HUNSOTRON INFORMATIEBLAD VOOR DE RADIOEN ZENDAMATEURS VAN DE VERON AFDELING HUNSINGO – A60
JUBILEUMNUMMER 30 JAAR HUNSINGO 1982 - 2012
2e jaargang – nummer 2 – mei 2012
COLOFOON Hunsotron verschijnt 4x per jaar en wordt in PDF-format gratis toegestuurd aan de leden van de afdeling Hunsingo. Overname van artikelen met bron vermelding is toegestaan.
Free Abbing PE1DUG secretaris Nijenoertweg 129 9351HR Leek Tel: 0594 853048
Redactie
Bert Ebens PH7B Euroweg 40 9351ET Leek Tel: 0594 852416
penningmeester
Pieter Kluit NL13637 Frederiksoordweg 50 9968AL Pieterburen Tel: 0595 528607
bestuurslid
Bas Levering PE4BAS Hooilandseweg 89 9983PB Roodeschool Tel: 0595 434332
bestuurslid
Pieter Kluit NL13637 eindredactie tel: 0595 528607 Bas Levering PE4BAS redactielid/webmaster tel: 0595 434332 Copie voor de Hunsotron kunt U sturen naar:
[email protected] Afdelingsbestuur Dick van den Berg PA2DTA voorzitter Bar Van Asbeckweg 6 9963PC Warfhuizen tel: 0595 572066
INHOUDSOPGAVE Het afdelingsprogramma Redactioneel Hunsingo dertig jaar Notities van de afdelingsavond van 30 maart 2012 Notities van de afdelingsavond van 27 april 2012 Experimenteren op 8.97 kHz Hunsingoërs on tour Modificaties aan de Diamond V2000
blz. 2 3 4 6 7 8 9 10
1
blz. Uit de oude doos van de Hunsotron. 12 Uit het QSL koffertje. 18 Radiomarkt ’t Harde op 9 juni 2012. 18 De wereldwijde historische stappen van de elektrische lading naar de ontwikkeling van radio en televisie. 19 Agenda 25
Het afdelingsprogramma De afdelingsavonden worden gehouden in zalencentrum Concordia, Wier 1 in Baflo en beginnen om 20:00 uur. Het programma ziet er als volgt uit: vrijdag 1 juni = vervallen De op deze dag geplande afdelingsavond is vervallen en wordt gecombineerd met de activiteit van de volgende dag. zaterdag 2 juni: Jaarlijkse barbecue en viering van het 30-jarig bestaan van de afdeling. Deze activiteit vindt plaats bij Feike NL11083, Sint Annerweg 4 in Bedum. De aanvang is om 13:30 uur. Er wordt een informele “receptie” en “afdelingsavond” gehouden. Tot 16:00 uur kan iedereen zonder aanmelding en zonder kosten deelnemen. Er kan bovendien gebruik worden gemaakt van een HFstation (en zo mogelijk ook 50 MHz- en 70 MHzstations). Vanaf ongeveer 16:00 uur wordt de barbecue gehouden. Wegens de inkoop is aanmelden voor de barbecue wel noodzakelijk. Dat kan bij Peter Schollema PA4PS (tel. 0595-443175 of pa4ps @amsat.org). De aanmelding sluit op 27 mei. Vanwege het jubileum is de inleg voor de barbecue gehalveerd naar € 5,00 per persoon. Willen de deelnemers eigen stoelen en zo mogelijk een tafeltje meenemen?
De activiteit zal omstreeks 19:00 uur worden afgesloten. vrijdag 28 september Onderling QSO en uitwisselen van de ervaringen van de afgelopen zomerperiode. vrijdag 26 oktober Videofilms uit de oude doos door Jan Suidhoff PD0NXE. Jan heeft veel filmmateriaal van amateur-activiteiten uit de vorige eeuw, maar ook recent materiaal van o.a. het NAT en Beetsterzwaag van de afgelopen jaren. vrijdag 23 november Lezing over vlieger-luchtfotografie door Henk Breedland en Henk Landlust. De beide heren brengen veel beeldmateriaal en de bij het fotograferen gebruikte (rand)apparatuur mee. Op www.breedland.deds.nl is een impressie van deze bijzondere hobby te zien. vrijdag 14 december Gezellige afsluiting van het jaar 2012 met onderling QSO en ????? Kort voor de activiteiten krijgen de afdelingsleden ter herinnering een e-mail toegestuurd. Mocht noodgedwongen van het programma moeten worden afgeweken, dan wordt u daarvan via die e-mail op de hoogte gesteld.
Sluitingsdatum De redactie van Hunsotron gaat eerst op vakantie. Het volgende nummer van Hunsotron zal half september 2012 verschijnen. Kopij voor dat nummer moet uiterlijk eind augustus binnen zijn om nog mee te kunnen.
2
Redactioneel Met de rubriek redactioneel gaan we dertig jaar terug in de tijd en beleven de geboorte van ons driemaandelijks informatieblad Hunsotron van de afdeling Hunsingo A60. Wat is dit nu????
Nummer nul
Hoe heet ik ????
Hoera ik heb een naam !!!
3
HUNSINGO DERTIG JAAR! stencilmachine van schoolmeester Flip). Een PAcursus en een CW-cursus door Dick en Geert. De catering door de no-nonsens-practicus Fred. Technisch en administratief was alles pico bello in handen van Free.
Tijdens de Veron Verenigingsraad van april 2012 was het dertig jaar geleden dat onze afdeling officieel is opgericht. Voorafgaand aan de hamerslag waarmee dat werd bekrachtigd was er al het een en ander gebeurd. Veel leden van nu zijn er bij betrokken geweest. Maar zoals dat hoort bij jubilea, blik ik bij deze gelegenheid die ons aangaat even terug. Eind jaren zeventig waren de amateurs in het noorden nog verenigd in enkele erg grote afdelingen. De besturen hadden het moeilijk om voor elk wat wils te organiseren. Daarom pleitten ze steevast voor verkleining zodat er op kleinere schaal meer en betere activiteiten zouden zijn te organiseren. Iemand moet daarbij het voortouw nemen en je zou verwachten dat een paar leden de handschoen wel zouden opnemen. Dat gebeurde jarenlang echter niet. Pas toen enkele bestuursleden van de gecombineerde afdeling VERON en VRZA Groningen ergens 1980-1981 het plan voor een echte afscheiding opvatten, kwam er beweging. Qua ledental en regionale spreiding was het ook niet meer dan logisch dat er enkele kleinere afdelingen zouden moeten ontstaan. Niet toevallig kwamen die toenmalige V²Gbestuursleden uit de Hunsingo-regio. Ere wie ere toekomt: onze secretaris van nu heeft ook toen veel opstartwerk verzet. Snel werd er een oprichtingsbestuur samengesteld waarin naast Free en ondergetekende ook zitting hadden: Fred Scholtens PD0GGZ, Gerard Rijnberg PD0LYQ, Flip Hubbelmeijer NL9255 en Geert Koopmans PA2GKS. Ik herinner me nog de gezellige en constructieve vergaderingen bij de bestuursleden thuis. Eigenlijk was het een bestuur met alle noodzakelijke kwaliteiten in zich verenigd. Het is dan ook geen wonder dat -toen de afdeling er officieel eenmaal was- alles wat je als afdeling maar wenste ook direct gerealiseerd kon worden. Een afdelingsblad (mede dankzij de 4
En, niet te vergeten natuurlijk, de enthousiaste leden van het eerste uur. Een man of zestig die met een trouwe, percentsgewijs hoge afvaardiging, de afdelingsavonden bezochten. Vele afdelingsavonden volgden in onze vestigingsplaats Winsum in het N.A. de Vriesgebouw en later op onze andere locaties. Pracht vergaderplekken hebben we altijd weer weten te vinden.
De voormalige Joodse synagoge in Winsum, vóór de renovatie van een paar jaar geleden. Het NA de Vriesgebouw was jarenlang het “clubgebouw” van de afdeling.
Enfin, ik hoef niet alle activiteiten op te sommen. De meesten waren erbij, of hadden erbij kunnen zijn. Jammer, maar we tellen intussen ook al diverse Silent Keys. Het hoort er helaas bij, want het is onverbiddelijk samenhangend met onze populatie afdelingsgenoten. Vanaf het begin hebben we pogingen gedaan "onze" afdeling in kaart te brengen en het aanbod erop af te stemmen. Typisch om te constateren dat er in de loop van dertig jaar eigenlijk niets veranderd is.
Café Beuving in Baflo was tot voor kort de plaats van samenkomst van de Hunsingoërs.
Voor het vieren van ons dertig jarig bestaan hebben we in alle harmonie gekozen voor een bescheiden feestje. We verplaatsen de laatste afdelingsavond naar de zaterdagmiddag erop volgend. Eindelijk eens QSL-kaarten afhalen en bekijken bij daglicht. Plaats bij Feike van der Veen, intussen genoegzaam bekend. Daarbij is iedereen welkom. We hebben iets lekkers. We gaan rond vier uur over op een bittertje of zoiets en houden aansluitend de jaarlijkse barbecue. Die sluit wat eerder dan gebruikelijk rond 19.00 uur. Zodat ieder ook nog een normale zaterdagavond heeft. In verband met het feestelijk karakter doet de penningmeester een iets hogere bijdrage aan het geheel. Wel even aanmelden. Omdat we zendamateurs zijn is er ook een (mini)station ingericht. Het programma staat ook elders in deze Hunsotron.
Al dertig jaar afdeling Hunsingo. Waar blijft de tijd. Nog steeds vrijwel dezelfde opkomst. Nog steeds negen afdelingsavonden per jaar met een vrijwel vaste programmering. Nog steeds een paar bijzondere evenementen waaraan ledengroepjes deelnemen (zoals de PACC en de competitie). Zelfs bestuursleden worden gerecycled, in elk geval voor een deel. Na dertig jaar zitten twee leden uit de eerste periode weer aan het roer. Het lijkt een tendens die overal zichtbaar is. De oudjes doen het (nog, weer) best. Ik geloof wel te kunnen stellen dat de oprichting van dertig jaar geleden een gouden greep is geweest. Met Hunsingo ontstonden terzelfder tijd meer kleine actieve afdelingen. Dat was goed voor het radioamateurisme. Het was ook prima voor Hunsingo. Want dat is al die tijd, gelet op de betrokkenheid van de leden, een club van precies het goede kaliber gebleken. Op een kleine inzinking van zo'n tien jaar geleden na, geldt volgens onze "peilingen" nog steeds: gezellig en met voor elk wat wils.
Tot slot nog een overweging voor de toekomst. Het bestuur hoopt natuurlijk dat we nog minstens dertig jaar kunnen toevoegen. En dat de afdeling zich mag blijven verheugen in de gemoedelijke plattelandssfeer zoals we die al die afgelopen jaren hebben gehad. Als dat allemaal lukt zullen de meesten van ons een aardige bijdrage van "Drees" hebben gehad. Dat wens ik trouwens iedereen in gezondheid toe. Wel hopen we op een klein beetje nieuwe aanwas. Dan kunnen wij allen wat meer in de ruststand: tijd om wat extra te qso-en of op andere manier van de hobby te genieten, thuis en bij de afdeling. We gaan ervoor! Graag tot ziens op het feestje van 2 juni 2012: A60 HSG 30 jaar! 73 de Dick PA2DTA, (weer, nog) uw voorzitter.
Tegenwoordig worden de afdelingsavonden gehouden in Zalencomplex Concordia in Baflo.
5
Notities van de afdelingsavond van 30 maart 2012 Voorzitter Dick PA2DTA opent de vergadering en heet de aanwezigen welkom bij deze vergadering op een andere plaats: in café Beuving. Er zijn 19 personen aanwezig. Er is afbericht van Erik PA7V en Jan PA1HO.
Jan PA1DN zegt nog een partij oude Hunsotrons te hebben. Deze gaan naar Pieter. Engelhard PA3FUJ heeft vanuit Zweden deelgenomen aan de CQ-WPX-contest. Hij heeft ruim honderd verbindingen gemaakt en daarbij op de band nogal wat last van het Noorderlicht gehad. Marten PA3BNT heeft het nieuwe GDXCcertificaat van de afdeling Groningen meegenomen. Het certificaat is nieuw leven ingeblazen. Reinder PA3FXT zegt nu ook op 70 MHz QRV te zijn. Bas PE4BAS vertelt dat er door Duitse amateurs een eerste QSO is gemaakt op 8,97 kHz. Menno PA0DML heeft een aantal vossenjachtzendertjes (spoetniks) die hij aan de afdeling ter beschikking stelt en eventueel ook wel wil schenken.
Bert PH7B, Dick PA2DTA en Peter PA4PS bij het QSLkoffertje.
Pieter Kluit heeft nu een luisternummer: NL-13637. De beschrijvingsbrief voor de VR is binnengekomen. Er melden zich geen aanwezigen die op 21 april 2012 mee willen gaan naar de VR in Apeldoorn. Gerard PA1AT, bestuurslid van de afdeling Assen A66, heeft aangeboden met hem mee te reizen naar de VR. Dick zal contact met hem opnemen. Op Hemelvaartsdag 17 mei 2012 organiseert onze afdeling, samen met de afdeling Groningen, de Noordelijke Bekerjacht in het Nationaal Park Lauwersmeer. Twee weken geleden hebben we daar een verkenning uitgevoerd en afspraken met Staatsbosbeheer gemaakt. De jacht wordt gehouden op 80 meter en 2 meter. Free PE1DUG leest de notities van de afdelingsavond van 24 februari 2012 voor. Er zijn geen op- of aanmerkingen. De nieuwe Hunsotron is uitgekomen. Dick bedankt de kopij-leveranciers en Pieter voor de verzorging van het blad. Hij roept de aanwezigen op kopij in te dienen voor het mei-nummer. In de rondvraag zegt Douwe PA3DHP dat hij rond de Paasdagen dagelijks om 21:00 uur vanuit Duitsland QRV zal zijn op 3.627 kHz.
Marten PA3BNT met zijn zelfbouw-antennes. Op de voorgrond een kleefvoetantenne voor 70 MHz en op de achtergrond een combi-rondstraler voor 50 en 70 MHz.
Na de pauze vertelt Marten PA3BNT over het werken op de sinds de 90’er jaren beschikbare 50 MHz-band, de gebruikte apparatuur, de antenneperikelen en de bijzondere propagatieverschijnselen op deze band.
6
Notities van de afdelingsavond van 27 april 2012 Voorzitter Dick PA2DTA opent de vergadering en heet de aanwezigen welkom. In het bijzonder Henk PE2HK, die na lange tijd weer terug is. Er zijn 20 personen aanwezig. Er is afbericht van Hans PA3GTM en Jan PA1HO. Afgelopen zaterdag was de VR van de Veron, maar er zijn geen afgevaardigden van de afdeling naar toe geweest. Free PE1DUG leest de notities van de afdelingsavond van 30 maart 2012 voor. Er zijn geen op- of aanmerkingen. Dick zegt dat er in Nederland ook enige activiteit op 8,97 kHz is. Er zijn verbindingen over enkele tientallen kilometers gemaakt. Er wordt met enorme vermogens in het hoorbare spectrum gewerkt, waarmee hinder voor de omgeving kan worden veroorzaakt. De afdelingsavond van vrijdag 1 juni 2012 komt te vervallen. Deze wordt doorgeschoven naar de volgende dag. Op zaterdag 2 juni 2012 wordt de jaarlijkse seizoenafsluiting met de barbecue gehouden bij Feike NL11083 in Bedum. De organisatie daarvan is opnieuw in handen van Reinder PA3FXT en Peter PA4PS. Voorafgaand aan de barbecue wordt vanaf 13:30 uur aandacht besteed aan het 30-jarig bestaan van de afdeling met een “receptie” met koffie en iets lekkers. Het QSL-buro is aanwezig. Er kan gebruik worden gemaakt van een HF-station en zo mogelijk ook van een 4 en 6 meter-station. De deelname aan deze middag is voor iedereen vrij. Wegens de inkoop moet men zich wel vooraf aanmelden voor de barbecue. De barbecue begint tussen 16:00 en 17:00 uur. Het is een low budget-activiteit. Vanwege het jubileum is de bijdrage voor de barbecue gereduceerd: slechts € 5,00 per persoon. Omstreeks 19:00 uur wordt de activiteit beëindigd. Een kleine peiling onder de vanavond aanwezigen levert op dat er op 2 juni minstens 15 tot 20 personen aanwezig zullen zijn. Volgende week zal een mailing worden verstuurd met de gegevens voor het aanmelden. In de derde week van mei zal de volgende Hunsotron uitkomen. In dat nummer zal ook
aandacht aan het jubileum worden besteed. Kopij voor Hunsotron is bijzonder welkom bij Pieter NL13637. In de rondvraag vraagt Douwe PA3DHP of bij anderen sinds een paar dagen op Digitenne ook de
Het Hunsingo-klompje. Een uniek kadootje voor degene die een presentatie voor de afdeling verzorgt.
Duitse zenders zijn weggevallen. Pieter zegt dat men bezig is met werkzaamheden, waardoor het zendvermogen waarschijnlijk is gereduceerd. Pieter zal hierover nader contact met Douwe opnemen. Na de pauze verzorgt Dick PA2DTA niet de aangekondigde lezing over surplus-apparatuur. Dat zal op een latere afdelingsavond alsnog gebeuren. In plaats daarvan presenteert Dick een theoretische verhandeling over “signalen en symbolen”.
7
Experimenteren op 8,97 kHz
(gelezen op de website van PI4RAZ)
Diverse amateurs experimenteren momenteel met signalen op de 8,97 kHz. Dat ligt in het hoorbare gebied, maar desondanks worden er honderden kilometers overbrugd. Dit soort signalen ga je niet horen met een standaard HF-transceiver, dus moet er wat geïmproviseerd worden. Voor de
ontvangst van deze zeer laagfrequente signalen (in radiotermen dan) wordt gebruik gemaakt van de computer. De software is SpectrumLab, waar ik op internet verschillende referenties naartoe vind. Het is me niet exact duidelijk welke gebruikt wordt: Men refereert aan Spectrum Lab waar de eerste link naar toe wijst, maar er is ook een SpecLab in België die eveneens analysesoftware aanbiedt. Ik heb wel een screenshot met instellingen gevonden:
Overigens maakt de software die je gebruikt niet zoveel uit, als maar de 9 kHz frequentie geanalyseerd kan worden. Maar dan moeten de signalen nog ontvangen worden. Een kwartgolf
voor 9 kHz kun je echt niet kwijt in je tuin: dat zou een dikke 8 km zijn. Dus wordt veelal gebruik gemaakt van actieve antennes met oppik-loops, zoals onderstaand ontwerp:
Dit is een op 8,97 kHz afgestemde pre-amp die met de geluidskaart van je PC verbonden wordt. De genoemde 80 vierkante meter komt neer op een raam van 9 x 9 meter en is voor stadstuintjes
alsnog onbeschoft groot. De kunst is natuurlijk iets te maken dat nog een beetje signaal afgeeft op die lage frequenties. Wellicht is dit een aanzet om eens te luisteren op 9 kHz. 8
Hunsingoërs on tour In de zomerperiode wordt er op 40 meter ’s avonds vaak een ronde gehouden tussen Hunsingoërs op vakantie en de thuisblijvers. Die ronde vindt dagelijks om 21:00 uur Nederlandse tijd plaats in de 40 meter-band op 7.145 kHz (±QRM).
PA1DN zal in het najaar weer een leuke stek opzoeken. Free PE1DUG laat in juni het Groninger tentvlagje wapperen op campings in Frankrijk. Gaat u er ook op uit en neemt u radiospullen mee? Meld dat even van tevoren, zodat wij naar u kunnen uitluisteren. Het is een aparte ervaring met simpele middelen vanaf een vakantieadres even contact met amateurs van het thuisfront te hebben. Of met andere amateurs die ook op vakantie zijn. Met een transceiver en een stuk draad tussen de bomen, ligt op 40 meter heel Europa binnen bereik. Wanneer u ‘s zomers eens een tijdje op 7.087 kHz luistert, dan zult u verbaasd zijn hoeveel Nederlandse amateurs er met hun radiospullen onderweg zijn. Tussen half mei en eind augustus houdt PA0BWX vanuit Kressbronn am Bodensee (DL) en Brixen im Thale (OE) op die frequentie een paar keren per dag zijn vakantieronde. Maar tussen die rondes door komt u daar overdag en ’s avonds ook regelmatig Nederlanders vanaf hun vakantiebestemming tegen.
Engelhard PA3FUJ - SM6XVI, Klaas PA3ASE, Jan PA1DN, Douwe PA3DHP en Free PE1DUG waren vorig jaar tijdens hun vakanties QRV vanuit binnen- en buitenland. Even horen of de verbinding vanaf de vakantiebestemming wil lukken. De belevenissen van de dag uitwisselen en natuurlijk de weersgesteldheid in den vreemde en die in Groningen. Meestal zijn de signalen over een weer prima op te nemen, maar soms kan het nogal lastig zijn een enigszins rustige frequentie op de 40 meterband te vinden. Mochten de verbindingen echt slecht zijn, dan wordt meestal uitgeweken naar 80 meter. Wilt u meedoen of meeluisteren? Informeer dan even op 145.400 MHz. Daar is vaak wel iemand QRV die weet wat de actuele situatie is. Of er Hunsingoërs op stap zijn. Of er een ronde wordt gehouden en zo ja, op welke tijd en frequentie.
Het is natuurlijk niet de bedoeling tijdens de vakantie steeds met de radiospullen bezig te zijn. Maar ’s avonds en op een rustdag is het een ontspannende bezigheid om wat verbindingen te maken onder andere omstandigheden dan thuis in de shack.
In de aanstaande zomerperiode zal Engelhard PA3FUJ weer een tijdje vanuit Zweden actief zijn als SM6XVI. Klaas PA3ASE en Grietje PD0HAN gaan in het voor- en naseizoen met de camper naar Duitsland. Douwe PA3DHP gaat er weer met de caravan op uit en Jan
9
Modificaties aan de Diamond V2000 (en vergelijkbare antennes) door PE1DON, origineel van EA4EOZ In onze regio zijn nogal wat amateurs die een driebanden-rondstraler voor 50, 144 en 432 MHz in gebruik hebben. Dergelijke antennes zijn nogal populair, voornamelijk door de redelijke prestaties op de drie banden. Maar het 50 MHz-ontwerp is verre van optimaal. In dit artikel is beschreven hoe de prestaties in de 50 MHz-band eenvoudig verbeterd kunnen worden. Het ontwerp van de V2000 is eenvoudig. Een 5/8-antenne op 144 MHz is al bijna een loaded kwartgolf op 50 MHz. Daardoor is het niet moeilijk om het aanpassingsnetwerk van de antenne zodanig te veranderen dat het onderste 5/8 144 MHz-element zich als een kwartgolf op 50 MHz gedraagt. Maar een verticale kwartgolf antenne heeft een goede tegencapaciteit nodig. De V2000-antenne gebruikt een kwartgolf radiaal als tegenpool voor 50 MHz. Dat is de methode om het op alle drie banden goed aan de praat te krijgen. Er zijn verschillende antennes op de markt die volgens dit principe werken: de Moonraker SQBM-1000, Watson W2000, Comet CX-725 of GP-15 en de Diamond V2000. De hier besproken modificatie is voor de V2000 maar kan ook bij de andere antennes worden toegepast.
De V2000 en gelijksoortige antennes hebben een afgestemde radiaal voor 50 MHz. Omdat alleen het eerste 144 MHz 5/8 element op 50 MHz werkt, is de antenne niet meer dan een V-dipole waarbij één element verticaal is afgestemd.
10
Ik heb de antenne vijf jaar geleden in gebruik genomen en hij heeft sindsdien prima gewerkt op 2 meter en 70 cm. Op 6 meter heb ik last van TV-ruis (hier in Spanje is er nog steeds analoge TV op VHF-kanaal 2). Soms wel S9+. Maar het is geen probleem om goede signalen op de band te horen, natuurlijk Spaans maar soms ook Portugal en Frankrijk. De antenne werkt goed, maar als je hem met een antenne-analyzer test dan geeft hij een vreemde SWR-grafiek in de 50 MHz-band, met vele nul-waardes tussen 48 en 56 MHz. De SWR-meter van de set gaf hetzelfde vreemde beeld. Er is geen twijfel mogelijk: deze antenne heeft een probleem..... Mijn eerste poging was de aanpassing van de straler, maar die heeft een vaste lengte. Hij is niet af te stemmen. Ook de lengte van de staler geeft geen verbetering. Er ontstaat alleen een andere vreemde SWR-grafiek. Ik heb toen de originele radiaal maar weer teruggezet. Ik kon weer op 50 MHz uitkomen. De SWR is niet een groot probleem. Een tijdje later heb ik de antenne een keer gemodelleerd met de MMANA-software. Toen zag ik wat er met de antenne aan de hand is. Een kwartgolf antenne heeft een tegencapaciteit nodig. Deze antenne heeft alleen maar een afgestemde radiaal of een tegengewicht zoals het ook wel wordt genoemd. Het probleem zit hem in het feit dat de verticale kwartgolf-straler met de radiaal/tegengewicht niet echt een kwartgolf antenne is. Het is een dipool, maar een probleem-dipool: De dipool heeft geen balun, dus de coaxkabel is de derde en vierde dipool van de antenne. Dit verklaart ook de vreemde SWR-karakteristiek van de antenne. Via Google vond ik een bericht van JA7UDA waarin hij vermeldt dat de antenne een richteffect heeft met de hoofd-lob in de richting van de radiaal. Dat was voor mij de bevestiging dat de antenne een echte geen-balun V-dipool op 50 MHz is.
De resultaten zijn veel beter dan ik had verwacht. De SWR heeft een waarde die hoort bij een 50 MHz groundplane: 1.0 op 51.080 MHz en 1.4 op 50.000 en 52.000 MHz. Maar het grootste voordeel is de echte verticale polarisatie. Dat is goed merkbaar wanneer je op maar 40 km van een 250 kW TV-zender op kanaal 2 woont. Voordien had ik ongeveer S9+ TV-ruis en nu is dat nog maar S1-2. Echt zwakke signalen zoals Meteorscatter en Multiskip kan ik nu ook horen in Spanje. Er zijn geen verbeteringen of verslechteringen op 2 meter en 70 centimeter merkbaar. Op deze banden werkt de antenne net zo goed als voor de modificatie!
V2000 simulatie op MMANA. De antenne-lob is geconcentreerd rondom de radiaal. Dat is de richting waar JA7UDE ook aan refereert. Deze situatie kan vervelende effecten opleveren. De meest nadelige effecten zijn: 1. De antenne werkt random. Dit is afhankelijk van de opstelling, installatiemateriaal, coaxkabel, enz... 2. De polarisatie van de antenne is random. Verticaal in de richting van de radiaal en een mix van verticaal/horizontaal op de andere delen.... 3. Een dipool zonder balun maakt de coaxkabel en de bevestigingsbeugels ook tot stralende onderdelen. Dat is een groot probleem. Als experiment heb ik de antenne-radialen vervangen door kwartgolf elementen voor de 50 MHz-band. Hiermee hoopte ik dat de antenne werd omgevormd tot een echte groundplane antenne. De radialen zijn gemaakt van aluminium buisjes, een bout en een moer. De totale lengte is 145 cm. Meer details zie je op het plaatje hieronder.
De gemodificeerde V2000. Als je een dergelijke antenne hebt en je bent niet tevreden over de prestaties op 50 MHz, probeer hem dan om te bouwen tot een echte 6 meter groundplane. Ik was nog geen 15 euro aan materiaal kwijt en hij werkt een stuk beter dan de antenne die origineel door Diamond wordt geleverd.
Een detail van de radialen. Hiermee kun je de lengte van de radiaal nog een beetje verstellen. Let op dat je alle drie elementen dezelfde lengte geeft.
11
UIT DE OUDE DOOS VAN DE HUNSOTRON In het archief van de “Oude Doos” heeft de redactie een aantal documenten gevonden, die de ontstaan geschiedenis weergeven van de afdeling Hunsingo A60 voor de officiële oprichting tijdens de Veron Verenigingsraad van april 1982. Het eerste voorstel:
12
De brief naar het hoofdbestuur van de VRZA en de VERON
13
Antwoord van het hoofdbestuur van de VERON. Door deze brief verkeerd men in grote onzekerheid, krijgt men wel of niet toestemming een afdeling Hunsingo op te richten?
14
15
Door de tweede brief van het hoofdbestuur van de VERON is de onzekerheid voorbij. De oprichting van de afdeling Hunsingo A60 is een feit.
16
De afdeling Hunsingo A60 krijgt een verenigingsmachting.
17
Uit het QSL-koffertje De regionale QSL-manager van R19 verwerkt per jaar ongeveer 50 kg kaarten (en staat daarmee op de vijfde plaats). Dit zal dus betekenen dat er straks niet elke maand nieuwe QSL-post binnen zal komen.
Niet elke maand nieuwe post Ook bij het Dutch QSL-bureau (DQB) in Arnhem moet worden bezuinigd. Tot dusverre werden de binnengekomen kaarten elke maand naar de afdelingen gestuurd. Maar een pakket tussen 2 kg en 10 kg heeft hetzelfde tarief. Dat wil het DQB beter gaan benutten. Daarom zullen de binnengekomen kaarten voortaan zoveel mogelijk worden vastgehouden totdat een pakket van bijna 10 kg is bereikt.
QSL-kaarten sorteren Het mag toch bekend zijn dat de te versturen QSL-kaarten gesorteerd moeten worden ingeleverd op alfabetische volgorde van de calls. We noemen (nog) geen namen, maar een paar afdelingsleden nemen dat niet serieus. Dan heeft uw QSL-manager een vervelend klusje om orde te scheppen in de ingeleverde puinhoop. Daarom: De kaarten volledig alfabetisch op call sorteren. Moet een kaart via een andere amateur, dan op de call van die amateur sorteren. Zijn uw kaarten niet of slecht gesorteerd, dan doet uw QSL-manager dat voortaan niet meer voor u, maar vindt u de kaarten een maand later terug bij uw ingekomen post.
Radiomarkt ’t Harde op 9 juni 2012 Op zaterdag 9 juni organiseert de Veron afdeling Noord Oost Veluwe op veler verzoek voor de 16e maal haar Radiomarkt (elektronicavlooienmarkt).
meetapparatuur en voedingen tot allerlei soorten transceivers, portofoons, enzovoorts. En natuurlijk wordt de zelfbouwende elektronica-hobbyist niet vergeten door het grote aanbod van losse onderdelen en (sloop)apparaten. Zo zijn er voor de computerliefhebbers diverse componenten verkrijgbaar (nieuw en gebruikt) om hun systemen te updaten. Dus mocht u op zoek zijn naar een moeilijk verkrijgbaar onderdeel, verzamelt u oude radio’s, oude leger-apparatuur, of wat dan ook op het gebied van elektronica: kom dan zaterdag 9 juni a.s. naar deze gezellige Radiomarkt. De markt wordt gehouden bij het Multi Functioneel Centrum “MFC Aperloo", Stadsweg 27 in 't Harde. De markt begint om 09.00 uur en duurt tot 15.00 uur en de entree bedraagt € 2,00. Er is voldoende gratis parkeerruimte in de omgeving. Voor het laatste nieuws en informatie over het huren van een kraam kijk op: www.pi4nov.nl of stuur een email naar:
[email protected]
Op deze radiomarkt worden nieuwe of gebruikte spullen aangeboden door standhouders uit Nederland, maar ook uit Duitsland en België. Er is een groot aanbod van spullen die op de een of andere manier met elektronica te maken hebben. Voor de radio hobbyisten zijn er allerlei spullen te koop, variërend van antennes, kabels,
Namens de organisatie: Erik Klein, PH4CK. 18
DE WERELDWIJDE HISTORISCHE STAPPEN VAN ELEKTRISCHE LADING NAAR DE ONTWIKKELING VAN RADIO EN TELEVISIE. DEEL 1 Auteur: Bram Butler Bewerkt door: Pieter Kluit
INLEIDING. Technische vooruitgang is altijd gebaseerd op voorafgaande ontdekkingen. In de volgende verzameling van gegevens wil ik proberen te laten zien hoe de uitvinders van vroegere ontdekkingen de basis hebben gelegd waar latere uitvinders op hebben voortgebouwd. In dit eerste artikel worden de technische ontwikkelingen van de jaren 1745 t/m 1861 beschreven. 1745 OPSLAG VAN LADING. Ewald Georg von Kleist in Duitsland ontdekte dat het mogelijk was om lading op te slaan.
CA. 1750 ELEKTROSTATISCHE GENERATOREN. De oude Grieken wisten reeds dat sommige materialen, zoals glas en barnsteen, na wrijving kleine voorwerpjes konden aantrekken. Barnsteen werd door de Grieken elektron (natuurkracht) genoemd. Hier is het moderne woord Elektriciteit van afgeleid. De eerste wetenschappers die een kleine wrijvings-elektriseermachine hebben geconstrueerd waren Otto von Guericke en Francois Gravelot. Zij maakten gebruik van wrijving tussen een roterende zwavelbol en de menselijke huid. Iets later gebruikte Van Ramsden roterende glazen cylinders. Later
1746 DE LEIDSE FLES. Dit was de eerste condensator, ontdekt door Pieter van Musschenbroek, hoogleraar in Leiden. Men veronderstelde indertijd dat elektriciteit een vloeistof was. Een assistent had geprobeerd om deze vloeistof op te vangen in een fles. Van Musschenbroek gaf aanwijzingen, waarbij hij met zijn hand dicht bij de fles kwam, en kreeg een enorm schokkende ervaring! Hij zou toen hebben uitgeroepen: “Niets ter wereld kan mij er nog toe verleiden dit experiment te herhalen!“. De Leidse fles heeft bij voorkeur een dunne glazen wand, om een zo groot mogelijke elektrische capaciteit te verkrijgen. Bij de aller-oudste Leidse flessen werden de binnen en buitenwand bekleed met een elektrisch geleidende metaallaag, van bijvoorbeeld dun lood of ook staniol (tinfolie), dit werd geplakt met eiwit. De binnen en buitenwand zijn de twee geleiders van de condensator. De buitengeleider voert de veilige aardpotentiaal. 19
werden dit grote glazen schijven. De hoge elektrische spanning van vele tienduizenden volt, kon bereikt worden door middel van wrijving tussen twee verschillende isolerende materialen, zoals bijvoorbeeld glas en ruw leer. Voorbeeld en uitleg, van één der eerste modellen uit de begin tijd (zie afbeeldingen, 1a en 1b) van de wrijvings elektriseermachine:
De uitvinding van de cilindermachine wordt toegeschreven aan Nairne ongeveer; 1760. Deze is opgebouwd uit een glazen cilinder, bevestigd op een horizontale as, die door middel van een kruk met handvat snel rondgedraaid kan worden. Tegen de glazen
cilinder drukt het “wrijvingslichaam”, dat bestaat uit een met paardenhaar gevuld leren kussen op een isolator, dat bestreken wordt met een poeder van tinamalgaam. Aan de tegenoverliggende kant van de cilinder is de kamvormige hoogspanningscollector opgesteld. Deze bestaat uit een grote hoeveelheid dunne scherpe naalden, opgesteld op ongeveer 5 mm afstand van het geladen glasoppervlak. Deze collector is elektrisch verbonden met een messing bol, die de uitgangsspanning voert. Vanaf dit punt wordt via vele overspringende vonken de Leidse fles geladen. Het laden stopt op het moment dat het verschil van de spanningen tussen de twee bollen niet meer dan enige duizenden volts bedraagt. De machine werkt des te beter wanneer de omgevingslucht een lage vochtigheid heeft. 1784 DE ELEKTRISEERMACHINE IN HAARLEM. De uitvinding van de “Vlakke glazen plaat machine” wordt toegeschreven aan Jesse Ramsden (1766). De krachtigste elektriseermachine staat in Haarlem. Dit apparaat werd ontworpen door de wetenschapper Martinus van Marum (17501837) en gebouwd door John Cuthbertson uit Engeland. Deze machine was voorzien van honderd grote Leidse flessen, die dienden als buffercondensatoren om de lading te verzamelen en vast te houden. De elektrische capaciteit van elke fles was ongeveer 250 pF. De totale capaciteit bedroeg dus ongeveer 25 nF. Deze imposante machine is nog steeds te bezichtigen in het Teylers museum in
Haarlem. (Er staan nu nog steeds 25 met elkaar verbonden Leidse flessen). De grootste elektriseermachine van die tijd, heeft twee in dezelfde richting draaiende glazen schijven met elk een diameter van 1,65 meter, en werd aangedreven door mankracht. Er kon 300.000 volt mee opgewekt worden, met ontladingen van 60 centimeter lengte. Het is wel duidelijk dat door de grote capaciteit van 25 nanofarad in combinatie met de hoge spanning deze machine zeer gevaarlijk was. 1786 ALESSANDRO VOLTA. Volta was professor aan de universiteit van Padua (Italië). Hij ontdekte dat wanneer twee verschillende metalen via een waterige oplossing van een zout of een zuur met elkaar in contact komen, er een elektrisch stroompje ontstaat. Een cel is opgebouwd uit één schijf roodkoper en één schijf zink met daartussen karton of leer, gedrenkt in een sterke zout- of zuur oplossing, bijvoorbeeld zwavelzuur. Aan de zinkelektrode ontstaat de negatieve spanning. De spanning bedraagt 0,5 tot 1 volt (onbelast) per cel. Het
zink verdwijnt, het lost op gedurende de levensduur van de cel. Het zink fungeert als brandstof, de cel is niet oplaadbaar. De naam Volta, leeft voort in de eenheid van spanning, de volt. 20
1800 ZUIL VAN VOLTA. Om een hogere spanning te verkrijgen stapelde Volta de cellen op elkaar (serieschakeling). Dit geheel werd bekend als de “zuil van Volta”. Voor een groter uitgangsvermogen, moest het oppervlak van alle schijven evenredig vergroot worden, zie afbeelding 2. 1802 BOOGLAMP. Sir Humphrey Davy experimenteerde met een zuil van Volta verbonden met twee stukken kool, die elkaar aanraakten, zie afbeelding 2. Er ontstond een vlamboog die een fel wit licht uitstraalde. Daarna is er veel onderzoek verricht om de afstand tussen de koolspitsen voortdurend te regelen. Dit was nodig tijdens het opstarten en om daarna een constante lichtsterkte te behouden en vervolgens om de slijtage te compenseren. Deze lamp werd voornamelijk toegepast tussen de jaren 1880 en 1940 voor verlichting van grote stadspleinen en voor filmprojectie in bioscopen. Later werd de booglamp nog wel toegepast als lichtbron voor Tv-beeldprojectie en, niet te vergeten, als hoogtezon. Ik kan mij nog herinneren dat ik als jongen van een jaar of 15 experimenteerde met koolstaafjes uit zaklantaarnbatterijen. Er werden twee staafjes kortgesloten via een 1000 watt straalkachel op het 127 volt stadsnet. Als je de staafjes iets terug trok ontstond er een indrukwekkende vlamboog met veel licht, die ook enorm op de radio stoorde. Dit was mijn ontdekking van een “vlamboogzender”! 1817 DE ONTDEKKING VAN SELEEN. Seleen werd in 1817 ontdekt door de Zweedse chemicus Jöns Jacob Berzelius. Het heeft atoomnummer 34. Seleen of selenium behoort tot de “niet-metalen”. Later werd ontdekt dat het halfgeleider eigenschappen heeft en dat de geleidbaarheid verandert onder invloed van licht. 1835 DE TELEGRAAF. In 1835 construeert Samuel F. B. Morse een prototype van de elektrische telegraaf. Hij hoorde over het bestaan van de elektromagneet, en kwam op het idee deze toe te passen om op een papierstrook strepen en punten te schrijven. Door middel van een door hem bedachte code konden zo 21
lettertekens en teksten overgebracht worden, via (soms zeer lange) draadverbindingen. In 1837 verkrijgt hij een patent. 1837 GALVANISCHE MUZIEK. Het was Charles Grafton Page (1812 - 1868) al vòòr Joule opgevallen dat, wanneer de inen uitschakeling van de elektrische stroom door een lange spoel met lange ijzerkern, bijvoorbeeld een breinaald in een hoog tempo achter elkaar geschiedt, er zo een snelle opvolging van klikken wordt geproduceerd. Het oor ervaart dit als een toon, als van een muziekinstrument. Page heeft aan dit fenomeen de naam “Galvanic Music” gegeven. Hij heeft hiermee vele demonstraties gegeven. Zie verder onder 1861, de Reis microfoon. Voor het opwekken van een bepaalde toonhoogte dient opgemerkt te worden dat voor één complete geluidssinus ( positieve halve periode plus negatieve halve periode) twee achtereenvolgende “clicks” gehoord zullen worden, dit zal dan de indruk geven van een dubbele toonhoogte. 1842 MAGNETOSTRICTIE Wanneer een lange ijzeren staaf gemagnetiseerd wordt, verandert deze een klein beetje in lengte, hij wordt iets langer en tevens dunner, met een factor van ongeveer 1/20.000 ( 40 tot 50 ppm). Dit effect wordt magnetostrictie genoemd. Dit effect werd in 1842 ontdekt door James Prescott Joule bij een staaf nikkel. De verklaring van de verlenging in één richting is dat alle magnetische domeinen (de “elementaire magneetjes” waaruit het materiaal is opgebouwd), die eerst kriskras door elkaar lagen, door magnetisatie achter elkaar in één rechte lijn gaan staan. In de breedte richting nemen ze dan minder ruimte in beslag, waardoor de staaf tevens dunner wordt. Zie afbeelding 3. Een experiment kan als volgt uitgevoerd worden. Op een holle koker wordt een spoel gewikkeld van bv. 15 cm lang. In de koker wordt een ijzeren staaf (bijvoorbeeld een breinaald) geschoven, aan de uiteinden mechanisch ondersteund en op een klankbord bevestigd (bijvoorbeeld een sigarenkistje). Bij het plotseling krachtig magnetiseren tot aan de magnetische verzadiging, wordt een scherpe “tik” of “klik” gehoord maar het geluid is zwak ( De
magnetische inductie B, nodig voor verzadiging van ijzer is dan ongeveer 1,7 tesla). Bij het verbreken van de elektrische stroom, wordt het “klikgeluid” nogmaals geproduceerd en de oorspronkelijke
Voor het geluid werd een “sounder” gebruikt, die de verschillen in tussenpozen van de signalen hoorbaar maakte en de verschillen van strepen en punten liet herkennen. Na deze praktische demonstraties werd het “Morse Alfabet” wereldwijd meer en meer geaccepteerd als een snelle manier van communiceren ( later tot wel 40 woorden per minuut ). 1843 DE FACSIMILE TELEGRAAF. De Schotse klokkenmaker en uitvinder, Alexander Bain (1811-1877) verstuurde zijn eerste stilstaande beeld langs een draad in 1842. In mei 1843 verkreeg hij patent op deze vinding. Het beeld was opgebouwd uit dicht naast elkaar geplaatste lijnen van lichte en donkere strepen en punten. Deze manier van beeldopbouw was reeds bekend bij de oude steen- en metaalgravures voor platen in boeken. Mr. Backwell verbeterde reeds in 1847 de uitvinding van Bain.
afmetingen van de staaf keren onmiddellijk terug. Bij een experiment met 50 Hz wisselspanning via een transformator uit het lichtnet, aangesloten op de magnetostrictie spoel met staaf hoort men namelijk ”100 hertz zoemen”, net zoals bij voedingstransformatoren. (De vraag is natuurlijk of dit laatste magnetostrictie is of het rammelen van de transformator blikplaten). 1843 DE EERSTE TELEGRAAFLIJN. Morse wilde het nut van zijn uitvinding, namelijk de mogelijkheid van communicatie over grotere afstanden bewijzen. Zo werd de aanleg goedgekeurd voor de bouw van de eerste telegraaflijn langs een spoorlijn tussen Washington en Baltimore over een afstand van 60 km. Op 24 mei 1844 werd met behulp van de later zogenoemde morsesleutel zijn eerste bericht overgeseind. Een telegraaf in zijn eenvoudigste vorm bestaat uit: 1) Een stroombron. 2) Een lange draadverbinding tussen twee zend- en ontvangststations. 3) Seinsleutels om de stroom in en uit te schakelen. 4) In elk station een elektromagnetisch ontvangtoestel dat in schrift of geluid de signalen weergeeft. 22
1850 DE TELEGRAAF IN NEDERLAND. De eerste telegraafverbinding in Nederland werd aangelegd in 1845. Pas in 1852 werden er van overheidswege telegraaflijnen aangelegd. Dit werd geregeld in de Telegraafwet van 1852. Vanaf toen werd begonnen met de aanleg van een landelijk net vanuit ’s-Gravenhage naar de voornaamste steden en havens. Ook werden er buitenlandse verbindingen aangelegd naar België en via Arnhem naar Duitsland. In 1855 was het telegraafnet grotendeels operationeel. 1851 HITTORF ONDERZOEKT SELENIUM. Seleen of selenium, is een halfgeleidermateriaal. Het was toen nog niet bekend dat het elektrisch lichtgevoelig is. 1856 HET VERZENDEN VAN BEELDEN VIA DE TELEGRAAF. De Italiaanse natuurkundige Giovanni Caselli ontwikkelt het idee van de opbouw van een beeld via een lijnenstructuur om het vervolgens te verzenden via de telegraaf. Waarbij synchronisatie tussen de verzendende en ontvangende apparaten essentieel is. De resultaten waren overtuigend genoeg voor de Groothertog van Toscane om een belang te nemen in Caselli’s uitvinding. Caselli vertrok in 1857 naar Parijs.
Door Caselli werd in Parijs het idee verder uitontwikkeld en bouwde hij in 1862 met behulp van de werktuigbouwkundig ingenieur Paul Gustave Froment een apparaat met de naam “pantelegraph”. Het is tevens een synchroniserend apparaat, waardoor twee apparaten kunnen samenwerken. Het is nu mogelijk met dit systeem beelden te verzenden en te ontvangen over grote afstanden door middel van de telegraaf. De beelden werden met behulp van de elektrochemie door de telegraaf gereproduceerd. Dit systeem is eigenlijk het eerste prototype van een faxapparaat. 1860 DE LOODACCUMULATOR. Deze meest gebruikte accu werd uitgevonden door de Franse uitvinder en fysicus Raimond Planté (1834-1889). De loodaccu heeft een grote rol gespeeld, vooral in de begintijd van de telegraaf, de telefoon en de radio. Een loodaccu is als volgt opgebouwd. In een glazen bak worden geïsoleerd, op een kleine afstand twee loden platen opgehangen. Elke plaat bestaat uit een loden frame, waarvan de openingen gevuld zijn met een uitgeharde pasta van zwavelzuur gemengd met loodoxide. De accu wordt daarna verder in elkaar gezet en gevuld met verdund zwavelzuur. Om de platen te formeren moet er gedurende enige etmalen een kleine stroom lopen. De positieve platen worden chocoladebruin, de negatieve platen worden grauw/grijs. Vervolgens wordt de accu met een grotere elektrische stroom opgeladen. Deze accu is in staat om een hoge stroomsterke af te geven en kan vele malen geladen en ontladen worden. De topspanning van een geladen cel bedraagt 2,1 volt. (Meerdere cellen in serie leveren bijvoorbeeld 4,2 en 6,3 volt. Zo ontstonden de waarden voor de gloeispanning van radiobuizen) 1861 DE REIS MICROFOON, DE EERSTE ELEKTRISCHE OVERDRACHT VAN GELUID. Men dient te bedenken dat, wanneer de microfoon niet was uitgevonden, de telefoon en de radio ook nooit tot stand gekomen zouden zijn. De inzichten over geluid waren rond 1861 nog zeer beperkt. Het is nuttig eerst te 23
bespreken waar een redelijke microfoon aan moet voldoen en waarom de door Reis gekozen benadering maar matig functioneerde. Ten eerste: Grote en kleine sinusvormige amplitude- en frequentie variaties van de geluidsdruk moeten omgezet worden in overeenkomstige elektrische variaties zonder te veel vervorming. Voor deze vroege jaren zou een frequentiebereik van 200 Hz tot 2 kHz al voldoende geweest zijn. Ten tweede: Muziek, bijvoorbeeld de toon van een viool, is een continue stroom van klank en is daardoor makkelijker herkenbaar dan de menselijke stem. Ten derde: De klankopbouw van gesproken zinnen is zeer gecompliceerd, door de afwisseling van klinkers, medeklinkers, lettergrepen en onderbrekingen en de variaties in toonhoogte en luidheid. Johann Philipp Reis (1834-1874), Duits hoogleraar fysica en uitvinder, krijgt de eer de eerste te zijn geweest die een min of meer werkende microfoon en telefoon heeft gedemonstreerd. Iets eerder, in 1854, had de in België geboren Fransman Charles Bourseul een artikel gepubliceerd over het oversturen van gesproken woord, maar hij heeft zijn idee nooit werkend gekregen. Philipp Reis heeft in 1861 zijn eerste versie microfoon en telefoon kunnen demonstreren, gebouwd volgens de door Bourseul aangegeven principes. De resultaten waren voor muziek redelijk te noemen maar gesproken woord bestond uit onverstaanbare flarden. Philipp Reis nam voor zijn microfoon de binnenkant van het menselijke oor als voorbeeld en vertaalde dit naar een elektrisch model. Hij dacht aan de opbouw van het binnenoor met het trommelvlies, hamer, aambeeld en stijgbeugel en vertaalde deze combinatie naar een aan/uit schakelaar. Vermoedelijk heeft men toen nog gedacht dat de klanken van het geluid opgebouwd waren uit een reeks van aan/uit geluidspulsen, net als bij de telegrafie. Daarom leek de weergever van Page uit 1837, met zijn sturing via snelle pulsen zeer geschikt, zie magnetostrictie. In figuur 4 zien we de Reis microfoon met weergever (tussen 1862 en 1865). De geluidstrilling van de weergever kwam uit een ijzeren breinaald, die de ijzerkern vormt in de lange spoel. De uiteinden van de breinaald zijn bevestigd op het klankbord van een sigarenkistje. Als klankkast voor zijn
prototype werd aanvankelijk de behuizing van een viool met snaren toegepast. Deze eerste versie werd gebruikt voor demonstratie- en testdoeleinden. Het aanstrijken van de snaren werd benut om een muzikale toon voort te brengen vlak voor zijn microfoon, verbonden met het
gehad om in het schakelcontact de platina strip te vervangen door een klein kommetje met een druppeltje kwik om een stabielere werking te verkrijgen. Hierdoor werden ook de hoge schakelstromen beter doorstaan en werd inbranden van het contact tegengegaan. Reis heeft in de loop van vijf jaar drie verbeterde modellen gefabriceerd. Een klein aantal is verkocht aan instituten en musea verdeeld over de gehele wereld (Amerika, Rusland, Engeland, Frankrijk en Oostenrijk). Een groot aantal onderzoekers en wetenschappers heeft uitgebreid geëxperimenteerd om te kijken of de problemen van het systeem opgelost konden worden. Ten slotte: Reis heeft zijn uitvinding niet kunnen voltooien, door zijn vroege overlijden. Hij heeft vastgehouden aan het systeem om de geluidsdruk om te zetten in pulsen d.m.v. het open/gesloten schakelaar principe. Zoals we later zullen zien is bij de koolmicrofoon gekozen voor een systeem waarbij geluidsdrukvariaties omgezet worden in weerstandvariaties. Dit bleek een betere methode te zijn!
elektrische circuit. Het geluid kon hij dan als het ware laten rondzingen via de eigen viool. Dit bracht de toehoorders volgens de overlevering tot grote verbazing! Terug naar de latere uitvoering, met de sigarenkist als klankkast. De openstaande deksel werd gesloten, en men kon zijn oor te luisteren leggen bij één van de twee gaten van het deksel. De microfoon opbouw is als volgt opgebouwd, zie afbeelding 4. Het kubusvormige kastje links bevat de microfoon. In de schuine voorkant bevindt zich de geluidsingang, de spreekbuis. Het gebruikte zeer grote membraan is het gespannen vel van een Duitse worst, en bevindt zich boven in de grote ronde opening. In het centrum van het membraam werd een elektrisch aan/uit schakelcontact, van platina, bevestigd. De wisselende elektrische stroom werd via een batterij op de weergever aangesloten. Het afstellen van het schakelcontact bleef uiterst kritisch, bij stilte moest het contact nog net open zijn en niet meer verlopen door vocht of temperatuurverschillen. Reis heeft het plan
GERAADPLEEGDE LITERATUUR. D.J.W. Sjobbema, Geschiedenis van de Elektronica. 1998. ISBN 8955770175. Vergelijkend onderzoek, jaartallen. Charyn Jones Clive Streeter, Oog op wetenschap 1993. Science Museum London. ISBN 9024600707 Elektriseermachine omstreeks 1750, foto bewerkt, in samenhang met tekening door auteur. Vrienden van Teylers Museum, Museum Wijzer Teylers Museum. Betreft Leidse flessen en de elektriseermachine van Martinus van Marum uit 1784. http://www.esanet.it/chez_basilio/reis.htm “Notes about Magnetostriction” Ontdekking en verklarende uitleg beschreven. Onder andere door Mr. Basilio vermelde referentie: (7) Charles G.Page (Galvanic Music), Benjamin Silliman ’s Journal, April 5, 1837. P307. http://www.cdvandt.org/reis_microfone.htm Verwijzing naar magnetostrictie en opbouw van microfoon en weergever. http://en.wikipedia.org/wiki/Philipp_Reis “Wikipedia, the free encyclopaedia”. Leven van Reis en technische beschrijving Reis telefoon. http://german.about.com/library/blerf_reis.htm Levens- en technische beschrijving. http://www.acmi.netau/ALC/REIS_BIO.html Basis ideeën van Charles Bourseul en de bewerking door Reis.
24
De agenda 24/28 mei : Veron Pinksterkamp, Odoorn 25/28 mei : Zuidelijk radioamateur treffen, Gemert-Bakel 26 mei : Radiomarkt, Beetsterzwaag 2 juni : Jubileum en BBQ afd. Hunsingo 2/3 juni : HF velddagen CW 9 juni : Radiomarkt, ‘t Harde 16 juni : Kids day 22/24 juni : Ham Radio, Friedrichshafen 17/24 aug. : Sterraza velddagen, Smeerling
18/19 aug. 23/26 aug. 1/2 sept. 22 sept. 28 sept. 13 okt. 26 okt. 3 nov. 23 nov. 14 dec.
25
: Int. lighthouse/lightship weekend : DNAT, Bad Bentheim : HF velddagen SSB : Radiomarkt, De Lichtmis : Afdelingsavond Hunsingo : Radiomarkt, Flowerdome Eelde : Afdelingsavond Hunsingo : Dag v.d. Radio-amateur, Apeldoorn : Afdelingsavond Hunsingo : Afdelingsavond Hunsingo