Gebruiksaanwijzing voor de eigenaar van een Oxyfix® C-90 MB 5 IE (1) - Handleiding voor de inbedrijfstelling - Gebruiksaanwijzing –
Beste klant, Bij de aankoop van een zuiveringsstation hebt u duidelijk gemaakt dat u belang hecht aan de bescherming van het milieu in uw omgeving, en meer bepaald van het water, een goed dat ons bijzonder kostbaar is. Wij danken u voor uw vertrouwen door te kiezen voor de Oxyfix® C-90, een ontwerp van Eloy Water. Onze Oxyfix® C-90-systemen die gefabriceerd worden in onze ateliers op basis van een speciaal samengesteld beton, zijn tegelijk lichter, steviger en hermetischer dan vergelijkbare producten op de markt. Wij garanderen u dat uw Oxyfix® C-90, in het kader van een installatie conform de instructies van de handleiding voor de inbedrijfstelling en de gebruiksaanwijzing, voldoet aan de normen die op het moment van de installatie ervan van kracht waren. Voor een optimaal, economisch en duurzaam gebruik van uw Oxyfix® C-90 raden we u ten stelligste aan dit document te lezen. Het bevat: - De handleiding voor de inbedrijfstelling - De gebruiksaanwijzing Aarzel niet om voor alle informatie contact op te nemen met de distributeur van uw regio, van wie u de gegevens op onze website www.eloywater.com terugvindt, of door te bellen naar het volgende nummer: +32 4 382 44 00.
2
Veiligheidsregels Wij raden ten stelligste aan om strikt elke interventie op het zuiveringsstation – behalve wat wij in onze onderhoudscontracten een "passend toezicht" noemen – alleen te laten uitvoeren door gespecialiseerde technici die erkend zijn door onze onderneming.
Het voorkomen van risico's Het personeel moet tijdens het werk de persoonlijke beschermingsmiddelen dragen die passen bij de uit te voeren werkzaamheden. Ter herinnering en pro memorie:
Het dragen van veiligheidsschoenen is verplicht voor de werknemers die zware stukken behandelen en die, als ze vallen, hun voeten zouden kunnen verwonden;
Het dragen van veiligheidshandschoenen is verplicht voor werknemers die voorwerpen, producten of materialen behandelen die snijden, scherpe delen bevatten, irriteren, gloeiend heet of ruw zijn;
Het dragen van een veiligheidsbril is verplicht voor werknemers die bloot staan aan spatten van gevaarlijke stoffen, aan weggeslingerde deeltjes die vrijkomen bij het zagen en slijpen, en die blootstaan aan schadelijke stralingen tijdens las- of snijwerk;
Het dragen van geschikte maskers is verplicht wanneer de omgevingslucht gevaarlijke of schadelijke stoffen of substanties bevat;
Het dragen van een individuele gehoorbescherming is vereist tijdens het gebruik van luidruchtige toestellen.
3
In termen van veiligheid zijn de belangrijkste risico's in verband met een zuiveringsstation hieronder gedefinieerd. BIOLOGISCHE RISICO'S Afvalwater en slib bevatten ziekteverwekkende bacteriën en virussen. Rechtstreeks contact van de handen (en elk ander lichaamsdeel) met deze substanties moet in de mate van het mogelijke worden vermeden. Het dragen van werkhandschoenen en aangepaste kleding is een vereiste. Zolang een persoon in contact is met vervuild water en hij zijn handen niet heeft gewassen en ontsmet, is het te verkiezen dat hij niet drinkt, eet, rookt of met zijn handen zijn gezicht aanraakt. Bij contact met ziekteverwekkende substanties moeten de bevuilde lichaamsdelen gewassen en ontsmet worden met behulp van de specifieke producten en mogen de bevuilde kledingstukken niet opnieuw aangetrokken worden vooraleer ze gereinigd en ontsmet zijn. Het is ook aan te raden om het gereedschap en voorwerpen die in contact gekomen zijn met ziekteverwekkende substanties te wassen en te ontsmetten.
MECHANISCHE GEVAREN Het is aan te bevelen om waakzaam te zijn in de buurt van elektromechanische toestellen waarvan bepaalde volgens een automatische cyclus werken. De inspectieputten, riooldeksels of luikgrendels mogen alleen open gelaten worden tijdens de tijdsspanne die nodig is voor de interventie. Na de interventie worden ze weer dichtgedaan. Om een toevallige inschakeling van een machine waaraan het personeel een interventie doet, te voorkomen, moeten voorzorgsmaatregelen worden genomen. GEVAREN VERBONDEN AAN GASSEN
Bepaalde gassen kunnen onpasselijkheid of verstikking veroorzaken. Het is daarom verboden dat een persoon alleen in een kuip afdaalt die afvalwater bevat of bevat heeft en, meer algemeen, in een ruimte met een bedompte atmosfeer. Desgevallend moet de kuip voor elke toegang belucht worden. Een tweede persoon moet ter plaatse aanwezig zijn – buiten de constructie met bedompte atmosfeer – gedurende de hele duur van de interventie om de arbeider te helpen de constructie te verlaten als hij onwel wordt en alarm slaat. De tweede persoon mag onder geen enkel voorwendsel afdalen in de constructie met beknopte atmosfeer.
4
ELEKTROCUTIERISICO'S
Interventies op en bedieningen van elektrische installaties, en wijzigingen aan deze installaties worden toevertrouwd aan competent personeel dat als dusdanig erkend is.
5
- Handleiding voor de inbedrijfstelling -
Oxyfix® C-90 MB 5 IE (1) Oxyfix C-90 uitgerust met een membraanbeluchter (MB) Inhoudsopgave 1.
Regels voor het bepalen van de afmetingen naargelang de karakteristieken van de woning en/of van het aantal gebruikers
2.
Verschillende onderdelen van de Oxyfix® C-90
3.
Werkingsprincipe
4.
Algemeen installatieschema
5.
Risico's op aantasting
6.
Topografische en evacuatieomstandigheden
7.
Voorwaarden voor transport, plaatsing, veiligheid, het verwezenlijken van de funderingen, de aansluiting, de aanaarding en de inbedrijfstelling
8.
Het ruimen van het slib
9.
Monstername of bemonstering
10. Procedure in geval van slechte werking 11. Onderhoud - ten sterkste aanbevolen
6
1. Regels voor het bepalen van de afmetingen naargelang de karakteristieken van de woning en/of van het aantal gebruikers De nuttige capaciteit van het individuele zuiveringssysteem wordt bepaald volgens het aantal inwonersequivalenten (IE) van de woning of de groep woningen die door het systeem bediend worden. In België wordt voor eengezinswoningen die enkel huishoudelijke afvalwater genereren, de dagelijks geproduceerde vuilvracht, uitgedrukt in inwonerequivalenten, dit is een getal dat overeenkomt met het aantal bewoners. Bij aansluiting van meerdere woningen op hetzelfde zuiveringssysteem wordt de vuilvracht verrekend met een minimum van 4 IE per woning. De capaciteit bedraagt minstens 5 IE. Voor andere gebouwen wordt het aantal inwonerequivalenten dat overeenstemt met de vuilvracht van het huishoudelijk afvalwater, als volgt berekend: Gebouw of complex
Aantal inwonerequivalenten (IE)
Fabriek, atelier Kantoor School zonder baden, douche noch keuken (externaat)* School met baden en zonder keuken (externaat)* School met baden en keuken (externaat)* School met baden en keuken (internaat)* Hotel, pension* Camping – doorreisplaatsen Camping – verblijfplaatsen Kazerne Restaurant*
Theater, bioscoop, feestzaal, slijterijen van dranken Sportpark* Home, centrum voor specifieke verzorging, gevangenissen*
1 arbeider = ½ IE 1 bediende = 1/3 IE 1 leerling = 1/10 IE 1 leerling = 1/5 IE 1 leerling = 1/3 IE 1 leerling = 1 IE 1 bed = 1 IE 1 plaats = 1,5 IE 1 verblijfplaats = 2 IE 1 persoon (voorzien) = 1 IE 1 opgediende maaltijd = ¼ IE Aantal IE = ¼ IE x gemiddeld aantal opgediende maaltijden 1 plaats = 1/30 IE 1 plaats = 1/20 IE 1 bed = 1,5 IE
Voor de met een asterisk (*) gemarkeerde gebouwen of complexen wordt het op grond van de tabel berekende aantal IE verhoogd met 1/2 IE per personeelslid dat in de instelling tewerkgesteld is. Voor de bepaling van de vereiste nuttige capaciteit wordt rekening gehouden met een eventuele vermeerdering van het aantal gebruikers van het aangesloten gebouw of complex.
7
Voor afvalwater afkomstig van kleine collectieve gehelen wordt de berekening van het aantal inwonerequivalenten als volgt geschat*: Benaming
Correctiecoëfficiënten
Debieten (in liter per dag)
Permanente gebruiker School (pensionaat), kazerne, rusthuis School (half-pension), of vergelijkbaar School (externaat), of vergelijkbaar Ziekenhuizen, kliniek, enz. (per bed) (met inbegrip van de zorgverstrekkers en de personen die instaan voor de exploitatie) Fabriekspersoneel (per ploeg van 8 uur) Kantoorpersoneel, winkelpersoneel Hotel-restaurant, familiepension (per slaapkamer) Hotel-restaurant, familiepension (zonder restaurant, per slaapkamer) Campingterrein Toevallige gebruiker (openbare plaatsen)
1 1 0,5 0,3 3
150 150 75 50 400 à 500
0,5 0,5 2
75 75 300
1
150
0,75 à 2 0,05
115 à 300 7,5
2. Verschillende onderdelen van de Oxyfix® C-90 MB (MB: Membraan blower, uitgerust met een beluchter met membranen) 2.1. Oxyfix® C-90 MB 5 IE (1) De Oxyfix® C-90 MB 5 IE (1) bestaat uit een kuip in beton C-90 van 6000 liter uitgerust met: 3.
Bochtstukken Oxybee® Luchtverdelers Luchtverdeelbuis Airlift 20 meter slang voor de beluchter Nabezinkingsconus Dichtingsringen IN/OUT Monsternamevoorziening Betonnen deksels Beluchter met membranen: 1 x Secoh EL-60N Werkingsprincipe
De werking van uw Oxyfix® C-90 is gebaseerd op een zogenaamde "vaste, ondergedompelde en beluchte cultuur" die ideaal geschikt is voor kleine en middelgrote gemeenschappen waarvan de influenten gekenmerkt zijn door beperkte schommelingen van de debiet en de vuilvracht. Het systeem bevat meerdere technische innovaties die het tegelijk handig, doeltreffend, economisch en duurzaam maken.
8
Uw Oxyfix® C-90 heeft de vorm van een betonnen kuip, die onderverdeeld is in drie compartimenten: Compartiment 1 (primaire bezinktank): Het afvalwater wordt verzameld in de primaire bezinktank. De zwevende materialen bezinken in het onderste deel van deze kamer om "voorbehandeld" te worden door anaërobe bacteriën. Er treden anaërobe verterings- en vloeibaarmakingsmechanismen op. De primaire bezinktank speelt ook de rol van ontvetter. Na een bepaalde gebruikstijd kan op het oppervlak van de primaire bezinktank een "deksel" van vet, cellulose... gevormd worden. Om te vermijden dat de aanvoer van het afvalwater in het gedrang komt door dit obstakel, zijn de Oxyfix® C-90-systemen uitgerust met een verluchte dompel-T die de influenten rechtstreeks onder dit "deksel" leidt. Deze T maakt het ook mogelijk de binnenkomende stroom te dempen, wat twee extra voordelen biedt: - het werk van de anaërobe bacteriën wordt niet verstoord door een plotselinge, brutale toevoer van afvalwater; - de beweging die opgelegd wordt aan het influent bevordert de eerste bezinking ervan. Compartiment 2 (biologische reactor): Via een ondergedompelde leiding bereikt het "voorbehandelde" water vervolgens de bodem van de biologische reactor, waar de resterende organische verontreiniging dit keer afgebroken zal worden door aërobe bacteriën. De toevoer van zuurstof aan de bacteriën gebeurt door een beluchter. De beluchter is met een luchtverdeelbuis verbonden. Deze is in het onderste deel van de biologische reactor aangebracht en bestaat uit luchtverdelers "die fijne belletjes opwekken" en niet verstopt kunnen raken. De bijzonderheid van het systeem schuilt in het feit dat de bacteriën van de biologische reactor zich vastzetten en uitgroeien op een originele ondergedompelde drager: de Oxybees®. Compartiment 3 (nabezinker): Na de behandeling in de biologische reactor komt het water in de nabezinker. Het secundaire slib zet zich af en concentreert zich in het onderste deel. Het gezuiverde water wordt dan afgevoerd via het bovenste deel van de nabezinker waar er, als ultieme voorzorgsmaatregel, een voorziening is om het behandelde afvalwater af te voeren zonder eventuele zwevende deeltjes mee te nemen. Deze voorziening werd speciaal ontworpen om gemakkelijk toegankelijk te zijn en eenvoudig monsters te kunnen nemen die representatief zijn voor het afvalwater. De nabezinker is uitgerust met een decanteerconus die het slib op het diepste punt van het compartiment concentreert en het aanzuigen ervan optimaliseert via het systeem voor recirculatie van het secundaire slib (airlift). De airlift zorgt voor de hercirculatie van het behandelde afvalwater en het slib van de nabezinker (waar de tweede klaring plaatsvindt) naar de primaire bezinktank.
9
Deze hercirculatie, die een niet-beheerste denitrificatie voorkomt, uit zich in het opstijgen van het slib. Ze zorgt ook voor een gedeeltelijke denitrificatie van de nitraten in het eerste compartiment en een goede nitrificatie van de resterende Kjeldahlstikstof door een nieuwe beluchting te doen van het teruggevoerde water.
4.
Algemeen installatieschema
4.1. Principeschema
H
I
J
F
B
A
C
D K G E
Figuur 4-1. Principeschema van de Oxyfix® C-90 (niet-contractueel)
Legenda: A B C D E F G H I J K
: : : : : : : : : : :
Primaire bezinktank Biologische reactor Nabezinker Bacteriedrager Luchtverdelers Hercirculatie van het slib Decanteerconus Inspectieopening van de primaire bezinktank Inspectieopening van de biologische reactor en de nabezinker Controlevoorziening Airlift
10
4.2. Plaatsing van de Oxyfix® C-90
Figuur 4-2. Plaatsing van de Oxyfix® C-90
De Oxyfix® C-90 moet geïnstalleerd worden op een plaats: waar de afstand tussen de beluchter en het zuiveringsstation niet meer dan 20 meter bedraagt; buiten een zone met verkeer met voertuigen van meer dan 3,5 ton (*); die niet kan onderlopen (**); De opslagruimte van het slib (eerste bezinktank) wordt best voorzien van een ventilatiesysteem met een minimumdiameter van 80 mm, gescheiden van het gezuiverde watercircuit en het hemelwatercircuit en op voldoende hoogte om geurhinder te voorkomen. Wij raden aan om voor deze leiding pvc-buizen van minstens 80 mm diameter te gebruiken. Vertrek van de eerste bezinktank en werk zo naar een hoger gelegen punt toe (bijvoorbeeld een daknok), dat bij voorkeur blootgesteld is aan de overheersende windrichting om de afvoer van zware gassen te bevorderen.
(*) in geval van verkeer van voertuigen van meer dan 3,5 ton is het onontbeerlijk een plaat aan te brengen voor het verdelen van de belasting boven de kuip. (**) in geval van de aanwezigheid van grondwater is het onontbeerlijk boven de kuip een ballastplaat aan te brengen.
11
De Oxyfix® kan een aanaarding van maximaal 80 cm dragen plus een loopbelasting. De Oxyfix® kan ook een aanaarding van maximaal 80 cm dragen plus een rollende belasting van maximaal 3,5 T (rond en op de kuip, met uitzondering van de toegangen). Aangepaste verhogingen uit geprefabriceerd beton of polyethyleen verbinden de kijkgaten met de bovenkant van de aanaarding die de dekplaat van de kuip bedekt. De verhogingen worden aangeaard met uitgegraven aarde of met steenslag met een korrelverdeling van minder dan 0/56 mm. De verhogingen worden afgesloten met vergrendelbare luiken uit polyethyleen met een standaard diameter van 60 cm en een weerstand die enkel berekend is voor voetgangersverkeer A15 (geen rollende belasting). Er moeten aangepaste luiken geplaatst worden volgens de verwachte belastingen. Die luiken moeten uit polyethyleen, polyurethaan, gietijzer of aluminium vervaardigd zijn (niet standaard geleverd). 5.
Kwaliteit van de onderdelen
Eloy Water heeft systematisch materialen gekozen die een duurzame en doeltreffende werking van uw Oxyfix® C-90 garanderen. 5.1. Betonnen kuip 5.1.1. Algemeen De geprefabriceerde kuip is gemaakt van zelfverdichtend beton. Daardoor is het mogelijk een grote dichtheid en een zeer geringe absorptie van afvalwater te verkrijgen waardoor een totale dichtheidsgarantie verkregen wordt voor de kuip en een goede weerstand tegen de sulfaten in het afvalwater. 5.1.2. Wapeningen Het beton is gewapend met metalen vezels met een exclusief design die de kuip een uitstekende mechanische weerstand verlenen. 5.1.3. Inspectieputten en toegangen De kuip is uitgerust met twee mangaten met een diameter van 600 mm die een gemakkelijke toegang tot alle elementen van de Oxyfix® C-90 mogelijk maken. Aangepaste opzetstukken in prefabbeton of polyethyleen vervolledigen de installatie (optie). De opzetstukken worden afgewerkt met betonnen, gietijzeren of polyethyleen deksels, die in standaard uitvoering geschikt zijn voor voetgangersverkeer. De deksels kunnen in versterkte versies geleverd worden voor specifieke lasten naargelang de behoeften.
12
5.2. Verdeelbuizen en luchttoevoerleidingen De verdeelbuizen, leidingen en het toebehoren zijn uitgevoerd in PVC PN16, reeks 6,3 volgens de norm NBN EN 1452 (België). De leidingen zijn aan de wanden van de biologische reactor bevestigd met behulp van corrosievrije kunststof beugels. De Oxyfix® C-90-systemen zijn uitgerust met luchtverdelers van het type "met fijne belletjes" dankzij een micro geperforeerd membraan dat de beluchting tot stand brengt. De uiteinden (3/4") voor de bevestiging van de luchtverdelers op de verdeelbuis zijn bedraad voor een eenvoudige montage en demontage. 5.3. Beluchter De beluchter bevindt zich in een technisch lokaal. Dit moet droog, verlucht en gemakkelijk toegankelijk zijn (washok, kelder, garage...). Het is uitgerust met een rood verklikkerlichtje (led) dat brandt om aan de gebruiker een storing van de beluchter te melden. Een aangepast technisch lokaal, in prefabbeton of polyethyleen, kan de installatie vervolledigen (optie). 5.4. Voorziening voor de hercirculatie van het slib Het slib wordt teruggevoerd d.m.v. een "airlift", die gevoed wordt door dezelfde beluchter die de beluchtingsbuis voedt. Deze voorziening werkt permanent en wordt geregeld door een onderdeel dat voor een ideaal luchtdebiet zorgt om de airlift te voeden, zodat een perfecte verdeling van de ingeblazen lucht tussen terugvoer [hercirculatie] en verdeling mogelijk wordt. Het slib wordt aangezogen in de nabezinker om naar de primaire bezinktank teruggevoerd te worden. De airlift is uitgevoerd in PVC PN16, reeks 6,3 en ook met een soepele, geribbelde en versterkte slang voor de terugvoer naar de primaire bezinktank. De slang voor de luchtaanvoer vanaf de debietregelaar bestaat uit een gewapende, transparante slang. De debietregelaar bestaat uit een messing koppeling en een Ertacetal® koppelbuisje met een boring die zorgt voor een ideaal en constant luchtdebiet voor het voeden van de airlift. De airlift is aan de wanden vastgemaakt met behulp van met behulp van corrosievrije kunststof beugels. 5.5. Leidingen De leidingen zijn van PVC voor rioleringen, met BENOR-label en conform de norm NBN EN 1401. De inlaat - en uitlaatmoffen zijn uitgerust met rubber dichtingen van het type SBR. 5.6. Andere onderdelen Alle andere onderdelen zijn ongevoelig voor corrosie (kunststof of roestvast staal).
13
6.
Topografische en evacuatieomstandigheden
Uw Oxyfix C-90 wordt gevoed via een inlaat bovenaan. De afvoer van het gezuiverde water gebeurt via een bovenaan gelegen afvoer. Het niveauverschil tussen de inlaat en de uitlaat bedraagt ongeveer 2 centimeter.
Figuur 6-2: Tekening van de Oxyfix® C-90 MB 5 IE (1)
Het gezuiverde water kan afgevoerd worden in een verdeel-drainageleiding, een regenwaterafvoergoot, een oppervlakte waterafvoer (beekje, rivier, sloot...)... In het geval van afvoer via infiltratie moeten bijzondere voorzorgsmaatregelen worden genomen om elke verstopping van de infiltratie te vermijden. De problemen die gepaard gaan met de aard van de bodem (aanwezigheid van rotsen of van grondwater) worden behandeld in punt 7. De toevoer van ongeschikt influent kan het zuiveringsproces verstoren of blokkeren. We moeten in de mate van het mogelijke vermijden dat in de Oxyfix® schadelijke stoffen terechtkomen (bactericiden, bleekwater, oplosmiddelen, pesticiden, antibiotica, koolwaterstoffen...).
Bij het aftappen van huishoudelijk afvalwater voor de Oxyfix® C-90, mag het influentdebiet niet meer bedragen dan 0,125 m³/h (3Q18) voor de Oxyfix® 5 IE om de goede werking van de Oxyfix® te verzekeren.
14
7. Voorwaarden voor het transport, de plaatsing, de veiligheid, de funderingen, de aansluiting, de aanaarding en de inbedrijfstelling 7.1. Transport De Oxyfix® C-90 MB 5 IE vertonen de volgende karakteristieken: Totaal aangesloten... Totaal volume Buitenafmetingen Lengte Breedte Hoogte Ø Inlaat (IN) / Uitlaat (OUT)
IE m³
5 6,0
m m m mm
2,38 1,58 2,25 110/110
Gewicht kuip (zonder pallet) Inspectieputten
kg cm
2850 2 x Ø 60
Bij het rechtstreeks in de bouwput aanbrengen (door de vrachtwagen die de zuiveringsinstallatie levert) : De vrachtwagen moet de bouwput in alle veiligheid kunnen bereiken via een (voor een groot voertuig) berijdbare toegangsweg met een breedte van minstens 3,5 meter.
Figuur 7-1: Veiligheidsafstanden
De doorgang van het voertuigverkeer vergt een vrije hoogte (vrij van alle obstakels) van 4,5 meter. De directe omgeving van de bouwput moet volledig vrij zijn over een breedte van minstens 4 m om stabilisatiesteunen te kunnen plaatsen voor het statische evenwicht van de vrachtwagen tijdens het laden en lossen van de kuip. Opmerking: De installateur is verantwoordelijk voor de toepasselijke veiligheidsmaatregelen in alle fasen van de installatie.
15
Het lossen van de kuip gebeurt over het algemeen via de achterkant van de vrachtwagen. Daartoe mag de afstand tussen de as van de kraan en de symmetrieas van de bouwput maximum 6 meter bedragen. Belangrijke opmerking: De voorbereidende werkzaamheden moeten volledig beëindigd zijn vooraleer de leverende vrachtwagen aankomt. Bij het in de bouwput laten zakken via een kraan op de bouwplaats : Moet de directe omgeving van de bouwput volledig vrij zijn over een breedte van minimum 2 m om de stabiliteit van het terrein te verzekeren tijdens het laden en lossen van de kuip. 7.2. Laden en lossen
þ
Vouw de kraan open en haak er de lengen aan.
þ
Gebruik 4 lengen met een treksterkte van 3 ton (30.000 N) of met een hogere capaciteit (met kettingsluitingen), die gekeurd zijn door een erkende instelling en aangepast zijn aan de afmetingen van de kuip C-90, waarbij de hoek alfa (zie tekening) tussen 60° en 90° ligt na verankering aan de 4 ophanghaken van de kuip.
Figuur 7-2: Laden en lossen van de kuip C-90
Figuur 7-3: Laden en lossen van de kuip C-90
16
De belangrijkste veiligheidsmaatregelen zijn de volgende: Absoluut verbod om zich onder de last te begeven. Gebruik een passende kraan die gekeurd is door een erkende instelling. Zorg ervoor dat de grond gestabiliseerd is vooraleer de kuip erop te plaatsen. Zet de kuip waterpas. Verwijder de lengen van de ophanghaken.
7.3.
Graven van de bouwput
þ De werken en studies op het perceel moeten uitgevoerd worden volgens de van kracht zijnde regelgeving en volgens de vereisten van de aard van het terrein.
Vereisten naargelang de topografie en de aard van het terrein Gelieve de bijzondere uitvoeringsmodaliteiten na te leven in de volgende omstandigheden: Hellend terrein: De grondvesten van de graafwerken moeten in het natuurlijk terrein uitgevoerd worden. De eenheid moet loodrecht op de hellingsrichting geplaatst worden en nooit op een laag punt van het terrein. Ondoorlatende grond: Men moet boven de kuip een ballastplaat op maat voorzien en/of de aanaarding met cement stabiliseren. Ondergronds waterbekken: Men moet boven de kuip een ballastplaat op maat voorzien. Overstroombare zone: De eenheid mag nooit in een overstroombare zone geïnstalleerd worden. Aanwezigheid van een regenput: De lozing moet minstens 35 meter verwijderd zijn van een regenput waarvan het water bestemd is voor menselijke consumptie.
17
Figuur 7-4: Graven van de bouwput
þ Graven van de bouwput: de aanbevolen theoretische afmetingen staan in de onderstaande tabel. Type
Lengte x (cm)
Breedte Y (cm)
Hoogte min – max (cm)
Oxyfix® C-90 MB 5 IE (1)
360
280
245 – 305
þ Uitgraven tot een horizontaal, stabiel, draagkrachtig oppervlak en vrij van elk risico op beschadiging aan de kuip door scherpe/harde voorwerpen op de bodem van de bouwput om er de kuip neer te zetten. Om de spanningen te beperken en de vorming van barsten in de bodem van de kuip te voorkomen, is het onontbeerlijk om een stabiele, perfect horizontale, draagkrachtige basis te verwezenlijken. Dikte van het ligvlak 10 - 20 cm - zorgvuldig verdicht.
Figuur 7-5: Aanbrengen in de bouwput
18
þ De diepte van de sleuf wordt als volgt bepaald: dikte van het ligvlak + hoogte van de kuip + aanaarding (max. 80 cm)
þ Opmerking: de volgende minimumhellingen moeten worden gerespecteerd o o
2% afhellend voor de hydraulische leidingen 1% oplopend voor de ventilatiebuizen
Figuur 7-6: Diepte van de bouwput
Merk op dat de kuip maximaal met een laag aarde van 0,8 m mag bedekt worden. Als er meer aarde op moet komen (of als voertuigen van meer dan 3,5 ton op het oppervlak zullen rijden), moet een plaat voor het verdelen van de belasting worden aangebracht.
Figuur 7-7: Theoretische voorstelling van de plaats van de Oxyfix®
19
7.4. Aanaarding
þ þ
Aanaarden tot op het niveau van de aansluiting met behulp van materiaal met een korrelgrootteverdeling van 0 - 20 mm (zand, splitlaag, grind...). Voor een verzorgde verdichting (in opeenvolgende horizontale lagen van 50 cm) zorgen.
Figuur 7-8: Aanaarding
7.5. Hydraulische aansluiting (geen regenwater) De vermeldingen (IN en OUT) specificeren de stroomrichting van het water (hydraulisch traject). Bijzondere voorzorgsmaatregelen moeten worden genomen om een perfecte stabiliteit van de aanaardingszone te verzekeren ter plaatse van de inlaat en de uitlaat. Als het wegens de topografie van de plaatsen onmogelijk is om een constante helling te verwezenlijken, is het te verkiezen om het bestaande reliëf te gebruiken en daarbij de voorkeur te geven aan de helling stroomopwaarts de Oxyfix®. Om de stroming van het influent te vergemakkelijken, is een helling van twee procent vereist, terwijl voor het effluent een kleinere helling kan volstaan.
Figuur 7-9: Hydraulische aansluiting
20
7.6. Afwerking De hoogte van de grond boven het betonnen deksel van de kuip mag niet meer dan 80 cm bedragen, goed voor een statische belasting van +/- 1400 kg/m². Een heel bijzondere aandacht dient te worden besteed aan de toe- en afvoerleidingen. Ze moeten verplicht op hun plaats gehouden worden om elke latere vervorming door een verschil in verzakking van de grond te vermijden. Ideaal is ze te omhullen met gestabiliseerd zand (dat minimum 50 kg cement per m³ bevat). Aangepaste betonnen schachtelementen of polyethyleen moeten de verbinding verzekeren tussen de inspectieputten en het bovenste niveau van de aanaarding die de dekplaat van de kuip moet bedekken. De opzetstukken moeten aangeaard worden met de uitgegraven aarde of met steenslag met een kaliber van hoogstens 0/56 mm. De opzetstukken worden afgesloten met riooldeksels die in de standaarduitvoering geschikt zijn voor voetgangersverkeer, of aangepast aan de specifieke belastingen naargelang de behoeften. De riooldeksels kunnen gemaakt zijn van polyethyleen, polyurethaan, gietijzer of aluminium.
Grondwaterspiegel: Bij aanwezigheid van grondwater in de bouwput moeten bijzondere schikkingen worden getroffen om ballast aan te brengen op de kuip en zo te vermijden dat hij in lege toestand omhoog komt.
Hoogte van de bedekking > 0,8 m: Als het nodig is de deklaag met aarde dikker te maken dan 0,8 m, moet absoluut een plaat in gewapend beton voor het verdelen van de belasting boven de kuip worden aangebracht. Deze plaat moet desgevallend het voorwerp vormen van een aanvullende studie. Verkeer van voertuigen: Als voertuigen op het oppervlak moeten rijden, moet een plaat voor het verdelen van de belastingen in gewapend beton boven de kuip worden aangebracht. Deze plaat moet desgevallend het voorwerp vormen van een aanvullende studie. Voorzorgsmaatregelen vóór het vullen: Als een niet-aangeaarde kuip water wordt gevuld, dan kan deze barsten of zelfs ontploffen. Het is dus verboden om een kuip met water te vullen, zelfs tot op halve hoogte, zolang hij niet over de hele omtrek is aangeaard tot op het niveau van het deksel.
21
7.7. Elektrische aansluiting þ Controleer of de bestaande elektrische installatie geschikt is voor de aansluiting van de beluchter (voldoende stroomsterkte en vermogen, equipotentiaalverbinding – aardaansluiting met een aardingsweerstand (ohm) conform de normen voorgeschreven door het A.R.E.I. (België),
Geïnstalleerd vermogen (kW) Voedingsspanning (V) Frequentie (Hz)
22
Oxyfix® C-90 MB 5 IE (1) 0,06 1 x 230 50
7.8. Aansluiting van de beluchter De beluchter wordt rechtstreeks verbonden met het net via een stopcontact. Er hoeft geen enkele regeling gedaan te worden. De beluchter wordt aan de beluchtingsbuis aangesloten met behulp van een snelkoppeling via een slang (geleverd met het zuiveringsstation) met een lengte van 20 meter en een diameter van 19 mm. Deze slang wordt aan het hulpstuk van de beluchter aangesloten. De slang moet aangebracht worden in een mantel van minstens 60 mm diameter om elke beschadiging (pletten of scheuren) te vermijden, die de goede beluchting van de Oxyfix® in het gedrang zou kunnen brengen. Het aantal en de grootte van de richtingsveranderingen (max. 45°) moeten beperkt worden. De beluchter moet geïnstalleerd worden in een schoon, droog, vorstvrij en goed verlucht technisch lokaal. Om elke oververhitting van de beluchter te vermijden, moet het technische lokaal uitgerust zijn met een voldoende ventilatie om een goede luchtverversing te garanderen en een efficiënte koeling van de motor (bijvoorbeeld een PVC slang met een diameter van 100-110 mm en moet men indien nodig gedwongen ventilatie voorzien). In geval de beluchter in een ingegraven technisch lokaal wordt ondergebracht, moeten absoluut de nodige schikkingen getroffen worden om elke waterinsijpeling in het technische lokaal te voorkomen. In elk geval moet een voorziening voor de afvoer van het water uit het technisch lokaal worden aangebracht.
7.9. Ventilatie Het laten bezinken (decanteren) van de ruwe materialen in de primaire bezinktank van de Oxyfix® C-90 gebeurt met anaërobe bacteriën (d.w.z. die geen zuurstof nodig hebben om zich te ontwikkelen). Dit fenomeen houdt in dat methaan, kooldioxide en zwavelwaterstof vrijkomen, die in combinatie met uitwasemingen van vluchtige vette zuren, geuren kunnen veroorzaken. Deze zware gassen moeten absoluut in de atmosfeer worden afgevoerd. Om die reden is het onontbeerlijk om de primaire bezinktank behoorlijk te verluchten. Het volume waarin het slib wordt opgeslagen moet uitgerust zijn met een ventilatiesysteem met een diameter van minstens 100 mm, gescheiden van de kring van het gezuiverde water en het regenwater, en op een voldoende hoogte geplaatst om geurhinder te vermijden. Deze leiding vertrekt van de primaire bezinktank naar een hoog punt dat idealiter blootgesteld is aan de overheersende winden om de afvoer van de zware gassen te bevorderen. De ventilatieslang moet door een gat in een van de zijwanden van de opstand lopen.
23
De diameter van de ventilatieslang mag nooit kleiner zijn dan 100 mm en hij moet constant omhoog lopen tot aan het dak. Het aantal en de grootte van de richtingsveranderingen (max. 45°) moeten beperkt worden. Een kap over deze leiding moet een toevallige verstopping van de afvoeropening voorkomen.
Figuur 7-10: Ventilatie
7.10. Inbedrijfstelling Het zuiveringsstation moet door een erkend installateur in dienst worden gesteld. De verschillende stappen zijn de volgende:
þ þ þ þ þ
De kuip vullen met zuiver water (na de aanaarding) De beluchter aanbrengen en aansluiten. De bellenvorming in de reactor controleren. De goede werking van de retourleiding controleren. Controleren of het water goed door de verschillende compartimenten wegstroomt.
1. Eens de funderingen klaar zijn en de aanaardingen van de bouwput uitgevoerd zijn zoals aanbevolen in de handleiding voor de inbedrijfstelling, wordt uw Oxyfix® C-90 gevuld met water na plaatsing conform de instructies die werden gegeven aan de aannemer die belast is met de werkzaamheden. a. Vul het zuiveringsstation via de primaire bezinktank door een kraan in de woning open te draaien of met behulp van een tuinslang; b. Eens de 3 compartimenten gevuld zijn en het water uit de kuip stroomt via de afvoerslang, kan het zuiveringsstation in bedrijf worden gesteld. 2. De toe- en afvoerleiding moeten correct zijn aangebracht. De beluchter moet aangesloten zijn aan uw Oxyfix® C-90 d.m.v. de passende slang. 3. De beluchter moet correct verbonden zijn met het elektriciteitsnet d.m.v. het voedingssnoer of via een bedieningsbord. 4. Al na enkele seconden na de inschakeling van de beluchter zullen fijne belletjes aan het wateroppervlak verschijnen in de biologische reactor en zal de airlift de
24
recirculatie van het water van de nabezinker naar de primaire bezinktank in gang brengen. 5. Uw zuiveringsstation werkt en is in bedrijf! 6. Een maximumperiode van 4 weken (in continu bedrijf) zal nodig zijn voor de vorming van de biomassa om een optimale werking van het zuiveringsstation te garanderen. Tijdens deze periode waarin de bacteriecultuur tot stand komt, gebeurt het vaak dat er in de biologische reactor een grote hoeveelheid schuim verschijnt. 8. Het afvoeren van het slib (ruimen) De Oxyfix® C-90 produceert een overmaat aan slib afkomstig van de afbraak van het vuil in het water door aërobe micro-organismen. De noodzaak om uw Oxyfix® C-90 te ruimen, hangt af van de vullingsgraad met slib van de primaire bezinktank. Wij raden aan het slib te ruimen wanneer de primaire bezinktank een vullingsgraad van 70% bereikt. Op deze basis wordt de theoretische ruimfrequentie geschat op 27 maanden voor de Oxyfix® C-90 MB 5 IE bij werking op nominale belasting. In de praktijk merken wij dat de opslagcapaciteit voor slib beduidend groter is wat uit de theoretische berekening volgt, nl. goed voor 3 à 5 jaar. In elk geval moet de noodzaak om de installatie te ruimen bepaald worden door een gekwalificeerde technicus tijdens zijn jaarlijkse inspectie. De daarvoor aangeduide onderneming moet het passende materiaal gebruiken en alle gebruikelijke voorzorgsmaatregelen treffen om uw Oxyfix® te ruimen. De ruimer moet kennis nemen van de aanbevelingen ter zake in de Gebruiksaanwijzing. Hij moet een minimale veiligheidsafstand naleven van 3 meter tussen de hogedrukreiniger (natreiniger) en de as van de inspectieput. a. Zuig het "deksel" van de primaire bezinktank weg. b. Maak de primaire bezinktank volledig leeg. c. Vul de primaire bezinktank door een kraan in de woning open te draaien of met behulp van een tuinslang;
25
9. Monstername of bemonstering Monsters kunnen gemakkelijk genomen worden in de nabezinker, zonder de werking van de Oxyfix® C-90 te schaden die daartoe een voorziening bevat. De monsters worden over het algemeen genomen door de technicus die belast is met het onderhoud van de zuiveringsstations d.m.v. een recipiënt met een volume van minstens 1 liter.
Figuur 9-1: Afname van een specifiek monster
Figuur 9-2: Automatische bemonstering
26
10.
Procedure in geval van slechte werking
Bepaalde waarnemingen kunnen op een slechte werking wijzen:
Geuren rond de installatie of in het gebouw. Storingen in de afvoer van het afvalwater in het gebouw. Opstuwing van afvalwater in het gebouw. Controlelampje van de suppressor brandt (rood).
Frequentie van storingen in de voornaamste onderdelen van het zuiveringsstation: Onderdeel
Frequentie Oxyfix® C-90 MB 5EH (1)
Luchtsuppressor
Vervanging van de membranen om de 3 jaar Vervanging van de suppressor om de 15 jaar Vervanging om de 10 jaar (2 eenheden) Permanent en onverstopbaar (minimale levensduur van 30 jaar)
Luchtdiffusor Bacteriebed
In geval van regelmatige controle van de installatie kan er elke 24 uur een monster worden afgenomen in het klaringsbekken, zonder de werking te verstoren. Bij slechte werking van het zuiveringsstation, wordt gevraagd de service (DNV; dienst na verkoop) te bellen om een volledige diagnose te stellen.
11.
Onderhoud - ten sterkste aanbevolen
Elke Oxyfix® C-90 heeft een "identiteitskaart" (die alle onderdelen detailleert met een referentienummer). De identiteitskaart van de Oxyfix® C-90 wordt samen met het product verstuurd, in een geplastificeerd zakje dat in de inlaatbuis zit. De kaart bevat enkele invulvakjes die ingevuld moeten worden door de klant. We vragen hem dit document volledig ingevuld naar ons terug te sturen. Zodra de distributeur de ontvangst van een identiteitskaart van een Oxyfix® C-90 bevestigt, wordt de fiche in de databank van ELOY Water ingevoerd. De distributeur of een door hem erkende onderneming stuurt de klant een voorstel voor een onderhoudscontract. Het onderhoud van de Oxyfix® C-90 is beschreven in de gebruiksaanwijzing.
27
- Gebruiksaanwijzing Oxyfix® C-90 MB 5 IE (1) Oxyfix C-90 uitgerust met een membraanbeluchter (MB) Inhoudsopgave 1.
Informatie over het product
2.
Werkingsprincipe
3.
Prestaties
4.
Inbedrijfstelling
5.
Controle van de Oxyfix®
6.
Enkele tips
7.
Garanties
8.
Onderhoud
9.
Monstername of bemonstering
10. Procedure in geval van slechte werking 11. Vervanging van de slijtstukken 12. Informatie over onze prijzen en diensten
1
1.
Informatie over het product
1.1. Het gemiddelde dagelijkse elektriciteitsverbruik in kWh/dag:
Beluchter Totaal
Oxyfix C-90 MB 5 IE 1,42 1,42
1.2. Het geïnstalleerde elektrisch vermogen van de Oxyfix® in kW:
Beluchter Totaal
Oxyfix C-90 MB 5 IE 0,06 0,06
1.3. Theoretische ruimfrequentie (verwijderen van de overmaat aan slib) Hieronder vindt u de opslagcapaciteit en de concentratie die de Oxyfix® C-90 redelijkerwijze kan bereiken: Jaarlijkse slibproductie: 190 liter per inwonerequivalent (IE)
liter/jaar
Oxyfix C-90 MB 5 IE 950
liter
3.000
liter
2.100
maanden
27
Eenheid Productie van slib Nuttig volume van primaire bezinktank Continue opslagcapaciteit bij 70% vulling Ruimfrequentie bij een slibgehalte van 70%
In de praktijk merken wij dat de opslagcapaciteit voor slib beduidend groter is wat uit de theoretische berekening volgt. 1.4. Hoeveelheid toegevoegd reagens Er is geen reagens nodig; de bacteriën die het zuiveringsproces mogelijk maken, zijn natuurlijk aanwezig in het influent.
2
1.5. Geluidsvermogen
dB(A)
Oxyfix C-90 MB 5 IE 36
Een beluchter wekt een geluid op van 36 dB(A) bij de Oxyfix® C-90 MB 5 IE op een meter van het toestel zonder enige akoestische afscherming. Deze waarde werd gemeten in het laboratorium bij het wegpersen en aanzuigen in de open lucht. Dit geluidsvermogen is gelijk aan dat van een klassieke vaatwasser. Een ingegraven technisch lokaal maakt het mogelijk dit geluid doeltreffend te dempen.
1.6. Technische gegevens Oxyfix® C-90 BS 5 IE (1) 5 Beton 3
Aantal IE Materiaal van de kuipen Aantal compartimenten Nuttige volumes Volume van de primaire bezinktank 3 Volume van de biologische reactor 1,13 Volume van de nabezinktank 1,07 Totaal nuttig volume van de Oxyfix® (m³) 5,20 Buitenafmetingen (m) en (nuttige) binnenafmetingen (m) Lengte 2,38/2,19 Breedte 1,58/1,39 Hoogte 2,25/2,10 Peil van het uitstromende water (m) 1,905 Gewicht van de kuip (kg) 2850 Bezinkingsoppervlakte (m²) 1,5 Totale verblijftijd in de Oxyfix® (uur) Bij gemiddeld debiet 166,4 Bij dagdebiet 124,8 Inspectieopeningen Aantal 2 Afmetingen (cm) Ø60 Membraanbeluchter Debiet (Nm³/h) 2,4 Geïnstalleerd vermogen (kW) 0,06 Max. opgenomen elektrisch vermogen (kW) 0,040 Voedingsspanning (Volt) 1 x 230 Geluidsniveau (dB) 36 Start/Stop (min) 60/0 Luchtverdelers Schijf met EPDM membraan Type Fijne belletjes
Aantal Jaarlijks verbruik (kWh) Ruimfrequentie bij een slibgehalte van 70% (maanden) Ruimfrequentie bij een slibgehalte van 30% (maanden)
3
2 456,25 19 8
2.
Werkingsprincipe
De Oxyfix® C-90-zuiveringsstations zijn verkrijgbaar in de vorm van een betonnen kuip met drie compartimenten:
1
2
3
Figuur 2-1. Principeschema van de Oxyfix® C-90
Compartiment 1 (primaire bezinktank): Het afvalwater wordt verzameld in de primaire bezinktank. De zwevende materialen bezinken in de onderste deel van deze kamer om "voorbehandeld" te worden door anaërobe bacteriën. Er treden anaërobe verterings- en vloeibaarmakingsmechanismen op. De primaire bezinktank speelt ook de rol van ontvetter. Na een bepaalde gebruikstijd kan op het oppervlak van de primaire bezinktank een "deksel" van vet, cellulose.. gevormd worden Om te vermijden dat de aanvoer van het afvalwater niet in het gedrang komt door de aanwezigheid van dit obstakel, zijn de Oxyfix® C-90-systemen uitgerust met een beluchte dompel-T die de influenten rechtstreeks onder het "deksel" leidt. Deze T maakt het ook mogelijk de binnenkomende stroom te dempen, wat twee extra voordelen biedt: - het werk van de anaërobe bacteriën wordt niet verstoord door een plotselinge, brutale toevoer van afvalwater; - de beweging die opgelegd wordt aan het influent bevordert de eerste bezinking ervan.
4
Compartiment 2 (biologische reactor): Via een naar beneden gerichte slang bereikt het "voorbehandelde" water daarna de bodem van de biologische reactor, waar de resterende organische verontreiniging dit keer afgebroken zal worden door aërobe bacteriën. De toevoer van zuurstof aan de bacteriën gebeurt door een beluchter. De beluchter is op een luchtverdeelbuis aangesloten. Deze is in het onderste deel van de biologische reactor aangebracht en bestaat uit uit luchtverdelers "die fijne belletjes opwekken" en niet verstopt kunnen raken. De bijzonderheid van het systeem schuilt in het feit dat de bacteriën van de biologische reactor zich vastzetten en voortwoekeren op een originele ondergedompelde drager: de Oxybee®. Compartiment 3 (nabezinker): Na de behandeling in de biologische reactor, dringt het water binnen in de nabezinker. Het secundaire slib zet zich af en concentreert zich in het onderste deel. Het gezuiverde water wordt dan afgevoerd via het bovenste deel van de nabezinker waar er, als ultieme voorzorgsmaatregel, een voorziening is om het behandelde afvalwater af te voeren zonder eventuele zwevende deeltjes mee te nemen. Deze voorziening werd speciaal ontworpen om gemakkelijk toegankelijk te zijn en eenvoudig monsters te kunnen nemen die representatief zijn voor het afvalwater. De nabezinker is uitgerust met een decanteerconus die het slib op het diepste punt van het compartiment concentreert en het aanzuigen ervan optimaliseert via het systeem voor recirculatie van het secundaire slib (airlift). De airlift zorgt voor de hercirculatie van het behandelde afvalwater en het slib van de nabezinker (waar de tweede klaring plaatsvindt) naar de primaire bezinktank. Deze hercirculatie, die een niet-beheerste denitrificatie voorkomt, uit zich in het opstijgen van het slib. Ze zorgt ook voor een gedeeltelijke denitrificatie van de nitraten in het eerste compartiment en een goede nitrificatie van de resterende Kjeldahlstikstof door een nieuwe beluchting te doen van het teruggevoerde water.
5
3. Prestaties Eloy Water garandeert dat de Oxyfix®-zuiveringsstations, in het kader van een installatie conform de instructies van de handleiding voor de inbedrijfstelling en een gebruik conform de gebruiksaanwijzing, voldoen aan de normen die van kracht zijn op het ogenblik van de installatie van het zuiveringsstation en dit zodra de installatie continu in bedrijf is. De afmetingen van de Oxyfix® C-90 MB 5 IE (1) werden bepaald voor het zuiveren van het huishoudelijk afvalwater van 5 inwonerequivalenten (IE)*, of:
Oxyfix® 5 IE
Biologisch zuurstofverbruik BZV5 Chemisch zuurstofverbruik (CZV)
0,30
kg O2/dag
0,675
kg O2/dag
Zwevende stoffen (ZS)
0,45
kg/dag
Qd
0,75
m³/dag
* een inwonersequivalent (IE) komt overeen met: 60 g O2/dag biologisch zuurstofverbruik BZV5 (DBO5) 135 g O2/dag DCO 90 g/dag MES 150 l/dag debiet
Gegarandeerde parameters van het behandelde water: Parameters Biologisch zuurstofverbruik BZV5 Chemisch zuurstofverbruik (CZV) Zwevende stoffen (ZS)
Maximale concentraties in de uitlaat van het zuiveringsstation* ≤ 25 mg/l
≤ 125 mg/l ≤ 25 mg/l (??)
* Hypotheses: Concentraties berekend op een gemiddeld dagelijks monster. Voor een temperatuur van het effluent ≥ 12°C en een pH tussen 6,5 en 9,5. Onder voorbehoud dat de hydraulische en nominale vuilvracht in acht wordt genomen.
4.
Inbedrijfstelling
1. Eens de funderingen klaar zijn en de aanaardingen van de bouwput uitgevoerd zijn zoals aanbevolen in de handleiding voor de inbedrijfstelling, wordt uw Oxyfix® C-90 gevuld met water na plaatsing conform de instructies die werden gegeven aan de aannemer die belast is met de werkzaamheden.
a. Vul het zuiveringsstation via de primaire bezinktank door een kraan in de woning te draaien of met behulp van een tuinslang;
6
b. Eens de 3 compartimenten gevuld zijn en het water uit de kuip stroomt via de afvoerslang kan het zuiveringsstation in bedrijf worden gesteld. 2. De toe- en afvoerleiding moeten correct zijn aangebracht. De beluchter moet aangesloten zijn aan uw Oxyfix® C-90 d.m.v. de passende slang. 3. De beluchter werd correct aangesloten op het elektriciteitsnet via het voedingssnoer of via een bedieningspaneel. 4. Al na enkele seconden na de inschakeling van de beluchter zullen fijne belletjes aan het wateroppervlak verschijnen in de biologische reactor en zal de airlift de recirculatie van het water van de nabezinker naar de primaire bezinktank in gang brengen. 5. Uw zuiveringsstation werkt en is in bedrijf! 6. Een maximumperiode van 4 weken (in continu bedrijf) zal nodig zijn voor de vorming van de biomassa om een optimale werking van het zuiveringsstation te garanderen 7. Tijdens deze periode waarin de bacteriecultuur tot stand komt, gebeurt het vaak dat er in de biologische reactor een grote hoeveelheid schuim verschijnt. 5.
Controle van de Oxyfix C-90
Het volstaat nu de goede werking ervan (visueel) te controleren. a.
Controle van de beluchter: De beluchter is uitgerust met een rood verklikkerlichtje (led) dat brandt om aan de gebruiker een storing van de beluchter te melden. Bij een defect moet u contact opnemen met ons op uw distributeur.
b.
Controle van het inblazen van lucht: eenmaal per maand is het nuttig om het riooldeksel op te tillen om de biologische reactor van uw Oxyfix® te bekijken. Als fijne belletjes gelijkmatig op het oppervlak verschijnen, werkt de Oxyfix® zoals het hoort. Als u geen fijne belletjes ziet, neem dan contact op met uw distributeur.
c.
Controle van het terugvoersysteem: u moet controleren of het systeem dat de terugvoer van het geklaarde slib verzekert vanaf de nabezinker naar de primaire bezinktank goed werkt. Als de terugvoer niet werkt, neem dan contact op met uw distributeur.
d.
Controle van het lozen van het gezuiverde water: uw Oxyfix® beschikt in de nabezinker over een voorziening om monsters te nemen: het gezuiverde water moet helder zijn. Als het bruinachtig is of slecht ruikt en alle hierboven aangehaalde parameters gecontroleerd werden, neem dan contact op met uw distributeur.
e.
Controle van de vullingsgraad in de primaire bezinktank en ruimen van de overmaat aan slib: de noodzaak om uw Oxyfix® te ruimen, hangt af van de vervuilingsgraad van het afvalwater. Dit wordt bepaald door de technicus tijdens zijn jaarlijkse inspectie.
7
6.
Enkele tips
Uw Oxyfix® werd met succes onderworpen aan de strengste tests op het proefinstallaties die Eloy Water in haar fabriek gebouwd heeft. Opdat u 100% tevreden zou zijn met uw Oxyfix®, moet u ook de volgende instructies naleven: Het zuiveringsproces van de Oxyfix maakt gebruik van levende organismen. Vermijd in de mate van het mogelijke dit proces te verstoren of te blokkeren door in de Oxyfix® schadelijke stoffen (bactericiden, bleekwater, oplosmiddelen, pesticiden, antibiotica, koolwaterstoffen, maandverbanden, condooms, hygiënische doekjes, …) terecht te laten komen. Binnen de grenzen van de gebruiksvoorschriften die opgegeven zijn door de fabrikant mogen huishoudelijke onderhoudsproducten worden gebruikt. Het is daarentegen niet nodig producten toe te voegen om de ontwikkeling van bacteriën te stimuleren (bv. enzymactivators...). Sluit nooit regenwater aan op uw zuiveringsstation. Dit water zou de bacteriele flora kunnen verstoren en bij storm of hevige regen zou een "spoeleffect" het slib kunnen meesleuren. Vergeet niet de kuip van het zuiveringsstation te vullen met zuiver water vooraleer het station weer in gebruik te nemen. In de praktijk stellen onze technici regelmatig vast dat bepaalde eigenaars, ondanks onze adviezen en aanbevelingen, de beluchter van hun Oxyfix C-90 lange tijd uitschakelen. Dit heeft tot gevolg dat de Oxyfix® geen zuurstof meer toegevoerd krijgt. In dat geval komt de biologische reactor terecht in "anaërobiose", die – naast het feit dat de Oxyfix C-90 het afvalwater niet meer kan zuiveren – leidt tot de productie van slechtruikende gassen. Geuren kunnen ook waargenomen worden bij een per ongeluk stoppen van de beluchter (bijvoorbeeld, bij een gewone stroomstoring). Deze geuren zijn volledig ongevaarlijk. Ze verdwijnen zodra de elektrische voeding hersteld is. Bij lange de stroomstoring, moet u zo snel mogelijk contact opnemen met de exploitatiedienst van uw stroomleverancier.
8
7.
Garanties
Eloy Water garandeert dat de Oxyfix®-zuiveringsstations die beschreven zijn in deze handleiding, in het kader van een normaal gebruik samen met een passend onderhoud, ontworpen zijn om afvalwater te zuiveren conform de reglementaire eisen die gelden op het moment van de installatie. Deze garantie geldt wanneer: - van het zuiveringsstation de afmetingen correct werden bepaald (karakterisering van het influent); - het zuiveringsstation correct werd geïnstalleerd, aangesloten en in dienst gesteld; - het zuiveringsstation normaal wordt gebruikt; - het zuiveringsstation geregeld wordt onderhouden door onze onderneming. Een garantie van 10 jaar wordt verleend op de geprefabriceerde betonnen kuipen voor zover de voorschriften voor de plaatsing, het aanbrengen in de bouwput en het gebruik gerespecteerd werden. Een garantie van 2 jaar wordt verleend voor de elektromechanische onderdelen van het zuiveringsstation onder normale installatie- en gebruiksvoorwaarden.
9
8.
Onderhoud
8.1. Onderhoud - ten sterkste aanbevolen Elke Oxyfix® C-90 heeft een "identiteitskaart" (die alle onderdelen detailleert met een referentienummer). De identiteitskaart van de Oxyfix® C-90 wordt samen met het product verstuurd, in een geplastificeerd zakje dat in de inlaatslang zit. De kaart bevat enkele invulvakjes die ingevuld moeten worden door de klant. We vragen hem dit document volledig ingevuld naar ons terug te sturen. Zodra de distributeur de ontvangst van een identiteitskaart van een Oxyfix® C-90 bevestigt, wordt de fiche in de databank van ELOY Water ingevoerd. De distributeur of een door hem erkende onderneming stuurt de klant een voorstel voor een onderhoudscontract. Wanneer de klant een ondertekend onderhoudscontract terugstuurt, zal ELOY Water: het contract controleren en invoeren in de databank; naar de klant een medeondertekend exemplaar terugsturen; het contract klasseren in een specifieke map. Het feit om het contract in te voeren in de database start automatisch een onderhoudsplanning van de Oxyfix® volgens de frequentie die voorzien is in het contract. ELOY Water organiseert vanaf dan het onderhoud en stuurt een kaart naar de klant om hem te informeren over de datum die gekozen werd voor het volgende onderhoud. Het onderhoudsrapport dat aan de klant wordt verstuurd, bevat – naast algemene inlichtingen – een specifieke rubriek, gemarkeerd met een verkeerslicht: een groen licht betekent dat de Oxyfix® zich in een goede staat van werking bevindt; een oranje licht betekent dat een probleem werd vastgesteld dat de goede werking van de Oxyfix® niet in het gedrang brengt; maar toch de nodige aandacht vergt; een rood licht betekent dat de Oxyfix® niet conform de eisen van de normen werkt (het gezuiverde water voldoet niet). Wanneer het rapport een oranje of rood licht bevat, wordt de van oorsprong van het probleem opgegeven en desgevallend wordt een offerte gemaakt voor een reparatie. De onderhoudsrapporten worden vervolgens naar de klanten verstuurd met de factuur voor dat onderhoud. ELOY Water heeft bij het ontwerp van deze Oxyfix® in het bijzonder gelet op een gemakkelijk en snel onderhoud ervan. Om maximaal voordeel te halen uit deze eigenschap, is het onontbeerlijk dat de toegang tot de inspectieopeningen op elk moment mogelijk is om de verschillende compartimenten van de Oxyfix® te kunnen bereiken.
10
8.2. Diensten verzekerd door het onderhoudscontract ELOY Water stelt systematisch aan haar klanten een jaarlijks onderhoudscontract voor. Bovendien beschikt ELOY Water over een bestand (dat in real time wordt bijgewerkt) van alle verkochte en geïnstalleerde Oxyfix® -zuiveringsstations. Dit bestand bevat alle nuttige informatie waarmee het mogelijk is elk zuiveringsstation "op te volgen": Adres en overige gegevens van de eigenaar Adres en overige gegevens van de persoon of onderneming/aannemer die verantwoordelijk is voor de installatie Type installatie Ligging Type onderhoudscontract Identificatienummer van de beluchter Identificatienummer van de kuipen Onderhoudsrapporten Briefwisseling … Om een snelle en kwaliteitsvolle service te kunnen garanderen, beschikken de gespecialiseerde technici van de onderneming over specifieke technische interventievoertuigen die uitgerust zijn voor het uitvoeren van het onderhoud, het verhelpen van storingen en het nemen van monsters. Deze bestelwagens zijn met de volgende toestellen uitgerust:
waterpomp zuigtoestel compressor Imhoff-conus draagbare pH-meter draagbare zuurstofmeter sonometer stroommeettang koelaggregaat hermetische flacons hogedrukreiniger reserveonderdelen …
11
In het kader van het onderhoud van een Oxyfix® C-90 MB 4 IE of 5 IE, worden de volgende verrichtingen verzekerd door de technische specialisten van onze onderneming: Referentie 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11.
Betekenis Controle en onderhoud van de beluchter Nazicht van de beluchtingsleidingen Controle van de ventilatie Nazicht van het gehalte aan biologische massa Meting van de pH van het effluent in biologische reactor Meting van het percentage opgeloste zuurstof in de reactor Controle van de algemene toestand van de behandelingscel Algemene controle van de elektrische apparatuur Controle van de airlift Meting van het peil van het slib in de primaire bezinktank Monstername
8.3. Het afvoeren van het slib De Oxyfix® C-90 produceert een overmaat aan slib afkomstig van de afbraak van het vuil in het water door aërobe micro-organismen. De noodzaak om uw Oxyfix® C-90 te ruimen, hangt af van de vullingsgraad met slib van de primaire bezinktank. Wij raden aan het slib te ruimen wanneer de primaire bezinktank een vullingsgraad van 70% bereikt. Op deze basis wordt de theoretische ruimfrequentie geschat op 27 maanden voor de Oxyfix® C-90 MB 5 IE bij werking op nominale belasting. In de praktijk merken wij dat de opslagcapaciteit voor slib beduidend groter is wat uit de theoretische berekening volgt, nl. tussen 4 jaar. In elk geval moet de noodzaak om de installatie te ruimen bepaald worden door een gekwalificeerde technicus tijdens zijn jaarlijkse inspectie. De daarvoor aangeduide onderneming moet het passende materiaal gebruiken en alle gebruikelijke voorzorgsmaatregelen treffen om uw Oxyfix® te ruimen. De ruimer moet kennis nemen van de aanbevelingen ter zake in de Gebruiksaanwijzing. Voor de Oxyfix® C-90-systemen met polyethyleen reactor, voor het goede gedrag van het geheel en om de levensduur van het zuiveringsstation te garanderen, moet de primaire bezinktank met constant niveau leeg gemaakt worden of moet de volgende procedure voor het ruimen worden nageleefd: a. Zuig het "deksel" van de primaire bezinktank weg. b. Maak de primaire bezinktank volledig leeg. c. Vul de primaire bezinktank door een kraan in de woning open te draaien of met behulp van tuinslang
12
9.
Monstername of bemonstering
Monsters kunnen gemakkelijk genomen worden in de nabezinker, zonder de werking van de Oxyfix® C-90 te schaden die daartoe een voorziening bevat. De monsters worden over het algemeen genomen door de technicus die belast is met het onderhoud van de zuiveringsstations d.m.v. een recipiënt met een volume van minstens 1 liter. 10.
Procedure in geval van slechte werking
Bij slechte werking van het zuiveringsstation, wordt gevraagd de dienst na verkoop (DNV) te bellen om een volledige diagnose te stellen.
11.
vervangstukken
De volgende stukken moeten vervangen of gereinigd worden: 11.1. Luchtfilter van de beluchter De luchtfilter moet bij elk onderhoud gecontroleerd worden en moet om de twee jaar worden vervangen. In geval van vervuiling moet hij gereinigd worden.
11.2. Membranen voor de beluchter De membranen van de beluchter moeten om de 3 jaar worden vervangen.
11.3. Luchtverdelers van het type met fijne luchtbellen De Oxyfix C-90-zuiveringsstations zijn uitgerust met luchtverdelers van het type "fijne luchtbellen" (micro geperforeerd membraan) die een perfecte zuurstoftoevoer aan het te zuiveren water verzekeren. De luchtverdelers worden alleen vervangen als ze beschadigd zijn. Bedrade uiteinden (3/4") op de verdeelbuis van de luchtverdeler maken een eenvoudige montage en demontage van de luchtverdelers mogelijk. Bij een probleem kunnen de luchtverdelers snel vervangen worden door identieke onderdelen. Onze technici gaan als volgt te werk: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
Onderbreking van de beluchting Demontage van het bovenste rooster in de biologische reactor Verwijdering van de zakken met Oxybee Demontage van het onderste rooster dat de luchtverdelers beschermt Demontage van de defecte luchtverdeler(s) Vervanging van de defecte luchtverdeler(s) Bevestiging van het onderste rooster Aanbrengen van de zakken met Oxybee Bevestiging de van het bovenste rooster Terug in bedrijf stellen van de Oxyfix C -90 en controle van de beluchting
13
De termijn voor de vervanging van de onderdelen is afhankelijk van de uit te voeren verplaatsing en de planning van de onderneming. Versleten onderdelen moeten naar een passend inzamel- of recyclagecentrum gebracht worden. 11.4. Medium (Oxybee) Het medium (Oxybee) bestaat uit een permanent materiaal dat speciaal ontworpen werd om verstopping te voorkomen bij gebruik volgens onze voorschriften (lediging van slib, vervuilingswaarde, ...). Het moet dus niet vervangen worden. Als het medium vervuild geraakt door een verkeerd gebruik, kan het op de volgende manier gemakkelijk vervangen worden: 1. 2. 3. 4. 5. 6.
ventilatie afsluiten voorste hek in de biologische reactor demonteren de zakken met Oxybee wegnemen nieuwe zakken met Oxybee aanbrengen voorste hek terug monteren de Oxyfix C-90 terug in werking stellen en de ventilatie controleren
Kost van een nieuwe zak Oxybee: steeds op stock in onze fabriek of bij uw distributeur. Leveringstermijn: 5 werkdagen
12.
Informatie over onze producten en diensten
Onze offertes bevatten altijd actuele prijzen, aangepast aan de omstandigheden en de eisen van onze klanten.
14