SEIZOEN 1
2
SEIZOEN 1: INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 HOOFDSTUK 2 HOOFDSTUK 3 HOOFDSTUK 4 HOOFDSTUK 5 HOOFDSTUK 6 HOOFDSTUK 7 HOOFDSTUK 8 HOOFDSTUK 9 HOOFDSTUK 10 HOOFDSTUK 11
Verdwaald Eerste links – of was het rechts? Dag, Egypte Fabians vertrek Vijftiende verjaardag Dolle rit naar Schiphol Zeg me alsjeblieft dat hij niet dood is? Nachtje Anubis Een kus, aai en bemoedigende hand Als ik nou wist waar het was Hoe het plots ophoudt
4 10 15 17 23 31 34 44 49 56 61
In het eerste seizoen van Het verhaal van Max maken we kennis met de veertienjarige Max Ruitenburg, oudste dochter van Fabian Ruitenburg en Nienke Martens. Samen met haar vriendje Michiel, een huidige bewoner in Het Huis Anubis, en beste vriendin Elle, dochter van Amber Rosenbergh, leidt ze een rustig leventje. Tot ze een geheime gang op school en daarnaast een kistje op de verboden zolder van het internaat ontdekt. Hebben deze twee dingen verband met elkaar? Ook thuis loopt niet langer alles van een leien dakje: Fabian wordt overvallen door noodweer op de archeologische site in South Carolina en Nienke moet afscheid nemen van een dierbare. Gelukkig is het niet allemaal kommer en kwel en mag de Anubisfamilie een nieuwe spruit verwelkomen. Maar wie legt aan het einde van dit eerste seizoen het loodje? **** Seizoen 1 is een verhaal geworden waar ik een dikke twee jaar aan gesleuteld heb voor het écht af was. Ik ben Max gaan beschouwen als een vriendin en kan me perfect inleven in haar gedachten en handelingen. En net zoals een goede vriendin zo moeilijk te missen valt, is het vrijwel onmogelijk om niet bezig te zijn met nieuwe verhaallijnen of gebeurtenissen. Ik wil dat je weet dat ik ongelofelijk veel plezier beleefd heb bij het schrijven van dit eerste deel en ik mijn schrijfstijl verder kunnen ontwikkelen heb. Ik hoop dat je met veel plezier dit eerste seizoen opnieuw mag beleven! Heel veel liefs, Tine – schrijfster van ‘Het verhaal van Max’
3
1 Verdwaald "Hé, moet je die hier zien!" lachte Nienke, terwijl ze een foto aanwees. Max schurkte tegen haar mama's been aan, om toch maar wat aandacht te krijgen, nu haar papa terug was. Zo ging het keer op keer, in het eerste uur moest zij eventjes wijken zodat haar mama even kon wennen dat papa er weer was. Hij was ook zo vaak weg: als bekend archeoloog reisde hij van hot naar her en had hij al zoveel landen bezocht dat ze zo goed als niet meer te tellen waren. "Hé, lieverd, hoe gaat het met jou?" Fabian nam zijn dochtertje op schoot en gaf haar nog maar eens een dikke kus. Dat deed 'ie wel vaker als hij net terug was. "Ben je wel braaf geweest?" Max knikte heftig en keek met haar helblauwe ogen naar Nienke, vragend om bevestiging. "Ja, tuurlijk, verwacht je wat anders van haar dan?" antwoordde Nienke lief en ze gaf Max een tikje op 'r neus. Ze wees een foto aan in het fotoalbum en vroeg toen: "Wat is dit ook alweer?" "Bis!" kraaide Max, waarna ze vrolijk in haar handjes klapte en een ander plaatje aanwees: "Ber!" "Inderdaad, gekkie!" lachte Fabian, waarna er in een flits heimwee over zijn gezicht trok. "Je mist het ook, hé?" fluisterde Nienke lief. Ze wist wat hij voelde, in Het Huis Anubis hadden ze samen ook jàren doorgebracht, met zo'n leuke groep. Ze hadden natuurlijk nog contact met elkaar, maar samenwonen, deden ze niet. Iedereen woonde in de buurt, behalve Mick, die samen met Joyce op en af ging tussen hun huisje, twee straten verder, en hun appartement aan de andere kant van het land. Mick had immers een carrière op wereldvlak bereikt en vertrok vanaf daar richting belangrijke sportwedstrijden. Het Huis echter, hadden ze achter zich gesloten, zonder omzien en er nog eens terug te gaan. Misschien konden ze een dagje prikken om hun internaat binnenkort te bezoeken. Max was het moment nooit vergeten. Ze had aan beide hun ogen gemerkt dat ze wat van plan waren, die dag. Niet veel later had ze ook voor de eerste keer het oude huis van haar ouders te zien gekregen. Het was inmiddels al tien jaar geleden, maar dat bezoek kon ze zich nog levendig herinneren; ieder detail, de 'ooh's' en 'aah's' van haar ooms en tantes, de vele oude meubels... Al kon dat laatste ook zijn doordat ze er zelf zoveel rondhing. Toen ze erachter gekomen was dat haar vriendje, Michiel, in het internaat woonde, wilde ze meteen met 'm mee naar huis. Ze was al van kleins af aan geboeid geweest door het grote, rode huis, met de oude trap, negentiende-eeuwse spullen, verwerkt met de modieuze voorwerpen van de bewoners. Met Elle had ze vaak in de bosjes verstopt gelegen om het dagelijks leven in het Huis te volgen. Stiekem had ze gehoopt dat haar ouders haar ook richting Anubis zouden sturen, maar dat was er nog steeds niet van gekomen. Haar mama was 's avonds altijd thuis om voor haar te zorgen, haar vader bouwde zijn reizen wat af en er was steeds meer tijd tussen twee reizen in. Waarom zou ze dan op internaat moeten gaan? Omdat ze wilde voelen wat haar ouders misten. Het avontuur, waar ze 't zo vaak over hadden, maar meer woorden niet over spraken. En misschien ook wel het zelfstandige leven. Het was zo aanlokkelijk en iedere keer als ze er voorbij fietste, leek het alsof de wind nog mooiere melodieuze klanken begon te fluiten, de takken sierlijk dansten en het Huis naar haar glimlachte. Het was haar tweede thuis. Max aarzelde niet om haar vriendje terug te zoenen, toen die zijn lippen op de hare drukte. Ze zuchtte verliefd tussen twee heftige tongzoenen door en woelde begerig door zijn donkerblonde haar. “Stop!” Michiel duwde Max voorzichtig van zich af. “Wat?” vroeg Max geschrokken. “Was ik…?” “Ik hoor een auto, volgens mij zijn je ouders thuis!” Max veerde op, greep Michiels pols beet en stormde als een gek naar beneden. Ze schakelde de tv in en ging vervolgens dicht tegen haar vriendje aan op de bank liggen. “Aha, onze tortelduifjes”, riep Fabian triomfantelijk, alsof hij hen net betrapt had. “Pap”, kreunde Max. 4
“Michiel.” Fabian gaf zijn dochters vriendje zoals gewoonlijk een high-five. “Zus.” Hij kuste Max met zijn wang, wat prikte. Een scheerbeurt was hier wel op zijn plaats. “Hebben jullie je niet verveeld?” Ook Nienke kwam nu de kamer binnen, met Lilly op de arm. “Nee, hoor”, antwoordde Max luchtig. “Wat tv gekeken.” “Let jij even op Ly, terwijl wij de boodschappen uitpakken?” Niet op antwoord wachtend, dropte Nienke de peuter bij Max op schoot. Lilly gaf Max een kus op haar neus en aapte haar papa na door Michiel een high-five te geven. Max bekeek haar zusje. Drie jaar oud was ze nu. Een ongelukje, zoals ze ’t noemen. Maar zeker niet ongewenst. Lilly was heel hartelijk verwelkomd in het gezin Ruitenburg en vertoefde in een grote luxe met minstens dertig barbiepoppen en verwarmende liefde. Stiekem was ze wel jaloers op de peuter. Lilly had de donkerbruine ogen die zij altijd al hebben wilde en haar haren waren sluik, terwijl Max haar stomme krullen verwenste. Ja, Max leek op haar vader en soms liet ze wel eens merken dat dat feit haar niet echt zinde. Lilly daarentegen was het evenbeeld van haar moeder. Het viel haar steeds meer op hoe veel het kleintje op Nienke leek. Foto’s vergeleken, was het zo goed als identiek. Iedereen vond de oudste dochter van Nienke en Fabian nochtans een prachtige meid en wenste zichzelf de knalblauwe kijkers van het meisje toe. “Hé, waar ga je heen?” Michiel was opgestaan en ook Lilly was van haar schoot gesprongen. Haar vriendje haalde lachend zijn schouders op. “Geen idee. Lilly denkt blijkbaar dat ze met mij kan aanvangen wat ze wil en wanneer ze wil.” Max vermoedde al waar dit heen ging en zuchtte. “Lilly, niet nu!” Maar de kleuter sleurde haar slachtoffer al mee de tuin in. Toen haar grote zus daar niet veel later aankwam, zat ze met Peer, het donkergrijze hangoorkonijn op haar schoot op de schommel, terwijl Michiel haar voorzichtig heen en weer zwierde. “Harder!” klaagde Lilly. Max hurkte voor haar zusje neer. “Niet met Peer, Ly, te gevaarlijk weet je nog?” Lilly knikte begrijpend, stopte Peer terug in zijn hok, klom weer op de schommel en sloeg beide haar handjes stevig om de touwen. “Harder!” herhaalde ze nu lachend. Ze kraaide van plezier toen Michiel haar de lucht in lanceerde. Een uur voor etenstijd kwamen Michiel en Max aan bij Het Huis Anubis. Ze liepen samen de jongensgang in, toen Victor hun pad kruiste. Max kreeg nog steeds de kriebels van die man, hoe vaak ze ’m ook zag. Van haar ouders had ze de meest rare verhalen gehoord over de conciërge en het verbaasde haar dat de man nog steeds de opzichter van het internaat was. Als ze het goed had berekend, was hij nu zesentachtig en volgens haar vriendje niet van plan het pand door iemand anders te laten beheren. “Dag”, begroette Max hem beleefd. Het leverde haar alleen een norse blik en wat gemompel op. Michiel rolde met zijn ogen. “Let maar niet op hem, je weet hoe hij is.” Hij trok haar mee zijn kamer in, klaar voor een romantische tongworstel, maar bleef staan. “Hey! Ik vroeg me al af waar je bleef!” Jonah sprong op van zijn bed en merkte toen pas Max op. “O, sorry, ik wist niet dat…” “Geeft niet,” onderbrak Michiel hem glimlachend, “dit is tenslotte ook jouw kamer. We gaan wel ergens anders heen.” Hij klopte zijn kamergenoot nog even vriendschappelijk op de schouder en sloot vervolgens de deur. “Ergens anders? Wou jij gaan zitten zoenen in de woonkamer misschien?” “Tuurlijk niet. De tuin is er ook nog steeds!” Lachend nam hij zijn vriendinnetje mee naar buiten, maar ook anderen hadden dat idee gehad. Marie zat er knus tegen Bathist aangevleid en ze besloten hen maar niet te storen. “Ah, Michieleke, terug?” lachte Trudie vrolijk, toen die samen met Max de keuken in liep. 5
Max glimlachte, ze werd altijd zélf vrolijk als de huishoudster in de buurt was. De keukenprinses had hier al vele jaren met glans haar job beoefend en was nu haar laatste jaar in Het Huis Anubis ingegaan. “Max, groetjes doen aan mama en papa?” “Doe ik!” antwoordde ze met een glimlach. “Ik vrees dat we ons romantisch moment zullen moeten uitstellen”, zuchtte Michiel, duidelijk tegen zijn zin. “O nee,” lachte Max, “ik heb zin om je nu op te vreten en dan laat je me best niet te al te lang meer wachten.” “Nou ja, we kunnen toch moeilijk op de gang gaan zitten?” “Nee, maar wel op zolder!” Er blonken pretlichtjes in Max’ ogen. Sinds de eerste internaatbewoners vertrokken waren, waaronder Nienke en Fabian, was de zolder terug voor niemand toegankelijk geworden. “Dat is verboden terrein en dat weet je verdraaid goed!” “O ja, net alsof jij zo’n heilig boontje bent! Hoeveel keer ben je ondertussen al in de kelder geweest?” grinnikte Max schertsend. Haar vriendje aarzelde even voor hij antwoord gaf. “Oké, daar heb je een punt”, besloot hij tenslotte. Ze gingen de woonkamer uit en slopen de meidenkamers voorbij, in de hoop dat niemand hen zou horen. “Oké, mevrouw ik-heb-een-geniaal-plan, je hebt één klein detail over het hoofd gezien,” fluisterde Michiel ironisch, “we hebben geen sleutel.” Zwijgend haalde Max een speldje uit haar haren, peuterde er even mee in het slot en opende met een droge klik de deur. “Wat zij je nou?” lachte ze plagend, waarna ze samen langs de deur het donker in glipten. “Jij-bent-de-aller-aller-allerliefste”, vleide Michiel, waarbij hij via haar nek kusjes naar haar gezicht bracht. Max was vanbinnen al volledig gesmolten, en ze had het warm gekregen; door de regels die ze stiekem overtraden en Michiel zo dicht bij zich. Haar vriendjes lippen verfristen haar huid en deden haar huiveren van genot. “Mijn lieve, lieve Michiel.” Ze drukte haar voorhoofd tegen dat van hem en wond een pluk van zijn haar om haar wijsvinger. “Ik hou van jou”, fluisterde ze lief, vooraleer hem teder op de lippen te kussen. Michiel legde zijn koele hand op haar wang en aaide met zijn duim op en neer, terwijl hij met zijn vriendinnetje een romantisch tongduel bevocht. Max opende haar ogen, zuchtte verliefd en knuffelde Michiel een aantal lange tellen. “Echt heel veel”, vervolledigde ze zacht. Het was een gewoonte geworden dat Max bleef mee-eten op zaterdagavond, dus één keer in de week werd de tafel niet voor acht, maar negen personen gedekt. “Smaakt ’et?” Trudie ging even lachend met haar hand door het haar van Bathist. Iedereen kon alleen maar knikken, daar hun mond vol zat met Trudies lekkers. “Hé, jongens, ik moet er maar eens vandoor. Ik heb beloofd een deftig uur thuis te zijn, want we gaan blijkbaar nog ergens heen deze avond.” “Blijf je niet meer voor de film?” vroeg Jonah misnoegd. “Sorry. Volgende week ben ik er weer bij, beloofd. Dag!” “Kom op, nog eentje”, smeekte Michiel. “Hou op, ik moest allang thuis zijn!” lachte Max, maar ze gaf hem voor de derde keer nog een laatste afscheidskus. “Tot maandag, Maxielief.” “Tot maandag, Chocho.” 6
Ze drukte nog een snelle kus op zijn neus en fietste toen de lange, met bomen overdekte, oprijlaan af. “Max, eindelijk!” zuchtte Nienke. “Waar bleef je zo lang?” “Michiel”, was het enige, maar duidelijke antwoord. “Ga je mee, zus?” Fabian kwam de woonkamer binnen, gevolgd door Lilly, die trippelend als een hond haar vader volgde. “Waar gaan we eigenlijk heen? Ik zeg express mijn filmavondje af, maar weet niet eens of ik een al dan niet een saaie avond tegemoet ga!” “O, dat denk ik niet. In ieder geval niet als Elle je weet te plezieren.” Max werd meteen vrolijker. Haar beste vriendin zien, was altijd leuk. “Max, meid, jij groeit echt met de dag!” Amber nam het meisje bij haar schouders, hield haar wat bij haar vandaan en bekeek haar goed. “Een echte jongedame.” Max glimlachte toen ze de gezellige boel aanschouwde. Haar vader kletste – waarschijnlijk over één van de laatste archeologische ontdekkingen die hij gedaan had – met David, de man van haar tante en haar moeder voerde ondertussen weeral een uitvoerig gesprek met Amber. Het was allemaal best raar, hoe hecht de hele kliek nog was, na zoveel jaren. En daardoor kwam het ook dat de kinderen van de oud-Anubisbewoners de medebewoners van hun ouders oom en tante noemden. Voor Max en Lilly was het des te leuk, want echte ooms en tantes hadden ze niet. Hun moeder was enig kind gebleven, omdat Max’ grootouders op zeer jonge leeftijd gestorven waren en Marlon, de broer van hun vader, met het Syndroom van Down, was een dik jaar voor Nienkes eerste zwangerschap gestorven. “Maxie!” Elle vloog haar vriendin om de hals, waarbij de frisdrank in de bekers die ze bij zich had, net niet over de rand klotste. “Hey! Hoe gaat ’t met je?” vroeg Max blij. “Su-per!” gilde Elle. “Ik vertel je straks alles. Cola?” Max leek het enthousiasme van Elle over te nemen en nam met veel plezier de beker aan. Het blondje meisje, helemaal haar moeder, nam een flinke teug en vuurde toen haar vragen af. “Ik dacht dat jij in Anubis zat op zaterdagavond? Of heeft Michiel het uitgemaakt? Nee, toch? Of heeft Victor je buiten gegooid, wegens te intiem?” “Ho, rustig aan, we hebben de hele avond!” lachte Max. Ze vertelde dat ze vroeger naar huis kwam, dat Michiel het niet had uitgemaakt en dat Victor haar niet had buiten gegooid. Dat zij en Michiel en intiem waren geweest, liet ze achterwege. Elle wilde net weer van wal steken, toen Fabian zich tot de twee oudsten wendde. “Gaan jullie mee?” Hij had Lilly in de kinderwagen gezet en stond vertrekkenklaar, net als de rest van het gezelschap. Het werd dus wandelen deze avond. “Jules?” Amber was ondertussen op zoek naar haar middelste kind. “Waar zit hij nu weer?” “Hier ben ik!” De dertienjarige krullenkop kwam de trap met twee treden tegelijk af. Ferre, het jongste lid van de familie Ragas, was gek op de kleine Lilly en vond haar driejarige nichtje veel interessanter dan haar pop. Ze was dan ook niet weg te slaan van de buggy, die Fabian duwde. Jules had ondertussen zijn schoenen gevonden, de meiden hadden hun zomerjassen aangetrokken en David sloot alles af. Ze konden vertrekken. “Nee! Serieus?” Elle leek het maar amper te geloven dat haar vriendin de belangrijkste regels van de strengste conciërge van het land had overschreden. Max knikte, ietwat trots. “Het was wel supergezellig, helemaal alleen op zolder. En het is des te spannend als je weet dat je overtreedt.” De meiden waren zo verwikkeld in hun gesprek, dat ze niet in de gaten hadden dat ze achterop geraakt waren en dat de lucht langzaam maar zeker van licht- naar inktblauw kleurde, met een waterig maantje die door de wolken scheen. “Was het alleen maar daarom spannend?” grinnikte Elle. “Nou…” Max zweeg, maar dat vertelde naar haar idee al meer dan genoeg. 7
“Kom op, Max, vertel! Ik wil alles weten!” Als er in het bos een stoel had gestaan, zat Elle nu zeker weten op het puntje daarvan. “Er is niks gebeurd, hoor”, antwoordde Max met een ietwat vies gezicht, geen zin om te weten waar haar vriendin op dit moment aan dacht. “We hebben gewoon gezoend, maar ik had er voor het eerst een ander gevoel bij.” “Hoezo, een ander gevoel?” Elle trok grote ogen. “Zeg me niet dat je niet meer verliefd op ’m bent!” “Nee, dat bedoel ik niet. Het was een… een zalig gevoel. Een gevoel van vrijheid, alleen maar hij en ik en de rest deed er niet meer toe. Begrijp je?” “Ja…”, zei het blondje aarzelend, maar ze schudde vervolgens haar hoofd. “Kijk, ik weet niet welk gevoel je krijgt als je al een tijdje samen bent met iemand. Verliefdheid herken ik als geen ander, maar dit… Volgens mij zijn jullie tot een nieuw punt in jullie relatie gekomen.” “Een nieuw punt?” lachte Max. “Wat versta je daar dan onder?” “Nou, ehm… Daar ben ik nog niet achter, maar het is vast iets speciaals!” “Gaat ie me een bos bloemen geven?” “Ik zei iets speciaals”, antwoordde Elle, waarbij ze haar ogen rolde. “Straks ben je zwanger!” “Oja, de onbevlekte ontvangenis”, was Max’ droge respons. “Hoe laat zou het eigenlijk zijn?” Max’ vriendin tuurde naar de inmiddels pikzwarte hemel. Max wilde automatisch haar mobiel uithalen, toen ze tot het besluit kwam dat ze het ding waarschijnlijk vergeten was op de keukentafel thuis. “O, wacht, ik vraag het wel eventjes aan… Hé…” “Wat?” Elle beefde. “Ze… Ze…” “Ze wat? Wat is er?” vroeg Max bang. “Ze zijn weg”, fluisterde Elle zacht. Pas nu zag ook Max dat er helemaal niemand meer voor hen uit liep en dat ze zich ook niet meer op het bospad bevonden. Haar adem stokte in haar keel, hoe kon dit gebeurd zijn? Waren ze echt alleen? Tussen al die donkere bomen, enge struiken en ritselende geluiden? “Help!” schreeuwde ze, als eerst reactie. “Help!” Elle zette ook haar keel open, maar na vijf minuten doodse stilte als antwoord, gaven ze het op. Nienkes dochter liet zich met een snik op een horizontale boomstam ploffen. De maan viel door een gat in het dichte bladerdek op haar gezicht, en maakte haar biggelende tranen zilverkleurig. “Wat moeten we nu doen?” vroeg Elle angstig. Ze trilde als een bang, klein muisje en keek schuw om zich heen. “Wie weet hoe diep we al zitten!” De enige optie was blijven lopen. Blijven lopen tot ze het pad terugvonden en zo de uitgang uit het nare bos bereikten. Maar Elle had gelijk; wie wist hoe diep ze al waren. De richting waaruit ze gekomen waren, waren ze in alle paniek al vergeten en nergens weerklonk het gebrul van een auto. Dit was hopeloos. Max stapte voorzichtig over een kleine sloot heen, zodat ze niet zou struikelen. Zij en Elle waren dan toch de tocht gestart, met amper iets zichtbaars te zien en geen idee van waar ze zich bevonden. “Hé, Max, deze doet ’t!” riep Elle. Max draaide zich om en sloeg een hand voor haar ogen toen een fel licht haar verblindde. “Een zaklamp!” was de, bijna enthousiaste, reactie. Het ding hielp hen sneller vooruit, alleen vroegen de meiden zich af of ze wel in de juiste richting zo’n tempo maakten. Naarmate de tijd vorderde, besloop de slaap hen meer en meer, maar ze vochten om wakker te blijven. Elle gaapte. Ze was doodop, had geen besef van tijd meer en haar enige wens op dit moment was een comfortabel bed. Haar oogleden gleden regelmatig eens naar beneden en daardoor merkte ze de boom recht voor zich niet op, zodat ze er keihard tegenaan knalde. “Sorry, Max”, murmelde ze. “Is het goed als ik tegen jou aan lig?” Ze wachtte geen antwoord af en liet zich tegen de boom neerzakken. 8
De slaap was ondertussen ook Max’ lijf binnengeslopen. Ze beet op haar tanden, maar verloor niet veel later ook de strijd. Een paar bomen verder dan haar vriendin viel ook de krullenkop in slaap.
9
2 Eerste links – of was het rechts? “Max!” Max werd wakker door het vage lawaai dat weergalmde tegen de basten van de bomen. “Pap?” kreunde ze slaperig. Ze opende haar ogen en staarde gedesoriënteerd naar de bladeren boven zich. “Ik ben er, meisje, maak je geen zorgen.” Fabian sloeg zijn armen om zijn dochter heen en drukte haar stevig tegen zich aan. De beelden van de voorbije nacht flitsten plots razendsnel door haar hoofd. Enge schaduwen, geen licht, de zaklamp. Ze begon te snikken toen het besef kwam dat ze gered was. “Hé, stil maar, shtt”, troostte Fabian haar lief. “Elle! Waar is Elle?” Max sprong geschrokken, en half dronken, overeind. “Ze ligt een paar meter verderop, Amber is bij haar.” Max knipperde even met haar ogen om het wazige beeld weg te drukken, wat haar deels lukte. De dag was net van start gegaan, maar de nacht overheerste nog. Ze voelde zich slap en zou bij de eerstvolgende stap met zekerheid weer gelijk worden met de grond. Ze wankelde, sloot haar ogen en voelde een tel later warme handen die haar net op tijd opvingen en de lucht in hezen. Hoewel ze geen stap verzette, wist ze dat ze vooruitging. Haar vaders vertrouwde geur drong haar neus binnen, verklapte haar dat alles nu goed was en in stilte vertrok ze weer naar dromenland. Het was stil en Max hield haar ogen stijf dicht. Ze had barstende koppijn, maar geen idee hoe dat kwam. De krullenkop waagde het erop haar ogen te open, misschien verdween de druk in haar hoofd dan wel. Beetje bij beetje opende ze haar linkeroog en de pijn trok inderdaad geleidelijk aan weg. “Goeiemorgen”, begroette haar moeder haar. Blijkbaar kon haar moeder erg stil wezen, want Max had niet één geluidje opgemerkt. “Mam?” Max opende nu ook haar rechteroog en keek in het glimlachende, maar tevens bezorgde gezicht van Nienke. “Hoe voel je je, meid?” Haar moeder aaide een pluk haar achter haar dochters oor. Max knikte ter positieve bevestiging. “Hoe laat is het?” “Bijna tien. Je hebt meer dan vierentwintig uur geslapen.” “Echt waar?” mompelde Max, terwijl ze verbaasd rechtop ging zitten. “Zal ik wat voor je halen?” Met slaperige kop schudde ze van nee. Het enige wat ze wilde, was dat haar moeder bleef. “Is alles goed met Elle?” Nienke lachte. “Die is al helemaal de oude. Ze is gisterenavond zelfs al langs geweest.” “Waarom voel ik mij dan nog zo vreemd?” “Kijk, nadat wij erachter gekomen zijn dat jullie niet meer volgden, waren we al bijna thuis en daar voel ik me enorm schuldig over. Maar we waren gezellig aan de praat, stapten maar enthousiast verder… En jullie moeten op de één of andere manier afgedwaald zijn. We hebben Lilly, Ferre en Jules snel naar Jeroen en Noa gebracht en daarna zijn we meteen terug gekeerd naar het bos. Het was niet echt koud geworden die nacht, maar toch koud genoeg om jullie lichaamstemperatuur te doen dalen. Elle was echter onder een hoop bladeren terechtgekomen, zodat ze het warmer had dan jij.” Max knikte begrijpend, gaapte hartgrondig en sloot haar ogen even. Toen ze die weer opende, zaten plots ook Lilly en Fabian naast haar bed. Ze moest waarschijnlijk terug in slaap gesukkeld zijn. “Hé, zus”, zei Fabian zacht. Max glimlachte en keek toen naar haar kleine zusje, die haar vorsend aankeek. “Je gaat toch niet dood, hè, Max?” “Nee, hoor”, lachte Max. Ze hief met veel moeite haar hand op en streelde het kopje van Lilly. “Dat zou ik jou toch niet kunnen aandoen, kleine meid?” 10
Lilly knikte tevreden en klom naast haar grote zus op bed. “Word je snel terug beter?” vroeg ze, terwijl ze tegen haar warme lijf aan ging liggen en zich onder de lange arm wriemelde. “Ja. Dat beloof ik.” Max richtte zich tot haar moeder. “Is Michiel al langs geweest?” Nienke knikte met een glimlach en wees naar het nachttafeltje naast Max’ bedje. In een klein, glazen vaasje prijkte een bosje bloemen. Max lachte vanbinnen; had ze toch nog gelijk gehad. Op maandag had Max gepast voor school, omdat ze zich nog steeds erg moe voelde en haar ledematen zo zwaar doorwogen dat ze die amper omhoog kon hijsen. Michiel en Elle waren om vier uur bij haar op bezoek geweest, om haar de lesonderwerpen van die dag wat uit de doek uit te doen. Ze hadden echter de hele tijd gekletst en schrokken dus ook toen Max’ klokradio acht uur aangaf. Ze waren haastig vertrokken om hun huiswerk af te werken, maar niet voor Max gezworen had dat ze de volgende dag naar school ging. Lachend had ze ingestemd; dat zou ze wel redden. Zoals beloofd begaf Max zich de volgende dag naar school, waar Michiel en Elle haar opwachtten. Mevrouw Lutkemeijer, hun titularis, verwelkomde haar met een vriendelijke glimlach en een behoorlijk pak in te halen lessen, omgezet in huiswerk. Max zuchtte; waarom leken ze altijd op dagen dat zij er net niét was zoveel te leren, dat het te vergelijken was met de leerstof van een gewone schoolweek? Ze had in ieder geval haar vriendin nog, wiens boeken ze hard nodig zou hebben. De lessen vlogen in een razendsnel tempo voorbij, al begreep Max soms helemaal niets van de oefeningen die ze voorgeschoteld kreeg. De schooldag liep dan ook algauw op z’n einde en Max ging, huppelde bijna, fluitend naar de fietsenstalling, waar Elle en Michiel op haar wachtten. Ze was nog eventjes bij mevrouw Lutkemeijer langs gegaan, omdat ze een aantal dingen van haar extra huistaak nog niet volledig begreep, wat nu maakte dat ze alleen door de schoolgangen liep. Om eventjes gek te doen, ging ze op haar tenen staan en maakte een aantal overdreven balletpassen, waardoor ze per ongeluk tegen mevrouw Boom opbotste. “Nou!” riep die gepikeerd, waarna ze zich voorover boog om haar tas van de grond te rapen. Max maakte van die gelegenheid gebruik en snelde een andere gang in. Ze stapte wat verder, fronsend; deze gang kwam haar niet bekend voor. Hier was ze zelfs nooit eerder geweest. Snel ging ze de afgelopen minuten na en sloeg een hand voor haar mond toen het besef kwam dat ze een verboden gang was ingeslagen. Het verbaasde haar enigszins dat de doorgang daartoe niet op slot was, wat anders altijd het geval was, naar horen. Volgens hun conrector, meneer Lauwers, werden daar leveringen bezorgd, stond alles er vol met poetsgerief en stapelden kapotte voorwerpen zich daar op. Er was niet één van die dingen te merken. Het was er angstvallig leeg. Alleen een hagelwitte vloer, zo glanzend dat het ijs leek, ‘sierde’ de plaats. Geen likje verf, geen schilderij, geen foto… Er was enkel een klein raam voorzien om zonlicht zo kleinschalig mogelijk binnen te laten vallen. Wat wàs dit? Max staarde verbijsterd rond, zette heel voorzichtig een stap op het ijs en had net te laat door dat ze er zich al – letterlijk – te ver had op begeven. Haar been zwiepte de lucht in en ze schoof een aantal meter vooruit. Er klonk een luid gepiep, dat extra klank werd bijgezet door de echo’s die weerkaatsten tegen de kleurloze wanden. Bang sprong ze recht en zette het – zo goed en zo kwaad als het ging – op een stuntelig lopen. Na enige pogingen bereikte ze de toegang naar de school, wat nu opeens een heel andere wereld leek. Zonder aarzelen sloeg ze de deur open. Niet een keer meer omkijkend en met een lijkbleek gezicht begaf ze zich via haar gewoonlijke route naar buiten. “Hèhè, eindelijk!” lachte Elle. “Waar bleef je nou? We dachten al dat je…” Michiel maande haar aan tot stoppen toen hij zijn vriendinnetje lijkbleek en hijgend tegen een aantal fietsen zag aanleunen. “Hé, Max, wat is er aan de hand?” Bezorgd sloeg hij een arm om haar heen. Geduldig wachtte hij tot Max wat rustiger werd en stelde zijn vraag vervolgens opnieuw. 11
“Nou, Lutkemeijer heeft alles enorm uitgebreid uitgelegd, waardoor ik erg laat uit klas was en het op een rennen gezet heb”, loog ze. “Waarom zie je dan zo bleek?” Onverschillig haalde Max haar schouders op. “Ik kreeg het gewoon koud in plaats van warm.” Michiel trok een wenkbrauw op. “Volgens mij ben je er toch nog niet helemaal bovenop.” “Maak je nou maar geen zorgen,” glimlachte ze, terwijl ze ’n tik op zijn neus gaf, “het stelt niets voor!” “Het lijkt me toch beter dat ik je nu naar huis breng.” “Maar we gingen naar het park!” protesteerden de twee meiden meteen. “We gaan morgen wel.” En daarmee was de knoop doorgehakt. Michiel was onverbiddelijk en was niet van plan zijn besluit aan te passen. “Kom op, je kan bij mij achterop”, bood hij aan, in een poging de sfeer wat levendig te houden. “Ik kan zelf wel fietsen”, bromde Max. De hele rit naar huis zei ze niks, ook al probeerde haar vriendje voortdurend een gesprek aan te knopen. Haar vaders auto stond er al, dus Lilly was al thuis. Had ze tenminste een beetje afleiding straks, na het hele gebeuren van een aantal minuten geleden. Voor ze naar binnen ging, gaf ze Elle een knuffel en liet ze Michiel nog maar eens merken dat dit idee totaal tegen haar zin was, door een pietluttig kusje op zijn wang te geven, in plaats van een lange, lieve zoen. Als afsluiter knalde ze de deur met een smak dicht. “Zus, ben jij dat?” Tuurlijk, wie anders? wilde Max schreeuwen, maar ze beheerste zich. Haar vader had immers niets te zien met haar woede-uitbarstingen. “Ik dacht dat jij nog wegging?” Fabian zat aan de keukentafel, met Lilly recht tegenover zich, die een boterham met choco verorberde. Net op het moment dat Max de kamer binnenkwam, boog hij over tafel heen om een veeg van de bruine smurrie van zijn dochtertjes wang te halen. “Inderdaad, dat dacht ik ook”, zuchtte ze, terwijl ze op een lege stoel neerplofte. “Maar Michiel vond ’t blijkbaar nodig om mij meteen naar huis te brengen en alles naar morgen te verplaatsen.” “Ik zie niet meteen in wat de reden daarvoor is?” fronste Fabian. “Hij was bezorgd dat ik nog niet op en top in orde was”, antwoordde ze, terwijl ze met haar ogen rolde. Ze begreep best dat haar vriendje bezorgd was, maar om daarom hun plannen af te blazen? Even vloog de gedachte voorbij dat hij ’t met opzet gedaan had, maar die optie schoof ze snel opzij. Michiel keek altijd uit naar uitstapjes, al waren ze nog zo klein als deze. Ze zuchtte nog maar eens. Jongens waren moeilijk te doorgronden. Max knipte haar leeslampje uit en schoof haar boek op de nachttafel. Enkele dagen geleden had ze de vergeelde bladeren tussen een vuile kartonnen flap van haar vader gekregen. ‘Egypte’, titelde het boek, in sierlijke letters. Ze begreep niet waarom ze ’t nu pas in handen geduwd kreeg, want zo te zien lag het ding al een aantal jaren ergens te slijten, maar boeiend was het wel. Net als Fabian was ze erg geboeid door het land, de vele legendes en de geschiedenis, en als het goed zat, mocht ze er in de zomervakantie, met hem en een aantal collega-archeologen, heen. Het stuk dat ze net achter de kiezen had, ging over de vele gangen in piramides, vol valstrikken, waar het donker was en de enige doorgang recht voor je lag. Het deed haar weer terugdenken aan wat er die middag gebeurd was. De rillingen liepen weer over haar rug en ze dook automatisch nog wat dieper weg in haar laken. “Psss!” Max schrok zich kapot en zat meteen rechtop. Er zat iemand op haar vensterbank, maar zijn gezicht kon ze niet onderscheiden van zijn schaduw, omdat de maan op zijn rug viel. Inderdaad, zijn. Ze moest niet lang nadenken om te weten dat Michiel net haar kamer was binnengedrongen. “Wat doe jij hier?” Ze probeerde boos te klinken, maar het warme gevoel dat Michiels aanwezigheid haar bezorgde, drong door in haar stem. 12
“Misschien ben ik iets te streng geweest, deze namiddag”, bekende haar vriendje, terwijl hij van haar vensterbank gleed en bij haar op bed kwam zitten. “Net iets te laat beseft, niet? Je berouw heeft ook niet veel zin meer op dit moment.” “O, jazeker wel. Ik neem je nu mee.” Max wou even in lachen uitbarsten, maar aan haar vriendjes stem hoorde ze dat hij het meende. “Nu? In het holst van de nacht?” Michiel legde zijn vinger op Max’ mond. “Ga liggen en sluit je ogen.” Een vlinder kriebelde in haar keel omhoog en ze kon nog net voorkomen dat ze een gilletje slaakte van spanning. Ze gehoorzaamde en ging terug liggen. “Ik kom je ontvoeren”, fluisterde hij met een verrukkelijke stem in haar oor. “Ontvoer me dan maar.” Max sloot opnieuw haar ogen en spande haar lichaam op, zodat ze kaarsrecht op bed lag. “Je lijkt net Sneeuwwitje”, lachte Michiel. “Misschien kan ik dan wel terug wakker worden!” Ondeugend tuitte ze haar lippen. Ze voelde hoe haar vriendjes adem boven haar lippen zweefde en ze bereidde zich voor op de mooiste ontwaking in maanden, maar net voor ze zijn zachte lippen zou voelen, werd ze opgetild. “Ik denk dat ik je toch maar in deze toestand meeneem. Je bent zoveel liever als je slaapt!” Ietwat verontwaardigd begon Max tegen te sputteren, maar ze ontsnapte niet uit de ijzeren greep van Michiel. “Nu je toch weer wakker bent, kan je op mijn rug kruipen, dan kunnen we naar beneden.” Maar zijn vriendinnetje weigerde een voet op de grond te zetten. “Om mij te ontvoeren moet je wel wat over hebben, hoor!” “Geen enkel probleem, ik dacht alleen aan wat het beste is voor jou.” Michiel schoof met Max in zijn armen op de vensterbank, maar toen die laatste het hoogteverschil zag tussen gelijkvloers en de eerste verdieping werd de beslissing snel teruggedraaid. Ze greep de ladder, die tegen de muur stond, vast en daalde voorzichtig de sporten af. “Nou, dit hoort toch niet?” vond Michiel. “De dame moet als laatste, dan kan de heer haar opvangen.” “Gek, speel jij nou maar een ander keertje kasteelheer”, lachte Max. Ze greep Michiels hand beet en liet zich leiden. Hij was met de fiets, dus kon ze bij ’m achterop. Even vergat ze dat ze dit eigenlijk doodeng hoorde te vinden. Het feit dat Michiel bij haar was, verschafte haar enigszins een gevoel van veiligheid. Michiel had zijn handen om die van Max geslagen en trok haar mee. Hij keek af en toe om, zodat hij nergens tegenaan liep, maar zag er vooral op toe dat Max niet gluurde. “Zijn we er bijna?” zeurde de krullenbol. Ze begon Michiel steeds minder te begrijpen; ze was al zo vaak in het park geweest en deze keer zou er heus geen verandering in brengen. Het bleef stil en Max wou zich even gaan afvragen of hij er nog was, toen ze realiseerde dat zijn handen de hare nog steeds omklemden. “Chocho! Ik vroeg of we…” Haar zin werd bruusk afgebroken door Michiels lippen die op de hare geperst werden. “Stil nou maar en geniet”, zei hij zacht. “Mag ik…?” Max opende haar ogen en kon een ‘wow’ niet onderdrukken. Duizenden dansende sterren vormden zich als kristallen op het water van de vijver, door de weerspiegeling van het zilveren maanlicht. De takken van de bomen waren magisch zilverwit getint en de hemel was bezaaid met fonkelende lichtjes. “Vind je ’t mooi?” “Dit is…” Max vond het juiste woord niet om dit prachtig beeld te benoemen. “Dank je wel!” Ze vloog haar vriendje om de hals en hoopte dat dit hem voor een deel haar kwaadheid van die namiddag zou doen vergeten. “Jij lieverd, speciaal voor mij het Huis uitglippen om dit te laten zien.” Ze drukte haar voorhoofd tegen het zijne en kuste teder zijn lippen. Zacht gaf ze ’m een duwtje, ten teken dat hij moest gaan liggen. Michiel gedroeg zich onderdanig en volgde haar subtiele instructie op door in het klamme gras te gaan liggen. Max zette haar knieën aan beide kanten van zijn zij en zoende via zijn hals omhoog, om daarna dicht tegen hem aan te gaan liggen. Hij rook heerlijk, voelde vertrouwd en 13
ze sloot even haar ogen om dit moment ten volle te laten doordringen. Ze kon zich op dit moment geen gelukkiger persoon dan zichzelf inbeelden. Max tekende met haar vinger onzichtbare cirkels op Michiels borst. Hij trok haar wat dichter tegen zich aan en kuste haar slaap. De tijd stond stil, hij had geen idee hoe laat het op dit moment was. “Ik denk dat we beter naar huis terugkeren”, leek Max zijn gedachten te volgen. “Ah toe, nog heel eventjes? Je bent toch al te laat!” grijnsde hij. Hij legde zijn koele hand tegen haar wang en staarde een tijd lang in haar felblauwe ogen. Zo mooi. Max bracht haar gezicht naar het zijne en streek even met haar lippen over die van hem, voor ze hem effectief zoende. Vlinders gieren weer eens door haar lijf, nu Michiel zijn handen onder de rand van haar shirt schoof en in elke zij twee vingers over haar huid liet glijden. Ze huiverde even van genot en ging over naar de hartstochtelijke fase van hun kus. “Zo, zo.” Michiel en Max schoten uit elkaar en keken angstig omhoog naar een man in uniform. “Gezellig?” kraste de vijftiger grimassend. Michiel vermande zich. “Het park is openbaar terrein, dag en nacht.” “Inderdaad. Maar jullie lijken me toch nog ietsje te jong om de nacht alleen door te brengen hier.” “We doen helemaal niets verkeerd!” viel Max haar vriendje bij, al wist ze niet zeker of ze wel waarheid sprak. “Nog niet. Ik zorg er namelijk voor dat verboden dingen voorkomen worden.” “Zoals?” “O ja, sorry, wat dom van me; jullie zijn hier natuurlijk om de eendjes te voeren”, antwoordde de agent sarcastisch. “Vrijende koppeltjes worden hier wel vaker uit de bosjes geplukt, jongeman. Dus als u mij wilt volgen.” “Wat denkt u wel van ons? Zij is véértien en…” “Als u mij wilt volgen”, herhaalde de agent, duidelijk met de bedoeling dat niet nog eens te doen. Hij tikte ongeduldig met zijn voet op de grond, terwijl Michiel zijn vriendinnetje overeind hielp en ongemerkt haar shirt rechttrok. De agent keerde om en liep hen voor naar een politiewagen. Max greep Michiels hand beet en gaf er een bemoedigend kneepje in. Het komt wel goed, sprak ze geluidloos. Als was ze bang dat de straffen van haar ouders een stuk menswaardiger waren dan die van Victor.
14
3 Dag, Egypte Met een ietwat bang hart wachtten de twee tortelduifjes op Max’ ouders of, erger, Victor. Na hun aankomst waren ze ondergebracht in het politiekantoor, in één of ander duf wachtzaaltje, waar de agent, die triomfantelijk stond te grijnzen, hen had meegedeeld dat hij zo snel mogelijk iemand zou proberen te bereiken. Zuchtend en doodmoe was Max neergeploft op een van plastic stoeltjes, naast Michiel, in wiens armen ze nu bijna in slaap viel. “Huh? Wat doe jij nou weer hier?” hoorde ze opeens, in een golf van waas. Met half dichtgeknepen ogen, keek ze naar de mollige persoon die voor haar stond. “Trudie?” Even verbaasd als Michiel, ging ze rechtop zitten. De huishoudster van het Huis Anubis was wel de laatste die ze hier verwacht had. “Mijn zoetekes, wat doe gunder ier? Ik kreeg plots een telefoontje met het bericht da jullie op et politiebureau zaten!” ratelde Trudie. “Tru… Trudie”, probeerde Michiel tussen de waterval aan woorden van de vrouw in te komen. Hij legde uit dat ze helemaal niets misdaan hadden, maar dat een agent het zo leuk vond hen te ‘betrappen’ en hen hierheen mee te nemen. “Eerlijk gezegd had ik Victor hier verwacht.” “Victor is er niet… Hij is een tweetal uren geleden vertrokken en dus eb ik de telefoon moeten opnemen. En kon ik kon mijn arme schaapjes hier toch niet laten zitten. Kom, we zijn weg!” Max klappertandde even toen Michiel zijn stevige, warme armen van haar losmaakte en opstond. Ze volgde zijn voorbeeld, liep samen met de twee naar buiten en werd daar in een miniautootje gedrukt. Trudie kreeg het voertuig na een aantal mislukte pogingen toch aan de praat en op een traag tempo tuften ze richting haar huis. Een bomenrij schoof traag voorbij, straatverlichting pompte iets meer leven in de verlaten stad. In een oogopslag bekeek Max de klok van de kerk; een aantal minuten voor één, nog steeds spookuur. Al vreesde ze dat het voor haar straks pas zou beginnen. Met enige voorzichtigheid drukte Max de bel in, in de hoop dat niemand wat zou horen. Maar tot haar teleurstelling hoorde ze niet veel later gestommel uit de gang vandaan komen. Haar vader opende de deur, met oogleden die nog half aan elkaar kleefden en zijn krullen die warrig door elkaar lagen. Op de achtergrond keek haar moeder schuchter toe. “Hoor jij niet in je bed te liggen, jongedame?” Fabian sliep duidelijk nog gedeeltelijk, anders had hij wel iets heftiger gereageerd, net als haar moeder nu deed. Nienke trok het trio binnen en sloot de deur in een haast onmenselijke snelheid. “Waar kom jij vandaan? Trudie wat is er gebeurd?” Ze klonk razend, maar ze zag eruit alsof ze ieder moment in tranen kon uitbarsten. “Zoeteke, laat ons eerst es gaan zitten. Die dutskes staan ier te trillen op hun benen van vermoeidheid.” Trudie sloeg een arm om de schouders van de bibberende hoopjes tiener en nam hen mee naar de woonkamer. Het licht werd aangedaan en Max ging tegenover Michiel aan tafel zitten. Nu pas zag ze hoe moe ook hij was. Onder zijn ogen tekenden donkere kringen zijn slaaptekort en hij kon zo, net als zijzelf trouwens, in slaap vallen. “Max?” Haar moeder wachtte duidelijk op een antwoord. Max gaapte hartgrondig en vertelde in horten en stoten het hele verhaal, althans in grote lijnen. “Zijn jullie nou helemaal gek geworden? Beseffen jullie niet wat er had kunnen gebeuren? Ik had toch verwacht dat jij wat meer verantwoordelijkheid had!” Nienke was inderdaad razend en beetje bij beetje begon bij Max door te dringen wat voor stommiteiten ze begaan had. Terwijl haar moeder verder raasde, zat haar vader er niet bepaald fris bij. Hij leek wel te horen wat er verteld werd, maar het vloog er waarschijnlijk meteen weer uit. Haar moeder leek haar preek te hebben afgerond, want ze richtte zich nu tot Trudie. Met een stem die droop van spijt, maakte ze haar duidelijk dat ze niet meer kon blijven. Fabian vertrok immers zaterdag weer voor zijn werk en ze konden de resterende dagen meer dan goed gebruiken. Ze leidde Trudie, met Michiel die achterop slenterde, naar de hal. “Max, jij blijft hier”, beval Nienke. De storm was blijkbaar nog niet geluwd. Ze hoorde hoe er afscheid werd genomen, 15
Trudie bedankt werd voor het terugbrengen van Max en niet veel later de stappen van haar moeder die zich verwijderden van de voordeur. “Kijk, mam, ik snap dat ik verkeerd geweest ben. Ik ga morgen mijn excuses aanbieden bij die agent.” “Jij gaat helemaal niets. Je hebt de komende twee weken huisarrest en ik denk er nog over na of Egypte er dit jaar nog in zit.” “W{t?” schrok Max, terwijl ze haar moeder met open mond en een blik alsof de derde wereldoorlog net was uitgebroken, aanstaarde. “Je hoorde me”, antwoordde Nienke ijzig kalm. “En ik wil dat je nu naar bed gaat, het is al over enen.” Max sleepte zich zuchtend naar haar kamer. Had ze zich maar nooit laten verleiden door Michiels aanbod.
16
4 Fabians vertrek Het ontbijt verliep de volgende morgen met alleen de hoognodige woorden – of Lilly choco of jam op haar brood wilde dus. Samen met haar vader ging de peuter na tien minuten naar de badkamer, om zich klaar te maken voor een alweer nieuwe schooldag. Max en Nienke bleven achter en de jongste wilde de spanning doorbreken. “Pap is boos, hè?” fluisterde ze. “Niet boos, eerder… teleurgesteld. Je vader had, net als ik, verwacht dat je toch meer verantwoordelijkheid had. Weet je dat hij eraan twijfelt om jou nog alleen te laten met Lilly? Het vertrouwen in jou is bij hem behoorlijk gekrenkt.” “En hoe denkt hij over Egypte?” “Is dat het enige wat je interesseert, Max? Een reis naar Egypte? Terwijl je vader je geen verantwoordelijkheid meer wil geven over iets?” “Nou, je vernoemde net dat niet! En wat kan ik eraan doen?” “Herbeginnen aan de opbouw van wat je beschadigd hebt. Je zorgt de komende twee weken als enige voor Peer, helpt Lilly bij het aankleden en gaat haar iedere avond ophalen bij school. Afgesproken?” Max knikte; het was duidelijk. Als ze het vertrouwen bij haar ouders wilde doen groeien en terug een kans wilde maken op Egypte, zou ze haar beste beentje moeten voorzetten. Ook Michiel was zijn straf niet ontlopen. Victor was niets te weten gekomen, maar Trudie had hem twee weken huisarrest gegeven en ook het corvee werd voor die periode aan hem toevertrouwd. Max en hij vertelden alles met een pruillip aan Elle, die zich blijkbaar leek te amuseren in de geschiedenis van de twee. “Daar had ik bij willen zijn!” schaterde ze, toen Max vertelde in welke positie de agent hen had teruggevonden. Hun gesprek werd afgesneden door de bel en met tegenzin begaven de drie zich naar hun les. Toen Max thuiskwam, sjouwde ze meteen haar moeders fiets naar buiten; aangezien die als enige over een kinderstoeltje beschikte, was het de enige optie om Lilly op te halen bij school. Ze fietste als een speer naar de kleuterschool, om niet te laat aan te komen. Gelukkig was de bel nog maar net gegaan toen Max haar fiets stalde en ging ze geduldig staan wachten op haar zusje. Het kleintje kwam vijf minuten later op haar afgestormd en was blijkbaar trots om met haar grote zus over straat te mogen paraderen. Max maakte Lilly vast achterop, zocht even naar evenwicht toen ze opstapte en fietste vervolgens naar huis, terwijl Lilly vrolijk taterde. Toen de twee meiden aankwamen, troffen ze hun vader aan in de woonkamer, terwijl hij de krant las. “Papa!” Lilly sprong bij Fabian op schoot en gaf een natte kus op zijn neus. De oudste dochter stond er ietwat verloren bij, kijkend naar de pret die haar gezinsleden maakten. Ze had misschien toch te veel gehoopt, nochtans leek een enkele ‘dank je wel’ haar toch niet veel moeite te kosten. Zuchtend graaide Max haar tas van de grond en begaf zich naar haar kamer voor een concentratieloze studeeravond. Donderdag en vrijdag volgden elkaar in een troosteloos traag tempo op, maar toch was het alweer zaterdag voor de familie Ruitenburg het goed en wel besefte. De dag waarop er nog maar eens afscheid genomen moest worden. Fabian vertrok vandaag naar een land ergens in Amerika, waarvan Max zich de naam even niet kon herinneren. Ze was bang, maar anderzijds benieuwd naar wat haar vader straks zou zeggen als hij dat al al dan niet zou doen. Hij had sinds het voorval met de politie nog geen woord met haar gewisseld, dus het bleef een groot vraagteken. Haar vader vertrok deze keer voor drie maanden en het was duidelijk dat Lilly het er daar erg moeilijk mee had. Ze zat snotterend op de stoeprand en keek verdrietig naar haar ouders en zus die de bagage inlaadden. Max probeerde zich – tussen het verslepen van de koffers door – te ontfermen over de kleuter en bracht haar een glas vruchtensap en een koek, om haar eventjes af te leiden. 17
“Kom op, moet je echt mee, Faab? Er zijn toch genoeg archeologen?” Nienke probeerde de expeditie nog maar eens uit haar man zijn gedachten te praten. “Ik voel dat er wat zal gebeuren; ga alsjeblieft niet mee!” “Nien, ik moét dit doen, opgravingen vinden meestal niet plaats in Amerika, in ieder geval toch niet voor onze groep!” “En je maakt maar één keer de geboorte van je kind mee!” bitste Nienke. Ze was hoogzwanger en was er zeker van dat ze zou bevallen binnen de komende twee weken – de twee weken waarin haar echtgenoot in het buitenland verbleef. Veertien dagen was bitter weinig wat archeologie betrof, maar het was toch te lang voor Nienke. Fabian zuchtte, legde zijn handen op Nienkes opbollende buik en drukte zijn neus en voorhoofd tegen die van zijn vrouw. “Ik beloof je dat ik er op tijd ben als het zover is”, fluisterde hij, waarna hij zijn lippen versmolt met de hare. Hij ging door de knieën en legde zijn oor tegen Nienkes tonnetje. “Hij of zij wil ook een kusje”, zei Nienke zacht, nog steeds niet blij met Fabians beslissing. De krullenkop schoof het zwarte shirt omhoog, tot net onder Nienkes borsten en kuste vervolgens voorzichtig de zwangere buik van zijn lieveling. “Dag, kleintje”, waren zijn laatste woorden, voor hij afscheid nam en vertrok richting luchthaven. Nienke vond het jammer dat ze niet mee kon tot hij het vliegtuig was opgestapt, maar ze riskeerde het niet om zo’n lange afstand naar huis alleen af te leggen in deze toestand. Nochtans moest de bezorgde blik van zijn echtgenote hem aan het denken gezet hebben, want een uur later stond Fabian plots terug voor de deur. “Tussen de geboorte van je kind en je job m{g je niet eens twijfelen”, had hij gezegd, voor Nienke hem dolbij om de hals was gevlogen. En inderdaad, Nienke had tweemaal gelijk gehad. Hun eerste dochtertje, Max, zag een dikke week later het levenslicht. En de archeologen van de expeditie waren nooit teruggekeerd. De hele brigade was gaan baden in een rivier, toen plots het noodweer was toegeslagen - in een extreme vorm. Er was op enkele seconden tijd een onderstroom gecreëerd, die de equipe had meegesleurd. Allemaal dood, op één na. Wonder boven wonder had meneer Lauwers de moordende stroming overleefd, maar daarna had hij resoluut voor het onderwijs gekozen en gezworen nooit meer een vinger aan de archeologie te raken. Nienke moest nog steeds twee keer knipperen als ze haar man zag vertrekken. Als Fabian niet naar haar geluisterd had die dag, had Max op dit moment geen vader en was Lilly er zelfs niet geweest. Het was bijna vijftien jaar geleden en hij vertrok dit keer in dezelfde periode als toen. Max’ vijftiende verjaardag, over drie weken, vierde hij dus niet mee. Het meisje was er het hart van in geweest, maar Fabian had haar een archeologisch reisje Egypte beloofd. Een reisje Egypte, dat nu waarschijnlijk niet meer doorging. “Dat was de laatste, dagdromer”, grinnikte Fabian en hij gaf een tikje op Nienkes neus. “Waar denk je aan?” “Wat nou als er wat gebeurt?” vroeg Nienke bezorgd. “Hé, lieverd, maar je geen zorgen. Het is vijftien jaar geleden en zoiets gebeurt toch geen twee keer?” “Pas je goed op jezelf? Laat je af en toe iets van je horen?” Fabian knikte en pakte haar schouders beet. “Maak je nou maar niet druk over dingen die er niet zijn.” Hij nam haar stevig vast en wreef over haar rug. “Je hebt twee stoere dochters die op je passen, dus je redt het hier wel.” Max stond in de hal, achter een deur. Ze had alles gehoord en voelde dat Nienke zich zorgen baarde. “Ik ga even kijken hoe ’t ondertussen met Ly gaat.” Fabian kuste zijn echtgenote, terwijl Max naar de keuken snelde, waar Lilly – nog steeds met vruchtensap én koek – wezenloos voor zich uitstaarde. Net toen ze zat, kwam Fabian binnen. “Lilly, kom je nog eventjes mee?” O ja, het Lilly-Fabian-gesprek, wat Max vroeger veel leuker vond onder de naam Max-Fabiangesprek. Het was sinds haar zesde geleden dat ze op die manier van haar papa afscheid genomen had, maar nu had ze echt nood aan dat vijf-minuten-samenzijn. Ze liep dan maar alvast naar de 18
auto, anders stond haar moeder ook maar alleen. Wat ze niet verwacht had, was dat ze Nienke aan zou treffen in de passagiersstoel vooraan, strak voor zich uit kijkend. “Mam?” Het kwam waarschijnlijk nogal gedempt over, maar met de tikken op het glas was het onmogelijk dat haar moeder haar niet hoorde. Max probeerde het portier te openen, maar dat was op slot. “Mama, doe open!” riep ze in paniek. Plots schoot het haar te binnen dat er nog een reservesleutel in de keuken lag en die ging ze dan ook als de bliksem halen. Nienke zat nog steeds in dezelfde houding toen Max arriveerde. In een handomdraai ontgrendelde ze de deur. “Mama?” Max begon heftig aan Nienkes schouder te schudden, tot die in haar armen viel. Met angstige ogen klampte ze zich aan haar dochter vast. “Fabian, niet gaan. Er zal wat gebeuren. Fabian, de baby komt bijna. Verkies je je werk boven de geboorte van ons kind, Fabian?” “Max! Nienke!” Fabian duwde Max weg van bij de auto en hurkte bezorgd bij zijn echtgenote neer. “Wat is er met haar?” “Ik weet het niet. Ze zat…” Max’ angst schoof naar voren en ze begon te huilen. “Ga water halen en zeg Lilly dat we zo meteen vertrekken!” beval hij haar. Max spurtte naar binnen – tranen stroomden ondertussen over haar wangen – de voorkamer in, waar Lilly haar aankeek. “Wat is er?” vroeg het meisje bezorgd. “Niets, hoor. Maar we vertrekken zo meteen, oké? Papa zei dat je nog eventjes hier moest blijven. Ik kom je wel halen! Tot straks!” “Ik wil papa nu zien!” “Nee, Ly, je moet echt hier blijven!” jammerde Max wanhopig. Haar zusje liep al naar de deur, maar de oudste was het snelst. Ze trok de deur dicht en draaide de sleutel om. “Sorry”, zei ze zacht, waarna ze een glas water ging halen en terugsprintte naar buiten. “Hoe hard je ook aandringt, ik ga!” “Maar wie zegt er dat zoiets niet nog eens kan gebeuren? Ik vertrouw het niet, lieverd; blijf alsjeblieft hier”, smeekte Nienke. “Hier heb ik water”, hakkelde Max en ze drukte bevend het glas in Nienkes handen. “Ik stel voor dat jullie al in de auto gaan zitten? Dan haal ik Lilly wel eventjes.” Fabian stond op en beende weg van het overgebleven tweetal. “Gaat ’t weer?” Nienke knikte, bijna onmerkbaar. “Wat was er nou net?” vroeg Max aarzelend. “Nie-Niets. Het is al goed.” “Waarom wil je niet dat papa vertrekt?” “Het gaat wel, meid. Ik kreeg het gewoon eventjes moeilijk”, glimlachte Nienke waterig. “Ik schrok echt, mam. Je hield me voor pap en ratelde dingen uit… net uit het verleden. Wat – Wat gebeurde er?” Haar moeder zuchtte. Ze had Max, en zeker Lilly, het verhaal nooit verteld, omdat het best beangstigend was. Max had er dan ook geen idee van dat haar directeur vroeger deel uitmaakte van de groep archeologen of dat hij Fabian kende. Maar nu kwam het toch aan het licht. “Luister, Max, ik heb je een lang verhaal te vertellen. Ik weet dat ik het dom van me zal vinden dat ik het uit de doeken doe net voor je vader vertrekt, maar het nu nog verzwijgen, heeft toch geen enkele zin.” En Nienke stak van wal. Ze vertelde, tot in de details, over hoe Fabian afscheid had genomen, het gevoel dat haar zo angstig had gemaakt en de niet te beschrijven emotie wanneer hij weer voor haar neus gestaan had. Over de juiste voorspellingen, over het immense geluk en niet veel later het grote verdriet. Nienke moest bekennen dat Max hen door die moeilijke periode had doorgeholpen. Een baby in huis deed je geen minuut stilzitten, en dus ook niet aan de leegte denken die je diep vanbinnen voelde. Max werd stil toen haar moeder was uitgepraat. Het was toch even slikken bij het idee dat ze haar vader misschien nooit gekend zou hebben. “Dus… Meneer Lauwers heeft nog met papa samengewerkt?”
19
“Ja, inderdaad. Iedereen kon goed met elkaar opschieten, maar meneer Lauwers was zo één van de personen waar papa altijd nét iets meer over wist te vertellen, omdat hij vaak met hem optrok.” “Mijne dames, zijt gij vertrekkenklaar?” Ondanks dat Max net het hele verhaal te horen gekregen had, barstte ze nu in lachen uit. Haar vader praatte zo deftig mogelijk middeleeuws-Nederlands en was hilarisch voor ogen in zijn pofbroek, ouderwetse mantel en bijhorend pluimenhoedje. Hij had een banjo om zijn nek hangen en ging op zijn knieën zitten. Vrolijk begon hij te jengelen en in grote praal kwam prinses Lilly, mét aangepaste jurk, dansend het huis uit. Als niemand had geweten dat dit in scène gezet was, had je verwacht dat er nu een grote, ouderwetse koets zou komen aanrijden en dat meneerRuitenburg-uit-de-vijftiende-eeuw de deur potsierlijk ging openhouden. “Bravo!” juichte Nienke lachend, terwijl Max op haar vingers floot. Lilly maakte een mooie buiging en trippelde vervolgens vrolijk naar haar papa. “Klaar?” Fabian trok zijn middeleeuwse kleren uit en aaide met zijn duim een pluk haar uit Nienkes gezicht. Zijn drie vrouwen knikten. “Klaar.” Ze schoven met z’n vieren de auto in en vertrokken naar de luchthaven, waar andere archeologen al hun opwacht maakten. “My lady Lilly.” Willem knielde neer voor de driejarige en kuste als een echte gentleman de kleuters hand. “Max, Nienke.” Hij gaf hen elk een kus op de wang en schudde als laatste Fabian de hand. “Makker. Ben je ’r klaar voor?” Fabian knikte overtuigd. “Let’s go!” “Passagiers voor de vlucht 384 richting South Carolina, gelieve zich te melden aan de gate. Passagiers voor de vlucht 384 richting South…” “Nou, ik denk dat wij verwacht worden”, glimlachte Fabian flauwtjes. “Dag mijn kleine meid.” Hij wreef met zijn neus over die van prinses Lilly en gaf het meisje een knuffel. “Nien, lieverd.” Hij kuste zijn vrouw ten afscheid en hield haar nog eventjes in zijn armen. Max slikte. Ze was aan de beurt. “Max, meisje. Haal je geen domme dingen uit in de tijd dat ik weg ben? Je mama heeft genoeg zorgen aan haar hoofd met twee kinderen.” “Ik beloof het, pap”, zwoer Max. “En kijk maar eventjes in de brievenbus op 4 juni, goed? Alvast gelukkige verjaardag.” “Oh, papa!” Max begon, nog maar eens, te huilen en vloog haar vader om de hals. “Ik ga je missen.” “Ik jou ook, zus, ik jou ook.” Hij maakte zich los uit haar omhelzing toen de oproep herhaald werd en nam zijn handbagage. “Dag allemaal. Tot binnenkort!” wuifde hij. Lilly zat op Nienkes armen en zwaaide vol enthousiasme haar papa gedag. Ze vingen nog een laatste glimp van hun enige mannelijke gezinslid op nadat hij zich had ingecheckt en in stilte vertrokken ze daarna naar huis. Hoewel Fabian er niet was, vloog de tijd redelijk snel. Voor Max het wist, was haar huisarrest afgelopen; zaterdag kon ze dus weer naar Anubis. Lilly hoefde ze niet meer van school af te halen, maar ze deed het toch, om haar moeder wat te helpen. Die zat namelijk tot half zes op haar werk, waardoor Lilly in de naschoolse opvang moest blijven als Fabian er niet was. Die twee weken plus het verhaal dat ze van Nienke te horen had gekregen, hadden haar enigszins veranderd; ze was behulpzamer geworden en ze had bewezen dat ze verantwoordelijkheid had. Het was woensdag en Max ging deze middag zwemmen met Elle. Het openluchtzwembad was nog niet lang heropend en het was niet bepaald warm, maar dat weerhield de twee meiden er niet van toch het koude water te trotseren. Nadat ze de borden en glazen in de vaatwasser gezet had, ging ze nog snel haar huiswerk maken, om daarna haar zwemkledij weer boven te halen en in een tas te proppen. Opgewekt fietste ze naar de rand van de stad, op een klein eind van het zwembad, waar ze met Elle afgesproken had. Haar vriendin was – zoals gewoonlijk – te laat en kwam tien minuten na 20
afgesproken tijd hijgend aangefietst. Vrolijk kakelend ging het richting zwembad, waarvan het gejoel van de bezoekers al op een afstand te horen was. In nog geen twee minuten tijd waren Max en Elle omgekleed en begaven ze zich schuchter naar het water. Elle dompelde met de nodige voorzichtigheid haar grote teen onder, maar trok hem er snel weer uit. Op haar huid verscheen kippenvel en ze sloeg automatisch haar armen om zich heen. “Koud”, constateerde Max, die niet van plan was Elles voorbeeld te volgen. “Het valt reuze mee, voel maar!” Iemand die achter hen stond, legde zijn natte handen op hun ruggen en gaf hen een zetje. Ze gingen beiden kopje onder en toen Elle weer lucht kreeg, wilde ze boos gaan gillen. Maar die twee die verantwoordelijk waren voor deze flauwe actie, lieten haar plannen varen. “Michiel? Wat doé je nou?” Ook Max was weer boven water gekomen ze reageerde al even verrast als Elle. “Michiel? Jonah? Wat doen jullie hier?” “Net hetzelfde als jullie”, grijnsde haar vriendje. “Waar was dat goed voor?” herhaalde Elle, met een boze blik. “Sorry, ik kon het echt niet laten”, gniffelde Jonah. “En jij bent?” bitste Max’ vriendin. “Jonah, de kamergenoot van Michiel!” “Aangenaam.” Op Elles gelaat verscheen plots een glimlach van oor tot oor en ze stak poeslief haar hand uit. Jonah aarzelde niet om die begroeting te beantwoorden, greep haar hand vast en werd verrast toen Elle hem met één beweging het water in trok. “Chocho, jij ook!” riep Max enthousiast. Haar vriendje dook potsierlijk de plas in en ze zwom lachend achter hem aan. “Ik wist niet dat jij ging zwemmen?” zei ze, na hem begroet te hebben met een kus. “Ik had ook niet vernomen dat jij hierheen kwam!” Het voorval van daarnet was Elle duidelijk al vergeten, nu ze druk in gesprek was met Jonah. De glimlach van daarnet was niet verdwenen en ze leek het goed te kunnen vinden met Michiels kamergenoot. “Wie het eerst bij de glijbaan is!” schreeuwde Michiel plots, terwijl hij als een gek het water uitrende. De middag verliep heerlijk ontspannen. Ze aten een ijsje, vermaakten zich in het frisse water en kletsten vrolijk bij op de bijhorende ligweide. Die avond belde Fabian en het was Nienke die opnam. “Hé, lieverd! Hoe gaat ’t met je?” riep ze enthousiast. Het bleef even stil, tot Nienke antwoordde. “Gelukkig maar. Ja, het weer valt reuze mee! Daar ook?” Weer viel er even een stilte. “Goed, hoor, althans zo ziet ze eruit. Ja ja, met Lilly ook alles oké! Wacht, ik geef hen wel even door!” Max sprong vanachter haar kom soep vandaan en nam de telefoon van haar moeder over. “Dag pap!” “Hé, zus! Hoe gaat ’t daar?” “Super! En daar dan? Al veel kostbaars gevonden?” “Hier ook alles prima! Prachtig weer, nog niet één keer regen gehad. En wat de opgravingen betreft, hebben we vooral veel gebruiksvoorwerpen gevonden.” “Niet één iets dat de aandacht trekt of écht waardevol is?” vroeg ze teleurgesteld. “Nou,” begon hij mysterieus, “ik denk dat we net op iets gestoten zijn. Maar ik kon jullie alleen nu bellen en dat ging voor.” “Wat heb je ontdekt?” klonk het nieuwsgierig. “Hé, meid, ik heb niet veel tijd meer. Mag ik Lilly nog snel eens?” “Oh, oké”, antwoordde Max, verbaasd door het snelle einde van hun gesprek. Lilly stond ondertussen al vol ongeduld te trappelen naast naar zus. Ze kreeg na een korte “tot snel, pap” de telefoon in handen gedrukt en kraaide dolblij in de hoorn. Meteen volgde de vertelling van de voorbije twee weken en Max wist zeker dat haar vader daar geen woord zou tussen krijgen. Ze besloot snel haar soep op te drinken, om haar huiswerk te kunnen afwerken.
21
“Dit is echt de laatste keer dat ik naar school kom!” klaagde Elle boos. Ze koos een bank uit en ging zitten, terwijl Max en Michiel haar voorbeeld volgden. Zij en Max hadden net een onverwachte toets wiskunde achter de rug, die daarbij nog niet eens zo makkelijk was geweest. Het werd de laatste dagen alleen maar warmer; de zomer was in aantocht en dat merkte je. Dikke truien werden opgeborgen en shorts bovengehaald, iedereen liep met een aantal kilo’s minder door de school. Ondertussen was het ook aftellen naar Max’ vijftiende verjaardag, over twee dagen. Max was blij dat ze haar ooms en tantes weer eens zag en wilde hen, voor een ‘mijlpaal’-verjaardag, allemaal verrassen door hen mee te nemen naar Het Huis Anubis. Haar moeder had het een erg leuk idee gevonden en Victor meteen gecontacteerd. Die had haar gezegd erover na te zullen denken en was niet veel later met een positief antwoord gekomen. Hij kon wel een uitzondering maken voor oud-bewoners, hoewel je dat van hem niet meteen zou verwachten. Met z’n eenentwintigen mochten ze er twee uurtjes doorbrengen, waarna het feest gewoon verderging bij de jarige thuis. Max zat op hete kolen en was stiekem ook nieuwsgierig naar het cadeau van haar papa; ze had geen idee wat hij voor haar in petto had en dat maakte het nog spannender. “Nee, Ly, die moet d{{r!” riep Nienke nogmaals naar haar jongste dochter. Het hele huis stond in rep en roer nu alles in orde gebracht moest worden voor morgen. Nienke had haar handen vol met het dekken van de tafel en het uitladen van de vele tassen met boodschappen, Lilly probeerde te helpen, maar deed alles verkeerd en Max flanste haar eigen verjaardag-cupcakes in elkaar. Er was nog een hoop te doen en het was al bijna acht uur, maar het trio wilde zoveel mogelijk vandaag nog doen, want morgen kwam er een dag van genieten. “Lukt het daar, Max?” “Ja, mam, het schiet aardig op!” schreeuwde Max, waarna Lilly er nog maar eens op gewezen werd dat de glazen nààst de borden hoorden. De rest van de avond was het sprintten van links naar rechts, maar om kwart voor elf was alles in orde, op enkele details na. Lilly lag al bijna twee uur onder de wol en Nienke zond nu ook haar oudste dochter naar boven. “Ik zie je morgen, lieverd!”
22
5 Vijftiende verjaardag Drie… twee… een… In gedachten zong Max zichzelf een gelukkige verjaardag toe. Ze was nu officieel vijftien, wat de kloof tussen haar en Michiel met één cijfertje deed afnemen. “Happy birthday to you, happy birthday to you…” Engelengezang, gehuld in een zijden badjes, kwam de kamer binnen, gedragen op een wolk van koffiekoeken en warme chocolademelk. Max moest even wennen aan het zonlicht dat haar kamer al vulde en ging met een glimlach rechtop zitten. “Goeiemorgen.” “Gelukkige verjaardag, meid.” Nienke zette het dienblad op Max’ schoot en gaf een kus op haar dochters voorhoofd. “Dank je, mam”, glimlachte de jarige blij. “Eerst de kaart!” schelde Lilly’s stem de kamer binnen. Ze hoorden de jongste telg de trap opstommelen en zagen haar even later de kamer binnenstuiteren. “Eerst de kaart, eerst de kaart!” Max merkte een knalblauwe enveloppe op, die tegen een vaasje aanstond, op het dienblad. Voorzichtig scheurde ze hem open en haalde er een opgevouwen blad uit. Een grote taart prijkte op de voorkant en op de achterkant was het hele gezin terug te vinden. “Oh, dank je wel, Ly!” bedankte ze haar zusje gemeend. “Gelukkige verjaardag!” herhaalde de kleuter Nienkes woorden. Zonder gêne ging ze vervolgens op bed zitten en plukte een koffiekoek van het dienblad. “Lilly!” berispte Nienke haar. “Dat is voor je zus, weet je nog?” “Ah, mam, er is genoeg voor ons alle drie”, suste Max de boel, waarna ze een croissantje uitstak naar haar moeder. Max zou de hele dag als een prinses doorbrengen; cadeautjes, verwennerij, geen klusjes en alle aandacht. Zo ging het altijd. Ze lag uitgestrekt op de bank en las een tienerblaadje, terwijl haar moeder en zusje de laatste dingen op punt stelden. Het liep tegen twaalven aan toen alles in orde was; aangezien het zo’n mooi weer was, hadden ze op het laatste moment nog besloten om de tafel naar buiten te verplaatsen. Nu alles in gereedheid gebracht was, restte er nog één uur voor de familie kwam. Een uur waarin Max al zou mogen uitpakken. Nienke en Lilly kwamen, zo non-subtiel als ze maar konden zijn, de woonkamer binnen en Max zag inpakpapier achter Nienkes rug vandaan piepen. “Cadeautjes!” lachte Max blij. Er werd een groot pak in haar handen geduwd en Lilly zette er nog een minuscuul doosje bovenop. Het papier van het kleinste geschenkje moest er eerst aan geloven. Na eventjes knoeien, kreeg ze het open en verbaasd sloeg ze een hand voor haar mond. “Dit meen je niet?” Nienke knikte. “Toch wel.” “O, dank je wel!” gilde Max door het dolle heen. Ze vloog haar moeder om de hals en gaf haar een kus. Ze had zojuist maar eventjes een ‘room-make-over’ gekregen, met alles erop en eraan: verf, meubelen, decoratie… “Heel graag gedaan, lieverd.” “Nu het andere!” riep Lilly enthousiast. Max legde haar eerste cadeau aan de kant, maakte voorzichtig de strik los en scheurde in een ruk de verpakking van de doos. Op haar schoot lag een hagelwitte hangmat. “Die wou ik al zo lang!” kirde ze blij. “O, mama, dank je wel!” Haar moeder kreeg nogmaals een kus en Lilly een knuffel. “Zullen we ons maar klaar maken dan?” stelde Nienke voor. Max stemde in, eindelijk kon ze haar nieuwe jurkje aan! “Max, haast je wat! Ze kunnen ieder moment aankomen!” 23
De jarige Job maakte snel haar halsketting vast en huppelde met een opperbest humeur de trap af. “Ik ben er!” “Kijk, daar zijn Mick en Joyce. Ly, help jij me bij het aannemen van de jassen? Lilly?” Nienke vloekte binnensmonds. Waar was die deugniet nu weer heen? “Zeg hen dat we zo meteen komen, goed? Ik ga Lilly zoeken.” Haar moeder verdween nog voor Max kon knikken. Met een glimlach opende ze de deur. “Hallo!” begroette ze haar eerste gasten. Mick had zijn arm in die van zijn vrouw gehaakt; die laatste zwaaide uitbundig. Vijf en een halve maand zwanger was ze nu. Daarmee was Joyce de laatste van de oud-Anubisbewoonsters die voor het eerst mama werd. Max had haar amper een maand niet gezien, maar ze was in die tijd een heel stuk zwaarder geworden. “Hé, Max, gelukkige verjaardag!” Ze kusten elkaar gedag en Max zag vanuit haar ooghoeken Lilly en Nienke naar binnen glippen. Ook door hen werden ze begroet, waarna kleine Lilly heel beleefd de jassen aannam. De vrouwen begonnen meteen al te kletsen over de zwangerschap. Nienke ging op een afstandje staan en bekeek Joyce, die trots in profiel was gaan staan. “Wat zie je ’r goed uit! Gaat alles verder goed?” “Ja, hoor, alles verloopt prima. Een droomzwangerschap!” lachte Joyce fier. “Laten we naar de woonkamer gaan, dat praat wat vlotter”, zei Nienke. Ze voegde de daad bij het woord en hield gastvrij de deur open. Ze namen met z’n vijven plaats in het salon en Max kreeg een geschenkje van Mick. “Van ons samen.” “Ik leg het nog eventjes aan de kant, dan maak ik straks alles tegelijk open”, verduidelijkte ze zichzelf toen ze het met gestipt papier ingepakte koker op het bijzettafeltje legde. “Kijk, kijk! Voel!” Joyce greep Nienkes hand en legde hem op haar opbollende buik. Enthousiast als een klein kind wachtte ze de reactie van haar vriendin af. Die laatste tuurde ingespannen naar het uitgerekte deel van de zwangerschapskledij en lachte enkele tellen nadien - ze had vast en zeker een handje of voetje gevoeld. Max keek verrukt naar het tafereel dat zich voor haar ogen afspeelde. Naast Egypte was ze ook gek op baby’s. Ze voelde er zich best wel raar om, ze was immers amper vijftien jaar oud. Maar toch, ze kon het niet helpen. Toen haar moeder destijds zwanger was van Lilly, was ze niet uit de buurt te slaan van ‘de drager van een nieuw leven’, zoals ze dat zo mooi vond klinken. Het was Mick niet ontgaan dat zijn nichtje wederom gefascineerd was door zijn zwangere vrouw, dus hij maakte haar met een por en een knipoog in de richting van de twee duidelijk dat ze zich niet hoefde te generen door hetzelfde als haar mama te doen. Max kleurde rood tot achter haar oren. Waarom staarde ze altijd zo opvallend? Maar ze liet het zich geen tweede keer gezegd worden en ging aan de andere kant van Joyce zitten. Nog voor ze “Mag ik?” kon uitspreken, had haar tante haar hand al beet. “Kijk, nou schopt ie hier. En nu weer hier!” Rustig liet ze Max’ hand van de ene kant van haar buik naar de andere glijden en toonde haar precies waar ze de baby kon voelen. Max genoot zichtbaar en kon alleen maar, met benomen adem, voelen en kijken. “Tante Amber is er!” gilde Lilly toen ze de zwarte Mercedes voor de deur zag parkeren. In de eerstvolgende tien minuten kwam iedereen aan; eerst Jeroen en Noa, met June en Oliver, daarna Patricia, Jasper en Billie en als laatste ook Appie en Aya met de tot nu toe jongste van de groep, Mudiwa. Het Afrikaanse adoptiezoontje van het koppel was twee jaar oud, maar woonde slechts sinds een aantal maanden in Nederland. Na vele pogingen en een aantal dure ivf-behandelingen hadden ze met pijn in het hart moeten constateren dat ze geen eigen kinderen op de wereld zouden kunnen zetten. Het was dan ook een klap in hun gezicht geweest toen Nienke aan het einde van die jarenlange periode per ongeluk zwanger was geworden. Maar nu Mudiwa er was, wiens naam ‘belovend’ betekende, zag je hen helemaal open bloeien; ze wilden hun schattige zoontje voor geen goud van de wereld meer missen.
24
Nienke bekeek met pretoogjes de drukke boel, met daar ergens een zwangere vrouw tussenin. De vijftiende verjaardag van haar oudste dochter deed haar, zoals ieder jaar, terugdenken aan de achtenveertig uur voor Max’ geboorte. “Lieve schat, mij krijg je echt niet meer mee die trap op, hoor!” lachte Nienke vermoeid. Ze had een uurtje geleden nog wat was gestreken en had die paar hangers nog zelf naar boven weten te krijgen, maar nu was ze stikkapot. Ze kon geen stap meer verzetten en het gewicht dat ze voortdurend meezeulde, woog door op haar benen. Vannacht sliep ze wel op de bank. “Ik draag je wel.” Fabian stak zijn armen onder haar rug en tilde haar, alsof het een kleine moeite was, met de nodige voorzichtigheid op. Stap voor stap ging hij de trap op, terwijl Nienke haar armen stevig om haar man zijn nek heen geslagen hield. Hij ging met haar de badkamer in, zette haar op een stoel en draaide de kraan van het bad open. “Zo, dat zal je deugd doen”, zei hij lief. “Hé, lieverd, dit hoeft helemaal niet. Het enige wat ik op dit moment wil, is mijn zetel. Ik ben doodmoe.” “Geloof me nou maar, dit helpt”, vertrouwde hij haar toe. “Daar twijfel ik niet aan, maar ik kan zelfs geen stap meer verzetten en dit gedoe begint letterlijk op mijn heupen te werken”, foeterde Nienke. “Tut, tut, tut, mevrouw Ruitenburg, jij gaat dat bad in en wel nu meteen.” Hij zei het speels, maar duldde duidelijk geen tegenspraak. Nienke gaf zich zonder nog wat in te brengen gewonnen. Fabian trok haar shirt over haar hoofd en streelde met twee vinger over de hoogzwangere buik van zijn echtgenote, wat haar rillingen van genot bezorgde. Hij hielp haar bij het uitkleden en ondersteunde haar tot ze in bad zat. Nienke zuchtte alle spanningen eventjes weg en sloot haar ogen. Fabian zat gehurkt naast het bad, zijn armen op de boord en zijn hoofd schuin rustend op zijn arm. Dolverliefd keek hij naar zijn vrouw; ze was oogverblindend en natuurlijkheid straalde van haar zwangere lichaam af. De voorbije dagen hadden haar breekbaar gemaakt en dat zag je: ze had donkere kringen onder haar ogen en zag bleek. Desondanks fonkelden haar ogen nog steeds hetzelfde als altijd. “Wat zei ik nou?” grinnikte Fabian. Nienke was inderdaad blij dat haar man zich niet liet tegenspreken. Alle zorgen werden weggespoeld en ze wist zich sinds tijden weer te ontspannen. “Waarom kom je er niet bij?” “Daar kan ik toch niet meer bij!” lachte Fabian. Nienke keek beledigd en legde een hand op haar buik. “Net alsof dit zó veel plaats inneemt!” “Nee, gek, ik bedoel dat dat bad veel te klein is voor twee. Maar aangezien je weeral in staat bent om op me te vitten, heeft je relaxsessie lang genoeg geduurd.” Nienke sputterde niet tegen, was eerder te moe om dat nog te doen en liet zich gewillig aankleden. Ze moest daarna waarschijnlijk een minuutje in slaap gevallen zijn, want ze lag in bed. Eigenlijk wilde ze liever beneden slapen, voor moest de baby deze nacht zijn of haar geboorte aankondigen, dan hoefde ze zichzelf niet nog eens van die trap te zeulen. Toen Fabian echter ook onder de lakens gleed, was ze blij zich dicht tegen hem aan te kunnen nestelen en zijn warme hand op haar buik te voelen. Emotioneel keek Fabian toe hoe het nieuwe leventje, ruim drie kilo, aangekleed werd. Hij kon nog niet helemaal beseffen dat het klagend huilende meisje een nieuwe Ruitenburg was, zijn eerste dochtertje. “Zo, meneer, u kunt uw dochtertje meenemen naar uw vrouw.” De verpleegster legde de baby in zijn armen en knikte vriendelijk toen Fabian haar met een brok in z’n keel bedankte. Fier als een pauw wandelde hij naar zijn Nienke, die ongeduldig lag te wachten op het duo. Nienke zuchtte vertederend toen haar krullenbol met een piepklein baby’tje naar haar toe kwam lopen. Het was precies zoals ze het altijd voor ogen gezien had; hij was helemaal in de ban van het kleintje en zag er zó papa uit. “Lieverd, moet je nou zien”, fluisterde hij. Hij legde het meisje naast Nienke, die op haar zij lag.
25
“Ach God, wat is ze klein”, zei Nienke zacht, terwijl een traan van geluk over haar wang rolde. Eindelijk, na negen maanden wachten, was hun geduld beloond en konden ze volop genieten van hun nieuwe wonder, Max Ruitenburg. Het eerste bezoek van de Anubisbewoners zou ze nooit meer vergeten. Met z’n tienen zaten ze opeen gepropt in het kleine kamertje. Max was net slapend van arm op arm overgegaan, toen Amber en David hùn zwangerschap hadden aangekondigd. Zes maanden later was Elle met een keizersnede ter wereld gekomen en als tot dan toe enige kinderen hadden zij en Max zich aan elkaar opgetrokken, waar nu die prachtige vriendschap van overbleef. “Mensen, mensen, mag ik even jullie aandacht?” Elle was gaan staan en tikte met een lepeltje tegen haar glas. Iedereen beëindigde zijn gesprek en luisterde aandachtig. “We zijn weer met z’n allen samen om een verjaardag te vieren. Ik ben ondertussen de tel al kwijt geraakt, maar ik weet wel nog dat we het nog steeds superleuk hebben samen. Vijftien jaar geleden werd Max de eerste Anubisbaby en dat mogen we toch wel een speciaal moment noemen. Binnenkort mogen we ook trots een nieuwe naam op een nieuwe datum prikken voor de baby van tante Joyce en oom Mick. Ik wens, en ik denk dat in naam van iedereen spreek, de oudste nakomeling een hele fijne dag toe, een jaar vol liefde, vreugde, al het geluk van de wereld en nog vele jaren. Opdat dit cliché dit jaar vervuld mag worden! Op Max!” Iedereen applaudisseerde en hief zijn glas op de jarige, terwijl Max haar vriendin met tranen in de ogen een knuffel gaf. Lilly wilde net het voor haar fijnste van de dag gaan inleiden – cadeautjes – wanneer de bel door de woonkamer schelde. “Komt er nog iemand?” vroeg Max verbaasd, maar haar moeder leek evenwel van niets te weten. Ze veerde op en liep de kamer uit. “Juffrouw Ruitenburg?” Een postbode met een norse blik en duidelijk géén zin stond met een schrijfplank in zijn handen op de stoep. “Dat hangt ervan af wie van de twee u bedoelt”, antwoordde Max vriendelijk. De man zuchtte en bladerde door wat papieren die vastgeklemd zaten. “Max. Max Ruitenburg.” “Dat ben ik. Wat kan ik voor u doen?” “Normaal gesproken werk ik niet op zaterdagen, net als andere postbodes, maar er was blijkbaar een erg dringend pakketje voor u.” Max’ hart begon sneller te slaan; dit moest gewoon van haar papa zijn! De postbode rommelde ondertussen in zijn tas en rolde toen, met bijhorende diepe zucht, met zijn ogen. “En dan laat ik het belangrijkste nog liggen. Mijn excuses”, klonk het oprecht gemeend, ondanks de tegenzin die van hem afdroop. “Ik zal moeten terugkeren, tot over een halfuurtje.” “Bedankt voor de moeite!” Beteuterd sloot ze de deur: werd ze alleen maar nog nieuwsgieriger. “De postbode had een…” Max stopte abrupt haar zin en sperde haar ogen wijd open. “Pap? Papa!” Het was onmogelijk, maar toch waar: voor haar neus zat, tussen Nienke en Joyce in, haar vader. Dolgelukkig vloog ze op hem af en sloeg haar armen om hen heen, niet van plan hem meteen weer los te laten. “Wat doe je hier?” vroeg ze verbaasd. “Wist jij hiervan, mam?” “Daarvoor hoef je toch niet te huilen, Maxlieverd! En dit hele idee komt van mama!” lachte Fabian en hij veegde de tranen van haar wangen. “Ik ben hier voor precies dezelfde reden als iedereen. Jouw verjaardag. Gefeliciteerd!” Hij gaf haar een knuffel, drukte een kus op haar wang en wreef over haar rug. “Dit is echt het {llermooiste verjaardagscadeau dat ik ooit gehad heb”, snifte Max. “Zeker van?” grinnikte Fabian. Mysterieus haalde hij een pakje vanachter zijn rug vandaan. “Deze ben ik vanochtend bij de post gaan ophalen, hij was er eerder dan mij.” “Maar die postbode is net teruggereden, nu doet hij heel die weg voor niets!”zei Max. “Wij kunnen je gewoon van alles wijsmaken.” Fabian gaf een tikje op haar neus. De klik volgde bij Max; die man had het spelletje natuurlijk gewoon meegespeeld, zodat haar vader ongestoord binnen kon glippen langs de achterdeur. 26
“Kom op, open je het nog?” Gretig scheurde Max het papier aan flarden en opende de cadeaubox. Op het eerste zicht leek het leeg, maar ze onderscheidde de contouren van een puntig, donker voorwerp. Een zwarte, zware minipiramide met gouden versieringen. Hij was heel erg mooi, maar ze begreep niet hoe ze dit leuker zou moeten vinden dan de thuiskomst van haar vader. “Deze heb ik eigenhandig opgegraven in Egypte, een tijdje terug. Het heeft me enorm veel papierwerk, telefoontjes en geld gekost, maar uiteindelijk mocht ik ‘m houden, omdat hij anders toch naar een kunstverzamelaar ging.” “Waw.” Met een heel ander beeld in haar gedachten, draaide Max het beeldje rond, om alle zijden te bekijken. “En natuurlijk nog je echte verjaardagscadeau!” Stomverbaasd keek de jarige op van haar dure geschenkje. “Dat meen je niet. Krijg ik nog iets?” Iedereen keek nieuwsgierig naar de gouden enveloppe die hij onder zijn trui vandaan haalde. Met bevende vingers opende ze de flap. Ze kon al raden wat zich in dit blinkende papier verborgen hield en gaf dan ook een gil van blijdschap toen ze het tekentje van de vliegmaatschappij zag verschijnen. “Egypte! Dank je wel! O, je weet niet hoe blij ik ben op dit moment!” riep Max door het dolle heen. Ze knuffelde haar vader, daarna haar moeder. “En nu de andere cadeautjes!” Lilly vond dat het spelletje lang genoeg geduurd had en plantte het geschenkje van Appie en Aya op haar zus’ schoot. Max’ aandacht werd afgeleid en met een brede glimlach begon ze aan de resem pakjes. Goedkeurend knikte Nienke, waarna ze Fabian zoende. “Ik ben blij dat je er weer bent.” Hij glimlachte. “Ik ook. Voor geen goud had ik dit willen missen.” Ze genoten van elkaars aanwezigheid en bekeken glimlachend hun twee rumoerige dochters; Lilly reikte Max de cadeautjes aan en Max pakte ze uit, terwijl ze kletsten over de thuiskomst van hun papa. Iedereen sprak, maar die twee opgewekte stemmen kwamen erbovenuit. Na het uitpakken en het bedanken, nam Nienke het woord. “Ik denk dat we maar eens moesten vertrekken.” “Vertrekken? We zijn er net!” protesteerde Joyce. “We gaan ergens heen!” was Ambers – zelf gevonden – antwoord. Het bleef voor iedereen onduidelijk, maar ze stapten in hun auto’s en volgden gedwee die van Nienke en Fabian. “Ik wist het!” gierde Joyce blij. Net als de andere oud-bewoners stond ze enthousiast voor Het Huis Anubis. Max was intussen ook de auto al uit, maar vervoegde de groep niet. Ze had veel meer belangstelling voor de mooie, donkerblonde jongen die in de deuropening stond. “Michiel! Moet je zien wie er is!” Ze wenkte hem opgetogen en werd gelukkige verjaardag gekust. “Wie is er dan?” Zonder een woord te zeggen, trok ze haar vriendje mee naar de groep die aan het verzamelen was. “Daar!” Max ging op haar tenen staan en wees naar de andere kant van de bende. Michiel keek boven iedereen uit door Max’ voorbeeld te volgen en wendde zich toen verbaasd weer tot zijn vriendinnetje. “Dit meen je niet!” “Toch wel!” straalde Max. “Speciaal voor mij keert hij dit weekend terug naar huis!” “Zoetekes!” Opgewekt kwam Trudie aangerend. Je kreeg haar altijd blij door de oud-bewoners mee te brengen, want ze zagen elkaar bitter weinig. “Hé, Tru!” Ze werden allemaal fijn geknuffeld door de huishoudster, die hen van kop tot teen bekeek. “O, Joyce, jongske, gij zijt veranderd! Draai ‘d es rond!” Gehoorzaam draaide Joyce een rondje om haar as. “Ge zijt een beetje later aan, maar ge gaat da goed doe, ik voel da”, vertrouwde Trudie haar toe. “Maar kom, we gaan rap naar binnen!” Ze haakte haar armen in die van de twee dichtstbijzijnde personen – Joyce en Noa – en sleurde hen mee naar binnen. 27
“O waw, Trudie!” Ze hielden met z’n allen hun adem in toen ze de woonkamer binnenkwamen. Tientallen met helium gevulde ballonnen dansten tegen het plafond en een immens doek met een oude foto van alle bewoners schitterde tegen de muur. “Wat mooi!” verzuchtte Nienke. “Mooi, hè?” lachte Trudie, tevreden met het resultaat. Na de foto eventjes van dichtbij te hebben bekeken, schoof iedereen aan tafel. Er werd gezellig gekeuveld terwijl Trudie vier grote verjaardagstaarten op tafel zette. Ze stak bij de grootste vijftien kaarsjes aan en wenkte Max. “Een wens doen en blazen”, beval ze haar blij. Tot haar verbazing zag Max dat er zich op de taart een eetbare foto bevond. Ze had ‘m nooit eerder gezien; haar vader, haar moeder en hoogstwaarschijnlijk zijzelf – ze moest pas een paar uur oud geweest zijn. “Bedankt, Trudie”, glimlachte ze. “Da’s heel graag gedaan, maar blaast uw kaarskes nu maar uit, kom!” maande Trudie haar aan. Max deed een wens en blies in één keer alle kaarsjes uit. Als jarige mocht ze de taart aansnijden en kreeg ze het eerste stuk, dat ze met veel smaak verorberde. Trudies creaties leken iedereen te kunnen bekoren, want algauw was er niets meer over. Max kletste over koetjes en kalfjes met Elle en vroeg zich luidop af wat haar vriendje uitspookte. Tien minuten geleden was hij met Jules, Mudiwa en Oliver naar zijn kamer getrokken om hen een videospelletje te lenen. “Hij blijft toch wel heel lang weg, om alleen maar dat te halen”, vond Elle. Ze had het nog niet helemaal gezegd of de deur zwaaide open. Jules en Oliver gingen, gekleed als lakei tegenover elkaar staan en schetterden een feestelijk deuntje op een oude klaroen, terwijl Michiel, met Mudiwa op de arm, tussen hen door, de kamer binnenkwam. Hij was gehuld in een fluwelen, lange mantel en droeg een hoed. Prins Michiel, zonder wit paard weliswaar, maar dat kon ze 'r makkelijk bij denken.
Hij hield halt voor Max’ stoel, net op het moment dat de muziek stopte. Ieders blik was op hen gericht. “Lieve Max, deze is voor je verjaardag.” Hij knielde neer en knikte naar Mudiwa. Het kleine jongentje haalde een zwart doosje uit zijn gestreepte pofbroek en legde het mooi in Michiels vlakke hand. Max’ vriendje keek zijn vriendin in de ogen en opende zijn cadeau. “Voor altijd wij, toch?” “Ja!” Met een stralend gezicht wipte Max van haar stoel en kuste ze haar prins. Hij haalde een zilveren ring uit de mousse en schoof hem om haar vinger. “En dan verklaar ik jullie nu man en vrouw!” besloot Elle de zaak serieus. Lachend drukte Max haar lippen op die van Michiel. Het werd uiterst gezellig, die paar uren in het huis Anubis en de jongsten amuseerden zich kostelijk. De ooms en tantes hadden een hoop bij te kletsen, wat ze dan ook deden. Haar moeder was waarschijnlijk bezig over de nieuwe opdracht die ze op haar werk gekregen had, maar de verhalen van haar vader konden Max meer boeien. Met fel oplichtende ogen, vol passie vertellend, verhaalde hij zijn archeologische avonturen. Net toen hij een spannende afdaling gestart was, moest Nienke die noodgedwongen onderbreken. Het was vier uur en hun tijd hier zat erop. De tieners die er nu woonden kwamen nog net op tijd terug thuis om Max een gelukkige verjaardag te wensen, in tegenstelling tot Victor, die zijn kelder niet uit kwam om te delen in de feestvreugde. De hele groep – inclusief Michiel – nam afscheid van Trudie en zette opnieuw koers naar het huis van Nienke en Fabian. De gesprekken werden verder gezet alsof ze nooit onderbroken waren, Lilly nam de jongste meisjes mee naar boven en Jules en Oliver gingen op zoek naar een bal. Mick en Joyce waren, in tegenstelling tot de andere volwassenen, niet aangeschoven aan tafel, maar hadden de comfortabele zetel in de schaduw verkozen. Joyce werd naar eigen zeggen wat misselijk van de warmte en had frissere oorden opgezocht. Mick trippelde met twee vingers speels over zijn vrouw buik en liet er niet veel later een balletje afrollen dat hij handig terug opving. Joyce zelf bekeek het met een glimlach om de lippen. 28
Max was ondertussen afgeleid van het gesprek; haar aandacht werd volledig in beslag genomen door het stel dat lieflijk tegen elkaar aan zat. “Ach, God, wat schattig!” Vertederd keek nu ook Elle de twee hun richting uit. “Echt, hè?” verzuchtte Max. “Ze zijn zó lief samen.” “Dan had je jouw ouders eens moeten zien, Max.” Patricia kwam op de stoel naast die van Max zitten. “Je papa kon geen twee seconden van je moeders prachtige buik blijven. Mick en Joyce zijn inderdaad heel erg schattig, maar dat waren je ouders nog veel meer.” “Echt waar?” Max had vaak gehoord dat haar vader een erg verlegen jongen was geweest, die het woord zoenen amper durfde uit te spreken, laat staan dat hij Nienke op allerhande plaatsen durfde aan te raken. Nu was dat helemaal verdwenen, zoveel was duidelijk, maar hij was pas eenentwintig geweest toen zij geboren werd, wat haar vaak tot de vraag gebracht had hoe het kwam dat hij als eerste vader was geworden van de groep. Ze deelde haar gedachten met haar tante en vriendin. Patricia lachte. “Als je ons op ons zestiende gezegd had dat Fabian als eerste van ons negenen papa zou worden, hadden we je gewoon uitgelachen. Maar toen hij Anubis verliet, bloeide hij helemaal open. Ze trouwden op hun twintigste, tijdens hun studies. Fabian had zijn diploma archeologie, Nienke haar diploma literatuur, ze konden na school meteen aan de slag en tikten een huisje op de kop. Ze waren dolverliefd en we schrokken dan ook niet toen ze rond Kerstmis aankondigden dat ze vier maanden zwanger waren.” Elle wilde net wat vragen, maar Billie, Patricia’s dochter, kwam huilend aangerend en eiste meteen alle aandacht van haar mama op. “Het doet pijn!” schreeuwde de negenjarige. Ze toonde haar wijsvinger, waar dikke bloeddruppels vanaf drupten. “Billie wat heb je nu weer gedaan?” Kalm nam Patricia een schoon servet van de tafel en stelpte het bloeden wat. “Nienke, mag ik eventjes gebruik maken van je keuken?” “Ja, tuurlijk! Wacht, ik loop wel eventjes mee.” “Kom op, Billie, we gaan spoelen.” Ze greep haar dochtertjes vrije hand en nam haar mee naar de keuken. “Lilly!” Nienke riep haar driejarige dochter naar beneden, want die wist er zeker weten meer van. De peuter daalde met betraande wangen en hand in hand met Ferre de trap af. Nienke hurkte en dwong Lilly haar aan te kijken. “Ly, hoe is Billie aan die snee gekomen?” “Knip, bloed!” Lilly begon te huilen en sloeg haar kleine armpjes om Nienkes hals. Nienke vergat haar strengheid meteen, nam het kleintje stevig vast en aaide door diens haren. “Hé, shht, stil maar, liefje.” Met een troostende glimlach veegde ze Lilly’s tranen weg. “Ga je naar papa?” Lilly knikte zwijgend en rende de tuin in. “Jongens, wat is er nou gebeurd?” “We maakten een prinsessenkleed voor Aïsha en Billie hield de stof vast, terwijl Ferre knipte”, vertelde June. Aïsha was Lilly’s pop, die Fabian tijdens één van zijn vele reizen uit Zweden had meegebracht. “Billie keek om naar mij en net toen werd Ferre wat onvoorzichtig, waardoor ze verkeerd knipte.” “De volgende keer blijven jullie maar beneden!” besloot Noa, die ook binnengekomen was. “Nien, hebben jullie pleisters?” riep Joyce vanuit de keuken. Nienke snelde toe en rommelde in een kastje, waar ze felgekleurde pleisters uit haalde. “Kijk, Billie, nu mag je zelfs nog een kleurtje kiezen”, probeerde Nienke het meisjes verdriet wat te minderen. Billies ogen waren nog rood van het huilen, maar lichtten wel vrolijk op. Ze kreeg een felroze pleister opgeplakt van Joyce, die liefkozend nog een kus op het meisjes vinger drukte. Met z’n vieren keerden ze terug naar de tuin en werd het feest onverstoord verder gezet. Joyce en Mick kwamen weer aan tafel zitten en volgden geboeid de Afrikaanse oude verhalen die bewoners aan de archeologen verteld hadden. Ze konden Max zeker boeien, maar geen enkele verhalen vond ze mooier dan de Griekse mythes: ieder simpel natuurlijk element die de oude 29
Grieken omschreven, werden verklaard met dagdagelijkse, menselijke gebeurtenissen, uitgevoerd door talloze goden. Iedereen werd meegesleurd in de verhalen en voor ze ’t wisten was het zeven uur. Nienke haalde de grote manden belegde broodjes boven en daarna werd het stilaan donker bij het drinken van hun koffie. Het werd twee uur toen de laatsten vertrokken. De hele groep had helpen opruimen zodat het hele huis er in geen tijd weer keurig bij lag. Lilly was in slaap gevallen op de bank, haar duim in haar mond. In alle voorzichtigheid nam Fabian zijn dochtertje in de armen en drukte een zachte kus op haar voorhoofd. Nienke sloeg een arm om haar echtgenoot zijn middel en één om Max’ schouder, waarna ze het licht van de woonkamer doofde. Haar dochter had een prachtige dag gehad en deze nacht hoefde ze sinds drie weken niet in een kil en leeg bed te slapen. Moe maar tevreden sloot ze de deur achter zich. “LILLY!” Max verslikte zich in haar kop chocola en ook Fabian keek geschrokken op van zijn krant: zo boos klonk Nienke slechts heel zelden. “Wat is er, lieverd?” vroeg Fabian lief, proberend haar kwaadheid te doen minderen. “Lilly, boven komen, nu meteen!” schreeuwde Nienke, waarna ze zuchtend vervolgde: “Het is beter als je ook even komt kijken, schat.” Lilly gleed schuchter van haar stoel en ging haar niet-begrijpende vader voor op de trap. Max, nieuwsgierig als ze was, wilde nu ook wel eens weten wat er aan de hand was en glipte achter de twee aan. “Nou, verklaring?” Max stak haar hoofd om de deur en sloeg een hand voor haar mond. Uit een van de dure, elegante gordijnen was een groot stuk gescheurd. De link tussen Lilly en het gordijn begreep ze echter niet, maar die maakte haar moeder snel duidelijk. “Als je poppenkleedjes wilt maken, vraag je dat in het vervolg, begrepen?” klonk het kwaad. Haar vader nam het woord. Hij was ijzig kalm, maar zijn blik stond allesbehalve vrolijk. “Nee, mama, ze raakt geen schaar meer aan voor we uitdrukkelijk gezegd hebben dat ze dat wel mag, zo simpel is het. En nu mag je ’n halfuur de hoek in, hup!” Lilly boog haar hoofd en Max zag dikke tranen van haar wangen biggelen, terwijl Fabian haar hand nam en haar meenam naar beneden. Eenmaal beneden zette de kleuter haar keel open en haar grote zus had een beetje medelijden met haar, hoewel de straf verdiend was. “Weer een extra kost”, zuchtte Nienke. “We hebben nog niet genoeg aan ons hoofd.” Noodgedwongen moest Max die dag beginnen aan de voorbereiding van haar examens, wat ze niet bepaald leuk vond nu haar vader er was. Ze had een hele hoop te leren en startte over een week al. Tuurlijk besefte ze dat ze veel te laat van wal stak, maar ze had zoveel huiswerk gehad de laatste weken, dat het er niet van gekomen was. Met veel tegenzin stortte ze zich dan maar op haar leerstof. Die avond vertrok Fabian jammer genoeg al terug naar South Carolina, waar hij zijn resterend tien weken ging werken. “Doe voorzichtig, Faab”, knoopte Nienke hem in de oren voordat ze hem een afscheidskus gaf. “Papa! Snel bellen!” kraaide Lilly, terwijl ze haar armpjes naar ’m uitstrekte. Fabian pakte haar op en gaf haar een kus op de wang. “Doe ik”, antwoordde hij op allebei de bevelen. “Laat je me weten als je wat bijzonders ontdekt hebt, pap?” Fabian verzekerde zijn oudste dochter dat hij haar op de hoogte hield en kuste haar ook gedag. “Dag, lieverds!” Hij zwaaide nog even en stapte toen de taxi in. Max’ examens waren vlekkeloos verlopen. De tijd vloog ook, maar het meisje had van niet meer dan wat er zich in haar kamer afspeelde besef gehad. Maar alles was achter de rug en nu ze ook haar meer dan goede resultaten in ontvangst had genomen, kon ze gaan genieten van een fantastische zomer. 30
6 Dolle rit naar Schiphol “W{{r gaan we heen?” schreeuwde Max naar beneden. De tuinman snoeide de haag en binnenshuis was het nogal moeilijk om elkaar te verstaan. “Naar de dierentuin!” Max zuchtte. Na vier keer had ze ’t daar ondertussen ook allemaal gezien. Maar ach, ze deed ’t voor Lilly en daarna had ze nog twee maanden vakantie. Snel sms’te ze Elle en Michiel dat ze er vandaag niet was, waarna ze naar beneden ging. Nienke pakte de picknick in, terwijl Max met Lilly jassen en truien – voor het geval dat – bij elkaar zocht. “Jongens, zijn jullie klaar?” “Helemaal.” Glimlachend kwam Max de kamer binnen, met drie jassen en evenveel truien. “Lilly? Heb jij Lilly gezien, Max?” Max schudde haar hoofd. Ze was haar zusje uit het oog verloren bij het bijeen scharrelen van de kleding. “Ik ben er!” Zo snel als haar beentjes dragen konden, holde kleine Lilly de keuken in, met een doos koekjes in haar handjes. “Wat heb jij nu nog, Ly?” “Koekjes!” Vrolijk liet ze de verpakking zien. “Die was je vergeten, hè, mama?” “Lilly, je hoeft toch niet die hele doos mee te nemen? Ik heb genoeg andere lekkere dingen.” “Maar ik wil koekjes!” pruilde het kleintje. “Nou, dan neem ’r je toch gewoon eentje mee?” Nienke scheurde de doos open, viste er een pakje uit en stopte het in de rugzak. “Klaar?” De twee zussen knikten en liepen voor naar de auto. Na anderhalf uur rijden – Lilly had opvallend weinig gezeurd – parkeerde Nienke op de grote, aangelegen parking van de dierentuin. Ze konden vrijwel meteen naar binnen en Lilly’s aandacht werd onmiddellijk naar de zeehonden getrokken. Het werd de hele dag prachtig weer en aan hun lachende gezichten te zien, vermaakten de drie zich prima. Lilly was onder de indruk van alle dieren, maar vooral van de langnekkige giraffen en de logge olifanten. “Moet je zien, mama, wat een lange glijbaan!” kirde ze enthousiast, toen een giraf bladeren van een hoge boom verorberde. Na een hele dag ogen tekort gehad te hebben in het park, viel Lilly stil in de wagen. Ze was doodmoe van het rondrennen - ze had het immers voortdurend vertikt om in de kinderwagen te zitten - en viel tijdens de terugrit naar huis in slaap. De vakantie ging z’n gewone gangetje en Max vergat de gang op school en het Egyptische boek. Ze had zoveel te doen met Elle en Michiel dat ze geen tijd had om eraan te denken. Samen met Nienke en Lilly was ze al ettelijke keren op bezoek geweest bij familie. Bij Noa en Jeroen hadden ze het nieuwe zwembad getest, bij Appie en Aya was ze alleen langs geweest, om een avondje op Mudiwa te passen en met Patricia, Jasper en Billie waren ze een dagje naar zee geweest. Bij Amber en David vielen ze natuurlijk om de haverklap binnen, maar Mick en Joyce hadden ze al niet meer gezien sinds Max’ verjaardagsfeest. Niet verwonderlijk ook, want de twee spendeerden hun vakantie in New York, waarna ze nog twee weken bleven voor het kampioenschap waar Mick aan deelnam. Max vroeg zich af hoe Joyce het stelde. Ze was een goeie zeven maand zwanger nu en de geboorte was uitgerekend voor midden september. Stiekem hoopte de krullenbol dat de baby op een schooldag kwam, zodat ze tijdens de les naar buiten geroepen werd. Maar zoiets gebeurde natuurlijk alleen bij gezinsleden, niet bij onerkende familie. Haar gedachten vloeiden over in het nieuwe schooljaar. Haar vierde jaar op Sint-Allahonde. De tijd ging dikwijls verrekt traag, maar nader gezien vlogen de maanden voorbij. “Max?” 31
Het duurde even voor Max door had dat ze geroepen werd. Ze sprong de hangmat uit en liep al “ja, ik kom al” roepend naar binnen. “Het is papa, het is papa!” joelde Lilly. “Echt?” Op slag verscheen er een lach op Max’ gezicht en ze wachtte ongeduldig tot Nienke haar de hoorn gaf. “Hoi, pap!” “Hé, meid! Hoe gaat ’t daar?” “Best wel oké, maar het zou veel leuker zijn als jij er ook was!” “Ja, lieve schat, je weet dat ik niet zomaar een dagje vrij kan nemen, hè”, zei hij lief, waarna het eventjes stil bleef. “Maar vertel! Hoe gaat het bij jou?” nam Max de draad weer op. “Heel erg goed! Ik kreeg gisteren bezoek!” “Bezoek?” vroeg Max verbaasd. “Van wie dan?” “Mick en Joyce!” Aan zijn lach te horen, had hij van hun bezoek genoten. “Ze waren in New York, weet je nog? Mick behaalde trouwens een vierde plaats op dat kampioenschap!” “Wat goed! En hoe gaat ’t met tante Joyce?” “Prima. Ze zag er heel erg goed uit!” “Maar hé, pap, wat ik niet begrijp: konden ze gewoon op het terrein komen?” “Nee, tuurlijk niet! Ik werd naar een tent buiten het domein geroepen en daar zaten ze op mij te wachten.” “Van een verrassing gesproken”, lachte Max. “Ja, het was echt heel erg gezellig. Maar zus, ik moet er weer vandoor nu! Doe je de groetjes aan Lilly en mama?” “Doe ik! Dag pap, spreek je snel!” “Doeg, lieverd!” Door het gesprek met haar vader trok het oude boek haar aandacht weer. Donkere gangen, eeuwenoude grafkelders… ze werd er nogmaals aan herinnerd hoe verrukt ze was op Egypte. De archeoloog L. Smith sleepte haar mee in de spannende legendes, de piramidebouw en het harde werk van de vele slaven. Door het avondeten was ze gedwongen om het huwelijk tussen Isis en Osiris af te breken. “Waar zit jij de hele middag al?” “Ik lees papa’s boek over Egypte. Het is heel erg interessant, en dat vond hij vroeger geloof ik ook. Dat boek is zo versleten als wat”, grinnikte Max. In een flits trok er een grijns over Nienkes gezicht; ze wist best waarom dat ding zo versleten was. Honderden keren hadden Fabian en zij het uitgeplozen op zoek naar hiërogliefenbetekenissen. “Wat een verrassing, hè, dat Mick en Joyce langskwamen!” veranderde ze het onderwerp. “Zijn oom Mick en tante Joyce bij papa geweest?” piepte Lilly verontwaardigd. “Heeft hij dat niet verteld, Ly?” “Nee, er waren mooie pony’s!” kraaide de kleuter vrolijk, het vorige onderwerp al vergeten. “Als ik braaf ben, krijg ik er een, hé, mama?” Nienke knipoogde samenzweerderig naar Max. “Tuurlijk, liefje, als je groot bent!” Ze keuvelden nog wat en Max vulde de vaatwasser. Kort daarna trokken de drie zich samen terug achter de tv, waar ze de rest van de avond vertoefden. Het weer ging op en af en familie kwam en ging. Elle, Jeroen en Noa en ook Patricia en Jasper waren op reis. Mick en Joyce waren na hun vakantie de foto’s komen tonen uit Amerika, inclusief die van het archeologisch domein. Max had zwijmelend gezucht bij het zien van het grote domein. Ze verlangde er zo naar om dit met eigen ogen te zien. Midden augustus, tien dagen voor het nieuwe schooljaar, wekte Nienke haar dochters in paniek, telefonerend. “Kom op, haast je! Trek wat aan en help Lilly!” 32
Nienke ratelde aan één stuk door in het Engels en hoewel Max druk in de weer was met haar zusje kon ze af en toe wel een woord als ‘plain’ of ‘hospital’ opvangen. Niet veelbelovend dus. Na een drukke twintig minuten zaten ze al in de auto op weg naar, voor zover Max het had afgeleid, Schiphol. Nienke raakte een aantal keren bijna van de baan toen ze overstuur haar mobieltje probeerde te grijpen. “Mam, doe nou rustig!” maande Max haar aan, na een zoveelste keer slingeren. “En vertel me alsjeblieft wat er aan de hand is.” Nienke keek haar dochter even twijfelend aan. Net toen ze “oké” wilde zuchten, ging haar mobieltje. “Ik neem ’m wel, let jij maar op de weg.” Max nam op en hoorde de bezorgde stem van Amber. “Nien? Max, hoe is het met Nienke?” vroeg ze verward. “Weet ik niet. Ik geloof nogal slecht, ze is in de war en helemaal overstuur.” “Ja, begrijpelijk”, klonk het blikkerig. Ze had een brok in haar keel, hoorde Max, en ze snikte. “Tante Amber, huil je? Waarom? Weet jij wel wat er aan de hand is?” Max’ stem schoot de hoogte in en ze kon ieder moment zelf gaan huilen. “Lieverd, het is aan je mam om het je te vertellen. Maar wacht een beetje, nu Lilly erbij is. Zij krijgt ’t in alle rust te horen.” Er werd ingehaakt en verbouwereerd hield Max de mobiele telefoon nog steeds tegen haar oor. De rest van de rit bleef het muisstil, zelfs Lilly voelde de spanning die haar van spreken weerhield. De ‘trip’ eindigde inderdaad in Schiphol, waar het drietal met snelle pas richting hoofdgebouw ging. “Ga jij met Lilly daar zitten, dan ga ik eventjes iets checken aan de balie.” Max nam haar zusje gehoorzaam mee naar een rij plastic stoeltjes terwijl ze haar mama nauwlettend in de gaten bleef houden. Maar al snel wendde ze haar blik af, omdat ze er zenuwachtig van werd zelf niets te kunnen horen. Ze keek wat rond, op zoek naar afleiding en zag in haar ooghoek de letters van de displays veranderen van SOUTH CAROLINA in GEANNULEERD. Vreemd, dacht Max fronsend, dat is het land waar pap zit. En mama ook in paniek hierheen… Ik hoop dat er niets aan de hand is met ’m. “Max, kijk!” Lilly stootte haar zus aan en wees op een grote groep mensen die zich verdrong onder een grote televisie. ‘Vijf archeologen komen om – South Carolina’, kopte het scherm, met grote letters. Max dacht even van haar stokje te gaan. Haar moeder in paniek, Engelstalige telefoontjes, een dolle rit naar Schiphol… Alle puzzelstukken vielen in elkaar; er was inderdaad iets aan de hand met haar vader! Zonder twijfelen greep ze Lilly, drukte haar dicht tegen zich aan en begon te hollen richting balie.
33
7 Zeg me alsjeblieft dat hij niet dood is? “Mam! Mama! Is hij dood? Zeg alsjeblieft van niet!” snikte Max. Nienke staarde haar dochter verbijsterd aan. “Hoe weet jij…?” Max knarsetandde. “Ik weet alles, mama! En weet je hoe ik het te weten moest komen? Via de tv! Terwijl jij hier al bijna twee uren van op de hoogte bent, moest ik het te horen krijgen als een buitenstaander!” Waarschuwend sperde Nienke haar ogen open, nonchalant knikkend naar Lilly, die nog steeds op Max’ arm zat. Maar het maakte Max op dit moment niet uit wat Lilly hoorde en wat niet. Alles begon te draaien voor haar ogen, haar benen trilden als riet en de grip om haar kleine zusje verslapte. Uiteindelijk werd alles zwart en raakte haar achterhoofd de koude tegels die zich zojuist nog onder haar voeten bevonden hadden. Wanneer Max weer ontwaakte, besefte ze even niet meer waar ze zich bevond. Maar het geroezemoes en vluchten die afgeroepen werden, deden alles terugkeren. “Waar is papa?” riep ze in paniek. “Mooi, je bent weer wakker.” Haar moeder hielp haar overeind. “Dan kunnen we Lilly terug gaan ophalen.” Max zag dat ze zich op de medische post bevonden en dat het oncomfortabele ding waar ze op zat een bed was. Ze wilde alles weten, maar beheerste zich, uit respect voor andere patiënten. Eens ze de grote hal weer in waren, brandde Max los. “Hoe kun je nou zo koel blijven terwijl papa misschien wel dood is?” schreeuwde ze. “Max, alsjeblieft, gedraag je!” snauwde Nienke, maar er schitterde een twinkeling in haar ogen. “Wat bazel je nou, mam? Hij is misschien dood, dringt dat tot je door? Dan kan ik toch niet mooi naast je gaan lopen, alsof er niets aan de hand is!” Ze schreeuwde nog steeds, en warme tranen rolden over haar wangen. “Laat het me uitleggen”, begon Nienke kalm. Ze nam haar dochter mee naar enkele zeteltjes en ging zitten. “Ik snap echt niet waarom je plots zo doodnormaal doet! Deze ochtend rende je voortdurend in paniek door het huis!” “Max, kijk. Papa is inderdaad in het getroffen gebied, maar vóór tien minuten geleden wist ik niets. Enkel dat er doden waren, meer niet. Ik wist niet wie, hoeveel, en zelfs informatie over Fabian wilden ze niet vrijgeven.” Ze zuchtte. “Ik heb doodsangsten uitgestaan, Max, maar ik kreeg zonet bericht dat hij gewond is, maar buiten levensgevaar.” “Wat?” fluisterde Max. “Hij is niet dood?” Haar hart bonkte tien keer sneller in haar keel en een warme gloed deed de koude in haar lichaam verdwijnen. “Nee, lieverd, daar wacht hij nog wel een tijdje mee”, glimlachte Nienke, waarna ze haar van geluk huilende dochter een knuffel gaf. “Hij wordt overgebracht met een helikopter. Dokters hebben hem meteen geopereerd, maar daarna wilde hij koste wat het kost naar huis. Zijn toestand is stabiel, dus de dokters zagen niet in waarom hij niet naar huis terug zou kunnen. Hij vertrekt pas deze middag, met een medisch team binnen handbereik.” Ondertussen hadden ze de balie bereikt, waar Lilly opgevangen werd. “Komt papa terug? Komt papa terug?” vroeg ze, enthousiast stuiterend. “Ja, lieverd, papa komt terug. Maar wel pas vannacht.” De rest van de dag kroop heel erg traag voorbij. Nienke kreeg voortdurend telefoontjes van bezorgde familieleden en Max kreeg Elle en Michiel ook aan de telefoon. Ze waren allemaal doodongerust, maar Nienke en Max verzekerden hen dat alles goed zou komen. Het wachten duurde echter lang en werd lastiger naarmate de dag vorderde, omdat Lilly begon te jammeren uit verveling en door de drukkende warmte. Ze had de hele dag al praatjes gemaakt met mensen die op en af liepen op de luchthaven, vrolijk rondgerend en was samen met Max wat 34
te eten gaan halen, en dat alles onder toeziend oog van Nienke. Maar toen het tien uur ’s avonds werd, viel Lilly in slaap en moesten Max en Nienke moeite doen om niet in te dommelen. Rond een uur of vijf in de morgen kwam er eindelijk schot in de zaak, toen een personeelslid hen kwam melden dat de helikopter geland was en ze bij poort 19 terecht konden. Nienke wekte de kleinste niet, maar nam haar slapend mee in haar armen. “Daar komen ze.” Max beet zenuwachtig op haar nagels. Ze wist totaal niet hoe haar vader eraan toe was. “Fabian…” Nienke sloeg een hand voor haar mond toen haar man binnen handbereik was. Hij was onherkenbaar. Enkel zijn typerende donkerblonde krullen verraadden dat wel degelijk Fabian Ruitenburg in het rolbed lag. Zijn gezicht zat onder sneden, wonden, hechtingen en pleisters, zijn ogen waren gesloten. Hij droeg een halskraag, zijn rechterarm werd ontsierd door gips en aan de dikte van zijn rechterbeen onder het laken te zien, was die ook gebroken. “Papa…?” Max strekte haar vingers uit naar haar vaders wang, toen het bed tot stilstand gekomen was, maar ze deinsde snel weer achteruit. “Mevrouw Martens?” Een brede, forsgebouwde, zwarte man legde haar uit dat Fabian naar het ziekenhuis in de stad vlakbij hun huis zou worden gebracht. Ze spraken af dat Nienke de ambulance zou volgen. Nienke was doodop en was dan ook blij dat Max haar gedurende de halfuur durende rit aan de praat hield, om de slaap te verdringen. Het werd half zes en ze reden de stad binnen. Het witte, geblokte gebouw met ‘ziekenhuis’ in neonverlichting doemde op en niet veel later reden ze de parking van de spoedafdeling op. Het was al half licht en de verlichting op het parkeerterrein was – wegens besparingen, dacht Max – al uitgeschakeld, waardoor er alleen vage contouren tegen het ochtendlicht afstaken. Het enige wat op het domein weerklonk, waren de piepende wieltjes van het rolbed. Lilly vertoefde nog steeds in dromenland. Met de slapende kleuter in haar armen en Max naast zich, volgde Nienke de brigade het ziekenhuis in. “Mevrouw Martens,” begroette een man in wit kostuum de familie, “ik ben dokter Dirickx. Ik ben op de hoogte van de situatie en zal uw man verder onder handen nemen.” Nienke knikte dankbaar, maar had de kracht niet maar om die uitdrukking om te zetten in woorden. Een van de verpleegsters meldde haar dat Fabians kamer in orde gebracht werd, hij nog even onderzocht werd en ze daarna bij hem konden. Met z’n drieën namen ze plaats in de plastiek stoeltjes van de wachtzaal. Een verpleger bracht hen een kop koffie en een blikje cola, maar ondanks de sterke slaap die in hen woedde, bleven die onaangeroerd. Uiteindelijk, na een halfuur, verscheen dokter Dirickx en konden ze bij Fabian op de kamer komen. Hij werd een aantal dagen in een kunstmatige coma gehouden, omdat de pijn anders niet te verdragen zou zijn, dus moesten ze even aan het idee wennen dat ze Fabian de komende dagen alleen zouden zien slapen. Ze werden doorverwezen naar kamer 428, op de vierde verdieping. “Hé, lieverd, hier zijn we dan!” “Hoi, pap”, bracht Max moeizaam uit. Ze vond het vreemd om gedag te zeggen tegen iemand die haar – waarschijnlijk – toch niet hoorde. “Lilly is er ook, maar ze slaapt. Ze is de hele dag al druk, dus laten we haar liefst eventjes.” Er viel een stilte, maar niemand verbrak die. Max en Nienke namen elk plaats langs een kant van het bed en staarden. Staarden naar de prachtige man, de lieve papa, die verborgen zat onder de littekens. Een uur lang werd er geen woord gesproken, maar plots stelde Nienke voor om naar huis te gaan. Hier konden ze niets meer doen en thuis lagen nog een heleboel telefoontjes te wachten, nadat ze geslapen hadden. Max stemde in en een kwartier later lag ze doodmoe maar gerustgesteld in bed, waar ze als een blok in slaap viel. 35
Max sliep de klonk rond, aangezien ze 24 uur niet geslapen had. Nadat ze zich opgefrist had, was er nog even tijd om Fabian gedag te zeggen. Lilly was nieuwsgierig en huppelde zoals gewoonlijk levendig op en neer. Dat alles in tegenstelling tot Nienke, die na vier povere uurtjes slaap het ene telefoontje na het andere gekregen had, waarin ze voortdurend moest herhalen wat er allemaal gebeurd was. “Weet je zeker dat nog mee wilt, mama?” vroeg Max bezorgd. Nienke knikte slaperig en greep naast de plek waar haar autosleutels lagen. “Oké, zo laat ik je niet rijden! Ik bel tante Amber wel.” Nienke plofte zonder morren neer op de bank, naast Lilly, die alle tekenfilmkanalen afzapte. Vijf minuten na Max’ telefoontje arriveerde Amber, met Elle en Michiel op de achterbank. Max snelde naar de auto en omhelsde de twee dankbaar. “Ik ben zo blij dat jullie meegaan, jongens, anders weet ik echt niet wat ik moet vertellen.” Elle en Michiel kenden het hele verhaal al, wat Max weer wat tijd uitspaarde. Michiel was al twee dagen bij Elle: vanaf het moment dat hij op de hoogte was geweest, was hij daarheen getrokken, zodat hij alles minutieus te horen kon krijgen. Hij was erg bezorgd geweest en heel erg blij dat alles nu weer goed ging. Max zuchtte opgewekt in gedachten; Michiel was het beste vriendje dat ze zich maar kon wensen. Het bezoekje werd een eentje van heel korte duur. Na eerst een heel eind aandringen mochten de niet-familieleden dan toch mee naar binnen, maar na tien minuten werd de meute alweer buitengezet omdat “de patiënt rust en stilte nodig had”. Max had graag nog wat gezelschap gehad, tot ze Nienke zag, die bijna omviel van de slaap. Amber bracht hen naar huis, Max bedankte en bracht haar mama naar diens kamer. “Max, meisje, leg je de tv even voor me aan? Ik wil weten hoe de andere slachtoffers eraan toe zijn”, mompelde Nienke, terwijl ze zich op bed hees. Max schakelde de tv in en twijfelde of ze haar mama zou vragen wat er nou precies gebeurd was in South-Carolina. Straks, nam ze zich voor, laat ik haar eerst maar even op rust komen van de voorbije twee dagen. Behulpzaam ging ze Nienkes pyjama zoeken in de badkamer. Toen ze terugkwam, en net besloten had dat ze Nienke wel naar het ongeluk kon vragen, trof ze haar moeder weggezakt in de kussens terug, haar ogen gesloten en haar borst vredig op en neer deinend; ze sliep. Na enkele dagen in een kunstmatige coma, nam Fabian waarschijnlijk niet zoveel pijn meer waar, aangezien het trio hem ontwaakt, maar toch nog versuft in zijn ziekenhuisbed aantrof. “Papa!” Max drukte een klinkende kus op zijn wang en ook Lilly wilde een knuffel. “Gaat alles goed? Wat is er nou gebeurd?” “Max, laat ‘m eventjes; hij is net wakker!” “Ah nee, lief, ik vertel ’t beter allemaal nu”, glimlachte Fabian. “Maar…” “Het is oké”, verzekerde hij haar fluisterend. Met wat moeite ging hij rechtop zitten en begon hij zijn verhaal: “We waren ’s morgens gestart, zoals gewoonlijk, ’s middags hadden we lunch, ook volgens schema. Maar toen het rond vijven begon te draaien, kwamen er enorme stapels zwarte wolken opzetten. Er was ons enkel een bui voorspeld, maar niets heftigs, dus bleven we verder werken. Een halfuur daarna echter, sloeg het noodweer toe. Er was bliksem, donder, een gordijn van regen dat ons niet verder dan twee meter kon laten kijken en wind, een windhoos die onze gezichten haast openreet. Met z’n allen vluchtten we richting ons tenten. We bleken veilig te zijn: naast het feit dat de wind ons bijna van onze sokken blies, was alles oké. Totdat…” Fabian stopte even en haalde diep adem. “Totdat de wind zijn hoogtepunt bereikte en de rotsen boven ons tentenkamp loswrikte. Een tent werd volledig verpletterd, de andere tenten kregen de kleinere rotsblokken. Na wat ik daarna gehoord heb, ben ik mijn bewustzijn verloren door een van de kleine rotsblokken die op mij terecht gekomen was. Het eerste wat ik me daarna herinner is de smetteloze, witte ziekenhuiskamer waar ik heen gebracht was na de operatie. En ik geloof dat jullie de rest van het verhaal kennen.” Hij probeerde de feiten wat vrolijk te maken met een glimlach, maar uit Nienke was geen vrolijkheid te halen. Max had vriendelijk gegrimast, maar 36
haar moeder zat er verslagen bij. Een hand van angst voor haar mond, wijd opengesperde ogen van schrik. Pas na enkele tellen kwam ze tot het besef dat Fabians verhaal afgelopen was. “Je… a- ik… Je gaat er niet meer heen!” brieste ze resoluut. “Ik had je zo duidelijk gewaarschuwd en toch… Je was bijna dóód, begrijp je dat dan niet? Jij dient hierna je ontslag in, begrepen?” Ze klonk als een moeder tegen haar zoon. Een rode blos verscheen op haar wangen, zweet glom op haar bovenlip en haar ogen spuwden vuur. Ze ademde luid na haar tirade. “Dit was Amerika, schat, daar kennen ze nou eenmaal zulke stormen! Niet enkel ons deel was getroffen! Dit heeft allesbehalve een verband met vroeger!” probeerde hij het te relativeren. “Dit is géén toeval, Fabian! Ik voelde het, net als toen. Je bent een workaholic die geen gevaren wil zien”, schreeuwde Nienke. Fabian zweeg abrupt bij die woorden en leek nu pas te merken dat Max en Lilly er nog steeds waren. “Waarom wachten jullie niet even op de gang?” stelde hij voor, met een vermoeide glimlach om zijn lippen. Max knikte zwijgend en loodste Lilly mee naar buiten. Net toen de deur dichtgetrokken was, brak de ruzie alweer los, die zeker tot op het einde van de gang duidelijk te horen was. Het maakte niet echt uit of de meisjes nu binnen of buiten de kamer stonden, aangezien ze nog steeds ieder woord konden verstaan. “Weet je wat, Ly?” vroeg Max lief. “Wij gaan wat drinken in de cafetaria, vind je dat goed?” Lilly knikte en nam Max’ uitgestoken hand beet. Zwijgzaam roerde Max in haar kopje warme chocola. “Wat een blij weerzien”, mompelde ze ironisch. “Was hij maar gebleven zoals de vorige dagen, toen was alles tenminste vredig en rustig.” Max schrok van haar eigen luidop gedachte bedenkingen, tuurlijk wilde ze dat niet! Ze hoopte maar dat het bij een enige ruzie bleef, al had ze geen idee hoelang die zou gaan aanhouden. “Wat doen jullie hier?” Max keek op en zag de verbaasde ogen van Amber. “Hé”, begroette Max haar lusteloos. “Papa is wakker.” “Nou begrijp ik helemaal niet meer waarom jullie dan hier zitten.” Max legde in sneltempo uit wat er aan de hand was en Ambers verbazing werd met de seconde groter. “Zijn ze nou helemaal?” riep ze. Ze negeerde de verstoorde blikken van enkele mensen en dwong haar nichtjes op te staan. “Kom op, we gaan erheen!” “Zijn jullie niet verleg-!” schreeuwde Amber toen ze kamer 428 binnenstormde, maar ze bleef met open mond in de deuropening staan. Max en Lilly hadden moeite gehad met het bijhouden van hun tante, maar wurmden zich nu langs haar heen om te zien wat er aan de hand was. De hele kamer was ondergedompeld in een diepe stilte en Nienke zat niet meer op haar stoel. Ze lag naast Fabian in bed, haar hoofd op zijn borst, knieën opgetrokken. Haar lichaam ging zachtjes op en neer, telkens als Fabian ademhaalde. Zijn vingers waren in de hare verstrengeld, zijn andere hand ondersteunde haar rug. Max had geen idee hoe deze tegenovergestelde situatie tot stand was gekomen, maar ze sliepen wel degelijk. Samen met Amber waren Max en Lilly naar hun tantes huis mee geweest, waar Nienke een dik anderhalf uur later schuldbewust op de stoep stond. Max zat met Elle voor de buis, maar hoorde haarscherp de woorden van haar mama’s verhaal. “… Ik schaamde me dood dat ze ieder woord hoorden! Maar toen kuste hij me en… Dat vertelde gewoon alles wat we met onze woorden bedoeld hadden. We waren allebei zo bang, hebben elk een verklaring voor de oorzaak, terwijl het er gewoon op neer komt dat we elkaar niet kunnen missen.” Voor Max zei dit genoeg en met een glimlach om haar mond richtte ze haar blik weer op de tv. 37
De laatste week van de vakantie brachten de drie vrouwelijke Ruitenburgs vooral door in het ziekenhuis, maar uiteindelijk gold voor Max en Lilly dezelfde regel als voor iedereen: ze moesten terug naar school. Max zag op tegen de vele vragen en starende blikken; iedereen kende immers de dochter van archeoloog Ruitenburg. Maar eenmaal ze met Elle en Michiel de vertrouwde school binnen liep, besefte ze dat dit dé manier was om haar zinnen te verzetten. Enkelen polsten naar de toestand van haar vader, maar verder besteedde niemand er veel aandacht aan. “Oké, Max, dan kom jij hier en Anna ernaast. Eens kijken wie we nou nog hebben. Jelle, jij kan hier wel voor Anna en dan komt Elle voor Max. Goed, dan zal ik nu jullie lessenroosters uitdelen.” Max had absoluut niet gedacht dat mevrouw Boom zo’n vrolijke prater was. Hun nieuwe klastitularis mocht er dan wel streng uitzien, ze was het in ieder geval niet. En vreselijk spijtig voor Anna dat ze Elle net voor Max’ neus plaats gegeven had, want ze konden het allebei niet volhouden om vijf minuten te zwijgen als ze bij elkaar in de buurt zaten. De eerste schoolweek was in een mum van tijd voorbij. Eindelijk kwam Fabian weer thuis – weliswaar in een rolstoel, maar hij hoefde in ieder geval geen volle dagen meer in het witte kamertje te vertoeven. Vrijdagavond na schooltijd gingen ze ’m ophalen, waarna ze eerst nog even een toertje in het stadspark gingen maken, voor ze uiteindelijk naar huis gingen. “Mmm… wat ruikt het hier heerlijk!” snoof Fabian toen hij de kamer ingerold werd. “Mama heeft een visschotel gemaakt!” Er werd nog even gekletst en niet veel later konden ze aan tafel. “Pap, heb jij - oh, hallo, meneer Lauwers. Wat brengt u hier?” Het hart bonkte Max in de keel. Als haar directeur hierheen kwam, lag er meestal niet veel goeds in het vooruitzicht. “Ik kom je papa bezoeken”, antwoordde het schoolhoofd. “Aangezien ik geen goede herinneringen heb aan ziekenhuizen, kom ik nu pas langs.” Zijn glimlach verdween en een vlaag van gemis trok over zijn gezicht. Zijn gedachten waren ongetwijfeld bij de overleden archeologen. En nu werd plots het verband duidelijk waar Max al weken naar op zoek was. School, meneer Lauwers, Egypte. Dààrom deed het voorbeeld in het Egyptisch boek haar denken aan de gang op school! Maandag, besliste ze, is het tijd om weer een kijkje te gaan nemen. Het was zaterdag en hoewel haar papa net thuis was, cancelde ze haar Anubisavondje niet. Ze was er sinds het hele gebeuren met Fabian, drie weken geleden, niet meer geweest en vond het hoog tijd om alle bewoners nog eens te spreken. Af en toe was ze deze week iemand tegengekomen, maar echt tijd om bij te kletsen, had ze toen niet gehad. “Hé!” Max nam haar vriendje in een stevige omhelzing en snoof zijn vertrouwde geur op. “Ik ben echt blij dat je er bent, we hebben nog een heel stuk bij te kletsen!” Max knikte. Enkel deze week in de pauzes hadden ze eventjes kunnen praten, maar die vulden twee weken niet zo snel op. “Kom op, Trudie heeft een berg koekjes gebakken en als we niet heel snel zijn, eet de rest ze op!” lachte Michiel. Hij nam Max’ hand en trok haar de woonkamer in. “Max!” klonk het in koor vanaf de tafel. “Had ik al gezegd dat de koekjes erg in de smaak vielen?” grinnikte Michiel met een blik op de koekjesberg die al flink geslonken was. Max lachte. “Dat had je inderdaad.” Ze schoven elk een stoel bij en graaiden een koekje uit de grote hoop op tafel. “Mmm, Tru, héérlijk”, zuchtte Max verrukt. “Ah, Max! Ge zijt er! Oe ist met uw papa?” Bij die vraag waren plots acht paar ogen meer op haar gericht. 38
“Gaat helemaal goed, hoor! Hij is nu thuis en doet alles een beetje rustig aan. Mama is natuurlijk superblij dat hij er weer is en Lilly belaagd hem zoals gewoonlijk weer met duizend en één vragen.” “Da’s goed om te horen”, glimlachte Trudie, waarna ze weer de keuken in verdween. “Meid, nu moet je ons echt eens gaan vertellen wat er allemaal gebeurd is. Het nieuws had het steeds alleen over dat rotsblok en die doden”, zei Marie. Max moest eventjes nadenken voor ze weer wist haar papa haar verteld had, maar stak vervolgens van wal. Ze vertelde over het noodweer, de wind die alles in het honderd deed lopen, haar eigen ervaringen op Schiphol en uiteindelijk het ziekenhuis. “Wow”, was het enige wat Lars eruit kreeg. “Wat heftig allemaal”, zei Merle zacht. “Maar alles is weer goed nu! Enkel zijn arm en been zitten nog in het gips, maar hij redt het wel. Al vrees ik ervoor dat mama ‘m nooit meer op expeditie mee laat gaan.” “Ma zoeteke, da waait wel over”, verzekerde Trudie haar. “Uw mama houdt veel te veel van uw papa om hem ongelukkig te zien.” Dat klonk inderdaad erg wijs en logisch, maar Max wist zeker dat haar moeder hem liever thuis en ongelukkig dan dood zag. “Pieker er nou maar niet teveel over”, sprak Michiel bemoedigend, “het is hun beslissing. Ze zullen hoe dan ook de juiste keuze maken.” Daarmee was het onderwerp afgerond en al discussiërend probeerden ze allemaal het geheime koekjesingrediënt te vinden. Maar aangezien niemand echt een fijnproever was, werd de zoektocht vroegtijdig stopgezet en gingen ze gezellig met z’n allen in de tuin zitten met een groot bordspel. Alweer hadden Max en Michiel het niet getroffen. Ze wilden een halfuurtje met z’n tweetjes, maar Jonah zat op zijn kamer muziek te luisteren en een drietal bewoners waren in de tuin blijven plakken. “Nou, ik heb zo ’t gevoel dat we de zolder maar weer eens op moeten”, besloot Max luchtig, maar geamuseerd. “Max… Je weet hoe ik erover denk…”, sputterde Michiel tegen. “Ik dacht niet dat ik je de vorige keer had horen klagen”, gniffelde Max ondeugend. “Als het echt moet”, zuchtte hij quasiongeïnteresseerd. “Mallerd”, lachte Max en ze rende de trap met twee treden tegelijk op. Eenmaal voor de zolderdeur peuterde ze een speldje uit haar haren, waarmee ze met een droge klik de deur van het slot haalde. Op hun kousenvoeten slopen ze de trap op, naar de eigenlijke zolder, die hen met een krakend deurtje toegang bood. “Pfiew, wat een hitte!” blies Max. Ze probeerde haar trui uit te trekken, maar kwam vast te zitten. “Wacht, laat mij maar”, lachte Michiel, terwijl hij haar uit de penarie hielp. “Veel beter”, glimlachte Max. Met een zwoele beweging gooide ze haar trui ergens tussen de oude spullen, om vervolgens haar armen om Michiels hals te slaan. “Veel, veel, véél beter.” Zijn lippen raakten zachtjes de hare voor een lieve, zachte kus. Max liet haar handen via zijn hals naar zijn haren gaan en liet haar lippen sneller gaan, op het ritme van haar handen. Hij reageerde een fractie van een seconde later en dwong haar met zijn sterke lijf een paar stappen naar achter. Max bleef haperen met haar voet, verloor haar evenwicht en viel achterover. De grond lag sneller onder haar dan ze had verwacht en voelde ook niet hard aan. In het valproces had ze geen tijd gehad om haar vriendje los te laten, waardoor hij nu bovenop haar lag. “Huh? Wat is dit?” vroeg Michiel. “Ehm, Max op de grond met Michiel boven op zich”, antwoordde Max bijdehand, die Michiels vragende blik niet begreep. “Nee, dit! Kijk dan, het is een… bed!” Max’ ogen werden groot van angst. “Bedoel je dat Victor hier kindertjes opsluit?” “Nee, mafkees!” schaterde Michiel. “Maar hier moet ooit iemand geslapen hebben.” “Kan het niet gewoon een reservebed zijn?” opperde Max. 39
Michiel schudde zijn hoofd. “Bathist heeft een tweetal jaar geleden zijn bed kapot gemaakt en toen heeft Victor een nieuw gekocht. En er staan hier nog meer meubels”, zag hij. Max stond op en bekeek alles. Op het bureau lagen enkele oude fotokaders (waar de foto’s uit verdwenen waren), een stoffig glas en op een memobord stond nog tekst geschreven. Het zag er niet naar uit dat de laatste zolderbewoner veel moeite of tijd genomen had om alles netjes achter te laten. “Michiel! Max! De film begint zo!” schetterde Marie door de hal. “Shit”, vloekte Michiel binnensmonds. “Kom op, we moeten hier weg!” Max liet zich bij haar arm grijpen en meesleuren tot ze zich realiseerde dat ze een kledingstuk miste. “Michiel,” siste ze, “mijn trui!” “Ga ‘m snel halen dan!” Hij liet haar hand los en daalde stil de trap al af. Halen… Als ze nou geweten had waar ze ’m gelaten had, hoefde halen nu niet te veranderen in zoeken. Op de tast ging ze op zoek naar wat zachts tussen de vele logge, in duister gehulde, voorwerpen. Op handen en voeten ging ze in cirkels de zolderkamer rond. “Ah!” “Wat? Heb je ‘m?” hoorde ze Michiel fluisteren. “Nee, ik heb m’n knie gestoten!” “Schiet op!” Maar Max had even geen haast meer. Ze was gefascineerd door het houten kistje dat haar zoektocht belemmerd had. Het was perfect rond, enkel onderaan afgeplat, zodat het rechtop kon staan. Ooit hadden er zwierig krullende letters op gestaan, maar die leken weggekrast met een stomp voorwerp. “Mah-ax!” klonk het ongeduldig. De krullenbol keerde terug naar haar eigenlijke bedoeling en vond uiteindelijk haar trui op een kastje ergens tegen de muur. “Hebbes!” Stil en met een snelle pas ging ze de trap af. “Mooi.” Michiel greep de klink al beet, maar zijn meisje hield hem tegen. “Ik heb op zolder een rond kistje gevonden, met een onleesbare gravure erin.” “Dat is heel erg interessant, Max, maar Marie heeft al tweemaal staan bulderen!” “Maar ik kan het heel snel in je kamer verstoppen!” probeerde Max. “Nee, ik zei – Op mijn kamer? Ik dacht dat je ’t wilde laten zien, niet meenemen! Meid, zoiets kunnen we helemaal niet meenemen; als Victor het zou missen, zijn we er gloeiend bij!” “Maar-!” foeterde Max. “Nee, Max”, zei Michiel resoluut. Met tegenzin liet Max zich meenemen naar beneden, waar iedereen hen vreemd aankeek vanwege de vegen op hun kleren. Michiel negeerde hun blik en vroeg luchtig weke film ze zouden kijken. Hij zakte naast zijn vriendinnetje neer, sloeg een arm om haar heen en trok haar wat dichter. Max bleef de hele avond stil en volgde de film maar half. Haar gedachten dwaalden voortdurend af naar het kistje op zolder. Allerlei speculaties over de inhoud ervan schreeuwden in haar hoofd en ze kon ze niet tot stoppen brengen. Ook bij het afscheid nemen, was ze wat afwezig en hoorde ze de flauwe grappen die Lars over haar dromerigheid vertelde niet. “Zie ik je snel?” vroeg Michiel lief. Max keek hem even verward aan en knikte. “Oké. Doei.” Met een laatste, piepklein kusje op zijn wang vertrok ze. Maandag. Vandaag ging Max opnieuw de gang in, na de lessen. Na Duits bleef ze wat treuzelen in klas en zei ze Elle dat ze alvast naar de fietsenstalling kon, omdat ze nog was moest vragen. Als één van de laatsten verliet ze de klas en een eindje verderop, in de wc’s, wachtte ze tot de kust veilig was. Enkele minuten later was het muisstil in het schoolgebouw en verliet Max haar schuilplek. In uiterste voorzichtigheid begaf ze zich naar de deur die de doorgang versperde. Net als vorige keer dacht ze dat die zou meegeven met een simpele duw, maar zo makkelijk lukte het haar nu niet. De deur zat op slot. 40
“Nee”, kreunde Max. Als eerste reactie keek ze rond of er ergens een sleutel op de grond te vinden was, zonder resultaat. En toen ze voetstappen hoorde, was de hele mislukking compleet. Schichtig keek ze om zich heen en vluchtte het dichtstbijzijnde – weliswaar open – lokaal in. Met een versnelde ademhaling drukte ze zich tegen de muur en wachtte ze bang af. “Nou dacht ik echt dat ik iemand gehoord had”, hoorde ze iemand mompelen. Zijn voetstappen stierven weg en toen Max het lokaal weer uitkwam, kon ze nog net meneer Lauwers vanop de achterkant herkennen. “… snap er helemaal niets van! Waarom moest je ook alweer daarvan de vierkantswortel nemen?” “Omdat je anders je formu- Hè, wat doet tante Joyce nou hier?” vroeg Max verbaasd, toen ze de rode Mini Cooper voor de deur zag staan. “Misschien is ze hier met haar baby”, antwoordde Elle vrolijk. “Gekkie…” “De baby!” riepen ze plots in koor. In zesde versnelling gooiden ze hun fietsen in de graskant en holden ze naar binnen. “Pap! Papa!” schreeuwde Max. Ze vond Fabian terug in de woonkamer, in zijn rolstoel. “Papa, is tante Joyce hier? Is ze aan het bevallen?” Fabian staarde wezenloos voor zich uit en gaf geen respons. “Kom op nou, papa!” “Laat ‘m maar eventjes”, klonk een lieve stem. “Tante Patries?” vroeg Elle verbaasd. “Wat doe jij nou weer hier? Ik bedoel, de enige die ik verwachtte was tante Joyce…” Patricia glimlachte. “Ik dus ook. Maar ik was te laat, Joyce is ondertussen al naar het ziekenhuis. Ik wacht nu hier tot Mick er is, want hij kan nooit in zijn uppie de weg in het ziekenhuis vinden als hij op is van de stress.” “Oké, ik begrijp er helemaal niets van! Kan het bandje alsjeblieft vanaf het begin en met de nodige details?” reageerde Elle. Max snapte ook maar weinig van de uitleg, maar begreep al snel wat er aan de hand was. Patricia vertelde wat ze van Fabian gehoord had: “In totale paniek stond Joyce hier plots voor de deur. Mick was net vandaag naar een conferentie en haar weeën waren begonnen. Ze was eerst naar mijn huis gereden, maar aangezien ik niet thuis was, waren Nienke en Fabian de dichtstbijzijnde keuze. Fabian raakte echter zelf in paniek, omdat hij amper zichzelf kan behelpen. Hij probeerde het haar zo goed als hij kon comfortabel te maken op de bank en belde vervolgens Nienke op. Die kon gelukkig meteen hierheen komen en samen met Joyce is ze naar het ziekenhuis nu.” “En oom Mick?” “Die komt er zo snel mogelijk aan. Ik had ‘m net aan de telefoon en hij baalt er echt van dat hij niet voortdurend bij Joyce kan zijn.” “Is hij nog lang onderweg, denk je?” “Nog een klein halfuurtje.” “Dan mag hij zich gaan haasten”, zei nu ook Fabian. “Joyce dacht al dat ze ’t hier niet meer zou houden!” “Pah-ap!” siste Max. “Praat haar toch eens goede moed in!” Ze wees naar Patricia. “Ze is op van de zenuwen om op tijd in het ziekenhuis te geraken!” De tijd tikte heel erg traag, hoewel Max, Elle en Patricia zich wel vermaakten met raden van het geslacht en de naam van de baby. Toen de bel ging, wist het trio niet hoe snel ze bij de deur moesten zijn. Maar het was Mick niet. “Dat arm schaap zat hier te wachten op zijn mama!” Trudie stond in de deuropening, met kleine Lilly op haar arm. “Oh nee, Ly!” Max nam snel haar zusje over en knuffelde haar. “Dat waren we helemaal vergeten!” Ze lieten Trudie binnen en deden het verhaal overnieuw. “Ach, mijn schattekes! ’t Is toch altijd iets, hé!” “Dat zal Mick zijn!” riep Patricia met overslaande stem toen de bel voor een tweede maal ging. 41
“Ben ik te laat?” Mick stond recht van de stress en leek ieder moment neer te kunnen vallen. “Hé, oom Mick, wees maar rustig! Alles is goed, er is nog niets gebeurd!” Patricia kwam de kamer weer in, met een bos sleutels in haar handen. “We kunnen vertrekken!” “Zoeteke, veel succes, hè! Geeft Joyce nen dikken zoen van mij!” supporterde Trudie. Max en Elle plantten elk een kus op zijn wang en wensten hem en Joyce heel veel succes. Net toen Mick de deur wilde sluiten, hield een “wacht!” hem tegen. Fabian had zich met veel moeite uit zijn rolstoel weten te hijsen en stond met een brede glimlach tegenover zijn beste vriend. “Op zo’n moment laat ik je echt niet zomaar gaan, hoor!” Mick, die al enorm geëmotioneerd was door het hele gebeuren, liet zijn tranen de vrije loop. In twee passen was hij bij Fabian, waarna hij hem stevig vast nam. “Bedankt, maat”, zei hij zacht. “Het lukt je heus wel! Blijf vooral rustig en komt tot ’t besef dat jij in de makkelijkste positie zit! Heel veel succes!” knipoogde Fabian. Mick knikte, klopte zijn vriend vriendschappelijk op de rug en verliet toen samen met Patricia het huis. “Zo ken ik je weer, pap”, besloot Max tevreden. “Mijn lievekes, ik moet terug naar mijn kindjes nu, maar gunder zou beter meekomen. Uw papa kan nie voor eten zorgen hé, Max. “Maar Tru, je hebt al meer dan genoeg werk!” protesteerde Elle. “Ze kunnen wel met mij mee.” “Ah, tis tzelfde voor mij,” antwoordde Trudie, “zolang ge mij maar op de hoogte houdt!” “Tuurlijk!” Met die woorden nam Trudie wel genoegen en na afscheid genomen te hebben, vertrok ook zij. “Nou, ik bel mama even op en dan kunnen we vertrekken.” Elle haalde haar mobiel boven, toetste het nummer en kreeg na een kort gesprek groen licht. Samen gingen ze de jassen en nog wat huiswerk van Max, dat toch met zekerheid niet gemaakt zou worden, zoeken en daarna konden ze vertrekken. “Dus als ik het goed begrijp, is Nien nu bij Joyce?” vroeg Amber. “Inderdaad. Samen met Mick en Patries”, bevestigde Fabian. “Heeft ze al een keertje gebeld?” “Nee… Nog niet.” “Kom op dan, ik ben benieuwd!” Max had niet echt een andere keus en belde haar mama op. “Hoi, mam!” “Hé, Max, dat treft: ik wilde jullie net zelf gaan opbellen!” “Gaat alles goed daar?” “Ja, hoor, alles verloopt prima. Joyce heeft volledige ontsluiting en is al naar de verloskamer gebracht. Ik had nu nog heel eventjes tijd om te bellen, maar zoals ik zei; alles loopt gesmee- Oh, lieverd, ik moet echt naar je tante nu! Doei!” “Dag mam!” Het bleef een paar tellen doodstil, maar toen ging de aanval van start. Kalm beantwoordde Max alle vragen en vertelde dat ze niet lang meer hoefden te wachten. Een tiental minuten later werd het eten opgediend, maar iedereen at met lange tanden. Na het vullen van de vaatwas gingen ze met z’n allen voor de tv zitten, maar zonder effectief iets te volgen. Ferre en Lilly amuseerden zich met een grote kist poppen en Jules verdreef de tijd met een potje voetbal in de tuin. “Jules, voor de zesde keer: wees voorzichtig! Die kleren moet je morgen ook nog aan!” schreeuwde Amber door de achterdeur. Ze was op van de zenuwen en daar kon je gewoon niet naast kijken: ieder geluid deed haar schrikken. Dus ook toen het verlossende telefoontje van Nienke kwam, op Max’ mobieltje. “Hey!” Nienke straalde, dat hoorde Max gewoon door de telefoon heen. “En? Is alles goed gegaan, mam?” vroeg ze vol ongeduld. 42
“Helemaal super, lieverd! Met Joyce, met de baby… Tien vingertjes, tien teentjes. Het is echt een klein wonder”, zuchtte Nienke smoorverliefd. “Fantastisch! En een jongentje of een meisje?” “Een flinke zoon!” “Hoe gaan ze ‘m noemen?” “Dat ga ik je niet vertellen; die eer laat ik aan Mick en Joyce”, plaagde Nienke. “Ik ben over een halfuurtje thuis, goed?” “Oké, tot zo.” Elle brandde meteen los: “Dat het een jongentje is, heb ik ondertussen al gehoord, maar hoe heet hij?” “Geen idee, ze wilde niets loslaten”, antwoordde Max schouderophalend. “Ze liet de eer aan Mick en Joyce, wat eigenlijk maar logisch is ook.”
43
8 Nachtje Anubis Later die avond was er nieuws gekomen uit het ziekenhuis van een dolgelukkige Mick en Joyce. Hun kleine spruit had de naam Alex Zeelenberg gekregen en was slechts negenenveertig centimeter groot. Max had haar neefje graag al een bezoekje gebracht, maar aangezien de hele Anubisfamilie liever samen de baby verwelkomde en dat onmogelijk was in een klein ziekenhuiskamertje, was het besluit gekomen dat ze zaterdag, de dag dat Joyce ontslagen werd uit het ziekenhuis, een babyfeestje op poten zouden zetten bij Mick en Joyce thuis. Max stond die dag dan ook razend enthousiast op de oprijlaan te wachten met een ludiek punthoedje op haar hoofd. Buiten enkele foto’s die ze via mail gekregen had, had ze nog niets van de baby gezien of gehoord. “Drie keer raden wie!” lachte iemand die zijn handen voor haar ogen sloeg. “Michiel! Eindelijk! Ik dacht eventjes dat je hun aankomst zou missen!” “Sorry, ik had corvee,” verontschuldigde haar liefje zich, “en je weet hoe lang Marie zo’n afwas kan laten duren.” “Haha, ja, dat weet ik maar al te goed”, grinnikte Max. “Oh, Michiel, daar ben je! Net op tijd, volgens tante Nienke zijn ze hier over een halve minuut!” Elle was nog niet helemaal uitgepraat of het claxonneren van Micks auto schalde door de straat. Hij parkeerde zijn auto voor de garage en hielp Joyce en Alex uit de auto. “Zo krijg je haar dus stil, hè, Michiel, als het je eens teveel moest worden”, hintte Elle plagerig. Max stond vol bewondering te kijken naar het ukje in het draagzitje. “Wil je ‘m gedag zeggen, lieverd?” Nienke was opgedoken en nam haar hand beet. “Heel graag”, glimlachte Max. Max kreeg haar neefje heel kort te zien, want ze moest de beurt even laat aan de familieleden, die Joyce, Mick en Alex overlaadden met geschenken. Daarna werd een grote taart aangesneden die onder een gezellige drukte verorberd werd. Joyce vluchtte ondertussen met haar kleintje naar boven, om hem borstvoeding te geven, terwijl de anderen enthousiast het feest verder zetten. Max had zich met Elle en Michiel in de zetel teruggetrokken en had het over een groepswerk voor geschiedenis. “Ik zeg het je, het is weer veel te veel werk, zoals we het gewoon zijn”, klaagde Elle met een zucht. “Ach, maak je niet druk. Ik vraag pap gewoon om wat informatie, zoiets is zo geregeld, joh!” verzekerde Max haar. “Elle, kom ‘ns kijken naar je zus! Ze is Jules achterna geklommen in een boom ze wil er niet uit vooraleer jij er bent!” riep Amber door de openstaande achterdeur. Elle rolde haar ogen. “Wat je toch ook allemaal meemaakt met dat kind.” Ze stond op en ging buiten op zoek naar Ferre. “Hé, zitten jullie niet buiten bij het andere jong geweld?” wilde Joyce, die net de woonkamer binnenkwam toen Elle haar zusje terug op de begane grond gekregen had, weten. Max glimlachte lief. “We genieten liever wat van elkaar dan bomen te verkennen.” Verliefd vleide ze zich tegen Michiel aan. “Gelijk hebben jullie”, knikte Joyce. “Slaapt hij alweer?” vroeg Max, nieuwsgierig kijkend naar Alex. “Ja”, antwoordde Joyce niet zonder trots, “Alex is een makkelijk kereltje dat bovendien heel vast slaapt. Je wilt ‘m zeker wel vasthouden nu, hè?” Max knikte zonder aarzelen. “Die ogen lichten op bij het horen alleen al”, lachte Joyce vrolijk. Max glimlachte verlegen. “Je weet hoe ik erover denk, tante.” “Kom op, ventje van me, je mag je nichtje wat beter leren kennen.” Voorzichtig legde Joyce de baby in haar armen. Max voelde zich week woorden binnenin en de zalige babygeur prikte in haar neus. Michiel legde zijn kin op haar schouder en ademde warme lucht in haar nek. “Je zou 44
het zo zelf kunnen, Maxie”, fluisterde hij vertederd. Hij hield zijn vinger tegen het kleine babyhandje en Alex klemde de vinger stevig vast. “Zó lief.” Max aaide lief over Alex’ zachte wangetjes en kon het niet laten om te blijven staren. “Nien, moet je kijken”, stootte Fabian zijn vrouw aan. “Ze wordt weer gelukkig gemaakt.” Nienke keek naar het salon en zag Max en Michiel smoorverliefd naar de pasgeborene kijken. “Als je ’t mij vraagt, zijn die twee nu al klaar voor een baby.” Patricia zei het lachend, maar Nienke voelde dat ze het meende. “Verstandelijk staan ze toch al een vijftal jaar voor op leeftijdsgenoten”, zette ze haar mening kracht bij toen Jasper en David haar vreemd aankeken. Fabian lachte. “Nou, voor mij mag ons gezinsleven blijven zoals het nu is. We zijn zelf net uit de luiers en jij zou onze vijftienjarige er al meteen weer tussen stoppen! Nee, laat Max nog maar een aantal jaren zelf het kind uithangen.” Als teken van instemming legde Nienke haar hoofd op zijn schouder toen hij een arm om haar heen sloeg. Fabian had natuurlijk gelijk maar toch voelde ze een soort trots door zich heen trekken; haar dochter was volwassen genoeg om haar verantwoordelijkheid over een kindje te nemen. Na de hele middag niet van Joyces zijde weg te slaan te zijn geweest, verliet Max samen met Michiel weemoedig het babyfeestje om Trudies zaterdagse kost niet te missen. Bij het binnenkomen al, drong de heerlijke macaroni-met-kaas-en-ham-geur hun neus binnen. “En? Hoe was het bij Mick en Joyce? Is Alex echt zo’n schattebolleke als ik gehoord heb?” Trudie had duidelijk de nieuwe aanwinst nog niet te zien gekregen en was reuze nieuwsgierig. “Oh, Tru, hij is zó schattig! Die kleine vingertjes, die geur… En zo’n rustige baby heb ik nog nooit gezien!” ratelde Max vol enthousiasme. “Ze is weer verliefd, hoor, ik moest het een middagje zonder haar aandacht stellen.” Michiel keek sip, maar knipoogde toen Max ‘m een por gaf. “Chocho, je was zelf ook helemaal weg van die baby!” verdedigde ze zich. “Oh, Michiel wat krijgen we nu, vadergevoelens?” Lars en Bathist kwamen grinnikend de woonkamer binnen en namen plaats aan tafel. “Ach, laat ‘m toch, pestkoppen. Hij was veel sexier dan jullie ooit samen zullen zijn toen hij die baby vasthad.” “Oké, ja, het zal wel”, waaide Bathist ongeïnteresseerd het onderwerp weg. “Kunnen we bijna eten? Ik barst.” “Oh, mijn macaroni!” Trudie sprong op en snelde de keuken in. De vier dekten ondertussen de tafel en riepen de andere bewoners naar beneden. “Ziezo, mijn lievekes.” Trudie zette een grote pot op tafel en stak twee lepels in de ovenschotel. “Bedient uzelf maar.” Dat liet de groep zich heen twee keer zeggen en als hongerige wolven stortten ze zich op het avondeten. De vier Anubismeiden wilden alles weten over de kleine Alex en het deerde Max niet dat ze daardoor met volle mond moest praten. “Jakkes, Max. We geloven graag dat die kleine je nieuwe liefde is, maar daarvoor hoef je ons nog niet de binnenkant van je maag te laten zien”, schudde Bathist afkeurend zijn hoofd. Met opgetrokken neus volgde hij al enkele minuten de afbraak van voedsel tot brij en nu werd het hem echt te veel. “Wil je anders straks verder vertellen, als je bord leeg is? Dank je wel.” Iedereen lachte met de serieuze houding van Bathist, maar Max klopte hem op de rug en verzekerde hem met volle mond dat ze heel netjes haar maal zou verorberen. Het was prachtig weer geweest die dag en dat was zelfs ’s avonds nog te voelen. Hoewel het al midden september was, duidde de thermometer nog steeds achtentwintig graden aan en dat terwijl het al acht uur was. “Wie heeft er zin in een waterballongevecht?” opperde Marie. Alle jongens en Merle stemden meteen toe, Max, Mel en Ruth werden overtuigd door Lars. “Oh, en aangezien Max geen bikini meegebracht heeft, gaat ze topless?” daagde Lars haar uit. 45
“Dat zou je wel willen, hé, pervert?” pestte Marie hem terug. “Max kan gewoon een bikini van mij aan.” Ze nam Max’ hand en trok haar mee de trap op, terwijl Merle, hen volgend, haar tong naar ‘m uitstak. “Nou moet ik wel even zoeken waar ik die dingen gelaten heb”, peinsde Marie. Ze begon meteen haar kasten overhoop te halen en vond na vijf minuten haar eerste bikini. Ze trok ‘m snel aan, omdat het, naar haar zeggen, bloedheet was. “Oké, nu exemplaar twee nog.” Marie trok een la open en had meteen prijs; de donkerbruine bikini met houten kralen lag bovenop haar panty’s. “Trek snel aan, Max, hij zal je beeldig staan.” Max hoorde Lars als een wild beest tekeer gaan op de oprijlaan. Luttele seconden later klonk er een knal en het gegil van Mel. Het gevecht was al gestart en Max wist hoe leuk Marie zoiets vond. “Weet je wat, gaan jullie maar alvast.” “Zeker? We kunnen nog twee minuten wachten, hoor”, verzekerde Merle haar. “Nee, nee, het is goed. Ik kom zo.” “We gaan ze inmaken, Merle!” Marie maakte allerlei boksbewegingen en liet de meidengang haar karatemoves zien. Merle zette lachend haar vinger tegen haar hoofd ten teken dat haar kamergenoot gek was en trok vervolgens de deur achter zich dicht. Wanneer ook Max haar bikini aanhad, wilde ze naar beneden gaan, maar iets anders trok haar aandacht. De zolder. Misschien kon ze nu het kistje…? De anderen zouden haar niet missen en Michiel zou het niet te weten komen. Ze wierp een vluchtige blik over haar schouder en knielde voor de deur neer. Het slot gaf na een kort gerommel met haar haarspeldje een droge klik. “Waar lag het ook alweer?” dacht ze luidop. Ze ging, net als de vorige keer, op handen en knieën zitten en tastte de vloer af. Na slechts enkele meters voelde ze het zachte, egale hout al onder haar vingers. “Hebbes”, juichte ze zacht. In een beweging stond ze weer op en spurtte ze naar de kamer van Marie en Merle, waar ze het kistje in haar tas wegstopte. Vrolijk neuriënd verliet ze de kamer, maar op de gang botste ze tegen iemand op. “Victor”, smaalde ze een beetje dwaas. “Wat moet je hier?” vroeg hij bars. “Marie moest nog een bikini voor me uitzoeken”, legde ze uit. “Nou, schiet maar op dan.” Hij ging een stap opzij zodat ze erlangs kon. Max liet het zich geen twee keer zeggen en ging snel de trap af. “Max, eindelijk!” “Juffrouw Ruitenburg, je vat veel te laat post aan het front. Helaas staan daar zware sancties tegenover”, sprak Lars met een lage stem. “Is dat zo?” Max ging uitdagend met haar hand in haar zij staan. Voor ze het goed besefte, kreeg ze van in haar rug een volle emmer water over zich heen. “Inderdaad, dat is zo”, knikte Lars serieus. “Bathist!”riep Max. “Ik had het kunnen weten! Die krijg je terug!” Schaterend raapte ze een waterballon van de grond, terwijl Bathist de benen nam. Ze zette de achtervolging in en smeet op goed geluk naar het hoofd van haar doelwit. “Een-een!” gierde ze voldaan toen de waterkogel stuk spatte op zijn rug. “Zo snel geef ik me niet gewonnen!” Bathist haalde een klein waterpistooltje uit een van de zakken in zijn zwemshort en richtte het op Max. “Een verkeerde beweging, Maxje…”, zei hij dreigend. Max zette grijnzend een stap opzij. “Wat dan?” “Je vraagt erom!” Net wanneer hij de trekker overhaalde, kwam Marie onder een luide “NU!” van Max uit de struiken tevoorschijn met de tuinslang. “Aanvallen!” Ze draaide de kraan helemaal open en spoot haar vriendje kletsnat. “Ik geef me over, genade!” Rillend van het ijskoude water stak hij zijn handen in de lucht. 46
Marie sloot de kraan weer en bekeek Bathist met een schuin hoofd. “Weet je, je bent echt wel sexy nu.” “Dan is het knuffeltijd!” Met zijn armen wijd open rende Bathist naar Marie, die niet uit zijn stevige greep wist te komen. Max volgde hen terug naar de voorkant van het huis en trof er de anderen weer. “Zo, net buiten en je waterdoop al ondergaan?” “Ja, Jonah, je weet hoe die twee zijn; altijd in voor een grapje”, zei Max. “Maar jij lijkt me nog redelijk droog.” Ze keek veelbetekenend naar zijn kurkdroge short en nam zelf het initiatief om daar verandering in te brengen. Ze grabbelde een waterballon uit een grote waston en wierp hem voor zijn voeten. De ballon klapte en Jonah was nat tot aan zijn navel. “Ik denk eerlijk gezegd dat jij samen kunt gaan werken met Bathist en Lars”, vond Jonah. “Oh, dat neem je terug!” “Nee, ik denk ’t niet”, grinnikte Jonah met plezier in zijn ogen. “Als ik dan toch een van hen ben, mag ik mij verlagen tot hun niveau…” Max nam drie ballonnen ter hand en ging achter Jonah, die het inmiddels op een lopen gezet had, aan. Haar eerste twee kogels misten hun doel, maar de derde kreeg Jonah vlak tegen zijn hoofd. Hij stopte en kwam naast haar uitblazen van het hollen. “Ik zie sterretjes, geloof ik.” Jonah knipperde een paar keer voor hij weer oké leek. “Oei, heb ik echt zo hard gegooid? Wacht, laat me anders even kijken.” Max streek voorzichtig wat haren opzij op de plaats waar de ballon geknapt was. “Ach, het is niets. Gewoon wat kleinzerigheid”, grapte ze. “Blij dat ik gezond ben, dokter.” Het bleef even stil terwijl hij haar aanstaarde, al voelde het niet vervelend “Laten we maar teruggaan”, opperde Max uiteindelijk. “Ik, ehm… ja, dat lijkt me een goed idee. Met die twee grapjassen heb ik nog een appeltje te schillen.” Twee uur lang hadden ze met z’n negenen aan de lopende band ballonnen gevuld en met het grootste plezier stukgegooid. Rond een uur of tien had iedereen druipnat en rillend afgehaakt en met een warme handdoek om hun schouders alle resten op de oprijlaan opgeruimd. De nacht was stilaan gevallen en de bewoners sloten de geweldige avond af in de tuin. Max was in Michiels armen gaan liggen, terwijl hij met haar samengeklitte haar speelde. “Kijk, dat is de Grote Beer”, wees Michiel een hemellichaam aan. “Wel nee, dat is de Kleine”, merkte Max nuchter op. “Ach wat, ik probeer niet meer romantisch te zijn. Een vijftienjarig meisje hoort deze dingen niet te weten. En al helemaal niet als een jongen indruk probeert te maken”, zuchtte Michiel, teleurgesteld in het falen van zijn daad. “Oh, je probeert indruk op me te maken? Nou, laat maar zien dan, tijger.” Max sloeg haar armen om zijn hals en genoot van Michiels indrukmakerij. “Max!” trompetterde Trudie. “Uw ouders hebben gebeld. Ze hebben al een paar keer op uw gsm geprobeerd, maar ge nam niet op.” “Geen bereik”, was het, naar waarheid, excuus; hoewel ze wist dat het ding daarnaast nog steeds in haar tas stak. “Uw mama wilde u komen halen, maar ik wil haar zo laat de baan nie meer opsturen, dus heb ik gezegd da ge kunt blijven slapen.” “Echt?” Marie maakte een sprongetje van plezier. “Mag Max bij Merle en mij op de kamer?” “Hé, maar-”, sputterde Michiel tegen, maar Marie onderbrak hem. “Max is een méisje, hoor, Michiel. En daarbij, ik denk niet dat je nog samen met haar op een kamer mag na dat voorval van een aantal maanden geleden.” Max wist waar ze op doelde en onderdrukt een glimlach als ze eraan terugdacht. Die avond in het park waarbij een agent hen meegenomen had naar het politiekantoor zou ze niet zo snel vergeten. Ja, ze begreep Maries uitleg wel. Merle en Marie maakten ondertussen al allerlei plannen voor hun meidennacht. Max ving Michiels blik en kon eruit afleiden dat hij die nacht ook van de partij zou zijn. 47
“Wat vind je ervan?” Merle hield de spiegel voor Max’ kapsel en gierde het uit. “Ik vind het veel leuker zitten dan anders.” “Het heeft zo zijn charme”, stemde Max grijnzend in. Ze bekeek aandachtig de make-over die door ‘kapsalon Merle en Marie’ uitgevoerd was. Ze zag vlechtjes, staartjes, elastiekjes, speldjes en strikjes dat het een lieve lust was en vroeg zich verwonderd af hoe ze zoiets in tien minuten klaar hadden kunnen krijgen. “Dag dames.” Marie sprong een gat in de lucht van het schrikken toen een stem achter hen klonk. “Michiel!” raadde Max meteen. “Nee, nee, nee! Geen jongens op een meidenavond”, bonjourde Marie hem zonder pardon weer buiten. “Ik heb net heel die weg afgelegd! Max, zeg jij dat ik mag blijven?” “Marie, hij kan toch wel eventjes…?” probeerde Max. “Bathist is hier toch ook niet?” “Ik heb al lang een speldhoren vallen!” galmde het plots door de gang. “Dat is Victor! Snel, verstop je!” Marie duwde Michiel achter een kast en was in twee stappen bij haar bed. Net als Merle en Max kroop ze onder haar laken en knipte ze het nachtlampje uit. Er klonk was gestommel in de kamer ernaast. Victor kamde waarschijnlijk weer de hele kamer uit en dat kon zo zijn tijd in beslag nemen. Max schrok dan ook toen hij plots midden hun kamer stond zonder een enkel geluid gemaakt te hebben. Snel kneep ze haar ogen dicht en wachtte geruisloos tot Victor zou vertrekken – of Michiel zou vinden. Victors zaklamp maakte een zacht ratelend lawaai en de stralen van de lamp voelden warm aan op haar huid. Max dacht dat alles terug in orde zou komen, tot Marie begon te kreunen. “Wat is dit?” klonk het slaperig. “Ik, ehm, …,” stamelde Victor, “kwam kijken of iedereen wel vast sliep. Anders, moesten er problemen zijn, kan ik een dokter raadplegen.” “Ben je nou helemaal besodemieterd?” vloog ze uit. “Je komt in onze kamer zonder ons medeweten; dat is net hetzelfde als binnenkomen wanneer wij er niet zijn. Zoiets heet schending van de privacy!” Victor wilde er iets tussenin brengen, maar Marie zette haar beklaag verder. “Daarnaast lag ik net te dromen van de meest knappe kerel die ik ooit gezien heb en dan maak jij me wakker met een zaklamp die ieder moment de geest kan geven. Bedankt, Victor”, snauwde ze met rauw sarcasme. “Ik wilde alleen-”, probeerde Victor nog, maar Marie had hem al in haar greep. “Ik wilde, ik wilde… Ik wil dat je nu mijn kamer uitgaat of ik stel mijn ouders op de hoogte, met alle gevolgen van dien.” Victor leek te breken bij het woord “ouders” en slofte snel de kamer uit. “Dat was echt briljant!” Merle hikte van het lachen; de scène had haar zichtbaar weten te bekoren. “Dat hij die toon van jou duldde, gek! Ik heb Victor nog nooit zo mak geweten!” bibberde Max nog na. Michiel kroop ondertussen ook uit z’n schuilplaats. “Het scheelde echt geen haar. Volgens mij had ie me gevonden als jij geen toneel opgevoerd had.” “Oké, dat deed ik nog met plezier, maar nu wil ik echt dat je gaat. Wij hebben Max bijna nooit bij ons, dus vannacht halen we ’t in.” Max knikte begrijpend. “Ze hebben wel gelijk, hè? Je steelt me altijd meteen.” Michiel snapte Maries redenering wel. “Eén nachtje kan ik haar uitlenen, maar vraag me niet meer.” Hij knipoogde naar zijn vriendinnetje en gaf haar nog een nachtzoen. “Welterusten, meiden.” “Doei, Michiel!”
48
9 Een kus, aai en bemoedigende hand Peinzend probeerde Max het houten kistje theoretisch te ontleden, maar bij het openen ervan stopte haar tactiek al. Het kistje was perfect rond, buiten de onderkant en had niet één naad – althans daar leek het wel op. En kapotslaan was ook geen optie; in een impulsieve reactie had ze die mogelijkheid kunnen schrappen. Ze pakte het kistje op en draaide het om en om terwijl ze het nauwkeurig bestudeerde. Af en toe controleerde ze of ze geen twee helften uit elkaar kon trekken, maar dat leverde geen succes. Door het omwentelen van de vreemde vorm, had ze al een aantal keer de gravure gezien, waar ze buiten enkele letters niet wijzer uit werd. A en O, geen van beide de beginletter van wat er hoorde te staan, veronderstelde ze. Max kreeg genoeg van haar onderzoek dat zijn vruchten niet afwierp en wilde het kistje opbergen, toen het uit haar handen glipte en op de grond viel. Met een bijna onhoorbare klik werd een deel van het kistje voor een heel klein stukje omhoog geduwd. “Duwen in plaats van trekken, ik blijf altijd missen”, mompelde Max. Nu het deksel los was, hoefde ze enkel nog de twee helften uit elkaar te trekken voor ze zou ontdekken wat de buitenkant verborgen gehouden had. Een gelijnd cursusblaadje, ietwat vergeeld, lag onder een zware zilveren sleutel. Met een adem die ondertussen al versneld was, hief Max de sleutel op en viste ze het blaadje er vanonder uit. Voorzichtig vouwde ze het open en las verbaasd het korte lijntje snel gekrabbelde woorden: ‘de derde traptrede’. Waarvan? vroeg Max zich vertwijfeld af. De zolder, de hal, de kelder? Duidde de tekst eigenlijk wel op het Huis Anubis? Ze zuchtte; mensen moesten duidelijk leren zijn. “Zo, heb jij zo lang gedoucht?” wilde Michiel weten, toen Max de woonkamer in kwam. “Ja, het water deed zo’n deugd”, loog Max zonder schaamte. Michiel keek veelbetekenend naar Max’ krullen, die al halfdroog rond haar gezicht vielen, maar Max negeerde ‘m. Ze plofte op het kussen van de bank waar haar vriendjes hand een tel geleden uitnodigend gelegen had. “Ik wou dat ik niet naar huis moest, zodat ik je de hele dag voor mij had.” Max plukte enkele lokjes uit zijn dos en vlocht ze samen. “Je had me een hele nacht kunnen hebben, lieverd.” Met een lieve duw maakt hij haar handen los en alle verstrengelde haren ontvlochten zich weer. “Dat is mijn schuld niet! Dus ik krijg je de hele dag?” Ze liet haar vraag eerder als een besluit klinken en sloeg haar handen stevig rond zijn bovenarm. “Ik denk het niet; ik heb morgen een wiskundetoets.” “Jammer dan dat ik aan je vast zit”, antwoordde Max luchtig. Michiel keek Max aan, glimlachte terug en startte zijn bevrijdingsactie. Nog geen tien seconden later zat hij bovenop haar buik en hield hij haar armen stevig vast naast haar hoofd. “Ja, erg jammer”, knipoogde hij. “Geef me dan een kus, goed genoeg om een dag door te komen.” Michiel hield nog steeds haar polsen vast en drukte zijn lippen op die Max. “Hé, ho, ongewenste intimiteiten!” riep Lars, die de kamer inkwam. “Mwah, zo ongewenst zijn die geloof ik niet, hoor”, hikte Bathist. “Ga iemand anders lastigvallen, eikels”, zuchtte Max ongeïnteresseerd en ze richtte zich op om Michiel weer te zoenen. Bathist en Lars jubelden vrolijk terwijl Max ongegeneerd haar vriendje kuste. “Gaat het, lieverd?” Max schrok zich kapot bij het horen van die stem en Michiel al net zo erg; hij sprong in één beweging van Max af. “MAM! Wat doe jij hier?” bracht Max moeizaam uit. “Jou oppikken, zoals ik Trudie verteld heb gisteravond”, antwoordde Nienke kalm. “Je lijkt je in ieder geval nog niet te vervelen.” 49
Bathist en Lars hielden zich niet langer serieus en barstten in een daverend gelach uit. Max voelde een dieprode blos over haar wangen trekken, maar zag plots de lachrimpeltjes om haar moeders ogen. “Gekke tiener,” knipoogde Nienke, “net je moeder. Kom op, laat je vriendje maar aan zijn wiskunde beginnen.” Max nam met een laatste kus afscheid van Michiel en liep met Nienke mee naar de auto. Nu moest het gaan gebeuren. Na een verwoede poging en twee maanden de kans niet meer gehad te hebben, had Max besloten om de ijsspiegel voor een tweede keer te betreden. Nog één gang, voor ze de spekgladde vloer zou horen piepen onder haar voeten. Geen meneer Lauwers dit keer, dat had ze gecheckt. Michiel en Elle had ze naar huis gestuurd met een smoes dat ze bijles had van een of andere laatstejaars. De klapdeur was op slot, zoals verwacht. Gelukkig maar dat niet alleen geld, maar ook haarspeldjes sinds kort alle deuren openden. Max hurkte neer en friemelde het metalen schuivertje door het sleutelgat. De droge klik waarmee de deur van het slot sprong, weergalmde eventjes. Ze glipte door de deurspleet en deed de deur zachtjes weer achter zich dicht. Het was gelukt. De vloer weerspiegelde nog steeds het zonlicht uit het ene raampje aan de overkant. Er was daar iets. Ze moest proberen, zonder een spagaat te maken, het ijs te trotseren. Hoe had haar vader haar destijds leren schaatsen? Leek het dom als ze op die manier de overkant wilde bereiken? Ach wat, dacht ze, niemand ziet je. Max zette haar rechtergymp vlak op de grond en schoof enkele passen vooruit. Vervolgens deed ze hetzelfde met haar linkervoet. Zie je wel. Als ik het rustig aan doe, gaat het prima. Geconcentreerd gleed ze verder langs de kale muren. De gang was langer dan hij leek, maar Max kon zich uiteindelijk weer aan een muur vastklampen en netjes van de vloer stappen. Op ongeveer een meter boven haar hoofd, zat het raam. Armspieren had ze niet, want sporten vond ze de meest saaie bezigheid uit. Maar ze moest zich toch wel omhoog zien te hijsen om te kunnen zien aan welke kant van het schoolgebouw dit… ding zat. Met de nodige moeite trok ze zich op en gluurde over haar vingers door het gat. Bomen. Het bos achter de buitenplaats, zonder twijfel. Geen wonder ook dat dit raam nooit iemand was opgevallen; hier kwam geen kat. Misschien, als ze nog wat verder naar voor kon leunen, zag ze of Michiel of Elle daadwerkelijk weg waren en ze niet bij de fietsen op haar stonden te wachten. Klauwend in de muur probeerde ze een betere grip te vinden, tot ze plots geultjes onder haar vingertoppen voelde. Ze drukte haar neus tussen haar twee handen en onderscheidde enkele vage figuurtjes die flink wat weg hadden van hiërogliefen. Ze had ze al eerder gezien, maar wat ze precies betekenden, was haar een raadsel. Het oude Egypte-boek zou haar zeker weten kunnen helpen. Eenmaal thuis stormde Max de trap op en ontrolde ze het stukje papier met daarop de snel gekrabbelde hiërogliefen. Ze plofte het boek naast haar bed neer en sloeg het vrijwel meteen op de juiste pagina open. Het eerste teken vond ze snel terug. Zonder twijfel een zon, die stond voor het licht en het leven. Het tweede teken, wat kartellijntjes die golven voorstelde, stonden voor water. Alleen had water meerdere betekenissen; het kon voor het drinken ervan staan, maar werd ook vaak gebruikt als spiegel. Welke van de twee nu net bedoeld werd, was haar een raadsel en dus ging ze meteen verder met het derde teken. Op het eerste zicht leek het op scherpe bergtoppen, maar na wat bladeren in het boek, ondervond ze dat ze het plaatje iets te schuin had gehouden. Een trap, was het. Net als in het briefje dat ze in het kistje gevonden had. Zou het een verband hebben? Veel tijd om erover na te denken, had ze niet. De deur van haar kamer vloog open en haar vader verscheen in de deuropening. “En dat helemaal alleen, hè, Max!” Max volgde eventjes niet en staarde hem fronsend aan. “Ik hoor in die sikkeneurige rolstoel te zitten, weet je nog?” hielp hij haar eraan herinneren. 50
“O ja, juist! Waw, wat goed, pap! Betekent dat dan dat je helemaal genezen bent nu?” “Helemaal, mwa… Ik zie me nog niet meteen een marathon lopen, maar een rondje door het park zou er al vanaf kunnen”, knipoogde hij. “Wat ben je aan het doen?” “Oh, wat bladeren in je boek.” Ze stak nonchalant het ding in de lucht. “Echt waar? Vind je ’t fijn?” Hij kwam naast haar op de grond zitten en sloeg wat bladzijden om. “Superleuk, het is zo anders dan die saaie boeken die je vindt in de winkel, vind je niet? En dan al die aantekeningen die je erbij gezet heb! Ik vraag me af hoe je dat allemaal weet?” “Nieuwsgierig aagje. Al even nieuwsgierig als ik destijds, daarom ook dat ik er zoveel over wist, lieverd. Als jij nou mooi dat boek uitleest en met me meegaat naar Egypte, kan je ’t zelf gaan aanpassen.” “Gaat Egypte nog wel door, na dat voorval deze vakantie?” “Ach, tuurlijk, zoiets zal je moeder je echt niet ontzeggen, zus.” Hij legde een arm om haar schouder en drukte een kus op haar haren. “Daarvoor ziet ze je veel te graag.” “En ze ziet jou veel te graag om je dood terug te zien keren”, merkte Max nuchter op. “Hé, joh, Trudie zei toch ook dat ’t wel zou overwaaien? Zij kent ons alle negen vanbinnen en vanbuiten, ze is niet voor niets meer dan bijna tien jaar onze huishoudster geweest! Wees gerust, mam laat ons wel gaan!” Om halfdrie die nacht schrok Max wakker. Ze wist wat het raadsel betekende. Op de een of andere manier had ze door het vele puzzelen een aantal uren eerder, het raadsel meegenomen in haar slaap, waardoor ze nu plots doorhad wat de oplossing ervan was. Het enige wat ze hoefde te doen, was ervoor zorgen dat ze op het precies het juiste tijdstip in de gang stond, zodat ze de zonnestralen die door het venstertje schenen kon weerkaatsen tegen de wand. Wat er daarna zou gebeuren, wist ze niet, maar ze voelde dat ze goed zat. De volgende ochtend stond de zon laag aan de hemel, wat alleen nog maar beter kon zijn voor de inval van de stralen door het kleine raampje. Met een glimlach om haar mond fietste Max naast Elle, die zoals gewoonlijk een nog naslepend ochtendhumeur had. “Alsjeblieft, Max, haal die grijs van je gezicht! We rijden naar school, niet naar ons pas aangekochte vakantiehuis waar we de hele zomer verblijven”, mopperde ze. Max negeerde haar opmerking en was voor een van de weinige keren blij om de school te zien toen ze de buitenplaats opfietsten. Ze kwam aan met niets, en ging hoogstwaarschijnlijk naar buiten met een heleboel meer informatie. Een mens had écht niet veel nodig om gelukkig te worden. De voormiddag verstreek traag, waardoor het wachten haast eeuwen leek te duren. Aandachtig zijn, zat er de eerste vier lessen niet in, zodat ze alle tijd had om uit te dokteren hoe ze het aan boord zou leggen om ongezien de gang te bereiken. Elle en Michiel zou ze na de lunch met een kleine leugen opzadelen en verder hoopte ze eigenlijk alleen maar dat ze binnen de schoolmuren niemand onverwachts tegen het lijf zou lopen. De bel galmde schel om tien voor twaalf en Max had haar rugzak al dicht geritst voor Elle nog maar een boek had gepakt. “Kom op, de zon schijnt en ik wed dat we niet de enigen zijn die buiten een plekje willen”, maande Max haar aan tot wat tempo. Gelukkig was dat voor Elle genoeg om er wat vaart achter te zetten, waardoor ze nog geen vijf minuten later heerlijk aan het genieten waren van de zon, wachtend op Michiel, Die daagde enkele minuten later op, met drie broodjes ham en evenveel appels. “Wat krijgen we nou, wordt meneer gezond?” plaagde Elle hem. “Als je ‘r toch zo’n bezwaar tegen heb, hou ik de jouwe wel voor mezelf, geen probleem”, glimlachte Michiel pesterig. “Ah joh, ik sarde maar wat met je, geef op.” Elle gaf zijn schouder een duw en griste de derde appel van de bank. Michiel barstte in lachen uit, zonder al te veel redenen, maar zijn lach was zo aanstekelijk dat ze algauw alle drie schaterden. 51
“Mag ik weten wat er hier zo grappig is?” Jonah stond grinnikend achter Michiel en kneep een oog dicht tegen de zon. “Sorry, er zit geloof ik wat in de lucht”, hikte Max nog na. “Kom je erbij zitten?” “Graag.” Jonah haakte zijn armen uit zijn rugzak en ging op de lege plek naast Michiel zitten. Het gesprek viel plots stil, nu Michiels kamergenoot de groep vervoegd had. Max wist zeker dat Elle haar mond hield omdat ze geen onderwerpen wilde aanhalen die Jonah niet kende, en Michiel zweeg waarschijnlijk omdat hij de twee meiden niet de hele middag met jongensdingen wilde opzadelen. Max vond dit het gepaste moment om er vanonder te muizen. “Hé, ik moet eventjes…” “Max, mag ik…” Jonah en Max lachten; ze hadden samen de stilte willen verbreken. Hij gebaarde dat zij voor mocht gaan. “Wat ik dus wilde zeggen, was dat ik eventjes bij mevrouw Lutkemeijer langs ga om wat uitleg bij enkele oefeningen te vragen”, hernam Max haar leugen. “Over de middag? Bij zo’n weer?” Elle bekeek haar alsof ze gek was. “Ik heb het nu eenmaal beloofd”, antwoordde Max schouderophalend. Ze graaide haar tas onder de bank vandaan, woelde nog eventjes door Michiels haren en wist zonder rood te kleuren de school binnen te komen. Ze werd steeds beter in liegen, al vond ze het zelf niet zo leuk. Max had het getroffen met het weer. Niet alleen zou de zon perfect binnen schijnen, ook was er bijna niemand binnen te bespeuren. Enkelingen haalden boeken uit kluisjes, slechts twee leerkrachten zorgden ervoor dat niets uit de hand liep. Eenmaal ze dat deel voorbij was, was het een eitje om de gang te bereiken. Het slot klikte makkelijk open en het schaatsen ging haar nog beter af dan de vorige keer. En jawel, ze had het goed berekend: de zon stond vrijwel loodrecht op het kleine raam, waardoor het einde van de gang er plots een heel stuk minder kaal uitzag. “Oké, dit gaan we snel afhandelen”, mompelde ze zichzelf toe. Die morgen had ze nog snel een klein spiegeltje uit haar toilettas gevist, dat nu veilig tussen haar driehonderd pagina’s tellende boek van Nederlands stak. Ze vond het al snel terug en klapte het open. Ietwat vertwijfeld mikte ze de zon in het glas en richtte het op de muur. Had ze ’t echt wel goed gedacht? Of was het toch maar een raar idee geweest? Vragen die ze zich de eerste tien tellen afvroeg, aangezien er niets gebeurde. Teleurgesteld wou ze het spiegeltje alweer opbergen, tot ze haar adem inhield toen de muur plots veranderde. De omtrek van een deur tekende zich ertegen af en langzaam verscheen er een gat. “Het was inderdaad juist”, fluisterde Max overdonderd. De ruimte die vrijgekomen was, was pikkedonker. Snel diepte ze haar mobiel op uit haar broekzak en drukte een toets in, zodat het scherm oplichtte. Met het weinige licht dat ze had, stapte ze over de drempel. Op het eerste zicht leek alles leeg. Ze probeerde iedere plek zo goed mogelijk te belichten, maar moest besluiten dat ze het zonder extra lamp niet zou redden. Achteruit liep ze de zon weer in, stiekem bang voor hetgeen het donker te verbergen had. De muur sloot zich meteen achter haar en Max staarde nog even verbaasd naar de kale wand voor ze haar tas over haar schouder zwierde en zich weer naar buiten begaf. “Daar ben je!” Jonahs stem klonk opgelucht toen hij Max tijdens de pauze van drie bij haar locker aantrof. “Was je op zoek naar mij dan?” Max had geen idee waarom hij haar nodig zou hebben; ze hadden immers geen lessen samen. “Sinds je was weggegaan deze middag, ja.” Hij glimlachte. “Oh, tuurlijk, jij wilde me ook wat zeggen!” herinnerde ze zich weer. “Sorry, ik moest die les echt halen, want mam en pap laten me niet meer binnen als ik nog een vier voor wiskunde haal.” “Nee, nee, geen probleem!” Hij lachte en viel, lichtjes starend, stil. “En je wilde me zeggen dat...?” Jonah kwam uit zijn dagdroom, schraapte zijn keel en haalde een hand door zijn net iets te lange haar. “Dat… ik graag je mening over enkele films wil horen als je zaterdag langs komt. Nou, zie je 52
dit weekend!” Zonder verdere interesse schreed hij door de gang naar de kantine. Max keek hem bevreemd na en vroeg zich tijdens het verdere boeken pakken af of haar filmmening wel de echte reden voor zijn zoektocht was. “Mam, pap? Ik ben thuis!” Max gooide haar tas met iets te veel zwier tegen de bank en dook de kast in op zoek naar wat lekkers. Toen haar ouders niet antwoordden, sloeg ze de kast dicht en ging naar de woonkamer. Ook niemand. Nienke kon op het werk zijn, maar Fabian hoorde thuis te zijn. Naar de winkel was hij hoogstwaarschijnlijk ook niet, want daar had hij de hele dag al tijd voor gehad. En Lilly? Was iemand Lilly gaan afhalen na school? Of zat het meisje nog altijd braaf te wachten op haar papa die ‘zo meteen wel zou komen’? Max sprintte de trap op, haar goede humeur dat uren had aangehouden ondertussen veranderd in ongerustheid, en zocht in iedere kamer. Nog steeds niemand. Bij een zoveelste zoektocht door het huis, stootte ze op een blad waarin ze het handschrift van haar mama herkende, al was het heel snel gekrabbeld. Lieverd, papa en ik zijn naar het ziekenhuis. Het gaat niet goed met oma en er werd gevraagd om zo snel mogelijk daarheen te gaan. We laten je vlug iets weten. Dikke kus, mama. PS: Maak je geen zorgen om Lilly. Trudie was zo lief om haar op te pikken na schooltijd. Het laatste likje goed humeur sijpelde uit Max’ lijf bij het lezen van het kattenbelletje. Ze wist hoe hard Nienke zich aan Irene had opgetrokken, hoe veel momenten ze met haar gedeeld had na de dood van beide haar ouders. Zelf had ze haar moeder ook menige keren vergezeld naar het bejaardentehuis, gelegen in een groot wandelpark. Je schatte Irene bijlange na niet zou oud als ze was: een mooie, verzorgde dame van vijfentachtig die zich nog elke dag opmaakte en weigerde plaats te nemen in een rolstoel. De uren die ze er met z’n drieën hadden doorgebracht, waren kostbaar en van het soort dat ze niet snel zou vergeten. En plots stortte alles in. Nienke had het wel niet met zo veel woorden gezegd, maar een vrouw van vijfentachtig die met gezondheidsproblemen te kampen krijgt, daar hoefde je geen tekeningetje bij te maken. Ze vroeg zich af of er zou opgenomen worden als ze belde. Mobiele telefoons werden uitgezet eenmaal je het ziekenhuis was binnengegaan, toch? Kon ze het maken om de balie te bellen en wat meer info te vragen? Of was haar overgrootmoeder al op een kamer waar ze bereikt kon worden? “Ach wat”, zei ze schouderophalend, terwijl ze de hoorn van de haak haalde. Het nummer hing naast de telefoon, bij de noodnummers, en na zes keer overgaan werd er opgenomen. “Spaarne ziekenhuis, goedemiddag”, hoorde Max een vriendelijke stem. “Hallo, mijn naam is Max Ruitenburg. Mijn overgrootmoeder, Irene Martens is vandaag binnengebracht in het ziekenhuis en ik wilde vragen of u mij met haar kamer kunt doorverbinden.” Ze schrok ervan hoe rustig ze klonk. “Eventjes geduld, ik zoek haar eventjes in het bestand.” Er weerklonk het zachte getokkel op een klavier en Max beet zenuwachtig op haar onderlip. Ze hoopte maar dat ze geen negatief antwoord zou krijgen. “Irene Martens ligt op kamer 261, ik verbind je nu met haar door. Prettige dag verder!” “Bedankt!” Max ademde diep uit toen de achtergrondgeluiden aan de andere kant van de lijn verdwenen: Irene was er wel degelijk! “Met Fabian Ruitenburg?” Max hoorde de vragende toon in haar vaders stem, die natuurlijk geen telefoontje verwacht had. “Pap, met Max.” “Oh, zus! Ik zou je nog gaan bellen over een kwartiertje.” “Hoe ziet ’t eruit?” Ze probeerde niet te neerslachtig te klinken, maar wist het niet helemaal weg te stoppen. 53
“Niet goed, meid, dat had je waarschijnlijk zelf al verwacht. Mama is nu eventjes bij de behandelende arts, terwijl ik waak bij Irene. Ze sukkelde al een tijdje met een beginnende longontsteking, die afgelopen nacht erger geworden is. Deze morgen hebben ze haar binnengebracht, maar ze gaat steeds sneller achteruit. Volgens mij trekt ze ’t niet zo lang meer.” Max greep de hoorn iets steviger beet, om te voorkomen dat hij uit haar handen glipte. Ze schraapte haar keel voor ze haar stem weer terugvond. “Echt waar?” “Ja, de dokter zei da- Hé, liefje.” Fabians zachte, bijna neutrale stem vulde zich met emotie toen Nienke de kamer binnenkwam, zo hoorde Max. “Mama is er”, was de overbodige mededeling. “Gaat ’t goed met haar?” fluisterde Max. “Niet bepaald, nee. Ben je wat meer te weten gekomen?” “Wat meer te we-?” Max zweeg toen ze besefte dat de vraag niet voor haar bestemd was. “Papa?” Er klonk nog enkele tellen geroezemoes voor haar vader weer antwoordde. “Zus?” “Is het goed als ik ook daarheen kom? Ik wil graag afscheid van ‘r nemen.” “Max, ik weet niet of dat zo’n goed idee is…” Het bleef weer even stil, tot Nienkes lieve stem door de hoorn kwam. Haar moeder had door Fabians reactie vast geraden waar Max mee zat. “Als dat is wat je het beste lijkt, mag je gerust hierheen komen. Ik wil niet dat je je later iets hoeft te beklagen.” Het leek of Nienke snipverkouden was. En toch kon Max aan de toon van haar moeders stem afleiden dat ze heel lichtjes glimlachte. “Ik ben er over een kwartiertje”, beloofde Max voor ze inhaakte. Kamer 261 lag net om de hoek op de tweede verdieping. De deur stond halfopen en gunde een blik op het uiteinde van het bed. Op kousenvoeten ging ze de kamer in en zei ze haar ouders stil gedag. Nienke zat met opgetrokken knieën tussen Fabians benen in op een comfortabele stoel. Fabian leunde tegen de rugleuning en aaide met zijn duim over Nienkes rechterwang. Ze zagen er allebei zo breekbaar en slaperig uit. Voorzichtig drukte ze een kus op haar vaders eendagsbaard en toen ze haar armen om Nienke heen sloeg voor een knuffel, begon haar moeder onbedaarlijk te huilen, waardoor Max het ook niet langer meer droog hield. Onder het snikken door, probeerde Nienke iets te vertellen, maar ze kreeg haar tranen niet ingeslikt. Fabian merkte het op en drukte haar tegen zich aan. Als een klein kind rolde ze haar op tegen zijn borst. “Wat ze probeert duidelijk te maken is dat oma nog hooguit tot middernacht te leven heeft.” “Zo snel al?” Van onverwachts gesproken. Max had gehoopt op enkele dagen. Beide haar ouders knikten vrijwel onmerkbaar. De stilte bleef in de kamer hangen terwijl er af en toe een verpleegster de toestand van Irene kwam checken. Rond een uur of negen besloot Fabian dat het beter was als Max terug naar huis ging. Die laatste had willen tegenstribbelen, maar was te bezorgd en te uitgeput van het huilen om er tegenin te gaan. Met een kus, een aai door haar witte haren en een bemoedigende hand op de hare, nam Max een finale keer afscheid van haar kranige overgrootmoeder. De hele weg naar huis zwegen ze. De radio stond op, al was het bijna onhoorbaar, en liet pianoklanken op Fabian en Max los. Ze kwamen langs Elles huis, waar licht brandde in de woonkamer en een halve minuut later stopte de auto voor hun eigen deur terwijl de motor bleef draaien. Ze bleven allebei zitten, starend door de voorruit, wachtend op wat de ander zou zeggen wat hij zelf dacht. Max was degene die de stilte verbrak. “Pas alsjeblieft goed op mama?” verzocht ze hem. “Altijd, zus. Red je ’t wel alleen?” Daar had ze niet over nagedacht: ze zou thuiskomen in een leeg huis. “Zou je het erg vinden om me tot bij Elle te brengen? Of ervoor te zorgen dat ik bij Lilly ben?” “Zal ik Ly afhalen bij Anubis en haar dan bij Amber langsbrengen?” Max glimlachte vermoeid toen hij snapte wat ze bedoelde. Ze had echt nood aan de onbezorgdheid van haar kleine zusje op dit moment. 54
Fabian wilde net de auto in achteruit zetten, toen Max hem stopte. “Papa?” Hij leek het verwacht te hebben, want hij hield uitnodigend zijn armen open. Zwijgend vleide ze haar hoofd op zijn schouder en liet zich als een baby over de haren aaien. Ze voelde dat hij het begreep.
55
10 Als ik nou wist waar het was Elle was uiteindelijk toch in slaap gesukkeld en Lilly’s regelmatige ademhaling was hoorbaar tot aan de andere kant van de kamer. Max staarde naar het uur dat omgekeerd geprojecteerd stond op het plafond. Achtendertig na twaalf. Theoretisch gezien was Irene er niet meer. “Max, ben je nog op?” De deur stond op een kier en Amber glipte door het gat de kamer binnen. “Al zou ik het proberen, ik kan niet slapen”, zuchtte Max. De contouren van Ambers lichaam tekenden zich af tegen de rode gloed van de klokradio toen ze naast de matras van haar nichtje kwam zitten. “Het is voorbij, meisje. Ze is een halfuur geleden overleden, zonder pijn.” Max vroeg zich af waarom volwassenen altijd vermeldden dat overledenen ‘zonder pijn waren heengegaan’. Had men na het cruciale moment misschien nog even nagevraagd of het wel degelijk niet te pijnlijk was geweest? Of ze vredig waren ingeslapen? Herinneren zouden ze het zich vast niet. Er was wel pijn. Verdriet, angst, bezorgdheid voor diegenen die achterbleven. De leegte, de stilte die achterbleef was nog zwaarder om dragen dan het soms helse kabaal. Knikkend maakte Max duidelijk dat het tot haar doorgedrongen was. Alsof ze op de bevestiging van de dood leek gewacht te hebben, besloop de slaap haar ineens: haar gezwollen oogleden werden steeds zwaarder en zonder het te beseffen ging het donker van de kamer over in het donker van dromenland. De begrafenis was mooi, was wat vele genodigden meedeelden na de viering. Mooi, nog zo’n woord dat niet op de juiste plek hoorde bij dit gebeuren, vond Max. Er was niets moois aan een kist. Er was niets moois aan de witte bloemen die het verdriet leken te dragen en hun hoofden bogen. Er was niets moois aan de zwarte kleren die iedereen tot een grote massa vormde. Zelfs de muziek klonk te droevig om mooi genoemd te worden. Het hóórde lelijk te zijn, buiten het levensverhaal van de lieve Irene Martens om. De kerk, het huis van ontmoeting, was niet langer in vreugde gehuld: een kind hoorde niet te huilen of te vragen hoe lang het nog stil moest zitten; mensen schudden elkaar niet langer de hand met een lach, maar mompelden “innige deelneming” waarna ze snel verdwenen. Dood was zwart, leven was wit. Daar, klaar als pompwater, geen woord meer aan vuil te maken. Max frunnikte aan haar zwarte jurkje voor ze een alweer onbekend gezicht voor zich kreeg. Ze schudde de man de hand, luisterde niet langer naar de woorden die hij net als alle anderen afratelde en wachtte de volgende in rij op. Feest, heette de partij na de ceremonie. Alsof er iets te vieren viel. Alsof ze blij waren. Mooi, zou wel het woord ervoor wezen, volgens de genodigden. Max was afwezig, trok zich niets aan van het gehos van de kleinsten, beantwoordde zelfs niet alle vragen die Michiel haar stelde. Ze keek vaak haar moeders kant op, die zogezegd vrolijk het leven van haar oma herbeleefde. Het was schijn, wist ze - merkte ze, aan de manier waarop haar mond zich in een valse glimlach verwrong. Voor ze het besefte, was het voorbij. Ze lag uitgestrekt op de bank, samen met Nienke hoofd aan hoofd. Allebei uitgeteld, op hun manier. Haar jurkje had ze nog aan en tenzij een van haar ouders de kracht nog had om haar naar boven te dragen en haar in pyjama te stoppen, zou ze de nacht hier doorbrengen. Het was voorbij. Het was goed, op hun manier. De tijd leek plots veel sneller te gaan dan hij dat in maanden gedaan had. Het afscheid van Irene was zo plots gekomen, dat ze amper de tijd hadden gekregen om er voor een deel vrede mee te nemen. Nienke had al langer dan een week vrijaf genomen, stond op en ging slapen met wallen onder haar ogen en had vrijwel niet meer gesproken sinds de begrafenis. Max nam stilaan het humeur over dat in het huis hing en snakte tijdens schooldagen steeds meer naar het einde van de dag. Lessen leerde ze amper nog, voor toetsen haalde ze amper nog de helft en met Michiel en Elle sprak ze enkel nog over oppervlakkige onderwerpen. Ze hadden vast wel door dat ze het erg 56
moeilijk had en probeerden haar dan ook af en toe te troosten, maar Max hield vooral de boot af op zulke momenten, hoewel ze er nood aan had. Naar Anubis was ze niet meer geweest, waardoor ze al twee avondjes gemist had. Ze begrepen het wel, verwachtte Max. Het werd niet beter. Gek, eigenlijk, want zo’n sterke band had ze met haar overgrootmoeder niet gehad. Enkel het feit dat Nienke al meer dan een week afwezig leek te zijn in het gezin, deed Max snakken naar de vrolijkheid van weleer. En niemand buiten haar moeder zou dat gevoel kunnen terug brengen. “Lief?” Mhmm. Max vergat meteen al of ze luidop geantwoord had op Michiels vraag. “Max?” Elles stem klonk dichterbij dan die van haar vriendje. Ietwat versuft wendde Max haar blik af van een punt in de verte. “Vertel ons alsjeblieft hoe we je terug krijgen, want zo kan het echt niet langer meer.” Max sloot opnieuw haar ogen, masseerde haar slapen en knikte. Elle had gelijk: zo kon het inderdaad niet meer verder. “Het is mam. Sinds die zaterdag heeft ze niet meer gepraat en ik vrees dat we haar niet zullen terugkrijgen op de manier zoals ze was voor het overlijden.” “Hebben jullie al geprobeerd om met haar te praten?” “Tuurlijk, wat dacht je?” zuchtte Max. “Het helpt allemaal geen zier; ze blijft eruitzien als een zombie.” “En Fabian?” “Nou, die ligt een beetje met zichzelf in de knoop, geloof ik. Hij kende Irene wel, maar niet zoals mam haar kende. Hij wil haar niet weer aan het huilen maken, snappen jullie?” De twee knikten begrijpend. “Toch denk ik… dat het bij je vader begint”, zei Michiel bedenkelijk. “Wat? Irenes dood?” bitste Max. “Ja, Max”, antwoordde Michiel sarcastisch. “Nee, je vader is de enige die de echte waarde van Irene voor je moeder gekend heeft. Hij is tenslotte de eerste van wie ze hield naast haar oma, zoiets zal ze ‘m vast wel verteld hebben. Daarbij, ze zijn al zestien jaar getrouwd. Dat schept een band, niet?” Max dacht even na over haar vriendjes woorden en besefte dat hij wel eens gelijk zou kunnen hebben. “Dus pap moet gewoon zijn onzekerheid even aan de kant schuiven?” vroeg ze vertwijfeld. “Precies. Volgens mij is dat het beste.” Michiel nam haar hand beet. “Je kan het toch tenminste proberen?” “Inderdaad, Max! Je kunt je mam er alleen maar een dienst mee bewijzen. Naar wat ik gehoord heb, zit ze met een veel te grote brok om die alleen te dragen. Ze moet ‘m kwijt, weet je. Probeer ’t maar, je zal wel zien”, moedige Elle het plan van Michiel aan. Michiels ogen hadden nog dat tikkeltje bezorgdheid, maar stonden plots strijdlustig, zag Max toen ze opkeek. Een glimlach deed haar lippen omhoog krullen. “Ik zal m’n best doen.” “Doe het nou maar gewoon pap!” siste Max. Haar vader was even achterdochtig geweest over het plan als zijzelf, en toch wilde ze nu koste wat kost haar zin doordrijven. “Wil je dat mam nog een maand thuis zit op die manier?” “Nee.” Fabian schudde zijn hoofd. “Nee, dat wil ik niet.” “Nou dan!” Fabian maakte niet meteen aanstalten om de slaapkamer binnen te gaan, dus opende de Max de deur, om hem vervolgens een zetje te geven. “Succes!” Max wachtte op de gang, maar werd na enkele minuten al gek dat ze geen woord kon horen van het gesprek tussen haar ouders. Om de tijd te doden, ging ze naar haar kamer en scharrelde door de grote houten kist die tegen het voeteinde van haar bed stond.
57
“Bingo”, grijnsde ze toen ze de zware zaklamp onder haar vingers voelde. Met dit ding zou ze vast en zeker de hele ruimte achter de muur op school kunnen verlichten. En dat was precies wat ze van plan was te doen morgen. Het duurde twee volle uren vooraleer Fabian terug beneden kwam. Max lag op haar zij voor de buis, met Lilly dicht tegen zich aan, waardoor ze haar hoofd zijn kant niet kon opdraaien. “Hoe ging het, pap?” “Het is ‘m gelukt, lieverd.” Verrast keek Max op. De stem was bijna onhoorbaar en klonk gebroken, maar toch was ze nog nooit zo blij geweest om haar moeders woorden weer te horen. “Mama!” Lilly wipte uit haar halfslaap toen Max de zetel uitsprong en haar moeder omhelsde. “Oh, eindelijk!” Fabian sloeg zijn armen om de twee heen en glimlachte. “Goed gedaan, zus.” “De eer ligt geheel bij Michiel”, waaide ze het complimentje weg. “Papa!” pruttelde Lilly boos. Ze stond als een wilde naast hun benen te springen en kon er maar niet bij. Ze lachten alle drie en Fabian nam de kleuter op zijn arm. “Mama”, was het enige wat ze zei voor ze haar kleine armpjes om diens nek sloeg. “Ze moest er echt gewoon over praten”, vertelde Max de volgende morgen. “Door dat zwijgen had ze zelfs geen stem meer!” “Begrijpelijk”, knikte Michiel. “En kijk, zoiets kan je ook geen plaatsje geven als je er voortdurend aan denkt.” “Klopt. Jongens, bedankt! Echt gemeend, ik sta bij jullie in het krijt.” “Ach, hou je mond”, grinnikte Elle. “Jij hebt ons al meer uit de puree geholpen dan wij jou.” Max lachte om Elles gezicht en vloog op de twee af om hen te knuffelen. “Jullie zijn de beste.” Haar tas woog een ton vandaag, met de logge lamp erin. Van zodra het middagpauze was, stormde Max de klas uit, verorberde haar boterhammen in een razend tempo en voor het goed en wel kwart over twaalf was, stond ze alweer voor de muur. Haar spiegeltje zat nog steeds tussen haar Nederlandse boek en de muur leek deze keer sneller te openen dan de vorige keer. Ze knipte de lamp aan en scheen eerst de ruimte even in alvorens binnen te gaan. Verwonderd keek ze naar het silhouet van een trappenpartij – ze stond versteld van zichzelf dat ze daar niet afgedonderd was. Terwijl ze de lange, platte treden voorzichtig afdaalde, hoorde ze de muur achter zich sluiten. Ze vloekte: ze had natuurlijk geen idee hoe ze hier terug uit zou moeten komen. Ach wat, dacht ze, dan heb ik toch alle tijd om alles hier uit te pluizen. Plots herinnerde ze zich het raadsel, dat ze een aantal weken geleden in het kistje gevonden had; de derde traptrede. Was dit de trap van het raadsel? Blij misschien een oplossing gevonden te hebben, keerde Max terug naar de derde tree en hurkte erbij neer. “Kom maar op met je geheim, mannetje.” Ze tastte het volledige oppervlak van de koude steen af, maar voelde geen inkerving. “Verdorie”, mompelde ze, “nu moet ik nog een heel stuk verder afdalen voor ik die andere derde vind.” De gang werd minder breed naarmate de trap meer naar beneden liep. Maar ook daar was niets te vinden op de op twee na laatste steen. Toch bleef ze nieuwsgierig en ging de trap volledig af, tot ze niet langer meer op een vloer stond. Onder zich voelde ze de zachte materie van aarde. Max scheen voor zich uit, om na te gaan hoever ze nog wandelen kon en eindelijk leek het te stoppen. Een tiental passen voor zich uit doemde een aarden muur op. Met een beetje meer enthousiasme voor wat haar wachtte, sleepte ze haar voeten door de zachte ondergrond. Net voor ze het einde van de gang bijna bereikt had, struikelde ze en plofte op handen en knieën in het klamme goedje. Vloekend stond ze op en borstelde de klodders van haar broek. Maar door 58
het vallen echter, had ze iets ontdekt wat haar anders nooit opgevallen zou zijn: er zat een klein gat onderaan de muur. Ze boog voorover en zag op het einde van de tunnel een zwak licht. Plots vond ze het zo erg niet meer om haar broek te besmeuren en vol overgave wurmde ze zich het gangetje in. Het was niet zo lang, maar omdat het er zo krap was, nam met Max toch een kleine tien minuten eer ze weer rechtop kon staan, in het licht: ze stond buiten. Ze had er geen idee van waar ze was: er stonden tientallen bomen in het wilde weg en het gras stond bijna tot aan de onderkant van haar rug. Hier kwam waarschijnlijk geen kat. Max was redelijk teleurgesteld; ze had immers verwacht om een nieuw raadsel te vinden, of gewoon maar iéts te vinden, maar met een bos kon ze niet zoveel aanvangen. En toch was ze benieuwd naar meer. Naar waar ze was, hoe ver ze van school vandaan was, hoe dit alles er kon zijn zonder dat iemand er iets vanaf wist. Wat ze wel wist, was dat ze meteen terug naar school moest, wilde ze op tijd terug zijn voor het volgende lesuur. Als een gek dook ze het gat in de grond weer in en zette verwoed haar tocht naar school terug in. “In een bloempot gevallen, Max?” schaterde Elle toen haar beste vriendin hijgend naast haar neerplofte in geschiedenis. Max had de muur gewoon terug kunnen openschuiven en was met een sprintje vervolgens net op tijd in de les aangekomen. Ze moest moeite doen ook hierover te zwijgen, net als over al de andere ontdekkingen die ze al gedaan had. Wie weet zat er wel meer achter dan ze verwachtte, en ze wilde Elle absoluut niet in gevaar brengen. “Nee, joh, nieuwe trend! Nog niet gezien?” “Kom op, doe niet zo flauw… Wat heb je uitgevreten?” Elle keek haar afwachtend aan. “Oké, oké! Weet je dat perkje net voor je bij dat kamertje met de jassen komt? Wel, ik ging dus snel wat wegstoppen in mijn jaszak toen zo’n loser uit de tweedes tegen me aanliep, waardoor ik midden in die bloemen viel.” Elle leek het in ieder geval te geloven, want ze barstte in lachen uit. “Haha, jij kluns!” “En bedankt”, smaalde Max. Quasiboos draaide ze zich richting het bord en begon het lesonderwerp over te pennen. Die avond stond Max alweer op het veldje, niet van plan om op te geven ergens naar te zoeken. Het eerste wat ze wilde weten, was waar dit nou precies was. Dicht bij het centrum lag het al zeker niet, aangezien ze geen auto’s hoorde. In het park lag het hoogstwaarschijnlijk ook niet, want ze had nog geen stemmen gehoord in het voorbije halfuur dat ze aan het rondsnuffelen was. De enige optie om het uit te zoeken was om de plek te verlaten en op zoek te gaan naar een plek die haar wel bekend was. Even rilde ze door het idee. De laatste keer dat ze dat gedaan had, was er een heuse zoektocht naar haar en Elle geweest en had ze doodsangsten uitgestaan in het donker. “Rustig blijven, je moet rustig blijven,” sprak ze zichzelf toe, “je bent tenslotte tante Amber niet!” Max lachte: haar moeder had vaak verteld over het zestienjarige modepoppetje Amber Rosenbergh die bang was om een nagel te breken en modder als haar grootste vijand beschouwde. Zo kende ze haar tante echt niet. Oké, ze was nog steeds een prachtige dame, zo uit een boekje geplukt, maar het beeld voldeed niet helemaal meer. Amber ging elke ochtend na haar koffie vrijwel altijd blootsvoets naar de loods naast hun huis en het was er best wel smerig. Plus, de nagels die ze het voorbije jaar gebroken had bij het ontwerpen van haar collectie, waren niet langer meer te tellen op twee handen. En het punt was, dat ze er ook geen probleem van maakte. De modder spoelde ze er zo weer af en een nagel groeide wel opnieuw. Elle was een perfecte kopie van haar moeder, uiterlijk dan. Innerlijk had ze de ballen al die haar moeder nu pas aan haar lijf had hangen. Natuurlijk was ze meer met mode bezig dan een doorsnee meisje, maar daarnaast ging ze echt geen ommetje maken als de plas waar ze doorheen moest te groot was. Ze miste haar vriendin hierbij. Elle, met haar impulsieve en vaak domme uitspraken, zou haar vast kunnen helpen. En Michiel, haar lieve, zorgzame Michiel, zou haar beschermen tegen hetgene dat ze vreesde. 59
Ze voelde zich een ontzettende angsthaas, al wist ze dat dat nergens voor nodig was. Ze ging de uitdagingen aan die haar toegeworpen werden, wilde net als haar vader tot op het bot uitzoeken wat er gaande was. Er schuilde meer in haar dan de trillende bangerik die zichzelf moed stond in de spreken terwijl het steeds meer begon te schemeren. De zon stond aan haar rechterkant, wat betekende dat zich daar het westen bevond, of toch ongeveer, en dat de richting waarin ze nu keek het zuiden moest zijn. De zijkant van hun huis was zuidelijk gericht, maar ze wist wel zeker dat als ze nu begon te stappen niet zomaar in de tuin naast haar raam zou uitkomen. Op goed geluk koos ze de westelijke richting en stapte op de zon af, tussen de tientallen bomen door. Na een kwartiertje werden de gewassen dichter, stond het gras hoger en leek het donker plots heel snel te vallen. Naar het westen lopen, was dus niet zo’n goed plan geweest. Snel draaide ze zich negentig graden en ging in een rechte lijn weer terug naar het veldje, dat ze zonder haar pas in te houden kruiste en achter zich liet liggen. Misschien lag in het oosten wel een plekje dat haar bekend voorkwam. De weg was korter, maar leek verder weg nu de zon voortdurend lager zakte. Na tien lange minuten bereikte Max een oud uitziend huisje, met vermolmde ramen en klimop die al enkele jaren vrij spel had gekregen. Ze had het nooit eerder gezien, maar besloot om de weg die er naartoe liep te volgen: er liep immers een baan in asfalt voor, die sneller naar het centrum zou leiden dan de plek in het bos. In het voorbijgaan loerde ze stiekem door de ramen, waar geen licht door brandde. Er was vast niemand thuis – of er woonde niemand, dat was ook een mogelijkheid. Hoe dan ook, alles aan de woning trok haar aandacht. De verleiding weerstaan was te groot, en dus duwde ze tegen het hekje, dat piepend openging. Voor de zware houten deur waren drie opstapjes, die Max alle drie moest beklimmen eer ze aan de ouderwetse bel kon trekken, die begon vast te roesten. Pas na het niet al te vrolijke geklingel vroeg ze zich af wat ze zou zeggen als er open gedaan werd. ‘Hallo, ik ben Max en vind uw huis fascinerend’, mocht dan wel de waarheid zijn, een goed excuus was het niet bepaald. Het zweet brak haar onnodig uit, want er kwam niemand open doen. Nieuwsgierigheid kriebelde weer in haar keel en na een korte blik over haar schouder, besloot ze dat ze ’t wel kon maken om even achterom te gaan. Er was een smal pad aangelegd met kiezelsteentjes, dat naar een kleinschalig terras aan de achterkant leidde. Een autoband hing met een touw aan een lage tak van een grote eik, die al een kleine lading bladeren verloren had. Het tuinhuisje, schuin erachter, stond tot Max’ verbazing nog recht in die staat, had rood-wit geblokte gordijnen aan de binnenkant en werd ontsierd door de verwelkte bloemen die mistroostig op de houten vensterbank voor het raam stonden. Aan de linkerkant van het huis zat een grote ruit, die uitzicht gaf op de woonkamer en grensde aan de keuken, die zichtbaar was door de twee kleinere ramen rechts. Alles was ingericht, tot het kastje boven de keukentafel toe. Hier moest dus wel degelijk iemand wonen. Max voelde zich meteen een heel stuk minder op haar gemak toen ze besefte dat ze ieder moment betrapt kon worden. Ze wierp nog een laatste blik door het glas en holde naar het hekje dat ze netjes achter zich sloot. In hetzelfde drafje rende ze naar de hoek van de straat, waar ze de straatnaam kon aflezen. IJsbloemweg, een straat waar ze nog nooit van gehoord had, bracht niet veel verduidelijking over haar positie in de stad. Uit onwetendheid ging ze bij het dichtstbijzijnde huis aanbellen, waar ze wel thuis waren. Een Venetiaansblonde vrouw legde haar uit hoe ze het centrum kon bereiken en was zelfs zo vriendelijk om het op papier te zetten. Max bedankte de vrouw uitvoerig en zette haar tocht verder. Eindelijk, na de doolhof van wijken ontsnapt te zijn, herkende Max het fonteintje dat altijd zo zangerig water spoot tijdens de zomer. Ze had er geen idee van gehad dat ze zo ver van school was afgedwaald en snapte ook het nut van de gang niet. Je zou toch denken dat er iets te verbergen was of dat het een aanwijzing gaf naar iets anders. Maar helemaal niets. Max besloot zich er niet langer druk over te maken. Ze had immers nog een raadsel dat onopgelost was gebleven, ‘de derde traptrede’. En aangezien het kistje in Anubis had gelegen, kon het niet anders dan dat een van de vier trappen daar haar verder zou helpen. 60
11 Hoe het plots ophoudt Het was laat wanneer Max de volgende morgen opstond. Lilly hing al twee uren voor de tv, Nienke poetste het voorvertrek en Fabian kwam net terug van de winkel toen ze de keuken binnenliep. “Krijgen we een driesterrenmenu?” floot Max bewonderend bij het zien van al het lekkers in de tassen. “Als dat is hoe je ’t wilde noemen”, lachte Fabian. “Het is een tijdje geleden dat ik risottorijst gemaakt heb, toch? Met een lekker stukje vis is het om duimen en vingers bij af te likken.” “Heb je wat goed te maken, pap? Je hebt welgeteld één keer risotto gemaakt, twee jaar terug. Wat zich er achter je verwennerij?” had Max hem door. “Nou,” gaf hij toe, “ik ben van plan om Nienke op de hoogte te brengen van het feit dat ik weer wil gaan werken.” Max keek hem verbijsterd aan. “Pardon? Volgens mij heb ik het niet helemaal begrepen.” “Kom op, zus, niet zo kinderachtig. Je hoorde het precies goed.” “Maar pap, dat kun je toch niet maken! Mam wilde al niet dat je terugging vóór Irene gestorven is, laat staan dat je d’r nu helemaal alleen kunt achterlaten. Daarvoor is het allemaal nog veel te vers!” “Ik ben nog altijd je vader en doe wat me goed lijkt, daarover heb jij je mond niet te roeren. Er moet brood op de plank komen hier en dat is niet mogelijk met slechts één loon.” “Als je maar weet dat je haar zult kwetsen zoals niemand dat ooit gedaan heeft. Ik hoop echt dat je twee keer nadenkt voor je besluit om haar drie maanden aan haar lot over te laten”, beet Max hem toe. Schuldbewust beet Fabian op zijn lip. “Ik kan niet anders”, zei hij zacht. “Dat kan je wel, zolang je het maar wilt”, sprak Max bemoedigend. “Voor mam, alsjeblieft?” Nienke bleef de hele dag opmerkelijk kalm, wat Max meer dan zinde: ze was vrijwel zeker dat haar vader voor één keer niet voor zijn werk gekozen had. Toch kriebelde de vrees dat hij in de nabije toekomst alsnog ‘het gesprek’ zou aanknopen. Er was die avond echter geen tijd voor gepieker in Anubis, wel voor duidelijkheid. Het was drie weken geleden dat Jonah ‘haar eindelijk gevonden had’ om vervolgens mee te delen dat hij haar mening over een of andere film wilde. Nu ze Michiel in het voor de tweede keer gelegenheidskapsalon van Merle en Marie had achtergelaten – hij was gezwicht toen ze hem een hoofdmassage aangeboden hadden – kon ze erachter komen wat er echt met de kamergenoot van haar vriendje aan de hand was. “Jonah?” “Wie is daar?” “Ik ben het, Max. Mag ik binnenkomen?” Er weerklonk een dof gerommel en het geluid van zenuwachtige voetstappen. “Wat ben je aan het doen? Ik kom erin, oké?” Max nam de klink beet en duwde hem naar beneden. “Nee, nee! Nog heel eventjes!” Zijn stem klonk gejaagd. Enkele laden werden dichtgeschoven en na een laatste kraak van de matras werd het stil. “Gaat het wel goed, Jonah? Je klinkt nogal ve-” “Kom maar!” onderbrak hij haar. Max voelde zich niet volledig op haar gemak, maar toen ze haar hoofd om de deur stak leek er niets aan de hand. Jonah zat met een tandpastaglimlach op bed met in zijn handen het hoesje van ‘The Butterfly Effect’. “Nou?” vroeg hij toen Max niet meteen reageerde. Verbouwereerd keek ze op van de foto op de flap. Ze had niet gedacht dat hij ook effectief haar mening over een dvd zou vragen. “Ik dacht serieus waar dat je wat met me van plan was”, grinnikte ze opgelucht. 61
“Ja, sorry, maar tot voor een minuut geleden zou je hier absoluut niet binnen gewild hebben”, maakte hij duidelijk. “Oh, op die manier. Maar goed dat Trudie hier af en toe nog eens een dweil doorjaagt, of de zwijnenstal zou compleet zijn.” “Waar”, bekende Jonah zonder schaamte. “Kom, zit, ik wil echt weten wat je over deze denkt.” “Je weet zeker dat het veilig is?” vroeg Max toen Jonah op het dekbed links van hem klopte. “Wat? Oh, haha! Geen gevaar op beten of ziektes, als je dat bedoelt”, verzekerde hij haar. “Nou, wat heb je voor me?” Ze griste het doosje uit zijn handen en onderwierp de prent meteen aan haar commentaar. “Het idee was goed, maar redelijk saaie film.” “Oké, dat was duidelijk,” met een boog belandde de dvd op een stapel vuile sokken die ondanks het verstoppen onder het bed vandaan piepte, “goodbye Ashton Kutcher and hello Cameron ‘Mary’ Diaz.” “‘There’s something about Mary’? Serieus? De film op zich was redelijk doorsnee, niet slecht, en Ben Stiller en Cameron Diaz zijn hierna alleen nog maar beter geworden. Het is alleen geen film voor jou, neem dat van me aan.” “Maar C{meron…”, pruilde Jonah. “Zoals ik zei is ze alleen maar beter geworden. Als je per se haar wilt, neem dan ‘The Holiday’. Maar wel pas kijken als het kerst is.” “Staat genoteerd.” Jonah salueerde en Max moest lachen om het gezicht dat hij erbij maakte. “Nog meer?” wilde ze weten. “Dit is de laatste.” Jonah viste de dvd uit zijn nachttafel. “‘Shallow Hal’! Die moét je zien! Ook wel weer typisch Amerikaans, maar het plaatst wel een statement.” “Zijnde?” “Het cliché dat schoonheid langs de binnenkant zit.” “Uiterlijk is wel meestal het eerste aantrekkingspunt – daar kan je nu eenmaal niet zonder”, schokschouderde Jonah. “De typische denkwijze van een man dus. Ik haat het als jullie dat doen! Kijk nou gewoon die film maar, leer de meisjes wat beter kennen en draai alsjeblieft twee keer je tong voor je wat zegt, ja? Met een andere mentaliteit zal je meteen een aantal extra vrouwenharten sneller doen slaan.” “Ik kan niks beloven, maar ik doe mijn uiterste best.” “Mooi. Dan ga ik nu even checken hoe Michiel ervoor staat.” Bij het naar buiten gaan draaide ze zich nog even om. “Als er wat is, kan je ’t me altijd vertellen, hè?” Er scheen een hoopvolle twinkeling in zijn ogen toen hij opkeek, die vrijwel meteen weer wegsmolt. “Dat weet ik, Max, dat weet ik”, was het enige wat hij zei. Na het avondeten – pizza à la Trudie – en Michiel ontdaan te hebben van wel twintig elastiekjes, kon Max eindelijk wat quality time beleven met haar vriendje. Voor een uitzonderlijke keer was Michiels kamer vrij en hoefden ze zich niet iedere seconde druk te maken over Victor die de zolder op kon komen. “Ik zit verveeld met iets”, gaf Max toe. Michiel keek haar vragend aan. “Pap,” zuchtte Max als antwoord, “hij voelt het tintelen over zijn hele lijf om opnieuw te gaan werken…” “Nu toch niet? Met je moeder?” “Inderdaad. Ik heb hem weten te overtuigen voor vandaag, geloof ik, maar zijn plan omkeren is een onmogelijke zaak. Ik ben bang dat mama het dan écht zwaar zal krijgen.” “Ach, lieverd.” Hij omhelsde haar in een berustende knuffel. “Als hij enkele weken wacht en de tijd neemt om uit te leggen wat hij wil, gaat je moeder heus wel op hem vertrouwen. En daarbij kent hij haar door en door, raadt hij elk van haar reacties voor ze plaatsvinden. Hij is vader en echtgenoot. Jou lijkt het misschien niet correct, maar aangezien zijn, laten we het ‘ervaring’ noemen, weet hij wat goed is. En het enige wat jij hoeft te doen is vertrouwen hebben.” 62
“Zo had ik het nog niet bekeken.” Max bekeek voor het eerst de kant van haar vader. Hij wist inderdaad als geen ander wanneer hij wat aan Nienke vertellen kon. “Bedankt, Chocho.” Met een glimlach om zijn lippen, nam Michiel Max voor een tweede keer in zijn armen en drukte een kus op haar haren. “Alles komt goed.” Max wilde het moment vasthouden en sloeg Michiels armen terug om zich heen toen hij haar losliet. Ze bleven met gesloten ogen tegen elkaar zitten tot de deur open vloog. Jonah stond met een lijkbleek gezicht in de kamer. “Hij is dood.”
63