Veiligheidsvoorlichting
Iedereen die bij en voor E.ON Benelux werkt:
moet er alles aan doen om alle ongevallen en dus letsel en schade te voorkomen
moet er alles aan doen om milieu-incidenten en dus schade aan het milieu te voorkomen
is verantwoordelijk voor de eigen veiligheid en die van anderen
neemt onmiddellijk maatregelen als de veiligheid of het milieu bedreigd wordt
meldt direct gevaarlijke situaties en incidenten
past de veiligheids- en milieuprocedures onverkort toe
zorgt voor een schone en opgeruimde werkomgeving
2
ALGEMENE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Het dragen van een helm, veiligheidsbril en veiligheidsschoenen is overal verplicht in de technische installaties. Dit wordt aangegeven via onderstaande pictogrammen:
3
ALGEMENE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Op alle werkposten en in de technische installaties is het dragen van werkkledij met lange mouwen en lange broek steeds verplicht.
4
ALGEMENE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Het gebruik van gehoorbescherming is verplicht in zones met een geluidssterkte van meer dan 85 dBA. Deze plaatsen zijn aangeduid met onderstaande signalisatie:
5
ALGEMENE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Er geldt een algemeen rookverbod op de site!
Roken is enkel toegelaten op de voorbehouden rookplaats aangeduid met:
6
ALGEMENE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Parkeer op de aan u toegewezen parkeerplaats. Absolute voorrang aan fietsers en voetgangers. Maximum toegelaten snelheid op de site is 30 km/u. Dit wordt aangegeven met onderstaand pictogram:
7
ALGEMENE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Dus, niet vergeten:
8
ALGEMENE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Iedereen is verplicht in- en uit te badgen met zijn persoonlijke badge bij het
betreden en het verlaten van de site. Op het einde van de werken moet de tijdelijke badge terug ingeleverd worden bij de portier. Zo niet zal een vergoeding worden aangerekend.
9
ALGEMENE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Algemeen beleid omtrent drugs en alcohol: => Verboden binnen te brengen! => Verboden onder invloed te werken!
10
ALGEMENE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Gebruik van de refter: De maaltijden worden steeds gebruikt in de refter die wordt toegewezen door de E.ON contactpersoon. Refter niet betreden met sterk bevuilde kledij. Volg de richtlijnen die opgehangen zijn aan de ingang van de refter.
11
ALGEMENE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Het gebruik van GSM en mobiele radiozender is verboden in de lokalen aangeduid door:
12
ALGEMENE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Afbakening niet betreden, tenzij met schriftelijke toelating!!! Elektriciteit, CO, straling, chemische producten, … Doordat het risico niet steeds is, moet je het verduidelijken op de info fiche!
Aandacht vereist! Afbakening mag, indien nodig, betreden worden. Hindernissen of valrisico’s, putten, stockage ruimten, … Vermeld info i.v.m. contactpersoon op de info fiche!!! 13
ALGEMENE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Gebruik steeds de infofiche bij afbakeningen!
14
Risico verduidelijken
Info contactpersoon
Omschrijving werken
Periode werken
Fiches te bekomen via werkleider
ALGEMENE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Arbeids-, EHBO- en schierongevallen:
moeten steeds gemeld worden aan de eigen hiërarchie én aan de werkverantwoordelijke én aan de Preventiedienst (E.ON).
Bij kleine verwonding:
eerst eigen EHBO-voorzieningen aanwenden.
er kan steeds een beroep worden gedaan op de EHBO-voorzieningen aanwezig op de site.
Bij (ernstige) verwonding:
15
bel 4444 en meld plaats/ernst.
ALGEMENE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Bij brand, gasontsnapping, ernstig ongeval
INTERN NOODNUMMER - Via vast toestel 4444 - Via GSM (Zet het noodnummer van de site waar u zich bevindt in uw GSM!!!)
Genk: 0032 89 30.13.11 Vilvoorde: 0032 2 255.48.44 Vermeld plaats en aard van het probleem! 16
ALARMEN Waarschuwingsalarm:
Dit alarm is een waarschuwing.
Er volgt een gesproken mededeling.
Blijf verder werken op je werkpost en volg de bijkomende instructies.
Bij brand is het ALTIJD verboden de liften te gebruiken.
--------
17
ALARMEN Evacuatiealarm
Sluit ramen en deuren.
ALTIJD verboden de liften te gebruiken.
Verzamel op de evacuatieplaats en volg de instructies van de verantwoordelijke ter plaatse.
Op plaatsen met veel achtergrondlawaai wordt het evacuatiealarm supplementair aangevuld door een zwaailicht.
18
ALARMEN Evacuatiealarm – evacuatieplaats De evacuatieplaats bevindt zich voor:
site Vilvoorde ter hoogte van het portierslokaal
Site Genk - Langerlo ter hoogte van het sociaal gebouw
Pictogram:
19
ALARMEN Einde alarm
Einde van het evacuatiealarm. De evacuatieplaats mag verlaten worden en het werk mag enkel hervat worden mits toestemming van de verantwoordelijke E.ON.
________
20
Ter info: alle alarmen worden elke eerste donderdag van de maand om 13 u getest.
JUIST HANDELEN IN EEN NOODSITUATIE Ter herinnering werd op diverse plaatsen in de installaties een informatiefiche opgehangen:
21
BASISVOORSCHRIFTEN BIJ WERKEN
Enkel werken uitvoeren in het bezit van een werktoelating, die men krijgt via zijn E.ON contactpersoon bij Maintenance.
Het is Operations die deze toelatingen aflevert aan Maintenance.
22
Uitvoerder
BASISVOORSCHRIFTEN BIJ WERKEN Vuur- en graafvergunning Werken waarbij er een verhoogd risico is op brand of explosie mogen enkel uitgevoerd worden indien men in het bezit is van een vuurvergunning.
Graafwerken waarbij er een verhoogd risico bestaat op het raken van leidingen en kabels mogen enkel uitgevoerd worden indien men in het bezit is van een graafvergunning 23
BASISVOORSCHRIFTEN BIJ WERKEN Veiligstelling - Consignatie
24
Enkel Operations stelt een installatie veilig in de productie-installatie.
Operations geeft toelating tot werken door middel van de werktoelating.
Toestellen die zorgen voor een fysieke scheiding worden aangeduid bij middel van een gevaarkaart
Bijkomend kan een hangslot gehangen worden.
BASISVOORSCHRIFTEN BIJ WERKEN Gevaarkaart
Toestellen of werktuigen met een gevaarkaart:
25
Niet aan werken
Niet bedienen
Kaart nooit wegnemen
BASISVOORSCHRIFTEN BIJ WERKEN Werkpostkaart Toestellen of werktuigen met een werkpostkaart:
duidt het toestel aan waaraan gewerkt kan worden
kaart weg te nemen door werkverantwoordelijke
26
BASISVOORSCHRIFTEN BIJ WERKEN
Label Vrij Toestellen of werktuigen met een label “vrij”:
27
De component is vrij te bedienen door werkverantwoordelijke
BASISVOORSCHRIFTEN BIJ WERKEN Startwerkvergadering / LMRA (laatste minuut risico analyse)
De te nemen veiligheidsmaatregelen zijn mee geïntegreerd in de werktoelating onder de noemer uitvoering.
28
BASISVOORSCHRIFTEN BIJ WERKEN STOP en DENK!!! voordat je met je werkzaamheden start
Wat is het risico van het werk dat ik doe? Welke risico’s komen uit mijn werk (omgeving)? Hoe kan ik veilig met die risico’s om gaan? Neem actie! Wat ga je doen om de gevaren te voorkomen? Vraag om hulp als dat nodig is! Juiste gereedschap en PBM’s? Orde en Netheid?
29
BEDIENEN ROLBRUG OF HEFTRUCK
Voorwaarden bestuurder:
Medisch geschikt
Bevoegdheidsverklaring werkgever
Toestemming E.ON-verantwoordelijke
30
HIJSGEREEDSCHAP Controleer of de aangebrachte kleurencode overeenkomt met de werkelijke kleur in de lijsten ad valvas. Kleurencode E.ON voor hijsgereedschappen:
Kleurcodering wettelijk te keuren arbeidsmiddelen Kleurenband
Cijfercode
2008 - 2013
=
03
=
31 Maart
2009 - 2014
=
06
=
30 Juni
2010 - 2015
=
09
=
30 September
2011 - 2016
=
12
=
31 December
2012 - 2017
=
Voorbeeld voor het jaar 2012
03
31
=
Geldig tot 31 Maart, 2012
HIJSGEREEDSCHAP
32
E.ON hijsgereedschap
Via de kleurcode( jaar) en cijfercode (maand) kan de geldigheid van de keuring gecontroleerd worden.
Enkel correct gemerkt materiaal gebruiken!
Eigen meegebracht hijsmateriaal moet steeds vergezeld zijn van een keuringsattest.
WERKEN IN DE HOOGTE: STELLINGEN
33
Enkel toegang indien een geldig keuringsattest aanwezig is!
Het plaatsen en aanpassen van stellingen gebeurt enkel door een erkend stellingbouwer.
Datum Max 7 dagen geleden!
WERKEN IN DE HOOGTE
34
Veiligheidsharnas (bij afwezigheid collectieve bescherming)
Bevestigen aan een voldoende stevig punt!
Kort binden of gebruiken in combinatie met anti-valapparaat
WERKEN IN DE HOOGTE
Bestuurder hoogtewerker:
Enkel bevoegden
Onderliggende werk zone is verplicht af te bakenen
Verplicht gebruik van veiligheidsharnas
Opgelet in de buurt van hoogspanningslijnen
35
Evalueren van een werkplek rekening houdend met de definitie “besloten ruimten”
WERKEN IN EEN BESLOTEN RUIMTE Neen
Ja Ruimte permanent toegankelijk in normale uitbating Werken kunnen uitgevoerd worden rekening houdend met de RA van het betreffende werk
Meldingssysteem bij het betreden
Neen
Ja Beperkte ruimte, moeilijke toegang/evacuatie
Evacuatiesysteem voorzien
Neen
Kans op het aanwezig zijn of het ontstaan van een gevaarlijke atmosfeer
Ja
-Besloten ruimte: mangatwacht
36
Werken kunnen uitgevoerd worden rekening houden met de RA van het betreffende werk
WERKEN IN EEN BESLOTEN RUIMTE Aan de toegang wordt een mapje gehangen:
Deze ruimte mag je betreden, mits in achtneming van de vermelde voorschriften en na plaatsen van je badge.
37
WERKEN IN EEN BESLOTEN RUIMTE
Elektrische gereedschappen
38
Slechts onder droge omstandigheden is 24 Volt apparatuur toegelaten.
12 Volt apparatuur MOET worden gebruikt onder vochtige omstandigheden.
Mits individuele scheidingstransformator kan 220V apparatuur gebruikt worden.
WERKEN IN EEN BESLOTEN RUIMTE Werken in ketel
39
Minimum persoonlijke beschermingsmiddelen:
Gesloten veiligheidsbril
P3-stoffilter
Brandwerende gesloten werkkledij
Werk nooit alleen!
WERKEN IN ZONES MET EXPLOSIEGEVAAR
Signalering
aan de toegang van de omheinde plaatsen
40
Supplementaire gele arcering op de grond van niet-omheinde plaatsen
Voorzorgsmaatregelen bij werken
Gebruik vonkarme gereedschappen
Maak geen gebruik van open vuur, vlam of GSM
Gebruik ATEX-conforme elektrische apparatuur
Werkpost ventileren
SIGNALISATIEBORD AAN ATEX-ZONES
41
BRANDGEVAARLIJKE WERKEN: LASSEN, SLIJPEN, BRANDEN
42
Omgeving afschermen
Brandbare materialen verwijderen
Nacontrole bij het beëindigen van de werken
Toezicht op vonkenprojectie
Extra blustoestel aanwezig
Buiten de laswerkplaats: in het bezit zijn van een vuurvergunning.
LASWERKEN
43
Voldoende afstand tussen laswerk en lasapparatuur (zuurstofacetyleenflessen).
Slangen en kabels beschermen.
Gasslangen afzepen alvorens in besloten ruimten te brengen
Bij einde dagtaak en bij onderbrekingen lastangen verwijderen, kranen sluiten, aggregaten uitschakelen.
OMGAAN MET GASFLESSEN TIJDENS HET WERK
44
Gasflessen worden verticaal geplaatst
Gasflessen nooit binnenbrengen in enge (besloten) ruimten
Vastmaken met kettingen of beugels
Transporteren bij voorkeur door middel van flessenwagen
Transport via liften mag enkel indien andere transportmethodes niet toepasbaar zijn! Deze lift mag niet tegelijkertijd gebruikt worden voor het vervoer van personen.
De afsluitkraan geleidelijk openen => nooit met geweld een kraan proberen te forceren!
SPECIFIEKE VOORSCHRIFTEN Werken aan elektrische installaties
45
DE VITALE ACHT BIJ WERKEN AAN ELEKTRISCHE INSTALLATIES
Voorbereiden van de werken “out”
Vrijschakelen/scheiden door het openen van een schakelaar.
Vergrendelen van de schakelaar in geopende stand
Meten/testen installaties waar men gaat aan werken
Aarden en kortsluiten installaties waar men gaat aan werken
Afbakenen/afdekken werkzone met rood/witte signalisatie
Vrijgave van de installatie
Voorbereiding van de werken “in”
46
GEVAARLIJKE PRODUCTEN OP DE SITE
Ken de gevaren en de voorzorgen!
Producten die worden binnengebracht zijn steeds vergezeld van een veiligheidssteekkaart! Deze producten dienen eerst goedgekeurd worden door E.ON Generation.
47
GEVAARLIJKE PRODUCTEN OP DE SITE Kunnen aanwezig zijn:
48
Waterstof
Brandstoffen: aardgas, fuel, houtstof en kolen
Zwavelzuur (H2SO4)
Natriumhydroxide (NaOH)
Zoutzuur (HCl)
Ammoniakwater (NH4OH)
GEVAARLIJKE PRODUCTEN OP DE SITE
Bij het werken met corrosieve producten kunnen volgende persoonlijke beschermingsmiddelen nodig zijn:
49
Handschoenen
Veiligheidsscherm
Laarzen
Zuurvrij pak
GEVAARLIJKE PRODUCTEN OP DE SITE
Bij contact met de huid of de ogen: onmiddellijk spoelen!
50
GEVAARLIJKE PRODUCTEN OP DE SITE
Geen asbesthoudende materialen gebruiken! Bij werken aan bestaande asbesthoudende materialen: volg de bijzondere instructies. Voor keramisch vezelmateriaal gelden dezelfde preventiemaatregelen als voor asbest.
51
WERKEN AAN KOELKRINGEN
Mogelijk risico van micro-organismen
Individuele bescherming:
52
Waterdichte handschoenen
Veiligheidsbril of gelaatsscherm
Filtermasker P3
Houd u aan de strikte hygiëneregels
MILIEU: OMGAAN MET AFVAL
Afval voorkomen
Afbraakresten opruimen
Gemorste stoffen opkuisen
Selecteer het afval en gooi het in de gepaste container of bak
53
HOUSEKEEPING
Hou doorgangen, in- en uitgangen en blusmiddelen steeds vrij.
Bewaar de orde en de netheid op uw werkpost:
54
tussentijds en op het einde van de werken opruimen;
enkel het noodzakelijk materiaal blijft aanwezig op de werkpost.
Uw werk is pas beëindigd wanneer alles is opgeruimd.
EVEN HERHALEN…
55
Intern Noodnummer: 4444
Waarschuwingsalarm
Evacuatiealarm
Einde alarm
Enkel werken uitvoeren met een werktoelating
Tot zover onze veiligheidsvoorlichting. Er volgt nu een kleine test om na te gaan of u de informatie begrepen hebt.