CTHEATERI
No.467-7Jan.1933 WILLY FRITSCH (Foto Ufa)
— ..
,
■
^/gssti^pj^sigs:
INK OOGWENK IS DE JEUK
VERDWENEN!
Misschien komt bet U overdreven voor.
lljke jeuk die door huidaandoeningen veroorzaakt wordt, direct kunt bedarwt De eerste druppels D.D.D. -een Sroemd geneeskrachtig middel tegen huidaandoeningen - t,t idoeninien —brengen dadelijk yeilichting. D.D.D. diinigt diep in de
VOOR DE VERKOUDHEID DIE U HEBT ... .f dl. u wenseht te voorkomen VAPEX OP UW ZAKDOEK
kiemen. D.D.D. is geen vettige zalf. (naar een heidere vloeistof. Het wordt met »ucces aangewend tegen ekzeem, uitslag brand en andere aandoeningen
DDD GENEESMIDDEL
X^r,K0u.dh.?ild »«»fd» veroorzaakt d« «S* - rl,n' di• '•»•«««•md wor' SS i0pJ,,.n <>«8«nH k, dat men zieh landeng voelt en de vltamlit
TMIN HUIDAANDOENING«!!
Steen"'1*
bae,,riën
*™"o$
Ntchen Vopox^our bij de eerste
E." dT mooiste 9.5 mM. projectoren tot nu toe uitgekomen i, de :
PAT HE
„LUX"
«N ELEGANT. PRACTISCH EN
' mati$Ch
,ucht ,l
SOLIED TOESTEL
lin
soeL^if ' ? r fl. ««tra sterke lamp en 26 32 4ofeVOMrlfaal0Jebruik'Lte Struiken met: mM ,en$ du, 9eschlkt yoor n&JP ' «"«en afstand. (TMH «en prachtig rustig .beeld van 2 Meter.
U dB?ZVl\ ""? «Istui'1^ n.ei kwahJK, «nH^ hler zo,0 komen, maar we werde, onderweg irealarmeerd voor een brand '
Oroofste prijs I i» het geluk
kiftte
geval i
Vraagt onze uitgebreide f ilmcataiogus waarin een schat van duizenden ns, ook In huur verkrijgbaar. ALLES ONBRANDBAAR 1 w„Ä. ..
hikiehe gewoonte hebben gemaakt KSSyEP*10P *""» zakdoekle doem
Ül *£M~Lrvpp5, » •«org'Vn. op op Uw kuwen, geeft vel. uren van bescherming en verlichting. •••» druppel 's nachts Verkri,obaar bii Apoth. en Drag. Wi» per flacon f 1.30.
MEVROUW L. JUSTET - RAADHUISSTRAAT 42 - AMSTERDAM
Trekking
. -
'M,,ORTRI« VOOR NEDERLAND:
BbstrlJdt Uw verlcoudKold. vapex it aangenaam en verfrli»d>«nd, zelf, in" dié mate "dat lom.
.
-'
n2«.o«Ä£j 16 Januari 1933
Uitbetaling
In contanten zonder aftrek.
INSCHRIJVING OPENGESTELD7 E K Rü L
Sf nn^ prentende en ^r
» 8 " O B LTQ A T , £ H»
voor geheel Nederland wettig geoorloofd.
STAAT8- EN PREM I ELOTPw T E W ZONDER NIETEN. -. ELK UM-Piriï 7*,,,
1.11S.400 GULDEN
MODE 2AA K e^con" r' ^ -'^^denmet cliënten, welke op | J k een convenieerende betalingswijze I ONT OF WINTERMANTEL willen betrekken.
BRIEVEN ONDER No.
BUREAU VAN DIT BLAD.
met HOOFDPRIJZEN van:
120 00 0 72.000
EN
60.00e 48.000 36.000 30.000 22.500 DUIZENDEN GEMIDDELDE EN KLEINERE MwuidelUktche storting voor deze
'•""NATIONALE DAMSy/EDSTRUDEN VOOR AMATEURS, A B. EN C. KLASSE
PRIIZFN
PRIJZEN.
Geheele Loten slechts ff 3 — TREKKINOSLIISTEN FRANCO ORAT* " *" BEilELBHIEK Oelleve duldeiUk in <e vullen en te edr^eeren een di
Hoilandsche Credlot- en Obllgatlebank N.V?
r>_j« ^ L Amtterdem, Postbox 577 SföÄ1* feiermede V Clnema theater
Resp. beginnende (aren, reeds bekroonde paren en Internatic iele paren. - De wed•ooJ o^indtp,aatf 0) Zaterdag 14 Januari ■3J, ö |2 uur, te An sterdam in de koningszaa van Artis, PI. Middenlaan. en wordt besloten met eerj gala-bal tot 4 uur Alle inschrijvingen en In COR KLINKERT. Stadhouder.k.de 1
„Uitvoerig Prospectus ^", gratis franco» ,rm00
chtingen bij den organisator 2, Amsterdam-Z. tel. 24232
enjehriift Jn op de wetti« geoorloofde «hile
■V" Staats- en Premieloten, slechts f 3
F2
EEN 1
njol Naam
Woonplaats Straat
GODFRIED D>E GROOT JAN LUYKENSTRAAT 2
_
AMSTERDAM
Binnenkort zal in Nederland de pr mière plaats vinden van de Ufa-toonfilm .F. P. 1 antwoordt niet". Het publiek zal dan kennisr iken met een nieuwe Ufa-ster, Sybille Schmitz, van wie we op deze pegina een tweetal foto's ■eproduceeren. Sybille werd den 2en December té Düren geboren. Regisseur Theodor Dreye ontdekte haar filmtalent en gaf haar de vrouwelijke hoofdzijn prachtige schepping .V impyr". Erich Pommer engageerde haar voor de Ufa en naast debuteei antwoordt versie voor deze maatschappij. 0\ ir welke groote expressieve gaven deze filmdebutante beschikt, toonen onze foto's u, naar wi meenen, op duidelijke wijze. Want wie zou, als hij het niet wist, in de strenge, klassieke be Itenis der groote foto dezelfde trekken herkennen van het onschuldige meisjeskopje, dat too guitig om den hoek van het kamerscherm gluurt?
TELEFOON 28474 SPECIALITEIT IN MODERNE EN ARTISTIEKE FOTO'S
MEN ZIE DE VELE REPRODUCTIES VAN ONS WERK IN .HET WEEKBLAD' ' CINEMA & THEATER.
VOOR
verzekert zich een 25-jarige voor
NOG GEEN f 2.-
uit te keeren op zijn 60e jaar of
PER MAAN
11000.- HAVBANK
direct bij zijn vroeger overlijden bij de
SCHIEDAM
■'t
EEN ZUIVER ZAKELIJKE OVEREENKOMST EEN COMPLEET VERHAAL DOOR
D'ALVAREZ
M
Nieuwe opgave No. 467.
kaart of couvert gelieve men duidelijk te vermelden: „Ons Puzzle-hoekje No. 467". De oplossing van deze puzzle en van onze Wekelijksche Vraag kunnen desgewenscht tegelijk ingezonden worden, doch men zende ze dan op twee aparte velletjes papier, die ieder duidelijk van volledigen naam en adres zijn voorzien. Oplossing van „Ons Puzzle-hoekje No. 4Ö4".
Horizontaal: T. plantje met tweewerf gevinde bladeren, die bij de minste aanraking tezamen sluiten. Verticaal: 1. verhaal van gebeurtenissen in tijdsorde gerangschikt. 2. eensgezind. 3. solide. 4. niet achtbaar. 5. plan. 6. terugwerking. 7. brommerig in een vertrek heen en weer loopen. 8. wat afkomstig is uit Indië. 9. voorbijgaand. Te gebruiken letters: a-a-b-c-c-d-d-de-e-e-e-e-e-e-e-e-e-e-e-e-e-g-h-i-i-i-i-i-ij-k-k-k-k-1-1-1- m- m- n-n-n-n-n-n-n-o-o-oo-p-r-r-r-r-r-r-r-s-s-s-t-t-t-u-w-ij-ij-ij-y. Onderde abonnés, die vóór 12 Januari (Indische abonné's vóór 12 Maart) goede oplossingen zenden aan ons adres: Red. „Het Weekblad", Galgewater 22, Leiden, verdeelen wij een hoofdprijs van f. 2.50 en drie aardige troostprijzen. Op brief-
De hoofdprijs viel ten deel aan mejuffrouw L. P. A. de Klerk te Rotterdam. De heer M. de Wilde te 's-Gravenhage, mejuffrouw A. H. van Scheffendorp te Amsterdam en de heer I. J. G. Zandersga te Groningen verwierven de troostprijzen.
""""""""iiiiiHiiiiimiHiHiiiiiiiiiiiiiimiiiniiiiiii
.. . . AaJ- /enig bewegen, haar veeihiachtlie slanhhS, äiacieus en äesplerd te£eHlh. in haar nlia-ontzlende. strudJustlSe durf - $evoIä van dehonderluke opvoeding, die ze van haai vader khreSen had - hadden de charmante Marykrfew haar bunaam ..Tvier" bezorgd. "
n heve Mary," begon zijn manieren tot ontwikkeling gebracht had. brief en „Tijger" glimZe had haar moeder vroeg verloren • lachte. Archibald Warwick tien van de twintig jaren van haar de bekende millionnair, kunstkenner en bestaan met haar vader op diens luxueus verzamelaar van mooie, oude dingen, jacht de wereldzeeën rondgezworven en was haar oom van moederszijde en' de hoofdsteden van Europa waren voor tevens haar peet- en pleegvader. Ta, haar even bekend terrein als de verre ze glimlachte om den aanhef van den en soms onherbergzame kuststreken van brief; die beste, brave oom Archibald £ T. ^en Zuid-Amerika. En nadat weigerde hardnekkig haar in woord of Oerald Carfew zijn vrouw in den dood schrift met „Tijger" aan te duiden, was gevolgd, was ze onder de hoede zooals al haar andere vrienden deden. van Mr. Warwick gekomen, bestuurde i /V -^ bewegen' haar veerkrachtige „The Downs", zijn oud, schilderachtig slankheid, gracieus en gespierd tegelijk huis in de duinstreek by Eastblyth, teren haar niets-ontziende, strijdlustige wijl hij, zooals hij vaak deed, in zijn durf—gevolg van de wonderlijke opLondensche woning — half een muvoeding, die ze van haar vader geseum — vertoefde of in binnen- en buitenkregen had - hadden de charmante land jacht maakte op oude kunstschatMary Carfew haar bijnaam „Tijger" ten Nog slechts enkele zomersche bezorgd. Maar Archibald Warwick had weken kon ze nu haar zwerflusten aan een hekel aan deze, maar half-compliboord van „De Zwarte Meeuw" botmenteuze betiteling en noemde zijn vieren. De tijger was gekooid... maar nichtje steevast bij haar liefelijker doopniet getemd, zooals uit het vervolg van naam, juist omdat hij die wonderlijke deze historie blijken zal. onharmonische opvoeding betreurde, die Langzaam ontcijferde ze den brief weliswaar aan haar ontwikkeling en want oom Archibalds schrift was net natuurlijke intelligentie geen afbreuk als hijzelf klein, 'n beetje kriebelig had gedaan, maar haar „tijgerachtige" en met altijd gemakkelijk te begrijpen!
€MS IPUZZILIE-IH€IEIKJ1E
, """"""""P"
"""♦»"'•
iMHiiiiiiiiiiiiiiiiiminiiiiiiini,,,,,,,,,,,,,,
gi
,„„„„
„M'n live Mary, Zou t me een plezier willen doen ? Er bedndt zich een zwijnskopvormige niddeleeuwsche helm in Danningtre dat moet in ons gadeelte an Suffolk zijn. Ik heb het niet op ezocht, maar ik geloof, dat het in e buurt van Brandon is. Er wonen n Danningtree twee broers, van wie ik door andere antiquiteitenverzamuaars gehoord heb, en die hebben nij schriftelijk den helm aangebodei. Ze zijn natuurlijk handeu S' Iaar niet het gewone soort. Hun nfcm en adres is Jevons, The Hall, I mningtree. Geoi e Ashcrofft verzekert meydat het „gi itlemen" zijn en absoluut te vertrou en, dus ik durf de zaak veilig aan jou over te laten. Wü je er heen dan en den helm eens bekijken? a vragen er tweeduizend pond voor d ik ben .bereid dit bedrag te betafcn, tenminste als het stuk in behoorljken staat is. Ik sluit hierbij mijn kfartje in, met enkele woorden ter intbductie er op, die tevens de machtijing inhouden om in dezen voor nij op te treden. Ik zou zelf wel de laaïte dagen van de week naar Eastbl th komen om de zaak te behandel n, maar ik houd Zaterdag een lezing voor de „British Historical Societ ' en de groote veiling bij Christ: begint Maandag, zoodat ik slecht lit Londen weg kan. Dus als er niets aan den helm mankejrt, kun je hem voor me koopen; dat de echtheid betreft, kan ik me ojj de Jevons verlaten. Laat het ding ^pakken door ons prachtexemplaar pan een butler, die heeft zulke werkje vaker bij de hand gehad, en stiur het als bestelgoed naar mijn londensch adres. Je liefhebbende oom, ARCHIBALD WARWICK. P.S Ik sluit ook een blanco chèqu 'in. Zie dat je het ding voor minde- dan tweeduizend krijgt.
Tijgeri veerde uit den grooten armstoel bij het houtvuur, waarin ze den brief häd zitten lezen. Hep naar de boekenkast, kreeg een automobielkaart van de tomgeving en spreidde die op tafel uit! Ze was gewoon aan de royaliteit varj haar pleegvader als het er op aan kwam, een zeldzaam stuk voor zijn collbcties — hij specialiseerde zich op oud porselein en antieke wapens — machtig, te worden, maar tweeduizend pond vc^r een helm uit het jaar nul, dacht zd met een mengeling van spot, en hchtd ergernis, dat was toch wel 'n beetje klas! Enfin, 't ging niet van haar " geld, troostte ze zich. Zondqr veel moeite vond ze Danningtree op de kaart; het bleek een dorpje
TJ-f
■ im
Hl ?*■
«SJK
./
.^y»
r
■
F
Een amleaao praatjo tusschen Greta Nissen en Weldon Heyburn, de bekende Fox-sterren., niet ver van den buitenrand van Branhaar wandelpakje aan, zette een klein don, zoowat een uur met den auto van zwart hoedje op, dat haai; donkere Eastblyth. schoonheid appetijtelijk onderstreepte Na de lunch stak ze Archibald Waren reed in haar open two-seater naar wicks visitekaartje en de blanco-cheque Danningtree. Stel je voor —Tijger in in haar tasth, schoot een bontjas over een gesloten wagen! Ze zou zich de oogen uit het hoofd hebben geschaamd! De herfstdag was overigens kil genoeg; een gure Oostenwind blies van zee uit over het grauwe, naargeestige land en de kleine man, zooals Mary Carfew haar oom in gedachten meestal aanIeder mensch heeft zoo z'n zwakheden duidde, mocht haar wel heel dankbaar Ik ook zijn voor haar intermediair op dezen I Hm, zegt m'n vrouw, die weer controweimg-aanlokkelijken middag. leert wat ik schrijf. /Ze was blij, dat, wanneer de helm Ze jaagt me niet op stang. Ze zal d'r geen zich in een redelijk-goede conditie bepleizier van hebben. vond, haar verantwoordelijkheid niet M'n bekentenis loopt heel anders uit, dan ze verder ging dan het koopen er van dacht. voor een vastgesteld bedrag, en de verM'n zwak is. . . . tweelingen. zending. Ze had weinig verstand van En m'n oogen zijn ook niet zoo sterk meer. antiquiteiten, in elk geval niet genoeg Loop ik een paar dagen geleden op straat en om hun echtheid en waarde te béoorzie een paar stappen van me af een jong vrouwtje deelen. Maar dat werd ook niet van met een kinderwagen. haar verlangd. Kent u een aardiger aanblik dan een jong Dus nam ze den aankoop van den vrouwtje, elegant figuurtje, leuke beweginkjes? „zwijnskop-vormigen Middeleeuwschen Niet? helm" • met al te tragisch op en pas later in den middag werd ze er zich Ik wel. Zoo'n jong vrouwtje met een kindervan bewust, dat er meer aan vastzat, wagen. Als ik zoo'n combinatie in 't vizier krijg, dan loop ik altijd wat vlugger. dan ze in het begin gedacht vhad. En toch had ze moeilijk bij aangeOuwe snoeper, zei m'n vrouw, die nog altijd namer menschen terecht kunnen komen mee leest. dan bij Adam en Rupert Jevons, gentlemen-handelaars in oudheden in het dorp Ik verberg weer m'n ergernis. Als een held. Danningtree, en evenmin had ze een En ik vervolg m'n verhaal. Ik loop altijd beleefder en openlijker bejegening kunwat vlugger, wanneer ik 'n aardig vrouwtje nen verwachten. Ze wezen haar er uitmet een kinderwagen zie. Want ik ben dol op drukkelijk óp, dat één der klinknagels kindertjes. aan den linkerkant van den helm bijgeIk haal het bovenbedoelde groepje in, kijk maakt was, maar voegden daaraan de in het wagentje. Ik zie een tweeling. Ik lach ereis verzekering toe, dat zoowel de hantegen het moedertje en zeg: AUebei jongens? delsals.de kunstwaarde van het geheel Neen, zegt ze met een snoezig lachje, doch daardoor niet of nauwelijks werd gemet zonder spot. De een is m'n zoontje, de schaad. ander is een grape fruit 't Is zoo lastig om Werkelijk, tweeduizend pond was niet zoo'n ding te dragen als je met den kinderr veel voor dit juweel van ouden wapenwagen rijdt en daarom heb ik 'm maar op het smidsarbeid en Mr. Warwick zou dit kussen naast baby gelegd! onmiddellijk met hen eens zijn, wanneer Erger je nu ereis niet! hij den helm zag. Die zou een attractie PETRUS PRUTTELAAR. voor iedere verzameling vormen. - 6 -
Mary Carfew twijfelde er niet aan — — ze was niet voldoende op de-hoogte om er aan te twijfelen! Mr. Adam Jevons, de oudste van,de twee broers, was een man van vóór in de zestig, met spierwit haar en allerinnemendste, ouderwets-hoo fache mameren. „Mijn lieve jongedame," noemde hij Mary. Rupert, de jongere broer, behandelde haar niet zoo vader-, lijk, maar daarentegen met zwieriger galanterie. Hij merkte met een streelend glimlachje op, dat Mr. Warwick zich gelukkig mocht prijzen over de diensten van een zóó schrandere en charmante bemiddelaarster als Miss Carfew te kunnen beschikken. Wie in Suffolk kende het eerbiedwaardige en roemrijke geslacht niet, waarvan zii afstamde ? •' . M^r behagen in complimentjes lag met m Tijgers natuur en Rupert Jevons' vleierij stond haar dan ook heelemaal met aan, maar de meeste menschen zouden terstond bereid geweest zijn te verklaren, dat hij op ende op een heer was. Hoe dan ook, het feit, dat iemand zich een weinig te buiten gaat aan stnjkages, bewijst nog niet, dat hij een schavuit is. • . „The Hall" was een groot huis, even buiten het dorp, door een uitgestrekten turn met hoog geboomte tegen den zeewind beschermd. De Jevons woonden er. nog niet zoo heel lang; i ze hadden de villa betrokken, nadat de vorige bewoners, geruïneerd, naar elders waren verhuisd en uit den toestand, waarin huis en tuin verkeerden, was het duidelijk, dat er geen geld aan net onderhoud gespaard werd. ■ Dat de inrichting schitterend was, behoeft geen betoog. De broeders hadden hun leven — en hun beur§ — gewijd aan het verzamelen van de excellentste voortbrengselen der Engelsche meubelkunst; de diep-gouden gloed van het notenhout der Queen Anne-tafels en -kastal glansde den bezoeker bij het binnentreden van verscheidene der vertrekken tegemoet en de overstelpende massa zwaarden, pieken en harnassen in de wapenkamer op de eerste verdieping deed denken aan den Londenschen lower. Het was in deze ruimte, dat ze Mary den helm toonden en ofschoon ze nog steeds niet kon begrijpen, hoe een ijzeren hoofdbedekking zooveel geld waard kon zijn, drong het toch wel eemgszins tot haar door, dat het een zeldzaam stuk moest zijn. Ze zag nu ook waar de aanduiding „zwijnskopvormig vandaan kwam: de helm was van een spits-toeloopend model, dat inderdaad 'n beetje deed denken aan een varkenssnuit. Beneden, in een salon met wondermooie Chineesche lakmeubels, kreeg ze thee geserveerd in teer, doorzichtig porcelem en zwaar, gedreven zilveii. Pas na het theedrinken werden de onderhandelingen over den prijs geopend en beleefd, angstig beleefd, tijgerachtig beleefd, begon ze... te pingelenI De vermeuwde klinknagel was een punt van ernstige beteekenis voor haar: die verminderde de waarde van den helm tot beneden de tweeduizend pond, vond ze. Na een uur heen en weer praten ver-
klaarden de broeders zich bereid, achttienhonderd te accepteeren en Mary vulde Archibald Warwicks cheque voor dat bedrag in. „Als u het goedvindt, neem ik den helm meteen mee," zei ze en ze ging naar boven om hem te halen. De zwijnskopvormige helm lag niet meer op het roode kussen van zooeven in de bedachtzame rust, die bij zulk een eeuwenoud voorwerp past. Hij bevond zich in de handen van een goedgebouwden jongeman met kastanjebruin haar, die bezig was hem op te poetsen. De toegewijde aandacht in zijn blik en zijn bewegingen deden vermoeden, dat de helm hem zeer ter harte ging. Hij keek op toen het meisje, gevolgd door de gebroeders Jevons, binnenkwam en zijn oogen bleven rusten op Tijgers gezicht. Eenige seconden waren ze als gehecht daaraan en ofschoon ze gewoon was door vreemden aangestaard te worden, vond ze dit kijken wel bijzonder hinderlijk — of was verwarrend een beter woord? Hij scheen secretaris of assistent of iets van dien aard te zijn, want Rupert Jevons sprak hem familiaar aan als „Grey" en maakte geen aanstalten hem aan de bezoekster voor te stellen. „Breng hem meteen maar naar den auto van Miss Carfew, Grey," verzocht hij. „Den helm?" vroeg de jongeman en het ontging Mary niet, dat het bevel hem niet weinig van zijn stuk bracht. „Ja, de helm," mengde mijnheer Adam zich in het gesprek. „Is hij zwaar?" informeerde Mary, denkend aan de opdracht van haar oom om hem per spoor te verzenden. „Tamelijk," verklaarde mijnheer Adam. „Vooruit, Grey, maak 'n beetje voort. Waar wacht je eigenlijk op?" „Nergens op," antwoordde Grey en na een moment aarzelen liep hij haastig naar de deur. Misschien was het deze haast, die een schaduw van achterdocht bij het meisje deed opkomen; ze volgde den secretaris tenminste op de liielen, terwijl de broeders op eenigen afstand de achterhoede vormden. Zoo ging het de trap af, de hall door, de straatdeur uit naar den two-seater. Ze nam den jongeman eens goed op en als zijn meesters niet zóó dicht in de nabijheid waren geweest, zou ze hem wellicht gevraagd hebben, waarom het hem zooveel moeite kostte, van den helm te scheiden. Want zijn plotselinge haast om uit de wapenkamer weg te komen schreef ze toe aan een impulsief verlangen om zijn emoties te verbergen. Hij stond daar, zich kennelijk inspannend om iets verstandigs te zeggen, maar hij slaagde er alleen in te mompelen: „Ik — — ik zal hem bij u thuis bezorgen. Miss Carfew. U — — u kunt hem toch niet in den auto meenemen ..." „Waarom niet? Natuurlijk neem ik hem zelf mee." Hij staarde haar hulpeloos aan en zette den helm op de plaats naast de hare. Tijger had in 't voorbijgaan haar bontmantel van den kapstok in de hall genomen en gaf hem dien om hem
op te houden. Gehoorzaam nam hij hem aan en terwijl hij Mary in haar mantel hielp, kwamen de Jevons, die langer waren weggebleven dan noodig was en er 'n tikje gejaagd uitzagen, naar buiten. Mijnheer Rupert keek met gefronste wenkbrauwen naar den secretaris — het behoorde niet tot zijn taak knappe jonge meisjes bij het aantrekken van hun mantels behulpzaam te zijn, en in elk geval was er geen enkele reden geweest om zoo te hollen; niemand hoefde den trein te halen ... Mary Carfew stapte in haar wagentje en zette den motor aan. „Adieu," zei mijnheer Adam. „Adieu en tot ziens," voegde mijnheer Rupert er bij. „Komt u ons nog eens opzoeken ?" Ze wuifde naar hen terwijl ze de oprijlaan indraaide en ving tegelijkertijd een glimp op van het gezicht van den secretaris. Het had een zwaarmoedige, welhaast-norsche uitdrukking. Een won-
derlijke jongeman, peinsde ze. liet kwam vaker voor, dat menschen zich op een ziekelijke manier hechtten aan dingen als een „zwijnskopvormigen helm", maar dan waren het toch meestal lieden van gevorderden leeftijd, zooals de „kleine man". En Mr. Grey was nog niet half zoo oud als hij — op geen stukken nal Hij was heusch nog jong genoeg om zijn bewondering en genegenheid op een aantrekkelijker doel te richten dan een stuk ijzer uit langvervlogen eeuwen ... Ze dacht niet verder aan hem en bereikte Eastblyth, na een rit door den mistigen Novemberavond, die op den smallen, hobbeligen weg hooge eischen aan haar chauffeurkunst stelde. James, de oude, deftige butler, moest tot zijn leedwezen constateeren, dat het ongeassistcerd torsen van den helm zijn slinkende krachten te boven (VeTvolé op pa£!na lO)
N.V. VEREEN. ROTTERDAMSCH-HOFSTAD-TOONEEL DIRECTEUR COR VAN DER LUGT MELSERT
DE LOGÉ'S VAN
HET HUIS VAN
BEWARING
BLIJSPEL VAN P. ARMONT
Louis Gimberg en Wilh. Schwab-Welman. Voor hen, die weer eens een vroolijk blijspel willen zien, is er met „De Logé's van het Huis van Bewaring" een goede gelegenheid geschapen, want over gebrek aan kluchtige 'momenten heeft men bij dit stuk waarlijk niet te klagen. Bovendien heeft het nog het voordeel, niet flauw te zijn. De geschiedenis hierin verwerkt, speelt in den tijd, die ongeveer vier, vijf jaar achter ons ligt, de tijd, die nog aan malaise en crisis niet dacht: de tijd van de hausse en van het geld verdienen op groote schaal. Jules Tafard (L. Gimberg) is in die dagen een scherp speculant, die als zoodanig zooveel bekendheid geniet, dat zelfs de politie haar aandacht aan hem schenkt en hem eenigen tijd op Staatskosten te logeeren houdt. Edoch, dit logies bevalt onzen vriend maar matig; hij weet te ontsnappen en veilig den corsettenwinkel van de ouderwetsche Mme Génier
te bereiken, waar hij wist, dat een oud vriendinnetje van hem werkte. Door zich als heel onnoozel voor te doen en ondertusschen iedereen door zijn vertrouwenwekkende en genpegelijke conversatie onderste boven te praten, weet hij zich daar in die sloffige oude zaak het baantje van nachtwaker-volontair te veroveren. Spoedig doorziet hij alle familie-omstandigheden; hoe Mme Génier een oude, gierige tante is, die al haar geld maar oppot — en dat is heel wat! — hoe haar schoondochter walgt van de omgeving en vurig naar wat luxe verlangt en.... wat een prul haar onbeteekenende zoon is. Allengs verbetert hij zijn positit;, geefj hij raad, en juisten raad, en ten slotte weet hij het tot directeur van de verkoops-afdeeling te brengen. Nu vangt het lieve leven eerst recht weer aan: er wordt gespeculeerd op groote schaal en met alles. En bijgestaan door zijn handlanger Zwerch (H. Schwab) zien we hem het in korten tijd weer tot den grooten bankier brengen. Het geld vloeit bij stroomen binnen, en 't is de hebzucht van alle op hun beurt, die Gideon, alias Tafard, steeds verder drijft, totdat ten slotte.... de zaak weer fout gaat en Gideon zichzelve bij de politie bekend maakt als Tafard, waarop deze hem met alle eerbetoon komt halen en hem eigenlijk liever niet wilde arresteeren, omdat je toch zooveel geld bij hem verdiende. Louis Gimberg als Tafard draagt, zooals begrijpelijk door de rol zelf, het geheele stuk en hij doet dat met zeer veel verdienste en buitengewoon spel. Naast hem staan Wilh. Schwab-Welman als Mme Génier en Hermann Schwab als Zwerch, de slimme vos, die alle fijne zaakjes ziet. Het is werkelijk een heel aardig stuk, met veel Vroolijks — het zien zeker waard. R. A. L.
SIGAREN
rLu/rrix>^
HOE FILMSTERREN GEKLEED GAAN
Een bloemlezing van den geestigsten geïilustreerden humor uit de buitenlandsche tUdschriften.
'S'Morgens, 's Middags, 's Avonds.
Üricirzh/xxszA „Het is een belachelijk idee, dat de eenige bezigheid van kappers zou bestaan in het praten over de weersg-esteldheid," lezen wij in een vakblad. — Natuurlijk 'is dit belachelijk; zij praten even g-oed over de politiek en de crisis!
Drawn by Fill
I De ™aIY dJV615 tusschen de kussens van ziin leunstoelI had laten vallen .... '»van ^ijn (The Pass/nt' S/10111
„Mijn brieven en mijn cadeaux kun je houden, maar de lok haar, dien ik je heb gegeven, zgj ik terughebben'"
Madge Evans draagt een sportcostuum van licht flanel met een taschje, schoentjes, handschoenen en hoedje in dezelfde kleur. Het over elkaar slaande vestje is van een iets zwaardere donkere stof, die men ook terugvindt aan het geknoopte kraagje.
Een dokter heeft verklaard, dat het heel g-oed is om 'n rauwen ui te eten, alvorens op een kouden, winderigen dag naar een voetbalmatch te gaan kijken. — Een andere methode om een ongestoord gezicht op 't veld te hebben, is, zich met de ellebogen naar voren te werken. Een medewerker bericht ons, dat hij van plan is een statistiek aan te leggen van de menschen, die niét bridgen. — Om te beginnen zullen wij hem den naam opgeven van den mijnheer, dien wij onlangs als partner hadden!
(Foto M. G. M.)
„Door een klem misverstand heelt mijn vrouw van miir. sport-costuum een haardkleedje gemaak. Denkt U da U he onzichtbaar zoudt kunnen repareeren ?" (The Humorist)
„Wal denk je er van om eens samen te dineeren?" „Reuze-idee, kerel 1" „Afgesproken r Zal ik dan morgen om halfzeven bij ie thuis komen ?" (A>/e Woche in Bi/d)
De Hongaarsche werkloozen zijn te werk gesteld bij het winnen van goud uit den blauwen Donau; de resultaten bedragen echter met meer dan gemiddeld vijf en twintig gulden per week. - Dat verbaast ons niets, want Strauss en allen, die hem hebben nagebootst, hebben reeds alles uit deze schoone rivier gehaald wat er in zat. „Sommige moderne romans hebben dezelfde uitwerking op ons als een geneesmiddel, vertelt een letterkundig criticus - Inderdaad hebben vele er van een alles behalve aangenamen nasmaak! Dezer dagen arriveerde in ons land een h'ranschman, die reeds vijftien duels op den sabel heeft gewonnen. — Men beweert, dat hem een baantje is aangeboden as voorsnijder in een restaurant, waar het vleesch met altijd zeer maisch is.
leze pagina brengen wij de eerste o's uit de nieuwe Ufa-toonfilm ,_.auschgift", welke onder regie van Kurt Gerron en productieleiding van Bruno Duday is opgenomen. Het scenario schreven Philipp Lothar Mayring en Friedrich Zeckendorf. De geschiedenis van een smokkelaarsbende in verdoovende middelen, huh ontdekking en de dood van den chef dezer onheil-brengende menschengroep is in deze rolprent uiterst spannend geschilderd. De hoofdrollen spelen: Hans Albers, Lucie Höflich, Gerda Maurus, Trude von Molo, Alfred Abel en Peter Lorre.
Kathleen O'Regan in een mantelpakje van wollen stof met kraag, opslagen en knoopen van een contrasteerende kleur. Hierbij draagt zij schoentjes van licht leer met een donker voorstuk.
.ratïllet 5^™^^'' ^^ VOOr ^ "-^avondje en ik zou „Met plezier, mevrouw. Ik zal „Valencia!" voor U zingen!"
(Foto B. I. P.)
„De beste lichaamsoefening voor een man van middelbaren leeftijd," aldus een dokter, „is het omspitten van aarde." — Het beste, uitgezonderd golfspelen!
BEZOEKT HET
Er MY&' THEATER TE »EN HAAG
Bezuiniging bij de wintersport. Gedeelde vreugd is dubbele vreugd! {Der Götz)
-8-
Bijziende oude heer (doelend op de mof der oude dame): „Maar mevrouw, hoe is't mogelijk, dat U op Uw leeftijd nog sneeuwballen gooit!' (The Humorist)
1. Gerda Maurus en Peter Lorre. 2. Trude von Molo en Gerda Maurus. 5. Hans Albers en Trude von Molo. 4. Peter Lorre in de dokken van Hamburg.
9 -
Sally Eilers verschijnt op avondfeesten in dezen prachtigen mantel van velours met strakke ondermouwen en een kraag van hermelijn. De mantel Is getailleerd en valt van achteren wal langer dan van voren. (Foto Fox)
(Veivolg van pagina 7) ging en ze hielp hem den nieuwen aankoop naar boven, naar de biljliotheek brengen, waar hij op een zware, zeventiende eeuwsche tafel met hooge gebeeldhouwde pooten werd gedeponeerd „Morgen zullen we hem inpakken en naar mijn oom in Londen verzenden, James, ik zal je wel 'n handje helpen " „Uitstekend, Miss Mary," James verliet het vertrek; jeugdherinneringen aan ,,de man met het ijzeren l Masker" spookten door zijn geest, toen hij naar beneden ^ing. Tijger nuttigde een eenzaam middagmaal bij het haardvuur en liet zich vervolgens tot middernacht, weggedoken in een stoel in de bibliotheek, aan de werkelijkheid ontrukken door een boeiend detectiveverhaal. De rossige gloed van de hoog-oplaaiende vlammen in den haard speelde grillig op het metaal van den helm, en wanneer Mary een enkele maal uit haar boek opkeek werd haar blik er onweerstaanbaar heengetrokken. Het ding leek nu, in het schemerige licht, nog méér op een varkenskop dan des middags; het maakte den indruk van op een zonderlinge wijze levend te zijn, zoodat ze af en toe het gevoel had, dat ze niet alleen in de kamer was. Het was ongetwijfeld n beetje griezelig, maar ze verdiepte zich weer in haar roman en liet zich met door bijgeloof of spokenvrees of wat het zijn mocht, van de wijs brengen Haar vader had haar geleerd, dat er voor elk ongewoon verschijnsel een natuurlijke verklaring is. Toch sliep ze niet zoo rustig als ze anders deed; de helm speelde een rol in vreemd-beklemmende droomen — die ze echter op rekening schoof van de gebraden eend, die Betty zoo delicieus voor haar diner bij den haard bereid had. Ze schrok wakker, voor den derden keer misschien sinds ze naar bed was gegaan; nog half-slapend woelde ze
rusteloos heen en weer en kwam ten slotte half overeind om haar kussens recht te leggen. Op dat oogenblik hoorde ze een geluid, dat haar klaar wakker maakte en haar zintuigen deed spannen. Rechtop, de handen om de kmeen geslagen, luisterde ze, in af. wachting of het zou terugkomen. Dan zou ze het misschien duidelijker hooren en met zekerheid kunnen vaststellen, wat het was. Het leven op het jacht had haar geleerd aandacht te schenken — bestendig en onderbewust — aan elke verandering, die in het geluid van de bewegingen van het schip kwam. En deze instinctmatige waakzaamheid was naar in de eenzaam gelegen woning van haar pleegvader bijgebleven. Ze kende iedere beweging van den klimop tegen de dichtbegroeide buitenmuren, Het gefluister en gesuizel en gezucht van den wind; het gekraak van houtwerk, dat in een oud huis altijd hoorbaar is, wanneer de bewoners ter ruste zijn. Maar dit zwakke geluid, dat haar verontrust moest hebben in haar soezen tusschen slapen en waken, herkende ze met. Het feit, dat het zich niet herhaalde, deed haar argwaan toenemen. Ze spande haar geest in om zich het bijzondere karakter van het geluid te herinneren, groef in haar bewustzijn naar den indruk, dien het op haar slaperige hersens had gemaakt. Het kon niet van een muis afkomstig zijn, want, stelde ze vast, er had gewicht achter gezeten en van een deur, die door een plotselingen luchtstroom werd dichtgegooid, zou ze geen notiüe hebben genomen — dät was een stoornis van de nachtelijke stilte, die vaker voorkwam. Om werkeloos te blijven wanneer er een aanleiding tot acüef optreden was, lag niet in Tijgers aard. Met één zwaai waren haar voeten buiten het bed en zaten even later in de met
92 JAAR EN RENT DE TRAP OP. Dochler trolsch op haar aclleven vader. „Ik voel het als een plicht", schrijft (Mevr.) A- J. W., „hiermede mijn dankbaarheid uit te spreken voor de schitterende resultaten die mijn vader verkresen heeft door 't sebruik van Kruschen Salts. Ze zouden werkelijk wonderen genoemd kunnen worden Hij is twee en negentig jaar oud en zoo levendig als een veulen. Hij is altijd in de weer en rent trap op, trap af. Zijn vrienden verwonderen er zich altijd over. hoe hij altijd zoo levendig kan zijn en zich nooit eens slap voelt. Hij vertelt hun dan altijd de reden: mijn geregelde dagelijksche dosis Kruschen Salts in het eerste kopje thee eiken morgen. Wij raden Kruschen Salts steeds aan alle kennissen aan. Naar mijn meening mag het in geen enkel gezin ontbreken." (Mevr.) A. J. W. De meeste menschen worden lang voor hun tijd oud, omdat ze één noodzakelijke vereischte voor de gezondheid verwaarloozen: de vereischte van een inwendige zuiverheid. Toevallig beginnen ze eens met het gezonde Kruschen-systeem en dan — misschien wel voor het eerst in hun leven — zullen eiken dag alle afvalstoffen uit hun organisme verwijderd worden. Gezond, frisch bloed stroomt door hun aderen. En bijna onmiddellijk daarop voelen zij dat hun jeugd teruggekomen is. Zij voelen zich jeug: dig, energiek en opgewekt. In één woord is |ait het beroemde „Kruschen-gevoel". Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar bij alle apothekers en drogisten ä FI. 0.90 en Fl. 1.60 per flacon.
HLM-ENTHOUSIASTEN W-S. ée HENGELO. De geïlluséreerde Uta Koerier is als programma verkrijgbaar in Cinema Palace te Hengelo. N. H. ie AMSTERDAM. Hierbij de gevraagde adressen. Toni van Eyck, Sybelstrasse 66, Berlijn. Zij is £e Coblenz geboren en getrouwd. Gusü Stark-Gs£e«en. baur wooné Wiééelsbacberstrasse 9, Berlijn. N. B.ée 's-GRAVENHAGE-LilDagover wooné Arys Allee 4, Berlijn. Zij is mei' den productieleider Karl Witt getrouwd, nadat zij zich van den acteur Daghofer heeft laten scheiden. Zij is den 30sten September jarig. Zij speelt de vrouwelijke hoofdrol in de film „Albertigasse", Cv. d. G. te NIJMEGEN. Het adres van Käthe von Nagy is Kranzallee 8, Berlijn. De gevraagde foto's zijn gezonden. M. D. te AMSTERDAM. Het adres van Gary Cooper is 5451 Marathon Street, Hollywood, P. v. Z. £e WASSENAAR. Het adres van Dolly Haas is Reichstrasse 9. Berlijn. F. B. te AMSTERDAM. Ralph von Goth woont Waitzstrasse 28, Berlijn. Het adres van Martha Eggerth is Kurfürsfendamm 109, Berlijn. Niet vergeten een antwoord-coupon in te sluiten. . TT
- 10 -
bont omzoomde pantoffels, die op het kleedje er voor stonden. .Ze glipte in de warme blauw-en-gouden Japansche kamerjapon, die onder haar onmiddellijk bereik hing en maakte zich gereed om een tocht door het huis te beginnen teneinde zich te vergewissen of alles in orde was. Ze bond den gordel stijf om haar älanke, haast jongensachtige gestalte en trok het onderste gedeelte van de kimono er door heen, zoodat haar voeten en enkels vrij waren en de lange slippen haar niet in haar bewegingen zouden hinderen. Zooals vele oude, eenzaam afgelegen heerenhuizen in de Engelsche „country", had „The Downs' geen gas- of electrische verlichting en Mary stak een kaars aan om licht te hebben bij haar expeditie. Toen opende ze zachtjes de deur en gleed onhoorbaar — ze was immers een tijger I — de gang in. Ze bereikte den voet van de trap eer zich iets bijzonders voordeed. Maar een koude tocht in haar gezicht, toen ze van de laatste trede op de tegels van de hall stapte, vertelde haar, dat een van de kleine ramen bij de voordeur openstond. Ze kon het niet zien, maar haar scherp reukzintuig nam een zwakke aardlucht waar. Ze blies haar kaars ifit, bleef staan en terwijl ze met ingehouden adem wachtte, bewoog zich, langzaam en steels, „iets" over den glimmend gepolitoerden eiken vloer van de eetzaal en kwam eveneens de hall in. Ze kroop naar achteren, naar de trap terug, tot ze, half zittend op een van de onderste treden, dekking vond achter de met snijwerk versierde balustrade. Een zwak licht scheurde den inktzwarten nacht en een kort oogenblik had ze een vaag visioen van een gezicht — zonder lichaam — in de duisternis, maar op de hoogte Waar zich het hoofd van een normalen, rechtopstaanden man moest bevinden. Met een mengeling van ontstelde verbazing en begrijpen herkende ze het gezicht. Ze keerde op haar schreden terug en nep even geruischloos als ze naar beneden gekomen was, de trap .weer op. Ze slipte rechtstreeks naar de bibliotheek, zonder gerucht te maken de dubbele deur openend en {Uuitend. Ze voelde behoedzaam naar de lucifers, die altijd op den rand van de eerste lage boekenkast ter rechterzijde lagen en streek er een aan. De zware, grauwe massa van den Middeleeuwschen helm bevond zich nog steeds op de plaats, waar zij die het laatst gezien had — op de hooge, antieke tafel midden in de kamer. Ze doofde den lucifer weer en vond zonder tasten of botsen den bekenden weg naar de tegenovergestelde zijde, waar, in een rek tegen den wand, zes rapieren uit den [üervolä op pa&na 21}
Ruwe huid Doos30en60ct.
Viciéri^ a
ën iné^r
OPGEVOERD DOOR „DE OPERETTEZANGERS" IN THEATER CARRÉ TE AMSTERDAM
»^ '
r^(
-t*1?
r/m.
\
'^\ ■•*S '%Z.X
f
-:-ik, m
Onder regrie van Johan de Meester werd Paul Abrahams succesoperette „Victoria.. en haar Huzaar" ten tooneele gebracht en hoewel er op den première-avond verschillende zeer goede momenten waren, moet ik tot mijn spijt bekennen, dat 't geheel mij ietwat teleurstelde. Johan de Meester, die met „De Vagebondkoning" bewezen heeft een talentvol operette-regisseur te zijn, heeft met „Victoria en haar Huzaar" niets boven de Nederlandsche operette-middelmaat weten te bereiken. De mannelijke hoofdrolvertolker Willy Vos-Mendes speelde even stuntelig als altijd; hij wist nog steeds niets met zijn handen te beginnen.
^*«:
*? %*:
<*1
waarbij nog komt, dat hij thans schreeuwt als hij eens extra mooi wil zingen. De decors waren uiterst sober, de koren verschenen hinderlijk vaak in den orkestbak, hetgeen voor één keer een aardige vondst kan zijn, doch bij herhaling echter storend werkt. Sommen wij thans eenige lichtpunten op. Beppie de Vries was vocaal een goede Victoria, Bertha Verzwijver, Käthe Schnitzer, Sylvain Poons en Harry Boda zorgden uitstekend voor de vroolijkheid en Piet te Nuyl had als John Cunlight eenige zeer goede momenten.
^n
Het orkest onder leiding van Julius Susan speelde met entrain en de balletten onder leiding van Ludowsky brachten wel is waar niets nieuws, maar de meisjes dansten,dat het een lieve lust was. Wij gelooven, dat de voorstelling, als men eenmaal is ingespeeld, zoodat er een beetje meer tempo in komt, zeker veel meer zal boeien en als het werkelijk lukt, Willy VosMendes te leeren zingen en spelen, zullen „De Operettezangers'' en hun directeur Alex Wunnink nog veel pleizier aan „Victoria en haar Huzaar'' beleven! 1. Beppie de Vries. 2. Bertha Verzwijver en Sylvain Poons. 3. Beppie de Vries en Piet te Nuyl. 4. Willy Vos-Mendes en Beppie de Vries. 5. Käthe Schnitzer en Harry Boda.
Be een zweert bij Marlene Dietrich' — de ander kan alleen voor Lilian Harvey in vuur komen. Voor velen is Maurice Chevalier het concurrentielooze ideaal — anderen vin-' den slechts Willy Fritsch hun belangstelling waard. Smaak is nu eenmaal iets, waarover niet te twisten valt en „men" is buitendien nog wispelturig ook. Om bij het groote publiek populair te worden is zeer moeilijk, maar zeer gemakkelijk is het eenmaal verkregen populariteit weer te verhezen 1 En tóch zijn er filmacteurs, die zich »-mJ aanhoudend in de vriendschap van het publiek blijven verheugen, die een plaats hebben in ieders hart en waar men nooit genoeg van kan krijgen. Dat zijn kinderen en — dieren. Over dieren zullen wij het hier nu niet hebben. Wel over kinderen. Filmkinderen zijn wonderkinderen. Zij moeten in de zenuwsloopendc atmosfeer van een studio volkomen zichzelf kunnen blijven, zij mogen zich niet laten afleiden, zij moeten natuurlijk lijkendaar, waar andere kinderen van verlegenheid of zenuwachtigheid tot geen beweging of woord in staat zouden zijn. Het publiek, dat een kinderfilm ziet, vergeet maar al te vaak, dat het filmbeeld slechts de helft van het studio weergeeft — op de plaats voor de toeschouwers, hebben in het studio —dus in werkelijkheid — eenige camera^ gestaan — daar is het een ordelooze chaos geweest van kabels en apparaten en tientallen meedoogenlooze felle schijnwerpers — daar hebben vele volwassen menschen in gespannen aandacht toegezien, hoe in doodsche stilte de kinderen hun dialoog voordroegen. Men vergeet, hoe eindeloos vele malen een kleine scène gerepeteerd is. Men denkt er niet aan, dat deze mooie decors slechts schijn zijn — dat de enerveerende stemming, de broeihitte van een filmatelier, het stekende licht, dat ook volwassen acteurs niet lang achtereen kunnen verdragen, in nog sterkere mate op kinderen moeten hebben ingewerkt. Men vergeet, dat ieder moment waarop een kind in de film een natuurlijken, ongekunstelden indruk maakt, eigenlijk een groot, zeer groot wonder is. Ook de beste, geduldigste regisseur kan van een kind, dat het vereischte filmtalent niet bezit, geen ster maken. De buitengewone prestaties van sommige dezer jonge acteurs zijn misschien minder verbluffend, wanneer men bedenkt, dat velen van hen theaterbloed in de aderen hebben. Jackie Coogan en zijn broertje Robert, Mitzi Green en Junior Durkin stammen uit families van tooneelspelers, en hebben hun talent van hun ouders geërfd. Jackie Coogan, de onvergetelijke in het atelier. Zij namen den kleinen kleine vertolker van „Het Jochie", trad Robert mee, die nog nooit een filmzooals men weet, reeds als vierjarige studio gezien had. De kleine trok dadekleuter met zijn ouders op. Zijn moeder lijk de aandacht van de filmmenschen. begon haar tooneelloopbaan eveneens Hij leek precies op zijn broertje, toen op zeer jeugdigen leeftijd: toen zij vier deze met Chaplin speelde. Norman Taujaar was, speelde zij al de titelrol in rog, de regisseur van „Skippy", zocht „De kleine Lord". Jackie's ontdekking juist een jongen voor de rol van Sooky. door Chaplin is bekend, minder bekend Tientallen kinderen had men een kans is misschien, dat zijn ouders heelemaal gegeven, maar de echte Sooky was niet geen plan hadden van hun tweede kind, gevonden. Toen men den Coogans voorden thans zesjarigen" Robert, een film- stelde, een proefopname van Robert te ster te maken. Toeval of noodlot zijn ntaken, hadden zij daar weinig ooren echter sterker dan plannen: terwijl naar. Zij stonden op het standpunt, dat Jackie aan de film „Tom Sawyer" één wonderkind in de familie genoeg werkte, bezochten zijn ouders hem eens was en buitendien waren zij overtuigd, - 12-
&.\jf\
LfMIffHHPI 4
I^HI^IHHHSHBHHHI^Hi
"•■"'■
~
PIJ 'fl
A JH|M ^KtSPmA rCK)
/\
■
^^^^^^^^■,';
'
|^p ^^Ê
JËi ÉÖ^iS«
i
^Êmm t 41 f)s [fo UiiÉJf ^ JGÊÊÊÊ
HWI
f
f*
m ■
0^' *.-**«■&•
*
I. De driejarig-e Jacque Lyn, een der jongste leden van „Our Gang". 2. Maurice Chevalier met Robert Coogan, van wien hij een groote bewonderaar is. 3. „Stymie", het havelooze ventje van „Our Gang". 4. Dickie Moore, die reeds in verscheidene films succes oogstte. 5. Junior Durkin, Mitzi Green en Dick Winslow. 6. Kendall „Breezy" McComas, lid van „Our Gang". 7. Jackie Cooper weet zichzelf uitstekend te vermaken. 8. Jackie Coogan en Mitzi Green. 9. Mitzi Green als jongedame. 10. Jackie Searl, de tienjarige ster, die zijn sporen reeds heeft verdiend. II. „Spanky", het bekende lid van „Our Gang" »n Charles Chase hebben beiden kiespijn, - 13 -
dat Robert geen filmtalent bezat. Tenslotte gaven zij toe, Robert doorstond de proefname uitstekend, en is thans een der beste kinderstars. Bij Robert was dus het theaterbloed sterker dan zijn opvoeding, die hem in een andere richting geleid had. Deze handicap bestond niet voor Mitzi Green, de amusante kleine comédienne van elf jaar, die in een theateratmosfeer opgegroeid was, en die al zoo vroeg van haar talent voor tooneelspel en parodieeren blijk gaf, dat haar ouders haar reeds als zesjarig kind in de cabarets lieten optreden. Mitzi's ouders zijn Joe Keno en Rosie Green, twee populaire Amerikaansche cabaretartisten. De kleine Mitzi parodieerde tooneel- en filmartisten zoo uitmuntend, dat de filmwereld op haar opmerkzaam gemaakt werd. Haar debuut voor de camera was een zoodanig succes, dat haar een langdurig contract werd voorgelegd. Twee andere wonderkinderen, Jackie Cooper en Jackie Searl, hebben hun talent niet aan hun ouders te danken. Beide Jackie's waren wel vroeg aan optreden in het openbaar gewend, maar hun „ontdekking" bleef een toeval. Jackie Searl, de uitbeelder van het „geniepige, brave Hendrik"-type, komt uit een stadje in de buurt van Los Angeles. Een kennis van de familie, die een betrekking had bij het plaatselijke radiostation, interesseerde zich voor den driejarige, wiens uitgesproken talent voor reciteeren hem opviel. Jackie mocht meedoen in het wekelijksche kinderuurtje en had weldra via den aether een groote populariteit geoogst, totdat hij op een gegeven moment voor de film gecontracteerd werd. Zijn collega, Jackie Cooper, is thans negen jaar oud. Zijn geniale begaafdheid om zich in zijn rol in te leven, heeft zelfs het gerucht doen ontstaan, dat hij geen kind, maar een dwerg is. Maar Jackie is in de laatste maanden een paar centimeters gegroeid, heeft mazelen gehad, en twee melktanden verloren, en Jackie's moeder lacht maar wat om deze dwaze bewering. Die zal wel door moeders van minder succesvolle filmkinderen in de wereld gebracht zijn, denkt ze. Mevrouw Cooper was eigenares van een muziekwinkel in New York. Toen de zaken slecht gingen, vertrok zij met haar baby naar Hollywood, waar zij een betrekking als pianiste in de studios vond. Haar kleine jongen werkte af en toe als „figurant" mee, speelde vervolgens in kinderkluchten en werd eindelijk onder zeshonderd kinderen uitgekozen voor de rol van „Skippy" Al deze kinderen, die in de film millioenen menschen genoeglijke uren bezorgen, zijn op hun jeugdigen leeftijd reeds groote acteurs. Gelukkig vergeten hun ouders niet, dat zij toch nog kinderen zijn, die nog veel te leeren hebben en goede paedagogische leiding behoeven. Zij ontvangen dan ook in een speciaal op het studioterrein gebouwde school van bekwame leerkrachten het noodige onderwijs. En daar men niet weet, wat de toekomst brengen zal, wordt het grootste gedeelte van hun salaris voor hen op de bank vastgezet, waar het blijft, tot de sterretjes meerderjarig zijn.
ALS HET LEVEN EEN STRIJD WORDT
IWAN _ _ DE DE VERSCHRIKKELIJKE VERSCHRIKKEOTKF IWAN Hij was de vierde tsaar van dien naam, die over Rusland regeerde, en toen hij geboren werd, in den nacht van den vierden September 1530, stonden er, zooals zijn tijdgenooten beweerden, verschrikkelijke teekenen aan den hemel en dreunde dof de aarde ... Booze voorteekenen, die de komst van het kind uit een tweeden echt aankondigden; het decadente bloed van grootmoeders zijde, de zwakke gezondheid van de moeder zijn een zware erfenis, die de jeugdige Iwan mee te dragen krijgt in het leven. Verschillende leden der familie zijn op jeugdigen leeftijd gestorven; anderen werden waanzinnig, sommigen ongeneeslijk ziek... De tengere, vroegrijpe en uiterst prikkelbare Iwan verliest als hij drie jaar is reeds zijn vader, die dan in zijn 28ste levensjaar is, en vijf jaar later ziet nij zijn moeder sterven. Onvergetelijk bleven hem, naar eigener schriftelijke getuigenis, de indrukken van zijn jeugdde Bojaren, de adel van Rusland, bekampen elkaar vóór zijn oogen opleven en dood. In den bittersten materieelen n0 0 t -,,' terwiJ1 Z1in familieleden en de verhoudt de jonge tsaar zich allereerst schillende adellijke partijen het te druk bezig met de bestrijding van zijn buitenmet hun twisten hebben om zich met landsche vijanden: de Tartaren, die zijn opvoeding bezig te "kunnen houden, tijdens zijn jeugd het bestaan van zijn groeit Iwan op. Een harde leerschool njk steeds hebben bedreigd. Met recht maakt hij door, die ieder beter gevoel wordt de verovering van Kasan en verstikt, zijn ontwikkeling in den kiem Astrakan, waardoor voorgoed een einde dreigt te smoren. Hij is geheel aan werd gemaakt aan de macht der Wolgazichzelf overgelaten en zoo schept zijn tartaren, door zijn tijdgenooten het beziekelijke fantasie zich een mateloos slissende feit genoemd in de geschiedenis overdreven voorstelling van het ambt van het zich in opkomst bevindende van den heerscher. Nadat zich reeds Rusland. at en toe, sinds 1543, teekenen van In het jaar 1553 wordt Iwan door een zelfstandigen, ijzeren wü bij hem een schijnbaar doodelijke ziekte overHebben voorgedaan, zet hij in 1547 vallen, zoodat de vraag van een troonzijn kroning tot tsaar door, een titel opvolger acuut wordt. Slechts weinigen die sedert Iwan III nu en dan ge— ook van zijn familieleden — blijken bruikt is, en die nu het symbool is trouw aan zijn zoon Dimitry te zijn; geworden van het heerschersgeslacht de meesten verklaren zich voor zijn der vorsten van Moskou. Eenige weken J neef Vladimir. later sluit Iwan de eerste van zijn De zieke tsaar geneest echter en zeven huwelijken met Anastasija Romazijn oude wantrouwen tegen de mennowna. Eindelijk, dank zij den invloed schen, dat nimmer geheel verdwenen is van den vroegeren aartsbisschop van komt opnieuw en nu met verdubbelde Nowgorod, die sinds 1542 metropoliet kracht te voorschijn, wanneer hij hoort van Moskou is, ontwaakt zijn geestelijke van het verraad van zijn familie. Aanbelangstelling, zoodat hij tot een der vankelijk weet hij zich echter te beontwikkeldste menschen van zijn tijd gaat bchooren. Een raad van edelen' heerschen, maar nauwelijks is zijn eerste gemaUn gestorven of hij begint in 1660 staat hem bij de regeering terzjde, en de verschrikkelijke terreur tegen de de wilde jaren van zijn jeugd verschillende Bojaren-geslachten. De hebben hem geleerd, dat zijn rijk, niet methode zelf heeft • Iwan geleerd van nog eens dergelijke toestanden mag zijn vader en grootvader, de wijze waarbeleven, wüde het daaraan niet ten op hij ze toepast is echter nieuw gronde gaan. Door een wettelijk herdozijnen Bojaren worden vermoord, vormingsprogram probeert hij allereerst heele famüies verbannen, omdat zij hem op vreedzame wijze de macht en willein den weg staan bij de invoering keur der Bojaren te beperken: zelfzijner hervormingsplannen, die er alle bestuur der districten op gerechtelijk, op zijn berekend, zijn eigen macht onpolitiek en financieel gebied en een beperkt te vestigen. Maar om tot dit nauwkeurig omschreven dienstplicht — doel te geraken, is de uitroeiing van het is allemaal tegen de heerschapppij eenige Bojarenfamilies niet voldoende der Bojaren gericht, die den vorst in Daarom neemt Iwan zijn toevlucht tot tijd van oorlog met hun soldaten teringrijpender middelen. Terwijl zijn vader zijde moeten staan, maar wanneer het en grootvader veroverde gebieden op hun beter uitkomt, eenvoudig met hun grondige wijze onder hun gezag wisten legers wegtrekken, zelfs op de meest te brengen door de vorige bezitters uit kritieke momenten van den strijd I te wijzen, neemt Iwan hetzelfde midNa de invoering der hervormingen. del te baat tegen zijn binnenlandschen - 14 -
■ *VX^ j. pohtieken vijand. In Decen; )er 1564 verlaat hij met zijn familie en klein gevolg heimelijk het Kremlin en Moskou. Pas een maand later kondio-t hij zijn voornemen aan, afstand te doen van den troon. Het is gewaagd spel, maar hij weet, dat hij bij den strijd tegen de willekeur der Bojaren alle andere lagen der bevolking op zijn hand zal • hebben, omdat ook deze van de ruwe edelen veel te lijden hebben. Wat Iwan verwachtte, gebeurde: heel het volk met uitzondering van de edelen, verzoekt hem de regeering te wülen voortzetten, en nadat men den tsaar de volle vrijheid heeft toegezegd wat de afrekening met zijn tegenstanders aanging, bestijgt hij weer den troon om direct daarop het land in twee deelen te splitsen. In het eene, dat gevormd is uit de rijkste en vruchtbaarste deelen der bezittingen van de Bojaren, die zich bij de grens gevestigd hebben, heerscht Iwan oppermachtig, bijgestaan door een lijfwacht van soldaten en officieren, die als teeken van hun onbeperkte macht een hondenkop en een bezem aan hun zadel hebben hangen In het andere stuk, het armste, woont het rechtelooze deel der bevolking, hoofdzakelijk de vroegere Bojaren. Door dezen maatregel werden wel is waar Iwans tegenstanders vernietigd, maar tevens werd de macht van Rusland als mogendheid tusschen de andere staten gebroken. De gevolgen hiervan bleken weldra in de buitenlandsche verhoudingen. Ofschoon de veldtocht tegen Lyfland, Litauen en Zweden het leger van den tsaar zelfs voor Wilna brengt— een panische schrik voor den heerschcr van Moskou heeft zich van Europa meester gemaakt en honderden vlugschriften tegen den tsaar, die zijn persoon eenzijdig belichten, worden in het licht gegeven —, en ofschoon Iwan zelfs nog in 1572 als candidaat voor den troon van Polen optreedt, maakt de innerlijke verdeeldheid van zijn rijk toch, dat hij alle voordeden, welke in den krijg zijn behaald, weer moet prijsgeven. In 1582 moet Iwan vrede sluiten met zijn buitenlandsche vijanden en afstand doen van alle bezette gebied. Wanneer Iwan ouder wordt, grijpt de angst hem aan, angst voor wat het lot zal zijn van hemzelf en zijn familie — want hij weet, dat hij slechts door vijanden is omringd. In voortdurende vrees leeft hij verder, tot eindelijk de dood hem genadig is. Als hij sterft, in 1584, is Rusland niét een staat in opkomst, zooals hij gehoopt had, maar een door verschillende crises innerlijk verscheurd land, dat aan den rand van politieke ontbinding staat. Over .Iwan als mensch is vaak verkeerd geoordeeld. Zijn bijnaam „de Verschrikkelijke" is veeleer een gevolg van overdreven voorstellingen dan van historisch-juiste feiten. In geen geval was hij erger dan zijn vader en grootvader, volgens wier methoden hij regeerde, en die, evenals hij, óók tot de grootste wreedheden hun toevlucht namen, wanneer het er om ging hun macht van alle weerstrevende elementen te bevrijden.
■Hl -.
^
k fa**'
."-fÄ
^f eove\.. « H»^feen
W-
;#SJ
VERWACHT:
JkTVT I Hf E A
MENSCHEN IN 'T HOTEL (VICKI BAUM) Een Metro-Goldwyn-Mayer film mei GRETA GARBO, JOAN CRAWFORD JOHN EN LIONEL BARRYMORE | WALLACE BEERY. LEWIS STONE
^^^
de mysterieuse koningin van KOMT
Ï
BRIQrTTE HELM
FILMA
AMSTERDAM
Up zekeren dag ontmoet ze JulLn Rolfe 1 een Amenkaansch journalist in den trein Hu is een Engelscbman die ook eenige coukClen redS moet u^r ZVn Amerikfanschej redactie schrijven. ^l
II
f*t
Hij praat met Marya en zij belooft hem,
Sfbalr0/, ^
arti kele n te
«even' ^S
, -
fty haar aanneemt als zijn secretaresse. OQg artiul Äk af morden Rolfe's artikelen „gevaarlijk", daar ze te veel onweerlegbare waarbeden bevatten .
II
Rolfe het zwijgen op te leggen. te Skin" MT d?orJeenDlist ^ ZU" huis te lokken. . . . Zy ziet dat Rolfe's leven oo
A'
i.
Fox-Film met Lionel Barrymorc en Elissa Landi.
I
ïereikePn
M
arya Kalish (Elissa Landi), een allerliefst, ontwikkeld „meisje, hoofd van een particuliere school in de Jodenbuurt van Kicf, hoort plotseling r. dat haar vader op sterven ligt in de gevangenis van St.-Petersburg. Zij doet moeite om een pas te krijgen, . doch bet Czanstische gouvernement heeft een bevel uitgevaardigd, waarbij aan Joodscbe ingezetenen van Rusland geen paspoort .. verstrekt wordt. . Marya wil tot eiken prijs haar vader bezoeken en weet zich door middel van een zekere Fama een gele kaart te verschaffen Een gele kaart is bet paspoort. Waarmede Russische vrouwen van verdachte zeden kunnen reizen. Marya vertrekt naar St.-Petersburg, doch komt helaas te laat om haar vader in zijn laatste oogenblikken bij te staan. Houdsters van de beruchte gele kaart mo e tcn z h ^ op geregelde tijden bij de politïT 1 J melden. Daar Marya dit verzuimd beeft, wordt ZIJ in de gevangenis geworpen. Zij gevoelt zich voorgoed gebrandmerkt -
****&ammaÊBn i ui! «—iMimiknn
nS Xlf? abC•
d00dt den tiran Ze
-
^
naar Kolfe s huis en weet met hem per vliejttuig het land, waarin juist de oorbg iJul hen
^ ^ ^
^
me
«
l S a La a, aUsh) |oifv e r 2^. tiisa Ef!llÄlLandi 7f- ^kan ^ Lawre ^ wi ver. peen Dasooort [knjgen. 3. Lawrence Oliver.lLelB^Te en clisa Landi.
en beseft niet te ontkomen aan den invloedi van de gele kaart. Op zekeren dag wordt zij in liet park door een dronken militair lastig gevallen.. Het is de oppasser van graaf Nicolai', den neef van Igor Andrejeff, het hoofd der militaire politie van St.-Petersburg. Nicolai dreigt zijn oppasser met gevan-i genissträf, doch probeert dan zelf Marya het 1 hof te maken. Hij en graaf Andrejeff noodi- i gen Marya uit, bij hen aan tafel plaats te 1 nemen. Haar taschje is gevallen eri Nicolai'1 ontdekt haar gele kaart.... Marya tracht werk te krijgen en neemTB een betrekking als reizigster aan bij een Duit- f sehe parfumeriefirma.
Harry Piel is met zijn auto te Nürnberg verongelukt. Hij was op weg naar de première van zijn film „Das Schiff ohne Hafen" te München en slipte. Thans ligt hij met eenige hoofdwonden in een Münchener ziekenhuis. De nieuwste Käthe von Nagy-film zal voor de Ufa onder regie van Gustav Gründgens worden opgenomen. Het scenario schrijft Curt Alexander; de titel is nog niet vastgesteld. In Nice zijn de opnamen voor een film begonnen, waarover Jobannes Riemann regie voert. Dit is bet regie-debuut van dezen bekenden filmster. Ivan Petrovich is voor dc titelrol in de Willi Wolf f-film „Manolescu" geëngageerd. De tenor Joseph Schmidt speelt de hoofdrol in de Oswald-film „Ein Sänger des Volkes". Het scenario schrijft Ernst Neubach. Den vijftienden Februari beginnen de opnamen voor de eerste Amerikaansche Anna Sten-film. Het scenario is 'een vrije bewerking van Emile Zola's „Nana". Liane Haid, Georg Alexander, Adèle Sandrock en Szöke Szakall spelen de hoofdrollen in dc nieuwe toonfilm „Eine Frau wie Du". Regisseur Max Nosseck en zijn echtgenoote, de filmactrice Olly Gebauer, zullen een studiereis naar Hollywood maken. Karl Valentin en Liesl Karlstadt spelen de hoofdrollen in de film „Im Photoatelier", welke onder regie van Karl Ritter werd opgenomen. Ralph Arthur Roberts zal onder regie van Joe May in een nieuwe Jan Kiepura-film der Ufa optreden.
In den Stadsschouwburg gaf „Het Schouwtqoneel" o p Nieuwjaarsdag de traditioneele voorstelling van Vondels „Gijsbrecht van Aemstel", gevolgd door de eveneens traditioneele „Bruiloft van Kloris en Roosje". 1. Jan Musch als Vosmeer de Spie. 2. Een scène met Mevrouw Royaards als Badeloch, Ko van Dijk als Gijsbrecht en Jan Musch als Vosmaer de Spie. 3. Lena Kley en F. Ezerman als Pieternel en- Thomasvaer.
■
DEELDEN VAN HET 5ETOOVEPEND
MALLOßGÄ
NIEUWS UIT DE STUDIOS
SCMOOME
weer is nadeelig üOOV UW huid]
rir^ ™^ 5 's kunt maken, indien f? 1 'ï?6818 wooden samenstelt Ma fi,m uit de advertentie vindt m7n Sf .va0 led,?.e" omschrijving dezer prijsvraag vindt men in het vorige nummer van ons blad T>t antwoorden moeten 15 Januari en niet, zooafs abusfevegk was vermeld, 10 Januari in ons bezit 6
611661
ratis een re
Heter ïteSiT"
yr.
»Melst'eTT*
U kunt er zich echter gemakkelijk tegen beschermen met Nivea! Wrijft er eiken avond, maar ook overdag, alvorens het huis te verlaten, gezichten handen flink mede in. Uw huid blijft dan zacht en soepel, heeft meer weerstand legen, weer en wind en krijgt een gezond aanzien, zooals wij dat bij de jeugd zoo gaarne bewonderen U weet het: Er bestaat geen andere huidcreme die Eucerit bevat; daarom is N i v e a ook niet te vervangen. In doozen van 20 tol 90 eh., in fuben van 35 en 55 cis. Beiersdorf N. V., Sarpkatilcade 3, Amsterdam-C.
De oude tijd en zijn poëzie spreken tot U vit Grossmiths Old Cottage Lavender Water. Het komt tot U in de typische groene flacons als een verfrisschende ademtocht uit een Engelsehen tuin, als de geest van charme en romantiek.
Een oud parfum geliefd door de moderne vrouw»
Old Cottage Lavender // Water £■' Toiletzeep Badzeep Badcrlstallen Reuksachets Talcum Brillantines Creams Poeder, etc., etc. Importeurs: RICHARD WERNEK1NCK & Co. AMSTERDAM-C. Haddntraat 9
6UOS5MITH$
©ïd (totïagc Hauender TOILET ARTIKELEN
• DU li het ontzaglijke voordeel van adverteeren in een periojjjgyjk Een periodl Hwlt geen lezers,
dig
«K 'le* n'euws
hc^lM dia^N^onds de Beurs-van-' aag uitspellen of naar het weerbericM neuzen. Een periodiek wordt galaxMti n agina na pagina. Intans. Van-
daag en ledere adve diek heeft besteed lev telkens en Op
voor •«npèi&d: voiidig da advertenties
ADVERTEER IN PERIODIEKEN GEEF UW ADVERTENTIE EEN LANGER LEVEN VmfNClNG Df MtDEeLANDSCMWpEBOOiEKE PtRS
WINTERTIJD IS LEESTIJD No. 3. 4. H 5. 11 6. ■1 7. •i 10. il 11. il 12. II 13. il 14. ■1 15. II 16. II 19. II H 22. 23. il 24. ii 26. il 30. il 33. il 37. II 38. il
Voor BI3NA NIETS kunt ge mooie boeken ZELF BEZITTEN 20 cent per deel 50 cent per 3 deelen 75 cent per 5 deelen f 1.S0 per 10 deelen
ALLES FRANCO P. P. ZOOLANG DE VOORgAAD STREKT Maakt Uw keuze uit nevenstaande boeken. Per deel _ 220 pagina's
Het Rad der Fortuin Niet Bewezen De Dubbelganger Het Aas van den Duivel Witte Muizen Het Geheim der Zee Het Huis der Verspieders Om de Vrijheid Koning Spar Een Vriendendienst De Beer van Tobolsk Het Huisje in het Ravijn Bucky O'Conor De Blanke Inlander De Nalatenschap van Dennington De Vijf Knoopen Het Geheim van den Hollen Eik De Stad der Gevaren Het Pad langs de Klip Achter een Masker De Jacht naar een Geheim Staatsstuk
Stort het verschuldigde bedrag op onze. postrekening 41.880 en vermeldt op het strookje, welke boeken u wenscht te ontvangen. Vermeldt verschillende nummers, opdat, mocht een * aangevraagd nummer uitverkocht zijn, wij dit door een- ander kunnen vervangen. — 20 -
[Vervolg van paélna lO) tijd van koningin Elizabeth hingen. Ze trok het wapen, dat zich het dichtst bij het venster bevond, er uit; ze wist, dat dit haar pols het beste „lag". Vervolgens ging ze naar de tafel terug, heesch zich op een hoek en ongeduldig, de bloote beenen bungelend, wachtte ze de komst van den indringer af. Het gevest 'van het rapier had ze stevig in de rechterhand geklemd; het lange, veerkrachtige lemmet lag op het tafelblad naast den helm. Tien eindelooze minuten werd haar geduld op de proef gesteld vóór ze den zwakken klik van den deurknop hoorde en een dunne streep licht zag op de plaats, waar de beide helften van de vleugeldeur elkaar in het midden ontmoetten. De tusschenruimte werd grooter en het licht ging uit. De man stapte de kamer in en bleef staan luisteren, eer hij zich verder waagde. Tijgers ademhaling ging zacht en licht; een glimlach speelde om haar lippen. Over een paar seconden zou de electrische zaklantaarn weer aanflitsen en de nachtelijke bezoeker zijn speurtocht, die tot nog foe geen resultaat had opgeleverd, voortzetten. De schelle, witte lichtbundel viel plotseling van een afstand van nog geen jdrie meter op haar. Nu had hij haar L-ezien — haar en den helm op de | afel en het wapen in haar hand. „Goedenavond, Mr. Grey," klonk Tijgers opgewekte stem. „Verroer u niet — verroer u geen centimeter van uw plaats; ik kan met dezen degen naar
IEIR[MSTD@E STnUODE. u gooien — dat kunstje heb ik in Barcelona geleerd. Hij zou uw keel doorboren, of misschien uw maag — en niet stoppen vóór hij tot aan het gevest in uw corpus zat. Maar ik veronderstel, dat u uw verstand zult gebruiken. Toe, laat dat licht even op uw gezicht vallen; ik ben verlangend het te zien." Een gesmoorde kreet was hem ontsnapt, toen het schijnsel van zijn lamp de gestalte en het gelaat van Miss Carfew voor zijn verbijsterde oogen uit de duisternis had losgemaakt, en onthutst luisterde hij naar haar woorden. Hij trachtte iets te stamelen, zweeg abrupt en toen in het volgende moment het rapier opgeheven werd, gehoorzaamde hij en draaide de lantaarn naar zijn gezicht. De uitdrukking van feilen schrik, die de ontdekking van het jonge meisje daarop gebracht had, was nog niet verdwenen en Mary was door zijn ontsteltenis allerminst verbaasd. Ze had niet anders verwacht of hij zou danig van streek zijn, deze brave secretaris van de gebroeders Jevons, die zich alsvgentleman-inbreker ontpopte! Ze las in zijn oogen wat hij van plan was en wipte van de tafel met een uitval, die de punt van den degen tegen zijn borst bracht, op hetzelfde oogenblik, dat hij het licht uitknipte. „Wees geen idioot!" beet ze hem scherp toe. „Daar had je eerder aan moeten denken. Knip het licht weer aan, onmiddellijk! Knip het aan of ik steek dwars door je heen!" Weer gehoorzaamde hij hetzij omdat hij van nature geen inbrekers21
talenten bezat en zoo snel niets anders kon bedenken, hetzij omdat hij volmaakt de kluts kwijt was door de miraculeuze wijze, waarop het wapen de ruimte, die hen scheidde, afgelegd had. Hoe dan ook, hij verloor zijn zelfvertrouwen en was voor enkele oogenblikken totaal buiten gevecht gesteld. Tijger maakte van de gelegenheid gebruik om een kaars aan te steken, die zij naast den helm plaatste. Toen gelastte zij hem, in een stoel voor haar te gaan zitten. Een vleugje van zijn geestkracht keerde terug. „Als ik zoo'n ding in mijn hand had gehad," verklaarde hij met een schuinschen blik naar het rapier, ,,zaudt u niet zóó'n gemakkelijk spel hebben gehad." „Ik heb gemerkt, dat u zich interesseert voor oude wapens," antwoordde ze schamper. „Er zijn nog vijf van deze degens in het rek daar." Ze maakte een hoofdbeweging in de richting er van. „Ik veronderstel, dat ze- wel in uw smaak zouden zijn gevallen, als de kust vrij was geweest, en u zoudt ze vermoedelijk met den helm hebben meegenomen. Ze zijn uitnemend ze hebben aan een voorvader van mij behoord — die meer menschen in een duel moet hebben gedood dan mij waarschijnlijk voorkomt. Maar Monsieur Fourré — mijn schermmeester — durft er een eed op te doen, dat het waar is. Hij heeft al de oude papieren er over nagesnuffeld. — En nu lijkt het me het beste de politie maar op te bellen, Mr. Grey."
„De politie! Maar " heftig uit: „Gesteld, dat ik er on„Waarom niet? U bent een inbregehinderd mee weggekomen was — wat ker, of tenminste iets, dat er heel veel had u dan gedaan ?" op lijkt. U zoudt dit gestolen hebben, „Ik zou de politie hebben gewaarals ik niet tusschenbeide was gekomen." schuwd en haar aandacht gevestigd Ze legde de hand op den helm. hebben op zeker ieihand in Danning•Hij staarde naar de blanke, kleine tree. Niemand in Eastblyth wist, dat het LI LI AM H FWTSCH hand op het grijs verweerde metaal en ding hier in huis was." " naar haar donkere oogen, waarin toom „Zoudt u ook de uitbetaling van de en minachting gloeiden. cheque hebben verhinderd ?" „Ik ik ben geen gewone inMary Carfew knikte. breker," verweerde hij zich mat. „En Weer viel er een korte stilte. _en kijk me in 's hemelsnaam niet hoord hebt, wilde niet met mij scher„Luister," hernam hij daarop; „ik op die manier aan." men zonder vest en masker." ben hierheen gekomen om te trachten „U bent niet in een positie, om te „Ik heb van hem gehoord. Miss dien helm terug te krijgen " kiezen hoe u aangekeken wilt worden," Carfew. Hij was kampioen van Frank„Op verzoek van Uw meesters ? Daar klonk het laatdunkend, „en u hoeft me geloof ik geen klap van —." rijk; een jaar of vijf en twintig geleden." * niet te vertéllen, dat u geen gewone „Zwijg alsjeblieft," onderbrak hij inbreker bent! Een gewone inbreker zou haar. „Ik ben bezig u iets te vertellen." Hij kwam een stap naar voren, terimmers niet zoo'n lawaai gemaakt hebwijl hij sprak en zijn degen ging omTijgers oogen schoten vuur. Nog hoog. ben in het huis, dat hij was binnengenooit in haar leven had iemand gedrongen. Uw stompzinnige onvoorzich„Maar Monsieur Fourré moet nu een tracht haar op deze wijze het zwijgen tigheid " oifde man zijn," vervolgde hij.. „Misop te leggen! Grey keek onafgebroken „Ik struikelde over een kist in de schien was zijn leeftijd en niet uw naar haar en terwijl hij zijn blik op haar hall." schermkunst de oorzaak van zijn voorliet rusten, groeide zijn boosaardige zichtigheid!" „Precies wat ik zeg — stompzinnige wanhoopsstemming. Ze zag, dat hij op onvoorzichtigheid. U bent niet alleen Mary's degen viel uit en ontmoette een of andere plotselinge beweging zon, een boef, maar een domme, dwaze boef het lemmet van den zijne. maar de onverwachte richting, en de op den koop toe." Staal blikte tegen staal en zp beoverrompelende snelheid, waarmee die Het ontging haar niet, dat de onbeweging werd uitgevoerd, maakten haar sefte, dat achter het andere rapier zjeh zekerheid en ontsteltenis in zijn gede pols van een geoefend schermer voor een moment weerloos. Hij kwam laatstrekken voor grimmige, wanhopige bevond, niet van een stunteligen niet h4ar kant uit en evenmin dien vastbeslotenheid plaatsmaakten. Er was knoeier, die nog nooit een degen had van de deur. iets in en om zijn oogen, waarvan Tijger vastgehouden. Het feit, dat hij van Inplaats daarvan deed hij een sprong zichzelf moest bekennen, dat het haar Fourré gehoord had, was al een waar. terzijde en in een ©ogenblik was hij niet mishaagde. Maar meedoogenloos schuwing voor haar geweest, dat hij bij den muur, waar de degens hingen. ging ze voort: geen volslagen leek was op het geHet ging zoo vliegensvlug in zijn werk, „U hebt uw vrijheid verspeeld, uw bied van de schermsport, maar zooveel dat ze ternauwernood tijd had om van betrekking, uw goeden naam en dat kennis en routine had ze toch allerde tafel te wippen en haar rapier op minst verwacht! alles voor een miezerige achttienhonte heffen, eer hij tegenover haar stond derd pond aan oud ijzer! Ik heb niet Ze verspilde een minuut met vermet een van de andere degens in de de minste sympathie voor u " geefsche pogingen om zijn afweer te hand, de punt rustend op den grond. „Achttienhonderd pond," viel hij haar Alle matheid en vetslagenheid waren breken; toen moest ze zichzelf onwillig opgewonden in de rede. „Hebt u er bekennen, dat, als ze niet äl haar nu van hem afgevallen — zijn oogen zooveel voor betaald?" krachten, inspande, ze hem niet gemakschitterden levendig. „Hij is meer waard, verzekerde ze „Hemel nog aan toe," schreeuwde het kelijk zou verslaan. hem. Een beetje bloed deed haar niet meisje tegen hem, „wilt u per se uw Met een eigenaardigen blik liet hij schrikken; ze had het meer dan eens hachje er bij inschieten?" zijn oogen op den helm rusten. Was het „Neen, ik " j zien vloeien, ook wel eens door eigen begeerte, die uit dien blik sprak, of toedoen — in de avontuurlijke dagen „U hebt geen schijn van kans," ging een ander gevoel, dat ze niet kon anavan voorheen — en na een seconde ze op tartenden toon voort. „Ik hel^ lyseeren ? aarzeling, maakte ze zich gereed om lederen dag een schermdegen gehan!„Achttienhonderd pond," herhaalde haar tegenstander tot de orde te roepen teerd sinds ik een kind was Monjhij bitter. Hij zweeg even; toen viel hij met alle middelen, waarover haar vechtsieur Fourré, als u ooit van hem geikunst haar deed beschikken. „De prijs is — — de helmi" verklaarde hij, toen een van haar wplgemikte uitvallen de gevesten van hun degens samenbracht en him lichamen vlak bij elkaar. ^Welken prijs u maar wilt!" antwoordde ze, in wilde opwinding door het gevecht, dat het strijdlustige bloed in haar aderen deed tintelen. „MaaV u zult er meer voor moeten doen, dan wat u tot nu toe hebt laten zien..." Hij nam de uitdaging aan en ze kwam al spoedig tot de conclusie, dat hij nog niet al zijn kracht en geoefendheid had getoond; hij voerde zijn tempo tot het uiterste op; zijn uitvallen volgden elkander bliksemsnel op en ze ontdekte wat het zeggen wil tegen een muur gedrukt te worden door een lemmet, waaraan ze slechts met de grootste moeite en door zich in allerlei bochten te wringen, kon ontkomen. Mr. Grey was een beter schermer dan ze ooit eerder het hoofd had moeten bieden t. Eenmaal slechts verslapte Mr. Grey IN AFWACHTING VAN LILIAN HARVEY in den aanval. Hij raakte haar rechterJohn Boles, die in Hollywood de eerste partner van Lilian Harvey zal zijn. (Foto Fox) arm met de punt van zijn rapier en
Ein bLO
- 22 —
TPAUM
Il et. Incl. zegel
i
liet. Incl. zegel
Geen Amerllcaansche humbugreclame ol cadeaux, die de rooker zelf betaalt, maar een GOEDE ENGELSCHE llMPORTl SIGARET
een bloeddruppel sijpelde langs haar blanken arm naar haar hand. Eén oogenblik vertraagde hij zijn tempo en ze maakte daar haastig gebruik van, om hem iets achteruit te drijven. Als ze de blessuur al had opgemerkt, notitie er van nemen deed ze niet. Hij lachte stil voor zich heen; misschien was het voldoening, dat hij het eerste bloed had vergoten, misschien ook bewondering voor haar onverstoorbaarheid. Hij zette den strijd weer in het oude tempo voort en gedurende drie felle, gespannen minuten ging het steeds crescendo... „Ziezoo!" hijgde Mr. Grey. Tijgers degen werd plotseling als uit haar hand weggevaagd en vloog opzij, om met luid gekletter in den haard terecht te komen. Maar Grey's wapen staakte zijn werk niet na deze verrassende ontwapening; pijlsnel schoot het naar voren in een vinnigen uitval. Tijger voelde het bloote staal tegen haar ribben en een lichten, trilienden schok, toen het de betimmering achter haar doorboorde. De degen prikte haar met haar kleeren tegen den muur, door de kimono en haar zijden pyamajasje heen! Twee centimeter meer naar links en het zou door haar lichaam zijn gegaan... „Alle goden!" riep ze uit. „U kunt schermen, Mr. Grey!" Wenkbrauwfronsend keek hij naar haar en het duurde even voor hij begon te spreken. „Ik heb altijd groote belangstelling gehad voor oude wapens en wapenrustingen. Ik zal het rapier hier laten, maar den helm neem ik mee." Hij keerde haar den rug toe en liep naar de tafel, terwijl zij buiten adem tegen den muur leunde, geen oog van hem af. Zijn degen hield haar gevangen. Ze deed geen poging om zich te bevrijden dat zou haar ook niet licht gelukt zijn, tenzij ze lust had gehad uit haar kimono en pyamajasje te glippen. „U hebt den helm eerlijk veroverd," zei ze. „Ik houd mij aan mijn woord. Het was achttienhonderd pond waard." Hij draaide zich naat haar om. „Dat is hij niet," verklaarde hij. „Wät niet ?" „Dit ding!" Hij nam den helm op. „Ik bedoelde het duel. Maar waarom is de helm geen achttienhonderd pond waard?" Hij dacht een oogenblik na, eer hij antwoord gaf. „Ik heb hem gemaakt," vertelde hij toen. Ongeloovig staarde zij hem aan. „U? U hebt dien zwijnskopvormigen helm gemaakt?" „Ja, en hem aan de Jevons verkocht voor twaalfhonderd pond. Het heeft
teiten, solliciteerde ik. Ik kreeg het baantje — eergisteren trad ik in dienst. Mijn plan was mij van den helm meester te maken en hem te vernietigen of te begraven, of in ieder geval er iets mee te doen, waardoor de menschen zouden ophouden hem voor echt te verslijten. Dan zou ik de twaalfhonderd pond op de bankrekening van de Jevons storten en verdwijnen. En dat plan zal ik uitvoeren. U was zoo vriendelijk te verklaren, dat u mij gelooft. Wilt u dan ook aan de oprechtheid van mijn voornemen gelooven, om de schade, die ik heb aangericht, te herstellen en geen stappen tegen mij ondernemen vóór morgenmiddag ? Dan mag u den Jevons de geschiedenis vertellen! Ze kunnen u onmogelijk aan de overeenkomst houden, nu u mijn verzekering hebt, dat de helm een imitatie is. Ik zal u hier een schriftelijke bekentenis geven. Het eenige wat ik verlang is, dat dit verduivelde ding de menschen niet verder voor den mal houdt." „Dat is allemaal goed en wel," meende Tijger. „Maar' ongelukkigerwijze heb ik den helm niet gekocht." „Wät zegt u?" „Mijn oom is de kooper. Hij had mij gevraagd naar Danningtree te gaan om de zaak voor hem in orde te maken. Hij is in Londen op het oogenbhk." „U vergist u," vervolgde hij toen; „Uw oom ?" „ik ben géén gentleman. Een gentleman „Archibald Warwick. Dit is zijn buizou niet uit aardigheid een Middeleeuwtenhuis." schen helm namaken en wanneer een De wanhopige uitdrukkivig van Mr. oude zielepoot als Adam Jevons dien Grey's gezicht was bepaald meelijwekwilde koopen, hem er twaalfhonderd pond voor laten betalen. Ik was wat . kend. En een seconde geleden was hij zoo vol triomf geweest — hij had je noemt in verleiding gebracht — hij alles op het spel gezet, tot zijn leven twijfelde geen seconde aan de echtheid toe, om een onrecht goed te maken. en was dolverlangend om hem te heb„Archibald Warwick!" herhaalde hij. ben; hij drong nogal aan, toen ik wei„Dat is wel de ironie van het noodgerde het ding te verkoopen en ik lot! Ik was van plan, om hem, als wel, eerlijk gezegd, kon ik de duiten deze geschiedenis achter den rug was, goed gebruiken. Maar mijn geweten bemijn diensten aan te bieden. Hij kent gon al spoedig te knagen en ik promij uit Londen en heeft me al eenige beerde den helm terug te koopen. Maar malen gevraagd hem met het samende broers wilden er niet van hooren stellen van een wetenschappclijkcn cata— tenminste niet voor den prijs, dien ik logus van zijn collecties te helpen. Hij kon opbrengen. Maar de zaak liet me is bijzonder gesteld op een academisch geen rust en toen ik gewaar werd, dat gevormd assistent. Ik. wist niet, dat de Jevons een secretaris-assistent zochten, die op de hoogte was van antiqui(üervoli op pagina. 26]
me drie weken werk gekost en zeventien shilling aan materiaal. Ik heb in Oxford en Londen gestudeerd, moet u weten, had niets om handen, ben altijd een groot liefhebber van oude dingen geweest, kunstgeschiedenis en zoo, en de knutselneigingen uit mijn jongensjaren hebben zich tot een aardige hoogte ontwikkeld op het.gebied van kunstsmeedwerk, 'n Hobby zooals men dat noemt. Mijn eigenlijk vak is de juristerij en — —" Hij zweeg even en Tijger maakte van de gelegenheid gebruik om hem in de rede te vallen: „Maar waarom hebt u me dan niet gezegd, dat het een imitatie was?" „Omdat u het niet geloofd zoudt hebben! Niemand wilde het gelooven. Zooals ik zei, met m'n historische kennis en mijn handigheid breng ik het een heel eind in dit genre. Ik veronderstel, dat u me zelfs nu nog niet gelooft!" „Jawel, nu geloof ik het." „Alleen omdat ik het zeg ?" „Neen hierom " Ze knikte in de richting van het rapier. „U streedt -als 'n gentleman." Hij zette den helm neer, liep naar den kant waar zij stond en trok den degen uit den muur.
CLOSE-UP Harry Beaumont „regisseert" Helen Twelvetrees tijdens een solo-scène in een nieuwe ,ilm — 23 -
ran MIJN NEEF JANSSEN had het druk en het aangename gekout van een zijner collega's irriteerde hem ifi hooge mate. „Weet je, dat onze vriend Pereboom g1steravond zijn kaak uit 't lid heeft gerekt, door te hard gapen?" vroeg de lastige prater. „O ja?" antwoordde mijn neef korrelig. , Hoe lang heb je tegen hem gekletst ? Sollicitant: „Hebt u iets open voor een energiek jongmensch?" Directeur: „Ja zeker, maar denk er om, dat je haar. niet dichtsmijt als ie weggaat!" Een mijnheer wandelde een heerenmodcwinkel binnen en vroeg petten om op te passen. Hij paste er een dozijn op, vond er een, die hem nog al scheen te voldoen en ging toen weg, zonder iets te koopen. Toen de verbaasde bediende hem achterna ging en hem tot andere gedachten poogde te brengen, kreeg hij ten antwoord: „Ik wilde alleen maar mijn maat weten. Ik heb er een gewonnen met coupons." De enthousiaste hengelaar vertelde vol vuur over sommige van zijn wonderbaarlijke vangsten. „Eens op een keer," vertelde hij, „heb ik een visch gevangen, die minstens een meter lang was. Het dier lag tegen den kant te slapen!" Toen vroeg een der luisteraars, die het verhaal niet erg geloofwaardig vond: „Gebeurde dat in den visch zijn slaap ... of in den uwc ?" „Dus hij heeft keurige heer ben, door een ringetje „Ja, tenminste gladde kerel!"
gezegd, dat ik een een verschijning om te halen?" hij zei iets van een
„Mijnheer Smit," zei de knappe verkoopster in het bazaar-stalletje, „wilt u met wat bloemen koopen voor de vrouw, die u aanbidt ?" „Dat zou niet zeer verstandig zijn," antwoordde mijnheer Smit cynisch. , Ik ben getrouwd, ziet u!"
ONZE WEKELIJKSCHE PRIJSVRAAG Vraag twee honderd en vijf. Wie was de grondlegger van den historischen roman ? Wij verdeden . een hoofdprijs van f 2.50 en vijf troostprijzen onder degenen, die ons vóór 18 Januari goede oplossingen zenden (Indische abonné's vóór 18 Maart). Antwoorden adresseeren aan: Redactie „Het Weekblad", Galgcwatcr 22, Leiden, en op briefkaart of enveloppe duidelijk vermelden: Vraag 205.
Blok: „Zijn jij en je vrouw wel eens een andere meening toegedaan?" Plak: „Goeie hemel! Ja — maar zij weet het niet!"
Rechter: „Je hebt in één weeVzes inbraken gepleegd!" Inbreker: „Zeker, Edelachtbare. Als iedereen zoo hard werkte als ik, zouden wij gauw weer in voorspoed leven!" Hij had haar reeds vele malen ten huwelijk gevraagd, doch de laatste maal, dat zy hem had geweigerd, was hij zoo hevig teleurgesteld geweest, dat zij als vreemden uit elkaar waren gegaan. Eemge dagen later echter ontmoetten ZIJ elkaar op 't ijs en hij kon de verleiding met weerstaan, naast haar te gaan rijden. Zij poogde hem te ontv uchten, doch hij volgde haar en zoo vlogen zij over 't ijs, en kwamen in een wak terecht vóór zij goed wisten wat er gebeurde. Daar stonden zij tegenover elkaar, tot aan het middel in het ijskoude water, terwijl de reddingsbrigade reeds pogingen in het werk stelde, hen te bevrijden — „Nu het ijs gebroken is," begon hij klappertandend, „mag ik je nu nog eens zeggen, hoc hevig mijn liefde voor jou brandt?" Doch al wat zij antwoordde, was: „De warmte van je blik laat mii koud!" Het pas getrouwde paar had gasten en daar de' jonge echtgenoot niet zeer handig was met vleeschsnijden en dergelijke karweitjes, had zijn eega er reeds dagen tevoren op aangedrongen, dat hij zich in deze edele kunst zou oefenen, zoodat hij tegenover de gasten geen al te gek figuur zou slaan. Toen het gevogelte op tafel kwam, scheen de gastheer evenwel in een moeilijke situatie te verkeeren, want hij keek ongelukkig naar zijn vrouw. „Waarom snijd je de eend niet aan, lieve?" vroeg zij ongerust. „Je weet toch best, hoe je het moet doen ?" „Natuurlijk, lieveling," antwoordde de man vriendelijk, „maar ik kan de stippellijnen niet vinden!"
„Hoe lang is het geleden, dat je voor de rechtbank bent geweest?" „Twintig jaar. Edelachtbare." „En waar ben je sindsdien geweest?" „In de gevangenis, Edelachtbare!" „Johan, ik hoop, dat ik je daar straks met zag lachen tegen dat schepsel, dat wij voorbijgingen?!" „Ik hoop ook, dat je 't niet zag, lieve. „Wilt u niet nog wat soep?" vroeg de gastvrouw. „Niet meer dan een mondje vol," antwoordde de gast bescheiden. „Geef^ mevrouw nog een bord soep, Jaantje," beval de gastvrouw het bedienende meisje. Zij heeft nooit kunnen begrijpen, waarom zij nooit teruggeinviteerd is bij die dame. Dame: „Hebt u misschien vanmorgen mijn hond gezien, mijnheer Slager ?" De slager: „Gezien? Nou, en óf! Hij is hier binnen komen loopen, heeft een carbonade gestolen, heeft in mijn been gebeten en toen een klant in een pot met vet gegooid!" De dame: „Werkelijk? Och, wilt u dan misschien dit papier voor uw raam • hangen met: „Hond wcggeloopen" ?" De pedante jongeman was zeer laat op bezoek gebleven en toen hij eindelijk vertrok, werd hij in den auto van den gastheer naar het station bgebracht. „Ik hoop, dat je den trein niet mist," zei hij tegefo den chauffeur. „Gebeurt niet, mijnheer," antwoordde de chauffeur. „De baas heeft gezegd, dat hij mij zou ontslaan, als ik u weer mee terugbracht." Zenuwachtig aanbidder: „Ik zou je graag een kus geven, als niemand t zag!" Kleine Piet (onder den divan): „Nou schiet dan op. Ik zal niet kijken!"
Willy Fritsch zal binnenkort in cen nieuwe film te bewonderen zijn en wel met zijn nieuwe Partnerin Käthe von Nagy, waarmede hij reeds in ,,Ihre Hoheit befiehlt" en „Ronny" samenspeelde. „Ich bei Tag und Du bei Nacht" is opgenomen onder regie van Ludwig Berger, die na zijn verblijf te Hollywood zijn eerste film in Europa voor de Ufa vervaardigde. Deze rolprent is een „comedic der vergissingen", Käthe is niet wat Willy denkt en Willy niet, wat Käthe veronderstelt. Werner Richard Heymann componeerdt; de pakkende „schlagers".
DE OPLOSSING
Schuldeischer: „Kijkt u eens, mijnheer, ik kan niet iedcren dag aan uw huis blijven komen voor mijn geld." De schuldenaar: „Neen, dat" vind ik ook. Laten wij dan afspreken, dat u iedcren Woensdag komt!"
Ieder insect is een zespootig dier, welks lichaam in drie afdcelingen gesplitst is (kop, borststuk en achterlijf).
„Nu jongens," zei de onderwijzer, „na wat ik jullie heb uitgelegd over den moed en de wildheid van den leeuw, moeten jullie mij eens vertellen, voor welk dier de koning der dieren bevreesd is." Klein Jantje stak zijn vingertje op. „Wel Jan, welk dier is het?" „De leeuwin, mijnheer."
Met de juiste beantwoording van deze vraag verwierf mejuffrouw P. van Maaren te Nijmegen den hoofdprijs. De. troostprijzen kenden wij toe aan mevrouw H. de -Jong, Winschoten; mejuffrouw A. Langcnakcn, Amsterdam; den heer A. Bos, Rotterdam; mejuffrouw L. Kosters. Deventer; den heer J. Smith, Rotterdam.
— 24 -
ICH DEI TAG UND ^DU DEI NACHT
Vraag twee honderd en een.
1. Elisabeth Ler^nartz en Julius Falkenstein. 2. Käthe von Nagy en Willy Fritsch. 3. Eugen Rex. 4. Amanda Lindner en Willy Fritsch. 5. Käthe von Nagy. 6. Käthe von Nagy en Willy Fritsch. 7. Willy Fritsch. 8. Trude Lieske en Käthe von Nagy. 9. Käthe von Nngy.
DE DERDE MUZE
N.V. VEREEN. ROTTERDAMSCH-HOFSTAD-TOONEEL DIRECTEUR COR VAN DER LUGT MELSERT
DE GOUDEN KASTANJE
„RIJK EN GEEN GELD"
PARTNIEHS. (Vervolg van pagina Z:5] Berooven va n den eersten behoor1..."! dit zijn huis was --ik ben pas 'n lijken secretaris, dien hij eindelijk eens paar dagen hier in de omgeving, zookans ^ heeft te krijgen, en waarnaar hij als ik u vertelde. Dus Archibald Waral zooveel jaren gezocht heeft," verwick is de kooper van mijn helm... duidelijkte Tijger. „Hemel-nog-aan-toe, iJan zal ik dat socretarisschap maar nog afgezien van uw bekwaamheden — by mijn andere verloren illusies onr hij zou u kunnen vertrouwen! Voelt bergen I" . u dat niet?" Hij lachte en nam den zwaren helm „Hij zou mij inderdaad kunnen veronder zijn arm. trouwen, maar welk recht heb ik, ver^Goedennacht, Miss Carfew," zei hij trouwen van hem te verwachten, Tijger sprong naar voren en griste na dit?" den degen, dien hij had laten liggen, Hij knikte naar den helm. 6S van de tafel. ' „O, die oude zwijnskop kan naar de >,Dat gaat zó6 maar niet," klonk weerhcht loopen!" flapte Tijger welhaar hooge, gebiedende stem. „Weg willend uit. „Ik zal hem wel verteUen van die deur, als je leven je lief is!" dat het een vod was en ." Hij keerde zich om en de punt van „En wät? U hebt den Jevons de het rapier drukte tegen zijn keel. In cheque van Mr. Warwick gegeven!" haar oogen lichtte iets van de halve „Schei toch uit," verzocht Tijger harwilde, die ze soms was. telijk. „Ik rijd morgenochtend vóór het „Ik dood u liever," voer ze uit, „dan ontbijt naar hem toe en haal de cheque dat ik mijn oom laat berooven " terug." Verbijsterd staarde hij haar aan. „Ze zullen ze niet teruggeven. Waar„Maar maar ik heb u toch de om zouden ze ?" waarheid verteld! Hoe kunt u dan „Ik geef ze een cheque van mijzelf praten van berooven?" er voor in de plaats, voor hetzelfde bedrag. Wat kan het ze schelen, van wie het geld komt, als ze het maar krijgen! U kunt mij de twaalfhonderd pond geven, die ze u voor den helm betaald hebben. Dan blijft u me zeshonderd, schuldig. Ik taxeer dat de „Kieme Man" u vijftienhonderd per jaar zal geven dat bent u hem waard. U kunt mij die zeshonderd pond in twaalf maanden terugbetalen. Een zuiver zakelijke transactie. Accoord?" De dankbaarheid in zijn oogen was een van de meest verbazingwekkende dingen, die ze ooit had gezien.
BEZOEKT HEI
LU XO R PALAST
i TE ROTTERDAM
— 26-
■
GEEN PUISTJES MEER. Maar een frisch, aantrekkelijk teint. „Sinds korten tijd ben ik verbmikster van Kadox geworden; ik leed geregreld aan vetwormpjes en puistjes. Nu ik Radox gebruik krijgt imjn teint een veel frisscher kleur en verdwijnen alle oneffenheden." Mej. v. d. M. te Apeldoorn. Als u niet tevreden bent over Uw teint, als U last hebt van vetpuistjes of uitgezette poriën, dan kan alleen Radox U werkelijk helpen, want de werking van Radox ligt onder de huid. Ai die huidontsieringen wijzen er op, dat de onderhuidsche kliertjes niet behoorlijk functionneeren. Indien U nu telkens, wanneer U het gezicht wascht, wat Radox door het water mengt, wordt aan dit water, behalve andere waardevolle bestanddeelen, ook zuurstof toegevoegd. Deze zuiverende, geneeskrachtige zuurstof dringt door tot de ortderhuidsche weefsels. De verstopte poriën worden gereinigd, de kliertjes gevoed en versterkt en spoedig zullen alle klachten over Uw huid tot het verleden behooren. Uw teint is verjongd en verfrischt, gaaf en aantrekkelijk als hooit tevoren. Radox is heerlijk geparfumeerd en verkrijgbaar bij alle apothekers en drogisten. Een pak is toereikend voor verscheidene weken.
RADOX
NU 70 CT per pak
Imp.: N.V. Rowntree Handels Maatschappij Heerengracht 209 Amsterdam (C.) „Ja, ik ga accoord," zei hij. „1 wonder van 'n meisje...," voegde hij er met zachte innigheid bij. Tijger sloeg de oogen neer. Ze kon de warreling van haar gevoelens onmogelijk analyseeren alleen wist ze, dat ze bloosde en dat was een verschijnsel, dat tot dan toe geen enkele man bij haar te voorschijn had kunnen roepen. Maar ze dwong zich tot zelfbeheersching. „In de gereedschapsschuur in den tuin staat een schop," zei ze. ,Als u er niets tegen hebt, zullen we den helm maar direct begraven vóór u naar Danningtree teruggaat." „Graag," antwoordde hij en zijn oogen waren gehecht aan haar gezicht. Tijger kon het niet van zichzelf gedaan krijgen onvriendelijk tegen hem te zijn, zooals ze anders altijd was tegen mannen, .die haar op die manier aankeken. In den donkeren herfstnacht begroeven ze samen den zwijnskopvormigen helm...
E. Philips Oppenheims boek is door mevrouw Anna van Gogh-Kaulbach bewerkt in een blijspel van 5 bedrijven. Zegge 5 bedrijven, waarvan een drietal in verschillende decors spelen. Voor vele vereenigingen, die niet over een zoo goed geoutilleerd tooneel beschikken als de Hagenaars in Seinpost, brengt de opvoering dan ook moeilijkheden mee. „C. E. T. E. G. E.", of juister regisseur P. van Zwieteren, heeft het aangedurfd dit blijspel, dat tevens nog een groote rolverdeeling vraagt, ten tooneele te brengen. Goed verzorgd waren de decors, alleraardigst het derde bedrijf, het eenvoudige restaurant, (café was juister geweest). De regisseur had zelf de rol van Bliss op zich genomen. Een rol, die hem goed lag; hij heeft haar levendig, vlot, zonder overdrijving gebracht. Lamlendig in den aanvang, doortastend later, het geheel een goed doorleefde uitbeelding. G. van Velsen Jr. was goed als zijn correcte bediende, evenals G. Kemperman, als zijn chauffeur, hoewel ik mij voorstel, dat Bliss een gegedistingeerder chauffeur had dan zooals hij thans werd vertolkt. 1?. v. d. Zijde was te houterig als Dr. Allroyd en wist niet altijd te overtuigen. Zoodra hij zat (waarom de stoel zoo vreemd geplaatst?) was zijn spel wel beter. H. van Zwieteren had als Dick gelegenheid zijn steeds gemakkelijker wordend spel te toonen. Crawley (R. v. d. Akker) was onverstaanbaar, later als de vertegenwoordiger was dit beter, hoewel zijn spel toen in de minderheid was. De zwakke speler was Chr. Meijs als Mr. Masters. Goede regie en veel oefening heeft deze dilettant noodig, want zoowel zijn loopen als staan en spreken laten nog veel te wenschen over. N. Ansems gaf als Dorrington een zeer aannemelijke vertolking, ook zijn losheid viel op. Waarschuwen moet ik hem echter voor zijn uitspraak; door zijn snelle spreken, laat de articulatie wel eens te wenschen over. Het geheel maakt hierdoor een wat slordigen indruk. Het aantal dames-rollen was kleiner. Verrassend was wederom het spel van mevrouw Tr. Kriens als Mrs. Mott. Uitstekend zag zij er uit en wat goed verzorgd was haar spel, geen oogenblik chargeerend, steeds natuurlijk, medelevend in de situatie. Verdienstelijk was mevrouw Th. van Zwieteren als Francis; nog wat meer sentiment had ik graag gezien. Het moet nog meer van binnenuit komen. In twee kleine rollen zagen wij nog de dames Zegveld als Kitty en Hilda. Het geheel een opvoering, waaraan door regisseur van Zwieteren zorg was besteed; de sfeer was echter meer Hollandsch dan Engelsch. HENRI A. VAN EYSDEN Jr.
EEN KINDERSPROOKJE IN 6 BEDRIJVEN DOOR LEONARD ROGGEVEEN
J
f
1
-,
■'
^ Tti S ~ w.' *iW| ''ê$^\ /■: , iilkr-r «
M$k
■ «il -1
.1 & ■ t Si
\
fwT ■ ^ P^^'
., \
mk
Scène uit „De gouden kastanje". Kerstvacanties zijn nog altijd gelegeneen oom cadeau gekregen. Natuurlijk ontheden, die in het bijzonder de kin- dekt de toovenaar waar zijn verloren deren treffen, omdat er in die va- kastanje is en hij schaakt de mooie prinses, canties zoo vaak logé'tjes' zijn of goede die hij in zijn kasteel opsluit. Onnoodig- te rapporten, die beloond moeten worden. vertellen, dat nu de koning met zijn leger Dikwijls is dan het uit-je een bioscoopje op den toovenaar aftrekt, hem onschadeof poffertjes eten, maar nog mooier dan lijk maakt en de prinses verlost, terwijl dat is en blijft toch een tooneel-voorstel- hiermee tegelijk de ban van de betooveling, een echte tooneel-voorstelling met ring verbroken wordt en een schoone volwassen acteurs in een groote-menschen- prins voor ons staat, die in weinige oogenschouwburg. Cor van der Lugt heeft zich blikken aan de prinses zijn hart verliest dit herinnerd en ter eere van de Kerst- en haar ten huwelijk vraagt. vacantie een sprookje voor kinderen op Men ziet, deze historie biedt alles wat zijn repertoire genomen, dat door den be- voor een echt sprookje noodig is, maar kenden schrijver van kinderboeken, Leon. dat is niet genoeg. Laten we niet vergeten Roggeveen, geschreven werd. Wie die fris- te vermelden, hoe grappig de liefhebbende sche boeken van Roggeveen kent, weet oom stottert (Eringa speelt voor hem) en over welk een fantasie deze beschikt en al hoe dwaas de steeds verkouden grootzijn er nu dan ook geen onzichtbaar ma- vizier (Dick van Veen) een lichtje in zijn kende stoffen of geheime reuzen-krachten neus laat branden. Ook de slimme page in het spel, fantastisch is het verhaal toch. Muggetje (Piet Rienks) en Anton Roemer We hooren n.1. in dit sprookje, dat, zooals als de koning mogen we niet vergeten en het sprookjes past, bij een prinses in de vooral niet de beeldschoone prinses zelf Middeleeuwen speelt, van een boozen too(Ceesje Speenhoff). venaar, wiens grootste genoegen het is Het geheel is een buitengewoon aantrekmooie prinsen in gouden kastanjes te ver- kelijke vertooning voor kinderen, waartoe anderen. Nu heeft deze toovenaar een van de prachtige costumes, de groteske grime n.in kastanjes verloren en die kastanje en de fraaie decors zeker bijdragen. hiielt onze prinses op haar verjaardag van R. A. L.
Liesting als de Booze Toovenaar. -27 -
_
i
,
■
'
<%•••-
3AMES HAY „In ieder geval kan meei dan één vrouw het verlangen hebben gekoesterd een man uls kevis te vermoorden," klonk het hard. Maai al zijn verder vragen, hoe geduldig ze er ook op inging, bracht geen verdere opheldering. Toen hij eindelijk zag, dat er een nieuwe inzinking zou komen, wanneer hij doorging, stelde hij zich tevreden met haar belofte, dat zij tegen niemand iets zou loslaten. Evenals Altillero begreep ook Lucy Patton, dat het in haar eigen belang was te zwijgen. En net als de Spaansch-Amerikaan — de detective durfde daar een eed op doen — had ze hem slechts een deel verteld van wat ze wist. „Maar ik heb gejijkP stelde hij met uitbundige zelfvoldoening vast. „Revis heeft met Lucy Patton „aangepapt", omdat hij op een of andere manier was te weten gekomen, dat ze den senator kende. Daf verhoogt de waarschijnlijkheid van mijn theorie, dat hij, waar het hem om een middel te doen was om Grimes Buckner te naderen, getracht heeft, van zijn macht over miss Haskell gebruik te maken of die inderdaad gebruikt heeft, nadat hij bij de schoone Lucy bot gevangen had. Dat is teekenend voor een dergelijk sujet! Wat komt een vrouw er op aan, als zijn voordeel op het spel staat?" Er was maar één middel om tot zijn doel te geraken, besloot George Darden zijn overpeinzingen. Hij moest Mary of miss Colvin aan het spreken krijgen.... XVI.
r
HILDE HILDEBRÄNDT LT IN DE UFA-FILM ..MET DERTIEN AAN TAFEL'
kele dagen tot arrestatie van den dader moet leiden." De hoofdcommissaris werkte dag en nacht met Nash samen, ledereen, van wien vermoed werd, dat hij ook maar de geringste aanwijzing kon geven, werd aan meedoogenlooze, telkens weer herhaalde kruisverhooren onderworpen. Lucy Patton, Roger West en Tonn Malloy hadden onophoudelijk de foltering dezer haast eindelooze ondervragingen te verduren. Maar ze bleven er gelijkmoedig onder, antwoordden meestal met de grootste bereidwilligheid, en — brachten niets aan het licht, waaruit de politie wijzer werd. Er was één uitzondering op deze bereidwilligheid: Tom Malloy was er niet toe te krijgen, den naam der vrouw te noemen, over wie, zooals hij zeide, Revis zich lasterlijke opmerkingen veroorloofd had. Hij had een advocaat geraadpleegd en weigerde op diens advies pertinent inlichtingen omtrent haar identiteit te geven. „Ziet u niet in," vroeg Nash hem bij een der verhooren, „dat u op deze wijze steeds meer de verdenking op uzelf laadt?" „Neen, inspecteur," was Ket rustige antwoord, „dat zie ik volstrekt niet in. U misschien?" De inspecteur nam geen notitie van de wedervraag en vervolgde: „Of dat elk oogenblik uw inhechtenisneming als verdacht van moord, kan worden bevolen?" „Ook dat niet. Ik geloof niet, dat u mij
voor schuldig houdt — ik ben er zeker vni, dat u het niet doet." Darden, die bij een van deze afmattende ondervragingen tegenwoordig was geweest, dacht bij zichzelf, terwijl hij het politiebureau verliet: „Die Malloy is wel de koelbloedigste, onverschrokkenste kerel, dien ik ooit ontmoet heb. Of hij is een Don Quichote! Misschien is hij ten slotte allebei.... Om zoon grimmigen moed te toonen, moet je wel 'n tikje Don Quichoterie in je persoonlijkheid hebben." Het was de detective, die verhinderde, dat Malloy opnieuw werd gevangen genomen, ditmaal op een aanklacht wegens moord, ofschoon de kranten en de openbare meening letterlijk schreeuwden om 'n arrestatie en de politie verregaande laksheid verweten. „Trekt u niets aan van wat ze zeggen," i aadde Darden den hoofdcommissaris en Nash aan. „Als u Malloy arresteert, houdt dat de erkenning in dat u hem voor schuldig houdt. Maar dat beteekent tegelijkertijd anderen, die misschien werkelijk schuldig zijn, uit het oog verliezen. Ik beweer niet, dat hij vast en zeker onschuldig is. Wanneer er iets gebeurt, iets dat ik hoop en verwacht, dan zal het gauw genoeg blijken of hij den moord gepleegd heeft." Hij wachtte even als om zijn hoorders tijd te geven, zijn argumenten in zich op te nemen en ging toen voort, op dringenden, overtuigenden toon sprekend: „U was bereid mij vier of vijf dagen te geven, niet-
DE DAGEN GAAN....
De dagen verliepen en de moord op Edward Revis bleef onopgehelderd. Slechts twee mededeelingen uit den stroom van geruchten en vermoedens, dien het onderzoek der politie ontketend had, droegen den stempel der waarheid: Revis had vijf jaar in Mexico-city gewoond en hij was betrokken geweest in een mislukte, frauduleuze wijnspeculatie, die 'n jaar of zeven, acht geleden ergens in de bergen van Westelijk Noord-Carolina op touw was gezet. Maar op geen van beide plaatsen scheen iemand te vinden, die met hem in relatie had gestaan of hem zelfs maar gekend had. Het was wel merkwaardig: deze man, die door zijn misvormden schouder overal moest opvallen, zou zoo onopgemerkt zijn gebleven, dat na enkele jaren niemand zich zijn persoon meer herinnerde! De autoriteiten dachten het hunne van dit gebrek aan geheugen Zooals Darden had voorzien, bracht het gerechtelijk onderzoek naar de doodsoorzaak — het inquest — op Maandagmiddag, niets nieuws aan het licht en de uitspraak werd acht dagen uitgesteld. De politie, die bij monde van inspecteur Nash dagelijks de steeds ongeduldiger wordende pers en publieke opinie moest trachten zoet te houden, zocht haar heil in de stereotype verklaring: „We zijn vol vertrouwen. We volgen nu een spoor, dat zonder mankeeren met en-
■
IN HET HOOGE NOORDEN De M.G.M.-Poolexpeditie aan den arbeid in een Eskimo-nederzetting. - 29 -
waar? En ik beloofde in dien tijd iets aan heid zei, een toegewijd vriend in hem zou het hcht te brengren. Welnu, dat zal ik ook. vinden. Hij slaagde er inderdaad in haar Ik merk dat ik nader komt, steeds nader te tponen, dat hij haar beschermde. en steeds sneller. Laat mij u helpen - u „Als ik er niet was," zei hij Dinsdags hebt mijn hulp noodig-." tegen Mary, „zou u op het oogenblik een„Is het zeker dat u iets aan het licht voudig belegerd worden door reporters. U breng-t?" hebt gisterochtend een kolossale onvoor„Ik wist wel, dat ik op den goeden weg „Ja, ik ben er zeker van!" zichtigheid begaan door tegen de telefoonwas,' sprak hij zichzelf moed in. „Zij zal Zoo berustten de hoofdcommissaris en juffrouw te zeggen, dat u niemand anders de eerste zijn, die het opgeeft." Nash er in, dat het publiek en de kranten dan mr. Darden wilde ontvangen. Ze leest hun g-ebrek aan scherpzinnigheid en doornet zoo goed de kranten als ieder ander!" XVII. EEN NIEUWE AANVAL. tastendheid in de schoenen schoven. Er Mary keek hem ontsteld aan. bleef hun trouwens niet veel anders over„Maar," vervolgde hij op geruststellenden Vrijdagmiddag duurde George Dardens ze beschikten over niets, dat ook maar toon; „ik heb het gevaar afgewend. De gesprek met miss Colvin langer dan de eenigszins op een deugdelijk bewijs leek. telefoonjuffrouw zal haar mond houden." voorafgaande dagen; zoo lang zelfs, dat hij Darden had hun niets van het afgerukte Miss Colvin ontmoette hij bijna steeds haar in de electrische tram naar het flatstuk schoenveter verteld, waaruit hij de als zij 's middags haar bureau verliet. Dikgebouw vergezelde, waar hij miss Haskell conclusie had getrokken dat Malloy al eerwijls bleven ze dan nog een poosje staan trof. De oudere vrouw was niet één dag der de slaapkamer van den vermoorde been ze zag hem met haar onrustige, fonkevan haar werk weggebleven, maar Mary treden had en evenmin van Mary Haskells lende oogjes aan, terwijl zij zijn elkaar had een week verlof gevraagd — ze voelgouden handschoenenknoopunhaak die aansnel opvolgende vragen beantwoordde. Hij de zich niet in staat haar gewone bezigtoonde dat zij of Buckner in het vertrek behandelde haar met vleiende hoffelijkheid, heden te verrichten. * moesten zijn geweest, eer 'aij - Darden — als wilde hij te kennen geven, dat hij zich Ze zag er nog altijd bleek en vermoeid het lijk vond. Hij hield de.se bijzonderheden verliet op haar buitengewone intelligentie, uit en had groote, donkere kringen onder voor zich, uit vrees dat de politie zich, die het jonge meisje er zeker van zou overde oogen. Het oude vuur en de oude opwanneer zij van deze s'.erke-aanwijzingen tuigen, dat het onverstandig was in haar gewektheid waren uit haar houding en beop de hodgte was, tot overijld ingrijpen stilzwijgen te volharden. wegingen verdwenen; ze praatte met een zou laten verleiden. Woensdagmiddag, nadat hij wederom 'n matte, gedempte stem; antwoordde liefst Dikwijls vroeg de detective zich in den onderhoud met Lucy Patton had gehad, viel met een enkel lusteloos woord. loop van deze dagen af, wat voor excuus hij Addie zonder inleiding met de volgende Addies onrust toonde zich vooral in de hij wel moest aanvoer/in, ingeval zijn theomededeeling op het lijf. verstolen uitdrukking van haar oogen; rie onjuist bleek - wanneer geen van de „Ik ben er nu achter, dat Revis de haar gezicht droeg minder de sporen van beide vrouwen onder de overstelping van vrouw, wier dwaasheid hem, zooals hij innerlijke emotie dan dat van Mary. Miszijn rusteloos vragen bezwijken zou of hun Zondagmiddag snoefde, het geheime stuk schien, dacht Darden spottend, kwam het, bekentenis hem ten slotte niet op het spoor zou verschaffen, al lang kende." doordat ze zich altijd op dezelfde wijze van den dief of den moordenaar bracht. „Is het heusch?" merkte ze onverschilschminkte! Maar hij wierp telkens weer al wat naar lig op. Vijf dagen leefden ze nu in onzekerheid twijfel zweemde vnet kracht van zich af; „Ja. Ik dacht, dat het u zou interesseeen zenuwspanning. Lang genoeg, vond hij dwong zich vast te houden aan zijn ren dit te weten. Misschien lijkt het u Darden, om thans, met een beetje extra oorspronkelijke, bekere intuftie, dat hij op raadzaam er met miss Haskell over te krachtigen druk, succes te kunnen verden goeden weg was. spreken." wachten. Hij sprak het jonge meisje en haar oude„Waarom?" Zijn eerste tactische beweging was een re huisgenoote lederen dag, maar hij koos „Vraagt u nog waarom? Kan hij iemand voorzichtige toespeling op het verdwijnen het uur voor djn bezoeken aan het Arleanders dan haar bedoeld hebben?" Er van Lizzy Wilson. wood-flatgebovw zóó, dat hij zéker was kwam een harde blik in zijn oogen; een „Als ik me niet vergis," begon hij vrienünmes Buckner daar niet aan te treffen. scherpe, waarschuwende klank in zijn stem. delijk belangstellend, „hebt u zich deze Den senator zou hij later wel aan„Het ziet er naar uit, dat deze dagen, die week ook met het dienstbodenvraagstuk va len — hij had op het oogenblik nog niet schijnbaar zonder sensationeele ontdekkinmoeten bezighouden, nietwaar?" voldoende Papens tegen hem, overwoog gen voorbij glijden, toch de waarheid aan Mary, die op haar gewone plaats bij het Darden. Op zijn last-waren lagere beambhet licht zullen brengen. Waarom zou ze raam zat, bedacht, dat hij onmogelijk het ten thans bezig een onderzoek in te stellen de gelegenheid niet aangrijpen, om de journieuwe meisje, dat gisteren in dienst was naar de vrouwen, met wie Revis of Bucknalisten en politiemenschen vóór te zijn?" gekomen, gezien kon hebben en zweeg. ner conte.ct hadden gehad. Zijn eerste ge„O, u hebt al " begon ze, maar ze Addie, die met hoed en mantel aan, bij sprek me'; Lucy Patton had hem doen inmaakte den zin niet af. Hij zag hoe de uitzien, hoe noodig dat was. de tafel was gaan zitten, beantwoordde drukking van ongeduld plaats maakte voor zijn opmerking. Zijn houding was Mary en Addie Colvin een van uitputting, hoe diep de lijnen wa„Ja," verklaarde ze, „Lizzy is weg." met helemaal duidelijk. Mary kon, ofren, die deze uitputting in haar gezicht had „Ontslagen?" vroeg hij vlug en toen hij schoon ze met haar eigen meer.ing spotte, gegroefd. Er was ook iets verstokts in haar zag, dat miss Colvin als bij instinct Mary zich niet onttrekken aan den indruk dat hij blik, iets van norsche boosheid. Hij stelde een vragenden blik toewierp, voegde hij er medelijden met haar had. Ze had een gevast, hoe ze door hevigen angst gemarteld op kalmeerenden toon bij: „Haar vertrek voel, dat hij haar onwil om hem vertrouwerd, tengevolge van de voortdurende is namelijk voor mij ook niet zonder bewen te schenken, oprecht betreurde, dat hij noodzakelijkheid ieder woord, dat ze in zijn lang. Staat het vast, dat ze niet in den »nar steeds weer aan het verstand wilde tegenwoordigheid uitsprak, te wikken en te brengen, dat zij, als zij hem maar de waardiefstal van het document betrokken is?" wegen. (Wordt vcrvoljrd).
9-
'K DENK-AAN JOU
eee e
Woorden van Annie Avanti Muziek van Charlenry
'f1, i Mi11 h ii i il i 11 H ji iij 11 i j ji •ïn^aan?OUb.ii,t,n0r'9Cn:9lo'ren,MA4S
ifi'l, ^ I MM [■ ppj
1 1
II !
feÉj Mil I II
^ß^^^^^'X^tT^ ^ stil- Ie u-ren.B'peinstgeluk dat van ons ging. Evenvoelik voel ik mij toch zóó al - leen. k Denk aanjou^njemoet ver-ge-ten. Le- ven^r^n jou vandaan.
i i i i ijjiijiiji [ r" mij ge-lukkig. G'lukkig. door her-in-ne-ring.
\ \ il
Maar onz' mooi-e. jonge lief-de zal nooit uit mijn gedachten ga
^^'SON ODIOT 7 PLACE DE LA MADELEINE. PARUS Fabriek van
Specialiteit voor geschenken in zilver en verzilverd
Artistiek Zilverwerk Gevestigd ui
1690
metaal
M^giup grgjji M^,y.: jy;/
-30-
GROQTB KEUZE IN
KUNSTVOORVBRPBN
UITQEVOBRD NAAR ONTWERPEN UIT ELKE STIJLPERIODE
Rod. en Adm. Oalgewater 22. Leiden. Tel. 700. Postrekening «880
s^ü