Toetstermen MODULE traditioneel
Interieuronderhoud traditioneel Handeling
Opmerking
1
p
Materiaal en middelen verzamelen
2
p
Materiaalwagen controleren, eventueel aanvullen.
3
p
Snoer van de stofzuiger controleren.
Opengevouwen klamvochtige werkdoek; werk vanaf de machine naar de stekker
4
t
Stofzuigslang aan de stofzuiger monteren.
Deze vooraf aan het controleren van de stofzak monteren. Bij beroering van de stofzuigzak (tijdens controle van de zakinhoud) zal stof door de slangaansluiting ontsnappen. Dit wordt nu grotendeels tegengegaan.
5
p
Binnenzijde van de stofzuiger controleren.
Extra stofzak in plastic zak, filters, stofzak niet voller dan 2/3.
6
p
Stofzuigbuis en stofzuigmond monteren. Stofzuigmond
Controleren op vervuiling en
controleren.
op de juiste onderzijde van de zuigmond, borstel voor harde homogene vloeren en een vlakke plaat voor tapijt.
7
p
Werkwagen met 2 kleuren emmers, 2 kleuren
Twee kleuren systeem. In
werkdoeken en reinigingsmiddel dagelijks interieur
uitzonderlijke gevallen kan 1 kleur gebruikt worden, wanneer er geen vuilere onderdelen aanwezig zijn, kleinere objecten, van schoner naar vuiler werken e.d.
8
p/t
Etiket lezen en interpreteren.
In staat reinigingsmiddel te kiezen gegeven een taak en afwerkmateriaal
9
p
Doseren in beide emmers
10
p/T
Reinigingsmiddelgebruiken. Aangegeven aanwijzingen voor dosering volgen.
11
p
Werkdoeken ergonomisch uitwringen
Toetstermen module traditioneel Versie 1.0, juni 2010
Polsen niet draaien 1 van 16
Toetstermen module traditioneel
Interieuronderhoud traditioneel vervolg) Handeling
Opmerking
12
p
Werkdoeken vouwen.
Handzaam formaat
13
p
De materiaalwagen centraal plaatsen
Voor of bij de deur van het te reinigen interieur zetten. Bij grote vertrekken de materiaalwagen centraal neerzetten
14
p
Een te reinigen interieurruimte vooraf controleren.
15
p
Afvalbak in de hefboomhouding optillen; wanneer ter plaatse een zak wordt vervangen op één knie rusten.
16
p
Afvalzak legen of vervangen.
Bij natte klevende vervuiling afvalzak vervangen, bij los droog vuil afvalzak niet vervangen maar legen.
17
p
Overmatige vervuiling op een tafel of bureau eerst
Aangekleefd of natte
wegnemen
vervuiling wegnemen met een vuilere werkdoek. De plek verwijderen door met de werkdoek van buiten naar binnen te werken, eventueel de werkdoek omkeren en nogmaals over de plek gaan. Hierdoor blijft de schonere werkdoek schoon voor de overige werkzaamheden. Droog vuil opnemen met een schoon stofblik en (hand-) stoffer, droge vuilere werkdoek of papier.
18
p
Een logische werkvolgorde aanhouden.
19
p
Niet dubbel wrijven over een oppervlak
Horizontale vlakken in banen reinigen, waardoor er geen draaiingen van de pols ontstaan.
Toetstermen module traditioneel Versie 1.0 – juni 2010
2 van 16
Toetstermen module traditioneel
Interieuronderhoud traditioneel vervolg) Handeling 20
p
Opmerking Papieren op tafels, bureaus e.d. niet verleggen of oppakken.
21
p
Computers, toetsenborden e.d. niet reinigen.
22
p
Telefoontoestellen, toetsenborden e.d. niet verplaatsen.
23
p
Telefoonhoorn met een schone kant van de werkdoek doen.
24
p
Periodieke taak uitvoeren, zoals een deur, kast of
Klamvochtige werkdoek
ladekast. Uitgangspunt is een licht vervuild oppervlak.
gebruiken. Ook de randen en bovenkant niet vergeten.
25
p
De zuigbuis (met gemonteerde zuigmond en slang) heeft de juiste lengte wanneer de bovenkant van de zuigbuis tussen oksel en bovenkant schouder is ingesteld.
26
p
Bij het stofzuigen een wandcontactdoos zoeken waarbij het snoer zodanig neergelegd kan worden dat men deze tijdens het stofzuigen niet of zo weinig mogelijk tegenkomt.
27
p
Zodanig stofzuigen dat men niet naar de stofzuiger, maar vanaf de stofzuiger gaat werken.
28
p
Resultaatcontrole stofzuigen.
29
p
De zuigmond, slang en zuigbuis van elkaar los nemen. De buitenzijde van de stofzuiger, zuigbuis en zuigmond klamvochtig reinigen.
30
p
Snoer van de stofzuiger reinigen en controleren.
Werk vanaf de machine naar de stekker
31
p
Resultaatcontrole interieur.
32
p
Reinigen van de overige gebruikte werkmaterialen..
33
p
Werkdoeken laten drogen. Regelmatig in de was doen.
34
p
Afvoeren van vuilniszakken. of naar verzamelpunt brengen.
Toetstermen module traditioneel Versie 1.0 – juni 2010
3 van 16
Toetstermen module traditioneel Sanitaironderhoud traditioneel Handeling 35
p
Opmerking De werkdoeken in een afgesloten reservoir of plastic zak meenemen.
36
p/t
Twee kleurensysteem voor sanitair
37
p/t
Etiket lezen en interpreteren.
38
p
Doseren in beide emmers
39
p/t
Reinigingsmiddelgebruiken. Aangegeven aanwijzingen voor dosering volgen.
40
p
De materiaalwagen centraal plaatsen
Voor of bij de deur van het te reinigen sanitair zetten. Bij grote vertrekken de materiaalwagen centraal neerzetten
41
p
Bij sanitairreiniging altijd handschoenen dragen.
Voor de persoonlijke hygiëne
42
p
Gevarenbord(en) plaatsen.
Om aan te geven dat er in het toilet gewerkt wordt. Ook kan de vloer nat worden
43
p
De materiaalwagen voor of bij de deur van het te reinigen sanitair zetten.
44
p
Een te reinigen sanitaire ruimte vooraf controleren.
Losse vervuiling vooraf aan het reinigen verwijderen, omdat los vuil gaat kleven wanneer het nat wordt en moeilijk is te verwijderen. Controle van handdoek, toiletpapier- en zeepdispensers.
45
p
Toiletpot spoelen.
46
p
Afvalbak in de hefboomhouding optillen. Op één knie de afvalzak vervangen.
47
p
Afvalbak met vervuiling meenemen en buiten de ruimte
Voorkomt extra looptijd.
plaatsen.
Makkelijker bij schoonmaken vloer.
48
p
Afvalzak altijd vervangen wanneer er vuil in zit.
49
p
Overmatige vervuiling op een wastafel eerst wegnemen.
Bv. handzeep vooraf met bv. een papieren handdoek of toiletpapier wegnemen
Toetstermen module traditioneel Versie 1.0 – juni 2010
4 van 16
Toetstermen module traditioneel
Sanitaironderhoud traditioneel (vervolg) Handeling 50
p
Opmerking Droog vuil op de vloer vooraf wegnemen.
Met een stofblik en handstoffer. Nooit met de handen oppakken, er kan glas of een injectienaald onder liggen.
51
p
Sanitairreinigingsmiddel “dagelijks” met sproeiflacon in
Het product niet vernevelen
de toiletpot spuiten en het product met een toiletborstel verdelen. Eventueel ook de wastafel inzetten. 52
p
Gebruik van de ergonomische toiletborstel.
53
p
Toiletborstel in de toiletpot laten staan.
Na de inwerktijd moet de toiletpot vooraf aan het doorspoelen met de toiletborstel worden “geschrobd‟. Tijdens de inwerktijd weekt de toiletborstel tevens schoon.
54
p
Een logische werkvolgorde aanhouden.
Van schoner naar vuiler werken, van hoog naar laag en van “buiten” naar “binnen” (links- of rechtsom in de ruimte)
55
p
Niet dubbel wrijven over een oppervlak.
56
p
Met onder de kraan nat gemaakte vingers de spiegel bevochtigen met druppels water en vlekken verwijderen met papier.
57
p
De witte handpad / sanitairspons nat maken onder de kraan om aangekleefd vuil los te maken van de muur boven en naast de wastafel, zeepdispenser handel en zeepuitstroomopening, kraan, wastafel boven- en binnenzijde.
58
p
Witte handpad / sanitairspons na gebruik onder de wastafelkraan uitspoelen, en terug naar de materiaalwagen brengen.
Toetstermen module traditioneel Versie 1.0 – juni 2010
5 van 16
Toetstermen module traditioneel
Toetstermen module traditioneel Versie 1.0 – juni 2010
6 van 16
Toetstermen module traditioneel Sanitaironderhoud traditioneel (vervolg) Handeling 59
p
Opmerking Met schonere werkdoek beginnen. Van schoon naar vuil in een logische volgorde. In het toilet om en nabij de toiletpot: alleen de deur plaatselijk, deurklink, deurslot, toiletpapierdispenser, waterreservoir bovenzijde, doorspoelinrichting en eventuele richels/ randen hoger dan ca. één meter met de schonere werkdoek reinigen.
60
p
Vooraf aan het gebruik van de vuilere werkdoek de
De losgeweekte vervuiling wordt
toiletpot borstelen en toiletpot spoelen.
met behulp van de toiletborstel extra goed verwijderd. Tijdens het borstelen en daarna het spoelen van de toiletpot wordt de toiletborstel van vervuiling ontdaan. Het handvat van de borstel en de toiletborstelhouder buitenzijde worden met de (nog schone) vuilere werkdoek gereinigd.
61
p
Bij toiletpotreiniging de volgorde van schoner naar
Volgorde: bovenzijde/ onderzijde
vuiler aanhouden.
toiletdeksel en toiletbril, scharnieren, buitenzijde toiletpot (de buitenzijde van de toiletpot is doorgaans schoner dan de bovenzijde), bovenzijde en rand van de toiletpot en daarna de afvalbak buitenzijde en een eventuele hygiënebox.
62
p
Periodieke taak uitvoeren, zoals de deuren en wanden
Deuren/wanden nat inzetten van
van de sanitairruimte reinigen of de pot ontkalken
beneden naar boven; drogen van boven naar beneden. Pot: inzetten met inzetborstel met kalkverwijderaar en laten inwerken (zie etiket).
Toetstermen module traditioneel Versie 1.0 – juni 2010
7 van 16
Toetstermen module traditioneel Sanitaironderhoud traditioneel (vervolg) Handeling
Opmerking
63
p
Resultaatcontrole sanitair.
Onvolkomenheden herstellen.
64
p
Vloer moppen.
Afvalbak terugplaatsen.
65
p
Alleen wanneer de vloer droog is mag het gevarenbord worden verwijderd.
66
p
Reinigen van de overige gebruikte werkmaterialen. Afvoeren van de vuile werkdoeken.
67
p
Vuile werkdoek in een wasnet doen.
68
p
Handen wassen en van crème voorzien.
Toetstermen module traditioneel Versie 1.0 – juni 2010
8 van 16
Toetstermen module traditioneel
Stofwissen Handeling 69
p
Opmerking Materiaal en middelen verzamelen: stofwisser met in
Mag zowel oliehoudend, kleef-
hoogte verstelbare steel, voldoende stofwisdoeken,
of lijmdoeken en statische
stoffer en stofblik, twee klamvochtige werkdoeken (voor
doeken zijn
schonere en vuilere werkzaamheden) 70
t
Behandelen diverse soorten stofwisdoeken: oliehoudende, kleefdoeken en statische doeken
71
t
Reden trapeziumvormige vorm voet stofwisser
Kan men beter in de hoeken wissen; meenemen vuil
72
p
Controleren ruimte (vochtige plekken)
Wegnemen met vuilere werkdoek
73
p
Steel op juiste lengte stellen
Tussen oksel en bovenkant van de schouder
74
p
Stofwisdoek aanbrengen
75
p
Zijkanten naast de stofwisser lopen
76
p
Hand op de knop van de steel
77
p
Middengedeelte: banen lopen achter de stofwisser
78
p
Nooit de stofwisser met vuile stofwisdoek optillen
79
p
Resultaatcontrole en eventueel bijwerken
Niet vastknijpen
Dus stofwisser omdraaien nadat alles gedaan is, zodat je de ruimte kunt overzien
80
p
Stofwisdoek losmaken van de stofwisser
81
p
Met stoffer en stofblik de stofwisdoek en het nog
1 Punt van het blik op de
aanwezige vuil van de vloer op het stofblik opvegen.
stofwisdoek
82 83
Vuile stofwisdoek weggooien in afvalzak p
Schoonmaken gebruikte materiaal. Opruimen gebruikte
Van schoon naar vuil
middelen en materiaal.
Toetstermen module traditioneel Versie 1.0 – juni 2010
9 van 16
Toetstermen module traditioneel Moppen Handeling 84
p
Opmerking Materiaal en middelen verzamelen: in hoogte verstelbare steel, dubbele rolemmercombinatie, moppen, water en reinigingsmiddel, klamvochtige werkdoek en waarschuwingsbord
85
p
Etiket vloerreiniger controleren of geschikt voor moppen
86
p
Schoonwater- en vuilwateremmer vullen met water en
Doseren volgens etiket
reinigingsmiddel. 87
p
Pers boven vuilwateremmer plaatsen
88
p
De mopsteel op de juiste lengte zetten
Tussen oksel en bovenkant van de schouder
89
p
Controleren ruimte
Losliggend vuil is door stofwissen verwijderd
90
p
Waarschuwingbord plaatsen
Tijdens het moppen is de vloer nat, daardoor kan een glad oppervlak ontstaan, waardoor passanten kunnen uitglijden.
91
p
De mop geheel in de vuilwateremmer dompelen en
Met rechte rug, horizontaal
uitwringen
kijkend de handel van de pers omlaag duwen tot er geen water meer uitkomt
92
p
Mop tot 1/3 in schoonwateremmer dompelen en uitwringen
93 94
p p
Met de mop 1-mopbreedte van de kant beginnen en een
Loop naast de mop. Bij begin
U-vorm maken. Tweede baan langs de kant terug.
2e baan, mop keren.
In de hoeken met de punt van de schoen met enkele
Niet op de mop drukken
mopstrengen het vuil uit de hoek vegen. 95
p
De mop geheel in de vuilwateremmer dompelen en uitwringen
96
Mop tot 1/3 in schoonwateremmer dompelen en uitwringen
97
p
Mop het overgebleven vrije oppervlak van ongeveer 2
Begin achterin, sleep de mop
meter breed door middel van „achtjes”.
achter je aan. Tijdens de achtjes de mop vlak voor de voeten heen en weer bewegen
Toetstermen module traditioneel Versie 1.0 – juni 2010
10 van 16
Toetstermen module traditioneel
Moppen traditioneel (vervolg) Handeling
Opmerking
98
p
Resultaatscontrole en eventuele fouten herstellen
99
p
Mop uitspoelen in de vuilwateremmer, uitwringen. Vervolgens in de schoonwateremmer uitspoelen en uitwringen.
100
p
Wanneer de vloer droog is, waarschuwingsbord(en) verwijderen.
101
De materialen en middelen schoonmaken en opruimen
Mop te drogen hangen. Regelmatig mop laten wassen.
Toetstermen module traditioneel Versie 1.0 – juni 2010
11 van 16
Toetstermen module traditioneel Reinigingsmiddelen Handeling 102 103
t/p t
Opmerking De in de schoonmaak algemeen gebruikte pictogrammen
Zie overzicht van
kennen en toepassen
pictogrammen
pH-waarde van reinigingsmiddelen op het etiket kunnen
Weten welke pH-waarde wat
vaststellen en weten welke vervuiling daarmee
doet
weggehaald kan worden 104
t/p
Juiste reinigingsmiddel kunnen kiezen voor een bepaalde
Etiketten van
taak
reinigingsmiddelen lezen en kunnen toepassen
105
t
Kunnen beschrijven welke gevaren reinigingsmiddelen hebben gegeven een afwerkmateriaal
106
t
Kennis hebben van VeiligheidsInformatieBladen (VIB) en bij ongelukken weten wat er moet gebeuren
107
t/p
Kennis hebben van Duitse Hardheid (DH) en wat dat betekent voor het doseren
108
t
Weten dat reinigingsmiddelen het milieu belasten
109
t/p
Het gevaar van een te hoge dosering kennen
Toetstermen module traditioneel Versie 1.0 – juni 2010
12 van 16
Toetstermen module traditioneel
Pictogrammen toepassing
persoonlijke verzorging
harde vloeren
zachte vloeren
harde oppervlakken/ interieurverzorging
sanitaire ruimte
textielverzorging
machinale vaatwas
hand afwas
keukenruimte
Toetstermen module traditioneel Versie 1.0 – juni 2010
13 van 16
Toetstermen module traditioneel Pictogrammen werkmethoden
handmatig reinigen
handmatig vloerbewerken
verwerken met eenschijfsmachine
verwerken met schrob-/zuigmachine
Pictogrammen veiligheid (geldig tot 2013)
schadelijk
brandbaar
bijtend
giftig
milieugevaarlijk
Toetstermen module traditioneel Versie 1.0 – juni 2010
14 van 16
Toetstermen module traditioneel Pictogrammen veiligheid (geldig vanaf 2011)
Zeer brandbaar
Brandbaar
Bijtend
Giftig
Milieugevaarlijk
Schadelijk op termijn
Toetstermen module traditioneel Versie 1.0 – juni 2010
15 van 16
Toetstermen module traditioneel Pictogrammen veiligheid (geldig vanaf 2011)
Fles
Toetstermen module traditioneel Versie 1.0 – juni 2010
16 van 16