In memoriam Begin dit jaar zijn twee reuzen van het schaakspel ons ontvallen. Ratmir Kholmov en Wolfgang Unzicker waren generatiegenoten en beiden behoorden ze tot de wereldtop. Er zijn dan ook enkele parallellen te trekken tussen beide gladiatoren van het schaken. Een kleine hommage:
Ratmir Kholmov (13.05.1925 – 18.02.2006) Ratmir Kholmov, supergrootmeester in het begin van de zestiger jaren is op 18 februari 2006 overleden op 80-jarige leeftijd. Hij behoorde eventjes tot de top tien van de wereld en was een wereldtopper gedurende de hele zestiger jaren.
Hoogtepunten uit Kholmovs schaakcarrière Dresden 1956: 12/15 (gedeeld eerste met Averbakh) Boekarest 1962: winnaar met 11.5/15 Gedeeld eerste in het NK31 USSR 1963 (12/19) met Spassky en Stein - hij nam in totaal deel aan 17 USSR NK-finales. Capablanca memorial in Havana 1965: slechts vijfde (14.5/21, eloperf 2704), maar winst met zwart tegen Fischer en verder geen enkele partij verloren.
Leningrad 1967: tweede (12/16) na Kortchnoi (13/16), maar voor Barcza, Taimanov, Gufeld, Osnos, Shamkovich, Hort, Vladimirov, Tringov, Szabo... (eloperf: 2760) Capablanca memorial in Havana 1968: winnaar met 12/14 (eloperf 2745) Moskou 1975: 9.5/15 (eloperf 2724) Timisoara 1977: winnaar met 8/11 Sint-Petersburg Seniors 1995: winnaar met 4.5/7 Orel 1997: winnaar met 5.5/9 Chessmetrics geeft Kholmov een toprating van 2736 in 1961 en een vijfjarengemiddelde van 2703 (90ste aller tijden), tussen Balashov en Grischuk. In zijn beste jaren was hij een zeer complete speler; hij kon zowel zeer scherpe aanvallen opzetten en afronden, als een ijzersterke verdediging opwerpen tegen aanvallend ingestelde spelers. Daarnaast was hij een zeer sterk snelschaker. Hij was tweede achter Petrosian in het blitztornooi van Moskou 1971 en ex aequo derde met Kortchnoi achter Karpov en Tukmakov in Moskou 1972. Kholmov leerde relatief laat schaken (op 12-jarige leeftijd), maar aan 14 was hij al de beste speler van Archangelsk, één van de grootste havensteden ter wereld. Kholmov was een veelzijdig speler, met originele ideeën, die de sterkste schakers konden verrassen: Keres, Tal, Petrosian, Spassky, Fischer en Kasparov moesten tegen hem allemaal hun koning neerleggen. Niettemin is Kholmov één van de grootste onbekende schakers gebleven, niet enkel in het westen, maar ook in de USSR. Hij speelde amper buiten de USSR (en dan nog enkel in socialistische landen) en hij had het ongeluk dat zijn beste periode (1960-1970) samen ging met de suprematie van een hele klasse Sovjetspelers (Botvinnik, Smyslov, Tal, Petrosian, Spassky, Keres, Kortchnoi, Geller, ...), zodat hij zelfs nooit geselecteerd werd voor het Olympiadeteam. Kholmov verhuisde naar Moskou in 1967 en vanaf dan vertegenwoordigde hij onder andere Spartak Moskou, de club van Tigran Petrosian. Kholmov behield ook op gevorderde leeftijd zijn gevaarlijke en aanvallende stijl, iets wat hij mooi demonstreerde in de WK's voor senioren. Op het einde van zijn leven vulde hij zijn staatspensioen van 50 dollar per maand aan met wat schaakinkomsten. Partijen Averbakh geeft in zijn "Beste Games" zijn partij tegen Kholmov van Minsk 1952, een zeer spannende partij, die hij goed en eerlijk van commentaar voorziet. In MGP3 (Kasparov), is er één partij van Kholmov terug te vinden: een zeer mooie partij met de jonge Spassky.
In de verzamelde partijen van Kortchnoi (zie elders in dit tijdschrift), staan 20 partijen vermeld, een illustratie van het feit dat deze twee supersterren van het Sovjet-schaak vele topduels met elkaar hebben uitgevochten. Om deze grote speler recht te doen, hier enkele memorabele partijen, die ik de lezer aanraad om op te zoeken en na te spelen. Averbakh - Kholmov NK20 USSR 1952 (Minsk) Spassky - Kholmov NK24 USSR 1957 (Moskou) Kholmov - Keres NK USSR 1959 (Tbilisi) Fischer - Kholmov Capablanca Memorial 1965 (Havana) Daar ik de TW niet wil volschrijven met partijen, volgt hier enkel de Fischerpartij, waar hij zeer trots op was. Fischer,R - Kholmov,R [C98] Capablanca mem Havana (18), 1965 C98: Closed Ruy Lopez: Chigorin Defence: 11 d4 Qc7 12 Nbd2 Nc6 1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3.Lb5 a6 4.La4 Pf6 5.0–0 Le7 6.Te1 b5 7.Lb3 0–0 8.c3 d6 9.h3 Pa5 10.Lc2 c5 11.d4 Dc7 12.Pbd2 Pc6 13.dxc5 dxc5 14.Pf1 Le6 15.Pe3 Tad8 zwart bereidt c4 voor (met ruimtevoordeel) 16.De2 c4 17.Pg5 h6 18.Pxe6 fxe6 19.b4N [RR 19.Pg4 Lc5 20.Le3 Pd4 21.cxd4 exd4 22.Tad1 Pxg4 23.Dxg4 dxe3 24.fxe3 De5 25.b3 h5 26.De2 Txd1 27.Txd1 Dg3 28.Td4 e5 29.bxc4 exd4 30.Dxh5 Dxe3+ 0–1 Juarez,CTrois,F/Mar del Plata 1970] 19...Pd4 20.cxd4 exd4 21.a3 d3! [beter dan: 21...dxe3?! 22.Lxe3 Ld6 23.Tad1³] 22.Lxd3 Txd3 23.Pg4 Kh7 24.e5 Pxg4 25.De4+ g6 26.Dxg4 Tf5 27.De4 Dd7 28.Le3 Dd5 29.Dxd5 Txd5 [29...exd5 30.Lc5 Lxc5 31.bxc5=] 30.f4 g5 31.g3 gxf4 32.gxf4 Tf8 [32...Td3!? 33.Te2–+] 33.Kg2µ Kg6 34.Tg1 Td3 35.Kf3+ Kf5 36.Tg7 Ld8 37.Tb7 Tg8 38.Tb8 [38.Ta2 Tg1 39.Td2 Tf1+ 40.Ke2 Txd2+ 41.Lxd2 Th1 42.Tf7+ Ke4–+] 38...Tg7 39.a4 h5 40.axb5 axb5–+
XABCDEFGHY 8-tR-vl-+-+( 7+-+-+-tr-' 6-+-+p+-+& 5+p+-zPk+p% 4-zPp+-zP-+$ 3+-+rvLK+P# 2-+-+-+-+" 1tR-+-+-+-! xabcdefghy 41.Txb5?? Een blunder, maar ook andere zetten kunnen de partij niet meer redden. [41.Taa8 h4 42.Ke2–+ (42.Txd8 Tg3+ 43.Kf2 Tgxe3 44.Txd3 Txd3 45.Tf8+ Ke4 46.f5
Tf3+ 47.Ke2 Txf5 48.Th8 Kd4 49.Txh4+) ; 41.Ta2 h4 42.Ke2] 41...Lh4 42.Ke2 Tg2+ 43.Kf1 Th2 [43...Tb2!? is ietsje beter: 44.Lc5 Txh3 45.Kg1–+] 44.Kg1 Te2 [44...Tb2 is opnieuw beter: 45.Lc5 Tg3+ 46.Kf1 Txh3 47.Kg1–+] 45.Lb6 c3 46.Kf1 [46.Tc5 c2 47.Txc2 Txc2 48.b5–+] 46...Th2! Nauwkeurig tot het einde (hoewel ook Ted2 de klus klaart).[46...Th2 47.Kg1 Tdxh3 48.Tba5 Ke4 49.Kf1 Th1+ 50.Lg1 T3h2 51.T5a2 c2 52.Te1+ Kxf4 53.Txc2 Txc2 54.Te2 Tc1+ 55.Te1 Txe1+ 56.Kg2 Texg1#] 0–1
Nog wat statistieken (www.chessmetrics.com) Beste plaats op de wereldranglijst: 8ste tussen augustus 1960 en maart 1961. Hoogste historische rating: 2736 in maart 1961 (8ste) op 35 jarige leeftijd. Vanaf maart 1949 tot maart 1972 stond Kholmov in de top 50! In 1977 stond hij opnieuw 20ste, maar vanaf oktober 1980 verdween hij voorgoed uit de top 100. Vanaf zijn 63ste was hij top-20 aller tijden van spelers met dezelfde leeftijd vaak zelfs top tien. Op zijn 74ste had hij een rating van 2575 - ter vergelijking: Kortchnoi op die leeftijd had "slechts" een 25-tal punten meer. Boven de 75 (met een rating van +2520), was hij zelfs top 5 aller tijden. Puntenleveranciers voor Kholmov waren Gipslis (+5) en Vasiukov (+5). Zwarte beesten voor Kholmov waren Tal (-5), Spassky en Suetin (-3). Voor meer info verwijs ik graag naar de site van Tim Krabbé.
Wolfgang Unzicker (26.06.1925 – 20.04.2006) Ik heb niet leren schaken met Euwe (Ome Jan ...), noch met Bouwmeester, Timman, of andere grootmeesters die beginnersboekjes hebben geschreven. Mijn leidraad was Unzicker (Thiemes nieuwe schaakboek) - en hij heeft me niet alleen leren beter schaken. Hij bracht me ook interesse voor de schaakgeschiedenis bij - iets wat ik nu nog steeds beschouw als een aangename verrijking van het relatief enge schaken. En daarnaast was het mijn eerste kennismaking met "klassieke" partijen zoals McDonnell - De Labourdonnais (drie zwarte pionnen op de voorlaatste rij); Bogoljubov - Aljechin (Hastings 1922); Euwe-Aljechin (de parel van Zandvoort); Letelier-Fischer (Df4!); Spassky-Petrosian (19de partij WK1969); Fischer-Spassky (6de partij WK1972)... Unzicker werd geboren in Pirmasens en begon te schaken toen hij tien jaar was. Zijn internationale carrière begon na WOII en tot 1970 was hij de sterkste Duitse schaker. Hij werd zeven keer West-Duits kampioen (in de periode 1948 - 1965) en speelde in twaalf (!) Olympiaden, van 1950 tot 1978. In tien ervan was hij eerste bord. In 1954 kreeg hij de grootmeestertitel toegekend.
Maar Wolfgang Unzicker werd nooit schaakprofessional; hij studeerde rechten en was in het burgerleven effectief rechter (Karpov noemde hem de amateur-wereldkampioen). Als schaker was hij een expert in de open openingen. Eén van zijn tips aan beginnende spelers was dan ook om eerst de grote openingen te bestuderen, om daarna wat resterende tijd te spenderen aan openingen als het Lettisch, het Olifantengambiet of andere rommel als de Owen verdediging of de Sokolsky.
In zijn glorietijd (de superdominantie van de Russen), had elk land zijn kampioen. Het schaken was niet zo populair en enkel de USSR, Joegoslavie en de USA hadden meer dan één wereldklassespeler. Unzicker was decennia lang de West-Duitse trots. Vandaag zou men hem rangschikken als een top 25 speler, maar zelfs dat zou hem onrecht zou aandoen. Want naast zijn speelsterkte als grootmeester, was Unzicker een personaliteit naast het bord. Zijn innemende persoonlijkheid en beleefdheid tegenover iedereen was bijna legendarisch. Zo stelde hij ooit voor aan Fischer, toen die een fingerfehler had begaan, om zijn zet terug te nemen (natuurlijk weigerde Fischer). Unzicker was één van die mensen zonder vijanden. Terwijl de hele wereld kon klagen over het aberrante gedrag van Fischer, schreef Unzicker in zijn leerboek: "Fischer gedroeg zich in onze onderlinge ontmoetingen steeds zeer correct, zowel tijdens als na de partij." Zo werd Unzicker beschreven in het tornooiboek van Santa Monica: "Meeting Mr Unzicker in person was as we all expected - an equally pleasurable experience. Well groomed, clean shaven, in well pressed suit, he was the quintessence of order. A click of his heels suggested rigid tradition and his eyes and smile, warmth of heart. During the consequent weeks he gained respect as a human being of broad mind and intelligence. I enjoyed our conversations in German and I wished everyone could hear what he said and learn the feelings and thoughts of a kind and cultured man. As it was, people knew him only at che chess table, which was his purpose and our privilege. We admired his consistency in performance, the depth, soundness and beauty of his game. No wonder he occupies a place of honor among the high priests of the chess world! We were fortunate to have him in Los Angeles. His art enhanced the quality of the tournament and we enjoyed his delightful company. Auf Wiedersehen, dear friend." (Gregor Piatigorsky) Hoogtepunten uit Unzickers schaakcarrière Beste eerste bord speler in de Olympiade van Dubrovnik 1950 (+9 =4 -1 of 78,6%), ex aequo met Najdorf. West-Duitsland haalt brons. Hastings 1950-51: winnaar met 7/9 voor O'Kelly en Rossolimo Zonetornooi München 1954: winnaar met 15/19 Chigorin Memorial in Sochi 1965: winnaar (+6 =9) ex aequo met Spassky Olypmiade van Tel Aviv 1965: Unzicker scoort 13.5 op het eerste bord en het team wint brons, na een 3-1 winst tegen de Sovjet-Unie. Santa Monica 1966: vierde met 9.5/18 (+2 =14 -1) na Spassky, Fischer en Larsen, ex aequo met Portisch, maar vóór Petrosian, Reshevsky, Najdorf, Ivkov en Donner. Misschien wel zijn grootste succes. Maribor 1967: winnaar voor Reshevsky Bamberg 1968: 8.5/13 in een deelnemersveld met Schmid, Petrosian, Teschner, Westerinen, Pfleger, Donner, Keres, Ivkov, Bobotsov... Hastings 1969-1970, Unzicker eindigt tweede (+4 =5) na Lajos Portisch en voor Svetozar Gligoric, Vasily Smyslov en Jan Timman.
Johannesburg 1979: tweede na Kortchnoi met 6.5/12 Amsterdam IBM 1980: winnaar (7.5/11), ex aequo met Ree Almada 1988 (cat 7): winnaar met 8.5/11 Donner Memorial 1994 (cat 8): winnaar met 5.5/9. Het betrof een tornooi met spelers uit Donners tijdperk - de Nederlandse pers berichtte nogal negatief over deze sympathieke reünie.
Spassky - Unzicker (Piatigorsky Cup, Santa Monica 1966)
Botvinnik - Unzicker
Unzicker overleed aan een hartaanval, tijdens een vakantie in Albufeira, Portugal. Hij was nog steeds actief als eerstebordspeler van Tarrasch Munchen. Recent nog werd een "memorial avant la lettre" gehouden ter ere van zijn 80-ste verjaardag. Gasten: Karpov, Kortchnoi en Spassky. Wie dergelijke mensen op zijn verjaardagsfeestje krijgt, moet wel enig aanzien in het wereldje hebben. Spassky's wens om deze ontmoeting tussen vrienden over 10 jaren terug te organiseren, zal met het overlijden van één van de grootste Duitse schakers wel een droom blijven. Partijen Briljante partijen van Unzicker, die deel uitmaken van het collectief schaakgeheugen, zijn er niet; tenslotte was Unzicker Tal of Fischer niet. In zijn eigen leerboek geeft Unzicker een tiental voorbeelden uit eigen werk om middenspelmotieven uit te leggen. Uit het commentaar blijkt dat hij vooral trots is op zijn partij tegen Czerniak (ol Amsterdam 1954) - het is de enige van zijn partijen in het boek, die hij integraal geeft. Unzicker,W - Czerniak,M [C13] Amsterdam ol, 1954 1.e4 e6 2.d4 d5 3.Pc3 Pf6 4.Lg5 Le7 5.e5 Pfd7 6.h4 a6 passief 7.Dg4 f5 8.Dh5+ g6 9.Dh6 Lxg5 10.hxg5 Kf7 11.Pge2 c5?! Een zet die niet past bij de gekozen strategie. Beter was wat Czerniak na de partij aangaf: 11...Pf8 en 12...Tg8-g7 & Kg8. Wit heeft dan wel een duidelijk ruimteoverwicht, maar het is niet makkelijk om de zwarte stelling aan te vallen. Met de tekstzet wordt zwart actief op de damevleugel, terwijl zijn koningsvleugel nog niet verzekerd is. 12.Pf4 Pf8 [na 12...cxd4 13.Pxg6 dxc3 14.Pxh8+ Dxh8 15.g6+ wordt de witte g-pion heel sterk.] 13.dxc5 Pc6 14.g4! Wit wil op f5 ruilen, omdat met elke pionruil op de koningsvleugel, de positie van de zwarte koning meer in gevaar komt. Neemt zwart op g4, dan wordt zijn pionnenstelling op de koningsvleugel eveneens verzwakt en hij zou onder bepaalde omstandigheden met een latere opening van de f-lijn rekening moeten houden. 14...Pxe5 [14...fxg4? 15.0– 0–0 Pxe5 16.Pe4!] 15.Le2 Dc7? Nu wordt de zwarte stelling al snel onhoudbaar. [15...fxg4! 16.0–0–0 Dc7 17.Pd3±] 16.gxf5 Pf3+ 17.Lxf3 Dxf4
XABCDEFGHY 8r+l+-sn-tr( 7+p+-+k+p' 6p+-+p+pwQ& 5+-zPp+PzP-% 4-+-+-wq-+$ 3+-sN-+L+-# 2PzPP+-zP-+" 1tR-+-mK-+R! xabcdefghy
18.f6!+- Tg8 19.Th3 [19.Le4 Ld7 20.Th4 Dc7 21.0–0–0 Td8 22.Pxd5 exd5 23.Lxd5+] 19...Ld7 20.Pxd5! De5+ [20...exd5 21.Lxd5+ Le6 22.Lxe6+ A) 22...Kxe6 23.Te3+ Kd7 A1) 24.Td1+ Kc7 (24...Kc6? 25.Dh1+) 25.Te7+; A2) 24.Dh3+! 24...Kc6 25.Dg2+ Kc7 26.Te4 Df5 27.Dg3+ Kd8 28.0–0–0+ Pd7 29.Te5+-; B) 22...Pxe6 23.Dxh7+ Pg7 B1) 24.Te3 Tae8 (24...Dxg5 25.fxg7 Dg1+ 26.Ke2 Dxa1? 27.Tf3+) 25.0–0–0; B2) 24.Kf1 ] 21.Pe3 Dxb2 22.Td1 Td8 23.c6!+- Beperkt de zwarte stukken nog meer in hun bewegingsruimte. 23...bxc6 24.Kf1 c5 [24...e5 25.Th4! (25.Lg4?! Lxg4? 26.Dxh7+ Pxh7 27.Txh7+ Ke8 28.Te7+ Kf8 29.Txd8#) 25...Db5+ 26.Le2 Da5 27.Pc4+- en zwart mag alles beginnen offeren om niet mat te gaan.] 25.Pc4+- Lb5? [25...Db5 26.Le2 dreigt mat met Pd6.] 26.Dxh7+! Nu is het geforceerd mat - natuurlijk wint ook Txd8. 26...Pxh7 27.Txh7+ Kf8 28.Txd8+ Unzicker laat de partij in zijn boek hier al eindigen. 28...Le8 29.Pxb2 [29.Tf7+! Kxf7 30.Pd6+ Kf8 31.Txe8#] 1–0 Klaus Junge was één van die veel te vroeg gestorven schakers, à la Pillsbury & Charousek. Junge (zie eerste foto) was één van de grootste Duitse talenten, maar stierf in WOII enkele weken voor het einde van de oorlog. Unzicker geeft in zijn boek het volgende mee over Junge: "Bij mijn eerste schaakwedstrijd, de jeugdschaakweek in Fürstenwalde aan de Spree, die door de in 1940 overleden Berlijnse meester W. Schlage geleid werd, leerde ik Klaus Junge (geboren in 1924, gesneuveld in 1945) kennen. Deze zeer begaafde Hamburger behaalde ondanks zijn jeugdige leeftijd in de jaren 1940 tot 1942 successen, die hem een ereplaats onder de grootste Duitse meesters verzekeren. Zo deelde hij in het tornooi te Praag 1942 de eerste/tweede plaats met Aljechin. Helaas heeft de dood een schitterende schaakloopbaan voortijdig beëindigd. Zijn grootse spel en zijn bescheiden karakter, waaraan elke arrogantie vreemd was, zal bij allen, die hem gekend hebben, in onvergetelijke herinnering blijven." Hij geeft daarbij niet onderstaande partij, maar een andere onderlinge partij uit datzelfde tornooi - die hij verloor. Wolfgang Unzicker - Klaus Junge [C83] Jugendschachwoche Furstenwalde, 11.08.1939 1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3.Lb5 a6 4.La4 Pf6 5.0–0 Pxe4 6.d4 b5 7.Lb3 d5 8.dxe5 Le6 9.c3 Le7 10.Pbd2 0–0 11.De2 Pxd2 12.Lxd2 Pa5 13.Pd4 c5 14.Pxe6 fxe6 15.Lc2 De8 16.Dg4 Df7 17.Dh3 g6 18.Lh6 Tfd8 19.f4 d4 20.Le4 Ta7 21.g4 dxc3 22.bxc3 Kh8 23.f5 gxf5 24.gxf5 Tg8+ 25.Kh1 exf5 26.Txf5 Dc4 27.Df3 Tg6 28.Ld5 Dg4 Zie diagram op de volgende bladzijde
XABCDEFGHY 8-+-+-+-mk( 7tr-+-vl-+p' 6p+-+-+rvL& 5snpzpLzPR+-% 4-+-+-+q+$ 3+-zP-+Q+-# 2P+-+-+-zP" 1tR-+-+-+K! xabcdefghy 29.Tf8+ Lxf8 30.Dxf8+ Tg8 31.Df6+ Tag7 32.Lxg7+ Dxg7 33.Lxg8 Dxf6 34.exf6 Kxg8 35.Td1 b4 36.cxb4 cxb4 37.Td6 b3 38.Txa6 b2 39.Tb6 Kf7 40.Txb2 Kxf6 41.Tb5 Pc4 42.a4 Ke6 43.a5 Pd6 44.Tb6 Kd7 45.a6 Pc8 46.Tb7+ Kc6 47.Txh7 Kb6 48.Th6+ Ka7 49.h4 Pb6 50.Txb6 1–0
Nog wat statistieken Beste plaats op de wereldranglijst: 14de in januari 1951. Hoogste historische rating: 2686 in juli 1960 (17de) op 35 jarige leeftijd. Vanaf oktober 1948 tot oktober 1971 stond Unzicker in de top 50! Hij verdween pas uit de top 100 vanaf maart 1982. Op einde van zijn leven kwam hij nog de top 20 van 70-plussers aller tijden binnen; boven de 75, was hij zelfs top 10 aller tijden. Puntenleveranciers voor Unzikcer waren Donner (+8), Paul Tröger (+6), Hönlinger en Pomar (+5). Zwarte beesten voor Unzicker waren Keres (-6), Hübner (-5), Kortchnoi en Najdorf ( -3).
Bronnen: http://www.chessbase.com/newsdetail.asp?newsid=2987 http://www.chessbase.com/newsdetail.asp?newsid=3061 www.chessmetrics.com en wat boeken uit eigen stal