RUBRIEK VERKEER, MOTOR EN KAMPEERAUTO
ONDERDEEL R 2 – RECHTSBIJSTANDVERZEKERING VOOR MOTORRIJTUIGEN
Model RBP 02-1
Rubrieksvoorwaarden ARTIKEL 1
2.4
Wachttermijn 1. Er kunnen geen rechten aan de verzekering worden ontleend wanneer de behoefte aan rechtsbijstand voortvloeit uit of verband houdt met een gebeurtenis, die zich heeft voorgedaan in de wachttermijn van deze verzekering. Deze termijn is artikel 3 nader bepaald en geldt vanaf de ingangsdatum van de verzekering. 2. De wachttermijn is niet van toepassing indien deze verzekering is gesloten direct aansluitend op een andere rechtsbijstandverzekering voor zover verzekerde daaraan voor de aangemelde zaak bij voortbestaan gelijke rechten had kunnen ontlenen.
2.5
Rechtens bevoegde deskundige een terzake kundige, die krachtens toepasselijke regels inzake procesbevoegdheid in de gerechtelijke of administratieve procedure de noodzakelijke rechtsbijstand mag verlenen.
2.6
Expert erkende deskundige op het gebied van bijvoorbeeld agrarische-, auto-, bouw-, medische-, technische-expertise en andere gebieden, die ter ondersteuning van een zaak een rapport uitbrengt.
Overdracht
AMEV heeft de uitvoering van de polis overgedragen aan: SRK Rechtsbijstand, verder te noemen het SRK (Stichting Schaderegelingskantoor voor Rechtsbijstandverzekering), bezoekadres Europaweg 151 2711 ER Zoetermeer postadres Postbus 3020 2700 LA Zoetermeer telefoon (079) 344 81 81 telefax (079) 342 79 90 AMEV garandeert nakoming door het SRK van de in deze voorwaarden genoemde verplichtingen. ARTIKEL 2
Begripsomschrijvingen
In deze voorwaarden wordt verstaan onder: 2.1 Verzekerden 2.1.1 De verzekerden zijn: a. de verzekeringnemer; b. de door deze gemachtigde bestuurder en de personen die vervoerd worden met het motorrijtuig bedoeld onder artikel 2.2; c. de nabestaanden, bedoeld in artikel 6:108 BW van de hiervoor genoemde personen met betrekking tot de vorderingen krachtens dit wetsartikel; 2.1.2 a. de eigenaar van het vervangende motorrijtuig voor de duur van de hierna bedoelde vervanging; b. de eigenaar van de hierna genoemde aanhanger of oplegger, zolang de verzekerde houder van de aanhanger of oplegger is; voor verhaal van schade aan dit motorrijtuig respectievelijk de aanhanger of oplegger toegebracht; 2.1.3 de verzekerde, niet zijnde de verzekeringnemer, kan uitsluitend rechten aan de verzekering ontlenen indien binnen de grenzen van de verzekering geen strijdig belang aanwezig is bij de verzekeringnemer of een andere verzekerde krachtens de polis. 2.2
2.3
ARTIKEL 3
Omschrijving van de dekking
Deze verzekering dekt: a. het verlenen van rechtsbijstand, zoals omschreven in de artikelen 3.1 t/m 3.6; b. het vergoeden van kosten van rechtsbijstand, zoals omschreven in artikel 10; c. het risico van onvermogen van een wettelijk aansprakelijke derde, zoals omschreven in artikel 11; d. zekerheidstelling zoals omschreven in artikel 3.3. 3.1
Motorrijtuig a. het op het polisblad omschreven motorrijtuig, inclusief de daarbij behorende onderdelen en accessoires; b. het tijdelijk vervangende motorrijtuig van gelijkwaardig type en gewicht. Dit motorrijtuig is alleen verzekerd gedurende de periode dat het onder a. bedoelde motorrijtuig in reparatie of onderhoud is en indien er elders geen dekking is; c. de aanhangwagen, caravan, boottrailer, bagagewagen, zijspan andere aanhanger of oplegger die aan het motorrijtuig is gekoppeld of daarvan is losgeraakt. Is voor het motorrijtuig een ander rijbewijs vereist dan A, B(-E) dan is vermelding van de aanhanger op het polisblad vereist.
Verhaalsrechtsbijstand A. Rechtsbijstand bij het verhalen van een door de verzekerde geleden schade - niet mede uit overeenkomst - die is ontstaan door een verkeersongeval of een ander van buiten komend onheil waarbij het motorrijtuig was betrokken en werd beschadigd. - Optreden : alleen eisend. - Geldigheidsgebied : het dekkingsgebied van de groene kaart. - Toepasselijk recht : het recht van één van de landen van het geldigheidsgebied. - Wachttermijn : geen. B. Geen rechtsbijstand wordt verleend: a. indien de te verhalen schade is veroorzaakt of verband houdt met een door verzekerde afgesloten overeenkomst; b. bij sociaal verzekeringsrechtelijke kwesties die niet van belang zijn voor het vaststellen van de door verzekerde geleden schade.
Gebeurtenis 1. Onder gebeurtenis wordt verstaan het voorval dat aanleiding is voor een juridisch geschil waardoor voor verzekerde behoefte aan rechtsbijstand ontstaat. Een juridisch geschil wordt geacht te zijn ontstaan op het moment dat voor het eerst een belangentegenstelling met de wederpartij bestaat. 2. Indien sprake is van met elkaar samenhangende gebeurtenissen, is het tijdstip van de eerste gebeurtenis in die reeks bepalend voor de vaststelling van het tijdstip van de gebeurtenis.
3.2
1
Strafrechtsbijstand A. Rechtsbijstand bij strafzaken nadat een verzekerde verdacht van een verkeersovertreding of verkeersmisdrijf, waarbij het motorrijtuig was betrokken, is gedagvaard. - Optreden : alleen eisend. - Geldigheidsgebied : het geldigheidsgebied van de groene kaart. - Toepasselijk recht : het recht van één van de landen van het geldigheidsgebied. - Wachttermijn : geen.
RUBRIEK VERKEER, MOTOR EN KAMPEERAUTO
ONDERDEEL R2 – RECHTSBIJSTANDVERZEKERING VOOR MOTORRIJTUIGEN
Model RBP 02-1 B. Geen rechtsbijstand wordt verleend, indien: a. door betaling van een geldsom strafvervolging kon/kan worden voorkomen, dan wel bij de handhaving van een verkeersvoorschrift een administratiefrechtelijke sanctie wordt opgelegd in de vorm van een boete; b. indien er sprake is van een (voorwaardelijk-) opzetdelict, danwel opzet (mede) ten laste wordt gelegd. Blijkt uit het vonnis van de rechter dat er geen veroordeling wegens opzet volgt, dan worden de kosten van rechtsbijstand alsnog vergoed indien tegen het vonnis van de rechter geen rechtsmiddelen meer openstaan; c. bij snelheidsovertredingen; d. bij een uit het proces-verbaal blijkend alcoholpromillage van minimaal 0,5. 3.3
3.4
B. Geen rechtsbijstand wordt verleend indien het motorrijtuig: a. tweedehands is gekocht zonder BOVAG (of daaraan gelijkwaardig) garantiebewijs, alsmede voor (nieuwe) motorrijtuigen die niet in Nederland zijn gekocht; b. in een vrijwaringsprocedure is of wordt betrokken. 3.6
Zekerheidstelling 1. Indien van een verzekerde in verband met een strafzaak cautie (te stellen zekerheid) wordt geëist ter opheffing van een hem opgelegde vrijheidsbeperking of beslag op zijn motorrijtuig, schiet het schaderegelingsinstituut die cautie voor tot een bedrag van € 25.000,-- per gebeurtenis voor alle verzekerden tezamen. 2. Door het aanvaarden van het voorschot, machtigt de verzekerde het schaderegelingsinstituut onherroepelijk daarover te beschikken zodra het weer wordt vrijgegeven en aanvaardt hij de verplichting zijn volle medewerking te verlenen tot onverwijlde restitutie aan het schaderegelingsinstituut. 3. Indien als gevolg van een strafrechtelijke veroordeling de gestelde cautie niet of slechts ten dele wordt vrijgegeven, is de verzekerde verplicht het niet vrijgegeven bedrag aan het schaderegelingsinstituut terug te betalen.
B. Geen rechtsbijstand wordt verleend bij: a. juridische problemen indien het motorrijtuig tweedehands is gekocht zonder BOVAG (of daaraan gelijkwaardig) garantiebewijs, alsmede voor ( nieuwe) motorrijtuigen die niet in Nederland zijn gekocht; b. geschillen met de cascoverzekeraar voorzover het geschil niet de personenschade betreft. ARTIKEL 4
Franchise
De verzekerde kan geen rechten aan deze verzekering ontlenen indien het financiële belang van de verzekerde minder dan € 75,-bedraagt. Deze bepaling geldt niet voor strafrechtsbijstand.
Teruggave rijbewijs of inbeslaggenomen motorrijtuig A. Rechtsbijstand bij verzoeken tot teruggave, gericht aan een overheidsinstantie, terzake van: a. een inbeslaggenomen rijbewijs; b. het inbeslaggenomen kentekenbewijs van het motorrijtuig; c. het ingevorderd of inbeslaggenomen motorrijtuig. - Geldigheidsgebied : Europa, m.u.v. de Europese landen die in de groene kaart zijn uitgesloten. - Toepasselijk recht : het recht van één van de landen van het geldigheidsgebied. - Wachttermijn : geen.
ARTIKEL 5
Geldigheidsduur van de dekking 5.1
5.2
B. Geen rechtsbijstand wordt verleend: a. indien het innemen van het rijbewijs of de inbeslagname van het motorrijtuig verband houdt met een snelheidsovertreding of bij een uit het proces verbaal blijkend alcoholpromillage van minimaal 0,5; b. indien de inbeslagname van het motorrijtuig het gevolg is van de wijze van gebruik van het motorrijtuig door verzekerde of de gemachtigd bestuurder. 3.5
Contractsrechtsbijstand motorrijtuigen A. Rechtsbijstand bij juridische problemen van de verzekerde: a. inzake aankoop, onderhoud, reparatie of revisie van het motorrijtuig; b. met contractspartijen ter zake van het verhalen van de conform artikel 3.1 van deze verzekering gedekte personenschade. - Optreden : eisend en verwerend. - Geldigheidsgebied : Europese Unie. - Toepasselijk recht : het recht van een van de landen van de Europese Unie. - Wachttermijn : drie maanden.
5.3
De in artikel 3 omschreven dekking is van kracht, indien de gebeurtenis plaatsvindt gedurende de looptijd van de verzekering en buiten de wachttermijn, voorzover die van toepassing is. Er kunnen geen rechten aan de verzekering worden ontleend, indien de verzekerde een gebeurtenis aanmeldt: - die bij het tot stand komen van de verzekering te verwachten of redelijkerwijs te voorzien is geweest; - meer dan 12 maanden na het plaatsvinden daarvan, doch nooit meer dan 6 maanden na beëindiging van de verzekering. Indien terzake van een gebeurtenis geen rechten aan deze verzekering kunnen worden ontleend zijn ook de hieruit voortvloeiende en/of daarmee samenhangende juridische geschillen uitgesloten van dekking.
ARTIKEL 6
Aanmelding van de zaak en verplichtingen van de verzekerde 6.1
Revindicatie A. Rechtsbijstand bij het terugvorderen van het motorrijtuig in de zin van het Burgerlijk Wetboek. - Optreden : eisend, als eigenaar, verwerend, als bezitter te goeder trouw. - Geldigheidsgebied : Europa. - Toepasselijk recht : het recht van één van de landen van Europa. - Wachttermijn : drie maanden.
2
Indien een gebeurtenis plaatsvindt waarbij de verzekerde rechten aan deze verzekering wil ontlenen, is hij verplicht: a. de gebeurtenis zo spoedig mogelijk te melden bij het schaderegelingsinstituut onder vermelding van alle gegevens, alle feiten en alle omstandigheden die tot de gebeurtenis hebben geleid; b. alle door het schaderegelingsinstituut verlangde medewerking te verlenen, ook als het gaat om terugvordering van kosten; c. het schaderegelingsinstituut op de hoogte te blijven houden van nieuwe feiten en ontwikkelingen in de zaak en volle medewerking te verlenen bij de uitvoering van de polis;
RUBRIEK VERKEER, MOTOR EN KAMPEERAUTO
ONDERDEEL R2 – RECHTSBIJSTANDVERZEKERING VOOR MOTORRIJTUIGEN
Model RBP 02-1
6.2
d. zich te onthouden van alles wat de belangen van het schaderegelingsinstituut / AMEV zou kunnen schaden; e. zich op verzoek van het schaderegelingsinstituut bij een strafzaak civiele partij te stellen. Door de gebeurtenis aan te melden machtigt de verzekerde het schaderegelingsinstituut, onder uitsluiting van ieder ander, tot het - zowel in als buiten rechte - behartigen van zijn belangen.
8.9
ARTIKEL 9
Inschakeling van experts 9.1
ARTIKEL 7
Verlenen van rechtsbijstand 7.1 7.2
7.3
7.4
Rechtsbijstand wordt verleend indien een gebeurtenis een juridisch geschil in de zin van artikel 2.3 van deze voorwaarden oplevert. Het schaderegelingsinstituut zal rechtsbijstand (blijven) verlenen voorzover naar de mening van het schaderegelingsinstituut een redelijke kans bestaat het beoogde resultaat te bereiken. Indien succes in redelijkheid niet te verwachten is, zal het schaderegelingsinstituut dit gemotiveerd meedelen aan de verzekerde. De aangemelde zaken worden behandeld door de eigen medewerkers van het schaderegelingsinstituut, waaronder mede begrepen advocaten die in dienstbetrekking staan tot het schaderegelingsinstituut. Het schaderegelingsinstituut behandelt de aangemelde zaken in principe zelf. Te allen tijde zal, voorzover mogelijk, in eerste instantie een regeling in der minne worden nagestreefd. Indien een procedure in rechte gevoerd moet worden, zal het schaderegelingsinstituut voorzover mogelijk zelf, de bijstand verlenen.
9.2
9.3
Vergoeding van kosten
10.1 Vergoed worden: a. de honoraria en de verschotten van de overeenkomstig de artikelen 8 en 9 ingeschakelde advocaat, procureur, deurwaarder, andere rechtens bevoegde deskundige en expert; b. de proces- en gerechtskosten, de kosten van arbitrage of de kosten van bindend advies; hieronder zijn niet begrepen afkoopsommen, boetes en andere bij wijze van straf opgelegde maatregelen; c. de kosten van getuigen in een gerechtelijke en administratieve procedure voorzover door een rechter toegewezen; d. de proceskosten van de tegenpartij, waaronder de buitengerechtelijke kosten begrepen, waartoe verzekerde in een onherroepelijk vonnis is veroordeeld; e. de noodzakelijke, in overleg met het schaderegelingsinstituut te maken reis- en verblijfkosten van de verzekerde indien zijn persoonlijk verschijnen door een buitenlandse rechterlijke instantie is bevolen of dringend gewenst wordt door de ingeschakelde advocaat of andere rechtens bevoegde deskundige; f. de redelijke kosten die verbonden zijn aan de ten uitvoerlegging van een vonnis, gedurende maximaal 5 jaar na de datum waarop het vonnis is gewezen. 10.2 Het schaderegelingsinstituut heeft het recht de kosten van rechtsbijstand rechtstreeks aan belanghebbende te betalen. 10.3 Indien bij een proces, arbitrage of bindend advies de tegenpartij tot vergoeding in de kosten wordt veroordeeld, komt het bedrag van die kosten, voorzover zij voor rekening van het schaderegelingsinstituut zijn, ten gunste van het schaderegelingsinstituut. 10.4 Indien de verzekerde de BTW kan verrekenen met de door hem verschuldigde BTW-afdrachten, komt die BTW-toeslag niet voor vergoeding in aanmerking. 10.5 Indien de verzekerde op grond van een wettelijke of contractuele bepaling de kosten van rechtsbijstand geheel of gedeeltelijk vergoed kan krijgen, komen die kosten niet in aanmerking voor vergoeding krachtens deze verzekering. Dit vindt geen toepassing indien verzekerde een beroep kan doen op de Wet op de Rechtsbijstand. Het schaderegelingsinstituut zal de verzekerde, ter compensatie van de door het schaderegelingsinstituut voorgeschoten kosten, bijstand verlenen bij het terugvragen of verhalen van die kosten.
Uitbesteding van rechtsbijstandverlening aan advocaten en andere rechtens bevoegde deskundigen
8.2 8.3
8.4
8.5 8.6
8.7
8.8
Indien het schaderegelingsinstituut meent dat een expertiserapport moet worden uitgebracht, dan zal het schaderegelingsinstituut voor inschakeling van de expert zorgdragen en hem namens de verzekerde de opdracht verstrekken. a. Indien de verzekerde het niet eens is met het expertiserapport, staat het hem vrij voor eigen rekening een tweede rapport door een andere expert te laten opmaken. b. Mocht het schaderegelingsinstituut het tweede rapport in de zaak betrekken, dan zal het de kosten die aan dat rapport verbonden zijn aan de verzekerde terugbetalen. Het schaderegelingsinstituut is jegens de verzekerde niet aansprakelijk voor vorderingen die zouden kunnen voortvloeien uit de keuze van de expert of de door hem verrichte diensten.
ARTIKEL 10
ARTIKEL 8
8.1
Het schaderegelingsinstituut is jegens de verzekerde niet aansprakelijk voor vorderingen die zouden kunnen voortvloeien uit de keuze van een advocaat of andere rechtens bevoegde deskundige of de door deze verrichte diensten.
Indien ingevolge de polisvoorwaarden of naar de mening van het schaderegelingsinstituut een advocaat of andere rechtens bevoegde deskundige ingeschakeld moet worden, heeft de verzekerde het recht deze naar eigen keuze aan te wijzen. Heeft verzekerde geen voorkeur, dan geeft het schaderegelingsinstituut opdracht aan een advocaat of andere rechtens bevoegde deskundige van zijn keuze. Uitsluitend het schaderegelingsinstituut heeft de bevoegdheid om namens de verzekerde de opdracht aan de advocaat of andere rechtens bevoegde deskundige te verstrekken. Indien de Nederlandse rechter bevoegd is, komen uitsluitend advocaten en andere rechtens bevoegde deskundigen in aanmerking die in Nederland zijn ingeschreven of rechtens zijn toegelaten en in Nederland kantoor houden. Indien een buitenlandse rechter bevoegd is, komen uitsluitend de advocaten en andere rechtens bevoegde deskundigen in aanmerking die bij het desbetreffende buitenlandse gerecht staan ingeschreven of rechtens zijn toegelaten. Indien bij een verkeersongeval buiten Nederland rechtsbijstand direct noodzakelijk is, dient de verzekerde contact op te nemen met het schaderegelingsinstituut. Indien een advocaat of andere rechtens bevoegde deskundige is ingeschakeld, is de verzekerde verplicht - al dan niet via zijn advocaat of zijn deskundige - het schaderegelingsinstituut op de hoogte te houden van de voortgang. Alvorens tot het aanwenden van rechtsmiddelen over te gaan of werkzaamheden buiten de door het schaderegelingsinstituut verstrekte opdracht te verrichten dient de advocaat of andere rechtens bevoegde deskundige toestemming te hebben van het schaderegelingsinstituut. Het schaderegelingsinstituut zal per aangemelde gebeurtenis slechts aan één advocaat of aan één andere rechtens bevoegde deskundige opdracht verstrekken voor het verlenen van rechtsbijstand.
3
RUBRIEK VERKEER, MOTOR EN KAMPEERAUTO
ONDERDEEL R2 – RECHTSBIJSTANDVERZEKERING VOOR MOTORRIJTUIGEN
Model RBP 02-1
ARTIKEL 11
Onvermogen
11.1 Het schaderegelingsinstituut betaalt de materiële schade - tot een maximum van € 1000,-- per gebeurtenis - indien aan alle volgende vereisten is voldaan: a. er is bewezen, of het is aannemelijk, dat een derde aansprakelijk is uitsluitend op grond van een door deze derde gepleegde onrechtmatige daad in de zin van het Burgerlijk Wetboek; b. er is geen verhaal op die derde mogelijk uitsluitend wegens diens onvermogen; c. een geheel of gedeeltelijk verhaal of vergoeding van de schade is niet mogelijk geweest; d. de onvermogende derde woonde ten tijde van de gebeurtenis in Nederland. 11.2 Bij aanvaarding van de in lid 1 bedoelde uitkering draagt de verzekerde alle rechten, die verband houden met de te verhalen schade, aan het schaderegelingsinstituut over.
15.2
15.3
ARTIKEL 12
Vergoeding van kosten bij groepsactie
Indien anderen bij een actie van één of meer verzekerden op dezelfde juridische grond en zonder dat er sprake is van een onderlinge belangentegenstelling een concreet belang hebben, ongeacht of zij in het geheel geen actie nemen of slechts voor een deel betrokken zijn bij de gebeurtenis, vergoedt het schaderegelingsinstituut de kosten van rechtsbijstand in de verhouding van de belanghebbende verzekerde(n) tot het totaal aantal belanghebbenden.
15.4 15.5
ARTIKEL 13
b. de verzekerde niet alle van belang zijnde informatie aan het schaderegelingsinstituut (heeft) verstrekt; c. de verzekerde zich niet houdt aan de aanwijzingen van het schaderegelingsinstituut, de advocaat, de andere rechtens bevoegde deskundige of de expert; d. de verzekerde zonder toestemming van of overleg met het schaderegelingsinstituut een advocaat, rechtens bevoegde deskundige of expert inschakelt; e. de verzekerde de tegenpartij benadert over de gebeurtenis zonder het schaderegelingsinstituut, de ingeschakelde advocaat, of andere rechtens bevoegde deskundige vooraf te raadplegen; de verzekerde bij een beroep op de polis een onjuiste of onvolledige voorstelling van zaken heeft gegeven, waarvan hij redelijkerwijs had moeten begrijpen dat dit de behandeling van de zaak of de belangen van het schaderegelingsinstituut zou schaden; de verzekerde rechten kan ontlenen aan een andere verzekering, al dan niet van oudere datum, die voorziet in het vergoeden van de schade, het verlenen van rechtsbijstand, het betalen van cautie of het vergoeden van kosten van rechtsbijstand; het een vordering betreft van een verzekerde, anders dan de verzekeringnemer, op een andere verzekerde of op diens aansprakelijkheidsverzekeraar; in afwijking van artikel 11 geldt de daar omschreven dekking uitsluitend met betrekking tot motorrijwielen, bromfietsen, personenauto's en de eventuele aanhangers, alle voorzover zij niet worden verhuurd of worden gebruikt als taxi of voor lesdoeleinden.
Afkoop
ARTIKEL 16
ARTIKEL 14
16.1 Gedragslijn bij verschil van mening tussen schaderegelingsinstituut en verzekerde over de regeling van het geschil waarvoor een beroep op deze verzekering is gedaan De verzekerde kan een beroep doen op de onderstaande geschillenregeling als hij het niet eens is met de mededeling van het schaderegelingsinstituut, dat ingevolge artikel 7 lid 2. van deze voorwaarden geen redelijke kans aanwezig is het beoogde resultaat te bereiken of als hij het niet eens is met de wijze van juridische aanpak van de zaak. De verzekerde dient in dat geval in een brief aan het schaderegelingsinstituut op basis van voor het schaderegelingsinstituut bekende feiten en omstandigheden te motiveren waarom hij het niet eens is met het schaderegelingsinstituut.
Geschillenregeling
13.1 Het schaderegelingsinstituut is gerechtigd in plaats van (verdere) rechtsbijstand te verlenen, de verzekerde een bedrag aan te bieden ter grootte van het financieel belang. 13.2 De rechten die ter zake deze gebeurtenis voor de verzekerde voortvloeien uit de verzekering, komen na de betaling van het bedrag te vervallen.
Belangenconflict
Als blijkt dat beide strijdende partijen zich als verzekerde tot het schaderegelingsinstituut wenden en beiden aanspraak kunnen maken op het verlenen van rechtsbijstand zal het schaderegelingsinstituut hiervan mededeling doen aan beide verzekerden. In dat geval heeft verzekerde het recht zijn belangen door een advocaat of andere rechtens bevoegde deskundige van vrije keuze, zoals geregeld in artikel 8 van deze voorwaarden, te laten behartigen.
De geschillenregeling omvat het volgende: a. de verzekerde verzoekt een in Nederland ingeschreven advocaat juridisch advies uit te brengen over de vraag of een verdere behandeling van de zaak een redelijke kans heeft het beoogde resultaat te bereiken, dan wel of de juridische aanpak van de zaak al dan niet de juiste is. De advocaat betrekt hierbij de standpunten van zowel het schaderegelingsinstituut als de verzekerde; b. de verzekerde heeft hierbij het recht van vrije advocatenkeuze. Indien de verzekerde geen advocaat van eigen keuze heeft, overlegt het schaderegelingsinstituut met de verzekerde welke advocaat gevraagd zal worden het juridisch advies uit te brengen; c. het schaderegelingsinstituut draagt zorg voor het toezenden van het dossier aan de gekozen advocaat, teneinde hem in staat te stellen het juridisch advies uit te brengen; d. het uitgebrachte advies is voor het schaderegelingsinstituut bindend; e. het schaderegelingsinstituut betaalt de kosten van dit juridisch advies;
ARTIKEL 15
Algemene beperkingen en uitsluitingen
Behalve op grond van de uitsluitingen die opgenomen zijn in de algemene voorwaarden van verzekering kunnen geen rechten worden ontleend, indien: 15.1 de verzekerde zijn verplichtingen zoals genoemd in de polisvoorwaarden niet nakomt en daardoor de belangen van het schaderegelingsinstituut / AMEV schaadt. Daarvan is in ieder geval sprake, indien: a. de zaak dusdanig laat wordt aangemeld dat het schaderegelingsinstituut: - niet meer in staat is zelf de rechtsbijstand te verlenen of dit alleen maar met extra inspanning of met onnodige kosten van rechtsbijstand zou kunnen doen; - onnodige proceskosten en/of andere kosten van rechtsbijstand zou moeten vergoeden; - geen regeling meer kan treffen in der minne, of dit alleen met extra kosten kan doen;
4
RUBRIEK VERKEER, MOTOR EN KAMPEERAUTO
ONDERDEEL R2 – RECHTSBIJSTANDVERZEKERING VOOR MOTORRIJTUIGEN
Model RBP 02-1 f.
deelt de advocaat de mening van de verzekerde, dan kan het schaderegelingsinstituut de zaak volgens het uitgebrachte advies verder behandelen. Behandelt het schaderegelingsinstituut de zaak verder niet zelf, dan heeft verzekerde de vrije keuze wie de zaak verder volgens het uitgebrachte advies zal behandelen. De in het kader van deze geschillenregeling ingeschakelde advocaat of kantoorgenoot van hem mag de zaak verder niet behandelen. Het schaderegelingsinstituut verstrekt voor de verdere behandeling schriftelijk opdracht; g. deelt de advocaat de mening van het schaderegelingsinstituut, dan kan de verzekerde de zaak tot zich trekken en op eigen kosten voortzetten. Indien de uitslag van de zaak - die verzekerde verplicht is binnen een maand nadat uitspraak is gedaan aan het schaderegelingsinstituut te zenden - blijkt dat het beoogde resultaat geheel werd bereikt, zal het schaderegelingsinstituut alsnog de gemaakte kosten, zoals genoemd in artikel 10 van deze voorwaarden, vergoeden. Indien het beoogde resultaat slechts gedeeltelijk werd bereikt, zal het schaderegelingsinstituut deze kosten in verhouding tot het in de procedure behaalde resultaat vergoeden; h. de verzekerde kan geen beroep doen op de geschillenregeling als na overleg met verzekerde door het schaderegelingsinstituut reeds een advocaat, voorzover deze niet un dienstbetrekking staat van het schaderegelingsinstituut of andere rechtens bevoegde deskundige is ingeschakeld voor de behandeling van de zaak of een advocaat reeds een advies in het kader van de geschillenregeling voor het geschil heeft uitgebracht.
ARTIKEL 18
Einde van de verzekering
In aanvulling op de bepalingen in de algemene voorwaarden van verzekering wordt de verzekering eveneens als beëindigd beschouwd: a. zodra verzekeringnemer niet meer werkelijk in Nederland woont of gevestigd is; b. door het faillissement of overlijden van de verzekeringnemer. Indien het een bedrijf betreft, bij het faillissement, de verkoop of de opheffing daarvan. ARTIKEL 19
Terugbetaling van gemaakte kosten
De verzekerde is verplicht de schade te vergoeden die voor het schaderegelingsinstituut / AMEV ontstaat als hij een verplichting die voortvloeit uit de verzekeringsovereenkomst niet nakomt of zijn machtiging tot behandeling van de aangemelde zaak intrekt, onverminderd hetgeen overigens in de voorwaarden is bepaald. ARTIKEL 20
Adres
Na aanmelding van een zaak bij het schaderegelingsinstituut dient verzekerde zorg te dragen dat zijn juiste adres steeds bij het schaderegelingsinstituut bekend is. ARTIKEL 21
Klachten
Voor alle klachten over het schaderegelingsinstituut kunt u schriftelijk terecht bij het klachtenbureau van het schaderegelingsinstituut, waarvan de adresgegevens vermeld staan in artkel 1. ARTIKEL 22
16.2 Gedragslijn bij verschil van mening over het wel of niet verlenen van dekking a. De verzekeringnemer kan een rechtsvordering tegen het schaderegelingsinstituut / AMEV instellen indien het schaderegelingsinstituut meent dat de gebeurtenis geen aanleiding geeft om rechten aan deze verzekering te ontlenen; b. Indien de rechter de verzekeringnemer in het gelijk stelt, zal het schaderegelingsinstituut de redelijkerwijs gemaakte kosten, zoals genoemd in artikel 10 van deze voorwaarden, vergoeden.
Wet Bescherming Persoonsgegevens
De bij de aanmelding van een zaak bij het schaderegelingsinstituut verstrekte persoonsgegevens en de eventueel nader over te leggen persoonsgegevens kunnen worden opgenomen in de door het schaderegelingsinstituut gevoerde persoonsregistratie. Op deze registratie is bij het schaderegelingsinstituut een privacyreglement van toepassing. Een afschrift van het formulier van aanmelding ligt voor een ieder ter inzage bij het directiesecretariaat van het schaderegelingsinstituut.
ARTIKEL 17
Vervaltermijn
Alle vorderingen, die een verzekerde wegens het niet verlenen van rechtsbijstand of het geven van adviezen tegen het schaderegelingsinstituut geldend wenst te maken, vervallen na één jaar, te rekenen vanaf de dag, waarop de verzekerde van de weigering kennis kreeg.
16855 (01-02)
5