Rabobank Food & Agri Thema-update: Biogas
Toekomst Biogas:
Van laagwaardige input naar hoogwaardige output Biogas is een groeiende business op wereldschaal. De Global Outlook voor biogas van Rabobank International “Waste not, want not” is vertaald in het Nederlands en beschrijft de potentie en benodigde randvoorwaarden voor een wereldwijde duurzame biogas productie. Hierbij wordt geen rekening gehouden met subsidievoorwaarden en lokale energieprijzen. Voor een doorvertaling naar interessante business cases zal altijd meer specifiek naar lokale factoren gekeken moeten worden. Voor de Nederlandse situatie is een extra hoofdstuk toegevoegd.
Samenvatting Wereldwijd Biogaswinning is de afgelopen jaren in zowel de EU als de VS sterk gegroeid. De Rabobank verwacht dat de groei zal doorzetten, zij het minder snel en in de toekomst meer gebaseerd op de vergisting van reststromen uit F&A verwerkende bedrijven en minder op de combinatie van mest en energiegewassen. F&A-bedrijven die reststromen met een lage waarde of natte reststromen produceren hebben de beste vooruitzichten op het gebied van biogas. In de EU wordt het steeds aantrekkelijker om biogas als tweede-generatie-biobrandstof voor zwaar transport en scheepvaart te gebruiken. Bij puur mestvergisting zien we groeimogelijkheden voor grootschalige veehouderijbedrijven en voor mest- covergisting in regio’s met een overschot aan F&A-reststromen en een mesttekort. De ervaring van de Rabobank met vergisters toont aan dat voor langjarige begrotingen rekening moet worden gehouden met continu wisselende beschikbaarheid en prijzen van grondstoffen, waardoor grondstofkosten zich moeilijk laten voorspellen. Of biogasprojecten succesvol zijn, zal vooral afhangen van de mate waarin men toegang heeft tot een constante aanvoer en een stabiel menu van grondstoffen tegen beheersbare kosten. Daarnaast zijn voldoende omvang, de mogelijkheden om de afval afzetkosten te verlagen en gekwalificeerd operationeel management belangrijke criteria.
Nederland Voor nieuwe biogasprojecten in Nederland zijn de locatie, eventueel aanwezige restwarmte, input en output mogelijkheden van de biomassa in de regio en het huidige subsidiebeleid leidend. Op dit moment is geschikte biomassa tegen een gunstige prijs beperkt aanwezig en zijn de subsidievoorwaarden sober. Hierdoor zijn voor Nederlandse ondernemers competenties op het gebied van operationeel en financieel management nog belangrijker dan in de rest van de wereld. Groen gas projecten hebben op dit moment de beste papieren maar zullen voldoende groot van omvang moeten zijn. Op termijn kan Bio LNG een serieuze route worden, omdat op dit moment al wordt geïnvesteerd in LNG gebruik voor de transportsector. Voor de Bio LNG route is een vaste opbrengst van biogas noodzakelijk om de verhouding risico en rendement in evenwicht te brengen. Het huidige bio ticket systeem biedt die zekerheid nog niet.
37e jaargang, januari 2013 | 1
Rabobank Food & Agri | Thema-update: Biogas
Kader 1
Wat is biogas? Biogas bestaat uit methaan en kooldioxide en is het product van de natuurlijke afbraak van een organische substantie (dierlijk of plantaardig) door bacteriën in een zuurstofloze omgeving. Het proces van het opwekken van biogas wordt anaerobe vergisting genoemd. Methaan (CH4) is chemisch gelijk aan aardgas. Het toevoegen van organische materie van andere locaties aan een vergister wordt co- vergisting genoemd. Het product dat ontstaat na vergisting wordt het digestaat genoemd. Er zijn drie hoofdbronnen voor grondstoffen voor biogaswinning: agrarische bedrijven (voornamelijk mest met andere organische afvalstromen), F&A-verwerkingsbedrijven en de verwerking van huishoudelijk afval. Biogas kan worden gebruikt voor het opwekken van energie in de vorm van elektriciteit, warmte, injectie in het gasleidingnet en transportbrandstof. Biogas wordt voornamelijk geproduceerd in de EU, met Duitsland als grootste producent.
Biogas wereldwijd Primair: verwerking van organische reststromen, secundair: energiebron Biogas als hernieuwbare energie wordt algemeen beschouwd als een goede aanvulling op wind- en zonne-energie (zie kader 1). De lage omzettingsefficiëntie van biomassa naar duurzame energie via biogas drukt ons echter met de neus op de feiten: de technologie moet voornamelijk worden gezien als een oplossing voor afval en pas in tweede instantie als een bron van hernieuwbare energie. Ondanks de lage opbrengst biedt biogas een constante bron van energie, kan het worden opgewekt uit een breed scala aan organische grondstoffen met lage waarde en is het veelzijdig wat betreft eindgebruik (bijv. warmte, elektriciteit, transportbrandstof en injectie in het gasleidingnet). De technologie heeft, ondersteund door subsidies, een enorme opkomst doorgemaakt in landen als Duitsland en Nederland, waar de groei van agrarisch biogas tussen 2000 en 2012 respectievelijk 100-voudig en 10-voudig was. De sector loopt nu echter tegen diverse obstakels op. In Nederland hebben de elektriciteitsprijzen geen gelijke tred gehouden met de grondstofkosten, waardoor de winstgevendheid ontoereikend is. In Duitsland heeft co-vergisting met snijmais een grote vlucht genomen door overvloedige subsidies, wat tot een discussie over foodfor-fuel heeft geleid omdat regionaal de prijzen voor diervoeders en pachtprijzen voor landbouwgrond stegen. Omdat F&A-bedrijven in veel regio’s echter op zoek zijn naar manieren om waarde te creëren uit hun afvalstromen,1 bieden laagwaardige reststromen van F&A-verwerking de beste groeimogelijkheden voor biogas. Groei in het verleden geen garantie voor de toekomst De afgelopen jaren kenden de Europese Unie (EU) en de Verenigde Staten (VS) een sterke groei van biogas geproduceerd uit mest met co-producten (zie afbeelding 1). Overheden blijven geloven dat er een veelbelovende rol is weggelegd voor biogas. In hun nationale actieplannen voor hernieuwbare energie richten de EU-landen zich op een verdubbeling van de elektriciteitswinning en een verdrievoudiging van de productie van warmte-energie met behulp van biogas in 2020. Verschillende staten in
Agrarisch biogas (57%)
7.500 Afvalwaterzuivering (1
6.000 Stortgas (31%)
4.500 3.000 1.500 0 2006
2007
2008
2009
2010
Agrarisch EU
Afvalwater EU
Stortgas EU
Agrarisch EU excl. Duitsland
600 500 400 300 200 100 0 2006
2007
2008
2009
2010
2011
Agrarisch biogas VS
Afbeelding 1 Primaire productie van biogas in Europa in Ktoe (boven) en elektriciteitswinning in de VS in mln kWh (onder) Bron: Eurostat, US EPA, Rabobank, 2012
elding 2 Afbeelding aire biogasproductie in de Europese Unie Primaire Unie, 2011in TOEk Bron: EurObserv’ER, 2011
1 Zie ook het rapport ‘Don’t waste a drop’, Rabobank September 2012
37e jaargang, januari 2013 | 2
Rabobank Food & Agri | Thema-update: Biogas
de VS ondersteunen biogas door expliciete groeidoelen te stellen en het storten van afval in te perken. De staat Californië heeft zich bijvoorbeeld recent tot doel gesteld in 2020 200 MW extra biogascapaciteit te realiseren, wat zich grofweg laat vertalen in 100 tot 200 extra vergisters. Tussen 2000 en 2010 vond er in de EU een vijfvoudige stijging plaats, en wel van 2.255 kiloton olie-equivalent naar 10.965 kiloton. Globaldata meldt dat de EU op dit moment naar schatting 60 procent van het mondiale biogas produceert, terwijl de productie in de VS ongeveer een derde van de Europese markt bedraagt. De huidige biogasproductie varieert binnen de EU en naar het gebruikte type grondstof (zie afbeelding 3). Duitsland, de grootste producent van biogas met een aandeel van 61 procent in de totale energieopbrengst uit biogas in de EU, produceert voornamelijk biogas d.m.v. vergisting van mest met mais. In Groot-Brittannië, Italië en Frankrijk wordt biogas vooral geproduceerd uit stortafval en afvalwater. Bijna alle biogas wordt op locatie omgezet in elektriciteit en soms in warmte. Op een beperkt maar snel groeiend aantal locaties wordt biogas veredeld tot aardgas en in het gasleidingnet geïnjecteerd. Agrarisch biogas is goed voor 52 procent van de totale EU-productie, waarbij wat betreft volume het overgrote deel van de grondstoffen uit rundvee- en varkensmest uit de EU komt; 6 procent van de totale mestproductie wordt tot biogas verwerkt. In Duitsland bedraagt het volume van tot biogas verwerkte mest maar liefst 30 procent.2 In de VS vormen agrarische vergisters minder dan 10 procent van het totale aantal. De meeste vergisters die niet werken op stortafval of afvalwater gebruiken mest als grondstof, waarvan circa 80 procent afkomstig is van melkveebedrijven. De Rabobank verwacht dat de groei in biogas de komende jaren zal afnemen en dat de biomassa oorsprong zal veranderen. Mondiaal zien we de grootste potentie voor F&Averwerkers waar nog veel onbenutte reststromen voorhanden zijn. Deze mening is gebaseerd op onderzoek naar de vooruitzichten van biogas op basis van de belangrijkste grondstofcategorieën: agrarisch/mest, restmaterialen van F&A-verwerking, huishoudelijk afval(water) en stortafval. Onze evaluatie is gebaseerd op energieopbrengst, de reductie van broeikasgas en economische opbrengst vóór subsidies (zie afbeelding 3). Deze evaluatie is gegeneraliseerd en onder bepaalde omstandigheden zijn afwijkende resultaten mogelijk voor specifieke projecten. Zo kunnen lokale omstandigheden of subsidievoorwaarden kansen bieden voor andere biomassa. Biogas geraamd per type
Energieopbrengst per ton biomassa
Reductie van broeikasgas
Economische opbrengst vóór subsidies3
100% mest
Zeer laag
Hoog
Onaantrekkelijk, afhankelijk van de wetgeving
Co-vergisting: mest met co-producten
Gemiddeld
Afhankelijk van emissie van biomassa zelf
Onaantrekkelijk, afhankelijk van prijzen voor de co-producten en wetgeving
Gewoonlijk hoog, maar afhankelijk van type
Gemiddeld tot hoog, afhankelijk van alternatieven
Onaantrekkelijk tot gemiddeld
Organisch huishoudelijk afval
Gewoonlijk hoog, maar afhankelijk van type
Gemiddeld tot hoog, afhankelijk van alternatieven
Gemiddeld aantrekkelijk, gesubsidieerd afvalinzamelingssysteem
Gemeentelijk afvalwater
Gemiddeld
Hoog
Aantrekkelijk; afvalstoffenheffing en gesubsidieerd afvalinzamelingssysteem
Stortplaats
Niet relevant, gas wordt sowieso geproduceerd
Hoog
Aantrekkelijk als constructie voor opvangtechnologie vooraf is gebouwd
Mest
Food & agri-verwerking
Afvalverwerking
Afbeelding 3 Evaluatie van de voordelen van biogas afgezet tegen type grondstof
Bron: Rabobank, 2012, Natuur & Milieu ‘Heldergroen gas’, mei 2011
2 Agro Business Park Denmark 3 Economische opbrengst vóór subsidies is een gegeneraliseerde raming op basis van literatuur en Rabobank-gegevens. Economische opbrengsten zijn afhankelijk van een groot aantal factoren, zoals afvalstoffenheffingen voor afval(water), productopties, plaatselijke wetgeving, plaatselijke prijzen van grondstoffen en meststoffen, transportkosten enz.
37e jaargang, januari 2013 | 3
Rabobank Food & Agri | Thema-update: Biogas
F&A-verwerkende industrie Wat betreft volume bieden agrarisch (mest) en F&A-verwerking de beste mogelijkheden. Volgens de FAO bedragen de restmaterialen van F&A-verwerking 145 miljoen ton per jaar. Hoewel er ook combinaties voorkomen, zijn we van mening dat vergisting van reststromen van F&A-verwerking de beste vooruitzichten heeft, gebaseerd op de vijf groepen voordelen (zie afbeelding 4). Veel F&A-verwerkende sectoren beschikken over deze kenmerken, maar vooral alcoholische dranken, aardappels, suikerbieten, dierlijke eiwitten en food retail hebben de beste papieren. Sector alcoholische dranken Bierbrouwers produceren een restmateriaalstroom met een hoge energiewaarde: de gebruikte granen, hop, suiker, eiwitten en gist kunnen worden gebruikt voor de productie van biogas en het overblijvende digestaat kan worden gebruikt als meststof. Heineken heeft bijvoorbeeld negentien biogasinstallaties, waarvan de grootste zeven biogas in energie omzetten. Het bedrijft haalt 1,2 procent van haar energie uit biogas en onderzoekt een project voor co-vergisting met mest in Nederland. Bavaria gebruikt een afvalwatervergister in Nederland en kan 90 procent van het geproduceerde biogas effectief gebruiken. Extra mogelijkheden voor biogas worden op dit moment onderzocht. Distilleerderijen verwerken ook afvalwater waaruit biogas wordt gewonnen. Bacardi haalt bijvoorbeeld 14 procent van haar energieverbruik uit biogas. Diageo realiseert eveneens haar duurzaamheidsdoelen met de bouw van vergisters, met als gevolg een sterke groei van de opwekking van hernieuwbare energie. Aardappelindustrie Natte reststromen met een hoog zetmeelgehalte uit de aardappelverwerking zijn eveneens geschikt voor vergisting. Farm Frites in België gebruikt bijvoorbeeld restafval van de aardappelverwerking dat is vermengd met andere organische afvalbronnen met een hoger suikergehalte om het mengsel te optimaliseren. Aviko en McCain gebruiken eveneens vergisters en Avebe is van plan er een te bouwen.
Het voorkomen van verwerkingsheffingen voor afval(water)
Bedrijven die restmaterialen genereren met bepaalde eigenschappen moeten hoge afvalheffingen betalen: een hoog vloeistofgehalte, wat zorgt voor hoge transportkosten, hoog chemisch of biologisch zuurstofverbruik zoals bij restmateriaalstromen uit de zuivelindustrie, of een hoog pathogeen gehalte zoals in sommige afvalstromen van dierlijke eiwitten.
Eigendom van reststromen met een hoog energieniveau
Het eigendom van reststromen verbetert de business case voor biogas omdat de prijzen voor externe reststromen sterk kunnen schommelen. F&A-verwerkende bedrijven hebben vaak afvalstromen met een hoog energieniveau, met daarin suikers of vetten, wat nog verder in het voordeel van biogas spreekt.
Duurzaamheidsdoelen van het bedrijf realiseren
Biogaswinning kan F&A-bedrijven helpen bij het realiseren van de duurzaamheidsdoelen voor de reductie van broeikasgas, het gebruik van hernieuwbare energie, afvalreductie en de recycling van nutriënten.
Subsidieprogramma’s voor biomassa reststromen
Subsidieprogramma’s voor hernieuwbare energie zullen mondiaal naar verwachting verschuiven in de richting van het gebruik van biomassa reststromen, en minder gericht zijn op het gebruik van energiegewassen (eerste-generatie-biomassa). Dit versterkt de business case voor reststromen uit de F&A-verwerkende industrie.
Schaalvoordelen voor F&Averwerking
Consolidatie en de bijbehorende schaalvoordelen hebben geleid tot grotere volumes reststromen per locatie, waarvoor oplossingen ter plekke nodig waren. Ook dit versterkt de business case voor biogas.
Afbeelding 4 Vijf voordelen van biogas in de F&A-verwerkende industrie
Bron: Rabobank
37e jaargang, januari 2013 | 4
Rabobank Food & Agri | Thema-update: Biogas
Kader 2
Cosun verlaagt de kosten voor de verwerking van restmaterialen In 2011 installeerde suikerraffinaderij Cosun een vergister bij zijn fabriek in Nederland. Deze verwerkt vooral suikerbietenafval samen met aardappelafval van een zusterbedrijf. De installatie waardeert het biogas op tot aardgaskwaliteit en injecteert het plaatselijk in het gasleidingnet. Cosun produceert ongeveer 10 mln. m3 groen gas per jaar en is daarmee de grootste leverancier van groen gas in Nederland.
Suikerbietenindustrie Het hoge suikergehalte van suikerbietverwerking leent zich eveneens voor vergisting. Cosun combineert bijvoorbeeld bij de exploitatie van een omgerekend 4 MW-installatie (zie kader 2) reststromen van hun suikerbietverwerking met die van de aardappelverwerking van zusterbedrijf Aviko en heeft plannen voor een tweede installatie op een andere locatie. Dierlijke eiwitten Sommige afvalstromen van dierlijke eiwitten hebben een hoge energiewaarde. Maar afval van de verwerking van dierlijke eiwitten moet worden bewerkt om de hoeveelheid pathogenen te verminderen. Met behulp van een extra bewerkingsstap, waarbij het restmateriaal wordt verwarmd tot 70 °C, kan biogasproductie worden gebruikt om het afval te reinigen en het gehalte aan pathogenen te verlagen, terwijl ook de energie die het bevat wordt teruggewonnen. Food retail Food retailers beschikken over een aanzienlijke stroom van restmaterialen in de vorm van voedingsmiddelen die over datum zijn of zijn afgekeurd. Het afval van de food retailers, dat veelal dezelfde eigenschappen heeft als de reststromen van F&A-verwerking, wordt over het algemeen ingezameld voor vergisting door afvalverwerkers. Het meeste voedingsmiddelenafval van Ahold in Nederland wordt door Shanks verwerkt tot biogas. De hierboven genoemde sectoren zijn voorbeelden van situaties waarin biogas duidelijke voordelen biedt. De lijst is niet compleet, want er bestaan ook mogelijkheden voor de restmaterialen van de productie van graanproducten, brood en banket, fruit, groente, spijsolie, cacao, thee, gist en stroop. Bij mest draait het om schaal en duurzaamheid We beschouwen 100 procent vergisting van mest als veelbelovend in regio’s met grootschalige veehouderij en wetgeving voor de reductie van de uitstoot van broeikasgas. Hoewel mestvergisting het nadeel heeft van een lage energieopbrengst, zijn we van mening dat er drie krachten meespelen die positief zijn voor de vooruitzichten. Op grootschalige veehouderijen met bijv. meer dan 2.500 koeien is de business case aanzienlijk beter, omdat daar de kapitaalinvestering kan uitkomen op 3 à 4 miljoen euro per MW. In regio’s waar een overschot aan mest is kan de dikke fractie van het digestaat worden gedroogd en verwerkt in een organische mestkorrel. Deze gedroogde mest is een exportwaardig en veel gevraagd product dat op termijn voor extra inkomsten kan zorgen. Het is zeer locatie afhankelijk of de opbrengsten de kosten van het drogen overstijgen. Ten slotte kunnen de voordelen van een verminderde uitstoot van broeikasgassen door mestvergisting leiden tot meer steun door wet- en regelgeving. Mest-covergisting is het meest kansrijk in regio’s met overvloedige reststromen van de plaatselijke voedselverwerkers of -producenten en met een mesttekort. In deze regio’s wordt betaald voor het digestaat en door toevoeging van biomassa reststromen, neemt het volume en dus de opbrengst van het digestaat toe. Bij dit type projecten biedt mest tevens een stabiel onderdeel van de grondstoftoevoer voor de vergister. Afvalwater loopt in, stortafval beperkt Winning van biogas uit organisch huishoudelijk afval en gemeentelijk afvalwater heeft een duidelijk voordeel ten opzichte van andere vormen van winning in ontwikkelde landen, omdat de toevoer van grondstoffen, de inzameling en de transportinfrastructuur reeds aanwezig zijn en efficiënt worden gesubsidieerd, wat zorgt voor duidelijke kostenvoordelen. Voor biogas dat wordt gegenereerd uit gemeentelijk afvalwater zien we mondiale groeimogelijkheden in regio’s die nog geen vergisters hebben geïmplementeerd, een technologie die al is ingeburgerd in ontwikkelde 37e jaargang, januari 2013 | 5
Rabobank Food & Agri | Thema-update: Biogas
Kader 3
Lage opbrengst bij alleen elektriciteitswinning Net als aardgas is biogas een veelzijdige energiedrager. De energieefficiëntie varieert echter: voor alleen elektriciteitswinning is deze nogal laag omdat rond de 50 procent van de energie die het bevat verloren gaat in de vorm van warmte. De energieopbrengst is het hoogst wanneer de warmte die tijdens het proces wordt gecreëerd plaatselijk kan worden gebruikt of wanneer het gas volledig wordt omgezet in warmte. Voor injectie in het aardgasleidingnet en voor gebruik als transportbrandstof moet biogas worden gereinigd, geconcentreerd en gecomprimeerd. Voor dit proces zijn op locatie aanvullende investeringen nodig in de vereiste apparatuur of transport naar een verdelingsfaciliteit en vergen o.a. extra energiekosten. Biogas moet worden gekoeld tot -160 °C om te veranderen in vloeibaar groen gas (Bio-LNG), waarna het koel moet worden gehouden. Dit maakt de technologie alleen geschikt voor zware/commerciële voertuigen, die continu onderweg zijn. Er moet aanzienlijk worden geïnvesteerd in infrastructuur, maar deze kan dan ook worden gebruikt voor fossiel LNG.
regio’s. Vanuit het oogpunt van volume is de prognose dat de hoeveelheid stortafval zal dalen door milieu gerelateerde beperkingen: recycling en verbranding zijn verwerkingsmethoden die steeds populairder worden. Daarom verwachten we geen significante groei in dit segment. Gescheiden organische huishoudelijke afvalstromen (groente-, fruit- en tuinafval) worden meestal ingezameld en verwerkt door afvalverwerkingsbedrijven. Het beschikbare volume is afhankelijk van de plaatselijke afvaldoelstellingen en -wetgeving, maar de voorspelling is dat de groei zal doorzetten. Europese transportbrandstof Biogas heeft vele verschillende product toepassingen (zie kader 3). Deze verschillen wat betreft energie-efficiëntie, de reductie van broeikasgassen en opbrengsten vóór subsidies (zie afbeelding 5). De beste toepassing van biogas hangt in grote mate af van lokale omstandigheden: de lokale vraag naar warmte, leidingnet- en transportinfrastructuur en het lokale subsidiebeleid. In de EU ziet het ernaar uit dat het gebruik van biogas als tweede-generatie-biobrandstof voor de transportsector om twee redenen een meer interessante toepassing wordt. Ten eerste loopt de ontwikkeling van andere tweede-generatie-biobrandstoffen achter op de verwachtingen omdat de technologische vooruitgang traag is geweest. Ten tweede heeft de EU recent voorgesteld de bijdrage van tweede-generatie-biobrandstoffen viermaal in plaats van tweemaal mee te laten tellen bij de EU 20-20-20-doelstelling van 10% hernieuwbare transportbrandstof. Evaluatie van biogas afgezet tegen het type energieproduct
Energie-efficiëntie
Reductie van broeikasgas
Economische opbrengst vóór subsidies
Elektriciteitsopwekking
Laag ~ 40%
Gemiddeld – afhankelijk van grondstof
Onaantrekkelijk
Verbruik van elektriciteit & warmte (gecombineerde warmte & stroom)
Hoog ~ 60-80%
Gemiddeld tot hoog – afhankelijk van grondstof
Onaantrekkelijk tot gemiddeld
Alleen warmte
Hoog ~ 100%
Gemiddeld tot hoog – afhankelijk van grondstof
Het best
Injectie in het aardgasleidingnet
Gemiddeld ~ 80%
Gemiddeld tot hoog – afhankelijk van grondstof
Verbeterd
Transportbrandstof
Gemiddeld ~ 65%
Gemiddeld tot hoog – afhankelijk van grondstof
Verbeterd
Afbeelding 5 Evaluatie van biogas afgezet tegen de opbrengst Bron: Rabobank, 2012
Verwachtingen voor biogas De drijvende krachten en belemmeringen in afbeelding 6 zullen de komende jaren bepalen welke richting de biogas sector op zal gaan. De Rabobank verwacht dat de te gebruiken biomassa voor groei van biogaswinning zal verschuiven van energiegewassen naar reststromen. Vooral de duurzaamheid van het telen van energiegewassen enkel voor het opwekken van energie staat in toenemende mate ter discussie. Het gebruik van mest als basis grondstof is sterk locatie afhankelijk van beschikbaarheid van eigen mest, afzetkosten of opbrengsten van digestaat en wet- en regelgeving. De meeste groei verwachten we van het vergisten van reststromen bij F&A-verwerkers. Hoge operationele kosten en risico’s zullen de groei echter remmen. De afgelopen jaren heeft de grootste groei plaatsgevonden in het gebruik van energiegewassen, in combinatie met mest. Maar deze groei zal afvlakken omdat de vooruitzichten hiervoor minder zijn. De afname van groei bij energiegewassen zal naar verwachting niet gecompenseerd worden door de groei van vergisting bij F&A-verwerkers of van F&A-reststromen door vergisters van derden.
37e jaargang, januari 2013 | 6
Rabobank Food & Agri | Thema-update: Biogas
Stimulansen • Stijgende waarde van continue energieopwekking • Stijgende verwerkingsheffingen voor afval(water) • Toenemende beperkingen op de uitstoot van broeikasgassen • Tweede-generatie-biobrandstoffen worden waardevoller • Stijgende waarde uit nutriënten
Belemmeringen • Afnemend duurzaamheidsprofiel van energiegewassen • Toenemende kosten van biomassa grondstoffen • Nauwelijks afnemende bedrijfskosten en -risico’s • Afnemende kosten van andere hernieuwbare energietechnologieën
Afbeelding 6 Stimulansen en belemmeringen voor biogas Bron: Rabobank, 2012
De groeiverwachtingen voor specifieke regio’s zullen wereldwijd variëren, afhankelijk van lokale omstandigheden. Meer specifiek verwacht de Rabobank dat Duitsland, België en Nederland de komende vijf jaar een beperkte groei zullen laten zien, omdat deze landen een groot aandeel biogas op basis van mest-covergisting hebben. In Nederland en België zijn de prijzen van reststromen en in Duitsland van energiegewassen hiervoor te ver opgelopen. De Rabobank verwacht dat in de VS de groei zal versnellen, omdat daar niet alleen een verschuiving in de regelgeving plaatsvindt ten nadele van stortafval, maar ook omdat veehouderijen grootschaliger zijn, er meestal geen mestoverschot in deze regio is en dus een betere basis vormen voor biogaswinning op basis van mest. In de VS zal biogas op basis van rioolwater sneller gaat groeien. De groeimogelijkheden voor biogas worden voor het grootste deel bepaald door de beschikbaarheid en prijzen van de grondstoffen. Duwers op het biogaspedaal Continue energieopwekking waardevoller Biogas kan profijt hebben van het stijgende aandeel van discontinue hernieuwbare technologieën. De kosten van het genereren van elektriciteit met behulp van biogas zijn vergelijkbaar met die van zonne-energie (PV). Elektriciteit die wordt geproduceerd met landwind is grof geschat 50 tot 75% goedkoper en zeewind is rond 20 tot 30% duurder (zie ook afbeelding 10). Het voordeel van continue energieopwekking uit biogas is echter niet in deze berekeningen meegenomen. Door het groeiende aandeel van door wind en zon gegenereerde elektriciteit zullen de kosten van back-upcapaciteit of opslag van elektriciteit stijgen, in het voordeel van continue hernieuwbare opwekkingsmethodes zoals biogas. Stijgende afvalverwerkingstarieven De hogere tarieven van storten en andere verwerking van organische grondstoffen maken het winnen van biogas aantrekkelijker. Zuiverings- en stortheffingen van veel organische afvalstromen (water, vast afval) stijgen wereldwijd, waardoor alternatief afvalbeheer, bijvoorbeeld in de vorm van biogas, steeds aantrekkelijker wordt. Biogaswinning heeft specifieke voordelen omdat het een breed scala aan grondstoffen kan gebruiken, waardoor de technologie geschikt is voor gebruik in uiteenlopende F&A-productieprocessen (zie afbeelding 7). Biogas krijgt meestal de voorkeur bij natte en laagwaardige afvalstromen waarvoor plaatselijk geen alternatieve toepassing bestaat in de vorm van diervoeder of meststof. Hoewel veel grondstoffen kunnen worden gebruikt is een stabiel menu gewenst voor een stabiele biologische werking en dus gasproductie. Mest heeft per ton een relatief lage biogas opbrengst, wat het gebruik van andere hoger energetische grondstoffen stimuleert.
350 300 250 200 150 100 50 0 e s l l t s t is n p n p ns ee g st al l n n p T st sse fva pe l ve ijma afva rogg gra elsa ngra oste iete hum GF iete me tafv ere spul arke ndv oelin fme mes tpul d r n k g i n b jk jf ld p b v ij ela la ap e M edse uits strie Sn roe ilde kui ap eda ierb der sor deli iker ippe Mar nbla Pe est st Ru ansp s dr dri Fru B oe ete ou Su K G ku Ge an So te lm me Gra ken dvee Vo an fr indu V Zo ish lv r Ge Bie Sta stal va lv n Va Run Hu Af va al va f A fv A Methaangehalte (%) Biogasopbrengst (m3/t verse massa)
Afbeelding 7 Opbrengst afgezet tegen grondstoftype Bron: AEBIOM en Fachagentur Nachwachsende Rohstoffe ‘Handreichung Biogasgewinn u. Nuetzung 2006, Rabobank
37e jaargang, januari 2013 | 7
Rabobank Food & Agri | Thema-update: Biogas
Aandeel biogas in gewicht, Duitsland 2010, in procent
43%
41%
6% 10%
Energiegewassen Organische deel van droog gemeentelijk afval F&A verwerkende industrie Dierlijk afval
Aandeel biogas in energie, Duitsland 2010, in procent 7% 9%
11%
73%
Energiegewassen Organische deel van droog gemeentelijk afval F&A verwerkende industrie Dierlijk afval
Grondgebruik voor mais naar eindgebruik, Duitsland 2012, in procent 33%
67%
Biogas
Vergisting reduceert uitstoot broeikasgassen Vergisting kan profiteren van toekomstige strengere milieuregels die ook betrekking hebben op een geringere uitstoot van methaan en andere gassen. Methaan is een broeikasgas waarvan het effect op de opwarming van de aarde 21 keer zo groot is als dat van CO2. Het verbranden van biogas verlaagt de uitstoot van broeikasgassen op meerdere manieren. Ten eerste vervangt biogas fossiele energie. Ten tweede beperkt vergisting het vrijkomen van methaangas in vergelijking met compostering of langdurige opslag van biomassa. Ten derde wordt bij mestvergisting ook de uitstoot van andere schadelijke stoffen zoals ammoniak en distikstofmonoxide (lachgas) gereduceerd. De meeste internationale en nationale stimuleringsprogramma’s erkennen het eerste effect, maar niet de andere twee. Wanneer deze voordelen expliciet worden erkend, zou dat nog een argument zijn in het voordeel van biogas. Tweede-generatie-biobrandstoffen sterker Biogas kan worden beschouwd als een biobrandstof van de tweede generatie, mits het volledig is geproduceerd uit reststromen. Biogas als biobrandstof wordt steeds aantrekkelijker, met name in het licht van het recente EU-voorstel om het aandeel van tweede-generatie-biobrandstoffen in de EU 20-20-20-doelstelling voor hernieuwbare energie te verviervoudigen. Andere tweede-generatie of op afval gebaseerde biobrandstoffen hebben te maken met technologische vertragingen, wat ruimte biedt voor biogas. Om deze mogelijkheid winstgevend te maken zijn echter investeringen nodig in de optimalisatie van de technologie, in de infrastructuur en in de ombouw van voertuigen. Daarnaast zullen strengere uitstootcriteria in bepaalde afzetgebieden in Europa vanaf 2015 kansen creëren voor alternatieven zoals biogas. Stijgende waarde uit nutriënten Biogaswinning kan op de lange termijn ook de opstap vormen naar het terugwinnen van nutriënten, waarmee nog meer waarde wordt toegevoegd aan het proces. Over het algemeen stijgen de prijzen van nutriënten als fosfaat en kalium, omdat dit eindige bronnen zijn. Bij biogaswinning blijven deze nutriënten behouden: het digestaat kan direct op landbouwgrond worden verspreid of, in gebieden met een mestoverschot, worden gescheiden waarbij de dikke fractie kan worden gedroogd en geëxporteerd. Met 1 kwh thermische restwarmte van een wkk kan ongeveer 1 kg water worden verdampt. In gebieden met een mestoverschot kan op langere termijn het terugwinnen van stikstof, kalium en fosfaat uit de dunne fractie kansen bieden. In de meeste situaties zijn de kosten nu nog hoger dan de opbrengsten.
Veevoer
Afbeelding 8 Biogas in Duitsland: gebruik van mais als energiegewas een belangrijke factor Bron: IEA biogas country profile, www.bio-energie.de
Rem op biogasontwikkeling Energiegewassen worden als minder duurzaam beschouwd De roep om minder energiegewassen te gebruiken wordt steeds sterker. Hierdoor vermindert de steun voor subsidies op dit gebied. Het gebruik van biomassa die speciaal is geteeld voor energiewinning (energiegewassen) verlaagt de duurzaamheid van biogas en we zien in de hele wereld een trend in het subsidiebeleid waarbij steeds vaker beperkingen worden opgelegd aan het gebruik van energiegewassen. Recent is dit nog gebeurd met de steun voor biobrandstof in de EU. In Duitsland wordt mest meestal vergist samen met snijmais, omdat de energieopbrengst per ton mest laag is (zie afbeelding 7). Daardoor wordt bijna een derde van de maisoogst in Duitsland gebruikt in vergisters, wat tot groeiende publieke onrust heeft geleid. Nog belangrijker is dat energiegewassen slechts 3-6 procent van de zonnestraling in energie kunnen omzetten, minder dan de ongeveer 18-20 procent van fotovoltaïsche zonne-energie. In combinatie met het vereiste grondoppervlak spreekt dit in het voordeel van het gebruik van organisch afval of andere hernieuwbare energieoplossingen ten opzichte van energiegewassen.
37e jaargang, januari 2013 | 8
Rabobank Food & Agri | Thema-update: Biogas
EUR/ton 300 250 200 150
jan
. 00 jan . 01 jan . 02 jan . 03 jan . 04 jan . 05 jan . 06 jan . 07 jan . 08 jan . 09 jan . 10 jan . 11 jan . 12
100
Mais (EU) EUR/ton
Afbeelding 9 Ontwikkeling van maisprijs in de EU (RHS) Bron: Rabobank based on NL agricultural manure database 2012; Bloomberg (corn prices) 2012
EUR/Mwh 240
190
140
90
Wind – Op Land Wind – Op Zee Biomassa Verbranding Biogas PV - Thin Film PV - c-Si
Afbeelding 10 Vergelijkbare productiekosten van elektriciteit Bron: Bloomberg New Energy Finance, Oct. 2012
03 12
02 12
01 12
04 11
03 11
02 11
01 11
04 10
03 10
02 10
01 10
04 09
03 09
40
Stijgende grondstoffenkosten maken biogas duurder De kosten van biogaswinning worden opgedreven door stijgende grondstoffenprijzen. De prijzen van agrarische grondstoffen zijn sinds 2000 ongeveer verdubbeld en we verwachten dat deze opwaartse trend door de toenemende vraag zal doorzetten. Deze trend heeft ook gevolgen gehad voor de prijzen van diervoeders, waarvoor agrarische reststromen vaak als grondstof worden gebruikt. Omdat daarnaast de stimuleringsmaatregelen voor biomassa-naar-energie wereldwijd zijn toegenomen, zijn de reststromen uit de landbouw aanzienlijk duurder geworden. In Nederland bijvoorbeeld zijn de grondstoffenprijzen de afgelopen jaren zo sterk gestegen, dat uit de benchmark van de Rabobank blijkt dat de meeste biogasinstallaties met verlies draaien (zie afbeelding 11). In Duitsland hebben de stijgende maisprijzen ertoe geleid dat in 2012 verschillende projecten zijn geannuleerd. Kosten andere technologieën Andere hernieuwbare technologieën worden goedkoper door zowel technologische als schaalvoordelen, met name zonne-energie, maar ook wind op land, over een langere periode gerekend (zie afbeelding 10). Op basis van prestaties uit het verleden is de kans klein dat de efficiëntie van biogastechnologie sterk zal verbeteren. De sector heeft sinds zijn opkomst enkele decennia geleden beperkte vooruitgang geboekt in het verbeteren van de efficiëntie. Het meeste lopende onderzoek concentreert zich op opbrengst-vermeerdering. Voorbewerking van de grondstoffen, zowel met warmte als mechanisch, kan de doorlooptijd verkorten en/of de energieopbrengst verhogen. Het toevoegen van enzymen of sporenelementen aan het mengsel kan de opbrengsten ook verhogen. Deze zijn over het algemeen toegespitst op slechts één type grondstof, dus vooral bij mono vergisting. Operationele risico’s onderschat Operationele risico’s worden vaak onderschat. Een groot verschil tussen biogas en andere technologieën voor hernieuwbare energie blijkt uit de operationele en financiële structuur van de sector. Variabele kosten vormen het grootste deel van de kosten voor biogas en daarom is beschikbaarheid van grondstoffen tegen rendabele prijzen essentieel. Bovendien is voor biogas, in tegenstelling tot wind- en zonneenergie, intensief dagelijks beheer en controle op de techniek en het biologisch proces vereist. Door de complexiteit is eveneens sterk financieel inzicht vereist om goed op rendement te kunnen sturen. Zelfs wanneer reststromen kosteloos beschikbaar zijn, kunnen de samenstelling en de hoeveelheden variëren. Seizoensinvloeden spelen ook een rol: veel oogsten zijn seizoensgebonden, waardoor extra afvalstromen nodig zijn in andere jaargetijden om de productie door te kunnen laten gaan. Opbrengsten van biogasinstallaties hangen nauw samen met de benutting van de productiecapaciteit en de samenstelling en stabiliteit van het menu. Biogasinstallaties kunnen niet tijdelijk worden uitgeschakeld omdat de bacteriën dan dood gaan. Al deze aspecten worden in de praktijk vaak onderschat, waardoor er in businessplannen vaak te optimistisch wordt begroot.
Biogas in Nederland Resultaten Benchmark 2011 De Rabobank heeft voor het derde jaar een benchmark opgesteld. De belangrijkste ontwikkelingen zijn in afbeelding 11 weergegeven. • In 2011 is de kostprijs met ruim 1 cent / kwh gestegen tot gemiddeld 19 ct. Vooral de grondstofkosten stegen met gemiddeld 1,3 cent. Vergisters die afhankelijk zijn van hoog energetische biomassa hadden hier het meeste last van. In de biogassector zal dit in Nederland bij huidig beleid tot vraaguitval van co-producten leiden, omdat bij de huidige hoge prijzen steeds meer bedrijven in financiële problemen komen en/of minder biogas gaan produceren; 37e jaargang, januari 2013 | 9
Rabobank Food & Agri | Thema-update: Biogas
• 0,20
0,15
•
0,10
0,05 15%
6% 0,00 2009
2010
2011
Overig
De recent in productie genomen vergisters opereren onder gunstigere voorwaarden en hebben de biomassa markt nog verder onder druk gezet. Diverse vergisters onder oude, minder gunstige subsidie voorwaarden hebben vanwege prijsvorming en beschikbaarheid van grondstoffen in 2011 minder biogas geproduceerd dan in 2010. Dit onderstreept nogmaals dat er geen sprake is van een gelijk speelveld; Voor de pioniers onder de oude MEP-subsidie is aanpassing van de subsidie voorwaarden noodzakelijk om niet nog verder te worden weggedrukt door nieuwe vergisters. De SDE duurzame warmte heeft het verschil tussen de regelingen verkleind voor de MEP vergisters die met beperkte investeringen de restwarmte nuttig kunnen aanwenden. Gemiddeld is het rendement nog steeds onvoldoende. In Nederland is momenteel de grootste uitdaging om meer evenwicht te creëren tussen rendement en risico.
Onderhoud Afschrijving/Rente Grondstofkosten
Afbeelding 11 Gemiddelde kostprijs van biogas in Nederland
Markt De Nederlandse biogassector behoort binnen Europa tot de groep landen die bij co-vergisting veel gebruik maakt van laagwaardige reststromen. Lage energieprijzen en sobere subsidie voorwaarden, in combinatie met oplopende grondstofkosten, zijn de voornaamste oorzaken van gemiddeld genomen ontoereikende rendementen. Tevens heeft de sector te kampen met veel media aandacht waar vooral de problemen worden belicht. De biogas sector zelf en de overheid hebben belang bij een goed imago. Het recentelijk gelanceerde certificeringssysteem voor biomassa producten is van groot belang voor de sector. De Rabobank ziet vooral voor vergisting van laagwaardige reststromen een structurele invulling van de toekomstige duurzame energiemix. Innovatie in bijvoorbeeld voor- en nabewerking zullen ervoor moeten zorgen dat laagwaardige reststromen ook kostenefficiënt kunnen worden omgezet in biogas. Grondstofkosten De vraag naar geschikte biomassa om te vergisten is de afgelopen jaren internationaal fors gestegen. De prijzen van vooral hoog energetische reststromen stegen hierdoor stevig. Naast “gatefees” voor mest wordt voor nog maar een beperkt aantal co-producten bijbetaald aan de poort. Maar ook bij “afval” vergisters zoals GFT staan de “gatefees” onder druk. De input- en outputkosten laten voor het vierde jaar op rij een stijging zien. Voor co-vergisters stegen vooral vanaf eind 2010 de grondstofkosten sterk. Vooral vergisters die afhankelijk zijn van hoog energetische grondstoffen zoals vetten, glycerine en restgranen kregen te maken met de grootste stijging van de grondstofkosten. Of ze gingen noodgedwongen minder biogas produceren omdat hun vergister niet uitgerust is voor laagwaardige producten (o.a. door te kleine vergister inhoud en of uitvoering). Met name de biogas pioniers onder de MEP-regeling worden het hardst getroffen door de minder gunstige subsidie voorwaarden ten opzichte van de SDE. Zo is de looptijd korter en het subsidie niveau lager en werken zij veelal met oudere technieken. De daling van de grijze stroomprijs werd voor de MEP vergisters de afgelopen jaren, in tegenstelling tot de vergisters onder de Stimulering Duurzame Energie (SDE), niet gecompenseerd terwijl zij op dezelfde biomassa markt opereren. Ook de toenemende vraag naar co-producten vanuit Duitsland en België zorgt voor oplopende grondstofprijzen. De Food, Feed & Fuel discussie krijgt steeds meer aandacht. De vraag naar en prijs van reststromen die geschikt zijn voor veevoer stijgen door het oplopen van de prijzen voor commodities. De maatschappelijke opinie richt zich in toenemende mate op de duurzaamheid van grondstoffen die worden gebruikt voor energie opwekking. De Rabobank verwacht dat de grondstofkosten op een hoog niveau zullen blijven en zelfs nog verder zullen toenemen. Innovaties in voor-en na bewerken kunnen er toe bijdragen dat de stijging van grondstofkosten kan worden beperkt. De praktijk blijkt 37e jaargang, januari 2013 | 10
Rabobank Food & Agri | Thema-update: Biogas
hierin weerbarstiger dan de theorie. Wanneer de Nederlandse overheid voorrang blijft verlenen aan ondersteuning van duurzame energie met de laagste kostprijs zal de biogas productie maar beperkt kunnen groeien. Voor de langere termijn betekent dit dat vergisting van laagwaardige reststromen het meest kansrijk is. Gelet op de beperkte hoeveelheid hiervan zal de biogasproductie dan ook beperkt kunnen stijgen. Voor alle biomassa stromen die gebruikt worden voor duurzame energie is gewenst dat internationale duurzaamheidscriteria worden opgesteld die op termijn zullen worden door vertaald naar bijvoorbeeld CO2 rechten. Dit betekent niet dat voor de korte termijn vergisting van energiegewassen en/of hoogwaardige reststromen die ook geschikt zijn als bijvoorbeeld veevoer niet meer zullen plaatsvinden. Op de lange termijn echter zullen deze producten te duur worden, zeker wanneer duurzaamheidscriteria omgeslagen gaan worden in euro’s door aangepast subsidiebeleid. In de toekomst zullen ook nieuwe laagwaardige reststromen ontstaan die vrijkomen na cascadering van biomassastromen voor bijvoorbeeld biobased toepassingen. Ook mest kan hierin een toenemende rol gaan spelen wanneer nieuwe toepassingen, zoals 100% mestvergisting van dagverse rundveemest, in de Nederlandse praktijk gaan bewijzen dat ze kosten efficiënt zijn. Vooralsnog verwachten wij dat in de Nederlandse situatie de hoeveelheid mest op bedrijfsniveau te gering is om deze kosten efficiënt om te zetten in energie. Nog beter zou het zijn wanneer de markt meer betaalt voor het meest duurzame biogas. Goede certificering op internationale basis is dan een vereiste. Stroomprijzen Vrijwel alle bestaande vergisters produceren nu nog stroom en in toenemende mate wordt ook de restwarmte nuttig aangewend. Zonder warmte benutting heeft groene stroom opwekking geen toekomst. Van de SDE-vergisters benut ca. 75% meer dan 50% van de restwarmte. Bij de MEP-vergisters zien we nu een inhaalslag door de SDE duurzame warmte. Wij verwachten dat medio 2013 ca. 50% van het onder de MEP opgesteld vermogen de restwarmte voor > 50% gaat benutten. De grijze stroomprijs zit op ongeveer 5 ct./kwh en met de huidige inzichten wordt voor de periode t/m 2017 een vlak prijsverloop verwacht. De geplande uitbreiding van kolen- en gascentrales kunnen de komende jaren zorgen voor extra druk op de markt. Ook de vraag in Europa is, mede vanwege de crisis, lager. In 2009 en 2011 is het Europese stroomverbruik zelfs gedaald. Toekomst De lange termijn perspectieven van biogas in Nederland worden sterk bepaald door nationale en internationale wetgeving. Niveaus van subsidies, gewenste energiemix voor bijmengverplichting van transportbrandstof, accijnzen en op te stellen duurzaamheidscriteria voor biomassa zijn hiervan enkele voorbeelden. Waar het biogas de komende jaren voor zal worden ingezet, is sterk afhankelijk van de subsidietarieven. Groen gas heeft op dit moment de beste papieren omdat de toegevoegde waarde van groen gas hoger is dan van stroom. Daarnaast is groen gas voor meer doeleinden te gebruiken. Hierbij moet gedacht worden aan directe verbranding van ruw biogas voor warmte opwekking, invoeden in het aardgasnet, als grondstof voor de chemie maar zeker ook voor transportbrandstof. Nationale en internationale wetgeving en subsidies zullen gaan bepalen welke toepassing en in welke omvang de biogassector zich zal gaan ontwikkelen. Zo zal de business case Bio-Liquid Natural Gas (LNG) sterk worden bepaald door de consistentie van het systeem van biotickets en of de afzet en bijbehorende investeringen in aangepaste transportmiddelen en infrastructuur door belanghebbende partijen worden opgepakt. Stroom uit biogas is voor de lange termijn alleen concurrerend wanneer de restwarmte tot substantiële waarde kan worden gebracht. De kostprijs voor stroom met zon en wind ligt inmiddels fors lager dan enkel stroom uit biogas. Op windrijke 37e jaargang, januari 2013 | 11
Rabobank Food & Agri | Thema-update: Biogas
locaties kan voor ca. 10 cent stroom worden opgewekt en zonne-energie duikt inmiddels ook onder de 15 cent bij voldoende omvang en afhankelijk van de afschrijvingstermijn die wordt gekozen. Hierbij hoort nog wel de nuance dat vooral door relatief veel opgesteld vermogen bij wind er extra kosten zijn voor het opvangen van de pieken en de dalen van de stroomproductie. De route van inzet van ruw biogas voor warmte opwekking of als grondstof voor de chemie sector is een aantrekkelijk alternatief maar nog op beperkte schaal in de praktijk te brengen. De huidige tarieven voor groen gas injectie in het aardgasnet bieden de beste mogelijkheden voor projecten die met “eigen” laagwaardige biomassa kunnen werken. De bestaande groen gas productie locaties tonen aan dat bij huidige bewezen technieken omvang noodzakelijk is om acceptabele opwerkingskosten te realiseren van ruw biogas naar groen gas. Met uitzondering van RWZI’s en uitbreiding van bestaande vergisters zijn volumes van > 5 mln. m3 groen gas gewenst. Het voorgenomen mestbeleid, met onder andere verplichte mestverwerking voor overschotbedrijven, kan kansen bieden voor bestaande mest co-vergisters die stroom produceren. Door de aanwezige restwarmte kunnen zij het digestaat of mest van derden hygiëniseren en/of drogen tot een exportwaardig product of halffabricaat voor organische mestkorrels. Hiermee kunnen zij fosfaat uit de Nederlandse landbouw nemen. Op nationaal niveau zal het volume beperkt zijn maar afhankelijk van de definitieve inrichting van het mestbeleid ontstaat hier wel een kans. De voorwaarden die gesteld gaan worden aan de erkenning als gecertificeerde mestverwerker zullen bepalend zijn of en hoeveel financieel voordeel dit voor de vergisters kan opleveren. Benodigde investeringen en mogelijke opbrengsten voor de mest-covergister zijn nog niet in te schatten.
Meer informatie? Hans van den Boom Rabobank Nederland Food & Agri Sectormanagement Clara van der Elst Rabobank International Food & Agribusiness Research and Advisory
Rabobank Cijfers & Trends Al meer dan vijfendertig jaar biedt de Rabobank met Cijfers & Trends betrouwbare branche-informatie. Via www.rabobank.nl/ cijfersentrends is deze informatie gratis te raadplegen.
Eén van de meest hoogwaardige toepassingen van biogas is omzetting naar de vloeibare vorm Bio-LNG voor de transportsector. Echter de opwerkingskosten zijn hoog met weinig tot geen praktijkreferenties en zullen dus volledig goedgemaakt moeten worden met de opbrengst van biotickets. Op dit moment staat de productiegroei van de eerste generatie biobrandstoffen zoals biodiesel en bio ethanol binnen de EU ter discussie, maar ze kunnen goedkoper geproduceerd worden dan Bio-LNG. Bio LNG zal extra stimulering nodig hebben op basis van de duurzaamheid van de gebruikte biomassa. Daarnaast begint produceren van Bio-LNG met het goed regelen van de afzet. De logistieke kosten en fluctuaties in bioticket prijzen kunnen het beste gedragen worden door financieel sterke partijen die voor de afzet garant staan. Bioticket prijzen zijn afhankelijk van vraag en aanbod en daarmee sterk afhankelijk van politieke besluiten. Zo kan de soort gebruikte biomassa resulteren in een dubbel of zelfs vier dubbel telling. De biogas producenten hebben juist behoefte aan een langjarig gegarandeerde prijs voor hun biogas en liefst gekoppeld aan ontwikkeling van grondstofprijzen. Voor een gezonde bedrijfstak liggen hier nog enkele grote uitdagingen met name qua kaderstelling door de overheid. Voor behoud van een duurzame en gezonde biogas sector zal meer lange termijn beleid en een gelijk internationaal speelveld noodzakelijk zijn. Overall kunnen we concluderen dat bij de huidige randvoorwaarden in Nederland de verhouding rendement en risico voor biogas is ontwricht. Dat betekent dat aanpassing van het (subsidie)beleid noodzakelijk is om een gelijk speelveld te creëren zowel binnen Nederland als met de ons omringende landen. Een duurzame biogassector vraagt om focus op laagwaardige biomassa stromen en deze omzetten in de meest hoogwaardige of meest kosten efficiënte toepassing. Duurzame warmte, Groen gas en Bio-LNG lijken hiervoor de beste papieren te hebben.
Disclaimer: deze publicatie is met zorg samengesteld, maar beoogt niet volledig te zijn. Deze informatie is gebaseerd op de situatie van januari 2013. Aan de inhoud kunnen geen rechten worden ontleend.
37e jaargang, januari 2013 | 12