Uw gebruiksaanwijzing. RYOBI CMS-1801

U kunt de aanbevelingen in de handleiding, de technische gids of de installatie gids voor RYOBI CMS-1801. U vindt de antwoorden op al uw vragen over de RYOBI CMS-1801 in de gebruikershandleiding (informatie, specificaties, veiligheidsaanbevelingen, maat, accessoires, enz.). Uitgebreide gebruiksaanwijzingen staan in de gebruikershandleiding. Gebruiksaanwijzing RYOBI CMS-1801 Gebruikershandleiding RYOBI CMS-1801 Handleiding RYOBI CMS-1801 Bedieningshandleiding RYOBI CMS-1801 Instructiehandleiding RYOBI CMS-1801

Uw gebruiksaanwijzing. RYOBI CMS-1801 http://nl.yourpdfguides.com/dref/2959836

Handleiding samenvatting: @@@@@@Montieren Sie die untere Sägeblattabdeckung und die Schutzkappe der Sägeblattschraube wieder. Lösen Sie die Innensechskantschrauben, die den Anschlag fixieren, mit einem 6 mm-Sechskantschlüssel. Lösen Sie die Innensechskantschrauben, die die Haupthalterung am Sägetisch fixieren, mit einem 6 mmSechskantschlüssel. Las chispas procedentes del motor podrían inflamar vapores inflamables. @@@@@@ lET OP! @@Besteed vooral aandacht aan de veiligheidsvoorschriften en aan de veiligheidssymbolen die een Gevaar, Waarschuwing en Vermaning aanduiden. Als u de verstekzaag op de juiste manier en weldoordacht gebruikt, zult u er jarenlang in alle veiligheid plezier van kunnen hebben. Dit symbool duidt aan dat er belangrijke voorzorgsmaatregelen genomen moeten worden. WAARSCHUWING: Bij het gebruik van elektrisch gereedschap kunnen deeltjes wegspatten en in uw ogen terechtkomen, wat ernstig oogletsel kan veroorzaken. Zet daarom altijd een veiligheidsbril of een beschermbril met zijschotjes op en eventueel een stofmasker, voordat u uw gereedschap gaat gebruiken. Wij raden brildragers aan hun bril te beschermen door er een gelaatsmasker of een standaard veiligheidsbril met zijschotjes overheen te dragen. Deze symbolen en de bijbehorende informatie verdienen de grootste aandacht. De veiligheidsvoorschriften op zich zijn echter niet voldoende om elk gevaar uit te sluiten en er gaat niets boven passende voorzorgsmaatregelen. BETEKENIS VAN DE SYMBOLEN SYMBOOL BETEKENIS VEILIGHEIDSWAARSCHUWING: dient om de aandacht te vestigen op een gevaar, een waarschuwing of een vermaning. kan in combinatie met andere symbolen en pictogrammen voorkomen. GEVAAR: door u niet aan het veiligheidsvoorschrift te houden, zult u zichzelf of anderen ernstig letsel berokkenen. De veiligheidsvoorschriften moeten zorgvuldig nageleefd worden om gevaar voor brand, elektrische schokken of lichamelijke letsel te beperken. WAARSCHUWING: door u niet aan het veiligheidsvoorschrift te houden, kunt u zichzelf of anderen ernstig letsel berokkenen. De veiligheidsvoorschriften moeten zorgvuldig nageleefd worden om gevaar voor brand, elektrische schokken of lichamelijke letsel te beperken. lET OP! Door u niet aan het veiligheidsvoorschrift te houden, kunt u materiële schade veroorzaken en uzelf of anderen letsel berokkenen. De veiligheidsvoorschriften moeten zorgvuldig nageleefd worden om gevaar voor brand, elektrische schokken of lichamelijke letsel te beperken. nB! Bevat informatie of aanwijzingen die essentieel zijn voor de juiste werking en het onderhoud van de machine. BELANGRIJK Het onderhoud vereist grote zorg en een goede kennis van de machine; het moet daarom worden uitgevoerd door een ter zake kundig technicus. Voor reparaties raden wij u aan de machine naar het dichtstbijzijnde Erkende Ryobi Servicecentrum te brengen. onderdelen mogen uitsluitend door originele Ryobi onderdelen worden vervangen. WAARSCHUWING: Gebruik deze machine niet voordat u alle aanwijzingen en veiligheidsvoorschriften in deze handleiding goed gelezen en begrepen hebt. Het niet in acht nemen van deze voorschriften kan ongelukken veroorzaken, zoals brand, elektrische schokken of ernstig lichamelijk letsel. Bewaar deze handleiding zorgvuldig en raadpleeg haar regelmatig om de machine in alle veiligheid te kunnen blijven gebruiken en om eventuele andere gebruikers op de hoogte te brengen. Leer de toepassingen en de beperkingen van de machine kennen, evenals de specifieke potentiële gevaren die eraan verbonden zijn. Maak er een gewoonte van te controleren of alle stelsleutels van de machine verwijderd zijn voordat u deze in werking stelt. Let op dat u GEEN gereedschap of stukken hout op de zaagmachine laat liggen, terwijl deze in werking is. wERK NIET IN EEN GEVAARLIJKE OMGEVING. Gebruik elektrisch gereedschap nooit in de buurt van benzine of andere brandbare vloeistoffen en ook niet op vochtige of aan regen blootgestelde plaatsen. Zorg dat uw werkruimte goed verlicht is. hOUD KINDEREN EN ANDERE PERSONEN OP EEN AFSTAND. Eventuele bezoekers moeten een veiligheidsbril dragen en op een veilige afstand van de werkplek blijven. Laat bezoekers de machine of het verlengsnoer niet aanraken, terwijl de zaag in werking is. Uw gereedschap zal veiliger en zekerder werken als u het gebruikt op het toerental waarvoor het berekend is. gEBRUIK HET JUISTE GEREEDSCHAP. Forceer uw machine of hulpstukken niet om werkzaamheden te verrichten waarvoor ze niet bestemd zijn. Gebruik de machine niet voor doeleinden die niet door de fabrikant zijn voorzien. dRAAG GESCHIKTE KLEDING. Draag geen wijde kleding, dassen, ringen, armbanden of andere sieraden die klem kunnen raken en u naar de bewegende delen toe kunnen trekken. Aanbevolen wordt om rubber handschoenen en schoenen met antislipzolen te dragen wanneer u buitenshuis werkt. Als u lang haar hebt bescherm dit dan door een hoofdbedekking te dragen. dRAAG ALTIJD EEN VEILIGHEIDSBRIL MET ZIJSCHOTJES. Een gewone bril is alleen voorzien van schokbestendig glas, maar is GEEN veiligheidsbril. bESCHERM UW LONGEN. Draag een gelaatsmasker of een stofmasker als het werk stof veroorzaakt. bESCHERM UW OREN. Draag een gehoorbescherming bij langdurig gebruik van de machine. zORG DAT HET WERKSTUK STEVIG OP ZIJN PLAATS WORDT GEHOUDEN. Gebruik klemmen of een bankschroef om het werkstuk vast te zetten. Dat is veiliger dan het met één hand vast te houden, bovendien kunt u de machine dan met beide handen vasthouden. wERK NIET BUITEN UW MACHT. Zorg dat u altijd stevig en goed in evenwicht staat. oNDERHOUD UW MACHINE MET ZORG. Houd uw snijgereedschap scherp en schoon voor betere resultaten en optimale veiligheid. Bij alle machines moet, wanneer u ze niet gebruikt, of voordat u onderhoudswerkzaamheden gaat verrichten of accessoires (messen, bits, beitels enz. ) gaat verwisselen, de stekker uit het stopcontact worden getrokken of de accu worden verwijderd. vOORKOM DAT DE MACHINE ONGEWILD IN WERKING TREEDT. Let op dat de schakelaar op "UIT" staat of geblokkeerd is voordat u de accu inzet. U loopt het risico ongelukken te veroorzaken als u de machine verplaatst terwijl u uw vinger op de schakelaar hebt of als u de accu inzet terwijl de schakelaar op "AAN" staat. gEBRUIK DE AANBEVOLEN ACCESSOIRES. Het gebruik van ongeschikte accessoires kan gevaar voor letsel met zich meebrengen. gA NOOIT OP DE MACHINE STAAN. U loopt het risico u ernstig te verwonden, als de machine kantelt of als u per ongeluk het zaagblad aanraakt. cONTROLEER DE STAAT VAN BESCHADIGDE ONDERDELEN OF ACCESSOIRES. Controleer, voordat u doorgaat met het gebruiken van uw gereedschap, of een eventueel beschadigd onderdeel kan blijven werken of zijn functie kan blijven vervullen. Controleer de montage en alle andere elementen die de goede werking van de machine kunnen beïnvloeden. Een beschadigde beschermkap of andere beschadigde onderdelen moeten door een ter zake kundig technicus worden gerepareerd of vervangen om elk gevaar voor lichamelijk letsel te voorkomen.


Loop nooit weg van de machine zolang deze niet volledig tot stilstand is gekomen. ZET UW VERSTEKZAAGMACHINE STEVIG VAST op een werkbank of op een niet te hoge tafel met behulp van klemmen of bouten. gEBRUIK UITSLUITEND GESCHIKTE ZAAGBLADEN. Gebruik uitsluitend zaagbladen met het juiste formaat asgat. Gebruik geen verkeerde of slecht passende flenzen of bouten. Gebruik uw zaagmachine niet als er een beschermkap of behuizing ontbreekt. Controleer vóór elk gebruik of de beschermkappen goed functioneren. hOUD UW HANDEN UIT DE BUURT VAN DE ZAAGZONE en van het zaagblad. Ga nooit met uw handen onder het zaagblad langs of om het zaagblad (of het werkstuk) heen, terwijl het zaagblad draait. Probeer niet het gezaagde materiaal weg te halen, terwijl het zaagblad draait. WAARSCHUWING: Door inertie draait het zaagblad na uitschakeling van het gereedschap nog enkele ogenblikken door. Geef nooit een ruk aan het snoer om de stekker uit het stopcontact te trekken. Houd het snoer verwijderd van warmtebronnen, olie en scherpe randen. cONTROLEER REGELMATIG HET SNOER VAN HET LAADAPPARAAT. Als het beschadigd is, laat het dan repareren door een ter zake kundig technicus. Zorg dat u altijd precies weet waar het snoer loopt en houd het uit de buurt van het draaiende zaagblad. gEBRUIK VERLENGSNOEREN VOOR BUITENSHUIS VOOR HET LAADAPPARAAT. Wanneer u de machine buitenshuis gebruikt, moeten de verlengsnoeren zijn voorzien van een voor gebruik buitenshuis goedgekeurde aarding (deze informatie moet op het verlengsnoer zijn vermeld). gEBRUIK DE MACHINE NIET ALS U DEZE NIET MET DE SCHAKELAAR AAN EN UIT KUNT ZETTEN. Laat defecte schakelaars vervangen door een ter zake kundig technicus in een Erkend Ryobi Servicecentrum. hOUD DE MACHINE GOED DROOG , SCHOON EN VRIJ VAN VET EN OLIE. Gebruik altijd een schone doek om de machine schoon te maken. Gebruik nooit remvloeistoffen, producten op basis van benzine of sterke oplosmiddelen om de machine schoon te maken. LANGE WERKSTUKKEN MOETEN ALTIJD ONDERSTEUND WORDEN om risico's van vastlopen van het zaagblad en terugstuiten van de machine te beperken en om te voorkomen dat de zaag wegglijdt tijdens het zagen van lange of zware planken. Wanneer u hout zaagt, kijk dan eerst of er geen spijkers in zitten, is dit wel het geval verwijder ze dan. Gebruik voor zover mogelijk ALTIJD EEN BANKSCHROEF om het werkstuk vast te zetten. RAAK NOOIT HET ZAAGBLAD of andere bewegende delen AAN, tijdens het gebruik van de machine. sTART DE MACHINE NOOIT TERWIJL HET ZAAGBLAD IN AANRAKING IS MET HET WERKSTUK. Wacht tot de motor het maximale toerental heeft bereikt voordat u met zagen begint. U mag het vrije uiteinde van het werkstuk tijdens het zagen NOOIT vasthouden of vastklemmen. Als u tegelijkertijd een bankschroef en een langsaanslag gebruikt, moeten beide aan dezelfde kant van het zaagvlak geïnstalleerd worden om te voorkomen dat de zaag het losse uiteinde vastgrijpt en omhoog slingert. Leg het werkstuk altijd op de draaischijf en houd het stevig tegen de aanslag die als steun dienst doet. gebruik altijd de aanslag. Houd een werkstuk dat te klein is om door een bankschroef te worden vastgehouden NOOIT met de hand vast. Uw handen moeten buiten de "verboden voor handen" zone blijven. Kom NOOIT met uw handen en vingers achter, onder of op minder dan 80 mm van het zaagblad en de baan van het zaagblad. Probeer NOOIT iets te pakken dat zich in de onmiddellijke omgeving van de baan van het zaagblad bevindt, wat het ook is (werkstuk, afval enz. ). VERMIJD GECOMPLICEERDE TOEPASSINGEN OF HOUDINGEN waardoor uw handen plotseling naar het zaagblad toe kunnen glijden. Zorg dat u altijd stevig en goed in evenwicht staat. Gebruik uw verstekzaag NOOIT op de grond of terwijl u op uw hurken zit. ga NOOIT , geheel of gedeeltelijk , op de baan van het zaagblad staan. Laat ALTIJD eerst de schakelaar los en wacht tot het zaagblad volledig tot stilstand is gekomen, voordat u het werkstuk verwijdert. sCHAKEL DE MOTOR NIET SNEL ACHTER ELKAAR AAN EN UIT. Hierdoor zou het zaagblad los kunnen raken, wat gevaar kan opleveren. Als dit gebeurt, blijf dan uit de buurt van de machine en wacht tot het zaagblad volledig stil staat. Verwijder de accu van de machine en draai de bout van het zaagblad weer goed vast. rESERVEONDERDELEN. Alle reparaties, zowel elektrische als mechanische, moeten worden uitgevoerd door een ter zake kundig technicus in een Erkend Ryobi Servicecentrum. Het gebruik van andere onderdelen kan gevaar opleveren of uw machine beschadigen. Door de motor geproduceerde vonken kunnen ontvlambare dampen ontsteken. Laat uw verstekzaagmachine NOOIT zonder toezicht wanneer deze onder spanning staat. ALS ER EEN ONDERDEEL VAN UW ZAAGMACHINE ONTBREEKT, breekt, verbuigt, defect blijkt of alad met een andere hoek dan 90° is ingesteld ten opzichte van de draaischijf. Tandzetting De handeling die eruit bestaat de punt van de tanden naar rechts of naar links te positioneren om de vrijloop te verbeteren en te zorgen dat het zaagblad gemakkelijker in het materiaal kan dringen. Terugstuiten Het plotseling naar achteren stoten van een werkstuk, dat gewoonlijk veroorzaakt wordt doordat het werkstuk niet tegen de aanslag gehouden wordt, doordat het tegen het zaagblad stoowordt geleverd met een zaagblad van 210 mm. Met dit zaagblad kunt u materiaal zagen met een maximale dikte van 52 mm of een maximale breedte van 140 mm, afhankelijk van de dikte van het materiaal en de configuratie van de zaagsnede. Wanneer de verstekhoek (draaischijf) is ingesteld op 45 ° en de afschuinhoek op 0°: kan uw zaag materialen zagen van maximaal 95,2 mm breed x 52,4 mm dik. Wanneer de verstekhoek (draaischijf) is ingesteld op 0° et de afschuinhoek op 45°: kan uw zaag materialen zagen van maximaal 139,7 mm breed x 38,1 mm dik. Wanneer de verstekhoek (draaischijf) is ingesteld op 45° et de afschuinhoek op 45°: kan uw zaag materialen zagen van maximaal 95,2 mm breed x 38,1 mm dik. Om het transport van uw verstekzaag te vergemakkelijken is deze voorzien van een handgreep op de zaagkop zoals getoond in afbeelding 5. Om de zaagmachine te dragen verwijdert u de accu, zet de zaagkop omlaag en blokkeert deze in de lage stand. Met de draaischijfvergrendeling kunt u de zaag in de gewenste verstekhoek vastzetten. Uw zaag is voorzien van een asvergrendeling die voorkomt dat het zaagblad draait. Druk de asvergrendeling alleen in en houdt hem ingedrukt, wanneer u het zaagblad installeert, verwijdert of verwisselt. De AAN/UIT schakelaar is voorzien van een blokkeerknop die het gevaar van ongewild in werking treden beperkt. Terwijl u de knop ingedrukt houdt, drukt u op de AAN/UIT schakelaar (2). De knop is voorzien van een veer en gaat weer terug naar de "vergrendelde" stand zodra de AAN/UIT schakelaar wordt losgelaten. Om te voorkomen dat anderen uw verstekzaag gebruiken, raden wij u aan de accu te verwijderen en de AAN/UIT schakelaar in de stand "UIT" op slot te doen. Om de AAN/UIT schakelaar op slot te doen, bevestigt u een hangslot in het gat van de AAN/UIT schakelaar.


De boog van het hangslot mag niet dikker zijn dan 5 mm. Wanneer het hangslot op zijn plaats zit en op slot zit, kan de AAN/UIT schakelaar niet gebruikt worden. Berg de sleutel van het hangslot op een andere plaats op. Aan weerszijden van de zaagkop zitten stelschroeven voor vaste hoekinstellingen. 11 ELEKTRISCHE REM Uw zaag is voorzien van een elektrische rem waarmee het zaagblad snel stilgezet kan worden, nadat de AAN/UIT schakelaar is losgelaten. 10. 12 AANSLAG Uw verstekzaag is voorzien van een aanslag waar u het werkstuk tegenaan moet drukken tijdens het zagen. 10. 13 AUTOMATISCH-INTREKBARE ONDERSTE BESCHERMKAP De onderste beschermkap is gemaakt van schokvast doorzichtig plastic en beschermt het zaagblad aan beide zijden. Wanneer het zaagblad in het werkstuk dringt schuift de onderste beschermkap automatisch omhoog over de bovenste beschermkap. Het is wenselijk om uw verstekzaagmachine permanent op een stevige ondergrond te bevestigen, bijvoorbeeld een werkbank. Het onderstel van de zaag is voor dit doel voorzien van 4 gaten voor bouten van 11 mm. De machine moet op alle vier gaten stevig worden vastgezet met 11 mm bouten, borgschijfjes en zeskantmoeren (niet bijgeleverd). De bouten moeten lang genoeg zijn om zowel door het onderstel van de machine, de borgschijfjes en de dikte van de werkbank heen te gaan. Draai de vier bouten goed aan. Afbeelding 10 laat de positionering van de gaten op een werkbank van 473 mm x 610 mm zien. Vergeet niet om, nadat u de machine op een werkbank gemonteerd hebt, te controleren of de werkbank tijdens het gebruik van de machine niet beweegt. Als de werkbank niet goed in evenwicht staat, wegglijdt of zich verplaatst, zet hem dan op de grond vast, voordat u uw zaagmachine gaat gebruiken. WAARSCHUWING: Controleer, voordat u uw verstekzaagmachine gaat gebruiken, altijd of deze goed op een werkbank of een geschikt werkvlak is bevestigd. Niet naleving van dit voorschrift kan ongelukken en ernstig lichamelijk letsel tot gevolg hebben. WAARSCHUWING: Bij het gebruik van een zaagmachine kunnen deeltjes wegspatten en in uw ogen terechtkomen, wat ernstig oogletsel kan veroorzaken. Zet daarom altijd een veiligheidsbril of een beschermbril met zijschotjes op en eventueel een integraal stofmasker, voordat u uw gereedschap gaat gebruiken. Wij raden brildragers aan hun bril te beschermen door er een gelaatsmasker of een standaard veiligheidsbril met zijschotjes overheen te dragen. WAARSCHUWING: Probeer niet om veranderingen aan dit gereedschap aan te brengen of om accessoires toe te voegen die niet voor gebruik met dit gereedschap worden aanbevolen. Dergelijke veranderingen of wijzigingen vallen onder verkeerd gebruik en kunnen gevaarlijke situaties teweegbrengen die ernstig lichamelijk letsel kunnen veroorzaken. WAARSCHUWING: Om te voorkomen dat de machine ongewild in werking treedt, wat ernstig lichamelijk letsel kan veroorzaken, dient u uw zaagmachine eerst volledig te monteren, voordat u de accu inzet. Verwijder altijd de accu van uw zaagmachine, voordat u onderdelen op de machine monteert, instellingen uitvoert, het zaagblad monteert of demonteert, de machine schoonmaakt of wanneer u deze niet gebruikt. zoals eerder vermeld , is uw zaagmachine in de fabriek gemonteerd en ingesteld. Alleen het afzuigkoppelstuk, de stofzak en het zaagblad moeten nog gemonteerd worden. @@ om het afzuigkoppelstuk te monteren steekt u het uiteinde waarop "INSERT" staat op het afzuigmondstuk op de bovenste beschermkap. Draai het koppelstuk zo dat het open uiteinde omlaag of naar de achterzijde van de zaag is gericht. @@Druk vervolgens de twee metalen klemmen in om de ingang van de zak te openen en schuif deze op het afzuigmondstuk. Voor een efficiënte stofafzuiging dient u de zak te legen als deze half vol is. Dit zorgt voor een betere luchtcirculatie in de zak. GEVAAR: De maximale zaagbladdiameter, die u op uw zaagmachine kunt gebruiken, is 210 mm. Gebruik nooit een te dik zaagblad waardoor de buitenflens niet op het vlakke gedeelten op de as kan vastgrijpen. Te grote zaagbladen zullen de beschermkappen raken en door te dikke zaagbladen kan het zaagblad niet goed met de bevestigingsbout op de as bevestigd worden. Beide situaties kunnen ongelukken en ernstig lichamelijk letsel veroorzaken. @@Om de zaagkop te ontgrendelen, drukt u deze omlaag en trekt u aan de vergrendelpen. Zet de zaagkop helemaal omhoog. Wees voorzichtig, de zaagkop is voorzien van een veer waardoor hij automatisch omhooggaat. Draai de kruiskopschroef op de afscherming van de zaagbladbout los totdat u de afscherming kunt optillen. zie afbeelding 13. Beweeg de beugel van de onderste beschermkap voorzichtig omhoog, waardoor de onderste beschermkap loskomt uit de inkeping en het mogelijk wordt de onderste beschermkap en de afscherming van de zaagbladbout omhoog te draaien om toegang te krijgen tot de zaagbladbout. zie afbeelding 14. Druk de asvergrendeling in en laat de zaagbladbout draaien totdat de as blokkeert. zie afbeelding 16. Met behulp van de bijgeleverde steeksleutel draait u de zaagbladbout los en verwijdert deze. Doe een druppel olie op de binnen- en de buitenflens daar waar ze het zaagblad raken. WAARSCHUWING: Als u de binnenflens verwijderd heeft, breng deze dan weer op zijn plaats, voordat u het zaagblad op de as plaatst. Het ontbreken van deze flens kan ongelukken veroorzaken, want hierdoor zit het zaagblad niet goed vast. Zet het zaagblad binnen de onderste beschermkap op de as. De tanden van het zaagblad moeten omlaag wijzen aan de voorzijde van de zaag, zoals getoond in afbeelding 15. lET OP! Let op dat u het zaagblad altijd zo installeert dat de tanden en het op het zaagblad getekende pijltje omlaag wijzen aan de voorkant van de zaag. De draairichting van het zaagblad is ook aangeduid met behulp van een pijltje op de bovenste beschermkap. Breng de buitenflens weer op zijn plaats. De twee pasvlakjes op beide flenzen worden uitgelijnd met de pasvlakjes op de as. Druk de asvergrendeling in en breng de zaagbladbout weer op zijn plaats. Draai de zaagbladbout naar links om hem vast te draaien. Met behulp van de bijgeleverde steeksleutel draait u de zaagbladbout stevig vast. verwijder de steeksleutel en berg hem goed op. Breng de onderste beschermkap en de afscherming van de zaagbladbout weer op hun plaats. Draai de kruiskopschroef weer vast om de afscherming van de zaagbladbout te bevestigen. WAARSCHUWING: Om het asvergrendelingsysteem niet te beschadigen, moet u altijd wachten tot de motor volledig stilstaat, voordat u de as vergrendelt. Controleer of de asvergrendeling niet ingedrukt is, voordat u de accu inzet. @@Draai de kruiskopschroef van de afscherming van de zaagbladbout los totdat u de afscherming omhoog kunt bewegen. zie afbeeldingen 13 , 14 , et 15. Breng de beugel van de onderste beschermkap voorzichtig omhoog, waardoor de onderste beschermkap loskomt uit de inkeping, zodat de onderste beschermkap en de afscherming van de zaagbladbout omhoog gedraaid kunnen worden om toegang te krijgen tot de zaagbladbout. zie afbeelding 14.


Druk de asvergrendeling in en laat de zaagbladbout draaien totdat de as blokkeert. zie afbeelding 16. Met behulp van de bijgeleverde steeksleutel draait u de zaagbladbout los en verwijdert deze. Om de zaagbladbout los te draaien moet u deze naar rechts draaien. @@@@@@@@@@ nB! @@@@@@@@Zet de zaagkop helemaal omhoog. zet de draaischijfvergrendelingsklem omhoog. Draai de draaischijf totdat de aanwijzer op 0° staat. zet de draaischijfvergrendelingsklem omlaag. Leg een winkelhaak vlak op de draaischijf. Plaats een zijde van de winkelhaak tegen de aanslag. de andere kant moet langs de groefplaat gelegd worden. @@@@@@ zie afbeelding 20. @@@@@@@@ trek de draaischijfvergrendelingsklem omhoog. Draai de draaischijf totdat de aanwijzer op 0° staat. Plaats één zijde van de winkelhaak tegen de aanslag. @@@@@@@@ zie afbeelding 24. @@@@@@@@ trek de draaischijfvergrendelingsklem omhoog. Draai de draaischijf totdat de aanwijzer op 0° staat. zet de draaischijfvergrendelingsklem omlaag. @@ draai de afschuinvergrendelingsknop vast. @@ nB! @@@@@@@@ draai ook de afschuinvergrendelingsknop los. @@ zie afbeelding 28. Draai de afschuinvergrendelingsknop weer vast. @@Controleer opnieuw de hoek tussen het zaagblad en de draaischijf. nB! @@@@Deze instellingen zijn in de fabriek uitgevoerd en hoeven in principe niet te worden bijgesteld. De zaagkop moet automatisch helemaal omhoog kunnen bewegen. Als de zaagkop niet automatisch omhooggaat of als er speling is bij de draaipen, laat uw zaag dan repareren door een ter zake kundig technicus in een Erkend Ryobi Servicecentrum om gevaar voor lichamelijk letsel te voorkomen. De zaagkop moet gemakkelijk schuin gezet kunnen worden door de afschuinvergrendelingsknop los te draaien en de zaagkop naar links te kantelen. Als de zaagkop moeilijk schuin gezet kan worden of als er speling is ter hoogte van de draaipen, laat uw zaag dan repareren door een ter zake kundig technicus in een Erkend Ryobi Servicecentrum om gevaar voor lichamelijk letsel te voorkomen. De aanslag laat het zaagblad ver genoeg tot onder de draaischijf dalen om een optimale zaagcapaciteit te garanderen. Voor het meegeleverde zaagblad hoeven de instellingen dus niet te worden bijgesteld. Wanneer de diameter van het zaagblad door aanscherpen verminderd is, kan het echter nodig blijken de diepte-aanslag bij te stellen om een maximale zaagcapaciteit te krijgen. Ook nadat u een nieuw zaagblad heeft geïnstalleerd, moet u de afstand tussen het zaagblad en de steunplaat van de draaischijf controleren voordat u uw zaag in werking stelt. Stel de instellingen indien nodig bij. @@Gebruik om de diepte-aanslag in te stellen een 17 mm sleutel of een verstelbare steeksleutel en draai de zeskantmoer aan de achterkant van de zaagkop los. gebruik de bijgeleverde 5 mm inbussleutel om de stelschroef van de diepte-aanslag in te stellen. Door de schroef naar links te draaien gaat het zaagblad omlaag en door de schroef naar rechts te draaien gaat het zaagblad omhoog. beweeg het zaagblad omlaag in de groefplaat. Controleer de vrijloop van het zaagblad evenals de maximale zaagafstand (afstand tussen de aanslag en de plaats waar het zaagblad in het werkstuk valt) tot aan de voorkant van de groefplaat. Stel zonodig nogmaals bij. WAARSCHUWING: Stel uw zaag niet in werking voordat u heeft gecontroleerd of er geen gevaar is dat het zaagblad op de steunplaat van de draaischijf stoot. Als het zaagblad tijdens het gebruik tegen de steunplaat van de draaischijf zou stoten, kan het beschadigd raken. Draai de zeskantmoer vast met een 17 mm sleutel of met een verstelbare steeksleutel. Om te voorkomen dat de stelschroef van de diepte-aanslag meedraait, terwijl u de zeskantmoer aandraait, houdt u deze met de inbussleutel vast, terwijl u de moer aandraait. WAARSCHUWING: Draag altijd een veiligheidsbril of een beschermbril met zijschotjes wanneer u met gereedschap werkt. Wanneer u zich hier niet aan houdt kunnen wegspattende deeltjes in uw ogen komen en ernstig oogletsel veroorzaken. De accu kan worden ingezet zodra alle onderdelen van de zaagmachine correct gemonteerd zijn en alle instellingen zijn uitgevoerd. Om de accu in te zetten, schuift u deze op de zaagmachine, zoals getoond in afbeelding 30. Controleer of de accuvergrendeling goed vastklikt en of de accu goed vast zit, voordat u de zaag gaat gebruiken. lET OP! Let er op, wanneer u de accu op uw zaagmachine installeert, dat u hem goed inschuift en dat de vergrendeling goed vastklikt. Trek de accu (2) uit de zaagmachine. Voor fotolijsten, kroonlijsten, deurkozijnen en fijn timmerwerk. nB! @@@@@@@@ 12. @@@@@@Bij dwarsdraads zagen zaagt u dwars op de draad van het werkstuk. @@@@@@ trek de draaischijfvergrendelingsklem omhoog. @@De draaischijf kan gemakkelijk op een van deze vaste hoekinstellingen worden afgesteld in het frame van de draaischijf. WAARSCHUWING: Om ernstig lichamelijk letsel te voorkomen, moet u de draaischijfvergrendelingsklem altijd omlaag zetten, voordat u gaat zagen. Als de draaischijfvergrendelingsklem niet goed op zijn plaats zit, kan de draaischijf bewegen tijdens het zagen. Leg het werkstuk vlak op de draaischijf met de rand stevig tegen de aanslag aangedrukt. Als een plank krom is, plaats dan de bolle kant tegen de aanslag. Als de holle kant tegen de aanslag wordt geplaatst, bestaat het gevaar dat de plank aan het einde van de zaagsnede op het zaagblad vastloopt en het zaagblad blokkeert. zie afbeeldingen 39 en 40. Wanneer u lange stukken hout of kroonlijsten zaagt, moet u het tegenovergestelde uiteinde van het werkstuk ondersteunen met een rolbok of een werkbank op dezelfde hoogte als de draaischijf. Lijn de op het werkstuk afgetekende zaaglijn uit met het zaagblad. Houd het werkstuk goed met één hand vast en druk het stevig tegen de aanslag. Gebruik voor zover mogelijk een bankschroef of een schroefklem om het werkstuk vast te zetten. zie afbeelding 32. WAARSCHUWING: Om ernstig lichamelijk letsel te voorkomen, moeten uw handen buiten de "verboden voor handen" zone blijven, op een afstand van minstens 80 mm van het zaagblad. Maak nooit zaagsneden uit de vrije hand (zonder het werkstuk tegen de aanslag aan te drukken). Doe, voordat u de zaagmachine in werking stelt, eerst een proef bij onbelast lopen, om u ervan te vergewissen dat de zaagsnede zonder probleem uitgevoerd kan worden. Houd de handgreep van de zaag goed vast, druk de blokkeerknop in en druk op de AAN/UIT schakelaar. Wacht enkele seconden totdat het zaagblad het maximale toerental heeft bereikt. Laat de AAN/UIT schakelaar los en wacht tot het zaagblad ophoudt met draaien voordat u het uit het werkstuk trekt. Wacht tot de elektrische rem het zaagblad heeft stilgezet voordat u het werkstuk van de draaischijf afneemt. Bij afschuinen zaagt u dwars op de draad van het werkstuk met het zaagblad in een schuine stand ten opzichte van de aanslag en de draaischijf. Schuine sneden worden uitgevoerd met de draaischijf op de stand 0° en het zaagblad onder een hoek tussen 0° en 45°. Trek de vergrendelpen uit de zaagkop en zet de zaagkop helemaal omhoog.


trek de draaischijfvergrendelingsklem omhoog. Draai de draaischijf totdat de aanwijzer uitgelijnd is op de nul op de verstekschaalverdeling. WAARSCHUWING: Om ernstig lichamelijk letsel te voorkomen, moet u de draaischijfvergrendelingsklem altijd omlaag zetten voordat u gaat zagen. Als de draaischijfvergrendelingsklem niet goed op zijn plaats zit, kan de draaischijf bewegen tijdens het zagen. Draai de afschuinvergrendelingsknop los en kantel de zaagkop naar links tot de gewenste schuine stand. De schuine stand kan worden ingesteld op een hoek tussen 0° en 45°. Lijn de aanwijzer uit op de gewenste hoek. Zodra de zaagkop op de gewenste hoek is ingesteld, draait u de afschuinvergrendelingsknop goed vast. Plaats het werkstuk vlak op de draaischijf met de rand stevig tegen de aanslag aangedrukt. Als een plank krom is, plaats dan de bolle kant tegen de aanslag. Als de holle kant tegen de aanslag wordt geplaatst, bestaat het gevaar dat de plank aan het einde van de zaagsnede op het zaagblad vastloopt en het zaagblad blokkeert. Wanneer u lange stukken hout of kroonlijsten zaagt, ondersteun dan het of de uitstekende uiteinden van het werkstuk met een rolbok of werkbank op dezelfde hoogte als de draaischijf van de zaag. Lijn de op het werkstuk afgetekende zaaglijn uit met het zaagblad. Houd het werkstuk goed met één hand vast en druk het stevig tegen de aanslag. Gebruik voor zover mogelijk een bankschroef of een schroefklem om het werkstuk vast te zetten. zie afbeelding 34. WAARSCHUWING: Om ernstig lichamelijk letsel te voorkomen, moeten uw handen buiten de "verboden voor handen" zone blijven, op een afstand van minstens 80 mm de het zaagblad. Maak nooit zaagsneden uit de vrije hand (zonder het werkstuk tegen de aanslag aan te drukken). Doe, voordat u de zaagmachine in werking stelt, eerst een proef bij onbelast lopen, om u ervan te vergewissen dat de zaagsnede zonder probleem uitgevoerd kan worden. Houd de handgreep van de zaag goed vast, druk de blokkeerknop in en druk op de AAN/UIT schakelaar. Wacht enkele seconden totdat het zaagblad het maximale toerental heeft bereikt. Laat de AAN/UIT schakelaar los en wacht tot het zaagblad ophoudt met draaien voordat u het uit het werkstuk trekt. Wacht tot de elektrische rem het zaagblad heeft stilgezet voordat u het werkstuk van de draaischijf afneemt. Bij een gecombineerde verstek- en schuinsnede wordt zowel een verstekhoek als een afschuinhoek gebruikt. Dit soort snede wordt gebruikt voor het vervaardigen van lijsten, het zagen van kroonlijsten, het maken van dozen of kisten met schuine zijkanten en voor het zagen van bepaalde soorten dakbalken. Om dit soort sneden te maken moet de draaischijf op de gewenste hoek worden ingesteld en moet de zaagkop worden gekanteld tot de gekozen afschuinhoek. De instelling van een gecombineerde verstek- en schuinsnede moet met grote zorg worden uitgevoerd omdat de twee hoeken direct met elkaar in verband staan. De instellingen van de verstekhoek en de afschuinhoek zijn van elkaar afhankelijk. Wanneer u de instelling van de verstekhoek verandert, wijzigt u het effect dat de afschuininstelling hierop heeft. En wanneer u de instelling van de afschuinhoek wijzigt, verandert u het effect dat de instelling van de verstekhoek hierop heeft. U moet wellicht meerdere instellingen uitproberen, voordat u de gewenste snede krijgt. De instelling van de eerste hoek moet worden geverifieerd nadat u de tweede hoek hebt ingesteld, omdat de instelling van de tweede hoek van invloed is op de instelling van de eerste hoek. Zodra u de juiste instellingen hebt verkregen voor een bepaalde zaagsnede, wordt aangeraden om de instellingen te testen op stukken afvalhout voordat u de definitieve zaagsnede maakt op het werkstuk. Trek de vergrendelpen uit de zaagkop en zet de zaagkop helemaal omhoog. trek de draaischijfvergrendelingsklem omhoog. @@De draaischijf kan gemakkelijk op een van deze vaste hoekinstellingen op het frame worden ingesteld. WAARSCHUWING: Om ernstig lichamelijk letsel te voorkomen, moet u de draaischijfvergrendelingsklem altijd omlaag zetten voordat u gaat zagen. Als de draaischijfvergrendelingsklem niet goed op zijn plaats zit, kan de draaischijf bewegen tijdens het zagen. Draai de afschuinvergrendelingsknop los en kantel de zaagkop naar links tot de gewenste schuine stand. de afschuinhoek kan worden ingesteld tussen 0° en 45°. Lijn de aanwijzer uit op de gewenste hoek. Zodra de zaagkop op de gewenste hoek is ingesteld, draait u de afschuinvergrendelingsknop weer stevig vast. controleer opnieuw de instelling van de verstekhoek. Voer een test uit op een stuk afvalhout. Leg het werkstuk vlak op de draaischijf met de rand stevig tegen de aanslag aan gedrukt. Als een plank krom is, plaats dan de bolle kant tegen de aanslag. Als de holle kant tegen de aanslag wordt geplaatst, bestaat het gevaar dat de plank aan het einde van de zaagsnede op het zaagblad vastloopt en het zaagblad blokkeert. Wanneer u lange stukken hout of kroonlijsten zaagt, moet u het tegenovergestelde uiteinde van het werkstuk ondersteunen met een rolbok of een werkbank op dezelfde hoogte als de draaischijf. Lijn de op het werkstuk afgetekende zaaglijn uit met het zaagblad. Houd het werkstuk goed met één hand vast en druk het stevig tegen de aanslag. Gebruik voor zover mogelijk een bankschroef of een schroefklem om het werkstuk vast te zetten. zie afbeelding 35. WAARSCHUWING: Om ernstig lichamelijk letsel te voorkomen, moeten uw handen altijd buiten de "verboden voor handen" zone blijven, op een afstand van minstens 80 mm de het zaagblad. Maak nooit zaagsneden uit de vrije hand (zonder het werkstuk tegen de aanslag aan te drukken). Doe, voordat u de zaagmachine in werking stelt, eerst een proef bij onbelast lopen, om u ervan te vergewissen dat de zaagsnede zonder probleem uitgevoerd kan worden. Houd de handgreep van de zaag goed vast, druk de blokkeerknop in en druk op de AAN/UIT schakelaar. Wacht enkele seconden totdat het zaagblad het maximale toerental heeft bereikt. Laat de AAN/UIT schakelaar los en wacht tot het zaagblad ophoudt met draaien voordat u het uit het werkstuk trekt. Wacht tot de elektrische rem het zaagblad heeft stilgezet voordat u het werkstuk van de draaischijf afneemt. Het werkstuk moet over de hele lengte ondersteund worden om te zorgen dat het niet doorzakt. De ondersteuning moet zorgen dat het werkstuk tijdens het zagen vlak op de voetplaat en op de draaischijf rust. Gebruik een bankschroef of een schroefklem om het werkstuk vast te zetten. WAARSCHUWING: Om ernstig lichamelijk letsel te voorkomen, moeten uw handen altijd buiten de "verboden voor handen" zone blijven, op een afstand van minstens 80 mm de het zaagblad. Maak nooit zaagsneden uit de vrije hand (zonder het werkstuk tegen de aanslag aan te drukken). 12 INSTELLINGEN VOOR GECOMBINEERDE VERSTEK- EN SCHUINSNEDEN Onderstaande tabel met instellingen voor gecombineerde verstek- en schuinsneden is bestemd om u te helpen de juiste instellingen te maken. Aangezien dit soort zaagsneden het moeilijkst te realiseren is, verdient het de voorkeur proefzaagsneden te maken op stukken afvalhout om de verschillende configuraties te testen, voordat u de definitieve zaagsnede maakt .


Elke opgegeven instelling voor A (afschuinhoek) en V (verstekhoek) is tot op 0,005° nauwkeurig. 13 KROONLIJSTEN ZAGEN Uw verstekzaag is ideaal voor het zagen van kroonlijsten. Over het algemeen is het zelfs het gereedschap bij uitstek voor dit soort werk. Om goed te passen moeten kroonlijsten met grote precisie gezaagd worden. De contactvlakken van een kroonlijst die vlak tegen het plafond en de wand van een vertrek liggen vormen een hoek van precies 90° wanneer men ze bij elkaar optelt. De meeste kroonlijsten hebben boven aan de achterkant (het gedeelte dat vlak tegen het plafond aan zit) een hoek van 52° en beneden aan de achterkant (het gedeelte dat valk tegen de muur aan zit) een hoek van 38°. Om deze methode te gebruiken om met precisie kroonlijsten te zagen voor rechthoekige binnen- en buitenhoeken, legt u de lijst met het breedste binnenvlak plat op de draaischijf, tegen de aanslag aangedrukt. Denk eraan bij het maken van de afschuinen verstekhoekinstellingen voor de gecombineerde verstek- en schuinsneden, dat de instellingen elkaar onderling beïnvloeden: wanneer u de ene hoek wijzigt, verandert ook de andere hoek. De hoeken voor kroonlijsten luisteren heel nauw en zijn moeilijk in te stellen. Aangezien de hoekinstellingen soms ontregeld raken, moeten alle instellingen eerst getest worden op stukken afvalhout. Bovendien zijn de meeste muren niet precies haaks en moeten de instellingen dienovereenkomstig worden aangepast. DRAAISCHIJF De instellingen in onderstaande tabel kunnen worden gebruikt voor het zagen van kroonlijsten met hoeken van 52° en 38°. Wanneer u kroonlijsten met deze methode zaagt, moet de afschuinhoek worden ingesteld op 33,85°. De verstekhoek moet worden ingesteld op 31,62° naar rechts of naar links, afhankelijk van het gewenste resultaat. de lijst moet plat op de draaischijf worden gelegd. Volg onderstaande tabel voor de juiste hoekinstellingen en de correcte plaatsing van de kroonlijst op de draaischijf. Plaats de bovenkant van het profiel tegen de aanslag. Plaats de onderkant van het profiel tegen de aanslag. Plaats de onderkant van het profiel tegen de aanslag. Plaats de bovenkant van het profiel tegen de aanslag. Wanneer u een krom werkstuk zaagt, leg het dan altijd met de bolle zijde tegen de aanslag op de draaischijf, zoals getoond in afbeelding 39. Als het kromme werkstuk verkeerd geplaatst is, zoals getoond in afbeelding 40, zal het werkstuk vlak voor het einde van de zaagsnede het zaagblad klemmen. WAARSCHUWING: Om terugstuiten en ernstig lichamelijk letsel te voorkomen, mag u nooit een krom of gebogen werkstuk met de holle kant tegen de aanslag leggen. Het gebruik van andere onderdelen kan gevaar opleveren of uw machine beschadigen. Gebruik geen oplosmiddelen voor het schoonmaken van de plastic onderdelen. De meeste kunststoffen kunnen beschadigd raken door het gebruik van bepaalde in de handel zijnde oplosmiddelen. Gebruik een schone doek om vuil, stof, olie, vet e. WAARSCHUWING: De plastic onderdelen mogen nooit in aanraking komen met remvloeistof, benzine, petroleumproducten, kruipolie enz. Deze producten bevatten namelijk chemicaliën die het plastic kunnen beschadigen, verzwakken of aantasten. verg niet TEVEEL van uw gereedschap. Door verkeerd gebruik kunt u uw machine en het werkstuk beschadigen. WAARSCHUWING: Probeer niet om veranderingen aan dit gereedschap aan te brengen of om het te gebruiken met accessoires die niet voor gebruik met dit gereedschap zijn aanbevolen. Dergelijke veranderingen of wijzigingen vallen onder verkeerd gebruik en kunnen gevaarlijke situaties teweegbrengen die ernstig lichamelijk letsel kunnen veroorzaken. UPOZORNùNÍ: Abyste nepokodili pojistku vfietene, poãkejte vÏdy, dokud se motor úplnû nezastaví, pak teprve zablokujte vfieteno pojistkou. CE CONFORMITEITSVERKLARING Wij verklaren op onze eigen verantwoordelijkheid dat dit product voldoet aan de volgende normen of normatieve documenten. @@Het is belangrijk dat u deze instructies goed leest, voordat u het apparaat gaat gebruiken, en dat u zich eraan houdt. Hetzelfde geldt voor de industriële veiligheidsvoorschriften die van kracht zijn in het land waarin u het apparaat gebruikt. Deze voorschriften moeten zorgvuldig bewaard worden om ze naderhand te kunnen naslaan en moeten met het apparaat meegegeven worden als u dit uitleent of verkoopt. GEBRUIK Het laadapparaat is bestemd om te worden gebruikt voor inschuifaccu's met een spanning van 9,6 tot 18 V. Gevaar voor letsel Bij het gebruik van het laadapparaat moeten de elementaire veiligheidsregels in acht genomen worden om gevaar voor elektrische schokken, lichamelijk letsel en brandwonden te voorkomen. Lees deze voorschriften zorgvuldig door, voordat u het apparaat gaat gebruiken en houd u er aan. Controleer, alvorens het apparaat te gebruiken, of het snoer en de stekker niet beschadigd zijn. Het apparaat mag nooit vochtig worden of in een vochtige omgeving worden gebruikt. Gebruik het apparaat niet als het een harde schok of stoot heeft gehad of als het op de een of ander manier beschadigd is. Wegens de warmte die zich tijdens het laden ontwikkelt mag het laadapparaat niet worden gebruikt op een brandbaar oppervlak of in een ontvlambare omgeving. Zorg dat de ventilatieopeningen niet worden afgedekt. u mag het apparaat nooit zelf demonteren. Het verkeerd hermonteren van het apparaat kan gevaar voor elektrische schokken of brand veroorzaken. Trek de stekker van het laadapparaat uit het stopcontact wanneer u het niet gebruikt of wanneer u het schoonmaakt. Gebruik uitsluitend goedgekeurde verlengsnoeren die in perfecte staat verkeren. Vergewis u ervan dat er tijdens het opladen voldoende ventilatie is. Slechte werking van het laadapparaat tijdens het laden kan worden veroorzaakt door overmatige gebruiks- en opslagtemperaturen. Temperaturen boven 40 °C moeten vermeden worden. Het opladen in gesloten kasten of in de buurt van warmtebronnen (radiatoren, zon, enz. ) veroorzaakt verschijnselen van warmte-accumulatie die het apparaat kunnen beschadigen. Als u de accu gedurende langere tijd niet gebruikt, verwijder deze dan van het laadapparaat en trek de stekker hiervan uit het stopcontact. De contacten van de accu moeten worden beschermd om kortsluitingen, die veroorzaakt kunnen worden door metalen voorwerpen, te voorkomen. Deze kortsluitingen kunnen brand of ontploffingen veroorzaken! Bevestig niets op het apparaat met behulp van schroeven of klinknagels. de schroeven of klinknagels kunnen de isolerende behuizing nutteloos maken. Wij raden u aan zelfklevende etiketten te gebruiken. Gebruik het apparaat uitsluitend voor het opladen van originele RYOBI accu's. Beschadiging van eigendommen/materiaal De netspanning moet overeenkomen met de op het apparaat vermelde voedingsspanning. Wanneer het rode lampje uitgaat en het groene lampje gaat branden, is de accu volledig geladen. Wanneer de accu kort na gebruik wordt ingezet, kan het zijn dat het rode lampje op het laadapparaat niet gaat branden.


Laat de accu in dit geval even afkoelen. Schuif hem vervolgens opnieuw in en probeer nogmaals om hem te laden. Als u twee accu's achter elkaar wilt laden, wacht dan 15 minuten tussen de twee laadoperaties. Het laadapparaat heeft drie lampjes: een groene, een rode en een gele. 1. Rood lampje knippert: voorlaadfase (bij laagspanning), die maximaal drie minuten duurt. rood lampje knippert en geel lampje brandt. Indien dit aanhoudt, betekent dit dat er kortsluiting is en dat uw laadapparaat door een ERKEND RYOBI SERVICECENTRUM moet worden nagekeken. Gebruik om een accu te laden uitsluitend het bij de accu geleverde laadapparaat. 2. Vergewis u ervan dat de voedingsspanning overeenkomt met de normale netspanning van 230 V-240 V, 50 Hz. 3. Sluit het laadapparaat aan op een stopcontact. 4. Plaats de accu zo op het laadapparaat dat de ribbels op de accu overeenkomen met de groeven op het apparaat en schuif hem op zijn plaats. Het rode lampje moet nu gaan branden. dit lampje duidt de snellaadmodus aan. Als het rode lampje knippert, betekent dit dat de accu grondig ontladen is of dat deze warm is. Als de accu warm is, houdt het rode lampje op met knipperen en gaat continu branden zodra de accu voldoende afgekoeld is. Als de accu grondig ontladen is, gaat het rode lampje continu branden als de spanning voldoende gestegen is. normaliter moet dit minder dan 30 minuten duren. Als na een uur het rode lampje nog steeds knippert, betekent dit dat de accu defect is en vervangen moet worden. @@@@@@ 6. @@ 7. Als u de accu van het laadapparaat afneemt en onmiddellijk (in minder dan 5 seconden) weer inzet, gaat het groene lampje, dat aanduidt dat de accu volledig geladen is, branden. Als u de accu van het laadapparaat afneemt en meer dan 5 seconden wacht voordat u hem weer inzet, werkt het laadapparaat normaal. 8. Na normaal gebruik van de accu is ongeveer 1 uur nodig om hem volledig te laden en anderhalf uur om een grondig ontladen accu weer op te laden. 9. Tijdens het laden voelt de accu bij aanraking enigszins warm aan. Dit is normaal en duidt niet op een verkeerde werking. 10. Plaats het laadapparaat niet op een zeer warme of zeer koude plaats. Indien u het laadapparaat van een koude naar een warme plaats verplaatst, controleer dan of zich geen condensvocht op het apparaat heeft gevormd. Als het apparaat vochtig is, wacht dan een uur of twee alvorens het op de stroom aan te sluiten. @@@@@@@@Gevaar voor letsel Onderhoud, controle en reparatie moeten door elektromonteurs worden uitgevoerd volgens de in het land van gebruik geldende wettelijke voorschriften. Onderhoud en reparatie Wij raden u aan u tot onze reparatiecentra te wenden: ERKENDE RYOBI SERVICECENTRA. Garantie De RYOBI apparaten zijn gewaarborgd in overeenstemming met de wettelijke bepalingen afhankelijk van de verschillende landen (een factuur geldt als bewijs van aankoop). Beschadigingen veroorzaakt door abnormaal gebruik, overbelasting of door natuurlijke slijtage vallen niet onder de garantie. U wordt verzocht contact op te nemen met onze reparatiecentra: ERKENDE RYOBI SERVICECENTRA. Niet meer gebruikte verpakkingen, apparaten en accessoires moeten gerecycleerd worden. Gooi de accu's nooit in de vuilnisbak, in het vuur of in het water. CE CONFORMITEITSVERKLARING Wij verklaren op onze eigen verantwoordelijkheid dat dit product voldoet aan de volgende normen of normatieve documenten. @@De accu bereikt pas na 3 tot 5 oplaadcycli zijn volle capaciteit. Voor deze accu's worden hoogwaardige elektroden gebruikt om tijdens de volledige bedrijfsduur een gelijkmatige arbeidsspanning van de motor te waarborgen. Voor de eerste ingebruikname moet de accu worden opgeladen. gebruik voor het opladen van de accu het bijpassende oplaadapparaat. Na 3 tot 5 laadcycli (1 cyclus = opladen, gebruik, heropladen) bereikt de accu zijn volle nominale capaciteit! de oplaadtijd bedraagt ongeveer 60 minuten. De accu's van 9,6 tot 18 V zijn bedoeld voor bovenvermelde series. De accu's zijn voorzien van een herkenningssysteem dat voorkomt dat een accu wordt aangesloten op een apparaat waarvoor hij niet geschikt is. Opgeladen accu's zijn onderhevig aan zelfontlading. De snelheid waarmee zelfontlading plaatsvindt hangt af van de omgevingstemperatuur. Wanneer een accu langer dan twee maanden is bewaard zonder gebruikt te worden, moet hij voor ingebruikname opnieuw geladen worden. Bij hogere temperaturen is deze periode korter. Wanneer de gebruiksaanwijzingen gevolgd worden, kunnen accu's een levensduur van ongeveer 1000 laadcycli bereiken. Laad uw accu's niet op bij temperaturen onder 5 °C of boven 40 °C. Bewaar, indien mogelijk, uw accu's bij kamertemperatuur. Een andere vorm van onderhoud is niet nodig. Wanneer de accu snel aan vermogen verliest ondanks correct te zijn opgeladen, betekent dit dat het einde van de levensduur van de accu is bereikt. Gooi lege accu's niet bij het huisvuil, in het vuur of in het water. De accu's zijn verzegeld en mogen niet worden geopend. Niet in het vuur werpen en niet met geweld openen. Gebruik geen accu's die een harde slag of stoot hebben gekregen of die op een ander manier beschadigd zijn. .


Powered by TCPDF (www.tcpdf.org)

Uw gebruiksaanwijzing. RYOBI CMS-1801

Recommend Documents