DECEMBER 2007 | Jaargang 11 | nr. 11
AFGIFTEKANTOOR: 9240 ZELE – P2A9271 | VERSCHIJNT NIET IN AUGUSTUS
MAANDBLAD VOOR DE BEWONERS VAN DE VLAAMSE RAND
VUB-onderzoek werpt nieuw licht op verfransing Dorpsgezichten
Het geluksverhaal van Hoeilaart
In de ban van de kerstman
FOTO: Saskia Vanderstichelen © La Petite Bande
FiguranDten
Musicus Sigiswald Kuijken: ‘Alles begint met een droom’ 1
Drie burgemeesters én een partijvoorzitter in de fout De heibel rond de herbenoeming van de burgemeesters in drie faciliteitengemeenten roept onzalige herinneringen op aan de zogenaamde ‘Voerencarroussel’ van twee decennia geleden. Toch is de context anders. Wezenlijk anders zelfs, want België is intussen een federale staat en de benoeming van burgemeesters is nu een exclusieve bevoegdheid van de deelstaten. TEKST Johan Cuppens | FOTO Pascal Vigneron
Het gemeentehuis van Wezembeek-Oppem
T
wintig jaar geleden struikelde een rooms-blauwe regeringscoalitie over wat in de geschiedenisboeken ‘de affaire Voeren’ is gaan heten. In Voeren, een faciliteitengemeente in de provincie Limburg, weigerde kopman José Happart van de Franstaligen, die toen nog de meerderheid uitmaakten in de gemeenteraad, Nederlands te spreken tijdens de bijeenkomsten van de raad. Een arrest van de Raad van State vernietigde de benoeming van José Happart tot burgemeester en bepaalde ook dat Happart zelfs geen waarnemend burgemeester kon worden. Aan die bewogen periode wijdt gewezen eerste minister Wilfried Martens boeiende bespiegelingen in zijn Memoires, bedenkingen die vandaag een déjà vu gevoel oproepen nadat Vlaams minister van Binnenlands Bestuur Marino Keulen (Open VLD) half november besliste om de burgemeesters van de faciliteitengemeenten Kraainem, Linkebeek en Wezembeek-Oppem niet te benoemen. Het gaat in de twee scenario’s om burgemeesters, om Vlaamse gemeenten met een speciaal taalstatuut (zeg maar faciliteiten) en
om duidelijke beslissingen. In tweede orde zijn het ook symbooldossiers vol communautaire springstof, die antagonisten graag aangrijpen om blufpoker te spelen in de hoop er partijpolitiek garen bij te spinnen.
Aanslepende benoeming
Begin november, meer dan dertien maanden na de gemeenteraadsverkiezingen van 8 oktober 2006 waren de burgemeesters van de faciliteitengemeenten Kraainem, Linkebeek, Wezembeek-Oppem en SintGenesius-Rode nog altijd niet benoemd. De reden? Ze verstuurden de oproepings brieven voor de gemeenteraadsverkiezingen van 2006 in het Frans, wat een inbreuk is op de rondzendbrief Peeters van 17 december 1997 die bepaalt dat die oproepingsbrieven pas in het Frans mogen worden verstuurd als daar uitdrukkelijk om wordt gevraagd door inwoners van de faciliteitengemeenten. Ook bij de federale verkiezingen van dit jaar volhardden Arnold d’Oreye de Lantremange (Kraainem), Damien Thiéry (Linkebeek) en François van Hoobrouck d’Aspre (Wezembeek-Oppem) in de boosheid en verstuurden
Trois bourgmestres et un président de parti dans l’erreur Etant donné que les bourgmestres des communes à facilités de Kraainem, Linkebeek et Wezembeek-Oppem n’ont pas fait envoyer les lettres de convocation pour les élections communales du 8 octobre 2006 et pour les élections fédérales de cette année en néerlandais, ce qui est une obligation légale, le Ministre flamand de l’Intérieur, Marino Keulen, a à nouveau décidé de ne pas les nommer. Le président du FDF, Olivier Maingain, fait de cette nomination un point de rupture pour la conclusion d’un accord de gouvernement fédéral. Ce qui provoque l’incrédulité et une incompréhension générale en Flandre, la nomination des bourgmestres étant une matière relevant exclusivement des entités fédérées dans la Belgique fédérale et qui ne peut donc certainement pas servir de monnaie d’échange pour la conclusion d’un accord de gouvernement fédéral. Le fait de se moquer ainsi des dispositions constitutionnelles prouve clairement la dégradation des relations communautaires.
2
ze opnieuw ongevraagd oproepingsbrieven in het Frans. Burgemeester Myriam Delacroix-Rolin hield zich toen wel aan de regels. Haar drie collega’s gingen in de loop van oktober opnieuw in de fout toen ze tijdens een zitting van de gemeenteraad toelieten dat er Frans werd gesproken wat verboden is en waarmee ze gehoor gaven aan een oproep van FDF-voorzitter Olivier Maingain. Die zat wel mee aan de onderhandelingstafel voor een federaal regeerakkoord, maar goot intussen olie op het communautaire vuur met deze oproep en dreigementen om elk akkoord te blokkeren zo lang de burgemeesters niet zouden zijn benoemd.
Burgemeesters blijven
Vlaams minister Marino Keulen heeft er steeds op gewezen dat de benoeming van burgemeesters een Vlaamse en geen federale bevoegdheid is. Op basis daarvan besliste hij drie burgemeesters niet opnieuw te benoemen omdat zij duidelijk de wet overtraden. Myriam Delacroix-Rolin werd wel benoemd omdat zij zich aan de regels lijkt te willen houden. Hoe het nu verder zal gaan, is moeilijk te voorspellen. Volgens de procedure wordt door Marino Keulen nu een brief gestuurd naar de gemeenteraden van Kraainem, Linkebeek en Wezembeek-Oppem met de vraag een andere kandidaat burgemeester voor te stellen. Het lijdt nauwelijks twijfel dat de Franstalige meerderheid in die gemeenteraden daar niet zomaar op in zal gaan. En zolang er geen andere burgemeester is benoemd, blijven de drie waarnemend burgemeester. In een verziekte sfeer, zo leren de Memoires van oud-premier Martens, dreigen nobele beginselen kopje onder te gaan in infaam politiek knutselwerk. De heibel rond de benoeming van de drie burgemeesters die duidelijk in de fout gingen, illustreert dat ten overvloede.
inhoud
december 2007 | nr. 11
04 VUB-onderzoek werpt
nieuw licht op verfransing
© FC
10
04
In het negentiende-eeuwse Vlaanderen werd veel meer Nederlands gesproken en geschreven dan tot op heden wordt aangenomen. Dat blijkt uit een studie aan de Vrije Universiteit Brussel (VUB) waarbij allerlei officiële documenten zoals verslagen van gemeenteraden in 133 Vlaamse gemeenten werden onderzocht. En het waren geen buitenlandse bezetters maar wel revolutionaire Belgen die na 1830 aan de basis lagen van de systematische pogingen tot verfransing van het bestuursapparaat.
08 Creatieve ondernemingen in de rand (13)
© Saskia Vanderstichelen
Paratel uit Vilvoorde pioniert in interactieve communicatie
10 FiguranDten
22
Toen hij 7 jaar was, kwam musicus Sigiswald Kuijken voor het eerst in contact met oude muziek. Hij raakte er steeds meer door gefascineerd en bekwaamde zich in het spelen van die muziek op originele instrumenten. Daaruit groeide onder meer het orkest La Petite Bande dat wereldfaam verwierf en waarmee Kuijken zowat alle continenten afreist.
12 Provinciale steun voor
secundaire scholen met veel anderstalige leerlingen
22 Dorpsgezichten (19, slot)
Felix Sohie, zo heette de tuinman die omstreeks 1865 de eerste druivenkassen bouwde in Hoeilaart. Binnen de kortste keren bloeide dankzij de druiventeelt aan de rand van het Zoniënwoud een hele streek economisch open. Dat succesverhaal duurde een volle eeuw tot er door de stijgende olieprijzen en de Europese marktverruiming een einde aan kwam. Even leek Hoeilaart gedoemd een uitgewoonde plek te worden, maar het welvarende serristendorp evolueerde stilaan tot een begeerde woonoase.
26 Vier seizoenen natuur in de rand (11, slot)
29 In de ban van de kerstman
06 24 25 28 30 32
en ook nog …
Van Asse tot Zaventem Zonder Omwegen Van huizen en tuinen RestauranDt Tussen hemel en aarde Gemengde Gevoelens
Floris’ kijk op de leuke kant van de rand
‘Er komt voor het eerst een klimaatminister’
colofon
RandKrant verschijnt maandelijks op 176.000 exemplaren ten behoeve van de bewoners van de Vlaamse rand rond Brussel en is een uitgave van de Vlaamse Gemeenschap en de provincie Vlaams-Brabant | Realisatie vzw ‘de Rand’ | Hoofdredactie Henry Coenjaarts | Eindredactie en coördinatie Marjan Van Hecke | Vormgeving Jansen & Janssen, Gent | Fotografie Filip Claessens en Kris Mouchaers | Illustratie Floris De Smedt | Druk A. De Cuyper-Robberecht, Zele | Redactieadres Witherendreef 1, 3090 Jezus-eik/Overijse, tel 02-767 57 89, fax 02-767 57 86, e-mail
[email protected], website www.derand.be | Verantwoordelijke uitgever Jan de Bock, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Boudewijnlaan 30, 1000 Brussel | Randuit Agenda wordt gerealiseerd met de financiële steun van de provincie Vlaams-Brabant en de Vlaamse Gemeenschap.
3
vub onderzoek werpt nieuw licht op verfransing
Nederlands belangrijkste bestuurstaal in het negentiende-eeuwse Vlaanderen Verfransing is oud én Belgisch. Alle theorieën die het begin van de verfransing in Vlaanderen situeren in de Franse Tijd (1795–1815) mogen de prullenmand in. Niet Napoleon en zijn opvolgers, maar Charles Rogier – eerste minister van België na de Omwenteling van 1830 – en diens tijdsgenoten zijn schuldig aan de systematische verfransing van het nationale bestuursapparaat. Gelukkig hebben in Vlaanderen de provincies en de kleine steden en gemeenten voldoende weerstand geboden om deze zwarte periode te overleven, maar op nationaal vlak hebben de eerste Belgen hun nieuwe land grondig verfranst, en treft de vroegere buitenlandse bezetter(s) geen schuld. TEKST Guido Fonteyn | FOTO Filip Claessens
E
en en ander blijkt uit de historische sociolinguïstiek, een wetenschappelijke discipline die momenteel wordt uitgediept aan de Vrije Universiteit Brussel. In het kader daarvan werden recent twee doctoraatsthesissen voorgesteld waarin de taalsituatie in het negentiende-eeuwse Vlaanderen wordt onderzocht. Er is nog ander werk op komst, waaronder een studie over de verfransingsmechanismen in Brussel en de Vlaamse rand, waarover verder meer. Wat is historische sociolinguïstiek? Historische sociolinguïstiek is ‘het betrekken van maatschappelijke fenomenen bij onderzoek naar taal’ doceert professor Roland Willemyns. Zijn collega Wim Vandenbussche knikt instemmend. Men zou het ook kunnen omschrijven als het onderzoek naar de wisselwerking tussen taal en maatschappij, want als de maatschappij verandert, leidt dit vaak tot veranderingen in de taalsituatie van besturen en burgers. Nieuw is dat de beoefenaars van deze jonge wetenschap nu ook naar het verleden kijken, want als we weten hoe België in het verleden aan vormen van verfransing werd blootgesteld – en door wie – kunnen wij daar misschien iets uit leren voor de toestanden van vandaag.
4
Terug naar de bron
Eline Vanhecke onderzocht in haar doctoraatsthesis1 oorspronkelijke documenten uit de 19e eeuw, zoals verslagen van gemeente-
raden en schepencolleges, evenals akten van de burgerlijke stand, in 133 Vlaamse kanselarijen. Zij omschrijft de gebruikte taal in die documenten heel toepasselijk als ‘de kanselarijtaal’. Eigenaardig genoeg staat de literatuur over de voor België (en Vlaanderen) zo belangrijke negentiende eeuw bol van overwegingen over de taalsituatie in het algemeen, over de politieke context, of over de spellingssystemen, maar deze terug-naar-debron-methodiek bleek vóór Vanhecke nooit eerder te zijn toegepast. ‘En zo komt het dat stellingen van de ene generatie wetenschappers naar de volgende zonder controle worden overgenomen, zoals de mythe dat de verfransing in Vlaanderen begon in de Franse periode. Niets is minder waar. Verfransing is een Belgisch fenomeen’, aldus R. Willemyns. Eline Vanhecke kwam immers tot de vaststelling dat het Nederlands in de negentiende eeuw wel geschikt was voor ambtelijk gebruik, en dat in de praktijk veel meer Nederlands werd geschreven dan wordt aangenomen. Er is verder ook geen sprake van een spellingschaos, zoals wel eens wordt
Dutch as a key administrative language in 19th century Flanders All the theories that say the Frenchification of Flanders started in the period of French ascendancy (1795–1815) now have to be scrapped, apparently. It was not Napoleon and his successors but Charles Rogier – who became Belgium’s Prime Minister after the Revolution in 1830 – and his contemporaries who are to blame for the Frenchification of the national administrative machinery. All of this is revealed by historical sociolinguistics, a scientific discipline that is now being delved into more deeply at the Free University of Brussels (vub). As part of the research activities, two recent doctoral theses take a look at the language situation in 19th century Flanders. Focusing on officialese in the towns and cities of 19th century Flanders, Eliane Vanhecke’s thesis investigates original documents, such as reports of council and aldermen meetings and civil status records in 133 Flemish municipalities. The conclusion drawn is that Dutch was used much more in the 19th century than previously thought. Not only after 1839 but also during the Dutch period (1815–1830) French was the language of prestige in many Flemish areas, but the administrative language was Dutch. The situation was different in Brussels and the Vlaamse rand, where Premier Charles Rogier’s policy that French should be the administrative language was strictly observed. As part of their historical linguistic activities, vub researchers are trying to discover if the seeds of the Frenchification of the Vlaamse rand were sown much earlier than previously thought.
beweerd: het gehanteerde Nederlands blijkt van hoge kwaliteit te zijn, en kan de toets met de huidige ambtenarentaal gerust doorstaan. Waar de scribenten en gemeentesecretarissen hun zuivere Nederlands dan vandaan haalden, is niet duidelijk. De Hollandse periode (1815–30) duurde niet lang genoeg om het onderwijs in Vlaanderen helemaal te vernederlandsen. Misschien werd in Vlaanderen meer Nederlands aangeleerd dan tot nu werd aangenomen, maar dat is voer voor nader onderzoek.
Prestigetaal, maar geen bestuurstaal
Dezelfde scribenten blijken overigens vaak al even vlot over te schakelen naar een (al even fraai) Frans. In de nieuwe staat België was het Frans immers op nationaal vlak de opgelegde taal. Talrijke steden volgden dit voorbeeld, in een soort ‘Belgische golf ’. Het Nederlands was immers de taal van de vijand, en wie Nederlands sprak collaboreerde. Na 1839, toen Nederland en België vrede sloten, viel die vijandigheid weg, en nam het Nederlands in talrijke gemeenten en steden opnieuw een officiële plaats in. In kleinere gemeenten speelde ook de uitbreiding van het algemeen stemrecht een rol, omdat zo een kiespubliek kon worden aangeboord dat alleen Nederlands kende. Ook grotere steden volgden. Vanaf 1866 besliste het stadsbestuur van Antwerpen om de gemeenteraadsverslagen, de beslissingen van het college en de akten van de burgerlijke stand opnieuw in het Nederlands op te stellen. Brugge volgde dit voorbeeld in 1897, met een uitzondering tot 1909 voor het schepencollege, dat tot dan verder in het Frans liet notuleren. Brugge, Gent en Tongeren daarentegen bleven het Nederlands als bestuurstaal nog lang weren. Frans bleef daarnaast op vele plaatsen in Vlaanderen een prestigetaal, maar was niet langer meer de bestuurstaal op gemeentelijk en provinciaal vlak. Ook Jetje De Groof bevestigt in haar doctoraatsthesis2 ‘dat niet de Fransen verantwoordelijk waren voor de meest extreme verfransingspolitiek in de Zuidelijke Nederlanden’. De Fransen hadden wel plannen in
Het grafmonument voor Hendrik Conscience op het Schoonselhof in Antwerpen deze zin, en hebben die plannen ook geformuleerd, maar bij de latere interpretatie van het succes ervan ‘werden de politieke doelstellingen al te vaak verward met de werkelijke uitvoering ervan’. En De Groof schrijft verder: ‘De eerste decennia van de Belgische staat, de jaren dertig en veertig van de negentiende eeuw, zijn de jaren waarin de meest rigide en perverse verfransingspolitiek in de geschiedenis van Vlaanderen werd gevoerd.’ En zo is de schuldige bekend!
De verfransing van Brussel en de rand juist gedateerd
Aan de vub is het team van de professoren Willemyns en Vandenbussche van plan om het historisch linguïstisch onderzoek van deze ‘lange negentiende eeuw’ (die duurt van het einde van de Franse periode – 1795 – tot de Eerste Wereldoorlog) voort te zetten. Met bijzondere belangstelling kan van nu af aan worden uitgekeken naar de resultaten van een studie over de verfransing in Brussel en in de randgemeenten rond Brussel. Hierbij worden niet alleen de zes bestaande gemeenten met faciliteiten betrokken, maar alle 19 randgemeenten die samen de Vlaamse rand vormen. Het onderzoek is nog volop aan de gang. Uit de eerste resultaten blijkt dat ook na 1840, op het moment dat de bestuurstaal vrijwel overal in Vlaanderen – zij het in een verschillend tempo – opnieuw het Neder-
lands wordt, dit in Brussel niet het geval is. In Brussel wordt de beleidslijn van Charles Rogier doorgetrokken. Dat wisten we al. Wat wij niet weten, niet beseffen of niet willen weten, is dat dit ook het geval was in een groot aantal van de gemeenten die nu de Vlaamse rand vormen. Om hieruit definitieve conclusies te trekken is het nog veel te vroeg, en voorzichtigheid blijft geboden, maar het zou wel eens zo kunnen zijn dat de verfransing van de rand- en andere gemeenten rond Brussel véél ouder is dan nu wordt vooropgesteld, dat op zijn minst de kiemen voor deze verfransing veel eerder in de tijd werden gelegd dan algemeen wordt aangenomen, dat ‘België’ hierin al sinds 1830–40 een grote verantwoordelijkheid draagt … … en dat de kiemen van de vernederlandsing van deze rand- en andere gemeenten van veel recentere datum zijn dan wordt vermoed. Indien deze thesis door het volledige onderzoek wordt bevestigd, bestaat er vooralsnog geen reden om aan een vernederlandsing – zij het op zeer lange termijn – van dit gebied te twijfelen. (1) Stedelijke kanselarijtaal in Vlaanderen in de negentiende eeuw. Eline Vanhecke. Doctoraatsthesis. Faculteit der Letteren en Wijsbegeerte. vub. (2) Nederlandse taalplanning in Vlaanderen in de ‘lange negentiende eeuw’ (1795-1914). Jetje De Groof. Faculteit der Letteren en Wijsbegeerte. vub.
5
Grimbergen
Meise
Merchtem
Vilvoorde Machelen
Asse Wemmel
Zaventem Kraainem
Dilbeek
Wezembeek-Oppem Sint-PietersLeeuw
Tervuren
Drogenbos
Beersel
Linkebeek
Overijse Hoeilaart
Van
Asse tot Zaventem
NIEUWS UIT DE GEMEENTEN
Sint-Genesius-Rode
Geuzebrouwerij Oud Beersel floreert opnieuw BEERSEL Geuzebrouwerij Oud Beersel werd deze herfst 125 jaar. Dat de brouwerij die verjaardag kon vieren, is te danken aan de enthousiaste bierliefhebbers Gert Christiaens en Roland De Bus. ‘We wilden niet dat een brouwerij met zo’n traditie ter ziele zou gaan. In 2005, drie jaar na de sluiting, zijn we
daarom opnieuw gestart’, vertelt Gert Christiaens. ‘We leerden de kneepjes van het vak van Henri Vander Velden, de laatste brouwer van Oud Beersel. Eerst hebben we een nieuw bier, Bersalis, op de markt gebracht, een blonde trippel met een pittig karakter. De winst die we daarop maakten, hebben we vervolgens geïnvesteerd in de lambiekproductie. Streekbieren zijn de laatste jaren weer enorm populair en die boot willen we natuurlijk niet missen. Sinds enkele maanden is er opnieuw geuze en kriek van Oud Beersel op de markt en daar zijn we best trots op’, aldus Gert Christiaens. TD
Meer info over de brouwerij Oud Beersel vind je via www.oudbeersel.be.
© FC
Provinciedomein krijgt educatief dierenpark HUIZINGEN Het provinciedomein van Huizingen krijgt van Vlaams minister van Toerisme Geert Bourgeois 500.000 euro om het bestaande dierenpark om te bouwen tot een volwaardig educatief centrum. ‘Het dierenpark is altijd al een van de trekpleisters van het provinciedomein geweest, maar het park kan zeker een grondige opknapbeurt gebruiken’, vertelt Luc Taelman, tuinarchitect van het provinciedomein van Huizingen. ‘De dieren die we nu hebben zullen een nieuw onderkomen krijgen. We willen ons vooral gaan specialiseren in vogels en kleine
neerhofdieren, en meer specifiek de minder bekende soorten. Het is ook de bedoeling de bezoekers en de dieren dichter bij elkaar te brengen. Daarom komen er knuffelruimtes waar het publiek bepaalde diersoorten kan aanraken. Om van ons dierenpark een volwaardig educatief centrum te maken, komt er een nieuw onthaalpaviljoentje waar iedereen de nodige informatie kan krijgen.’ Het provinciedomein wil in de loop van volgend jaar met de werkzaamheden aan het dierenpark beginnen.
Voetbalwoordenboekje voor anderstaligen ZELLIK Voetbalclub FC Asse-Zellik 2002 ontwikkelde een voetbalwoordenboekje ten behoeve van zijn anderstalige spelers. ‘Sinds de fusie van de jeugdwerkingen van Asse en Zellik is het aantal Franstaligen in onze club flink gestegen. We proberen met bescheiden middelen creatieve oplossingen te bedenken om onze anderstalige spelertjes zo vlot mogelijk te laten meedraaien in een Nederlandstalige structuur’, vertelt clubverantwoordelijke Guido Vanden Driessche. ‘Het voetbalwoordenboek is daar een voorbeeld van. De boekjes bevatten allerlei termen die specifiek zijn voor het voetbal en helpen de spelers om de trainingen in het Nederlands te volgen. De trainers gebruiken immers alleen termen uit het voetbalwoordenboek. Zo krijg je een soort eenvormige voetbaltaal.’ Het initiatief van de voetbalclub wordt opgenomen in het vormingspakket dat de provincie Vlaams-Brabant ontwikkelt om sportclubs en trainers te leren omgaan met meertaligheid. TD
TD
AZ Jan Portaels wordt dagkliniek VILVOORDE Het AZ Jan Portaels in Vilvoorde wil zich in de toekomst vooral gaan profileren als dagkliniek en beter gaan samenwerken met de huisartsen en de thuiszorg. ‘Wedijveren rond hooggespecialiseerde zorg met de grote universitaire ziekenhuizen in de regio zoals die van Leuven en Jette heeft weinig zin. Daarom willen we uitgroeien tot een lokaal topziekenhuis’, legt executief bestuurder Bart Van Daele uit. ‘De klemtoon komt te liggen op dagbehandeling en het
6
houden van consultaties.’ Het ‘nieuwe’ AZ Jan Portaels is evenwel nog niet voor meteen. ‘We zijn op zoek naar een geschikt terrein voor een nieuwbouw en ook de nodige subsidies moeten nog worden goedgekeurd. Als alles naar wens verloopt, hopen we over zeven tot twaalf jaar over een nieuw ziekenhuis te beschikken. De komende twee jaar worden de huidige gebouwen wel al aangepast en vernieuwd’, aldus Bart Van Daele. TD
© FC
Gezamenlijk afvalbeleid HALLE-VILVOORDE De intercommunale Haviland wil dat alle gemeenten van Halle-Vilvoorde een gezamenlijk afvalbeleid gaan voeren. Bedoeling is onder meer dat eenzelfde, nieuwe intercommunale instaat voor de verwerking en de inzameling van het huishoudelijk afval van de 35 gemeenten van het arrondissement. ‘Nu gebeurt de ophaling in Halle-Vilvoorde nog door vier verschillende intercommunales, een aantal privé-bedrijven en enkele gemeenten afzonderlijk’, legt on-
dervoorzitter van Haviland Hugo Casaer uit. ‘Die situatie zorgt voor versnippering en dus een slecht afvalbeleid. We hebben meer uniformiteit nodig en die willen we bereiken in overleg met de 35 gemeenten.’ De nieuwe afvalintercommunale moet er ook voor zorgen dat elke inwoner in HalleVilvoorde voortaan evenveel betaalt voor zijn vuilniszakken of voor een bezoek aan het containerpark waardoor afvaltoerisme wordt vermeden. TD
© PV
Turnen voor andersvaliden SINT-PIETERS-LEEUW Kinderen en volwassenen met een beperking kunnen voortaan in SintPieters-Leeuw terecht voor een wekelijkse turnsessie. De Leeuwse turnkring heeft een speciale afdeling die deel uitmaakt van GymFris, een federatie van sportclubs voor gehandicapten in Brussel en de Vlaamse rand. ‘We zijn eerst gestart met een voetbalclub. Dat initiatief had van bij het begin veel succes en dus hebben we het aantal sportdisciplines uitgebreid’, vertelt Marc Peeters van GymFris, die ook de andersvalide turners van de Leeuwse turnkring begeleidt. ‘We zijn erg blij met de samenwerking met de Leeuwse turnkring, want zo kunnen we onze leden
ook turnsessies aanbieden. Wie eens wil komen kijken hoe het eraan toegaat tijdens die oefeningen, is altijd welkom in de sporthal van Zuun. Het is fantastisch om te zien hoe kinderen en volwassenen met een beperking genieten van hun wekelijkse turnsessie!’ TD
Wie interesse heeft in de GymFris-afdeling van de Leeuwse turnkring kan elke zaterdag terecht in de sporthal in Zuun van 15.00 tot 16.30 uur. Meer info via www.leeuwseturnkring.tk of bij Marc Peeters op het nummer 0474-56 46 11.
© KM
Oud Nieuws
Sint-Elooi op de Hasseltberg Meise In Meise op de Hasseltberg staat sinds 1222 een kapel die gebouwd werd in opdracht van de paters van de abdij van Grimbergen. Het huidige gebouw dateert echter uit het midden van de 17e eeuw. Dat blijkt uit een zandsteen met de inscriptie F.B.G.R.A. A° 1652, d.i. Frater Bartholomeus Gijsens, reaedificavit, wat wijst op het herbouwen van de kapel in dat jaar. De huidige Sint-Elooikapel op de Hasseltberg is omringd door hoge lindebomen en met een haag afgescheiden van de aangrenzende eigendommen. Het interieur is vrij sober. Voor de restauratie in 1960 bevond zich in de kapel een houten barokaltaar, waarvan het O.L.Vrouwschilderij in het middenpaneel was vervangen door een buste van Sint-Elooi geflankeerd door twee engelen. Bij de restauratie werd dit barokaltaar vervangen door een altaar opgetrokken uit voetsteen afkomstig van het vroegere hoofdaltaar van de parochiekerk van Meise. Zeker al sinds het einde van de 16e eeuw is er een bedevaart naar Sint-Elooi, de patroon van de (goud-) smeden, die in Meise bijzonder werd aangeroepen tegen het voorkomen van ziekten bij het grootvee, voornamelijk paarden. Na de tweede wereldoorlog dreigde deze Sint-Elooitraditie verloren te gaan, maar in 1955 nam de dichter Bert Peleman die in het nabijgelegen Oppem woonde, het initiatief om de viering nieuw leven in te blazen, zij het dan in de kerk van Meise. Dat was tegen de zin van de mensen van de Hasseltberg. Zij konden de toenmalige pastoor Brams ertoe overhalen de viering weer in de Sint-Elooikapel te houden. Om de ommegang te bestendigen, werd op 13 januari 1956 in de pastorie in Meise een Broederschap van Sint Elooi, de Sint-Elooigezellen, heropgericht. Vijftig jaar geleden, op 1 december 1957, werd de 1000ste Sint-Elooibedevaart gehouden. Onder impuls van VTB-VAB- vertegenwoordiger Frans Heyvaert kreeg de ommegang sinds 1971 internationale allure met delegaties uit Frankrijk en Duitsland. En de Sint-Elooiviering is nog steeds springlevend. Ieder jaar wordt op de zondag het dichtst bij 1 december een plechtige mis opgedragen waar zelfs uit het buitenland ruiters voor de zegening van de paarden naartoe komen evenals vele pelgrims en toeristen. Jaak Ockeley
7
13
CREATIEVE ONDERNEMINGEN IN DE RAND
Paratel uit Vilvoorde pioniert in interactieve communicatie Tijdens een tv-programma jouw idool kiezen, deelnemen aan interactieve spelletjes, een concertticket bestellen via sms of een video bekijken op je mobiele telefoon: veel van die toepassingen van de nieuwe media worden mogelijk gemaakt door het Vilvoordse bedrijf Paratel, een dochteronderneming van de Vlaamse Media Maatschappij (vmma) waartoe ook vtm behoort. ‘Deze interactieve technologieën bieden oneindig veel mogelijkheden en zijn in de toekomst niet meer weg te denken’, benadrukt marketingverantwoordelijke Shirine Irani van Paratel. TEKST Gerard Hautekeur | FOTO Kris Mouchaers
V
Shirine Irani wijst erop dat Paratel bijzon- tuig heeft zijn nut bewezen. Zelfs het opvrader actief is op het gebied van ivr (Interac- gen van informatie over huizen die te huur of tive Voice Response). ‘De beller geeft een op- te koop staan in een straal van vijf kilometer, dracht via de (mobiele) telefoon waarbij hij/ is al mogelijk gebleken. Dit is een vorm van zij zonder tussenkomst van een menselijke wat we location based service (lbs) noemen.’ operator wordt doorverbonden naar de gewenste afdeling of databank. Denk maar aan Informatie binnen handbereik de informatie die je regelmatig opvraagt via ‘Zulke vormen van communicatie worden de 0800 of 0900 lijnen over bijvoorbeeld de almaar belangrijker’, verduidelijkt Shirine weersverwachting. Paratel zorgt in veel van Irani. ‘Vergeet niet dat meer dan 80 procent die gevallen voor de onmisbare technische van de gezinnen over een mobiele telefoon link tussen een bepaalde gegevensbank en de beschikt, vaak meerdere toestellen per gezin. eindgebruikers. Je wordt ook vaak uitgeno- Grote merken beseffen dat en ze doen er alles digd om op je mobiele telefoon een bepaald aan om hun merknaam of logo bij gsm-genummer in te toetsen en zo deel te nemen bruikers te introduceren. Op die manier beaan één of andere tombola of wedstrijd. Ki- reiken ze de klant heel direct en persoonlijk nepolis organiseerde bijvoorbeeld onlangs met een reclameboodschap. Dat heeft een een tombola waarbij de zoveelste beller of ander effect dan een klassieke advertentie sms’er gratis toegangskaarten voor een film die zich richt tot een heel ruim publiek.’ kon winnen. Ook het per sms raadplegen Zowel voor de consument als de producent van de vertrektijden van trein, bus of vlieg- biedt de interactieve digitale televisie (idtv), die binnen afzienbare tijd algemeen verspreid zal zijn, nieuwe perspectieven. ‘Met interactieve digitale tv beschik je over een speciale afstandsbediening met rode knop’, legt Shirine Irani uit. ‘Een automerk toont bijvoorbeeld op tv een advertentie met interactieve toepassing; door het indrukken van Die Firma Paratel aus Vilvoorde, ein Tochterunternehmen der Vlaamse Media Maatschapde rode knop op je afstandsbediening kun pij, ist in Flandern Pionier und Marktführer in der Entwicklung der interaktiven Kommuje bijkomende informatie inwinnen over de nikation, so z.B. mit Anwendungen für SMS und interaktives digitales Fernsehen. Diese prijs, het verbruik of de veiligheid van de waEntwicklungen ermöglichen es unter anderem, in Fernsehprogrammen eine Stimme abzugen. Zonder je te moeten verplaatsen, is die geben, sich über SMS eine Konzertkarte zu bestellen oder sich ein Video auf dem Handy nuttige informatie onmiddellijk beschikbaar. anzusehen. ‚Solche Formen der Kommunikation werden immer wichtiger’, verdeutlicht Via deze informatiesnelweg kies en bestel je Shirine Irani von Paratel. Die neueste Innovation ist die Entwicklung einer Videostreamingook de video’s die je wil zien. Met dit systeem plattform, so dass man Videos nicht mehr zuvor herunterladen muss: Während man sich van Video On Demand (vod) hoef je dus niet das Video ansieht, wird es gepuffert. meer naar de videowinkel. Ook DigiText, de
orig jaar bij de midweekfeesten in Sint-Truiden zorgde Paratel in eigen land voor een primeur. Concertgangers bestelden via hun mobiele telefoon een ticket. Nadat ze het verschuldigde bedrag hadden overgeschreven, kregen ze via een smsbericht een beveiligd ticket op hun gsm. Op de dag van het concert hoefden ze niet meer aan te schuiven aan het loket, maar konden ze hun beveiligde code op de mobiele telefoon laten scannen en hadden zo probleemloos toegang tot de plaats van het festival. Twaalf procent van de bezoekers, waarvan het merendeel vrouwen, maakte gebruik van die formule. Ook zeventigers bedienden zich van deze nieuwe technologie, wat erop wijst dat leeftijd niet echt een drempel hoeft te zijn. Paratel zorgde voor de technische toepassing om die dienstverlening mogelijk te maken.
Paratel aus Vilvoorde leistet Pionierarbeit für interaktive Kommunikation
8
Shirine Irani digitale vorm van analoge teletekst, biedt heel wat mogelijkheden voor de gebruiker. Behalve een aantrekkelijker design, zijn er ook spelletjes en de consument kan meer info opvragen over de producten uit advertenties. De adverteerder speelt gretig in op dit soort communicatiekanalen, want hij weet dat hij te doen heeft met een gebruiker die in zijn product is geïnteresseerd. In principe is het ook mogelijk te meten welke doelgroepen op welke tijdstippen gebruik maken van de interactieve televisie. Al die gegevens leveren hem een schat aan informatie op voor toekomstige promotiecampagnes. Ook bij idtv zorgt Paratel voor de technische link tussen de reclamespot en de gebruiker van interactieve televisie.’
Pionier en marktleider
Paratel is niet het kleine zusje, maar wel de snel groeiende dochter(onderneming) van de Vlaamse Media Maatschappij. Het bedrijf uit Vilvoorde zit onder hetzelfde dak als vtm, kanaaltwee en jim, die belangrijke afnemers zijn van producten van Paratel. De recentste technologische vernieuwing is de creatie van het zogenaamde videostreamingplatform waarvan Paratel, de Persgroep, Roularta en de Vlaamse Media Maatschappij gezamenlijk eigenaar zijn. Sedert het succes van YouTube wordt het internet overstelpt met video’s. Dankzij het streamingplatform hoef je video’s niet meer te downloaden, maar kun je ze bekijken terwijl de video wordt gebufferd. Kijken kan via internet en zelfs via het scherm van je mobiele telefoon.
Paratel introduceerde ook de technologische toepassing voor het kanaaltwee-programma Big Brother waarbij de gsm-gebruiker ten allen tijde live kon binnengluren in het Big Brother-huis. Om zich die toegang te verschaffen, moest hij alleen een telefoonnummer intoetsen op zijn mobiele telefoon waarna hij het huis live op zijn kleine scherm kreeg. Almaar meer programma’s krijgen een interactieve dimensie. Paratel is in Vlaanderen pionier en marktleider in de levering van technische interactieve toepassingen van de nieuwe media. Zo werden de eerste sms- en idtv-applicatie door Paratel ontwikkeld.
One stop shop
Shirine Irani wijst terloops nog op een aantal andere producten van Paratel. ‘We maken designs voor websites van grote bedrijven. Er
‘De consument wordt in toenemende mate zelf producent van informatie’ is binnen Paratel een heel redactieteam aan de slag dat in tekst en beeldmateriaal voorziet voor de websites en teletekstpagina’s van kanaaltwee, jim en vtm. We leveren tevens teletekst voor RTL. Voor klanten met een klein budget denkt Paratel creatief mee aan en geeft advies over het toepassen van de verschillende interactieve media. Eén van onze belangrijkste troeven is de zogenaamde One Stop Shop; de klant kan bij Paratel tegelijker-
tijd terecht voor verschillende diensten zoals mobiele applicaties, de inhoud en aanmaak van websites, de technologische links voor interactieve digitale televisie, 0900-lijnen en andere vormen van IVR.’ Om zijn marktpositie te behouden in een snel evoluerende wereld moet Paratel constant inspelen op de nieuwste technologische vernieuwingen. ‘We moeten alert zijn om als eerste op de trein van de technologische innovatie te kunnen blijven springen’, bevestigt Shirine Irani. ‘In ons team van een kleine zestig personeelsleden zijn er medewerkers die zich toespitsen op de inhoud, anderen op de informatietechnologie en weer anderen op de commercialisering.’
Actieve consument
Tot slot wijst Shirine Irani op de veranderde en actievere rol van de gebruiker als een opvallende trend in de wereld van ICT. ‘Met de komst van iDTV kan de kijker zelf zijn televisieavond samenstellen. Bovendien wordt de consument in toenemende mate zelf producent van informatie. Naast YouTube en MySpace ontstaan er nieuwe mogelijkheden met video en is de consument door het bellen van een IVR-lijn in staat zijn eigen video’s door te sturen naar andere platformen. Ideaal om bijvoorbeeld razendsnel, onbeperkt en helemaal live een nieuwsredactie te informeren’, aldus Shirine. ‘Dankzij die nieuwe interactieve technologieën evolueren de kritische en mondige gebruikers van passieve consumenten naar actieve producenten van informatie. Paratel ondersteunt die ontwikkeling.’
9
FIGURANDTEN Musicus Sigiswald Kuijken
‘Alles beg Musicus en dirigent Sigiswald Kuijken (Asse) kwam met oude muziek in contact toen hij zeven was en werd er door gefascineerd. Hij studeerde viool aan de conservatoria van Brugge en Brussel en raakte meer en meer geboeid door onderzoek naar oude instrumenten en hun specifieke speelwijzen. In 1972 richtte hij het barokorkest La Petite Bande op. Nu, 35 jaar later, bestaat dat nog en reizen Sigiswald en de andere orkest leden er de wereld mee rond. TEKST Ines Minten | FOTO Saskia Verstichelen
© La Petite Bande
V
ijvendertig jaar is niet slecht voor een orkest dat werd opgericht als gelegenheidsproject. Toen we ermee begonnen, hadden we niet de bedoeling er ook mee door te gaan’, legt Sigiswald Kuijken uit. ‘Misschien is dat wel de sterkste kant van de zaak: volgens mij heeft La Petite Bande het precies zo goed gedaan omdát het niet afgesproken was. Begin jaren 70 was dat allemaal ook mogelijk. We waren bij de eersten die op die manier barokmuziek speelden, dus er was nauwelijks concurrentie.’ La Petite Bande streefde er van bij het begin naar om de muziek op de authentieke manier te brengen, op oude instrumenten. ‘In die tijd was dat geen evidente keuze. Nu is het bijna omgekeerd. Wie Bach of Mozart op hedendaagse instrumenten speelt, heeft
10
het erg moeilijk om zijn werk aan de man te brengen.’ In die omwenteling heeft de entourage van La Petite Bande een niet te onderschatten rol gespeeld.
Leven voor projecten
‘Alles begint met een droom’, zegt Sigiswald Kuijken. ‘Dat hebben mijn vrouw (Marleen Thiers, eveneens muzikante, nvdr) en ik dikwijls ondervonden. Het kan soms gaan om een droom voor binnen 10 of 15 jaar. Maar als de tijd rijp is, zul je merken dat die vaak wel gerealiseerd wordt. Zo zijn we in de loop van ons leven een aantal zaken tegengekomen die we nooit hebben losgelaten. Mochten mensen niet dromen en zomaar – zonder projecten, zonder ideeën – van dag tot dag leven, dan zou alles veel stroever verlopen. Zonder dromen zou men nooit ver raken, denk ik.
Dankzij je dromen zie je een lijn op lange termijn. En die lijn moet toch meer zijn dan een soort curve in de statistiek die je wil voortzetten of ombuigen. Volgens de statistiek kun je niet leven. Toch niet in onze branche.’
Kinderlijke naïviteit is de beste entree
Sigiswald Kuijken komt uit een muzikale familie. Zijn broers Wieland en Barthold hebben met hun muziek eveneens internationale faam verworven. En zijn kinderen vormen alweer de tweede generatie professionele muzikanten. ‘Ook de vorige generaties waren muzikaal. Zowel aan de kant van mijn moeder als aan die van mijn vader zaten een heleboel mensen die hartstochtelijk bezig waren met muziek, hoewel het zelden beroepsmuzikanten waren.’
int met een droom’ Aan een andere beroepskeuze heeft Sigiswald Kuijken nooit gedacht. Hoewel hij op school ook goed scoorde, was het voor hem al vroeg duidelijk dat muziek zijn ding was. ‘De oude muziek ontdekte ik toen ik een jaar of zeven was. Mijn drie oudste broers (ik ben de vijfde van zes jongens) volgden net over de Duitse grens een cursus vedelbouw. Die vedeltjes waren een soort strijkinstrumenten uit de middeleeuwen.’ De broers kwamen thuis met hun instrumenten en een hele hoop partituren met renaissancemuziek; de halve familie ging ermee aan de slag. ‘Een jaar later verhuisden we van Dilbeek naar Brugge en schreven we ons in aan het conservatorium. Daar konden we natuurlijk niets met onze vedels aanvangen, want die instrumenten stonden volledig buiten het klassieke programma van de muziekscholen. Dus ben ik gewone viool beginnen spelen.’ Sigiswald Kuijken is blij dat hij op zo’n eenvoudige manier met zijn favoriete muziekgenre in aanraking is gekomen. ‘Eigenlijk is oude muziek behoorlijk ingewikkeld van structuur en abstractie. Maar een jong kind neemt al wat het aangereikt krijgt moeiteloos op. Met kinderlijke naïviteit kun je heel veel, het was de best denkbare entree.’ Ook de fascinatie voor authentieke instrumenten en speelwijzen bleef. De vedel werd ingeruild voor de viola da gamba – een viool met zes snaren, voorloper van de cello – later kwam daar onder andere nog de viola da spalla bij – een schoudercello die verder volledig in onbruik is geraakt. ‘De viola da spalla is nooit wijd verspreid geweest. Maar we zijn erachter gekomen dat Bach bepaalde stukken van zijn cellosuites en cantates wel voor dat instrument bedoeld heeft. Ik ga graag op zoek naar de mogelijkheden van dergelijke instrumenten, omdat ze ons de kans geven de muziek te spelen zoals de componist haar in zijn hoofd had.’
Muziek is per definitie popmuziek
De klassieke muziek raakt maar niet van zijn elitaire etiket verlost. Dat vindt Sigiswald Kuijken erg jammer en vooral volkomen onterecht. ‘Muziek is uit zichzelf nooit elitair’, vindt hij. ‘Het klassieke repertoire heeft dat stempel gekregen omdat de commerciële muziek zo’n enorme plaats heeft verworven in de maatschappij. Democratisch noemt men dat. Er zijn natuurlijk veel meer mensen
die naar popmuziek luisteren dan naar andere muziek. Maar heeft dat per se met democratie te maken? Wordt dat ook niet voor een groot deel door financiële belangen en reclame gevoed? Ik laat het antwoord op die vraag liever in het midden. In elk geval vind ik het fout om iets elitair te noemen, alleen maar omdat een minderheid van de bevolking erin geïnteresseerd is. Ach ja, het etiket blijft … ook de pers is daar in belangrijke mate mee verantwoordelijk voor. Sla kranten en tijdschriften open en je ziet dat muziek er per definitie gelijk staat met popmuziek.’
Passie en twijfel
Sigiswald Kuijken heeft 25 jaar barokviool onderwezen aan het conservatorium van Den Haag. Sinds 1993 doet hij hetzelfde aan het conservatorium van Brussel. Het was voor hem allesbehalve een evidente beslissing om daarmee te beginnen. ‘Je moet beseffen dat ik voor die functie gevraagd ben in de jaren 70; 1968 was nog maar pas achter de rug. Alles was mogelijk, er was zelfs nog geld. Je had als kunstenaar ruimte om te dromen – je kon de gekste dingen verwezenlijken. De muziek die wij speelden en de manier waarop, hadden wij nooit aan het conservatorium geleerd. We deden het uit passie, in absolute vrijheid en bijna in oppositie met het toenmalige conservatoriumwezen. Moest ik dan precies die dingen gaan introduceren in de structuur waarvan we ons nog maar net hadden losgemaakt? Ik vond het een dilemma. Ik zou het nooit uit mezelf gedaan hebben, maar besefte wel dat als ik het niet deed, ze er wel iemand anders voor zouden aanspreken, die misschien academischer of minder kritisch was ingesteld. Dan deed ik het beter zelf, vond ik. Een tikje pretentieus misschien, maar zo ben ik er dan toch ingerold. Mijn vrees is met de tijd ook uitgekomen. Onze muziek zit nu wereldwijd ingebakken in de conservatorium- en universiteitsstructuren, met alle positieve en negatieve gevolgen van dien. Oude muziek en authentieke instrumenten zijn belangrijk geworden, maar tegelijk is onze passie omgevormd tot examenleerstof voor jongere generaties. En dat is helemaal tegengesteld aan wat wij voelden toen we die dingen begonnen te ontwikkelen en aan het plezier dat we eraan beleefden. Zoiets is natuurlijk onvermijdelijk. Het enige dat je als lesgever nog kunt doen, is zoveel
mogelijk twijfel blijven behouden en die ook zo doorgeven. Je moet de mentaliteit van je studenten open zien te houden en ondanks het systeem alles toch wat informeel proberen te houden.’
Mexicaans publiek
Sinds 1969 wonen Sigiswald Kuijken en zijn vrouw in Asse. ‘We wonen hier heel graag. Voor ons huis ligt een prachtige vallei, een geklasseerd landschap, en achter ons ligt er ook niets dan groen.’ Voor de muziek reist hij echter de halve wereld rond. Blijft er op al die reizen tijd over om de bezochte landen ook echt te ontdekken? ‘We gebruiken daarvoor de tijd die we hebben, maar dat is er nooit erg veel. Echt de toeristische trekpleisters bezoeken, schiet er meestal bij in. Aan de andere kant staan wij natuurlijk wel meteen middenin het plaatselijke leven. Iemand die als toerist naar Mexico reist, kan alle bezienswaardigheden uitgebreid bekijken, maar hij wordt er niet geconfronteerd met, bijvoorbeeld, een volledig Mexicaans publiek. De contacten die wij in al die landen leggen, hebben beslist ook hun charmes.’
Musicien et chef d’orchestre Sigiswald Kuijken Le musicien et chef d’orchestre Sigiswald Kuijken de Asse est entré pour la première en contact avec la musique ancienne à l’âge de sept ans; depuis, sa fascination n’a pas faibli. Il a étudié le violon aux conservatoires de Bruges et de Bruxelles et s’est passionné pour la recherche dans le domaine des instruments anciens et de leur jeu spécifique. En 1972, il a fondé l’orchestre baroque La Petite Bande dont l’objectif consiste à rendre la musique ancienne dans son authenticité. 35 ans plus tard, l’orchestre jouit d’une réputation internationale et Sigiswald Kuijken sillonne le monde entier avec son orchestre. ‘Tout commence par un rêve’, dit-il. ‘Les rêves vous permettent de percevoir une ligne sur le long terme.’
11
Provinciale steun voor secundaire scholen met veel anderstalige leerlingen De provincie Vlaams-Brabant biedt al enkele jaren steun aan basisscholen met veel anderstalige leerlingen. Volgend schooljaar wil de provincie zich gaan toespitsen op secundaire scholen die te maken hebben met een grote instroom aan anderstalige leerlingen. Dit schooljaar wordt het nieuwe project uitgetest in vier scholengemeenschappen, waaronder Asse-Wemmel-Halle. De directie van de Middenschool en het kta in Wemmel is in haar nopjes over de nieuwe vorm van ondersteuning. TEKST Klaartje Van Rompaey | FOTO Kris Mouchaers
W
ij zijn al meer dan vijf jaar actief bezig met het uitwerken van een taalbeleid voor onze school’, steekt Sigrüne Breckpot, directrice van de Middenschool, van wal. Erwin De Mulder, directeur van het kta kan dat alleen maar beamen. ‘We proberen een coherent taal beleid uit te werken dat over alle graden heen gaat, waarbij de hele campus wordt betrokken.’ Om in die missie te slagen hebben zowel de Middenschool als het kta medewerkers aangesteld die het taalbeleid voortdurend vernieuwen en verbeteren. Eén van die taalcoördinatoren is Ilse Dierckx. ‘Onze doelstelling is de taalvaardigheid van onze leerlingen verhogen, waardoor automatisch hun slaagkansen op school en op de arbeidsmarkt stijgen. Elk initiatief en elke vorm van ondersteuning grijpen we daarom met beide handen aan.’
12
Spreektaal versus schooltaal
Volgens Sigrüne Breckpot is één van de grootste taalproblemen op school de kloof tussen spreektaal en schooltaal. ‘In aardrijkskunde bijvoorbeeld krijgen leerlingen soms voor het eerst woorden als reliëf, plateau of heuvel te horen. Maar het gaat nog verder. Voor sommige leerlingen zijn woorden als ‘hoeve’ of ‘bestek’ al onbegrijpelijk omdat ze die worden nooit horen in gesprekken thuis of met vrienden. En dan hebben we het dus niet alleen over anderstalige leerlingen, hetzelfde geldt ook voor Nederlandstalige leerlingen uit taalarme milieus. Om de kloof tussen spreektaal en schooltaal te verkleinen, vraag ik aan alle leerkrachten om lijsten te maken van woorden die ze gebruiken in hun les, maar die niet voor iedereen begrijpelijk zijn. In die woordenlijsten leggen de leerkrachten de moeilijke woorden uit op een voor leerlingen bevattelijke manier. Per tri-
mester krijgen de leerlingen zo’n woordenlijst per vak.’ Het kta volgt hetzelfde principe, maar dan op een digitale manier. ‘We werken met het smartschoolplatform, een digitaal platform waarop leerkrachten, leerlingen en ouders kunnen inloggen’, legt Erwin De Mulder uit. ‘Op dat platform staat sinds september een module ‘woordenboek’. Het is de bedoeling dat elke vakgroep woordenlijsten maakt, zoals dat in de Middenschool gebeurt, en die dan op het digitaal platform zet. Als de leerkrachten dan een tekst maken voor hun leerlingen en die op het smartschoolplatform zetten, worden de ‘moeilijke woorden’ automatisch aangeduid. De leerlingen kunnen dan op die woorden klikken om de uitleg te zien. Het grote voordeel van dit systeem is dat de woordenlijsten uitgewisseld kunnen worden met andere scholen.’
Een zaak van alle leerkrachten
Niet alleen de campus van Wemmel streeft naar één coherent taalbeleid, ook binnen de hele scholengemeenschap wordt geijverd voor een betere samenwerking. En in dat taalbeleid worden alle leerkrachten betrokken. ‘Vroeger werd het taalbeleid van een hele school al te vaak alleen toevertrouwd aan de leraar Nederlands maar dat is absurd: iedereen moet daarin betrokken worden, niet in het minst de leerkrachten van de praktijkvakken. Leerlingen Hotel die in de zaal staan, moeten tegenover de gasten de bereiding van elk gerecht kunnen uitleggen, ze moeten durven praten. Hoe taalvaardiger ze zijn, hoe groter hun kansen zullen zijn op de arbeidsmarkt’, aldus Erwin De Mulder.
agenda
van 5 december t.e.m. 4 januari
RANDUIT
Ionesco jongleert met nietszeggendheid TONEEL Het toneelstuk De kale zangeres van de Roemeense auteur Eugène Ionesco is een aaneenschakeling van absurde gesprekken tussen twee koppels, de Smiths en de Martins. Ze bedienen zich van een beperkte woordenschat, maar luisteren niet echt naar elkaar. Wat ze zeggen, is zelfs perfect inwisselbaar, want op het einde van het stuk stelt de auteur voor om de tekst opnieuw te spelen in
een gewijzigde rolverdeling. Toen het werk in de lente van 1950 in het trendsettende Parijse Théâtre des Noctambules in première ging, waren de recensies vernietigend, maar bij de herneming in het Théâtre de la Huchette liep het storm voor dit onconventionele podiumgebeuren. De belangstelling was zo groot dat de directie het stuk niet meer van de affiche durfde te halen. De Zonderlingen hebben dit onalledaagse werk nu in hun repertoire opgenomen. De holle frasen en de onlogische gedachtesprongen zijn gesneden voer voor dit grensverleggend theatercollectief dat hier elk woord op de weegschaal legt. LD
7, 8 en 9 december, 20.00 Kraainem, GC de Lijsterbes, info 02-721 28 06
Els de Schepper als Superbarbie
Les Flamiches Noirs stoeien met kranten HUMOR Van krantenpapier kun je niet alleen hoedjes of bootjes vouwen. Philippe De Maertelaere en Yvo Mentens reageren er hun agressie op af door het te verscheuren, te verfrommelen en met veel omhaal samen te proppen. Maar het liefst verslinden ze letterlijk en figuurlijk hun dagelijks leesvoer. In hun Hepl Hepl comedy show speuren deze Flamiches Noirs – de naam waaronder ze als duo optreden – ijverig naar kleine berichtjes die ze kunnen naspelen. Zo creëren ze een eigenzinnig, conflictueus universum. Tot ze plots iets ontdekken dat de routine doorbreekt. De zwart geblakerde humor levert dolle taferelen op. Maar wat gaan ze doen met de verwelkte bloem die vormgever
Pat Van Hemelrijck van het Alibi collectief in een lege melkfles op hun tafel heeft neergezet? De geraffineerde mimetechnieken die regisseur Jozef Houben hen heeft aangeleerd, komen alleszins goed van pas. Philippe De Maertelaere bewees al met Caveman wat hij in zijn mars heeft. De Flamiches Noirs scoorden met de Franse versie van deze productie in het Lunatheater op het recente Off festival van Avignon. LD
Vrijdag 14 december, 20.30 Linkebeek, GC de Moelie, info 02-380 77 51
HUMOR Om de mannen te behagen zouden vrouwen er volgens de modebladen eeuwig jong, slank en sexy moeten uitzien. Ook wordt van hen verwacht dat ze intelligent, opgewekt, fit en zorgzaam zijn. Hun huishoudelijke taken dienen ze te combineren met een goed betaalde en aanlokkelijke job. Om voluit van het leven te genieten zouden ze ook nog over veel vrije tijd moeten beschikken. Maar wie voldoet aan al die eisen? In haar nieuwe revue spiegelt Els de Schepper zich aan Superbarbie. Met potige passen loopt ze in een opzichtige outfit over het toneel. De lipstick en de schoonheidscrèmes druipen onder de felle lichtspots net niet van haar gezicht. Ze palmt het roze podium in en wil zich meten met de dansers die – je raadt het al – allemaal Ken heten. Na verloop van tijd heeft ze er schoon genoeg van en stort ze zich als paaldanseres in het nachtleven. Op een geruchtmakend YouTube-filmpje, dat dankzij de mediaheisa door ontelbare surfers werd opgevraagd, demonstreerde Els de Schepper al hoe ze met Tania Dexters tijdens een acrobatische introductieles in een ‘kattengevecht’ verwikkeld raakte. Met haar ‘one woman show’ hoopt ze het publiek te ontstressen. Het geluk ligt immers in het alledaagse en dat vergeten de modepoppetjes en fanatieke gezondheidsfreaks wel eens. LD
Donderdag 13 december, 20.00 UITVERKOCHT Wemmel, GC de Zandloper, info 02-460 73 24
13
RANDUIT Kwartslag
Een greep uit het Kwartslagaanbod voor deze maand
Bang voor of nieuwsgierig naar de onbekende andere nieuwe personages op die met de verbeelding van de toeschouwer aan de haal gaan. Natali Broods, Ryszard Turbiasz, Günther Lesage, Joris Van den Brande, Koen De Graeve en Pieter Genard gingen aan de slag met het boek L’autre van Ryszard Kapuscinski. Deze Poolse auteur, die begin dit jaar overleed, werd meerdere keren voorgesteld voor de Nobelprijs literatuur. Hij onderzoekt in hoever we door de onbekende andere worden gefascineerd of afgeschrikt. Boezemt de ‘vreemdeling’ ons angst in of prikkelt hij juist onze nieuwsgierigheid? Maar zelfs als er contacten worden gelegd, zorgen taalverschillen soms voor grappige misverstanden. Toen James Cook aan een Australische aboriginal vroeg hoe een rondspringend buideldier heette, kreeg hij als antwoord ‘Kangourou’, maar Cook wist niet dat de aboriginal daarmee bedoelde: ‘Vreemdeling, ik versta je niet’. LD
THEATER Toen het theatercollectief De Onderneming ter ziele ging, verrees Lazarus. Dit jonge gezelschap vermijdt platgetreden paden. Met Iets anders! zorgt het voor een
chaotische avond vol verrassingen. Het stuk heeft geen duidelijke verhaalstructuur, er wordt integendeel vrolijk gesurft op het ritme dat het publiek bepaalt. Voortdurend duiken
Woensdag 12 december, 20.15 Grimbergen, CC Strombeek, info 02-263 03 43
Macht als dodelijk gif TONEEL Wie zwarte bessen van de wolfskers of de atropa belladona eet, raakt eerst opgewonden, maar komt daarna nog maar moeilijk uit zijn woorden of begint na verloop van tijd soms zelfs te raaskallen. Bij een hoge dosis zijn koortsige hallucinaties, bewustzijnsverlies en dood door verstikking niet uitgesloten. Theatermaker Guy Cassiers en auteur Jeroen Olyslaegers suggereren in hun nieuwste Toneelhuisproductie dat macht gelijkaardige giftige effecten heeft. Zij baseren zich op de films Taurus, Moloch en The Sun van de Russische cineast Aleksandr Sokurov over drie machtshongerige sleutelfiguren. Zonder hen historisch te duiden, wordt gefocust op een banale, maar beslissende dag uit hun leven. Hoewel de gebeurtenissen op verschillende tijdstippen (1924, 1943 en 1945) plaatsvinden, worden ze vernuftig met elkaar
vervlochten. De zieke Lenin onderneemt in zijn buitenverblijf nog een laatste poging om Stalin van de macht te houden. Na enkele vernietigende aanvallen van de Geallieerden overlegt Hitler met zijn getrouwen hoe hij het tij kan keren. De Japanse keizer Hirohito wacht in zijn paleis op de komst van de Amerikaanse generaal Mc Arthur. Hoewel hun invloed taant, proberen ze toch alledrie hun leiderspositie te handhaven. Ze zijn zo gewend aan de rituelen en de ceremonies dat ze zich niet meer normaal kunnen gedragen. Dominique Pauwels componeerde de muziek bij dit stuk. Na Mefisto for ever is Wolfskers het tweede deel van Cassiers’ trilogie van de macht. In het volgende luik Atropa komen de vrouwelijke slachtoffers aan het woord. LD
7 en 8 december, 20.30 Brussel, Kaaitheater, info 02-201 59 59
De kvs, het Kaaitheater en de cultuurcentra Westrand en Strombeek zetten elke maand een voorstelling in de kijker. Met de Kwartslagpas (28 euro), die éénmaal geldig is in elk van deze theaters, kan hieruit een selectie worden gemaakt. www.kwartslag.be
14
Zjef Vanuytsel is terug NEDERLANDSTALIGE MUZIEK We hebben er lang naar uitgekeken en vreesden al dat hij zijn gitaar definitief aan de wilgen had gehangen. Maar met de verzamelbox van zijn vroeger werk, de verrassende nieuwe cd Ouwe makkers en een uitgebreide tournee langs de Vlaamse cultuurhuizen is Zjef Vanuytsel (62) weer helemaal terug. Toch is de liedjesma ker en zanger nog niet helemaal gestopt met zijn werk als architect. Zo is hij nog bezig met het gemeentehuis van Drogenbos en dat van Hoegaarden. Als de optredens aanslaan, ver schijnt hij met zijn groep op de zomerfestivals en brengt hij over afzienbare tijd misschien opnieuw een langspeler uit. ‘Aan mijn terugkeer in de muziekwereld heb ik nooit getwijfeld’, geeft hij tussen een middernachtelijk glas water en een Duvel onomwonden toe. ‘Ik werd echter overstelpt met belangrijke bouwopdrachten die zelfs mijn avonden en weekends opslorpten. Het zat al een hele tijd in mijn hoofd om zodra de kans zich voordeed tijd in te ruimen voor het schrijven van wat nieuwe liedjes. Ik ben blij dat het er uiteindelijk ook van is gekomen.’
Kind van de jaren zestig Met nummers als De massa en Je kunt niet zonder de anderen ontpopte Zjef Vanuytsel zich in het begin van zijn carrière al als een kritisch chansonnier. Als pragmatisch gevoelsmens zoekt hij nog steeds naar het evenwicht tussen passie en rede. ‘Vroeger dacht ik veel luchtiger over de dingen. Ik leefde en keek als een soort Uilenspiegel. De hartstocht en het enthousiasme zijn gebleven, maar ik weet nu dat alles grijpen en begrijpen door de complexiteit van het leven toch onmogelijk is. Met het ouder worden kwam er meer behoefte aan geestelijke rust. Als kind van de jaren zestig ben ik – tenminste innerlijk – jong en creatief gebleven. Maar dat het cynisme alom veld wint en steeds meer applaus oogst, beangstigt me. Ook de onrechtvaardige
verdeling van de aardse rijkdommen stemt mij treurig. Ik begrijp niet dat een kleine minderheid zoveel mogelijk tracht te vergaren om het schaamteloos in donkere kluizen op te stapelen, terwijl er miljoenen zijn die van honger omkomen. Alle mensen hebben recht op voldoende voedsel en kleding en een fatsoenlijke huisvesting. De solidariteit op wereldvlak lijkt me niet verbeterd maar eerder verslechterd.’
Beïnvloed door anderen Sinds de kleinkunstrage van de jaren zeventig is Zjef Vanuytsels muziekbeleving grondig geëvolueerd en ook door andere genres beïnvloed: ‘Toen ik nog middelbare school liep waren het vooral Jacques Brel en de Franse chansonniers die me bekoorden. Mijn interesse voor folk, blues en Bob Dylan ontstond pas tijdens mijn architectuurstudies. Ik vind het wonderbaarlijk hoe die laatste zijn klassiekers op een originele manier bewerkt en verwerkt. Mijn muzikale gevoeligheid werd ook aangescherpt door het werk van o.a. j.j. Cale en Mark Knopfler. En er wordt gelukkig nog steeds veel moois uitgebracht.’
Belgen de voorkeur geven aan het Engels boven het Nederlands getuigt mijns inziens van weinig respect voor de anderstalige landgenoten.’ Ludo Dosogne
Een rijke taal Singer-songwriter vindt Zjef Vanuytsel een vak apart en over het woordgebruik in liedjes als De zotte morgen, Hop Marlene en Ik weet wel mijn lief is dan ook grondig nagedacht. ‘Het is altijd mijn ambitie geweest om teksten te schrijven die zowel zingbaar als leesbaar zijn.’ Het Nederlands leent zich daar uitstekend toe want het is een mooie en rijke taal met een welluidende woordenschat. Desalniettemin bedienen we ons meer en meer van een erg beperkt vocabularium. Het moet toch niet altijd ‘super’ of ‘leuk’ zijn. Ik heb daarom in mijn nieuwe liedjes bewust hier en daar een vergeten of in onbruik geraakt woord gehanteerd. Figuren als Olivier Maingain, die het Nederlands als een minderwaardige taal afdoen of het weigeren te spreken, hebben ongelijk. Dat heel wat Franstalige
Tournee door Vlaanderen Vrijdag 21 december, 20.00 UITVERKOCHT Wezembeek-Oppem, GC de Kam, info 02-731 43 31 Vrijdag 11 januari, 20.30 Halle, CC ’t Vondel, info 02-365 94 05 Zaterdag 19 januari, 20.30 Overijse, CC Den Blank, info 02-687 59 59 Vrijdag 15 februari, 20.30 UITVERKOCHT Meise, GC De Muze van Meise, info 02-268 61 74
Bij Universal verscheen de verzamelbox en nieuwe cd Ouwe Makkers
Een amulet dat de werkelijkheid verandert FAMILIEVOORSTELLING Ergens tussen China en Japan woont in een ongerept woud een zonderlinge kluizenaar – of is het een sjamaan? – die zowel wordt gevreesd als bewonderd. Hij praat met de bomen, de planten en de dieren. Zijn kracht put hij uit een bot waarin een groene smaragd is verwerkt. Dit amulet verandert de werkelijkheid; het trekt het goede aan, maar kaatst het kwaad terug. Als dit magische voorwerp in handen valt van een reus die ook in het woud huist, moet de heremiet het proberen terug te krijgen. Er ge-
beuren dan zulke vreemde dingen dat hij het spoor bijna bijster raakt. Rob Stengers (56) en Rob Bijmans (51) staan allebei in het onderwijs, maar hebben hun hart nog meer verpand aan het theater. In de Hilaria producties veranderen ze door hun prachtige kostuums in opzichtige sprookjesfiguren. Met illusionistische trucs en raadselachtige geluiden houden ze er permanent de spanning in. Soms is het lekker griezelen, maar als de ware toedracht duidelijk wordt, kan er weer uitbundig worden gelachen. Met hun visuele vondsten
NIET MISSETE N
zijn de spelers van Hilaria tijdens de zomermaanden graag geziene gasten op straattheaterfestivals. In de winter treden ze liever op bij een knapperend haardvuur. In Overijse zal na de voorstelling overvloedig pompoensoep, warme chocolademelk en glühwein worden geserveerd. LD
Zaterdag 22 december, 20.00 Overijse, CC Den Blank, info 02-687 59 59
15
RANDUIT Pronkstukken uit voormalige
Portugese koloniën TENTOONSTELLING Commerciële am bities en een onstuitbare bekeringsijver wa ren in de 15e en de 16e eeuw de belangrijkste drijfveren voor de Portugese ontdekkings reizigers en veroveraars. Op de Bozarexpo De wereld rond, die ter gelegenheid van het Portu gese voorzitterschap van de Europese Unie wordt georganiseerd, zijn 160 pronkstukken samengebracht die deze koloniale expansie illustreren. Dat daarvoor vaak een hoge prijs werd betaald, wordt niet in de verf gezet maar evenmin verhuld. Hedendaagse kunstenaars als Antonio Ole en Berry Bick vestigen zelfs onomwonden de aandacht op de wanpraktij ken van de slavenhandel. Hoe het wereldbeeld van de Europeanen door de ontdekkingen werd gecorrigeerd, valt op te maken uit de aardrijkskundige kaarten waarmee de tentoonstelling opent. Terwijl op een oude versie Afrika verbonden lijkt met OostAzië, is op een recenter exemplaar de nieuwe route rond Kaap de Goede Hoop er duidelijk bijgetekend. ‘Informatie over de pas ontdekte zeeën, territoria en volkeren werd niet alleen via kaarten en boeken verspreid’, legt tentoonstellingscommissaris Jay Levenson uit. ‘Ook prenten, schilderijen en vreemde voorwerpen die de zeevaarders meebrachten, werkten bij de Europese intelligentsia een kennisverrui-
ming in de hand. Veel luxevoorwerpen waren speciaal voor de Portugezen vervaardigd en vonden vanuit Lissabon hun weg naar vorstenhuizen over het hele continent.’ De Portugese kolonisatoren waren al vanaf 1430 op de Afrikaanse kusten actief waar ze onder meer speurden naar een mythische, christelijke koning. Hendrik de Zeevaarder stuurt niet veel later zijn soldaten uit om slaven te zoeken, die hij in Portugal kan verkopen.’ Aan die Afrikaanse expedities is een volledige afdeling gewijd met kunstschatten uit Benin, Sierra Leone en het toenmalige Kongo. De indrukwekkende zoutvaatjes, lepels en vorken in ivoor zijn versierd met Europese en Afrikaanse motieven. Per toeval strandde in 1500 een Portugese vloot, die op weg was naar het specerijenparadijs Indië, op de Braziliaanse kust. Drie jaar later werd daar een eerste handelspost opgericht om met de indianen handel te drijven in hout. De Portugezen waren ook gefascineerd door de ceremoniële klederdracht van de indianen. Een hoge gevederde kroon, vervaardigd uit roodbruine en blauwe staartvleugels, is ongewoon goed geconserveerd. Het 17e eeuwse pronkstuk komt uit de koninklijke Deense Kunstkammer. Het missiewerk van de jezuïeten domineert het Indisch tentoonstellingsluik. Goa werd
niet alleen een toonaangevend handelscentrum voor luxueuze gebedstafels, draagbare altaren en oratoria, maar ook voor verfijnde juwelendozen. In 1557 kregen de Portugezen van de Chinezen de toelating om zich op Macau te vestigen. Opmerkelijk is een houten beeld uit de Ming dynastie dat Maria met de kleine Boeddha in plaats van Jezus op haar schoot voorstelt. Een imponerend zijden wandtapijt, astronomische instrumenten en veel porselein illustreren waarmee de Portugezen zich verrijkten. In Japan werd zijde verruild voor zilver en werden prachtige kamerschermen aangekocht. Maar spoedig kregen de missionarissen het aan de stok met de shoguns zoals het schilderij De martelaars van Nagasaki uit 1622 toont. De Japanse leiders wilden geen concurrentie. Bovendien vreesden ze een militaire invasie. Waren het immers niet de Portugezen die in Azië krachtige vuurwapens hadden geïntroduceerd? LD
Expo De wereld rond. Portugal, een wereldrijk in de 16e en 17e eeuw Tot 3 februari, maandag tot zondag van 10.00 tot 18.00 u., donderdag tot 21.00 u. Brussel, Paleis voor Schone Kunsten, info 02-507 82 00
Het festival Portugal en de wereld omkadert de expo in Bozar: -De schrijvers Luis Cardoso en Pedro Rosa Mendes lezen op 8 december voor uit hun werk. Het aansluitend popconcert van Wordsong wordt ondersteund met videobeelden en teksten van Al Berto en Fernando Pessoa. -Warmbloedig Kaapverdisch concert met Sara Tavares en Tito Paris op 9 december. -Fadozangeres Mafalda Arnauth stelt op 14 januari haar jongste cd Encantamento voor. -Op 2 februari sluiten fadoster Misia en Maria de Medeiros het festival af met weemoedige gedichten en liederen. Het volledige programma vind je op www.bozar.be.
16
Muzikale kerststemming in de rand KERSTCONCERTEN Onder de noemer Mit desen nyeuwen iare vertolken Paul Rans, Philippe Malfeyt, Piet Stryckers en Paul Van Loey kerstliederen uit de lage landen. De devote teksten en de meeslepende wijsjes van anonieme auteurs en componisten stammen uit de middeleeuwen, de late renaissance of de barok. Hoewel het volksgeloof al lang taant, zijn die liederen uit een ver verleden nog steeds populair. Net als toen gebeurt de begeleiding op oude muziekinstrumenten als luit, viola da gamba, vedel, draailier, cister, trom en hakkebord. Ook de blokfluiten spelen een centrale rol. Niet alleen omwille van de zuivere klank, maar ook omdat dit sobere instrument past bij de eenvoud van de kerstkribbe. Al in 1989 nam de groep een plaat op met een gelijknamig programma. Het repertoire is sindsdien blijven evolueren. Klara-producer Paul Rans was één van de boegbeelden van het legendarische Vlaamse folk-ensemble Rum, waarvan ook Dirk Van Esbroeck deel uitmaakte. De onlangs overleden folkzanger krijgt van zijn vroegere collega’s een verdiende hommage. Zondag 9 december, 11.00 Asse, Oud Gasthuis, info 02-466 78 21 Vrijdag 21 december, 20.30 Vilvoorde, CC Het Bolwerk, info 02-255 46 90
Zefiro Torna, Timo Väänänen en het Antwerps kathedraalkoor onder leiding van Sebastiaan Van Steenberge stelden een kerstprogramma samen met schoolliederen en religieuze gezangen uit het middeleeuwse Finland. Ze behoren tot de ‘Piae Cantiones’ collectie, die in 1582 door een student van de universiteit van Rostock werd gepubliceerd. Deze Latijnse liederen waren oorspronkelijk bestemd voor de School van Turku. Het bijbelse kerstgebeuren, de seizoenswissel, de natuur en de vergankelijkheid van het aardse leven zijn de belangrijkste inspiratiebronnen. De zangers worden begeleid
Paul Rans (midden) en zijn groep op historische instrumenten. Sopraan Els Van Laethem zingt de solopartijen. Het Fins hakkebord of ‘kantele’ zorgt voor een sfeervolle ondersteuning. Vrijdag 21 december, 20.30 Duisburg, Sint-Katharinakerk, info 02-769 20 16 (GC Papeblok)
Ook het Vlaams Radio Koor zingt onder leiding van de Deense dirigent Bo Holten Finse mystiek-religieuze gezangen uit de ‘Piae cantiones’. De dirigent componeerde zelf een lied over de eerste sneeuwvlokjes. Van de 16e eeuwse Vlaamse polyfonist Nicolaas Gombert wordt Hodie nobis coelorum rex en van de Franse polyfonist Perotinus, die tot de school van de Notre Dame behoorde, Salvatoris hodie uitgevoerd. Het concert wordt afgerond met enkele bekende Christmas Carols. Na afloop zijn er drankjes en hapjes.
Het koor Les Pastoureaux, dat in 1974 werd opgericht om in kerken, ziekenhuizen en sociale opvangcentra kerstconcerten te verzorgen, treedt samen met het kamerorkest van Waterloo op in de abdijkerk van Grimbergen. Ook de zwarte gospelzangeres Jeanette Thompson, die in het verleden een tweede prijs won op de Koningin Elisabethwedstrijd voor zang, verleent haar medewerking. Op het programma traditionele kerstballades uit de vier windstreken. Klarinettist Walter Boeykens speelt werk van Amilcare Ponchielli en Felix Mendelssohn. Woensdag 12 december, 20.00 Grimbergen, Abdijkerk, info 02-270 96 92
LD
Vrijdag 21 december, 20.30 Zellik, Sint-Bavokerk
Alle gekheid op een stokje FAMILIEVOORSTELLING Frank Degruyter verdiende zijn sporen bij het jonge publiek met William Shakespeare voor beginners. Tegenwoordig beweegt hij zich op het raakvlak van de kleinkunst, de ‘comedy’ en het cabaret. Zijn spitse invallen hebben doorgaans iets ontwapenends, maar blijven toch altijd even mild. Liever stoeit hij vrijblijvend met de taal en bedenkt hij de meest onverwachte woordspelingen. In de familievoorstelling Alle gekheid op een stokje combineert hij zijn kinderliedjes met klassiekers van Herman van Veen. Klein maar
NIET MISSETE N
wakker en Groter dan de zon sluiten naadloos aan bij de poëtische ontboezemingen van Alfred Judokus Kwak of het hyperdynamische Opzij, opzij, opzij. Daar worden nog griezelige rijmverhalen van meesterverteller Roald Dahl aan toegevoegd. Bas Bulteel begeleidt Frank Degruyter subtiel aan de piano. LD
Vrijdag 7 december, 20.00 Tervuren, GC Papeblok, info 02-769 20 16
17
RANDUIT agenda PODIUM KUNSTEN Theater Woensdag 5 december, 20.15 Una Giornata Particolare door Raamtheater CC Strombeek, Gemeenteplein, Grimbergen 02-263 03 43
Zaterdag 15 december, 20.15 Wild Vlees door De Bloedgroep CC Strombeek, Gemeenteplein, Grimbergen 02-263 03 43
Zaterdag 22 december, 15.00 Droesem door Zeven/Inne Joris CC Westrand, Kamerijklaan, Dilbeek 02-466 20 30
Woensdag 19 december, 20.30 A Funny Thing Happened To Me door De Werf CC Westrand, Kamerijklaan, Dilbeek 02-466 20 30
Zaterdag 22 december, 20.00 Het Amulet door Theater Hilaria (6-12 jaar) CC Den Blank, Begijnhofplein 11, Overijse 02-687 59 59
Donderdag 20 december, 20.30 Spoon River door Braakland/ZheBilding CC Het Bolwerk, Bolwerkstraat 17, Vilvoorde 02-255 46 90
Dans
Zaterdag 22 december, 20.00 Buurtsterren GC De Muze van Meise, Brusselsesteenweg 69, Meise 02-268 61 74
Familievoorstellingen
Donderdag 6 december, 20.30 Julius door Het Ongerijmde CC Het Bolwerk, Bolwerkstraat 17, Vilvoorde 02-255 46 90 Vrijdag 7 december, 20.30 En maar niet willen sneeuwen … door theaterMalpertuis CC Westrand, Kamerijklaan, Dilbeek 02-466 20 30 7, 8 en 9 december, 20.00 De kale zangeres door de Zonderlingen GC de Lijsterbes, Lijsterbessenbomenlaan 6, Kraainem 02-721 28 06 Woensdag 12 december, 20.15 Iets Anders! door Lazarus CC Strombeek, Gemeenteplein, Grimbergen 02-263 03 43 Donderdag 13 december, 20.00 Op de rand van het verstand door theaterMalpertuis GC de Bosuil, Witherendreef 1, Jezus-Eik 02-657 31 79
18
Woensdag 5 december, 14.30 Zie ginds zinkt de stoomboot door Theater Propop GC de Moelie, Sint-Sebastiaanstraat 14, Linkebeek 02-380 77 51 Vrijdag 7 december, 20.00 Prookjes door HETPALEIS (6-12 jaar) CC Den Blank, Begijnhofplein 11, Overijse 02-687 59 59
Zaterdag 15 december, 20.15 Het zwanenmeer door Ballet van de Nationale Opera Lviv CC de Meent, Gemeenveldstraat 34, Beersel 02-359 16 00
Zondag 16 december, 15.00 Qui se cache door Les Zerkiens (2,5+) CC Het Bolwerk, Bolwerkstraat 17, Vilvoorde 02-255 46 90
Vrijdag 14 december, 20.15 Humorologie CC de Meent, Gemeenveldstraat 34, Beersel 02-359 16 00 Vrijdag 14 december, 20.30 Hepl Hepl door Les Flamiches Noirs GC de Moelie, Sint-Sebastiaanstraat 14, Linkebeek 02-380 77 51
Senioren Vrijdag 4 januari, 20.15 Hikikomori door Thomas Devens Tento-hal CC Strombeek, Gemeenteplein, Grimbergen 02-263 03 43
5 en 6 december, 14.00 Sinterklaasfeest CC Westrand, Kamerijklaan, Dilbeek 02-466 20 30
Humor Donderdag 6 december, 20.00 Intiem door Vitalski GC de Zandloper, Kaasmarkt 75, Wemmel 02-460 73 24 Donderdag 6 december, 20.30 Eelt door Wouter Deprez CC Asse, Noorderlaan 20, Zellik 02-466 78 21 Vrijdag 7 december, 20.15 Democlash door Nigel Williams CC Strombeek, Gemeenteplein, Grimbergen 02-263 03 43
Vrijdag 7 december, 20.00 Alle gekheid op een stokje door Frank Degruyter en Bas Bulteel GC Papeblok, P.Vandersandestraat 15, Tervuren 02-769 20 92
Donderdag 13 december, 20.00 Supervrouw! door Els de Schepper GC de Zandloper, Kaasmarkt 75, Wemmel 02-460 73 24
Zaterdag 8 december, 20.30 Wereldberoemd in Vlaanderen! door Bert Kruismans CC Den Blank, Begijnhofplein 11, Overijse 02-687 59 59 Donderdag 13 december, 20.30 Democlash door Nigel Williams CC Het Bolwerk, Bolwerkstraat 17, Vilvoorde 02-255 46 90
MUZIEK Woensdag 5 december, 20.30 Izaline Calister CC Het Bolwerk, Bolwerkstraat 17, Vilvoorde 02-255 46 90 Vrijdag 7 december, 20.30 Van Brussel naar de Wereld door Johan Verminnen GC De Muze van Meise, Brusselsesteenweg 69, Meise 02-268 61 74 Zaterdag 8 december, 20.30 Aan de Arbeid door Yevgueni CC Het Bolwerk, Bolwerkstraat 17, Vilvoorde 02-255 46 90 Zaterdag 8 december, 15.00-16.00 Dinsdag 25 december, 15.00-16.00 Kerstconcert door beiaardier Rien Aarssen Sint-Servaasbasiliek, Grimbergen 02-260 12 98 (Rien Aarssen)
Zaterdag 8 december, 19.00 Finale Rockvonk Het Depot, Martelarenplein 12, Leuven www.rockvonk.be Zondag 9 december, 11.00 Mit desen nyeuwen iare door Paul Rans Oud Gasthuis, Gemeenteplein 26, Asse 02-466 78 21 Donderdag 13 december, 14.00 Muziekspektakel: Fever of the Fifties CC Den Blank, Begijnhofplein 11, Overijse 02-687 59 59 Donderdag 13 december, 20.30 Hannelore Bedert & Lenny Naakt GC de Boesdaalhoeve, Hoevestraat 67, Sint-Genesius-Rode 02-381 14 51 Vrijdag 14 december, 21.00 Dolce Vita: zoektocht naar Italiaans muzikaal talent van Belgische bodem Foyer van CC Strombeek, Gemeenteplein, Grimbergen 02-263 03 43 Vrijdag 14 december, 20.00 Myrdinn y Jose Ligero (flamenco) GC de Lijsterbes, Lijsterbessenbomenlaan 6, Kraainem 02-721 28 06
Zondag 16 december, 11.00 MOO Muziekkomedie met Little Ronny Peacock & The Bel Mundo’s CC Coloma, J. Depauwstraat 25, Sint-Pieters-Leeuw 02-371 22 62 Zondag 16 december, 15.00 Kerstconcert Sabien Tiels CC Asse, Noorderlaan 20, Zellik 02-466 78 21 Vrijdag 21 december, 20.30 Intiem door Günther Neefs CC Westrand, Kamerijklaan, Dilbeek 02-466 20 30 Vrijdag 21 december, 20.30 Mit desen nyeuwen iare door Paul Rans CC Het Bolwerk, Bolwerkstraat 17, Vilvoorde 02-255 46 90 Vrijdag 21 december, 20.00 Ouwe makkers door Zjef Vanuytsel GC de Kam, Beekstraat 172, Wezembeek-Oppem 02-731 43 31 Zaterdag 22 december, 20.15 Met volle goesting door Bart Peeters CC de Meent, Gemeenveldstraat 34, Beersel 02-359 16 00 Zaterdag 22 december, 20.15 Jukebox 2000 door Lucas Van den Eynde, Tine Embrechts en Nele Bauwens CC Strombeek, Gemeenteplein, Grimbergen 02-263 03 43
Jazz
Vrijdag 14 december, 20.30 Palio Paréa (Griekse muziek) GC De Muze van Meise, Brusselsesteenweg 69, Meise 02-268 61 74
Donderdag 13 december, 20.15 Saxkartel Airdance with Tutu Puoane Foyer CC Strombeek, Gemeenteplein, Grimbergen 02-263 03 43
Klassiek Vrijdag 14 december, 20.30 Gipsy door Belle Perez CC Het Bolwerk, Bolwerkstraat 17, Vilvoorde 02-255 46 90
Vrijdag 7 december, 20.15 Kryptos Strijkkwartet Kerk Beigem 02-263 03 43 (CC Strombeek)
Vrijdag 7 december, 20.30 Sint-Niklaasconcert met de Academia Wind Quintet Prague CC Coloma, J. Depauwstraat 25, Sint-Pieters-Leeuw 02-371 22 62 Zondag 9 december, 20.00 Winterconcert door De Eendracht GC De Muze van Meise, Brusselsesteenweg 69, Meise 02-268 61 74 Vrijdag 14 december Messiah (G.F. Händel) door Carmina-koor Meise Basiliek van Grimbergen 02-263 03 43 (CC Strombeek)
FILM Woensdag 5 december, 20.30 4 Months, 3 Weeks, 2 Days CC Den Blank, Begijnhofplein 11, Overijse 02-687 59 59 Zaterdag 8 december, 14.00 Kerst bij de lieveheersbeestjes (4+) CC Westrand, Kamerijklaan, Dilbeek 02-466 20 30
Vrijdag 14 december, 20.00 Concert ‘Op weg naar Kerstmis’ door Kon. Sint-Rumolduskoor Schepdaal en Verijzeniskoor Paloke Sint-Rumolduskerk, Schepdaal Zaterdag 15 december, 20.00 Hans De Jong en Paul Hermsen GC De Muze van Meise, Brusselsesteenweg 69, Meise 02-268 61 74 Zondag 16 december, 15.00 Kerstconcert door gemengd koor Andante Troostbasiliek, Leuvensestraat, Vilvoorde 02-269 01 25 Vrijdag 21 december, 20.30 Kerstconcert Zefiro Torna Sint-Katharinakerk, Duisburg 02-769 20 92 Vrijdag 21 december, 20.00 Kerstconcert door de K.H. De Cecilianen Grimbergen en Elewijts-Bachkoor Sint-Servaasbasiliek, Grimbergen 02-270 90 58 (J. Robberechts) Vrijdag 21 december, 20.30 Eindejaarsconcert door het Vlaams Radio Koor Sint-Bavokerk, Zellik 02-466 20 30 (CC Westrand) Zaterdag 22 december, 20.00 Melodieuze kerstviering door Singhet Scone Dilbeek Kerk van Sint Ambrosius, Dilbeek 02-466 95 56
Maandag 10 december, 19.30 Filmvoorstelling ‘Ali, waar is de Toubkal?’ negen vrouwen met een kankerverleden beklimmen de hoogste berg van Afrika CC Strombeek, Gemeenteplein, Grimbergen Dinsdag 11 december, 15.00 Man zkt vrouw CC Strombeek, Gemeenteplein, Grimbergen 02-263 03 43 Dinsdag 11 december, 20.30 Sicko CC Strombeek, Gemeenteplein, Grimbergen 02-263 03 43 Woensdag 12 december, 20.00 The Dish Volkssterrenwacht Mira, Abdijstraat 22, Grimbergen 02-269 12 80 Woensdag 12 december, 20.30 The Assassination of Jesse James by the Coward Robert Ford CC Den Blank, Begijnhofplein 11, Overijse 02-687 59 59 Donderdag 13 december, 20.00 Hairspray GC de Kam, Beekstraat 172, Wezembeek-Oppem 02-731 43 31
19
RANDUIT Vrijdag 14 december, 20.00 Man zkt vrouw GC de Zandloper, Kaasmarkt 75, Wemmel 02-460 73 24
Donderdag 3 januari, 15.00 Waar is het paard van Sinterklaas? CC Strombeek, Gemeenteplein, Grimbergen 02-263 03 43
Zondag 16 december, 15.00 Ratatouille CC de Meent, Gemeenveldstraat 34, Beersel 02-359 16 00
Donderdag 3 januari, 20.30 Eastern promises CC Strombeek, Gemeenteplein, Grimbergen 02-263 03 43
Zondag 16 december, 20.00 Ben X CC de Meent, Gemeenveldstraat 34, Beersel 02-359 16 00 Zondag 16 december, 10.30 Nuovomundo CC Strombeek, Gemeenteplein, Grimbergen 02-263 03 43 Dinsdag 18 december, 20.30 Ben X CC Strombeek, Gemeenteplein, Grimbergen 02-263 03 43 Woensdag 19 december, 20.30 Ben X CC Den Blank, Begijnhofplein 11, Overijse 02-687 59 59 Zondag 23 december, 20.00 The brave one CC de Meent, Gemeenveldstraat 34, Beersel 02-359 16 00 Zondag 30 december, 20.00 Vermist CC de Meent, Gemeenveldstraat 34, Beersel 02-359 16 00 Woensdag 2 januari, 14.00 Ratatouille (NV) CC Strombeek, Gemeenteplein, Grimbergen 02-263 03 43 Woensdag 2 januari, 20.30 Vermist CC Strombeek, Gemeenteplein, Grimbergen 02-263 03 43 Donderdag 3 januari, 15.00 Waar is het paard van Sinterklaas? CC de Meent, Gemeenveldstraat 34, Beersel 02-359 16 00
20
TENTOON STELLING Van 1 t.e.m. 31 december, doorlopend Kam Kiest voor Kunst Joris Vangansbeke (impressionisme) Cafetaria van GC de Kam, Beekstraat 172, Wezembeek-Oppem 02-731 43 31 Van 5 t.e.m. 21 december, doorlopend Pavlin Karadimov CC Den Blank, Begijnhofplein 11, Overijse 02-687 59 59 Van 5 december tot 7 januari, doorlopend Fotografiecircuit Vicky Brugman: Camping Cosmos GC de Zandloper, Kaasmarkt 75, Wemmel 02-460 73 24 Zondag 9 december, 10.30-17.00 Doe Stil Voort, een tentoonstelling rond Nick Andrews Museum Felix De Boeck, Kuikenstraat 6, Drogenbos 02-377 57 22 T.e.m. 16 december, doorlopend Looking for the border Jonge Italiaanse en Belgische kunstenaars CC Strombeek, Gemeenteplein, Grimbergen 02-263 03 43 T.e.m. 16 december, van do tot ma, 11.00-12.30 en 14.00-17.00 Grafisch werk van Rik Wouters Herman Teirlinckhuis, Uwenberg 14, Beersel
T.e.m. 16 december, doorlopend Levensverhaal op doek door Anne Nys GC de Bosuil, Witherendreef 1, Jezus-Eik 02-657 31 79
Vrijdag 7 december, 20.00 Proefavond ‘Bakken van brood en Berlijnse bollen’ Cultuurhoeve Mariadal, Kouterweg 2, Zaventem 02-720 20 67 (VELT Zaventem)
Tot 20 december, elke donderdag, 17.00-22.00 Nocturnes van de Brusselse Musea verschillende loacties in Brussel 02-512 77 80
Maandag 10 december, 20.00 Energiezuinige woning KAV-lokaal, Kloosterstraat, Beersel 02-508 88 60 (KWB)
T.e.m. 6 januari 2008, vrij, za en zo, 14.00-18.00 Hugo Meert (keramiek) Galerie budA, Buda 14-16, Asse 02-306 50 95 Tot 15 januari 2008, zaterdag en zondag, 14.00-17.00 Hommage aan Henry Van de Velde Hof van Melijn, Melijndreef 6, Tervuren 02-769 20 81 (Dienst Toerisme) Tot 20 januari 2008, van do tot zo, 20.00-24.00 Houtdruk van verschillende Tibetaanse werken Tat Art Gallery, Kalenbergstraat 9, Dilbeek 02-569 56 17 T.e.m. 2 februari 2008, do, vr, za en zo 10.30-18.30 Albert Van Dyck Museum Felix De Boeck, Kuikenstraat 6, Drogenbos 02-377 57 22 Tot 31 augustus 2008 ‘Hou ´t vast’, hout en woud in Afrika Koninklijk Museum voor Midden-Afrika, Leuvensesteenweg 13, Tervuren 02-769 52 46
VOOR DRACHTEN & CURSUSSEN Woensdag 5 december, 20.00 Portugal, land aan het eind van Europa CC Westrand, Kamerijklaan, Dilbeek 02-466 20 30 (VTB-VAB Dilbeek)
Woensdag 12 december, 19.45-22.15 Vrouw in de islam Parochiezaal Moorsel, Moorselstraat 203, Moorsel 02-510 61 62 (vzw Motief) Donderdag 13 december, 19.30-22.00 Borstkanker, neveneffecten hormoonbehandeling CC Westrand, Kamerijklaan, Dilbeek 02-227 69 56 (VLK) Zaterdag 15 december Symposium over avontuurlijke duikexploraties met gastsprekers uit de duikwereld (Tomas Termote, Eric Sas en Dirk Roelandt) CC Westrand, Kamerijklaan, Dilbeek
[email protected] Zaterdag 15 december, 15.00 De aarde vanuit Cyberspace Volkssterrenwacht Mira, Abdijstraat 22, Grimbergen 02-269 12 80 Maandag 17 december, 20.00 Autisme? Een extreme vorm van mannelijk denken? GC de Lijsterbes, Lijsterbessenbomenlaan 6, Kraainem 09-238 18 18 (Autisme Centraal) Dinsdag 18 december, 20.00-22.00 Islam door Khadija Aznag GC de Kam, Beekstraat 172, Wezembeek-Oppem 02-454 54 01 (Arch’educ) Donderdag 20 december 2007. 14.30 uur. De windheks-Alma Mahler door Mark De Bie GC Papeblok, P.Vandersandestraat 15, Tervuren 02-767 43 55
Cursussen 5, 6, 11, 12 en 13 december, 19.30 Videobewerking met Adobe Première Elements Recreatiecentrum Itterbeek, Keperenbergstraat 37B, Dilbeek 02-466 20 30 Donderdag 6 december, 8.30 Maken van houten constructies Horteco, De Bavaylei 116, Vilvoorde 02-657 93 64 (Inverde) 6, 13 en 20 december, 13.30 Portretcursus naar het leven … met digitale beelden als geheugensteun CC Strombeek, Gemeenteplein, Grimbergen 02-263 03 43 Donderdag 13 december, 8.30 Mens- en milieuvriendelijke smeermiddelen en brandstoffen Bosmuseum Jan van Ruusbroec, Duboislaan 2, Hoeilaart 02-657 93 64 (Inverde) Vrijdag 14 december, 9.00 Muziek maken bij dans Vormingscentrum Destelheide, Dworp 016-25 16 21 (Wisper) Vrijdag 14 december, 20.00 Werken met meesters: een confrontatie met meesters uit het theatervak en hun werkwijze Vormingscentrum Destelheide, Dworp 016-25 16 21 (Wisper) 14, 15 en 16 december, 9.00 Tangoweekend Vormingscentrum Destelheide, Dworp 016-25 16 21 (Wisper) Vrijdag 14 december, 9.30 Ontspannen in de zorg GC de Zandloper, Kaasmarkt 75, Wemmel 016-24 39 75 (Zorg-Saam) Zaterdag 15 december, 9.00 Tips en trucs om zelf je computer in vorm te houden Recreatiecentrum Itterbeek, Keperenbergstraat 37B, Dilbeek 02-466 20 30
Dinsdag 18 december, 19.30 Maak je eigen website met Frontpage Recreatiecentrum Itterbeek, Keperenbergstraat 37B, Dilbeek 02-466 20 30 Zaterdag 29 december, 14.00-17.00 Gespreksnamiddag Zelfzorg over ‘Aanvaarden’, ‘Hopen’ en ‘Vertrouwen’ GC Felix Sohie, Hoeilaart 02-657 51 50 (klavertje4zelfzorg)
WANDELINGEN Donderdag 6 december, 14.00 Kwadeplas- en Waterloosveldwandeling door NGZ Start aan het kerkhof van Sint-Genesius-Rode, Bosstraat, Sint-Genesius-Rode 02-358 32 93 (Dirk Raes)
Zaterdag 15 december, 8.00 Wandelen in Groot-Hertogdom Luxemburg Start aan zwembad Meise 02-269 49 22 (VTB-VAB Meise) Zondag 16 december, 14.30 Streekwandeling in Dilbeek Start aan Saviokerk, Dansaertlaan, Dilbeek 02-356 42 59 (Streekgidsen Zuidwest-Brabant) Donderdag 20 december, 14.00 Parkwandeling Tournay-Solvay door NGZ Start aan parking NMBS station, Bosvoorde 02-358 32 93 (Dirk Raes) Zaterdag 22 december, 19.00 Midwinterwandeling in Tervuren Start aan marktplein Tervuren 02-769 20 81 (Toerisme Tervuren) Dinsdag 25 december, 14.00 Huifkarrentocht en kerstwandeling Start op het kerkplein van Asbeek 02-452 96 87 (Reuzengilde Asbeek)
Zondag 9 december, 14.00 Sint-Elooipad Start aan Sint-Martinuskerk Meise 02-269 49 22 (VTB-VAB Meise) Zondag 9 december, 14.00-17.00 Wandeling in Mollem Start aan de kerk van Mollem 02-466 89 99 (Natuurpunt Asse) Zondag 9 december, 14.00 Winterrust in het Zoniënwoud door NGZ en Inverde Start aan parking Ganzepootvijver, Duboislaan, Hoeilaart 02-358 32 93 (Dirk Raes) Dinsdag 11 december, 11.00 Eksteroog-wandeling Start aan bibliotheek, Rink 2, Sint-Pieters-Leeuw 02-377 59 70 Donderdag 13 december, 14.00 Terlanen-plateauwandeling door NGZ Start aan parking kerk van Terlanen, Overijse 02-358 32 93 (Dirk Raes)
Donderdag 13 december, 20.00-22.00 Opendeur documentatiecentrum Vlaamse Vereniging voor Familiekunde afdeling Dilbeek Muziekacademie, Gemeenteplein, Groot-Bijgaarden 02 466 44 05 (A. Janssens) 14, 15 en 16 december, 14.00-20.00 ‘A very British Christmas’ op het kasteel Een sfeervol evenement met concert van Britse koor, lezing en kerstworkshop voor kinderen Kasteel van Gaasbeek, Kasteelstraat 40, 1750 Gaasbeek 02-531 01 30 Zaterdag 15 december, 13.00-17.00 Regionale kleuterhappening Markthalle, Stationsplein, Overijse 016-26 76 60 (sportregio Vlaams-Brabantse Ardennen) Zaterdag 15 december, 14.00-22.00 Kerstmarkt Stationsstraat en Rustoorddreef, Zaventem Vrijdag 21 december, 20.00 Kerstmarkt Gemeenteplein, Hoeilaart
VARIA Zaterdag 8 december, 10.00-20.00 Zondag 9 december, 11.00-20.00 Kerstmarkt Centrum van Drogenbos Zondag 9 december, 14.00 Geleid bezoek aan het Plantenpaleis Nationale Plantentuin, Domein van Bouchout, Nieuwelaan 38, Meise 0474-41 48 25 (Natuurpunt Dilbeek)
21, 22 en 23 december Neroweekend met reuze wafelenbak (21/12, gemeenteplein), workshop striptekenen (7-10 jaar, 22/12, 10.00, bibliotheek), initiatie schaken (22/12, 14.00, Nerocafé), Nero-brunch (23/12, 11.00, Nerocafé) en tentoonstelling ‘Nero in Brussel’ (doorlopend, GC Felix Sohie) Diverse locaties in Hoeilaart 02-657 05 04 (dienst Cultuur & Toerisme)
Woensdag 12 december, 20.00 Genealogische gespreksavond Org.: Vlaamse Vereniging voor Familiekunde – Provinciale afdeling Dilbeek CC Westrand, Kamerijklaan, Dilbeek 02-466 44 05 (A. Janssens)
Organisaties en verenigingen die hun activiteiten opgenomen willen zien in de volgende agenda die de periode van 5 januari 2008 tot 4 februari 2008 bestrijkt, moeten ons de nodige informatie bezorgen voor 1 december a.s. U kunt uw gegevens faxen naar 02-767 57 86 of e-mailen
naar
[email protected]. U kunt uw informatie ook per brief sturen naar ons redactieadres:Witherendreef 1, 3090 Jezus-Eik/Overijse, met de vermelding RandUit Agenda. Gezien het beperkte aantal beschikbare pagina’s wordt bij de aankondigingen prioriteit verleend aan de activiteiten in de gemeenschapscentra en de culturele centra in de rand. Om voor plaatsing in aanmerking te komen worden de andere activiteiten vooral beoordeeld op hun uitstraling naar alle inwoners van de rand. Het cursusaanbod wordt mee geselecteerd door Arch’educ, het vroegere Vormingplus Halle-Vilvoorde. Info: www.archeduc.be.
21
19
DORPSGEZICHTEN
Het geluksverhaal van Hoeilaart Er was eens een open plek in het bos die aan een frisse beek lag. Zo begint de historie van Hoeilaart, een oud verhaal over kasteelheren en kluizenaars. De recentere geschiedenis van het dorp is niet minder sprookjesachtig. Ze begint met ‘er was eens een tuinman die in dienst trad bij een baron’ en eindigt met ‘ze leefden nog lang en gelukkig’, een happy end dat niet over twee geliefden gaat, maar op alle dorpsbewoners slaat. In het sprookje ‘Het glazen dorp’ wordt Hoeilaart een zee van druivenkassen die over zijn heuvels golft en worden de bewoners rijke ‘serristen’ die hoog boven de dorpskom in mini-kasteeltjes tussen hun kassen tronen. TEKST Brigitte Raskin | FOTO’S Edgard Alsteens
D
e tuinman die omstreeks 1865 in de IJsevallei de eerste druivenkassen optrok, heette Felix Sohie. En zoveel geluk als er in zijn voornaam zat, zoveel geluk zat er in zijn initiatief: binnen de kortste keren bloeide aan de rand van het Zoniënwoud een hele streek economisch open. ‘Hem dankt de druivenstreek welstand en culturele opgang’ staat op het plakkaat aan zijn geboortehuis in Hoeilaart. Het zijn geen loze woorden, al denk ik het mijne over die ‘culturele opgang’, geen prioritaire bekommernis van de ‘serristen’ die in navolging van Sohie welvarend werden. De druiventeelt aan de IJse groeide en bloeide een volle eeuw lang. Maar toen stokte het succesverhaal, vooral ten gevolge van de stijgende olieprijzen en de (euro-)marktverruiming. Kwam daardoor ook een eind aan het geluksverhaal van Hoeilaart? Ik beantwoord de vraag door het mij vertrouwde dorp eens met een frisse blik te bekijken.
Opbouw en afbraak
Terwijl de druiventeelt destijds om zich heen greep op de heuvels rond Hoeilaart, wortelde de logistieke steun eraan zich in de dorpskom. Serres waren behalve van glas ook van hout, en dat werd geleverd door houtzagerij de ‘Werkhuizen Mariën’. Vader Louis Mariën startte ermee, zoon Charles deed voort, nadat hij eerst een diploma architectuur had behaald. In de week leverde hij hout, op
22
zondag tekende hij huizen, de fameuze ‘serristenvilla’s’ die her en der tussen de serres verrezen. D e eerste villa’s hadden veel van deftige herenhuizen uit de stad. De volgende waren grilliger, geïnspireerd door Nederlandse voorbeelden van huizen met voorportalen, loggia’s, balkons en daken allerlei. Zulke uitsteeksels liet Charles Mariën steevast uitvoeren in hout, zijn hout, en dat leverde huizen op met een onmiskenbare eigen stijl, verticaal hoog, recht en van steen, horizontaal breed, speels en zoveel mogelijk van hout.
De Hoeilaartse aannemers hadden na korte tijd genoeg aan een schets om te weten hoe het moest en sommige serristen zetten zelf hun droomvilla op papier, waardoor de huizen overigens niet minder ‘typisch Mariën’ werden. En zo, terwijl de serres van Sohie zich verduizendvoudigden tot die van vele Hoeilanders, verhonderdvoudigden de huizen van Mariën zich tot die van vele serristen. De Werkhuizen Mariën bleven daarentegen uniek. Ze namen midden in het dorp zo maar eventjes anderhalve hectare grond in beslag, een prominente positie die werd gemarkeerd door een van de drie hoge schouwpijpen die Hoeilaart rijk was. Het bedrijf lag naast de toenmalige gemeenteschool en voor de Hoeilandertjes van toen waren de gebouwen van Mariën synoniem met hun dorp, zoals in België de serres synoniem waren met hun streek. N a de Tweede Wereldoorlog specialiseerde Mariën zich in o.a. triplexhout en ging de schouw meer en meer roet uitstoten, wat niet echt bevorderlijk is voor het leven in een dorpskern. In 1985 begon het bedrijf zijn activiteiten stilaan naar het Mechelse te verhuizen, en in 1991 werd de gemeente eigenaar van de anderhalve hectare grond. Waarna het nog een tijdje duurde eer de gebouwen van Mariën werden neergehaald – zoveel jaar nadat, even verder en bergop, de serres van Sohie waren afgebroken. Met dat al was het al 21ste eeuw eer de dorpskom van Hoeilaart toe was aan het post-serristendom dat op de heuvels al lang was ingezet.
Groezelige staat
Ik kwam pas in 1974, na de succestijd van de druiventeelt, in de streek wonen en vond Hoeilaart eerlijk gezegd een lelijk dorp, helemaal naar het model van zijn 19de-eeuwse kerk. Die kreeg geen torenspits opgezet omdat haar metselwerk al scheuren vertoonde voordat de finishing touch kon worden aangebracht. Daardoor kwam het me dunkt nooit goed met het plompe bakstenen gevaarte opzij van het gemeenteplein. I k moest overigens niet in de kerk zijn, wel ertegenover, achter het borstbeeld van Felix Sohie. Daar ligt de voormalige gemeenteschool die, nauwelijks aangepast, laat staan gerenoveerd, bibliotheek en muziekacademie was geworden. Mijn kinderen volgden er notenleer en zetten er hun eerste stappen in de muziekwereld, de oudste in de plaatselijke harmonie, een mannentroep die na repetitie of optreden naar het groezelige sportcafé op de hoek trok. G roezelig, in de betekenis van onfris en klaar-voor-afbraak – dát woord vat eigenlijk het best (en beter dan ‘lelijk’) samen wat ik van Hoeilaart vond. Achter de ook groezelige ex-gemeenteschool lagen onduidelijke, groezelige gebouwen, de ex-Werkhuizen Mariën, weet ik nu. Ze vormden een blok met de ex-markthallen, die hun tijd als opslagplaats ook al hadden gehad, en met het ex-tramstation. Dat werd op papier bewoond door stripheld Nero en zijn entourage die er hun avonturen besloten met een festijn van wafels & champagne; in werkelijkheid was het een leegstaand, ook groezelig, pand. Toegegeven, aan de overkant van het tramstation – ook de overkant van het grote, grillige (en écht lelijke) kruispunt dat Hoeilaart helaas in tweeën splijt – aan die overkant beginnen de vijvers, ligt het kasteel-gemeentehuis en start de lange laan die plusminus in het Zoniënwoud uitmondt en aan het stationnetje van Groenendaal zijn ruime draai richting Brussel neemt. Dat bosstationnetje van Groenendaal was nota bene van meet af aan een van mijn favoriete gebouwen in de rand, maar reken maar dat ik het in de loop van de jaren ook zag vervallen tot een groezelig en zelfs gedeeltelijk uitgebrand pand. K ortom, Hoeilaart over and out. Ooit een open plek in het bos waarop de hertog van Brabant een welgevallig oog liet vallen. Daarna een onder een gelukkig gesternte golvende grond die zijn bewoners rijkdom schonk.
Tenslotte een schijnbaar uitgewoond dorp, klaar voor afbraak.
Woonoase
Maar zie, de serristenvilla’s prijken nog altijd op de heuvels. Ze werden en worden een na een gerestaureerd, door particulieren welteverstaan. Ik vind het daarbij zonde dat de Mariënhuizen tussen andere stijlvolle en stijlloze huizen zijn komen te staan. Maar daar denken de voormalige serristenfamilies hoogstwaarschijnlijk anders over, zeker wanneer hun neergehaalde serres op bouwgrond bleken te staan. H et borstbeeld van Felix Sohie – net zo goed de dorpspatroon als Sint Clemens – prijkt nog altijd tegenover de kerk. Het is achteruit gezet en zijn plantsoentje is heraangelegd. Tegelijk is het sportcafé op de hoek gerenoveerd tot de ideale mix van stamkroeg en koffiehuis. E n kijk, het pleintje van Sohie is nu de open aanloop tot de ex-gemeenteschool, wat zeg ik, tot ‘het Gemeenschapscentrum Felix Sohie’. Daarin is een voorzichtige renovatie aan de gang en draait al een heus theaterzaaltje. De ooit gesloten speelkoer van de school is nu een open wandelruimte naar de voormalige anderhalve hectare van Mariën. Daar staan intussen sociale woningen op en er is veel parking- en doorsteekruimte,
voor wie in het spiksplinternieuwe Delhaizewarenhuis wil zijn dat op de plaats van de ex-markthallen staat, een me dunkt logische, moderne ontwikkeling. Of voor wie onderweg is naar het Nerocafé, ja, het voormalige tramstation, de ideale mix van bistro en pub. Aan de overkant spuit op de eerste vijver een fontein en is het Jan van Ruusbroecpark rond het kasteel-gemeentehuis zowel een biogroene microcosmos als een recreatiedomein, extra luxe in het dorp waarvan meer dan de helft van de oppervlakte al bosgroen Zoniënwoud is. L aat, traag, voorzichtig, maar ook onmiskenbaar doelbewust, voltrekt zich in Hoeilaart de metamorfose van serristendorp tot woonoase. Al wandelend bedenk ik waar nog een finishing touch nodig is, bijvoorbeeld op het gemeenteplein, dat autovrij kan worden nu het rondomrond bulkt van de parkeerplaatsen. Maar ook nu al stel ik tegelijk blij en verbaasd vast: ooit is Hoeilaart het mooiste dorp van de rand. Bravo! Wafels & champagne!
Info
De brochure Wandelen doorheen Hoeilaart van Johan Vanloo is ook te vinden op www.hoeilaart.be/knoppen-links/ toerisme/wandelingen/wandelen-doorheenhoeilaart.htm
23
zonder omwegen E Vollek dat seng Sprooch opgëtt, gëtt sech selwer op. Ik vind deze zin zo mooi klinken dat hij weinig of geen vertaling behoeft. Vollek is natuurlijk volk – maar wij schrijven dat zonder hoofdletter en de Luxemburgers met, want dit is Lëtzebuergesch – Sprooch is taal en opgëtt betekent gewoon opgeven. Een volk dat zijn taal opgeeft, geeft zichzelf op. Met die Luxemburgers hebben wij toch wel iets gemeen, want wat zij niet willen, willen wij al lang niet: verfranst worden. TEKST Guido Fonteyn | FOTO Patrick De Spiegelaere
Het voorbeeld van
Luxemburg N og in volle herfst was ik enkele dagen in Aarlen, prachtig gewoon, al dat bruin en rood in de bossen onderweg, maar de beelden die mij bijbleven van de lange rit van Jette naar Aarlen waren deze van drie vossen en twee steenmarters, zomaar doodgereden langs de kant van de autoweg. Het eerste lijk lag al ergens bij de afrit naar Kraainem op de Brusselse Ring, en het lag daar een week nadien nog. De andere kadavers zag ik dicht bij Aarlen, en misschien liggen die daar nu ook nog. Ooit al eens zo’n dode steenmarter van dichtbij gezien? Verschrikkelijk mooi en frêle, maar definitief dood. Maar ik ging het over de Luxemburgers en het Letzebourgs hebben, en over een mogelijke vergelijking tussen Luxemburg en de Vlaamse rand. Nu moet een onderscheid worden gemaakt tussen het Groothertogdom Luxemburg en de gelijknamige Belgische provincie. Het hele Groothertogdom – zowat vierhonderdvijftigduizend inwoners – spreekt Luxemburgs, of wordt geacht dat te spreken, want meer dan dertig procent van deze inwoners is allochtoon, voornamelijk gastarbeiders en hun nakomelingen uit Portugal en Europeanen uit diverse EU-staten. Het Luxemburgs werd pas in 1984 als officiële taal erkend, maar is in volle opmars, ten nadele van het Frans (in het openbaar circuit) en het Duits (in de kerken). Dit kleine Groothertogdom maakt van het Luxemburgs gebruik om zich als aparte staat te onderscheiden van zijn machtiger buren. In Belgisch-Luxemburg heeft het ‘Let zebourgs’ nog altijd geen officiële status. De beweging Arelerland a Sprooch (zoiets als De Taal van Aarlen en omgeving) schatte de te-
24
rugval van het aantal sprekers van 40.000 in 1960 over 22.000 in 1980 tot 14.000 in 2003 – dit zijn de laatst bekende gegevens. De taal wordt gesproken in een smalle rand die gelijk loopt met de grenzen van het Groothertogdom. De rest van de (Belgische) provincie Luxemburg spreekt Frans en heeft altijd Frans gesproken. Die situatie is zo gegroeid nadat Nederland en België in 1839 vrede sloten op basis van een akkoord tussen de toenmalige Grote Mogendheden (Engeland, Pruisen, Rusland en het in 1815 bij Waterloo verslagen Frankrijk), waarbij het jonge België zich van Nederland mocht afscheuren mits het afstand deed van het Luxemburgs sprekende gedeelte van de provincie Luxemburg en een groot deel van het toenmalige Belgisch-Limburg, met Maastricht, Thorn, Venlo en andere steden: in Maastricht is de invloed van België – door het veelvuldig opduiken van het Frans in de benamingen van cafés, restaurants en hotels trouwens nog altijd duidelijk aanwijsbaar. De Nassau’s van Nederland kregen en maakten het Groothertogdom, Maastricht werd Nederlands, maar Aarlen en omgeving bleven bij België en kregen te maken met het fenomeen van de verfransing, straks goed voor een proces van honderdzeventig jaar. Toch is het Luxemburgs in België niet dood. Nog altijd volgens het rapport van Arelerland a Sprooch werd recent de achteruitgang ervan zelfs gestopt, en wel om twee heel verschillende redenen. In de eerste plaats speelt het naoorlogse schuldcomplex, meer dan een halve eeuw na de Tweede Wereldoorlog, geen rol meer. Daarbij werd alles wat Germaans klonk – zoals het Nederlands, maar ook het Luxemburgs en het Duits in wat nu Duitstalig België heet, of, in Frankrijk het
Lotharings – gelijkgeschakeld met het Duits van Nazi-Duitsland. En in de tweede plaats straalt de erkenning van het Luxemburgs als officiële taal in het Groothertogdom af op de toestand van het Luxemburgs in België, ook al omdat voor een groot aantal functies in het Groothertogdom de kennis van het Luxemburgs een vereiste is. Alle cursussen-Luxemburgs in Aarlen en omgeving zitten dan ook afgeladen vol, vergelijkbaar dus met de druk bezochte lessen Nederlands in de zone rond Brussel. De langdurige politieke crisis in België doet daarenboven de vraag rijzen waar de Belgen uit de provincie Luxemburg bij een splitsing van het land naartoe moeten. Deze Luxemburgers zijn bijzonder trots op hun provincie en willen op geen enkele wijze vereenzelvigd worden met de Walen van Luik, laat staan met die van La Louvière en Charleroi of de rest van het verre, en armoedige gedeelte van Henegouwen. Dan lijkt een overstap naar het Groothertogdom een eerste keus, maar in de praktijk is het water te diep. De Luxemburgse eerste minister Juncker liet via de krant L’Avenir du Luxembourg al weten dat de Belgen maar Belg moeten blijven, omdat hij in zijn Groothertogdom de met zoveel moeite heroverde status van het Luxemburgs – en de daarmee gepaard gaande herwonnen culturele homogeniteit van het Groothertogdom – niet in gevaar gebracht wil zien door de massale komst van de Franssprekende Luxemburgers uit België. De les die uit dit verhaal getrokken kan worden, ligt voor de hand. Een taal kan lang overleven, ook in moeilijke omstandigheden. Taalgrenzen veranderen zelden. Dat geldt voor Luxemburg. Dat zal ook gelden voor Brussel en de Vlaamse rand.
Van huizen & tuinen Afrikamuseum in Tervuren wordt grondig vernieuwd Het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika (KMMA) in Tervuren wordt in de komende jaren grondig vernieuwd. Daarbij wordt de hele museumsite, inclusief de tuinen, aangepakt. Een interdisciplinair team onder leiding van de Belgische toparchitect Stéphane Beel is belast met het hele vernieuwingsproject. TEKST Paul Geerts | FOTO’S Stéphane Beel Architecten
H
et voorstel van Stéphane Beel werd uit elf inzendingen gekozen. Zijn ambitieuze plan vertrekt van de Cité Coloniale die Leopold II hier oorspronkelijk wilde vestigen, en beoogt onder meer ook het herstel van de oorspronkelijke toegang tot de museumsite aan de Tervurenlaan en de bouw van een nieuw, veelkleurig onthaalpaviljoen tussen het Koloniënpaleis en het museumgebouw. In het Koloniënpaleis komt een mediatheek en een cultuurcentrum voor het hedendaagse Afrika. Het nieuwe onthaalpaviljoen herbergt onder meer de ticketverkoop, bookshop, cafetaria en een auditorium. Het paviljoen verschaft via een ondergrondse doorgang toegang tot het museumgebouw. Deze doorgang, waar ruimte wordt voorzien voor tijdelijke tentoonstellingen, wordt ook opgevat als een soort proloog of epiloog tot het museum die de bezoeker op een interactieve manier onderdompelt in het museumverhaal en die een soort bewustwordingsproces op gang moet brengen via een hedendaags commentaar bij de museumcollecties en het koloniale verleden. Dit ondergrondse traject mondt uit in de binnenkoer van het Afrikamuseum die uitgegraven wordt.
Oorspronkelijke architectuur
Het imposante museumgebouw wordt in het voorstel van Stéphane Beel nagenoeg onaangeroerd gelaten. Wel zal de oorspronkelijke architectuur van Girault worden blootgelegd en worden het oorspronkelijke circulatiepatroon en de natuurlijke verlichting hersteld. In de grote rotonde, waar een dierendiorama wordt opgesteld, wordt de zichtas naar de Franse parkaanleg en vijvers onderlijnd, aan
schappelijke elementen worden gerespecteerd en de historische gelaagdheid van het park wordt blootgelegd langsheen diverse wandelparcours. Kleine ingrepen op specifieke locaties die de vorm kunnen aannemen van infopaviljoentjes, maar ook van bescheiden sculpturale sokkels geven de bezoeker tekst en uitleg over de geschiedenis van de site en de diverse gebouwen.’ Ook komt er tussen de bomen bij het nieuwe inkompaviljoen een ‘ecologische parking’.
Klaar in 2013
Alhoewel alles nog verder moet worden uitgewerkt, doet de keuze van de ontwerpers het beste verhopen. Projectleider Stéphane Beel is een van de bekendste en meest gewaardeerde Belgische architecten. Tot zijn belangrijkste realisaties en projecten behoren onder meer het Roger Raveelmuseum in Machelen-aan-de-Leie, de uitbreiding van de Singel in Antwerpen, de Museumsite in
‘Het imposante museumgebouw wordt in het voorstel tot vernieuwing nagenoeg onaangeroerd gelaten’ de straatkant wordt de oorspronkelijke toegangshal geopend en voorzien van een glazen nis die uitzicht biedt op de monumentale olifant aan de overzijde van de straat. Dankzij het inkompaviljoen kan het museumgebouw volledig worden gebruikt voor tentoonstellingen en komen de historische museum zalen beter tot hun recht. Ook het park met de Franse tuinen en de vijvers, krijgt een grondige opknapbeurt. In de visietekst van het ontwerpteam wordt daarover gezegd dat ‘belangwekkende land-
Leuven, het Centraal Museum in Utrecht en de gerechtsgebouwen van Kortrijk en Gent. In de komende maanden zullen de plannen van Beel en co verder worden uitgewerkt en verfijnd. Het is de bedoeling dat de werken, na een studiefase van drie jaar, in 2010, als het museum zijn honderdste verjaardag viert, van start gaan en in 2013 zijn afgerond. De kosten voor het hele project worden geraamd op 66,5 miljoen euro.
25
11
VIER SEIZOENEN NATUUR IN DE RAND
Immigrerende ganzen en emigrerende planten De rand behoort tot de dichtst bebouwde gebieden van Vlaanderen, wat niet wegneemt dat hier nog aardig wat dier- en plantensoorten voorkomen. In deze elfdelige natuurreeks laten we per aflevering minstens enkele soorten de revue passeren, waarbij de soortkeuze is afgestemd op het seizoen. Er wordt ook vermeld waar de besproken soorten, mits een dosis geluk, te zien zijn. De natuur is immers geen etalage. TEKST Herman Dierickx | FOTO’S Vildaphoto
H
et aantal Canadese ganzen in dabberen. Het zijn jaarvogels die dus het de rand is vrij groot, en dat hele jaar bij ons te zien zijn, en dat zo goed ondanks, of misschien net als altijd in de buurt van water. Meestal zitdoor, een grotendeels ver- ten ze rustig bijeen in kleine of grotere groestedelijkt leefgebied. Deze pen, met af en toe een uitval naar een vogel grote zwart-witte vogel die oorspronkelijk van een andere soort die te dicht nadert. Best uit Noord-Amerika komt, is er op een paar gezellige taferelen, maar de werkelijkheid ertientallen jaren in geslaagd zich in grote de- achter is dus iets minder idyllisch. Je zou hun len van Vlaanderen te vestigen. De Canadese nadrukkelijke aanwezigheid enigszins kungans heeft een sterk territoriaal gedrag, wat nen vergelijken met die van de opdringerige wil zeggen dat ze weinig andere vogels in halsbandparkieten, al stelt die zich dan wel haar omgeving duldt en daardoor als enigs- in het bosmilieu. zins agressief wordt bestempeld. Andere vogelsoorten voelen zich daardoor wat be- ‘Canadezen’ alom dreigd, en dat is een eerste probleem dat zich Zoals gezegd zitten er ook Canadese ganzen in stelt. De ganzen eten ook zowat alle planten de rand, en soms zelfs in grote aantallen. Een weg in de oeverzones van vijvers en poelen, ‘hot spot’ is ongetwijfeld de Nationale Plantenterwijl tegelijk een verstikkende bodemver- tuin in Meise, waar je ze onafgebroken kunt dichting optreedt door de grote aantallen observeren aan de uitgestrekte waterpartijen dieren die constant op dezelfde plaats rond- die het gebied rijk is. Daar merk je dat er ook
26
© Misjel Decleer
andere ‘exoten’ aanwezig zijn, zoals de Casarca-eend en verschillende bastaardganzen die je kunt herkennen aan hun onregelmatig gekleurd verenpak. Er zitten zelfs spierwitte exemplaren tussen; die komen niet voort uit de natuurlijke selectie maar zijn het resultaat van verbastering met oorspronkelijke dieren van hier. Er gaan al lang stemmen op om de aanwezige ganzen te verwijderen omdat ze uitzwermen naar andere gebieden in de wijde omgeving en ook daar voor overlast zorgen, maar het is er nog niet van gekomen. In wisselende aantallen zijn regelmatig ‘Canadezen’ te zien aan de parkvijver in Zaventem, het Neromhof in Wolvertem, de kerkvijver in Merchtem, het gemeentelijk park in Wemmel, het Park van Tervuren, het Hanssenspark en het Tangebeekbos in Vilvoorde, de stormbekkens aan de Woluwe in Machelen, aan de Zevenborre in Sint-Genesius-Rode, het domein Groenenberg in SintPieters-Leeuw, het Prinsenbos in Grimbergen, het Hanenbos in Beersel (provinciedomein van Huizingen), en op vele andere plaatsen.
Bezemkruiskruid, eenzame winterbloeier
Exoten vind je niet alleen in de vogelwereld. Als het niet te hard vriest, is het zelfs nu nog een geschikt moment om uit te kijken naar het bezemkruiskruid. Dat is een bossig groeiende plant met middellange smalle bladeren die gemiddeld ongeveer een meter hoog wordt. De felgele bloemen zijn niet zo groot en staan erg verspreid maar in grote
aantallen aan de ‘struik’. De bloeitijd begint laat in het seizoen, meestal pas rond half augustus. Zonder al te grote koude kan bezemkruiskruid tot in januari bloeien, en daar slagen weinig andere inheemse soorten in tenzij ze vogelmuur of paarse dovenetel heten. Dat komt vooral omdat de bloemen maar mondjesmaat opengaan en niet allemaal tegelijk. Dit kruiskruid is oorspronkelijk afkomstig uit Zuid-Afrika, maar het is er, net als de Canadese gans, in geslaagd vaste voet op Europese en dus Vlaamse grond te zetten. Meer nog, de plant heeft West-Europa zo goed als zeker veroverd vanuit België, heel waarschijnlijk vanuit de vallei van de Vesder waar de soort is meegekomen met wolpakketten die in het begin van vorige eeuw vanuit ZuidAfrika werden ingevoerd. Vandaar breidde het kruiskruid zich gestaag verder en verder uit. Het zaad verspreidt zich namelijk erg makkelijk omdat het vruchtpluis heeft dat door de wind wordt gedragen en heel ver kan vliegen. Ook transportsystemen als trein of schip werken de verspreiding in de hand. Bezemkruiskruid gedijt het best op een ondergrond waarin steengruis zit en groeit dus uitbundig op verlaten fabrieksterreinen, langs spoorwegen en op kanaaloevers. Brussel en de rand zijn al heel lang een thuishaven voor deze soort, en dat zal ongetwijfeld nog een tijdje zo blijven. Ik herinner me nog dat ik de eerste schuchtere plantjes in Vilvoorde ontdekte, en dat is intussen zo’n dertig jaar geleden. Er was een directe verbinding met Brussel via de inmiddels opgedoekte tramlijn, waarlangs, samen met de treinsporen, veel andere plantensoorten Vilvoorde binnenkwamen. Nu staat dit kruiskruid er tussen de plaveien, op industrieterreinen, langs spoorwegbermen, tot zelfs in de dakgoten van verwaarloosde gebouwen. Dat bezemkruiskruid een blijver is, mag intussen wel duidelijk zijn want het behoort tot één van de sterkste groeiers in West-Europa. Alleen in het wat geïsoleerde buitengebied is het nog niet echt doorgedrongen, maar de verwachting is dat ook die laatste maagdelijk gebleven plekjes eraan zullen moeten geloven.
In de huidige cultuur van ‘het kan niet groot en mooi genoeg zijn’, moeten deze bijzondere kleinoden het afleggen tegen de pracht en praal van de grotere neven en nichten, maar dat is volkomen onterecht. Neem nu het muurmos of muursterretje, één van onze meest algemene bladmossoorten, dat je overal vindt op wat oudere muren en stenen. Als je besmet bent met het schoonmaakvirus en alles kraaknet wil hebben in je omgeving, heb je dit mos ongetwijfeld al eens om zeep (letterlijk dan) geholpen, want het komt werkelijk overal voor. Het groeit meestal in zoden die tot een centimeter hoog zijn en de standplaats doet er als het ware niet toe. In volle zon, in permanente
bladgroen dat het licht helpt omzetten in nuttige bouwstoffen. Net zomin als andere mossoorten beschikt muurmos over echte wortels, en zijn het alleen de hechtwortels waarmee ze zich vasthouden aan het substraat waarop ze groeien. Het mos neemt zijn voedsel rechtstreeks op uit de lucht en het (regen)water via de blaadjes die slechts één cellaag dik zijn. Het overlevingsvermogen is fenomenaal. Jaren na elkaar veranderen dag na dag de seizoenen, maar daar trekt het muurmos zich niets van aan. Soms ziet het er zo droog uit dat je denkt dat het dood is, maar bij de eerstvolgende regenbui steekt het weer fris zijn oortjes uit en leeft het probleemloos
Wie besmet is met het schoonmaakvirus heeft het muurmos of muursterretje ongetwijfeld al eens om zeep geholpen schaduw, kurkdroog of kletsnat, muurmos verder. De kans dat je nu sporenkapsels groeit er en kan het erg lang volhouden op vindt is zo goed als onbestaand, want de eenzelfde standplaats. ‘bloeitijd’ valt in juni-juli. Nochtans zijn ze Herfst en winter zijn de echte mossensei- de moeite van het bekijken waard, want ze zoenen, want dan voelen deze minuscule zien er uit als langgerekte pinnemutsen die plantjes zich pas echt in hun sas. Dat hoeft propvol sporen zitten. Als die rijp zijn, barst niet te verbazen; vochtig en kille omstandig- het kapsel open en verspreiden de sporen heden hebben ze graag en zijn nodig voor de zich met de wind, wat alleen gebeurt als het voortplanting. Bovendien hebben ze geen droog weer is. Daarvoor zorgt een ingenieus last van concurrentie door hogere planten systeem dat in het sporenkapsel aanwezig omdat die laat op het jaar zowat allemaal is en dat reageert op het vochtgehalte in de het loodje hebben gelegd, uitzonderingen lucht. Als het erg nat is, gaat het kapsel niet als klimop en bezemkruiskruid niet te na open, want dan kunnen de sporen zich niet gesproken. De mosplantjes krijgen dienten- over grote afstand verspreiden. Gezien de algevolge voldoende licht en lucht waardoor omtegenwoordigheid van muurmos in onze ze goed kunnen groeien. Ze doen zelf aan contreien lijkt dat systeem nog steeds perfect fotosynthese want ze hebben allemaal eigen te functioneren.
Klein maar dapper
De kleinste telgen van de uitgebreide plantenfamilie – de mossen – zien we nogal eens over het hoofd, wat ik bijzonder jammer vind. Er komen immers niet minder dan zevenhonderd soorten mossen voor in ons land, ongeveer half zoveel als de hogere planten, waaronder zowel varens, paardenstaarten, bomen en struiken als grassen en alle kruidachtige planten worden gerekend.
© Rollin Verlinde
Bloemen van het bezemkruiskruid 27
RESTAURANDT
Oog voor details Klassieke bereidingen op een moderne manier presenteren – dat was blijven nu eenmaal populair. De klanten verwachten dat ze op de kaart staan’, aldus het doel van chefkoks Kristof Begyn en Didier De Roover toen ze drie jaar Kristof. geleden begonnen met Kijk Uit. Maar wat vandaag in de eerste plaats Kunstwerkjes op het bord opvalt, is hun oog voor het kleinste detail: van de inrichting van het Het is al na acht uur als we op een donderdagavond het restaurant binnenstappen. Een prachtige oude pand waar hun restaurant gevestigd is, tot de presentatie uitgebreid menu zien we niet zitten, al zijn de prijzen best aantrekkelijk. Ik kies voor de van de gerechten op het bord. TEKST Veronique Verlinden | FOTO’S Filip Claessens
D
e hechte vriendschap tussen de twee koks begon toen ze elkaar leerden kennen in de keuken van de Boardroom, het bekende restaurant in Heverlee. Met een mooi cv en een tiental jaren ervaring op zak, besloten ze zelf een restaurant te openen in Vilvoorde. Waarom juist daar, want de stad mist vooralsnog de uitstraling om een toprestaurant de nodige klandizie te bezorgen? ‘Net daarom’, legt Kristof uit. ‘Vilvoorde is een industriestad waar veel zakenmensen komen. Bovendien zijn er weinig gastronomische restaurants in de buurt. In Brussel is er dan weer teveel concurrentie.’ Het ondernemend tweetal vond in
‘Mensen eten vandaag op een andere manier dan in het verleden. We proberen alle zintuigen te prikkelen’ Vilvoorde daarenboven de perfecte locatie. Kijk Uit is gelegen in een oude toren die deel uitmaakte van de vroegere stadswal vanwaar wachters waakten over de stad. De naam van het restaurant verwijst naar dat historisch
28
verleden van het pand uit de zestiende eeuw dat nu een beschermd monument is. Het restaurant is mooi en licht ingericht. Een fijne plaats om enkele uren onderuit te zakken en van de hoogstandjes van de chefs te genieten.
Eigentijdse en klassieke keuken
Als je de kaart bekijkt, springen de menu’s eruit. Er wordt vriendelijk gevraagd om als tafel voor hetzelfde menu te opteren. De woordspelingen zijn alom: ‘Kijk In en Uit’ (€ 30) is het populaire lunchmenu voor zakenmensen die niet veel tijd hebben. ‘Kijk Rustig uit’ is het meest uitgebreide menu op de kaart met drie voorgerechten, een hoofdgerecht en vijf kleine dessertjes (€ 75). Ook kun je à la carte kiezen. Keuze in overvloed dus. ‘We proberen telkens een eigentijdse invulling te geven aan de klassieke gerechten’, vertelt Kristof. ‘We volgen dan ook geregeld cursussen om nieuwe technieken bij te leren, zoals op lage temperaturen koken.’ Het Spaanse toprestaurant El Bulli is voor de twee koks een inspirerend voorbeeld. Toch is er ook plaats voor klassiekers als zeetong of garnaalkroketten, want niet iedereen staat open voor vernieuwing. ‘De klassieke gerechten
‘Grietfilet in papillot, aardappeltje gevuld met salsa van tomaat en basilicum en mousseline van bergamot’ (€ 31,50). Een fijne attentie is dat de griet in de papillot vers uit de oven naar onze tafel wordt gebracht. Als de ober de papillot opensnijdt, doen de heerlijke aroma’s onze neus al krullen. Maar dan vertrekt de vis weer richting keuken voor de presentatie. En wat voor een presentatie! Het zijn werkelijk kleine kunstwerkjes die op ons bord verschijnen. Mijn tafelgenoot kiest voor het ‘Tussenribstuk op lage T°C bereid, marmelade van aubergines, met chaos van groene asperges uit de Provence en gekonfijte aardappeltjes’ (€ 26,50). Hij krijgt een waar dambord voorgeschoteld: de ribbetjes zijn gepresenteerd als waren ze de damstenen. ‘Mensen eten vandaag op een andere manier dan in het verleden’, legt Kristof uit. ‘We proberen alle zintuigen te prikkelen, dus ook het gezicht. Een mooie presentatie hoort daarbij, maar de smaak blijft toch primeren.’ Onze smaakpapillen kunnen dit alleen maar bevestigen.
Info
Kijk Uit, Lange Molenstraat 60, 1800 Vilvoorde, 02-251 04 72, www.kijk-uit.be Gesloten op zondag en maandag
De kerstman mag dan al drukke dagen voor de boeg hebben, ook voor Antoine en Christiane Speeckaert uit Vilvoorde is het dezer dagen alle hens aan dek. Elk jaar opnieuw stallen ze vanaf 13 november tot 15 januari hun verzameling van meer dan 700 kerstmannen uit in hun huis in de Kazernestraat. TEKST Tina Deneyer | FOTO Filip Claessens
In de ban van de kerstman
D
erig jaar geleden kwam de familie op kerstdag naar ons voor het kerstdiner. Van mijn schoonmoeder kregen we een taart waarop een kerstmannetje stond. Ik vond het een grappig ventje en besloot toen het te bewaren. Het heeft jarenlang in een la in de kast gelegen. We konden toen niet vermoeden dat dit kerstmannetje de aanzet zou zijn voor een verzameling die na 30 jaar uit meer dan 700 kerstmannen zou bestaan’, vertelt Antoine Speeckaert.
Op elke kast en elk rek
Ieder jaar opnieuw rond kerstmis hangt er een wonderlijke sfeer in het huis van Antoine en Christiane Speeckaert in de Kazernestraat in Vilvoorde. Elke kast, elk rekje en zelfs de trap staat boordevol kerstmannetjes, in pluche, steen, hout, ijzer, karton … ‘Onze kerstmannen komen uit meer dan 20 verschillende landen. We brachten ze dikwijls zelf mee van onze reizen, maar we kregen er ook vaak van vrienden en famillie’, vertelt Antoine. ‘Nu zijn we wat ouder en gaan we niet meer zoveel op reis, dus komen er niet veel nieuwe kerstmannen meer bij. En dat is eigenlijk maar goed ook, want ons huis is te klein om er nog meer uit te stallen. Heel af en toe zien we nog wel eens een exemplaar dat we absoluut willen. Maar dat betekent niet dat we dat ook meteen kopen; we hebben onszelf altijd aan een bepaald maximumbedrag gehouden. Jaren geleden zag ik bijvoorbeeld in Noorwegen een prachtige kerstman staan, maar die kostte 400 euro. Dan gaat het feestje natuurlijk niet door, want het moet een hobby blijven.’
Een heel orkest
‘We proberen onze 700 vrienden zoveel mogelijk per thema te zetten. Ik heb bij-
voorbeeld in de loop der jaren een heel orkest bijeen verzameld met een kerstman die de drums bespeelt, een andere die gitaar speelt, enzovoort. Er zijn er ook heel wat die kerstdeuntjes zingen en die worden ook samengezet.’ Of Antoine en Christiane ze ook soms allemaal tegelijk laten zingen en spelen? ‘Oh nee, zeker niet, want anders gaat iedereen hier lopen, wijzelf trouwens als eerste!’ ‘We houden enorm van kerstmis en kerstmannen. Voor ons is dat het allermooiste
Kleindochter met kerstmicrobe
‘Hoe verzot we ook zijn op al onze kerstmannen, toch zou het dit jaar wel eens de laatste keer kunnen zijn dat we ze uit hun verpakking halen. Het kost ons elk jaar meer dan twee weken om de nodige plaats in huis te maken, alle kerstmannen af te stoffen en een plekje te geven. We zijn nu allebei 72 jaar en het wordt echt zwaar’, zegt Christiane. ‘We zullen er ooit mee moeten ophouden, maar het zal met spijt in het hart zijn.’ ‘We vragen ons soms ook af wat er met al die
‘We vragen ons soms af wat er met al die kerstmannen moet gebeuren als wij er niet meer zijn’ feest dat bestaat’, vertelt Christiane. ‘Kerstmis brengt het beste boven in de mens. We hebben rond die tijd altijd het gevoel dat de mensen wat vriendelijker en vergevingsgezinder zijn dan op andere dagen.’ ‘Kerstmis betekent voor ons heel veel. Als iedereen elke dag met de kerstgedachte zou leven, dan zou de wereld een stuk aangenamer zijn voor God en klein pierke!’, voegt Antoine eraan toe.
kerstmannen moet gebeuren als wij er niet meer zijn. Onze hoop is eigenlijk gevestigd op onze kleindochter. Zij heeft nu al de kerstmicrobe te pakken en kijkt altijd met grote ogen naar al die kerstmannen in ons huis. Misschien zet zij de traditie wel voort …’, besluiten Antoine en Christiane.
In dem Bann des Weihnachtsmanns Schon seit 30 Jahren sammeln Antoine und Christiane Speeckaert aus Vilvoorde Weihnachtsmänner. Jedes Jahr in der Weihnachtszeit stellen sie ihre Sammlung aus. Diese umfasst inzwischen schon mehr als 700 Puppen aus mehr als 20 verschiedenen Ländern. ‚Wir brauchen zwei Wochen, um genug Raum im Haus zu schaffen und um alle Weihnachtsmänner abzustauben und ihnen einen eigenen Platz zu geben’, sagt Antoine. ‚Für uns ist Weihnachten das allerschönste Fest auf Erden’, meint Christiane. ‚Es bringt das Beste im Menschen zum Vorschein.’ Dennoch ist es dieses Jahr vielleicht das letzte Mal, dass die Weihnachtsmänner aus der Verpackung geholt werden. ‚Wir sind 72 Jahre alt, und es wird tatsächlich schwer. Wir müssen sowieso je damit aufhören, aber uns wird das Herz weh tun.’
29
TUSSEN HEMEL EN AARDE
‘Belgische Toestanden’ versus Hollands puritanisme Ter gelegenheid van de tiende verjaardag van vzw ‘de Rand’ maakte luchtfotograaf Karel Tomeï zo’n 1500 luchtfoto’s van de rand. Daaruit werd een selectie gemaakt voor het fotoboek Rand in Zicht. RandKrant presenteert elke maand een van die 1500 foto’s, waarbij onze medewerker Paul Geerts details belicht die de camera niet kan vertellen. TEKST Paul Geerts | FOTO Karel Tomeï
30
© vzw ‘de Rand’
P
recies vijf jaar geleden werd in Tilburg een symposium georganiseerd over het fenomeen ‘Belgische Toestanden’. Daarmee wordt onder meer de ongeremde wegeninfrastructuur bedoeld, de klassieke lintbebouwing, de wilde verkavelingdrang, de onherkenbare landelijke gemeenten, de verrommeling van het landschap … Kortom, van alles dat in Nederland niet gewenst is. Vermeende boosdoener: de geringe rol van de overheid bij de ruimtelijke ordening en het feit dat wij, veel meer dan in Nederland, een land zijn van kleine huiseigenaren.
Onoverzichtelijke patchwork
Het Tilburgse colloquium was evenwel niet bedoeld om het proces van de Belgische ruimtelijke ordening te maken, maar wel om te kijken wat de Belgische situatie als potentieel model voor Nederland te bieden heeft:
minder overheidsregie en meer zelfinitiatief, minder standaardisatie, normalisatie en rationalisatie, maar meer ‘individueel opdrachtgeverschap’ en ‘wild wonen’. En dat juist op het moment dat velen bij ons met afgunst naar de stedenbouw en de ruimtelijke ordening in Nederland kijken, en de overtuiging groeit dat er toch wat meer planning zou moeten zijn bij de ruimtelijke inrichting van ons land om zoiets kostbaars als de schaarse ruimte niet (verder) te verspillen. In het fotoboek Rand in Zicht zijn een aantal fraaie voorbeelden van die ‘Belgische toestanden’ te zien. Eindeloze lintbebouwing en ‘opvulregelarchitectuur’, chique en minder chique bloemkoolverkavelingswijken met doodlopende krinkelstraten die langs de rand van de dorpen uitwaaieren of soms plompverloren tussen de velden liggen; een onoverzichtelijk patchwork van voorstedelijke twee- en driegevelwoningen en banale appartementsgebouwen, decoratieve fermettes en nostalgische neopastorijen, overjaarse bungalows en misplaatste patiohuizen, postmodernistische eengezinswoningen en protserige villa’s, met hier en daar een anachronistisch overblijfsel van een vroeger kasteelpark, een rijtje arbeiderswoningen of een tot manege omgebouwde vierkantshoeve; schreeuwerige tankstations en schoenpaleizen, steriele doe-het-zelfwinkels en supermarkten, buitenmaatse sporthallen en aftandse fabrieksloodsen, troosteloze bedrijventerreinen en kille kantoorgebouwen die als schimmels rond en zelfs in woonkernen en langs invalswegen woekeren …
Natuur in reservaatjes
Meer dan vanaf de begane grond biedt de helikopter uitzicht op het confettilandschap dat de Vlaamse rand is, druk en grillig, rommelig en chaotisch. ‘Wat een verschil met Nederland, of Duitsland’, schrijft publicist Guido Fonteyn in zijn inleiding op Rand in Zicht. ‘Daar is alles orde (…) rechte lijnen alom, een precieze afbakening, planning druipt er van af. Iedereen weet waar hij moet gaan en staan, anders wordt hij of zij met de vinger gewezen. Niemand bouwt daar buiten de perken. Men zou niet durven en het mag niet. Ook de natuur houdt zich aan deze
strakke regels. Zo gaat dat niet bij ons. België kent geen orde, en dat geldt zeker voor de Vlaamse rand rond Brussel. Nederland is Mondriaan. België is Panamarenko, en Bruegel om zijn kleuren. Geef mij maar deze chaos. Zij is wondermooi. Gezien vanuit de lucht is zij een teken van vrijheid.’ Fonteyn is niet blind voor de keerzijden van die ‘vrijheid’: files, weggedrumde voetgangers en fietsers, het alomtegenwoordige gedreun van auto’s, luidruchtige bedrijven midden in woonkernen … Om nog te zwijgen over de esthetische verloedering – op dat punt ben ik het niet eens met de lofzang van Fonteyn – en vooral over de enorme ruimtelijke impact van dit soort ‘buiten de perken’-bebouwing. Hierdoor wordt landbouw in de rand stilaan folklore en wordt ook de natuur in steeds kleinere reservaatjes teruggedrongen en het overleven van planten en dieren steeds verder bemoeilijkt. Dat laatste probeert men wel te keren met het aanleggen van groene corridors, het herbebossen van verlaten vliegvelden en het beschermen van natuur- en parkrelicten en waardevolle biotopen. Maar het blijft dikwijls dweilen met de kraan open. Anderzijds blijken ook stedenbouwkundige toverformules als ‘gedeconcentreerde bundeling’, ‘inbreiding’ en ‘verdichting’, waarmee onder meer in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen wordt gewerkt, in de praktijk voor heel wat ongewenste neveneffecten te zorgen. Het beeld bovenaan dit artikel van een woonwijk in Grimbergen toont misschien wel het slechtste van twee werelden: een ‘Belgische toestand’ overgoten met een sausje Hollands puritanisme op maat van Madurodam. Dàt kan alleszins niet de bedoeling zijn.
Win een boek!
Stuur ons vóór 15 december een e-mail (
[email protected]) of kaartje (RandKrant, Witherendreef 1, 3090 Jezus-Eik) en maak kans op een exemplaar van het boek Rand in Zicht. We geven er opnieuw vijf weg!
31
gemengde gevoelens
Afrikaans shoppen in Asse Wie nieuwsgierig is naar de Afrikaanse keuken en nu en dan zelf eens met exotische ingrediënten wil experimenteren, hoeft niet meer lang te zoeken om die te vinden. In de Exotic Safari Shop in de Stationsstraat 82 in Asse ontvangt de Congolese Jeanette Ngalula je met open armen. Ze adviseert je bij de benodigdheden, helpt je aan lekkere recepten en wie het vriendelijk vraagt, kan bij haar zelfs een dampende pot huisgemaakte moambe (een traditioneel Congolees gerecht met kip) komen halen. TEKST Ines Minten | FOTO Filip Claessens
U
iteraard komen hier veel Afrikanen over de vloer, die op zoek zijn naar ingrediënten om hun traditionele recepten klaar te maken’, zegt Jeanette Ngalula. ‘Maar ons publiek is veel ruimer dan dat. We hebben Europese klanten die een tijdje in Afrika hebben gewoond en de plaatselijke keuken mee terug hebben gebracht, maar net zo goed mensen die gewoon nieuwsgierig zijn naar exotische gerechten.’ Het gamma van de Exotic Safari Shop bestaat dan ook voornamelijk uit voedingswaren. Afrikaanse groenten en fruit (zoals maniok of bakbananen), couscous, rijst, allerlei soorten vis, bananenchips (al dan niet pikant), exotische drankjes, Afrikaanse saus uit verschillende landen en met uiteenlopende smaken, gewone of gerookte kip, zelfs geitenvlees kun je in de Safarishop kopen. ‘We beperken ons niet tot Afrikaanse voedingswaren’, legt Jeanette
32
Ngalula uit. ‘We bieden een mix van producten uit de hele wereld.’ De winkel bestaat volgende maand een jaar.
Leren van fouten
Jeanette Ngalula verhuisde naar Europa om te studeren. ‘Ik heb eerst in Frankrijk gewoond, maar koos daarna voor België. Omdat Congo nog een Belgische kolonie is geweest, leek me dat een logische keuze.’ Asse vond ze een goede plaats om haar kinderen op te voeden. ‘Ik wou dat mijn kinderen meertalig opgroeiden want dat is goed voor hun toekomst. Ze gingen hier van meet af aan naar een Nederlandstalige school.’ Jeanette en haar gezin voelden zich vrijwel onmiddellijk thuis in de gemeente. ‘De mensen hebben ons altijd vriendelijk behandeld. Er waren er een aantal die hun kinderen graag Frans wilden laten oefenen. Daarom kregen mijn
kinderen geregeld uitnodigingen om te komen spelen of logeren. We hebben dus nooit reden tot klagen gehad. Ik woon hier ondertussen bijna dertien jaar, dat zegt genoeg hè? Als ik niet tevreden was geweest over de gemeente, was ik niet zolang gebleven.’ Ook voor zichzelf acht Jeanette Ngalula talenkennis onontbeerlijk, hoewel ze vindt dat ze best wat meer oefening zou kunnen gebruiken. ‘Met een zaak als de mijne is het belangrijk dat je je in verschillende talen uit de slag kunt trekken. De ene klant is Nederlandstalig, een volgende spreekt Frans, Engels of zelfs Duits. Ik wil hen allemaal kunnen helpen, dus ik doe mijn best om hen zoveel mogelijk in hun eigen taal te woord te staan, ook al verloopt dat af en toe wat stroever. Ik heb bijvoorbeeld een basiskennis Nederlands en switch onmiddellijk als ik hoor dat iemand die taal spreekt. Ik besef dat ik nog veel fouten maak, hoor. Ik breng mijn kinderen geregeld aan het lachen met een verkeerd woord of foute uitspraak. Maar op die manier leer ik elke dag een beetje bij.’
Met open armen
‘Er zijn mensen die de Afrikaanse keuken graag willen leren kennen, maar een tikje drempelvrees hebben’, vertelt Jeanette Ngalula. ‘Ik leg hen graag uit hoe ze verschillende voedingsmiddelen moeten bereiden, en help geïnteresseerden ook altijd aan recepten. Ze hoeven het maar te vragen.’ En als de stap om zelf aan het kokkerellen te slaan te groot is, wil Jeanette je eveneens een handje helpen. ‘Het gebeurt dat klanten de ingrediënten bestellen en dat ik daar zelf bijvoorbeeld een moambeschotel mee klaarmaak. Die kunnen ze dan zo komen ophalen. Mijn deur staat wagenwijd open voor iedereen’, lacht ze.
African shop in Asse Jeanette Ngalula from Congo runs a grocer’s shop called the Exotic Safari Shop in Asse. This is the place to go for exotic ingredients and one or two tips on how to prepare tasty African dishes. Jeanette has lived 13 years in Asse, where she feels completely at home. She sends her children to a local Dutch-speaking school because she feels it is important for them to be multilingual. Jeanette thinks language skills are just as important in her line of work. ‘I do my best to speak to customers in their own language, even though this may get a bit heavy-going at times. My children often have a good laugh at me when I use the wrong words or make mistakes but this helps me to learn a bit more every day.’