Nokia Speakerphone HF-510 Gebruikershandleiding
9213535 Uitgave 1 NL
CONFORMITEITSVERKLARING NOKIA CORPORATION verklaart hierbij dat dit HF-510 product voldoet aan de essentiële vereisten en andere relevante bepalingen van Richtlijn 1999/5/EG. Het product is conform aan de beperkingen die zijn vastgesteld in de Richtlijn 2004/104/EG (geamendeerde Richtlijn 72/245/EEG) Annex I, alinea 6.5, 6.6, 6.8 en 6.9. Een kopie van de conformiteitsverklaring kunt u vinden op de volgende website: http://www.nokia.com/phones/declaration_of_conformity/.
© 2009 Nokia. Alle rechten voorbehouden Nokia, Nokia Connecting People en het Nokia Original Accessories-logo zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Nokia Corporation. Nokia tune is een geluidsmerk van Nokia Corporation. Namen van andere producten en bedrijven kunnen handelsmerken of handelsnamen van de respectievelijke eigenaren zijn. Reproductie, overdracht, distributie of opslag van dit document of een gedeelte ervan in enige vorm zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Nokia is verboden. Bluetooth is a registered trademark of Bluetooth SIG, Inc. Nokia voert een beleid dat gericht is op voortdurende ontwikkeling. Nokia behoudt zich het recht voor zonder voorafgaande kennisgeving wijzigingen en verbeteringen aan te brengen in de producten die in dit document worden beschreven. VOOR ZOVER MAXIMAAL TOEGESTAAN OP GROND VAN HET TOEPASSELIJKE RECHT, ZAL NOKIA OF EEN VAN HAAR LICENTIEHOUDERS ONDER GEEN OMSTANDIGHEID AANSPRAKELIJK ZIJN VOOR ENIG VERLIES VAN GEGEVENS OF INKOMSTEN OF VOOR ENIGE BIJZONDERE, INCIDENTELE OF INDIRECTE SCHADE OF GEVOLGSCHADE VAN WELKE OORZAAK DAN OOK. DE INHOUD VAN DIT DOCUMENT WORDT ZONDER ENIGE VORM VAN GARANTIE VERSTREKT. TENZIJ VEREIST KRACHTENS HET TOEPASSELIJKE RECHT, WORDT GEEN ENKELE GARANTIE GEGEVEN BETREFFENDE DE NAUWKEURIGHEID, BETROUWBAARHEID OF INHOUD VAN DIT DOCUMENT, HETZIJ UITDRUKKELIJK HETZIJ IMPLICIET, DAARONDER MEDE BEGREPEN MAAR NIET BEPERKT TOT IMPLICIETE GARANTIES BETREFFENDE DE VERKOOPBAARHEID EN DE GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL. NOKIA BEHOUDT ZICH TE ALLEN TIJDE HET RECHT VOOR ZONDER VOORAFGAANDE KENNISGEVING DIT DOCUMENT TE WIJZIGEN OF TE HERROEPEN. De beschikbaarheid van bepaalde producten kan per regio verschillen. Neem voor meer informatie contact op met uw Nokia-dealer. Exportbepalingen Dit apparaat bevat mogelijk onderdelen, technologie of software die onderhevig zijn aan wet- en regelgeving betreffende export van de V.S. en andere landen. Ontwijking in strijd met de wetgeving is verboden. 9213535/Uitgave 1 NL
Inhoudsopgave Voor uw veiligheid................... 4 1. Inleiding................................ 5 Draadloze Bluetooth-technologie .... 5
2. Aan de slag........................... 6 De batterij opladen ............................... In- of uitschakelen................................ Inschakelen .......................................... Uitschakelen ........................................ Koppelen en verbinding maken met een ander apparaat ...................... De verbinding met de speakerphone verbreken .................. Handmatig verbinding maken met de speakerphone........................
6 7 7 8 8 9 9
3. In een auto monteren........ 11 Algemene veiligheidsinstructies...... Aan de zonneklep bevestigen........... Aan de voorruit bevestigen............... Aan het dashboard bevestigen ........
11 12 13 14
4. Algemene gebruiksinstructies ................. 15 Contacten kopiëren naar de speakerphone.................................. Bellen of een telefoongesprek beëindigen ............................................. Een kort geleden gedraaid nummer bellen.................................. Spraakgestuurde nummerkeuze.................................... Een gesprek beëindigen.................. Een oproep beantwoorden of weigeren ........................................... Volume regelen .................................... Een gesprek naar het verbonden apparaat overschakelen..................... De instellingen wissen of een reset uitvoeren........................ Problemen oplossen............................
15 16 16 16 17 17 17 18 18 18
5. Informatie over de batterij en de lader .............................. 20 Verzorging en onderhoud ...... 22 Aanvullende veiligheidsinformatie ............. 24
3
Voor uw veiligheid
Voor uw veiligheid Lees deze eenvoudige richtlijnen. Het niet opvolgen van de richtlijnen kan gevaarlijk of onwettig zijn. Lees de volledige gebruikershandleiding voor meer informatie. VERKEERSVEILIGHEID HEEFT VOORRANG
Houdt u aan de lokale wetgeving. Houd tijdens het rijden uw handen vrij om uw voertuig te besturen. De verkeersveiligheid dient uw eerste prioriteit te hebben terwijl u rijdt. STORING
Alle draadloze apparaten kunnen gevoelig zijn voor storing. Dit kan de werking van het apparaat negatief beïnvloeden.
4
Inleiding
1. Inleiding Met de Nokia Speakerphone HF-510 kunt u handenvrij bellen en gebeld worden. U kunt ook het telefoonboek van uw compatibele mobiele apparaat kopiëren naar de speakerphone en de gekopieerde contacten weergeven op het ingebouwde scherm om iemand te bellen. U kunt de speakerphone verbinden met een compatibel mobiel communicatieapparaat dat draadloze Bluetooth-technologie ondersteunt. Lees deze gebruikershandleiding aandachtig door voordat u de speakerphone gebruikt. Lees ook de gebruikershandleiding voor het apparaat dat u up de speakerphone aansluit. Kijk op www.nokia.com/support of uw lokale Nokia-website voor de nieuwste versie van de gebruikershandleiding en aanvullende informatie over uw Nokia-product. Dit product kan kleine onderdelen bevatten. Houd deze buiten het bereik van kleine kinderen. Het oppervlak van dit apparaat bevat geen nikkel in de gemetalliseerde delen. Het oppervlak van dit apparaat bevat roestvrij staal.
■ Draadloze Bluetooth-technologie Voor een Bluetooth-verbinding is het nodig dat het mobiele apparaat en de speakerphone zich binnen 10 meter van elkaar bevinden. Verbindingen kunnen onderhevig zijn aan interferentie door andere elektronische apparaten. De speakerphone voldoet aan de Bluetooth-specificatie 2.1 die ondersteuning biedt voor het Hands-Free Profile (HFP) 1.5, het Phone Book Access Profile (PBAP) 1.1 en het Object Push Profile (OPP) 1.1. Informeer bij de fabrikanten van andere apparatuur naar de compatibiliteit met dit apparaat.
5
Aan de slag
2. Aan de slag De speakerphone bevat de volgende onderdelen: 1. Aan/uit-toets 2. Microfoon
2
1 5
3
3. Speaker 4. Scherm 5. Volumewiel 6. Indicatorlampje 7. Toets voor beantwoorden/ beëindigen 8. Aansluiting voor lader
4
U kunt de speakerphone pas gebruiken nadat u de batterij hebt geladen en de speakerphone aan een compatibel communicatieapparaat hebt gekoppeld.
8
7
6
Bepaalde delen van de speakerphone zijn magnetisch. Metalen voorwerpen kunnen worden aangetrokken door de speakerphone. Houd creditcards en andere magnetische opslagmedia uit de buurt van de speakerphone, omdat de gegevens die op deze media zijn opgeslagen, kunnen worden gewist.
■ De batterij opladen Lees voordat u de batterij oplaadt eerst ’Informatie over de batterij en de lader’ op pag. 20 aandachtig door. Waarschuwing: Gebruik alleen laders die door Nokia zijn goedgekeurd voor gebruik met dit specifieke model. Het gebruik van alle andere typen kan de goedkeuring of garantie doen vervallen en kan gevaarlijk zijn. Als u de stekker van een toebehoren uit het stopcontact verwijdert, moet u aan de stekker trekken, niet aan het snoer.
6
Aan de slag
1. Sluit de kabel van de lader aan op de lader. 2. Sluit de lader aan op een stroombron. Steek de DC-4-lader bijvoorbeeld in de aansluiting van de sigarettenaansteker in de auto, of de AC-5-lader in het stopcontact. Tijdens het laden wordt een batterijanimatie getoond en het rode indicatorlampje gaat branden. Het duurt maximaal 2 uur en 10 minuten om de batterij volledig op te laden. Als de lader is aangesloten op de sigarettenaansteker, moet de energie geleverd worden door een 12-Volts accu van de auto. Zorg ervoor dat de lader op de juiste wijze in de sigarettenaansteker is gestoken en de normale bediening van de auto niet hindert. In sommige auto's wordt de sigarettenaanstekeraansluiting ook van stroom voorzien als de autosleutel zich niet in het contact bevindt. In dat geval kan de accu van de auto leeg raken, zelfs als u de speakerphone niet gebruikt. Neem voor meer informatie contact op met de fabrikant van de auto. 3. Als de batterij geheel is opgeladen, begint de speakerphone te piepen en wordt weergegeven. Koppel de lader eerst los van de speakerphone en dan van de stroombron. Een volledig geladen batterij biedt capaciteit voor maximaal 30 uur gesprekstijd of maximaal 180 uur stand-by tijd. Met de batterij-indicator op het scherm kunt u de status van de batterij controleren als de speakerphone niet meer op de lader is aangesloten. Wanneer de batterij volledig is opgeladen, wordt weergegeven. Als het batterijniveau laag is, wordt weergegeven, het rode indicatorlampje begint langzaam te knipperen en de speakerphone geeft ongeveer elke 5 minuten een piepje. Laad de batterij opnieuw op.
■ In- of uitschakelen Inschakelen U schakelt het apparaat in door op de aan/uit-toets te drukken. De speakerphone speelt een in toonhoogte oplopende reeks piepjes af, het groene indicatorlampje knippert eenmaal en het scherm wordt 7
Aan de slag
ingeschakeld. De speakerphone probeert verbinding te maken met het apparaat waar het de laatste keer mee verbonden was ( wordt weergegeven). Als de speakerphone verbonden is met het apparaat en klaar is voor gebruik, worden de batterij-indicator en de Bluetooth-naam van het apparaat weergegeven.
Uitschakelen U schakelt het apparaat uit door op de aan/uit-toets te drukken. De speakerphone speelt een in toonhoogte dalende reeks piepjes af, het rode indicatorlampje knippert eenmaal en het scherm wordt uitgeschakeld. Als de speakerphone niet binnen circa 30 minuten met een apparaat is verbonden, schakelt de speakerphone zichzelf automatisch uit. Om energie te besparen, wordt het scherm automatisch gedimd als de speakerphone 10 seconden niet wordt gebruikt.
■ Koppelen en verbinding maken met een ander apparaat 1. Zorg ervoor dat de speakerphone uitgeschakeld is en het mobiele apparaat ingeschakeld is. 2. Als u de speakerphone nog niet eerder aan een apparaat gekoppeld hebt, schakelt u de speakerphone in. De speakerphone schakelt over naar de koppelingsmodus en wordt weergegeven. Als u de speakerphone al eens eerder aan een ander apparaat gekoppeld hebt, schakelt u het apparaat uit en schakelt u de speakerphone in. 3. Activeer binnen ongeveer 5 minuten de Bluetooth-functie op het mobiele apparaat en laat het apparaat naar Bluetooth-apparaten zoeken. Raadpleeg de gebruikershandleiding van het apparaat voor meer informatie. 4. Selecteer op het apparaat de speakerphone (Nokia HF-510) in de lijst met gevonden apparaten. 8
Aan de slag
5. Voer de Bluetooth-code 0000 in om de speakerphone met het apparaat te koppelen en te verbinden. Bij sommige apparaten moet u na het koppelen de verbinding afzonderlijk tot stand brengen. Als het koppelen gelukt is, wordt de speakerphone weergegeven in de lijst met gekoppelde Bluetooth-apparaten in uw mobiele apparaat. Als de speakerphone verbonden is met het apparaat en klaar is voor gebruik, wordt de Bluetooth-naam van het apparaat weergegeven. U kunt de speakerphone aan maximaal vier apparaten koppelen, maar hij kan maar met één apparaat tegelijk verbinding maken.
De verbinding met de speakerphone verbreken U verbreekt de verbinding tussen de speakerphone en het mobiele communicatieapparaat op een van de volgende manieren: • Schakel de speakerphone uit. • Verbreek de verbinding tussen de speakerphone en het apparaat via het Bluetooth-menu van het apparaat. • Plaats de speakerphone op een afstand van meer dan 10 meter van het apparaat. U hoeft de koppeling tussen het apparaat en de speakerphone niet te verwijderen om de verbinding met de speakerphone te verbreken.
Handmatig verbinding maken met de speakerphone Wanneer u de speakerphone inschakelt, probeert deze verbinding te maken met het apparaat waar hij de laatste keer mee verbonden was. Om de speakerphone handmatig te verbinden met het als laatste gebruikte apparaat (bijvoorbeeld nadat de verbinding verbroken werd), moet u ervoor zorgen dat het andere apparaat ingeschakeld is en moet u de toets voor beantwoorden/beëindigen ongeveer 2 seconden ingedrukt houden. U kunt de speakerphone ook uit- en weer inschakelen. Als u een verbinding wilt maken tussen de speakerphone en een ander gekoppeld apparaat, brengt u de verbinding tot stand via het Bluetooth-menu van het apparaat.
9
Aan de slag
Mogelijk kunt u het mobiele apparaat zodanig instellen dat de speakerphone er automatisch verbinding mee maakt. Als u deze functie in een Nokia-apparaat wilt activeren, wijzigt u de instellingen voor gekoppelde apparaten in het Bluetooth-menu.
10
In een auto monteren
3. In een auto monteren U kunt de speakerphone bevestigen aan de zonneklep, de voorruit of het dashboard van uw auto.
■ Algemene veiligheidsinstructies Op de afbeelding ziet u de mogelijke plekken om het apparaat te monteren. Als u de speakerphone in een auto installeert, moet u zorgen dat het apparaat de systemen die nodig zijn om het voertuig te besturen, niet hindert (bijvoorbeeld de airbags) en dat het apparaat uw zicht tijdens het rijden niet belemmert. Verzeker u ervan dat de werking van de airbags niet wordt gehinderd. Gebruik de speakerphone alleen als het veilig is gegeven de omstandigheden waaronder u rijdt. Als u de speakerphone wilt gebruiken terwijl deze aan de zonneklep bevestigd is, moet u ervoor zorgen dat de zonneklep omhoog is geklapt. Verstel het bevestigingshulpstuk niet tijdens het rijden.
11
In een auto monteren
■ Aan de zonneklep bevestigen U kunt de speakerphone met de bijgeleverde clip aan de zonneklep van de auto bevestigen. 1. Om de speakerphone aan de clip te bevestigen, plaatst u het palletje in de uitsparing aan de achterzijde van de speakerphone (1). Draai de speakerphone kloksgewijs totdat hij vastklikt (2). (Draai de speakerphone tegen de klok in om hem weer los te maken.) 2. Schuif de clip rond de zonneklep aan de zijde van de chauffeur of passagier (3) en wikkel de band die aan de clip zit vanaf de achterzijde rond de zonneklep. 3. Rijg de band door de uitsparing op de clip (4). Trek de band strak om de speakerphone stevig te bevestigen en maak het klittenband vast. 4. Klap de zonneklep omhoog (5).
12
In een auto monteren
■ Aan de voorruit bevestigen U kunt de speakerphone met het bijgeleverde bevestigingshulpstuk aan de voorruit bevestigen. 1. Plaats het palletje op het bevestigingshulpstuk in de uitsparing aan de achterzijde van de speakerphone (1). Draai de speakerphone kloksgewijs totdat hij vastklikt (2). 2. Zoek een veilige plek om de speakerphone op de voorruit te bevestigen en maak het oppervlak goed schoon met een schone doek en een schoonmaakmiddel voor glas. Als de omgevingstemperatuur lager is dan +15°C, verwarmt u het oppervlak en het zuignapje voorzichtig met een haardroger, om de aanhechting met de voorruit te verbeteren. Zorg ervoor dat de voorruit niet te warm wordt, om te voorkomen dat er beschadigingen optreden. 3. Druk het zuignapje van het bevestigingshulpstuk tegen de voorruit (3) en draai het bevestigingshulpstuk met de klok mee (4) om een vacuüm tussen het zuignapje en de voorruit te creëren. Controleer of het zuignapje goed vast zit. 4. Draai de speakerphone in de gewenste stand. Draai de speakerphone tegen de klok in om hem los te koppelen van het bevestigingshulpstuk. Draai het bevestigingshulpstuk tegen de klok in en trek aan het bandje aan de rand van het zuignapje om het zuignapje van de voorruit los te maken.
13
In een auto monteren
■ Aan het dashboard bevestigen U kunt de speakerphone met het bijgeleverde bevestigingshulpstuk en een plakstrip aan het dashboard bevestigen. 1. Zorg ervoor dat het oppervlak waar u de plakstrip op bevestigt vlak, droog en vrij van stof en vuil is. 2. Plaats het palletje op het bevestigingshulpstuk in de uitsparing aan de achterzijde van de speakerphone (1). Draai de speakerphone kloksgewijs totdat hij vastklikt (2).
3. Verwijder de beschermfolie van de plakzijde van de plakstrip (3) en druk de plakstrip tegen het dashboard (4), zodat hij stevig op z’n plaats blijft zitten. Raak de plakzijde niet aan wanneer u de beschermfolie van de plakstrip verwijdert. 4. Verwijder de beschermfolie van de andere zijde van de plakstrip en druk het zuignapje van het bevestigingshulpstuk tegen de plakstrip (5). 5. Draai de speakerphone in de gewenste stand (6). 6. Draai het bevestigingshulpstuk kloksgewijs om een vacuüm te creëren (7). Controleer of het zuignapje goed vast zit. Draai de speakerphone tegen de klok in om hem los te koppelen van het bevestigingshulpstuk. Draai het bevestigingshulpstuk tegen de klok in en trek aan het bandje aan de rand van het zuignapje om het bevestigingshulpstuk van het dashboard los te maken. 14
Algemene gebruiksinstructies
4. Algemene gebruiksinstructies ■ Contacten kopiëren naar de speakerphone Als de speakerphone verbonden is met een compatibel mobiel apparaat dat het Bluetooth-profiel PBAP ondersteunt, kunt u de contacten (namen en telefoonnummers) uit het interne geheugen van het apparaat kopiëren naar de speakerphone. Als de speakerphone verbonden is met een compatibel apparaat dat het Bluetooth-profiel OPP ondersteunt, kunt u de contacten naar de speakerphone kopiëren door ze via een Bluetooth-verbinding vanaf uw apparaat te verzenden. Raadpleeg de gebruikershandleiding van het apparaat voor meer informatie over Bluetooth-profielen die door uw apparaat worden ondersteund. Als u de contacten wilt kopiëren als uw apparaat het PBAP-profiel ondersteunt, dan draait u aan het volumewiel totdat wordt weergegeven en drukt u op de knop voor beantwoorden/beëindigen. Tijdens het kopiëren knippert . Als wordt weergegeven, probeert u de contacten te kopiëren met het OPP-profiel. Als u een contact wilt kopiëren als uw apparaat het OPP-profiel ondersteunt, selecteert u het contact in uw apparaat en verzendt u het via een Bluetooth-verbinding naar de speakerphone. Het verzenden van meerdere contacten met het OPP-profiel duurt langer dan met het PBAP-profiel. Het kopiëren duurt een paar minuten en stopt automatisch na 600 contacten. Om het kopiëren handmatig te stoppen als u het PBAP-profiel gebruikt, moet u op de toets voor beantwoorden/ beëindigen drukken. Tijdens het kopiëren van de contacten kunt u de contacten die u eerder al naar de speakerphone gekopieerd hebt niet gebruiken. Als u de contacten van het apparaat naar de speakerphone wilt bijwerken, moet u de contacten opnieuw kopiëren. Als u het PBAPprofiel gebruikt, worden de eerder gekopieerde contacten vervangen door de nieuwe.
15
Algemene gebruiksinstructies
U kunt op de speakerphone drie telefoonnummers per contact opslaan. Als bij een contact op het apparaat meer dan drie telefoonnummers opgeslagen zijn en u wilt drie bepaalde nummers naar de speakerphone kopiëren, dan moet u de drie nummers als een nieuw contact in het apparaat opslaan.
■ Bellen of een telefoongesprek beëindigen Om te bellen met uw mobiele apparaat dat met de speakerphone verbonden is, kunt u het apparaat op de normale manier gebruiken. Spreek in de richting van de speakerphone. Voor een optimale verbinding moet u ervoor zorgen dat zich geen objecten voor de microfoon bevinden en dat de microfoon zich voor u bevindt. Tijdens een gesprek wordt het symbool weergegeven. Als u een nummer wilt bellen dat u naar de speakerphone hebt gekopieerd, draait u aan het volumewiel als er geen gesprek actief is. Als de naam van het contact Latijnse tekens bevat, bladert u naar de eerste letter, drukt u op de toets voor beantwoorden/beëindigen en bladert u naar de naam. Als de naam van het contact geen Latijnse tekens bevat, bladert u naar de naam en drukt u op de toets voor beantwoorden/beëindigen. Als u wilt bellen, bladert u naar het gewenste nummer en drukt u op de toets voor beantwoorden/ beëindigen. U sluit de contacten door naar te bladeren en op de toets voor beantwoorden/beëindigen te drukken. U kunt ook tien seconden wachten of tweemaal op de toets voor beantwoorden/ beëindigen drukken.
Een kort geleden gedraaid nummer bellen Als u het nummer dat u het laatst hebt gebeld, opnieuw wilt kiezen (vooropgesteld dat het apparaat nummerherhaling met de speakerphone ondersteunt), drukt u tweemaal op de toets voor beantwoorden/beëindigen wanneer u niet in gesprek bent.
Spraakgestuurde nummerkeuze Als u spraakgestuurde nummerkeuze wilt activeren (vooropgesteld dat het apparaat deze functie met de speakerphone ondersteunt), houdt 16
Algemene gebruiksinstructies
u de toets voor beantwoorden/beëindigen ongeveer 2 seconden ingedrukt wanneer u niet in gesprek bent. Als wordt weergegeven, spreekt u het spraaklabel van het gewenste contact duidelijk in. Om gebruik te maken van spraakgestuurde nummerkeuze moet u spraaklabels voor de gewenste contactpersonen in uw mobiele apparaat opslaan. Raadpleeg de gebruikershandleiding van het apparaat voor meer informatie.
Een gesprek beëindigen U kunt een gesprek beëindigen of een poging tot bellen onderbreken door op de toets voor beantwoorden/beëindigen te drukken.
■ Een oproep beantwoorden of weigeren Wanneer u gebeld wordt, hoort u via de speakerphone een beltoon. Het nummer van degene die u belt wordt op de speakerphone weergegeven, als het mobiele network deze functie ondersteunt. De naam die bij het nummer is opgeslagen wordt weergegeven als u de naam en het nummer naar de speakerphone gekopieerd hebt. Als naam en nummer niet beschikbaar zijn, wordt alleen weergegeven. U kunt de oproep beantwoorden door op de toets voor beantwoorden/ beëindigen te drukken. U kunt de oproep afwijzen door tweemaal op de toets voor beantwoorden/beëindigen te drukken.
■ Volume regelen Draai het volumewiel naar rechts om het geluidsniveau van de speakerphone tijdens een gesprek te verhogen. Draai het wiel naar links om het geluidsniveau te verlagen. Het volume wordt weergeven op de speakerphone. Waarschuwing: Houd het apparaat niet dicht bij uw oor wanneer de luidspreker wordt gebruikt, aangezien het volume erg luid kan zijn.
17
Algemene gebruiksinstructies
■ Een gesprek naar het verbonden apparaat overschakelen U kunt tijdens een gesprek schakelen van de speakerphone naar het verbonden apparaat door de speakerphone uit te schakelen of door de toets voor beantwoorden/beëindigen ongeveer 2 seconden ingedrukt te houden. Als het gesprek naar het verbonden apparaat is overgeschakeld, wordt weergegeven. Om het gesprek weer terug naar de speakerphone te schakelen, schakelt u de speakerphone in (als deze uitgeschakeld was) of houdt u de toets voor beantwoorden/beëindigen ongeveer 2 seconden ingedrukt.
■ De instellingen wissen of een reset uitvoeren Als u de koppelingen en gekopieerde contacten van de speakerphone wilt verwijderen, houdt u de aan/uit-toets en de toets voor beantwoorden/beëindigen ingedrukt (ongeveer 4 seconden) totdat het indicatorlampje afwisselend rood en groen begint te knipperen en wordt weergegeven. Nadat de instellingen gewist zijn, wordt de koppelingsmodus in de speakerphone geactiveerd. Als de speakerphone niet functioneert terwijl deze toch volledig is opgeladen, kunt u de speakerphone resetten door deze op de lader aan te sluiten terwijl u de toets voor beantwoorden/beëindigen ingedrukt houdt.
■ Problemen oplossen Als u geen verbinding tussen de speakerphone en uw compatibele apparaat tot stand kunt brengen, doet u het volgende: • Zorg ervoor dat de speakerphone is opgeladen, ingeschakeld en gekoppeld aan uw apparaat. • Zorg ervoor dat de Bluetooth-functie op het apparaat is geactiveerd. • Zorg ervoor dat de speakerphone zich binnen 10 meter van uw apparaat bevindt, en dat er zich geen andere elektronische apparaten tussen de speakerphone en het apparaat bevinden.
18
Algemene gebruiksinstructies
Als de naam van de persoon die u belt niet wordt weergegeven op het scherm van de speakerphone, maar wel in het aangesloten mobiele apparaat is opgeslagen, controleert u of het apparaat het Bluetoothprofiel PBAP ondersteunt en of het mobiele netwerk het nummer van de beller doorgeeft.
19
Informatie over de batterij en de lader
5. Informatie over de batterij en de lader Dit apparaat heeft een interne oplaadbare batterij die niet kan worden verwijderd. Probeer de batterij niet uit het apparaat te verwijderen, want hierdoor kunt u het apparaat beschadigen. Dit apparaat is bedoeld voor gebruik met één van de volgende laders: AC-3, AC-4, AC-5 of DC-4. Het precieze ladermodel kan variëren naargelang het type stekker. Het stekkertype wordt aangeduid met een van de volgende codes: E, EB, X, AR, U, A, C of UB. De batterij kan honderden keren worden opgeladen en ontladen, maar na verloop van tijd loopt de capaciteit terug. Laad de batterij alleen opnieuw op met laders die door Nokia zijn goedgekeurd en bestemd zijn voor dit apparaat. Het gebruik van een niet-goedgekeurde lader brengt het risico met zich mee van brand, explosie, lekkage of ander gevaar. Als u een batterij voor de eerste keer gebruikt of als u de batterij langere tijd niet hebt gebruikt, is het mogelijk dat u de lader moet aansluiten, ontkoppelen en vervolgens opnieuw moet aansluiten om het opladen te starten. Als de batterij volledig ontladen is, kan het enige minuten duren voordat het indicatorlampje van de batterij gaat branden. Haal de lader uit het stopcontact wanneer u deze niet gebruikt. Houd een volledig opgeladen batterij niet gekoppeld aan de lader, omdat de levensduur van de batterij kan afnemen wanneer deze wordt overladen. Als een volledig opgeladen batterij niet wordt gebruikt, raakt deze na verloop van tijd ontladen. Probeer de batterij altijd te bewaren bij een temperatuur tussen 15°C en 25°C. Bij extreme temperaturen nemen de capaciteit en levensduur van de batterij af. Een apparaat met een warme of koude batterij kan gedurende bepaalde tijd onbruikbaar zijn. Vooral bij temperaturen ver onder nul lopen de batterijprestaties aanzienlijk terug. Gooi batterijen niet in het vuur. De batterijen kunnen dan ontploffen. Batterijen kunnen ook ontploffen als deze beschadigd zijn. Gebruik nooit een beschadigde lader.
20
Informatie over de batterij en de lader
Belangrijk: De gespreks- en stand-bytijden voor een batterij zijn slechts schattingen en zijn afhankelijk van netwerkcondities, gebruikte functies, leeftijd en conditie van de batterij, temperaturen waaraan de batterij is blootgesteld en vele andere factoren. De tijdsduur dat een apparaat wordt gebruikt voor gesprekken, heeft invloed op de stand-bytijd. Omgekeerd heeft de tijdsduur dat het apparaat is ingeschakeld en in de stand-bymodus staat, invloed op de gesprekstijd.
21
Verzorging en onderhoud
Verzorging en onderhoud Uw apparaat is een product van toonaangevend ontwerp en vakmanschap en moet met zorg worden behandeld. De volgende tips kunnen u helpen om de garantie te behouden. • Houd het apparaat droog. Neerslag, vochtigheid en allerlei soorten vloeistoffen of vocht kunnen mineralen bevatten die corrosie van elektronische schakelingen veroorzaken. Wordt het apparaat toch nat, laat het dan volledig opdrogen. • Gebruik of bewaar het apparaat niet op stoffige, vuile plaatsen. De bewegende onderdelen en elektronische onderdelen kunnen beschadigd raken. • Bewaar het apparaat niet op plaatsen waar het heet is. Hoge temperaturen kunnen de levensduur van elektronische apparaten bekorten, batterijen beschadigen en bepaalde kunststoffen doen vervormen of smelten. • Bewaar het apparaat niet op plaatsen waar het koud is. Wanneer het apparaat weer de normale temperatuur krijgt, kan binnen in het apparaat vocht ontstaan, waardoor elektronische schakelingen beschadigd kunnen raken. • Probeer het apparaat niet open te maken. • Laat het apparaat niet vallen en stoot of schud niet met het apparaat. Een ruwe behandeling kan de interne elektronische schakelingen en fijne mechaniek beschadigen. • Gebruik geen agressieve chemicaliën, oplosmiddelen of sterke reinigingsmiddelen om het apparaat schoon te maken. • Verf het apparaat niet. Verf kan bewegende delen doen vastlopen, microfoon en luidspreker doen verstoppen, en een juiste werking verhinderen. Deze tips gelden voor het apparaat, de lader en andere accessoires. Neem contact op met het dichtstbijzijnde bevoegde servicepunt als een apparaat niet goed werkt.
22
Verzorging en onderhoud
Recycling Het symbool van de doorgestreepte container op uw product, op de batterij, in de documentatie of op de verpakking wil zeggen dat alle elektrische en elektronische producten, batterijen en accu’s na afloop van de levensduur voor gescheiden afvalverzameling moeten worden aangeboden. Dit geldt voor de Europese Unie. Bied deze producten niet aan bij het gewone huisvuil. Zie voor meer milieu-informatie de eco-verklaringen over onze producten op www.nokia.com/environment. Breng uw gebruikte elektronische producten, batterijen en verpakkingsmaterialen altijd naar een daarvoor bestemd inzamelpunt. Op deze manier helpt u het ongecontroleerd weggooien van afval tegen te gaan en bevordert u het hergebruik van materialen. Meer gedetailleerde informatie over afvalverzameling vindt u bij de verkoper van het product, bij de milieudienst van uw plaatselijke overheid, nationale organisaties voor producentenverantwoordelijkheid of uw plaatselijke vertegenwoordiger van Nokia. Kijk voor de recycling van uw Nokia-producten op www.nokia.com/werecycle of, als u browset op een mobiel apparaat, op www.nokia.mobi/werecycle.
23
Aanvullende veiligheidsinformatie
Aanvullende veiligheidsinformatie ■ Voertuigen Radiofrequente signalen kunnen van invloed zijn op elektronische systemen in gemotoriseerde voertuigen die verkeerd geïnstalleerd of onvoldoende afgeschermd zijn, zoals elektronische systemen voor brandstofinjectie, antiblokkeersystemen, systemen voor elektronische snelheidsregeling of airbagsystemen. Raadpleeg voor meer informatie de fabrikant of leverancier van uw voertuig of van de hierin geïnstalleerde apparatuur. Ondeskundige installatie of reparatie kan risico's opleveren en de garantie op het apparaat ongeldig maken. Controleer regelmatig of de draadloze apparatuur in de auto nog steeds goed bevestigd is en naar behoren functioneert. Vervoer of bewaar geen brandbare vloeistoffen, gassen of explosieve materialen in dezelfde ruimte als die waarin het apparaat zich bevindt of onderdelen of toebehoren daarvan. In een noodsituatie wordt de airbag in een auto met zeer veel kracht opgeblazen. Plaats daarom nooit draadloze apparatuur of andere voorwerpen in de ruimte boven of vóór de airbag. Als draadloze apparatuur niet goed in de auto is geïnstalleerd, kan ernstig letsel ontstaan wanneer de airbag wordt opgeblazen.
24