Bedankt voor het downloaden van dit artikel. De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd.
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912. Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro). No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
[email protected] www.boomuitgeversamsterdam.nl
6
tvt-essay
Relaties, seksualiteit en gezin: Een zaak van publiek én theologisch belang annemie dillen 1
Van 4 tot 25 oktober 2015 vindt in Rome een algemene bisschoppensynode plaats over ‘de roeping en de zending van het gezin in de kerk en de wereld van vandaag’. Het is al de tweede synode op rij over dit thema. Ook in 2014 dachten de synodevaders na over deze thematiek (van 5-19 oktober 2014, tijdens de derde buitengewone bisschoppensynode). De eerste synode had als doel algemene problemen in kaart te brengen, de tweede wil zich buigen over mogelijke oplossingen. De aankondiging van deze twee synodes heeft tot gevolg gehad dat de thematiek van gezin, huwelijk, relaties en seksualiteit in kerkelijke kringen behoorlijk veel aandacht kreeg. Ook op het publieke forum werd redelijk veel aandacht besteed aan wat de katholieke bisschoppen wel en niet te zeggen hadden en hoe gelovigen daarop reageerden. De media-aandacht en de kerkelijke discussies over de thematiek van gezinnen zijn boeiend, maar volgens heel wat mensen lang niet evident. In december 2013 en januari 2014 verspreidden mijn collega Thomas Knieps en ikzelf een online enquête onder pastoraal geëngageerden in Vlaanderen over hun visies en praktijken in verband met de kerkelijke leer over gezin, relaties en seksualiteit.2 Deze vragenlijst bestond voornamelijk uit gesloten vragen die we statistisch verwerkt hebben. Daarnaast waren er enkele open vragen. Naast veel ‘dank u’ en ‘blij dat ik ook eens gehoord wordt’, lazen we ook de verbazing en verontwaardiging over de thematiek en de manier waarop de kerk over gezinnen spreekt. Twee citaten neem ik hier als uitgangspunt voor de vraagstelling van dit essay: 1 Met dank aan prof. Thomas Knieps en dr. Machteld Reynaert voor hun feedback. 2 Zie:
IDGP/prvftp/989-gap-online-survey.pdf>; Zie ook <www.gezinspastoraal.be/1046# Lineamenta_voor_synode_201>.
tijdschrift voor theologie jaargang 55 nummer 1 lente 2015 pagina 6–17
relaties, seksualiteit en gezin Denk dat het hoog tijd wordt dat de kerk zich niet met de seksuele belevenissen in een gezin moet bemoeien. Deze tijd is al lang voorbij, dat er gepreekt werd dat er alle jaren een kind moest zijn. Laat een gezin zelf beslissen wat goed is voor hen. De kerk heeft al werk genoeg om hun priesters op het goede pad te houden. Iemand anders schreef: Beetje beschamend dat anno 2013 dit nog de vragen zijn waar de religie zich blijkbaar mee bezighoudt. Is dit de oorzaak dat heel veel jonge mensen zich niet meer vinden in de kerk? Hoewel deze citaten een uitzondering vormden binnen de bevraagde groep kerkelijk geëngageerden, zijn ze vanuit het perspectief van de brede samenleving niet zo uitzonderlijk. Laat ieder toch zelf beslissen hoe hij of zij omgaat met relaties en seks – dat is ook wat ik de studenten seksuologie, aan wie ik ‘Ethiek van relaties, seksualiteit en gezin’ doceer, heel vaak hoor zeggen. Klopt deze veelgehoorde redenering? Mijn antwoord hier is genuanceerd. Ja, in de mate dat autonomie en het kunnen volgen van de eigen gewetenskeuze belangrijk zijn. En toch ook niet. Ik tracht hieronder een antwoord te geven op de vraag waarom theologen zich überhaupt met zaken zoals relaties, seksualiteit en gezin zouden moeten bezighouden. Tegelijk probeer ik aan te geven hoe dat dan het beste kan gebeuren.
a Relaties, seksualiteit en gezin als een thema van publiek belang Relaties, seksualiteit en gezin zijn altijd beïnvloed door visies uit de publieke sfeer. Wat zich in gezinnen en in koppels afspeelt, is nooit louter een privézaak, want het publieke sijpelt op vele manieren binnen. Seksuologen, filosofen en maatschappijkritische stemmen wijzen op de seksualisering en de pornoficatie van de samenleving.3 Daarmee verwijzen ze onder andere naar de grote mate waarin allerlei beelden die in reclame, film, op het internet en via de porno-industrie getoond worden, visies over seksualiteit beïnvloeden. Alles moet snel gaan, onmiddellijk tot genot leiden en vrouwen en mannen moeten beantwoorden aan specifieke schoonheidsnormen om aantrekkelijk te zijn. Seksuologen pleiten voor meer vorming van jongeren en volwassenen over leren omgaan met media en seksualiteit, voor cultivering
3 Zie bijvoorbeeld r. bleys, ‘Seksualisering: Van moral panic naar kritische reflectie’, Lief en leed 4 (2008) 40-45.
tijdschrift voor theologie jaargang 55 nummer 1 lente 2015
7
annemie dillen
8
van seksualiteit en voor ‘slow sex’.4 Ook op het domein van man-vrouw relaties is het duidelijk dat koppels zich laten sturen door heersende opvattingen in de samenleving. Heel wat overheden en organisaties uit het middenveld ondernemen acties om mensen duidelijk te maken dat het slaan van een partner niet kan.5 Uit deze voorbeelden blijkt enerzijds dat mensen nood hebben aan enige sturing in hun moreel gedrag, in het bijzonder ook wat betreft relaties en seksualiteit. Er komen immers zoveel visies op hen af. Tegelijk is er ook een zekere openheid voor bepaalde vormen van ‘inmenging’ van de overheid en vanwege spelers op het maatschappelijke middenveld. Het gaat daarbij evenwel voornamelijk om specifieke aspecten van het relationele en seksuele leven die op een relatief grote consensus kunnen rekenen. Bescherming van kinderen en het niet-schade-principe staan daarbij bovenaan. Deze vaststellingen zouden doen vermoeden dat acceptatie van kerkelijke visies op seksualiteit en relaties ook niet zo moeilijk zal liggen. Toch klinkt in landen als België en Nederland vaak heel wat kritiek, in het genre: ‘waar bemoeit de kerk zich mee’ en ‘er zijn toch andere prioriteiten?’ Dit hangt natuurlijk samen met de aard en de inhoud van de boodschap die de kerk brengt. De standpunten die in de media het meest klinken, betreffen thema’s zoals hertrouw van gescheiden paren, homoseksualiteit, anticonceptie en ongehuwd samenwonen. In al deze gevallen wordt vooral gefocust op de afkeurende boodschap, die haaks lijkt te staan op een bredere algemene tolerantie. Het katholieke leergezag biedt traditioneel niet enkel visies aan, maar benoemt ook heel wat situaties uitdrukkelijk als ‘kwaad’.6 Dit klinkt voor velen vandaag ongeveer hetzelfde als het met de vinger wijzen van mensen, en juist daar zijn heel wat mensen in onze laatmoderne samenleving allergisch voor. Het is bijvoorbeeld vooral de uitsluiting van toegang tot de sacramenten, in het bijzonder in situaties van mensen die hertrouwd zijn, die zeker ook bij de groep kerkelijk geëngageerden vragen doen rijzen.7 Zelfs wanneer mensen in realiteit vaak weinig feitelijke uitsluiting ervaren, hebben ze het dikwijls toch moeilijk met een leer die vooral wijst op de problemen bij deze gezins- en relatievormen. In dat opzicht is het enthousiasme en de hoop die ontstond na het tussentijdse document van de eerste gezinssynode in 2014 tekenend. Dit document verscheen onder de titel Relatio post
4 ‘De manifesten en de beelden’, Lief en leed 4 (2008) 46-5; Warme seks en hete chocolade: Over porno en intimiteit, red. I. Penne, Antwerpen 2009, 137-150. 5 Zie bijvoorbeeld: <www.huiselijkgeweld. nl/>;
. 6 Zie bijvoorbeeld Familiaris consortio, 84 over hertrouw na echtscheiding. (<w2.vatican.va/
content/john-paul-ii/en/apost_exhortations/ documents/hf_jp-ii_exh_19811122_familiarisconsortio.html>). 7 Zie a. dillen e.a., ‘Wachsende Entfremdung? Zur Perzeption des Familienlebens und der kirchlichen Lehre bei pastoralen Mitarbeiter Innen und Ehrenambtlichen in der Katholischen Kirche in Flandern’, intams Review 20 (2014) 124-137.
tijdschrift voor theologie jaargang 55 nummer 1 lente 2015
relaties, seksualiteit en gezin disceptationem en bracht een samenvatting van de debatten na één week van de synode, op een voor de katholieke kerk verrassende wijze. Een aardbeving, zo zeiden sommigen.8 Van veroordelend taalgebruik was geen sprake meer, en er werd op een positieve manier over homoseksuele mensen en hun bijdrage binnen de kerkgemeenschap gesproken. Kerkelijke teksten waarin aandacht wordt gevraagd voor de gewetenskeuze van personen en van koppels kunnen doorgaans op een vrij brede acceptatie rekenen. De vele positieve reacties op het schrijven van Mgr. Johan Bonny, de bisschop van Antwerpen, in september 2014, getuigen hiervan.9 Bonny sprak in een tekst persoonlijke verwachtingen en beschouwingen uit bij de synode van oktober 2014. Hij verwees daarbij naar het belang van het gevormde geweten, zoals dat in Gaudium et spes (16) verwoord werd en een toepassing kreeg in relatie tot verantwoord ouderschap (50 en 51).10 Het geweten vormde eveneens een kernidee in de reactie van verschillende bisschoppenconferenties op de publicatie van Humanae vitae in 1968.11 Waarom dienen theologen en het magisterium zich bezig te houden met thema’s als relaties en seksualiteit? Bovenstaande reflectie leidt tot een eerste antwoord: mensen worden in hun relatieleven door heel veel elementen uit de samenleving beïnvloed. Ook stemmen van theologen hebben het recht om in dit discours te klinken. Een theologische visie wil richting geven en meer doen dan enkel de autonomie van individuen en koppels centraal stellen. Bij voorkeur geeft ze een belangrijke rol aan het geweten, maar ook een zekere vorm van normatief spreken is zinvol, opdat mensen geholpen worden bij het kritisch nadenken over evoluties en visies in de samenleving en opdat ze bewustere keuzes zouden kunnen maken. Een tweede antwoord betreft het maatschappelijke belang van een aantal van de relationele thema’s waarover theologisch gesproken wordt. De beleving van relaties en seksualiteit is niet louter een kwestie van individuele keuze, maar het betreft ook het algemene welzijn.12 Of, met andere woorden: seksuele en relationele ethiek is ook een thema binnen de sociale ethiek. De samenleving heeft baat bij goede gezinsrelaties. Dat is door vele cijfers aangetoond: minder echtscheidingen betekent minder maatschappelijke kos-
8 p. pullella, Vatican Proposes Dramatic Shift in Attitude Towards Gays, Same Sex Couples, Huffington Post, 13 October 2014; <www.huffingtonpost.com/2014/10/13/catholic-churchgays-_n_5976134.html?utm_hp_ref=religion>. 9 Zie: <www.kerknet.be/admin/files/assets/ subsites/4/documenten/SYNODE_OVER_ HET_GEZIN.pdf> (geraadpleegd 2 januari 2015). j. bonny, Synode over het gezin: Ver wachtingen van een bisschop, Antwerpen 2014. 10 Gaudium et spes, 16. <www.vatican.va/ archive/hist_councils/ii_vatican_council/ documents/vat-ii_const_19651207_gaudium-
et-spes_en.html> (geraadpleegd 2 januari 2015); bonny, Synode over het gezin, 4-5. 11 ‘Dossier “Humanae Vitae”: Reacties op de encycliek’, Katholiek Archief (1968) 11-17. Zie ook bonny, Synode over het gezin, 4-5. 12 Voor een theologisch perspectief op gezin als maatschappelijk thema: zie l.s. cahill, Family: A Christian Social Perspective, Minnea polis 2000; voor een recent politiek-maatschappelijk perspectief, zie k. emmery, ‘Partnerrelaties ondersteunen is ook een zaak van de overheid’, Tijdschrift voor Welzijnswerk 98 (2014) 332, 333-341.
tijdschrift voor theologie jaargang 55 nummer 1 lente 2015
9
annemie dillen
10
ten door armoede, minder familiaal geweld, minder psychische en medische lasten, en een mogelijke daling van criminaliteitscijfers als de opvoeding goed loopt, et cetera.13 Natuurlijk is het gezin hier niet de enige bepalende factor, maar het is duidelijk dat de samenleving ook in gezinnen moet investeren en er alle belang bij heeft dat ouders en partners stabiele en kwaliteitsvolle relaties opbouwen. De kerk is daarbij een belangrijke speler uit het maatschappelijk middenveld, die een belangrijke ondersteunende rol kan spelen voor gezinnen.
b Waarom kerk en theologie zich moeten uitspreken: Theologische argumenten Ook wanneer er goede argumenten zijn vanuit het perspectief van individuen en de samenleving dat kerk en theologen zich met relaties, gezin en seksualiteit moeten bezighouden, blijft de vraag hoe dit vanuit de theologie zelf bekeken kan worden. Globaal gezien kunnen we binnen het spectrum van theologische visies een continuüm beschrijven dat zich bevindt tussen twee polen: de focus op het ‘buitenwereldse’ en transcendente enerzijds en op het ‘binnenwereldse’ en de ervaringen van mensen anderzijds. Sommigen zijn geneigd God vooral buiten deze wereld te situeren, en eerder te focussen op liturgie en dogmatiek, waarbij ethische en binnenwereldse kwesties minder aandacht verdienen. Ze spelen wel een zekere rol, maar theologie en kerk opbouw moeten zich vooral bezighouden met de leer en de traditie en deze contrasteert op vele vlakken met de beleving van mensen. Mensen worden dan uitgedaagd door deze contrasten om hun leven daarnaar te richten.14 De andere pool situeert God vooral binnen deze wereld en beschouwt het spreken en denken over de wereld als een denken over God, aangezien God in de wereld aan het werk is.15 In een dergelijke benadering zijn de complexe en ambigue ervaringen van mensen het centrale uitgangspunt van theo logisch denken. Beide polen worden hier overigens te schematisch weer gegeven. De meeste theologische en kerkelijke benaderingen situeren zich ergens daartussenin, weliswaar soms meer naar de ene, soms meer naar de
13 Er kunnen talloze voorbeelden gegeven worden van onderzoeken die deze elementen aantonen. Zie bijvoorbeeld Marriage, Health, and the Professions, ed. J. Wall e.a., Grand Rapids 2002; m. de lange e.a., ‘Singel-Parent Family Forms and Children’s Educational Performance in a Comparative Perspective: Effects of School’s Share of Single-Parent Families’, School Effectiveness and School Im provement 25 (2014) 329-350; s. evans e.a., ‘Exposure to Domestic Violence: A Meta-Anal
ysis of Child and Adolescent Outcomes’, ggression & Violent Behavior 13 (2008) 131-140. A 14 Zie bijvoorbeeld j. milbank, Theology and Social Theory: Beyond Secular Reason, Cambridge 1990. Zie ook het denken over de kerk als contrastsamenleving, zoals onder andere verdedigd in s. hauerwas, In Good Company: The Church as Polis, Notre Dame 1995. 15 Zie bijvoorbeeld de positie verdedigd in: c. scharen/a.m. vigen, Ethnography as Christian Theology and Ethics, New York 2011.
tijdschrift voor theologie jaargang 55 nummer 1 lente 2015
relaties, seksualiteit en gezin andere kant neigend. In mijn argumentatie hieronder neig ik voornamelijk naar het tweede perspectief. 11 Er is iets merkwaardigs aan de hand met de verwachtingen van mensen ten aanzien van kerk en theologie, althans in Vlaanderen en Nederland. Waar men in de samenleving heel vaak hoort dat de kerk meer bij de tijd zou moeten zijn, of niet al te veel vreemde normen zou mogen stellen, kunnen mensen zich soms weinig voorstellen bij een op de wereld betrokken christelijke theologie of spiritualiteit. Theologie en spiritualiteit gaan over God, en niet zozeer over menselijke relaties, zo leiden we af uit antwoorden van mensen omtrent hun persoonlijke invulling van spiritualiteit.16 Of, anders verwoord: wat heeft het reflecteren over relaties, gezinnen en seksualiteit met God te maken? Velen zijn eerder een dualistische theologische benadering gewend, waarbij God en wereld duidelijk anders en gescheiden zijn, waarbij God voornamelijk verwijst naar het transcendente, en waarbij de wereld een eigen logica heeft. Rekening houdend met de geschetste spanningen binnen de academische theologie en in de beleving van mensen, poog ik nu een antwoord te formuleren op de vraag waarom theologisch spreken over gezin, relaties en seksualiteit belangrijk is vanuit het perspectief van de theologie zelf. Heel wat aspecten komen daarbij niet aan bod, en zouden elders uitgediept kunnen worden. Theologie is denken en spreken over God, op een minder of meer systematische manier. Aangezien we onder andere vanuit het incarnatiegeloof kunnen stellen dat God zich in de wereld manifesteert, is het bestuderen van de wereld ook een plek bij uitstek om iets over God te kunnen zeggen. Ook vanuit het scheppingsgeloof zeggen christenen dat de wereld de plek bij uitstek is waar God zich openbaart.17 Als christenen geloven dat God de wereld geschapen heeft, betekent dit vooral dat de menselijke ervaringen verwijzen naar diegene die ze God noemen. In het eerste scheppingsverhaal lezen we over hoe God de mens als man en vrouw geschapen heeft. Deze perikopen worden vaak geïnterpreteerd als verwijzend naar het huwelijk,18 of naar de normativiteit van heteroseksualiteit.19 In de eerste plaats laten ze echter vooral zien hoe de relationele werkelijkheid en lichamelijke ervaring ons
16 Zie het praktisch-theologisch en empirisch onderzoek van J. Cockx, over de spirituele en religieuze beleving van zwangerschap- en geboorte-ervaringen bij Vlaamse katholieke heteroseksuele koppels, Faculteit Theologie en Religiewetenschappen, ku Leuven, (verdediging voorzien 2015). 17 Zie o.a. l.j. francis, ‘Empirical Theology: Defining the Task and Selecting the Tools’, in: Religion Inside and Outside Traditional Institu tions, ed. H. Streib, Leiden 2007, 40-42.
18 Zie onder andere s. van den bossche, ‘Het huwelijk: Instituut en sacrament van de hoogste betekenis’, in: Liefde is ... Een reuzesprong van geloof, red. L. Verstricht, Antwerpen 2004, 71-82. Verwijzingen naar de schepping als oorsprong van het huwelijk zijn zeer talrijk in kerkelijke teksten. 19 Zie bijvoorbeeld Familiaris consortio (1981) en de vele verwijzingen naar de scheppingsact als basis voor het huwelijk tussen man en vrouw.
tijdschrift voor theologie jaargang 55 nummer 1 lente 2015
annemie dillen
12
over God kunnen doen spreken. Of, anders gezegd: hoe mensen in de dagelijkse ambiguïteit van hun relatieleven, met hoogtes en laagtes, met veel vragen en met een aantal zaken die in meerdere of mindere mate overeenkomen met de kerkelijke leer, Gods scheppende aanwezigheid (of soms ook: afwezigheid) kunnen ervaren. In de Bijbel vinden we nogal wat verhalen over relatie- en gezinsleven. Het Oude Testament, en in het bijzonder het boek Genesis, laat in vele verhalen zien hoe mensen God ontdekken te midden van hun dagelijkse gezinsleven. Dat leven was niet altijd even perfect, maar juist daar hebben mensen God telkens weer mogen ervaren. Denken we bijvoorbeeld aan de verhalen over Abraham en zijn vrouw Sara, maar ook aan Hagar die door Abraham en Sara weggestuurd werd, de woestijn in met haar kind. Ook Jezus gebruikte verhalen over het dagelijkse leven van mensen om duidelijk te maken wie God is.20 Met andere woorden in de mooie ervaringen, maar ook in de gebrokenheid en de veerkracht van mensen komen sommigen God op het spoor. Feministisch theologen spreken hier onder andere over het heilige in het alledaagse en wijzen theologen erop om meer aandacht te hebben voor het dagelijkse leven.21 Op het eerste gezicht lijkt het kerkelijke spreken over huwelijk en gezin inderdaad een uitdrukking te zijn van het theologische belang dat aan het dagelijkse gezinsleven gehecht wordt. Wanneer we nauwkeuriger kijken naar de inhoud van de kerkelijke gezinsleer, merken we echter dat het dagelijkse leven in gezinnen toch nog relatief weinig onder de aandacht komt. Er is terecht veel aandacht voor het huwelijk als sacrament. Door het huwelijk een sacrament te noemen, wordt juist in bijzondere mate de relevantie van de aardse werkelijkheid binnen theologisch perspectief erkend. De facto zien we echter dat in de leer en in de beleving van de leer de focus vaak is gaan liggen op de betekenis van onverbreekbaarheid van het huwelijk als sacrament, en veel minder op de betekenis van het huwelijkssacrament voor het dagelijkse leven. Tijdens de recente bisschoppensynode riep Ute Eberl, verantwoordelijke voor gezinspastoraal in Berlijn, de synode op om ‘eerst en vooral naar de woonkamer, en niet alleen of direct naar de slaapkamer te kijken’.22 Deze vraag naar een verandering in het kerkelijke spreken wijst op een bestaande onderwaardering van het dagelijkse samenleven, van inter acties tussen partners, tussen ouders en kinderen en tussen broers en zussen. Seksuele kwesties krijgen, zeker ook in de perceptie van gelovigen en buitenstaanders, naar verhouding disproportioneel veel aandacht. Of beter: seksualiteit wordt voornamelijk vanuit enkele duidelijke normen en verboden benaderd, maar de dagelijkse beleving ervan blijft onderbelicht. De katholieke traditie biedt met het principe van sacramentaliteit een
20 francis, ‘Empirical Theology’, 41-42. 21 Zie bijvoorbeeld m. de haardt, ‘Bodiliness and Sacramentality’, in: Embracing Sexuality: Authority and Experience in the Catholic
Church, ed. J.A. Selling, Aldershot 2001, 42-60. 22 <www.thetablet.co.uk/world-news/5/3731/ synod-charting-right-course-say-cardinals>.
tijdschrift voor theologie jaargang 55 nummer 1 lente 2015
relaties, seksualiteit en gezin basis voor het erkennen van Gods aanwezigheid in het dagelijkse leven.23 Dit principe wijst erop dat alles in het leven naar God kan verwijzen. Dus ook heel dagelijkse zaken, zoals koken, zich wassen, een slaapritueel of onderhandelen met de kinderen, kunnen naar God verwijzen.24 Dit wil natuurlijk niet zeggen dat alles waardevol of goed is, maar wel dat Gods aanwezigheid niet a priori uitgesloten kan worden van bepaalde domeinen van de werkelijkheid. Het benadrukt vooral ook dat God niet op te sluiten of te temmen valt, noch vastzit binnen bepaalde rituelen of regels. In zijn toespraak aan het einde van de gezinssynode (18 oktober 2014) sprak paus Franciscus over verschillende bekoringen. In de eerste en de vijfde bekoring die hij noemt, wijst hij ook op het belang van niet halsstarrig willen ‘beheersen’: (1) De bekoring van de vijandelijke onbuigzaamheid, dat is zichzelf willen opsluiten in wat geschreven staat (de letter) en zich niet laten verrassen door de God van de verrassingen (de geest) […]; (5) De bekoring om het ‘depositum fidei’ (de schat van de geloofswaar heden) te veronachtzamen, zichzelf niet te beschouwen als behoeders, maar als eigenaars en meesters of, omgekeerd, de bekoring om de realiteit te ontkennen door een precieuze en verheven taal te bezigen om daarmee van alles, maar eigenlijk niets te vertellen.25
c Mogelijke bijdragen van een theologische benadering van huwelijk, gezin, relaties Ik heb duidelijk willen maken dat kerk en theologie spreekrecht en spreekplicht hebben waar het relaties, seksualiteit en gezinnen aangaat. Wat kan een theologische benadering van relaties, seksualiteit, gezinnen dan bijdragen aan het algemene welzijn van mensen en de samenleving? Vanuit mijn eigen context geef ik enkele mogelijke pistes aan. Wanneer mensen over hun ervaringen met relaties en gezinsleven spreken, wijzen ze vaak op hoge verwachtingen die ze aan zichzelf stellen, of die hen impliciet of expliciet opgelegd worden.26 Daarbij gaat het onder andere
23 de haardt, ‘Bodiliness and Sacramentality’, 44-47. Zie ook Tom Beaudoin over ‘the sacramental imagination’ in t. beaudoin/j.p. hornbeck ii, ‘Deconversion and Ordinary Theology: A Catholic Study’, in: Exploring Ordinary The ology: Dimensions of Everyday Christian Exis tence and the Life of the Church, ed. J. Astley/ L.J. Francis, Farnham 2013, 37. 24 Zie Der verborgene Sinn: Religiöse Dimen sionen des Alltags, Hg. L. Charbonnier/ D. Korsch, Göttingen 2008.
25 <www.kerknet.be/bisdomantwerpen/ nieuws_detail.php?ID=349&nieuwsID= 126791>; <w2.vatican.va/content/francesco/en/ speeches/2014/october/documents/papafrancesco_20141018_conclusione-sinododei-vescovi.html>. 26 Getuige hiervan de populariteit van b. brown, De kracht van kwetsbaarheid: Heb de moed om niet perfect te willen zijn, Amsterdam 2013.
tijdschrift voor theologie jaargang 55 nummer 1 lente 2015
13
annemie dillen
14
over vormkenmerken van relaties: op dat vlak speelt de katholieke kerk nog steeds een belangrijke rol. Vooral ook in christelijke kringen is het huwelijk een duidelijke waarde, en vaak ook een heel concrete norm.27 Op zich is de focus op trouw en duurzaamheid een zeer goede zaak. Onderzoek wijst op heel wat mogelijke nefaste gevolgen op psychologisch, economisch en spiritueel vlak voor ouders en kinderen in het geval van echtscheiding.28 Het christelijke verhaal biedt echter meer dan enkel aandacht voor de waarde van duurzaamheid in gezinsrelaties, die ook maatschappelijk aanknopingspunten vindt. Het geloof in Gods duurzame liefde voor mensen biedt vele mogelijkheden voor mensen vandaag.29 De samenleving legt aan mensen zeer hoge eisen op die door de meesten geïnternaliseerd worden. Vooral vrouwen uiten nogal eens de verzuchting dat ze op alle vlakken tegelijk ‘super’ moeten zijn: een zeer goede partner, moeder, carrièrevrouw/werkneemster, en dan bij voorkeur ook nog sportief en creatief.30 Het beeld van het ‘goed genoeg’ ouderschap of ‘goed genoeg’ partnerschap klinkt voor velen als een opluchting.31 Dit betekent dat iemand niet perfect hoeft te zijn, maar wel gewoon goed genoeg. Dit impliceert ook de ruimte om kwetsbaarheid toe te laten. Een dergelijke visie vraagt echter vertrouwen, in zichzelf en in anderen. Voor christenen is het geloof blijvend geliefd te zijn in God een belangrijk gegeven dat het mogelijk maakt om niet krampachtig de eigen perfectie te hoeven nastreven. Theologische reflecties over zwangerschap, geboorte en ouderschap wijzen op het belang van het durven en kunnen loslaten, het uit handen geven als spirituele opdracht.32 Bij elke nieuwe stap van het kind moeten ouders leren loslaten. Ook op dit vlak speelt het vertrouwen in God een belangrijke rol. In Duitsland hingen vorige zomer grote affiches langs de autosnelweg, met daarop de tekst: ‘Ich halte dich, Gott’.33 God zegt: ik zorg voor je, ik ben bij je, ik houd je altijd vast. Deze theologische boodschap kan voor veel mensen juist op het vlak van de beleving van relaties van partner- en ouderschap een belangrijke steun zijn, in het bijzonder ook om zelf te durven loslaten.
27 Zie ook het door ons uitgevoerde empirisch onderzoek: dillen e.a., ‘Wachsende Entfrem dung?’ 28 Zie bijvoorbeeld p.r. amato, ‘The Consequences of Divorce for Adults and Children’, Journal of Marriage and Family 62 (2000) 1269-1287; e. marquardt, Between Two Worlds: The Inner Lives of Children of Divorce, New York 2006. 29 Zie onder andere e. borgman, ‘Een omvattend verbond: De zin van theologische reflectie op het huwelijk’, Tijdschrift voor Theologie 30 (1999) 107-117. 30 Zie ook m. david-blais, ‘Le temps inégalement constraint: Petit essai sur le sentiment d’inadéquation de nombreux parents dans le
monde organisationnel’, in: La famille au plu riel: Les modèles familiaux contemporains, défis pour les Chrétiens, éd. K. Demasure e.a., Leuven 2014, 65-82. 31 Zie ook a. dillen, ‘Infinite Responsibility and “Good Enough Parenting”: The Challenge of Levinas’ Thought for Family Ethics’, in: The Awakening to the Other: A Provocative Dialogue with Emmanuel Levinas, ed. R. Burg graeve, Leuven 2008, 89-112. 32 b.j. miller-mclemore, Let the Children Come: Reimagining Childhood from a Christian Perspective, San Francisco 2003, 157. 33 Zie: (geraadpleegd 13 januari 2015).
tijdschrift voor theologie jaargang 55 nummer 1 lente 2015
relaties, seksualiteit en gezin De uitdaging voor toekomstig theologisch en ethisch denken over gezinnen en relaties ligt erin om nog veel meer dan nu het geval is te focussen op erkenning van mensen en hun ervaringen.34 Daarbij gaat het onder andere over erkenning van de zin die mensen ervaren in dagelijkse partner- of ouderrelaties. Daar waar mensen voor elkaar zorgen, waar ze verantwoordelijkheid nemen voor elkaar, elkaar liefhebben en zich aan elkaar overgeven, daar is God bij uitstek aanwezig. Dit klinkt in het theologische en kerkelijke spreken over relaties relatief weinig door, omdat minstens op het publieke forum vooral een deficitair spreken wordt gezien. Erkenning van het positieve, van de waarde van ieder mens en ondersteuning bij ‘flourishing’, het welbevinden en het leven in overvloed, is echter van groot belang. Enkele beperkte aanzetten hiertoe werden gegeven in het tussentijdse synodedocument. Een voorbeeld daarvan is: Terwijl de kerk zich daarom rekenschap geeft van de nood aan spirituele onderscheiding met betrekking tot ongehuwd samenwonen, burgerlijke huwelijken en gescheiden en hertrouwde personen, is het de taak van de Kerk om de zaden van het Woord te erkennen, die verspreid zijn voorbij haar zichtbare en sacramentele grenzen. […] de Kerk richt zich respectvol tot diegenen die aan het kerkelijk leven deelnemen op een onvolledige en niet perfecte manier, en ze waardeert daarbij de positieve waarden van deze mensen eerder dan hun beperkingen en tekortkomingen.35 Erkenning van de zin en het positieve is belangrijk, maar evenzeer erkenning van het worstelen, het lijden, de stress, de moeilijkheden en de inspanningen die mensen in hun relatieleven ervaren. In de christelijke traditie zitten heel wat aanknopingspunten om met deze ambiguïteit rekening te houden, bijvoorbeeld het spreken over de zeven blijde en zeven droevige mysteries van Maria. Christelijk theologisch spreken plaatst deze ambigue ervaringen in een breder kader – en juist dat is belangrijk. Het draait bij het vinden van zin in relaties en gezinsleven niet louter om de mens alleen. De kortgeleden overleden Duitse socioloog Ulrich Beck sprak over de ‘seculiere religie van de liefde’.36 Hij wijst erop hoe het geloof in de liefde verheerlijkt 34 Filosofische en theologische literatuur, in het bijzonder over interculturele en interreligieuze dialoog, besteedt behoorlijk wat aandacht aan erkenning, onder andere in verwijzing naar Ricoeur (m.n. p. ricoeur, Parcours de la reconnaissance, Paris 2004). Zie bijvoorbeeld: Hermeneutik der Anerkennung: Philoso phische und theologische Anknüpfungen an Paul Ricœur, Hg. S. Orth/P. Reifenberg, Freiburg im Breisgau 2014; m. moyaert, ‘Religie in de publieke ruimte: Erkenning, kwetsbaarheid en verscheurdheid’, Ethische perspectie ven 3 (2009) 71-93. In het licht van het denken
over gezinnen, ethiek en theologie ligt er een verder te ontginnen piste rond de thematiek van ‘erkenning’. 35 Synod 14 – Eleventh General Assembly: “Rela tio post disceptationem” of the General Rappor teur, Card. Péter Erdö,13.10.2014: <press.vatican.va/content/salastampa/en/bollettino/ pubblico/2014/10/13/0751/03037.html>. 36 u. beck, Die irdische Religion der Liebe, in: u. beck/e. beck-gernsheim, Das ganz normale Chaos der Liebe, Frankfurt am Main 1990, 222-266.
tijdschrift voor theologie jaargang 55 nummer 1 lente 2015
15
annemie dillen
16
wordt en voor heel wat mensen de plaats van een religie inneemt. Juist dat leidt echter vaak tot overtrokken verwachtingen, frustraties en ontgoochelingen, aldus Beck. Vanuit theologisch perspectief kunnen we argumenteren dat het bredere christelijke verhaal waarbinnen de menselijke liefde opgenomen wordt een tegenwicht biedt voor deze ‘seculiere religie van de liefde’. Dat neemt echter niet weg dat de menselijke ervaringen in relaties juist bijzonder ernstig genomen moeten worden.37 In de lijn van de praktisch theoloog Tom Beaudoin38 zouden we misschien zelfs kunnen stellen dat mensen de kern van de eucharistie ervaren daar waar ze ‘bron en hoogtepunt van het christelijke leven’ (Lumen gentium, 11) ervaren – en voor heel wat (al dan niet geseculariseerde) katholieken vandaag is dat juist in hun relatie- en gezinsleven.39 Belangrijk is evenwel dat de elementen van kwetsbaarheid, aanvaarding en erkenning van de dagelijkse ambiguïteit gezien en genoemd worden.
Besluit Het antwoord op de vraag of kerk en theologie mogen of moeten spreken over thema’s in verband met relaties, seksualiteit en gezin is duidelijk: ‘ja’. Mensen hebben nood aan oriëntering en aan ondersteuning. Belangrijk is evenwel dat dit spreken in de eerste plaats gericht is op erkenning geven aan mensen en op het getuigen van Gods duurzame liefde voor mensen, ondanks hun kwetsbaarheid en feitelijke beperktheden. Een kerkelijk en theologisch spreken over relaties, seksualiteit en gezin, waarin meer aandacht gegeven wordt aan spirituele beleving te midden van de alledaagsheid en minder louter vanuit een vaststaand en sterk op de natuurwet gebaseerd normatief kader vertrokken wordt, kan mensen allicht inspireren en ondersteuning bieden.
summary Annemie Dillen, Relationships, Sexuality and the Family: A Matter of Public and Theologi cal Interest Ecclesiastical and theological pronouncements on subjects like family, relationships and sexuality are currently attracting extra attention in the light of the two synods on the family. This article argues that theological and ecclesiastical pronouncements on family, relationships and sexuality are indeed meaningful and even necessary. First, it
37 Zie j. de tavernier/t. knieps-port le roi, ‘Het huwelijk als mensenwerk: Schillebeeckx’ receptie van het personalisme en zijn commentaar op Humanae Vitae’, Tijdschrift voor Theologie 54 (2014) 364-383. 38 beaudoin/hornbeck, Deconversion and
Ordinary Theology, 36-37. 39 Vergelijk ook de beschrijving van diaconie als eredienst, in h. meeuws, Diaconie: Van grondslagenonderzoek tot een pleidooi voor een diaconale mystagogie, Gorinchem 2011.
tijdschrift voor theologie jaargang 55 nummer 1 lente 2015
relaties, seksualiteit en gezin points out the many societal influences that families are exposed to; ecclesiastical and theological pronouncements could help people determine their position. Next, eccle siastical and theological pronouncements are linked to the societal importance of healthy relationship within the family. The second part of this essay argues from a theological point of view that speaking about God always presupposes that attention is paid to the everyday experiences in the family, relationships and sexuality. The third part develops building blocks for such a theology and focusses on a spirituality that centers on trust and letting-go, combined with a theology of ‘recognition’. It holds that the attention should mainly be directed towards the positive rather than the short comings.
annemie dillen, geboren te Lier (België) in 1978, is hoofddocent empirische theologie en pastoraaltheologie aan de Faculteit Theologie en Religiewetenschappen van de Katholieke Universiteit Leuven, en voorzitter van de Interdiocesane Dienst voor Gezinspastoraal van Vlaanderen. Recente publiceerde zij: ‘Nurturing Families: Challenges for Family Ministry’, in: The Bloomsbury Guide to Pastoral Care, ed. B. Flanagan/S. Thornton (London 2014); (redactie van) Soft Shepherd or Almighty Pastor? Power and Pastoral Care (Eugene 2014); (met S. Gärtner) Op de grens: Verkenningen in de praktische theolo gie (zal binnenkort verschijnen). Haar adres is: St. Michielsstraat 6, 3000 Leuven; e-mail: [email protected].
tijdschrift voor theologie jaargang 55 nummer 1 lente 2015
17