&HOYRRUKHW9ODDPV3URYLQFLDDO2QGHUZLMV
/((53/$1 *5$$'6(&81'$,521'(5:,-6 H
HOHHUMDDUYDQGHHJUDDG62 2SWLH6RFLDOHHQ7HFKQLVFKH9RUPLQJ 6RFLDOHHQ7HFKQLVFKH9RUPLQJ
Copyright © CVPO
4/CVPO/98-99
,1+28'67$)(/
*HEUXLNVDDQZLM]LQJ /HVVHQWDEHO 9LVLHRSRQGHUZLMV $OJHPHQHSURILOHULQJYRRUGHRSWLH6RFLDOHHQ7HFKQLVFKHYRUPLQJ 797RHJHSDVWHZHWHQVFKDSSHQ 790DDWVFKDSSHOLMNHHQ6RFLDOH9RUPLQJ 395HDOLVDWLHWHFKQLHNHQ (YDOXDWLH %LEOLRJUDILH
p. 2
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2e leerjaar van de 1e graad SO
*(%58,.6$$1:,-=,1*
+HWOHHUSODQ Statuut Een school wordt door de overheid gesubsidieerd. In ruil daarvoor moet ze bewijzen dat ze een behoorlijk studiepeil nastreeft en bij de leerlingen bereikt. Het leerplan is een middel voor de overheid om na te gaan of de school aan deze kwaliteitseisen voldoet. Daarom dient ze van goedgekeurde leerplannen gebruik te maken. Het leerplan fungeert m.a.w. als een juridisch-inhoudelijk contract tussen de overheid en de school of de inrichtende macht. Het is het officieel en bindend basisdocument waarvan de leraar uitgaat bij het vormgeven van zijn onderwijspraktijk. Goedkeuring Het leerplan wordt ontwikkeld door de leerplancommissie in opdracht van de Cel voor het Vlaams Provinciaal Onderwijs. De leerplancommissies worden in september samengesteld en bestaan uit vakleraren en pedagogische medewerkers van CVPO. Het leerplan moet voldoen aan inhoudelijke en vormelijke criteria. We verwijzen hier naar het Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de goedkeuringscriteria en indieningsmodaliteiten van de leerplannen voor het secundair onderwijs (26 nov. 1996).
*OREDDOFRQFHSWYDQKHWOHHUSODQ
Dit leerplan is uitgewerkt voor het 2e leerjaar van de 1e graad optie Sociale en Technische Vorming en bestaat uit drie delen: ¾ toegepaste wetenschappen ¾ Maatschappelijke en Sociale Vorming ¾ realisatietechnieken Er werd echter gekozen voor een geïntegreerde benadering, waarbij deze delen onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Wanneer deze delen door verschillende leraren zouden behandeld worden, spreekt het voor zich dat overleg, zo mogelijk binnen een vakwerkgroep 6RFLDOHHQ7HFKQLVFKH 9RUPLQJ cruciaal is. Het is aan de vakwerkgroep accenten te leggen en keuzes te maken (bijvoorbeeld inzake de behandeling van de uitbreidingsdoelen), dit te verantwoorden en de realisatie van de doelstellingen te plannen in het schooljaar. Hierbij kan gebruik gemaakt worden van een geïntegreerd jaarwerkplan voor 6RFLDOHHQ7HFKQLVFKH9RUPLQJ, waarbij naast een duidelijke timing wordt aangeduid waar en wanneer welke doelstellingen aan bod zullen komen. In dit geïntegreerd jaarwerkplan kunnen ook verbanden gelegd worden met vakken als aardrijkskunde, biologie, fysica, geschiedenis, lichamelijke opvoeding, technologische opvoeding en wiskunde en met de vakoverschrijdende eindtermen.
p. 3
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2e leerjaar van de 1e graad SO
Dit concept beoogt een dynamische benadering van 6RFLDOHHQ7HFKQLVFKH9RUPLQJ, waarbij overleg en communicatie onontbeerlijk zijn en waarbij eveneens maximaal kan rekening gehouden worden met de interessesfeer van de leerlingen. Het spreekt voor zich dat de leerlingen bepaalde keuzes dan ook mee kunnen sturen. Op deze manier kan een optie als 6RFLDOHHQ7HFKQLVFKH9RUPLQJ mee bijdragen tot leerlingenparticipatie op klasniveau.
$OJHPHQHSURILOHULQJYDQGHRSWLH6RFLDOHHQ7HFKQLVFKH9RUPLQJ Hierin vindt de leraar een situering van de optie Sociale en Technische Vorming, de beginsituatie en de algemene doelstellingen voor de optie.
'HGRHOVWHOOLQJHQ In de DOJHPHQHGRHOVWHOOLQJHQ staat vermeld welke competenties voor de optie 6RFLDOHHQ7HFKQLVFKH 9RUPLQJ gelden. Bijzondere aandacht wordt besteed aan de attitudes. De VSHFLILHNHGRHOVWHOOLQJHQ zijn zo operationeel mogelijk geformuleerd. De EDVLVGRHOVWHOOLQJHQ moeten door zoveel mogelijk leerlingen bereikt worden. Zij vormen de criteria die de klassenraad ondermeer zal hanteren bij de eindbeoordeling van elke leerling. Dit betekent dat bij een juiste oriëntering van de leerling het onderwijs garant staat voor het bereiken van het vooropgestelde eindresultaat zoals geformuleerd in de basisdoelstelling. De basisdoelstellingen vormen met andere woorden het minimumprogramma. De XLWEUHLGLQJVGRHOVWHOOLQJHQ zijn verrijkings-, extra-, verdiepings- of maximumdoelstellingen. Zij leiden tot gedifferentieerd werken. Niet alle leerlingen kunnen deze doelstellingen bereiken. Deze doelstellingen zijn dan ook niet verplicht aan alle leerlingen aan te bieden en bepalen niet of een leerling al of niet geslaagd is. Zij kunnen wel een aanwijzing zijn voor de verdere oriëntering van de leerling.
'HOHHULQKRXGHQ De leerinhouden worden opgesteld door de leerplancommissie. Er wordt op gelet dat er een evenwicht is tussen ‘verplichting’ en ‘eigen inbreng’ van de leraar. De leerplannen van CVPO stellen de doelen centraal.
'HGLGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ In deze rubriek vindt de leraar hulpmiddelen om de doelstellingen te bereiken. Het zijn zowel didactische werkvormen, didactisch materiaal, audiovisuele middelen, … De wenken zijn een hulp voor de leraar, maar verplichten hem/haar geenszins om ze aan te wenden. De school en de leraar zijn autonoom bij het concretiseren van de specifieke doelstellingen en de leerinhouden.
'HHYDOXDWLH In deze rubriek vindt de leraar een concept over de wijze waarop hij/zij de beoordeling van de leerling kan verantwoorden.
'HELEOLRJUDILH De leraar vindt in de bibliografie een lijst van vaktijdschriften, handboeken, schoolboeken, handleidingen, standaardwerken, naslagwerken, didactische pakketten, … die hem/haar kunnen helpen bij het voorbereiden van de lessen of die hij kan gebruiken als didactisch materiaal. p. 4
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2e leerjaar van de 1e graad SO
%HVOXLW CVPO opteert waar mogelijk voor: ¾ open leerplannen, met veel ruimte voor de eigen inbreng van het lerarenteam en veel didactische en pedagogische tips ter ondersteuning; ¾ een hechte horizontale en verticale samenhang. In de leerplannen van de eerste graad worden waar mogelijk de vakoverschrijdende eindtermen / ontwikkelingsdoelen aangegeven.
p. 5
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2e leerjaar van de 1e graad SO
/(66(17$%(/
HOHHUMDDUYDQGHHJUDDG62
OHHUMDDU
*HPHHQVFKDSSHOLMNH%DVLVYRUPLQJ
AV Katholieke godsdienst AV Niet-confessionele zedenleer AV Protestantse godsdienst AV Islamitische godsdienst AV Aardrijkskunde AV Biologie AV Engels AV Frans AV Fysica AV Geschiedenis AV Lichamelijke Opvoeding AV Muzikale Opvoeding AV Nederlands AV Wiskunde TV Technologische Opvoeding %DVLVRSWLH
2
1 1 2 3 1 1 2 1 4 4 2
TV Toegepaste Wetenschappen TV Maatschappelijke en Sociale Vorming PV Realisatietechnieken 5HVWHUHQGRSWLRQHHOJHGHHOWH
2 1 4/6
AV Engels AV Frans AV Lichamelijke Opvoeding AV Nederlands AV Plastische Opvoeding AV Wiskunde TV Dactylografie TV Mechanica
p. 6
Leerplan Sociale en Technische Vorming
0/1 0/1 0/1 0/1 0/1 0/1 0/1 0/1
2e leerjaar van de 1e graad SO
9,6,(2321'(5:,-6
%DVLVUHIHUHQWLHNDGHU Het basisreferentiekader van waaruit onderwijs wordt verstrekt, vinden we terug in KHWSHGDJRJLVFK SURMHFW Dit is het geheel van onderwijskundige en opvoedkundige uitgangspunten die vanuit een bepaald mens- en wereldbeeld door de inrichtende macht worden vastgelegd. Door de ondertekening van de Gemeenschappelijke Verklaring inzake een non-discriminatiebeleid in het onderwijs en de onderschrijving van de Standpuntbepaling CVPO in het kader van de opvolging van het Verdrag inzake de Rechten van het Kind vormen volgende inhoudelijke principes een URGH GUDDGLQKHWSHGDJRJLVFKSURMHFWYDQHONHLQULFKWHQGHPDFKWYDQKHWSURYLQFLDDORQGHUZLMV • het provinciaal onderwijs is open onderwijs, toegankelijk voor iedereen, vertrekkend vanuit de idee van een pluralistische samenleving, waarbij mensen met verschillende overtuigingen en achtergronden met elkaar positief kunnen omgaan, zonder daarom hun identiteit te verliezen; • het provinciaal onderwijs is gericht op de maximale ontplooiing van de persoonlijkheid, talenten en ontwikkelingskansen van alle leerlingen en op de voorbereiding van een beroepsleven; • het provinciaal onderwijs is gericht op het bijbrengen van eerbied voor de rechten van de mens en op het beleven en toepassen van mensenrechten in de geest van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens en inzonderheid het Verdrag inzake de Rechten van het Kind. Jongeren worden, ongeacht de capaciteiten waarover ze beschikken, erkend als medeburgers en worden aangesproken om verantwoordelijkheid op te nemen voor en mee vorm te geven aan de kwaliteit van (het leven op) de school. Geënt op de basisbeginselen van het pedagogisch project stuurt de school haar onderwijskundig en opvoedkundig beleid en formuleert ze haar VFKRROYLVLH In de schoolvisie expliciteert de school haar pedagogisch referentiekader in de vorm van concrete opvoedingsdoelen, waarden en normen en beschrijft ze hoe ze haar socialisatie-opdracht wil realiseren. De schoolvisie vormt de basis voor schoolwerkplanontwikkeling.
2QWZLNNHOLQJVEHJHOHLGLQJ Ontwikkelingsbegeleiding omvat alle lesgebonden en lesoverstijgende onderwijsactiviteiten en/of methodes die gericht zijn op waardensocialisatie. Aandacht gaat hierbij zowel uit naar leerlinggerichte activiteiten als naar het scheppen van randvoorwaarden voor een leefbare school en schoolomgeving voor alle onderwijsparticipanten. In een school is het bijvoorbeeld onmogelijk om gezondheidszorg en gezondheidseducatie van elkaar te scheiden omdat de organisatie van de zorg het eerste element van de opvoeding is èn een basisvoorwaarde voor de kwaliteit van de opvoeding. Dezelfde redenering geldt voor alle andere educatievormen.
p. 7
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2e leerjaar van de 1e graad SO
Hiertoe rekenen we: • relatiebekwaamheid en sociale vaardigheden We verwijzen hiervoor naar de vakoverschrijdende eindtermen en ontwikkelingsdoelen in de eerste graad. Bijvoorbeeld het organiseren van leefsleutels op school, kennismakingsdagen, klasactiviteiten gericht op leren samenwerken, … • gezondheidseducatie Het uitwerken van een gezondheids- en/of drugbeleid op school. Bijvoorbeeld het organiseren van activiteiten rond “gezonde voeding”, “roken”., … Verkeerseducatie, bijvoorbeeld bij het verkennen van de omgeving rondom de school We verwijzen naar de vakoverschrijdende eindtermen en ontwikkelingsdoelen in de eerste graad. • opvoeden tot burgerzin Bijvoorbeeld het oprichten van een leerlingenraad, leerlingen betrekken bij de herinrichting van de speel-plaats, leerlingen inzicht bijbrengen in de werking van het provinciebestuur, … • milieueducatie Deze educatievorm vindt men beschreven bij de vakoverschrijdende eindtermen en ontwikkelingsdoelen. Bijvoorbeeld het organiseren van een milieuproject. • leren leren Het doel van leren op school is in de eerste plaats het leerproces en niet het cijfer. Leerkrachten moedigen hun leerlingen aan om te slagen en begeleiden hen bij dit proces. We verwijzen hier eveneens naar de vakoverschrijdende eindtermen en ontwikkelingsdoelen in de eerste graad. • interculturele vorming Bij de vorming van interculturele competentie gaat het om inzichten, vaardigheden en houdingen die integraal deel uitmaken van een sociaalvaardige houding en die we nastreven bij de leerlingen èn bij onszelf om optimaler in onze multiculturele samenleving te kunnen functioneren evenals in de context van internationalisering. • culturele en esthetische vorming Voor veel leerlingen is de school de enige introductie in de culturele wereld. Deze leerlingen dienen in hun leerplichtonderwijs kennis te maken met cultuur en een basis op te bouwen die hen levenslang mogelijkheden biedt voor verdere ontwikkeling. Cultuur als instrument speelt een rol bij het verwezenlijken van brede vormingsdoelen als sociale cohesie, tolerantie en maatschappelijke betrokkenheid.
p. 8
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2e leerjaar van de 1e graad SO
$/*(0(1(352),/(5,1*9225'( 237,( 62&,$/((17(&+1,6&+(9250,1*
De basisoptie Sociale en Technische Vorming bereidt rechtstreeks voor op de studierichting Sociale en Technische Wetenschappen en op andere toegepaste wetenschappelijke en technische studierichtingen. Sociale en Technische Vorming (Wetenschappen) is een technische, polyvalente studierichting met als belangrijkste aandachtspunt de gerichtheid naar de mens als socio-cultureel en socio-economisch wezen. De toepassingen zijn dan ook gericht naar de behoeften van de mens in zijn biologische, psychologische, relationele, maatschappelijke en ecologische dimensies.
0RGDOLWHLWHQYDQGHEDVLVRSWLH6RFLDOHHQ7HFKQLVFKH9RUPLQJ Het aantal in te richten uren bedraagt 7 of 9 te verdelen als volgt: Realisatietechnieken: Toegepaste Wetenschappen: Maatschappelijke en Sociale Vorming:
4 of 6 uur 2 uur 1 uur
Voor Realisatietechnieken kunnen 4 of 6 uur worden ingericht: • iedereen volgt voor 4 uur het leerplan Realisatietechnieken aansluitend aan Toegepaste Wetenschappen en Maatschappelijke en Sociale Vorming; • voor de 2 bijkomende uren wordt het leerplan uitgebreid met variaties naar materialen, werkstukken en technieken.
p. 9
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2e leerjaar van de 1e graad SO
%HJLQVLWXDWLH • De leerlingen bestudeerden het PHWULHNVWHOVHO in de basisschool en in het 1e leerjaar van de 1e graad in het vak wiskunde • De leerlingen kwamen in het 1e leerjaar A reeds in contact met WHFKQRORJLH in het vak technologische opvoeding. Sommigen kregen via het keuzegedeelte een praktische initiatie (doeactiviteiten in Realisatietechnieken en/of technologische opvoeding). • Alle leerlingen volgen in het 2e leerjaar het gemeenschappelijk vak T.O.(informatietechnologie en wonen) De leerlingengroep in het 2e leerjaar is eerder heterogeen. Men kan slechts uitgaan van een minimum aan technische kennis. Het is absoluut noodzakelijk dat de leerkracht die de vakken van de optie Sociale en Technische Vorming onderwijst, zeer goed op de hoogte is van het vak technologische opvoeding en dat de leerkrachten Technologische Opvoeding zeer goed op de hoogte zijn van de vakken binnen de optie Sociale en Technische Vorming.
$OJHPHQHGRHOVWHOOLQJHQYRRUGHRSWLH6RFLDOHHQ7HFKQLVFKH9RUPLQJ • De ontwikkeling van het wetenschappelijk inzicht bevorderen door: - het verwerven van wetenschappelijke basiskennis; - het ontleden en uitvoeren van technologische toepassingen. • De ontwikkeling van sociale vaardigheden bevorderen met nadruk op: - samen werken; - communicatievaardigheden; - respect en zorg voor elkaar; - aandacht voor kwaliteit. • De ontwikkeling van vaardigheden en attitudes van een kritisch onderzoeker, uitvoerder en verbruiker stimuleren door op een objectieve en eerlijke wijze: - nauwkeurig te observeren; - experimenten te verrichten; - eenvoudige metingen uit te voeren; - uit observaties en experimenten gegevens te noteren en te verwerken; - te zoeken naar en te werken met het juiste materiaal en middelen: . het gebruik van tabellen, folders, informatief documentatiemateriaal, etiketten, … . het opsporen en doornemen van literatuur; - uit de beschikbare gegevens, conclusies te trekken en een veralgemening te formuleren; - zichzelf te bevragen en een genomen beslissing te durven herzien.
p. 10
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2e leerjaar van de 1e graad SO
7972(*(3$67(:(7(16&+$33(1
797RHJHSDVWH:HWHQVFKDSSHQX $OJHPHQHGRHOVWHOOLQJHQ • Elementaire kennis verwerven aangaande: - lengtemetingen; - massa- en volumemetingen; - temperatuurmetingen; - tijdmetingen; - elektriciteit in functie van handelingen gericht naar de mens en zijn milieu; - kwaliteitsmetingen. • Beseffen dat meettechnieken gebaseerd zijn op wetenschappelijke kennis en inzien dat afspraken met betrekking tot meten nodig zijn voor een eenduidige communicatie. • Het leren exact meten en interpreteren van meetresultaten en cijfergegevens in diverse sectoren, hoofdzakelijk in: - activiteiten van het dagelijkse leven; - de huishouding, maar ook reeds aandacht voor activiteiten in: - de distributiesector; - de bedrijfswereld; - de verzorgende sector. • Inzien dat voor metingen een correct gebruik van grootheden, eenheden en meetinstrumenten belangrijk is en tevens een bijdrage levert tot kwaliteit. • Het belang inzien van elektriciteit in het dagelijkse leven. • Inzien dat voor het veilig gebruik van elektriciteit het noodzakelijk is de basisbegrippen van elektriciteit en het werkingsprincipe van een aantal elektrische toestellen te kennen. • Ervan bewust zijn dat alle toepassingen steeds gericht zijn op de behoeftebevrediging van de mens en dat ze steeds de mens en zijn milieu ten goede moeten komen. • Streven naar kwaliteit.
p. 11
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2e leerjaar van de 1e graad SO
63(&,),(.('2(/67(//,1*(1 /((5,1+28'(1 3('$*2*,6&+((1','$&7,6&+( :(1.(1
p. 12
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2e leerjaar van de 1e graad SO
Het onderscheid tussen schatten en meten verwoorden.
B
Op lange termijn zelfstandig kunnen bepalen wanneer een exacte meting nodig is en wanneer er kan en mag geschat worden.
B
De juiste benaming en het correct gebruik van enkele veel voorkomende meetinstrumenten voor lengtemetingen kennen.
B
De 3 stappen die bij elke meting belangrijk zijn opsommen en toepassen.
B
De begrippen grootheid en eenheid correct gebruiken.
B
De 7 grondgrootheden van het SI-stelsel met de overeenkomstige eenheden en symbolen kennen.
B
p. 14
Leerplan Sociale en Technische Vorming
/HQJWHPHWLQJHQ
0HWHQYDQOHQJWH 1.1.1. Schatten en meten - Instrumenten − verschil tussen schatten en meten; − juiste benaming, juiste keuze en correct gebruik van enkele belangrijke instrumenten voor lengtemetingen in functie van verschillende doeleinden; − stappen te nemen bij elke meting; − meten van kleine en grote afmetingen.
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
HOHHUMDDUYDQGHHJUDDG62 6RFLDOHHQ7HFKQLVFKH9RUPLQJ
7972(*(3$67( :(7(16&+$33(1
Illustreren met voor leerlingen herkenbare voorbeelden. Bij de lengtemetingen wordt concreet gewerkt met enkele veel gebruikte meetinstrumenten: meetlat, geodriehoek, stokmeter, duimstok of vouwmeter, meetlint, stalen rolmeter, meetband.
1.1.2. Grootheden - Eenheden - Berekeningen − grondgrootheden van het SI-stelsel met respectievelijke grondeenheden.
Aandacht besteden aan correcte schrijfwijze van symbolen voor grootheden en vooral voor eenheden!
LER1
Afspraken maken met leerkrachten wetenschappen en technologische opvoeding.
2e leerjaar van de 1e graad SO
Het hoofddoel van ijken omschrijven.
U
Enkele voorbeelden opnoemen van toestellen die geijkt moeten worden.
U
Weten dat de toegelaten fout wettelijk bepaald wordt en dat deze verschillend kan zijn naargelang het meettoestel.
U
Herkennen, benoemen en lezen van voorstellingen van meetresultaten, o.a. tabellen, grafieken en diagrammen.
B
1.1.3. IJken van meetinstrumenten − doel van ijken; − meetinstrumenten die moeten worden geijkt; − nauwkeurigheidsklassen van meetinstrumenten.
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
1.1.4. Noteren van meetresultaten − belangrijke manieren van noteren: tabellen – grafieken - diagrammen; − genoteerde meetresultaten lezen en interpreteren; − gemeten resultaten zelf noteren.
Het is de bedoeling dat bij de volgende metingen het gebruik van tabellen, grafieken en diagrammen veelvuldig wordt ingeoefend.
LER6
Aan de hand van concrete voorbeelden aantonen dat de mens maatgevend is voor de dingen die hem omringen en dat alles zo ontworpen wordt, dat de mens er zich goed bij voelt.
B
De 4 factoren die de lichaamslengte mee bepalen, vermelden en illustreren met voorbeelden.
B
De begrippen rekenkundig gemiddelde, mediaan, percentiel en normale verdeling omschrijven.
B
/HQJWHPHWLQJHQLQIXQFWLHYDQKDQGHOLQJHQ JHULFKWQDDUGHPHQVHQ]LMQPLOLHX Met het schetsen van extreem grote en extreem 1.2.1. De mens is de maat der dingen kleine situaties de verhouding tot de mens alles wordt ontworpen op mensenmaat aangeven.
− factoren die de lichaamsmaten mee bepalen: leeftijd - geslacht - land en ras - tijd
1.2.2. Bepalen van percentielen − normale verdeling; − mediaan; − rekenkundig gemiddelde.
De afstemming op de lichaamsmaten verduidelijken met het nameten van de uitrusting van het vak- of klaslokaal.
Overleg met leraar wiskunde.
p. 15
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2e leerjaar van de 1e graad SO
Bestaande groeicurven lezen en interpreteren.
B
Met gegeven (of gemeten) lichaamsmaten groeicurven opstellen.
U
Het verband leggen tussen gemiddelde en uiterste lichaamsmaten enerzijds en het ontwerpen van gebruiksvoorwerpen anderzijds
U
Het begrip PDVVD en de grootheid en eenheid van massa correct gebruiken.
B B
De juiste balans kiezen voor een bepaald doel.
B
De verschillende werkingsprincipes van balansen onderscheiden, beschrijven en de voor- en nadelen bij gebruik aanduiden.
B
Leerplan Sociale en Technische Vorming
1.2.3. Groeicurven − bestaande groeicurven voor jongens en meisjes, voor baby’ s, peuters en adolescenten analyseren; − groeicurven opstellen.
De cijfers gebruiken van de eigen groeicurven uit het boekje van Kind en Gezin en deze van het Medisch Schooltoezicht. Met gegevens van de verschillende lengten van de klasgenoten een “ normale” verdeling opstellen. Niet enkel de totale lichaamslengte bestuderen maar ook de maten van andere lichaamsdelen.
0HWHQYDQPDVVD 2.1.1. Begrip PDVVD - Grootheid - Eenheid
Op het verschil tussen massa en gewicht niet ingaan. Wel strikt de juiste terminologie gebruiken.
2.1.2. Meetinstrumenten voor massametingen en toepassingen − basisbegrippen in verband met balansen meetgebied of meetbereik - meetbreedte – gevoeligheid - traagheid - nauwkeurigheid; − werkingsprincipes van balansen; mechanische balansen elektronische balansen.
Met de leerlingen het aanbod van balansen in de handel inventariseren.
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
− besluit: verband tussen gemiddelde en extreme lichaamsmaten en het ontwerpen van gebruiksvoorwerpen
0DVVDHQYROXPHPHWLQJHQ
De begrippen meetgebied of meetbereik meetbreedte - gevoeligheid - traagheid nauwkeurigheid correct gebruiken i.v.m. de werking van balansen.
p. 16
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
LER5 LER7
LER1
Er dienen verschillende typen balansen voorradig te zijn in het vaklokaal. In het vak toegepaste wetenschappen en realisatietechnieken wordt voornamelijk gewerkt met huishoudelijke balansen. Precisiebalansen uit het labo chemie of fysica kunnen echter tijdens deze lesuren ook worden gebruikt.
2e leerjaar van de 1e graad SO
Door inschatten en na controle door weging zich een idee vormen van de massa van veel gebruikte voorwerpen uit het dagelijks leven.
B
Het onderscheid tussen volume en inhoud verwoorden.
B
Het volume of de inhoud van voorwerpen kunnen inschatten en bepalen.
B
De inhoud van veel gebruikte huishoudelijke recipiënten kennen.
B
Bestaande massacurven lezen en interpreteren.
B
Met gegeven (of gemeten) lichaamsmassa’ s massacurven opstellen.
B
De relatie tussen de toename van lichaamsmassa en voeding eenvoudig verwoorden.
U
De begrippen lichaamsweefsel, cellen, energie en grondstoffen correct gebruiken.
U
Weten dat de massa van sommige producten wettelijk bepaald is.
B
p. 17
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2.1.3. Meetinstrumenten voor volumemetingen en toepassingen − inhoudsbepalingen van voorwerpen ; − instrumenten voor volumemetingen; nauwkeurige volumemetingen met labo materiaal volumemetingen met huishoudmiddelen, o.a. lepels - kopjes - maatbekers - kookpannen …
0DVVDHQYROXPHPHWLQJHQLQIXQFWLHYDQ KDQGHOLQJHQJHULFKWQDDUGHPHQVHQ]LMQ PLOLHX 2.2.1. Lichaamsmassa (massacurven) − bestaande massacurven voor jongens en meisjes, voor baby’ s, peuters en adolescenten analyseren; − massacurven opstellen; − relatie tussen toename van lichaamsmassa en voeding.
Vooral de nadruk leggen of leren inschatten en kunnen controleren van het volume van veel gebruikte huishoudelijke recipiënten.
LER7
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
Het gebruik van labo-instrumenten beperken tot de maatcilinder en de meetspuit.
De gegevens gebruiken van met Medisch Schooltoezicht en Kind en Gezin.
LER7
Ook aandacht besteden aan massacurven voor kinderen uit ontwikkelingslanden.
SOC16
2.2.2. Voedsel bereiden houdt in: weten en rekenen
2e leerjaar van de 1e graad SO
Weten dat de massa-aanduiding op verpakking van sommige waren wettelijk bepaald is.
B
2.2.3. Maten en massa’ s van voedingswaren − massa-aanduidingen op voedingswaren − wetgeving voor bepaalde voedingswaren;
B
De 4 factoren die de hoeveelheid afval van voedingsmiddelen bepalen, kennen.
B
Het eetbaar gedeelte van voedingsmiddelen bepalen, vertrekkende van bruto- en nettowegingen.
B
De aanbevolen porties basisvoedingsmiddelen per dag voor jongeren tussen 12 en 18 jaar kennen.
B
2.2.4. Berekenen van eetbaar gedeelte − bepalen van eetbaar gedeelte afhankelijk van: de grondstof; het gebruikte materiaal of apparatuur; de methode; de handigheid.
2.2.5. Portionering van voedingsmiddelen − portie voedingsmiddelen per persoon en per maaltijd
De praktische uitvoering van het bepalen van het eetbaar gedeelte gebeurt in de lessen realisatietechnieken (Bijvoorbeeld: aardappelen schillen).
B
Het onderscheid omschrijven tussen warmte en temperatuur.
B
De eenheden Celcius en Kelvin correct gebruiken en omrekenen.
B
p. 18
Leerplan Sociale en Technische Vorming
0HWHQYDQWHPSHUDWXXU 3.1.1. Begrip WHPSHUDWXXU - Grootheid - Eenheid − verschil tussen warmte en temperatuur; − eenheden van temperatuur.
LER7
LER6
De leerlingen moeten nog geen voedingsmiddelentabellen kunnen lezen, de leerkracht deelt de gegevens over het eetbaar gedeelte mee. De praktische uitvoering van de portionering gebeurt in de lessen realisatietechnieken.
7HPSHUDWXXUPHWLQJHQ
Het begrip WHPSHUDWXXU en de grootheid en eenheid van temperatuur correct gebruiken.
Controleren van de massa van verpakte voedingswaren en van brood met precisiebalansen
Gebruik maken van de wettelijke bepalingen i.v.m. − tabellen voor maten en massa’ s ; − massa of inhoud van belangrijke voedingswaren; de massa van brood. Raadpleeg hiervoor de − controle van massa of inhoud van voedingswaren. “ Voedingswarenwetgeving” . Het eetbaar gedeelte berekenen.
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
Het subjectieve van temperatuurmetingen met de huid duidelijk doen aanvoelen.
GEZ2 LER7 LER7
2e leerjaar van de 1e graad SO
Het verschil tussen continue en discontinue metingen omschrijven.
U
Discontinue temperatuurgegevens noteren in tabelvorm en grafisch weergeven.
U
Het principe van vloeistofthermometers uitleggen.
B
Een gepaste keuze maken tussen alcohol- en kwikthermometers i.f.v. de te meten temperatuur.
B
De belangrijkste verschillen tussen een kwikkoortsthermometer en een gewone kwikthermometer omschrijven.
B
De 3 grote onderdelen van een elektronische thermometer opsommen en omschrijven.
B
De mens als homeotherm wezen omschrijven.
B
De relatie tussen de verbranding van voedsel en de lichaamstemperatuur eenvoudig omschrijven.
B
p. 19
Leerplan Sociale en Technische Vorming
3.1.2. Registreren van temperatuurmetingen − discontinue en continue metingen; − opstellen van temperatuurcurven.
3.1.3. Meetinstrumenten + toepassingen − vloeistofthermometers; − principe − aflezen van vloeistofthermometers − soorten vloeistofthermometers kwik- en alcoholthermometers kwikkoortsthermometers
Er moet in het vaklokaal een gevarieerd aanbod van thermometers aanwezig zijn.
− elektronische thermometers; principe soorten − chemische thermometers. voorbeelden
Bij de bespreking van het principe van elektronische thermometers de leerinhoud uit Informatietechnologie integreren.
7HPSHUDWXXUPHWLQJHQLQIXQFWLHYDQ KDQGHOLQJHQJHULFKWQDDUGHPHQVHQ]LMQ PLOLHX 3.2.1. De lichaamstemperatuur en aangepaste omgevingstemperatuur − de mens is een homeotherm wezen; − op peil houden van lichaamstemperatuur.
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
Het principe van chemische thermometers wordt niet uitgelegd, wel gedemonstreerd. Bijvoorbeeld: koortsstrook.
Met het schetsen van extreem koude en extreem warme situaties de invloed op de mens aangeven. Bijvoorbeeld: weerberichten noteren van binnen- en buitenland.
2e leerjaar van de 1e graad SO
Een aantal nadelen van onaangepaste temperatuur voor de mens omschrijven.
U
Na herhaaldelijke waarnemingen, schattingen, controles of na opzoeken in documenten de temperatuur bij voedselverwerking aangeven voedsel bewaren voedsel bereiden voedsel serveren.
B
3.2.3. Temperatuur bij voedselverwerking − temperatuur bij voedselbewaring; − temperatuur bij voedselbereiding; − temperatuur bij voedselservering.
Verwijzen naar of integreren van leerstof technologische opvoeding (wonen).
GEZ1
Temperaturen i.v.m. voedselverwerking in de lessen toegepaste wetenschappen slechts kort aanhalen. Deze leerstof wordt in de lessen realisatietechnieken concreet toegepast.
LER7
Op lange termijn de verschillende temperatuurmetingen bij alle verdere realisatietechnieken toepassen.
7LMGPHWLQJHQ
Het begrip WLMG en de grootheid en eenheid van tijd correct gebruiken.
B
De relatie tussen natuurlijke periodieke verschijnselen en tijdsbepalingen verwoorden.
B
Praktische toelichtingen geven bij het meten van de tijd gebruikt in de huishouding.
B
p. 20
Leerplan Sociale en Technische Vorming
U
Het verband leggen tussen thermisch comfort, kleding en activiteit.
3.2.2. Omgevingstemperatuur − begrip thermisch comfort; − invloed van kleding en activiteit op thermisch comfort; − gevolgen van aangepaste temperaturen voor de mens.
U
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
De nood aan warmteafgifte door het lichaam omschrijven.
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
0HWHQYDQWLMG 4.1.1. Begrip WLMG - Grootheid - Eenheid − verschil tussen tijd schatten en meten; − relatie tussen tijd en periodieke verschijnselen in de natuur. 4.1.2. Meetinstrumenten + toepassingen − zandloper; − huishoudklokje – timer – minuterie; − programmeerklok.
LER7
De verschillende soorten uurwerken worden niet besproken. Zich beperken tot de typische huishoudelijk instrumenten voor tijdmeting.
2e leerjaar van de 1e graad SO
Inzien dat kennis van feiten uit het verleden helpt om de wereld en de mensen van nu te begrijpen.
De begrippen VRFLDDOen ELRORJLVFKULWPH kunnen definiëren.
B
B
Het effect van sociale ritmen op het biologische ritme van de mens omschrijven.
B
Enkele manieren om lichamelijke en geestelijke vermoeidheid te herstellen, opsommen.
B
Een aantal factoren geven die de slaapbehoeften beïnvloeden.
B
4 fasen van de slaap opnoemen en hun typische kenmerken aangeven.
B
De voordelen van lichaamsbeweging omschrijven.
B
Een aantal lichaamsfuncties die de conditie bepalen, vermelden.
B
Het prestatie-, uithoudings- en recuperatievermogen omschrijven en meten.
U
p. 21
Leerplan Sociale en Technische Vorming
7LMGPHWLQJHQLQIXQFWLHYDQKDQGHOLQJHQ JHULFKWQDDUGHPHQVHQ]LMQPLOLHX 4.2.1. Tijd en leeftijd − de mens en zijn verleden; − invloed van het verleden op het denken en handelen van de mens.
Tijd voor rust en ontspanning herstellen van lichamelijke vermoeidheid; herstellen van geestelijke vermoeidheid: tijd voor rust; tijd voor ontspanning: lichaamsbeweging; andere ontspanning.
Met concrete voorbeelden aantonen dat tijd (wat duurt lang, wat duurt kort) een relatief begrip is.
4.2.2. Tijd en het biologisch ritme van de mens over 24 uur − begrip sociale ritmen; − begrip biologisch ritme - biologische klok;
.
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
GEZ14
Afspreken met leerkrachten LO i.v.m. meten van prestatie-, uithoudings- en recuperatievermogen (Cooper test).
GEZ11
In de lessen realisatietechnieken inventarisatie maken van verschillende ontspanningsmogelijkheden voor jongeren in eigen streek.
2e leerjaar van de 1e graad SO
Weten dat het hongergevoel door een deel van de hersenen geregeld wordt.
B
De 4 hoofdmaaltijden in ons cultuurpatroon herkennen.
B
Een aantal foutieve gewoonten i.v.m. maaltijden vermelden en illustreren met voorbeelden.
U
Het belang inzien van de sociale functie van gezamenlijke maaltijden.
B
. Tijd voor maaltijden maaltijd plannen over 24 uur: maaltijden in ons cultuurpatroon; frequentie van de maaltijden; foutieve gewoonten; sociale functies van de maaltijden.
B
maaltijden bereiden. combinatie tijd – temperatuur
Planning op korte en lange termijn en directe planning d.m.v. voorbeelden concretiseren.
B
Het onderscheid tussen rechtlijnige en gecombineerde planning verduidelijken.
B
p. 22
Leerplan Sociale en Technische Vorming
. Tijd voor werk planning: begrip planning; planning op korte en lange termijn; rechtlijnige en gecombineerde planning. tijdstudie: tijdstudie in bedrijfswereld; tijdstudie in sectoren gericht naar de mens.
De voedingswaarde van de verschillende maaltijden wordt hier niet behandeld.
Recepten uit kookboeken en tijdschriften gebruiken en integreren in de leerstof. Het begrip planning definiëren.
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
Tip: eigen studietijd leren plannen.
LER7
LER8
Met voorbeelden uit het dagelijks leven aantonen dat voor betaalde arbeid het principe “ time is money” geldt en dat dit niet altijd geldt voor sociale- verzorgende- en creatieve beroepen.
2e leerjaar van de 1e graad SO
Beseffen dat elektriciteit onmisbaar is in de samenleving.
B
Leerlingen ervaren de aanwezigheid van elektrische stroom via toestellen uit het dagelijks leven.
B
Vaststellen dat elektriciteit warmte, licht en beweging produceert.
B
Twee belangrijke manieren van opwekking van elektriciteit geven.
B
Elektriciteit omschrijven als een beweging van elektronen.
B
Voor de grootheden spanning, stroomsterkte en weerstand de eenheden geven, de symbolen geven en de begrippen eenvoudig omschrijven.
B
Het onderscheid tussen wissel- en gelijkstroom uitleggen.
B
p. 23
Leerplan Sociale en Technische Vorming
(OHNWULFLWHLW
9DVWVWHOOHQYDQHOHNWULFLWHLW 5.1.1. Belang van elektriciteit − zonder elektriciteit is functioneren in onze maatschappij onmogelijk; − elektriciteit is een belangrijke bron van licht, warmte en beweging.
De leerstof elektriciteit wordt enkel gezien in functie van handelen gericht naar de mens en zijn omgeving.
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
LER4
Duidelijke afspraken maken met de leerkracht technologische opvoeding of leerinhouden technologische opvoeding (energie) 1e en 2e jaar bestuderen. Simulatiespel: in verschillende situaties omschrijven wat er gebeurt wanneer de stroom uitvalt (bijvoorbeeld in ziekenhuis, in keuken, in pretpark, in fabriek,… ).
5.1.2. Productie van elektriciteit − door beweging (generator); − elektriciteitscentrale – transport – verbruiker; − door scheikundige werking (batterij).
Dit onderdeel hier zeer beperkt houden (cf. technologische opvoeding).
Op een eenvoudige wijze de begrippen atomen, elektronen en positieve en negatieve ladingen aanbrengen. %DVLVEHJULSSHQYDQHOHNWULFLWHLW 5.2.1. Spanning − grootheid – eenheid; − meest voorkomende spanningen + voorbeelden; gelijkspanning - wisselspanning.
De basisbegrippen proefondervindelijk aanbrengen.
LER3 LER4
2e leerjaar van de 1e graad SO
5.2.2. Stroomsterkte − grootheid + eenheid
De begrippen isolator en geleider definiëren.
B
Het onderscheid tussen isolerende en geleidende stoffen herkennen bij elektrische leidingen en toepassingen.
B
5.2.3. Weerstand − grootheid + eenheid; − elektrische geleidingsweerstand; − verschil tussen; geleidende ; niet - geleidende; slecht geleidende; − geleiding van water; − supergeleiders + halfgeleiders.
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
Bij de studie van de wet van Pouillet niet werken met de formule.
Het onderscheid tussen isolerende en geleidende stoffen proefondervindelijk vaststellen.
GEZ7
De begrippen supergeleider en halfgeleider uiteraard niet diep behandelen, maar wel het basisprincipe en de enorme toepassingsmogelijkheden benadrukken. Op een eenvoudige wijze kan supergeleiding gesitueerd worden als transportmiddel van stroom in de toekomst (actualiteit!)
De onderlinge relatie tussen de grootheden spanning, stroomsterkte en weerstand kennen.
B
Het verschil tussen een serie- en een parallelschakeling kennen. Het begrip YHUPRJHQ en de grootheid en eenheid voor vermogen correct gebruiken. De onderlinge relatie tussen vermogen, spanning en stroomsterkte berekenen. p. 24
Leerplan Sociale en Technische Vorming
5.2.4. Verband tussen spanning, stroomsterkte en weerstand
Bij de studie van de wet van Ohm geen aandacht besteden aan berekeningen.
U
5.2.5. Schakelingen van verbruikers − serieschakeling; − parallelschakeling.
Voorbeelden aanhalen uit het dagelijks leven. Bijvoorbeeld: wasmachine.
B
5.2.6. Vermogen − grootheid + eenheid; − toestellen met verschillend vermogen.
Bij de studie van de wet van het vermogen wel de formule aanbrengen en toepassen in berekeningen.
U
5.2.7. Verband tussen vermogen - spanning stroomsterkte 2e leerjaar van de 1e graad SO
Inzicht verwerven in de werkingsprincipes van een aantal elektrische toestellen.
B
2P]HWWHQYDQHOHNWULFLWHLW 5.3.1. Studie van een aantal elektrische toestellen
In tijdschriften zoeken naar reclame voor elektrische toestellen. Deze klasseren in de 4 onderscheiden groepen.
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
LER7
De gegevens op de kenplaat van de apparaten lezen en noteren. In het vak realisatietechnieken wordt er effectief gewerkt met o.a. broodrooster, grill, soldeerbout, pyrograaf, keukenrobot, mixer,… Het is dan ook aangewezen om in de lessen toegepaste wetenschappen deze toestellen te behandelen. − toestellen die elektriciteit omzetten in warmte; algemeen principe Joule - effect; werkingsprincipe van enkele toestellen; (eventueel werking van bimetaal); efficiënt en weinig gebruik; onderhoud.
Het Joule - effect omschrijven.
B
De werking van een bimetaal uitleggen.
B
De toepassing van een bimetaal in een thermostaat verklaren.
B
Toestellen waarbij elektriciteit in warmte wordt omgezet, efficiënt en veilig gebruiken.
B
Deze toestellen onderhouden i.f.v. de veiligheid.
B
Het werkingsprincipe van gloeilampen verwoorden.
B
− toestellen die elektriciteit omzetten in licht door Joule - effect; werking van gloeilamp.
Het gebruik van elektromagneten bij omzetting van elektriciteit tot beweging omschrijven en concreet herkennen in een aantal toestellen.
B
− toestellen die elektriciteit omzetten in beweging; algemeen principe: elektromagneet; werkingsprincipe van enkele toestellen; efficiënt gebruik en onderhoud.
p. 25
Leerplan Sociale en Technische Vorming
Bij warmte-ontwikkeling doen opmerken dat dit gepaard gaat met een gloeiverschijnsel (overgang naar omzetting tot licht).
Documentatie aanleggen over de verschillende soorten gloeilampen. Het bewegingsaspect zichtbaar maken voor de leerlingen. Bij de werking van de motor zich beperken tot het bespreken van de elektromagneet.
2e leerjaar van de 1e graad SO
− toestellen die een gemengde omzetting naar warmte en beweging geven; werkingsprincipe; efficiënt gebruik en onderhoud.
.
De invloed van elektrische stroom op het menselijk lichaam verwoorden
B
De begrippen kortsluiting en overbelasting verklaren.
B
(OHNWULFLWHLWHQYHLOLJJHEUXLN 5.4.1. Gevaren van elektriciteit − aanrakingsgevaar; − overstroom: kortsluiting ; − overbelasting.
Het verplichte keurmerk CEBEC op elektrisch materiaal en apparatuur herkennen en de betekenis ervan omschrijven.
U
5.4.2. Beveiligingen in een woning − keurmerk CEBEC;
Het nut van een aansluitschakelaar bij overbelasting aangeven.
U
− aansluitschakelaar;
Het nut van een stroomschakelaar uitleggen.
U
− stroomschakelaar;
Het begrip aarding omschrijven en de noodzaak ervan aanduiden.
U
− aarding;
Een differentieelschakelaar in een verdeelkast kunnen aanduiden en de noodzaak ervan aangeven.
U
− verdeelkast - differentieelschakelaar - zekeringen;
Een smeltzekering en een automatische zekering kunnen aanduiden en de bouw en de werking ervan uitleggen.
U
De verschillende soorten schakelaars, stopcontacten en stekkers kennen.
U
p. 26
Leerplan Sociale en Technische Vorming
Voorbeelden van toestellen met een gemengde omzetting: haardroger, wasmachine, droogkast,…
Benadrukken dat elektriciteit zeer nuttig, maar ook zeer gevaarlijk kan zijn bij verkeerd gebruik.
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
GEZ8
− schakelaars (enkel- en dubbelpolig); − stopcontacten en stekkers. 2e leerjaar van de 1e graad SO
De begrippen product en productieproces omschrijven.
B
De 4 eisen, gesteld door de verbruiker, aan een goed product omschrijven en illustreren.
B
Beseffen dat tijdens het productieproces eisen worden gesteld i.v.m. de kwaliteit van: het gebruikte materiaal of de grondstoffen; de gebruikte middelen en de apparatuur; de gebruikte methode; de houding van de uitvoerder; het milieu waarin dit proces verloopt; en dit met voorbeelden kunnen illustreren.
B
Op basis van de 4 eisen gesteld door de verbruiker aan een goed product, een aantal producten beoordelen.
B
p. 27
Leerplan Sociale en Technische Vorming
.ZDOLWHLWVPHWLQJHQ
%HJULSNZDOLWHLW 6.1.1. Productkwaliteit − eisen gesteld door verbruiker aan een product − goede producteigenschappen; − goede kwaliteit/prijs- verhouding; − tijdig ter beschikking; − goede dienstverlening. 6.1.2. Proceskwaliteit − eisen gesteld door producenten tijdens de productie; − technologisch proces: 5 fasen; − uitvoeringsfase: aandacht voor kwaliteit van: materiaal; middelen; mens; methode; milieu. %HRRUGHOHQYDQNZDOLWHLW 6.2.1. Beoordelen van productkwaliteit − belang van meten bij beoordeling van de: producteigenschappen; − kwaliteit/prijs- verhouding (kostprijsberekening); − beschikbaarheid; − dienstverlening.
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
Illustreren met voorbeelden dat kwaliteit een relatief begrip is. In de actualiteit aandacht hebben voor publicaties en programma’ s i.v.m. kwaliteitszorg.
Tijdens de besprekingen van kwaliteit, het belang van meten benadrukken. Illustreren met behulp van het visgraatdiagram. Tevens te gebruiken in de lessen realisatietechnieken. De 5 fasen van het technologisch proces zijn gekend vanuit de leerstof technologische opvoeding 1ste leerjaar. MIL11
2e leerjaar van de 1e graad SO
Voor een aantal productieprocessen de eisen die worden gesteld i.v.m. de kwaliteit, beoordelen. Ernaar streven, op lange termijn, kwaliteitsvol te handelen.
p. 28
Leerplan Sociale en Technische Vorming
B B
6.2.2. Beoordelen van proceskwaliteit − belang van meten bij beoordeling van kwaliteit van: het gebruikte materiaal of de grondstoffen; de gebruikte middelen en de apparatuur; de gebruikte methode; de houding van de uivoerder; het milieu waarin het proces verloopt. − beoordeling van het eindproduct bij ingebruikneming; − 4 eisen gesteld door verbruiker aan een product.
Beoordelen van proceskwaliteit concreet uitwerken in de lessen realisatietechnieken zowel bij voedselverwerking als bij verwerking van andere materialen.
MIL10
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
LER4 GEZ7 LER10
2e leerjaar van de 1e graad SO
790$$76&+$33(/,-.((162&,$/( 9250,1*
790DDWVFKDSSHOLMNHHQ6RFLDOH9RUPLQJ
X
$OJHPHQHGRHOVWHOOLQJHQ • Elementaire kennis verwerven aangaande: - persoon en relaties; - voedingsdriehoek; - ergonomie; - communicatietechnieken; - geld. • Inzien dat maatschappelijk-sociaal denken en handelen een bijdrage levert tot: - het algemene welzijn van mens en milieu; - het verruimen van een visie . • Op een maatschappelijk sociaal aanvaardbare manier in de samenleving kunnen functioneren betekent onder meer: - sociaal gedrag vertonen; - een kritische en enthousiaste houding aannemen t.o.v. de maatschappij; - zelfkennis ontwikkelen. • Door het verwerven van kennis van de voeding een bijdrage leveren tot een gezonde maatschappij. • Het praktisch belang van ergonomie inzien en toepassen in het dagelijkse functioneren.
p. 30
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2e leerjaar van de 1e graad SO
63(&,),(.('2(/67(//,1*(1 /((5,1+28'(1 3('$*2*,6&+((1','$&7,6&+( :(1.(1
p. 31
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2e leerjaar van de 1e graad SO
De uitgangspunten situeren binnen de basisoptie Sociale en Technische Vorming.
B
,QOHLGLQJ
Deze inleiding kort houden. In het 1e leerjaar van e Situering van de basisoptie Sociale en Technische de 2 graad Sociale en Technische Wetenschappen wordt tijdens de introductie van de studierichting Vorming uitvoerig ingegaan op de deelaspecten van de Uitgangspunten opleiding. − de mens en zijn behoeften
LER 14 LER 15 LER 17
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
HOHHUMDDUYDQGHHJUDDG62 6RFLDOHHQ7HFKQLVFKH9RUPLQJ
790$$76&+$33(/,-.( (1 62&,$/(9250,1*
− technische realisaties om aan de behoeften te voldoen − wetenschappelijke ondersteuning van de technische realisaties
− sociale gerichtheid van de technische realisaties 3HUVRRQHQUHODWLHV Een positief zelfbeeld ontwikkelen.
B
Inzien dat een positief zelfbeeld de levenskwaliteit verhoogt.
B
Begrippen “ assertiviteit” en “ agressiviteit” van elkaar onderscheiden.
U
p. 33
Leerplan Sociale en Technische Vorming
:LHEHQLN" − zelfbeeld − persoonlijkheid − karakter − assertiviteit - agressiviteit
Om complementair te werken is het noodzakelijk overleg te plegen met leerkrachten leefsleutels en levensbeschouwelijke vakken.
SOC 1
Een stamboom bekijken. Officiële documenten bekijken zoals geboorteakte, bevolkingsregister,.. Het belang van een positieve levenshouding bespreken.
2e leerjaar van de 1e graad SO
Verschillende relatievormen opnoemen.
B
Respect en waardering voor anderen opbrengen.
B
In bepaalde situaties problemen voorkomen en oplossingen bedenken.
U
Op een correcte manier kunnen omgaan met anderen.
B
$OOHHQLVPDDUDOOHHQ − soorten relaties: persoonlijke: gezin en gezinsstructuren functionele: school,.... sociale: vrienden,.... − problemen voorkomen en oplossen
Verantwoordelijkheidszin tegenover zichzelf en tegenover anderen ontwikkelen.
B
5HFKWHQHQSOLFKWHQ
Weten wat de rechten van het kind zijn.
B
− de rechten van het kind
Toelichting kunnen geven bij enkele hulporganisaties.
B
− hulporganisaties
De diverse beroepen en beroepsgroepen situeren in de maatschappij.
U
%HURHSHQLQIR
p. 34
Leerplan Sociale en Technische Vorming
Vertrekken van concrete contexten: gezin, school,.. De eigen schoolstructuur hiervoor als voorbeeld nemen. Kringgesprek rond het belang van sociale contacten, vriendschap, collegialiteit, loyaliteit, … Gebruik van videomateriaal.
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
BUR 6 BUR 7 BUR 2 SOC 2 BUR 4
Alle rechten en plichten kunnen hier niet behandeld SOC 1 worden. Slechts een aantal noemen en de 12 rechten SOC 8 van het kind uitgebreider bespreken. Zin van een “ reglement” bespreken, bijvoorbeeld het schoolreglement. BUR 1 De hulporganisaties die zich vooral tot jongeren richten bespreken, zoals de jongerentelefoon, freeclinic, … Over een zelf gekozen beroep documentatie en informatie verzamelen.
BUR 8
LER 15
2e leerjaar van de 1e graad SO
'HYRHGLQJVGULHKRHN ,QOHLGHQGHEHJULSSHQ
Elementaire kennis van voedingsleer verwerven.
B
De indeling van de voedingsstoffen volgens hun belangrijkste functie kennen.
B
− globale indeling van de voedingsstoffen in bouwstoffen, brandstoffen en beschermende stoffen
Het verschil formuleren tussen voedingsmiddel en voedingsstof.
B
− voedingsmiddelen – voedingsstoffen
Het elementaire doel van de voeding omschrijven.
B
− doel van de voeding − de voedingsdriehoek
De meest voorkomende voedingsfouten opsommen.
B
− voedingsgewoonten en -fouten
Voor- en nadelen van trendgebonden voedingsmiddelen kennen en voorbeelden opnoemen.
U
− nieuwe trends in de voeding
Enkele aspecten van water in functie van gezonde voeding toelichten.
B
p. 35
Leerplan Sociale en Technische Vorming
'HHHUVWHERXZODDJ water als bouwstof − functie (opname en verlies) − herkomst − soorten − voorkomen in levensmiddelen, − eigenschappen − voedende waarde − verteerbaarheid
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
Het is belangrijk dat de studie van de voedingsdriehoek in 0DDWVFKDSSHOLMNHHQ6RFLDOH 9RUPLQJ en in Realisatietechnieken parallel lopen, zodat de leerlingen het verband kunnen leggen tussen één en ander.
Naast het gezondheidsaspect kan hier ook het sociaal aspect van “ zich voeden” aan bod komen. Het tot stand komen van de voedingsdriehoek verklaren, andere voedingsvoorlichtingsmodellen GEZ 2 toelichten. De oorzaak van veel voorkomende voedingsfouten LER 6 bespreken en oplossingen bedenken. Ter voorbereiding: de leerlingen hierover een artikel GEZ 3 laten opzoeken en samen bespreken. Samenstelling van drinkbaar water aan de hand van etikettering vergelijken. Het gevaar van te veel vochtverlies en te weinig vochtopname met voorbeelden illustreren. Aan de hand van voedseldiagrammen het watergehalte van enkele voedingsmiddelen vergelijken.
2e leerjaar van de 1e graad SO
Basiskennis over koolhydraten verwerven in functie van gezonde voeding.
B
'HWZHHGHERXZODDJ koolhydraten als brandstof − functie (opname en verlies) − herkomst − soorten − voorkomen in levensmiddelen, − eigenschappen − voedende waarde − verteerbaarheid
Basiskennis over vitamines, mineralen en voedingsvezels verwerven in functie van gezonde voeding.
B
'HGHUGHERXZODDJ vitamines, mineralen en voedingsvezels als beschermende stoffen − functie (opname en verlies) − herkomst − soorten − voorkomen in levensmiddelen, − eigenschappen − voedende waarde − verteerbaarheid
Basiskennis over eiwitten en mineralen verwerven in functie van gezonde voeding.
B
'HYLHUGHERXZODDJ eiwitten als bouwstof en als brandstof − mineralen als bouwstof − specifieke functie van calcium, ijzer, jodium, fluor en fosfor
p. 36
Leerplan Sociale en Technische Vorming
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
Ter illustratie een dagmenu van een sportbeoefenaar overlopen en verklaren.
Een indeling geven van de voornaamste vitamines. Gebruik maken van informatieve folders. Zin en onzin van de vitaminesupplementen.
Een etiket of een verpakking van voedingsmiddelen LER 7 bestuderen in functie van de hoeveelheid eiwitstoffen (en andere voedingsstoffen)
2e leerjaar van de 1e graad SO
Basiskennis over vetten verwerven in functie van gezonde voeding.
B
'HYLMIGHERXZODDJ vetten als brandstof − functie (opname en verlies) − herkomst − soorten − voorkomen in levensmiddelen, − eigenschappen − voedende waarde − verteerbaarheid
Het fenomeen fastfood omschrijven.
U
Het begrip genotmiddel - lekkernij omschrijven.
U
'H]HVGHERXZODDJ de restgroep − wat is fastfood − verschil tussen voedingsmiddel – genotmiddel – lekkernij
(UJRQRPLH
Het begrip normalisatie omschrijven.
B
Enkele wettelijke en enkele niet-wettelijke normalisatievoorschriften kennen.
U
1RUPDOLVDWLHHQVWDQGDDUGLVDWLH Nood aan normalisatie Normalisatievoorschriften Afspraken en reglementeringen
Het belang van normaliseren van de maten van een basisuitrusting inzien.
B
p. 37
Leerplan Sociale en Technische Vorming
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
Aan de hand van informatieve brochures uitleg geven over “ gezonde” en “ ongezonde” vetten. Het gevaar benadrukken van eenzijdig en ongecontroleerd diëten. Een gesprek op gang brengen over eetstoornissen zoals anorexia, boulemia, …
Vraaggesprek over reden en frequentie van het gebruik van fastfood.
De normalisatievoorschriften illustreren met voorbeelden: papierformaten, afmetingen van batterijen, …
GEZ 4
LER 3
2e leerjaar van de 1e graad SO
Het begrip ergonomie omschrijven.
B
(UJRQRPLH
Het doel van ergonomie in de praktijk formuleren.
B
Doel van de ergonomie
De dynamische en statische werking van de spieren bij enkele houdingen omschrijven en als gunstig of ongunstig interpreteren.
B
De functie van de tussenwervelschijven kennen.
B
Enkele punten opnoemen die een belangrijke rol spelen bij het aannemen van: - een goede staande houding;
B
Aannemen van een gepaste ergonomische lichaamshouding: − rol van de spieren: - dynamische spierarbeid en statische spierarbeid; − rol van de wervelkolom: structuur van de wervelkolom en de houding. Toepassing van deze gegevens op een aantal lichaamshoudingen: − staan
- een goede zit-, reik-, en lighouding;
− zitten − reiken − dragen − tillen
- een goede draag-, en tiltechniek;
U
Het begrip looplijnen omschrijven en het concreet toepassen in een werkruimte.
U
Leerplan Sociale en Technische Vorming
GEZ 13
B
Voor een bepaalde werkruimte de activiteiten en de nodige uitrusting inventariseren.
p. 38
Het inoefenen van ergonomische houdingen kan in deze lessen ingeoefend en geëvalueerd worden. Het inrichten van een werkpost voor voedselverwerking of materiaalverwerking gebeurt in realisatietechnieken (2.3). Er wordt gewezen op het belang van ergonomisch werken in allerlei beroepen.
− liggen
- een goede lighouding; Deze houdingen en technieken illustreren met voorbeelden en in de praktijk toepassen.
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
Toepassing op inrichting en uitrusting van een werkruimte: − inventariseren van de activiteiten en van de nodige uitrusting. Inrichten van de ruimte: − schikken van de basisinfrastructuur; − plattegrond – looplijnen – type-opstelling;
Enkele eisen opnoemen waaraan een goede stoel uit ergonomisch oogpunt moet beantwoorden. De praktische oefeningen hierrond gebeuren in realisatietechnieken.
2e leerjaar van de 1e graad SO
Een aantal typen van opstellingen opsommen en bespreken.
U
− schikking in hoogte , breedte, diepte;
De aanbevolen afmetingen voor enkele onderdelen beoordelen.
U
− schikking van bijkomende uitrusting – berging – werkpostschikking.
U
Aangeboden informatie relativeren.
U
De meest voorkomende communicatiemiddelen herkennen en gebruiken.
U
p. 39
Leerplan Sociale en Technische Vorming
&RPPXQLFDWLHPLGGHOHQ
Juiste van onjuiste ( of onvolledige) informatie onderscheiden.
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
,QOHLGHQGHEHJULSSHQ − informatie - apparatuur - bronnen − communicatie − zender en ontvanger
FRPPXQLFDWLHDSSDUDWXXU − telefoon, antwoordapparaat − telex − fax − satelliet − modem, internet
Eenzelfde bericht uit diverse informatiebronnen opzoeken en vergelijken, bespreken: wat is “ correcte” informatie.
Gesimuleerde telefoongesprekken in klasverband. Het gebruik van een antwoordapparaat inoefenen. Een faxbericht versturen en ontvangen. Gebruik van hulpmiddelen, zoals telefoongids, handleidingen van diverse apparaten. Hanteren van infoprogramma op computerscherm, bijvoorbeeld in de openbare bibliotheek. Bezoek aan informatiecentrum (cybercafé,.. )
BUR 9 BUR10
LER 7
2e leerjaar van de 1e graad SO
Op een verantwoorde manier met geld omgaan.
B
*HOG
Verklaren hoe het huidige betaalsysteem tot stand kwam.
B
Enkele elektronische betaalsystemen voor jongeren kennen.
B
+LVWRULHNYDQJHOGHQEDQNZH]HQ − betalen vroeger en nu: ruilhandel, … tot elektronisch betalen
De relevante gegevens over de huidige en toekomstige betaalmiddelen kennen. Een zichtrekening van een spaarrekening onderscheiden.
B
De mogelijkheden van een bankkaart voor jongeren kennen.
B
Een uittreksel of dagafschrift lezen.
Er moet over gewaakt worden dat men bij de bespreking van dit onderwerp geen persoonlijke gegevens van de leerlingen vraagt. Illustreren met videofilm of ander didactisch materiaal, bijvoorbeeld informatieve brochures van banken, …
'LHQVWHQYDQEDQNHQSRVW − herkenbaarheid: profiel, logo, … − rekeningen voor jongeren − bankkaarten voor jongeren
Het invullen van een aantal documenten, die door jongeren kunnen worden aangevraagd, samen inoefenen.
B
− uittreksels, dagafschriften, …
Bij verschillende banken documentatie verzamelen over rekeningen en bankkaarten voor jongeren en hierover van gedachten wisselen.
Mogelijke inkomstenbronnen van een gezin opnoemen.
B
,QNRPVWHQ − gezinsinkomsten: loon, sociale uitkeringen, …
Op een verantwoorde manier met zakgeld leren omgaan.
B
− persoonlijke inkomsten: zakgeld
p. 40
Leerplan Sociale en Technische Vorming
B
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
Kringgesprek rond de besteding van zakgeld.
2e leerjaar van de 1e graad SO
De algemene uitgaven van een gezin benoemen.
B
De belangrijkste uitgavenposten van een huishouden benoemen.
B
8LWJDYHQ − gezinsbudget: hoe wordt het gezinsinkomen besteed? − huishoudgeld
Inzien dat een minimale huishoudboekhouding noodzakelijk is.
U
− huishoudboekhouding
Een aantal voorbeelden van een goede huishoudboekhouding bespreken.
Een kritische kijk hebben op kopen op afbetaling.
U
− verantwoord kopen: contant, op afbetaling
Vergelijkende studie maken aan de hand van allerhande advertenties om het prijsverschil te berekenen tussen contant of op krediet betalen. Kringgesprek hierover houden: voor- en nadelen van elk systeem.
Leerlingen kunnen de vaste en variabele uitgavenposten van een gezin opnoemen.
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
De leerlingen laten kennismaken met de verschillende hulpmiddelen voor de consument, bijvoorbeeld verbruikersmagazines zoals testaankoop, programma’ s op TV, … Enkele huidige spaarsystemen voor jongeren opnoemen en omschrijven.
p. 41
Leerplan Sociale en Technische Vorming
U
6SDDUV\VWHPHQYRRUMRQJHUHQ − soorten spaarrekeningen
Het belang laten inzien van sparen, ook voor jongeren. Gebruik maken van infobrochures van de diverse bankinstellingen.
2e leerjaar van de 1e graad SO
395($/,6$7,(7(&+1,(.(1
395HDOLVDWLHWHFKQLHNHQ X $OJHPHQHGRHOVWHOOLQJHQ • Elementaire kennis verwerven aangaande grondstoffen, materialen en basistechnieken. • Initiatie in het beheersen van vaardigheden die betrekking hebben op/ - samenwerken (o.a. omgangsvormen); - verwerken van voedsel; - verwerken van materialen; - verzorgingstechnieken; - ergonomie; - het gebruik en onderhoud van eenvoudige elektrische en andere apparaten, met integratie en inoefenen van leerinhouden uit de vakken toegepaste wetenschappen en maatschappelijke en sociale vorming. • De ontwikkeling van het probleemoplossend denken en handelen stimuleren vanuit confrontatie met de menselijke behoeften: - analyseren van een behoeftenprobleem; - suggereren van mogelijke oplossingen rekening houdend met: . persoonlijke en creatieve inbreng; . ecologische dimensies; . vooropgestelde kwaliteitseisen; . organisatie en efficiëntie; - kiezen en plannen van een oplossing en verantwoorden van de keuze; - realiseren of gebruiken van de gekozen oplossing in functie van: . orde . hygiëne . veiligheid . verantwoordelijkheid - evalueren van de gerealiseerde oplossing in functie van: . de behoefte; . de menselijke waarden, criteria en normen; . de kwaliteitseisen.
p. 42
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2e leerjaar van de 1e graad SO
63(&,),(.('2(/67(//,1*(1 /((5,1+28'(1 3('$*2*,6&+((1','$&7,6&+( :(1.(1
p. 43
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2e leerjaar van de 1e graad SO
395($/,6$7,(7(&+1,(.(1
HOHHUMDDUYDQGHHJUDDG62 6RFLDOHHQ7HFKQLVFKH9RUPLQJ
SOC 1
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
6DPHQZHUNHQ Basisinformatie
Zichzelf voorstellen aan de hand van een collage.
B
Samenwerken houdt in: − integratie van elk lid van de groep;
Deze basisinformatie wordt de rode draad doorheen SOC 2 de lessen.
Inzien dat samenwerken noodzakelijk is om als groep iets te bereiken.
B
− gezamenlijk gesteld doel bereiken;
SOC 5
Inzien dat men door samen te werken meer bereikt dan alleen.
B
− problemen oplossen;
BUR 4
Vaststellen dat een groepsgebeuren bepaald wordt door de houding van elk van de groepsleden.
B
− respect voor elkaar; − luistervaardigheid, …
BUR 3
Leerlingen kunnen zich voorstellen.
B
De voorwaarden tot samenwerking gesteld aan elk lid van de groep verwoorden.
p. 45
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2e leerjaar van de 1e graad SO
Oefeningen groepsrealisaties die: − beantwoorden aan het gestelde doel; − ruimte bieden voor creativiteit; − een oplossing bieden aan bepaalde technische problemen;
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
Suggesties: SOC 5 i. v. m. voedselverwerking: - een maaltijd (ontbijt, picknick) samenstellen en gebruiken, … i.v.m. materiaalverwerking: - tafelversiering maken, compositie met bloemen, stenen, schelpen, kruiden, … - tafelschikking opstellen, tafel dekken en materialen leren onderscheiden; - een informatief plan opstellen, bijvoorbeeld een eenvoudig grondplan van de school, naamplaatjes, … Bij de realisatie moet er voldoende aandacht zijn voor de integratie van elk groepslid.
0HQVHQ0LOLHX Beseffen dat verstandig omgaan met je lichaam o.a. betekent: een gezonde voeding gebruiken.
B
Het verschil kennen tussen voedingsmiddel en voedingsstof.
B
Inzien dat afwisseling in de voeding noodzakelijk is.
B
p. 46
Leerplan Sociale en Technische Vorming
'HYRHGLQJVGULHKRHN De betekenis van de voedingsdriehoek.
Onderscheid en indeling: − voedingsmiddelen – voedingsstoffen.
Gebruik maken van de didactische poster “ de voedingsdriehoek” . Leerlingen een voedingsdriehoek laten samenstellen: - met voedingsmiddelen in natura - door middel van een collage
GEZ 2
LER 3 Schematische voorstelling van de symbolen van bouwstoffen, brandstoffen en beschermende stoffen gebruiken.
2e leerjaar van de 1e graad SO
Inzien dat water levensnoodzakelijkheid is.
B
Vochtrijke voedingsmiddelen opsommen.
B
Een eenvoudig vochtrijk gerecht bereiden.
B
2.1.1. De eerste bouwlaag: − water
Technische oefening: − bereiden van waterrijke voedingsmiddelen; − bereiden van voedingsmiddelen met water;
De belangrijkste graanproducten kennen en benoemen.
B
Een gerecht op basis van graanproducten bereiden met maximaal kwaliteitsbehoud.
B
De belangrijkste groente- en fruitsoorten kennen en benoemen.
B
2.1.2. De tweede bouwlaag: graanproducten en aardappelen
Technische oefening: bereiding met een graanproduct of aardappelen.
2.1.3. De derde bouwlaag: groenten en fruit
Gesprek over het bewust gebruik van water in het algemeen en in realisatietechnieken in het bijzonder.
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
MIL 3
Suggesties: - bereiden van gezonde frisdrankjes, bijvoorbeeld fruitsap, milkshake, … - eenvoudige soep, …
De meest voorkomende granen en graanproducten aanschouwelijk voorstellen: - in natura; - videofilm: van graankorrel tot brood (10 min), de geschiedenis van de aardappel (13 min). Suggesties: bereiden van: - deegwaren, bijvoorbeeld spaghetti; - rijst, bijvoorbeeld koude rijstsla; - aardappelen, bijvoorbeeld aardappelkoek. De meest voorkomende groente- en fruitsoorten aanschouwelijk voorstellen: afbeeldingen, in natura. Eventueel een collage maken of documentatie verzamelen over groenten en fruit.
Een eenvoudig groente- of fruitgerecht bereiden met maximaal kwaliteitsbehoud.
p. 47
Leerplan Sociale en Technische Vorming
B
Technische oefening: bereiding met groenten of fruit.
Suggesties: - een groentebereiding maken aangepast aan het seizoen. - een seizoensgebonden bereiding maken met fruit.
2e leerjaar van de 1e graad SO
De belangrijkste melk - en zuivelproducten kennen.
B
De belangrijkste vleessoorten kennen.
B
De belangrijkste vissoorten kennen.
B
De belangrijkste peulvruchten kennen.
B
Kennismaken met de meest courante sojaproducten.
U
Weten wat vegetarische/alternatieve voeding is. Een eenvoudig gerecht uit de vierde bouwlaag bereiden met maximaal kwaliteitsbehoud.
p. 48
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2.1.4. De vierde bouwlaag: − melk- en zuivelproducten; − vlees en gevogelte; − vis;
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
De meest voorkomende voedingsmiddelen uit de vierde bouwlaag aanschouwelijk voorstellen d.m.v. - wandplaten - promotiefolders (VLAM, … ); - videofilm: De zuivel (15 min); - afbeeldingen uit tijdschriften.
− peulvruchten en noten; − sojaproducten;
U B
Technische oefening: een bereiding met een zuivelproduct, vlees, gevogelte, vis of een plantaardige eiwitbron.
Suggesties: bereidingen - op basis van melk, bijvoorbeeld pudding, room, rijstepap, … - met andere zuivelproducten: omelet, kaashapjes, yoghurtdessert, … - met vlees en gevogelte, bijvoorbeeld vlees- of gevogelteschotel samenstellen, … - met goedkope/minder gekende vissoorten; - met erwten of linzen, bijvoorbeeld soep; - met sojamelk, quorn, tofu, …
2e leerjaar van de 1e graad SO
2.1.5. De vijfde bouwlaag: vetten en oliën
Het verschil kennen tussen vetten en oliën.
B
Het belang inzien van een juiste keuze bij gebruik van vetstoffen.
B
Een eenvoudig gerecht bereiden met vet of olie.
B
Technische oefening: een bereiding met vet of olie.
Het fenomeen fastfood relativeren.
U
2.1.6. De zesde bouwlaag: de restgroep Voedingsmiddelen met geringe voedingswaarde: genotmiddelen, lekkernijen, fastfood.
Op een positieve/verantwoorde manier omgaan met fastfood, genotmiddelen, lekkernijen.
U
Leerplan Sociale en Technische Vorming
Met aanschouwelijk materiaal het verschil tonen tussen vloeibare en vaste vetten. Verschillende handelsvormen kritisch bekijken, waarbij milieuaspecten aan bod kunnen komen.
Technische oefening: bereiding van een lekkernij.
p. 49
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
Suggesties: - bereidingen op basis van aanbevolen vetten en oliën, bijvoorbeeld dressings of een bereiding uit de zesde bouwlaag. Reclame laten verzamelen die betrekking heeft op de restgroep. Invloed van deze reclame bespreken: - zin en onzin; - hoe ermee omgaan. Suggesties: bereiden van gefruite diepvriessnacks, hamburger, koffie en thee, ijsdessert, …
GEZ 3 BUR 9 GEZ 4
2e leerjaar van de 1e graad SO
Elementaire EHBO verstrekken.
B
(HUVWH+XOS%LM2QJHYDOOHQ − elementaire begrippen;
Het begrip “ noodsituatie” omschrijven.
B
− hoe optreden in een noodsituatie;
Illustreren met talrijke voorbeelden uit de media zoals krantenknipsels, videofilm, …
Weten hoe vervallen producten: -kunnen herkend worden; -moeten verwijderd worden.
B
− de huisapotheek: plaats, inhoud, onderhoud, houdbaarheid van de producten;
Nakijken van inhoud apotheekkastje in de praktijkklas. Eventueel vervangen en vervolledigen van inhoud.
De gevaren van zelfmedicatie inzien.
B
− soorten letsels en hun verzorging;
Demonstratie en inoefenen van enkele verzorgingstechnieken van kleine letsels.
Eenvoudige, uitwendige letsels herkennen en verzorgen.
B
− soorten verbanden en hun gebruik;
Demonstratie en inoefenen van enkele verbandtechnieken.
Eenvoudige verbanden aanleggen.
U
Weten dat reanimatie levensreddend kan zijn.
B
− reanimatietechnieken.
Juiste reanimatietechniek onder begeleiding inoefenen.
U
Demonstratie en inoefenen van CPR (= Cardio Pulmonaire Resuscitatie) door gastspreker van een erkende hulporganisatie (bijvoorbeeld het Rode Kruis).
p. 50
Leerplan Sociale en Technische Vorming
Gastspreker uitnodigen van erkende hulporganisatie.
GEZ 10
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
GEZ 6
2e leerjaar van de 1e graad SO
De werk-, zit- en reikhoogte beoordelen en verbeteringen voorstellen.
B
De basisbegrippen van ergonomie in een praktische realisatie toepassen en er de voordelen van opsommen.
B
Voor een gekende activiteit de werkpost schikken volgens ergonomische principes.
B
(UJRQRPLH
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
Organiseren van een werkpost in functie van ergonomisch werken Basisinformatie: zie leerstof maatschappelijke en sociale vorming Samen allerlei voorbeelden zoeken van zeer GEZ 13 eenvoudige ergonomische principes in het dagelijks − ergonomische aanpassingen. leven. Technische oefeningen − organiseren en analyseren van de realisatie; − kiezen van de juiste technieken; − kiezen van de juiste middelen; − schikken van een werkpost; − afwerken van de realisatie.
Suggesties: - metingen uit te voeren in o.a. keuken, hobbykamer, werkhoek, klas, … - werkpostinrichting bij de bereiding van een gerecht, bijvoorbeeld flensjes, … - werkpostinrichting bij een oefening van materiaalverwerking, bijvoorbeeld onderhouden van schoeisel, bloemen schikken, …
0HWLQJHQ
Het te maken werkstuk analyseren en informatie inwinnen over het te gebruiken materiaal en de te volgen werkmethode.
B
/HQJWHPHWLQJHQ Basisinformatie: zie leerstof toegepaste wetenschappen Analyse van de realisatie in functie van: − nauwkeurigheidseisen;
De juiste meetinstrumenten kiezen en metingen correct kunnen uitvoeren.
B
− keuze van meetinstrumenten;
Het werkstuk volgens de juiste methode uitvoeren.
B
− de te volgen werkmethode;
De oefening met minimaal verlies aan middelen uitvoeren.
B
− minimaal verlies aan middelen.
Uitgaan van een concrete probleemstelling waarbij de leerlingen oplossingen zoeken en deze correct toepassen.
LER 6
LER 12
p. 51
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2e leerjaar van de 1e graad SO
De realisatie evalueren.
B
Technische oefeningen: − verwerken van materialen aan de hand van een patroon of; − vervaardigen van een werkstuk met aangepaste middelen met aandacht voor: . verhoudingen; . nauwkeurigheid; . werkmethode.
Suggesties: i.v.m. voedselverwerking: - gelijk snijden van dipgroenten , broodhapjes,.. i.v.m. materiaalverwerking: - vervaardigen of bekleden van tafelset, papiermandje, toilettas, dozen, passe-partout,.... - schikken van gelegenheidsversiering zoals strikken, vlaggetjes e.d.
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
LER 10
0DVVDHQYROXPHPHWLQJHQ Basisinformatie: zie leerstof TW Meetinstrumenten voor volumemetingen en toepassingen. Het volume of de massa van enkele praktische inhoudsmaten controleren met precisieinstrumenten voor volume- of massametingen.
B
De precisie-instrumenten correct en nauwkeurig gebruiken.
B
Volume- en massametingen uitvoeren en de meetresultaten weergeven.
B
Na inoefenen massa en volume van een aantal grondstoffen schatten.
B
Technische oefeningen: bepalen van massa en volume met behulp van: − praktische inhoudsmaten zoals lepels, kopjes, maatbekers, … − precisiemeetinstrumenten voor volume- en massametingen, zoals diverse balansen.
Het niet-eetbaar gedeelte van bepaalde voedingsmiddelen technisch juist verwijderen.
B
Het belang inzien van gebruik van juiste techniek en materiaal.
B
berekenen, verwijderen, wegen van eetbaar of niet eetbaar gedeelte, rekening houdend met volgende factoren: − de kwaliteit van de grondstof; − gebruikte middelen;
Evalueren van de verschillende resultaten.
B
− aangewende techniek; handigheid van de uitvoerder.
p. 52
Leerplan Sociale en Technische Vorming
Een experimentele en vergelijkende oefening met: - een vloeistof, bijvoorbeeld water; - een vaste stof, bijvoorbeeld rijst.
LER 12
Er moet voldoende tijd voorzien worden om correct te leren werken met de verschillende balansen. Afwegen van benodigdheden voor een bereiding, bijvoorbeeld cake, zoutdeeg, … Deze oefening kan competitief opgevat worden. Hierbij vertrekken van grondstoffen met identieke kwaliteit en met goed functionerende middelen: er wordt voor deze oefening bij voorkeur een grondstof gekozen die een korte verwerkingstijd vraagt. Suggesties: - appelen, kiwi’ s, … - aardappelen, salade, wortelen, courgettes.
MIL 10
LER 10
2e leerjaar van de 1e graad SO
7HPSHUDWXXUPHWLQJHQ Basisinformatie. zie leerstof toegepaste wetenschappen Temperatuurmetingen in functie van handelingen gericht naar de mens en zijn milieu.
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
Het is aan te bevelen voldoende tijd te voorzien om de juiste keuze te maken tussen de beschikbare thermometers en er correct mee te leren werken. Richtlijnen (in tekst of symbolen) die verband houden met het instellen van temperatuur juist interpreteren bij bijvoorbeeld wasmiddelen, strijkijzer, textieletiket.
Inzien dat voor bepaalde handelingen temperatuur ook kan geschat worden.
B
Technische oefeningen: − schatten en meten van de temperatuur;
Controleren van temperatuur met precisiemeetinstrumenten.
B
− bewaren, bereiden en serveren van voedingsmiddelen; 7LMGPHWLQJHQ Basisinformatie: zie leerstof toegepaste wetenschappen − werken binnen een bepaalde tijd;
Een activiteit uitvoeren binnen een vooropgestelde tijd.
B
Een activiteit analyseren in verschillende deelactiviteiten.
B
− plannen van werkzaamheden;
Het belang inzien van voldoende tijd voor geestelijke en lichamelijke ontspanning.
B
− tijd nemen voor ontspanning;
De actuele vrijetijdsmogelijkheden voor jongeren kennen.
B
− ontspanningsmogelijkheden voor jongeren.
p. 53
Leerplan Sociale en Technische Vorming
Suggesties: - handwas van wol, zijde - was- of strijkoefening - bewaartechnieken waarbij de temperatuur een belangrijke rol speelt, zoals diepvriezen, steriliseren, …
LER 8 Uitgaan van een concrete probleemstelling waarbij de leerlingen oplossingen zoeken en deze correct toepassen.
LER 6 GEZ 14
2e leerjaar van de 1e graad SO
Een opdracht uitvoeren binnen een bepaalde tijd.
B
Technische oefeningen: − een praktische opdracht binnen een tijdslimiet afwerken;
Informatie inwinnen omtrent een vrijetijdsbesteding.
B
− exploreren van ontspanningsmogelijkheden in de vrije tijd.
Van elk toestel: - de warmteontwikkeling vaststellen;
B
- de gegevens op de kenplaat interpreteren;
B
- de uitwendige delen benoemen;
B
- de gebruiksaanwijzing interpreteren in verband met veilig aansluiten, gebruik en onderhoud.
B
Een elektrisch toestel met warmteontwikkeling in werking stellen, gebruiken en onderhouden.
B
p. 54
Leerplan Sociale en Technische Vorming
(OHNWULFLWHLWVPHWLQJHQ Basisinformatie: zie leerstof toegepaste wetenschappen Gebruiken van elektrische toestellen met warmteontwikkeling: − gegevens op de kenplaat; − werkingsprincipe. Technische oefeningen : Keuze uit: − roosteren; − grilleren; − solderen; − pyrograveren; − werken met lijmpistool.
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
Suggesties: - i.v.m. voedselverwerking: bereiden van een eenvoudige schotel binnen de opgegeven tijd; - i.v.m. materiaalverwerking: kaften van een boek, inpakken van een geschenk, monteren van een … - kringgesprek rond hobby, vrije tijd, sport, … - bezoek aan bijvoorbeeld jeugdatelier, cultureel centrum, sportcentrum, …
Suggesties: - i.v.m. voedselverwerking: gebruik van broodrooster, kookplaat, oven, elektrische grill, toastapparaat, … - i.v.m. materiaalverwerking: gebruik van soldeerbout, pyrogravuretoestel, lijmpistool, …
2e leerjaar van de 1e graad SO
Van elk toestel: - de bewegingsfunctie vaststellen;
B
- de gegevens op de kenplaat interpreteren;
B
- de uitwendige delen benoemen;
B
- de gebruiksaanwijzing interpreteren in verband met veilig aansluiten, gebruik en onderhoud.
B
Een toestel dat elektriciteit omzet in beweging in werking stellen, gebruiken en onderhouden.
B
Het belang van nauwkeurig meten in verband brengen met kwaliteit.
B
De relatie inzien tussen prijs en kwaliteit.
B
De noodzaak inzien van een goede proces- en productkwaliteit.
B
Een eenvoudig productproces uitvoeren.
B
Eenvoudige middelen opnoemen die de levenskwaliteit kunnen verbeteren.
B
De kwaliteit van een eindproduct evalueren.
B
p. 55
Leerplan Sociale en Technische Vorming
Basisinformatie: zie leerstof toegepaste wetenschapen Gebruiken van elektrische toestellen met beweging: − gegevens op de kenplaat; − werkingsprincipe.
Technische oefeningen: − snijden of malen; − mengen of kloppen. .ZDOLWHLWVPHWLQJHQ Basisinformatie: zie leerstof toegepaste wetenschappen − factoren die de kwaliteit van het product en het proces beïnvloeden. Technische oefeningen: − vergelijken van kwaliteit van producten;
− verbeteren van kwaliteit van leven of van wonen.
'LGDFWLVFKHHQSHGDJRJLVFKHZHQNHQ
/HHULQKRXGHQ
%8
6SHFLILHNHOHHUSODQGRHOVWHOOLQJHQ
Suggesties: - i.v.m. voedselverwerking: gebruik van mixer, de multifunctionele keukenrobot, …
Suggesties: - kwaliteitsvergelijking van bloemen, groenten, fruit, … - studiebezoek aan bloemen- en plantenzaak; - kringgesprek over de betekenis van “ levenskwaliteit” en hoe ze kan verbeterd worden GEZ 1 bijvoorbeeld bij gehandicapte personen, bejaarden, … - demonstratie en individuele oefening lichaamsverzorging, bijvoorbeeld handverzorging; LER 10 - onderhoud of opsmuk van een vertrek.
2e leerjaar van de 1e graad SO
(9$/8$7,(
VWXGLHEHJHOHLGLQJUHPHGLsULQJHQHYDOXDWLH
Met VWXGLHEHJHOHLGLQJ bedoelen we het geheel van activiteiten waarbij de leerling hulp bij het leren ondervindt. Deze activiteiten worden vanuit gerichte doelstellingen opgezet en kunnen georganiseerd worden voor individuele leerlingen, voor klasgroepen, voor alle leerlingen op schoolniveau. Studiebegeleiding houdt in dat het lerarenteam aandacht heeft voor de hele ontwikkeling van de leerling en oog heeft voor verstandelijke en emotionele factoren bij het leren. Het betekent eveneens dat het team rekening houdt met de verschillende leerstijlen. Met UHPHGLsULQJ bedoelen we het bieden van hulp om tekorten op te vangen of weg te werken. Ook hier is het belangrijk om de doelstelling van de activiteiten precies te omschrijven. Studiebegeleiding en remediëring zijn uitnodigingen voor de leerling tot ]HOIHYDOXDWLH, tot reflexie over eigen studie- en leergedrag en hier op constructieve wijze iets aan te veranderen. Op die manier wordt de leerervaring van de leerling verruimd. Studiebegeleiding en remediëring maken met de HYDOXDWLHdeel uit van het HYDOXDWLHRI IHHGEDFNV\VWHHP op school. De didactische evaluatie, afgestemd op de doelstellingenniveaus in het leerplan biedt informatie over de wijze waarop de leerling deelneemt aan het leren op school maar biedt eveneens informatie over de wijze waarop de leraar hen bij het leerproces begeleidt. Ook voor de leraar is de didactische evaluatie een bron voor zelf-evaluatie. Openheid, tolerantie en humor t.a.v. het eigen leer- en lesgedrag bieden een goede garantie om samen met de leerlingen te onderzoeken op welke wijze hun leerproces het best kan verlopen, en om feedback te geven en te ontvangen.
DIVWHPPLQJRSGRHOVWHOOLQJHQQLYHDXV
Evaluatie heeft pas zin als er gewaardeerd wordt vanuit criteria: vanuit doelstellingen. Daaruit kunnen twee kwaliteitseisen worden afgeleid: • Hoe nauwkeuriger de na te streven lesdoelstellingen worden geformuleerd, hoe makkelijker het wordt om ze te evalueren. • Hoe eenduidiger de lesdoelstellingen (afgeleid uit de leerplandoelstellingen) zijn geformuleerd des te precieser de didactische evaluatie kan verlopen.
p. 56
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2e leerjaar van de 1e graad SO
In de leerplandoelstellingen komen volgende niveaus voor. De evaluatie dient afgestemd te worden op deze doelstellingenniveaus: • voor het niveau ZHWHQNHQQHQ kan gebruik gemaakt worden van kennisvragen die peilen naar het preciese kennen en weten. • voor het niveau LQ]LHQ wordt gewerkt met inzichtsvragen of -opdrachten waarbij de leerlingen kunnen aantonen dat zij belangrijke relaties inzien en begrijpen. • voor het niveau WRHSDVVHQ zijn toepassingsvragen en -opdrachten aan de orde waarin de leerlingen hun kennis, vaardigheden en inzicht kunnen gebruiken, toepassen en uitvoeren in de leersituaties uit de klaspraktijk. • voor het niveau LQWHJUHUHQ kunnen opdrachten gebruikt worden waarin de beheersing van de kennis en de vaardigheden aangetoond wordt in verschillende toepassingen, ook los van de leersituatie in de klas. • voor het niveau ]LMQ, wordt voortdurend gestreefd naar het stimuleren van het zelfvertrouwen en de motivatie van de leerlingen.
SURFHVHYDOXDWLHSURGXFWHYDOXDWLH
Om de doelstellingen van het leerplan te bereiken wordt er bij de evaluatie steeds uitgegaan van de beginsituatie. Het is wenselijk die beginsituatie helder in kaart te brengen binnen de concrete context van de klasgroep om het leerproces dat de leerlingen doorlopen, optimaal te begeleiden. Het moet voor de leerling duidelijk zijn dat er een onderscheid is tussen de evaluatie van enerzijds het leerproces en anderzijds het eindproduct. Bij de SURFHVHYDOXDWLH wordt voortdurend gepeild in hoeverre de leerling het onderwijsproces goed verwerkt met de bedoeling dit proces zo nodig bij te sturen zodat elke leerling op de meest effectieve manier kan leren. De klemtoon ligt hierbij duidelijk op het optimaal functioneren en het welbevinden van de leerling. Voor de leraar is het zaak om vooraf goed af te bakenen welk proces moet doorlopen worden, welke de verschillende stappen zijn om tot een goed leerresultaat te komen. Door geregelde feedbackmomenten (kleine toetsen, gesprekken, volgsystemen) wordt de leerroute verder gezet of zo nodig bijgestuurd. Om de leerling te motiveren gebeurt dit in een constructieve, positieve sfeer. Bij de SURGXFWHYDOXDWLH daarentegen wordt op het einde van het leerproces (bv. een hoofdstuk, een opdrachtenreeks, een project, een trimester...) nagegaan in hoeverre de leerling de leerplandoelstellingen bereikt heeft.
IDVHQYDQKHWHYDOXDWLHSURFHV
Het evaluatieproces is meer dan het geven van een eindcijfer. Het is belangrijk om dit eindcijfer te onderbouwen door : 1. het YHU]DPHOHQYDQJHJHYHQV • dit gebeurt door het observeren en evalueren van opdrachten, taken, oefeningen, groepswerk.
p. 57
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2e leerjaar van de 1e graad SO
2. het LQWHUSUHWHUHQ • de gegevens worden getoetst aan de criteria die de leraar YRRUDI duidelijk heeft bepaald en aan de leerlingen meegedeeld. • de leraar houdt hierbij rekening met de vakgerichte doelen en met de vakoverschrijdende eindtermen die hij in zijn vak heeft geïntegreerd. • bij voorkeur worden de criteria bepaald door de vakwerkgroepen of minstens in samenspraak met de collega' s zodat er een verticale afstemming kan gebeuren. 3. het EHVOLVVHQ • in eerste instantie zal de individuele leraar een beslissing nemen over de vorderingen en de eindresultaten van de leerlingen. • die individuele beslissing wordt besproken en geïntegreerd in de besluiten van de klassenraad. 4. het UDSSRUWHUHQ • de leerling krijgt duidelijke informatie over zijn/haar vorderingen. • dit gebeurt enerzijds in geregelde momenten van feed-back voor de leerling en anderzijds in een schriftelijke rapportering (rapport, … ).
HYDOXDWLHYDQGHDOJHPHQHHQWHFKQLVFKHYDNNHQ
De leraar onderbouwt de evaluatie van de algemene en technische vakken door allerlei gegevens zoals: 1. taken • leerlingen lossen in de klas tijdens de les vragen, oefeningen en opdrachten op. Hierbij kunnen ze bijvoorbeeld gebruik maken van hun cursussen en schriften. • hierbij aansluitend kan de leraar hetzij klassikaal, hetzij individueel de oefeningen en opdrachten verbeteren en bespreken. • deze besprekingen zijn een eerste middel om het leerproces van de leerling bij te sturen 2. opdrachten • de opdrachten geven de leerling de kans om vaardigheden te trainen en een beter inzicht te verwerven in leerinhouden. • na elke opdracht is het belangrijk om de leerling zo snel mogelijk op de hoogte te stellen van het resultaat. Bij duidelijke tekorten is een bijsturing aangewezen. Wij raden aan om een studiebegeleidingsplan en een remediëringsplan te ontwerpen binnen de vakwerkgroep en de mogelijkheden tot studiebegeleiding en remediëring binnen de context van de opleiding op basis van collegiaal overleg te onderzoeken. 3. kleine toetsen • na het afwerken van afgebakende gehelen kan de leerling getoetst worden. • het is belangrijk om na de individuele correctie door de leraar een klassikale bespreking van de toets te voorzien zodat leerlingen uit hun fouten kunnen leren. • op basis van de individuele resultaten kan de leraar beslissen om bepaalde onderdelen van het leerproces voor een bepaalde leerling (of leerlingengroep) te herhalen of uit te breiden.
p. 58
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2e leerjaar van de 1e graad SO
4. grote overhoringen • na het afwerken van een groter geheel kunnen grote overhoringen worden afgenomen. Het gaat hierbij om productevaluaties : welke doelstellingen heeft de leerling op het einde van het leerproces bereikt ? • grote overhoringen dienen duidelijk afgebakend te zijn waarbij de leerlingen precies weten welke doelstellingen en leerinhouden getoetst zullen worden. • een productevaluatie kan ook bestaan uit de beoordeling van een project of werkstuk dat voor een bepaald vak door leerlingen in groepjes of individueel werd gerealiseerd. Essentieel bij het tot stand komen van zo’ n project is de procesevaluatie. Deze maakt integraal deel uit van de uiteindelijke productevaluatie. De leraar geeft duidelijke informatie over de wijze waarop deze procesevaluatie in de productevaluatie zal worden opgenomen.
3UDNWLMNYDNNHQ
Alle leerplandoelstellingen per vak kunnen voorwerp zijn van evaluatie. Het is heel belangrijk om de leerlingen YRRUDI duidelijk op de hoogte te brengen van: • de preciese doelstellingen die getoetst zullen worden; • welke criteria gebruikt zullen worden; • wat de norm is om te slagen. Een mogelijk beoordelingsproces, zowel voor praktijkvakken als voor algemene en technische vakken, kan er zo uitzien: • de leerlingen krijgen de werk- en vaardigheidsanalyse van de uitvoering; • de leraar bepaalt op welke aspecten en sleutelpunten de leerling zal beoordeeld worden en praat hierover met hem; bijvoorbeeld in een klasgesprek, in de individuele begeleiding, … • geregeld worden feedbackmomenten ingelast waarop de leerling een duidelijk beeld krijgt van de verworven vaardigheden en attitudes van zijn sterke en zwakke punten. Deze momenten kunnen als een functioneringsgesprek met de leerling worden opgevat; • op basis van de feedbackmomenten kan indien nodig een remediëring met de leerling afgesproken worden; • na een bepaalde periode volgt een productevaluatie. De leerling zal de verworven kennis hanteren, toetsen en inoefenen aan de hand van opdrachten. Door een permanente evaluatie wordt het de leerling mogelijk gemaakt zijn werkmethode zelf te verbeteren aan de hand van zijn individueel begeleidingsplan. De leerling moet er zich bewust van worden dat zijn evaluatie afhankelijk is van zijn persoonlijke inzet bij het uitwerken van realiteitsgerichte opdrachten. Hij moet leren om zijn eigen vorderingen op positieve wijze te evalueren en elk nieuw bereikt resultaat als een winstpunt te ervaren. De leraren begeleiden de leerling hierbij. Zij helpen de leerling te reflecteren over de uitgevoerde taken en opdrachten. Zij wijzen hem voortdurend op de beroepsgerichte aspecten. Ook besteden zij veel aandacht aan de specifieke attitudes die de leerling dient te verwerven. Van hen wordt binnen deze zienswijze een goed observatievermogen verwacht. We bevelen daarom aan om te werken met een volgsysteem waarbij zowel de leerling als de leraar op elk moment kan nagaan in welke mate de leerling bepaalde doelstellingen beheerst. Zo' n volgsysteem kan vorm krijgen door middel van een doelstellingenrapport, een cijferrapport, een woordbeoordeling. Ook wordt binnen deze zienswijze van de leraar verwacht dat hij op een constructieve manier met de leerlingen communiceert. "Leren", d.w.z. kennis, vaardigheden, attitudes verwerven kan immers alleen maar in een veilige omgeving waarin de leerling zich goed voelt en zich gewaardeerd weet om wie hij is.
p. 59
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2e leerjaar van de 1e graad SO
%,%/,2*5$),(
De warenwetgeving.
Brugge, Die Keure,
Technische Activiteiten.
Malle, De Sikkel
Voedselbereiding in de basisvorming. Baan – Van der Zijden, M. en Luchinger – Heersche.
Voorlichtingsbureau voor de Voeding, Leiden (NL), Educatieve uitgevers
Algemene Voedingsleer Cocielaere M.
St.- Martens-Latem, Aurelia Books
Voedingsleer 1991 en Dieetleer 1992 Compeers J., De Keyser F., Segers H. De Belgische Voedingsmiddelentabel.
NUBEL vzw, Brussel, Ministerie van Volksgezondheid RAC
Technologische activiteiten - Gezinstechnieken. Swolfs R.
Antwerpen, Plantyn
Basiskeukenboek Van Waes C.
Pelckmans NV – Kapellen, De Nederlandse Boekhandel
Het kookboek voor de magnetron Holleman R., Kleijn A.
Van Dishoeck
Quiches, hartige taarten en andere pikante gerechten Teitge I.
Deltas
Het beste uit de Aziatische keuken Faller R.
Zuidnederlandse uitgeverij
p. 60
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2e leerjaar van de 1e graad SO
Ekologische voeding Lauwers D.
Instructieve omroep Velt
120 vragen en antwoorden over vitamines Severs A.
Inmerc BV Wormer
Werken met papier Frank V.
1994 Uitgeverij J. H. Gottmer Bloemendaal
Creatief met brooddeeg.
1997 Nederlands taalgebied ADC, Eke
Het creatieve boek - tafeldecoraties Smith S; Lansdown K.
Uitgeverij M&P Weert
Stap voor stap tafel versieren Levitte E.
De Lantaarn
Het tafeldekboek Thyssens C., Van der Heide E.
Uitgeverij In den Toren
Natuurlijk geschikt KAV Praktische School
1997 Standaard uitgeverij
vt WONEN
uitg. VNU Haarlem
Ariadne wonen
uitgeverij VNU Haarlem
TIP culinair
Medianet Haarlem
Test Aankoop
Brussel
Consumentengids
Den Haag
Voeding Nu
Keesing Noordervliet BV Houten
p. 61
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2e leerjaar van de 1e graad SO
De eetbrief
RUG Gent
GO nieuws
infocentrum GVO CM Antwerpen
Cantecleer - hobbywijzers.
Schoten, Westland
Huishoudelijk verzorgende werkzaamheden.
Leiden, Educatieve uitgevers
Huishoudkunde anders (diverse werken).
Zutphen, uitgeverij Thieme
Verzorging - Leefstijl;
Leiden, Educatieve uitgevers
Handboek voor helpers.
Het Belgische Rode Kruis
Net, da’ s goed gezien.
Het Belgische Rode Kruis, dienst Gezondheidsopvoeding
Een verfijnde levensstijl
Christofle Zilversmid
Tafelsierkunst en geschenken
uitgeverij UDEPAC
Creatief en decoratief Studio Imago
uitgeverij IMP Utrecht
Informatiemap
GVO
brochure over EURO
Gezondheid uit een doosje?
p. 62
Leerplan Sociale en Technische Vorming
CM, Dienst Gezondheidsvoorlichting en opvoeding
2e leerjaar van de 1e graad SO
Wol wondervezel
Stichting School en bedrijf ‘s Gravenhage
Energiemap voor rationeel energiegebruik
Interelectra
Leefsleutels voor jongeren
Lions – Quest – Stichting G
Weet en doe-pakket
Nutrition Information Center Wetenschapstraat 23/25 bus 7 – 1040 Brussel
J-Contact
BACOB
Omgangskunde 1 A.C. Verhoef – L. Visser
Nygh & Van Ditman Educatief
Sociaal-agogische vaardigheden R.H.N. Spoler – Van den Manbergh
Nygh & Van Ditmar Educatief
De rechter van het kind
Artiscoop 53 Artis-Historia
Watt nu A. Michils
Plantyn
Ontdek watt thuis S. Troosters
Plantyn
Toegepaste Wetenschappen
NVKSO Licap
Kinderen inbegrepen Educatief project over kinderrechten
Jeugd & Vrede (Extra editie)
Technologische Opvoeding: Wonen R. Eeraerts – Cuppens – Herrijgers
Novum
Kinderrechten: een taak voor iedereen Vormingsmap over de rechten van het kind
Uitgave van het Belgisch Comité voor Unicef i.s.m. het Centrum voor de Rechten van het Kind
p. 63
Leerplan Sociale en Technische Vorming
2e leerjaar van de 1e graad SO
Gezondheidsfolders
Landsbond van Christelijke Mutualiteiten Dienst voor Gezondheidsvoorlichting gezondheidsopvoeding Wetstraat 121, 1040 Brussel
Optima gezondheid Paul Geerts
Leuvensesteenweg 775, 1140 Brussel (Tijdschrift verspreid via apotheek)
Ontbijtuitgave
Fit en Gezond
Brood. Broodnodig Lessenplatform over voeding
Interprofessioneel banketbakkerij
De Voedingswaarde op het etiket
Algemene eetwareninspectie i.s.m. de Hoge Gezondheidsraad Esplanadegebouw RAC Pachecolaan 19 bus 5, 1010 Brussel
Bij de haard
Tijdschrift uitgegeven door K.V.L.V. Leuven
Ontbijt en Brunch Jan Van Gestel
Time-life
Het gezonde ontbijt: rijk aan vitamines, vezels en mineralen
Deltas Zuid-Nederlandse Uitgeverij NV – Aartselaar
Picknicken met plezier Marc Declercq
De Ballon NV – Malle
Tirions Nieuwe Pocket-kookboek E. Maller - Rövekamp
Tirions culinair Tirons Baarn (Nederland)
Ons kookboek
K.V.L.V. Postbus 104, 3000 Leuven
Vis natuurlijk
VLAM (Vlaamse Dienst voor Agro-Marketing) Leuvenseplein 4, 1000 Brussel
p. 64
Leerplan Sociale en Technische Vorming
Overlegcomité
Brood-
en
en
2e leerjaar van de 1e graad SO