STICHTING BRAHM RISHI KAYLAASH DHAAM HCC SHIV MANDIR ALMERE-POORT
BELEIDSPLAN 2016-2020
Inhoudsopgave Voorwoord ............................................................................................................................................... 3 Leeswijzer ................................................................................................................................................ 4 1. De gemeente Almere........................................................................................................................... 5 2. Visie ..................................................................................................................................................... 7 3. Missie................................................................................................................................................... 9 4. Belangrijke waarden .......................................................................................................................... 11 5. Stichting typering ............................................................................................................................... 13 6. Bestuur .............................................................................................................................................. 15 7. Commissie Stichting Opbouw............................................................................................................ 18 8. Pandit................................................................................................................................................. 19 9. Doelen en speerpunten 2011-2015 ................................................................................................... 20
2
Voorwoord In januari 2010 geeft Stichting Brahm Rishi Kaylaash Dhaam opdracht om een nieuw beleidsplan te schrijven. Dit beleidsplan is gericht op de periode 2011-2015. De bestuursleden maken een eerste opzet en leggen dit ter goedkeuring voor aan de stichting. Samen is er gekozen voor een duidelijke structuur en wordt ernaar gestreefd om gericht te zijn op de praktijk. Bijna maandelijks is er overleg tussen de twee schrijvers, predikant en stichting. De stichting is zich er goed van bewust dat zij uiteindelijk verantwoordelijk is voor het beleidsplan en voor de uitvoering van de in dit plan genoemde doelen en speerpunten. Zorgvuldig wordt hoofdstuk na hoofdstuk geschreven. Zo geeft dit beleidsplan inzicht in wie de stichting, behorend tot de hindoeïstische filosofie in Nederland, is, wat haar fundament is en welke richting zij op wil. Daarbij is samen in dit nieuwe beleidsplan geprobeerd om met elkaar een visie te ontwikkelen die richtinggevend kan zijn voor de stichting. Bij dit alles zijn heilige geschriften, voornamelijk de Shree Raam Charit Maanas en de Shreemad Bhagavad Geeta, telkens richtinggevend geweest bij de keuzes die de stichting moest maken. In het beleidsplan zit een duidelijke structuur. De stichting dient de voortgang over de gewenste ontwikkeling aan te sturen. De voormalige en huidige generatie verschillen veel, als het gaat om onderwijs, maatschappelijke ontwikkelingen en emancipatie. De hedendaagse maatschappij denkt anders over het leven dan generaties terug. Men is zelfbewuster, gericht op onafhankelijkheid en heeft een sterke binding met de Nederlandse samenleving. Indien we spreken over het vinden van de roots en binding met de Hindoestaanse cultuur, verbinden zij zich sneller met India dan met Suriname. De behoefte aan kennis over de hindoeïstische filosofie en spiritualiteit ligt momenteel anders. Ouderen hebben meer interesse in rituelen en gebeden, terwijl juist de huidige generatie zoekt naar de betekenis en achterliggende gedachte van deze religieuze uitingen. Daarnaast heeft de hindoeïstische filosofie zich in de afgelopen jaren sterk ontwikkeld. Vooral Nederlanders hebben zich meer hiernaar toegetrokken. Ook blijkt dat jongeren veel interesse hebben in spiritualiteit. Namens de stichting dank ik de bestuursleden voor het schrijven van het plan en de prettige samenwerking. Ik hoop dat u het beleidsplan met vreugde zult lezen en dat u zich zult herkennen in de beschrijving van de stichting en haar doelstellingen. Namens de stichting, Voorzitter Kishoor Nanhoe
3
Leeswijzer Het beleidsplan van de stichting omschrijft het fundament en geeft inzicht in haar identiteit en waarden. Hiermee geeft het meer sturing aan de stichting. Hoofdstuk 1 beschrijft hoe de gemeente in Almere is ontstaan, welke ontwikkelingen de mandir in grote lijnen heeft meegemaakt en hoe de samenstelling van de stichting momenteel is. Hoofdstuk 2 beschrijft de visie waarbij de hindoeïstische opdracht als vertrekpunt is genomen. Hoofdstuk 3 beschrijft de missie waarbij de hindoeïstische opdracht als vertrekpunt is genomen en beschrijft wat deze opdracht specifiek voor de stichting betekent. Hoofdstuk 4 is een verdieping op de stichting waarbij belangrijke waarden van de stichting worden beschreven. Deze waarden geven aan wat belangrijk is en welke keuzes gemaakt worden. Hoofdstuk 5 tot en met 8 beschrijft de stichting typering, de taken en activiteiten van het bestuur van Stichting Brahm Rishi Kaylaash Dhaam, de Commissie Stichtingopbouw en de pandit. Hierdoor is duidelijk de aansluiting zichtbaar geworden tussen de missie en visie en de (sub)visies en taken. Hoofdstuk 9 beschrijft de speerpunten voor 2011-2015 en zijn met name gebaseerd op de resultaten van de stichting bijeenkomsten. Deze speerpunten zijn opgenomen om de gewenste inhoud richting te geven. Werkwijze beleidscyclus Elke vier jaar wordt het beleidsplan bijgesteld in opdracht om zo de doelen te verwezenlijken. Er wordt onder andere gebruik gemaakt van de input die de stichting geeft en door het bijwonen van stichting avonden. De stichting toetst jaarlijks de ontwikkelingen en stelt de speerpunten eventueel bij. Het is handig om jaarlijks het beleidsplan te actualiseren. Het invullen van activiteiten wordt uitgevoerd in een activiteitenplan. Het activiteitenplan wordt verder vormgegeven door commissies, aangestuurd vanuit de stichting.
4
1. De gemeente Almere 1.1 Stad Almere De gemeente Almere is een stad in de Nederlandse provincie Flevoland. De gemeente Almere heeft ruim 175.000 inwoners en grenst aan de steden Lelystad en Zeewolde. Van alle steden is Almere de jongste stad en behoort zij tot de tien grootste gemeenten van Nederland.
1.2 Historie Voorheen bestond Almere niet. Er waren polders die bedoeld waren als landbouwgrond. De eerste aanzet om de stad te bouwen was in het jaar 1975. De eerste woningen werden opgeleverd in 1976. In de loop der jaren zijn er steeds meer mensen naar Almere verhuisd en kwam men al snel tot de conclusie dat Almere één van de snelst groeiende bevolkingen had. Met name het aantal Amsterdammers trok in groten getale naar Almere.
1.3 Kengetallen Ledenaantal (per 01-01-2010)* Geboorteleden Doopleden Belijdende leden Totaal
20 50 430 500
4% 19,6% 80,0% 100,0%
Verdeling mannen/vrouwen (per 01-01-2010) Mannen 255 50,1% Vrouwen 245 49,9% Totaal 500 100,0% Verdeling geografisch (per 01-01-2010) Almere 285 Lelystad 90 Zeewolde 35 Overige plaatsen 90 Totaal 500
73,5% 11,0% 4,5% 11,0% 100,0%
* De 500 leden van de stichting vormen 250 zogenoemde eenheden (als gezin of als partners)
De stichting is ervan overtuigd een opdracht te vervullen, met als doel de hindoeïstische filosofie en de Hindoestaanse cultuur te delen en onder de aandacht te brengen onder de inwoners en omstreken, als deze kencijfers bekeken worden.
5
1.4 Almere-Poort Almere-Poort is een nieuw stadsdeel dat in de gemeente Almere ligt. Zij heeft haar eigen trein- en busstation. Daarnaast zijn er ook scholen in de omgeving. In Almere-Poort bevindt zich ook een topsporthal. Het karakter van dit stadsdeel is een combinatie tussen zakelijk en wonen. De bouw van de eerste woningen zijn gestart in 2007 en het is de bedoeling dat er vijf wijken, namelijk Homeruskwartier, Columbuskwartier, Europakwartier, Olympiakwartier en Cascadepark, met 11.000 woningen worden gebouwd voor zo’n 30.000 inwoners.
1.5 Homeruskwartier Het Homeruskwartier is de wijk waar de Shiv Mandir wordt gevestigd. Hier kunnen bewoners zelf woningen bouwen. Het motto van deze wijk is: ‘Ik bouw mijn huis in Almere.’ Daarnaast hebben ondernemingen ook de mogelijkheid om hier een onderneming te starten. De buurt is vrij nieuw en de gemeente Almere wil deze wijk stimuleren voor zowel particulieren als ondernemers.
6
2. Visie De Shiv Mandir stelt haar veelzijdige kennis over de hindoeïstische filosofie centraal, in die zin dat de gemeenschappelijke belangen worden behartigd op het gebied van religie, spiritualiteit, cultuur en educatie, middels taalcursussen, yoga, meditatie, dans, lezingen, workshops en de viering van feestdagen, met als doel het uitgroeien tot één van de meest unieke en toegankelijke mandirs in Nederland.
2.1 Het grote gebod De Manu Smriti, één van de hindoeïstische geschriften, zegt dat de mens dient te leven volgens de dharm. Voor de sanskrit term ‘dharm’ is er geen equivalent woord in het Nederlands. Dharm is afgeleid van de stam ‘dhri’, hetgeen betekent ‘in jezelf opnemen’. Het is dan ook de bedoeling dat al het goede wordt opgenomen en al het slechte wordt afgestoten. Dharm refereert dus feitelijk naar het toepassen van al het goede in de praktijk van het dagelijks leven, met als doel het verbeteren van de maatschappij, de natuur en de mensheid. Dharm kent de volgende definities volgens de geschriften: ► Dhaaryate iti dharmah: Hetgeen dat alles draagt is dharm ► Dhriyate iti dharmah: Hetgeen dat men met zich meedraagt is dharm De Manu Smriti zegt het volgende over dharm: ► Dharmo rakshati rakshitah: Degene die dharm beschermt, zal door dharm worden beschermd De stichting beschouwt het in stand houden van dharm daarom als hoofdzaak in de vorm van God’s wil.
2.2 De grote opdracht De Shree Raam Charit Maanas geeft de mens het volgende mee: ► Parhit saris dharm nahin bhaai: Er bestaat geen grotere dharm dan het helpen van anderen Middels het helpen van anderen, voornamelijk als het gaat om spirituele ontwikkeling en versterking van de relatie met God, wil de stichting een zinnige bijdrage leveren aan de maatschappij. Door de ultieme waarheid en God’s liefde te verkondigen, te verspreiden én medelevend te handelen, wil de stichting God’s naam groot maken in de gemeenschap en Zijn genade verdienen.
7
2.3 De opdracht als stichting Een levende en groeiende stichting is gericht naar boven, om God’s naam groot te maken. Een levende stichting is ook gericht naar binnen, naar elkaar, om elkaar op te bouwen. Dit is het grote gebod dat God de wereld heeft meegegeven. Als derde is een levende stichting gericht naar buiten, om getuige te zijn van God. Dat is de grote opdracht. Vanuit deze opdracht worden drie hoofdfuncties van de stichting onderscheiden: 1. Boven: Leven uit God’s genade 2. Binnen: Zorgen voor elkaar 3. Buiten: Getuigen in de wereld
2.3.1 Boven De Shree Raam Charit Maanas en de Shreemad Bhagavad Geeta vormen het fundament, de kern van de hindoeïstische filosofie en geven richtlijnen in het leven. Binnen de hindoeïstische filosofie wordt de goddelijke drie-eenheid belijd. De goddelijke drie-eenheid bestaat uit de schepper, de verzorger en de vernietiger. In alle werken zijn de drie goddelijke personen betrokken. Zo staat Heer Brahma voorop bij het scheppingswerk, Heer Vishnu bij het verlossingswerk en Heer Shiv bij de vernieuwing van de mens. De naam van de mandir is dan ook gewijd aan Heer Shiv. Er wordt gerealiseerd dat men mag leven door God’s genade. Iedereen is vrij van schuld door God. Men heeft deze genade niet ontvangen door eigen daden. Het wordt belangrijk geacht dat de relatie met God onderhouden wordt, om zo geestelijk te groeien. Men dient zó dichtbij God te leven, dat het leven langzaam maar zeker één groot gebed is. Bid zonder ophouden zeggen de geschriften niet voor niets.
2.3.2 Binnen De stichting wil zich typeren als betrokken, openlijk en toegankelijk, zowel voor de leden als gasten. Binnen is er ruimte om elkaar te ontmoeten, zorg te bieden en te bidden. De stichting streeft ernaar om te groeien in de relatie met God en een gemeenschap op te bouwen die op langere termijn standvastigheid kan bieden om de activiteiten van de stichting voort te kunnen zetten.
2.3.3 Buiten De stichting wil zich kenmerken door een open karakter uit te stralen, zodat men een prettig gevoel krijgt om deel te nemen aan de activiteiten en zich welkom kan heten. Zij vindt het belangrijk om mensen buiten de gemeenschap te vertellen over de diensten en wil daarnaast ondersteuning geven aan hen die meer inzicht willen krijgen in de hindoeïstische filosofie. Openstaan voor de wereld is één van de doelen die de stichting voor ogen heeft. Vanuit deze gedachte kan het geloof inspirerend zijn voor anderen. Aan de hand van de hindoeïstische opdracht neemt de stichting graag verantwoording om de medemens dichtbij en veraf te ondersteunen.
8
3. Missie De Shiv Mandir heeft als missie om een toonaangevende mandir te zijn op het gebied van religieuze, spirituele, culturele en educatieve activiteiten, met als richtlijn het centraal stellen van de hindoeïstische filosofie. Deze missie kan worden bereikt door doelgericht te werken met gemeenschappelijke waarden en realistische doelstellingen. Binnen alle facetten van de organisatie staat zij open voor de wensen en behoeften van de gemeenschap en streeft zij naar verbetering van het in stand houden van de hindoeïstische filosofie en het behoud van de eigen identiteit, alsmede uitbreiding van haar netwerk waarmee zij een duurzaam fundament wil leggen voor de huidige en toekomstige generaties.
3.1 Missie in de praktijk Vanuit de missie op de stichting en de geloofsopdracht van de stichting is de missie geformuleerd van boven, binnen en buiten: ► Boven: De stichting wil groeien in de relatie met God (kracht vragen, God ervaren en vertrouwen) ► Binnen: Een betrouwbare en toegankelijke stichting zijn (kennis delen, het spirituele ervaren én gebeden en rituelen uitvoeren) ► Buiten: De stichting wil openlijk en toegankelijk zijn én het verlossende werk van God uitvoeren in deze wereld
3.2. Achtergrond Stichting Brahm Rishi Kaylaash Dhaam werd in oktober 2002 opgericht, met als doel religieuze, spirituele, culturele en educatieve activiteiten te organiseren vanuit het hindoeïstisch gedachtegoed en de Hindoestaanse cultuur, voor zowel mensen van de eigen gemeenschap als geïnteresseerden uit andere culturen. De afgelopen jaren zijn deze activiteiten uitgevoerd vanuit gehuurde ruimten, vanwaar onder meer cursus Hindi is gegeven en hindoeïstische feestdagen zijn gevierd. Voor deze activiteiten bestaat een groeiende belangstelling. Daarom streeft de organisatie sinds enkele jaren naar de realisatie van een nieuwe plek, vanwaar de bestaande activiteiten gecontinueerd, verder ontwikkeld en geprofessionaliseerd kunnen worden. Deze nieuwe en eigen plek is juist ook van belang voor de traditionele Hindoestaanse activiteiten die er gaan plaatsvinden. De plaats waar de beelden van de godheden volgens bepaalde inwijdingsrituelen worden geplaatst, moet namelijk rein zijn. De beelden mogen niet steeds worden verplaatst. Verder mogen er geen alcoholische dranken, vlees en vis aanwezig zijn. Kortom, deze activiteiten vragen om een nieuwe plek die niet gehuurd kan worden, maar gecreëerd moet worden.
9
3.3. Doel en idee In de Hindoestaanse gemeenschap leeft de behoefte aan een eigen cultureel centrum, een ontmoetingsplek voor jongeren, ouderen en gezinnen. Ook onder de medelanders is er sprake van een groeiende belangstelling voor de Hindoestaanse cultuur. Vanuit deze gedachte is het idee voor de Shiv Mandir ontstaan. De mandir wordt een cultureel centrum waar Hindoestanen en geïnteresseerden uit andere culturen bijeen kunnen komen om feestdagen te vieren en rituelen uit te voeren, gebaseerd op eeuwenoude tradities. Ook wordt het een plek waar cursussen worden gegeven, lezingen worden georganiseerd en waar speciale doelgroepen uit de Hindoestaanse gemeenschap, zoals jongeren en ouderen, aansluiting vinden. De cultuur vormt de basis waarop men zijn plaats in de wereld bepaalt en zijn identiteit ontwikkelt. Cultuur bestaat uit tal van omgangsvormen, gewoonten, kunstuitingen, expressies en rituelen die te maken hebben met geboorte, dood, liefde, relaties, voeding, vervullen van persoonlijke plichten, vieren van feestdagen en uiting geven aan religieuze gevoelens. De Hindoestaanse cultuur verschilt van de Nederlandse in praktisch alle zojuist genoemde aspecten. Dit maakt het hebben van een cultureel centrum voor de Hindoestaanse gemeenschap zo belangrijk. Andere religies en volkeren worden bijzonder graag verwelkomd. Tegelijkertijd kan daarom juist ook deze cultuur interessant en inspirerend zijn voor autochtone Nederlanders.
10
4. Belangrijke waarden 4.1 Mandir diensten Tijdens de mandir dienst beleeft en ervaart men het goddelijke. Samen wordt er gebeden en worden er lofliederen gezongen. Men aanbidt diverse manifestaties van God binnen de hindoeïstische filosofie. Dit gaat vaak gepaard met zang, gebed, muziek en toneel. Tevens dient de mandir als een ontmoetingsplaats waar men praat over sociale en culturele zaken. De mandir dienst is een belangrijke ontmoetingsplek waar men vraagt om troost, vergeving en genezing. Tijdens de mandir dienst wordt men opgeroepen om God als verlosser te aanvaarden. De stichting vindt het van belang dat deze diensten een openlijk karakter hebben waar men terecht kan met zijn vragen en op deze manier een ieder een goed gevoel te geven. Hierdoor voelen de stichting leden en gasten zich welkom en prettig. Belangrijk vindt de stichting dat het predikten helder en bemoedigend moet worden aangevoerd, zodat het ook van toepassing kan zijn in het dagelijks leven. God staat bij alle predikten centraal. Om hierbij te blijven groeien, heeft men inzichten nodig in het geloof.
4.2 Lezingen De Shree Raam Charit Maanas en de Shreemad Bhagavad Geeta zijn het fundament van het geloof en tevens ook het vertrekpunt van de stichting. De teksten en verzen uit deze geschriften sluiten goed aan bij de huidige sociale maatschappelijke issues en worden daarom tijdens de diensten middels pravachan, oftewel lezing, naar voren gehaald en behandeld. Zij zijn gebaseerd op het leven binnen de hindoeïstische filosofie. Het kan dagelijks worden toegepast en sluit ook goed aan bij de beeldvorming.
4.3 Zang Tijdens de diensten worden er diverse lofliederen gezongen ter ere van God. Vooral door het zingen van deze bijzondere liederen wordt God aanbeden. Deze lofliederen zijn binnen de hindoeïstische filosofie beter bekend als bhajan en kirtan.
4.4 Gebed Tijdens de diensten richt men zich tot God middels praarthana, oftewel gebed. De verscheidene namen van God worden geciteerd en met regelmaat wordt er uit de diverse geschriften gelezen. Tijdens het gebed vraagt men om vergeving van zijn zonden, wordt er gebeden voor de zieken en wordt er gebeden voor de nood in de wereld. Men prijst God en bedankt Hem voor alle zegen die men heeft ontvangen.
11
4.5 Uitvoering De stichting wil zich uitstralen door levendig en praktiserend te zijn. Tijdens de diensten zal dit ook geuit worden. Op deze manier kunnen de stichting leden en gasten zich persoonlijker uiten tegenover het geloof.
4.6 Doop De stichting geeft men de mogelijkheid om kinderen te dopen. Binnen de hindoeïstische beleving staat dit ritueel beter bekend als de mundan sanskaar. De baby’s worden kaal geschoren en met de doop geven ouders aan dat zij hun kind willen laten opgroeien in de traditie en het op de weg willen zetten van God. Binnen de hindoeïstische traditie is de shodash sanskaar een bekend fenomeen. De shodash sanskaar, oftewel een reeks van zestien zuiverings- en spiritualiseringsrituelen, dienen als richtlijnen voor een goede karaktervorming van de mens. In Nederland worden voornamelijk de choodaakaran sanskaar, beter bekend als mundan sanskaar, upnayan sanskaar, vivaah sanskaar en antyeshti sanskaar uitgevoerd. Deze handelingen aanduiden de verschillende fasen van het menselijk leven, namelijk geboorte, onderwijs, huwelijk en overlijden.
4.7 Zestien zuiverings- en spiritualiseringsrituelen 1. Garbhaadhaan sanskaar ► Conceptie 2. Punsavan sanskaar ► Foetus bescherming 3. Seemantonnayan sanskaar ► Bevrediging van de wensen van de zwangere moeder 4. Jaatkarm sanskaar ► Geboorte van het kind 5. Naamkaran sanskaar ► Naamgeving van het kind 6. Nishkraman sanskaar ► Buitenshuis meenemen van het kind 7. Annapraashan sanskaar ► Vast voedsel geven aan het kind 8. Choodaakaran sanskaar ► Kruinschering 9. Karnavedh sanskaar ► Piercen van de oorlellen 10. Upnayan sanskaar ► Dragen van de heilige draad 11. Vidyaarambh sanskaar ► Aanvang van de studies 12. Samaavartan sanskaar ► Voltooiing van de studies 13. Vivaah sanskaar ► Huwelijk 14. Vaanprasth sanskaar ► Gedeeltelijke terugtrekking uit het actieve leven 15. Sanyaas sanskaar ► Totaal opgeven van wereldse genoegens 16. Antyeshti sanskaar ► Laatste rite
12
5. Stichting typering De pandit, anders gezegd priester, neemt een belangrijke plaats in binnen de stichting. Hij weet mensen te trekken en te overtuigen als het gaat om belangrijke zaken in het leven. Er is aandacht voor alle doelgroepen. Dit wordt gewaardeerd door stichting leden en bezoekers. Met nieuwe initiatieven, zoals cultuurdagen, toneelstukken, Hindicursussen en gebedsweken, probeert de stichting hierin mee te groeien en mee te denken. Verschillende mensen bieden diversiteit aan de stichting. Doordat iedereen zijn talent kan meedragen en uitoefenen, zal dit ook ten goede komen voor de gemeenschap. Het verschillen van mening en achtergrond ziet de stichting als een verrijking. Maar er is wel één ding dat de gemeenschap gemeen heeft, namelijk de liefde voor God.
5.1.1 Boven: Leven uit Gods genade De stichting ziet vertrouwen nadrukkelijk als een voorwaarde voor een relatie met God. Er is voldoende aanbod om te kunnen groeien. Maar meer zichtbare betrokkenheid, buiten de mandir diensten om, kan meer verdieping brengen in de gemeenschap als geheel.
5.1.2 Binnen: Zorgen voor elkaar Er is voldoende ruimte voor het met elkaar delen binnen de stichting. Daarbij heeft een ieder ook de eigen verantwoordelijkheid om zijn of haar persoonlijke behoeften kenbaar te maken. Indien er zorgen zijn, wordt er veel steun ervaren binnen de stichting. Hierbij geldt ook dat het moeilijk is om onuitgesproken verwachtingen te onderscheiden. Men oordeelt soms snel over het wel of niet deelnemen aan activiteiten. Tevens is men sterk gericht op inzet van meer stichting leden. Verder ziet de stichting zichzelf niet als uitgesproken enthousiast. Ook hier geldt dat meer zichtbaarheid in geloofsuiting middels daad en woord een krachtigere uitstraling zou geven naar elkaar en de omgeving.
5.1.3 Buiten: Getuigen in de wereld De stichting heeft over het algemeen een open karakter. De stichting leden en gasten zijn zeer welkom in de stichting. Door handelen mag het welkom heten van een ieder meer aan de oppervlakte komen en zichtbaar zijn. Bij het getuigen naar elkaar en de omgeving lijkt de stichting te maken te hebben met terughoudendheid, waarschijnlijk vanuit bescheidenheid. Helaas kan de moeilijke omstandigheid van anderen niet altijd herkend worden. Maar wel staat de stichting graag klaar indien het gaat om concreet hulp bieden aan anderen.
13
5.1.4 Waarden De Shiv Mandir stelt de volgende waarden centraal in haar activiteiten, gebaseerd op de tien (karakter)eigenschappen van een verheven en ideaal persoon volgens de Manu Smriti: 1. Dhriti ► Geduld 2. Kshama ► Vergeven 3. Dam ► Beheersing van de wil en wensen 4. Astey ► Niet stelen 5. Shauch ► Reinheid van lichaam, gedachten en handelingen 6. Indriy nigrah ► Beteugeling van de zintuigen 7. Dhee ► Wijsheid 8. Vidya ► Kennis 9. Saty ► De waarheid 10. Akrodh ► Beheersing van de woede
14
6. Bestuur 6.1 Hindoe Raad 6.1.1 Visie op mandir bestuur De Hindoe Raad is het beleidsbepalende orgaan van de stichting. Dit beleid is erop gericht een levende en groeiende stichting te zijn die gericht is naar boven, om God’s naam groot te maken, gericht naar binnen, om op elkaar te bouwen en gericht te zijn naar buiten, om God’s woord aan anderen te verkondigen.
6.1.2 Taken
De missie en visie bijsturen Het beheren van financiële zaken Het beleid bepalen Leiding geven aan leden van de stichting Sturing geven en uitvoeren van het beleid Nieuwe stichting leden aantrekken
6.1.3 Activiteiten
Het organiseren van de jaarlijkse gemeenschappelijke vergadering Periodieke vergaderingen bijwonen
6.2 College van Mandir Rentmeesters 6.2.1 Visie op rentmeesterschap Het College van Mandir Rentmeesters heeft als taak voorwaarden in materiële zin te scheppen om de missie vorm en inhoud te geven. Het uitgangspunt hierbij is het voeren van goede exploitatie. Door het verantwoord in te zetten van middelen (financieel, personeel en ruimtelijk) wil het college actief bijdragen aan de stichting.
6.2.2 Taken Verwerving van geldmiddelen Het beleid op financieel gebied is erop gericht dat er jaarlijks een acceptabele en minimale begroting kan worden gepresenteerd. Beheer van de middelen Om de middelen zo goed mogelijk te verdelen en te zorgen dat de stichting aan alle drie de uitgangspunten voldoet (boven, binnen en buiten), wordt er jaarlijks een begroting, rekening en balans opgesteld die wordt voorgelegd aan de Hindoe Raad.
15
6.2.3 Activiteiten Werving van geldmiddelen Mandir bijdragen, donaties Grondgiften Automatische incasso Collecten Giften Financieel beheer Beheer financiën Jaarlijkse begroting
6.2.4 Aandachtspunten Een voorwaarde om een geloofsgemeenschap te behouden, is om zorg te dragen voor de financiële middelen, zodat dit voldoende is om de voorgang van de mandir te continueren. Daarom is het ook van belang om blijvend aandacht te vragen voor de financiële bijdragen. De financiële middelen zijn nodig voor de verbouw en nieuwbouw. Daarnaast zal er ook gekeken moeten worden om nieuwe manieren te vinden om de diensten te blijven continueren. Het up-to-date houden en investeren in de mandir en inventaris, vanuit de wens om invulling te geven aan de missie en visie, het nadenken over vormen van communicatie binnen de stichting én het digitaal opnemen en distribueren van de mandir diensten zijn daarnaast ook belangrijke zaken.
6.3 Jongeren 6.3.1 Visie op jongeren Jongeren zijn de toekomst. De mandir wil jongeren stimuleren tot het geloof in de hindoeïstische filosofie. De stichting wil hiervoor een veilige omgeving creëren voor jongeren waarin zij de ruimte ervaren om zich te kunnen ontwikkelen en zich rijker te maken met de filosofie.
16
6.3.2 Taken Activiteiten zijn gericht op drie belangrijke pijlers. Beleving Met jongeren probeert de stichting zoveel mogelijk kennis vrij te geven, zodat de hindoeïstische filosofie voortgezet kan worden. Tegelijkertijd probeert de stichting jongeren te enthousiasmeren door hen te betrekken bij de diverse activiteiten. Sociaal De jongeren betrekken en een veilige omgeving bieden waar zij zichzelf kunnen zijn en anderen kunnen ontmoeten. Hierdoor wordt de band binnen en buiten de organisatie versterkt. De jongeren kunnen een belangrijke stimulans zijn om de mandir activiteiten bij te wonen en te blijven bezoeken. Kennis Het jongerennetwerk heeft een belangrijke taak, namelijk de kennis die wordt overgedragen te verspreiden en door te geven aan de toekomstige generatie. Hiervoor is het belangrijk om hen op een aansprekende manier bekender te maken met het geloof.
17
7. Commissie Stichting Opbouw 7.1 Visie op Stichting Opbouw De stichting wil groeien door meer gemeenschappelijke leden aan te trekken. Om te groeien als stichting streeft zij ernaar om vriendschap, naastenliefde en een onderlinge gemeenschap op te bouwen. De grote taak van de stichting is om levendig te zijn naar buiten om God’s woord aan te houden. Op deze manier wil de stichting betekenisvol uitstralen naar de maatschappij toe.
7.2 Taken De Hindoe Raad en pandit geven richting en prioriteit aan geloofsgroei. Zij willen dat ook goed ondersteund hebben door:
Cursusmateriaal te leveren Activiteiten te coördineren Diverse (gast)sprekers uit te nodigen Discussiepunten samen te brengen
7.3 Activiteiten Drie keer per jaar komt de Stichting Opbouw bij elkaar om te praten over een centrale rol in de coördinatie van de volgende activiteiten:
Diverse bijeenkomsten (zowel indoor als outdoor) Zanggroep Diverse gebeden die worden gegeven Diverse lezingen die worden gegeven Hindilessen die worden gegeven Besprekingen met de stichting over de voortgang Zowel interne als externe vergaderingen bijwonen
18
8. Pandit 8.1 Visie op pandit Een uitgangspunt dat belangrijk is bij de pandit is dat hij de zorg opneemt. Hij kan in probleemsituaties advies geven en hulp aanbieden. De pandit is naast het zorgdragen ook bezig met het bevorderen van persoonlijke situaties en het gemeenschappelijke welzijn indien nodig. Zorgdragen voor de maatschappij is ook één van de uitgangspunten als stichting zijnde. Vanuit deze opdracht wil de stichting proberen om het kwade in de mens te verdrijven en het goede te onderhouden en te beschermen.
8.2 Taken
Verbinding creëren Aandacht vragen Sociale problemen bespreken Opbouwen en ondersteunen van sociaal maatschappelijke problemen
8.3 Activiteiten
Besprekingen houden tijdens feestdagen of evenementen Lezingen houden tijdens feestdagen of evenementen Gebeden uitvoeren
19
9. Doelen en speerpunten 2011-2015 De zogenoemde speerpunten die in dit hoofdstuk worden beschreven, vloeien voort uit de uitgangspunten van de missie en visie.
9.1 Doelen De komende jaren stelt de stichting de volgende doelen: ► Boven: Groeien als stichting in de relatie met God ► Binnen: De eenheid binnen de stichting versterken door met elkaar te delen en van elkaar te leren ► Buiten: Vormgeven door praktisch meer te helpen in de nabije omgeving als het gaat om mandir activiteiten
9.2 Vertrekpunt Met elkaar in gesprek zijn en blijven, is van groot belang, want meningen verschillen en inzichten ook. Hierdoor is het goed dat de stichting bewust is van dit gegeven. Om doelen te realiseren zal de aandacht van de stichting zich moeten richten op de dingen die men gemeen heeft: wat de eigen identiteit is, welke waarden men deelt, wat de stichting typeert en waar men voor staat. Men is bewust wat de traditie is en wat de wortels zijn. Hierbij wordt ook gekeken naar de ontwikkelingen in de stichting om op deze manier verder in de toekomst te kijken. Om met elkaar te groeien, is het van belang om onderlinge verbondenheid te creëren en te verstevigen. Als men met elkaar wil ontwikkelen, dient er aandacht te zijn voor de verschillen van denken, inzichten en verwachtingen. Om te groeien op dit gebied wil de stichting werken aan de volgende stappen: ► Kennis: Realisering van verschillen in opinies, denkwijzen en geloofsbelevingen ► Houding: Het accepteren van verschillen en waarden ► Gedrag: Van elkaar leren en op deze manier elkaar versterken ► Effect: Samenbinding creëren
20
9.3 Speerpunten Vanuit het hiervoor genoemde vertrekpunt wil de stichting doelen realiseren en bereiken. Om nog meer vorm te geven aan het bereiken van deze doelen staan de drie speerpunten centraal. Boven: Samen groeien Het werken met inhoudelijke thema’s en daarbij eventuele sprekers uitnodigen. Het uitdragen van kennis wordt een belangrijke functie van de mandir. De cursussen Sanskrit (moeder van de Indo-Germaanse talen) en Hindi voor beginners, gevorderden en de vergevorderden, staan hierbij ook centraal. Daarnaast worden ook literatuurcursussen, Indiase klassieke en moderne dans, Indiase muziek en vegetarische kooklessen gegeven. Binnen: Samen delen Dit wil de stichting doen door het geven van diverse lezingen en het geven van lessen. Bijvoorbeeld over de hindoeïstische geschriften en grote Indiase klassieke werken, waaronder de Shree Raam Charit Maanas en de Shreemad Bhagavad Geeta. Ook worden er yogalessen gegeven. Yoga is onontbeerlijk voor het lichamelijk en geestelijk welzijn, als bron voor harmonie en een goede balans. Meditatie is goed om even op adem te komen, de dagelijkse sleur te ontstijgen en de kwaliteit van het denken en voelen te verbeteren. Buiten: Samen doen en geven Met elkaar gezamenlijk bidden staat centraal in de mandir. Het geeft meer inhoud om bepaalde zaken beter op elkaar af te stemmen. In de mandir worden daarnaast de jaarlijks terugkerende hoogtijdagen uit de hindoeïstische filosofie gevierd. Deze variëren van lokale tot nationale en internationale feestdagen, zoals Holi en Deepaavali. Volgelingen van andere hindoeïstische stromingen, religies en volkeren wordt ook de mogelijkheid geboden om diensten uit te voeren.
21