LEERPLAN FYSICA (algemeen vak - lestijd: 1, 1.5 of 2 uur per week) Secundair Onderwijs - IIde graad - Studierichting Rudolf Steinerpedagogie
ingediend door:
Federatie van Rudolf Steinerscholen in Vlaanderen vzw lid van de European Council for Steiner Waldorf Education p/a Kasteellaan 54 9000 Gent 09/233.04.06
datum:
28 februari 2005
Inhoud 1. Beginsituatie........................................................................................................................... 2 2. Doelstellingen ........................................................................................................................ 3 2.1. Inleiding .......................................................................................................................... 3 2.2. Leerplandoelstellingen .................................................................................................... 4 2.2.1. Algemene doelstellingen .......................................................................................... 4 2.2.2. Warmte ..................................................................................................................... 6 2.2.3. Elektriciteit............................................................................................................... 7 2.2.4. Kracht en beweging.................................................................................................. 7 3. Leerinhouden.......................................................................................................................... 8 3.1. Warmteleer ...................................................................................................................... 8 3.2. Elektriciteitsleer .............................................................................................................. 9 3.3. Bewegingsleer (kinematica)............................................................................................ 9 3.4. Krachten (statica) ............................................................................................................ 9 3.5. Dynamica ...................................................................................................................... 10 3.6. Alleen voor variant b..................................................................................................... 10 4. Minimale materiële vereisten ............................................................................................... 11 5. Evaluatie............................................................................................................................... 12 6. Methodologische wenken..................................................................................................... 13 7. Bibliografie........................................................................................................................... 14 7.1. Fysica en natuurwetenschappelijke filosofie ................................................................ 14 7.2. Elektriciteit .................................................................................................................... 14 7.3. Warmteleer .................................................................................................................... 14 7.4. Mechanica ..................................................................................................................... 14
Federatie van Rudolf Steinerscholen in Vlaanderen vzw - Leerplan Fysica IIde graad – febr. 2005 - blz. 1
1. Beginsituatie Het leerplan fysica van de tweede graad sluit aan op het leerplan technologische opvoeding van de eerste graad van het secundair onderwijs. In de eerste graad zijn de verschillende domeinen uit de fysica aan bod gekomen, zoals de optica, de warmteleer, het magnetisme, de geluidsleer en de mechanica. Er werd vooral kwalitatief gewerkt vanuit de fenomenen zelf, met een minimum aan wiskundige behandeling en zonder abstrahering naar algemeen geldende natuurwetten. De leerlingen die de tweede graad aanvatten, hebben dus het gehele gebied van de fysica geëxploreerd en bezitten een gevoel voor de specifieke karakteristieken van deze verschillende domeinen. Vóór alles hebben ze geleerd exact waar te nemen tijdens de veelvuldige experimenten en dit alles ook te verbinden met de ervaringen uit de dagelijkse leefwereld. De verbinding met het concrete leven werd dus op geen enkel moment doorbroken. Integendeel, ze was steeds het uitgangspunt en de leidraad.
Federatie van Rudolf Steinerscholen in Vlaanderen vzw - Leerplan Fysica IIde graad – febr. 2005 - blz. 2
2. Doelstellingen 2.1. Inleiding Eigen aan de puberteit vinden we in de leeftijdsfase van veertien tot zestien jaar een grote eenzaamheid met extremen van sympathie en antipathie. De leerlingen maken een cruciaal dieptepunt mee: ze voelen de vaste grond onder hun voeten weggehaald (de zorgeloze kindertijd is voor goed voorbij) en vinden nog niet de zekerheid in zichzelf waar ze zo naar hunkeren. Alles verloopt nog op het scherp van de snee. In deze donkere, voor hen zelfs dramatische periode kan het wetenschapsonderwijs in het algemeen en de fysica in het bijzonder de nodige houvast bieden. Niet meer de leerkracht of de opvoeder, maar de objectieve wetten van de natuur zullen autoriteit en steun verlenen. Werd het formuleren van algemene wetten nog vermeden in de eerste graad, dan wordt dit nu juist van groot belang. Eens de wet gevonden, begrepen en in wiskundige formules omgezet, wordt ze algemeen bruikbaar in elk nieuw gesteld probleem binnen het bestudeerde domein. 'Vertrouwen op' wordt hier geoefend en werkt positief door op het gewone leven. Het belangrijkste domein dat in het eerste jaar van de tweede graad bestudeerd wordt, is de elektriciteit en de warmteleer. Het is hét gebied bij uitstek waar veel zich afspeelt in de onzichtbare (dus onbekende) wereld. Toch kan men, door een geleidelijke en overzichtelijke aanpak, in deze onzichtbare wereld even zeker binnendringen als in de meer tastbare natuur (bijv. mechanica en hydrostatica). Wanneer de leerlingen aan zekerheid, innerlijk vertrouwen, en doorzettingsvermogen gewonnen hebben, dan is de algemene pedagogische doelstelling verworven. Verder gaat er veel aandacht naar het leren formuleren van algemene wetten (zoals uitzetting en warmtecapaciteit), het omzetten in wiskundige formules en het bruikbaar maken ervan voor vraagstukken. Er zou veel van de eigen pedagogische doelstellingen verloren gaan mocht dit pas in de derde graad aan bod komen. In het tweede jaar van de tweede graad zien we als zielestemming een naar binnen gekeerd zijn met overpeinzingen over het eigen bestaan en dat van de wereld. Hierbij aansluitend is in de mechanica de statica of studie van voorwerpen in rust aan de orde. Ze krijgen voeling met de krachten die bijvoorbeeld in gebouwen of bruggen werkzaam zijn, ze beseffen dat vectoren een middel zijn om de onzichtbare krachten een visuele voorstelling te geven. Op een bepaald moment kan de statica overgevoerd worden in de kinematica en vervolgens in de dynamica.( Het is zeer goed mogelijke en verdedigbaar een andere volgorde voor deze drie delen te volgen.) Het is een ideaal thema om te leren dat de wetmatigheden en formules van de eenparige en de eenparig veranderlijke beweging, producten zijn van het menselijke denken of van geïdealiseerde bewegingen die in de praktijk van het leven slechts bij benadering voorkomen. Verder is het een doelstelling om de gegevens die in de bewegingsleer proefondervindelijk zijn verkregen te verwerken in tabellen en grafieken, waar dan op hun beurt de achterliggende wetmatigheden uit worden afgeleid. Dit is tegelijk een goede aanloop naar de analyse in het vak wiskunde van het eerste jaar van de derde graad, zodat begrippen zoals functie, afgeleide en continuïteit vanuit het concrete kunnen worden aangebracht. Er zijn vakoverschrijdende doelstellingen met de vakken aardrijkskunde (druk, temperatuur, astronomie: krachten, beweging) en wiskunde (in de variant b: samenstelling van bewegingen: horizontale en schuine worp). Federatie van Rudolf Steinerscholen in Vlaanderen vzw - Leerplan Fysica IIde graad – febr. 2005 - blz. 3
De pedagogische achtergrond voor het behandelen van de bewegingsleer op deze leeftijd ligt o.m. hierin dat het doelgerichte karakter van bewegingen aansluit bij het feit dat de leerlingen in de tweede graad langzamerhand eigen doelen voor hun leven gaan formuleren.
2.2. Leerplandoelstellingen In de doelstellingen en leerinhouden wordt een a-variant en een b-variant aangehouden. De avariant is voor de scholen die 1 of 1.5 uur fysica per week inrichten. De b-variant bevat de bijkomende doelstellingen en leerinhouden voor de scholen die 2 uur fysica per week inrichten. De doelstellingen uit de b-variant gelden tevens als uitbreidingsdoelstellingen voor de a-variant.
2.2.1. Algemene doelstellingen ¾ Variant a De leerlingen 1. kunnen een fenomeen waarnemen en dit nauwkeurig beschrijven – waarnemingsvelden moeten zo zuiver mogelijk onder woorden worden gebracht en alle subjectieve gevoelens en vooroordelen moeten in deze fase terzijde gehouden worden; (Gem. ET 1) 2. kunnen andere proefopstellingen vinden waar het fenomeen zich op gelijke of andere wijze uitspreekt; (Gem. ET 2) 3. kunnen het ‘oerfenomeen’ vinden, het ‘gebaar’ dat alle fenomenen doortrekt, en daarmee de verschijnselen kunnen ordenen; (Gem. ET 3) 4. kunnen andere verschijnselen in relatie brengen met het waargenomen fenomeen; (Gem. ET 4) 5. kunnen de ‘kwaliteit’ van de onderzochte natuurkracht herkennen (kwaliteit = karakter = het wezen = de dynamiek van de natuurkracht); (Gem. ET 5) 6. kunnen een proefverslag maken aan de hand van waarnemingen en kunnen dit schematiseren, bijvoorbeeld volgens het stramien opstelling, werkwijze, waarneming, evt. meting, tabel en grafiek, besluit en eventueel verklaring; (Gem. ET 6) 7. kunnen met betrekking tot een concreet wetenschappelijk probleem, een vraagstelling of fenomeen relevante parameters of gegevens aangeven, kunnen hierover informatie opzoeken en kunnen deze oordeelkundig aanwenden; (Gem. ET 7) 8. kunnen aangeven welke factoren een rol spelen bij een proef en hoe die onderzocht kunnen worden; (Gem. ET 8) 9. kunnen experimenten of waarnemingen in klassituaties met situaties uit de leefwereld verbinden; (Gem. ET 9) 10. kunnen alleen of in groep, een opdracht uitvoeren en er een verslag over uitbrengen; (Gem. ET 10) 11. leren dat ook in de niet-materiële wereld met grote precisie wetmatigheden kunnen worden ontdekt en geformuleerd.* (Gem. ET 11)
Federatie van Rudolf Steinerscholen in Vlaanderen vzw - Leerplan Fysica IIde graad – febr. 2005 - blz. 4
Wetenschap en samenleving De leerlingen kunnen 12. de wisselwerking tussen de fysica, de technologische ontwikkeling en de leefomstandigheden van de mens met een voorbeeld illustreren; (Gem. ET 14) 13. een voorbeeld geven van positieve en nadelige (neven)effecten van fysische toepassingen; (Gem. ET 15) 14. met een voorbeeld illustreren dat economische en ecologische belangen de ontwikkeling van de fysica kunnen richten, bevorderen of vertragen. (Gem. ET 17) De leerlingen kunnen 15. voor alle grootheden: - deze grootheid benoemen; - de eenheid aangeven; (ET 1) 16. voor de grootheden gemerkt in de rechterkolom: - deze grootheid definiëren in woorden en met behulp van de formule de eenheid aangeven; - het verband leggen tussen deze eenheid en de basiseenheden uit het SI-eenhedenstelsel; - de formule toepassen; (ET 2) Grootheid
Symbool
Eenheid
Massa
m
kg
Lengte Breedte Hoogte, diepte Dikte Straal Middellijn Positie, plaats
l b h d, δ r d x, s
m
Tijd
t
s
Temperatuur
T
K
Oppervlakte
A
m²
Volume
V
m³
Dichtheid
ρ
kg/m³
Verplaatsing
∆x, ∆s, ∆l
m
Snelheid
v
m/s
Formule
ρ = m/V
•
v = ∆x/∆t = ∆s/∆t
•
Federatie van Rudolf Steinerscholen in Vlaanderen vzw - Leerplan Fysica IIde graad – febr. 2005 - blz. 5
Kracht
F
N
Energie Potentiële gravitatie-energie Kinetische energie
E
J
Druk
p
Pa
Warmtehoeveelheid
Q
J
Warmtecapaciteit
C
Soortelijke warmtecapaciteit
c
Epot = mgh Ekin = mv2/2
• •
p = F/A
•
J/K
C = Q ∆T
•
J/kg K
C = Q/m ∆T
•
17. de grootteorde van fysische grootheden aangeven; (ET 3) 18. de gepaste apparatuur gebruiken om lengte, tijd, massa, kracht, druk en temperatuur te meten; (ET 4) 19. de meest gebruikte metrische voorvoegsels gebruiken; (ET 5) 20. fysische informatie in gedrukte bronnen en langs elektronische weg opzoeken en verwerken. (ET 6) ¾ Variant b De leerlingen kunnen 21. begrippen zoals vermogen, arbeid, energie en massa beschrijven en toepassen.
2.2.2. Warmte ¾ Variant a De leerlingen kunnen 22. aan de hand van proeven en proevenreeksen nieuwe begrippen afleiden, zoals verbranding, zelfontbranding en uitzetting; (ET 7) 23. gebruik maken van gegevenstabellen en de uitzettingsformules om eenvoudige vraagstukken rond uitzetting van metalen en vloeistoffen op te lossen; (ET 8) 24. aan de hand van proeven en proevenreeksen nieuwe begrippen afleiden, zoals warmtecapaciteit; (ET 9) 25. de fase-overgangen beschrijven en kennen de afhankelijkheid van druk; (ET 10) 26. de ideale gaswetten afleiden uit proevenreeksen; (ET 11) 27. de ideale gaswetten in formules uitdrukken en kunnen een aantal toepassingen ervan bespreken (bv. koelkast, ontploffingsmotor); (ET 12) 28. de gevormde begrippen uit de warmteleer toetsen aan de concrete werkelijkheid, d.w.z. ze kunnen verschillende technische toepassingen beschrijven, zoals o.a. de stoomturbine, het bimetaal, de koelkast, de ontploffingsmotor, de straalmotor. (ET 13)
Federatie van Rudolf Steinerscholen in Vlaanderen vzw - Leerplan Fysica IIde graad – febr. 2005 - blz. 6
2.2.3. Elektriciteit ¾ Variant a De leerlingen 29. kunnen aangeven welke elementen essentieel zijn ter verkrijging van een elektrische stroomkring; (ET 14) 30. kunnen de wet van Ohm beschrijven en toepassen: de stroom als effect tussen de polariteiten spanning en weerstand; (ET 15) 31. kennen de principes en enkele toepassingen van serie- en parallelschakelingen. (ET 16) ¾ Variant b De leerlingen kunnen 32. vanuit het verband tussen elektriciteit en magnetisme beschrijven wat inductie is; 33. enkele belangrijke technische toepassingen van elektriciteit en magnetisme begrijpen en beschrijven.
2.2.4. Kracht en beweging ¾ Variant a De leerlingen 34. kunnen een kracht als oorzaak van vervorming, verplaatsing naar een evenwicht en als oorzaak van de verandering van de bewegingstoestand van een voorwerp in een concrete situatie herkennen; (ET 17) 35. kunnen een vervorming of een verandering van bewegingstoestand toeschrijven aan de inwerking van een kracht; (ET 18) 36. kunnen het belang van het vectorieel voorstellen van een kracht toelichten; (ET 19) 37. kunnen voorbeelden van verschillende soorten krachten en toepassingen ervan noemen; (ET 20) 38. kunnen voor een eenparige rechtlijnige beweging de snelheid berekenen en deze beweging grafisch voorstellen; (ET 21) 39. kunnen voor een rechtlijnige beweging de verandering van snelheid omschrijven; (ET 22) 40. kunnen de beweging van een voorwerp beschrijven in termen van positie, snelheid en versnelling (eenparig versnelde beweging); (ET 23) 41. kennen het traagheidsbeginsel en enkele toepassingen ervan; (ET 24) 42. kunnen de specifieke verschillen aangeven tussen de eenparige en de eenparig veranderlijke beweging. (ET 25)
Federatie van Rudolf Steinerscholen in Vlaanderen vzw - Leerplan Fysica IIde graad – febr. 2005 - blz. 7
3. Leerinhouden In de doelstellingen en leerinhouden wordt een a-variant en een b-variant aangehouden. De avariant is voor de scholen die 1 of 1.5 uur fysica per week inrichten. De b-variant bevat de bijkomende doelstellingen en leerinhouden voor de scholen die 2 uur fysica per week inrichten. De hoofdstukken waarin geen a- of b-variant worden aangegeven gelden voor beide varianten. De leerinhouden uit de b-variant gelden tevens als facultatieve leerstof voor de a-variant. De volgorde: statica, kinematica,dynamica is een mogelijke indeling maar kan even goed anders. Er worden minstens 4 proeven uitgevoerd door de leerlingen zelf. Er wordt aangegeven waar leerlingenproeven mogelijk zijn. Het best wordt in het eerste jaar van de tweede graad bestudeerd: warmteleer en elektriciteit. In het tweede jaar van de tweede graad wordt het best statica, kinematica en dynamica bestudeerd.
3.1. Warmteleer ¾ Variant a • het verbrandingsproces + zelfontbranding (mogelijke leerlingenproeven) • vier warmtefenomenen (mogelijke leerlingenproeven) - warmtegeleiding/stroming - warmtestraling - uitzetting + tabellen + formules - warmtecapaciteit • aggregatietoestanden/fase-overgangen (mogelijke leerlingenproeven) - eigenschappen van gassen, vloeistoffen en vaste stoffen - faseovergangen tussen deze aggregatietoestanden - drukafhankelijkheid van kook- en smeltpunt - gaswetten: proeven + formules + toepassingen - absolute temperatuur - kritische druk en temperatuur • mogelijke technische toepassingen: - werking - wisselwerking tussen de fysica, de technologische ontwikkeling en de leefomstandigheden van de mens - positieve en nadelige (neven)effecten van fysische toepassingen - economische en ecologische belangen die de ontwikkeling van de fysica sturen i.v.m.: - pot van Papin, hogedrukpan - stoommachine, stoomturbine (alternatief: windmolen) - verbrandings- ontploffingsmotor, uitlaatgassen - koelkast, koelvloeistof, geiser, centrale verwarming
Federatie van Rudolf Steinerscholen in Vlaanderen vzw - Leerplan Fysica IIde graad – febr. 2005 - blz. 8
3.2. Elektriciteitsleer ¾ • • • •
Variant a elektrische stroomkring (mogelijke leerlingenproeven) de begrippen spanning, weerstand en stroomsterkte (mogelijke leerlingenproeven) de wet van Ohm (mogelijke leerlingenproeven) serie- en parallelschakeling (mogelijke leerlingenproeven)
¾ • • • • •
Variant b ontstaan, bestaan van elektriciteit opwekken en aantonen van ladingen de gesloten elektrische kring: inductie (eventueel ook zelfinductie) eventueel: mogelijke technische toepassingen - luidspreker, microfoon, telefoon - dynamo, transformator, bobine - elektriciteitscentrale
(mogelijke leerlingenproeven):
3.3. Krachten (statica) ¾ • • •
Variant a definitie van 'kracht' (mogelijke leerlingenproeven) meting van 'kracht' (mogelijke leerlingenproeven) actie- & reactiekrachten (mogelijke leerlingenproeven)
¾ Variant b • samenstellen & ontbinden van krachten (mogelijke leerlingenproeven) • eventueel: - koppel, moment van een kracht - werktuigen, bruggen, kranen
3.4. Bewegingsleer (kinematica) ¾ Variant a • eenparige beweging (mogelijke leerlingenproeven) - het begrip snelheid - formule en diagrammen • eenparig veranderlijke beweging - de begrippen versnelling en vertraging - formules en diagrammen • valbeweging - vrije val - verticale worp omhoog
Federatie van Rudolf Steinerscholen in Vlaanderen vzw - Leerplan Fysica IIde graad – febr. 2005 - blz. 9
¾ Variant b • samenstelling van bewegingen - horizontale worp - schuine worp
• eventueel: slingerbeweging, eenparig cirkelvormige beweging 3.5. Dynamica ¾ • • • •
Variant a dynamische werking van een kracht het begrip traagheid verband tussen versnelling, kracht en massa massa en gewicht
¾ Variant b • inleidend: gravitatie- en zwaartekracht
3.6. Alleen voor variant b • • • • .
basisbeginselen van de drie begrippen: arbeid, energie, vermogen, elk bezien vanuit de mechanica wetenschappelijke schrijfwijze van getallen overzicht van grootheden en eenheden foutendiscussie en foutentheorie (oorsprong van fouten, omgaan met fouten)
Federatie van Rudolf Steinerscholen in Vlaanderen vzw - Leerplan Fysica IIde graad – febr. 2005 - blz. 10
4. Minimale materiële vereisten Een goede en veilige uitrusting voor het doen van demonstratieproeven en leerlingenproeven is van het allergrootste belang. Bij leerlingenproeven wordt er uitgegaan van groepen van 3 tot 4 leerlingen. Een demonstratietafel met water elektriciteit en aansluiting voor teclubrander alsook de leerlingentafels met de vernoemde nutsvoorzieningen zijn noodzakelijk. • Warmteleer - Voldoende hittebestendige kolven en reagerbuisjes voor leerlingenproeven - thermometers (-10°C tot 150°C) (1 per 4 leerlingen bij leerlingenproeven) - teclubranders (1 per 4 leerlingen bij leerlingenproeven) • Elektriciteitsleer - veilige stroombron (AC, DC), regelbaar ( maximum 30V bij leerlingenproeven) - Volt- Ampèremeter (groot didactisch model, analoog) - magneten - spoelen - stroomdraad, fiches, stekkers, bananenstekkers - multimeters ( 1 per 4 leerlingen bij leerlingeproeven) - lampjes met houder, LED’s • Bewegingsleer - Chronometers (1 per 4 leerlingen bij leerlingenproeven) - hellend vlak - knikkers, kogels • Krachten - gewichten - dynamometers - veren Tevens moeten op school enkele op het internet aangesloten computers aanwezig zijn zodat hierop eventueel –daar waar het een functionele meerwaarde heeft- opzoekingen kunnen gebeuren. Ook overheadprojector en TV en video kunnen van pas komen.
Federatie van Rudolf Steinerscholen in Vlaanderen vzw - Leerplan Fysica IIde graad – febr. 2005 - blz. 11
5. Evaluatie Permanente evaluatie tijdens het klasgebeuren is zeer belangrijk. Men denke hierbij aan: algemene medewerking, vaardigheid bij het zelf uitvoeren van proeven en het stellen van kritische vragen. Het maken van proefbeschrijvingen als huiswerk waaruit blijkt dat de leerlingen aandachtig waargenomen hebben tijdens de proeven is van essentieel belang. Het beheersen van de wetmatigheden en formules afgeleid uit de proeven wordt geoefend in vraagstukken en maakt deel uit van de evaluatie. Van de leerlingen wordt verwacht dat zij de leerstof verwerken in eigen nota’s en een zelf gemaakt ‘periodeschrift’. Dit schrift wordt beoordeeld naar correctheid, volledigheid en vormgeving. Aan het einde van de periode is het aangewezen door middel van een summatieve toets de bereikte inzichten en vaardigheden te testen.
Federatie van Rudolf Steinerscholen in Vlaanderen vzw - Leerplan Fysica IIde graad – febr. 2005 - blz. 12
6. Methodologische wenken Omdat het in het eerste jaar van de tweede graad belangrijk is nieuwe begrippen zorgvuldig aan de waarneming te ontwikkelen, vormen proeven en proevenreeksen het uitgangspunt. Vaak wordt de opeenvolging van proeven zo gekozen dat begripsvorming hier nauw bij aan kan sluiten: we spreken dan van een waarnemingsreeks. De ontwikkelde begrippen kunnen worden verlevendigd door te zoeken naar beelden uit de (mensen)wereld die een verwantschap vertonen met het onderzochte verschijnsel. Anderzijds kunnen de verschillende begrippen verhelderd worden met enkele ideeën die een nog grotere samenhang zichtbaar maken. Vanuit het inzicht dat zo ontstaat, kan men dan rekenopgaven maken en de technische toepassingen onderzoeken. Beide bevestigen voor de leerlingen de waarde van de gevonden begrippen. Dit geeft hen het gevoel van zekerheid dat zij op deze leeftijd zo nodig hebben. Tevens bieden beide activiteiten de mogelijkheid tot oefening met de gevormde begrippen. Het geheel kan in volgend schema ondergebracht worden:
waarnemen
proeven (reeksen)
denken
begripsvorming (verrijkt met beelden en ideeën)
doen
rekenen, technische toepassing
De mechanica is misschien toch het onderdeel van de fysica waarbij het mathematische het sterkst aanwezig is. Hier kan, in functie van de klasgroep (belangstelling ) het verband met de wiskunde gelegd worden. De eenparige en de eenparig veranderlijke beweging kunnen als toepassing gegeven worden van de lineaire en de kwadratische functie. Positief zou zijn mocht in de wiskundelessen op dat moment ingegaan worden op deze functies. Voor jongeren met een minder sterk abstractievermogen is het echter aangewezen om niet meer formules te gebruiken dan nodig. Een historische schets van de evolutie van het ontdekken van en het denken over de verschijnselen kan erg behulpzaam zijn.
Federatie van Rudolf Steinerscholen in Vlaanderen vzw - Leerplan Fysica IIde graad – febr. 2005 - blz. 13
7. Bibliografie 7.1. Fysica en natuurwetenschappelijke filosofie BUCK, P., Ganzheitlich-goetheanistische und materialistisch-mechanistische Begriffsbildung in den Naturwissenschaften, in: Erziehungskunst, mei en juni 1982, p. 273-284 en 346-354. HEWITT, P.G., Conceptual Physics, Harper Collins Publishers, City College of San Francisco, 1989. STEINER, R., Geisteswissenschaftliche Impulse zur Entwicklung der Physik. Erster und zweiter Naturwissenschaftlicher Kurs, Rudolf Steiner Verlag, 1987. STEINER, R., Waarnemen en denken, Vrij Geestesleven, Zeist, 1984. VAN ROMUNDE, R., Materie en straling in ruimte en tijd. 1. Materie en warmte, Vrij Geestesleven, Zeist, 1971. VERHULST, J., Der Glanz von Kopenhagen. Geistige Perspektiven der modernen Physik, Verlag Freies Geistesleben, Stuttgart, 1994.
7.2. Elektriciteit DE KORT, N., Elektriciteit en Magnetisme, Teleac, Utrecht, 1990. FRAUNBERGER, F., Elektrizität im Barock. Von Frosch zum Dynamo, Köln, 1960. GIANCOLI, D.C., Natuurkunde voor Wetenschap en Techniek. Deel II. Golven en geluid. Elektriciteit en magnetisme en licht, Academic Service, Wetenschap en Techniek, 1993. HOOGENDIJK, M., Elektriciteit, Van Reemst, Houten, 1996. MARCELO, A., Elektromagnetisme, Deltas, Oudewater, 1989. MINNAERT, M., De natuurkunde van 't vrije veld. 2. Geluid, warmte, elektriciteit, B.V.W. Thieme, Zutphen, 1975. VAN GILS, VEENMAN, SCHUKKING, Natuurkunde, Stichting Vrij Pedagogisch Centrum, Driebergen, 1994. VAN ROMUNDE, R., Materie en straling in ruimte en tijd. 2. Geluid, elektriciteit, magnetisme, elementaire kernfysica, Vrij Geestesleven, Zeist, 1971.
7.3. Warmteleer BUCK, P., VON MACKENSEN, M., Naturphänomene erlebend verstehen, Köln, 1988. BÜHLER, W., Nordlicht, Blitz und Regenbogen, Dornach, 1972. FARADAY, M., Naturgeschichte einer Kerze, Bad Salzderfurth, 1980. HEGELMANN, E., Zur Methodik in der Physik inbesondere der Wärmelehre, Diss. Darmstadt, 1928. MARTI, E., Die vier Aether, Stuttgart, 1990. VAN BARAVALLE, H., Physik als reine Phänomenologie. Bd 1, 2 & 3, Verlag Freies Geistesleben, Stuttgart, 1993. VAN GILS, VEENMAN, SCHUKKING, Natuurkunde. Deel 9, Stichting Vrij Pedagogisch Centrum, Driebergen, 1994. VAN ROMUNDE, R., Materie en warmte. Materie en straling in ruimte en tijd, Vrij Geestesleven, Zeist, 1981. VON MACKENSEN, M., Klang, Helligkeit und Wärme, Pädagogische Forschungsstelle, Kassel, 1988. VON MACKENSEN, M., Analytisches oder synthetisches Lehren. Zur Didaktik von Lokomotive und Wärmelehre im Physikunterricht der 9. Klasse, in: Erziehungskunst, feb. en maart 1979, p. 65-74 en 137-146.
7.4. Mechanica ARDLEY, N., Techniek ontdekken, Davidsfonds/Infodok, Leuven, 1996. BELMAN, J., Mechanica, statica, dynamica, Plantijn, Deurne, 1988. BUCK, P., VON MACKENSEN, M., Naturphänomene erlebend verstehen, Aulis Verlag, 1988. BUCK, P., Von der zunehmenden Einengung des Energiebegriffs, in: Erziehungskunst, jan. 1979, p. 16-27. DE KORT, N., Klassieke mechanica, Teleac, Utrecht, 1989. GIANCOLI, D.C., Natuurkunde voor Wetenschap en Techniek. Deel I. Mechanica, Academic Service, Wetenschap en Techniek, 1993. MARCELO, A., Mechanica, Deltas, Oudewater, 1989. VAN GELDER, T.J., Natuurkunde I, Technische Uitgeverij H. Stam, Culemborg-Keulen, 1972. Federatie van Rudolf Steinerscholen in Vlaanderen vzw - Leerplan Fysica IIde graad – febr. 2005 - blz. 14
VON BARAVALLE, H., Physik als reine Phenomenologie. Band 1: Mechanik, Wärme und Kälte, Verlag Freies Geistesleben, Stuttgart, 1993. VON MACKENSEN, M., OHLENDORF H.-Chr., Kräfte - eine Einführung, Bildungswerk Beruf und Umwelt, Kassel, 1987. VON MACKENSEN, M., Aufgaben zur Mechanik. Fall-, Wurf- und Kräfteprobleme mit Lösungen, Bildungswerk Beruf und Umwelt, Kassel, 1987. WILLIAMS, B., Problems in Physics, Omega Scientific, U.K., 1987.
Federatie van Rudolf Steinerscholen in Vlaanderen vzw - Leerplan Fysica IIde graad – febr. 2005 - blz. 15