Gegevens bevoegd gezag Referentienummer
Behoort bij besluit van burgemeester en wethouders van de gemeente Katwijk
Datum ontvangst
d.d. 18-08-2015 no. 292657 Mij bekend, 473104Hoofd Afdeling Ruimte & Veiligheid
Formulierversie 2013.01
Aanvraaggegevens Publiceerbare aanvraag/melding Aanvraagnummer
1025751
Aanvraagnaam
Van Rijn vergunningaanvraag
Uw referentiecode
1213513
Ingediend op
23-05-2014
Soort procedure
Uitgebreide procedure
Projectomschrijving
Het aanvragen van een vergunning voor het in werking hebben van een inrichting.
Opmerking
-
Gefaseerd
Nee
Blokkerende onderdelen weglaten
Nee
Kosten openbaar maken
Nee
Bijlagen die later komen
Niet van toepassing
Bijlagen n.v.t. of al bekend
Niet van toepassing
Bevoegd gezag
Datum aanvraag: 23 mei 2014
Naam:
Gemeente Katwijk
Bezoekadres:
Koningin Julianalaan 3 2224 EW KATWIJK ZH
Postadres:
Postbus 589 2220 AN KATWIJK ZH
Telefoonnummer:
0714065000
Faxnummer:
0714065065
E-mailadres algemeen:
[email protected]
Website:
www.katwijk.nl
Contactpersoon:
H. Jongeleen
Bereikbaar op:
Ma. t/m Vr. 09.00 - 17.00 uur
Aanvraagnummer: 1025751
Pagina 1 van 2
Overzicht bijgevoegde modulebladen
Aanvraaggegevens Locatie van de werkzaamheden Werkzaamheden en onderdelen Inrichting of mijnbouwwerk oprichten of veranderen (Milieu) • Oprichting Bijlagen
Datum aanvraag: 23 mei 2014
Aanvraagnummer: 1025751
Pagina 2 van 2
Locatie
Formulierversie 2013.01 1
Adres
Postcode
2222AS
Huisnummer
7
Huisletter
-
Huisnummertoevoeging
-
Straatnaam
Smidstraat
Plaatsnaam
Katwijk
Gelden de werkzaamheden in deze aanvraag/melding voor meerdere adressen of percelen?
Datum aanvraag: 23 mei 2014
Aanvraagnummer: 1025751
Ja Nee
Pagina 1 van 1
Formulierversie 2013.01
Oprichting
Inrichting of mijnbouwwerk oprichten of veranderen (Milieu)
1 Gegevens inrichting
Wat is de naam van de inrichting?
J. van Rijn Oudijzer en Metaalhandel B.V.
Wat is de aard van de inrichting?
Het betreft een inrichting voor de sloop van personenvoertuigen, vrachtwagens en bussen. Voor een verder toelichting, zie bijlage 1 Projecttoelichting.
Vraagt u de vergunning aan voor onbepaalde of bepaalde tijd?
Onbepaalde tijd Bepaalde tijd
Welke voornaamste grond- en hulpstoffen gebruikt u?
Zie bijlage 1 Projecttoelichting.
Welke voornaamste tussen-, neven- en eindproducten produceert u?
Zie bijlage 1 Projecttoelichting.
Geef de totale maximale capaciteit van de inrichting en het maximale motorische of thermische vermogen van de bij de inrichting behorende installaties.
180 kW
Maken proefnemingen deel uit van de aanvraag?
Ja Nee
Is voor de inrichting eerder een vergunning verleend?
Ja Nee
Worden extra maatregelen getroffen om de belasting van het milieu te voorkomen of te beperken tijdens proefdraaien, schoonmaak-, onderhouds -en herstelwerkzaamheden?
Ja Nee
Waarom worden geen extra maatregelen genomen om de milieubelasting te voorkomen of te beperken tijdens proefdraaien, schoonmaak-, onderhouds -en herstelwerkzaamheden?
Zie bijlage 1 Projecttoelichting
2 Bedrijfstijden
Wat zijn de tijden en dagen, danwel perioden waarop de inrichting of onderdelen daarvan, in bedrijf zijn?
Maandag t/m vrijdag van 08.00 tot 18.00 uur. Mogelijk wordt er op zaterdag overgewerkt. Dit vindt dan in de regel plaats tussen 09.00 en 14.00 uur.
3 Bestemming
Zijn de (wijzigingen van de) activiteiten in overeenstemming met het bestemmingsplan? Datum aanvraag: 23 mei 2014
Aanvraagnummer: 1025751
Ja Nee
Pagina 1 van 10
4 Omgeving van de inrichting
Waar ligt de inrichting?
Centrum Rustige woonwijk Gemengd gebied Industrieterrein Buitengebied Anders
Wat is het dichtstbijzijnde gevoelige object?
Woningen
Wat is de afstand in meters van de grens van de inrichting tot het dichtstbijzijnde gevoelige object?
85
5 Wijze vaststellen milieubelasting
Beschrijf de aard en omvang van de belasting van het milieu die de inrichting tijdens normaal bedrijf kan veroorzaken, daaronder begrepen een overzicht van de belangrijkste nadelige gevolgen voor het milieu die daardoor kunnen worden veroorzaakt.
Zie bijlage 1 Projecttoelichting
Beschrijf de wijze waarop gedurende het in werking zijn van de inrichting de belasting van het milieu, die de inrichting veroorzaakt, wordt vastgesteld en geregistreerd.
Zie bijlage 1 Projecttoelichting
6 Ongewone voorvallen
Kunnen binnen uw inrichting ongewone voorvallen ontstaan die nadelige gevolgen kunnen hebben op het milieu?
Ja Nee
Beschrijf de ongewone voorvallen die binnen de inrichting kunnen optreden en de belasting die daarbij kan ontstaan voor het milieu.
Zie bijlage 1 Projecttoelichting
Welke maatregelen worden getroffen om de belasting van het milieu door ongewone voorvallen te voorkomen of te beperken?
Zie bijlage 1 Projecttoelichting
7 MER-(beoordelings)plicht
Voor sommige projecten is het vanwege de mogelijke impact op het milieu verplicht om een milieueffectrapport (MER) op te stellen. Denk hierbij aan de aanleg of aanpassing van (water)wegen, de winning van delfstoffen, afvalverwerkings- en energiebedrijven en de chemische-, papier- en levensmiddelenindustrie. Ook activiteiten waarbij de bestemming van een terrein wordt gewijzigd (zoals de aanleg van een jachthaven) vallen onder de werkingssfeer van het Besluit milieueffectrapportage.
Datum aanvraag: 23 mei 2014
Geldt voor uw activiteit de plicht om een milieueffectrapport op te stellen (m.e.r.-plicht)?
Ja Nee
Staat de activiteit vermeld in kolom 1 van onderdeel D van de bijlage bij het Besluit milieueffectrapportage?
Ja Nee
Aanvraagnummer: 1025751
Pagina 2 van 10
Worden de drempelwaarden in kolom 2 van onderdeel D van de bijlage bij het Besluit milieueffectrapportage overschreden?
Ja Nee
Onder welke categorie van onderdeel D van de bijlage bij het Besluit milieueffectrapportage valt de aangevraagde activiteit?
18.8
Geef de omvang van de door u aangevraagde activiteit in dezelfde eenheid als de waarde/capaciteit zoals genoemd in kolom 2 van onderdeel D van de bijlage bij het Besluit milieueffectrapportage.
40 autowrakken
8 Milieuzorg
Beschikt u over een milieumanagementsysteem?
Ja Nee Deels
Is uw milieumanagementsysteem gecertificeerd?
Ja Nee
9 Toekomstige Ontwikkelingen
Verwacht u ontwikkelingen binnen uw inrichting die voor de beslissing op de aanvraag van belang kunnen zijn?
Ja Nee
Verwacht u ontwikkelingen in de omgeving van uw inrichting die van belang kunnen zijn voor de bescherming van het milieu?
Ja Nee
10 Bodem
Verricht u bodembedreigende activiteiten of slaat u bodembedreigende stoffen op?
Ja Nee
Hebt u een nulsituatie bodemonderzoek uitgevoerd?
Ja Nee
Hebt u een bodemrisicorapport opgesteld?
Ja Nee
11 Brandveiligheid
Datum aanvraag: 23 mei 2014
Welke maatregelen hebt u getroffen om brand te voorkomen?
Zie bijlage 1 Projecttoelichting
Welke brandblusmiddelen gebruikt u?
Branddekens Draagbare blusmiddelen Brandslanghaspels Stationaire blusinstallaties Mobiele blusmiddelen Anders
Beschikt u over een bedrijfsbrandweer?
Ja Nee
Verricht u op het buitenterrein brandgevaarlijke activiteiten?
Ja Nee
Aanvraagnummer: 1025751
Pagina 3 van 10
12 Afvalwater
Loost u afvalwater uit uw inrichting?
Ja Nee
Waarop loost u afvalwater?
Lozing op of in de bodem (infiltratie) Lozing via een openbaar riool op oppervlaktewater Lozing via een niet-openbaar (eigen) vuilwaterriool op een werk waterschap (riolering of RWZI) Lozing via een openbaar vuilwaterriool op een rioolwaterzuiveringsinstallatie Lozing via hemelwaterriool Anders
Welk afvalwater loost u?
Procesafvalwater Koelwater Ketelspuiwater Regeneratiewater van ionenwisselaar Laboratoriumafvalwater Spoelwater ontijzering Niet-verontreinigd hemelwater Verontreinigd hemelwater Huishoudelijk afvalwater Overig afvalwater
Is een vergunning voor de lozing van afvalwater in het kader van de Waterwet (voorheen Wvo) of Wet mileubeheer verleend?
Nee, een vergunning is niet noodzakelijk Ja, een vergunning is al verleend Ja, een vergunning wordt tegelijk met deze vergunning aangevraagd
Van welk type oppervlak is het verontreinigd hemelwater afkomstig?
Dakoppervlak Verhard terrein Onverhard terrein
Wat is de grootte van het oppervlak van het verhard terrein in m2, waarvan het verontreinigd hemelwater afkomstig is?
1000
Parkeren (lekkage olie en motorbrandstof) Op-en overslag (uitlogende grondstoffen en (half)fabrikaten) Toepassing (bouw-)materialen (PAK-houdende dakmaterialen (PAK=polycyclische aromatische koolwaterstoffen), uitlogende materialen als dakof gevelbekledingen, dakgoten, afvoerpijpen en regenbeslag) Stofemissies (stuiven, verwaaien en schoorsteen) Toepassing chemische bestrijdingmiddelen bij beheer en onderhoud terrein Anders
Welke verontreinigende activiteiten vinden plaats op het verhard terrein?
Datum aanvraag: 23 mei 2014
Beschrijf welke andere verontreinigende activiteiten plaatsvinden.
Opslag van autowrakken en overige gedemonteerde materialen
Hoeveel personen werken voor het bedrijf?
2
Is in het bedrijf een kantine of bedrijfsrestaurant aanwezig?
Ja Nee
Zijn er andere bedrijven op de bedrijfsriolering aangesloten?
Ja Nee
Zijn er andere woningen op de bedrijfsriolering aangesloten?
Ja Nee
Aanvraagnummer: 1025751
Pagina 4 van 10
Worden preventieve maatregelen getroffen en/of onderzoeken verricht om de lozing van afvalwater te voorkomen?
Ja Nee
Worden afvalwaterstromen en/of stoffen hergebruikt?
Ja Nee
Is de afkoppeling van het nietverontreinigd hemelwater van het vuilwaterriool al gerealiseerd?
Ja Nee
Zijn er binnen uw inrichting mogelijkheden onderzocht om nietverontreinigd hemelwater af te koppelen van het vuilwaterriool?
Nee, geen onderzoek uitgevoerd Wel onderzoek uitgevoerd waaruit blijkt dat afkoppelen niet mogelijk is Wel onderzoek uitgevoerd waaruit blijkt dat afkoppelen mogelijk is
Is/zijn er zuiveringtechnische voorzieningen aanwezig binnen uw inrichting?
Ja Nee
Zijn er voorschriften en/of procedures aanwezig die aangeven welke maatregelen genomen moeten worden bij ongewone voorvallen en/of onvoorziene lozingen?
Ja Nee
Is van lozingen direct in oppervlaktewater een immissietoets uitgevoerd?
Ja Nee
Zijn er toekomstige ontwikkelingen die redelijkerwijs van belang kunnen zijn voor de aanvraag?
Ja Nee
Voor deze rubriek moet u mogelijk één of meerdere tabellen als bijlage toevoegen. De opbouw van deze tabellen staat op het toelichtingenblad 'Tabellen'. 13 Afvalstoffen die in de inrichting ontstaan
Welke afvalstoffen voert u gescheiden af? Hergebruikt u afvalstoffen die vrijkomen binnen uw inrichting?
Zie bijlage 1 projecttoelichting Ja Nee
Voor deze rubriek moet u mogelijk één of meerdere tabellen als bijlage toevoegen. De opbouw van deze tabellen staat op het toelichtingenblad 'Tabellen'. 14 Lucht
Datum aanvraag: 23 mei 2014
Worden er stoffen naar de lucht uitgestoten?
Ja Nee
Wordt er stikstofoxiden, koolmonoxide, fijn stof, arseen, cadmium, nikkel, benzo(a)pyreen, benzeen, zwaveldioxide en/of lood naar de lucht uitgestoten?
Ja Nee
Is er een rapport met betrekking tot de luchtkwaliteit opgesteld?
Ja Nee
Worden er nog andere stoffen uitgestoten?
Ja Nee
Zijn er binnen het bedrijf installaties aanwezig die warme lucht uitstoten?
Ja Nee
Hebt u een meet- en registratiesysteem?
Ja Nee
Aanvraagnummer: 1025751
Pagina 5 van 10
Is het Oplosmiddelenbesluit van toepassing?
Ja Nee
Is er sprake van diffuse emissies van Vluchtige Organische Stoffen (VOS)?
Ja Nee
Zijn er andere diffuse emissies anders dan de diffuse emissies van Vluchtige Organische Stoffen aanwezig?
Ja Nee
Is een bijzondere regeling van de Nederlandse emissierichtlijn (NeR) op de luchtemissie van toepassing?
Ja Nee
Neemt u deel aan de NOxemissiehandel?
Ja Nee
Is op één of meerdere installaties het Bees A van toepassing?
Ja Nee
Is op één of meerdere installaties het Bems van toepassing?
Ja Nee
Is op één of meerdere installaties het BVA van toepassing?
Ja Nee
Voor deze rubriek moet u mogelijk één of meerdere tabellen als bijlage toevoegen. De opbouw van deze tabellen staat op het toelichtingenblad 'Tabellen'. 15 Geluid en trillingen
Ligt de inrichting op een gezoneerd industrieterrein?
Ja Nee
Hebt u een akoestisch onderzoek uitgevoerd?
Ja Nee
Veroorzaken de activiteiten trillingen?
Ja Nee
16 Energie
Ja Nee
Verbruikt u in uw inrichting meer dan 50.000 kWh elektriciteit of meer dan 25.000 m3 aardgas(equivalenten) per jaar? Hoeveel elektriciteit verbruikt u in uw inrichting in kWh per jaar?
0
Hoeveel aardgas(equivalenten) verbruikt u in uw inrichting in m3 per jaar?
0
17 Externe veiligheid
Datum aanvraag: 23 mei 2014
Wordt uw inrichting genoemd in artikel 2 (en niet in artikel 3) van het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi)?
Ja Nee
Wordt uw inrichting genoemd in artikel 4, onderdeel b, e of f van het Registratiebesluit externe veiligheid?
Ja Nee
Is er een kwantitatieve risicoanalyse uitgevoerd?
Ja Nee
Aanvraagnummer: 1025751
Pagina 6 van 10
Zijn er binnen uw inrichting specifieke technische maatregelen gerealiseerd om de gevolgen voor de omgeving te beperken in geval van ongewone voorvallen?
Ja Nee
Zijn er binnen uw inrichting specifieke procedurele maatregelen gerealiseerd om de gevolgen voor de omgeving te beperken in geval van ongewone voorvallen?
Ja Nee
18 Verkeer, vervoer en mobiliteit
Hebt u een preventieplan voor beperking van verkeer- en vervoerbewegingen opgesteld?
Ja Nee
Hoeveel werknemers hebt u in dienst?
2
Hoeveel bezoekers komen per dag naar uw inrichting?
0
Welke vormen van verkeer en vervoer zijn voor uw bedrijfsactiviteiten relevant?
Verkeer en vervoer over de weg Verkeer en vervoer over spoor Verkeer en vervoer over water Verkeer en vervoer in de lucht
Hoeveel kilometers worden per jaar door de verladers en uitbesteed vervoer gemaakt?
0
Hoeveel kilometers worden per jaar door eigen vervoerders gemaakt?
0
Hebt u maatregelen getroffen om het aantal vervoersbewegingen te beperken?
Ja Nee
Heeft u parkeerplaatsen in de open lucht binnen uw inrichting?
Ja Nee
Maakt een parkeergarage deel uit van uw inrichting?
Ja Nee
19 Geur
Is er sprake van geuremissie?
Ja Nee
20 Beste Beschikbare Technieken
Zijn er binnen uw inrichting één of meerdere gpbv-installaties, zoals bedoeld in bijlage 1 van de IPPCrichtlijn?
Ja Nee
Als de IPPC-richtlijn op u van toepassing is, worden de omgevingsvergunning en de watervergunning gecoördineerd. De aanvraag van de omgevingsvergunning moet daarom tegelijk met of uiterlijk binnen 6 weken na de aanvraag van de watervergunning worden ingediend.
Datum aanvraag: 23 mei 2014
Zijn er binnen uw inrichting installaties of opslagen aanwezig waarop één of meerdere Nederlandse informatie documenten over BBT van toepassing zijn?
Ja Nee
Geef de titels van de betreffende informatie documenten.
NRB PGS 15 PGS 30
Aanvraagnummer: 1025751
Pagina 7 van 10
21 Vloeistoffen in tanks
Is brandbeschermende bekleding aanwezig?
Ja Nee
Wordt er verwarmde vloeistof opgeslagen?
Ja Nee
Is er een installatiecertificaat aanwezig?
Ja Nee
Voor deze rubriek moet u mogelijk één of meerdere tabellen als bijlage toevoegen. De opbouw van deze tabellen staat op het toelichtingenblad 'Tabellen'. 22 Afvalstoffen van derden (algemeen)
Welke activiteiten voert u uit met de afvalstoffen van buiten de inrichting?
Opslag Overslag Sorteren Shredderen Zeven Breken Mengen Composteren Verbranden Bij- of meestoken in een energiecentrale Storten Op of in de bodem brengen Anders
Worden er van buiten de inrichting afkomstige genetisch gemodificeerde organismen als afvalstoffen of voorkomend in afvalstoffen geheel of gedeeltelijk vernietigd?
Ja Nee
Beschrijft u in het systeem voor de AO/IC de beschikbaarheid en vakbekwaamheid van de medewerkers van de inrichting?
Ja Nee
Beschrijf de beschikbaarheid en vakbekwaamheid van de personen die in de inrichting werken.
Zie bijlage 1 Projecttoelichting
Blijven er tijdens de be- of verwerking afvalstoffen over die vervolgens worden afgevoerd?
Ja Nee
Voldoet u aan de minimumstandaard van het LAP?
Ja Nee
Voor deze rubriek moet u mogelijk één of meerdere tabellen als bijlage toevoegen. De opbouw van deze tabellen staat op het toelichtingenblad 'Tabellen'. 23 Autowrakken
Welk(e) type(n) voertuig(en) demonteert u binnen uw inrichting?
Hoeveel autowrakken demonteert u maximaal per jaar?
Datum aanvraag: 23 mei 2014
Aanvraagnummer: 1025751
Personenauto´s Bedrijfsauto´s met een maximum gewicht van 3500 kilogram Vrachtwagens Bussen Driewielige brommers Vierwielige brommers Anders 800
Pagina 8 van 10
Hoeveel autowrakken die u demonteert zijn natte wrakken?
800
Hoeveel autowrakken die u demonteert zijn droge wrakken?
0
Hoe slaat u de autowrakken binnen uw inrichting op?
Inpandige opslag Uitpandige opslag (overdekt) Uitpandige opslag (niet overdekt)
Hoeveel autowrakken kunt u maximaal inpandig opslaan?
20
Hoeveel autowrakken kunt u maximaal uitpandig niet overdekt opslaan?
20
Wat is de maximale stapelhoogte per opslagplaats in meters?
2 stuks
Beschikt u over een shredderinstallatie?
Ja Nee
Beschikt u over een SEDAdrooglegsysteem?
Ja Nee
Welke onderdelen demonteert u binnen uw inrichting?
Banden Binnenbanden Bumpers Grilles Wieldoppen Achterlichten Knipperlichten Instrumentenborden Vloeistoftanks Metalen onderdelen die koper bevatten Metalen onderdelen die aluminium bevatten Metalen onderdelen die magnesium bevatten Glas Koplampenglas Katalysatoren Airbags Gordelspanners Onderdelen die lood bevatten Onderdelen die kwik bevatten Onderdelen die cadmium bevatten Onderdelen die zeswaardige chroom bevatten Rubberstrips Veiligheidsgordels Kokoshaar Polyurethaanschuim Anders
Hoeveel niet-ontgaste LPG-tanks slaat u binnen uw inrichting op?
10
Hoe slaat u de niet-ontgaste LPGtanks binnen uw inrichting op?
Zie bijlage 1 Projecttoelichting
Welk registratiesysteem hanteert u binnen uw inrichting voor de autowrakken?
Het acceptatie- en controlesysteem dat door Auto Recycling Nederland (ARN) wordt gehanteerd.
24 Compressor
Voor deze rubriek moet u een tabel als bijlage toevoegen. De opbouw van deze tabel staat op het moduleblad 'Tabellen'.
Datum aanvraag: 23 mei 2014
Aanvraagnummer: 1025751
Pagina 9 van 10
25 Werkplaats
Datum aanvraag: 23 mei 2014
Welke werkzaamheden worden er in de werkplaats uitgevoerd?
Zie bijlage 1 Projecttoelichting
Welke machines/toestellen staan er in de werkplaats?
Zie bijlage 1 Projecttoelichting
Aanvraagnummer: 1025751
Pagina 10 van 10
-
-
Bepaling volumestroom
Schatting
Schatting
Verontreinigd hemelwater
Huishoudelijk afvalwater
Hoeveelheid (m3/jaar)
0
0
-
-
Maximale vervuilingswaarde (v.e.)
Overige soort afvalwaterstroom
Soort afvalwaterstroom
12 Overzicht afvalwaterstromen
Inrichting of mijnbouwwerk oprichten of veranderen (Milieu)
Oprichting
Tabellen
-
-
Andere bepaling volumestroom
Gemeentelijk vuilwaterriool
Gemeentelijk vuilwaterriool
Lozing op
Zie bijlage 1: Projecttoelichting
Zie bijlage 1: Projecttoelichting
Registratie en Rapporteringswijze
-
-
Afstand tot vuilwaterriool (m)
Nee
Nee
Samenstelling afvalwaterstroom
-
-
Afstand tot vuilwaterriool (m)
-
-
Gemiddelde vervuilingswaarde (v.e.)
0
0
Lozingspunt
Formulierversie 2013.01
Bijlagen Formele bijlagen Naam bijlage
Bestandsnaam
Type
Bijlage 1 Projecttoelichting_pdf
Bijlage 1 Projecttoelichting.pdf
Gegevens afvalwater 23-05-2014 Gegevens niet-technische samenvatting Gegevens afvalstoffen van derden Procesbeschrijving Milieu
In behandeling
Gegevens geluid en trillingen
23-05-2014
In behandeling
Bijlage 2 Geluidonderzoe- Bijlage 2 k_pdf Geluidonderzoek.pdf
Datum aanvraag: 23 mei 2014
Datum ingediend
Status document
Bijlage 3 Verkennend bodemonderzoek_pdf
Bijlage 3 Verkennend Gegevens bodem bodemonderzoek-.pdf
23-05-2014
In behandeling
Ondertekening_jpg
Ondertekening.jpg
Anders
23-05-2014
In behandeling
Plattegrondtekening_pdf
Plattegrondtekening-.pdf
Situatietekening milieu Plattegrond Milieu
23-05-2014
In behandeling
Bijlage 4 A-V-beleid_pdf
Bijlage 4 A-Vbeleid.pdf
Gegevens afvalstoffen van derden
23-05-2014
In behandeling
Aanvraagnummer: 1025751
Pagina 1 van 1
Behoort bij besluit van burgemeester en wethouders van de gemeente Katwijk d.d. 18-08-2015 no. 292657 Mij bekend, 473104Hoofd Afdeling Ruimte & Veiligheid
Bijlage 1: Projecttoelichting bij aanvraagnummer 1025751
21 mei 2014
Bijlage 1: Projecttoelichting bij aanvraagnummer 1025751
J. van Rijn Oudijzer en Metaalhandel B.V.
Kenmerk R002-1213513EBA-nja-V03-NL
Verantwoording Titel
Bijlage 1: Projecttoelichting bij aanvraagnummer 1025751
Opdrachtgever
Texplor Benelux BV ing. A. (Angelique) Godschalk-Allart E. (Elise) Bakker MSc. 1213513 18 (exclusief bijlagen) 21 mei 2014
Projectleider Auteur(s) Projectnummer Aantal pagina's Datum Handtekening
Ontbreekt in verband met digitale verwerking. Dit rapport is aantoonbaar vrijgegeven.
Colofon Tauw bv BU Industry Rhijnspoor 209 Postbus 6 2900 AA Capelle aan den IJssel Telefoon +31 10 28 86 10 0 Fax +31 10 28 86 16 6
Dit document is eigendom van de opdrachtgever en mag door hem worden gebruikt voor het doel waarvoor het is vervaardigd met inachtneming van de rechten die voortvloeien uit de wetgeving op het gebied van het intellectuele eigendom. De auteursrechten van dit document blijven berusten bij Tauw. Kwaliteit en verbetering van product en proces hebben bij Tauw hoge prioriteit. Tauw hanteert daartoe een managementsysteem dat is gecertificeerd dan wel geaccrediteerd volgens: -
NEN-EN-ISO 9001
Bijlage 1: Projecttoelichting bij aanvraagnummer 1025751
5\18
Kenmerk R002-1213513EBA-nja-V03-NL
6\18
Bijlage 1: Projecttoelichting bij aanvraagnummer 1025751
Kenmerk R002-1213513EBA-nja-V03-NL
Inhoud Verantwoording en colofon .......................................................................................................... 5 1
Aanvraaggegevens ....................................................................................................... 9
2
Aanvrager, gemachtigde en locatie ............................................................................. 9
3 3.1 3.1.1 3.1.2 3.1.3 3.1.4 3.2 3.3 3.4 3.5 3.5.1 3.5.2 3.6
Oprichting ...................................................................................................................... 9 Gegevens inrichting....................................................................................................... 10 Aard van de inrichting.................................................................................................... 10 Grond- en hulpstoffen.................................................................................................... 10 Tussen-, neven- en eindproducten................................................................................ 10 Extra maatregelen ter voorkoming van milieubelasting................................................. 10 Bedrijfstijden .................................................................................................................. 11 Bestemming .................................................................................................................. 11 Omgeving van de inrichting ........................................................................................... 11 Wijze vaststelling milieubelasting .................................................................................. 11 Aard en omvang van de belasting van het milieu.......................................................... 11 Vaststelling en registratie van de belasting van het milieu ............................................ 11 Ongewone voorvallen.................................................................................................... 11
3.6.1
Ongewone voorvallen die kunnen optreden en de belasting voor het milieu die kan ontstaan......................................................................................................................... 11
3.6.2
Maatregelen om de belasting van het milieu door ongewone voorvallen te voorkomen of beperken ................................................................................................................... 12 MER-(beoordelings)plicht .............................................................................................. 12 Milieuzorg ...................................................................................................................... 12 Toekomstige ontwikkelingen ......................................................................................... 12 Bodem ........................................................................................................................... 12 Brandveiligheid .............................................................................................................. 13 Afvalwater...................................................................................................................... 13 Afvalstoffen die in de inrichting ontstaan ....................................................................... 14 Lucht.............................................................................................................................. 14 Geluid en trillingen......................................................................................................... 14 Energie .......................................................................................................................... 14 Externe veiligheid .......................................................................................................... 14 Verkeer, vervoer en mobiliteit........................................................................................ 14 Geur .............................................................................................................................. 15
3.7 3.8 3.9 3.10 3.11 3.12 3.13 3.14 3.15 3.16 3.17 3.18 3.19
Bijlage 1: Projecttoelichting bij aanvraagnummer 1025751
7\18
Kenmerk R002-1213513EBA-nja-V03-NL
3.20 3.21 3.22 3.23
Beste beschikbare technieken ...................................................................................... 15 Vloeistoffen in tanks ...................................................................................................... 15 Afvalstoffen van derden (algemeen) ............................................................................. 15 Autowrakken.................................................................................................................. 17
3.24 3.25
Compressor ................................................................................................................... 18 Werkplaats .................................................................................................................... 18
Bijlage(n) 1 Niet-technische samenvatting van de activiteiten en processen 2 Bodemrisicoanalyse
8\18
Bijlage 1: Projecttoelichting bij aanvraagnummer 1025751
Kenmerk R002-1213513EBA-nja-V03-NL
1 Aanvraaggegevens In deze projecttoelichting wordt een nadere toelichting gegeven op de vergunningaanvraag met aanvraagnummer 1025751, die namens J. van Rijn Oudijzer en Metaalhandel B.V. (verder: Van Rijn) is ingediend via het Omgevingsloket Online (OLO). De toelichtingen op gegevens die opgenomen dienen te worden in het OLO, zijn gebundeld in deze projecttoelichting. Daarnaast is er bij bepaalde onderdelen een uitgebreidere toelichting gegeven. De tabellen met gegevens die vanuit het OLO worden gevraagd zijn niet ingevuld in het OLO, maar in deze toelichting opgenomen. Daar waar in het OLO een 0 is opgegeven, kan dit op twee manieren geïnterpreteerd worden: 1. Het betreft daadwerkelijk een hoeveelheid van 0 of het komt 0 keer voor 2. In dit document is een toelichting op de gevraagde informatie opgenomen, omdat deze informatie niet met enkel een getal is te beschrijven Naast het toevoegen van extra informatie, bevat deze toelichting enkele benodigde bijlagen. Het betreft de volgende bijlagen: Akoestisch onderzoek Verkennend bodemonderzoek
2 Aanvrager, gemachtigde en locatie In dit hoofdstuk zijn de onderdelen aanvrager bedrijf, gemachtigde bedrijf en de locatie samengevoegd. Deze onderdelen behoeven geen nadere toelichting.
3 Oprichting In dit hoofdstuk zijn de diverse onderdelen uit het OLO formulier (onderdeel Oprichting) opgenomen die een nadere toelichting nodig hebben. De paragraafnummering correspondeert met de nummering van de onderdelen in het OLO formulier (als voorbeeld: onderdeel 1 Gegevens inrichting van het OLO formulier is in deze toelichting paragraaf 3.1 Gegevens inrichting).
Bijlage 1: Projecttoelichting bij aanvraagnummer 1025751
9\18
Kenmerk R002-1213513EBA-nja-V03-NL
3.1 3.1.1
Gegevens inrichting Aard van de inrichting
De inrichting is gelegen op het adres Smidstraat 7, aan de rand van het bedrijventerrein ’t Heen in Katwijk. De inrichting bestaat uit een buitenterrein en een bedrijfshal. Binnen de inrichting worden sloopwerkzaamheden verricht aan personenvoertuigen, vrachtwagens en bussen. Daarnaast wordt (autowrakken gerelateerd) schroot ingezameld en bewaard voor verdere verwerking door erkende verwerkingsbedrijven. Ook worden autowrakken opgeslagen voor export naar het buitenland. De omvang waarin de werkzaamheden plaatsvinden zijn relatief kleinschalig. Een uitgebreide omschrijving van de werkzaamheden is opgenomen in bijlage 1 van deze toelichting: niet-technische samenvatting van de activiteiten en processen.
3.1.2 Grond- en hulpstoffen Van Rijn is geen productiebedrijf, dus er wordt geen gebruik gemaakt van grondstoffen. De volgende hulpstoffen (niet limitatief) worden gebruikt / komen voor binnen de inrichting: Wasbenzine Motor-, cardan-, hydroliek-, kruip- en transmissieolie Koelvloeistof Smeervet Antivries (zowel puur product als met water verdund) Lakken/ verf Terpentine Thinner 3.1.3 Tussen-, neven- en eindproducten Van Rijn produceert geen producten maar demonteert (auto)wrakken. Hiermee kunnen gedemonteerde autowrakken en de onderdelen die voor hergebruik gereed zijn, worden gezien als eindproduct. De tussen- en nevenproducten zijn half gedemonteerde autowrakken. 3.1.4 Extra maatregelen ter voorkoming van milieubelasting Proefdraaien, onderhouds- en herstelwerkzaamheden zijn niet van toepassing. Voor schoonmaakwerkzaamheden worden geen extra maatregelen genomen. De demontagewerkzaamheden vinden plaats binnen in de bedrijfshal. De vloer in de hal is vloeistofdicht. Materialen worden opgeslagen op het buitenterrein. De vloer van het buitenterrein is vloeistofdicht aangelegd. Er is een bedrijfsriolering met een olie-waterafscheider aanwezig.
10\18
Bijlage 1: Projecttoelichting bij aanvraagnummer 1025751
Kenmerk R002-1213513EBA-nja-V03-NL
3.2
Bedrijfstijden
De inrichting zal van maandag tot en met vrijdag in bedrijf zijn van 08:00 uur tot 18:00 uur. Mogelijk wordt er op zaterdag overgewerkt. Dit vindt dan in de regel plaats tussen 09.00 en 14.00 uur.
3.3
Bestemming
De activiteiten van Van Rijn zijn in overeenstemming met het bestemmingsplan. Dit onderdeel behoeft geen nadere toelichting.
3.4
Omgeving van de inrichting
De locatie is gelegen op bedrijventerrein ’t Heen in Katwijk. De dichtst bijgelegen gevoelige bestemmingen (woningen) liggen aan de zuidzijde van de inrichting op een afstand van circa 85 meter, gelegen aan de Duizendschoon. In figuur 2 van bijlage 2 van het akoestisch onderzoek (rapport met kenmerk R001-1213513RVN-vvv-V03-NL) is de situering van de inrichting en de omgeving weergegeven.
3.5
Wijze vaststelling milieubelasting
3.5.1 Aard en omvang van de belasting van het milieu In bijlage 1 van deze toelichting is een niet-technische samenvatting van de activiteiten en processen opgenomen. Onderdeel van deze samenvatting is een beschrijving van de aard van de milieubelasting die de inrichting kan veroorzaken tijdens normaal bedrijf. 3.5.2 Vaststelling en registratie van de belasting van het milieu Van Rijn registreert ingenomen te demonteren voertuigen en de hoeveelheden afgevoerd afval. Er is een certificaat aanwezig van KIWA, dat aantoont dat Van Rijn beschikt over KwaliteitsZorg Demontage (KZD). Dit is een gecertificeerd kwaliteitssysteem voor de voertuigdemontagebranche. In de KZD-norm zijn eisen met betrekking tot demontage, (arbo)wetgeving, materiaalrecycling en kwaliteit vastgelegd.
3.6
Ongewone voorvallen
3.6.1
Ongewone voorvallen die kunnen optreden en de belasting voor het milieu die kan ontstaan Een overzicht van de ongewone voorvallen en de maatregelen die worden getroffen om de belasting van het milieu te voorkomen/beperken is opgenomen in tabel 3.1.
Bijlage 1: Projecttoelichting bij aanvraagnummer 1025751
11\18
Kenmerk R002-1213513EBA-nja-V03-NL
Tabel 3.1 Overzicht ongewone voorvallen
Ongewoon voorval Brand
Belasting milieu
Maatregelen ter voorkoming ongewoon voorval
Bodem, afvalwater en Niet roken, geen werkzaamheden met snijbrander in lucht
buurt van brandbare vloeistoffen
Morsen van bodembedreigende stoffen Bodemverontreiniging Werkzaamheden vinden plaats boven een in de werkplaats Emissies van gassen door ontsteken
vloeistofdichte vloer Lucht
Certificering conform KwaliteitsZorg Demontage
van airbags
3.6.2
Maatregelen om de belasting van het milieu door ongewone voorvallen te voorkomen of beperken In tabel 3.1 zijn maatregelen genoemd om de belasting van het milieu door ongewone voorvallen te voorkomen of beperken. De vloer in de bedrijfshal is vloeistofdicht. Verder zijn er lekbakken aanwezig waar de benodigde (bodembedreigende) stoffen op staan. Ook staan er in de werkplaats absorptiematerialen.
3.7
MER-(beoordelings)plicht
Dit onderdeel behoeft geen nadere toelichting.
3.8
Milieuzorg
Van Rijn werkt volgens KwaliteitsZorg Demontage (KZD). Dit is een gecertificeerd kwaliteitssysteem voor de voertuigdemontagebranche. In de KZD-norm zijn eisen met betrekking tot demontage, (arbo)wetgeving, materiaalrecycling en kwaliteit vastgelegd. Daarnaast werkt Van Rijn volgens een acceptatie- en verwerkingsbeleid (AV) en
administratieve organisatie en interne controle (AO/IC).
3.9
Toekomstige ontwikkelingen
Er zijn geen toekomstige ontwikkelingen voorzien die van belang zijn voor de beslissing op de aanvraag of voor de bescherming van het milieu.
3.10 Bodem De vloer in de bedrijfshal is vloeistofdicht aangelegd. Deze vloer is gekeurd, hiervan is een certificaat aanwezig. Ook de vloer op het buitenterrein is vloeistofdicht aangelegd. De keuring van deze vloer moet nog plaatsvinden, maar dit is reeds in gang gezet. Bodembedreigende (vloei)stoffen worden opgeslagen boven een lekbak. Bedrijfsinterne controles worden periodiek uitgevoerd door een extern bedrijf. Er is een bodemonderzoek op de locatie uitgevoerd. Dit rapport is als bijlage toegevoegd aan het OLO. Wat betreft de bodembeschermende voorzieningen, wordt binnen de inrichting een verwaarloosbaar bodemrisico gerealiseerd, aangezien de vloeren vloeistofdicht zijn aangelegd en vloeistofdicht worden gekeurd. Een overzicht van de bodembedreigende activiteiten en de getroffen voorzieningen en maatregelen is opgenomen in bijlage 2 van deze toelichting. 12\18
Bijlage 1: Projecttoelichting bij aanvraagnummer 1025751
Kenmerk R002-1213513EBA-nja-V03-NL
3.11 Brandveiligheid De volgende maatregelen zijn getroffen om brand te voorkomen: Er is op het terrein geen gasaansluiting aanwezig Er wordt op het terrein niet gerookt
Brandgevaarlijke werkzaamheden worden uitgevoerd door getrainde medewerkers. Deze werkzaamheden vinden niet plaats in de buurt van brandbare vloeistoffen
Op het terrein zijn vier brandblussers en twee brandhaspels aanwezig. Deze brandblusmiddelen zijn gekeurd.
3.12 Afvalwater Het totale terrein van de inrichting heeft een oppervlakte van ongeveer 2.000 m2. De grootte van de loods is 375 m2. Het demonteren van autowrakken gebeurt altijd in de loods. Ongewone voorvallen zullen dan ook alleen daar plaatsvinden. De vloer in de loods is vloeistofdicht uitgevoerd. Deze is niet aangesloten op de bedrijfsriolering. Het is dus niet mogelijk dat door een ongewoon voorval vloeistoffen in de riolering terechtkomen. Eventueel vrijkomende vloeistoffen in de bedrijfshal worden met absorptiemateriaal verwijderd. Het buitenterrein heeft een oppervlakte van circa 1.600 m2. Deze is voorzien van een vloeistofdichte betonvloer van 330 m2, die via een olie-waterafscheider (OBAS) is aangesloten op de bedrijfsriolering. De OBAS wordt jaarlijks geleegd op basis van een contract met rioleringsbeheerder. Het overige deel van het buitenterrein is deels verhard met klinkers/stelconplaten. Ook het overige terrein zal verhard worden.. Daarom is voor de hoeveelheid mogelijk verontreinigd hemelwater uitgegaan van een verhard oppervlak van 2.000 m2. De gemiddelde neerslag bedraagt circa 800 milliliter. Het huishoudelijk afvalwater is afkomstig van één toilet en van een kraan in de keuken. Hierbij is uitgegaan van een gemiddeld waterverbruik van 55 liter per persoon. In tabel 3.2 zijn de gegevens opgenomen van de afvalwaterstromen.
Bijlage 1: Projecttoelichting bij aanvraagnummer 1025751
13\18
Kenmerk R002-1213513EBA-nja-V03-NL
Tabel 3.2 Gegevens afvalwaterstromen
Afvalwaterstroom Lozingspunt Hoeveelheid Bepaling Samenstelling Gemiddelde Maximale (m3/jr) Huishoudelijk
Gemeentelijke 30
water
riolering
Mogelijk
Gemeentelijke 1.600
verontreinigd
riolering
stroom
v.e.
v.e.
Schatting Onbekend
Onbekend
Onbekend
Schatting Onbekend
Onbekend
Onbekend
hemelwater
Er worden geen schoonmaakwerkzaamheden uitgevoerd op de locatie. Er worden geen schoonmaakmiddelen gebruikt.
3.13 Afvalstoffen die in de inrichting ontstaan Het bedrijfsafval dat binnen de inrichting ontstaat is vrijwel nihil. Er komt geen papier, karton, poetsdoeken, verpakking etc. vrij. Er staat één container (100 liter) voor bedrijfsafval waarin afval wordt verzameld. Deze wordt circa eens in de drie weken afgevoerd naar een erkend inzamelaar. Per jaar komt ongeveer 1.000 kilogram divers bedrijfsafval vrij.
3.14 Lucht Voor nadere omschrijving van de luchtbronnen zie bijlage 1: Niet-technische samenvatting van de werkzaamheden.
3.15 Geluid en trillingen Het onderwerp geluid wordt behandeld in het akoestisch onderzoek wat voor de vergunningaanvraag is opgesteld. Het akoestisch onderzoek is als bijlage ingediend in het OLO.
3.16 Energie Binnen de inrichting is geen gasaansluiting aanwezig. Het elektriciteitsverbruik per jaar bedraagt circa 5.500 kWh. Dit is een schatting, gebaseerd op het energieverbruik in 2013.
3.17 Externe veiligheid Dit onderdeel behoeft geen nadere toelichting.
3.18 Verkeer, vervoer en mobiliteit Voor Van Rijn is verkeer en vervoer over de weg relevant. Het aantal vervoersbewegingen is afhankelijk van het aanbod. Voor de representatieve bedrijfssituatie is ervan uitgegaan dat in de dagperiode maximaal twee vrachtwagens aankomen, waarvan er één komt om wrakken te brengen en één om de gedemonteerde wrakken af te voeren. Voor de aanvoer van wrakken op eigen kracht is ervan uit gegaan dat er per dag gemiddeld 6 te demonteren personenauto’s komen plus 1 vrachtwagen.
14\18
Bijlage 1: Projecttoelichting bij aanvraagnummer 1025751
Kenmerk R002-1213513EBA-nja-V03-NL
Het aantal transportkilometers is niet in te schatten omdat dit afhankelijk is van de aanvoer (in het OLO formulier is hiertoe 0 ingevuld). Van Rijn heeft geen eigen vervoerders. Het vervoer wordt gemaakt door derden (uitbesteed vervoer).
3.19 Geur Dit onderdeel behoeft geen nadere toelichting.
3.20 Beste beschikbare technieken In de Wabo is opgenomen dat voldaan moet worden aan de beste beschikbare technieken (BBT). Op grond van artikel 5.4 van het Besluit omgevingsrecht (Bor) moet het bevoegd gezag bij de bepaling van de voor een inrichting in aanmerking komende BBT rekening houden met BBTconclusies en bij ministeriële regeling aangewezen informatiedocumenten over BBT. In artikel 9.2 van de Ministeriële regeling omgevingsrecht (Mor) zijn deze documenten aangewezen. Bijlage 1 van het Mor bevat een overzicht van de hiervoor bedoelde documenten. Daarnaast zijn de onderstaande Nederlandse BBT-documenten van toepassing: Nederlandse Richtlijn Bodembescherming (NRB) PGS 15 Opslag van verpakte gevaarlijke stoffen PGS 30 Vloeibare brandstoffen: bovengrondse tankinstallaties en afleverinstallaties De Nederlandse BBT documenten zijn meegenomen bij het opstellen van de vergunningaanvraag.
3.21 Vloeistoffen in tanks Bij van Rijn zijn twee bovengrondse opslagtanks aanwezig voor het opslaan van vloeistoffen. De gegevens van de tanks zijn opgenomen in tabel 3.3. Er zijn geen installatiecertificaten aanwezig.
Tabel 3.3 Gegevens bovengrondse tanks
Naam Vloeistof
PGS-
Vast/mobiel
klasse
Volume
Enkel- of
(liter)
dubbelwandig bestaand ondergronds uitpandig
Nieuw of Boven- of
In- of
1
Afgewerkte olie 3
Mobiel
1500
Dubbelwandig
Bestaand Bovengronds Inpandig
2
Afgewerkte olie 3
Mobiel
1000
Dubbelwandig
Bestaand Bovengronds Inpandig
3.22 Afvalstoffen van derden (algemeen) Van Rijn neemt auto- en vrachtwagenwrakken in en demonteert deze. De wrakken worden ingezameld van particulieren en bedrijven. De afvalstoffen worden opgeslagen, overgeslagen en gesorteerd. Alle afvalstromen die hierbij vrij komen, worden afgevoerd naar een erkende verwerker. Deze stromen zijn opgenomen in tabel 3.4.
Bijlage 1: Projecttoelichting bij aanvraagnummer 1025751
15\18
Kenmerk R002-1213513EBA-nja-V03-NL
Van Rijn is aangesloten bij de Auto Recycling Nederland (ARN). Deze organisatie ziet erop toe dat wrakken op de juiste wijze gedemonteerd worden. Verder beschikt Van Rijn over het KwaliteitsZorg Demontage (KZD), waarin onder andere eisen met betrekking tot demontage, (arbo)wetgeving, materiaalrecycling en kwaliteit zijn vastgelegd. Dit toont aan dat het bedrijf vakbekwaam is. Binnen de inrichting worden airbags en gordelspanners gedemonteerd, maar deze worden niet ontstoken. Ook worden airco’s gedemonteerd met behulp van een aftapinstallatie van Auto Recycling Nederland. Van Rijn is hiervoor gecertificeerd (KZD). De tarieven van de afvalstromen kunnen fluctueren. Deze zijn onder andere afhankelijk van de aangeboden hoeveelheid.
Tabel 3.4 Afvalstoffen
Aard
Maximale opslag Hoeveelheid per Opslagwijze
Euralcode
jaar Oude koelvloeistof 0,25 m
3
6m
3
Drums
14 06 03* 16 01 14* 16 01 15
Benzine
0,01 m
Diesel
0,2 m
3
3
3
Oude motorolie
2m
Remolie
50 m
0,5 m 2m
3
15 m 3
3
3
0,5 m
3
Jerrycans
13 07 02*
Jerrycans
13 07 01*
Bovengrondse
13 01 13*
tank
13 02 08*
Bovengrondse
16 01 13*
tank Motorblokken
100 stuks
1600 stuks
Zeecontainer
16 01 21* 16 01 99 16 01 22
Glasafval
1m
3
1m
3
40.000 kg
Open stalen
16 01 20
container Oude metalen
255.000 kg
Open stalen
12 01 13
container
16 01 17 16 01 18 16 01 (divers)
Deuren
Niet bekend
2000 stuks
(Zee)container
12 01 13 16 01 17 16 01 18
Velgen
Niet bekend
2000 stuks
(Zee)container
16 01 19 12 01 13
16\18
Bijlage 1: Projecttoelichting bij aanvraagnummer 1025751
Kenmerk R002-1213513EBA-nja-V03-NL
Aard
Maximale opslag Hoeveelheid per Opslagwijze
Euralcode
jaar 16 01 17 16 01 18 Radiateuren
Niet bekend
500 stuks
(Zee)container
12 01 13 16 01 17 16 01 18
Accu´s
3m
3
6000 kg
(Zee)container
16 06 01* 16 06 05 16 06 06*
Achterlichten
2m
3
2000 kg
(Zee)container
16 01 19
Schokbrekers
4m
3
5000 kg
(Zee)container
12 01 13 16 01 17 16 01 18
Bumpers
4m
3
5000 kg
(Zee)container
16 01 19 12 01 13 16 01 17 16 01 18
0,2 m
3
0,5 m
3
Ontvettingsmiddel 0,2 m
3
0,5 m
3
Ruitensproeier
Drum
14 06 03*
antivries
Banden
300 stuks
6000 stuks
Drum
14 06 03*
Los
16 01 22 16 01 99
Wrakken/
1200 stuks
Los
16 02 15*
Voertuigen/
16 02 16
Aggregaten LPG-tanks
10 stuks
Slib/zand
1,2 m
Olie-
3
50 stuks
brandstoffilters
25 stuks 2,4 m
3
800 stuks
Rek/ container
16 01 16
Olie-
13 05 02*
waterafscheider
13 05 08*
Drum
16 01 21* 16 01 99 16 01 22
3.23 Autowrakken Binnen de inrichting worden zowel personenauto’s als bussen en vrachtwagens gedemonteerd. Per jaar worden maximaal 1.200 autowrakken opgeslagen. Dit zijn allen natte wrakken. De wrakken staan opgeslagen op een vloeistofdichte vloer, deels binnen en deels buiten.
Bijlage 1: Projecttoelichting bij aanvraagnummer 1025751
17\18
Kenmerk R002-1213513EBA-nja-V03-NL
Ontmanteling van de wrakken vindt plaats in de bedrijfshal. De lijst met te demonteren onderdelen is opgenomen in het OLO. Er worden per jaar maximaal 800 wrakken gedemonteerd. Het overige deel van de wrakken staat opgeslagen voor export. De LPG tanks worden uitpandig in een stalen rek opgeslagen. Dit gaat om maximaal tien stuks.
3.24 Compressor In de onderstaande tabel is de compressor opgenomen die wordt gebruikt binnen de inrichting. Tabel 3.5 Aanwezige compressor
Naam/nummer
110862
Locatie
Inpandig
Aandrijving
Elektrische
Inhoud drukvat
Luchtdruk
Olieafscheiding
[liter]
[mbar]
[ja/nee]
500
10
Ja
aandrijving
3.25 Werkplaats De werkplaats bevindt zich in de loods. Hier vindt de demontage van de (vracht)autowrakken plaats. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de volgende machines/toestellen: Snijbrander Luchthamer Heftrucks Machine om banden van velg te halen
18\18
Bijlage 1: Projecttoelichting bij aanvraagnummer 1025751
Bijlage
1
Niet-technische samenvatting van de activiteiten en processen
Inleiding J. van Rijn Oudijzer en Metaalhandel B.V. (hierna Van Rijn) is gelegen op het adres Smidstraat 7, aan de rand van het bedrijventerrein ’t Heen in Katwijk. Aan de noordzijde wordt de inrichting begrensd door de Smidstraat en de loods van de inrichting. Aan de oost- en westzijde wordt de inrichting begrensd door naastgelegen bedrijven en aan de zuidzijde door water. De inrichting bestaat uit een buitenterrein en een bedrijfshal, die een oppervlakte heeft van circa 400 m2. Binnen de inrichting worden sloopwerkzaamheden verricht aan personenvoertuigen, vrachtwagens en bussen. Daarnaast wordt (autowrakken gerelateerd) schroot ingezameld en bewaard voor verdere verwerking door erkende verwerkingsbedrijven. Ook worden wrakken opgeslagen voor de export naar het buitenland. De omvang waarin de werkzaamheden plaatsvinden zijn relatief kleinschalig. Kernactiviteiten De kernactiviteiten die bij vergunningverlening binnen de inrichting worden verricht, zijn: Het opslaan en bewerken van voertuigen voor demontage Het opslaan van bij de demontage vrijkomende afvalstoffen Het opslaan en bewerken van metaalafvalstoffen Het stallen van motorvoertuigen Het opslaan van (schade)voertuigen bestemd voor handel en export Het verrichten van (herstel)werkzaamheden aan motorvoertuigen bestemd voor handel en export Las- en snijwerkzaamheden De opslag van gasflessen, vloeistoffen in emballage en bovengrondse opslagtanks Aanvoer wrakken Per dag komen maximaal twee vrachtwagens naar de inrichting waarvan er één komt om wrakken te brengen en één om de gedemonteerde wrakken af te voeren. Daarnaast worden er per dag gemiddeld 6 te demonteren personenauto’s plus 1 vrachtwagen aangevoerd op eigen kracht. De autowrakken die per vrachtwagen aankomen en de gedemonteerde wrakken worden geladen en gelost met behulp van een op de vrachtwagen aanwezige kraan. Deze wordt aangedreven door middel van de motor van de vrachtwagen. Aanwezige machines/toestellen De demontage van voertuigen vindt plaats in de bedrijfshal. Hier is een vloeistofdichte vloer aanwezig. De demontage van de wrakken vindt plaats met behulp van de volgende machines/toestellen: Snijbrander Luchthamer Heftrucks Machine om banden van velg te halen
Alle bruikbare materialen en onderdelen afkomstig van gesloopte wrakken worden gescheiden verzameld in containers en rekken op het buitenterrein. Afvalvloeistoffen en materialen/onderdelen die niet meer voldoen aan de eisen van de afnemers worden op deugdelijke wijze opgeslagen (bijvoorbeeld in een tank met lekbak) met het doel deze door erkende verwerkers op milieuverantwoorde wijze te laten verwerken. Er zijn geen vaste medewerkers in dienst bij Van Rijn. Van Rijn werkt zelfstandig. Hij demonteert autowrakken en sorteert de materialen. Hij is bekend met alle procedures, bijvoorbeeld het opruimen van morsingen. Hij is vakbekwaam (aantoonbaar door certificering). Emissies Bij de normale bedrijfsvoering van Van Rijn kunnen de volgende emissies naar het milieu plaatsvinden: Emissies naar de lucht Emissies naar het water Geluidsemissie De emissies naar de lucht zijn afkomstig van de vervoersbewegingen van en naar de inrichting voor het brengen en halen van de autowrakken en onderdelen. Vanuit het vervoer komt stikstofoxiden (NOx) en fijn stof vrij. Emissies naar het water vindt plaats als het lozen van afvalwater. Binnen de inrichting komt afvalwater vrij in de vorm van huishoudelijk afvalwater (afkomstig van sanitaire voorzieningen) en mogelijk verontreinigd hemelwater van het buitenterrein (waar autowrakken worden opgeslagen). Van het dak is niet verontreinigd hemelwater afkomstig, maar aangezien dit hemelwater vanaf het dak op het verharde buitenterrein terecht komt, is dit niet als zodanig benoemt. Het mogelijk verontreinigd afvalwater wordt via een olie-waterafscheider afgevoerd naar het gemeentelijk riool. Geluidsemissies zijn afkomstig van activiteiten en vervoer. De geluidsbronnen zijn: Aan- en afvoer van auto- en vrachtwagenwrakken Aanvoer van auto’s en vrachtwagens op eigen kracht Laden en lossen van vrachtwagens Werkzaamheden met heftrucks, waaronder storten van ontmantelde onderdelen in een container op het buitenterrein Demontage en overige activiteiten in de bedrijfshal met behulp van een snijbrander, luchthamer en een machine om banden van velgen te halen
Bijlage
2
Bodemrisicoanalyse
Tabel Nr. Beschrijving Opslag in bovengrondse tank 1.
Beoordeling Activiteit 1.3 Opslag in bovengrondse tank vrij van de ondergrond Er zijn twee bovengrondse tanks aanwezig voor de opgesteld opslag van afgewerkte olie. De tanks staan in een lekbak Cvm nr: IV boven een vloeistofdichte voorziening. Voorziening Vloeistofdichte voorziening Aandacht voor hemelwater (inpandig)
2.
Op- en overslag (viskeuze) stoffen en vloeistoffen in emballage
Maatregel Periodieke inspectie en controle vloeistofdichte voorziening Algemene zorg Activiteit 3.3.1 en 3.3.2 Op- en overslag van vaste stoffen in emballage Op- en overslag viskeuze stoffen en vloeistoffen in emballage Cvm nr: II en III
In de bedrijfshal worden diverse (vloei)stoffen in emballage opgeslagen. Tevens worden de onderdelen van de (auto)wrakken opgeslagen in daarvoor bestemde Voorziening bakken. De vloer in de bedrijfshal is vloeistofdicht. Vloeistofdichte voorziening Aandacht voor hemelwater (inpandig)
3.
Maatregel Periodieke inspectie en controle vloeistofdichte voorziening Visueel toezicht Algemene zorg Activiteit 3.4 Overgieten, aftanken of afvullen Overgieten, aftanken of afvullen De vloeistoffen uit de (auto)wrakken worden overgegoten Cvm nr: III in de bovengrondse opslagtanks. Voorziening Vloeistofdichte voorziening Aandacht voor hemelwater (inpandig) Maatregel Periodieke inspectie en controle vloeistofdichte voorziening Visueel toezicht Algemene zorg
Advies Aandachtspunt Geen Conclusie Verwaarloosbaar bodemrisico
Aandachtspunt Geen Conclusie Verwaarloosbaar bodemrisico
Aandachtspunt Geen Conclusie Verwaarloosbaar bodemrisico
Nr. Beschrijving Aftappen 4. De vloeistoffen uit de autowrakken worden afgetapt. Dit gebeurt boven een vloeistofdichte voorziening.
Beoordeling Activiteit 3.5 Overgieten, aftanken of afvullen Cvm nr: III Voorziening Vloeistofdichte voorziening Aandacht voor hemelwater (inpandig)
5.
Afvoer van afvalwater in bedrijfsriolering
Maatregel Periodieke inspectie en controle vloeistofdichte voorziening Visueel toezicht Algemene zorg Activiteit 5.1 Afvoer van afvalwater in bedrijfsriolering Cvm nr: II Voorziening Aandacht voor putten, slibvangers, olieafscheiders, verbindingen, ontvangputten
6.
Activiteiten in werkplaats In de bedrijfshal is een werkplaats aanwezig voor het demonteren van autowrakken en – onderdelen.
Maatregel Algemene zorg Activiteit 5.3 Activiteiten in werkplaats Cvm nr: III Voorziening Vloeistofdichte voorziening Aandacht voor gecontroleerde afvoer Maatregel Periodieke inspectie en controle vloeistofdichte voorziening Algemene zorg
Advies Aandachtspunt Geen Conclusie Verwaarloosbaar bodemrisico
Aandachtspunt Onderhouds- en inspectieprogramma Conclusie Verwaarloosbaar bodemrisico indien onderhouds- en inspectieprogramma conform CUR rapport 2001-3
Aandachtspunt Geen Conclusie Verwaarloosbaar bodemrisico
Behoort bij besluit van burgemeester en wethouders van de gemeente Katwijk d.d. 18-08-2015 no. 292657 Mij bekend, 473104Hoofd Afdeling Ruimte & Veiligheid
Akoestisch onderzoek Autodemontagebedrijf J. van Rijn
12 september 2013
Akoestisch onderzoek Autodemontagebedrijf J. van Rijn
Smidstraat 7 te Katwijk aan Zee
Kenmerk R001-1213513RVN-vvv-V03-NL
Verantwoording Titel
Akoestisch onderzoek Autodemontagebedrijf J. van Rijn
Opdrachtgever
Texplor ing. A. (Angelique) Godschalk-Allart R. (Rob) van Nijburg 1213513 20 (exclusief bijlagen) 12 september 2013
Projectleider Auteur(s) Projectnummer Aantal pagina's Datum Handtekening
Ontbreekt in verband met digitale verwerking. Dit rapport is aantoonbaar vrijgegeven.
Colofon Tauw bv BU Industry Rhijnspoor 209 Postbus 6 2900 AA Capelle aan den IJssel Telefoon +31 10 28 86 10 0 Fax +31 10 28 86 16 6
Dit document is eigendom van de opdrachtgever en mag door hem worden gebruikt voor het doel waarvoor het is vervaardigd met inachtneming van de rechten die voortvloeien uit de wetgeving op het gebied van het intellectuele eigendom. De auteursrechten van dit document blijven berusten bij Tauw. Kwaliteit en verbetering van product en proces hebben bij Tauw hoge prioriteit. Tauw hanteert daartoe een managementsysteem dat is gecertificeerd dan wel geaccrediteerd volgens: -
NEN-EN-ISO 9001
Akoestisch onderzoek Autodemontagebedrijf J. van Rijn
5\20
Kenmerk R001-1213513RVN-vvv-V03-NL
6\20
Akoestisch onderzoek Autodemontagebedrijf J. van Rijn
Kenmerk R001-1213513RVN-vvv-V03-NL
Inhoud Verantwoording en colofon .......................................................................................................... 5 1
Inleiding.......................................................................................................................... 9
2
Onderzoeksgegevens ................................................................................................. 10
2.1 2.2 2.2.1 2.3 2.3.1 2.3.2 2.3.3 2.3.4
Gehanteerde uitgangspunten ........................................................................................ 10 Bedrijfsomschrijving ...................................................................................................... 10 Ligging en indeling inrichting en omgeving ................................................................... 10 Activiteitenomschrijving ................................................................................................. 10 Algemeen ...................................................................................................................... 10 Vervoersbewegingen (aan- en afvoer) .......................................................................... 11 Activiteiten buitenterrein ................................................................................................ 12 Activiteiten in de bedrijfshal ........................................................................................... 12
3 3.1 3.2
Normstelling ................................................................................................................ 12 Langtijdgemiddelde beoordelingsniveau (LAr,LT) ............................................................ 12 Maximale geluidniveaus (LAmax) ..................................................................................... 13
4
Akoestische gegevens................................................................................................ 13
4.1 4.2
Geluidmetingen en berekeningen ................................................................................. 13 Overzicht van de toegepaste geluidbronnen................................................................. 13
4.2.1 4.2.2 4.2.3 4.2.4
Mobiele geluidbronnen .................................................................................................. 14 Geluidafstralende gebouwdelen .................................................................................... 14 Overige geluidbronnen .................................................................................................. 15 Bronnen ten behoeve van de maximale geluidniveaus ................................................. 15
4.3
Gehanteerde rekenmethode ......................................................................................... 16
5
Resultaten en beoordeling ......................................................................................... 16
5.1 5.2 5.3
Langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus (LAr,LT) .......................................................... 16 Maximale geluidsniveaus (LAmax) ................................................................................... 17 Best Beschikbare Technieken ....................................................................................... 18
6
Conclusie ..................................................................................................................... 19
Akoestisch onderzoek Autodemontagebedrijf J. van Rijn
7\20
Kenmerk R001-1213513RVN-vvv-V03-NL
Bijlage(n) 1 Algemene begrippenlijst 2 3 4 5
8\20
Figuren Invoergegevens Berekeningsresultaten Rapportage Peutz kenmerk F 19905-1-RA
Akoestisch onderzoek Autodemontagebedrijf J. van Rijn
Kenmerk R001-1213513RVN-vvv-V03-NL
1 Inleiding In opdracht van Texplor (verder te noemen opdrachtgever) is door Tauw een akoestisch onderzoek uitgevoerd ten behoeve van Autodemontagebedrijf J. van Rijn, gelegen aan de Smidstraat 7 te Katwijk aan Zee. Aanleiding tot het onderzoek is een vergunningsaanvraag voor de geplande activiteiten op de inrichting. Doel van dit onderzoek is het bepalen van de te verwachten geluidbelasting ten gevolge van de beoogde activiteiten binnen de inrichting. Het onderzoek is gebaseerd op eerder uitgevoerde geluidmetingen, akoestisch onderzoek uitgevoerd door Peutz met kenmerk F 19905-1-RA, van 30 mei 2011, literatuurgegevens en Tauw-expertise. Aan de hand van de verkregen gegevens is een akoestisch rekenmodel vervaardigd waarmee de te verwachten geluidniveaus naar de omgeving zijn berekend. De geluidniveaus ten gevolge van de onderzochte inrichting zijn bepaald conform de ‘Handleiding Meten en Rekenen Industrielawaai 1999’, van het Ministerie van VROM. Om in onderhavig onderzoek inzicht te krijgen in mogelijke knelpunten ten aanzien van de vergunbaarheid is een beoordeling uitgevoerd waarbij gebruik is gemaakt van de Handreiking industrielawaai en vergunningverlening (HILV) en het Geluidreductieplan Industrieterrein ’t Heen te Katwijk, Kenmerk IB269-4-RA-001. De feitelijke beoordeling van de inpasbaarheid van de inrichting op de onderzochte locatie zal worden uitgevoerd door het bevoegd gezag. In hoofdstuk 2 is aangegeven welke uitgangspunten zijn gehanteerd bij het onderzoek en is een bedrijfs- en situatieomschrijving opgenomen. In hoofdstuk 3 wordt nader ingegaan op het toetsingskader. In hoofdstuk 4 worden de akoestisch relevante gegevens weergegeven. Hoofdstuk 5, bevat de rekenresultaten en beschouwing. In hoofdstuk 6 ten slotte, is een samenvatting met conclusies van het onderzoek gegeven. Ter verduidelijking van de gehanteerde begrippen is in bijlage 1 een algemene begrippenlijst opgenomen.
Akoestisch onderzoek Autodemontagebedrijf J. van Rijn
9\20
Kenmerk R001-1213513RVN-vvv-V03-NL
2 Onderzoeksgegevens 2.1
Gehanteerde uitgangspunten
Ten behoeve van onderhavig onderzoek is gebruik gemaakt van de volgende uitgangspunten: Beschikbaar gesteld rekenmodel van bedrijventerrein ’t Heen, uitgegeven door het bevoegd gezag, uitgegeven op 4 maart 2013 Geluidreductieplan (ontwerp) bedrijventerrein ’t Heen Katwijk, opgesteld door Peutz met kenmerk IB 269-4-RA-001, van 27 oktober 2011 Kadastrale ondergrond op rijkscoördinaten van de omgeving Akoestisch onderzoek van Peutz, met kenmerk F 19905-1-RA, van 30 mei 2011, beschikbaar gesteld door de opdrachtgever ‘Handleiding Meten en Rekenen Industrielawaai 1999’, van het Ministerie van VROM Tauw-expertise
2.2
Bedrijfsomschrijving
2.2.1 Ligging en indeling inrichting en omgeving De onderzochte inrichting is gelegen op bedrijventerrein ’t Heen in Katwijk, waarvoor in 1990 bij Koninklijk Besluit een geluidzone is vastgesteld ter uitvoering van artikel 40 van de Wet geluidhinder (Wgh). De onderzochte inrichting is gelegen op het adres Smidstraat 7, aan de rand van het bedrijventerrein. De dichtst bijgelegen geluidgevoelige bestemmingen (woningen) liggen aan de zuidzijde van de inrichting op een afstand van circa 85 meter, gelegen aan de Duizendschoon. Aan de noordzijde wordt de inrichting begrensd door de Smidstraat en de loods van de inrichting. Aan de oost- en westzijde wordt de inrichting begrensd door naastgelegen bedrijven en aan de zuidzijde door water. In figuur 2 van bijlage 2 is de situering van de inrichting en de omgeving weergegeven. De inrichting bestaat voornamelijk uit een bedrijfshal en een buitenterrein. Volgens opgave van de opdrachtgever is gepland om op deze locatie tevens vrachtwagens te gaan demonteren. Dit vindt alleen plaats in de bedrijfshal. De op de inrichting aanwezige bedrijfshal heeft een oppervlakte van 25 bij 16 meter en een nokhoogte van circa 7 meter.
2.3
Activiteitenomschrijving
2.3.1 Algemeen Op het buitenterrein worden auto- en vrachtwagenwrakken aan- en afgevoerd of opgeslagen. Ontmantelde onderdelen worden in een container gestort. De aanvoer van de wrakken vindt plaats per vrachtwagen of op eigen kracht.
10\20
Akoestisch onderzoek Autodemontagebedrijf J. van Rijn
Kenmerk R001-1213513RVN-vvv-V03-NL
De afvoer van de ontmantelde wrakken vindt plaats per vrachtwagen. Aan de zuidzijde wordt het terrein gedeeltelijk afgeschermd van de omgeving door een 2,5 meter hoge keerwand. In de bedrijfshal worden de wrakken gedemonteerd met behulp van elektrisch, pneumatisch en handgereedschap. Er worden geen demontagewerkzaamheden op het buitenterrein uitgevoerd. Volgens opgave is de inrichting van maandag tot en met vrijdag in de dagperiode geopend tussen 08.00 en 18.00 uur. Mogelijk wordt er op zaterdag overgewerkt. Dit vindt dan in de regel plaats tussen 09.00 en 14.00 uur. Alle akoestisch relevante activiteiten vinden alleen plaats gedurende de dagperiode. Tijdens een representatieve bedrijfssituatie (bedrijfssituatie die zich meer dan 12x per jaar kan voordoen) zijn per dag gemiddeld 2 werknemers binnen de inrichting aanwezig en vinden de volgende activiteiten plaats: Aan- en afvoer van auto- en vrachtwagenwrakken Aanvoer van auto’s en vrachtwagens op eigen kracht Laden en lossen van vrachtwagens Werkzaamheden met heftrucks, waaronder storten van ontmantelde onderdelen in een container op het buitenterrein Demontage en overige activiteiten in de bedrijfshal In de bedrijfshal is in een aparte behuizing een compressor opgesteld. Vanwege deze opstelling is de geluidemissie hiervan akoestisch gezien niet relevant. Op het buitenterrein vinden alleen intern transport en containerbelading plaats. Ontmantelingactiviteiten vinden alleen binnen in de bedrijfshal plaats. 2.3.2 Vervoersbewegingen (aan- en afvoer) In de dagperiode komen maximaal twee vrachtwagens waarvan er één komt om wrakken te brengen en één om de gedemonteerde wrakken af te voeren. Deze vrachtwagens rijden via de toegang aan de noordzijde het terrein op en manoeuvreren vervolgens naar de positie waar geleden dan wel gelost wordt. Ten behoeve van de aanvoer van de wrakken op eigen kracht is in onderhavig onderzoek ervan uit gegaan dat er per dag gemiddeld 6 te demonteren personenauto’s komen plus 1 vrachtwagen. De personenwagens en te demonteren vrachtwagen rijden of rechtstreeks via de overheaddeur aan de straatzijde de bedrijfshal in, of rijden het terrein op en parkeren daar. Ten behoeve van het akoestisch onderzoek is ervan uitgegaan dat alle 6 de personenwagens en de vrachtwagen op het terrein zullen parkeren voordat ze gedemonteerd zullen worden (worst-case situatie).
Akoestisch onderzoek Autodemontagebedrijf J. van Rijn
11\20
Kenmerk R001-1213513RVN-vvv-V03-NL
2.3.3
Activiteiten buitenterrein
De autowrakken die per vrachtwagen aankomen en de gedemonteerde wrakken worden geladen en gelost met behulp van een op de vrachtwagen aanwezige kraan die wordt aangedreven door middel van de motor van de vrachtwagen die op de momenten dat de kraan in werking is met verhoogd toerental draait. Het laden of lossen duurt gemiddeld 10 minuten. Binnen de inrichting zijn verder twee heftrucks aanwezig, een 10-tons heftruck en een 3-tons heftruck. Volgens opgave is de 10-tons heftruck gemiddeld 10 minuten per dag op het buitenterrein werkzaam. De 3-tons heftruck is volgens opgave gemiddeld 4 uur per dag werkzaam waarvan 50 % op het buitenterrein en de rest van de tijd in de bedrijfshal. 2.3.4 Activiteiten in de bedrijfshal In de bedrijfshal vinden diverse akoestisch relevante activiteiten plaats. Het betreft met name het gebruik van een snijbrander en een luchthamer plus een machine om banden van een velg af te halen plus het rijden van de 3-tons heftruck in de bedrijfshal. Volgens opgave wordt de snijbrander effectief een half uur per dag gebruikt en de luchthamer 3 uur. De bandenmachine wordt gemiddeld een kwartier per dag gebruikt om de banden van de velgen te halen. Volgens opgave van de opdrachtgever vinden er op de momenten dat de overheaddeuren geopend zijn, geen akoestisch relevante activiteiten plaats in de bedrijfshal.
3 Normstelling De optredende geluidniveaus worden door het bevoegde gezag beoordeeld op vergunbaarheid. In dit onderzoek is de geluidbijdrage van de gehele inrichting berekend naar de door het bevoegde gezag opgegeven waarneempunten ofwel zonepunten, welke zijn weergegeven in de beschikbaar gestelde knip van het zonebeheermodel ‘t Heen.
3.1
Langtijdgemiddelde beoordelingsniveau (LAr,LT)
Een toetsing aan de gestelde grenswaarden met betrekking tot de langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus heeft in dit onderzoek niet plaatsgevonden omdat deze niet zijn opgegeven door het bevoegde gezag. Om in onderhavig onderzoek toch enig inzicht te krijgen in mogelijke knelpunten ten aanzien van de vergunbaarheid is een beoordeling uitgevoerd waarbij gebruik is gemaakt van de Handreiking industrielawaai en vergunningverlening (HILV) en het Geluidreductieplan Industrieterrein ’t Heen te Katwijk, Kenmerk IB269-4-RA-001. Tevens zijn in het rekenmodel een tweetal waarneempunten opgenomen ter hoogte van de dichtst bijgelegen geluidgevoelige bebouwing aan de Duizendschoon en Lupine.
12\20
Akoestisch onderzoek Autodemontagebedrijf J. van Rijn
Kenmerk R001-1213513RVN-vvv-V03-NL
3.2
Maximale geluidniveaus (LAmax)
Conform de HILV dient voor de representatieve bedrijfssituatie gestreefd te worden naar het voorkomen van maximale geluidniveaus van meer dan 10 dB boven het aanwezige geluidniveau. In sommige gevallen waarin niet aan deze streefwaarden kan worden voldaan, kunnen op basis van een afwijkingsbevoegdheid en gemotiveerd, hogere maximale geluidniveaus worden vergund. Hierbij gelden de volgende grenswaarden: 70 dB(A) tussen 07.00 en 19.00 uur (dagperiode) 65 dB(A) tussen 19.00 en 23.00 uur (avondperiode) 60 dB(A) tussen 23.00 en 07.00 uur (nachtperiode) De grenswaarden in de dagperiode kunnen, indien deze niet worden veroorzaakt door de hoofdactiviteit van de inrichting, na een bestuurlijke overweging worden uitgezonderd van voorschriften. Voorbeelden hiervan zijn laden en lossen van goederen en legen van vuilcontainers. Bij bovenstaande overwegingen spelen de opgebouwde rechten eveneens een belangrijke rol.
4 Akoestische gegevens 4.1
Geluidmetingen en berekeningen
Voor dit onderzoek zijn geen specifieke geluidmetingen ter plaatse uitgevoerd, maar is gebruik gemaakt van eerder uitgevoerde metingen bij een vergelijkbare situatie en is gebruik gemaakt van het akoestisch onderzoek uitgevoerd door Peutz, met kenmerk F 19905-1-RA, van 30 mei 2011. De bronvermogens van de toegepaste geluidbronnen zijn bepaald aan de hand van (eerder) uitgevoerde metingen en berekeningen. Deze metingen en berekeningen zijn uitgevoerd overeenkomstig de specialistische methoden uit de ‘Handleiding Meten en Rekenen Industrielawaai 1999’, te weten: Methode II.2; geconcentreerde bronmethode Methode II.7; uitstraling door gebouwen
4.2
Overzicht van de toegepaste geluidbronnen
Ten gevolge van de onderzochte bedrijfsvoering vinden zowel binnen in de bedrijfshal als ook buitenactiviteiten op het bedrijfsterrein plaats. In de onderstaande paragrafen zijn de emissierelevante geluidbronnen nader omschreven.
Akoestisch onderzoek Autodemontagebedrijf J. van Rijn
13\20
Kenmerk R001-1213513RVN-vvv-V03-NL
De bronvermogens van de toegepaste geluidbronnen betreffen een aantal puntbronnen, mobiele bronnen en geluidafstralende gebouwdelen. In bijlage 3 van deze rapportage zijn deze gegevens ook opgenomen. 4.2.1 Mobiele geluidbronnen Volgens opgave van de opdrachtgever komt gemiddeld per dag één vrachtwagen naar de inrichting voor het laden van wrakken, één vrachtwagen voor het lossen van wrakken en één vrachtwagen welke gedemonteerd zal gaan worden. Deze vrachtwagens rijden via de toegang aan de noordzijde het bedrijfsterrein op en rijden stapvoets over het terrein (5 km/u), waarna ze naar de positie manoeuvreren waar geladen of gelost wordt. Verder komen per dag gemiddeld 6 personenwagens naar de inrichting die op het bedrijfsterrein worden geparkeerd totdat ze in de bedrijfshal zullen worden gedemonteerd. De rijsnelheid van deze personenwagens bedraagt gemiddeld 10 km/u. Verder zijn op de inrichting nog een tweetal heftrucks werkzaam, zie ook paragraaf 2.3.3. De 10-tons heftruck is gemiddeld 10 minuten per dag effectief werkzaam op het terrein en de 3-tons heftruck gemiddeld 2 uur in de dagperiode. In de onderstaande tabel 4.1 zijn de toegepaste mobiele bronnen samengevat.
Tabel 4.1 Mobiele bronnen
Id.
Omschrijving
Aantallen/bedrijfsduur
Rijsnelheid
Bronvermogen
Km/u
Lwr in dB(A)
Dag
Avond
Nacht
Rijn01 10-tons heftruck
10 min
-
-
-
100
Rijn02 3-tons heftruck
120 min
-
-
-
89
Rijn03 Aan- afvoer wrakken vw
4
-
-
5
100
Rijn04 Aanrijden personenwagens
6
-
-
10
85
Rijn05 Aanvoer vrachtwagenwrak
1
-
-
5
100
4.2.2 Geluidafstralende gebouwdelen In de bedrijfshal vinden diverse akoestisch relevante werkzaamheden plaats ten behoeve van het demonteren van de wrakken. Het betreft met name het gebruik van een snijbrander en een luchthamer (pneumatische ratel), een machine voor het (de)monteren van banden op velgen en het rijden van de 3-tons heftruck in de bedrijfshal. Volgens opgave is deze gedurende 2 uur actief in de hal. De snijbrander met een bronvermogen 95 dB(A), en luchthamer met een bronvermogen van 98 dB(A) zijn effectief gedurende respectievelijk 0,5 uur en 3 uur in bedrijf. De bandenmachine met een bronvermogen van 85 dB(A), is volgens opgave gemiddeld 15 minuten per dag in bedrijf. Gezien de bronvermogens en bedrijfsduren van de diverse activiteiten in de bedrijfshal zijn de werkzaamheden met de luchthamer verreweg maatgevend.
14\20
Akoestisch onderzoek Autodemontagebedrijf J. van Rijn
Kenmerk R001-1213513RVN-vvv-V03-NL
Het voor de bedrijfsduur gecorrigeerd equivalente geluidvermogen van de luchthamer bedraagt 92 dB(A) in de dagperiode. Inclusief de overige activiteiten bedraagt het gecombineerde geluidvermogen 93 dB(A) in de dagperiode. Gezien de grootte van de hal en de mate van absorptie in de ruimte bedraagt het door de werkzaamheden in de hal veroorzaakte equivalente binnenniveau gedurende de dagperiode 75 dB(A), zie bijlage 3. In onderstaande tabel 4.2 zijn de akoestisch relevante geluidafstralende gebouwdelen samengevat.
Tabel 4.2 Toegepaste bronvermogens gevel-en dakvlakken
Id.
Omschrijving
LWr in dB(A)
Bedrijfsduurcorrectie in dB(A) Dag
Avond
Nacht
Rijn 06 en 07
Daklicht in dak
65,85
0
-
-
Rijn 08 en 09
Overheaddeur
59,85
0
-
-
Rijn 10
Dakvlak loods
69,48
0
-
-
4.2.3 Overige geluidbronnen De autowrakken worden geladen en gelost met behulp van een op de vrachtwagen aanwezige kraan welke wordt aangedreven door de motor van de vrachtwagen. Tijdens het gebruik van de kraan draait de vrachtwagenmotor met verhoogd toerental. Het akoestisch bronvermogen bedraagt LWr = 105 dB(A). Het laden of lossen van een vrachtwagen duurt gemiddeld 10 minuten. Ten behoeve van onderhavig akoestisch onderzoek is er vanuit gegaan dat er per dag maximaal 20 minuten geladen en/of gelost wordt. 4.2.4 Bronnen ten behoeve van de maximale geluidniveaus Vanwege de nabijheid van woningen aan de zuidzijde zijn de maximale geluidniveaus ten gevolge van de onderzochte activiteiten onderzocht. In onderstaande tabel zijn de toegepaste maximale geluidbronnen samengevat.
Tabel 4.3 Bronnen ten behoeve van de maximale geluidniveaus
Id.
Omschrijving
Toegepaste bronvermogen Lwr in dB(A)
Max 01 en 02
Afblazen remlucht
110
Max 03 t/m 05
Stootpieken van metalen onderdelen
115
Akoestisch onderzoek Autodemontagebedrijf J. van Rijn
15\20
Kenmerk R001-1213513RVN-vvv-V03-NL
4.3
Gehanteerde rekenmethode
Door middel van overdrachtsberekeningen zijn de optredende geluidsniveaus ter plaatse van de beoordelingspunten bepaald. De overdrachtsberekeningen zijn bepaald overeenkomstig de methode II.8 uit de ‘Handleiding Meten en Rekenen Industrielawaai 1999’. Voor de modellering is gebruik gemaakt van het softwarepakket Geonoise van DGMR, versie 5.43. Bij de berekeningen van de overdracht van geluid is uitgegaan van een afname van het geluidsniveau door geometrische uitbreiding, luchtabsorptie en bodemabsorptie. Tevens is rekening gehouden met reflecties en afscherming op het terrein van de inrichting en in de directe omgeving. Bepaling van de geluidsniveaus gedurende de dag-, avond- en nachtperiode vindt plaats op een beoordelingshoogte van 5 meter boven het plaatselijke maaiveld en worden, voor zover van toepassing, invallend beschouwd. Opgemerkt dient te worden dat de activiteiten van de onderzochte inrichting alleen in de dagperiode plaatsvinden. De invoergegevens van het rekenmodel zijn in bijlage 3 opgenomen. In bijlage 2, zijn de ligging van de objecten, geluidsbronnen en beoordelingspunten weergegeven.
5 Resultaten en beoordeling 5.1
Langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus (LAr,LT)
In tabel 5.1 zijn de langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus ten gevolge van de onderzochte inrichting op de waarneempunten in de directe omgeving van de inrichting weergegeven. In bijlage 4 zijn alle modeltechnische rekenresultaten opgenomen.
16\20
Akoestisch onderzoek Autodemontagebedrijf J. van Rijn
Kenmerk R001-1213513RVN-vvv-V03-NL
Tabel 5.1 Langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus
Id.
Omschrijving
Zone 54
LAr,LT in dB(A) Dagperiode
Avondperiode
Nachtperiode
(07.00-19.00 uur)
(19.00-23.00 uur)
(23.00-07.00)
35,3
-
-
Zonepunt
Zone 56
Zonepunt
34,4
-
-
W01
Woning Duizendschoon 63
33,7
-
-
Zone 60
Zonepunt
32,9
-
-
W02
Woning Lupine
32,5
-
-
Zone 52
Zonepunt
30,7
-
-
Zone 62
zonepunt
30,4
-
-
Uit de berekeningsresultaten blijkt dat op de omringende geluidzone de hoogste geluidbijdrage wordt berekend bij zonepunt 54. De berekende geluidbelasting bedraagt hier LAr,LT = 35,3 dB(A).
Ter plaatse van de dichtst bijgelegen geluidgevoelige bebouwing wordt een geluidbelasting berekend van LAr,LT = 33,7 dB(A) in de dagperiode.
5.2
Maximale geluidsniveaus (LAmax)
In tabel 5.2 zijn de berekende maximale geluidsniveaus weergegeven bij de dichtst bij gelegen geluidgevoelige bestemmingen. De modeltechnische rekenresultaten zijn tevens opgenomen in bijlage 4 van dit rapport.
Tabel 5.2 Berekende Maximale geluidsniveaus
Id.
Omschrijving
LAmax in dB(A) Dagperiode
Avondperiode
Nachtperiode
(07.00-19.00 uur)
(19.00-23.00 uur)
(23.00-07.00)
W01
Woning Duizendschoon 63
65
-
-
W02
Woning Lupine
64
-
-
Uit de berekeningsresultaten blijkt dat de maximale geluidniveaus bij de woningen, ten gevolge van de activiteiten, ten hoogste LAmax = 65 dB(A) bedragen. Deze maximale geluidniveaus worden veroorzaakt door stootpieken en kunnen voldoen aan de in hoofdstuk 3 aangegeven grenswaarden uit de HILV en hoeven geen belemmering te vormen voor de gewenste bedrijfsvoering.
Akoestisch onderzoek Autodemontagebedrijf J. van Rijn
17\20
Kenmerk R001-1213513RVN-vvv-V03-NL
5.3
Best Beschikbare Technieken
Voor zover bekend zijn er voor de onderzochte inrichting geen BBT-referentiedocumenten (BREF) van toepassing waarin specifieke eisen aan de geluidemissie worden gesteld. Op grond van artikel 8.11, derde lid, van de Wm dienen bij de verlening van een vergunning de beste beschikbare technieken te worden toegepast. Voor de inhoud van het beginsel van BBT kan worden aangesloten bij de tekst uit de Wet milieubeheer. In artikel 1.1, eerste lid, van de Wm wordt het begrip ‘beste beschikbare technieken’ als volgt omschreven: Voor het bereiken van een hoog niveau van bescherming van het milieu meest doeltreffende technieken om de emissies en andere nadelige gevolgen voor het milieu, die een inrichting kan veroorzaken, te voorkomen of, indien dat niet mogelijk is, zoveel mogelijk te beperken, die - kosten en baten in aanmerking genomen - economisch en technisch haalbaar in de bedrijfstak waartoe de inrichting behoort, kunnen worden toegepast, en die voor degene die de inrichting drijft, redelijkerwijs in Nederland of daarbuiten te verkrijgen zijn; daarbij wordt onder technieken mede begrepen het ontwerp van de inrichting, de wijze waarop zij wordt gebouwd en onderhouden, alsmede de wijze van bedrijfsvoering en de wijze waarop de inrichting buiten gebruik wordt gesteld. Dit betekent dat getracht moet worden de nadelige gevolgen voor het milieu die door de inrichting veroorzaakt kunnen worden, helemaal te voorkomen. Als dat niet mogelijk is moeten de aan de vergunning te verbinden voorschriften zoveel mogelijk bescherming bieden tegen die gevolgen, met dien verstande dat die voorschriften in ieder geval een zodanige bescherming moeten bieden dat, de desbetreffende bedrijfstak in aanmerking genomen, eventueel door het stellen van voorschriften tot het treffen van andere of aanvullende maatregelen - bij voorkeur bij de bron - als effect daarvan een niveau van bescherming wordt gerealiseerd dat gelijkwaardig is aan het milieubeschermende effect van de gangbare technieken die in de desbetreffende bedrijfstak als BBT worden aangemerkt. Onnodige geluidemissie dient derhalve zoveel mogelijk worden voorkomen - indien nodig door het treffen van maatregelen die verder gaan dan de BBT - tenzij het, om bijvoorbeeld technische, operationele en/of economische redenen niet mogelijk is de beperking van de geluidemissie te brengen op het uit milieuhygiënisch gezichtspunt gewenste niveau. Hierbij blijft echter steeds gelden dat altijd een niveau van milieubescherming moet worden gerealiseerd dat in overeenstemming is met de BBT of aan de BBT gelijkwaardig is. Hoewel de berekende geluidbelasting van de onderzochte inrichting voldoet aan de grenswaarden conform HILV, dienen de overheaddeuren in de gevel aan de zijde van de woonbebouwing wel zoveel mogelijk gesloten te blijven om onnodige geluidsbelasting op de woningen te vermijden. Tevens dient de maaiveldinrichting van het buitenterrein op een zodanige wijze uitgevoerd te worden dat er zo min mogelijk oneffenheden voorkomen. Hiermee wordt het ‘klepperen’ van de lepels van de heftrucks op het buitenterrein zo veel mogelijk vermeden.
18\20
Akoestisch onderzoek Autodemontagebedrijf J. van Rijn
Kenmerk R001-1213513RVN-vvv-V03-NL
Verder heeft de opdrachtgever aangegeven dat het de wens is om het terrein aan de achterzijde (waterzijde) over de gehele breedte te voorzien van een keerwand. Opgemerkt dient te worden dat hiermee in onderhavig onderzoek nog geen rekening is gehouden.
6 Conclusie Door Tauw is een akoestisch onderzoek uitgevoerd ten behoeve van Autodemontagebedrijf J. van Rijn, gelegen aan de Smidstraat 7 te Katwijk aan Zee. Aanleiding tot het onderzoek is een vergunningsaanvraag voor de geplande activiteiten op de inrichting. Doel van dit onderzoek is het bepalen van de te verwachten geluidbelasting ten gevolge van de beoogde activiteiten binnen de inrichting. Het onderzoek is gebaseerd op eerder uitgevoerde geluidmetingen, akoestisch onderzoek uitgevoerd door Peutz met kenmerk F 19905-1-RA, van 30 mei 2011, literatuurgegevens en Tauw-expertise. Aan de hand van de verkregen gegevens is een akoestisch rekenmodel vervaardigd waarmee de te verwachten geluidniveaus naar de omgeving zijn berekend. De geluidniveaus ten gevolge van de onderzochte inrichting zijn bepaald conform de ‘Handleiding Meten en Rekenen Industrielawaai 1999’, van het Ministerie van VROM. De berekende geluidsniveaus zijn indicatief getoetst aan de in hoofdstuk 3 gestelde grenswaarden. Een toetsing in het kader van de inpasbaarheid binnen de gestelde zone is in dit onderzoek niet uitgevoerd. Deze toetsing dient plaats te vinden door het bevoegde gezag. Uit onderzoek blijkt dat op de omliggende zone een hoogste geluidbelasting wordt berekend van LAr,LT = 35,3 dB(A), berekend bij zonepunt 54. Ter plaatse van de dichtst bijgelegen geluidgevoelige bestemmingen worden maximale geluidniveaus berekend van LAmax = 65 dB(A), in de dagperiode, ter plaatse bij waarneempunt W01, Woning Duizendschoon nr. 63. Deze maximale geluidniveaus worden veroorzaakt door stootpieken en hiermee kan worden voldaan aan de in hoofdstuk 3 gestelde waarden uit de HILV. De berekende langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus zijn in dit onderzoek vooralsnog niet getoetst of deze inpasbaar zijn binnen de zone. Deze beoordeling vindt plaats door het bevoegde gezag.
Akoestisch onderzoek Autodemontagebedrijf J. van Rijn
19\20
Kenmerk R001-1213513RVN-vvv-V03-NL
20\20
Akoestisch onderzoek Autodemontagebedrijf J. van Rijn
Bijlage
1
Algemene begrippenlijst
Algemene begrippenlijst Afwijkende bedrijfssituatie
Regelmatig voorkomende (vaker dan 12 keer per jaar) bedrijfsomstandigheden die afwijken van de representatieve bedrijfssituatie en waarbij hogere geluidniveaus optreden dan bij de representatieve bedrijfssituatie.
Avondperiode
De beoordelingsperiode van 19.00 tot 23.00 uur.
BBT
De voor het bereiken van een hoog niveau van bescherming van het milieu meest doeltreffende technieken om de emissies en andere nadelige gevolgen voor het milieu, die een inrichting kan veroorzaken, te voorkomen of, indien dat niet mogelijk is, zoveel mogelijk te beperken, die - kosten en baten in aanmerking genomen - economisch en technisch haalbaar in de bedrijfstak waartoe de inrichting behoort, kunnen worden toegepast, en die voor degene die de inrichting drijft, redelijkerwijs in Nederland of daarbuiten te verkrijgen zijn; daarbij wordt onder technieken mede begrepen het ontwerp van de inrichting, de wijze waarop zij word gebouwd en onderhouden, alsmede de wijze van bedrijfsvoering en de wijze waarop de inrichting buiten gebruik wordt gesteld.
Beoordelingspunt
De plaats waar het geluidniveau wordt bepaald.
Bronvermogen (Lwr)
Het immissierelevante geluidvermogenniveau van een denkbeeldige monopool, gelegen in het centrum van de werkelijke geluidbron die in de richting van het immissiepunt dezelfde geluidniveaus veroorzaakt als de werkelijke geluidbron.
Contour
Een lijn die de geluidniveaus van gelijke waarden met elkaar verbind.
Dagperiode
De beoordelingsperiode van 07.00 tot 19.00 uur.
Directe hinder
Hinder die optreedt ten gevolge van activiteiten die een directe relatie hebben met de bedrijfsactiviteiten, en waarvan de bron binnen de inrichtingsgrenzen ligt.
Equivalent geluidniveau (LAeq)
Het energetisch gemiddelde van de fluctuerende niveaus van het ter plaatse in de loop van een bepaalde periode optredend geluid.
Etmaalwaarde
(Letmaal)
De hoogste van de volgende drie waarden van het equivalente geluidniveau c.q. het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau: 1. De waarde over de periode 07.00-19.00 uur (dagperiode) 2. De met 5 dB(A) verhoogde waarde over de periode 19.00-23.00 uur (avondperiode) 3. De met 10 dB(A) verhoogde waarde over de periode 23.00-07.00 uur (nachtperiode)
Geluidbelasting
Etmaalwaarde van het equivalente geluidniveau in dB(A) op een bepaalde plaats afkomstig van een bepaalde bron of brongroep of inrichting(en) gelegen op een zoneringsplichtig industrieterrein.
Geluidniveau
Het gemeten of berekende momentane geluidniveau, overeenkomstig de door de IEC ter zake opgestelde regels.
Geluidzone
In het bestemmingsplan vastgelegde zone rond een gezoneerd industrieterrein waarbuiten de geluidbelasting ten gevolge van het industrieterrein niet meer dan 50 dB(A) mag bedragen.
Gezoneerd industrieterrein
Industrieterreinen die vanwege de omvang of de benuttingsmogelijkheden ingevolge de Wet geluidhinder zoneplichtig zijn.
Immissieniveau (L i)
Het equivalente geluidniveau dat tijdens een bepaalde bedrijfstoestand onder meteoraamomstandigheden op een bepaalde plaats en hoogte word vastgesteld.
Immissiepunt
De plek waar het geluidniveau wordt bepaald.
Impulsachtig geluid
Geluid met een op het beoordelingspunt (binnen het aldaar aanwezige geluid) duidelijk waarneembaar impulsachtig karakter.
Incidentele bedrijfssituatie
Een bedrijfstoestand die maximaal 12 dagen per jaar optreedt.
Indirecte hinder
Hinder die optreedt ten gevolge van activiteiten die een directe relatie hebben met de bedrijfsactiviteiten, maar waarvan de bron buiten de inrichtingsgrenzen ligt.
Invallend geluid
Het geluidniveau dat op een gevel invalt zonder dat hierbij de eigen gevelreflectie wordt betrokken.
L95-niveau (L95)
Het omgevingsgeluidniveau dat 95 % van de tijd overschreden word.
Langtijdgemiddeld beoordelingsniveau (LAr,LT)
Energetische sommatie van de equivalente geluidniveaus op een beoordelingspunt, zo nodig gecorrigeerd voor de aanwezigheid van impulsachtig geluid, tonaal geluid of muziekgeluid.
Maximaal geluidniveau (LAmax)
Het maximaal te meten geluidniveau in de meterstand ‘fast’, gecorrigeerd met de meteocorrectieterm Cm.
Meteocorrectieterm (Cm)
Een term waarmee de geluidimmissie onder gestandaardiseerde reproduceerbare meteocondities word gecorrigeerd.
Meteoraam
De meteorologische omstandigheden waaronder een goede en stabiele geluidoverdracht plaatsvindt.
Muziekgeluid
Geluid met een op het beoordelingspunt (binnen het aldaar aanwezige geluid) duidelijk waarneembaar muziekkarakter.
Nachtperiode
De beoordelingsperiode van 23.00 tot 07.00 uur.
Referentieniveau
De hoogste waarde van het niveau van - of het omgevingsgeluid, dat 95 % van de tijd overschreden word (L95niveau), of het equivalente geluidniveau van het wegverkeer minus 10 dB.
Referentiepunt
Meet- of rekenpunt gebruikt als positie om van daaruit door extrapolatie het geluidniveau op een beoordelingspunt te bepalen.
Representatieve bedrijfssituatie Toestand waarbij de voor de geluidproductie relevante omstandigheden kenmerkend zijn voor een gemiddelde bedrijfsvoering bij volledige capaciteit in de te beschouwen etmaalperiode. Stoorgeluid
Het op een bepaalde plaats optredende geluid, veroorzaakt door andere geluidbronnen dan die waarvan het geluidniveau wordt bepaald.
Tonaal geluid
Geluid met een op het beoordelingspunt (binnen het aldaar aanwezige geluid) duidelijk waarneembaar tonaal karakter.
Zonebewakingspunt
Een beoordelingspunt waarop de geluidniveaus vanwege gezoneerde industrieterreinen worden bewaakt.
Bijlage
2
Figuren
Tauw bv
LEGENDA Bodemgebied Gebouw GPS calibratiepunt Grid Lijnbron Mobiele bron Ontvanger
zone64
Puntbron
zone62 Scherm zone46 0m
70 m
schaal = 1 : 2500
zone60 oorsprong = 89400, 467900
zone48
zone50
zone62*
zone52 zone60*
zone54 zone56 W01
zone58
W02
468000
90000
Figuur 1. Ligging waarneempunten
Bijlage 2
Industrielawaai - IL, Zonebeheermodel ' Heen - Smidstraat 7 - Smidstraat 7 J. van Rijn juni 2013 [P:\1213513-002\Ontvangen gegevens\Rekenmodel 1213513\] , Geonoise V5.43
Tauw bv
Bijlage 2
LEGENDA Bodemgebied Gebouw GPS calibratiepunt Grid Lijnbron Mobiele bron Ontvanger Puntbron Scherm
0m
10 m
schaal = 1 : 400 oorsprong = 89730, 468120
Rijn09
Rijn03
Rijn07
Rijn04
Rijn10
Rijn06
Max05
Rijn05
Ri jn0 1
Rijn08 Max01 Max03 Rijn11
Rijn
02
Max02
Max04
Industrielawaai - IL, Zonebeheermodel ' Heen - Smidstraat 7 - Smidstraat 7 J. van Rijn juni 2013 [P:\1213513-002\Ontvangen gegevens\Rekenmodel 1213513\] , Geonoise V5.43
Figuur 2. Ligging bronnen
Bijlage
3
Invoergegevens
Akoestisch onderzoek J. van Rijn
1213513
II7 UITSTRALING GEBOUWEN ___________________________________________________________________________________________ Onderdeel Bronnaam MeetDatum Meetduur Type geluid Temperatuur [°C] Windsnelheid [m/s] Hoek windricht [°] RV [%] Opp. meetv [m²] Cd [dB]
: : : : : : : : : : :
J. van Rijn Daklicht in dakvlak loods 22-5-2013 : : Continu ----45.00 4
Frequentie [Hz] : 31.5 63 125 250 500 1000 2000 4000 8000 dB(A) —————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————— Lp [dB(A)] : 46.6 44.5 40.7 48.0 59.5 69.5 70.9 67.6 64.5 74.9 Achtergr [dB(A)] : ----------10log(S) [dB] : 16.5 16.5 16.5 16.5 16.5 16.5 16.5 16.5 16.5 Isolatie [dB] : 2.0 4.0 6.0 7.5 12.0 16.5 21.0 25.0 29.0 Cd [dB] : 4.0 4.0 4.0 4.0 4.0 4.0 4.0 4.0 4.0 —————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————— Lw [dB(A)] : 57.1 53.0 47.2 53.0 60.0 65.5 62.4 55.1 48.0 68.9
II7 UITSTRALING GEBOUWEN ___________________________________________________________________________________________ Onderdeel Bronnaam MeetDatum Meetduur Type geluid Temperatuur [°C] Windsnelheid [m/s] Hoek windricht [°] RV [%] Opp. meetv [m²] Cd [dB]
: : : : : : : : : : :
J. van Rijn Overheaddeur in loods 22-5-2013 : : Continu ----16.00 4
Frequentie [Hz] : 31.5 63 125 250 500 1000 2000 4000 8000 dB(A) —————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————— Lp [dB(A)] : 46.6 44.5 40.7 48.0 59.5 69.5 70.9 67.6 64.5 74.9 Achtergr [dB(A)] : ----------10log(S) [dB] : 12.0 12.0 12.0 12.0 12.0 12.0 12.0 12.0 12.0 Isolatie [dB] : 9.0 11.4 17.0 20.2 21.6 21.7 23.1 28.0 25.9 Cd [dB] : 4.0 4.0 4.0 4.0 4.0 4.0 4.0 4.0 4.0 —————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————— Lw [dB(A)] : 45.6 41.1 31.7 35.8 45.9 55.8 55.8 47.6 46.6 59.9
II7 UITSTRALING GEBOUWEN ___________________________________________________________________________________________ Onderdeel Bronnaam MeetDatum Meetduur Type geluid Temperatuur [°C] Windsnelheid [m/s] Hoek windricht [°] RV [%] Opp. meetv [m²] Cd [dB]
: : : : : : : : : : :
J. van Rijn Dakvlak loods 22-5-2013 : : Continu ----335.00 4
Frequentie [Hz] : 31.5 63 125 250 500 1000 2000 4000 8000 dB(A) —————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————— Lp [dB(A)] : 46.6 44.5 40.7 48.0 59.5 69.5 70.9 67.6 64.5 74.9 Achtergr [dB(A)] : ----------10log(S) [dB] : 25.3 25.3 25.3 25.3 25.3 25.3 25.3 25.3 25.3 Isolatie [dB] : 6.0 11.0 16.0 25.0 26.0 24.0 30.0 35.0 38.0 Cd [dB] : 4.0 4.0 4.0 4.0 4.0 4.0 4.0 4.0 4.0 —————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————————— Lw [dB(A)] : 61.9 54.8 46.0 44.3 54.8 66.8 62.2 53.9 47.8 69.5
Source Explorer V2.20
14-6-2013 10:10:36
Tauw bv Invoergegevens
Bijlage 3 puntbronnen
Model:Smidstraat 7 J. van Rijn augustus 2013 Aangepast (inpasbaar) Groep:hoofdgroep Lijst van Puntbronnen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Id Omschrijving Hoogte Maaiveld Hoogtedefinitie Brontype Richt. Hoek Cb(D) Cb(A) Cb(N) Lw. 31 Lw. 63 -------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- ---------------------------------------------------Rijn11 Kraan op vrachtwagen 1.25 5.00 Eigen waarde Normaal 0.00 360.00 15.57 --77.40 71.50 Max01 Afblazen remlucht 1.25 5.00 Eigen waarde Normaal 0.00 360.00 ---75.00 91.40 Max02 Afblazen remlucht 1.25 5.00 Eigen waarde Normaal 0.00 360.00 ---75.00 91.40 Max03 Stootpiek 1.50 5.00 Eigen waarde Normaal 0.00 360.00 ---80.00 96.00 Max04 Stootpiek 1.50 5.00 Eigen waarde Normaal 0.00 360.00 ---80.00 96.00 Max05 Rijn06 Rijn07 Rijn08 Rijn09
Stootpiek Daklicht in dakvlak loods (45 m2) Daklicht in dakvlak loods (45m2) Overheaddeur in loods Overheaddeur in loods
1.50 0.10 0.10 2.67 2.67
5.00 12.00 12.00 5.00 5.00
Eigen waarde Eigen waarde Eigen waarde Relatief Relatief
Normaal Dak HMRI-II.8 Dak HMRI-II.8 Afstralende gevel Afstralende gevel
0.00 0.00 0.00 0.00 0.00
360.00 360.00 360.00 360.00 360.00
-0.00 0.00 0.00 0.00
------
------
80.00 57.13 57.13 45.64 45.64
96.00 53.03 53.03 41.14 41.14
Rijn10
Dakvlak loods
0.10
12.00
Eigen waarde
Dak HMRI-II.8
0.00 360.00
0.00
--
--
61.85
54.75
Geonoise V5.43
11-9-2013 11:00:33
Tauw bv Invoergegevens
Bijlage 3 puntbronnen
Model:Smidstraat 7 J. van Rijn augustus 2013 Aangepast (inpasbaar) Groep:hoofdgroep Lijst van Puntbronnen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Id Lw. 125 Lw. 250 Lw. 500 Lw. 1k Lw. 2k Lw. 4k Lw. 8k Red. 31 Red. 63 Red. 125 Red. 25 -------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Rijn11 80.00 87.80 94.60 101.70 100.80 94.90 81.10 0.00 0.00 0.00 0.0 Max01 98.40 100.70 105.40 102.50 102.10 97.20 91.40 0.00 0.00 0.00 0.0 Max02 98.40 100.70 105.40 102.50 102.10 97.20 91.40 0.00 0.00 0.00 0.0 Max03 98.00 105.00 108.00 110.00 108.00 105.00 95.00 0.00 0.00 0.00 0.0 Max04 98.00 105.00 108.00 110.00 108.00 105.00 95.00 0.00 0.00 0.00 0.0
0 Red. 500 Red. 1k Red. 2k Red. 4k Red. 8k ---------------------------------------------------0 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00
Max05 Rijn06 Rijn07 Rijn08 Rijn09
98.00 47.23 47.23 31.74 31.74
105.00 53.03 53.03 35.84 35.84
108.00 60.03 60.03 45.94 45.94
110.00 65.53 65.53 55.84 55.84
108.00 62.43 62.43 55.84 55.84
105.00 55.13 55.13 47.64 47.64
95.00 48.03 48.03 46.64 46.64
0.00 0.00 0.00 0.00 0.00
0.00 0.00 0.00 0.00 0.00
0.00 0.00 0.00 0.00 0.00
0.0 0.0 0.0 0.0 0.0
0 0 0 0 0
0.00 0.00 0.00 0.00 0.00
0.00 0.00 0.00 0.00 0.00
0.00 0.00 0.00 0.00 0.00
0.00 0.00 0.00 0.00 0.00
0.00 0.00 0.00 0.00 0.00
Rijn10
45.95
44.25
54.75
66.75
62.15
53.85
47.75
0.00
0.00
0.00
0.0 0
0.00
0.00
0.00
0.00
0.00
Geonoise V5.43
11-9-2013 11:00:33
Tauw bv Invoergegevens
Bijlage 3 Mobiele bronnen
Model:Smidstraat 7 J. van Rijn juni 2013 Groep:hoofdgroep Lijst van Mobiele bron, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Id Omschrijving ISO H ISO maaiveldhoogte HDef. Aantal(D) Aantal(A) Aantal(N) Cb(D) Cb(A) Cb(N) Gem.snelhe Max.afst. Lw. 31 -------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- ---------------------------------------------------Rijn03 Aan- afvoer wrakken/vw 1.25 5.00 Eigen waarde 4 --32.44 --5 10.00 75.00 Rijn04 Aanrijden personenwagens 0.75 5.00 Eigen waarde 6 --33.45 --10 10.00 50.00 Rijn05 aanvoer vrachtwagenwrak 1.25 5.00 Eigen waarde 1 --38.15 --5 10.00 75.00
Geonoise V5.43
11-9-2013 10:57:04
Tauw bv Invoergegevens
Bijlage 3 Mobiele bronnen
Model:Smidstraat 7 J. van Rijn juni 2013 Groep:hoofdgroep Lijst van Mobiele bron, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Id Lw. 63 Lw. 125 Lw. 250 Lw. 500 Lw. 1k Lw. 2k Lw. 4k Lw. 8k Red. 31 Red. 63 Red. 125 Red. -------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Rijn03 78.00 82.20 87.70 92.10 96.30 94.50 87.30 77.20 0.00 0.00 0.00 Rijn04 60.20 67.30 72.80 78.20 80.40 79.60 73.40 63.30 0.00 0.00 0.00 Rijn05 78.00 82.20 87.70 92.10 96.30 94.50 87.30 77.20 0.00 0.00 0.00
Geonoise V5.43
250 Red. 500 Red. 1k Red. 2k Red. 4k Red. 8k ---------------------------------------------------0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00
11-9-2013 10:57:04
Tauw bv Invoergegevens
Bijlage 3 Lijnbronnen
Model:Smidstraat 7 J. van Rijn juni 2013 Groep:hoofdgroep Lijst van Lijnbronnen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Id Omschrijving ISO H ISO maaiveldhoogte HDef. Cb(D) Cb(A) Cb(N) Max.a -------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Rijn01 10 tons heftruck 1.50 5.00 Eigen waarde 18.56 --1 Rijn02 3 tons heftruck 1.00 5.00 Eigen waarde 7.78 --1
Geonoise V5.43
fst. Lw. 31 Lw. 63 Lw. 125 Lw. 250 Lw. 500 Lw. 1k ---------------------------------------------------0.00 70.50 73.00 81.00 82.40 92.20 96.20 0.00 60.30 63.90 74.10 74.60 81.90 85.00
11-9-2013 10:57:37
Tauw bv Invoergegevens
Bijlage 3 Lijnbronnen
Model:Smidstraat 7 J. van Rijn juni 2013 Groep:hoofdgroep Lijst van Lijnbronnen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Id Lw. 2k Lw. 4k Lw. 8k Red. 31 Red. 63 Red. 125 Red. 250 Red. 500 Red. 1k Red. 2k Red. 4k Red. 8k -------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- ---------------------------------------------------Rijn01 93.60 85.80 77.60 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 Rijn02 83.10 78.90 65.50 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00
Geonoise V5.43
11-9-2013 10:57:37
Tauw bv Invoergegevens
Bijlage 3 waarneempunten
Model:Kopie van Smidstraat 7 nwe vergunningprocedure 2013 Groep:hoofdgroep Lijst van Ontvangers, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Id Omschrijving Maaiveld Hoogtedefinitie Hoogte A Hoogt -------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------zone04 zonepunt 5.00 Relatief 5.00 zone08 zonepunt 5.00 Relatief 5.00 zone50 zonepunt 5.00 Relatief 5.00 zone44 zonepunt 5.00 Relatief 5.00 zone46 zonepunt 5.00 Relatief 5.00
e B Hoogte C Hoogte D Hoogte E Hoogte F -----------------------------------------------------------------------------
zone52 zone54 zone56 zone58 zone62
zonepunt zonepunt zonepunt zonepunt zonepunt
5.00 5.00 5.00 5.00 5.00
Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
5.00 5.00 5.00 5.00 5.00
------
------
------
------
------
zone10 zone12 zone14 zone64 zone36
zonepunt zonepunt zonepunt zonepunt zonepunt
5.00 5.00 5.00 5.00 5.00
Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
5.00 5.00 5.00 5.00 5.00
------
------
------
------
------
zone38 zone40 zone42 zone48 zone60
zonepunt zonepunt zonepunt zonepunt zonepunt
5.00 5.00 5.00 5.00 5.00
Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
5.00 5.00 5.00 5.00 5.00
------
------
------
------
------
zone66 zone68 zone16 zone30 zone22
zonepunt zonepunt zonepunt zonepunt zonepunt
5.00 5.00 5.00 5.00 5.00
Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
5.00 5.00 5.00 5.00 5.00
------
------
------
------
------
zone28 zone20 zone34 zone32 zone26
zonepunt zonepunt zonepunt zonepunt zonepunt
5.00 5.00 5.00 5.00 5.00
Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
5.00 5.00 5.00 5.00 5.00
------
------
------
------
------
zone24 zone02 zone06 zone68* zone66*
zonepunt zonepunt zonepunt zonepunt deuk in zone rechtgetrokken zonepunt deuk in zone rechtgetrokken
5.00 5.00 5.00 5.00 5.00
Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
5.00 5.00 5.00 5.00 5.00
------
------
------
------
------
zone64* zone62* zone60* zone18*2 zone18*3
zonepunt zonepunt zonepunt zonepunt zonepunt
5.00 5.00 5.00 5.00 5.00
Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
5.00 5.00 5.00 5.00 5.00
------
------
------
------
------
Geonoise V5.43
deuk in zone rechtgetrokken deuk in zone rechtgetrokken deuk in zone rechtgetrokken om IT heen om IT heen
23-5-2013 18:42:51
Tauw bv Invoergegevens
Bijlage 3 waarneempunten
Model:Kopie van Smidstraat 7 nwe vergunningprocedure 2013 Groep:hoofdgroep Lijst van Ontvangers, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Id Omschrijving Maaiveld Hoogtedefinitie Hoogte A Hoogt e B Hoogte C Hoogte D Hoogte E Hoogte F -------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- ---------------------------------------------------zone18*1 zone18*4 SM07 VP W01 W02
zonepunt om IT heen zonepunt om IT heen vergunningspunt op 50m van inrichting Woning Duizendschoon 63 Woning Lupine
Geonoise V5.43
5.00 5.00 5.00 5.00 5.00
Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
5.00 5.00 5.00 5.00 5.00
------
------
------
------
------
23-5-2013 18:42:51
Bijlage
4
Berekeningsresultaten
Tauw bv Berekeningsresultaten
Bijlage 4 Alle waarneempunten
Model: Smidstraat 7 J. van Rijn augustus 2013 Aangepast (inpasbaar) - Smidstraat 7 - Zonebeheermodel ' Heen Bijdrage van hoofdgroep op alle ontvangerpunten Rekenmethode Industrielawaai - IL; Periode: Alle perioden Id Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Etmaal Li ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------zone54_A zonepunt 5.0 35.3 --35.3 69.5 zone56_A zonepunt 5.0 34.4 --34.4 71.0 W01_A Woning Duizendschoon 63 5.0 33.7 --33.7 69.9 zone60_A zonepunt 5.0 32.9 --32.9 63.8 W02_A Woning Lupine 5.0 32.5 --32.5 69.5 zone52_A zone62_A zone50_A zone48_A zone58_A
zonepunt zonepunt zonepunt zonepunt zonepunt
5.0 5.0 5.0 5.0 5.0
30.7 30.4 30.3 29.7 28.8
------
------
30.7 30.4 30.3 29.7 28.8
64.9 62.4 63.5 61.6 64.9
zone64_A zone46_A zone60*_A zone66_A zone62*_A
zonepunt zonepunt zonepunt deuk in zone rechtgetrokken zonepunt zonepunt deuk in zone rechtgetrokken
5.0 5.0 5.0 5.0 5.0
28.7 26.9 26.3 26.0 25.3
------
------
28.7 26.9 26.3 26.0 25.3
60.3 59.6 62.9 59.7 61.6
zone68*_A zone64*_A zone66*_A zone68_A zone44_A
zonepunt deuk in zone rechtgetrokken zonepunt deuk in zone rechtgetrokken zonepunt deuk in zone rechtgetrokken zonepunt zonepunt
5.0 5.0 5.0 5.0 5.0
25.0 24.7 24.2 22.8 21.8
------
------
25.0 24.7 24.2 22.8 21.8
57.2 59.7 58.8 57.0 55.4
zone02_A zone42_A zone04_A zone06_A zone26_A
zonepunt zonepunt zonepunt zonepunt zonepunt
5.0 5.0 5.0 5.0 5.0
18.2 15.7 14.0 12.2 12.1
------
------
18.2 15.7 14.0 12.2 12.1
53.2 52.4 49.8 47.3 44.7
zone08_A zone22_A zone24_A zone20_A zone18*4_A
zonepunt zonepunt zonepunt zonepunt zonepunt om IT heen
5.0 5.0 5.0 5.0 5.0
11.7 11.1 11.0 10.3 10.1
------
------
11.7 11.1 11.0 10.3 10.1
44.0 44.6 44.6 43.1 41.7
zone40_A zone10_A zone18*3_A zone28_A zone38_A
zonepunt zonepunt zonepunt om IT heen zonepunt zonepunt
5.0 5.0 5.0 5.0 5.0
9.9 9.0 8.8 7.9 7.5
------
------
9.9 9.0 8.8 7.9 7.5
49.5 41.2 40.4 44.4 47.5
zone30_A zone36_A zone18*2_A zone32_A zone34_A
zonepunt zonepunt zonepunt om IT heen zonepunt zonepunt
5.0 5.0 5.0 5.0 5.0
7.0 6.6 5.7 5.7 5.7
------
------
7.0 6.6 5.7 5.7 5.7
48.1 45.6 38.8 44.8 42.1
zone16_A zone12_A zone14_A zone18*1_A
zonepunt zonepunt zonepunt zonepunt om IT heen
5.0 5.0 5.0 5.0
5.1 3.7 3.6 -5.9
-----
-----
5.1 3.7 3.6 -5.9
40.2 39.1 39.9 28.7
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen
Geonoise V5.43
11-9-2013 11:01:35
Tauw bv Berekeningsresultaten
Bijlage 4 Zonepunt 54; bijdrage per bron
Model: Smidstraat 7 J. van Rijn augustus 2013 Aangepast (inpasbaar) - Smidstraat 7 - Zonebeheermodel ' Heen Bijdrage van hoofdgroep op ontvangerpunt zone54_A - zonepunt Rekenmethode Industrielawaai - IL; Periode: Alle perioden Id Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Etmaal Li Cm ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Rijn11 Kraan op vrachtwagen 1.2 33.6 --33.6 51.8 2.7 Rijn02 3 tons heftruck 1.0 26.7 --26.7 37.1 2.6 Rijn01 10 tons heftruck 1.5 26.3 --26.3 47.3 2.4 Rijn10 Dakvlak loods 0.1 17.6 --17.6 18.2 0.7 Rijn06 Daklicht in dakvlak loods (45 m2) 0.1 16.7 --16.7 17.1 0.5 Rijn07 Rijn05 Rijn03 Rijn08 Rijn04
Daklicht in dakvlak loods (45m2) aanvoer vrachtwagenwrak Aan- afvoer wrakken/vw Overheaddeur in loods Aanrijden personenwagens
0.1 1.2 1.2 2.6 0.7
15.5 14.6 14.3 8.7 0.5
------
------
15.5 14.6 14.3 8.7 0.5
16.3 55.4 49.6 10.7 36.8
0.8 2.6 2.8 2.0 2.8
Rijn09 Max01 Max02 Max03 Max04
Overheaddeur in loods Afblazen remlucht Afblazen remlucht Stootpiek Stootpiek
2.6 1.2 1.2 1.5 1.5
-3.4 -----
------
------
-3.4 -----
-0.9 54.7 59.0 59.2 65.6
2.5 2.9 2.2 2.8 1.7
Max05 Stootpiek 1.5 ----64.2 2.3 ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Totalen 35.3 --35.3 69.5 Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen
Geonoise V5.43
11-9-2013 11:02:26
Tauw bv Berekeningsresultaten
Bijlage 4 W01 Woning Duizendschoon; bijdrage per bron
Model: Smidstraat 7 J. van Rijn augustus 2013 Aangepast (inpasbaar) - Smidstraat 7 - Zonebeheermodel ' Heen Bijdrage van hoofdgroep op ontvangerpunt W01_A - Woning Duizendschoon 63 Rekenmethode Industrielawaai - IL; Periode: Alle perioden Id Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Etmaal Li Cm ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Rijn11 Kraan op vrachtwagen 1.2 30.3 --30.3 48.3 2.5 Rijn01 10 tons heftruck 1.5 27.2 --27.2 48.0 2.3 Rijn02 3 tons heftruck 1.0 27.0 --27.0 37.2 2.4 Rijn10 Dakvlak loods 0.1 17.9 --17.9 18.5 0.6 Rijn06 Daklicht in dakvlak loods (45 m2) 0.1 17.1 --17.1 17.4 0.4 Rijn03 Rijn07 Rijn05 Rijn08 Rijn04
Aan- afvoer wrakken/vw Daklicht in dakvlak loods (45m2) aanvoer vrachtwagenwrak Overheaddeur in loods Aanrijden personenwagens
1.2 0.1 1.2 2.6 0.7
17.0 15.8 14.9 9.2 0.0
------
------
17.0 15.8 14.9 9.2 0.0
52.2 16.6 55.5 11.1 36.3
2.7 0.8 2.5 1.9 2.8
Rijn09 Max01 Max02 Max03 Max04
Overheaddeur in loods Afblazen remlucht Afblazen remlucht Stootpiek Stootpiek
2.6 1.2 1.2 1.5 1.5
-6.2 -----
------
------
-6.2 -----
-3.8 54.2 60.2 54.8 66.5
2.4 2.6 2.0 2.6 1.5
Max05 Stootpiek 1.5 ----64.7 2.3 ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Totalen 33.7 --33.7 69.9 Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen
Geonoise V5.43
11-9-2013 11:03:45
Bijlage
5
Rapportage Peutz kenmerk F 19905-1-RA
Acceptatie- en Verwerkingsbeleid Van Rijn Oud IJzer B.V. 22/05/2014
Behoort bij besluit van burgemeester en wethouders van de gemeente Katwijk d.d. 18-08-2015 no. 292657 Mij bekend, 473104Hoofd Afdeling Ruimte & Veiligheid
Inhoud 1 Inleiding...................................................................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 2
Beleidsverklaring Van Rijn B.V. ............................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
3
Algemeen ................................................................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
4
3.1
Scope van het AV-beleid ......................................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
3.2
Interne organisatie................................................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
3.3
Administratieve processen en automatisering ......Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Bedrijfsprocessen en risico’s ................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 4.1
Werkzaamheden en routes van de afvalstoffen....Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
4.2
Reeds ingezamelde afvalstromen ........................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Wrakken .................................................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 5
6
Vooracceptatie ........................................................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 5.1
Doel......................................................................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
5.2
Algemene werkwijze.............................................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Acceptatie ...............................................................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 6.1
Doel......................................................................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
6.2
Procedure afvalstoffen acceptatie ........................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Acceptatie, be- verwerking afvalstromen ............ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
7
8
9
6.3
Werkwijze.............................................................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
6.4
Werkwijze bij afwijking..........................................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Opslag, be- en verwerking....................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 7.1
Doel......................................................................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
7.2
Werkwijze.............................................................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
7.3
Opslag..................................................................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
7.4
Sorteren en be- en verwerken ..............................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
7.5
Werkwijze bij afwijking..........................................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Afvoer......................................................................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 8.1
Doel......................................................................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
8.2
Werkwijze.............................................................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
8.3
Werkwijze bij afwijking..........................................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Administratie ...........................................................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 9.1
Doel......................................................................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
9.2
Werkwijze administratie........................................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
9.3
Afwijkende werkwijze administratie ......................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Bijlage I. Afvalstoffenoverzicht ........................................ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Bijlage II. Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden ..................Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
1 Inleiding Bij de aanvraag in het kader van de Wabo (Wet algemene bepalingen Omgevingsrecht) voor de op te richten inrichting van J. van Rijn Oudijzer en metalen B.V., (nader te noemen als Van Rijn B.V.), Smidstraat 7 te Katwijk (ZH), is het noodzakelijk een acceptatie- en verwerkingsbeleid (AV-beleid) toe te voegen. Van Rijn B.V. heeft reeds een bestaande onderneming welke verplaatst zal worden naar de Smidstraat 7 en zich bevindt op hetzelfde industrieterrein. Dit AV-beleid bevat de voorwaarden waaronder wrakken door Van Rijn B.V. worden geaccepteerd en verwerkt. Middels dit AV-beleid wordt aangetoond dat Van Rijn B.V. de risico’s van de acceptatie en verwerking van de wrakken voldoende beheerst. De overheid vindt het belangrijk om activiteiten met afvalstoffen binnen een afvalstoffenorganisatie gestructureerd te kunnen volgen. Hiertoe schrijven zij in de omgevingsvergunning regels voor afvalbedrijven aan het opstellen en naleven van een acceptatie- en verwerkingsbeleid (AV-beleid) en administratieve organisatie en interne controle (AO/IC). Dit handboek met de bijbehorende documentatie geeft het AV-beleid en AO/IC weer zoals deze worden nageleefd bij Van Rijn B.V.. Het onderhoud, naleven en beheer van dit AV-beleid en AO/IC is de verantwoordelijkheid van alle medewerkers, de directie is eindverantwoordelijk. Om de effectiviteit en de efficiëntie van het acceptatie- en verwerkingsbeleid en de administratieve organisatie te waarborgen worden periodiek interne controles (audits) uitgevoerd. Het resultaat van deze interne controle zijn verbetermaatregelen die het systeem naar een hoger niveau tillen. De directie zorgt ervoor dat de organisatie op de hoogte is van het acceptatie- en verwerkingsbeleid van Van Rijn B.V.. Het beleid is verwerkt in dit handboek en de bijbehorende procedures. Het handboek bevat voor de medewerkers alle informatie die nodig is voor het uitvoeren van de activiteiten die betrekking hebben op de acceptatie en verwerking van afvalstoffen. Het handboek en de bijbehorende documentatie wordt verstrekt aan alle medewerkers die activiteiten uitvoeren betreffende de acceptatie, verwerking, afvoer en de administratie van afvalstoffen.
2 Beleidsverklaring Van Rijn B.V. Het AV-beleid is gericht op het traceerbaar houden van partijen afvalstoffen vanaf de ontdoener tot de (eind)verwerker. Deze traceerbaarheid is het resultaat van procesbeheersing en transparantie in de organisatie. Van Rijn B.V. hanteert de onderstaande uitgangspunten: •
Er worden alleen afvalstoffen geaccepteerd binnen de inrichting die zijn toegestaan in de omgevingsvergunning;
•
Indien de herkomst en samenstelling van een partij twijfelachtig of onbetrouwbaar is, wordt de partij niet geaccepteerd of afgevoerd als gevaarlijk afval. Mocht na acceptatie van een partij blijken dat deze verontreinigd is, dan worden passende maatregelen genomen, zoals beschreven in de procedures die onderdeel uitmaken van dit handboek;
•
De acceptatie van afval is gericht op het Landelijk Afvalbeheersplan II (LAP II). Indien niet kan worden voldaan aan de verwerkingseisen die worden gesteld in de sectorplannen van het LAP zal de stroom niet worden geaccepteerd en bewerk;
•
Bij de selectie van eindverwerkers wordt rekening gehouden met de eisen voor de minimumstandaard zoals bedoeld in het LAP II;
•
Voordat afvalstoffen worden aangeleverd aan een (eind)verwerker wordt nagegaan of deze in het bezit is van een adequate vergunning voor de betreffende afvalstroom.
Van Rijn B.V. kent een lange historie met vaste klanten en geen medewerkers. Hierdoor is een strikte gedragscultuur ontstaan die weinig ruimte laat voor afwijkingen van de afgesproken regels. In de praktijk blijkt dit uiterst effectief. De zichtbare orde en netheid en de afwezigheid van verontreinigingen zijn hier voorbeelden van.
3 Algemeen In de betreffende inrichting zal demontage van autowrakken en op- en overslag en grove scheiding van (afval)stoffen afkomstig na demontage van de autowrakken plaatsvinden. Het gaat om de volgende (afval)stoffen: benzine, diesel, koelvloeistof, afgewerkte olie, overige vloeistoffen, glas, accu’s, banden en metalen. De aangevoerde wrakken worden visueel gecontroleerd om na te gaan of het voertuig geen andere afvalstoffen bevat dan de bij het voertuig behorende stoffen. Er wordt gecontroleerd of het voertuig over een geldig kentekenbewijs beschikt. Om de relatie tussen voertuig en kentekenbewijs vast te stellen wordt het chassisnummer gecontroleerd. Verder wordt/worden in de inrichting: •
Autowrakken ontdaan van de vloeistoffen;
•
Autowrakken ontdaan van de banden en de accu;
•
Metaal bewerkt tot handelbare stukken;
•
(afval)Stoffen grof uit gesorteerd, waarna de gescheiden (afval)stoffen apart worden opgeslagen om vermenging te voorkomen
3.1 Scope van het AV-beleid Dit handboek met de hierbij behorende documenten beperkt zich tot de bedrijfsactiviteiten die betrekking hebben op de inzameling, opslag, opbulking, verwerking, overslag, afvoer, registratie en administratie van afvalstoffen binnen de inrichting van Van Rijn B.V.. 3.2 Interne organisatie De heer J. van Rijn is eigenaar/directeur van de onderneming Van Rijn B.V. Alle besluiten ten aanzien van de bedrijfsvoering worden door de heer J. van Rijn genomen. Hij is de enige die de autowrakken inkoopt. Alle demontagewerkzaamhden worden door de heer J. van Rijn zelf uitgevoerd. Er zijn geen medewerkers in dienst.
Figuur 1: Organogram Van Rijn B.V.
Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden Om er zeker van te zijn dat (eventueel nieuwe of ingehuurde) medewerkers aan de gestelde functie-eisen met betrekking tot ervaring en kennis voldoen, wordt binnen de Van Rijn B.V. aandacht besteed aan opleiding en training van het personeel. Deze training en opleiding wordt door de heer Van Rijn zelf verzorgd. Hiervoor worden geen certificaten e.d. afgegeven. De werkzaamheden voor nieuw danwel ingehuurd personeel zal bestaan uit eenvoudige activiteiten, zoals het sorteren van ijzer danwel het rijden met een vrachtwagen. De opleiding/training welke door de heer Van Rijn wordt verzorgd zorgen dat de vakbekwaamheid van de medewerkers is geborgd. In de functiebeschrijvingen zijn taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden (TVB’s) van de medewerkers vastgelegd. De TVB’s staan per functie beschreven en zijn weergeven in bijlage II. De onderlinge relaties tussen de medewerkers binnen de organisatie liggen vast middels een organogram (zoals in paragraaf 3.2 weergegeven). Periodiek vinden er functioneringsgesprekken plaats waarbij het functioneren van de medewerker binnen de organisatie wordt besproken en punten voor verbetering worden besproken en vastgesteld. In het gesprek kan de medewerker zijn wensen op het gebied van opleiding kenbaar maken. Daarnaast is er een opleidingsplan waarin de opleidingsbehoefte van de organisatie staat beschreven. Middels dit plan worden, voor zover noodzakelijk, de benodigde opleidingen voor de medewerkers vastgesteld. 3.3 Administratieve processen en automatisering Er wordt géén gebruik gemaakt van een automatiseringssysteem of weegmiddel. Voor de autowrakken wordt gebruik gemaakt van het programma Promasy. De verdere inkoop wordt verwerkt in excelbestanden. Voor het borgen van de continuïteit van de organisatie en haar activiteiten zijn automatiserings-maatregelen getroffen. Te denken valt aan een periodieke back-up en recovery, archivering, antivirusprogramma’s, etc. Daarnaast wordt gebruik gemaakt van een logboek waarin weeggegevens e.d. zijn opgenomen. Op locatie is geen weegbrug aanwezig. Bij de afvoer wordt bij de betreffende inname organisatie het materiaal afgewogen en vastgelegd. Bijhouden en bewaren geregistreerde gegevens De geregistreerde gegevens worden binnen een werkdag verwerkt in de administratie. De gegevens worden voor een periode van ten minste zeven jaar bewaard binnen de inrichting. Middels de factuur is er een koppeling tussen de financiële administratie en de goederen administratie gerealiseerd.
4 Bedrijfsprocessen en risico’s Dit hoofdstuk noemt de verschillende bedrijfsprocessen met de bijhorende risico’s. In hoofdstuk 5 tot en met 9 worden de verschillende bedrijfsprocessen nader toegelicht. Binnen het acceptatie- en verwerkingsbeleid wordt onderscheid gemaakt tussen inzameling, vooracceptatie, acceptatie, opslag, be- en verwerking, afvoer en administratie. 4.1 Werkzaamheden en routes van de afvalstoffen Op de inrichting aan de Smidstraat 7 te Katwijk (ZH) komen diverse wrakken binnen welke zijn ingekocht door de onderneming. De verwerkingsprocedures bij Van Rijn B.V. zijn in onderstaande figuren schematisch weergeven.
Figuur 2: verwerkingsprocedure Van Rijn B.V.
4.2
Reeds ingezamelde afvalstromen
Wrakken De door Van Rijn ontvangen wrakken worden door anderen partijen ingezameld. Het gaat hierbij om de in tabel 1 genoemde stof met bijbehorende Euralcode en capaciteit. In bijlage I is een afvalstoffenoverzicht opgenomen. Tabel 1: Te accepteren wrakken Naam (afval)stof Categorie Verwerkings-route Opslagcapaciteit 16.01.04 Demontage, opslaan 1.200 stuks Autowrakken
5
Vooracceptatie
5.1 Doel De procedure van de vooracceptatie heeft meerdere doelen: 1. Beoordelen of Van Rijn B.V. een aangeboden afvalstof conform het acceptatiebeleid kan en mag accepteren. Deze beoordeling bestaat uit een procestechnische, logistieke en commerciële toets. Een aangeboden afvalstof wordt tevens getoetst of deze wettelijk gezien geaccepteerd mag worden. 2. Vastleggen op welke wijze de vooracceptatie plaats vindt. 3. Vastleggen welke informatie een rol speelt tijdens de eindacceptatie. 5.2 Algemene werkwijze Een potentiële ontdoener biedt een autowrak aan. Op basis van door de ontdoener aan te leveren gegevens (zie hierna) wordt door Van Rijn B.V. beslist of de aangeboden afvalstof voor acceptatie in aanmerking komt. Daarnaast wordt een acceptatie en be- of verwerkingstarief vastgesteld. De opdracht wordt verleend door ondertekening van een opdrachtformulier tot ‘storting’ dan wel ‘storting en transport’. Deze opdracht wordt bevestigd door Van Rijn B.V.. Er wordt een afvalstroomnummer afgegeven conform het Besluit melden bedrijfsafvalstoffen en gevaarlijke afvalstoffen (Stb. 522, 2004). Het bepalen van de Euralcode is de verantwoordelijkheid van de ontdoener, dit zal in samenspraak met Van Rijn B.V. worden bepaald. Pas als alle benodigde gegevens beschikbaar zijn, wordt het volgende beoordeeld: • • • •
Mag de aangeboden afvalstof conform de wet- en regelgeving (inclusief vergunningen) geaccepteerd worden? Welke be- en verwerking is mogelijk? Wat is de kostprijs van de verwerking? Is de acceptatie en/of verwerking logistiek mogelijk?
Bij de vooracceptatie van een vervolgafgifte vindt een administratieve controle plaats waarbij wordt geverifieerd; • •
Of sprake is van een afvalstof met dezelfde aard, eigenschappen en samenstelling als de eerste afgifte; Dat deze afkomstig is van dezelfde ontdoener en proces als de eerste afgifte.
Na een positief doorlopen vooracceptatie, wordt door Van Rijn B.V. een aanbieding opgesteld. In principe wordt altijd een aanbieding uitgebracht tenzij het aangeboden materiaal niet voldoet aan de vigerende acceptatievoorwaarden. Alle afgewezen partijen worden geadministreerd. Een aanbieding dient ter opdrachtverlening te worden ondertekend en aan Van Rijn B.V. te worden geretourneerd. Na de ontvangst van de ondertekende opdrachtverlening wordt een afvalstroomnummer aangemaakt als mede de van toepassing zijnde transportbegeleidingsformulieren.
Door de ontdoener moeten in het kader van de vooracceptatie minimaal de volgende gegevens worden overgelegd: • Naam en vestigingsadres van de ontdoener; • De hoeveelheid van de (afval)stof; • De herkomst van de (afval)stof (soort bedrijf en/of proces); • Algemene benaming van de (afval)stof en de aard en samenstelling; • De Euralcodering.
6
Acceptatie
6.1 Doel De procedure van de acceptatie heeft meerdere doelen: 1. Vastleggen van geldende acceptatiecriteria voor de betreffende afvalstofcategorie; 2. Vastleggen van geldende verwerkingscriteria voor de betreffende afvalstofcategorie. 6.2 Procedure afvalstoffen acceptatie Op de locatie worden diverse gevaarlijke afvalstoffen geaccepteerd. De benoeming van het gevaarlijk afval is in de Europese Afvalstoffenlijst (Eural) vastgelegd. Om een stof aan te merken als gevaarlijk afval, is het proces waarbij de stof vrijkomt van belang. Ook op basis van de hoeveelheid van bepaalde bestanddelen of verontreinigingen kan een stof als gevaarlijk afval worden aangewezen. De ontdoener is in eerste instantie verantwoordelijk voor de kwalificatie gevaarlijk of niet-gevaarlijk (conform artikel 10.39 van de Wet milieubeheer). Acceptatie, be- verwerking afvalstromen De acceptatie, be- en verwerking van de afvalstromen worden in de volgende hoofdstukken toegelicht. Een autowrak zal volgens de route van vooracceptatie tot en met administratie worden verwerkt. Bij demontage dan wel verwijdering van voertuigen kunnen de volgende afvalstromen vrijkomen: AFVALSTOF: Olie:
Hydraulische olie:
Remvloeistof
EURAL CODE: 13 02 04*, 13 02 05*, 13 02 06*, 13 02 07*, 13 02 08*, 16 01 21*c 13 01 01*, 13 01 04*, 13 01 05*, 13 01 09*, 13 01 10*, 13 01 11*, 13 01 12*, 13 01 13*, 16 01 21*c 16 01 13*
Koelvloeistof
16 01 14* c, 16 01 15 c,
Ruitensproeier-vloeistof
16 01 14* c, 16 01 15 c,
Airconditionings-vloeistof
16 02 11*, 14 06 01*, 14 06 02*, 14 06 03* 13 07 01*, 16 01 21*c
Diesel:
Accu, incl. accuzuren:
Oliefilter
16 06 01*, 16 06 05, 16 06 06* 16 01 07*
Banden(Incl. binnenbanden)
16 01 03
VERWERKINGSROUTE: Opslag: In emballage van 1.500 ltr. Afvoer naar firma: ARN Criteria acceptatie afvoer: Geen water, zand of andere grovere delen.
Opslag: In emballage van 1.500 ltr. Afvoer naar firma: ARN Criteria acceptatie afvoer: Geen water, zand of andere grovere delen.
Opslag: In emballage van 200 ltr. Afvoer naar firma: ARN Criteria acceptatie afvoer: Geen water, zand of andere grovere delen. Opslag: In emballage van 500 ltr. Afvoer naar firma: ARN Criteria acceptatie afvoer: Geen water, zand of andere grovere delen, soortelijk gewicht. Opslag: In emballage van 100 ltr. Afvoer naar firma: ARN Criteria acceptatie afvoer: N.V.T Wordt door een STEK erkend bedrijf gedemonteerd en afgevoerd. Firma: N.V.T
Opslag: In tanks van 200 ltr. Afvoer naar firma: N.V.T (eigen gebruik) Criteria acceptatie afvoer: N.V.T. Opslag: In accubak. Afvoer naar firma: HKS Criteria acceptatie afvoer: Geen. Opslag: In emballage van 200 ltr., boven lek bak in overdekte ruimte. Afvoer naar firma: ARN Criteria acceptatie afvoer: Geen Opslag in bandenrekken Afvoer naar firma: N.V.T.
Criteria acceptatie afvoer: Schoon en droog GROTERE KUNSTSTOFONDERDELEN DIE ALS MATERIAAL HERGEBRUIKT KUNNEN WORDEN Zoals grilles: 16 01 19 Opslag in magazijnstelling Afvoer naar firma: N.V.T. Criteria acceptatie afvoer: Schoon en droog Zoals wieldoppen: 16 01 19 Opslag in magazijnstelling Afvoer naar firma: N.V.T. Criteria acceptatie afvoer: Schoon en droog Zoals achter- en knipperlichten: 16 01 19 Opslag in magazijnstelling Afvoer naar de shredder Criteria acceptatie afvoer: Schoon en droog METALEN ONDERDELEN INDIEN DEZE METALEN NIET IN DE SHREDDERINSTALLATIE WORDEN GESCHEIDEN Glas, incl. koplampenglas: 16 01 20 Opslag in magazijnstelling Afvoer naar firma: N.v.t. Criteria acceptatie afvoer: Schoon en droog MATERIALEN DIE (NOG) NIET WORDEN AFGEVOERD Koper, Aluminium en Magnesium 16 01 18 bevattend: Katalysatoren: 16 08 01, 16 08 02*, 16 08 03 16 08 07* ONTPLOFBARE ONDERDELEN Zoals airbags en gordelspanners, voorzover deze niet onschadelijk zijn gemaakt: Onderdelen die lood, kwik, cadmium of zeswaardig chroom bevatten en als zodanig zijn gecodeerd:
Afvoer in autowrakken naar de shredder Producthergebruik door demontage en onderdelen
16 01 10*
verkoop of onschadelijk gemaakt en afvoer in autowrak naar de shredder
16 01 08*, 16 01 21*c
Afvoer in autowrakken naar de shredder
* = Gevaarlijke afvalstof *c = Gevaarlijke afvalstof, concentratie afhankelijk
De in de tabel 1 genoemde (afval)stof autowrakken is een gevaarlijke afvalstof conform de Eural. Bij het aanleveren van een afvalstof dienen de stappen uit figuur 2 doorlopen te worden. Indien de stroom niet geaccepteerd wordt, zal een andere werkwijze worden gehanteerd. Paragraaf 6.3 geeft de algemene werkwijze weer en paragraaf 6.4 geeft de werkwijze bij een afwijking weer.
Figuur 3: procedure afvalstoffen acceptatie
In de acceptatieprocedure moeten de volgende stappen worden doorlopen: 1. De ontdoener heeft contact met de aangewezen verantwoordelijke van Van Rijn B.V. over de af te leveren (afval)stof; 2. Conform de afvalstromenkaart, wordt visueel bekeken of de aangeboden (afval)stof in eerste instantie mag worden geaccepteerd; 3. De administratief medewerker van J. van Rijn Oudijzer en metalen B.V. of de heer Van Rijn zelf maakt een afvalstroomnummer aan en maakt een werkbon. Hierbij wordt de inkomende partij geregistreerd; 4. Uitvoeren van acceptatieonderzoek conform afvalstromenkaart door medewerker; 5. Feitelijke acceptatie van de partij; 6. Als acceptatie onderzoek niet akkoord is: partij niet accepteren en registratie weigering. Het moment van feitelijke acceptatie is in principe het moment waarop de partij fysiek is aangeleverd op de inrichting en de gehele acceptatieprocedure is doorlopen, tenzij: •
Het acceptatieonderzoek dusdanig veel tijd in beslag neemt dat wordt besloten de partij voorlopig separaat in opslag te nemen, zonder deze aanlevering feitelijk te accepteren (zie onderstaande tabel 2);
•
Het om afvalstoffen gaat die door het bedrijf zelf worden ingezameld en reeds in het inzamelmiddel worden samengevoegd met afvalstoffen van andere ontdoeners;
•
Het om een kleine partij afval gaat die voor afronding van het acceptatieonderzoek met vergelijkbare afvalstromen wordt samengevoegd tot een bepaald volume.
Tabel 2: Termijn van opslag in relatie tot te ondernemen acties Termijn van opslag 0 – 7 dagen 7 – 30 dagen
> 30 dagen
Te ondernemen acties Geen extra acties Schriftelijk bevestiging aan de klant dat de partij afval in opslag is genomen, niet is geaccepteerd, waarbij is aangegeven wat de te volgen stappen zijn. Melding aan bevoegd gezag dat een partij afval die nog niet is geaccepteerd, meer dan 30 dagen in opslag is met daarbij vermeld: - soort en hoeveelheid afval; - soort en hoeveelheid afval; - herkomst van het afval; - de reden van opslag. De betreffende afvalstoffen worden afgevoerd door Van Rijn B.V. naar een inrichting die beschikt over de vereiste vergunning(en)
6.3 Werkwijze De acceptatie start op het moment waarop: •
Het wrak door de directeur van de inrichting of de door deze aangewezen vertegenwoordiger is goedgekeurd om binnen de inrichting van Van Rijn B.V. te worden opgeslagen.
Bijzonderheden ten aanzien van de interne opslag en/of afvoer van de (afval)stof worden door de machinist/werkplaatsmedewerker op een werkbon vermeld. Op de werkbon wordt tevens aangegeven of de betreffende ontdoener is vermeld op de “lijst van bedrijven/personen waarmee eerder slechte ervaringen zijn opgedaan”. De (afval)stof wordt op de dag van aankomst geaccepteerd of geweigerd. Van de aangeboden (afval)stof, beschreven in groep II (visueel herkenbaar), wordt iedere aanlevering visueel gecontroleerd op de aanwezigheid van verontreinigingen en het soort (afval)stof. Dit gebeurt in het stortvak of een container. Het aantal aanleveringen wordt bijgehouden en vermeld op de werkbon. Indien de (afval)stof feitelijk is geaccepteerd, wordt door de directeur een ontvangstmeldingsformulier ingevuld en ondertekend. Verder zal de directeur de begeleidingsbrief ondertekenen die de vervoerder met zich meedraagt. Daarnaast wordt de (afval)stof vermeld op de begeleidingsbrief (dit heeft de transporteur nodig voor de eigen administratie) en administratief gecontroleerd of de begeleidingsbrief volledig is ingevuld.
6.4 Werkwijze bij afwijking Het kan voorkomen dat een stroom niet geaccepteerd wordt omdat deze niet aan de acceptatiecriteria voldoet.
Indien een stroom onterecht geaccepteerd is, dient deze gescheiden en gescheiden gehouden te worden van overige stromen om vervolgens naar een erkende verwerker te worden afgevoerd.
7 Opslag, be- en verwerking Het is niet toegestaan om gevaarlijke afvalstoffen samen met niet-gevaarlijke stoffen op te slaan. Alleen gelijksoortige afvalstoffen gezamenlijk opgeslagen mogen worden alleen vergunde verwerkingswijzen toegestaan zijn. Alleen vergunde verwerkingswijzen zijn toegestaan. 7.1 Doel De procedure van voor opslag, be- en verwerking heeft meerdere doelen: 1. Vastleggen van procedure en werkwijze voor de opslag van autowrakken; 2. Vastleggen van procedure en werkwijze voor de be- en verwerking van autowrakken. 7.2 Werkwijze De opgeslagen wrakken binnen de inrichting betreffen uitsluitend vooraf geaccepteerde (afval)stoffen. Het gaat hierbij om de in tabel 1 genoemde stof met bijbehorende Euralcode, opslagcapaciteit en doorzet. De be-/verwerking en/of verwijdering vindt plaats conform de tijdens de acceptatie gemaakte keuzes. Bij afwijking hiervan wordt de reden van de afwijking aangegeven, waarbij Van Rijn B.V. blijft voldoen aan het gestelde acceptatiebeleid. Na feitelijke acceptatie worden de wrakken gescheiden opgeslagen op de daarvoor bestemde plaatsen binnen de inrichting om vermenging te voorkomen. Een deel van de te ontvangen (afval)stoffen zullen worden opgebulkt. Eventueel vindt een bewerkingsactie plaats (knippen metalen), om de (afval)stof goed te kunnen verwerken. 7.3 Opslag De opslag van wrakken, afvalstoffen en onderdelen vinden plaats binnen de daarvoor bestemde opslag voorzieningen. Het is niet toegestaan om gevaarlijke afvalstoffen samen met niet-gevaarlijke (afval)stoffen op te slaan. Alleen gelijksoortige afvalstoffen worden gezamenlijk opgeslagen op de daarvoor bestemde plaatsen. 7.4 Sorteren en be- en verwerken De mogelijkheden voor nuttige toepassing van (afval)stoffen wordt voor een belangrijk deel bepaald door de aard en samenstelling van de (afval)stoffen. Een mengsel van stoffen is meestal niet geschikt voor hergebruik. De betreffende stoffen dienen te worden gescheiden om nuttige toepassing mogelijk te maken, danwel te verbranden of te storten. Binnen de inrichting van Van Rijn B.V. worden waar nodig (afval)stoffen gesorteerd. Onder het sorteren van (afval)stoffen wordt tevens het demonteren van autowrakken verstaan. Tijdens de demontage zullen onder andere de banden, het glas, de accu, de katalysator, batterijen, PCB/PCT-houdende condensatoren, ontplofbare onderdelen (airbags en gordelspanners) en aanwezig vloeistoffen (motorolie, transmissieolie, versnellingsbakolie, olie uit het differentieel, hydraulische olie, remvloeistoffen,
koelvloeistoffen, ruitensproeiervloeistoffen, airconditioningsvloeistoffen, benzine en/of diesel) worden verwijderd. Deze (afval)stoffen moeten vervolgens gescheiden opgeslagen worden. Binnen de processtap ‘be- en verwerken’ zijn alleen de vergunde verwerkingswijze toegestaan. Andere dan in de vergunning benoemde be- en verwerkingen zullen niet worden uitgevoerd. 7.5 Werkwijze bij afwijking Indien na definitieve acceptatie en/of opslag/be-verwerking blijkt dat een (afval)stof onterecht geaccepteerd is, worden door de directeur de onderstaand genoemde gegevens genoteerd in het milieulogboek. •
Van welke ontdoeners afvalstoffen zijn ingenomen. De directeur zal vervolgens onderzoeken of hij kan achterhalen welke ontdoener verantwoordelijk is geweest voor de geconstateerde verontreiniging;
•
De ontdoener zal vermeld w o r d e n op de lijst met bedrijven waarmee slechte ervaringen zijn opgedaan;
•
Naar welke erkende verwerker de afvalstof wordt afgevoerd.
8
Afvoer
8.1 Doel De procedure voor de afvoer heeft als doel: 1. Vastleggen van procedure en werkwijze voor de afvoer van (afval)stoffen. 8.2 Werkwijze (afval)Stoffen die, vanwege de aard en eigenschappen, niet nuttig kunnen worden toegepast worden verwijderd. De afvalstoffen die afgevoerd worden, zullen worden gewogen en geregistreerd. Deze afvalstoffen zullen alleen aan erkende verwerkers worden aangeboden die de betreffende afvalstoffen (Euralcodes) conform hun milieuvergunning mogen ontvangen. De afvalstoffen worden voorzien van een bijbehorende en volledig en correct ingevulde begeleidingsbrief. De registratie en begeleidingsbrief wordt opgenomen in de administratie van Van Rijn B.V.. 8.3 Werkwijze bij afwijking Bij de controle van de afvalstoffen kan het voorkomen dat: • • •
de betreffende afvalstoffen niet door de verwerker geaccepteerd mogen worden; onverhoopt in een eerder stadium geaccepteerd gevaarlijk afval wordt aangetroffen in de af te voeren vrachten (na visuele inspectie); de betreffende afvalstoffen worden afgevoerd naar een inrichting die niet beschikt over de vereiste vergunning(en).
In deze gevallen worden de afvalstoffen gescheiden, gescheiden gehouden en afgevoerd naar een erkende verwerker. Indien sprake is van een incident met een van de eerdergenoemde afvalstoffen zal gehandeld worden volgens het incidentmanagement. Bij lekkage of morsen van een vloeistof zal dit met behulp van vloeistof-absorberende korrels worden opgeruimd. Onvolkomenheden worden geadministreerd.
9
Administratie
9.1 Doel De procedure voor de administratie heeft als doel: 1. Vastleggen van gegevens die tijdens proces zijn ontstaan in de administratie; 2. Het herleiden van de ontdoener; 3. Kunnen raadplegen van administratie in de komende jaren. Dit is in de vergunning vastgelegd. Door een goede administratie is de ontdoener te herleiden en terug te vinden. 9.2 Werkwijze administratie De ontvangen afvalstromen worden in het afvalstoffenregister bijgehouden door de directeur van Van Rijn B.V.. Indien er wijzigingen zijn in het afvalstoffenregister zullen deze bij afwezigheid van de directeur mondeling worden mede gedeeld aan de aangewezen vertegenwoordiger. Wijzigingen in het register zullen schriftelijk in het register worden vastgelegd door de directeur. In de administratie worden de gegevens de volgende werkdag verwerkt. Dit vindt uiterlijk binnen een week plaats. In de administratie worden de begeleidingsbrieven opgenomen. De opgestelde facturen zullen onderdeel uitmaken van de administratie. De gegevens in de administratie dienen minimaal 7 jaar ordelijk en raadpleegbaar bewaard te worden. In de administratie worden van alle in- en uitgaande partijen de volgende gegevens vastgelegd: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
Opdrachtnummer (toegekend door de planning in de (voor)acceptatiefase); Ontdoener (naam, adres, woonplaats, relatienummer); Aard, samenstelling en Euralcode; Proces en locatie van herkomst; Gewicht; Tijdstip aanlevering of afvoer; Voorgenomen route van opslag, be-/verwerking of verwijdering; Afgifte aan bewerkers, verwerkers of vernietigers (naam, adres, woonplaats, relatienummer).
9.3 Afwijkende werkwijze administratie N.v.t.
Bijlage I. Afvalstoffenoverzicht
Afvalstoffenoverzicht Van Rijn B.V. Nr.
Omschrijving afvalstroom
Aanwezige (vloei)stoffen deelfracties
Eural code(s)
Activiteit
Opslagcapaciteit (stuks)
Verwachte doorzet (stuks / jaar)
Opslagvoorziening (Bodembescherming)
Risicoindeling milieugevaarlijke stoffen
Risico op aanwezigheid milieugev. Stoffen
Vaststelling aanwezigheid?
Specifieke acceptatie / verwerkingscriteria
Monster -name en analyse
Beoogde afzet*
Kritische parameters
1
Afgedankte voertuigen die eventueel een kleine hoeveelheid vloeistoffen bevatten
Onder andere benzine, diesel, afgewerkte olie en koelvloeistof
16 01 06
Opslag op buitenterrein alvorens deze geshredderd worden
1.200
800 wrakken die gedemonteerd worden
Vloeistofdichte vloer
Laag
N.v.t.
Visueel
Verontreiniging niet toegestaan, zie acceptatiecriteria
N.v.t.
Nuttige toepassing
N.v.t.
Bijlage II. Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden
Functie & Taken Assistent
Verantwoordelijkheid Sorteringswerkzaamheden
Bevoegdheden Sorteringen volledig/juist
Sorteringswerkzaamheden Aan/afvoer verzorgen Vrachtwagen/vervoer Planner
Planning vrachtauto’s
Ritlijsten maken
Planning
Controle documenten ingaande stromen
Administratieve goedkeuring of afkeuring van een partij
Acceptatie
Samenwerking met acceptant
Adm. Medewerkster
Verwerking weegbonnen en orders
Administratie
Chauffeur de route en loslocatie op het terrein voorschrijven Invoeren en archiveren weegbonnen In overleg met planner
Inboeken inkoopfacturen (‘crediteuren’) Facturering
Alle facturen Aanmaken facturen
Behoort bij besluit van burgemeester en wethouders van de gemeente Katwijk d.d. 18-08-2015 no. 292657 Mij bekend, 473104Hoofd Afdeling Ruimte & Veiligheid
nm Behoort bij besluit van burgemeester en wethouders van de gemeente Katwijk
""^xr".'^ H O L L A N D ZUID
d.d. 18-08-2015 no. 292657 Mij bekend, 473104Hoofd Afdeling Ruimte & Veiligheid
Gedeputeerde Staten Directie Omgevingsdiensten Afdeling Vergunningen Contact
A.J. Oudijk
T070 -441 8347
[email protected] Postadres Provinciehuis
Postbus 90602 2509 LP Den Haag T 070-441 66 11 www.zuid-holland.nl
J. van Rijn Oud IJzer- en Metaalhandel B.V.
- 2 AUG 2011
Datum
Rijnsburgenweg 80 D 2341 AB KATWIJK
Ons kenmerk
PZH-2011-298309917 Uw kenmerlt
20110366/MRUI Bijlagen
Besluit van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland Onderwerp Gedeputeerde Staten hebben op 30 maart 2011 een aanvraag om een omgevingsvergunning ontvangen van J. van Rijn Oud IJzer- en Metaalhandel B.V. Het betreft een aanvraag voor een beperkte milieutoets voor het demonteren van autowrakken aan de Smitstraat 7te Katwijk. De aanvraag isgeregistreerd onder nummer MV-2011-000170. Besluit Gedeputeerde Staten besluiten aan J.van Rijn Oud IJzer- en Metaalhandel B.V. voor de locatie Smitstraat 7te Katwijk een omgevingsvergunning op grond van artikel 2.1, eerste lid,onder i, van deWet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) te verienen voor: hetopslaan van ten hoogste 10.000ton van buiten de inrichting afkomstige afvalstoffen, zijnde banden vanvoertuigen; het demonteren van autowrakken als bedoeld inartikel 1.1,eerste lid,van het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer {Activiteitenbesluit), anders dan de activiteiten met autowrakken als bedoeld in artikel4.84,tweede lid,van dat besluit. Bezoekadres 2uid-Hotlandpl«in 1
OMGEVINGSVERGUNNING PROCEDUREEL
2596 AW Den Haag
Geqevens aanvrager Tram 6 en 9en bussen 18. 22. 65 stoppen dichtbij het provinciehuis. Vanaf
Op 30 maart 2011 hebbenwij een aanvraag omeen omgevingsvergunning als bedoeld inartikel 2.1. lid 1,onder i,van de Wabo ontvangen. Het betreft een verzoek van J. van Rijn Oud IJzer- en Metaalhandel B.V. te Katwijk.
stalion Den Haag CS is het tien minulen lopen. De pafkeemjimte voor auto's Is bepehtt.
Afdeling Vergunningen
Proiectbeschriivinq Het project waarvoor vergunning wordt gevraagd betreft de oprichting van een autodemontagebedrijf aan de Smitstraat 7te Katwijk en het opslaan van autobanden. De inrichting is gevestigd opeengezoneerd industrieterrein.
is ISO-9001 gecerlificeerd
MD
PZH-2011-298309917 dd,20-07-2011
Onskenmerk PZH-2011-298309917 P^^^^YD H O L L A N D
Gelet opvorenstaande omschrijving wordt een vergunning gevraagd voor de activiteiten genoemd inartikel2.2a, sub gen h,van het Besluit omgevingsrecht (Bor). Procedure Voor de behandeling van de aanvraag isde reguliere voorbereidingsprocedure van paragraaf 3.2 van deAlgemenewet bestuursrecht (Awb) vantoepassing.Tevens isde aanvraag getoetst aan het Borende Ministeriële regeling omgevingsrecht (Mor).De ontvangst van de aanvraag hebben wij op 29 april2011 bevestigd.Gelet hierop hebbenwij op 11mei2011 conform artikel 3.8 van de Wabo vandeaanvraag kennis gegeven in hetWitteWeekblad,editie Katwijk en Rijnsburger. Op 21april2011 hebbenwij om aanvullende gegevens gevraagd. HiertDijhebbenwij dewettelijke beslistermijn opgeschort. De aanvullende gegevens zijn ontvangen op 31mei 2011. Als gevolg hiervan isdetermijn42 dagen opgeschort. Wij hebben gebruikgemaakt van de mogelijkheid om de beslistennijn van achtweken te verlengen metzesweken als bedoeld inartikel 3.9, lid2.van deWabo. Van deze verlenging is kennisgegeveninhetWitteWeekblad,editie Katwijk en Rijnsburger. Bevoeqd qezaq Gelet op vorenstaande projectbeschrijving, alsmede op het bepaalde inartikel 3.3a van het Bor zijnvi/ijhet bevoegd gezag omop deaanvraag omomgevingsvergunning opgrondvan artikel 2.1, eerste lid,onder i,van deWabo tebeschikken. Advies Degemeente Katwijk Isop grond van artikel6.1 vanhet Bor aangewezen als adviseur. Naar aanleiding hiervan hebbenwij het volgende adviesontvangen. Delocatie Smidstraat 7 in Katwijk ligt in hetbestemmingsplan 't Heen. Dit plan isop 8 november 2001 onder nummer DRM/ARB/2001/3666 goedgekeurd door de provincie Zuid-Holland. De bestemming van dit perceel is bedrijfedoeleinden (BI). Op grond van artikel4, lid 1.onder a,zijn bedrijventoegestaan voor zoverzij voorkomen indecategorie 1tot en met 3van de afstandentabel. Het bedrijf betreft een autosloperij (sbi-code 5157) meteencategorie 3.2. De aangevraagde activiteitenvoldoen aan het bestemmingsplan. OVERWEGINGEN EN TOETSINGEN Algemeen Deaangevraagde activiteiten vallen onder artikel 2.2a, onder genh,van het Bor. Artikel 2.2a van het Bor isniet vantoepassing op inrichtingen waar zicheen gpbv-installatie bevindt. Deaangevraagde activiteitenworden getoetst aan artikel 5.13b,lid 1,3en4,van het Bor.
2/8
PZH-2011-298309917 dd.20-07-2011
Onskenmerk
P2H-2011-298309917 provinciejiQj^LAND
ZUID
Hieronder zljn onze overwegingen weergegeven. Opgrondvan artikel5.13a vandeWabo mogenaande omgevingsvergunning met beperitte milieutoets geen voorschriften worden verbonden. Nadat deze vergunning isverieend,zijn op de activiteit de algemene regels van het Activiteitenbesluit van toepassing. Deaanvraag voldoet aan de indieningsvereisten genoemd inartikel 6.3 van de Regeling omgevingsrecht. Bijde melding voor hetActiviteitenbesluit iseen rapport van akoestisch onderzoek gevoegd van Peutz, nr. Fl9905-1-RA van 30 mei 2011. Het rapport toont aandat de inrichting kanvoldoen aan de relevante geluidswaarden uit het Activiteitenbesluit. Gpbv-installaties Uit artikel 2.2a van het Borvolgt dat op inrichtingen waar een installatie aanwezig is als bedoeld inbijlage 1van de EG-richtlijn geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging (gpbvinstallatie), dit artikel niet vantoepassing is. De activiteiten die binnen de inrichting plaatsvinden worden niet genoemd in bijlage 1van de Europese richtlijn geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging (2008/01/EG). De inrichting is nietaante merken als een inrichtingwaartoe een gpbv-installatie behoort. MER-fbeoordelinas)Dlicht Devoorgenomen activiteit komt niet voor inonderdeel Cvan de bijlage bij het Besluitmilieueffectrapportage (verder Besluit MER). Deaangevraagde activiteiten vallenwelonder onderdeel Dvan de bijlage van het Besluit MER, het betreft activiteit 18.8,het opslaan van autowrakken. Dit betekent dat gelet opartikel 2,lid 5, onder b, van het Besluit MER wij als bevoegd gezag,opgrond van de in bijlage III bijdeEEGrichtlijn 85/337/EEG (gewijzigd bij richtlijn 97/11/EG en richtlijn 2D03/35/EG) genoemde criteria, toepassing moeten geven aan een MER-beoordeling als bedoeld inartikel 7.16 tot en met 7.19 vandeWet milieubeheer (Wm) als niet kanworden uitgesloten dat de activiteit belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu kan hebben. Bijdeze criteria dienen wijte kijken naar: 1.
de kenmerken van het project;
2. 3.
de plaats van het project; de kenmerken van het potentiële effect.
Aan de handvan deaanvraag hebt>enwij hetvolgende geconstateerd. 1.
Kenmerken vanhet project
Bijde kenmericen van het project Isin het bijzonder inoverweging genomen de omvangvan het project, decumulatie met andere projecten,het gebruik van natuuriijke hulpbronnen, de productie van afvalstoffen, verontreiniging en hinder, risico van ongevallen met name gelet opde gebnjikte stoffen oftechnologieën.
^
PZH-2011-298309917dd 20-07-2011
Onskenmerk
PZH-2011-298309917
P^V"'^;^ HOLLAND ZUID
Binnen de inrichtingvan J.van Rijn Oud IJzer- enMetaalhandel B.V. worden maximaal 60 autowrakken opgeslagen. Ten opzichte van andere bedrijven indeze sector isde opslag indit project klein. Om effecten naar de omgeving tevoorkomen, moet het bedrijfvoldoen aan de voorschriften van het Activiteitenbesluit. Er is geen bijzonder nadelig effect te verwachten. Erzijn geen projecten die samenhangen met hetaangevraagde project waardoor geen cumulatie van effecten optreedt. De productie van afvalstoffen, naast devoor bewerking ingenomen afvalstoffen, is nihil. Door voorschriften uit het Activiteitenbesluit dievantoepassing zijn,wordt ervoor zorg gedragen dat dezeafvalstoffen ook doelmatig worden beheerd. Gelet hierop ovenwegenwij dat naar aanleiding vande kenmeriten van het project kan worden uitgesloten dat de activiteit t>elangrijke nadelige gevolgen voor het milieu kan hebben. 2.
Plaats van hetproject
Bijde matevan kwetsbaarheid van het milieu indegebieden waarop de projecten van invloed kunnenzijn. is het bestaande gebruik inhet bijzonder in overweging genomen. De autosloperij wordt gevestigd opeen industrieterrein datgeschikt isvoor deze activiteit. De bodemwordt bij incidenten beschermd tegen verontreinigingen door de aanwezige bodembeschermende voorzieningen. Het bedrijf heeft aannemelijk gemaakt datzij kanvoldoen aan degeluidsnormen zoals bedoeld inhet Activiteitenbesluit. Gelet hierop oven/vegenwij dat naar aanleiding van de plaats van het project kan worden uitgesloten dat de activiteit belangrijke nadelige gevotgen voor het milieu kanhebben. 3.
Kenmerken vanhetpotentiële effect
Bijde potentiële aanzienlijke effecten van het project is insamenhang metde criteria van de punten 1en2 inhet bijzonder inoverweging genomen het bereik van het effect (geografische zone engrootte van de getroffen bevolking), het grensoverschrijdende karakter van het effect, de ordevan grootte en de complexiteit van het effect, dewaarschijnlijkheid van het effect, de duur, defrequentie ende omkeertaaarheld van het effect. De activiteiten bestaan uit het demonteren van autowrakken zonder grootschalige apparatuur of machines. Emissies naar lucht,water enbodemworden vooritomen of beperiddoor het aanbrengenvan afdoende voorzieningenzoals voorgeschreven in het Activiteitenbesluit. De aard en omvang van deactiviteiten brengt metzich mee dat eventuele effecten zeer lokaal en omkeerbaarzullen zijn. Gelet hierop ovenwegenwij dat naar aanleiding vande kenmeriten van het potentiële effect kan worden uitgesloten dat deactiviteit belangrijke nadelige gevolgenvoor het milieu kanhebben. Conclusie Nuuitgesloten kanworden dat de activiteit belangrijke nadelige gevolgenvoor het milieu kan hebben, is er geen aanleiding om een MER-beoordeling uittevoeren.
«8
PZH-2011-298309917dd 20-07-2011
Ons kenmerk
PZH-2011-298309917 provincie j ^ Q L L A N D
ZUID
Doelmatiq beheer van afvalstoffen Op grond van artikel 5.13b, lid 3,van het Bor kan een aanvraagtot omgevingsvergunning op grond van artikel 2.1, lid 1,onderi, vande Wabo geweigerd worden in het belang van het doelmatig beheer van afvalstoffen. In artikel 1.1 van de Wm is aangegeven wat moet worden verstaan onder het doelmatig beheer van afvalstoffen. Opgrond hiervan moetenwij rekening houden met het geldende afvalbeheersplan dan wel het bepaalde in de artikelen 10.4 en 10.5 van deWm (artikel 10.14 van deWm). In het bedoelde afvalbeheersplan (het Landelijk Afvalbeheerplan2009-2021, hierna aangeduid als het LAP) is het afvalstoffenbeleid neergelegd. Op grond van deWm dient het LAP alstoetsingskader voor het beslissen op een aanvraag om een omgevingsvergunning voor zover deze betrekking heeft op afvalbeheer. De hoofdlijnen van het beleidzijn vastgelegd in het LAP. De doelstellingen van het LAP geven invulling aan de voorkeursvolgorde voor afvalbeheer zoals die inartikel 10.4 van deWm isopgenomen en alsvolgt is samentevatten: het stimuleren van preventie van afvalstoffen; het stimuleren van hergebruik/nuttige toepassing vanafvalstoffen door het promoten van afvalscheiding aan de bron ennascheiding van afvalstromen; afvalscheiding maakt producthergebruik en materiaalhergebruik (nuttigetoepassing) mogelijk en beperkt de hoeveelheid te storten of ineen afvalvertsrandingsinstallatie (AVI) te vertaranden afvalstoffen; het optimaal benutten van deenergie-inhoud van afval dat niet kanworden hergebruikt (nuttig toepassen als brandstof); het venwijderenvan afvalstoffen door verbranding; hetverwijderen van afvalstoffen door storten. Bij de vaststelling van het LAP isook rekening gehouden met de inartikel 10.5 van de Wm vermelde aspecten van doelmatig afvalbeheer. Bijlage4 bij het LAP bevat een invulling van het beleid voor specifieke afvalstoffen. Inhet LAP isaangegeven opwelkewijze het bevoegd gezag bijhet beoordelen van een vergunningaanvraag voor het inzamelen, bewaren en be-envenweritenvan afvalstoffen rekening moet houden met een aantal algemene bepalingen aangaande het LAP. De minimumstandaard geeft de meest laagwaardige wijze van be-en verwerking van de betreffende afvalstoffen, waarvoor nog vergunning verieend mag worden.Alsde minimumstandaard bestaat uit verschillende be-envenwerkingshandelingen bij diverse inrichtingen kan voor deafzonderiijke bewerkingsstappen een vergunning worden verieend. Afvalstromen waan/oorin bijlage 4 vanhetLAPeensectorptanis opgenomen Voor de onderhavige aanvraag zijn devolgende sectorplannen inbijlage 4 van het LAP van toepassing: autowrakken (51) autobanden (52).
^
P2H-2011-298309917dd.20-07-2011
Ons kenmerti
PZH-2011-298309917
"z'uiD^^^^^^
Uitsluitendopslaan In het LAP is aangegeven dat voor het uitsluitendopslaan van afvalstoffen inbeginsel een vergunning kanwordenverteend.Twee afvalstromen worden hiervan uitgezonderd,teweten: afvalmunitie, vuunwerkafval enoverig explosief afval; dieriijke bijproducten. J. van RijnOud IJzer- en Metaalhandel B.V. heeft aangevraagd om autobanden uitsluitend op te slaan.Voor het opslaan van deze afvalstoffen beschikt de aanvrager over de benodigde voorzieningen.Voor het uitsluitend opslaanvan de hien/oor vermelde afvalstoffen kaneen vergunning worden verteend omdat deze afvalstromen niet behoren totdeinhet LAP genoemde uitzonderingen. Be^erwed
M
PZH-2011-298309917 dd.20-07-2011
Ons kenmerk
PZH-2011-298309917
"^^^1^°^^HOLLAND
Bijde aanvraag is een beschrijving van de procedures van acceptatie en controle van ontvangen afvalstoffen gevoegd. Deze procedures zijn door ons getoetst envoldoen aan het gestelde in artikel2.14b van het Activiteitenbesluit. Registratie De aanvrager verkrijgt met deze vergunning de mogelijkheid om afvalstoffen van buiten deinrichtingte ontvangen. Dergelijke inrichtingen vallen onder het Besluit melden bedrijfsafvalstoffen en gevaariijke afvalstoffen. De registratie verplichtingen ingevolge dit besluit en de daarbij behorende regeling zijn rechtstreeks vantoepassing opde ontvangst van de afvalstoffen. Gelet op het vorenstaande zijnwij van mening dat de aangevraagde acitiviteiten inovereenstemmingzijn met het geldende afvaltieheersplan gestelde en het gestelde inartikel2.14b van hetActiviteitenbesluit en daannee bijdragen aan een doelmatig beheer van afvalstoffen. De vergunning kan dus wordenverieend.
Bibob W^ hebben, inhet kader van de Wet tievordering integriteitsbeoordeling door het openbaar bestuur (Wet Bibob), deaangeleverde stukken met betrekking tot de bedrijfsvoering en de financ:ieringgetoetst. Naar aanleiding van dezetoetsing is advies aangevraagd bij het Landelijk Bureau Bibob (LBB).Ten tijde van het verienen van deze beschikking hebtienwij nog geen advies ontvangen van het LBB.Wegens een omissie in deWet Bibob kan devergunning, ondanks een eventueel negatief advies van het LBB,nietworden geweigerd. De uitgevoerde Bibob-toets zal dan ook niet leidentot hetweigeren van de vergunning.Wel is het mogelijk dat, indien een negatief advies van het LBB daartoe aanleiding geeft, wij ertoe besluiten de omgevingsvergunning geheel of gedeeltelijk intetrekken. Condusie Gelet op het vorenstaande, zijn ergeen redenen om de omgevingsvergunning bepericte milieutoetsteweigeren.
Gedeputeerde StatenvanZuid-Holland, voordezen. ing. H.W. Spmit hoofd bureau Omgevingsvergunning, Groen en Grondwater Deze briefis digitaalvastgesteld, hierdoorstaatergeen fysieke handtekeninginde brief
^^
PZH-2011-298309917öd 20-07-2011
Ons kenmerk
PZH-2011-298309917
P^£^"j^jJ HOLLAND
Bezwaar Deze brief iseen'beschikking' inde zinvan deAlgemenewet bestuursrecht waartegen door een belanghebbende bezwaar kanworden gemaakt bij Gedeputeerde Staten vanZuid-Holland. Postbus 90602,2509 LP Den Haag,ter attentie van het Awb-secretariaat. Determijn voor het indienen vaneen bezwaarschrift bedraagt zes weken. Dezetermijn begintte lopen op de dag na diewaarop de beschikking isverzonden. Het bezwaarschrift moet ondertekend zijnen ten minstebevatten: de naam en hetadres van de indiener; dedagtekening; een omschrijving van de beschikking waartegen bezwaarworcft gemaakt; de gronden vanhet bezwaar (de motivering). Aan de behandeling van het bezwaarschrift zijnvoor deindiener geen kostenvert)onden. Vooriopige voorzieninq Het indienen van een bezwaarschrift betekent niet dat dewerking van het besluitworcttuitgesteld. Indien gelet op de belangen onverwijlde spoed isvereist, bestaatde mogelijkheid om na indiening van een bezwaarschrift een vooriopige voorziening aante vragen bij deVoorzleningenrec^hter van de Rechtbank 's-Gravenhage, Postbus 20302. 2500 EHDenHaag. Aan hetverzoek om een vooriopige voorziening bijde rechtbank zijn kosten (griffierechten) verbonden.
Afschriftaan:
Geofox-Lexmond,t.a.v. mevrouw M. Ruitenberg. Postbus 143,2410AC Bodegraven Gemeente Katwijk
w
PZH-2011-298309917 dd.20-07-2011
Behoort bij besluit van burgemeester en wethouders van de gemeente Katwijk d.d. 18-08-2015 no. 292657 Mij bekend, 473104Hoofd Afdeling Ruimte & Veiligheid