stuk ingediend op
1981 (2012-2013) – Nr. 1 10 april 2013 (2012-2013)
Gedachtewisseling over de termijnmarkten voor de varkenshouderij Verslag namens de Commissie voor Landbouw, Visserij en Plattelandsbeleid uitgebracht door mevrouw Tinne Rombouts
verzendcode: LAN
2
Stuk 1981 (2012-2013) – Nr. 1
Samenstelling van de commissie: Voorzitter: de heer Jos De Meyer. Vaste leden: de heren Lode Ceyssens, Jos De Meyer, mevrouw Tinne Rombouts, de heer Jan Verfaillie; mevrouw Agnes Bruyninckx-Vandenhoudt, de heer Stefaan Sintobin, mevrouw Linda Vissers; de heren Karlos Callens, Marc Vanden Bussche; mevrouw Els Robeyns, de heer Jurgen Vanlerberghe; de dames Tine Eerlingen, Danielle Godderis-T’Jonck; de heer Peter Reekmans; de heer Dirk Peeters. Plaatsvervangers: de heren Robrecht Bothuyne, Jan Durnez, Marc Van de Vijver, Johan Verstreken; de heren Pieter Huybrechts, Chris Janssens, mevrouw Marleen Van den Eynde; mevrouw Lydia Peeters, de heer Bart Tommelein; de heren Marcel Logist, Bart Martens; de heer Matthias Diependaele, mevrouw Lies Jans; mevrouw Patricia De Waele; de heer Hermes Sanctorum.
V l a a m s P a r l e m e n t – 1011 B r u s s e l – 0 2 / 5 5 2 . 11 . 11 – w w w. v l a a m s p a r l e m e n t . b e
Stuk 1981 (2012-2013) – Nr. 1
3
Op 20 maart 2013 organiseerde de Commissie voor Landbouw, Visserij en Plattelandsbeleid een gedachtewisseling over de termijnmarkten voor de varkenshouderij en het functioneren van de pig trading companies, met de heer Dirk Coucke, CEO-algemeen directeur van adviesbureau DLV. 1. Uiteenzetting door de heer Dirk Coucke, CEO - algemeen directeur De heer Dirk Coucke schetst vooreerst dat ook in Nederland pig trading companies worden opgestart, maar dat men daar de inspanningen benijdt die de Vlaamse overheid levert om de varkenshouders te helpen. Het adviesbedrijf van de heer Coucke is nauw betrokken bij de varkenssector, wat volgens de spreker de aanleiding was om de pig trading companies op te starten. Er was een toename van de volatiliteit van de voederprijs en de varkensprijzen stonden onder druk, waardoor de voedermarges steeds volatieler werden. De kern van het probleem is de wekelijkse prijszetting en de slachtconcentratie in Duitsland. De andere West-Europese, naar Duitsland exporterende landen nemen die prijs over en de varkenshouders zitten daaraan vast, waardoor zij geen enkele negotiatiemogelijkheid hebben over de basisprijs van de varkens en dus prijsnemer zijn. Door met zeventig varkenshouders dit initiatief te nemen, wou DLV daar een einde aan maken, door een langetermijncontractwerking te stimuleren. Door op lange termijn varkens te verkopen, kan er opnieuw worden genegotieerd (en nagedacht) over de prijs, waardoor de voedermarges terug constanter kunnen worden. Langetermijncontracten kunnen zowel in de fysieke markt als op de termijnmarkt worden gestimuleerd. Aangezien de fysieke markt niet zo snel te bewegen is op dat vlak, is het initiatief gestart op de termijnmarkt. Het voordeel hierbij is dat de prijs van grondstoffen om veevoeder te maken al wordt afgedekt en vastgelegd op een goed werkende termijnmarkt, waardoor de stap naar het afdekken van voederwinsten klein is. De kleine liquiditeit op de termijnmarkt voor varkens is toch al bepalend voor de prijsvorming van langetermijncontracten op de fysieke markt. De termijnmarkt bestaat sinds 1848 en heeft nog nooit gefaald, stelt de heer Coucke. Steeds zijn de termijncontracten correct afgesloten. Van dit betrouwbare systeem wordt dus gebruikgemaakt om de langetermijngedachte ingang te doen vinden in de varkenshouderij. Met de voedermarge (het verschil tussen de verkoop van het vleesvarken en de aankoop van de big en het voer) moeten de boeren alle kosten betalen, licht de spreker toe. Deze voederwinst is volatiel en varieerde de afgelopen zes jaar van 0 tot 33 euro per varken. Gemiddeld heeft een bovengemiddelde varkensboer nog altijd een redelijk inkomen, maar de gemiddelde varkenshouder geraakt niet meer door een margedal waardoor andere partijen als bank moeten fungeren, zijn belangrijkste leveranciers in het bijzonder. De facturen blijven dan openstaan waardoor onderhandelen met het veevoederbedrijf over een scherpe prijs moeilijk wordt. De betrachting was om via de termijnmarkt vooral de dalen uit de voederwinst te halen. De volatiliteit van de voederprijs is enorm. De prijs schommelde jarenlang rond 200 euro, maar de laatste jaren is dat stelselmatig boven 300 euro per ton. Met een product dat men bezit of effectief verkoopt naar de termijnmarkt gaan, is hedgen, het tegengestelde van speculeren, benadrukt de heer Coucke. Speculanten werken met een product dat ze niet hebben. De heer Coucke schetst het functioneren van de termijnmarkt met een voorbeeld. In oktober 2012 stond de fysieke marktprijs voor varkens heel hoog, op 1,87 euro per kilogram geslacht. Er werden met de pig trading companies in oktober 2012 termijncontracten afV L A A M S P A R LEMENT
4
Stuk 1981 (2012-2013) – Nr. 1
gesloten voor maart 2013. Op dat moment kon de termijnmarktprijs of de verwachte varkensprijs voor maart profiteren van de positieve teneur van oktober, waardoor die kon worden vastgelegd op 1,795 euro per kilogram. In maart 2013 is de prijs geëindigd op 1,68 euro op de termijnmarkt. De varkens die op de termijnmarkt werden verkocht aan 1,795 euro werden op de termijnmarkt in maart 2013 aangekocht aan 1,68 euro. Op de termijnmarkt werd dus 0,115 euro winst gemaakt per kilogram vlees. Dat geld staat op de termijnmarktrekening. Eén contract op de termijnmarkt is 8000 kilo vlees. De boer die lid is van de pig trading company ontving dus 1,68 euro in de fysieke markt, maar heeft er gelijktijdig 11,5 eurocent bij gekregen via de termijnmarkt. Zijn prijs is netto uitgekomen op 1,795 euro, dus de prijs vastgelegd in oktober 2012. Op de spotmarkt is de boer gedwongen om op een bepaald moment aan een bepaalde prijs te verkopen, schetst de spreker. Door vijf maanden vooruit te kijken naar de prijs op de termijnmarkt, neemt de boer zelf de beslissing om al dan niet te verkopen aan een bepaalde prijs. De kans om op vijf maanden tijd een hogere marge te kunnen vastklikken op de termijnmarkt wordt dus groter. De pig trading companies zijn niet alleen actief op de termijnmarkt voor varkens, maar ook voor voeder. Daardoor kan eigenlijk de voedermarge vastgelegd worden. Een bijkomend voordeel is dat een langetermijndenken in het leven wordt geroepen. Ook de veevoederbedrijven zijn bezig met het verkopen van veevoeder op lange termijn. In de sector bestaat dus een teneur om op de lange termijn te gaan nadenken. De pieken en dalen van de prijs worden getemperd door de werking van de termijnmarkt. De boer kan werken met een beperkte schommeling van de voederwinst en is financieel minder of niet afhankelijk van het veevoederbedrijf. Officieel is de pig trading company gestart op 1 oktober 2012, maar men is beginnen afdekken voor de maand november 2012. De prijzen waren toen redelijk hoog. De eerste maand werd er verlies gemaakt: de voederwinst was lager dan wat de markt heeft gerealiseerd. In december 2012 zijn de prijzen gedaald en bereikten een minimum in januari 2013. In december heeft men nog gebruik kunnen maken van de teneur van de goede prijzen die men in oktober verwachtte voor december 2012. In oktober 2012 werden al een aantal contracten voor december 2012 en februari 2013 vastgelegd. Er was een winst van 7 euro per varken in december 2012. Voor januari 2013 werden geen contracten vastgelegd omdat men de beoogde voederwinst niet kon halen. De leden van de raad van bestuur van de pig trading companies vergaderen tweemaandelijks. Zij bepalen telkens de beoogde voedermarge voor de komende maanden. In februari en maart 2013 kon de beoogde voederwinst opnieuw worden behaald en werd er weer 6 euro meer verdiend per varken. Het zwakke punt van het systeem is volgens de heer Coucke dat momenteel maar 10 percent van het beoogde volume kan worden afgedekt. De boeren zouden graag 35 percent van hun volume hedgen. De pig trading companies leveren per jaar 1,2 miljoen varkens. Dat is ongeveer 12 percent van de Belgische productie. Er wordt momenteel maar 3 percent van de markt afgehedged, omdat de liquiditeit op de varkenstermijnmarkt niet groot genoeg is. Er zijn momenteel te weinig kopers op de termijnmarkt. Over dat euvel werd gesproken met andere partijen in de vleeskolom zoals slachthuizen, retail en groepen van beenhouwerijen. De heer Coucke merkt op dat de comfortzone van deze partijen redelijk hoog ligt. Ze kopen aan aan de weekprijs, tellen hun marge erbij en verkopen. Ze zijn geen vragende partij voor verandering, ondanks het feit dat ze zelf voor een deel op lange termijn verkopen in de fysieke markt zonder dat dit aan de aankoopzijde is afgedekt. Aan het kabinet werd gevraagd om ook de slachthuizen uit te nodigen en om druk uit te oefenen opdat ook zij op lange termijn zouden kopen in de fysieke en/of op de termijnmarkt. De heer Coucke hoopt dat de langetermijnwerking ook bij de slachthuizen ingang vindt, waardoor ook hun risico verkleint.
V L A A M S P A R LEMENT
Stuk 1981 (2012-2013) – Nr. 1
5
Momenteel wegen de pig trading companies zwaar op de termijnmarkt voor varkens, tot 50 percent op de markt van Frankfurt. Daarom ook de vraag aan de andere schakels en partners in de keten om gebruik te maken van het instrument van de termijnmarkten. Dit draagt volgens de heer Coucke ontegensprekelijk bij tot een transparantere prijsvorming. De spreker geeft nog mee dat de Belgische banken goed meegewerkt hebben aan het verstrekken van liquide middelen om de posities te waarborgen. De heer Coucke besluit met de droom om te eindigen op een liquiditeitsniveau zoals in de Verenigde Staten, waar 80.000 contracten per dag afgesloten worden. Door op voorhand te monitoren wat de marges kunnen zijn, op basis van de verwachte voeder- en varkensprijzen, moet het mogelijk zijn om gemiddeld betere marges te halen en het langetermijndenken in de varkenssector te introduceren. 2. Bespreking Mevrouw Tinne Rombouts wijst op het belang van het initiatief om het langetermijndenken in de varkenshouderij te introduceren. Het lid vraagt meer duiding bij de oproep naar de andere schakels in de keten om in de termijnmarkt te stappen. De heer Jos De Meyer wil aansluitend weten wat de toetredingsvoorwaarden voor varkenshouders zijn. In januari en juni van elk jaar is er volgens de heer Dirk Coucke een toetredingsfase. Toetreden wordt momenteel niet echt gepromoot omdat met de huidige zeventig leden slechts 3 percent van de productie kan worden ingedekt. Met bijkomende leden zal dit percentage dalen. De eerste doelstelling is dus de liquiditeit op de termijnmarkt te doen stijgen. Niettemin kan elke varkenshouder die zich momenteel aanmeldt lid worden. Door de verkoop van varkens op de termijnmarkt wordt de prijs vastgelegd. Er is geen enkele levering mee gemoeid. Er zijn wel meer kopers nodig op de termijnmarkt. De voederprijs is gekend en de termijnmarkt van grondstoffen als granen en oliehoudende zaden is meer dan voldoende liquide. De bottleneck van het systeem zijn de varkens. Er zijn te weinig vragende partijen naar aankoop van varkenskarkassen op termijn. De pig trading companies plaatsen op de termijnmarkt een aantal orders aan de beoogde voedermarge of hoger en wachten dan op een koper. De potentiële kopers zijn de slachthuizen, de vleesverwerking of de retail. Zij sluiten bijvoorbeeld langetermijncontracten met Korea of China voor een afzet gedurende drie maanden. De slachthuizen hebben op dat ogenblik geen langetermijncontracten met de boeren, omdat ze vrezen dat bij een stijgende prijs de boeren niet meer gaan leveren aan het slachthuis. Hetzelfde geldt voor het voeder. Als de prijs op de fysieke markt lager ligt dan de afgesproken prijs op de termijnmarkt, zal de boer toch geneigd zijn om een deel van zijn voeder elders aan een lagere prijs te kopen. Met de contractbewegingen van de termijnmarkt zijn de boeren op dit moment niet vertrouwd. De termijnmarkt heeft als voordeel dat er dagelijks wordt afgerekend. Er kan niet zomaar worden uitgestapt. Het is een perfect werkende dwingende markt die toelaat dat elke partij in de fysieke markt zijn wekelijkse verkopen kan doen. Het argument van de slachthuizen is dat zij geen karkassen, maar hespen, poten, oren enzovoort verkopen. De prijs tussen karkassen en deelstukken correleert voor 90 percent. Met een correlatie van meer dan 85 percent werkt de termijnmarkt naar behoren, aldus de spreker. Het zal zware inspanningen vergen om de andere partners te overtuigen, stelt de heer Coucke. Eén slachthuis start momenteel de opleiding bij DLV en wil met termijnmarkten starten. Hopelijk kan dit de andere slachthuizen aanzetten om hetzelfde te doen.
V L A A M S P A R LEMENT
6
Stuk 1981 (2012-2013) – Nr. 1
De heer Lode Ceyssens stelt dat de verleiding groot moet zijn als de prijzen stijgen om zijsprongen te maken. Zijn de leden de pioniers van de varkenshouderij of zijn het diegenen die uit noodzaak meedoen? Het zijn jonge, gemiddeld gezien vooral grote boeren, stelt de heer Dirk Coucke, die de afgelopen jaren ook veel geïnvesteerd hebben. Voor hen is de maat vol dat de veevoederbedrijven en de slachthuizen hun marges nemen en dat de schommelingen door de boeren moeten worden opgevangen. Klanten met een hoge spijtfactor moeten worden gemeden. Daar wordt ook op gescreend. Het voordeel is dat de marges worden afgedekt. Er wordt naar de varkens- en voederprijs gekeken. De aparte prijs van het vlees en het voeder speelt dan eigenlijk geen rol. De marges waartegen wordt afgedekt, worden vooraf niet gecommuniceerd aan de boeren, want dat zou het risico creëren dat sommige tijdelijk uit of in de trading company willen stappen, besluit de heer Coucke. Dat staat dan haaks op de langetermijnvisie. Jos DE MEYER, voorzitter Tinne ROMBOUTS, verslaggever
V L A A M S P A R LEMENT