De raad van de gemeente Drimmelen; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 18 mei 2010; gelet op 229, eerste lid, onderdeel b, van de Gemeentewet ;
Besluit: vast te stellen de: eerste wijziging van de tarieventabel behorende bij de legesverordening 2010. Artikel 1 Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning wordt gelezen als volgt: Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen 2.1.1
Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:
2.1.1.1
aanlegkosten: de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;
2.1.1.2
bouwkosten: de aannemingssom als bedoeld in de UAV 1989 paragraaf 1.1, ofwel de bouwkosten als bedoeld in normblad NEN 2631 ofwel een raming van de aan te gane verplichtingen volgens één van deze twee. De aanvrager dient bij zijn aanvraag de bouwkosten te specificeren volgens één van deze twee normeringen voorzien van offertes en in de specificatie ook zelfwerkzaamheid te vermelden. Zelfwerkzaamheid zal worden getoetst aan de “Eenheidsprijzen voor het uitvoeren van (ver)bouwwerkzaamheden voor de Bouw- en Infrasector” van Reed Business Information. Indien een aanvrager zijn aanvraag niet op de hiervoor omschreven wijze inkleedt, is de gemeente gerechtigd de bouwkosten ambtshalve vast te stellen en de legesaanslag te baseren op die vaststelling. Na bouwkundige oplevering van het werk kan de vergunninghouder een correctie van de bouwlegesaanslag verzoeken op b asis van de dan bekende werkelijke bouwkosten.
Pagina 1
2.1.1.3
Sloopkosten: de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de sloopkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien het slopen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder sloopkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het econom isch verkeer zou moeten worden betaald voor het slopen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;
2.1.1.4 2.1.2
Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld. In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.
2.1.3
Hoofdstuk 2 Omgevingsvergunning 2.2
Pagina 2
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk, hoofdstuk 3 en hoofdstuk 6 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.
2.2.1 2.2.1.1
2.2.1.1.1 2.2.1.1.2
Bouwactiviteiten Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief: Indien de bouwkosten: minder bedragen dan € 1.500,-€ 1.500,-- of meer bedragen te vermeerderen met:
€ €
148,00 148,00
21 ‰ van het bedrag aan bouwkosten boven de € 1.500,--, doch niet hoger dan € 50.000,-20 ‰ van het bedrag aan bouwkosten boven de € 50.000,--, doch niet hoger dan € 100.000,-19 ‰ van het bedrag aan bouwkosten boven de € 100.000,--, doch niet hoger dan € 250.000,-18 ‰ van het bedrag aan bouwkosten boven de € 250.000,-- doch niet hoger dan € 1.000.000,-17 ‰ van het bedrag aan bouwkosten boven de € 1.000.000,-2.2.1.2
2.2.1.3 2.2.1.3.1
2.2.1.4 2.2.1.4.1
Pagina 3
Verplicht advies agrarische commissie Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.2.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de Adviescommissie agrarische bouwaanvragen nodig is en wordt beoordeeld:
€
595,00
Aanpassing vergunning Voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter verkrijging van een vergunning betrekking hebbende op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo waarvoor al eerder een vergunning is verleend, welke vergunning nog van kracht is en van welke vergunning nog geen gebruik is gemaakt en het nieuwe plan slechts op ondergeschikte onderdelen afwijkt van het plan waarvoor al vergunning was verleend, worden de leges bepaald over de méérkosten van het gewijzigde plan ten opzichte van het plan waarvoor al vergunning was verleend, met een minimum van
€
296,00
Niet verder in behandeling nemen van een aanvraag voor een vergunning Indien een besluit is genomen om een aanvraag ter verkrijging van een vergunning betrekking hebbende op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, niet verder in behandeling te nemen wegens het ontbreken van voldoende gegevens en de aanvrager hieromtrent is bericht wordt op aanvraag teruggaaf van 60% van de geheven leges verleend.
2.2.2 2.2.2.1
2.2.2.1.1 2.2.2.1.2
2.2.3
2.2.3.1 2.2.3.2 2.2.3.3 2.2.3.4 2.2.3.5 2.2.3.6
2.2.3.7
2.2.3.8
Pagina 4
Aanlegactiviteiten Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief: wanneer de aanlegkosten excl. BTW minder bedragen dan € 1.500,-wanneer de aanlegkosten excl. BTW € 1.500,-- of meer bedragen, vermeerderd met 2 ‰ van het bedrag boven € 1.500,-Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief. Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.2.1.: Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1°, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2°, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3°, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): Indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking): Indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): Indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): Indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):
€ €
61,25 61,25
€
469,20
€
469,20
€ 2.208,10 €
469,20
€
469,20
€
469,20
€
469,20
€
469,20
2.2.4
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief. Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1°, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking) Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2°, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3°, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): Indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking): Indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): Indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): Indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):
2.2.4.1 2.2.4.2 2.2.4.3 2.2.4.4 2.2.4.5 2.2.4.6
2.2.4.7
2.2.4.8
2.2.5 2.2.5.1 2.2.5.1.1
2.2.5.1.2
2.3.4.6 2.3.4.7 Pagina
5
Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads - of dorpsgezicht Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk bedraagt het tarief: In gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, of waarvoor op grond van een provinciale verordening een vergunning of Ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a. van de Wabo: In gevallen waarvoor op grond van artikel 8.1.1 van de bouwverordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a. van de Wabo
€
469,20
€
469,20
€ 2.208,10 €
469,20
€
469,20
€
469,20
€
469,20
€
469,20
€
138,00
€
138,00
2.2.6
Kappen Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of Doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4.11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief: Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven van een vergunning voor het vellen van 1 t/m 5 bomen met een stamomtrek van meer dan 70 centimeter.
€
13,80
€
5,30
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven van een vergunning voor het kappen van 6 of meer bomen met een stamomtrek van meer dan 70 centimeter, basistarief € 13,80 en daarnaast per boom tot een maximum van 20 bomen.
2.2.7 2.2.7.1
2.2.7.2
2.2.8
2.2.9
2.2.9.1
2.2.9.2
2.2.9.2.1
Pagina 6
Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief: Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en voedselkwaliteit aangewezen gebied, als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief: Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is bedraagt het tarief: Andere activiteiten Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling: Behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder 1, van de Wabo, bedraagt het tarief: Behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief:
€ 328,00
€ 328,00
€ 328,00
€
574,00
€
574,00
2.2.9.2.2
2.2.10
2.2.10.1
2.2.10.2
2.2.11
2.2.11.1 2.2.12 2.2.12.1
2.2.12.2
2.2.13 2.2.13.1
2.2.13.1.1
2.2.13.1.2
Pagina 7
als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor de vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. Omgevingsvergunning in twee fasen Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt,als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft; voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft. Beoordeling bodemrapport Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld: voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport Advies Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de a anvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in 2.2.12.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor de vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. Verklaring van geen bedenkingen Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo: Indien een ander bestuursorgaan dan de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in 2.2.13.1.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor de vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
€
122,00
Hoofdstuk 3 Teruggaaf 2.3.1
2.3.1.1
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.2.1, 2.2.2, en 2.2.5, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: Indien de aanvraag wordt ingetrokken voordat een beslissing op de aanvraag is genomen, 60% van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;
2.3.2
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.2.1, 2.2.2 en 2.2.5 intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt 40% van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.
2.3.3
Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.2.1, 2.2.2 en 2.2.5 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt 40% van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. Onder een weigering als bedoeld in onderdeel 2.3.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.
2.3.3.1
2.3.3.2
2.3.4
Minimumbedrag voor teruggaaf een bedrag minder dan € 50,00 wordt niet teruggegeven.
2.3.5
Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.2.12 en 2.2.13 wordt geen teruggaaf verleend.
Pagina 8
Hoofdstuk 4 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten 2.4.1
2.4.2
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening
€ 2.208,10
€ 1.794,10
Hoofdstuk 5 Gebruiksvergunningen brandveiligheid 2.5
2.5.1 2.5.2 2.5.2.1 2.5.2.2 2.5.2.3 2.5.2.4 2.5.2.5 2.5.2.6 2.5.2.7.
2.5.2.8.
2.5.2.9.
2.5.3 2.5.3.1 2.5.3.2 2.5.3.3 2.5.3.4 2.5.3.5 2.5.3.6 2.5.3.7
2.5.3.8
2.5.3.9
Pagina 9
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een gebruiksvergunning als bedoeld in paragraaf 2, artikel 2, lid 1 van de brandbeveiligingsverordening indien het betreft een vergunning voor het tijdelijk in gebruik nemen of gebruiken van een bouwwerk ten behoeve van een evenement € 50,80 indien het betreft een vergunning voor het in gebruik nemen of gebruiken van een inrichting: met een bruto vloeroppervlak van minder dan 100 m² € 95,85 met een bruto vloeroppervlak van 100 m² of meer, doch minder dan 250 m² € 111,00 met een bruto vloeroppervlak van 250 m² of meer, doch minder dan 500 m² € 156,35 met een bruto vloeroppervlak van 500 m² of meer, doch minder dan 1.000 m² € 206,90 met een bruto vloeroppervlak van 1.000 m² of meer, doch minder dan 1.500 m²€ 237,25 met een bruto vloeroppervlak van 1.500 m² of meer, doch minder dan 2.000 m²€ 272,45 met een bruto vloeroppervlak van 2.000 m² of meer vermeerderd met € 24,20 voor elke 500 m² of gedeelte daarvan boven de 2.000 m², doch minder dan 5.000 m² € 272,45 met een bruto vloeroppervlak van 5.000 m² of meer vermeerderd met € 24,20 voor elke 1.000 m² of gedeelte daarvan boven de 5.000 m², doch minder dan 10.000 m² € 420,70 met een bruto vloeroppervlak van 10.000m² of meer vermeerderd met € 24,20 voor elke 2.000 m² of gedeelte daarvan boven de 10.000 m² € 543,90 indien de aanvraag is ingediend in verband met een wijziging van een inrichting, voor die wijziging: met een bruto vloeroppervlak van minder dan 100 m² met een bruto vloeroppervlak van 100 m² of meer, doch minder dan 250 m² met een bruto vloeroppervlak van 250 m² of meer, doch minder dan 500 m² met een bruto vloeroppervlak van 500 m² of meer, doch minder dan 1.000 m² met een bruto vloeroppervlak van 1.000 m² of meer, doch minder dan 1.500 m² met een bruto vloeroppervlak van 1.500 m² of meer, doch minder dan 2.000 m² met een bruto vloeroppervlak van 2.000 m² of meer vermeerderd met € 12,10 voor elke 500 m² of gedeelte daarvan boven de 2.000 m² , doch minder dan 5.000 m² met een bruto vloeroppervlak van 5.000 m² of meer vermeerderd met € 12,10 voor elke 1.000 m² of gedeelte daarvan boven de 5.000 m², doch minder dan 10.000 m² met een bruto vloeroppervlak van 10.000 m² of meer vermeerderd met € 12,10 voor elke 2.000 m² of gedeelte daarvan boven de 10.000 m²
€ € € € € €
47,85 55,60 78,25 103,50 118,50 136,30
€
136,30
€
210,30
€
272,05
Hoofdstuk 6 Overige Woningwet/Wet op de Ruimtelijke Ordening/Planschade Gebruiksvergunning 2.6.1 2.6.1.1 2.6.1.2 2.6.1.2.1 2.6.1.2.2 2.6.1.2.3 2.6.1.2.4 2.6.1.2.5 2.6.1.2.6 2.6.1.2.7
2.6.1.2.8
2.6.1.2.9
2.6.2 2.6.2.1 2.6.2.2 2.6.2.3 2.6.2.4 2.6.2.5 2.6.2.6 2.6.2.7
2.6.2.8
2.6.2.9
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: indien het betreft een vergunning voor het tijdelijk in gebruik houden van een bouwwerk ten behoeve van een evenement € 49,70 indien het betreft een vergunning voor het in gebruik houden van een bouwwerk: met een bruto vloeroppervlak van minder dan 100 m² € 374,95 met een bruto vloeroppervlak van 100 m² of meer, doch minder dan 250 m² € 434,20 met een bruto vloeroppervlak van 250 m² of meer, doch minder dan 500 m² € 611,75 met een bruto vloeroppervlak van 500 m² of meer, doch minder dan 1.000 m² € 809,20 met een bruto vloeroppervlak van 1.000 m² of meer, doch minder dan 1.500 m²€ 927,50 met een bruto vloeroppervlak van 1.500 m² of meer, doch minder dan 2.000 m²€ 1.065,75 met een bruto vloeroppervlak van 2.000 m² of meer vermeerderd met € 97,72 voor elke 500 m² of gedeelte daarvan boven de 2.000 m², doch minder dan 5.000 m² € 1.065,75 met een bruto vloeroppervlak van 5.000 m² of meer vermeerderd met € 97,72 voor elke 1.000 m² of gedeelte daarvan boven de 5.000 m², doch minder dan 10.000 m² € 1.652,07 met een bruto vloeroppervlak van 10.000m² of meer vermeerderd met € 97,72 voor elke 2.000 m² of gedeelte daarvan boven de 10.000 m² € 2.140,67 indien de aanvraag is ingediend in verband met een wijziging van een bouwwerk, voor die wijziging: met een bruto vloeroppervlak van minder dan 100 m² met een bruto vloeroppervlak van 100 m² of meer, doch minder dan 250 m² met een bruto vloeroppervlak van 250 m² of meer, doch minder dan 500 m² met een bruto vloeroppervlak van 500 m² of meer, doch minder dan 1.000 m² met een bruto vloeroppervlak van 1.000 m² of meer, doch minder dan 1.500 m² met een bruto vloeroppervlak van 1.500 m² of meer, doch minder dan 2.000 m² met een bruto vloeroppervlak van 2.000 m² of meer vermeerderd met € 48,85 voor elke 500 m² of gedeelte daarvan boven de 2.000 m² , doch minder dan 5.000 m² met een bruto vloeroppervlak van 5.000 m² of meer vermeerderd met € 48,85 voor elke 1.000 m² of gedeelte daarvan boven de 5.000 m², doch minder dan 10.000 m² met een bruto vloeroppervlak van 10.000 m² of meer vermeerderd met € 48,85 voor elke 2.000 m² of gedeelte daarvan boven de 10.000 m²
Pagina 10
€ € € € € €
187,50 217,05 305,95 404,50 463,80 532,85
€
532,85
€
825,95
€
1.070,20
Artikel 2 1. Deze wijziging van de tarieventabel behorende bij de Verordening op de heffing en invordering van leges 2010 treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking, met dien verstande dat de onderdelen die ingevolge deze verordening worden gewijzigd van toepassing blijven op belastbare feiten die zich voor de in het tweede lid bedoelde datum van ingang van de heffing hebben voorgedaan. 2. De datum van ingang van deze wijziging is 1 juli 2010, met dien verstande dat indien de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) op een later tijdstip dan 1 juli 2010 van kracht wordt, deze datum gehanteerd wordt als ingangsdatum van deze wijziging.
Made, 3 juni 2010
De raad voornoemd, Griffier,
Voorzitter,
mr. M.J.N. Schetters-Schuurbiers
drs. G.L.C.M. de Kok
Pagina 11