Stichting Acis openbaar primair onderwijs Hoeksche Waard
Meerjarenbestuursformatieplan 2014 - 2018
Vastgesteld door het College van Bestuur d.d. 4 april 2014 na instemming door de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad d.d.25 maart 2014 en goedkeuring door de Raad van Toezicht d.d. 2 april 2014
Biezenvijver 5 3297 GK Puttershoek
Telefoon: 078-6295999 Fax: 078-6295998 E-mailadres:
[email protected] Website: www.acishw.nl
Inleiding
pag. 03
1.0 1.1 1.2 1.3 1.4 2.0 2.1 2.2 2.3 2.4 3.0 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8 4.0
Hoofdstuk 1: grondslagen lumpsum Uitgangspunten lumpsum vergoeding Achtergrondgegevens lumpsum vergoeding De middelen voor het basisonderwijs De middelen voor de school voor speciaal basisonderwijs Hoofdstuk 2: leerlingenaantallen, middelen en verplichtingen Gerealiseerde leerlingenaantallen Prognose leerlingenaantallen Inkomsten 2013-2014 t/m schooljaar 2017-2018 Structurele formatie en rddf Hoofdstuk 3: formatie Formatie schooljaar 2013-2014 Formatie schooljaar 2014-2015 Formatie 2015-2016 e.v. De structurele formatie en het risicodragend deel van de formatie Rddf formatie 2014-2015 Stappenplan rddf plaatsingen schooljaar 2014-2015 Formatie 2015-2016 e.v. Flankerend beleid Hoofdstuk 4: korte samenvatting
pag. 04 pag. 04 pag. 04 pag. 04 pag. 05 pag. 07 pag. 07 pag. 07 pag. 08 pag. 08 pag. 10 pag. 10 pag. 10 pag. 11 pag. 11 pag. 14 pag. 15 pag. 15 pag. 15 pag. 16
Begrippenlijst
pag. 17
Instemming personeelsgeleding GMR/ vaststelling bestuur
pag. 18
2
INLEIDING Stichting Acis formuleert het personeelsbeleid jaarlijks in een meerjarenperspectief. Enerzijds is dat een verplichting conform de CAO voor het primair onderwijs, anderzijds geven wij graag uitvoering aan deze eis, omdat het opstellen van een meerjaren bestuursformatieplan bijdraagt aan een zorgvuldig personeelsbeleid, het een voorwaarde is voor goed werkgeverschap, een hoge kwaliteit van het onderwijs en een gezonde financiële basis voor de stichting. Het bestuursformatieplan heeft verschillende functies: A. Het specificeert op welke wijze de formatieve middelen op bestuursniveau worden verkregen. B. Het maakt duidelijk op welke wijze de formatie wordt ingezet. C. Het is de juridische basis voor het nemen van bepaalde besluiten met rechtspositionele gevolgen. D. Het biedt een meerjarenperspectief waardoor het mogelijk wordt om tijdig noodzakelijke aanpassingen in de personeelsbezetting door te voeren.
Het bestuursformatieplan dient jaarlijks voor 1 mei door het bestuur vastgesteld te worden, na instemming van de personeelsgeleding van de GMR. Wanneer het bestuur voornemens is personeel in het risicodragend deel van de formatie te plaatsen (rddf), wordt dit voornemen schriftelijk en gemotiveerd voor de zomervakantie aan de betreffende werknemers medegedeeld. Puttershoek, maart 2014 Stichting Acis openbaar primair onderwijs Hoeksche Waard, L.J. van Heeren voorzitter college van bestuur G.H. Denneboom, lid college van bestuur
3
Hoofdstuk 1 1.1
GRONDSLAGEN LUMPSUM VERGOEDING
Uitgangspunten lumpsumvergoeding
Sinds 1 augustus 2006 is in het primair onderwijs lumpsumfinanciering van kracht en zijn de schotten tussen personele en materiële uitgaven verdwenen. Dat betekent een grotere vrijheid, maar ook grotere risico’s voor het schoolbestuur. Formatiebeleid is essentieel. De personele kosten moeten passen binnen het vooraf vastgestelde budget. De verantwoordelijkheid voor de financiële huishouding op de scholen ligt bij het bestuur. 1.2
Achtergrondgegevens lumpsumvergoeding
De kosten voor één en dezelfde functie kunnen onder het lumpsumregime sterk variëren doordat de salarisschaal van een leerkracht uit 15 periodieken bestaat. De regel waarin iemand is ingeschaald bepaalt de salarislast voor het bestuur/de school. Het Ministerie van OCW houdt hier rekening mee. Een school met veel ouder (en duurder) personeel ontvangt daardoor een hogere vergoeding voor de personele lasten dan een school met een jong team. Er is niet alleen verschil in kosten binnen een functie; De kosten van de verschillende functies variëren natuurlijk ook. De kosten van een medewerker worden niet alleen bepaald door de loonkosten. Er zijn ook andere werkgeverslasten, zoals: o Salarisgarantie en toelagen o Extra periodieken herintreders o BAPO o Betaald ouderschapsverlof o Kosten woon/werkverkeer en verhuisregeling o Ambtsjubilea, gratificatie en uitkering na overlijden o Spaarverlof o UWV premies WGA en WIA (voorheen WAO) o Premie verplichte verzekering Vervangingsfonds / Participatiefonds o ABP pensioenpremie 1.3
De middelen voor het basisonderwijs
De rijksvergoeding voor de basisscholen bestaat uit de volgende componenten: a. Basisbekostiging De basisbekostiging is gebaseerd op het leerlingenaantal op de laatste teldatum (1 oktober) in de: o Onderbouw; het aantal leerlingen in de leeftijd 4 t/m 7 jaar* o Bovenbouw; het aantal leerlingen in de leeftijd 8 jaar en ouder o Alsmede op de gemiddelde gewogen leeftijd van de medewerkers van de school. (* De vergoeding voor leerlingen onderbouw is hoger dan voor leerlingen bovenbouw) b. Toeslagen o Toeslag voor kleine scholen (scholen met minder dan 145 leerlingen) o Toeslag voor de schoolleiding. De hoogte is afhankelijk van het aantal leerlingen op de school. Scholen tot 98 leerlingen ontvangen afgerond € 18.000 aan toeslag; scholen > 97 leerlingen: € 33.000. o Toeslag voor nevenvestiging (binnen onze stichting niet van toepassing) c. Speciale doeleinden Aanvullende vergoeding voor het ‘leerlingengewicht’ (leerlingen uit achterstandssituaties).
4
d. Groeimiddelen Bij een toename van tenminste 13 leerlingen op bestuursniveau ten opzichte van de voorgaande teldatum, verhoogd met drie procent, ontvangt het schoolbestuur extra inkomsten om de inzet van eventueel extra personeel te kunnen bekostigen. e. Leerlingenondersteuning Het samenwerkingsverband Passend primair onderwijs Hoeksche Waard kan de scholen jaarlijks een bedrag per leerling toekennen waarmee de school extra ondersteuning realiseert. Daarnaast ontvangen de scholen, indien van toepassing, ‘rugzakgelden’ van het SWV voor de huidige leerlingen met een LGF tot dat het kind van school gaat. Voor nieuwe leerlingen met een specifieke ondersteuningsbehoefte bepaalt het SWV het ondersteuningsarrangement. (zie het ondersteuningsplan van het SWV Passend Onderwijs HW). f. PAB gelden Elke school ontvangt op basis van het leerlingenaantal aanvullende middelen voor personeel- en arbeidsmarktbeleid; het PAB-budget. Dit is o.a. bestemd voor: o Professionalisering van het personeel o (Integraal) personeelsbeleid (extra periodieken voor herintreders, betaald ouderschapsverlof, meerkosten bedrijfsgezondheidszorg, gratificaties, salarisgaranties) o Kwaliteitsbeleid en innovatie o Knelpunten arbeidsmarktontwikkeling o Kosten vervangingen o Werving en selectie o Tussenschoolse opvang o Schoolbegeleiding o Arbo g. Prestatiebox De middelen ‘prestatiebox’ zijn bedoeld voor activiteiten in het kader van: o Opbrengstgericht werken o Professionalisering van leraren en schoolleiders o Cultuureducatie h. Loonkostensubsidie onderwijs ondersteunend personeel (OOP) o De loonkostensubsidie is bedoeld om structurele arbeidsplaatsen voor ondersteunend personeel (bijvoorbeeld conciërges) te creëren. i. Fusiemiddelen Na fusie ontvangt de gefuseerde school vijf jaar lang aanvullende middelen. Het bedrag wordt jaarlijks met 20% verminderd en dus afgebouwd naar nul in vijf jaar. 1.4
De middelen voor de school voor speciaal basisonderwijs (SBO)
De rijksvergoeding voor het speciaal basisonderwijs bestaat uit de volgende componenten: a. Basisbekostiging De basisbekostiging is gebaseerd op het leerlingenaantal op de laatste teldatum (1 oktober) o Er is geen onderscheid in de vergoeding voor leerlingen onderbouw en bovenbouw o De hoogte van de vergoeding hangt mede af van de gemiddelde gewogen leeftijd van de medewerkers van de school.
5
b. Groeimiddelen Jaarlijks wordt in februari bezien hoeveel groei er is op de SBO school is geweest ten opzichte van de teldatum in het vorige schooljaar. Het aantal kinderen boven die teldatum wordt vergoed door het SWV. c. Aanvullende middelen Het SWV ontvangt de aanvullende (LGF) middelen voor leerlingen in het SBO en bepaalt op welke wijze deze middelen worden ingezet. d. Zorgmiddelen De SBO school ontvangt zorgmiddelen van het Rijk op basis van 2% van het aantal leerlingen basisonderwijs binnen het samenwerkingsverband. Daarnaast kent het SWV de school extra middelen toe voor instandhouding van verschillende leerwegen. Een en ander is vastgelegd in de begroting/het ondersteuningsplan van het SWV passend primair onderwijs Hoeksche Waard. Het SWV bekostigt ook de zorgformatie van het aantal leerlingen boven de 2 %. e. PAB gelden Elke school ontvangt op basis van het leerlingenaantal aanvullende middelen voor personeel- en arbeidsmarktbeleid; het PAB-budget. Dit is o.a. bestemd voor: o Professionalisering van het personeel o (Integraal) personeelsbeleid (extra periodieken voor herintreders, betaald ouderschapsverlof, meerkosten bedrijfsgezondheidszorg, gratificaties, salarisgaranties) o Kwaliteitsbeleid en innovatie o Knelpunten arbeidsmarktontwikkeling o Kosten vervangingen o Werving en selectie o Tussenschoolse opvang o Schoolbegeleiding o Arbo f. Prestatiebox De middelen ‘prestatiebox’ zijn bedoeld voor activiteiten in het kader van: o Opbrengstgericht werken o Professionalisering van leraren en schoolleiders o Cultuureducatie g. Loonkostensubsidie onderwijs ondersteunend personeel (OOP) o De loonkostensubsidie is bedoeld om structurele arbeidsplaatsen voor ondersteunend personeel (bijvoorbeeld conciërges) te creëren.
6
Hoofdstuk 2
LEERLINGENAANTALLEN, MIDDELEN EN VERPLICHTINGEN
De leerling is voor het Ministerie van OCW de basis voor de bekostiging van scholen. 2.1 2.2.
Gerealiseerde leerlingenaantallen: 1 oktober 2009: 3670 leerlingen waarvan 62 sbo leerlingen 1 oktober 2010: 3671 leerlingen waarvan 61 sbo leerlingen 1 oktober 2011: 3612 leerlingen waarvan 81 sbo leerlingen 1 oktober 2012: 3518 leerlingen waarvan 89 sbo leerlingen 1 oktober 2013: 3360 leerlingen waarvan102 sbo leerlingen Prognose leerlingenaantallen:
De prognose is gebaseerd op informatie van onze directeuren en de leerlingenprognoses van de gemeenten (opgesteld door Pronexus en PVG). School 1-10-2014 1-10-2015 Anker 70 70 Blieken 115 110 Boemerang 42 43 Bommelschool 51 50 Boomgaard 190 185 Driespan 335 335 Dubbeldekker 175 172 Eendragt 67 63 Gouwaert 45 40 Juliana 32 21 Klinker 395 385 Kraaienest 70 70 Meerwaarde 265 255 Onder de Wieken 130 125 Pijler 230 220 Schelf 241 228 Takkenbosse 205 200 Tandem 200 190 Vlashoek 84 80 Zevensprong 210 190 Pluspunt (SBAO) 114 114 Totaal 3266 3146 Tabel 1 : prognose leerlingenaantallen
1-10-2016 70 103 41 50 180 320 165 61 40 16 375 70 260 125 220 220 190 185 82 172 114 3059
1-10-2017 70 101 35 52 180 320 165 65 40 13 365 70 260 125 215 205 180 180 80 165 114 3000
Het leerlingenaantal onderbouw is een goede indicator voor de toekomstige leerlingenontwikkeling. Onderbouw Bovenbouw Totaal Verhouding ob/bb Schooljaar 2014-2015 1534 1724 3258 47,0<>53,0 Schooljaar 2013-2014 1602 1827 3429 46,7<>53,3 Schooljaar 2012-2013 1648 1883 3531 46,7<>53,3 Schooljaar 2011-2012 1743 1867 3610 48,3<>51,7 Schooljaar 2010-2011 1791 1817 3608 49,6<>50,4 Tabel 2: Overzicht verdeling onder- en bovenbouwleerlingen in de afgelopen vijf jaar.
7
2.3
Inkomsten 2013-2014 t/m schooljaar 2017-2018
In onderstaande tabel zijn de dalende leerlingenaantallen vertaald naar dalende inkomsten. Inkomsten
2013-2014
Lumpsum bekostiging 14.297.135 personeel en materieel Personeel en 1.508.601 arbeidsmarktbeleid Prestatiebox 357.708 Loonkostensubsidie OOP 43.247 Bijzondere bekostiging 7.213 visueel gehandicapte lln. Bijzondere bekostiging 155.055 wegens fusie Passend onderwijs bao 217.500 Passend onderwijs sbo 240.000 LGF 184.111 Totaal 17.010.579 Vermindering bekostiging t.o.v. vorig schooljaar cumulatief
2014-2015
2015-2016
2016-2017
2017-2018
13.668.500
13.293.733
12.778.711
12.448.496
1.428.567
1.348.958
1.363.979
1.297.020
341.616 43.247 7.213
331.184 43.247 7.110
320.402 43.247 7.110
312.585 43.247 7.110
274.000
210.000
152.000
91.000
120.500 261.000 113.000 16.257.643 752.936
115.000 261.000 75.000 15.685.232 572.411
112.200 261.000 37.500 15.076.149 609.083
108.900 261.000 0 14.569.358 506.791
752.936
1.325.347
1.934.430
2.441.221
Tabel 3: overzicht inkomsten schooljaar 2013-2014 t/m schooljaar 2017-2018 2.4
Structurele formatie en rddf
Er zijn verschillende formatie categorieën: o Structurele formatie - medewerkers met een aanstelling voor onbepaalde of bepaalde tijd met uitzicht op een vast dienstverband. o Het risicodragend deel van de formatie (rddf) - medewerkers die in verband met een dalende werkgelegenheid binnen het schoolbestuur moeten afvloeien. 2.4.1 Rddf-plaatsing en rddf formatie De CAO PO 2013 geeft richtlijnen voor plaatsing van medewerkers in het rddf en ontslag om formatieve redenen: “De werkgever hanteert op bestuursniveau -binnen elke onderwijssoort(*)- per categorie personeel een integrale afvloeiingsregeling van werknemers met een dienstverband voor onbepaalde tijd zoals opgenomen in het meerjaren bestuursformatieplan”. (*) Basisonderwijs en speciaal basisonderwijs zijn volgens de CAO 2013 verschillende onderwijssoorten. Dit is een wijziging ten opzichte van eerdere versies van de CAO PO. De volgorde van afvloeiing is: o Zij die de laagste uitkomst bereiken op basis van het toepasselijke afvloeiingscriterium; het LIFO (Last In First Out) principe. o Jongeren gaan bij een gelijk toepasselijk afvloeiingscriterium voor ouderen.
8
Medewerkers in het rddf hebben verplichtingen: o Zij dienen andere door de werkgever opgedragen passende werkzaamheden te verrichten. o Zij zijn verplicht een passende betrekking bij een andere werkgever binnen dan wel buiten het onderwijs te accepteren. o Zij kunnen door het bestuur worden verplicht te solliciteren en zich bij het UWV Werkbedrijf te laten inschrijven als werkzoekende en/of zich om te scholen. 2.4.2 Werkgelegenheidsbeleid/ontslagbeleid De CAO-PO laat schoolbesturen de ruimte te kiezen voor werkgelegenheidsbeleid of ontslagbeleid. Binnen Stichting Acis geldt ontslagbeleid. Dit betekent dat gedwongen afvloeiing van personeel wegens verminderde werkzaamheden kan plaatsvinden nadat de betrokkene gedurende één jaar in de rddf-categorie geplaatst is geweest en hiervan voor de zomervakantie van het voorafgaande jaar in kennis werd gesteld. Het bestuur is verplicht de betrokkene(n) andere passende vacante functies aan te bieden om ontslag te vermijden.
9
Hoofdstuk 3 3.1
FORMATIE
Formatie schooljaar 2013-2014
Als gevolg van leerlingendaling op teldatum 1-10-2012 (-94 lln) was een sterke inkomstendaling voorzien voor het schooljaar 2013-2014. Als taakstelling werd in het bestuursformatieplan 2013-2014 een bezuiniging opgenomen van € 552.000. Door natuurlijk verloop en beëindiging van de tijdelijke aanstellingen per 1-08-2013 is in het schooljaar 2013-2014 tot op heden (peildatum 1 maart 2014) een bezuiniging gerealiseerd van € 635.000 met als gevolg een positief saldo van € 83.000. De doelstelling is (meer dan) bereikt. Totaal inkomstenreductie 2013-2014 Gerealiseerde bezuiniging Resultaat Tabel 4: bezuiniging schooljaar 2013-2014 3.2.
€ 552.000 € 635.000 + € 83.000
Formatie schooljaar 2014-2015
Elke school ontvangt jaarlijks (via het bestuur) een lumpsum vergoeding van de overheid (zie hoofdstuk 1). Deze is bedoeld voor de personele en materiële bekostiging. Voor het schooljaar 20142015 is in de schoolbegrotingen rekening gehouden met een personele inzet per school ter hoogte van 80% van de lumpsumvergoeding, aangevuld met de middelen voor rugzakken (LGF), subsidie OOP, middelen voor leerlingenzorg vanuit het SWV en eventuele fusieformatie. Er is geen ruimte voor betaalde leraren in opleiding (LIO). De overige personele kosten, ten gevolge van bapo, ouderschapsverlof en de medewerkers bestuurskantoor, worden ten laste gebracht van de collectieve begroting. De personele inzet ligt dus aanzienlijk hoger dan de eerdergenoemde 80%!
2013-2014 De Schelf De Boemerang Julianaschool De Meerwaarde De Zevensprong De Blieken De Eendragt De Dubbeldekker t Kraaienest De Takkenbosse De Tandem Onder de Wieken De Gouwaert De Viking Het Anker Burg. van Bommelschool De Boomgaard Het Driespan De Vlashoek De Pijler Het Pluspunt De Klinker
997.139 288.825 238.448 966.875 759.724 443.256 248.909 646.680 335.324 662.992 665.225 424.847 271.954 124.466 307.764 258.903 774.459 950.099 313.502 759.787 835.736 1.218.959 12.493.873
80% in 2014-2015 774.183 242.495 210.902 773.994 677.496 383.374 285.761 586.769 299.025 642.324 641.542 412.085 250.957
LGF
OOP
21.436 13.728
11.339
14.290 7.213 7.145
9.227
7.145
3.867
7.088
SWV
8.996 1.666 1.296 9.921 7.683 4.516 2.369 7.034 2.665 7.404 7.590 4.924 2.184
Overig
142.130
131.870 294.146 259.227 658.252 948.608 328.089 711.850 536.030 1.017.691 10.934.800
13.587
11.339
2.665 2.036 8.070 11.661 3.295 9.255
120.213
7.475 43.247
15.270 120.500
21.436 7.145
261.000 535.000
Totaal 2014-2015
783.179 265.597 212.198 951.112 685.179 402.180 295.343 610.175 301.690 649.728 660.144 417.009 260.229 131.870 296.811 261.263 687.758 967.414 331.384 746.031 797.030 1.040.436 11.753.760
Tabel 5: overzicht beschikbare personele middelen per school
10
Als gevolg van leerlingendaling op teldatum 1-10-2013 (-158 lln) was in het bestuursformatieplan 2013-2014 voor het schooljaar 2014-2015 een inkomstenreductie voorzien van € 772.000 die niet volledig kon worden opgevangen met natuurlijk verloop of andere bezuinigingen. Daarom werd per 1 augustus 2013 een formatie van 15,8 fte (=€ 772.000) in het risico dragend deel van de formatie (rddf) geplaatst. Inmiddels (maart 2014) is de rddf-formatie geslonken naar 14 fte. De geprognosticeerde daling van € 772.000 aan inkomsten in het schooljaar 2014-2015 t.o.v. het schooljaar 2013-2014 bleek op basis van de laatste cijfers (maart 2014) € 19.000 lager uit vallen en bedraagt € 753.000 (zie tabel 3) In het schooljaar 2013-2014 is de formatie door natuurlijk verloop met € 83.000 meer gedaald dan noodzakelijk was. Voor het schooljaar 2014-2015 wordt binnen de structurele formatie een natuurlijk verloop verwacht van € 200.000. Bovendien ontvangt de stichting van de overheid een aanvullend bedrag ter hoogte van € 185.000 voor het behoud van werkgelegenheid voor jonge leerkrachten. Hierdoor resteert een verwacht tekort voor het cursusjaar 2014-2015 ter hoogte van € 285.000 (zie onderstaande tabel). Totaal inkomstenreductie 2014-2015 Resultaat formatiereductie 2013-2014 in Natuurlijk verloop middels pensionering 1-08-14 tot 1-08-15 Extra middelen jonge leerkrachten Gerealiseerde bezuiniging/extra middelen Resultaat Tabel 6: bezuiniging schooljaar 2014-2015 3.3
€ 753.000 € 83.000 € 200.000 € 185.000 € 468.000 -€ 285.000
Formatie 2015-2016 e.v.
Op basis van de dalende leerlingenaantallen (zie tabel 1 en 2) zal de formatie in de komende jaren verder moeten worden ingekrompen. Dit zal zo veel mogelijk via natuurlijk verloop gebeuren. Aanvullende maatregelen (rddf plaatsingen) zijn noodzakelijk, omdat het natuurlijk verloop middels pensionering ontoereikend is (zie tabel 7). 2015-2016 2016-2017 2017-2018 Leerlingenaantal T+1 3266 3146 3059 krimp 94 leerlingen 120 leerlingen 87 leerlingen Inkomstendaling in € 572.411 609.083 506.791 Aantal fte pensioen 4,2 4,4 3,6 kostenreductie in € 267.914 272.204 236.874 Resultaat -304.497 -336.879 -269.917 Tabel 7: personeelsreductie pensionering schooljaar 15/16 t/m schooljaar 17/18 3.4 De structurele formatie en het risicodragend deel van de formatie (rddf) Het verwachte leerlingenaantal op 1 oktober 2014 is 3266; een daling met 94 leerlingen en een verminderde inkomst van € 572.411 in het schooljaar 2015-2016. Aangezien de formatie in het schooljaar 2014-2015 voor een bedrag te hoogte van € 285.000 te ruim is, bedraagt het tekort ‘bij ongewijzigd beleid’ over beide schooljaren € 857.411 Daartegenover staat een natuurlijk verloop in het schooljaar 2014-2015 middels pensionering ter hoogte van € 267.914 Resteert een noodzakelijke bezuiniging van € 589.497 Voor dit bedrag dienen medewerkers per 1-82014 in het rddf te worden geplaatst.
11
berekening rddf formatie 2014-2015 Te ruime formatie 2014-2015 in € Inkomstendaling t.g.v. leerlingentelling 2014 Totaal Natuurlijk verloop wegens pensionering Resultaat Tabel 8: rddf formatie in euro’s schooljaar 2014-2015 3.4.1
totaal 285.000 572.411 857.411 267.914 -€ 589.497
Afvloeiing en rddf plaatsing
Binnen elke ‘onderwijssoort’ moet, indien noodzakelijk, per categorie personeel een integrale afvloeiingslijst op bestuursniveau worden gehanteerd voor plaatsing in het rddf en ontslag om formatieve redenen (zie H 2.4.2). Acis heeft twee onderwijssoorten: basisonderwijs (bao) en speciaal basisonderwijs (sbo). Er worden drie personeelscategorieën onderscheiden:
directie onderwijsgevend personeel onderwijsondersteunend personeel
Hierna wordt bepaald welke formatiecategorie of -categorieën dienen af te slanken. Na vaststelling van het bestuursformatieplan wordt op basis van de afvloeiingslijsten zo snel mogelijk bepaald welke medewerkers in het rddf worden geplaatst.
3.4.2
Functies en formatie basisonderwijs, speciaal basisonderwijs en bovenschools
3.4.2.1 Basisonderwijs (BAO) Onderstaande tabel geeft een overzicht van het aantal functies en fte in vaste dienst op de peildatum 1 mei 2014 bij het regulier basisonderwijs. Het overzicht is inclusief BAPO en ouderschapsverlof. Functie Directeur DA Directeur DB Directeur DC adjunct directeur AB Subtotaal directie Leraarformatie LB functiemix Leraarformatie LA Subtotaal OP Onderwijsassistent 4 Adm. medewerker Conciërge 3 Subtotaal OOP Totaal Tabel 9: Aantal functies in fte BAO
Aantal fte per 1-08-2012 9,5605 10,0000 1,0000 2,8641 23,4246 19,6299 159,8773 179,5072 1,9548 0,9919 1,0555 4,0022 206,9340
Aantal fte per 1-08-2013 9,5605 8,2000 1,0000 1,8641 20,6246 20,3359 153,9970 174,3329 2,7015 0,8119 1,0555 4,5689 199,5264
Aantal fte per 1-08-2014 7,5605 9,0000 1,0000 1,7060 19,2665 20,3359 149,1633 169,4992 2,7015 0,0000 1,0555 3,7570 192,5227
Aantal fte per 1-08-2015 6,7070 9,0000 1,0000 1,7060 18,4130 20,3359 145,5270 165,8629 2,7015 0,0000 1,0555 3,7570 188,0329
12
3.4.2.2 Speciaal basisonderwijs (SBO) Onderstaande tabel geeft een overzicht van het aantal functies en fte in vaste dienst op de peildatum 1 mei 2014 bij het speciaal basisonderwijs. Het overzicht is inclusief BAPO en ouderschapsverlof. Functie Directeur DC Leraarformatie LB Subtotaal OP Orthopedagoog Onderwijsassistent 4 Conciërge 3 Subtotaal OOP Totaal Tabel 10: Aantal functies in fte SBO
Aantal fte per 1-08-2012 1,0000 10,1502 10,1502 0,0000 1,0221 0,5435 1,5656 12,7158
Aantal fte per 1-08-2013 1,0000 10,4189 10,4189 0,0000 1,0221 0,5435 1,5656 12,9845
Aantal fte per 1-08-2014 1,0000 10,4189 10,4189 0,0000 0,6221 0,5435 1,1656 12,5845
Aantal fte per 1-08-2015 1,0000 10,4189 10,4189 0,0000 0,6221 0,5435 1,1656 12,5845
3.4.2.3 Bovenschools Onderstaande tabel geeft een overzicht van het aantal functies en fte bovenschools en in vaste dienst op de peildatum 1 mei 2014 bij het bestuurskantoor. Het overzicht is inclusief BAPO. Functie
Aantal fte per 1-08-2012 Voorzitter College van Bestuur 0,6000 Lid College van Bestuur 0,0000 Adjunct Algemeen Directeur 1,0000 Beleidsmedew. onderwijs* 1,0000 Beleidsmedew. materieel 1,0000 Beleidsmedew. Personeel** 1,0000 Ambulant begeleider*** 0,6955 Managementondersteuning 0,7596 Totaal 6,0551 Tabel 11: Aantal functies in fte bovenschools
Aantal fte per 1-08-2013 0,6000 1,0000 0,0000 1,0000 1,0000 1,0000 0,6955 0,7596 6,0551
Aantal fte per 1-08-2014 0,6000 1,0000 0,0000 1,0000 1,0000 1,0000 0,6955 0,7596 6,0551
Aantal fte per 1-08-2015 0,6000 1,0000 0,0000 1,0000 1,0000 1,0000 0,6955 0,7596 6,0551
Detacheringen bovenschools * De beleidsmedewerker is deels gedetacheerd naar het SWV - wtf 0,5000 ** De beleidsmedewerker personeel is deels gedetacheerd naar OVO - wtf 0,2000 *** De ambulant medewerker is geheel gedetacheerd naar het SWV - wtf 0,6955 Formatie bovenschools totaal wtf - 6,0551 Gedetacheerd wtf - 1,3955 Beschikbaar bestuurskantoor wtf - 4,6596 3.4.3
Structurele en rddf formatie personeel basisonderwijs 2014-2015
3.4.3.1 Directie Het aantal fte in de categorie directie is in de afgelopen jaren gedaald. Op korte termijn worden geen fusies van scholen verwacht. Het bestuur gaat niet over tot rddf-plaatsing; De directieformatie is structureel.
13
3. 4.3.2 Onderwijs ondersteunend personeel (oop) De formatie onderwijs ondersteunend personeel (oop) is in het schooljaar 2013-2014 ingekrompen. De werkzaamheden van oop zijn beperkt leerling afhankelijk. Het bestuur gaat niet over tot rddfplaatsing; De formatie oop is structureel. 3.4.3.3 Onderwijzend personeel Leerlingendaling betekent minder groepen en minder behoefte aan groepsformatie. Het bestuur plaatst per 1-8-2014 een deel van de formatie onderwijsgevend personeel basisonderwijs voor een bedrag van € 589.497 in het rddf. Dit komt overeen met 12 fte. 3.4.4 Structurele en rddf formatie speciaal basisonderwijs 2014-2015 De CAO PO geeft aan dat afvloeiing geschiedt ‘per onderwijssoort’. Expliciet wordt aangegeven dat basisonderwijs en speciaal basisonderwijs verschillende onderwijssoorten zijn. Het leerlingenaantal in het sbo is gestegen en blijft de komende jaren stabiel. 3.4.4.1 Directie De directieformatie sbo is noodzakelijk. Het bestuur gaat niet over tot rddf-plaatsing; De directieformatie sbo is structureel. 3.4.4.2 Onderwijs ondersteunend personeel (oop) Binnen de categorie onderwijs ondersteunend personeel heeft natuurlijk verloop plaats gevonden. Het bestuur gaat niet over tot rddf-plaatsing; De formatie oop sbo is structureel. 3.4.4.3 Onderwijzend personeel Het leerlingenaantal binnen het sbo is gegroeid. De werkgelegenheid voor onderwijzend personeel is toegenomen. Het bestuur gaat daarom niet over tot rddf-plaatsing van onderwijzend personeel sbo. Voor de onderwijsgevenden van Het Pluspunt die gedurende het schooljaar 2013-2014 in het rddf werden geplaatst betekent dit dat zij op basis van het bepaalde in de CAO PO 2013 terugvloeien in de structurele formatie van Het Pluspunt. 3.4.5 Structurele en rddf formatie bovenschools personeel 2014-2015 De formatie bovenschools personeel is beperkt. Gezien de diverse expertise kan niemand worden gemist. Gedwongen deeltijdontslag is niet mogelijk. Bovendien zijn de werkzaamheden bovenschools niet direct leerling gerelateerd. Daarnaast is een deel van de medewerkers (gedeeltelijk) gedetacheerd. Het bestuur gaat niet over tot rddf- plaatsing; de formatie bovenschools is structureel. 3.5
Rddf formatie 2014-2015
In het schooljaar 2013-2014 werd 15,8 fte van de formatie onderwijzend personeel in het rddf geplaatst. Inmiddels is deze formatie verkleind naar 14 fte, waarvan 2,3 fte in het speciaal basisonderwijs. Op grond van de cao PO 2013 is in dit bestuursformatieplan de afvloeiing per schoolsoort bepaald. Aangezien het leerlingenaantal c.q. de werkgelegenheid bij het sbo zijn gestegen, wordt het onderwijzende personeel van het sbo (2,3 fte ) dat vorig jaar in het rddf werd geplaatst met ingang van het schooljaar 2014-2015 uit het rddf gehaald en ingedeeld als structurele formatie sbo. Er resteert dan nog een rddf met een omvang van (afgerond) 12 fte (bao) met een werkgeverslast van € 589.497. Doordat het tekort van het schooljaar 2014-2015 al is teruggebracht van € 753.000 naar € 285.000 (zie tabel 6) wordt niet over gegaan tot ontslag van de huidige rddf ’ers maar worden zij met ingang van 1-08-2014:
14
o Opnieuw in risicodragend deel van de formatie geplaatst o Overgeplaatst naar de vervangingspool met een stamschool als uitvalsbasis o Ingezet voor vervangingswerkzaamheden Verwacht wordt dat tenminste 50 % van de loonkosten van deze rddf’ers gedeclareerd kan worden bij het Vervangingsfonds. Hierdoor is de nog te realiseren bezuiniging naar verwachting behaald. Zodoende: o Behouden deze medewerkers nog minimaal een jaar hun baan o Wordt uitvoering gegeven aan de regeling “aanvullende bekostiging jonge leerkrachten” zoals opgenomen in het Herfstakkoord van de rijksoverheid o Wordt negatieve beeldvorming door gedwongen ontslagen voorkomen o Zijn er voldoende en bekwame invallers beschikbaar, hetgeen ten goede komt aan de rust in en de kwaliteit van de scholen o Behoudt de stichting een gezonde financiële huishouding
2014-2015 Aantal fte bao 12 kostenreductie in € 589.497 Tabel 11: overzicht aantal rddf fte’s met ingang van 1-08-2014
3.6
Stappenplan rddf-plaatsingen schooljaar 2014-2015 1. Op grond van de afvloeiingslijst zal worden bepaald welke bassischoolleerkrachten in het rddf worden geplaatst. Zij zullen door het de College van Bestuur in een persoonlijk gesprek hierover worden geïnformeerd. 2. De rddf-plaatsing wordt zo spoedig mogelijk schriftelijk bevestigd. 3. Vastgesteld wordt op welke scholen rddf-leerkrachten werkzaam zijn. 4. Alle rddf’ers worden middels een overplaatsingsbesluit in de vervangingspool geplaatst. 5. De inzet van rddf leerkrachten in bovengenoemde situaties levert een besparing op in de uitgaven doordat enerzijds de kosten van de rddf-leerkrachten die gaan vervangen worden gedeclareerd bij het Vervangingsfonds en anderzijds omdat voor de vertrekkende leerkracht geen vervanger van buitenaf wordt aangetrokken.
3.7
Formatie 2015-2016 e.v.
In verband met de aanhoudende daling van leerlingenaantallen (zie tabel 1 en2) zal de formatie in de komende jaren verder moeten worden ingekrompen. Dit zal zo veel mogelijk via natuurlijk verloop gebeuren. Het natuurlijk verloop middels pensionering is echter niet voldoende om de inkomensdaling op te vangen (zie tabel 3 en 7). Er zullen aanvullende maatregelen (denk aan: rddf plaatsingen, flankerend beleid) genomen moeten worden om de inkomensdaling op te vangen 3.8
Flankerend beleid
Acis handhaaft het flankerend beleid met als doel de mobiliteit te bevorderen.
15
Hoofdstuk 4
KORTE SAMENVATTING
Het aantal kinderen in de Hoeksche Waard neemt af. Hierdoor staat de werkgelegenheid bij de stichting in de komende jaren onder druk. In het schooljaar 2013-2014 is 15,8 fte uit de formatie onderwijzend personeel in de rddf geplaatst. Hiervan bestond 2,3 fte uit formatie onderwijzend personeel sbo. Op grond van de CAO PO dient de afvloeiing per schoolsoort te worden bepaald. Het sbo is gegroeid. De betreffende leerkrachten worden hierdoor met ingang van 1-08-2014 uit het rddf gehaald en in de structurele formatie sbo geplaatst. De resterende formatie onderwijzend personeel basisonderwijs in de rddf worden niet ontslagen m.i.v. 1 augustus 2014 , maar in het schooljaar 2014-2015 opnieuw in het rddf geplaatst. In het schooljaar 2014-2015 bedraagt de omvang van de rddf-plaatsingen 12 fte in de categorie onderwijzend personeel basisonderwijs. Het aantal leerkrachten bedraagt: 15 De rddf leerkrachten worden middels een overplaatsingsbesluit in de vervangerspool geplaatst. Zij worden maximaal ingezet als vervanger. Tevens krijgen zij een stamschool waar zij werkzaamheden verrichten wanneer er geen vervangingswerk voorhanden is. Het aantal fte’s in de leeftijdscategorie 61 t/m 65 jaar bedraagt bijna 27. Dit is niet voldoende om de terugloop van leerlingen in de komende jaren op te vangen met natuurlijk verloop. Zolang er sprake is van rddf binnen Stichting Acis worden er geen lio ‘ ers met een leerarbeidsovereenkomst aangesteld op de basisscholen. Acis handhaaft het in het schooljaar 2013-2014 ingezette flankerend beleid met als doel de mobiliteit te bevorderen. Er zullen in de komende jaren aanvullende maatregelen nodig blijven om het als gevolg van de leerlingendaling te verwachten vermindering van inkomsten op te vangen.
16
Begrippenlijst AZC
Asielzoekerscentrum
BAO
Basisonderwijs
CAO
Collectieve Arbeids Overeenkomst
Cumi
Culturele minderheden
CvI
Commissie van Indicatiestelling
DUO
Dient Uitvoering Onderwijs (voorheen CFI)
FTE
Fulltime equivalenten
GGL
Gewogen gemiddelde leeftijd
GMR
Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad
GPL
Gemiddelde personeels last
LGF
Leerlinggebonden financiering
LIO
Leerkracht in opleiding
PAB-budget
Budget voor personeels- en arbeidsmarktbeleid
PVG
Planning Verband Groningen (adviesburo onderwijshuisvesting)
RDDF
Risico Dragend Deel van de Formatie
SBO
Speciale school voor Basisonderwijs
SWV
Samenwerkingsverband
WAO
Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering
WGA
Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsongeschikten
WIA
Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen
WSNS
Weer samen naar school
17
Ondertekening
Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad Stichting Acis De personeelsgeleding van de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad heeft ingestemd met dit meerjaren bestuursformatieplan 2014-2018. voorzitter
secretaris
M.E. de Groot
P.E.M. van Haaren
………
……….
2014
2014
Het bestuur van Stichting Acis Het college van bestuur van Stichting Acis heeft het meerjaren bestuursformatieplan 2014-2018 vastgesteld.
voorzitter cvb
lid cvb
L.J. van Heeren
G.H. Denneboom
………
………. 2014
2014
18