Participatie bij het ontwerp voor een Natuurspeeltuin in het Sloterpark
Inhoudsopgave INLEIDING ................................................................................................................ 1 DEEL 1: HET PARTICIPATIEPROCES ........................................................................... 7 WERVING EN SAMENSTELLING .............................................................................................................................. 7 METHODE VAN RAADPLEGING ......................................................................................................................... 11 PARTICIPATIE: RESPONS OP DEELNAME EN WERKVORMEN ................................................................................... 19
DEEL 2: DE RESULTATEN – ONTWERPIDEEËN EN VOORWAARDEN ............................ 24 1.
GEUZENVELD FESTIVAL ........................................................................................................................... 24
3.
STRAATINTERVIEWS ................................................................................................................................ 30
5.
SENIOR CREATIE TEAM .......................................................................................................................... 40
2. 4. 6. 7. 8.
JUNIOR CREATIE TEAM ........................................................................................................................... 26 KINDERPERSBUREAU ............................................................................................................................... 36
STAKEHOLDERS ...................................................................................................................................... 44 OUDERPANEL ......................................................................................................................................... 47 INTERACTIEVE MIDDAG........................................................................................................................... 50
DEEL 3: GEMEENSCHAPPELIJKE ONTWERPPRINCIPES ................................................ 57 SPANNING EN AVONTUUR .................................................................................................................................. 57
NATUURBELEVING .............................................................................................................................................. 58 EDUCATIE ........................................................................................................................................................... 59
ONDERHOUD EN DUURZAAMHEID ...................................................................................................................... 60 INFORMATIEVOORZIENING/ PROMOTIE............................................................................................................... 60
DEEL 4: SAMENVATTING EN CONCLUSIES ............................................................... 61
Inleiding De Sloterplas en het Sloterpark worden de komende jaren sterker op de kaart gezet in Amsterdam. Bij de herontwikkeling van dit gebied wil Stadsdeel Geuzenveld-Slotermeer tevens een natuurspeeltuin ontwikkelen en realiseren in het Sloterpark.
Een natuurspeeltuin kan bijdragen aan sociale en culturele samenhang van bewoners en het heeft gunstige uitwerkingen op de psychosociale en motorische (lichamelijke) ontwikkeling
van kinderen. Het Stadsdeel Geuzenveld-Slotermeer streeft naar een actieve betrokkenheid van omwonenden en andere betrokkenen in de ontwikkeling van de natuurspeeltuin. Daarom is er een participatietraject opgezet door Stichting Alexander waarin kinderen en ouders betrokken werden in de ontwerpfase.
In de periode september tot en met december 2009 heeft dit participatietraject plaatsgevonden in het stadsdeel Geuzenveld-Slotermeer. De opbrengsten hiervan hebben
bijgedragen aan de ontwikkeling van het ontwerp voor de natuurspeeltuin die in het
Sloterpark gestalte zal krijgen.
Dynamisch project Het participatietraject rondom het ontwerp voor een natuurspeeltuin in het Sloterpark is opgebouwd uit verschillende elementen en activiteiten met diverse doelgroepen: •
Diverse eenmalige raadplegingen in Geuzenveld-Slotermeer en andere stadsdelen in Amsterdam, zoals straatinterviews met ouders en kinderen en activiteiten tijdens het festival Geuzenveld verandert!
•
Junior Creatie Team, creatieve middagen met kinderen, speelmiddagen met kinderen in bestaande natuurspeeltuin.
•
Kinderpersbureau, de Vlugt Reporters van de Burgemeester de Vlugtschool. interviewt de architect, andere kinderen, ouders en buurtbewoners en doet verslag, houdt een website bij (www.natuurspeeltuinsloterpark.nl).
•
Senior Creatie Team, geïnteresseerden, belanghebbenden, ouders, denken actief mee
met de architect over de vormgeving en het ontwerp, naar aanleiding van input eerdere raadplegingen – lopende de uitvoering aangevuld met een ouderpanel over de inrichting en randvoorwaarden van de natuurspeeltuin. •
Stakeholders Team, direct betrokkenen dragen hun steentje bij aan het creëren van de randvoorwaarden en communicatie.
Deze rapportage bestaat uit drie delen. Het eerste deel bevat een beschrijving van het proces van het gehele traject. Hierin komt naar voren welke stappen er zijn gezet om te komen tot de verschillende raadplegingen en creatieve activiteiten, welke overwegingen daaraan ten grondslag hebben gelegen en welke keuzes zijn gemaakt in de opzet en uitvoering.
In het tweede deel komen de inhoudelijke resultaten uit de raadplegingen aan bod – in dit
deel worden per doelgroep en participatievorm de ideeën beschreven voor de inrichting van
5
de natuurspeeltuin en gekoppeld aan de volgende thema’s: spelen in en met natuur, onderzoekend ervaren, gezond bewegen, veiligheid en toezicht, duurzaamheid, klimaatverandering en zelfbeheer. De beschrijvingen van de inhoudelijke resultaten zijn voorzien van divers beeldmateriaal waarmee een indruk wordt gegeven van de creatieve werkvormen die gehanteerd zijn. Al het ontwerpmateriaal dat is voortgekomen uit de
raadplegingen – zoals tekeningen, maquettes en kijkdozen – is bewaard gebleven en bevindt zich op het stadsdeelkantoor van Geuzenveld-Slotermeer.
In het derde deel van dit rapport worden de inhoudelijke resultaten uit de raadplegingen geïntegreerd en vertaald in zogenoemde ontwerpprincipes. Dit zijn de gemeenschappelijke,
onderliggende principes die ten grondslag liggen aan de diversiteit aan wensen en ideeën voor het ontwerp.
In het vierde deel tot slot, besluit het rapport met een samenvatting van de resultaten van
het participatietraject bij het ontwerp van een natuurspeeltuin in het Sloterpark. Hier worden tevens een aantal conclusies gepresenteerd over het bereik en het effect van participatieactiviteiten op de betrokkenheid van doelgroepen.
6
Deel 1: Het participatieproces In dit deel beschrijven we de opzet en uitvoering van het participatietraject rondom het ontwerp voor een natuurspeeltuin in het Sloterpark. Aan bod komen: - Werving en samenstelling: een beschrijving van de wijze, het verloop en de resultaten van de werving van deelnemers voor de verschillende participatieactiviteiten c.q. – vormen; - Methode van raadpleging: een beschrijving van de gehanteerde werkwijze en verloop van de verschillende raadplegingen of participatieactiviteiten; - Participatie: een beschrijving van de respons van deelnemers aan participatieactiviteiten op hun deelname aan het traject en de gehanteerde participatievormen.
Werving en samenstelling De werving en samenstelling van de groepen die zijn geraadpleegd zijn deels tot stand gekomen in samenspraak met het stadsdeel..
Voorafgaand aan de raadplegingen is via verschillende kanalen gezocht naar deelnemers. De werving van deelnemers voor sommige bijeenkomsten of activiteiten verliep de ene keer vrij soepel, terwijl dit bij andere bijeenkomsten wat moeizaam verliep (Senior Creatie Team en Stakeholders). De deelnemers - kinderen, ouders en professionals - waren over het
algemeen zeer enthousiast om mee te werken aan de realisatie van het ontwerp van de natuurspeeltuin
Geuzenveld festival
Het festival in september, op plein ’40-’45 te Geuzenveld, werd goed bezocht. Tijdens dit festival verzamelden zich allerlei organisaties met kraampjes op het plein en daarnaast
werden er activiteiten georganiseerd voor kinderen. Verwacht werd dat er veel kinderen en ouders uit de omgeving van Geuzenveld en Slotermeer op dit festival zouden afkomen, waardoor veel mensen kennis konden maken met de plannen voor de natuurspeeltuin.
Het festival werd inderdaad goed bezocht. Het werven van kinderen om te knutselen aan hun eigen ontwerp voor de natuurspeeltuin verliep voorspoedig, op sommige tijdstippen
moesten kinderen wachten om mee te kunnen doen. Uiteindelijk hebben 32 kinderen hun eigen ontwerp voor de natuurspeeltuin geknutseld of getekend. Deze kinderen varieerden in leeftijd van drie tot dertien jaar. Daarnaast is er met een aantal ouders van deze kinderen gesproken. Aan de activiteiten hebben kinderen van verschillende nationaliteiten
meegedaan. Over het algemeen spraken alle kinderen en ouders goed Nederlands.
Junior Creatie Team
Het Junior Creatie Team bestond uit een groep van elf kinderen van Buitenschoolse opvang de Groeiboom. Er was contact opgenomen met verschillende BSO’s in de omgeving van het
Sloterpark. BSO ‘De Groeiboom’ reageerde gelijk heel enthousiast en wilde graag deelnemen aan het project. Er zijn voor het Junior Creatie Team twee middagen georganiseerd. Vanuit
7
de buitenschoolse opvang ‘De Groeiboom’ hebben elf kinderen meegedaan aan de activiteiten in de leeftijd van zes tot elf jaar.
Straatinterviews
In de periode van september tot en met december zijn straatinterviews gehouden op
verschillende locaties in Amsterdam, namelijk in Geuzenveld, Osdorp, de Baarsjes en in het Centrum. Aanvankelijk was het de bedoeling om aan de start van het traject meerdere straatinterviews uit te voeren. De afspraak was om na een eerste ronde (in Osdorp en
Geuzenveld) te evalueren hoe de gehanteerde werkwijze verliep. Het resultaat van de eerste ronde straatinterviews was zodanig dat ervoor is gekozen om in de eerste instantie meer in te gaan zetten op creatieve methoden.
De resultaten zijn uitgewerkt aan de hand van aantekeningen. De onderzoekers hebben
mensen aangesproken bij een speeltuintje ten noorden van de Sloterplas, in het Sloterpark en in het winkelcentrum van Osdorp.
De straatinterviews in het centrum van Amsterdam vonden plaats op schoolpleinen en in de
buurt van scholen. De meeste van deze interviews zijn met een digitale recorder opgenomen en daarna letterlijk uitgewerkt. Enkele interviews zijn door middel van aantekeningen
uitgewerkt. De interviews in natuurspeeltuin Plan West zijn gevoerd met ouders, een opa en een oma die aanwezig waren met hun (klein)kinderen.
Er is in totaal met vijfentwintig mensen op straat gesproken. Deze groep bestaat uit vijftien moeders, één vader, één oppas, twee oma’s, één opa, één jongen en vier meisjes.
De respondenten van de eerste ronde straatinterviews, in Geuzenveld en in Osdorp
bestonden uit vier Marokkaanse moeders, drie Marokkaanse kinderen, een Turkse moeder en een Nederlandse moeder. De respondenten van de overige straatinterviews waren allen van Nederlandse afkomst.
Kinderpersbureau
Tijdens een eerste afspraak op het stadsdeelkantoor werden de mogelijkheden voor
samenwerking met het Kinderpersbureau van de Burgemeester de Vlugtschool besproken en zijn er afspraken gemaakt. De projectleider bewonersinitiatieven van stadsdeel GeuzenveldSlotermeer, en de begeleider van het Kinderpersbureau waren hierbij aanwezig.
Het kinderpersbureau is een naschoolse activiteit die plaatsvindt op maandagmiddag, onder begeleiding van Insamenwerking, een organisatie die zich bezig houdt met creatieve
culturele projecten voor kinderen en jongeren. Het Kinderpersbureau, genaamd De Vlugt
Reporters, bestaat uit een groep leerlingen afkomstig uit de groepen 6, 7 en 8. Zij houden zich bezig met interviewen, opnames maken, monteren en stukken schrijven. De groep bestond voor de periode van september tot en met december 2009 uit acht kinderen tussen de negen en de elf jaar.
8
Maatschappelijke stage
Via de website van de Vrijwilligerscentrale is een oproep gedaan aan Middelbare scholieren om hun verplichte maatschappelijke stage te doen in het kader van de Natuurspeeltuin
Sloterpark. Het doel van de stage was om onderzoek te doen onder andere jongeren naar
hun ideeën over mogelijke betrokkenheid bij de natuurspeeltuin (in het kader van beheer en onderhoud). In de korte tijd waarin de werving plaatsvond is het niet gelukt om een
onderzoeksteam van leerlingen te formeren en is de Maatschappelijke stage in dit stadium van de ontwikkeling van de Natuurspeeltuin niet doorgegaan.
Met de Vrijwilligerscentrale is besproken hoe Maatschappelijke stagiaires in de toekomst een rol kunnen spelen bij de Natuurspeeltuin. Er zijn verschillende opties besproken: leerlingen betrekken bij educatieve programma’s voor kinderen (het opzetten van programma’s, basisschoolleerlingen begeleiden tijdens de educatieve programma’s), leerlingen van
Groenscholen kunnen helpen bij de bouw en het onderhoud van de Natuurspeeltuin en leerlingen kunnen fungeren als toezichthouder in de Natuurspeeltuin. De
Vrijwilligerscentrale Amsterdam wil deze ideeën te zijner tijd graag samen met het Stadsdeel Geuzenveld-Slotermeer uitwerken en helpen bij het vinden van vrijwilligers.
Senior Creatie Team
Voor het Senior Creatie Team hebben Stichting Alexander en het stadsdeel gezocht naar mix van professionals, met affiniteit met natuur en natuurspelen, en ongeorganiseerde ouders
uit Amsterdam van wie de kinderen tot de doelgroep van de nieuwe natuurspeeltuin horen. Om deelnemers uit beide groepen te werven hebben Stichting Alexander en het stadsdeel
eerst een lijst samengesteld met potentiële deelnemers: functionarissen van het stadsdeel en andere Amsterdamse gemeentediensten, externe professionals gespecialiseerd in
vormgeving, natuureducatie, natuurspelen of duurzaamheid, en ouders die tijdens eerdere straatinterviews en tijdens het Geuzenveld Festival (26 september) belangstelling hadden getoond om verder mee te denken over de nieuwe natuurspeeltuin.
In totaal zijn 28 potentiële deelnemers (14 professionals en 14 ouders) door Stichting
Alexander benaderd via brief, e-mail en telefoon. Ondanks de intensieve werving viel de
definitieve deelname aan de twee opeenvolgende sessies (13 en 27 oktober 2009) veel lager uit dan verwacht mocht worden op basis van afspraken met en toezeggingen van zowel professionals als ouders.
Waar de tegenvallende opkomst onder professionals toevallig lijkt (ziekte, afspraak vergeten, afzegging om andere redenen) was er bij de (allochtone) ouders die deelname hadden
toegezegd meer aan de hand: zij lijken in de praktijk moeilijk ‘nee’ te zeggen (ook wanneer zij erg twijfelen over hun deelname, nadat ze eerder in persoonlijke gesprekken hebben
toegezegd) en blijven zonder afmelding weg. Hierbij speelt voor bewoners waarschijnlijk ook afstand tot de locatie een rol; het gaat dan niet alleen om de fysieke afstand (in dit geval: tot het stadsdeelkantoor), maar ook om de drempel die zij ervaren om een bijeenkomst bij te
wonen op een dergelijke ‘formele’ locatie waar ze in de regel alleen komen om individuele burgerzaken af te handelen.
9
Uiteindelijk hebben aan beide sessies in totaal 9 professionals (exclusief de ontwerper van de nieuwe natuurspeeltuin) en 2 ouders deelgenomen.
De volgende organisaties en instellingen waren vertegenwoordigd tijdens de twee sessies
van het Senior Creatie Team: Jantje Beton, Creative City Labs (een interdisciplinaire denktank die zich bezighoudt met ideeën om bestaande woonwijken in Amsterdam en Utrecht
klimaatneutraal te maken), Waternet, DMO Amsterdam, stadsdeel Geuzenveld-Slotermeer (beleidsafdeling Duurzaamheid en een landschapsarchitect).
Vanwege de magere vertegenwoordiging van ouders bij het Senior Creatie Team is besloten om aanvullend ouders apart te raadplegen, op een laagdrempelige locatie waar ouders al
regelmatig komen. Hiertoe zijn nieuwe groepen ouders benaderd, en heeft geleid tot een ouderpanel met moeders van de Noordmanschool. (zie hieronder bij Ouderpanel)
Stakeholders
Een lijst van potentiële deelnemers voor de stakeholders bijeenkomst is aangeleverd door het stadsdeel. Daarnaast heeft Stichting Alexander nog een aantal mensen buiten deze deelnemerslijst benaderd. Dit waren een aantal scholen en voorzieningen voor
buitenschoolse opvang. De mogelijke deelnemers waren in de eerste instantie niet allemaal bereidwillig mee te werken aan het initiatief. Enkelen zagen het belang van hun eigen aandeel in deze bijeenkomst niet in of wilden hiervoor een financiële vergoeding.
Bij de bijeenkomst waren aanwezig; zeven stakeholders van verschillende organisaties. Twee
directeuren van twee verschillende basisscholen, twee personen van de organisatie ‘Vrienden van de Sloterplas’, een medewerker van het Natuur en Milieu Educatiecentrum (NME) de Drijfsijs, de directrice van een BSO en twee medewerkers van stadsdeel GeuzenveldSlotermeer. Op de avond werd ook iemand van de DRO verwacht, en iemand van de kinderboerderij Sloterpark, deze personen waren echter verhinderd.
Ouderpanel
Omdat met name de werving van de ouders moeizaam verliep, is besloten om andere
groepen ouders uit de wijk te benaderen. Een groep moeders die elke week bijeenkomt op de Noordmanschool werd bereid gevonden mee te werken aan dit project.
Zij komen elke donderdagochtend bij elkaar om koffie te drinken en deze ochtenden staan vaak in het teken van een bepaald thema. Met de vaste begeleidster van de groep zijn
afspraken gemaakt over het programma over de natuurspeeltuin. Er is met een groep van zestien Marokkaanse en Turkse moeders gepraat over hun wensen en ideeën voor het
ontwerp van de natuurspeeltuin. Een aantal van deze moeders was eveneens aanwezig tijdens de Interactieve middag.
Interactieve middag
Voor de deelnemers van alle raadplegingen is een afsluitende middag georganiseerd in het
Natuur en Milieu Educatie Centrum de Drijfsijs, dat midden in het gebied van de toekomstige natuurspeeltuin ligt. Tijdens de middag werd teruggekeken op het participatietraject en
10
gewerkt aan het concretiseren van de uitkomsten. Voor deze middag zijn alle deelnemers uitgenodigd. Iedereen is telefonisch, via post en via mail ingelicht.
Tijdens de interactieve middag was er een goede opkomst, in totaal zijn er ongeveer vijftig mensen aanwezig geweest. De kinderen van het Junior Creatie Team en het
Kinderpersbureau waren allen aanwezig. Daarnaast waren er een aantal moeders met hun kinderen van de Noordmanschool gekomen. Ook verscheidende professionals waren
aanwezig, er was iemand van de Hogeschool van Amsterdam, van Jantje Beton, van de Buitenschoolse opvang en van stadsdeel Geuzenveld-Slotermeer.
Vooral tijdens de lunch en presentaties waren er veel mensen aanwezig. Tijdens de
workshops was het rustiger. Er waren tijdens de pauze voorafgaand aan workshops een aantal ouders met kinderen vertrokken.
Methode van raadpleging Tijdens het traject zijn er verschillende methodieken toegepast. Afhankelijk van de
doelgroep en de methodiek die ingezet werd waren mensen bij de start in mindere of meerdere mate op de hoogte van het concept natuurspeeltuin. Elke bijeenkomst of
raadpleging begon met een introductie van het fenomeen natuurspeeltuin. Tijdens deze
introductie werd er eerst gevraagd naar de associaties die mensen zelf hadden bij het beeld ‘natuurspeeltuin’. Dit werd gedaan om eerste indrukken en reacties van mensen te kunnen waarnemen. Omdat het concept voor veel mensen onduidelijk bleek, werd er vervolgens gewerkt met allerlei beeldmateriaal, zoals een fotoboek, of een film over een
natuurspeeltuin. Deze methodes waren over het algemeen goed bruikbaar en leverden een positieve respons op; vooral kinderen waren vaak snel enthousiast om mee te werken.
Geuzenveld festival
Voorafgaand aan het festival is een fotoboek samengesteld waarin verschillende onderdelen van een natuurspeeltuin getoond worden. Deze foto’s zijn gemaakt in bestaande
natuurspeeltuinen. De foto’s zijn samengesteld aan de hand van verschillende categorieën,
zoals samen spelen, spelen met water, zand, bomen, educatief spel, ontwerpen van bankjes, omheiningen, beelden, enzovoorts. Kinderen die kwamen kijken bij de kraam tijdens het
festival werden gevraagd of zij mee wilden denken over het ontwerp van de natuurspeeltuin. Eerst werd de kinderen kort verteld wat een natuurspeeltuin is, daarna mochten zij in het
fotoboek kijken om inspiratie op te doen. Vervolgens kregen de kinderen ieder een doos.
Hierin mochten zij hun eigen natuurspeeltuin ontwerpen, dit deden zij met allerlei natuurlijk materiaal wat in de kraam lag (o.a. kurk, takjes, mos).
11
Terwijl de kinderen bezig waren met hun natuurspeeltuin werden er zoveel mogelijk vragen gesteld over hun ontwerp. Hierdoor kreeg St. Alexander een beeld van wat voor kinderen
belangrijk was. Onderwijl werden ouders ook in het proces betrokken, ook aan hen zijn door St. Alexander allerlei vragen gesteld over hun wensen voor de natuurspeeltuin.
Junior Creatie Team
De eerste middag is het Junior Creatie Team gaan kijken en spelen bij natuurspeeltuin Plan
West in de Baarsjes. Voorafgaand aan de middag hebben de kinderen geen uitgebreide uitleg gekregen over het fenomeen natuurspeeltuin. Dit om zo de allereerste reacties van de
kinderen goed te kunnen waarnemen. In de natuurspeeltuin mochten de kinderen eerst een tijd vrij spelen, daarna zijn er vragen gesteld aan de kinderen. Tijdens het spelen van de
kinderen is er voornamelijk door medewerkers van Stichting Alexander geobserveerd. Een week later vond de tweede middag plaats. Tijdens deze middag mochten de kinderen gezamenlijk in een groep een maquette ontwerpen over hun ideale natuurspeeltuin.
12
Voorafgaand aan deze
tweede middag vond eerst een terugblik plaats over de activiteiten de week ervoor. Daarna kregen
kinderen het fotoboek te
zien met voorbeelden uit
andere natuurspeeltuinen.
Hierna werd er gestart met de ontwerp activiteiten.
Tijdens het ontwerpproces
is elke groep begeleid door een medewerker van St. Alexander. Tijdens het
ontwerpen zijn er vragen gesteld over het ontwerp
en daarnaast zijn er andere thema’s aangehaald, zoals veiligheid, educatie, en regels.
Straatinterviews
De eerste ronde straatinterviews bleken voornamelijk geschikt voor een eerste indruk van wat men vond van het idee van een natuurspeeltuin. Het ging met name om
randvoorwaarden waar de natuurspeeltuin volgens ouders aan zou moeten voldoen. Mensen
konden zich moeilijk een voorstelling maken van een natuurspeeltuin en hadden het al gauw over speeltoestellen. Duidelijk werd dat er wel behoefte was aan meer speeltuinen in het
algemeen, met meer klimrekken en schommels. Het laten zien van de foto’s van bestaande natuurspeeltuinen leidde vooral tot goedkeurende blikken en geluiden. Alle ouders en kinderen reageerden positief op de komst van een natuurspeeltuin.
De methode van straatinterviews werd in een latere fase van het participatietraject vooral
ingezet om te inventariseren hoe mensen, in de stadsdelen die niet direct aan het Sloterpark grenzen, denken over de natuurspeeltuin en onder welke voorwaarden zij bereid zijn om
naar de natuurspeeltuin te gaan. We hebben ervoor gekozen om ons hierbij te focussen op
ouders uit stadsdeel Centrum. Daarnaast zijn er nog enkele interviews gedaan met ouders en een opa en oma tijdens de speelmiddag in natuurspeeltuin Plan West in de Baarsjes met het Junior Creatie Team. De resultaten vanuit deze interviews gaven naast inzicht in de
bereidwilligheid van ouders uit Amsterdam Centrum om naar de natuurspeeltuin te gaan, ook input voor het ontwerp van de natuurspeeltuin.
Kinderpersbureau De kinderen van het kinderpersbureau hadden een speciale rol tijdens het participatietraject. Zij waren allereerst zelf onderzoekers en hebben in de afgelopen drie maanden vierenzestig mensen in hun omgeving ondervraagd over hun ideeën en wensen voor de natuurspeeltuin. Ook hebben zij twee interviews gedaan over de natuurspeeltuin en hebben daarvan verslag
13
gedaan op hun weblog (devlugtreporters.wordpress.com), om zo anderen te informeren. Hun andere bevindingen hebben ze ook steeds op de weblog geplaatst.
Vanwege de experimentele aard van de samenwerking met het Kinderpersbureau van de
Burgemeester de Vlugt school is ervoor gekozen om per bijeenkomst en activiteit te bekijken hoe de ervaringen waren en hoe hierop voortgeborduurd kon worden. Deze reflectie vond na elke bijeenkomst plaats. De plannen werden zo elke keer bijgesteld.
Er zijn in totaal vier bijeenkomsten geweest waar naast de vaste begeleiders begeleiding
vanuit Stichting Alexander aanwezig was. Daarnaast hebben de kinderen onder begeleiding
van Stichting Alexander (met toestemming van de ouders) deelgenomen aan de interactieve middag die plaatsvond op 16 december. De Vlugt Reporters zijn tijdens de andere
maandagmiddag bijeenkomsten bezig geweest met interviewen, monteren en verslagleggen. De eerste bijeenkomst met de Vlugt Reporters en Stichting Alexander was een
introductiebijeenkomst, waarbij naast kennismaking het doel was om met de kinderen een beeld te krijgen van wat een natuurspeeltuin kan zijn.
Hiertoe kregen de kinderen allemaal post-its uitgedeeld. Zij kregen de opdracht om alles op te schrijven wat er in hun hoofd opkwam bij ‘natuurspeeltuin’. Na een kwartier kregen zij
een map te zien met foto’s van natuurspeeltuinen. Vervolgens hadden zij nog even de tijd
om naar aanleiding van die foto’s op te schrijven wat zij leuk vonden en nieuwe elementen/ activiteiten te bedenken. De eerste ronde heeft de meest originele ideeën opgeleverd, de
ronde erna schreven de kinderen vooral de dingen op die zij op de foto’s hadden gezien.
Hierna kregen de kinderen een filmpje te zien van een bestaande natuurspeeltuin. Dit sprak hen niet erg aan, ze vonden het erg saai. Het filmpje ging over natuurspeeltuin de
Speeldernis in Rotterdam. Er was voornamelijk op te zien hoe kinderen spelen in en om het water. Je ziet (alleen blanke) kinderen die met hun lange broek aan in en met het water
spelen. De eerste reacties van de kinderen van het kinderpersbureau waren dat ze het naast saai, ook erg vies vonden.Duidelijk werd dat het belangrijk was om op korte termijn de natuurspeeltuin te laten ‘leven’ bij de kinderen, daarom is er voor gekozen om de eerstvolgende bijeenkomst te plannen op de locatie, in het Sloterpark.
Tijdens de tweede bijeenkomst zijn de Reporters vanuit hun school naar het Sloterpark
gewandeld en kregen aldaar uitleg van de ontwerper van de natuurspeeltuin. Zij leidde de kinderen rond in het gebied waar de natuurspeeltuin gaat komen en tijdens deze
rondwandeling konden de kinderen vragen stellen. De Reporters hebben haar en een
medewerker van Natuur en Milieu Educatiecentrum vervolgens geïnterviewd. Zij hadden zelf van te voren enkele vragen op papier gezet, en stelden vooral vragen op basis van de rondleiding.
In de maanden november en december hebben de kinderen van het persbureau zich bezig gehouden met het doen van (straat)interviews. De Reporters kregen tijdens een van de bijeenkomsten een interviewtraining.
14
Zij hebben gesproken met ouders en kinderen in de buurt van hun school. Daarnaast hebben ze een vragenlijst afgenomen bij kinderen, leerkrachten op school en een aantal ouders. In totaal hebben ze uiteindelijk vierenzestig mensen ondervraagd. De kinderen werkten met
een vragenlijst zodat het mogelijk was om de antwoorden met elkaar te vergelijken en om ze een houvast te geven. De respondenten konden op de meeste vragen de antwoorden ‘ja’ en ‘nee’ geven, zodat het voor de kinderen niet te ingewikkeld was om de antwoorden te
noteren. Dit onderzoek van de Reporters was vooral bedoeld als een interactieve actie om op hun eigen manier de natuurspeeltuin bekendheid te geven en om te peilen hoe men denkt over de komst van een natuurspeeltuin in de omgeving.
Tijdens de derde bijeenkomst hebben enkele kinderen de resultaten van hun onderzoek tot
dan toe aan elkaar gepresenteerd. Het idee van de natuurspeeltuin begon nu steeds meer tot leven te komen voor de Reporters zelf. Twee meiden hadden op een zondag zelf een
onderzoekje gedaan in het Amstelpark, waarbij ze foto’s met de telefoon van hun vader
maakten van dingen die ze leuk vonden. Ze hebben deze foto’s met hun opmerkingen erbij op de weblog gezet. Op de weblog verschenen ook de mede door de kinderen zelf
gemonteerde filmpjes van de rondleiding en het interview met Caroline Elbers in het park. Enkele kinderen zetten ook ideeën en opmerkingen voor de ontwerper op de weblog, en
daar reageerde zij dan weer op. Ook verscheen er een filmpje op van de straatinterviews die de kinderen gehouden hadden.
De vierde bijeenkomst was ter voorbereiding op de interactieve middag. De resultaten van
het onderzoek van de kinderen werden in een schema gezet en de taken werden verdeeld.
Een aantal kinderen wilde graag presenteren. Er werden afspraken gemaakt voor de middag. Deze bijeenkomst was voor de Vlugt Reporters tevens de allerlaatste keer dat zij op de maandagmiddag als kinderpersbureau bij elkaar kwamen.
Tijdens de Interactieve middag hebben de Vlugt Reporters hun bevindingen gepresenteerd aan alle aanwezigen. Zij vonden het heel spannend om voor zo’n grote groep mensen te spreken. De sfeer in de groep was goed, en ook hun presentatie was geslaagd. De vaste
begeleiders van de Reporters waren er niet bij, twee medewerkers van stichting Alexander,
die inmiddels vertrouwd waren met de groep, hebben de groep tijdens de middag begeleid,
opgehaald en weer teruggebracht. Op de weg terug vertelden de kinderen nadat ze nog even flink hadden rondgerend in het park, dat ze het een hele leuke middag hadden gevonden.
Senior Creatie team
Het Senior Creatie Team is tijdens het participatietraject ingezet om met deelnemende professionals en ouders gezamenlijk een visie op de natuurspeeltuin te ontwikkelen.
Hiervoor zijn twee opeenvolgende creatieve sessies ontworpen om stapsgewijs input te genereren en uit te werken in meerdere mogelijke ontwerpen voor de natuurspeeltuin.
Informatie en ideeën uit voorgaande raadplegingen zijn hierbij – tijdens de eerste sessie -
gepresenteerd aan deelnemers ter oriëntatie en inspiratie, zonder bindend te zijn voor het bedenken en uitwerken van hun eigen ideeën.
15
Tijdens de eerste sessie op 13 oktober 2009 stond een open en vrije beeldvorming en ideeënvorming over het fysieke ontwerp van de natuurspeeltuin centraal, alsook een
inventarisatie van een eerste set van voorwaarden voor gebruik en beheer. Om zoveel mogelijke beelden en ideeën voor de natuurspeeltuin te genereren zijn verschillende
brainstorm- en verkenningstechnieken ingezet. Dit heeft een viertal ontwerpideeën /
beeldcombinaties opgeleverd en een tiental factoren – zogenoemde ‘drijvende factoren’ – die invloed kunnen hebben op keuzes in het ontwerp van de natuurspeeltuin. (Deze
beeldcombinaties en drijvende factoren worden beschreven in de resultaatbeschrijving in deel twee van dit rapport.)
De 4 beeldcombinaties en drijvende factoren uit de eerste sessie zijn in de sessie van 27
oktober met de deelnemers aan het Senior Creatie Team besproken, waar nodig aangevuld
en van commentaar voorzien. Vervolgens is de stap gezet om vanuit de voorgaande beelden en factoren 4 scenario’s voor een natuurspeeltuin te ontwerpen. Om te komen tot die
scenario’s zijn eerst 4 ontwerpsjablonen opgesteld. Hiervoor zijn met de deelnemers eerst de belangrijkste zekerheden - die elementen of voorwaarden voor de inrichting van de
natuurspeeltuin die in elk mogelijk ontwerp (bijna) identiek zijn - en onzekerheden - die
elementen of voorwaarden voor een ontwerp waardoor het ontwerp zich op belangrijke
punten onderscheidt van een ander ontwerp - benoemd voor de verschillende ontwerpen. In
het Senior Creatie Team is toen gekozen om te werken met twee onzekerheden: (1) is de natuurspeeltuin primair bedoeld voor leren van/over natuur, of voor vrij kinderspel?, en (2) moet er streng toezicht zijn in de natuurspeeltuin of moeten kinderen vrij en ongecontroleerd zonder toezicht kunnen spelen? Door de uitersten van de eerste onzekerheid te combineren met de uitersten van de tweede onzekerheid, zijn de volgende ontwerpsjablonen ontstaan:
1. De natuurspeeltuin is bedoeld voor kinderen om vrij en ongecontroleerd in een natuurlijke omgeving te zijn en te leren van en over de natuur.
2. De natuurspeeltuin is bedoeld voor kinderen om onder streng toezicht te leren van en over de natuur.
3. De natuurspeeltuin is bedoeld voor kinderen om vooral vrij te spelen in een
natuurlijke omgeving, waarbij streng toezicht wordt gehouden op de aanwezige kinderen.
4. De natuurspeeltuin is bedoeld voor kinderen om vrij en ongecontroleerd te spelen in een natuurlijke omgeving.
De werkvormen die zijn ingezet bij het Senior Creatie Team – Brainwriting, samenstellen van beeldcombinaties, vrije discussie, scenario’s bouwen - deden een groot beroep op de
verbeeldingskracht van de deelnemers. Kenmerkend voor dit proces is dat er vooraf geen
eisen zijn gesteld aan de beelden, ideeën en keuzen van het Senior Creatie Team; er is juist
telkens gewerkt met de beelden en ideeën die tijdens de sessies ingebracht werden door de
16
deelnemers. Hoewel de verbeelding van de deelnemers bij het ontwerpen van verschillende scenario’s centraal stond, was het opvallend dat de deelnemers geen gebruik hebben
gemaakt van de mogelijkheid om hun ideeën ook te verbeelden met schetsen of tekeningen. In de tweede sessie werden zij hiertoe zelfs uitdrukkelijk uitgenodigd, en zijn plattegronden
beschikbaar gesteld van het gebied waar de toekomstige natuurspeeltuin wordt gerealiseerd. De deelnemers aan dit Senior Creatie Team gaven er de voorkeur aan om hun verbeelding te verwoorden, en bleken meer op hun gemak met het beschrijven van hun ideeën dan met het aanschouwelijk maken van hun beelden en visie.
Stakeholders
De bijeenkomst met de Stakeholders had de vorm van een informatiebijeenkomst
gecombineerd met een panelgesprek. Hier stond niet het ontwerp van de natuurspeeltuin zelf centraal, maar werd beoogd om enerzijds draagvlak voor de natuurspeeltuin te
stimuleren en anderzijds ideeën, verwachtingen en vragen van deelnemers te inventariseren over de randvoorwaarden voor het ontwerp en het gebruik van de natuurspeeltuin. Na de
kennismaking werden eerst de ontwerpideeën die tot dan toe uit de andere raadplegingen
waren voortgekomen gepresenteerd en vervolgens spraken de aanwezigen met elkaar over de randvoorwaarden van de natuurspeeltuin.
Hiertoe werd er allereerst een brainstormronde gedaan. Iedereen kon op post-its de gewenste randvoorwaarden voor de natuurspeeltuin noteren die als eerste bij hen
opkwamen. Deze werden gegroepeerd opgeplakt op een flap-over. Deze randvoorwaarden
gaven al veel stof om over te praten. Daaropvolgend werd een panelgesprek gehouden aan
de hand van deze randvoorwaarden. De stakeholders gaven aan betrokken te willen blijven bij dit project.
Ouderpanel
Een deel van de Turkse of Marokkaanse moeders was op de hoogte van het onderwerp
vanochtend, een ander deel niet. Stichting Alexander schetste voor de moeders het kader en de achtergrond van de bijeenkomst. Er werd een korte toelichting gegeven op de plannen van stadsdeel Geuzenveld-Slotermeer voor de ontwikkeling van een natuurspeeltuin, met
nadruk op participatie van kinderen, ouders en professionals bij de ontwikkeling. Het doel van deze bijeenkomst werd uitgelegd als het verzamelen van ideeën en wensen van de
moeders zodat daarmee rekening kan worden gehouden bij het ontwerp van de speeltuin, en er volgde een korte presentatie, ondersteund met powerpoint, van de resultaten van eerdere raadplegingen. Hierna volgde een open gesprek met de moeders. Aan de hand van topics werd er gesproken over de natuurspeeltuin. Sommige moeders waren erg actief in het gesprek, andere hielden zich op de achtergrond.
Interactieve middag
Vanwege de verschillende aard en doelstellingen van de raadplegingen is ervoor gekozen om
één gezamenlijke afsluitende bijeenkomst te organiseren voor alle deelnemers. Bij deze bijeenkomst was een groot deel van de deelnemers die deelnamen aan eerdere
raadplegingen aanwezig. De middag is voorbereid door zes medewerkers van Stichting
Alexander. Tijdens de middag waren er vijf medewerkers aanwezig om de middag in goede
17
banen te leiden. De programmering en werkwijze van de middag is van te voren afgestemd met het stadsdeel.
Het programma ging van start met een lunch voor alle deelnemers. Dit was een gezellig
begin, deelnemers kregen de tijd om met elkaar te praten over ervaringen tijdens het traject. Na de lunch ging het programma van start met een korte introductie door Stichting
Alexander over het middagprogramma. Daarna volgde de presentatie van het voorlopig
ontwerp van de natuurspeeltuin door de ontwerper. De meeste mensen waren hierin erg geïnteresseerd en er kwamen enthousiaste reacties naar voren. Na afloop was er de
mogelijkheid om vragen aan de ontwerper te stellen. Na een uitgebreide vragenronde
hebben de kinderen van het kinderpersbureau hun onderzoek gepresenteerd. De kinderen bespraken hier een aantal uitkomsten van hun onderzoek.
Na de pauze gingen de workshops van start. Iedere deelnemer had bij binnenkomst een kaartje gekregen met daarop de workshop waar hij of zij aan ging deelnemen. Na de
workshops vond er een korte presentatie plaats van de uitgevoerde activiteiten tijdens elke workshop, welke door twee deelnemers van elke groep werd gepresenteerd. Zodoende
kregen deelnemers van de andere workshops ook een indruk wat andere groepen hadden gedaan. Hieronder een overzicht van de vier workshops en de gehanteerde werkwijzen:
18
Workshop ‘Het Spel en de Knikkers’ (4 kinderen en 2 volwassenen)
Deze workshop had als taak om te bedenken welke regels er in de natuurspeeltuin moeten gelden. Om inspiratie op te doen hadden deelnemers de beschikking over een set pictogrammen en regels van een andere natuurspeeltuin. Allereerst werd de groep verdeeld in twee groepen. Per groep werd op een flap een selectie gemaakt van de pictogrammen waarop een afbeelding stond waar zij iets over wilden zeggen. Deze pictogrammen werden opgeplakt met de daarbij bedachte regels. Vervolgens lieten de twee groepen aan elkaar zien welke regels zij hadden gevonden. Zij kozen samen de regel iedereen is welkom als belangrijkste regel.
Workshop ‘Groeien, bloeien en sterven’ (3 kinderen, 6 volwassenen)
Deze workshop had als taak om te bedenken wat voor activiteiten kinderen kunnen doen in de natuurspeeltuin met wat er in de natuur groeit, bloeit en verandert. Tijdens deze workshop hebben de deelnemers een korte wandeling gemaakt over het terrein van de toekomstige natuurspeeltuin. De ontwerper gaf aan dat er voor een bepaalde hoek nog geen exacte invulling was, hiervoor konden tijdens de workshop plannen gemaakt worden.
Workshop “Die Tuin is van ons” (3 kinderen, 2 ouders, 1 medewerker van De Drijfsijs)
In deze workshop zijn ideeën geïnventariseerd voor beheer van de natuurspeeltuin. Met beheer wordt in de workshop bedoeld: zorgen voor de natuurspeeltuin zodat het schoon en netjes blijft, en het leuk is en blijft voor kinderen en ouders om te komen. De deelnemers zijn uitgenodigd om met elkaar twee vragen te bespreken: ‐ Hoe kan er voor de natuurspeeltuin worden gezorgd? ‐ Welke rol kunnen belanghebbenden / betrokkenen hierin spelen?
Workshop ‘De tuin knalt nog niet’ (4 kinderen en 1 volwassene)
Deze workshop had als taak voorstellen te bedenken voor concrete situaties of plekken in de toekomstige natuurspeeltuin die nog verbeterd kunnen. Met de groep is gekeken naar het gepresenteerde ontwerp. Per onderdeel van de speeltuin konden ze aanvullingen en verbeteringen geven. De kinderen vonden het erg moeilijk om verbeteringen te bedenken voor de speeltuin, ze zijn al erg enthousiast over het ontwerp. Van hen mag het ontwerp zo blijven. Daarom hebben ze nagedacht over de details voor de speeltuin. Bijvoorbeeld het stukje voor kleine kinderen; wat moet daar precies in? Of een boomhut, waar moet die aan voldoen? De volwassene hield zich op de achtergrond: zij vond dat de kinderen het moesten bedenken.
Participatie: respons op deelname en werkvormen Tijdens het traject was bij de deelnemende kinderen zichtbaar dat zij steeds enthousiaster werden om te (blijven) participeren. Opvallend was bij de groepen waarmee meerdere
activiteiten werden ondernomen om ideeën voor het ontwerp te bedenken, gaandeweg het concept ‘natuurspeeltuin’ en hun begrip hiervan steeds meer tot leven kwam. Wel bleek
tijdens de bijeenkomsten dat kinderen het moeilijk vonden om hun ideeën vorm te geven krijgen middels materiaal en visualisaties. Kinderen konden goed vertellen over hun ideale ontwerp, maar om het dan vervolgens ook uit te beelden bleek op zichzelf al een ontdekkingstocht voor kinderen.
19
Ouders, professionals en stakeholders in de raadplegingen vonden de bijeenkomsten allereerst nuttig. Waar het aankwam op werkelijke deelname aan activiteiten en het
bedenken van ideeën voor de inrichting en het ontwerp van de natuurspeeltuin, hadden
volwassenen vaak een langere aanloop nodig dan kinderen, en vroegen vaker om gerichte
informatie, voorbeelden en kaders vooraf. Zij waren bovendien zelf erg nieuwsgierig naar de ideeën van kinderen in het traject, en benadrukten vaak het belang van het raadplegen van de kinderen zelf. In het algemeen hadden de volwassenen in dit traject in eerste instantie
meer aandacht voor randvoorwaarden voor de inrichting en het gebruik – veiligheid, beheer, onderhoud, invloed op de omgeving, meerwaarde ten opzichte van bestaand aanbod – van de natuurspeeltuin, dan voor de fysieke inrichting zelf. Wat voor de ervaren betrokkenheid van zowel kinderen als volwassenen geldt, is dat deze
versterkt wordt door de terugkoppeling (via de interactieve middag, zie hieronder) aan hen over hoe hun ideeën zijn of worden gebruikt.
Geuzenveld festival
Nagenoeg alle kinderen vonden het leuk om een eigen speeltuinontwerp te maken. Toen alle beschikbare kijkdozen gebruikt waren en er nog kinderen voor de kraam stonden die ook
iets wilden knutselen, werden zij aan het tekenen gezet. De ouders waren zeer enthousiast
dat er een grote natuurspeeltuin komt in hun leefomgeving. Ouders en kinderen gaven aan thuis de in ontwikkeling zijnde website te gaan bekijken. Tijdens het festival zijn ouders
benaderd om verder mee te denken over de inrichting van de natuurspeeltuin in een later stadium. Hiertoe hebben tien ouders zich ingeschreven. Van deze groep hebben zich
uiteindelijk twee ouders ingezet (een hiervan heeft ideeën gemaild en de ander nam deel aan het Senior Creatie Team).
Junior Creatie Team
De kinderen reageerden goed op de methode van eerst zelf spelen en daarna een eigen ontwerp maken. Ze vonden het erg leuk om mee te denken over het ontwerp voor de
natuurspeeltuin. Ze waren zeer enthousiast door de speelmiddag en hadden hierdoor
genoeg creatieve ideeën voor de natuurspeeltuin. Wel bleek dat kinderen het lastig vonden om deze ideeën om te zetten in eigen geknutselde ontwerpen. Wellicht dat kinderen soms
meer tijd nodig hadden om iets te kunnen maken en misschien speelt leeftijd en vaardigheid hierin ook een rol.
Door voorafgaand geen informatie te verstrekken heeft er een goede observatie kunnen
plaatsvinden in de natuurspeeltuin, de eerste enthousiaste reacties bij binnenkomst in de natuurspeeltuin Plan West in de Baarsjes waren veelzeggend.
Straatinterviews
De mensen die werden aangesproken op straat reageerden over het algemeen positief en namen de tijd om de vragen te beantwoorden en hun ideeën toe te lichten. Middels deze methode kwam er niet veel extra aanvullende informatie naar boven wat gebruikt kan
worden voor het ontwerp van de speeltuin. Wel bevestigden veel van de antwoorden en ideeën de uitkomsten die er al lagen uit de andere raadplegingen. De gesprekken met
20
bewoners uit Amsterdam Centrum gaven inzichten in hun bereidheid om gebruik te gaan
maken van de natuurspeeltuin. Hieruit volgden vooral veel tips over hoe de natuurspeeltuin te promoten.
Kinderpersbureau
De reacties van de kinderen tijdens de verschillende activiteiten waren naar mate de tijd
vorderde steeds enthousiaster. Dit had ermee te maken dat het idee van een natuurspeeltuin voor hen steeds meer tastbaar werd. In de beginfase bleek dat de kinderen zich moeilijk een voorstelling konden maken van een natuurspeeltuin. Toen ze eenmaal de locatie bezocht hadden en de ontwerper hadden gezien en gesproken ging het idee wat meer voor hen
leven. Vanaf dat moment was ook zichtbaar dat zij er zelf mee aan de slag konden gaan. In de voorlaatste bijeenkomst is geprobeerd om een manier te bedenken waarop het mogelijk was om de kinderen ook met jongeren in gesprek te laten gaan over de
natuurspeeltuin. Gebleken was namelijk dat de kinderen het lastig vonden om op straat
jongeren aan te spreken omdat ze het gevoel hadden niet serieus genomen te worden. Het is uiteindelijk niet gelukt om de kinderen genoeg te begeleiden om met jongeren (een oudere leeftijdsgroep) in gesprek te gaan. Hiervoor was uiteindelijk intensievere begeleiding en meer tijd nodig.
Senior Creatie Team
Eerder is al beschreven hoe de werving voor het Senior Creatie Team is verlopen. Alle
benaderde contacten waren positief in hun respons op het gegeven dat er in het Sloterpark een natuurspeeltuin wordt gerealiseerd, en op het organiseren van bijeenkomsten waarin met verschillende groepen over het ontwerp wordt gesproken – ook al heeft dit bij de
meerderheid van de benaderde contacten niet tot deelname geleid. De professionals en
ouders die wel hebben deelgenomen waren ook enthousiast over de werkwijze, die voor de
meeste van hen nieuw en ongebruikelijk was. Vooral het open en het speelse karakter van de sessies werd door de deelnemers gewaardeerd, waarschijnlijk ook omdat deze afwijkt van
meer conventionele discussiebijeenkomsten waar de meeste deelnemers vertrouwd mee zijn. Tegelijkertijd hebben sommige deelnemers zich na afloop – bij het zien van de resultaten
van hun sessies - afgevraagd of er geen andere keuzen gemaakt hadden kunnen worden, zowel in de drijvende factoren als in de ontwerpen die uit de twee sessies zijn gekomen. Deze vraag is terecht, en kenmerkend voor elk keuzeproces waarin deelnemers aan
dergelijke sessies zich na afloop afvragen of er mooie kansen zijn gemist. Achter deze vraag
zit vaak ook een gevoel van betrokkenheid bij hoe de natuurspeeltuin er uiteindelijk uit komt te zien. De deelnemers hebben gevraagd om geïnformeerd en betrokken te blijven bij het
verdere ontwerp- en realisatieproces van de natuurspeeltuin, en ook kinderen te ontmoeten die hebben meegedacht over het ontwerp.
Stakeholders
De ervaring voor wat betreft de werving van Stakeholders leerde dat de bereidheid tot
deelname aan de bijeenkomst toenam wanneer de genodigden uitgebreide informatie tot hun beschikking hadden en in een aantal gevallen was het daarnaast van invloed waar de
uitnodiging vandaan kwam. Zo stimuleerde een telefoontje vanuit het stadsdeel in een aantal
21
gevallen de bereidwilligheid tot deelname. Alle aanwezige Stakeholders wilden op de hoogte
worden gehouden tijdens het ontwerpproces. Iedereen stemde toe om weer samen te komen als de plannen verder zijn uitgewerkt.
Ouderpanel
Zowel de moeders als de drie jongens in de pauze waren kritisch over de plannen van het stadsdeel. Hun kritiek ging niet over de natuurspeeltuin zelf, maar over de vraag of die
speeltuin er wel gaat komen. Ze hadden weinig verwachtingen en weinig hoop, en namen
eigenlijk een afwachtende houding aan: ‘laat die speeltuin er eerst komen, dan gaan we wel!’ Gevraagd naar de reden voor hun wantrouwen, gaven moeders voorbeelden over allerlei
projecten in de wijk waarbij hun mening is gevraagd en bijeenkomsten zijn georganiseerd, over parken, pleinen, sportmogelijkheden – geen van deze bijeenkomsten heeft geleid tot
iets concreets. Desondanks waren veel moeders wel geïnteresseerd in het ontwerp voor de speeltuin, en zijn nieuwsgierig naar hoe het eruit komt te zien.
Interactieve middag
De interactieve middag verliep voorspoedig. De reacties van deelnemers waren positief op zowel de presentaties, de workshops, als de middag in zijn geheel. De presentatie van de ontwerper riep veel
enthousiaste reacties en
vragen op. Het gaf mensen veel voldoening dat ze nu een ontwerp van de
natuurspeeltuin konden bekijken, waarin eigen ideeën en voorstellen herkenbaar waren
verwerkt. Vooral de moeders die in de
voorgaande raadpleging
nog zeer kritisch stonden tegenover de werkelijke
intenties van het stadsdeel hebben na afloop van de
presentatie door de ontwerper laten blijken dat ze aangenaam verrast en blij waren met het gepresenteerde ontwerp.
22
Tegelijkertijd stimuleerde
het de kinderen om nieuwe ideeën te verzinnen en dat deden ze volop. De kinderen van het
kinderpersbureau
presenteerden hun eigen onderzoek. Ze vertelden dat ze veel mensen op
straat en op school hadden geïnterviewd over de natuurspeeltuin. De
resultaten hiervan lieten ze in een overzichtelijke tabel zien. Na de pauze
vertrokken er moeders met
kleine kinderen. Hierdoor werd de groep wat kleiner, terwijl de workshops in de middag
evengoed voldoende deelnemers trokken voor het uitwerken van ideeën voor spelregels, beheer, activiteiten en wijzigingen in het ontwerp.
23
Deel 2: De Resultaten – ontwerpideeën en voorwaarden In dit deel beschrijven we de uitkomsten van de verschillende raadplegingen, en komen per doelgroep c.q. participatievorm de ideeën en voorwaarden voor het gebruik van de natuurspeeltuin aan de orde. In deze beschrijving is zoveel mogelijk een koppeling gemaakt tussen ontwerpideeën, voorwaarden en inhoudelijke thema’s die relevant zijn voor een natuurspeeltuin. Het gaat hierbij om de volgende thema’s: spelen in en met natuur, onderzoekend ervaren, gezond bewegen, veiligheid en toezicht, duurzaamheid, klimaatverandering en zelfbeheer.
1. Geuzenveld festival Spelen in en met natuur en onderzoekend ervaren
Kinderen geven aan vooral veel spannende en avontuurlijke dingen te doen. Wat veel
genoemd wordt zijn activiteiten als op een vlot varen, zwaaien aan lianen, klimmen in
bomen, boomhutten, tunnels of hutten onder de grond, een wiebelbrug over water en bomen of stenen in het water waar je overheen kunt lopen. Kinderen willen dat het spelen zich afspeelt op water, in de
hoogte of onder de grond. Het zijn activiteiten die vooral
gericht zijn op actief bewegen. Daarnaast worden nog een
aantal traditionele speelvormen genoemd, zoals schommelen,
zwemmen en een voetbalveld. Vooral meisjes vinden het
belangrijk om met de natuur in aanraking te komen. Meisjes willen zien hoe bloemen groeien en wat voor
verschillende bloemen en
bomen er zijn. Ook willen meisjes dieren bewonderen in de natuurspeeltuin, dieren die
genoemd worden zijn vogels, kikkers, eenden, konijnen en vlinders. Tot slot vinden kinderen het erg interessant om een vuurplaats in de natuurspeeltuin te hebben. Hierop zou kunnen worden gekookt.
24
Ouders
benoemen dat de
natuurspeeltuin geschikt moet zijn voor
verschillende
leeftijdsgroepen. Zij benadrukken dat de
natuurspeeltuin ook voor kleine kinderen
toegankelijk
moet zijn en dat hun speelruimte niet gelijktijdig
wordt gebruikt door oudere kinderen. Ouders vinden het daarnaast belangrijk dat kinderen ook iets opsteken en leren van de natuur, de natuurspeeltuin zou hierin moeten voorzien.
Gezond bewegen
Nagenoeg alle ideeën die kinderen opperen zijn gericht op bewegen. Kinderen benoemen dit niet bewust, maar geven wel duidelijk aan dat zij vooral actieve activiteiten leuk vinden. Fruitbomen vinden enkele kinderen geschikt om andere kinderen bewust te maken van
gezond eten. Ouders benadrukken dat kinderen in de natuurspeeltuin gemotiveerd moeten worden om te bewegen, dit ontbreekt vaak in de huidige speelplaatsen.
Veiligheid en toezicht
Kinderen linken bij veiligheid en toezicht vooral terug naar eerder genoemde activiteiten. Zo benadrukken zij dat water niet te diep moet zijn, zeker niet als hier ook hele jonge kinderen kunnen spelen. Bij spelen in de hoogte vinden kinderen het belangrijk dat sommige ‘speel
elementen’ niet te hoog worden. Daarbij zal volgens de kinderen de ondergrond van zachte materialen gemaakt moeten zijn, zoals bijvoorbeeld mos. Veel kinderen geven aan dat bankjes belangrijk zijn voor een rustmoment, maar ook voor ouders. Hierdoor geven
kinderen indirect aan dat toezicht van een ouder op sommige activiteiten toch gewenst is.
Voorzieningen als sanitair en een overkapte ruimte om te schuilen bij regen vinden kinderen belangrijk. Kinderen zijn van mening dat het goed is voor de veiligheid als de
natuurspeeltuin afgeschermd is door middel van een hek, zo kunnen kleine kinderen niet
buiten het terrein komen zonder door de ingang te gaan en komen er geen honden op het terrein.
25
Ouders delen in een aantal
opzichten de mening van de kinderen. Water is voor veel ouders een zeer belangrijk
aandachtspunt, het mag zeker
niet te diep zijn. Daarbij zal de natuurspeeltuin voor de
veiligheid moeten worden
omsloten, alleen zo kunnen ouders toezicht houden op hun kinderen. Daarnaast geven
ouders aan dat als het terrein afgesloten kan worden dit overlast zoals vernieling
tegengaat. Een ouder oppert dat een afscheiding door boomstronken of met natuurlijk materiaal zou kunnen worden gemaakt, dit kan daarbij dieren lokken. Ouders zijn van
mening dat honden niet op het terrein toegelaten mogen worden. De omgeving moet ook schoon zijn is het standpunt van de ouders, dit in de zin van dat er geen uitgedrukte
sigarettenpeuken mogen liggen of glas. Ouders benadrukken dat sanitair noodzakelijk is.
Duurzaamheid
Een kind vertelde op het festival dat alle materialen in de natuurspeeltuin van hout zouden moeten zijn gemaakt, hierdoor oogt het natuurlijk.
Klimaatverandering
Ouders vinden het belangrijk dat er tijdens
de verschillende seizoenen een mogelijkheid is om te schuilen voor regen, waarbij je ook kan zitten aan een tafel, daarbij zijn deze
plekken in de zomer fijn om in de schaduw te kunnen zitten.
Zelfbeheer
Ouders geven aan dat zij het belangrijk
vinden dat er toezicht komt in de natuurspeeltuin.
2. Junior Creatie Team Spelen in en met natuur en onderzoekend ervaren
Een overkoepelend beeld wat naar voren kwam tijdens de sessies met het Junior Creatie Team is dat alle kinderen aangeven dat de natuurspeeltuin spannend moet zijn. Dit zal 26
moeten ontstaan door donkere paadjes, gangen onder of boven de grond, enge geluiden van dieren in tunnels, namaakbeesten of andere griezelige dingen zoals vreemde poppen of andere beelden. Naast spanning willen kinderen ook actie in hun spel; wat alle kinderen
belangrijk vinden is water. Kinderen geven aan over water te willen varen met een vlot, over bomen in het water te willen lopen en vinden het leuk om over een touwbrug over water te
kunnen lopen. Kinderen willen geprikkeld worden door de spanning, het moet een uitdaging en daarbij toch enigszins een risico zijn. Kinderen geven aan dat een touw- of wiebelbrug best een beetje steil mag zijn of dat het spannend is als deze flink beweegt. Varen op een vlot zou volgens de kinderen nog spannender worden door een stroomversnelling in het
water of een waterval. Kinderen geven aan dat gezamenlijk spelen leuker is dan alleen, zij vinden het belangrijk dat de natuurspeeltuin daarop is ingericht. Kinderen denken daarbij
aan een vlot waarop je met meerdere personen kan varen of een boomhut waar je met een aantal kinderen in kunt zitten. Anderen ‘speelactiviteiten’ die door kinderen genoemd
werden zijn hutten; zowel in bomen als onder de grond, gangenstelsels onder en boven de grond, lianen of slingertouwen, klimmen op rotsen of palen met daartussen een net.
Kinderen geven aan het fijn te vinden als er ook plekken komen om op zichzelf te zijn of met eigen speelmaatjes, dit door bijvoorbeeld geheime plekken tussen dichte struiken of hutten onder de grond. Daarnaast zou een plekje om rustig te kunnen zitten of liggen ook aangenaam zijn, zoals bijvoorbeeld in een hangmat. Opvallend is dat meisjes aangeven graag bloemen en dieren zoals vlinders en vogels in de
tuin willen bekijken. Daarnaast geven meisjes aan niet altijd dezelfde interesses als jongens te hebben, zij zouden een eigen speelplek willen hebben of een plekje om zich terug te
trekken. Meisjes opperen dat dit zou kunnen door een meisjeshut en een jongenshut in het ontwerp.
Kinderen noemen niet bewust
bepaalde manieren om iets van de natuur te kunnen leren. Wel
geven zij duidelijk aan bepaalde
educatieve vormen interessant te vinden zonder dat dit gelijk in
een traditionele lesvorm gegeven wordt. Kinderen opperen ideeën als een ‘insectenhotel of
composthoop’ (gezien van foto’s), vogelhuisjes of
speurtochten met opdrachten over dieren en natuur.
Gezond bewegen
Kinderen van het Junior Creatie Team hebben niet bewust nagedacht over bewegen, maar
vrijwel alle activiteiten die kinderen graag willen doen in de natuurspeeltuin zijn actief van
aard. Kinderen geven aan in de natuurspeeltuin te willen bewegen, maar daarnaast willen ze
27
ook in de natuur kunnen rusten of ontspannen, dit door het kijken naar dieren of te luieren in een hut.
Veiligheid en toezicht
Veiligheid is belangrijk vind het Junior Creatie
Team, water mag niet te diep zijn en de
natuurspeeltuin moet worden afgesloten door middel van een hek en toegangspoort. De
kinderen opperen dat het voor jongere
kinderen veilig zou zijn als deze een
afgebakend stuk hebben in de
natuurspeeltuin.
Hierdoor kunnen ouders toezicht blijven houden
op hun kinderen en is er geen risico dat kleine kinderen
‘speelelementen’ van
oudere kinderen gaan uitproberen. De
kinderen zijn van mening dat er in de
natuurspeeltuin een toezichthouder
aanwezig zal moeten
zijn, deze moet in het bezit zijn van een EHBO-diploma. Kinderen geven aan dat er voor de veiligheid ook enkele regels moeten gelden in de natuurspeeltuin, zoals geen dingen stuk
maken, vechten, etc.
Duurzaamheid
Door enkele kinderen is het idee van een windmolen in de natuurspeeltuin bedacht. Door te
kijken en ervaren hoe de windmolen werkt zouden kinderen kunnen leren over duurzaam
gebruik van energie. Daarnaast geven de Junior Creatie Team leden aan dat materialen in de natuurspeeltuin vooral van hout zouden moeten zijn.
Klimaatverandering
Kinderen willen allemaal met en in het water spelen. De kinderen zijn erg enthousiast over
een waterpomp, zij willen graag water oppompen en dan zelf stroompjes en dammen maken
28
door middel van stenen en zand. Kinderen zouden door deze activiteiten bewust gemaakt
kunnen worden van de klimaatverandering en de gevolgen die daarmee verbonden zijn. Het Junior Creatie Team lijkt het interessant als er verschillende gebieden komen in de
natuurspeeltuin, zoals een zeegebied met duinen. De duinen zouden tijdens de seizoenen voor verschillende doeleinden kunnen worden gebruikt, zoals sleetje rijden, beschutting,
spelen met zand, enzovoorts.
Zelfbeheer
Kinderen zijn van mening dat een toezichthouder belangrijk is in de natuurspeeltuin. Daarbij moeten er regels zijn zodat kinderen en ouders elkaar daarop kunnen aanspreken.
29
3. Straatinterviews De informatie verkregen uit de straatinterviews is opgedeeld in drie onderwerpen: spelen in en met natuur, de randvoorwaarden voor de natuurspeeltuin en de bereidwilligheid er naartoe te gaan (met name van ouders die in het centrum van Amsterdam wonen).
1. Spelen in en met natuur
Bij spelen in en met natuur gaat het om de ideeën van ouders en kinderen omtrent de bestemming en vormgeving van de natuurspeeltuin. Hierbij behorende thema’s zijn: natuur, bewegen, uitdaging, educatie en leeftijdsindeling. Natuur
Kinderen en ouders geven aan dat ze de beleving van natuur belangrijk vinden. Ze willen de natuur ‘ervaren’ en zien dat overal natuurlijk materiaal wordt gebruikt. Doorgegroeid gras,
veel heuvels, een bos en water werden genoemd. Een wilde, woeste uitstraling voor het echte natuurgevoel.
Je moet echt het idee hebben dat je in de natuur zit. (moeder, 27 jaar) De ouders en kinderen brachten een grote verscheidenheid aan ideeën voor activiteiten naar voren. Activiteiten waarbij kinderen spelen met water kwamen het meest voor. Zwemmen,
boten maken, schommelen in het water, een waterglijbaan, lopen op een pad van stenen in het water, waterpompen, stromend water, kleine deltawerkachtige watersluizen en sloten. Ook klimmen werd vaak genoemd: klimmen in rekken van hout of touw, klimbomen,
boomhutten, slingertouwen en op rotsen. Ouders en kinderen zien dieren ook graag in of nabij de natuurspeelplaats. Konijnen en pony’s werden genoemd. Andere ideeën die naar voren kwamen waren: een groot grasveld, verstopplekken en een kabelbaan.
Sommige moeders vroegen zich af wat er in de natuurspeeltuin te beleven valt in de winter. Als het sneeuwt of het vriest dan zou je kunnen sleeën of schaatsen, gaf een moeder aan. Bewegen
Ouders vinden het belangrijk dat hun kinderen goed kunnen bewegen. Er moet ruimte voor kinderen zijn om te rennen, te klimmen of te zwemmen.
Kinderen moeten hun lichaam leren kennen (moeder, 39 jaar) Ouders geven aan dat het hierbij ook gaat om activiteiten zoals, kleien, klimmen, kruipen
graven en schommelen. Zand en water voor de kleintjes, klimbomen en rotsen voor de grote kinderen.
Uitdaging
Veel ouders geven aan dat de natuurspeeltuin uitdagend voor de kinderen moet zijn.
30
Mijn zoon raakt snel uitgekeken op iets en heeft afwisseling nodig. Het moet uitdagend genoeg zijn anders haken de kinderen af. (moeder, 43 jaar) De ouders willen dat hun kinderen worden gemotiveerd om te gaan bewegen en spelen. Indirect geven de kinderen ook zelf met hun ideeën over de natuurspeeltuin aan dat ze uitgedaagd willen worden. Educatie
Kinderen en ouders geven aan dat ze het leuk vinden als er in de natuurspeeltuin ook educatieve activiteiten plaats vinden. Er kwamen meerder ideeën naar voren:
Het is leuk om in de speeltuin zelf dingen te planten (Meisje, 9 jaar) Tuinmannen bij de volkstuinen in Westerpark zijn super! De klas van mijn dochter was daarheen geweest en daar leren ze alles over hoe dingen groeien, de oogst, zaadjes planten en soep maken van planten. De kids vinden dat leuk (Moeder, 43 jaar van twee dochters van 5 jaar) Hutten bouwen, speurtochten uitzetten, koken, knopen maken, paddenstoelen zoeken, natuuropdrachten, uitleg van een stadsbioloog of van een tuinman. Zowel ouders als kinderen zijn enthousiast over educatieve elementen op een speelplaats. Leeftijdsindeling
Sommige ouders vinden het van belang dat er in de natuurspeeltuin iets te bieden is voor alle leeftijdsgroepen kinderen.
Bij mij scheelt het zes jaar. Als je dan een middag weg wil dan is het leuk als er iets is wat leuk is voor meerdere niveaus, leeftijden (vader, 38 van twee kinderen) Ouders geven aan dat het ook voor de veiligheid van de kleine kinderen kan helpen als er rekening wordt gehouden met verschillende leeftijdsgroepen.
Toen mijn kinderen 2 of 3 waren ging ik sommige plekken vermijden door de inrichting. Je had plekken waar veel oudere kids spelen. Die oudere kids hingen rond op de plekken waar de kleintjes waren. (Moeder, 43 jaar van twee dochters) Ouders geven aan dat grote kinderen het spelen van kleine kinderen soms belemmeren. Grote kinderen moeten genoeg uitdagende dingen kunnen doen, zodat ze niet op de plekken van kleintjes gaan spelen.
2. Randvoorwaarden
Bij de randvoorwaarden gaat het om de eisen die ouders stellen aan de natuurspeeltuin. De
volgende thema’s kwamen hierbij naar voren: veiligheid, toegankelijkheid, voorzieningen en publiciteit.
31
Veiligheid
Veiligheid en toezicht
Voor ouders is veiligheid een belangrijk thema. Ouders vinden het van groot belang dat de
veiligheid van hun kinderen wordt gewaarborgd. Ouders laten hun kind alleen vrij spelen als het er veilig is. Een moeder vertelt het volgende in de speeltuin Plan West in de Baarsjes:
Ik laat veiligheid en toezicht niet over aan een ander, ik zou dan zelf mee gaan (moeder met dochter van 9 jaar) Ouders willen hun kinderen goed in de gaten kunnen houden en geven daarom aan dat de
natuurspeeltuin tot op zekere hoogte overzichtelijk moet zijn. Sommige ouders vonden het belangrijk dat de natuurspeeltuin met hekken duidelijk moet worden afgebakend, zodat de ouders weten waar de kinderen heen kunnen lopen.
Ik hoef mijn kind niet in de gaten te houden, er is maar een ingang. Dat is makkelijk. (moeder 30 jaar) Vooral ouders met kleine kinderen willen constant een oogje in het zeil kunnen houden. Veel ouders vonden toezicht op de natuurspeelplaats van belang. Zowel met het oog op onderhoud als, de voorzieningen, de veiligheid en de sluitingstijd ’s nachts.
Veilig spelen
Ouders stellen bepaalde voorwaarden aan de veiligheid van de speelplekken in de
natuurspeeltuin. Dit zijn de specifieke veiligheidsvoorwaarden die ouders hebben genoemd: -
Het water mag niet te diep zijn, veel kinderen en sommige ouders hebben geen
-
Het water moet schoon zijn (geen blauwalg);
-
-
-
-
-
-
-
zwemdiploma;
De natuurspeeltuin is verboden voor honden, honden kunnen gevaarlijk zijn voor kleine kinderen;
Een grote klimrots is buiten bereik van kleine kinderen; Geen steigers bij het water;
De speelplaatsen zijn goed onderhouden;
Geen diep water bij speelplekken van kleine kinderen; Zachte grond bij klimplekken;
Geen houten snippers op de grond, deze geven splinters; Klimbomen zijn leuk tot bepaalde hoogte;
Toegankelijkheid Ouders vinden over het algemeen dat de natuurspeeltuin voor iedereen toegankelijk moet
zijn. Ouders willen geen toegangsprijzen voor de speeltuin betalen, het moet gratis zijn om
de speeltuin te betreden. Wel spraken enkele ouders over een sluitingstijd ’s nachts. Dit met het oog op overlast en vernielingen door pubers of jongvolwassenen, dat volgens deze ouders vooral ’s nachts gebeurt.
32
Er waren veel ouders die spraken over een verbod op honden in de natuurspeeltuin. Ouders willen niet dat zij of hun kinderen in de natuurspeeltuin moeten opletten op hondenpoep.
Sommige ouders vinden het ook gevaarlijk voor hun kinderen als er honden rondlopen in de natuurspeeltuin. Voorzieningen
Ouders vinden het belangrijk dat er praktische voorzieningen zijn voor de bezoekers van de natuurspeeltuin. Tot de door ouders meest genoemde voorzieningen behoren: voldoende openbare toiletten, picknickplekken, een barbecueplek, overdekte plekken voor als het
regent, een plek waar je eten of drinken kan kopen, bankjes waar ouders kunnen zitten en een plek waar je je kind kan verschonen. Met name de ouders die niet vlakbij de natuurspeeltuin wonen hebben behoefte aan deze voorzieningen.
Ouders geven aan dat ze graag zitplekken rondom de speelplekken voor de jonge kinderen zien, zodat ze hun kinderen vanaf die plekken in de gaten kunnen houden.
Rondom het zand en het water, dat is de plek waar de koffie drinkende ouders het liefst willen gaan zitten. Want grote kinderen mogen hun gang gaan, maar de ouders willen dichtbij de kleintjes blijven. (moeder, 43 jaar) Publiciteit
Ouders willen graag over de natuurspeeltuin worden geïnformeerd. Er zijn verschillende
manieren waarop ouders willen worden geïnformeerd. De meeste ouders willen informatie
vinden op scholen. Genoemd wordt dat veel Amsterdammers het parool lezen, en opperen het idee om in de zaterdagbijlage berichtgeving te doen over de natuurspeeltuin.
Er zijn meestal informatieborden waar je dingen op kwijt kunt. Daar loop je ’s ochtends langs. Ouders checken dat altijd. (vader, 38 jaar) Er zijn ook veel ouders die aangeven dat mond-op-mond reclame goed werkt voor de
publiciteit. Als veel ouders dan van de natuurspeeltuin weten zijn ze sneller bereid ernaar toe te gaan.
Als ik van iemand hoor dat het leuk is dan hoeft het verder nergens aan te voldoen. (moeder, 30 jaar) Vrienden. Na school naar het Westerpark, na school naar het Sloterpark. Dat iedereen er dan heen gaat, dan kom jij ook wel. We doen ook wel vaak dat je dan met twee gezinnen afspreekt om er samen heen te gaan. Ja, als er vriendjes zijn is dat ook voor de kinderen leuker. (moeder, 40 jaar) 3. Bereidwilligheid
Hierbij gaat het om in welke mate ouders bereidwillig zijn om naar de natuurspeeltuin in het Sloterpark te komen. Het gaat hierbij ook om de behoefte van ouders aan een
natuurspeeltuin. We richten ons voor wat betreft de bereidwilligheid vooral op ouders uit het centrum.
33
Ouders uit de stadsdelen Geuzeveld en Osdorp zijn zeer bereidwillig om de natuurspeeltuin te bezoeken. De ouders geven aan dat ze het een leuk idee vinden en zeggen dat er veel vraag is naar een speeltuin met kwaliteit.
Er is veel behoefte aan een degelijke speeltuin, omdat het aanbod voor kinderen erg klein is. (oma, 80 jaar van een kleinkind 9 jaar) Speeltuinen die er zijn, zijn saai. (meisje, 9 jaar) Ouders uit het centrum zijn erg positief over de natuurspeeltuin, maar zijn minder
bereidwillig om deze te bezoeken. Veel ouders vinden dat het Sloterpark te ver is en bezoeken liever een park dat dichterbij ligt.
Ik vind het sowieso een goed idee. Maar ik denk niet dat ik er zelf heen zou gaan. Ik vind het gewoon best ver, want ik heb geen auto. Ik ga toch liever naar plekken die in de buurt zijn. (moeder 39 jaar) Het is leuk voor mensen die er in de buurt wonen, want die hebben dat niet. Wij hebben genoeg. (moeder, 50 jaar) Voor ouders uit het centrum is het een hele onderneming om naar het Sloterpark te gaan. Veel van deze ouders vinden het daarom belangrijk dat de natuurspeeltuin iets extra’s te bieden heeft. Iets wat de natuurspeeltuin onderscheid van andere speeltuinen.
Het moet in ieder geval een meerwaarde hebben. Ik kan hier naar de Noorderspeeltuin, maar dan zit je niet in de natuur (…) Ik kan naar het Vondelpark fietsen, maar dat is heel geciviliseerd. (vader, 38 jaar) Maar hiervandaan helemaal naar het Sloterpark gaan daarvoor, dat doen we niet. En in het weekend … ja. Dan gaan we dus naar het Westerpark. Tenzij – maar dat zijn dan weer van die bepaalde dingen – er net als in het Amsterdamse bos iets zoals klimmen is. (moeder, 30 jaar) Veel ouders die bereid zijn om naar het Sloterpark te reizen voor de natuurspeeltuin zeggen hiervoor alleen tijd te kunnen vrijmaken in het weekend. De kinderen zijn doordeweeks pas halverwege de middag vrij van school en dan blijft er te weinig tijd over om nog naar het Sloterpark te gaan.
Op het moment dat ouders vanuit het centrum naar het Sloterpark willen gaan, willen ze
daar ook langere tijd blijven. Ouders willen dat de kinderen zich een hele middag moeten kunnen vermaken in de speeltuin en dat er voldoende voorzieningen zijn voor ouders en
kinderen om langdurig in de natuurspeeltuin te blijven. Er zijn ook ouders die graag zien dat hun kinderen via school de natuurspeeltuin bezoeken.
34
De leerkracht van mijn dochter neemt haar klas vaak mee naar speeltuinen en dergelijke. (moeder, 43 jaar) De meeste ouders zijn bereidwillig om het Sloterpark te bezoeken. Ouders die in de buurt
wonen stellen weinig eisen aan de natuurspeeltuin. De eisen die deze ouders stellen richten
zich vooral op randvoorwaarden als veiligheid en beheer. Ouders uit het centrum stellen veel meer eisen aan de natuurspeeltuin. Zij richten zich echter vooral op voorzieningen en willen
dat de natuurspeeltuin meer is dan hetgeen wat de parken in de eigen buurt te bieden hebben.
35
4. Kinderpersbureau Associaties met “Natuurspeeltuin” - eerste ronde: •
Blaadjes verzamelen, bloemen, bomen, bossen, een tuin waar aardbeien groeien, touwladder, modderbaan, boomhut, kabelbaan, aquarium om in te duiken met
vissen. • •
Insectschommel, vogelwip, rupsglijbaan, spinklimrek, slijmglijbaan
Bacteriënvoetbal (bal is een bacterie?), modderhockey, piratenspeeltuin, wilde hindernisbaan, natuursnackbar.
- tweede ronde: •
Fietsparcours, tunneldoolhof, sneeuwbaan, houten vlot. Nepkrokodillen waar je
overheen kunt lopen, houten klimrek. Gevangenis waar je jezelf of elkaar uit kunt bevrijden door een hek open te laten gaan d.m.v. bijvoorbeeld ‘fietsen’. •
(Met name geïnspireerd door foto’s): windspel, vuurplaats, hangmatten, kleiovens.
Rondleiding in het Sloterpark Tijdens de wandeling en de interviews kwamen er bij de Reporters nieuwe ideeën op. Zo leek het ze leuk als er in de natuurspeeltuin opdrachten waren voor kinderen, bijvoorbeeld in de vorm van een speurtocht. Tijdens de tocht was er een meisje die een worm oppakte. Alle
kinderen stonden om haar heen om te kijken en te gruwelen. Achteraf schreven ze op de weblog:
“Ik vond het heel leuk en de worm vond ik heel gaaf want de andere waren er bang voor maar dat is gewoon natuur maar het was wel heel leuk!!” In het Sloterpark staat al een ooievaarsnest. De kinderen bedachten dat het ook leuk was als er meer nestplaatsen zouden zijn voor allerlei vogels. Een meisje bedacht dat als er op een plek twee bomen dicht bij elkaar zouden staan dat daar dan een hangmat zou kunnen
hangen. Tijdens het lopen door de bosjes heen bedacht een meisje dat bomen die zijn
afgestorven zouden gedeeltelijk zouden kunnen worden afgezaagd om zo een plateau te vormen waar je op zou kunnen zitten of spelen. Het onderzoek van de Vlugt Reporters
De Vlugt Reporters hebben in de maanden november en december een onderzoek
uitgevoerd in hun eigen omgeving. Zij hebben eerst met elkaar en met hun begeleider geschikte vragen bedacht. De resultaten van dit onderzoek staan hieronder schematisch weergegeven.
36
ONDERZOEK OVER NATUURSPEELTUIN IN HET SLOTERPARK VAN DE VLUGTREPORTERS: VRAAG
JA
NEE
1- Weet u wat een Natuurspeeltuin is?
23
41
2- Weet u waarom het zo heet?
38
26
3- Wit u dat het veilig is?
54
10
4- Wilt u dat er een hek om komt?
45
19
5- Vindt u het veilig voor de natuur?
49
15
6- Wilt u ook dat er leuke opdrachten komen?
51
13
7- Wilt u dat er meer Natuurspeeltuinen komen?
46
18
8- Wilt u wel met iemand daar heen?
52
12
9- Houdt u van de natuur?
53
12
10- Wilt u er graag naartoe?
51
13
11- Vindt u het een leuk idee?
58
6
TOTAAL: 64 mensen gevraagd (groep 3B, 4B, 6B, 7B, 8A, op het schoolplein, buurtbewoners, docenten van de Vlugtschool, mensen op Plein ‘40-’45 en papa’s en mama’s)
37
Ideeën die op de weblog van de Vlugt Reporters zijn gezet: De volgende tekeningen zijn gemaakt door een van de Vlugt Reporters:
Dit zijn de bowlingbaan van takken en stenen, een modderbad met nepvarkens, een boomhut en een waterval-glijbaan.
Dit is een valluikgevangenis dus als je hierop loopt kom je in de gevangenis en een trein die door het park gaat. Andere ideeën: “Ons idee is een standbeeld van moeder natuur, Michael Jackson, een leeuw bij de ingang. Misschien kunnen er in de natuurspeeltuin ook standbeelden komen van dieren… van
slangen, krokodillen, slakken, olifanten, giraffen, gorilla’s, harige spinnen en andere enge dieren!”
“Net als de trein van het Amstelpark. Je kan er gratis in. Dat is heel leuk voor de Natuurspeeltuin want je kan uitstappen waar je wil spelen”.
38
“We willen graag dat er een toren in de natuurspeeltuin komt maar dan in het groot want dan kan je er in gaan!”
“Het zou leuk zijn als je in de natuurspeeltuin ook vogels kan voeren en speciaal eten krijgt voor de eenden.”
“Wij willen dat er meerdere fonteinen komen die vormen hebben zoals hartjes, sterren en allemaal figuren.”
“Er moeten heel veel stenen komen in de natuurspeeltuin, dan kan je erop spelen en misschien kan je dan aan de overkant van het water naar een eiland komen.”
“Glijbaan van boom gemaakt, zwarte pieten als het sinterklaas is, boomhut, wip van takken
gemaakt, klimrek van takken gemaakt, schommel van touw gemaakt, bootjes, schommel van takken gemaakt, voetbalveld in de modder dat was het!” Namen voor de natuurspeeltuin Tijdens hun onderzoek hebben de Vlugt reporters hun respondenten gevraagd naar hoe de natuurspeeltuin zou moeten heten. Deze suggesties kwamen naar voren: • • • • • •
Sloterparknatuur Natureluur
Duinenboom
Flora
Hemeltuin
•
Natuur Puur
•
Het Speelbos
• • • • •
39
Natuurwereld
Groenennogisgroen
Deleukstespeeltuinvanamsterdam
De Geuzentuin
Wereld van natuur
Zonnepark
5. Senior Creatie Team Vier oorspronkelijke beeldcombinaties Speeltuin 1: Spelen! o
Op een berg (hoogteverschillen) komt een fontein te staan met gerevitaliseerd water.
Dmv zonne-energie en/ of windenergie gaat het water borrelen en hoe krachtiger de zon en/ of de wind, hoe hoger het water spuit. Als kinderen de fontein zelf hoger willen laten spuiten kan dit met een soort ‘bierfiets’ ; een fiets voor meerdere
kinderen die de fontein kunnen aantrappen. Het water uit de fontein daalt af via een stroom tot onder aan de berg die je kan afvaren met een autoband. o o
Een wind/ draaimolen die tevens kan worden aangezet door de fiets (bierfiets) Hindernisbaan (bos, veld, rivier oversteken)
Speeltuin 2: Gezond Eten en Leven o
Groot stuk met bloemen/ fruitbomen/ groentetuin/ combinatie met afval hergebruiken
o o o o o o
Bouwen->eten en fruit verbouwen en daar uitleg over krijgen Afval / composteren/ educatieve kijkkastjes over compost Constructiespel van het afval
Natuurlijke snackbar van de dingen die kinderen hebben verbouwd Bankjes
Bloementuin
Speeltuin 3: Educatie o o o o o
3 toegangspoorten
Kabelbaan over bijna het gehele terrein (‘zwaai naar huis/ naar binnen’) Verstopplekken (donkere bossages) Chillplek
Nacht/ dag licht/ donker & zichtbaar maken van seizoenen – dit betekent dat het
unieke karakter van elk seizoen moet herkenbaar en ervaarbaar zijn in de inrichting van de natuurspeeltuin, zodat in de natuurspeeltuin in elk nieuw seizoen ook iets nieuws (passend bij dat seizoen) te zien/horen/voelen/doen ervaren is. o o
Link met NME centrum en Kinderboerderij Natuurlijke afscheiding langs de bomen
Speeltuin 4: De Natuur op haar Beloop o o o o o
40
Hup de boom in: boomhutten etc
Zandspeelplaats, met vooral ‘zwart zand’ Hoogteverschillen
Dammetjes/ waterstromen en het waterverloop
Trekvlot (10 manieren om het water over te komen)
Factoren die invloed hebben op het ontwerp en keuzes in het ontwerp •
De natuurspeeltuin moet zoveel mogelijk ‘hufterproof’ zijn, d.w.z. bestand tegen moedwillige vernieling.
•
De natuurspeeltuin zal zoveel mogelijk bestand moeten zijn tegen extreme
weersomstandigheden, dat wil zeggen solide genoeg om de stormen en buien te overleven.
•
De natuurspeeltuin zal veel onderhoud en beheer vragen, met bijkomende kosten
hiervoor. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om het onderhoud van tuin/bloemen in de natuurspeeltuin die intensief gebruikt worden. Ook gaat het om onderhoud als gevolg van extreme weersomstandigheden.
•
Waterbeheer verdient bijzondere aandacht, zowel voor de route waarlangs het water in de natuurspeeltuin kan stromen als voor de veiligheid en gezondheid. Het water
mag niet te diep zijn zodat het veilig is voor kinderen, terwijl tegelijkertijd te ondiep (en stilstaand) water de kans op ongedierten vergroot.
•
Spanning tussen vrij spelen en veiligheid: strenge regels lijken onvermijdelijk om ‘ongelukjes’ (zoals vallen) te voorkomen, terwijl tegelijkertijd de natuurspeeltuin voldoende prikkels moet bieden om kinderen uit te dagen.
•
De plek in de natuurspeeltuin waar ouders aanwezig (kunnen) zijn: keuze tussen (1) een centraal punt of juist (2) niet centraal, en buiten het zicht van kinderen.
Zekerheden en onzekerheden voor het ontwerp van een natuurspeeltuin Zekerheden • •
leren van / over natuur en elementen (water, aarde, lucht en zon) daagt uit en is spannend
•
veilig voor kinderen
•
begrenzing: met water en bomen
• • • • • •
kinderen spelen samen en alleen ruimte voor activiteit en rust
link met NME en kinderboerderij
nieuwe mogelijkheden, anders dan in omgeving stimuleert gezond bewegen
ruimte voor ouders om aanwezig te zijn
Onzekerheden
1. Hoofddoel : Leren van/over natuur versus Vrij spelen in natuur 2. Toezicht: Vrij en ongecontroleerd versus Streng toezicht
Vier scenario’s van het Senior Creatie Team voor een natuurspeeltuin Scenario 1: In de natuurspeeltuin staat een berg waarlangs water opgepompt kan worden. Kinderen kunnen rondom deze berg en door de speeltuin heen zelf dammetjes en dijkjes
41
maken, en ontdekken hoe ze zelf het water zover mogelijk kunnen laten lopen. Het water loopt in de natuurspeeltuin tussen de bomen door, en door buizen in opgeworpen
heuveltjes. Water, zand en aarde vormen in vooral in de herfst een modderig terrein. De natuurspeeltuin kent ook plekken met een dichte(re) bebossing, ideaal voor
verstopspelletjes, waar bovendien lianen aan hangen, zodat ook spel van kinderen in de bomen wordt gestimuleerd. Voor ouders zijn er bankjes aan de rand/zijkant van de
natuurspeeltuin om op te zitten. Deze bankjes zijn van boomstammen gemaakt, zodat ze opgaan in de natuurlijke omgeving.
Thema’s verwerkt in dit scenario: Spelen in/met natuur en onderzoekend ervaren, Gezond bewegen, Duurzaamheid, Klimaatverandering.
Scenario 2: In deze natuurspeeltuin is sprake van streng toezicht op de aanwezigheid en het spel van kinderen. Kenmerkend voor dit toezicht is wel dat het vooral zichtbaar is in de
vorm van begeleiding in combinatie met activiteiten die worden aangeboden. Verder wordt
toezicht in deze natuurspeeltuin georganiseerd door de inrichting zelf, de toegankelijkheid
van de natuurspeeltuin en de aanwezigheid van ouders. Centraal in de natuurspeeltuin staat
een uitkijktoren voor ouders en kinderen. Deze toren heeft verschillende functies. Ten eerste biedt het een mooi uitzicht op de natuurspeeltuin. Ten tweede heeft de toren een
zonnewijzer en een windwijzer waarmee kinderen kunnen leren over zon en wind. Bovendien wordt de toren zo gebouwd dat water omhoog gepompt kan worden. Door de uitkijktoren straalt de natuurspeeltuin iets uit van een ‘natuurlijk fort’ waarbij de afscheiding van de speeltuin van de ‘buitenwereld’ wordt gevormd door bomen. Deze afscheiding wordt zodanig aangelegd, dat er drie verschillende ‘toegangspoorten’ zijn om in de natuurspeeltuin te komen.
Educatie en spel worden gecombineerd in een natuurroutespel en een kabouterspel (voor iets jongeren kinderen) die actief worden aangeboden aan kinderen. Belangrijk is om
activiteiten aan te passen aan aparte leeftijdsgroepen en educatie in spelvorm aan te bieden, zoals bij het doen van natuurproeven, het leren over planten en kruiden (bv. Brandnetels, jeukvrije planten, antigif planten), leren over water en overstromingen.
Thema’s verwerkt in dit scenario: Spelen in/met natuur en onderzoekend ervaren, Gezond bewegen, Duurzaamheid, Klimaatverandering.
Scenario 3: In deze natuurspeeltuin worden bankjes (voor ouders) centraal geplaatst en is de
omheining weggemoffeld. Door streng toezicht op aanwezigheid en spel van kinderen, biedt de speeltuin meer mogelijkheden om spannend spel, in de hoogte, te stimuleren. Dit krijgt vorm via klimtoestellen met meerdere stations boven de grond, zodat een natuurspeeltuin met twee lagen ontstaat. Deze stations dienen als ‘speelplatforms’ die verbonden zijn en
vormen gezamenlijk een parcours – voor de veiligheid zijn er vangnetten gespannen. In de natuurspeeltuin is een doolhof aangelegd, en loopt door de bomen een bospad. Over de grond loopt een waterweg, waarmee kinderen zelf energie kunnen opwekken.
Thema’s verwerkt in dit scenario: Spelen in/met natuur en onderzoekend ervaren, Gezond bewegen, Duurzaamheid.
42
Scenario 4: Deze natuurspeeltuin heeft ook speltplatforms, maar dan minder hoog. Er zijn meerdere heuvels, verspreid door de speeltuin, zodat met hoogteverschillen gespeeld kan worden waarbij gebruik wordt gemaakt van de glooiingen die de heuvels bieden. Rondom
een fontein staan de elementen water, wind en zon centraal die omgezet kunnen worden in iets leuks. In deze natuurspeeltuin is een kabelbaan een ‘must’, en zo ook een doolhof. De
afscheiding van de natuurspeeltuin maakt het mogelijk om binnen de speeltuin een ‘aparte
wereld’ te scheppen die iets magisch heeft – hiervoor zijn toegangspoorten nodig die als het ware de bezoekende kinderen de ervaring geven een andere wereld binnen te stappen – dit kan gedaan worden met lage muren. Er zijn voldoende sanitaire voorzieningen, en de kinderboerderij is bereikbaar en toegankelijk tijdens de openingstijden van de natuurspeeltuin.
Thema’s verwerkt in dit scenario: Spelen in/met natuur en onderzoekend ervaren, Gezond bewegen, Duurzaamheid, Klimaatverandering.
43
6. Stakeholders Stellingen en vragen van stakeholders over randvoorwaarden voor de natuurspeeltuin •
Hygiëne, met name van het water, hoe zorg je ervoor dat dit gegarandeerd veilig is en blijft?
•
Hoe ga je om met katten en honden? reactie: als je ervoor kiest geen honden binnen te willen hebben, hoe zorg je dan dat ze er ook niet komen?
•
Hoe hou je mensen die je er niet bij wilt hebben buiten? (“Bokito-proof”) Duidelijke
omgrenzing, dat duidelijk is wat hoort wel en wat hoort niet bij de natuurspeeltuin, hekken, een muur, een slootje, wilgentakkenwal, wil je wel een zichtbare grens? De kinderboerderij is duidelijk met hekken begrensd, de Heemtuin heeft een ‘subtiele’ wal met takken. Openingstijden? Hoe sluit je af, wie bewaakt? •
Activiteitenaanbod, vanuit de speeltuin, wil je dingen organiseren? Bijvoorbeeld rondleidingen net zoals in de Heemtuin nu al gebeurd. Of borden met informatie daarop, of ingesproken teksten die te beluisteren zijn, routes met opdrachten.
•
Veilig spelen, ook sociaal? Hoe zorg je ervoor dat niet de oudere kinderen de jongeren wegjagen, hoe krijg je daar grip op?
• •
Fietsenrekken en een informatiepaneel bij de ingang: wat is hier te doen?
Bekendheid, het moet een positie in de communicatie krijgen, van andere
natuurspeeltuinen weten veel mensen het bestaan niet af. Misschien is het tijd voor
een algemene kaart waar voorzieningen voor kinderen in Nieuw-West op staan. In de stadsdeelgids staat het vaak wel maar dat is niet zo aantrekkelijk. Een leuke plattegrond à la de Efteling, dat het ook voor kinderen leuk is.
•
Bankjes voor ouders, rondom het terrein, of er juist middenin? De vraag is of de kinderen voortdurend in de gaten gehouden moeten/willen worden. Dat is ook afhankelijk van hoe de begeleiding er verder uit ziet.
• • •
Aanpassen aan de seizoenen, welk aanbod kun je bieden in de herfst/ winter?
Moet je ook voor ouders activiteiten aanbieden?
Onderhoud. In natuurspeeltuinen waar scherven, blikjes en sigaretten op de grond
liggen gaan kinderen niet spelen. Het moet er ook mooi uit zien. Het onderhoud zou samen met kinderen kunnen geschieden. Kinderen kunnen ook zelf leren wieden en zaaien. Het zou bijvoorbeeld leuk zijn voor de buitenschoolse opvang om zich
daarmee bezig te houden. Kinderen kunnen zich daarvoor bijvoorbeeld opgeven, net zoals kinderen zich bij de kinderboerderij kunnen opgeven om de konijnen te
verzorgen. Ze kunnen bijvoorbeeld een bloembed verzorgen of een boom adopteren. •
Kabouterpad, een ‘educatief’ pad aan de buitenrand van de natuurspeeltuin. Een kindlint, een route naar de speeltuin toe. Rioolbuizen als tunnels. Bijenkorven,
mierenhotel, stukken hout met gaatjes erin waar insecten hun nesten in maken. •
Slijtvast, duurzaam, “dat het niet na 100 kinderen op is”. Goed zorgen voor de bomen, zorgen dat kinderen niet in de sierbomen klimmen.
•
Er zou een kraantje met drinkwater moeten komen, en een waterstroompje waar je je laarzen kunt afspoelen. En voldoende toiletruimte.
44
•
Beheer, dat er iemand is die er verantwoordelijk voor is en zich er ook verantwoordelijk voor voelt.
•
Begeleiding, niet alleen bij activiteiten, maar ook in het algemeen, bijvoorbeeld voor als kinderen iets willen vragen of iets niet durven.
•
Gebruik maken van vrijwilligers, maatschappelijke stages, participatietrajecten, en
reïntegratietrajecten, voor bijvoorbeeld het onderhoud, of het doen van activiteiten met kinderen.
•
Hoe wordt omgegaan met vraagstukken als: welke kinderen gaan er in de praktijk
gebruik van maken, zijn dat kinderen uit een bepaalde sociale klasse, een school, een wijk?
•
Is er voldoende geld, ook voor continuering van het onderhoud, is dat allemaal beschikbaar? Heeft het stadsdeel bijvoorbeeld een garantie gedaan voor het onderhoud voor de komende tien jaar?
Verschillende perspectieven van stakeholders op hun eigen rol SBO de Kans: “We gaan er zeker veel gebruik van maken, het park grenst aan onze school. Een zorgpunt is wel de eerder genoemde continuering van het onderhoud en begeleiding. Het signaal wat ik wil afgeven is, er zijn al veel voorzieningen en
misschien is iedere voorziening op zich best goed, maar als je het integraal bekijkt
kan het erg veel zijn. Met name als je afweegt hoeveel inspanningen ervoor gedaan moeten worden, om dit goed neer te zetten.”
BSO de Groeiboom: “De BSO zal alleen op de woensdagen en misschien wat vrijdagen gebruik maken van de natuurspeeltuin, maar niet elke week, op andere dagen kan
het niet. De vraag is of kinderen in de buurt er alleen heen gaan. Ik denk wel dat we
aan zullen dringen op gebruik in al onze locaties, in Osdorp, Geuzenveld, Slotervaart, in vakanties, op woensdagen.” Burg. de Vlugtschool: “Kinderen spelen meer in hun eigen buurt, op het schoolplein hebben ze nu het zonepark, ze hebben de bus en de sportpas, dus ze blijven
voornamelijk in de buurt. Om de gang naar de natuurspeeltuin aan te moedigen bij
kinderen zullen we er toch met groepen kinderen naar toe moeten gaan. Maar hoe we dat gaan organiseren weet ik nog niet. De combinatie met educatie moet gezocht worden. Bijvoorbeeld na een les in de Heemtuin ook nog een uurtje spelen.”
NME-centrum de Drijfsijs: “Wij ontvangen in de Drijfsijs veel groepen kinderen van de scholen en ik zie vooral heel mooie combinatiemogelijkheden om bijvoorbeeld na een les/ excursie, te spelen in de natuurspeeltuin. ik denk dat het zoals heel veel
voorzieningen vooral op piekmomenten gebruikt zal worden. Ik verwacht ook wel
vanaf een uur of half 4 dat de kinderen die hier in de buurt wonen de weg hiernaartoe weten te vinden en tussen 4 en 6 spelen. De vraag is hoe het beheer gaat worden, misschien wil je iets op zondag, bijvoorbeeld een keer een vuur maken, dat is
45
allemaal afhankelijk van wie beheerd het, zit er een hek omheen, hoeveel uren zijn doorvoor beschikbaar.”
Vrienden van de Sloterplas: “Goed dat er zoiets komt als aanvulling, ik vind het wel van belang dat het goed samen moet gaan met wat er al is. Wij hebben er als
vereniging niet zo’n band mee als scholen, wij zullen er misschien een keer heen
gaan als excursie. Ik kijk meer over de grote lijn. Je hebt behalve buurt 5 ook andere buurten die aan de Sloterplas grenzen, Osdorp, Slotervaart, dus richt je ook op die
doelgroepen. De promotie is zeer belangrijk, bijvoorbeeld in de vorm van een mooie plattegrond waar alle voorzieningen voor kinderen op staan. Die hang je op scholen etc. zodat mensen kunnen kijken wat is nou waar.”
Vrienden van de Sloterplas: “Het zou een verbetering van de kinderboerderij kunnen
zijn. Daarbij zou ik het heel prettig vinden als er in het park meer toiletten zijn. Er is verder nog een hoop verspilde ruimte in de buurt, bijvoorbeeld bij particuliere
sportvelden, die ruimte zou ook meer voor kinderen gebruikt kunnen worden.”
46
7. Ouderpanel De moeders van de Noordmanschool zijn zeer geïnteresseerd in het onderwerp van de bijeenkomst, en reageren positief op het idee voor een natuurspeeltuin. Ze vinden de
combinatie van natuur en spelen aantrekkelijk, en ook belangrijk voor hun kinderen. De
uitwisseling met en tussen de moeders wordt op hoofdlijnen gekenmerkt door een aantal perspectieven: -
een natuurspeeltuin is zeer gewenst, maar tegelijkertijd is er weinig vertrouwen in de
realisatie van een natuurspeeltuin op afzienbare termijn, of zelfs in de mogelijkheid dat het er ooit van gaat komen; deze kritische houding wordt ingegeven door
ervaringen met inspraak en raadplegingen in het (recente) verleden bij de inrichting van pleinen en speeltuinen waar geen verder (zichtbaar) gevolg aan is gegeven; -
voor wensen en ideeën voor de fysieke inrichting wordt verwezen naar de kinderen; die moeten volgens de moeders vooral geraadpleegd worden omdat de speeltuin
voor hen bedoeld is; overigens hebben de moeders zelf wel een aantal suggesties voor de inrichting, deels in reactie op voorstellen uit eerdere raadplegingen; -
fysieke en sociale veiligheid hebben heel veel aandacht in deze groep waar het gaat om de inrichting en gebruik van de natuurspeeltuin, meer nog dan het ontwerp van
de speeltuin en hoe deze eruit moet komen te zien; hiernaast is het beheer in de zin van het schoon houden van de speeltuin is een belangrijk thema; -
opvallend in deze groep is de opvatting onder een deel van de moeders dat zij vooral in voorjaar en zomer en in de weekenden de speeltuin zullen bezoeken, en minder in de herfst en liever niet in de winter.
Spelen in de natuur
De mogelijkheid voor hun kinderen om te spelen in een natuurlijke omgeving kan rekenen
op positieve reacties van de moeders. Eigenlijk geldt dat voor elke nieuwe mogelijkheid die er voor hun kinderen komt om iets te doen in hun vrije tijd. Volgens de moeders in deze groep is er eigenlijk niet zoveel te doen voor hun kinderen in Amsterdam. Ook valt het
sommige moeders op dat er allerlei kleine speeltuintjes verdwijnen. Spelen in en met natuur
is overigens niet het eerste waar de moeders aan denken bij een ‘natuurspeeltuin’. Gevraagd
naar hun ideeën en wensen voor de natuurspeeltuin noemen zij eerst zaken die eerder passen bij gebruikelijke speeltuinen: een kleine (gratis) attractiepark met draaimolens,
glijbanen en klimtoestellen. Een moeder weet wel te vertellen over een speeltuin in het
Westerpark waar de toestellen van hout zijn gemaakt, en dat vindt ze wel aantrekkelijk. Waar het om spelen van kinderen gaat denken de meeste moeders dat jongens toch vooral willen
voetballen en meisjes vooral ‘in een hoekje alleen of met elkaar bezig zijn, om te verven, en te schommelen of zo…’. [Tijdens het speelkwartier worden drie jongens, kinderen van een aantal
moeders in de groep, door de moeders bij het gesprek betrokken. Deze jongens, die gek zijn op voetbal, stellen eerst voor om bomen in het park te kappen om er een voetbalveld te maken. Na uitleg over spelen in de natuur, krijgen ze nieuwe ideeën: een fitnessplek in de bomen, tennis tussen de bomen, een natuurspeurtocht organiseren, een natuurdropping met kampvuur in de avond]
47
Gevraagd naar hun beelden bij spelen in de natuur noemen moeders rust, zon, schoonheid en de wisseling van de seizoenen. En juist over die seizoenen zeggen moeders iets
opvallends, namelijk dat ze er vooral in de zomer en de weekenden naar toe zullen gaan en in de winter niet. De herfst lijkt een twijfelgeval; hoewel de natuur heel mooi kan zijn in de herfst, is regen en modder in dit seizoen een reden om niet naar een natuurspeeltuin te
gaan. Wel erkennen sommige moeders dat kinderen het juist wel leuk zullen vinden om door de seizoenen heen in een natuurspeeltuin te spelen. Inrichting en faciliteiten in speeltuin Na extra toelichting over de kenmerken van een natuurspeeltuin – een natuurlijke omgeving en natuurlijke materialen waarmee gespeeld kan worden – noemen moeders verschillende
aandachtspunten voor de inrichting. Stichting Alexander legt hen ook ideeën en voorstellen
voor uit eerdere raadplegingen (hieronder cursief aangegeven) met de vraag om te reageren: -
hun kinderen spelen graag met zand en water, ook al vinden sommige moeders het
zelf smerig als kinderen veel met zand spelen, en vooral: het mee naar huis nemen;
-
kinderen moeten zich er prettig voelen, dus ze moeten er tot rust kunnen komen,
maar kinderen moeten ook uitgedaagd worden om plezier te hebben in het spelen in een natuurspeeltuin; -
er moet schaduw en beschutting zijn, met bomen of een afdak, voor kinderen maar
vooral ook voor de moeders zelf die er met hun kinderen naar toe gaan, zodat ze niet te lang aan de brandende zon blootgesteld worden; -
met de zomer voor ogen, suggereren sommige moeders een ‘zwembadje’ waarin kinderen kunnen afkoelen; deze moet echter wel schoongehouden worden zodat kinderen niet ziek worden van het vieze water;
-
bij de inrichting moet rekening gehouden worden met de verschillende leeftijden van kinderen die er komen spelen; ook voor jongere kinderen moeten er mogelijkheden zijn om veilig te spelen [een punt dat ook door de drie jongens is genoemd];
-
activiteiten aanbieden in de speeltuin zelf, zodat kinderen ‘een ritme krijgen’ – hiermee wordt bedoeld: structuur, regelmaat en dagritme;
-
een kruidentuin die ook door ouders gebruikt kan worden om hapjes te bereiden voor de spelende kinderen;
-
een oven waar moeders broodjes kunnen bakken voor de spelende kinderen;
een spannende doolhof, maar niet te hoog, zodat ouders zicht kunnen houden op hun kinderen
-
speelplatform in de hoogte, met veiligheidsnetten
een ‘rommelbosje’ waar kinderen gewoon kunnen aanrommelen;
een plek voor ouders, het liefst met een kiosk of cafeetje waar versnaperingen
gekocht kunnen worden, en op afstand van de spelende kinderen zodat kinderen zich vrij voelen om te spelen
-
mogelijkheden om te slingeren aan de touwen bloemenperken of volkstuintjes
Veiligheid en Beheer
Veiligheid en beheer zijn belangrijke thema’s onder de moeders in deze groep. Het gaat
hierbij om fysieke veiligheid, maar bij een deel van de moeders ook om sociale veiligheid. Zo
48
vinden ze het allereerst belangrijk dat er maatregelen worden genomen om er voor te zorgen dat kinderen veilig kunnen spelen in de natuurspeeltuin. Hierbij wijzen ze op
verdrinkingsgevaar van diepe wateren in het Sloterpark. Ze stellen daarom voor om hekken te plaatsen rondom (diep) water. Fysieke veiligheid wordt ook verbonden met beheer en
onderhoud van de natuurspeeltuin: de speeltuin moet schoon gehouden wordt, zodat er
geen rotzooi rondslingert dat een gevaar kan opleveren tijdens het spelen. Moeders geven hierbij het voorbeeld van wat ze nu zien in parken: gebroken glas of sigarettenpeuken die
blijven liggen. Sommige moeders pleiten er voor om een rookverbod te handhaven binnen de natuurspeeltuin.
Overigens vinden sommige moeders het ook nodig dat er mensen – ‘controleurs’ – in de
speeltuin zijn die kunnen ingrijpen en helpen bij ruzies en conflicten tussen kinderen en/of
hun ouders. Waar sommige moeders ruzies en conflicten als een serieus aandachtspunt zien, menen andere moeders dat dit eigenlijk geen echt probleem is. Wel zien veel moeders er tegenop dat het in de natuurspeeltuin vervuild raakt zoals ze dat nu zien in parken. Ze
wijzen er hierbij op dat mensen elkaar niet aanspreken of durven aan te spreken, uit angst voor agressieve reacties. Daarom vinden ze dat er iemand moet zijn in de speeltuin die dit wel kan doen.
49
8. Interactieve middag Tijdens de interactieve middag bestond het programma naast de presentaties van de ontwerper en het Kinderpersbureau, uit een viertal workshops. Hieronder wordt de inhoudelijke opbrengst van deze workshops beschreven.
Workshop ‘Het Spel en de Knikkers’: spelregels voor bezoekers van de natuurspeeltuin -
Iedereen is welkom
-
Luisteren naar elkaar
-
-
Honden verboden
Het moet veilig zijn om naar de natuurspeeltuin te gaan
-
We ruimen altijd op
-
Eigen vuilnis weggooien
-
-
-
-
-
-
-
-
Je mag niet pesten
De dieren moeten binnen het hek staan Geen bloemen stuk maken
Niet aan andermans haar trekken
Kinderen tot 12 jaar hebben voorrang op het speelveld Lief zijn voor de toezichthouder Je mag werken in de speeltuin
Je mag de toezichthouder helpen
-
Alles samen delen
-
Niet fietsen in de speeltuin
-
-
-
-
-
-
-
50
Fietsen moeten in het fietsenrek Poepen en plassen moet op de wc, niet in de speeltuin Vuilnis hoort in de vuilnisbak Lief zijn!
Niet spugen, niet slaan
Niet gooien tegen elkaar
Zuinig met de spullen, ook met de natuur!
51
52
Workshop ‘Groeien, bloeien en sterven’: activiteiten in de natuurspeeltuin De kinderen hadden in eerste instantie geen idee wat je in de verschillende seizoenen in de
natuurspeeltuin zou kunnen doen. Na een tijdje hierover gebrainstormd te hebben kwamen er ideeën naar boven als zwemmen, schaatsen en heuvels om vanaf te glijden in de winter.
Om de natuur te leren kennen en er wat over te leren gaven de deelnemers aan dat dit door middel van een natuurroute tot stand kan worden gebracht. In de natuurspeeltuin zou een
route kunnen komen waar je allerlei dieren kan tegenkomen, zoals vogels, insecten, vlinders, konijnen, enzovoorts. De kinderen gaven aan dat het leuk zou zijn om tijdens deze route opdrachten te hebben, de opdrachten hebben dan een educatieve functie. De volwassen
deelnemers vonden de natuurroute ook een leuke manier om kind en ouder samen wat te
laten ondernemen. De kinderen gaven tijdens de workshop aan dat zij een spelelement in de natuurroute spannend zouden vinden, zo zou je door de opdrachten heel goed uit te voeren een prijs kunnen winnen. De deelnemers leek het interessant als je tijdens de natuurroute
ook beesten zou kunnen spotten, kinderen leek het een goed idee om hiervoor zogenoemde observeerplekken in de natuurspeeltuin te hebben. Kinderen wilden zich op deze plekken
verstoppen bijvoorbeeld achter een houten schutting of via een uitkijktoren de beesten en
natuur waarnemen. De beesten zouden gelokt kunnen worden door het uitzetten van voer. Eén deelnemer noemde voor de natuurroute ook een vorm van een verkenningspad, waar je tijdens de route allerlei verschillende gebieden kan waarnemen. Het pad zou dan overgaan
van houtschors in het bos, naar schelpen in een duingebied, zand in een heideveld, etc. Ook zou het pad smal kunnen zijn om het spannend en enigszins onoverzichtelijk te maken.
Meerdere deelnemers geven aan dat het in de winter fijn zou zijn als ouders en kinderen zich ergens kunnen opwarmen en droog kunnen staan. De deelnemers denken dat in de
herfst en winter de ouders waarschijnlijk minder lang in de natuurspeeltuin willen blijven, dit doordat zij het koud krijgen. Hierdoor zou de natuurspeeltuin in de herfst en winter minder
gebruikt worden. Kinderen die spelen hebben hier waarschijnlijk minder of niet veel last van, maar zij zijn vaak afhankelijk van hun ouders. Daarom zou een voorziening hiervoor toch
praktisch zijn, dit om de natuurspeeltuin het hele jaar door voor jong en oud aangenaam te maken. Een plek om wat te drinken te kunnen kopen vinden sommige deelnemers handig. Sanitaire voorzieningen vinden alle deelnemers noodzakelijk.
Om in de herfst en winter toch warm te worden opperen kinderen het idee voor een
vuurplaats. Hier zouden ouders kunnen koken en zich kunnen verwarmen. Ook wordt het
idee geopperd om eten wat in de natuurspeeltuin groeit hiervoor te kunnen gebruiken. De kinderen lijkt het leuk om zelf hout te sprokkelen voor de vuurplaats, dit zou dan in de natuurspeeltuin liggen.
De deelnemers vinden het belangrijk dat er activiteiten komen voor zowel kind als ouders. Hierdoor zou er meer samenwerking ontstaan. Vooral in de winter zijn activiteiten
belangrijk, dit omdat het in het voorjaar en zomer voor de ouders makkelijker is om zichzelf te vermaken, dit bijvoorbeeld door het lezen van een boek of het houden van een picknick. In de herfst en winter willen ouders met slecht weer toch vrij snel weer naar huis.
53
De deelnemers noemen als activiteit ook het oppompen van water, dit door middel van
bijvoorbeeld enkele fietsen waarvoor meerdere mensen tegelijk moeten fietsen. Door het fietsen komt het water in beweging. Kinderen en ouders zouden dit gezamenlijk kunnen doen. Enkele deelnemers geven aan dat dit idee ook naar voren is gekomen tijdens de bijeenkomst voor professionals.
De kinderen noemen als gezamenlijke activiteiten voor zowel ouder en kind een doolhof in de natuurspeeltuin, het doolhof zou dan op iets kunnen uitkomen, bijvoorbeeld een
uitkijktoren die het midden staat. Dit doolhof zou volgens de kinderen gemaakt kunnen worden van heggen.
De kinderen opperen nog andere ideeën om het voor de ouders ook zo aangenaam mogelijk te maken. Een idee wat naar voren komt is een ligbed gemaakt van takken.
Kinderen gaven tijdens de workshop ook nog een aantal ideeën voor ‘gewone
speeltoestellen’. De kinderen laten blijken het leuk te vinden om toch schommels in de
natuurspeeltuin te hebben, deze zouden volgens de kinderen gemaakt kunnen worden van
touwen met een houten plankje die aan een boomtak bevestigd zijn. Ook rekstokken vinden de kinderen leuk, dit om aan te hangen en koppeltje te duiken. Tot slot opperde een kind
het idee voor een ‘telefoon systeem’. Het telefoonsysteem zou kinderen in staat stellen om via een grote afstand met elkaar te praten, het voorbeeld dat hier werd genoemd was een touw met blikjes. Wellicht zou het mogelijk zijn dit op een andere manier in de natuurspeeltuin in te vullen.
Workshop “Die Tuin is van ons”: ideeën voor beheer van de natuurspeeltuin
Wie kunnen betrokken worden bij de zorg voor de natuurspeeltuin?
Er zijn verschillende mensen die voor de natuurspeeltuin kunnen zorgen: ouders en kinderen zelf, maar ook leerkrachten van scholen die er met kinderen komen, een
‘schoonmaker’ en een boswachter. Ook zou er een soort ‘ijspolitie’ moeten zijn, en kunnen ‘krasse knarren’ meehelpen bij het verzorgen van de natuurspeeltuin. De
deelnemende kinderen en ouders in de workshop denken zelf dat kinderen en ouders ook best iets willen doen in de zorg voor de natuurspeeltuin.
Wat kunnen deze mensen doen voor zorg en beheer in de natuurspeeltuin?
Belangrijk is dat zorg voor de natuurspeeltuin iets vanzelfsprekends wordt voor bezoekende kinderen en hun ouders. Zo moeten alle kinderen die in de
natuurspeeltuin komen spelen (en hun ouders) sowieso hun eigen troep/rommel opruimen. Een manier om rommel op te ruimen is door holle boomstammen te
gebruiken als vuilnisbakken. Dat valt niet zo op, en voorkomt dat er lelijke bakken in de natuur komen te staan. Ook moet duidelijk gemaakt worden dat er geen flessen, papier enz. in de natuurspeeltuin achter mogen blijven. Wanneer kinderen iets hebben gebouwd in de natuurspeeltuin, met materialen uit de natuur –
boomstammen, takken, aarde of zand – dan kan dit blijven staan. Behalve wanneer
54
dit echte rommel (?) geeft of gevaarlijk is – bijvoorbeeld bouwsels die om kunnen
vallen; dan moet dit volgens de kinderen in de workshop ook opgeruimd worden.
Hiernaast kunnen voor het verzorgen en onderhouden van de natuurspeeltuin het beste activiteiten georganiseerd worden.
Met welke activiteiten kan zorg voor de natuurspeeltuin georganiseerd worden?
Het idee is om wekelijks of (liever) maandelijks met een activiteit de natuurspeeltuin ‘een beurt te geven’: dan wordt er samen opgeruimd en geschoffeld (ook: paden
aanharken), bloemenperken worden verzorgd en bladeren worden aangeharkt en verzameld (om te gebruiken voor een ‘bladerberg’ en andere spelletjes). Aan deze activiteiten doen kinderen, ouders, vrijwilligers en de beheerder mee. Bij deze
activiteiten kunnen ook bejaarden uit de omgeving gevraagd worden om mee te doen – het gaat om ‘krasse knarren’ die nog fit genoeg zijn om mee te helpen en voor wie dit een leuke bezigheid kan zijn.
Hoe kan toezicht in de speeltuin georganiseerd worden?
Volgens de deelnemers is ook toezicht nodig in de natuurspeeltuin. Om het schoon en netjes te houden, maar ook voor de veiligheid van de spelende kinderen. In het toezicht hebben kinderen en ouders, vrijwilligers en de
beheerder/boswachter/ijspolitie een rol. Zo is ‘de boswachter’ iemand die aanwezig is in de natuurspeeltuin en erop let dat er geen gevaarlijke situaties ontstaan. Deze man/vrouw kan ook gebeld worden door ouders wanneer zij hun kind in de
natuurspeeltuin ‘kwijt zijn’. De IJspolitie (werkt samen met ‘de boswachter’) en houdt de veiligheid van kinderen in de gaten bij en op het ijs (in de winter) en houdt ook in de gaten dat er geen rommel op het ijs wordt achtergelaten. Tot slot wordt
voorgesteld dat oudere kinderen ook een oogje in het zeil houden en een beetje
letten op de kleintjes – oudere kinderen zullen niet (altijd) enthousiast zijn over dit idee, vooral niet als dit hen uit hun eigen spel haalt.
Workshop ‘De tuin knalt nog niet’: aanvullende ideeën voor het ontwerp Voor kleine kinderen: -
Een wilgentenen hut
-
Een klein speelhuisje
Boomhutten: -
Kleine spelletjes die ze kunnen vastpakken/ vasthouden Zandbak
Tafeltjes en stoeltjes Een hut voor jongens en een hut voor meisjes
De jongenshut: houten tafels en stoelen, hangmat, uitkijktoren, kasteeluitstraling
-
De meidenhut: hangmat, konijn, open dak, glijbaan naar beneden, nepkeuken
-
55
Kabelbaan uit de hut (schuin naar beneden)
Watergebied: -
Visplekje (met een netje vissen en weer teruggooien) Vissen en kreeften
Doorzichtige tunnel onder water Schommel boven het water Houten ophaalbrug
Onder water kijken (vanuit een hokje met glazen wand) Wensput
Een kast met schaatsen voor in de winter
Aanvullingen op het huidige ontwerp: -
Gebied met stenen om op te klimmen
Dieren in de natuurspeeltuin die je mag verzorgen (kinderboerderij is
meer voor kleine kindjes; je kan er kijken en aaien, in de natuurspeeltuin wil je ze echt verzorgen; borstelen, eten geven, schoonhouden etc.)
56
Deel 3: Gemeenschappelijke ontwerpprincipes In deel twee van dit rapport zijn de inhoudelijke resultaten uit de verschillende
raadplegingen beschreven. Dit heeft een diversiteit aan perspectieven en ideeën opgeleverd. Hieronder worden die perspectieven en ideeën vertaald naar een onderliggend
gemeenschappelijk kader. Zo wordt het mogelijk om samenhang te ontdekken tussen de diverse perspectieven op een natuurspeeltuin.
Gemeenschappelijke principes (zonder rangorde van prioriteit)
Spanning en avontuur
Natuurbeleving
Diversiteit
Educatie
Veiligheid
Onderhoud en duurzaamheid
Informatievoorziening
Spanning en avontuur Met name kinderen spreken over spanning, avontuur, actie en ontdekken. Kinderen willen spanning ervaren in de mogelijke risico’s en gevaren die zij tegenkomen. Ook de
aanwezigheid van onverwachte en grensverleggende elementen kan voor spanning zorgen. Kinderen willen geprikkeld worden in hun fantasie, hierbij kan in het ontwerp gedacht worden aan wilde dierengeluiden in tunnels of ‘rare’ poppen of beelden in dicht
struikgebied, wild water varen met een vlot door een waterstroom. Kinderen willen tijdens
het spelen een spanning ervaren van mogelijke risico’s die zij op hun pad tegen kunnen
komen, zoals de kans om in het water te vallen of te verdwalen op een donker paadje of in een tunnel. Kinderen willen de natuurspeeltuin ontdekken en ervaren, bijvoorbeeld in een
spannende speurtocht waar kinderen elkaar moeten helpen. De nadruk ligt voor de kinderen op het avontuurlijke spel. Ze denken dan aan dingen die zij normaal ook zouden doen maar dan net even een extra element, zoals voetbal en hockeyveldjes maar dan met modder, of speeltoestellen in de vorm van dieren die uit hout zijn gesneden.
Daarnaast willen kinderen ook spelen volgens traditionelere speelvormen, hierbij valt te
denken aan samen hutten bouwen, slingeren aan touwen, klimmen in bomen, rennen en
bewegen. Kinderen vinden het belangrijk dat de natuurspeeltuin de ruimte biedt om energie
kwijt te kunnen, maar daarnaast zal in het ontwerp ook ruimte dienen te zijn voor de functie van rustpunt in de natuur.
57
Natuurbeleving De zintuigen van de kinderen moeten worden aangesproken en de kinderen moeten
gestimuleerd worden door de natuurspeeltuin vinden de ouders. Ook kinderen geven aan dat zij graag de natuur willen ontdekken. Het educatie principe is goed te combineren met het principe van natuurbeleving. Kinderen (vooral de meisjes) willen bijvoorbeeld graag met
dieren omgaan en vinden het leuk om te zien en te leren hoe insecten leven. Bijvoorbeeld eenden voeren, insecten bekijken (insectenhotel), of kijken hoe vogels nesten bouwen lijkt de kinderen erg interessant. Taferelen als zitten in het gras, kletsen met vriendinnen en kijken naar bloemen zien meiden wel zitten.
Diversiteit
In de speeltuin moet ruimte zijn voor kleine en grote kinderen. Maar, vindt met name het
Senior Creatie Team, er hoeven geen aparte gebieden zijn voor kleine en grote kinderen, er dient alleen een divers spelaanbod zijn. Daarnaast kan er ook een onderscheid gemaakt
worden in activiteiten zijn die voor meisjes aantrekkelijk zijn en voor jongens. Verschillende moeders sluiten zich hier volledig bij aan. Meisjes willen soms meer beschouwend bezig
zijn, kijken en observeren naar de natuur, de bloemen en de beestjes. Jongens daarentegen willen ontdekken en veel actie, door te klimmen, rennen, vliegen door de natuur heen. •
De natuurspeeltuin heeft twee lagen, zodat zowel op de grond als op speelplatforms in de hoogte gespeeld kan worden. Spel in de hoogte kan gecombineerd worden met de elementen zon en wind. Spel op de grond met water en aarde/zand.
•
Verschillende spelonderdelen ‘in de hoogte’ zijn met elkaar verbonden en vormen gezamenlijk een parcours, waaronder veiligheidsnetten zijn gespannen.
•
Hoogteverschillen in de natuurspeeltuin krijgen zoveel mogelijk vorm door de
natuurlijke hoogte van bomen en glooiingen van heuvels te benutten – deze laatste met name voor het oppompen van water. •
De inrichting biedt mogelijkheden om aparte activiteiten voor aparte leeftijdsgroepen aan te bieden, maar niet door leeftijdsspecifieke gebieden binnen de speeltuin.
•
In de natuurspeeltuin zijn verschillende routes aangelegd: in de hoogte, tussen de bomen door, een waterroute (die door kinderen verlegd kan worden)
•
Er zijn meerdere toegangspoorten die ontstaan door een bewuste plaatsing van bomen, waterroute en lage muren.
Kinderen willen veel verschillende activiteiten kunnen doen. Het aantal en de
verscheidenheid aan ideeën die ouders en kinderen hebben bedacht voor de natuurspeeltuin geeft dit al aan. Ouders willen diversiteit voor hun kinderen met het oog op de verschillende leeftijdsgroepen en daaraan verbonden interesses. Diversiteit kan ervoor zorgen dat
kinderen van verschillende leeftijden op hun eigen manier kunnen spelen en bewegen.
Daarnaast willen ouders dat hun kinderen op verschillende manieren worden uitgedaagd,
zodat ze zich langdurig kunnen vermaken. Dat kan door diversiteit in speelactiviteiten, maar ook door educatieve elementen toe te voegen.
58
Educatie Veel ouders willen dat de natuurspeeltuin een toegevoegde waarde geeft. De natuurspeeltuin zou zich moeten onderscheiden van andere speeltuinen. Dat kan door het natuurelement
centraal te zetten en uitsluitend gebruik te maken van natuurlijke materialen. Dat kan door een natuurspeeltuin te creëren waarbij je écht het idee hebt dat je in de natuur staat. Maar dat kan ook door natuureducatie te gebruiken. Educatieve elementen inbrengen in de
natuurspeeltuin. Ouders die niet dichtbij de natuurspeeltuin wonen richten zich vooral op voorzieningen en willen dat de natuurspeeltuin meer is dan hetgeen wat de parken in de
eigen buurt te bieden hebben. Uit de interviews blijkt dat ouders bereidwilliger zijn om de natuurspeeltuin te bezoeken als het iets extra’s heeft. •
Educatie volgt spel: de natuurspeeltuin is bedoeld voor vrij spelen in een natuurlijke
omgeving; hierbij moet leren van en in de natuur zoveel mogelijk spelenderwijs gestimuleerd worden.
Ouders vinden het belangrijk dat kinderen leren wat groeit, bloeit, leeft en sterft in de natuur zoals bloemen, planten en dieren. Educatieve scholing lijkt de kinderen erg leuk als het wordt gegeven aan de hand van een spelelement, bijvoorbeeld een speurtocht met
opdrachten over de natuur. Dit vinden ook de leden van het Senior Creatie Team, aangezien zij stellen dat het leren van de natuur zoveel mogelijk spelenderwijs gestimuleerd moet worden.
Veiligheid
Voor een goed speelklimaat is veiligheid voor ouders erg belangrijk. We onderscheiden hierbij de fysieke veiligheid en de sociale veiligheid. Bij de fysieke veiligheid gaat het vooral om de voorwaarden die ouders stellen aan de veiligheid van de speelplekken. Bij klimmen
moet bijvoorbeeld rekening worden gehouden met een kind dat valt. Een zachte grond die de val van het kind kan opvangen is dan een voorwaarde. De ouders hadden op dit punt voorwaarden betreffende de diepte van het water, honden, klimrotsen, klimbomen en onderhoud. Bij de sociale veiligheid ging het vooral om hangjongeren, afbakening en sluitingstijden. •
Veiligheid is het resultaat van veilige inrichting, aanwezigheid van ouders, begeleiding bij aangeboden activiteiten, en kinderen die medeverantwoordelijk zijn voor veilig spelen.
•
Ouders kunnen aanwezig zijn op een centrale plek in de speeltuin, vanwaar enig overzicht over de speeltuin mogelijk is.
Kinderen willen zich zeker voelen en worden behoed voor gevaren. Kleine kinderen moeten sowieso behoed worden voor de gevaren, vinden de kinderen. Dat speelplekken divers
ingericht moeten worden voor verschillende doelgroepen hangt samen met het principe
veiligheid. Veiligheid komt eigenlijk bij alle raadplegingen naar voren als belangrijk. Soms is het principe ondergeschikt aan het avontuur maar het wordt altijd benoemd door de
respondenten. Om het avontuur en de veiligheid te combineren kunnen er bijvoorbeeld
59
meerdere lagen worden gecreëerd in de speeltuin. De hoge platforms zullen dan voor de spanning zorgen en de netten daaronder waarborgen de veiligheid.
Naast de fysieke veiligheid, zoals begrenzingen bij water, veiligheidsnetten en geen rommel zoals glasscherven, is ook de sociale veiligheid van belang. Zo lijkt het de ondervraagde
moeders goed als er een toezichthouders aanwezig is die zo kan waarborgen dat er leuk
gespeeld wordt. Deze toezichthouder kan ouder en kind aaspreken op zijn of haar gedrag en fungeert tegelijkertijd als een aanspreekpunt voor ouder en kind. Het Senior Creatie Team
geeft daarbij ook aan dat kinderen ook zelf verantwoordelijk kunnen worden gehouden voor het veilig spelen in de natuurspeeltuin. Ook ouders hebben een verantwoordelijkheid als het gaat om toezicht houden over
kinderen. Om dit goed te faciliteren moet er rekening worden gehouden met twee principes; ‘spanning, avontuur, actie en ontdekken’ en ‘veiligheid’. Deze twee principes kunnen als
twee uitersten worden gezien. Voor kinderen is het extra spannend als zij kunnen spelen buiten het gezichtveld van de ouders, voor de veiligheid lijkt het echter beter als ouders altijd zicht op hun kinderen kunnen houden. Hier zal een balans in moeten worden
gevonden voor het ontwerp. Een middenweg zou zijn dat kinderen vrij kunnen spelen maar dat ouders van een afstand wel zicht op hun kinderen kunnen houden. Dit benoemen de
leden van het Senior Creatie Team ook enigszins, zij zien een centrale plek voor zich, waar ouders kunnen zitten en overzicht hebben over de speeltuin.
Onderhoud en duurzaamheid Wanneer het gaat over het principe veiligheid wordt er ook gedacht over onderhoud. Vooral de Stakeholders benadrukken dat er goed moet worden nagedacht over het onderhoud. Zo
moet het water hygiënisch blijven, de rommel moet opgeruimd worden en er moet worden nagedacht over duurzame materialen. Op die wijze kan de veiligheid gewaarborgd worden. De natuurlijke elementen, zoals planten en bomen, dienen op een juiste manier te worden
ingezet zodat alles duurzaam gebruikt kan worden. Bij het thema onderhoud spelen zaken als beheer, financiering begeleiding en het gebruik van duurzame materialen.
Informatievoorziening/ promotie In een aantal raadplegingen is met de deelnemers gesproken over de promotie van de natuurspeeltuin. Met name ouders uit het centrum van Amsterdam hadden ideeën over het bekend maken van de komst van de speeltuin. Volgens hen weten veel ouders niet wat er
allemaal te doen is in Amsterdam. Het idee kwam op om een grote kaart te maken waarop
staat wat er allemaal te doen is voor kinderen in Amsterdam. Verder zou een plattegrond van de natuurspeeltuin zelf moeten komen, die op verschillende plekken te vinden is (op scholen, bibliotheken, ouder en kind centra, zwembaden etc.
60
Deel 4: Samenvatting en Conclusies Het participatietraject rondom het ontwerp van een natuurspeeltuin in het Sloterpark in
Amsterdam heeft een rijke diversiteit aan ideeën en voorstellen opgeleverd. Bovendien zijn een aantal participatievormen (werkwijzen en methoden voor participatie) ingezet die
effectief zijn gebleken om kinderen, ouders en professionals actief te betrekken bij het ontwerpproces. In dit hoofdstuk vatten we de resultaten van het participatietraject in
Geuzenveld-Slotermeer samen en presenteren een aantal conclusies over wensen voor het ontwerp en over de effectiviteit van de gehanteerde participatievormen.
Doelgroepen en bereik
Tussen september en december 2009 zijn in totaal 181 kinderen, ouders en professionals
geraadpleegd over een toekomstige natuurspeeltuin in het Sloterpark. De deelnemers waren voornamelijk afkomstig uit het stadsdeel Geuzenveld-Slotermeer, maar ook ouders uit Amsterdam Centrum en professionals van buiten Amsterdam zijn geraadpleegd. Dit is
gebeurd tijdens verschillende activiteiten, waarvan sommige eenmalig plaatsvonden en andere meerdere malen (met dezelfde deelnemers, zie verder hieronder bij Effectiviteit
participatievormen). Hieronder volgt een overzicht van de activiteiten, doelgroepen en het
bereik onder doelgroepen tijdens het participatietraject. Frequentie
Kinderen
Ouders
Professionals
Straatinterviews in Amsterdam
Eenmalig
5
9
-
Straatinterviews Amsterdam
Eenmalig
-
10
-
Knutselmiddag Festival Geuzenveld Verandert!
Eenmalig
26
20
-
Junior Creatie Team
Tweemalig
11
Senior Creatie Team
Tweemalig
-
Eenmalig
-
KinderPersbureau
Maandelijks
11
-
-
Activiteiten door
Maandelijks
40
15
-
Eenmalig
-
16
-
93
72
16
West
Centrum
Stakeholders Bijeenkomst
KinderPersbureau Ouderpanel Totaal
2
9 7
Het betrekken van kinderen bleek relatief eenvoudig, ongeacht de participatievorm. Op het festival Geuzenveld Verandert! had de knutselkraam van Stichting Alexander grote
aantrekkingskracht op kinderen. Het Junior Creatie Team is geworven via Buitenschoolse Opvang. De buitenschoolse opvang is regelmatig op zoek naar leuke activiteiten om te
ondernemen met de kinderen (vooral op de woensdagmiddag wanneer de kinderen de hele middag op de BSO doorbrengen) en kinderparticipatie bij het ontwerp van een
61
natuurspeeltuin sprak duidelijk tot de verbeelding van medewerkers van de BSO. Voor activering van het Kinderpersbureau kon aangesloten worden bij een bestaand
Kinderpersbureau (en begeleiders) van twee scholen (Burgemeester de Vlugtschool en de
Immanuelschool) die zelf altijd op zoek is naar leuke activiteiten in de wijk om verslag van te doen.
Het betrekken van ouders en professionals vraagt meer inspanning. Het leggen van het
eerste contact met deze groepen is nog redelijk eenvoudig. De stap om ook echt deel te
nemen is voor ouders soms nog groot, soms door concurrerende verplichtingen en soms door de ervaren afstand tot de locaties waar participatieactiviteiten plaatsvinden. Het werkt
dan beter om aan te sluiten bij eigen activiteiten van ouders in hun directe leefomgeving, om deze ouders in een dialoog te betrekken over het ontwerp en inrichting van een
natuurspeeltuin. Bij het betrekken van professionals is regelmatig sprake van ‘professionele drempels’: volle agenda’s (en weinig directe bereikbaarheid), behoefte aan exacte
vergaderdoelen, reistijd en reisafstand (voor professionals van buiten Amsterdam).
Bovendien vragen professionals en vertegenwoordigers van lokale stakeholders (organisaties die belang hebben bij het proces en resultaat van veranderingen in bestemming van het
toekomstige speelterrein) vaak om formele en gedetailleerde informatie- en gesprekskaders om de zinvolheid van hun deelname te kunnen beoordelen.
Resultaten van participatie voor ontwerp en voorwaarden
De verschillende doelgroepen in dit participatietrajecten spreken zich uit voor een aantal gemeenschappelijke elementen in wensen voor het ontwerp en gebruik van de natuurspeeltuin in het Sloterpark. Spanning en avontuur
Spanning, avontuur, actie en ontdekken staan voorop. Kinderen willen spanning ervaren in de mogelijke risico’s en gevaren (aanwezigheid van onverwachte en grensverleggende elementen) die zij tegenkomen. De natuurspeeltuin prikkelt de fantasie, maar biedt ook mogelijkheden voor traditionelere speelvormen: samen hutten bouwen, slingeren aan touwen, klimmen in
bomen, rennen en bewegen. Een natuurspeeltuin biedt ruimte om energie kwijt te kunnen, maar ook een rustpunt in de natuur.
Diversiteit
Er is behoefte aan ruimte voor zowel kleine als grote kinderen, en er is een gedifferentieerd speelaanbod voor verschillende groepen kinderen. Er moeten veel verschillende activiteiten
mogelijk zijn, waaraan educatieve elementen kunnen worden toegevoegd. Hierbij hoort ook aandacht voor accenten in activiteiten voor jongens en meisjes. Meisjes willen soms meer
beschouwend bezig zijn, kijken naar en observeren van de natuur, de bloemen en de beestjes. Jongens daarentegen willen ontdekken en veel actie, door te klimmen, rennen, vliegen door de natuur heen. Door differentiatie kunnen verschillende groepen kinderen op hun eigen manier spelen en bewegen, en uitgedaagd worden.
Natuurbeleving en educatie
De zintuigen van de kinderen worden aangesproken en gestimuleerd. Educatie is goed te combineren met actieve natuurbeleving, bijvoorbeeld in het omgaan met dieren en ontdekken hoe insecten leven (vooral meisjes). De natuurspeeltuin onderscheidt zich van andere
62
speeltuinen, en biedt daarmee meerwaarde voor zowel ouders als kinderen. Dat kan door
natuurlijke elementen centraal te stellen in de speeltuin en uitsluitend gebruik te maken van natuurlijke materialen – dit versterkt de ervaring dat je daadwerkelijk midden in de natuur
staat. Educatieve elementen in de natuurspeeltuin – leren (van) wat groeit, bloeit en sterft in de natuur - bieden ook een onderscheidende waarde. Belangrijk is wel dat leren van en in de natuur zoveel mogelijk spelenderwijs gebeurt: educatie volgt spel.
Veiligheid en toezicht
Voor een goed speelklimaat is veiligheid essentieel. Naast de fysieke veiligheid, zoals
begrenzingen bij water, veiligheidsnetten en het weren en opruimen van rommel, is ook de sociale veiligheid – toezicht op onderling gedrag van gebruikers en toegankelijkheid van het
speelterrein - van belang. Hierbij strijden enerzijds ‘spanning, avontuur, actie en ontdekken’ en anderzijds ‘veiligheid’ om voorrang. Voor kinderen is het extra spannend als zij kunnen
spelen buiten het gezichtveld van de ouders, voor de veiligheid lijkt het echter beter als ouders altijd zicht op hun kinderen kunnen houden. Een mogelijke middenweg is dat kinderen vrij
kunnen spelen maar dat ouders van een afstand wel zicht op hun kinderen kunnen houden.
Onderhoud en duurzaamheid
Veiligheid wordt in belangrijke mate verbonden aan onderhoud van de natuurspeeltuin. Vooral andere lokale stakeholders benadrukken dit: het water moet hygiënisch blijven, de rommel
moet opgeruimd worden en er moet worden nagedacht over gebruik van duurzame materialen. Op die wijze kan de veiligheid gewaarborgd worden. De natuurlijke elementen, zoals planten
en bomen, dienen op een juiste manier te worden ingezet zodat alles duurzaam gebruikt kan worden.
Participatievormen en activiteiten: opbrengsten en effecten
Het doel van de verschillende werkwijzen en activiteiten in dit traject is geweest: het betrekken van kinderen, ouders en professionals bij het bedenken van voorstellen voor het
ontwerp van een natuurspeeltuin in het Sloterpark. Om verschillende groepen aan te spreken en te betrekken zijn zeven verschillende werkwijzen ingezet: straatinterview (ouders),
panelgesprek (ouders), paneldiscussie (lokale organisaties) kinderpersbureau (kinderen),
knutselmiddag (kinderen), creatieve ontwerpsessies (kinderen apart; professionals en ouders apart). Een achtste werkwijze die is ingezet, was de interactieve middag: een bijeenkomst waarin presentaties, workshops en discussies worden afgewisseld en waaraan kinderen, ouders en professionals uit eerdere raadplegingen in het traject deelnemen. Wat is kenmerkend voor deze participatievormen, en wat hebben ze opgeleverd? Participatievorm
Knutselmiddag Festival Geuzenveld Verandert!
Werkwijze Een eenmalige knutselmiddag voor
kinderen, waarbij kinderen ‘kijkdozen’ met eigen versies van de
natuurspeeltuin hebben ontworpen (met gebruik van allerlei natuurlijk
materiaal, zoals kurk, takken, mos). Ter inspiratie is vooraf een fotoboek samengesteld, met foto’s van onder andere: samen spelen, spelen met
63
Opbrengsten
Communicatie naar toekomstige gebruikers over voornemen om een natuurspeeltuin te realiseren, met een positieve respons op dit voornemen. Diversiteit aan individuele visualisaties van kinderen over de ideale natuurspeeltuin op, en input van kinderen en ouders
water, zand, bomen, educatief spel,
ontwerpen van bankjes, omheiningen,
voor fysiek ontwerp.
beelden. Tijdens het knutselen is met kinderen en hun ouders gesproken over ideeën en wensen voor de
Junior Creatie Team
inrichting van een natuurspeeltuin. Voorlichting over ‘natuurspeeltuinen’, gevolgd door een speelmiddag en later een ontwerpmiddag met dezelfde
groep kinderen van de buitenschoolse opvang (BSO). Een fotoboek met voorbeelden uit andere
natuurspeeltuinen diende ter inspiratie; en tijdens de ontwerpactiviteiten zijn
de kinderen bevraagd over hun ideeën, wensen en ander relevante
onderwerpen (veiligheid, leren in en van natuur, spelregels).
Straatinterviews
Kinderen en ouders worden eenmalig op straat en pleinen, in parken en
speeltuinen aangesproken en bevraagd over hun beelden en wensen bij een natuurspeeltuin.
Kinderpersbureau
Een vaste groep kinderen die zelf als
onderzoekers en reporters optreden, en in woord en beeld (foto en film)
verslag uitbrengen (op hun website en weblog) over ideeën en wensen van
wijkbewoners over de natuurspeeltuin. Zij interviewen kinderen en
volwassenen maar ook professionals, waaronder de ontwerper van de
natuurspeeltuin. Hun bevindingen, reportages en filmpjes zijn op hun website te vinden, en over hun
onderzoek geven zij ook tijdens de
interactieve middag een presentatie.
64
Het onbekende fenomeen ‘natuurspeeltuin’ komt stapsgewijs tot leven voor betrokken kinderen, en levert gaandeweg scherpere visualisaties op die in samenspel tussen kinderen vorm geven aan ideaalbeelden van de natuurspeeltuin. De opeenvolging van activiteiten leiden bij kinderen tot een sterkere betrokkenheid bij en belangstelling voor de ontwikkeling van de natuurspeeltuin.
Zichtbaarheid van algemeen bestaande behoefte aan meer speeltuinen in Amsterdam, een positieve respons op de komst van een natuurspeeltuin. In Amsterdam Centrum bieden straatinterviews ook input voor het fysieke ontwerp van de natuurspeeltuin.
In woord en beeld wordt zichtbaar hoe het thema natuurspeeltuin tot leven komt voor kinderen, leidend tot verscheidene reportages en filmpjes op over het participatietraject, gemaakt vanuit het perspectief van kinderen die gebruik kunnen gaan maken van de natuurspeeltuin. Tevens komt ontmoeting en dialoog tot stand tussen betrokken kinderen, de fysieke ruimte (een bestaande natuurspeeltuin, bestaande parken, het toekomstige terrein van de natuurspeeltuin) en ontwerper, leidend tot sterkere persoonlijke betrokkenheid bij de ontwikkeling van de
Senior Creatie team
natuurspeeltuin.
Twee opeenvolgende creatieve
ontwerpsessies met professionals en ouders, bedoeld om een aantal
scenario’s te ontwerpen voor de inrichting van de natuurspeeltuin.
Verschillende creatieve werkvormen -
brainwriting, samenstellen van
beeldcombinaties, vrije discussie, scenario’s bouwen - doen een groot
beroep op de verbeeldingskracht van de deelnemers. Tijdens de eerste
sessie ligt de nadruk op open en vrije beeldvorming over het fysieke ontwerp en randvoorwaarden voor gebruik en
beheer van de natuurspeeltuin. Tijdens de tweede sessie worden vier
scenario’s uitgewerkt, die eigenlijk een variatie zijn op de ideeën uit de eerste
De vrije beeldvorming en beeldassociaties uit de eerste sessie spreken het meest tot de verbeelding van de deelnemers, en zijn de meest vruchtbare als input voor het ontwerp. De uitgewerkte scenario’s uit de tweede sessie lijken de speelse inspiratie te missen die de eerdere visualisaties van kinderen juist kenmerken. Deelnemers hebben belangstelling voor ontmoeting met andere doelgroepen in het participatietraject, en voor het vervolg van ontwikkeling van de natuurspeeltuin.
sessie. Deelnemers geven er de
voorkeur aan om hun ideeën en
Stakeholders
beelden verbaal te beschrijven. Een informatiebijeenkomst
gecombineerd met een panelgesprek, bedoeld om enerzijds draagvlak voor de natuurspeeltuin onder lokale organisaties te stimuleren en
anderzijds ideeën, verwachtingen en vragen van deelnemers te inventariseren over de
randvoorwaarden voor het ontwerp en
Ouderpanel
het gebruik van de natuurspeeltuin. Voorlichting over achtergrond van het plan om een natuurspeeltuin te
realiseren, een presentatie van ideeën uit andere raadplegingen, en een
brainstorm met allochtone moeders
over eigen ideeën en voorkeuren voor de inrichting van de natuurspeeltuin.
Interactieve middag
Een interactief programma voor deelnemers aan eerdere raadplegingen met: een presentatie van het voorlopig ontwerp van de natuurspeeltuin door
65
Voorlichting en dialoog leiden tot een kritische inventarisatie van randvoorwaarden voor onderhoud en beheer, en een pleidooi van stakeholders om betrokken te blijven bij de verdere ontwikkeling van de natuurspeeltuin.
De dialoog met moeders levert vooral een kritische inventarisatie van randvoorwaarden op voor gebruik, onderhoud en beheer van de natuurspeeltuin. Hiernaast leveren de moeders ideeën voor de rol die ouders kunnen spelen bij toezicht en betrokkenheid bij activiteiten van hun kinderen in de natuurspeeltuin, en geven zij hun mening over ontwerpideeën uit eerdere raadplegingen. De interactieve middag leidt tot een positieve respons van deelnemers aan het participatietraject op het
de ontwerper, een presentatie van het KinderPersbureau over hun eigen onderzoek, en workshops over
spelregels, activiteiten voor kinderen in en met natuur, verbeteringen voor het
ontwerp, en ideeën voor onderhoud en beheer van de natuurspeeltuin.
gepresenteerde ontwerp, en tot verdere ideeënvorming over spelregels, natuuractiviteiten, ontwerp, en activiteiten rondom onderhoud en beheer. Deelname aan de middag geeft een extra impuls aan de wens van vooral kinderen en ouders om betrokken te blijven bij de verdere ontwikkeling van de natuurspeeltuin.
De effectiviteit van de gekozen werkwijzen en activiteiten wordt bepaald door de mate
waarin werkwijzen en activiteiten bijgedragen aan het ontwerp van de natuurspeeltuin, en aan de betrokkenheid van doelgroepen bij de natuurspeeltuin. Het participatietraject in Geuzenveld-Slotermeer en de opbrengsten van de verschillende participatievormen suggereert dat deze effectiviteit wordt beïnvloed door: ‐
De fysieke nabijheid van activiteiten in de directe leefomgeving. Naarmate
participatieactiviteiten dichterbij de directe leefomgeving van kinderen en ouders
plaatsvindt, des te lager is de drempel om mee te doen en mee te denken over de natuurspeeltuin. Dit is zichtbaar in alle activiteiten waar de doelgroep in de eigen
omgeving, of tijdens eigen activiteiten, wordt betrokken, zoals bij de knutselmiddag, de straatinterviews, activiteiten van het kinderpersbureau, en de koffieochtend van moeders.
‐
Continuïteit en opbouw van activiteiten en uitwisseling. Wanneer kinderen,
ouders en professionals meerdere malen, bij opeenvolgende participatieactiviteiten
worden betrokken, des te meer komt de natuurspeeltuin en de eigen betrokkenheid tot leven. Dit effect is vooral waarneembaar bij de deelnemers aan het Junior
Creatieteam, het Senior Creatieteam en het Kinderpersbureau. Vooral deze laatste
werkwijze maakte het mogelijk voor kinderen om in hun eigen tempo en door eigen ervaringen met het fenomeen ‘natuurspeeltuin’, steeds meer grip te krijgen op wat een ‘natuurspeeltuin’ zou kunnen zijn. Overigens gold dit ook - zij het in mindere mate - voor het ouderpanel en lokale stakeholders. De continuïteit van hun
betrokkenheid werd gestimuleerd door hen ook te betrekken bij de interactieve middag.
‐
Aansluiting bij de voorkeuren van deelnemers voor de vorm van interactie en raadpleging: doen vs. praten of visualisaties vs. woorden. Hoe meer de participatievorm aansluit bij de voorkeur van de doelgroep in de manier om
geraadpleegd te worden, des te groter het animo om mee te doen, en des te
duidelijker de inbreng van de doelgroep. Bij kinderen blijkt dan dat zij vooral dingen willen doen, maken en laten zien. Bij volwassenen (ook professionals) ligt de
voorkeur vooral bij het beschrijven en bediscussiëren van de inrichting (en met name de voorwaarden voor inrichting). In het algemeen hebben volwassenen ook meer aandacht voor randvoorwaarden voor de inrichting en het gebruik – veiligheid,
66
beheer, onderhoud, effecten op de omgeving, meerwaarde ten opzichte van bestaand aanbod – van de natuurspeeltuin, dan voor de fysieke (speel)inrichting zelf.
‐
Beschikbaarheid van beeld- en voorbeeldmateriaal ter ondersteuning van meningvorming en creativiteit. Juist bij een redelijk onbekend fenomeen als ‘de natuurspeeltuin’, helpt voorbeeldmateriaal (foto’s, beelden, plattegronden) om
deelnemers te inspireren tot eigen ideeën. Hoewel dit bij de start vaak materiaal is over natuurspeeltuinen van elders, neemt gaandeweg ook de nieuwsgierigheid toe naar materiaal of ideeën die door andere doelgroepen in de eigen omgeving is
bedacht. Wel is het nodig om deze informatie op maat en met mate aan te bieden.
67