KMO-Milieunieuwsbrief Informatie over milieu, ruimtelijke ordening, energie en mobiliteit Elektronische nieuwsbrief voor het netwerk van ARGUS vzw en voor UNIZOleden Jaargang 3, nummer 2, februari 2003
Inhoud Beleid Adviespremie voor KMO’s vervangen door adviescheques Openbaarheid van milieu-informatie in EU-richtlijn Wetgeving Kostenloze distributie van groene stroom wordt ingeperkt! Nieuwe milieubeleidsovereenkomsten gebruikte batterijen, accu's en autobanden “Uniek loket” milieumeldingen Regeling Planologisch Attest nu effectief van kracht! Administratief optreden voor aantal milieumisdrijven ingevoerd Milieuheffingen niet langer aftrekbaar Praktijk Liggen KMO’s wakker van liberalisering elektriciteitsmarkt? Het IVPV organiseert opleidingen milieucoördinator via afstandsleren BBT-nieuwsbrief van EMIS Agenda ARGUSdebat Mobiliteit De verkeerde weg op !? Naar een industrieel beleid voor het milieu Studiedag milieubeleid
Beleid Adviespremie voor KMO’s vervangen door adviescheques Op 5 maart 2003 werd de subsidie voor bedrijfsadvies aan KMO’s vervangen door een nieuwe steunmaatregel in de vorm van adviescheques. Men kan deze cheques gebruiken voor het inwinnen van een bedrijfsadvies, inclusief milieuadvies bij door het VIZO erkende bedrijfsadviseurs. Het nieuwe systeem is vergelijkbaar met dat van de opleidingscheques. Deze adviescheques zullen uitsluitend via het internet worden gereserveerd en besteld. Per jaar kan men maximaal 820 cheques van 30 50% van de advieskosten dekken. Het besluit van de Vlaamse Regering dat deze nieuwe subsidie invoert, werd goedgekeurd op 14 februari ll. Samen met het ministerieel besluit van 27 februari, de deontologische code voor adviesinstanties en de lijst van de aanvaardbare activiteiten (NACE-codes) geeft het alle voorwaarden en modaliteiten van deze nieuwe regeling. U kan voormelde teksten raadplegen op de website van de Vlaamse Gemeenschap.
Openbaarheid van milieu-informatie in EU-richtlijn Op 25 juni 1998 keurde de Europese Economische Commissie van de VN het verdrag inzake de toegang tot informatie, inspraak en toegang tot de rechter m.b.t. milieuaangelegenheden goed. Het verdrag trad in werking op 30 oktober 2001. Dit verdrag van Aarhus wordt momenteel omgezet in drie afzonderlijke EU-richtlijnen. Hierdoor kan ook de EU dit verdrag ratificeren. De burger krijgt hiermee nieuwe milieurechten. Naast de toegang tot milieu-informatie en participatie in het beleid is ook een luik voorzien dat de toegang tot de rechter regelt. Wie de evolutie terzake wil volgen kan volgende http://europa.eu.int/comm/environment/aarhus/index.htm.
website
raadplegen:
Wetgeving Kostenloze distributie van groene stroom wordt ingeperkt! De Vlaamse regering heeft op 21 februari 2003 een ontwerpbesluit principieel goedgekeurd dat het Besluit inzake de bevordering van elektriciteitsopwekking uit hernieuwbare energiebronnen wijzigt. De wijziging houdt een beperking in van de kosteloze distributie van groene stroom. Het wijzigingsbesluit wordt nog voor advies voorgelegd aan de SERV, de MiNa-raad, de VREG en de Raad van State. Een beperking op het principe van de gratis distributie wordt verantwoord door een aantal argumenten:
kosteloze distributie van stroom uit hernieuwbare energiebronnen leidt in de praktijk vooral tot marktstrategieën die gebaseerd zijn op grootschalige levering van goedkope stroom uit hernieuwbare energiebronnen via het transportnet. Deze wordt grotendeels opgewekt in reeds bestaande installaties die reeds steun ontvingen en reeds afgeschreven zijn. Daardoor dreigt de handel in kleinschalige, decentraal opgewekte stroom uit hernieuwbare energiebronnen te versmachten, waardoor geen bijkomende groenestroominstallaties gestimuleerd worden. De massale toepassing van gratis distributie kan een zeer grote impact hebben op de distributienettarieven. Deze distributienettarieven zijn momenteel nog niet vastgelegd, maar zijn naar verwachting reeds hoog in vergelijking met de omringende landen. Vandaar dat geopteerd wordt dit voordeel te beperken tot locale, decentrale groenestroomproductie, die geïnjecteerd wordt op het distributienet. De leverancier van stroom uit hernieuwbare energiebronnen blijkt in de eerste plaats te zoeken naar afnemers met een hoge distributiekost (“cherry-picking”), omdat hij daar het meeste voordeel uit kan halen. In de praktijk is er immers nergens een verplichting opgelegd voor de leverancier (die in eerste instantie de factuur voor het netgebruik van de distributienetbeheerder krijgt) om dit voordeel aan de eindafnemer door te rekenen. Zelfs indien hij toch het voordeel volledig aan de klant laat, heeft hij er nog een belang bij om klanten te zoeken die bij een "dure" netbeheerder zijn aangesloten. Het zijn vooral deze klanten die het meest geneigd zullen zijn om de in verhouding goedkope alternatieve stroom aan te kopen. Daardoor zal uitgerekend de netbeheerder met de hoogste netkosten het grootste aantal eindafnemers van stroom uit hernieuwbare energiebronnen tellen. Deze netbeheerder zal dus ook zijn distributiekosten over een kleiner aantal (andere) eindafnemers moeten uitsmeren. Het distributienettarief van de betrokken netbeheerder zal dus nog verder oplopen, waardoor een vicieuze cirkel ontstaat. Het gecombineerde effect van de gestimuleerde grootschalige, reeds bestaande installaties, samen met het ontbreken van een stimulans langs vraagzijde, omwille van het feit dat het gratis gebruik van het distributienet niet wordt doorgerekend langs klantenzijde, leidt tot marktverstoring.
Nieuwe milieubeleidsovereenkomsten gebruikte batterijen, accu's en autobanden De Vlaamse regering heeft in februari drie milieubeleidsovereenkomsten principieel goedgekeurd: nl. één voor ophaling van batterijen, één voor accu’s en één voor banden. Inzake batterijen neemt de sector al jaren haar verantwoordelijkheid. In 1995 werd door de grote fabrikanten en invoerders van huishoudbatterijen ingespeeld op de mogelijkheid om een ophaal- en recyclagesysteem te voorzien, zodat vrijstelling van milieutaks bekomen werd. Zij richtten de vzw BEBAT op die gebruikte batterijen inzamelt om ze een nuttige toepassing te geven. BEBAT wordt gefinancierd door middel van een inzamel- en recyclagebijdrage die doorgerekend wordt aan de consument. Met de inzamelresultaten van de jongste jaren (momenteel wordt al meer dan 70% van de batterijen selectief ingezameld) behoort België tot de Europese koplopers. Bovendien slaagt men er in om steeds meer componenten te recycleren. Via de
milieubeleidsovereenkomst werd overeengekomen om in de komende vijf jaar het aandeel van de niet-selectief ingezamelde batterijen verder te laten dalen. Per soort batterij zijn er bovendien recyclage-percentages voorzien voor de verschillende onderdelen. Voor accu's moet vanaf 1 januari 2005 meer dan 95 procent van de afgedankte accu's selectief worden ingezameld. Voor lood geldt een recyclagenorm van 95% die moet gehaald worden, voor kunststoffen is de recyclagenorm 30%. De accu's mogen niet meer worden gestort. De milieubeleidsovereenkomst voor de afvalbanden vervangt de lopende overeenkomst. Er wordt een beheersorganisme opgericht dat zich intensief bezig houdt met maatregelen die leiden tot meer hergebruik (zo ondermeer herprofilering van banden) en promotie van inzameling, recyclage en nuttige toepassing. Het streefdoel is om van minstens 25 procent van de afgedankte banden het loopvlak te vernieuwen zodat ze kunnen worden herbruikt. De banden die niet meer opnieuw in omloop kunnen gebracht worden, moeten vanaf 2005 voor minstens 20% gerecycleerd worden. Alle andere banden moeten op de meest verantwoorde wijze worden verwerkt, bijvoorbeeld in thermische installaties voor de opwekking van electriciteit of warmte. Het storten van afvalbanden is verboden. Het beheersorganisme zal er bovendien voor zorgen dat banden die gemeenten inzamelen op hun containerparken daar ook regelmatig worden opgehaald. Het beheersorganisme zal nl. financieel instaan voor de inzameling en verwerking van deze banden. Gemeenten kunnen dus niet langer klagen dat inzameling en verwerking van afvalbanden hen op kosten drijft.
“Uniek loket” milieumeldingen Vanuit de Regering wordt opnieuw een "uniek loket" aangekondigd, nl. een contactpunt waar ondernemingen terechtkunnen voor het gebundeld voldoen van hun informatieplicht voor het beleidsdomein milieu en natuur. Ondernemingen zouden daardoor de vereiste info één keer per jaar tegen één vaste datum én via één enkel geïntegreerd formulier kunnen overmaken aan de overheid. Het voorontwerp van decreet wordt nog voor advies aan de Raad van State voorgelegd. Tot op heden zijn bedrijven verplicht tal van formulieren over te maken aan verschillende instanties én op aparte tijdstippen. Nu het voorontwerp van decreet, dat moet leiden tot het uniek loket, goedgekeurd is, kan worden gewerkt aan een "geïntegreerd meldingsformulier". Dit moet tot gevolg hebben dat bedrijven in de toekomst hun milieujaarverslag, hun afvalstoffenmelding, hun aangifte inzake heffing op waterverontreiniging en hun aangifte inzake winning van grondwater via één enkel meldingsformulier kunnen communiceren aan de overheid. Ondertussen moet u wel nog altijd de aangifteformulieren voor de afvalwaterheffing downloaden van de VMM-website www.vmm.be en vervolgens uitprinten. Als u dat verkiest kan u ze ook op PC invullen. Het formulier moet nog steeds met de post verstuurd worden. Het elektronisch indienen van het aangifteformulier is dus nog niet mogelijk, wat te betreuren is gezien er nu zekerheid is omtrent de juridische waarde van de elektronische handtekening. Volgens de VMM zal dat evenwel wel mogelijk worden “in de loop van 2003”. Laat ons hopen!
De creatie van dergelijk éénloketsysteem zal ongetwijfeld leiden tot minder papierwerk voor de bedrijven en de overheid, een meer klantvriendelijke werkwijze bij de overheid, het verhogen van de relevantie voor het beleid van de bij de bedrijven opgevraagde informatie en voor een vlottere verwerking en efficiënter beheer en gebruik van deze informatie.
Regeling Planologisch Attest nu effectief van kracht! Door publicatie van het Uitvoeringsbesluit tot bepaling van de “nadere regels inzake het Planologisch Attest” in het Belgisch Staatsblad van 19 februari 2003 is de regeling “Planologisch Attest” nu effectief van kracht geworden. Ondernemers met “hoofdzakelijk vergunde”, maar zonevreemde bedrijfsgebouwen die dringend willen verbouwen en/of uitbreiden kunnen nu zelf initiatief nemen door het aanvragen van een planologisch attest. Het moet wel gaan om milieuvergunningsplichtige bedrijven of bedrijven met een jaarlijkse omzet groter dan 250.000 euro. Via het Planologisch Attest vraagt de ondernemer een uitspraak aan de gemeente over de toekomstplannen voor het bedrijf. Wanneer een gemeente of een hogere overheid een positief Attest aflevert, dan is zij verplicht om binnen het jaar een ruimtelijk uitvoeringsplan op te maken voor het bedrijf en omgeving, en kan een verbouwings- en/of uitbreidingsaanvraag voor kortetermijnbehoeften vergund worden. De ondernemer moet wel consequent zijn en de bouwaanvraag indienen binnen het jaar na afgifte van het positief Planologisch Attest.
Administratief optreden voor aantal milieumisdrijven ingevoerd De ministerraad keurde op 7 februari een KB goed dat het mogelijk maakt om administratief op te treden bij het niet naleven van productnormen inzake milieubescherming en veiligheid. Een overbelast gerechterlijk apparaat kwam er niet toe deze ‘kleinere misdrijven’ te vervolgen. Daarom werd administratief optreden mogelijk gemaakt om de veiligheid van milieu en consument alsnog af te kunnen dwingen. Het nieuwe KB ter herziening van de wet 21 december 1998 inzake productnormering voorziet meer ruimte voor de verantwoordelijke ambtenaren om milieumisdrijven daadwerkelijk te bestraffen. Nieuw is dat voortaan ook na de wettelijk bepaalde termijn van drie maanden, nog geldboetes kunnen worden opgelegd door de overheid. Dit betekent een meer effectieve en efficiënte handhaving van het productnormeringsbeleid. Het KB waakt er over dat ook in geval van administratieve boetes de rechten van de verdediging worden gevrijwaard.
Milieuheffingen niet langer aftrekbaar Op 10 december 2002 keurde het federaal parlement de wet op de hervorming van de vennootschapsbelasting goed. Een belangrijke aanpassing betreft de nietaftrekbaarheid van milieuheffingen.
Het argument van ondernemers dat dit ingaat tegen het principe van de fiscale aftrekbaarheid van bedrijfskosten heeft het dus niet gehaald. FEBEM, de Federatie van Bedrijven voor Milieubeheer, rekende voor dat hierdoor voor afvalverwerking door private afvalverwerkingsbedrijven een meerkost van 25 tot 60% zal moeten aangerekend worden in de afvalfactuur. Dit betekent een onaanvaardbaar concurrentieel nadeel t.o.v. de afvalintercommunales die niet onderworpen zijn aan de vennootschapsbelasting. FEBEM trekt naar het Arbitragehof om nietigverklaring te verkrijgen van artikel 198 van de wet van 24 december 2002, waarin de niet-aftrekbaarheid van gewestelijke milieuheffingen is opgenomen.
Praktijk Liggen KMO’s wakker van liberalisering elektriciteitsmarkt? Sedert 1 januari is de elektriciteitsmarkt in Vlaanderen vrij voor bedrijven met een aansluitvermogen van minstens 56 KVA. Het gaat volgens raming om minstens 25.000 Vlaamse KMO’s. Vanaf 1 juli wordt de Vlaamse markt volledig geliberaliseerd voor alle bedrijven en burgers. In Wallonië en Brussel zal men nog enkele jaren moeten wachten op de liberalisering. In december 2002 liet UNIZO het onderzoeksbureau Marketing Development een bevraging uitvoeren bij een representatief staal van Vlaamse kleine en middelgrote ondernemingen over hun verwachtingen ten aanzien van de vrije elektriciteitsmarkt en over hun keuze van stroomleverancier. In totaal namen 357 KMO’s aan het volledige onderzoek deel. Hierna volgt een beknopte samenvatting van de voornaamste enquêteresultaten.
Belang van de energiekost in de KMO? Op de vraag naar het belang van de energiekost voor hun bedrijf, noemt ruim 55% van de Vlaamse KMO’s deze bedrijfskost belangrijk tot zeer belangrijk. Bijna 44% van de grotere KMO’s vanaf 10 werknemers omschrijft de energiekost zelfs als “zeer belangrijk” voor hun onderneming, slechts een kwart van deze grotere KMO’s catalogeert deze kost als niet belangrijk. Voldoende geïnformeerd over liberalisering elektriciteitsmarkt? Ruim de helft (51%) van de Vlaamse KMO’s stelt nog onvoldoende te zijn geïnformeerd over de liberalisering van de energiemarkt. Bij de kleinste KMO’s tot vijf werknemers loopt dat percentage zelfs op tot 60 %. Actief op zoek naar elektriciteitsleverancier? Het grootste gedeelte van de Vlaamse KMO’s is nog niet van plan actief op zoek te gaan naar een geschikte stroomleverancier. Slechts 5,3% beweert reeds actief te hebben gezocht naar een elektriciteitsleverancier en 4,3% stelt dit zo snel mogelijk te willen doen. Ruim 25% blijkt in de toekomst wel van plan te zijn actief stappen te ondernemen om te zoeken naar elektriciteitsleverancier maar zegt nog te wachten op de (prijs)evoluties van de komende maanden op de energiemarkt. Deze groep wil de kat nog wat uit de boom kijken. De meerderheid (55,3%) van het totaal aantal ondervraagde KMO's zegt niet actief op zoek te zullen gaan naar een andere stroomleverancier, voor de kleinste bedrijven tot 4 werknemers loopt dit zelfs op tot
bijna 70%. Van de bedrijven met 10 tot 99 werknemers zegt 43% niet op zoek te gaan naar een stroomleverancier.
Verwachtingspatroon inzake prijsevolutie Circa 46% van de Vlaamse KMO’s verwacht lagere prijzen als gevolg van de liberalisering, 26,4% verwacht dat niet en 27,7% weet het niet of gaf geen antwoord. De grotere KMO’s vanaf 10 werknemers verwachten blijkbaar het meest van de liberalisering, 51,4% van dit soort ondernemingen hoopt daardoor in 2003 minder te betalen voor elektriciteit. De resultaten van de UNIZO-enquête van december 2002 werden op 3 februari 2003 bevestigd door een eerste “doorlichting” van de Vlaamse Reguleringsinstantie VREG. De VREG maakte een eerste analyse op niveau van de toegangspunten of aansluitingen (dus niet per bedrijf) waaruit alvast bleek dat 6,57% van de “toegangspunten” die op 1 januari 2003 vrijkwamen, actief een leverancier kozen. Het onderzoek en de resultaten bevestigen wat UNIZO reeds vermoedde: de meeste Vlaamse KMO’s nemen een afwachtende houding aan en zijn (nog) niet geneigd om langlopende contracten (van 3 jaar of meer) af te sluiten. KMO’s vermoeden dat de prijzen nog zullen evolueren in de komende maanden. Het blijft moeilijk om de offertes van verschillende elektriciteitsleveranciers met elkaar te vergelijken. Eén van de oorzaken is ongetwijfeld het feit dat de transport- en distributietarieven voor de stroom over het netwerk nog steeds niet vastliggen. Deze transport- en distributietarieven kunnen oplopen tot de helft van de totale elektriciteitsprijs. Sommige leveranciers wagen zich niet aan een “all in” prijs. Verder zijn er de ingewikkelde formules die vaak gehanteerd worden. Zo’n situaties leiden tot vragen en onzekerheden bij KMO’s, wat uiteraard niet bevorderlijk is voor het maken van een bewuste en onderbouwde keuze.
Het IVPV organiseert opleidingen milieucoördinator via afstandsleren Het Instituut vor Permanente Vorming organiseert via afstandsleren de postacademische vorming voor milieucoördinatoren. Het gaat concreet om volgende opleidingen: Milieucoördinator type A (250 u, 5 modules van 50 u) Milieucoördinator type B (150 u, 3 modules van 50 u) Overgangsopleiding van type B naar type A (100 u, 2 modules van 50 u). Het gaat om een buitenwerkdaagse opleiding die modulair wordt opgebouwd. De opleiding onderscheidt 5 modules van 50 u. Deze zijn gericht naar juridische, zorg-, communicatieve, technologische en economische aspecten van milieucoördinatie. Elke module biedt zowel theoretische als praktijkgerichte kennisoverdracht in een vorm die flexibel leren toelaat. De opleiding wordt via afstandsleren onderricht; aanvullende praktijklessen gebeuren tijdens contactsessies in laboratoria waarbij aanwezigheid van de cursisten is vereist. De opleiding neemt minimum 4 maand in beslag. De instaptijden voor cursisten zijn vrij en de duur van elke opleiding is variabel. Enkel contact- en examendata worden vastgelegd, en dit modulair en met een periodiciteit van 6 maand. Via elektronische
fora via Internet worden oefeningensessies gehouden en wordt de interactie met de docenten gestroomlijnd. Voor deze cursussen van aanvullende vorming gelden de wettelijke toelatingsvereisten, d.w.z.: Milieucoördinator A: ofwel houder zijn van een einddiploma van een universiteit of een diploma van hoger onderwijs op universitair niveau ofwel een nuttige ervaring van meer dan vijf jaar hebben op het vlak van bedrijfsinterne milieuzorg. Milieucoördinator B: ofwel houder zijn van een getuigschrift van hoger secundair onderwijs of hogere secundaire leergangen ofwel een nuttige ervaring van meer dan drie jaar hebben op het vlak van bedrijfsinterne milieuzorg. Tot de overgangscursussen van aanvullende vorming van B naar Ar worden diegenen die geslaagd zijn voor een cursus milieucoördinator B toegelaten. Meer info: http://plato.autoctrl.rug.ac.be/milieucoordinator/
BBT-nieuwsbrief van EMIS Sinds kort biedt EMIS, het Energie- en Milieu-informatiesysteem, een elektronische EMIS-nieuwsbrief BBT aan. Deze nieuwsbrief houdt je op de hoogte van wat er reilt en zeilt binnen het BBT-kenniscentrum: de planning, informatie over nieuwe BBTstudies en milieutechnisch nieuws uit Europa, met in het bijzonder de BREF's. Inschrijven op deze nieuwe nieuwsbrief kan je door je eerst in te schrijven op de algemene elektronische nieuwsbrief, vervolgens opnieuw in te loggen en te klikken op 'Wijzig je gegevens'.
Agenda ARGUSdebat Mobiliteit De verkeerde weg op !? Mobiliteit is een van de grote maatschappelijke problemen van vandaag. Welke oplossingen zijn mogelijk? Hoe speelt de overheid in op het probleem? Zijn wij wel bereid tot oplossingen? Welke impact heeft verkeer op milieu en gezondheid? Heb je hier ideeën over of scherp je je eigen kennis en visie graag aan? Kom dan op 1 april aanstaande naar het eerste ARGUS-debat i.s.m. de KULeuven.
Programma Verwelkoming door Rudi Verheyen, voorzitter ARGUS Inleiding door panelleden - Cor Dierckx, adviseur mobiliteit van Steve Stevaert, Minister van mobiliteit, openbare werken en energie - Stef Proost, Diensthoofd van de onderzoeksgroep energie, milieu en transport (KULeuven) - Jan Verschooren, medewerker energie en mobiliteit (Bond Beter Leefmilieu) - Michel Martens, Adviseur bedrijfsvoertuigen en mobiliteit (Febiac) Paneldebat o.l.v. Bruno Huyghebaert (VRT) Debat met het publiek Een drink om na te praten
Praktisch KBC-auditorium, Brusselsesteenweg 100, 3000 Leuven Dinsdag 1 april 2003 van 19 tot 21 uur Onthaal vanaf 18.30 uur
Bereikbaarheid Vanaf station Leuven met de bus richting Brussel (raadpleeg reiswegplanner De Lijn http://www.delijn.be/reisinformatie.html) Vanuit centrum Leuven 20 min. met de fiets. Stalling mogelijk vlak bij ingang gebouw. Met de auto afrit 17 op de E 314 (beneden aan afrit: richting Leuven). Parkeergelegenheid ter plaatse.
Inschrijven Gratis deelname - Vooraf inschrijven noodzakelijk Meer info op de ARGUSwebsite. E-mail:
[email protected]
Naar een industrieel beleid voor het milieu Op woensdag 19 maart 2003 gaat bij de SERV (Raadzaal), Wetstraat 34-36, 1040 Brussel een discussienamiddag door rond het thema ‘Naar een industrieel beleid voor het milieu. Inschrijven is mogelijk per mail naar
[email protected] met vermelding studiedag SERA milieu. De deelname is volledig gratis Meer info: Peter Van Humbeeck, tel. 02/22.95.201,
[email protected] Annemie Bollen, tel. 02.22.95.200,
[email protected]
Studiedag milieubeleid Het Steunpunt Milieubeleidswetenschappen organiseert op 20 maart 2003 een studiemiddag met als onderwerp : Milieubeleid als multi-actor beleid - Nieuwe vormen van interactie tussen overheid, markt & samenleving? Plaats : Congrescentrum Elzenveld Lange Gasthuisstraat 45 Antwerpen centrum Verdere info kan u steeds bekomen op de website : www.uia.ac.be/mbw
Deze elektronische KMO-Milieunieuwsbrief van ARGUS vzw en UNIZO verschijnt in principe 10 maal per jaar (maandelijks met uitzondering van juli en augustus). Het is een gratis informatiekanaal over de milieuactualiteit die relevant is voor zelfstandige ondernemers en kleine en middelgrote ondernemingen. Overname van teksten is toegestaan op voorwaarde van bronvermelding. De Nieuwsbrief is louter informatief. De redactie kan niet aansprakelijk gesteld worden voor onjuiste gegevens. In geen geval zijn UNIZO of ARGUS vzw aansprakelijk voor enige schade, van welke aard ook, die het directe of indirecte gevolg is van handelingen en/of beslissingen die (mede) gebaseerd zijn op de info in deze elektronische nieuwsbrief. ARGUS vzw, Eiermarkt 8, 2000 Antwerpen
UNIZO, Unie van Zelfstandige Ondernemers, Studiedienst, Spastraat 8, 1000 Brussel Abonnement Abonneren kan: automatisch via de ARGUS-website:
www.argusmilieu.be/NEO/KMO/KMO-Nieuwsbrief_abo.htm door te mailen naar Ines David, UNIZO Studiedienst,
[email protected]