Jaarverslag 2010
Hulpkas voor Ziekte – en Invaliditeitsverzekering Openbare instelling van sociale zekerheid
Een realisatie van de communicatiedienst van de HZIV Verantwoordelijke uitgever: Christine Miclotte Adjunct-administrateur-generaal Troonstraat 30A B – 1000 BRUSSEL
INHOUDSTAFEL Woord vooraf
................................................................................................
5
Lijst van afkortingen
........................................................................................... ..
6
Hoofdstuk I
Opdrachten en structuur van de HZIV ........................................ I.1. Opdrachten van de HZIV .................................................... I.2. Structuur van de HZIV.......................................................... I.2.1. Algemene structuur.................................................... I.2.2. Administratieve instanties ...........................................
7 8 9 9 10
Hoofdstuk II
Ledensterkte ............................................................................. II.1. Inleiding ............................................................................ II.2. Algemeen ledenprofiel ....................................................... II.3. Ledenprofiel per gewestelijkedienst ..................................... II.4. Verzekerde grensarbeiders ................................................. II.5. Bijzonderheden .................................................................. II.7.1. Chronisch zieken .................................................... II.7.2. Globaal Medisch Dossier II.7.3. Zorgtrajecten. .........................................................
13 14 14 17 18 19 19 20 20
Hoofdstuk III
Dienstverlening aan de leden .................................................... III.1. Taken uitgeoefend door de Gewestelijke Diensten............... III.1.1. Algemeen.............................................................. III.1.2. Vergoedingen geneeskundige verzorging................ III.1.3. Betaling van de uitkeringen .................................... III.1.4. Medische steun...................................................... III.2. Taken uitgevoerd door het Centraal Bestuur ....................... III.2.1. Geneeskundige verzorging..................................... III.2.2. Uitkeringen ........................................................... III.2.3. Medische steun...................................................... III.2.4. Juridische steun ..................................................... III.2.5. Verdediging van de leden en Ombudsdienst ........... III.2.6. Internationale Betrekkingen .................................... III.2.7. Communicatiedienst .............................................. III.2.8. Sociale dienst aan de leden....................................
21 22 22 23 31 35 35 35 40 41 42 43 45 57 60
Hoofdstuk IV
Nieuwe grote thema’s in 2010 .................................................. IV.1. Nieuw honoreringssysteem voor apothekers en 21ste toevoegingsclausule bij de overeenkomst apothekers-VI .... IV.2. Kennisgeving voor implantaten IV.3. Nieuwigheden in de tandverzorging IV.4. Wijzigheden aan de nomenclatuur kinesitherapie op 1 september 2010 IV.5. Tegemoetkoming voor kinderen die lijden aan galactosemie (vanaf augustus 2010) ................................ IV.6. Tegemoetkoming in de reiskosten van rechthebbenden opgenomen in een centrum voor dagverzorging ............... IV.7. Nieuwe maatregelen ten voordele van de rust- en verzorgingstehuizen.........................................................
64 65 65 66 66 66 66 67
3
Hoofdstuk V
Hoofdstuk VI
4
Taken van intern beheer uitgevoerd door het Centraal Bestuur...... V.1. Personeelsbeheer................................................................ V.1.1. Het personeel verdeeld volgens het statuut................. V.1.2. Het personeel verdeeld volgens het niveau................. V.1.3. Indiensttreding en vertrek van definitieve personeelsleden ....................................................... V.2. De Interne Audit.................................................................. V.2.1 De Eigenlijke Interne Audit ........................................ V.2.2. De begeleiding van de (Weder)opbouw van het interne controlesysteem ..................................................... V.3. Logistieke steun .................................................................. V.4. Informaticadienst ................................................................ V.4.1. Personeel ................................................................ V.4.2. Moderniseringsbeleid............................................... V.4.3. De gebruikers bijstaan ............................................. V.4.4. LEBE/VERZEK ........................................................... V.4.5. Financieel Beheer Systeem........................................ V.4.6. Onderhoud van de toepassingen.............................. V.5. Specifieke juridische taken................................................... V.5.1. Uitoefening van het subrogatierecht ......................... V.5.2. Dossiers «vergissingen bij tarifering» of misbruiken ten laste van zorgverleners of verplegingsinstellingen V.5.3. Getuigschriften van voortgezette verzekering ............. V.5.4. Onderzoek naar verzekerbaarheid naar aanleiding van ontbrekende elektronische bijdragebons..............
68 69 69 70
Taken uitgevoerd ten opzichte van externe instanties..................... VI.1. Institutionele omgeving van de HZIV .................................... VI.2. Ten opzichte van het RIZIV: aflevering van statistische gegevens........................................................................... VI.2.1. Gegevens inzake geneeskundige verzorging ............ VI.2.2. Gegevens inzake uitkeringen ................................... VI.2.3. Gegevens van de medisch-administratieve dienst ..... VI.2.4. Medische enquêtes.................................................. VI.3. Ten opzichte van andere instellingen.................................... VI.3.1. Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid .................. VI.3.2. Volksgezondheid..................................................... VI.3.3. Intermutualistisch Agentschap..................................
88 89
71 71 71 73 74 75 75 75 75 76 77 78 80 80 85 86 87
90 90 91 91 91 92 92 93 93
Hoofdstuk VII
Rekeningen 2010 van de verzekering geneeskundige verzorging – uitkeringen............................................................................... 94 VII.1. Uitgaven........................................................................... 95 VII.1.2. Belgische verzekerden ........................................... 95 VII.1.3. Internationale overeenkomsten .............................. 96 VII.2. Verzekering uitkeringen ..................................................... 97 VII.3. Balans- en resultatenrekening ............................................ 99 VII.3.1.Commentaar bij de balans van het dienstjaar 2010 100 VII.3.2.Commentaar bij de resultatenrekening.................... 104
Hoofdstuk VIII
De HZIV ten dienste van het publiek............................................. 108 VIII.1. Het Centraal Bestuur ......................................................... 109 VIII.2. De Gewestelijke Diensten, de Plaatselijke Bureaus en de permanenties..................................................................... 109
Bijlagen
1. Vertegenwoordiging van de HZIV in de verschillende commissies........................................................................... 111
WOORD VOORAF Beste lezer, Met veel plezier stellen wij u hierbij het nieuwe jaarverslag van de Hulpkas voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering voor. 2010 was het jaar waarin een nieuwe bestuursovereenkomst 2010 – 2012 van kracht werd: het accent ligt op de kwaliteit en de dienstverlening aan onze leden en zorgverstrekkers. Dit komt onder meer tot uiting in een versterking van de sociale dienst, de oprichting van een helpdesk voor zorgverstrekkers, de uitbreiding van de openingsuren, een vernieuwd aanbod op de website, de oprichting van een klachtendienst,… De uitvoering van het investeringsplan voor gebouwen past eveneens in deze strategie. Er werd intensief meegewerkt aan innovatieve projecten binnen de sociale zekerheid, in het kader van administratieve vereenvoudiging (elektronische uitwisseling van gegevens, verwerking elektronische ziekenhuisfacturen). Deze moeten ervoor zorgen dat de HZIV klaar is om de gegevens 7 dagen op 7 te ontvangen en te verwerken. 2010 was ook een jaar waarin de HZIV haar expertise ten dienste van andere overheidsinstellingen stelde:
De samenwerking met de Penitentiaire gezondheidsdienst van de FOD Justitie voor verwerking van facturatiebestanden voor gedetineerden opgenomen in een ziekenhuis; De start van de samenwerking met de POD Maatschappelijke Integratie bij de verwerking van elektronische ziekenhuisfacturen voor niet verzekerde personen.
De HZIV was dus opnieuw op heel wat fronten actief. De individuele dienstverlening aan onze leden is hierbij de belangrijkste drijfveer. De HZIV kan hiervoor rekenen op een bekwame equipe van enthousiaste medewerkers. De HZIV zet deze koers verder en ik nodig u uit, ons jaarverslag te lezen om al onze verwezenlijkingen te ontdekken.
Christine Miclotte Adjunct-administrateur-generaal
5
LIJST VAN AFKORTINGEN AO CB CGD DMC EER EUR FBZ GD GD 601 GD 602 GD 603 GD 604 GD 605 GD 606 GD 607 GD 608 GD 609 GD 610 GD 615 GD 620 GMD HVW OISZ KSZ NIC NMBS OCMW PTL PUG PVT RIZIV ROB RR RVT SIS Smals TTR VI VT ZIV
6
Arbeidsongeschiktheid Centraal Bestuur College van Geneesheren-Directeurs Dienst voor Medische Controle Europese Economische Ruimte Euro Fonds voor Beroepsziekten Gewestelijke Dienst Gewestelijke Dienst Antwerpen Gewestelijke Dienst Brabant Gewestelijke Dienst West-Vlaanderen Gewestelijke Dienst Oost-Vlaanderen Gewestelijke Dienst Henegouwen Gewestelijke Dienst Luik Gewestelijke Dienst Limburg Gewestelijke Dienst Luxemburg Gewestelijke Dienst Namen Gewestelijke Dienst Eupen Gewestelijke Dienst (sectie) Charleroi Gewestelijke Dienst (sectie) Malmedy Globaal Medisch Dossier Hulpkas voor Werkloosheidsuitkeringen Openbare Instellingen van Sociale Zekerheid Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid Nationaal Intermutualistisch College Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn Persoon ten laste Primaire Uitkeringsgerechtigde Psychiatrisch verzorgingstehuis Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering Rust- en Opvangtehuizen voor Bejaarden Rijksregister Rust-en Verzorgingstehuizen Sociaal Identiteitssysteem Société de mécanographie pour l’application des lois sociales Technische Tandheelkundige Raad Verzekeringsinstelling Verhoogde tegemoetkoming Ziekte- en invaliditeitsverzekering
OPDRACHTEN EN STRUCTUUR VAN DE HZIV
Hoofdstuk I
OPDRACHTEN EN STRUCTUUR VAN DE HZIV
7
OPDRACHTEN EN STRUCTUUR VAN DE HZIV
I.1. OPDRACHTEN VAN DE HZIV De HZIV is een verzekeringsinstelling van publiek recht die haar leden het recht op de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen waarborgt. Sinds haar oprichting door de wet van 14 juli 1955 voert de HZIV dezelfde opdrachten uit als de andere verzekeringsinstellingen van privaat recht. De oprichting van de HZIV kwam tot stand door de wil een openbare verzekeringsinstelling te hebben die garant stond voor het recht op geneeskundige verzorging en voor neutraliteit:
neutraliteit op gebied van de onafhankelijkheid, wat de filosofische aspecten betreft, door aan de verzekerde de vrije keuze van het recht op de verplichte verzekering te waarborgen; deze garantie is een gevolg van de werking als openbare instelling van sociale zekerheid; neutraliteit op financieel gebied, hetgeen impliceert dat het feit dat zij bijdraagt voor de verzekerde en zijn rechthebbenden het absoluut recht opent om aanspraak te maken op de voordelen van de ZIV zonder andere voorwaarde dan deze vastgesteld door de wettelijke en reglementaire bepalingen.
Met toepassing van de gecoördineerde wet van 14 juli 1994 betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, waarborgt de HZIV aan haar leden de volgende wettelijke opdrachten:
een tegemoetkoming in de kosten van medische verzorging verleend in België; een garantie van tegemoetkoming van de verzekering in de kosten van medische verstrekkingen, verleend in de lidstaten van de Europese Economische Ruimte of in een land waarmee België een bilaterale overeenkomst heeft afgesloten. Voor geneeskundige verzorging in andere landen kan –in uitzonderlijke gevallen– een tegemoetkoming van de verzekering worden verkregen in België; een uitkering ter compensatie van het loonverlies ten gevolge van moederschap, ziekte of invaliditeit; een toelage voor begrafeniskosten aan de persoon die heeft ingestaan voor de begrafeniskosten bij het overlijden van een gerechtigde; sinds 1 januari 1996 (KB van 28 maart 1995), de verdediging van haar leden in bepaalde materies zoals beschreven in artikel 39, § 1 van de wet van 6 augustus 1990 betreffende de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen.
Bovendien worden de verschillende diensten van de HZIV ermee belast haar te vertegenwoordigen binnen verschillende commissies: bij het RIZIV, het Nationaal Intermutualistisch College, de FOD Sociale Zekerheid, de Controledienst voor de Ziekenfondsen en het College van de openbare instellingen van sociale zekerheid 1 .
1
Zie bijlage 1
8
OPDRACHTEN EN STRUCTUUR VAN DE HZIV
I.2. STRUCTUUR VAN DE HZIV I.2.1. ALGEMENE STRUCTUUR BEHEERSCOMITÉ
DIRECTIE Administrateur-generaal
Adjunct-administrateur generaal
Interne Audit
Dienst Ontwikkeling Organisatie en Kwaliteit
Human Ressources *
Dienst Reglementering **
Medische en Sociale Dienst
Dienst Geneeskundige Verzorging
ICT
Financiële en Logistieke Diensten ***
GEWESTELIJKE DIENSTEN GD 601 Antwerpen
GD 602 Brabant
GD 603 WestVlaanderen
GD 604 OostVlaanderen
GD 605-615 HenegouwenCharleroi
GD 606 Luik
GD 607 Limburg
GD 608-609 LuxemburgNamen
GD 610-620 EupenMalmedy
PLAATSELIJKE BUREAUS PB 622 PB 632 Louvain-la-Neuve Leuven
PB 613 Oostende
PB 625 PB 635 Moeskroen Doornik
PB 617 PB 627 Eisden Waterschei
PB 630 St-Vith
* De Human Resources omvat de cellen Opleiding, Wedden, Sociale dienst voor het personeel en de Vertaaldienst. ** De Dienst Reglementering omvat de cellen Verzekerbaarheid, Juridische Dienst, Internationale Relaties en Uitkeringen. *** De Financiële en Logistieke Diensten omvatten de cellen Boekhouding, Begroting, Economaat en Secretariaat.
9
OPDRACHTEN EN STRUCTUUR VAN DE HZIV
In 2010 bestond het Beheerscomité uit de volgende personen. De Voorzitter: Dhr. L. GOUTRY De Vertegenwoordigers van de werknemersorganisaties (effectieve leden): Mevrouw S. SLEGERS, De heren P. PALSTERMAN, C. RENIERS, G. TORDEUR, D. VAN DAELE De Vertegenwoordigers van de werkgeversorganisaties (effectieve leden): Mevrouw W. DE GEYTER, en Mevrouw C. VERMEERSCH, de Heren B. BUYSSE, K. ROSIER, I. VAN DAMME De Regeringscommissarissen: De heren J. BERGER (Financiën) en P. RAES (Sociale Zaken) De Administrateur-generaal: Dhr. J. LIVYNS De Adjunct-administrateur-generaal: Mevrouw C. MICLOTTE
I.2.2. ADMINISTRATIEVE INSTANTIES
Directieraad Basisoverlegcomité
Comité van de Sociale Dienst
Stagecommissie
Dienst veiligheid, hygiëne en verfraaiing
Informatieveiligheid
Op 31.12.2010 was de Directieraad samengesteld uit de volgende personen. De voorzitter: Dhr. J. LIVYNS, Administrateur-generaal De leden: Mevr.C.MICLOTTE,Adjunct-administrateur-generaal Dr. D.ZAMUROVIC, Adviseur-generaal (Medische en Sociale Dienst) Dhr. C. SNYDERS, Adviseur-generaal (Informaticadienst) Mevr. R. De MEURISSE, Adviseur-generaal (Human Resources) Dhr. A. VANCLOOSTER, Adviseur-generaal (Dienst reglementering) Dhr. M. VAN SCHELVERGEM, Adviseur (Financiële en Logistieke Dienst) Dhr. G. DE BOECK, Adviseur (Dienst Organisatie en Communicatie) Het secretariaat: Dhr. D. LEKIME
10
OPDRACHTEN EN STRUCTUUR VAN DE HZIV
Het Basisoverlegcomité onderhoudt de betrekkingen tussen de leiding van de HZIV en de syndicale organisaties die er vertegenwoordigd zijn. Op 31.12.2010 bestond het comité uit de volgende personen. De Voorzitter: Dhr. J. LIVYNS (plaatsvervanger: Mevr. C. MICLOTTE) Vertegenwoordiging van de overheid: Mevr. C. MICLOTTE (plaatsvervanger: Dhr. C. SNYDERS) Mevr. R. DE MEURISSE (plaatsvervanger: Dhr. A. VANCLOOSTER) Dhr. M. VAN SCHELVERGEM (plaatsvervanger: Dhr. G. DE BOECK) Mevr. G. PIETQUIN (plaatsvervanger: K. DE BEULE) Vertegenwoordiging van de syndicale organisaties: Elke syndicale organisatie wordt samengesteld uit hoogstens 3 leden die vrij binnen de organisatie worden gekozen. Het secretariaat: Dhr. D. LEKIME Het Comité van de Sociale Dienst is belast met het nemen van beslissingen inzake de aanvragen tot financiële tegemoetkoming (medische kosten, prothesen, aanvragen voor leningen voor noodzakelijke, onvermijdelijke of onverwachte uitgaven…) die worden ingediend door de personeelsleden van de HZIV. Het Comité bestond op 31.12.2010 uit volgende personen. Effectieve leden: Mevr. M. COUSSEMENT (ACOD), Voorzitster Dhr. G. DE BORGHER (ACOD), Lid Dhr. C. SNYDERS (ACOD), Lid Mevr. L. VAN STEENBRUGGE (ACV-openbare diensten), Schatbewaarder Dhr. H. DE BLAUWE (ACV-openbare diensten), Lid Mevr. D. BYL (VSOA), Lid Dhr. J. LIVYNS, Vertegenwoordiger van het Beheerscomité Plaatsvervangende leden: Mevr. A. REDANT (ACOD), Plaatsvervangend lid Mevr. E. SCHURMANS (ACOD), Plaatsvervangend lid Mevr. F. MARTIN (ACOD), Plaatsvervangend lid Dhr. C. HENDRICKX (ACV-openbare diensten), Plaatsvervangend schatbewaarder Dhr. M. DE VOS (ACV-openbare diensten), Plaatsvervangend lid Mevr. R. DE MEURISSE, Plaatsvervangend vertegenwoordiger van het Beheerscomité De Stagecommissie is samengesteld uit de volgende personen: Franstalige afdeling Effectieve leden: Vertegenwoordigers van de overheid: Dhr. J. LIVYNS, Administrateur-generaal, Voorzitter Dr. D. ZAMUROVIC, Adviseur-generaal Mevr. R. DE MEURISSE, Adviseur-generaal
11
OPDRACHTEN EN STRUCTUUR VAN DE HZIV
Vertegenwoordigers van de vakbonden: Dhr. C. NIZEYIMANA (ACOD), Attaché Mevr. K. DE BEULE (CSC- services publics), Attaché Plaatsvervangende leden: Vertegenwoordigers van de overheid: Dhr. C. SNYDERS, Adviseur-generaal Vertegenwoordigers van de vakbonden: Dhr. D. CULLUS (ACOD), Administratief deskundige Mevr. V. GODFURNON (CSC-services publics), Attaché
Nederlandstalige afdeling Effectieve leden: Vertegenwoordigers van de overheid: Mevr. C. MICLOTTE, Adjunct-administrateur-generaal, Voorzitster Dhr. A. VANCLOOSTER, Adviseur-generaal Dhr. M. VAN SCHELVERGEM, Adviseur Vertegenwoordigers van de vakbonden: Dhr. F. DEVRIESE (VSOA), Administratief assistent Mevr. Y. THYSEN (ACOD), Administratief assistent Dhr. W. HAMERIJCK (ACV-openbare diensten), Administratief assistent
Plaatsvervangende leden: Vertegenwoordigers van de overheid: Dhr. G. DE BOECK, Adviseur Vertegenwoordigers van de vakbonden: Mevr. L. VAN STEENBRUGGE (ACV-openbare Administratief assistent Dhr. R. TOMMELEIN (VSOA), Administratief assistent Mevr. P. CAUDRON (ACOD), Administratief assistent
diensten),
De interne Dienst voor veiligheid en preventie wordt waargenomen door Dhr. C. RENIER, technisch assistent bij het centraal bestuur. De Informatieveiligheid wordt verzekerd door een gedetacheerde informaticus van de Smals, Dhr. F. ANGELESCU, overeenkomstig de bepalingen van de wet op de KSZ.
12
LEDENSTERKTE
Hoofdstuk II
LEDENSTERKTE
13
LEDENSTERKTE
II.1. INLEIDING De ledensterkte groepeert de rechthebbenden op de verzekering geneeskundige verzorging (gerechtigden). Twee categorieën van gerechtigden kunnen worden onderscheiden:
de gerechtigden op verzekering (titularissen); en de personen ten laste, namelijk de echtgenoten, ascendenten en descendenten, in zoverre deze personen zelf geen gerechtigde zijn.
Bovenop de verzekering geneeskundige verzorging hebben sommige gerechtigden recht op uitkeringen. Deze uitkeringen garanderen een vervangingsinkomen aan de werknemers bij arbeidsongeschiktheid. De ledensterkte vloeit voort uit twee regelingen:
de algemene regeling en de regelingen die ermee worden gelijkgesteld (loontrekkenden, personeel van de overheidsdiensten, bezoldigde geestelijken, beroepssporters en personen ingeschreven in het Rijksregister); de regeling zelfstandigen en de leden van religieuze gemeenschappen.
De totale ledensterkte omvat ook de categorie «niet-verzekerde gerechtigden».
II.2. ALGEMEEN LEDENPROFIEL Op 31 december 2010 waren 78 027 leden ingeschreven bij de HZIV. Tabel 1: Verdeling ledenaantal op basis van hun woonplaats LAND
LEDENAANTAL
BELGIE FRANKRIJK NEDERLAND SPANJE ITALIE DUITSLAND TURKIJE
73 489 2 960 401 267 177 161 111
GRIEKENLAND LUXEMBURG TOTAAL
65 42 77 673
Bron: HZIV – Operationele Dienst – Cel Verzekerbaarheid
Het grootste aantal van onze leden (73 489, d.i. 94,61%) verblijft uiteraard in België, gevolgd door Frankrijk (2 960, d.i. 3,81%) en Nederland (401, d.i. 0,51%).
14
LEDENSTERKTE
Grafiek 1: Verdeling ledenaantal op basis van hun leeftijd 25000
20000
15000
10000
5000
0 -18
>18<=25
>25<=35
>35<=55
>55<=60
>60<=65
>65
Bron: HZIV – Operationele Dienst – Cel Verzekerbaarheid
Uit deze tabel blijkt dat de belangrijkste leeftijdscategorieën zijn (in dalende volgorde):
Van 35 tot 55 jaar ( 28,48%) Minder dan 18 jaar (19,24%) Van 25 tot 35 jaar (15,78%) De 65 plussers (15,52%)
Wij stellen vast dat de leden van de HZIV vooral vrijgezel (39 045 leden) of gehuwd zijn (28 044 leden). Tabel 2: Verdeling ledenaantal op basis van hun hoedanigheid (TIT-PTL) HOEDANIGHEID TITULARIS PERSOON TEN LASTE TOTAAL
LEDENAANTAL 52 024 26 003 78 027
in % 66,67 33,33 100
Bron: HZIV – Operationele Dienst – Cel Verzekerbaarheid
We stellen vast dat meer dan tweederden van onze leden als titularis zijn ingeschreven bij de HZIV. De verdeling per hoedanigheid ziet er uit als volgt: Loontrekkenden (arbeiders, bedienden, ambtenaren, …) Verblijvenden Gepensioneerden en weduwen(aars) Actieve zelfstandigen
30 049 9 328 4 508 2 171 15
LEDENSTERKTE
Tabel 3: Verdeling ledenaantal op basis van de al dan niet betaling van een bijdrage BIJDRAGE GEEN BIJDRAGE BIJDRAGE TOTAAL
LEDENAANTAL
%
76 650
98,24
1 377
1,76 100
78 027
Bron: HZIV – Operationele Dienst – Cel Verzekerbaarheid
Opvallend is dat bijzonder weinig leden van de HZIV een bijdrage dienen te betalen. Dit is te wijten aan het feit dat de leden die ingeschreven zijn als ‘verblijvenden’ meestal vrijgesteld zijn van een bijdrage gezien deze leden veelal van een integratietegemoetkoming van het OCMW genieten, van een inkomensgarantie voor ouderen, ofwel dat dit eenvoudig te wijten is aan de minieme beroepsinkomsten. Bepaalde leden van de HZIV hebben tevens recht op een verhoogde tegemoetkoming (VT). Het betreft een voorkeursregeling die hogere vergoedingen toekent in het kader van de geneeskundige verzorging (terugbetaling geneesmiddelen, hospitalisatie, enz.). Er bestaan 3 manieren om het recht op de verhoogde tegemoetkoming te openen: 1. Op basis van het daadwerkelijk genot van een sociaal voordeel (integratietegemoetkoming OCMW, Inkomensgarantie voor ouderen, verhoogd pensioen, verhoogde kinderbijslag voor gehandicapte kinderen , …). 2. Op basis van de hoedanigheid en een inkomensonderzoek door de verzekeringsinstelling dat aantoont dat de belastbare brutojaarinkomens waarover het gezin in kwestie beschikt, het vigerende plafond niet overschrijden (weduwnaar, invalide, erkend zijn als gehandicapte, ambtenaar die in disponibiliteit werd gesteld,…). 3. Op basis van het OMNIO-statuut: voor het gezin (samenstelling op 1 januari op basis van de informatie van het rijksregister) waarvan het belastbaar brutojaarinkomen van het voorgaande jaar, het vigerende plafond niet bereikt, op basis van een inkomensonderzoek uitgevoerd door de verzekeringsinstelling. Tabel 4: Verdeling van het ledenaantal in functie van hun hoedanigheid (verhoogde tegemoetkoming/geen verhoogde tegemoetkoming) HOEDANIGHEID GEEN VERHOOGDE TEGEMOETKOMING VERHOOGDE TEGEMOETKOMING TOTAAL
LEDENAANTAL 54 313 23 714 78 027
in % 69,61 30,39 100
Bron: HZIV – Operationele Dienst – Cel Verzekerbaarheid
Opvallend is wel dat ongeveer 30,39% van onze leden genieten van een verhoogde tegemoetkoming. Voormeld percentage ligt opmerkelijk hoger bij de HZIV dan bij de andere verzekeringsinstellingen. Uit wat voorafgaat, blijkt dat voornamelijk de gezinnen die te kampen hebben met financiële moeilijkheden (waaronder de éénoudergezinnen, de steuntrekkers, de verblijvenden, edm.)
16
LEDENSTERKTE
hun weg naar de HZIV vinden, gezien de HZIV de wettelijke ziekteverzekering aanbiedt tegen een minimale kostprijs. Dit betekent alvast dé specificiteit van de HZIV binnen het landschap van de verzekeringsinstellingen. Tabel 5: Verdeling van het ledenaantal per provincie PROVINCIE BRUSSEL HOOFDSTAD ANTWERPEN VLAAMS BRABANT WEST VLAANDEREN OOST VLAANDEREN LIMBURG WAALS BRABANT HENEGOUWEN LUIK LUXEMBURG NAMEN TOTAAL
LEDENAANTAL
%
13 981 6 455 2 456 5 861 10 566 3 025 1 336 10 453 14 927 705 3 724 73 489
19,02 8,79 3,34 7,97 14,39 4,12 1,81 14,23 20,31 0,95 5,07 100
Bron: HZIV – Operationele Dienst – Cel Verzekerbaarheid
In bovenstaande tabel wordt het ledenaantal aangegeven per provincie op basis van hun officieel adres in België. Het regionaal kantoor van Luik telt het grootste aantal leden (inclusief leden van de Oostkantons), gevolgd door “Brussel Hoofdstad”, Oost-Vlaanderen en Henegouwen.
II.3.LEDENPROFIEL PER GEWESTELIJKE DIENST Tabel 6: Verdeling van het ledenaantal per gewestelijke dienst (GD) GEWESTELIJKE DIENST ANTWERPEN GD601 BRABANT GD602 WEST-VLAANDEREN GD603 OOST-VLAANDEREN GD604 HENEGOUWEN /SECTIE BERGEN GD605 LUIK GD606 LIMBURG GD607 LUXEMBURG GD608 NAMEN GD609 EUPEN GD610 HENEGOUWEN /SECTIE CHARLEROI GD615 EUPEN /SECTIE MALMEDY GD620 TOTAAL
LEDENAANTAL
%
6 815 18 114 5 937 10 619 7 073 6 746 3 276 647 3 256 5 551 6 861 3 132 78 027
8,73 23,22 7,61 13,61 9,06 8,65 4,2 0,83 4,17 7,11 8,79 4,01 100
Bron: HZIV – Operationele Dienst – Cel Verzekerbaarheid
De verzekerden worden verdeeld onder 10 regionale kantoren of gewestelijke diensten. De gewestelijke diensten van Brabant (23,22%), Oost-Vlaanderen (13,61%) en Henegouwen (9,06%) hebben het grootste ledenaantal. Andere regionale kantoren zoals Namen (4,17%) en Luxemburg (0,83%) zijn een stuk kleiner van omvang.
17
LEDENSTERKTE
Tabel 7: Verdeling van het ledenaantal in functie van de verzekerbaarheid GEWESTELIJKE DIENST GD601 GD602 GD603 GD604 GD605 GD606 GD607 GD608 GD609 GD610 GD615 GD620 TOTAAL In %
TOTAAL
VERZEKERD
NIET VERZEKERD
6 815 18 114 5 937 10 619 7 073 6 746 3 276 647 3 256 5 551 6 861 3 132 78 027 100
6 658 17 557 5 851 10 314 6 714 6 558 3 226 622 3 180 5 471 6 779 3 118 76 049 97,47
157 557 86 305 359 188 50 25 76 80 82 14 1 978 2,53
Bron: HZIV – Operationele Dienst – Cel Verzekerbaarheid
Meer dan de helft van de niet-verzekerden is geconcentreerd binnen drie gewestelijke diensten, met name de GD’s van Brabant, Henegouwen en Oost-Vlaanderen.
Tabel 8: Verdeling van het ledenaantal in functie van hun hoedanigheid (TIT/PTL) GEWESTELIJKE DIENST ANTWERPEN BRABANT WEST-VLAANDEREN OOST-VLAANDEREN HENEGOUWEN /SECTIE BERGEN LUIK LIMBURG LUXEMBURG NAMEN EUPEN SECTIE EUPEN HENEGOUWEN SECTIE CHARLEROI EUPEN SECTIE MALMEDY TOTAAL
TOTAAL 815 18 114 5 937 10 619 7 073 6 746 3 276 647 3 256 5 551 6 861 3 132
TIT 3 956 11 304 4 519 6 704 4 949 4 745 2 213 419 2 246 3 940 4 788 2 241
78 027
in % ,60 21,73 8,69 12,89 9,51 9,12 4,25 0,81 4,32 7,57 9,20 4,31
52 024
100
PTL 859 6 810 1 418 3 915 2 124 2 001 1 063 228 1 010 1 611 2 073 891 26 003
in % 0,99 26,19 5,45 15,06 8,17 7,69 4,09 0,88 3,88 6,20 7,97 3,43 100
Bron: HZIV – Operationele Dienst – Cel Verzekerbaarheid
II.4. VERZEKERDE GRENSARBEIDERS Het begrip «uitgaande grensarbeiders» heeft betrekking op alle arbeiders die in België wonen en hun beroepsactiviteiten uitoefenen in een grensstaat. Inzake geneeskundige verzorging en uitkeringen vallen deze verzekerden onder de toepassing van het systeem van de sociale zekerheid van het land van tewerkstelling. Dit punt heeft dus geenszins betrekking op de grensarbeiders die in België werken en die in feite deel uitmaken van de verzekerden onder de Belgische wetgeving. In de loop van 2010, waren 2 137 personen (waarvan 1 304 titularissen en 833 personen ten laste) als “uitgaande grensarbeider” bij de HZIV ingeschreven.
18
LEDENSTERKTE
Tabel 9: Aantal uitgaande grensarbeiders op 31.12.2010 601 Duitsland Gerechtigden PTL Frankrijk Gerechtigden PTL Luxemburg Gerechtigden PTL Nederland Gerechtigden PTL Totaal % per GD
602
603
604
605
606
607
608
609
610
615
1 1 0 2 1 1 1 1 0 26 22 4
1 1 0 1 1 0 3 3 0 0 0 0
7 4 3 1 1 0 0 0 0 1 1 0
3 2 1 3 2 1 1 1 0 11 7 4
872 497 375 0 0 0 0 0 0 0 0 0
4 1 3 9 8 1 6 2 4 7 7 0
0 0 0 1 1 0 6 3 3 42 33 9
0 0 0 150 86 64 0 0 0 0 0 0
0 0 0 10 6 4 0 0 0 1 1 0
0 0 0 67 43 24 672 404 268 8 5 3
8 3 5 0 0 0 0 0 0 0 0 0
30 1,40
5 0,20
9 0,40
18 872 0,90 40,81
26 1,20
49 2,30
150 7,00
11 747 0,50 34,96
8 0,40
620 Totaal % per land 0 0 0 192 140 52 20 16 4 0 0 0
896 509 387 436 289 147 709 430 279 96 76 20
41,93 56,81 43,19 20,40 66,28 33,72 33,18 60,65 39,35 4,49 79,17 20,83
212 2 137 9,93
Bron: HZIV – Operationele Dienst – Cel Internationale Relaties
Zoals blijkt uit voorgaande tabel, wonen de uitgaande grensarbeiders voornamelijk in Frankrijk (41,93%), en in mindere mate in Duitsland (33,18%), in het Groothertogdom Luxemburg (20,40%) en in Nederland (4,49%). Het is verder belangrijk om op te merken dat er een rechtstreeks verband bestaat tussen het aantal uitgaande grensarbeiders en de geografische ligging van het regionaal kantoor (zie onderstaand overzicht). Nagenoeg alle grensarbeiders die in Frankrijk werken, zijn lid bij de gewestelijke dienst van Bergen (97,32%); Nagenoeg alle grensarbeiders die in Duitsland werken, zijn lid bij de gewestelijke dienst van Eupen (94,78%); De grensarbeiders die in het Groothertogdom Luxemburg werken, zijn voornamelijk lid bij gewestelijke dienst van Eupen/sectie Malmedy (44,03%) en Luxemburg (34,40%); De grensarbeiders die in Nederland werken, zijn voornamelijk lid bij de gewestelijke dienst van Limburg (43,75%) en Antwerpen (27,00%).
II.5. BIJZONDERHEDEN II.7.1. CHRONISCH ZIEKEN Van alle verzekerden 10 beschikken 2 772 leden over de hoedanigheid «chronisch zieke» in 2010 11 . Het aantal verzekerden dat beschikt over de hoedanigheid «chronisch zieke» is hoger dan in het jaar 2009, toen er 2 693 verzekerden waren aan wie deze hoedanigheid werd toegekend 12 .
10
Algemene regeling en regeling zelfstandigen samen Gegevens op 18.8.2011 12 Gegevens op 5.8.2010 11
19
LEDENSTERKTE
II.7.2. GLOBAAL MEDISCH DOSSIER In 2010 hadden 22 278 leden van de HZIV een Globaal Medisch Dossier afgesloten.
II.7.3. ZORGTRAJECTEN Sinds 1 juni 2009 zijn de zorgtrajecten voor chronische nierinsufficiëntie in werking, en sinds 1 september 2009, de zorgtrajecten voor diabetes type 2. Onderstaande tabel toont de evolutie van het aantal zorgtrajecten vanaf 31/12/2009. Tabel 10: Aantal zorgtrajecten op 31.12.2010 TYPE Diabetes type 2 Chronische nierinsufficiëntie TOTAAL
20
31/12/2009 16 11 27
31/12/2010 82 38 120
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
Hoofdstuk III
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
21
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
III.1. TAKEN UITGEOEFEND DOOR DE GEWESTELIJKE DIENSTEN III.1.1. ALGEMEEN III.1.1.1. Inschrijvingen en mutaties III.1.1.2. Aflevering van ziekenfondsdocumenten Het identificatievignet (oranje kleur voor de HZIV) Het zijn de GD’s die de opdracht hebben de oranje vignetten aan de leden te bezorgen op hun aanvraag (ofwel via de post, ofwel aan het loket). Het vignet moet gekleefd worden op: het getuigschrift voor verstrekte hulp (vooraleer het wordt verzonden of terugbezorgd aan het ziekenfonds); het getuigschrift van arbeidsongeschiktheid; elk document dat aan de HZIV wordt bezorgd.
De sociale identiteitskaart (SIS-kaart) De SIS-kaart, identiek voor alle verzekerden, werd door het NIC en de KSZ uitgedacht en vervaardigd. Het is een algemeen identificatiemiddel, ongeacht de VI waar de persoon verzekerd is. Het gebruik van de SIS-kaart vergemakkelijkt de identificatie van de sociaal verzekerde. Hierdoor kan de verzekerbaarheid van de titularis worden bewezen en kan het bedrag van zijn persoonlijk aandeel in de kosten van geneeskundige verzorging worden bepaald.
De HZIV heeft haar wettelijke opdracht inzake het beheer van de SIS-kaarten voor de Dienst voor Overzeese Sociale Zekerheid (DOSZ) en voor de Hulp- en Verzorgingskas voor Zeevarenden (HVKZ) behouden.
De kwijting geneeskundige verzorging De kwijting biedt de verzekerde de mogelijkheid: het gedeelte van de verstrekkingen dat wordt vergoed door de ziekenfondsen en de tussenkomst van de gerechtigde (het remgeld) te controleren; de honoraria van de geneesheer te vergelijken met de door het RIZIV vastgestelde honoraria; de eventuele bijkomende honoraria die worden ingeroepen door de geneesheer vast te stellen.
22
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
De GD’s bezorgen de kwijtingen aan de leden bij de vergoeding van het attest van verstrekte verzorging (aan de loketten of via de post op aanvraag).
De attesten van sociaal verzekerde Het attest van sociaal verzekerde bewijst dat de hierop vermelde sociaal verzekerde een reglementaire aanvraag heeft gedaan om zijn SIS-kaart te ontvangen of te vervangen. Dit attest bevat de identificatiegegevens van de sociaal verzekerde zoals deze vermeld zullen worden op de in aanmaak zijnde SIS-kaart.
Het Globaal Medisch Dossier Het Globaal Medisch Dossier (GMD) bevat alle medische gegevens (operaties, chronische ziekten, lopende behandelingen,…) van een patiënt. Het maakt een betere individuele begeleiding en een beter overleg tussen de artsen mogelijk.
De fiscale fiches De fiscale fiche vermeldt de gegevens die de verzekerde nodig heeft om zijn belastingaangifte in te vullen (o.a. het bedrag van de ziekte- en invaliditeitsuitkeringen die de verzekerde tijdens het betrokken jaar heeft ontvangen).
III.1.2. VERGOEDINGEN GENEESKUNDIGE VERZORGING Om de vergoeding van hun getuigschriften voor verstrekte hulp te verkrijgen, kunnen de verzekerden zich aanbieden aan het loket van een Gewestelijke Dienst, een Plaatselijk Bureau of in een permanentie of ze kunnen de getuigschriften met de post opsturen. Naargelang van de GD gebeurt de betaling contant of via een overschrijving (bank of post). Volgens de instructies van het RIZIV moet een kwijting van geneeskundige verzorging worden opgesteld bij elke betaling. Deze kwijting moet worden ondertekend door de verzekerde op het moment van de betaling met uitzondering van de attesten die via de post worden opgestuurd. Onder bepaalde voorwaarden kunnen de verzekerden de derdebetalersregeling genieten. In dat geval betaalt de patiënt niet alle honoraria aan de zorgverlener, maar enkel het remgeld. De zorgverlener, de dienst of de instelling krijgt van de HZIV de betaling van de tussenkomst die verschuldigd is in het raam van de verplichte ziekteverzekering.
23
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
Tabel 11:
Evolutie van het aantal kwijtingen geneeskundige verzorging en van de vergoede bedragen van 2008 t.e.m. 2010, vergoedingen aan leden (EUR) 1 2008
2009
2010
Aantal kwijtingen Bedrag
Niet van toepassing1 0,00
Niet van toepassing1 0,00
Niet van toepassing1 0,00
Aantal kwijtingen Bedrag
46.503 6.745.592,67
48.672 6.603.011,33
26.831
Aantal kwijtingen Bedrag
135.837 17.348.578,86
140.734 17.153.783,10
71.748
Aantal kwijtingen Bedrag
56.656 8.113.848,58
57.386 8.569.772,98
32.882
Aantal kwijtingen Bedrag
76.817 9.781.112,27
86.269 10.750.648,24
39.130
Aantal kwijtingen Bedrag
49.138 4.902.035,01
49.533 4.803.479,12
25.254
Aantal kwijtingen Bedrag
61.060 7.571.735,37
62.542 7.904.924,61
30.481
Aantal kwijtingen Bedrag
35.118 4.166.201,40
34.905 4.190.618,92
21.263
Aantal kwijtingen Bedrag
9.649 577.092,74
9.331 411.072,66
3.336
Aantal kwijtingen Bedrag
26.364 3.484.730,59
27.442 3.852.934,55
15.229
Aantal kwijtingen Bedrag
59.657 8.585.465,45
59.582 8.285.184,34
37.140
Aantal kwijtingen Bedrag
62.934 7.926.072,87
64.690 8.127.261,67
31.979
Aantal kwijtingen Bedrag
36.117 4.900.985,61
36.184 5.020.740,18
20.102
655.850 84.103.451,42
677.270 85.673.431,70
355.375*
600
601
602
603
604
605
606
607
608
609
610
615
620
Totaal kwijtingen Bedrag
Bron: HZIV – Financiële en Operationele Diensten – Afdeling Geneeskundige Verzorging
* De forse daling in het aantal kwijtingen in 2010 komt door de aftrek van de ziekenhuisfacturen van het totaal. We nemen hier nog enkel de kwijtingen naar de leden en naar de verstrekkers in aanmerking.
1
De uitgifte van kwijtingen wordt enkel verricht via de Gewestelijke Diensten en betreft de rechtstreekse betalingen aan derdebetalers en verzekerden.
24
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
III.1.2.1. Vergoedingen geneeskundige verzorging aan de leden Stand van zaken in de GD’s Grafiek 2: Verdeling van de vergoedingen geneeskundige verzorging loket bank/post 0,72%
permanenties 42,52%
56,76%
Bron: HZIV – Financiële en Operationele Diensten – Afdeling Geneeskundige Verzorging
Voor alle GD’s gebeurt 42,52% van de betaling van vergoedingen aan het loket van een GD, sectie of Plaatselijk Bureau. 56,76% van de kwijtingen wordt vergoed via overschrijving (bank of post) en 0,72% in de permanenties. Een meer gedetailleerde analyse per GD (tabel 9) toont een geheel andere verdeling van de vergoedingen aan volgens de GD waarbij de verzekerden zich laten vergoeden. De kwijtingen worden zo het vaakst vergoed via overschrijving (bank of post) in: de GD Oost-Vlaanderen (604), 100%; de GD‘s van Brabant (602), 99,67%; de GD Luxemburg (608), 76,86%. De cijfers voor Oost-Vlaanderen en Brabant zijn een gevolg van de betalingspolitiek die beide GD’s voeren, namelijk de afschaffing van contante betaling. In de GD West-Vlaanderen en Limburg worden veel kwijtingen terugbetaald tijdens de permanenties (6,70% - 6,75%).
25
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
Tabel 12:
Aantal vergoede kwijtingen aan het loket, via bank of post en in de permanenties (2010)
GD
Loket
%
Bank / Post
%
Permanenties
%
601
12.574
602
139
603 604
67,22%
6.131
32,78%
0
0,00%
18.705
0,33%
42.608
99,67%
0
0,00%
42.747
15.388
56,39%
10.071
36,91%
1.830
6,70%
27.289
0
0%
27.381
100%
0
0,00%
27.381
605
8.170
44,43%
10.219
65,57%
0
0,00%
18.389
606
10.848
50,07%
10.818
49,93%
0
0,00%
21.666
607
12.400
77,96%
2.432
15,29%
1.073
6,75%
15.905
608
550
23,14%
1.827
76,86%
0
0,00%
2.377
609
4.488
43,32%
5.871
56,68%
0
0,00%
10.359
610
23.428
73,81%
8.314
26,19%
0
0,00%
31.742
615
9.012
40,77%
13.093
59,23%
0
0,00%
22.105
620 Totaal
Totaal
11.364
65,93%
5.873
34,07%
0
0,00%
17.237
108.361
42,34%
144.638
56,52%
2.903
1,13%
255.902
Bron: HZIV – Financiële en Operationele Diensten – Afdeling Geneeskundige Verzorging
Permanenties Om een betere dienstverlening op maat aan de verzekerden te kunnen aanbieden, organiseren enkele GD’s 3 permanenties waar de verzekerden tegemoetkomingen in de kosten van geneeskundige verstrekkingen kunnen krijgen. In totaal wordt nog in 7 permanenties, gesitueerd in de provincies West-Vlaanderen en Limburg, contant terugbetaald. In deze 7 permanenties werden 11.986 kwijtingen vergoed. Op basis van het aantal in de permanenties vergoede kwijtingen werd een klassement opgemaakt. Volgende 4 permanenties vergoeden de meeste kwijtingen: 1. Eisden (5.075), dat 49,97% vertegenwoordigt van de kwijtingen vergoed in de permanenties van Limburg; 2. Waterschei (3.670), dat 36,14% vertegenwoordigt van de kwijtingen vergoed in de permanenties van Limburg; 3. Houthalen (1.411), dat 13,89% vertegenwoordigt van de kwijtingen vergoed in de permanenties van Limburg; 4. Ieper (1.078), dat 58,91% vertegenwoordigt van de kwijtingen vergoed in de permanenties van West-Vlaanderen.
3
Limburg en West-Vlaanderen
26
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
III.1.2.2. Vergoedingen geneeskundige verzorging - derdebetaler De elektronische dragers worden verwerkt en geboekt op het Centraal Bestuur vanaf de ontvangst van de papieren facturen en van de elektronische dragers. Met elektronische dragers bedoelt men zowel de magnetische dragers (PVT, IHP, Rusthuizen, Medische Huizen,...) als Carenet en MyCarenet. Carenet is momenteel bestemd voor de uitwisseling van administratieve gegevens tussen de verzekeringsinstellingen en de ziekenhuizen, alsook voor de facturatie. MyCarenet is vanaf 2010 beschikbaar voor de verpleegkundigen en zal in de toekomst uitgebreid worden tot andere individuele verstrekkers (kinesitherapeuten, apothekers) en instellingen (ziekenhuizen, rusthuizen, medische huizen). De boeking van de uitgaven voor de farmaceutische verstrekkingen en de uitwisseling van statistieken gebeurt via Farmanet. We houden hier geen rekening met de tariferingsdiensten. Voor alle Gewestelijke Diensten samen wordt 96,23% van de verstrekkingen ingediend via elektronische dragers op het Centraal Bestuur en 3,77% van de geneeskundige verstrekkingen worden uitsluitend ingediend via papieren facturen. Het gaat om verstrekkingen verleend door kinesitherapeuten, tandartsen, geneesheren, bandagisten, en gedeeltelijk over de facturen van de rusthuizen. De rusthuizen bevinden zich in een overgangsfase naar elektronische facturering in 2010 en 2011. Tabel 13 geeft een overzicht van alle papieren facturen van derdebetalers die worden behandeld per Gewestelijke Dienst, uitgezonderd voor de GD’s 602, 605, 609 waarvoor de tarifering op het Centraal Bestuur gebeurt. Onder het Centraal Bestuur (600), worden alle terugbetaalde prestaties via elektronische drager uitgezonderd Farmanet gegroepeerd.
Tabel 13:
Verdeling van de terugbetaalde prestaties geneeskundige verzorging in het raam van de derdebetaler
GD 600600 601 602 603 604 605 606 607 608 609 610 615 620
5.100.301 13.677 52.766 10.447 22.037 15.451 19.196 11.149 1.605 10.686 7.632 23.906 3.536
Totaal
5.292.389
Bron: HZIV – Financiële en Operationele Diensten – Afdeling Geneeskundige Verzorging
27
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
III.1.2.3. Geneeskundige verzorging waarvoor de tussenkomst van de adviserend geneesheer nodig is De rol van de adviserend geneesheer op het gebied van geneeskundige verzorging kan worden verdeeld in 2 belangrijke types van controle: a priori en a posteriori. Het is de controle a priori die veruit het grootste deel van het werk van de adviserend geneesheer van een Gewestelijke Dienst uitmaakt. In de geneeskundige verzorging die het voorafgaand akkoord van de adviserend geneesheer noodzakelijk maakt, moeten volgende zaken immers worden onderscheiden: meer dan 300 verschillende verstrekkingen van de nomenclatuur van de geneeskundige verzorging en revalidatie; de verstrekkingen in het raam van de overeenkomsten inzake functionele revalidatie (11 verschillende hoofdstukken); de farmaceutische specialiteiten van hoofdstuk IV van het KB van 2 september 1980 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder de verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering tegemoetkomt in de kosten van de farmaceutische specialiteiten en daarmee gelijkgestelde producten; de forfaits voor thuisverpleging in RVT, ROB en PVT. De controle a posteriori van de geneeskundige verzorging door de adviserend geneesheer zal niet in detail worden besproken.
Controle van de meest courante geneeskundige verzorging Het merendeel van de aanvragen die worden voorgelegd aan de adviserend geneesheer betreft de geneesmiddelen van hoofdstuk IV (57,18%) en, in mindere mate, de aanvragen voor fysiotherapie (0,10%) en voor de behandeling in een psychologisch centrum (0,12%).
Tabel 14: Overzicht van de aanvragen tot akkoord «geneeskundige verzorging» op 31.12.2010 Logopedie Hartrevalidatie Zuurstoftherapie van lange duur C.A.R. Psychologisch centrum 965 Langdurige en zware kinesitherapie Fysiotherapie Tandverzorging Geneesmiddelen van hoofdstuk IV Invalidenwagentjes Orthopedische toestellen en materiaal Plastische chirurgie Hoorapparaten Andere Totaal Bron: HZIV - Medische Dienst
28
Totaal akkoord 505 147 77 37 19 59 14 17 9.184 113 174 223 24 4.578 15.171 91,72
Weigering 23 8 1 0 0 9 2 3 262 7 7 5 0 1.042 1.369 8,28
Aantal dossiers % per type verzorging 528 3,20 155 0,94 78 0,47 37 0,23 19 0,12 68 0,41 16 0,10 20 0,12 9446 57,18 120 0,73 181 1,10 228 1,38 24 0,15 5620 34,02 16.540 100% 100%
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
Wanneer men grafiek 3 bekijkt, stelt men vast dat er zeer vaak een positief gevolg wordt gegeven aan de aanvragen bij de verschillende GD’s. Grafiek 3: Verdeling per GD van de geneeskundige verzorging op 31.12.2010 4.000 3.500 3.000 2.500 Totaal akkoord
2.000
Aantal dossiers 1.500 1.000 500 0 601 602 603 604 605 606 607 608 609 610 615 620 Bron: HZIV – Medische Dienst
Tabel 15 geeft het percentage van de dossiers m.b.t. de aanvragen om akkoord adviserend geneesheer in verhouding tot de ledensterkte per GD. Tabel 15: Verdeling van de beslissingen voor geneeskundige verzorging per GD op 31.12.2010 601 602 603 604 605 606 607 608 609 610 615 620
Aanvragen
Totaal akkoord
Weigering
1.082 2.585 1.557 1.660 998 1.380 665 196 678 1680 1.555 1.142
1.082 2.585 1.557 1.660 998 1.380 665 196 679 1.680 1.528 1.142
58 353 70 52 115 134 25 7 85 192 151 127
Vraag om inlichtingen 134 321 283 173 167 173 84 23 83 474 176 148
Ledensterkte
% dossiers/ledensterkte
2.200 6.391 2.625 3.823 3.471 2.348 1.212 189 1.354 1.938 3.120 1.049
49,18 40,45 59,31 43,42 28,75 58,77 54,87 103,70 50,07 86,69 49,84 108,87
Bron: HZIV – Medische Dienst
29
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
Verblijven ROB – RVT - PVT In 2010 hebben 63 verzekerden één of meerdere aanvragen ingediend voor een verblijf in een RVT. In de loop van dat jaar werden 31 beslissingen genomen. 2.340 verzekerden hebben één of meerdere aanvragen voor een verblijf in een ROB ingediend. In de loop van dat jaar werden 1.348 beslissingen genomen. 74 verzekerden hebben één of meerdere aanvragen voorgelegd aan de adviserend geneesheer voor een verblijf in een PVT. De adviserend geneesheren hebben 56 beslissingen genomen. In 2010 werden 2.477 aanvragen voorgelegd aan de adviserend geneesheren tegenover 2.227 in 2009. Tabel 16: Aantal aanvragen en beslissingen voor verblijven in RVT, ROB en PVT per GD in 2010 RVT Aanvragen 4 Beslissingen 5 ROB Aanvragen4 Beslissingen PVT Aanvragen4 Beslissingen Totaal behandelde aanvragen
601
602
603
604
605
606
607
608
609
610
615
1 1
8 4
5 5
11 5
1 1
7 2
0 0
1 1
1 1
18 7
2 0
108 58
213 125
188 103
327 172
144 80
200 124
52 30
388 252
58 36
372 202
79 46
7 9
15 10
14 9
19 13
0 0
2 2
12 7
0 0
1 1
1 2
2 2
116
236
207
357
145
209
64
389
60
391
83
620 Totaal 8 4
63 31
211 2.340 120 1.348 1 1
74 56
220 2.477
Bron: HZIV – Medische Dienst
Thuisverzorging In 2010 werden 2.148 aanvragen ingediend voor thuisverpleging. In de loop van dit jaar werden 1.879 beslissingen genomen door de adviserend geneesheer (tabel 16). Tabel 17: Aantal aanvragen en beslissingen voor thuisverzorging per GD in 2010 601
602
603
604
605
606
607
608
609
610
615
620
Totaal
Aanvragen
137
206
119
249
321
204
260
42
61
197
202
150
2.148
Beslissingen
133
164
106
231
238
153
254
50
59
191
157
143
1.879
Bron: HZIV – Medische Dienst
4 «Aanvragen» betreft het totaal van elk type van aanvraag (eerste aanvraag, opname, heropname, wijziging, verlenging, transfer, en einde opname). 5 «Beslissingen» betreft het totaal van de tussenkomsten van de adviserend geneesheer in een dossier (bij einde opname is er geen tussenkomst adviserend geneesheer).
30
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
III.1.3. BETALING VAN DE UITKERINGEN III.1.3.1. Primaire ongeschiktheid Wanneer een gerechtigde arbeidsongeschikt is, moet hij de adviserend geneesheer van zijn ziekenfonds hierover inlichten door hem een medisch attest op te sturen of te overhandigen waarin deze ongeschiktheid wordt gemotiveerd. Tijdens het eerste jaar van de ongeschiktheid van de verzekerde is het de adviserend geneesheer die zich uitspreekt over de arbeidsongeschiktheid. Bovendien is het ook de adviserend geneesheer die toelating geeft om deeltijds werk te hervatten. Na het eerste jaar hangt de beslissing af van de Geneeskundige Raad voor Invaliditeit van het RIZIV. De tabel hieronder geeft een schatting van het ziektecijfer binnen de 12 GD’s, gebaseerd op het aantal attesten van primaire ongeschiktheid in verhouding tot het aantal uitkeringsgerechtigden. Dit percentage varieert van GD tot GD: zo stelt men vast dat de ongeschiktheidsgraad het laagst ligt in de GD Aarlen (11,11%) en het hoogst in GD Limburg (29,70%). Tabel 18:
Attesten AO Uitkeringsgerechtigden % attesten/ uitk.ger.
Aantal ingediende attesten van arbeidsongeschiktheid, aantal uitkeringsgerechtigden en percentage attesten van arbeidsongeschiktheid in verhouding tot het aantal uitkeringsgerechtigden in 2010 601
602
603
604
605
606
607
608
609
610
615
620
Totaal
457
821
520
596
690
522
360
21
332
461
694
196
5.670
189 1.354 1.938 3.120 1.049
29.720
2.200 6.391 2.625 3.823 3.471 2.348 1.212
20,77 12,85 19,81 15,59 19,88 22,23 29,70 11,11 24,52 23,79 22,24 18,68 19,08%
Bron: HZIV – Medische Dienst
Voor 2010 stellen wij een daling van de primaire ongeschiktheid vast.
31
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
Tabel 19:
Evolutie van het aantal attesten van arbeidsongeschiktheid, percentage van attesten van arbeidsongeschiktheid in verhouding tot het aantal uitkeringsgerechtigden van 2008 tot 2010 2008 7.139 29.837 23,93% 26% 19% 23% 20% 26% 30% 39% 22% 25% 26% 22% 25%
Aantal ontvangen attesten Uitkeringsgerechtigden % attesten AO / aantal uitkeringsgerechtigden 601 602 603 604 605 606 607 608 609 610 615 620
2009 5.693 29.852 19,07% 19% 13% 20% 16% 19% 24% 28% 16% 23% 25% 20% 19%
2010 5.670 29.720 19,08% 21% 13% 20% 16% 20% 22% 30% 11% 24% 24% 22% 19%
Bron: HZIV – Medische Dienst
Tijdens de ongeschiktheid kan de gerechtigde door de adviserend geneesheer worden opgeroepen voor een controleonderzoek. In principe moeten de aangiften van arbeidsongeschiktheid het voorwerp uitmaken van een oproeping en een onderzoek binnen drie weken na de eerste vooropgestelde dag van de uitkering. De werkhervatting (of het stempelen) kan spontaan (verklaard aan het ziekenfonds) gebeuren of opgelegd worden door de adviserend geneesheer (verplichte werkhervatting). Tabel 20:
Aantal ingediende attesten van arbeidsongeschiktheid, van de eerste en verdere uitgevoerde onderzoeken, aantal spontane en verplichte werkhervattingen in 2010 601
602
603
604
605
606
607
608
609
610
615
620
Totaal
457
821
520
596
690
522
360
21
332
461
694
196
5.670
1ste onderzoek
382
593
491
575
570
354
374
19
225
379
564
180
4.706
Heronderzoek
472
473
382
323
339
380
616
15
237
292
449
121
4.099
Spontaan
327
294
396
476
343
366
239
11
180
295
267
137
3.331
Verplicht
37
234
391
33
211
22
45
4
41
54
247
25
1.344
Attesten AO Fysieke onderzoeken
Werkhervatting
Bron: HZIV – Medische Dienst
Van de 5.670 ontvangen attesten van arbeidsongeschiktheid hebben 4.706 verzekerden een eerste onderzoek door een adviserend geneesheer ondergaan en werden er 4.099 heronderzoeken uitgevoerd. In totaal werden 8.805 fysieke onderzoeken uitgevoerd in de loop van het jaar 2010 door alle adviserend geneesheren. Wat de werkhervattingen betreft, hebben 3.331 personen hun activiteit spontaan hervat en werden 1.344 verzekerden opnieuw aan het werk gezet door de adviserend geneesheer.
32
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
III.1.3.2. Invaliditeit Wanneer de verzekerde op het einde van zijn eerste jaar ongeschiktheid invalide wordt, stelt de adviserend geneesheer voor de Geneeskundige Raad voor Invaliditeit van het RIZIV een gemotiveerd verslag op waarin alle elementen worden opgenomen die voor de leden van de Raad duidelijkheid kunnen scheppen bij het toekennen van de toestand van invaliditeit. De beslissingen worden genomen na inzage van dit verslag tijdens de laatste vier weken van de periode van primaire ongeschiktheid. Tabel 21:
Evolutie van het aantal Gewestelijke Commissies van de Geneeskundige Raad voor Invaliditeit waaraan de adviserend geneesheren hebben deelgenomen van 2008 tot 2010 2008 239
Commissies Bron: HZIV – Medische Dienst
Tabel 22:
2009 218
2010 220
Evolutie van het aantal invaliden van 2008 tot 2010 2008 149 217 162 187 90 207 168 8 93 114 122 58 1.575
601 602 603 604 605 606 607 608 609 610 615 620 Totaal
2009 164 219 180 244 94 243 206 13 124 128 141 62 1.818
2010 175 225 200 240 102 254 214 16 133 130 151 59 1.899
Bron: HZIV – Financiële en Operationele Diensten – Afdeling Geneeskundige Verzorging
Tussen 2009 en 2010 is het aantal invaliden verhoogd (tabel 21). De adviserend geneesheer behandelt de dossiers van de onderzochte verzekerden: die in invaliditeit treden; waarvan de invaliditeit wordt verlengd. In totaal werden 912 invalidenfiches (alle categorieën samen) behandeld voor de hele HZIV. Tabel 23: Aantal invalidenfiches (2010) 7 Aantal fiches
601
602
603
604
605
606
607
608
609
610
615
620
Totaal
113
101
82
119
34
121
124
4
88
44
63
19
912
Bron: HZIV – Medische Dienst
7
Alle categorieën samen. Deze cijfers worden verkregen door de manuele en de geïnformatiseerde gegevens te globaliseren.
33
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
Tabel 24: Evolutie van het aantal invalidenfiches van 2008 tot 2010 8 2008 98 55 78 115 27 101 130 14 76 35 44 22 795
601 602 603 604 605 606 607 608 609 610 615 620 Totaal
2009 83 50 67 125 23 82 118 12 62 102 38 16 778
2010 113 101 82 119 34 121 124 4 88 44 63 19 912
Bron: HZIV – Medische Dienst
Ook voor de controle van de primaire ongeschiktheid kan de gerechtigde door de adviserend geneesheer worden opgeroepen voor een controleonderzoek. Tabel 24 geeft aan dat 1.091 fysieke onderzoeken inzake invaliditeit werden uitgevoerd door een adviserend geneesheer, waarvan 691 eerste onderzoeken en 400 heronderzoeken. Tabel 25:
Aantal uitgevoerde fysieke onderzoeken inzake invaliditeit, eerste onderzoek en heronderzoek 601
602
603
604
605
606
607
608
609
194
57
201
103
23
93
268
5
64
27
53
3 1.091
1ste onderzoek
86
54
140
76
20
76
126
2
46
23
39
3
691
Heronderzoek
108
3
61
27
3
17
142
3
18
4
14
0
400
Fysieke onderzoeken
610 615
620
Tot.
Bron: HZIV – Medische Dienst
III.1.3.3. Aanvraag voor de behoefte aan andermans hulp Het betreft de toepassing van artikel 215 bis van het KB van 3.7.1996. Tabel 26: Aanvragen
Aantal aanvragen tot behoefte aan andermans hulp in 2010 verdeeld per GD 601
602
603
604
605
606
607
608
609
610
615
1
2
0
2
0
3
0
0
3
1
2
620 Totaal 1
15
Bron: HZIV – Medische Dienst
In 2010 werden 15 aanvragen tot behoefte aan andermans hulp behandeld bij de GD’s tegenover 9 in 2009.
8
Deze gegevens worden manueel verkregen.
34
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
III.1.4. MEDISCHE STEUN De activiteit van de medisch assistenten is nauw verbonden met die van de adviserend geneesheren. Elke beslissing inzake geneeskundige verzorging of erkenning in de sector uitkeringen noodzaakt voorbereidende en finaliserende handelingen inzake het dossier (evenals de onvermijdelijke codering) door de medisch assistenten. De medisch assistenten worden onder andere belast met: het verzamelen van documenten (arbeidsongevallen, ongevallen met verantwoordelijkheid van een derde, beroepsziekten, solidariteitsfonds...); het bijhouden van de verschillende registers (geneeskundige verzorging, toelatingen tot deeltijds werk…); het opstellen van bepaalde administratieve documenten die gepaard gaan met de medische verslagen (E-116, E-207…); het voorbereiden en bijstand bieden bij de raadpleging van de adviserend geneesheer; het aangeven van besmettelijke ziekten.
III.2. TAKEN UITGEVOERD DOOR HET CENTRAAL BESTUUR III.2.1. GENEESKUNDIGE VERZORGING III.2.1.1. Beslissing van de Technische Tandheelkundige Raad (TTR) en het College van Geneesheren-Directeurs (CGD) 9 Het CB centraliseert alle aanvragen van de GD’s waarover de definitieve beslissing wordt genomen op het RIZIV (TTR, CGD). Na een ultieme verificatie van de verzameling van de gegevens worden de aanvragen door de directie bestudeerd en vervolgens aan het RIZIV opgestuurd. Bij de terugkeer passeren de kennisgevingen bij het CB om vervolgens aan de GD’s te worden bezorgd. Tabel 27 geeft aan dat in de loop van het jaar 2010, 39 aanvragen tot akkoord voor neeskundige verzorging werden gericht aan de TTR. Slechts aan 4 aanvragen werd een gunstig gevolg gegeven. Bij 21 aanvragen wacht men nog op de beslissing van de TTR. CGD heeft 260 aanvragen ontvangen, waarvan slechts 2 aanvragen werden geweigerd. meer dan 4/5 van deze aanvragen betreft de revalidatieovereenkomsten.
9
geonHet Iets
Zie bijlage 1, punt 1.2. «Gezondheidsdienst van het RIZIV».
35
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
Tabel 27:
Verdeling van de aanvragen tot akkoord inzake geneeskundige verzorging die werden voorgelegd aan het CB in 2010
Technische Tandheelkundige Raad College van Geneesheren-Directeurs Nomenclatuur Drukkledij zwaar verbranden Embolisatiemateriaal Cochleair implantaat (inwendige gehoorprothese) Beenmergtransplantatie Oogprothese Gezichtsprothese Endoprothese Revalidatie in het buitenland Optisch hulpmiddel Revalidatieovereenkomsten Type-overeenkomsten Mechanische ademhalingsondersteuning thuis Autismespectrumstoornissen Nefrologie Hartdefibrillatoren Medisch-psycho-sociale begeleiding bij ongewenste zwangerschap Bijzonder solidariteitsfonds Totaal
Akkoord 14 258 21 13 1 0 0 0 0 6 1 0 263
Weigering 4 2 2 2 0 0 0 0 0 0 0 0 1
Totaal 39 260 23 15 1 0 0 0 0 6 1 0 264
27 0 1 16 219 0 556
1 0 0 0 0 3 12
28 0 1 16 219 3 589
Bron: HZIV – Medische Dienst
Het aantal aanvragen dat in 2010 werd gericht aan de TTR en aan het CGD is ten opzichte van 2009 gestegen. Tabel 28:
Evolutie van het aantal aanvragen tot akkoord inzake geneeskundige verzorging die werden voorgelegd aan het CB van 2008 tot 2010
Technische Tandheelkundige Raad College van Geneesheren-Directeurs Nomenclatuur Overeenkomsten Bijzonder Solidariteitsfonds Beroepsherscholing Totaal
2008 21 262 40 216 5 1 283
2009 28 239 34 200 5 0 267
2010 39 285 23 259 3 0 324
Bron: HZIV – Medische Dienst
III.2.1.2. Tarifering van de geneesmiddelen en de verzorging Verleend in het raam van de arresten Kohll en Decker De arresten Kohll en Decker van het Europese Gerechtshof van 28 april 1998 hebben een nieuwe mogelijkheid geschapen inzake vergoeding van geneeskundige verzorging die vrijwillig buiten het nationaal grondgebied werd ontvangen. Deze bepaling, die past in de optiek van het vrij verkeer van goederen en personen, vergemakkelijkt de administratieve handelingen van de verzekerden die, zonder voorafgaande toestemming van hun adviserend geneesheer van hun ziekenfonds, een behandeling kunnen ondergaan in een andere lidstaat van de Europese Economische Ruimte (EER).
36
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
De verstrekkingen verleend in een lidstaat van de EER kunnen onder bepaalde voorwaarden worden vergoed volgens de tarieven van de Belgische verzekering geneeskundige verzorging. De verstrekkingen die werden verleend tijdens een hospitalisatie zijn niet toegelaten in het raam van de arresten Kohll en Decker. Tabel 29 geeft aan dat in de loop van 2010, 717 verstrekkingen werden verleend aan 391 personen in het raam van deze arresten voor een totaalbedrag van 20.872,17 EUR. Het grootste gedeelte van de in het buitenland ontvangen verzorging gebeurt in Frankrijk (30,7%), maar ook in Duitsland (27,6%), in Spanje (13,3%), in Italië (9%), in Luxemburg (7,3%), in Nederland (6,3%), in Griekenland (4,3%), in Portugal (0,7%), in Bulgarije (0,6%) en in Oostenrijk (0,2%) werden verstrekkingen vergoed. Het type verstrekkingen dat voor de overgrote meerderheid wordt waargenomen, betreft tandverzorging (40,3%), speciale verstrekkingen (30,9%) consultaties, doktersbezoek en advies (19,2%), alsook verstrekkingen van het paramedisch hulppersoneel voor verzekeringen (9,6%). Tabel 29: Aantal rechthebbenden 10 , verstrekkingen, en vergoede bedragen (in EUR) in het raam van de arresten Kohll en Decker in Frankrijk, Duitsland, Spanje, Italië, Luxemburg, Nederland, Griekenland, Portugal, Bulgarije en Oostenrijk. F
D
ES
I
L
NL
GR
P
4 7 95,74
5 5 76,39
BG
A
Totaal
%
Raadplegingen, bezoeken en adviezen van de geneesheer Rechthebbenden 93 27 Verstrekkingen 122 41 Bedrag 1.865,50 1.201,74 Tandverzorging Rechthebbenden 13 23 Verstrekkingen 17 47 Bedrag 850,37 2.966,52 Paramedisch hulppersoneel voor de verzekerin Rechthebbenden 8 2 Verstrekkingen 65 2 Bedrag 479,92 4,08 Speciale verstrekkingen Rechthebbenden 83 26 Verstrekkingen 119 41 Bedrag 3.201,43 1.585,03 Totaal rechthebbenden Totaal verstrekkingen Totaal vergoed bedrag
19 33 426,96
10 13 179,20
5 5 8 6 714,71 1.293,64
10 11 132,12
8 5 2 13 9 2 448,77 1.097,08 820,37
0 0 0
1 1 9,79
0 0 0
169 233 3.987,44 19,1
2 1 2 1 86,71 132,80
0 0 0
64 105 8.410,97 40,3
0 0 0
18 161 2.013,83
2 39 721,47
1 1 2,76
5 54 805,60
0 0 0
0 0 0
0 0 0
13 24 892,77
6 18 407,23
3 3 136,62
6 8 102,45
1 1 8,69
1 3 79,20
0 0 0
1 0 1 0 0 46,51
140 218 6.459,93 30,9
197 78 39 22 26 15 8 3 2 1 391 24 8 2 323 131 104 38 81 5 1 717 6.397,22 5.757,37 2.755,91 1.882,83 1.523,11 1.295,27 905,45 165,91 142,59 46,51 20.872,17
Bron: HZIV – Medische Dienst
Verleend in het raam van de overeenkomsten In de loop van het jaar 2010 werden in totaal 1.730 tariferingen voor gezondheidszorgen verstrekt in het buitenland uitgevoerd, waaronder 816 forfaitaire tarificaties (waarvan de prijs niet hoger is dan een bepaald maximumbedrag en die sommige landen van de Europese 10
9,6
Rechthebbenden die behoren tot de algemene regeling of de regeling zelfstandigen
37
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
Economische Ruimte en andere landen waarmee België een bilaterale overeenkomst heeft gesloten zoals Turkije of Algerije betreffen).
III.2.1.3. De Maximumfactuur (MAF) De Maximumfactuur garandeert dat een gezin nooit méér zal moeten uitgeven aan noodzakelijke geneeskundige verzorging dan een bepaald plafond. Dat plafond is afhankelijk van het gezinsinkomen van het MAF-referentiejaar -3. Tabel 30: Plafond MAF 2010 in functie van het gezinsinkomen Netto-belastbaar gezinsinkomen (2010) 11
Plafond
0 EUR tot 16.106,04 EUR
450,00 EUR
16.106,05 EUR tot 24.760,02 EUR
650,00 EUR
24.760,03 EUR tot 33.414,03 EUR
1.000,00 EUR
33.414,04 EUR tot 41.707,44 EUR
1.400,00 EUR
Vanaf 41.707,45 EUR
1.800,00 EUR
Bron: HZIV – Financiële en Operationele Diensten – Afdeling Geneeskundige Verzorging
Men verstaat onder «gezin» het feitelijk of samengestelde gezin gekend bij het Rijksregister van de natuurlijke personen op 1 januari van elk dienstjaar, m.a.w. alle gezinsleden die onder één zelfde dak wonen en samenleven. De volgende personen maken in de MAF geen deel uit van het samengesteld gezin en worden beschouwd als personen die deel uitmaken van een éénpersoonsgezin: 1) de personen die in een gezin geplaatst worden; 2) de personen die in een gemeenschap leven (ROB, RVT, PVT, instelling voor beschut wonen, psychiatrisch ziekenhuis…). Voor de chronisch zieken wordt de mogelijkheid gelaten om te beslissen of zij al dan niet tot het gezin behoren. De volgende gezondheidskosten worden in rekening gebracht voor de teller van de MAF van het gezin: erelonen van artsen, kinesitherapeuten en verpleegkundigen; kosten van technische prestaties (o.a. radiografieën, chirurgische ingrepen, technische en labo-onderzoeken…); geneesmiddelen van categorie A, B en C; enterale voeding thuis via sonde of stoma voor rechthebbenden jonger dan 16 jaar; endoscopisch en viscerosynthesemateriaal, afleveringsmarge voor implantaten alsook veiligheidsmarge; persoonlijk aandeel voor een hospitalisatie in een algemeen ziekenhuis of voor de eerste 365 dagen in een psychiatrisch ziekenhuis.
11
Deze bedragen zijn netto-bedragen die jaarlijks geïndexeerd worden.
38
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
Wanneer het gezinsinkomen respectievelijk de 16.106,04 EUR of 24.760,02 EUR in 2010 niet overschrijdt en het totale remgeld van alle gezinsleden meer bedraagt dan 450 EUR of 650 EUR, worden alle remgelden boven deze plafonds terugbetaald. De werklozen van meer dan 50 jaar, de begunstigden van een verhoogde tegemoetkoming, van een leefloon of van een gewaarborgd inkomen voor bejaarden of van een overheidstegemoetkoming voor gehandicapten, verhoogde kinderbijslag voor gehandicapte kinderen of sociale steun van het OCMW, ontvangen een terugbetaling via de sociale MAF voor alle remgelden boven de 450 EUR tijdens het dienstjaar 2010. Tabel 31: Bedragen uitbetaald in 2010 voor de MAF 2007, 2008, 2009 en 2010 MAF - categorie
MAF – jaar 2007
Aantal betalingen
MAF – jaar 2008
MAF – jaar 2009
MAF – jaar 2010
85
1.065
12.891
374
1.075,52
5.017,71
198.333,26
1.482,97
Inkomens MAF plafond 450 EUR
656,84
49.570,84
293.931,62
31.467,68
Inkomens MAF plafond 650 EUR
Sociale MAF plafond 450 EUR
2.199,31
29.224,84
415.925,31
42.978,13
Inkomens MAF plafond 1000 EUR
66,38
13.808,60
146.105,55
31.467,68
Inkomens MAF plafond 1400 EUR
245,47
6.521,37
41.302,09
1.482,97
Inkomens MAF plafond 1800 EUR
429,79
3.628,90
42.738,07
1.883,46
0
158,79
2.592,99
473,39
Kinderen, plafond 650 EUR
12
Kinderen, KB+ 13 Totaal
0
0
13,23
0
4.673,31
107.931,05
1.140.942,12
111.236,28
Bron: HZIV – Financiële en Operationele Diensten – Afdeling Geneeskundige Verzorging
III.2.1.4. Forfaits chronische ziekten De forfaitaire toelage 2010 gaat tot 275,83/413,75 of 551,65 EUR per jaar in functie van het afhankelijkheidscriterium. Deze wordt toegekend aan de rechthebbende die lijdt aan een chronische ziekte die aan twee voorwaarden voldoet: de hoedanigheid van chronisch zieke hebben; voldoen aan de voorwaarden i.v.m. remgeld 14 . Tabel 32: Forfaits chronisch zieke betaald in 2010 2008
2009
2010
Algemene Regeling regeling zelfstandigen 14 0 4453,50 0 4.453,50
Algemene Regeling regeling zelfstandigen 545 18 187.203,95 6.422,37 193.626,32
Algemene Regeling regeling zelfstandigen 235 5 81.507,83 1.792,89 83.300,72
Verzekerden met hoedanigheid Remgeld: Aantal gevallen Bedrag Totaalbedrag
Bron: HZIV – Financiële en Operationele Diensten – Afdeling Geneeskundige Verzorging
12 Voor kinderen en jongeren geldt een individuele bescherming, met een plafond van 650 EUR. Voor de MAF-jaren 2002 en 2003 was de bescherming voorzien voor kinderen jonger dan 16 jaar, vanaf het MAF-jaar 2004 is de leeftijd opgetrokken tot 19 jaar. 13 Verhoogde kinderbijslag 14 Het geheel van persoonlijke aandelen dat ten laste wordt genomen door de begunstigde voor prestaties uitgevoerd in het desbetreffende kalenderjaar en in het voorafgaande kalenderjaar bedraagt 450 EUR. Deze drempel ligt vast op 365 EUR voor de rechthebbenden op een verhoogde tegemoetkoming.
39
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
III.2.1.5. Forfaits voor incontinentiemateriaal Tabel 33: Forfaits voor incontinentiemateriaal betaald in 2010 Jaar Aantal gevallen Bedrag
2009 33 14.818,98 EUR
2010 147 66.626,28 EUR
Bron: HZIV – Financiële en Operationele Diensten – Afdeling Geneeskundige Verzorging
Het toegekende bedrag voor het incontinentieforfait bedraagt 453,24 EUR voor het jaar 2010.
III.2.2. UITKERINGEN III.2.2.1. Dossiers «laattijdige aangiften van arbeidsongeschiktheid en verzaking» 1. Bij laattijdige aangifte van arbeidsongeschiktheid gaat het recht op uitkeringen in de eerste werkdag na die waarop de verklaring van arbeidsongeschiktheid is ingediend. De uitkeringen voor de periode die voorafgaat aan de eerste werkdag worden verminderd met 10% op het volledige bedrag. Er bestaat een systeem van opheffing van sanctie door onze verzekeringsinstelling, na overeenkomstig advies van de leidende ambtenaar van de Dienst Uitkeringen van het RIZIV. Volgens de huidige regeling kan een sanctie, indien ze minstens 25 EUR bedraagt, in de volgende 2 gevallen van behartigenswaardigheid worden opgeheven: 1) de situaties waarin de gerechtigde zijn arbeidsongeschiktheid niet kon aangeven ten gevolge van overmacht; 2) de situaties waarin de sociale en financiële toestand van het gezin van de gerechtigde als moeilijk kan worden beschouwd (criterium: gezinsinkomen). Die opheffing kan evenwel niet voor een tweede maal toegekend worden tijdens de periode van drie jaar die volgt op het einde van de arbeidsongeschiktheid waarvoor een eerste opheffing van sanctie werd verleend. In 2010 waren nog 1 dossier van 2008 en 4 dossiers van 2009 hangend. In het dossier van 2008 en in 1 dossier van 2009 werd ondertussen een negatief advies ontvangen en in 2 dossiers van 2009 een positief advies. 1 dossier van 2009 is nog steeds hangende. Er werden in het totaal 10 nieuwe aanvragen in behandeling genomen door de juridische dienst. Daarvan werden 7 dossiers verzonden naar de dienst uitkeringen van het RIZIV. In 5 dossiers mocht de HZIV een positief advies ontvangen, in 1 dossier een negatief advies en in het overige dossier werd nog geen advies uitgebracht. 2. Wanneer uitkeringen worden teruggevorderd dan kan in de door de wet voorziene gevallen een dossier verzaking aan de terugvordering worden ingeleid bij het RIZIV.
40
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
1 dossier van 2007 en 7 dossiers van 2009 waren nog hangend in 2010. In 3 van de 7 dossiers van 2009 werd een negatief advies ontvangen, in 2 dossiers een positief advies en in één dossier werd beslist dat verzaking gedeeltelijk mogelijk was. In het overige dossier van 2009 en in dat van 2007 werd nog steeds geen advies uitgebracht. In 2010 werden 6 nieuwe dossiers ingediend en aan het RIZIV bezorgd. In 2 van de aan het RIZIV toegezonden dossiers werd een positief advies gegeven en in 1 een negatief advies. De overige 3 dossiers zijn nog hangende.
III.2.2.2. Betwistingen voor de arbeidsrechtbanken In 2010 heeft de HZIV de belangen van de ZIV moeten verdedigen in 35 door haar verzekerden voor de arbeidsrechtbanken ingestelde zaken en was ze zelf eisende partij in 26 gevallen. De betwistingen van de verzekerden van de Hulpkas betroffen vooral beslissingen van medische aard met als doel de erkenning van de arbeidsongeschiktheid. De zaken die door de HZIV werden ingesteld betreffen aanvragen ten uitvoerbaren titel ter terugvordering van de onrechtmatig vergoede bedragen. Tabel 34: Verdeling van de dossiers arbeidsrechtbanken in 2010 601
602
603
604
605
606
607
608
609
610
615
5
17
8
11
3
4
1
0
1
1
9
1
61
HZIV verweerder
4
16
0
0
3
3
0
0
1
1
7
0
35
HZIV eiser
1
1
8
11
0
1
1
0
0
0
2
1
26
Afgesloten dossiers
19
15
4
9
8
8
3
0
2
0
12
0
80
Gewonnen zaken
17
13
4
9
7
8
3
0
1
0
8
0
70
2
2
0
0
1
0
0
0
1
0
4
0
10
Nieuwe dossiers
Verloren zaken
620 Totaal
Bron: HZIV – Directie Reglementering - Juridische Dienst
De 80 betwistingen die werden afgesloten in 2010 hadden voornamelijk betrekking op dossiers die reeds waren geopend in de loop van voorgaande jaren.
III.2.3. MEDISCHE STEUN III.2.3.1. Coördinatie van de medische kabinetten van de GD’s Het Centraal Bestuur informeert en stelt duidelijke en precieze richtlijnen op voor de medische kabinetten inzake de wijzigingen van de reglementering die het gedrag of de beslissingen van de adviserend geneesheer of de medisch assistenten t.o.v. de verzekerden zouden kunnen wijzigen.
41
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
III.2.3.2. Logistieke steun aan de GD’s Het Centraal Bestuur beantwoordt regelmatig de vragen die afkomstig zijn van de GD’s of de leden inzake: vragen waarvan het antwoord niet expliciet in de referentieteksten staat; vragen tot interpretering van de diverse reglementeringen; sociale rechten waarop de leden van de HZIV een beroep kunnen doen.
III.2.4. JURIDISCHE STEUN In de loop van het jaar 2010 heeft de Juridische Dienst 122 documentatie-adviezen verspreid in de Gewestelijke Diensten.
Deze adviezen kunnen volgens onderwerp worden onderverdeeld in 6 thema’s om de circulatie van informatie in de GD’s te vergemakkelijken: geneeskundige verzorging (91), geneesmiddelen (21), medisch (1), uitkeringen (8), verzekerbaarheid (1) en varia (0). Het doel van deze documentatie-adviezen bestaat erin de GD’s zo snel mogelijk te informeren over de wijzigingen van de wetgeving om te waken over een correcte en uniforme toepassing ervan. Voorbeelden: nieuwe bepalingen m.b.t. de verzaking aan terugvordering van geneeskundige verzorging; vaststelling van het bedrag van de verpleegdagprijs in geval van opname in een ziekenhuis in het buitenland voor het tijdvak van 1.01.2010 tot en met 31.12.2010; wijzigingen met betrekking tot de voorwaarden voor de toekenning van de verhoogde verzekeringstegemoetkoming - OMNIO-statuut; wijzigingen m.b.t. het persoonlijk aandeel van de rechthebbenden in de kostprijs van sommige verstrekkingen van artikel 35bis van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen; nieuwe bepalingen m.b.t. de gevallen van werkverwijdering die plaatsgrijpen vanaf 1 januari 2010. Het merendeel van de adviezen had betrekking op wijzigingen van de nomenclatuur van de geneeskundige verzorging en op de voorwaarden waarop de ZIV tegemoetkomt in de kosten van de farmaceutische specialiteiten. Meer uitgewerkte commentaren werden opgesteld in zeer verschillende domeinen, zoals: op het domein van de uitkeringen: - nieuwe bepalingen inzake moederschapsrust en moederschapsuitkering bij zelfstandigen; - wijziging van het artikel 101 van de gecoördineerde wet van 14 juli 1994. op het domein van de gezondheidszorgen: - vaststelling van de voorwaarden en van het bedrag van de tegemoetkoming in de reiskosten van rechthebbenden die opgenomen zijn in een centrum voor dagverzorging.
42
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
De Juridische Dienst heeft bovendien 616 brieven behandeld in 2010 (tegen 663 in 2009)
Deze brieven vielen onder de interpretatie van de wetgeving inzake ZIV of betroffen onderwerpen van algemene aard.
Ondersteuning van de Gewestelijke Diensten inzake beslagdossiers De Juridische Dienst controleert de formele geldigheidsvereisten vooraleer een beslagdossier te openen in de Gewestelijke Dienst, gelet op de complexiteit van de regelgeving en de financiële impact. Het betreft de dossiers collectieve schuldenregeling, beslag op uitkeringen, subrogatie OCMW, dwangbevelen, overdracht van schuldvordering, pandovereenkomsten en voorlopig bewind. In het jaar 2010 werden 194 dossiers behandeld (ten aanzien van 154 in 2009).
III.2.5. VERDEDIGING VAN DE LEDEN EN OMBUDSDIENST III.2.5.1. Verdediging van de leden Overeenkomstig de ziekenfondswet van 6 augustus 1990, kan de HZIV voor de rechtbank optreden (als eiser of verweerder) om de verdediging –individuele of collectieve belangen– van haar leden waar te nemen in hun relatie met de zorgverstrekkers. De verzekerden hebben bijgevolg de mogelijkheid om juridische bijstand te ontvangen bij problemen inzake, onder andere, te hoge honoraria en discussies betreffende de toepassing van de bepalingen van de nomenclatuur. Wanneer de ziekteverzekering is benadeeld, dan vordert de HZIV de gelden terug bij de betrokken derden. De HZIV is gesubrogeerd in de rechten van de verzekerden. Indien de HZIV een gunstige gerechtelijke beslissing verkrijgt, dan is dat zowel in het voordeel van de verzekerde als van de HZIV. De ombudsdienst behandelde 93 klachten in de loop van het jaar 2010 waarvan geen enkele klacht aanleiding gaf tot het instellen van een rechtsprocedure. Er dient te worden opgemerkt dat het klachtenbeheer vanaf september 2010 verzekerd wordt door de dienst Kwaliteit. Tot de doelstellingen en het takenpakket van de dienst Kwaliteit hoort eveneens de uitwerking van een nieuwe klachtenprocedure, gebaseerd op de geharmoniseerde procedure van het federaal netwerk.
III.2.5.2. De Ombudsdienst A. Inleiding De ombudsman komt gratis tussen op vraag van de burgers, hetzij sociaal verzekerden, hetzij zorgverstrekkers. Hij helpt hen met het oplossen van geschillen en onderzoekt de klachten op onpartijdige wijze.
43
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
B. Taak De ombudsman gaat na of de regelgeving en de beginselen van behoorlijk bestuur werden nageleefd. Dit leidt tot rechtzettingen of omstandige motiveringen van het waarom van de genomen beslissing, zodat de burger beter weet waarom de beslissing werd genomen en deze derhalve ook beter kan aanvaarden.
C. Luisterbereidheid
Voor het slagen van de opdracht is het van essentieel belang dat de vraag van het lid met de nodige aandacht behandeld wordt teneinde een passend antwoord te verschaffen.
D. Enkele concrete voorbeelden van klachten a. Een lid stelt vast dat hij een rekening heeft voor thuiszorg hoewel hij in het ziekenhuis lag. De zorgverstrekker werd gecontacteerd en de terugbetaling werd uitgevoerd. b. Een lid stelt vast dat zijn bijdrage gestegen is. En gedetailleerde verklaring van de stijging wordt aan het lid bezorgd. De stijging kan bijvoorbeeld te wijten zijn aan een stijging van het inkomen van de betrokkene.
E. Evaluatie van de ombudsdienst in 2010 De ziekte- en invaliditeitsverzekering is zeer ingewikkeld met als gevolg dat de burgers vaak verdwaald raken in een juridische doolhof, waardoor conflicten, miskenningen of zorgen kunnen ontstaan met betrekking tot de naleving van de rechten. In 2010 werden praktisch alle klachten met voldoening opgelost. Dit betekent dat men een oplossing uitgewerkt heeft die beide partijen tevredenstelt, of dat de aanklagers op basis van de verstrekte gegevens hun rechten konden laten gelden, of dat ze inzagen dat hun rechten gerespecteerd werden of dat ze het na de tussenkomst van de ombudsdienst zouden zijn. In twee gevallen was de verzekerde niet tevreden met het resultaat van de afhandeling van de klacht.
F. Aanbevelingen Als de ombudsdienst aanbevelingen heeft, moet hij die aan de Administrateur-generaal en aan de Voorzitter van de Directieraad meedelen. Hoewel er in 2010 geen enkele aanbeveling geformuleerd werd, houdt de ombudsdienst rekening met de opmerkingen van de leden om de dienstverlening te verbeteren.
G. Algemeen overzicht van de soorten klachten Leden (50), zorgverstrekkers (2) en andere verzekeringsinstellingen (0) hebben klacht ingediend tegen de HZIV. Daarnaast hebben 34 leden klacht ingediend tegen een zorgverstrekker. De dienst heeft tevens 4 klachten ontvangen tegen derden waarbij de leden telkens konden rekenen op de steun van de dienst. Tenslotte heeft de dienst 3 dossiers ontvangen van mensen die geen lid waren bij de HZIV. Ook deze personen konden op de nodige steun rekenen: ofwel werden ze naar de passende dienst doorverwezen, ofwel werden ze over hun rechten geïnformeerd. 1.De klachten ingediend door een verzekerde tegen de HZIV: de belangrijkste thema’s volgen hierna: uitkeringen (5), gezondheidszorgen (9), houding van een ambtenaar (6), inschrijving (1), informatie (6), conventies (3), verzekerbaarheid (16), erkenning arbeidsongeschiktheid (4), verjaring (2), en medische fout (1) en toegankelijkheid van de diensten (1). Meerdere klachten hadden betrekking op meerdere onderwerpen; dit verklaart
44
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
waarom 54 klachten thematisch geklasseerd werden, hoewel er slechts 50 klachten uitgaande van 50 personen geregistreerd werden. Voorbeeld: een verzekerde ging niet akkoord met het besluit waarbij de arbeidsongeschiktheid niet erkend werd en daarnaast beklaagde hij zich ook over het gedrag van de ambtenaar. 2. De klachten ingediend door zorgverleners tegen de HZIV. de vorige jaren ging het voornamelijk om voorschriften, geneeskundige verzorging en prothesen. In 2009 hadden de klachten betrekking op de geneeskundige verzorging. In 2010 hadden twee klachten betrekking op de geneeskundige verzorging en een medische fout. 3. De klachten ingediend door de verzekerden tegen de zorgverstrekkers inzonderheid omtrent verjaring (3), medische fout (9), gezondheidszorgen (15), protheses (3) en rechten van de patiënt (3) en internationale conventies (1).
III.2.6. INTERNATIONALE BETREKKINGEN III.2.6.1. Inleiding De toepassing en opvolging van de internationale aspecten van de Belgische ziekteverzekering behoren tot de bevoegdheden de dienst «internationale betrekkingen». De belangrijkste opdracht van deze dienst is toezien op de goede toepassing van alle internationale normen die voor België gelden, of het nu gaat over supranationale normen of bi- of multilaterale overeenkomsten. Deze dienst is een onmisbaar verbindingsorgaan tussen het centraal bestuur van de HZIV en: de Gewestelijke Diensten; de bevoegde buitenlandse instellingen; het Nationaal Intermutualistisch College; de Directie «internationale overeenkomsten» van het RIZIV. Hij is verantwoordelijk voor de regeling en de coördinatie van talrijke juridische problemen die enerzijds het gevolg zijn van de toepassing van de bilaterale en multilaterale akkoorden die door België 15 werden ondertekend en anderzijds van de toepassing van de regelgeving van de Europese Unie, waarvan hoofdzakelijk vanaf 1 mei 2010, de Europese Verordeningen 883/2004 en 987/2002. Naast de toepassing en de interpretatie van deze internationale teksten is de cel «internationale betrekkingen» belast met het volgen van hun evolutie en ziet zij erop toe dat de tot stand gekomen wijzigingen snel en correct geïntegreerd worden in de dagelijkse werking van de diensten die deze teksten gebruiken.
15 In het raam van de werkzaamheden van de cel internationale betrekkingen zijn de landen waarmee België een overeenkomst inzake sociale zekerheid heeft afgesloten Algerije, Marokko, Tunesië, Turkije, de Republieken van het vroegere Joegoslavië (Bosnië-Herzegovina, Kroatië, Macedonië; Montenegro, Servië), Polen, San Marino, Zwitserland, , Australië, de Verenigde Staten, Canada/Québec, Chili en de Filippijnse Republiek, India, Zuid-Korea, Japan enUruguay (voor de laatste 9 landen zijn de overeenkomsten inzake sociale zekerheid beperkt tot de «proratisering» van de invaliditeitsuitkeringen).
45
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
In de loop van 2010 en naast haar gebruikelijke activiteiten, heeft de dienst “internationale betrekkingen” zich beziggehouden met de volgende projecten en evenementen:
Het nieuwe reglement CE 883/2004 en zijn toepassingsreglement 987/2002 gingen op 1 mei 2010 van kracht.
Zoals ook de vorige jaren het geval was, heeft de dienst hiertoe samengewerkt met het RIZIV en het NIC en deelgenomen aan de opvolging en de ontwikkeling van de grensoverschrijdende samenwerking.
III.2.6.2. Verstrekkingen van de ziekte- en invaliditeitsverzekering ten voordele van Belgische verzekerden die wettelijk of tijdelijk in het buitenland verblijven en ten voordele van buitenlanders die tijdelijk of wettelijk in België verblijven A. Multinationale invaliditeitsuitkeringen (of prorata-uitkeringen) Deze uitkeringen worden toegekend aan de personen die invalide worden en tegelijkertijd werden verzekerd in België en in een andere staat die het bedrag van de uitkering ondergeschikt maakt aan de duur van de periode van voltooide verzekering. De vaststelling van het recht op de uitkeringen gebeurt verschillend al naargelang de betrokken lidstaten deel uitmaken van de EER 16 of ze met België verbonden zijn door een bilaterale overeenkomst 17 . Bij lidstaten van de EER past men de nieuwe verordeningen 883/2004 en 987/2009 toe. Opgelet :voor wat betreft IJsland, Liechtenstein, Noorwegen of Zwitserland blijft de wetgeving 1408/71 en 574/72 van kracht. De nieuwe verordeningen voorzien de verdeling van de invaliditeitsuitkeringen. Bij staten waarmee België een bilaterale overeenkomst heeft, zal men zich moeten beroepen op de betrokken overeenkomst. De Medische Dienst van het Centraal Bestuur behandelt de medische dossiers van deze invaliden. In 2010 heeft de dienst 86 nieuwe dossiers beheerd (tegen 83 gevallen in 2009 en 81 in 2008). De Dienst Internationale Betrekkingen behandelt de vraag tot uitkering, stelt de rechten van de verzekerden vast en werkt mee aan de evenredige verdeling van de invaliditeitsuitkering tussen de verschillende betrokken landen in functie van de duur van de verzekerde periode verricht in elk van hen. Na het administratief werk met betrekking tot de vaststelling van de rechten en vooral na de definitieve beslissing van het RIZIV, wordt de betaling van het deel van de uitkering ten laste van België verricht door de Gewestelijke Dienst waarbij de verzekerde is (of was) ingeschreven. Indien de verzekerde voor de definitieve beslissing heeft genoten van provisionele uitkeringen ten laste van de verzekeringsinstelling van het land van de woonplaats, zal de betaling van de Belgische prorata eerst doorgestort worden aan de verzekeringsinstelling die ze heeft voorgeschoten alvorens rechtstreeks gestort te worden aan de verzekerde. In het geval waar de HZIV provisionele uitkeringen zou gestort hebben, zal
16
EER: Europese Economische Ruimte (EU + Noorwegen, Liechtenstein en IJsland) Op het gebied van prorata-uitkeringen heeft België bilaterale overeenkomsten getekend met de Verenigde Staten, Canada /Québec, Chili, de Filippijnse republiek, Kroatië, Australië, Zuid-Korea, Macedonië, Uruguay, India en Japan . 17
46
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
het verschil in verhouding tot de Belgische uitkering via het RIZIV teruggevorderd worden bij de betrokken buitenlandse instellingen. De volgende tabellen en grafieken geven een volledig overzicht van het aantal dossiers in de loop van betaling tot op 31 december 2010. Het gaat om het aantal dossiers in de loop van betaling voor 1 januari 2010, waarbij de dossiers gevoegd worden waarvan de betaling begonnen is in de loop van hetzelfde jaar (positieve beslissingen na onderzoek).
Grafiek 3: Evolutie van het aantal nieuwe geopende dossiers per jaar (2008-2010)
Grafiek 4: Evolutie van het aantal dossiers in de loop van betaling (2008-2010) Dossi e r s i n l oop van be t al i ng
A ant al ge ope nde dossi e r s
86
130
85 84 120
83
86
82 81 80
132
129
124
83
110
81
79 78
2008
2009
100
2010
2008
2009
2010
Bron: HZIV – Directie Reglementering – Dienst Internationale betrekkingen
21,71% van de dossiers in de loop van betaling hebben betrekking op rechthebbenden die in België wonen tegenover 78,29% rechthebbenden die in het buitenland wonen. Grafiek 5: Verdeling van de prorata-dossiers in de loop van betaling per GD in 2010 45% 40% 35%
35%
30% 25% 20%
21%
15% 10%
11% 6%
5%
8%
9% 5,0%
5,0%
0%
0%
0% 601
602
603
604
605
606
607
608
609
610
Bron: HZIV – Directie Reglementering – Dienst Internationale betrekkingen
Bovenop de reeds toegekende prorata-dossiers, werden 86 nieuwe dossiers geopend waarbij de aanvragen om uitkeringen onderzocht zullen worden.
47
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
Op 31 december 2010 bedraagt het totaal aantal gevolgde dossiers 261 (waaronder de nieuwe dossiers geopend in 2010) tegenover 242 op 31 december 2009. De prorata-invaliditeitsdossiers in de loop van betaling vertegenwoordigen 6,76% van het totaal aantal uitkeringsgerechtigde invaliden die zijn ingeschreven bij de HZIV.
B. Geneeskundige verzorging in geval van woonplaats buiten het land van inschrijving Pensioen– en rentegerechtigden (en hun gezinsleden) Het betreft enerzijds personen die verzekerd zijn in België en die in één van de lidstaten van de EER wonen of in een land waarmee België een overeenkomst van sociale zekerheid heeft gesloten en anderzijds personen ten laste van de bovengenoemde lidstaten die België gekozen hebben als woonplaats. Een dossier moet worden opgesteld voor de toekenning van geneeskundige verzorging in het woonland, zowel voor Belgische pensioengerechtigden die zijn gedomicilieerd in het buitenland (zie tabel 33 en 34) als voor gerechtigden op een buitenlands pensioen die gedomicilieerd zijn in België (zie tabel 35). Bedoelde tabellen geven het aantal opgestelde dossiers aan onder controle van de Dienst ,,Internationale Betrekkingen’’, waarvan het effectieve beheer vervolgens wordt toevertrouwd aan de Gewestelijke Diensten. a) Rechthebbenden verzekerd in België en gedomicilieerd in de Europese Economische Ruimte (EER) en in Zwitserland Het betreft hier de personen die genieten van een pensioen ten laste van België en reeds lid zijn van de HZIV en die besluiten om hun woonplaats in één van de 27 andere lidstaten van de EER te vestigen, in Zwitserland of in een land waarmee België een bilaterale overeenkomst heeft ondertekend i.v.m. de sociale zekerheid inzake geneeskundige verzorging. Het betreft hier ook de personen die reeds in één van de voornoemde landen wonen op het moment waarop zij rechthebbenden op een Belgisch pensioen worden en die de keuze maken voor de HZIV als bevoegde verzekeringsinstelling. Voor deze verzekerden zal de HZIV (via één van haar GD’s) het document opstellen dat het recht opent op geneeskundige verzorging in het nieuwe woonland (E121 ou S1). De gepensioneerden, de rechthebbenden op rentes en hun gezinsleden die hun woonplaats overgedragen hebben naar één van de lidstaten van de EER, zijn ingeschreven bij buitenlandse verzekeringsinstellingen op vertoon van een Belgisch formulier E121 of S1. Zij ontvangen de volledige verzorging van de instelling in kwestie aan wie de HZIV tot en met 30 april 2010 een forfaitair bedrag terugstort. Vanaf 1 mei 2010 betaalt de HZIV de werkelijk betaalde kosten in het buitenland terug.
48
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
Tabel 35:
Gepensioneerden of rechthebbenden op een Belgische rente die in een andere lidstaat van de EER wonen (landen van de EU + IJsland, Noorwegen, Liechtenstein) of Zwitserland Aantal dossiers geopend per jaar 2008 2009 7 5 21 22 8 8 6 4 1 0 9 11 0 3 0 1 0 0 1 5 17 15 0 2 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 2 0 0 0 0 0 0 1 1 1 0 0 0
Woonland Duitsland Frankrijk Italië Griekenland Luxemburg Nederland Verenigd Koninkrijk Denemarken Ierland Portugal Spanje Oostenrijk Noorwegen Finland IJsland Zweden Liechtenstein Polen Zwitserland Slovenië Malta Bulgarije Hongarije Roemenië Totaal
72
79
2010 6 25 6 6 1 5 1 0 0 0 27 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1 2
Lopende dossiers op 31.12.2010 36 175 178 74 10 51 5 1 1 23 254 0 0 0 0 0 0 5 0 1 2 2 1 2
80
821
Bron: HZIV – Directie Reglementering – Dienst Internationale betrekkingen
Zoals de voorgaande jaren blijven Frankrijk, Italië en vooral Spanje de eerste bestemmingen van overdracht van woonplaats van de gepensioneerden ingeschreven bij de HZIV.
Grafiek 6: Percentage lopende dossiers op 31.12.2010, verdeeld gepensioneerden of rechthebbenden op een Belgische rente 35%
per
land
–
30,9%
30% 25%
21,3%
21,7% 20,0%
20% 15% 9,0%
10% 5%
6,2% 4,3% 1,2%
2,8% 0,6%
0,1% 0,1%
0,6%
0,2% 0,1% 0,2% 0,1%
Du
its la nd Fr an kr i jk It a G lie rie ke n la Lu nd xe m b Ne urg Ve de re n ig rl a nd d Ko n D e in k ne rij k m ar ke n Ie r la n d Po r tu ga l Sp an je Po le n M a lt a S lo ve n ie Bu lg ar H o i je ng a R o ri je em en ie
0%
Bron: HZIV – Directie Reglementering – Dienst Internationale betrekkingen
49
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
Onder de lopende dossiers zijn 30% van de gepensioneerden of rechthebbenden op een Belgische rente gedomicilieerd in Spanje, 22% in Italië en 21% in Frankrijk. b) Rechthebbenden verzekerd in België en gedomicilieerd in een land waarmee België een bilaterale overeenkomst heeft ondertekend Tabel 36:
Gepensioneerden of rechthebbenden op een Belgische rente gedomicilieerd in een land waarmee België een bilaterale overeenkomst heeft ondertekend
Woonland
Aantal geopende dossiers in 2008
2009
2010
Lopende dossiers op 31.12.2010
Algerije Turkije Tunesië Kroatië Servië Bosnië-Herzegovina
9 17 0 0 1 0
9 25 0 0 3 0
11 11 2 0 0 0
62 193 2 4 1 1
Totaal
27
37
24
263
Bron: HZIV – Directie Reglementering – Dienst Internationale betrekkingen
Onder de lopende dossiers zijn ongeveer 24% van de gepensioneerden of de rechthebbenden op een Belgische rente gedomicilieerd in Algerije en 73,40% in Turkije. c)
Rechthebbenden verzekerd in het buitenland en gedomicilieerd in België
Het kan personen betreffen die, op het moment dat zij rechthebbenden worden op een pensioen ten laste van één van de 27 andere staten van de EER, al lid zijn van de HZIV, omdat zij al op ons grondgebied wonen. Het kan ook personen betreffen die gepensioneerd zijn in één van deze landen en beslissen om hun woonplaats naar ons grondgebied over te brengen en daarbij de HZIV kiezen als verzekeringsinstelling van het woonland. In deze twee gevallen zal een Gewestelijke Dienst van de HZIV deze personen inschrijven met het formulier van recht (E121, S1 of een gelijkaardig bilateraal document) dat door hun verzekeringsinstelling werd opgesteld. Deze buitenlandse verzekerden zijn ingeschreven bij de HZIV als residenten ten laste van de staat waar ze lid zijn. Als de staat waar ze lid zijn deel uitmaakt van de EER, draagt de HZIV de effectieve kosten voor hun geneeskundige verzorging en vraagt (sinds de nieuwe verordeningen op 1 mei 2010) terugbetaling aan de bevoegde buitenlandse instelling. Als de verzekerde lid is in één van de staten waarmee België een overeenkomst heeft afgesloten, dan is die bewuste overeenkomst van toepassing.
50
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
Tabel 37:
In België gedomicilieerde gepensioneerden of rechthebbenden op een rente van een andere lidstaat van de EER (2008 – 2010)
Land dat het recht opent
2008 16 14 0 0 1 4 5 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Duitsland Frankrijk Griekenland Italië Luxemburg Nederland Ver. Koninkrijk Denemarken Portugal Spanje Ierland Oostenrijk Noorwegen Finland IJsland Zweden Liechtenstein Roemenië Zwitserland
Aantal geopende dossiers in 2009 2010 7 7 27 17 0 0 3 1 0 0 2 2 4 2 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1 0 1 0 0 2 0 1
40
Totaal
45
32
Lopende dossiers op 31.12.2010 130 112 0 17 5 50 40 2 1 3 0 2 1 0 0 1 0 2 1 367
Bron: HZIV – Directie Reglementering – Dienst Internationale betrekkingen
Grafiek 7: Percentage lopende dossiers op 31.12.2010 verdeeld per land – gepensioneerden of rechthebbenden op een rente van een lidstaat van de EER 0,4 35,4%
0,35 30,5%
0,3 0,25 0,2 13,6%
0,15
10,9%
0,1 4,6%
0,05
1,4%
0,5% 0,3% 0,8% 0,5% 0,3% 0,3% 0,5% 0,3%
Du its la F r nd an kr ijk I t Lu a xe lie m b Ve r e N e ur g d ni gd erl Ko and De nink ne rij m k ar k Po en r tu ga Sp l an O o s je t N e nr oo ij rw k eg e Zw n ed Ro e em n e Zw n i ts ie er la nd
0
Bron: HZIV – Directie Reglementering – Dienst Internationale betrekkingen
Onder de lopende dossiers heeft 35,50% van de personen recht op een pensioen of een rente ten laste van Duitsland; 30,50% heeft recht op een pensioen of een rente ten laste van Frankrijk.
51
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
d) Opstelling en controle van de permanente inventarissen Tot en met 30.04.2010 werden maandelijkse forfaits door de bevoegde instellingen betaald aan de instellingen die de verstrekkingen uitbetaald hebben voor de volgende categorieën: personen ten laste die niet in dezelfde lidstaat wonen als de titularis (loontrekkende, zelfstandige) en die recht hebben op de verstrekkingen; rechthebbenden op een pensioen of een rente (+ personen ten laste) die hun woonplaats niet hebben in de lidstaat van dewelke zij krachtens de wetgeving genieten van een pensioen of een rente. Vanaf 1 mei 2010 (ingangsdatum nieuwe verordeningen) gaat het reglement van de uitgaven gerelateerd aan de prestaties op basis van de werkelijk terugbetaalde kosten van kracht. Voor wat betreft IJsland, Liechtenstein, Noorwegen en Zwitserland moet gezegd dat deze landen niet in aanmerking komen voor de nieuwe verordeningen, de terugbetaling van de uitgaven gebeurt op basis van de forfaits.
Gezinsleden 19 -gedomicilieerd in het buitenland– van Belgische gerechtigden (loontrekkenden, zelfstandigen) + Gezinsleden - gedomicilieerd in België - van buitenlandse gerechtigden (loontrekkenden)
Hiermee worden enkel de personen ten laste (gezinsleden) bedoeld die in een ander land wonen dan de gerechtigde. In deze context hebben de personen ten laste, gedomicilieerd in een ander land dan de gerechtigde, recht op geneeskundige verzorging in hun woonland. Om dit recht te verkrijgen, moeten de personen ten laste zich ook inschrijven bij een verzekeringsinstelling van het land waarin ze wonen, op basis van een document dat wordt afgeleverd door de verzekeringsinstelling van het land waar de gerechtigde is verzekerd. Voorbeelden Een werknemer (met Spaanse nationaliteit) die in België werkt en woont, en van wie de echtgenote en de kinderen in Spanje wonen: de Belgische verzekeringsinstelling zal een document E109 of S1 opstellen dat de mogelijkheid biedt op de opening van het recht op geneeskundige verzorging voor de gezinsleden die in Spanje wonen. Een werknemer (met Franse nationaliteit) die in Frankrijk werkt en woont, en wiens echtgenote en kinderen in België wonen: de bevoegde Franse instelling zal een document E109 of S1 opstellen, zodat de gezinsleden kunnen genieten van geneeskundige verzorging in België.
19
De term "gezinsleden" duidt de personen ten laste aan.
52
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
Tabel 38:
*Personen ten laste (PTL) –gedomicilieerd in het buitenland– van Belgische gerechtigden *Personen ten laste –gedomicilieerd in België– van gerechtigden die onder de bevoegdheid van het buitenland vallen
Woonland
Duitsland Frankrijk Griekenland Italië Luxemburg Nederland Ver. Koninkrijk Denemarken Portugal Spanje Ierland Oostenrijk Noorwegen Finland IJsland Zweden Polen Zwitserland Algerije Tunesië Turkije Marokko (ex-)Joegoslavië Totaal
PTL - gedomicilieerd in het buitenland van Belgische gerechtigden 2008
2009
2010
0 0 0 0 0 6 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 4 7 0 17
0 0 0 1 0 6 0 0 0 1 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 4 5 0 17
0 0 0 1 0 6 0 0 0 1 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 4 5 0 17
In België gedomicilieerde PTL van gerechtigden die onder de bevoegdheid van het buitenland vallen 2008 2009 2010 4 6 0 1 5 0 2 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 18
5 4 0 0 3 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 2 0 0 0 0 0 0 14
2 3 0 0 3 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 2 0 0 0 0 0 0 10
Bron: HZIV – Directie Regelmentering – Dienst Internationale betrekkingen
De grensarbeiders De nieuwe verordening 883/2004 beschouwt als grensarbeider, elke persoon die zijn beroepsactiviteit uitoefent op het grondgebied van een lidstaat (van de EER) en die woont op het grondgebied van een andere lidstaat, waarnaar hij in principe elke dag (of minstens eenmaal per week) terugkeert. In principe zijn grensarbeiders aangesloten bij een ZIV–instelling van de lidstaat waar zij hun beroepsactiviteiten uitoefenen en hebben ze zowel in het land van aansluiting als in het land van de woonplaats 20 recht op verstrekkingen. De nieuwe Europese wetgeving laat nu ook de personen ten laste toe om van de verstrekkingen in de lidstaat waar zij werken als in het land van de woonplaats te genieten. De volgende tabellen en grafieken geven de cijfers weer van de werknemers die op 31 december 2010 ingeschreven waren als grensarbeider. De statistieken met betrekking tot de grensarbeiders worden opgemaakt door de Gewestelijke Diensten (werknemers die in België wonen) en de Smals (werknemers die in het buitenland wonen).
20
In alle gevallen blijven de kosten van deze verstrekkingen ten laste van het land van aansluiting (land van tewerkstelling).
53
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
Het aantal werknemers hierna weergegeven omvat de werknemers zelf en de personen te hunnen laste. a) Grensarbeiders die in België wonen: verdeling volgens het land van tewerkstelling Tabel 39: Grensarbeiders die in België wonen Land van tewerkstelling
Jaar 2009
Jaar 2010
710 675 101 478
709 896 96 436
1.964
2.137
Duitsland Frankrijk Nederland Luxemburg Totaal Bron: HZIV – Directie Reglementering – Dienst Internationale betrekkingen
Grafiek 8: Percentage lopende dossiers per land op 31.12.2009 en op 31.12.2010 grensarbeiders die in België wonen
45% 40%
42%
35% 30%
33%
25% 20%
36%
20% 34%
15%
5%
10%
24% 2010
5%
5%
2009
0% Duitsland
Frankrijk
Nederland 2009
Luxemburg
2010
Bron: HZIV –Directie reglementering – Dienst Internationale betrekkingen
Uit tabel 37 en grafiek 8 blijkt dat de stijging van de grensarbeiders nog steeds in Frankrijk werken, en dat deze de meerderheid vormen van de grensarbeiders wonend in België. b) Grensarbeiders die in het buitenland wonen: verdeling volgens het land van woonplaats Tabel 40: Grensarbeiders die in het buitenland wonen Land van woonplaats
Jaar 2009
Jaar 2010
Duitsland Frankrijk Nederland Luxemburg
92 2.496 285 26
84 2.480 299 24
Totaal
2.899
2.887
Bron: HZIV – Directie reglementering – Dienst Internationale betrekkingen
54
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
Grafiek 9: Percentage lopende dossiers per land op 31.12.2009 en op 31.12.2010 grensarbeiders die in het buitenland wonen
86%
90% 80% 86%
70% 60% 50% 40% 30% 20% 10%
10%
3%
1%
10%
3%
1%
0% Duitsland
Frankrijk
Nederland 2009
2010 2009
Luxemburg
2010
Bron: HZIV – Directie reglementering – Dienst Internationale betrekkingen
In vergelijking met 2009 wordt er weinig verandering vastgesteld van het aantal grensarbeiders die in België tewerkgesteld zijn.
Totaal van de dossiers geneeskundige verzorging in verhouding tot de verzekerden die in een ander land verblijven dan dat van hun inschrijving
Tabel 41: Totaal van de dossiers geneeskundige verzorging in verhouding tot de verzekerden die in een ander land verblijven dan dat van hun inschrijving (2010) Categorie van verzekerden
Woonplaats in België
Gepensioneerden en de personen te hunnen laste Personen ten laste van loontrekkenden Grensarbeiders
367 10 2.137
Woonplaats in het buitenland 1.084 17 2.887
Totaal
2.514
3.988
Totaal 1.451 27 5.024 6.502
Bron: HZIV – Directie reglementering – Dienst Internationale betrekkingen
Uit de voorgaande tabel is op te maken dat het aantal personen dat buiten zijn land van aansluiting woont, aanzienlijk bleef stijgen (ten opzichte van 2008 en 2009). Er werd een sterke toename vastgesteld van het aantal grensarbeiders die in België wonen. Het vrije verkeer van de sociaal verzekerden beperkt zich niet tot het tijdelijk verblijf, maar wordt steeds vaker gekenmerkt door de wijziging van woonplaats van zowel gerechtigden als van personen die recht hebben op een uitkering van de ziekteverzekering.
55
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
Grafiek 10: Algemeen overzicht van de dossiers geneeskundige verzorging in functie van de woonplaats van de verzekerden (woonplaats buiten de bevoegde lidstaat)
45%
44,40%
40% 35% 32,87% 30% 25% 20% 16,67%
15% 10% 5%
0,15%
5,64%
0,26%
0% Verblijf in België PTL van de loontrekkenden
Verblijf in het buitenland Gepensioneerden en PTL
Grensarbeiders
Bron: HZIV – Directie reglementering – Dienst Internationale betrekkingen
III.2.6.2.
Diverse dossiers
Naast de taken inzake beheer van de rechten op de verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, staat de dienst internationale relaties in voor het verstrekken van algemene juridische en administratieve informatie aan de verzekerden van de HZIV, de verzekerden van een vreemde wetgeving en de Belgische of buitenlandse instellingen van sociale zekerheid. De HZIV blijft meer bepaald het aanspreekpunt voor de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn, wat de controle betreft van de verzekerbaarheid van vreemdelingen die genoten hebben van dringende medische hulp. De opdracht van de HZIV bestaat er immers in contact op te nemen met de buitenlandse verzekeringsinstellingen om eventueel een bewijs te krijgen van de dekking inzake geneeskundige verzorging door deze instellingen. In het kader van deze diverse dossiers heeft de dienst internationale relaties in de loop van 2010, 477 nieuwe dossiers geopend en behandeld, waarvan 277 dossiers betrekking hadden op de vragen voor opzoekingen naar buitenlandse verzekerbaarheid. Men heeft vanaf het 2e semester 2010 een sterke stijging van het aantal vragen voor opzoekingen van buitenlandse verzekerbaarheid geconstateerd. Deze stijging is voornamelijk te wijten aan vragen van de OCMW’s over heel het land. Men kan verwachten dat dit aantal blijft stijgen.
56
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
III. 2.7. COMMUNICATIEDIENST Hierna vindt u een lijst met de belangrijkste realisaties van de Communicatiedienst in 2010.
Het ledentijdschrift HZIV-info De HZIV-leden ontvingen het ledentijdschrift HZIV-info (in het Nederlands, Frans of Duits). Via dat tijdschrift krijgen zij informatie over de HZIV, de ziekte- en invaliditeitsverzekering, terugbetalingstarieven, gezondheid, enz. Dit tijdschrift wordt tweemaandelijks gepubliceerd.
De infobrochure In mei 2010 verscheen de HZIV de brochure “Kennismakingsbrochure met de HZIV. Voordelen en vergoedingen.”. 15de uitgave. De 15de uitgave is aangepast tot maart 2010 en beschikbaar in de drie talen (N,F,D).
Publicatie van het jaarverslag De Communicatiedienst brengt elk jaar een operationeel en boekhoudkundig jaarverslag uit.
Beheer van de website Regelmatige bijwerking van de website (www.hziv.be). In 2010 werd de website 19 maal bijgewerkt. Deze bijwerkingen gaan onder andere over wijzigingen van tarieven, openingsuren, toevoegingen van nieuwe kantoren, enz.
57
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
Grafiek 11: Bezoekersaantal van de website (2005-2010) Aantal bezoekers website per jaar
160000 140000 120000
80619
61638
40000
67881
143.184
60000
105408
80000
123602
100000
20000 0 2005
2006
2007
2008
2009
2010
Bron: HZIV – Dienst Wetgeving – Communicatiedienst
Het aantal bezoekers van de website is ook in 2010 blijven stijgen om de 143.184 bezoekers te bereiken.
Identificatie van de HZIV Waken over de toepassing van de huisstijl door de gewestelijke diensten van de HZIV (gebruik van het logo, eenvormig gebruik van affiches met de openingstijden,..) Controleren van vermeldingen van de HZIV in klassieke gidsen (telefoongidsen, sociale gidsen, e.a.) en in (elektronische) bestanden.
Overige communicatie-acties Bekend maken van adreswijzigingen van de Gewestelijke Diensten aan de leden. Dit gebeurt via de website en het ledentijdschrift HZIV-info. Verdeling van affiches en brochures in de Gewestelijke Diensten. In 2010 werden 14 affiches verdeeld in de Gewestelijke Diensten. Enkele onderwerpen van de affiches waren grieppreventie, promotie rond nieuwe folders, aanpassing openingsuren van de loketten...
Individuele vragen om info In 2010 beantwoordde de Communicatiedienst 3.672 e-mailberichten, telefonische oproepen, brieven en faxen naar aanleiding van individuele vragen om inlichtingen.
58
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
Het aantal vragen is enorm gestegen mede door het succes van de nieuwe rubriek HZIVonline op de website waardoor verzekerden ook via de website vragen kunnen stellen of documenten kunnen aanvragen. Grafiek 12: Evolutie van het aantal vragen om inlichtingen (2004-2010)
2143
1747
1267
2004
2005
3672
2369
3354
3750 3500 3250 3000 2750 2500 2250 2000 1750 1500 1250 1000 750 500 250 0
1020
Aantal vragen
Vragen om info
2006
2007
2008
2009
2010
Bron: HZIV – Dienst Wetgeving – Communicatiedienst
Het aandeel van de vragen per e-mail of via de website is enorm gestegen (tot 77,68% van het totaal aantal vragen) en overtreft de vorige jaren en semesters. Grafiek 13: Evolutie van het aantal vragen om inlichtingen (2008-2010) Vragen via e-mail en website
557
3000
592
2000
347 431
390 463
465
500
538
1000
2005
2006
2007
2008
2379
1765
1500
275 298
Aantal vragen
2500
Email Website
0 2009
2010
Jaartal
Bron: HZIV – Dienst Wetgeving – Communicatiedienst
59
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
Intranet Het project intranet werd op juni 2009 beëindigd door de Informaticadienst. De Communicatiedienst staat in voor de opvolging van de publicatie van pagina’s, nieuws en documenten op het intranet.
III.2.8. SOCIALE DIENST AAN DE LEDEN Heel wat leden van de HZIV hebben een precair statuut. Deze zwakke bevolkingsgroep heeft meer nood aan sociale hulp en promotionele steun dan de anderen, wetende dat een goede gezondheidsbevordering onvermijdelijk is in de strijd tegen armoede en sociale uitsluiting. Om de gezondheid van onze verzekerden en hun gezinsleden te bevorderen, lijkt het ons bijgevolg zinvol om in dialoog te treden en contacten te leggen met andere organisaties binnen en buiten het werkveld en tevens een actief interventiebeleid ten dienste van de leden te ontwikkelen. Hiervoor werden dan ook volgende instrumenten ontwikkeld: een “dienst voor sociale actie” en een “beleid inzake gezondheidspromotie”.
Een dienst voor sociale actie De Sociale dienstverlening aan de leden van de HZIV bestaat uit een "algemene” dienstverlening die aan de sociale behoeften van de leden tegemoetkomt, die zelf de stap zetten om ons te raadplegen of door andere sectoren doorverwezen werden. De maatschappelijk assistenten onthalen, luisteren naar, informeren en helpen de leden van de HZIV. Zij ontwikkelen een actief sociaal interventiebeleid om te vermijden dat de sociale problemen waarmee de verzekerden te kampen hebben, een medische aangelegenheid worden. Van de verschillende maatschappelijke kwesties die ter harte worden genomen, wordt voorrang verleend aan de problemen van de verzekerden die verband houden met een verkeerd of onvolledig begrip van de rol van een ziekenfonds, van de wetgeving inzake geneeskundige verzorging (toekenning van bepaalde rechten, MAF, Globaal Medisch Dossier, verhoogde tegemoetkoming,…) en van de wijzigingen die de wetgeving ondergaat. De maatschappelijk assistenten vervullen een functie van sociale synthese via coördinatiewerkzaamheden met externe partijen, in het kader van de problemen die worden behandeld met diensten van de tweede lijn (OCMW, gezinsplanning, medische huizen, centra voor mentale gezondheid, diensten voor behandeling van ernstige ziekten, diensten voor juridische bijstand, diensten voor schuldbemiddeling, vzw’s gespecialiseerd in diverse sociale domeinen,…). De HZIV heeft zich er, in de loop van de 3de bestuursovereenkomst 2010-2012 toe verbonden het sociale team te versterken en de sociale permanenties te reorganiseren teneinde de toegankelijkheid tot de Sociale dienst aan de leden te verbeteren. Het aantal sociale perma-
60
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
nenties in de gewestelijke diensten en de plaatselijke kantoren werd opgetrokken. Er werd een voltijds extra maatschappelijk werker aangeworven voor de provincie Henegouwen, een halftijds maatschappelijk werker voor het Duitstalig gebied en een halftijds maatschappelijk werker voor de provincie Limburg. Naast de voorziene permanenties kan er ook een afspraak gemaakt worden met de maatschappelijk assistenen buiten de vaste uurregeling en indien nodig kan er ook een huisbezoek worden afgelegd. Contacten per GD van de sociale dienst voor de leden 600
502
500
400
5
19
67
46
61
45
9
53
19
75
19
100
199
156
200
176
300
0 GD Antwerpen
GD Brabant
GD Wes tGD Oos tVlaanderen Vlaanderen
GD Bergen
Sectie Charleroi
Bureau Moes kroen
GD Luik
GD Limburg
Bureau Eisden
Bureau GD Nam en Waterschei
GD Eupen
Sectie Malmedy
Bureau StVith
Huisbezoeken van sociale dienst voor de leden 19
20 17
16
18
18
12
13
14
9
10 8
8 6
0
0
1
0
2
0
0
2
2
4
4
0 GD GD Brabant GD West- GD Oost- GD Bergen Sectie Bureau Antwerpen Vlaanderen Vlaanderen Charleroi Moeskroen
GD Luik GD Limburg Bureau Eisden
Bureau GD Namen GD Eupen Sectie Bureau StWaterschei Malmedy Vith
Een beleid inzake gezondheidspromotie Het « aanbod inzake gezondheidszorgen » betreft gewoonlijk de hospitalo-curatieve pool. Men moet echter rekening houden met het feit dat de geneeskundige verzorging slechts een beperkt onderdeel is van een breder kader van sociale, fysieke en economische omstandigheden dat een weerslag heeft op de gezondheidssituatie van de betrokkene. De individuele gezondheid wordt door veel factoren beïnvloed. Het geheel van factoren dat rechtstreeks of onrechtstreeks invloed uitoefent op de determinanten van de individuele gezondheid beschrijven we als het gezondheidssysteem.
61
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
De middelen die bij de HZIV aangewend worden om de activiteiten inzake gezondheidsbevordering voor onze leden te ontwikkelen, steunen op vier pijlers: Pijler 1: Activiteit binnen de Sociale dienst aan de leden Naast de ontwikkeling van de sociale bemiddeling en de samenwerking met de verschillende diensten binnen de HZIV, ontwikkelt de sociale dienst aan leden ook een sociaal netwerk met de bedoeling een doeltreffende en continue informatieverspreiding te verzekeren. Dit gebeurt door middel van de sociale kaart en door de deelname aan gerichte acties in de sfeer van de gezondheidspromotie. Voor een betere communicatie en een doeltreffende informatie aan de leden, neemt de dienst gezondheidspromotie, bijgestaan door de ervaringsdeskundigen, deel aan de vergaderingen van de communicatiedienst voor de publicatie van bepaalde teksten van het tijdschrift HZIVinfo. Voorbeelden van artikelen die in 2010 gepubliceerd werden:
CO: een stille moordenaar. Borstkanker. In samenwerking met de medische dienst. Mei-juni 2010 Kent u onze sociale dienst? Steun in moeilijke tijden.
In 2010 nam de sociale dienst deel aan volgende acties:
Een federale enquête voor het vastleggen van een objectieve armoedrempel (Project Minibudgetten); Aan vijf informatienamiddagen georganiseerd door “Samenlevingsopbouw Gent” rond de mogelijkheden informatie te verschaffen over de werking van de HZIV aan personen die in armoede leven. Vereniging voor de herscholing van weinig geschoolde of arme personen. (Chimay, Couvin)
Pijler 2: Begeleiding door de ervaringsdeskundigen De ervaringsdeskundigen dragen op een andere wijze bij tot de aanwending van de middelen voor de armoedebestrijding. Wat de integratie van de ervaringsdeskundigen in de sociale opdrachten zo bijzonder maakt, is niet de aard van de taken en activiteiten die uitgevoerd worden, maar de manier waarop en de ingesteldheid waarmee ze uitgevoerd worden. Met andere woorden, de wijze waarop de ervaringsdeskundigen de optiek van de personen die door armoede getroffen zijn, integreren. Het gaat er inderdaad niet om de functie van een ander over te nemen, maar een meerwaarde te geven aan de ervaring en het werk van de maatschappelijk assistenten.
62
DIENSTVERLENING AAN DE LEDEN
Pijler 3: Ontwikkeling van de interne expertise 2010 In de loop van 2010 hebben onze maatschappelijk assistenten deelgenomen aan verschillende werkgroepen, specifieke vormingen en studiedagen:
Ontmoetingscycli van Solidarité Nouvelles : Gezondheid & handicap De federale toelagen voor gehandicapten De voordelen toegekend aan personen met een handicap inzake gezondheid Individuele hulp en andere sociale voordelen voor personen met een handicap Maatregelen voor socioprofessionele integratie en begeleiding voor personen met een handicap Sociale bescherming van kinderen met een handicap Koning Boudewijnstichting: Armoede en ouder worden OCMW Montigny-le-Tilleul Informatie- en samenwerkingsvergadering met de ziekenkassen FOD Sociale integratie Ambtenarennetwerk: Opvolging van het federaal plan ter bestrijding van de armoede Voorstelling van het RIZIV: OMNIO Conclusies HIVA/ULB studie jobcoaching, voorstel voor actieplan, 27 januari 2010 Variaties in de uitgaven van de verzekering voor geneeskundige verzorging in België, Vlaanderen en West-Vlaanderen, 24 maart 2010 Sociale bescherming van kinderen met een handicap Ongelijkheden in de gezondheid – Goede plaatselijke praktijken in Wallonië Multilateraal overleg 8-10-04 Brusselse Welzijns- en gezondheidsRaad vzw Wijkhuis blekerij
Pijler 4: Ontwikkeling van een jaarlijks thema (”macroproject”) Op consensuele wijze werd de “Toegankelijkheid tot borstkankerscreening” als jaarthema of macroproject gekozen voor 2011.
63
NIEUWE GROTE THEMA'S IN 2010
Hoofdstuk IV
NIEUWE GROTE THEMA’S IN 2010
64
NIEUWE GROTE THEMA'S IN 2010
IV.1. Nieuw honoreringssysteem voor apothekers en 21ste toevoegingsclausule bij de Overeenkomst Apothekers - VI Het Koninklijk Besluit van 16 maart 2010 (Belgisch Staatsblad van 19 maart 2010) voorziet een nieuw honoreringssysteem voor apothekers. De honorering van de apothekers zal voor de afleveringen vanaf april 2010 bestaan uit: Basishonoraria voor de aflevering van farmaceutische specialiteiten. Specifieke honoraria verbonden aan de aflevering in INN en/of van specialiteiten uit hoofdstuk IV. De berekening van de prijs van het geneesmiddel gebeurt niet meer alleen op basis van de productieprijs, maar er wordt ook rekening gehouden met de economische marge om de werkelijke afleveringskosten van de geneesmiddelen te dekken. Het nieuwe honoreringssysteem voor apothekers heeft enkel betrekking op farmaceutische specialiteiten met uitzondering van zuurstof en de specifieke tegemoetkoming voor contraceptiva voor jongeren. De 21ste toevoegingsclausule bij de overeenkomst tussen de verzekeringsinstellingen en de apothekers wijzigt artikel 6 bis van de Overeenkomst tussen de apothekers en de verzekeringsinstellingen. Hieronder worden kort de gevolgen van deze wijziging weergegeven, die op 01.04.2010 in werking tradt:
Zuurstofgas en vloeibaar zuurstof worden vanaf heden gefactureerd volgens de prijzen die gepubliceerd zijn in het KB van 21/12/2001; De accessoires bij de levering van zuurstofgas worden zoals vroeger getarifeerd via een lijst van CNK-codes, behalve het honorarium voor de coördinatie van de tarificatie. Er mag er per patiënt en per kalendermaand een honorarium voor de coördinatie en de begeleiding van de behandeling worden getarifeerd. Dit honorarium vervangt het honorarium voor de coördinatie van de tarificatie.
IV.2. Kennisgeving voor implantaten Er is een procedure voor kennisgeving voor terugbetaalbare implantaten, die een kennisgevingsnummer toegewezen krijgen door het ziekenhuis. Deze procedure, die tot 30.06.2011 een afwijking voorziet om het kennisgevingsnummer in de facturatie te vermelden, zal verplicht worden op 1 juli 2011.
65
NIEUWE GROTE THEMA'S IN 2010
IV.3. Nieuwigheden in de tandverzorging
De uitbreiding van de bovenste leeftijdsgrens van 40 naar 45 jaar met betrekking tot het verwijderen van subgingivaal tandsteen (toepassingsdatum: 1 juni 2010). De daling van de onderste leeftijdsgrens van 60 naar 55 jaar voor tandextracties (toepassingsdatum: 1 juni 2010).
IV.4. Wijzigingen aan de nomenclatuur kinesitherapie op 1 september 2010 Het KB van 22.07.10 (BS van 30.07.10) voorziet:
Een verhoogde terugbetaling voor de zittingen tussen de 61ste en de 80ste betreffende de Chronische F- Lijst. Nieuwe verstrekkingen voor situaties van bronchopulmonaire superinfecties. Nieuwe verstrekkingen voor subacute situaties na een opname in het ziekenhuis of een revalidatie.
IV.5. Tegemoetkoming voor kinderen die lijden aan galactosemie (vanaf augustus 2010) Het KB van 05.07.10 (BS van 16.07.10) voorziet een tussenkomst van 60 EUR per maand voor kinderen tot hun 2de verjaardag in het kader van de behandeling van galactosemie. Om dit te doen moet de kinderarts een kennisgeving versturen.
IV.6. Tegemoetkoming in de reiskosten van rechthebbenden opgenomen in een centrum voor dagverzorging Een Koninklijk Besluit van 12 oktober 2010, waarin de voorwaarden volgens welke de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen tussenkomt in de reiskosten van rechthebbenden die zijn opgenomen in een centrum van dagverzorging, is verschenen in het Belgisch Staatsblad van 27 oktober 2010 en treedt in werking op 1 november 2010. Een bedrag van 0,30 EUR per km wordt terugbetaald op grond van de werkelijke afstand tussen de effectieve verblijfplaats van de rechthebbende en het centrum voor dagverzorging waar hij is opgenomen met een plafond van 15 km heen/15 km terug per dag.
66
NIEUWE GROTE THEMA'S IN 2010
IV.7. Nieuwe maatregelen ten voordele van de Rusthuizen en Verzorgingstehuizen In 2010 zijn er specifieke maatregelen getroffen om de referentiepersoon voor de behandeling van dementie te financieren, om de normen van 0,20 VTE voor het verzorgend personeel in RVT op te trekken alsook om de avond- en nachtprestaties van het verplegend en verzorgend personeel te financieren. Deze laatste bepalingen over de financiering van oncomfortabele werkprestaties werden ook genomen in de sector van de thuisverpleging.
67
TAKEN VAN INTERN BEHEER UITGEVOERD DOOR HET CENTRAAL BESTUUR
Hoofdstuk V
TAKEN VAN INTERN BEHEER UITGEVOERD DOOR HET CENTRAAL BESTUUR
68
TAKEN VAN INTERN BEHEER UITGEVOERD DOOR HET CENTRAAL BESTUUR
V.1. Personeelsbeheer V.1.1. HET PERSONEEL VERDEELD VOLGENS HET STATUUT Tabel 42:
Verdeling van het personeel volgens het statuut op 31.12.2009 en 31.12.2010 2009
%
2010
%
2 44 66 133 7 252
1% 17% 26% 53% 3% 100%
2 45 67 137 7 258
1% 17% 26% 53% 3% 100%
Statutairen Contractuelen Geneesheer Gesubsidieerde contractuelen Vervangingscontracten Contractuelen bepaalde duur Contractuelen onbepaalde duur Arbeider
222 87 9 5 27 6 33 7
71% 29% 3% 2% 9% 2% 11% 2%
224 87 9 0 31 2 39 6
72% 28% 3% 0% 10% 1% 12% 2%
Totaal equivalenten
309
100%
311
100%
Personeelsplan: Managementfunctie Niveau A Niveau B Niveau C Niveau D Totaal Personeelsbestand:
Bron: HZIV – Dienst Human Resources
Grafiek 14: Verdeling van het personeel volgens het statuut op 31.12.2010
statutairen
1% 12%
contractuelen bepaalde duur
2%
contractuelen onbepaalde duur arbeider
72%
10% 0% 3%
vervangingscontract van onbepaalde duur gesubsidieerde contracten geneesheer
Bron: HZIV – Dienst Human Resources
Meer dan 70% van het personeel van de HZIV is statutair. 22% van het contractueel personeel geniet van een contract van onbepaalde duur of van een vervangingscontract van onbepaalde duur.
69
TAKEN VAN INTERN BEHEER UITGEVOERD DOOR HET CENTRAAL BESTUUR
V.1.2. HET PERSONEEL VERDEELD VOLGENS HET NIVEAU Meer dan de helft van de personeelsleden zijn van niveau C. De rest van het personeel behoort tot niveau A, B of D. Grafiek 15: Verdeling van het personeel volgens het niveau op 31.12.2010
53% 3% 1% managementsfunctie niveau A niveau B niveau C 17%
niveau D
26%
Bron: HZIV – Dienst Human Resources
V.1.3. INDIENSTTREDING EN VERTREK VAN DEFINITIEVE PERSONEELSLEDEN Tabel 43: Indiensttreding en vertrek van definitieve personeelsleden in 2010 Franstaligen
Nederlandstaligen
Totaal
1. Indiensttreding: via werving via mobiliteit
9 1
7 3
16 4
2. Vertrek: vrijwillig ontslag pensioen mobiliteit
4 7 0
6 4 0
10 11 0
Bron: HZIV – Dienst Human Resources
70
TAKEN VAN INTERN BEHEER UITGEVOERD DOOR HET CENTRAAL BESTUUR
V.2. De Interne Audit De HZIV heeft beslist om een afzonderlijke Directie Interne Audit op te richten. De Directie Interne Audit bestaat uit twee interne auditeurs (2 attachés, één van elke taalrol), onder de leiding van de Adviseur Interne Audit. Samenvattend kan worden gesteld dat de dienst Interne Audit 2 belangrijke taken uitoefent. 1. Interne audit: het analyseren van de huidige procedures en werkmethodes van de HZIV en het maken van pertinente aanbevelingen om de procedures, werkmethoden en resultaten permanent te verbeteren en de opvolging van de externe controles te waarborgen. 2. Begeleiding van de (weder)opbouw van het interne controlesysteem: de verschillende diensten helpen bij de analyse van hun werking, de identificatie van hun risico’s, de definitie van adequate controleactiviteiten en relevante meetinstrumenten. Op deze punten wordt hierna dieper ingegaan.
V.2.1. DE EIGENLIJKE INTERNE AUDIT V.2.1.1. De uitvoering van interne controlebezoeken De belangrijkste taak van de Cel Interne Audit betreft uiteraard de “interne audit” an sich, waarbij de nadruk ligt op de technische controle van de naleving van de reglementering, waarbij ook procescontroles en –analyses een belangrijke rol spelen. Qua bezetting heeft de dienst een aantal veranderingen gekend: de Nederlandstalige auditeur, die in februari is vertrokken, werd in april vervangen en sinds juli geeft een “eigen” adviseur leiding aan de dienst. Sinds september 2010 volgen beide interne auditeurs een academische opleiding in interne audit. Het aangepast auditcharter werd in augustus 2010 door de Directieraad goedgekeurd. Het auditplan voor het jaar 2011 is door het Directieraad goedgekeurd en vervolgens voorgelegd aan het Beheerscomité en aan de CDZ. De meeste controlebezoeken die in 2010 in de gewestelijke diensten werden afgelegd, hadden betrekking op systematische controles, dit wil zeggen thematische controles die vooraf gepland en voorbereid zijn. Het betrof in 2010 vooral de verzekerbaarheid met voornamelijk het beheer van de jaarlijkse controlelijst en het beheer van de nieuwe leden weze het via primo-inschrijving of via mutatie. Ook werd onderzocht welk gevolg is gegeven aan de aanbevelingen die in 2009 zijn geformuleerd i.v.m. gezondheidszorgen en conventies. Eveneens werden in 2010 een paar interne diensten op het hoofdbestuur onderzocht: de Geneeskundige verzorgingen en de internationale betrekkingen. Een aantal bijkomende occasionele controles hadden betrekking op de boekhouding en het correct
71
TAKEN VAN INTERN BEHEER UITGEVOERD DOOR HET CENTRAAL BESTUUR
beheren van de koffer- en kasboeken. Alle gewestelijke diensten zijn minstens eenmaal gecontroleerd in de loop van het jaar 2010. Tabel 44: Aantal controlebezoeken ter plaatse in 2010 Controle
Aantal controlebezoeken per Gewestelijke Dienst
SYST
601
602
603
604
605
606
607
608
609
610
615
620
VERZ
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
1
GVDB
1
0
0
1
0
1
0
0
0
1
0
0
UITK
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
CONV
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
MEDI
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
BOEK
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
601
602
603
604
605
606
607
608
609
610
615
620
BOEK
2
0
2
0
1
1
1
0
1
0
1
0
Totaal
5
2
4
3
3
4
3
2
3
3
3
1
OCCA
Bron: HZIV – Cel Interne Audit SYST: systematische controle; VERZ: verzekerbaarheid; GVDB: geneeskundige verzorging en derdebetalers; UITK: uitkeringen; CONV: internationale conventies; MEDI: medische dienst; BOEK: boekhouding; OCCA: occasionele controle
V.2.1.2. De opvolging van de externe controlebezoeken De Cel Interne Audit is tevens belast met de opvolging van de externe audits die worden uitgevoerd door de Dienst voor Administratieve Controle van het RIZIV (DAC), de Controledienst voor de Ziekenfondsen (CDZ) en het Rekenhof. In de loop van het jaar 2010 heeft de DAC in totaal 240 controledagen gepresteerd in de diverse gewestelijke diensten en op het centraal bestuur van de HZIV. Van deze 240 dagen gingen er 15 naar controles per thema, 55 naar occasionele controles en 170 naar opvolgingscontroles. Zonder rekening te houden met de opvolgingscontroles, werden in de loop van het jaar 2010 niet minder dan 297 dossiers onderzocht, waarvan 71% correct en 25,3 % foutief waren terwijl er 3,70% in beraad werd gehouden. Tabel 45: Aantal door de DAC gecontroleerde dossiers in 2010 Controle
CORRECT
Aantal gecontroleerde dossiers per Gewestelijke Dienst 600
601
602
603
604
605
606
607
608
609
610
615
620
TOT
1
8
3
33
48
29
22
7
0
19
13
19
9
71%
BERAAD
1
1
0
7
1
0
0
0
0
0
0
1
0
3,7%
FOUT
0
12
10
9
15
5
5
4
0
6
0
5
4
25,3%
Totaal
2
21
13
49
64
34
27
11
0
25
13
25
13
297
Bron: HZIV – Cel Interne Audit
In dezelfde gedachtengang voert de dienst Interne audit ook onderzoek uit op vraag van het RIZIV inzake repressie van sociale fraude. In deze context heeft de Cel audit (sedert oktober 2009) talrijke aanvragen behandeld.
72
TAKEN VAN INTERN BEHEER UITGEVOERD DOOR HET CENTRAAL BESTUUR
V.2.2. DE
BEGELEIDING VAN DE CONTROLESYSTEEM
(WEDER)OPBOUW
VAN HET INTERNE
Onder artikel 109 van de bestuursovereenkomst staat vermeld dat “tijdens de uitvoering van de derde bestuursovereenkomst de HZIV op een meer systematische wijze de risico’s wil beschrijven om op langere termijn, tot een beter uitgewerkt intern controlesysteem te komen (gebaseerd op COSO)”. De dienst Interne audit heeft de taak gekregen dit proces te begeleiden. Eind 2010 heeft de dienst Interne audit de eerste stappen ondernomen richting herstructurering van het interne controlesysteem:
Een reeks presentaties over het COSO-model werd in de maanden september en oktober georganiseerd. Een eerste analyse van de controleomgevingen, de eerste laag van het het COSOModel, werd in de maanden oktober en november uitgevoerd. In november werd een eerste strategische risicoanalyse in samenwerking met de leden van de Directieraad uitgewerkt. In het activiteitenverslag van 2010 is een hoofdstuk “stand van het interne controlesysteem” toegevoegd.
De resultaten van zowel de analyse van de controleomgeving als van de strategische risico’s werden eind 2010 aan het management voorgelegd en zullen in 2011 verder worden uitgewerkt om tot een reeks aanbevelingen te komen. Daarnaast werd er ook beslist om in 2011 twee hoofdprocessen van nabij te begeleiden, namelijk de verzekerbaarheid en het uitbetalen van de uitkeringen.
73
TAKEN VAN INTERN BEHEER UITGEVOERD DOOR HET CENTRAAL BESTUUR
V.3. Logistieke steun In vergelijking met 31 december 2009 is de totaalwaarde van de inventaris op 31 december 2010 gestegen met 2,09% voor het meubilair, 12,41% voor het informaticamateriaal, 8,41% voor het materieel en 5,81% voor de machines. Tabel 46: Inventaris op 31.12.2010 (samengevat per GD) in EUR Meubilair
Machines
Materieel
Informatica
Totaal
%
CB
491.948,1
173.574,2
26.626,79
10.783.943
11.476.092,09
88,51%
GD
550.008,63
110.914,52
103.528,19
725.371,02
1.489.822,36
11,49%
601
31.379,58
7.906,15
1.973,48
61.622,89
102.882,10
0,79%
602
63.921,92
8.335,83
8.618,53
55.662,22
136.538,50
1,05%
603
45.560,21
12.417,22
8.829,83
54.464,61
121.271,87
0,94%
604
51.078,64
8.328,40
5.562,11
111.782,6
176.751,75
1,36%
605-615
122.466,2
21.715,4
20.504,2
127.520,9
292.206,70
2,25%
606
43.706,7
11.154,2
8.623,60
69.807,17
133.291,67
1,03%
607
57.661,12
12.789,29
26.429
54.759,09
151.638,50
1,17%
608
10.842,57
3569,09
6062,25
30.633,39
51.107,30
0,39%
609
43.026,38
7.191,22
5.537,32
40.048,25
95.803,17
0,74%
610-620
80.365,31
17.507,72
11.387,88
119.069,9
228.330,80
1,76%
1.041.956,73
284.488,72
130.154,98 11.509.314,02
12.965.914,45
100,00%
8,04%
2,19%
Totaal %
1,00%
88,77%
100,00%
Bron: HZIV – Algemene Diensten – Afdeling Logistieke Steun
Tabel 47: Inventaris op 31.12.2010 (bewijsstukken) in EUR Meubilair
Machines
1.020.669,10
268.879,92
Bijgekomen 2010
28.337,02
15.802,17
12.512,57
1.271.044,92
1.327.696,68
Uitgegaan 2010
-7049,32
-193,36
-2.410,24
0
-9.652,92
1.041.956,80
284.488,73
Inventaris op 31.12.2009
Inventaris op 31.12.2010
Materieel
Informatica
Totaal
120.052,65 10.238.268,86 11.647.870,53
130.154,98 11.509.313,78 12.965.914,29
Bron: HZIV – Algemene Diensten – Afdeling Logistieke Steun
Het is aangewezen om op deze bedragen de reglementaire afschrijvingen toe te passen.
74
TAKEN VAN INTERN BEHEER UITGEVOERD DOOR HET CENTRAAL BESTUUR
V.4. Informaticadienst V.4.1. PERSONEEL In 2010 telde de Directie Informatica van de HZIV een personeelsbestand van 50 personen.
V.4.2. MODERNISERINGSBELEID Het moderniseringsbeleid werd voortgezet.
Implementatie van de gekozen oplossing speciaal bestek voor de vernieuwing van de servers van de centrale site en voor de invoering van een gerepliceerde stockageoplossing tussen de centrale site en de noodsite (Charleroi). Implementatie van het “backup” project gebaseerd op een oplossing Netbackup 6.5. Implementatie van de nodige infrastructuur voor het Datawarehouse project. Gebruik en coherent beheer van de nieuwe exchange solution 2007. Gebruik en coherent beheer van de nieuwe active directory solution. Voortzetting en afwerking van het project GD server. Voortzetting en implementatie van de IP telephony solution op alle sites van de HZIV. Doeltreffende continuïteit van het monitoringsysteem op werkdagen van 7.30 tot 18 uur. Invoering van een monitoringsysteem 24/24, 7/7 voor de meest gevoelige systemen. Voortzetting van het onderzoek naar de invoering van een noodsite (DRP). Voortzetting van het onderzoek naar de consolidatie van de databanken Informix. Voortzetting van het onderzoek naar de migratie van de databanken informix naar databanken Oracle. Invoering van een “high availability“ systeem voor de proxy. Onderzoek naar de reorganisatie van de documentatie. Onderzoek naar de reorganisatie van alle servers (naming convention, ip convention, ...). Opstarten van een documentatieproject van de producten/systemen. Reorganisatie van het LAN op het centraal bestuur (Router, segmenten, …). Productie van de server Idap (intranet). Onderzoek van de migratie van de antivirusserver. Voortzetting van de verbetering van het CareNetsysteem: integratie van de axwayoplossing, monitoring CareNet, …
V.4.3. DE GEBRUIKERS BIJSTAAN Door de oplossing bestaande uit een service desk en asset management (beheer van de inventaris van het informaticamateriaal) konden 6.106 oproepen worden behandeld. Voor 1.043 oproepen werd direct een oplossing aangeboden (opgelost tijdens de oproep).
75
TAKEN VAN INTERN BEHEER UITGEVOERD DOOR HET CENTRAAL BESTUUR
V.4.4. LEBE/VERZEK Overzicht van de inhoud van de eerste fases van het project LEBE/VERZEK Dit project werd gevoerd volgens de principes van de iteratieve en stapsgewijze ontwikkeling. Hieronder volgt, ter herinnering, een overzicht van de fasen die dit jaar en het jaar ervoor werden doorlopen. Fase I: nieuwe inschrijving VVW TV (Verzekerde Vreemde Wetgeving Tijdelijk Verblijf) Fase II: nieuwe inschrijving VBW (Verzekerde Belgische Wetgeving) nieuwe inschrijving VVW BEV (Verzekerde Vreemde Wetgeving Belgisch Verblijf) nieuwe inschrijving PTL van een VBW (Persoon ten laste) Fase III: beheer van de gegevens voor de verplichte signaletiek (INSZ, naam, voornamen, officieel adres, …) behandeling van de signaletiekstromen van de KSZ takenlijst beheer van de bijkomende signaletiekgegevens (bankrekening, telefoon, contactadres, derde, …) Fase IV: inschrijving PTL van een VVW BEV (IVa) inschrijving / herinschrijving / opnieuw aansluiten van een lid (IVa) wijziging van de hoedanigheid (IVa) overdracht van het beheer van een mutualistische familie naar een andere GD (IVa) overdracht van het beheer van een verzekerde die PTL wordt, naar een andere GD (IVa) regularisatie / aanpassing van de vorige hoedanigheden (IVb) beheer beëindigen lidmaatschap (mutatie in het nadeel van de HZIV, overlijden, …) (IVc) beheer van de stromen verzekerbaarheid (IVc) beheer van de voordelendossiers (IVc) Fase V: jaarlijkse controle van de verzekerbaarheid verlengen / afsluiten van de rechten Fase VI: beheer van de SIS-, Europese- en e-Id-kaarten invoering van de permanente controle consultatie van de historiek Fase VII: juridische statistieken
76
TAKEN VAN INTERN BEHEER UITGEVOERD DOOR HET CENTRAAL BESTUUR
Functionele realisaties De fasen I, II en III werden in 2007 geïmplementeerd. Fase IV werd progressief in productie gesteld in 2008 en 2009: in 2008 (fase IVa en IVb) inschrijving PTL van een VVW BEV inschrijving / herinschrijving / opnieuw aansluiten van een lid wijziging van de huidige hoedanigheid (PTL <-> GER of PTL <-> PTL) overdracht van het beheer van een mutualistische familie of van een verzekerde die PTL wordt, naar een andere GD (IVb) wijziging van de huidige hoedanigheid (GER <-> GER) regularisatie / aanpassing van de vorige hoedanigheden (IVb)
in 2009 fase (IVc) beheer van de stromen verzekerbaarheid beheer van de vertrekken (mutatie vertrek, overlijden, ...) beheer van de dossiers voordelen (IVc)
Fase V (jaarlijkse controle van de verzekerbaarheid) werd geïmplementeerd van oktober tot december 2008. De jaarlijkse controle van de verzekerbaarheid voor het referentiejaar 2009 werd in september 2010 bijgewerkt. Fase VI werd in 2010 in productie gesteld met het beheer van de SIS-, Europese en e-Idkaarten, maar ook met de invoer van de permanente controle in het eerste semester en het raadplegen van de historiek in het tweede semester. Daardoor hebben we de aanpassing van de verzekerbaarheidsmodules van de toepassing “DATO” kunnen afsluiten. De verbeteringen aan de processen inzake regularisatie en synchronisatie van de gegevens naar de toepassing DATO traden eveneens in productie in 2010. De aanpassingen en het beheer van nieuwe SED-documenten, prioritair in het kader van het Europees project EESSI, werden eveneens geïmplementeerd in mei 2010. De analyse van de levering van de wettelijke statistieken is in december 2010 begonnen.
V.4.5. FINANCIEEL BEHEER SYSTEEM Doel Het project FBS werd opgestart in juni 2008 met als doel alle betalingen aan leden en verstrekkers te centraliseren en de inhoudingen en de doorstortingen aan derden te beheren om hiermee rekening te kunnen houden op het moment van de betaling.
77
TAKEN VAN INTERN BEHEER UITGEVOERD DOOR HET CENTRAAL BESTUUR
Inhoud In de loop van 2010 werden aan de toepassing verschillende nieuwe functionaliteiten toegevoegd: 1) Historische gegevens van dossiers inhoudingen en doorstortingen 2) Samenvattend boekhoudkundig document 3) Verschillende gedetailleerde opzoekmogelijkheden 4) Verschillende rapporten ter ondersteuning
Realisatie van het project De eerste versie van het systeem FBS werd begin februari 2009 in gebruik genomen door alle Gewestelijke Diensten en het Centraal Bestuur. In het jaar 2010 werd het programma zoals gepland verder verrijkt met verschillende nieuwe functionaliteiten. Hiertoe werden er vijf belangrijke versies van het programma in de loop van het jaar 2010 opgeleverd.
V.4.6. ONDERHOUD VAN DE TOEPASSINGEN Er werden 220 werkaanvragen ingediend in 2010. Naast de prestaties uitgevoerd in het kader van het evolutief onderhoud en de gegevensextracties, werden een aantal werkaanvragen die ingrijpende aanpassingen vereisten, uitgevoerd. Geneeskundige verzorging Opvolging van de reglementering geneeskundige verzorging: wijziging leeftijdsgrenzen (F1927) en tandheelkundige verstrekkingen (F1969), verbod derdebetaler tandartsen (F1987), anesthesistencodes (F1942), registratie van de niet-terugbetaalbare geneesmiddelen (F1852), aanpassing kennisgevingen implantaten (F1776 + GC), … Bijwerken van de instructies voor elektronische facturering Aanpassingen van de factureringsinstructies Farmanet (F1873) Levering van de statistieken (IMA, doc P-PH-FH-SHA) en juridische onderzoeken Aanpassing van de PROMED-statistieken (doc P-PH-FH-SHA, N) in xml-format Administratieve verlenging van het GMD (F1938) Centraal referentiebestand van de zorgverleners Aanpassing van het afrekeningssysteem voor verzorging verstrekt in het buitenland (F1747, F1881) Centralisering factuurboek Registratie van groepspraktijken (F1858) Aanpassingen van de berekeningsprogramma’s van de twaalfden (1907) MAF Chronisch Zieke (F1965) Verbetering van de opvolging van de anomalieën (dossier PAR F2008) Controle van de ziekenhuisfacturen voor penitentiaire inrichtingen (FOD Justitie – F1213) Centralisering van de boekhouding Aanpassing van het beheer van de bankrekeningen verbonden met FBS 78
TAKEN VAN INTERN BEHEER UITGEVOERD DOOR HET CENTRAAL BESTUUR
Medisch kabinet
Toevoeging type aanvraag « Syndroom van Sjögren » in de toepassing Gezondheidszorgen (F1892) Toevoeging type aanvraag « Ernstige afkeer voor orale voeding » (F1814) Wijziging lay-out van de statistiek « MRS/MRPA » en « Dagverzorgingscentra » bestemd voor het RIZIV (F1812) Toevoeging functionaliteiten voor het afdrukken van documenten i.v.m. magistrale bereidingen (F1773) Uitbreiding van de lijst van de aandoeningen in het kader van Kiné F – zware pathologie (F1749) Toevoeging type aanvraag « Terugbetaling prestaties in het kader van de ziekte van Huntington » (F1716) Toevoeging type aanvraag « Terugbetaling prestaties in het kader van palliatieve zorgen » (F1649) Ontwikkeling elektronische stroom voor de « Deeltijdse werkhervatting met toestemming van de Adviserend Geneesheer ». Zorgen voor het versturen van de informatiestroom naar het RIZIV en het ontvangen van een feedbackstroom van het RIZIV (F1055)
Uitkeringen
Aanpassing voor het toekennen van een inhaalpremie aan sommige categorieën invaliden (F1897) Opmaken van de fiscale fiches voor het inkomstenjaar 2009 voor alle verzekerden die een uitkering hebben ontvangen (F1896) Aanpassing in het kader van de verlenging van de moederschapsrust voor de zelfstandigen van toepassing vanaf 01/01/2010 (F1849) Aanpassing van de boekhouddocumenten Invaliditeit bestemd voor het RIZIV, naar aanleiding van de toevoeging van een nieuw loonplafond (F1839) Wijzigingen voor de werkverwijdering van toepassing vanaf 01/01/2010 (F1838) Verhoging van de invaliditeitsuitkeringen van toepassing vanaf 01/01/2010 (F1638)
Juridisch
Opmaak van een statistiek in het kader van de dossiers ongevallen (F2040) Opzetten van een link tussen het boekhoudprogramma PIA en de toepassing Ongevallen (F1956)
Leden - Verzekerbaarheid
Verschillende selecties voor HZIV-Info of openingsuren GD Systematische controle BVT via FTP Aanpassingen van het synchronisatieprogramma DATO-BPR Rekening houden met de nieuwe reglementering voor zorgen in het buitenland (EESSI)
79
TAKEN VAN INTERN BEHEER UITGEVOERD DOOR HET CENTRAAL BESTUUR
Carenet
Bijwerken van de berichten 920900, 920098 en 920099 (F1833) Implementeren van de berichten 430xxx voor MyCarenet (F1945_3) Aanpassen Robotool en AutoCompt.exe Aanpassen berichten Carenet 7xxxxx (F1835) Aanpassen berichten 721xxx (datum adm > datum rechten) (F1775) Aanpassen berichten 80xxxx (F1834) Extracties ziekenhuiscarrousel (F1866) Test voor de split van de Dlls en aanpassen van Axway Implementatie van het raadplegen van berichten 727200 (F1225) Wijzigen berichten 410xxx (F1949) + papier akkoord (F1954) Afdrukken bijlagen MyCarenet (F1955) Aanpassen berichten 920xxx (F1945) Afrekenbestand per GD (F1997) Aanpassen berichten 730000 (F2023) Project DOSZ: bericht 801xxx DOSZ
Axway
Ontwikkelen van een eenvormige hoofding voor de uitwisseling van stromen met het RIZIV via het platform Carenet (project 2) Conversie van flat-file bestanden PROMED in xml-format
V.5. Specifieke juridische taken De Juridische Dienst van de Directie Reglementering van het Centraal Bestuur is belast met de behandeling van de juridische betwistingen en de ingewikkelde toepassingsgevallen van de ziekte- en invaliditeitsverzekering.
V.5.1. UITOEFENING VAN HET SUBROGATIERECHT Artikel 136 §2 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen (gecoördineerd op 14 juli 1994) bepaalt dat de verzekeringsinstelling rechtens in plaats van de rechthebbende treedt voor het terugvorderen van de sommen wanneer hem krachtens het gemeen recht of een andere wetgeving schadeloosstelling wordt verleend.
V.5.1.1. Geschillendossiers (provisionele uitbetalingen) Men spreekt over geschillendossiers wanneer de noodzaak bestaat een bedrag, provisioneel uitbetaald inzake geneeskundige verzorging en uitkeringen voor arbeidsongeschiktheid die eventueel te wijten kan zijn aan een verkeersongeval, een werkongeval of enig ander fysiek letsel veroorzaakt door een derde, terug te vorderen.
80
TAKEN VAN INTERN BEHEER UITGEVOERD DOOR HET CENTRAAL BESTUUR
De opdracht van de Juridische Dienst omvat de volledige behandeling van de dossiers, vanaf de hulp geboden aan de verzekerde bij het invullen van de aangifte tot de eventuele terugvordering van de uitgaven en zonodig de opvolging van gerechtelijke acties. Bij toepassing van deze wettelijke bepaling, werden in de loop van dit jaar 3.269 nieuwe dossiers aangelegd (tegen 3.056 in 2009). Het gaat enerzijds om dossiers die werden behandeld door de Gewestelijke Diensten onder de controle van het Centraal Bestuur en anderzijds om gevallen die omwille van hun specifieke karakter door de Gewestelijke Diensten werden bezorgd aan de Juridische Dienst. Het aantal hangende dossiers (=dossiers nog in behandeling d.w.z. niet afgesloten) bedroeg 2.935 op 31 december 2010 (tegen 2.730 in 2009). De tabellen hieronder geven, per GD, het detail van de geopende en afgesloten dossiers in 2010. Tabel 48: Geopende, afgesloten en hangende dossiers Gewestelijke Dienst Antwerpen Brabant West-Vlaanderen Oost-Vlaanderen Henegouwen Luik Limburg Luxemburg Namen Eupen Charleroi Malmedy Totaal
Dossiers geopend in 2010
Dossiers afgesloten in 2010
Dossiers hangende op 31.12.2010
268 376 242 331 417 392 103 22 384 330 228 176 3.269
264 342 275 353 314 398 101 21 316 330 181 177 3.072
197 464 240 399 524 234 112 25 247 203 212 78 2.935
Bron: HZIV – Directie Reglementering – Juridische Dienst
Tabel 48 geeft het detail weer van de dossiers afgesloten in 2010 waarvoor een terugbetaling van onrechtmatig uitgekeerde bedragen werd verkregen van een derde partij (verzekeraar-wet, verzekerden…). Het gaat om 2.441 dossiers (tegen 1.788 in 2009). Van de 3.072 ‘‘afgesloten’’ dossiers in 2010, werden er 631 uit de tabel weggelaten. Het gaat om dossiers over ongevallen in het privé-leven waarbij doorgaans geen derde partij waarvan een terugvordering zou kunnen worden geëist, betrokken is 1 .
1
Een typisch voorbeeld is de verzekerde die thuis van de trap valt.
81
TAKEN VAN INTERN BEHEER UITGEVOERD DOOR HET CENTRAAL BESTUUR
Tabel 49: ‘‘Afgesloten’’ dossiers opgesplitst in functie van hun tenlasteneming Terugvordering
601
602
603
604
605
606
607
608
609
610
615
620
tot
%
43
74
39
92
13
146
9
8
95
77
34
26
6
1
3
33
2
5
0
1
9
0
2
0
62
2,54%
11
16
13
22
5
10
11
1
10
35
7
11
152
6,23%
147
235
192
148
284
161
60
6
32
95
124
54
1
0
1
3
0
1
2
0
0
3
1
0
12
0,49%
1
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
1
2
0,08%
verzekerde
0
0
0
0
3
0
0
0
1
0
0
0
4
0,16%
andere 2
1
2
2
0
1
0
0
0
0
5
4
0
15
0,62%
210
328
250
298
308
323
82
16
147
215
172
92
2.441
100%
ten laste van: de ZIV geen tussen-
656 26,87%
komst ZIV verzekering derde wetsverzeke-
1.538 63,01%
raar rechtstreeks bij de derde Verzekering of verzekeraar-wet en saldo ZIV
Totaal
Bron: HZIV – Directie Reglementering– Juridische Dienst
Tabel 48 geeft aan dat het totaal aantal vermelde gevallen (2.441) voor 2010 sterk is toegenomen tegenover 2009 (1.788). Het aantal zaken dat verhoudingsgewijs ten laste blijft van de ziekteverzekering is in 2010 merkbaar verminderd (ongeveer 26%) tegenover 2009 (ongeveer 31%). Wat het detail betreft van de effectief teruggevorderde sommen in 2010 (tabel 48), stelt men een sterke stijging vast van het totaal bedrag: 1.657.978,75 EUR in 2010 ten opzichte van 1.322.888,28 EUR in 2009. Tabel 50: Teruggevorderde bedragen in 2010 Geneeskundige verzorging
Uitkeringen
Begrafeniskosten
601
51.101,43
37.947,58
0,00
89.049,01
602
369.394,30
25.234,45
0,00
394.628,75
603
83.097,79
62.123,52
0,00
145.221,31
604
179.692,01
191.213,51
0,00
370.905,52
605
72.618,13
6.248,32
0,00
78.866,45
606
68.556,75
32.832,07
0,00
101.388,82
607
96.880,69
20.365,41
0,00
117.246,10
608
23.959,05
0,00
0,00
23.959,05
609
19.952,05
47.126,44
0,00
67.078,49
610
84.842,14
13.336,07
0,00
98.178,21
615
32.996,82
27.955,58
0,00
60.952,40
620 Totaal %
2
Totaal
64.552,37
45.952,27
0,00
110.504,64
1.147.643,53
510.335,22
0,00
1.657.978,75
69,22%
30,78%
0,00%
100%
Terugvordering ten laste van: het Gemeenschappelijk Motorwaarborgfonds, buitenlandse instellingen die tot de EER behoren, het Fonds voor Arbeidsongevallen, de Nationale Maatschappij van de Belgische Spoorwegen, de Administratieve Gezondheidsdienst, de Maatschappij voor het Intercommunaal Vervoer te Brussel.
82
TAKEN VAN INTERN BEHEER UITGEVOERD DOOR HET CENTRAAL BESTUUR
Bron: HZIV – Directie Reglementering – Juridische Dienst
69,22% van het totaal teruggevorderde bedrag betreft geneeskundige verzorging; 30,78% gaat over uitkeringen.
V.5.1.2. Dossiers «beroepsziekten» Behandeling van de ingediende aanvragen De Juridische Dienst heeft bij het Fonds voor Beroepsziekten 47 nieuwe aanvragen (tegen 63 in 2009) ter erkenning ingediend. Ze zijn per GD als volgt verdeeld. Tabel 51: Nieuwe aanvragen ingediend in 2010 601
602
603
604
605
615
606
607
608
609
610
620
1
9
4
0
7
10
6
6
0
1
1
2
Totaal 47
Bron: HZIV – Directie Reglementering – Juridische Dienst
Tijdens het dienstjaar 2010 nam het Fonds voor Beroepsziekten 84 beslissingen voor erkenning of verwerping van nieuwe aanvragen. In de volgende tabel vindt u de verschillende onderwerpen van de aanvragen.
83
TAKEN VAN INTERN BEHEER UITGEVOERD DOOR HET CENTRAAL BESTUUR
Tabel 52: Beslissingen van het FBZ voor erkenning of verwerping Beslissing van erkenning
Beslissing van verwerping
1. Eerste beslissing
11
1. Niet erkende ziekte
1
2. Herziening - verhoging
7
2. Conflict ziekte – gevraagde uitkeringen
3. Herziening - verlaging
0
3. Verzoek niet ontvankelijk, ongegrond
4. Bevestiging van percentage
0
0 31
4. Geen jaarlijkse uitkeringen
0
5. Niet blootgesteld aan risico’s
4
0
6. Geen verergering
0
0
7. Niet aangemeld op medisch onderzoek
1
8. Begrafeniskosten
6
8. Allerlei
1
9. Overbrenging van overledene
0
10. Geneeskundige verzorging
1
11. Allerlei
0
5. Preventie en verwijdering
21
6. Rectificerende beslissing 7. Jaarlijkse beslissingen
Totaal
46
38
Bron: HZIV – Directie Reglementering – Juridische Dienst
De 84 beslissingen hebben geleid tot 46 beslissingen van erkenning en 38 beslissingen van verwerping. Tabel 53: GD
0 (1)
Percentage van toegekende blijvende arbeidsongeschiktheid door het Fonds voor Beroepsziekten 1-9 10-19 20-29 30-39 40-49 50-59 60-69 70-79 80-89 90-99
100 125
150
Totaal
601
1
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
1
602
7
1
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
8
603
4
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
4
604
2
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
2
605
3
0
0
0
0
0
0
0
0
0
1
0
0
0
4
606
6
4
1
0
0
0
0
0
0
0
0
1
0
0
12
607
3
1
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
4
608
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
609
1
0
0
1
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
2
610
1
0
1
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
2
615
3
0
1
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
4
620
3
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
3
Tot.
34
6
3
1
0
0
0
0
0
0
1
1
0
0
46
(1)
Met inbegrip van de beslissingen van verwijdering uit het arbeidsmilieu, van toekenning van geneeskundige
verzorging, van uitkeringen aan rechthebbenden. Bron: HZIV – Directie Reglementering– Juridische Dienst
Terugvorderingen ten laste van het Fonds voor Beroepsziekten In afwachting van een definitieve beslissing door het Fonds voor Beroepsziekten, verleent de HZIV provisionele tussenkomsten die ter uitvoering van artikel 136 §2 van de gecoördineerde ZIV-wet van 14 juli 1994 moeten worden teruggevorderd. De bij het Fonds voor Beroepsziekten ingediende aanvragen tot terugbetaling worden doorgaans binnen een korte termijn afgehandeld.
84
TAKEN VAN INTERN BEHEER UITGEVOERD DOOR HET CENTRAAL BESTUUR
Tabel 54: Terugvorderingen ten laste van het Fonds voor Beroepsziekten GD
Op 31.12.2009 verschuldigde bedragen Begrafeniskosten
Uitkering
In 2010 ingediende bedragen Uitkering
Begrafeniskosten
In 2010 terugbetaalde bedragen Uitkering
Begrafeniskosten
In 2010 geweigerde bedragen Uitkering
Begrafeniskosten
Hangende vorderingen op 31.12.2010 Uitkering
Begrafeniskosten
601
0,00
0,00
4.971,31
0,00
4.971,31
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
602
7.859,73
0,00
51.370,95
0,00
50.083,76
0,00
0,00
0,00
9.146,92
0,00
603
163,00
0,00
11.207,20
0,00
11.207,20
0,00
0,00
0,00
163,00
0,00
604
3.646,44
0,00
3.169,20
0,00
3.169,20
0,00
0,00
0,00
3.646,44
0,00
605
7.469,87
0,00
8.826,12
0,00
15.946,81
0,00
0,00
0,00
349,18
0,00
606
4.760,97
0,00
16.051,71
0,00
16.051,71
0,00
0,00
0,00
4.760,97
0,00
607
4.728,72
0,00
9.282,72
0,00
9.282,72
0,00
0,00
0,00
4.728,72
0,00
608
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
609
0,36
0,00
5.181,68
0,00
5.181,68
0,00
0,00
0,00
0,36
0,00
610
233,98
0,00
8.949,84
0,00
8.949,84
0,00
0,00
0,00
233,98
0,00
615
13.474,31
0,00
15.653,65
0,00
15.653,65
0,00
0,00
0,00
13.474,31
0,00
620
8.480,86
0,00
19.841,51
0,00
28.322,37
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
Totaal
50.818,24
0,00
0,00
0,00
36.503,88
0,00
50.818,24
0,00 154.505,89
0,00 168.820,25
154.505,89
168.820,25
0,00
36.503,88
Bron: HZIV – Directie Reglementering– Juridische Dienst
In de loop van het jaar 2010 heeft de HZIV bij het Fonds voor Beroepsziekten aanvragen tot terugbetaling ingediend voor een totaal bedrag van 154.505,89 EUR, waarbij het bedrag van vroeger ingediende aanvragen, waarvoor het FBZ nog geen beslissing had genomen, moet worden gevoegd. Het in 2010 terugbetaald bedrag is 168.820,25 EUR (tegen 319.186,97 EUR in 2009).
V.5.2. DOSSIERS «VERGISSINGEN
BIJ TARIFERING» OF MISBRUIKEN TEN LASTE VAN ZORGVERLENERS OF VERPLEGINGSINSTELLINGEN
De afhandeling van de dossiers «vergissingen bij tarifering» of van misbruiken is gebaseerd op een terugvordering toegekend aan de verzekeringsinstelling door artikel 164 van de gecoördineerde wet van 14 juli 1994. Tabel 55: Dossiers «vergissingen bij tarifering» Jaar 2005 2006 2007 2008 2009 2010
Aantal geopende dossiers F N 88 87 146 60 85 41 88 77 67 80 18 41
Totaal 175 206 126 165 147 59
Aantal afgesloten dossiers F N 106 97 126 53 94 46 103 81 53 71 32 64
Totaal 203 179 140 184 124 96
Bron: HZIV – Directie Reglementering – Juridische Dienst
In 2010 bedroegen de effectief teruggevorderde verstrekkingen 24.838,72 EUR (tegenover 29.371,78 EUR in 2009). Volgende tabel geeft de verdeling weer naargelang het type zorgverstrekker.
85
TAKEN VAN INTERN BEHEER UITGEVOERD DOOR HET CENTRAAL BESTUUR
Tabel 56:
Bedragen van de teruggevorderde verstrekkingen ten laste van derden in 2010
Zorgverstrekkers
1°kwart. 2010
2°kwart. 2010
Geneesheren
3°kwart. 2010 4°kwart. 2010
Totaal
31,22
0,00
0,00
0,00
31,22
Apothekers
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
Tandartsen
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
Vroedvrouwen/verpleegkundigen
0,00
0,00
211,35
17,70
229,05
Kinesitherapeuten
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
Opticiens
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
Logopedisten
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
Orthopedisten
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
Gehoorprothesisten
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
Bandagisten
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
Laboratoria (klinische biologie)
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
1.073,92
2.173,19
6.840,91
Rust– en verzorgingstehuizen
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
Rustoorden voor bejaarden
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
Andere
1.273,73
10.818,10
2.122,81
73,36 14.288,00
Totaal
2.378,87
12.991,29
9.175,07
293,49 24.838,72
Verplegingsinrichtingen
202,43 10.290,45
Bron: HZIV – Directie Reglementering – Juridische Dienst
V.5.3. GETUIGSCHRIFTEN VAN VOORTGEZETTE VERZEKERING De voortgezette verzekering laat een werknemer die niet langer onderworpen is aan de Belgische wetgeving inzake de sociale zekerheid van de werknemers toe zijn rechten op geneeskundige verzorging te behouden gedurende een beperkte periode. Artikel 247 §1 van het KB van 3 juli 1996, tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging, somt alle gevallen op die in aanmerking kunnen komen en onder welke voorwaarden en legt ook de bijdragen vast. Op verzoek van de Gewestelijke Diensten en na controle van de wettelijke gegrondheid, heeft de Dienst Verzekerbaarheid slechts 7 getuigschriften van voortgezette verzekering opgesteld, onderverdeeld zoals aangegeven in de volgende tabel. Tabel 57: Aantal getuigschriften van voortgezette verzekering per GD KB 3.7.1996 Art. 247 §1
601
602
603
604
605
606
607
608
609
610
615
620
1°
0
1
0
0
3
0
0
0
0
0
0
0
4
5°
0
0
0
0
0
1
0
0
0
0
0
0
1
7°
0
1
0
0
0
0
0
0
0
1
0
0
2
Totalen
0
2
0
0
3
1
0
0
0
1
0
0
7
Bron: HZIV – Directie Reglementering – Juridische Dienst
86
Totaal
TAKEN VAN INTERN BEHEER UITGEVOERD DOOR HET CENTRAAL BESTUUR
V.5.4. ONDERZOEK
NAAR VERZEKERBAARHEID NAAR AANLEIDING VAN ONTBREKENDE ELEKTRONISCHE BIJDRAGEBONS
De bijdragebons algemene regeling worden langs elektronische weg bezorgd via de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid. Bij het ontbreken van bons kunnen onze GD’s een beroep doen op de Dienst Verzekerbaarheid van de HZIV, die aan het RIZIV een duplicaat aanvraagt via elektronische weg.
87
TAKEN UITGEVOERD T.O.V. EXTERNE INSTANTIES
Hoofdstuk VI
TAKEN UITGEVOERD T.O.V. EXTERNE INSTANTIES
88
TAKEN UITGEVOERD T.O.V. EXTERNE INSTANTIES
VI.1. INSTITUTIONELE OMGEVING VAN DE HZIV De HZIV is gesitueerd binnen het raam van de ziekteverzekering en is vertegenwoordigd in verschillende raden, comités of commissies, o.a. binnen het RIZIV, het NIC, de Controledienst voor Ziekenfondsen (CDZ),...1 Zij werkt bovendien actief mee aan de voorbereiding van belangrijke dossiers in meerdere werkgroepen2. Haar vertegenwoordigers hebben niet alleen als taak deze vergaderingen voor te bereiden en bij te wonen, maar ook de verslagen op te stellen om de reglementaire beschikkingen ten uitvoer te kunnen brengen. Grafiek 16 16: Institutionele omgeving van de HZIV
NIC RIZIV
Volksgezondheid
KSZ
OISZ
CDZ
Bron: HZIV – Dienst Wetgeving – Communicatiedienst Communicatiedienst
1
Details: zie bijlage 1 van het verslag («Vertegenwoordiging van de HZIV binnen de verschillende commissies»). Bijvoorbeeld de werkgroep «Kohll en Decker» bij het RIZIV en vergaderingen betreffende het project SIS-kaart (RIZIV en NIC).
2
89
TAKEN UITGEVOERD T.O.V. EXTERNE INSTANTIES
VI.2. TEN
OPZICHTE VAN HET STATISTISCHE GEGEVENS
RIZIV:
AFLEVERING VAN
VI.2.1. GEGEVENS INZAKE GENEESKUNDIGE GENEESKUNDIGE VERZORGING Met betrekking tot de geneeskundige verstrekkingen worden de volgende statistieken geleverd aan het RIZIV. Maandelijks • De documenten N: cumulatieve statistische tabellen, opgesteld per nomenclatuurcode of pseudonomenclatuurcode • Statistische gegevens met betrekking tot de mobiliteitshulpmiddelen • Statistische gegevens met betrekking tot de thuisverpleging • Statistische gegevens met betrekking tot de door de verplegingsinstellingen ingediende elektronische facturatiebestanden (StatMD) • Statistische gegevens met betrekking tot de audiciens • Statistische gegevens met betrekking tot de implantaten (niet-terugbetaalde verstrekkingen) Driemaandelijks • Statistische gegevens met betrekking tot de implantaten (terugbetaalde verstrekkingen) • Statistische gegevens met betrekking tot de geneesmiddelen afgeleverd in de open officina’s (Farmanet Uniek Spoor – doc OTDPU) • Statistische gegevens met betrekking tot de maximumfactuur Zesmaandelijks • Statistische gegevens per zorgverlener (documenten P) • Statistische gegevens betreffende de farmaceutische producten, afgeleverd door de ziekenhuizen (doc PH) • Statistische gegevens betreffende de verpleegdagen, per verpleeginrichting en per dienst (doc H) • Statistische gegevens betreffende de forfaitaire verpleegdagen, inclusief het chirurgisch dagziekenhuis (doc FH) Jaarlijks • Statistische gegevens met betrekking tot de relatieve uitgaven, vergoed voor de in een ziekenhuis opgenomen rechthebbenden (doc SHA) • Statistische gegevens met betrekking tot de relatieve uitgaven bij daghospitalisatie • Statistische tabellen, opgesteld per algemeen geneeskundige voor bepaling van zijn potiënteel (doc PAT) • Statistische tabellen, opgesteld per medisch huis, met betrekking tot het aantal rechthebbenden, ingeschreven bij het medisch huis
90
TAKEN UITGEVOERD T.O.V. EXTERNE INSTANTIES
VI.2.2. GEGEVENS INZAKE UITKERINGEN UITKERINGEN Voor de primaire uitkeringen vormen de gegevens van de dagelijkse samenvattende staten in papieren vorm, die maandelijks door de GD aan het CB worden toegestuurd, het uitgangspunt. De aldus opgenomen gegevens maken het de Smals mogelijk de boekhoudkundige stukken voor primaire uitkeringen en primaire uitkeringen voor bevallingsrust C.21, C.23, C.421 en C.423 alsmede de statistische staten "S" op te maken, die vervolgens aan het RIZIV worden bezorgd. Voor de invaliditeitsuitkeringen worden de voorbereidende lijsten PI0, PI23, PI41, PI423 maandelijks opgemaakt op het CB aan de hand van de gegevens van de vorige maand en verbeterd en aangevuld door de Gewestelijke Diensten. Deze gegevens worden vervolgens aan het RIZIV bezorgd. Voor de begrafenisuitkeringen worden de staten PI3 opgemaakt op het CB aan de hand van de gegevens verstrekt door de GD’s.
VI.2.3. VI.2.3. GEGEVENS VAN VAN DE MEDISCH-ADMINISTRATIEVE DIENST DIENST Deze dienst levert periodiek statistieken over: • pacemakers en trimestriële hartkleppen; • PET-SCAN onderzoek; • arbeidsongeschiktheid; • verstrekkingen van functionele revalidatie waarvoor de adviserend geneesheer bevoegd is; • aanvragen voor hartrevalidatie voor kinderen tussen 0 en 2 jaar; • verplaatsingskosten bij revalidatie; • de vergoeding voor catheters van zelfsondage wordt aan het RIZIV bezorgd.
VI.2.4. MEDISCHE ENQUÊTES Met betrekking tot de mededeling van de gewaarmerkte bestanden overeenkomstig artikel 138 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen gecoördineerd op 14 juli 1994 aan de controlediensten van het RIZIV werd in 2005 een nieuw programma in gebruik genomen . De aanvragen van het RIZIV worden verzonden aan de HZIV per mail. Het antwoord van de HZIV wordt aan de regionale diensten van het instituut verzonden via CD-ROM’s of aan de centrale diensten van het RIZIV voor de bijzondere enquêtes. Uiteraard wordt met beveiligde (geëncrypteerde) bestanden gewerkt. In 2010 werden 16 medische enquêtes behandeld via het manuele systeem (oude procedure) en 736 via het automatische systeem.
91
TAKEN UITGEVOERD T.O.V. EXTERNE INSTANTIES
Grafiek 17 17: Medische enquêtes
16
Automatisch Manueel
736
Bron: HZIV – Directie Directie ReglementeringReglementering- Juridische Dienst
VI.3. TEN OPZICHTE VAN ANDERE INSTELLINGEN VI.3.1. KRUISPUNTBANK VAN DE SOCIALE ZEKERHEID Een groot deel van de informatie die de jaarlijkse controle van de verzekerbaarheid van onze leden mogelijk moet maken, bereikt de HZIV elektronisch via de KSZ. Het betreft de bijdragebons van de algemene regeling, de bijdragebons van de regeling van de zelfstandigen en de werkloosheidsbewijzen. De bijdragebons ‘‘Arbeidsongeval’’ en ‘‘Beroepsziekte’’ worden ook via elektronische weg bezorgd. Wanneer een verzekerde niet bekend is bij de KSZ worden de bijdragebons of attesten op papier opgesteld en via de verzekerde aan de GD bezorgd, die ze registreert. Andere attesten die de toekenning van het recht op de verhoogde tegemoetkoming en de sociale franchise toelaten, worden eveneens door de KSZ bezorgd. Het betreft: • attesten van de Rijksdienst voor Pensioenen voor gepensioneerden die recht hebben op een gewaarborgd inkomen; • attesten van de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid voor gehandicapte verzekerden; • attesten van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening voor langdurig werklozen; • attesten van het Kinderbijslagfonds voor gehandicapte kinderen die recht hebben op verhoogde kinderbijslag.
92
TAKEN UITGEVOERD T.O.V. EXTERNE INSTANTIES
VI.3.2. VOLKSGEZONDHEID De HZIV maakt jaarlijks een elektronisch bestand op dat het mogelijk maakt de toelagen te vorderen die in toepassing van de wet op de ziekenhuizen door de federale Overheidsdienst Volksgezondheid worden toegekend. De berekening van de terug te vorderen toelagen gebeurt op basis van de door de HZIV terugbetaalde ligdagprijzen. Voor 2010 bedraagt de tegemoetkoming door de FOD Volksgezondheid 222 222.723, 723,28 EUR.
VI.3.3. INTERMUTUALISTISCH AGENTSCHAP Het Intermutualistisch Agentschap (IMA) is een vzw, opgericht in oktober 2002 door de zeven verzekeringsinstellingen. Het IMA heeft als doelstelling de gegevens van de verzekeringsinstellingen met betrekking tot hun leden in uitvoering van hun wettelijke opdracht in het kader van de verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering te verzamelen en te analyseren en informatie hieromtrent te verstrekken. De opdrachten worden uitgevoerd op eigen initiatief of op initiatief van de overheid. In 2010 heeft de HZIV aan de ZIV statistische gegevens bezorgd met betrekking tot cardiale resynchronisatietherapie, zorgbehoevendheid, schildklierkanker, mondgezondheid, …
93
REKENINGEN 2010 VAN DE VERZEKERING GENEESKUNDIGE VERZORGING - UITKERINGEN
Hoofdstuk VII
REKENINGEN 2010
VAN DE VERZEKERING GENEESKUNDIGE VERZORGING – UITKERINGEN
94
REKENINGEN 2010 VAN DE VERZEKERING GENEESKUNDIGE VERZORGING - UITKERINGEN
VII.1. UITGAVEN VII.1.1. Belgische verzekerden Tabellen 58 en 59 geven een algemeen overzicht van de ontwikkeling van de uitgaven over de laatste vier jaren. Tabel 58: Vergelijking van de jaarlijkse netto-uitgaven (2007-2010) « geneeskundige verzorging » (in EUR) Netto uitgaven Totaal Algemene regeling Totaal Regeling zelfstandigen
2007
2008
2009
2010
119.676.406,00 2.855.203,96
127.572.523,21 4.197.217,68
131.722.385,90 5.516.170,22
135.578.952,34 6.141.001,35
Bron: HZIV – Financiële dienst – Boekhouding
Wat de regeling zelfstandigen betreft, is het onregelmatig verloop van de percentages van de uitgaven over de jaren heen te wijten aan het beperkt aantal ingeschreven zelfstandigen bij de HZIV. Tabel 59:
Jaarlijkse evolutie in percentages van de netto-uitgaven voor geneeskundige verzorging (2007-2010)
Netto uitgaven Totaal Algemene regeling Totaal Regeling zelfstandigen
2008/2007
2009/2008
2010/2009
+6,60 +47,00
+3,25 +31,42
+2,93 +11,33
Bron: HZIV – Financiële dienst - Boekhouding
In 2007 werd de nieuwe reglementering inzake geneeskundige verzorging van kracht, met als doel de documenten N aan te passen en te vervangen door documenten C. Deze wijziging werd gevolgd door een andere in de loop van het boekjaar 2008. Deze bestond uit het tot stand brengen en de uitvoering van de unieke regeling, d.w.z. de integratie van de regeling zelfstandigen in de algemene regeling. Door het niet langer ventileren van de uitgaven op basis van documenten C hebben de twee reglementeringen voor gevolg dat de evolutie van de uitgaven geneeskundige verzorging in twee delen kan worden weergegeven: de algemene regeling en de regeling zelfstandigen. Door analyse van de tabellen 57 en 58 blijkt dat de sector van de geneeskundige verzorging in de loop van het dienstjaar 2010 een stijging van de uitgaven vertoonde. Deze stijging was minder hoog dan die tussen 2008 en 2009: de algemene regeling kende een stijging van de uitgaven met 2.93% in vergelijking met het voorgaande jaar. Wat de regeling zelfstandigen betreft, die al een gevoelige stijging van de uitgaven in 2008 en 2009 liet optekenen,zijn deze in 2010 gestegen met 11.33 %.
95
REKENINGEN 2010 VAN DE VERZEKERING GENEESKUNDIGE VERZORGING - UITKERINGEN
VII.1.2. Internationale overeenkomsten De cijfers hieronder betreffen zowel de algemene regeling als de regeling zelfstandigen. Tabel 60:
GD
Uitgaven behandeld door de GD voor verzorging in België verleend aan buitenlandse verzekerden (in EUR) van 2008 tot 2010 2008
%
2009
%
2010
%
601
2.644.648,49
14.25
3.283.163,14
2.067.794,21
11.14
1.748.221,17
18,66 9,93
1.065.761,38
602
750.949,34
7,34 5,17
603
3.491.113,66
18.81
1.914.205,81
10,88
702.664,98
4,84
604
270.047,99
1.45
489.145,42
2,78
314.469,93
2,17
605
2.124.300,46
11.45
2.293.114,08
13,03
1.157.904,36
7,98
606
1.295.384,43
698
1.506.132,16
8,56
514.562,96
3,54
760.965,87
4,32
278.463,32
1,92
607
1.014.653,24
5.46
608
3.114.191,76
16.78
2.698.153,67
15,33
1.522.594,31
10,49
609
455.812,39
2.46
581.338,18
3,30
205.810,63
1,42
610
941.396,07
5.08
899.792,85
5,12
441.805,22
3,04
615
584.110,31
3.14
887.866,09
5,05
528.231,28
3,64
535.010,21
3,04
336.965,89
2,32
100%
6.696.649,26
46,13
100%
14.516.832,86
100%
620 699(AC)
565.396,02 -1128.03
3.00
0.00 0000000000000000
Totaal 18.567.721,00 100% Bron: HZIV - Financiële dienst – Boekhouding
Tabel 60:
17.597.108,64
Jaarlijkse evolutie in percentages van de uitgaven internationale overeenkomsten ( CI 11- CI 411 )van 2008 tot 2010
GD 601 602 603 604 605 606 607 608 609 610 615 620 Andere
Totaal
2008
2009
2010
+3,64 +24,25 -34,27 -11,14 -5,84 -1,01 -3,28 +10,75 -19,37 +38,52 -52,52 +1,39
+24,15 -15,45 -45,17 +81,13 +7,95 +16,28 -25,00 -13,35 +27,55 -4,41 +52,01 -5,37
-67,54 -57,04 -63,29 -35,71 -49,51 -65,84 -63,41 -43,57 -64,60 -50,90 -40,51 -37,02
-
-5,23
+100
-0,16
-17,50
Bron: HZIV - Financiële dienst - Boekhouding
De vergelijking van de uitgaven voor internationale overeenkomsten (buitenlandse verzekerden in België) geeft een daling in 2010 (-17,50%) ten opzichte van het afgelopen jaar weer.
96
REKENINGEN 2010 VAN DE VERZEKERING GENEESKUNDIGE VERZORGING - UITKERINGEN
Deze vermindering situeert zich in het bijzonder bij de volgende Gewestelijke Diensten: Antwerpen (601) = -67,54 % Luik (606) = -65,84% Namen (609) = -64,60% Limburg (607) = -63,41% Tabel 62: Verzorging in het buitenland verleend aan Belgische verzekerden (in EUR) van 2007 tot 2010 Afrekenstaten T3-T43
2007
2008
2009
2010
Verzorging in het buitenland 5.685.644,12 verleend aan Belgische verzekerden Bron: HZIV – Financiële dienst – Boekhouding
5.100.036,72
6.026.411,62
5.535.835,95
Voor deze uitgaven (waarvan de afrekening gebeurt d.m.v. het document afrekenstaat voor de reële en forfaitaire uitgaven van Belgische verzekerden die wonen of verblijven in het buitenland = "Bijlage T3 – T43") is het onmogelijk om tot een behoorlijke conclusie te komen daar de afrekeningen op onregelmatige tijdstippen worden bezorgd.
VII.2. VERZEKERING UITKERINGEN De hiernavolgende vergelijkende tabellen maken het mogelijk de ontwikkeling te volgen van de uitgaven voor uitkeringen gedurende de laatste drie jaren, zowel voor de “algemene regeling” als voor de “regeling zelfstandigen”. Tabel 63:
Vergelijking van de netto-uitgaven voor uitkeringen van 2007 tot 2010 2007
2008
2009
2010
6.288.184,58 114.165,40
6.768.429,12 145.993,39
7.444.737,05 158.001,01
8.024.328,09 247.722,28
2.236.757,47 21.868,28
2.463.505,70 66.920,57
2.499.035,31 24.423,14
2.468796,82 39.805,04
15.763.018,12 454.817,23
17.013.813,58 488.152,74
18.182.171,53 556.094,37
19.655.432,91 568.535,21
23.757,09 0,00
8.894,53 0,00
11.995,07 0,00
48.747,12 0,00
37.036,26
36.738,78
36.441,30
33.912,72
1.585,85 0,00
1.283,13 0,00
349,16
2.831,32
4.225,99
4.836,00
6.143,23
0,00
1.711,20
0,00
967,20
892,80
24.356.276,56 590.850,91 Bron: HZIV – Financiële dienst - Boekhouding
26.297.500,84 701.066,70
28.181.839,85 738.518,52
30.234.941,78 856.062,53
Primaire uitkeringen Algemene regeling (C21) Regeling Zelfstandigen (C421) Primaire uitk. zwangerschap Algemene regeling (C23) Regeling Zelfstandigen (C423) Invaliditeit Algemene Regeling (PI0) Regeling Zelfstandigen (PI41+PI42) Invaliditeit zwangerschap Algemene Regeling (PI23) Regeling Zelfstandigen (PI423) Overlijdensuitkeringen Algemene Regeling (PI3) Regeling Zelfstandigen Borstvoedingspauze Algemene Regeling Regeling Zelfstandigen Luxemburg Grensarbeiders Algemene Regeling (PIL) 1 Regeling Zelfstandigen Frankrijk Grensarbeiders Algemene Regeling (PIF) Regeling Zelfstandigen Totaal Algemene Regeling Regeling Zelfstandigen
1
Onkostenstaat met betrekking tot de vervroegde toekenning van Belgische invaliditeitsuitkeringen.
97
REKENINGEN 2010 VAN DE VERZEKERING GENEESKUNDIGE VERZORGING - UITKERINGEN
In tegenstelling tot de sector geneeskundige verzorging kenden de uitgaven inzake uitkeringen in de loop van het boekjaar 2010 een positieve evolutie ten opzichte van 2009. De subsector uitkeringen van de algemene regeling kende een stijging van 7,29%, en de uitkeringen van de regeling der zelfstandigen een stijging van 15.92%. Tabel 64: Jaarlijkse evolutie in percentages van de netto-uitgaven voor uitkeringen (20072010) 2007/2006 Primaire uitkeringen Algemene Regeling (C21) +12,07 Regeling Zelfstandigen (C421) +5,32 Primaire uitk. zwangerschap Algemene Regeling (C23) +5,36 +53,00 Regeling Zelfstandigen (C423) Invaliditeit Algemene Regeling (PI0) +4,61 Regeling Zelfstandigen (PI41) +2,63 Invaliditeit zwangerschap Algemene Regeling (PI23) +25,52 0,00 Regeling Zelfstandigen (PI423) Overlijdensuitkeringen Algemene Regeling (PI3) -6,04 Regeling Zelfstandigen 0,00 Borstvoedingspauze Algemene Regeling +20,60 0,00 Regeling Zelfstandigen Luxemburg Grensarbeiders Algemene Regeling +100,00 Regeling Zelfstandigen 0,00 Frankrijk Grensarbeiders 0,00 Algemene Regeling (PIF) Regeling Zelfstandigen 0,00 Totaal Algemene Regeling +6,53 Regeling Zelfstandigen +4,42 Bron: HZIV – Financiële dienst - Boekhouding
98
2008/2007
2009/2008
2010/2009
+7,64 +27,88
+9,99 +8,22
+7,79 +56,79
+10,14 +206,02
+1,44 -63,50
-1,21 +62,98
+7,93 +7,33
+6,87 +13,92
+8,10 +2,24
-62,56 0,00
+34,86 0,00
+306,39 0,00
-0,80 0,00
-0,81 0,00
-6,94 0,00
-19,09 0,00
-72,79 0,00
+710,89 0,00
+14,43 0,00
+27,03 0,00
-100 0,00
-100 0,00 +7,97 +18,65
+100 0,00 +7,17 +5,34
-7,69 0,00 +7,29 +15,92
REKENINGEN 2010 VAN DE VERZEKERING GENEESKUNDIGE VERZORGING - UITKERINGEN
VII.3. BALANS- EN RESULTATENREKENING VII.3.1. COMMENTAAR BIJ DE BALANS VAN HET DIENSTJAAR 2010 VII.3.1.1. Activa Tabel 65: Vaste activa (2010) DETAIL (in EUR)
OMSCHRIJVING
I. MATERIËLE VASTE ACTIVA
18.381.544,12
A. Gebouwen
16.681.026,74
B. Particuliere telefooninstallaties en alarmen
224.797,25
C. Meubilair
290.398,91
D. Machines
90.733,10
E. Materieel
36.478,32
F. Rollend materieel
9.040,13
G Informaticamateriaal
1.049.069,67
II. FINANCIËLE VASTE ACTIVA
1.174.469,61
A. Garanties en borgtochten
5.235,94
B. Voorschotten en leningen aan het personeel
4.972,00
C. Reservefonds
1.164.261,67
-Beleggingen
1.159.150,56
-Postchequerekening
5.111,11
IV. FINANCIEEL BESCHIKBAAR
3.646.756,84
1. Kas
408.676,09
2. Postcheque
3.047.288,42
3. Transferten
93.015,78
4. Rekeningen bij openbare kredietinstellingen
97.776,55
REALISEERBAAR (V + VI + VII) V. Debiteuren 1.
Ten
TOTAAL (in EUR)
onrechte
uitgekeerde
6.680.406,28 sociale
prestaties
769.250,12 -786.687,78
2.
Prestaties t.l.v. FOD Volksgezondheid
3.
Te regelen verwerpingen
4.
Te regelen rekeningen
2.839.695,81
5.
Diverse debiteuren
1.373.122,55
6.
Ontvangen facturen
1.750.764,48
7.
Voorschotten hospitaal
0,00
8.
Lopende rekening SIS-kaart
0,00
VI. Overgangsrekeningen van het Actief 1. Vooruitbetaalde lasten
734.261,10 0,00
249.664,31 249.664,31
VII. Schuldvorderingen tussen Belgische instellingen
13.126.043,69
onderworpen aan de wet van 16.3.1954 1.
Te ontvangen administratiekosten
0,00
2.
Te ontvangen uitkeringen
0,00
3.
Eigen ontvangsten
0,00
4.
Te ontvangen tussenkomsten van het
0,00
solidariteitsfonds van het RIZIV
0,00
5.
Te ontvangen uitkeringen grensarbeiders
6.
Lopende rekening RIZIV na afsluiting 1995
TOTAAL VAN DE VASTE ACTIVA
0,00 13.126.043,69
43.258.884,85
Bron: HZIV – Financiële dienst – Boekhouding
99
REKENINGEN 2010 VAN DE VERZEKERING GENEESKUNDIGE VERZORGING - UITKERINGEN
Commentaar bij punt I. «Materiële vaste activa» Rekening houdend met de onderrichtingen van het boekhoudplan, dat ingevolge de ministeriële omzendbrief nr. 12.720 van 21.11.1967 van toepassing werd met ingang van 1.1.1968, worden volgende afschrijvingspercentages toegepast:
10% voor machines, materieel, meubilair en particuliere telefooninstallaties; 2% voor gebouwen; 20% voor rollend materieel voor administratief gebruik.
Er wordt verondersteld dat de eerste voor een residuwaarde van 10% op de balans moeten blijven voorkomen zolang ze bestaan, terwijl de gebouwen voor een residuwaarde van 24% moeten behouden blijven en het rollend materieel voor 100% wordt afgeschreven. Door toepassing van de ministeriële richtlijnen van 8.8.1996, n° PAR/HVS/47171 aangaande de beslissing genomen door de algemene raad van de Commissie voor de normalisatie van de boekhouding van de instellingen van openbaar nut tijdens zitting van 27 juni 1996, worden voor aankopen van informaticamateriaal gedaan na 31.12.1995 de volgende afschrijvingspercentages toegepast over een periode van 3 jaar:
33% gedurende het 1ste en 2de jaar; 34% voor het 3de jaar.
Deze rubriek bevat ook de waarde van de terreinen die niet worden afgeschreven.
Commentaar bij punt II. «Financiële vaste activa» Het betreft borgstellingen voor gehuurde gebouwen of onderdelen ervan alsook van voorschotten aan personeelsleden en beleggingen ten voordele van het reservefonds.
Commentaar bij punt II-C «Beleggingen» Dit is de geactualiseerde waarde van de schatkistcertificaten die aangekocht werden voor het beleggen van de fondsen bekomen door het innen van de “speciale bijdrage” van 2,25 EUR per jaar en per gerechtigde van de HZIV met toepassing van de financiële verantwoordelijkheid.
Commentaar bij punt IV. «Financieel beschikbaar» Beschikbaar in Kas en op rekening bij de Post en Fortis op 31.12.2010
Commentaar bij punt V. «Debiteuren» Dit omvat o.a. :
100
Onterechte uitgekeerde sociale prestaties : 769.250,12 EUR;
REKENINGEN 2010 VAN DE VERZEKERING GENEESKUNDIGE VERZORGING - UITKERINGEN
de van de FOD Volksgezondheid te ontvangen vergoedingen door toepassing van de wet van 23.12.1963 op de hospitalen : 0,00 EUR (maar een terugbetaling vanwege de HZIV van 786.687,78 EUR);
derde betaler facturen: 1.373.122,55 EUR.
Commentaar bij punt VI:“Overgangsrekeningen” Het gaat om over te dragen kosten en toe te rekenen opbrengsten.
Commentaar bij punt VII. «Schuldvorderingen tussen Belgische instellingen» Dit omvat o.a. : Het saldo van de lopende rekening RIZIV per 31.12.1995 = 13.126.043,69 EUR. Dit vertegenwoordigt het saldo van de verlopen dienstjaren (2008, 2009 en 2010) die nog niet door het RIZIV werden afgesloten. Dit systeem werd ingesteld vanaf dienstjaar 1995 en in afwachting van de nodige richtlijnen dienaangaande moet het afzonderlijk worden vermeld op de balans.
101
REKENINGEN 2010 VAN DE VERZEKERING GENEESKUNDIGE VERZORGING - UITKERINGEN
VII.3.1.2. Passiva Tabel 66: Passiva (2010) OMSCHRIJVING
DETAIL (in EUR)
TOTAAL (in EUR)
EIGEN VERMOGEN
X. RESERVES A. Fonds van de Sociale zekerheid 1. Reservefonds vastliggend
28.615.181,89 18.381.544,12
2. Overgedragen boni na afsluiting RIZIV - 1994 3. Voorlopige resulataten-nog af te sluiten
-975.178,63
4. Reservefonds Financiële Verantwoordelijkheid (art.199 Wet 14.7.1994) 11.208.816,40 4.1. Afkomstig van boni 4.2. Afkomstig van speciale bijdragen
10.062.629,05 1.146.187,35
OPVRAAGBAAR
XIII. CREDITEUREN 1. Te betalen prestaties
13.480.768,35 -5.344,94
2. Voorschotten FOD Volksgezondheid
0,00
3. Te regelen verwerpingen 4. Inhoudingen en bijdragen 5. Solidariteit
500.106,18 7.744,14
6. Diverse crediteuren
1.081.128,04
7. Te betalen facturen
11.011.588,50
8. Teruggekomen stortingen 9. Te regulariseren rekeningen
53.965,00 831.576,95
10.Speciale bijdrage reservefonds
4,48
NIET OPVRAAGBAAR XIV. OVERGANGSREKENINGEN VAN HET PASSIEF 1.
Lopende en niet vervallen lasten
2.
Lening SIS kaarten
741.138,60 741.138,60 0,00
OPVRAAGBAAR XV. Schulden tussen Belgische instellingen van Sociale Zekerheid onderworpen aan de
421.796,01
Wet van 16.03.1954. 1. Over te dragen bijdragen
127.410,65
2. Over te dragen gerechtelijke interesten op uitkeringen
289.481,70
3. Over te dragen interesten op beleggingen
4.903,66
4. Lopende rekening RIZIV – nog af te sluiten
0,00
5. Reservefonds Financiële verantwoordelijkheid
0,00
TOTAAL VAN DE PASSIVA Bron: HZIV – Financiële dienst – Boekhouding
102
43.258.884,85
REKENINGEN 2010 VAN DE VERZEKERING GENEESKUNDIGE VERZORGING - UITKERINGEN
Commentaar bij punt X. «Reserves»
Reserves «eigen fonds» en «fonds boni» per 31.12.2010=11.208.816,40 EUR . Cumulatief resultaat van de bewerkingen naar het reservefonds «financiële verantwoordelijkheid» voor de jaren gaande van 1995 tot na de afsluiting door het RIZIV voor 2010. Reserve administratiekosten = 18.381.544,12 EUR
Commentaar bij punt XIII. «Crediteuren» Onder deze rubriek vindt men:
5
onder de titel van de financiële schulden: het deel dat vervalt in de loop van het boekjaar met betrekking tot het eigen aandeel van onze instelling in de samenstelling van het kapitaal van de IM 5 en het negatieve saldo van de bankrekening op 31.12.2010: 0,00 EUR; te betalen verstrekkingen geneeskundige verzorging: -5.344,94 EUR; dit bedrag vertegenwoordigt hoofdzakelijk te betalen facturen volgens de derdebetalersregeling; lopende rekening RIZIV – 2010 = 0,00 EUR (punt VII).
IM: intermutualistische vzw die verantwoordelijk is voor de productie van de SIS-kaarten.
103
REKENINGEN 2010 VAN DE VERZEKERING GENEESKUNDIGE VERZORGING - UITKERINGEN
VII.3.2. COMMENTAAR BIJ DE RESULTATENREKENING VII.3.2.1. Inleiding In de hiernavolgende tabel wordt de Algemene rekening van de bruto lasten en opbrengsten voor 2010 weergegeven. Voor het opstellen van deze rekening wordt uitgegaan van de rekening van de klasse V en VI (zie tabel 64), die respectievelijk de opbrengsten en de lasten van de instelling groeperen na overboeking van de begrotingsrekeningen. De boekhoudkundige vergelijking tussen beide groepen rekeningen laat toe de verlies- en winstrekening van het organisme op te stellen. Het dienstjaar 2010 sluit af met een mali van 21.027.680,43 EUR. Bruto lasten: 228.756.781,55 EUR Bruto baten 207.729.101,12 EUR -21.027.680,43 EUR Dit tekort kan worden verklaard aan de hand van de elementen in onderstaande tabel. Tabel 67: Algemene regeling van het saldo van lasten en opbrengsten 2010 (in EUR) Debet Salaris december 2009
942.172,58
Volksgezondheid
768.550,38
T1 Ontvangsten Algemene regeling
251.486,69
Solidariteit Aanpassing Reservefonds Financiële Verantwoordelijkheid T41 Ontvangsten Regeling zelfstandigen
888.129,27 1.713,31
Voorschotten RIZIV
189.710.730,60
Totaal 1
192.562.782,83 Credit
Salaris december 2010
975.178,63
Solidariteitsfonds Volksgezondheid T2 Administratiekosten
25.287.493,77
T3 Algemene regeling
181.822.813,91
T43 Regeling zelfstandigen
5.504.976,95
Aanpassing reservefonds administratiekosten Totaal 2
213.590.463,26
Verschil (totaal 1 – totaal 2)
-21.027.680,43
Bron: HZIV – Financiële dienst – Boekhouding
104
REKENINGEN 2010 VAN DE VERZEKERING GENEESKUNDIGE VERZORGING - UITKERINGEN
VII.3.2.2. Lasten Tabel 68: Lasten 2010 (in EUR) OMSCHRIJVING I. TOEGEKENDE
TOTAAL SOCIALE PRESTATIES
1.
Geneeskundige verzorging
2.
Sociale uitkeringen
3.
Ten laste nemen van kosten die normaal gedragen worden door de rechthebbenden
Totaal I
152.655.298,52 34.350.863,74 13.161,98 187.019.324,24
II. ONINVORDERBARE TEN ONRECHTE UITGEKEERDE SOCIALE PRESTATIES 1.
Uitkeringen
2.
Geneeskundige verzorging
Totaal II
4,89 228,25 233,14
III. LOPENDE UITGAVEN VOOR BEZOLDIGINGEN EN SOCIALE LASTEN VAN HET PERSONEEL 1.
Bezoldigingen
2.
Sociale lasten ten laste van de instelling
10.558.724,51
3.
Rechtstreekse en onrechtstreekse vergoedingen
654.669,69
4.
Sociale dienst
111.812,29
5.
Bezoldigingen aan personen die administratief verbonden zijn aan de in-
3.787.082,78
27.220,09
stelling 6.
Overdracht aan fonds voor vakbondspremies
Totaal III
14.151,20 15.153.660,56
IV. OVERIGE LOPENDE WERKINGSUITGAVEN 1.
Beroepsvorming van het personeel
2.
Sociale lasten ten laste van de instelling
66.502,39
3.
Representatie-, reis- en vervoerkosten
209.477,45
4.
Betwiste zaken
135.137,82
5.
Honoraria (behalve voor betwiste zaken)
6.
Kosten voor lokalen
1.282.509,53
7.
Uitgaven voor informatica
5.540.063,26
8.
Bureel- en publiciteitskosten
9.
Gewone financiële lasten
514,02
33.815,01
707.107,55 28.141,54
10. Afschrijvingen op lichamelijke patrimoniale goederen
1.197.799,30
Totaal IV
9.201.067,87
V. DIVERSE FINANCIËLE LASTEN EN LASTEN OP OPBRENGSTGEBOUWEN 1.
Toegewezen resultaten
2.
Negatieve wisselkoers euro
3.
Verschillende interesten
Totaal V
0,00 3,10 219,65 222,75
VI. LASTEN DIE EEN VERMINDERING ZIJN VAN OPBRENGSTEN (BEHALVE FINANCIËLE) 1.
Kwijtgescholden sociale bijdragen
2.
Afschrijvingen op dubieuze schulden
Totaal VI
7.752,52 22.325,44 30.077,96
105
REKENINGEN 2010 VAN DE VERZEKERING GENEESKUNDIGE VERZORGING - UITKERINGEN
LASTEN (vervolg) OMSCHRIJVING VII. DIVERSE OVERDRACHTEN – DERDEN
TOTAAL
1.
Toelagen ten laste van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid
2.
Uitgaven ten laste van het Solidariteitsfonds
0,00
3.
Massaproductiekosten ten laste van het RIZIV
0,00
4.
Taks op voertuigen
5.
Buitengewone niet terugvorderbare uitgaven
Totaal VII
11.610.987,10
661,00 14.170,54 11.625.818,64
VIII. UITGAVEN VAN OVERDRACHT NAAR BELGISCHE INSTELLINGEN VAN SOCIALE ZEKERHEID ONDERWORPEN AAN DE WET VAN 16.3.1954 1.
Verstrekkingen terugbetaald aan het RIZIV 1.
Invorderbare voorschotten
2.
Betalingskosten in het buitenland
2.
Controlekosten in het buitenland
3.
Sancties
4.
Overdracht van bijdragen en bijkomende opbrengsten
Totaal VIII
IX. TUSSENKOMST IN DE WERKINGSKOSTEN VAN DE CONTROLEDIENST VOOR DE ZIEKENFONDSEN
TOTAAL DER LASTEN Bron: HZIV – Financiële dienst – Boekhouding
106
5.566.079,21 0,00 128.423,89 519,79 1.850,00 0,00 5.696.872,89 29.503,50
228.756.781,55
REKENINGEN 2010 VAN DE VERZEKERING GENEESKUNDIGE VERZORGING - UITKERINGEN
VII.3.2.3. Opbrengsten Tabel 69: Opbrengsten (2010) in EUR OMSCHRIJVING X. SOCIALE BIJDRAGEN GEÏND BIJ DE GERECHTIGDEN 1.
Algemene regeling
2.
Regeling zelfstandigen
Totaal X
TOTAAL 58.147,09 1.797,01 59.944,10
XI. NIET VERDEELDE ONTVANGSTEN EN ONTVANGSTEN MET SPECIALE AFFECTATIES 1.
Volksgezondheid en Solidariteit
2
SIS-kaarten
3
Fonds voor begrafeniskosten
Totaal XI
99.026,42 0,00 0,00 99.026,42
XII. OPBRENGSTEN VAN EIGENDOMMEN EN ONDERNEMINGEN 1.
Opbrengsten op beleggingen en gerechtelijke intresten
2.
Winst op verkoop van vastgelegde middelen
0,00
3.
Intresten op boni reservefonds
3,06
4.
Intresten op boni resevefonds bijdragen
5.
Gerechtelijke intresten op de geneeskundige verzorging
6.
Gerechtelijke intresten op de uitkeringen
Totaal XII
XIII. DIVERSE OPBRENGSTEN VOORTKOMEND VAN DERDEN 1. Verkoop van archieven 2. Tegemoetkoming van derden in de werkingskosten 3. Kredietnota’s en ristorno’s 4.
8.667,38
30,67 75.838,75 109.256,51 193.796,37 0,00 112.066,55
Huuropbrengst van gebouwen
5.
Wisselvoordeel euro
6.
Tussenkomst verzekerde SIS-kaart
7.
Terugbetaling van de kosten voor advocaten en deurwaarders
8.
Diverse terugbetalingen
Totaal XIII
0,79 7.431,70 15.992,92 5.150,00 140.641,96
XIV. TERUG TE VORDEREN SOCIALE PRESTATIES 1.
Geneeskundige verzorging
1.984.591,18
2.
Sociale uitkeringen
3.259.859,43
Totaal XIV
3.259.859,43
XV. ONTVANGSTEN VAN OVERDRACHT VOORTKOMEND VAN BELGISCHE INSTELLINGEN ONDERWORPEN AAN DE WET VAN 16.3.1954 1. Inkomsten afkomstig van het RIZIV 2. Aandeel van het RIZIV in de werkingskosten 3. Overdracht van het RIZIV van sociale bijdragen en bijkomende op
176.703.747,89 25.287.493,77 0,00
brengsten Totaal XV
TOTAAL VAN DE OPBRENGSTEN
201.991.241,66
207.729.101,12
Bron: HZIV – Financiële dienst – Boekhouding
107
DE HZIV TEN DIENSTE VAN HET PUBLIEK
Hoofdstuk VIII
DE HZIV TEN DIENSTE VAN HET PUBLIEK
108
DE HZIV TEN DIENSTE VAN HET PUBLIEK
VIII.1. HET CENTRAAL BESTUUR Adres van de hoofdzetel: Troonstraat 30A, 1000 Brussel Tel.: 02/229.35.00 Fax: 02/229.35.58
VIII.2. DE GEWESTELIJKE DIENSTEN, DE PLAATSELIJKE BUREAUS EN DE PERMANENTIES De 10 Gewestelijke Diensten, de 2 Secties en de 8 Plaatselijke Bureaus zijn toegankelijk voor het publiek op de adressen weergegeven in de tabel hieronder. De Plaatselijke Bureaus staan in voor een permanent loket en een medisch kabinet. Om het publiek zo goed mogelijk van dienst te kunnen zijn, verzekert de HZIV 17 permanenties. De verzekerden kunnen er hun attesten voor verstrekte zorgen laten terugbetalen of algemene informatie verkrijgen over de toepassing van de wetgeving i.v.m. geneeskundige verzorging en uitkeringen. Er zijn loketten van de HZIV zowel bij de Gewestelijke Diensten als bij de Plaatselijke Bureaus en de permanenties. Telefoonnummer
Faxnummer
Permanenties
Olijftakstraat 7-13 bus 4 2060 Antwerpen
03/220.75.55
03/220.75.65
Lier Mechelen
Troonstraat 30B 1000 Brussel 622 – PB Louvain- Place d’université 25 (5de la-Neuve verdieping) 1348 Louvain-la-Neuve 632 – PB Leuven Brouwersstraat 1B/002 3000 Leuven
02/229.34.80
02/229.34.99
Brussel (HVW)
010/84.59.85
010/84.62.18
-
016/20.80.79
016/20.55.76
-
050/33.04.10
050/33.28.52
Ieper + Poperinge Knokke Kortrijk Roeselare Veurne
059/50.00.28
059/70.90.13
-
GD
Adressen
601 - Antwerpen 602 – Brabant
603 – WestVlaanderen
Leemputstraat 14 8000 Brugge
613 - PB Oostende Rogierlaan 53A 8400 Oostende
109
DE HZIV TEN DIENSTE VAN HET PUBLIEK
GD
Adressen
604 – Oost Vlaanderen
F. Rooseveltlaan 91 9000 Gent
605 – Henegouwen
Rue Neuve 20 7000 Bergen Rue de la Rivelaine 4 6061 Montignies-surSambre Rue de Bruxelles 45 7700 Moeskroen Avenue Leray 2b 7500 Doornik
615 – Sectie Charleroi 625 – PB Moeskroen 635– PB Doornik 606 – Luik
Rue des Augustins 18 4000 Luik Maastrichtersteenweg 214 bus 1 3500 Hasselt 617 – PB Europaplein 14 Eisden 3630 Maasmechelen
Telefoonnummer
Faxnummer
Permanenties
09/269.54.00
09/225.82.51
Aalst St.-Lievens-Houtem St.-Niklaas
065/35.22.44
065/84.25.36
La Louvière
071/32.91.98
071/32.51.85
-
056/84.71.77
056/34.95.80
-
069/64.81.83
069/67.00.79
-
04/222.02.36
04/222.12.28
Beyne-Heusay
011/27.13.13
011/27.58.22
Houthalen
089/76.43.45
089/46.79.53
-
089/38.29.30
089/84.16.30
-
607 - Limburg
627 – PB Stalenstraat 42/1 Waterschei 3600 Genk 608 - Luxemburg
Avenue de la Gare 2 6700 Aarlen
063/22.60.92
063/23.43.00
-
609 – Namen
Avenue Reine Astrid 47-49 5000 Namur
081/73.29.33
081/73.84.36
-
087/55.37.91
087/55.73.85
Eynatten Kelmis Raeren
080/33.08.96
080/77.06.31
-
080/22.63.62
080/67.27.51
-
610 – Eupen
Nuestraße 42 4700 Eupen
620 - Sectie Malmedy Rue Wibald 5 4960 Malmedy 630 – PB St-Vith Malmedyerstraße 38 4780 Sankt-Vith
110
BIJLAGEN Formatted
BIJLAGEN Bijlage 1: Vertegenwoordiging van de HZIV in de verschillende commissies
111
BIJLAGEN
BIJLAGE 1:
Vertegenwoordiging van de HZIV in de verschillende commissies
I. ORGANEN VAN HET RIZIV
WERKENDE LEDEN
PLAATSVERVANGENDE LEDEN
I.1. Het beheer van het RIZIV wordt verzekerd door zijn Algemeen Beheerscomité dat alle bijzondere diensten van het RIZIV binnen zijn bevoegdheid overkoepelt. Deze bevoegdheid betreft voornamelijk het beheer van de rekeningen, het vaststellen van de begroting inzake administratiekosten en de beslissingen betreffende het personeel. De bijzondere diensten worden beheerd door comités, waarin een gelijk aantal vertegenwoordigers zetelt van de organisaties van werkgevers en werknemers, en van de VI, waarvan de HZIV deel uitmaakt. I.1. Niveau van het Algemeen Beheerscomité Algemene Raad van de verzekering voor geneeskundige verzorging Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging Beheerscomité van de Dienst voor uitkeringen Beheerscomité van de verzekering voor uitkeringen aan zelfstandigen Comité van de Dienst voor Administratieve Controle Technische boekhoudkundige en statistische commissie Comité van de Dienst voor Geneeskundige Evaluatie en Controle
N.V.
N.V.
Dhr. J. Livyns
Mevr. C. Miclotte
Dhr. A. Vanclooster
Mevr. V. Beeken
Dhr. A. Vanclooster
Mevr. V. Beeken
Dhr. A. Vanclooster
Dhr. G. De Boeck
Dhr. D. Bonga
Dhr. H. De Blauwe
Dr. D. Zamurovic
N.V.
I.2. De Dienst voor Geneeskundige verzorging van het RIZIV is belast met het administratief en financieel beheer van de verzekering geneeskundige verzorging. Talrijke organen zijn verbonden met de Dienst voor Geneeskundige verzorging van het RIZIV: de Commissie voor begrotingscontrole brengt verslag uit over het beheer in de sector van de verzekering voor geneeskundige verzorging, alsook over de ontvangsten en de uitgaven en over de ontwikkeling en de vooruitzichten terzake; zij verwittigt de bevoegde organen wanneer de begrotingsdoelstellingen overschreden worden; de Wetenschappelijke Raad is belast met het onderzoek van ieder wetenschappelijk aspect inzake de verzekering geneeskundige verzorging en de kwaliteit van de zorgverstrekking; hij geeft suggesties om indien mogelijk de wetenschappelijke vooruitgang binnen bereik te brengen van de gerechtigden op geneeskundige verzorging; Het College van Geneesheren-Directeurs stelt de programma’s op van functionele revalidatie en herscholing; het beslist o.a. over de tenlasteneming van de individuele verstrekkingen inzake revalidatie en neemt beslissingen betreffende de aanvaarding of de weigering i.v.m. implantaten, diverse apparaturen, organentransporten in het raam van het Bijzonder Solidariteitsfonds; de Technische raden formuleren o.a. voorstellen tot wijziging van de nomenclatuur inzake geneeskundige verstrekkingen; de Overeenkomsten- en akkoordencommissies zijn bevoegd om te onderhandelen over tarieven met de ziekenfondsen en de diverse groepen van zorgverstrekkers; de Commissie voor informatieverwerking. 112
BIJLAGEN
I.2. Niveau van de Dienst voor Geneeskundige Verzorging
Commissie voor begrotingscontrole Wetenschappelijke Raad Comité voor de evaluatie van de medische praktijk inzake geneesmiddelen Comité voor advies inzake de zorgverlening t.a.v. de chronische ziekten en specifieke aandoeningen Nationale Raad voor kwaliteitspromotie Commissie Tegemoetkoming Geneesmiddelen Permanente werkgroep voor de forfaitarisering van de verzekeringstegemoetkoming in de ziekenhuizen Commissie voor informatieverwerking Commissie van beroep College van Geneesheren-Directeurs Nationaal College van adviserend geneesheren Technische raden: Geneeskundige Tandheelkundige Farmaceutische Ziekenhuisverpleging Implantaten Kinesitherapeuten Radio-isotopen Rolstoelen Diagnostische middelen en verzorgingsmiddelen Overeenkomsten- en akkoordencommissies: Nationale Commissie geneesheren-ziekenfondsen Accrediteringsstuurgroep Nationale Commissie tandheelkundigen-ziekenfondsen Vaste Commissies voor het sluiten van overeenkomsten met de VI: Apothekers Ziekenhuizen Vroedvrouwen Verpleegkundigen Kinesitherapeuten Opticiens Orthopedisten Bandagisten Gehoorprothesisten Implantaten Rust- en Verzorgingstehuizen Rustoorden Psychiatrische verzorgingstehuizen Initiatieven Beschut wonen Psychiatrische instellingen Forfaitaire betalingen van sommige verstrekkingen Logopedisten Profielcommissie: Algemene geneeskunde Geneesheren, specialist voor klinische biologie, voor nucleaire geneeskunde of voor pathologische anatomie Ziekenhuizen Kinesitherapeuten Verpleegkundigen Tandartsen
N.V. N.V. Dr. D. Zamurovic
N.V. N.V. -
Dr. D. Zamurovic
N.V.
Dr. R. Vanstechelman Dr. D. Zamurovic Dr. D. Zamurovic
Dr. D. Zamurovic -
Mevr. S. Derdaele Dr. V. Bruyninx Dr. D. Zamurovic Dr. D. Zamurovic
Mevr. I. Vermeiren N.V. Dr. R. Vanstechelman Dr. R. Vanstechelman
Dr. D. Zamurovic Dr. V. Bruyninx Dhr. M. Lesne Mevr. L. Dauginet Dr. D. Zamurovic N.V. Dr. D. Zamurovic Dr. R. Vanstechelman Dr. D. Zamurovic
Dr. R. Vanstechelman Dr. R. Vanstechelman Dhr. H. De Clercq Dhr. F. Maroy Dr. R. Vanstechelman N.V. Dr. R. Vanstechelman Dr. C. Massart Dr. C. Clinckers
Dhr. J. Livyns Dr. R. Vanstechelman Dr. R. Vanstechelman
Mevr. C. Miclotte Dr. C. Clinckers Dhr. J. Livyns
Dhr. F. Maroy Mevr. L. Dauginet Mevr. S. Verhaeghe Mevr. S. Verhaeghe Dhr. F. Maroy Dhr. F. Maroy Dr. R. Vanstechelman Dr. R. Vanstechelman Dhr. F. Maroy Dr. R. Vanstechelman Dhr. F. Maroy Dhr. F. Maroy Dhr. F. Maroy Dhr. F. Maroy Dhr. F. Maroy Dhr. F. Maroy Dr. R. Vanstechelman
Mevr. L. Dauginet Dhr. F. Maroy Dhr. F. Maroy Dhr. F. Maroy Dhr. S. Tokalatzidis Dhr. S. Tokalatzidis Dhr. F. Maroy Dhr. F. Maroy Dhr. S. Tokalatzidis Dhr. F. Maroy Mevr. L. Dauginet Mevr. L. Dauginet Mevr. L. Dauginet Mevr. L. Dauginet Mevr. L. Dauginet Mevr. L. Dauginet Dhr. S. Tokalatzidis
N.V. N.V.
Dr. R. Vanstechelman Dr. R. Vanstechelman
N.V. N.V. N.V. Dhr. M. Van Lierde
Dhr. F. Maroy N.V. N.V. N.V.
113
BIJLAGEN
I.3. De Dienst voor Uitkeringen van het RIZIV is belast met de administratie van de verzekering uitkeringen en de verzekering moederschap. De Geneeskundige Raad voor Invaliditeit (GRI), één van de organen ingesteld bij de Dienst voor Uitkeringen van het RIZIV, spreekt zich uit over de erkenning van de arbeidsongeschiktheid tijdens een invaliditeitsperiode. Het is ook deze Raad die de richtlijnen en de algemene medische criteria ter zake vastlegt na advies van de Geneeskundige Technische Raad. De GRI omvat: een Hoge Commissie met zetel te Brussel; 12 Gewestelijke Commissies bevoegd om over te gaan tot het onderzoek van gerechtigden tijdens een invaliditeitsperiode. I.3. Niveau van de Dienst der Uitkeringen Hoge Commissie van de Geneeskundige Raad voor Invaliditeit
Dr. D. Zamurovic
Dr. R. Vanstechelman Dr. C. Clinckers Dr. C. Massart
Gewestelijke Commissies van de Geneeskundige Raad voor Invaliditeit Antwerpen
Dr. C. Clinckers
Dr. A. Vanden Brande
Brussel-Hoofdstad
Dr. N. Vanden Bossche
Dr. R. Vanstechelman
Vlaams-Brabant
Dr. R. Vanstechelman
Dr. C. Clinckers
Waals-Brabant
Dr. N. Vanden Bossche
Dr. V. Bruyninx
West-Vlaanderen
Dr. R. Vanstechelman
Dr. A. Vanden Brande
Oost-Vlaanderen
Dr. A. Vanden Brande
Dr. R. Vanstechelman
Henegouwen
Dr. V. Bruyninx
Dr. N. Vanden Bossche
Luik + Verviers
Dr. J. Piter
Dr. C. Massart
Limburg
Dr. C. Clinckers
Dr. R. Vanstechelman
Luxemburg
Dr. C. Simon
Dr. C. Massart
Namen
Dr. C. Massart
Dr. C. Simon
Eupen
Dr. J. Herbrand
Dr. C. Massart
Dr. D. Zamurovic
Dr. R. Vanstechelman
Technisch Medische Raad
I.4. De Dienst voor Geneeskundige Evaluatie en Controle van het RIZIV verzekert de medische controle op de correcte toepassing van de wetgeving inzake de reglementering m.b.t. de prestaties geneeskundige verzorging en uitkeringen. Hij meldt de vaststellingen van inbreuken aan het Comité, dat beslist of er een procedure tot vervolging wordt ingesteld. Als de zorgenverstrekker in kwestie zijn schriftelijk verweer mondeling wil toelichten, gebeurt dat voor de auditeurs. Na de veroordeling kan de betrokkene eventueel in beroep gaan bij de Kamer van Beroep. I.4. Niveau van de Dienst voor Geneeskundige Evaluatie en Controle Comité Kamer van Eerste aanleg Nederlandstalig Franstalig Kamer van Beroep: Nederlandstalige afdeling Franstalige afdeling
114
Dr. D. Zamurovic
N.V.
N.V. N.V.
Dr. C. Clinckers -
Dr. R. Vanstechelman N.V.
-
BIJLAGEN
II.
COMMISSIES VAN HET INTERMUTUALISTISCH COLLEGE
Nationaal Intermutualistisch College Fraudecommissie Juridische commissie Commissies internationale overeenkomsten Commissie verzekerbaarheid Uitkeringscommissie Commissie verdediging van de verzekerden Boekhoudkundige commissie Commissie geneeskundige verzorging Seven Strategisch comité CareNet/MyCareNet Begeleidingscomité CareNet/MyCareNet
WERKENDE LEDEN
PLAATSVERVANGENDE LEDEN
Dhr. J. Livyns Mevr. G. Pietquin Mevr. G. Pietquin Dhr. C. Nizeyimana
Mevr. C. Miclotte Dhr. J. De Vulder Dhr. J. De Vulder Dhr. A. Vanclooster
Mevr. M. Wacheul Mevr. V. Beeken Mevr. G. Pietquin
Mevr. A. De Backer Dhr. A. Vanclooster Dhr. J. De Vulder
Dhr D. Bonga Mevr. L. Dauginet Mevr. D. Zamurovic Mevr. C. Miclotte Mevr. C. Miclotte
Dhr. H. De Blauwe Mevr. S. Derdaele N.V. Mevr. L. Dauginet Mevr. L. Dauginet
III. DIVERSE COMMISSIES
WERKENDE LEDEN
PLAATSVERVANGENDE LEDEN
III.1. Vlaamse Vereniging voor Respiratoire Gezondheidszorg en Tuberculosebestrijding Dr. C. Clinckers
Stichting tegen de aandoeningen van de ademhalingswegen en voor de gezondheidsopvoeding (Franse gemeenschap) Dr. V. Bruyninx
III.2. Bij de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid Administratieve commissie
Mevr. R. De Meurisse
Dhr. A. Smet
Dhr. D. Bonga Dhr. D. Bonga Dhr. M. Van Schelvergem
Dhr. H. De Blauwe -
Mevr. R. De Meurisse N.V. Dhr. J. Livyns
N.V. N.V. N.V.
Dr. D. Zamurovic Dr. R. Vanstechelman Dr. R. Vanstechelman Dhr. J. Livyns
Mevr. C. Miclotte
Dhr. J. Livyns Dhr. J. Livyns Mevr. L. Dauginet Dhr. J. Livyns Dhr. D. Lekime
N.V. N.V. Mevr. I. Vermeiren Mevr. C. Miclotte Dhr. K. Declercq
III.3. Allerlei Commissie voor normalisatie van de boekhouding van de openbare instellingen van sociale zekerheid Begeleidingscommissie (financiële verantwoordelijkheid) Technisch Comité ingesteld bij de controledienst voor de ziekenfondsen en de landsbonden voor ziekenfondsen Kamer van Beroep “Evaluatie” Franstalige afdeling Nederlandstalige afdeling Belgische Vereniging voor de sociale vooruitgang Smals Raad van Bestuur Nationale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen: Afdeling Financiering Afdeling Programmatie Belgische Transplantieraad Private Stichting Kankerregister Vlaamse Liga tegen Kanker Beheerscomité e-Health Intermutualistisch Agentschap Raad van beheer Algemene vergadering Stuur- en Coördinatiecomité Kamer van Beroep niveau A Interparastatale Commissie
Mevr. C. Miclotte
115