Sport- en Cultuurstimulering in 2013 Na de avonturen in het BOS, verder bewegen en ontdekken in 2013.
Olst-Wijhe, april 2012 Corsanr.: 12.01156
Sport- en Cultuurstimulering in 2013
Inhoudsopgave Inleiding
2
Hoofdstuk 1 De landelijke tendens en overheidsregelingen 1.1 De kabinetsplannen 1.2 De Impuls Brede Scholen, Sport en Cultuur 1.3 Uitgangspunten en doelstellingen
4 4 5 6
Hoofdstuk 2 De situatie in Olst-Wijhe 2.1 De gezondheid en sportieve gesteldheid van de jeugd in Olst-Wijhe 2.2 De Impuls Brede Scholen, Sport en Cultuur in onze gemeente 2.3 De eerste resultaten vijf pilots 2.4 Doelstellingen 2.5 Inzet van de impuls in Olst-Wijhe 2.6 Verkenning van het maatschappelijk veld 2.7 Hoe willen we de impuls inzetten
7 7 7 8 10 12 12 12
Hoofdstuk 3 Financiën 3.1 Financiën tot nu toe 3.2 Kostenoverzicht Olst-Wijhe 3.3 Meer of minder fte? 3.4 Werkgeverschap
17 17 17 18 22
Hoofdstuk 4
Monitoring en evaluatie
23
Hoofdstuk 5
Draagvlak werkveld
24
1 Sport- en Cultuurstimulering 2013
Inleiding De aanleiding van het schrijven van deze nota is enerzijds het aflopen van de BOS-Impuls (deze liep van 1 januari 2007 tot 31 december 2010) en onderzoeken naar hoe we sportstimulering in onze gemeente kunnen voortzetten. Ook sluit sportstimulering, en daarmee het bevorderen dat iedereen kan meedoen, goed aan bij het beleidsplan Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) die u in 2008 hebt vastgesteld. In dit WMO beleidsplan hebben we een visie en een ambitie uitgesproken over de volgende uitgangspunten: Eigen verantwoordelijkheid, Coördinatie en Samenhang, Keuzevrijheid, Participatie en Inclusief beleid. In de afgelopen periode kwam het Ministerie van VWS ook met de gezondheidsnota 2011: "Gezondheid dichtbij". Hierin geeft het kabinet aan dat iedereen in de buurt veilig moet kunnen sporten, bewegen en spelen. Het kabinet wil eraan bijdragen dat het lokale sport- en beweegaanbod beter aansluit op de vraag en er meer lokaal maatwerk komt zodat mensen zelf kunnen beslissen aan welke sport of beweegactiviteit ze willen deelnemen. Uiteindelijk leidt dat tot meer sportdeelname en tot een gezonde en actieve leefstijl. De nadruk wordt gelegd op ‘sport en bewegen als vliegwiel voor een gezonde leefstijl’. Daarbij is de gedachte dat de gezonde keuze ook de makkelijke keuze is. Het kabinet heeft drie prioriteiten benoemd voor het sport- en beweegbeleid voor de komende jaren: 1. Sport en Bewegen in de Buurt; 2. Werken aan een veiliger sportklimaat; 3. Uitblinken in sport Naast deze prioriteiten houdt het kabinet de punten overgewicht, diabetes, depressie, roken en schadelijk alcoholgebruik vast, maar het accent ligt op bewegen. Bewegen is ook de verbinding tussen de speerpunten. Mensen die voldoende bewegen: zijn minder vaak ziek; hebben minder last van psychische klachten; blijven gemakkelijker op een gezond gewicht; hebben minder kans op hart- en vaatziekten, diabetes en verschillende vormen van kanker en kunnen op latere leeftijd langer zelfstandig blijven wonen. Voor kinderen heeft sport ook een gunstig effect op hun leerprestaties, weerbaarheid, psychosociale en motorische ontwikkeling. De kans dat zij later voldoende bewegen, neemt toe als zij daar al jong mee beginnen. Financieel levert sportstimulering ook het nodige op, iedere euro die wordt uitgegeven aan programma’s die zijn gericht op een gezondere levensstijl levert tussen de € 1,30 en € 2,30 op. De grootste winst wordt behaald op ziekteverzuim. (bron: Beleidsbrief Sport: 'Sport en Bewegen in Olympisch perspectief' mei 2011) Deze nota behandelt alleen het eerste speerpunt ‘Sport en Bewegen in de Buurt’. Dit speerpunt wordt vorm gegeven in de “Impuls Brede Scholen, Sport en Cultuur’. De Impuls blijkt landelijk een succes. In de meicirculaire van 2011 van het gemeentefonds staat dat op dat moment meer dan 3/4 van de gemeenten deelnemen. Onze gemeente was in eerste instantie geplaatst in de vierde tranche, met een geplande start vanaf 2011. Omdat de BOS-Impuls per december 2010 eindigde hebben we het ministerie verzocht om ingedeeld te worden in de derde tranche, aanvang 2010. Hierdoor konden we voortborduren op succesvolle activiteiten en arrangementen uit de BOSImpuls, en ontstond er geen “gat” in de lopende activiteiten. Bovendien kregen we hierdoor meer voorbereidingstijd voor het formuleren van een breed intern en extern gedragen visie op deelname aan de impuls Brede Scholen Sport en Cultuur. Dit verzoek is door het ministerie ingewilligd. In 2011 hebben wij met alle partners gesproken over de evaluatie van de BOS-Impuls en is een doorkijk gemaakt naar de nieuwe Impuls Brede Scholen, Sport en Cultuur. Hierdoor kregen we een goed beeld van de meningen van onze partners over de gemeentelijke sportstimulering. In de visie Impuls Brede Scholen, Sport en Cultuur, in 2011 geschreven door sportservice Overijssel, staan de wensen en behoeften van de partners uit de Buurt, het Onderwijs en de Sport uitgebreid beschreven, zie bijlage 1. Deze visie was ook het uitgangspunt voor de tweede ronde gesprekken die met het veld zijn gevoerd en het schrijven van deze nota; “Sport- en cultuur stimulering in 2013”. 2 Sport- en Cultuurstimulering 2013
In deze nota staan de mogelijkheden weergegeven, die het rijk ons geeft, met betrekking tot sporten cultuurstimulering voor jeugdigen, van 4 tot en met 18 jaar. De landelijke regeling staat beschreven in hoofdstuk 1. Wat deze kan betekenen voor onze eigen gemeente wordt beschreven in hoofdstuk 2. Hier staan ook de doelstellingen genoemd die we in 2016 gerealiseerd willen hebben. Ook de op dit moment lopende pilots Combinatiefuncties, waarmee we wat ervaring op willen doen in het veld, staan beschreven. Verder worden de reacties uit het veld weergegeven. Hoofdstuk 3 bevat het financiële overzicht. Hier worden ook enkele scenario’s uiteengezet en wat de voor en nadelen hiervan zijn. Tot slot worden de manier van monitoring, de evaluatie en het draagvlak weergegeven.
3 Sport- en Cultuurstimulering 2013
Hoofdstuk 1
De landelijke tendens en overheidsregelingen
In dit hoofdstuk worden als eerste de kabinetsplannen op het gebied van gezondheid en bewegen uiteengezet. Daarna wordt ingezoomd op de Impuls Brede Scholen, Sport en Cultuur. Wat zijn de beweegredenen om een nieuwe impuls te starten na de successen van de BOS-Impuls. Welke partijen betrokken zijn en wat de landelijke uitgangspunten zijn. 1.1 De kabinetsplannen Dit kabinet is van mening dat mensen uiteraard uiteindelijk zelf beslissen hoe gezond ze willen leven maar je kunt het wel voor mensen makkelijker maken om toch te sporten. Daarom zegt het kabinet dat er dichtbij en veilig in de buurt gesport moet kunnen worden. Hiervoor wil dit kabinet bijdragen aan een vraaggericht lokaal sport- en beweegaanbod en het stimuleren van meer lokaal maatwerk. Om deze doelstelling te kunnen realiseren vindt minister Schippers het belangrijk dat lokaal meer slimme en kansrijke verbindingen tussen de sport- en beweegaanbieders, scholen, zorg- en welzijnsinstellingen en het bedrijfsleven tot stand komen. Deze verbindingen kunnen nieuw zijn of voortborduren op bestaande vormen van samenwerking. Om alle belemmeringen in wet- en regelgeving die kansrijke verbindingen tussen de sportsector en deze andere sectoren in de weg staan in kaart te brengen en daar waar mogelijk op te lossen is een ‘Taskforce Belemmeringen’ onder leiding van Burgemeester van Maastricht, Onno Hoes, opgericht. Met het kabinetsbeleid wordt ook de verbinding gelegd tussen het gezondheidsbeleid en de ambitie ‘Vitaal Nederland’ als onderdeel van het Olympisch Plan 2028 van het NOC*NSF. Al in 2009 hebben de vertegenwoordigers van de aangesloten sportbonden zich collectief achter het Olympisch Plan 2028 geschaard. Ook de provincies (IPO), de vier grote steden, de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG), de FNV, het bedrijfsleven (VNO-NCW en MKB Nederland) en het kabinet sloten zich aan bij het NOC*NSF. Daarmee was de alliantie van supporters van Olympisch Plan 2028 het 'Olympisch Vuur' een feit. Deze Alliantie heeft als gezamenlijke speerpunten: Vitale samenleving, Excellente prestaties en Economische impact. Vanaf 2009 werken alle alliantiepartners aan de ambities van dit Olympisch Plan. Zo werkt de sport aan de doelstellingen om bij de beste tien landen van de wereld te komen en om in Nederland de sportparticipatie van 65 naar 75% te brengen. Daarmee kunnen we Nederland gezonder en welvarender maken. In november 2011 kwam het ministerie met een uitwerking van de Gezondheidsnota 2011 met het programma ‘Sport en Bewegen in de Buurt’. Dit programma wordt vorm gegeven in de “Impuls Brede Scholen, Sport en Cultuur”. Hiervoor krijgen gemeenten geld voor het aanstellen van combinatiefuncties (hierna te noemen CF ). Deze functionarissen kunnen verbindingen leggen met verschillende partijen. Bijvoorbeeld tussen sport en school, maar ook met gezondheidszorg, kinderopvang, welzijn en bedrijfsleven. Aan deze functionarissen wordt de mogelijkheid geboden om afstemming en samenwerking verder vorm te geven aan organisaties die rondom dezelfde kinderen werkzaam zijn. Zo kunnen bijvoorbeeld de CF’s de doorlopende (leer)lijn tussen binnenen buitenschools verbeteren en een bijdrage leveren aan de afstemming van een pedagogische aanpak. Deze afstemming van pedagogische aanpak is een voordeel voor kinderen; zij worden op verschillende plaatsen eenduidig benaderd en weten daardoor wat van hen verwacht wordt. De CF draag bij aan het creëren van een zorgstructuur en een veilige (ontwikkelings)situatie. Doordat zij de kinderen vanuit verschillende functies (situaties) kennen hebben zij meer zicht op de ontwikkeling van een kind en kunnen zij de ontwikkelingskansen vergroten en uitval voorkomen. Daarnaast hebben kinderen met minder verschillende begeleid(st)ers te maken, wat kan bijdragen aan een positieve hechting van het kind aan volwassenen. Een ander groot voordeel voor kinderen is dat door CF het aanbod van opvang, onderwijs en activiteiten kwalitatief en kwantitatief toeneemt en de CF uitkomst kan bieden bij het verbinden van binnen- en buitenschools leren. Het kabinet trekt hiervoor in 2012 bijna € 50 miljoen uit, vanaf 2013 wordt dit bedrag verhoogd naar bijna € 60 miljoen per jaar.
4 Sport- en Cultuurstimulering 2013
Daarnaast kunnen lokale sportaanbieders via een Landelijke Sportimpuls ondersteuning krijgen om een buurtgericht sportaanbod te realiseren. Voor de Sportimpuls is €10 miljoen per jaar gereserveerd. NOC*NSF werkt aan de verdere inrichting van de impuls. 1.2 De Impuls Brede Scholen, Sport en Cultuur. In december 2007 zijn bestuurlijke afspraken getekend voor de Impuls Brede Scholen, Sport en cultuur door de volgende partijen: - Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS); - Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW); - Vereniging Bijzondere scholen namens de gezamenlijke bestuurlijke onderwijsorganisaties; - NOC*NSF namens het Nederlands Olympische Comité; - Nederlands sportfederatie en Cultuurformatie. Aanvankelijk was de afspraak dat het aantal fte.’s vanaf 2008 zou groeien waarbij het alles of niets principe gehanteerd werd. Dit betekende voor onze gemeente dat wij na twee jaar deelname minimaal 2,7 fte. CF moeten aanstellen. Deze 2,7 fte. is gebaseerd op het aantal jongeren tot 19 jaar dat woonachtig was in de gemeente op 1 januari 2007, dat waren in Olst-Wijhe: 4118 jongeren. Bleek de realisatie van 2,7 fte. niet haalbaar dan werd deelname aan de regeling stopgezet. Eind 2011 heeft de VNG op verzoek van vele gemeenten nieuwe bestuurlijke afspraken kunnen maken met de ministers van VWS en OCW. Deze houden in dat 2012 het zogeheten ‘alles of niets principe’ is losgelaten. Per november 2011 kunnen deelnemende gemeenten kiezen voor 60%, 80% of 100% van het oorspronkelijke aantal formatieplaatsen. Het addendum Het loslaten van het ‘alles of niets principe’ was de eerste verbreding van de impuls. In januari 2012 kwam de minister met een addendum. Op 13 februari 2012 is het addendum bij de bestuurlijke afspraken ondertekend met een aantal nieuwe partijen. De partijen die hebben ondertekend zijn: - VWS namens de rijksoverheid/OCW; - NOC*NSF, als vertegenwoordiger van de sport- en beweegaanbieders; - VNG, namens de gemeenten; - VNO-NCW en MKB Nederland. Het addendum krijgt de naam: “Brede impuls combinatiefuncties” en wordt hier gesproken over sportbuurtcoaches. Om over de naamaanduiding geen verwarring te krijgen houden we in deze nota de naam CF (combinatiefunctionaris) aan en blijven we ook de naam van de Impuls Brede Scholen, Sport en Cultuur hanteren. Nieuw is ook dat het VNO-NCW en Midden- en Kleinbedrijf Nederland hebben ondertekend en dus mogen meefinancieren. Ook het totale aantal te realiseren fte.: 2250 is uitgebreid naar 2900 fte. Gemeenten krijgen de mogelijkheid om uit te breiden naar 140% van het toegekende aantal fte. Het rijk stelt als voorwaarde dat hiervoor landelijk voldoende budget is. Geven te veel gemeente aan uit te willen breiden naar 140% dan zal het rijk het maximum van 120% aanhouden. Voor Olst-Wijhe betekent deze uitbreiding dat er dan in plaats van 2,7 fte. te realiseren CF’s nu 3,3 of 3,8 fte. gerealiseerd kan worden. Door het rijk worden structureel rijksmiddelen beschikbaar gesteld, namelijk 40 % van de loonkosten uitgaande van 50.000 euro per fulltime functie CF. De gemeente dient 60% te organiseren vanuit lokale financiering. Lukt dit niet, dan wordt de financiering vanuit het rijk stopgezet en stopt de impulsregeling. Alleen in 2012 kunnen gemeenten instappen in de regeling. Daarna is het budget verdeeld en is er geen mogelijkheid meer om deel te nemen aan deze Impuls. Ook zal, naar verwachting, het aantal fte. niet op een later moment uitgebreid kunnen worden. Wel kan hierin worden teruggegaan. Wij adviseren er om de oorspronkelijke 100% aan te houden, dus 2,7 fte. De vraag is voldoende maar de middelen bij onze partners voor cofinanciering zijn het laatste jaar eerder afgenomen dan 5 Sport- en Cultuurstimulering 2013
toegenomen. Bij het midden- en kleinbedrijf en andere commerciële partners liggen wellicht kansen. De mogelijkheden hiervoor hebben we gezien de korte termijn waarop het addendum in werking is gegaan nog niet kunnen onderzoeken. Bij een positief besluit van u zullen wij uiteraard in gesprek gaan met de commerciële partners. 1.3. Uitgangspunten en doelstellingen Het uitgangspunt van de impuls Brede Scholen, Sport en Cultuur was en is, een samenhangend aanbod creëren tussen onderwijs, sport en cultuur. De CF’s zullen hiervoor worden ingezet. Een CF is in dienst bij één werkgever maar is werkzaam voor twee of meer sectoren op het gebied van onderwijs, sport en/of cultuur. Door de inzet van een CF krijgen kinderen te maken met één persoon in twee of meer verschillende situaties. Eén gezicht, onder en na schooltijd. Hierdoor worden ook de activiteiten beter op elkaar afgestemd. De samenhang tussen het onderwijs, en de sectoren sport en/of cultuur wordt door de inzet van een CF versterkt. Het kabinet wil meerdere doelen tegelijkertijd bereiken: - Uitbreiding aantal (brede) scholen met een sport- en cultuuraanbod in zowel het primair als het voortgezet onderwijs. - Het versterken van ca. 10% van de sportverenigingen met het oog op hun maatschappelijke functie en de inzet van sportverenigingen voor het onderwijs, de naschoolse opvang en de wijk. - Het stimuleren van een dagelijks sport- en beweegaanbod op en rond scholen voor alle leerlingen. - Het bevorderen dat de jeugd tot 18 jaar vertrouwd raakt met één of meer kunst- en cultuurvormen en het onder jongeren stimuleren van actieve kunstbeoefening. In het addendum zijn de volgende extra voorwaarden toegevoegd: - Van gemeenten wordt verwacht dat zij zich inspannen om combinatiefuncties, genaamd buurtsportcoaches in dienst te (laten) nemen. - Deze medewerkers dienen sport- en beweegaanbod te organiseren. - Inzet van de buurtsportcoach vindt plaats onder regie van de gemeenten. - De rijksoverheid keert, via een decentralisatie-uitkering, 20.000 euro uit per fte. aan gemeenten. - Deelnemende gemeenten organiseren vanaf het eerste jaar van deelname, 60% cofinanciering. - De bedragen zullen via een decentralisatie-uitkering aan gemeenten beschikbaar worden gesteld. De verdeling vindt plaats op basis van verdeelsleutel ‘’het aantal inwoners tot 18 jaar’’. Deze doelstellingen sluiten aan bij onze doelstellingen op het gebied van gezondheid en sport- en cultuurstimulering. Bovenstaande hebben we dan ook als vertrekpunt genomen voor het schrijven van deze nota.
6 Sport- en Cultuurstimulering 2013
Hoofdstuk 2
De situatie in Olst-Wijhe
Dit hoofdstuk begint met een opsomming van de belangrijkste conclusies uit de evaluatie van de BOS-Impuls en de BOS-kompas waarin duidelijk wordt wat de gesteldheid van de jeugd in OlstWijhe op dit moment is. Daarna wordt de stand van zaken met betrekking tot de impuls Brede Scholen, Sport en Cultuur in onze gemeente weergegeven. In paragraaf 2.3 geven we de eerste resultaten weer van de vijf Pilots die we in 2011 zijn gestart. Deze pilots zijn we gestart om enerzijds nieuwe praktijkervaring op te doen maar ook omdat we wilden voorkomen dat er een “gat” tussen de twee impulsregelingen zou ontstaan. Om de situatie met betrekking tot gezondheid en sportparticipatie te verbeteren in onze gemeente hebben we indicatoren opgesteld voor de komende vier jaar. Deze staan beschreven in paragraaf 2.4. Vervolgens worden de reacties vanuit het veld weergegeven. In de laatste paragraaf van dit hoofdstuk staat beschreven hoe we de CF’s willen gaan inzetten. 2.1 De gezondheid en sportieve gesteldheid van de jeugd in Olst-Wijhe Tijdens het vaststellen van de evaluatie van de Bosimpuls heeft u geconstateerd dat: - Het aantal jongeren met extreem overgewicht in 2010 lager was dan in 2007 maar het aantal jongeren dat ‘te zwaar’ is toegenomen. - Het lid zijn van een sportvereniging afneemt naarmate kinderen ouder worden. Jongeren op het voortgezet onderwijs zijn aanzienlijk minder vaak lid van een sportvereniging. In 2010 voldoen minder jongeren aan De Nederlandse Norm Gezond Bewegen (NNGB) dan in 2007. (percentages in de zomer: 2010 = 25%, 2007 = 30% ) - 9% Van de jongeren zegt zelfs nooit twintig minuten of langer inspannende lichaamsbeweging te hebben. - In 2010 is het aantal jongeren, ten opzichte van 2007, dat weinig of niet sport per week verder afgenomen. Het aantal dat jongeren dat meer dan drie keer sport per week is toegenomen. - Zorgelijk is dat nog steeds 16 % van de jongeren nooit sport bij een sportvereniging. - Jongeren voelen zich, zowel overdag als ’s avonds, zelden onveilig. - Een aantal succesvolle arrangementen verdienen het om voortgezet te worden zoals: Allemaal Sporten, Lekker fit, SportExtra en Sportklup, Spelekids en de ‘tochten’. - De kwaliteiten van de vakleerkrachten Lichamelijke Oefening (hierna te noemen vakleerkracht LO) veel beter benut kunnen worden. - De oorspronkelijke gedachte van het SPOC om verbinding en afstemming te zoeken in stenen is gerealiseerd, nu moeten we: DOEN! - Sportaanbieders worstelen met een gebrek aan vrijwilligers of voldoende gekwalificeerd kader. - De sportconsulenten van de BOS-Impuls hebben samengewerkt met de partners uit de buurt, de kinderopvang, het onderwijs en de sport. Op uitvoerend niveau is tussen deze partners structureel overleg ontstaan. Partners weten elkaar op activiteitenniveau te vinden maar het versterken van samenwerkingsverbanden tussen de partners op bestuurlijk niveau verdient nog aandacht. 2.2 De Impuls Brede Scholen, Sport en Cultuur in onze gemeente. In 2008 is in Nederland de invoering van de impuls Brede Scholen, Sport en Cultuur in 30 grote gemeenten gestart. In april 2010 heeft ons college besloten om de verklaring: ‘deelname impuls’ te ondertekenen. In april 2011 heeft u besloten om de evaluatie van de BOS–impuls apart te behandelen van de aanvraag voor deelname aan Impuls Brede Scholen, Sport en Cultuur na 2013. In mei 2011 hebben het college en de gemeenteraad besloten dat het restant BOS-budget mag worden ingezet ten behoeve van de sportstimulering in 2011 en 2012, zodat er geen ‘gat’ ontstaat in het aanbod van de succesvolle activiteiten. Omdat de BOS-Impuls is gestopt heeft het team van 7 Sport- en Cultuurstimulering 2013
sportconsulenten van de Bosimpuls een nieuwe naam gekregen en heet nu Team Sportstimulering Olst-Wijhe (Team SOW). 2.3 De eerste resultaten, vijf Pilots In de periode na de BOS-Impuls wilden we een aantal arrangementen voortzetten ter voorkoming van een “gat” tussen de twee impulsregelingen. Het gevaar bestaat dat indien je twee jaar geen activiteiten uitgevoerd hebt, alles opnieuw moet opstarten. Op verzoek van de Wmo-adviesraad en veel ouders zijn de succesvolle arrangementen SportExtra en Sportklup in de afgelopen periode daarom doorgegaan. Ook zijn een aantal ‘tochten’ georganiseerd, Allemaal Sporten, Lekker Fit en Fair Play op de scholen in de gemeente mede georganiseerd of geïmplementeerd. Naast deze arrangementen wilden we ook praktijkervaring opdoen met een aantal in de visie beschreven functies. Hiervoor zijn we eind 2011 met een aantal pilots gestart. Dit zijn: 1. CF Sportstimulering met coördinerende taken (CF Sportstimulering/CT); 2. CF Sportstimulering/ SportExtra en Sportklup; 3. CF SPOC; 4. CF Cultuur; 5. Pilot Combineer en Scoor met Jeugd en Buitenruimte die de titel kreeg: “Spelen en Bewegen in Olst-Noord”. Wat de stand van zaken is van de verschillende pilots zal hieronder in het kort worden aangegeven. Alle pilots kunnen, in financieel opzicht in ieder geval, worden uitgevoerd tot 31 december 2012. 1. CF Sportstimulering/CT: Voor het aansturen van de verschillende functionarissen, MBO- en HBO stagiaires en maatschappelijke stagiaires (scholieren van het voortgezet onderwijs) is de coördinerende CF verantwoordelijk. Jaarlijks worden drie stagiaires van de opleiding Sport & Bewegen van Landstede, het CIOS of de Alo begeleid. In het schooljaar 2011/2012 zijn twee stagiaires uit Olst en een uit Wijhe die allen de opleiding Sport en Bewegen doen. Ook wordt jaarlijks aan veel maatschappelijke stagiaires van met name de Capellenborg/sportstroom een stageplek geboden, ongeveer acht per jaar. Ook het afstemmen van verschillende activiteiten is een taak. Met de sportverenigingen worden regelmatig contacten onderhouden. Dit contact is gericht op samenwerking met elkaar en onderling. Daarnaast kunnen de sportverenigingen worden ondersteund op het gebied van onder andere sportstimulering, gezondheidsbeleid of het werven van vrijwilligers. De coördinator houdt ook de trends en ontwikkelingen in de gaten en vertaalt deze naar onze gemeente. Overleg, zowel op bestuurlijk als uitvoerend niveau, vindt plaats met de diverse partners met betrekking tot de inhoudelijke taken van de CF’s en de ontwikkelingen op het gebied van sportstimulering in onze gemeente en ook landelijk. Werkgeverschap wordt op dit moment verzorgd door Sportservice Overijssel. 2. CF Sportstimulering/ SportExtra en Sportklup: Ondersteunend aan de CF Sportstimulering/CT en meer uitvoerend is de CF Sportstimulering. Deze CF implementeert arrangementen zoals “Lekker Fit” bij het basisonderwijs en is hun contactpersoon. De CF heeft een actieve rol bij het organiseren van laagdrempelige activiteiten (Tochten en Spelekids), voert in dit kader ook de pilot in Olst-Noord uit waarover bij punt 5 meer zal worden verteld en begeleidt stagiaires. Ook verzorgt deze CF de lessen SportExtra en Sportklup voor kinderen met een motorische of verstandelijke achterstand. Deze twee clubs zijn zeer succesvol. Inmiddels zijn er drie groepen actief. Deelnemende kinderen krijgen meer zelfvertrouwen en rust wat een zeer positieve bijdrage is aan hun persoonlijke ontwikkeling. Voor deze CF is momenteel geen cofinanciering gevraagd behalve een kleine bijdrage (€ 1,50 per les) van de deelnemende kinderen aan SportExtra of Sportklup. Werkgeverschap wordt op dit moment verzorgd door Sportservice Overijssel.
8 Sport- en Cultuurstimulering 2013
3. CF SPOC: De CF SPOC is eind van 2011 gestart voor vier uur per week. De CF is begonnen met het aanbieden van activiteiten voor kinderen van de BSO. Dit is een enorm succes. Ook kinderen die niet naar de BSO gaan zijn welkom bij deze activiteiten. Alle partijen zijn enthousiast. Inmiddels heeft de CF uitbreiding van uren en gaat de onderstaande taken uitvoeren: - Contact leggen met alle partners en sportverenigingen op het SPOC en de vraag van de verenigingen in kaart brengen - Ophalen en afstemming zoeken van de jaaragenda’s van de verschillende sportverenigingen. - Als afsluiting van het seizoen een grote actie voorbereiden in samenwerking met de kernpartners. (bijvoorbeeld thema: Olympische Spelen.) Hierbij sportverenigingen en de leerlingen van de sportstroom van de Capellenborg benutten voor de verschillende sportonderdelen. Alle bso-kinderen en jongeren erbij betrekken. Maar ook het Grand Café inrichten als het Holland (Heineken) Huis (alcoholvrij) met een mega-afsluiting voor alle kinderen en jongeren uit de gemeente. Deze CF is ook beheerder van het SPOC en in de zomer werkzaam als badmeester in het Zwembad De Welters. Kinderen en jongeren komen deze CF dus op verschillende locaties tegen. Werkgeverschap wordt verzorgd door Stichting Kulturhus Olst-Wijhe (SKOW). 4. CF Cultuur: Vanaf eind 2011 is ook de CF Cultuur gestart. Hierdoor konden de mogelijkheden en de voordelen van een CF Cultuur inzichtelijk worden gemaakt. Daarnaast was er vanuit het onderwijs, Stichting Kulturhus en de gemeente de behoefte aan een coördinator op het gebied van Cultuureducatie, zowel binnen- als buitenschools. Ook gaven de basisschooldirecteuren aan dat ze de toegezonden informatie zo versnipperd ontvangen. De CF Cultuur heeft, tot nu toe, twee keer een nieuwsbrief uit gegeven. De basisschooldirecteuren zijn hierover zeer tevreden, de informatie is nu beter gestroomlijnd. De directeuren zijn ook positief over de aangeboden artikelen uit vakliteratuur. De Cf Cultuur verzamelt dit en biedt het gestructureerd aan. Ook heeft de CF overleg met de cultuurcoaches van alle basisscholen. Om de verbinding te leggen tussen binnenschoolse- en buitenschoolse cultuureducatie is een workshop dans aangeboden. Deze workshop was een voorbereiding op een dansvoorstelling die buitenschools door de theaters werd aangeboden. De voorstellingen zijn voor de scholen geregeld, een indeling is gemaakt en de CF Cultuur was aanwezig op de dag zelf om alles in goede banen te leiden. Hier hebben zes scholen aan mee gedaan en ze waren evenals de theaters enthousiast. Recentelijk heeft de CF Cultuur een aanbod gedaan aan de basisschooldirecteuren voor programma op het Infocentrum IJssel Den Nul en voor een advies op maat. Werkgeverschap wordt verzorgd door SKOW. 5. Pilot Combineer en Scoor met Jeugd en Buitenruimte: “Spelen en Bewegen in Olst-Noord”. Vanuit de provincie heeft Sportservice Overijssel in 2011 de opdracht gekregen om acht pilots te starten in Overijssel met als doel om gemeenten te stimuleren voor het opstellen van integraal speelruimtebeleid zodat buitenruimte ingezet kan worden voor meerdere doeleinden en doelgroepen. Wij hebben deze pilot ingezet in Olst-Noord omdat al een aantal jaren geconstateerd wordt dat deze wijk in onze gemeente een bijzondere wijk is waar af en toe sprake is van jongerenoverlast. Begin 2011 is in Olst-Noord een werkgroep van bewoners gestart die zich wilden inzetten voor een kwaliteitsverbetering van het spelen en bewegen in Olst-Noord. Deze pilot sloot goed op de doelstelling van de werkgroep aan. Naast het doel om een kwaliteitsverbetering van het spelen en bewegen in de wijk aan te brengen en de kinderen uit deze wijk te stimuleren om te gaan sporten en bewegen, heeft de pilot als achterliggend doel; de sociale cohesie te bevorderen in de wijk. De CF Sportstimulering voert deze taken uit.
9 Sport- en Cultuurstimulering 2013
Vier uur per week is deze CF actief voor en in de wijk Olst-Noord. Zoals gezegd is het een wijk waar men elkaar wel kent maar waar de bewoners weinig binding met elkaar lijken te hebben. Het doel om de sociale cohesie in deze wijk te bevorderen is een doel waarbij we niet op korte termijn resultaat moeten verwachten. De bewoners staan niet direct open voor nieuwe initiatieven en activiteiten maar hebben een afwachtende houding. De verwachting is door kinderen positieve ervaringen op te laten doen door samen te spelen en te sporten de deelname zal groeien. De hoop is dat hierdoor ook hun ouders en andere buurtbewoners meer met elkaar in contact komen. Vanaf maart 2012 zal de CF met kinderen uit de wijk, die dat willen, wekelijks gaan sporten of bewegen in de wijk. Naast het actief bezig zijn leert de CF de kinderen ook gebruik te maken van de mogelijkheden die in de wijk aanwezig zijn. Bijvoorbeeld door het basketbalveld op een andere manier te gebruiken dan om te basketballen. Daarnaast is de CF samen met bewoners bezig om het trapveld De Meente opnieuw in te richten. Deze taken worden uitgevoerd door de CF Sportstimulering. Kinderen zien hem in de wijk Olst-Noord, bij SportExtra/ Sportklup, bij de “tochten” en bij andere activiteiten georganiseerd door team SOW. Werkgeverschap wordt verzorgd door Sportservice Overijssel. Alle pilots draaien goed en geven een kwaliteitsimpuls aan het SPOC, het onderwijs, de kinderopvang en de buurt. 2.4 Doelstellingen Om bovengenoemde kwaliteitsimpuls te behouden, onze doelen te behalen om de gezondheid en sportiviteit van de jeugd in onze gemeente te bevorderen en om te kunnen monitoren en evalueren hebben we de volgende doelstellingen opgesteld. a. Jongeren: - Het aantal jongeren met (extreem) overgewicht is lager dan in 2010 (=25%) - Alle jongeren zijn lid van een sportvereniging of zijn actief op het gebied van sporten en bewegen in de vrije tijd. - Met alle jeugdorganisaties vindt jaarlijks overleg plaats. - Alle jeugdorganisaties worden betrokken bij sportieve activiteiten in de eigen omgeving en in de gemeente. - Met behulp van leerlingen van de Capellenborg (WhoZnext-team) worden binnen- en buitenschools op de Capellenborg ten minste twee activiteiten per schooljaar georganiseerd. - Elke leerling met een motorische achterstand heeft de mogelijkheid M.R.T lessen op de Capellenborg te volgen. - Jaarlijks wordt aan minimaal twee leerjaren de projecten Actieve leefstijl en Fair Play op de Capellenborg uitgevoerd. - Alle leerlingen van de Capellenborg doen een fittest. Aan de hand daarvan wordt hun plan opgesteld. b -
-
Succesvolle BOS-arrangementen Sportkennismakingslessen blijven aangeboden worden onder schooltijd of buitenschools aan leerlingen van zowel het basis- als het voortgezet onderwijs. De grote omniverenigingen in onze gemeente zijn dominant, bij sportkennismakingslessen worden ook van de kleinere minder bekende sportverenigingen lessen aangeboden met als doel het verwerven van meer leden. Jeugdigen moeten de kans krijgen om op een toegankelijke laagdrempelige manier kennis te maken met allerlei verschillende sporten (Allemaal Sporten) Er zijn tien basisscholen die deelnemen aan het programma “Lekker fit” of hebben op een vergelijkbare wijze beleid gericht op een gezonde actieve school. Twee keer per jaar worden laagdrempelige activiteiten in een kern of wijk in onze gemeente aangebonden aan kinderen tot 12 jaar. (project Spelekids).
10 Sport- en Cultuurstimulering 2013
c -
Twee keer per jaar wordt er een ‘tocht’ georganiseerd (zoals een greppeltocht of spooktocht) waarbij veel samengewerkt wordt met jeugdorganisaties en ouders/ vrijwilligers. Alle kinderen met een motorische of verstandelijke achterstand kunnen deelnemen aan SportExtra en Sportklup of kunnen verwezen worden naar een op hen van toepassing zijnde sport- of beweegaanbod. Voor ieder kind, ongeacht zijn motorische of verstandelijke achterstand, wordt een vorm van sporten en/of bewegen in de regio aangeboden. Betere benutting van de vakleerkrachten Lichamelijke Oefening. Ten minste alle basisscholen met een vakleerkracht LO met vakoverstijgende taken heeft beleid t.a.v. sport, bewegen en gezondheid op de school. Ten minste tien basisscholen hebben een op maat opgesteld schoolbeleidsplan Gezonde, actieve school’. Ten minste tien basisscholen participeren in laagdrempelige sportkennismakingactiviteiten (Allemaal sporten, schoolsportdag) en activiteiten die een gezonde, actieve leefstijl bevorderen (Lekker Fit o.a.). Per basisschool wordt minimaal één leraar gecoacht op sport en hebben alle scholen een sportleerkracht aangewezen. De kwaliteit van de invulling van het gymonderwijs, met name op de scholen zonder vakleerkracht LO, blijft gehandhaafd en wordt door middel van overdracht van de kennis van de vakleerkrachten LO versterkt. Gefaseerd zijn alle basisscholen in de gemeente, daar waar gewenst, bediend met een aanbod M.R.T (Motorische Remedial Teaching).
d. SPOC, van stenen naar activiteiten - De stuurgroep SPOC stelt jaarlijks een programma vast waarbij wekelijks buitenschoolse activiteiten worden georganiseerd voor kinderen in samenwerking met jongeren. - Verbindingen tussen alle SPOC-partners zijn gelegd waardoor samenwerking als vanzelfsprekend wordt ervaren. - Activiteiten voor de doelgroep worden efficiënt en op elkaar afgestemd georganiseerd. - Vanuit het meerjarenplan van de stuurgroep SPOC is een activiteitenkalender opgesteld die aansluit op de activiteiten van andere sportaanbieders en jeugdorganisaties in de gemeente. e. Versterking sportverenigingen - In de gemeente zijn acht sportverenigingen die zich een ‘Gezonde sportvereniging’’ mogen noemen. Een Gezonde sportvereniging is een moderne en maatschappelijk betrokken sportvereniging die structureel aandacht besteedt aan een gezonde sportomgeving voor leden en bezoekers. Dit doen ze door het opzetten van structureel gezondheidsbeleid binnen de vereniging aan de hand van speciale selectiecriteria, zodat verenigingsleden in een gezonde en veilige omgeving sporten (of bij sport betrokken zijn). Dat leidt op langere termijn tot het vergroten van de gezondheidswinst en terugdringen van de gezondheidsrisico’s van de verenigingsleden. U kunt daarbij denken aan verantwoord alcohol schenken en gezonde voeding in de sportkantine, goede arbeidsomstandigheden voor uw vrijwilligers en eerste hulp bij sportongevallen. - In de gemeente zijn acht sportverenigingen die zich een ‘Vitale sportvereniging’ mogen noemen. In toenemende mate worden sportverenigingen aangesproken op hun maatschappelijke verantwoordelijkheid. Zij worden geacht bij te dragen aan verschillende projecten en activiteiten, waarbij sport en bewegen worden ingezet ‘als middel‘ om andere doelen te realiseren. Verenigingen die deze bijdrage kunnen leveren worden ‘Vitale sportverenigingen’ genoemd.
11 Sport- en Cultuurstimulering 2013
-
f.
Voorbeelden daarvan zijn o.a. het terugdringen van overgewicht, het verminderen van overlast, het bevorderen van integratie en van sportiviteit en respect, het realiseren van kinderopvang etc. Alle sportverenigingen bieden toegankelijke sportkennismakingslessen aan alle kinderen en jongeren, ook buiten de georganiseerde sportkennismakingslessen, waardoor zij zich goed kunnen oriënteren en uitproberen welke sport het best bij hen past.
Samenwerking - In de gemeente hebben partijen meer kennis van elkaar en maken meer gebruik van elkaars expertise. - Activiteiten worden beter op elkaar afgestemd en er is een eenduidige visie. - Door de Bosimpuls weten partners elkaar op activiteitenniveau te vinden maar het versterken van samenwerkingsverbanden op bestuurlijk niveau verdient nog aandacht.
2.5 Inzet van de impuls in Olst-Wijhe Het ministerie heeft aan ons 2,7 fte. toegekend. De financiering die hier tegenover staat vanuit het rijk is 40% van de loonkosten waarbij uitgegaan wordt van loonkosten van € 50.000 voor één fte. De overige 60% van de loonkosten moet door de gemeente bij elkaar worden gebracht. Hoe de gemeente dit doet is vrij. Voor Olst-Wijhe betekent dit dat de rijkssubsidie per jaar bestaat uit € 54.8oo. Voor de overige € 78.600 is de gemeente verantwoordelijk. Om naast onze doelstellingen deze financiële opgave te kunnen halen hebben we een prioritering aangebracht bij de functies CF. We hebben hiervoor gekeken naar: 1. Welke velden en activiteiten dienen te worden bediend om de doelstellingen te verwezenlijken. 2. Waar liggen de kansen en mogelijkheden die door de partners geboden worden met betrekking tot cofinanciering. 3. De resultaten en ervaringen van de vijf pilots 2.6. Verkenning maatschappelijk werkveld Bij de eerste ronde gesprekken, in 2011, werd geconstateerd dat de vraag groter is dan het aanbod. Alle partijen gaven aan de CF als een zinvolle en welkome functie te zien binnen hun werkveld. Hierdoor kunnen verbindingen worden gemaakt met andere werkvelden en kan een extra stimulans gegeven worden aan bijvoorbeeld een gezonde actieve school of sportkantine. Nu, bijna een jaar later, staan veel partijen er financieel minder goed voor en stellen zich ook kritischer op. De wens voor extra ‘handen aan het bed’ is door de financiële situatie voor veel partijen zelfs nog groter geworden. Geen van de partners zag financiële mogelijkheden voor het inzetten van een fulltime nieuwe functie CF. Ook drukt een nieuwe functie op de beschikbare formatieruimte. Om die reden hebben we bij bestaande functies nieuwe taken toegevoegd waardoor soms, daar waar mogelijk, een kleine uitbreiding van uren gerealiseerd kon worden of een nieuw takenpakket samengesteld is. Nadeel is dat de functies erg versnipperd zijn over veel, in totaal 8, mensen. Het voordeel is dat veel organisaties gebruik kunnen maken van een CF en dat op het gebeid van sporten en bewegen het stimuleren hiervan het breed in de gemeente ingezet wordt. 2.7 Hoe willen we de impuls inzetten? We adviseren het volgende. In onze gemeente kunnen twee doelgroepen worden aangewezen die extra aandacht vragen. Dat zijn als eerste de zwakkere kinderen, kinderen met een motorische achterstand of een verstandelijke beperking. Waarbij we ons in eerste instantie richten op kinderen in de basisschoolleeftijd. De tweede risicogroep zijn de jongeren. Geconstateerd is dat jongeren na hun 12e jaar steeds minder of helemaal niet meer gaan sporten. Het gevolg is het aanleren van een inactief leven wat vaak een ongezonde leefstijl met zich meebrengt. De al eerder genoemde gezondheidsrisico’s en het gevaar op overgewicht of zelfs obesitas neemt hierdoor toe. Hoe we dit willen voorkomen en 12 Sport- en Cultuurstimulering 2013
hoe we jongeren het plezier van sporten en bewegen willen meegeven door het inzetten van CF’s zullen we hieronder beschrijven. Voor kinderen met een verstandelijke of motorische beperking Vanuit de ervaringen van de huidige SportExtra en Sportklup kunnen we zeggen dat deze clubs zeer succesvol en als zeer waardevol gezien worden. In 2011 afgelopen hebben 17 kinderen deelgenomen, hiervan zijn 3 doorgestroomd naar een reguliere sportvereniging. (voetbal, handbal en badminton) Drie kinderen zijn op dit moment lid van zowel SportExtra als van een reguliere sportvereniging. Totdat er een vereniging gevonden is die SportExtra en Sportklup onder haar hoede wil nemen worden de lessen verzorgd door de CF Sportstimulering die voor 0.27 fte (= 7,2 uur) in de week deze lessen verzorgt. De CF Sportstimulering is in dienst bij Sportservice Overijssel en is bij ons gedetacheerd. De deelnemers betalen een vergoeding per les van één eurovijftig. Met betrekking tot gehandicaptensport zijn we op Sallands niveau aan het onderzoeken hoe we de sportverenigingen regionaal kunnen versterken. Omdat de aantallen deelnemers per sport te laag zijn om in de drie gemeenten Deventer, Raalte en Olst-Wijhe aparte teams op te zetten, kijken we samen met Stichting Mee, Sportservice Overijssel en de drie gemeenten naar de haalbaarheid van een Salland breed aanbod voor deze doelgroep. Het financiële plaatje voor een CF-Sportstimulering (docent SportExtra/ Sportklup) met 0,27 fte. (= 10 uur per week) ziet er als volgt uit: Totale jaarlijkse salariskosten: 13.500 euro. Rijk 40% = 5.400 euro Verwachte contributie = 1.200 euro (12 deelnemers x 80 euro) Gemeentelijke inzet = 6.900 euro Voor het stimuleren van jongeren (12 tot 19 jarigen) Uit de eindmeting van de BOS-kompas blijkt dat 16% van de jongeren geen lid is van een sportvereniging. Als reden geven zijn vooral tijdgebrek aan. Ze zijn druk door een bijbaan, werk of school. Ook is onderzocht of de jongeren voldoen aan de ‘Nederlandse Norm Gezond Bewegen’ (NNGB) en de ‘Fit norm’. De NNGB voor jongeren (< 18 jaar) is: ’Minimaal vijf dagen per week een uur matig intensieve lichamelijke activiteit verrichten waarbij de activiteiten minimaal twee maal per wek gericht zijn op het verbeteren of handhaven van lichamelijke gezondheid. De Fitnorm gaat uit van minstens drie keer per week twintig minuten inspannende lichaamsbeweging. Het gaat om activiteiten waarbij de hartslag flink omhoog gaat. De resultaten in Olst-Wijhe zijn dat in 2010 minder jongeren aan de NNGB voldoen dan in 2007. (2010= 25% en 2007 = 30%). In de winter liggen deze aantallen nog lager. In de winter van 2010 haalde slechts 14% de NNGB. Aan de fit-norm voldoen de jongeren wel steeds meer. In de zomer in 2010 voldeed 66% aan deze norm. In 2007 was deze 58%. Toch zegt 9% nooit twintig minuten of langer inspannende lichaamsbeweging te hebben. Het is dus belangrijk om deze groep te blijven stimuleren voor het sporten en bewegen. Voorkomen moet worden dat jongeren zich een ongezond leefpatroon eigen maken. De school voor voortgezet onderwijs, de Capellenborg, heeft aangegeven zich hiervoor in te willen zetten. Ten behoeve van het stimuleren en het beleven van plezier aan sporten bij jongeren willen we op drie manieren een CF inzetten. Vanuit de school; De Capellenborg; Via de SPOC makelaar; Via Landstede Welzijn.
13 Sport- en Cultuurstimulering 2013
ad 1 Vanuit de school, de Capellenborg In de periode van de Bosimpuls is het contact gelegd met de vakleerkrachten LO van de Capellenborg. Nog steeds wordt samengewerkt in het kader van bijvoorbeeld Fair Play, voor overdracht van normen en waarden. Maar ook andere activiteiten en programma’s worden samen met team SOW georganiseerd. Binnenschools wordt een gezonde leefstijl integraal aangeboden. Dit betekent dat de lessen gezonde leefstijl ook terugkomen tijdens bijvoorbeeld de biologielessen. De CF Capellenborg zorgt verder voor het afnemen van de tests van de leerlingen en geeft MRTlessen aan die jongeren die dat nodig hebben. Deze CF is vanuit de Capellenborg het aanspreekpunt voor alle partijen op het gebied van sport en draagt een gezonde en actieve leefstijl uit. Verder werkt de CF Capellenborg samen met de CF SPOC en de CF Landstede Welzijn zodat ook buitenschools sport- en beweegactiviteiten worden aangeboden aan de jongeren. Het financiële plaatje voor een CF Capellenborg met 0,27 fte. (= 10 uur)ziet er als volgt uit: Totale jaarlijkse salariskosten: 13.500 euro. Rijk 40% = 5.400 euro Cofinanciering Capellenborg = 8.100 euro ad 2. De SPOC makelaar De CF SPOC zorgt dat de verbindingen van het SPOC nu niet alleen in stenen zijn gerealiseerd maar ook in activiteiten. Hij verricht werkzaamheden op het gebied van sportstimulering voor alle SPOC partners voor 0,44 fte (= 16 uur). Deze CF is niet alleen gericht op jongeren maar organiseert ook activiteiten voor BSO de Bieënkorf en andere jeugd uit de gemeente. Bij de organisatie en uitvoering voor de BSO worden ook leerlingen van de Capellenborg betrokken in het kader van hun maatschappelijke stages. Uiteraard worden de leerlingen die de sportstroom volgen betrokken. Maar ook worden leerlingen ingezet voor bijvoorbeeld een muzikale opluistering van een activiteit. Het financiële plaatje voor een CF SPOC met 0,44 fte. ziet er als volgt uit: Totale jaarlijkse salariskosten: 19.800 euro (MBO) Rijk 40% = 7.920 euro Cofinanciering Bieënkorf = 5.100 euro Gemeentelijke inzet = 6.800 euro ad 3. Landstede Welzijn In de prestatieopdracht van Landstede Welzijn liggen een aantal afspraken, dat te maken heeft met sporten en bewegen en het samenbrengen en verbinden van partijen die gericht zijn op jongeren. Om de samenwerking tussen Landstede Welzijn en team SOW te versterken en daarmee de kwaliteit van de gezamenlijke georganiseerde activiteiten te verhogen zullen de jongerenwerker en de CF All-in / activiteiten intensiever gaan samenwerken, De samenwerking is 10 uur per week ( 0.27 fte.) gezamenlijk dus 5 uur per week worden beide CF’s ingezet. Samen richten zij zich op het organiseren van laagdrempelige activiteiten voor de jongeren zoals de (greppel)tochten, en de WII party’s. Uiteraard zullen ze ook samenwerken met de CF Capellenborg en CF SPOC. Het financiële plaatje voor een CF Sportstimulering en CF Landstede, totaal 0,27 fte. ziet er als volgt uit: Totale jaarlijkse salariskosten: 13.500 euro. Rijk 40% = 5.400 euro Gemeente = De subsidie aan Landstede Welzijn van € 6.750 valt binnen de huidige reguliere subsidieafspraken Kinderen Natuurlijk is het ook belangrijk om vroeg te beginnen met het aanleren van een gezonde leefstijl. Het is belangrijk om van jongs af aan te leren hoe fijn en leuk het is om te sporten en bewegen. Het zelfvertrouwen wordt vergroot en de weerbaarheid verbeterd. Ook heeft sport, zoals in de inleiding al genoemd, een gunstig effect op hun leerprestaties, psychosociale en motorische ontwikkeling.
14 Sport- en Cultuurstimulering 2013
Begint men jong met sporten dan is de kans groter dat mensen hun levenslang hiermee doorgaan. Goed bewegingsonderwijs op de basisschool is dus belangrijk. Op 11 van de 14 basisscholen geeft een vakleerkracht LO les. Gezien de demografische krimp die de komende jaren zichtbaar is, verwachten we dat deze vakleerkrachten vanwege minder kinderen ook minder lesuren gymonderwijs gaan geven. Met de bovenschoolse schoolbesturen is afgesproken dat we gaan inzetten op het beter benutten van de vakleerkrachten LO. Voor de vrijgekomen uren die niet meer ingezet worden als lesuren, gaan de vakleerkrachten LO hun collega’s leerkrachten en directeuren ondersteunen bij het streven naar een gezonde actieve school. Hierdoor blijven zij in dienst en wordt hun kennis beter benut. De inzet van deze CF vliegende vakleerkracht is 0,27 fte. (= 10 uur) De scholen die geen vakleerkracht in dienst hebben krijgen de mogelijkheid om deze in te huren voor een bepaalde periode voor € 10.65 per uur (exclusief BTW) volgens het Raalter model. Het financiële plaatje voor een CF vakleerkracht LO met 0,27 fte. (= 10 uur) ziet er als volgt uit: Totale jaarlijkse salariskosten: 13.500 euro. Rijk 40% = 5.400 euro Scholen = 8.100 euro Cultuur Naast dat het goed is voor iedereen om gezond te leven en te bewegen is ook kennis van cultuur een verrijking voor het welzijn. Belangrijk is dat kinderen op jonge leeftijd in aanraking komen met de beleving van kunst en cultuur in de brede zin. De CF Cultuur legt verbinding tussen binnen- en buitenschoolse educatie. Ook verzorgt de CF de organisatie rondom het culturele programma. Iedere school in onze gemeente heeft een cultuurcoach aangewezen, dit is een leerkracht met interesse in cultuur. De CF heeft periodiek overleg met deze cultuurcoaches. Het aanbod voor cultuureducatie zal gestructureerd aan de scholen worden aangeboden. Ook worden alle nieuwe ontwikkelingen op het gebied van kunst en cultuur bijgehouden en nieuwe voorstellingen en programma’s voor de scholen worden geselecteerd. Kinderen die kennismaken met kunst en cultuur zullen nieuwe emoties ervaren en worden aangezet tot andere en mooie gedachten. Ze leren buiten de kaders te denken en worden geïnspireerd. Het financiële plaatje voor een CF Cultuur met 0,3 fte. (= 10 uur) ziet er als volgt uit: Totale jaarlijkse salariskosten: 15.000 euro. Rijk 40% =6.000 euro Gemeente = 7.350 euro Scholen = 1.650 euro Sportstimulering ondersteuning Daar waar behoefte is kan deze CF tijdelijk bijspringen bij bijvoorbeeld een sportvereniging. Ook de laagdrempelige activiteiten voor alle jeugd uit de gemeente zoals de “tochten” of activiteiten gericht op wijkniveau worden door deze CF, samen met stagiaires en maatschappelijke stagiaires georganiseerd. Daarnaast kan deze CF ingezet worden bij bijvoorbeeld verenigingsondersteuning. De taken behelzen 0,18 fte. (= 6,5 uur). Het financiële plaatje voor een CF Sportstimulering met 0,18 fte. ziet er als volgt uit: Totale jaarlijkse salariskosten: 9.000 euro. Rijk 40% = 3.600 euro Gemeente = 5.400 euro
15 Sport- en Cultuurstimulering 2013
CF Sportstimulering/CT Deze CF is verantwoordelijk voor het aansturen van de verschillende MBO- en HBO stagiaires en maatschappelijke stagiaires voornamelijk afkomstig uit onze gemeente. Ook voor het uitzetten van nieuwe arrangementen, methoden of het implementeren van nieuwe ontwikkelingen willen we de CF Sportstimulering/CT inzetten. Deze CF weet wat er speelt in en het veld en kan snel verbindingen leggen en houdt alle ontwikkelingen bij op het gebied van sportstimulering en gezondheid. Sterke sportverenigingen kunnen hun maatschappelijke functie op het gebied van sporten en bewegen beter invullen. Ook zijn sterke sportverenigingen belangrijk voor een goede sportinfrastructuur. De CF Sportstimulering/CF kan hieraan een bijdrage leveren. Door de verenigingen te adviseren en ondersteunen bij bijvoorbeeld het aanzetten van jeugdleden tot het doen van vrijwilligerswerk binnen de vereniging (zoals trainers, leiders, scheidsrechters). Of een sportvereniging adviseren over hoe de jongeren van 13-18 jaar blijven sporten en deze jongeren werven zodat ze blijven behouden voor de vereniging. Indien de CF zelf de taak niet kan uitvoeren, zorgt de CF er voor dat dit voor de sportvereniging wordt georganiseerd Om alle CF-functies samen te laten werken en om de acties op elkaar af te laten stemmen is een coördinator nodig voor de aansturing. Ook onderhoudt deze CF de contacten met de partners in het veld zowel op bestuurlijk als uitvoerend niveau. En zorgt deze CF voor de verantwoording en terugkoppeling van de activiteiten richting gemeente. De CF Sportstimulering/CT beslaat 0.7 fte. (= 25,2 uur) Het financiële plaatje voor een CF Sportstimulering/CT is met 0,7 fte. ziet er als volgt uit: Totale jaarlijkse salariskosten: 35.000 euro. Rijk 40% = 14.000 euro Gemeente = 21.000 euro
16 Sport- en Cultuurstimulering 2013
Hoofdstuk 3
Financiën
In dit hoofdstuk worden de financiën uiteengezet. De bijdrage van het rijk en het gedeelte waarvoor de gemeente zorg moet dragen. Na een algemeen overzicht zal ingezoomd worden op de verschillende functies van de CF’s. Naast de salariskosten moet ook rekening gehouden worden met een werkbudget voor de CF om activiteiten uit te voeren, materialen, huur ruimte, communicatiekosten etc. De bekostiging van het rijk is alleen afgestemd op de loonkosten. 3.1. Financiën tot nu toe. Uitgangspunt is dat we 2,7 fte. gaan inzetten. Wat het betekent om voor 60% of 80% te kiezen zowel op financieel gebied als inhoudelijk zal behandeld worden in paragraaf 3.3. In 2010 ontving de gemeente 100% bijdrage voor de inzet van 1.3 fte. CF. Vanaf het 2e jaar moet 60% worden gefinancierd door de gemeente. Leidraad was dat daarvan 20% wordt bekostigd door derden. Zoals beschreven in hoofdstuk 1 mag de gemeente vanaf 2012 zelf de 60% van de loonkosten organiseren en is de verdeling 40% gemeente en 20% veld losgelaten. Het rijk gaat uit van de volgende bedragen/kosten: Fulltime HBO CF kost € 50.000 Fulltime MBO CF kost € 45.000 Schematisch ziet het er als volgt uit. Jaar 2010 2011 2012
Aantal fte. 1,3 1,6 2,7
Financiering rijk 100% = 65.888 40% = 32.944 40% = 54.800
2013 e.v.
2,7
54.800
Financiering gemeente / veld 60% =49.416 40% = 54.800 + 20% = 27.400 = 82.200 82.200
Totaal € 65.888 € 82.360 € 136.903 € 136.903
3.2. Kostenoverzicht Olst-Wijhe Zoals blijkt is de vraag groter dan 2,7 fte. Er zullen dus keuzes gemaakt moeten worden. Hiervoor hebben we een prioritering in de functies aangebracht. De prioritering die in de functies is aangebracht is gebaseerd op de gedachte waar de Impuls het meeste effect op heeft en waarbij de vooropgestelde doelen het meest kansrijk zijn. Los van de functies gericht op sport is de functie van de CF-Cultuur. Hiervoor willen we de 10% aanhouden die door het rijk is geadviseerd. De CF’s hebben een werkbudget nodig voor de uitvoering van de activiteiten. Naast de loonkosten zijn er ook activiteitenkosten zoals materialen, zaalhuur en een werkplek. Een bedrag van €12.000,- wordt hiervoor gereserveerd. Dit budget mag niet gehaald worden vanuit de rijkssubsidie zijn maar moet vanuit de gemeente of de cofinanciering bekostigd worden. Bij een inzet van 2,7 fte. ziet het financiële plaatje er als volgt uit:
17 Sport- en Cultuurstimulering 2013
CF 2012 CF Sportstimulering SportExtra/ Sportklup Activiteiten Sportstimulering CF Capellenborg CF SPOC / B.S.O CF Landstede CF Vliegende vakleerkracht CF cultuur CF Sportstimulering/CT Totaal Activiteitenbudget Totaal
FTE 0,58 0,27 0,13 0,18 0.27 0,44 0,14 0,27 0,3 0,7 2,7
Kosten
Rijk (40%)
Gemeente (40%)
Veld (20%)
13.500 6.750 9.000 13.500 19.800 6.750 13.500 15.000 35.000 132.800 12.000 144.800
5.400 6.750 3.600 5.400 7.920
6.900
1.200
5.400 6.000 14.000 54.470 54.470
5.400 6.780 6.750 1 7.350 21.000 54.180 12.000 66.180
8.100 5.100 8.100 1.650 24.150 24.150
3.3 Meer of minder fte.? Zoals beschreven in paragraaf 1.2 geeft het kabinet ons de mogelijkheid om te kiezen voor deelname aan de impuls met 60%, 80%, 100%, 120% of 140% van het totaal door het kabinet toegekende aantal van 2,7 fte. Wat dit voor onze gemeente betekent, wordt in deze paragraaf zowel op financieel vlak maar ook inhoudelijk duidelijk gemaakt. Het aantal fte. en de vergoeding die het rijk hier tegenover zet, ziet er als volgt uit: Percentage 60 80 100 120 140
Aantal fte. 1,6 2,16 2,7 3,24 3,8
Totale kosten 82.200 109.600 137.000 164.400 191.800
Financiering rijk 32.880 43.840 54.800 65.780 76.720
Gemeente en Veld 49.320 65.760 82.200 98.640 105.080
Gegevens uit ‘Overzicht gemeenten 2012 mei 60%, 80%, 100%, 120%, 140% tbv VNG ledenbrief
Logischerwijs brengt het aanstellen van meer fte. hogere kosten met zich mee, maar ook een hogere financiering van het rijk en ook een hogere bijdrage van de gemeente en haar partners. Het is niet reëel, gelet op de financiële situatie van de gemeente maar ook die van de partners om uit te gaan van een hogere bijdrage van gemeente en partners. Het is lastig om de cofinanciering te krijgen. Aangezien dit bij meer fte. alleen nog maar toeneemt hebben we de mogelijkheden om te kiezen voor meer dan 100% dus meer dan 2,7 fte. niet onderzocht. Aangezien de regeling structureel is zou uitbreiding in de toekomst wellicht mogelijk zijn. Daarom willen we ons richten op de consequenties voor het kiezen van 60% of 80%. Eerst staat beschreven hoe de CF’s ingezet zouden kunnen worden en wat dit financieel betekent. Vervolgens geven we weer wat dit betekent voor sportstimulering in onze gemeente. 60% Wij adviseren om bij een keuze voor 60% de focus te leggen op de twee doelgroepen die het meeste aandacht behoeven. De kinderen met een motorische en/of verstandelijke achterstand en de jongeren.
1
De subsidie aan Landstede Welzijn van € 6.750 valt binnen de huidige reguliere subsidieafspraken
18 Sport- en Cultuurstimulering 2013
De CF Sportstimulering verzorgt, totdat er een vereniging gevonden is, die SportExtra en Sportklup onder haar hoede wil nemen, de lessen van deze clubs Andere taken van de CF Sportstimulering zijn het ondersteunen van sportverenigingen bij vragen maar ook de basisscholen kunnen advies vragen over sportstimulering en gezonde leefstijl. Daarnaast heeft de CF Sportstimulering zicht op alle activiteiten die worden georganiseerd voor de jeugd en stemt deze af met andere jeugdorganisaties. Ook is CF Sportstimulering de contactpersoon voor de gemeente. Daarnaast adviseren we te gaan investeren in de mogelijkheden die het SPOC ons biedt. De functies van de CF Capellenborg, CF SPOC en CF Landstede krijgen iets meer fte. ten opzichte van het aantal dat ze zouden krijgen bij een totaal van 2,7 fte. Ze vormen een SPOC-team die zich bezig houdt met: Het organiseren van activiteiten De verbindingen leggen met de gebruikers van het SPOC en deze benutten. Het uitdragen van een gezonde en actieve leefstijl in en rondom het SPOC. De CF Sportstimulering zal af en toe aan het SPOC-team worden toegevoegd voor de contacten buiten het SPOC. Omdat er minder wijkactiviteiten georganiseerd kunnen worden zal het activiteitenbudget ook minder zijn dus deze is, in deze situatie, gehalveerd. Bij 60% van het totale aantal fte. ziet het financiële plaatje er als volgt uit. CF 2012 CF Sportstimulering SportExtra/Sportklup Activiteiten Overig CF Capellenborg CF SPOC / B.S.O (MBO) CF Landstede Totaal Activiteitenbudget Totaal
FTE 0,5 0,27 0,13 0,18 0.4 0,4 0,3 1,6 1,6
Kosten
Rijk (40%)
Gemeente
13.500 6.500 9.000 20.000 18.000 15.000 82.000 6.000 88.000
5.400 6.000 3.600 8.000 7.000
6.900 500 5.400
30.000 30.000
5.900 15.0002 33.700 6.000 39.700
Veld 1.200 12.000 5.100 18.300 18.300
80%? Kiest u voor deelname voor 80%, dan adviseren wij naast de focus te leggen op de twee doelgroepen die het meeste aandacht behoeven; kinderen met een motorische en/of verstandelijke achterstand en de jongeren, ook een CF Cultuur en de Vliegende Vakleerkrachten in te zetten. Bij 80% van het totale aantal fte. ziet het financiële plaatje er als volgt uit.
2
De subsidie aan Landstede Welzijn van € 15.000 valt binnen de huidige reguliere subsidieafspraken
19 Sport- en Cultuurstimulering 2013
CF 2012 CF Sportstimulering SportExtra/Sportklup Activiteiten Overig CF Capellenborg CF SPOC / B.S.O CF Landstede Totaal
FTE 0,50 0,27 0,13 0,18 0.4 0,4 0,3 1,6
Kosten
Rijk (40%)
Gemeente (24%)
13.500 6.750 9.000 20.000 18.000 15.000 82.250
5.400 6.000 3.600 8.000 7.000
6.900 750 5.400
CF Cultuur CF Vliegende vakleerkracht Totaal Activiteitenbudget Totaal
0.26 0,3
13.000 15.000
5.200 6.000
2,16
110.250 6.000 116.250
41.200
30.000
41.200
5.900 15.000 3 33.950 6.150 40.100 6.000 46.100
Veld (36%) 1.200 12.000 5.100 18.300 1.650 9.000 28.950 28.950
Sportstimulering zal zich niet alleen concentreren in Wijhe maar aan alle jeugd uit onze gemeente wordt aandacht gegeven. Doordat de functies van CF Cultuur, CF de Vliegende vakleerkracht en de CF coördinatie ook worden ingevuld en de functie van de CF Sportstimulering een andere invulling krijgt zal dit de volgende meerwaarde opleveren. CF Cultuur. De verbinding tussen de binnenschoolse cultuureducatie, waarvoor de basisscholen verantwoordelijk zijn en de buitenschoolse cultuureducatie, waarvoor de gemeente verantwoordelijk is wordt gelegd.. Ondersteuning kan geboden worden bij het invullen van het culturele programma. Iedere school heeft, op dit moment, een cultuurcoach. Zij hebben vaak onvoldoende tijd om deze verbinding te leggen. Binnen het onderwijs heeft men te maken met grote bezuinigingen. Steeds meer moeten leerkrachten zich alleen maar bezighouden met rekenen en taal en is er geen ruimte voor andere taken. Het aanbod wordt gestructureerd aangeboden aan de basisscholen en niet weer zo versnipperd als het was. Ook houdt de CF Cultuur bij van alle nieuwe ontwikkelingen, nieuwe voorstellingen en programma’s en selecteert deze voor de scholen Kinderen krijgen een gevarieerd en ruim aanbod van kunst en cultuur en maken hier kennis mee. Dat is goed voor de kinderen en de maatschappelijk ontwikkeling want kunst wekt emotie op en zet aan tot mooie gedachten, bovendien leert het kinderen om buiten de kaders denken en inspireert het. CF Vliegende vakleerkracht De vakleerkrachten LO blijven lessen Lichamelijke Oefening verzorgen. Daarnaast wordt hun kennis op het gebied van sportstimulering, gezonde en actieve leefstijl optimaal benut. De vakdocenten krijgen vakoverstijgende taken dat ten goede komt aan met name de basisscholen/groepsleerkrachten en de sportverenigingen. Door deze vakoverstijgende taken worden zij “Vliegende vakleerkrachten” die hun kennis niet alleen inzetten in de sporthal tijdens de gymles maar ook richting basisschooldirecteuren, groepsleerkrachten, sportverenigingen en anderen die op motorisch vlak werkzaam zijn met kinderen zoals fysiotherapeuten Hierdoor kunnen zij een positieve bijdrage leveren aan de ontwikkeling van het kind De vakdocenten hebben nu al contacten met enkele sportverenigingen maar kunnen deze verbindingen uitbreiden en versterken. De doelstellingen dat alle scholen in 2016, met een vakleerkracht LO met vakoverstijgende taken beleid heeft t.a.v. sport, bewegen en gezondheid op de school en een op maat opgesteld schoolbeleidsplan ‘Gezonde, actieve school’ zullen worden gehaald.
3
De subsidie aan Landstede Welzijn van € 15.000 valt binnen de huidige reguliere subsidieafspraken
20 Sport- en Cultuurstimulering 2013
CF Sportstimulering. Naast genoemde taken van de functie van CF Sportstimulering krijgt deze CF ook een aantal coördinerende taken. Belangrijk is het bijhouden van ontwikkelingen op het gebied van sportstimulering en gezondheid; het onderhouden van contacten met de partners in het veld buiten het SPOC en ook om eventuele dwarsverbanden te kunnen signaleren te behouden. Uiteraard is het afleggen van verantwoording richting gemeente noodzakelijk. Daarom zijn de coördinatietaken, in afgeslankte vorm, samengevoegd met de CF Sportstimulering. De doelstellingen op het gebied van samenwerking: dat meer partijen kennis van elkaar hebben en meer gebruik maken van elkaars expertise; dat activiteiten beter op elkaar worden afgestemd, er een eenduidige visie is en dat ook op bestuurlijk niveau de samenwerkingsverbanden worden versterkt zullen waarschijnlijk worden gehaald. Ook is de kans groter dat de doelstellingen dat acht sportverenigingen in de gemeente zich een ‘Gezonde sportvereniging’’ en/of een ‘Vitale sportvereniging’ mogen noemen worden gehaald. De sportverenigingen kunnen hierbij ondersteuning krijgen bij het opstellen maar ook bij het organiseren van bijeenkomsten. De grote omni-verenigingen zijn sterk genoeg om dit beleid zelf op te stellen. Maar de kleinere verenigingen die zich hierdoor juist kunnen profileren hebben hier ondersteuning bij nodig. Onze gemeente heeft met betrekking tot verenigingsondersteuning wel een overeenkomst met Sportservice Overijssel. Voorwaarde bij deze overeenkomst is wel dat we deelnemen aan de regeling Impuls Brede Scholen, Sport en Cultuur en CF’s in dienst hebben die deze ondersteuning kunnen organiseren en begeleiden. Bij deelname voor 80% in plaats van 60% krijgen ook de kinderen in de basisschoolleeftijd aandacht. Juist de kinderen die minder goed zijn in de taal- en rekenvakken maar wel in expressievakken zoals kunst/cultuur en sport krijgen kansen om hun kwaliteiten te ontwikkelen. De activiteiten die voor alle jeugdigen uit de gemeente georganiseerd worden zoals de ‘tochten’, de Elfstedentocht (januari 2012 in de Sporthal De Hooiberg door zo’n 75 tot 200 kinderen bezocht) zullen georganiseerd blijven. Door deze activiteiten laagdrempelig aan te bieden kunnen ook kinderen die het thuis niet zo goed hebben deelnemen. Ook projecten als Spelen en Bewegen in Olst-Noord kunnen we blijven inzetten. Dit zijn projecten van de lange adem. Door te beginnen met kleine groepjes kinderen/jongeren enthousiast te maken breidt zich dit als een olievlek langzaam uit. De non-actieven worden steeds actiever. Deze projecten hebben naast het sportstimuleringsdoel ook het doel voor het bevorderen van de sociale cohesie in de wijk. Het addendum van de regeling Impuls Brede Scholen, Sport en Cultuur is met name hier ook op gericht door de inzet van de ‘buurtsportcoaches’. Voorwaarde om aan deze projecten mee te kunnen doen is dat er een CF of een buurtsportwerker aanwezig is. Voor sportstimuleringsprojecten trekt het rijk naast het budget voor de Impuls Brede Scholen, Sport en Cultuur jaarlijks 10 miljoen uit. Kiezen voor een percentage van 80% betekent dat een gezonde leefstijl in een groot gebied binnen onze gemeente wordt weggezet. 100% CF Sportstimulering/CT Kiezen we voor inzet van 100%, dus 2.7 fte., dan kan ten eerste ook aandacht worden besteed aan het gebied van innovatie. Nieuwe projecten, regelingen, kansen en mogelijkheden, extra subsidies en andere nieuwe sportstimuleringsprojecten worden snel gesignaleerd en kunnen ook goed worden geïmplementeerd worden. Indien er een CF Sportstimulering/CT is die de activiteiten organiseert voor alle jeugd uit OlstWijhe zullen ook (maatschappelijke)stagiaires van de opleidingen Landstede Sport & Bewegen, het CIOS, (C)ALO, de Capellenborg of andere opleidingen een stageplek kunnen vinden. Bij de
21 Sport- en Cultuurstimulering 2013
organisatie van deze laagdrempelige activiteiten en bij de aansturing van stagiaires heeft deze CF een zeer belangrijke rol. Het kabinet vindt het belangrijk dat de gemeente de regie houdt over de inzet van de CF’s en buurtsportcoaches. Binnen de huidige ambtelijke capaciteit kan dit niet waargemaakt worden. Het is belangrijk dat bij inzet van meerdere CF’s dat de regie behouden blijft en er afstemming plaatsvindt. Ook moeten we blijven monitoren of de doelstellingen gehaald worden. Met eenduidigheid wordt de gemeentelijke visie vorm gegeven en dragen alle partijen hetzelfde uit met betrekking gezonde leefstijl en sportstimulering. Géén tegenstrijdige berichten van verschillende partijen die zich bezig houden met de jeugd van onze gemeente maar één geluid. De ondersteuning en adviseren richting het primair onderwijs, sportverenigingen en de buurten/kernen blijft gewaarborgd. En een niet onbelangrijk bijkomend iets is dat activiteiten voor kinderen en jongeren op cultuur- en sportgebied altijd veel positieve energie geven in de gemeente. Dit straalt uit op deelnemers, organisaties, vrijwilligers en de rest van de omgeving. Er is iets te doen en samen dingen doen is leuk! 3.4 Werkgeverschap Het werkgeverschap wordt bij verschillende instellingen ondergebracht. Indien sprake is van uitbreiding van uren of verandering van takenpakket dan blijft de CF in dienst bij de huidige werkgever. Een tweetal CF’s is op dit moment in dienst bij Sportservice Overijssel. Gezamenlijk met de gemeenten Raalte en Deventer zal onderzocht worden of het werkgeverschap van de CF’s die nu in dienst zijn van Sportservice Overijssel, ondergebracht kan worden bij bijvoorbeeld een bestaande of nieuw op te richten stichting.
22 Sport- en Cultuurstimulering 2013
Hoofdstuk 4
Monitoring en evaluatie
Voor de BOS-Impuls is een eindmeting gedaan in 2010. Ook worden om de vier jaar GGDonderzoeken gedaan onder kinderen van 4 tot 12 jaar en 13 tot 18 jaar. Deze gegevens gebruiken we voor de 0-meting. Voor de montering maken we gebruik van de doelstellingen die beschreven zijn in paragraaf 2.4 en zullen we in 2014 een tussenevaluatie houden. In 2016 vindt opnieuw een evaluatie plaats waarbij de insteek is om de regeling opnieuw voor vier jaar voort te zetten of structureel te maken. Er is een stuurgroep ingesteld waarin vertegenwoordigers zitten van de belangrijkste partners. Hierin zitten: de bovenschoolse besturen van St. De Mare en Mijnplein, een afgevaardigde van de sportraad Olst-Wijhe, de directeur van Stichting Kulturhus namens het SPOC een afgevaardigde van Landstede Welzijn een afgevaardigde van de WMO-adviesraad de verantwoordelijk ambtenaar van de gemeente Deze stuurgroep zal jaarlijks de voortgang monitoren.
23 Sport- en Cultuurstimulering 2013
Hoofdstuk 5
Draagvlak werkveld
Uit de gesprekken met het werkveld is naar voren gekomen dat veel partners de functie van CF als een waardevolle bijdrage zien. De partners hebben allen een intentieverklaring afgegeven en ondertekend waarin ze aangeven achter deze notitie te staan en bereid zijn cofinanciering in te zette. Of door middel van de inzet van in de hoofdstuk 4 genoemde stuurgroep mee te willen denken om sportstimulering in onze gemeente verder vorm te willen geven en tot een succes te maken.
24 Sport- en Cultuurstimulering 2013