CO
Aan de colleges van burgemeester en wethouders van de 19 aan de gemeenschappelijke regeling Regio West-Brabant deelnemende gemeenten
IIMIIllllIlHl
12ink04044
Uw kenmerk Ons kenmerk Betreft Bijlage
Datum DB/2012.0370 Contactpers. Aanbieding ontwerp jaarrekening 2011 Telefoon en ontwerp begroting RWB 2013 E-mail Ontwerp jaarrekening 2011 en ontwerp begroting 2013
27 april 2012 M. Dircks 5027201
[email protected]
Geacht college, Het Dagelijks Bestuur van de Regio West-Brabant biedt u de ontwerpjaarrekening 2011 en de ontwerpbegroting 2013 aan van de gemeenschappelijke regeling Regio West-Brabant. Deze stukken worden gezamenlijk aan u aangeboden en behoeven enige uitleg. Vandaar dat u in deze aanbiedingsbrief de nodige achtergrondinformatie en ontwikkelingen kunt lezen. In de toelichting op de ontwerpjaarrekening 2011 en de ontwerpbegroting 2013 vindt u uiteraard uitgebreidere informatie. Over de ontwerpjaarrekening en de ontwerpbegroting heeft met de Bestuurscommissies, middels de voorzitters, overleg plaatsgevonden. Hun reacties zijn betrokken bij deze aanbiedingsbrief en het opstellen van de beide stukken. Bezuinigingen 3x3% In 2012, 2013 en 2014 heeft de Regio West-Brabant een bezuinigingstaakstelling gekregen van 3x3%, wat cumulatief betekent € 85.000 in 2012, € 180.000 in 2013 en € 326.000 in 2014. Voor 2012 en 2013 heeft de Regio West-Brabant maatregelingen getroffen voor deze bezuinigingen ter hoogte van een bedrag van € 135.000,- en € 188.000,-. De bezuinigingen zijn verwerkt in de begroting 2013 en hebben betrekking op: Vermindering personele lasten (onder andere door andere invulling vacatures); Ten aanzien van personeel (nieuw of vervanging) is de insteek dat gemeenten voor zover mogelijk hierin gaan voorzien door personeel geheel of gedeeltelijk "om niet" beschikbaar te stellen. Verlaging kosten dienstverlening vanuit Etten-Leur; Verlaging programmakosten van de bestuurscommissies Duurzaamheid, Mobiliteit en het Algemeen Bestuur en verlaging van de werkbudgetten bij KCV. Niet geraamde uitgaven Gebleken is dat in de begrotingen van 2011 en 2012 niet de juiste bedragen voor de personele kosten zijn opgenomen. De begroting 2011 is een samenvoeging van de begrotingen van de oude regelingen met toepassing van de efficiëntiekorting. In veel voormalige begrotingen van oude regelingen is sinds 2010 een nullijn gehanteerd. Regio West-Brabant I Postbus 503 I 4870 AM Etten-Leur Tel: (076) 502 72 00 e-mail:
[email protected] I www.west-brabant.eu Inschrijvingsnr. KvK: 51448122 I BNG bankrekening: 285150308
Rem
1 Dat wil zeggen dat begrotingen vanaf 2010 steeds gestoeld waren op de nullijn van het voorliggende jaar. Zo heeft de begroting 2009 als basis voor de begroting 2010, respectievelijk 2010 voor 2011 en 2011 voor 2012 gediend. Tevens zijn de kosten voor uitvoering van het sociaal plan en kosten voor de functiewaardering niet opgenomen. In totaal is in de begrotingen van 2011 en 2012 een bedrag van circa € 250.000,- niet geraamd. Het Dagelijks Bestuur heeft besloten dit bedrag niet in rekening te brengen bij de gemeenten, maar als extra taakstelling voor de Regio West-Brabant in de begroting 2013 op te nemen, wetende dat voor 2012 het risico bestaat dat het jaarrekeningresultaat negatief is. Bovendien zijn er in 2011 door de bestuurscommissie SEZ geen programmakosten in rekening gebracht bij de deelnemende gemeenten ter hoogte van € 160.000,-. Voor het feit dat SES in het verleden zowel apparaatskosten en programmakosten uit de bijdrage van de gemeenten kon financieren en er nu voor programmakosten apart gedeclareerd moet worden bij de gemeenten is de volgende verklaring te geven. Het is een resultante van inmiddels gestegen kosten (bedrijfsvoering: sinds 2009 nullijn o.a.), niet meer kunnen interen op eigen vermogen (is er niet meer) en het in het huidige tijdsgewricht wegvallen en opdrogen van incidentele baten. Inmiddels zijn ook de consequenties van de nieuwe CAO bekend en dat houdt voor de RWB een extra kostenpost van ongeveer € 30.000,-. Hiermee is in de begroting 2012 geen rekening gehouden en als hier dus geen middelen voor beschikbaar worden gesteld, dit weer een extra taakstelling voor 2012 en 2013 betekent. In de begroting van de RWB zijn geen posten opgenomen om tegenvallers op te vangen. Er is namelijk door het Algemeen Bestuur een keuze gemaakt om voor de gemeenschappelijke regeling RWB geen reserves en voorzieningen aan te houden, omdat de gemeenten als eigenaar van de regeling gehouden zijn om voor de eventuele risico's in de eigen reserves en voorzieningen daar rekening mee te houden. Jaarrekening 2011 De jaarrekening sluit met een tekort van € 643.000,-. In het rekeningresultaat zit nog een bedrag van € 84.000,- aan frictiekosten die doorgeschoven dienen te worden naar 2012. Daarbij hebben de bestuurscommissies Duurzaamheid en Kleinschalig Collectief Vervoer een positief resultaat waar een voorstel tot bestemming voor is. Voor Duurzaamheid ter hoogte van € 50.000 en voor Kleinschalig Collectief Vervoer ter hoogte van een bedrag van € 17.000. Hier rekening mee houdende resteert een netto tekort van € 626.000 Dit tekort is als volgt opgebouwd: ( x € 1.000) Programma Algemeen Bestuur -44 Programma Middelen -145 Programma Sociaal Economische Zaken -488 Programma Ruimtelijk Ontwikkeling en Wonen -116 Programma Mobiliteit -18 Programma Duurzaamheid 151 Programma Kleinschalig Collectief Vervoer 17 Programma Zorg, Welzijn en Onderwijs 0 Met name programma SEZ zorgt voor een negatief resultaat, door het niet in rekening brengen van programmakosten, afboeken van 2010-posten en het voldoen aan verplichten die niet geraamd waren. Bij de nagenoeg alle bestuurscommissies, met name RO en Mobiliteit, zijn de niet geïndexeerde loonkosten oorzaak van de tekort in 2011. Een deel van de oorzaken van het tekort van de jaarrekening 2011 zijn hierboven beschreven. Voor het overige verwijzen wij u naar de toelichting bij de jaarrekening 2011. Regio West-Brabant I Postbus 503 I 4870 AM Etten-Leur Tel: (076) 502 72 00 e-mail: info(3)west-brabant.eu I www.west-brabant.eu Inschrijvingsnr. KvK: 51448122 I BNG bankrekening: 285150308
•WB Dit tekort is overigens exclusief het tekort van het Loopbaancentrum West-Brabant, nu Mobiliteitscentrum genaamd. Voor het tekort van € 200.000,- van het Loopbaancentrum zijn aparte afspraken gemaakt, namelijk dat de gemeenten daarvoor binnen hun eigen bedrijfsvoering dekking zoeken. Dit geldt ook voor Project Inhuurdesk derden waar voor 2011 een tekort van € 321.500,- op is ontstaan. Overigens hebben de gemeenten door dit project inmiddels wel al de nodige voordelen gerealiseerd en in hun eigen rekeningen ingeboekt. Voor verdere informatie verwijzen wij u naar de toelichting op de jaarrekening. Het Dagelijks Bestuur stelt aan het Algemeen Bestuur voor het tekort te verrekenen met de gemeenten, wat betekent een bedrag van € 0,88 per inwoner. De accountant is nog bezig met de accountantscontrole maar geeft aan dat naar verwachting een goedkeurende verklaring wordt afgegeven. Zodra deze gereed is, zal deze separaat aan de 19 colleges worden toegezonden. Begroting 2013 In de begroting 2013 zijn verwerkt de: - de 10% efficiëntiekorting a € 250.000,-; - 3% bezuiniging van 2012 en 2013, in totaal structureel € 180.000,-; De niet geraamde lasten en indexering, een bedrag van € 250.000 structureel, zijn reeds tot een bedrag van € 140.000,- verwerkt. Het Dagelijks Bestuur stelt aan het Algemeen Bestuur voor om het resterende bedrag van € 110.000,als taakstelling in de begroting 2013 op te nemen. Efficiëntiekorting op apparaatskosten De Regio West-Brabant heeft bij de start van de organisatie de opdracht gekregen om structureel 10% te gaan bezuinigen op de apparaatskosten (efficiëntiekorting). Dit komt neer op een bedrag van structureel ca. € 250.000,-. Als gevolg hiervan zal de bijdrage die de gemeenten moeten betalen naar beneden gaan. In 2011 en 2012 is deze korting gebruikt om de frictiekosten van de twee jaar durende stroomlijningsfase en de inrichting van de organisatie te bekostigen. De frictiekosten waren grotendeels bestemd voor de kosten van de projectleider en zijn in 2009 en 2010 gemaakt voor de voorbereiding en realisering van de gemeenschappelijke regeling. Het eerste jaar dat het bedrag per inwoner verlaagd zal worden, is 2013. Liquidatiebegrotingen In 2011 zijn met uitzondering van de Sociaal Economische Samenwerking (SES) West-Brabant alle liquidatiebegrotingen van de oude regelingen vastgesteld. Dit heeft onder andere geleid tot een uitkering aan negen deelnemende gemeenten van de BWS gelden van € 990.000,-. De reden dat de liquidatie van SES West-Brabant nog niet is afgerond, heeft te maken met de besluitvorming over de verrekening van Europese Structuurfondsgelden (ESF)gelden. Voor SES West-Brabant zal daarom nog een verrekening naar de gemeenten moeten plaatsvinden. De hoogte van het bedrag per gemeente is afhankelijk van hoe de uitbetaling van de ESF subsidies wordt afgewikkeld. Bijdrage Rewin 2013 De raad van commissarissen van het Rewin heeft inmiddels ook haar productplan en bijbehorende begroting gepresenteerd. Zoals gebruikelijk zal de bijdrage van de 18 gemeenten en die van Tholen via de begroting van de RWB bij u aangeboden worden, zodat deze tegelijk behandeld kunnen worden. De gemeente Tholen betaalt de bijdrage rechtstreeks aan het Rewin.
Regio West-Brabant I Postbus 503 I 4870 A M Etten-Leur Tel: (076) 502 72 00 e-mail: info(3iwest-brabant.eu I www.west-brabant.eu Inschrijvingsnr. KvK: 51448122 I BNG bankrekening: 285150308
RWB De gevraagde bijdrage per gemeente komt uit op € 1,67 per inwoner. In het totaalstaatje van de bijdragen per gemeenten is aangegeven wat dit per gemeente inhoudt. Het Rewin heeft ook een verzoek aan het Dagelijks Bestuur gericht voor een eenmalige bijdrage in 2013 voor de uitvoering van de Strategische Agenda ten laste van het Regiofonds. In de toelichting op de begroting 2013 staat vermeld dat het dagelijks bestuur een voorstel aan het Algemeen Bestuur voorlegt voor de verdeling van de € 600.000,- uit het Regiofonds over de drie pijlers van de Strategische Agenda voor de uitvoering er van. Voor de Economiepijler is hiervoor in totaal € 200.000,- gereserveerd. Over de aanwending van die middelen komt het Algemeen Bestuur nog te spreken en daarin zal het verzoek van het Rewin betrokken worden. Vervolgopgaven AB, DB en bestuurscommissies Gezien de financiële situatie van de RWB, maar ook gezien de ervaringen met de gekozen structuur van de gemeenschappelijke regeling Regio West-Brabant en de ambities in de onlangs vastgestelde Strategische Agenda West-Brabant, wordt voorgesteld in 2012: Een evaluatie te houden over de werking van de gemeenschappelijke regeling zowel bestuurlijk als ambtelijk; Op basis van de evaluatie te beoordelen of de structuur van de gemeenschappelijke regeling en de taken tot een aanpassing moeten leiden; Een kerntakendiscussie te starten. Een plan van aanpak wordt voorbereid. Besluitvormingsprocedure Wij verzoeken u binnen acht weken, uiterlijk 22 juni 2012, uw zienswijze op de ontwerpjaarrekening 2011 en de ontwerpbegroting 2013 schriftelijk in te dienen bij het Dagelijks Bestuur van de Regio West-Brabant. Op 6 juli 2012 zal vaststelling door het Algemeen Bestuur plaatsvinden. In het vertrouwen u voor dit moment voldoende te hebben geïnformeerd. Hoogachtend, Dagelijks Bestuur van de Regio West-Brabant
P.A.C.M. van der Velden, voorzitter
ir. M.L.T. Dircks, directeur-secretaris
Regio West-Brabant I Postbus 503 I 4870 AM Etten-Leur Tel: (076) 502 72 00 e-mail: info(S)west-brabant.eu I www west-brabant.eu Inschrijvingsnr. KvK: 51448122 I BNG bankrekening: 285150308
Ontwerpjaarstukken 2011 Regio West-Brabant 27 april 2012
R
eg/b 6>
<5>
Inhoudsopgave Voorwoord 1. Inleiding Leeswijzer 1.1 Samenvatting 1.2 Regiofonds West-Brabant (Regiofonds) 2. Jaarverslag 2.1 Programma's Programma 1 Algemeen Bestuur Programma 2 Middelen Programma 3 Sociaal Economische Zaken Programma 4 Ruimtelijke ontwikkeling en Wonen Programma 5 Mobiliteit Programma 6 Duurzaamheid Programma 7 Kleinschalig Collectief Vervoer Programma 8 Zorg, Welzijn en Onderwijs Bestuursopdracht Communicatie, kunst / cultuur en sport, lobby en pr 2.2 Paragrafen 2.3 Weerstandsvermogen 2.4 Financiering 2.5 Bedrijfsvoering 2.6 Subsidies 3. Jaarrekening 2011 3.1 Balans per 31 december 2011 3.2 Programmarekening (Overzicht van baten en lasten per programma) 3.3 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling per 31-12-2011 3.4 Toelichting balans 3.5 Toelichting programmarekening 3.6 Begrotingsrechtmatigheid 3.7 Gemeentelijke bijdragen 3.8 Frictiekostenoverzicht 3.9 Bijlagen met verantwoordingsinformatie over specifieke uitkeringen (SiSa) 4. Bijlagen
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
5 6 6 6 7 8 8 8 10 13 19 23 25 28 36 39 41 41 41 42 44 46 46 48 48 49 53 54 58 59 60 62
3
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
Voorwoord Hierbij bieden wij u het jaarverslag en de jaarrekening 2011 van de gemeenschappelijke regeling Regio West-Brabant aan. In dit eerste jaarverslag van de nieuwe gemeentelijke samenwerking staan de resultaten en inspanningen van het afgelopen jaar beschreven van het Dagelijks en Algemeen bestuur en de zeven bestuurscommissies. 2011 was een bijzonder jaar dat in het teken stond van twee belangrijke mijlpalen: De eerste mijlpaal is de oprichting van de gemeenschappelijke regeling Regio West-Brabant en de inrichting van het West-Brabant Huis. De intensieve samenwerking van de negentien gemeenten is per 1 januari 2011 vervat in de gemeenschappelijke regeling Regio West-Brabant. De beleidsinhoudelijke afstemming tussen de gemeenten en de samenwerking met het bedrijfsleven en onderwijsveld wordt gecoördineerd vanuit het West-Brabant Huis in Etten-Leur. Hier zijn de programmamanagers en medewerkers die het AB, DB en de bestuurscommissies ondersteunen, gevestigd per 1 april 2011. Naast de doorlopende taken werden de werkzaamheden in de Regio West-Brabant gedomineerd door het proces van actualisering van de Strategische Agenda West-Brabant, Na de zomer van 2011 is het concept Visiedeel aangeboden aan de colleges van de 19 gemeenten, de gemeenteraden en de externe partners, met het verzoek een zienswijze te formuleren. Wij zijn er trots op dat het definitieve Visiedeel van de Strategische Agenda West-Brabant 2012-2020 tot stand is gekomen door nauwe samenwerking tussen externe partners uit het bedrijfsleven, onderwijs, welzijns- en zorginstellingen, Brabantse Milieufederatie, Waterschap Brabantse Delta, ZLTO, culturele instellingen en uiteraard de West-Brabantse gemeenten. Deze Visie biedt de komende jaren houvast bij de ontwikkelingen die op onze regio afkomen en de wijze waarop we daarop willen reageren. Daarnaast is er veel geïnvesteerd in de intensivering van onze relaties. Om te beginnen de samenwerking in de regio met bovengenoemde partijen in de Strategische Agenda. Met de provincie NoordBrabant wordt intensief samengewerkt en afgestemd op ruimtelijk en economisch gebied in het RRO overleg. En niet te vergeten de steeds hechter wordende relatie met onze Zeeuwse buren. WestBrabant geldt inmiddels ook als een belangrijke strategische gesprekspartner voor ontwikkelingen die zich buiten onze regio afspelen. Met de regio's Rotterdam en Drechtsteden en de Provincies ZuidHolland en Noord-Brabant, Havenbedrijven van Rotterdam en Moerdijk, havenbedrijfsleven, KvK's en maatschappelijke organisaties leveren we sinds 2011 onze bijdragen in het DelTri-Platform. Dit jaarverslag kijkt terug op 2011. Naast de reguliere werkzaamheden is door de bestuurscommissies uitvoering gegeven aan de vastgestelde bestuursopdrachten. De bestuurscommissies beschrijven per programma hun inspanningen en verantwoorden wat dat heeft gekost. Wij wensen u veel leesplezier met het lezen van dit verslag.
P.A.C.M. van der Velden Voorzitter Regio West-Brabant
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
ir. M.L.T.Dircks Secretaris Regio West-Brabant
5
1. Inleiding Ir 2011 is veel energie gestoken in het formuleren van het Visiedeel van de Strategische Agenda West-Brabant 2012-2020. Samen met vertegenwoordigers uit bedrijfsleven en onderwijs heeft de overheid het gesprek gevoerd om boven tafel te krijgen wat de ambities en prioriteiten zijn voor WestBrabant op het gebied van Economie, Ecologie en Leefbaarheid. Ook zijn de noodzakelijke randvoorwaarden op het gebied van mobiliteit, arbeidsmarkt, onderwijs, ruimte, lobby, cultuur en vrije tijd en arbeidsmarkt benoemd. Rond deze triple Helix aanpak zal ook de Governance vorm krijgen middels een Strategie Board waarin de drie O's ook een plek krijgen. Tijdens twee regionale raadsledenbijeenkomsten is voor de plenaire inbreng van de gemeenteraden zorg gedragen. Eind 2011 heeft ieder college haar raad de uitkomst voorgelegd om tot finale besluitvorming te komen. De komende jaren zullen bedrijfsleven, onderwijs, maatschappelijke instellingen en overheden hard aan de slag moeten om de Agenda te realiseren.
Leeswijzer Het nu voorliggende jaarverslag en -rekening is een bundeling van de verantwoordingen van de verschillende bestuurscommissies. Elke bestuurscommissie staat gelijk aan een programma. Na de programma's is de verantwoording opgenomen voor de bestuursopdracht. Deze opdracht is niet onder een specifiek programma te scharen, daarom is hiervoor een apart programma opgenomen. In hoofdstuk 2 is de verantwoording per programma en een aantal paragrafen opgenomen. Per programma is een beschrijving opgenomen van de desbetreffende bestuurscommissie en wordt ingegaan op de 3 W-vragen: Wat wilden we bereiken? Wat hebben we daarvoor gedaan? Wat heeft het gekost? Ten aanzien van deze laatste W-vraag is naast het overzicht van lasten en baten per deelprogramma ook een overzicht van kostensoorten opgenomen. Alle bedragen die in dit jaarverslag zijn genoemd zijn x € 1.000. In hoofdstuk 3 is de jaarrekening 2011 opgenomen. In de financiële overzichten wordt het boekjaar 2010 niet getoond aangezien we geen historie hebben voor de programma's. In 2011 zijn geen begrotingswijzigingen doorgevoerd, dus de kolom Begroting 2011 betreft zowel de primitieve begroting als de begroting na wijziging. 1.1 Samenvatting Saldo per programma jaarrekening 2011 x 1.000 Programma Algemeen Bestuur Programma Middelen Programma Sociaal Economische Zaken Programma Ruimtelijk Ontwikkeling en Wonen Programma Mobiliteit Programma Duurzaamheid Programma Kleinschalig Collectief Vervoer Programma Zorg, Welzijn en Onderwijs
-44 -145 -488 -116 -18 151 17 -
Subtotaal
-643
resultaatvoorstellen: Programma Algemeen Bestuur Programma Duurzaamheid Programma Kleinschalig Collectief Vervoer Totaal geschoond resultaat
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
-84 50 17 -626
6
In dit overzicht ziet u wat het resultaat per programma is. Het totaaltekort, na bestemming van de resultaten komt op € 626.000,-. In de laatste bijlage ziet u wat dit betekent per gemeente. Het resultaatvoorstel van het programma algemeen Bestuur komt wat vreemd over misschien, dit betreft het doorschuiven van de frictiekosten naar 2012. In 2012 staat hier nog budget voor, de meeste kosten zijn in 2011, of eerder, gemaakt. De tekorten toegelicht: Een deel van de tekorten volgt uit besluitvorming uit het verleden. Zo zijn de loonkosten vanaf 2010 niet meer geïndexeerd, ook de periodieken zijn niet meegenomen. Dit zorgt bij veel programma's voor verschillen (RO, Mobiliteit). Bij het SEZ zitten nog een paar onzekere factoren, zo wordt nog uitspraak gedaan over de afwikkeling van Leren en Werken 3. Dit project sluit nu met een negatief saldo van € 75.000,- in de jaarrekening. Posten uit het verleden zijn afgeboekt bij het SEZ a € 84.000,-, deze werden niet inbaar meer geschat. De programmakosten voor REAP waren niet geboekt, levert een verschil op van € 135.000,-. En de programmakosten, wel geraamd maar niet in rekening gebracht leveren het restantverschil op van € 160.000,-.
1.2
Regiofonds West-Brabant (Regiofonds)
Met ingang van 1 januari 2008 is het Regiofonds opgericht. Het fonds is ingesteld in de vorm van een meerpartijenovereenkomst en had een looptijd van drie jaar. Dit fonds is ondergebracht bij de administratie in Etten-Leur, in 2012 wordt het fonds overgeheveld naar de administratie van de RWB. De missie van het Regiofonds luidt: 'een belangrijke bijdrage leveren aan de realisering van projecten die deel (gaan) uitmaken van de Strategische Agenda West-Brabant'. Het fonds is gevoed door een eenmalige bijdrage van € 1,00 per inwoner van de 19 convenantgemeentes en een bijdrage van de provincies Noord-Brabant en Zeeland. Zo ontstond een fonds van ca. € 1.400.000. In de overeenkomst Regiofonds West-Brabant is bepaald dat het fonds op 1 januari 2011 ophield te bestaan. Bij de begroting 2011 is besloten om het Regiofonds ook de voorliggende bestuursperiode te continueren en de middelen in te zetten voor de uitvoering van de Strategische Agenda West-Brabant, die in 2011 geactualiseerd is. In het fonds is per 31 december 2011 nog een bedrag van €598.000,- beschikbaar. In 2011 is voor de projecten Brabant aan Zee en de Enecotour 2011 en 2012 een bedrag van €150.000,- respectievelijk €200.000,-. Daarnaast wordt rekening gehouden met een bedrag van maximaal 4 x € 30.000 voor de organisatie van een West-Brabant event de komende vier jaar. Het dagelijks bestuur legt voorstellen voor besteding van het Regiofonds voor aan het Algemeen Bestuur.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
7
2. Jaarverslag 2.1 Programma's Conform de regelgeving in het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) wordt in het jaarverslag verantwoord per programma. Het gaat om de volgende programma's: 1. Algemeen Bestuur 2. Middelen 3. Sociaal Economische Zaken 4. Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen 5. Mobiliteit 6. Duurzaamheid 7. Kleinschalig Collectief Vervoer 8. Zorg, Welzijn en Onderwijs
Programma 1
Algemeen Bestuur
Programmaomschrijving In 2011 is de Strategische Agenda 2012-2020 vastgesteld. Belangrijke doelstelling van dit programma is de uitwerking van deze agenda gestalte te geven. Dat betekent dat gewerkt wordt aan de actualisering van de Bestuursopdrachten en het realiseren van een slagvaardige uitvoeringsorganisatie. De gesprekken over intensievere samenwerking tussen Rewin en BOM lopen al enige tijd. Het overall doel is om West-Brabant als regio in het krachtenveld van Brabant en de beide mainports Rotterdam en Antwerpen een herkenbare positie in te laten nemen. Beleidskaders • Strategische Agenda West-Brabant 2012-2020; • Agenda van Brabant; • Havenvisie Havenbedrijf Rotterdam; • Structuurvisie l&M (Nieuwe nota Ruimte); • Europese structuurfondsen. Wat wilden we bereiken? • West-Brabant wordt door de omringende regio's als een geaccepteerde en gewaardeerde regio ervaren; • Binnen de provincie Noord-Brabant is West-Brabant één van de vier bestuurlijke regio's die door GS als partner gezien wordt; • West-Brabant neemt haar positie in de relevante Rijks- en Europese nota's in. Wat hebben we daar voor gedaan? In de nota over de Bestuurlijke Organisatie van Nederland wordt West-Brabant op een aantal plaatsen genoemd. Daarmee geeft het kabinet aan dat West-Brabant onderdeel uitmaakt van de sociaaleconomische regio Rijnmond, Drechtsteden, West-Brabant. Dit is een gebied waarvoor West-Brabant zich ingespannen heeft om op die schaal spelende vraagstukken op te pakken. Daarvoor is in 2011 het DelTri-platform gestart. Belangrijkste opgaven zijn: de toekomstige vraag naar bedrijventerreinen in beeld te krijgen, gerelateerd aan de scenario's die in de Havenvisie 2030 vermeld staan. Daarnaast is het goed bereikbaar houden van de Mainport Rotterdam een relevant onderwerp, evenals de krapte op de arbeidsmarkt als het gaat om personeel op gebied van techniek en transport. BrabantStad heeft ook haar Strategische Agenda opgesteld. Vaststelling volgt in voorjaar 2012. Via Breda is West-Brabant hierbij aangehaakt. In de Agenda 2012-2020 is de beweging gemaakt van B5 naar R4. De vier Brabantse regio's vormen steeds meer het vertrekpunt voor de opgaven die vanuit BrabantStad opgepakt worden richting Den Haag en Brussel, met name op het gebied van topsectoren en de (inter-)nationale bereikbaarheid. In nauwe samenwerking met het Havenbedrijf Rotterdam heeft West-Brabant haar inbreng kunnen leveren bij de totstandkoming van die visie. Ook heeft West-Brabant samen met de Provincie Noord-
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
8
Brabant de reactie op de Concept Havenvisie gemaakt, die vervolgens namens geheel Brabant verzonden is. De Rijn-Schelde-Deltaorganisatie is op 16 december 2011 omgevormd tot de Vlaams-Nederlandse Delta. Zes provincies in Nederland en Vlaanderen zijn de trekkers, samen met de beide Havenbedrijven. De Regio West-Brabant gaat in op de uitnodiging om als "aandeelhouder" te gaan functioneren in die Delta. De belangen van West-Brabant werden door verschillende gemeentelijke vertegenwoordigers in Den Bosch, Den Haag en Brussel over het voetlicht gebracht. Terugkoppeling verliep via de Bestuurscommissies. Uitkomst van de West-Brabantse inspanningen is dat de Regio West-Brabant zowel binnen als buiten Brabant op de kaart is gezet.; In 2011 is de Strategische Agenda West-Brabant 2012 - 2020 opgesteld. Dit in nauw overleg met partners vanuit het bedrijfsleven en de kennisinstellingen. Op het gebied van economie wordt de focus gelegd bij de sectoren logistiek, maintenance en biobased economy. Hiermee wordt aangesloten op het topsectorenbeleid van het Rijk. Naast deze nationale speerpunten zullen op regionale schaal de sectoren zorg, agro en toerisme op de nodige aandacht en ondersteuning mogen rekenen. Naast Economie staan ook Ecologie en Leefbaarheid centraal. In de uitvoering zal die balans nadrukkelijk bewaakt moeten worden. Voor de Bestuurscommissies zal de Strategische Agenda een belangrijke leidraad vormen. Wat heeft het gekost? Begroting 2011 Bestuurskosten
lasten baten
Saldo programma na resultaatbestemming
Resultaat 2011
304 304
411 367
-107 63
0
-43
-43
Saldo programma voor resultaatbestemming mutaties reserves
Rekening 2011
-
0
-43
-43
Toelichting op het financiële resultaat; Het tekort van programma Algemeen Bestuur bestaat uit verschillende onderdelen, zo hebben we tijdens het controleproces diverse afboekingen gedaan van balansposten voor 2010. Hiervan werd ingeschat dat deze niet langer inbaar waren en daarom zijn de kosten in dit jaar genomen. Mocht blijken dat betalingen toch nog binnen komen dan worden deze ook weer ten gunste van dit programma gebracht. Onderdeel van het tekort zijn de frictiekosten, deze kosten zijn in 2011 (of eerder) gemaakt en moeten daarom volgens de kaders van de verantwoording genomen worden in ditzelfde jaar. We hebben hier echter in 2012 weer budget voor, dus voor het overschot aan frictiekosten in 2011 van € 84.200 wordt voorgesteld deze bij de 'resultaatbestemming' over te hevelen naar 2012. Wanneer de resultaatbestemming akkoord bevonden wordt, wordt het tekort omgezet in een plussaldo a € 40.800, wat voor het grootste deel te danken is aan de afwikkeling van de gelden van de WestBrabant vergadering 2010 a € 32.100,-. Een toelichting op de frictiekosten vindt u in paragraaf 3.8.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
9
Programma 2
Middelen
Programmaomschrijving Het programma Middelen bevat de uitwerking van de volgende speerpunten: HRM, ICT, Inkoop, Dienstverlening, Verbonden Partijen, Shared Services. De laatste drie speerpunten (Dienstverlening, Verbonden Partijen en Shared Services) zijn toegevoegd aan de Strategische Agenda 2011-2015. De eerste drie speerpunten (HRM, ICT en Inkoop) lopen door en komen uit de Strategische Agenda 2007-2011. Beleidskaders Kaders liggen soms op Europees, Landelijk, Provinciaal of regionaal niveau Bijvoorbeeld aanbestedingsregels, CAO-afspraken, ICT-uitgangspunten zoals het GEMeentelijk Model Architectuur (GEMMA). Op regioniveau bijvoorbeeld de Kadernota Verbonden Partijen, Doelarchitectuur l&A- sporen, tarieven en producten Mobiliteitscentrum en werkproces Inhuur derden. Wat wilden we bereiken? • De 19 gemeenten kiezen voor de meest effectieve en efficiënte wijze van (samen)werken teneinde de kwetsbaarheid terug te dringen, de kwaliteit te verbeteren en de regio als systeem te versterken; •
Algemene Missie: Samen doen, wat samen kan.
Wat hebben we daar voor gedaan? Er is een basisstructuur overeengekomen met een routeplanner, zodat ieder speerpunt op hoofdlijnen op dezelfde wijze wordt aangelopen. Te beginnen met een bestuursopdracht, plan van aanpak en vervolgens een projectmatige uitwerking. Voor de speerpunten Dienstverlening en HRM zijn in 2011 bestuursopdrachten vastgesteld. Bestuursopdrachten voor de overige speerpunten volgen in 2012. Per speerpunt zijn trekkers aangewezen op drie niveaus (wethouders, gemeentesecretarissen en directeuren bedrijfsvoering). ICT Bureau KING is ingeschakeld voor regiostrategie. De conferentie op 5 december 2011 heeft helderheid gegeven op de samenwerkingsmogelijkheden. Veel regionale projecten hebben een ICT-component. Hierin is de nodige leerervaring opgedaan. Over het algemeen zijn dit zorgelijke trajecten met ingewikkelde afstemming tussen leveranciers en de verschillende klanten / gebruikers. Denk aan de Belastingsamenwerking, PSM, Inhuur derden en Mobiliteitscentrum. Er is behoefte aan standaardisering en het terugdringen van het aantal applicaties en het toewerken naar één doelarchitectuur voor het l-spoor en het A-spoor. Klonterstrategie (gebruik maken van bestaande samenwerkingen op ICT-gebied binnen de regio) is voor de regio de meest optimale veranderstrategie. Leren van de ervaringen in de subregio's, organisch naar elkaar toegroeien en waar mogelijk standaardiseren op de schaal van de regio. HRM Het Mobiliteitscentrum heeft in 2011 een stevige terugloop gezien van het aantal trajecten (460 trajecten in 2010 en 205 in 2011. Vooral door bezuinigingen, de vacaturestops en de inhuurstops). Dit heeft geleid tot een stevig exploitatietekort. Er is een analyse gemaakt van de jaren 2009, 2010 en 2011. De incidentele extra kosten zijn omgeslagen naar de 20 deelnemende organisaties (19 gemeenten + RMD). De begroting 2012 is met 200.000 euro teruggebracht, zodat flexibel kan worden meebewogen met de vraaguitval. De pilot van het mobiliteitscentrum loopt tot eind 2012. Er is in 2011 gewerkt aan een businessplan voor de situatie vanaf 2013. In een werkconferentie op 18 april is een aanzet gemaakt voor een regionale HRM-visie. Die visie is uiteindelijk in juni vastgesteld door de bestuurscommissie. Strategische Personeels Planning is als project uitgewerkt. De kwantitatieve analyse is medio 2011 opgeleverd. De kwalitatieve analyse wordt eind 2012 verwacht.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
10
Implementatie van bedrijfsvoeringspakket en de digitale Marktplaats bleken ingewikkelder dan gedacht en hebben meer inspanningen gevergd. Contracten zijn vanaf 1-1-2011 operationeel. De omzet van inhuur flexkrachten is in 2011 gedaald. Medio 2010 werd nog rekening gehouden met een totale inhuur bij alle 25 deelnemers van circa 90 miljoen euro per jaar. Voor 2011 is dit ingeschat op circa 13 miljoen euro. Vooral door de bezuinigingstaakstellingen. De inhuurdesk is ondergebracht bij het Mobiliteitscentrum. Dienstverlening De bestuursopdracht is vastgesteld en de projectleider is aangewezen. In subregionaal verband zijn er initiatieven genomen, zoals het KCC bij de gemeenten Bergen op Zoom, Etten-Leur en Roosendaal (BER). Er is in 2011 gemonitord op de schaal van de 19 gemeenten, dit met name op de toets in hoeverre gemeenten kunnen voldoen aan de landelijke dienstverleningsnormen. Verbonden Partijen Begin 2011 is een kaderbrief opgesteld m.b.t. een taakstellende bezuiniging (3 x 3%) en de wijze van omgaan met reserves en voorzieningen. Een advies van de bestuurscommissie Middelen is aan de afzonderlijke colleges van B&W gegeven. De beoordeling van de jaarrekeningen en begrotingen van de Verbonden Partijen is door ambtelijke werkgroepen verdeeld in de regio, zodat dubbelwerk is voorkomen. Inkoop Samenwerking op het gebied van inkoop is voortgezet zoals in de voorgaande jaren. De visie 'samen doen, wat samen kan' is hierop bij uitstek van toepassing. De inkopers van de grotere gemeenten en het inkoopbureau hebben in enkele workshops de kennis gedeeld. Via de bestuursopdracht inkoop wenst men meer focus aan te brengen op de samenwerking. Shared Services Dit speerpunt is in 2011 verkend. In 2012 volgt een nadere uitwerking en mogelijk een bestuursopdracht. Wat heeft het gekost? Begroting 2011 Rekening 2011 Middelen algemeen
lasten baten project West-Brabant Academy lasten baten project Inhuurdesk Derden lasten baten project Loopbaanadvies lasten baten project Mobiliteit lasten baten
92 258 142 142
Saldo programma voor resultaatbestemming
Resultaat 2011
83 776 195 179 360 38 641 224 125 42
9 -518 -52 -36 -360 -38 -295 122 73 -9
-
-145
-145
-
-145
-145
-
346 346 198 33
mutaties reserves Saldo programma na resultaatbestemming
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
11
Toelichting op de lasten en baten: De bestuurscommissie Middelen bestaat uit twee componenten; de coördinatie van de bestuurscommissie Middelen en de projecten van het Loopbaancentrum. In 2011 is de omzet binnen het LBC zodanig teruggelopen dat een tekort ontstaan is. De afspraak is gemaakt dat het tekort op de projecten van het loopbaancentrum wordt gedragen door de gemeenten, (voor de Inhuurdesk is dit afgesproken in de vergadering Directeuren Bedrijfsvoerings Overleg dd. 12-12-2011. Voor de andere projecten van het Loopbaancentrum is dit afgestemd in de Ambtelijke Regie Groep-vergadering van 14-11-2011). Het tekort is gedurende het jaar reeds geconstateerd en voor het jaar in 2012 zijn diverse veranderingen en bezuinigingen doorgevoerd. 2011 was het startjaar van het Project Inhuurdesk derden, in dit eerste jaar zijn veel initiële kosten gemaakt voor een totaal van € 360.000,- en de opbrengst (bestaande uit een 5% fee van de opdrachtnemers die via de flexdesk werkzaamheden verrichting voor de deelnemende gemeenten) is dit eerste jaar beduidend lager dan verwacht. In totaal is een bedrag a € 38.500,- in rekening gebracht. Het tekort a € 321.500 wordt verrekend met de gemeenten. Hoewel niet meetbaar te maken is met het project Inhuurdesk derden de kosten voor inhuur derden bij gemeenten drastisch teruggebracht. Gezien de lopende afspraken met de deelnemende gemeenten zijn de beide "tekorten" van in totaal circa € 521.500 als vordering op de gemeenten verwerkt in de jaarrekening van RWB en als zodanig toegelicht. Definitieve verrekening van deze tekorten met de deelnemers zal na vaststelling van de jaarstukken plaatsvinden, de verdeelmaatstaf is aantal medewerkers per gemeente. Deze verwerkingswijze heeft tot gevolg dat het programma Middelen sluit met een tekort van € 145.151,- en de projecten van het loopbaancentrum budgetneutraal in het programma zijn verwerkt.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
12
Programma 3
Sociaal Economische Zaken
Programmaomschrijving: De bestuurscommissie Sociaal Economische Zaken heeft de volgende doelen geformuleerd: • Alle inwoners kunnen zoveel mogelijk zelfstandig in hun inkomen voorzien; • Ondernemers kunnen over voldoende ruimte en personeel beschikken voor hun productieproces; • Samen met ondernemers en onderwijs een bijdrage te leveren aan het stimuleren van goed en duurzaam ondernemerschap en behoud van de leefbaarheid in de regio. • Op basis van de analyse van feiten en trends wordt, samen met andere belanghebbende partijen, beleid geformuleerd dat een bijdrage levert aan de sociaal-economische ontwikkeling van de regio • Groen, natuur en landschap blijven robuuste dragers te midden van ruimtelijke deelbelangen. Beleidskaders: • Rijks- en provinciale wetgeving; • Gemeenschappelijke Regeling Regio West-Brabant; • Strategische Agenda 2008-2011 en 2012-2020; • Vrijetijdsagenda Regio West-Brabant 2011 -2015; •
West-Brabant werkt en pakt door! (regionaal arbeidsmarktbeleid 2011-2015).
Wat wilden we bereiken? • Het in stand houden, vernieuwen en verstevigen van de sociaal-economische structuur in WestBrabant; • Het leveren van een actieve bijdrage aan een evenwichtige arbeidsmarkt in de regio WestBrabant; • Bevorderen van het toerisme in de regio West-Brabant in de ruimste zin van het woord; • Actief betrokken zijn bij activiteiten ter verbetering van de plattelandseconomie in de Baronie; • Het verzamelen en analyseren van regionale informatie ten behoeve van de vorming van visies en actieprogramma's voor diverse beleidsterreinen. Wat hebben we daar voor gedaan? Bestuur/Beleid De Gemeenschappelijke Regeling Sociaal-Economische Samenwerking (SES) West-Brabant komt te vervallen hetgeen feitelijk zal gebeuren door het vaststellen van de liquidatierekening begin 2012. De bestuurscommissie Sociaal Economische Zaken heeft in 2011 vier keer vergaderd. In de loop van 2011 is tevens een presidium ingesteld, bestaande uit 7 personen. De belangrijkste taak van het presidium is het voorbereiden van de vergaderingen en besluitvorming van de commissie. Daarnaast is een aantal doeloverleggen actief. Het gaat hierbij om: De stuurgroep Regionaal Actie Programma (REAP) West-Brabant; • De regioadviescommissie (RAC) Toerisme en Recreatie; • Raad van Commissarissen N.V. REWIN; • Het regionaal platform Arbeidsmarktbeleid (rpA) West-Brabant; • Het Sociaal Economisch Platform (SEP) "de Baronie". N.V. REWIN West-Brabant In 2011 is gestart met een strategische heroriëntatie wat betreft de activiteiten en de organisatie van een toekomstige uitvoeringsorganisatie voor de regio West-Brabant. Dit mede gezien de spanning tussen enerzijds de ambities van de Strategische Agenda, en anderzijds de beschikbare -financiëleruimte. Begin 2012 moet dit leiden tot een helder toekomstbeeld. Economie Voor 14 projecten heeft de stuurgroep REAP in 2011 een bijdrage toegekend. Er is in totaal ruim € 403.000 aan bijdragen voor deze projecten toegekend. De totale projectkosten bedragen volgens opgaven ruim € 1.115.000. Deze projecten lopen de komende jaren nog door, en hiervoor staat op de balans nog de post 'nog te besteden subsidies'. In het verlengde van zowel Rijks- als Provinciaal beleid, heeft de regio zich tot doel gesteld om in het kader van zorgvuldig ruimtegebruik, over de behoefte aan en de realisatie van (boven-) regionale beJaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
13
crijventerreinen in West-Brabant bindende afspraken te maken. Tevens wordt aangesloten bij de ambities die zijn verwoord in de Strategische Agenda West-Brabant 2012-2020. Deze afspraken dienen gemaakt te worden binnen de ruimtelijke en economische kaders, die door de provincie worden gesteld. Aangezien opgaven uit de Strategische Agenda dienen aan te sluiten bij het Rijks- en het Provinciaal beleid, is de uitwerking mede afhankelijk van de jaarlijks door de Provincie Noord-Brabant opgestelde inventarisatie en prognose. In nauw overleg met de Provincie is dan ook ingezet op een uitwerking, waarin o.m. wordt ingezet op een vraaggestuurde planning (centraal thema), zorgvuldig ruimtegebruik, herstructurering, en beheer en onderhoud van bestaande terreinen. Samen met de partners is gewerkt aan het in beeld brengen van de vraag en het aanbod van bedrijfsterreinen. Partners in dit netwerk zijn naast de ambtelijke vertegenwoordigers van alle deelnemende gemeenten, onder andere de Provincie Noord-Brabant, NV REWIN en de Kamer van Koophandel Zuidwest-Nederland. Bovendien vindt afstemming plaats met de partners in het DELTRI-gebied (Drechtsteden-Rotterdam). Verder wordt bij de totstandkoming van lokaal economisch beleid, op verzoek van diverse deelnemende gemeenten, gezorgd voor de inbreng van regionale kennis in zogenaamde gemeentelijke Economische Platforms. Het REAP 2008-2011 is geëvalueerd. Dit met het doel verantwoording af te leggen aan de financiële partners en om lessen te trekken uit het verleden waarmee in een eventueel nieuw (REAP) programma voordeel kan worden gedaan. De evaluatie geeft naast successen ook verbetermogelijkheden aan, welke in belangrijke mate het gevolg zijn van veranderende omstandigheden. De belangrijkste zijn: « Sluit met REAP zoveel mogelijk aan bij het topsectorenbeleid. • Gebruik REAP als voorinvestering voor wat betreft het realiseren van maatschappelijke businesscases. Voorgesteld wordt REAP in de periode 2012 - 2015 met name in te zetten als voorinvestering voor het tot stand brengen van sluitende businesscases. Werk en Arbeid Op 24 oktober 2011 is het project West-Brabant werkt door! beëindigd. De ambities van dit meerjarenprogramma zijn behaald. Enkele resultaten in 2011 : • Er zijn 5 leerwerkadviseurs en 5 werkgeversservicepunten actief in de regio. Ook zijn de brancheservicepunten Zorg, Detailhandel en Techniek ingericht en actief. • Er zijn 4 regionale werkgroepen actief op het gebied van de sectoren zorg, zakelijke dienstverlening, techniek en groen. In deze werkgroepen zijn de drie O's (onderwijs, overheid en ondernemers) en de kenniscentra actief om vraag en aanbod beter op elkaar te laten aansluiten. • 119 ondernemers passen actief HRM beleid toe (ambitie stond op 100). • Er zijn 2373 extra duale en EVC-trajecten (Eerder Verworven Competenties) gerealiseerd (ambitie stond op 1400). Tijdens de slotbijeenkomst op 24 oktober is de nieuwe regionale meerjarenvisie arbeidsmarktbeleid (2011-2015) gelanceerd. In deze visie ligt het accent op de tekorten die gaan ontstaan op de arbeidsmarkt als gevolg van de vergrijzing en de ontgroening. Eind 2011 is gestart met het opstellen van een uitvoeringsprogramma onder de titel West-Brabant werkt en pakt door! De verwachting is dat dit uitvoeringsprogramma op 1 april 2012 gereed zal zijn. Per 1 juli 2011 is een HRM-impuls gestart in de regio. Deze impuls heeft er voor gezorgd dat er een start is gemaakt met een gecoördineerde werkgeversbenadering voor de sectoren zorg, zakelijke dienstverlening, techniek en groen. Gemeenten, UWV, ROC West-Brabant en kenniscentra stemmen hun dienstverlening onderling af om de dienstverlening aan de werkgevers te vergroten. Voor elke sectorwerkgroep is een externe HRM-deskundige aangesteld die de werkgroepen ondersteunt bij het verwezenlijken van deze gecoördineerde werkgeversbenadering. Enkele activiteiten: gemeenschappelijke database, folders, visitekaartjes, trainingen, opstellen van een marktbenaderingsplan. Deze impuls loopt door tot 1 april 2012.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
14
Recreatie en Toerisme De Vrijetijdsagenda West-Brabant 2011-2015 is vastgesteld in de bestuurscommissie SEZ op 4 oktober 2011. Naast recreatie en toerisme komen ook de sectoren sport en cultuur vanuit een economische insteek aan bod. De visie is tot stand gekomen in nauwe samenwerking met de gemeenten in de regio en de Regionale Adviescommissie Recreatie en Toerisme West-Brabant. De visie kent een uitvoeringsgericht karakter en heeft als doel om in de periode 2011-2015 in West-Brabant een groei van 5% in de bestedingen in de toeristisch-recreatieve sector te realiseren. De Regionale Adviescommissie Recreatie en Toerisme West-Brabant (RAC) bestaat uit vertegenwoordigers van de overheid, onderwijs en het toeristisch/recreatief bedrijfsleven en adviseert over de inhoud en uitvoering van de Vrijetijdsagenda. De RAC adviseert aan de bestuurscommissie SEZ over de realisering van projecten. Projecten in 2011 in dit kader: • Deltapromotie: Regio West-Brabant en de provincie Noord-Brabant participeerden gezamenlijk in de campagne. Inhoud: promotie van watersportmogelijkheden in de Delta in samenwerking met de stad Antwerpen en de provincies Noord-Brabant, Zeeland, Zuid-Holland. Marketinginstrumenten: Deltagids, Delta website, direct marketing, advertising & free publicity. • Evenementenkalender Regio W V : West-Brabantse evenementen- en activiteitenkrant voor inwoners en (verblijfs)toeristen van de coöperatieve vereniging Regio VVV West- en MiddenBrabant. Vanuit middelen van de RAC R&T is in 2011 de distributie van de evenementenkrant gefinancierd. • Toeristisch Bulletin Regio W V : doel is om evenementen in West-Brabant onder de aandacht brengen bij de Nederlandse persmedia; activiteit van de coöperatieve vereniging Regio V W West- en Midden-Brabant. In 2011 is de productie van deze chronologische lijst met persberichten van alle grotere evenementen in West-Brabant gefinancierd uit RAC middelen. De lijst wordt verstuurd aan alle grotere persmedia in Nederland. • Recron Innovatie Campagne: wie het gedrag van de hedendaagse consument wil begrijpen, kan niet meer volstaan met het kijken naar demografische aspecten als leeftijd, gezinsfase of inkomen. Consumenten kiezen vooral op basis van wensen, motieven en interesses. In de RECRON InnovatieCampagne worden zeven dagrecreatieve belevingswerelden onderscheiden. Deze data zijn op gemeente niveau beschikbaar. Met bijdragen van de gemeenten in West-Brabant (18) en de Kamer van Koophandel zijn de data voor de 18 West-Brabantse gemeenten aangeschaft. Routebureau West-Brabant: Het wandelroutenetwerk (1.500 km), fietsroutenetwerk (1.700 km) en de rondgaande bewegwijzerde wandel- en fietsroutes in West-Brabant zijn twee keer gecontroleerd door vrijwilligers en aangestuurd vanuit RWB. De wandelroutekaart 'Wijde Biesbosch Noord' is ontwikkeld en de fietskaart 'De Baronie" is herdrukt. De visie die in 2010 door het Routebureau Brabant is opgesteld heeft in 2011 zijn eerste vruchten afgeworpen. In 2011 zijn er 51 groene oplaadpunten voor fietsen in West-Brabant gerealiseerd. Tevens is het keurmerk Fietsers Welkom! uitgerold in West-Brabant. Op termijn moet dit keurmerk het concept Fietscafé volledig vervangen. Doordat de Regio West-Brabant een dekkend fietsroutenetwerk heeft, zijn afgelopen jaar alle rondgaande fietsroutes opgeheven en verwijderd. Synchroon aan de ontwikkeling van het wandelroutenetwerk in West-Brabant, worden de rondgaande wandelroutes gefaseerd opgeheven wat betekent dat in 2012 de laatste routes worden opgeheven. Er heeft een vrijwilligersbijeenkomst plaatsgevonden om de vrijwilligers die het afgelopen jaar actief zijn geweest voor RWB te bedanken voor hun bijdrage. De urenverantwoording 2011 kent een overschrijding ten opzichte van de begroting omdat de urenuitbreiding die in juni 2010 is toegekend aan het Routebureau niet is meegenomen in de begroting 2011. Deze uitbreiding is noodzakelijk gezien de forse uitbreiding van het wandel- en fietsroutenetwerk en de intensivering van de samenwerking met het Routebureau Brabant. Project 'Grenzeloos Wandelen'. Wandelroutenetwerk West-Brabant In de Baronie en een deel van de Brabantse Delta is in 2007 een wandelroutenetwerk opgeleverd met een lengte van ruim 900 kilometer. Dit netwerk wordt uitgebreid tot een West-Brabant-dekkend wanJaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
15
delnetwerk. Dit netwerk is gereed in 2012. Regio West-Brabant heeft in het verslagjaar, in goede samenwerking met lokale overheden, VVV's, wandelverenigingen, terreineigenaren en ondernemers de realisatie van een recreatief/toeristisch wandelroutenetwerk afgerond in de gemeenten Aalburg, Werkendam en Woudrichem. Volgens dezelfde werkwijze is gestart met de realisatie van een wandelroutenetwerk in de gemeenten Etten-Leur, Moerdijk, Halderberge, Roosendaal, Steenbergen, Bergen op Zoom en Woensdrecht. De uitrol van het wandelnetwerk in geheel West-Brabant wordt mede gefinancierd door Interreg IV (Europees subsidieprogramma). Hiertoe wordt onder de naam 'Grenzeloos Wandelen' samengewerkt met Samenwerkingsverband Regio Eindhoven en het Regionaal Overleg Midden-Brabant als Nederlandse partners enerzijds en diverse Vlaamse organisaties anderzijds. Naast de Europese bijdrage is een subsidie van de provincie Noord-Brabant verworven in het kader van de LEADER-programma's Wijde Biesbosch en Brabantse Delta. Het overige gedeelte (circa 18%) wordt bekostigd door de begunstigde gemeenten. Het meerjarenprogramma Brabant aan Zee heeft tot doel van West-Brabant een hoogwaardig watersportgebied te maken met een duidelijk profiel. Er is in 2011 invulling gegeven aan de vraag om te komen tot drie regiodragende projecten (Breda, Steenbergen, Geertruidenberg). Deze 'majeure' projecten zijn in een brochure uiteengezet die verspreid is onder bestuurders, GS en -statenleden en alle organisaties die belang hebben bij deze ontwikkelingen in West-Brabant. Daarnaast is door het programmamanagement voor verschillende (direct) realiseerbare projecten cofinanciering (subsidie) aangevraagd; subsidie is toegekend voor projecten in o.a. Werkendam, Tholen, Oudenbosch, Breda, project van de Vereniging Varen in Brabant. Het programmamanagement is aangesteld tot en met 2012. De Goeie Ontsnapping (coördinatie door Regio West-Brabant) is een West-Brabantse organisatie die iedereen die zich betrokken voelt bij het wielrennen met elkaar verbindt en op een inspirerende manier ervoor zorgt dat de West-Brabantse wielercultuur blijvend wordt uitgedragen. Acties en resultaten in 2011: • Directe betrokkenheid bij het opstellen van een businessplan ten behoeve van een wielerexperience in de regio (projectleiding: gemeente Rucphen). • Nieuwe huisstijl voor de stichting. • Intensief contact met o.a. de gemeente Rotterdam over de nieuwe wielerwedstrijd World Ports Classic. • Onderhouden website, Twitter account, Linkedln pagina van de stichting. • Op 9 Augustus 2011 was de West-Brabant etappe van de Eneco Tour in West-Brabant. De organisatie van de start in Oosterhout was in handen van de stichting PromOosterhout. RWB/Stichting De Goeie Ontsnapping hebben samen met sportmarketingbureau Shivers invulling gegeven aan de productie en commerciële invulling van de finish in Sint-Willebrord ingevuld. • RWB heeft een contract afgesloten met de organisatie van de Eneco Tour dat in 2011 en 2012 telkens een start en finish van een etappe in de regio garandeert. In 2011 is hieraan invulling gegeven met een zogenaamde rit-in-lijn: start en finish van dezelfde etappe in de regio evenals het parcours van start naar finish. De etappe heeft bijgedragen aan profilering van de regio in binnenen buitenland als dé wielerregio van Nederland (via TV en radio uitzendingen, artikelen in kranten en op internet), directe (bijvoorbeeld overnachtingen) en indirecte inkomsten (mediawaarde uitingen rondom de etappe worden bijvoorbeeld geschat op € 600.000) gegenereerd. De etappe voorzag verder in een netwerkmoment voor RWB en haar stakeholders: de VIP brunch bij de start kende rond de 150 bezoekers, de VIP lunch zo'n 200 en in het VIP Tourcafé verwelkomden RWB en stichting De Goeie Ontsnapping ruim 400 bezoekers. Plattelandseconomie De Plaatselijke Groep behandelt projectaanvragen uit het gebied ter advisering aan de Provincie Noord-Brabant. De provincie heeft in 2011 twee nieuwe projecten (Inrichting Microbrouwerij de Pimpelmeesch en Multifunctionele Accommodatie Sprundel) in ontvangst genomen met positief advies van de Plaatselijke Groep. De definitieve bijdrage dient nog toegekend te worden. De deelnemende gemeenten in De Baronie (Alphen-Chaam, Baarle-Nassau, Breda, Gilze-Rijen, Rucphen en Zundert) en de Provincie hebben het financieel mogelijk gemaakt om een externe adviseur aan te stellen als streekmanager. De streekmanager is verantwoordelijk voor het actief dichten van de kloof tussen de vele initiatiefnemers met ideeën voor uit te voeren projecten en de voldragen projectvoorstellen die naar inhoud en vorm voldoen aan dit Europese programma.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
16
Het secretariaat van de Plaatselijke Groep wordt verzorgd door Regio West-Brabant. De omvang van de werkzaamheden van het secretariaat in 2011 zijn afgenomen ten opzichte van 2010, doordat minder projecten zijn ontwikkeld (onder andere vanwege opdrogende financiële middelen) en daardoor ook minder vergaderingen van de Plaatselijke Groep hebben plaatsgevonden. Informatie & Analyse Om knelpunten te kunnen oplossen is een grondige analyse nodig. RWB spant zich in om de meest recente feiten en informatie over de regio te verzamelen en te analyseren. Deze analyse vormt vervolgens de basis voor de visies en actieprogramma's, die voor de verschillende beleidsterreinen en programma's moeten worden opgesteld. Bij het verzamelen en analyseren van gegevens wordt nauw samengewerkt met de Kamer van Koophandel Zuidwest Nederland, het UWV, onderwijsinstellingen en de provincie Noord-Brabant. Werkgelegenheidsenquête 2011 De werkgelegenheidsenquête levert een jaarlijkse update van een databank met alle ondernemingen in West-Brabant (bijna 51.000). In deze databank zijn gegevens over deze ondernemingen opgenomen: werkgelegenheidsinformatie, economische activiteit en locatie. In samenwerking met de afdeling Onderzoek en Informatie van de gemeente Breda wordt de jaarlijkse werkgelegenheidsenquête uitgevoerd. Het Vestigingenregister kent een breed scala van toepassingen. • Op landelijk niveau wordt het gebruikt door LISA, CBS, CPB, S C P ten behoeve van beleidsinformatie voor hogere overheden. De normering van de data in het West-Brabantse register en de compleetheid ervan alsmede de jaarlijkse update moeten daarom voldoen aan strikte nationale en Europese vereisten. • Op provinciaal en regionaal niveau wordt de informatie steeds vaker gebruikt worden voor actuele sociaaleconomische beleidsvisies en programma's. • Op gemeentelijk niveau is het register niet zelden de enige bron van informatie over de stand van de sociale economie in de gemeente. De tijd dat gemeenten volstonden met aanwending van het register louter als adressenbestand van het bedrijfsleven ligt al enige jaren achter ons. Uit het onderzoek in het verslagjaar blijkt dat de totale werkgelegenheid in West Brabant medio 2011 gevormd wordt door ruim 328.800 banen. Wat heeft het gekost? Rekening 2011
Begroting 2011 Algemeen Economische Zaken Werk en Arbeid Recreatie en Toerisme Plattelandseconomie Informatie en Analyse
lasten baten lasten baten lasten baten lasten baten lasten baten lasten baten
Saldo programma voor resultaatbestemming
Resultaat 2011
102 102 322 322 102 102 306 306 66 66 157 157
406 252 463 342 1.066 999 655 570 152 89 101 103
-304 150 -141 21 -964 897 -349 264 -86 24
0
488
-488
0
488
-488
55 -54
mutaties reserves Saldo programma na resultaatbestemming Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
17
Toelichting op de lasten en baten: algemene opmerking voor de bestuurscommissie SEZ Zoals in de 2e bestuursrapportage al werd vermeld is bij de begroting van het SEZ een post opgenomen; bijdragen gemeenten programmakosten. Vanwege afspraken uit het verleden bij het SES is gekozen niet te factureren aan gemeenten in 2011. In de bestuursrapportage en de discussie die hieruit ontstaan is, is afgesproken dat de totale rekening aan het eind van het jaar opgesteld wordt. Bij de begroting 2011 is uitgegaan van opbrengsten van gemeenten voor programmakosten van € 160.000,-. Deze zijn niet gedurende het jaar in rekening gebracht. Bij de verschillenverklaring van het SEZ is het redelijk deze 'verwachte opbrengst' in mindering te brengen op het te verklaren verschil. Algemeen Meer uren op de post Bestuur in verband met overgang van SES naar de RWB. Op de post Onvoorzien is een bedrag geboekt van bijna € 23.000,-. Hier zijn kosten verantwoord die voorheen op representatie werden verantwoord. Economische Zaken Onder dit deelprogramma worden de REAP-projecten verantwoord. Bij de begroting is de financiering hiervan niet correct opgenomen (bijdrage van Kamer van Koophandel was niet geraamd en bijdrage van Provincie was lager geraamd) vandaar de ontstane verschillen tussen de bijdragen. In totaliteit was voor REAP-projecten in 2011 een bedrag beschikbaar van € 540.000,-. Op basis van de ingediende projectvoorstellen is voor circa € 400.000,- aan projectbijdragen gehonoreerd. Het verschil is een onderbesteding, en voor de deelnemers (Provincie / KvK / RWB) beschikbaar. Deze verrekening met de partijen heeft nog niet plaatsgevonden. Werk en Arbeid In 2011 is het project Leren Werken 3 afgerond, en Leren Werken 4 gestart. Bij Leren en Werken 3 is een verschil geconstateerd wat nog nader uitgezocht wordt. In de cijfers is hiervoor een tekort van € 76.000,- opgenomen. In mei vindt op dit project een hercontrole plaats door de accountant, mogelijk leidt dit tot een (positieve) correctie. Wanneer hierover meer bekend is wordt u hiervan op de hoogte gebracht. Recreatie en Toerisme Vanwege de onzekerheid omtrent beschikbare werkbudgetten in 2011 is bewust minder aanspraak gemaakt op het RAC-werkbudget en zijn verschillende geplande activiteiten voor een jaar in de wacht gezet.. Hieruit volgend zijn uiteraard ook minder uren op deze activiteit geschreven. Voor wat betreft het routebureau is een forse overschrijding gemaakt op het aantal geraamde uren .Dit wordt veroorzaakt door de urenuitbreiding in juni 2010 die niet meegenomen is in de begroting 2011. Door de uitbreiding van het wandelroutenetwerk en intensivering van de samenwerking met het Routebureau Brabant zijn de werkzaamheden voor het Routebureau toegenomen die deze urenuitbreiding noodzakelijk maakte. Voor de projecten onder dit deelprogramma; Grenzeloos Wandelen en de Eneco Tour zijn meer uren gemaakt dan geraamd. Dergelijke projecten blijkt erg lastig te ramen. Informatie en Analyse In 2011 heeft onder andere de transitie van SES naar RWB en de ontwikkeling van de Strategische Agenda veel tijd gevergd. Hierdoor is de productie van informatieproducten beperkt gebleven tot de uitvoering van de werkgelegenheidsenquête. Anderzijds staan hier minder inkomsten tegenover omdat in 2011 gekozen is hier de gemeenten niet voor te factureren. Hoewel hier (begrotingbreed) wel rekening mee gehouden is bij het opstellen van de begroting.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
18
Programma 4
Ruimtelijke ontwikkeling en Wonen
Programmaomschrijving: De bestuurcommissie Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen draagt zorg voor de uitvoering van de opgaven van de Strategische Agenda 2011-2020 en projecten vanuit de Uitvoeringsagenda van de Ruimtelijke Visie West-Brabant. Naast de voortgangsbewaking van deze projecten wordt, samen met de provincie Noord-Brabant de agenda van het Regionaal Ruimtelijk Overleg (RRO) opgesteld. Het team Regioarcheologie dat, sinds de invoering van de Wet op de Archeologische Monumentenzorg in 2007, zorg draagt voor een optimale inzet van archeologische expertise ten gunste van en met zo gering mogelijk risico en kosten voor de individuele en 11 deelnemende gemeenten (en Gilze Rijen). Onderdeel van de bestuurscommissie is de uitvoering van de subsidieregeling Besluit Woninggebonden Subsidies (BWS). Op het gebied van Wonen wordt een aparte bestuursopdracht vastgesteld waarin de gezamenlijke strategische doelen verwoord worden. Wat wilden we bereiken? • Samenwerken aan het eenduidig vertalen en het uitwisselen van kennis en informatie over actuele ontwikkelingen op het gebied van de Ruimtelijke Ontwikkeling. Vanuit het jaarlijks vast te stellen werkprogramma worden diverse actuele beleidsonderwerpen via werkgroepen en / of thema's en themabijeenkomsten uitgewerkt en worden projecten uit de Ruimtelijke Visie West-Brabant vorm gegeven. • Een integraal uit te voeren project dat door Ruimtelijke Ontwikkeling in 2011 is gestart en een doorlooptijd heeft tot 2014, is het project "Kansen voor de regio - tijdig inspelen op een ander demografisch perspectief voor West-Brabant". De uitvoering van dit project is in samenwerking met de bestuurscommissie Zorg, Welzijn en Onderwijs gestart en wordt in 2012 verder uitgevoerd. • Het team regioarcheologie gaat de deelnemende gemeenten ondersteunen in hun wettelijke zorgplicht voor archeologie • Wat Wonen betreft ligt het accent op de kwalitatieve uitwerking en afstemming van lokale programma's. Gemeenschappelijke, strategische, woononderwerpen voor heel West-Brabant zijn: de arbeidsmigranten, wonen met zorg en welzijn en Demografische veranderingen. • Missie: "Voor veel is een plek in West-Brabant, maar het blijft wel mooi!" Wat hebben we daar voor gedaan? Uitwerking van de bestuursopdracht Ruimtelijke visie West-Brabant In wisselende allianties is gewerkt aan de uitwerking en realisatie van de programma's en projecten opgenomen in de Uitwerkingsagenda van de Ruimtelijke visie West-Brabant. De bestuurscommissie Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen heeft in de periode december 2010 en maart 2011 de prioriteiten van de uitvoeringsagenda vastgelegd. De uitvoeringsagenda van de Ruimtelijke visie is een belangrijk document dat ook in de Strategische Agenda 2012-2020 een plaats heeft gekregen: Een aantal van de 34 in de Ruimtelijke visie benoemde opgaven is in het voorliggende jaar 2011 reeds gestart - dan wel afgerond. Kansen voor de regio - tijdig inspelen op een ander demografisch perspectief voor West-Brabant Het Algemeen Bestuur heeft op 8 juli 2011 ingestemd met het projectvoorstel dat met inbreng van de verschillende bestuurscommissies, en de andere 2 'O' s (Ondernemers en Overheid) vanaf september 2011 is gestart. In de budgettering is voorzien door middel van subsidie van de provincie NoordBrabant en door het leveren van expertise uit 'eigen kring' van de gemeenten maar ook van de diverse maatschappelijk betrokkenen. In een aantal bijeenkomsten is per (sub)regio op hoofdlijnen een SWOT-analyse, handelingsstrategieen en een opgave van mogelijke maatregelen opgesteld. Ook is met een 10-tal belangrijke bestuurlijke en maatschappelijke spelers 'in het veld' gesproken om daarmee input te krijgen ter voorbereiding Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
19
van het congres dat in het eerste kwartaal van 2012 zal worden georganiseerd. Hetgeen via het 'Manifest 2040' de start zal zijn van invulling van de diverse thema's in het domein Leefbaarheid. Windenergie Overleg tussen de West-Brabantse gemeenten heeft geresulteerd in een regiobreed gedragen finaal bod aan de provincie voor het bereiken van de doelstellingen van provincie en Rijk. Op 1 november 2011 heeft het college van Gedeputeerde Staten besloten dat zij positief staan tegenover het merendeel van de door de regio voorgestelde locaties voor windturbines. Daarnaast zeggen GS toe zich richting het rijk in te zetten dat er geen 'extra' grootschalige windturbinelocaties van 100 MW of meer in West-Brabant in de prijsstructuurvisie 'Wind op land' worden opgenomen. Aandachtspunt is nog het daadwerkelijk kunnen realiseren van de grootschalige locatie A16. Daarvoor is het noodzakelijk dat Provinciale Staten van Noord-Brabant op onderdelen de structuurvisie aanpassen. Bij brief van 21 december 2011 aan Gedeputeerde Staten heeft de Regio West-Brabant nadrukkelijk gevraagd dit mogelijk te maken. Gebiedsontwikkelingen In relatie met de concept Strategische Agenda wordt er sinds de zomer van 2011 gewerkt aan het jaarprogramma 2012 waarin Gebiedsontwikkelingen zoals die rondom de A4, A27 worden opgenomen. Deltaprogramma en Waterpoort De bestuurscommissie RO/Wo fungeert, zowel ambtelijk als bestuurlijk, sinds medio 2011 als podium om alles met betrekking tot het thema Water in de regio te laten 'landen'. Ook wordt dit podium gebruikt om opgaven (op kortere termijn) in de realisatie van de opgaven van Waterpoort met de regio te communiceren. Het thema Deltaprogramma en Water staat sinds een integrale presentatie over het thema Deltaprogramma en de relatie met de wateropgaven in het Delta en de Gebiedsopgave Waterpoort prominent op de agenda van het bestuurlijk overleg RO/Wonen. Ten aanzien van Waterpoort is na de zomer bestuurlijk als ambtelijk samengewerkt om deze majeure regio- en provincieoverschrijdende gebiedsopgave te laten uitmonden in een intentieverklaring die medio maart 2012 zal worden ondertekend door alle samenwerkende gemeenten, provincies, waterschap, terreinbeheerders en de regio West-Brabant. Samenwerking Regio en Gebiedscommissies Gedeputeerde Staten hebben in het najaar 2011 besloten de huidige Gebiedscommissies uiterlijk medio 2012 op te heffen. De provincie kiest ervoor om deze Gebieds- en Reconstructiecommissies te laten landen in 'Gebieden met Energie'. Begin 2012 zal de provincie in overleg treden met afgevaardigden van de Gebiedscommissies en de voorzitter en secretaris van de bestuurscommissie RO/Wo om te zoeken naar de juiste bestuurlijke aansluiting op strategisch niveau bij de Regio West-Brabant, bestuurscommissie RO/Wo, met behoud van de reeds bestaande uitvoeringsorganisaties en agenda's. Regioarcheologie. De regioarcheologen adviseren de 11 gemeenten over hun archeologisch beleid en voeren beoordelingen uit. Verschillende gemeenten hebben in 2011 hun archeologie- of erfgoedkaarten vastgesteld met daaraan gekoppeld het opgestelde gemeentelijk archeologiebeleid. Dit vaak in combinatie met de vaststelling van de bestemmingsplannen buitengebied. Het team regioarcheologie heeft een aantal van deze nota's en verordeningen opgesteld en in voorbereiding. Regionaal Integraal Ambtelijk Team De beoordeling van ruimteclaims wordt altijd gerelateerd aan het uitgangspunt dat ruimtelijke en duurzame ontwikkelingen van West-Brabant hand in hand gaan. Om de integraliteit van dit uitgangspunt te bewaken is - conform een van de opgaven van de ruimtelijke visie - het Regionaal Integraal Ambtelijk Team (RIAT) opgericht dat de verbinding legt tussen de verschillende beleidsdisciplines en opgaven op elkaar afstemt. Deelnemers zijn: ambtelijk deskundigen uit de deelnemende gemeenten, waterschap Brabantse delta en de provincie Noord-Brabant. Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
20
»
'
Jaarprogramma 2012 Op 6 december 2011 is het jaarprogramma vastgesteld. Naast de reguliere werkzaamheden bevat het jaarprogramma opgaven zoals die in de Strategische Agenda, jaarschijf 2012 zijn opgenomen: Windenergie, Demografische veranderingen, Bouwberaad in relatie met Wonen, Arbeidsmigranten, Wonen met Zorg en Welzijn, Gebieden met energie (voorheen Gebieds- en Reconstructiecommissies), Landschap, Waterpoort en Deltaprogramma. Onder voorbehoud van beschikbare capaciteit worden daaraan de Gebiedsontwikkelingen A4-Zuid en A27 toegevoegd. Relatie met andere studies en overlegtafels Met de vastgestelde Ruimtelijke visie West-Brabant 'in de hand' levert West-Brabant vanaf 2011 een belangrijke bijdrage in de inmiddels vastgestelde producten zoals de Gebiedsagenda Brabant, de Structuurvisie en de Verordening Ruimte van de provincie Noord-Brabant en de Rijksverkenning MIRT-VAR (Dynamische Delta) en overlegtafels zoals het DelTri-Platform. De uitwerking daarvan, alsmede eventuele aanpassingen aan die documenten, vormt onderdeel van de werkzaamheden van de bestuurscommissie Regionaal Ruimtelijk Overleg (RRO) In het RRO vindt ten minste twee keer per jaar overleg plaats tussen de gedeputeerde Ruimte en de West-Brabantse Portefeuillehouders RO in aanwezigheid van de dijkgraaf Waterschap Brabantse Delta. Doel is te komen tot een gemeenschappelijk gedragen regionale agenda aan de hand van de thema's Ruimtelijke ontwikkelingen, Landschap, Wonen en Werken. Deze thema's hebben in 2011 meer structuur gekregen. Zo is de, in het voorjaar, ingestelde (regionale) Werkgroep Landschap WestBrabant verantwoordelijk voor een goede voorbereiding en uitwerking van landschappelijke regionaal spelende thema's. Ook wordt in gezamenlijke verantwoordelijkheid van de bestuurscommissie en de provincie invulling gegeven aan de Regionale Agenda Wonen. De portefeuillehouders hebben in 2011 aangegeven meer verdieping na te streven en meer tijd voor belangrijke agendapunten te reserveren. De gedeputeerde heeft de bereidheid uitgesproken om op andere momenten de regio te willen ontmoeten als het gaat om majeure dossiers. De werkzaamheden voor wonen stonden in 2011 in het teken van opschaling en samenwerking met marktpartijen. Begin 2011 is een rondetafelgesprek georganiseerd voor overheid, woningcorporaties en zorginstellingen. Alle partijen hebben hierbij vastgesteld dat binnen het rechtsgebied van de Regio WestBrabant zich meerdere subregionale woningmarkten bevinden. Deze openbaren zich door de wijze waarop deze gemeenten op elkaar zijn georiënteerd. Binnen deze 'woningmarkten' moeten vraag en aanbod op elkaar worden afgestemd. Dat afstemmingsproces is een verantwoordelijkheid van zowel overheid als corporaties en zorginstellingen. Ook de projectontwikkelaars spelen daarbij een rol. Ondanks deze 'her- en erkenning' blijkt in de praktijk dit een moeizaam proces om dit bij alle partijen en niet in de laatste plaats de gemeentelijke ambtenaren, tussen de oren te krijgen. Ook hier blijkt dat alleen 'anders denken anders handelen' betekent. In 2011 is voor de derde keer een bouwberaad georganiseerd. Dit keer voor het gehele rechtsgebied van de regio West-Brabant. Tijdens de bijeenkomst is geconcludeerd dat twee onderwerpen bij voorrang worden aangepakt'. • De subregionale afstemming tussen vraag en aanbod • De gezamenlijke aanpak van het dossier arbeidsmigranten. Uitgangspunt is en blijft het adagium "Volkshuisvesting Rijkszaak, gemeente taak" dat betekent dat Rijk en gemeenten primair over de kwalitatieve vraag gaan. De rol van de provincie ligt voornamelijk op het kwantitatieve (ruimtelijke) vlak. Aan het einde van 2011 zijn hierover duidelijke afspraken gemaakt. In 2011 is gewerkt aan het noodzakelijke netwerk met woningcorporaties en andere instellingen om een gezamenlijk antwoord te geven op zowel de vragen met betrekking tot de arbeidsmigranten als met betrekking tot de afstemming van de bouwplannen. Uit die contacten blijkt dat er soms een wereld ligt tussen "woord" en "daad".
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
21
Wat heeft het gekost?
Ruimtelijke ontwikkeling Regioarcheologie Wonen BWS
lasten baten lasten baten lasten baten lasten baten
Saldo programma voor resultaatbestemming
Begroting 2011 Rekening 2011
Resultaat 2011
241 241 165 193 147 120 3 3
307 249 181 161 156 142 27 3
-67 9 -16 -32 -9 21 -24
-0
-117
-117
-
mutaties reserves Saldo programma na resultaatbestemming
-0
Toelichting op de baten en lasten: Ruimtelijke ontwikkeling De bestuurscommissie Ruimtelijke ontwikkeling en Wonen bestaat financieel gezien vrijwel enkel uit uren. De doorbelasting van deze uren ligt hoger door enerzijds hogere loonkosten ten opzichte van de begroting, anderzijds door het maken van minder productieve uren. Op de bestuurscommissie RO/W zijn meer uren geschreven in verband met de liquidatiewerkzaamheden om vanuit Regiobureau Breda naar de RWB te komen. Daarbij zijn extra overleggen gevoerd (samen met andere bestuurscommissies) over Windenergie, Water en het Deltaprogramma. Regioarcheologie Bij Regioarcheologie is bij de begroting uitgegaan van een kleine 'winst', in 2011 zijn minder (productieve) uren gemaakt als gevolg van langdurige ziekte bij één van de medewerkers. Daardoor is minder kunnen doorbelasten aan de gemeenten maar de kosten liepen gewoon door. In plaats van een kleine winst is hier nu een verlies ontstaan. Wonen Voor het Ambtelijk overleg is meer overleg nodig geweest als gevolg van kerngroep rondetafelgesprek Strategische Agenda en van de instelling van de subregionale werkgroepen Wonen. Wegens zwangerschapsverlof van één van de medewerkers zijn minder uren besteed aan deze activiteit. Het bouwberaad is ook slechts eenmaal bijeengekomen.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
22
Programma 5
Mobiliteit
Programmaomschrijving: Het doel is te komen tot een regionaal programma met betrekking tot mobiliteit. Daarbij spelen multimodaliteit, modal shift en optimalisering van de goederenstromen een belangrijke rol. Randvoorwaarden zijn vermindering van de milieudruk en het vergroten van de veiligheid. Voor de gebiedsgerichte aanpak (GGA) geldt dat er op subregionaal gebied wordt samengewerkt op het terrein van fiets en verkeersveiligheid en wordt de subregionale afstemming van de wegwerkzaamheden gestimuleerd. Beleidskaders: • De ruimtelijke ontwikkelingsvisie West-Brabant • De Regionale Visie Goederenvervoer West-Brabant 2010 - 2020. • Provinciaal Verkeers en Vervoer Plan ( P W P ) • Regionale beleidsagenda verkeer en vervoer 2011-2014 • Strategisch plan verkeersveiligheid 2009-2015 GGA regio Breda Wat wilden we bereiken? • Een afgewogen regionaal uitvoeringsprogramma waarmee de (sub)regionale knelpunten op het gebied van verkeer en vervoer op een adequate manier worden aangepakt. Wat hebben we daar voor gedaan? De bestuurscommissie Mobiliteit West-Brabant heeft op 29 maart 2011 de volgende uitspraken gedaan, ter voorbereiding op het overleg met de minister: • Het knooppunt A 4 - A58 moet aandacht krijgen. • Herstart van de verkenning voor de A 58, gedeelte St. Annabosch - Galder. • Aandacht voor het traject van de A 27 Hooipolder - St. Annabosch De portefeuillehouders hebben naar aanleiding van het experiment met de dynamische snelheid van 130 km/h besloten de Minister van I en M een brief te sturen waarin wordt gevraagd regio en gemeenten de nodige informatie en inzicht in nulmetingen, resultaten van de experimenten en verplichte akoestische onderzoeken te verstrekken. Hierdoor zijn de gemeenten instaat de burgers van de gewenste informatie te voorzien. De regio heeft, analoog aan de Visie Goederenvervoer West-Brabant behoefte aan een kader om het regionale gedachtegoed op O.V. (trein, bus, etc.) te formuleren. Deze visie is dan opmaat voor de regio om enerzijds onder de aandacht van de provincie te brengen en anderzijds om provinciale voorstellen aan te toetsen. Ook voor het bepalen van "de kwaliteit van in interne buslijnen" in het perspectief van de bezuinigingen die in de komende jaren op ons afkomen, vervult deze notitie een belangrijke rol. GGA Westelijk Noord-Brabant In de GGA Westelijk Noord-Brabant is in november het regionaal uitvoeringsprogramma 2012 vastgesteld. Dit is tot stand gekomen na ambtelijke voorbereiding, waarbij in een aantal bijeenkomsten van het kernteam, een spreekuur voor alle gemeenten en de ambtelijke en bestuurlijke overleggen tot een afgewogen pakket is gekomen. In totaal is voor 1,8 miljoen euro aan projecten opgenomen, waarvoor de provincie 0,9 miljoen euro subsidie beschikbaar stelt. In 2011 zijn de projecten van de lopende uitvoeringsprogramma's gevolgd en is de start gemaakt met een uniform projectvolgsysteem. In samenwerking met de GGA Breda is gewerkt aan een fietsstimuleringsplan. Hiervoor is onder meer een workshop georganiseerd. Dit is een eerste stap die in 2012 moet leiden tot concrete voorstellen. De GGA Westelijk Noord-Brabant heeft in 2011 besloten om zich aan te sluiten bij de Brabantbrede Modelaanpak, waarbij gestreefd wordt naar een betere afstemming van de regionale verkeersmodellen. Voor de afstemming van de wegwerkzaamheden is een nieuwe, door de provincie beschikbaar gestelde, tool in gebruik genomen. Ook hebben verschillende afstemmingsoverleggen plaatsgevonden.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
23
Het GGA Breda. 2011 heeft in het teken gestaan van de uitvoering van de beleidsagenda van het GGA Breda. Daarop staan de thema's Fiets en Verkeersveiligheid centraal. Het jaarlijks op te stellen uitvoeringsprogramma ondersteunt met projecten het realiseren van de regionale doelen. Met betrekking tot het thema Fiets hebben de portefeuillehouders besloten de kansen die de samenwerking biedt ten volle te benutten. Er is een projectgroep ingesteld om dit thema inhoudelijk te formuleren. Hierin zitten vertegenwoordigers van de beide GGA's en het voormalige S E S waardoor naast de utilitaire ook de recreatieve fietspaden etc. beleidsmatig met elkaar worden verbonden. Daarnaast verrijkt de provincie deze werkgroep van uit het provinciale project "Fiets in de Versnelling". Daarbij gaat het vooral om mensgerichte maatregelen waarbij 'gezondheid' veel aandacht krijgt. Verkeersveiligheid heeft in 2011 nieuwe impulsen gekregen via het provinciaal verkeersveiligheidsplan met als thema: "Maak van Nul een Punt". Het gaat daarbij om een andere manier van denken, niet accepteren dat er dodelijke slachtoffers vallen, wat tot een andere manier van handelen leidt (moet leiden). De projectgroep verkeersveiligheid is hierbij nauw betrokken. Wat heeft het gekost? Begroting 2011 Algemeen GGA Breda GGA WNB
lasten baten lasten baten lasten baten
Saldo programma voor resultaatbestemming
185 185 168 168 25 25
Rekening 2011
Resultaat 2011 76
109 185 232 158 30 10
-64 10 -5 15
-
18
-18
-
18
-18
-
mutaties reserves Saldo programma na resultaatbestemming
Toelichting op de lasten en baten: De voornaamste verschillen op het programma Mobiliteit worden veroorzaakt door een wijziging in de doorbelaste uren. Door zwangerschap en studie zijn minder productieve uren gemaakt, daarbij bleken de loonkosten hoger dan bij de raming rekening gehouden was. Bij opbouw van de nieuwe organisatie zijn aannames gedaan bij de urenramingen, en in werkelijkheid waren meer uren benodigd voor de opbouw aan de organisatie. Ook overleg met derden en de Provincie Noord-Brabant kwamen hierdoor prominenter op de agenda een hebben meer tijd gevergd. De werkgroepen hebben dit jaar nagenoeg stil gestaan vanwege bovenstaande ontwikkeling.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
24
Programma 6
Duurzaamheid
Programmabeschrijving Geïnspireerd door de Telos-driehoek (Planet, People, Profit) staat de samenwerking in West-Brabant voor duurzame ontwikkeling. Dit is een uitgebalanceerd ontwikkelingsproces gericht op het bevorderen van de veerkracht en kwaliteit van de natuur (ecologie), van het lichamelijke en geestelijke welzijn van de inwoners (sociaal-maatschappelijk) en een gezonde economische ontwikkeling (economie). Verbetering van het ene mag niet ten koste gaan van de andere(n). De ontwikkeling is dusdanig in balans en daardoor houdbaar, omdat er geen afwenteling in de tijd (toekomstige generaties) of ruimte (andere regio's) plaatsvindt. Beleidskaders • Verklaring van Dussen; • Regionaal SLoK-programma; • Langlopende afvalverwerkingscontracten; • Werkprogramma 2011. Wat wilden we bereiken? Bestuurlijke ondersteuning Via de bestuurlijke en ambtelijke overleggen (Bestuurscommissie Duurzaamheid en contactam btenarenoverleggen CADO en CAA) worden bestuurders en ambtenaren onder andere geïnformeerd over (op handen zijnde) ontwikkelingen op het gebied van duurzaamheid. Het contactambtenarenoverleg is het voorportaal voor het bestuurlijk overleg. Uiteenlopende producten zoals jaarstukken, voortgang van het jaarprogramma en de koersbepaling van regionale duurzaamheidonderwerpen worden hier eerst voorbesproken. Milieu Op het gebied van milieu wordt er gestreefd naar het behouden en/ of versterken van een duurzame omgeving. Centraal hierbij staat het bereiken van de doelstellingen op het gebied van klimaat, energie, biodiversiteit, afval, water en duurzaam bouwen en alles wat daar mee samenhangt. Afval Op het gebied van afval wordt gestreefd naar een vermindering van de hoeveelheid restafval en een verbetering van de afvalscheiding. Wat hebben we daar voor gedaan? Bestuurlijke ondersteuning De Bestuurscommissie is in 2011 vier keer bij elkaar geweest en heeft uiteenlopende onderwerpen behandeld. Onder de kopjes Milieu en Afval treft u een inhoudelijk verslag hiervan aan. Voorafgaand daaraan hebben de contactambtenarenoverleggen vergaderd. Daarnaast hebben enkele regiobrede ambtelijke bijeenkomsten plaatsgevonden. Verder zijn verschillende werkgroepen actief op de onderscheiden thema's. Vanuit het Programma Duurzaamheid is ook inbreng geleverd in andere ambtelijke overleggen, zoals het Regionaal Integraal Ambtelijk Overleg (RIAT) en het Brabants Energie Overleg (BEO). Milieu In 2011 is gewerkt op basis van het Werkprogramma 2011. Een beknopt overzicht van de resultaten van de inspanningen staat hieronder vermeld. • Concentratiegebieden windenergie: In 2011 heeft de regio een definitief bod voor windenergie in West-Brabant aangeboden aan de provincie. De provincie zegt positief te staan ten opzichte van het merendeel van de door de regio voorgestelde locaties voor windturbines. Over de locatie A16 vinden aanvullende gesprekken plaats in 2012. Daarnaast zeggen GS toe zich richting het rijk er voor in te zetten dat er geen 'extra' grootschalige windturbinelocaties van 100 MW of meer in West-Brabant in de rijksstructuurvisie 'Wind op land' worden opgenomen.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
25
•
•
• •
•
•
DE-monitor 2011: De Duurzame Energiemonitor (DE)-monitor 2011 is vastgesteld. De monitor bevat een beeld van de huidige realisatie van duurzame energie in heel West-Brabant en geeft tevens de verwachtingen voor 2012 en 2020 weer. De belangrijkste conclusies uit de DE-monitor 2011 zijn dat de West-Brabantse gemeenten 5,33% van het totale energiegebruik duurzaam opwekken en dat de doelstelling van 5% duurzame energie die voor 2012 was gesteld, met de huidige projecten gerealiseerd is. Strategische Agenda: Vanuit het programma Duurzaamheid is inbreng geleverd aan de Strategische Agenda 2012-2020. Uitgangspunt hierbij was dat duurzame ontwikkeling (mede) een leidend principe is voor de ontwikkeling van de regio. Met name in paragraaf 3.3.2 wordt aandacht besteed aan de ecologische dragers in de regio, waaronder de Visie op duurzame energie, die in december 2010 door de Bestuurscommissie is vastgesteld. Maar ook in andere delen van de Strategische Agenda wordt continu de link gelegd met duurzame ontwikkeling. Onderwerpen als energie, Cradle2Cradle en klimaat worden als kansen gezien voor het ontwikkelen van nieuwe bedrijvigheid in de regio. Luchtkwaliteit: Toegezegd was om in 2011 een symposium te organiseren over luchtkwaliteit in relatie tot de volksgezondheid. Vanwege te weinig aanmeldingen is eind 2011 besloten de bijeenkomst te verplaatsen naar 2012. Energie Agenda: In 2011 zijn er diverse activiteiten in het kader van de SLoK-programma en duurzaam bouwen uitgevoerd door RWB en RMD in opdracht van RWB. Vanuit de Bestuurscommissie is de wens geuit om vanaf 2013 met een gezamenlijk programma te werken: de Energie Agenda 2013-2020 voor West-Brabant. Dag van de Duurzaamheid: Op 11 november 2011 vond de landelijke Dag van de Duurzaamheid plaats. Omdat die dag ook het carnavalsseizoen van start ging, is er voor gekozen om de carnavalsverenigingen uit te dagen om duurzaamheid als thema te omarmen. Dit heeft geresulteerd in 11 duurzame carnavalstips. Countdown 2010-biodiversiteit: De Bestuurscommissie heeft in oktober 2011 de deelnemende gemeenten opgeroepen om deel te nemen aan het project Bijenrotondes. Dit project wordt uitgevoerd in 2012, het Jaar van de Bij. Ongeveer 8 gemeenten hebben zich aangemeld.
Afval Attero heeft aangegeven dat een verlaging van de verwerkingstarieven alleen aan de orde kan zijn als er een nieuwe contractstructuur komt. Hiervoor is een voorstel gedaan onder de naam 'Attero Publiek'. In de Bestuurscommissie is besloten om regionaal een document voor te bereiden waardoor een keuze kan worden gemaakt in wel of niet meegaan met Attero Publiek. Er zijn twee ambtelijke werkgroepen gestart. De werkgroep Vermindering restafval bekijkt, vooruitlopend op het aflopen van de verwerkingscontracten in 2017, welke verwerkings- en inzamelmethoden er zijn voor met name restafval. Door hier een standpunt over in te nemen kan er ook gerichter worden gereageerd op het alternatief Attero Publiek. De consequenties van het alternatief Attero Publiek worden door de klankbordgroep Attero nader onderzocht. Project Voedselverspilling: Op basis van de benchmark 2010 is in 2011 een project gedefinieerd met als uitgangspunt bewustwording over voedselverspilling en aanpassen van gedrag. Per gemeente zal er een bewonersonderzoek worden uitgevoerd. Adviesbureau De Jonge Milieuadvies is voor dit project ingeschakeld. Groenaanbesteding: Uit inventarisatie bij de huidige deelnemende acht gemeenten is naar voren gekomen dat het nog niet duidelijk is welke richting zij na 2012 willen opgaan met (de verwerking van) het groenafval. Het huidige contract met Van lersel loopt tot 31 december 2012 met nog een mogelijke verlenging van één jaar. Eind 2011 is gestart met een breder onderzoek naar de mogelijkheden voor het verwerken van het groenafval. Adviesbureau MWH ondersteunt RWB in dit traject.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
26
Wat heeft het gekost?
Algemeen / bestuur
lasten baten
Afval
lasten baten lasten baten
Milieu
Saldo programma voor resultaatbestemming
Begroting 2011 Rekening 2011
Resultaat 2011
125 125 71 71 1.065 1.065
152 132 311 322 244 404
-27 7 -240 250 821 -661
0
151
151
0
151
151
mutaties reserves Saldo programma na resultaatbestemming
Toelichting op de lasten en baten: Afval In 2010 hebben de gemeenten in West-Brabant een addendum toegevoegd aan het verwerkingscontract met de afvalverwerker. Een derde partij heeft hiertegen eind 2010 een kort geding en een bodemprocedure aangespannen. Beiden hebben in 2011 gelopen en in beide gevallen is de derde partij in het ongelijk gesteld. De gemeenten hebben zich laten bijstaan door een advocaat waarvan de kosten op hen verhaald zijn. Milieu In 2011 is besloten een project over voedselverspilling regionaal op te pakken, hiervoor is een adviesbureau ingeschakeld. Een deel van de advieskosten betalen de deelnemende gemeenten zelf, in 2011 hebben de gemeenten hiervoor reeds een voorschotnota betaald. Deze bijdragen dienen te worden doorgeschoven naar 2012 omdat de kosten dan pas worden gemaakt. Betreft een bedrag van € 26.680. In 2011 zijn projecten in het kader van de sanering van verkeerslawaai uitgevoerd. Hiervoor is in het kader van ISV-2 € 253.432 beschikbaar, dit bedrag staat op de balans, dient nog aangewend te worden voor de uitgaven in 2011. Voor het SLoK-projectenprogramma was € 350.000 geraamd, een groot deel hiervan wordt in 2012 besteed. Ook hebben we van de Provincie Noord-Brabant een (meerjaren)subsidie ontvangen van bijna € 32.000,- als bijdrage aan de SLoK-projectenprogramma. De bedragen zijn overgeheveld naar de balans zodat deze in 2012 besteed kunnen worden. Bij de begroting was een budget van ongeveer € 200.000,- geraamd voor inzet van de RMD. Deze raming was gebaseerd op het uitvoeren van diverse plannen, gedurende het jaar zijn niet alle uren besteed. Hier is een positief verschil op ontstaan van € 50.000,-, wat veroorzaakt wordt door het volbrengen van werkzaamheden voor minder uren dan geraamd maar voornamelijk doordat het niet nodig was opdracht te verstrekken van geraamde opdrachten omdat de situatie er niet om vroeg (voorbeeld: voor het product nieuwe ontwikkeling deed zich minder noodzaak voor hier werken voor uit te laten voeren.) Bij Duurzaam Bouwen is een bedrag van € 25.000,- niet besteed, deze middelen waren doorgeschoven maar van het budget was maar een beperkt deel nodig. De bestuurscommissie Duurzaamheid is verplichtingen aangegaan voor 2012 voor een bedrag van € 50.000,-. Dit wordt middels een resultaatvoorstel meegestuurd en voorgelegd aan de gemeenten.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
27
Programma 7
Kleinschalig Collectief Vervoer
Programmaomschrijving In de bestuurscommissie Kleinschalig Collectief Vervoer (KCV) werken 18 West-Brabantse gemeenten én de provincie Noord-Brabant samen aan kwalitatief goed en duurzaam financierbaar (kleinschalig) collectief vervoer voor mensen met én zonder functiebeperking. Beleidsdoelstellingen op het gebied van zorg/welzijn en mobiliteit komen hier samen. Gemeenten streven vanuit de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) zelfredzaamheid, verblijf in de eigen woonomgeving van ouderen en mensen met een beperking na. Waar eigen mogelijkheden ontbreken is collectief vervoer noodzaak voor deelname aan de samenleving, het voorkomen van vereenzaming. De provincie Noord-Brabant staat vanuit leefbaarheid, duurzaamheid, het tegengaan van congestie een goed openbaar vervoer voor. Waar de inzet van groot materieel niet efficiënt is, is kleinschalig collectief vervoer aangewezen. De wederzijdse afhankelijkheid is groot: als gemeenten ingrijpen op de Wmo-vervoersvoorziening ziet de provincie zich gesteld voor een groter beroep op (de duurdere component van) haar OV-systeem. De tariefstelling in het openbaar vervoer heeft gevolgen voor de beprijzing van het Wmo-vervoer. Een gezamenlijke uitdaging heeft zich aangediend: hoe zijn zoveel mogelijk mensen te bedienen met het "grote" OV, dat veel voordeliger is dan het dure maatwerk in de vorm van deel- of regiotaxi. Het vergt een uitgebalanceerd samenspel van de 19 overheden om vanuit hun onderscheiden verantwoordelijkheden hierin resultaten te boeken. Dit is waar de bestuurscommissie KCV voor staat. De beleidsmatige afstemming tussen provincie en gemeenten op het snijvlak van openbaar vervoer en maatvervoer, uitwisseling tussen gemeenten waar het gaat om het (uitvoerings)beleid ten aanzien van de Wmo-voorziening. Meer uitvoeringsgericht is het aanbesteden en contracteren van het deeltaxivervoer een taak die de 19 overheden aan het samenwerkingsverband hebben opgedragen. Het kwalitatief en financieel beheer hiervan vereist blijvende inzet. Uitvoeringskracht is beschikbaar voor de activiteiten die nodig zijn om de transitie van maatvervoer naar openbaar vervoer te bewerkstelligen. De werkzaamheden van KCV zijn in vier deelprogramma's ondergebracht: 1. Ontwikkeling, uitvoering en beheer Deeltaxi West-Brabant; 2. Kostenbeheersing Deeltaxi West-Brabant; 3. Verbeterd en Toegankelijk Openbaar Vervoer; 4. Samenwerking. Kostenbeheersing is per definitie doel (en effect) van de KCV-samenwerking en vormt de rode draad door de deelprogramma's heen. In het deelprogramma "Kostenbeheersing" wordt expliciet aandacht besteed aan doelstellingen, resultaten en mogelijkheden op dit terrein. Beleidskaders • GR Regio West-Brabant en Verordening bestuurscommissie KCV • Samenwerkingsovereenkomst Regiotaxi Noord-Brabant 2011 -2015 Wat wilden we bereiken? Ontwikkeling, uitvoering en Beheer Deeltaxivervoer West-Brabant • Het voorzien in de mobiliteitsbehoefte voor sociale doeleinden van mensen met een functiebeperking door middel van het ontwikkelen, realiseren en in stand houden van een kwalitatief goed en op de beperking toegesneden collectief vervoerssysteem. • Het voorzien in de mobiliteitsbehoefte van ouderen door middel van het ontwikkelen, realiseren en in stand houden van een kwalitatief goed en sociaal veilig collectief vervoerssysteem. • Het voorzien in de mobiliteitsbehoefte van mensen die geen OV-alternatief hebben door middel van het ontwikkelen, realiseren en in stand houden van een kwalitatief goed en ook voor de klant betaalbaar collectief vervoerssysteem Kostenbeheersing Deeltaxi West-Brabant Het samen met de deelnemers ontwikkelen, realiseren en in stand houden van een duurzaam betaalbaar collectief vervoerssysteem.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
28
Verbeterd en Toegankelijk Openbaar Vervoer Een verbeterd, toegankelijk Openbaar Vervoer in West-Brabant, dat door meer Wmo-geïndiceerden en ouderen wordt gebruikt. Samenwerking Een effectieve en efficiënte samenwerking op het gebied van kleinschalig collectief vervoer in WestBrabant. Wat hebben we daar voor gedaan? Algemeen 2011 heeft vooral in het teken gestaan van de bezuinigingen op het deeltaxivervoer. In de deelprogramma's 1 en 2 worden de werkzaamheden en effecten toegelicht. De overgang naar de nieuwe gemeenschappelijke regeling Regio West-Brabant resp. huisvesting in Etten-Leur vergde daarnaast de nodige inzet; dit staat in programma 4 beschreven. De uurbesteding is te vinden in bijlage 4.1. Deelprogramma 1 en deelprogramma 2 Na twee voorbereidingsjaren is op 1 januari 2010 een nieuw deeltaxicontract met Personen en Zorgvervoer Nederland (PZN) van start gegaan. PZN fungeert als regisseur voor het vervoer; zo'n 12 lokale taxibedrijven verzorgen het feitelijke transport. In financieel opzicht is sprake van een vaste component (een prijs per vervoerseenheid) en een variabel deel dat afhankelijk is van de geleverde kwaliteit. Gedurende het eerste contractjaar (2010) is nog veel aandacht uitgegaan naar de verdere implementatie van de contractbepalingen, zoals bijvoorbeeld de detailafspraken over een protocol voor de controle door de accountant van de vervoerder en een scholingsprogramma voor het uitvoerend personeel. Wetende dat er financieel zwaar weer op komst was, heeft het Algemeen Bestuur van de voormalige regeling KCV West-Brabant gedurende 2010 een bundel met kostenbeheersende maatregelen samengesteld. Een eerste tranche kostenbeheersing kreeg al in de jaren na 2003 z'n beslag en was uitsluitend gericht op maatregelen die de klanten niet zouden raken. De succesvolle uitvoering hiervan door KCV (o.a. fiscale optimalisatie, langjarige afspraken over financiering van de provincie NoordBrabant, weren ongewenst/oneigenlijk gebruik) heeft de gemeenten en provincie in de loop van de tijd miljoenen euro's opgeleverd. Nu die mogelijkheden uitgenut zijn, zijn maatregelen die de toegang tot de vervoersvoorziening, dan wel de gebruiksmogelijkheden en beprijzing ervan betreffen, onontkoombaar. Ten behoeve van de gemeentelijke en provinciale besluitvorming over dergelijke maatregelen is onderscheid gemaakt tussen een "collectief pakket van maatregelen" en een "individueel pakket". De aangesloten overheden stemden begin 2011 in met uitvoering van het collectieve pakket, waarvan een hogere tarifering van langere ritten de belangrijkste maatregel is. Qua begrenzing (vanaf welk punt moet meer betaald worden) is maatwerk geboden opdat iedere gemeente voldoet aan haar compensatieplicht in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning. Bestemmingen zoals een stadshart, een station en ziekenhuis moeten voor Wmo-gerechtigden tegen het reguliere OV-tarief bereisbaar zijn. Gemeenten hebben daarnaast ieder een keuze gemaakt ten aanzien van de opties uit het individuele pakket. Bijlage 4.2 bevat een overzicht van maatregelen per deelnemer. De implementatie van de bezuinigingen per 1 juli heeft van KCV de nodige voorbereiding gevergd. De gemeentelijke en provinciale besluiten zijn doorvertaald via contractwijzigingen richting de vervoerder. Met de overheden zijn afspraken gemaakt over de communicatie naar de klanten. Het communicatiemateriaal van KCV is als gevolg van de wijzigingen herzien. Doordat er sprake is van meer maatwerk per gemeente is het financiële beheer complexer geworden. Na juli zijn drie uitgebreide rapportages uitgebracht waarin het effect van de genomen maatregelen in beeld is gebracht. Een belangrijk gevolg is een daling van het vervoersvolume: er wordt minder gereisd met Deeltaxi West-Brabant en de lengte van de ritten is afgenomen. Gemiddeld is sprake van een daling van het aantal ritten met 10% ten opzichte van dezelfde maanden in 2010. Dat geldt voor het Wmo-vervoer en het zogenaamde vrije reizigersvervoer (de mensen die als OV-klant met Deeltaxi West-Brabant reizen). Het seniorenvervoer nam juist wat toe, met 5%, dit als gevolg van de bezuinigingen op het Wmo-vervoer: 65-plussers die door de invoering van een inkomensgrens niet meer in aanmerking kwamen voor een Wmo-pas, konden nog wel aanspraak maken op een seniorenpas. Door de hogere beprijzing van langere ritten daalde de ritlengte met gemiddeld 5%. In totaliteit nam het vervoersvolume door de bezuinigingen met 15% af. Omdat de maatregelen 1 juli ingingen is het effect op jaarbasis ca. de helft. De onderstaande figuur geeft de ritontwikkeling gedurende opeenvolgende jaren weer.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
29
Ontwikkeling aantal ritten Deeltaxi West-Brabant 2004-2011 (x 1.000)
a Vrije reizige
• Senioren
• Wmo
R2004 (1.237)
R2005 (1.183)
R2006 (1.184)
R2007 (1.179)
R2008 (1.196)
R2009 (1.139)
R2010 (1.163)
B2011 (1.181)
R2011 (1.085)
Ritgegevens per gemeente zijn te vinden in bijlage 7.3. In 2011 zijn de overige, reguliere beheerstaken uiteraard ook doorgezet. Voor het toezicht op de kwaliteit zijn verschillende indicatoren van belang: het aantal meldingen en klachten, de telefonische bereikbaarheid van de ritbestelcentrale, het jaarlijks uit te voeren klanttevredenheidsonderzoek en de tijdregistratie op ritniveau. Over de hele linie was de kwaliteit in 2011 goed tot bijzonder goed te noemen:
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
30
2008 (referentiejaar aanbesteding) meldingen/klachten
aantal opdrachtgevers > dan 2,0% schriftelijk afgehandelde klachten
1,8%
1,5%
2,6%
2,0% -23,1%
-10,0%
-16,7%
0,5%-9,0%
0,5%-5,3%
1,3%-2,9%
0,9%-3,0%
10
6
7
4
verschil t.o.v. voorgaand jaar spreiding % meldingen per opdrachtgever
2011
2010
2009
3.041
verschil t.o.v. voorgaand jaar
2.295
2.159
1.495
-25%
-6%
-31%
% op tijd ophalen
77,5%
77,3%
80,1%
82,8%
% op tijd ophalen rolstoelvervoer
73,2%
74,2%
78,8%
81,3%
gemiddeld "percentage tevredenheid"
87,9%
91,1%
91,3%
92,3%
waardering voor het systeem deeltaxi
7,7
7,7
7,9
7,6
waardering voor uitvoering door PZN
7,7
7,7
7,8
7,7
waardering voor uitvoering door taxibedrijven
7,9
7,8
7,9
7,8
123 sec
91 sec
57 sec
30 sec
61%
70%
66%
76%
21-60 sec
18%
15%
12%
9%
>61 sec
22%
16%
26%
15%
gemiddelde wachttijd telefonie 0-20 sec
Het klanttevredenheidsonderzoek wordt standaard in november uitgevoerd. De hogere tarifering van langere ritten die sinds juli gold, leidt tot een lager rapportcijfer voor het deeltaxisysteem. Eind 2011 is zorg ontstaan over de continuïteit van de (kwaliteit van) dienstverlening doordat PZN aankondigde de contractprijzen met haar onderaannemers te verlagen. Hierdoor dreigt de vruchtbare samenwerking tussen haar en de West-Brabantse taxibedrijven onderling in het gedrang te komen. Vanuit de zorg om de continuïteit houdt KCV als opdrachtgever de vinger aan de pols. Dit geschil is eind 2011 nog niet geslecht. Qua ontwikkeling (van het product deeltaxi of beleidsmatig) hebben in 2011 de volgende zaken gespeeld: • de bestuurscommissie KCV heeft beleid vastgesteld ten aanzien van verzoeken van derden om een zogenaamd deeltaxipunt te plaatsen. Dit is een automaat met behulp waarvan klanten ter plekke snel een taxi kunnen bestellen. Afhankelijk van het verwachte gebruik betaalt KCV aan dergelijke initiatieven mee. In 2011 is overeenstemming bereikt met het Franciscusziekenhuis in Roosendaal over plaatsing (per 1/1/2012) van een taxipunt. Al eerder gebeurde dit in de twee Amphiaziekenhuizen in Breda. • wederom is actie ondernomen op het gebied van oneigenlijk en ongewenst gebruik. Bijzondere aandacht gaat uit naar de effecten van rijksbezuinigingen op voorliggende voorzieningen, waardoor de Wmo-vervoerstaak van gemeenten dreigt toe te nemen zonder dat hier compensatie voor geboden wordt. In dit kader wordt sinds begin 2009 geprobeerd een uitspraak te ontlokken van het ministerie van VWS en de VNG over de reikwijdte van de Wmo als het gaat om vervoer naar/van medische afspraken. Ook in 2011 is dit een onderwerp geweest dat met regelmaat terugkwam op de bestuurlijke agenda, waarbij het tot nu toe mogelijk is gebleken om als 18 gemeenten hierin één lijn te volgen. • daarnaast is opgetreden tegen een aantal gevallen waarbij deeltaxivervoer ten onrechte als AWBZ-vervoer werd ingezet. • via KCV hebben gemeenten informatie met elkaar uitgewisseld over de houdbaarheid van het toepassen van een generieke inkomenstoets bij de toekenning van de Wmo-vervoersvoorziening deeltaxi. Eind 2011 werden hier zowel in politiek Den Haag als in jurisprudentie blokkades tegen opgeworpen. Deze kwestie wordt in 2012 vervolgd.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
31
•
de ontwikkelingen op het gebied van de decentralisatie van de AWBZ-functie "extramurale begeleiding" naar gemeenten (inclusief vervoerscomponent) en de heroriëntatie van het rijk op de organisatie van het bovenregionaal gehandicaptenvervoer kregen de aandacht. De bestuurscommissie Zorg/Welzijn/Onderwijs heeft KCV om een advies gevraagd over de organisatie van het AWBZ-vervoer, mogelijk in combinatie met leerlingen- en WSW-vervoer. Eind 2011 is dit advies in de maak.
Deelprogramma 3: Verbeterd en toegankelijk OV KCV werkt samen met de bestuurscommissie Mobiliteit en de provincie Noord-Brabant aan verbetering van het reguliere openbaar vervoer zodat minder mensen aangewezen zijn op het duurdere deeltaxivervoer. Tot 2012 konden gemeenten voor de zogenaamde geprioriteerde haltes (drukke haltes, haltes nabij voorzieningen) subsidie verkrijgen bij de provincie. KCV verstrekt (tot 2016) op projectbasis subsidie aan de 18 gemeenten voor het (fysiek) toegankelijk maken van alle overige haltes en voor de plaatsing van haltemeubilair. In 2011 groeide het aantal aangepaste bushaltes met ca. 60 stuks. Een groot aantal projecten (160 stuks) bevindt zich eind 2011 in een vergevorderd stadium:
totaal aantal halteplaatsen aantal toegankelijke halteplaatsen aantal toegankelijke halteplaatsen incl. gehonoreerde aanvragen
Realisatie 2010 1.502
Begroting 2011 1.502
583 698
773
Realisatie 2011 1.502 642 804
43% 54%
In samenspraak met de andere Brabantse regiotaxiorganisaties wordt gewerkt aan verbetering van de "mentale toegankelijkheid". Daarvoor is een substitutieplan Wmo-/OV-vervoer opgesteld. Dit plan is in de eerste helft van 2011 verder geconcretiseerd en de uitvoering uitbesteed. In de tweede helft is daadwerkelijk gestart met acties, waaronder de organisatie van OV-cursussen voor ouderen en mensen met een beperking en het vervaardigen van communicatiemateriaal over het toegankelijk geworden OV. Ook wordt daarbij aandacht besteed aan de werking van de OV-chipkaart. KCV levert tevens een bijdrage aan de regionale OV-visie die in opdracht van de bestuurscommissie Mobiliteit wordt opgesteld. Het doel hiervan is in West-Brabants verband de wensen ten aanzien van het toekomstige OV te bepalen, waarna dit als referentie kan dienen bij de beoordeling van de op te stellen provinciale OV-visie en van bijvoorbeeld de inzet van de provincie bij de nieuwe concessieverlening voor het busvervoer. Ook hier liggen raakvlakken met het deeltaxivervoer. Niet alleen gaat het om de functionaliteit van het busvervoer voor mensen met een beperking, maar ook om de rol van het deeltaxivervoer in het toekomstige OV-bestel. Aanzetten voor een regionale OV-visie werden eind 2011 gemaakt; beoogd wordt de visie in het eerste kwartaal van 2012 vast te stellen. Deelprogramma 4: Samenwerking In de eerste helft van 2011 zijn de jaarverantwoording 2010 en de deelbegroting KCV 2012 opgesteld. De jaarverantwoording 2010 is de laatste van de gemeenschappelijke regeling KCV West-Brabant. Ten behoeve van de effectuering van de genomen opheffingsbesluiten stelde het "oude" Algemeen Bestuur in maart een liquidatieplan vast. Een liquidatierekening werd in oktober goedgekeurd, waarmee de opheffing een feit werd. De overgang naar de nieuwe organisatie vergde in 2011 een aanzienlijke inzet op en overleg over diverse organisatorische en financieel/juridische zaken, zoals de organisatiebrede begroting 2012, budgethouders-, mandaat- en inkoopregelingen. De inzet van KCV is daarbij gericht op behoud van de slagkracht die nodig is in verband met haar uitvoerende taken.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
32
Wat heeft het gekost? Rekening 2011
Begroting 2011 lasten baten lasten baten lasten baten lasten baten
Beheer en ontwikkeling Kostenbeheersing Verbeterd, toegank.OV Samenwerking
Resultaat 2011
15.042 15.054 35 30 1.266 1.262 70 66
13.368 13.286 21 30 1.011 1.030 87 66
1.674 -1.768 14
1
90
90
1
-17
18
1
17
18
mutaties reserves Saldo programma voor resultaatbestemming
-
255 -231 -17 -
mutaties reserves Saldo programma na resultaatbestemming
Bovenstaand overzicht geeft inzicht in de uitgaven en inkomsten met betrekking tot de bestuurscommissie KCV. De bijlagen 4.3, 4.4, en 4.5 bevatten gedetailleerdere informatie. De uitgaven en inkomsten blijven bijna 2 miljoen € achter bij de ramingen. Met name de realisatie van vervoerskosten blijft sterk achter bij de ramingen als gevolg van de bezuinigingsmaatregelen die per 1 juli werden doorgevoerd. In de begroting 2011 konden de effecten van de bezuinigingen nog niet worden ingerekend. Het effect van de maatregelen is tweeërlei: enerzijds dalen de vervoerskosten door afname van het volume; anderzijds stijgen de klantinkomsten door de hogere tarifering van langere ritten. De kostendekkingsgraad van het klanttarief stijgt gemiddeld van 17% naar 19%. De volgende lijngrafiek geeft inzicht in de kostenontwikkeling door de jaren heen: Ontwikkeling kosten t.l.v. de deelnemende overheden (excl. af te dekken btw-kosten) (x 1.000 euro)
- * • raming begroting 2011 • ^ - r e a l i s a t i e tm 2011
14.755 13.946
13.433
3.356 12.777
12.837
2004
2005
13.746
13.561
13.946 13.522 13.077
0.877
9.154
2001
2002
2003
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
2006
2007
2008
2009
2010
2011
33
Conclusie is dat de vervoerskosten die door de overheden (gemeenten en provincie) af te dekken zijn, in 2011 feitelijk terug zijn gebracht naar het niveau van 2005/2006. In de begroting 2011 (die begin 2010 werd opgesteld) moest een raming opgenomen worden voor de kosten van het variabele deel van de vervoersvergoeding, de kwaliteitsprikkel. Uitgegaan werd van € 350.000,- aan kosten, die via de vervoersnota's aan gemeenten en provincie zouden worden doorberekend. In de loop van 2011 werd duidelijk dat er vanwege de zeer goede uitvoeringskwaliteit meer betaald moest gaan worden. De bestuurscommissie KCV besloot het aan de overheden door te berekenen bedrag te handhaven op € 350.000,- en het tekort aan te zuiveren vanuit de egalisatiereserve kwaliteitsprikkel. Nu de balans opgemaakt is, is de conclusies dat per saldo € 90.000,- uit de reserve gehaald moet worden. De uitgaven op het gebied van toegankelijkheid blijven net als de vervoerskosten bij de verwachtingen achter. Dit komt doordat gemeenten in de tweede helft van 2011 vanwege het einde van de provinciale subsidieregeling vooral aan de slag zijn gegaan met de geprioriteerde haltes. Financiering van de door KCV gesubsidieerde aanpassingen vindt plaats vanuit een reserve die de provincie NoordBrabant voor KCV beheert en waaruit op verzoek een werkkapitaal verkregen wordt. Daardoor leidt dit niet tot een (positief) resultaat. Een overzicht van uitgaven ten laste van het Fonds Vervolgaanpak is bijgevoegd als bijlage 4.6. Eind 2011 bevat deze reserve nog circa 7,4 miljoen euro. In de deelbegroting KCV 2011 was een onttrekking uit de reserves van € 21.000,-. voorzien ten behoeve van een werkbudget dat over de diverse programma's is verdeeld. Daarvan is € 11.000,- werkelijk uitgegeven. Tegelijkertijd werd een toevoeging van rente-inkomsten ad. € 20.000,- verwacht. Deze bedraagt ruim € 13.000,-. Ten behoeve van communicatie- en markeringactiviteiten was een budget van € 38.000,- beschikbaar waarop € 21.000,- is uitgegeven. De uurkosten bestaan uit twee componenten: de loonkosten en de doorbelaste overheadkosten. Er is sprake van een klein negatief resultaat ad. € 345,-, dat in lijn met genomen besluiten uit de egalisatiereserve salariskosten wordt onttrokken. Het volgend overzicht toont het totaal aan resultaten (in euro's): Resultaat (totaal) uitgaven vanuit (reserve) werkbudget
-10.913
boete belastingdienst
-1.785
overschot communicatiebudget rente-inkomsten
17.083 13.197
saldo kwaliteitsprikkel doorberekening uurkosten (salaris/overhead) Totaal
-90.078 -345 -72.841
Onttrekking/toevoeging reserve o.b.v. eerdere besluitvorming onttrekking uit reserve werkbudget toevoeging aan reserve werkbudget (deel rente-inkomsten)
-10.913 10.913
onttrekking egalisatiereserve kwaliteitsprikkel
-90.078
onttrekking egalisatiereserve salariskosten saldo reserves o.b.v. eerdere besluitvorming
-345 -90.423
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
34
Na deze onttrekking/toevoeging via de reserves, bevatten deze eind 2011 € 128.495,-. Onderstaande tabel geeft inzicht in de totale ontwikkeling van de reserves zoals die zich na 31-12-2010 heeft voorgedaan. Hierin is dus tevens de resultaatbestemming 2010, de afwikkeling van frictiekosten en de uitgevoerde herijking van de reserves opgenomen (in euro's): Naam reserve
Stand per
Resultaat
Stand na
Frictie-
Stand na
Herijking
Stand na Vemeerdering Vermindering
31-12-2010
2010
resultaat
kosten
frictiekosten
reserves
herijking
2011
2011
31-12-2011
Stand per
92.386
92.386
^2.386
50.000
10.913
-10.913
50.000
44.806
44.806
-19.806
25.000
58.042
58.042
-58.042
0
9.948
0
9.948
-345
9.603
13.736
120.234
133.970
-90.078
43.892
218.918
0
218.918
-101.336
128.495
Werkbudget projec en adviezen Reserve communicatie en marketing Reserve bijdrage
92.386 44.806 128.472
-70.430
25.000
provincie Egalisatiereserve
28.818
28.818
-18.870
salariskosten Reserve kwaliteits-
13.736
13.736
-56.694
237.788
prikkel Totaal
294.482
-18.870
10.913
Te bestemmen resultaat (in euro's)
boete belastingdienst
-1.785
overschot communicatiebudget
17.083
rentesurplus totaal nog te bestemmen
2.284 17.582
Na afwikkeling via de reserves volgens eerdere besluitvorming resteert een nog te bestemmen resultaat van € 17.582,-: • er is eenmalig sprake van een boete van de belastingdienst ad. € 1.785,- i.v.m. niet tijdig ingediende aangifte. • overschot op budget communicatie van ca. € 17.000,-. Dit budget wordt onttrokken uit de OVsamenwerkingsbijdrage die van de provincie Noord-Brabant ontvangen wordt. De praktijk is dat overschotten toegevoegd worden aan de reserve communicatiebudget. Deze heeft echter het plafond van € 25.000,- bereikt. • er is sprake van een rentesurplus omdat de uitgaven t.l.v. de reserve werkbudget achter zijn gebleven bij de ramingen. Daardoor minder rentetoevoeging aan de geplafonneerde reserve. Over de bestemming van dit resultaat moeten nog besluiten genomen worden.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
35
Programma 8
Zorg, Welzijn en Onderwijs
Programmaomschrijving Dit programma richt zicht op de volgende onderwerpen: • Stroomlijning regionale samenwerking op sociaal-maatschappelijke opgaven - Voortijdig School Verlaten (VSV) • Projecten ter verbetering van de lokale leefbaarheid en het ontwikkelen van regionale verbindende schakels hiertussen. Beleidskaders Voor dit programma zijn nog geen beleidskaders vastgesteld. Wat wilden we bereiken? • Verzamelen van kennis en ervaring voor het verbeteren van zorg en welzijn • Verbeteren van de kwaliteit van zorg en welzijn in West-Brabant • Bijdragen aan een optimale werkgelegenheid Wat hebben we daar voor gedaan? Voor de zomer van 2011 heeft de bestuurscommissie Zorg Welzijn Onderwijs een aantal bestuursopdrachten vastgesteld, waarmee zij beoogt die onderwerpen op te pakken die ook een daadwerkelijke toegevoegde waarde hebben en concreet genoeg zijn om samenwerking op te realiseren. Daarmee zijn de onderwerpen zoals hierboven benoemd (van hetgeen we wilden bereiken) gewijzigd. Hieronder worden de vastgestelde bestuursopdrachten kort toegelicht en daaronder wordt beschreven wat daar in het kalenderjaar voor is gedaan en gerealiseerd. Regionalisering Leerplicht Onderzoek doen naar mogelijkheden om te komen tot gezamenlijke leerplichtadministratie en inrichting van een regionaal leerplichtbureau. Op grond van dit onderzoek besluiten om te komen tot al dan niet daadwerkelijk inrichting daarvan. Resultaten 2011: • Medio 2011 hebben alle colleges van de West-Brabantse gemeenten ingestemd met het voorstel om de leerplichtadministratie te bundelen en te komen tot een gezamenlijke leerplichtadministratie. Op deze wijze wordt op de leerplichtadministratie eenduidiger en door de schaalgrootte ook minder kwetsbaar. Dit zal naar verwachting een essentiële bijdrage gaan leveren aan de bestrijding van het schoolverzuim in de hele regio. » Eveneens is een onderzoek gestart naar de mogelijkheden om de leerplichtfunctie zelf te bundelen. De resultaten van dit onderzoek en de besluitvorming hierover zal plaats gaan vinden in 2012. Jeugd - Transitie Jeugdzorg Het opstellen van een regionale visie op de jeugdzorg en opstellen van een plan van aanpak. Voorafgaand aan de visievorming is een Tour de Jeune georganiseerd. Een zestal jeugdzorgorganisaties in de regio is aan de hand van werkbezoeken bezocht door wethouders en ambtenaren. Resultaten 2011: • In het najaar heeft de ambtelijke aanjaaggroep transitie Jeugdzorg een concept visie voorgelegd aan de bestuurscommissie Zorg, Welzijn en Onderwijs. Kern van deze visie is dat kinderen en ouders in hun kracht gezet gaan worden waar het gaat over opvoedingsvraagstukken en indien daar hulp bij nodig is, die zo dicht mogelijk bij die ouders en kind georganiseerd dient te worden. Deze visie moet het fundament worden waarop alle toekomstige veranderingen in de jeugdzorg worden gebaseerd in het licht van de overdracht van alle jeugdzorgtaken naar gemeenten. Naar verwachting zal die overdacht plaats gaan vinden in 2015. • Alle colleges van de 18 gemeenten hebben inmiddels deze gezamenlijke visie vastgesteld en vrijwel alle gemeenten hebben inmiddels een principebesluit genomen op de subregionale indeling waarin de transitie vorm moet krijgen. Het Rijk heeft immers als voorwaarde gesteld dat voor eind 2012 gemeenten een besluit moeten nemen in welk regionaal samenwerkingsverband zij de transitie jeugdzorg gaan uitvoeren.
Jeugd - Studie naar een regionale Integrale ieugdgezondheidsorganisatie
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
36
De studie naar een integrale Jeugdgezondheidszorgorganisatie is ingegeven door het feit dat nu voor de JGZ-taak meerdere organisaties verantwoordelijk zijn, voor de leeftijdsgroep 0-4 jarigen en de leeftijdsgroep 5-19 jarigen. • Het voorstel om met 17 gemeenten (Breda wenste al voor vastlegging van deze opdracht een andere weg in te slaan) tot één organisatie te kunnen komen, door het laten realiseren van een bedrijfscoöperatie, heeft het uiteindelijk niet gehaald. Elke gemeente heeft daardoor zelf of in een daartoe gecreëerd gelegenheidsverband contracten afgesloten met de betreffende organisaties. Jeugd - Uitvoering van Regionaal Actieprogramma Jeugd Het Regionaal Actieprogramma Jeugd is een verzameling van activiteiten die zich op het jeugdbeleid begeven en voor een groot deel zijn gefinancierd met provinciale subsidies. Resultaten 2011: Het nieuwe contract met de leverancier van het signaleringssysteem "Zorg voor Jeugd" is ter besluitvorming voorgelegd aan alle 18 gemeenten. • Een nieuw convenant (eerdere convenantperiode liep af) is op regionaal niveau voorgelegd en door alle gemeenten ondertekend. • De activiteiten van het virtueel CJG gecontinueerd. • Inkoopcontracten zijn tot stand gekomen tussen gemeenten en jeugdzorgaanbieders om de deskundigheid vanuit de 2 lijn in te brengen binnen de lokale CJG's. e
Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) Het actieprogramma is gericht op de overdracht van de functie Begeleiding uit de huidige AWBZ naar de WMO met ingang van 1 januari 2013. De bestuursopdracht voorziet in een onderzoek naar de combinatie van vervoerstaken, omdat binnen deze nieuwe taak een vervoerscomponent zit. Daarnaast voorziet de bestuursopdracht in een onderzoek naar de omvang en dekkingsgraad van diverse vormen van mantelzorgondersteuning en ondersteuning bij de invoering van de transitie AWBZ door uitvraag van gegevens bij het zorgkantoor en het organiseren van een werkconferentie over dit onderwerp. Resultaten 2011: • Op 30 november 2011 heeft de regionale werkconferentie plaatsgevonden over de transitie begeleiding. Gemeenten, zorgaanbieders, wmo-raden en zorgverzekeraars waren de doelgroep. Dat deze conferentie in een behoefte voorzag werd duidelijk aan het aantal deelnemers, dat ruim 250 bedroeg. De inhoud van het programma was dusdanig dat ook de Staatssecretaris van VWS in het ochtenddeel aanwezig was. • Medio oktober is de regio erin geslaagd een set met kwantitatieve gegevens over deze functie voor de cliënten in West-Brabant beschikbaar te krijgen voor beleidsontwikkeling. Elke gemeente heeft de beschikking gekregen over deze cijfers toegespitst op zijn inwoners. • Het onderzoek naar de mogelijkheden van het combineren van vervoerstaken is in 2011 gestart en zal in 2012 de eerste resultaten laten zien. Leefbaarheid Uitvoering geven aan het project Leefbaarheid dat uiteen valt in enerzijds het verstrekken van middelen, verkregen via de Provincie Noord Brabant, voor de realisatie van een tiental leefbaarheidsprojecten. Anderzijds het inventariseren van vraagstukken in het kader van leefbaarheid (o.a. via het nieuw in te richten informatiepunt) die voor meerdere gemeenten aan de orde zijn en zoeken naar oplossingsrichtingen om die gezamenlijke vraagstukken invulling te geven. Het project Kansen voor de Regio (zie ook programma Ruimte) heeft een nadrukkelijke verbinding met dit project leefbaarheid. Resultaten 2011: • In de eerste helft van 2011 is aan de deelnemende gemeenten de eerste tranche van de financiële middelen verstrekt ten behoeve van de realisatie van de betreffende lokale leefbaarheidsprojecten. • Er zijn in 2011 twee bijeenkomsten gehouden met de bestuurders en de betreffende projectleiders van de lokale leefbaarheidsprojecten om voortgang en ervaringen te bespreken, alsook werkafspraken te maken. • Op 30 september 2011 vond de Kick-off bijeenkomst plaats van dit leefbaarheidsproject met ruim 150 deelnemers uit gemeenten en het maatschappelijk middenveld. • In de maanden november en december zijn met de meeste van de 18 gemeenten individuele gesprekken gevoerd over actuele leefbaarheidsvraagstukken, hetgeen in 2012 zal leiden tot een rapport van het PON met aanbevelingen. • Er is frequent overlegd en samengewerkt met de Provincie Noord Brabant over de inhoud van dit project in het licht van het beleid dat bij de provincie wordt voorbereid op leefbaarheid van de regio's. Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
37
Ontwikkeling van de bestuurscommissie ZWO De bestuurders constateerden begin 2011 dat zij elkaar op vele andere gremia vaak troffen over onderwerpen als volksgezondheid, jeugd, etc. Om de bestuurlijke drukte te reduceren is medio 2011 het besluit genomen deze gremia te incorporeren in de bestuurscommissie ZWO. Vanaf 2012 gaat deze nieuwe werkwijze van kracht. • De bestuurscommissie heeft besloten aan de hand van concrete bestuursopdrachten de samenwerking in te willen richten, waarbij telkens vier niveaus van samenwerking zijn te onderscheiden, te weten informatie/kennisdeling, samen onderzoek doen, samen beleid maken en samen beleid uitvoeren. In elke bestuursopdracht wordt per onderdeel geïdentificeerd op welke van deze niveaus tot samenwerking wordt besloten. Wat heeft het gekost? Begroting 2011 Rekening 2011 Resultaat 2011 Zorg, Welzijn en Onderwijs
Saldo programma voor resultaatbestemming
lasten baten
150 150
88 88
62 -62
-
-0
-0
mutaties reserves Saldo programma na resultaatbestemming
0 -
rj -0
o -0
Toelichting op baten en lasten: Nog niet alle uitgaven zijn gedaan voor het project Regionale Sociale Agenda, met de Provincie NB is afgestemd dat het project nog door mag lopen in 2012. Het restantbudget is daarom overgeheveld naar 2012 zodat het project afgerond kan worden, en de eindverantwoording kan worden opgesteld. Voor 2011 is een voorschot a € 120.000,- ontvangen voor project de Regionale Sociale Agenda 20092011. Het restant (maximaal € 30.000,-) volgt bij afrekening van het project. In de begroting is rekening gehouden met de volledige opbrengst van € 150.000,-. Het restant van het budget a 25.000,- is overgeheveld naar de balans om verder besteed te worden in 2012. Hetgeen niet besteed wordt dient terugbetaald te worden aan de Provincie.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
38
Bestuursopdracht Communicatie, kunst / cultuur en sport, lobby en pr
Missie: West-Brabant
is in 2015 een zelfbewuste
regio waar men rekening mee houdt
Uitbreiding bestuursopdracht Bij de actualisering van de Strategische Agenda is besloten de bestuursopdracht uit te breiden met de thema's kunst, cultuur en topsport. Er is een eerste verkenning gedaan naar de betekenis en de kansen die deze thema's bieden voor de regio West-Brabant. Een aantal ontwikkelingen maakt een (her)oriëntatie op deze onderwerpen nodig: het gewijzigde investeringsbeleid van de provincie, de kandidatuur van BrabantStad als Culturele Hoofdstad van Europa (2018), de Olympische ambities van Nederland en het toenemend belang van sport- en culturele voorzieningen als vestigingsfactor voor mensen en bedrijven. Cultuur Voor het onderdeel cultuur is in 2011 gewerkt aan de structuur om de ambities zoals die in de geactualiseerde versie van de Strategische Agenda zijn verwoord bestuurlijk en ambtelijk vorm en inhoud te geven. Dit heeft in 2011 geleid tot de vorming van een drietal gremia dat in West-Brabants verband nadenkt over en sturing geeft aan het onderdeel Cultuur: De bestuurlijke kerngroep Cultuur onder voorzitterschap van burgemeester Polman De 'denktank' Cultuur met daarin onder andere vanuit de ARG Mart Hendrickx, de programmamanager Cultuur vanuit de RWB, ambtelijke vertegenwoordiging (gemeente Bergen op Zoom) en een aantal vertegenwoordigers uit het veld (onder andere vanuit de Kunstbalie en de BKKC); Het West-Brabants cultuurambtenarenoverleg (nieuw leven ingeblazen). In relatie tot de strategische agenda zijn met betrekking tot Cultuur drie speerpunten benoemd: Culturele Atlas voor West Brabant Inzet van West Brabantse culturele evenementen als middel voor lobby en PR 2018: Brabant Culturele Hoofdstad van Europa De activiteiten vanuit West-Brabant op het gebied van cultuur hebben in 2011 geleid tot: De aanzet tot het opstellen van een Culturele Atlas voor West Brabant Deze Atlas zal inzicht geven in de omvang en aard van de culturele infrastructuur van de regio en inzicht geven in welke onderscheidende thema's en kwaliteiten de regio rijk is en waar verbindingen gelegd kunnen worden. De verwachting is dat de Atlas medio 2012 gereed is. Het 'Voorbidboek Culturele Hoofdstad'. Daarin heeft de regio West-Brabant een verzameling ideeën en ingrediënten met een enorme ambitie op het gebied van kunst en cultuur uit de regio gebundeld in de ideeënportfolio het 'RWB Voorbidboek' en aangeboden aan het projectbureau BrabantStad Culturele Hoofdstad 2018. Het streven van de regio is om zoveel mogelijk West-Brabantse initiatieven in het bidbook te krijgen dat door BrabantStad wordt ingediend om de nominatie Culturele Hoofdstad 2018 te krijgen. Een verkenning van de wijze waarop de ambities met betrekking tot cultuur, sport, lobby en pr en economie op elkaar afgestemd kunnen worden. Bij het opstellen van het Voorbidboek is vooral gedacht vanuit de vraag hoe de provincie NoordBrabant Europees of zelfs mondiaal kan schitteren. Daarbij kunnen kwaliteiten uit West-Brabant van betekenis zijn, maar dan in nadrukkelijke verbinding met de rest van de Provincie. Er is niet vertrokken vanuit het eigen West-Brabantse belang, maar vanuit het belang van Brabant en de vraag naar beleving van de bezoekers die we in 2018 graag willen verwelkomen. Geen feest voor alleen Brabant, maar een feest voor Europa, waar Brabant de "Kunst van Samenleven" met Europa deelt. Daartoe heeft West-Brabant over de eigen grenzen heen gekeken.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
39
Lobby en public relations De lobbyactiviteiten van West-Brabant worden geprofessionaliseerd. Enerzijds door het opstellen van een lobbyagenda en anderzijds door de coördinatie van deze activiteiten adequaat te regelen. In dit kader is in 2011 ook nagedacht over de manier waarop West-Brabantse evenementen ingezet kunnen worden als instrument voor lobby en PR-activiteiten van de regio. Evenementen blijken in de praktijk een goed middel dat kan worden ingezet voor lobby en PR voor de regio. In de tekst van de geactualiseerde versie van de Strategische Agenda staat hierover: "Evenementen worden ingezet als middel voor lobby en PR. Dit gebeurt zowel bij bestaande regionale evenementen als met een nieuw op de zetten West-Brabant-event" In 2011 heeft dit geleid tot: Het besluit om vanaf 2012 jaarlijks vanuit de RBW een West-Brabant evenement te organiseren: de Triple A Party (naar analogie van de Nationale Zeeuwse Oesterpartij) Op 20 juni 2012 wordt dit event voor de eerste keer in Bergen op Zoom georganiseerd. Het thema in 2012 is Maintenance. Het is de bedoeling hiermee een exclusief platform te creëren waarop politieke en bestuurlijke functionarissen en vertegenwoordigers van het bedrijfsleven elkaar op uitnodiging kunnen ontmoeten. Er is een groslijst geselecteerd vanuit alle evenementen die in West-Brabant plaatsvinden die specifiek kunnen worden ingezet voor lobby en PR van de regio en vanuit die hoedanigheid een bijdrage uit het Regiofonds kunnen krijgen. Verantwoording: Onder deze bestuursopdracht ligt geen budget, de kosten die hiervoor gemaakt worden zijn opgenomen bij de diverse programma's. De uren van de programmamanager Communicatie zijn verantwoord bij programma Algemeen Bestuur.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
40
2.2 Paragrafen Conform de regelgeving in het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) dient in de verslaglegging een aantal paragrafen te worden opgenomen. Deze verplichte paragrafen zijn: Lokale Heffingen (niet van toepassing voor GR Regio West-Brabant) Weerstandsvermogen Onderhoud Kapitaalgoederen (niet van toepassing voor GR Regio West-Brabant) Financiering Bedrijfsvoering Verbonden partijen (niet van toepassing voor GR Regio West-Brabant) Grondbeleid (niet van toepassing voor GR Regio West-Brabant) Een aantal van deze paragrafen is niet van toepassing voor de Regio West-Brabant. Deze paragrafen zijn derhalve niet opgenomen. Naast deze verplichte paragrafen is, conform de financiële verordening van de GR Regio WestBrabant, de paragraaf Subsidies opgenomen.
2.3 Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen van een organisatie geeft een indicatie van de mate waarin het vermogen toereikend is om financiële tegenvallers op te vangen zonder dat het beleid direct moet worden aangepast. Door de financiële risico's te beheersen en het weerstandsvermogen hierop af te stemmen, moeten worden voorkomen dat elke nieuwe financiële tegenvaller dwingt tot bezuinigen. Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen; 1. De weerstandscapaciteit; zijnde de middelen en mogelijkheden waarover de organisatie beschikt of kan beschikken om niet begrote kosten op te vangen 2. Alles risico's waarvoor geen maatregelen zijn getroffen en die van materiële betekenis kunnen zijn voor de financiële positie. Bij een gemeenschappelijke regeling staan de deelnemende gemeenten financieel garant. Bij de GR Regio West-Brabant hebben zij aangegeven dat zij het niet langer wenselijke achten dan wel dat het noodzakelijk is dat een verbonden partij weerstandsvermogen opbouwt. Reserves voor specifieke risico's of bestemmingen mogen nog wel gevormd worden. Hoewel iedere organisatie risico's loopt is op dit moment nog geen volwaardige risico-inventarisatie uitgevoerd. Dit staat gepland voor het jaar 2012. Gelet op bovenstaande is er bij de GR Regio WestBrabant geen sprake van weerstandsvermogen.
2.4 Financiering Financiering betreft de wijze waarop de gemeenschappelijke regeling benodigde geldmiddelen aantrekt en (tijdelijk) overtollige geldmiddelen belegt. De uitvoering van de financieringsfunctie dient plaats te vinden binnen de kaders zoals gesteld in de Wet Financiering Decentrale Overheden (Wet FIDO). Naast deze wetgeving staat het opstellen van een treasurystatuut gepland voor het jaar 2012. Hierin zullen nadere regels worden opgenomen om daarmee de financieringsfunctie te sturen, te beheersen en controleren. In deze paragraaf wordt achtereenvolgens op de volgende onderdelen ingegaan: - kasgeldlimiet - renterisiconorm - liquiditeitsplanning / financieringsbehoefte - overig Kasqeldlimiet: Ter beperking van het renterisico op schulden met een looptijd korter dan 1 jaar heeft de wetgever de kasgeldlimiet vastgesteld. Zo wordt voorkomen, dat fluctuaties van de korte rente direct een grote impact hebben op de rentelasten tijdens het boekjaar. De totale netto-vlottende schuld mag maximaal 8,2% van het totaal van de lasten van de begroting zijn. Als het liquiditeitentekort een structureel karakter draagt, moet er een langlopende geldlening op de kapitaalmarkt worden aangetrokken.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
41
De berekening van de kasgeldlimiet voor 2011 ziet er als volgt uit: Begrotingstotaal 2011: Toegestane kasgeldlimiet (norm = 8,2%):
€21,1 miljoen € 1,7 miljoen
De ruimte in de kasgeldlimiet is het bedrag dat de RWB aan kortlopende kredieten zou mogen aantrekken. Met de huidige financiële positie is het aantrekken van (kort) vreemd geld echter niet nodig. Renterisiconorm De renterisiconorm stelt een grens aan het te lopen renterisiconorm op de vaste schuld. De risiconorm houd in dat de jaarlijks verplichte aflossingen en renteherzieningen niet meer mogen bedragen dan 20% van het begrotingstotaal. De GR Regio West-Brabant heeft momenteel geen leningen zodat overschrijding van de risiconorm geheel niet aan de orde is. Liquiditeitsplanning / financieringsbehoefte Bij de gemeenschappelijke regeling Regio West-Brabant is (nog) geen sprake van investeringen. Dit betekent dat er geen financieringsbehoefte is. De jaarlijkse lasten wordt gefinancierd door de jaarlijkse bijdragen van gemeenten, provincie en derden. Bij de facturering en planning van werkzaamheden wordt natuurlijk rekening gehouden met de liquiditeitsstand zodat een negatief saldo voorkomen wordt.
2.5 Bedrijfsvoering In deze paragraaf worden de ontwikkelingen op het terrein van bedrijfsvoering weergegeven, de inzet van personeel, automatisering, huisvesting en financiën. De gemeenschappelijke regeling Regio West-Brabant is op 1 januari 2011 in werking getreden. Met ingang van medio april 2011 is de gehele organisatie met uitzondering van het loopbaancentrum gehuisvest in het ROC-gebouw Trivium in Etten-Leur. Het loopbaancentrum is gehuisvest in het stadskantoor van de gemeente Etten-Leur. De totale huurkosten voor 2011 komen uit op een bedrag van € 239.600 (waarvan € 128.200 voor het Trivium, inclusief servicekosten en € 111.400 voor het LoopbaanCentrum, inclusief overige kosten als werkplekken, gebruik van vergaderruimten en facilitair). Het jaar 2011 heeft in het teken gestaan om van de diverse organisaties te groeien naar één organisatie, de RWB. Deze ombouw en groei is ingezet en blijft de komende jaren onder de aandacht van de directeur en organisatie. Nu we één organisatie zijn is het goed te kijken waar de mogelijkheden liggen verder te optimaliseren en hieraan te blijven werken. Voor de ondersteunende diensten is met de gemeente Etten-Leur een dienstverleningsovereenkomst aangegaan voor een periode van 5 jaar. De kosten hiervan zijn € 520.000 per jaar. Beide organisaties hechten aan een regelmatige evaluatie om de dienstverlening zo goed mogelijk te volbrengen. De formatie bedraagt aan het eind van het jaar 2011 27,65 FTE (23,29 FTE in dienst bij de RWB en 4,36 FTE detachering vanuit deelnemende gemeenten). in loondienst gedetacheerd
Totaal aantal fte 23,29 4,36
Project LBC in loondienst gedetacheerd
0 6,69
V
M 6,56 4,36
16,73 0
0 2,17
0 4,52
De totale loonkosten voor het personeel in loondienst bedraagt € 1.477.600. Voor personeel derden is in 2011 in totaal € 1.681.500 uitgegeven, de grootste onderdelen hierin bestaan uit: € 284.600 voor detacheringen binnen de RWB € 909.500 voor het Loopbaancentrum € 327.500 voor projecten bij bestuurscommissie SEZ
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
42
Naast de vaste formatie en de detacheringen is ook personeel ingehuurd. Deze inhuur betrof werkzaamheden van specialistische aard dat niet door eigen personeel uitgevoerd kon worden. In totaal heeft deze inhuur € 162.600 gekost. Het ziekteverzuimpercentage lag in 2011 op 4,64%. Met een landelijk gemiddelde van 5% is dit een gemiddeld percentage. De door de bestuurscommissie Middelen opgedragen bezuiniging zal een zware wissel trekken op de organisatie. De bezuiniging van 3% dient gevonden te worden in de apparaatskosten, wanneer dit niet lukt mag gekeken worden naar de programmakosten. De apparaatskosten bestaan uit de huisvestingskosten, dienstverleningsovereenkomst en loonkosten. Zoals hierboven beschreven zijn contracten gesloten van 5 jaar voor de eerste twee onderdelen, deze kosten zijn dus nauwelijks te beïnvloeden. De loonkosten kunnen afnemen door natuurlijk verloop, maar aangezien de RWB een organisatie is met relatief veel jonge werknemers, is het natuurlijk verloop zeer gering. Voor 2012 staat een takendiscussie gepland om tot de opgelegde bezuinigingen te komen. Communicatie De oprichting van de gemeenschappelijke regeling en daarmee een nieuwe organisatie, was voor communicatie een bijzondere periode, want er is veel effort gestoken in het ontwikkelen van nieuwe communicatie -en informatiemiddelen. Wat corporate communicatie betreft, richt de Regio WestBrabant zich met name op informatie delen met interne en externe betrokkenen, vertellen over wat er speelt en ontwikkelingen in de regio. Onder het motto "be good and tell them" worden successen gedeeld met als doel draagvlak, betrokkenheid en enthousiasme te creëren bij onze deelnemende gemeenten, overheidspartners, samenwerkingspartijen uit het bedrijfsleven en onderwijs en in sommige gevallen de inwoners van West-Brabant. Lobby en pr -activiteiten hebben raakvlakken met corporate communicatie, maar maken onderdeel uit van de Bestuursopdracht Communicatie, Pr, lobby, Kunst, Cultuur en Topsport. De volgende instrumenten zijn in 2011 ingezet door de Regio West-Brabant: Huisstijl en beeldmerkwijzer Voor een herkenbare identiteit van de Regio West-Brabant en uniforme en eenduidige uitstraling naar buiten toe is een huisstijl ontwikkeld. De ontwikkelde huisstijlelementen zoals het logo, kleur, typografie (lettertype) en vormentaal (vlakken/ opmaak) worden consistent gebruikt in presentaties en op briefpapier, visitekaartjes, facturen, enveloppen, de website, e-mails, sjablonen, enz. In de beeldmerkwijzer zijn de richtlijnen voor het toepassen van het beeldmerk van de Regio West-Brabant uitgebreid beschreven. De ontwikkeling van de huisstijl zal groeien wanneer de producten zich uitbreiden. Website en Extranet In december 2010 zijn dusdanige aanpassingen gedaan aan de website van het voormalige S E S West-Brabant met als doel deze in te zetten voor de nieuwe gemeenschappelijke regeling Regio West-Brabant. Op deze manier is een professioneel CMS in stand gehouden en de website www.west-brabant.eu op 1 januari 2011 online gegaan geheel in de huisstijl van de Regio WestBrabant. Het is een corporate website waarop alle informatie te vinden is over de organisatie. Ook is in een Extranet aan de website gekoppeld. Op dit Extranet kan iedereen die daartoe toegang heeft (vergader)stukken en documenten downloaden. Mailmarketing en Digitale nieuwsbrief In het eerste kwartaal is een professioneel mailmarketingsysteem voor de Regio West-Brabant ontwikkeld, waarmee het mogelijk is e-mailnieuwsbrieven te beheren en uit te brengen. Regio WestBrabant heeft ervoor gekozen met een e-mailnieuwsbrief te werken om alle interne en externe doelgroepen op de hoogte te houden van nieuws en activiteiten. De digitale algemene nieuwsbrief van de Regio West-Brabant is in maart 2011 voor het eerst uitgebracht. Op de algemene nieuwsbrief is een groep van meer dan duizend contactpersonen geabonneerd. Aanmelden kan via de website (op basis van naam en e-mailadres). Onderaan elke nieuwsbrief staat een link met een afmeldfunctie. Digitale Verhuiskaart De verhuizing van de voormalige samenwerkingsverbanden naar het 'West-Brabant Huis' in het Trivium in Etten-Leur (april 2011) is breed gecommuniceerd. Er werd nadrukkelijk gekozen voor een digitale verhuiskaart die alle voormalige samenwerkingsverbanden naar hun eigen achterban en contactJaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
43
personen konden sturen. Gedurende het creatieve proces is het idee van een 'statische' kaart losgelaten en is een aansprekend filmpje gemonteerd om de verhuizing naar het Trivium en het nieuwe adres op een ludieke manier in beeld te brengen en te communiceren naar alle contacten. Regionaal communicatie en informatiemodel voor gemeenteraden Onderdeel van corporate communicatie is ook de informatievoorziening aan de gemeenteraden van de 19 gemeenten. Het Algemeen Bestuur heeft in juli 2011 een Regionaal Informatie -en Communicatiemodel (RICM) voor gemeenteraden vastgesteld wat sindsdien in uitvoering is. Communicatiemiddelen die uit dit RICM voortkomen en dus speciaal zijn ontwikkeld om de doelgroep raadsleden te informeren en betrekken, zijn de tweejaarlijkse regionale raadsledenbijeenkomsten en de Nieuwsbrief West-Brabant Overleg, een e-mailnieuwsbrief die voorafgaand en na afloop van de vergaderingen van het West-Brabant Overleg, aan de 19 gemeenten wordt verzonden. Informatiebijeenkomsten Een gewaardeerde manier om onze doelgroepen te informeren, is het organiseren van informatiebijeenkomsten en evenementen. Bijvoorbeeld de stakeholdersbijeenkomsten ihkv de actualisering van de Strategische Agenda West-Brabant, de tweejaarlijkse raadsledenbijeenkomsten, thematische bijeenkomsten en werkbezoeken georganiseerd door de bestuurscommissies en informatiebijeenkomsten voor verschillende doelgroepen werkzaam binnen de 19 gemeenten, waaronder de A R G heidagen (31 mrt/1 apr '11), de Regionale Ambtenarendag (9 juni '11), de Regionale Collegedag (21 sep. '11), werkbezoek directie van de Provincie Noord-Brabant (14 nov'11), de MT-Dag (5 dec.'11), de bijeenkomst voor bestuurssecretariaten (13 dec'11), enz. Twitter en andere social media Om niet achter te blijven bij onze deelnemende gemeenten en partners uit het bedrijfsleven en het onderwijs, maar ook om een modern visitekaartje af te leveren en nieuwe doelgroepen te bereiken, heeft de Regio West-Brabant een twitteraccount aangemaakt. Met dit gratis medium kunnen volgers nog sneller geïnformeerd worden over nieuwsfeiten in de Regio West-Brabant en hierop reageren, zodat interactie plaatsvindt. Het gebruik van social media is in de organisatie nog in een beginfase. Er wordt naar gestreefd in 2012 een plan te maken om social media meer strategisch in te zetten voor de Regio West-Brabant. Perspectief De Regio West-Brabant streeft ernaar genoemde instrumenten door te ontwikkelen en waar mogelijk te professionaliseren. In 2012 zal naast het maken van een strategisch social media plan meer aandacht worden besteed aan het interactiever maken van de website. Het bieden van een interactief platform voor al onze doelgroepen is een toekomstwens, maar zal gezien de ambities die zijn verwoord in onder andere de Strategische Agenda West-Brabant 2012-2020 steeds noodzakelijker worden. Tot slot zal gewerkt worden aan het intensiveren van de perscontacten. Niet alleen met de geschreven pers, maar ook met regionale omroepen als Zuidwesttv, Brabant 10 en RTV Altena, zodat ook de West-Brabantse inwoner bekend raakt met onze projecten en programma's.
2.6 Subsidies In deze paragraaf wordt inzicht gegeven in de verstrekte subsidies aan overheidsorganisaties, instellingen en ondernemingen. Subsidieregeling Vervolgaanpak Toegankelijkheid Halten WB De 18 West-Brabantse gemeenten die deelnemen aan de Bestuurscommissie KCV kunnen tot 2016 een beroep doen op de subsidieregeling "Vervolgaanpak Toegankelijkheid Halten West-Brabant". Subsidiabel zijn de kosten van het toegankelijk maken van de zogenaamde niet-geprioriteerde halten. Daarnaast wordt haltemeubilair op aangepaste geprioriteerde halten gefinancierd. De beoordeling van subsidie-aanvragen (vooraf) en verantwoording (achteraf) vindt plaats aan de hand van een Toetsingskader. Verwacht wordt dat in de periode tot 2016 jaarlijks 1,6 miljoen aan subsidie wordt verstrekt. Subsidieregeling REAP Het Regionaal Economisch Actieprogramma (REAP) West-Brabant is een stimuleringsprogramma van overheid en bedrijfsleven om via praktijkprojecten de werkgelegenheid in de regio te verbeteren en de Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
44
concurrentiekracht van bedrijven te versterken. Het REAP richt zich daarbij op de thema's Innovatie&Ondernemerschap, Aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt en Ruimte voor Ondernemen. Het REAP wil in en voor de regio West-Brabant onder andere een impuls geven aan innovatieve ideeën en initiatieven, en via praktijkopdrachten concreet laten zien en ervaren. Het REAP doet dit door het stimuleren en financieel ondersteunen van doe-projecten die een impuls geven aan de sociaal-economische ontwikkeling van West-Brabant. Deze projecten moeten binnen een afgesproken tijd tot meetbare resultaten leiden.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
45
3.
Jaarrekening 2011
3.1 Balans per 31 december 2011
1.1
Balans van de gemeenschappelijke regeling
Activa A VASTE ACTIVA 1. Materiele vaste activa - Investeringen met een economisch nut
1 januari 2011 31 december 2011
60
3
Totaal materiele vaste activa
60
3
TOTAAL VASTE ACTIVA
60
3
B. VLOTTENDE ACTIVA 1. Voorraden a. Gereed product en handelsvoorraden
17
17
Totaal voorraden
17
17
2. Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar a. Vorderingen op openbare lichamen b. Overige vorderingen Totaal vorderingen
0 3.148 3.148
3.617 138 3.754
3. Liquide middelen a. Kassaldi b. Bank- en girosaldi Totaal liquide middelen
0 6.153 6.153
4.731 4.731
588
915
TOTAAL VLOTTENDE ACTIVA
9.906
9.417
TOTAAL GENERAAL
9.966
9.420
4. Overlopende activa
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
46
Passiva
1 januari 2011 31 december 2011
A VASTE PASSIVA 1. Eigen vermogen a. Algemene reserves b. Bestemmingsreserves: c. Rekeningsaldo
8 2.278 62
0 251 628-
Totaal reserves
2.348
377-
-
-
TOTAAL VASTE PASSIVA
2.348
377-
B. VLOTTENDE PASSIVA 1. Kortlopende schulden a. Bank- en girosaldi b. Overige schulden
2.336
77 2.471
Totaal kortlopende schulden
2.336
2.548
636
743
2. Voorzieningen
2. Overlopende passiva a. Nog te betalen bedragen b. Van Europese of Nederlandse overheidslichamen ontvangen, nog te besteden specifieke uitkeringen c. Overige vooruitontvangen bedragen
1.775
1.474
2.871
5.032
Totaal overlopende passiva
5.282
7.249
TOTAAL VLOTTENDE PASSIVA
7.618
9.797
TOTAAL GENERAAL
9.966
9.420
9
9
Garantiestellingen
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
47
3.2 Programmarekening (Overzicht van baten en lasten per programma) Begroting 2011 Rekening 2011 x 1.000
x 1.000
Saldo x 1.000
LASTEN Programma Programma Programma Programma Programma Programma Programma Programma
Algemeen Bestuur Middelen Sociaal Economische Zaken Ruimtelijk Ontwikkeling en Wonen Mobiliteit Duurzaamheid Kleinschalig Collectief Vervoer Zorg, Welzijn en Onderwijs
totaal lasten
304 778 1.055 556 378 1.261 16.412 150
411 1.404 2.843 671 371 707 14.486 88
-107 -626 -1.788 -115 7 554 1.927 62
20.894
20.981
-86
304 778 1.055 556 378 1.261 16.411 150
367 1.259 2.355 555 353 858 14.413 88
63 481 1.300 -1 -25 ^03 -1.999 -62
20.893
20.248
-646
1
90
89
-
643
-643
-
643
-643
BATEN Programma Programma Programma Programma Programma Programma Programma Programma
Algemeen Bestuur Middelen Sociaal Economische Zaken Ruimtelijk Ontwikkeling en Wonen Mobiliteit Duurzaamheid Kleinschalig Collectief Vervoer Zorg, Welzijn en Onderwijs
totaal baten mutaties in reserves kcv Saldo voor resultaatbestemming mutaties in reserves onttrekking aan reserves toevoeging aan reserves Totaal reserves Saldo na resultaatbestemming
3.3 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling per 31-12-2011 Inleiding De jaarrekening is opgemaakt met inachtneming van de voorschriften die het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) daarvoor geeft. Beginbalans De jaarrekening van de RWB is de eerste jaarrekening na de oprichting per 1 januari 2011. De beginbalans van de RWB bestaat uit de liquidatiebalansen van de voormalige gemeenschappelijke regelingen welke zijn opgegaan in de RWB. Over de feitelijke liquidatie per regeling heeft eind 2011 / begin 2012 besluitvorming plaatsgevonden. Afwikkeling van de liquidatiesaldi zal in 2012 met de (voormalige) deelnemende gemeenten plaatsvinden. Grondslagen balans Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
48
Materiële vaste activa Materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Materiële vaste activa met economisch nut, zoals bedoeld in artikel 35 van het BBV, worden lineair afgeschreven op basis van de in artikel 9 van de financiële verordening van de Regio West-Brabant opgenomen afschrijvingsperioden. Activa met een verkrijgingsprijs van minder dan € 10.000 zijn niet geactiveerd, uitgezonderd gronden en terreinen. Deze laatstgenoemden worden altijd geactiveerd. Voorraden De voorraden zijn gewaardeerd op verkrijgings- of vervaardigingsprijs, dan wel lagere marktwaarde. Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar. De vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Liguide middelen Liquide middelen zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. Eigen vermogen Eigen vermogen bestaat uit de reserves en het resultaat zoals dat volgt uit de jaarrekening. Reserves zijn gewaardeerd op nominale waarde. Voorzieningen Voorzieningen zijn gewaardeerd op het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies. Kortlopende schulden De kortlopende schulden zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde. Overlopende activa en passiva De overlopende passiva zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde. Eventueel onder aftrek van een voorziening dubieuze debiteuren als deze noodzakelijk wordt geacht. Grondslagen resultaatbepaling De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Verliezen en risico's die hun oorsprong vinden na het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.
3.4 Toelichting balans 3.4.1 Materiële vaste activa De bedragen die in deze paragraaf zijn opgenomen, zijn in overeenstemming met de specificaties van investeringen die zijn opgenomen in de jaarrekening. De materiële vaste activa bestaan uit de onderstaande onderdelen: Economisch nut naar balanscategorie a. Installaties, machines en apparatuur b. Overige materiele vaste activa Totaal
1-1-2011 42 18 60
31-12-2011 3 3
Het verloop van de boekwaarde van investeringen met economisch nut wordt hieronder weergegeven: Boekwaarde
Investeringen
1-1-2011
2011
Desinvesteringen Afschrijving B o e k w a a r d e 2011
2011
a. Installaties, machines en apparatuur
43
40
b. Overige materiele vaste activa
18
18
Totaal
60
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
-
58
31-12-2011 3
-
3
49
Bij de liquidatie van de verschillende regelingen zijn een aantal activa niet mee overgegaan naar het RWB. De waarde van de materiële vaste activa per 31 december 2011 heeft betrekking op een printer. 3.4.2 Voorraden De voorraden zijn als volgt op de balans opgenomen: Voorraden Voorraad S E S Totaal
1-1-2011 17 17
31-12-2011 17 17
De voorraad heeft betrekking op de voorraad routekaarten van het SEZ. 3.4.3 Vorderingen De vorderingen zijn onderverdeeld in vorderingen op openbare lichamen en overige vorderingen: a. Vorderingen op openbare lichamen 1. Vorderingen op publiekrechtelijke lichamen 2. Vorderingen BTW Totaal
1-1-2011 0 -
31-12-2011 3.426 191 3.617
De vorderingen op publiekrechtelijke lichamen bestaan uit vorderingen op voornamelijk gemeenten en nog terug te vorderen BTW van de Belastingdienst. b. Overige vorderingen 1. Debiteuren 2. Debiteuren 2010 verschillende regelingen 3. Rekening courant verhoud, met niet-financiele instell. Totaal
1-1-2011 1.791 1.357 3.148
31-12-2011 159 21138
De overige vorderingen bestaan uit overige debiteuren 2011 en nog openstaande debiteuren 2010 van de afzonderlijke regelingen na liquidatie. Aangezien het grootste deel van de vorderingen betrekking heeft op publiekrechtelijke lichamen is het risico van oninbaarheid beperkt en is dus geen voorziening dubieuze debiteuren gevormd. 3.4.4 Liquide middelen Het saldo van de liquide middelen bestaat uit de volgende componenten:
a. Kassaldi b. Bank- en girosaldi Totaal
1-1-2011 0 6.153 6.153
31-12-2011 0 4.731 4.731
Op de BNG-rekening van de RWB was per 31 december 2011 sprake van een negatief saldo. Daarom is dit saldo aan de passivazijde onder de kortlopende schulden opgenomen. 3.4.5 Overlopende activa De post overlopende activa heeft betrekking op de volgende posten:
Nog te ontvangen bedragen Vooruitbetaalde bedragen Totaal
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
1-1-2011 578 10 588
31-12-2011 908 7 915
50
Het saldo per 31 december 2011 bestaat deels uit nog te ontvangen en vooruitbetaalde bedragen vanuit de afzonderlijke regelingen per 01-01-2011. De grootste post nog te ontvangen bedragen bestaat uit opgenomen verplichtingen voor het huidige boekjaar. 3.4.6 Eigen Vermogen Het in de balans opgenomen eigen vermogen bestaat uit de volgende posten: 1-1-2011 a. Algemene reserves 8 Algemene reserve 8 Totaal algemene reserves b. Bestemmingsreserves Bestemmings reserves Totaal bestemmingsreserves c. Rekeningssaldo Rekeningsaldo 2010 Rekeningsaldo 2011 Totaal rekeningsaldo Totaal reserves
31-12-2011 0 0
2.278 2.278
251 251
62 62
0 -628 628-
2.348
377-
3.4.7 Voorzieningen Bij de RWB zijn geen voorzieningen. 3.4.8 Kortlopende schulden De kortlopende schulden die in de balans zijn opgenomen, kunnen als volgt worden gespecificeerd: 31-12-2011 1-1-2011 77 0 a. Bank- en girosaldi 2.471 2.336 b. Overige schulden 2.548 2.336 Totaal kortlopende schulden Onder de bank- en girosaldi is het negatieve saldo per 31 december 2011 op de BNG-rekening van de RWB opgenomen. Met de BNG is de afspraak gemaakt dat er van oktober 2011 gebruik kan worden gemaakt van een standaard kredietfaciliteit onder de voorwaarde dat er per 31 december 2012 de Gemeenschappelijke regeling is aangepast. Het negatieve saldo per 31 december werd veroorzaakt door een betaling van circa 1 miljoen die vóór die datum moest plaats vinden. De overige schulden bestaan uit de crediteuren die in 2012 nagenoeg volledig aflopen. 3.4.9 Overlopende passiva De specificatie van de post overlopende passiva is als volgt: Nog te betalen bedragen Vooruitontvangen bedragen Vooruitontvangen voorschotbedragen overheidslichamen Overige overlopende passiva Totaal overlopende passiva
1-1-2011 636 2.871 1.775 0 5.282
31-12-2011 743 4.796 1.474 236 7.249
Onder de vooruitontvangen bedragen zijn de opbrengsten die betrekking hebben op de vervoerskosten van het KCV van het 1 kwartaal 2012 opgenomen. Deze opbrengsten zijn aan de activazijde opgenomen onder de debiteuren. e
De vooruitontvangen voorschotbedragen van overheidslichamen betreft diverse subsidieregelingen.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
51
3.4.10 Garantiestelling Bij de RWB is één garantiestelling bekend, dit betreft exploitatiemaatschappij Hans voor een bedrag van € 8.931,12. Dit is onderdeel van het huurcontract van de Corneliusflat (voormalig kantoor SES) en zal eind mei 2012 aflopen, aangezien het huurcontract dan afloopt. 3.4.11 Toelichting reserves en voorzieningen Stille reserves Stille reserves zijn activa (bijvoorbeeld panden in eigendom) die tegen geen of tegen een te lage waarde zijn gewaardeerd en direct verkoopbaar zijn. Het RWB heeft geen stille reserves. 3.4.12 Niet uit de balans blijkende rechten en verplichtingen Bij de bestuurscommissie KCV loopt het vervoerscontract met de vervoerder PZN voor de duur van 2010 tot en met 2013. In totaal gaat het hier om een bedrag van € 90.000.000. Met de gemeente Etten-Leur is voor een periode van 5 jaar een dienstverleningsovereenkomst afgesloten, deze loopt van 2011-2016. De overeenkomst is gesloten voor een bedrag van € 520.000,- per jaar, in de bezuinigingssfeer is deze per 2012 teruggebracht tot een bedrag van € 500.000,- per jaar. Naast de dienstverleningsovereenkomst is ook een huurcontract met het Trivium afgesloten voor een periode van 5 jaar, eveneens van 2011-2016. Hier gaat het om een bedrag van € 105.000,- per jaar (excl.servicekosten a € 22.300,-). De aandelen van NV REWIN zijn met de liquidatie (is onderhanden) van het SES overgeheveld naar de GR RWB. Deze aandelen zijn hadden in 2001 een waarde van € 33.960 in totaal. Vanwege het feit dat deze aandelen niet regelmatig worden verhandeld is een actuele waarde niet bekend.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
52
3.5 Toelichting programmarekening Programma Algemeen Bestuur
-/- € 44.000 Afrekening West-Brabant vergadering
€ 30.000
. Frictiekosten door te schuiven naar 2012 Programma Middelen
-/-€ 84.000 -/- € 145.000
Tekort op coördinatie van de bestuurscommissie middelen en restant tekort op projecten loopbaancentrum. Bij de begroting is uitgegaan van een andere toewijzing van opbrengsten. Programma Sociaal Economische Zaken
-/- € 488.000
Niet in rekening gebrachte programmakosten
-/- € 160.000
Niet geraamde, wel betaalde kosten REAP
-/- € 135.000
Negatieve afrekening Leren en Werken 3
-/- € 74.000
Afboeken 2010-posten
-/- € 85.000
Onvoorzien (oud S E S )
-/- € 34.000
Programma Ruimtelijke ontwkkeling en Wonen
-/- € 116.000
Minder productieve uren doorbelast regioarcheologie
-/- € 20.000
Verhoging loonkosten tov begroting
-/- € 40.000
Verkeerde raming doorbelasting regioarcheologie
-/- € 32.000
Programma Mobiliteit
-/- € 18.000
Hogere interne doorbelasting in verband met hogere loonkosten Programma Duurzaamheid
€151.000 Minder uitbesteedde uren RMD
€ 50.000
Minder uitgaven benodigd Duurzaam Bouwen
€ 25.000
Diverse kleinere verschillen
€ 25.000
De bestuurscommissie duurzaamheid heeft nog een resultaatbestemmingsvoorstel voor een bedrag van € 50.000,-. Dit zijn voor een groot deel zaken doorgeschoven vanuit 2011. Het restant van € 100.000,- is nog niet bestemd. Programma KCV
€17.000
Na onttrekking uit de reserves resteert een bedrag van € 17.000,-. dit dient nog bestemd te worden middels een resultaatbestemmings\oorstel. Programma Zorg, Welzijn en Onderwijs
€0
De ontvangen subsidie is overgeheveld naar 2012, waardoor het boekjaar 2011 op € 0,- sluit.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
53
3.6 Begrotingsrechtmatigheid Overzicht Begrotingsrechtmatigheid (Bedragen zijn x € 1.000)
|
Begroting 2011 (na wijz.)
|
|
Rekening 2011
Totaal
Programma
|
|
Begrotingsafwijking
Totaal
|
|Lastenoverstijging|
Totaal
totaal
Totaa
a s t e n en
totaa!
Totaal
lasten en
totaal
Totaal
l a s t e n en
totaal
Totaal
lasten
baten
baten
lasten
baten
baten
lasten
baten
baten
lasten
baten
1. Algemeen Besliur
304
304
0
428
367
-61
-124
63
-61
-124
0
2. Middelen
779
779
0
1.394
1.394
0
-615
615
0
-615
0
1.054
1.054
0
2.579
2.222
-357
-1.525
1.168
-357
-1.525
0
4. Ruimtelijke ontwikkeling en Wonen
3. Sociaal Economische Zaken
556
556
0
672
555
-117
-116
-1
-117
-116
0
5. Mobiliteit
378
378
0
371
354
-17
7
-24
-17
7
0
1.261
1.261
0
1.014
1.251
237
247
-10
237
247
0
16412
16.411
-1
14.486
14.413
-73
1.926
-1.998
-72
0
150
150
0
88
88
0
62
-62
0
1.926 62
20.894
20.893
ï] -1
21.032
20.644
-138
-249
-387
-138
6. Duurzaamheid 7. Kleinschalig ColleciefVervoer 8. Zorg, Welzijn en Onderwijs Subtotaal programma's
|
Totaal
T o e v o e g i n g en onttrekking reserves
Toevoegingen en ontrekkingen reserves |
Totaal
a s t e n en
lasten
baten
baten
21
20.914
20.914
|
Totaal
totaal
20
-3881
0
asten
Totaal
lasten en
baten
baten
totaa
C 33
asten
Totaa baten
1
0|
[
21.032
20.734
-2981
298)
1
-118
Analyse begrotingsrechtmatigheid Bij de rechtmatigheidcontrole vormt het begrotingscriterium een belangrijk toetsingscriterium. In de toelichting op het Besluit Accountantscontrole Provincies en Gemeenten (BAPG) wordt begrotingsrechtmatigheid omschreven als: 'Financiële beheershandelingen, die ten grondslag liggen aan de baten en lasten, alsmede de balansposten, dienen tot stand te zijn gekomen binnen de grenzen van de geautoriseerde begroting en hiermee samenhangende programma's (begrotingscriterium). In de begroting zijn de maxima voor de lasten vermeld die door de raad zijn vastgesteld. Dit houdt in dat de financiële beheershandelingen dienen te passen binnen de begroting, waarbij het juiste programma, de toereikendheid van het begrotingsbedrag, evenals het begrotingsjaar van belang zijn.' Er zijn een aantal verschillende begrotingsoverschrijdingen te onderscheiden. Bij de toetsing van begrotingsafwijkingen kunnen, volgens het Platform Rechtmatigheid Provincies en Gemeenten (PRPG), tenminste de volgende 'soorten' begrotingsafwijkingen worden onderkend : 1
1
Bron:
Kadernota Rechtmatigheid 2010, Platform Rechtmatigheid Provincies en Gemeenten (PRPG).
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
54
Omschrijving
Rechtmatig althans telt niet mee voor het oordeel
1. Kostenoverschrijdingen die geheel of grotendeels worden gecompenseerd door direct gerelateerde opbrengsten. 2. Kostenoverschrijdingen bij open einde (subsidieregelingen. 3. Kostenoverschrijdingen die worden gecompenseerd door extra inkomsten die niet direct gerelateerd zijn. 4. Kostenoverschrijdingen die passen binnen het bestaande beleid, maar die niet tijdig konden worden gesignaleerd. 5. Kostenoverschrijdingen die passen binnen het bestaande beleid, maar waarbij de accountant ondubbelzinnig vaststelt dat die ten onrechte niet tijdig zijn gesignaleerd. 6. Kostenoverschrijdingen inzake activiteiten die niet passen binnen het bestaande beleid en waarvoor tegen beter weten in geen 7. voorstel tot begrotingswijziging is ingediend. 8. Kostenoverschrijdingen inzake activiteiten welke achteraf als onrechtmatig moeten worden beschouwd omdat dit bijvoorbeeld bij nader onderzoek van de subsidieverstrekker, belastingdienst of een toezichthouder blijkt. 7.a Geconstateerd tijdens verantwoordingsjaar: 7.b Geconstateerd na verantwoordingsjaar: 9. Kostenoverschrijdingen op activeerbare activiteiten waarvan de gevolgen voornamelijk zichtbaar worden via hogere afschrijvings- en financieringslasten in het jaar zelf of pas in de volgende jaren. 8.a Jaar van investeren: 8.b Afschrijvings- en financieringslasten in latere jaren:
*
Onrechtmatig en telt mee voor het oordeel
* * * *
*
*
*
*
*
In de volgende tabel is per programma de lastenoverschrijding ten opzichte van de begroting per 'soort' begrotingsafwijking weergegeven. De toelichting per 'soort' begrotingsafwijking is hiervoor weergegeven. Aangezien een lastenoverschrijding op programmaniveau een saldo is van meerdere programmaonderdelen, is het mogelijk dat de nadere uitsplitsing van de overschrijdingen kan leiden tot een hoger bedrag aan overschrijdingen dan het saldo op het programma. Op bepaalde programmaonderdelen zijn ook lagere lasten dan begroot gerealiseerd. Deze zijn in het kader van de beoordeling van de begrotingsrechtmatigheid buiten beschouwing gelaten tenzij deze relevant zijn voor de beoordeling.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
55
Analyse overschrijdingen rechtmatig of onrechtmatig
(Bedragen zijn x € 1.000)
Lasten-
Rechtmatig althans telt niet mee
Onrechtmatig en telt mee
overschrijding
voor het oordeel
voor het oordeel
Programma
5b.
1. Algemeen Bestuur 2. Middelen
3.
5.
6.
5a. 6a.
3.
5.
6.
5a. 6a.
3.
5.
6.
5a. 6a.
615
3. Sociaal Economische Zaken
1.525
4. Ruimtelijke ontwikkeling en Wanen
116
5. Mobiliteit
-
6. Duurzaamheid
-
7. Kleinschalig Collectief Vervoer
-
8. Zorg, Welzijn en Onderwijs
-
Subtotaal programma's Onttrekkingen aan reserves
6b.
124
] [
2.380 1 £ 4 TOTAAL LASTEN
5b.
Toevoegingen reserves
6b.
20-
Resultaat na bestemming
2.360 1 f j
] [
20-
Integenstellingtotde programma's zijn de begrotingsafwijkingen met betrekkingtotde ontdekkingen aan de reserves eveneens op hun rechtmatigheid beoordeeld Onttrekkingen aan de reserves
4 TOTAAL BATEN
Ontdekkingen aan reserves
Programma 1. Algemeen bestuur
3
5b.
L_
69
6b.
J c
Lastenoverschrijding € 124.000
Kostenoverschrijdingen die geheel of grotendeels worden gecompenseerd door direct gerelateerde opbrengsten Kostenoverschrijdingen die passen binnen het bestaande beleid Programma 1 is als soort van sluitpost gebruikt bij de afwikkeling van de posten uit de jaarrekeningen 2010 van de oude regelingen. De inschatting is gemaakt per balanspost of de opbrengsten nog te verwachten waren of nog rekening gehouden moest worden met nog te betalen- posten. Gedurende net jaar zijn deze posten afgelopen maar niet tot het bedrag van € 0,-. Afspraak is dat deze kosten nu genomen worden op dit programma en eventuele nabetalingen ook ten gunste van dit programma worden gebracht. Deze lasten passen binnen het bestaande beleid, voor zover aanwezig en worden deels gecompenseerd door opbrengsten die ten gunste gebracht worden van dit programma. Programma 2. Middelen
Lastenoverschrijding € 615.000
Kostenoverschrijdingen die geheel of grotendeels worden gecompenseerd door direct gerelateerde opbrengsten Kostenoverschrijdingen bij open einde (subsidie)regelingen Bij de projecten van het loopbaancentrum zijn meerkosten gemaakt ten opzichte van de begroting. Deze meerkosten worden deels opgevangen door opbrengsten middels het versturen van verkoopfacturen (direct gerelateerde opbrengsten). Anderzijds staat hier een 'nog te ontvangen'-post tegenover van de gemeenten. Zij hebben zich gecommitteerd aan het tekort tot € 200.000,- van het loopbaancentrum (open einde regeling). Een bijzonder project van het Ibc is dit jaar Flex West-Brabant. In 2011 is hiermee begonnen waardoor veel initiële kosten gemaakt zijn. Ook hiervoor staan de gemeenten garant (a € 356.000,-) (open einde regeling). Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
56
Programma 3. Sociaal Economische zaken
Lastenoverschrijding € 1.525.000
Kostenoverschrijdingen die geheel of grotendeels worden gecompenseerd door direct gerelateerde opbrengsten Kostenoverschrijdingen bij open einde (subsidie)regelingen Bij de bestuurscommissie Sociaal Economische Zaken zijn voor het grootste deel meerkosten gemaakt dan geraamd maar hier staan direct gerelateerde inkomsten tegenover. De meeste subsidieregelingen vallen onder deze bestuurscommissie en de meeste hiervan hebben een open einde regeling en lopen daarmee over naar balansposten. Programma 4. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen
Lastenoverschrijding € 116.000
Kostenoverschrijdingen die passen binnen het bestaande beleid Door langdurig ziekte bij een van de regioarcheologen zijn minder productieve uren gemaakt dan geraamd. Deze uren worden doorbelast naar de gemeente waar deze uren voor gemaakt zijn. Bij de begroting was rekening gehouden met een plussaldo op dit product maar door het lager aantal uren en hogere loonkosten sluit het programma negatief. Conclusie Op basis van voorgaande analyse zijn geen begrotingsonrechtmatigheden geconstateerd.
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
57
3.7 Gemeentelijke bijdragen De bijdragen van gemeenten aan de RWB zijn in twee soorten te splitsen; apparaatskosten en programmakosten. De eerste betreft de algemene kosten voor de RWB, de factuur die aan het begin van het jaar aan de gemeenten verstuurd wordt. Apparaatskosten Begroting 2011
Rekening 2011
Aalburg
€
53.680
€
53.680
Alphen-Chaam
€
41.911 €
41.911
Baarle-Nassau
€
32.265
€
32.265
Bergen op Zoom
€
251.794
€
251.794
Breda
€
824.248
€
824.248
Drimmelen
€
108.298
€
108.298
Etten-Leur
€
172.751 €
172.751
Geertruidenberg
€
87.294
€
87.294
Halderberge
€
92.359
€
92.359
Moerdijk
€
152.632
€
152.632
Oosterhout
€
258.148
€
258.148
Roosendaal Rucphen
€
263.247
€
263.247
€
74.529
€
74.529
Steenbergen
€
74.812
€
74.812
Tholen
€
48.000
€
48.000
Werkendam
€
107.783
€
107.783
Woudrichem
€
60.534
€
60.534
Woensd recht
€
73.745
€
Zundert
€
86.244
€
73.745 86.244
€
2.864.274 €
2.864.274
De programmakosten zijn niet per gemeente te achterhalen, daarom is het vergelijk per programma gemaakt. Programmakosten Begroting 2011 -
Rekening 2011 €
25.244
€
33.032 €
401.188
Economische Zaken
€
160.500 €
30.224
Ruimtelijke ontwikkeling en wonen
€
192.500 €
159.445
Mobiliteit
€
-
Duurzaamheid
€
350.000 €
577.717
Kleinschalig Collectief Vervoer
€
10.431.500 €
8.950.845
Zorg, Welzijn en Onderwijs
€
Algemeen Bestuur
€
Middelen
€
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
€
-
-
11.167.532 €
10.144.663
58
3.8 Frictiekostenoverzicht Voor 2011 en 2012 heeft de RWB de efficiencykorting mogen gebruiken om de frictiekosten te dekken. In onderstaand overzicht wordt inzicht gegeven in het verbruik hiervan. Boekjaar 2011 Budget Budget TOTAAL BUDGET 2011 en 2012 voorgefinancierd door Breda voorgefinancierd door Breda voorgefinancierd door Breda TOTAAL
Bedrag Toelichting € 252.445 Bron: begroting 2011 29-3-2011 € 250.000 Begroting 2012 € 502.445 € € € €
kosten in rekening gebracht 2011 €
306.747 Inhuur Fred Schriever 2009 - mrt 2011 3.650 Doorbelaste werkzaamheden IDV 2.675 Declaratie adviseur 212-verordening 313.072 250.000 Factuur Breda voorfinanciering
kosten in 2011 kosten in 2011 kosten in 2011 kosten in 2011 kosten in 2011 TOTAAL
€
€
2.942 26.933 5.692 27.091 23.976 86.634
TOTAAL KOSTEN 2011
€
336.634
BUDGET 2011
€
252.445
doorschuiven kosten naar 2012
€
84.189
€ € € €
Wzh Deloitte oprichting GR Wzh extern adviseur Diverse verhuiskosten herinrichting kantoor Trivium overige kosten
In 2011 hebben we meer frictiekosten gemaakt dan het budget wat hiervoor stond. Zo hebben we een factuur van de gemeente Breda ontvangen voor de door hen voorgefinancierde kosten (met name kosten voor de projectleider). Daarnaast heeft de RWB zelf nog kosten gemaakt voor het opstellen van verordeningen en dergelijke, de herinrichting van het kantoor en allerhande kosten als verhuisberichten. De meerkosten a € 84.189,- zijn geboekt op Programma Algemeen Bestuur, wat hierdoor een negatief saldo krijgt. Bij de resultaatbestemming wordt daarom voorgesteld deze kosten door te schuiven naar 2012 waar het budget voor aanwezig is. Om u inzicht te geven in het verdere verloop van de frictiekosten is onderstaand overzicht bijgevoegd. Het budget voor 2012 is bijna geheel verbruikt. Naast onderstaande posten worden geen (grote) uitgaven meer verwacht. Boekjaar 2012 Budget
€
250.000 Begroting 2012
Doorgeschoven kosten 2011 Nog te betalen Nog te betalen
€
84.189 79.500 Frictiekosten bestuurscommissie Duurzaamheid 80.572 2e termijnbetaling voorfinanciering Breda 244.261
€ € €
NOG BESCHIKBAAR
€
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
5.739
59
3.9 Bijlagen met verantwoordingsinformatie over specifieke uitkeringen (SiSa).
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
60
0)
CD (V CO
CM
CO
CM CO
ON •«C CMCMCMCOCN CM CM
4.
Bijlagen
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
Jaarstukken 2011 GR Regio West-Brabant
* Ui <M
fe fff
f5 °
ï
Cc £O f/i ^ — ^-
5?
5?
O)
2 ü <£>.
«?
s CM
ci
>
co 5
< UJ
0) O) IQ
3 CD Z UJ
c <"
O)
9
te. =} UJ
> O
n E E 2 O) S 0.
> LU
s 4>
I-
o O O or o. LU N
C E O
o o
i ? $
O
° 9- "E r- O »r
E <9 E%
« 8*«0> 5
CL
!
c ro
n
co I
"55
o O)
Cd Cd
O
O CM c
ro ro
c ro
XI ro CÜ i C OO O) CU Cd Cd
O
O CM c
3 ro ro
£ E 2 O) S n.
a> C
0)
« .O C
a>
a
(A O
I °£ » c« u*-
1? s
sis.
E ó »
•E C 0 flj
E
<
ra O
c
<
a. o O
CXN CXM CXM CXM CXM CXM CXM CXM
ro ra
c
g * is Iroo «
i f 51
a
&
Cu
P
Ö
•o
O
*
(3
f
S
Ö
et
o:
co
g
5
oudrichem
o
l i
Q S ra
g
indert
E
oensdrech
O
ja, >1,5x soc.min.
ra ra
erkendam
o
ja (600 strippen)
o
ja, >1,5 x soc.min.
j
va. 80 jaar (ipv75jaar)
verbod verh.klantkritischer vervallen aut. Invoering scoot in bijdrage soc. Indicatie- verstr. WmoWmo* taxi beg. stelling pas agv leeftijd contract
o
f
eenbergen
ja (600 strippen)
5 E w
O
ra
icphen
1
ja,>1,5 norm ink.
Inkomenstoets
ra ra ra
msendaal
w
>s terhout
-ï 03 c8 t-9 or
ro
DerdIJk
w CD
W C cD
£ — + UJ
ilderberge
>
< £
lertruidenc
ro
0
ten-Leur
o>
ra
Orlmmelen
V W
D
irgen op Zc
E 0)
larle-Nassi
i Iburg
c a>
ra ra ra TO
ra
S5 ü -?
|8
co »
z 3
"E E 0 a>
0) > •g u-
°.€
•O k s 5 •I ju CD ~ N » 1 N 3ff
c a>
at %
a>
a 5
e s
c+
« T3 C
-O
N
sp vO vO «v° o 0 - •v£ ^P vO NP s? NP 3 - 0 - 0" 0 3* 3- 3 0- 0- 3- 3- 0 er < r > 0 CO LO 00 TT T —LO CN TT to ^— h- T — CO t C r*M L O C M C O C M 00 1— ^ — 1 i T CM CM ST > 0 O i i i 1 i i s
s
s
2 -
s
s
s
s
s
—
1
s
s
s
s
s
s
^?
s
•
B2
1
R20
N
0"
i>O T— O ^O — C ^— o o i CM 1 •ö CM 01
Ol M tv tv o IV
C CM O 00 Ol < 00 O O CM oi O 1— o> o> ^» v~ co O ^ V- Ol Ol oi Ol II Q£
index
^>
OOOOOO O OO OOOOO
o
O
O OOO OOO OOOOO O
o
O
OOOO OOOO
e
O O T~
O
CM O
IV O
M•t- O T~ CO IV C O LO 03 CMC Ol Ol O O Ol Ol O VT~ Ol Ol o>
0 O 00 M- •st 0 Ol C Ol Ol Ol O
LO LO IV Ol 00 O >o CO CMco O CO io CO •<* *~ IO co O CMCD CO O O O O co Ol Ol Ol O •~ Ol 00 Ol
co CM CM CM 00 CO O 00 en co co |v tv IO en e IO co Ol 00 O 00 O Ol > C O co CN Ol O •O co CM IO T- o I-; O O CM CO |v T C M I O tv T en •* rv co en T— |v p IO cd 09 cd •d |v •>* CM rv en
c 2
-
(A W
12 o
OOOo O OO Oo O O IO «O O O iv Iv Iv' O CO ö ^ — CO O
0)
> e
0)
OOOOO OOOOOOOO OOOO OOOO LO O O O O LO O O OOq O OO O CM q OO q O CM' CO co <ö CO CO ^ CM CM CO CO CM rv' CN CM IV CO ö co IV O
OO O O Oq cb 0—0 T V"
E 3 LO ai LO o CO a |v •* O 00 LO CM CM o CM > co o> oo O CO CO CM LO T~ It) IO T— 1 0 0 0 CO CM O |v O) |v a > |v CM CM |v 03 Tt O Iv T- T— oo 03 T— |v O) Ol O) 00 00 q •T d CO |v c b CM CM CO ó LO rai 0 0 ^ CM CO CM co tv ^— CM CM CN O) O ^~ co Tco T
O >
o> o
-
>
co co |v O CO CM Ol CM |v CM 01 c o co O co CO TT CM CO 00 CM 1— o Ol r- fv IO Ol Ol Ol |v CM oo co Too CO m co c |v m CM O c o o o c o O o q Ol co CM co T— cb |v' o> 1^ CM |v ib •V ö CM ib LO ö LO CM ó CM ö CN cb CM ai cb si cd CM c o c o c o 1|v O Ol Ol co CO
LO CM
O)
05
T
JÉ
1
-
CO CN Ol O co O) O •CM ; CM O CM TT CN ib |v' CN 00 cb cb co CO O |v tv O Ol Ol T— co
c O co ©
T—
2 c 2 a S .91
^
±J
ut CO
co E E
5 CD O
I Ui
c ai
1
c O
$
O
S> £ i II
m
> O)
a
<ü
1 è OL
O
% O
k. 2> c co O l_ a> E 0. I
_
10
5
To
(v.
c
Sv
>
O
r--
^8
V
T— — v > T- ir OO i
O
O C CM CM C *s m
*S" CM CM ca T* CC Ol II ca CN O O ca O O cc. CM c CC & CA •MO O t~ | R200
•»
CM T— 1 i
1 ^—
O
^p CM
O) c o CM Ol CO LO 00 Ol O) Ol Ol
^p %p CM CO s~ Ol Ol 1 CO 1 i NP
^P
o**
oo
CO CO 00 CM T— T— 1 i i i
tv CO 00 oo O)
^— ^— 1
IO 00
CM
Ol O
NP
O 00
CO
NP
NP
1
1
o ~LO
CM
O Ol Ol Ol ^—
T—
OOOOOOOOOOOOOOOO O O OOOOOOOOOOOOOOOO O O c o CO •<J- CO 00 O V- oi Ol Ol ^ O
00
co o Ol O rv CN co •t Ol O O Ol Ol Ol
CN
Ol 00
•O CN
CO Ol O) O O oo *~
•<J00
o> 00 rv rv c rvo Ol 00 O) Ol oo
LO CO CM rv O Ol O rv ^—• Ol
co |v T|v co IO O co O co co co LO CN O T- co Tco TCM O co 03 rv LO O rv co Ol e IO T- O T- IO co LO T e n CO co T- «CM CO CM•o co co co co co co co co p en T- Tt 9 cb cb oi ib rv cb o es rv tv' oi CN ca' TT cb Tf T•* N en co co ci O Ol o co C O Ol C M rv MP CS MP MP MP co co Tt co co C CO MP co o o C N CM e Cn MCN O co co O Ol (O GC CN (IP up up up MP MP MP MP up up up up MP up o' -
MP 01 CM co CM O iv — 00 L l CM O rv O 00 LO L O Ol 00 tv CM co 00 O CO Ol rv co CO LO Ol CM ~ CM LO 00 co CO 00 00 CM CO v — co •<)Ol tv O rv rv LO ^ rv' > iv' cb rv •t' rv' IO o ei O c b o oi Ö CO ib cb — CM CN CN CM CM rv CM rv tv — •CO CM CM OV- CN o CN r MO- ^— MP Ol rv co co co rv q MP MP c o co O c o CN CM' MP MP MP MP Ijy cb 14P MP MP MP MP MP en Mp MP MP M P MP 00 CO
rv rv o> o °ï
CM CO O Iv 10 00 TT-
MP
up
|
R201
oo LO Ol CO Ol CN |v iv rv Ol CN co tv co o> O O Tt L o OO o co CM c oO ) c o O TT r-O rv Ol T— Ol co co CM ai 1- co |v 00 Ol 00 LO Ol Ol CO T— 00 o eb TT ai ai ö oi rv ai L O c b L O L O oi c b 00 00 o O o CO o LO T- c |vo c LO LO c Oo CM CM (v MP Ol c co o o CM iv co oo CN u MP cb uu M MP u P MP MP LO MP p MP MP MP MP MP MP MP up
R2009
O O
co Ol
co LO co CO iv co CO O) CM LO o o LO rv co CM |v nO) •sr .— T— Tf ^— O T— CM CM LO rv O co T— O 00 -
CO
(v in ^-i tn 00
ai en CM IO Tt TT-
co o> ca oi MP
co co CM •<»•
LO
Ö MP LO o Oo CM LO
Ol oi MP
kLO
o CO
| R2008
MP CN O c o , - co CM CM 00 Ol LO co •* CM CM rv CO |v ) o CO co T— O (v CD LO 00 oo CO ^—00 LO Ol 00 LO o> 00 CO O O O CN CN CM Ol TT Ol •>» CM O L O rv rv c o Ol p Tcb r-^ CO ^ cb cb T— ai 00 cb CD LO oo' cb rv' CN CN cb LO 00 CN oi o co 00 00 (v rv a> CN Ol CM CD oo CD •
T-
cLOo tv' oo LO
oi
|
MP
"1 co j.p
E
O
1
O E
1
o
OO O o <j
?
1
O &
KL'
IO it.
:=?
E? co "E ja XI co O 3öl So O. ccao P ê at o CC co o 3 5 m m m a s O X sO O cc 1
É %
: -V
inclè' NB rovl ncle NB
E
O
Wou
O
O
180
1c
O
Bn-Chaa le-Nassi en op Zöo red rimmeleni-Leür-V eeitruidenb aiderberge
JC
e » O E'
'achtgev
a>
11:
O
erhoutsandaal >hen-W nbergen :endam • hsdréch'1
o o
O
'•e •s -> c 0.2
CO
a
1
a t=
m•
co Ol
oi
4-1 CD C
c CD
n
co i
co
1 R200
indexc ijfer ka
oo O co 1
T— 1
iS o
i
co
cu Oi co
g 'o> CD
or or
o
O CN c
Q) 3 CO CO
-7 "c o CO*r CMrv OSCOcn CM co C0 co |v cc cn rv UI Ul u>C Or/ n in o co O 0 5> COrv ui g ahCO cn cn in rv co C 0O 0O 00C CO O|v U>cCM co cCM UI 0 CM O *f «si " oi CMOSCÓoi CÓC O c n d oi ui cd r~ rv wi rv ~r £ 8T « O o ro C O C M u > C M c n O C M 0 0 O C M o rv rv *00 cn T/ COCOCO•o COen CMCNco CM co •? T T •> CM IV
-
3 i f l
Ul CO |v CMCO Ol CD T.- 00
00 CM
-
Iv Ol Ol IV CMOl CD 00 COco CDCO tv C rv Ol Ol c o C O n cn O CDC Tr-N 00 Iv O "I rv 00 CM cn r^ d oi dco dcn cIV OD O d oi co cn |v d CO CO ^ CO cn iv r
8 TcO O <> Ol £. £ k> • ? to cn C O r- r~ O 00 o cn cn UI co O CDco cn CM 0 OcCO nO o oI i/l t0 C CO O•f «0 o> C •n o cn coo O |v C cO n cU p cCoD cinn cn c d rv d COd CMcri 't ui * CMei d oi t T d aSo O c o a o O O Ol 0 0 O C M O » — COcn ^ CO m 00 Ol CMT co o cn CO CM d o c
CO CM CO CM
CO
3
CO
CO CO CM
CO
CM CO
CD
CD
CM
CD
-
CM CO
IV
-
1
3
5
CMT- C Dcn Ol CD CD cn Ol O CO00 CMCOUI l CD |v |v cn CO cn cn Ol cn CM CD 00 CMco CD Ol C 00 CO MC CO OL CO O IV cn 01CM O CMT-* 01CD CDO COCD O co oi CN CMrCMCO i*^ v—' co 3 t- C O Ol C MOl COcn o O CN C D00 Iv CM CO co IV O oM > Ol C 00 00 Ol cn COO ^~ a e C O C O C O ri^~ O CN O C O CD DO C O C O C D • < r c n O C N U I 01CMCOIV co O COC O d d d Iv li CO CMCO CO IV IV d d rv d IV d CMCD CM CMCD i 8 o> co CD O IV COoo COrv CO O C OOl C MOl DCNrv oM > •
|KorU
CD Ct LO c a
^*
1
M"
= 8
,—
M-
COCN COOl CDcn Ol |v C O CN•* co co TT ocn oo co cn i ui O CO 00 TTT CMCN oOl co TT CO C D cCo IO tv C O Ol c n CO00 d od C CM Mciv'o cn Ol d Iv d CÓ d d CD CN oi cri oi cri C O IV Ol oo COCO CMcn |v E T3CMCMCO |v C D C O C M Ol |v TT UJ £ Ol oi ' O
^-
13
k CD CO IV CD o r~ *t CM m 00 CM tv C Oh- 01cn O |v O rvp pOl CD co COrv Ol C COccn n COC MCO cOn cn oq C MU CMI C co < 00 M C O C O D co ui T- d d oi oi 1 3i CO |v CMCOd IV cri CM^ < CO O • rv 00 L D CO OÏ C N cOo oO C o C • CD Ol iv 00 00 3 TJ CMCMCMCO o O CO Ol 01 s
S
CO CD |v F COIv , - hv cn COD Ol cn CMo> 00 CNCNCMco cn Ol 00 cn O cOl n Ol oo COO O •«r c•< o |v s OCOO CO CMccsin COC D c n Ol ai C D nr cdo cOl r- -< N CO CMd <6 •V d cri r^ ui dO d r CO dIv € 5CMCCON C OC r— * Ol O) o CNCOOl O CO C 0N 1CNC coN COOl co *c—n o cn
$.8
'•
S I
M-
v to
%
2
oi
^•
M-
•<»
I !
Ü C Oo> CD O o CO CO O co Ol T- O CDcn co 8. •->cri CO COCO*co" co" t~ co" co" •*" •f" d d CO i'.' • Tai Go IV COOl ai CO Ol CNrv IV CO Ol Ol co Iv co CD CO CMCO rv IV cn COCN cn c E 00 COC O Occo Oco COCO IV C D CO oo d |v O CO-s" M-
•
M"
a
C DCMCMT- CN ^r CO CO O cn cn 01co • UI oco ui IV O O CMCOIV IV do a C M c n d oi o Iv' d d cri d •*r rv rv d cn *Et £°fiCD COrv.CD CCONIVCOCOCCM 00 OCMCOCD Ol CNCN CMco o CO > Ö O O ru O o O OO o O > + o O f» > E o 0 0 o O e < o O CO 0CM O a01 cc1 sz m v <0 Q. c f c 01i "5 fö E ü E | z i CO in ^ cv JZ cn 1 o Tco3 co5 •oca Tl 01tr 'oai c zCO O "5C5O a "O 01 0 O O C CO E _i £a> € c01 c n< c: c c c cv ctfl cv "O 01'5 0 1 •e tfl a> "D & c c v ai 0) O na. CV-£ $ 01"C 01 & E " D O a > Ü g 0 1 Q 01 o 5 c C i i c 1 o ce. CO Oca m UJ O Xn N CC S O Q. 10 3 m Realisatie
a
2011
c
Is
•M-
t_
CN
•O CM H> CÖ «?
•O
£|j e
8
• f
to O co O
U 3 C D LO
i!
C M O C M)
C CM O CM CM ó
SS
rr-
LO O) CM
1
o co
5S
co
iri in
31 CM co
co
C
CM
co CO
k_ OQ i -*—• co g O)
r-.
c oo CM c n c co o
a>
co £ ja
ijer O O CN c
co C OM)
3 O
cc co
co lo> |CM l"v
I
Ico
O 0) m
'•S ^
O
d
O O
co TT
c o c o CM
C M co LO oS r-> o co
s
+
> w
I
m z
E
ü
2.
0)
co LO
co T3
CD
CD p
+ > 00
O
E
co
m z
co s c '5 O
"
m
CO
4->
:0J
ro
fM
tü 00
0
co co co I co
Oj
1/1
cu
O rsi
O)
or or
QJ
QJ
CN CD CO
to
co co
ro
LU
0J
ro
0J co ro
1 co
os LO
CN
CN
c3s
L/l
LO
0s
LO
CSV
LO
CN
CN
LO
ro
ro
Woensdrecht - Wmo
E cp c
o
ca "O 3 •o
O
•e
N
c
o
[Werkendam - Wmo
|Steenbergen - Wmo
o
i O S •o O c 0)
»
1.084.555| | 3.716.344|
331.9911
298.622|
93.789| |
90.020| |
116.349|
27.155) |
-136.548| | -190.5611| -50.4951| -59.56111 -62.561| [
921 414||
| 1.274.912| | 325.489| | 406.382] | 433.602| |
|
|
|
|
274.082| | 294.272| |
-59.0681| -74.2641 | -79.405| [
1.522| | 1.524] | 2.637| |
825.960| | 121.667|
|
-583.739|
1.409.7001|
|
| 15.976.935| |-2.989.603|
co"
270.8631
| -2.413.245| | 10.574.087| 365.000| | -32.8961 | 10.906.192| |
74.910|
1.353) 4.5041
2.756|
3.5411
3.3711
2.858]
10.786|
7.729|
6.5721
82.7061 |
769.9321 |
342.6831 |
106.056| 1
223.530| |
302.966) [
281.476| |
224.4051|
895.0691|
644.5651 |
504.000] [
4.137|
4.499|
342.304| [ 325.233] [
8.209]
5.797|
34.414|
8.6971
1.615|
1.225|
1.1841
650.6581 [
416.580| |
2.909.1271 |
680.267] [
bijkomende BTW-kosten
947.6271 |
101.259| [
|
-1.165] | 769.932|
|
7.503| | 336.3461 |
-90.994| |
2.369| |
-79.5711 |
-405.152| | -101.535|
504.542| 1.276.618| |
|
-3381 |
|
-1.022| | 5.136| \ -27.343| [
1.027| [
151 485||
CN co"
216.849|
-58.238| [
2.676| [
-48.6911| -23.9111|
321.102) |
|
7.704] |
-863| |
8.257| \
-688| [
-1.0411 |
7.998| [ 9.382| f
-3.6201 |
27.586| |
|
217.448| [
871 103| |
-229.096| |
15.8481 |
-2.6541 |
627.957| |
-164.824| |
7.915| |
19.2621 f
-1.255) [ -1.999] |
10.420| [
316.0681 [
492.998) j 13.000| j
-85.148| [ -133.322| |
-1.056| [
7.5051 [
3.342| [
335.8551 [
-91.787| [
2.3211 [
14.776) f -2.186] f
6.5011 |
638.067| |
-172.549| |
7.130| |
-9.9751 | -1.259] |
9.449| |
408.3911 |
3.5541 |
23.439| j
131.3381 [
107.8891 |
-3621 | -3511 | -2.776| [
100.486| [
-285| !
2.857.420| S 61.682| |
-766.9961 | -112.415| |
30.086| |
659.604] [
-179.589| I
10.277] |
Korting klantreg.
2.383| r
co_
co"
| Totaal
| Provincie NB-VR
74.4661
101.5311
22.793] |
34.9621
94.957|
20.4261 |
7.907] |
75.5271
18.9641 |
16.817| |
292.9321
95.169| |
-73.0811 | -116.108| |
470.956| [
504.798| [
| 735.927| |
-79.477| |
948.509| |
|
|
-145.022| |
619 660||
|
|
-607.989| | -102.408| |
| 4.202.319| |
129.3061 |
-35.488| j
1.198| j
3.359|
4.492| [
kosten
Buraau
"O f" •
TT
|Provincie NB - SV
|Zundert-Wrno
[Woudrichem - Wmo
210.751|
66.749| |
o co co_ •er" co" co" TT" TT" •»"
CN
|Rucphen - Wmo
|Roosendaal-Wmo
[Oosterhout-Wmo
108 874|
170.4721
32.206| |
39.595| |
117.3631
64.488| |
27.190| |
220.6291
37.774] |
-153.6411 |
982.557| |
|
CD O) co o o co * co o t" in" co" co" co" co" co"
[Moerdijk-Wrno
Halderberge-Wmo
[Geertruidenberg - Wmo
[Etten-Leur-Wmo
980.763|
143.739|
325.302] |
229.6311
76.2711 |
-28.524| |
192.1211 |
|
104.892| |
-27.0121 [
CO f r-
Breda - Wmo
1
45.377|
-21.647|
152.807|
i i
|
96.2791 [
co co
iDrimmelen - Wmo
s
8.082] |
c
34.5391
—r-25.7061 [
*\ [
ja
7.0921 |
-20.918|
o
142.038|
H
|
ja
32.8691
Klant o'lj
6.7661 |
Strippen
303.4281
| -2.354.000| j 12.401.346| [365.000| | -33.000| | 12.733.3471 | • «
Bergen op Zoom - Wmo
I
*
Iperrit".
| 17.844.9921 | -3.089.6461
*t
Baarle-Nassau - Wmo
1.181.000| 14.172.563|
82.0711
|
|
111.097|
1.149.724| 121.667|
819.548|
819.548| |
4.750|
421.7961 | 1.271.3911 |
1.094|
3 222|
113.2351|
\\
Alphen-Chaam - Wmo
-673.8791
-I-zul [
-315| |
-1.030) |
7.7171 11.0811
737.4781 1 1.084.0731 |
3.324|
7.199|
679.177| |
331.733| [ 324.1711|
3.504]
3.087|
3.584|
344.8911[ 320.356| [
3.118|
7.940|
316.0381[
4.890|
732.563| |
274.0871 |
10.330| 31.873|
937.2831|
1.3011
127.184| [ 3.230.3011[ 428.1651|
1.164|
119.4501|
-2 m
.Aalburg - Wmo
-467.84Ö" | -108.4701
1.395.8581 1.823.6031 [
|
430.348|
116.000| |
|
330.3311
100.000] |
7.503| r
415.508|
-94.923|
co
2011
Realisatie
iTotaal
Provincie NB-VR
TT
Provincie NB - SV
LO IO -83.908| |
2.9661
591.373|
|
137.582|
31 000||
5.136| I
108.414| |
-23.499| |
1.3311 |
-19.322| [
149.904| |
|
34.059|
7.500| |
7.7041 |
317.497| |
-71.725) |
2 929] |
-56.915| |
443.209| |
9.382|
323.0611 |
-73.530| |
3.547| |
|
103.958|
23.000| |
-846] [
8.257| [
308.627| |
-69.4631 | -710 |
-1.052| |
7.998| |
267.1411 |
-61.210| [
-2.824] |
-1.969| |
1.729|
-58.732| |
-1.226| | -2.145) |
2.208| |
451 776| |
-236.285|
|
106.5751
23.000| |
Tf"
Werkendam - Wmo
721.040|
-162.260|
8.549| 12.770|
-54.535| |
21.000| |
-195.767| |
1.479.2911 -55.093| |
88.718|
100.680|
22.500| |
-136.334| j
1.011.086) 381 158| |
668.146| |
-150.898| [
8.1411 |
430.975| |
19.262) f 27.586| \
311.163| |
-70.952| |
3.633| j
|
13.000| |
338.357| |
-76.487| |
|
7.505|
719.932| |
co r- io_ co" co" co"
co" co"
Steenbergen-Wmo
-971 [ 10.420| P-1.228] |
-3.523] [
9.449| [ 14.776| |
419.941] [
-96.517| [ -164.746| i
3.855| 7.161| | 3.394| |
•*"
342.4711
|
61.6821 \
-713.230|
co_
235.179|
-127.188| |
938.0911 |
|
916.860| | 23.439| 3.178.544] |
-209.747|
8.443| 35.025|
CO CNoco"> co
72.000|
47.000| [
-61.9111 |
440.3941 |
|
-3.016| |
2.383| [
125.1611 [
-28.553| [
1.370| -9.925] |
-3601 |
3.359| |
116.4511 |
-25.689| l
1.0811
120.429| |
226.2861
306.507|
284.848]
227.2631
905.8561
652.2941
510.572|
329.3691
346.803]
658.866]
422.3771
2.943.5421
688.964]
132.953]
109.114|
101.670|
fW-kosten)
is ten (lncl.|
3.036.7751
1.382.488]
901.619|
426.5461
114.329|
327.3921
335.057]
319.1561
277.174]
1.095.154)
745.1951
686.3761
323.8601
348.475]
740.5031
433.054]
3.262.1731
947.6131
128.4851
120.615|
121.510|
rw-kosten)
-284| | -360| |
4.492|
116.2211 |
1
asten (incl.|
Korting | Lasten per | bijkomende
Bureau koeten** klantreg. ovh (ex BTW) BTW-kosten
-24.2861 [
•V
107.000|
218.712|
26.000] |
-63.320| |
474.7711 |
|
Saldo vervoer
co co r«- r~-
Rucphen - Wmo
Roosendaal - Wmo
102.838|
31.000| [
-86.383| | -140.282| 1
598.986| | 1.017.799| j
|
-563.082| |
co"
Oosterhout-Wmo
110.860)
66.000| [
-182.498| |
1.300.6611 4.419.8311
CD o_
Moerdijk-Wmo
139.8911
238.782|
36.0001
-22.9891
175.333|
IO
Halderberge - Wmo
304.007|
100.000|
330.000] 1.033.754|
41.385|
7.500I
-20.568|
161.9911
io_ o o> co co" co" co" co"
Geertruidenberg - Wmo
Etten-Leur-Wmo
Drimmelen - Wmo
Breda - Wmo
Bergen op Zoom - Wmo
37.233]
7.500I
-19.0991
S
158.903|
*Aanv. aubs.SV
O
Baarle-Nassau - Wmo
Alphen-Chaam - Wmo
35.200|
7.0001
Kosten vervoer '
ja
Aalburg - Wmo
per rit
- 1
0'S
strippen
. a B E m "° 5
lo's
ritten
m
I600 090 1 |
Z
|
Prognose Vervoer*- Strippen
J 1.177.0551
1.030.333|
844.8411
347.1871
cn O 1» O — *
o
f
•J •8
fel as
C CO C_ O k OQ • "55
I
g O) =
tr
or O O CN c
co CO
I
I 0) Cö co
o
_
•o S
o
»o
I»
S oiï •- P
m +-> 01
2?
to DJD
ro NP
o
O) CO CO
co I CA
0)
0) bJD
O) cu
or
VU 10
CD
CU
<JJ CU
CN CD
CU
>
CO CO
f\l
ra
UJ
ra Cö
bjQ wm
IM
ra
ca co co
OJO
Cv OJO
LO
LO
NV LO ON
OS.
CN
LO
CN
LO
ro
co
1--
co co co
co CM
c
ca .a cio co I
oo cu
CO O CM
1^-
O
a> tv
O) "E a> "O c cV c CU CU 'o CD c E 5 a> a> e c e c CD CJ) oo co O) c O) c £ O. D. O O CM
00
s 3
0)
0) O 1_
Q. C
O
a> a> J=
00
C
a>
O)
oo
> IO 0)
ijla
O) |
KC
>
O
O
c a o>
CN
'5 «
O)
c aj .2 O
C
re
E E
5!
re
co
E E
re re i. i. O) O) 0 0 i_ Q. 0.
O
JÉ LU
3
r-
<0
< ^ LO (O s co
c O) $ O II
II
CC CC
O
o CN c
0)
C 3O CO
00
O
LU I< CD
O
3 CD
m
co
co CM CM
Os
O
O
O
c co
A
i_ (0
CO I OQ
a> g 'ro a> CC
cc O
2
o CN c
JÉ 3
co co
a> n c 3
(0
o
E E re i_
Ui
o
LU I-
V) <
2
LU
i< m
co CO
CM CN
O 00
O O CN
CO IO fO CN
O <M CM m X
ü
00 IO O) 00 O)
co
CN
CM O O CM m
IO IO CM
x o
CO O
IO
Oi
co cb
O O CN
X.
c5
CO CM CD rr>LO co
CM O
ö
co co
oo
O)
O
00
ö
ai
CM CM
CM
cö
CM
CN
©
O
O TIO CO
CO
e
lO
CM
O CM m
O O) 0)
O co
O
LO
IO
cn co oi
cn co
cri
CM rO CM
O00 |s»
oo r-
O IO CM
O CM
o O CN
o o
d
CN
CM
O)
0)
Q
> O) c '£
•O w O
>
E aj
CO
42
co
ra E E
2
O)
o
oö
LU
i-
(0
<
0)
c <0 O) CU O
JÉ
co O) O. c 1= = c CO 0) O) co
1 1 O) c o>
O co
E ro oo •
JÉ
< <
LU I<
CQ
co ja E m
> JÉ CU O cCoL c c CU co CU co E Ol C D O) c CU O) 00 o> •o 2 m
m
CD
o CN
co co
co
(0
5
CC CC
c d) JÉ JÉ 3
ö
m
Q>
CM
CO o CM o r- o LO LO C M CM
CM O
co • co
O CM CO cn O O
r-
oo r--
O O CM
0)
o
LO cn CM £Z CO -O
CM IO
co
O
O O CM
>
CN
2 m
cn o
LU
cö cn cn
c <e n
IO
or
cn 00
>
co O CO CM
CO
>
2
CM
cn
LU
O
O co OJ C CO O co C O CM CM
o o
CO LU 10
UJ
2!
LU
I» 00 E O J£ c I
c O CU
0£
O)
< <
c JÉ JÉ
V)
LU
S0 c
O
co or
3 3
CO LU
or
00
O
O
c co _Q Cö L.
CQ I -»—•
(/) d) g co 0)
2
or or
2
o
O CN c CD JÉ JÉ 3
co co
co CN
oo
Ui
C
!2 >_ a> c 0) E
re 00 re
E E re O) O
z
2
UJ
I-
to <
2 T-
CN
co
^j-
CD
m
co
CN 00
c ro
ro m i
-«—i
co
O
co a> LX.
or o
O) co «
co
O CM
c oo
co O)
IO o
CO
CD
CD
00
O) T— LO LO CM
co CD
CM CO LO
co
CD CO
O
0) JÉ JÉ 3
3
co ro
> r-co co
LO
1^
2
CO O)
CM
co oo
Ö
co co
O
LO CM
LO o LO
O
co
CM
O
LO CM
X
c
ro a>
O)
N
Cd Ui >
O)
O
_J
< <
c a>
z
LU I<0 <
Q cn -> X 'cc2 > O)- ro a> a D a> J< = Q CU c a> -*—< a> cu j= Ui a> O J3
JÉ
0.
"05
c ro
CO CJ) o c
O) CU co o.
co c 0)
c a> E
ro co
o.
cu co c
O
a>
^ x
- ro
Oi — c a> — a> « Q
^ te ^
co
oo
LO co
X ro
'Cl
"03 JÉ
m
CM
c 0) co c
>
O
ö o>
00
m
IX O
LO
CM
OO LO
O
Ö CO
O CM
CM
00
O
oo
co
oo
O
>
O JÉ
c ro co a> o' -•— c cu L_ 0)
cu
CL)
c a> E
ro co
co
CM CL
co c
co 0.
2
co c co JÉ .E JÉ co a> a>
~ 9
C CD O 2 CL
< co <
LU
5£
3 LU CO (O LU LU
or or
m oo
c
co o O
0 0 0" CM
CM O CD
0 0 0" 0
co" r~ OD co co O r~ O) CÓ Ö Mö cd IO MT— MD
00 CM CO <*>
MP <4>
MD
MD
o e
o" 0.
8 c
m m _j
O o
O
E o
CM CO
> :> o :> :X> :> X CL
0. _l
_i < < O01 _I < < < < <
3 c
CM
X
X
X
SZ
ra o>
CD
CO
CM
10 haltes alte + meu ïaltes rde haltesi Uationsv 0 S
%
3
S3
vj
CU
es rde haltes
i_ 'co
a> CD 'c
O)
S»
co
Q. CM > a > a UI tzn
ra
co o>
CM
5
CM
CD
C o> 0)
Cl 0
s
< <
oriteerde ioriteerde gepriorite oriteerde hal gepriorite
O)
C0 0)
T-
< <
iepirioriteerde haltes incl. meubilai
0}
<
niet niel eubi nieteubi
dto
dto dto
co
a> F
>
co
briteerde altes oriteerde alte
SI
ü
ro
rM
:> or E O < O < co 0> O
§
0 "D C e CD
JZ
ü
•3
JJj z
A-0: A-0:
CM
O o C M O) r-
'3
M oo UI C tr-
X
!S
me nte Alp hen A-0
c CD
A-0 A-0
£
me
Aal buri
m
Ü
^z d> CM CM Cl CL Q . CL C L 0 O O O O •0 "O •O •D u c CO gc C c 0 2 CD CD CD a) s> £> £>
Cl
c0)
0)
2O= co
CNI
l-j.
M-
0
^_
CM co
M-
IO co
« ;> > > > :> a CD CD CD O CD E or LX. cr or or LU LU LU LU LU O CO m co CO co
u 3
n
£3 C 01 •0
Cv «
CN co M- m S a 9 19 1 0) :> 0) :> > :> Z> O :> :> 41 :> 0) 0) O or or or or or CD o Q aa LU LU LU LU LU LU LU or or E E E E LU LU 0) L U L U L U L U L U o or CC a or 0) m co O co CO O 0 O L U O CD CD CD CD CD CM
A-0
co CS
CD
c 'aQ>.
,
O
A-0 A-0
E
(n
CD F
CD
c c C D CD CL Q . O O C C
0
irtru
X
C0 3
c a 'CL > O c a>
0
A-0 A-0
CM
ro
co
tn •55
Ette n-Li
CNI
CD
CD E
tn CA a3
dto dto dto
< < < <
altei
rtb
0.
CL
"E
3
CL O
C M CM •g*
tn o3
Driimm
<
Ba airle
O
niet
t—
roje
3
CM CM
•o "D tz E e & CD CD CD S> TJ C O
£ CD
altei eubilairvc >r 2 haltes leannulee buu rtb haltes
haltes
CA
ioriteerde altes
omschrijvii
CB
a> w
co
I
-•—'
co
g 'co 0)
ud-
p
O
0>
CA co ai i CM i cCD c a> IO Q. C L o . O O o c "O C c £ £CD 2 ü CD u
Wa
O
T3 C
o
a>
c > ra co a 3
co 0
ud
ra E E 2 O)
Q.
T—
ud ud
> *
CL
CM
*—
niet niet
< <
ó
O ó
Breida
s tn
T
qn
co
MD
A-1 A-0
C
2 £ CD CD 4?
3
o
O 1^có CCL M "S co Q1 . O CD T3 O •a JD zz 3 c Q CC e CD 03 CD CD 4? < C5 <
o> CM CCL M O TJ
nnq
O
co
Wa | Wa Wa
C
O *7
A-0 G-VA-0
ó có CCL N O T3
A-0 A-0
o
O ra a c ra ra O) O
CD
m
o > CD
a
CD
O O > c CD O)
CM
co" co co co *~
r-
5-
00 0 C-"
O
T—"
HO
5 c *
r! a> > co •o
M-
o
O
cr cr O
i
JÉ c ra OJ
'
a
CA
'55
MP
O
£
*-*
T3
CO O cd
o O
cS o>" CO
nie epirioriteerde laltes 219 (Fluul aite 025 voorh en 729022 alte ngen nfbrmatie trines altei ubiilair en lid tmasten O D niet pirioigepriorite< rde haltes (Roosenveltlaan) halt< lolensewe -Janneland eweg
2 co
T—
'A-0 A-0 A-0
£3
0)
co O CO ' o O m O co O OCM" 35 co" M-" M-" r~ CO co co CM CM 00 co CO tr> w CM CÖ Ö cd ö oo CO M* MD co MP MP CJP T— MP
m
ilair 2 gep oriteerde h Ites Ulic ten
ra
cd O CD CN co CM C M MD MD
O) co i!
O
Bergen
33
o w o co O r- MP O -~ co cb co C M MP MP 00 O
O
A-0
O CM E
O ö
£1 co 1
O CN c
a>
JÉ JÉ 3
CO
co
oo
c co
si CD L_
O
C
c
c
c
c
O TJ
O TJ
O TJ
O TJ
O TJ
O TJ
£
£
o co —, S
CJ
sOJ
2
sCD sCD
8
3
co
Ü
OJ
£8 £
co co
< < < < < <
<
C
OJ
£> &
C
C
OJ
Ites) hal
co
z>
co u
C
claratie infop anel
OJ
2 '3
O
O
u
ric hem
*~
OJ
claratie hal
Alm
niet-prio
E
meu
OJ je 'a
stransferiui
erde
c co
L_
•if
0) 0)
leclartatie prio-•meL
CM
r
E
D-V A-05
D-V A-04
is] 8 9 c 0O E 3 3 3 3 (9Q> D-V A-03
A-02 D-V
D-V A-01
oud
5 8
sen
'OE N-V A-05
A-04 'OE
E LU E E 4) 3 OO 3 5 5 5 OUC9 w CD LiO
OJ
oen;sd recht
c 2 O S i9— S
OJ
co
Me ubilair 9 gepiriorit
co c
OJ
iet gepriori
CD
OE N-V A-03
>•
tn 0J
JZ n erde
temeubilai rvoor X
0J
sz OJ
15 15 •E
iet gepriori
riori
alt iet-gepriori
erde
eerd
niet geprio
c co
eenl rgen
'-VA-04 •• deel 2
RUCF'-VA-03
'-VA-04 •• deel 1
ed
co
CD
O TJ
C
no, no, no, no, nO; no,
cc
o .o co 8
co
OJ
O CM c CD JÉ JÉ
c 2
C
tn co
01 LH. O
2
C
OJ
A-N
me
a
CO
co
£
r-
CD
Ê e è o IO co CM S O 9 9 9 8 < < < c > > > O fi 6 ó _i < < < o I x i O 2
eerd
o
£L
sen
£1
O
co co
'ER K-V,
CO
O
CD
CL
niet geprio
CD
lam
CD
OJ
sen
O O)
A-01
CD 'c O CM
CO CD
co CD
Q)
CD
sen
'C CL
O
co sz
23008 en 72
tee
•c O
ha es
es
altes
halte erd
CD "E
OJ
CD
c
CD
O
£
u
co CD OJ 'C c: O •5 ' C CL CD Tó CD
OJ
•*
CL
D-V A-06
<
O
CL
3
JND-VA
<
£> £> £>
0J
CL
|
£
CD
CL
air
2
I
00 Oj O co Cü
3
CL
Tieul
2
ca
CL
CL
claratie prii
2 2 cu CD
-4-1
CL
O
-7-1
CL
O
o O -6-1
indt
CL
O
-7-1
indt
OJ
CL
CD
C
O
CL
2
CD
O
o> *— T— co T—
CD
C
O
O
O
CM MD
MP
0)
O TJ
cd co 00
ai
MD
o
O TJ
C
9!
MP
0J
O TJ
C
tn
T—
CD
O TJ
O O
O
CD
O TJ C
IO
QJ
O TJ CZ
2
CD O
S s
0-3-
CD
o
O
rde haltes
imeubilai
co co
9>
lusief h
072)
w tn
O CM MP
MP
Wa
< < < < <
CD
CL
co o> co CÓ cd co CM
ID
O
cfc o 00 CM co" có r~" M* IO r- OJ T— r- 00 IO •d r~ CM IO r- r- co MP MD CM CM
OJ
MP
co co
indt
<
C
CM MP
s co" od 00
indt
2
CL
CÓ
MP
Wa
2 CD
C
M C L-
co co CM M-
o O O
-6-1
g
CL
O
CO
7-3-
r-
MD
O O CM" O CM
6-3-
O OJ IO
MD
-4-1
1-3-
CL
i—
«5 CD
< < < > > > fi ó _i < < < I I
r-
co
•* co
MD
-4-1
2-6-0
CL
TJ
CM co 9 9 9
OJ
epui
CB
2-6-
O TJ
teerd
CM CM r- r~
£1
z
7250
'a
O
CL
o io CM r-
e E o>
7—
OJ
O TJ
CL
O
X
OJ
CL O TJ
O c •e CM CL OJ CD O
00
OJ
CM
nie
00
co
•O
MD
CM
'C O
|lnförr
e 2 o.
ö
MD
CM
iet g
ritee rde ha Ites O
cd cd
CO CM
c CO C c O 8 CD CD CD CD
niet <
eerde haltes
E o **
o"
O rT— MD MD
23008 en 72
CL CL O O TJ TJ
CM co C OO o IO CM CM CM _ S r~ 3 00 CO co •* O O O
laltem
•c O •c O. CD O) CD 'c
cd
IO
*—
IO 00
CM MD
2-6-0
O CM CM
uda
>
o o
OJ
CM
0 < < < < < <
cn c
OJ
o" o" o" OS O < T— SS 8 s 00
RUCF'-VA-02
3 CO
o o
uurtbushal
C
O
indt
CM MD
00
o
| Wa
IO
r—
sOJ s
O UJ
MP
O
C
OJ
ö
•*
o *— T— có •A oS có o> CM lÓ 7— T— l i 7— CM Q . Q . CL O O O TJ TJ XI
O O
O CÓ co
RUCF'-VA-01
•o £O S O
o
O O O)
I0ER:-VA-I
&
M-
O
OE N-V A-02
O
0E N-V A-01
O
O O O o" co co CM CÓ 00 CM CM MD CM MP MD MD MP
O)
O o" O CO
uurtbushal
O
uurtbushal
co O O CM co" eo" oo rCM 03 oi
(O O CD CO CO ^ « i r T-
t O) O) CD T T <} , O) 00 T - CO CM i c d c o c / i mmcNc
E o <3
E co co sz O 3 Sj
< <
CL
O Cl)
c
LO co oo co co
c D o d u j i N s O'»-CNcoTfcO'<-c\icNCN'<--«-'«--
0) .o C L_ tz OJ => Oj
it
cc co co _ oo m D CO CO T J CG
F ) O CD - r N l O O O O O O O N P ) _ _ . COOOCOCOCOCOCDCOCDCM M N Si nN i N- i n C M S ' < f ^ ' - 0 ( 0 ( D
UJ
ffj) to^
•g
"2 •c cu
r~~ o r~CM
CM
E?
c
tz
CD 10 O O
CM
CM .
S oO CO L
s
E co
Oj
X3
Oj 0)
o o 2 O o:
CU O
TJ- CD CM h~ h- CD CD O O LO h- O t f 00 CO CM T CD CO CM CD CO CO "t CO
co r-
c
co co
CO
T3 c
c cu CD
CD
CO
CM
^
CO ( O
O CO ^
h-
CM
co L O cb
CM
CM CM
CM
ü 00 tz CU O
O
O O O CD CM CO
CO
CO
00 L O 00 CM CO ^
•«r
CM CM i -
i-
CO T— T—
CM
Ontwerpbegroting 2013 Regio West-Brabant 27 april 2012
egio
R
&
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave 1. Inleiding 1.1 Leeswijzer 1.2 Regiofonds West-Brabant (Regiofonds) 2. Deelbegrotingen bestuurscommissies / programma's 2.1 Programmal Algemeen Bestuur 2.2 Programma 2 Middelen 2.3 Programma 3 Sociaal Economische Zaken 2.4 Programma 4 Ruimtelijke ontwikkeling en Wonen 2.5 Programma 5 Mobiliteit 2.6 Programma 6 Duurzaamheid 2.7 Programma 7 Kleinschalig Collectief Vervoer 2.8 Programma 8 Zorg, Welzijn en Onderwijs 3. Paragrafen 3.1 Weerstandsvermogen 3.2 Financiering 3.3 Bedrijfsvoering 3.4 Subsidies 4. Financiële begroting 4.1 Overzicht van baten en lasten per programma 4.2 Bezuinigingen 4.3 Reserves en voorzieningen 4.4 Meerjarenraming 2013-2016 4.5 Gemeentelijke bijdragen 2013-2016 5. Bijlagen
3 5 6 6 8 8 10 12 17 20 22 26 33 35 36 36 37 38 39 39 40 41 42 44 45
3 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
1.
Inleiding
Voor u ligt de begroting 2013 van de Gemeenschappelijke Regeling Regio West-Brabant (RWB). Deze begroting geeft op hoofdlijnen inzicht in de baten en lasten van de Regio West-Brabant. De Regio West-Brabant heeft als organisatie bij de start de opdracht gekregen om jaarlijks 10% te gaan bezuinigen op de apparaatskosten (efficiencykorting). Dit komt neer op een bedrag van ca. € 250.000 per jaar. Als gevolg hiervan zal de vergoeding die de gemeenten moeten betalen naar beneden gaan. In 2011 en 2012 zijn deze besparingen gebruikt om de frictiekosten voor het voorbereiden en inrichten van een nieuwe organisatie te bekostigen. Het jaar 2013 is het eerste jaar dat het bedrag per inwoner verlaagd zal worden. Toepassing 3 x 3% korting
Bij vaststelling van de begroting 2012 is besloten om gedurende drie jaar jaarlijks 3% bezuiniging door te voeren op de gemeentelijke bijdragen voor de gemeenschappelijke regeling en deze voor het eerst in te laten gaan in 2012. De 3 x 3% bezuiniging zal voor de Regio West-Brabant de nodige inspanningen kosten. Een bezuiniging van 3% op de gemeentelijke bijdrage levert voor de deelnemers een besparing op van ca. € 85.000 in 2012, 180.000 in 2013 en 326.000 in 2014. Aangezien het merendeel van de kosten bestaat uit salariskosten (ca. 65%) zullen de bezuinigingen gerealiseerd moeten worden door de formatie in eerste instantie via natuurlijk verloop in te laten krimpen. Extra
taakstelling
Een aantal structurele bedrijfsvoeringskosten zijn vorig jaar niet opgenomen in de begroting 2012. Dit betreffen personeelskosten als gevolg van verkeerde gegevens en aannames uit het verleden en het niet doorrekenen van personele voorstellen. Daarnaast vallen de kosten voor de uitvoering van het sociaal plan hoger uit en zijn er kosten voor invoering en uitwerking van een functiewaarderingssysteem. Dit alles leidt in totaal tot een extra taakstelling van in totaal ca. € 250.000. Het Dagelijks Bestuur heeft besloten deze kosten niet in rekening te brengen bij de deelnemende gemeenten. Het Dagelijks Bestuur is zich bewust van het risico dat het jaar 2012 mogelijk zal worden afgesloten met een tekort. Gedurende het jaar 2012 wordt de takendiscussie hervat en zat geprobeerd worden deze kosten nog te vinden in bestaande budgetten. Gerealiseerd moet worden dat de kans hierop als gevolg van eerdere bezuinigingen gering is, en daarmee het risico aanwezig blijft op een tekort in 2012. Voor de begroting 2013 betekent dit naast de bezuiniging van 3% op apparaatskosten, zijnde € 180.000, voor 2013 nog een extra taakstellende bezuiniging van € 250.000. Gezien de gerealiseerde bezuinigingen voor 2012 en doorlopend 2013 levert dit voor 2013 nog een taakstelling op van € 110.000,- die oploopt tot € 400.000,- in 2016. Gezien de regionale ambities, de uitvoering van de Strategische Agenda West-Brabant 2012-2020, de inrichting van de Strategie Board en de overige doorlopende werkzaamheden en verplichtingen in de bestuurscommissies, is dit een zeer moeilijke, bijna onmogelijke opgave om deze te vinden in apparaatskosten. Het vinden van structurele bezuinigingen zal volgens een nog te voeren takendiscussie waarbij alle bestuurscommissies betrokken worden moeten plaatsvinden.
Het dagelijks bestuur van de Regio West-Brabant, De voorzitter, De secretaris,
P.A.C.M. van der Velden
Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
ir. M.L.T. Dircks
5
1.1
Leeswijzer
De begroting van de Regio West-Brabant bestaat uit de programma's welke gelijk zijn aan de bestuurscommissies. De volgende programma's komen aan bod: Algemeen Bestuur Middelen Sociaal Economische Zaken Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen Mobiliteit Duurzaamheid Kleinschalig Collectief Vervoer Zorg, Welzijn en Onderwijs In hoofdstuk 2 zijn de diverse begrotingen per programma opgenomen. Per programma is een beschrijving opgenomen van de desbetreffende bestuurscommissie en wordt ingegaan op de 3 W-vragen: Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? Wat mag het kosten? Ten aanzien van deze laatste W-vraag is naast het overzicht van lasten en baten per deelprogramma ook een overzicht van kostensoorten opgenomen. Alle bedragen die in deze begroting zijn genoemd zijn x € 1.000 tenzij nadrukkelijk anders aangegeven. Bij de RWB werken we met twee kostensoorten; apparaatskosten, welke gedekt moeten worden uit de algemene bijdragen van de gemeenten. En programmakosten, dit zijn de kosten die aanvullend gefactureerd worden aan gemeenten. In hoofdstuk 3 zijn de verschillende paragrafen opgenomen en in hoofdstuk 4 is naast een financieel overzicht de meerjarenraming 2013-2016 opgenomen. In paragraaf 4.2 wordt aandacht besteed aan de bezuinigingen, wat we reeds doorgevoerd hebben en wat we nog opgenomen hebben als taakstelling.
1.2
Regiofonds West-Brabant (Regiofonds)
Tijdens de Algemeen Bestuursvergadering RWB d.d. 15 februari 2012 is besloten om het restant van het Regiofonds te bestemmen voor de uitvoering van de Strategische Agenda West-Brabant. Het is daarom goed om daarvoor een beleidskader vast te stellen. Het bedrag is procesgeld om projecten vanuit de Strategische Agenda op gang te helpen. Vaak cofinanciering naast de financiering van andere partijen (provincie, bedrijfsleven, onderwijs). Die beperking is aangebracht, omdat voor het uitvoeren van projecten zelf andere financieringsbronnen gevonden moeten worden. Het is ook goed om te beseffen dat hiermee vermoedelijk voor 2012 en 2013 procesgeld beschikbaar is. Als de agenda in 2020 uitgevoerd moet zijn dan zal voor de jaren vanaf 2014 vanuit de gemeenten een bijdrage moeten komen om die cofinanciering geregeld te hebben. De nog resterende € 600.000,- is bestemd voor de uitvoering van de Strategische Agenda. Het op te stellen beleidskader geeft aan op welke wijze en binnen welke randvoorwaarden een beroep op de besteding er van gedaan kan worden. Het gaat allereerst om een ruw kader wat na vastgesteld te zijn als kader nader verfijnd moet worden.
6 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
De Strategische Agenda kent drie hoofdpijlers (economie, ecologie en leefbaarheid) en een aantal ondersteunende randvoorwaarden (mobiliteit, ruimte, arbeidsmarkt, onderwijs, cultuur en toerisme, lobby en Public Affairs). De economische pijler krijgt een iets zwaarder accent, omdat naar verwachting daar de meeste inspanningen geleverd moeten worden om anderen in onze regio te laten investeren. Resumerend betekent dit: 1. 2.
In het fonds is nog € 600.000,- beschikbaar. Er zijn vier hoofdgroepen voor bijdrages: Economie, Ecologie, Leefbaarheid en Algemeen; a. Economie: gelet op opgaven richting Den Haag en Brussel en accent op speerpunten, maakt het verdedigbaar om hier 1/3 van het fonds voor maintenance, logistiek en biobased economy te reserveren (€ 200.000,-); b. Ecologie heeft een bedrag van € 150.000,- beschikbaar; c. Leefbaarheid heeft een bedrag van € 150.000,- beschikbaar; d. Voor algemeen is een bedrag van € 100.000,- beschikbaar (monitor, onderzoek, lobby en Public Affairs, governance). 3. Het gaat om bijdragen die dienen als cofinanciering van de overheid op initiatieven binnen de pijler. Het gaat om aanjaaggeld, projectgeld. 4. Per voorstel is de bijdrage gemaximeerd op € 50.000,-. 5. Het Dagelijks Bestuur krijgt mandaat om de bijdrages toe te kennen. Naar verwachting zal het fonds in 2012 en 2013 voldoende zijn om in de vraag te voorzien. Wel is duidelijk dat wanneer we als regio betrokken willen blijven bij de realisering van onze Strategische Agenda er door onze partners ook van ons financiële bijdragen gevraagd zullen blijven worden. Dat betekent dat er voor de uitvoering van die agenda tot 2020 dat fonds aangevuld zal moeten worden. De gedachte is om daar vanaf 2014 met € 1,- per inwoner in te voorzien. Dat betekent jaarlijks een bedrag van € 700.000,- wat door de 19 gemeenten als co-financiering voor projecten van onszelf of van onze partners ingezet kan worden. Het is goed om die discussie nu reeds aan te kondigen, mede gelet op de financieel lastige tijden. Later in het jaar wordt hier middels een volledig voorstel op teruggekomen omdat formeel de besluitvorming in het AB nog plaats moet vinden.
Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
7
2.
Deelbegrotingen bestuurscommissies / programma's
Ir dit hoofdstuk zijn de deelbegrotingen per bestuurscommissie / programma opgenomen. 21
Programma 1
Algemeen Bestuur
Programmaomschrijving Op 15 februari 2012 is het Visiedeel van de Strategische Agenda vastgesteld door het Algemeen Bestuur van de Regio West-Brabant. Het Visiedeel is door vertegenwoordigers uit Bedrijfsleven, Onderwijs en Overheid opgesteld. Deze zogenaamde 3-0 aanpak is ook uitgangspunt voor het op te stellen Uitvoeringsprogramma. Daarin geven de partners aan wat er jaarlijks per onderdeel gebeurt en wat dit betekent voor de doelen van de Agenda. Voor de RWB betekent dit dat onze bijdrage aan de Agenda via te formuleren en door bestuur vast te stellen Bestuursopdrachten inhoud moet krijgen. De Governance op de Agenda is in 2012 eveneens vastgesteld en daarvoor is ook een slagvaardige uitvoeringsorganisatie nodig. De gesprekken over intensievere samenwerking tussen Rewin en BOM lopen. Het overall doel is om West-Brabant als regio in het krachtenveld van Brabant en de beide mainports Rotterdam en Antwerpen een herkenbare positie in te laten nemen. Beleidskaders Strategische Agenda West-Brabant 2012-2020; Agenda van Brabant; Haven visie Havenbedrijf Rotterdam; Structuurvisie l&M (Nieuwe nota Ruimte) Topsectorenbeleid min ELI Europese structuurfondsen. Wat willen we bereiken? West-Brabant wordt door de omringende regio's als een geaccepteerde en gewaardeerde regio ervaren; Binnen de provincie Noord-Brabant is West-Brabant één van de vier bestuurlijke regio's die door GS als partner gezien wordt; West-Brabant neemt haar positie in de relevante Rijks- en Europese nota's in. Wat gaan we daar voor doen? Uitvoeringsprogramma Strategische Agenda, jaarschijven 2012 en 2013; Op de pijlers Economie, Ecologie en Leefbaarheid de bijdragen van de RWB in bestuursopdrachten formuleren; Op de randvoorwaardelijke onderdelen van de Strategische Agenda, zoals Mobiliteit, Arbeidsmarkt, Cultuur en Toerisme, Lobby en Public Affairs, Ruimte en Volkshuisvesting aangeven welke resultaten geboekt gaan worden; De bijdrage in DelTri ambtelijk en bestuurlijke in de regio voorbereiden; De West-Brabant projecten inbrengen in de structuurfondsendiscussie; West-Brabant in het Brabant-bidbook Brabant Culturele Hoofdstad 2018 positioneren; De Regio West-Brabant via Breda inweven in BrabantStad.
8 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
Wat mag het kosten? Programma Algemeen Bestuur R e k e n i n g 2011
Begroting 2012
Begroting 2013
t o t a a l a a n l a s t e n van het p r o g r a m m a
411
336
365
t o t a a l a a n b a t e n van het p r o g r a m m a
367
336
365
-
-
-
-
-
-
Saldo programma voor resultaatbestemming
43
-
Mutaties reserves
Saldo programma na resultaatbestemming
43
Toelichting op de lasten en baten:
Apparaatskosten Programmakosten
Begroting 2012 Lasten Baten 242 94
Begroting 2013 Lasten Baten 297 68
Bijdrage gemeente apparaatskosten
336
365
Bijdrage gemeente programmakosten
-
-
Bijdrage Provincie Bijdrage derden / overig Totaal
-
-
-
336
336
-
365
365
Ondanks de bezuiniging van € 25.000 op het werkbudget van programma Algemeen Bestuur (oa. communicatiebudget, West-Brabant Middagen, representatie) stijgt de bijdrage voor apparaatskosten toch. Dit komt met name door hogere, correct geraamde loonkosten en correct geraamde detacheringskosten. Deze zaten niet goed verwerkt in de vorige begrotingen. Met name de loonkosten zorgen voor forse verschillen, dit was bij de jaarrekening 2011 te merken en nu ook bij de verschillen tussen 2013 en 2012. Dit loopt door alle bestuurscommissies heen
Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
9
2.2
Programma 2
Middelen
Programmaomschrijving Het programma Middelen bevat de uitwerking van de volgende speerpunten: HRM, ICT, Inkoop, Dienstverlening, Verbonden Partijen, Shared Services. De laatste drie speerpunten (Dienstverlening, Verbonden Partijen en Shared Services) zijn toegevoegd aan de Strategische Agenda 2011-2015. De eerste drie speerpunten (HRM, ICT en Inkoop) lopen door en komen uit de Strategische Agenda 2007-2011. Beleidskaders Kaders liggen soms op Europees, Landelijk, Provinciaal of regionaal niveau Bijvoorbeeld aanbestedingsregels, CAO-afspraken, ICT-uitgangspunten zoals het GEMeentelijk Model Architectuur (GEMMA). Op regio-niveau bijvoorbeeld de Kadernota Verbonden Partijen, Doelarchitectuur l&A-sporen, tarieven en producten Mobiliteitscentrum en werkproces Inhuur derden. Wat willen we bereiken? De 19 gemeenten kiezen voor de meest effectieve en efficiënte wijze van (samen)werken teneinde de kwetsbaarheid terug te dringen, de kwaliteit te verbeteren en de regio als systeem te versterken. Algemene Missie: Samen doen, wat samen kan. Wat gaan we daar voor doen? Het programma Middelen bestaat uit verlengde gemeentelijke taken en alle projecten worden gefinancierd vanuit de deelnemende gemeenten. Voor de 6 speerpunten zijn trekkers aangewezen en liggen er afzonderlijke bestuursopdrachten en plannen van aanpak. Voor de algehele coördinatie is een Programmamanager Middelen aangesteld voor 600 uur per jaar. Deze kosten en een stukje overhead van die kosten zijn opgenomen in de RWB- begroting. De Middelenprojecten (zoals bijvoorbeeld "inhuur derden" en "Mobiliteitscentrum") moeten zichzelf bedruipen. Eventuele tekorten of overschotten worden verrekend met de deelnemende gemeenten. De pilot Mobiliteitscentrum loopt tot eind 2012. Op welke wijze het project Mobiliteitscentrum na 2012 wordt voortgezet is in het voorjaar 2012 nog onduidelijk. Daarom zijn deze projectkosten niet in de begroting van het RWB opgenomen.
10 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
Wat mag het kosten? Programma Middelen R e k e n i n g 2011
Begroting 2012
Begroting 2013
t o t a a l a a n l a s t e n v a n het p r o g r a m m a
1.404
1.183
1.159
t o t a a l a a n b a t e n van het p r o g r a m m a
1.259
1.183
1.159
Saldo programma voor resultaatbestemming
145
-
-
Mutaties reserves
-
-
-
Saldo programma na resultaatbestemming
145
-
-
Toelichting op de lasten en baten:
Apparaatskosten Programmakosten
Begroting 2012 Lasten Baten 57 1.126
Begroting 2013 Lasten Baten 57 1.102
West-Brab ant Academy
743
Inhuurdesk Derden
498
Loopbaanadvies Mobiliteit
255 206
Bijdrage gemeente apparaatskosten Bijdrage gemeente programmakosten
364
403
-
-
7 72 7 75
Loopbaanadvies Mobiliteit
Bijdrage Provincie Bijdrage derden / overig
819
-
756
West-Brabant Academy Inhuurdesk Derden
143 498
Loopbaanadvies
115
Totaal
1.183
1.183
1.159
1.159
Bij het mobiliteitscentrum is het uitgangspunt dat het project op '0' draait. Bij de projecten WestBrabant Academy en Inhuurdesk Derden is dat duidelijk te zien. De kosten van de inhuurdesk derden dienen geheel gedekt te worden uit de fee op de omzet van 'marktplaats'. De overige onderdelen zijn (nog) meer verweven met de deelnemende gemeenten, en ook qua omzet ook afhankelijk van hun deelname / afname van producten.
11 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
2.3
Programma 3
Sociaal Economische Zaken
Programmaomschrijving: De bestuurscommissie Sociaal Economische Zaken heeft de onderstaande doelen geformuleerd: • Het op West-Brabantse schaal zorg dragen voor een duurzame economische structuur, met voldoende vermogen om welvaart voor haar inwoners te creëren; • Inwoners dienen zoveel mogelijk zelfstandig in hun inkomen te kunnen voorzien; • Door het vormgeven van een adequaat vestigingsklimaat krijgen bedrijven letterlijk en figuurlijk de ruimte om te ondernemen; • Samen met ondernemers en onderwijs een bijdrage te leveren aan het stimuleren van goed en duurzaam ondernemerschap en behoud van de leefbaarheid in de regio. • Op basis van de analyse van feiten en trends wordt, samen met andere belanghebbende partijen, beleid geformuleerd dat een bijdrage levert aan de sociaal-economische ontwikkeling van de regio Beleidskaders: • Rijks- en provinciale wetgeving • Gemeenschappelijke Regeling Regio West-Brabant; • Strategische Agenda 2008-2011 en 2012-2015; • Vrijetijdsagenda Regio West-Brabant 2011-2015 • Regionaal Arbeidsmarktbeleid "West-Brabant werkt en pakt door!" 2011-2015
Wat willen we bereiken? • Het ontwikkelen en implementeren van beleid voor de bestuurscommissie Sociaal Economische Zaken; • Het in stand houden, vernieuwen en verstevigen van de sociaal-economische structuur in West-Brabant • Het bevorderen van de arbeidsparticipatie in de regio West-Brabant; • Bevorderen van het toerisme in de regio West-Brabant in de ruimste zin van het woord; • Actief betrokken zijn bij activiteiten ter verbetering van de plattelandseconomie in de Baronie; • Het verzamelen en analyseren van regionale informatie ten behoeve van de vorming van visies en actieprogramma's voor diverse beleidsterreinen;
Wat gaan we daar voor doen? Bestuur Belangrijk vertrekpunt van de werkzaamheden binnen RWB is dat in opdracht van de Bestuurscommissie wordt geopereerd, en dat ook uiteraard regelmatig wordt teruggekoppeld over de voortgang. Het organiseren van de bijeenkomsten van de bestuurscommissie, inclusief hierbij behorende overleggen zoals de vergaderingen van het Presidium en de contactambtenaren, wordt in dit programma georganiseerd. Economie Eén van de kernthema's van regionale samenwerking betreft het gezamenlijk stimuleren van de economie. Voor dit stimuleringsbeleid is de Strategische Agenda West-Brabant leidend, waarbij een aantal speerpunten kunnen worden benoemd. 1. Topsectorenbeleid De rijksoverheid is met haar regionaal economisch beleid een nieuwe weg in geslagen. Het gaat hierbij met name om het stimuleren van een aantal topsectoren, die voor de BV Nederland op
Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
12
internationale niveau onderscheidend vermogen kunnen hebben. Met de keuze voor logistiek, maintenance en de biobased economy sluit de agenda van West-Brabant aan op deze benadering. Naast deze nationale speerpunten wil de regio met prioriteit inzetten op de sectoren zorg, agro en toerisme. Het is van groot belang dat West-Brabant goed is aangesloten op dit topsectorenbeleid. Dit met name gezien de verwachting dat dit in de -nabije- toekomst belangrijke kansen zal opleveren voor een actief economisch stimuleringsbeleid, zeker gezien het feit dat ook de provincie Noord-Brabant in lijn met het rijksbeleid zal gaan acteren. Tevens bestaat de verwachting dat ook het nieuwe cohesiebeleid van de Europese Unie deels zal aansluiten bij de hierboven genoemde ontwikkelingen. Het RWB ziet het als haar taak om een belangrijke verbindende schakel te zijn tussen het Rijks en provinciaal beleid enerzijds en de concrete regionale ontwikkelingen anderzijds. Daarnaast is RWB actief betrokken bij het vormgeven en faciliteren van de regionale organisatiestructuur, bestaande uit zowel het bedrijfsleven, de kennisinstellingen en de overheden, waarmee de ontwikkelingen van de speerpuntsectoren actief kunnen worden gestimuleerd. 2. Werklocaties Een belangrijke randvoorwaarde voor een economisch stimuleringsbeleid vormt het kunnen bieden van voldoende ruimtelijke mogelijkheden. Om een overschot aan werklocaties te voorkomen is het aan de regio om voor een goede afstemming te zorgen, waarbij enerzijds het bedrijfsleven voldoende mogelijkheden krijgt maar anderzijds zorgvuldig met de beschikbare ruimte wordt omgesprongen. Het RWB ziet het als haar taak het afwegingskader te bewaken door een goede monitoring van de feitelijke ontwikkelingen, zowel wat betreft vraag als aanbod. Daarnaast wil het RWB opereren als kenniscentrum, waarbij gemeenten worden ondersteund bij hun bedrijventerreinopgave zoals bijvoorbeeld met betrekking tot prijsbeleid, revitalisering, segmentering, et cetera. 3. Leefbaarheid/detailhandel Naast het topsectorenbeleid is het van groot belang dat er aandacht is voor de sociaal-economische ontwikkeling van alle gemeenten in West-Brabant. Gezien de demografische veranderingen zijn de ontwikkelingen in dit kader niet altijd positief. Het is van belang deze problematiek in gezamenlijkheid aan te pakken, waarbij creativiteit om te komen tot werkbare oplossingen van groot belang is. Het RWB ziet het als haar taak om deze creativiteit mede te organiseren, waarbij relevante partijen samenwerken waar het gaat om arbeidsmarktontwikkelingen, het stimuleren van de economie in kleine kernen, de plattelandseconomie en aandacht voor het in stand houden van het voorzieningenniveau. 4. Projecten en subsidies In het kader van bovenstaande doelen zal door RWB actief worden gezocht naar mogelijkheden om financiële- steun te krijgen voor de uitvoering van concrete projecten. Hierbij kan gedacht worden aan mogelijkheden op het gebied van innovatie, leefbaarheid, plattelandseconomie, et cetera. Werk en Arbeid Vanaf 2015 gaan er grote tekorten ontstaan op de arbeidsmarkt als gevolg van vergrijzing en ontgroening. De gevolgen zijn op europees en landelijk niveau merkbaar, waarbij juist in WestBrabant de vergrijzingscijfers één van de hoogste van Nederland zijn. Daarom zetten we in op een gezamenlijke aanpak van Overheid, Onderwijs en Ondernemers op regionaal niveau om de gevolgen van de vergrijzing zoveel mogelijk te ondervangen. We zetten hierbij in op het beschikbare aanbod zo breed mogelijk in te zetten, het verbeteren van de kwalificering van de beroepsbevolking, plaatsen en opleiden in kansrijke sectoren en het bevorderen van flexibiliteit en mobiliteit op de arbeidsmarkt.
Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
13
In 2012 is de nieuwe wet Werk naar Vermogen (WWNV) ingegaan, waarbij o.a. de wajongers onder verantwoordelijkheid van de gemeenten zijn gaan vallen. Door de WWN wordt er meer ingezet op op plaatsing bij werkgevers In 2012 is gestart met het opzetten van een regionale werkgeversbenadering om de dienstverlening aan de werkgevers te verbeteren en waar we in 2013 mee door zullen gaan. Recreatie en toerisme: In 2011 is de Vrijetijdsagenda West-Brabant 2011-2015 vastgesteld. Doel van de Vrijetijdsagenda 2011-2015 is: in de periode van 2011 tot 2015 wordt in West-Brabant een groei van 5% in de bestedingen in de toeristisch-recreatieve sector gerealiseerd. De Vrijetijdsagenda kent een ütvoeringsgericht karakter. In de agenda worden 19 acties beschreven. Deze acties worden (deels) in 2013 uitgevoerd en dragen bij aan de realisatie van de doelstelling. Als onderdeel van de toeristische ambitie draagt het routebureau bij aan de hierboven genoemde doelstelling. Dit door het realiseren, beheren en onderhouden van de recreatieve routestructuren in West-Brabant. Om het routeaanbod onderscheidend en aantrekkelijk te houden is samen met het Routebureau Brabant een visie ontwikkeld die de economische impact van routerecreatie aantoonbaar vergroot. Informatie en analyse Voor een goede regionale aanpak is de beschikbaarheid van een actuele informatie van groot belang. Vanuit dit perspectief spant RWB zich in om in samenwerking met partijen als de Kamer van Koophandel, UWV, onderwijsinstellingen en de provincie Noord-Brabant deze data up to date te houden. Meest concreet hierbij is de uitvoering van de werkgelegenheidsenquête, waarmee een databank wordt bijgehouden met gegevens van 51.000 West-Brabantse ondernemingen. Dit "brondocument" wordt ook op landelijk schaal benut door organisaties als LISA, CBS, CPB en SCP. RWB is voor dit product namens de 19 gemeenten opdrachtgever. REWIN De begroting van REWIN wordt separaat meegestuurd met de ontwerpbegroting van RWB, om te zorgen dat de inhoudelijke discussies apart gevoerd worden. De bijdragen voor en door gemeenten is meegenomen in de begroting van RWB.
14 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
Wat mag het kosten? Programma Sociaal Economische Zaken Begroting 2012
R e k e n i n g 2011
Begroting 2013
Algemeen t o t a a l a a n l a s t e n van h e t d e e l p r o g r a m m a
406
118
89
t o t a a l a a n b a t e n van h e t d e e l p r o g r a m m a
252
118
89
totaal a a n l a s t e n van het d e e l p r o g r a m m a
463
716
633
totaal a a n baten van het d e e l p r o g r a m m a
342
716
633
1.066
413
120
999
413
120
totaal a a n l a s t e n van het d e e l p r o g r a m m a
655
331
346
totaal a a n baten van het d e e l p r o g r a m m a
570
331
346
152
152
36
89
152
36
Economische
Werk
en
Zaken
Arbeid
totaal a a n l a s t e n van het d e e l p r o g r a m m a totaal a a n baten van het d e e l p r o g r a m m a Recreatie
en
Toerisme
Plattelandseconomie totaal a a n l a s t e n van het d e e l p r o g r a m m a totaal a a n baten van het d e e l p r o g r a m m a Informatie
en
Analyse
totaal a a n l a s t e n van het d e e l p r o g r a m m a
101
161
122
totaal a a n baten van het d e e l p r o g r a m m a
103
161
122
Saldo programma voor resultaatbestemming
488
-
-
-
-
-
Totaal a a n lasten van het p r o g r a m m a
2.843
1.891
1.346
Totaal a a n baten van het p r o g r a m m a
2.355
1.891
1.346
•
-
Mutaties reserves
Saldo programma na resultaatbestemming
Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
488
15
Toelichting op de lasten en baten:
Apparaatskosten Programmakosten
Begroting 2012 Lasten Baten 708 1.183
Algemeen
Begroting 2013 Lasten Baten 601 745 45
Economische Zaken
405
Werk en Arbeid Recreatie en Toerisme
18 144
Plattelandseconomie
36
Informatie en Analyse
98
Bijdrage gemeente apparaatskosten
712
601
Algemeen Economische Zaken
44 228
Werk en Arbeid
102
Recreatie en Toerisme Plattelandseconomie
203 0
Informatie en Analyse
24
217
Bijdrage gemeente programmakosten
375
Algemeen
45
Economische Zaken
120
Werk en Arbeid Recreatie en Toerisme Plattelandseconomie Informatie en Analyse
18 124 21 48
Bijdrage Provincie
691
300 285
271
70
Economische Zaken Plattelandseconomie
15
Bijdrage derden / overig
20 50
Recreatie en Toerisme Informatie en Analyse
REWIN bijdrage gemeente REWIN
1.181
Totaal
3.072
1.146 1.181 3.072
1.146 2.492
2.492
De bijdrage in de programmakosten nemen toe vanwege een herijking van de begroting en de kosten van de taken. Ook zijn de bedragen nu inclusief btw geraamd zodat we, net als bij de andere regelingen van de doorschuif-btw-regeling gebruik kunnen maken zonder de btw terug te hoeven vragen aan de gemeenten. Bijdragen van derden nemen af, en ook de Provinciale subsidie neemt af in verband met de afloop van het project Leren en Werken.
16 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
2.4
Programma 4
Ruimtelijke ontwikkeling en Wonen
Programmaomschrijving: De bestuurcommissie Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen draagt zorg voor de uitvoering van de opgaven van de Strategische agenda 2012-2020 en projecten vanuit de Uitvoeringsagenda van de Ruimtelijke Visie West-Brabant. Naast de voortgangsbewaking van deze projecten wordt, samen met de provincie Noord-Brabant de agenda van het Regionaal Ruimtelijk Overleg (RRO) opgesteld. Het team Regioarcheologie dat, sinds de invoering van de Wet op de Archeologische Monumentenzorg in 2007, zorg draagt voor een optimale inzet van archeologische expertise ten gunste van en met zo gering mogelijk risico en kosten voor de individuele en 11 deelnemende gemeenten (en Gilze-Rijen). Sinds de inwerkingtreding van de Modernisering Monumentenzorg (MoMo) in 2012 is het team ook belast met het adviseren omtrent het bovengronds cultureel erfgoed. Onderdeel van de bestuurscommissie is de (afbouw van de) uitvoering van de subsidieregeling Besluit Woninggebonden Subsidies (BWS). Het onderdeel Wonen voorziet in de realisatie van de Regionale Agenda Wonen die samen met de provincie is vastgesteld. Beleidskaders: Vastgestelde kaders zijn de Ruimtelijke Visie West-Brabant, de Strategische agenda 2012-2020, de Structuurvisie en de Verordening Ruimte van de provincie Noord-Brabant, de samenwerkingsovereenkomsten inzake de Gebiedscommissies 2.0 (Gebieden met Energie) en verschillende intentieverklaringen met andere overheden en maatschappelijke partners.
Wat willen we bereiken? Samenwerken aan het eenduidig vertalen en het uitwisselen van kennis en informatie over actuele ontwikkelingen op het gebied van de Ruimtelijke Ontwikkeling. Vanuit het jaarlijks vast te stellen werkprogramma worden diverse actuele beleidsonderwerpen via werkgroepen en/of thema's en themabijeenkomsten uitgewerkt en worden projecten uit de Ruimtelijke Visie West-Brabant vorm gegeven. Een integraal uit te voeren project dat door Ruimtelijke Ontwikkeling in 2011 is gestart en een doorlooptijd heeft tot en met 2013, is het project "Kansen voor de regio - tijdig inspelen op een ander demografisch perspectief voor West-Brabant". De uitvoering van dit project wordt in samenwerking met de bestuurscommissie Leefbaarheid in 2013 afgerond. Ook de in 2012 ter hand genomen projecten Arbeidsmigranten en Wonen met Zorg en Welzijn krijgen, in samenwerking met Leefbaarheid en Sociaal Economische zaken in 2013 hun realisatie. Het team regioarcheologie gaat de deelnemende gemeenten ondersteunen in hun wettelijke zorgplicht voor archeologie Wat Wonen betreft ligt het accent op de kwalitatieve uitwerking en afstemming van lokale programma's. Gemeenschappelijke, strategische woononderwerpen voor heel West-Brabant zijn: Arbeidsmigranten, Wonen met Zorg en Welzijn en Demografische Veranderingen.
Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
17
Wat gaan we daar voor doen? Windenergie: Het regionale bod Windenergie van minimaal 2 x 100 MW dat aan de provincie Noord-Brabant en het rijk is gedaan is - afhankelijk van de te volgen procedures - ultimo 2016 gerealiseerd. Demografische veranderingen: Het in 2012 afgeronde project 'Demografische veranderingen, kansen voor de regio', met als doel bewustwording, omvangbepaling en beeldvorming, beleidsontwikkeling en ontwikkeling van integraal beleid in beeld te brengen is de basis voor tal van projecten die vanaf 2013 in domein van Leefbaarheid integraal worden uitgewerkt, dan wel in gang gezet. Bouwberaad: Het Bouwberaad, het netwerk en inhoudelijk platform dat fungeert als kenniscentrum en vraagbaak voor majeure kwesties op het gebied van woonvraagstukken zoals kwalitatieve vraag naar woningen, Arbeidsmigranten, Wonen met Zorg en Welzijn en Demografische veranderingen en komt periodiek bij elkaar. Woningcorporaties, zorginstellingen, marktpartijen en overheden (Bouwberaad) werken als "partners' samen bij het oplossen van de kwantitatieve en kwalitatieve vraag naar woningen. Arbeidsmigranten: Het door de samenwerkende 'O's' integrale vastgestelde projectvoorstel wordt uitgewerkt. Wonen met Zorg en Welzijn: Het door de samenwerkende 'O's' integrale vastgestelde projectvoorstel wordt uitgewerkt. Gebieden met energie (voorheen Gebieds- en Reconstructiecommissies): De voormalige Gebiedscommissie De Wijde Biesbosch en de Reconstructie- commissie De Baronie werken op strategisch niveau nauw samen met de regio West-Brabant. Er zijn samenwerkende (3 'O's') uitvoeringsorganisaties ontstaan die de regionale opgaven integraal oppakken. De commissie Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen is het podium waar de strategische beleidskaders worden vastgesteld. Landschap: De door de bestuurscommissie RO/Wonen en het RRO ingestelde regionale werkgroep landschap voert de onderwerpen van het Uitvoeringsprogramma Landschap West-Brabant uit. Waterpoort: Waterpoort is een integraal gedragen gebiedsontwikkeling en een zichzelf in stand houdend systeem waardoor economische ontwikkelingsmogelijkheden van de regio (in de Zuidwestelijke Delta) optimaal en duurzaam worden benut. Het nieuwe ecologisch evenwicht heeft een verzilt Volkerak-Zoommeer met (beperkt) tij als stip op de horizon. De commissie Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen is het regionale podium van waar uit Waterpoort wordt gefaciliteerd. Deltaprogramma: De bestuurscommissie RO/Wonen fungeert als podium voor alle deltaprogramma opgaven welke periodiek op de bestuurlijke en ambtelijke tafels komen.
18 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
Wat mag het kosten? Programma Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen Begroting 2012
R e k e n i n g 2011
Begroting 2013
Ruimtelijke ontwikkeling t o t a a l a a n l a s t e n v a n het d e e l p r o g r a m m a
278
231
239
t o t a a l a a n b a t e n v a n het d e e l p r o g r a m m a
231
231
239
t o t a a l a a n l a s t e n van het d e e l p r o g r a m m a
158
166
173
t o t a a l a a n b a t e n v a n het d e e l p r o g r a m m a
161
166
173
t o t a a l a a n l a s t e n v a n het d e e l p r o g r a m m a
229
121
171
t o t a a l a a n b a t e n van het d e e l p r o g r a m m a
161
121
171
t o t a a l a a n l a s t e n van het d e e l p r o g r a m m a
7
4
3
t o t a a l a a n b a t e n v a n het d e e l p r o g r a m m a
3
4
Regioarcheologie
Wonen
Besluit Woninggebonden Subsidies 3
Saldo programma voor resultaatbestemming
117
-
-
Mutaties reserves
-
-
-
T o t a a l a a n l a s t e n v a n het p r o g r a m m a
672
522
586
T o t a a l a a n b a t e n v a n het p r o g r a m m a
555
522
586
Saldo programma na resultaatbestemming
117
-
-
Toelichting op de lasten en baten:
Apparaatskosten
Begroting 2012 Lasten Baten 522
Begroting 2013 Lasten Baten 553
Ruimtelijke ontwikkeling BWS
239 3
Regioarcheologie
173
Wonen
Programmakosten
138
-
33
Wonen
33
Bijdrage gemeente apparaatskosten
380
323
Ruimtelijke ontwikkeling
239
BWS Wonen
3 138
Bijdrage gemeente programmakosten
166
173
Regioarcheologie
173
Bijdrage Provincie
33
33
Wonen
Bijdrage derden / overig Totaal
33
522
522
586
586
Hoewel de formatie verminderd is met 0,45fte op gebied van Wonen zijn de apparaatskosten toch gestegen, oorzaak ligt hier in het correct ramen van de loonkosten. Regioarcheologie is budgetneutraal verwerkt, de uren worden hier doorbelast aan de afnemende gemeenten.
Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
19
2.5
Programma 5
Mobiliteit
Programmaomschrijving: Het doel is te komen tot regionaal programma met betrekking tot de mobiliteit. Daarbij spelen multimodaliteit, modal shift en optimalisering van de goederenstromen een belangrijke rol. Randvoorwaarden zijn vermindering van de milieudruk en het vergroten van de veiligheid. Voor de gebieds gerichte aanpak (GGA) geldt dat er op subregionaal gebied wordt samengewerkt op het terrein van fiets en verkeersveiligheid en wordt de subregionale afstemming van de wegwerkzaamheden gestimuleerd. Beleidskaders: De ruimtelijke ontwikkelingsvisie West-Brabant De Regionale Visie Goederenvervoer West-Brabant 2010 - 2020. De Regionale OV-Visie West-Brabant Provinciaal Verkeers en Vervoer Plan ( P W P ) Regionale beleidsagenda verkeer en vervoer 2011 -2014 Strategisch plan verkeersveiligheid 2009-2015 GGA regio Breda Uitvoeringsprogramma Mobiliteit 2012, inclusief meerjarenprogramma 2012-2015
Wat willen wij bereiken? Een afgewogen regionaal uitvoeringsprogramma waarmee de (sub)regionale knelpunten op het gebied van verkeer en vervoer op een adequate manier worden aangepakt. Wat gaan we daar voor doen? Algemeen De Bestuurscommissie Mobiliteit levert een bijdrage aan de missie en doelstelling van Strategische Agenda West-Brabant. Het meerjarig uitvoeringsprogramma 2013 - 2016 en in het bijzonder de jaarschijf 2013 is hiervoor het adequate vehikel. GGA Breda. In 2013 zetten wij (gemeenten), in het kader van het BDU, de intensieve samenwerking met de Provincie Noord-Brabant, Rijkswaterstaat, Politie, Veilig Verkeer Nederland ( W N ) voort. Het uitvoeringsprogramma 2013 - 2016 en in het bijzonder de jaarschijf 2013 geeft inhoud aan de Regionale Beleidsagenda van de GGA Breda. Bij uitvoeringsprogramma speelt de missie van De Strategische Agenda West-Brabant (Trippel P en Trippel O) een belangrijke rol. De W G R Regio West Brabant maakt het mogelijk efficiëntie samen te werken met het GGA Westelijke Noord-Brabant. Dit geeft niet alleen financiële maar ook inhoudelijke voordelen door bundeling en een efficiënte organisatie van de deskundigheid van betrokken gemeenten. GGA Westelijk Noord-Brabant. De ambtelijke en bestuurlijke overleggen staan in het perspectief van de uitvoering van Regionale Beleidsagenda Verkeer en Vervoer GGA West-Brabant. Het meerjarenprogramma 2013 - 2016 en het uitvoeringsprogramma jaarschijf 2013 krijgt in 2012 de nodige aandacht. Het faciliteren en coördineren geschiedt vanuit het RWB kantoor in Etten-Leur.
20 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
Wat mag het kosten? Programma Mobiliteit Begroting 2012
Rekening 2011
Begroting 2013
Algemeen t o t a a l a a n l a s t e n van het d e e l p r o g r a m m a
109
152
107
t o t a a l a a n b a t e n van het d e e l p r o g r a m m a
185
152
107
t o t a a l a a n l a s t e n van het d e e l p r o g r a m m a
232
180
210
t o t a a l a a n b a t e n v a n het d e e l p r o g r a m m a
158
180
210
t o t a a l a a n l a s t e n van het d e e l p r o g r a m m a
30
38
38
t o t a a l a a n b a t e n van het d e e l p r o g r a m m a
10
38
Saldo programma voor resultaatbestemming
18
GGA Breda
GGA Westelijk Noord-Brabant 38
-
-
Mutaties reserves
-
-
-
T o t a a l a a n l a s t e n van het p r o g r a m m a
371
370
354
T o t a a l a a n b a t e n van het p r o g r a m m a
354
370
354
-
-
18
Saldo programma na resultaatbestemming
Toelichting op de lasten en baten:
Apparaatskosten
Begroting 2012 Lasten Baten 287
Algemeen GGA Breda
Programmakosten
Begroting 2013 Lasten Baten 306 96 210
83
48 77
Algemeen GGA WN-Brabant
38
335
Bijdrage gemeente apparaatskosten
314
Algemeen
107
GGA Breda
190
GGA WN-Brabant
18
Bijdrage gemeente programmakosten Bijdrage Provincie
-
-
35
40
GGA Breda GGA WN-Brabant
Bijdrage derden / overig Totaal
20 20 -
370
370
-
354
354
De apparaatskosten nemen toe, wegens juiste raming van loonkosten en hogere bedrijfsvoeringskosten. Hiertegenover staan bezuinigingsvoorstellen van een vermindering van werkbudget a € 24.500,- en vermindering van externe begeleiding op de GGA's a € 10.000,-. Uiteindelijk daalt de bijdrage hierdoor wat.
21 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
2.6
Programma 6
Duurzaamheid
Programmabeschrijving Geïnspireerd door de TELOS-driehoek (Planet, People, Profit) staat de samenwerking in WestBrabant voor duurzame ontwikkeling. Dit is een uitgebalanceerd ontwikkelingsproces gericht op het bevorderen van de veerkracht en kwaliteit van de natuur (ecologie), van het lichamelijke en geestelijke welzijn van de inwoners (sociaal-maatschappelijk) en een gezonde economische ontwikkeling (economie). Verbetering van het ene mag niet ten koste gaan van de andere(n). De ontwikkeling is dusdanig in balans en daardoor houdbaar, omdat er geen afwenteling in de tijd (toekomstige generaties) of ruimte (andere regio's) plaatsvindt. Het programma Duurzaamheid zet in op nieuwe verbindingen tussen duurzaamheid en ruimtelijke processen en sociaal-economische ontwikkelingen. Uitgangspunt is dat de duurzaamheidsdoelstelling als beleidsopgave wordt meegenomen in de ruimtelijke en economische agenda's en processen. Daarnaast kent duurzaamheid ook een eigenstandige verantwoordelijkheid en worden er projecten geïnitieerd. Bij deze projecten zal de markt ook een meer prominente rol gaan innemen. Dit houdt in dat er andere netwerken gaan ontstaan en moeten worden onderhouden waarbij kennis, kapitaal en beleid bij elkaar worden gebracht. Beleidskaders • Duurzaam West-Brabant in perspectief • Verklaring van Dussen • Energie Agenda West-Brabant • Langlopende afvalverwerkingscontracten • Strategische Agenda West-Brabant
Wat willen we bereiken? Bestuurlijke ondersteuning Via de bestuurlijke en ambtelijke overleggen (Bestuurscommissie Duurzaamheid en contactambtenarenoverleggen CADO en CAA) worden bestuurders en ambtenaren onder andere geïnformeerd over (op handen zijnde) ontwikkelingen op het gebied van duurzaamheid en wordt de koers bepaald van regionale duurzaamheidsonderwerpen. Milieu Op het gebied van milieu wordt er gestreefd naar het behouden en/of versterken van een duurzame omgeving. Centraal hierbij staat het bereiken van de doelstellingen op het gebied van klimaat, energie, biodiversiteit, afval, water en duurzaam bouwen en alles wat daar mee samenhangt. Afval Op het gebied van afval wordt gestreefd naar een vermindering van de hoeveelheid restafval en een verbetering van de afvalscheiding.
Wat gaan we er voor doen? Bestuurlijke ondersteuning Overlegvormen In 2013 worden 4 vergaderingen van de Bestuurscommissie en 4 vergaderingen van het CADO en CAA georganiseerd. Daarnaast vinden er verschillende specifieke themabijeenkomsten plaats. Andere overleggen zijn het MOLO, BEO (Brabants Energie Overleg) en het RIAT. 22 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
Coördinatie en programmering In dit programma valt de algemene coördinatie van het werkprogramma, de afstemming tussen de verschillende programmaonderdelen en het beheer van mensen en middelen. Jaarlijks wordt werkprogramma opgesteld en wordt hierover verantwoording afgelegd. Communicatie Op het gebied van communicatie worden activiteiten uitgevoerd als het aanleveren van artikelen voor de nieuwsbrief en de website van RWB. Milieu Grootschalige ruimtelijke initiatieven Grootschalige ruimtelijke initiatieven en plannen kunnen grote effecten hebben op de leefbaarheid binnen meerdere gemeenten in de regio. Het ligt dan voor de hand om gezamenlijk op te trekken om de (duurzaamheids)belangen van de regio te waarborgen. In 2013 (en verder) spelen onder andere het verder vorm geven aan het regionale aanbod van windenergie en het project Waterpoort (project in het kader van de Zuidwestelijke Delta) meer in het bijzonder in relatie tot de mogelijkheden van duurzame energieopwekking. Regionale monitoring Om het bereiken van de doelstellingen op het gebied van milieu en duurzaamheid te kunnen volgen is een instrument nodig waarmee de resultaten van onze inspanningen zichtbaar worden. Daartoe wordt elk jaar de Klimaatmonitor van AgentschapNL ingezet. Strategische Agenda Aan de begin 2012 vastgestelde De Strategische Agenda 2012-2020 wordt een uitvoeringsprogramma gekoppeld. Er vindt afstemming plaats tussen de drie pijlers (economie, leefbaarheid en ecologie) alsmede tussen de drie partners (ondernemers, onderwijs en overheid). Vanuit de Bestuurscommissie Duurzaamheid wordt er op twee manieren gewerkt: enerzijds binnen de pijler ecologie (met korte termijn prioriteiten op elk van de drie benoemde thema's water, biodiversiteit en klimaat) en anderzijds ook bij duurzaamheid als dwarsverbinding tussen de drie pijlers (TELOSgedachte). Duurzaam bouwen De inzet in 2013 zal gericht zijn op ondersteuning van de gemeenten bij de ontwikkeling van kennis, toepassing en beleid op het gebied van duurzaam bouwen in nieuw- en bestaande bouw. Tevens zal er uitvoering worden gegeven aan het convenant dat in 2012 zal worden afgesloten met de verschillende partners. Energieagenda In 2020 moet 20% van het energieverbruik duurzaam zijn opgewekt. Op langere termijn is de ambitie om West-Brabant energieneutraal te maken. Vergaande energiebesparing en versnelling van de energietransitie zijn van cruciaal belang. Hiertoe wordt in 2012 een energieagenda opgesteld voor de 19 gemeenten. Die agenda zal de komende jaren in gezamenlijkheid worden uitgevoerd. Countdown 2010/NME In 2010 is het NME-arrangement 'Brabantse parels van biodiversiteit' vastgesteld. Ter concretisering daarvan worden er elk jaar gezamenlijke acties ondernomen. Zo ook in 2013. Over de concrete inhoud worden in de loop van 2012 nog besluiten genomen.
Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
23
Duurzaamheidscommunicatie Binnen de regio West-Brabant is een aantal gemeenten actief met allerlei vormen van educatie met betrekking tot natuur, ecologie, milieu, biodiversiteit en duurzaamheid. Vaak met als achterliggende gedachte dat bekendheid hiermee en het opdoen van kennis hierover zal leiden tot meer betrokkenheid en respect voor natuur en milieu. Door het Agentschap NL en de Provincie Noord-Brabant is de wens uitgesproken om over heel Brabant een dekkend netwerk duurzaamheid participatie & communicatie te realiseren. Om dit te bereiken zullen de gemeenten en de educatieve centra in onze regio moeten gaan samenwerken. Nieuwe ontwikkelingen In het werkprogramma wordt ruimte gereserveerd voor het inspelen op nieuwe ontwikkelingen, zoals duurzame mobiliteit en vergroening van de economie. Hierbij is afstemming met en draagvlak bij andere bestuurscommissies én de andere strategische partners van groot belang. Gevelisolatie In de Wet geluidhinder is opgenomen dat in nieuwe situaties wordt voldaan aan bepaalde geluidsnormen. Voor situaties die op het moment van de inwerkingtreding van de Wgh al een te hoge geluidbelasting ondervonden is een saneringsplicht opgenomen. Hiervoor krijgen de gemeenten via het Investeringsfonds Stedelijke Vernieuwing (ISV) een bijdrage voor de sanering van woningen langs gemeentelijke en provinciale wegen. Inmiddels loopt de ISV-3 periode (tot 2015). De oud-MARBgemeenten hebben afgesproken in het saneringstraject gezamenlijk op te trekken. De subsidie, tot 2015 is dat € 1,2 miljoen, wordt doorgesluisd naar een regionale pot en er wordt gewerkt op basis van een prioriteitenlijst. Afval Contractmanagement De ontwikkeling van de aanleververplichting op de onderdelen (grof) huishoudelijk restafval en gftafval zal voor 2013 worden gemonitord. Tevens zal in samenwerking met de contactambtenaren afval de regionale benchmark (grof) huishoudelijk restafval en gft-afval gehouden worden; een voortzetting van het onderzoek uit voorgaande jaren, maar nu voor 18 gemeenten. Beleidsontwikkeling Het ingezette traject over het cradle-to-cradle principe zal verder worden uitgewerkt op het vlak van 'afval is grondstof. Aan het eind van de levensduur moet een product zonder veel moeite uiteen te nemen zijn in onderdelen die weer een hoogwaardige grondstof zijn voor een nieuw product. Dit is een belangrijk beleidsmatig aspect in het perspectief van het einde van de bestaande verwerkingscontracten voor huishoudelijk restafval én GFT-afval in 2017. Vereniging van contractanten Vanuit de Vereniging van Contractanten (VvC) worden initiatieven ontwikkeld om de verwerking van huishoudelijk restafval na 2017 beleidsmatig in beeld te brengen. De Regio West-Brabant vertegenwoordigt de gemeenten in de ambtelijke kerngroep. GR Nazorg gesloten stortplaatsen Bavel-Dorst en Zevenbergen Voor de GR Nazorg wordt secretariële ondersteuning verleend en wordt een voorzitter voor de (ambtelijke) overleggen geleverd. Financiering vindt plaats vanuit de GR Nazorg.
24 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
Wat mag het kosten? Programma Duurzaamheid Begroting 2013
Begroting 2012
Rekening 2011
Algemeen t o t a a l a a n l a s t e n van het d e e l p r o g r a m m a
162
132
132
t o t a a l a a n b a t e n van het d e e l p r o g r a m m a
142
132
132
t o t a a l a a n l a s t e n v a n het d e e l p r o g r a m m a
311
77
86
t o t a a l a a n b a t e n v a n het d e e l p r o g r a m m a
322
77
86
t o t a a l a a n l a s t e n v a n het d e e l p r o g r a m m a
244
841
599
t o t a a l a a n b a t e n v a n het d e e l p r o g r a m m a
404
841
599
Saldo programma voor resultaatbestemming
151-
-
-
Mutaties reserves
-
-
-
Totaal a a n l a s t e n van het p r o g r a m m a
716
1.050
817
T o t a a l a a n b a t e n v a n het p r o g r a m m a
867
1.050
817
Saldo programma na resultaatbestemming
151-
-
Afval
Milieu
-
Toelichting op de lasten en baten
Apparaatskosten
Begroting 2012 Lasten Baten 338
Algem een/b estuurlijk Afval
123 58
Milieu
Programmakosten
Begroting 2013 Lasten Baten 348
167
712
469
Algem een/b estuurlijk
9
Afval Milieu
28 432
Bijdrage gemeente apparaatskosten
554
385
Algem een/b estuurlijk Afval
132 86
Milieu
167
Bijdrage gemeente programmakosten
210
150
253
282
Milieu
150
Bijdrage Provincie Milieu
Bijdrage derden / overig Totaal
282
1.050
33 1.050
-
817
817
De apparaatskosten nemen toe in 2013 door het juist ramen van de loonkosten en een verhoging van de bedrijfsvoeringskosten. De programmakosten nemen echter af, doordat gekozen is minder uren te besteden aan monitoring / Co2-reductie en een mogelijke andere invulling van de uit te besteden taken. Op de uit te besteden taken is bij de bezuinigingsronde zo'n € 17.500,- bezuinigd. De bijdragen nemen daarom logischerwijze af.
Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
25
2.7
Programma 7
Kleinschalig Collectief Vervoer
Programmaomschrijving In de bestuurscommissie Kleinschalig Collectief Vervoer (KCV) werken 18 West-Brabantse gemeenten én de provincie Noord-Brabant samen aan kwalitatief goed en duurzaam financierbaar (kleinschalig) collectief vervoer voor mensen met én zonder functiebeperking. Beleidsdoelstellingen op het gebied van zorg/welzijn en mobiliteit komen hier samen. Gemeenten streven vanuit de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) zelfredzaamheid, verblijf in de eigen woonomgeving van ouderen en mensen met een beperking na. Waar eigen mogelijkheden ontbreken is collectief vervoer noodzaak voor deelname aan de samenleving, het voorkomen van vereenzaming. De provincie Noord-Brabant staat vanuit leefbaarheid, duurzaamheid, het tegengaan van congestie een goed openbaar vervoer voor. Waar de inzet van groot materieel niet efficiënt is, is kleinschalig collectief vervoer aangewezen. De wederzijdse afhankelijkheid is groot: als gemeenten ingrijpen op de Wmo-vervoersvoorziening ziet de provincie zich gesteld voor een groter beroep op (de duurdere component van) haar OV-systeem. De tariefstelling in het openbaar vervoer heeft gevolgen voor de beprijzing van het Wmo-vervoer. Een gezamenlijke uitdaging heeft zich aangediend: hoe zijn zoveel mogelijk mensen te bedienen met het "grote" OV, dat veel voordeliger is dan het dure maatwerk in de vorm van deel- of regiotaxi. Het vergt een uitgebalanceerd samenspel van de 19 overheden om vanuit hun onderscheiden verantwoordelijkheden hierin resultaten te boeken. Dit is waar KCV West-Brabant voor staat. De beleidsmatige afstemming tussen provincie en gemeenten op het snijvlak van openbaar vervoer en maatvervoer, uitwisseling tussen gemeenten waar het gaat om het (uitvoerings)beleid ten aanzien van de Wmo-voorziening. Meer uitvoeringsgericht is het aanbesteden en contracteren van het deeltaxivervoer een taak die de 19 overheden aan het samenwerkingsverband hebben opgedragen. Het kwalitatief en financieel beheer hiervan vereist blijvende inzet. Uitvoeringskracht is beschikbaar voor de activiteiten die nodig zijn om de transitie van maatvervoer naar openbaar vervoer te bewerkstelligen. De werkzaamheden van KCV zijn in vier deelprogramma's ondergebracht: 1. Ontwikkeling, uitvoering en beheer Deeltaxi West-Brabant 2. Kostenbeheersing Deeltaxi West-Brabant 3. Verbeterd en Toegankelijk Openbaar Vervoer 4. Samenwerking Kostenbeheersing is per definitie doel van de KCV-samenwerking en vormt de rode draad door de deelprogramma's heen. In het deelprogramma "Kostenbeheersing" wordt expliciet aandacht besteed aan doelstellingen, resultaten en mogelijkheden op dit terrein. In de loop van 2011 heeft de bestuurscommissie ZWO, met oog op de decentralisatie van de functie "extramurale begeleiding'vanuit de AWBZ naar gemeenten, KCV gevraagd een advies uit te brengen over de organisatie van de daartoe behorende vervoerscomponent, mogelijk in combinatie met ander (doelgroepen-)vervoer. Dit advies wordt in de loop van 2012 uitgebracht. Mochten gemeenten prijs stellen op een vervolgactie vanuit de regio, dan zal bezien moeten worden hoe dit binnen het RWB wordt georganiseerd. Misschien dat hiervoor dan een nieuw deelprogramma ingericht moet worden. Beleidskaders GR Regio West-Brabant en Verordening bestuurscommissie KCV Samenwerkingsovereenkomst Regiotaxi Noord-Brabant 2011 -2015
26 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
Wat willen we bereiken? Ontwikkeling en Beheer Deeltaxivervoer West-Brabant • Het voorzien in de mobiliteitsbehoefte voor sociale doeleinden van mensen met functiebeperking door middel van het ontwikkelen, realiseren en in stand houden van kwalitatief goed en op de beperking toegesneden collectief vervoerssysteem. • Het voorzien in de mobiliteitsbehoefte van mensen (waaronder ouderen) die geen alternatief hebben door middel van het ontwikkelen, realiseren en in stand houden van kwalitatief goed en ook voor de klant betaalbaar collectief vervoerssysteem
een een OVeen
Kostenbeheersing Het samen met de deelnemers ontwikkelen, realiseren en in stand houden van een duurzaam betaalbaar collectief vervoerssysteem. Verbeterd en Toegankelijk OV in West-Brabant Een verbeterd, toegankelijk Openbaar Vervoer in West-Brabant, dat door meer Wmo-geïndiceerden en ouderen wordt gebruikt. Samenwerking Een effectieve en efficiënte samenwerking op het gebied van kleinschalig collectief vervoer in WestBrabant.
Wat gaan we daar voor doen? Ontwikkeling en Beheer Deeltaxivervoer West-Brabant Het deeltaxivervoer West-Brabant behoort tot de grootste en best gewaardeerde kleinschalig collectieve vervoerssystemen in Nederland. Halverwege 2011 hebben gemeenten en provincie door financiële nood gedwongen diverse bezuinigingsmaatregelen getroffen, waaronder het beperken van de reismogelijkheden en een hogere beprijzing van de langere ritten. Toch waarderen de ca. 45.000 vaste klanten de reismogelijkheden en de uitvoering met resp. een 7,6 en een 7,8. Per 2013 verdwijnt (ook als gevolg van financiële krapte) de klantgroep "ouderen" als apart reizigerssegment. De seniorenkorting komt dan te vervallen. Seniorenpashouders kunnen met deeltaxi blijven reizen, maar betalen het hogere "vrije reizigerstarief' voor OV-klanten in deeltaxi. Het huidige deeltaxicontract loopt eind 2013 af met de mogelijkheid tot verlenging met 2 maal een jaar. Begin 2012 zal een eerste afweging plaatsvinden ten aanzien van de (on-) wenselijkheid van een verlenging. Overwegingen daarbij betreffen de relatie met het regionale busvervoer (dat per 2015 opnieuw aanbesteed moet zijn), de contractprijzen de geleverde kwaliteit. Wordt een verlenging niet op prijs gesteld, dan zal nog in dat jaar een voorstel voorgelegd worden aan de deelnemers voor een eventuele gezamenlijke, nieuwe aanbesteding van het deeltaxivervoer. In dit scenario wordt 2013 een aanbestedingjaar: het bestek zal moeten worden opgesteld en vastgesteld, waarna de Europese procedure van start gaat die medio 2013 moet leiden tot een gunningbesluit, zodat enige maanden resteren voor de implementatie van de nieuwe overeenkomst. Leiden de overwegingen tot verlenging van de overeenkomst, dan schuift het geschetste proces in tijd 1 of eventueel 2 jaar op. Uiteraard gaan intussen de beheersmatige activiteiten op het vlak van financiën, kwaliteitsbewaking, communicatie en monitoring door. In verband met de bezuinigingstaakstelling zal KCV met ingang van 2012 ieder jaar volstaan met een beperkt klanttevredenheidsonderzoek (waar voorheen 1 maal per 2 jaar een uitgebreid onderzoek plaatsvond). Ook in de sfeer van "communicatie" wordt een kostenreductie doorgevoerd.
27 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
Kostenbeheersing Kostenbeheersing heeft, met succes, al sinds 2003 de nodige aandacht gekregen. Begin 2010 is vanwege naderende bezuinigingen een tweede tranche kostenbeheersing opgestart. In verschillende ronden is bestuurlijk overeenstemming bereikt over een (bij voorkeur door iedereen door te voeren) "collectief pakket" en een "individueel pakket". Begin 2011 namen gemeenten en provincie besluiten over verschillende maatregelen, die medio 2011 geïmplementeerd zijn. Dit heeft geleid tot een verlaging van de vervoerslasten met 1 miljoen euro (= 9%), ten opzichte van het voorgaande jaar. De effecten van de bezuinigingen werken door in 2012 en 2013. Omdat tegelijkertijd sprake is van een aantal kostenverhogende factoren, wordt in 2012 4% lastengroei voorzien. Ook in de begrotingsperiode 2013-2016 is sprake van een jaarlijkse kostenstijging van ca. 4%. Dit uitgaande van ' staand beleid"; niet uit te sluiten is dat de overheden, waar nog mogelijk, tot verdere ingrepen in het voorzieningenniveau gaan beslissen. Daarnaast is nog maar in beperkte mate rekening gehouden met mogelijke dalingen van het vervoersvolume als gevolg van een beter openbaar vervoer. v"oor 2013 staan op het terrein van kostenbeheersing voor KCV de volgende acties op het programma: • het continu monitoren van de ontwikkelingen in de vervoersomvang en het bijstellen van de ramingen. Het in beeld brengen van de effecten van de genomen maatregelen en het doen van evt. noodzakelijk aanvullende voorstellen; • het monitoren van oneigenlijk/ongewenst gebruik van Deeltaxi West-Brabant; • het ondernemen van actie bij geconstateerd/vermoed oneigenlijk/ongewenst gebruik richting klanten en instellingen of andere derdepartijen. Ontwikkeling aantal ritten Deeltaxi West-Brabant 2010-2016 (x 1.000)
ca Vrije reizigers
• Senioren
• Wmo
R2010 (1.163)
R2011 (1.085)
B2012 (1.107)
HB2012 (1.074)
B2013 (1.051)
2014 (1.056)
2015 (1.056)
2016 (1.056)
Verbeterd, toegankelijk OV West-Brabant werkt aan een betere toegankelijkheid van het openbaar vervoer, zodat dit meer gebruikswaarde heeft voor (o.a.) ouderen en mensen met een beperking. KCV is een grote initiator van de halteaanpassingen in onze regio en biedt gemeenten op allerlei wijze ondersteuning daarbij. Tot 2016 loopt een subsidieregeling waarop gemeenten een beroep kunnen doen als zij haltes aan willen passen en haltemeubilair willen plaatsen. De voeding van de subsidieregeling wordt gevonden in een fonds dat de provincie Noord-Brabant ten behoeve van KCV beheert. Eind 2011 bevatte dit fonds ca. 7,4 miljoen €. In principe is dit bedrag toereikend voor de verbetering van het totale haltebestand in West-Brabant. 28 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
Om (potentiële) deeltaxiklanten ertoe te bewegen daadwerkelijk gebruik te gaan maken van het toegankelijke busvervoer, moet het Wmo-indicatiebeleid waar mogelijk aangepast worden. Door middel van voorlichting, training, ondersteuning en verleiding (o.a. prijsprikkels) zal een overgang van deeltaxi naar OV worden bewerkstelligd. KCV is hiermee samen met gemeenten, de bestuurscommissie Mobiliteit, de andere Brabantse regiotaxi-organisaties en provincie aan de slag. De bestuurscommissie KCV besloot begin 2012 tot een heroverweging van de inzet van het fonds voor toegankelijke bushaltes. In de loop van dat jaar zal opnieuw bezien worden in welke mate inzet op fysieke en/of "mentale" toegankelijkheid wordt nagestreefd. Ook andere geëigende bestedingsdoelen (op het gebied van vervoer) zullen worden overwogen. In het kader van dit deelprogramma zal een bijdrage geleverd worden aan een verdergaande integratie van deel- of regiotaxi en stads- en streekvervoer, zowel qua vervoerskundige ontwikkeling als op beheersmatig gebied. De nieuwe concessie voor het busvervoer (2015) biedt wellicht kansen tot meer uitwisseling tussen groot en klein openbaar vervoer. Een versimpeling van het OV-aanbod, met name wat de taxiachtige producten betreft, zou vanuit marketingoverwegingen wenselijk zijn. De discussie over de vormgeving van het toekomstige OV vindt met name in 2012 plaats als de uitgangspunten voor de OV-aanbesteding en de regionale en provinciale OV-visie geformuleerd worden. Voor 2013 staat vervolgens een verdere uitwerking hiervan op het programma. KCV levert vanuit het streven naar OV met gebruikswaarde voor ouderen en mensen met een beperking een bijdrage aan de discussies en uitwerking. Samenwerking De bestuurscommissie KCV West-Brabant komt 4 keer per jaar bijeen. De vergaderingen worden voorbereid door het presidium, dat daarnaast een aantal eigenstandige taken en verantwoordelijkheden heeft. De ondersteuning van de bestuurlijke overleggen is een activiteit die bij dit programma hoort. Dit omvat tevens het faciliteren van de ambtelijke beleidscommissie KCV, die richting bestuursorganen een adviserende rol heeft. Ook het financiële management (de productie van begrotingen en jaarstukken, voortgangsrapportages) valt hieronder. Dit deelprogramma behelst ook het beheer van de Samenwerkingsovereenkomst regiotaxi NoordBrabant 2011-2016. Deze bevat de afspraken tussen de samenwerkende gemeenten en de provincie voor wat de samenwerking en financiering van het regio-/deeltaxivervoer betreft. Voor de periode 2011-2016 is, na een lange discussie, een afbouw overeengekomen van de middelen die de provincie aan de regio's beschikbaar stelt (de zogenaamde OV-samenwerkingsbijdrage). De gezamenlijke inzet op beter bruikbaar OV is hierin eveneens bekrachtigd. De samenwerkingsovereenkomst wordt in 2013 geëvalueerd, en mogelijk wordt dan ook een begin gemaakt met een verkenning van de samenwerkingsaspiraties na 2015. Wat mag het kosten? Voor het deelprogramma KCV is 2,8 fte beschikbaar die tezamen 3.950 productieve uren leveren. Een overzicht van de ureninzet is opgenomen in bijlage 7.1. Ten tijde van de 2 aanbestedingsjaren en het eerste contractjaar ligt een zwaar accent op het deelprogramma 1; in de overige jaren is er meer ruimte voor inzet op kostenbeheersing en toegankelijkheid. Omdat nu niet te zeggen is wanneer de aanbesteding voorbereid moet gaan worden, is vooralsnog uitgegaan van de spreiding van uren in niet-aanbestedingsjaren gedurende de gehele begrotingstermijn. Een nieuwe aanbesteding vergt een budget voor de inhuur van externe deskundigheid op met name juridisch gebied. Hierin is nog niet voorzien: te zijner tijd zullen daarvoor voorstellen voorgelegd worden. Wel is een tweetal "reguliere" werkbudgetten ingerekend. Een werkbudget van ca. € 21.000,-/jaar voor uiteenlopende 29 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
beheersmatige activiteiten (zoals een jaarlijks klanttevredenheidsonderzoek, kosten van het reizigersoverleg, de klachtencommissie) en een communicatiebudget van € 38.000,- voor de productie en verspreiding van een tweetal nieuwsbrieven, foldermateriaal etc. Programma Kleinschalig Collectief Vervoer R e k e n i n g 2011
Begroting 2013
Begroting 2012
Beheer en ontwikkeling t o t a a l a a n l a s t e n v a n het d e e l p r o g r a m m a
13.368
13.083
13.549
t o t a a l a a n b a t e n v a n het d e e l p r o g r a m m a
13.286
13.036
13.560
t o t a a l a a n l a s t e n v a n het d e e l p r o g r a m m a
21
35
29
t o t a a l a a n b a t e n v a n het d e e l p r o g r a m m a
30
31
25
t o t a a l a a n l a s t e n v a n het d e e l p r o g r a m m a
1.011
1.695
1.891
t o t a a l a a n b a t e n v a n het d e e l p r o g r a m m a
1.030
1.691
1.887
totaal a a n l a s t e n van het d e e l p r o g r a m m a
87
71
73
t o t a a l a a n b a t e n v a n het d e e l p r o g r a m m a
66
67
69
Saldo programma voor resultaatbestemming
73
60
1
90-
-80
21-
20
20
Kostenbeheersing
Verbeterd, toegankelijk OV Samenwerking
Mutaties reserves
Onttrekking Storting
T o t a a l a a n l a s t e n v a n het p r o g r a m m a
14.485
14.884
15.542
T o t a a l a a n b a t e n v a n het p r o g r a m m a
14.413
14.824
15.541
Saldo programma na resultaatbestemming
17-
0-
-
30 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
Toelichting op de lasten en baten:
Apparaatskosten
Begroting 2012 Lasten Baten 325
Beheer en ontwikkeling deeltaxivervoer Kostenbeheersing
799
25 37
Verbeterd, toegankelijk OV
69
Samenwerking
Programmakosten
Begroting 2013 Lasten Baten 330
14.559
15.212 13.350
Beheer en ontwikkeling deeltaxivervoer
4 1.854
Kostenb eheersing Verbeterd, toegankelijk OV
4
Samenwerking
205
205
Bijdrage gemeente apparaatskosten
123
Beheer en ontwikkeling deeltaxivervoer
15 23
Kostenb eheersing Verbeterd, toegankelijk OV
43
Samenwerking
8.802
Bijdrage gemeente programmakosten
9.932 9.932
Beheer en ontwikkeling deeltaxivervoer
5.344
5.748
Bijdrage Provincie
3.444 9 1.864
Beheer en ontwikkeling deeltaxivervoer Kostenbeheersing Verbeterd, toegankelijk OV
26
Samenwerking
Bijdrage derden / overig
60
69
60
Beheer en ontwikkeling deeltaxivervoer
Mutaties reserves Totaal
14.884
60 14.884
15.542
1 15.542
Toelichting: De vervoerskosten (programma 1) zijn naar boven bijgesteld en dat werkt ook door in de volgende jaren. Dit heeft de volgende oorzaken: • de contractprijzen worden jaarlijks aangepast aan de hand van de NEA-index. Vanwege CAOontwikkelingen in de taxibranche, maar vooral ook door de stijgende brandstofprijzen, is in 2012 sprake van een hogere indexering (nl. 5,8%), dan op basis van gemiddelde indexcijfers in de afgelopen jaren ingerekend werd (2,8%); • in de begroting 2012 werden aannamen gedaan over de effecten van de diverse (cumulatieve) bezuinigingsmaatregelen. Deze blijken gelet op de ervaringen in 2011 aardig te kloppen. Zij rechtvaardigen een neerwaartse bijstelling van de ramingen uit de begroting 2012. Een aantal gemeenten onderworp voorheen (sommige al jaren lang, enkele pas recent) potentiële Wmo-deeltaxigebruikers aan een (generieke) inkomenstoets. Begin 2012 blijkt dit juridisch niet houdbaar te zijn. Voor de betreffende gemeenten is het verwachte vervoersvolume daarom weer opgehoogd; , • in het vervoerscontract is qua financiële systematiek sprake van een vaste prijscomponent (een prijs per vervoerseenheid) en een variabel deel. Het vaste deel is als gevolg van deze systematiek na aanbesteding goedkoper geworden. Het variabele deel bedraagt maximaal € 450.000,-, (ca. 3% van de opdrachtsom per jaar) en is gekoppeld aan de uitvoeringskwaliteit. Sinds het aanbestedingsbestek werd opgesteld is deze kwaliteit aanzienlijk verbeterd, 31 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
•
waardoor de vervoerder in 2011 nagenoeg het totale bedrag mocht ontvangen. In de begrotingen 2011 en 2012 werd gerekend met een te betalen bedrag van € 400.000,-, waarvan € 350.000,- doorberekend is/wordt aan de gemeenten en provincie. Het verschil wordt afgedekt vanuit de KCV-egalisatiereserve kwaliteitsprikkel. Begin 2012 is duidelijk geworden dat de kosten richting € 450.000,- gaan. De genoemde egalisatiereserve schiet te kort om het verschil (€ 100.000,-) ook in 2012 af te dekken. De bestuurscommissie KCV heeft, vooruitlopend op de hiervoor vermelde heroverweging, besloten het tekort aan te zuiveren vanuit de gelden die voor de vervolgaanpak toegankelijkheid bestemd zijn. In de begroting 2013 is vooralsnog vanaf dat jaar en verder een kostenpost van € 450.000,- opgenomen, die in z'n geheel doorberekend wordt aan gemeenten en provincie. de provinciale subsidie in de vorm van de OV-samenwerkingsbijdrage (die grotendeels ingezet wordt om de kosten van Wmo-vervoer af te dekken) daalt volgens de gemaakte afspraken jaarlijks met € 170.000,-. Daarnaast is waarschijnlijk sprake van een extra korting als gevolg van de reductie van het Wmo-vervoersvolume in 2011 en 2012. De samenwerkingbijdrage daalt daardoor in de begrotingsperiode van 2,1 miljoen naar 1,5 miljoen. Overigens geldt voor het jaar 2016 nog een groot voorbehoud, omdat de samenwerkingsovereenkomst eind 2015 door partijen opgezegd kan worden.
Een voorbehoud moet natuurlijk ook gemaakt worden ten aanzien van de contractprijzen voor het vervoer in verband met de aanbesteding die gedurende de begrotingsperiode op enig moment zal plaatsvinden. Ontwikkeling kosten t.l.v. de deelnemende overheden (excl. af te dekken btw-kosten) (x 1.000 euro)
- ^ r e a l i s a t i e tm 2011 e n ramingen begroting 2012 e n 2016
2013-
14.528 13.946 13.561
13.783
13.522 13.077
R2008
R2009
R2010
R2011
14.075
13.263 12.952
HB2012
B2013
2014
2015
2016
De inzet op de deelprogramma's 2 (kostenbeheersing) en 4 (samenwerking) bestaat voornamelijk uit uren, daarnaast is een deel van het reguliere werkbudget aan deze programma's toebedeeld. Op deelprogramma 3 drukken de kosten op het gebied van toegankelijk openbaar vervoer. Het nog beschikbare budget is, in afwachting van de resultaten van de heroverweging van het fonds, in gelijke parten over de periode 2012 tot en met 2015 verdeeld. Overzichten met de financiële prognoses per overheid zijn opgenomen in bijlage 7.2. De productbegroting bevindt zich in bijlage 7.3. In bijlage 7.4 is de ontwikkeling van de reserves te vinden. 32 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
2.8
Programma 8
Zorg, Welzijn en Onderwijs
Programmaomschrijving Dit programma richt zicht op de volgende onderwerpen: Regionalisering leerplicht Transformatie Jeugdzorg WMO en transitie AWBZ- begeleiding Projecten ter verbetering van de lokale leefbaarheid en het ontwikkelen van regionale verbindende schakels hiertussen.
Beleidskaders Voor de transformatie jeugdzorg is een regionale visie vastgesteld en wordt per jaar een uitvoeringsprogramma ontwikkeld. Voor de overige onderwerpen is geen beleidskader vastgesteld.
Wat willen we bereiken? • Regionaal werkend administratiesysteem voor alle leerlingen. • Waar mogelijk (sub) regionale team(s) van samenwerkende leerplichtfunctionarissen • Transformatie-agenda voor jeugdzorg per vastgestelde subregio en voor de hele regio • Uitvoering van de plannen uit de pilot regelarme invoering transitie AWBZ-begeleiding • Inhoudelijk vervolg op de regionale verbindende schakels m.b.t leefbaarheid. Wat mag het kosten? Programma Zorg Welzijn en Onderwijs Rekening 2011
Begroting 2012
t o t a a l a a n l a s t e n van het p r o g r a m m a
75
1.707
t o t a a l a a n b a t e n van het p r o g r a m m a
75
1.707
Saldo programma voor resultaatbestemming Mutaties reserves
Saldo programma na resultaatbestemming
Begroting 2013 138 138
0
0
-
0
0
-
0
0
-
Toelichting op de lasten en baten
Apparaatskosten Programmakosten Bijdrage gemeente apparaatskosten Bijdrage gemeente programmakosten Bijdrage Provincie Bijdrage derden / overig Totaal
Begroting 2012 Lasten Baten 40 1.667
Begroting 2013 Lasten Baten 138 -
40
138 138
-
1.707
1.667 1.707
138
De verschillen tussen de boekjaren 2012 en 2013 wordt veroorzaakt voor de overname van de taak op Jeugd (voorheen uitgevoerd door de gemeente Roosendaal) waardoor de apparaatskosten zijn toegenomen in verband met het aanstellen van een beleidsmedewerker. In 2012 is gewerkt met een
Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
33
RSA-subsidie van de provincie Noord-Brabant, deze loopt niet door in 2013 waardoor de programmakosten en de bijdrage van de provincie tot 0 dalen.
34 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
3.
Paragrafen
Conform de regelgeving in het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) dient in de begroting een aantal paragrafen te worden opgenomen. Deze verplichte paragrafen zijn: Lokale Heffingen Weerstandsverm ogen Onderhoud Kapitaalgoederen Financiering Bedrijfsvoering Verbonden partijen Grondbeleid
(niet van toepassing voor GR Regio West-Brabant) (niet van toepassing voor GR Regio West-Brabant)
(niet van toepassing voor GR Regio West-Brabant) (niet van toepassing voor GR Regio West-Brabant)
Een aantal van deze paragrafen zijn niet van toepassing voor de Regio West-Brabant. Deze paragrafen zijn derhalve niet in dit hoofdstuk opgenomen. Naast deze verplichte paragrafen is, conform de financiële verordening van de GR Regio WestBrabant, de volgende paragraaf opgenomen: Subsidies
35 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
3.1 Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen van een organisatie geeft een indicatie van de mate waarin het vermogen toereikend is om financiële tegenvallers op te vangen zonder dat het beleid direct moet worden aangepast. Door de financiële risico's te beheersen en het weerstandsvermogen hierop af te stemmen, moeten worden voorkomen dat elke nieuwe financiële tegenvaller dwingt tot bezuinigen. Bij een gemeenschappelijke regeling staan de deelnemende gemeenten financieel garant. Bij de GR Regio West-Brabant hebben de gemeenten aangegeven dat zij het niet langer wenselijke dan wel noodzakelijk achten dat een verbonden partij weerstandsvermogen opbouwt. Reserves voor specifieke risico's of bestemmingen mogen nog wel gevormd worden. Hoewel iedere organisatie risico's loopt is op dit moment nog geen volwaardige risico-inventarisatie uitgevoerd. Dit staat gepland voor het jaar 2012. Gelet op bovenstaande is er bij de GR Regio WestBrabant geen sprake van weerstandsvermogen. Ondanks dat we nog geen volledige risico-inventarisatie uitgevoerd is menen we met onderstaande risico's de grootste risico's in beeld te hebben: Personele formatie; diverse functies binnen de RWB zijn is momenteel met beperkte middelen of zelfs om niet ingevuld. Wanneer nieuwe ontwikkelingen hierin zorgen voor wijzigingen is het maar de vraag hoe deze formatie in te vullenA Het ontbreken van een knelpunten-budget of vrij eigen vermogen leidt ertoe dat iedere (personele) tegenslag voor een tekort zorgt bij de RWB. Mede gezien de aankomende taakstelling kan dit tot moeilijkheden leiden. De cao-ontwikkelingen zijn op dit moment nog niet door te rekenen en hier is geen rekening meegehouden in de loonkosten. Slagen van regionale projecten is voor een groot deel afhankelijk van de (vaak personele) inzet van gemeenten. 'Opdrogen' van mogelijkheden op het gebied van subsidies.
3.2
Financiering
Financiering betreft de wijze waarop de gemeenschappelijke regeling benodigde geldmiddelen aantrekt en (tijdelijk) overtollige geldmiddelen belegt. De uitvoering van de financieringsfunctie dient plaats te vinden binnen de kaders zoals gesteld in de Wet Financiering Decentrale Overheden (Wet FIDO). Naast deze wetgeving wordt door de gemeenschappelijke regeling in 2012 een treasurystatuut opgesteld waar nadere regels worden opgenomen om daarmee de financieringsfunctie te sturen, te beheersen en controleren. In deze paragraaf wordt achtereenvolgens op de volgende onderdelen ingegaan: - kasgeldlimiet - renterisiconorm - liquiditeitsplanning / financieringsbehoefte - overig Kasgeldlimiet: De kasgeldlimiet vormt de bovengrens waarmee een tijdelijk liquiditeitentekort gefinancierd kan en mag worden met een kortlopende geldlening (korter dan 1 jaar) op de geldmarkt. Als het liquiditeitentekort een structureel karakter draagt, moet er een langlopende geldlening op de kapitaalmarkt worden aangetrokken.
Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
36
De berekening van de kasgeldlimiet voor 2013 ziet er als volgt uit: Begrotingstotaal 2013: Toegestane kasgeldlimiet (norm = 8,2%):
€20,3 miljoen €1,67 miljoen
De verwachting is dat er in 2013 geen liquiditeitentekort zal zijn waardoor overschrijding van de kasgeldlimiet ook niet aan de orde is. Renterisiconorm De renterisiconorm stelt een grens aan het te lopen renterisiconorm op de vaste schuld. De risiconorm houd in dat de jaarlijks verplichte aflossingen en renteherzieningen niet meer mogen bedragen dan 20% van het begrotingstotaal. De GR Regio West-Brabant heeft momenteel geen leningen zodat overschrijding van de risiconorm niet aan de orde is. Liquiditeitsplanning / financieringsbehoefte Bij de gemeenschappelijke regeling Regio West-Brabant is er geen sprake van investeringen. Dit betekent dat er geen financieringsbehoefte is. De jaarlijkse lasten wordt gefinancierd door de jaarlijkse bijdragen van gemeenten, provincie en derden.
3.3
Bedrijfsvoering
Missie RWB: Wij zijn dé organisatie waar het belang van de 19 gemeenten samenkomt. Door te verbinden en te delen is de meerwaarde groter dan de som der delen. Wij geven hier samen met onze partners, vorm aan op een inspirerende, innovatieve en transparante wijze. De gemeenschappelijke regeling Regio West-Brabant is op 1 januari 2011 in werking getreden. Met ingang van medio april 2011 is de gehele organisatie met uitzondering van het loopbaancentrum gehuisvest in het ROC-gebouw in Etten-Leur. Het loopbaancentrum is gehuisvest in het stadskantoor van de gemeente Etten-Leur. De formatie voor de begroting 2013 bedraagt 27,00 fte (23,84 fte in dienst bij de RWB en 3,16 fte detachering vanuit deelnemende gemeenten). Ter vergelijking, in 2012 was dit 27,13 fte waarvan 25,57 fte in dienst bij de RWB en 1,56 fte detachering. Deze formatie is exclusief de formatie bij het Mobiliteitscentrum, aangezien dit een project is onder de bestuurscommissie Middelen. Nu in 2012 de missie is vastgesteld staat de rest van het jaar 2012 en verder in het teken hier uitvoering aan te geven en als organisatie dichter naar elkaar toe te groeien. Verdere optimalisering van de bedrijfsvoering zal noodzakelijk zijn in het teken van de kerntakendiscussie. Dit vergt echter wel de nodige tijd en aandacht. Met de gemeente Etten-Leur is een dienstverleningsovereenkomst afgesloten voor 5 jaar (afgesloten bij van start gaan RWB). Deze dienstverleningsovereenkomst is verlaagd met € 20.000,- (naar € 500.000,-) in het kader van de bezuinigingen. Tevens is in dit kader gekeken naar bezuinigingsopties bij vergaderlocaties. Aangezien de vergaderingen op het Trivium relatief prijzig zijn wordt vanaf 2012 gekozen om vergaderingen zo veel mogelijk in het Bestuur- en vergadercentrum in Etten-Leur te houden. De huurovereenkomst met het ROC voor huisvesting heeft ook een looptijd van 5 jaar. Per jaar betalen wij zo'n € 125.000,- aan huisvestingskosten.
Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
37
In 2012 zal verder gevolg gegeven worden aan de kerntakendiscussie. Dat dit een lastige klus gaat worden is wel gebleken bij de bezuinigingen die we tot nu toe hebben gevonden en doorgevoerd. Bezuinigingen op apparaatskosten zijn ruimschoot bekeken en niet haalbaar zonder verstrekkende (personele) gevolgen. De bezuinigingen zullen dus gevonden moeten worden in de programmakosten. Met de hoge ambities (Strategische Agenda) die we als regio hebben is het lastig handelen binnen de beperkingen die opgelegd zijn. De enige mogelijkheid die we hebben als regio om de projecten te laten slagen is met inzet, om niet, van de gemeenten. Wanneer dit niet lukt is de kans van slagen voor diverse projecten tot een minimum beperkt.
3.4
Subsidies
De 18 West-Brabantse gemeenten die deelnemen aan de Bestuurscommissie KCV kunnen tot 2016 een beroep doen op de subsidieregeling "Vervolgaanpak Toegankelijkheid Halten West-Brabant". Subsidiabel zijn de kosten van het toegankelijk maken van de zogenaamde niet-geprioriteerde halten. Daarnaast wordt haltemeubilair op aangepaste geprioriteerde halten gefinancierd. De beoordeling van subsidie-aanvragen (vooraf) en verantwoording (achteraf) vindt plaats aan de hand van een Toetsingskader. Verwacht wordt dat in de periode tot 2016 jaarlijks 1,6 miljoen aan subsidie wordt verstrekt. Hierbij geldt het voorbehoud dat de bestuurscommissie KCV in 2012 de inzet van de middelen voor toegankelijkheid opnieuw tegen het licht houdt. Dit leidt mogelijk tot een andere bestemming van de gelden, besluitvorming staat gepland voor oktober 2012.
38 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
4.
Financiële begroting
4.1 Overzicht van baten en lasten per programma In onderstaand overzicht wordt totaaloverzicht gegeven van alle programma's. Daarnaast is overzicht gegeven naar kostensoort. Totaaloverzicht per programma Programma
Begroting 2013 Lasten Baten
Algemeen bestuur Middelen Sociaal Economische zaken RO en Wonen Mobiliteit Duurzaamheid KCV Zorg, Welzijn en Onderwijs RESULTAAT VOOR BESTEMMING Mutaties reserves RESULTAAT NA BESTEMMING
365 1.159 1.346 586 354 817 15.542 138 20.308
365 1.159 1.346 586 354 817 15.541 138 20.307
20
21
20.328
20.328
De totale begroting van de Regio West-Brabant bedraagt ruim 20,0 miljoen. Het overgrote deel hiervan heeft betrekking op de Kleinschalig Collectief Vervoer. Totaaloverzicht naar kostensoort Begroting 2012 Lasten Baten Apparaatskosten Programmakosten Rewin Bijdrage gemeenten apparaatskosten Bijdrage gemeenten programmakosten Bijdrage gemeenten REWIN Bijdrage Provincie Bijdrage derden / overig Mutaties reserves Totaal
Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
2.583 19.423
Begroting 2013 Baten Lasten 2.630 17.678 1.146
2.588 9.727
20
8.427 1.204 80
22.026
22.026
2.671 10.751 1.146 5.999 886 1 21.453
21.453
Toelichting op apparaatskosten en kostenverdeling B 2012
B 2013
Huisvesting Bedrijfsvoeringskosten Loonkosten Detacheringen
119 688 1.429 348
124 642 1.422 431
Totaal
2.583
2.619
De apparaatskosten zijn ondanks de bezuinigingen die we ingezet hebben toch gestegen. Dit wordt met name veroorzaakt door het correct ramen van de loonkosten. Deze waren de afgelopen jaar niet geïndexeerd dus dit levert voor 2013 een toename. De detacheringskosten waren in 2012 niet correct geraamd, dit is ook hersteld in 2013. Kostenverdeling apparaatskosten Huisvesting Algemene kosten / bedrijfsvoering Algemeen Bestuur Middelen Sociaal Economische Zaken Ruimtelijk ontwikkeling en Wonen Mobiliteit Duurzaamheid Kleinschalig Collectief Vervoer Zorg, Welzijn en Onderwijs
Totaal
Bedrijfsvoering
Loonkosten
Detachering
19.978 8.818 1.975 24.203 23.376 12.859 13.778 13.043 5.970
76.009 17.023 208.628 201.502 110.846 118.764 112.430 51.464
183.588 36.255 227.059 325.928 180.712 213.960 202.961 51.991
124.000
896.666
1.422.454
-
51.500 175.460 38.000 138.200 -
27.500
430.660
De verdeling van de huisvestingskosten en bedrijfsvoeringskosten gebeurt op basis van het aantal fte per bestuurscommissie. De loonkosten- en detacheringskosten worden vanzelfsprekend toegerekend aan de bestuurscommissie waar de werknemer werkt.
4.2
Bezuinigingen
In 2012 is een start gemaakt met een takendiscussie. Hieruit zijn diverse bezuinigingsmogelijkheden ingebracht, deze zijn verwerkt in de begroting. programma
| bedrag
|
l/S
|APP/PROG |toelichting
AB
25.000
s
PROG
verlaging werkbudgetten
MOB
s
BDV-P
10.000 5.000 24.500 17.475 20.400 17.000 3.000 46.000
s s s s
PROG PROG PROG PROG PROG PROG PROG APP
Besparing inhuur derden Subsidie GGA's vermindering werkbudget vermindering externe uren vermindering uren RWM op monitoring / C02 reductie (240 * € 85,-) portikosten nieuwsbrief tlvcomm.budget ipv bedrijfsvoering klanttewedenheidsonderzoek versoberen (res .werkbudget) FPU PM Mobiliteit per 01-10-2012, functie voor de helft opvullen
BDV
20.000
s
APP
DVO - afspraak met E-L -/- € 20.000,-
DZH KCV
Totaal
I
s i
188.375
40 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
Op de budgetten in de begroting 2013 hebben we zo min mogelijk standaardindexatie opgezet, personele verschuivingen hebben plaatsgevonden waardoor de extra taakstelling van € 250.000,- nog leidt tot een taakstelling van € 110.000,-. Dit is het verschil tussen de benodigde bijdrage van de gemeenten op apparaatskosten en de afgesproken bijdrage op apparaatskosten. Zie tabel op pagina 41 (2.671 benodigd -/- 2.487 afgesproken bijdrage -/- 72 bijdrage onderdeel Jeugd)
4.3
Reserves en voorzieningen
Bij de oprichting van de Regio West-Brabant is bepaald dat het aantal reserves zal worden teruggebracht. Achterliggende gedachte hierbij is dat gemeenten garant staan voor de Gemeenschappelijke Regeling en dat algemene reserves voor het opvangen van tegenvallers niet nodig zijn. Dit betekent dat er binnen de GR Regio West-Brabant slechts een beperkt aantal bestemmingsreserves zijn.
Toelichting: In de reserve werkbudget wordt een bedrag van € 20.000 gestort, zijnde het verwachte bedrag aan rente-inkomsten. Ter dekking van programmalasten wordt een bedrag van €21.000,- aan deze reserve onttrokken. Op basis van de regeling "kwaliteitsprikkel" ontvangt de vervoerder een vergoeding. Deze kwaliteitsprikkel bedraagt maximaal € 450.000. In 2012 wordt, net zoals in 2011, een bedrag van € 350.000 bij de deelnemers in rekening gebracht, terwijl op basis van de ervaringscijfers 2011 de verwachting is dat ruim € 400.000 moet worden betaald. Eventuele verschillen worden via de egalisatiereserve kwaliteitsprikkel afgewikkeld. De verwachting is dat deze reserve in 2012 is uitgeput. Eventuele tekorten worden conform besluitvorming van de bestuurscommissie KCV vanuit de middelen voor de "West-Brabantse vervolgaanpak toegankelijke haltes" afgedekt. In de begroting 2013 is er vooralsnog van uit gegaan dat er € 450.000,- met gemeenten en provincie verrekend wordt via de vervoersnota's. Dit in afwachting van de resultaten van de herijking van de middelen voor de West-Brabantse vervolgaanpak toegankelijkheid. Stand per 31-12-
Stand per 31-12-
2012
Mutaties 2013
2013
Vermeerdering
Vermindering
Rente-
Overige ver-
tgv andere
tbv vaste
overige
bijschrijving
meerdering
reserves
activa
vermindering
KCV: Werkbudget project / adviezen
49.000
Reserve comm./ marketing
25.000
25.000
9.603
9.603
Egalisatiereserve salariskosten
20.000
21.000
48.000
Egalisatiereserve kwaliteitsprikkel 83.603
Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
-
20.000
-
-
21.000
82.603
41
4.4
Meerjarenraming 2013-2016
In het Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten (BBV) wordt voorgeschreven dat naast het begrotingsjaar ook de financiële consequenties voor de drie jaren volgend op het begrotingsjaar weergegeven dienen te worden. Voor het opstellen van de meerjarenraming is het boekjaar 2013 als basis gehanteerd. In de jaren 2014 tot en met 2016 is met de volgende indexeringen rekening gehouden: Personeelslasten (CAO, periodieken) 2% (overige) kosten derden / programmakosten: 1% programmaopbrengsten: 1% subsidies / inkomensoverdrachten: 0% Uitzondering hierop is de meerjarenraming van het Kleinschalig Collectief Vervoer. Door deze bestuurscommissie wordt, rekening houdend met de afgesloten contracten en inzichten in de vervoersontwikkeling, zelf een meerjarenprognose opgesteld die overgenomen is in deze begroting van de Regio West-Brabant. De hierboven gehanteerde indexeringen leiden overigens niet tot een hogere bijdrage van de gemeenten. De gemeentelijke bijdragen staan immers vast. Met het toepassen van de indexering wordt een zo realistisch mogelijk beeld gegeven van het meerjarenperspectief, en de daarbij behorende bezuinigingsopdracht voor de Regio West-Brabant. Het opnemen van de indexering (en daardoor stijgende kosten) betekent derhalve dat de oezuinigingsopdracht voor de Regio West-Brabant toeneemt. Indien de werkelijke indexeringscijfers afwijken zal de bezuinigingsopdracht voor de Regio WestBrabant met hetzelfde bedrag toe- of afnemen. Meerjarenoverzicht 2013-2016 B e g r o t i n g 2013
B e g r o t i n g 2014
B e g r o t i n g 2015
B e g r o t i n g 2016
Algemeen bestuur Middelen Economische Zaken RO en Wonen Mobiliteit Duurzaamheid KCV Zórg, Welzijn en Onderwijs
Lasten 365 1.159 1.346 586 354 817 15.542 138
Baten 365 1.159 1.346 586 354 817 15.541 138
Lasten 371 1.172 1.362 598 361 829 16.068 141
Baten 371 1.172 1.362 598 361 829 16.067 141
Lasten 378 1.184 1.378 610 368 841 16.367 144
Baten 378 1.184 1.378 610 368 841 16.366 144
Lasten 385 1.196 1.395 622 376 853 16.827 147
Baten 385 1.196 1.395 622 376 853 16.826 147
RESULTAAT VOOR BESTEMMING
20.308
20.307
20.902
20.901
21.270
21.269
21.800
21.799
20
21
20
21
20
21
20
21
20.328
20.328
20.922
20.922
21.290
21.290
21.820
21.820
Programma
Mutaties reserves RESULTAAT NA BESTEMMING
Naast de meerjarenraming per programma is ook een dwarsdoorsnede gemaakt naar soort kosten en bijdragen. Het meerjarenperspectief ziet er dan als volgt uit:
Apparaatskosten Programmakosten Bijdrage gemeente apparaatskosten Bijdrage gemeente programmakosten Bijdrage Provincie Bijdrage derden / overig Mutaties reserves Totaal
B e g r o t i n g 2013
B e g r o t i n g 2014
B e g r o t i n g 2015
B e g r o t i n g 2016
Lasten 2.630 17.678
Lasten 2.683 18.220
Lasten 2.736 18.534
Lasten 2.791 19.009
Baten
20
2.671 10.751 5.999 886 21
20.328
20.328
Baten
20
2.771 11.332 5.904 894 21
20.922
20.922
Baten
Baten
20
2.828 11.747 5.791 903 21
20
2.885 12.123 5.880 911 21
21.290
21.290
21.820
21.820
42 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
Uit bovenstaand overzicht blijkt dat de apparaatskosten, als gevolg van jaarlijkse indexeringen, zullen toenemen. Aangezien de gemeentelijke bijdragen zijn vastgesteld (zie paragraaf 4.4) blijft de noodzaak aanwezig te bezuinigen.
43 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
4.5
Gemeentelijke bijdragen 2013-2016
Door de Bestuurlijke Regie Groep (BRG) is in 2010 besloten om de gemeentelijke bijdragen voor de apparaatskosten vast te leggen. Doel hiervan is om in 2016 te komen tot een vast bedrag per inwoner, wat voor iedere gemeente hetzelfde is. Met de gemeente Tholen is een apart (vast) bedrag per jaar overeengekomen. In onderstaand overzicht treft u de vastgestelde bijdragen, inclusief Tholen, aan. Op de vastgestelde bijdragen is zoals besloten vanaf 2012 jaarlijks 3% korting verwerkt. Bij de vastgestelde bijdragen is € 72.000,- bijgeteld voor de werkzaamheden rondom Jeugd die vanaf 2012 bij de RWB plaatsvinden (voorheen gemeente Roosendaal). Vervolgens is aangegeven wat de benodigde bijdrage conform de meerjarenraming zou moet zijn.
2013/ 2.558
2014 2.482
2015 2.481
2016 2.481
Totale bijdrage
2.558
2.482
2.481
2.481
Benodigde bijdrage gemeenten cf. MJB
2.671
2.771
2.828
2.885
Totale benodigde bijdrage
2.671
2.771
2.828
2.885
113-
290-
346-
404-
Vastgestelde bijdragen gemeenten (inclusief bijdrage Jeugd)
Verschil (-/- = tekort)
Uit bovenstaand overzicht blijkt dat er richting 2016 een tekort van zo'n € 400.000 zal ontstaan. Dit wordt veroorzaakt door vaststaande bijdragen en oplopende kosten, gezien de indexering die we hanteren. De takendiscussie die in 2012 gepland staat zal met name ook zijn uitwerking moeten krijgen in het meerjarenbeleid.
44 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
5.
Bijlagen
45 Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
Ontwerpbegroting 2013 GR RWB
o s N « (
"O O)
Q
cd)
-*—*
co
o
co co 03 1—
Cö Q. CL CC c co co O) •4—» c 0
E a> a> L—
CL
OJ Oi Cö L-
2, 'cn
LO co ( C C O O t O O S l O C O C D M N N C O O S C O S ^ m 5 0 ) C O S C O C M O a 3 ( D T - CO ( O C O C M f N C O f l i n c O N C M
(O
O c o o 5 c o m o ) C D c o c N O) 1^ a> h-COCNCMO>COLOCNCOCO T - 00 C O C O C N O O L O O i O O O L O T j - 00 •<- L O ^ O) IO co oi oo T - a> CN •<(£) n Tf i - o CO O) CN co co •<- CN
CN CN O
CO
t-
cn
ro
•>T-
LO
od
co
co
oo o
I-co
(D
co N r-cn m CN CM
o o o
cg CM
csi
a> co CN a> in "
co co
(b ^ iri TJ- CO CN CO
LO
LU
co
c
or
CN CO O) co cn
CD
C 0
a>
o o n i n i f l i N O K D O N t O ' - i n ' - o n t e o o i T - n ( o o c o i o o ) ( D i i ) ( 3 ) o o ( D ^ ( D N t ( C 0 0 O C ) « ) i O ( 0 t S 1 0 ( 0 i n C M T ( M o o c o o o N ^ n o s e o O) ( N ffl i O i f i n o o o t N ' - ^ o j o i o o~ •>- TJ" COO5r-CSI'«-T-T-C0CO
s
Lil
TCN
o co
r-
CC
to a. CL
C 0 i t o o ( N ^ co L O ^t- 00 —
co
- ï - M N o ) O ^ U i D i o e 00 co CM - - O l "N CM CO
r-
C 0 B ( 0 0 ) 0 ) t O ) 0 ) i i ) ^ 0 ( c e o o o o o i n i n ^ o LO O CO 00 CM CM CD LO
N
CO C O
o
5
co o
ö
O 00 r co L O co L O TJ- co TJ" co ^ CO CM O) co co
CN CN
CO O) O
cd oo
c a> c CD
cu E
oo cc cc
zt
a> O) ca ca
O
co
E co co sz O
E o o o c
3 CD _Q SI
ro
rö .9-
<<
E> CD Si c
z
m
m
>-
a>
co T3
o3 E m
O CN O) c
a
«j
IÉ i
i
J
c
cu
c CD
p>
«I
_
Q. t OCDi
2 S
E co
TJ c
CD CO O
p
a>
CD' —' -4—
« OCDc w r r
r
r
w
C
CD
O
CD
O)
Q) Si CL
1
c O
o O O
O O O
ai
CM cb oo
CM
O O O
O O p iri co 00
co UP
estuursc ommiissie m
MP O O O
o o o
cb E co co
ai
r^
O oc
o o ©
O O
IO
O O O
CO
n
ai ai a> CM co IO
cö co CM CM
MP
TJ O CU O O
SZ
t! 3 3 O
O O O
O o O
O O O
o O O
O O p
O O O
O O O
T - r-i LO CM r o T00 CM C 0
O O O
ui
o> co
cn
o O O
O O IO
O O O
cd
id
CM CM r o CM
O O O
C*>
3
o 1-
O O O
O O 1 O
O O O
O O O
O O O
Tt
cri
ö
o O O
^
tri
MP
O O O
O O O
O O O
O O 1 O
ai
MP U P
1
MP MP O O 1 O
w 1
MP
1
MP
1
O O 1 O
1
O O O
Ut»
O O 1 O
cö CN
w
O O 1 O
O O O
id
ö LO
MP UP UP UP UP
UP
O O 1 O
cd
O O 1 O
O O O
O O O
T f T f CN *t— CN CN
cö
UP u p
UP MP yi»
UP IJL) IJL) MP MP MP UP UP UP UP UP
UP
O O O
O O O
o o o
O O O
O O O
O O O
O O O
cd co
id O)
^—
cö CN cd CN
CN
id r^ CO
O O O
O O O
Tt
O O O
O O O
Tf
O O O
O O 1 O
ö ö CN CN cö CN CO
O O O
O O O
CN od T—
N LU CO
UP
O o O o O o c CU CN CN CD TJ "O
O O O
O O O 00
O O O
O O O
O O O
cö
r^ cö
O O O
O O O
O O O
cö
cö
Tf
CN CN
CM CN
UP UP ljU UP MP MP IJL) MP IJL) Ui» u u
MP m»
UP UP UP
UJ»
o o o
o o o
CM CN ö
UP UP u v O O O
O O O N-' r-~' CO co co r T—
O O O
O O O
O O O
00 O
cd oo co •<»•
O O O
O O O
o o o
O O O
O O O
LO cri
O O O
ai
O O O
O O O
O O O
O O O
CN cö
O O O
O O O
O O O
O O O
O O O
O O 1 O
O O O
00
O) r>co
CN CO
UP UP IJl» MP 1*) UP IJl) UP MP IJL) MP Hl»
ui»
UU MP UP UP UP y p
UP
Tf co
O O O
O O O
O O O
O O O
O O O
cri O» CN CN
OJ cd cö OJ CO 0 0 IO co O CO CO LO r » 0 0
cn
O cö 00 CN
a> ai
CO
e>
a> * — < c a> a> E CD O
O O O
r^
O O O
cö CN
1
MP UP UP UP
O O O O 1 LO O
r^
UP MP IJL) IJP IJL) Uj» MP ui» O O O
MP
cö
UP UP UP y p O O O
MP
O O LO r^ r-' cö ö CN T—
1
CM LO 1^ O
UP MP ü v
UP UP
O O 1 O
E o E C ö cu co c -Q CD co CO •4—• "co cu CO 1_ c c x: 3 E> CD 3 co Q . a> E> a> O TJ c O O C U cu (U i z a> _ l TJ c •E CU £ 1 1 c cu 1 •e a> 0) cu CD E c 3 d) co C L T) c .c •c CU E> E O CD CU 0) O 0) O O Cö Q . co Q) •c 3 O T J co O 5 rr w < c o CO CO Q O Cö < X
-3
h? cz S3
2
tz
S>
m (D
•e f £
sz
LX
cT OJ
sz
E E O 0) Cö TJ O CU c TJ 'l_ • e T) O) (0 TJ CU O) T J 3 c C cu O 0) O o
a> sz
5
5
5 3
"2
1 _j
5«
00 CO
CO
CD
ID
CM
CO CM
CO
I
O) CM CM
O O CO
O O O O LO LO O LO O CO TT LO LO CM
IO CM CO CM
LO O LO r~ O Is. CM
o o
CO TT CM CM
r-. LO CO 0 0 TT 0 0 0 0 O TJ- TT • *
T* O CM csi
LO r~
o»
OJ CO LO CM
CO T* O •*
R2010
O O LO LO CM r—
00
a> co
O LO LO
OJ
co p
CM CM
4)
ic_o
Ë
CO
C 0) rj) c 8
"2 0)
SZ C CD *J C CO
3
d)
c
è
CO X
2 r* O) — >
CU TJ CD
i
o V
o. n
00
CM TT
£
CD CD O
'OJ
O)
c "5 co tz 5 $ O 'c < i_ 1 =? 3 t_c IC k _ E CCDD CD CCDD CD sz E SZ SZ s CD O CD CD m O £ O o mm CM CO TT LO co
c UJ O SP c $ CP TJ 0J — O CD
«J
O
"CD
CD
Q o> £ 'L_
s
O co
3 10
> o a>
cca SJ
JÉ
a
O TJ L0)
"53
C> D X •4-1
.SÉ
'è tz O OJ tz CD S "O CD CD <w 0_ ffl CD 3 <0
O) XI O CB
"5
O 1 •O
mb csi
T*
r~ LO OJ 00
1_ 0)
>
CD E
LO LO LO O CM CM O
m
m
CM
T—
00
O LO O CM LO CM LO O CM r~ r— 00
CSI co o> co'
Tf
00
CS OJ C
co co
o
LO 0 0 0 0 CM O O CO CO CO ^—
CM TT LO LO LO CO TT TT TT CD CM CM Ti-
«O
'5
c
m
CD OJ V) r-
1
E
O
«O C CM M
OJ c
o O o O CO
LfJ Tt
00 00
+-» (0 0)
Csi cg
5?
B
O
CM CM
1
o *:
"cu
co
0)
(0
O
m
E
o
1
L_
O
E
O O O
c
'I c
Tt
c '3 k_ C CD D SZ CD C CU 4-1
— I -
"35
O O LO O
O)
*ro
CD
z
00
CS
CD
co
CO
CM os csi
t_
O O LO O
3.962
o o CM
B2012
O O
o o
CM CM
a: «2. S
Oi CM
R2011
f-
2.387
B2013e.v.
O O LO O CM LO LO O TT TT TT CO
O O LO LO o CO CM
E * 10
CSI CM
CM CM
o
ma {
co
co IO có
CO
Tt
en tz 'z*. i—
> ó>O Cö > "O CD O SZ O
O)
c E E co OÖ
OJ
c
flj
J£
cn n O cgc D_ OQO
OJ c CD
c !2 i.
"CD
c co
CO ï ic_o > .5, E CD 0)
cg CO *OD
E
csi
ï
JX. 3
C 4)
QJ ro c CD
LL
O)
tz CD CD
4)
O) CD O
tz
E co co
«
s
-Q 3 «0
UJ CO
«J
Ü)
E
I
;
i [c <0 c0
(D <si
CD OJ CO O) tz O CD 'tz CJ tn 3 i— 3 CD CD 3 OJ k_ CO Cö CD
3J 'Ê c £ Hz CS cco E D E E _d) O E 5J E E tj o 2 3u _l co s 2. C0 3 CS "O o TJ c Ü L_ O 'CD ï O CD 1O J m§ O m v_ 5 O Q, CM co LO CD
!
CO
5
DC DC
O co
o
CN D) c
c
8ut O
£
1
1
ë
03 0> TJ C
8!
8
c
tn
73 x
0)
> « ü
l i
O. O
h01
Q.
if
O
'È
4) > O
75
S o t-
i
1
CD
CO
CÉ
rr
fs
O
0) O) «I
>
ro o
M
CNI ÖJ
c
O
X h«!
E E
2 OJ
p
I
I
OJ O) XJ CL L_
co z
CM o
|
2
fe 0)
0
c O
* i
to # i i*->
CO CM
r>
i.
3
j
H
ê
I? I*
5 %
5 f
s i 2t
S i | | |
180.271 881.802
| |
567.594 820.137
| 12.926.080 |
|
420.985
| |
128.313 1.789.248
| 272.742
|
333.615 387.639
|
292.439
1.011.176 |
| |
393.964
812.248 399.435
| |
540.693
3.452.039 |
|
&|
130.905
1.306 1.495 2.105 10.728 39.994 7.513 9.665 5.346 4.892 7.428 9.601 12.436 3.546 3.999 4.273 3.651 1.672 5.392 168.877 303.921
| | | | | | | | | | | | | | | | | | | |
112.141 132.400 182.376 892.530 3.492.033 548.207 821.912 404.782 398.856 575.022 829.738 1.023.612 295.985 337.614 391.913 276.392 129.984 426.377 1.958.126 13.230.001
n
110.835
m
Ü it 3.939 | -367 | 2.940 | -386 | | 2.080 | -383 | 20.513 | -2.311 | 54.210 | -10.410 | 8.223 | -1.306 | 12.985 | -2.384 | 6.620 | -1.257 | 9.103 | -1.289 | 11.349 || -2.151 | 16.796 | -2.694 | 24.083 | -2.717] 6.967 11 -927 | 7.226 11 -1.020 | 8.184 | -752 | 6.735 | -973 | 4.478 | -401 | 6.569 | -1.276 | 130.500 | 343.500 | -33.000 |
r
|
O
| | | | | | | | | | | | | | | | | | | |
1.387 | | 127.4781 1.949 | 175.527| 849.268 | 9.956 | 859.224| 3.323.880 | 37.065 | 3.360.945| 520.448 | 7.014 | 527.462I 782.230 | 8.959 | 791 190| 384.597 | 4.977 | 389.575I 379.405 | 4.547 | 383.952| 546.772 | 6.901 | 553.673| 790.129 | 8.895 | 799.024| 974.336 | 11.535 | 985.870| 281.675 | 3.290 | 284.9651 321.263 | _ 3.711 I 324.973I 3.953 | 377.276| 262.648 | 3.401 | 266.048I 123.573 | 1.558 | 125.1311 405.213 | 5.026 | 410.2391 1.739.805 | 163.997 | 1.903.802| 12.464.990 | 289.333 | 12.754.323| |
173.577
&I j
*i
106.758
SË If
126.091
Ü I!
|1 -367 | | -386 | | -383 | | -2.311 | | -10.410 | | -1.306 | | -2.384 | | 1-1.257 J | -1.289 | | -2.151 | | -2.694 | | -2.714 | | -927 | | -1.020 | | -752 | -973 | | | -1.276 || | | -33.000 | 0?
-23.073 | -14.322 | | 107.263 | -26.414 | -16.543 | | 128.351 | -37.193 | -23.997 | 178.574 | -189.531 | -115.692 | 863.599 | -706.564 | -452.457 | 3.408.239 | -132.738 | -72.866 | 533.776 | -170.743 | -106.652 | 801.646 | -94.451 | -53.673 | 394.072 | -86.422 | -51.417 | 386.150 | -131.231 | -75.283 | 558.396 | -169.613 | -105.296 | 806.035 | -219.710 | -130.868 | 989.807 |, -62.649 | -38.175 | 286.399 | -70.651 | -43.793 | 327.409 |l -75.495 | -50.196 | 380.208 ]| -64.499 | -36.233 j 266.980 I' -29.535 | -16.718 | 124.235 || -95.263 | -55.517 | 415.692 I' -1.231.317j 1.658.748 | -3.617.093| -1.459.700| 12.615.580|
3.856 2.878 2.036 20.080 53.065 8.049 12.711 6.480 8.911 11.109 16.441 23.574 6.820 7.073 8.011 6.592 4.384 6.430 128.000 336.500
: M
-21 406 | -15.909 | 103.269 | -24.506 | -18.376 | 123.599 | -34.433 | -26.655 | 171.924 | -175.895 | -128.508 | 831.499 | -654.821 | -502.579 | 3.281.225 | -123.910 | -80.938 | 513.705 | -158.279 | -118.467 | 771.903 | -87.933 | -59.619 | 379.374 | [ -80.332 I -57.113^ 371.783 | -121.926 | -83.623 | 537.814 | -157.144 | -116.960 | 776.382 | -203.779 | -145.365 | 953.476 | -58.130 | -42.404 [ 275.782 | -65.556 | -48.645 | 315.209 | -69.830 | -55.757 | 366.064 | -60.079 | -40.247 | 257.028 | -27.525 | -18.570 | 119.590 | -88.787 | -61.667 | 400.059 | -1.196.920| 1.611.805 | -3.411.190| -1.621.400| 12.161.490|
8* o
X
*s
Ol
Ol
eo o
IO co oi
00
li 3
e
oo d
I s
CN CO CO
CN oi
CD 00 CD
CO CÖ
O co Ol
&
5
I
g.lk
Sr
1* ï £
1 ,*
i« M
CD Oï f" V
a> Ol
O O O ó 00
O O O O Ol rCD co
CL
raming 2016
OB 2013
I
2
CO
CN" CN
O O CO cd
E ca (0 .c cp O c 3 (U sz CL 3
o rT
CD
co tn co
o
co CN
to"
co to CO LO CO D oi C CÓ CO CN CO
O
rtq
O
CM
ui
l
co CO O co' co' co'
ui CN CN ö 00 CN *r Ol O O
O O O
o o O r — Ol co co
T-
CO LO co LO 00 Ol •t 01 IO co cd oi O IO CN O
IO
o o LO d co co O O O
O
O O O cd CN
r~ LO ^" r~ co 00 r-eo ^o Ol IO CN co *r LO
CD co CM O m to CO LO h- Ico s
, - o 01 IO co , co' co" co" -
IO
Ol
O O O O IO O oi co CO
co
co CO O N co oi C O r~ 00 IO
O O O O O O d O Ol CN
o O O d CN
O O IO co' CM
O
O
O
(O TT Ol co Ol co CN co LO Ol cd csi
^
co
co
CD co" co"
00 O O I- O có r- co
to co Oï CN
CM IO Oï O cb CD Ol LO IO cd
o O O 00
O O o cb
O O O O O O CN LO id cd CD LO CN CD q
O
O
CD s
OQ DC DC
o
I
E ca O O co N cn Oco o z c a>
CN CN M- O o TT OO oi LD CO co IO IO
2.648
li
O CN tn co CO cd CD rCN
1.379.817
1 1
CM Ol 00
1.112.745
O»
1.203.195
5
O O
c co a> co E ~o E co m O
1
O O
S>
O
1 1 O
01 a> c £? 01 ai £> TJ ai 'p 01 •c co ai X 01 LU O zz 01 — 1 c
s
XI
i
"cö co x> c £w 0(OA1 O O O cc O .n
O
1
c 01 f31 c 01 n01 sz c a. o 01 £ CC co
.c E Ü co CD T> "O c o 0) c c 0)
11
«f 1 O
E CD .c O tr CD "D "O c i N
ca z 01 'o c "cö 5 ro O O CL 1-
O * CP.
Q. 0) è
c O
o CD
CM
CD
3 cn
O
00 CD
s
O CM
iri o
csi
8
§
O
s
co
GD
O cd
3
CM
m x
O cd
'5 » Q)
co
O
00 O
L_
O)
c O k-
be
O)
u 3 TJ O
kQ. co ijla
0) O)
n
KC
>
r> co E E E O) o 0_
he
O
« 0) c o> c « O
JQ
CM
3
CM SÉ
O) Ó
>
co
'5 O)
c ö
o o
JÉ
c
cc o; O
co o CN O) c
o
CO
E E E ra o
0.
O)
0)
CO
I cn <
5
i
Q. iè
C
O
O 00
CN
O
O
s 8 CM
CO
O
e
s §
o CÓ
O
ffi
cn
X
o ö O 00
00 00
o
cn
ei
CM cd cn oi
ca CÉ CÉ
O
> O
ï
2o>co c •D roE ca co c
<0 1
~
c co E
5
CO Ol co ;o cn
O OJ
2
.O CO Ol c
p
I
Z
dl
O)
co m •g o o z
i<
<
cc O
ca
o t-
2 -i
C O L U O T
c
< Z
I-
< CO < UI 1- > -i or 3 ui co oo UI LU
CE
or
O
0
Q_
c O
O O O
CN
o
T— IA
O CM
co co
CO CM
CM
CM O)
X
cn en cri CM
s
cn
O O O
O O O
O
o o
O O O
o o o
O O O
iri
CM
CD
CD
O O O
CM
O CM
O O O
O O O
CM
O CN
Ö CO
O O
05
CM 00
CM 00
cn CM
tri
CM 00
CM 00
CM
cb
o
CM
O O
co CM
cn oei CM
r-
m
CM
co
cn
3 3
o
O O
CM
cn cn
CO
o
m x
34.7
O CM
co
O O O
co
O O CM
CM
O CN
co co
m
co CN
cn cn cn
81
s
O
o
CM
O O CM
co
CD
C 03
X)
CM
03
O)
c
ë
O CM
0£
O co m
CM
CO IA Ö CM
8
•O
co
co
(0 UI
£ tfl O
CU
(0
co <
a? CD
m
<
£
OTAAL
UJ
S> a> S£
'o c
JÉ
c O O) c c a> "O
CD CO
> o
O) c
CN
u> o
00
•O
k_ CO I
"55 a>
g
OJ C
E E 5
00
— r
Q. _ O) c
z LU CD
co •o E IS" 0D co CD
m
ro
3 O
co LU
ac
I
TJ
01
O)
tv
> a.
CC
co
o
LU
co CN
UI <
z < < =>
co LU
O)
c O)
a>
.O CL l—
tv
c O
CN SC CD O CN
co
co
oo en oo' co oo
00 cn oo' oo co
co
co CN CN
O O O
CN
X
IO r— O
O CN
oi
O O O
CN
X
CN CM CÓ
O CN
O CN
CN
CN
m
ca
co co
3
CN
X
co co
cn
cn •o cn 09 co co
co co co
CN
CN
OQ
m
c ra J3 2 m
00 co
IO Ol
CN
O O O
ooi co oo
e
i
O O O
O O
O O O
O O CM
O O C M
en
X
IO cn ö cn co
CN ffi
CN
m
i
w
>
c
O
XI Cö
0) -SÉ
C
co
co
o O CN
CN
te
co
te.
TT O
IO
IO
cn oo
en co
co
L_
m M-»
co
O)
a>
s
O
L.
tr
cn
TJ
iï V
u3
J3 k_
a> > ro ra E E co k_
o
p
W
E E
LU CO LU
5>
co ai * E
<0
•—
= o> LU ICA <
co
2 > I I 55 01
°*
5
UJ I< CD
CO (0
•O ja
o S
m Lu m
2
3
co LU te
te
3 Z> CO LU te
co O CNI
O)
c CO
c O
O
O
O
O
o o o
O
CM
CM O
1*.
O CM
co
IO CD CM
o cn cö r»
a>
s
O CM
8
CM CD Oi LO CM
CM co co
r» r*t LO r-
LO O CM
CO O CM ffi
rO Tt r-
CM
CD Q
CM 00
s
CD CD
CM
CM O rCM l».
CD CO
O CM
CM SC
O CM CO
CO CO LO
X
co CM OJ
d
O cn co ö r».
3
CO
rO
CM O CM ffi
LO
a> LO
O
O CM ffi
p» C M UT co
a> "cn" CM M CD C CO co CM cd CM
CM'
8
O O O
O O O
O O O
O O O
O O O
Tt
CM
CN O
<0 CM 00 t LO CM
oi r-
O O O
5'
8
TI-
CS CM
cn
CD
CM O
O
CM
O C M O CM •O
LO
•f
O
in o CM
CM
CM O CM
1
CM
LO O
CN ffi
CM O 00
s
co ro ö
co
co CM IO cn LO CM CM CM LO iri CM CM co co
CM O r-
O O O
CÓ
co
O cn co co co
O O
O O O
O cn co co co
O CM
O ON C
O
co cn O CN
IC O M
CM
CM iri iri CM
O
O CM ffi
CM
O C M
CM
O cn 00 cd r»
co co in
ö CD
s
CM O O CM ffi
00 CM 00 t
s
co
CM
O 00
CM O CM
CÉ
co cn rco' co
co co
s
LO LO
co
Ico O co CM LO
CM O O CM
CC
CM LO CM
s 00 CO
0)
3
0>
E re
CO
tn TT
re E E 5 ra o
LU p-
co <
0) $
.co. % O tn 'o cco CO E tn E 'Ë O o E 8 c O tn to "O 3 5 a> co i-
C
a> ai E a> co O)
"55"
Tt co cd co
co co
LO co
5 c
c
co •t c co E co
£ c
OTAAL
5 c
I—
CM
1-
5 I
ö CM
CD tfl
> O
g>
cu 'o cu 'c5 E O CD O) ccu cu o > O) ra 2, 2 CD m
00 00
2
to
3
.1 TJ O)
< z
§
O CN
LO
LO CN GO
ö CO
po
co
IA
CN O
CO
p-
cb co co
pcö •*
CN CO
Ol cri CN
p00 Ol CN' co 00
O CN
CO Y O CN m -
CN O CN ffi X
CN
CN oo
Csi
po
cri
co
CN
LO
CD
p-
CO CO
P-.' CN CO
<
N-
CSI
O
1;
P~
co
co
cp
o Oi co ö
p~
co co Ol
cö
co
O
LO LO
Ol CO
o Ol 00 ö p-
co
O O
CN
O
co co
ö CN
O
co
LO LO co
c
O ^ JÉ
CD
o>
CD CU
cn
tz
0)
sz
O c
CD
S3 c
CD -•—< co
O
JC
CN
CL
> tz
0.
a>
L. CD •4—'
a> co
ï
tz
a> E co
CL
00 00
TJ-
CN
pp~ p~ p^
~
co CN CN
00
CO
p~ o d p~
00 oo
00
00 CN
cn ui IS.
cn «t T — CO co O cö co co cö co co co is! co O
CO
p~
CN
co
a
LO
LO LO cö
00
Ol
•cf
pP-'
00 00
O p00 CN
co
T—
co LO
p~
Ol Ol pö co
CN
Ol LO Ol cd co CO
O
Ol
Ol LO co O
Ol Ol pd co
Ol LO Ol d Ol co
p~ LO Ol LO
00
p-
LO CN
o
TT
"O-
d co
d co O
CN
Is. O
s
ui T — O O CN
cd CO
IS.
ui cn •n
O
Ol CO
cd co
O O
CN 00
, _
cö
co
co
T _
O co
00
c ro XI ro
Tt cn co co
i
CN
LO co
CO
co 0
cö
T—
CO
0.
_J < < p-
o
(0
LO CN
CO LO
Ol p~
CD D O)
cö
o
p~ 00 Ol 00 T
CN
CO
«*•
LO' CN
•«r
iri
co co Tt
Ol Ol
CN LO LO
ö
O
CN
pOl O
oi
CO
s'
co
ro "03
co
co
LO
X
cd CN
00
cö
CN
O
cd co
**'
Pco LO
cö
CO P~
00 O
co CO
00
LO
O
O
Ol
p~
p~ O cri co p-
r-
CN P~
p-
CO
CO co O p^ co co cö co co to cö co
is.
T _
co LO co
C CO N o> CÓ POl
ui
OJ LO Oi O Tl-
CÖ
Ontwikkeling, uitws«ring en beheer Deeltaxi
Ui Y-
Ol
*~
p~'
i.
CN
00
00
p-
X O N Q£ lil > O _l
O
P-
CN
p~
cö
CC
00
co LO
CO
p-
' ~
00
00
co
r
ooi •>* LO co
CN
O CN
CO CN CN
CN
p~ pTt" LO p-
~
T
CN LO LO
p~ O Ol cd p-
Ontwikkeling, uitw ering en beheer Deeltaxi
p-
co
. a.
g O)
X
3
"53 OJ D
Ol tv
CD O
co
Ol
SZ
CD JO
c CD CO O
3C CN CL
tz
CD
t_
»
CD
m co CL
O CN
o. w
0) tz
CD
CO
O
tz
'ë
> S
Ol
cn „
tz T:
% tz
CD
E co co MCL
.£ ™
_l < <
JÉ JÉ CD
o
C
1-
•=
cn CD
c S O
O) c
CO
CD
2
< CO
< LU D LU co co LU LU CC CC
O) OJ XI Q. — i 0)
c O
ss
O
O CO
cri
tri
O
8 2 .
8 8 8
O iri oi c i uS CM m
!l
§
O CO
sss
cri
O E
O E
8
{
O ro 8 8
*. «O
i s
iri ui oi
5 S > 5
s s
> o
s sOi ui
tri -5 CM
f!
O E
o fO
"O O
5
•
S ? « "c ra •
oo
o» «
II
E
:
C CO X!
t
Ièl
I •
o 'co
if
X
a>
if
& 8
> co o • 3> a
CD
CU CO
*8
O CM
58
O)
c
O) > o
é 5 S
pil l | 11
•o CD ïv
ï l s ?
* I- ff .2? ff .3?
Q. fc €>
£. o
|
O) o
«
•
»
1 * H « 5 tr m UJ
'E a
= n
11 s s Q. E tt> f>
^
5 «
*
i1 li Ii ff
Isss J£ » = .= E
g
u> es re
tg
m
ui
S =w
•a 13 "E
t! l i si O) °
ï
ï
i f l1 i
li-
IE 9 » e ff & ° •= S ° s = « s s
fg eïg 8.OJ8
tl I ! ï g •5? °
ff
ff
S3 S
I I'll ^
m o
$ ar
n
at ui
a> Q.
I
c O