Master-na-masteropleidingen

Master-na-masteropleidingen aan de Universiteit Antwerpen

2013 2013

uantwerpen.be

Beste student Met een masterdiploma op zak ben je in principe klaar voor de arbeidsmarkt. Toch mag je gerust ook een beetje langer aan de universiteit blijven. Via een master-na-masteropleiding kan je je kennis verder uitdiepen en je specialiseren binnen je vakgebied. In deze brochure vind je een overzicht van alle master-na-masteropleidingen die je aan de Universiteit Antwerpen kan volgen, of die de Universiteit Antwerpen in samenwerking met andere universiteiten organiseert. Niet alleen Nederlandstalige, maar ook Engelstalige opleidingen. Het volledige studieaanbod van de Universiteit Antwerpen vind je op www.ua.ac.be/studiekiezer. Een master-na-masteropleiding sluit, zoals de naam het zegt, aan op een andere masteropleiding. Je moet dus over de juiste papieren beschikken om te kunnen deelnemen aan de opleiding van je keuze: voor elke master-na-master gelden specifieke toelatingsvoorwaarden. Daarnaast vind je in deze brochure ook informatie over de doelstellingen, studieprogramma’s, evaluatievormen, ... van de opleidingen. Een opleiding gevonden die bij jou past? Raadpleeg www.ua.ac.be/inschrijven om te weten hoe, waar en wanneer je kan inschrijven. De Universiteit Antwerpen organiseert doorheen het jaar ook verschillende informatiemomenten: een overzicht hiervan vind je op www.ua.ac.be/infomomenten.

Faculteiten en instituten FFBD

Faculteit Farmaceutische, Biomedische en Diergeneeskundige Wetenschappen

FGGW

Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen

FLW

Faculteit Letteren en Wijsbegeerte

FPSW FREC

Faculteit Politieke en Sociale Wetenschappen Faculteit Rechten

FTEW

Faculteit Toegepaste Economische Wetenschappen

Faculties and institutes FTEW IOB IMDO ITMMA

Faculty of Applied Economics Institute of Development Policy and Management Institute of Environment & Sustainable Development Institute of Transport and Maritime Management Antwerp

Campussen In deze brochure ontdek je op welke campus jij straks les zal volgen in Antwerpen. Bekijk ook het plannetje op bladzijde 60 of surf naar www.ua.ac.be/route voor meer informatie. CST CGB CMI CDE

Stadscampus / City Campus Campus Groenenborger Campus Middelheim Campus Drie Eiken

Afkortingen In deze brochure worden afkortingen gebruikt voor de namen van faculteiten, instituten en campussen van de Universiteit Antwerpen. Je vindt alle afkortingen in het geel terug op deze bladzijde.

Inhoud Nederlandstalige opleidingen

sp.

blz.

Industriële farmacie Ziekenhuisfarmacie Arbeidsgeneeskunde Huisartsgeneeskunde Jeugdgezondheidszorg Specialistische geneeskunde Verzekeringsgeneeskunde en medische expertise Ziekenhuishygiëne Archivistiek: erfgoed- en hedendaags documentbeheer Literatuurwetenschappen Internationale betrekkingen en diplomatie Fiscaal recht Ondernemingsrecht Maritieme wetenschappen Maritieme wetenschappen (interuniversitair) Zee- en vervoerrecht

60 60

6 8

120 120 120 120 120 60

10 12 14 16 18 20

60 60

22 23

Programmes in English Economics of Globalisation and European Integration Development Evaluation and Management Globalisation and Development Governance and Development Technology for Integrated Water Management Transport and Maritime Economics Transport and Maritime Management

60

26

60 60

28 30

60 60 60

32 34 37

credits 60 60 60 60 60 60 60

page 42 45 48 50 53 55 57

Nederlandstalige opleidingen industriële farmacie • ziekenhuisfarmacie • arbeidsgeneeskunde • huisartsgeneeskunde • jeugdgezondheidszorg • specialistische geneeskunde • verzekeringsgeneeskunde en medische expertise • ziekenhuishygiëne • archivistiek: erfgoed- en hedendaags documentbeheer • literatuurwetenschappen • internationale betrekkingen en diplomatie • fiscaal recht • ondernemingsrecht • maritieme wetenschappen • maritieme wetenschappen (interuniversitair) • zee- en vervoerrecht •

Ontdek het volledige opleidingsaanbod van de Universiteit Antwerpen op www.ua.ac.be/studiekiezer. Een studiekeuze gemaakt? Raadpleeg www.ua.ac.be/inschrijven om te weten hoe, waar en wanneer je kan inschrijven.

Industriële farmacie interuniversitaire opleiding • 60 sp. • FFBD • CDE • www.ua.ac.be/farmacie

Doelstellingen Als industrieapotheker heb je een zeer uitgebreid en gevarieerd takenpakket. Enkele belangrijke taken zijn: • methodeontwikkeling, opvolging en kwaliteitsbewaking bij de productie en controle van geneesmiddelen; • het opstellen en opvolgen van registratiedossiers en andere taken naar de overheid toe zoals verspreiding van informatie over geneesmiddelen en terugbetalings­ modaliteiten van geneesmiddelen; • het opstellen en opvolgen van klinische studies met nieuwe geneesmiddelen; • beheer en leiding van een farmaceutisch bedrijf. De master in de industriële farmacie heeft als doelstelling de basiskennis van de apotheker verder uit te breiden zodat hij of zij optimaal voorbereid is voor de functie en taken van de industrieapotheker. De opleiding is daarom zeer beroepsgericht. Als afgestudeerde heb je de mogelijkheid om een officiële erkenning als industrieapotheker aan te vragen. Je moet dan, na het behalen van je diploma, nog zes maanden stage lopen in een farmaceutisch bedrijf.

Doelgroep en toelatingsvoorwaarden De master in de industriële farmacie kan enkel gevolgd worden na het behalen van het diploma van master in de geneesmiddelenontwikkeling of van master in de farmaceutische zorg. Hoewel het diploma van industrieapotheker niet noodzakelijk is om in de farmaceutische nijverheid aan de slag te gaan, garandeert deze opleiding een uitstekende uitgangspositie voor een loopbaan in het bedrijfsleven.

Hoe verlopen de lessen? De opleiding komt tot stand dankzij een samenwerking tussen de vier Vlaamse universiteiten, met medewerking van enkele farmaceutische bedrijven. Je kan inschrijven aan elk van de vier universiteiten. De masterproef voer je uit aan de universiteit waar je ingeschreven bent. De theoretische lessen worden afwisselend aan de vier universiteiten gedoceerd. Aan de Universiteit Antwerpen gaan deze lessen door op Campus Drie Eiken. De interuniversitaire coördinatie berust bij de Faculteit Farmaceutische Wetenschappen van de Universiteit Gent.

| 6

Studieprogramma Master in de industriële farmacie

sp.

sem. docent

Verplichte opleidingsonderdelen Analyse en kwaliteitscontrole Biotechnologie Farmaceutische technologie Beheer, wetgeving, economie Klinisch onderzoek

5 3 7 8 5

2 2 2 2 2

Keuzeopleidingsonderdelen

3

2

Masterproef

29

1

E. Adams en Y. Michotte D. Deforce en P. Declerck J.-P. Remon en G. Van den Mooter R. Kemel Y. Michotte

Behalve theoretische lessen bevat het studieprogramma ook een masterproef met rapportering. Je krijgt de mogelijkheid om dit eindwerk uit te voeren in een farmaceutisch bedrijf of aan een buitenlandse universiteit in het kader van Erasmus. Een gedetailleerd studieprogramma kan je raadplegen op www.ua.ac.be/farmacie > onderwijs > studeren > specialisaties.

Contactgegevens

Universiteit Antwerpen Departement Farmaceutische Wetenschappen Prof. dr. R. Kemel (opleidingscoördinator): T +32 3 265 27 31, [email protected] Eva Sterckx (secretariaat): T +32 3 265 27 11, [email protected]

7 |

Ziekenhuisfarmacie interuniversitaire opleiding • 60 sp. • FFBD • CDE • www.ua.ac.be/ziekenhuisfarmacie

Doelstellingen De master in de ziekenhuisfarmacie heeft tot doel studenten op te leiden voor een specifieke maatschappelijke loopbaan in de ziekenhuisfarmacie. Aan het einde van de opleiding beschik je over: • een grondige kennis van de geneesmiddelenproductie in een ziekenhuisapotheek • een degelijke kennis van de andere aspecten van geneesmiddelen en de ziekenhuisomgeving (wetgeving, toepassing, hygiëne, ...) • de vaardigheid om te communiceren rond de eigenschappen van geneesmiddelen, hun aanwending, hun productie, enzovoort • de vaardigheid om te functioneren in een wetenschappelijke of geneeskundig ondersteunende functie in een ziekenhuis • de kennis en vaardigheden om te participeren aan onderzoek.

Structuur Sinds het academiejaar 2010-2011 wordt de opleiding tot ziekenhuisapotheker opgesplitst in een interuniversitaire, academische master-na-masteropleiding van 60 studiepunten en een beroepsbekwaming in de vorm van een stage in een ziekenhuisapotheek. De academische opleiding wordt vanaf het academiejaar 2013-2014 gespreid over drie academiejaren. Tijdens het eerste academiejaar worden de meeste hoorcolleges, seminaries, practica en de daarbijhorende examens gepland (samen 40 studiepunten). Het vak ‘Inleiding tot de klinische farmacie’ (4 studiepunten) wordt gedoceerd in het tweede jaar. Tijdens het derde academiejaar wordt de masterproef (16 studiepunten) uitgevoerd op de stageplaats en verdedigd.

Toelatingsvoorwaarden De opleiding staat open voor kandidaten met een diploma van apotheker, masters in de farmaceutische zorg-apotheker of masters in de geneesmiddelenontwikkeling-apotheker.

Stage en masterproef Om erkend te worden als ziekenhuisapotheker moet je zowel de opleiding als een stage in een erkende ziekenhuisapotheek afronden. De stage is geen onderdeel van de masterna-masteropleiding, maar behoort tot de praktische beroepsopleiding. Er zijn vier modules: distributie, nosocomiale infecties, klinische farmacie en bereidingen. De stage kan bezoldigd zijn. Hiervoor moet je je tijdig kandidaat stellen bij de universiteit waar je afstudeert of afgestudeerd bent. In het kader van je stage en in samenspraak met de stagemeester maak je een masterproef, die je aflevert en voorstelt aan het einde van de opleiding.

| 8

Studieprogramma Master in de ziekenhuisfarmacie docenten * Eerste jaar Ziekenhuishygiëne Farmaceutische technologie voor het ziekenhuis Radiofarmaca en contrast­ verhogende producten

th.

pr. sem. mas. uren sp.

H. Nelis, J. Verhaegen A. Ludwig, G. Van den Mooter, J. Vervaet G. Bormans, V. Caveliers, D. Vanderghinste, F. De Vos, A. Verbruggen

30 30

-

-

-

105 105

4 4

25

20

-

-

110

4

Medische hulpmiddelen en implantaten

S. Craeye, N. Janssens, T. Leysen, A. Verbiest, S. de Mûelenaere, B. Thiessen, J. Swartenbroeckx

30

-

10

-

120

4

Farmacotherapie: capita selecta

J. Ceuppens, L. De Pourcq, A. Dupont, W. Peetermans, B. Rombaut, G. Verhoef

75

-

-

-

260

9

Fysiopathologie: capita selecta D. Knockaert

30

-

-

-

110

4

Organisatie en beheer van de ziekenhuisapotheek

H. Collier, H. Robays, J. Swartenbroeckx, L. Willems

40

-

-

-

150

5

Wetgeving Inleiding tot management

C. Decoster P. Gemmel

22,5 22,5

-

-

-

80 80

3 3

A. Somers, S. Steurbaut, I. Spriet, J. Swartenbroekx

32

-

-

-

115

4

H. Collier, H. Robays, J. Swartenbroeckx, L. Willems

-

-

-

480

480

16

Tweede jaar Inleiding tot de klinische farmacie Derde jaar Meesterproef

* de namen van de coördinatoren zijn cursief gedrukt th. = aantal uren hoorcollege pr. = aantal uren praktische oefeningen sem. = aantal uren seminarie mas. = aantal uren besteed aan masterproef met inbegrip van stage uren = studiebelasting in uren sp. = aantal studiepunten

Contactgegevens

Universiteit Antwerpen Faculteit Farmaceutische, Biomedische en Diergeneeskundige Wetenschappen Prof. dr. Annick Ludwig: T +32 3 265 27 16, [email protected]

9 |

Arbeidsgeneeskunde interuniversitaire opleiding • 120 sp. • FGGW • CDE

Doelstellingen Het doel van de master in de arbeidsgeneeskunde is je, via efficiënt gebruik van verschillende onderwijsvormen, in staat te stellen als preventieadviseur-arbeidsgeneeskundige de gezondheid en het welzijn van werknemers in en door hun werk te bevorderen, beschermen en behouden. Achtergrond hierbij is dat arbeidsgeneeskunde: • veeleer preventieve geneeskunde, en zelden curatieve geneeskunde is; • zich zowel naar het individu als naar het collectief richt; • een multidisciplinaire benadering en samenwerking vereist; • zich beweegt in het spanningsveld tussen meerdere actoren, onder andere werknemer, werkgever, wetgever, vakbond, ...; • een wetenschappelijke basis nastreeft voor haar functioneren (evidence-based occupational medicine). De bedrijfsarts in opleiding kan al vanaf het eerste jaar van de master-na-masteropleiding deeltijds onder toezicht werken op een externe of interne preventiedienst.

Doelgroep en toelatingsvoorwaarden De opleiding staat open voor houders van een diploma van arts, doctors in de genees-, heel- en verloskunde of masters in de geneeskunde, die zich in de arbeids­geneeskunde willen bekwamen.

Hoe verlopen de lessen? De master in de arbeidsgeneeskunde telt 120 studiepunten, wat in de regel overeenkomt met 2 jaar voltijds studeren. Je neemt deel aan hoorcolleges, practica en stages en schrijft een masterproef. Na de opleiding volg je een permanente vorming van 2 jaar: een stage op een erkende dienst voor preventie en bescherming op het werk onder begeleiding van een erkende stagemeester.

Universiteit Antwerpen Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen Prof. dr. Marc van Sprundel (opleidingscoördinator) Femke Van den Audenaeren (secretariaat): T +32 3 265 25 83, [email protected]

| 10

Contactgegevens

Studieprogramma Het studieprogramma is modulair opgebouwd: de vijf modules omvatten elk één of meerdere opleidingsonderdelen. Module I: Mens en arbeid Deze module gaat in op de individuele relatie mens-arbeid (bedrijfsarts-werknemer). Opleidingsonderdelen: • Arbeidsfysiologie • Gezondheidseffecten door chemische agentia • Gezondheidseffecten door fysische agentia • Gezondheidseffecten door biologische agentia • Probleemgeoriënteerde gevallenbespreking • Arbeids- en milieutoxicologie Module II: Mens en bedrijf Deze module gaat in op de relatie werknemer-bedrijf. Opleidingsonderdelen: • Arbeidshygiëne • Methoden van risico-analyse, -evaluatie en -beheersing • Ergonomie • Arbeidsveiligheid • Psychologie van arbeid en gezondheid • Arbeidsorganisatie Module III: Arbeid en maatschappij Deze module situeert de arbeid in de context van maatschappij en organisatie. Opleidingsonderdelen: • Organisatie en taken van de arbeidsgeneeskunde • Arbeidsrecht • Medische evaluatie van arbeidsongeschiktheid en menselijke schade • Milieugezondheidkunde Module IV: Onderzoeksmethoden en praktijkvaardigheden Opleidingsonderdelen: • Epidemiologie en biostatistiek 1 • Epidemiologie en biostatistiek 2, m.i.v. kwalitatieve onderzoeksmethoden • Seminarie en praktijkgerichte vaardigheden Module V: Masterproef Je voert zelfstandig een onderzoek in het domein van de arbeidsgeneeskunde uit en rapporteert hierover. 11 |

Huisartsgeneeskunde interuniversitaire opleiding • 120 sp. • FGGW • CDE • www.huisartsgeneeskunde.be

Doelstellingen Om de academische graad van huisarts te verwerven moet je de master in de huisartsgeneeskunde volgen. Tijdens de opleiding ben je dan alvast ‘huisarts in opleiding’ (HAIO). De totale duur van de beroepsopleiding is drie jaar (waarbij het eerste jaar kan samenvallen met het zevende jaar van het basiscurriculum geneeskunde). De master-namasteropleiding omvat het tweede en derde jaar van de specifieke opleiding in de huisartsgeneeskunde. De twee studiejaren bestaan uit een voltijdse en bezoldigde praktijkuitvoering (bij een aangestelde praktijkopleider) en deelname aan groepsbijeenkomsten (seminaries) die worden begeleid door een stagemeester-coördinator. Daarnaast zijn er ook thematische opleidingssessies en vormen van ‘afstandsleren’. Als afronding van de opleiding wordt een masterproef afgelegd.

Doelgroep en toelatingsvoorwaarden De opleiding richt zich tot doctors in de genees- of heel- en verloskunde en artsen die een functie als erkend huisarts in de gezondheidszorg beogen. De opleiding huisartsgeneeskunde is alleen toegankelijk als je ten minste zes studiejaren van het basiscurriculum geneeskunde met succes hebt afgerond. Als je het basisdiploma van arts behaalde en geslaagd bent in de proeven van het eerste jaar van de huisartsopleiding word je eveneens toegelaten. Niet-Nederlandstalige studenten krijgen het geschiktheidsattest enkel als zij ook geslaagd zijn in een taaltest Nederlands niveau 5; het is immers belangrijk dat zij zeer goed Nederlands spreken en verstaan om de taken van huisarts adequaat te kunnen uitvoeren.

Evaluatie Het eindexamen bestaat uit: • een schriftelijke kennistoets met multiplechoicevragen; • een mondelinge proef waarbij je via zelf aangebrachte casussen toont in welke mate je de essentiële kennisaspecten, attituden en metacognitieve vaardigheden verworven hebt; • een stationsproef met twintig stations, waarbij je door praktijkopleiders geobserveerd en gescoord wordt via observatieschalen; • een beoordeling van de praktijkstages, persoonlijke opleidingsportfolio en seminaries; • een masterproef bestaande uit een wetenschappelijk project (met een scriptie en mondelinge verdediging).

| 12

Studieprogramma Tweede jaar

sp.

th.

pr.

i.

titularis

Praktijkstages

33

-

990

-

Begeleide praktijkreflectie

6

-

180

-

Verdieping van kennis en inzicht in de huisartsgeneeskunde Consultatie-, communicatie- en managementvaardigheden

3

90

-

-

6

-

180

-

Masterproef

12

-

-

360

R. Remmen, P. Van Royen, J. Denekens, m.m.v. C. Stubbe R. Remmen, P. Van Royen, J. Denekens, J. De Maeseneer, D. Devroey, B. Aertgeerts R. Remmen, P. Van Royen, J. Denekens, J. De Maeseneer, D. Devroey, B. Aertgeerts, J. Wens R. Remmen, P. Van Royen, J. Denekens, J. De Maeseneer, D. Devroey, B. Aertgeerts, K. Hendrickx R. Remmen, P. Van Royen, J. Denekens, E. Vermeire, S. Coenen, J. Wens, H. Bastiaens, B. Van den Eynden, V. Verhoeven, K. Hendrickx, m.m.v. L. Peremans, J. Lebeer, H. Philips

Derde jaar

sp.

th.

pr.

i.

titularis

Praktijkstages

33

-

990

-

Begeleide praktijkreflectie

6

-

180

-

Verdieping van ­kennis en inzicht in de huisartsgeneeskunde Consultatie-, ­communicatie- en managementvaardigheden

3

90

-

-

6

-

180

-

12

-

-

360

R. Remmen, P. Van Royen, J. Denekens, m.m.v. C. Stubbe R. Remmen, P. Van Royen, J. Denekens, J. De Maeseneer, D. Devroey, B. Aertgeerts R. Remmen ,P. Van Royen, J. Denekens, J. De Maeseneer, D. Devroey, B. Aertgeerts R. Remmen, P. Van Royen, J. Denekens, J. De Maeseneer, D. Devroey, B. Aertgeerts, J. Wens R. Remmen, P. Van Royen, J. Denekens, E. Vermeire, S. Coenen, J. Wens, H. Bastiaens, B. Van den Eynden, V. Verhoeven, K. Hendrickx, m.m.v. L. Peremans, J. Lebeer, H. Philips

Masterproef

Contactgegevens

Universiteit Antwerpen Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen Prof. dr. Roy Remmen (opleidingscoördinator): T +32 3 265 29 22, [email protected] Chris Monteyne (secretariaat): T +32 3 265 25 29, [email protected]

13 |

Jeugdgezondheidszorg interuniversitaire opleiding • 120 sp. • FGGW • CDE

Doelstellingen Het doel van de master in de jeugdgezondheidszorg is je, via efficiënt gebruik van verschillende onderwijsvormen, in staat te stellen als preventiearts in de jeugdgezondheidszorg de gezondheid, groei en ontwikkeling van jongeren (0 tot 18 jaar) te helpen bevorderen, bewaken en behouden. Algemene uitgangspunten hierbij zijn: • omstandigheden waarin de jongeren leven • de collectieve dimensie van gezondheid in de ruime zin van het woord • de samenwerking met andere disciplines • een wetenschappelijke basis voor het functioneren (evidence-based). Dit veronderstelt in het algemeen van de jeugdarts: • een sociale en ethische attitude • een preventieve attitude in de ruime zin van het woord • een wetenschappelijke attitude en de wil om levenslang te leren.

Doelgroep en toelatingsvoorwaarden De master in de jeugdgezondheidszorg staat open voor houders van een diploma van arts, doctors in de genees-, heel- en verloskunde of masters in de geneeskunde. De opleiding richt zich tot artsen die een taak ambiëren in de preventieve gezondheidszorg voor kinderen en jongeren (0 tot 18 jaar). Daarnaast richt de opleiding zich ook tot artsen die tewerkstelling nastreven bij overheidsdiensten van volksgezondheid (zoals de federale of Vlaamse administraties gezondheidszorg) of een medische functie bij Kind en Gezin. Het diploma is een wettelijke bekwaamheidsvereiste voor tewerkstelling in de Centra voor Leerlingenbegeleiding (CLB’s).

Hoe verlopen de lessen? De opleiding telt 120 studiepunten, wat in de regel overeenkomt met twee jaar voltijds studeren. Je kan de opleiding ook deeltijds volgen door de studiejaren te spreiden over twee academiejaren. De lessen vinden overdag plaats, op vrijdag en af en toe ook op zaterdag.

| 14

Studieprogramma Modulair onderwijs • één inleidend, overwegend kennisgericht opleidingsonderdeel • acht leeftijdsgebonden, geïntegreerde opleidingsonderdelen Drie onderwijslijnen • een wetenschappelijke lijn, inclusief een wetenschappelijk groepswerk en de individuele masterproef • een vaardigheidslijn, inclusief een stage • een beleids- en communicatielijn

Contactgegevens

Universiteit Antwerpen Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen, VAXINFECTIO Prof. dr. Heidi Theeten en Prof. Dr. Pierre Van Damme (opleidingscoördinatoren) Emmy Engelen (secretariaat): T +32 3 265 25 23

15 |

Specialistische geneeskunde 120 sp. • FGGW • CDE • www.ua.ac.be/geneeskunde/specialisatie

Doelstellingen De master in de specialistische geneeskunde beoogt de vorming van artsen-specialisten die over de adequate kennis en vaardigheden beschikken om hoogwaardige patiëntenzorg te verlenen binnen hun specialisatiedomein, en dit op een economisch verantwoorde manier en rekeninghoudend met de sociale en ethische aspecten van de medische praktijk. De opleiding komt tegemoet aan de wettelijke bepalingen voor de erkenning van artsenspecialisten, die een minimum aantal uren (academische) opleiding in communicatie met patiënten en in evidence-based medicine opleggen aan de kandidaat-specialist.

Toelatingsvoorwaarden De opleiding staat, mits selectie, open voor houders van een diploma van arts en masters in de geneeskunde. Toelating tot de opleiding is afhankelijk van een bekwaamheidsonderzoek dat zich vertaalt in een stageplan, vergezeld van een aanvaardingsattest van de Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen. Dit stageplan moet goedgekeurd worden door het Ministerie van Volksgezondheid.

Studieprogramma De opleiding bestaat uit 30 afstudeerrichtingen en wordt opgedeeld in drie niveau’s: • een specialiteitsoverschrijdende opleiding (voor alle disciplines gemeenschappelijk); • een basisopleiding die de kern van de discipline beschrijft (voor 22 (groepen van) disciplines); • een disciplinespecifieke opleiding (voor de 30 disciplines afzonderlijk). Per niveau worden de aangeboden opleidingsonderdelen ingedeeld in vier rollen die je als de arts-specialist van morgen moet kunnen invullen: • medisch expert: je medische kennis onder de knie krijgen doe je door te leren op de werkplek, van in de ziekenzaal tot in de operatiekamer; • manager: managementvaardigheden ontwikkel je tijdens drie korte opleidingen en tijdens bijscholingen in je vakgebied, waarna je de aangereikte theorie toepast in een verplichte opdracht; • communicator: optimaal communiceren met patiënten, verplegend personeel en collega’s leer je tijdens een korte opleiding, inclusief een opdracht gerelateerd aan je stageplaats; • wetenschapper: je rol als wetenschapper komt naar voren tijdens wetenschappelijke stafs, journal clubs, besprekingen van artikels, ... waarbij je aanwezig bent of zelf een presentatie geeft.

Evaluatie Via een transparant begeleidings- en beoordelingssysteem aan de hand van een persoonlijke portfolio wordt regelmatig gepeild naar je vooruitgang. | 16

Specialisaties Specialisatie Anesthesie-reanimatie Cardiologie Dermato-venereologie Fysische geneeskunde en revalidatie Gastro-enterologie Gerechtelijke geneeskunde Geriatrie Gynaecologie-verloskunde Heelkunde Inwendige geneeskunde Kind- en jeugdpsychiatrie Klinische biologie Medische oncologie Neurochirurgie Neurologie Nucleaire geneeskunde Oftalmologie Orthopedische heelkunde Otorhinolaryngologie Pathologische anatomie Pediatrie Plastische heelkunde Pneumologie Radiotherapie Reumatologie Röntgendiagnose Stomatologie (mond, keel en aangezicht) * Urgentiegeneeskunde / acute geneeskunde Urologie Volwassenenpsychiatrie

duur (in jaren) coördinerend stagemeester 5 6 4 5 6 5 6 5 6 5 5 5 6 6 5 5 4 6 5 5 5 7 6 5 6 5 5à6 6 6 5

prof. dr. M. Vercauteren prof. dr. C. Vrints prof. dr. J. Lambert prof. dr. G. Stassijns prof. dr. P. Pelckmans prof. dr. W. Jacobs prof. dr. M. Vandewoude prof. dr. Y. Jacquemyn prof. dr. G. Hubens prof. dr. G. Moorkens prof. dr. D. van West prof. dr. H. Goossens prof. dr. P. Specenier prof. dr. A. Maas prof. dr. P. Cras prof. dr. S. Stroobants prof. dr. M.J. Tassignon prof. dr. J. Somville prof. dr. P. Van de Heyning prof. dr. P. Pauwels prof. dr. J. Ramet dr. M. Mertens prof. dr. W. De Backer prof. dr. D. Van den Weyngaert prof. dr. L. De Clerck prof. dr. P.M. Parizel prof. dr. N. Nadjmi prof. dr. K. Monsieurs prof. dr. J.J. Wyndaele prof. dr. B. Sabbe

* Voor instroom in de specialisatie stomatologie is als bijkomende toelatingsvoorwaarde een diploma van master in de tandheelkunde vereist.

Universiteit Antwerpen Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen Ellen Jeursen: T +32 3 265 26 14, [email protected]

Contactgegevens

17 |

Verzekeringsgeneeskunde en medische expertise interuniversitaire opleiding • 120 sp. • FGGW • CDE

Doelstellingen De master in de verzekeringsgeneeskunde en de medische expertise biedt aan artsen een gespecialiseerde vorming in het domein van de evaluatie van menselijke schade en in de beoordeling van de geneeskundige prestaties in het kader van de sociale verzekering en de private verzekering tegen gezondheidsrisico’s. De opleiding stelt je in staat om op zelfstandige en wetenschappelijk verantwoorde wijze je opdrachten uit te voeren als onafhankelijk gerechtelijk expert of als verzekeringsgeneeskundige binnen de sociale verzekering en de private verzekering. Als master in de verzekeringsgeneeskunde en de medische expertise kan je bovendien een specifieke bijdrage leveren aan de verdere kennisontwikkeling en het beleid binnen je werkingsdomein.

Doelgroep en toelatingsvoorwaarden De opleiding staat open voor houders van een diploma van arts, doctors in de genees-, heel- en verloskunde of masters in de geneeskunde.

Evaluatie en diploma De master-na-masteropleiding telt 120 studiepunten, wat in de regel overeenkomt met twee jaar voltijds studeren. Na het afleggen van examens over de theoretische opleidingsonderdelen, het verdedigen van een masterproef en het volbrengen van een stage van acht weken, behaal je het diploma van master in de verzekeringsgeneeskunde en de medische expertise.

Studieprogramma Eerste jaar Evaluatie menselijke schade • Menselijke schadeleer • Medische evaluatie van menselijke schade • Menselijke schade door interne en sensoriële aandoeningen • Menselijke schade door locomotorische aandoeningen • Menselijke schade door psychische aandoeningen • Seminaria en stage Kwantitatieve methoden • Epidemiologie en statistiek • Medisch databeheer

| 18

Professioneel en extra-professioneel functioneren en revalideren • Arbeid, gezondheid en ziekte Masterproef Verzekeringsgeneeskunde binnen de private verzekeringsstelsels • Organisatie van de private verzekering (medisch en juridisch luik) Verzekeringsgeneeskunde binnen de sociale verzekeringsstelsels • Arbeidsongeschiktheid in de ziekteverzekering en de professionele risicoverzekering • Organisatie van de sociale verzekering (medisch en juridisch luik) • Interdisciplinaire gevallenbespreking: sociale verzekering Tweede jaar Evaluatie menselijke schade • Deontologie en ethiek in de verzekeringsgeneeskunde • Seminaria en stage Masterproef Professioneel en extra-professioneel functioneren en revalideren • Psychologie van arbeid en gezondheid • Beroepenkunde en arbeidsmarkt • Revalidatie van functiestoornissen, beperkingen en participatieproblemen • Orthesen, prothesen en rolstoelen • Bijzondere technieken van revalidatie en herstel en hulpmiddelen Verzekeringsgeneeskunde binnen de private verzekeringsstelsels • Medische expertise • Aansprakelijkheids- en verzekeringsrecht • Interdisciplinaire gevallenbespreking: private verzekering Verzekeringsgeneeskunde binnen de sociale verzekeringsstelsels • Organisatorische en economische aspecten van de gezondheidszorg De colleges worden gegeven aan de Universiteit Antwerpen, de Universiteit Gent en de Katholieke Universiteit Leuven.

Universiteit Antwerpen Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen Prof. dr. Marc van Sprundel (opleidingscoördinator) Femke Van den Audenaeren (secretariaat): T +32 3 265 25 83, [email protected]

Contactgegevens

19 |

Ziekenhuishygiëne interuniversitaire opleiding • 60 sp. • FGGW • CDE

Doelstellingen De doelstellingen die nagestreefd worden, zijn het verwerven of bereiken van: • een doorgedreven kennis van de organisatie van de medische en verpleegkundige activiteiten; • een parate kennis van maatregelen ter preventie van ziekenhuisinfecties en -epidemieën alsook kennis van de methodologie van informatieverwerking, literatuurstudie en analyse van nieuwe aanbevelingen; • de vaardigheid om bijvoorbeeld in het kader van een epidemische situatie een vraagstelling te kunnen formuleren en een epidemiologisch onderzoek in te stellen, data te verzamelen, te interpreteren en statistisch te verwerken volgens wetenschappelijke methoden; • de vaardigheid om de resultaten van een epidemiologische investigatie samen te vatten en door middel van teamwork en met de nodige communicatieve vaardigheden de informatie over te brengen aan de betrokkenen; • de kundigheid om een gedetailleerde procesanalyse uit te voeren ter verbetering van de kwaliteit van de zorg; • sociale en communicatieve vaardigheden. De master in de ziekenhuishygiëne heeft als einddoel om afgestudeerden voor te bereiden op de taak van geneesheer-ziekenhuishygiënist conform de Belgische wetgeving.

Doelgroep en toelatingsvoorwaarden De opleiding staat open voor houders van een diploma van arts, doctors in de genees-, heel- en verloskunde, masters in de geneeskunde en apothekers-klinisch biologen die minimaal drie jaar in opleiding zijn en met succes de examens van de master in de klinische biologie hebben afgelegd.

Voorbereidingsprogramma Afhankelijk van je vooropleiding moet je een voorbereidingsprogramma van 3 of 6 studiepunten volgen. Het voorbereidingsprogramma bestaat uit: • een klinische stage microbiologie van 3 studiepunten, te volgen door: • artsen-niet-klinisch biologen; • apothekers-klinisch biologen, uitgezonderd zij die minstens drie jaar in opleiding zijn waarvan één jaar opleiding in microbiologie; • de semeiologie van de geneeskundige aandoeningen van 3 studiepunten (theoretisch gedeelte en kijkstage), te volgen door alle apothekers-klinisch biologen. Het voorbereidingsprogramma kan je tegelijkertijd met de master in de ziekenhuishygiëne volgen.

| 20

Studieprogramma Het studieprogramma van de master in de ziekenhuishygiëne is modulair opgebouwd: het omvat vijf modules met elk één of meerdere opleidingsonderdelen. Master in de ziekenhuishygiëne

sp.

Wetgeving en kwaliteitszorg Organisatie van de gezondheidszorg en wetgeving der gezondheidsinstellingen Gebruik van indicatoren in de gezondheidszorg Kwaliteitsbewaking

3 3 3

Communicatie Sociale en communicatieve technieken, gezondheidsvoorlichting en opvoeding

3

Wetenschappelijke vorming Methoden van epidemiologie en biostatistiek Informatiesystemen Masterproef

5 3 15

Zorginfecties Zorginfecties: infectiologische aspecten Zorginfecties: epidemiologische aspecten Zorginfecties: aspecten van preventie en controle Zorginfecties: antimicrobiële middelen en antibioticabeleid

3 5 8 4

Stage Geïntegreerde klinische stage

5

Universiteit Antwerpen Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen Prof. dr. Joost Weyler (opleidingscoördinator) Femke Van den Audenaeren (secretariaat): T +32 3 265 25 83, [email protected]

Contactgegevens

21 |

Archivistiek: erfgoed- en hedendaags documentbeheer interuniversitaire opleiding • 60 sp. • FLW • www.ua.ac.be/archivistiek

Doelstellingen De master in de archivistiek: erfgoedbeheer en hedendaags documentbeheer is een interuniversitaire archiefopleiding. Sinds 1993 werken de Vrije Universiteit Brussel, de Katholieke Universiteit Leuven en de Universiteit Gent samen om deze specialisatieopleiding aan te bieden. Sinds het academiejaar 2005-2006 neemt ook de Universiteit Antwerpen deel aan deze opleiding. De opleiding bereidt je voor op een carrière met een administratieve en/of culturele dimensie. Het is de enige opleiding die archivarissen en documentbeheerders vormt op Vlaams universitair niveau. Afgestudeerden kunnen zowel in overheidsinstellingen als in bedrijven aan de slag.

Toelatingsvoorwaarden Afgestudeerden van de master in de geschiedenis (of het vroegere licentiaat in de geschiedenis) hebben rechtstreeks toegang tot deze opleiding. Andere masters dienen een schakelprogramma te volgen.

Studieprogramma Het studieprogramma bestaat uit archivistische opleidingsonderdelen, keuzeopleidingsonderdelen, een stage en een masterproef. De verplichte opleidingsonderdelen worden in Brussel gedoceerd, de keuzeopleidingsonderdelen kunnen in Brussel, Antwerpen, Gent en Leuven worden gevolgd. De opleiding kan voltijds (in één jaar) of deeltijds (gespreid over twee jaren) worden gevolgd.

Contactgegevens

Vrije Universiteit Brussel Prof. dr. Frank Scheelings (opleidingscoördinator): T +32 2 629 24 34, [email protected] www.vub.ac.be/archivistiek

| 22

Literatuurwetenschappen interuniversitaire opleiding • 60 sp. • FLW • CST • www.ua.ac.be/literatuurwetenschappen

Doelstellingen De master in de literatuurwetenschappen is een interuniversitaire, gespecialiseerde derdecyclusopleiding die de verschillende literatuurwetenschappelijke methoden, zoals die op het niveau van de bachelor- en de initiële masteropleiding worden behandeld, verder uitdiept en de deskundigheid verhoogt. De opleiding bereidt je voor op zelfstandig wetenschappelijk onderzoek, waarbij enige nadruk wordt gelegd op interdisciplinariteit. Tegelijkertijd leer je een aantal gevorderde praktische vaardigheden, zowel met betrekking tot het verzamelen, beheren en verwerken van informatie als het presenteren van onderzoeksresultaten. Ook het professioneel aanwenden van theoretische kennis binnen het brede culturele veld krijgt aandacht.

Doelgroep De opleiding richt zich tot studenten die expertise willen verwerven in de hedendaagse literatuurwetenschap. Hoewel het studieprogramma een eigen finaliteit heeft, kunnen voornamelijk studenten die een doctoraat in de literatuurwetenschap willen behalen in dit programma belangrijke kennis en vaardigheden opdoen.

Toelatingsvoorwaarden Rechtstreekse instroom: • master in de taal- en letterkunde: Germaanse talen, Romaanse talen, Latijn of Grieks. Toelating op basis van voorkennis van literatuurwetenschap of na slagen voor een toelatingsexamen via studie van een propedeutisch leespakket: • master in een andere discipline van de humane wetenschappen • master in het vertalen • master in het tolken • ander diploma hoger onderwijs van twee cycli.

23 |

Semester 2

Semester 1

Studieprogramma Blok 1

Gevorderd referentiekader

week 1 tot 6

2 opleidingsonderdelen

8 sp.

Blok 2

Reguliere opleidingsonderdelen

week 7 tot 13

3 opleidingsonderdelen

18 sp.

Blok 3

Internationaal opleidingsonderdeel

week 14 tot 20

1 opleidings­ onderdeel

8 sp.

Blok 4

Corpus­opleidingsonderdeel

week 21 tot 26

1 opleidings­ onderdeel

6 sp.

Masterproef

-

-

20 sp.

Blok 1: Gevorderd referentiekader Je bent verplicht de twee opleidingsonderdelen in dit blok te volgen. Zo verzekert de opleiding een solide gedeeld referentiekader voor alle deelnemers. Opleidingsonderdelen: • Vergelijkende literatuurwetenschap (4 sp.) • Theoretische literatuurwetenschap (4 sp.) Blok 2: Reguliere opleidingsonderdelen De opleidingsonderdelen in dit blok zijn elk gewijd aan een deelaspect van de hedendaagse literatuurwetenschap. Je kiest drie opleidingsonderdelen uit het aanbod. Afhankelijk van het aantal studenten kan besloten worden bepaalde opleidingsonder­delen niet aan te bieden. Opleidingsonderdelen: • Literaire institutionalisering: canonisering en genreproblematiek • Boekgeschiedenis (6 sp.) • Postkoloniale literatuur (6 sp.) • Theorie van de poëzie (6 sp.) • Vroegmoderne fictieliteratuur (6 sp.) • Historiografie van de literatuur en de literatuurwetenschap • Literatuur van de middeleeuwen (6 sp.) • Tekststudie • Genetische literatuurstudie (6 sp.) • Literatuur en psychoanalyse (6 sp.)

| 24

Blok 3: Internationaal opleidingsonderdeel Je volgt ook een bijzonder verplicht opleidingsonderdeel, gedoceerd door een internationaal gerenommeerd expert terzake. Gastprofessoren in vorige jaren waren prof. Marjorie Perloff (Stanford University), prof. Vincent Jouve (Université de Reims), prof. Catherine Belsey (Cardiff University), prof. Jean-Michel Rabaté (University of Pennsylvania), prof. Thomas Pfau (Duke University), prof. Monika Fludernik (Freiburg), prof. Jonathan Culler (Cornell University) en prof. Charles Altieri (University of California, Berkeley). De hoofdmoot van dit opleidingsonderdeel wordt aangeboden als een blokseminarie (een beperkt aantal sessies gespreid over één of twee weken), bij uitgesproken voorkeur in samenwerking met internationale partnerprogramma’s. Ter voorbereiding van het seminarie worden lectuur- en discussieseminaries georganiseerd. Blok 4: Corpusopleidingsonderdeel In deze opleidingsonderdelen wordt een corpus teksten (uit een bepaalde periode, van een bepaald auteur of uit een bepaalde beweging) onder begeleiding van een (team) expert(en) grondig bestudeerd. De nadruk ligt hierbij op zelfwerkzaamheid; het aantal contacturen is beperkt. Je kiest één opleidingsonderdeel uit het aanbod: • De experimentele roman (6 sp.) • De verhalencyclus (6 sp.) • Kafka and theory (6 sp.) Masterproef De masterproef (20 sp.) geldt als sluitstuk van de opleiding. Je schrijft een wetenschappelijk werk op basis van eigen onderzoek onder begeleiding van een expert terzake van een van de deelnemende instellingen.

Universiteit Antwerpen Faculteit Letteren en Wijsbegeerte Dirk Van Hulle T +32 3 265 42 74 [email protected]

Contactgegevens

K.U.Leuven Faculteit Letteren Sascha Bru T +32 16 32 48 40 [email protected]

25 |

Internationale betrekkingen en diplomatie 60 sp. • FPSW • CST • www.ua.ac.be/ibd

Doelstellingen De master in de internationale betrekkingen en de diplomatie biedt een combinatie van politiek-wetenschappelijke analyse en praktijkgerichte vaardigheden op het gebied van de internationale politiek. Je bestudeert de politicologische theorieën over internationale betrekkingen en onderhandelen, je wijdt je aan een historische, juridische en economische studie van het vakgebied, en je ontwikkelt de praktische vaardigheden van het presenteren en onderhandelen door middel van een simulatie van internationale onderhandelingen. Na deze basisopleidingsonderdelen, heb je de keuze je verder te verdiepen in thema’s zoals de Europese Unie, internationale veiligheid, politieke economie en ontwikkeling. Naast de colleges van de eigen docenten, wordt het programma aangevuld met lezingen door (buitenlandse) gastsprekers en bezoeken aan Europese en multilaterale instellingen in Brussel en Genève. Tewerkstellingskansen liggen in functies bij instellingen waar een gedegen kennis van de internationale dimensie van het politiek en economisch bestel onontbeerlijk is. De opleiding kan een voorbereiding zijn op een loopbaan bij Vlaamse, Belgische, Europese of internationale overheden alsook bij internationaal actieve bedrijven, hun vakorganisaties en ngo’s. De opleiding biedt ook een zeer goede voorbereiding op het diplomatiek examen van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken.

Toelatingsvoorwaarden Rechtstreekse instroom: • master in de politieke wetenschappen of geschiedenis. Instroom via een voorbereidingsprogramma van 6 sp.: • master in de sociologie, communicatiewetenschappen, sociaal-economische wetenschappen of gelijkgestelde opleidingen. • master in de rechten of economie. • master uit het vakgebied humane wetenschappen (bv. taal- en letterkunde, wijsbegeerte, criminologie, psychologie of handelswetenschappen). Instroom via een voorbereidingsprogramma van 18 sp.: • master in het vertalen of tolken, journalistiek of meertalige communicatie. Instroom via een voorbereidingsprogramma van 60 sp.: • master uit het vakgebied biomedische, medische of exacte wetenschappen (bv. fysica, biologie, chemie, wiskunde, informatica, bio-ingenieur of burgerlijk ingenieur). Voor de inhoud van de voorbereidingsprogramma’s, zie www.ua.ac.be/ibd > programma > voorbereidingsprogramma’s. | 26

Studieprogramma Voorbereidingsprogramma van 6 sp. • History of international politics (Dieter Kerwer) Masterprogramma Verplichte opleidingsonderdelen (15 sp.) • Theorieën en onderzoeksmethoden van de internationale betrekkingen (Dirk De Bièvre) • Diplomatie en onderhandelen (Jan Melissen & Tom Sauer) Interdisciplinaire basisopleidingsonderdelen (12 sp.) • Volkenrecht en volkenrechtelijke instellingen (Koen De Feyter) • Internationale economie en internationale economische organisaties (Danny Cassimon en German Calfat) Als je één van deze basisopleidingsonderdelen al gevolgd hebt in je vooropleiding, moet je dat opleidingsonderdeel vervangen door een (extra) keuzeopleidingsonderdeel. Keuzeopleidingsonderdelen (3 te kiezen) (18 sp.) • De Europese Unie als politiek systeem (Peter Bursens) • European negotiation seminar (Peter Bursens) • International political economy (Dirk De Bièvre) • Internationale veiligheid (Tom Sauer) • Belgisch en vergelijkend buitenlands beleid (David Criekemans) • Debating development and development studies (Danny Cassimon en Marijke Verpoorten) • Grondige studie rechten en vrijheden (Wouter Vandenhole) • Midden-Oosten (Ludo Abicht) • Politics of East Asia (Elena Atanassova-Cornelis) • Arms control and proliferation (Tom Sauer) • Intelligence (Johan Truyens) • EU as a global actor (Dieter Kerwer) • Politics of international finance (Dieter Kerwer) • International organization (Dieter Kerwer) Masterproef (15 sp.)

Universiteit Antwerpen Faculteit Politieke en Sociale Wetenschappen T +32 3 265 52 60, [email protected]

Contactgegevens

27 |

Fiscaal recht 60 sp. • FREC • CST • www.ua.ac.be/fiscaalrecht

Doelstellingen De opleiding wil een diepgaande kennis en onderzoeksvaardigheid verschaffen in de diverse deelgebieden van het fiscaal recht. Gelet op de vaak onduidelijke en snel wijzigende belastingwetteksten wordt bij de opleiding de nadruk gelegd op het bijbrengen van vaardigheden om zelfstandig, creatief en synthesegericht de belastingwetgeving te bestuderen. In dit kader wordt uiteraard aandacht besteed aan de wisselwerking tussen het belastingrecht enerzijds en de andere rechtstakken en economische disciplines anderzijds. De Universiteit Antwerpen werkt voor deze opleiding samen met de Ecole Supérieure des Sciences Fiscales de Bruxelles (E.S.S.F.). Meer informatie over deze samenwerking vind je op www.ua.ac.be/fiscaalrecht of in de aparte opleidingsbrochure.

Doelgroep en toelatingsvoorwaarden Deze opleiding richt zich tot juristen en economen. Het programma is toegankelijk voor houders van een academisch diploma van: • licentiaat/master in de rechten • licentiaat/master in de economische of toegepaste economische wetenschappen • handelsingenieur (universiteit of hogeschool) • licentiaat/master in de handelswetenschappen. Je kan vrijstellingen aanvragen tot en met de eerste dag van het academiejaar 2013-2014. Meer informatie over de toelatingsproef vind je op www.ua.ac.be/fiscaalrecht.

Diploma Wanneer je de opleiding met succes afrondt, behaal je de academische graad van master in het fiscaal recht. De voltijdse opleiding levert ook 32 juridische punten op voor de permanente vorming voor advocaten, de deeltijdse opleiding 16 juridische punten. Door het volgen van deze opleiding kan je bovendien vrijstellingen bekomen voor het toelatingsexamen van kandidaat-belastingconsulenten, georganiseerd door het Instituut van de Accountants en Belastingconsulenten.

Studieprogramma Werkstudentenprogramma Als je je studie wil combineren met een beroepsactiviteit, kan je het programma volgen als werkstudent. De formule is gebaseerd op zelfstudie met begeleiding.

| 28

Voltijds studieprogramma Master in het fiscaal recht

sp.

docent

Verplichte opleidingsonderdelen (36 sp.) Grondige studie personenbelasting Grondige studie vennootschapsbelasting Grondige studie BTW Grondige studie boekhoudrecht Grondige studie fiscale procedure Internationaal en vergelijkend fiscaal recht European tax law

6 6 6 6 6 3 3

Elly Van de Velde Bruno Peeters Luk Vandenberghe Patrick d’Haens Myriam Ghyselen Patrick Cauwenbergh Bruno Peeters

Fiscale keuzeopleidingsonderdelen (minimum 9 sp.) Lokale en regionale belastingen Bijzondere vraagstukken inkomstenbelastingen Fiscaal strafrecht Douane en accijnzen Algemene beginselen van het belastingrecht Registratie- en successierechten Internationale pleitwedstrijd Fiscale aspecten aan het einde van de onderneming E.S.S.F. -opleidingsonderdelen

3 3 3 3 3 3 3 3 3

Nicole Plets Elly Van de Velde Michel Maus Luk Vandenberghe Nicole Plets Tim Wustenberghs Bruno Peeters Jan Muyldermans

6

Stefan Rutten

6

Nadine Lybaert

6

Herman Braeckmans

Andere niet-fiscale keuzeopleidingsonderdelen (aanvullend) Deontologie Accountancy (uit de bachelor in de toegepaste economische wetenschappen) Vennootschappen, verenigingen en stichtingen Masterproef (15 sp.) • een eindverhandeling (8 sp.) • fiscale planningstrategie: internationaal en nationaal belastingbeleid (4 sp.) • fiscale rapportering (3 sp.)

Bruno Peeters

Contactgegevens

Universiteit Antwerpen Faculteit Rechten Prof. dr. Bruno Peeters (opleidingscoördinator) Jeanine Mertens (secretariaat): T +32 3 265 54 46, [email protected]

29 |

Ondernemingsrecht 60 sp. • FREC • CST • www.ua.ac.be/ondernemingsrecht

Doelstellingen De master in het ondernemingsrecht wil een totaalbeeld geven van de wijze waarop het recht in de onderneming werkt. De opleiding beoogt op academische wijze en door praktijkinbreng inzicht te verschaffen in het recht in de onderneming, vanaf de oprichting tot de beëindiging.

Doelgroep en toelatingsvoorwaarden De master in het ondernemingsrecht is uitsluitend bedoeld voor juristen. Je moet bovendien minstens twee jaar beroepservaring als jurist kunnen voorleggen. Laatstejaars advocaten-stagiairs komen ook in aanmerking. De opleidingscoördinator selecteert deelnemers op basis van de inschrijvingsgegevens. Eventueel vindt er ook een interview plaats. Om de doelstellingen van de opleiding te verwezenlijken wordt het aantal deelnemers beperkt tot een dertigtal. Het programma is één geïntegreerd geheel, waardoor het niet mogelijk is om in te schrijven voor afzonderlijke opleidingsonderdelen of te opteren voor een spreiding over twee jaar.

Evaluatie en diploma Wanneer je de opleiding met succes afrondt, behaal je de academische graad van master in het ondernemingsrecht. De opleiding levert ook 32 juridische punten op voor de permanente vorming voor advocaten. De evaluatie gebeurt op grond van schriftelijke rapporten (individuele en collectieve vragen), van de masterproef en met inachtneming van permanente evaluatie.

Hoe verlopen de lessen? De master in het ondernemingsrecht telt 60 studiepunten, wat overeenkomt met 1 jaar voltijds studeren. Het programma is opgedeeld in drie blokken: oprichting, bestuur en werking, en beëindiging van de onderneming (gespreid over 3 trimesters). De lessen verlopen volgens een geïntegreerd patroon: de onderscheiden vakgebieden schuiven ineen, zoals in een onderneming. Deze vakgebieden zijn het vennootschapsrecht, het economisch recht, het fiscaal recht, het sociaal recht en het verbintenissenrecht. Waar nodig wordt aanvulling gegeven vanuit andere rechtstakken. Centraal staat een gevallenstudie die het reilen en zeilen van een onderneming beschrijft. De docenten vervullen de rol van gids bij het ontrafelen en samenleggen van de zaken waarop je moet letten. Hierbij besteden zij ruime aandacht aan vaardigheden die je kan gebruiken in de onderneming. Deze worden getoetst aan de hand van concrete opdrachten zoals de redactie van een beleidsnota, een overeenkomst en enkele clausules uit een

| 30

aandeelhoudersovereenkomst, de bespreking van voor- en nadelen van personeelsparticipatie, enzovoort. De lessen lopen van het begin van het academiejaar tot half juni. Ze vinden plaats op dinsdagavond (van 18.45 uur tot 21.45 uur) en op zaterdag (van 9 uur tot 13 uur) op de Stadscampus.

Studieprogramma Master in het ondernemingsrecht

docent

Blok A: Oprichting van de onderneming (17 sp.) Vennootschapsrecht Economisch recht, met inbegrip van het publiekrechtelijk kader, milieurecht en ruimtelijk ordeningsrecht van de onderneming Fiscaal recht Sociaal recht Verbintenissenrecht Gevallenstudie

Herman Braeckmans Béatrice Ponet, Frederik Vandendriessche, Ann Carette Bruno Peeters Daniël Cuypers Annick De Boeck Béatrice Ponet, Roel Nieuwdorp

Blok B: Bestuur en werking van de onderneming (17 sp.) Vennootschapsrecht Economisch recht, met inbegrip van het publiekrechtelijk kader, milieurecht en ruimtelijk ordeningsrecht van de onderneming Fiscaal recht Sociaal recht Verbintenissenrecht Gevallenstudie

Roel Nieuwdorp Gert Straetmans, Frederik Vandendriessche, Ann Carette Tim Wustenberghs Johan Peeters Matthias Storme Béatrice Ponet, Roel Nieuwdorp

Blok C: Beëindiging van de onderneming (10 sp.) Vennootschapsrecht Economisch recht, met inbegrip van het publiekrechtelijk kader, milieurecht en ruimtelijk ordeningsrecht van de onderneming Fiscaal recht Sociaal recht Verbintenissenrecht Gevallenstudie

Frank Hellemans Huguette Geinger, Ann Carette Jan Muyldermans Véronique Pertry Vincent Sagaert Béatrice Ponet, Roel Nieuwdorp

Masterproef (16 sp.)

Contactgegevens

Universiteit Antwerpen Faculteit Rechten Prof. dr. Herman Braeckmans (opleidingscoördinator) Jeanine Mertens (secretariaat): T +32 3 265 54 46, [email protected]

31 |

Maritieme wetenschappen 60 sp. • FTEW • CST • www.ua.ac.be/tpr

Doelstellingen Uit contacten tussen het bedrijfsleven en de Universiteit Antwerpen blijkt dat er behoefte bestaat aan een gespecialiseerde opleiding in maritieme wetenschappen, waarbij de nadruk zowel ligt op de economische als op de juridische aspecten. Om hieraan te beantwoorden werd de master in de maritieme wetenschappen ingericht. Het doel is een stevige opleiding te geven die een gedegen kans op tewerkstelling in de maritieme transportsector biedt: het diploma opent een ruime waaier van mogelijkheden zoals leidinggevende economische en managementfuncties in de maritieme verzekeringssector, de scheepsagentuur, havenbedrijven, maritieme of multimodale transportbedrijven, de overheid, beroeps- en belangenverenigingen, enzovoort.

Doelgroep en toelatingsvoorwaarden De master in de maritieme wetenschappen richt zich in hoofdzaak tot academisch geschoolden, geïnteresseerd in het haven- en maritiem gebeuren. De opleiding staat open voor de houders van: • een masterdiploma (bijvoorbeeld master in de rechten, master in de nautische wetenschappen, ...); • een licentiaatsdiploma van een academische opleiding van twee cycli (bijvoorbeeld licentiaat in de rechten, licentiaat in de economische wetenschappen, ...); • een diploma van een hogeschoolopleiding van twee cycli (bijvoorbeeld nautische wetenschappen, handelswetenschappen, industrieel ingenieur, ...); • een gelijkwaardig bevonden (buitenlands) diploma. De toelatingscommissie gaat in elk van de bovenstaande gevallen na of je voldoende basiscredits en/of basiscompetenties verworven hebt om de opleiding inhoudelijk zonder problemen aan te vatten. Daarbij wordt gekeken naar het aantal, de aard en de inhoud van de opleidingsonderdelen die je in je vooropleiding hebt gevolgd.

Evaluatie en diploma De evaluatie gebeurt aan de hand van schriftelijke en/of mondelinge examens. Geslaagden behalen het diploma van master in de maritieme wetenschappen.

| 32

Studieprogramma Het studieprogramma omvat 60 studiepunten. Je stelt zelf je studiepakket samen op basis van een aantal verplichte opleidingsonderdelen die worden aangevuld met keuzeopleidingsonderdelen (minimum 15 studiepunten) en een masterproef. Master in de maritieme wetenschappen Verplichte opleidingsonderdelen Internationaal zeerecht Algemene transporteconomie

sp.

hoorcollege * werkcollege * docent

3 3

30 30

-

Logistiek en expeditie Maritiem recht Maritiem- en transport­ verzekeringsrecht Maritieme en haveneconomie

3 3 3

30 30 30

-

9

90

-

Transportrecht Vervoerbeleid

3 3

30 30

-

3

30

-

Privaatrechtelijke vraagstukken inzake transport- en maritiem recht Seminarie havenproblemen Seminarie maritieme rechtspraktijk Seminarie maritieme technologie

3

30

-

3 3 3

-

30 30 30

Seminarie transportproblemen Seminarie vervoer te land Seminarie vervoerbeleid Vastgoed en locatie Vervoer te land

3 3 3 3 3

30 30

30 30 30 -

15

-

-

Keuzeopleidingsonderdelen (min. 15 sp.) Luchttransport

Masterproef

E. Somers E. Van de Voorde en F. Kupfer E. Van de Voorde P. Van de Vijver K. Bernauw E. Van de Voorde en C. Peeters R. De Wit C. Peeters E. Van de Voorde en F. Kupfer R. De Wit J. Blomme R. De Wit T. Notteboom en T. Vanelslander C. Peeters C. Peeters C. Peeters A. Verhetsel T. Notteboom

* aantal uren per jaar besteed aan hoor- en werkcolleges

Universiteit Antwerpen Departement Transport en Ruimtelijke Economie Secretariaat: T +32 3 265 40 44, [email protected]

Contactgegevens

33 |

Maritieme wetenschappen (interuniversitair) interuniversitaire opleiding • 60 sp. • FTEW • CST • www.ua.ac.be/tpr

Doelstellingen Deze interuniversitaire opleiding is een wetenschappelijke en praktijkrelevante opleiding met aandacht voor de drie grote pijlers van het maritieme gebeuren, namelijk de economische, juridische en technische pijler. Het doel is een stevige opleiding te geven die een gedegen kans op tewerkstelling in de maritieme transportsector biedt: het diploma opent een ruime waaier van mogelijkheden zoals leidinggevende economische en managementfuncties in de maritieme verzekeringssector, de scheepsagentuur, havenbedrijven, maritieme of multimodale transportbedrijven, de overheid, beroeps- en belangenverenigingen, enzovoort.

Doelgroep De master in de maritieme wetenschappen biedt een belangrijke toegevoegde waarde aan personen met een uitgesproken interesse voor de haven-, maritieme en transportwereld.

Toelatingsvoorwaarden De opleiding staat open voor de houders van: • een masterdiploma (bijvoorbeeld master in de rechten, master in de nautische wetenschappen, ...); • een licentiaatsdiploma van een academische opleiding van twee cycli (bijvoorbeeld licentiaat in de rechten, licentiaat in de economische wetenschappen, ...); • een diploma van een hogeschoolopleiding van twee cycli (bijvoorbeeld nautische wetenschappen, handelswetenschappen, industrieel ingenieur, ...); • een gelijkwaardig bevonden (buitenlands) diploma. De toelatingscommissie gaat in elk van de bovenstaande gevallen na of je voldoende basiscredits en/of basiscompetenties verworven hebt om de opleiding inhoudelijk zonder problemen aan te vatten. Daarbij wordt gekeken naar het aantal, de aard en de inhoud van de opleidingsonderdelen die je in je vooropleiding hebt gevolgd. Je schrijft je in aan de universiteit waar je het grootste aantal studiepunten volgt en legt ook daar de masterproef af.

Evaluatie en diploma De evaluatie gebeurt aan de hand van schriftelijke en/of mondelinge examens. Geslaagden behalen het diploma van master in de maritieme wetenschappen.

| 34

Studieprogramma Omwille van de multidisciplinariteit en het interuniversitair karakter van de opleiding is het studieprogramma opgebouwd uit clusters, waaruit je telkens één opleidingsonderdeel selecteert. Zo stel je een programma samen van 60 sp., waarvan je minstens 12 sp. aan de Universiteit Antwerpen (UA) en minstens 12 sp. aan de Universiteit Gent (UG) volgt. Master in de maritieme wetenschappen Verplichte opleidingsonderdelen Haventechnologie (UG)

sp.

hoorcollege * werkcollege *

docent

6

30

-

Scheepstechnologie (UG) Havenplanning (UG)

6 6

30 30

-

P. De Baets en J. De Rouck M. Vantorre L. Boelens

Economisch gedeelte: cluster 4 Transporteconomie (UG)

5

45

-

E. Van de Voorde

4

30

-

P. Verhoeven

4

30

-

F. Witlox

3 3

30 30

-

N. E. Van de Voorde

3 3

45 30

-

E. Somers R. De Wit

3

30

Juridisch gedeelte: cluster 8 Law of the sea (UG) Internationaal zeerecht (UA)

3 3

30 30

-

E. Somers E. Somers

Juridisch gedeelte: cluster 9 Maritime transport law (UG) Transportrecht (UA)

3 3

45 30

-

K. Bernauw R. De Wit

Masterproef

15

-

-

Economisch gedeelte: cluster 5 Actuele economische ontwikkelingen in internationaal scheepvaart- en havenbeleid (UG) Transport, logistiek en ruimte (UG) Economisch gedeelte: cluster 6 Transportbedrijfseconomie (UG) Logistiek en expeditie (UA) Juridisch gedeelte: cluster 7 Belgisch zeerecht (UG) Privaatrechtelijke vraagstukken inzake transport- en maritiem recht Maritiem recht (UA)

P. Van de Vijver

* aantal uren per jaar besteed aan hoor- en werkcolleges

35 |

Keuzeopleidingsonderdelen Luchttransport (UA)

3

30

-

Maritieme geschillen (UG) Maritiem zakenrecht en zekerheidsrecht (UG) Seminarie havenproblemen (UA) Seminarie maritieme rechtspraktijk (UA) Seminarie methoden en technieken: ruimtelijke analyse haven- en maritieme ontwikkeling (UG)

3 3

30

30 -

E. Van de Voorde en F. Kupfer P. Taelman C. Engels

3 3

-

30 30

J. Blomme R. De Wit

3

-

30

G. Allaert

Seminarie transportproblemen (UA) Seminarie vervoerbeleid (UA) Seminarie vervoer te land (UA) Transport insurance law (UG) Vervoerbeleid (UA) Vervoer te land (UA) Zee- en transporverzekeringsrecht (UA)

3 3 3 3 3 3 3

30 30 30

30 30 30 30 -

C. Peeters C. Peeters C. Peeters K. Bernauw C. Peeters T. Notteboom K. Bernauw

Universiteit Antwerpen Dept. Transport en Ruimtelijke Economie Secretariaat T +32 3 265 40 44 [email protected]

| 36

Contactgegevens

Universiteit Gent Drs. Jasmine Coppens T +32 3 264 68 97 [email protected]

Zee- en vervoerrecht 60 sp. • FTEW • CST • www.ua.ac.be/tpr

Doelstellingen De master in het zee- en vervoerrecht ambieert het bieden van een brugfunctie tussen de juridische en de economische component van het transportgebeuren. Het studieprogramma bestaat uit verplichte juridische cursussen (bijvoorbeeld inter­ nationaal zeerecht) en economische cursussen (bijvoorbeeld maritieme economie). Daarnaast vul je je programma aan met keuzeopleidingsonderdelen. Ten slotte schrijf je een masterproef in de sfeer van het zee- en vervoerrecht. Het doel is een stevige opleiding te geven die een gedegen kans op tewerkstelling in de maritieme transportsector biedt: het diploma opent een ruime waaier van mogelijkheden zoals functies in de advocatuur, de maritieme verzekeringssector, de scheepsagentuur, havenbedrijven, maritieme of multimodale transportbedrijven, de overheid, de juridische afdeling van beroeps- en belangenverenigingen, enzovoort.

Doelgroep en toelatingsvoorwaarden De master in het zee- en vervoerrecht richt zich tot studenten met belangstelling voor het vervoer, de haven en de maritieme sector. De opleiding staat open voor de houders van: • een masterdiploma (bijvoorbeeld master in de rechten, master in de nautische wetenschappen, ...); • een licentiaatsdiploma van een academische opleiding van twee cycli (bijvoorbeeld licentiaat in de rechten, licentiaat in de economische wetenschappen, ...); • een diploma van een hogeschoolopleiding van twee cycli (bijvoorbeeld nautische wetenschappen, handelswetenschappen, industrieel ingenieur, ...); • een gelijkwaardig bevonden (buitenlands) diploma. De toelatingscommissie gaat in elk van de bovenstaande gevallen na of je voldoende basiscredits en/of basiscompetenties verworven hebt om de opleiding inhoudelijk zonder problemen aan te vatten. Daarbij wordt gekeken naar het aantal, de aard en de inhoud van de opleidingsonderdelen die je in je vooropleiding hebt gevolgd.

Evaluatie en diploma De evaluatie gebeurt aan de hand van schriftelijke en/of mondelinge examens. Geslaagden behalen het diploma van master in het zee- en vervoerrecht.

37 |

Studieprogramma Het voltijdse studieprogramma telt 60 studiepunten. Het bestaat uit een aantal verplichte cursussen, een masterproef over een juridisch onderwerp en een aantal keuzeopleidingsonderdelen. Master in het zee- en vervoerrecht Verplichte opleidingsonderdelen Internationaal zeerecht Maritiem en transportverzekeringsrecht Maritieme en haveneconomie

sp.

hoorcollege * werkcollege *

docent

3 3

30 30

-

E. Somers K. Bernauw

9

90

-

3 3

30 -

30

E. Van de Voorde en C. Peeters P. Van de Vijver R. De Wit

3

30

-

J. Peeters

3

30

-

R. De Wit

3

30

-

3

30

-

Algemene transporteconomie

3

30

-

A. Van den Bossche E. Van de Voorde en A. Van Breedam E. Van de Voorde en F. Kupfer

Seminarie transportproblemen Seminarie havenproblemen Seminarie vervoerbeleid Seminarie maritieme technologie

3 3 3 3

-

30 30 30 30

Seminarie vervoer te land Vervoerbeleid

3 3

30

30 -

18

-

-

Maritiem recht Privaatrechtelijke vraagstukken inzake transport en maritiem recht Sociaalrechtelijke vraagstukken inzake transport en maritiem recht Transportrecht Keuzeopleidingsonderdelen ** Europeesrechtelijke vraagstukken inzake transport- en maritiem recht Logistiek en expeditie

Masterproef

C. Peeters J. Blomme C. Peeters T. Notteboom en T. Vanelslander C. Peeters C. Peeters

* aantal uren per jaar besteed aan hoorcolleges respectievelijk werkcolleges ** 12 sp. te kiezen uit de lijst met keuzeopleidingsonderdelen, waarvan ten minste 1 seminarie

Universiteit Antwerpen Departement Transport en Ruimtelijke Economie Secretariaat: T +32 3 265 40 44, [email protected]

| 38

Contactgegevens

Programmes in English Economics of Globalisation and European Integration • Development Evaluation and Management • Globalisation and Development • Governance and Development • Technology for Integrated Water Management • Transport and Maritime Economics • Transport and Maritime Management •

Economics of Globalisation and European Integration interuniversity programme • 60 credits • FTEW • CST • www.ua.ac.be/egei

Target group This Master’s programme in economics is essentially geared to students interested in a career in research, in government and international organisations, and in the research and strategy departments of large banks and industrial and commercial corporations.

Partners The programme is organised by a consortium of nine partner universities: • Universiteit Antwerpen, Antwerp, Belgium • Università degli Studi di Bari ‘Aldo Moro’, Bari, Italy • Vrije Universiteit Brussel, Brussels, Belgium • Universidad de Cantabria, Santander, Spain • Université Lille 1, Sciences et Technologies, France • Vysoká škola ekonomická v Praze, Czech Republic • Staffordshire University, Stoke-on-Trent, United Kingdom • Xiamen University, Xiamen, P.R. China • Universidade de Brasília, Brasília DF, Brazil

Diploma The diploma leads to a M.A. Economics of Globalisation and European Integration. The diplomas are jointly awarded by the partners and are signed by the Rector, President or Vice-Chancellor of each partner university. In September 2005 the M.A. was selected by the European Commission as an Erasmus Mundus Masters Course. The programme started operating as such from the academic year 2006-2007, for a period of five years. As from the academic year 2013-2014 onwards, there will be EM scholarships available again. All information about the scholarships can be found on the website of the programme.

| 42

Study programme The Master’s programme has a workload of 60 ects credits; the taught part consists of 45 credits and the dissertation of 15 credits. The study programme is full-time and runs over 12 months. It is taught by staff of the nine partner institutions. First term Where? Xiamen University, Wang Yanan Institute for Studies in Economics (P.R. China) When? From mid September 2013 to the end of December 2013 Students take the following subjects: • Advanced microeconomics (6 credits) • Advanced macroeconomics (6 credits) • Applied econometrics (6 credits) • ‘Skills’ option course: Chinese language Second term Where? University of Antwerp and University of Brussels (Belgium) When? From January 2014 to the start of the Easter vacation Students take the following subjects: • Economics of European integration (6 credits) • Open economy, macroeconomics and international finance (4 credits) • Economics of globalisation (4 credits) • ‘Advanced subjects’ option course (5 credits) • ‘Skills’ option course: Dutch language
 and/or academic writing Third term Where? Università degli Studi de Bari ‘Aldo Moro’ (Italy) When? From the end of the Easter vacation to the end of June 2014 Students take the following subjects: • International trade: theory and policy (6 credits) • ‘Advanced subjects’ option course (5 credits) • ‘Skills’ option course: Italian language Students choose one subject from the list of ‘Advanced subjects’ option courses and one subject from the list of ‘Skills’ option courses. They may, however, choose more option courses from both lists. Only the best marks from both lists will be used to calculate the overall GPA. Students complete their dissertation (15 credits in total) during the summer. The deadline for submission is 30 September 2014. During the second term they have to hand in a short (credited) dissertation brief. Feedback is given in the ‘Academic writing’ option course. A precise timetable will be made available separately. 43 |

Admission requirements The programme is open to students who have earned 240 credits in an economics or applied economics university study programme or have a bachelor degree in areas that are considered to be equivalent by the Joint Studies Board. The proficiency in English of the students of the participating universities is checked by the local academic coordinators. Students from other universities must either pass a language test or submit proof of having studied at least one academic year in an Englishlanguage programme. The selection criteria are common to all students and relate primarily to study results. All candidates should submit the appropriate application form at www.ua.ac.be/egei. The application deadline is May 31, 2013.

Contact University of Antwerp Faculty of Applied Economics Prof. G. Erreygers: T +32 3 265 40 52, [email protected] Mieke Vermeire: [email protected]

| 44

Development Evaluation and Management 60 credits • IOB • CST • www.ua.ac.be/iob/education

Programme content The Master in Development Evaluation and Management focuses on the efforts made by a wide range of public and private actors to promote development in low-income countries. It provides a solid understanding of past and present aid policies of multilateral and bilateral donors, and of the major aid modalities and instruments deployed. The institutional characteristics of the actors involved – be they governments, community-based organisations, international NGOs, bilateral or multilateral donors – are analysed so as to attain a better understanding of processes and outcomes. The theoretical perspective is that development can be understood as a set of interlocking collective action problems, on both the recipient and the donor side. The Master’s programme offers methodological and practical insights into development evaluation, its relevance and challenges. The programme offers two tracks with specific objectives and course packages that are intended for different audiences. The first track is primarily macro focused, while the second focuses mainly on the micro level.

Objectives The programme will improve the students’ capacity to assess the strengths and weaknesses of the prevailing aid paradigms and the changing approaches to aid. Students will learn to appreciate the importance of different institutional arenas, and how they work and interact. They will be familiarised with multidisciplinary analytical tools that will improve their capacity to analyse the interactions and contribute to an enhanced conceptualisation, implementation, monitoring and evaluation of development policies and programmes.

Admission requirements Applicants must hold a university degree of at least four years of study in Social Sciences (Economics, Political Science, Sociology, International Relations, or related disciplines), preferably at Master level, with good study results. Applicants with only a Bachelor’s degree of three years of study will not be admitted to the Master programmes. Applicants who obtained their University degree under the European Bologna system, must hold a Master’s degree. Applicants must demonstrate a proven interest in development studies. Relevant professional experience is considered as an advantage.

45 |

Applicants must be proficient in English. Those who have received a university education in English must provide an official certificate confirming this. Applicants who have not received their university education in English, must submit good results of TOEFL (Test of English as a Foreign Language) or IELTS (International English Language Testing System). Special facilities are offered to students from other language backgrounds. The Flemish Interuniversity Council (VLIR-UOS) awards several scholarships to students from Africa, Asia and Latin-America to follow a master programme at IOB. More information about the language tests and scholarships is available at www.ua.ac.be/iob > education & training > master’s programmes > practical information for prospective students.

Study programme Courses For detailed information about the courses, see www.ua.ac.be/iob/education. Track 1: The macro dimensions of development interventions Module I (12 weeks • 18 credits) • Theories of development: provides an overview of recent evolutions in the literature on the politics and economics of development, and on poverty and inequality; • Research methods I and II: update of contemporary quantitative and qualitative research methods, possibilities for combining these methods and applying them within ongoing development processes. Module II: Evaluating development effectiveness (9 weeks • 12 credits) This module starts with an overview of the debate on development effectiveness. Students are introduced to different theoretical frameworks for understanding the behaviour of actors, and for analysing outcomes. Part 2 of the module focuses on the scientific evaluation of development effectiveness. It examines the tools employed in monitoring and evaluation, and discusses methods of evaluation. By the end of this module, students are able to apply both quantitative and qualitative techniques in addressing the most prominent development evaluation challenges. Module III: National institutions, poverty reduction strategies & aid (9 weeks • 12 credits) The vantage point of this module is the current debate on poverty reduction and the international aid architecture launched around the turn of the millennium and confirmed in the Paris Declaration (2005) and the Accra Agenda for Action (2008). The theory of development underlying the new aid approach, the aid modalities and instruments that are promoted and particularly the roles envisaged for the key actors (donors, governments, and civil society) are all studied in depth. The module also assesses the present state of implementation of the aid architecture and analyses the challenges for the future.

| 46

Module IV: Dissertation (15 weeks • 18 credits) To be developed on the basis of one of the assignments written at the end of either module II or III. Track 2: Development interventions and local institutional change Module I (12 weeks • 18 credits) • Theories of development: provides an overview of recent evolutions in the literature on the politics and economics of development, and on poverty and inequality; • Research methods I and II: update of contemporary quantitative and qualitative research methods, possibilities for combining these methods and applying them within ongoing development processes. Module II: Evaluating development effectiveness (9 weeks • 12 credits) This module starts with an overview of the debate on development effectiveness. Students are introduced to different theoretical frameworks for understanding the behaviour of actors, and for analysing outcomes. Part II of the module focuses on the scientific evaluation of development effectiveness. It examines the tools employed in monitoring and evaluation, and discusses methods of evaluation. By the end of this module, students are able to apply both quantitative and qualitative techniques in addressing the leading development evaluation challenges. Module III: Local institutions and poverty reduction (9 weeks • 12 credits) The module analyses how the interactions of actor strategies and institutional structures generate inequality and poverty as well as well-being. It applies this analysis to specific policy domains: value chain development, microfinance, land policies, gender, public services, role of local government, management of natural resources, migration and the impact of trade. Module IV: Dissertation (15 weeks • 18 credits) To be developed on the basis of one of the assignments written at the end of either module II or III.

University of Antwerp Institute of Development Policy and Management Student secretariat: T +32 3 265 57 70, F +32 3 265 57 71, [email protected]

Contact

47 |

Globalisation and Development 60 credits • IOB • CST • www.ua.ac.be/iob/education

Programme content The Master in Globalisation and Development approaches the phenomenon of globalisation from an eclectic perspective, considering both the opportunities it creates and threats it poses to development and poverty alleviation in low- and middle-income countries, both at the national and the local level.

Objectives The objective of the Master’s programme is to provide students with a solid understanding of the globalisation phenomenon in its multiple dimensions (worldwide markets for goods and services, capital and labour/migration, the planetary challenge of the environment and sustainable development). It also offers them insights and tools to analyse and affect how globalisation impacts on local development and poverty alleviation in low- and middle-income countries, taking due account of the complexity of local-global interactions in the multifaceted arenas of globalisation. Successful students are able to recognise the opportunities presented by globalisation, and to assess and remedy the risks and threats entailed. Moreover, they are able to identify and evaluate policy and programme interventions to exploit opportunities for more effective local and national development in the evolving global context, as well as identify and evaluate development interventions aimed at remedying the adverse effects of globalisation on development in general and on the poorer and weaker groups in society in particular, thereby strengthening the agency of the latter.

Admission requirements Applicants must hold a university degree of at least four years of study in Social Sciences (Economics, Political Science, Sociology, International Relations, or related disciplines), preferably at Master level, with good study results. Applicants with only a Bachelor’s degree of three years of study will not be admitted to the Master programmes. Applicants who obtained their University degree under the European Bologna system, must hold a Master’s degree. Applicants must demonstrate a proven interest in development studies. Relevant professional experience is considered as an advantage. Applicants must be proficient in English. Those who have received a university education in English must provide an official certificate confirming this. Applicants who have not received their university education in English, must submit good results of TOEFL (Test of English as a Foreign Language) or IELTS (International English Language Testing System). Special facilities are offered to students from other language backgrounds. The Flemish Interuniversity Council (VLIR-UOS) awards several scholarships to students from Africa, Asia and Latin-America to follow a master programme at IOB.

| 48

More information about the language tests and scholarships is available at www.ua.ac.be/iob > education & training > master’s programmes > practical information for prospective students.

Study programme Courses For detailed information about the courses, see www.ua.ac.be/iob/education. Track 1: Global opportunities for local development Module I (12 weeks • 18 credits) • Theories of development: provides an overview of recent evolutions in the literature on the politics and economics of development, and on poverty and inequality; • Research methods I and II: update of contemporary quantitative and qualitative research methods, possibilities for combining these methods and applying them within ongoing development processes. Module II: Globalisation and development (9 weeks • 12 credits) Different dimensions of globalisation, such as trade, finance, labour/migration and environment, are covered in a multidisciplinary fashion. Case studies are used to demonstrate how developing countries can obtain significant benefits from globalisation in general, while reducing or remedying its risks and constraints through more effective development policies and programmes. The topic is discussed at all levels of analysis, from the global to the local level and drawing on insights from, among other methods, the ‘global chain’ approach. Module III: Local institutions and poverty reduction (9 weeks • 12 credits) The module analyses how the interactions of actor strategies and institutional structures generate inequality and poverty as well as well-being. It applies this analysis to specific policy domains: value chain development, microfinance, land policies, gender, public services, role of local government, management of natural resources, migration and the impact of trade (the latter topic emphasises measurement and quantitative assessment, while the others involve qualitative and quantitative approaches). Module IV: Dissertation (15 weeks • 18 credits) To be developed on the basis of one of the assignments written at the end of either module II or III.

University of Antwerp Institute of Development Policy and Management Student secretariat: T +32 3 265 57 70, F +32 3 265 57 71, [email protected]

Contact

49 |

Governance and Development 60 credits • IOB • CST • www.ua.ac.be/iob/education

Programme content The future of sustainable development is critically related to the promotion of better governance at the local, national, regional and international level. At once a cause and a consequence of governance failures, violent conflict is incompatible with sustainable development. Central in this nexus between development, governance and conflict are processes of state formation, state failure and state reconstruction. The study programme analyses governance problems and possible responses with due account of specific historical pathways of countries and the interaction between the national state level, local society level dynamics and the impact of global developments. The Master’s programme in Governance and Development offers two tracks with specific objectives, courses and target audiences. The first track explores governance and development issues against the background of violent conflict and the challenge of postconflict state reconstruction. The second track addresses governance and development challenges from the particular perspective of local institutions and poverty reduction.

Objectives The objective of the programme is to provide the students with multidisciplinary theoretical insights and practical tools that will improve their capacity to analyse governance challenges at different levels and how they relate to processes of violent conflict and development. Graduates will understand and be able to analyse, from the local to the global level, the governance problems confronting developing countries today. Theoretical insights, policy strategies and best practices as well as failures are explored in order that graduates could apply this knowledge in their future professional environments.

Admission requirements Applicants must hold a university degree of at least four years of study in Social Sciences (Economics, Political Science, Sociology, International Relations, or related disciplines), preferably at Master level, with good study results. Applicants with only a Bachelor’s degree of three years of study will not be admitted to the Master programmes. Applicants who obtained their University degree under the European Bologna system, must hold a Master’s degree. Applicants must demonstrate a proven interest in development studies. Relevant professional experience is considered as an advantage.

| 50

Applicants must be proficient in English. Those who have received a university education in English must provide an official certificate confirming this. Applicants who have not received their university education in English, must submit good results of TOEFL (Test of English as a Foreign Language) or IELTS (International English Language Testing System). Special facilities are offered to students from other language backgrounds. The Flemish Interuniversity Council (VLIR-UOS) awards several scholarships to students from Africa, Asia and Latin-America to follow a master programme at IOB. More information about the language tests and scholarships is available at www.ua.ac.be/iob > education & training > master’s programmes > practical information for prospective students.

Study programme Courses For detailed information about the courses, see www.ua.ac.be/iob/education. Track 1: Governance and conflict Module I (12 weeks • 18 credits) • Theories of development: provides an overview of recent evolutions in the literature on the politics and economics of development, and on poverty and inequality; • Research methods I and II: update of contemporary quantitative and qualitative research methods, possibilities for combining these methods and applying them within ongoing development processes. Module II: Governance for development (9 weeks • 12 credits) This module deals with the particular nature of the state in developing countries and how it impacts on (under)development and conflict. Further, it analyses how the division of wealth and power among (ethnic and other) identity groups and their elites affect poverty, inequality and growth. It also considers the role, the potential and the constraints of global and decentralised governance structures as well as civil society within the context of the development process. Module III: From violent conflict to state reconstruction (9 weeks • 12 credits) This module defines basic concepts and highlights contemporary trends. It addresses root causes and explanatory factors of conflict and focuses on conflict resolution policies and practices and the constraints and challenges faced by a range of actors (mediators, peacekeepers, donors, etc.). Finally, it addresses key political, socio­economic and governance dimensions of state reconstruction and development after violent conflict.

51 |

Module IV: Dissertation (15 weeks • 18 credits) To be developed on the basis of one of the assignments written at the end of either module II or III. Track 2: Local governance and poverty reduction Module I (12 weeks • 18 credits) • Theories of development: provides an overview of recent evolutions in the literature on the politics and economics of development, and on poverty and inequality; • Research methods I and II: update of contemporary quantitative and qualitative research methods, possibilities for combining these methods and applying them within ongoing development processes. Module II: Governance for development (9 weeks • 12 credits) This module deals with the particular nature of the state in developing countries and how it impacts on (under)development and conflict. Further, it analyses how the division of wealth and power among (ethnic and other) identity groups and their elites affect poverty, inequality and growth. It also considers the role, the potential and the constraints of global and decentralised governance structures as well as civil society within the context of the development process. Module III: Local institutions and poverty reduction (9 weeks • 12 credits) This module explores how the interactions of actor strategies and institutional structures generate inequality and poverty as well as well-being. It applies this analysis to specific topics, such as public services provision, natural resource management, gender issues, local administration, microfinance and value chain analysis. Module IV: Dissertation (15 weeks • 18 credits) To be developed on the basis of one of the assignments written at the end of either module II or III.

University of Antwerp Institute of Development Policy and Management Student secretariat: T +32 3 265 57 70, F +32 3 265 57 71, [email protected]

| 52

Contact

Technology for Integrated Water Management interuniversity programme • 60 credits • IMDO • CDE • www.watertechnology.be

Programme content Integrated water management is called the challenge for the 21st century. Worldwide, an increase can be seen in the demand for integrated competences, usable in water-related R&D. Research institutions, global businesses, specialised companies, consultancies and government institutions are feeling the need for highly qualified professionals in water technology, with the right skills for integrated water management. In view of their educational experience and their complementary research expertise, the interfaculty environmental centres of the University of Antwerp (Institute of Environment & Sustainable Development) and of Ghent University (Centre Environmental Science & Technology) took the initiative, together with the Antwerp Maritime Academy (AMA), to organise a joint programme: the Master in Technology for Integrated Water Management.

Objectives and learning outcomes The programme is tailored to professionals and university graduates and aims to develop their knowledge and skills in a broadening interdisciplinary perspective. The programme is designed to equip the students with the competency to understand the state-of-theart on water technology and integrated water management. The programme aims to improve the understanding of concepts and systems and enhances knowledge regarding tools and technologies. This will enable innovative planning and action from a new perspective and approach. On successful completion of this programme, students will have achieved the following competencies: • advanced scientific understanding and technological knowledge in water technology and in integrated water management; • in-depth knowledge of new technologies for water use and reuse based on an integrated water resources management approach; • knowledge and skills to select and apply relevant tools for collecting, interpreting and assessing (qualitative and quantitative) information from a variety of relevant sources on water technology and integrated water management; • ability to formulate integrated proposals as a contribution to the solution and prevention of water related problems; • skill to critically analyse policy plans, management proposals and measures for implementation and contribute to their set up.

53 |

Admission requirements The Master in Technology for Integrated Water Management is open to students holding a Master’s degree in the following fields of study: • Sciences • Applied Sciences • Applied Biological Sciences • Nautical Sciences. Other masters can only enrol after approval of an application file from which appear previously acquired and proven competences in one of the above mentioned programmes. The language of instruction is English. In order to assure active participation, a good command of English in all aspects (written, spoken, and comprehension) is a prerequisite.

Study programme For more details about the courses, see www.watertechnology.be. Master in Technology for Integrated Water Management

uni.

sem.

credits

UA/UG UG/UA

1 1

3 6

Specialisation in water technology (electives) (18 credits) Wastewater treatment technology Sludge and sediment management and treatment Ecological engineering Sustainable use of water: winning, distribution, use and reuse River morphology and hydrodynamics Water and shipping Integrated water management: Case River 21

UG UA/UG UA/UG UG/UA UG/UA AMA/UG UA/UG

1 1 1 1 1 2 2

6 3 3 3 3 6 3

Integration in water technology and -management (3 credits) Integrated modelling and design of basin management plans

UG/UA

1

3

Dissertation (30 credits) Master dissertation

UA/UG

1 and 2

30

Compulsory courses (9 credits) Global water problems and integrated water management Integrated assessment of water and sediment quality

University of Antwerp Institute of Environment & Sustainable Development T +32 3 265 21 25, [email protected] www.ua.ac.be/imdo | 54

Contact

Ghent University Centre Environmental Science & Technology T +32 9 264 37 71, [email protected] www.cms.ugent.be

Transport and Maritime Economics 60 credits • ITMMA • CST • www.itmma.ua.ac.be

Objectives The Master in Transport and Maritime Economics (MTME) is intended for young university or college graduates wishing to pursue a more methodological and quantitative training in transport and maritime economics, thereby enhancing their future careers in business or research. The academic rigour of the programme is illustrated by the fact that the MTME is equivalent to a doctoral programme and can lead to a Ph.D. in Transport and Maritime Economics. Although the full-time MTME programme covers a normal academic year (i.e. 12 months), the degree can be obtained after an 8-month short-track study period. Courses are scheduled daily (from Monday through Friday, from 9 am till 1 pm or in the afternoon starting at 2 pm) and are held at the City Campus. They normally start late September and run till the end of May of the following year. The MTME programme can, if desired, be spread over a period of two academic years.

Admission requirements One of the basic entry requirements for the Master in Transport and Maritime Economics is a university or college degree (comprising a 4-year minimum full-time programme) in a relevant subject, preferably with ‘cum laude’ or ‘distinction’ (i.e. some 70%). Work experience is not an entry requirement. Since the MTME programme is taught in English, all applicants must be able to read actively, follow lectures and express their thoughts in fluent written and spoken English. Applications have to be submitted before 31 May. Candidates are strongly advised to apply early due to the limited number of seats!

Evaluation and diploma Courses require oral or written exams or both. Active participation during workshops and input in various projects are taken into account in the final assessment. After successful completion of the MTME programme, students are granted the Master’s degree in Transport and Maritime Economics.

55 |

Study programme Master in Transport and Maritime Economics

credits

Core module 1: Maritime and port management Maritime economics Port economics and management

6 6

Core module 2: Transport and logistics management Logistics strategy Supply chain management tools Transport economics and policy

3 3 3

Core module 3: Applied management Cost and performance benchmarking Strategic management tools Technology workshop

3 3 3

Core module 4: Methodological courses Industrial economics special topics Research methodology Transport and logistics modelling

4 4 7

Master thesis

15

Detailed course descriptions can be found at www.itmma.ua.ac.be > education and training.

Contact

University of Antwerp Institute of Transport and Maritime Management Antwerp (ITMMA) ITMMA House: T +32 3 265 51 51 or +32 3 265 51 52, F +32 3 265 51 50, [email protected]

| 56

Transport and Maritime Management 60 credits • ITMMA • CST • www.itmma.ua.ac.be

Objectives The Master in Transport and Maritime Management (MTMM) prepares its graduates for the challenges faced by transport companies today, enabling people in the transport sector to upgrade their technical knowledge and abilities through state-of-the-art specialist courses, combined with general management training. The programme employs a wide variety of teaching methods and styles designed to create a challenging and stimulating learning environment including structured lecture programmes, seminars, case studies, project work, talks by eminent external speakers and visits to organizations which are pioneers in the managing and planning of transportation systems. The full-time MTMM programme covers a normal academic year (i.e. 12 months). The degree can, however, be obtained after an 8-month short-track study period. Courses are scheduled daily (from Monday through Friday, from 9 am till 1 pm or in the afternoon starting at 2 pm) and are held at the City campus. They normally start late September and run till the end of May of the following year. The MTMM programme can, if desired, be spread over a period of two academic years. In this case, students preferably take all the compulsory courses and one of the optional courses during the first academic year. During the second academic year they follow the optional courses as well as complete the thesis (or thesis project).

Target group The MTMM programme is specifically designed with an international audience in mind. It is aimed at individuals with a background in economics and management focussing on transport-related matters and who wish to develop their skills in these areas with a view to career advancement. The main objective of the MTMM programme is to assist executive staff members from transport-related organizations become top-notch executives.

Admission requirements One of the basic entry requirements for the MTMM programme is a university or college degree (comprising a 4-year minimum full-time programme) in a relevant subject (applied economics, law, commercial or civil engineering, commercial sciences, political sciences, maritime sciences or nautical sciences, …). Selection criteria include relevant work experience (preferably 3 years minimum) and career objectives. Candidates who do not hold one of the aforementioned degrees, but who have a university or college degree in a different discipline may be admitted, provided that they have extensive professional experience of at least 5 years. Candidates are accepted from both the private and public sectors. All courses are taught in English. Students should therefore have a thorough knowledge of English. 57 |

Applications have to be submitted before 31 May. Candidates are strongly advised to apply early due to the limited number of seats.

Evaluation and diploma Courses culminate in oral or written exams or both. Active participation during workshops and input in various projects are taken into account in the final assessment. Students who successfully complete the MTMM programme will be granted the Master’s degree in Transport and Maritime Management.

Study programme Master in Transport and Maritime Management

credits

Core module 1: Maritime and port management Maritime economics Port economics and management

6 6

Core module 2: Transport and logistics management Logistics strategy Strategic management tools Transport economics and policy

3 3 3

Core module 3: Applied management Cost and performance benchmarking Strategic management tools Technology workshop

3 3 3

Optional courses (15 credits to be chosen) European integration and global trade and transport Marine and transport insurance capita selecta Maritime and seaports law Production and operations management Shipping management, marine safety and security Techniques of international trade and transportation Terminal management Transport and the environment Transport logistics information systems Warehouse and hinterland distribution management

3 3 3 6 6 3 3 3 3 6

Master thesis

15

Contact

University of Antwerp Institute of Transport and Maritime Management Antwerp (ITMMA) ITMMA House: T +32 3 265 51 51 or +32 3 265 51 52, F +32 3 265 51 50, [email protected] | 58

Merkksem Mer

Eilandje Park Spoor Noord

Dam

MAS

Stadscampus Roosevelt plaats

Linkeroeever

Stadscentrum

Borg Bor gerhout Centraal Station

ANTWERPEN ANTWER Zuid Zurenbor nborg nbor g

Berch cheem Kiel

Nachtegalen chtegalen park

Campus Middelheim

Middelheim museum

Hobokken Hobo

Campus Groenenborger

MOR MO RTSEL Wilrijk

Campus Drie Eiken | 60

EDEGEM M

Bereikbaarheid van de campussen De Universiteit Antwerpen heeft vier campussen. De campussen Drie Eiken, Middelheim en Groenenborger liggen aan de zuidelijke stadsrand, in een groene omgeving. De Stadscampus, met zijn kern van prachtig gerenoveerde zestiende-eeuwse gebouwen, ligt in hartje Antwerpen. In deze brochure ontdek je op welke campus jij straks les zal volgen in Antwerpen. Surf naar www.ua.ac.be/route voor een wegbeschrijving.

Met de fiets Onze campussen zijn gemakkelijk te bereiken met de fiets. Meer en meer studenten kiezen voor dit transportmiddel. Je kan je op deze manier immers snel verplaatsen. Op elke campus staan verschillende fietsparkings ter beschikking van de studenten.

Met de bus of de tram Voor informatie over dienstregelingen en algemene inlichtingen kan je bellen naar De Lijn Info: 070 220 200. Voor informatie over abonnementen kan je in Antwerpen terecht op: +32 3 218 14 11. De website van De Lijn beschikt over een routeplanner die voor jou je reis van deur tot deur met bus, tram en/of trein uitstippelt: www.delijn.be.

Met de trein Voor informatie over reiswegen, dienstregelingen en vertrek- en aankomsttijden kan je terecht op www.b-rail.be.

Met de auto Alle campussen beschikken over ruime parkings, behalve de Stadscampus. Wens je toch in de buurt van de Stadscampus te parkeren, volg dan de blauwe parkeerroute ‘Meir Universiteit’. Parkeren in Antwerpen is echter niet gratis! Meer informatie vind je op www.parkereninantwerpen.be.

61 |

Afkortingen In deze brochure worden afkortingen gebruikt voor de namen van faculteiten, instituten en campussen van de Universiteit Antwerpen. Nog niet vertrouwd met deze lettercombinaties? Je vindt alle afkortingen hieronder in het geel terug.

Faculteiten en instituten FFBD FGGW FLW FPSW FREC FTEW IOB IMDO ITMMA

Faculteit Farmaceutische, Biomedische en Diergeneeskundige Wetenschappen Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen Faculteit Letteren en Wijsbegeerte Faculteit Politieke en Sociale Wetenschappen Faculteit Rechten Faculteit Toegepaste Economische Wetenschappen Institute of Development Policy and Management Institute of Environment & Sustainable Development Institute of Transport and Maritime Management Antwerp

Campussen CST CGB CMI CDE

| 62

Stadscampus / City Campus Campus Groenenborger Campus Middelheim Campus Drie Eiken

63 |

| 64