mestvaalt. Aan de westzijde van de manege is een tegelverharding gelegen. De parkeerplaats is grotendeels voorzien van een grindverharding. Direct naast de parkeerplaats bevinden zich twee bovengrondse propaangastanks (inhoud onbekend) met omheining. Naast deze omheining is nog een berg menggranulaat gelegen, welke vermoedelijk een restant is van de recentelijk aangebrachte puinverharding op het terrein. De toegangsweg tot het terrein is grotendeels verhard met asfalt en menggranulaat. De toerit tot het woonhuis is eveneens deels verhard met menggranulaat. De directe omgeving van het woonhuis is echter voorzien van een klinkerverharding. In het verleden is een ander woonhuis op de onderzoekslocatie aanwezig geweest. Dit pand is in het verleden (vóór 1998) door een gasexplosie verwoest en is vervolgens gesloopt. Het puin is afgevoerd en het woonhuis is destijds herbouwd. Momenteel is ook dit woonhuis niet meer aanwezig en ter plaatse is een van de twee vijvers gelegen, alsmede een groenstrook. Nabij dit voormalige woonhuis heeft volgens eerder uitgevoerd onderzoek een ondergrondse HBO-tank gelegen. De exacte locatie van deze tank is echter niet bekend. Ook bij de gemeente Leudal is niets bekend over deze voormalige tank. Ten westen van de manege bevindt zich een berg zand van onbekende herkomst. In bijlage 2a is de huidige situatie op een locatieschets weergegeven. Bijlage 2b bevat enkele foto's van de onderzoekslocatie. Volgens eerder uitgevoerd onderzoek en volgens de controles die op de onderzoekslocatie zijn uitgevoerd heeft op de onderzoekslocatie tevens opslag van chemisch afval (200 l.), stalling van een vrachtauto en opslag van sloopauto’s plaatsgevonden.
12041345 LEU.BRO.NEA
Pagina 2 van 12
Op 13 februari 1980 is een Hinderwetvergunning verleend voor Manege Meertenhof voor het oprichten en in werking hebben van een propaangas-installatie voor de verwarming van de manege. Op 19 oktober 1998 is aan Jordens Trading bv een nieuwe, de gehele inrichting omvattende vergunning verleend voor een paardenhouderij. In de vergunning is ondermeer een bovengrondse propaangastank (8.000 l.; plaatsing onbekend; keuring uit 1991 bekend) en een bovengrondse dieseltank (1.500 l.) in lekbak opgenomen. Deze bovengrondse dieseltank bevond zich destijds inpandig in de manege. Volgens de heer Patist is deze bovengrondse dieseltank begin 2012 uit de manege verwijderd. Hiervoor is volgens hem een KIWA-certificaat opgesteld, welke mogelijk nog niet in het milieudossier van de gemeente Leudal was opgenomen ten tijde van het dossieronderzoek op 3 april 2012. Er is een nieuwe bovengrondse dieseltank geplaatst (800 à 900 l.), welke zich momenteel buiten de manege, nabij de mestvaalt bevindt. De tank is gesitueerd in een lekbak, in een kunststof tuinhuisje. Deze nieuwe tank wordt door de gemeente Leudal niet gezien als een verdacht deellocatie aangezien de voorwaarden uit de vergunning of melding genoeg zekerheid bieden voor een verwaarloosbaar bodemrisico. Uit het milieudossier van de gemeente Leudal blijkt dat er in het verleden verschillende milieucontroles zijn verricht in verband met de milieuvergunningen. Tabel I geeft een opsomming van de uitgevoerde milieucontroles. Tabel I.
Uitgevoerde milieucontroles
Datum
Uitvoerder
Gebreken met betrekking tot bodem geconstateerd?
1 juli 1996
W. Boonen / R. Caris
14 januari 1997
W. Boonen
Geen gebreken met betrekking tot de bodem
22 december 1999
Onbekend
Er dient een bodemonderzoek uitgevoerd te worden
27 augustus 2002
W. Boonen
Geen gebreken met betrekking tot de bodem
Chemisch afval die zo spoedig mogelijk dient afgevoerd te worden Gebouw 4 is in het verleden afgebrand (onbekend welk gebouw dit betreft, vermoedelijk het voormalige woonhuis) De vloer ter plaatse van de mestvaalt is niet van beton De wasplaats is niet omgeven door een opstaande rand Er vindt opslag van olievaten plaats Er vindt opslag van autowrakken plaats
Tabel II geeft een opsomming van de verleende bouwvergunningen voor de onderzoekslocatie. Tabel II.
Verleende bouwvergunningen Jaartal
Omschrijving
1973
verbouwen van de bestaande boerderij met bedrijfsgebouwen
1974
bouw van een kegelbaan met toiletruimte
1978
bouw van een manege met toebehoren
1994
veranderen van een restaurant in bedrijfswoning
1998
bouwen van een nieuwbouw woning
Uit bestudering van luchtfoto's (Luchtfoto’s Limburg, d.d. 27 maart 1989 en 2003) en historisch kaartmateriaal blijkt dat bebouwing in 2003 reeds was zoals in de huidige situatie, met uitzondering van het feit dat het voormalige woonhuis reeds is gesloopt. In 1989 was echter de bebouwing ten behoeve van het woonhuis nog zoals in de oude situatie. De verkaveling is sinds 2004 niet veranderd. Verder blijkt uit de geraadpleegde bronnen geen aanwezigheid van ophogingen of dempingen.
12041345 LEU.BRO.NEA
Pagina 3 van 12
De tabellen IIIa en IIIb geven een beschrijving van de onderzoekslocatie in verschillende periodes. Tabel IIIa.
Historisch gebruik van de onderzoekslocatie (periode 1800-1860) Bron
Periode
Kaartblad
Schaal
Grote Historische Provincie Atlas, Limburg
1837-1844
200
1 : 25.000
bebouwing aanwezig ter plaatse van huidige parkeerplaats, verder onbebouwd en in agrarisch gebruik
agrarisch gebied
Grote Historische Atlas van Nederland, deel 4, ZuidNederland
1838-1857
58
1 : 50.000
bebouwing aanwezig ter plaatse van huidige parkeerplaats
agrarisch gebied
Tabel IIIb.
Omschrijving onderzoekslocatie
Bijzonderheden/ directe omgeving
Historisch gebruik van de onderzoekslocatie (periode 1860-heden) Bron
Jaartal
Kaartblad
Schaal
Omschrijving onderzoekslocatie
topografische kaart
1896
745
1 : 25.000
kleine bebouwing op de locatie aanwezig, ongeveer ter plaatse van huidige parkeerterrein, toegangsweg tot locatie onverhard en meer westelijk gelegen
agrarische gebied, enkel hoofdwegen zijn verhard
topografische kaart
1913
745
1 : 25.000
deels bebouwd, deels agrarisch gebied en boomgaard
-
topografische kaart
1937
745
1 : 25.000
toegangsweg tot locatie als in huidige situatie
-
topografische kaart
1924
745
1 : 25.000
deels bebouwd
-
topografische kaart
1953
58C
1 : 25.000
deels bebouwd ter plaatse van huidige parkeerterrein met enkele gebouwen, verder in agrarisch gebruik en boomgaard
agrarische gebied, enkel hoofdwegen zijn verhard
topografische kaart
1958
58C
1 : 25.000
deels bebouwd
-
topografische kaart
1965
58C
1 : 25.000
deels bebouwd
-
topografische kaart
1979
58C
1 : 25.000
bebouwing uitgebreid
-
topografische kaart
1988
58C
1 : 25.000
manege als in huidige situatie gebouwd
-
topografische kaart
1996
58C
1 : 25.000
vijvers aangelegd, ten westen van manege is een opstal aanwezig, alsmede een toegangspad tot woonhuis en huidige parkeerplaats
-
topografische kaart
2000
58C
1 : 25.000
deel van de bebouwing gesloopt, vijvers aanwezig, evenals opstal ten westen van onderzoekslocatie
-
topografische kaart
2004
58C
1 : 25.000
bebouwing en vijvers op onderzoekslocatie conform huidige situatie
-
2.4
Bijzonderheden/ directe omgeving
Calamiteiten
Uit een in 1996 uitgevoerde controle blijkt dat gebouw 4 in het verleden is afgebrand. Vooralsnog is niet bekend waar dit gebouw gelegen was, maar vermoedelijk betreft dit het voormalige woonhuis op het perceel W 12. Voor zover bij de opdrachtgever bekend hebben zich op de onderzoekslocatie in het verleden verder geen calamiteiten met een bodembedreigend karakter voorgedaan. Ook uit informatie van de gemeente Leudal blijkt niet dat er zich in het verleden bodembedreigende calamiteiten hebben voorgedaan.
12041345 LEU.BRO.NEA
Pagina 4 van 12
2.5
Uitgevoerd(e) bodemonderzoek(en) op de onderzoekslocatie
Ingenieursbureau Van Limborgh Zuid bv heeft in 1997 een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd op de onderzoekslocatie (rapportnummer 3-38-252-2, d.d. 18 april 1997; zie bijlage 5 van het reeds afgerond vooronderzoek). Destijds zijn ter plaatse van de onderzoekslocatie in totaal 73 boringen verricht, waarvan in totaal 8 boringen zijn afgewerkt als peilbuis. De peilbuizen zijn destijds ter plaatse van “verdachte punten” geplaatst (lozingspunt van huishoudelijk afvalwater, voormalige ondergrondse HBO-tank, paardenmestopslag, gieruitloop van stallen en voormalige opslag van gevaarlijk afval en de ruïne van de voormalige woning). Zintuiglijk zijn destijds geen verontreinigingen aangetroffen. De bovengrond bleek destijds plaatselijk licht verontreinigd met zink. Ook de ondergrond bleek destijds plaatselijk licht verontreinigd met zink. Het grondwater bleek destijds plaatselijk licht tot matig verontreinigd met nikkel en licht verontreinigd met cadmium, chroom en zink. Econsultancy heeft ter plaatse van de onderzoekslocatie in 2000 een nulsituatie-bodemonderzoek uitgevoerd (rapportnummer 00011015 HEY/JOR/NUL, d.d. 14 april 2000; zie bijlage 6 van het reeds afgerond vooronderzoek). Destijds zijn ter plaatse van 5 deellocaties in totaal 12 boringen verricht. Zintuiglijk zijn hierbij plaatselijk bijmengingen met puin en kooltjes waargenomen. Hierbij een kort overzicht van de resultaten: Deellocatie A (Voormalige opslag chemisch afval): 3 boringen tot 1,0 m -mv. De bovengrond bleek destijds licht verontreinigd met PAK en EOX. Deellocatie B (Voormalige staanplaats van drie sloopauto’s): 3 boringen tot 1,0 m -mv. In de bovengrond zijn destijds geen verontreinigingen aangetroffen. Deellocatie C (Voormalige staanplaats van een vrachtauto): 3 boringen tot 1,0 m -mv. De bovengrond bleek destijds licht verontreinigd met minerale olie. Deellocatie D (Bovengrondse dieselolietank met tankplaats): 1 boring tot 1,0 m -mv en 1 peilbuis. In de bovengrond zijn destijds geen verontreinigingen met vluchtige aromaten en/of minerale olie aangetroffen. Het grondwater bleek destijds licht verontreinigd met xylenen en naftaleen. Deellocatie E (Voormalige locatie van ondergrondse HBO-tank): 1 peilbuis. In het grondwater zijn destijds geen verontreinigingen aangetroffen. Op 11 mei 2012 heeft Econsultancy een historisch vooronderzoek afgerond voor de gehele manege (rapportnummer 12031219 LEU.BRO.HIS). In deze rapportage zijn destijds drie deellocaties benoemd welke in het kader van de bestemmingsplanherziening aanvullend onderzocht zouden moeten worden: Puinverharding De recentelijk aangebrachte puinverharding (menggranulaat) is niet verdacht voor de parameter asbest, aangezien uit de certificaten blijkt dat het gewogen gehalte aan asbest in het menggranulaat maximaal 100 mg/kg bedraagt. Echter, aangezien er in het bodemonderzoek van 2000 al melding gemaakt wordt van een verharding met steenslag/gebroken asfalt en hiervan geen certificaten bekend zijn, kan niet uitgesloten worden dat deze laag ‘verdacht’ is voor de parameter asbest. Gezien het feit dat alhier vooralsnog geen ontwikkelingen zullen plaatsvinden én deze verharding met steenslag/gebroken asfalt in de huidige situatie is afgedekt met de recentelijk aangebrachte, niet met asbest verontreinigde, puinverharding, wordt het uitvoeren van aanvullend onderzoek vooralsnog niet noodzakelijk geacht. Indien alhier echter in de toekomst alsnog (graaf)werkzaamheden zullen worden uitgevoerd adviseert Econsultancy om op dat moment ter plaatse van deze ‘oude’ puinverharding een verkennend onderzoek asbest in puin (conform NEN 5897) uit te voeren. Voormalige bovengrondse dieseltank Vooralsnog is er geen KIWA-certificaat bekend van de voormalige bovengrondse dieseltank in de manege, nabij de stalboxen. Volgens de heer Patist is deze tank begin 2012 verwijderd. In het verleden is deze tank al eens als separate deellocatie onderzocht (2000), waarbij er in de bovengrond destijds geen verontreinigingen met vluchtige aromaten en/of minerale olie zijn aangetroffen. Het grondwater bleek destijds echter wel licht verontreinigd met xylenen en naftaleen. Gezien het feit dat deze tank tot 2012 in gebruik is geweest en indien er geen KIWA-certificaat van deze tanksanering
12041345 LEU.BRO.NEA
Pagina 5 van 12
aanwezig is, blijft deze deellocatie verdacht voor de parameter minerale olie. Econsultancy adviseert derhalve om de locatie van de voormalige bovengrondse tank te onderzoeken volgens de strategie voor een "verdachte locatie met plaatselijk bodembelasting en met een duidelijke verontreinigingskern" (VEP). Nieuwe bovengrondse dieseltank Geadviseerd wordt om ter plaatse van de nieuwe uitpandig gelegen dieseltank een nul-situatiebodemonderzoek uit te voeren, om in de toekomst een referentie te hebben van de milieuhygiënische bodemkwaliteit ter plaatse. Econsultancy adviseert derhalve om de locatie van de nieuwe bovengrondse tank te onderzoeken volgens de strategie voor een "verdachte locatie met plaatselijk bodembelasting en met een duidelijke verontreinigingskern" (VEP). 2.6
Belendende percelen/terreindelen
De onderzoekslocatie is gelegen in het buitengebied van Grathem. In bijlage 6 zijn de geraadpleegde informatiebronnen voor de omliggende terreindelen en belendende percelen binnen 25 meter van de onderzoekslocatie opgenomen. Ten noorden, oosten en zuiden van de onderzoekslocatie grenst de onderzoekslocatie aan agrarische percelen. Ten westen zijn verder nog enkele woonhuizen gelegen. Van de aangrenzende percelen zijn geen bodemonderzoeksgegevens bekend. De huidige eigenaar van de onderzoekslocatie is niets bekend omtrent potentieel bodembedreigende activiteiten op aangrenzende percelen. Er vinden geen industriële activiteiten in de directe omgeving van de onderzoekslocatie plaats. Uit de verzamelde informatie blijkt dat er vanuit de omliggende percelen geen grensoverschrijdende verontreinigingen zijn te verwachten. 2.7
Terreininspectie
Voorafgaand aan het bodemonderzoek is er ter plaatse van de voormalige bovengrondse dieseltank een terreininspectie uitgevoerd. Deze is gericht op de identificatie van bronnen, die mogelijk hebben geleid of kunnen leiden tot een grond- en/of grondwaterverontreiniging. De tijdens de terreininspectie aangetroffen situatie komt overeen met de locatiegegevens, zoals deze zijn opgenomen in paragraaf 2.3. Op de onderzoekslocatie zijn geen mogelijke bronnen voor een grond- en/of grondwaterverontreiniging aangetroffen. 2.8
Toekomstige situatie
De initiatiefnemer is voornemens om de onderzoekslocatie te herontwikkelen. Het huidige aantal paardenboxen (39 stuks) zal worden uitgebreid tot 240 boxen. Er zal hiervoor een nieuwe rijhal en drie stalcomplexen worden gerealiseerd en het huidige bouwvlak wordt gewijzigd. Hiervoor is een bestemmingsplanherziening noodzakelijk. 2.9
Informatie lokale of regionale achtergrondgehalten
De onderzoekslocatie is met betrekking tot de bovengrond gelegen binnen de bodemkwaliteitszone "buitengebied”, van het gebied waarvoor de gemeente Beesel, Leudal, Maasgouw en Roermond gezamenlijk een “Nota bodembeheer Regio Maas & Roer 2011-2021” hebben opgesteld. Binnen deze zone komen géén verhoogde achtergrondwaardes voor.
12041345 LEU.BRO.NEA
Pagina 6 van 12
Regionaal komen verhoogde concentraties van metalen in het grondwater voor. De provincie Limburg heeft specifieke beleidslijnen geformuleerd met betrekking tot deze regionaal verhoogde concentraties van metalen in het grondwater (zie onder meer brief 95/36199V van Gedeputeerde Staten van de provincie Limburg van 12 september 1995). 2.10
Bodemopbouw
De originele bodem bestaat volgens de bodemkaart van Nederland, kaartblad 58 West, 1967 (schaal 1:50.000), uit een hoge bruine enkeerdgrond, welke volgens de Stichting voor Bodemkartering voornamelijk is opgebouwd uit lemig fijn zand. De afzettingen, waarin deze bodem is ontstaan, behoren geologisch gezien tot de Formatie van Boxtel. 2.11
Geohydrologie
Tectonisch gezien ligt de onderzoekslocatie in de Roerdalslenk. Deze slenk wordt aan de zuidwestzijde begrensd door de Feldbiss en aan de noordoostzijde door de Peelrandbreuk. Beide breuken zijn noordwest-zuidoost gericht. Het eerste watervoerend pakket heeft een dikte van ± 50 m en wordt gevormd door de grove en grindrijke Formatie van Veghel. Op deze fluviatiele formatie liggen de fijnzandige, matig goed doorlatende dekzandafzettingen, behorende tot de Formatie van Boxtel, met een dikte van ± 15 m. Het eerste watervoerend pakket wordt aan de onderzijde begrensd door afzettingen van de Kiezeloöliet Formatie. Het bovenste deel van deze complexe eenheid bestaat uit klei met bruinkoolinschakelingen. De gemiddelde stand van het freatisch grondwater bedraagt ± 25 m +NAP, waardoor het grondwater zich op ± 2,5 m -mv zou bevinden. Het water van het eerste watervoerend pakket stroomt volgens de isohypsenkaart van de Dienst Grondwaterverkenning van TNO, kaartblad 57 Oost, 58 West en Oost, 1974 (schaal 1:50.000), in oostelijke richting. Op een afstand van ± 2 tot 3 km ten zuidoosten van de onderzoekslocatie ligt het pompstation Heel en ten noordoosten het pompstation Beegden. De onttrekking van deze pompstations heeft mogelijk enige invloed op de grondwaterstroming van het freatisch grondwater. De onderzoekslocatie ligt in een grondwaterbeschermingsgebied voor (niet-) freatisch grondwater.
3.
CONCLUSIES VOORONDERZOEK (ONDERZOEKSOPZET)
Uit het vooronderzoek blijkt dat er sprake is van voormalige en/of huidige bodembelasting op de locatie, waardoor het vermoeden van bodemverontreiniging aanwezig is. Dit in verband met de voormalige bovengrondse opslag van diesel (tank van 1.500 liter). De kern van de verwachte verontreiniging is duidelijk. De verwachte verontreinigende stof voor deze situatie is minerale olie. Op basis van het vooronderzoek is geconcludeerd, dat de onderzoekslocatie onderzocht dient te worden volgens de strategie voor een "verdachte locatie met plaatselijk bodembelasting en met een duidelijke verontreinigingskern" (VEP). Het doel van het verkennend bodemonderzoek in deze situatie is vast te stellen of de vooronderstelde verontreinigingskern ook daadwerkelijk aanwezig is en in hoeverre de verontreinigende stoffen de achtergrondwaarde of het geldende achtergrondgehalte overschrijden. Wat betreft de andere twee verdachte deellocaties die in het vooronderzoek zijn vastgesteld, geldt dat de puinverharding op termijn nog onderzocht dient te worden middels een verkennend onderzoek asbest in puin. In het kader van onderhavig onderzoek, is deze deellocatie niet onderzocht.
12041345 LEU.BRO.NEA
Pagina 7 van 12
Ook de nieuwe bovengrondse dieseltank behoeft volgens de gemeente Leudal in het kader van onderhavig onderzoek niet onderzocht te worden. Deze nieuwe tank wordt door de gemeente Leudal namelijk niet gezien als een verdacht deellocatie aangezien de voorwaarden uit de vergunning of melding genoeg zekerheid bieden voor een verwaarloosbaar bodemrisico. Derhalve is ook deze deellocatie niet meegenomen in onderhavig onderzoek.
4.
VELDWERK
4.1
Algemeen
Tijdens het opstellen van het boorplan is rekening gehouden met de doelstellingen en de richtlijnen, welke geformuleerd zijn in de inleiding. Daarnaast is rekening gehouden met de gegevens voortvloeiend uit het vooronderzoek en de ligging van kabels en leidingen. Bijlage 2a bevat de locatieschets met daarop aangegeven de situering van de peilbuis. In bijlage 3 zijn de boorprofielen opgenomen. 4.2
Grondonderzoek
4.2.1
Uitvoering veldwerk
Het veldwerk is op 13 september 2012 uitgevoerd onder kwaliteitsverantwoordelijkheid van de heer N.W.M. Snippe. Deze medewerker van Econsultancy in Swalmen is geregistreerd als ervaren veldwerker voor het protocol 2001 van de SIKB BRL 2000 "Veldwerk bij milieuhygiënisch bodemonderzoek". Met behulp van een edelmanboor is er 1 boring geplaatst tot 4,9 m -mv. Deze diepe boring is afgewerkt als peilbuis, teneinde de milieuhygiënische kwaliteit van het grondwater te kunnen bepalen. Van het opgeboorde materiaal is een boorbeschrijving conform de NEN 5104 gemaakt en zijn er grondmonsters genomen over trajecten van ten hoogste 0,5 m, waarbij bodemlagen met verontreinigingskenmerken of een afwijkende textuur separaat bemonsterd zijn. 4.2.2
Zintuiglijke waarnemingen
De bodem bestaat uit zwak siltig, matig fijn zand. De ondergrond is van 0,5-0,8 m -mv tevens zwak humeus. De ondergrond is verder plaatselijk zwak gleyhoudend. In het opgeboorde materiaal zijn zintuiglijk geen verontreinigingen waargenomen. Tijdens de veldwerkzaamheden zijn op het maaiveld van de onderzoekslocatie, alsmede in de bodem, geen asbestverdachte materialen aangetroffen. Hierbij wordt opgemerkt dat gelet op de doelstelling van het onderzoek de veldwerkzaamheden niet conform de NEN 5707 ("Bodem - Inspectie, monsterneming en analyse van asbest in bodem en partijen grond") zijn uitgevoerd. 4.3
Grondwateronderzoek
4.3.1
Uitvoering veldwerk
Op het midden van de onderzoekslocatie is een peilbuis (filterstelling 3,9-4,9 m -mv) geplaatst. De filterstelling is bepaald op basis van de grondwaterstand, zoals deze tijdens de veldwerkzaamheden op 13 september 2012 is ingeschat. Het onderste gedeelte van de peilbuis (het peilfilter) is geperforeerd en de ruimte tussen de wand van het boorgat en het peilfilter is opgevuld met filtergrind. Boven het filtergrind is een laag zwelklei aangebracht, zodat er géén verontreinigingen van bovenaf in de peilbuis kunnen migreren. De peilbuis is direct na plaatsing afgepompt en na een wachttijd van minimaal een week is het grondwater bemonsterd.
12041345 LEU.BRO.NEA
Pagina 8 van 12
4.3.2
Bemonstering
De grondwaterbemonstering is op 20 september 2012 uitgevoerd door de heer N.W.M. Snippe. Deze medewerker van Econsultancy in Swalmen is geregistreerd als ervaren veldwerker voor het protocol 2002 van de BRL SIKB 2000 "Veldwerk bij milieuhygiënisch bodemonderzoek". Tijdens de grondwaterbemonstering zijn er zintuiglijk geen verontreinigingen aangetroffen. Tabel IV geeft een overzicht van de grondwaterstand en de in het veld bepaalde waarden van de pH en het geleidingsvermogen van het grondwater. De verlaagde pH en het geleidingsvermogen vertonen geen afwijkingen ten opzichte van regionaal bekende waarden. Tabel IV.
Overzicht grondwaterstand, pH en geleidingsvermogen van het grondwater
Peilbuisnummer
Situering peilbuis
Filterstelling (m -mv)
Grondwaterstand 20 september 2012 (m -mv)
pH (-)
EGV (μS/cm)
PB A01
Midden op onderzoekslocatie
3,9-4,9
3,45
4,7
940
5.
LABORATORIUMONDERZOEK
5.1
Uitvoering analyses
Alle grond- en grondwatermonsters zijn aangeboden aan een laboratorium dat is erkend door de Raad voor Accreditatie en AS3000-geaccrediteerd is voor milieuhygiënisch bodemonderzoek. In het laboratorium is in totaal 1 grondmonster samengesteld van de bovengrond. Het grondmonster en het grondwatermonster zijn geanalyseerd op de volgende pakketten: - minerale olie grond: droge stof, organische stof en minerale olie; - minerale olie water: minerale olie. Tabel V geeft een overzicht van de samenstelling van het grondmonster en het analysepakket. Tabel III.
Overzicht van de samenstelling van de grondmengmonsters en de analysepakketten
Grondmengmonster MM A01-1
5.2
Traject (cm -mv) A01(8-50)
Analysepakket
minerale olie + organische stof
Bijzonderheden
bovengrond (zintuiglijk schoon)
Toetsingskader
De analyseresultaten zijn getoetst aan het toetsingskader van VROM (Circulaire bodemsanering 2009) en aan de achtergrondwaarden voor grond uit de Regeling bodemkwaliteit (bijlage B, tabel 1), VROM, 2007. Het toetsingskader voor de beoordeling van de gehalten en/of concentraties van verontreinigingen is gegeven in de toetsingstabel en bevat voor grond en grondwater vier te onderscheiden waarden met de verschillende niveaus: - achtergrondwaarde: deze waarde ("AW") geeft de gehalten aan zoals die op dit moment voorkomen in de bodem van natuur- en landbouwgronden, waarvoor geldt dat er geen sprake is van belasting door lokale verontreinigingsbronnen;
12041345 LEU.BRO.NEA
Pagina 9 van 12
- streefwaarde: deze waarde ("S") geeft het milieukwaliteitsniveau aan voor grondwater, waarbij als nadelig te waarderen effecten verwaarloosbaar worden geacht; - tussenwaarde: deze waarde ("T") is de helft van de som van de achtergrondwaarde (of in het geval van grondwater de streefwaarde) en de interventiewaarde. De tussenwaarde is de concentratiegrens waarboven in beginsel nader onderzoek moet worden uitgevoerd, omdat het vermoeden van ernstige bodemverontreiniging bestaat; - interventiewaarde: deze waarde ("I") geeft het niveau voor verontreinigingen in grond en grondwater aan waarboven ernstige vermindering of dreigende vermindering optreedt van de functionele eigenschappen, die de bodem heeft voor mens, plant of dier. Bij gehalten en/of concentraties boven de interventiewaarde is er sprake van een sterke verontreiniging. Bij overschrijding van de interventiewaarde wordt vaak een nader onderzoek uitgevoerd om de ernst van de verontreiniging en de spoedeisendheid van de sanering te bepalen. Wanneer het boven de tussenwaarde of interventiewaarde gelegen gehalte een natuurlijke oorsprong heeft, is uitvoering van vervolgonderzoek meestal niet noodzakelijk. In bijlage 5 is de toetsingstabel opgenomen uit de eerder genoemde circulaires. Deze bijlage bevat de achtergrondwaarden en de interventiewaarden, alsmede de berekeningswijze die moet worden gevolgd om deze waarden naar grondsoort te differentiëren. De achtergrondwaarden en de interventiewaarden voor de grond zijn berekend met behulp van de door het laboratorium bepaalde waarden voor het organische stof- en lutumgehalte. De gebruikte analysetechnieken zijn weergegeven op de certificaten in bijlage 4a. Om de mate van verontreiniging aan te geven wordt de volgende terminologie gebruikt: Grond: - niet verontreinigd: - licht verontreinigd: - matig verontreinigd: - sterk verontreinigd:
gehalte < achtergrondwaarde en/of detectielimiet; gehalte > achtergrondwaarde en < tussenwaarde; gehalte > tussenwaarde < interventiewaarde; gehalte > interventiewaarde.
Grondwater: - niet verontreinigd: - licht verontreinigd: - matig verontreinigd: - sterk verontreinigd:
concentratie < streefwaarde en/of detectielimiet; concentratie > streefwaarde en < tussenwaarde; concentratie > tussenwaarde < interventiewaarde; concentratie > interventiewaarde.
12041345 LEU.BRO.NEA
Pagina 10 van 12
5.3
Resultaten grond- en grondwatermonsters
Tabel VI geeft een overzicht van de parameters in de grond die de geldende toetsingskaders overschrijden. Tabel VI. Grondmengmonster MM A01-1
Overschrijdingen toetsingskaders grond Traject (cm -mv) A01(8-50)
Gehalte > AW (licht verontreinigd)
-
Gehalte > AW en achtergrondwaarde -
Gehalte > T
Gehalte > I
(matig verontreinigd)
(sterk verontreinigd)
-
-
Tabel VII geeft een overzicht van de parameters in het grondwater die het geldende toetsingskader overschrijden. Tabel VII. Grondwatermonster PB A01
Overschrijdingen toetsingskader grondwater Situering peilbuis midden op locatie
-
Concentratie > S
Concentratie > T
Concentratie > I
(licht verontreinigd)
(matig verontreinigd)
(sterk verontreinigd)
-
-
Bijlage 4a bevat de door het laboratorium aangeleverde analyserapport(en). Bijlage 4b bevat de getoetste analyseresultaten.
12041345 LEU.BRO.NEA
Pagina 11 van 12
6.
SAMENVATTING, CONCLUSIES EN ADVIES
Econsultancy heeft in opdracht van BRO Tegelen een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd aan de Baexemerweg 40 te Grathem in de gemeente Leudal. Het bodemonderzoek is uitgevoerd in het kader van de voorgenomen herontwikkeling met nieuwbouw op de onderzoekslocatie, alsmede een bestemmingsplanherziening. De bodem bestaat uit zwak siltig, matig fijn zand. De ondergrond is van 0,5-0,8 m -mv tevens zwak humeus. De ondergrond is verder plaatselijk zwak gleyhoudend. In het opgeboorde materiaal zijn zintuiglijk geen verontreinigingen waargenomen. Er zijn op basis van het vooronderzoek, tijdens de terreininspectie en bij de uitvoering van de veldwerkzaamheden geen aanwijzingen gevonden, die aanleiding geven een asbestverontreiniging op de locatie te verwachten. In de bovengrond is geen verontreiniging met minerale olie geconstateerd. De ondergrond is analytisch niet onderzocht. Ook in het grondwater is geen verontreiniging met minerale olie geconstateerd. De vooraf gestelde hypothese, dat de onderzoekslocatie als "verdacht" dient te worden beschouwd, wordt, op basis van de analyseresultaten, verworpen. Er bestaan volgens Econsultancy met betrekking tot de milieuhygiënische kwaliteit van de bodem dan ook géén belemmeringen voor de voorgenomen nieuwbouw en bestemmingsplanwijziging. Indien er werkzaamheden plaatsvinden, waarbij grond vrijkomt, kan de grond niet zonder meer worden afgevoerd of elders worden toegepast. De regels van het Besluit bodemkwaliteit zijn hierop mogelijk van toepassing.
Econsultancy Swalmen, 26 september 2012
12041345 LEU.BRO.NEA
Pagina 12 van 12
TITEL:
topografische ligging van de locatie PROJECT: LEU.BRO.NEA
NUMMER : 12041345
SCHAAL: 1:25.000
DATUM: 25-9-12
KAARTBLAD: 58 C
BIJLAGE: 1
akker
akker
akker
gro ens troo k
akker
3
D
B B
houtwal
C mestvaalt
P vijver groenstrook
E
voormalige woonhuis
133
stallen
A
locatiegrens
12
tuin
A01
vijver
hek
manege
tuin woonhuis (nr.24)
135
berg zand akker
LEGENDA:
hek akker
houtwal
houtwal peilbuis gras
puinverharding grind tegels
(nr.1) klinkers
asfalt beton
(nr.3) haag boom water XXXX
perceelnummer bebouwing
A B C D E
0m
voormalige locatie bovengrondse dieseltank in lekbak (1.500 l.) stapmolen propaangastanks (2x)
TITEL:
75 m
locatieschets; Baexemerweg 40 te Grathem
A3
PROJECT: LEU.BRO.NEA
NUMMER: 12041345
berg menggranulaat
SCHAAL: 1:1500
DATUM: 12-09-2012
huidige locatie bovengrondse dieseltank (800 a 900 l.) in lekbak
GETEKEND: GBe
BIJLAGE: 2a
Bijlage 2b Foto's onderzoekslocatie
Foto 1.
Foto 2. 12041345 LEU.BRO.NEA
Bijlage 2c Kadastrale gegevens
Uittreksel Kadastrale Kaart
133
136
135
12 24 0m
12345 25
Deze kaart is noordgericht Perceelnummer Huisnummer Kadastrale grens Voorlopige grens Bebouwing Overige topografie
Voor een eensluidend uittreksel, Apeldoorn, 27 maart 2012 De bewaarder van het kadaster en de openbare registers
10 m
50 m
Schaal 1:1000 Kadastrale gemeente Sectie Perceel
HEYTHUYSEN V 135
Aan dit uittreksel kunnen geen betrouwbare maten worden ontleend. De Dienst voor het kadaster en de openbare registers behoudt zich de intellectuele eigendomsrechten voor, waaronder het auteursrecht en het databankenrecht.
Bijlage 3
Boorprofielen
Pagina 1 van 1
Boorprofielen
A01
Boring: 0
0
beton
8
Betonboor Zand, matig fijn, zw ak siltig, geen olie-w ater reactie, lichtgeel, Edelmanboor
1 50
50
Zand, matig fijn, zw ak siltig, zw ak humeus, geen olie-w ater reactie, neutraalbruin, Edelmanboor
2 80
100
Zand, matig fijn, zw ak siltig, geen olie-w ater reactie, neutraalbeige, Edelmanboor
3 120
Zand, matig fijn, zw ak siltig, geen olie-w ater reactie, donkeroranje, Edelmanboor
4 150
5
200
200
Zand, matig fijn, zw ak siltig, zw ak gleyhoudend, geen olie-w ater reactie, donkeroranje, Edelmanboor
250
300
250
Zand, matig fijn, zw ak siltig, geen olie-w ater reactie, oranjegeel, Edelmanboor
300
Zand, matig fijn, zw ak siltig, geen olie-w ater reactie, beigeoranje, Edelmanboor
350
400
450
490
Projectcode: 12041345
Opdrachtgever: De heer Patist
Boormeester:
Projectnaam: LEU.BRO.NEA
Locatie: Baexemerweg 40 te Grathem
Getek end volgens NEN 5104
N.W.M. Snippe
Bijlage 4a Analyserapporten
Econsultancy T.a.v. J.A. Peters Rijksweg Noord 39 6071 KS SWALMEN
Analysecertificaat Datum: 20-09-2012
Hierbij ontvangt u de resultaten van het navolgende laboratoriumonderzoek. Certificaatnummer Uw projectnummer Uw projectnaam Uw ordernummer Monster(s) ontvangen
2012157576 12041345 LEU.BRO.NEA 13-09-2012
Dit certificaat mag uitsluitend in zijn geheel worden gereproduceerd. Aanvullende informatie behorend bij dit analysecertificaat kunt U vinden in het overzicht "Specificaties Analysemethoden". Extra exemplaren zijn verkrijgbaar bij de afdeling Verkoop en Advies. De grondmonsters worden tot 6 weken na datum ontvangst bewaard en watermonsters tot 2 weken na datum ontvangst. Zonder tegenbericht worden de monsters nadien afgevoerd. Indien de monsters langer bewaard dienen te blijven verzoeken wij U dit exemplaar uiterlijk 1 week voor afloop van de standaardbewaarperiode ondertekend aan ons te retourneren. Voor de kosten van het langer bewaren van monsters verwijzen wij naar de prijslijst.
Bewaren tot: Datum:
Naam:
Handtekening:
Wij vertrouwen erop uw opdracht hiermee naar verwachting te hebben uitgevoerd, mocht U naar aanleiding van dit analysecertificaat nog vragen hebben verzoeken wij U contact op te nemen met de afdeling Verkoop en Advies.
Met vriendelijke groet, Eurofins Analytico B.V.
Ing. A. Veldhuizen Technical Manager
Eurofins Analytico B.V. Gildeweg 44-46 3771 NB Barneveld P.O. Box 459 3770 AL Barneveld NL
Tel. +31 (0)34 242 63 00 BNP Paribas S.A. 227 9245 25 Fax +31 (0)34 242 63 99 VAT/BTW No. NL 8043.14.883.B01 E-mail
[email protected] KvK No. 09088623 Site www.eurofins.nl IBAN: NL71BNPA0227924525 BIC: BNPANL2A
Eurofins Analytico B.V. is erkend door het Vlaamse Gewest (OVAM en Dep. LNE), het Brusselse Gewest (BIM), het Waalse Gewest (DGRNE-OWD) en door de overheden van Frankrijk en Luxemburg (MEV).
Analysecertificaat Uw projectnummer Uw projectnaam Uw ordernummer Datum monstername Monsternemer Monstermatrix
12041345 LEU.BRO.NEA
Certificaatnummer Startdatum Rapportagedatum Bijlage Pagina
13-09-2012
2012157576/1 14-09-2012 20-09-2012/10:46 A,B,C 1/1
Grond; Grond (AS3000) Eenheid
Analyse
1
Voorbehandeling
Uitgevoerd
Cryogeen malen AS3000 Bodemkundige analyses
S
Droge stof
% (m/m)
93.5
S
Organische stof
% (m/m) ds
<0.5
Q
Gloeirest
% (m/m) ds
99.3
1)
Minerale olie
S
Minerale olie (C10-C12)
mg/kg ds
4.3
Minerale olie (C12-C16)
mg/kg ds
<5.0
Minerale olie (C16-C21)
mg/kg ds
<6.0
Minerale olie (C21-C30)
mg/kg ds
<12
Minerale olie (C30-C35)
mg/kg ds
<6.0
Minerale olie (C35-C40)
mg/kg ds
<6.0
Minerale olie totaal (C10-C40)
mg/kg ds
<38
Analytico-nr.
Nr. Monsteromschrijving
1
7113710
A01-1 A01 (8-50)
Q: door RvA geaccrediteerde verrichting A: AP04 erkende verrichting S: AS 3000 erkende verrichting Eurofins Analytico B.V.
Gildeweg 44-46 3771 NB Barneveld P.O. Box 459 3770 AL Barneveld NL
Dit certificaat mag uitsluitend in zijn geheel worden gereproduceerd. Tel. +31 (0)34 242 63 00 Fax +31 (0)34 242 63 99 E-mail
[email protected] Site www.eurofins.nl
BNP Paribas S.A. 227 9245 25 VAT/BTW No. NL 8043.14.883.B01 KvK No. 09088623 IBAN: NL71BNPA0227924525 BIC: BNPANL2A
Eurofins Analytico B.V. is erkend door het Vlaamse Gewest (OVAM en Dep. LNE), het Brusselse Gewest (BIM), het Waalse Gewest (DGRNE-OWD) en door de overheden van Frankrijk en Luxemburg (MEV).
Akkoord Pr.coörd.
VA TESTEN RvA L010
Bijlage (A) met deelmonsterinformatie behorende bij analysecertificaat 2012157576 Pagina 1/1 Analytico-nr. Boornr
7113710
A01
Omschrijving
1
Van
8
Tot
50
Barcode
0530175480
Monsteromschrijving
A01-1 A01 (8-50)
Eurofins Analytico B.V.
Gildeweg 44-46 3771 NB Barneveld P.O. Box 459 3770 AL Barneveld NL
Tel. +31 (0)34 242 63 00 Fax +31 (0)34 242 63 99 E-mail
[email protected] Site www.eurofins.nl
BNP Paribas S.A. 227 9245 25 VAT/BTW No. NL 8043.14.883.B01 KvK No. 09088623 IBAN: NL71BNPA0227924525 BIC: BNPANL2A
Eurofins Analytico B.V. is erkend door het Vlaamse Gewest (OVAM en Dep. LNE), het Brusselse Gewest (BIM), het Waalse Gewest (DGRNE-OWD) en door de overheden van Frankrijk en Luxemburg (MEV).
Bijlage (B) met opmerkingen behorende bij analysecertificaat 2012157576 Pagina 1/1 Opmerking 1)
Het organische stof gehalte is gecorrigeerd voor het lutumgehalte van 5.4 % m/m (SIKB 3010 pb 3).
Eurofins Analytico B.V.
Gildeweg 44-46 3771 NB Barneveld P.O. Box 459 3770 AL Barneveld NL
Tel. +31 (0)34 242 63 00 Fax +31 (0)34 242 63 99 E-mail
[email protected] Site www.eurofins.nl
BNP Paribas S.A. 227 9245 25 VAT/BTW No. NL 8043.14.883.B01 KvK No. 09088623 IBAN: NL71BNPA0227924525 BIC: BNPANL2A
Eurofins Analytico B.V. is erkend door het Vlaamse Gewest (OVAM en Dep. LNE), het Brusselse Gewest (BIM), het Waalse Gewest (DGRNE-OWD) en door de overheden van Frankrijk en Luxemburg (MEV).
.
Bijlage (C) met methodeverwijzingen behorende bij analysecertificaat 2012157576
Pagina 1/1
Analyse
Methode
Techniek
Referentiemethode
Cryogeen malen AS3000
W0106
Voorbehandeling
Cf. AS3000
Droge Stof
W0104
Gravimetrie
Cf. pb 3010-2 en Gw. NEN-ISO 11465
Organische stof/Gloeirest
W0109
Gravimetrie
Cf. pb 3010-3 en cf. NEN 5754
Minerale Olie (GC)
W0202
GC-FID
Cf. pb 3010-7 en cf. NEN 6978
Nadere informatie over de toegepaste onderzoeksmethoden alsmede een classificatie van de meetonzekerheid staan vermeld in ons overzicht "Specificaties analysemethoden", versie juli 2009.
Eurofins Analytico B.V.
Gildeweg 44-46 3771 NB Barneveld P.O. Box 459 3770 AL Barneveld NL
Tel. +31 (0)34 242 63 00 Fax +31 (0)34 242 63 99 E-mail
[email protected] Site www.eurofins.nl
BNP Paribas S.A. 227 9245 25 VAT/BTW No. NL 8043.14.883.B01 KvK No. 09088623 IBAN: NL71BNPA0227924525 BIC: BNPANL2A
Eurofins Analytico B.V. is erkend door het Vlaamse Gewest (OVAM en Dep. LNE), het Brusselse Gewest (BIM), het Waalse Gewest (DGRNE-OWD) en door de overheden van Frankrijk en Luxemburg (MEV).
Econsultancy T.a.v. J.A. Peters Rijksweg Noord 39 6071 KS SWALMEN
Analysecertificaat Datum: 26-09-2012
Hierbij ontvangt u de resultaten van het navolgende laboratoriumonderzoek. Certificaatnummer Uw projectnummer Uw projectnaam Uw ordernummer Monster(s) ontvangen
2012162043 12041345 LEU.BRO.NEA 20-09-2012
Dit certificaat mag uitsluitend in zijn geheel worden gereproduceerd. Aanvullende informatie behorend bij dit analysecertificaat kunt U vinden in het overzicht "Specificaties Analysemethoden". Extra exemplaren zijn verkrijgbaar bij de afdeling Verkoop en Advies. De grondmonsters worden tot 6 weken na datum ontvangst bewaard en watermonsters tot 2 weken na datum ontvangst. Zonder tegenbericht worden de monsters nadien afgevoerd. Indien de monsters langer bewaard dienen te blijven verzoeken wij U dit exemplaar uiterlijk 1 week voor afloop van de standaardbewaarperiode ondertekend aan ons te retourneren. Voor de kosten van het langer bewaren van monsters verwijzen wij naar de prijslijst.
Bewaren tot: Datum:
Naam:
Handtekening:
Wij vertrouwen erop uw opdracht hiermee naar verwachting te hebben uitgevoerd, mocht U naar aanleiding van dit analysecertificaat nog vragen hebben verzoeken wij U contact op te nemen met de afdeling Verkoop en Advies.
Met vriendelijke groet, Eurofins Analytico B.V.
Ing. A. Veldhuizen Technical Manager
Eurofins Analytico B.V. Gildeweg 44-46 3771 NB Barneveld P.O. Box 459 3770 AL Barneveld NL
Tel. +31 (0)34 242 63 00 BNP Paribas S.A. 227 9245 25 Fax +31 (0)34 242 63 99 VAT/BTW No. NL 8043.14.883.B01 E-mail
[email protected] KvK No. 09088623 Site www.eurofins.nl IBAN: NL71BNPA0227924525 BIC: BNPANL2A
Eurofins Analytico B.V. is erkend door het Vlaamse Gewest (OVAM en Dep. LNE), het Brusselse Gewest (BIM), het Waalse Gewest (DGRNE-OWD) en door de overheden van Frankrijk en Luxemburg (MEV).
Analysecertificaat Uw projectnummer Uw projectnaam Uw ordernummer Datum monstername Monsternemer Monstermatrix
12041345 LEU.BRO.NEA
Certificaatnummer Startdatum Rapportagedatum Bijlage Pagina
20-09-2012
2012162043/1 20-09-2012 26-09-2012/10:20 A,C 1/1
Water; Water (AS3000) Eenheid
Analyse
1
Minerale olie
S
Minerale olie (C10-C12)
µg/L
<8.0
Minerale olie (C12-C16)
µg/L
<15
Minerale olie (C16-C21)
µg/L
<16
Minerale olie (C21-C30)
µg/L
<31
Minerale olie (C30-C35)
µg/L
<15
Minerale olie (C35-C40)
µg/L
<15
Minerale olie totaal (C10-C40)
µg/L
<100
Analytico-nr.
Nr. Monsteromschrijving
1
7128440
A01-1 (390-490)
Q: door RvA geaccrediteerde verrichting A: AP04 erkende verrichting S: AS 3000 erkende verrichting Eurofins Analytico B.V.
Gildeweg 44-46 3771 NB Barneveld P.O. Box 459 3770 AL Barneveld NL
Dit certificaat mag uitsluitend in zijn geheel worden gereproduceerd. Tel. +31 (0)34 242 63 00 Fax +31 (0)34 242 63 99 E-mail
[email protected] Site www.eurofins.nl
BNP Paribas S.A. 227 9245 25 VAT/BTW No. NL 8043.14.883.B01 KvK No. 09088623 IBAN: NL71BNPA0227924525 BIC: BNPANL2A
Eurofins Analytico B.V. is erkend door het Vlaamse Gewest (OVAM en Dep. LNE), het Brusselse Gewest (BIM), het Waalse Gewest (DGRNE-OWD) en door de overheden van Frankrijk en Luxemburg (MEV).
Akkoord Pr.coörd.
VA TESTEN RvA L010
Bijlage (A) met deelmonsterinformatie behorende bij analysecertificaat 2012162043 Pagina 1/1 Analytico-nr. Boornr
Omschrijving
Van
Tot
Barcode
7128440
1
1
390
490
0691305881
7128440
1
2
390
490
0691305876
Monsteromschrijving
A01-1 (390-490)
Eurofins Analytico B.V.
Gildeweg 44-46 3771 NB Barneveld P.O. Box 459 3770 AL Barneveld NL
Tel. +31 (0)34 242 63 00 Fax +31 (0)34 242 63 99 E-mail
[email protected] Site www.eurofins.nl
BNP Paribas S.A. 227 9245 25 VAT/BTW No. NL 8043.14.883.B01 KvK No. 09088623 IBAN: NL71BNPA0227924525 BIC: BNPANL2A
Eurofins Analytico B.V. is erkend door het Vlaamse Gewest (OVAM en Dep. LNE), het Brusselse Gewest (BIM), het Waalse Gewest (DGRNE-OWD) en door de overheden van Frankrijk en Luxemburg (MEV).
.
Bijlage (C) met methodeverwijzingen behorende bij analysecertificaat 2012162043
Analyse
Methode
Techniek
Referentiemethode
Minerale Olie (GC)
W0215
LVI-GC-FID
Cf. pb 3110-5
Pagina 1/1
Nadere informatie over de toegepaste onderzoeksmethoden alsmede een classificatie van de meetonzekerheid staan vermeld in ons overzicht "Specificaties analysemethoden", versie juli 2009.
Eurofins Analytico B.V.
Gildeweg 44-46 3771 NB Barneveld P.O. Box 459 3770 AL Barneveld NL
Tel. +31 (0)34 242 63 00 Fax +31 (0)34 242 63 99 E-mail
[email protected] Site www.eurofins.nl
BNP Paribas S.A. 227 9245 25 VAT/BTW No. NL 8043.14.883.B01 KvK No. 09088623 IBAN: NL71BNPA0227924525 BIC: BNPANL2A
Eurofins Analytico B.V. is erkend door het Vlaamse Gewest (OVAM en Dep. LNE), het Brusselse Gewest (BIM), het Waalse Gewest (DGRNE-OWD) en door de overheden van Frankrijk en Luxemburg (MEV).
Bijlage 4b Getoetste analyseresultaten
Toetsing: S en I 2012 Certificaatnummer Monsteromschrijving Monstersoort Uw projectnummer Uw projectnaam Uw ordernummer Datum monstername Monsternemer Parameter Minerale olie Minerale olie (C10-C12) Minerale olie (C12-C16) Minerale olie (C16-C21) Minerale olie (C21-C30) Minerale olie (C30-C35) Minerale olie (C35-C40) Minerale olie totaal (C10-C40) Legenda + ++ +++ RG
2012162043 A01-1 (390-490) Water, AS3000 12041345 LEU.BRO.NEA 20-09-2012
Eenheid µg/L µg/L µg/L µg/L µg/L µg/L µg/L
A01-1 (390-490) <8,0 <15 <16 <31 <15 <15 <100
< streefwaarde/aw2000 of RG > Streefwaarde (S) > Tussenwaarde (T) > Interventiewaarde (I) Niet getoetst Rapportagegrens
Deze toetsing is met de grootste zorg samengesteld, Eurofins Analytico B.V. is echter niet verantwoordelijk voor de uitkomst van deze toetsing.
+/-
-
RG
100
S
50
T
I
330
600
Toetsing: S en I 2012 Certificaatnummer Monsteromschrijving Monstersoort Uw projectnummer Uw projectnaam Uw ordernummer Datum monstername Monsternemer Parameter Voorbehandeling Cryogeen malen AS3000 Bodemkundige analyses Droge stof Organische stof Gloeirest Minerale olie Minerale olie (C10-C12) Minerale olie (C12-C16) Minerale olie (C16-C21) Minerale olie (C21-C30) Minerale olie (C30-C35) Minerale olie (C35-C40) Minerale olie totaal (C10-C40) Legenda + ++ +++ RG
2012157576 A01-1 A01 (8-50) Grond, AS3000 12041345 LEU.BRO.NEA 13-09-2012
Eenheid
A01-1 A01 (8-50)
+/-
RG
AW
T
I
520
1000
Uitgevoerd % (m/m) % (m/m) ds % (m/m) ds
93,5 <0,5 99,3
mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds
4,3 <5,0 <6,0 <12 <6,0 <6,0 <38
< streefwaarde/aw2000 of RG > AchtergrondWaarde (AW) > Tussenwaarde (T) > Interventiewaarde (I) Niet getoetst Rapportagegrens
Normwaarden zijn gecorrigeerd met de volgende gegevens: Lutum: 25% van droge stof en organische stof:0.5% van droge stof. Deze toetsing is met de grootste zorg samengesteld, Eurofins Analytico B.V. is echter niet verantwoordelijk voor de uitkomst van deze toetsing.
-
38
38
Bijlage 5
Toetsingskader analyseresultaten AW = achtergrondwaarde S = streefwaarde I = interventiewaarde t.b.v. sanering(-sonderzoek)
voorkomen in:
Grondwater (μg/l opgelost, tenzij anders vermeld)
Grond/sediment (mg/kg droge stof)
Stof/niveau AW
I
S
I
I.
Metalen antimoon (Sb) arseen (As) barium (Ba) cadmium (Cd) chroom (Cr) chroom III chroom VI cobalt (Co) koper (Cu kwik (Hg) kwik (anorganisch) kwik (organisch) lood (Pb) molybdeen (Mo) nikkel (Ni) tin (Sn) vanadium (V) zink (Zn)
4,0 20 0,60 55 15 40 0,15 50 1,5 35 6,5 80 140
22 76 920* 13 180 78 190 190 36 4 530 190 100 720
10 50 0,4 1 20 15 0,05 15 5 15 65
II.
Anorganische verbindingen chloride cyaniden-vrij cyaniden-complex thiocyanaat
3 5,5 6,0
20 50 20
100 (Cl/l) 5 10 -
1500 1500 1500
III.
Aromatische verbindingen benzeen ethylbenzeen tolueen xylenen styreen (vinylbenzeen) fenol cresolen (som) dodecylbenzeen aromatische oplosmiddelen (som)
0,20 0,20 0,20 0,45 0,25 0,25 0,30 0,35 2,5
1,1 110 32 17 86 14 13 -
0,2 4 7 0,2 6 0,2 0,2 -
30 150 1000 70 300 2000 200 -
1,5
40
0,01 0,0007 0,003 0,003 0,0001 0,003 0,0005 0,0003 0,0004 0,0004 -
70 5 5 1 0,5 0,2 0,05 0,05 0,05 0,05
Gechloreerde koolwaterstoffen vinylchloride dichloormethaan 1,1-dichloorethaan 1,2-dichloorethaan 1,1-dichlooretheen 1,2-dichlooretheen (cis- en trans-) dichloorpropanen trichloormethaan (chloroform) 1,1,1-trichloorethaan 1,1,2-trichloorethaan trichlooretheen (Tri) tetrachloormethaan (Tetra) tetrachlooretheen (Per)
0,10 0,10 0,20 0,20 0,30 0,30 0,80 0,25 0,25 0,3 0,25 0,30 0,15
0,1 3,9 15 6,4 0,3 1 2 5,6 15 10 2,5 0,7 8,8
0,01 0,01 7 7 0,01 0,01 0,8 6 0,01 0,01 24 0,01 0,01
5 1000 900 400 10 20 80 400 300 130 500 10 40
monochloorbenzeen dichloorbenzenen trichloorbenzenen tetrachloorbenzenen pentachloorbenzeen hexachloorbenzeen
0,20 2,0 0,015 0,0090 0,0025 0,0085
15 19 11 2,2 6,7 2,0
7 3 0,01 0,01 0,003 0,0009
180 50 10 2,5 1 0,5
monochloorfenolen(som) dichloorfenolen (som) trichloorfenolen (som) tetrachloorfenolen (som) pentachloorfenol
0,045 0,20 0,0030 0,015 0,0030
54 22 22 21 12
0,3 0,2 0,03 0,01 0,04
100 30 10 10 3
PCB's (som 7) chloornaftaleen (som) monochlooranilinen (som) dioxine (som I-TEQ)
0,020 0,070 0,20
1 23 50 0,00018
0,01 -
0,01 6 30 -
-
-
IV.
V.
Polycyclische aromatische waterstoffen (PAK's) naftaleen antraceen fenantreen fluoranteen benzo(a)antraceen chryseen benzo(a)pyreen benzo(ghi)peryleen benzo(k)fluoranteen indeno(1,2,3cd)pyreen PAK (som 10)
pentachlooraniline
20 60 625 6 30 100 75 0,3 75 300 75 800
kool-
0,000055 0,15
-
-
-
* De norm voor barium geldt alleen voor die situaties waarbij duidelijk sprake is van antropogene bodemverontreiniging. Voor overige situaties is de norm voor barium tijdelijk buiten werking gesteld.
Bijlage 5
Toetsingskader analyseresultaten
voorkomen in:
Grondwater (μg/l opgelost, tenzij anders vermeld)
Grond/sediment (mg/kg droge stof)
Stof/niveau AW VI.
VII.
Bestrijdingsmiddelen chloordaan DDT (som) DDE (som) DDD (som) DDT/DDE/DDD (som) aldrin dieldrin endrin drins (som) -endosulfan -HCH -HCH -HCH (lindaan) HCH-verbindingen (som) heptachloor heptachloorepoxide (som) hexachloorbutadieen organochloorhoudende bestrijdingsmiddelen(som landbodem) azinfos-methyl organotin verbindingen (som) tributyltin (TBT) MCPA atracine carburyl carbofuran 4-chloormethylfenolen (som) niet-chloorhoudende bestr.mid. (som)
Overige verontreinigingen asbest cyclohexanon dimethyl ftalaat diethyl ftalaat di-isobutylftalaat dibutyl ftalaat butyl benzylftalaat dihexyl ftalaat di(2-ethylhexyl)ftalaat ftalaten (som) minerale olie pyridine tetrahydrofuran tetrahydrothiofeen tribroommethaan ethyleenglycol diethyleenglycol acrylonitril formaldehyde isopropanol (2-propanol) methanol butanol (1-butanol) butylacetaat ethylacetaat methyl-tert-butyl ether (MTBE) methylethylketon
I
S
I
0,0200 0,20 0,10 0,020 0,015 0,00090 0,0010 0,0020 0,0030 0,00070 0,0020 0,003 0,40
4 1,7 2,3 34 0,32 4 4 17 1,6 1,2 4 4 -
0,02 ng/l 0,004 ng/l 0,009 ng/l 0,1 ng/l 0,04 ng/l 0,2 ng/l 33 ng/l 8 ng/l 9 ng/l 0,05 0,005 ng/l 0,005 ng/l -
0,2
0,0075 0,15 0,065 0,55 0,035 0,15 0,017 0,60 0,090
2,5 4 0,71 0,45 0,017 -
0,05-16 ng/l 0,02 29 ng/l 2 ng/l 9 ng/l -
0,7 50 150 50 100 -
2,0 0,045 0,045 0,045 0,070 0,070 0,070 0,045 190 0,15 0,45 1,5 0,20 5,0 8,0 2,0 2,5 0,75 3,0 2,0 2,0 2,0 0,20 2,0
100 150 82 53 17 36 48 220 60 5000 11 7 8,8 75 -
0,5 0,5 50 0,5 0,5 0,5 -
15000 5 600 30 300 5000 630 -
0,01 0,1 5 1 0,3 3 -
Bodemtypecorrectie Anorganische verbindingen
Lb = Lst *
a + b * % lut. + c * % org.st. a + b * 25 + c * 10
Lb is interventiewaarden geldend voor de te beoordelen bodem (mg/kg); Lst is interventiewaarde voor de standaardbodem (mg/kg);% lut. is gemeten percentage lutum in de te beoordelen bodem; % org. st. is gemeten percentage organisch stof in de te beoordelen bodem; A, B en C zijn constantenafhankelijk van de stof; Voor toepassing van de bodemtypecorrectie bij streefwaarden wordt in de bovenstaande formule de interventiewaarde vervangen door streefwaarde.
Bijlage 5
Toetsingskader analyseresultaten
STOF arseen barium beryllium cadmium chroom cobalt koper kwik lood nikkel tin vanadium zink
a 15 30 8 0,4 50 2 15 0,2 50 10 4 12 50
b 0,4 5 0,9 0,007 2 0,28 0,6 0,0034 1 1 0,6 1,2 3
c 0,4 0 0 0,021 0 0 0,6 0,0017 1 0 0 0 1,5
Organische verbindingen
Lb = Lst *
% org.st. 10
Lb is interventiewaarden geldend voor de te beoordelen bodem (mg/kg); Lst is interventiewaarde voor de standaardbodem (mg/kg); % org. st. is gemeten percentage organisch stof in de te beoordelen bodem; Voor bodems met gemeten organisch stofgehalten van meer dan 30% respectievelijk minder dan 2%, worden gehalten van respectievelijk 30% en 2% aangehouden. Voor toepassing van de bodemtypecorrectie bij streefwaarden wordt in de bovenstaande formule de interventiewaarde vervangen door streefwaarde.
Nader onderzoek
De tussenwaarde (T) is het toetsingscriterium ten behoeve van een nader onderzoek. Wordt de tussenwaarde overschreden, dan is een nader onderzoek, op korte termijn, noodzakelijk
T is de tussenwaarde; S is de streefwaarde en I is de interventiewaarde.
T = 0,5* (S + I)
Bijlage 6 Geraadpleegde bronnen
Informatiebron
Geraadpleegd (ja/nee)
Toelichting Datum kaartmateriaal
Informatie uit kaartmateriaal etc. Historische topografische kaart
ja
divers
Luchtfoto
ja
divers Datum bron/ kaartmateriaal
Informatie uit themakaarten Bodemkaart Nederland
ja
1967
Grondwaterkaart Nederland
ja
1974
Informatie van eigenaar / terreingebruiker / opdrachtgever Historisch gebruik locatie
Datum uitgevoerd ja
Huidig gebruik locatie
ja
Huidig gebruik belendende percelen (vanuit onderzoekslocatie)
ja
Toekomstig gebruik locatie
ja
Calamiteiten/resultaten voorgaande bodemonderzoeken
ja
Verhardingen/kabels en leidingen locatie
ja
ja
Archief Wet milieubeheer en Hinderwet
ja
Archief ondergrondse tanks
ja
Archief bodemonderzoeken
ja
Gemeenteambtenaar milieuzaken
ja
3 april 2012
Datum uitgevoerd
Informatie uit terreininspectie
Historisch gebruik locatie
maart/april 2012
Datum uitgevoerd
Informatie van gemeente
Archief Bouw- en woningtoezicht
Opmerkingen
ja
Huidig gebruik locatie
ja
Huidig gebruik belendende percelen (vanuit onderzoekslocatie)
ja
Verhardingen
ja
3 april en 13 september 2012
Opmerkingen
Contactpersoon
Opmerkingen
dhr. E. Patist (eigenaar) en dhr. P. van de Ligt (BRO)
Contactpersoon
Opmerkingen
dhr. H. Lutgens en dhr. S. Berendsen
Opmerkingen