Vogelwerkgroep Arnhem en omstreken p.a. secretariaat Rozendaalselaan 69a, 6881 LB Velp
Arnhem, 12 januari 2015
Gemeente Arnhem t.a.v. de gemeenteraad Postbus 99 6800 AB Arnhem
Betreft: Visie Vogelwerkgroep Arnhem e.o. op windmolenplannen Kleefse Waard / Koningspleij
Geachte gemeenteraadsleden, Vogelwerkgroep Arnhem en omstreken heeft kennisgenomen van het Startdocument MER bestemmingsplan Kleefse Waard en Koningspleij Noord, waarin wordt aangegeven dat er plannen zijn om windmolens te plaatsen in dit gebied. De Vogelwerkgroep is voorstander van groene energie, maar is van mening dat de locatie niet zonder meer geschikt is voor plaatsing van windmolens. De redenen daarvoor zijn;
1. Uit onderzoeken blijkt dat er een belangrijke slaapplaats van Wulpen aanwezig is. 2. De locatie is door Vogelbescherming Nederland aangewezen als gebied dat in principe
windmolenvrij moet blijven, omdat de locatie hoge risico’s voor vogels met zich meebrengt. De locatie grenst direct aan Natura 2000-gebied Rijntakken (bestaande uit Gelderse Poort, Uiterwaarden IJssel, Neder-Rijn en Waal).
Hierna onderbouwen wij onze zorgen over de plannen. Slaapplaats Wulpen In de directe omgeving van de beoogde locatie voor de windmolens bevinden zich belangrijke slaapplaatsen van Wulpen. De Wulpen slapen en foerageren binnen de gemeentegrenzen van Arnhem en in Natura 2000-gebied Rijntakken (Gelderse Poort en Uiterwaarden IJssel). Vogelwerkgroep Arnhem e.o. heeft uitgebreid onderzoek gedaan naar deze slaapplaatsen (Van Dorp, zie bijlage 1). In de periode augustus tot april overnachten de Wulpen op de Hondsbroekse Pleij (gemeente Westervoort), Nieuwe Haven (gemeente Arnhem) en in de Velperwaarden (gemeente Rheden). De aantallen variëren van 600 tot 1000 vogels, met een maximum van 1235 vogels. De vogels zwermen na zonsopkomst uit over de omgeving en zoeken tegen zonsondergang de slaapplaats weer op. Regelmatig vinden er in het donker nog uitwisselingen plaats tussen de slaapplaats op de Hondsbroekse Pleij en de Nieuwe Haven. De Wulpenslaapplaats in de regio Arnhem is de grootste slaapplaats van overwinterende Wulpen in het binnenland (Sovon, Meetnet Slaapplaatsen). Uit telgegevens van Sovon en Vogelwerkgroep Arnhem e.o. blijkt dat de landtong Nieuwe Haven in ieder geval al sinds 1998 in gebruik is als slaapplaats. Tegen de avond vliegen groepen van honderden Wulpen rondjes tussen de Frostbrug en de Pleijbrug. Een spectaculair schouwspel, zeker voor binnenlandse begrippen (zie http://waarneming.nl/wn_link/list_for_user?user=18117).
De Wulp is een beschermde vogelsoort. Conform artikel 11 van de Flora- en Faunawet is het onder meer verboden om vaste rust- of verblijfplaatsen van dieren, behorende tot een beschermde inheemse diersoort, te beschadigen of te verstoren. Verstoring is bij plaatsing van windmolens een reëel gevaar. Het grootste gevaar van windmolens voor Wulpen is naast directe sterfte, verlies van leefgebied en barrièrevorming. De Wulp is een verstoringsgevoelige soort. Wulpen mijden windmolens over een afstand van 400 meter (zie Van Dorp, bijlage 1). Onderzoeksinstituut Alterra gaat uit van een verstoringsafstand voor Wulpen van 100 tot 750 meter (Alterra, 2008). In bijlage 2 is de grootte van het verstoringsgebied door barrièrevorming aangegeven (cirkels van 400 meter omtrek rondom de geplande windmolens). Dit laat zien dat de slaapplek aan de Nieuwe Haven slecht bereikbaar wordt. Als de Wulpen zich in het donker moeten verplaatsen, is er een reële kans op slachtoffers. Natura 2000-gebied Rijntakken Het gebied waar de windmolens gepland zijn grenst direct aan Natura 2000-gebied Rijntakken. Wij sluiten ons aan bij de visie van Vogelbescherming Nederland dat het gebied niet geschikt is voor de plaatsing van windmolens. Ook Alterra (2008) beveelt aan om locaties en trekroutes die voor vogels van groot belang zijn vrij te houden van windmolens. Vooral voor de talrijke trekvogels, ganzen en zwanen in het gebied zijn de risico’s groot. In bijlage 3 zijn ter illustratie twee windmolenrisicokaarten opgenomen. Ten zuiden van de Koningspleij, ter hoogte van de splitsing van de Rijn in Neder-Rijn en IJssel, bevindt zich de telpost IJsselkop. Alle mogelijke soorten trekvogels passeren dit punt op hun route langs de rivieren. Door plaatsing van windmolens wordt een barrière opgeworpen voor deze trekvogels. Nieuwe typen turbines strekken zich uit tot in luchtlagen waar ‘s nachts veel vogels kunnen vliegen. Conclusie Vogelwerkgroep Arnhem e.o. is van mening dat negatieve effecten van plaatsing van windmolens niet uitgesloten zijn, en dat daarom gezocht moet worden naar alternatieven op inrichtingsniveau of naar alternatieve locaties. Plaatsing van windmolens dient vermeden te worden in en nabij Natura 2000gebieden en andere gebieden met hoge concentraties aan vogels. Open landbouwgronden en industriegebieden (mits niet gelegen nabij vogelconcentraties en foerageergebieden) bieden de beste mogelijkheden om negatieve effecten op vogels te voorkomen. Hoogachtend,
Raymond Schuurkes, voorzitter Vogelwerkgroep Arnhem e.o.
Badende Wulpen (foto Jan Bernardus)
Bijlagen 1. Dorp, van, D. (2014). Fascinatie voor slapende Wulpen in de regio Arnhem. Vlerk 31(3): 125-130. 2. Kaart met verstoringsgebied windmolens voor Wulpen (D. van Dorp, ongepubliceerd). 3. Aarts, B. & Bruinzeel, L. (2009). De nationale windmolenrisicokaart voor vogels. Nijmegen: SOVON Vogelonderzoek Nederland/Altenburg & Wymenga. (zie http://www.vogelbescherming.nl/actueel/nieuws/q/ne_id/37)
Overige bronnen Besluit Natura 2000-gebied Rijntakken (2014), geraadpleegd via http://www.synbiosys.alterra.nl/natura2000/gebiedendatabase.aspx?subj=n2k&groep=6&id=n2k380&t opic=documenten Winkelman, J.E., F.H. Kistenkas & M.J. Epe (2008). Ecologische en natuurbeschermingsrechtelijke aspecten van windturbines op land. Wageningen: Alterra.
Bijlage 1
Bijlage 2
Bijlage 3