Version 26.0
SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN = PATIENTENBIJSLUITER NAAM VAN HET GENEESMIDDEL FLOLAN 0,5 mg, poeder en oplosmiddel voor oplossing voor infusie FLOLAN 1,5 mg, poeder en oplosmiddel voor oplossing voor infusie FLOLAN 1,5 mg, poeder voor oplossing voor infusie epoprostenol KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Flolan 0,5 mg : Epoprostenol (als epoprostenol natrium) 0,5 mg. Flolan 1,5 mg : Epoprostenol (als epoprostenol natrium) 1,5 mg. KLINISCHE GEGEVENS Therapeutische Indicaties Nierdialyse Flolan (epoprostenol) is aangewezen als substituut voor heparine bij nierdialyse, voornamelijk als er een verhoogd risico is op hemorragische complicaties door heparine. Pulmonale hypertensie Flolan is aangewezen voor de lange termijn behandeling van ernstige primaire pulmonale arteriële hypertensie (klasse III en klasse IV van de NYHA (New York Heart Association)) via continu intraveneus infuus. Flolan in intraveneus infuus is ook geïndiceerd voor de behandeling van ernstige secundaire pulmonale hypertensie als gevolg van een intrinsieke precapillaire pulmonale vasculaire aandoening. Dosering en wijze van toediening Flolan (epoprostenol) is uitsluitend bestemd voor continu infuus, hetzij intravasculair hetzij in de bloedtoevoer naar de dialysator. Flolan mag niet als bolusinjectie toegediend worden. Het gevriesdroogd poeder in de injectieflacon moet gereconstitueerd worden zoals aangeduid. Alleen het specifieke oplosmiddel voor Flolan mag hierbij gebruikt worden. De aldus verkregen geconcentreerde oplossing kan eventueel met hetzelfde oplosmiddel verdund worden. Dosering in geval van nierdialyse Bij volwassenen : Vóór de dialyse : 4 nanogram/kg/min. I.V. gedurende 15 minuten. Tijdens de dialyse : 4 nanogram/kg/min in de arteriële toevoer naar de dialysator. Het infuus dient te worden onderbroken bij het einde van de dialyse. De hierboven vermelde doses mogen alleen verhoogd worden bij adequate monitoring van de patiënt. Bij kinderen : Er is geen specifieke informatie beschikbaar voor het gebruik van Flolan bij kinderen onder dialyse. Bij bejaarden : Er zijn geen redenen om de posologie te wijzigen bij bejaarden. Dosering bij de behandeling van pulmonale hypertensie Het oppuntstellen van de doses : acute dosering (titratie) Een acute titratie is noodzakelijk om het initiële infuusdebiet voor de chronische toediening van Flolan te bepalen, onder monitoring van de vasculaire drukken zowel pulmonaal als systemisch met herhaalde metingen van het hartdebiet. Deze monitoring vereist een catheterisatie van het rechterhart. Het tijdelijk toedienen via een perifere ader is eveneens mogelijk. Het infuus wordt gestart met 2 nanogram/kg/min, daarna verhoogd met stappen van 2 nanogram/kg/min alle 15 minuten of minder frequent tot het bereiken van het maximaal pulmonaal vasodilaterend effect ofwel tot het optreden van de dosis-limiterende farmacologische effecten, waarvan de meest voorkomende zijn : nausea, braken, hoofdpijn, hypotensie of tachycardie. Continu chronisch infuus Een continu chronisch infuus van Flolan dient toegediend te worden via een centrale veneuze catheter. Nochtans kan men tijdelijk een infuus toedienen via een perifere ader tot een centraal veneuze catheter wordt geplaatst. Het toedienen van een infuus op lange termijn dient gestart worden bij een hoeveelheid die 4 nanogram/kg/min lager is dan de maximaal verdragen dosis welke bepaald is tijdens de titratie.
1/5
Version 26.0
Indien die maximaal verdragen infuussnelheid lager is dan 5 nanogram/kg/min, dient het continue infuus te worden gestart met de helft van de maximaal verdragen dosis. Doseringsaanpassingen De continue infuussnelheid moet aangepast worden enerzijds in functie van het optreden van recidieven of het verergeren van de symptomen van pulmonale hypertensie en anderzijds in functie van het voorkomen van ongewenste effecten die optreden bij het toedienen van te hoge doses Flolan. * Voorwaarden voor een verhoging van de posologie Een verergering van de symptomen van pulmonale hypertensie kan zich voordoen tijdens de behandeling ; meestal kan een lichte verhoging van de Flolan-dosis volstaan om deze te onderdrukken. De infuussnelheid moet op geregelde tijdstippen geherevalueerd worden. Een verhoging van de posologie moet overwogen worden wanneer de toestand van de patiënt achteruitgaat. De infuussnelheid moet verhoogd worden met 1 tot 2 nanogram/kg/min ; tussen 2 opeenvolgende verhogingen dient een voldoende tijdsinterval (minstens 15 minuten) in acht te worden genomen om een klinische respons te kunnen evalueren. Na het instellen van een nieuwe infuussnelheid moet de patiënt onder observatie blijven; zijn hartritme en bloeddruk – zowel in liggende als in staande positie - dienen gedurende meerdere uren te worden gecontroleerd teneinde er zich van te vergewissen of de posologie goed wordt verdragen. * Voorwaarden voor een verlaging van de posologie Bij een continu chronisch infuus kan het optreden van klinische tekens die gepaard gaan met een overdosering (te vergelijken met hetgeen men waarneemt tijdens de initiële titratie), een vermindering van de infuussnelheid vereisen. Soms verdwijnt dit fenomeen echter zonder dosisaanpassing. Het verlagen van de posologie moet progressief gebeuren met stappen van 2 nanogram/kg/min alle 15 minuten of meer tot het verdwijnen van deze dosis-limiterende effecten. Men dient te vermijden de toediening van Flolan plots stop te zetten of de infuussnelheid drastisch of brutaal te verlagen. De infuussnelheid van Flolan mag slechts aangepast worden onder medisch toezicht, met uitzondering van situaties die rechtstreeks levensbedreigend zijn (vb. bewusteloosheid, collaps enz.. ) Bij het kind : De momenteel beschikbare ervaring heeft het nut aangetoond van het gebruik van Flolan voor de behandeling van pulmonale hypertensie bij kinderen. Het is de taak van de arts om het voordeel van deze therapie af te wegen tegenover het mogelijk risico voor de patiënt indien Flolan niet wordt toegediend. Bij oudere patiënten : De gegevens betreffende het gebruik van Flolan bij personen ouder dan 65 jaar zijn beperkt. Over het algemeen moet de dosisaanpassing bij oudere patiënten zeer voorzichtig gebeuren omwille van het verhoogd risico op lever-, nier- en hartstoornissen of de daarmee gepaard gaande pathologie of behandeling. Wijze van gebruik Bereiding van de Flolan oplossing : Het oplossen en het verdunnen van Flolan moet onder volledig aseptische omstandigheden gebeuren, idealiter juist vóór het gebruik. Enkel het bijgeleverd oplosmiddel (glycinebuffer) mag gebruikt worden voor de reconstitutie van Flolan. Bijzondere aandacht moet besteed worden aan het berekenen en het klaarmaken van de verdunning. De volgende werkwijze wordt aanbevolen: BEREIDING VAN DE GECONCENTREERDE OPLOSSING 1. Zuig 10 ml oplosmiddel op met een steriele injectiespuit van 10 ml. 2. Injecteer de inhoud van de spuit in de Flolan injectieflacon à 0,5 mg of 1,5 mg. Schud tot de inhoud volledig opgelost is. 3. Zuig de aldus bekomen oplossing terug op in de injectiespuit. 4. Injecteer de volledige inhoud van de injectiespuit terug in de 50 ml injectieflacon waarin het overblijvende oplosmiddel zich bevindt. 5. Meng. Men bekomt aldus de gebufferde geconcentreerde oplossing die het volgende bevat :
2/5
Version 26.0
- hetzij 10.000 nanogram epoprostenol per ml (0,5 mg in 50 ml), - hetzij 30.000 nanogram epoprostenol per ml (1,5 mg in 50 ml) VERDUNNING VAN DE GECONCENTREERDE OPLOSSING De geconcentreerde oplossing kan nu verder verdund worden met het specifieke oplosmiddel voor Flolan. 6. Zuig de geconcentreerde oplossing op in een grotere injectiespuit. 7. Spuit de inhoud in het oplosmiddel via de steriele filter voor éénmalig gebruik (filtratietijd : ± 70 sec voor 50 ml). - Restanten moeten verwijderd worden. - Andere gebruikelijke infuusvloeistoffen zijn niet geschikt voor de verdunning van de geconcentreerde oplossing omwille van hun pH. De Flolan oplossingen zijn niet stabiel bij lage pH. Voor het toedienen met behulp van een infuuspomp tijdens nierdialyse, kunnen de overeenkomstige hoeveelheden van de geconcentreerde oplossing evenwel verdund worden met 0,9% NaCl infuusoplossing. Hierbij mag de verhouding van 1 volume geconcentreerde oplossing voor 6 volumes 0,9% NaCl infuusoplossing niet worden overschreden. Bij een temperatuur van 25°C behoudt een geconcentreerde oplossing van Flolan in zijn glycinebuffer gedurende 12 uur minstens 90% van zijn activiteit, ook indien zij verdund is (maximum 1/6) met een NaCl oplossing à 0,9%. BEREKENING VAN DE INFUUSSNELHEID Infuussnelheid (ml/min) = dosering (nanogram/kg/min) x lichaamsgewicht (kg) concentratie van het infuus (nanogram/ml) Infuussnelheid (ml/uur) = infuussnelheid (ml/min) x 60 Voorbeeld : Flolan mag als verdunde of geconcentreerde oplossing toegediend worden. 1. Verdunde oplossing : een gebruikelijke verdunning is : 10 ml geconcentreerde oplossing van 10.000 nanogram/ml in 40 ml specifiek oplosmiddel. De bekomen concentratie bedraagt 2000 nanogram epoprostenol per ml. Lichaamsgewicht (kg) 30 40 50 60 70 80 90 100 Dosis nanogram/kg/min 1 2 3 4 5
0.90 1.80 2.70 3.60 4.50
1.20 2.40 3.60 4.80 6.00
1.50 3.00 4.50 6.00 7.50
1.80 3.60 5.40 7.20 9.00
2.10 4.20 6.30 8.40 10.50
2.40 4.80 7.20 9.60 12.00
2.70 5.40 8.10 10.80 13.50
3.00 6.00 9.00 12.00 15.00
Infuussnelheid in ml per uur Deze tabel geeft een voorbeeld van berekening met een concentratie van 2000 nanogram epoprostenol/ml. De resultaten zijn uitgedrukt in ml per uur. 2. Geconcentreerde oplossing : 10.000 nanogram epoprostenol/ml . Lichaamsgewicht (kg) 30 40 50 60 70 80 90 100 Dosis nanogram/kg/min 1 2 3 4 5
0.18 0.36 0.54 0.72 0.90
0.24 0.48 0.72 0.96 1.20
0.30 0.60 0.90 1.20 1.50
3/5
0.36 0.42 0.72 0.84 1.08 1.26 1.44 1.68 1.80 2.10 Infuussnelheid in ml per uur
0.48 0.96 1.44 1.92 2.40
0.54 1.08 1.62 2.16 2.70
0.60 1.20 1.80 2.40 3.00
Version 26.0
Bij de behandeling van pulmonale hypertensie wordt Flolan toegediend via een continu intraveneus infuus met behulp van een centrale catheter of een draagbare infuuspomp. Voor de initiële titratie kan Flolan toegediend worden via een perifere ader. De Flolan concentratie geselecteerd voor de initiële titratie en voor een lange termijn behandeling moet gekozen worden in functie van de gebruikte infuuspomp. Soms moet men meerdere concentraties voorzien om over een waaier van mogelijke infuzen te kunnen beschikken voor het aanpassen van de dosis via de initiële titratie. Over het algemeen zijn concentraties van 3 000 en 10 000 nanogram/ml geëigend voor een toediening van 2 tot 16 nanogram/kg bij volwassenen. Indien grotere infuussnelheden aangewezen zijn bij een continu infuus op lange termijn zijn soms meer geconcentreerde oplossingen nodig dan deze gebruikt voor dosisaanpassing via de initiële titratie. Over het algemeen is het na een bepaalde tijd nodig om de dagelijkse dosis te herevalueren en te verhogen. Contra-indicaties - Overgevoeligheid aan één van de bestanddelen. - Congestieve hartinsufficiëntie veroorzaakt door een ernstige dysfunctie van de linker ventrikel. - Veno-occlusieve longaandoeningen. Flolan mag niet chronisch gebruikt worden bij patiënten die een pulmonair oedeem ontwikkelen tijdens een aanpassing van de dosis. Bijwerkingen De bijwerkingen zijn hieronder geklasseerd per orgaanstelsel en per frequentie. De frequenties zijn als volgt gedefinieerd : zeer vaak ≥1/10 (≥ 10%); vaak ≥1/100 en < 1/10 (≥ 1% en <10%); soms ≥1/1000 en <1/100 (≥0,1% en <1%); zelden ≥1/10.000 en <1/1000 (≥0,01% en< 0,1%); zeer zelden <1/10.000 (< 0,01%), frequentie niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald). De interpretatie van de bijwerkingen tijdens langdurige toediening van epoprostenol wordt bemoeilijkt door de klinische kenmerken van de onderliggende en behandelde ziekte. Infecties en parasitaire aandoeningen Vaak Sepsis, septikemie (hoofdzakelijk te wijten aan de toedieningswijze van epoprostenol) Bloed en lymfestelselaandoeningen Vaak Verminderd aantal bloedplaatjes, allerlei bloedingen (bijv. pulmonaal, gastro-intestinaal, nasaal (epistaxis), intracraniaal, postproceduraal, retroperitoneaal) Psychische stoornissen Vaak Angst, nervositas Zeer zelden Benauwd gevoel, agitatie Zenuwstelselaandoeningen Zeer vaak Hoofdpijn, duizeligheid Vaak Paresthesieën ter hoogte van de vingers Zeer zelden Vertigo Aandoeningen van het hart Vaak Na toediening van epoprostenol aan dosissen van 5 nanogram/kg/min of aan lagere dosissen werd tachycardie gemeld. Bij gezonde vrijwilligers werd bradycardie, soms gepaard gaande met orthostatische hypotensie, waargenomen bij dosissen epoprostenol hoger dan 5 nanogram/kg/min. Men nam bradycardie waar die gepaard ging met een aanzienlijke daling van de systolische en diastolische bloeddruk na IV toediening aan gezonde, bewuste vrijwilligers van een dosis epoprostenol equivalent aan 30 nanogram/kg/min. Hypotensie Bloedvataandoeningen Zeer vaak Warmteopwellingen van het gelaat (zelfs waargenomen bij patiënten onder anesthesie) Vaak Hypotensie Zeer zelden Bleekheid, petechiën
4/5
Version 26.0
Ademhalingsstelsel, borstkas en mediastinumaandoeningen Zelden Dyspnoe Frequentie niet bekend Longoedeem Maagdarmstelselaandoeningen Zeer vaak Nausea, braken, diarree Vaak Abdominale kolieken, soms gemeld als buikpijn of abdominale last Soms Droge mond Huid en onderhuidaandoeningen Vaak Rash Soms Zweten Bot, skeletspierstelsel- en bindweefselaandoeningen Zeer vaak Pijn van de kaak Vaak Gewrichtspijn Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen Zeer vaak Pijn (niet gespecifieerd), griepachtige symptomen Vaak Pijn ter hoogte van de inspuitplaats*, thoracale pijn Zelden Lokale infectie* Zeer zelden Erytheem op de inspuitplaats*, occlusie van de lange IV-katheter*, afmatting, borstbeklemming, sedatie * te wijten aan de toedieningswijze van epoprostenol HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN GlaxoSmithKline s.a./n.v. - Rue du Tilleul 13 - 1332 Genval NUMMERS VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN FLOLAN 0,5 mg, poeder en oplosmiddel voor oplossing voor infusie BE185595 FLOLAN 1,5 mg, poeder en oplosmiddel voor oplossing voor infusie BE214785 FLOLAN 1,5 mg, poeder voor oplossing voor infusie BE214794 DATUM VAN DE GOEDKEURING VAN DE TEKST 02/2010 AFLEVERINGSWIJZE Geneesmiddel op medisch voorschrift
5/5