i3book GEBRUIKERSHANDLEIDING

i3BOOK GEBRUIKERSHANDLEIDING

2

www.i3-learning.com/i3book

INHOUD I. Productieomschrijving

04

II. i3BOOK installeren, verwijderen en registreren

04

1. Systeemvereisten 2. Installatieprocedure van de i3BOOK-software 2.1 Installatieprocedure van de i3BOOK-software 3. Verwijderen van de i3BOOK-software 3.1 Verwijderen van de i3BOOK-software

04

III. Registratie van de i3BOOK-software 1. Registratiemethode van de software 2. Technische kenmerken van de i3BOOK-software

07 07 08

IV. Functieomschrijving van het systeem 1. Hoofdinterface van de i3BOOK-software 1.1 Hoofdwerkbalk 1.2 Hulpmiddelenbibliotheek in de linkerwerkbalk 1.3 Hulpmiddelenbibliotheek van de i3BOOK-software 1.4 Zwevende werkbalk 1.5 Positie van de zwevende werkbalk 2. Bureaubladscherm 3. Functiehandelingen van de i3BOOK-software 3.1 Bestand 3.2 Ongedaan maken 3.3 Opnieuw 3.4 Nieuwe pagina 3.5 Pagina verwijderen 3.6 Vorige pagina 3.7 Volgende pagina 3.8 Rechtermuisklik 3.9 Zoomen 3.10 Pagina slepen 3.11 Selecteren 3.12 Pennen 3.13 Kleuren 3.14 Wisser 3.15 Invoegen 3.16 Tekst 3.17 Handschriftherkenning 3.18 Opvultool en lijnkleurtool 3.19 Wiskundehulpmiddelen 3.20 Andere 3.21 Custom Tool 3.22 i3BOOK 3.23 Meer 3.24 Zwevende werkbalk 3.25 Linkerwerkbalk 3.26 Slepen

09 09 09 09 09 09 09 10 10 10 12 12 12 12 12 12 13 14 14 14 14 15 15 15 18 19 19 19 22 24 24 25 25 25 26

V. Overige omschrijving

27

05 05 06 06

3

I. PRODUCTOMSCHRIJVING i3BOOK is een type educatieve software die algemeen gebruikt wordt op interactieve whiteboards. Dit product is een professioneel interactief multimediatool, ontworpen voor digitaal lesgeven, productpresentatie en educatief gebruik. Tegelijkertijd is het ook een tool met krachtige functies om heel wat multimedia-lesmateriaal en bordschema’s op te stellen. Door aanraking met het interactieve whiteboard, kan de gebruiker presentaties weergeven, tekenen, schrijven, vegen, annoteren, tekens invoegen, lijnen en hoeken tekenen, opslaan, slepen, vergroten, screenshots maken, beelden opslaan, live opnemen, enzovoort. Verder beschikt de software ook nog over een documentcamera, handschriftherkenning, keyboard-input, tekstinput en andere functies met diverse vakspecifieke symbolen. Deze whiteboard-software maakt het voor leraren bovendien gemakkelijk om lesmateriaal op te stellen voor lesmomenten en vergaderingen. Bij live-demonstraties en lesmomenten kunt u gemakkelijk interactieve communicatie tot stand brengen dankzij de i3BOOKsoftware op een interactief whiteboard. Aangezien de software gemakkelijk te bedienen is, kan de gebruiker hem onafhankelijk hanteren door opvolging van de instructies. Dit systeem is compatibel met eender welke software en ondersteunt het gebruik van eigen tools. Bovendien worden tekstbewerking, annotaties, illustraties, tekenen, educatief lesgeven en andere handelingen ondersteund. Aangezien de software zowel uitbreidbaar als open is, kunnen gebruikers het softwaresysteem onafhankelijk invullen. Zo kunnen bijvoorbeeld eender welke grafische symbolen, elementen, achtergronden, afbeeldingen en templates bewaard of geïmporteerd worden in de bibliotheek, zodat lesmateriaal voldoende gedeeld kan worden tijdens het lesproces. Voorts kan de software lesmateriaal effectief beheren. Deze handleiding is op diverse modellen van interactieve whiteboards van toepassing. Raadpleeg specifieke instructies voor het interactieve whiteboard.

II. I3BOOK INSTALLEREN, VERWIJDEREN EN REGISTREREN 1. SYSTEEMVEREISTEN Window 7-besturingssysteem Pentium 4-processor of hoger 1 GB (meer dan 2 GB is aanbevolen) Media Player 1 GB vrije schijfruimte (volledige installatie) Een schermresolutie van 1024×768 (16-bit high color of hoger)

4


2. INSTALLATIEPROCEDURE VAN DE I3BOOK-SOFTWARE 2.1 Installatieprocedure van de i3BOOK-software Start de installatieprocedure in de juiste map en klik achtereenvolgens op [Volgende], zolang de interface dat aangeeft, en voltooi de i3BOOK-installatie. (Opmerking: Klik eenmalig op de rechtermuisknop om de installatieprocedure als administrator voor Windows 7-besturingssysteem te laten lopen). Afbeeldingen 1-6 geven de installatieprocedure van de i3BOOK-software weer.

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Afbeelding 5

Afbeelding 3

Afbeelding 6

Afbeelding 4

5

3. VERWIJDEREN VAN DE I3BOOK-SOFTWARE 3.1 Verwijderen van de i3BOOK-software Procedure-instructie: U kunt de i3BOOK-software op de volgende twee manieren verwijderen: Manier 1: Ga naar de installatiemap van de i3BOOK-software en klik op het bestand uninst.exe. Daarna vraagt het systeem of alle componenten verwijderd moeten worden. Klik dan op ‘Ja’, waarna de verwijdering van start gaat. Voltooi de verwijdering naargelang van de instructies, zoals weergegeven in Afbeeldingen 1-4. Manier 2: Ga naar het configuratiescherm en klik op ‘een programma verwijderen of wijzigen’. Dubbelklik op de i3BOOK-software in de lijst van geïnstalleerde programma’s, selecteer ‘verwijdering’ in het pop-up-kader en klik vervolgens op [Volgende] om de verwijdering te voltooien. (Afbeeldingen 1-4)

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Afbeelding 3

Afbeelding 4

6


III. REGISTRATIE VAN DE I3BOOK-SOFTWARE 1. Registratiemethode van de software Vlak nadat de installatie succesvol is voltooid, verschijnt de registratiepagina, waar u een correct registratienummer kunt ingeven en de softwareregistratie kunt voltooien. Indien dat niet automatisch gebeurt, kunt u na het opstarten van de software [Registreren] selecteren onder het [i3 BOOK]-icoon in de bovenste werkbalk. Geef uw product-serienummer in in het registratiekader dat daarna verschijnt en registreer de software. Het serienummer van uw product wordt bij aankoop van de software bijgevoegd. Registratieprocedure van de software (Afbeeldingen 1-4)

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Afbeelding 3

Om de software te kunnen hanteren, moet de gebruiker het product-serienummer ingeven. Indien deze software niet geregistreerd is, kan hij slechts 10 keer uitgeprobeerd worden. Na afloop van de proefversie kan deze software niet meer gebruikt worden. Opmerking: 1. Het door de gebruiker aangekochte serienummer kan slechts één computer registreren. Afbeelding 4

7

2. Technische kenmerken van de i3BOOK-software i3BOOK is een type presentatiesoftware die voornamelijk voor lesmomenten en vergaderingen ontworpen is. Om nog betere resultaten te verkijgen, kan hij gecombineerd worden met een touch-display of een tablet-pc.

8

•

Diverse vakspecifieke symbolen worden ondersteund: geometrische figuren en algemene functies voor wiskunde, kleine letters, hoofdletters en fonetische symbolen voor Engels, alfabet voor Japans, muzieksymbolen voor kunst, wereldkaarten voor aardrijkskunde, diverse elektrische toestellen en componenten voor fysica, diverse elementen en instrumenten voor chemie, etc. Net daardoor is deze software het favoriete hulpmiddel tijdens lessen en vergaderingen.

•

Bovendien kan de handschriftpen vrij krabbelen op de huidige pagina van het whiteboard, de marker kan de kleur van het lettertype mooier maken, de magische pen kan automatisch de gewenste figuren herkennen aan de hand van het handschrift van de gebruiker. De kalligrafische pen maakt het handschrift duidelijker en mooier.

•

Verschillende soorten wissers zijn beschikbaar: kleine wisser, middelgrote wisser, grote wisser, ovaalvormige wisser, objectwisser en paginawisser.

•

Wiskundige formules kunnen automatisch bijbehorende functiegrafieken genereren in overeenstemming met de juiste formule-invoer van de gebruiker.

•

De point-to-point-pen kan een gesloten of open vorm tekenen.

•

De teksttool kan gebruikt worden om tekst in te voegen die de gebruiker wil weergeven.

•

Met de opvultool kan de gebruiker de randen of de inhoud van bepaalde grafieken opvullen.

•

Met de tabeltool kan de gebruiker het aantal rijen en kolommen ingeven en zo een tabel verkrijgen. Verder kan hij de lijndikte en -kleur van de tabel instellen.

•

Met de schermschaduw kunnen bepaalde gebieden van het live-scherm bedekt worden.

•

Het zwart scherm kan helpen om de aandacht van de leerlingen weer bij de les te krijgen.

•

De meetlat en de geodriehoek werken zoals een echte meetlat, waardoor lessen en illustraties levendiger worden. Ze kunnen ook een lengte-indicatie weergeven terwijl een lijn getekend wordt.

•

De schermopname kan een bepaald gebied van het scherm knippen en in het volgende venster plakken.

•

Dankzij de opnametool kunnen alle handelingen van de leraar opgenomen worden zodat leerlingen en deelnemers na de les of vergadering onverwerkte leerstof kunnen reviseren of inhalen.

•

Met de documentcamera kunnen echte objecten gefotografeerd worden en in digitale afbeeldingen omgevormd worden.

•

Bewerken op volledig scherm: de pagina-inhoud wordt op volledig scherm weergegeven.

•

Versleuteld document: Stel een wachtwoord in voor het document dat door de gebruiker werd opgesteld zodat anderen het niet kunnen gebruiken.

•

De achtergrondtool kan de achtergrondpagina opvullen met een kleur, een kleurenovergang, een patroon of een afbeelding en kan een achtergrond vastzetten op de pagina.

•

Met het zoeklicht kan een bepaald gebied van het live-scherm weergegeven worden. Het kan vrij in alle richtingen gesleept worden.

•

Met de sleeptool kunnen alle materialen op het scherm gelijktijdig verplaatst worden.

•

De zoomtool kan pagina’s vergroten en verkleinen. Bovendien kunnen bepaalde delen van een pagina vergroot of verkleind worden en kan de zoomfactor aangepast worden.


IV. FUNCTIEOMSCHRIJVING VAN HET SYSTEEM Klik op het

-icoon om de i3BOOK-software op te starten:

1. Hoofdinterface van de i3BOOK-software

1.3 Hulpmiddelenbibliotheek van de i3BOOKsoftware Het is niet nodig om de hulpmiddelenbibliotheek te installeren of toe te voegen. Alle bibliotheken zijn in de i3BOOK-software geïntegreerd, wat de software net typeert.

1.1 Hoofdwerkbalk De hoofdwerkbalk biedt de belangrijkste tools om pagina’s met objecten, tekst, grafieken, tabellen, kleur en zo verder te bewerken. (Zoals weergegeven in de afbeelding)

De hoofdwerkbalk bevindt zich standaard bovenaan. U kunt op klikken om hem naar onderen te verplaatsen.

Algemene Symbolen

1.4 Zwevende werkbalk 1.2 Hulpmiddelenbibliotheek in de linkerwerkbalk Biedt twee bibliotheken met functionele hulpmiddelen: een paginaoverzicht en een bibliotheek met vormen en figuren.

Bibliotheek met vormen en figuren: De gebruiker kan vormen en figuren hanteren tijdens het bewerken of tekenen door ze onmiddellijk naar de huidige pagina van het whiteboard te slepen.

De zwevende werkbalk bevindt zich standaard rechts op het scherm. De functies in de werkbalk komen grotendeels overeen met die in de hoofdwerkbalk.

1.5Positie van de zwevende werkbalk De zwevende werkbalk bevindt zich standaard rechts op het scherm. Door op te klikken, kan hij naar de linkerkant van het scherm verplaatst worden.

9

2. Bureaubladscherm Wanneer de i3BOOK-software geopend is, kan de gebruiker op de schakelknop in de zwevende werkbalk klikken om naar het bureaubladscherm te schakelen en daar te bewerken. Daarna kan hij terugkeren naar de hoofdpagina van de i3BOOK-software door op de -knop te klikken. (Zoals weergegeven in de afbeelding)

3. Functiehandelingen van de i3BOOK-software 3.1 Bestand 3.1.1 Een nieuw bestand aanmaken Instructie: Klik op de

-knop onder [Bestand] in de hoofdwerkbalk.

Wanneer de gebruiker op het icoon klikt om een nieuw bestand te openen, zal het systeem hem vragen om het huidige bestand al dan niet op te slaan.

Wanneer wijzigingen zijn opgeslagen, zal het systeem de gebruiker vragen om het bestand op de huidige schijf op te slaan.

3.1.3 Een bestand versleutelen Stel een wachtwoord in voor het document dat door de gebruiker werd opgesteld zodat anderen het niet kunnen gebruiken. Klik achtereenvolgens op [Bestand] en [Versleutelen] in de hoofdwerkbalk om het bestand van een wachtwoord te voorzien, zodat het versleuteld bestand enkel geopend kan worden wanneer het wachtwoord wordt ingegeven.

3.1.4 Huidige pagina exporteren Klik achtereenvolgens op [Bestand] en [Exporteren] in de hoofdwerkbalk. De huidige pagina die in bewerking is, kan als afbeelding naar een map geëxporteerd worden. De afbeelding wordt in jpgformaat opgeslagen.

3.1.2 Een bestand openen Openen: Open een bestaand bestand op de schijf. 1. 2.

10

Klik op het -icoon onder [Bestand] in de hoofdwerkbalk. Het volgende kader zal verschijnen. De gebruiker selecteert het bestand dat hij wil openen.


IV. FUNCTIEOMSCHRIJVING VAN HET SYSTEEM

3.1.5 Importeren Importeren: Sla de inhoud van Word-, Excel-, PowerPoint-, en Pdf-bestanden op als achtergrond of afbeelding in de paginalijst van de i3BOOK-software. Ondersteunde bestandsformaten zijn *.doc, *.docx, *.xls, *.xlsx, *.ppt, *.pptx, en *.pdf. Instructie: 1. Klik op onder [Bestand], selecteer een pdf-bestand in het pop-up-kader en importeer. Het importtype is ‘achtergrond’, zoals weergegeven in de afbeelding:

3.1.6 Opslaan Opslaan: Sla het huidige bestand op de lokale schijf op. 3.1.7 Opslaan als Opslaan als: Sla het huidige bestand op in WKBbestandsformaat zodat het een volgende keer onmiddellijk geopend kan worden. 1.

Opslaan/opslaan als: Sla het huidige bestand op in de lokale schijf. De gebruiker kan het bestand in WKB-formaat opslaan en tijdens het opslaan zal het systeem het bestand automatisch de juiste datum of data geven, die de gebruiker nog kan aanpassen.

2.

Instructie: Het bestand kan opgeslagen worden door op [Opslaan] of [Opslaan als] te klikken in de hoofdinterface.

Afbeelding 1

Afbeelding 2

2. Na een succesvolle import ziet de paginalijst er als volgt uit:

3.1.8 Huidige pagina afdrukken Huidige pagina afdrukken: verschillende functies zoals afdrukken, huidige pagina afdrukken, afdrukpreview en afdrukinstellingen zijn beschikbaar. Instructie: Selecteer [Print alles] onder [Bestand] van de hoofdinterface om de printer in te stellen, en selecteer dan [Afdrukken] of [Print actieve pagina] afhankelijk van hoe u wilt afdrukken.

11

3.5 Pagina verwijderen Verwijder een pagina: Verwijder de huidige pagina of een blanco pagina uit de paginalijst. Instructie: Selecteer in de hoofdwerkbalk om de geselecteerde pagina te verwijderen.

3.6 Vorige pagina Klik op [Vorig] om naar de vorige pagina te gaan. In Afbeelding (1) wordt van pagina 3 naar pagina 2 gegaan.

3.7 Volgende pagina 3.1.9 Alles afdrukken Alles afdrukken: verschillende functies zoals afdrukken, alle pagina’s afdrukken, afdrukpreview en afdrukinstellingen zijn beschikbaar.

3.2 Ongedaan maken Ongedaan maken: annuleer de voorgaande handeling. Instructie: Klik op [Ongedaan maken] in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk.

3.3 Opnieuw Opnieuw: Herstel informatie die de laatste keer ongedaan gemaakt werd. Instructie: Selecteer [Opnieuw] in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk.

3.4 Nieuwe pagina Nieuwe pagina: Voeg een blanco pagina toe onder de huidige pagina in de paginalijst. Selecteer in de hoofdwerkbalk om een blanco pagina toe te voegen, zoals weergegeven in de afbeelding.

Afbeelding 1

12


Klik op [Volgende] om naar de volgende pagina te gaan. In Afbeelding (1) wordt van pagina 2 naar pagina 3 gegaan.


3.8 Rechtermuisklik Selecteer bedieningsfuncties met de rechtermuisknop in de i3BOOK-software. Instructie: 1.

Klik op

3.8.2 Schikken Schik objecten op de pagina, zoals weergegeven in Afbeeldingen 3-4.

[Contekstmenu] in de hoofdwerkbalk.

Klik op [Contekstmenu] in de zwevende werkbalk rechts op het scherm. User may click on the page for 3sec, and the right click menu will pop up. (As shown in the figure) 3. Houd uw vinger gedurende 3 seconden op het bord, waarna het contekstmenu verschijnt. (Zoals weergegeven in de afbeelding) 2.

Afbeelding 3

Afbeelding 4

3.8.3 Uitlijnen Lijn diverse objecten Afbeeldingen 5-6.

uit

zoals

weergegeven

in

3.8.1 Groeperen Groepeer diverse objecten op de pagina in één object, zoals weergegeven in Afbeeldingen 1-2.

Afbeelding 5

Afbeelding 1 Afbeelding 6

Afbeelding 2

13

3.9 Zoomen Een pagina inzoomen: Klik op [Inzoomen] om het geselecteerde gebied van de pagina te vergroten. Een pagina uitzoomen: Klik op [Uitzoomen] om het geselecteerde gebied van de pagina te verkleinen. Instructie: Selecteer [Inzoomen], [Uitzoomen] en [Zoomgebied] onder in de hoofdwerkbalk. Inzoomen:

Uitzoomen:

3.10 Pagina slepen Verplaats de huidige pagina. Instructie: Selecteer [Slepen] in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk om de pagina oneindig te verplaatsen.

3.12.2 Lijn De lijntool kan gebruikt worden in het tekengebied van de pagina of op het bureaublad. De lijnkleur, -dikte, -transparantie, -type en de lengte-eenheid kunnen afzonderlijk ingesteld worden. Instructie: Klik op [Lijn] in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk. 3.12.3 Stippellijn Hiermee kunnen stippellijnen op de pagina getekend worden. Het type stippellijn kan onder [Eigenschappen] worden ingesteld. Instructie: Klik op het stippellijn-icoon in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk. 3.12.4 Magische pen De magische pen kan gesloten lijnen op het blad op een intelligente manier omtoveren in geometrische figuren zoals rechthoeken, driehoeken, ovalen, trapezia, enzovoort. Instructie: Klik op het [Magische pen]-icoon in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk.

3.11 Selecteren Klik op [Selecteren] om andere noodzakelijke handelingen uit te voeren. Instructie: Klik op [Selecteren] in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk.

3.12 Pennen Er bestaan zes verschillende soorten pennen: potlood, magische pen, point to point, marker, zacht penseel en kalligrafische pen. De kleur, dikte, transparantie en andere lijneffecten kunnen aangepast worden. Instructie: Klik op [Pennen] in de hoofdwerkbalk, of op [Pennen] in de zwevende werkbalk. 3.12.1 Potlood Met het potlood kan op de huidige pagina geschreven worden. De kleur en dikte kunnen onder [Eigenschappen] aangepast worden. Instructie: Klik op het [Potlood]-icoon in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk.

14


Met de magische pen tekenen: Teken of schrijf 3.12.5 Point to Point Deze pen kan gebroken lijnen, curves en geometrische figuren tekenen. Bovendien kunnen de lijndikte, -kleur, -transparantie, de lengte-eenheid en gevulde of lege lijnen ingesteld worden. Instructie: 1.

Klik op het [Point to Point]-icoon hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk.

2.

Klik na het inschakelen van de Point to Pointlijn met de muis op het blad, teken een lijn en klik daarna opnieuw, waarna de twee punten met elkaar verbonden worden. Nadat alle punten met elkaar verbonden zijn, ontstaat een gesloten figuur.

Een Point to Point-lijn tekenen:

in de


3.12.6 Marker De marker vereist geen extra instellingen. Hij kan onmiddellijk gebruikt worden in halftransparante kleur. Instructie: Klik op het [Marker]-icoon in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk. 3.12.7 Zacht penseel Met het zacht penseel kan de gebruiker op een meer natuurlijke manier schrijven met behulp van soepele, buigzame, flexibele en esthetische lijnen. Instructie: Klik op het [Zacht penseel] in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk. 3.12.8 Kalligrafische pen De kalligrafische pen maakt het handschrift duidelijker en mooier. Bovendien is de pen gemakkelijk te gebruiken. Instructie: Klik op de [Kalligrafische pen] in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk.

3.15 Invoegen 3.15.1 Beeld Voeg een afbeelding in: Afbeeldingen kunnen in de pagina ingevoegd worden. Instructie: Selecteer het [Beeld]-icoon in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk om een afbeelding toe te voegen aan het werkgebied van de pagina. De handeling wordt weergegeven in Afbeeldingen 1-2. Opmerking: Beeldformaten zijn standaard jpg en png.

3.13 Kleuren Instructie: Klik op [Eigenschappen] in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk. Het instellen van de penkleur, -transparantie en -dikte:

3.14 Wisser Zes verschillende wissers kunnen gebruikt worden: kleine wisser, middelgrote wisser, grote wisser, ovaalvormige wisser, objectwisser en paginawisser.

Afbeelding 1

Instructie: Klik op het [Wisser]-icoon in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk. Wisser: De drie gewone wissers zijn de kleine, middelgrote en grote wisser. Bovendien zijn ook een ovaalvormige wisser, objectwisser en paginawisser voorzien. Afbeelding 2

Opmerking: De wissers kunnen enkel pentekst wissen. (Zoals weergegeven in de afbeelding)

Een ingevoegde afbeelding kan weer verwijderd worden door het bestand te selecteren en op [Verwijderen] te klikken in het contextmenu. 15

3.15.2 Flash-bestand Flash files can be added to a page.

3.15.3 Videobestand Videobestanden kunnen in de pagina ingevoegd worden.

Instructie: Klik op het [Flash]-icoon in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk om een Flashbestand in het werkgebied van de pagina in te voegen. De handeling wordt weergegeven in Afbeeldingen 1-2.

Instructie: Klik achtereenvolgens op en in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk om een videobestand toe te voegen aan het werkgebied van de pagina. De handeling wordt weergegeven in Afbeeldingen 1-2.

Opmerking: Het Flash-bestand speelt af in .swf-formaat. Selecteer het Flash-bestand dat u wilt toevoegen.

Opmerking: Het Flash-bestand speelt af in AVI-, WMV- en MP3-formaat Selecteer het Flash-bestand dat u aan de pagina wilt toevoegen.

Afbeelding 1

Dubbelklik op het [Flash]-icoon om het Flash-bestand af te spelen of te stoppen. Verwijder het Flash-bestand door op ‘X’ te klikken.

Afbeelding 1

Dubbelklik op het video-icoon om de video af te spelen, te pauzeren of te stoppen. Verwijder het videobestand door op [Verwijderen] te klikken.

Afbeelding 2

Afbeelding 2

16



3.15.4 Grafieken Voeg diverse zelfgemaakte grafieken toe aan de pagina.

Instellen van grafiektitel, -kleur, -transparantie en -type:

Instructie: Klik achtereenvolgens op en in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk. Een grafiek maken: Voeg een nieuwe grafiek in, bewerk of verwijder een grafiek.

Een grafiek genereren:

Voeg een nieuwe grafiek in en geef een naam en een waarde op. 3.15.5 Tabel Voeg een tabel toe aan de pagina.

Instellen van de kleur voor de brongegevens in de grafiek:

Instructie: Klik achtereenvolgens op en in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk. Een grafiek maken: De lijndikte en -kleur van de tabel kunnen gelijktijdig ingesteld worden.

Tekst invoeren: Schrijf met potlood tekst in cellen of in één enkele cel en combineer zo tekst met tabel. (Zoals weergegeven in de afbeelding)

17

3.15.6 Achtergrondkleur Vul de pagina-achtergrond op met een kleur, een kleurengradiënt, een rooster of een afbeelding.

Een achtergrondafbeelding selecteren:

Instructie: Klik achtereenvolgens op en in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk, waarna de achtergrond van de bewerkingspagina in de juiste kleur gezet kan worden. Selecteer de kleur waarmee de pagina-achtergrond opgevuld moet worden.

Voeg de achtergrondafbeelding aan de pagina toe:

De pagina-achtergrond zal veranderen in de kleur die werd ingesteld. De achtergrondkleur kan verwijderd worden door op [Achtergrond wissen] te klikken. 3.15.8 Achtergrond verwijderen Klik achtereenvolgens op en in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk om de achtergrondkleur en -afbeelding te wissen.

3.16 Tekst Voeg tekst toe aan de pagina.

3.15.7 Achtergrondafbeelding Voeg een afbeelding als pagina-achtergrond toe.

Instructie: Klik achtereenvolgens op en in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk om een achtergrondafbeelding aan de bewerkingspagina toe te voegen.

18


Instructie: Klik op het [Tekst]-icoon in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk. Tekst kan in het tekstkader ingevoegd worden. Houd de bewerkingspagina gedurende enkele seconden ingedrukt, waarna een tekstkader verschijnt. Daarin kan tekst (lettertype, -grootte, -formaat, -gebied en -kleur) ingesteld worden. Opmerkingen kunnen in het tekstkader ingevoegd worden. Het schermtoetsenbord is een hulpmiddel bij het schrijven.


3.17 Handschriftherkenning Het systeem herkent onmiddellijk uw handschrift wanneer u begint te schrijven. Het helpt bovendien woorden te vinden die u nodig heeft. Instructie: Klik op het [Tekst]-icoon in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk.

3.19.2 Driehoek De overstaande hoek op de pagina kan gemeten worden door een geodriehoek te roteren of te bewegen. Klik op het paarse pijltje op de driehoek om de eenheden en de hoek te veranderen. Instructie: Klik op het [Driehoek]-icoon in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk.

3.18 Opvultool en lijnkleurtool Instructie: Klik op [Vullen] en [Lijnkleur] in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk. Kleuropvulling: Gebruik de opvultool.

Selecteer een geometrisch figuur en daarna een kleur om de inhoud en de randen in te kleuren. Kleuropvulling van de inhoud: Kleuropvulling van de randen:

3.19 Wiskundehulpmiddelen 3.19.1 Meetlat Een meetlat van 11 eenheden wordt standaard getoond. U kunt hem oneindig roteren of langer maken, naargelang uw behoeften.

Teken met een pen een rechte lijn langs de driehoek. Roteer de driehoek met behulp van de -knop. (Zoals weergegeven in de afbeelding)

Instructie: Klik op het [Meetlat]-icoon in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk. Bevestig de positie van de meetlat door ermee te slepen, waarna de meetlat op de pagina wordt weergegeven, zoals in de afbeelding. Door de meetlat langer of korter te maken, verhoogt of verlaagt de schaal tegelijk ook. Klik op het paarse pijltje op de meetlat om van eenheid te veranderen.

19

3.19.3 Gradenboog Met de gradenboog kunnen hoeken op de pagina gemeten en getekend worden. Instructie: Klik op het [Gradenboog]-icoon in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk.

Klik op het paarse pijltje op de gradenboog. Klik daarna achtereenvolgens op [Functies] en [Hoek tekenen]. Klik op het oranje bolletje om een hoek te tekenen.

Een hoek meten: Leg een van de gele aanwijzers van de gradenboog parallel met een van de randen van de figuur, waarvan de hoek gemeten moet worden. Nadat de basis van de gradenboog vaststaat, kunt u de hoek uitdraaien die u nodig heeft. Het systeem zal het aantal graden van de hoek automatisch weergeven.

Wanneer de basis van de gradenboog niet evenwijdig is met een been van de hoek, draai dan aan om de richting van de basis aan te passen. Zoals weergegeven in onderstaande afbeelding:

Bovendien kan de gradenboog vergroot en verkleind worden door het -icoon te verslepen.

Wanneer de basis van de gradenboog evenwijdig is met een been van de hoek, roteer dan de andere gele aanwijzer zodat hij evenwijdig ligt met het andere been van de hoek. Het aantal graden wordt automatisch weergegeven in het midden van de gradenboog. Zoals weergegeven in de bovenstaande afbeelding:

20


Verwijderen: Klik op om de gradenboog te verwijderen, zoals weergegeven in de afbeelding:


3.19.4 Passer Met de passer kunnen bijbehorende bogen en segmenten op de pagina getekend worden. Een boog tekenen: Instructie: 1.

2.

Klik achtereenvolgens op in de hoofdwerkbalk en in de zwevende werkbalk. Wanneer de passer op de pagina verschijnt, selecteer dan [Tekenmodus] in de passer. Selecteer [Boog] als tekenmodus en klik eender waar op de pagina om een boog uit te tekenen die overeenstemt met de hoekwaarde.

3.19.5 Functie Diverse soorten functies zijn mogelijk. Geef de formule in, klik op ‘ok’ en de bijbehorende functiegrafiek zal verschijnen. Instructie: Klik achtereenvolgens op en op het [Functie]-icoon in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk. Functie-toets: Acht verschillende functies zijn beschikbaar. Selecteer de bijbehorende functie uit de lijst of geef de formule in, zoals weergegeven in de afbeelding. De bijbehorende functiegrafiek wordt automatisch gegenereerd. Door een minteken voor de functie te plaatsen, verandert de richting van de grafiek. Bovendien kunnen ook de dikte, de kleur, de transparantie en andere effecten van de functiegrafiek ingesteld worden. Door het vakgebied te selecteren, kan de functiegrafiek geselecteerd worden. Als het assenstelsel de functiegrafiek niet bevat en daar op geklikt wordt, kan de grafiek in zijn geheel geselecteerd worden. De gebruiker kan een potlood, magische pen, lijn en andere tools gebruiken om de functiegrafiek te annoteren.

Een segment tekenen: Instructie: 1.

2.

Klik achtereenvolgens op in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk. Wanneer de passer op de pagina verschijnt, selecteer dan [Segment] als [Tekenmodus] op de paarse pijl in de passer. Selecteer [Segment] als tekenmodus en klik eender waar op de pagina om een segment uit te tekenen dat overeenstemt met de hoekwaarde.

3.19.6 Wiskundeformule De gebruiker kan wiskundeformules maken. Instructie: Klik achtereenvolgens op hoofdwerkbalk of de zwevende werkbalk.

in de

21

3.20 Andere 3.20.1 Schermschaduw Met de schermschaduw kunnen bepaalde gebieden van het live-scherm bedekt worden. De schaduw kan in alle richtingen gesleept worden.

3.20.3 Volledig scherm bewerken Geef de pagina-inhoud weer op volledig scherm. Instructie: Klik achtereenvolgens op en op het [Volledig scherm]-icoon in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk. (Zoals in Afbeeldingen 1-2)

Instructie: Klik achtereenvolgens op en op het [Schaduw]-icoon in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk.

Afbeelding 1

3.20.2 Zwart scherm Het zwart scherm kan rust brengen in een wanordelijke klas. Het scherm wordt volledig zwart waardoor handelingen onmogelijk zijn. Operation: 1. Klik achtereenvolgens op en op het [Zwart scherm]-icoon in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk. 2.

22

Enter the Een kader verschijnt, geef dan de informatie in die u wilt weergeven.


Afbeelding 2

Klik op de knop onderaan rechts om het volledige scherm te verlaten.


3.20.4 Schermopname Instructie: Klik achtereenvolgens op en op de [Schermopname]-knop in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk. Zoals weergegeven in de afbeelding:

3.20.6 Zoeklicht Met het zoeklicht kan een bepaald gebied van het scherm weergegeven worden in overeenstemming met de eigenlijke conditie van het huidige scherm. Het kan vrij in alle richtingen gesleept worden. Instructie: Klik achtereenvolgens op en op het [Spotlight]icoon in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk.

3.20.5 Scherm opnemen Deze functie wordt gebruikt om de handelingen op het scherm op te nemen.

verschillende

Instructie: Klik achtereenvolgens op en op het icoon om het scherm op te nemen in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk.

3.20.7 Documentcamera Instructie: Klik achtereenvolgens op en op de [Documentcamera] in de hoofdwerkbalk of in de zwevende werkbalk. Met de documentcamera kunnen echte objecten gefotografeerd worden en in digitale afbeeldingen omgevormd worden. (Zoals weergegeven in Afbeeldingen 1-2).

Klik op [Start] om de opname te starten. Elke handeling van de gebruiker op de huidige pagina zal opgenomen worden en in WMV-videoformaat opgeslagen worden.

Afbeelding 1

Klik op om de opname stil te zetten en klik op de opname te stoppen.

om Afbeelding 2

23

3.21 Eigen hulpmiddelen

3.22 i3BOOK 3.22.1 Softwareregistratie Zie II. Registratie van i3BOOK-software 3.22.2 Lijst van eigen hulpmiddelen De lijst van eigen hulpmiddelen kan gebruikt worden om vaak gebruikte hulpmiddelen, zoals Office en een internetbrowser in de werkbalk van de software te integreren, waardoor ze gemakkelijk gebruikt kunnen worden.

De functie in de software kan gebruikt worden om vaakgebruikte hulpmiddelen (Office, internetbrowser, etc.) in de werkbalk van de software te integreren. De opgeslagen hulpmiddelen kunnen weergegeven worden door op [Eigen hulpmiddel] te klikken.

Nadat de lijst is geopend, klik dan op en op aan de rechterkant. Selecteer het hulpmiddel dat u nodig heeft. Na op ‘OK’ te hebben geklikt, kan dit hulpmiddel succesvol worden opgeslagen. Het kan ook in de functielijst onderaan worden weergegeven en bekeken worden in [Eigen hulpmiddel] van de hoofdwerkbalk.

Selecteer het hulpmiddel, klik op het hulpmiddel kan worden verwijderd.

24


waarna


3.23.4 Systeeminstellingen In de systeeminstellingen kan een andere taal gekozen worden.

3.24 Zwevende werkbalk 3.24.1 Naar het bureaublad overschakelen Klik op [Schakel over naar het bureaubladscherm] wanneer de software geopend is. Het bureaublad wordt dan weergegeven, zonder de software te moeten verlaten. Instructie: Klik op

in de zwevende werkbalk.

3.24.2 Aantekeningen opslaan Sla aantekeningen op die op het bureaublad werden gemaakt. Opmerking: Klik op [Opslaan scherminfo] in de zwevende werkbalk. 3.24.3 Naar de software overschakelen Klik op [Schakel over naar het software-scherm] in de zwevende werkbalk om de interface opnieuw weer te geven. Instructie: Klik op

in de zwevende werkbalk.

3.25 Linkerwerkbalk 3.23 Meer De

-knop wordt in de hoofdwerkbalk enkel

weergegeven wanneer de interface niet het volledige scherm inneemt en de werkbalk dus niet breed genoeg is.

3.25.1 Paginalijst Klik op [Paginalijst] om al de huidige pagina-informatie weer te geven. Instructie: Selecteer [Paginalijst] in de linkerwerkbalk.

Afhankelijk van de breedte van de interface, worden een aantal knoppen zoals [Andere] en [i3BOOK] weergegeven onder [Meer]. Ze worden automatisch weergegeven na op te hebben geklikt.

25

3.25.2 Algemeen De algemene werkbalk bevat grafische figuren, met onder meer een cirkelvorm, vijfpuntige ster en veelhoek. De gebruiker kan de figuren onmiddellijk gebruiken door ze naar de pagina te slepen.

3.26 Slepen Afbeeldingen, tekst en andere bestanden kunnen onmiddellijk naar de huidige pagina van het whiteboard worden gesleept. (Zoals weergegeven in Afbeeldingen 1-2).

Instructie: Selecteer [Algemeen] in de linkerwerkbalk, zoals weergegeven in de afbeelding.

Afbeeding 1

Afbeelding 2

26


V. OVERIGE OMSCHRIJVING

Deze handleiding werd precies opgesteld in overeenstemming met het gebruik, de werking en de instructies van de huidige versie. De functies van de nieuwere versies zijn hier niet in opgenomen. We hopen dat u daar begrip voor kunt opbrengen.

27

NEDERLAND

BELGIË-LUXEMBOURG

Duwboot 91

Nijverheidslaan 60

3991 CG Houten

8540 Deerlijk

Nederland

België

T +31 (0)30 6379387

T +32 (0)56 313 415

F +31 (0)30 2547927

F +32 (0)56 313 688

USA

FRANKRIJK

549 Ionia Ave. SW

Parc d’activités de la Vallée

Grand Rapids, MI 49503

de l’Escaut Waka 1, n° 9

USA

59264 Onnaing Frankrijk

T +616-451-7800

T +33 (0)3 27 45 60 60

F +616-451-9698

F +33 (0)3 27 45 60 70

SCANDINAVIË

DUITSLAND

Lollandsvej 16

Lohrheidestraße 72

5500 Middelfart

44866 Bochum

Denemarken

Duitsland

T +45 64 41 04 90

T +49 (0) 2327 960 50-0

F +45 64 41 17 47

F +49 (0) 2327 960 50-50

GEAUTORISEERD VERKOPER

WWW.I3-LEARNING.COM [email protected]

i3book GEBRUIKERSHANDLEIDING

Recommend Documents