EI1 06-10
03-01-2005
09:48
Pagina 6
Onzekerheid door beoogde splitsing van energiebedrijven
Kwaliteit van elektriciteitsnetten in het geding Liberalisering van de energiemarkten heeft geleid tot minder investeringen in de netwerken, melden grote concerns als
ABB
en Siemens. Topman Peter Smits van
ABB
praat zelfs over ‘onderinvesteringen’. In de Verenigde Staten ziet hij nu al grote storingen ontstaan en in Europa gaat het dezelfde kant op. In Nederland wordt dit nog eens versterkt door de onzekerheid of energiebedrijven wel eigenaar mogen blijven van hun netten. Minister Brinkhorst wil namelijk een rigoureuze splitsing tussen de netwerkbedrijven en de leveringsbedrijven.
Netwerkbeheer & storage Tekst: Rob van Mil Fotografie: Industrie, Chris Pennarts
D
e lobbymachine van de energiesector draait op volle toeren. Maar de mensen die over het lot van de toekomstige energiebedrijven gaan beslissen, de minister van Economische Zaken en de Tweede-Kamerleden zijn tot op heden onvermurwbaar. Alleen het CDA pleit in het parlement voor het behoud van één ‘energieholding’ waaronder zowel het netwerkbedrijf als het leveringsbedrijf mogen vallen. Maar minister Brinkhorst en de Kamerfracties van PvdA, D66, VVD, GroenLinks en SP hebben al maanden dezelfde mening: de netwerkbedrijven, die eigendom zijn en blijven van de regionale overheden, moeten met ingang van 2007 in een aparte NV komen. De leveringsbedrijven mogen daarna eventueel worden geprivatiseerd of verkocht. 6 januari 2005 intech E&ICT
Deze mening hebben zij op 8 december jongstleden in een Tweede-Kamerdebat nog eens herhaald. Alleen als de energiesector met een heel goed alternatief komt, wil de minister zijn voorstel nog eens heroverwegen. De netwerkbedrijven mogen voorlopig ook niet worden verkocht. En zeker niet aan buitenlandse energiebedrijven, die de lucratieve en monopolistische winsten uit de netten zouden kunnen gebruiken om overnames van weer andere energiebedrijven te bekostigen. Want daar zit een grote angst bij de voorstanders van de rigoureuze splitsing. De netwerkbedrijven hebben een vaste klantenkring die nooit op een ander netwerk kan overstappen. Bovendien ontvangen deze netwerkbedrijven een, door de energietoezichthouder, gereguleerd tarief. Juist die ‘verzekerde’ inkomsten zijn voor de energiebedrijven zo ontzettend belangrijk. Het bezorgt de bedrijven een gunstige positie op de kapitaalsmarkt. Het lenen van geld, bijvoorbeeld voor overnames, wordt makkelijker en bovendien kan dat tegen een lager rentetarief dan bijvoorbeeld een
energiebedrijf dat niet over elektriciteitsnetten beschikt. De banken hebben met het netwerkbedrijf namelijk een zeer duurzaam onderpand.
Ongelijkheid Dat is ook de reden dat energiebedrijven zo standvastig zijn in hun strijd om het netwerkbedrijf en het leveringsbedrijf bij elkaar te houden. Maar volgens Brinkhorst en een meerderheid in het parlement zorgt die verweving van netwerken en leveringsbedrijven juist voor ongelijkheid op de energiemarkt. Allereerst hebben de eigenaren van netten dus een financieel voordeel. Maar dat is niet het enige. De overheid lijkt ook te vrezen dat energiebedrijven de winst uit hun netwerken niet volledig terugstoppen in het netwerk. Ze zouden het geld gebruiken voor commerciële activiteiten van het leveringsbedrijf. Eerder is al geprobeerd om deze zogeheten kruisbestuiving via ‘Chinese muren’ tegen te gaan. Maar er zijn te veel aanwijzingen dat dit niet goed lukt, vindt Brinkhorst. Zo klagen energiebedrijven zonder netwerken,
EI1 06-10
03-01-2005
09:48
Pagina 7
maar ook Uneto-VNI uit naam van de installatiesector, dat er nog altijd geldstromen bestaan van het netwerkbedrijf naar het leveringsbedrijf binnen de energiebedrijven. Al is dit laatste erg moeilijk met harde bewijzen aan te tonen. Bovendien spelen de netwerkbedrijven een belangrijke rol bij het overstappen van energieklanten van het ene naar het andere leveringsbedrijf. Het netwerkbedrijf moet de administratieve handelingen verzorgen. En de beschuldigingen van kleine energiebedrijven en energiebedrijven zonder netwerk is dat juist de grote netwerkbedrijven van Essent, Nuon, Eneco en Delta het eigen leveringsbedrijf bevoordelen door een ‘switch’ naar een concurrent te vertragen of onzorgvuldig uit te voeren. Of dit gebeurt is opnieuw moeilijk te bewijzen. Feit is wel dat het switchen van leveranciers nog lang niet vlekkeloos verloopt (zie kader). Volgens de technische toeleveranciers, zoals Siemens en ABB, is het wel aantoonbaar dat de netwerkbedrijven minder geld investeren dan pakweg vijf of tien jaar geleden, toen
de liberalisering nog niet was ingezet. Volgens de netwerkbedrijven komt dit omdat zij nu doelmatiger en op een meer bedrijfseconomische wijze tegen investeringen aankijken. Kortom, in het verleden investeerden zij in netwerken, omdat die investering nu eenmaal op de planning stond. Nu investeert een netwerkbedrijf meestal op een later moment, omdat de levensduur van de technische onderdelen van een netwerk nog niet verstreken is.
Juridisch steekspel De hele splitsingskwestie van de energiebedrijven lijkt een langdurig, juridisch steekspel te gaan worden. Als er geen compromis uit de bus rolt, gaan de energiebedrijven het besluit van de minister en Tweede Kamer mogelijk voor de hoogste rechter uitvechten. Vandaar dat Brinkhorst op 8 december de aandeelhouders, de gemeenten en provincies, opriep om hun maatschappelijke verantwoordelijkheid te nemen. Zij moeten de bestuurders van de energiebedrijven terugfluiten, zodat een splitsing zonder juridische pro-
cedures kan plaatshebben. En in het uiterste geval moeten de aandeelhouders de huidige directies van de energiebedrijven maar naar huis sturen, vindt Brinkhorst. Een eerste voorstel voor een compromis dat de energiebedrijven naar voren brachten, is begin december door Brinkhorst afgewimpeld. Via brancheorganisatie EnergieNed probeerden de grote energiebedrijven de minister te bewegen de splitsing voorlopig niet door te drukken. Hun belangrijkste argument daarbij was dat de energiebedrijven nog tijd nodig hebben om de liberalisering van de energiemarkt, die in juni vorig jaar werd afgerond, te verwerken en de ‘marktwerking verder te optimaliseren’. Zo hebben de energiebedrijven volgens Richard de Lange, de nieuwe voorzitter van brancheorganisatie EnergieNed, hun handen vol aan de administratieve afwikkeling van mensen die van leverancier wisselen. Maar EZ wees het voorstel, bij monde van woordvoerder Jelle Wils, als ‘onvoldoende’ van de hand. ‘Bij ons staat degelijk en onafhankelijk netwerkbeheer bovenaan het intech E&ICT januari 2005 7
EI1 06-10
03-01-2005
09:48
Pagina 8
Vrije energiemarkt verloopt stroef De liberalisering van de energiemarkt verloopt stroever dan in de eerste maanden na 1 juli 2004 naar buiten is gebracht. De energiebranche krijgt in toenemende mate te maken met klanten die klagen over problemen. Dat bleek in december uit een e-mail die branchevereniging EnergieNed aan de energiebedrijven stuurde. Sinds 1 juli heeft iedere energieafnemer in ons land een vrije leverancierskeuze. Tot op heden huldigt EnergieNed het standpunt dat het switchen van klanten zonder noemenswaardige problemen verloopt. Maar nu schrijft de organisatie aan haar leden dat het overstappen van klanten toch niet zo goed loopt. Zij wil de procedures voor switchers nu al weer op de schop nemen. Vooral consumenten die verhuizen zorgen voor problemen. Energiegebruikers moeten hun verhuizing tien dagen van tevoren doorgeven aan het energiebedrijf. Maar elke maand geeft eenderde van de verhuizende gebruikers, ongeveer 15.000 tot 20.000 klanten, de verhuizing te laat door. Deze mensen kunnen hun eindafrekening voor het oude adres te laat ontvangen.
lijstje. Dat dient het publieke belang.’ Verder vindt EnergieNed-voorzitter De Lange dat Brinkhorst te ver voor de troepen uit loopt. De Europese regelgeving vergt van energiebedrijven wel een juridische splitsing tussen de beide onderdelen, maar vereist niet het onderbrengen van het distributienetwerk in een aparte holding. Andere Europese overheden dwingen die splitsing niet af. ‘Als de minister dat debat in Europa wil voeren, vind ik dat prima. Maar laten we daar dan wel eerst het resultaat van afwachten’, zegt De Lange.
Visie van het CDA Brinkhorst kreeg eenzelfde soort boodschap van het Wetenschappelijk Instituut van het CDA. Ook dit staat kritisch tegenover het voorgenomen beleid van D66-minister. Het wetenschappelijk instituut stelt op grond van onderzoek door de Technische Universiteit Delft dat de vergaande stap van een splitsing niet nodig is. Ook het CDA-rapport meldt dat een onafhankelijke opstelling van de netbeheerder te bereiken is door strenge regels en goed toezicht. Het wetenschappelijk instituut en de energiewoordvoerder voor het CDA, het Tweede-kamerlid Hessels, wijzen erop dat bij opsplitsing oneerlijke concurrentie kan ontstaan. Nederlandse bedrijven moeten in de toekomst concurreren in een vrije Europese markt met ondernemingen die veel groter zijn en die zich waarschijnlijk niet hoeven te splitsen. Hessels is het er wel mee eens dat een energiebedrijf zich moet splitsen, als men het energiebedrijf wil privatiseren. Dan moeten de netwerken in handen van de lokale en/of regionale overheden blijven. Maar het liefst zet hij op al die stappen een 8 januari 2005 intech E&ICT
Ook kunnen zij langer vastrecht betalen voor de aansluiting op het oude adres dan nodig is. Ook toezichthouder DTe kondigde al aan onderzoek te doen naar de uitwisseling van verbruiksgegevens tussen energiebedrijven. Dit naar aanleiding van klachten van consumenten over te late jaarrekeningen of het uitblijven van jaarrekeningen. Verder meldt de Consumentenbond dat het animo bij consumenten om over te stappen erg klein is. Het percentage van de mensen dat overweegt over te stappen is in het eerste half jaar gedaald van vijftien naar tien procent. Verder verwachten consumenten de komende jaren een verslechtering in de manier van benaderen door energieaanbieders. Ook verwachten ze dat door de liberalisering de administratie van energiebedrijven slordiger wordt. Bovendien vinden de mensen de voordelen onduidelijk of ze vinden de markt instabiel en niet helder. Volgens de laatste gegevens van EnergieNed zijn vanaf juli 2004 vier procent van de stroomklanten en 1,2 procent van de gasklanten van leverancier veranderd.
rem totdat duidelijk is hoe de vrije markt zich in Europa ontwikkelt. Het CDA-rapport gaat wel een stap verder dan minister Brinkhorst bij het nationaliseren van transportleidingen (zie kader), die nu nog in handen zijn van de energiebedrijven. Het rapport meldt dat er vier soorten netwerken zijn. De ‘snelwegen’ onder de elektriciteitsleidingen –die van 380, 220 en 110 kV– horen volgens Brinkhorst thuis bij TenneT, een onafhankelijk netwerkbedrijf. Het CDArapport pleit ervoor om ook de 50 kV-leidingen, de ‘provinciale wegen’, over te hevelen naar TenneT. Alleen de pure distributienetten, die naar de eindafnemers van energie leiden, blijven dan wat het CDA betreft in handen van de energiebedrijven. De vier grote energiebedrijven (Eneco, Delta, Nuon en Essent) reageerden positief op de punten in het CDA-rapport. Maar minister Brinkhorst bleef na het verschijnen ervan stoïcijns en onvermurwbaar.
Leasecontracten ontbinden Dat bleef hij ook bij het bericht, ongetwijfeld afkomstig uit de lobbymachine van de energiesector, dat een eventuele splitsing de Nederlandse overheid vijf miljard euro gaat kosten. Dat is namelijk de prijs die energiebedrijven moeten betalen voor het ontbinden van de ‘leaseback constructies’. Wat is het geval? Het Amerikaanse advocatenkantoor Thelen Reid & Priest waarschuwt minister Brinkhorst in een brief dat nieuwe Amerikaanse belastingwetgeving ervoor zorgt dat bij een splitsing de ‘cross border’ leasecontracten van de energiebedrijven vervallen. Nederlandse energiebedrijven hebben namelijk, om financieel voordeel te behalen, hun netwerken verkocht aan Amerikaanse investeerders en vervolgens teruggeleasd. Thelen Reid & Priest trad bij veel van deze transacties op namens de energiebedrijven en waarschuwt nu dat de splitsing de Nederlandse energie-
Naam bedrijf
aantal aansluitingen elektriciteit
Rendo Netbeheer
30.200
Netbeheerder Centraal Overijssel (Conet)
51.700
Continuon Netbeheer
2.710.000
Eneco Netbeheer
1.683.000
Westland Energie Infrastructuur
47.000
ONS
Netbeheer
Delta Netwerkbedrijf NRE
Netwerk
38.000 194.900 102.000
Essent Netwerk
2.416.000
InfraMosane
46.300
Wie zijn de regionale netbeheerders in Nederland. (Netbeheer Haarlemmermeer, Intergas Netbeheer en Obragas Net bezitten wel distributienetwerken voor gas maar niet voor elektriciteit.) (Bron: Energie in Nederland 2004, EnergieNed)
EI1 06-10
03-01-2005
09:48
Pagina 9
bedrijven in totaal vijf miljard dollar gaat kosten. President Bush heeft in oktober vorig jaar een nieuwe wet ondertekend die een einde maakt aan ‘cross border’ leasecontracten. Als er niets met de energiebedrijven gebeurt, mogen de contracten in stand blijven. ‘Maar als, zoals u voorstelt, de netwerkbedrijven aan de aandeelhouders van de moedermaatschappijen worden gegeven, dan veroorzaakt die transactie op zichzelf een overtreding’, schrijven de advocaten J. Truman Bidwell en Marianne Rosenburg in de brief aan Brinkhorst. Brinkhorst is echter niet voor één gat te vangen. Zijn standpunt is dat er helemaal geen probleem hoeft te ontstaan, omdat hij in dat geval niet de netwerkbedrijven, maar de leveringsbedrijven in een nieuw bedrijf wil onderbrengen. De leasecontracten voor de netten kunnen dus gewoon blijven bestaan, omdat de netwerken niet in een nieuw, maar in het bestaande bedrijf onderdak vinden.
Voor- en tegenstanders De huidige aandeelhouders van de energiebedrijven zijn verdeeld over de gang van zaken. Zo is de provincie Gelderland en de gemeente Amsterdam (aandeelhouders van Nuon) en de provincie Brabant (aandeelhouder van Essent) tegenstander van een eventuele splitsing en zij overwegen juridische stappen. De provincie Friesland (aandeelhouder Nuon) vindt splitsing geen probleem en de gemeenten Rotterdam en Dordrecht (aandeelhouders Eneco) zeggen zich bij een parlementair besluit neer te leggen. Andere aandeelhouders (gemeenten en provincies) houden zich in de media tamelijk op de achtergrond, maar lobbyen ongetwijfeld in het Haagse circuit. Het personeel van de grote energiebedrijven, en ook hun vakbonden, spreken zich wel stevig uit tegen de voorgenomen splitsing. Zij zijn bang dat het ten koste gaat van de werkgelegenheid. Zo protesteerden op 12 november 3.000 werknemers van de grote energiebedrijven in Den Haag. Zij vrezen dat dit plan 3.000 banen gaat kosten, aldus het Landelijk Medezeggenschapsplatform Energiedistributiebedrijven (LME). Deze organisatie vertegenwoordigt alle ondernemingsraden uit de bedrijfstak. Verder is het wel opmerkelijk dat ook de Dienst Toezicht energie (DTe), die onder de autoriteit van EZ valt, een rigide opsplitsing niet per se noodzakelijk acht. De toezichthouder verklaart dat het ook mogelijk is de huidige regels voor toezicht aan te intech E&ICT januari 2005 9
EI1 06-10
03-01-2005
09:48
Pagina 10
TenneT wil alle energienetten vanaf 50 kV kopen De beheerder van het hoogspanningsnet TenneT, een honderd procent staatsbedrijf, wil voor ongeveer 2,5 miljard euro alle transportnetten voor elektriciteit kopen. Het gaat daarbij om alle netten van 50 kV of hoger die TenneT nog niet bezit. Alle distributienetten blijven in handen van de huidige aandeelhouders van de energiebedrijven. De beheerder heeft nu eenderde van de ‘stroomsnelwegen’ in handen, met name 220 en 380 kVnetten. De rest van het transportnetwerk is eigendom van de energiebedrijven Nuon, Essent, Eneco en Delta. ‘ Met de aankoop denkt TenneT betere garanties te kunnen geven dat dit essentiële netwerk niet uitvalt door versnipperd beheer’, zegt directeur Mel Kroon van TenneT. Uit een onderzoek van Kema blijkt dat ‘de leveringszekerheid het meest
scherpen, al vindt Gert Zeil, directeur van de DTe, dat zijn taak na een volledige splitsing er wel makkelijker op wordt. De reden dat de DTe zich dan toch uitspreekt en geen absolute noodzaak voor splitsing predikt, komt doordat de toezichthouder ook gevaren ziet opdoemen. Volgens de toezichthouder dreigt door splitsing een afname van het aantal concurrenten bij de levering van gas en stroom. De kans wordt namelijk groter dat de –na splitsing goedkope– leveringsbedrijven worden ‘opgeslokt’ door grote Duitse, Scandinavische, Franse of Zuid-Europese energiebedrijven. Bovendien is de DTe bang dat er mogelijk minder investeerders bereid zijn nieuwe elektriciteitscentrales te bouwen als de leveringsbedrijven niet meer de sterke financiële basis van de netwerken hebben. Maar Brinkhorst heeft ook deze suggestie van de DTe naast zich neergelegd. De DTe deelt overigens wel de opvatting van Brinkhorst dat de huidige wetgeving tekort schiet. Volgens de toezichthouder is het nu heel moeilijk om te voorkomen dat de commerciële verkoopafdeling van een elektriciteitsbedrijf misbruik maakt van het bezit van het stroomnet. Dit sterkt de minister in zijn voornemen om de energiebedrijven op te knippen.
Voldoende regels Als het gaat om het waarborgen van de kwaliteit van de netwerken dan vindt Paul Corton, directeur van het netwerkbedrijf Continuon, onderdeel van Nuon, dat de energiesector zichzelf al genoeg zware eisen oplegt. De normen die voor de Nederlandse netten gelden, zijn zwaarder dan de Europese normen. Volgens Corton is dat een van de redenen dat het aantal storingsminuten van het Nederlandse netwerk het laagste is van alle Europese netten. Daarnaast zegt hij dat de cijfers in zijn bedrijf aantonen dat Continuon de laatste jaren juist 10 januari 2005 intech E&ICT
gebaat is bij centraal beheer van de netten’. De Tweede Kamer ziet het plan wel zitten. Minister Brinkhorst vindt echter dat TenneT te ver gaat door ook de 50 kV-netten te willen kopen. Hij vindt dat onnodig. De energiebedrijven reageren terughoudend, maar zijn niet volstrekt tegen. Het lijkt erop dat zij een eventuele verkoop van de netten aan de staat of TenneT als wisselgeld zien in hun discussie met EZ over de splitsing van hun bedrijven. Overigens is het voor TenneT niet noodzakelijk om alle netwerken te bezitten om ze ook centraal te beheren. Op dit moment beheert TenneT alle 220 en 380 kV-kabels, zonder dat deze allemaal bij TenneT in bezit zijn.
meer investeert in infrastructuur dan een paar jaar terug. Herman Levelink, directeur van Essent Netwerken, zegt begin december 2004 in Energie Nederland, het huisorgaan van EnergieNed, dat zijn divisie het zusterbedrijf dat de energieleveringen verzorgt absoluut niet voortrekt ten opzicht van de andere leveringsbedrijven. ‘De Chinese muren tussen onze systemen neem ik zeer serieus.’ Overigens maakt Levelink zich wel grote zorgen om alle extra taken die de netbeheerder heeft gekregen, onder meer bij de zorg voor het switchen van klanten. Volgens hem leidt dit tot een enorme verhoging van de kostprijs. Door al deze lasten heeft de liberalisering voor de consumenten niet tot prijswinst gezorgd. Hij zou het eerlijker vinden om de kosten van het switchen ook hoofdelijk aan de consument die switcht door te berekenen, en niet aan alle energieverbruikers in zijn totaal, zoals nu gebeurt.
Minder investeringen Siemens en ABB, elektrotechnische toeleveranciers die regelmatig bij de netbeheerders aan tafel zitten, vinden wel dat de investeringen achter blijven. Zij zien duidelijk een trend dat netbeheerders veel meer naar de levensduur van producten zijn gaan kijken. Volgens Jan Langendijk, hoofd van de afdeling Energievoorziening van Siemens Nederland, zijn er wel degelijk netbeheerders die zich willen onderscheiden met de prestatie van hun netwerk, zo zegt hij in het blad Energie Nederland. Maar dat hoeft niet per se met grote investeringen gepaard te gaan. De bedrijven zijn nu veel gerichter naar vervangingen aan het kijken. Belangrijke ontwikkelingen in deze tijdgeest zijn assetmanagement en risicomanagement. ‘De assetmanager probeert op een slimme manier te bepalen wanneer onderhoud of nieu-
we investeringen nodig zijn. Aan de hand van diagnostieken voorspelt hij dat hij volgend jaar kabel X of schakelaar Y moet vervangen’, zegt Langendijk. Maar tegelijk voorspelt hij ook dat de grote netwerken van energiebedrijven minder belangrijk gaan worden. In de visie van Siemens gaat onze maatschappij steeds vaker decentraal elektrische energie opwekken, via zonnepanelen, microwarmtekracht, windturbines, brandstofcellen, enzovoorts. Dit heeft ook de komst van kleinschalige elektriciteitsnetten tot gevolg, zogeheten micronetten. Met deze visie als uitgangspunt, komt de discussie tussen de overheid en de energiebedrijven ineens in een heel ander daglicht te staan. Het monopolie van de netwerkbedrijven zou in de toekomst dus veel minder verstrekkend kunnen zijn, dan waarin nu in de discussies wordt uitgegaan. Het probleem is alleen dat die toekomstvisie van micronetten voor de huidige beleidsmakers veel te vaag en ver verwijderd is.