omxmmtn mnbooxjknittq^

CONCEPTREGLEMENT OF

ALGIMEENE DENKBEELDEN OMTRENT

HET OPRIGTEN VAN i;-U'.>''' -",V.' . . ^ ^ ^

€omxmmtn mnbooxjknittQ^ welke ten doel hebben om inde behoef ten der armen en arbeiders ten gevolge van het mislukken des Aardappelenoogstes, zoo veel doenlijk te voor^ uien, en dat wel, met de minstmogelijke kosten voor den arbeidsman en het minstmogelij'k bezwaar voor de meer gegoede ingezetenen.

ï IEL ,

A.

VAN 1845.

LOOTS.

4

•«.

CONCEPT - REGLEMENT. VAN DE HOOFD-COMMISSIE. ARTIEKL

1.

In eene Burgerlijke Gemeente len piallen l a n d e , tot welker ressort, meer dan ééne Kerkelijke Gemeente behoort, zal eene Commissie worden op"-e~ rigt, welke den naam draagt van HOOFD-COMMISSIE VAN VOORZIENING. ART.

2.

Deze Commissie stelt zich ten d o e l , om in den aanstaanden nood ten gevolge van het mislukken der Aardappelen - oogsles, zoo veel mogelijk te voorzien in de behoeften der /irmen en der Arbeidende Klasse in de gemeen[en op de wijze als zulks door hierna Ie vermeiden bepalingen duidelijk zal w o r d e n . ART.

3.

Leden van deze Hoofd - Commissie zijn, de Burgemeester met den geheelcn Gemeenfe-Raad , aan w e l ke zullen worden toegevoegd de Voorzitters en Boekhouders der Sub - Commissiën , hierna te vermelden. ART.

4.

Indien er in zoodanige gemeente als Art. I . is vermeld , zich ook eene Roomsch-Kalholieke kerkelijke gemeente bevindt, zal de Pastoor derzelve worden uitgenodigd , om in deze Hoofd-Commissie zitting en aan derzelver werkzaamheden deel te nemen. ART.

5.

Voorzitter van deze Hoofd Commissie is de Bur^-p^ c

meester der gemeente; aan wi«"n zal wo"'!e.i u.^-s-t voegd, een Onder-Voorzilicf, om do»'-/'vc:) h^-; py" tuele afwezigheid of verhiiidesi,!/: to vt-rvr.üie'i c zijne werkzaamheden w a a r te nornpij. Ijpze Oud t Voorzitter, zal door de leden der Comnjissie uil hun midden worden verkozen.

4 ART.

6.

Ook 7.é.\ door de leden dezer Commissie uit hun midden worden verkozen : een Boekhouder, die den naam van Algemeenen Boekhouder zal dragen. Indien namelijk een daartoe geschikt persoon in hun midden «al worden gevonden. Mogt zulks het geval niet zijn, zoo zal de Voorzitter het regt hebben, om een persoon die hem geschikt en bekwaam zal toeschijnen voor deze betrekking voor te dragen. ART.

7.

Ook zal een der leden van de Hoofd-Commissie tot Maga%ijnmeester worden verkozen. ART. S.

Deze Commissie aldus te zamea gesteld, zal in het algemeen, zoo veel de middelen onder haar bereik zulks zullen toelaten, zich in het' groot voorzien van alle zoodanige levensmiddelen, die of bij algeheel gemis van aardappelen, of bij, al te groote duurte derzelve deze kunnen vervangen. — Van deze levensmiddelen zal, op aanvrage vanwege de Sub-Commissien aan deze tegen inkoopsprijs worden afgeleverd, wat zij verlangen, opdat door deze daarmede in hare gemeenten gehandeld worde, zoo als zulks door hierna te volgen bepalingen zal worden vastgesteld.— Deze inkoopsprijs zal echter verhoogd worden met de kosten van transport over de massa berekend. ART.

9.

De middelen, door welke deze Hoofd-Commissie in staat zal worden gesteld, om zoodanige aankoopen te doen , zullen haar door de Sub-Commissien verstrekt moeten ,worden uit de geldsommen, die in«-evolge hierna te omschrijven handelingen en maat. re<^elen in hare bijzondere kassen zullen vloeijen. ART.

10.

Deze Hoofd Commissie, zal éénmaal in de Maand vergaderen, ter plaatse waar het Burgedijk Bestuur der gemeente is gevestigd. ART.

IJ.

Ook 'c&\ üeze Commissie buitengewoon kunnen vergaderen, indien daartoe bijzondere aanleiding

5 mogl wezen. Die aanleiding zal echter vooraf aan het oordeel van den Voorzitter onderworpen moeten worden en ingeval deze haar dringend en gewigtig genoeg acht, zal hij de leden der Commissie tot zulk eene buitengewone Vergadering doen oproepen. 12. In burgerlijke gemeenten, tot welker ressort, niet meer dan ééne kerkelijke gemeente behoort, zal ook slechts ééne Commissie bestaan, die in alles werkzaam zal wezen , zoo als zulks hierna van de SubCommissien zal worden bepaald. A R T . 13. In het geval bij het voorgaande Artikel bedoeld , zal zoodanige Commissie bestaan uit den Burgemeester en Gemeente, met al de leden van den GemeenteRaad, aan welke zullen worden toegevoeg'd, de Predikant der Hervormde Gemeente, met éénen der Ouderlingen en den tijdelijk regerenden Diaken.—; Indien in zulk eene burgerlijke gemeente ook eene Roomsch - Katholieke kerkelijke gemeente beslaat, zal de Pastoor derzelve in die Commissie zitting houden. VAN DEN ALGEMEENEN BOEKHOUDER. A R T . 14. De werkzaamheden van den Algemeenen Boekhouder bestaan vooreerst: in het Controleren van de werkzaamheden en Administratien van de Boekhouders der verschillende Sub-Commissien. A R T . 15. Tot dat einde zullen de Boekhouders dier Sub-. Commissien in elke Maandelijksche Vergadering van de Hoofd-Commissie aan den Algemeenen Boekhouder duidelijk en volledige opgaven van den staat hunner bijzondere Administratie over de verloopene maand ter hand stellen, waarvan dan de Algemeene Boekhouder in de eerstkomende Vergadering, de Controle zal moeten overleggen. A R T . 16. Deze Controle zal natuurlijk voor elk der bijzondere Sub-Cotïiraissien afzonderlijk wezen, waartoe ART.

G

(Ian ook de Algemeene Boekhouder zoo vele afzonderlijke boeken of lijslen van Conlrole zal aanleggen . als er Sub-Commissien beslaan onder het ressort der lïoofd-Commissie, waarvan hij lid is. A R T . 17. Ook zal de Algemeene Boekhouder naauwkeurige fsanteekeniag doen van de bij hem inkomende gelden van wege de Sub-Commissien, en van de sommen die bij hem uilgaan lol het aankoopen van levensmiddelen, A R T . 18. Be Algemeene Boekhouder, zal zorgen dat aan de Boekhouders der Sub-Commissien , wanneer door deze laajlsten gelden bij hem worden gestort, daarvoor be • hoorlijke bons of schuMbekenteuissen worden uitgereikt, welke door den Voorziüer en Algemeenen Boekliouder der ïïoofd-Commissie onderteekend moeten wezen.-—Deze bons of schuldbekentenissen , zuilendoor de Boekhouders der Sub-Commissien bij de Magazijnmeesier wederom ingeleverd kunnen worden, om daarop zoodanige levensmiddelen te ontvangen, a!s zij mogen verlangen en voor zoodanig bedrag als op zulk eene schuldbekentenis staat uitgedrukt, A E T . 19. % an.alle deze zaken, zal, door den Algemeenen Boekhouder in opzettelijk daartoe aangelegde boe» keïi, naauwkeurige aanleekeningen gehouden worden; welke aanleekeningen, in elke maandelijksche Vergadering des Üoofd-Commissie ter tafel gebragt moeien worden, om met de aanleekeningen van de Boekhouders der Sub-Commissiën en van den Ma» gazTJnmeester te worden geconfronteerd.

A KT. 20. In Gemeenten waar geené Hoofd-Commissie beslaat , zijn de werkzaamheden van den Boekhouder dezelfde, als die van de Sub-Commissie hierna levermelden. VAN DEN MAGAZIJNMEESTER. ART. 2 1 . De Magazijnmeester is belast inet het ontvangen ,

7 bewaren en afleveren van de levensmiddelen, door de Hoofd-Commissie aangekocht. ART. 22. De Magazijnmeester zal zoodanige levensmiddelen afleveren aan den Boekhouder der Sub - Commissien op vertoon en tegen overgifte van Schuldbekentenissen in Art. 18 genoemd. ART. 23. De Magazijnmeester ontvangt voor het overige geea geld , maar wanneer de Boekhouders der Sub-Commissien geene schuldbekentenissen van de Hoofd-Commissie meer bezitten, en zij verlangen zich op nieuw van levensmiddelen te voorzien, zullen zij zich tot dat einde met gereed geld, bij den Algemeenen Boekhouder moeten vervoegen , die hun daarvoor Bons zal afgeven op den Magazijnmeester. 24. Al deze Bons en Schuldbekentenissen, zullen door den Magazijnmeester zorgvuldig worden bewaard, en in elke maandelijksche vergadering der HoofdCommissie ter tafel gebragt. A R T . 25. Ook zal de Magazijnmeesler van zulke inkomende Bons en Schuldbekentenissen alsmede van de afleveringen in levensmiddelendoor hem gedaannaauwkeurige aanteekening houden, en deze aanteekeningen insgelijks in elke maandelijksche vergadering ter tafel brengen, om met die van den algemeenen Boekhouder betrefi'ende deze zaken te worden vergeleken. ART.

26. De Magazijnmeester zal zijne woonplaats hebben , waar ook het Hoofd der burgerlijke Gemeente woont.' ART. 2 7 . In Gemeenten waar geene Hoofd Commissie bestaat, zal de Boekhouder tevens Magazijnmeester zijn, tenzij men daarvoor liever eenen anderen mogt willen verkiezen. ART. 28. Tot het zoo veel mogelijk kosteloos vervoeren der ART.

8 levenmiddelen van den KagPKijnmeester, naar de Boekhouders en onderscheiden Sub-Gommissiën, zullen door de Hoofd-Commissie de noodige maatregelen worden beraamd. A R T . 29. Er zal des gevorderdeene bijzondere Intructie worden opgemaakt en voor den Algemeenen Boekhouder en voor den Magazijnmeester. VAN DE SUB-COMMISSIE EN HARE WERKZAAMHEDEN. A R T , 30. Indien eene burgerlijken gemeente uit meer dan ééne kerkelijke gemeente is te zamengesteld, zal in elke dier kerkelijke gemeenten eene bijzondere Commissie worden opgerigt welke den naam zal dragen van SUB-COMMISSIE VAN VOORZIENING. ART. 31. Deze Sub-Commissiën staan in onmiddelijk betrekking met de Hoofd-Commissie, zoo als zulks boven is aangewezen , doch handelen voor het overige in hare eigenen en bijzonderen werkkring volkomen zelfstandig en onafhankelijk. A R T . 32. Deze Sub-Commissie zal beslaan uil 8 leden of des verkiezende meer of minder naar gelang van plaatselijke omstandigheden. Alle deze leden zullen zijn de notabelste ingezetenen , terwijl aan het hoofd van zoodanige Commissie staan zal , de Predikant der Hervormde Gemeente om als voorzitter derzelver werkzaamheden te leiden en te besturen. ABT. 3 3 . Buiten en behalven den Predikant zullen in [deze Commissie zitting hebben één der ouderlingen en de tijdelijke regerende Diaken, op dat de handelingen der Commissie steeds in overstemming gehouden worden met die van het armbestuur en alzoo beider werkzaamheden door wederkeerige ondersteuning zoo veel mogelijk doel mogen treffen en ten raeeslen iiutte worden geregeld,

9 ART.

34,

üe overige leden zulieiiin eene daartoe op Ie roepen Vergadering van aile de min of meer gegoede ingezetenen der gemeente uit hun midden verkozen worden ; door welke verkiezing deze ingezeleiien met de daad verklaren, dat zij het bestaan van deze Commissie niet slechts goedkeuren, maar ook tevens zich verbinden om haar in het bereiken van hare bedoelingen en het vervullen van hare werkzaamhed e n , zoo veel als hun mogelijk zijn z a l , te helpen en te ondersteunen. ART. S 5 . Uit deze leden alzoo door de in.^ezelenen der semeente verkozen , zal wederom door de Commissie zelf één hunner worden benoemd , tot Vice-President, om den Voorzitter bij eventuelen afwezigheid of verhindering te vervangen, en diens werkzaamheden w a a r te nemen. ART. 36. Ook zal er uit de leden der Commissie é é a hunner worden verkozen tot Boekhouder, indien namelijk een daartoe geschikt en bekwaam persoon onder hen wordt gevonden; indien echter niet, zoo zal de voorzitter het regt hebben iemand welken hij d a a r toe bekwaam zal a c h t e n , voor deze betrekking voor te dragen. ART. 37. Buiten en behalven de werkzaamheden, welke voor dezen boekhouder zullen voorïvloeijpn uit de belrekking waarin hij is geplaatst, tot de lioofdCommissie en derzeiver algemeenen Boeldiouder , zoo zal hij voorts in het bijzonder zorgvuldig aanteekening houden van alle ontvangsten en üiigaven , zoo wel van geldspecien als van levensmiddelen, welke hij de Sub-Commissie zullen plaats hebben; zoo dat bij ten allen tijde rekening en verantwoording k u n n e d o e n , aan de leden der Commissie, die daarom ook bet regt zullen hebben, om van deze aanteekeningen des Boekhouders ten allen tijde inzage te nemen. Voorts zal hij zorg dragen, dal bij hem eene

10 behoorlijke hoeveelheid levensmiddelen , van de Hoofdcommissie in voorraad zij en deze wederom uitgeven op de wijze zoo als zulks nader zal worden omschreven. ART.

38.

In deze algemeene en hoofd-werkzaamheden gaat de Boekhouder steeds zoo veel mogelijk te werk, met voorkennis van en in overeenstemming met de overige leden der Commissie. Althans hij zal niets van dien aard mogen verrigten, zonder eerst den voorzitter fe hebben geraadpleegd: zeer dringende gevallen alleen uitgezonderd. ART.

39.

De meer bijzondere werkzaamheden des Boekhouders, worden nader geregeld en vastgesteld en door den aard zijner bediening en door eenige hierna te melden bepalingen. ART.

40.

Op dat de werkzaamheden van den Boekhouder en van de overige leden der Commissie, altijd in goede overeenstemming zijn en blijven zoo zal de Commissie een of twesmaal in deweek vergaderen, op tijd en plaats zoo als zulks onderling zal worden goedgevonden. ART.

41.

Deze vergaderingen zullen openbaar zijn, zoodat iedereen tot dezelve zal worden toegelaten, zoo wel zij die eenige belangen mogten hebben voor te dragen, als zij die meenen mogten der Commissie met goede raad te kunnen voorlichten en dienen. ART.

42.

De Commissie kan ook buitengewoon vergaderen en in het geheim zoodat niemand anders dan derzefver leden daarbij tegenwoordig mogen zijn, indien namelijk daartoe bijzondere aanleiding mogt wezen. ART.

43.

Indien een der leden mogt begeeren , dat er zulk cene buitengewone vergadering der Commissie zal plaats hebbon, geeft hij daarvan kennis aan den voorzitter, mei duidelijke opgave tevens van de rede-

11 nen, waarom hij zulks verlangt. Indien dan die redenen , door den voorzitter dringend en belangrijk genoeg worden geacht, zal hij tot het buitengewoon bij een roepen der Commissie aanstonds overgaan. ART.

44.

Al de leden dezer Commissie even als die van de Hoofd-Commissie verrigfen hunne werkzaamheden gratis. ART.

45.

Deze Commissie stelt zich ten doel, om in de gemeente waarin zij in het bijzonder werkzaam is, bij den grooten nood die in den komenden winter den armen en arbeidslieden te fwachten staat, zoo veel doenlijk in hunne behoeften Ie helpen voorzien, en dat wel met de minst mogelijke kosten voor den arbeidsman en het minst mogelijke bezwaar voor de meer gegoede ingezetenen. ART.

46.

Tot dat einde, zal zij, zoo veel als de hulpmiddelen onder haar bereik zulks nullen toelaten , zich bij den Magazijnmeester der Hoofd-Commissie voorzien van alle zoodanige levensmiddelen, welke daar voorhanden zijn. ART.

47.

Die levensmiddelen zullen wederom worden afgezet voor inkoopsprijs, of dezen verhoogd met die geringe uitgaven, die welligt onvermijdelijk zullen worden bevonden. ART.

48.

Van dat voordeel, zullen gebruik kunnen maken alle de armen door de diakonie bedeeld, en wel op vertoon van een bon of briefje van den armmeester, in welk geval hun zoodanige levensmiddelen verschaft zullen worden, als zij zullen verlangen, an diegenen, welke bij de Commissie voorhanden zijn en dan voor zoodanige som als op zulk een briefje staat uitgedrukt. ART.

49.

Indien de armen door de diaconie bedeeld, zich moglen aanmelden met gereed geld , zal hun de ge-

12 legenheid gegeven werden, om ook daarvoor de verlangde levensmiddelen tegen inkoopsprijs te verkrijgen. A R T . 50. Ook zullen in ditzelfde voorregt dealen kunnen , de arbeiders dezer Gemeente, die niet tot de door het armbestuur bedeelden behooren, mils zich aanmeldende met gereed geld, wanneer zij hier of daar werk mogen gevonden hebben en dus in de gelegenheid zijn gesteld om iets te verdienen. Ook zullen hun levensmiddelen van wege de Commissie worden verschaft, op vertoon en afgifte van zulke briefjes als hierna ten hunnen aanzien vermeld zulicn worden. ART. 51. Mogten evenwel zoodanige arbeiders, voor eenen tijd geheel en al zijn buiten werk en zonder verdiensten, dan zullen hun door de Commissie levensmid» delen worden verschaft op crediet; maar aüeen onder deze voorwaarden , dal zij op woord en trouw beloven en zich verbinden, om bij meerder werk en minderen nood , de aizoo gemaakte schuld eerlijk wederom af te doen. 52, Opdat echter deze handelingen der Commissie , niet al te diep mogen ingrijpen in de belangen der nering en winkeldoenden der gemeente, maar ook deze daarvan nog eenig voordeel mogen trekken, zoo zal de Commissie met hen treden in gemeen overleg enhen uitnodigen, om van de Commissie de bij haar voorhanden zijnde levensmiddelen cp te doen, en die voor inkoopsprijs aan de gaande en komende armen en arbeiders der gemeenten, maar ook aan dezen alleen wederom uit te verkoopen. Dan zal door de Commissie aan die winkelieren , welke zich daartoe willen leenen , eene matige belooning worden gegeven, percenlsgewijze berekend naar de som , voor welke zij alzoo zullen hebben uitverkocht; omtrent de hoegrootheid van welke belooning de winkelieren zich wel met de Commissie zullen willen verstaan. ART.

53. In dit voordeel zullen allleeu zoodanige winkelieART.

13 ren deelen kunnen, die naar hun vermogen zulfen bijdragen om der Commissie de noodige hulpmiddelen te verschaffen, waai-mede zij in staat moet worden gesteld om het door haar beoogde doel te bereiken, om de wijze als hieronder nader zal worden bekend gemaakt. ART.

54.

Moglea de winkelieren overhoopt tot den maatregel in Art. 52 vermeld, niet willen medewerken, dan zal de Commissie of één derzelve alleen met dien uitverkoop belasten indien de^e daartoe genegen zijn mogt op bovengestelde voorwaarde, of anders, het noodige beramen om zelfs zulk een uitverkoopen tegen inkoopprijs te bewerkstelligen, waarbij dan de bovengenoemde percents-gewiJAC belooning zou worden uitgespaard ART.

55.

Indien echter de winkelieren tot bovengenoemde allezins wenschelijke maatregel hunne medewerking, verleenen willen, zoo zullen zij bij de Commissie van alle de bij haar voorhanden zijnde levensmiddelen het noodige kunnen verkrijgen , tegen afgifte van een briefje van ontvangst, waarbij zij zich tevens schuldig verklaren, voor zoodanige som als de door hen overgenomen levensmiddelen der Commissie hebben gekost: de kosten van transport, enz. hieronder berekend. ART.

56.

Dit briefje van ontvangst en schuldbekentenis zal hun worden teruggegeven, zoodra zij bij de Commissie het geld gestort zullen hebben, hetwelk zij voor de overgenomen levensmiddelen bij het uitverkoopen hebben ontvangen, bij welke gelegenheid hun tevens de hun competerende belooning zal worden uitbetaald, en zij zich op nieuw wederom van levensmiddelen kunnen voorzien op dezelfde wijze als vroeger. ART.

57.

Van alle deze uitgiften, ontvangsten en betalingen zal aanstonds door den Boekhouder in opzettelijk daartoe aangelegde boeken naauwkcurige aanteekening worden gehouden.

14 ART. 58. De gelden en middelen, waardoor de Commissie in staat zal worden gesteld, om aan dit doel haar instelling te beantwoorden en de bovengenoemde handelingen uit te rigten, zullen op de volgende wijze worden gevonden. / A, Vooreerst door eene Vrijwillige Inschrijving, a. Aan die Inschrijving nemen deel, allen die tot de min of meer gegoede klasse van ingezetenen behooren, zoo wel uit barmhartigheid en algemeene menschenliefde als uit welbegrepen eigenbelang. b. Een iegelijk schrijft in voor zoo groot een be« drag als zijne tijdelijke omstandigheden hem slechts eenigzins toelaten. c. De som waarvoor wordt ingeschreven is niet geheel eene gift; maar slechts voor het grootste gedeelte een renteloos voorschot, om dan wanneer de nood voorbij zal zijn en de Commissie na het volbrengen barer werkzaamheden, daartoe in slaat zal wezen, of geheel of voor het grootste gedeelte aan den Inschrijver te worden terug gegeven. ( Vergelijk hiermede Art. 59. a,) d. Deze inschrijvingen geschieden, of voor eene som te betalen in geld, of voor zeker bedrag in consumlive veldproducten tegen zoodanigen prijs als deze producten op de markt zullen gelden, ten tijde, dat zij aan de Commissie worden afgeleverd. e. Aan hen die aan deze Inschrijving hebben deel genomen zal van wege de Commissie worden uitgereikt eene schuldbekentenis ten bedrage van zoodanige som, als waardoor de Inschrijving heeft plaats gehad. Deze schuldbekentenis zal namens de Commissie door den Voorzitter en een Boekhouder worden onderteekend , en ten tijde dat de Commissie algemeene en algeheele rekening en verantwoording doet, wederom moeten ingeleverd worden, om daarop de voorgeschoten gelden terug te ontvangen. ( Vergelijk ook hiermede Art. 59. a.) A R T . 59. Daar echter de Commissie, indien zij geene andere gelden ontving, dan die, w;aarvoor de ingezetenen

i5 zoo als boven is bepaald, mogten inschrijven, niet bij roagte zijn zoude om die voorgeschoten gelden terug te geven\ zoo verlrouwt en verwacht zij, dat zij : B.

In de tweede plaats zal worden ondersteund door Vrijwillige Giften, Die giften verwacht zij : « In de eerste plaats van de Inschrijvers. Aan dezen zal daarom bij de Inschrijving worden gevraagd of zij de som waarvoor zij hebben ingeschreven op zijn tijd in haar geheel terug verlangen, dan wel of zij geneigd zijn om desgevorderd daarvan een gedeelte ten algemeenen beste te geven en wel hoe groot een gedeelte. In dit laatste geval, zal hiervan aanstonds, behoorlijke aanteekening worden gedaan op de lijst van Inschrijving en ook melding gemaakt in de schuldbekentenis volgens Art. 58. e. van wege de Commissie aan eiken Inschriivere uit te reiken. b. En in de tweede plaats, mag de Commissie in zulk eene gemeente over welke een Heer of Vrouw is gesteld, met regt van deze zulk een giftverwachten. Tot dat einde zal dan ook de Voorzitter zoodra de Commissie in functie getreden is, de noodige slappen doen om in die hoop en verwachting niet te vYorden te leurgesteld; maar ook langs dezen weg krachtdadig te worden ondersteund. ART.

60.

C. En eindelijk hoopt en vertrouwt de Commissie dat zij in hare werkzaamheden en in hare pogingen ter bereiking van alle hare bedoelingen grootehjks zal worden ondersteund, door de verstandi-e en goedwdlige medewerking van alle ingezetenen. ° Daartoe rekent zij a. In de eerste plaats op het Diaconi.Bestuur. Datzelve toch zal worden uitgenoodigd, om zoo veel zulks slechts eenigzins geschieden kan, briefjes af te geven op de Commissie of den Boekhouder derzelve; waarvoor de armen door hetzelve bedeeld wederom een briefje zullen ontvangen van den Boekhouder, op helvyelk zij bij eenen of anderen

16 bakker of winkelier, die met de Commissie medewerkt , die levensbehoeften zullen verkrijgen , welke op zoodanig briefje zijn vermeld en voor zoodanige som, als op hetzelve staat uitgedrukt. Dergelijke briefjes of bons van den Boekhouder, kunnen dan door den winkelier bij denzelven wederom als geld worden gestort, ter betaling van de levensmiddelen welke| hij van de Commissie ter uitverkooping in ontvangst heeft genomen. ( Vergelijk Art, 55 en 56.) En zoodanige briefjes, door den Boekhouder van het diaconie-bestuur ontvangen, zouden hem regt geven, om daarvoor maandelijks bij genoemd bestuur, munlspeciën te ontvangen,— Deze maatregel behoorlijk uitgevoerd, zoude bij de buitengewone bedeelingen, tot welke het armbestuur zich wel verpligt zal zien, eene goede som aan de kas der Commissie doen toevloeijen ; waarmede zij de haar opgedragen werkzaamheden met het meest gegrond vooruilzigt op eenen goeden uilslag zou kunnen verrigten. b. In de tweede plaats, rekent de Commissie op de goede medewerking van alle weldoende en welgezinde ingezetenen ; hetzij dat deze hunne bijzondere weldadigheid niet zoo zeer betoonen in het uitreiken van geld, als wel in briefjes op de Commissie , op dezelfde wijze, als dit boven met betrekking tot het Diaconie-bestuur is uiteengezet; hetzij dat allen in den aanstaanden winter aan den arbeiders zooveel mogelijk werk verschaffen , en dan daarvan onmiddelijk kennis geven aan den Voorzitter of den Boekhouder, daarbij tevens opgevende, voor welk een loon deze of geene arbeider bij.hem werkzaam is. Dit toch moet dienen om te verhoeden eensdeels, dat het Diaconie-bestuur niet onnodig en al te veel worde bezwaard door hen, die het geld hunner verdiensten op eene onbetamelijke wijze verterende, van den algemeenen nood misbruik maken om ten koste der Diaconie te leven, en anderdeels, dat de Commissie van Voorziening niet worde misleid , zoodat zij onnoodig en al te veel op crediet geven aan de arbeiders, zoo als zulks in Art, 51 is

17 bepaald,—Daartoe zoude het ook wensclielijk zijn, dat alle ingezetenen zich verbonden om vooraf bij het geven van werk, aan de arbeiders te bedingen en te bepalen, dat zij hun het werkloon zullen uitbetalen voor een gedeelte in geld, maar voor het grootste gedeelte in briefjes op de Commissie.—Deze briefjes zouden dan de Commissie het regt geven, om desgevorderd daarop geld te vragen bij die ingezetenen , door welke zulke briefjes zijn uitgereikt, of zoude anders bij de algemeene rekening en verantwoording in mindering kunnen strekken van het aan den uilgever terug te geven renteloos voorschot, indien hij daarvoor mogt hebben ingeschreven. Van alle zoodanige inkomende en uitgaande briefjes zal door den Boekhouder naauwkeurige aanteekening worden gehouden. c. En eindelijk rekent de Commissie op de goede en verstandige medewerking van alle ingezetenen, zoodanig dat zij het allen armen en arbeiders, toch ernstig op het hart zullen drukken, dat zij zich het aller goedkoops de noodige levensmiddelen kunnen aanschaffen. Wanneer zij zich tot dat einde bij de Commissie van Voorziening vervoegen. — Voorts dat alle meer gegoede en invloed hebbende ingezetenen de armen en behoeftigen steeds met liefdelijken ernst vermanen, tot orde, rust en tevredenheid; alsmede dat zij hun zooveel mogelijk een goed vertrouwen zoeken in te boezemen, op de bedoelingen en werkzaamheden der Commissie van Voorziening. En eindelijk dat ook de winkelieren, aan niemand anders, eenige levensmiddelen tegen inkoopsprijs uitventen, dan alleen aan hen, die vooraf hebben vertoond eene welbekende verklaring van wege de Commissie dat de houder is geregligd, om te deelen in de voorregten en voordeden, welke de Commissie aan de armen en arbeidenden in den nood wenscht te verschaffen. - Deze maatregel toch, is niet alleen noodzakelijk voor deq goeden en geregelden gang van zaken bij de Commissie, maar ook in het belang der winkelieren.

18 ART,

61.

Overeenkomstig alle de bovenstaande bepalingen nullen de Hoofd-Commissie en de Sub-Commissien werkzaam blijven tot dat de algemeene nood voorbij zal wezen. ART.

62.

Het tijdstip in vorenstaande Artikel vermeld gekonien zijnde, zoo zuilen de Sub-Commissiën er zich op toeleggen, om zoo spoedig mogelijk algemeene rekenmg en verantwoording te doen aan de HoofdCommissie. ART.

63.

Deze rekening en verantwoording door de HoofdCommissie aangehoord en goedgekeurd zijnde, zoo zullen de Sub-Commissiën in de gemeenten waarin ZIJ ieder afzonderlijk werkzaam zijn geweest, wederom eene algemeene vergaderingen bijeenroepen van alle mschrijvers, om zich ook voor dezen, met betrekkmg tot hunne gevoerde Administratie te verantwoorden. In deze vergadering zullen dan ook de inschrijvers de schuldbekentenissen hun van wege de Commissie uitgereikt wederom inleveren en de daarop verschuldigde gelden terug ontvangen. ART.

64,

Indien er na dit alles door gunstige zamenwerking van omstandigheden, bij de Commissie nog eenige gelden als batig saldo mogten overblijven, zal over het gebruik van dat geld in die zelfde algemeene vergadermg worden beraadslaagd. ART.

65.

rndien er echter onverhoopt, of ten gevolge van bijzonder ongunstige omstandigheden, of van°gebrek aan goede medewerking, bij de ingezetenen, een te kort mogt zijn ontstaan, zal het als dan aan de SubCommissie worden opgedragen, om met de HoofdCommissie in welke al de leden van het burgerlijk bestuur zitting hebben te beraadslagen, op welke wijze dit te kort het best zal worden gedekt.

19 ART.

66.

Dit alles geschied zijnde en de Commissiën van voorziening alzoo overeenkomstig het doel haren instelling niets meer te verrigten hebbende zoo zullen zij worden ontbonden, en derzelver leden gaat uit een, met de aangename bewustheid dat zij een goed werk hebben verrigt.